HET GEMEENTERAADSBLAD woordelijk verslag van de gemeenteraad van 25 februari 2014
stad brugge, burg 12 - b-8000 brugge | www.brugge.be |
[email protected] | t 050 44 80 10
AGENDA OPENBARE VERGADERING 1 Politie - aankoop van 2 interventievoertuigen - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring. 2 Personeel - lokale politie Brugge - vacatures mobiliteitscyclus 2014-01 - vacantverklaring in het operationeel kader. 3 Toerisme - samenwerkingsovereenkomst Stad Brugge - Westtoer - goedkeuring. 4 Musea - algemeen bezoekersreglement voor de museumlocaties van Musea Brugge goedkeuring. 5 Gemeenteraad - fractietoelagen - controle van de aanwending van de fractietoelagen uitbetaald in 2013 en vaststelling van de uit te betalen bedragen voor 2014. 6 Jeugdbeleid - overeenkomst met Oranje Jeugdwerk vzw inzake de organisatie van vakantiespeelpleinwerking over de periode 2014-2019 - vaststelling. 7 Toelagen - restauratie Dampoortstraat 15 - definitieve toekenning - uitbetaling. 8 Toelagen - restauratie van de gevel Zeebruggelaan 87 - definitieve toekenning uitbetaling. 9 Ruimtelijke ordening - verkavelen van twee kadastrale percelen in 2 kavels bestemd voor woningbouw, gelegen Polderstraat 33/Polderhoeklaan te 8310 Brugge. 1. Kennisname van de resultaten van het georganiseerd openbaar onderzoek. 2. Goedkeuring van de voorgestelde nieuwe rooilijn, omvattende de kosteloze grondafstand van een strook grond voor inlijving in het openbaar domein. 10 Woondienst - premiereglement stedelijke huursubsidie met geldigheidsduur van het reglement tot 31 december 2019 - goedkeuring. 11 Belastingen - reglement houdende toewijzing van de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor de verkoop van frites en gebak, de verkoop van consumptie-ijs, de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren en deze voor de verkoop van voedingswaren aan het Olympiapark en voor de verkoop van Berlijnse bollen op de strandzone - wijziging. 12 Stedelijk onroerend patrimonium - kosteloze overname van gronden en infrastructuurwerken gelegen verkaveling Invalidenstraat te Sint-Kruis. 13 Stadsgebouwen - restaureren van de kiosk, Astridpark - ontwerp - wijze van gunnen goedkeuring. 14 Stadsgebouwen - restaureren van het interieur van de Onze-Lieve-Vrouwekerk (fase 8: restaureren van het orgel instrument), Onze-Lieve-Vrouwekerkhof-Zuid - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring. 15 Toerisme - uitbreiding politiereglement op het maken van rondritten en excursies met huurkoetsen, huurtrams en huurauto's met de categorie 'segways' - goedkeuring. 16 Personeel - rechtspositieregeling betreffende bijlage I ivm de specifieke vereisten bij aanwerving van een jurist voor de dienst ruimtelijke ordening - aanpassing. 17 Personeel - rechtspositieregeling artikel 17 betreffende niveau- en capaciteitstest en rechtspositieregeling artikel 151 en 154 betreffende ontslag statutair personeelslid op proef bij 3 maanden afwezigheid - aanpassing nav het besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012.(dossier 130673) 18 Personeel - rechtspositieregeling artikel 253, 259, 263 en 271 betreffende de mogelijkheid om het werk halftijds te hervatten na ziekte bij uitputting van de ziektekredietdagen aanpassing. 19 Personeel - rechtspositieregeling artikel 271 betreffende de termijn waarbinnen loopbaanonderbreking dient te worden aangevraagd - aanpassing. 20 Personeel - formatie dienst informatica - aanpassing. 21 Personeel - formatie dienst ruimtelijke ordening - aanpassing. 22 Personeel - vacantverklaring van een plaats van kapitein-commandant bij de beroepsafdeling van de brandweer. 23 Wegendienst - heraanleg van de Korte Riddersstraat, Koningstraat, Hoornstraat, SintMaartensplein en een gedeelte van de Boomgaardstraat te Brugge - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring. 24 Wegendienst - heraanleg voetpaden, parkeerstroken en riolering in de Doornstraat en kruispunt Doornstraat/Koning Leopold III-laan - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring. 25 Wegendienst - rooilijnplan voor kosteloze overdracht groenstrook in de Marktstraat te Zeebrugge: zaak der wegen - goedkeuring. 26 Openbaar groen - speelruimtebeleidsplan 2014-2020 - goedkeuring. 27 Burgerzaken - dienst crematies - hervaststelling van de tarieven.
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 28/1 Vragen over de nota in verband met de nieuwe organisatie. Mercedes Van Volcem 28/2 a. Vismarkt. Jasper Pillen b. Vismarkt. Sammy Roelant 28/3 Nood aan bedrijventerreinen? Mercedes Van Volcem 28/4 Containerpark inwoners Sint-Kruis: intergemeentelijke samenwerking met stad Damme? Patrick Daels 28/5 Maatregelen bij storm. Sabine Helleputte 28/6 Het parochiaal centrum Steenbrugge en het belang van dergelijke centra. Martine Bruggeman 28/7 Jonge gezinnen in de binnenstad. Noelia Sanchez Akten 29 30 31 32 33 34 35 36 37
en mededelingen Politie - goedgekeurde politiebegroting 2014 - kennisname. Politie - goedgekeurde politiebegrotingswijziging 2 2013 - kennisname. Verkeersdienst - verslag stedelijke werkgroep verkeer d.d. 16 december 2013 kennisname. Stedelijke raad voor personen met een handicap - verslag algemene vergadering kennisname. Seniorenadviesraad - verslagen algemene vergadering - kennisname. Stedelijke Raad van Buurtwerken - verslagen algemene vergadering - kennisname. Lokaal overleg kinderopvang - verslagen van de vergaderingen d.d. 31.01.2013, 18.04.2013, 19.09.2013 - kennisname. Diversiteit - verslaggeving stedelijke emancipatieraad van 8 januari, 18 juni en 10 september 2013 - kennisname. Noord-Zuiddienst - verslagen Noord-Zuidraad januari - december 2013 - kennisname.
1
gemeenteraad 25 februari 2014
OPENBARE VERGADERING Samenstelling van de gemeenteraad Voorzitter André Van Nieuwkerke Burgemeester Renaat Landuyt Schepenen Franky Demon, Annick Lambrecht, Boudewijn Laloo, Frank Vandevoorde, Hilde Decleer, Mieke Hoste, Jos Demarest, Philip Pierins, Martine Matthys (verlaat de zaal na punt 37), Dirk De fauw Gemeenteraadsleden Lieve Mus, Agnes Bruyninckx-Vandenhoudt (is verontschuldigd), Mercedes Van Volcem, Georgina Denolf, Paul Jonckheere, Jean-Marie De Plancke (komt binnen na punt 1), Charlotte Storme (komt binnen na punt 2), Dolores David, Ann Soete, Ingrid Vandamme, Guy Rogissart, Alain Quataert, Pascal Ennaert, Severine Maes (komt binnen na punt 4), Marcel Goemaere, Néedra Soltani (komt binnen na punt 17), Sandrine De Crom, Paul Desender (komt binnen na punt 22), Minou Esquenet (komt binnen na punt 12), Sammy Roelant, Martine Bruggeman, Noelia Sanchez Arjona, Pablo Annys, Gudrun Platevoet, Jasper Pillen, Sabine Helleputte, Geert Van Tieghem, Hugo De Bondt, Eric Lagrou (is verontschuldigd), Mathijs Goderis, Patrick Daels, Pieter Marechal, Sanne Doms (is verontschuldigd), Sandra Wintein (is verontschuldigd), Bruno Mostrey Stadssecretaris Johan Coens
*** [De vergadering wordt geopend om 18u30.] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik stel voor om de openbare vergadering te starten bij de punten van de burgemeester, punt 1, aankoop van twee interventievoertuigen. 1
Politie - aankoop van 2 interventievoertuigen - voorstel - wijze van gunnen goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 1 van interventievoertuigen, ter vervanging van twee andere.
de
agenda,
de
aankoop
van
twee
De Gemeenteraad, Besluit: De aankoop van de interventievoertuigen Volkswagen Transporter overeenkomstig het raamcontract DSA 2012 R3 619 perceel 57A, in toepassing van art. 2, §4° van de wet van 15 juni 2006 inzake de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten van werken, leveringen en diensten voor aankopen, goed te keuren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 2, vacatures mobiliteitscyclus. 2
Personeel - lokale politie Brugge - vacatures mobiliteitscyclus 2014-01 vacantverklaring in het operationeel kader.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 2, vacatures in het kader van de mobiliteitscyclus. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. De vacantverklaring en de selectieprocedure in het kader van de eerste mobiliteitscyclus – dienstjaar 2014 goed te keuren. Artikel 2. Het vastleggen van de selectiemodaliteiten: 1. het houden van een interview met de kandidaat door de plaatselijke selectiecommissie samengesteld conform art. VI.II.61 RPPol voor de functies in het midden- en basiskader
2
gemeenteraad 25 februari 2014
2. voor de functies van hoofdinspecteur van politie, dienstchef CO/CT, dienstchef CT district wordt eveneens een adviserende kennistest en postbakoefening georganiseerd 3. voor de functie wijkinspecteur wordt eveneens tijdens het interview een rollenspel (tweegesprek) georganiseerd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 3. Mevrouw Bruggeman. 3
Toerisme - samenwerkingsovereenkomst Stad Brugge - Westtoer - goedkeuring.
Raadslid Martine Bruggeman. - Misschien kan de burgemeester eerst toelichten. Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 3, het Vlaams toerismebeleid is geënt op drie structuurbepalende elementen: de kunststeden, de groene regio’s en de kust. Brugge is de enige stad in Vlaanderen die op deze drie echelons actief is. Hiertoe sluit de stad een samenwerkingsovereenkomst af met Westtoer voor de lopende bestuursperiode plus één jaar. De samenwerking heeft vooral betrekking op het domein van bestemmingspromotie en onderzoek. De stad betaalt hiervoor 167.000 euro op jaarbasis, een deel van dit bedrag wordt aangewend als structurele bijdrage voor de werking van de regioteams kust en Brugse Ommeland. Het opvolgen van de gegevensbevraging bij de logies en zo verder. Het andere deel van de middelen wordt aangewend om gezamenlijke promotiecampagnes op te zetten ten voordele van de macrobestemmingen. Deze middelen worden via de provinciale toelage verdubbeld. Als onderdeel van deze overeenkomst werd ook een jaarlijkse provinciale toelage van 32.000 euro bedongen ter ondersteuning van de werking van Meeting in Brugge. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Bruggeman. Raadslid Martine gemeenteraadsleden.
Bruggeman.
-
Geachte
heer
voorzitter,
geachte
collega’s,
In de samenwerkingsovereenkomst voor toerisme en recreatie tussen de stad Brugge en Westtoer lees ik in verband met de marketing dat Westtoer een nieuwe toeristische databank zal ontwikkelen. En ik ben zo vrij enkele suggesties te geven in verband met de noden hieromtrent temeer daar de stad Brugge deze realisaties mede financiert. Een eerste voorstel is de Brugse Ommeland-deelgemeenten, zoals Koolkerke met bijvoorbeeld het Fort van Beieren, Zwankendamme met zijn tuinwijk, Dudzele met zijn Romaanse kerk, op de site van Westtoer in de kijker worden gezet zoals nu het geval is met Lissewege en Zeebrugge. Want de modale toerist kent Damme, maar veel minder onze eigen Brugse gemeenten die toch wel zeer waardevol zijn en zeker in een bewegwijzerde wandeling of fietsroute kunnen geïntegreerd worden. Een tweede voorstel. Ik verneem dat in de periode 2016-2018 het fietsnetwerk van de regio grondig zal worden herwerkt. Nu laat het fietsnetwerk de Brugse binnenstad volledig links liggen en aangezien men van Brugge een fietsvriendelijke stad wil maken, ligt het voor de hand om aan Westtoer voor te stellen dat ze een aantal thematische fietsroutes zouden ontwikkelen in de binnenstad en de vesten en zo, en uiteraard de daarbij horende folders zouden publiceren. Als derde punt zou ik vragen dat Westtoer ook voor Brugge een aantal thematische erfgoedwandelroutes zou uittekenen en documenteren via een folder, zoals dit nu al gebeurd is voor tal van West-Vlaamse steden en gemeenten, ik deed er onlangs nog één in Veurne. Voor wat Brugge betreft, bestaat er enkel voor Zeebrugge zo een thematische erfgoedwandelroute, dus met een folder, namelijk met het thema vissers- en duikboten. En misschien nog iets belangrijks voor de Brugse binnenstad. Het zou bijvoorbeeld interessant zijn ook de vergeten regio’s te betrekken in die erfgoedwandelingen, bijvoorbeeld de omgeving van de Lange Rei, want de middeleeuwse haven lag in deze richting en nooit zie je toeristen in deze omgeving. Ten hoogste bezoeken ze het Sint-Annakwartier en eventueel de Potterie maar verder gaan ze niet. Dat is enkel maar bij wijze van voorbeeld want er zijn nog tal van mogelijkheden. Natuurlijk zijn er thematische wandelingen uitgewerkt door de gidsenverenigingen maar dat is op maat van groepen. Individuele wandelaars kunnen daarvan niet genieten. Het zou daarom interessant zijn aan Westtoer voor te stellen die onontgonnen terreinen aan te boren. Westtoer verricht trouwens heel goed promotiewerk en ik ben ervan overtuigd dat deze suggesties het erfgoedtoerisme in Brugge een nieuw elan kunnen geven. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er collega’s die aansluiten? Neen? Mijnheer de burgemeester.
3
gemeenteraad 25 februari 2014
Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u mijnheer de voorzitter. Uiteraard ben ik bereid om die suggesties mee te nemen naar de discussie met Westtoer, maar toch een kleine opmerking. Uw eerste voorstel is het beste omdat wij inderdaad de rand van Brugge samen met Westtoer kunnen versterken. Maar wat betreft de fietsroutes en de thematische fietsroutes binnen de stad maar zelfs de thematische wandelroutes binnen de stad mag u de autonomie en de sterkte en de knowhow van de eigen diensten in deze niet onderschatten. Wat fietsroutes betreft, denk ik dat u niet mag vergeten dat er tal van privé-initiatieven zijn die ons genegen zijn, die goed werk leveren en die wij heel graag ondersteunen in plaats van te beconcurreren. Wat uw derde voorstel betreft van de wandelingen binnen de stad, wat erfgoed Brugge betreft, denk ik niet dat Westtoer de tijd en de knowhow heeft om ons hierin te helpen. Ik denk dat wij hier veel beter, zoals door u gezegd, effectief kunnen steunen op de Gidsenbond en de Gidsenkring die wellicht voor groepen thematische wandelingen voorzien maar die zijn geen staatsgeheim, die kunnen even goed gepromoot worden. Die suggestie, om nog meerdere routes binnen de stad te promoten, die neem ik dus heel graag mee naar de eigen diensten toe. Zonder ervoor te zorgen dat we de concentratie van het toerisme, die wij altijd al een beetje in stand houden in de stad, zomaar zouden doorbreken. Raadslid Martine Bruggeman. - Ik dank u. De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan de samenwerkingsovereenkomst tussen Stad Brugge en Westtoer a.p.b. voor de lopende bestuursperiode + 1 jaar en hiertoe de nodige kredieten te voorzien op de respectievelijke begrotingen 2014 t.e.m. 2019.
Voorzitter André museumlocaties. 4
Van
Nieuwkerke.
-
Goed,
punt
4,
algemeen
bezoekersreglement,
Musea - algemeen bezoekersreglement voor de museumlocaties van Musea Brugge - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Wat hier gebeurt, is het opstellen van een reglement voor onze musea, voor de bezoekers, zoals ook in de andere musea in de bevriende kunststeden bestaat. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Geen opmerkingen? De Gemeenteraad, Besluit: 1) De invoering van een algemeen bezoekersreglement voor de museumlocaties van Musea Brugge goed te keuren. 2) Het reglement wordt vastgesteld als volgt: BEZOEKERSREGLEMENT De bezoeker, die het museum betreedt, wordt geacht het reglement te kennen en na te leven. TOEGANG TOT DE MUSEA De locaties van Musea Brugge zijn voor het publiek toegankelijk van dinsdag tot en met zondag tussen 09.30 en 17.00 uur. Belfort, Brugse Vrije, Onze-Lieve-Vrouwekerk en Stadhuis zijn toegankelijk op maandag. Afwijkingen op de toegankelijkheid worden aangekondigd aan de toegang van het museum. Toegang is uiterlijk mogelijk tot 30 minuten voor sluitingstijd, uitgezonderd het Belfort waar het laatste toegangsbewijs beperkt wordt tot 45 minuten voor sluitingstijd. De musea zijn gesloten op maandag (behalve paas- en pinkstermaandag), op 1 januari, O.L.H-Hemelvaart (namiddag) en 25 december.
4
gemeenteraad 25 februari 2014
TOEGANG TOT DE ZALEN Artikel 1. - Om de museumzalen te bezoeken, moet men in het bezit zijn van een geldig toegangsbewijs. Het niet toegankelijk zijn van sommige tentoonstellingszalen geeft geen recht op terugbetaling. Artikel 2. - Musea Brugge is niet verantwoordelijk voor verlies, diefstal of beschadiging bij gebruik van de gratis vestiaire of lockers. Na sluitingstijd worden niet-afgehaalde voorwerpen beschouwd als gevonden voorwerpen. Artikel 3. - Het is verboden de tentoonstellingszalen binnen te gaan met: -
handbagage, die groter is dan 34 x 22 cm
-
babydraagtassen voor op de rug en omvangrijke rugzakken
-
wandelstokken waarvan het uiteinde niet beschermd is
-
paraplu’s
-
vochtige jassen
-
capes en mantels, die de bezoekers niet over de arm of op de schouders kunnen dragen
-
voorwerpen die, door het doel waarvoor ze gebruikt worden of hun kenmerken, een risico betekenen voor de veiligheid van personen, kunstwerken of de gebouwen (huis)dieren, tenzij assistentiehonden
-
etenswaren en dranken
-
persoonlijke vouwstoelen, behalve indien ze gebruikt worden door personen met een beperking, die hiervoor toestemming gekregen hebben van het bewakingspersoneel.
Toegelaten kleine rugzakken moeten aan de hand en niet op de rug gedragen worden. Dit is een niet-limitatieve lijst. Het bewakingspersoneel is bevoegd om te oordelen of een voorwerp kan worden meegenomen tijdens het museumbezoek. Artikel 4. - Om veiligheidsredenen kan het bewakingspersoneel aan de toegang de bezoekers vragen tassen en pakken te openen en de inhoud te tonen. BEZOEKERSETHIEK Artikel 5. 1.
Gedurende het verblijf in het museum wordt er van de bezoekers verwacht dat zij een houding aannemen die in overeenstemming is met de openbare orde en de goede zeden. De bezoeker moet aanwijzingen en instructies van bevoegde functionarissen onmiddellijk opvolgen. Bij niet naleving kan de bezoeker tijdelijk of definitief de toegang tot het museum worden ontzegd.
2. Kinderen moeten vergezeld zijn van volwassenen. Peuters en kleuters worden aan de hand gehouden. Ouders, begeleiders of leraren van kinderen/groepen zijn verantwoordelijk voor het gedrag van de door hen begeleide personen. Artikel 6. - Het is o.a. verboden: -
zich op een onveilige afstand (minimum 60cm) van het kunstwerk te begeven, de tentoongestelde objecten aan te raken, naar de kunstwerken te wijzen met een voorwerp
-
tegen de muren te leunen, te rennen, te duwen, te glijden of te klimmen en op de banken te liggen
-
andere bezoekers opzettelijk en langdurig te hinderen en een belemmering te vormen in de doorgangen en uitgangen, in het bijzonder door op de trappen te zitten
-
te roken
-
geluidsoverlast te veroorzaken
-
er handel te drijven, reclame te maken, propaganda te voeren of te ronselen.
5
gemeenteraad 25 februari 2014
OPNAMEN EN ENQUETES Artikel 7. - Behalve indien het tegendeel wordt vermeld, kan de bezoeker tijdens de openingsuren voor het publiek, voor privégebruik, zonder flits of statief, kunstwerken fotograferen of filmen in de zalen van de permanente tentoonstelling. In de zalen waar tijdelijke tentoonstellingen doorgaan, is het verboden opnamen te maken. Artikel 8. - Tenzij men voorafgaande schriftelijke toestemming heeft gekregen, is het verboden om foto-, video- en filmopnamen te maken, waarbij gebruik wordt gemaakt van lampen, flitsapparatuur, statieven of andere hulpmiddelen. Dezelfde regels zijn ook van toepassing op het gebruik van microfoonhengels bij geluidsopnames in Musea Brugge. De aanvraag tot toestemming moet gericht worden aan de dienst communicatie & pers. Artikel 9. - Het is mogelijk dat de bezoeker tijdens het museumbezoek gefotografeerd of gefilmd wordt. Deze opnames kunnen gebruikt worden in de communicatie van de musea. De bezoeker wordt gevraagd bezwaar onmiddellijk te melden aan de betrokken fotograaf of cameraman. In alle locaties van Musea Brugge is er ook permanente camerabewaking. VEILIGHEID VAN PERSONEN, DE KUNSTWERKEN EN DE GEBOUWEN Artikel 10. - Bij elke onrechtmatige of onregelmatige gebeurtenis kunnen de nodige behoudende maatregelen worden genomen, in het bijzonder de sluiting van de toegangen en de controle van de uitgangen. Deze maatregel houdt in dat van de bezoekers wordt verwacht dat ze in het museum blijven tot de politie ter plaatse is. Artikel 11. - In geval van een te grote volkstoeloop, onlusten of natuuromstandigheden die de veiligheid van personen of goederen in gevaar kunnen brengen, kan worden besloten tot een gedeeltelijke of volledige sluiting van het museum of tot wijziging van de openingsuren. KLACHTEN Artikel 12. - De bezoeker heeft onder meer geen verhaal op de volgende klachten en omstandigheden, en die leiden daarom nooit tot enige verplichting tot schadevergoeding door het museum aan de bezoeker: het niet zichtbaar/aanwezig zijn van voorwerpen uit de collectie
-
het gedeeltelijk gesloten zijn van het museum, waaronder begrepen, maar daartoe niet beperkt, gedeeltelijke sluiting als gevolg van het opbouwen of afbreken van tentoonstellingen
-
overlast of ongemak veroorzaakt door andere bezoekers, daaronder begrepen, maar niet daartoe beperkt, geluidsoverlast, ongepast gedrag en diefstal
-
overlast of ongemak veroorzaakt door onderhoudswerkzaamheden, daaronder begrepen, maar niet daartoe beperkt, een verbouwing of het (her)inrichten van ruimtes
-
overlast of ongemak veroorzaakt door het niet naar behoren functioneren van faciliteiten in het museum.
Artikel 13. - De bezoeker kan klachten en suggesties schriftelijk indienen of noteren op het formulier aan de onthaalbalie. SANCTIES Artikel 14. - De weigering zich te schikken naar de bepalingen van dit reglement heeft de onmiddellijke verwijdering uit het museum tot gevolg. Artikel 15. - Op dit reglement is het Belgisch recht van toepassing. Artikel 16. - Alle geschillen die hieruit voortvloeien, worden uitsluitend ter berechting voorgelegd aan de rechtbanken, die zetelen te Brugge.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 5, de fractietoelagen.
6
gemeenteraad 25 februari 2014
5
Gemeenteraad - fractietoelagen - controle van de aanwending van de fractietoelagen uitbetaald in 2013 en vaststelling van de uit te betalen bedragen voor 2014.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Geen opmerkingen? De Gemeenteraad, Besluit: 1) Inzake de reeds uitbetaalde fractietoelagen 2013 nazicht van de bewijsstukken, de aanwending van de resp. toelagen 2013 conform het huishoudelijk reglement te verklaren. 2) De fractietoelagen die zullen uitbetaald worden voor 2014 aan de gemeenteraadsfracties bedragen resp. -
sp.a (14 raadsleden) CD&V (13 raadsleden) N-VA (10 raadsleden) Open VLD (5 raadsleden) Groen! (3 raadsleden) Vlaams Belang (2 raadsleden)
2.800 2.600 2.000 1.000 600 400
euro euro euro euro euro euro
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 6, schepen Franky Demon. 6
Jeugdbeleid - overeenkomst met Oranje Jeugdwerk vzw inzake de organisatie van vakantiespeelpleinwerking over de periode 2014-2019 - vaststelling.
Schepen Franky Demon. - Goede avond collega’s. Het punt 6 is de overeenkomst met Oranje Jeugdwerk vzw die helpt met de organisatie van de vakantiespeelpleinwerking. Wat we hier voorleggen is de overeenkomst voor de periode 20142019. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Ik heb eerst en vooral de indruk dat de vakantieopvang in Brugge in feite op een goed spoor zit. Er is wat vooruitgang geboekt. Maar ik blijf toch een stukje met de bezorgdheid zitten omtrent de moeilijk bereikbare jongeren. Dat zouden er zo een vierhonderd zijn in Brugge. Typisch voor deze groep is dat als er veel vrije tijd is, zij het moeilijk hebben om die op een constructieve, creatieve manier zelf in te vullen als er geen aanbod is. Ik heb daarover in het berek een vraag gesteld en op een heel vlotte en correcte manier een antwoord gekregen van de schepen, waarvoor dank. En ik zie dat er inderdaad een aantal initiatieven zijn. Alle respect voor het werk van die mensen. Maar ik blijf toch met een bezorgdheid zitten: is het wel voldoende wat wij doen? Misschien moeten wij eens in kaart brengen hoe wij die jongeren bereiken. Bereiken wij hen voldoende? Wie valt er nog uit de boot? En hoe kunnen wij die bereiken, zodanig dat wij misschien de situatie een beetje kunnen objectiveren en toch nog een extra inspanning kunnen doen voor deze groep? Dat is een suggestie in het kader van de vakantiewerking die ik graag eens wil meegeven. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s die wensen aan te sluiten? Neen? Schepen Franky Demon. - Ik denk dat uw bezorgdheid terecht is, maar er zijn toch al heel wat organisaties in Brugge die dingen doen. Denk bijvoorbeeld maar aan Kazou vzw met hun Jombawerking en er zijn ook heel veel organisaties die met die jongeren werken en ook een weekje op kamp gaan, residentieel. En ik denk dat wij niet mogen onderschatten dat er heel wat organisaties zijn die niet op kamp gaan maar toch in dagactiviteiten zitten. Een kleine opsomming: vzw Integraal, 't Salon dat toch ook prachtig werk doet, Buurtsport, en zo kunnen wij nog enkele zaken opsommen. Maar ik geef u gelijk, hoe meer wij kunnen doen voor het hele jeugdwerk in Brugge, hoe beter. Dus zaken in kaart brengen en monitoren, daar heb ik zeker geen problemen mee.
7
gemeenteraad 25 februari 2014
De Gemeenteraad, Besluit: De overeenkomst met Oranje Jeugdwerk vzw inzake de organisatie van speelpleinwerking voor de periode 2014-2019 wordt goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 7. 7
Toelagen - restauratie Dampoortstraat 15 - definitieve toekenning - uitbetaling.
Schepen Franky Demon. - Punt 7, is de definitieve toekenning en uitbetaling van de toelage voor de restauratie Dampoortstraat 15. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel1. Aan dhr. en mevr. Dillen-Cosaert, Dampoortstraat 15, 8310 Brugge wordt een toelage van 11.595,31 euro toegekend als stadstussenkomst in de restauratiekosten van het eigendom gelegenDampoortstraat15. Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut. Artikel2. De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur. Artikel3. Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd. Artikel4. Deze uitgave zal benomen worden op artikel 77347/522-51 BU 2013 en zal gefinancierd worden door lening.
8
Toelagen - restauratie van de gevel Zeebruggelaan 87 - definitieve toekenning uitbetaling.
Schepen Franky Demon. - Punt 8, de definitieve toekenning en de uitbetaling voor de restauratie van de gevel van de Zeebruggelaan 87. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Aan dhr. en mevr. Timmerman, Zeebruggelaan 87, 8380 Brugge wordt een toelage van 13.765,74 euro toegekend als stadstussenkomst in de restauratiekosten van de gevel Zeebruggelaan 87 te Brugge. Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut. Artikel 2. De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur. Artikel 3.
8
gemeenteraad 25 februari 2014
Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd. Artikel 4. Deze uitgave zal benomen worden op artikel 77347/522-51 BU 2013 en zal gefinancierd worden door lening.
9
Ruimtelijke ordening - verkavelen van twee kadastrale percelen in 2 kavels bestemd voor woningbouw, gelegen Polderstraat 33/Polderhoeklaan te 8310 Brugge. 1. Kennisname van de resultaten van het georganiseerd openbaar onderzoek. 2. Goedkeuring van de voorgestelde nieuwe rooilijn, omvattende de kosteloze grondafstand van een strook grond voor inlijving in het openbaar domein.
Schepen Franky Demon. - Punt 9 is het verkavelen van twee kadastrale percelen in twee kavels bestemd voor woningbouw, gelegen in de Polderstraat 33/Polderhoeklaan te Sint-Kruis. Daar nemen we kennis van de resultaten van het georganiseerd openbaar onderzoek en doen we de goedkeuring van de voorgestelde nieuwe rooilijn, omvattende de kosteloze grondafstand van een strook grond voor inlijving in het openbaar domein. De Gemeenteraad, Besluit: 1. Kennis te nemen van het resultaat van het georganiseerd openbaar onderzoek, nl. geen bezwaren ingediend. 2. De voorgestelde nieuwe rooilijn en de zaak der wegen, omvattende de kosteloze afstand van een strookje grond binnen de ontworpen rooilijn en de verkavelingsgrens bestemd voor inlijving in het openbaar domein goed te keuren.
10
Woondienst - premiereglement stedelijke huursubsidie met geldigheidsduur van het reglement tot 31 december 2019 - goedkeuring.
Schepen Franky Demon. - Punt 10 is het premiereglement stedelijke huursubsidie met geldigheidsduur tot eind 2019, waar we enkele aanpassingen doen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - We zullen deze maatregel goedkeuren omdat we dat een goede sociale maatregel vinden. Terzijde wil ik nog even opmerken dat het goed zou zijn dat er op Vlaams niveau richthuurprijzen komen, zodanig dat de subsidies er niet voor zorgen dat er een opwaartse druk is op de prijzen. Maar ik wil toch ook graag van de gelegenheid gebruik maken om de schepen een suggestie mee te geven. Het zou een goede zaak zijn volgens ons om in het reglement wat bijkomende voorwaarden op te nemen omtrent de energieprestaties van de gesubsidieerde woningen en de isolatie, in de eerste plaats de dakisolatie. Het kan immers niet zijn dat de mensen die bij het sociaal verhuurkantoor terecht komen en zo een wat goedkopere huur verkrijgen, dat verschil dan moeten spenderen aan duurdere energierekeningen. Ik heb gekeken op de site van het sociaal verhuurkantoor. Daar is er wel een vermelding van energiebesparende maatregelen en zij verwijzen daarbij rechtstreeks naar de Vlaamse Wooncode, naar titel 3, hoofdstuk 1. Maar eigenlijk zijn de normen die vanuit de Vlaamse Wooncode opgelegd worden niet erg ambitieus, bijvoorbeeld zeker al niet rond de dakisolatienorm, en ze treden bovendien ook maar in werking vanaf 2015. De Vlaamse Woonraad stelt nochtans dat er bijkomende aandacht dient uit te gaan naar de verbetering van de energieprestaties van het bestaande woningpark en in het bijzonder van de huurwoningen. En dat het verbeteren van energieprestaties deel dient uit te maken van een beleid rond woonkwaliteit. Vandaar dat wij graag zouden hebben, we zullen het nu zo goedkeuren, dat er gekeken wordt om in de toekomst te maken dat er bijkomende normen opgelegd worden rond die energieprestaties, zodanig dat de mensen bij de sociale verhuurkantoren niet in het geval komen dat zij met veel te grote energierekeningen zitten doordat zo een soort patrimonium aangeboden wordt.
9
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Neen, mijnheer de schepen. Schepen Franky Demon. - Ik begrijp wat u zegt maar u moet toch ook het feit niet onderschatten dat voor elke woning die in dienst genomen wordt van een SVK, een conformiteitsattest moet afgeleverd worden. Wat ook wil zeggen dat onder andere vochtigheid, elektriciteit, gas en zo verder, goed gecontroleerd worden. Maar we mogen niet te ver gaan. Ik wil ook gerust woningen die energiearm zijn enzoverder, maar ik wil ook niet te ver gaan in dit alles. Ik vind wat hier in het het reglement staat over dat conformiteitsattest een mooie tussenweg is om ervoor te zorgen dat wij in goede woningen zitten waar we zo weinig mogelijk energie gaan verstoken. Maar dat moeten we zeker eens in ons woonoverleg meenemen. De Gemeenteraad, Besluit: Het premiereglement stedelijk huursubsidie wordt voor 2014-2018 hervastgesteld als volgt: PREMIEREGLEMENT STEDELIJKE HUURSUBSIDIE 2014 – 2019 Artikel 1. - Binnen de perken van de jaarlijks op het stadsbudget goedgekeurde kredieten verleent het stadsbestuur Brugge een huursubsidie voor het verhuren van een particuliere woning die gelegen is op het grondgebied van de stad Brugge en dit voor zover voldaan is aan de voorwaarden die in onderhavig reglement opgenomen zijn. Artikel 2. - Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: Woning: een bebouwd onroerend goed of een deel ervan dat bestemd is voor de huisvesting van één of meerdere personen die samen een gezin vormen, dat voldoet aan de eisen van de gemeentelijke verordening op het bouwen, verkavelen en op de beplantingen én aan de normen van de Vlaamse Wooncode. De woning moet verhuurd worden als hoofdverblijfplaats overeenkomstig de bepalingen van de woninghuurwet. Aanvrager: de organisaties met een sociaal doel die op het Brugse grondgebied een huisvestingsbeleid voeren en als dusdanig erkend worden door het college van burgemeester en schepenen. Bewoner: de gebruiker (onderhuurder) van de woning die krachtens de bepalingen van de statuten of de doelstellingen van de aanvrager in aanmerking komt voor het huren van de woning. Verhuurder: de houder van het zakelijk recht op de woning. Artikel 3. § 1. De huursubsidie wordt enkel toegekend wanneer de maandelijkse huurprijs zoals vastgelegd in de huurovereenkomst tussen de aanvrager en de verhuurder niet meer bedraagt dan 650 euro. §2. De huursubsidie bedraagt 20% van die maandelijkse huurprijs, met een maximum van 100 euro per maand. § 3. De looptijd van de huursubsidie bedraagt ten hoogste 24 maanden en het subsidiebedrag blijft gelijk. Huurindexaties worden dus niet in de huursubsidie verrekend. De toekenning van de huursubsidie gebeurt na het voorleggen van een jaarlijks op te maken staat waaruit blijkt dat de verhuurder de overeengekomen huurprijs ontving. De aanvrager maakt deze jaarstaat op. Artikel 4. - De aanvraag tot het bekomen van de huursubsidie moet door de aanvrager gericht worden aan het college van burgemeester en schepenen. Bij de aanvraag moeten volgende documenten worden gevoegd: - een exemplaar van de geregistreerde huurovereenkomst opgemaakt tussen de aanvrager/hoofdhuurder en de verhuurder. Uit de huurovereenkomst moet blijken dat het om een huurcontract van minstens 9 jaar gaat. - een exemplaar van de geregistreerde huurovereenkomst tussen de aanvrager en de (onder)huurder. - een conformiteitsattest dat bewijst dat het om een woning gaat die voldoet aan de normen van de Vlaamse Wooncode.
10
gemeenteraad 25 februari 2014
- het bewijs dat de huurwaarborg die aan de bewoner aangerekend wordt, niet meer bedraagt dan de waarborgregeling binnen de sociale huursector. Artikel 5. - Een ongeschikt- en/of onbewoonbaarverklaring van de woning betekent een schorsing van de huursubsidie. Dit is vanzelfsprekend ook het geval als de woning, om welke reden dan ook, niet langer verhuurd wordt. Artikel 6. - Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit reglement en kan alle onderzoeken laten verrichten door ambtenaren van de stedelijke diensten ter controle van de verstrekte gegevens. Weigering van medewerking aan dergelijk onderzoek doet het recht op de huursubsidie vervallen. Betwistingen in verband met de bepalingen van dit reglement worden zonder verhaal door het college van burgemeester en schepenen beslecht. Artikel 7. - De premie kan 1 maal per kalenderjaar aangevraagd worden voor de dossiers van het afgelopen jaar.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Schepen Laloo voor punt 11. 11
Belastingen - reglement houdende toewijzing van de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor de verkoop van frites en gebak, de verkoop van consumptie-ijs, de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren en deze voor de verkoop van voedingswaren aan het Olympiapark en voor de verkoop van Berlijnse bollen op de strandzone - wijziging.
Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u voorzitter, burgemeester, collega’s. Punt 11 betreft een wijziging van het reglement houdende toewijzing van de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor de verkoop van frites en zo verder. Het komt er eigenlijk op neer dat wij in het reglement eveneens een standplaats frites op de zeedijk te Zeebrugge opnemen. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Het reglement houdende: "Toewijzing van de vaste standplaatsen op het openbaar domein voor: 1. de verkoop van frites en gebak, voor de verkoop van consumptie-ijs en gebak 2. de verkoop van alle koopwaren, uitgezonderd voedingswaren en van voedingswaren in de omgeving van het Olympiapark ter gelegenheid van manifestaties in het Jan Breydelstation 3. de verkoop van Berlijnse Bollen op het strand van Zeebrugge" vanaf 1 maart 2014 te wijzigen in: Artikel 2. Artikel 2a5 toe te voegen met de tekst: "standplaats Zeedijk Zeebrugge, ter hoogte van de vaste trap". Artikel 3. Artikel 4a aan te vullen met de volgende tekst: 5. standplaats op de Zeedijk van Zeebrugge gedurende het zomerseizoen: 750,00 euro. Artikel 4. Artikel 4e aan te vullen met de volgende tekst: "... voor de verkoop van frites en ijs op de Zeedijk ter hoogte van de vaste trap vanaf 15 juni tot en met 31 augustus." Artikel 5. Deze wijzigingen treden in werking vanaf 1 maart 2014 voor onbepaalde termijn.
11
gemeenteraad 25 februari 2014
Dit reglement wordt naar de toezichthoudende overheid toegezonden.
12
Stedelijk onroerend patrimonium - kosteloze overname van gronden en infrastructuurwerken gelegen verkaveling Invalidenstraat te Sint-Kruis.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 12 betreft de kosteloze overname van gronden en infrastructuurwerken gelegen verkaveling Invalidenstraat te Sint-Kruis. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord?. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - Er zal worden overgegaan, voor openbaar nut, ter inlijving in het openbaar domein van de stad Brugge, jegens Joan Denoyel - Linda Meyers, Maalse Steenweg 456, te 8310 Brugge, tot de kosteloze verwerving van een oppervlakte grond, groot volgens meting 1.236 m², gelegen Invalidenstraat, te Sint-Kruis, bekend op het kadaster in de sectie D van de 19de afdeling, deel van perceel nummer 162Z4, zoals voorgesteld op voormeld metingsplan, alsook de kosteloze verwerving van de erop uitgevoerde infrastructuurwerken. Artikel 2. - Deze verwerving zal geschieden onder de voorwaarden opgenomen in het voorgelegde ontwerp van akte. Artikel 3. - De kosteloze verwerving van gronden voor wegenis wordt verwerkt via algemene rekening 220000000 en 15900000 via BI 011905 - RB 11905.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan de punten van schepen Hilde Decleer. 13
Stadsgebouwen - restaureren van de kiosk, Astridpark - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
Schepen Hilde Decleer. - In punt 13 wordt voorgesteld om de kiosk in het Astridpark te restaureren. De raming van de kostprijs bedraagt 215.999,52 euro en een wijze van gunnen is openbare aanbesteding. In het berek was er een vraag van collega Roelant, waarom er een stratigrafisch kleuronderzoek werd uitgevoerd. Dat was om de kleurensamenstelling na te gaan die oorspronkelijk gebruikt werd. Er waren ontwerpschetsen gekend van de kiosk, maar men was niet zeker of die kleuren ook effectief uitgevoerd waren. Men heeft ondertussen ook een materiaaltechnisch onderzoek uitgevoerd. Het is de bedoeling om de oorspronkelijke kleuren er terug op aan te brengen en die oorspronkelijke kleuren, die in alle aanwezige lagen teruggevonden werden, zijn groen, donkergeel en oker, lichtbruin en voor de onderzijde van het dak donkerbruin. Geen vragen? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het ontwerp tot het restaureren van de kiosk, Astridpark, wordt goedgekeurd. 2. De werken zullen gegund worden na een open aanbesteding. 3. Deze uitgaven, geraamd op 215.999,52 euro (btw inb.) voor de werken en op 2.607,29 euro (btw inb.) voor de aanstelling van de veiligheidscoördinator, samen geraamd op 218.606,81 euro (btw inb.), zullen benomen worden op beleidsitem BI011908, actie RBI011908, investeringsenveloppe INVRB02, rekening 27000007.
14
Stadsgebouwen - restaureren van het interieur van de Onze-Lieve-Vrouwekerk (fase 8: restaureren van het orgel instrument), Onze-Lieve-Vrouwekerkhof-Zuid ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
12
gemeenteraad 25 februari 2014
Schepen Hilde Decleer. - In punt 14 wordt gevraagd om goed te keuren dat wij het interieur van de Onze-Lieve-Vrouwekerk namelijk fase 8,het orgelinstrument, zullen restaureren. De raming bedraagt 463.247,93 euro of 560.530 euro met btw. Er zal een beperkte aanbesteding gebeuren in twee stappen, namelijk een open oproep tot kandidatuurstelling en dan een beperkte aanbesteding na de open oproep tot kandidatuurstelling. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Twee dingen hierover. Ik heb in het preadvies van onroerend erfgoed gelezen dat er nu wordt uitgegaan van een vergelijking met het orgel van Stalhille maar dat dit een heel hypothetische benadering is. En dat er tijdens de opvolging van de werken goed gekeken moet worden of dit een kloppende hypothese is. Dat is een beetje zacht verwoord maar ze tonen zich wat dit betreft toch bezorgd over de uitgangspunten van die restauratie. Ik vraag mij af, dit is dus mijn eerste vraag, of dit als criterium meegegeven zal worden in de gunning. En dan mijn tweede vraag. Ik kan mis zijn, maar ik denk dat er een fout staat. Er wordt ons gevraagd het volgende goed te keuren: de uitgaven geraamd op 560.530 euro btw inbegrepen. Maar als ik kijk naar de raming die toegevoegd is aan het dossier, dan zie ik dat die 560.530 euro waarvan sprake, btw exclusief is, en dat het dus 117.000 euro duurder is: de kostprijs btw inclusief bedraagt 678.000 euro. Volgens mij is het bedrag dat hier ter goedkeuring voorligt het verkeerde bedrag. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. – Ik was niet op het berek dus ik heb daar geen vraag over kunnen stellen. Maar ik had gewoon even willen weten, ik weet niet of u dit weet mevrouw, hoe de orgeldeskundige, een zekere mijnheer Braeckmans, geselecteerd geweest is. Dat had ik gewoon eens willen weten. De orgeldeskundige, een zekere mijnheer Braeckmans, hoe heeft men die persoon geselecteerd? Schepen Hilde Decleer. – Dat is gebeurd in samenwerking met de dienst monumentenzorg. Ik kan u daar eigenlijk niet op antwoorden. Raadslid Ann Soete. – Het was gewoon een vraag. Schepen Hilde Decleer. – Maar ik wil het u nog uitdrukkelijk laten weten, schriftelijk of mondeling. Raadslid Ann Soete. – Dat is goed, dank u. Schepen Hilde Decleer. – Ik zit hier ondertussen naar die raming te kijken en u hebt gelijk, mijnheer Roelant. De raming van die orgeldeskundige is in het totaal 678.000 euro. Ik zal het nog eens bekijken, misschien tijdens het verdere verloop. Raadslid Sammy Roelant. – Zal men het in die vorm kunnen goedkeuren? Want het ontwerp is verkeerd waarschijnlijk. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – We kunnen het aanpassen als het zo is. Schepen Hilde Decleer. - We kunnen het ook aanpassen voor een bedrag van 678.000 euro, het is een raming uiteindelijk. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? Schepen Hilde Decleer. - Akkoord om aan te passen volgens de raming? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het ontwerp tot het restaureren van het interieur van de Onze-Lieve-Vrouwekerk (fase 8: restaureren van het orgel instrument), Onze-Lieve-Vrouwekerkhof-Zuid, wordt goedgekeurd. 2. De werken zullen gegund worden na een beperkte aanbesteding die wordt uitgeschreven in twee stappen, nl. 1. open oproep tot kandidatuurstelling 2. beperkte aanbesteding na open oproep tot kandidatuurstelling.
13
gemeenteraad 25 februari 2014
Voor de veiligheidscoördinatie: veiligheidscoördinatie.
opname
in
de
lopende
overeenkomst
voor
de
3. De uitgaven, geraamd op 678.241,30 euro (btw inb.) voor de werken, op 10.191,48 euro (btw inb.) voor de veiligheidscoördinator, op 54.259,30 (btw inb.) voor de ontwerper, zijn voorzien in het meerjarenplan onder beleidsitem BI011908, actie RB011908, investeringsenveloppe INVRB02, rekening 27000007. 4. De restauratietoelage, geraamde op 596.852,34 (inclusief btw en kosten), zal ontvangen worden zoals voorzien in het meerjarenplan onder beleidsitem BI011908, actie RB011908, investeringsenveloppe INVRB02, rekening 15000000.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, punt 15. 15
Toerisme - uitbreiding politiereglement op het maken van rondritten en excursies met huurkoetsen, huurtrams en huurauto's met de categorie 'segways' goedkeuring.
Schepen Hilde Decleer. - Punt 15 betreft de uitbreiding van het politiereglement op het maken van rondritten en excursies met huurkoetsen, huurtrams, huurauto’s met de categorie segways. Het reglement wordt aangevuld met de toestemming voor vijfentwintig segways om ook in de stad rond te rijden. Het reglement gaat in op 1 maart 2014 en de huidige exploitant heeft drie maanden de tijd om zich in regel te stellen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord met deze uitbreiding? De Gemeenteraad, Besluit: om de voorgestelde aanpassingen aan de politieverordening op het maken van rondritten en excursies met huurkoetsen, huurtrams, huurauto's en huursegways als volgt goed te keuren: POLITIEVERORDENING OP HET MAKEN VAN RONDRITTEN EN EXCURSIES MET HUURKOETSEN, HUURTRAMS, HUURAUTO’S EN HUURSEGWAYS DEFINITIES Artikel 1. Voor de toepassing van deze politieverordening wordt verstaan onder: a) Rondrit: een rit met een voertuig door de stad langs een vast parcours met als doel één of meerdere passagiers de bezienswaardigheden van de stad te laten zien. b) Excursie: een rit met een voertuig of voortbewegingstoestel door de stad langs een willekeurig parcours met als doel één of meerdere passagiers te vervoeren of te begeleiden en waarbij om het even waar halt wordt gehouden (o.a. om de passagiers te laten in- en uitstappen). c) Huurkoets: een rijtuig dat door hoogstens twee paarden wordt getrokken en dat plaats biedt aan maximaal zeven personen, waarvan één op de bok, de koetsier niet inbegrepen. De huurkoets heeft zijn standplaats op de openbare weg en staat ter beschikking van het publiek om er een rondrit mee te maken. d) Huurtram: een rijtuig dat door hoogstens twee paarden wordt getrokken, plaats biedt aan maximaal twintig personen, de koetsier niet inbegrepen. De huurtram heeft zijn standplaats op privéterrein en staat ter beschikking van het publiek om er een excursie mee te maken. e) Huurauto: een motorvoertuig dat plaats biedt aan maximaal twintig personen, de bestuurder niet inbegrepen, dat niet onder het decreet van 20 april 2001 valt betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg. De huurauto heeft zijn standplaats op de openbare weg en staat ter beschikking van het publiek om er een rondrit mee te maken. f)
Huursegway: een voortbewegingstoestel met elektrische motor zoals gedefinieerd in art. 2.15.2 van het KB van 1 december 1975. De huursegway heeft zijn standplaats op privéterrein en staat ter beschikking van het publiek om er een begeleide excursie op de
14
gemeenteraad 25 februari 2014
rijweg mee te maken, nadat er voordien een oefensessie van 10 à 15 minuten heeft plaatsgehad op openbaar terrein. DE EXPLOITATIEVERGUNNING VOOR RONDRITTEN EN EXCURSIES IN DE STAD Artikel 2. § 1. Niemand mag zonder vergunning rondritten of excursies in de stad exploiteren. Deze vergunning is noodzakelijk ten behoeve van de openbare orde, rust en veiligheid in de stad en moet voorafgaand en schriftelijk door de burgemeester afgeleverd worden. Zulke vergunning is vereist voor elke huurkoets, huurtram, huurauto en huursegway die voor het inrichten van rondritten of excursies wordt ingezet. § 2. Een exploitatievergunning wordt slechts afgeleverd indien uit onderzoek is gebleken dat de aanvrager: a) voldoende zedelijke waarborgen biedt b) beroepsbekwaam is c) solvabel is d) een verzekering heeft afgesloten waardoor de burgerlijke aansprakelijkheid van de exploitant en de koetsiers, bestuurders en begeleiders waarop hij een beroep doet, gedekt is voor de gehele periode waarvoor de vergunning wordt aangevraagd. Indien de aanvrager een rechtspersoon is, dient (of dienen) de natuurlijke persoon (of personen) die het dagelijks beheer van de exploitatie uitoefent (of uitoefenen) aan bovenstaande voorwaarden te voldoen. § 3. Het model van de exploitatievergunning wordt door de burgemeester bepaald. De exploitatievergunning vermeldt minstens:de identiteitsgegevens van de exploitant 1) het aantal voertuigen of voortbewegingstoestellen bestemd voor de exploitatie 2) voor elk voertuig of voortbewegingstoestel de categorie (huurkoets, huurtram, huurauto of huursegway) en de categorie van de ritten (rondrit of excursie) waarvoor de vergunning wordt verleend 3) het inschrijvingsnummer (of nummers) dat aan de exploitant wordt toegekend. Artikel 3. Het aantal vergunningen dat kan worden verleend wordt beperkt tot 13 voor het maken van rondritten met een huurkoets, 3 voor het maken van excursies met een huurtram, 3 voor het maken van rondritten met een huurauto en 25 voor het maken van excursies met een huursegway. De beperking van het aantal vergunningen is noodzakelijk omwille van openbare orde, rust en verkeersveiligheid. Artikel 4. § 1. De door de burgemeester afgeleverde vergunning geldt voor vijf kalenderjaren en kan, onder dezelfde voorwaarden als die waaronder een eerste vergunning kan worden verleend, onbeperkt worden verlengd, telkens voor de duur van vijf jaar. § 2. Een eerste exploitatievergunning echter wordt toegekend voor de duur van één jaar, zodat de beroepsbekwaamheid van de exploitant kan worden getest. Bij positieve evaluatie kan na dat eerste jaar de vergunning onbeperkt worden verlengd, onder dezelfde voorwaarden als die waaronder een eerste vergunning kan worden verleend, telkens voor de duur van vijf jaar. Bij negatieve evaluatie kan de vrijgekomen plaats worden ingenomen zoals bepaald in art. 4 § 1. § 3. De vergunning kan ook voor een kortere periode worden verleend of verlengd, indien bijzondere omstandigheden dit wettigen. In dit geval moeten de uitzonderlijke omstandigheden worden vermeld in de beslissing waarbij de vergunning wordt verleend of verlengd. Artikel 5. § 1. De vergunning - of de verlenging ervan - moet door de exploitant worden aangevraagd via een formulier dat hij op eenvoudige aanvraag kosteloos kan verkrijgen. Het model van het formulier wordt door de burgemeester bepaald.
15
gemeenteraad 25 februari 2014
Het volledig ingevulde, gedateerde en ondertekende aanvraagformulier moet vergezeld zijn van: 1) een kopie van de identiteitskaart 2) een getuigschrift van goed zedelijk gedrag van hoogstens één maand oud op naam van de exploitant. Indien de exploitant een rechtspersoon is moet het getuigschrift de persoon of personen betreffen die het dagelijks beheer uitoefenen. Bij de aanvraag moet een notariële akte of een uittreksel uit het Belgisch Staatsblad worden gevoegd waaruit zulks blijkt. 3) een attest van de zelfstandigenkas waaruit blijkt dat de exploitant zijn RSZ-bijdragen correct heeft betaald. 4) een uittreksel van de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) met de gegevens van de onderneming, w.o. het ondernemingsnummer. 5) een fiscaal attest waaruit blijkt dat de exploitant zijn belastingplichten is nagekomen. 6) een attest van aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds. 7) een bewijs dat de burgerlijke aansprakelijkheid van de exploitant en de koetsiers, bestuurders of begeleiders gedekt is voor de gehele periode waarvoor de vergunning wordt aangevraagd. Aangezien de vergunning toegekend wordt voor de duur van 5 jaar, moet het bewijs B.A. vanaf het tweede tot het vijfde jaar ingediend worden voor 31 oktober van elk jaar. § 2. Het volledig ingevulde en van alle nodige documenten vergezelde aanvraagformulier moet worden ingediend tussen 1 september en 31 oktober, voorafgaand aan de periode waarvoor de vergunning wordt aangevraagd. § 3. De burgemeester bepaalt de manier waarop het aanvraagformulier moet worden ingediend en de regels volgens dewelke de datum van indiening wordt bepaald. Artikel 6. § 1. Een vergunning, of de verlenging ervan, kan enkel worden geweigerd indien de aanvrager niet aan de voorwaarden voldoet of indien het maximale aantal vergunningen reeds is verleend. § 2. Indien er meer aanvragen worden ingediend en conform bevonden dan het maximum aantal, bepaald in art. 3, worden in eerste instantie de verlengingen van bestaande vergunningen verleend. Vervolgens komen de aanvragen voor een nieuwe vergunning aan de beurt volgens hun datum van indiening. § 3. Indien een verleende vergunning komt te vervallen, kan de burgemeester beslissen de vrijgekomen plaats al dan niet nog voor het lopende kalenderjaar te vergunnen. Indien de burgemeester daartoe beslist, wordt zulke vergunning verleend volgens de principes die in de vorige paragrafen zijn vermeld. Artikel 7. De vergunning is persoonlijk en onoverdraagbaar. Artikel 8. De beslissing waarbij de vergunning al dan niet wordt toegekend of verlengd, wordt aan de aanvrager per aangetekend schrijven betekend. Dat gebeurt binnen de zestig dagen na afsluiting van de aanvraagtermijn. Indien binnen deze termijn geen beslissing aan de aanvrager is betekend, wordt de gevraagde vergunning geacht van rechtswege te zijn verleend. DE TOELATING TOT HET MAKEN VAN RONDRITTEN EN EXCURSIES Artikel 9. § 1. Niemand mag als koetsier van een huurkoets of huurtram of als bestuurder van een huurauto of als begeleider van een huursegway rondritten of excursies maken, zonder in het bezit te zijn van een door de burgemeester afgeleverde toelating. § 2. Zulke koetsiers-, bestuurders- of begeleiderstoelating wordt enkel verleend aan de kandidaat die
16
gemeenteraad 25 februari 2014
1) minstens 18 jaar oud is 2) voldoende zedelijke waarborgen biedt 3) lichamelijk geschikt is voor het uitvoeren of begeleiden van rondritten en/of excursies (overeenkomstig de in deze verordening bepaalde voorwaarden) 4) wat de kandidaat-koetsier en kandidaat-begeleider betreft: over minstens een theoretisch rijbewijs of een attest tot het besturen van een bromfiets klasse B beschikt en in het geval van koetsier in staat is paard en koets te mennen en er alle manoeuvres mee uit te voeren 5) wat de kandidaat-bestuurder betreft: over een rijbewijs beschikt en voldoet aan de vigerende wetgeving terzake. § 3. Het model van de toelating wordt door de burgemeester bepaald. De toelating vermeldt minstens de identiteit van de titularis en de periode waarvoor zij is afgeleverd. Artikel 10. De door de burgemeester afgeleverde koetsiers-, bestuurders- of begeleiderstoelating geldt voor één kalenderjaar en kan onbeperkt voor eenzelfde periode worden verlengd, onder dezelfde voorwaarden als die waaronder een eerste toelating kan worden verleend. Artikel 11. § 1. De toelating, of de verlenging ervan, moet door de kandidaat koetsier of –bestuurder of –begeleider worden aangevraagd via een speciaal formulier dat hij op eenvoudig verzoek kosteloos kan verkrijgen en waarvan het model door de burgemeester wordt bepaald. Het volledig ingevulde, gedateerde en ondertekende aanvraagformulier moet vergezeld zijn van: 1) een kopie van de identiteitskaart 2) een getuigschrift van goed zedelijk gedrag van hoogstens één maand oud en op naam van de aanvrager 3) een medisch attest van ten hoogste één maand oud, waarin een geneesheer bevestigt dat de aanvrager in goede gezondheid verkeert en geschikt is voor het uitvoeren van rondritten en/of excursies 4) een kopie van het rijbewijs of een kopie van het attest tot het besturen van een bromfiets klasse B. § 2. De burgemeester bepaalt de wijze waarop het aanvraagformulier moet worden ingediend en de regels volgens dewelke de datum van indiening wordt bepaald. Artikel 12. De toelating kan de aanvrager enkel worden geweigerd wanneer hij of zij niet voldoet aan de voorwaarden zoals ze in deze verordening werden gesteld. Artikel 13. De bekomen toelating is strikt persoonlijk en kan op geen enkele manier aan iemand anders worden overgedragen. Artikel 14. De beslissing waarbij de toelating al dan niet wordt toegekend of verlengd, wordt aan de aanvrager per aangetekend schrijven betekend binnen de zestig kalenderdagen nadat hij of zij de aanvraag heeft ingediend. Indien binnen deze termijn geen beslissing aan de aanvrager is betekend, wordt de gevraagde toelating van rechtswege geacht hem of haar te zijn verleend. DE HUURKOETSEN, HUURTRAMS, HUURAUTO’S EN HUURSEGWAYS Artikel 15. § 1. De huurkoetsen, huurtrams, huurauto’s en huursegways moeten steeds voldoen aan de geldende wetten en reglementen, in het bijzonder aan de voorschriften van de verkeerswetgeving en verkeersreglementering. Hun constructie en uitrusting mogen geen
17
gemeenteraad 25 februari 2014
gevaar opleveren voor de veiligheid van inzittenden, gebruikers of van derden. Zij moeten ook steeds goed onderhouden en proper zijn. § 2. De wielen van de huurkoetsen en huurtrams moeten op het loopvlak voorzien zijn van rubber beslag, maar mogen geen luchtbanden hebben. Artikel 16. Op de huurkoetsen en huurtrams moet aan weerszijden van de bok en goed zichtbaar het inschrijvingsnummer worden aangebracht. Dat inschrijvingsnummer wordt toegekend in de vergunning. Bij de huurauto’s wordt dit inschrijvingsnummer aangebracht in de rechterbovenhoek (gezien in de normale rijrichting) van de voor- en achterruit. Bij de huursegways wordt het inschrijvingsnummer duidelijk leesbaar aangebracht met een sticker op het spatbord. Artikel 17. De huurkoetsen en huurtrams moeten steeds voorzien zijn van een volledig dicht recipiënt voor de opvang van de uitwerpselen van de paarden. Artikel 18. Elk paard dat voor het maken van rondritten of excursies wordt ingezet, moet identificeerbaar zijn conform het KB d.d. 16 juni 2005 en latere wijzigingen betreffende de identificatie en encodering van paardachtigen. Dit houdt in: een microchip, een erkend paspoort met grafisch signalement en medicatiedocument, en registratie in de centrale databank. De uitbater dient uiterlijk op de dag dat het paard ingezet wordt volgende documenten in te dienen: 1) officiële naam 2) chipnummer 3) kopie van het paspoort medicatiegegevens)
(met
grafisch
signalement,
alle
vaccinatie-
en
4) kopie van het mutatiedocument. Artikel 19. § 1. Zieke of voor de dienst ongeschikte paarden mogen niet ingespannen worden. Voor elk paard dat voor het maken van rondritten of excursies wordt ingezet, moet tegen uiterlijk 1 april een attest, afgeleverd door een dierenarts, worden ingediend. Dat attest mag ten hoogste 1 maand oud zijn en moet volgende gegevens bevatten: het geïdentificeerde paard (naam en chipnummer) verkeert in goede gezondheid het paard is vrij van parasieten of heeft recentelijk een antiparasitaire behandeling ondergaan het dier is afdoende gevaccineerd tegen griep en rhinopneumonie, zoals vermeld door de dierenarts in zijn originele paspoort en het is geschikt om te worden ingezet voor het maken van rondritten of excursies volgens de voorwaarden, bepaald in deze verordening. Voor de paarden die voor het eerst na 1 april worden ingezet, moet men het attest indienen binnen de twee maanden nadat zij voor het eerst werden ingezet. § 2. Elke exploitant of koetsier moet ten allen tijde toelaten dat de paarden die op dat ogenblik worden ingezet, door een dierenarts worden onderzocht. De dierenarts, die door de burgemeester is aangesteld, stelt van zijn bevindingen een verslag op voor de burgemeester. § 3. Indien de door de burgemeester aangestelde dierenarts oordeelt dat het door hem onderzochte paard niet in goede gezondheid verkeert, niet geschikt is om te worden ingezet voor het maken van rondritten of excursies of indien hij vaststelt dat er een bedreiging is voor het fysieke welzijn van het paard, deelt hij zijn bevindingen en verslag onverwijld mee aan de burgemeester. In dat geval wordt het verslag onmiddellijk meegedeeld aan de exploitant. Die kan, als hij dat wenst, een tegenonderzoek laten verrichten door een dierenarts van zijn keuze.
18
gemeenteraad 25 februari 2014
§ 4. Indien de exploitant een tegenonderzoek wenst, deelt hij dit onmiddellijk mee aan de burgemeester, zodat deze de nodige schikkingen kan treffen. Bij dit tegenonderzoek zal een dierenarts, door de burgemeester aangesteld, aanwezig zijn. Deze stelt een (aanvullend) verslag op voor de burgemeester. Artikel 20. § 1. De paarden die voor het maken van rondritten of excursies worden ingezet, mogen maximaal acht uren per dag effectief werken. Daarbij geldt dat: a. tijdens rondritten tien minuten halt wordt gehouden op de stopplaats aan het Begijnhof b. tijdens excursies na elk gereden uur een kwartier rust wordt ingelast c. de rust- en wachttijden niet als werktijd in aanmerking worden genomen. § 2. In beide gevallen moeten de paarden tijdens hun rustperiodes zoveel mogelijk worden beschermd tegen al te felle zon en moeten ze de gelegenheid krijgen vers en koel water te drinken. § 3. Elk paard dat voor het maken van rondritten of excursies wordt ingezet, moet - voor elke dag dat het werkt - twee dagen rust krijgen. Hiervan kan men enkel afwijken in bijzondere en tijdelijke omstandigheden en zonder dat daarbij het welzijn van het paard in gevaar wordt gebracht. Onder "bijzondere en tijdelijke omstandigheden" wordt verstaan: de opleiding van het paard tot koetsenpaard redenen die te maken hebben met het dresseren van het paard het tijdelijk opvangen van een ziek of niet-inzetbaar paard. In elk geval mag een paard niet langer dan drie opeenvolgende dagen worden ingezet, tenzij wanneer de behandelende dierenarts voor het welzijn van het paard andere instructies heeft gegeven. Artikel 21. Huurkoetsen moeten worden getrokken door één of twee rijpaarden met een schofthoogte van minimum 147 cm en een gewicht van minimum 450 kg. Huurtrams moeten worden getrokken door hetzij minstens één trekpaard met een gewicht van minimum 750 kg, hetzij twee rijpaarden met een schofthoogte van minimum 147 cm en een gewicht van minimum 450 kg. Artikel 22. § 1. Wanneer men met huurkoetsen of huurtrams rijdt na zonsondergang, moeten de paarden aan hun benen voorzien zijn van reflecterende banden. Daarnaast moet men uiteraard de verkeerswetgeving en verkeersreglementering terzake respecteren. § 2. Elke begeleider en elke bestuurder van de huursegway moet tijdens de rondrit of excursie steeds een fluo-hesje dragen, zowel overdag als na zonsondergang. § 3. Wanneer de huursegways rijden na zonsondergang moeten zij voorzien zijn van verlichting vooraan en achteraan overeenkomstig de verkeersreglementering. Daarnaast moet men uiteraard de verkeerswetgeving en verkeersreglementering terzake respecteren. Artikel 23. Zonder bijzondere toelating van de burgemeester is het verboden enige publiciteit te voeren of aan te brengen op de huurkoetsen, huurtrams, huurauto’s en huursegways. De koetsier, bestuurder of begeleider mag tijdens zijn commentaar geen publiciteit maken voor handelszaken of privé-initiatieven. HET MAKEN VAN RONDRITTEN OF EXCURSIES Artikel 24. De burgemeester bepaalt de uren waarop rondritten en excursies mogen worden gemaakt. Artikel 25.
19
gemeenteraad 25 februari 2014
§ 1. Rondritten beginnen en eindigen op de plaatsen op de openbare weg die door de burgemeester bepaald worden en volgen het traject dat eveneens door de burgemeester bepaald wordt. § 2. De burgemeester bepaalt tevens één of meerdere alternatieve plaatsen en trajecten die moeten worden gebruikt, respectievelijk gevolgd wanneer wegens gebeurlijke manifestaties of andere omstandigheden de normale standplaats niet kan worden gebruikt en/of het normale traject niet geheel kan worden gevolgd. § 3. Enkel in geval van overmacht, ingevolge een bijzonder besluit van de burgemeester of op bevel van de politie mag worden afgeweken van het traject dat normaal moet worden gevolgd (overeenkomstig § 1 en 2 van dit artikel). Artikel 26. § 1. De huurkoetsen moeten op de standplaats worden opgesteld in volgorde van aankomst en op de door de burgemeester bepaalde wijze. De ritten moeten in een beurtrol worden uitgevoerd, tenzij de klant uitdrukkelijk te kennen geeft een andere huurkoets te willen. De huurauto's moeten op de standplaatsen worden opgesteld op de door de burgemeester bepaalde wijze. § 2. De koetsiers en bestuurders mogen daarbij de andere weggebruikers niet onnodig hinderen. Artikel 26 bis. § 1. Bij excursies van huursegways worden de groepen beperkt tot max. 8 segways, begeleiders inbegrepen. § 2. De excursies van de huursegways volgen steeds de rijrichting voor het gemotoriseerd verkeer. Het is dus tijdens excursies van huursegways verboden tegen de toegelaten rijrichting van het gemotoriseerd verkeer in te rijden. § 3. De begeleider van de excursie beschikt niet over de bevoegdheid van een gemachtigd opzichter of wegkapitein, cfr. de wegcode. De begeleider mag het overige verkeer niet ophouden of regelen in functie van de doortocht van de excursie of rondrit. § 4. Onverminderd de bepalingen van art. 33 is het verboden voor de huursegways om zich stilstaand op de rijbaan op te houden voor het nemen van foto’s of het aanhoren van de uitleg van de begeleider. Artikel 27. In de voetgangerszones, verkeersarme en/of verkeersluwe gedeelten van het traject, bepaald door de burgemeester of door de geldende verkeerssignalisatie, moeten de huurkoetsen, huurauto’s en huursegways stapvoets rijden. Dat geldt ook voor andere gedeelten van het traject waar de talrijke zwakke weggebruikers op of langs de rijbaan het risico op aanrijdingen verhogen. Artikel 28. De koetsiers mogen hun huurkoets of huurtram onder geen enkel beding onbeheerd achterlaten. Zij mogen hun rijtuig enkel laten bewaken of mennen door: a.
collega-koetsiers die over een geldige koetsierstoelating beschikken
b.
kandidaat-koetsiers in opleiding (in dat geval moeten ze vergezeld zijn van de koetsier die de opleiding geeft)
c.
de eigenaar van het paard (wanneer het gaat om paarden die op proef worden gereden)
Artikel 29. § 1. De koetsier, bestuurder of begeleider dient te waken over de veiligheid van de vervoerde passagiers, o.a. bij het in- en uitstappen. § 2. Hij of zij dient eveneens te waken over het gedrag van de passagiers. Hun gedrag mag de openbare orde, rust en veiligheid niet verstoren en zij mogen geen lawaaihinder veroorzaken. Indien de passagiers niet luisteren naar de aanmaning van de koetsier, bestuurder of begeleider en indien de verstoring blijft duren, dan moet de rondrit of excursie worden beëindigd en rijdt men terug naar de vertrekplaats. In dat geval kunnen de passagiers geen aanspraak maken op terugbetaling van hun ticket.
20
gemeenteraad 25 februari 2014
§ 3. Personen die kennelijk onder invloed zijn van drank of drugs, moeten door de koetsiers, bestuurders en begeleiders als klant worden geweigerd. Artikel 30. De koetsiers, bestuurders en begeleiders moeten zich zowel tegenover hun klanten als tegenover anderen correct en beleefd gedragen. In het verkeer moeten zij zich ten allen tijde hoffelijk opstellen. In het bijzonder mogen zij geen lawaaihinder veroorzaken, o.m. door niet luider te spreken dan nodig is. Verder mogen de koetsiers, bestuurders en begeleiders tijdens het mennen of sturen niet roken, noch gebruik maken van audio-visuele toepassingen (GSM, IPod, …). Artikel 31. Bijzondere aandacht moet gaan naar het naleven van de vigerende wetgeving inzake lawaaien milieuhinder. Dat wil zeggen dat: 1) de standplaats en de plaatsen waar men op het traject halt houdt, proper worden gehouden 2) de rijtuigen niet op de openbare weg gereinigd mogen worden, met uitzondering van het sponzen en zemen van de koetsen na een regenbui (evenwel zonder gebruik van detergenten) 3) geen mest of andere vaste stoffen in de straatkolken mogen worden gedeponeerd, en ook niet op andere plaatsen vanwaar ze in het rioleringsstelsel terecht kunnen komen 4) de nodige maatregelen moeten worden genomen om de buurt langs het traject niet te hinderen door geluid of trillingen die de wettelijke normen overschrijden 5) gebruik moet worden gemaakt van alle technische en andere middelen om deze doeleinden te bereiken (eventueel kan de burgemeester nog nadere regels bepalen). Artikel 32. Tijdens de rondritten en excursies wordt aan de passagiers een historisch verantwoorde uitleg gegeven over de bezienswaardigheden van de stad, tenzij de passagier(s) uitdrukkelijk te kennen geeft (geven) dit niet te wensen. Te dien einde stelt de stad een tekst in het Nederlands, Frans, Engels, Duits en Spaans ter beschikking en kan aan de koetsiers, bestuurders en begeleiders gevraagd worden regelmatig gegeven opleidingen te volgen ter verbetering van de kwaliteit van de aangeboden dienstverlening. Artikel 33. De exploitanten, hun koetsiers, bestuurders en begeleiders mogen geen klanten ronselen op de standplaatsen of enige andere openbare plaats. Ze mogen ook geen beroep doen op andere personen om klanten te ronselen onder het publiek. Artikel 34. De koetsiers, bestuurders en begeleiders moeten netjes gekleed gaan en mogen geen aanstoot geven. Daarbij moeten de koetsiers een bolhoed of strohoed dragen en een regencape, tenzij de weersomstandigheden anders wettigen (bv. muts bij extreme koude; polohemdje in de zomer, …). De burgemeester kan nadere voorwaarden inzake kledij opleggen. Artikel 35. De koetsiers, bestuurders en begeleiders moeten achtergelaten voorwerpen onmiddellijk aan de eigenaar teruggeven of uiterlijk de volgende dag op het dichtstbijzijnde politiekantoor afgeven. Artikel 36. De koetsiers, bestuurders en begeleiders moeten volgende documenten steeds bij zich hebben en op eerste verzoek kunnen voorleggen: 1) een exemplaar van deze verordening 2) een afschrift van de exploitatievergunning voor de huurkoets, huurtram, huurauto of huursegway
21
gemeenteraad 25 februari 2014
3) een afschrift van zijn of haar koetsiers-, bestuurders- of begeleiderstoelating 4) een lijst van de ingezette paarden van de uitbater voor wie men rijdt, met naam van het paard, het chipnummer en kopie van het grafische signalement uit het originele paspoort. De originele documenten zijn steeds ter beschikking op de uitbatingszetel. Artikel 36 bis. De zaakvoerder en/of begeleider van de huursegways moet minstens 1 maand een register bijhouden welke persoon met welke segway heeft gereden. Dit om het onderscheid te kunnen maken tussen de burgerlijke aansprakelijkheid bij de zaakvoerder en de strafrechterlijke aansprakelijkheid van de bestuurder bij klachten over het gedrag van huursegways op de rijweg (die herkenbaar zijn aan het opgelegde inschrijvingsnummer). Artikel 37. De koetsiers, bestuurders en begeleiders moeten de bevelen van de politie en van de bevoegde ambtenaren onmiddellijk en stipt naleven. TARIEVEN Artikel 38. De gemeenteraad stelt het tarief vast voor de rondritten. In dit tarief zijn alle lasten en taksen inbegrepen, inclusief de historisch verantwoorde uitleg tijdens de rondrit. Artikel 39. De officiële tariefkaart moet bij de huurkoetsen aan weerszijden van de bok worden aangebracht. Bij de huurauto’s in de rechterbovenhoek van de voor- en achterruit. Artikel 40. Er mag geen enkele meerprijs of fooi gevraagd worden bovenop het vastgestelde tarief. In of op het rijtuig mag ook geen enkele tekst of aanduiding staan die rechtstreeks of onrechtstreeks uitnodigt tot het geven van een fooi. BIJZONDERE BEPALINGEN Artikel 41. De burgemeester kan rondritten en/of excursies geheel of gedeeltelijk verbieden of hij kan bijzondere voorwaarden bepalen, naar aanleiding van om het even welke omstandigheid of gebeurtenis in het belang van de openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid. De exploitanten, koetsiers, bestuurders en begeleiders kunnen hiervoor geen aanspraak maken op schadevergoeding. Artikel 42. De exploitanten moeten erop toezien dat hun koetsiers, bestuurders en begeleiders voldoen aan de voorwaarden van art. 9, §1 en 2 en dat zij de bepalingen van deze verordening in alle opzichten naleven. TOEZICHT EN SANCTIES Artikel 43. Overtredingen van deze verordening worden opgespoord en vastgesteld door de politie en door bevoegde ambtenaren. Artikel 44. Het college van burgemeester en schepenen kan de vergunning tot het maken van rondritten of excursies voor één of meerdere rijtuigen of voortbewegingstoestellen tijdelijk schorsen of in ernstige gevallen zelfs definitief intrekken, wanneer a) de exploitant niet langer aan de gestelde voorwaarden in deze verordening voldoet b) de bepalingen van deze verordening niet naleeft c) een beroep doet op koetsiers, bestuurders of begeleiders die niet (meer) aan de voorwaarden in deze verordening voldoen d) de exploitant niet (afdoende) optreedt tegen koetsiers, bestuurders of begeleiders die de voorschriften van deze verordening niet naleven
22
gemeenteraad 25 februari 2014
Artikel 45. Het college van burgemeester en schepenen kan de toelating van een koetsier, bestuurder of begeleider tijdelijk schorsen of in ernstige gevallen zelfs definitief intrekken. Het college kan dat doen wanneer de koetsier, bestuurder of begeleider niet langer voldoet aan de voorwaarden in deze verordening bepaald, of wanneer hij of zij de bepalingen ervan niet naleeft. Artikel 46. Alle nodige maatregelen kunnen worden genomen om de opgelegde sancties te doen eerbiedigen. Indien een tijdelijke schorsing niet wordt geëerbiedigd, kan het college van burgemeester en schepenen reeds om die reden overgaan tot definitieve intrekking. Artikel 47. Er staat een gevangenisstraf van één tot zeven dagen en/of een geldboete zoals bepaald in art. 38 van het Strafwetboek op het exploiteren of het maken van rondritten of excursies zonder te beschikken over de door deze verordening vereiste vergunning resp. toelating. DATUM VAN INWERKINGTREDING EN OVERGANGSBEPALINGEN Artikel 48. Deze verordening vervangt met ingang van 1 maart 2014 de politieverordening betreffende het inrichten van rondritten en excursies met huurkoetsen, huurtrams en huurauto's, zoals hervastgesteld in de gemeenteraadszitting van 25 mei 2010, gewijzigd 18 december 2012. De aanvragen voor nieuwe exploitatievergunningen en begeleiderstoelatingen voor huursegways kunnen een eerste keer worden ingediend vanaf de inwerkingtreding van deze politieverordening. De aanvragers hebben vanaf de inwerkingtreding 3 maanden de tijd om hun aanvraag in te dienen. Daarna gebeurt hun gebeurlijke verlenging volgens de regeling zoals beschreven in deze verordening. Aldus vastgesteld in de gemeenteraad in zitting van 25 februari 2014. Namens de gemeenteraad: De Secretaris, Get. Johan COENS
De Voorzitter, get. André VAN NIEUWKERKE
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. De punten van schepen Jos Demarest. Mijnheer de schepen. 16
Personeel - rechtspositieregeling betreffende bijlage I ivm de specifieke vereisten bij aanwerving van een jurist voor de dienst ruimtelijke ordening - aanpassing.
Schepen Jos Demarest. - Goede avond. Het eerste punt heeft te maken met de aanpassing van de rechtspositieregeling in functie van specifieke vereisten bij de aanwerving van een jurist voor de dienst ruimtelijke ordening. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: De rechtspositieregeling voor het personeel van de stad Brugge, zoals die is vastgelegd bij gemeenteraadsbesluit van 24 november 2008 en latere wijzigingen, wordt als volgt aangevuld wat betreft de specifieke vereisten bij aanwerving (bijlage I van de rechtspositieregeling): Bijlage I - specifieke aanwervingsvereisten: Jurist (A4a-A4b) houder zijn van een diploma licentiaat of master in de rechten, aangevuld met ten minste 5 jaar relevante ervaring in het vakgebied ruimtelijke ordening en minstens ook 2 jaar ervaring hebben met pleiten van dossiers voor administratieve rechtscolleges of de rechtbank in de materie ruimtelijke ordening.
23
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Het volgende. 17
Personeel - rechtspositieregeling artikel 17 betreffende niveau- en capaciteitstest en rechtspositieregeling artikel 151 en 154 betreffende ontslag statutair personeelslid op proef bij 3 maanden afwezigheid - aanpassing nav het besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012
Schepen Jos Demarest. - Het volgende heeft te maken met artikel 17, betreffende de niveau- en capaciteitstest en de artikelen 151 en 154 betreffende het ontslag van een statutair personeelslid op proef bij drie maanden afwezigheid. Het gaat om een aanpassing van de rechtspositieregeling ingevolge het besluit van de Vlaamse regering van november 2012 En hier moeten we ook nog een aantal administratieve zaken aanpassen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: De rechtspositieregeling voor de personeelsleden van stad Brugge wordt als volgt aangepast: Artikel 17 De raad kan bepalen dat kandidaten die niet voldoen aan de diplomavereiste die als aanwervingsvoorwaarde geldt voor de functies van niveau A, B en C, in aanmerking komen voor aanwerving. Die afwijking van de diplomavereiste is uitzonderlijk en op grond van vooraf vastgestelde, objectieve criteria, mogelijk als de functie noch op basis van de functieomschrijving, noch krachtens een reglementering van de hogere overheid een diploma vergt. Voor de toepassing van het eerste lid komt een kandidaat die niet over het vereist diploma beschikt, in aanmerking als hij, ofwel: 1. voldoet aan een vereiste inzake relevante beroepservaring en slaagt voor een niveau- of capaciteitstest 2. beschikt over een op de functie afgestemd ervaringsbewijs, uitgereikt overeenkomstig de Vlaamse regelgeving over de titels van beroepsbekwaamheid 3. beschikt over een op de functie afgestemd attest van een beroepsopleiding die hij gevolgd heeft bij een door de Vlaamse regering erkende instelling voor beroepsopleiding. In voorkomend geval beslist de aanstellende overheid voor de vacantverklaring van de functie of de kandidaten die niet aan de diplomavereiste beantwoorden in aanmerking komen voor aanwerving. De kandidaat die een attest of getuigschrift voorlegt waaruit blijkt dat hij voor dezelfde of voor een vergelijkbare functie bij dezelfde of bij een andere overheid al eerder geslaagd is voor een niveau- of capaciteitstest behoudt het gunstige resultaat daarvan en wordt vrijgesteld van een nieuwe deelname aan een niveau- of capaciteitstest. De maximale duur van de vrijstelling bedraagt 3 jaar. De beslissing om geen diplomavereiste op te leggen, moet steunen op objectieve criteria, zoals: a. gegevens van de regionale overheid over schaarste op de arbeidsmarkt om bepaalde betrekkingen te vervullen b. cijfergegevens die de ondervertegenwoordiging in de plaatselijke tewerkstelling aantonen van bepaalde, in de tewerkstellingsmaatregelen van de hogere overheden genoemde kansengroepen in relatie tot regionale indicatoren over de aanwezigheid van die kansengroepen in de werkloosheid c.
bepaalde functiespecifieke criteria.
Artikel 151 De volgende zaken geven aanleiding tot de definitieve ambtsneerlegging van het statutaire personeelslid op proef: 1° het vrijwillige ontslag
24
gemeenteraad 25 februari 2014
2° de definitief vastgestelde beroepsongeschiktheid naar aanleiding van het evaluatieresultaat ongunstig voor de eindevaluatie van de proeftijd zoals vermeld in artikel 55, of voor de tussentijdse evaluatie in de proeftijd, vermeld in artikel 53. Het statutaire personeelslid op proef dat tijdens de proeftijd na aanwerving in totaal gedurende 3 maanden afwezig is wegens ziekte of invaliditeit, kan ontslagen worden. Van de proeftijd maakt ook de eventuele verlenging van de proeftijd deel uit. De beslissing om over te gaan tot ontslag wordt genomen door de aanstellende overheid. Artikel 154 Het statutaire personeelslid op proef dat wordt ontslagen wegens definitief vastgestelde beroepsongeschiktheid heeft 1° een opzeggingstermijn van 3 maanden als het 5 jaar of minder in dienst is bij het bestuur 2° ongeacht de hoogte van het loon, een opzeggingstermijn van 3 maanden per periode van 5 jaar van de totale dienst. Het ontslag wordt met een aangetekende brief, die de datum van uitwerking vermeldt, betekend. De raad stelt de regels vast voor het ontslag wegens ziekte of invaliditeit, vermeld in artikel 151, rekening houdend met de totale duur van de proeftijd. Het ontslag wordt met een aangetekende brief, die de datum van uitwerking vermeldt, betekend.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 18. 18
Personeel - rechtspositieregeling artikel 253, 259, 263 en 271 betreffende de mogelijkheid om het werk halftijds te hervatten na ziekte bij uitputting van de ziektekredietdagen - aanpassing.
Schepen Jos Demarest. – Punt 18 heeft te maken met de aanpassing van een aantal artikels om te maken dat de mogelijkheid bestaat om halftijds het werk te hervatten na ziekte. Er is een uitbreiding van die mogelijkheid ten opzichte van de huidige situatie. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. – Goede avond, geachte college, geacht collega’s, geacht publiek. Deze wijziging van de rechtspositieregeling ontsnapte niet aan onze aandacht. Het is inderdaad zo dat het stadsbestuur hier een speciaal soort betaald verlof uitgedokterd heeft, ten belope van maximaal negentig kalenderdagen, voor iemand die bij uitputting van de ziektekredietdagen halftijds terug komt werken. Nota bene ter informatie: jaarlijks bouwt men aan de overheid 21 ziektekredietdagen op per prestatiekalenderjaar. Tijdens die negentig dagen, die men hier dus uitvindt in de stad, kan men halftijds werken maar wordt men voltijds betaald, dus halftijds werken en voltijds betaald worden. De filosofie achter het toestaan van deze halftijdse prestaties wegens ziekte is logischerwijze de re-integratie in het normale arbeidscircuit, en dat kunnen wij vanuit NVA alleen maar toejuichen. Maar het stadsbestuur heeft in deze geen enkele garantie dat deze mooie doelstelling ondanks het stevige prijskaartje gehaald zal worden. Immers na of voor het verstrijken van deze negentig dagen kan terug geopteerd worden voor voltijds ziekteverlof, wat we dan disponibiliteit gaan noemen, in plaats van voor de verhoopte voltijdse tewerkstelling. En wellicht zal wel niemand kiezen voor het artikel 263 waarin bepaald wordt dat men daarna, dus na die negentig dagen, terug deeltijds kan komen werken met een deeltijds loon, waarbij de toestand van disponibiliteit ophoudt. Want in feite zou men dan minder loon hebben dan wanneer men volledig ziek zou blijven. In de private sector beste mensen, dat is nog altijd, dacht ik, de onrechtstreekse enige financier van deze Brugse stadsuitvinding, is een dergelijke constructie, een dergelijke maatregel, gewoon absoluut ondenkbaar. Daar is trouwens bovendien nog steeds de goedkeuring van de werkgever vereist. Deze maatregel is immers niet van toepassing neem ik aan voor het contractueel personeel van de stad en ook niet dacht ik voor het OCMW-personeel. We kennen uiteraard wel de oorsprong van het verhaal. Inderdaad een combinatie van deeltijdse prestaties na ziekte en deeltijdse disponibiliteit wegens ziekte is strijdig met het besluit van de Vlaamse regering, de rechtspositieregeling gemeente- en provinciepersoneel van 7 december 2007. Disponibiliteit is per definitie voltijds, dat weet u. Een personeelslid kan dus niet tegelijkertijd in disponibiliteit zijn en anderzijds in dienstactiviteit.
25
gemeenteraad 25 februari 2014
Maar ons inziens verrechtvaardigt dat helemaal niet de komst van deze toch wel zeer dure contraproductieve maatregel die ons inziens ook zijn uiteindelijk streefdoel zal missen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Nog collega’s? Neen? Mijnheer de schepen. Schepen Jos Demarest. – Het is inderdaad zo dat dit enkel voor statutairen geldt. In de private sector en ook bij onze contractuelen geldt dit niet. De bedoeling is om mensen die langdurig ziek zijn te integreren. Dit wordt nu onder andere voor een stuk tegengehouden omwille van die specificiteit die door Vlaanderen is opgelegd. Wij zien geen enkele andere mogelijkheid dan wat wij nu voorstellen, waarbij mensen inderdaad fulltime worden betaald en slechts deeltijds werken. Dit in tegenstelling tot het andere systeem, dat men 60% van zijn loon krijgt en helemaal niet werkt. Wij vinden het in het kader van het genezingsproces bij een aantal mensen essentieel dat zij een kans krijgen om te werken, wat niet zo evident is. Het is de filosofie bij ons om inderdaad de mensen die we hebben ook meer in te schakelen in het arbeidsproces. Dat vinden wij belangrijk. Dat is één punt, Beperking in de tijd. Net omwille van de kostprijs beperken wij dat tot negentig dagen en hopen inderdaad daarmee een aantal mensen terug op de werkvloer te krijgen, wat niet zou gebeuren als wij deze mogelijkheid niet zouden voorzien. Het is inderdaad bijkomend maar voor ons belangrijk. Bij het OCMW is die mogelijkheid op vandaag niet voorzien. Dit kan ook verder bekeken worden. Maar we zijn wel bezig om met de stad en het OCMW te zoeken naar mogelijkheden om mensen die ziek zijn op één of andere manier te integreren in onze organisatie. Wij vinden dat absoluut belangrijk, en dat moet goed zijn én voor de dienst én voor de persoon in kwestie. Dat is heel duidelijk, we stellen nu een aantal randvoorwaarden, die worden verder bekeken en van daaruit willen wij proberen om te komen tot een goede oplossing, zowel voor de zieke medewerker die deeltijds of meer opnieuw zou moeten kunnen werken als voor de dienst om maximaal inzet te hebben van zijn personeel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Dank u mijnheer de schepen. Ik beaam volmondig uw doelstelling, wij onderschrijven die ook: de re-integratie zo vlug als mogelijk van die mensen in ons arbeidscircuit. Maar ik vind persoonlijk het prijskaartje dat daar aan vasthangt onverantwoord, ongezien ook, als u naar andere steden gaat kijken. In feite zit de oplossing natuurlijk in het Vlaamse regeringsbesluit, dat geef ik ook toe. Dat moet aangepakt worden. Ik denk dat alle partijen er inderdaad belang bij hebben, dat wij de integratie van die mensen gaan bevorderen en ik zou het ook toejuichen dat de stad Brugge misschien ook stappen onderneemt om die maatregel die in het artikel 190 van de rechtspositieregeling van de Vlaamse regering staat, te gaan bijsturen. Ik vermoed dat iedereen hier in de zaal wel zal beamen dat een re-integratie, hoe klein ook, van die mensen in het arbeidscircuit moet toegejuicht worden en dat we dat op allerlei manieren moeten gaan stimuleren. Maar anderzijds vinden wij de kost voor de stadskas die u hier tegenover plaatst, absoluut onverantwoord en ongezien ook als u de vergelijking maakt met de private sector waar die mogelijkheden voor de contractuelen helemaal niet bestaan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, dan gaan wij stemmen. N-VA stemt tegen; Open VLD onthoudt zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: De rechtspositieregeling voor de personeelsleden van stad Brugge wordt als volgt aangepast: Artikel 253 Een statutair personeelslid dat na een afwezigheid wegens ziekte of ongeval geschikt wordt geacht om zijn functie weer op te nemen met deeltijdse prestaties, kan toestemming krijgen zijn functie opnieuw op te nemen met tenminste de helft van een voltijds uurrooster. De toestemming wordt verleend voor een periode van ten hoogste drie maanden. Een verslag van de stadsgeneesheer is vereist. Onder dezelfde voorwaarden en op dezelfde wijze als bij het toestaan van de eerste periode van deeltijdse prestaties wegens ziekte kan de periode van deeltijdse prestaties wegens ziekte meermaals worden verlengd met een periode van telkens ten hoogste drie maanden.
26
gemeenteraad 25 februari 2014
De afwezigheid van het statutaire personeelslid tijdens een periode van deeltijdse prestaties wegens ziekte wordt beschouwd als ziekteverlof. De afwezigheid wordt dan pro rata aangerekend op het aantal nog beschikbare ziektekredietdagen. Het personeelslid dat het aantal ziektekredietdagen heeft uitgeput kan zijn functie niet langer opnemen met toepassing van het stelsel van deeltijdse prestaties wegens ziekte, maar maakt aanspraak op speciaal verlof. De afwezigheid van het statutaire personeelslid tijdens deze periode van deeltijdse prestaties wegens ziekte wordt dan beschouwd als speciaal verlof, beperkt tot 90 kalenderdagen tijdens de loopbaan. Bij uitputting van de 90 kalenderdagen kan het personeelslid overschakelen naar het stelsel van loopbaanonderbreking of deeltijdse prestaties. Dit is een recht voor al de personeelsleden. Dit speciaal verlof wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit. Artikel 259 Paragraaf 1 Een statutair personeelslid dat geen recht heeft op uitkeringen in het kader van de ziekte- en invaliditeitsverzekering, kan bij afwezigheid wegens ziekte of invaliditeit in disponibiliteit worden gesteld op het ogenblik dat het personeelslid het totale aantal beschikbare ziektekredietdagen, toegekend volgens de bepalingen van zijn rechtspositieregeling, heeft opgebruikt. Het statutaire personeelslid in disponibiliteit wegens ziekte kan zijn functie niet langer opnemen met toepassing van het stelsel van deeltijdse prestaties wegens ziekte. ...... Artikel 263 (deeltijdse prestaties) Het vast benoemde personeelslid kan een verlof voor deeltijdse prestaties krijgen. Dit verlof is een recht voor de personeelsleden die de leeftijd van 50 jaar hebben bereikt en de medewerkers die ten minste twee kinderen hebben die niet de volle leeftijd van 15 jaar bereikt hebben en de personeelsleden die het speciaal verlof bij deeltijdse prestaties wegens ziekte hebben uitgeput (met toepassing van artikel 253 van de RPR). Artikel 271 (loopbaanonderbreking) ....... Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de functies die uitgesloten zijn van het recht op loopbaanonderbreking, met uitzondering van de personeelsleden die het speciaal verlof bij deeltijdse prestaties wegens ziekte hebben uitgeput (met toepassing van artikel 253 van de RPR). .........
19
Personeel - rechtspositieregeling artikel 271 betreffende de termijn waarbinnen loopbaanonderbreking dient te worden aangevraagd - aanpassing.
Schepen Jos Demarest. – Punt 19 is een aanpassing van artikel 271 waarbij de aanvraagtermijn voor loopbaanonderbreking verlengd wordt om de administratie meer mogelijkheid te geven dit op een goede manier af te werken. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Geen opmerkingen? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 271 van de rechtspositieregeling voor de personeelsleden van stad Brugge wordt als volgt aangepast: .......... De aanvraag moet 3 maanden voor de ingangsdatum schriftelijk worden aangevraagd. Verlengingen minstens twee maanden op voorhand. ..........
27
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 20. 20
Personeel - formatie dienst informatica - aanpassing.
Schepen Jos Demarest. – Punt 20 heeft te maken met de aanpassing van de formatie van de dienst informatica. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Geen opmerkingen? De Gemeenteraad, Besluit: 1. De personeelsformatie van de dienst informatica wordt als volgt aangepast: DIENST INFORMATICA 1 1 1 6 4 1 1 1 1
informaticus databeheerder (coördinator gegevensbeheer) coördinator systeembeheer hoofdsysteemanalist-programmeur systeemanalist-programmeur administratief hoofdmedewerker coördinator helpdesk GIS-coördinator GIS-deskundige
2. Het organogram van de dienst informatica wordt goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 21. 21
Personeel - formatie dienst ruimtelijke ordening - aanpassing.
Schepen Jos Demarest. – Punt 21 heeft te maken met de aanpassing van de formatie van de dienst ruimtelijke ordening. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Punt 21, aanpassing van de formatie, is een gevolg van een andere beslissing, dat weet ik ook. Maar ik wil toch het huidige bestuur … Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Kunt u uw micro een beetje dichter brengen? Raadslid Mercedes Van Volcem. - Excuseer. Punt 21 is natuurlijk een gevolg van een andere beslissing, namelijk dat een extra planner in vast dienstverband is aanvaard voor een bedrag van 100.000 euro. Elk bestuur doet wat het wil, maar ik wil toch wel waarschuwen dat ik dit persoonlijk absoluut geen goede zaak vind omwille van volgende redenen. Ten eerste. Ik vond het aanstellen van de externe bureaus absoluut een meerwaarde voor de ruimtelijke ordening van de stad, vooral als het over planning en visie gaat. Waarom? Eén, omdat externe bureaus ook in andere steden werken, internationaal expertise opdoen op alle domeinen en zo een voorsprong hebben. Als u alleen werkt met mensen die enkel in de dienst ruimtelijke ordening ruimtelijke uitvoeringsplannen maken en die dan nog slechts bevoegd zijn voor een bepaald gebied, dan denk ik dat als u dat dertig jaar doet dit geen goede zaak is. U kent uw stad zeer goed, dat is een pluspunt maar ik denk dat de administratie op deze manier volledig baas wordt van de stad. En dat vind ik een tweede reden waarom dat eigenlijk absoluut geen goede zaak is. Waarom? Ik vind dat ruimtelijke uitvoeringsplannen visiedocumenten zijn. Visiedocumenten die vooral de visie moeten weerspiegelen van het college. Het is natuurlijk een zeer moeilijke materie en daarom is het goed dat een extern expert zijn visie geeft, die dan een advies krijgt van de administratie zodanig dat zijn visie ook kan afwijken van die van de administratie maar een betere visie in zich zou kunnen houden. Dan heeft u als college nog altijd de keuze voor welke van de twee u gaat. Als u afhankelijk bent van ambtenaren, die u natuurlijk maar één visie voorschotelen, dan denk ik dat dit voor Brugge toch een stapje achteruit is.
28
gemeenteraad 25 februari 2014
U weet ook dat een gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar onafhankelijk is volgens het decreet. We hebben in onze dienst ruimtelijke ordening in Brugge daar een zeer specifieke invulling van: zij menen dat die onafhankelijkheid ook de onafhankelijkheid is ten aanzien van het beleid. Ik heb daar altijd tegen gevochten, mijnheer de burgemeester en college. Waarom? Omdat ik vind dat een ambtenaar bevoegd voor de ruimtelijke ordening die zijn verslagen en adviezen opmaakt uiteraard onafhankelijk moet zijn, onafhankelijk ten aanzien van de indiener, onafhankelijk ten aanzien van de bezwaarschrijver en hij moet natuurlijk de wetten respecteren. Dat is zijn onafhankelijkheid. Maar indien er een verschil van visie is tussen het beleid en de ambtenaar, dan denk ik dat hij niet onafhankelijk kan blijven in deze visievorming. En ruimtelijke ordening is net dat bij uitstek. Als u bijvoorbeeld ziet dat een ambtenaar bepaalde zaken niet zou willen, wel dan wens ik u, mijnheer de burgemeester en college, veel succes om uw visie uit te voeren. Ik zeg u, als u geen externe bureaus hebt, dan zal dat nooit lukken. Er zal protest gecommuniceerd worden, er zullen protestgroepen tegen u georganiseerd worden, omwille juist van het feit dat de visie van de dienst niet wordt gevolgd. En daar wil ik u toch een stukje voor waarschuwen. Werken met externe bureaus is voor de eerste keer ingevoerd in de vorige beleidstermijn en ik heb er veel moeite voor moeten doen om daar iemand van te overtuigen. Maar uiteindelijk is er dan een budget opgemaakt van 100.000 euro per jaar waar beroep op kon gedaan worden. Iedere schepen had wel een bepaalde prioriteit - dat kon sport zijn, of toerisme, of bijvoorbeeld de vissershaven in Zeebrugge, ik zeg maar iets - waarbij hij stootte op barrières in de ruimtelijke ordening, er was daar dikwijls een ruimtelijk uitvoeringsplan voor nodig. Wel, als u beleidsprioriteiten van uw belangrijke zaak is dat u budget internationale expertise. Het feit dat planners hoe beter zou ik zeggen, hoe
ploeg gerealiseerd wil zien, dan denk ik dat het een heel blijft vrijmaken voor onafhankelijke bureaus, ook met er nu een planner bijkomt dat maakt niet uit, hoe meer meer visievorming er is hoe beter.
Maar de ware reden waarom er een planner wordt bijgevraagd is dat er een planner was per sector, en men ook een hoofd GSA-planner wil die de baas kan zijn van de vier andere. Men voelt zich nu benadeeld doordat de sectoren nu altijd GSA’s hebben en een planner met daarboven een waarnemend diensthoofd, dat maakt dat alles in goede orde geleid wordt. De planners waren een beetje gefrustreerd. Zij zegden: wij vanuit onze rol kunnen nooit waarnemend diensthoofd worden, omwille van het feit dat wij in een cluster zitten. En voor de carrièresprong die een planner wil maken kan ik nog begrip opbrengen, het is goed dat u ambitieus bent. Maar wat ik betreur is dat er geen budget meer wordt vrijgemaakt voor externe bureaus. Ik denk dat dit een verarming is voor onze stad. En ik hoop dat u daar nog bijtijds op terugkomt. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Wij kunnen ons daar voor het grootste stuk bij aansluiten en wij zullen dan ook tegenstemmen op dit punt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s, neen? Mijnheer de schepen. Schepen Jos Demarest. - Kort, technisch. Die 100.000 euro waar u naar verwijst, dat is niet de kostprijs van de persoon die effectief zal komen, dat weet u niet, maar dat heeft te maken met het budget dat is voorzien voor die planner extern dat nu gebruikt wordt intern. Dat is één. Dan wat betreft het hoofd van dienst: het is inderdaad zo dat de wijziging wordt voorgesteld om te maken dat planners met hun deskundigheid ook deze kans zouden krijgen, wat vandaag op basis van het artikel zoals het nu bestaat niet kan. Het inhoudelijk luik laat ik over aan mijn collega. Schepen Franky Demon. - Mevrouw Van Volcem, ik denk dat wij het in deze legislatuur waarschijnlijk nog gaan tegenkomen dat wij op enkele punten fundamenteel van mening verschillen. Ik heb een jaar gewerkt met het systeem van studiebureaus. En ik heb daar zaken gezien waarbij ik mij afvroeg, gaat dit eigenlijk over Brugge? Van waar komen die mensen eigenlijk? En dat waren er uit Limburg, dat waren er ook uit Gent. En die hadden niet door waarover dit ging. En toen ik de tijd zag die verloren ging doordat planners aanpassingen moesten doen aan duur betaalde studies, vroeg ik mij af, waar zijn wij mee bezig? En als ik dan de creativiteit zie van onze planners… Het is een jong team, en het zal daar misschien wel eens wat botsen met het college, u hebt gelijk. Maar het is dan aan het college om beslissingen te nemen. Zo heeft bijvoorbeeld inzake het RUP Christus-Koning het college een andere beslissing genomen dan wat er door de planner voorgesteld werd. Wij hebben nog 25.000 euro om aan zaken uit te besteden. Dus een grotere studie kunnen wij doorgeven.
29
gemeenteraad 25 februari 2014
Ik ga eindigen met één voorbeeld en dat ene voorbeeld, ik kan er zo enkele opsommen, dat was voor mij de druppel die maakte dat ik zei, stop met die studiebureaus die geen voeling hebben met Brugge en die mensen die zich integreren in Brugge. Dat was, u weet het, u hebt het zelf opgestart, het RUP Vaartdijkstraat. Daar op de gronden van Infrabel, hadden ze een visie, en die visie was: hoogbouw, appartementen en alles zo dicht mogelijk. Ik dacht dan: maar dat is toch niet Brugge!. Ginder staan we toch klaar voor een sportzaal, daar is er toch plaats voor bijvoorbeeld realisaties ten behoeve van oudere mensen, aan dat Lappersfort kun je toch veel beter groen hebben want daar was iedereen het over eens. En dan zei ik: oké dat waren dan die studiebureaus. En ik merk nu in de RUP’s dat we vooruit gaan, dat er goed overleg is tussen de planner en de schepen, dat wij zo sneller vooruit gaan, wat u ook wilde. Regelmatig hoorde ik u vragen, waarom hoor ik daar niets van? Wel, dat was soms omdat de studiebureaus nog aan het denken waren. Ik denk dat de visie van het college in combinatie met een goed team van planners enkel en alleen maar de vooruitgang van Brugge zal betekenen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? Neen? Raadslid Mercedes Van Volcem. – Ik wil daar nog eens op repliceren. Er is altijd een traditie geweest in de stad. En de voorzitter van de Gecoro vandaag is altijd diensthoofd geweest. Ik vind dat een verkeerde keuze. Want hoe kan je nu onafhankelijk advies geven ten aanzien van uw ambtenaren van vroeger die daar eigenlijk hun plannen komen voorstellen aan hun vroegere baas. Ik denk dat met het huidige bestuur, en ik denk dat dit niet in jullie voordeel is, elk evenwicht tussen politiek en administratie is verdwenen. De administratie heeft volledig opnieuw alles in handen. U zegt dat zaken vooruit moeten gaan. U moet eens nagaan hoeveel BPA’s er gemaakt zijn de laatste twaalf jaar. De open ruimte daar aan de tennisclub de Witte Beer moest omgevormd worden en men ging dat zelf met de dienst doen. Men ging ook ten zuiden van de Mispelaar een RUP maken. Wel, men staat nergens. Men ging een RUP maken voor woonkorrels, het staat nergens. De dienst wordt altijd opgeslorpt door dagdagelijkse zaken en die RUP’s gingen niet vooruit. Ik was drie jaar bezig en er was nog geen enkel ontwerp van RUP ingediend. We zullen op het einde van de rit zien wie er gelijk heeft natuurlijk, maar ik zeg het alleen maar om u te helpen. En ik zie vandaag toch wel, ik ben ook nog lid van de Gecoro, dat de ruimtelijke uitvoeringsplannen die zijn uitbesteed nu toch systematisch maand na maand naar de Gecoro komen om te worden gefinaliseerd. Ik vraag mij af hoeveel van deze die u nu in eigen beheer gaat geven, er zullen afgerond zijn tegen het einde van de termijn. We zullen zien wie gelijk heeft en ik hoop dat u ze constant kan opjagen zodanig dat u gelijk krijgt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. – We gaan tegen stemmen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Stemgedrag. N-VA en Open VLD stemmen tegen; de overige raadsleren keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: 1. De personeelsformatie van de dienst ruimtelijke ordening wordt als volgt aangepast: DIENST RUIMTELIJKE ORDENING Directie algemene zaken 1 directeur 1 juridisch coördinator RO 1 bureauchef 1,5 administratief medewerker 1 telefonist (uitdovend kader: functie vervalt bij uitdiensttreding) 1 jurist (met link naar de cel planning en analyse) Sectoren 3 erfgoedconsulent RO 4 GSA-hoofd van dienst
30
gemeenteraad 25 februari 2014
5 architect GSA 3 dossierbehandelaar 5 ruimtelijk planner (waarvan 1 met link naar de cel planning en analyse) 1 woonbeleidscoördinator 1 bureauchef-coördinator 11 technisch gegradueerde 2 technisch hoofdmedewerker 7 technisch medewerker 1 administratief hoofdmedewerker 17,5 administratief medewerker 2. Het organogram van de dienst ruimtelijke ordening wordt goedgekeurd. 3. Bijlage IV: salarisschalen van de rechtspositieregeling voor de personeelsleden van stad Brugge aanpassen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 22. 22
Personeel - vacantverklaring van een plaats van kapitein-commandant bij de beroepsafdeling van de brandweer.
Schepen Jos Demarest. - Punt 22 is de vacantverklaring van de plaats van kapitein-commandant bij de beroepsafdeling van de brandweer. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Volgende openstaande betrekking in de vaste personeelsformatie van de stad Brugge wordt vacant verklaard in te nemen bij wijze van bevordering: -
één plaats van kapitein-commandant bij de beroepsafdeling van de brandweer.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Dan de punten van schepen Philip Pierins. 23
Wegendienst - heraanleg van de Korte Riddersstraat, Koningstraat, Hoornstraat, Sint-Maartensplein en een gedeelte van de Boomgaardstraat te Brugge - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - Collega’s, wij vragen in punt 23 de goedkeuring voor het ontwerp en de wijze van gunnen voor de heraanleg van de Korte Riddersstraat, de Koningstraat, de Hoornstraat, het Sint-Maartensplein en een gedeelte van de Boomgaardstraat. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Voorzitter, collega’s. Ik wil eerst en vooral de dienst feliciteren met het mooie ontwerp. We zitten hier wel aan het SintMaartensplein maar daar staat de Sint-Walburgakerk, die mijns inziens, ik ben weliswaar niet zo een grote kerkganger maar toch, één van de mooiste kerken is van Brugge. Ik weet niet of het mooie ontwerp te danken is aan het feit dat het in de achtertuin ligt van de burgemeester, of in het verlengde van de straat waar ik woon, maar in ieder geval het is een heel mooi ontwerp. Maar misschien mag ik nog een paar kleine bemerkingen geven. U weet het, ik was niet op het berek, helaas niet of gelukkig niet. Er is heel veel rekening gehouden met inspraak van de bewoners, maar er is ook gesproken over het aantal parkeerplaatsen dat daar verdwijnt, meer bepaald voor de kerk, waar ook een parkeerplaats is voor gehandicapten. Ik heb het nu niet kunnen zien op het plan, ik ben het vanmorgen nog gaan inkijken, of die verplaatst is, of er daar toch een plaats blijft in die omgeving of niet? Schepen Philip Pierins. - Ik heb daar niet direct zicht op. Raadslid Ann Soete. - Het is een vraag. Schepen Philip Pierins. - Ik ga het noteren, ik ga u zeker het antwoord bezorgen.
31
gemeenteraad 25 februari 2014
Raadslid Ann Soete. - En kunt u zeggen hoeveel parkeerplaatsen er in totaal verdwijnen? Want het is toch een wijk, en u zult het kunnen beamen burgemeester, die lijdt onder een enorme parkeerdruk. U hebt het die avond ook gezegd. Kunt u zeggen of er daar veel plaatsen verdwijnen? Schepen Philip Pierins. - Het zijn de plaatsen voor de kerk, die voorbehouden zijn, die zullen verdwijnen. Ik denk dat het er een drietal zijn. Raadslid Ann Soete. - Mag ik er dan nog eens, want dat is door de bewoners ook geopperd, op wijzen dat er een mogelijkheid is om in de Boomgaardstraat drie extra plaatsen te creëren waar er nu een verbod is, een soort laad- en loszone die eigenlijk diende voor het hotel Walburg? Want dit is geen hotel meer, dus daar is eigenlijk geen nood meer aan een laad- en loszone. Dus misschien mag ik daar een mail over sturen voor een volgende vergadering van de verkeerscommissie, want het is toch wel een vraag van iedereen in de straat of in het gebuurte om rekening te houden met de parkeerdruk daar. En dan zou ik nog één iets willen vragen namelijk, dat de mensen die een garage hebben die uitkomt in de Boomgaardstraat, dat zijn allemaal mensen die een hotel hebben, op tijd zouden verwittigd worden voor die werken. Ik vraag dit omdat die niet meegenomen waren, wat ergens normaal was, en opdat u hen niet zou vergeten. Schepen Philip Pierins. - De ganse buurt wordt geïnformeerd over de werken. Dat is vaste procedure, de communicatiedienst zorgt daarvoor. In verband met de problematiek van de parkeerplaatsen: ik zal uw suggestie, als u die inderdaad via mail bezorgt, meenemen naar de verkeerscommissie. Uw collega die daar zit kan dat verhaal eventueel meevolgen dan, we gaan kijken wat er kan beslist worden. Ik wil ook nog op wijzen op het feit, u hebt de vraag niet gesteld, dat de bushalte verdwijnt. Dat is ook met toestemming en instemming van de bewoners. Raadslid Ann Soete. - Er is om de hoek een bushalte. Maar misschien zult u ook nog eens kijken voor die gehandicaptenplaats? Want die was toch af en toe eens bezet. Schepen Philip Pierins. - Absoluut. Ik heb dat genoteerd en ik ga u dat zeker bezorgen. Raadslid Ann Soete. - Dank u wel, en nog eens proficiat voor het ontwerp. Schepen Philip Pierins. - Dank u, de diensten hebben zich daarvoor ingezet. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Kunnen de collega’s zich daarbij aansluiten? De Gemeenteraad, Besluit: Het voorgelegd ontwerp voor heraanleg van de Korte Riddersstraat, Koningstraat, Hoornstraat, Sint-Maartensplein en een gedeelte van de Boomgaardstraat te Brugge, omvattende de algemene aannemingsvoorwaarden die de opdracht beheersen, de beschrijvende en samenvattende opmeting met raming en plans, alsook de bijhorende proeven, wordt goedgekeurd. De plaatsing van een belichting van de Sint-Walburgakerk wordt goedgekeurd. De gunning gebeurt als volgt : -
wegeniswerken via een open aanbesteding uitvoering van de proeven via onderhandelingsprocedure met een gespecialiseerd labo uit de streek de belichting via onderhandelingsprocedure met de vergunninghoudende maatschappij.
De projectkost wordt als volgt verdeeld: Wegen ten laste van TMVW (exclusief BTW) -
rioleringswerken : bij riolering horende wegenis (34%) : samen:
210.042,50 euro 109.183,35 euro 319.225,85 euro
ten laste van Stad Brugge -
wegeniswerken:
321.127,50 euro
32
gemeenteraad 25 februari 2014
- bij riolering horende wegenis: - blijft aan resterende wegeniswerken: - BTW op (resterende) wegeniswerken: totaal geraamde stadslast:
109.183,35 211.944,15 44.508,27 256.452,42
euro euro euro euro
proeven ten laste van Stad Brugge (incl. BTW):
4.000,00 euro
belichting ten laste van Stad Brugge(excl. BTW):
6.000,00 euro
De uitgaven worden als volgt benomen: - resterende wegenwerken en proeven, inclusief BTW, op beleidsitem BI020002 – actie RB020002 – algemeen rekeningnummer 22400700 van 2014 - kosten voor de belichting op beleidsitem BI067000 – actie RB067000 – algemeen rekeningnummer 22510700 van 2014.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 24. 24
Wegendienst - heraanleg voetpaden, parkeerstroken en riolering in de Doornstraat en kruispunt Doornstraat/Koning Leopold III-laan - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - Punt 24. De goedkeuring wordt gevraagd voor het ontwerp, de proeven en de wijze van gunnen voor de heraanleg van voetpaden, parkeerstroken en rioleringen in de Doornstraat en op het kruispunt Doornstraat - Koning-Leopold III-laan. Het eerste deel loopt dus van de Lange Molenstraat tot aan de Koning-Leopold III-laan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Het voorgelegd ontwerp voor heraanleg voetpaden, parkeerstroken en riolering in de Doornstraat en Kruispunt Doornstraat/Koning Leopold III-laan, omvattende de algemene aannemingsvoorwaarden die de opdracht beheersen, de beschrijvende en samenvattende opmeting met raming en plannen, alsook de bijhorende proeven, wordt goedgekeurd. De wegeniswerken zullen toegewezen worden via een open aanbesteding. De uitvoering van de proeven zal via onderhandelingsprocedure toegewezen worden aan een gespecialiseerd labo uit de streek. De projectkost wordt als volgt verdeeld: Ten laste van TMVW (exclusief BTW) - rioleringswerken: - bij riolering horende wegenis 20%: - totaal
307.561,25 euro 100.947,97 euro 408.509,22 euro
Ten laste van Stad Brugge - wegeniswerken : - bij riolering horende wegenis 20%: - blijft: - BTW op (resterende) wegeniswerken:
504.739,85 100.947,97 403.791,88 84.796,29
Totaal geraamde stadslast :
488.588,17 euro
euro euro euro euro
Resterende wegenwerken en proeven: het krediet van respectievelijk 488.588,17 euro en 2.500,00 euro incl. btw wordt benomen op beleidsitem BI020002 – actie RB020002 – algemeen rekeningnummer 22400700 van 2014. (600140000643)
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 25.
33
gemeenteraad 25 februari 2014
25
Wegendienst - rooilijnplan voor kosteloze overdracht groenstrook in de Marktstraat te Zeebrugge: zaak der wegen - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. –In punt 25 vragen wij de goedkeuring voor het rooilijnplan voor kosteloze overdracht van de groenstrook in de Marktstraat te Zeebrugge Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? Neen? Mevrouw Vandamme. Raadslid Ingrid Vandamme. - Goede avond. Ik wil dit puntje gewoon te baat nemen om iets te vragen voor een zijstraat van de Marktstraat, de Heiststraat. Ze zijn daar nu grote werken aan het doen, en binnen enkele weken begint men aan de laatste fase daarvan. Maar er zijn daar 24 garages die uitkomen op de Heiststraat. En ik krijg een vraag van de bewoners of zij hun auto niet op de Markt kunnen plaatsen in die periode. Kunt u dat eens onderzoeken? Er zijn daar 24 garages die in de Heiststraat uitkomen, die mensen gaan dus hun auto niet kunnen binnen zetten gedurende enkele weken en de vraag is of zij de auto op de Markt mogen zetten in die periode. Dank u. Schepen Philip Pierins. –Ik zal dat meenemen en inderdaad vragen of het mogelijk is om dit toe te laten. Ik denk niet dat wij daar tegen zullen zijn. Raadslid Ingrid Vandamme. – Goed, dank u. De Gemeenteraad, Besluit: De zaak der wegen goed te keuren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Dan komen wij tot punt 26. 26
Openbaar groen - speelruimtebeleidsplan 2014-2020 - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - Punt 26, openbaar groen, het speelruimtebeleidsplan 2014-2020 voor de stad Brugge. Een beetje geschiedenis. In 2012, dus in de vorige legislatuur, werd gestart met de opmaak van het speelruimtebeleidsplan 2014-2020. Als bijlage wordt nu dus het definitief beleidsdocument voorgelegd. Er waren de stuurgroep, de uitgebreide stuurgroep en workshops De vergaderingen van de stuurgroep werden gehouden met de jeugddienst, de dienst stedenbeleid en de groendienst. Voor de uitgebreide stuurgroep kwamen daar volgende diensten bij: de lokale politie, ruimtelijke ordening, preventie, sport, mobiliteit, wegen, eigendommen, leefmilieu, informatica, onderwijs, de stadswachten en de bevoegde schepenen. Dat heeft na enkele vergaderingen geresulteerd in het rapport dat hier voorligt en waarvoor wij uw goedkeuring vragen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Mus. Raadslid Lieve Mus. - Voorzitter, burgemeester, collega’s. Vooreerst wil ik nog eens herhalen wat ik in het berek ook gezegd heb, dat het wel jammer was dat we daar geen uitvoerige uitleg hebben gekregen over een toch zeer omvangrijk document, dat de beleidslijnen uitstippelt voor de komende zes jaar. Het is onmogelijk om heel dat document te overlopen, daarom hebben wij er een aantal topics uitgenomen. Eerst iets over de quickscan. Die geeft ons eigenlijk al een heel mooi overzicht van de Brugse speelpleinen met beknopte informatie over typering, inplanting, inrichting, doelgroep, bestaand schaalniveau. Alleen worden daar letters gebruikt, de ‘G’ en de ‘B’, waarover wij geen uitleg vinden. We zien ook dat in de besluitvorming enkele belangrijke opmerkingen en suggesties voor aanpak staan, zodanig dat dat al een interessant gegeven is. En eigenlijk ook wel een bewijs dat Brugge niet in de kinderschoenen staat wat jeugdruimte betreft. Naast de quickscan hebben wij ons vooral gefocust op de visietekst en de inspiratiebundel en ook wel op het gewenst concept naar tiener- en jongerenweefsel. Wat de visietekst betreft, die verwijst terecht naar de dynamiek en de inhoudelijke benadering reeds gelanceerd in het speelruimtebeleidsplan van 2007-2013, waarmee Brugge trouwens in de prijzen viel van “Thuis in de stad”. Toch zien we dat Brugge vandaag verder wil gaan en nadrukkelijk ook de focus wil richten op tieners en jongeren. Dat is een goede zaak. Al te vaak worden zij, de hangjongeren, als overlast bestempeld. Brugge wil werk maken van de publieke
34
gemeenteraad 25 februari 2014
ruimte om die aantrekkelijk te maken voor alle doelgroepen. Vandaar dat dit plan moet kunnen rekenen op een breed draagvlak van tevreden burgers. Wij rekenen dan ook op participatie van die burgers, jong en oud, bij het geven van invulling aan dit plan. Dit kan wellicht ook zorgen voor een lokale dynamiek en meer verdraagzaamheid. Meerdere keren verwijst men naar het actieplan van het vorige speelruimtebeleidsplan. Het nieuwe plan wil daarop een vervolg zijn met toch wel belangrijke nieuwe accenten. Ook het Brugs hangjongerenbeleidsplan wordt als waardevol document vermeld. Hier wil men ook nog verfijning brengen en wil men zeker werken aan een nog positievere beeldvorming. Een ander facet dat nieuw is, is water voor speelkansen in Brugge. Men kiest er nadrukkelijk voor om beleefbaar water een plaats te geven. Dat is nieuw en dat is denk ik heel aantrekkelijk. Beleefbaar wil zeggen, rekening houdend met de mogelijke risico’s, onder andere voor kwetsbare groepen als bijvoorbeeld peuters en kleuters. Uit de inspiratiebundel blijkt dat heel goed is nagedacht over het gericht zijn op kinderen en jongeren. Jongeren kregen in het verleden misschien wel minder aandacht. Ook de maatschappelijke waarde en het intergenerationeel contact in de publieke ruimte wil men maximaliseren. Dat is een zeer goede zaak. De schoolspeelplaats en de buurtmoestuinen krijgen een plaats. Ook participatie krijgt in dit stuk een terechte plaats. Bewoners, kinderen, jongeren en volwassenen moeten betrokken worden bij het ontwerp, zo staat het er, bij de aanleg en liefst ook bij het beheer van de publieke ruimte. Dit gebeurde in het verleden misschien nog te weinig voor wat het beheer betreft en als daar intenser zal op ingezet worden, is dat zeker heel goed. Dan wat het gewenst concept voor geselecteerde gebieden betreft. Ik zei het al, we hebben ons gefocust op het luik "Tiener en jongerenweefsel" in het centrum. Interessant is dat men tieners en jongeren bevraagd heeft met het ruimtegebruik en de ruimtebeleving als uitgangspunt. Straatinterviews, veldinterviews en observaties zijn de basis geweest van de bevindingen. Opvallend, maar mijns inziens toch niet onverwacht: het zijn in meerderheid jongens, 70%, die vooral in de binnenstad vertoefden. Maar de vaststellingen die in het werk staan, zijn interessant. Het is niet te verwonderen dat tieners en jongeren die in het centrum zelf school lopen de publieke ruimtes in de binnenstad het best kenden. De meeste informatie kwam, van wat de onderzoekers noemen de "centrum habitués", ik vond dat eigenlijk wel een mooie naam, zij die meermaals rondhangen in het centrumgebied, die ook de diverse locaties zeer goed kennen en ook heel goed weten waar politiecontrole is - dat zijn dan de plaatsen die ze wel een beetje mijden. Ze kennen zowel de sterktes als de zwaktes van de diverse plaatsen. Misschien minder is, dat de studenten die in Brugge ondervraagd werden of geïnterviewd werden, niet echt intensieve gebruikers zijn van de openbare ruimte, zelfs al zijn ze kotstudenten. Als reden wordt er vermeld: geen tijd, en ook dat ze de binnentuin van een school kunnen gebruiken maar misschien is er ook wel wat weinig ruimte tussen de uren om de stad in te trekken. De cafés in Brugge scoren niet slecht, maar wat de horeca betreft, geven ze aan dat die teveel gericht is op toeristen en te duur. Ik denk dat een aantal zaken wel bekend zijn. Vanuit de contacten, en om de sites aantrekkelijker te maken, zijn een aantal suggesties opgemaakt voor oplossingen op korte en lange termijn. Wij rekenen er vast op dat hier intens werk van gemaakt wordt en dat tieners en jongeren kunnen meedenken ook in de toekomst. Verder is het plan ook doorspekt met beelden ter inspiratie, alvast mooie beelden. Ze kunnen zeker ter inspiratie dienen voor de inspraakmomenten van kinderen, tieners en jongeren bij de aanpak van bepaalde ruimtes. Het is evident dat zij, net als in het verleden trouwens, betrokken worden. Niet onverwacht komt er opnieuw de vraag van skaters naar een indoor skate-infrastructuur. Straks is er weer " the Best of the West" en we zullen zien dat de skatecultuur werkelijk "in" is. Wij hopen dat we ook op deze vraag eens kunnen ingaan. Beste schepen, ik heb het zelf ook niet kunnen realiseren, ik vond dat spijtig. We beseffen heel goed dat het een moeilijke zoektocht is, maar het loont de moeite, denk ik, om daar verder over na te denken. Tot slot willen wij de intense samenwerking van de diverse diensten bij het tot stand komen van dit speelruimteplan toejuichen en we rekenen er op dat die positieve samenwerking nog intenser kan zijn bij de realisaties ervan. Ik lees met genoegen in punt drie van de toelichtende nota die we hier krijgen dat inderdaad die ambtelijke stuurgroep, met dus de vertegenwoordigers van de verschillende diensten en ook vertegenwoordigers van organisaties en adviesraden, verder een opdracht krijgt. Ik zou er de buurtinitiatieven nog bij zetten, omdat we nu met die buurtcheques vele nieuwe buurtinitiatieven krijgen en als we dan toch in de buurt zijn, kunnen we ook deze initiatieven een kans geven om hun zeg te zeggen. Bedankt, schepen.
35
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik geef het woord aan een jongere van middelbare leeftijd. Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Ik wil eerst en vooral stellen dat in tijden van GAS-boetes wij heel tevreden zijn dat er een positieve benadering is van jongeren in de openbare ruimte. Ik denk dat dat in ons tijdvak niet genoeg kan benadrukt worden. Er wordt mee gezegd dat zij volwaardig participant zijn in de openbare ruimte. Zij doen dat op hun manier en dat moet gewaardeerd worden. Dat vind ik heel positief. Ik wil mij ook aansluiten bij collega Mus omtrent de introductie van water, waarbij het aspect van speelnatuur aan bod komt. Ik denk dat speelnatuur iets is waar we in de toekomst misschien nog meer moeten op inzetten, omdat er daar nog veel kansen liggen in Brugge. Maar ik vind dit met dat waterspel al een goede introductie. Ik heb een paar vragen en ik vermoed dat ze eerder voor schepen Demon zullen zijn, het zijn er twee. In het stedenfonds is er een plan, dat verder gezet wordt, waarbij scholen hun speelpleinen openstellen voor de buurt en daar een deel financiering voor in ruil krijgen. Ik vroeg mij af, zijn er ondertussen al nieuwe aanbiedingen van scholen om dit te doen? Wordt er actief gezocht? Zijn er onderhandelingen? Staan er dingen op stapel? Ik ben daar nieuwsgierig naar. Ten tweede vraag ik mij af hoe de kinder- en jongerenparticipatie georganiseerd is. Vandaag heb ik nog een interessant document gelezen over stadslabo “Jes” in Brussel dat een aantal interessante zaken daarrond gedaan heeft. Men wandelt daar bijvoorbeeld rond met de kinderen op de route van huis naar het speelplein, zodanig dat men ziet wat de obstakels zijn. Zij kunnen dat vanuit hun eigen leefwereld vertellen. Maar als je kinderen wil betrekken, is het vooral belangrijk dat je dat actief doet, dat je daar allerlei spelmethoden voor gebruikt, dat je ze bijvoorbeeld betrekt bij het maken van de ontwerpmaquettes. Er is zelfs een casus in Thurn & Taxis geweest waar kinderen en jongeren zelf de speelruimte in elkaar knutselen, en dat is een heel goede ervaring gebleken. Dus denk ik dat het belangrijk is nu in deze fase, want het is een goed plan, om toch nog meer de stem van de kinderen actief op te zoeken. Ik ben benieuwd hoe de schepen dat ziet en welke methodieken daarvoor in aanmaak zijn. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik geef nu graag het woord aan een echte jongere. Mevrouw Sanchez. Raadslid Noelia Sanchez. - Goede avond. Wij vragen om ook rekening te houden met kinderen met een beperking, ik heb u dat al gezegd op het berek. Het betreft eigenlijk kleine ingrepen die vrij eenvoudig en goedkoop zijn. Ik heb eens zitten surfen op websites van Nederland en ik geef u enkele voorbeelden. De bereikbaarheid van een glijbaan. U zei dat kinderen met een beperking vaak begeleid worden door een volwassene. Maar zo een heuvel op geraken is niet gemakkelijk en er zijn daar oplossingen voor, bijvoorbeeld een luie trap. Een luie trap, dat is een trap met een kleine hellingshoek en met een brede trede, waardoor die kinderen boven geraken. Nog een mogelijkheid is een kruiphelling. Want er zijn veel kindjes die niet kunnen stappen, maar wel kunnen kruipen en op die manier kunnen ze zelf die helling op geraken. In Nederland wordt dat gedaan. Een ander voorbeeld, schommels. Die kinderen kunnen zich moeilijker vasthouden en een oplossing daarvoor is een rugsteun voorzien voor de schommels, waarbij er goede grepen zijn. Zo kunnen die kinderen ook op de schommel, want als volwassene daarop zitten is nogal moeilijk. Een derde voorbeeld: een wipplank waarbij er een minimale afstand wordt gehouden, omdat die kinderen vaak hun benen niet volledig kunnen plooien. Dat zijn maar kleine ingrepen maar ik denk dat dat wel een groot verschil kan maken voor die kinderen. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey, u hebt nog een aanvulling? Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u, voorzitter, geachte collega’s, schepen. Ik sluit mij aan bij de voorgaande opmerkingen, ook bij de lof die hier en daar gezongen werd over dit beleidsplan. Maar er is wel een leemte in dit dossier, die me steekt. Er wordt gesproken van een geïntegreerde beleidsaanpak, een goede samenwerking tussen verschillende diensten, maar ik denk dat de jeugdraad ook wel zijn advies had mogen geven over dit speelruimtebeleidsplan. En het zit niet in
36
gemeenteraad 25 februari 2014
het dossier, dus ik denk dat er geen advies is gevraagd. Ik kan mij niet inbeelden dat de jeugdraad daar geen interessante mening zou over hebben. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Mijnheer de schepen.Schepen Philip Pierins. Dank u voor alle lof natuurlijk. Het is inderdaad een huzarenstukje geweest en het is ook zo dat het tot het jaar 2020 moet meegaan. Ik zwaai ook jullie lof toe, want jullie hebben echt aandachtig het dossier doorgenomen van het begin tot het einde. Ik moet vooral raadslid Mus danken voor de mooie samenvatting, want normaal zijn dat de dingen die ik zou moeten zeggen. Want het mag dan eigenlijk onmogelijk zijn om het allemaal in zijn geheel te overlopen maar u bent er toch in geslaagd, mevrouw Mus, om de essentie van het ganse verhaal hier weer te geven. En aangezien er eigenlijk niet echt veel vragen zijn of het zijn vragen die meer betrekking hebben op mijn collega van de jeugddienst, zou ik willen verwijzen naar schepen Demon om wat meer toelichting te geven over het verhaal. Schepen Franky Demon. - De brede school, Sammy, daar wordt nog altijd aan gewerkt. Er zijn grijze vlekken, waar er nood is aan extra ruimte voor speelpleinen, bijvoorbeeld. Maar de scholen die zich aandienen zijn meestal scholen waar er al voldoende speeltoestellen en speelpleinen in de buurt zijn. Dus dat matchen met elkaar is moeilijk en ik moet ook eerlijk zijn, dat niet elke school daarvoor open staat. Maar er zijn effectief terug middelen voor en er zijn gesprekken lopende met scholen, maar nogmaals, het is moeilijk te matchen want de scholen die willen, zijn soms in buurten waar er al voldoende speelpleinen zijn. Maar dat is zeker iets waar dat we verder op inzetten. Dan over kinder- en jongerenparticipatie. Er zijn bijvoorbeeld in het Tempelhof specifieke zaken geweest met kinderen. We denken ook aan het speelplein in de Dekenstraat in Male dat er aan komt. Daar is er gevraagd aan de school, teken eens samen met de kinderen wat je nu graag op dat speelplein zou hebben. En er is natuurlijk ook onze traditionele inspraakronde. Bij het eerste inspraakmoment starten we met een blanco blad en vragen we ouders en kinderen, wat wilt u hier? Schrijf het maar op het blad of teken het op het plein zelf. Het resultaat gaat door naar de tekenaar van de groendienst, er volgt een adviesronde en dan gaan we terug naar het speelplein waar we zeggen kijk, uit jullie tekeningen, uit jullie materiaal is het volgende plan gekomen. Dan kunnen ze nog eens opmerkingen geven en dan pas gaat het naar het schepencollege ter goedkeuring. Dat zijn een beetje standaardzaken. Maar als er zich kansen aanbieden zoals bijvoorbeeld in de Sint-Katarinastraat, met de school daar en de stapstenen die er gekomen zijn, dan benutten we die. We staan heel open voor zowel kinderen, jongeren als hun ouders om initiatieven te ondersteunen, of zelf te nemen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Pierins. Schepen Philip Pierins. - Ik ben nog een paar antwoorden schuldig aan collega Mus, waarvoor mijn excuses. Wat betreft die letters "B" en "G", die staan voor "Beperkt" en "Goed". Zo kan je in die quickscan een beetje volgen waar de grote nood is. Wat betreft de uitleg in het berek: ik ben daar natuurlijk voor gewonnen, dat is geen enkel probleem. Maar we zitten toch in tijdsnood om dat uitvoerig te doen. Waarom? Het berek begint om zes uur dertig maar laatst was het toch kwart over acht toen we weggingen. Als we dan nog moeten beginnen met een volledige presentatie, dan wordt het vlug negen uur en ik weet niet of alle collega’s daarvoor zouden gewonnen zijn. Maar in ieder geval wil ik ervoor kijken om dat in de toekomst wel te brengen, en ik wil dat nu eigenlijk ook nog wel eens naar het berek brengen, in de volgende vergadering. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Wel dat is nu het bewijs voor datgene waarover wij in het begin uitvoerig zijn tussengekomen. Er zijn vandaag nog drie berekken en het berek op maandag is van vier schepenen met een enorm ruime bevoegdheid. Ik denk bijvoorbeeld alleen al maar aan de bevoegdheden van schepen Demon. Stel dat hij zijn jeugdbeleidsplan moet voorstellen, dat hij zijn ruimtelijk uitvoeringsplan volledig moet voorstellen, dat hij een woonbeleidsplan moet voorstellen, dat hij heel zijn studentenhuisvesting, zijn sociaal
37
gemeenteraad 25 februari 2014
wonen en zijn woonbeleid allemaal moet voorbrengen. Wel, dat betekent dat wij nooit iets ten gronde kunnen vragen. Want u hebt maar tien berekken op jaarbasis en met al de bevoegdheden die hij heeft zou hij quasi iedere week een uur toelichting moeten geven over zijn beleid - wat ik overigens wel zou appreciëren. Bovendien zou hij eigenlijk ook nog eens een deskundige of een externe moeten kunnen vragen om die zaken toe te lichten. En dat is dan nog maar één schepen, maar we hebben in datzelfde berek de schepen van personeel, we hebben in hetzelfde berek de schepen van openbaar groen en we hebben dan ook nog eens mevrouw Decleer die bevoegd is voor economie, lokale economie, voor de openbare gebouwen enzomeer. Ik denk dat dat totaal niet realistisch is. Het huidige bestuur heeft het altijd over inspraak. Toekomstmanagers worden aangesteld, men wil participatieprocessen opstarten, maar uiteindelijk worden de eigen democratisch verkozen gemeenteraadsleden allemaal met een kluitje in het riet gestuurd. Ik vind dat altijd een gemiste kans. Als ik bijvoorbeeld zie hoe Gent dat aanpakt, dat is totaal anders. Daar, denk ik, zijn er twaalf berekken, elk berek duurt twee, drie uur en er wordt ook ten gronde gedebatteerd over thema’s. Dat laat de huidige regeling ons vandaag de dag niet toe. Want we moeten eerlijk zijn, om zes uur dertig begint het berek en om zeven uur dertig moeten alle mensen vertrekken naar een fractievergadering om zeven uur dertig. Ik zou toch wel eens willen vragen om dat te herzien. Dan zou je ook essentiële debatten ten gronde kunnen voeren, niet alleen in de gemeenteraad maar ook in de berekken. Want de berekken zijn ook voor iedereen toegankelijk, en dan zou je daar ook mensen kunnen hebben die geïnteresseerd zijn in de thema’s. Zo zou u echt tot een moderne stad kunnen komen die participatie zeer belangrijk vindt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Wat er op die berekken komt en wat niet is natuurlijk een kwestie van organisatie en samenspraak vanuit het college. Het is zeer zeker te doen, maar sommige berekken duren lang en sommige zijn zeer kort. Ik bedoel, dat is een kwestie van interne organisatie en heeft niets met dit punt op zich te maken. Maar we gaan die opmerking meenemen, zeker en vast. Zijn er nog opmerkingen over punt 26? Stemgedrag? Alle raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het document 'Speelruimtebeleidsplan 2014-2020 wordt goedgekeurd m.i.v. de visie, quickscan, projectgebieden en inspiratiebundel. 2. De stuurgroep Speelruimtebeleidsplan krijgt de opdracht tot het organiseren van infomomenten in de 3 deelgebieden in 2014 (Katharinawijk, Sint-Gillis en Sint-Andries Legeweg/Hogeweg) na goedkeuring van het SRBP in verdere afspraak met de communicatiedienst. 3. De ambtelijke stuurgroep SRBP krijgt de opdracht tot het verder organiseren van een halfjaarlijkse stuurgroep met vertegenwoordigers van jeugddienst, groendienst, dienst stedenbeleid, dienst urbanisatie, wegendienst, preventiedienst en sportdienst aangevuld volgens noodzaak met vertegenwoordigers van organisaties en adviesraden in navolging van de conclusies uit het SRBP14-20.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 27. Mevrouw Matthys. 27
Burgerzaken - dienst crematies - hervaststelling van de tarieven.
Schepen Martine Matthys. - Voorzitter, collega’s. In punt 27 vragen wij uw goedkeuring voor een rechtzetting van het raadsbesluit van de gemeenteraad van 25 november van vorig jaar betreffende de tarieven van de crematies. Daar waren de zaterdagtoeslagen bij vergetelheid niet opgenomen niettegenstaande ze in november door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Opmerkingen? Neen? De Gemeenteraad,
38
gemeenteraad 25 februari 2014
Besluit: De tarieven voor het uitvoeren van crematies en het gebruik van het openbaar gedeelte van het crematorium te Brugge wordt als volgt hervastgesteld: Tarieven voor het uitvoeren van de crematies geldig vanaf 1 januari 2014 en vanaf de 1ste januari van elk volgend jaar: Tarief 2014 Crematie volwassene Crematie kind (< 13 jaar) Crematie behoeftige volwassene
Netto
Van maandag tot vrijdag 2016 2017 2018
2019
€ 429,25 € 438,68 € 448,11 € 457,55 € 466,98 € 476,42
BTW 6% Tarief
€ 25,76
€ 26,32
€ 26,89
€ 27,45
€ 28,02
€ 28,59
€ 455,00 € 465,00 € 475,00 € 485,00 € 495,00 € 505,00
Netto
€ 81,13
BTW 6% Tarief Netto
€ 83,02
€ 84,91
€ 86,79
€ 88,68
€ 90,57
€ 4,87
€ 4,98
€ 5,09
€ 5,21
€ 5,32
€ 5,43
€ 86,00
€ 88,00
€ 90,00
€ 92,00
€ 94,00
€ 96,00
€ 161,32 € 165,09 € 168,87 € 172,64 € 176,42 € 180,19
BTW 6% Tarief
2015
€ 9,68
€ 9,91
€ 10,13
€ 10,36
€ 10,59
€ 10,81
€ 171,00 € 175,00 € 179,00 € 183,00 € 187,00 € 191,00
Op zaterdag wordt een toeslag geheven van € 55 (€ 51,89 + € 3,11 BTW 6%) per crematie. Voor de crematie van behoeftigen en kinderen op zaterdag bedraagt de toeslag € 25 (€ 23,58 + € 1,42 BTW 6%). Tarieven voor het gebruik van het openbaar gedeelte voor de organisatie van ceremonies of herdenkingsplechtigheden geldig vanaf 1 maart 2014 en vanaf de 1ste januari van elk volgend jaar: Tarief Kleine Netto ceremonie BTW 6% (15 minuten) Tarief Grote Netto ceremonie BTW 6% (60 minuten) Tarief
2014
2015
2016
2017
2018
2019
€ 35,85
€ 37,74
€ 39,62
€ 41,51
€ 43,40
€ 45,28
€ 2,15
€ 2,26
€ 2,38
€ 2,49
€ 2,60
€ 2,72
€ 38,00
€ 40,00
€ 42,00
€ 44,00
€ 46,00
€ 48,00
€ 124,53 € 128,30 € 132,08 € 135,85 € 139,62 € 143,40 € 7,47
€ 7,70
€ 7,92
€ 8,15
€ 8,38
€ 8,60
€ 132,00 € 136,00 € 140,00 € 144,00 € 148,00 € 152,00
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan zijn we nu toe aan de interpellaties. Mevrouw Van Volcem in verband met de nieuwe organisatie van het personeel stad Brugge.
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 28/1
Vragen over de nota in verband met de nieuwe organisatie. Mercedes Van Volcem
Raadslid Mercedes Van Volcem. - Mijnheer de burgemeester, huidig bestuur. Dinsdag heb ik de nota opgevraagd van de beslissing van 17 februari 2014, die eigenlijk een samenvatting weergeeft van alle problematieken omtrent de personeelsorganisatie in ons stadsbestuur. Wat in die nota staat is niet min. Daarom vond ik het zeker opportuun om daar vandaag in de gemeenteraad eens over van gedachten te wisselen. En we weten dat vaagheid natuurlijk een zekere strategie kan zijn, maar vaagheid kan ook er toe leiden dat de tweeduizend mensen die voor de stad werken, volledig gedemotiveerd geraken. Het verslag is duidelijk. Men zegt dat door de onduidelijkheid en door de komst van de nieuwe bestuursploeg er heel wat onzekerheid is gerezen bij het personeel. Het personeel is ongelukkig. Waarom? Heel wat mensen hebben meegedaan aan een examen, ze hebben daarvoor vrij genomen, ze hebben die examens doorstaan, schriftelijk, mondeling, ze hebben daarvoor hun vakantie opgeofferd. En uiteindelijk blijkt nu dat die examens niet worden gehonoreerd. De medewerkers in kwestie en hun collega’s die in deze uiteraard betrokken partij zijn geworden, vragen dus duidelijkheid en vinden dat zij onheus worden behandeld. Ik lees verder in de nota dat er duidelijkheid is: u raakt niet aan die werfreserve en u stelt duidelijk dat de examens overbodig zijn geweest. Oké.
39
gemeenteraad 25 februari 2014
Ten tweede, de pensioneringsgolf die u hebt aangekondigd naar aanleiding van de opmaak van uw meerjarenbegroting. Daarbij heb ik steeds gezegd, burgemeester u begaat een fout. Dat was al aangekondigd want dit was zeer duidelijk te lezen in de verslagen van het managementteam. Men zal dus niemand meer vervangen en we hebben ook gelezen in De Tijd, dat u effectief een grote besparingsronde wil doen, één van de grootste van alle centrumsteden: 11% zou u willen besparen in één termijn. Burgemeester, natuurlijk ben ik als liberaal voor een slanke overheid, laat dat duidelijk zijn. Maar het gaat er om hoe u dat bereikt. Ik heb altijd gezegd, u draait de zaken om. U hebt eerst beslist om te saneren maar u hebt nooit een grondig onderzoek gedaan over welke zaken u nog wil doen in de stad en wat u niet wil doen. U had eerst een kerntakendebat moeten voeren met ons, gemeenteraadsleden, en u had dan ook intern moeten zien welke taken wij kunnen afstoten en welke niet. U hebt dat niet gedaan en u heeft de kaasschaafmethode toegepast: iedereen die met pensioen gaat, wat die ook doet, wordt niet vervangen. Ik vind dat een zeer kortzichtig beleid, waarom? Omdat de taken die vroeger zijn ingeschreven in dat organigram, vandaag soms niet meer aan de orde zijn, maar ook omgekeerd. We hebben vandaag soms mensen die met pensioen gaan en die zeker moeten vervangen worden, zeker! Want als je dat niet doet, is heel de ploeg errond overbelast, zal uw ziekteverzuim opnieuw stijgen en ik denk niet dat dit de bedoeling is. Eigenlijk moet je eerst per dienst kijken welke mensen wij in de toekomst niet meer moeten vervangen. Dat was een veel verstandiger strategie geweest. Maar natuurlijk zegt u, ik ben burgemeester. Het is uw recht, u hebt voor deze visie gekozen. U hebt ook voor deze visie gekozen omdat u in uw begroting middelen wou vrijmaken. Als ik mij goed herinner was dat vijftien miljoen euro die u daar mee uitspaarde. Maar ter afronding zegt de nieuwe adjunct-stadssecretaris: “Ik moet er toch wel op wijzen dat, als u dus gewoon die pensioneringen niet vervangt, de dienstverlening van onze stad werkelijk in het gedrang komt. In afwachting van de concrete resultaten op het vlak van de organisatiestructuur dient er hier in tijdelijke oplossingen te worden voorzien, dit met het oog op de goede verderzetting van de dienstverlening”. Het zijn zijn woorden. Dus wat zeg ik, wat deduceer ik? Eén, dat ik gelijk heb met wat ik voorspeld heb, maar dat u niet heeft willen luisteren naar de oppositie. En dat u dacht als nieuwkomer veel frissere ideeën te hebben omtrent organisatiestructuur. Maar uiteindelijk heeft dat ook een impact op de begroting straks. Mijn vraag is dan ook wat de impact van dit alles zal zijn. Als u toch moet vervangen zonder dat u de hele zaak hebt herschreven, hoe zal u dit doen? Men is ook ongelukkig omwille van waarnemingen. De mensen doen dit wel graag maar het zijn slechts oplossingen op korte termijn. Er is ook te weinig evaluatie zegt men. En dat is juist. Er is te weinig evaluatie, ik weet niet waarom. Misschien door tijdsgebrek of zo? Eigenlijk worden de goede niet echt goed geëvalueerd en worden de slechte eigenlijk ook nooit eens op de vingers getikt. Ik denk dat dat eigenlijk bijna nooit voorkomt. Eigenlijk vult men altijd maar standaardpapieren in, waardoor je een afglijden krijgt naar de middelmaat. U ziet dat jonge mensen heel enthousiast toekomen, overuren doen, dossiers meenemen naar huis, super gemotiveerd zijn. Dan zijn ze hier drie, vier jaar, ze zien hoe de andere personen functioneren en uiteindelijk zeggen ze, waarom zouden wij dat nog doen? Men moet dus meer evalueren zodanig dat de mensen gemotiveerd blijven. Men zegt duidelijk: de prestatiebeoordeling of feedback op het functioneren wordt in de organisatie ofwel niet ofwel te beperkt uitgevoerd. Een tweede zaak die men aanhaalt is communicatie en ontmoeten. Men zegt dat er vooral eenrichtingsverkeer is. En ik hoor ook, burgemeester, dat bepaalde diensthoofden u zelfs nog nooit hebben gezien. Volgens mij kan het toch niet ze u na anderhalf jaar nog niet hebben gezien. Maar er zou nu toch een ronde van de burgemeester zijn beloofd. Al heeft het wellicht te maken met het feit dat er straks verkiezingen zijn dat u nu eens overal uw toer gaat doen. Maar men zegt, we hebben hem tot op vandaag nog niet gezien. Men klaagt er ook over, mijnheer de burgemeester, dat alles eigenlijk in achterkamertjes wordt beslist en dat uw mensen voor voldongen feiten worden gezet. Ik vind dat dit voor u als burgemeester toch wel kan tellen. Zeker omdat u juist participatie, openheid en zo meer in uw beleidsplan schrijft zeg ik als ik dat lees, oei, oei, oei. Er wordt ook geklaagd over informele contacten. Ze willen voorzeker eens met u op café gaan of zo. Zelfs informeel, zeggen ze, is er niets. Niets van politiek naar de administratie en ook niet onder de administratie. Natuurlijk is dat niet zo gemakkelijk, daarom geef ik u hiervoor nog een beetje het voordeel van de twijfel. U doet een nieuwjaarsreceptie, en dat is goed zeggen ze. Men doet ook een sportnamiddag, schepen Lambrecht heeft dat ingevoerd, en dat wordt zeer
40
gemeenteraad 25 februari 2014
geapprecieerd. Maar misschien moeten wij ook eens denken aan uw dag van de burgemeester, of u die niet in een teambuildingsfeer zou kunnen organiseren. Nu, ik wil u toch eens een anekdote meegeven om aan te tonen dat het niet altijd gemakkelijk is. Ik weet niet of ik dit al ooit heb verteld. En ik zou zeggen dat u mijn voorbeeld niet moet volgen, het is een slecht voorbeeld. U zult misschien zeggen dat ik een beetje zot was, maar ik ben soms een beetje zot. Toen ik beginnend schepen was wou ik vooral geliefd zijn bij de administratie. En wat deed ik burgemeester? Ik had mijn dienst van tachtig man getrakteerd op bowlen en gaan eten in SintAndries. Dus de bowling. Waarom? In de campagne doen wij dat ook. Bowlen, dat schept een competitieve geest, je leert elkaar anders kennen, je wordt een beetje losser, en er is eigenlijk een leuke sfeer. Dus ik dacht, ik ga dat ook doen met de administratie, gaan bowlen op mijn kosten, eten, ook op mijn kosten, 2.000 euro, ik betaal het. En ik dacht, nu gaat dat toch wel een goede samenwerking zijn de komende jaren. [Gelach] Na een jaar van een beetje afzien met die onafhankelijke dienst, deed ik een voorstel. Ik wilde niet nog eens trakteren op een bowling, maar ik zei (echt hé, hoe stom kun je zijn): ik wil dit nog wel eens doen maar ik zou graag hebben dat iedereen tien euro betaalt. Het is iets van dertig euro de man voor de bowling, eten inclusief. Dus ik zei, als iedereen tien euro betaalt, wil ik dat nog wel eens doen. Er waren er welgeteld twee die mee wilden. [Gelach] Dus, geen bowling meer. Ik wil maar zeggen burgemeester, het is niet altijd gemakkelijk, die informele contacten tussen administratie en het beleid. Ik zou zeggen, u moet zich daar niet aan wagen, u moet zich daar niet in uitputten. Maar ik denk dat u op dit vlak meer ervaren bent dan ik als 35-jarige was toen ik aan eigenlijk een mooie opdracht begon. Dat terzijde. Dan nu wat vertrouwen en respect betreft. Ook daar klaagt men een stukje. Dat gaat over gebrek aan vertrouwen, elkaars rol, elkaars verantwoordelijkheid, opnieuw het niet honoreren van die werfreserves, de pensioneringen, maar ook over de prikklok. En dat vind ik toch wel een uitdaging, die prikklok. Ik heb veel mensen gehad die overuren deden en die soms de prikklok vergaten. Je moet dat om de vier uur doen. Als schepen heb je gelukkig geen prikklok, de kabinetsmedewerker wel geloof ik, maar uzelf had geen prikklok. Maar mensen werkten over, vergaten te prikken en dan konden ze eigenlijk niet meer overwerken, en ze konden dan door het rigide systeem ook niet meer van glijdende uren of extra uren gebruik maken. Dat vind ik toch kafka, daar moeten wij echt vanaf. Ik heb dat dikwijls aangekaart: die prikklok, moet dat wel? Natuurlijk, we zitten met tweeduizend werknemers, dat is niet gemakkelijk. Maar eigenlijk moet het diensthoofd zelf in staat zijn om dat te beheersen. Die moet zelf zien of iemand op tijd komt, die moet medewerkers kunnen vertrouwen of er acht uur gewerkt is of geen acht uur. Ik denk dat het bij heel wat Vlaamse overheden maar ook in de privé zo werkt. Ik heb bijvoorbeeld eens aan mijn broer gevraagd of hij een prikklok heeft voor zijn mensen. Zijn antwoord: neen wij hebben dat niet, de taken moeten gedaan zijn, het diensthoofd moet kijken of iemand op tijd komt, zijn opdrachten doet, hoelang hij werkt. Dat is toch wel een stukje de normale manier van werken denk ik en misschien moeten we eens proberen om die prikklok af te schaffen en de mensen het vertrouwen te geven. Maar wat ik wel vind en ik kom daar niet op terug, al weet ik dat het niet zo populair is als ik dat zeg: misschien moet er wel eens op toegezien worden dat het personeel tijdens de diensturen niet meer aan de verleiding toegeeft om bijvoorbeeld op Facebook of Twitter te zitten. Daar blijf ik bij. Want dat wordt in geen enkel modern bedrijf toegelaten. U mag dat doen tijdens uw pauze, u mag dat doen na uw uren. Maar in een modern bedrijf wordt geen toegang verleend. Want u kan het niet controleren. En het leidt soms ook tot frustratie, want de mensen die goed werken zien dat de andere bezig is en dat werkt niet constructief. U moet eigenlijk de hele organisatie modern maken. Ik bedoel: vertrouwen geven door het afschaffen van de prikklok maar aan de andere kant de moderne filters die in andere bedrijven worden geïntroduceerd misschien ook eens toepassen op de stad Brugge. Wat de huisvesting betreft zou ik het volgende willen zeggen. Men ervaart de huisvesting op de verschillende locaties als contraproductief, iedereen leeft een stukje op een eiland en het zijn als het ware baronieën die worden in stand gehouden. De organisatie van bijvoorbeeld de omgevingsvergunning, die straks op ons af komt, is eigenlijk niet meer up-to-date. Je hebt de dienst milieu, je hebt de dienst ruimtelijke ordening, die twee diensten moeten een omgevingsvergunning afgeven maar zitten op verschillende locaties, en dat is eigenlijk geen goede zaak. Die huisvesting, dat staat in het beleidsprogramma maar, burgemeester, u weet dat ik een fan van u ben en u overal volg. Ik heb bij NAV, de Vlaamse Architectenorganisatie, een artikel van u
41
gemeenteraad 25 februari 2014
gevonden over hoe wij onze historische stad een toekomst geven. Een mooi artikel, ik zie dat u al mijn projecten eigenlijk heel mooi verkoopt, dank daarvoor. Maar wat lees ik daar vooral mijnheer de burgemeester? Dat u een zeer koele minnaar bent van de huisvesting in één stadsadministratiegebouw. En dat vind ik dan toch wel een klein beetje raar. Ofwel zegt u, we doen dat niet, dan is het duidelijk. Maar nu vraag ik mij toch af waarom u dat in uw beleidsprogramma als toekomstpunt heeft naar voren geschoven, om dan uiteindelijk uzelf nadien een stukje te ondermijnen. U zegt in de weinige concrete actiepunten die u in het beleidsplan heeft gezet, ik ga daarvoor, en nadien valt u dan uzelf aan door te zeggen, ik ben eigenlijk een koele minnaar van mijn eigen voorstel. Dat is misschien ook de pelikaangedachte, ik weet het niet, maar voor mij klinkt dat nogal raar. Ik zou liever hebben dat u daar nu voor eens en altijd duidelijk over bent: gaat u dat doen of doet u dat niet? Dan hebben wij de efficiëntie. Veel papier, inderdaad, werk aan de winkel dus. Maar ik heb een aantal fundamentele vragen. Er is een studie besteld van Möbius, die 265.000 euro gekost heeft. Dat is niet min voor een extern studiebureau. Maar blijkbaar was die visie niet goed. Men vond dat niet zo up-to-date, en het huidige bestuur heeft gezegd dat hetgeen Möbius heeft voorgesteld niet goed is. Ik kan dat begrijpen, als het niet goed is, dan is het niet goed, dat is geen verwijt. Maar dan vraag ik mij wel af: waarom vindt u het niet goed? Wat stelt u in de plaats voor? Ik lees dat u met een kern-MAT wil werken dat zou bestaan uit twee kabinetschefs, de twee kabinetschefs die er zijn, de financieel beheerder, en de nieuwe adjunct-stadssecretaris, dus vier mensen. Is dat zo, en zal dat kern-MAT dan uiteindelijk alles bepalen? Wat gebeurt er dan met de andere leden van het MAT? Wordt hen gewoon gezegd: dank u, uw inbreng is niet meer noodzakelijk? Kan het kern-MAT dat dan allemaal aan? Want we hebben de adjunct-stadssecretaris waarvan ik zie, mijnheer de stadssecretaris, ik hoop dat dit geen affront is voor u, dat hij een delegatie kreeg van een stuk van uw bevoegdheden inzake aanwerving en wat nog allemaal. We hebben dan ook een financieel beheerder die operationeel met veertig mensen moet werken. Dus mijn vraag is, zal het MAT dan bestaan uit vier mensen? Is dat dan voldoende? Hebt u dan uiteindelijk voldoende helikoptervisie? Dan, en dat heeft u wel goed gedaan vind ik, mijnheer de burgemeester, heeft de visitatiecommissie destijds gesteld dat er een soort coördinatiecel moest komen waarbij er expertise moest zijn. Dat was één van de grote aanbevelingen: dat er een professionalisering moest zijn. Ik heb gehoord, maar ik weet niet of het waar is, dat het hoofd van de BBC uit die cel weg is, dat hij het niet meer zag zitten en dat hij een andere job heeft, of ben ik mis? Ik weet niet alles, maar ik heb horen zeggen dat de vroegere kabinetschef weg is. Of is dat niet juist? Dat is wel juist, oké. Dat is dus opnieuw beginnen. Burgemeester Termont die in die visitatiecommissie zat samen met mijnheer De Rynck, en u mag mij niet verkeerd begrijpen: dat zeg ik opnieuw om u ter wille te zijn, beval eigenlijk aan om de evaluatie van de diensthoofden mee te laten gebeuren door het schepencollege, door de politiek. Tot op heden is dit bij ons geen traditie, maar ik denk dat dit toch een goede zaak is. Waarom? In plaats van diensthoofden of directeurs, ben ik eerder voor managers, u weet dat. Ik vind dat een manager een duidelijke taakstelling, een duidelijke operationering kan krijgen zodat u na vijf, zes jaar kunt evalueren: hoe hebt u de doelstellingen bereikt? Hoeveel van de doelstellingen heeft u bereikt? Dat is, denk ik, de manier waarop een schepencollege en burgemeester moeten omgaan met de administratie. Want we mogen er toch niet toe komen dat de schepenen en de burgemeester uitvoerend personeel zijn, zij moeten geen ambtenaar worden en dat is soms vroeger toch een beetje de traditie geweest. Zij moeten eigenlijk vooral bedenker zijn, visie hebben, doelstellingen formuleren en het vertrouwen geven aan managers die de doelstellingen consequent, dag na dag uitvoeren, zodanig dat het beleid wordt uitgevoerd. Verder zie ik dat u een timing voorop stelt. Maar ik ben nu eigenlijk vooral benieuwd naar uw antwoorden op mijn zovele vragen. Ik zal dan nadien nog een repliek formuleren. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Dank u wel voorzitter, collega’s. Dit rapport is eigenlijk een vernietigend rapport. Ik kan daar weinig positiefs over het huidige bestuur in lezen. Er is een gebrek aan duidelijkheid, er is een gebrek aan communicatie, er is een gebrek aan vertrouwen en respect, er is een gebrekkige huisvesting met inbegrip van een veilige huisvesting of een veilige werkplaats, er is een gebrek aan efficiëntie. Een aantal zaken zijn niet het gevolg van één jaar slecht werken. Dat neem ik aan. Maar ze zijn anderzijds ook niet zomaar meteen op te lossen in een handomdraai. Ik denk bijvoorbeeld aan
42
gemeenteraad 25 februari 2014
huisvesting. Maar wat mij wel bijzonder stoort aan die zaken, die niet uitsluitend aan één jaar slecht werken te wijten zijn of niet onmiddellijk op te lossen zijn, is het gebrek aan visie, ook daaromtrent. Ik geef één voorbeeld en ik ben blij dat collega Mercedes Van Volcem het heeft aangehaald. In het beleidsplan wordt omtrent de huisvesting gezegd: we gaan voor een huis van de Bruggeling. En elders moet men dan horen dat de burgemeester daarvan een koele minnaar is. Dat is maar één voorbeeld van een gebrek aan visie. Andere zaken die erin vermeld staan, hebben bovendien wel degelijk betrekking op één jaar werken of hoe het huidige bestuur met zijn organisatie en met zijn medewerkers, bijna 2.000 mensen, omgaat. Reeds lange tijd breng ik aan de orde dat het niet kan dat medewerkers die deelnemen aan een examen en geslaagd zijn, niet gehonoreerd worden. Tot op heden heb ik geen antwoord gekregen op de vraag waarom dit niet gebeurt. Ik lees het antwoord ook niet in het verslag. Ik lees enkel dat dit niet gebeurt omdat het huidige bestuur zich vragen stelt omtrent deze examens. Nu ga je mij toch wel eens moeten duidelijk maken welke vragen jullie stellen. Het huidige bestuur is quasi identiek aan het voorgaande bestuur. Schepen Lambrecht was in de vorige legislatuur zes jaar schepen van personeel, zij heeft in vorige legislatuur met goedkeuring van de gemeenteraad waarin de huidige burgemeester, fractieleider was van de sp.a goedgekeurd dat er examens werden uitgeschreven. Mensen zijn geslaagd nog in 2012, maar in 2013 en ook nog altijd in 2014 worden zij niet gehonoreerd, noch voor hun jarenlange inzet hier aan de stad, noch voor het slagen in het examen. Waarbij collega Mercedes terecht opmerkte dat die mensen daarvoor congé nemen, zich inspannen, de zenuwen hebben, et cetera. En dan zouden deze mensen nog gemotiveerd moeten komen werken? Want dat is wat jullie wel vragen van hen. Ik verwijs ook naar de opmerking die collega Sammy Roelant heeft gemaakt naar aanleiding van de begrotingsbesprekingen en wat erin staat in verband met de pensioneringen: diegenen die met pensioen gaan vervangen we niet meer. Toen al heeft collega Sammy Roelant de opmerking gemaakt zoals die nu ook te lezen staat in het rapport en zoals die ook opnieuw verwoord is door collega Mercedes Van Volcem: ook hier gebrek aan visie. Er dreigt een groot gevaar dat er geen know-how meer zal zijn, dat wanneer de mensen die met pensioen gaan niet tijdig zullen worden vervangen, het gebrek aan efficiëntie nog groter zal zijn. Er is ook een gebrek aan respect en vertrouwen van het huidige bestuur naar de medewerkers toe. En er staat woordelijk: zelfs in het bijzijn van derden. Ik vind dit beschamend, echt beschamend. Dat zijn allemaal vaststellingen. En wat mij vervolgens nog meer verontrust is dat zelfs dit rapport jullie niet wakker schudt. Want wat is jullie beslissing? Jullie beslissing is: "Pagina 8 en 9 van het verslag worden goedgekeurd". Ik heb pagina 8 en 9 van het verslag er eens bijgehaald want wat stond er ook weer op die bladzijden? Dat is ten eerste een akteneming van dit verslag, oké. Ten tweede, het opzetten van een stuurgroep waarbij de stuurgroep wordt gedefinieerd en ook gedefinieerd wordt wat de doelstellingen moeten zijn van die stuurgroep. De adjunctstadssecretaris wil ik trouwens proficiat wensen voor het verslag dat hij heeft gemaakt en heeft durven maken, maar opnieuw zie ik geen enkele visie in jullie beslissing. Ik zie niet wat u nu concreet gaan doen. Ik zie niet of jullie akkoord zijn met wat er staat want het kan best zijn dat jullie niet akkoord zijn met de visie van de adjunct-stadssecretaris of met wat hij hier heeft neergepend.. Maar laat ons dat dan weten en zeg ons dan ook waarom. Misschien kan er dan eindelijk eens een dialoog zijn, waar er ook een gebrek aan is. Als er al gecommuniceerd wordt dan is het eenrichting. En hoe staat men tegenover de suggesties die door de adjunct-stadssecretaris worden gedaan? Bent u daarmee akkoord? Of ziet u dat ook niet zitten? En waarom ziet u dat dan niet zitten? Hoe ziet u het dan wel zitten? Het staat er allemaal niet in. Andermaal moet ik besluiten dat hetgeen waartoe ook de adjunct-secretaris al besluit op het vlak van personeelsbeleid maar ik trek het door tot op elk beleid: gebrek aan duidelijkheid, gebrek aan communicatie, gebrek aan vertrouwen en respect, gebrek een efficiëntie. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Ik ga niet alles herhalen wat de twee vorige collega’s hebben aangehaald. Al voor de verkiezing hadden wij als N-VA zeer graag eens een doorlichting gezien van het personeel dat aan de stad werkt. Het rapport is inderdaad vernietigend en zeer spijtig en ik kan alleen maar zeggen, als ik de besluiten zie van de nieuwe adjunct-stadssecretaris, dat het bestuur of het college van burgemeester en schepenen wel heel wat dynamiet in zijn broek zal moeten steken om alles te veranderen en alles tijdig te kunnen realiseren.
43
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Quataert. Raadslid Alain Quataert. - Ik moet mij spijtig genoeg ook aansluiten bij de negatieve kritieken. Ik had ook termen als onthutsend en als ontluisterend voor ogen, toen ik dat te lezen kreeg. Het begint al met iets heel frappants: medewerkers die een examen afleggen en enkel en alleen omwille van de verkiezingsuitslag, de coalitiewissel, geblokkeerd worden in hun aanwerving. Dat schept al direct een beeld van een gepolitiseerde administratie, waarvan ik toch dacht dat dat een beetje verleden tijd was. Het was precies een duik terug in de tijd, het deed mij denken aan de tijd dat, met alle respect, wijlen Frank Van Acker of Michel Van Maele de stad moesten besturen. Blijkbaar heeft sindsdien de stadsadministratie op dat vlak nog altijd geen echte vorderingen gemaakt. Bijvoorbeeld de pensioneringen. Besparingen, daar staan wij ook achter uiteraard, maar besparing mag niet of slechts zo min mogelijk ten koste gaan van dienstverlening aan de bevolking. Er wordt hier enkel gesproken van mensen die op pensioen en niet worden vervangen en dat is het. Maar hoe men op dezelfde manier de dienstverlening zal garanderen met minder volk, daar is dus blijkbaar het voorbije jaar helemaal niet over nagedacht. Dan het puntje communicatie en ontmoeten. Ik herinner mij nog van vorig jaar de debuuttoespraak van de burgemeester voor het stadspersoneel. Hij zei toen: ”Het is niet mijnheer de burgemeester, het is Renaat, ik ga u mijn gsm-nummer geven voor heel de zaal”. Wel, ik vermoed dat uw gsm-nummer waarschijnlijk weinig genoteerd is ofwel dat als men het toch probeert - ik heb zelf nog nooit geprobeerd om op uw gsm contact te zoeken - men waarschijnlijk op een antwoordapparaat botst, en dat die eerste toespraak eigenlijk één grote show en façade was. Vertrouwen en respect, derde puntje. Men wil uitpakken met het imago van een coalitie die progressief is én open én modern én een nieuwe wind laat waaien met dat modern management. En dan leest u daar zaken zoals met die prikklok en bestraffen, echt archaïsche toestanden, waarvan ik zeg, hoe is dat nu in godsnaam mogelijk. Dan efficiëntie. Men is bezig met een managementteam, met BBC en dan leest u daar over een bureaucratie van de jaren stilletjes, waarvoor de tijd is blijven stilstaan. Ik kan alleen maar mee concluderen dat het rapport echt vernietigend is, ontluisterend en onthutsend. Het is in elk geval heel moedig om zo een rapport te durven schrijven en ik ben dus ook echt heel benieuwd hoe men daarmee zal omgaan en hoe men hopelijk voor snel beterschap zal zorgen. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Rogissart. Raadslid Guy Rogissart. - Goede avond voorzitter, collega’s. Wij hebben met de fractie ook de nota van onze nieuwe adjunct-stadssecretaris met veel interesse gelezen. Wat ons enorm aanspreekt, is uiteraard zijn enthousiasme en zijn wil om verandering te brengen. We zijn hem daar dankbaar voor, die dynamiek is goed en we moeten die behouden. Het dossier bestaat uit twee luiken, het rapportageluik en het plan van aanpak. Ik wil mij beperken tot de essentie van deze nota en dat is: hoe komen we tot een andere organisatie, een organisatie in ontwikkeling. Ik zou liever die naam willen gebruiken. Het is een organisatie in ontwikkeling, naar andere noden voor onze stadsmedewerkers. Eerst en vooral een aantal opmerkingen rond het rapportageluik. De punten die worden aangehaald, zullen we zeker niet minimaliseren, ze zullen wel correct en pertinent zijn. Want zoals gezegd, een organisatie in ontwikkeling zal dat inderdaad kunnen meebrengen. Er is immers een politieke verandering in ons besturen, en dat zien we ook. Er zijn belangrijke uitdagingen naar de toekomst die we hebben durven aanpakken en waaromtrent we moedige beslissingen hebben durven nemen, waaronder de financiële uitdagingen waarmee trouwens alle overheden worden geconfronteerd. Die beslissingen zijn genomen en dit moeten we verder zetten. Maar de rapportage vinden we niet compleet. Twee opmerkingen. Vooreerst stellen we vast, en ik stel vast dat de oppositie dit zeker heeft opgemerkt, dat deze evaluatie nogal eenzijdig is. In de rapportage vinden we enkel topics, en dat staat letterlijk in de tekst, die voortkomen uit- of die leiden tot ontevredenheid. Dit is volgens ons een veel te eenzijdige benadering. Het is immers even belangrijk en zelfs belangrijker om ook topics die leiden tot tevredenheid, en die zijn er, te benoemen zodat we die kunnen versterken in onze organisatie.
44
gemeenteraad 25 februari 2014
Ik heb dan ook gezocht in de tekst, wij hebben gezocht in de tekst, naar positieve evaluatie. Want als je een evaluatie doet, moet je de twee kunnen naast elkaar zetten en balanceren. En ik heb ze gevonden, mar wel in de marge. Ik heb ze gevonden in het afrondend woordje, waar er staat dat er een groot potentieel in het korps aanwezig is, en dat die mensen ook fier zijn om te werken voor stad Brugge. Als dat geen positief element is. Ik heb ook in bijlage twee van de nota gelezen, dat wij goede diensthoofden hebben en de auteur bevestigt dit. Dit zijn twee goede elementen, en ik betreur, of wij betreuren het dan ook dat deze evaluatie te eenzijdig is. We moeten balanceren met de positieve topics waarvan de auteur ook niet zegt, dat ze niet aanwezig zijn. Twee. De rapportage is ook niet volledig, omdat een belangrijke aandeelhouder van ons bedrijfsvoeren hier niet in vernoemd is, de belangrijkste: onze klanten, onze burgers. Zij hebben ook hun mening over onze dienstverlening en zijn belangrijk om een input te geven voor onze nieuwe organisatie. En in dit rapportageluik vinden we geen woord, maar dan ook geen woord over wat die klanten denken over onze dienstverlening. Nochtans zijn zij een zeer belangrijke aandeelhouder van ons bedrijf en we moeten die dan ook durven horen, er zijn daaromtrent genoeg statements, genoeg documenten. Ik verwijs bijvoorbeeld naar het rapport van onze ombudsman, dat we jaarlijks krijgen en waar genoeg elementen in staan van burgers die onze dienstverlening appreciëren. Dit moet ook in het rapportageluik worden opgenomen. Twee, het plan van aanpak. Er zijn goede voorstellen om het plan om tot een andere stadsorganisatie te komen te starten. De dynamiek is er en die moeten we verder zetten. We zijn een organisatie in ontwikkeling, we mogen niet vergeten dat we nieuwe uitdagingen moeten aanpakken. Maar bovendien, collega’s, moeten wij onze huidige activiteiten ook blijven verder zetten. Met andere woorden, de diensten blijven open. Vandaar dat ik liever spreek, of dat wij liever spreken, van een organisatie in ontwikkeling dan van een nieuwe organisatie. En die organisatie vraagt een projectmatige aanpak met een goede timing. De voorzet werd gegeven door onze adjunct-stadssecretaris. Dat is goed. En er is beslist, collega’s van de oppositie, om een stuurgroep op te zetten, waarin de missie, de visie, de cultuur, hoe wij omgaan met elkaar, gaat vastgelegd worden en gedefinieerd. Dit is de voorzet, het eerste wat noodzakelijk is om dan verder te gaan met projecten om dit verder uit te werken. En dan nog twee elementen die ook belangrijk zijn in de verdere uitwerking van dit project. We moeten aandacht hebben voor de verandering die dit betekent voor al onze medewerkers. Het is een veranderingsproces. Dat zal heel wat effort vragen van onze mensen en we moeten de nodige structuren opzetten om dit te begeleiden en te ondersteunen. Anderzijds is het ook belangrijk om zoveel mogelijk medewerkers te betrekken in dit project. Want de medewerkers weten veel, zoals het ook staat in het verslag. Het enige positief element dat ik vond in dit verslag was dat potentieel. Dat moeten we zeker naar boven brengen, zij hebben ideeën en we moeten hen betrekken. Vandaar dat we duidelijk vragen dat alle leden, maar dan ook alle leden, van het vroegere uitgebreide MAT en ook diensthoofden betrokken worden. Want zij hebben een expertise. Kortom, hoe meer participatie, hoe meer betrokkenheid en hoe meer draagvlak voor dit project. Ik wil besluiten met op te roepen dat we dit moeten verder zetten. De dynamiek is goed, dit moet verder gaan. Maar ik wil ook vragen om een organisatie in ontwikkeling niet zo negatief te benaderen. De dingen moeten gesteld worden, dat zeggen we ook maar we moeten ze plaatsen in een juist perspectief. En bovendien moeten alle aandeelhouders, ook onze burgers daar bij betrokken worden, zodanig dat wij ook weten wat hun input is naar onze nieuwe organisatie toe, wat zij denken over onze dienstverlening. En als we alle medewerkers betrekken, dan zal het draagvlak, groot zijn. We moeten, en daarmee wil ik eindigen, in dit project niet spreken over een nieuwe organisatie maar wel over een organisatie in ontwikkeling, die zal aangepast worden aan de nieuwe bedrijfsvoering en de actuele uitdagingen. Ik wil de adjunct-secretaris, maar ook de stadssecretaris veel succes wensen bij het realiseren van dit project en we hopen met de CD&V-fractie, dat we de resultaten zullen kunnen bespreken in een komende gemeenteraad. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Ennaert. Raadslid Pascal Ennaert. - Collega’s, met onze fractie hebben wij vanzelfsprekend ook met zeer veel interesse en oprechte bezorgdheid de nota van de adjunct-stadssecretaris aan het college van burgemeester en schepenen gelezen. De nota van de adjunct-stadssecretaris omvat een scherpe analyse en legt onomwonden de vinger op de wonde in tal van thematieken. Onze fractie wil de adjunct-stadssecretaris oprecht feliciteren voor de duidelijkheid van de probleemstelling en de eerlijkheid die hij daarbij als kersvers personeelslid van de stad heeft opgebracht. Maar we willen ook het college van burgemeester en schepenen feliciteren voor de dadendrang en ambitie die het
45
gemeenteraad 25 februari 2014
met de opdracht voor en de goedkeuring van deze nota duidelijk in het vaandel draagt. We hebben het, net zoals de voorgaande spreker, niettemin moeilijk met de teneurschepping van sommige mensen hier vanavond. Want, en daarin verschillen we duidelijk van mening met de oppositie, de problemen en uitdagingen kennen een lange en veelkleurige voorgeschiedenis. Dat ontkennen is zichzelf een rad voor de ogen draaien, is een rondje zwartepieten doorschuiven. Het getuigt eerder, mevrouw Van Volcem, van rancune dan van oprechte bezorgdheid. Het is goed dat de problemen en uitdagingen eindelijk worden opgelijst en erkend. Dat spreekt in het voordeel van de huidige bestuursploeg, niet in het nadeel. Bij ons weten is het de eerste keer dat zo omvattend en zo duidelijk de problemen worden gesteld en tegelijk niet alleen een oplossingsstrategie wordt naar voor geschoven maar ook nog eens wordt goedgekeurd. De probleemstelling, voor wie ze echt goed wil lezen, beperkt zich helemaal niet tot de verhouding politiek-administratie maar focust evenzeer heel intens op administratief interne werkafspraken en processen. Met onze fractie kijken we dan ook vooral uit naar de vooropgestelde therapie. Het werken aan een klantvriendelijke, eigentijdse, transparante, effectieve en efficiënte overheid en het traject dat daar naartoe moet leiden. De eigentijdse werkprincipes die daarbij worden ingebracht, moeten ervoor zorgen dat de stad Brugge klaar is om haar burgers te dienen, zoals dat in de eenentwintigste eeuw kan verwacht worden. We appreciëren het dat hierbij niet over één nacht ijs wordt gegaan en ingrijpende, grondige transitietrajecten worden vooropgesteld, richting duidelijke en gecommuniceerde werkafspraken, richting meer onderling vertrouwen en respect, richting transparantie en, mocht het nog niet duidelijk zijn, in het voordeel van onze klanten met name de burgers, de verenigingen en de ondernemingen in deze stad. We beseffen natuurlijk dat dit geen gemakkelijke oefening zal worden. En dat sommige keuzes mogelijks niet overal op applaus zullen worden onthaald. Maar we weten evenzeer, en collega Rogissart heeft dat ook al gezegd, dat het potentieel bij ons personeel niet te onderschatten is. En dat velen zich sinds jaar en dag inzetten voor een klantvriendelijke, toekomstgerichte en efficiënte stadsorganisatie. Wij hebben dus vertrouwen in dat draagvlak. En wij kijken uit naar de focusverschuiving binnen de personeelsdienst, van vooral beheren en controleren, naar ondersteunen, coachen en faciliteren. Collega’s, de stap naar een nieuwe organisatie is een moedige beslissing en het is goed dat die genomen is. Het siert het bestuur, dat het zich niet neerlegt bij de gang van zaken maar wil overgaan tot een efficiëntere werking van onze diensten vanuit een stevige missie en visie. Met deze ambities richten we ons als stadsorganisatie naar de toekomst. Onze fractie wil het opzet van de nota dan ook voluit onderschrijven en wenst de stadssecretaris, de adjunct-stadssecretaris en de hele stadsadministratie veel inspiratie toe. Het college wensen we dan weer de nodige daadkracht en het nodige doorzettingsvermogen om de goede beslissingen te nemen. Wat ons betreft, veel succes. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Jos Demarest. - Goed, collega’s. Ik dank voor de betrokkenheid, die iedereen hier toont in dit dossier. Het collegebesluit en de tekst die voorliggen, geven aan, één, dat wij de pen niet hebben vastgehouden en dit ook in alle transparantie willen naar buiten brengen. Belangrijk. Twee. [iemand zegt iets onverstaanbaars.] Schepen Jos Demarest. - Pardon? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik stel voor dat de schepen rustig verder doet en zich niet laat afleiden. Schepen Jos Demarest. - Morgen komt de stuurgroep voor het eerst bijeen. Donderdag hebben wij een gesprek met de vakbonden en met de diensthoofden rond dit verhaal. We willen dus zeer vroeg alle betrokkenen in dit verhaal meenemen en op de hoogte stellen van de zaken die voorliggen, die beslist worden en die verder moeten gebeuren. Morgen op de stuurgroep wordt ook het communicatieplan bekeken. Wij vinden het belangrijk om die betrokkenheid van de medewerkers mee te hebben. Het was onze bedoeling om in het berek van maart de adjunct-secretaris met zijn verhaal aan het woord te laten en dit voor ons allen naar buiten te brengen. Ik blijf daarbij en stel voor om hem in maart op een uitgebreide manier, ik hoop dat de mensen dan ook tijd nemen om dat te doen, aan het woord te laten en ook de insteken die gebeurd zijn vandaag, mee te nemen in dit verhaal. Uiteraard zal de uitwerking van dit plan heel wat acties vragen en heel wat acties zullen ook het onderwerp vormen van nieuwe collegebeslissingen en gemeenteraadsbeslissingen. Het is dus
46
gemeenteraad 25 februari 2014
absoluut niet de bedoeling om de gemeenteraad uit dit verhaal te houden, integendeel. Vandaar het voorstel om in het berek van volgende maand uitgebreid de adjunct-secretaris aan het woord te laten, en duidelijk aan te geven welke communicatie we geven. Het is niet op lange termijn, in de collegebeslissing staat duidelijk een timing waardoor we aangeven dat wij duidelijkheid willen, en de stappen vooruit willen zetten in alle openheid en met maximale participatie. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u. Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Dank u wel schepen Demarest, voor dit klaar en duidelijk antwoord. Het was kort maar het is voor mij veelzeggend dat u durft de dialoog aangaan. Wat mij stoort aan de tussenkomsten van collega Ennaert en collega Rogissart, is dat men het zo stelt alsof die nota over de medewerkers gaat. Laat ons duidelijk zijn, die nota gaat over hoe het huidig bestuur omgaat met zijn organisatie, met zijn medewerkers. En ik hoop dat die nota jullie wakker schudt en dat jullie op een andere, respectvolle manier zullen omgaan met de medewerkers. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u schepen Demarest, voor uw antwoord. Ik had wel vermoed dat u die hete aardappel zou toebedeeld krijgen. Mijnheer Ennaert, ik hoop dat u die nota echt goed hebt gelezen. En mij rancune verwijten is absoluut een misplaatst idee. Waarom? Omdat duidelijk op pagina twee bovenaan staat: "Met de komst van de nieuwe bestuursploeg werden er evenveel vragen gesteld". Zo begint men. Dus u moet niet zeggen dat deze ploeg daadkrachtig is. Het gaat erom dat de vaagheid, de onduidelijkheid die nu al meer dan een jaar heerst, tot heel veel bezorgdheid leidt bij het personeel. Dat er verandering moet komen, dat er moet gemoderniseerd worden, dat is goed. Maar we moeten toch ook durven zeggen dat er een probleem is. Dat u daarover open communiceert, chapeau! Ik zag die nota en mijn eerste bedenking was, ze zijn vergeten die nietig te verklaren, ze hebben er niet aan gedacht dat wij dat kunnen meelezen. Zo een kritiek op de huidige bestuursploeg en dat in een nota goedkeuren, terwijl ook alle gemeenteraadsleden dat kunnen lezen. Ik moet zeggen, dat getuigt van lef. En dat betekent ook dat u bereid bent toe te geven dat er veel fout loopt. Maar dit debat doet mij wel plezier. Omdat ik wil hebben dat het betert. Door dit vandaag aan te kaarten, hebben jullie nu de plicht om jullie traject te vervolgen. Dat zal in het belang van de stad Brugge, vooral van de dienstverlening maar ook van de medewerkers, heel stipt door alle oppositiepartijen worden opgevolgd. Schepen Demarest, collega, ik weet dat u altijd zeer nauwgezet de zaken bekijkt en dat met een groot engagement, ook in thema’s die niet altijd tot uw bevoegdheid behoren. Ik ben ervan overtuigd, dat u van deze nota het beste zal willen maken en ik wens u echt veel lef, daadkracht en goesting toe. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog tussenkomsten? Nee? Dan gaan we over naar de tweede interpellatie van deze avond, over de Vismarkt. Ik geef eerst het woord aan collega Pillen.
28/2
a. b.
Vismarkt. Jasper Pillen Vismarkt. Sammy Roelant
Raadslid Jasper Pillen. – Dank u voorzitter, college, burgemeester. Enige tijd geleden, al enkele jaren, brainstormde het Ei van Brugge omtrent een reeks van voorstellen en suggesties om van Brugge een nog levendiger stad te maken. En de opwaardering van de Vismarkt was één van die talrijke - meestal goede - voorstellen. Het idee was om de Vismarkt zo te gaan renoveren, dat het een echte foodmarkt kan worden voor Brugse streekproducten. Net zoals heel veel andere ideeën van het Ei van Brugge verdient ook dit idee een verdere opvolging en toepassing. Brugge wordt steeds bekender als de proef- en eetstad van West-Europa. Wij hebben hier eigenlijk alles. Wij hebben hier artisanale ateliers, wij hebben hier goede scores in GaultMillau, wij hebben hier Michelinzaken, wij hebben een fantastisch Kookeet-festival, wij hebben zelfs culinaire musea. Dus wij hebben eigenlijk alles hier in Brugge. Ik denk dat het dan ook een opdracht is van de stad om dat merk verder uit te bouwen. Wij hebben onlangs de lancering van
47
gemeenteraad 25 februari 2014
Handmade gezien en ik refereer ook graag naar het voorstel van mijn collega Sandrine De Crom, hier naast mij, om dit Made In Bruges-label hieraan te koppelen. Dergelijke overdekte markten bestaan al in Europa, dat is eigenlijk niks nieuws. Bijvoorbeeld heb je in Madrid de Mercado San Miguel, een permanente markt, die ondergebracht is in een oud gebouw, uiteraard overdekt en omkapseld tegen regen en wind en dergelijke meer. Lokale voedings- en drankzaken gaan daar hun producten aanbieden. U kunt daar kopen, en meenemen naar huis of naar je vakantiehuis of naar je hotel. U kunt daar even goed ter plaatse degusteren en een hapje eten. Brugge heeft dus eigenlijk alle troeven, zowel die culinaire traditie als de locatie, de Vismarkt, die eigenlijk heel zijn geschiedenis lang, toch al verschillende eeuwen, een echte voedingsmarkt is geweest. Brugge beschikt dus over alle troeven om dit te realiseren. Ik was ook al zo vrij om te polsen bij enkele lokale ondernemers uit de voedingsindustrie en ook daar wordt dat idee eigenlijk zeer hartelijk verwelkomd. Ik heb dan ook de volgende heel simpele vragen:Heeft de stad momenteel plannen met de site Vismarkt? Wordt het verbouwen of transformeren van deze site naar een proef- en eetmarkt overwogen? Of kan dat toch tenminste onderzocht worden? Hoe staat de stad eigenlijk ten aanzien van dit voorstel? Ik las in de lokale pers al, naar aanleiding van een perscommuniqué, dat de schepen van lokale economie hier positief op reageerde, er wel brood in zag. Nu wordt het overleg met eventueel geïnteresseerde Brugse ondernemers hieromtrent ook al opgestart. Bedankt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Ik kan me aansluiten bij collega Jasper, dat het idee rijp is. Zelf ben ik naar aanleiding van wat er in de pers verschenen is ondertussen door heel veel mensen aangesproken, die geïnteresseerd zijn om daar zaken te brengen. Ik denk dat de Vismarkt een heel kwalitatieve site is op een goede locatie, namelijk tussen de Burg en de Dijver. Ik denk dat je daar een goede ontsluiting hebt naar de toeristen toe en dat dat eigenlijk een soort etalage op de wereld kan zijn van lokale producenten. Die kunnen dan producten in de markt zetten om mee te nemen op het moment zelf, maar ondertussen ook internationale naambekendheid krijgen. We moeten proberen dat te ondersteunen. Om eventjes te preciseren, de Vismarkt wordt sinds 350 jaar gebruikt om voedsel te verkopen, dat is 350 jaar dat daar elke dag of bijna elke dag mensen gaan om eten te kopen. Je kan dus wel spreken van een zeer diepgewortelde traditie. Wat we nu zien, is dat er daar het merendeel van de dagen nog twee, één keer per week ook drie vishandelaars staan, en dat er daar dus nog veel plaats is om nog dingen te doen. Wij denken dat die mensen het zouden verwelkomen als andere kwaliteitsproducten het aanbod versterken en daardoor extra publiek aantrekken. Ik denk dat zij vragende partij zijn. Maar ondertussen, als je de Vismarkt bekijkt, een heel mooi gebouw uit 1821, denk ik dat er toch enige opfrissingen kunnen gebeuren aan de site. Misschien dat er toch ook moet gedacht worden, hoe men de locatie kan opwaarderen naar een moderne verkoopplaats van voeding. Ik denk bijvoorbeeld aan koelelementen, die het mogelijk moeten maken om verse voeding aan te bieden. Misschien kan je, in alle respect voor de site, maken dat er op een comfortabelere manier kan aangekocht worden. Misschien, we hebben een rijk erfgoed in Brugge, zou je daar een bepaalde ontsluiting van de lange voedseltraditie in Brugge kunnen aanbieden, gecombineerd dan op gezette tijdstippen met evenementen als publiekstrekker die het imago van de site als een soort trefpunt, als een soort nexus rond duurzame kwaliteitsvoeding kunnen versterken. Dat zijn enkele van de ideeën. De mensen die me aanspraken bruisen ook van de ideeën, ik denk daarom dat we zo veel mogelijk mensen erbij moeten betrekken. Mijn vraag aan het bestuur - en aangezien de tijd rijp is en ik het gevoel heb dat er een grote consensus is, verwacht ik in feite een positieve reactie: of er plannen zijn om die Vismarkt op te waarderen en multifunctioneler te maken in het gebruik ervan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete sluit zich aan? Raadslid Ann Soete. - Ik sluit mij uiteraard aan want ook N-VA zal zeer graag een hedendaagse invulling zien van de Vismarkt. Ik denk dat het dat is wat de Bruggeling wil maar ook wat de toerist zoekt in een stad als Brugge. Wij hebben hier een topomkadering en wij zouden daar graag iets leuks willen zien met een jeugdige, jonge ambiance. Het idee van een foodmarkt is uiteraard fantastisch, niet alleen Madrid maar ook Barcelona en Valencia, alle Spaanse steden hebben die schitterende markten. Maar zoals we weten, is de Vismarkt al wat verouderd dus dat vraagt wellicht enig studiewerk.
48
gemeenteraad 25 februari 2014
Maar ik zou hier eigenlijk graag nog een suggestie willen aan toevoegen. In de zomer is er daar een tangosalon dat altijd heel veel volk trekt en een fantastische ambiance biedt. Waarom plaatsen we daar niet bijvoorbeeld, zoals men in Gent op de Kouter heeft de zondagmorgen, een kleine oester- en champagnebar. Dat zou een mooi aantrekkingspunt kunnen zijn. Het mag voor mijn part ook wulloks en cava zijn, dat maakt niet uit maar dat zou een leuke opvulling kunnen zijn, in afwachting van het studiewerk dat eventueel kan gebeuren om van de Vismarkt een volledig opgewaardeerd gebeuren te maken. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Nee? Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u, mijnheer de voorzitter, collega’s. Wat met de Vismarkt kan gedaan worden, is een typevoorbeeld van hoe we vele ideeën die leven, zouden moeten kunnen kanaliseren naar duidelijke projecten. Zoals er de verleidelijke gedachte is van het zwemmen in de reien, is er ook de verleidelijke gedachte dat we toch meer zouden moeten kunnen doen met onze Vismarkt. We willen dat aanpakken via maximale inspraak. Het is de bedoeling dat wij ervoor zorgen om iedereen die hieromtrent een idee heeft samen te brengen, met de diensten, om dan te kijken wat we er effectief kunnen van maken. Want ook de mensen van het Ei van Brugge hadden reeds bij de opsomming van hun tien projecten, dit project eruit gehaald met de duidelijke logische boodschap: u kunt spreken van een foodmarkt zoals in het buitenland maar eigenlijk mag je daarmee niet beginnen, u moet in fases werken. Het eerste, denk ik, waar we nu moeten aan werken is, weten waar we naartoe willen met zijn allen en met "we" bedoel ik de mensen die de ideeën hebben aangebracht en de administratie. Als we weten waar we naartoe willen, moeten we de verschillende stappen bepalen. Er is inderdaad nood aan een opwaardering van de Vismarkt, op twee vlakken: enerzijds wat betreft de activiteit en anderzijds wellicht ook wat betreft het bouwwerk. Maar eerst moet u het draagvlak, niet alleen het maatschappelijk draagvlak, maar ook het economisch draagvlak gaan aftasten om te kijken hoe ver we kunnen gaan. Want de voorbeelden uit het buitenland zijn historische voorbeelden, die geënt zijn op een economische realiteit. Het is als overheid onze taak om de ruimte te scheppen om nieuwe of vernieuwde, hernieuwde economische activiteiten een kans te geven. Dus zoals we het nu zien, is het de bedoeling om even orde op zaken te stellen. Want van binnen de eigen administratie zijn er minstens twee betrokken diensten: er zijn daar mensen die hun eigen artistieke producten verkopen met een vergunning via de dienst vergunningen en er is anderzijds de klassieke visverkoop. Dat moet samengebracht worden om te kijken wat u kunt behouden en wat niet, en ook om ervoor te zorgen dat de neuzen binnen de administratie in dezelfde richting worden geplaatst. Maar wat nieuw is: vanaf het begin in samenspraak met de mensen die de moeite gedaan hebben, die het maatschappelijk engagement hebben opgebracht om ideeën naar voor te brengen. En het past wellicht ook in zo een manier van werken dat u, als iemand zich ertoe geroepen voelt om één of andere markt of mogelijkheid te scheppen voor champagne of cava of een pintje, kijkt hoe u dat op één of andere manier al eens iets meer kunt toelaten. In een verdere fase moet en we ook kijken naar, pas op, de kwaliteit van het bouwwerk en moeten we uiteraard binnen de Brugse context kijken hoe ver we zouden kunnen gaan in het kader van een vernieuwing van heel die markt. Dus ik denk dat we hier aan het begin staan van een boeiend verhaal van samenwerking tussen personen uit het publiek en onze eigen administratie, professionele spelers en niet-professionele spelers samen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer Pillen. Raadslid Jasper Pillen. - Bedankt voor dat antwoord. Ik denk dat we het dan best van zeer dichtbij zullen blijven opvolgen en in de mate van het mogelijke eventueel betrokken zijn bij het verder uitdenken van het project. En dan verder opvolgen hier binnen de gemeenteraad. Bedankt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Hetzelfde. Wij vinden dit een heel boeiend verhaal en we hopen inderdaad nog betrokken te worden en mee insteken te kunnen geven of te brainstormen. We zullen dat met plezier en engagement doen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete.
49
gemeenteraad 25 februari 2014
Raadslid Ann Soete. - Ik denk dat dit een schitterend voorbeeld kan zijn van een PPS. Ik denk dat als je daar de privé bij betrekt, er toch wel verschillende mensen zijn die daar willen in investeren, die het zien als een opportuniteit om daar een fantastische plek van te maken. Dus ik denk dat dit hier wel een schitterend voorbeeld kan zijn. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s, dan kunnen we overstappen naar punt 3 van de interpellaties, mevrouw Van Volcem in verband met bedrijventerrein.
28/3
Nood aan bedrijventerreinen? Mercedes Van Volcem
Raadslid Mercedes Van Volcem. – Goede avond. Ik zie in de krant dat het huidige stadsbestuur samen met Unizo en Voka op de foto staat en ik lees dat zij beiden vragen dat er ruimte voor bedrijvigheid zou zijn. Mijn vraag is, wat het stadsbestuur concreet zal doen in deze aangelegenheid. Natuurlijk zitten we, dat weet u ook, met de afbakening van het stedelijk gebied Brugge, en de twee deelgebieden die voorlopig geblokkeerd zijn, de Spie aan de Blankenbergse Steenweg en Chartreuse. We moeten daar inderdaad de beslissing afwachten van de minister maar mijn toch het volgende. U weet dat de afbakening van het stedelijk gebied iets is dat duurt, iets op zeer lange termijn. Maar we moeten toch ook kijken voor korte termijnoplossingen. Ik richt eigenlijk een oproep tot het huidig bestuur en ook aan de burgemeester, die toch als socialist en voormalig minister van werk zeer geïnteresseerd zou moeten zijn in de tewerkstelling in zijn stad. Ik merk op dat er nog nooit zoveel werklozen zijn geweest als vandaag in Brugge. En het valt op, vroeger was er een driemaandelijks overleg van de schepen van personeel met de VDAB en de pers, waarbij er cijfers werden gecommuniceerd. Nu, dat die cijfers een stukje slecht zijn, of misschien heeft het ermee te maken dat het een andere schepen is, wordt daar eigenlijk nog zeer weinig over gecommuniceerd. En we zien dat het eigenlijk nog nooit zo slecht is geweest als vandaag. Daarom stel ik eigenlijk mijn vraag, mijnheer de burgemeester, om constructief te zijn. Waarom? Het ligt mij zeer nauw aan het hart dat Brugge welvarend blijft. In het vorige bestuur - waarvan u niets goed vindt terwijl u toch ook al veertig jaar deze stad bestuurt, ik vind dat een beetje een kronkel in uw gedachten - hebben wij geprobeerd om van Brugge een studentenstad te maken. Brugge is er nog niet, maar er zijn toch meer en meer studenten gekomen, tot 6.700 studenten vandaag. We hebben niet alleen studenten, we hebben ook studentenhuisvesting, wij hebben hogescholen, maar we zouden een tewerkstellingspact moeten afsluiten, burgemeester, waar wij vanuit de hele gemeenteraad willen aan meewerken. Dat tewerkstellingspact zou er moeten toe leiden dat bedrijven, scholen en het stadsbestuur samen kijken naar toekomstperspectieven voor jonge mensen die hier afstuderen. Want heel wat mensen studeren hier af en men moet hen in de toekomst ook een job geven. Er zijn natuurlijk in het verleden inspanningen gedaan, en dat communiceert schepen De fauw vanuit zijn RESOC altijd zeer goed. Het gaat dan over zorg en we hebben ook de onderwijspoot. Maar ik denk dat, als we welvarend willen zijn, we toch ook moeten ruimte geven aan mensen die een kleine onderneming willen starten, aan mensen die willen initiatief nemen, aan mensen die zeggen: ik wil mijn creatieve droom waarmaken, ik wil hier ruimte, ik wil hier geld investeren en ik wil ook op deze manier werk creëren voor andere mensen. En als ik zie wat er in andere steden in WestVlaanderen, onder andere in Roeselare, maar vooral ook in Izegem, boomt aan bedrijvigheid, dan doet het mij soms toch een klein beetje pijn aan het hart. Het is jammer dat veel jonge mensen die hier opgeleid zijn, zeggen, wij kunnen hier geen job vinden, we moeten naar Gent verhuizen of we moeten naar Gent gaan werken. Brugge is een fantastische stad is om in te wonen, maar het zou nog beter zijn, moesten we hier ook werk kunnen creëren voor de mensen, zodanig dat Gent niet (hoe zeggen ze dat?) de tweede hoofdplaats van West-Vlaanderen wordt. Waarom hou ik dit betoog? Omdat er toch wel op korte termijn wat initiatieven mogelijk zijn. Inderdaad met Entrakt is er een contract afgesloten voor de Peterseliestraat. Maar waarom gebeurt er niets met de Tir? De Tir staat ook volledig leeg. Waarom kan er daar ook niet een contract worden afgesloten? Het park is aangelegd of zal binnenkort aangelegd zijn. De sociale huisvesting: ik zie dat het RUP nog niet rond is, of bijna rond is maar het zal toch nog een tijd duren, denk ik, vooraleer er daar zaken kunnen worden gerealiseerd. Ik denk dat het dan goed zou zijn, moest u er eens over nadenken om in die Tir aan jonge starters misschien tijdelijk ruimte te geven om te kunnen ondernemen. Maar er zijn nog initiatieven mogelijk.
50
gemeenteraad 25 februari 2014
We moeten ook nadenken over de toekomst van Bombardier, dat hoopt op een bestelling tegen 2015. Burgemeester, u geeft daar altijd notoir medailles aan de mensen die 25 of 35 jaar voor Bombardier werken. Ik denk dat het belangrijk is dat Bombardier ook in de toekomst bestellingen kan binnenrijven. Dat ligt natuurlijk niet in onze macht, u weet dat ook, er moeten bestellingen komen van anderen. Maar zij hebben wel, en dat weet u zo goed als ik, ruimte over. Zij hebben altijd gezegd, wij hebben veel te veel hectaren, wij hebben dat eigenlijk niet nodig, zelfs niet als we extra bestellingen zouden binnenrijven, en eigenlijk willen we die wel valoriseren. Ik lees in de krant dat u daar wil voorzien in een Beurshal, tot daar. Maar er is nog ruimte. Wat zal u doen met die ruimte? Zult u daar bedrijventerreinen van maken, kantoren? Wat bent u van plan? En dat is iets, dat u wel op korte termijn zelf in de hand heeft, dat is een herschikking en herbestemming van bestaande ruimte, dat is slim omgaan met ruimte. Maar we hebben nog ruimtes, onder andere de Philipssite, een negatief verhaal. De vraag is, wat komt er in de gebouwen, in Philips? Heeft het stadsbestuur daar plannen voor? Zal u anders investeerders aantrekken? Hoe zult u die ruimte invullen, heeft u een idee? Hoe zult u mee broeien met mensen die naar daar komen? Dan hebben we ook nog de Paverko-site. Paverko heeft Brugge verlaten, begin dit jaar denk ik, en zit nu in Oostende. Wat komt er op die site? Zal men daar woningen creëren of zal men daar ruimte voorzien voor tewerkstelling en bedrijvigheid? Maar we hebben nog leegstaande gebouwen, burgemeester, de Hauwerstraat. Waarom kunnen we in het leegstaand gebouw van de Hauwerstraat niet tijdelijk iets doen? Dat zou ook een goede zaak zijn. En dan hebben we het nog niet over Kinepolis gehad. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw van Volcem. U hebt een interpellatie ingediend van drie lijntjes. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ja. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - En u stelt hier nu een twintigtal specifieke vragen aan de schepen. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Maar de schepen is daar al van op de hoogte. Hij kent die antwoorden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dat is geen correcte manier van werken. Ik ga in de toekomst erop toezien dat een interpellatie specifiek is en niet zo algemeen, "bedrijventerreinen", Dat is geen manier van werken, vind ik. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik denk dat u dat een beetje eng ziet, voorzitter, bedrijventerreinen, dat is een zeer prangend probleem. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Maar u zit elke vierkante meter van groot Brugge af te lopen. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Excuseer, maar ik denk dat er geen probleem is. Het stadsbestuur, denk ik, zal al mijn initiatieven graag horen. Ik denk dat dit de stad kan begeesteren en ik denk niet dat u daar bang moet van zijn, voorzitter, het is een goede zaak dat er iets wordt gedaan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik ben niet bang, maar … Raadslid Mercedes Van Volcem. - U moet er zich niet aan storen, het is nog vroeg. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - …u moet er dan ook rekening mee houden dat de schepen op al de specifieke vragen die u hier en nu stelt, niet altijd het volledige antwoord zal kunnen geven. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dan is dat mijn probleem, voorzitter. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Inderdaad, ja. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Hij kan dan ook schriftelijk antwoorden. Maar ik ben ervan overtuigd, hij is een goede schepen van ruimtelijke ordening, dat hij al die antwoorden zeker zal kennen. Ik weet dat hij daar heel goed zal op antwoorden. Ik zit daar niet mee in. Ik zit daar echt niet mee in. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik vind het geen manier van werken. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dat kan zijn, dan verschillen wij van mening en dat is niet erg.
51
gemeenteraad 25 februari 2014
Wat ik ook nog wil voorstellen, is Kinepolis, in Kinepolis is er ook nog ruimte voor bedrijvigheid. En er is daar ook een RUP. Ik hoop dat dat wordt verder gezet, omdat ik er toch altijd van droomde om een mooie as te creëren van Chartreuse naar Kinepolis, de Koning Albert-laan met dan aan de achterkant van het station een hele pool met de Belgacom-gebouwen. De Belgacom-gebouwen, 15.000 vierkante meter, die men ook zou kunnen omvormen tot kantoren, 25.000 vierkante meter. Dus ik denk dat er veel werk aan de winkel is, mijnheer de schepen. Er is dan ook nog het havengebied. Zal het stadsbestuur initiatieven nemen om de achterhaven uit het havengebied te lichten? Dan rest mij nog één vraag, de UCO-site, die toch een speciaal statuut kreeg, wat zal er daar mee gebeuren? U weet het zeer goed: bedrijvigheid, dat ligt ons allemaal zeer nauw aan het hart. Ik denk dat we niet kunnen zeggen, Brugge staat stil omdat de minister nog een beslissing moet nemen, en het nog zes jaar duurt eer u de bedrijventerreinen kan ontwikkelen. Want er zijn toch ook op korte termijn naar tewerkstelling toe initiatieven mogelijk en ik zou zeer graag hebben, mijnheer de schepen en burgemeester, dat u ze ter harte neemt. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - De schepen mag, maar moet niet antwoorden van mij.[Gelach] Schepen Franky Demon. - Ik ga kort zijn: ik ga ze ter harte nemen. Nee, ernstig. Laat ons eerst eens gaan kijken naar uw vraag. Want waar u eigenlijk zelf het antwoord al geeft, daar moet ik niet veel op zeggen. Dankzij de RESOC zijn we er in geslaagd om samen met Voka, Unizo, de vakbonden, alle schepenen van ruimtelijke ordening, de burgemeester, onder het voorzitterschap van Dirk De fauw, tot een akkoord te geraken. We gaan allemaal binnen ons schepencollege gaan kijken hoe we het tekort aan bedrijventerreinen - straks kom ik bij uw gebouwen terecht - in onze regio kunnen gaan oplossen. Nu gaat elk schepencollege zich daarover gaan buigen, de WVI gaat zijn toer doen. Wij gaan dan vanuit de verschillende gemeenten, vanuit de verschillende stakeholders die ik daarnet opgesomd heb, een voorstel collegiaal aan de Vlaamse Overheid geven en wij hopen dan dat daar actie zal ondernomen worden. En u hebt gelijk, dat er zaken leeg staan. Maar soms begrijp ik u ook niet goed. De ene keer zegt u, mevrouw Van Volcem, we hebben woningen nodig, we hebben goedkopere woningen nodig, we hebben woningen nodig voor jonge gezinnen en dan komt u hier op de proppen bijvoorbeeld met de Tir waar wij nu volop over aan het onderhandelen zijn met de Brugse Maatschappij en waar ons RUP sterk loopt. Over heel wat sites die u hier opgesomd heeft zijn onderhandelingen gaande, over sommige niet. Bijvoorbeeld Paverko, Kinepolis, het havengebied, daar zijn wij stelselmatig met de juiste mensen aan het bespreken wat we kunnen doen. De Hauwerstraat. Het spreekt voor zich, dit college is momenteel bezig met nog enkele grotere bouwwerken te lokaliseren, dat er waarschijnlijk eerst gekeken zal worden of de Hauwerstraat in aanmerking komt. En dan zal dit college ook een beslissing nemen rond de Hauwerstraat. De Kinepolis-site. We zijn daar bezig met de mensen van dat studiebureau en met de mensen die daar zaken willen onderhandelen. En als u dat goed wil doen dan moet u als u daar iets wil gaan inplanten ook de mobiliteit gaan bekijken. U kunt rap, rap een RUP maken en dan weer met de mobiliteit zitten. Nee, we hebben gezegd: we gaan daar eerst de mobiliteitsstudie op los laten. Dus daar zijn we aan bezig. Aan de Paverko-site, een mooi woonproject denk ik, zijn we mooie lijnen aan het plaatsen en aan het bespreken. Als het gaat over het havengebied, de voorhaven, de achterhaven, we hebben daarover gehoord op de Voka-receptie. Maar in het schepencollege is dat ook al eens ter sprake gekomen. Gaat dat over de wet-Major, die daar nog van kracht is? Er zijn daar ook heel wat gebouwen die kunnen leegkomen. , Hoe we dat kunnen gaan oplossen, daarover zijn wij aan het nadenken en zijn we in contact met de Vlaamse Overheid. Dus nu zeggen dat wij niets doen, dat is niet juist. Wij gaan niet halsoverkop overal maar zaken gaan openstellen, om ze het volgende jaar weer te moeten dicht doen. Wij hebben dat bijvoorbeeld op de site van Die Keure wel gedaan, daar zaten jonge kunstenaars. We doen dat dus op sommige plaatsen wel, op andere niet, ik weet het niet van buiten voor elke plaats die u opsomt, maar ik heb er vele genoemd: Paverko, Hauwersite, Kinepolis, het havengebied. Het mag duidelijk zijn dat we hier echt wel vooruit gaan.
52
gemeenteraad 25 februari 2014
Maar ik treed eigenlijk een beetje de voorzitter bij. U zou een veel gefundeerder en gedetailleerder antwoord gekregen hebben, mocht ik uw vragen op voorhand gehad hebben. Maar ik denk wel dat u hier een antwoord krijgt waaruit duidelijk blijkt dat we stappen aan het zetten zijn, en dat we dat zeker niet laten liggen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Dan gaan we over naar de vierde interpellatie, van de heer Daels in verband met het containerpark in Sint-Kruis.
28/4
Containerpark inwoners Sint-Kruis: intergemeentelijke samenwerking met stad Damme? Patrick Daels
Raadslid Patrick Daels. - Dank u voorzitter. Mijnheer de burgemeester, beste college, waarde collega’s. In het afgelopen jaar kwam ik namens onze N-VA fractie al enkele keren tussen met de vraag om een containerpark voor de inwoners van Assebroek en Sint-Kruis. Vooral voor inwoners van SintKruis zijn de bestaande Brugse containerparken echt niet vlot bereikbaar. Wij hebben uw antwoorden op onze herhaalde vraag goed aanhoord en genoteerd: Vlarem, ruimtelijke ordening, kostenplaatje, enzovoort. Toch willen wij als vertegenwoordiger van de Brugse bevolking en in dit geval specifiek van de inwoners van Sint-Kruis een oplossing realiseren, die tegemoet komt aan de begrijpelijke vraag naar een vlot bereikbaar containerpark. Daarom stelt N-VA Brugge voor dat het Brugse stadsbestuur contact opneemt met de collega’s van de stad Damme en hen een voorstel overmaakt tot intergemeentelijke samenwerking op het vlak van het gebruik van het containerpark van de buurgemeente. Concreet stellen wij voor om een intergemeentelijk samenwerkingsverband met Damme uit te werken, waarbij de inwoners van Sint-Kruis en eventueel een deel van Assebroek gebruik kunnen maken van het containerpark te Moerkerke, zij het uiteraard onder bepaalde voorwaarden. Onze bekommernis is de vlotte bereikbaarheid en een beduidend kortere afstand naar het containerpark vanuit Sint-Kruis. Want zo kunnen we mensen aanzetten om nog meer en efficiënter afval te sorteren en weg te brengen naar een containerpark. Dit komt mens en milieu ten goede, daarover zijn we het zeker allemaal eens. Ik dank u om dit voorstel minstens ernstig te willen overwegen en hiervoor alvast een eerste contact te willen opnemen met het stadsbestuur van Damme. Samen met de inwoners van SintKruis ziet onze Brugse N-VA-fractie hoopvol uit naar concrete actie in deze. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er collega’s, die wensen aan te sluiten? Nee? Mijnheer Pierins. Schepen Philip Pierins. - Dank u voorzitter, collega’s. Mijnheer Daels, wat u voorstelt, is een intergemeentelijke samenwerking op het gebied van containerparken tussen de besturen van Brugge en Damme. Dat lijkt ons niet aangewezen. Het containerparkreglement van de stad Brugge kan immers in de praktijk onmogelijk toegepast worden op het containerpark in Damme, waar het trouwens aan de nodige infrastructuur zoals onder meer een weegbrug ontbreekt. Daarenboven zou het in gebruik nemen van het containerpark van Damme ook geografisch geen grote meerwaarde betekenen. Misschien voor enkele mensen van Sint-Kruis maar verder denk ik niet dat dat de grote meerwaarde zou zijn. De huidige Brugse containerparken liggen immers op een voor alle Bruggelingen aanvaardbare bereikbare plaats en kunnen zeker ook de jaarlijkse binnengebrachte hoeveelheid aan de diverse soorten afval aan. Dat is de reden waarom ook op een eerdere vraag - want deze kwestie komt regelmatig terug, het is misschien een beetje een stokpaardje van u, maar in ieder geval ook van mij, ik blijf er ook op hameren - geantwoord werd dat een bijkomend containerpark in Brugge echt niet kan worden weerhouden. Het bestuur is echt van mening dat het onverantwoord zou zijn om hiervoor extra terreinen in te nemen en daar nog eens extra personeel tewerk te stellen om uiteindelijk hetzelfde resultaat te bereiken. Je maakt de spoeling wat dunner, ik heb dat al gezegd, maar je hebt meer mensen nodig, meer terreinen, en in ieder geval zou het budgettair zeker problemen opleveren. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Daels. Raadslid Patrick Daels. - Dank u mijnheer de schepen.
53
gemeenteraad 25 februari 2014
Ik ben zeer ontgoocheld dat het alweer onmiddellijk een volledige njet is. U gunt het blijkbaar op geen enkele manier. De bereikbaarheid van de containerparken is precies de echte reden waarom wij zo voortdurend op diezelfde nagel blijven kloppen. Want het containerpark van Sint-Pieters op een zaterdagvoormiddag bereiken, ik heb het al in vorige tussenkomsten gezegd, ik ga niet voortdurend hetzelfde herhalen, dat is echt geen pretje. En dat containerpark in Moerkerke, dat ligt echt op vijf, zes minuutjes rijden van Sint-Kruis. Dat spaart verkeer, dat spaart luchtverontreiniging enzovoort. Dus er zijn wel heel wat argumenten aan te halen om juist de mensen van dat deel van Brugge de kans te geven of een poging te doen om een overeenkomst te maken om ze de kans te geven naar het containerpark van Damme te gaan. Ik heb ook gezegd in mijn interpellatie, "zij het onder bepaalde voorwaarden". Als de mensen iets gaan deponeren op dat containerpark in Damme, en de stad Damme daarvoor één of andere beperkte tegemoetkoming vraagt, dan staat het hen nog vrij om te gaan of niet. Maar dan hebben ze op zijn minst de kans om naar daar te gaan als ze dat willen. Het argument dat u aanhaalt, dat er geen weegbrug is in Damme, vind ik eerlijk gezegd een zeer ontgoochelend en zwak argument. Dat doet hier eigenlijk niets ter zake. Als u een samenwerkingsovereenkomst zou proberen te maken met stad Damme, dan is het aan de stad Damme om eventueel bepaalde voorwaarden op tafel te leggen en dan terug te koppelen naar hier, kunnen wij dat aanvaarden als Bruggeling of niet. Ik vind het een beetje jammer dat er zo een pertinent negatieve houding is van uw kant uit. Ik ben ontgoocheld daarin. Ik vind het heel jammer. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Goed. Dan gaan we naar het stormweder bij mevrouw Helleputte.
28/5
Maatregelen bij storm. Sabine Helleputte
Raadslid Sabine Helleputte. - Bedankt mijnheer de voorzitter, collega’s en schepenen. De gevreesde overstromingen in de nacht van vijf op zes december vorig jaar zijn gelukkig uitgebleven. Langs de volledige kust werden de nodige maatregelen getroffen om het ergste te voorkomen. Ook in Zeebrugge waren tientallen mensen in de weer om onze kust te behoeden tegen het wilde natuurgeweld. Brugge nam dus maatregelen tegen de storm, die in de media al snel de “Sinterklaasstorm” genoemd werd. Daarover heb ik volgende vragen. Is er al een evaluatie geweest van de maatregelen die in Zeebrugge tegen de storm werden genomen? Indien deze evaluatie al heeft plaatsgevonden, wat was hiervan het resultaat? Kunt u de vastgestelde pijnpunten toelichten? Werden deze al aangepakt of zal dat in de nabije toekomst gebeuren? En welke maatregelen zult u in de toekomst treffen die u deze keer niet getroffen heeft? Of om het met de woorden van onze populaire kok te vragen: “Wat hebben we geleerd?” Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er collega’s die aansluiten? Nee? Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u mijnheer de voorzitter, waarde collega’s. Zowel in Brugge zelf als samen met de Provincie werd een evaluatie gemaakt van de getroffen maatregelen en de aanpak van de Sinterklaasstorm. De evaluatie in Brugge vond plaats op 11 december 2013. De evaluatie samen met de Provincie en andere betrokken steden vond heel recent plaats, namelijk vrijdag laatstleden op 21 februari 2014. Het is nog even wachten op het schriftelijk verslag. Maar in ieder geval werd bij de evaluatie vastgesteld dat de evolutie dag op dag nauwgezet gevolgd werd, in het bijzonder door de diensten van de gouverneur en door de gouverneur zelf, die mij praktisch iedere dag opbelde om te checken of alles in voorbereiding was voor de mogelijke noodsituaties. Op donderdag 5 december hebben wij stapsgewijze de maatregelen bijgestuurd voorbereid zijnde zelfs op evacuatie mocht dat echt nodig geweest zijn. Ik denk dus dat er in de grote lijnen een zekere tevredenheid is onder de verschillende diensten. Eén van de lessen die we eruit trekken is dat er op één of andere manier nog sneller een coördinatiemoment zou moeten kunnen komen.
54
gemeenteraad 25 februari 2014
Tweedens was er de vaststelling dat de noodplanningsambtenaar, bij manier van spreken, in Brugge net op tijd aangeworven werd maar nog niet voldoende gekend was bij de Provincie. Het is een beetje raar zeggen, maar hij heeft een zeer mooie proef kunnen lopen. In ieder geval was het nut van een noodplanningsambtenaar direct duidelijk. Wat we wellicht ook vlotter moeten kunnen regelen, is er op voorbereid te zijn om effectief een noodnummer op te stellen, om de bevolking nog vlugger dan dit keer te informeren. Al moet ik zeggen dat de gouverneur opstond en ging gaan slapen met de storm in zijn hoofd. Dus op dat vlak hebben we geluk gehad. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Helleputte. Raadslid Sabine Helleputte. - Ik dank u voor het uitgebreid antwoord en we volgen dat verder op. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan gaan we nu terug naar mevrouw Bruggeman in verband met het parochiaal centrum Steenbrugge en het belang van dergelijke centra.
28/6
Het parochiaal centrum Steenbrugge en het belang van dergelijke centra. Martine Bruggeman
Raadslid Martine Bruggeman. - Geachte heer voorzitter, geachte collega’s gemeenteraadsleden. Uit een recent schrijven van de voorzitter van de vzw Parochiaal centrum Steenbrugge blijkt een heel grote ongerustheid in verband met het behoud van het gebouw, gelegen aan de Baron Ruzettelaan in Steenbrugge langs het kanaal. De nakende vervanging van de Steenbrugge-brug, maar ook de mogelijke verbreding van de vaart en alle hieruit voortvloeiende aanpassingen kunnen gevolgen hebben voor de verdere werking van dit centrum, dat nu meer dan ooit een polyvalente ruimte is die plaats biedt aan diverse verenigingen en waar een brede waaier aan activiteiten plaats vindt. Deze locatie is duidelijk het kloppend hart van Steenbrugge. Onlangs werd door de vzw een bouwvergunning aangevraagd voor een tuinhuis op de grond van het centrum. Deze bouwaanvraag kreeg ongunstig advies omwille van de mogelijke verbreding van de vaart. Naar ik meen zijn er nog geen concrete plannen voor de nieuwe brug, maar het ongunstig bouwadvies voor dit tuinhuis omwille van wijzigingen in de aanpalende infrastructuur zorgt voor een meer dan lichte paniek. Nu is mijn vraag, wat is daar van aan? Wat mag Steenbrugge verwachten? En vooral, zal het parochiaal centrum alsnog kunnen gered worden? Ik wil het ook in een breder perspectief kaderen en het belang van dergelijke ontmoetingscentra in de verf zetten. De bewoners van specifieke wijken of van de deelgemeenten hebben een plek nodig waar zij, zonder zich te moeten gebonden voelen aan één of andere vereniging, religie of ideologie, ongedwongen in contact kunnen komen met elkaar. Deze ontmoetingscentra bevorderen niet alleen de sociale samenhang, maar ook de culturele ontwikkeling, waarbij “cultuur” in zijn meest brede zin moet worden begrepen. Een mooi voorbeeld van zo een ontmoetingsplaats en hoe het overal zou moeten, werd gerealiseerd in het filiaal van de stadsbibliotheek De Garve in de wijk Sint-Jozef, maar ook op andere plaatsen zoals we heel onlangs nog konden vaststellen bij de opening van het vernieuwde centrum in Zwankendamme. Ik wil nog even wijzen op een zekere verwarring in verband met de terminologie. Een bibliotheek bijvoorbeeld komt bij vele mensen nog altijd over als een bibliotheek en niet als een ontmoetingsplaats, hoewel het dat vaak wel is. En het is nog altijd zo dat bepaalde mensen een bibliotheek of cultureel centrum als een drempel ervaren. Andere ontmoetingscentra worden centrum genoemd of parochiaal centrum, maar dikwijls komt dit alles op hetzelfde neer. Ik denk daarom dat het interessant zou zijn, dat er een inventaris zou opgemaakt worden van de plaatsen die de functie van daadwerkelijk ontmoetingscentrum kunnen waarmaken, dus zowel parochiale centra, bibliotheekfilialen, buurt- en wijkcentra, als dienstencentra en andere, zodat elke Bruggeling, waar hij ook woont, duidelijk weet waar hij terecht kan om ongedwongen een praatje te maken, een krant of een boek te lezen. Dit is een middel tot integratie, niet enkel voor kansarmen maar ook voor bijvoorbeeld oudere alleenstaanden, dus voor een heel belangrijke groep in Brugge. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s die wensen aan te sluiten? Neen? Mijnheer Demon.
55
gemeenteraad 25 februari 2014
Schepen Franky Demon. - Ik ga het eerste deel voor mijn rekening nemen. Het parochiaal centrum van Steenbrugge ligt volgens het gewestplan van 1977 grotendeels in de reservatiestrook langs het kanaal. Op heden zijn de bepalingen van het BPA 102 Baron Ruzettelaan Zuid-West uit 1998 van toepassing en het parochiaal centrum ligt deels in de reservatiestrook. Het BPA zegt daarover: “In afwachting of bij niet realisatie van de aanpassingswerken aan het Kanaal kan het bestaande parochiaal centrum met inbegrip van cafetaria en feestzaal worden behouden en met maximum 20% worden uitgebreid.” De aanvraag van 13 januari 2014 ging om een berging tussen het centrum en het kanaal. Gelet onder andere op het ongunstig advies van Waterwegen en Zeekanaal was het volgens ons niet opportuun, zelfs niet met een eventuele notariële akte van afstand van meerwaarde, in deze zone werken uit te voeren die de geplande uitbreidingswerken aan het kanaal kunnen verhinderen. Wij hebben onmiddellijk contact opgenomen met de aanvragers, dus met de mensen van het parochiaal centrum Steenbrugge, om hen erop te wijzen dat wij graag tenminste de voorbereidende studies en de keuze van het uitvoeringsalternatief wensen af te wachten. Maar laat ons duidelijk zijn, dit betekent geenszins dat er al werd beslist dat het parochiaal centrum zou moeten verdwijnen. De studies over de uitbreidingswerken aan het kanaal zijn namelijk nog lopende. En we veronderstellen dat de Vlaamse overheid maximaal zal rekening houden met het bestaan van het parochiaal centrum. Raadslid Martine Bruggeman. - Dank u, ik kan dus de mensen van het parochiaal centrum toch wel geruststellen in die optiek. Schepen Franky Demon. - Ja, maar dat hebben we de maandag zelf van de beslissing duidelijk ook gecommuniceerd aan die mensen. Het is echt afwachten totdat die studie er is en het zou nu te stom zijn om een tuinhuis te vergunnen en dan binnen deze legislatuur of binnen twee jaar te zeggen, we hebben die grond nodig. Daarover gaat het. Raadslid Martine Bruggeman. - Dank u wel. Burgemeester Renaat Landuyt. - Wat het tweede deel van de vraag betreft, het belang van dergelijke centra en het opstellen van een inventaris. Wat het belang betreft zijn uw woorden onze woorden. Ik denk dat iedereen het belang van dergelijke centra onderschrijft. Uw vraag naar een inventaris zou ik eigenlijk moeten omdraaien. De doelstelling is dat elke Bruggeling waar hij ook woont, weet waar hij terecht kan. En ik denk dat de inventarissen bestaan, maar uw vraag kan mogelijks een uiting zijn van het feit dat niet iedere Bruggeling dat zo maar weet of blijft weten. Wij zorgen eigenlijk bij de ontmoeting met de nieuwe Bruggeling, dat alle diensten eens duidelijk op een rij gezet worden. Voor wie het echt wil weten, bestaan er het overzicht op de website van de stad en het overzicht op de website van het OCMW. U kunt zeer vlug die inventaris maken. Maar ik zou uw vraag willen omdraaien of ten goede nemen, door er toch op te letten als stad, om geregeld de burgers in te lichten over waar ze terecht kunnen. We kunnen bijvoorbeeld in BruggeInspraak wel nu en dan eens per regio herhalen waar men echt terecht kan. Maar de inventaris zelf die bestaat eigenlijk, voor de mensen die hun weg vinden op het internet weliswaar. Maar ik neem het in ieder geval mee als een bezorgdheid en suggestie om onze burgers nog meer dan nu in te lichten. Ik geef heel graag het woord aan ervaringsdeskundige collega Boudewijn Laloo. Schepen Boudewijn Laloo. - Ik denk inderdaad, burgemeester, collega, dat wij daar eens een inventaris moeten voor opmaken. Maar ik wil toch ook benadrukken dat de parochiale centra geen eigendom zijn van stad Brugge. Meestal valt dat onder de vzw Decanale Werken, die verbonden is met het Bisdom. Maar we moeten er misschien eens over denken, burgemeester, of wij teneinde een nog betere dienstverlening te geven aan onze Bruggeling, in de toekomst misschien niet op één of andere manier moeten samenwerken met die vzw Decanale Werken, om er naar te streven dat die parochiale centra een betere uitrusting krijgen zodanig dat zij volledig ten dienste staan van de Brugse verenigingen. Maar ik kan u waarschuwen: als dat een stap zou zijn die we ooit zetten, dan zou dat wel een heel dure stap zijn. En ik doe via deze weg hier ook een oproep dat de vzw Decanale Werken ook een beetje zijn of haar verantwoordelijkheid zou nemen. Burgemeester Renaat Landuyt. - Als ik daar iets mag aan toevoegen in de gezelligheid van het debat.
56
gemeenteraad 25 februari 2014
Ik ben blij dat de schepen in mijn plaats de oproep doet aan de vzw Decanale Werken (Het is toch zo?) Maar ik wil wel wijzen op een zeer efficiënte samenwerking die we zopas hebben kunnen besluiten met de mooie herinrichting van het lokaal in Zwankendamme, waar we met Europees geld en met geld van het stedenfonds eigenlijk met relatief, want ik kan nu na een jaar al een paar vergelijkingen maken, weinig geld het lokaal zeer, zeer sterk verbeterd hebben. En eigenlijk ook mede opengesteld hebben daardoor, voor mensen van alle gezindheid, voor alle, alle, alle inwoners van Zwankendamme. In een zeer goede sfeer is dit geopend zaterdag. Terwijl er een congres bezig was in Brussel, ben ik hier aangenaam in Brugge gebleven, en in het bijzonder in Zwankendamme, waar ik toch ook de gedachte had: zo een samenwerking vraagt naar meer. Maar u kunt wel meer realiseren, juist door deze samenwerking. Het is ook een methode om wat de vzw Decanale Werken in handen heeft beter te ondersteunen mits het opengesteld wordt voor iedereen. Dus die weg willen we zeker nog verder behandelen. Raadslid Martine Bruggeman. - Dank u wel. Ik heb nog nooit een antwoord op mijn vraag gekregen van drie schepenen met de burgemeester. Maar bedankt voor het uitgebreid antwoord. Burgemeester Renaat Landuyt. - Ook dit is een stijlbreuk, dat is die ploeg die voor u zit. [Gelach] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - We zijn aanbeland bij de laatste interpellatie, Noelia Sanchez in verband met jonge gezinnen in de binnenstad en op mijn lijstje staat er maar één schepen, die zal antwoorden. Aan u het woord.
28/7
Jonge gezinnen in de binnenstad. Noelia Sanchez
Raadslid Noelia Sanchez. - Ik vind het jammer dat ik op mijn vorige tussenkomst geen antwoord gekregen heb. Het was puur constructief in verband met de speeltuinen voor mensen met een beperking. Ik had geen uitgebreid antwoord verwacht maar wel een "ja", een "nee", een "dank u" of een "dat nemen we mee", toch voor zo een thema. Maar goed. Jonge gezinnen in de binnenstad. In het speelruimtebeleidsplan staat er heel wat rond jonge gezinnen en wat jullie daarmee willen doen. We vinden dit een zeer goede uitgangspositie. Er is aandacht voor spelende kinderen en jongeren in de Brugse deelgemeenten, dus absoluut voor. Maar het is zeer moeilijk om die jonge gezinnen in Brugge te krijgen. Mijn vraag is, hoe ziet het stadsbestuur de mogelijkheid - het is weer van hetzelfde! [spreker alludeert op het hoorbaar gebrek aan aandacht in de zaal, wacht even en herneemt:] Hoe ziet het stadsbestuur de mogelijkheid om jonge gezinnen, ouders met jonge kinderen in die binnenstad te laten wonen? Is er hierrond een concreet actieplan? Want ik merk dat er bij mijn vrienden heel veel zijn die betaalbare woningen zoeken in Oostkamp, Veldegem, Zedelgem, Ruddervoorde, Roeselare, Loppem en noem maar op. Brugge heeft heel veel troeven, maar we slagen er niet in om die jonge mensen echt in de binnenstad te houden Dat is wel een fenomeen dat zich voordoet in meerdere steden dus het is absoluut geen kritiek. Het stond dit weekend ook in De Standaard met als kop: “Stad zoekt dertigers.” En het zijn net die tweeverdieners uit de middenklasse die een stad nodig heeft. Ik citeer uit De Standaard: “Uit onderzoek blijkt dat de top drie van redenen waarom gezinnen weg vluchten uit de stad zijn: één, een gebrek aan groen, twee, de verkeersdrukte en drie, het tekort aan betaalbare gezinswoningen met een tuin.” Het is ergens logisch dat een woning in de stad duurder is dan in de deelgemeente. En het is ook normaal dat een huis met een tuin in de binnenstad duurder is. Maar om de prijs te drukken, kunnen we bijvoorbeeld voor woonprojecten zorgen met een privéterras, maar wel met een gemeenschappelijke tuin. Ons voorstel is dan ook om bij grote sites die leeg staan, zoals de Peterseliestraat of de Weylerkazerne of nog andere, met de bouwpromotoren aan tafel te zitten en ze aan te moedigen om appartementen te bouwen voor jonge gezinnen met een gemeenschappelijke tuin maar met een privéterras. Bij private eigendommen is dat natuurlijk al wat moeilijker, maar bij projecten waar de stad eigenaar is van de grond, zoals de Weylerkazerne, moet dat toch mogelijk zijn. Mijn grote voorbeeld voor woningen: ik heb familie in Duitsland bij Keulen en die hebben wel een privéterras maar een grote tuin en er wonen daar heel veel gezinnen met jonge kinderen. Dus met een goed doordacht plan en een goede binnenhuisarchitectuur denk ik dat dat perfect mogelijk moet zijn.
57
gemeenteraad 25 februari 2014
We zitten ook nog met een bijkomend probleem. Er zijn nieuwbouwprojecten in de binnenstad, dat klopt, en sommige daarvan zijn ook betaalbaar voor jonge gezinnen. Er zijn heel veel mensen die die projecten zien als een ideale investering: een appartement kopen om dat dan te verhuren. En we zien ook dat er heel wat zestigplussers zijn, zowel van de regio Brugge als daar buiten, die beslissen om hun oudere dag in de Brugse binnenstad door te brengen. Dat beseffen wij ook. Maar we mogen niet vergeten, beste schepen, dat er heel veel jonge koppels zijn die net iets te veel verdienen om een sociale woning te kopen, maar veel te weinig verdienen om in regio Brugge een huis te kopen. Vandaar mijn vraag. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s die wensen aan te sluiten? Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter, collega’s. Betaalbaar wonen is een thema dat ons ook met Groen zeer na aan het hart ligt. Met Jong Groen hebben we indertijd een aantal keer actie gevoerd specifiek rond die Weylerkazerne. We hebben het pand zelfs eens gekraakt, en op de agenda proberen te zetten om daar starterswoningen in te krijgen. We willen dat voorstel nog eens herhalen. En het lijkt wel een opdracht voor een stadsontwikkelingsbedrijf, dat we net opgericht hebben, om bijvoorbeeld zo een stadskanker aan te pakken en in te vullen met een goed doel, een doel dat niet het gebouw dient zodanig dat het niet meer leegstaat, maar een doel dat de gemeenschap, de Bruggeling kan dienen. En ik denk dat we voluit de kaart moeten trekken van jonge starterswoningen, voor jonge mensen die alleenstaand zijn, maar ook jonge gezinnen, jonge koppels. Ik denk dat we ten volle die kaart moeten trekken. Er zijn nog andere sites maar de Weylerkazerne is ons eigenlijk al langer een doorn in het oog. We hebben al een paar keer gehoord dat er oplossingen zouden in de maak zijn, maar als puntje bij paaltje komt, valt dat toch telkens weer in het water en komen er andere dingen naar boven. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Demon. Schepen Franky Demon. - Dank u wel. Om jongeren en jonge gezinnen in de stad te houden, zijn volgens mij verschillende factoren belangrijk. In de eerste plaats moet er een voldoende aanbod zijn aan onderwijs. Op dat vlak hebben ouders, die een school willen kiezen voor hun kind, denk ik, in Brugge een luxeprobleem. Er zijn veel goede scholen in Brugge en er is geen sprake van wachtlijsten, dit in tegenstelling tot sommige grote steden. Zoals u terecht opmerkt, blijven jongeren dikwijls hangen waar ze gestudeerd hebben. In die zin is de aanwezigheid van diverse hogescholen en binnenkort de komst van de universitaire afdeling een troef voor Brugge. Daaraan gekoppeld moeten er voldoende studentenvoorzieningen zijn, zoals studentenhuisvesting, en wordt nu ook werk gemaakt van een soort studentenhuis. Eénmaal men is afgestudeerd en men overweegt om in Brugge te blijven, winnen ook andere factoren aan belang. In de eerste plaats is dat werkgelegenheid, een belangrijke factor om hier te blijven wonen. Zelfs indien men in het begin nog bereid is om te pendelen, zal men er op termijn toch de voorkeur aan geven om te werken in de buurt van zijn of haar woonplaats. Daarom is het belangrijk om werkgelegenheid te creëren die aansluit bij de geboden opleidingen in het hoger onderwijs bij ons in Brugge. De kans dat mensen werk zoeken buiten Brugge en op termijn dan ook naar daar verhuizen, wordt zo enigszins afgeremd. Momenteel, en dat weet u misschien niet, loopt er een studie die een analyse zal maken van het bestaande opleidingsaanbod en de mogelijkheden voor de toekomst. Het is de bedoeling om ook te bekijken hoe men het bedrijfsleven beter kan doen aansluiten bij de opleidingen. Onder andere zijn we bezig met de bevraging bij oud-studenten van onze Brugse hogescholen, om na te gaan waar men vandaag woont, in welke sector men is tewerkgesteld en waarom men koos voor de huidige woonplaats. Om hier te blijven wonen, is het als jongere of jong gezin zoeken naar een betaalbare woning. Bij nieuwe grote projecten wordt steeds gestreefd naar grondgebonden woningen, dat huisje met een tuintje, omdat het voor een jong gezin met kleine kinderen het aantrekkelijkste is wanneer er ook een soort privé buitenruimte aanwezig is. Er zijn verschillende samenwerkingsprojecten die daarop inspelen, sommige in samenwerking met de sociale huisvestingsmaatschappijen. Zo is er inderdaad in de Peterseliestraat het oud militair hospitaal dat zal worden omgevormd van militair domein naar woonzone, hetzelfde geldt voor de Tir in Assebroek. Deze projecten zullen uitgevoerd worden door onze sociale huisvestingsmaatschappijen. Daarnaast is er ook nog Zeewege, alsook eventueel - eventueel - de site van Jan Breydel eenmaal de oplossing voor het voetbalstadion definitief is. In elk van die projecten wordt er gestreefd naar kleinere kavels met een huisje en een tuintje geschikt voor jonge gezinnen.
58
gemeenteraad 25 februari 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Sanchez. Raadslid Noelia Sanchez. - Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - U bent sprakeloos blijkbaar. Goed. Dan gaan we over naar de akten en mededelingen.
Akten en mededelingen Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 29, 30, 31, 32, 33, 34, 35, 36, 37. Nee? 29
Politie - goedgekeurde politiebegroting 2014 - kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van het besluit van de hogere overheden waarbij de politiebegroting 2014 werd goedgekeurd.
30
Politie - goedgekeurde politiebegrotingswijziging 2 2013 - kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van het besluit van de hogere overheden waarbij de politiebegrotingswijziging 2 2013 werd goedgekeurd.
31
Verkeersdienst - verslag stedelijke werkgroep verkeer d.d. 16 december 2013 kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s 16 december 2013.
van het verslag van de stedelijke werkgroep verkeer d.d. STEDELIJKE WERKGROEP VERKEER ZITTING VAN 16 DECEMBER 2013
Aanwezig : P. Pierins, schepen-voorzitter, D. Van Nuffel, S. Decloedt, C. Storme, F. Van Oyen, P. Debel, S. Helleputte, A. Strubbe, B. Cool, J. Jansoone, P. Van Herck, Verontschuldigd : Schepen A. Lambrecht, R. Morlion, A. Quataert, J. Pillen, ======================================================== De heer voorzitter opent de vergadering om 18.30 uur. Vooraleer de bundels worden voorgelegd deelt de voorzitter mee dat alle aanvragen inzake kort parkeren ( punt 23 ) niet zullen besproken worden. Niet alle diensten brachten tijdig hun advies uit. Vervolgens worden volgende punten voor advies voorgelegd. 1a) 18-Oktoberstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 6. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 1b) Ter Lindenhof: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om twee voorbehouden parkeerplaatsen voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 15 en één voorbehouden parkeerplaats
59
gemeenteraad 25 februari 2014
ter hoogte van nr. 67. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 1c) Calvariebergstraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 48. Advies SWV : na overleg komt de werkgroep overeen om dit bundel uit te stellen voor verder onderzoek. 1d) Sarepta: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 8. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 1e) Velodroomstraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen tegenover nr. 114. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 1f) Nieuwe Gentweg: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 79. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 1g) Jezuïetengoed: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 4. Advies SWV : na overleg komt de werkgroep overeen om dit bundel uit te stellen voor verder onderzoek. 2a) Karel Cartonstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om de voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap tegenover nr. 3 te verwijderen. Advies SWV : akkoord met voorstel. 2b) Sint-Gillisdorpstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om de voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap ter hoogte van nr. 10 te verwijderen. 3) Oostmeers: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om aan beide zijden van de inrijpoort van het RVT Minnewater parkeerverbod aan te brengen alsmede aan de overzijde van dezelfde inrijpoort en dit in functie van de bereikbaarheid door de brandweer. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 4) Kluppelmeers: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren in de pijpekop ter hoogte van nr. 18. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 5) Peraltastraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren tegenover het bedrijf Waterlink gevestigd op nr. 18. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 6) Oost-Proosse: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van nr. 15. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 7) Kapelweg: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van nr. 16 en het parkeerverbod tegenover de inrit van nr. 19 uit te breiden. Eveneens gunstig advies
60
gemeenteraad 25 februari 2014
om parkeerverbod in te voeren op het kruispunt met Pad Zevenbergen. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 8) Venkelstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om het bestaand parkeerverbod uit te breiden tot voorbij de voordeur van nr. 1. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 9) Koude Keukenstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod aan te brengen in functie van de nieuw gerealiseerde voetpadverlaging. ONGUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor voetgangers aan te brengen tegenaan de Gistelse Steenweg. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 10) Antoon de Lensstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om het beurtelings parkeren op te heffen. Advies SWV : na overleg komt de werkgroep overeen om dit uit te voeren bij wijze van proefmaatregel. 11) Zeger van Malestraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om het beurtelings parkeren op te heffen, om beperkt eenrichtingsverkeer in te voeren en om een laad- en loszone aan te brengen ter hoogte van de poort van bakkerij Lucas. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 12) Torhoutse Steenweg met Albert Dyserinckstraat en Abdijbekepark. Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren. Advies SWV : na overleg komt de werkgroep overeen om door het plaatsen van fietsrekken een parkeerverbod te realiseren. 13) Esperantostraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van nr. 24. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 14) Korendragersstraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de garage van de hoekwoning Ter Looigemweg 18. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 15) Dennenhof: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een parkeerbeperking in te voeren. Advies SWV : na overleg gaat de werkgroep akkoord met het voorstel maar doet de suggestie om een schrijven te richten aan de directie van het PCB. 16) Kapelweg: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren tegenover de woning nr. 1. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 17) Kroonstraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om het parkeren toe te laten op het trottoir tegenover nr. 26. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 18) Ten Boomgaard: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om eenrichtingsverkeer in te voeren. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 19) Torhoutse Steenweg: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om de bebouwde kom uit te breiden tot na de Witte Molenstraat. ONGUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor fietsers en voetgangers aan
61
gemeenteraad 25 februari 2014
te brengen aan de ingang van Tillegembos. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 20) Hoogste van Brugge: Voorstel politie : TER BESPREKING : de verkeerstoestand in het smalste deel van de straat. Advies SWV : na overleg komt de werkgroep overeen om in het gedeelte tussen de Korte Vuldersstraat en de Westmeers alle verkeer te verbieden uitgezonderd de fietsers en de voetgangers. De signalisatie zal bijkomend worden ondersteund door plaatsing van een paaltje. 21) Brugse Steenweg: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor voetgangers aan te brengen tussen het pad van de wijk Lobbrechtstraat en de wijk De Grendel. ONGUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor voetgangers aan te brengen ter hoogte van de parking aan de M. Yourcenarstraat. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 22) Weidestraat: Voorstel politie : ONGUNSTIG ADVIES om een verkeersspiegel te plaatsen in de bocht ter hoogte van nr. 346. Advies SWV : akkoord met het voorstel. Met instemming van de voorzitter worden nog 2 bijkomende punten voorgelegd die niet op de agenda staan. 24) Titecastraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren ter hoogte van de toegang tot de woning nr. 118. Advies SWV : akkoord met het voorstel. 25) Haarakkerstraat: Voorstel politie : GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 6. Advies SWV : na overleg gaat de werkgroep akkoord met het voorstel.
32
Stedelijke raad voor personen met een handicap - verslag algemene vergadering kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van het verslag van de algemene vergadering van de stedelijke raad voor personen met een handicap van 18 februari 2013.
33
Seniorenadviesraad - verslagen algemene vergadering - kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van de verslagen van de algemene vergaderingen van de seniorenadviesraad d.d. 22 januari 2013, 26 maart 2013, 28 mei 2013, 24 september 2013, 26 november 2013.
34
Stedelijke Raad van Buurtwerken - verslagen algemene vergadering kennisname. De Gemeenteraad,
62
gemeenteraad 25 februari 2014
N e e m t k e n n i s van de verslagen van de algemene vergaderingen van de stedelijke raad van buurtwerken van 21 maart 2013, 28 mei 2013, 17 september 2013 en 3 december 2013.
35
Lokaal overleg kinderopvang - verslagen van de vergaderingen d.d. 31.01.2013, 18.04.2013, 19.09.2013 - kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van de verslagen van de algemene vergaderingen van het lokaal overleg kinderopvang d.d. 31 januari 2013, 18 april 2013 en 19 september 2013.
36
Diversiteit - verslaggeving stedelijke emancipatieraad van 8 januari, 18 juni en 10 september 2013 - kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van de verslaggeving van de stedelijke emancipatieraad van 8 januari, 18 juni en 10 september 2013.
37
Noord-Zuiddienst - verslagen Noord-Zuidraad januari - december 2013 kennisname. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van de verslaggeving van de Noord-Zuidraad van januari, februari, maart, april, mei, juni, augustus, september, oktober, november en december 2013.
Dan is de openbare vergadering gesloten. De zitting wordt om 21u50 gesloten.
63