HET GEMEENTERAADSBLAD woordelijk verslag van de gemeenteraad van 21 oktober 2014
stad brugge, burg 12 - b-8000 brugge | www.brugge.be |
[email protected] | t 050 44 80 10
gemeenteraad 21 oktober 2014
AGENDA OPENBARE VERGADERING 1 Veiligheidsdebat. 2 Gemeenteraad - wijziging samenstelling berekken - goedkeuring. 3 Politie - aankoop hard- en software voor de implementatie van Mobile Office - voorstel wijze van gunnen - goedkeuring. 4 Personeel - lokale politie Brugge - vacatures mobiliteitscyclus 2014-04 - vacantverklaring in het operationeel kader. 5 Preventie - overeenkomst FOD Justitie-Stad Brugge in het kader van alternatieve gerechtelijke maatregelen 2014 - goedkeuring. 6 Toelagen - restauratie schouw - Baliestraat 27 - definitieve toekenning - uitbetaling. 7 Toelagen - restaureren van het pand Pastoor Verhaegheplein 21 - definitieve toekenning uitbetaling. 8 Ruimtelijke ordening - ontwerp provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Solitaire vakantiewoningen - Brugge-Oostende - advies. 9 Ruimtelijke ordening - ontwerp RUP Buffer Dudzele d.d. juli 2014 - voorlopige vaststelling. 10 Ruimtelijke ordening - Generaal Lemanlaan, Nijverheidsstraat, Blekerijstraat te 8310 Brugge - Immobyr NV - bouwen van een meergezinswoning na afbraak van een bestaand gebouw, gelegen Generaal Lemanlaan, Nijverheidsstraat, Blekerijstraat te 8310 Brugge goedkeuring kosteloze grondafstand ten voordele van de stad. 11 Mobiliteit - verlenging samenwerkingsovereenkomst Mobile-for. 12 Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 1) - 1) Christus-Koning 2) O.L.Vrouw 3) Sint-Jacob 4) Sint-Gillis 5) Sint-Pieter 6) Sint-Anna en 7) Sint-Walburga goedkeuring. 13 Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 2) - 1) Sint-Willibrord 2) O.L.-VrouwOnbevlekt-ontvangen 3) H. Godelieve en Karel de Goede 4) H. Hart en H. Philippus 5) H. Michiel en 6) Sint-Baafs - goedkeuring. 14 Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 3) - 1) H. Kruisverheffing en SintJozef 2) O.L.-Vrouw-Bezoeking 3) Sint-Donaas 4) Sint-Pieter-in-Banden 5) Sint-Jozef en 6) Sint-Niklaas - goedkeuring. 15 Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 (CKB1) - 1) O.L.-Vrouw 2) SintJacob en 3) Sint-Anna - goedkeuring. 16 Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 - H. Godelieve en Karel de Goede (CKB 2) - goedkeuring. 17 Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 - Sint-Jozef (CKB 3) goedkeuring. 18 Erkende kerkbesturen - protestantse kerk - budget 2015 - goedkeuring. 19 Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 1) - 1) O.L.-Vrouw 2) Sint-Jacob 3) SintGillis 4) Sint-Anna 5) Sint-Walburga 6) Christus-Koning 7) H. Familie en 8) Sint-Pieter goedkeuring. 20 Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 2) - 1) Sint-Andries en Sint-Anna 2) SintBaafs 3) Sint-Willibrord 4) H. Michiel 5) H. Godelieve en Karel de Goede 6) Sint-Katarina 7) H. Hart en H. Philippus 8) O.L.-Vrouw-0nbevlekt-Ontvangen 9) O.L.-Vrouw-ten-HemelOpgenomen en 10) H. Jozef en Kristoffel - goedkeuring. 21 Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 3) - 1) H. Kruisverheffing en Sint-Jozef 2) H. Leo-De-Grote 3) H. Thomas-van-Kantelberg 4) O.L.-Vrouw-Bezoeking 5) Sint-Donaas 6) Sint-Franciscus-van-Assisië 7) Sint-Jozef 8) Sint-Niklaas en 9) Sint-Pieter-in-Banden goedkeuring. 22 Brandweerhervorming - definitieve start hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 vanaf 1 januari 2015 - financieringsovereenkomst met de hulpverleningszone en de 16 andere gemeenten van de zone - financiële verdeelsleutel 2015-2025 en de daaraan verbonden modaliteiten. 23 Financiële administratie - vaststellen van de bijdrage van de stad Brugge in de hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 voor het dienstjaar 2015. 24 Stedelijk onroerend patrimonium - Komvest 34 A - autostandplaatsen residentie Sincfal verkoop standplaats 37. 25 Interne stadsorganisatie - nieuwe organisatiestructuur - goedkeuring. 26 Personeel - formatie - voorzien van een functie coördinator opdrachtencentrale in de cluster Algemene Zaken - aanpassing bijlage IV van de rechtspositieregeling. 27 Personeel - formatiewijzigingen naar aanleiding van de nieuwe organisatiestructuur : - voorzien in de functie van hoofd van de cluster Openbaar domein, met vastlegging functieomschrijving, weddenschaal (in bijlage IV RPR), selectieprogramma en
1
gemeenteraad 21 oktober 2014
28 29 30 31
deelnemingsvereisten (aanwerving en bevordering), puntenindeling en kwalificatie van de juryleden - schrappen van de functie van ingenieur (directeur) bij de wegendienst in formatie en in bijlagen I en IV RPR. Personeel - vacantverklaring van één plaats van brandweerman bij de operatieve dienst van de beroepsafdeling van de brandweer - goedkeuring. Wegendienst - vernieuwen wegenis en riolering in de Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat en Bollaardstraat - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring. Wegendienst - vernieuwen van de openbare verlichting langs de Baron Ruzettelaan ontwerp - wijze van gunnen - afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst met het Vlaams gewest - goedkeuring. Armoedebeleid - jaarlijkse nominatieve toelage ten gunste van vzw Wieder - ontwerp van overeenkomst - goedkeuring.
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 32/1 Verkrotting van het Brugs erfgoed. (Raadslid Martine Bruggeman) 32/2 Bladkorven in Brugge. (Raadslid Guy Rogissart) 32/3 Energie- en afschakelplan en besparingen. (Raadslid Arnold Bruynooghe) 32/4 ’t Zand. (Raadslid Mercedes Van Volcem) 32/5 Rangeerstation Zwankendamme. (Raadslid Mercedes Van Volcem) 32/6 Stedenbouwkundig uittreksel. (Raadslid Mercedes Van Volcem) 32/7 Toekomstproject. (Raadslid Ann Soete) 32/8 Woonwagenterrein in Brugge. (Raadslid Bruno Mostrey) Akten en mededelingen 33 Politie - goedgekeurde politiebegrotingswijziging 1 2014 - kennisname. 34 Verkeersdienst - verslag stedelijke werkgroep verkeer d.d. 02 september 2014 kennisname.
2
gemeenteraad 21 oktober 2014
OPENBARE VERGADERING Samenstelling van de gemeenteraad Voorzitter André Van Nieuwkerke Burgemeester Renaat Landuyt Schepenen Franky Demon, Annick Lambrecht, Boudewijn Laloo, Frank Vandevoorde, Hilde Decleer, Mieke Hoste, Jos Demarest, Philip Pierins, Martine Matthys, Dirk De fauw Gemeenteraadsleden Lieve Mus, Mercedes Van Volcem, Georgina Denolf (is verontschuldigd), Paul Jonckheere, Jean-Marie De Plancke, Charlotte Storme, Dolores David, Ann Soete, Ingrid Vandamme, Guy Rogissart, Alain Quataert, Pascal Ennaert, Severine Maes (verlaat de zaal na punt 32/6), Arnold Bruynooghe, Marcel Goemaere, Néedra Soltani (verlaat de zaal na punt 32/4), Sandrine De Crom, Paul Desender, Minou Esquenet, Sammy Roelant (is verontschuldigd), Martine Bruggeman, Noelia Sanchez Arjona, Pablo Annys (verlaat de zaal na punt 32/3), Gudrun Platevoet, Jasper Pillen, Sabine Helleputte, Geert Van Tieghem, Hugo De Bondt, Eric Lagrou, Mathijs Goderis, Patrick Daels, Pieter Marechal, Sanne Doms, Sandra Wintein, Bruno Mostrey Stadssecretaris Johan Coens
*** [De vergadering wordt geopend om 18u30.] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dames en heren, collega’s, de openbare vergadering is geopend. Ik stel voor om te starten met het veiligheidsdebat. Naar aanleiding van een aantal feiten van zinloos geweld enkele maanden terug hebben een aantal fracties gevraagd om hieromtrent het debat te voeren. Ik stel dan ook voor dat we starten met de fractieleider of de woordvoerster van de N-VA. 1
Veiligheidsdebat.
Raadslid Ann Soete. - Collega’s, mijnheer de burgemeester. Naar aanleiding van dit debat vanwege de meerderheid over de veiligheid, een debat dat dan nog wordt voorgezeten door een justitiespecialist, hadden wij op zijn minst verwacht dat wij op voorhand een visietekst van het stadsbestuur zouden krijgen in verband met veiligheid. We hebben de laatste week tevergeefs in onze bus gekeken en in de kranten gezocht naar de eventuele neerslag van een persconferentie, waarin het college een aankondiging zou doen van hun visie in verband met veiligheid. Helaas, dit was tevergeefs. Geen visie, zelfs wij worden het gewoon. We hadden gehoopt om op voorhand ook enige cijfers te krijgen, maar ook die zijn er niet gekomen. Begin vorig jaar kregen we van de korpschef in berek drie een stand van zaken met een mooie powerpoint. Sindsdien niets meer. Nochtans verklaarde de burgemeester in de gemeenteraad van 26 februari 2013 en ik citeer letterlijk: “Want ik vind dat de bevolking ook de juiste cijfers moet kennen en vooral daarrond ben ik in gesprek met de procureur. Ik wil een maximale informatie kunnen geven omtrent de opvolging, zodanig dat de burgers zich niet in de steek gelaten voelen.” Dat was een mondeling verslag. Nu ja, de Bruggeling is het ondertussen gewoon. Behalve zwemmen in de Brugse Reien en blauwe fietsen, die door niet-Bruggelingen kunnen worden gebruikt, en waarvan men mooie foto’s kan maken, is het met een vergrootglas zoeken naar welke visie dan ook, naar welk beleid dan ook. Cruciale informatie over een meer dan belangrijk thema zoals veiligheid komt er niet. In het algemeen beleidsprogramma 2013-2018 voorziet het stadsbestuur weliswaar een uitgebreid luik over het gewenste veiligheidsbeleid, maar rapportering of opvolging, daar vinden we niets van terug. Veiligheid is nochtans een basisrecht voor elke inwoner en voor elke Bruggeling. Veiligheid draagt bij tot de leefbaarheid en de leefkwaliteit van een stad. Mensen voelen zich veilig als het net is in hun omgeving, als ze op een rustige manier kunnen wonen zonder al te veel vormen van enig vandalisme. En wij hebben altijd het gevoel gehad dat Brugge inderdaad een uitermate veilige stad is. Zeker als je Brugge vergelijkt met andere centrumsteden die zichtbaar meer geconfronteerd worden met criminaliteit, vandalisme en andere vormen van onaanvaardbaar gedrag. Begin dit jaar
3
gemeenteraad 21 oktober 2014
echter zijn wij allen op gruwelijke wijze geconfronteerd geworden met zinloos geweld. De moord op de jonge Mikey is op heden bij de Brugse bevolking nog niet verwerkt. En terecht. Uit respect voor de nabestaanden hebben we toen geen debat willen voeren in de gemeenteraad. Terecht, zo vonden wij allen. Maar anderzijds moeten wij ons ook geen begoochelingen maken. Zinloos geweld is en blijft van alle tijden en zal ook met de best bedoelde beleidsmaatregelen en preventie niet altijd kunnen worden vermeden. Hiertegen is enkel harde repressie mogelijk of wenselijk en een goed werkend justitieapparaat. En dat is nu echt iets waarin de federale regeringen en diverse ministers van justitie gedurende de laatste decennia gefaald hebben. Enkele maanden terug werden we naar aanleiding van een voetbalwedstrijd geconfronteerd met het feit dat de politie twee criminelen, ik kan ze niet anders noemen, vrij liet enkele uren nadat ze een inwoner van deze stad bijna hadden doodgeschopt. Dit is een voorval dat opnieuw bij de Brugse bevolking op heel veel onbegrip stootte. Het is een voorval dat de geloofwaardigheid van een veiligheidsbeleid, een veiligheidsbeleid dat moet resulteren in een veiligheidsgevoel bij de burger, opnieuw in gedrang brengt. In verband met dit gebeuren werden er opnieuw maatregelen aangekondigd. Ik zou eigenlijk van de burgemeester willen vernemen, welke maatregelen effectief op het terrein genomen werden. En vooral, welke nu reeds in uitvoering zijn. Voor alle duidelijkheid, wij hebben het volste vertrouwen in onze korpschef. En wij weten dat het werk van de politie niet altijd even dankbaar is. Politie, die meer en meer in weekends en op zondagen moet worden ingezet voor de leuke evenementen, zoals daar zijn: lopen, fietsen, zwemmen en dergelijke meer. Politie die vindt dat zij veel van hun werk niet meer naar behoren kunnen doen, omdat zij steeds meer overuren moeten presteren voor dergelijke leuke evenementen en daardoor minder kunnen ingezet worden op de ogenblikken waar dat voor de bewaking en de veiligheid van de burger noodzakelijk is. Onveiligheid en onveiligheidsgevoelens staan met stip bovenaan op de agenda van elke inwoner. En ze nemen in het publieke debat een belangrijke plaats in. Het welzijn is onlosmakelijk verbonden met een gevoel van veiligheid. En een veilige omgeving is één van de voorwaarden om andere activiteiten te ontwikkelen. Het behoort daarom tot de kerntaken van de lokale overheid om eerst en vooral de veiligheid voor haar burgers na te streven. Een onveiligheidsgevoel kan heel wat uiteenlopende oorzaken hebben. De angst om overvallen te worden, de verloedering van de leefomgeving, het vervagen van diverse maatschappelijke normen en ook het gevoel in de steek gelaten te zijn door de overheid. Het voorbeeld dat ik zo-even aanhaalde van het vrijlaten van deze criminelen enkele uren nadat ze opgepakt werden, is een schrijnend voorbeeld van de overheid die de burger in de steek laat. In het algemeen beleidsplan wordt ook gestipuleerd, dat heb ik daarnet ook al gezegd, dat er betere afspraken zouden gemaakt moeten worden met het parket. Mijn vraag, opnieuw aan de burgemeester: hoe ver staat u met uw overleg met het parket voor de oplossing van dergelijke misdaden? De verschillende vormen van criminaliteit spelen uiteraard een belangrijke rol in het debat over veiligheid. Diefstal in al zijn vormen: handtasdiefstal, autodiefstal, winkeldiefstallen, home- en carjacking, maakt de meeste slachtoffers. Maar ook de angst om slachtoffer te worden van agressie, zoals verbale agressie, achtervolging, geweld of seksuele misdrijven, is wellicht één van de grootste bronnen van onveiligheidsgevoelens. De aanpak van onveiligheid is niet alleen een kwestie van blauw op straat. Politie is maar een van de actoren in een integraal veiligheidsbeleid. Veiligheid en het bestrijden van onveiligheid en onveiligheidsgevoelens is een collectieve verantwoordelijkheid van alle leden van onze samenleving en van alle inwoners van onze stad. In verband hiermee wil ik terugkomen op een interpellatie van onze collega Eric Lagrou tijdens de gemeenteraad van februari 2013 en dit naar aanleiding van de inbrakenplaag in Koolkerke. Inbraken worden door onze bewoners terecht meer en meer gevreesd. Op een vraag van Eric Lagrou over uw houding, burgemeester, tegenover de BIN’s antwoordde u dat u geen principieel tegenstander bent en dat u dit wel wilde uitwerken samen met de politie daar waar er zich effectief een nood voordoet. Door de omzendbrief van toenmalig minister Turtelboom van 10 december 2010 werden de burgemeesters opgeroepen om initiatieven te nemen ten einde de oprichting van de BIN’s aan te moedigen. Mogen wij in dit verband ook vernemen van u, burgemeester, welke initiatieven ter zake reeds werden genomen? Wij hebben enkel weet van de oprichting van één of twee BIN’s naar aanleiding van brandstichting in de horeca. Collega Lagrou informeerde bij u ook reeds naar de houding van het beleid inzake inbraakpreventievergaderingen. U antwoordde toen dat u van plan was of er over nadacht om bij manier van spreken een ronde van de burgemeester te doen naar de deelgemeentes omtrent de veiligheidsproblematiek. Wij weten, burgemeester, dat u in tijden van verkiezingen altijd de baan op bent en wij hopen dan ook dat u niet zult wachten tot aan de volgende verkiezingen om deze ronde effectief te doen. Wij zouden dan ook zeer graag vernemen wanneer uw ronde van de burgemeester, in verband met de veiligheidsproblematiek en
4
gemeenteraad 21 oktober 2014
inbraakpreventie, reeds heeft plaatsgevonden, welke lessen hier werden uit getrokken, en welke doelstellingen er zullen worden voorop gesteld. Ik verwijs u naar een vraag die ik had gesteld, hoe het komt dat er veel meer ingebroken wordt in Koolkerke dan bijvoorbeeld in Sint-Andries. Als antwoord heb ik gekregen, dat men in Sint-Andries rijk genoeg is om alarminstallaties te zetten en in Koolkerke niet. [De burgemeester reageert maar spreekt te ver van de micro om verstaanbaar te zijn] Raadslid Ann Soete. - Ja, dat heb ik als antwoord gekregen. Ik heb niet gezegd dat ik die vraag aan u gesteld heb, ik heb die vraag gesteld, maar... Burgemeester Renaat Landuyt. - Dat is insinueren dat ik dat gezegd heb. Dat is niet ernstig. Raadslid Ann Soete. - Maar wat is er daar nu niet ernstig aan? Dat is geen insinuatie, tenzij u dat zo opneemt. Volgens de beleidsnota zou inbraakpreventie gepromoot worden. Wij willen dan ook graag vernemen welke concrete maatregelen hieromtrent op punt staan. Is het mogelijk om ook tegemoetkomingen te geven? Met andere woorden, een klein budget op te stellen voor inwoners die investeren in inbraakpreventie? We kunnen al vermoeden wat het antwoord zal zijn, dat zal zijn dat het centen kost. Maar wij kunnen misschien voorstellen om hiervoor middelen te gebruiken die besteed worden aan het plaatsen van nutteloze fietspompen her en der, waar weinig mensen weg mee kunnen, en aan andere onzin zoals een groot budget voor de autoloze zondag. Ik denk dat het de Bruggeling meer ten goede zal komen. In hetzelfde antwoord verklaart u afspraken te zullen maken met de procureur des Konings, dat heb ik daarnet al aangehaald, ook inzake informatie naar de burger. Ik wil nog eens aandringen om te vernemen welke afspraken er gemaakt werden sindsdien. Nogmaals, dergelijke afspraken zijn noodzakelijk, getuige het spijtig onmiddellijk vrijlaten van criminelen waar ik zo-even naar verwees. Maar een veiligheidsdebat handelt niet alleen over zware criminaliteiten, maar misschien wel meer over gedragingen die bij de bevolking aanleiding geven tot allerlei irritaties. Denken wij bijvoorbeeld maar aan het druggebruik. Iedereen weet dat bepaalde parken en domeinen vrij frequent bezocht worden door druggebruikers. Spuiten en aanverwante prullaria worden teruggevonden in het struikgewas of zelfs in de grasperken. Helaas hebben wij moeten vernemen dat de sp.a voorstander is van het legaliseren van drugs en dat dit zelfs in hun partijprogramma staat. Een jong lid van onze gemeenteraad is hiervoor zelfs verantwoordelijk. Raadslid Sanne Doms. - Graag gedaan. Raadslid Ann Soete. - Voilà, alstublieft! Wij als N-VA zijn er voorstander van en gaan ook blijven vechten om elk bezit van drugs in openbare plaatsen te sanctioneren, eventueel via GAS-boetes. Het bewijs dat Brugge niet drugsvrij is kon men vandaag ook opnieuw lezen in diverse media: de vondst van bijna twee kilogram cocaïne in een garagebox in Sint-Michiels. Ik heb in dit verband een vraag naar de CD&V toe, mee in de meerderheid hier maar ook in het federale parlement. In het federale regeerakkoord werd een nultolerantie ingeschreven tegenover het bezit en het gebruik van drugs. In een openbare ruimte kan er geen gedoogbeleid worden getolereerd. Mijn vraag is de volgende: zal de CD&V er mee helpen voor zorgen dat deze nultolerantie ook in Brugge wordt toegepast? Trouwens op de website van de Politiezone Brugge, heb ik iets gelezen in het zonaal veiligheidsplan. Daar staat letterlijk: ”Het aantal door de politiediensten geregistreerde drugsdelicten is misschien nog beperkt, maar toont slechts het topje van de ijsberg. De bevraagde sleutelfiguren schuiven de drugproblematiek naar voren als belangrijk aan te pakken fenomeen. Ook druggebruik in het uitgaansleven neemt toe”. En een beetje verder, over de verwachtingen, de doelstellingen enzovoort: “De stad zet de coördinatie van een lokaal drugbeleid verder met aandacht voor zowel het welzijn van het individu als de Brugse gemeenschap. Bijzondere aandacht gaat naar een uitgebreid preventief beleid met het accent op vroeginterventie gekoppeld aan een sterke repressieve inzet op de aanpak van handel en gebruik van illegale verslavende middelen.” Mijn vraag is, wat gaan jullie daar mee doen? Waarde collega’s, het onveiligheidsgevoel bij de burgers is zeker niet alleen het gevolg van een viertal feiten en situaties die ik zo-even opsomde. Ik wil me evenwel beperken want anders kunnen we tot morgen bezig blijven. Ik zou het bijvoorbeeld ook kunnen gehad hebben over het feit dat een collega in mekaar werd geslagen tijdens een opendeurdag, waar hij een bezoek bracht aan een instelling die door Brugse belastingbetaler wordt gesubsidieerd, enkel en alleen omdat hij zijn taak als gemeenteraadslid wilde uitvoeren. Maar ik ga het hierbij houden en ik hoop dat wij eindelijk
5
gemeenteraad 21 oktober 2014
voor één keer in de gemeenteraad hier over dit thema een ernstig en echt debat kunnen voeren. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Goderis, namens de sp.a. Raadslid Mathijs Goderis. - Geachte heer burgemeester, geachte schepenen, beste collega’s, beste aanwezigen. Wat ons betreft is veiligheid net als leefbaarheid een verantwoordelijkheid van iedereen. Wij staan achter het breed veiligheidsconcept zoals beschreven in het beleidsprogramma. Veiligheid is het resultaat van een samenwerking tussen heel wat verschillende partijen: burgers, stadsdiensten, politie, gerecht, horeca en ga zo maar door. Een eerste stakeholder is uiteraard de burger zelf. Het veiligheidsbeleid van de stad legt hier dan ook grote nadruk op. Met wijkgerichte politiezorg of community policing zoals dat heet, gaan we de samenwerking tussen wijkagenten en gemeenschapswachten verstevigen en maken we de politie aanspreekbaar en bereikbaar in de wijken. Daarnaast betrekken we burgers op verschillende manieren, via consultatierondes en via buurtinformatienetwerken. We bevragen niet enkel de objectieve maar ook de subjectieve gevoelens van onveiligheid. Op die manier worden concrete handhavingsprioriteiten bepaald. Maar het stopt niet bij het bevragen of betrekken van burgers. We stimuleren ook initiatieven die het sociale weefsel in de buurten versterken. Een mooi voorbeeld daarvan zijn de Brugse buurtcheques, waarvan veelvuldig gebruik gemaakt wordt. In een buurt waar men elkaar kent, elkaar vertrouwt, zal men zich ook snel veiliger voelen. En ook dat is voor ons het veiligheidsbeleid. De stadsdiensten zijn uiteraard zelf ook betrokken partij en niet de minste. Het proper houden van de openbare ruimte is een cruciale taak van deze diensten. Het is een eerste stap in het tegengaan van de verloedering en de verwaarlozing. Daarnaast staan de stadsdiensten ook in voor het preventiebeleid. Zo breed als veiligheid is, zo breed moet preventie zijn. Dat gaat van het voorkomen van slachtofferschap, tot het behouden van een nette buurt. Van het vergunningenbeleid, waar eisen gesteld worden voor kwalitatieve en veilige evenementen, tot drugs- en alcoholpreventie. En ik merk op in het kader van het laatste, dat er een zeer geslaagde campagne werd gelanceerd door de jeugdraad met de naam “Bère Brugge”, waarbij jongeren geappelleerd worden op hun verantwoordelijkheidsgevoel zonder op een betuttelende manier op te treden. Dat is voor mij een voorbeeld van hoe het hoort en een voorbeeld dat zeker navolging verdient. Daarnaast zijn er uiteraard nog talrijke initiatieven - die ik niet allemaal ga opnoemen van de politie en de preventiedienst om de prioriteiten van het zonaal veiligheidsplan uit te voeren. Hier ligt de nadruk ondermeer op overlast, inbraken en gauwdiefstallen. Preventie is één zaak, reactie uiteraard een andere. Daarbij zijn dan ook andere stakeholders betrokken. Sinds het begin van de legislatuur werden de afspraken tussen politie, stadsdiensten en parket vernieuwd en verfijnd. Ondertussen is er regelmatig contact. Het doel is duidelijk: tegenover elk bewezen feit staat de maatschappelijke reactie. Zo worden bijvoorbeeld GAS-boetes ingezet, zij het enkel voor zeer specifieke en welomschreven inbreuken, zoals sluikstorten en wildplassen. Voor andere zaken van overlast bestaat er dan weer de combitaks. Hardleerse overlastveroorzakers worden doorgestuurd naar het parket. Ook wie geweld pleegt mag rekenen op gegarandeerde strafrechtelijke vervolging. In dat kader wil ik ook even het volgende benadrukken. Wanneer bepaalde populaire- of sociale media zouden insinueren dat er in Brugge een klimaat van straffeloosheid heerst, is dat enkel stemmingmakerij. Het is een aanfluiting van de werkelijkheid. Straffeloosheid is er in Brugge zeker niet. Jongeren zijn een heel specifieke doelgroep in het veiligheidsbeleid. Het stadsbestuur zet zich in voor een veilig en positief uitgaansklimaat. De horeca is hier ook betrokken partij, ik verwijs naar het buurtinformatienetwerk voor de cafés dat in opmaak is en naar de concrete afspraken die met bepaalde uitbaters gemaakt werden. Ook de technieken van community policing worden hier verder toegepast. De politie stelt zich open op, en anticipeert op geweld in plaats van enkel te reageren. Een veilig uitgaansklimaat houdt uiteraard ook in dat er veilige vervoersalternatieven voorhanden zijn. In Brugge werkt het systeem van de avondlijn zeer goed. Alleen is het jammer dat men enkel kan terugkeren naar huis met de avondlijn en dat men niet ook kan vertrekken met de avondlijn. Daardoor is men vaak verplicht om zeer vroeg te vertrekken met het reguliere openbare vervoer - zodat men in de praktijk eigenlijk vaak nog zelf in de wagen stapt. Verder is er ook nog geen bushalte aan het Entrepot. Ik weet dat het stadsbestuur en in het bijzonder onze schepen van mobiliteit Annick Lambrecht daar al heel wat inspanningen voor gedaan hebben. Jammer genoeg staan de budgetten van De Lijn momenteel onder zware druk en is het dus niet evident om dergelijke zaken te verwezenlijken. Zo kom ik bij het laatste aspect van veiligheid, namelijk verkeersveiligheid. Daar is iedereen betrokken partij. We begeven ons allemaal in het verkeer en we worden allemaal geconfronteerd
6
gemeenteraad 21 oktober 2014
met de gevaren ervan. Ook hier gaan we preventief en waar nodig repressief te werk. Preventief door het stopprincipe toe te passen bij de heraanleg van woonstraten en repressief door veelvuldige controles en de handhavingsinspanningen van de politie. Die laatste zijn vooral gericht op de bescherming van de zachte weggebruiker. Ik hoop dat ik hiermee duidelijk gemaakt heb dat veiligheid voor ons meer is dan het bestrijden van criminaliteit en harde repressie. Het is niet enkel de verantwoordelijkheid van de politie of van de preventiedienst. Een veilige stad is iets waar we allemaal aan moeten meewerken. Burgers, ondernemers, stads- en politiediensten, het gerecht enzovoort. Daarbij zijn drie kernbegrippen voor ons cruciaal: samenwerking, verantwoordelijkheid en preventie. Ik wil mijn betoog nog afsluiten met een laatste bedenking. De laatste maanden en jaren hebben er in onze stad een aantal tragische gebeurtenissen plaatsgevonden waarvan telkens jonge mensen het slachtoffer geworden zijn. Elk van deze voorvallen kent zijn eigen feiten en zijn eigen verloop. Het zou noch van respect noch van verantwoordelijkheid getuigen om deze evenementen op een lijn te plaatsen of toe te schrijven aan eenzelfde oorzaak. De realiteit spreekt dergelijke analyse tegen. De uitgebreide berichtgeving rond deze gebeurtenissen zou het gevoel kunnen geven dat onveiligheid in Brugge toeneemt. Het eigenste feit dat we hier vanavond over veiligheid debatteren, mag dat idee niet bevestigen. In tegenstelling tot wat men op bepaalde sociale- of populaire media suggereert, daalt het aantal geweldsdelicten in Brugge. Brugge is als derde grootste stad een van de veiligste van ons land. We moeten ons hoeden voor snelle conclusies die ons naar drastische maatregelen leiden. Bedankt voor jullie aandacht. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u mijnheer Goderis. Ik geef nu het woord aan mijnheer Pillen namens de Open VLD. Raadslid Jasper Pillen. - Ook onze fractie is zeer tevreden dat we vanavond het debat over de veiligheid kunnen voeren. Ik deel de mening van de eerste collega dat het tot vanavond zoeken was naar documenten op dat intranet voor de raadsleden. Ik had op zijn minst verwacht dat er een nota, een beleidsvisie zou zijn, dat er desnoods enkele “bullet points”, enkele kernpunten gingen opgelijst zijn om als basis te dienen voor dit debat. Helaas tot vanavond was er niets te vinden, en ik denk nu ook nog steeds niet. Nu, de feiten zijn de feiten. Enkele trieste drama’s haalden de afgelopen maanden massaal de lokale- en de nationale pers en Brugge is hierdoor ontegensprekelijk een slecht imago beginnen krijgen. Nochtans, het gaat niet alleen om die enkele mediagenieke - helaas mediagenieke tragedies. Elke weekendnacht opnieuw zijn er veelvuldig problemen van agressie: vechtpartijen, aanrandingen, diefstallen en noem maar op. Deze feiten halen meestal de pers niet maar toch, denk ik, kan iedere jonge Bruggeling of iedere politieman of politievrouw wel een aantal verhalen vertellen, niet van horen zeggen maar wel effectief zelf meegemaakt. En dit alles gezegd zijnde is en blijft het wachten op echt duidelijke signalen vanuit het beleid, een echt duidelijk beleid. De camera’s waren een eerste aanzet. We hebben deze beslissing – toch niet zo heel evident voor liberalen – voluit gesteund maar de camera’s zijn uiteraard geen doel op zich. camera’s horen thuis in een algemeen en breder plan, dat er dus momenteel, zoals ik al zei, nog niet ligt. En het lijkt er eigenlijk zelfs een beetje op, want er was toen al sprake van een veiligheidsdebat, dat de beslissing van vorige maand over die camera’s eigenlijk een beetje gebruikt is geweest als een soort “windowdressing”, een poging om het niet-hebben van een echt beleid omtrent de onveiligheid in onze stad te gaan maskeren. Overigens geldt niet alleen voor de camera’s maar ook voor dit debat, dat het geen doel op zich is. Hierover in de gemeenteraad wat van gedachten wisselen, dat is allemaal zeer nuttig, ideologisch is dat ook allemaal heel fijn maar daarmee maken we de Brugse straten niet veiliger. Daarvoor heb je een beleid nodig. En dat is er dus niet. Toen onze fractie vorig jaar, ik denk dat het vorig najaar was, het verhaal bracht over de buschauffeurs van De Lijn die niet meer durfden of wensten langs de Biekorf te rijden met hun nachtlijnen, omdat ze zich daar bedreigd voelden, toen sloot u, mijnheer de burgemeester, uw repliek aan mij af met de woorden dat we er maar eens samen een moesten gaan drinken om te zien dat het allemaal zo erg niet was. Nu, die pint samen dat is er nooit van gekomen maar het is wel zo dat nota bene uw vakbond, de rode vakbond, als eerste gestopt is met de bediening van de nachtlijnen aan deze halte, omdat de veiligheid volgens hen niet meer kon gegarandeerd worden. Wie ben ik als jonge liberaal, ik heb ze vandaag weer in actie gezien, wie ben ik als jonge liberaal om de rode vakbond tegen te spreken? Volgens Open VLD speelt in dit veiligheidsdebat onze politie absoluut een cruciale rol. Onze politie moet zichtbaar aanwezig zijn in de Brugse uitgaansbuurten en op de belangrijkste assen in onze binnenstad. Vroeger was er bijvoorbeeld steevast een politionele aanwezigheid ter hoogte van Café Du Théâtre, voor de mensen die het goed kennen: de achterkant van de stadsschouwburg. Volgens
7
gemeenteraad 21 oktober 2014
mijn informatie wordt een prominente aanwezigheid van de politie op die plek nu eerder afgeraden. Ik heb mij suf gezocht naar een interne nota of een intern bevel of een marsorder of noem maar op: dat is er niet. Maar toch zijn er verschillende bronnen die mij bevestigen dat het eerder afgeraden wordt om daar plaats in te nemen. En inderdaad, mijnheer de burgemeester, beste schepenen, ik ken ze hoor, de jongeren, de vaak op Facebook actieve jongeren en de feestvierders die een combi nutteloos vinden. Die dat geldverspilling vinden, die zich afvragen wat ze daar toch doen in die combi, heel de nacht daar zitten en ondertussen een potje koffie drinken. Wel, ik vind dat zij die dergelijke zaken beweren ongelijk hebben. Hun aanwezigheid is nodig, het is tonen dat je er als politie bent. Als er iets is dan zijn ze dichtbij, en als er niets is dan zijn ze misschien een perfect punt om eventjes informatie of goede raad te gaan vragen. Wij zijn dus absoluut voor die politionele aanwezigheid in de Brugse uitgaansbuurten. Dit debat is in zeker opzicht te laat maar het is toch op het goede ogenblik, denken wij. Volgende maand komt de begroting voor, ook de politiebegroting. En het is bijzonder belangrijk dat de politie over de nodige middelen, de nodige instrumenten en het nodige personeel zal beschikken om deze taken van algemene nachtelijke veiligheid te kunnen waarborgen, te kunnen volbrengen. We gaan absoluut van zeer dichtbij volgen hoe die wens om tot een veiliger Brugge te komen in de begroting zal vertaald worden. Ten tweede moeten we volgens mij, volgens ons, nog meer de horecasector de hand reiken. Enkele probleemgevallen - en ik ben daarmee akkoord, de cowboys moeten eruit - zijn absoluut niet representatief. Er zijn tal van horecamensen die zich dag in, dag uit, nacht in, nacht uit, inzetten voor de goede sfeer in de uitgaansbuurt. En het is al gezegd geweest: een informatienetwerk zoals de Brugse hoteliers al kennen, en dat goed werkt, is absoluut een must voor de Brugse horeca, de Brugse nachtelijke horeca. Ten derde moeten de afspraken met het parket versterkt worden. Er moet voor alle gevallen van agressie of andere delicten in de uitgaansbuurten een vervolg komen langs de Kazernevest. Het is simpel: als je iets doet op ’t Zand of op de Eiermarkt dan moet er een gevolg komen aan de Kazernevest. In tegenstelling tot wat de N-VA beweerde, heeft de vorige minister van justitie Annemie Turtelboom het wel degelijk mogelijk gemaakt om alle effectieve straffen te gaan uitvoeren en het Ravenproject was (en is nog steeds) een voorbeeld daarvan. Voor middelengebruik kan uiteraard een gepast traject uitgestippeld worden. De aanwezigheid van drugs in onze binnenstad, in onze stad, is een maatschappelijk fenomeen. We moeten daar niet flauw over doen. Ik denk dat het een beetje fout is om hier te gaan roepen van “Ja, in die garage is er een massale hoeveelheid drugs gevonden geweest.” Ik denk dat er weinig gemeenten zijn waar dat nog niet gebeurd is. Wij zijn als liberalen absoluut aanhanger van het idee van resocialisatie. Dat is zeer belangrijk. En als je daarenboven, als sluitstuk van dat proces langs die Kazernevest, dan ook nog eens zeer duidelijk gaat communiceren over de vonnissen en de andere maatregelen die getroffen zijn, dan zal het snel duidelijk zijn voor iedereen dat er in Brugge geen plaats is voor geweld en overlast. Tot slot dient er ook meer aandacht te gaan naar de gevolgen van een levendig nachtelijk Brugge. De uitgaansbuurten zijn ’s morgens een stort. Mensen die vroeg willen de stad ingaan, bijvoorbeeld naar de bakker, worden geconfronteerd met een stortplaats. De halte Biekorf is een varkensstal, de paviljoenen aan ’t Zand zijn openbare urinoirs en afvalbakken. Schepen Pierins, ik zie u zeggen dat het niet waar is, maar dat is absoluut wel waar. Er zijn zelfs mensen van uw dienst, van de ochtendshiften, die zo vriendelijk zijn om daar, redelijk laat al, telkens uitgebreid foto’s te nemen van gebroken glas overal en dergelijke meer. Maar dat is pas op een bepaald uur, te laat, dat moet in feite het moment zelf nog gebeuren. Ik weet het, dat vraagt middelen, maar er moet iets gebeuren zodanig dat de stad ’s ochtends bij het eerste ochtendgloren opnieuw de nette stad is die we ons allemaal voorstellen en die we allemaal willen. Het is dus tijd voor actie. Ik heb mij in het betoog van onze fractie grotendeels beperkt tot de nachtelijke overlast en de gevolgen omdat er daar de meest spraakmakende feiten zijn voorgevallen de afgelopen maanden. Maar ook wij met onze fractie, en ik deed dat meermaals met collega Lagrou, hebben gepleit voor buurtinformatienetwerken. Daarvoor is een kader gecreëerd geweest, wat zeer positief is. Maar de duidelijke belofte van de burgemeester, waar al aan herinnerd is geweest, om ook in de deelgemeenten op toer te gaan, moet volbracht worden. Duidelijkere informatie omtrent de opstart, de begeleiding en dergelijke meer, het wettelijk kader bijvoorbeeld van dergelijke netwerken, moet ook verspreid worden. Tot slot is de versterking van het netwerk van de wijkagenten nodig, het woord community police is hier al gevallen. Ook daar absoluut honderd procent voor, maar als je de wijkagenten wil versterken dan moeten ze met meer zijn, dan moeten ze nog meer duidelijkere taken krijgen, en moeten ze beter begeleid en uitgerust worden. Onder meer in de strijd tegen het spijbelen -
8
gemeenteraad 21 oktober 2014
iemand die op school zit, krijgt de tijd niet om andere zaken uit te steken - en de strijd tegen alle mogelijke vormen van radicalisering spelen die wijkagenten een absoluut cruciale rol. Maar nogmaals, extra middelen zijn hiervoor nodig en tot nu toe is enig beleid omtrent deze veiligheidsissues, deze veiligheidsvraagstukken afwezig. Wij zullen zien met de volgende maand voorliggende politiebegroting op welke manier de stad hier dan toch enige visie probeert in te brengen. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Guy Rogissart, namens de CD&V. Raadslid Guy Rogissart. - Goede avond burgemeester, schepenen, goede avond collega’s, goede avond toeschouwers. CD&V Brugge is geschokt door de laatste extreme geweldplegingen in Brugge. En in juni kwam een jonge mens zinloos om het leven. De fractie wenst zich dan ook aan te sluiten bij de vele Bruggelingen die spontaan op straat kwamen tijdens de witte mars door Brugge van woensdag vier juni. We zijn zeer tevreden en verheugd over die spontane solidariteit van duizenden Bruggelingen. Brugge reageert solidair op dit zinloos geweld. En de witte ballonnen tijdens de solidariteitswandeling door Brugge vragen om dit nooit te vergeten maar vooral dat dit nooit meer zou gebeuren. Maar het gebeurde toch opnieuw. Veiligheid is een fundamenteel recht voor elke mens. Het nastreven, dat is een taak van de overheid maar het is ook een taak van iedereen. En wij willen dan ook veiligheidsproblemen aanpakken met een doortastend en geïntegreerd veiligheidsbeleid. Maar daarin, en dat is toch heel belangrijk, accentueren wij ook de verantwoordelijkheid van de mens in zijn gemeenschap en beklemtonen wij het evenwicht tussen rechten en plichten. Want het doel is duidelijk: wij willen een bruisende en levende stad waar geen ruimte is voor criminaliteit en vandalisme. Vandaar dat wij een ketengerichte aanpak beklemtonen. Er zijn heel wat partners die in dat beleid worden betrokken, en die moeten goed gecoördineerd worden, er moet goed samengewerkt worden en het doel moet hetzelfde zijn: die bruisende en levende stad. Maar ook de burger moet een duidelijke, zichtbare plaats krijgen in dat veiligheidsbeleid. Want het is niet voldoende om te weten hoe en in welke mate de onveiligheid zich voordoet. Het is evenzeer belangrijk om te luisteren naar hoe mensen dit subjectief ervaren en vooral om te begrijpen wat de verwachtingen zijn van de mensen rond dit veiligheidsbeleid. Zo kan men de juiste maatregelen nemen, bestaande uit een kordate aanpak maar vooral ook een preventieve aanpak. Laat mij heel kort op die dubbele aanpak wat inzoemen. Voor de kordate benadering is die ketengerichte aanpak zeer belangrijk. Zoals gezegd, er zijn verschillende actoren in dat veiligheidsbeleid. Parket en politie spelen daar uiteraard een pertinente rol. En de verschillende opdrachten moeten goed op elkaar afgestemd worden, elkaar versterken en aanvullend zijn om de doelstelling, de gezamenlijke doelstelling van algemene veiligheid, te garanderen. Daarin is communicatie uiteraard cruciaal. Men moet daar goede en duidelijke afspraken rond maken. Dan wil ik rond de kordate benadering nog een belangrijk punt naar voor schuiven. Dit naar aanleiding van wat ik dit weekend meemaakte. Bij de fuif van de jeugdbewegingen waar jongeren massaal naartoe gingen, werden wij geconfronteerd met jongeren die, hoe is het mogelijk, in nachtwinkels drank konden kopen. Ze waren jonger dan achttien en ze konden daar alcoholische drank kopen, met alle gevolgen van dien. Daarom vragen wij heel concreet om die nachtwinkels meer te controleren bij de verkoop van alcohol en sterke dranken. En je zou kunnen denken, misschien was dat toevallig één jongere die je kent, maar toen die jongere zijn fiets moest halen naar het Entrepot zagen we daar verschillende flessen liggen, wat er toch wel op duidt dat alcoholische dranken in die nachtwinkels - misschien in andere winkels ook - toch wel meer worden gekocht. Maar daar heeft de burger en hebben de ouders ook een belangrijke, een zeer belangrijke verantwoordelijkheid. Toen die ouders naar de politie gingen om dit aan te geven, was de politie heel tevreden dat dit gebeurde. Want daar zijn we te laks in, we gaan niet de moeite doen om klacht in te dienen maar het is pas als we klacht indienen dat er ook een zeer gerichte aanpak mogelijk wordt van de misbruiken die er zijn in dergelijke winkels rond de verkoop van alcoholische dranken aan minderjarigen. Om dit af te sluiten wil ik heel graag antwoorden op de vraag van mijn collega. Het is duidelijk voor CD&V dat enige vorm van illegale drugs niet kan, hoe klein en hoe onschuldig men ook denkt dat dit is. Daar gaan wij als CD&V altijd tegen vechten. Maar wij willen ook, en daar kom ik op mijn tweede luik, niet alleen repressief maar ook preventief gaan werken. Wij willen meer hebben dat jongeren en niet alleen jongeren maar ook burgers zelf zeggen: neen aan die drugs, neen aan die drank, neen aan andere zaken zoals geweld, die niet horen in onze maatschappij. Dan nu mijn tweede luik: het preventieve.
9
gemeenteraad 21 oktober 2014
Naar aanleiding van die extreme geweldplegingen hebben sociologen zich gebogen over de vraag hoe het komt dat vechtende jongeren als het slachtoffer toch al weerloos is. nog eindeloos te gaan natrappen met gebruikmaking van extreem geweld. Wat bezielt hen dan? Wel, er zijn twee vaststellingen, zeggen de sociologen. De agressie neemt toe als dat slachtoffer volledig in de greep is van aanvallers. Dat is één zaak. Maar een tweede zaak, heel belangrijk: als die aanvallers dan nog gesteund worden door toeschouwers, dan vergroot nog de kans op buitensporig geweld. En als die toeschouwers dan nog familie zijn of vrienden, dan gaat dat nog extreem verder. Dat is één. Twee, wat sociologen ook zeggen: jongeren zeker als ze in de leeftijd van vijftien tot achttien jaar zijn, wanneer ze proberen onafhankelijk te worden en zich willen afscheuren van thuis en ouders, zoeken naar een, men noemt dat een peergroup, een groep waarin zij zich goed voelen, en waarin zij zich willen laten gelden in onze maatschappij. En wat daar geldt, wat daar gezegd wordt, is belangrijker dan wat ouders zeggen. Men smelt voor die peergroup en men wil daar een identiteit krijgen. Met die twee zaken ben ik gekomen bij de preventieve aanpak, waarvan wij vinden dat daar nog meer in moet geïnvesteerd worden. Preventie moet vooreerst gericht zijn op de sociale vaardigheden die we nodig hebben, niet alleen in het kader van de veiligheid maar voor alles in onze maatschappij. Sociale vaardigheden, zoals assertief zijn maar in de zin van: ik durf zijn wie ik ben, ook als ik timide ben, ook als ik stil ben, ook als ik emotioneel ben dan moet ik kunnen blijven wie ik ben. Wij moeten dus een stuk weerbaarder worden, dat is een sociale vaardigheid waar meer moet op ingezet worden. En vooral op durven neen zeggen, neen zeggen tegen dat overdreven gebruik van alcoholische drank, tegen drugs, tegen het geweld. De sociale vaardigheden opbouwen is een eerste belangrijke luik in preventie. Een tweede heel belangrijk punt - en dat is waar de groep belangrijk is in dat geweld: preventie moet ook gericht zijn op sociale zorg. En het ligt niet altijd in onze cultuur om ergens tussen te komen, zeker niet als er geweld is. Ik moet dan altijd denken aan de reportage in Volt - ik ben overtuigd dat velen dat gezien hebben - rond dat pesten. Jongeren waren aan het pesten in dat metrostation en niemand durfde tussenkomen behalve twee, drie uur later, toen dan toch een moedige jongedame tussenkwam. Het zit in onze cultuur zeker als er extreem geweld is, want ik wil het ook niet generaliseren en beweren dat we nooit gaan tussenkomen. Wel, we moeten de burgers - en onszelf ook want als ik naar mezelf kijk dan zou ik dat ook niet spontaan durven doen – stimuleren om meer te durven en om die sociale zorg op zich te nemen. Bijvoorbeeld door in dergelijke situaties van extreem geweld te durven meer de politie te bellen, te durven tussenkomen, zeker als je behoort tot die vriendenkring. Sociale vaardigheden moeten ons leren hoe we kunnen zorgen voor elkaar op een zeer verantwoorde manier. En daar zijn die peergroupen heel cruciaal. En als laatste punt: preventie moet zeer praktijkgericht zijn. Want bijvoorbeeld, als we uitgaan en daarbij weinig drinken, dan is dat niet omdat we een gevaar zouden zijn in het verkeer maar dan is dat opdat we de controles zouden vermijden, opdat we niet zouden gepakt worden in de controles. Dat is wat mensen die uitgaan doet beslissen om niet te drinken. We moeten met preventie dus zeer concreet zijn. Mensen moeten bijvoorbeeld kunnen voelen wat het is, teveel drinken. Niet door het experimenteel te gaan doen, ik verwijs om een voorbeeld te geven naar “Bère Brugge”, een initiatief van de Provincie en jeugdraad op het Elements festival. Daar hebben ze door de jongeren promillebrillen laten dragen om proefondervindelijk te ervaren wat de gevolgen zijn bij het overdreven drinken. Dit is zeer praktijkgericht, dit is zeer bewust naar jongeren toe en niet alleen naar jongeren, maar naar iedereen toe, tonen wat daar de gevolgen van zijn. Dit is waar CD&V vooral wil op inzetten: op die preventie. Op sociale vaardigheden, op sociale zorg en op een zeer praktijkgerichte preventie. Ik wil eindigen met te zeggen dat veiligheid een verhaal is van iedereen, overheid en burgers samen met rechten en plichten en met een zeer ketengerichte aanpak. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u, mijnheer Rogissart. Mijnheer Mostrey, namens Groen. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter. Geachte collega’s, geachte schepenen, geacht publiek. Een daad van zinloos geweld. Dat schrikt ons op. De Bruggeling blijft ietwat verweesd achter: waar gaat dat naar toe? Hoe kan zoiets gebeuren? Waar eindigt dit?. Terechte vragen die niet vaak een echt antwoord verwachten, maar eerder een uiting van ontreddering zijn: wat kunnen we doen? En bij het stellen van die vraag kijkt men snel richting politiek. Elk geval van geweld is specifiek en heeft een eigen context, en ik zal hier dan ook niet ingaan op concrete gevallen. Dat is volgens mij niet de taak van een politieker. Wij moeten kijken naar maatschappelijke trends, veranderingen die
10
gemeenteraad 21 oktober 2014
breed genoeg voorkomen in onze samenleving. We moeten ze leren begrijpen. Dat doen we best niet door ons te laten meeslepen door de gevoelens van woede en verdriet die dergelijke trieste voorvallen met zich meebrengen en die, zo mogen we wel aannemen, niet de beste raadgever zijn voor beleidsmakers. Maar hoe losgeslagen het schip ook lijkt, er is meer houvast dan we soms durven dromen. Verspreid over de wereld liggen ontelbare universiteiten en onderzoekscentra die veel onderzoek doen, en de bekomen resultaten en inzichten zijn dikwijls leerzaam en verhelderend. Ik vind het de plicht van politiekers om de vinger aan de pols te houden wat de wetenschappelijk inzichten betreft. Wilkinson en Pickett, twee Engelse onderzoekers, wilden het fenomeen begrijpen dat armere mensen meer gezondheidsproblemen hebben dan hun beter bemiddelde medemens. Ze wilden het grondig aanpakken en doorploegden stapels studies en karrevrachten cijfers van over de hele wereld. Ze stootten echter op een andere correlatie; één die zeer sterk was en telkens opnieuw naar boven kwam. Wat is die correlatie? Tal van maatschappelijke problemen zijn sterk gerelateerd aan de mate waarin er ongelijkheid in de samenleving is. Er is minder vertrouwen tussen mensen in een ongelijke samenleving. Er zijn meer psychologische problemen en er worden meer drugs gebruikt. Mensen zijn ongezonder en de levensverwachting is lager als er meer ongelijkheid is. Meer tienerzwangerschappen, meer gevangenen en zwaardere straffen. Minder sociale mobiliteit. En er is meer geweld als de ongelijkheid groter is. Deze wetenschappers tonen aan dat de correlatie zo sterk is, dat het een causaal verband verraadt in het geval van geweld. Het hangt niet af van hoe rijk of arm een samenleving in zijn geheel is, maar wat bepalend is, is hoe groot de interne ongelijkheid is. Een rijke samenleving met meer ongelijkheid heeft meer problemen dan een samenleving, ongeacht of die arm of rijk is, waar meer gelijkheid is. Dat is een wetenschappelijk onderbouwde conclusie die we niet zomaar naast ons neer kunnen leggen. Uitingen van geweld, hoe zinloos op het eerste zicht ook, zullen meer voorkomen als er meer ongelijkheid is. De psychologische en sociale mechanismen die hier achter zitten, worden mooi uitgelegd in het boek van deze onderzoekers “The Spirit Level”, maar het zou ons te ver leiden om hier op in te gaan. Collega Rogissart heeft al een kleine proeve gegeven. Feit is dat er duidelijk uit blijkt dat waar de kloof tussen de armsten en de rijken binnen een samenleving wordt uitgediept, we er staat kunnen op maken dat er meer geweld volgt. Ik raad iedereen die studie aan. Omgekeerd kunnen we er uit leren dat de mate van ongelijkheid een koevoet is in de handen van beleidsmakers om het psychologisch- en sociaal welzijn van de burgers te verbeteren. Als we als beleidsmakers inzetten op faire herverdeling en de grote uitwassen van ongelijkheid aanpakken, kunnen we ook zeker zijn dat het geweld en tal van andere genoemde problemen zullen verminderen. Meer zelfs: iedereen wordt er beter van. Versta me dus goed: ook de rijken zijn beter af als de kloof niet te groot is, rijken leven gezonder en langer in een meer gelijke samenleving. Nota bene: de ondertitel van de studie luidt onverhullend “Why Equality is Better for Everyone”. Betekent dit dat er totale gelijkheid moet zijn? Betekent dit dat er totaal geen ongelijkheid mag zijn? Duidelijk neen: een mate van ongelijkheid is draagbaar voor een samenleving en haar individuen. Maar de uitwassen moeten aangepakt worden. Daarom, en dit overstijgt natuurlijk deze gemeenteraad wat, moeten we ons goed bewust zijn van het gevoerde federale en Vlaamse beleid. Toch wil ik aan de partijgenoten van partijen in die meerderheden appelleren: voer een fair herverdelend beleid. Zoek geen zondebokken die gestraft moeten worden. De kosten die de samenleving zal moeten dragen als er meer tienerzwangerschappen zijn, als er meer uitbarstingen van geweld zijn, als mensen ongezonder zijn, als er meer psychologische problemen zijn, meer drugs worden gebruikt, enzoverder, zullen groter zijn, die kosten zullen stukken meer zijn, dan bijvoorbeeld de uitkeringen optrekken tot de armoedegrens. Mensen duwen richting leefloon zal op termijn de hele samenleving meer kosten. Aan het Brugse college richt ik volgende boodschap: laat je niet opjagen door oude rechtse recepten die niet meer- maar net minder gelijkheid voor ogen hebben. Voer dus een sociaal beleid op het domein waar we impact hebben. En voor zij die ook op Vlaams en federaal niveau politiek actief zijn: weeg op dezelfde manier op het beleid, op een sociale manier dus. Het is niet ijdel, het is door wetenschappelijk onderzoek gesteund, op een manier die ongezien is. Neem deze kennis ter hand en pak de koevoet vast om een betere maatschappij uit te bouwen voor iedereen. Dit is een betoog dat wat abstracter staat ten aanzien van het Brugse veiligheidsbeleid. Ik besef dat. Maar we vonden het belangrijk om dit ook eens te melden. Daarnaast hebben we met Groen Brugge ook enkele concrete punten waar we even op willen ingaan. Vooreerst: we pleiten stellig voor een uitgaanspolitie. Deze gemeenteraad, die ook politieraad is, is er al dikwijls mee geconfronteerd: de uitgaansbuurten kampen geregeld met een vechtpartij, overdreven dronkenschap, lawaai, enzovoort. We hebben hier met Groen goed over nagedacht en
11
gemeenteraad 21 oktober 2014
we blijven voorstander van een uitgaanspolitie. We bedoelen hiermee een groep agenten die extra vaak ingezet wordt op uitgaansmomenten en die er extra voor opgeleid en gemotiveerd wordt. Doordat ze er voor uitgekozen zijn en doordat ze er vaak voor worden ingezet, leren ze het nachtleven kennen waardoor ze adequater kunnen ageren en reageren. Nu is er een regeling die veel agenten heel af en toe eens een nachtshift geeft in een visie die elke agent wat wil sparen van dit nachtwerk. Echter, de nuttige ervaring die een agent opdoet door de praktijk is net cruciaal om gepast en kordaat te reageren bij uitgaansproblematieken. Bovendien is het dan wel de moeite voor deze agenten om speciale vormingen en opleidingen te volgen die hier specifiek over handelen - wat nu niet of in elk geval minder het geval is. De functie van deze speciaal opgeleide agenten is bovendien dubbel: direct en gepast optreden bij geweldincidenten enerzijds, anderzijds een band opbouwen met de jongeren. We willen daarmee ook het stereotype doorbreken, weg van de agent als bullebak meer naar de agent die zorgt voor veiligheid. Dat bouwen we natuurlijk niet op in één, twee, drie. Maar ik stel voor dat we die kaart nu trekken om binnen een haalbare termijn zo'n actieve uitgaanspolitie te hebben. Daarnaast willen we dat Brugge ook een krachtig beleid voert ten aanzien van geweldplegers. Laat de daders van geweld, of de letsels nu licht of zwaar zijn, sowieso aanhouden. Laat de beslissing tot aanhouding niet afhangen van hoe ernstig de gevolgen zijn: verkeerde vaststellingen of inschattingen zijn mogelijk, doktersattesten kunnen verkeerd zijn, of wat de een verstaat onder “licht” is het daarom niet voor een ander. Maar laat al of niet aanhouden afhangen van het concrete delict, namelijk geweld. Geweld is een ernstig delict, zelfs indien er geen slachtoffers (lees: gekwetsten) zijn. Daarom moeten er ook duidelijke afspraken gemaakt worden tussen gemeente, parket en politie. Om te eindigen verwoord ik nog eens de kern van dit betoog. Dit is geen oproep om daders en hun misdaden te vergoelijken. Maar hoe meer we als samenleving en beleidsmakers ongelijkheid tolereren, hoe meer daders we mogen verwachten. Dit wetenschappelijke feit negeren kan ik niet anders omschrijven dan als schuldig verzuim. Daarom deze oproep: laat je verleiden tot een doortastend sociaal beleid. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u. Mijnheer Quataert namens het Vlaams Belang. Raadslid Alain Quataert. - Voorzitter, collega’s, Eerst en vooral voel ik mij, in alle bescheidenheid, geen specialist ter zake die zich geroepen zou voelen om hier te vertellen hoe de politie haar werk in de praktijk moet doen. Maar als lid van de gemeenteraad is het toch nuttig om te stellen dat wij alle nodige middelen en alle vertrouwen moeten schenken aan het korps, opdat ons politiekorps zijn werk ook effectief kan uitvoeren zoals wij dat verwachten, ten bate van uw en mijn veiligheid, ten bate van de veiligheid van al onze inwoners en bezoekers. Dat dit debat vandaag op de agenda staat bewijst toch ergens dat vandaag de dag niemand in Brugge nog ontkent dat er zich effectief een veiligheidsprobleem stelt. Het verleden is het verleden, maar er was een tijd dat onze gemeenteraadsfractie smalend weggelachen werd, ik heb het vaak genoeg meegemaakt met onze vorige burgemeester tijdens de vorige legislatuur. De sfeer is op dat vlak veranderd, maar toen waren wij precies de onruststokers, en de kwaadsprekers die de burger een zinloos angstgevoel wilden aanpraten. Ik verwijs naar dat fameuze zogezegde gevoel van onveiligheid, een zeer bekend citaat, het fameuze gevoel van onveiligheid dat niet op feiten gebaseerd zou zijn, maar enkel vanuit een negatieve ingesteldheid op de agenda geplaatst werd. Ik hoor het de vorige burgemeester nog zeggen, omdat hij het zo dikwijls gezegd heeft: “Brugge is toch Chicago niet!” Dat was zo’n dooddoener, zo’n cliché-antwoord om alle kritiek de kop in te drukken. Maar is Brugge in het jaar 2014 dan al zo erg opgeschoven richting Chicago of andere steden met een bedenkelijke misdaadreputatie? Natuurlijk niet, of ik mag toch hopen van niet. Maar waar bijvoorbeeld een moord in Brugge tot voor enkele jaren nog dagenlang de kranten monopoliseerde en de publieke opinie schokte, worden we de berichtgevingen over moorden stilaan een beetje gewoon in Brugge, de recente moord op de Markt op de jongeman Mikey Peeters niet te na gesproken. Die specifieke misdaad op de Markt heeft de gemoederen hevig beroerd en veel emoties losgemaakt, zelfs een witte mars. Ik ga de feiten niet opnoemen maar er waren ook berichtgevingen over moorden in Sint-Kruis (Moerkerkse Steenweg, Maalse Steenweg), Assebroek (Baron Ruzettelaan), Zeebrugge (Strandwijk) en misschien vergeet ik er nog enkele. Er waren ook enkele andere feiten van zeer zware agressie, die bijna faliekant afliepen voor de slachtoffers. Kortom, stilaan maar zeker - en wie vaak met de gewone Bruggeling in contact komt, zal dat niet ontkennen - zegt de doorsnee Bruggeling niet langer: “Dat kan overal gebeuren, maar niet in ons Brugge”. En dat is eigenlijk jammer. Na de moord op Mikey Peeters hoorde je het ook weer: “In
12
gemeenteraad 21 oktober 2014
Brugge? Dat dat ergens anders gebeurt, maar hier in Brugge, dat kan toch niet!” Dat was het gevoel van ontzetting en dat is iets wat mensen stilaan beseffen: ja, ook hier in Brugge. Wij hebben ook in een ver of minder ver verleden in tal van folders en publicaties altijd gewaarschuwd dat wat nog niet is, kon komen; dat Brugge geen eiland is; dat we niet zouden blijven ontsnappen aan bepaalde grootstedelijke problemen als er niet én preventief- én daarnaast ook daadkrachtig repressief beleid zou gevoerd worden. We mogen stellen: vandaag zijn we zo ver. Brugge is geen eiland meer, Brugge is geen oase in de woestijn, geen veilige vrijhaven die gespaard blijft van de negatieve fenomenen waar de grotere steden mee geconfronteerd worden, en ook al de niet zo grote steden, zelfs de ons omliggende provinciesteden als Oostende, Roeselare of Kortrijk. We beginnen dat hier ook mee te maken, waar wij soms in Brugge de luxe hadden om inderdaad vast te kunnen stellen dat het elders wel gebeurde maar niet bij ons. Ik vrees dat dat nu ook verleden tijd is. Dat die verandering van sfeer misschien komt door het gemediatiseerd karakter van onder andere de moord op Mikey Peeters of andere misdaden, dat doet er niet toe. Het is zo dat de andere kant opkijken en het onveiligheidsgevoel van de doorsnee burger afwimpelen of dat weglachen, wat toch wel dikwijls gebeurd is in het verleden, nu geen ernstige beleidsoptie en geen verantwoorde politieke houding meer is. Het viel me daarbij dan ook in de positieve zin op, echt in positieve zin, dat na de moord op Mikey Peeters zowel de huidige als de vorige burgemeester - misschien in de emotie van het moment, dat kan - in de pers openlijk lieten noteren dat er een bepaald uitgaanspubliek met een bedenkelijke reputatie is - niet noodzakelijk afkomstig uit Brugge, maar uit steden als Oostende, Mechelen of Leuven - dat hier in Brugge eigenlijk niet welkom is, dat niet gewenst is, dat we hier niet willen en dat moet blijven waar het vandaan komt. En inderdaad, het kan raar klinken, maar als het nodig is moeten we dat eens openlijk en formeel durven zeggen. Ik begrijp dat één en ander te maken heeft met het willen koesteren van ons positief imago naar de buitenwereld toe. Onze stad met een toeristische sector die misschien wel de belangrijkste economische- en werkverschaffende sector is heeft een positief imago heel hard nodig. Dat begrijp ik uiteraard, dat positief stadsimago is enorm belangrijk voor een bij uitstek toeristische stad. Dat neemt niet weg dat we de problemen moeten durven benoemen, dat we de oplossingen moeten durven voorstellen die nodig zijn ook al klinken die soms eens hard en ook al passen ze misschien niet in ons imago van gastvrijheid: het zij zo. Wat dat imago betreft. Er zijn in de nadagen van de moord op Mikey Peeters veel getuigenissen verschenen in de pers, niet alleen van mensen die ooggetuigen waren op dat moment maar ook van jonge mensen die elk weekend uitgaan, van horecamensen ook, die getuigen over wat er in Brugge allemaal gebeurt ‘s nachts, zaken die erger zijn dan de publieke opinie vermoedt, en die het stadsbestuur dan ook liever niet geweten heeft of toch zeker niet graag in de kranten ziet verschijnen. Maar dat is fout, want een veiligheidsbeleid begint met een juist beeld van de realiteit te durven brengen. Niet met het minimaliseren of het ontkennen maar een juist beeld van de realiteit, of die nu fraai is of niet. Ik denk bijvoorbeeld, het is al aangehaald trouwens, aan het Astridpark, onze Botanieken Hof. Die is overdag best aangenaam en mooi en kan in de zomer zelfs heel gezellig zijn met de festivalletjes, maar ’s nachts gebeuren daar zaken die letterlijk en figuurlijk geen daglicht verdragen. De politie weet dat, het schepencollege weet dat, iedereen in de buurt daar weet dat, maar toch heb ik de indruk dat men die realiteit liever wat bedekt houdt en dat er niet teveel over mag gesproken worden. Daarom vernoem ik het nu toch eens. De buurtinformatienetwerken, ook al aangehaald, nog zoiets. Over heel Vlaanderen zijn er intussen een zeshonderd, maar hier in Brugge blijft het op uw weerstand botsen en in het voorbije jaar is er dan toch maar met heel veel moeite hier en daar eentje toegelaten. Terwijl dat eigenlijk in veel Vlaamse steden gemeengoed is. Ik vrees, ik vermoed, dat de vrees voor eventuele imagoschade van onze stad ook hier de reden is. Nog een taboe, zaken die je soms opvangt, zaken die het OCMW-personeel regelmatig meemaakt, maar niet durft openbaar te maken of niet durft over te getuigen. Ik ga ook geen details geven, maar het is dagelijkse kost dat vrouwelijk kuispersoneel denigrerend behandeld en toegesproken wordt, soms geïntimideerd wordt, terwijl ze hun job uitoefenen. Door wie gebeurt dit? Door mannen, mannen die een ouderwetse machocultuur aanhangen of die dat meebrengen, een cultuur die wij hier nochtans al lang niet meer willen en mogen tolereren. Maar het gebeurt, het gebeurt in Brugge en het is dagelijkse kost. Dat is een van de taboes, een van de vele taboes in onze stad. En ook al komt er dan geen effectief fysiek geweld aan te pas, het is allesbehalve aangenaam voor wie het moet ondergaan en er niet durft over getuigen omdat het in een taboesfeer hangt. Resten enkele bedenkingen over het politiekorps zelf, vooral over de ondankbare omstandigheden, laat ons dat niet vergeten, laat ons dat ook niet minimaliseren, waarin de politie vaak moet
13
gemeenteraad 21 oktober 2014
functioneren. Want het is gemakkelijk kritiek te geven en het is gemakkelijk te zeggen: meer blauw op straat. Uiteraard willen wij dat en de meeste collega’s, willen dat intussen ook. Maar wat als politiemensen weer eens moeten inspringen omdat er een staking is in de gevangenis? En ze dan een enorme getalsterkte moeten voorzien voor de overname van de cipierstaking, of voor gevangenentransport. Wat met de enorme getalsterkte die vaak vereist is rond het Jan Breydelstadion - waarbij je je soms wel de bedenking maakt of het wel echt nodig is, maar kom, ik wil daar niet over oordelen. Maar het is toch allemaal inzet van een massa personeel, van blauw op straat, dat op dat moment niet elders kan zijn, waar het misschien ook nodig is of dat wegens het vele weekendwerk op zaterdagnacht niet actief kan zijn waar het ook nodig is, in de uitgaansbuurten. Ik denk, ik hoop dat het dossier van het nieuw voetbalstadion hier een kans biedt. Het is nog ver weg, vrees ik. Ik had gehoopt dat het er rapper ging staan maar ik vrees dat het nog niet voor deze legislatuur zal zijn. Maar dat biedt een kans, als er goed nagedacht wordt over een bezoekersmobiliteit en over een moderne infrastructuur, om de beveiliging van het stadion en zeker ook van de stadionomgeving met minder inzet van manschappen mogelijk te maken dan nu het geval is met een stadion dat in een woonwijk ligt met ontelbaar veel toegangswegen. Ook een politieman kan niet op twee plaatsen tegelijk zijn of ingezet worden. Maar laat ons dat positief bekijken. Als voor die bijkomende zaken die typisch zijn voor Brugge: de gevangenis, het huidig voetbalstadion, het asielcentrum, door een efficiënte organisatie, een efficiënt veiligheidsbeleid van de stad maar ook van de hogere overheden die bevoegd zijn voor de gevangenis, voor de Refuge, de inzet van politiemensen kan afgebouwd worden, ja, dan kan inderdaad die wens vervuld worden. Dan kan het blauw op straat in Brugge effectief evenwichtiger verdeeld en ingezet worden. Maar dat zijn dan ook echt noodzakelijke randvoorwaarden voor een zo effectief mogelijke inzet van ons politiekorps. Ik vind het toch belangrijk om dat eens te benadrukken omdat er soms te gemakkelijk gezegd wordt, waar is al het blauw op straat, ze zitten zeker te veel in het bureau. Nee, het moet ook mogelijk zijn en het moet ook menselijk mogelijk zijn om voldoende effectief op straat te kunnen inzetten. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u, mijnheer de voorzitter. Waarde collega’s, ik denk dat het debat de kans geeft om toch even uit te leggen in welk soort planning het huidig bestuur aan het werken is inzake veiligheid. Voor zij die de vraag stellen: waar is het plan, wil ik verwijzen naar de gemeenteraad van 25 maart 2014 waar we unaniem het zonaal veiligheidsplan hebben goedgekeurd. Opdat iedereen het zou weten, want een van de punten is transparant beleid, hebben we nadien ook een bijzonder nummer van BruggeInspraak gepubliceerd. In mei 2014 hebben we een dossier veiligheid gepubliceerd waar de acht beleidslijnen van het huidig bestuur worden uitgelegd. Het is dus ook in die acht krachtlijnen dat ik wens te antwoorden. Want het zijn nog altijd die beleidslijnen die we verderzetten zoals aangekondigd in de beleidsnota en zoals specifiek verwoord in het kader van het debat – dat ging tamelijk vlug – rond het zonaal veiligheidsplan, in de gemeenteraad van 25 maart 2014 goedgekeurd, ik denk unaniem. Wat zijn de acht krachtlijnen die we volgen? Vooreerst gaan we ervan uit: hoe properder de stad, hoe leefbaarder de stad, hoe veiliger. Dus zijn wij heel doelbewust bezig om nog meer dan vandaag te zoeken naar een beter onderhoud van de stad. Want ieder element van verwaarlozing is een gelegenheid voor zij die ook de normen willen verwaarlozen om te doen wat we niet willen. In eerste instantie is dus wat ons betreft de preventiedienst, zijn de gemeenschapswachten er op gericht om alle kleine sporen van verwaarlozing zo vlug mogelijk te detecteren, om daar zo vlug mogelijk op in te spelen. Het is onze basisovertuiging dat een nette stad, een veilige stad is. Dat is de eerste krachtlijn. De tweede krachtlijn die we volgen, is de buurtgerichte aanpak. Dat willen we nog sterker doen dan in het verleden. Met name hebben we de buurtcheques, die vroeger zomercheques genoemd werden en louter gericht waren op feesten, omgeturnd naar het ondersteunen van buurtwerkingen die erop gericht zijn om op een serieuze wijze te werken aan uw buurt. Het is een kwestie van het ondersteunen van een goede buurt. We hebben ervoor gezorgd, het is praktisch rond, dat iedere wijkagent permanent bereikbaar is met een dienst-gsm. U kunt dat klein vinden maar het is wel essentieel omdat iedereen die in zijn buurt zijn verantwoordelijkheid wil nemen, iedereen die iets wil signaleren het ook kan doen. De derde krachtlijn waarrond we werken, is dat we ervan uitgaan dat niet iedereen schuldig is maar wel iedereen mee verantwoordelijk is voor meer veiligheid. Het is in dit licht dat we zelfs de GAS-boete voor het nachtelijk rondlopen met drank hebben afgeschaft - in ieder geval de
14
gemeenteraad 21 oktober 2014
uitvoering ervan stopgezet hebben - omdat we ervan uitgaan dat we veel meer gericht moeten optreden. Maar dat betekent niet dat wij niet vinden dat iedereen mee verantwoordelijk is voor een stuk veiligheid. Daarom hebben wij nog vóór de zomer overleg gepleegd met de cafébazen van de uitgaansbuurt om te gaan kijken, wat kunnen we nu maken aan afspraken om ervoor te zorgen dat de overlast minimaal is. We hebben vóór de zomer een pak afspraken gemaakt over opkuis, over muziekgebruik, met de stok achter de deur dat als onze evaluatie negatief is, wij overgaan tot reglementering. Dit gebeurt met vallen en opstaan en dankzij de inzet van, niet van een uitgaanspolitie want die hebben wij niet maar van onze coach, de figuur vanuit de preventiedienst die erop gericht is om op tal van plaatsen zoveel mogelijk contacten te leggen, om samen met de cafébazen die ook geen vragende partij zijn voor veel geweld, duidelijke afspraken te maken om preventief op te treden. In ditzelfde verband kwam er een vraag van de cafébazen zelf om een soort buurtinformatienetwerk, een soort BIN op te stellen voor cafés. Omdat ze veel vlugger dan vandaag willen kunnen signaleren dat er wapens in de buurt zijn, dat er iets onregelmatigs gebeurt. Daaromtrent zijn er afspraken in de maak om te kijken hoe we ervoor kunnen zorgen dat de politie van dienst nog veel alerter kan optreden en hoe zij hun collega’s kunnen verwittigen voor elementen die tot escalatie van geweld zouden kunnen leiden. Het is onze bedoeling en dat is altijd de afspraak geweest, om een stuk de balans op te maken in het vooruitzicht van de komende eindejaarsperiode, om te gaan kijken waar moeten we al dan niet gaan aanscherpen. In ieder geval kan ik vandaag niet zeggen dat onze café-uitbaters niet bereid zijn om mee te werken. Dat belet niet dat wij er aan denken om in het licht van bepaalde gebeurtenissen inzake muziekgebruik toch maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat op een of andere manier het lawaai en de ambiance iets vlugger zouden kunnen stopgezet worden. Maar nogmaals, we proberen dat te doen in volledige samenspraak met de sector zelf en ik kan niet zeggen dat zij van kwade wil zijn. Integendeel, we proberen op die manier ook de café-uitbaters die eerder enkel denken aan hun eigen rendement te gaan isoleren. En zoals u weet, zal ik niet aarzelen om zoals in het verleden waar nodig een instelling te sluiten. De vierde krachtlijn, ook in maart 2014 besproken, is de gerichte aanpak van wie de overlast veroorzaakt. Dit doen wij nu al een paar maanden en ik krijg daar iedere zondagavond verslag van uit de eerste hand. Wij laten zo vlug als mogelijk overlastveroorzakers oppakken. Dat brengt, bij manier van spreken, een beetje geld op omdat wij onze kosten recupereren. Wij krijgen geregeld een overzicht van de taxikosten, honderd euro per rit, die wij op last van de politie aanrekenen. Men weet dat in het uitgaansleven en er zijn al protesten aan het komen omdat men vindt dat we te streng optreden, dat we te vlug mensen laten oppakken. In ieder geval, iemand die aanwijsbaar voor overlast zorgt, die zichzelf niet meer in de hand heeft, dreigt meegenomen te worden naar de politie en betaalt voor zijn rit en zijn kort verblijf aldaar. Dit is een politiek waar wij in het begin wat rond aarzelden maar waar wij nu het nut van inzien. Ten andere, het is interessant om - los van de feiten die wij niet willen minimaliseren - toch te zien dat wij voorlopig in de getallen kunnen zorgen voor een daling van feiten van geweld. Waar we in 2012 spraken van 531 feiten waren er in 2013, 442. Dat zijn er 442 teveel, laat dat duidelijk zijn, maar dat zijn er wel minder dan de 531 het jaar voordien. Dit jaar zaten we tot en met mei met 86 gevallen, als we extrapoleren komen we aan 350. Dat is nog teveel. En ik wil hier zelfs zeggen dat de cijfers beïnvloed zijn juist door het alert optreden: zo vlug als nodig worden mensen door onze politie uit het uitgaansleven weggenomen. Wij krijgen maandelijks of tweemaandelijks verslag in het schepencollege van het aantal te innen vervoerskosten. Collega’s zeiden dat we zouden kunnen werken met een weekendpolitie. Maar eigenlijk doen we dat al maximaal binnen het huidig statuut. Het zijn eigenlijk dezelfde mensen die het weekend werken maar volgens het statuut kunt u bijvoorbeeld niet ieder weekend dezelfde mensen inzetten. Het is nu eigenlijk een equipe van een achttal mensen die zich volledig herhaalt. We zijn ook aan het kijken of we niet zoals andere studentensteden zouden kunnen werken met een studentenflik, al ben ik voorstander om te werken met een soort uitgaansflik. Dat is een versterking van onze coach maar dan vanuit de politie. We proberen effectief nog betere afspraken te maken maar ondertussen willen we ook tonen dat het met de politie is dat we aan het toekijken zijn. De vijfde krachtlijn die we permanent blijven volgen: de duidelijke taakafspraken tussen stad, politie en parket. De feiten van juni, de voetbalfeiten van 28 juni in Sint-Andries, daar waar we beslist hebben om zelf een camera te hangen om niet afhankelijk te zijn van de smartphones van de buren, die feiten zijn een illustratie van waar wij als gemeente zelf kunnen in optreden en waar niet. Want, na een eerste analyse van de feiten, wat is daar gebeurd? Er is één iemand van de politie geweest die de beslissing heeft genomen, die schijnbaar zelf de keuze heeft gemaakt - maar pas op, want als je de volledigheid van de feiten zult kennen (ooit zullen ze via de rechtbank bekend geraken) dan ga je zien hoe genuanceerd je soms over slachtoffers en daders moet spreken - om de procureur niet op te bellen. We kunnen er voor zorgen - en dat is dan de
15
gemeenteraad 21 oktober 2014
maximale bevoegdheid die wij hebben - dat die handeling via de korpschef in het kader van een tuchtprocedure bekeken wordt. Want we nemen dat ernstig. Ik kan niet in de plaats van de politie bellen naar de procureur, ik kan niet in de plaats van de politie gaan kijken wat er gebeurt. Maar vanuit mijn bevoegdheid van burgemeester, hoofd van de administratieve politie, kan ik wel het nodige doen om een en ander ernstig te laten onderzoeken. Dat neemt zijn tijd omdat iedereen zijn verdediging waarneemt maar we doen dat systematisch. Ik wil verantwoord zien waarom iemand die beslissing heeft genomen, waarvan ik op de radio hoorde, om de procureur niet op te bellen. Los daarvan is het ieder zijn werk, dat is onze beleidslijn. Ik ga met steun van de politie maximaal mijn bevoegdheid als burgemeester uitoefenen. Maar op een bepaald moment is het dan het werk van de procureur om de leiding over de politie over te nemen en om al dan niet mensen eerst op te pakken of pas later te vervolgen. Ik kan alleen maar samen met jullie soms aanklagen dat we niet begrijpen waarom bepaalde mensen niet gevat worden. Dit gezegd zijnde, er was in de afgelopen maanden geen enkel, geen enkel element dat mij tot ergernis bracht rond onze afspraak. Dus het is momenteel zo dat als de politie optreedt de procureur het ook ernstig verder behandelt. We onderhouden die afspraken heel stipt. Op 25 november hebben we in het kader van onze geregelde contacten een nieuwe afspraak. We hebben ten andere naar aanleiding van de zware feiten altijd rechtstreeks contact met de procureur - van West-Vlaanderen, moeten we tegenwoordig zeggen. Op 25 november zullen we met alle veiligheidspartners kijken waar er al dan niet in de ketting zoals ze zeggen - iets zou haperen. Maar dat men voor de feiten van maart 2014 de ene schuldige niet gevonden heeft en de andere vandaag blijkbaar door de rechtbank onder voorwaarden is vrijgelaten, daar hebben wij geen vat op. Dat kunnen wij alleen maar samen met jullie volgen. Maar los van die feiten en die van het voetbalgebeuren hebben wij geen enkel element van discussie gehad over een verkeerde aanpak of het niet-naleven van de afspraken tussen de politie en het parket. Laten we hopen dat we dat in de toekomst zo kunnen houden. De prioriteiten van aanpak zijn die welke we ook op 25 maart 2014 hier hebben besproken. Onder andere en voor alle duidelijkheid - geen misverstand: prioriteit bij ons is de drugsbestrijding, ook het drugsgebruik. Naar aanleiding van Elements heb ik zelf, in de mate dat ik dat kan doen, aan de politie verzocht: doe eens extra controles. Ik kan u zeggen achteraf, de inhoud van de dossiers mag ik niet weten maar ik weet dat het er een pak zijn. Het is dus op vraag van het stadsbestuur dat men meer onderzoek heeft gedaan en ik zeg u dat, in het licht van het niet-aantrekken van drugsgebruik in Brugge, het festival ook op dat vlak eens herbekeken zal worden. Want het is al te gek om iets georganiseerd te laten doorgaan en anderzijds extra kosten te moeten maken voor de bestrijding van een beginnend drugsgebruik. Dus op dat vlak geen misverstanden. Ik zal daar mijn verantwoordelijkheid nemen, iedere bron van drugsgebruik hoe onschuldig ook, zullen wij als stadsbestuur bestrijden. Daarover geen enkel maar dan ook geen enkel misverstand. Wat betreft de buurtinformatienetwerken in de verschillende wijken is het zo dat wij, het is te zeggen de politie en de preventiedienst, een tweemaandelijks contact hebben met de wijken waar er ongerustheid was. We hebben daar uitgelegd wat een buurtinformatienetwerk betekent en wij zijn ten zeerste gemotiveerd om dat uit te leggen want, men vergeet het soms, het is onze korpschef die in de buurtgemeente destijds een van de eersten was om een buurtinformatienetwerk op te stellen. Dus waar we het kunnen gaan we het zeker doen. Maar hoe meer we uitleggen wat dat impliceert, hoe meer de bevolking – eigenlijk terecht – zegt: laten we verder werken zoals we bezig zijn met een politie die correct optreedt. Wij zijn alle zones gelijk aan het bekijken. We hebben vorig jaar nog een grote actie gedaan aan de autoweg om te kijken wie Brugge binnenkomt. We vroegen zelfs om met gespecialiseerde camera’s te kunnen werken om vlugger te zien, via de nummerplaten, welke groepen we liever niet op ons grondgebied zien. Dus, wij behandelen alle wijken, zeker deze dicht bij de autowegen, gelijk. We trachten preventief iedereen te ontgoochelen en af te raden om te proberen in te breken. En een geluk of een ongeluk, als u de nationale cijfers bekijkt dan zijn de inbraakcijfers globaal gestegen. Wij stijgen ook alhoewel de laatste cijfers wijzen op een stagnering. We proberen die cijfers lager te houden dan vorig jaar maar wij blijven dus in onze staartpositie ten opzichte van andere gemeenten, terwijl we aan een drukke autoweg liggen. Dus we blijven de ambitie behouden om tegen een nationaal, internationaal fenomeen toch zo sterk mogelijk op te treden en om zoveel mogelijk inbraken te voorkomen. Daarom blijven we met de preventiedienst, met de politie er alles aan doen om de bevolking te informeren en te ondersteunen in het beveiligen van hun woningen. Maar u kunt van ons niet vragen dat we subsidies die de nationale overheid schrapt als Vlaamse belastingbetaler of Brugse belastingbetaler direct zelf kunnen opvangen. Dat is een andere discussie die we binnen een paar maanden misschien gaan moeten voeren. Voorlopig doen wij het maximum in de ondersteuning en de informatie van de mensen van alle wijken - want ik weet niet van waar die uitspraken over Sint-Andries en andere wijken komen. Zeker komt dat niet van ons. Wij behandelen iedereen gelijk, voor iedereen is dat een grote miserie, geconfronteerd te worden met een inbraak.
16
gemeenteraad 21 oktober 2014
In het kader van onze acht krachtlijnen hebben wij ook gesteld, als zesde krachtlijn, dat wij zo transparant mogelijk wensen te zijn. Vandaar dat wij naar aanleiding van het debat rond inbraken alle cijfers geven, die inderdaad vroeger met enige schroom niet werden gegeven. Wij geven ze allemaal. Ik geef u vandaag de cijfers over het geweld, die een dalende trend aangeven. Het zijn maar cijfers maar we steken ze niet weg, we vegen ze niet onder de mat. Wij vinden dat we zo transparant mogelijk moeten communiceren. Ik heb er zelf bij de procureur op aangedrongen om informatie te geven naar aanleiding van de voetbalfeiten in Sint-Andries, om meer informatie te geven, om het maximum te doen dat ze kunnen in het kader van het onderzoek om de bevolking te informeren. Als we acties voeren rond preventie van inbraken, rond vervolging van inbraken: alles wat de Brugse politie kan geven aan informatie geven wij. Omdat we vinden dat je moet kunnen uitgaan van de correcte feiten, de feiten zoals ze zich stellen. We hebben op dat vlak niets te verbergen, ieder cijfer kan alleen maar een stimulans zijn om nog meer ons best te doen. Inzake veiligheid hebben we tenslotte ook gezegd dat wij verkeersveiligheid uiteraard niet onderschatten en dat wij daar zelfs de maat van het kind willen nemen. De straat en eigenlijk alles in het algemeen moet veilig zijn voor een kind alleen. Dat is eigenlijk de ultieme doelstelling die we op alle vlakken zouden moeten nastreven. En tenslotte de achtste krachtlijn. Zoals u weet hebben wij voor het eerst in de stad ook een noodplanningsambtenaar die wij in het kader van het afschakelingsplan enzoverder al sterk nodig hebben gehad. Ik raad dus iedereen aan die op het internet tevergeefs gezocht heeft naar ons plan om het zonaal veiligheidsplan na te lezen en eventueel ook het mei nummer van BruggeInspraak, waar we het ook voor de bevolking volledig hebben uitgelegd in een apart dossier. Wat ook een breuk was met het verleden toen men zei: in Brugge over veiligheid spreken, u moet daar niet in overdrijven. Desondanks hebben we gezegd: we doen dat, we spreken hier niet alleen over het gezellige Brugge maar we geven ook de feiten zoals ze zijn omdat het onze optie en doelstelling is om alles wat in onze bevoegdheden ligt rond veiligheid maximaal uit te putten. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog vragen of opmerkingen? Nee? 2
Gemeenteraad - wijziging samenstelling berekken - goedkeuring.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan gaan we over tot punt 2: wijziging samenstelling berekken, ten gevolge van de intrede van collega Bruynooghe. Akkoord? De Gemeenteraad, Gelet dat Arnold Bruynooghe in zitting van 16 september 2014 werd aangesteld als gemeenteraadslid na het ontslag van Agnes Bruyninckx; Gelet dat hierdoor ook de samenstelling van de berekken dient aangepast; Gelet dat fractieleider Alain Quataert via mail d.d. 18 september 2014 heeft laten weten dat de samenstelling van de berekken als volgt zal zijn : Arnold Bruynooghe wordt lid van berek 2 en van berek 3 Alain Quataert wordt lid van berek 1 en van berek 3; Besluit: De nieuwe samenstelling van de berekken goed te keuren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Daarna de punten van burgemeester Renaat Landuyt. Punt 3. 3
Politie - aankoop hard- en software voor de implementatie van Mobile Office voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 3 is de aankoop van hard- en software voor de implementatie van Mobile Office, de politie die op het terrein al wil zorgen dat haar dossiers in orde zijn. Dat betekent voor ons een investering die we doen via het nationale raamcontract van de Federale Politie. Ook dit is een veiligheidsdossier. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord?
17
gemeenteraad 21 oktober 2014
De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. De aankoop van hard- en software voor de implementatie van Mobile Office wordt goedgekeurd en zal aangekocht worden : perceel 1 : bij de firma Lebon IT Services NV, Stoomtuigstraat 7c te 8830 Hooglede-Gits als enige door DST gevalideerde firma voor het bedrag van € 84.447,19 perceel 2 : bij de firma ASTRID, Regentlaan 54 te 1000 Brussel als enige en exclusieve leverancier van Blue Light Mobile voor het bedrag van € 15.766,30 en volgens de voorwaarden van het contract FORCMS-GSM-058 van de federale overheid voor de proximus data-abonnementen voor het bedrag van € 1.403,28 perceel 3 : volgens de voorwaarden van het contract FOR-CMS-VV-067 van de federale overheid voor de inbouw van de mobiele data apparaten in de interventievoertuigen bij de firma Mecelcar, Avenue Albert Einstein 12 te 1348 Louvain-la-Neuve voor het bedrag van € 21.363,76 perceel 4 : in het kader van het raamcontract van de stad Brugge bij de firma Real Dolmen, Industriezone Zenneveld, A. Vaucampslaan 42 te 1654 Huizingen voor het bedrag van € 128.945,70. Artikel 2. De totale uitgave van € 251.926,23 BTW inbegrepen zal benomen worden begrotingsartikel 33030/742-53/2014 BU en wordt gefinancierd met eigen middelen.
op
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 4. 4
Personeel - lokale politie Brugge - vacatures mobiliteitscyclus 2014-04 vacantverklaring in het operationeel kader.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 4, personeel lokale politie. Een paar vacatures in het kader van mobiliteit: mensen die weggaan, die moeten vervangen worden, enzoverder. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel1. De vacantverklaring en de selectieprocedure in het kader van de vierde mobiliteitscyclus – dienstjaar 2014 goed te keuren. Artikel2. Het vastleggen van de selectiemodaliteiten: 1. Het houden van een interview met de kandidaat door de plaatselijke selectiecommissie samengesteld conform art. VI.II.61 RPPol voor de functies in het midden- en basiskader. 2. Voor de functies binnen het middenkader wordt eveneens een adviserende kennistest en postbakoefening georganiseerd. 3. Voor de functie wijkinspecteur wordt eveneens tijdens het interview een rollenspel (tweegesprek) georganiseerd. 4. Voor de functie van inspecteur van politie, rechercheur wordt eveneens een adviserend rollenspel en een schriftelijke proef georganiseerd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 5.
18
gemeenteraad 21 oktober 2014
5
Preventie - overeenkomst FOD Justitie-Stad Brugge in het kader van alternatieve gerechtelijke maatregelen 2014 - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 5. Niet onbelangrijk: de overeenkomst tussen de FOD Justitie en stad Brugge in het kader van de alternatieve gerechtelijke maatregelen. U zult zien dat wij net zoals in het verleden ondersteuning geven aan De Sleutel om rond drugsbestrijding preventief maar ook repressief verder te werken. Alles rond strafuitvoering waar de stad maximaal aan meewerkt staat hier in dit contract verwoord. Hopelijk wordt dit in de toekomst niet afgeschaft. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad keurt de overeenkomst tussen de federale overheidsdienst Justitie en de Stad Brugge m.b.t. de personele omkadering van de alternatieve gerechtelijke maatregelen werkingsjaar 2014 goed. Een bedrag van 159.891,32 euro is voorzien op BI049000, A0338, 74051000. De meerkost voor de tewerkstelling wordt doorgerekend aan de organisaties.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan zijn we toe aan de punten van schepen Franky Demon. Punt 6. 6
Toelagen - restauratie schouw - Baliestraat 27 - definitieve toekenning uitbetaling.
Schepen Franky Demon. - Goede avond collega’s. Met punt 6 vraag ik uw goedkeuring voor de definitieve toekenning en de uitbetaling van de toelage voor de restauratie van de schouw van Baliestraat 27. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel1. Aan de eigenaar dhr. Koen De Smet wordt een toelage van 2.093,85 euro toegekend als stadstussenkomst voor de herstellingswerkzaamheden aan de schouw en het herschilderen van de gevel van het pand Baliestraat 27 te 8000 Brugge. Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut. Artikel 2. Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie RB072000, rekening 66420000 2014 en zal gefinancierd worden door lening.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 7. 7
Toelagen - restaureren van het pand Pastoor Verhaegheplein 21 - definitieve toekenning - uitbetaling.
Schepen Franky Demon. - Punt 7 betreft de definitieve toekenning en de uitbetaling van de toelage voor het restaureren van het pand Pastoor Verhaegheplein 21. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Aan dhr. Eewoud Michielssens, Baron Ruzettelaan 403, 8310 Brugge wordt een toelage 18.750,00 euro toegekend als stadstussenkomst in de restauratiekosten in de Pastoor Verhaegheplein 21, 8310 Brugge.
19
gemeenteraad 21 oktober 2014
Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut. Artikel 2. De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur. Artikel 3. Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd. Artikel 4. Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie RB072000, rekening 66420000 2014 en zal gefinancierd worden door lening.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 8, ruimtelijke ordening. 8
Ruimtelijke ordening - ontwerp provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Solitaire vakantiewoningen - Brugge-Oostende - advies.
Schepen Franky Demon. - In punt 8 vragen we ons advies aan de Provincie te volgen inzake het ontwerp provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan voor solitaire vakantiewoningen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Sanchez. Raadslid Noelia Sanchez. - Goede avond. Ik heb daar een vraag over. Er staat in de toelichting bij advies nummer 5: “Brugge telt ongeveer 550 zonevreemde woningen in agrarisch gebied” en dan: “gezien verwacht wordt dat slechts een klein percentage van de functiewijziging naar vakantiewoningen gebruikt zal worden”. Waarop is die “gezien verwacht wordt dat” gebaseerd? Is er navraag gedaan, bij de Westhoek bijvoorbeeld, wat de impact daar geweest is? En hoeveel vakantiewoningen zijn er bijgekomen bijvoorbeeld in de Westhoek, voor en na, en hoeveel vakantiewoningen zijn er nu al, op vandaag, in de regio Groot Brugge? Schepen Franky Demon. – Dat zijn cijfergegevens en ik stel voor dat u die cijfergegevens opvraagt, daarvoor hebben we berekken. Of u kunt dat voordien doen, via een schriftelijke vraag, dat is geen probleem. Er zijn er 550 die zouden kunnen in aanmerking komen, er is daar vanuit de provincie wat onderzoek op gedaan en het resultaat is: acht. Het is ook daarom dat wij in ons advies zeggen dat het voor ons niet prioritair is dat de provincie dat aanpakt. Wij denken dat er andere zaken zijn die de provincie zou moeten aanpakken maar soit, het is niet alleen voor Brugge dat de provincie dit doet. Ze doen dat ook voor bijvoorbeeld de regio Westhoek waar er meer hoeves gelegen zijn die nu naar aanleiding ook van de herdenking van Wereldoorlog I als vakantiewoning zouden kunnen bestemd worden. Voor ons is dat een minimum maar we gaan daar zeker niet tegen zijn, waar er eigenlijk maar acht interesse zouden hebben van de 550. Dat is door de provincie bekeken. Raadslid Noelia Sanchez. - Ik had gelezen dat er zeven waren die in aanmerking kwamen. Schepen Franky Demon. - Acht. Raadslid Noelia Sanchez. - En dan die 550 andere - die 542 andere: is daar informatie over? Schepen Franky Demon. - Neen. Dat zijn er die niet binnen de sluitende regelgeving die in dit PRUP voorligt, zouden kunnen vallen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog vragen of opmerkingen? Nee? De Gemeenteraad, Besluit: Er wordt gunstig advies gegeven op het ontwerp PRUP Solitaire vakantiewoningen - BruggeOostende. Hierbij worden 2 opmerkingen gemaakt:
20
gemeenteraad 21 oktober 2014
1. Stad Brugge heeft bij de hoogdringendheid voor de opmaak van dit PRUP wel bedenkingen. Uit figuur 1 in de toelichtende nota blijkt dat binnen de regio BruggeOostende slechts 9 vakantiewoningen met deze problematiek te maken hebben, waarvan geen enkele gelegen te Brugge. Anders dan in de regio Westhoek stelt deze problematiek zich in de regio Brugge-Oostende veel minder, maar ook hier besliste de deputatie om te werken met een PRUP om zo eenduidigheid en gelijkheid voor de gehele provincie te garanderen. De provincie had evengoed, gezien de zeer beperkte problematiek, kunnen wachten op de decreetgever voor een wijziging van het functiewijzigingsbesluit dat een beter instrument is om dergelijke zaken te regelen. Stad Brugge wenst er op te wijzen dat dit veel gebruiksvriendelijker zou zijn geweest. Bijvoorbeeld op vlak van stedenbouwkundige inlichtingen. Zo zal een perceel gelegen in een BPA steeds gezoneerd worden als gelegen in dit PRUP, ook al is het er niet van toepassing. Dit komt doordat de verschillende zones in BPA’s niet ondergebracht zijn in een 'gebiedscategorie'. Dit zal zorgen voor verwarring. Maar ook wanneer de decreetgever in de toekomst een oplossing uitwerkt, dan zal dit PRUP niet zomaar opgeheven kunnen worden (art. 2.2.2. §2 VCRO: RUPs blijven gelden tot ze worden vervangen). 2. De niet-limitatieve lijst van kwalitatieve criteria waaraan aanvragen voor deze functiewijziging getoetst moeten worden, wordt best aangevuld met volgende criteria: -
invloed op de omgeving (zo heeft bv. een vakantiewoning voor 4 personen een andere impact op de omgeving dan een vakantiewoning voor 20 personen) inpassing in de omgeving (zo is dit bv. zeer belangrijk in landschappelijk waardevol agrarisch gebied).
Stad Brugge vindt het wenselijk om deze bepaling ook verordenend op te nemen i.p.v. toelichtend, gezien dit meer garanties biedt op een gebiedsgerichte afweging.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 9. 9
Ruimtelijke ordening - ontwerp RUP Buffer Dudzele d.d. juli 2014 - voorlopige vaststelling.
Schepen Franky Demon. - Punt 9: de voorlopige vaststelling voor het ontwerp RUP Buffer Dudzele dat we graag in openbaar onderzoek zouden laten starten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Het ontwerp gemeentelijk RUP Buffer Dudzele d.d. juli 2014 (bestaande uit: I-toelichtende nota; II-verordenende voorschriften; III-plannen: plan 1: feitelijke toestand, plan 2: juridische toestand, plan 3: kadastrale toestand, plan 4: erfgoedwaarderingskaart, plan 5: luchtfoto, plan 6: verordenend grafisch plan, plan 7: register van percelen waarop planschade, planbaten, kapitaal- en gebruikersschade verschuldigd kan zijn; en 'het onderzoek tot mer’) wordt voorlopig vastgesteld.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 10. 10
Ruimtelijke ordening - Generaal Lemanlaan, Nijverheidsstraat, Blekerijstraat te 8310 Brugge - Immobyr NV - bouwen van een meergezinswoning na afbraak van een bestaand gebouw, gelegen Generaal Lemanlaan, Nijverheidsstraat, Blekerijstraat te 8310 Brugge - goedkeuring kosteloze grondafstand ten voordele van de stad.
Schepen Franky Demon. - Punt 10 gaat over de Generaal Lemanlaan, Nijverheidsstraat, Blekerijstraat te Sint-Kruis, het bouwen aldaar van een meergezinswoning na afbraak van een bestaand gebouw gelegen in dezelfde straten. Wij vragen u de goedkeuring voor de kosteloze grondafstand ten voordele van het stadsbestuur. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord.
21
gemeenteraad 21 oktober 2014
De Gemeenteraad, Besluit: De kosteloze grondafstand ten voordele van de stad, zoals omschreven in de projectovereenkomst horende bij bovenvermelde aanvraag om stedenbouwkundige vergunning, wordt goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan zijn we toe aan de punten van schepen Annick Lambrecht. Punt 11. 11
Mobiliteit - verlenging samenwerkingsovereenkomst Mobile-for.
Schepen Annick Lambrecht. - Goede avond. Punt 11, mobiliteit, samenwerkingsovereenkomst met Mobile-for voor SMS-parkeren.
verlenging
van
de
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter. Mevrouw de schepen, een vraagje. Heb ik het goed voor dat op dit moment enkel Proximus abonnees zich niet moeten registreren om te kunnen sms-parkeren? Dat is dan eigenlijk een soort handicap voor de gebruikers met andere providers en ik heb bij mezelf gemerkt dat het een grote drempel is om jezelf te registreren. Dus ik denk dat als we willen dat het sms-parkeren nog verder stijgt, wat ik denk dat wel een goede zaak zou zijn, het goed zou zijn om aan te dringen bij het bedrijf Mobile-for om ook met die andere providers goede afspraken te maken. Schepen Annick Lambrecht. - Mijnheer Mostrey, u hebt volkomen gelijk. Dit is ook onze grote bezorgdheid en het is opgenomen nu. In principe hebben ze een half jaar tijd om het in orde te brengen maar ze gaan het sneller doen, hebben ze beloofd. Omdat dat inderdaad een grote drempel is om het niet te doen, en we willen natuurlijk zo weinig mogelijk drempels. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u. De Gemeenteraad, Besluit: De samenwerkingsovereenkomst tussen Mobile-for en de stad Brugge voor de exploitatie van mobiele parkeerdiensten met zes jaar te verlengen volgens het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan geef ik nu graag het woord aan schepen Boudewijn Laloo, voor de kerkbesturen. 12 13 14
Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 1) - 1) Christus-Koning 2) O.L.-Vrouw 3) Sint-Jacob 4) Sint-Gillis 5) Sint-Pieter 6) Sint-Anna en 7) SintWalburga - goedkeuring. Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 2) - 1) Sint-Willibrord 2) O.L.-Vrouw-Onbevlekt-ontvangen 3) H. Godelieve en Karel de Goede 4) H. Hart en H. Philippus 5) H. Michiel en 6) Sint-Baafs - goedkeuring. Erkende kerkbesturen - budgetwijzigingen 2014 (CKB 3) - 1) H. Kruisverheffing en Sint-Jozef 2) O.L.-Vrouw-Bezoeking 3) Sint-Donaas 4) Sint-Pieter-in-Banden 5) Sint-Jozef en 6) Sint-Niklaas - goedkeuring.
Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u, voorzitter. Collega’s. Punten 12, 13 en 14 betreffen de budgetwijzigingen 2014 van het Centraal Kerkbestuur 1, 2 en 3, voor goedkeuring door deze gemeenteraad. Punt 12: 1. Christus-Koning De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Christus-Koning. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. Met deze budgetwijziging wordt het investeringsresultaat van de jaarrekening 2013 verwerkt.
22
gemeenteraad 21 oktober 2014
2. O.L.-Vrouw De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. Met deze budgetwijziging wordt het investeringsresultaat van de jaarrekening 2013 verwerkt. 3. Sint-Jacob De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Jacob. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De bijkomende investeringstoelage van 18.596,72 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 4. Sint-Gillis De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Gillis. Bij de exploitatie hebben we vier uitgaven in meer gecompenseerd door twintig uitgaven in min voor in totaal hetzelfde bedrag. De exploitatietoelage blijft zodoende onveranderd 65.069,44 euro. Met deze budgetwijziging wordt tevens het investeringsresultaat van de jaarrekening 2013 verwerkt. 5. Sint-Pieter De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Pieter. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. Met deze budgetwijziging wordt het investeringsresultaat van de jaarrekening 2013 verwerkt. 6. Sint-Anna De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Anna. Bij de exploitatie hebben we vijf uitgaven in meer gecompenseerd door vijf uitgaven in min voor in totaal hetzelfde bedrag. De exploitatietoelage blijft zodoende onveranderd 21.807,65 euro. De bijkomende investeringstoelagen van 31.351,00 euro voor de eredienst, 73.901,55 euro voor grote herstellingen kerkgebouw en van 392.901,82 euro voor grote herstellingen pastorie worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 7. Sint-Walburga De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Walburga. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De wijziging in investeringen betreft een vermeerdering van de investeringsuitgave voor erelonen en ontwerpuitgaven kerkgebouw met 14.000,00 euro gecompenseerd door een vermindering van de investeringsuitgave voor grote herstellingen kerkgebouw met hetzelfde bedrag. Punt 13: 1. Sint-Willibrord De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Willibrord. Bij de exploitatie hebben we vier uitgaven in meer gecompenseerd door drie uitgaven in min voor in totaal hetzelfde bedrag. De exploitatietoelage blijft zodoende onveranderd 18.754,47 euro. Er zijn geen wijzigingen in investeringen. 2. O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen. De exploitatietoelage wordt door deze wijziging vastgesteld op 17.264,44 euro (in plaats van 27.808,44 euro) en dit tengevolge van veertien wijzigingen in exploitatie-ontvangsten en -uitgaven (in min en in meer). De bijkomende investeringstoelage van 6.500,00 euro voor de pastorie wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 3. H. Godelieve en Karel de Goede De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur H. Godelieve en Karel de Goede. Bij de exploitatie hebben we vijf uitgaven in meer resulterend in een vermeerdering van de exploitatietoelage met 7.031,00 euro (29.943,46 euro in plaats van 22.912,46 euro). Met deze budgetwijziging wordt het investeringsresultaat van de jaarrekening 2013 verwerkt.
23
gemeenteraad 21 oktober 2014
4. H.Hart en H. Philippus De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur H. Hart en H. Philippus. De exploitatietoelage wordt door deze wijziging vastgesteld op 43.457,32 euro (in plaats van 47.407,32 euro - aandeel Brugge = 71%) en dit tengevolge van zes wijzigingen in min in exploitatie-uitgaven. Er zijn geen wijzigingen in investeringen. 5. H. Michiel De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur H. Michiel. Bij de exploitatie hebben we vier uitgaven in meer resulterend in een vermeerdering van de exploitatietoelage met 3.870,00 euro (35.029,22 euro in plaats van 31.159,22 euro). Er zijn geen wijzigingen in investeringen. 6. Sint-Baafs De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Baafs. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De bijkomende investeringstoelagen van 16.607,00 euro voor het kerkgebouw en 3.077,00 euro voor de pastorie worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het Stadsbestuur. Punt 14: 1. H. Kruisverheffing en Sint-Jozef De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur H. Kruisverheffing en Sint-Jozef. Bij de exploitatie hebben we één uitgave in meer gecompenseerd door één uitgave in min voor hetzelfde bedrag. De exploitatietoelage blijft zodoende onveranderd 42.906,90 euro. Er zijn geen wijzigingen in investeringen. 2. O.L.-Vrouw-Bezoeking De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw-Bezoeking. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De bijkomende investeringstoelage voor een totaal bedrag van 14.166,70 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 3. Sint-Donaas De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Donaas. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De bijkomende investeringstoelage van 1.947,18 euro voor het kerkgebouw en 10.708,20 euro voor de pastorie worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 4. Sint-Pieter-in-Banden De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Pieter-in-Banden. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De investeringstoelage voor andere gebouwen eredienst wordt verminderd met 12.680,08 euro (23.619,92 euro i.p.v. 36.300,00 euro). 5. Sint-Jozef De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Jozef. Er zijn geen wijzigingen in exploitatie. De bijkomende investeringstoelagen van 9.075,00 euro voor de eredienst (projectiescherm kerk), 194.168,00 euro voor (restauratiewerken kerk) en 108.862,00 euro (aanpassingswerken pastorie) worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 6. Sint-Niklaas De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het budget 2014 van het kerkbestuur Sint-Niklaas. Bij de exploitatie hebben we één meerontvangst van 36,00 euro gecompenseerd door meerdere uitgaven in min en in meer voor in totaal hetzelfde bedrag. De exploitatietoelage blijft zodoende onveranderd 26.554,65 euro. Er zijn geen wijzigingen in investeringen.
24
gemeenteraad 21 oktober 2014
15 16 17
Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 (CKB1) - 1) O.L.Vrouw 2) Sint-Jacob en 3) Sint-Anna - goedkeuring. Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 - H. Godelieve en Karel de Goede (CKB 2) - goedkeuring. Erkende kerkbesturen - meerjarenplanwijziging 2014-2019 - Sint-Jozef (CKB 3) goedkeuring.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punten 15, 16 en 17: de meerjarenplanwijziging 2014-2019 van het Centraal Kerkbestuur 1, 2 en 3, voor goedkeuring door deze gemeenteraad. Punt 15: 1. O.L.-Vrouw De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het meerjarenplan 2014-2019 van voornoemd kerkbestuur. 2. Sint-Jacob De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het meerjarenplan 2014-2019 van voornoemd kerkbestuur. 3. Sint-Anna De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het meerjarenplan 2014-2019 van voornoemd kerkbestuur. Punt 16: De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het meerjarenplan 2014-2019 van het kerkbestuur H. Godelieve en Karel de Goede. Punt 17: De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan de wijziging van het meerjarenplan 2014-2019 van het kerkbestuur Sint-Jozef.
18
Erkende kerkbesturen - protestantse kerk - budget 2015 - goedkeuring.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 18: protestantse kerk, budget 2015, voor goedkeuring door deze gemeenteraad. De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015 van de Protestantse Kerk. De exploitatietoelage bedraagt 12.258,54 euro. De investeringstoelage van 14.500,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur.
19 20
Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 1) - 1) O.L.-Vrouw 2) Sint-Jacob 3) Sint-Gillis 4) Sint-Anna 5) Sint-Walburga 6) Christus-Koning 7) H. Familie en 8) Sint-Pieter - goedkeuring. Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 2) - 1) Sint-Andries en Sint-Anna 2) Sint-Baafs 3) Sint-Willibrord 4) H. Michiel 5) H. Godelieve en Karel de Goede 6) Sint-Katarina 7) H. Hart en H. Philippus 8) O.L.-Vrouw-0nbevlekt-Ontvangen 9) O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen en 10) H. Jozef en Kristoffel - goedkeuring.
25
gemeenteraad 21 oktober 2014
21
Erkende kerkbesturen - budgetten 2015 (CKB 3) - 1) H. Kruisverheffing en SintJozef 2) H. Leo-De-Grote 3) H. Thomas-van-Kantelberg 4) O.L.-Vrouw-Bezoeking 5) Sint-Donaas 6) Sint-Franciscus-van-Assisië 7) Sint-Jozef 8) Sint-Niklaas en 9) Sint-Pieter-in-Banden - goedkeuring.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punten 19, 20 en 21 betreffen de budgetten 2015 voor het Centraal Kerkbestuur 1, 2 en 3. Punt 19: 1. O.L.-Vrouw De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 282.107,68 euro. De investeringstoelage van 45.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 2. Sint-Jacob De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 54.917,90 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 3. Sint-Gillis De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 66.832,01 euro. De investeringstoelage van 36.275,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 4. Sint-Anna De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 25.290,30 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 5. Sint-Walburga De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 55.721,85 euro. De investeringstoelage van 30.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 6. Christus-Koning De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 33.329,25 euro. De investeringstoelage van 339.307,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 7. H. Familie De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 13.040,95 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 8. Sint-Pieter De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 30.438,68 euro. De investeringstoelagen bedragen 20.000,00 euro voor het kerkgebouw en 20.000,00 euro voor andere gebouwen eredienst en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. Punt 20: 1. Sint-Andries en Sint-Anna De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 21.307,90 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 2. Sint-Baafs De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 23.801,86 euro. De investeringstoelagen bedragen 461.280,00 euro voor het kerkgebouw (in hoofdzaak dakwerken) en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur.
26
gemeenteraad 21 oktober 2014
3. Sint-Willibrord De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 26.844,74 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 4. H. Michiel De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 47.424,78 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor het privaat patrimonium en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 5. H. Godelieve en Karel de Goede De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 27.310,65 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 6. Sint-Katarina De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 19.111,01 euro. De investeringstoelagen bedragen 5.000,00 euro voor de eredienst, 20.000,00 euro voor het kerkgebouw en 10.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 7. H. Hart en H. Philippus De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 47.203,81 euro (aandeel Brugge 71%). De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 8. O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 14.359,68 euro. De investeringstoelagen bedragen 20.000 euro voor het kerkgebouw en 250,00 euro voor andere gebouwen eredienst en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 9. O.L.-Vrouw-ten-hemel-Opgenomen De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 33.664,73 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 10. H. Jozef en Kristoffel De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 30.037,18 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. Punt 21: 1. H. Kruisverheffing en Sint-Jozef De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 44.180,64 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 2. H. Leo-de-Grote De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 7.607,08 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 3. H. Thomas-van Kantelberg De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 24.391,72 euro. De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur.
27
gemeenteraad 21 oktober 2014
4. O.L.-Vrouw-Bezoeking De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 0,00 euro (er is een overschot van 31,98 euro). De investeringstoelage van 20.000,00 euro voor het kerkgebouw wordt goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 5. Sint-Donaas De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 35.692,78 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 6. Sint-Franciscus-van-Assisië De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 12.607,03 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 7. Sint-Jozef De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 39.000,27 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 11.200,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 8. Sint-Niklaas De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 25.708,32 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur. 9. Sint-Pieter-in-Banden De gemeenteraad uit zijn goedkeuring aan het budget 2015. De exploitatietoelage bedraagt 42.763,65 euro. De investeringstoelagen bedragen 15.000,00 euro voor het kerkgebouw en 5.000,00 euro voor de pastorie en worden goedgekeurd onder voorbehoud van voorafgaand overleg met het stadsbestuur.
22
Brandweerhervorming - definitieve start hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 vanaf 1 januari 2015 - financieringsovereenkomst met de hulpverleningszone en de 16 andere gemeenten van de zone - financiële verdeelsleutel 2015-2025 en de daaraan verbonden modaliteiten.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 22: brandweerhervorming, de definitieve start hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 vanaf 1 januari 2015.
van
De Gemeenteraad, Besluit: Art. 01 – Over te gaan tot het instappen in de Hulpverleningszone 1 vanaf 1 januari 2015 en de financiële verdeelsleutel en de daaraan verbonden modaliteiten in onderhavige overeenkomst goed te keuren: OVEREENKOMST TUSSEN DE HULPVERLENINGSZONE WEST-VLAANDEREN 1 IN OPRICHTING EN DE GEMEENTEN INZAKE DE FINANCIËLE VERDEELSLEUTEL EN DE DAARAAN VERBONDEN MODALITEITEN VOOR DE PERIODE 2015-2025 Tussen, De Prezone van de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 in oprichting, p/a Siemenslaan 6, 8020 Oostkamp, vertegenwoordigd door de heer Luc Vanparys, voorzitter en de heer Filiep Dekiere, coördinator, in uitvoering van het besluit van de prezoneraad van 1 september 2014, hierna ‘de hulpverleningszone’ genoemd, enerzijds. En,
28
gemeenteraad 21 oktober 2014
Stad Blankenberge, J.F. Kennedyplein 1, 8370 Blankenberge, vertegenwoordigd door de heer Patrick De Klerck, burgemeester en de heer Peter Verheyden, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Brugge, Burg 12, 8000 Brugge, vertegenwoordigd door de heer André Van Nieuwkerke, voorzitter van de gemeenteraad en de heer Johan Coens, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente De Haan, Leopoldlaan 24, 8420 De Haan, vertegenwoordigd door de heer Peter Breemersch, burgemeester en de heer Franky Museeuw, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Gistel, Heyvaertlaan 18, 8470 Gistel, vertegenwoordigd door de heer Bart Halewyck, burgemeester en mevrouw Lieve Wydooghe, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Knokke-Heist, Alfred Verweeplein 1, 8300 Knokke-Heist, vertegenwoordigd door Graaf Leopold Lippens, burgemeester en mevrouw Miet Gobert, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van 25 september 2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Middelkerke, Spermaliestraat 1, 8430 Middelkerke, vertegenwoordigd door mevrouw Janna Rommel-Opstaele, burgemeester en de heer Pierre Ryckewaert, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Oostende, Vindictivelaan 1, 8400 Oostende, vertegenwoordigd door de heer Jean Vandecasteele, burgemeester en de heer Kristof Beuren, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Oostkamp, Siemenslaan 1, 8020 Oostkamp, vertegenwoordigd door de heer Jan de Keyser, eerste schepen en de heer Jan Compernol, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Torhout, Aartrijkestraat 11/B, 8820 Torhout, vertegenwoordigd door de heer Norbert De Cuyper, burgemeester en de heer Luc Vandamme, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Beernem, Bloemendalestraat 112, 8730 Beernem, vertegenwoordigd door de heer Johan De Rycke, burgemeester en de heer Jan Claeys, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Bredene, Centrumplein 1, 8450 Bredene, vertegenwoordigd door de heer Steve Vandenberghe, burgemeester en de heer Yannick Wittevrongel, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Damme, Vissersstraat 2A, 8340 Damme, vertegenwoordigd door de heer Joachim Coens, burgemeester en de heer Hendrik De Corte, waarnemend stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Ichtegem, Stationsstraat 1, 8480 Ichtegem, vertegenwoordigd door de heer Karl Bonny, burgemeester en de heer Luc Delarue, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Jabbeke, Dorpsstraat 3, 8490 Jabbeke, vertegenwoordigd door de heer Daniël Vanhessche, burgemeester en de heer Gabriël Acke, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Stad Oudenburg, Weststraat 24, 8460 Oudenburg, vertegenwoordigd door de heer Ignace Dereeper, burgemeester en de heer Johan Rosseel, stadssecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Zedelgem, Snellegemsestraat 1, 8210 Zedelgem, vertegenwoordigd door de heer Patrick Arnou, burgemeester en de heer Kurt Ryheul, gemeentesecretaris, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Gemeente Zuienkerke, Kerkstraat 17, 8377 Zuienkerke, vertegenwoordigd door de heer Alain De Vlieghe, burgemeester en de heer Franky Goethals, gemeentesecretaris, in
29
gemeenteraad 21 oktober 2014
uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van xx/xx/2014, hierna ‘de gemeente’ genoemd, anderzijds. Vooraf: Voor de opmaak van de verdeelsleutel 2015-2025 werd met de diverse belangen én de financiële draagkracht van alle 17 gemeenten rekening gehouden (grote besturen met een beroepskorps, gemeenten met hoofdzakelijk een vrijwillig korps, kleinere beschermde gemeenten). Desalniettemin is dit een solidariteitscompromis en zal de financiering van de hulpverleningszone voor alle gemeenten een bijzondere financiële inspanning vergen. Om die reden zijn een aantal randvoorwaarden uitdrukkelijk gekoppeld aan de goedkeuring van het procentueel aandeel van elke gemeente in het te financieren saldo van de hulpverleningszone. Wordt het volgende overeengekomen: Titel I: Verplichtingen van de gemeenten Artikel 1. De gemeenten verbinden zich ertoe ten opzichte van elkaar en de hulpverleningszone volgend percentage van het jaarlijks te financieren saldo (globale gemeentelijk aandeel) van de hulpverleningszone bij te dragen: Gemeente
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
Blankenberge
2,1476%
2,2053%
2,2629%
2,3206%
2,3782%
2,4359%
2,4935%
2,5511%
2,6088%
2,6664%
2,6664%
Brugge
31,3200%
31,2600%
31,2000%
31,1400%
31,0800%
31,0200%
30,9600%
30,9000%
30,8400%
30,7800%
30,7800%
De Haan
3,2998%
3,2895%
3,2793%
3,2690%
3,2588%
3,2485%
3,2383%
3,2280%
3,2178%
3,2075%
3,2075%
Gistel
1,4164%
1,4529%
1,4893%
1,5257%
1,5622%
1,5986%
1,6350%
1,6715%
1,7079%
1,7444%
1,7444%
Knokke-Heist
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
12,2000%
Middelkerke
3,4935%
3,5070%
3,5205%
3,5340%
3,5475%
3,5610%
3,5745%
3,5880%
3,6015%
3,6150%
3,6150%
Oostende
29,0168%
28,5235%
28,0303%
27,5371%
27,0438%
26,5506%
26,0574%
25,5641%
25,0709%
24,5777%
24,5777%
Oostkamp
2,5695%
2,6389%
2,7084%
2,7778%
2,8473%
2,9167%
2,9862%
3,0556%
3,1251%
3,1945%
3,1945%
Torhout
2,6813%
2,7527%
2,8240%
2,8954%
2,9667%
3,0381%
3,1094%
3,1807%
3,2521%
3,3234%
3,3234%
Beernem
1,7169%
1,7638%
1,8107%
1,8576%
1,9045%
1,9513%
1,9982%
2,0451%
2,0920%
2,1389%
2,1389%
Bredene
1,8095%
1,8589%
1,9084%
1,9578%
2,0073%
2,0568%
2,1062%
2,1557%
2,2052%
2,2546%
2,2546%
Damme
1,2586%
1,2872%
1,3159%
1,3445%
1,3731%
1,4017%
1,4304%
1,4590%
1,4876%
1,5162%
1,5162%
Ichtegem
1,5723%
1,6145%
1,6568%
1,6991%
1,7414%
1,7836%
1,8259%
1,8682%
1,9104%
1,9527%
1,9527%
Jabbeke
1,5829%
1,6259%
1,6688%
1,7117%
1,7547%
1,7976%
1,8405%
1,8834%
1,9264%
1,9693%
1,9693%
Oudenburg
1,0382%
1,0664%
1,0946%
1,1228%
1,1510%
1,1792%
1,2074%
1,2356%
1,2639%
1,2921%
1,2921%
Zedelgem
2,5582%
2,6265%
2,6947%
2,7630%
2,8312%
2,8994%
2,9677%
3,0359%
3,1042%
3,1724%
3,1724%
Zuienkerke
0,3185%
0,3270%
0,3355%
0,3440%
0,3524%
0,3609%
0,3694%
0,3779%
0,3864%
0,3949%
0,3949%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
100,0000%
Artikel 2. Het te betalen bedrag aan de hulpverleningszone wordt in twaalfden, d.i. maandelijks, gestort door de gemeente, ten laatste op de 10de dag van de maand op het bankrekeningnummer van de hulpverleningszone. Bij iedere laattijdige betaling is de wettelijke rentevoet voor betalingsachterstand bij handelstransacties van toepassing, berekend per dag. Artikel 3. De hulpverleningszone wordt op 1 januari 2015 automatisch ‘om niet’, d.w.z. gratis, eigenaar van alle roerend materieel en voertuigen van de gemeentelijke brandweerkorpsen. De gemeenten met korps gaan hiermee uitdrukkelijk akkoord. Artikel 4. De gemeenten zullen de gemeentelijke retributiereglementen in een zonaal retributiereglement laten harmoniseren. De opgenomen tarieven in dit gelijkvormig reglement zijn voldoende hoog en een noodzakelijke bron van inkomsten voor de
30
gemeenteraad 21 oktober 2014
hulpverleningszone. De aanvrager die een prestatie van de hulpverleningszone vraagt, staat op basis van de goedgekeurde tarieven in het zonaal retributiereglement in voor de betaling ervan. Gemeenten die niet akkoord gaan dat bepaalde tarieven geheel of gedeeltelijk doorgerekend worden aan de aanvrager maken daarnaast een eigen gemeentelijk reglement op basis van het derdebetalerssysteem. Dit houdt in dat die gemeenten die afwijken van het algemene (zonale) retributiereglement zelf aan de zone het verschil tussen het zonale retributiereglement en de eigen gevraagde gemeentelijke bijdrage dienen te betalen. Titel II: Verplichtingen van de hulpverleningszone Artikel 5. De hulpverleningszone verbindt zich ertoe de bedragen die haar zijn toegekend te gebruiken voor de doeleinden van de hulpverleningszone. De zoneraad bepaalt bij begrotingswijziging de bestemming van de eventuele overschotten op de afgesloten jaarrekeningen, hetzij opname in de gewone dienst, de buitengewone dienst of terugstorting naar de gemeenten. Artikel 6. De hulpverleningszone werkt kostenbewust en streeft maximale efficiëntie na. Artikel 7. De hulpverleningszone legt jaarlijks een investeringsplafond vast in de zoneraad. De prezoneraad van 1 september 2014 heeft het investeringsvolume voor 2015 vastgelegd op 1,5 miljoen euro. De financiering van deze investeringen gebeurt in de hulpverleningszone door middel van leningen. De zoneraad kan enkel gemotiveerd, in geval van dringende en onvoorziene omstandigheden, voor een urgente, noodzakelijke investering van dit investeringsplafond afwijken. Artikel 8. De hulpverleningszone streeft naar het meest efficiënt personeelsbestand. Ieder jaar legt de hulpverleningszone de contouren van een efficiënt personeelsbestand opnieuw vast, waarbij maximaal rekening wordt gehouden met de modaliteit vermeldt in artikel 6. In 2015 wordt geen enkel personeelslid (operationeel/calog) vervangen d.m.v. externe aanwervingen. Er wordt in 2015 niemand gerekruteerd door de hulpverleningszone. Enkel interne verschuivingen binnen het personeelsbestand van de hulpverleningszone zijn mogelijk. De (pre)zoneraad kan van deze algemene stelregel inzake personeel uitzonderlijk afwijken voor strategisch, organisatorisch noodzakelijke aanwervingen. Artikel 9. De hulpverleningszone betaalt tot in 2025 een vastgelegde huurprijs voor de huidige gebouwen van de brandweer. De hulpverleningszone huurt de brandweergebouwen van de gemeenten van oorsprong. 75 % van de eerder geschatte huurprijs wordt als totale huur voorzien. (1.469.545 euro x 75% = 1.102.158,75 euro) Deze huurprijs wordt jaarlijks geïndexeerd met 2%. Dit betekent dat de hulpverleningszone volgende huurprijs aan de desbetreffende gemeenten betaalt in 2015: Blankenberge: 90.468,75 euro Brugge Pathoekeweg: 271.095,00 euro Brugge Walweinstraat: 32.745 euro De Haan: 30.645 euro Gistel: 57.825,00 euro Knokke-Heist: 142.893,75 euro Middelkerke: 73.177,50 euro Oostende: 251.426,25 euro Oostkamp Siemenslaan: 72.262,50 euro Oostkamp Ruddervoorde: 4.923,75 euro Torhout: 74.696,25 euro.
31
gemeenteraad 21 oktober 2014
Latere wijzigingen in het gebouwenbestand (nieuwbouw, buiten dienst stelling,…) en bijhorende financiering worden voorgelegd aan de zoneraad. De gemeente van oorsprong blijft eigenaar van de brandweergebouwen. De zoneraad sluit eenvormige brandweergebouwen af.
huurovereenkomsten
met
de
eigenaars
van
de
Artikel 10. De hulpverleningszone streeft ernaar zoveel mogelijk taken uit te voeren in een vorm van samenwerkingsverband met andere hulpverleningszones om het kostenplaatje van de hulpverleningszone te drukken en zo efficiënt mogelijk te werken, bv. een gemeenschappelijke aankoopcentrale. Artikel 11. De hulpverleningszone engageert zich tot stringent budgetteren om de gemeentelijke budgetten niet nodeloos te bezwaren. Titel III: Algemene bepalingen Artikel 12. Deze overeenkomst wordt gesloten voor een periode van 11 jaar (2015-2025). Deze overeenkomst zal door iedere partij ter goeder trouw worden uitgevoerd. Artikel 13. Onderhavige overeenkomst die door de prezoneraad voor de Hulpverleningszone WestVlaanderen 1 met de 17 gemeenten wordt afgesloten, is met ingang van 1 januari 2015 integraal van toepassing voor de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1. Artikel 14. Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2015. Deze overeenkomst is opgemaakt in 18 exemplaren. Elke stad/gemeente verklaart een ondertekend exemplaar te hebben ontvangen. Art. 02 - De burgemeester of zijn vervanger (bij voorkeur) of de voorzitter van de gemeenteraad en de secretaris worden gemachtigd om de overeenkomst inzake de financiële verdeelsleutel 2015-2025 en de daaraan verbonden modaliteiten te ondertekenen. Art. 03 - De stadsdotatie aan de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 wordt voor 2015 bepaald op 30,32% van de gezamenlijke gemeentelijke bijdragen. Een afschrift van dit besluit wordt voor 1 november 2014 aan de Voorzitter van de prezoneraad van de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 bezorgd. Art. 04 – Een afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving aan de minister binnenlandse zaken en voor goedkeuring aan de gouverneur worden bezorgd.
23
Financiële administratie - vaststellen van de bijdrage van de stad Brugge in de hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 voor het dienstjaar 2015.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 23: financiële administratie, vaststellen van de bijdrage van de stad Brugge aan de hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 voor het dienstjaar 2015. De Gemeenteraad, Besluit: Art. 01 – Het aandeel van de stad Brugge in de gemeentelijke toelage voor de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 in het stadsbudget 2015 vast te stellen op 9.237.991 euro. Art. 02 – Afschrift van dit besluit zal overgemaakt worden aan de Gouverneur, de voorzitter van de prezoneraad van de Hulpverleningszone West-Vlaanderen 1 en aan de financieel beheerder.
32
gemeenteraad 21 oktober 2014
24
Stedelijk onroerend patrimonium - Komvest 34 A - autostandplaatsen residentie Sincfal - verkoop standplaats 37.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 24, de verkoop van standplaats 37 aan de Komvest 34 A. Bedankt. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - De autostandplaats gelegen te 8000 Brugge, Komvest 34 A met nummer 37, gekend bij het kadaster in de 5e afdeling Brugge, sectie E, perceelnummer 0089 T 3, S37, verkopen aan mevrouw Ann Verschingel, wonende te 8680 Koekelare, Dorpsstraat 29, tegen de prijs van 17.000 euro en verder onder de voorwaarden zoals opgenomen in de koopverbintenis. Artikel 2. - Alle aan deze verkoop verbonden kosten vallen ten laste van de koper. Artikel 3. - De ontvangst zal worden gevorderd op account: 22140090 - KPL: dummy beleidsitem: BI011905 - actie: RB011905 - deelrapport: nihil - economische code: EC500 operationeel budgetbeheerder: OBB024 - taak: nihil.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan kom ik bij schepen Jos Demarest. Punt 25, interne stadsorganisatie. Schepen Demarest. 25
Interne stadsorganisatie - nieuwe organisatiestructuur - goedkeuring.
Schepen Jos Demarest. - Toch nog even kort stellen waarover het gaat voor de mensen die het niet zouden weten. In het kader van het veranderingstraject naar een nieuwe organisatie werden op 17 februari door het college een aantal doelstellingen geformuleerd en goedgekeurd. Eén van die doelstellingen betrof de organisatiestructuur van de stad. Wat vanavond voorligt is de vraag tot goedkeuring van de nieuwe structuur. Het moet een kompas zijn naar de toekomst toe hoe wij de groep stad Brugge willen organiseren. Het zal onze toetssteen zijn om de globale opmaak van een nieuwe formatie te realiseren. In het berek hebben wij uitgebreid de tekening en de inhoud van de clusters voorgesteld en eveneens de stand van zaken gegeven aangaande de verschillende werkgroepen die verder actief zijn binnen Neno. Kort nog even stellen: we spreken dus van negen clusters, vertrekkend centraal vanuit de cluster Klant. Dan hebben we Welzijn, waar we zeer uitdrukkelijk hebben gesteld dat wij niet gaan voor een integratie van het OCMW in de stadsorganisatie. Het OCMW blijft een autonoom iets met zijn juridische specificaties en zijn opdrachten. We hebben dan een eerste groep van clusters zijnde Onderwijs en economie, Toerisme, Cultuur en Vrije tijd, die ook een aantal overlappingen hebben. Een tweede groep is Openbaar domein, Stadsontwikkeling en Veiligheid. Daaronder hebben we een band en het is ook letterlijk een band van vijf Shared services, die de band vormen waarop de clusters enerzijds steunen en anderzijds ook de verbinding maken. Het gaat om Algemene zaken, Personeel en organisatie, Financiën, Facility en Communicatie en citymarketing. In het college van 22 september hebben we rond die Shared services nog expliciet de volgende beslissing genomen wat toch niet onbelangrijk is. Het college was akkoord dat wij om dat te realiseren in de eerste plaats zouden kijken naar de eigen stedelijke organisatie en dat we verder met andere betrokken partijen, met respect voor hun eigenheid en rechtspersoonlijkheid, maximaal zouden streven naar samenwerking en indien mogelijk en wenselijk ook naar integratie. We hebben er ook uitdrukkelijk bij gezegd dat we rond twee groepen een stuurgroep zouden willen laten werken. We zouden de stuurgroep stad - OCMW nieuw leven willen inblazen en een tweede oprichten, stad – politie, om na te gaan welke ondersteunende diensten elkaar beter kunnen vinden. Dat is in het kort de tekening die voorligt. Het is duidelijk en dat werd ook gesteld in het berek, dat de invulling van de zaken die daaronder liggen, wat ons betreft nog kan aangepast worden want het blijft ook een stukje een organisch verhaal. De input van bepaalde belangrijke actoren kan meespelen bij het verder realiseren van de tekening. Maar de hoofdlijnen waar we ons willen op enten liggen vast en daar vragen we dan ook een uitdrukkelijke goedkeuring voor. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem.
33
gemeenteraad 21 oktober 2014
Raadslid Geert Van Tieghem. - Goede avond of goede nacht, geachte collega’s, geacht publiek. De moedige nota van de heer adjunct-stadssecretaris Beheydt met betrekking tot de stadsorganisatie of -reorganisatie dateert van 17 februari 2014, inderdaad acht maanden geleden. Nu, dus acht maanden later, ligt de goedkeuring van die nieuwe organisatiestructuur hier op tafel. Vorige week maandag, dat is een goede week geleden, werd op het berek voor het eerst na acht maanden windstilte gedurende laten we zeggen een kwartier een korte summiere voorstelling gebracht van deze toch wel zeer ingrijpende reorganisatie. Het duurde een twintigtal minuten, jullie hebben er acht maanden aan gebrouwd. Diverse informatiebrochures waren intussen ook al gedrukt, ik heb die hier bij. Ook werd het ganse verhaal reeds uitvoerig in de pers gebracht en toegelicht. En toch staat dit voor onze stad belangrijke punt nu pas op de agenda van de gemeenteraad ter goedkeuring. Begrijpe wie kan. We zijn nog eens doorheen de bewuste nota van 17 februari gefietst en lezen letterlijk op bladzijde twee onder punt twee: “Men ervaart doorheen de organisatie en op alle echelons een gebrek aan communicatie”. En wat verderop, ik citeer letterlijk: “Er wordt te weinig ruimte, debat ervaren. Zelfs als de zaken nog onduidelijk zijn verwacht men een open en eerlijke communicatie daaromtrent. Nu ervaren velen het niet-communiceren als het nemen van beslissingen in achterkamertjes” En wat verderop onder punt 3 lezen we: “Men ervaart een gebrek aan vertrouwen en vooral ook een gebrek aan respect doorheen de organisatie en op alle echelons.” Als voorbeelden worden aangehaald en ik citeer: “Het niet-respecteren van elkaars rol, elkaars verantwoordelijkheid, het eerst communiceren via de pers in plaats van eerst intern.” Ik lees het letterlijk in de nota van de adjunct-stadssecretaris. Zoals u weet, geachte collega’s, is de gemeenteraad het hoogste bestuursorgaan van een gemeente. In Brugge is dat duidelijk niet het geval, zeker niet wat de oppositie betreft. De geciteerde principes van goed bestuur, vervat in die nota en die wij toejuichen, worden flagrant met de voeten getreden. Het thema van de stadsorganisatie raakt nochtans het hart van onze instelling en is van primordiaal belang voor onze stad, voor haar personeel en voor haar klanten. In de pas gedrukte Nenobrochure staat de gemeenteraad – op papier dan toch – het hoogst vermeld in de overkoepelende structuur. In de realiteit echter is het duidelijk anders: we ervaren geen enkele inspraak. Wij stellen vast dat in gans dit belangrijke verhaal de aangeleverde informatie relatief vaag is, weinig transparant en bijwijlen zelfs onduidelijk. Ook al gaat het over een kompas, wij zouden er soms het noorden bij verliezen. Het ganse project krijgen we vandaag op deze gemeenteraad ruwweg in onze maag gesplitst Een vraag om medewerking, betrokkenheid of gewoon informatieverschaffing is er gedurende acht maanden nooit geweest. Vanuit de oppositie ervaren we hier duidelijk een manifest gebrek aan respect en vertrouwen, wat we bijzonder betreuren. Respect is nochtans, dat lees ik toch in de brochure, één van de vier komende kernwaarden van de nieuwe stadsorganisatie. Opvallend trouwens bij de voorstelling op het berek vorige week van van dit toch wel zeer belangrijke punt: het feit dat diverse raadsleden van de meerderheid vroegtijdig de zaal verlieten. Van respect gesproken! Verwonderd zijn we eigenlijk niet echt, want bij de voorstelling van het beleidsplan hadden wij en vele vooraanstaande instellingen in onze stad hetzelfde gevoel - je moet het beleidsplan er maar eventjes op nalezen en de teneur nagaan bij heel wat vooraanstaande instellingen. Onze uitgestoken hand tot medewerking, tot constructieve samenwerking die blijft men, stellen we vast, negeren. Nochtans zal het nieuwe werken in onze stad alleen maar slagen mits het respecteren van een aantal basiswaarden zoals vertrouwen, transparantie, communicatie en respect. Zonder een sterk draagvlak en dito samenwerking tussen alle Brugse actoren en ik reken daar uiteraard ook de oppositie bij, zal een dergelijk omvangrijk veranderingstraject nooit lukken. Gelet op de zeer summiere en prille informatie die ons in het recente berek werd aangeleverd, is het vanuit N-VA niet eenvoudig om het ganse verhaal inhoudelijk te vatten of te volgen, zeker omdat het bovendien de ganse stad impacteert. Wel herhalen we, voor alle duidelijkheid, de noodzaak van de komst van een Nenoplan om dit stapsgewijs te implementeren, met het uiteindelijke doel een kwaliteitsvolle, klantvriendelijke en moderne dienstverlening aan onze klanten te kunnen aanbieden. Middelen en mensen efficiënter inzetten moet hierbij de uitdaging zijn. Tot slot nog een aantal bedenkingen, inhoudelijke bedenkingen dan, vanuit N-VA, op basis van de informatie die voorligt. Ten eerste. De nieuwe stadsstructuur wordt binnenkort opgebouwd uit tien clusters. U citeerde negen clusters, ik heb ze geteld, het zijn er wel degelijk tien. De vreemde eend in de bijt - of is het een pelikaan, ik weet het niet - is de cluster “klant”. Gezien de klant uiteraard centraal staat, hoort
34
gemeenteraad 21 oktober 2014
de klant ontegensprekelijk thuis in iedere cluster. Waarom een aparte cluster vragen we ons dan af. Wordt het aspect “klant” niet geïntegreerd in elke inhoudelijke cluster (Want iedere cluster hoort nu eenmaal de klant centraal te stellen)? Ten tweede, we vinden het een heel goede zaak om vanaf 2015 een intervisie voor leidinggevenden uit te werken. Brugge zal in dit belangrijke traject zeer veel nood hebben aan sterk coachend leiderschap en het is een goed element om daar inderdaad een intervisieverhaal aan te koppelen. Een derde aspect, in de nieuwe organisatiestructuur wordt werk gemaakt van een verder in vertrouwen delegeren van bevoegdheden aan de diensthoofden,. Ook dat juichen wij toe. We stellen vast dat het college nu meer tijd zal kunnen investeren in belangrijke beleidsdossiers. Ik lees in de nota dat het aantal agendapunten zal dalen van vijfhonderd stuks naar ongeveer honderd stuks. Als we goed kunnen tellen, zit de college-agenda ziet er binnenkort dus 80 % lichter uit en we kijken dan ook vol verwachting uit naar de eerste echte beleidsvruchten. Ten vierde, in maart 2014 werd het managementteam van onze stad – het MAT - gereduceerd van dertien tot vier man, het kern-MAT zoals men dat ging noemen. Wij hadden daar toen ook onze bedenkingen bij en stellen nu vast, acht maanden later, dat het bestuur op zijn beslissing terugkeert en het MAT terug zal uitbreiden tot elf man. Ten vijfde, de strategische cel, een warme aanbeveling naar aanleiding van het bezoek van de visitatiecommissie aan onze stad in het jaar 2011 en op de agenda van de gemeenteraad van december 2013, zou nu ook echt geboren worden - of is geboren, ik kan het niet echt uitmaken. Over de specifieke rol van deze strategische cel en de relatie met het MAT en het stadsbestuur hebben we toen in de gemeenteraad van december 2013 ook een aantal vragen gesteld. Aangezien we nu niets lezen omtrent antwoorden op die vragen en we destijds ook met een kluitje in het riet werden gestuurd, herhalen we deze vraag: wat zal de rol zijn van deze strategische cel in relatie met het MAT en het stadsbestuur? Ten zesde, het OCMW, u hebt het daarstraks ook genoemd. Het OCMW staat in dat ganse verhaal wat aan de zijlijn en wordt ons inziens onvoldoende betrokken in het Nenoverhaal. Nochtans denken wij dat een verdere samenwerking, een synergie tussen OCMW en de stad meer dan aangewezen is. Maar wij vragen ons inderdaad wel af of dat de uiteindelijke bedoeling is van het stadsbestuur. Tot slot, om te eindigen. Wij lezen met voldoening dat het digitale werken in onze stad zal worden uitgebreid Dit juichen we uiteraard toe, we hebben het meermaals gevraagd. Maar we vragen ons wel af wanneer het college dan eindelijk ook werk zal maken van het digitaliseren van de eigen gemeenteraad hier? Gelukkig is er de mail van gisterenavond vanuit de secretarie - die ons tot vreugde stemde omdat er inderdaad een stap gezet werd in de goede richting – dat men toch investeert in het digitaliseren van onze gemeenteraad die, laten we eerlijk zijn, toch niet verloopt zoals het in een normale moderne middeleeuwse stad zou moeten zijn. Alvast dank voor uw antwoord. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Annys. Raadslid Pablo Annys. - Mijnheer de schepen, schepenploeg, onze ambtenaren: sta me toe eerst en vooral jullie te feliciteren met deze nieuwe aanpak, ook deze van de structuurverandering. Het is een aanpak van openheid, het betrekken van medewerkers op verschillende niveaus bij de veranderingen, het is open communicatie, het herstellen van vertrouwen en respect. Ik hoop dan ook dat jullie zo doorgaan in dit Nenotraject. Een dergelijke aanpak stimuleert ook een organisatiecultuurverandering, en u weet dat dat allemaal zeer moeilijk is maar toch ook één van de belangrijkste trajecten binnen Neno. Ik richt mij tot de oppositie. Zoals op het berek gesteld vormt deze nieuwe organisatiestructuur een soort van kompas, een houvast, een raamwerk, een kader waar een toekomstige personeelsformatie op gestoeld kan zijn. Het is dus een middel en geen doel op zich, laat ons dat toch maar herhalen. En ik vind dat u als oppositie moet weten wat u wil - ik spreek in het algemeen over de oppositie maar vooral tegen mijnheer Van Tieghem. Tijdens de gemeenteraden van februari en maart vroegen jullie om communicatie, respect, betrokkenheid met onze medewerkers. Ik herhaal nog een citaat van mijnheer Van Tieghem van toen: “Het veel te vaak ontbreken van een open en eerlijke communicatie, ten aanzien van de medewerkers getuigt van een gebrek aan respect en vertrouwen, en dat is de basis voor een modern personeelsbeleid.” Wel, mijnheer Van Tieghem, het is nu net dat proces, die windstilte volgens u, dat de voorbije maanden doorlopen is, met alle medewerkers van onze stad. Alstublieft, heb daar ook eens respect
35
gemeenteraad 21 oktober 2014
voor. En dat de gemeenteraad wat later aan bod komt, wel, ik denk dat dat absoluut niet het geval is. Wij hebben de principes ruimschoots op voorhand goedgekeurd of toch kunnen bespreken. Mijnheer Van Tieghem, het is inderdaad een kompas. Ik denk inderdaad dat u het noorden kwijt bent en ik hoop dat u dat zeer snel terug vindt. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u wel. We hebben daarover al uitvoerig in het berek gedebatteerd maar het is wel belangrijk dat we sommige dingen nog eens herhalen omdat natuurlijk niet iedereen in dat berek aanwezig is. Eerste vaststelling. Ik betreur het wel dat de oppositie pas in deze fase daarover wordt geraadpleegd. Het zou ook in een vroegere fase op een informelere basis gekund hebben, eens in het berek. Maar, en dat was ook mijn eerste vraag in het berek: zijn er eigenlijk nog aanpassingen mogelijk? Want anders hebben heel de discussie en de goede ideeën die wij naar voor schuiven weinig zin en kunnen we evengoed zwijgen. Ik heb dan gezegd: ik ga toch nog enkele positieve suggesties doen. Eén, ik vind dat het wel tijd is voor een nieuwe organisatiestructuur. Ik vind het positief dat daaraan wordt gewerkt. Twee; dat de klant centraal staat vind ik natuurlijk ook normaal, de klant, dat is de Bruggeling. Drie, ik vind dat er een aantal logische zaken inzitten. Vrije tijd, cultuur, toerisme, onderwijs en economie: met die vier bollen heb ik geen probleem, met welzijn en OCMW ook niet. Maar wat ik wel betreur is dat veiligheid bij stadsontwikkeling en openbaar domein staat. Ik ga het niet bekritiseren maar ik zou het een logischere keuze gevonden hebben, mocht politie een bol zijn naast welzijn. Waarom? Omdat politie een afzonderlijke begroting moet neerleggen en omdat er een afzonderlijke politieraad is - een politieraad die bij ons natuurlijk een beetje in de vergeethoek geraakt omdat wij als voltallige gemeenteraad ook politieraad zijn. Maar ik zou het correcter gevonden hebben en misschien is er nog een positieve sturing in die zin mogelijk dat die twee zaken afzonderlijk zouden staan. En dan stadsontwikkeling. Men zegt openbaar domein maar stadsontwikkeling is in de toekomst eigenlijk vooral, denk ik, de inrichting van openbaar domein en groen. Ik zou dan eigenlijk veiligheid gezet hebben bij politie en anderzijds dan bovenaan in plaats van veiligheid zou ik openbare werken genomen hebben en mobiliteit. Onderaan zou ik openbaar domein vervangen hebben door groen. Dat waren mijn suggesties.,Men heeft daar niet veel op gereageerd maar aangezien het nog maar een kompas is, kan men daar misschien nog eens over nadenken. Ik had eigenlijk vooral ook vragen bij het overkoepelen. Je hebt dus bovenaan gemeenteraad en schepencollege met de ombudsdienst. En dan heb je MAT, strategische cel en coördinatiedienst. Voor mij is dat niet echt duidelijk. Het MAT, als daar elf mensen gaan deel van uitmaken, dan veronderstel ik dat dat zeker één iemand is uit elke bol - dat zou toch zo moeten zijn. De vraag is dan wie de klant vertegenwoordigt. Misschien moet je daar eens over nadenken. Als je een MAT hebt met daarin de diensthoofden of de mensen die met alles bezig zijn, die de knowhow hebben, en die toch ook binnen hun taak strategie moeten hebben, dan vraag ik mij af of die strategische cel geen dubbel gebruik is met een MAT. Want een goed MAT moet strategisch denken en heeft vooral als taak om net het schepencollege en de burgemeester te adviseren. Ik vind dus dat er geen twee moeten zijn, je moet niet een MAT hebben en dan nog eens een afzonderlijk MAT, strategische cel genaamd. Ik denk dat dat zeer complex is en dat dat eigenlijk ook een stukje wantrouwen zal wekken bij diensthoofden die met strategie bezig zijn. U moet ook vermijden dat u met twee strategieën bezig bent: een strategische- en een andere. Anderzijds, niets belet dat het MAT gelijk is aan een strategische cel waar je enkele deskundigen bijvoegt, externe deskundigen, dat zou ik logischer vinden. En dan is mijn vraag wat nog eigenlijk de coördinatiecel is. Voor mij zijn dat drie dingen die niet als afzonderlijke eilanden moeten gezien worden maar één grote cel moeten zijn: strategie, coördinatie en management. Dat is mijn visie daarover. Voor de rest zou ik zeggen: in een groot geheel met heel veel mensen die gewoon zijn in een bepaalde structuur te werken zal het bij elke aanpassing veel stappen vragen om iedereen aan uw zijde te krijgen. Maar ik denk dat het nu een uitgelezen kans is om het goed te doen. Voorziter André Van Nieuwkerke - Mevrouw Esquenet.
36
gemeenteraad 21 oktober 2014
Raadslid Minou Esquenet - Voorzitter, Burgemeester, Schepenen, collega’s. Vooreerst wens ik mij aan te sluiten bij mijn collega Annys en mijn felicitaties over te maken aan de adjunct-stadssecretaris voor de gezwinde spoed waarmee hij dit dossier, waaruit trouwens zijn vakkennis op alle pagina’s blijkt, aanpakt. Ook de stuurgroep en de verschillende werkgroepen verdienen appreciatie en niet in het minst wil ik alle medewerkers danken die participeerden aan de Nenomarkten en de Neno-op-wielen. Wat voorligt, is een mooi project dat een grote impact zal hebben en dat dus omzichtig en professioneel zal moeten begeleid worden. Daarbij toch een aantal aandachtspunten, laat ons beginnen met de shared services. Het lijkt evident dat bepaalde zaken gecentraliseerd worden georganiseerd en opgevolgd, in de tekening van Neno is het de binding tussen alle clusters en het fundament waarop de hele organisatie rust. Ik ben voorstander van elke efficiëntie-oefening, maar stel me hier toch wel een aantal vragen bij. Bijvoorbeeld de vormingsmogelijkheden voor deze mensen, zijn daar middelen voor voorzien? En kan dit wel, snel en op deze manier, bijvoorbeeld de informaticawerking van groendienst, dienst veiligheid en dienst cultuur bij elkaar smijten? Wat de partners betreft moeten we bekijken hoe we samenwerking kunnen realiseren zonder te verzanden in logge structuren. Schaalvergroting kan immers ook schaalnadelen met zich meebrengen. In elk geval moet de grootste prioriteit gaan naar de eigen organisatie. Intern in de shared services dan, moet mijns inziens speciale aandacht gaan naar de dienst personeel en organisatie. Zij spelen een cruciale rol in dit hele gebeuren. Zij hebben een ruim takenpakket en grote verantwoordelijkheden in het veranderingsproces aangezien alle input naar de leidinggevenden van hen moet komen. Ik vraag dus voldoende aandacht voor vorming en ondersteuning, zodat deze mensen goed gewapend zijn om de nieuwe organisatie mee vorm te geven en blijvend te dragen. Een tweede aandachtspunt situeert zich bij de mensen die dit veranderingsproject moeten uitdragen naar alle werknemers, de zogenaamde leidinggevende laag. De sleutel van het welslagen van dit project ligt bij de selectie, de begeleiding en de ondersteuning van de leidinggevenden. In de documenten wordt duidelijk gesteld dat diensthoofden snel zullen moeten worden aangesteld om het element onzekerheid in het veranderingsproces tot een minimum te herleiden. Tot op zekere hoogte is dit zo. Het zou echter nog sterker zijn als het niet enkel snel gaat maar ook degelijk onderbouwd wordt. De organisatie moet zich op een rustige manier kunnen ontwikkelen en het welslagen van dit proces zal mee afhangen van de kwaliteit van de leidinggevenden, die dit immers moeten vertalen naar hun teams. Dit wordt gesteld in de documenten, maar wat er niet in staat is, hoe je die kwaliteit zal inschatten en objectief bepalen. Concreet: hoe ben je zeker dat de leidinggevende de nodige talenten, capaciteiten en/of competenties in huis heeft om dergelijke veranderingen zelf te managen en daarnaast ook zijn of haar medewerkers te begeleiden? Zal de leidinggevende in staat zijn om ook in de toekomstige rol, die misschien wel andere competenties zal vereisen, adequaat te functioneren? Wij denken dus dat een eenduidige aanpak of methodiek bij het aanstellen van diensthoofden nuttig zou zijn, bijvoorbeeld in de vorm van assessment of development centers die een objectieve aanstelling zullen garanderen. Dit zal als bijkomend voordeel hebben dat er transparant kan worden gecommuniceerd omtrent aanstellingen en dat het vertrouwen van de werknemers in de aanstelling van de diensthoofden zal verhogen. Dit brengt mij naadloos bij het laatste en misschien wel belangrijkste aandachtspunt: de beoogde organisatiecultuur. De hele oefening is gebaseerd op de basiswaarden vertrouwen en respect. Voor ons christendemocraten is dat evident, want een grondhouding. Elke relatie is gebaseerd op die twee dingen: respect en vertrouwen. Beide moeten aanwezig zijn. Je kunt respect voor iemand hebben, maar als je geen vertrouwen hebt of krijgt, is het onmogelijk samen te werken, laat staan grote projecten te realiseren. En het moet wederkerig zijn, van twee kanten komen. Van leidinggevenden naar werknemers en vice versa. Van politiek naar administratie en vice versa. Dat is essentieel. Wie niet met respect voor de andere en in vertrouwen kan samenwerken, zal dergelijke oefening nooit tot een goed einde kunnen brengen. Tot slot denk ik dat transparantie op alle niveaus aangewezen is. In die zin zou het misschien nuttig zijn om in de toekomst, eens alle inhoudelijke en serviceclusters definitief zijn, de schepenbevoegdheden daar ook op af te stemmen. Op die manier groeit ook de alignatie tussen politiek en administratie. CD&V zet dus met veel goesting haar schouders onder dit zeer ambitieuze plan. Wij gaan voor een efficiënte en klantvriendelijke dienstverlenende overheid en medewerkers die fier zijn op hun
37
gemeenteraad 21 oktober 2014
bijdrage aan de stad. Wij wensen de schepen van personeel en zijn dienst personeel en organisatie veel moed om dit project vlot en stevig onderbouwd tot een goed einde te brengen. Aan alle medewerkers van de stad: grijp deze kans aan met beide handen, de stad van morgen, dat zijn jullie. Op naar een actieve job in een moderne organisatie, vlieg uit jullie kooi om in deze stad een frisse wind te doen waaien. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Dank u wel. Collega’s, voorzitter. Het is mij in deze niet geheel duidelijk wat er eigenlijk wordt gevraagd. Soms spreekt men van het goedkeuren van een organogram en dan trekt men die woorden vervolgens terug in, en terecht ook, want dit is geen organogram. Het is slechts een aanzet ertoe. Maar dan stel ik mij de vraag: wat wordt er nu concreet gevraagd van de gemeenteraad? Want het is ook geen duidelijk product dat hier voorligt. Er zijn meerdere vragen - niet alleen, zo hoor ik hier, vanuit de oppositie maar ook vanuit de meerderheidsfracties zelf - en dan is mijn vraag: wat wordt nu concreet gevraagd? Wij kunnen als gemeenteraad, die een exclusieve bevoegdheid heeft wat betreft personeelsaangelegenheden en het goedkeuren van het organogram, onmogelijk zeggen: “Oké, doe maar college, en werk verder uit, wij delegeren die bevoegdheid.” Dat kan eenvoudigweg niet, dat is onmogelijk. Ik zie collega Pablo Annys schudden met het hoofd alsof dat niet wordt gevraagd. Maar het wordt wel degelijk gevraagd want de punten 26 en 27 op de agenda van de gemeenteraad zijn al uitwerkingen van dit zogezegd goedgekeurd organogram terwijl het geen goedgekeurd organogram kan zijn want het is geen organogram! Dus kan men daarop ook niet verder gaan uitbouwen. Wat er wel leuk aan is, om het zo te zeggen, is dat door middel van het voorleggen van dit dossier, wij een eerste inkijk hebben in wat verder gebeurt in het Nenoproject. Maar vraag aan ons gemeenteraad niet om een onafgewerkt product nu al goed te keuren en aan het college verder toe te laten dit uit te werken. Dat kan eenvoudigweg niet. De materie is bovendien dermate belangrijk dat een formele beslissing gevraagd wordt. Je kan het niet maken dat naast je neer te leggen en het gemeentedecreet, de spelregels die daarin zijn ingebouwd, gewoon niet na te leven. Ik ga dieper in op hetgeen voorligt zelf, om aan te tonen dat het eigenlijk zelfs nog geen half afgewerkt product is. Ik bedoel dit niet denigrerend want wat er staat is onderbouwd, op een bepaalde manier en men kan er voor of men kan er tegen zijn, er is aan gewerkt en vandaar ook: chapeau voor de adjunct-stadssecretaris. Maar het is op zich nog geen afgewerkt en zelfs nog geen half afgewerkt product. En men geeft het eigenlijk zelf toe want men vraagt, keur het goed maar met uitzondering van de shared services, waar eigenlijk op heden nog overleg dient te gebeuren met de partners. En inderdaad, dat blijkt heel duidelijk ook uit dit document: wij hebben een idee maar eigenlijk weten we zelf nog niet in hoeverre we het idee dat we hebben eigenlijk zullen kunnen uitvoeren. Want we moeten nog overleg plegen en we moeten nog zien wat kan en wat niet kan. Er zijn zaken die er dubbel in staan, bijvoorbeeld flankerend onderwijsbeleid. Is er al iemand die het heeft opgemerkt? Ik weet niet wat er ondertussen aan gedaan is, of wat er geantwoord is. Ik begrijp ook niet goed, net als collega Mercedes Van Volcem, wat men verstaat onder “Klant”. Bij het doornemen van de documenten haal ik er uit dat men bijvoorbeeld de loketfuncties van de dienst bevolking - burgerlijke stand in die cluster “Klant” wil onderbrengen. Maar dan vind ik nergens de rest van het takenpakket van dienst bevolking - burgerlijk stand terug. Ik zie niet in welk van de andere clusters het moet worden ondergebracht. Terwijl dienst bevolking en burgerlijke stand wel meer zijn dan louter loketfuncties. Welzijn brengt men zonder meer onder bij het OCMW, zonder overleg. Op vandaag zijn zelfs beide rechtspositieregelingen van medewerkers OCMW en medewerkers stad niet identiek en dat leidt heel vaak tot soms verhitte discussies tussen de vakbonden of tussen de personeelsdiensten van de stad enerzijds en van het OCMW anderzijds. En men plaatst dat daar gewoon in alsof het al uitgemaakt is en wij als gemeenteraad zeggen, oké, dat is goed. Nee, wij kunnen dat niet want het is nog niet uitgemaakt. Dus kunnen wij ook niet zeggen, het is goed. We kunnen alleen maar zeggen, oké, ga voor die piste, maar pleeg eerst overleg en kom dan eens terug en dan zal ik al dan niet mijn goedkeuring daaraan verlenen. Kortom, het is geen volwaardig document en het is zelfs onvoldoende, het biedt onvoldoende informatie om ons toe te laten dit document naar waarde te schatten en om te zeggen, oké, ga maar. Verder valt mij op dat het - maar het is een subjectieve mening, misschien komt het niet zo over bij anderen maar bij mij wel - dat het als voornaamste taak heeft om nu en liefst heel binnenkort, als het kan liever gisteren dan vandaag, nieuwe topfuncties te creëren. Ik zie voornamelijk woorden als: hoofd van dit, manager van dat, coördinator van dit er nog eens bovenop. Maar ik
38
gemeenteraad 21 oktober 2014
vind nergens in het document iets over de werkman, werkvrouw op de werkvloer zelf. Laat staan, hoe die zich verhoudt ten opzichte van de nieuw gecreëerde of nog te creëren functies. En daar sluit ik aan bij de opmerking die collega Esquenet daarnet heeft gemaakt. Er wordt verder in de nota ook verwezen naar besparingen, die voortvloeien uit een onderschatting van het aantal pensioenen die reeds ingegaan zijn of zeer binnenkort zullen ingaan. Met andere woorden, het is het bestuur opgevallen dat men meer pensioenaanvragen heeft dan men ooit heeft kunnen voorzien. Is dat een verkeerde inschatting geweest? Of speelt er iets anders? Ik denk dat dat toch wel een vraag is die eens moet onderzocht worden: waar ligt dat aan? En als er iets anders speelt, dan denk ik dat het zou kunnen zijn dat de medewerkers niet langer gemotiveerd zijn. En dan kom ik eigenlijk terug op de nota van de adjunct-stadssecretaris, ik weet niet meer in welke maand het was, die absoluut niet lovend was over het personeelsbeleid dat wordt gevoerd. Verder meen ik dat er drogredenen worden aangehaald als men stelt dat dit nu zou moeten worden goedgekeurd opdat punten 26 en 27 zouden kunnen worden goedgekeurd. Want de voorafnames die men wil invoeren, zijn eigenlijk ook mogelijk zonder nieuw organogram. Het is te zeggen, het zal dan misschien niet identiek zijn en het zal dan misschien geen A4- of A9-functie of één of andere topfunctie zijn, maar er zou toch iets mogelijk zijn waardoor men een diensthoofd zou hebben dat de verbinding moet maken tussen groendienst en openbaar domein, als ik het goed voorheb. Ten tweede, het feit dat er meer pensioenen zijn dan voorzien, geeft misschien ook de kans om een aantal medewerkers, en daarmee bedoel ik dan de medewerkers op de werkvloer, die nu op pensioen zijn - ik vernam onlangs dat er een achttal medewerkers van de groendienst op pensioen zijn gegaan en dat die niet worden vervangen - dan toch wel te gaan vervangen. Misschien kunnen die besparingen daartoe benut worden. Want ik denk niet dat degene die op een topfunctie zit het onkruid gaat gaan wieden dat in een aantal straten dringend moet worden weggenomen. Ten derde, op een bepaald moment las ik in de krant dat het dringend is dat er een nieuwe organisatiestructuur komt. Ik beaam dit. Ook ik was daar in mijn tijd mee bezig maar jammer genoeg is er daar niet verder aan gewerkt. Er is dus inderdaad nood aan een nieuwe structuur. Maar ik las in de krant dat het jaren op zich liet wachten vooraleer een ergens noodzakelijk verkeersbord effectief geplaatst werd en als ik mocht geloven wat er daar in die krant stond, was een gebrek aan structuur tussen de diensten of een gebrek aan communicatie tussen de diensten daarvan de oorzaak. Ik denk dat dat flauwekul is en ten tweede, dat het creëren van een topfunctie daar ook niet aan zal verhelpen. Er is hier gezegd geweest dat er overleg geweest is met de vakbonden. Er is overleg gepleegd met de vakbonden op 7 oktober - dat is niet zo lang geleden. En er is vanuit de vakbonden amper inbreng mogen gedaan worden, want het product was, ik zal niet zeggen: af, want het is geen afgewerkt product, maar het product was zoals het nu voorligt, er is daar sindsdien niets meer aan veranderd. Er is niet geantwoord op de negen vragen die ondermeer de christelijke vakbond had, er is niet geantwoord op een aantal vragen die ook de andere twee vakbonden hadden, of waarbij deze zich aansloten. Uiteindelijk is er geschorst geweest en hebben ze dan toch goedgekeurd onder een aantal voorbehouden die zijn gemaakt. Verder begrijp ik ook wel de snelheid waarmee men het wil invoeren. Ik heb het al gezegd: er is dringend nood aan een nieuwe organisatie en aan een nieuwe structuur. Dat is zo. Maar dan moet je wel eerst zelf weten hoe het gehele plaatje er concreet uit moet zien en moet je zelf al de vragen hebben opgelost - zoals bijvoorbeeld: wat hoort onder shared services, wat kan, wat niet vooraleer men hier mee naar buiten kan komen. Ik erger mij samen met de andere oppositiepartijen aan het feit dat wij in de kranten moeten lezen dat alles al in kannen en kruiken is, dat er een nieuwe organisatiestructuur is binnen de stad Brugge. Terwijl er eigenlijk nog helemaal geen sprake is van een volledig nieuwe organisatiestructuur, meer dan de helft moet nog worden uitgewerkt. Laat staan dat het reeds de gemeenteraad was gepasseerd. Ik vind dat dat eigenlijk niet kan, en dat het een aanfluiting is van het democratisch werken van de gemeenteraad. Wat dit betreft, verwijs ik trouwens ook naar wat collega Van Tieghem daarnet zei over het document van de adjunct-stadssecretaris in verband met het gebrek aan communicatie. Eigenlijk moeten we vaststellen dat er weinig is geleerd uit dit nochtans duidelijke document van de adjunct-stadssecretaris. Ik rond af. Wij kunnen dit niet goedkeuren, hoeveel keer jullie de vraag ook zullen stellen. De heer Annys heeft er mij op het berek attent op gemaakt dat ik misschien eens minder juridisch moet denken. Ik wil dat gerust doen, ik ben daartoe ook in staat. Maar als er van de gemeenteraad een formeel besluit wordt gevraagd dan moeten de regels met betrekking tot de formele motivering worden nageleefd. En dat is hier niet het geval. Wij kunnen dat dus niet goedkeuren maar we zullen het ook niet afkeuren omdat er goede dingen tussen zitten, naast dingen die minder goed
39
gemeenteraad 21 oktober 2014
zijn. Wij zullen ons onthouden maar wij kunnen dit absoluut niet goedkeuren. Neem wel mee, dat wij bereid zijn om verder onze inbreng te doen naar een verbeterde organisatiestructuur maar vraag ons niet om dit goed te keuren en delegatie te geven aan het College om zoiets verder uit te werken. Wij vragen van het bestuur dat wat voorligt, verder wordt uitgewerkt met inachtneming van alle wetgevende regels daaromtrent, met inachtneming van respect voor elke gesprekspartner, zowel OCMW, waarmee overleg wordt gepleegd, als met de vakbonden, als met elk personeelslid. Tot slot, en ik ga een beetje vooruit lopen: omdat de punten 26 en 27 een uitvloeisel zijn van iets dat niet kan worden goedgekeurd, kunnen wij punten 26 en 27, hoe spijtig ook, niet goedkeuren. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Quataert. Raadslid Alain Quataert. – We gaan dit dus ook niet goedkeuren. We stellen vast, dat blijkt ook uit de tussenkomsten, dat er in de oppositie duidelijk heel wat mensen zitten die vanuit hun ervaring als ex-schepen, of vanuit hun huidige professionele ervaring in de bedrijfswereld of in consultancy of andere - ik weet niet wat elke collega van job doet - heel zeker hun steentje hadden kunnen bijdragen, nuttige inbreng hadden kunnen hebben bij heel die operatie. En enkel en alleen omdat ze in de oppositie zitten, zijn ze er helemaal niet bij betrokken. Dat vind ik principieel verkeerd. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer de schepen. Schepen Jos Demarest. - Bedankt voor de inbreng van iedereen. Het is allemaal al voor een stuk ook gepleit in het berek. De evaluatie die gedaan werd in februari, ging over de stadsadministratie, er werd gekeken naar een aantal werkpunten die zouden moeten kunnen gerealiseerd worden. Naar communicatie toe en de betrokkenheid van de mensen in gans het Nenoverhaal: ik vind dat op een zeer goede manier alle personeelsleden, diegene die het al of niet lijdend voorwerp zijn van dit geheel, betrokken zijn geweest. Ik ben fier dat we dat buiten de pers hebben kunnen houden tot op het moment dat zij deze nota’s hebben gekregen, zodanig dat ze niet moesten lezen in de pers waarmee wij bezig waren maar dat zij als eerste de return kregen van hun inbreng. We hebben dat op een goede manier gedaan, omdat dit in twee stappen is gebeurd. Eén, wij hebben iedereen uitgenodigd om deel te nemen aan Nenotafels, aan Nenomarkten om een inbreng te doen. We hebben daar gezien dat arbeiders niet genoeg aanwezig waren. Op dat moment hebben wij de methodiek veranderd en zijn wij met een aantal mensen uit de Nenogroep naar die mensen toegetrokken in hun biotoop, daar waar zij normaal werken om hen volgens hun mogelijkheden ook inbreng te laten doen. Dat is op een goede manier gebeurd, wij hebben heel veel input gekregen van deze mensen. Los van welke structuur dan ook is het voor ons belangrijk om daar ook mee aan de slag te gaan, want ook zij kennen verandering in de organisatie. Zij vertrekken niet vanuit de grote structuren maar vanuit heel concrete en puntsgewijze zaken. Het zal een uitdaging zijn voor ons om daar op in te spelen want voor hen zijn die zaken belangrijk om zich goed te kunnen voelen in de organisatie. Ik vind het wel belangrijk om dat aan te geven. Wij hebben de mensen waarover het gaat betrokken en als eerste opnieuw ingelicht over datgene waarvoor we gaan. Ik vind het wel de moeite om dat even te stellen. Uiteraard kan men bij iedere verdeling van taken zeggen, het was beter zus of zo geweest. Maar het OCMW staat niet aan de kant, het is een element op de band van het globaal verhaal. Ze staan niet aan de zijkant, ze staan wel als een afzonderlijke bol, omdat we dat duidelijk gesteld hebben. En wij kiezen er zeer uitdrukkelijk voor om hen daar ook zo te noemen, met de OCMW-raad als belangrijk juridisch element. Het OCMW vraagt uitdrukkelijk dat zij op vandaag niet geïntegreerd worden in de stadsadministratie, wat ook absoluut niet de bedoeling is. Wij gaan inderdaad, zoals door sommigen gesteld, de samenwerking met het OCMW onderzoeken op wat wenselijk is en wat haalbaar is. Dingen die niet verantwoord zijn, zullen wij ook niet samen doen. Maar dingen die wel verantwoord zijn, zullen wij samen doen. Ik ben akkoord, zoals gesteld is geweest, dat er nog een aantal zaken moeten gebeuren. Het is absoluut de bedoeling om de twee rechtspositieregelingen, en alles wat daarmee te maken heeft, opnieuw dichter naar elkaar toe te brengen. Wij gaan terug proberen om op één lijn te komen. Vertrekkend van de verschillen die er op vandaag zijn, gaan wij proberen naar de toekomst toe om, telkens er daar op initiatief van de één of de ander veranderingen gebeuren, dat op een gemeenschappelijke manier te doen, zodanig dat deze samenwerking opnieuw zal starten. We hebben dat vorig jaar geprobeerd, maar we hebben even moeten wachten totdat de randvoorwaarden beter waren en nu zijn ze beter dan toen. Het is ook de bedoeling om dat in overleg te doen. Sinds vorige maand neemt de OCMW-secretaris als permanent lid deel aan de stuurgroep van Neno. Daardoor kunnen zijn inbreng en zijn ervaringen,
40
gemeenteraad 21 oktober 2014
ook vanuit een andere gemeente, maximaal ingezet worden om slimme en verantwoorde samenwerking, te realiseren. Het OCMW wordt dus op een zeer goede manier betrokken. Wat het MAT betreft: het is inderdaad zo dat er op vandaag een mini-MAT is, het wettelijk minimum. Dit mini-MAT wordt opengetrokken om te maken dat de grote lijnen van de samenwerking daar op groepsniveau kunnen gerealiseerd worden. Het MAT is geen element van de dagdagelijkse praktijk, het zet de grote lijnen uit en bekijkt de globale zaken van het Nenoverhaal. Het operationele niveau zal blijven gebeuren in de stad, in het OCMW en bij andere partners die daarvoor op vandaag zo georganiseerd zijn. We hebben duidelijk gezegd: wij willen heel wat partners in ons verhaal krijgen maar met respect voor hun eigenheid en voor hun juridische realiteit. Wij gaan daar niet van af maar wij willen wel proberen om maximale samenwerking te realiseren. Is er wijziging mogelijk? De bollen zijn natuurlijk wel een belangrijk element. Maar, en we hebben het ook gezegd in het berek, wat mij betreft kan er een stippellijntje getrokken worden bij de politie, omdat er inderdaad ook de politieraad is, die zijn rol zou kunnen spelen - ook al is dat nu dezelfde als de gemeenteraad. Van andere zaken vinden wij het belangrijk om de politie daar bij te steken omdat we hier een cluster veiligheid voorstellen en de politie een essentieel element is van veiligheid naast de preventie, de brandweer en uiteraard ook de rampencoördinator. Wij denken op die manier toch enige structuur te hebben gekregen. Men kan altijd een ander inzicht hebben, maar discussies over hoe we daar verder moeten op ingaan worden snel oeverloos. Wat betreft de strategische cel en de coördinatiecel zou ik zeggen: de coördinatiecel is vooral het operationeel element in de zaak. Omdat er nog altijd clusteroverschrijdende zaken zullen zijn is het belangrijk dat één iemand op een goede manier en met autoriteit die zaken kan leiden en kan voortduwen. De coördinatiecel is, wat mij betreft, een soort studiedienst die zowel het MAT als het college en de gemeenteraad kan voorzien van allerhande data, die er op vandaag zouden moeten zijn, maar waarvan we eigenlijk te weinig gebruik maken. Vandaar dat we zeggen, laat ons daar maar een concrete zaak van maken. Niet dat dat per definitie mensen zullen zijn die enkel en alleen in deze strategische cel zullen zitten. Ik geef een voorbeeld. Bij de aanwerving van de coördinator economisch beleid is er uitdrukkelijk gezegd dat die persoon lid zal zijn van de strategische cel. Dat is niet de enige opdracht die men heeft, maar vanuit de eigen invalshoek wordt die opdracht daar nu heel uitdrukkelijk bijgevoegd. Een studiedienst die strategieën kan ontwikkelen en ook onderbouwing kan geven aan beslissingen die moeten genomen worden door de stad en door het OCMW. Het organogram, wat betekent dat wettelijk? Wat mij betreft betekent het vooral dat wij duidelijk de richting aangeven waarin wij willen gaan met deze organisatie. En wat ons betreft, is het zeker een engagement dat wij nemen, om aan te geven dat beslissingen rond personeel in de toekomst zullen getoetst worden aan deze tekening. Ons engagement is dus duidelijk, vandaar dat er onmiddellijk twee concrete dossiers worden voorgelegd. Terecht kun je opmerken dat je de tekening niet nodig om deze plaatsen in te vullen, alleen zeggen wij: het is niet zomaar dat deze invulling gebeurt, het is gebeurd vanuit de filosofie van de nieuwe organisatiestructuur die voorligt. En voor alle duidelijkheid: er zullen geen topfuncties bijkomen. Een voorbeeld. De vervanging van René Morlion wordt gebruikt om een clusterverantwoordelijke aan te duiden voor de cluster van openbaar domein. De functie van directeur wegendienst wordt afgeschaft en er komt een nieuwe functie met inderdaad een hoger loon maar ten opzichte van de heer Morlion is dat niet fenomenaal hoger. Dat hoger loon heeft vooral te maken met het diploma van de persoon in kwestie. Er wordt expliciet gevraagd naar een burgerlijk ingenieur en ook op andere plaatsen kan men, als men iets koppelt aan een diploma, zeer gericht zeggen: voor die functie met dat diploma kunnen we deze verloning geven. Dat is de motivatie om die A9 hier te geven. We blijven het verantwoord vinden om voor deze cluster een burgerlijk ingenieur te voorzien als het profiel van deze functie. In die zin blijven wij wel duidelijk stellen dat we proberen dit wat consequent te doen. De pensioneringen. Er zijn er meer dan verwacht, dat is natuurlijk een goede zaak voor de schepen van financiën, zou je kunnen zeggen. Met wat heeft dat te maken? Wij zijn vorig jaar uitgegaan van 62 jaar als gemiddelde leeftijd waarop men op pensioen zou gaan. We konden ook zeggen, we gaan het op 65 stellen, of op 60. De ervaring van dit jaar dat nu bijna voorbij is, heeft aangegeven dat heel wat mensen eieren voor hun geld kiezen. Want wat zal de pensioenproblematiek naar de toekomst toe nog meebrengen? Zal men nog op dezelfde modaliteiten kunnen rekenen? Vandaar dat een aantal mensen inderdaad gezegd hebben, ik ga nu met pensioen want nu zijn de modaliteiten nog zo dat ik het kan doen en misschien niet meer binnen drie, vier of vijf jaar. [Iemand zegt iets onverstaanbaars en schepen Demarest gaat er op in:]
41
gemeenteraad 21 oktober 2014
Wat de overwegingen zijn van mensen? Wij kunnen mensen niet weigeren om op pensioen te gaan. Zij hebben het recht om vanaf zestig jaar op pensioen te gaan en dit wordt ten volle benut. Je kan moeilijk vragen dat wij er niet mee zouden akkoord gaan dat deze mensen dat doen en waarom de mensen het doen is hun motivatie, zou ik zeggen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er nog opmerkingen? Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Het is natuurlijk een uitleg als een ander maar ik denk dat de wetgeving toch duidelijk is: voor de mensen die nu op pensioengerechtigde leeftijd zijn, verandert er eigenlijk quasi niets. Het gaat er dus gewoon om, en dat durven jullie niet zeggen, dat de mensen het eigenlijk niet meer zien zitten met jullie. Daarom gaan ze allemaal met pensioen. [Gelach en applaus in de zaal] Schepen Jos Demarest. - Ofwel zijn het nog de naweeën van de vorige legislatuur die plots opkomen, dat men nu eindelijk kan zeggen: ik kan op pensioen gaan. [Gelach] [Mevrouw van Volcem zegt iets onverstaanbaars over voorspelbaarheid.] Schepen Jos Demarest. - Die onzekerheid in het begin van het jaar, dat was toch wel iets anders dan op vandaag. Vandaag is er duidelijkheid, die was er niet in het begin van het jaar en men moet zes maanden vooraf zijn pensioen aanvragen. Wij kunnen dus niet zeggen dat wij gemist hebben met te denken dat de mensen op 62 jaar op pensioen zouden gaan. Maar in het meerjarenplan wordt dat nu bijgesteld. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Ik hoop dat het waar is wat u zegt. Maar ik heb er niet het volle vertrouwen in. De manier waarop dit dossier naar ons toe wordt gebracht, voedt eerder mijn wantrouwen dan mijn vertrouwen in deze. Ik zeg het, wij gaan het niet afkeuren, maar ik heb ook gezegd, we kunnen het niet goedkeuren. Ik ga mij, Groen gaat zich, op dat punt onthouden. Er is nood aan een nieuwe structuur maar let op hoe je het doet en hoe je het aanpakt. En doe het met respect voor alle personeel, wat op heden veel te weinig is gebeurd. Ik heb het niet alleen over uw beleid en de manier waarop u met de personeelsleden omgaat. Ik heb het over het beleid in het algemeen. Schepen Jos Demarest. - Voor alle duidelijkheid, in het Nenoverhaal hebben wij maximaal ingezet op een mooi participatietraject voor de werknemers, voor onze medewerkers. Zowel in de input als in de output hebben we ze gerespecteerd, maximaal! Ik vind dus dat er niet moet gesteld worden dat wij geen respect hebben en geen waardering hebben voor de medewerkers. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik wil eens een klaar antwoord. Ik heb geprobeerd om zeer positieve suggesties te doen maar zal er daar nu iets aan worden aangepast, ja of nee? Ik zou dat eigenlijk graag letterlijk vernemen van u want dat gaat toch ons stemgedrag beïnvloeden. Als er een aanpassing komt, zouden we het misschien nog kunnen goedkeuren maar als u zegt dat het allemaal bij het oude blijft… Schepen Jos Demarest. - De bollentekening op zich zoals die hier staat, wij hebben dat ook duidelijk gesteld, is belangrijk. Wat er onder ligt, daar kunnen nog verder onderlinge verschuivingen gebeuren, dat is een organisch element. Maar de tekening zoals die voorligt, wil zeggen dat de politie bij de cluster veiligheid blijft. Dat is het voorstel. In tegenstelling tot wat u nu vraagt om de politie als een afzonderlijk bol te zien. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Veiligheid, een cluster apart, met de politieraad, dat vind ik zeer belangrijk. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - In verband met de cluster veiligheid en welzijn en stadsontwikkeling: het is een stukje bewust, wat we hier gedaan hebben. Klassiek vindt u altijd veiligheid heel dicht bij welzijn. Eigenlijk benadrukken we hier - en het is ook een kwestie om ook intern dat te benadrukken: ons veiligheidsbeleid is iets anders dan het welzijnsbeleid. Het veiligheidsbeleid is er echt op gericht om veiligheid te hebben in alle wijken. Het aspect “zorgen voor het welzijn van mensen” is daarvan gescheiden. Dat is een iets hardere lijn zou u kunnen zeggen dan traditioneel. Om in clichés te spreken: ongelooflijk dat een sos dat zegt. Want wat we hier doen is eigenlijk de harde keuze: je hebt veiligheidsbeleid, je hebt welzijnsbeleid, en daar is
42
gemeenteraad 21 oktober 2014
een duidelijk onderscheid in. Dat verhindert bijvoorbeeld om daders zo maar te zien als slachtoffers - dat zit daar zelfs als boodschap in. Dit gezegd zijnde, hebt u wel een punt. Wij zetten hier veiligheid en stadsontwikkeling samen. De manier waarop je je stad organiseert heeft ook te maken met veiligheid. U kunt uw buurt veilig organiseren, u kunt uw planning veilig organiseren, u kunt een park zodanig organiseren dat het veiligheidsbevorderend is, u kunt wijken zodanig organiseren, u kunt bouwprojecten zodanig organiseren, dat de veiligheid bevorderd wordt. Vandaar de band tussen stadsontwikkeling en veiligheid. Maar u hebt gelijk: er is evengoed nog altijd een band tussen welzijn en veiligheid. Waar zit die band? Bij de buurtwerking. Buurtdiensten en buurtwerking, kunt u zich afvragen, is dat volledig welzijnsbeleid of zit daar ook een aspect in van preventief veiligheidsbeleid? Dan zou dat bolletje een beetje kunnen naderen naar veiligheid en zit er een boodschap in uw opmerkingen, die we begrepen hebben, dat we de band tussen veiligheid en welzijn een beetje extra in het oog moeten houden. Maar het is eigenlijk bewust dat we het gescheiden gehouden hebben om ook intern naar de diensten toe dat onderscheid te benadrukken: men mag niet vervallen in een extra welzijnsbeleid via het veiligheidsbeleid. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Wat de schepen daarnet zei, dat alle mensen, personeelsleden enzomeer in onze stad stapsgewijze betrokken en geïnformeerd zouden moeten zijn of worden, dat lijkt mij in dergelijk project de logica zelve. Had u dat niet gedaan, dan had u alvast geen enkel draagvlak, dan was uw verhaal al een dode letter geworden. Dus ik beaam dat volmondig. Waar wij het wel moeilijk mee hadden en vandaag nog altijd hebben, is het feit dat de gemeenteraad of toch minstens de helft van de gemeenteraad, hier gewoon buitenspel wordt geplaatst en dat u ons hier een verhaal in de maag splitst, waar we nog op geen enkel moment een woordje inspraak gehad hebben. De brochures waren gedrukt en de pers was geïnformeerd. Trouwens, in het verslag van het Bijzonder Onderhandelingscomité van 7 oktober leest u dat de vakbonden letterlijk zeggen dat zij het gevoel hebben dat er niet gepraat kan worden. Als dus de vakbonden, de mensen, de personeelsleden in feite zelf, zeggen tegen jullie dat er niet gepraat kan worden: welk gevoel moeten wij dan vandaag hebben? Ons gevoel is hetzelfde als wat de vakbonden daar zeggen: een gevoel van geen- of weinig inspraak - wat ons betreft, geen inspraak. Ook al wil ik toch heel duidelijk stellen dat het ganse Nenoverhaal liever gisteren kwam dan morgen. Want het is een absolute noodzaak voor onze stad om daar dringend werk van te maken. Het is in het belang van onze stad dat al die punten nu uitgewerkt worden, geconcretiseerd worden, want alles is nog bijzonder vaag en het roept ook enorm veel vragen op. Om die reden heb ik inhoudelijk weinig input gegeven want men zou daar een volledig berek moeten aan gewijd hebben in het verleden, wat helaas niet gebeurd is. Dat is in feite onze grootste bekommernis en onze kritiek op het verhaal: dat u onvoldoende tijd gespendeerd hebt aan de oppositie om ook vanuit die groep de nodige input te aanhoren. Ik ben ervan overtuigd dat wij ook heel wat opbouwende suggesties en constructieve voorstellen hadden kunnen lanceren - wat vandaag de dag, laten we eerlijk zijn, toch niet meer zo logisch is. Om die redenen kunnen wij dan ook dit punt niet goedkeuren. Schepen Jos Demarest. - Dank u. Het gebeurt niet zo vaak dat de N-VA en de vakbonden overeenstemming hebben, ik acteer dat. [Gelach] Alleen vind ik het niet correct omdat wij al een paar keer met de vakbonden samen hebben gezeten, op een informele manier, net om te proberen hen mee te krijgen. Dat zal ook in de toekomst zo verder gebeuren. Naar de mensen toe, individueel, proberen wij het communicatieplan dat er is, verder te ontwikkelen en verder te gebruiken. Ook het overleg met de vakbonden zullen wij op een intensieve manier doen om te maken dat zij zoveel als mogelijk met ons mee kunnen. Vorige week had iedereen alle kans om wat dan ook te vragen. Wij zijn niet weggelopen, wij hebben tijd gemaakt voor het berek. We hebben gezegd, wij willen daarvoor in een berek meer tijd en wij willen dat er inhoudelijk wordt gesproken. Wij hebben dat daar, denk ik toch, gedaan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Collega’s, zijn er nog nieuwe elementen? Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. – Mijnheer de burgemeester, ik ben met één iets akkoord, dat is, dat u een harde socialist bent. En ik hoop dat u dan ook akkoord bent dat ik een zachte liberaal bent.
43
gemeenteraad 21 oktober 2014
Burgemeester Renaat Landuyt. – Ik denk dat er een snijpunt is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Stemgedrag? N-VA, Open VLD, Groen en Vlaams Belang onthouden zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, B e s l u i t: Goedkeuring van de organisatiestructuur als volgt: Overkoepeld en aangestuurd door enerzijds de gemeenteraad (GR), de OCMW-raad voor het luik welzijn (zie verder), en het college van burgemeester en schepenen (CBS), die allen staan voor het beleid, en anderzijds het managementteam (MAT) dat staat voor de administratie, zijn volgende grote blokken/spelers te onderscheiden: -
Welzijn Veiligheid Cultuur Toerisme Onderwijs en economie Klant Vrije tijd Stadsontwikkeling Openbaar domein Shared services
Deze spelers hebben elk hun doelstelling(en) en eigenheid (in organisatiestructuur en – cultuur), maar hebben een band/kennen een verbinding in het feit dat ze allen bijdragen tot de doelstellingen/resultaten die het beleid in functie van de klant vooropstelt. De stad houdt o.a. via de GR, de OCMW-raad, het CBS, het MAT en de shared services, constant vinger aan de pols bij elk van deze blokken/spelers. Goedkeuring van het voorgelegde organogram (i.e. vereenvoudigde weergave van de organisatiestructuur) met (voorlopige 1) toelichting bij de verschillende onderdelen als volgt:
1
Onder voorbehoud, want bij de verdere uitwerking van de clusters kunnen, weliswaar beperkt, hier en daar nog wat zaken worden bijgesteld.
44
gemeenteraad 21 oktober 2014
OCMW-raad
GR Ombudsdienst GIDPBW
Welzijn
CBS
MAT
Veiligheid
Strategische cel
Coördinatiecel Onderwijs en economie Stadsontwikkeling
Klant
Toerisme Openbaar domein Cultuur Vrije tijd
Overkoepelend GR – OCMW-raad Ombudsdienst GIDPBW CBS MAT1 (Stadssecretaris (voorzitter), adjunct-stadssecretaris, financieel beheerder Stad, OCMW-secretaris, financieel beheerder OCMW, hoofdcoördinator, korpschef, hoofd cultuur, hoofd onderwijs en economie, hoofd toerisme en burgemeester/kabinetschef en OCMWvoorzitter/kabinetschef). Strategische cel (toekomstcoördinator, stedenbeleid, Europese cel, economisch coördinator, studiedienst (datamining, GIS)) met hoofd studiedienst als hoofd van deze cel. Coördinatiecel (hoofdcoördinator, sectorcoördinatoren (4)) met hoofdcoördinator als hoofd van deze cel.
Welzijn
(OCMW met inbegrip van diensten welzijn, flankerend onderwijsbeleid, diversiteit en noord-zuid, Hoeve Hangerijn + het AZ en de Blauwe Lelie als belangrijke partners)
Veiligheid (politie, preventie, brandweer, noodplanning) 1
De MAT’s van de Stad en het OCMW blijven uiteraard bestaan.
45
gemeenteraad 21 oktober 2014
Cultuur
(Musea, Vlaamse KunstCollectie vzw, cultuurcentrum, statisch archief, Bibliotheek, BruggePlus, Raakvlak, Erfgoedcel Brugge + het Concertgebouw als belangrijke partner)
Onderwijs en economie
(stedelijk onderwijs, flankerend onderwijsbeleid, lokale economie, sociale economie, Brugge universiteitsstad + VDAB en MBZ als belangrijke partners)
Toerisme (met inbegrip van Meeting in Brugge, In & Uit) Klant
(alle eerstelijnsloketten van de groep stad Brugge (b.v. meldpunt, ondernemersloket, centrale uitleendienst, omgevingsvergunning, vereniging De Schakelaar, …) zowel digitaal als fysiek) “Huis van de Bruggeling”
Vrije tijd
(sportdienst, jeugddienst (met o.a. Brugge studentenstad), Het Entrepot vzw, dienst ondersteuning evenementen en feestelijkheden (stuk takenpakket vroegere cultuurdienst, ander takenpakket (eigen programmaties) gaat naar Cultuur), senioren, dienst vergunningen (met uitzondering van o.a. de takenpakketten rond vismarkt, artisanale markten, rommelmarkten, … die bij lokale economie worden ondergebracht))
Stadsontwikkeling
(DRO, verkeer en mobiliteit verkeerstechnische dienst politie), leefmilieu (vergunningen, klimaatcel), stedenbouw, woondienst, AGB, …)
Openbaar domein
(samensmelting met labo, handhavingen,
(OD) (wegenis, groendienst (voor de groep stad Brugge),
stadsreiniging) Stadsontwikkeling en OD zijn bij uitstek diensten waar in sectoren wordt gewerkt. Aangezien b.v. ook de politie in sectoren werkt, is het ten behoeve van een optimale samenwerking aangewezen dat dezelfde sectoren worden gehanteerd binnen de ganse groep stad Brugge (b.v. Noord, Oost, West, Centrum). De beoogde samenwerking binnen een ‘cluster’ zoals bijvoorbeeld vrije tijd kan als volgt worden voorgesteld:
Er is met andere woorden een kern aan gedeelde activiteiten die in dit voorbeeld in een vrijetijdsloket zouden kunnen resulteren. Daarnaast is er ook de eigenheid van iedere dienst waar er geen overlap is met andere diensten. De volgende clusters kunnen als ondersteunende clusters worden bestempeld, verderop tevens ‘shared services’ genoemd, omdat ze ingezet/gedeeld zullen worden over de ganse groep stad Brugge heen.
SHARED SERVICES Algemene zaken (secretarie, juridische cel (met inbegrip van algemeen bestuur, eigendommen, …), IKZ en interne controle, de aankoopcentrale (met overheidsopdrachten), archief (semi-dynamisch en dynamisch))
46
gemeenteraad 21 oktober 2014
P&O (sociaal secretariaat (loonbeheer, personeelsbeheer), personeelsbeleid (rekr. & selec., vorming, prestatiebeoordeling,…), organisatieontwikkeling en interne communicatie, GIDPBW en Sodibrug/Sofoco, opvolging samenwerking sociale economie) Financiën (planning, fiscaliteit)
budget,
beheerscontrole,
financiële
administratie
en
thesaurie,
Facility (IT, elektromechanica, gebouwen, drukkerij en economaat, wagenpark, bodes, schoonmaak) Citymarketing en Communicatie (communicatie (met o.a. lay-out cel), externe relaties, pers en publicaties) Een aantal principes inzake de ondersteunende diensten of shared services: -
Voor de ondersteunende diensten of shared services P&O, Financiën en Citymarketing en Communicatie zal het volgende principe worden gehanteerd: het beleidsmatige aspect wordt centraal gehouden terwijl de uitvoerende component wordt gedecentraliseerd. Concreet komt dat er op neer dat de uitvoerend medewerkers van deze diensten naar de verschillende blokken/spelers worden gedispatched. Door een betere voeling met het blok/de speler waaraan ze worden toegewezen, kan er meer op maat worden gewerkt. Voor de ondersteunende dienst of shared service algemene zaken, en met als voorbeeld de aankoopcentrale, wordt de huidige decentralisatie teniet gedaan en wordt er gecentraliseerd.
-
Voor de huidige en toekomstige verzelfstandigingen binnen de groep stad Brugge, is het aangewezen dat ook zij op deze shared services beroep doen. Immers is het voor die verzelfstandigingen vaak een moeilijke en dure tocht naar ondersteuning, terwijl een oplossing binnen de groep kan worden gevonden. Bijkomend voordeel is dat de groep stad Brugge zo het contact met de verzelfstandigingen kan houden.
Kennisname van de voorgestelde implementatie: De organisatiestructuur wordt stap voor stap, en volgens de noodwendigheden, gerealiseerd, waarbij telkens het advies van de budgetcommissie en het MAT wordt ingewonnen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Goed. Punt 26. 26
Personeel - formatie - voorzien van een functie coördinator opdrachtencentrale in de cluster Algemene Zaken - aanpassing bijlage IV van de rechtspositieregeling.
Schepen Jos Demarest. - Het is al even aan bod gekomen: het voorzien van een functie van coördinator voor de opdrachtencentrale bij de cluster algemene zaken. Daarvoor moeten wat aanpassingen gebeuren in de rechtspositieregeling. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Zoals daarnet gezegd kunnen wij dit punt niet goedkeuren. Dat is eigenlijk jammer want ik denk dat het een noodzakelijke functie is die daar wordt gecreëerd. Maar het is spijtig dat het op die manier moet gebeuren. Wij kunnen het dus niet goedkeuren. Jammer. Schepen Jos Demarest. - Waarvan akte. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Stemgedrag. N-VA en Vlaams Belang onthouden zich; Groen stemt tegen; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: 1. De personeelsformatie van de stad wordt als volgt aangepast: Cluster algemene zaken 1 coördinator opdrachtencentrale. 2. Bijlage IV van de rechtspositieregeling wordt aangepast door toevoeging van de functie coördinator opdrachtencentrale op niveau A4a-A4b.
47
gemeenteraad 21 oktober 2014
27 -
-
Personeel - formatiewijzigingen naar aanleiding van de nieuwe organisatiestructuur : voorzien in de functie van hoofd van de cluster Openbaar domein, met vastlegging functieomschrijving, weddenschaal (in bijlage IV RPR), selectieprogramma en deelnemingsvereisten (aanwerving en bevordering), puntenindeling en kwalificatie van de juryleden schrappen van de functie van ingenieur (directeur) bij de wegendienst in formatie en in bijlagen I en IV RPR.
Schepen Jos Demarest. - Punt 27 is de formatiewijziging naar aanleiding van de nieuwe organisatiestructuur. We schaffen de functie van directeur af en voorzien in een functie voor hoofd van de cluster openbaar domein. Het gaat om de vastlegging van de functieomschrijving en de weddeschaal, selectieprogramma, deelnemingsvereisten, enzovoort. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Dezelfde opmerking als bij punt 26. Daarbij komt dat dit één van die topfuncties is die bij gecreëerd wordt maar waarvoor, denk ik, op basis van het huidige organogram en de rechtspositieregeling ook wel een oplossing had kunnen gevonden worden. Wij kunnen dus ook dit punt niet goedkeuren, om voormelde redenen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Stemgedrag? N-VA en Vlaams Belang onthouden zich; Groen stemt tegen; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: 1. De personeelsformatie van de stad wordt als volgt aangepast: Cluster openbaar domein: 1 hoofd cluster 2. Bijlage I van de rechtspositieregeling wordt aangepast door toevoeging van de functie hoofd cluster openbaar domein op niveau A9a-A9b. 3. Bijlage IV van de rechtspositieregeling wordt aangepast door toevoeging van de deelnemingsvereisten in bevordering en aanwerving voor de functie hoofd cluster openbaar domein en dit als volgt : Gestelde deelnemingsvereisten: In aanwerving: In het bezit zijn van een masterdiploma burgerlijk ingenieur (of vroeger behaalde en hiermee gelijkgestelde diploma’s) en minstens 5 jaar ervaring hebben in een leidinggevende functie. In bevordering: In het bezit zijn van een masterdiploma burgerlijk ingenieur (of vroeger behaalde en hiermee gelijkgestelde diploma’s) en minstens 5 jaar niveau-anciënniteit hebben in niveau A in een leidinggevende functie.
28
Personeel - vacantverklaring van één plaats van brandweerman bij de operatieve dienst van de beroepsafdeling van de brandweer - goedkeuring.
Schepen Jos Demarest. - Een vacantverklaring voor één plaats van brandweerman bij de operatieve dienst. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit:
48
gemeenteraad 21 oktober 2014
Volgende openstaande betrekking in de vaste personeelsformatie van de stad Brugge wordt vacant verklaard: -
één plaats van brandweerman bij de beroepsafdeling van de brandweer, te rekenen met 29 december 2014, in te nemen via aanwerving.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan komen wij bij de punten van schepen Philip Pierins. 29
Wegendienst - vernieuwen wegenis en riolering in de Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat en Bollaardstraat - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - Dank u voorzitter. In punt 29 vragen wij de goedkeuring voor het ontwerp en de wijze van gunnen voor het vernieuwen van de wegenis en de riolering in de Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat en Bollaardstraat. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Het voorgelegd ontwerp voor het vernieuwen van de wegenis en de riolering in de Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat en Bollaardstraat, omvattende de algemene aannemingsvoorwaarden die de opdracht beheersen, de beschrijvende en samenvattende opmeting met raming en plannen, alsook de bijhorende proeven, wordt goedgekeurd. De wegeniswerken zullen toegewezen worden via een open aanbesteding. De uitvoering van de proeven zal via onderhandelingsprocedure toegewezen worden aan een gespecialiseerd labo uit de streek. De projectkost wordt als volgt verdeeld: Ten laste van TMVW (exclusief BTW): - rioleringswerken: - bij riolering horende wegenis 35%: TOTAAL:
140.636,50 euro 59.956,44 euro 200.592,94 euro
Ten laste van Stad Brugge: - wegeniswerken: 171.304,10 - bij riolering horende wegenis 35%: 59.956,44 - blijft: 111.347,67 - BTW op (resterende) wegeniswerken: 23.383,01 Totaal geraamde stadslast: 134.730,67 Proeven (inclusief BTW): 3.000,00
euro euro euro euro euro euro
Resterende wegenwerken en proeven: het krediet van respectievelijk 134.730,67 euro en 3.000,00 euro incl btw wordt benomen op beleidsitem BI020002 – actie RB020002 – algemeen rekeningnummer 22400007 in dienstjaar 2015.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 30. 30
Wegendienst - vernieuwen van de openbare verlichting langs de Baron Ruzettelaan - ontwerp - wijze van gunnen - afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst met het Vlaams gewest - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - In punt 30 vragen wij de goedkeuring voor de wijze van gunnen voor het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst met het Vlaams gewest voor het vernieuwen van de openbare verlichting langs de Baron Ruzettelaan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u wel. Ik ben heel blij met dat punt, maar misschien een vraagje terzijde in verband met de kerstverlichting. Zou het niet mogelijk zijn om ook op die mooie invalsweg kerstverlichting te voorzien?
49
gemeenteraad 21 oktober 2014
Schepen Philip Pierins. - Ik denk niet dat de kerstverlichting mijn bevoegdheid is. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Het is ook een handelsstraat, maar die is altijd verwaarloosd omdat er daar geen handelsgebuurtekring is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik veronderstel dat dit onderzocht wordt. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u. De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het voorstel en wijze van gunnen voor het vernieuwen van de openbare verlichting langs de Baron Ruzettelaan wordt goedgekeurd voor een bedrag van 227.231,15 euro excl. BTW + 47.718,54 euro BTW + 4,77 euro recupelbijdrage incl. BTW. 2. De werken zullen gegund worden vergunninghoudende maatschappij.
via
onderhandelingsprocedure
aan
de
3. De samenwerkingsovereenkomst VIII voor de plaatsing van aan de bebouwde omgeving aangepaste verlichting van de gewestweg N50, geplaatst door de gemeente met als bijlage het gunstig advies van de kwaliteitsadviseur wordt goedgekeurd. 4. De uitgaven 274.955 euro BTW inbegrepen zijn te boeken op AR22510007, BI067000, RB067000, INVRB03 op budget 2015. 5. De ontvangsten 168.750 euro zijn te boeken op AR15000000, BI067000, RB067000, INVRB03 op budget 2015.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 31, schepen Dirk De fauw. 31
Armoedebeleid - jaarlijkse nominatieve toelage ten gunste van vzw Wieder ontwerp van overeenkomst - goedkeuring.
Schepen Dirk De fauw. - Dank u, mijnheer de voorzitter. Punt 31 gaat over de jaarlijkse nominatieve toelage aan de vzw Wieder. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Storme. Raadslid Charlotte Storme. - Dank u wel voorzitter. Ik ben blij dat jullie dat doen. Maar ik zie in het dossier, bij puntje 2 van het advies van de dienst welzijn, een heel terechte opmerking. We moeten ons principieel durven afvragen of het lokaal bestuur, de stad en het OCMW, als depanneur dient op te treden voor de verminderde of weggevallen subsidies van welke hogere overheid dan ook. Begrijp mij goed, ik ben zeer tevreden dat de stad in deze depanneur is, vzw Wieder is een goed werkende vzw en het zou spijtig zijn dat ze niet verder zou kunnen werken. Maar wij moeten ons die vraag durven stellen. En ik stel de vraag expliciet aan al diegenen die ook nog een andere functie hebben in de diverse parlementen, hetzij Vlaams, hetzij federaal, hetzij in de oppositie, hetzij zelfs in de meerderheid: doe daar jullie taak, neem daar jullie verantwoordelijkheid op en zorg dat dergelijke subsidies niet worden verminderd. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer De fauw. Schepen Dirk De fauw. - Ik kan dat uiteraard voor een stuk bijtreden en ik ben een beetje bevreesd naar de toekomst toe want binnen het Vlaams regeerakkoord zijn een aantal bevoegdheden op het domein van welzijn van de provincie weggenomen en ik vrees dat deze niet door Vlaanderen zullen opgenomen worden terwijl de centen wel door Vlaanderen worden opgenomen. Dan is de vraag waar al die verenigingen die tot nu toe steun kregen dan naartoe gaan. Dat is een bedenking naar de toekomst toe. Hier in de voorliggende overeenkomst is wel duidelijk ook een tegenprestatie gekoppeld vanuit de vzw Wieder. Die moet dus prestaties leveren naar het stadsbestuur toe, inzake opleiding van personeel en dergelijke meer. Raadslid Charlotte Storme. - Als ik kort mag aansluiten op wat schepen De fauw terecht zegt. Inderdaad, die persoonsgebonden materies die wegvallen bij de provincies, dat heeft gevolgen. Om slechts één voorbeeld te geven maar dat wel heel belangrijk is. Momenteel wordt de vrijwilligersverzekering gedragen door de provincies. Maar dat betekent dus dat alle verenigingen
50
gemeenteraad 21 oktober 2014
die werken met vrijwilligers, en dat zijn vaak verenigingen zoals Wieder, hun verzekering ofwel zelf zullen moeten betalen ofwel niet meer met vrijwilligers zullen kunnen werken. Want die verzekering heb je wel nodig om met vrijwilligers te kunnen werken. Ook hier zal wellicht de vraag naar de stad worden doorgespeeld, denk ik. Schepen Dirk De fauw. - Daarin moet ik u wel een beetje tegenspreken, want ik ken het systeem zeer goed. Eigenlijk is het zo dat de provincie West-Vlaanderen het systeem van de vrijwilligersverzekering heeft opgestart met eigen middelen. Maar daarna is dat veralgemeend naar alle provincies met geld van de Nationale Loterij. Het wordt momenteel dus met middelen van de Nationale Loterij betaald. Dan is het natuurlijk de vraag, want de Nationale Loterij is ook aan het besparen, of dit zo zal blijven. Maar er is met de middelen van de Nationale Loterij wel een pot aangelegd waar wij een ruime tijd mee verder zouden kunnen gaan. Wel waar is dat de dienstverlening naar de organisaties die werken met vrijwilligers vanuit de provincie werd georganiseerd. Als dit ook wegvalt, wordt dit voor heel veel kleine verenigingen een groot probleem. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik veronderstel dat dit punt goedgekeurd wordt door iedereen? De Gemeenteraad, Besluit: Het ontwerp van overeenkomst met de vzw Wieder inzake de toekenning van een jaarlijkse werkings-/werkingstoelage voor de periode 2014-2019, wordt goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan zijn wij toe aan de interpellaties. Mevrouw Bruggeman heeft het over verkrotting van het Brugs erfgoed. Mevrouw Bruggeman.
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 32/1
Verkrotting van het Brugs erfgoed. (Raadslid Martine Bruggeman)
Raadslid Martine Bruggeman. - Een tijdje geleden trok de vzw Erfgoedforum aan de alarmbel in verband met de verloedering van waardevol Brugs erfgoed. Het ging meer bepaald om het poortgebouw van de oude verbindingsweg tussen het Sint-Janshospitaal en de Minnewaterkliniek. Het tweede pand dat ter sprake kwam was de Magdalenakapel met het passantenhuis en het voogdhuis. De viaduct over Zonnekemeers is een laat-neogotische constructie uit 1936 ontworpen door de Brugse architect Luc Viérin met beeldhouwwerken van Michiel Poppe. Het is een historisch interessant bouwwerk omdat het een uniek restant is van de verbinding tussen het SintJanshospitaal en de Minnewaterkliniek. De verbinding illustreert de geschiedenis en de expansie van het hospitaal. Het gebouw is ook zeer beeldbepalend voor de omgeving. En het poortgebouw staat vermeld in de inventaris van belangrijk onroerend erfgoed, opgesteld door het Vlaams instituut voor het onroerend erfgoed. Nu bevindt het zich in een erbarmelijke toestand. De tegelpannen en de nokpannen komen los zodat om veiligheidsredenen een draadbedekking over het dak gespannen werd. Dit houdt natuurlijk geen regen en sneeuw tegen. De dakgoten zijn gescheurd zodat het water langs de luiken en de gevels stroomt. Er is betonrot en binnen het pand is het een mesthoop van jewelste waar de vogels vrij spel hebben. Zo verkrot het pand langzaam maar zeker verder. En in het erfpachtcontract van 2005 lezen wij in artikel 4 op pagina 3: “Alle onderhouds-, herstellings- en instandhoudingswerken van welke aard ook zonder enige uitzondering vallen ten laste van de erfpachter”. Het tweede gebouw, de Magadalenakapel met het passantenhuis en het voogdenhuis, heeft een geschiedenis die in 1326 aanvangt. Aanvankelijk was het een passantenhuis, het werd een leprozerij, een rasphuis, Elisabethschool, bedelaarswerkhuis, staatsrefuge, parochiekerk en nu is er het KTA gehuisvest. Dit beschermd gebouw, eigendom dus van het gemeenschapsonderwijs, verkeert in een staat van zeer grote verwaarlozing. Vooral vocht is een groot probleem. Het gebouw moet op verschillende plaatsen gestut worden, de poort is vervallen, de dakkapellen zijn in een lamentabele staat en er is er zelfs één afgebroken. Niettegenstaande de waardevolle
51
gemeenteraad 21 oktober 2014
architectuur van het pand, niettegenstaande de boeiende geschiedenis van dit complex, niettegenstaande dat het om een beschermd gebouw gaat, wordt het zeer sterk verwaarloosd. Wij hebben daaromtrent enkele vragen. Een eerste vraag. Heeft de stad Brugge de erfpachthouders, voor wat de viaduct betreft, en in het tweede geval de eigenaars van de Magdalenasite er reeds op gewezen dat het hun plicht is de panden tenminste bewarend te herstellen? Een tweede vraag. De restauratie is heel dringend. Heeft de stad er al aan gedacht iets concreets te doen om deze panden niet verder te laten verkrotten? Tenslotte een derde vraag. Welke sancties kunnen getroffen worden als de erfpachthouder of de eigenaar niet afdoende reageren? Kan de stad bijvoorbeeld de erfpachthouder in gebreke stellen en desnoods het erfpachtcontract verbreken? Wij hadden daaromtrent ook een schriftelijke vraag gesteld en gisterennamiddag hebben wij antwoord gekregen. Daar zegt u dat u die situatie heel pijnlijk vindt - en dat geloven wij ook maar dat u omdat het om eigendommen gaat die niet van de stad zijn met lede ogen moet toekijken. Maar daar gaat het juist om. Welke stad kijkt met lede ogen toe hoe zijn patrimonium aan het verkrotten is? Wij vragen hier dat de stad een actieve rol gaat spelen en stappen onderneemt bij de bevoegde instanties of overheid om die kankerplekken dringend weg te kunnen werken en die sites tenminste bewarend te laten herstellen. Vandaag zijn deze twee verloederde gebouwen een schandvlek op het blazoen van Brugge als werelderfgoedstad. Het is dus de plicht van de stedelijke overheid om hiervoor een oplossing te zoeken en te vinden uiteraard in overleg met andere overheden. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er collega’s die wensen aan te sluiten? Nee? Mijnheer Laloo. Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u voorzitter. Burgemeester, mevrouw Bruggeman, ik zou uiteraard kunnen verwijzen naar de schriftelijke vraag van uw collega Daels. Raadslid Martine Bruggeman. - Ja, maar ik heb daarover gesproken. Schepen Boudewijn Laloo. - Het is geen verwijt, antwoord en interpellatie hebben elkaar gekruist. Raadslid Martine Bruggeman. - Het is zeker geen verwijt, ik heb gezegd dat wij een schriftelijke vraag ingediend- en antwoord gekregen hebben. Maar iedereen was daar aan het babbelen en u hebt dat misschien niet gehoord. Schepen Boudewijn Laloo. - Ik heb het wel gehoord, u hebt bijkomende vragen gesteld, over het antwoord zelfs. Maar goed. Ik wil toch eens kort toelichten waar u erop aandringt dat de stad Brugge in deze zaken een actieve rol zou spelen. Want dat is eigenlijk uw vraag. U spreekt over de erfpacht van twee onroerende goederen en ik kan er eigenlijk slechts één behandelen. Omdat er maar één is waar de stad Brugge erfpachtgever is. Ik ga een beetje verduidelijken. De zogenaamde Magdalenakapel is inderdaad eigendom van het gemeenschapsonderwijs. En voor dit pand zou er een overeenkomst voor gefaseerde aanpak zijn met Onroerend Erfgoed Vlaanderen. Voor de stand van zaken moet u zich eigenlijk wenden tot de bevoegde dienst of de bevoegde minister-president Geert Bourgeois die misschien dichter bij u staat dan bij mij - maar hij staat eigenlijk ook niet ver van mij. Wat het tweede punt betreft, Oud Sint-Jan, dien ik erop te wijzen dat het zogenaamde poortgebouw geen poort is maar enkel en alleen een brug. Sommigen onder u, en ik ben ook al één van de oudsten, zullen nog weten dat dit eigenlijk een dienstweg was voor prioritaire voertuigen van de ene locatie naar de andere, het hospitaal. Het is dus eigenlijk geen poortgebouw maar een brug en belangrijk hierbij is dat deze constructie niet is opgenomen in het beschermingsbesluit. Ik wil dit toch eventjes benadrukken. Alle herstellingen, u hebt het terecht aangehaald, zijn ten laste van de erfpachthouder. Die heeft enkel de plicht, en nu komt het belangrijkste eigenlijk, om bij het einde van de erfpacht de onroerende goederen in goede staat terug te geven, minstens in dezelfde staat als in dewelke het goed in erfpacht werd gegeven. Als u zou willen weten hoe dat onroerend goed ooit in erfpacht is
52
gemeenteraad 21 oktober 2014
gegeven: ik zou het persoonlijk nooit aanvaard hebben. Die mensen hebben daar voor ongeveer zeshonderd miljoen Belgische frank, maar ik ga het nu in euro uitdrukken, voor vijftien miljoen euro in geïnvesteerd. Ik wil zeggen dat zij het goed meer dan verbeterd hebben. Als wij zeggen dat het in dezelfde staat moet teruggegeven worden dan zou dat in een slechtere staat zijn dan die waarin het goed er nu bij staat. Voorlopig hoeft de stad ook niet op te treden in functie van de veiligheid. Alle mogelijke voorlopige maatregelen in functie van veiligheid werden door de erfpachter genomen. De stad Brugge heeft herhaalde malen - ik heb de bewijsstukken hier zitten - de erfpachter over de situatie aangesproken, de laatste maal zelfs per aangetekend schrijven in december 2013. Daarop kwam de reactie van de nv Oud Sint-Jan, dat zij een aannemer hebben aangesteld voor een aantal voorlopige maatregelen, maar dat duurzame herstellingen en/of veilige restauratie niet verstandig zou zijn zolang er geen zicht is op een globaal plan voor de site Oud Sint-Jan en omgeving. Dat is work in progress zou ik zeggen, voor mijn collega Demon. En een erfpacht, dat is toch wel belangrijk collega’s, kan niet zomaar eenzijdig worden verbroken. Wij zouden in uiterste nood kunnen zeggen, wij gaan die erfpacht verbreken. De vraag is of bij een eventuele vordering tot ontbinding van de erfpacht een rechter de gevraagde sanctie namelijk ontbinding van de erfpacht, in evenwicht zal vinden met de zogenaamde fout die de erfpachter begaat. Rekening houdend met de eerder uitgevoerde herstellingen, voorlopige maatregelen en de daaraan gekoppelde gedane uitgaven, lijkt mij dat niet realistisch. Maar we zullen in de nabije toekomst verder met Oud Sint-Jan nadenken hoe wij de site kunnen ontwikkelen en wat er verder kan gedaan worden voor de veiligheid, maar de opdracht ligt bij hen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Bruggeman. Raadslid Martine Bruggeman. - Wij dringen ook absoluut niet aan op een volledige restauratie maar toch tenminste op een bewarend herstel. Als die erfpacht afgelopen is binnen x-aantal jaren, dan gaat die erfpachthouder dat gebouw in die staat moeten terugbrengen. Maar dat is gewoonweg onmogelijk als je het helemaal laat verkrotten. En wat betreft de contacten met het Gewest: ik ben geen schepen en ik ben geen burgemeester, het is eigenlijk uw taak om dat te doen. Want het is eigenlijk de verantwoordelijkheid van de stad om er alles aan te doen dat erfgoed, dat eigenlijk erfgoed is van alle Bruggelingen, wie ook de eigenaar is, mooi behouden blijft. Zeker nu het stadscentrum behoort tot het Unesco werelderfgoed. Ik zou ook nog iets willen vragen in verband met de bouwvergunning voor die Magdalenasite – u hebt niet over de Magdalenasite gesproken maar over Sint-Jan. Inderdaad werd in 2012 een bouwvergunning afgeleverd voor de herstelling van die dakkapellen wat zou gebeuren in samenspraak met de leerlingen van het KTA. In principe is dit natuurlijk wel een lovenswaardig initiatief maar het vlot niet want als elk anderhalf tot twee jaar één dakkapel hersteld wordt dan zijn we tien jaar bezig. Maar vooral, het zijn niet alleen de dakkapellen, er is meer aan de hand dat structureel opgelost moet worden. Het vochtprobleem is enorm, alles brokkelt af. En als ik mij niet vergis, stond er in het verkiezingsprogramma van CD&V dat er sprake van was om die gebouwen aan te kopen en te gebruiken voor de uitbreiding van de musea. Maar als de verkrotting op die manier doorgaat, zullen de musea hun kunstwerken in openlucht mogen stockeren, denk ik. In elk geval, het blijft volgens mij of volgens ons de verantwoordelijkheid van de stad om daar toch wel iets mee te doen. En om niet gewoon toe te kijken en alles te laten betijen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. – Een suggestie, niet voor de Magdalenasite maar voor de brug aan Oud Sint-Jan. Ik denk dat je daarvoor misschien toch eens zou moeten kunnen samenzitten en als je tot een restauratie zou kunnen overgaan dan zou je, als ik het mij goed herinner inzake het bouwkundig erfgoed, toch kunnen een beroep doen op de kunstige herstelling van 18.750 euro. Als je daarover zou samen zitten met de twee partijen dan zou je toch al een quick-win hebben, tot een win-win situatie kunnen komen. Dat voor het eerste. Wat het tweede betreft, de Magdalenasite. De stad zou sterk kunnen aandringen, vooral vanuit monumentenzorg. Het gaat toch om een overheidsgebouw, als je daar een grondige restauratie doet, denk ik dat je tot tachtig procent restauratiesubsidie kunt krijgen. Dan is het misschien aan de stad om te lobbyen om het dossier gesubsidieerd te krijgen bij de bevoegde minister. Misschien kan de fractie hier vooraan daar ook bij helpen. Schepen Boudewijn Laloo. - Ik wil de zaak afronden, en ik geef dan nog eens het woord aan schepen Demon. Maar ik wil nog eventjes naar de site van Oud Sint-Jan gaan ….
53
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik zal dan straks het woord geven aan de heer Demon. Schepen Boudewijn Laloo. - Dat is goed voorzitter, ik heb het recht niet het woord te geven aan iemand, dat is uw volledig recht. Mevrouw Bruggeman, ik ga eventjes citeren uit onze brief van 2 december 2013. Wij kregen al antwoord - ze zaten er blijkbaar op te wachten, Oud Sint-Jan - op 4 december, twee dagen later. Wij herinnerden aan onze brief van 7 mei 2013, waar wij hetzelfde hadden verteld - er zat daar een kopie bij, waarbij wij hen verzochten de herstelwerken dringend uit te voeren. En zij antwoordden: “Dadelijk na uw brief van 7 mei 2013, hebben wij een aannemer belast met het nodige voorlopige herstel.” – en dan staat er: “verwijzend naar het masterplan”, enz. Hoe zal dat teruggegeven worden einde erfpacht? Ik kan ook niet in een glazen bol kijken. Maar wettelijk moet men dat dus teruggeven in dezelfde staat als die waarin het goed in erfpacht werd gegeven. En voordat de voorzitter het woord geeft aan mijn collega. U zegt dat die sites er zijn voor alle Bruggelingen. Wel, zoals collega Mercedes Van Volcem ook zegt en u zelf zegt, wij kunnen allen gezamenlijk werken voor alle Bruggelingen zodanig dat er ook voor de Magdalenasite een oplossing kan komen. Raadslid Martine Bruggeman. - Dank u. Wij zullen daar akte van nemen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Schepen Demon. Schepen Franky Demon. - Ik wil voor alle correctheid nog een klein detail naar voor brengen. Door onze dienst erfgoed is er wel al meerdere malen aangedrongen bij Onroerend Erfgoed Vlaanderen om acties te ondernemen. Elk zijn bevoegdheid. Ik ben blij dat wij dat samen gaan bekijken. Ik zou zeggen, neemt; wij gaan het zeker steunen om daar middelen voor te zijn: vanuit onze diensten is al meerdere malen gevraagd aan acties te ondernemen. En wij zijn wel tevreden dat het KTA ondernemen. Maar ik denk dat er meer moet kunnen, en we ploeg slaan.
het is uw minister, dat u de lead krijgen. Maar we moeten duidelijk Onroerend Erfgoed Vlaanderen om met eigen studenten al zaken zal kunnen samen de handen aan de
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Heel kort. Ik ben zeer ontroerd door uw vraag naar samenwerking mijnheer. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Het komt nog allemaal goed! Dan sluit ik deze interpellatie af en geef ik het woord aan collega Rogissart in verband met de bladkorven.
32/2
Bladkorven in Brugge. (Raadslid Guy Rogissart)
Raadslid Guy Rogissart. – Dank u wel. Ik heb een korte vervolginterpellatie, op een interpellatie die onze fractie een jaar geleden heeft gedaan betreffende de realisatie van bladkorven in Brugge, een punt uit ons beleidsplan. Toen waren wij tot een vergelijk gekomen rond een voorstel van de schepen om een proefproject op te zetten, wat ik altijd goed vind, om te kijken of een dergelijk project wel goed is, of het loont en of het budgetmatig goed is voor stad Brugge - het financieel plaatje rond mogelijke investeringen hadden wij ook gevraagd. Een eenvoudige concrete vraag: hoe zit het met dat proefproject en dan ook met dat financieel plaatje? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s die wensen aan te sluiten? Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Ik zou mijnheer Rogissart willen steunen want ik zie dat hij zo een mooie kleur heeft, waarschijnlijk van in de laatste zonnige dagen veel blaadjes op te rapen. Dus wij kunnen dit initiatief helemaal steunen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Pierins. Schepen Philip Pierins. - Mevrouw Soete, ik dank u voor uw burgerzin. Als u dat in alle straten zou doen, zou dat zeer aangenaam worden.
54
gemeenteraad 21 oktober 2014
Raadslid Ann Soete. - In mijn vrije tijd wil ik dat wel doen! Schepen Philip Pierins. - De vraag naar bladkorven collega’s, is een weerkerend fenomeen, dat is al enkele jaren zo, we werken eraan. Nog even de geschiedenis op een rijtje zetten. In 2008 heeft IVBO een raming van de kostprijs gemaakt, het voorstel is dan afgeketst. In 2011 is die vraag dan nog eens gesteld en wij hebben daar terug een geactualiseerde raming voor opgemaakt. Het voorstel is opnieuw afgewezen. In 2012 werd in samenwerking met IVBO een proefproject voorgesteld om bladeren door middel van 250 bladkorven in te zamelen en af te voeren. Bij de opmaak van het bestuursakkoord werd het voorstel in het akkoord opgenomen. Ter verduidelijking, u bent niet de enige. Ook collega Pillen heeft al een paar keer vragen gesteld daarover. Er zijn dus meerdere mensen mee bezig en ook in meerdere gemeenten is men daar mee bezig. Maar er zijn voor -en nadelen. Wij zijn eens gaan gluren bij de buren. Wij hebben het één en ander opgemerkt. Bijvoorbeeld de gemeente Edegem, ver van hier, die heeft al vijfhonderd bladkorven weggenomen, dit om meerdere redenen. Ik ga niet in detail treden want ik blijf hier voor Brugge schermen, ik zit niet in Edegem. Wat ze daar doen, is hun probleem. In de meerjarenbegroting werden hiervoor de nodige kredieten voorgesteld: 297.568 euro, dus niet goedkoop, en dat bedrag gaat in dezelfde lijn elk jaar verder. Dit dus voor 2014, materiaalkosten, personeelskost, ophalings- en verwerkingskosten door IVBO. De prijscalculatie was gebaseerd op die offerte van 2008. De kredieten werden niet weerhouden. Als er geen geld is dan kan je ook niets doen zodat het project niet werd opgestart. Deze prijs gaat uit van het plaatsen van 250 bladkorven, zoals reeds gezegd, wat wellicht onvoldoende is om het ganse grondgebied te kunnen bedienen. De bladophaling wordt momenteel georganiseerd door middel van aangepaste machines zodat de inzet van bladkorven in principe niet echt nodig is. Ik zou zeggen, wij kuisen al honderd jaar, de groendienst bestaat meer dan honderd jaar zelfs, de bladeren op in Brugge. En er stonden vroeger evenveel en zelfs meer bomen dan nu en ik denk dat het nog altijd goed gaat. Wat gaan wij doen? Wij gaan verder blijven bestuderen wat de noodzaak is van de bladkorven. Een belangrijk element is het centrum van Brugge. Ik denk niet dat wij daar zomaar bladkorven kunnen beginnen te plaatsen. Dat wij er ergens aan de vesten zouden zetten daar is nog een reden toe. Maar vertel mij, hier in de omgeving, op de Burg? Dan gaan wij hiervoor ook toelating moeten krijgen. En wie gaat die vullen? Want die burgerzin moet natuurlijk uitgevoerd worden. Dus als de burgers daartoe bereid zijn dan zouden wij graag hebben dat zij aan ons vragen, kijk wij willen graag een bladkorf in onze straat en wij gaan daar ook de nodige verantwoordelijkheid voor nemen. Want wat is het bijkomend probleem met die bladkorven? Dat er andere verhalen dan de bladeren die op het openbaar domein liggen in die bladkorven terecht komen. Op het grondgebied van Brugge zijn er 1.800 straten. De groendienst verwijdert alle bladeren in de openbare domeinen en verharde zones en dit tegen eind december. De mensen hebben geen verplichting, de voetpaden, de wandelpaden en de fietspaden die grenzen aan deze openbare domeinen worden gekuist. Er worden geen cijfers bijgehouden maar ik kan u zeggen dat het elk jaar duidelijk is dat de groendienst zeker zijn werk gedaan heeft en dat alle bladeren tegen eind december verdwenen zijn. Maar ik blijf erbij: na deze winter maken wij de balans op om te zien waar in de straten wij eventueel bladkorven kunnen zetten. Maar die gaan zich eerder in buitengemeenten moeten bevinden dan dat wij hier in het centrum van Brugge gaan beginnen met die korven te plaatsen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u. Mijnheer Rogissart. Raadslid Guy Rogissart. - Ik wil toch even bepaalde dingen stellen. Ten eerste, ik hoor hier een discussie die we vorig jaar ook al gevoerd hebben. Dat is een feit en vind ik spijtig. Ten tweede, ik heb absoluut maar dan ook absoluut geen commentaar naar onze groendienst. Dat is niet wat ik hier wil zeggen. De groendienst doet zijn werk goed. De groendienst die gaat de bladeren opkuisen, daarover heb ik het niet. Waar ik het wel wil over hebben, mijnheer de schepen, u spreekt over een kostprijs van 300.000 euro. Dat is correct. Maar dit is als u het project volledig gaat outsourcen naar IVBO. Correct toch?
55
gemeenteraad 21 oktober 2014
Maar er is momenteel ook al een actuele kost wanneer wij dit doen met onze eigen mensen. Die kost moet je dus in kaart brengen. Ik lees in uw antwoord op de vraag van Paul, mijn collega Paul Jonckheere, dat er daarvoor zesenzestig mensen worden ingezet over een elapsperiode van drie maanden, laat ons dus zeggen twee maanden. Dit is een kost die niet onbelangrijk is. En we zitten in een periode waar we moeten denken aan budgetten en waar we eventueel initiatieven kunnen nemen om die kosten ook goed te beheren. Dat is een tweede punt. Derde punt. Je maakt er toch een beetje een karikatuur van, als ik het zo mag stellen, als je vraagt waar we die korven gaan zetten. Uiteraard gaan wij die niet zetten in het centrum van Brugge. We gaan ze zetten ergens waar het nodig is. Daar zou ik dan eens gaan kijken in de verschillende buurten waar burgers zelf het initiatief nemen rond bladkorven, het stond in uw antwoord vorig jaar. Er is dus wel een wil van onze burgers om mee te gaan in dat project, om iets met die bladkorven te doen. Ik denk aan Male, ik denk aan andere plaatsen waar het spontaan gebeurt. Men is er dus wel mee bezig. Ik heb geen 300.000 euro gevraagd die in het budget zouden snijden. Wij vragen en wij staan erop dat er een pilootproject komt, dat geen 300.000 euro hoeft te kosten, maar dat wel een goed plan is met een heel concrete invulling om op bepaalde plaatsen bladkorven te plaatsen. Dat je heel concreet paramaters gaat definiëren om te weten of dat nu een succes is of niet en dat je dan ook het financieel plaatje bekijkt, met die benchmarking die je wel gedaan hebt: is het geen budget-positief verhaal voor stad Brugge? U moet mij niet wijsmaken dat bladeren verzamelen, wat de mensen van de groendienst nu moeten doen, een arbeidsintensief werk is. Als dit kan gebeuren door onze burgers dan hebben wij al een serieuze kost kunnen besparen. De machines zijn er, dat lees ik ook in de brief, dus alles is voorhanden om dat te kunnen doen. Daarom ben ik absoluut niet tevreden met het antwoord. Wij vragen, het staat duidelijk in het beleidsplan, dat er een pilootproject wordt opgezet om dit te bekijken. Kleinschalig, goed onderbouwd, met een goede strategie om te kijken of het kan of niet. Dit zie ik niet in het antwoord, dit is hier een processie van Echternach. En daar zijn wij CD&V absoluut niet tevreden mee. Schepen Philip Pierins. - Oké. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. [de aankondiging wordt onthaald op gejoel en handgeklap] Schepen Philip Pierins. - Ik ben wel tevreden over CD&V maar niet over …. Raadslid Ann Soete. - Het is aan mij! Ik ben inderdaad een beetje verwonderd over de vraag en het antwoord. Ik zou eigenlijk willen weten hoe dit in de beleidsnota is terecht gekomen. Want de ene partij van de meerderheid is verbolgen omdat het niet wordt uitgevoerd en de andere partij probeert hier een schitterende exposé voor te stellen. Ik zou graag eens weten hoe dit in de beleidsnota geraakt is, en wat het resultaat daarvan zal worden. En ik zou eigenlijk ook wel eens willen zien hoe dat eruit ziet. Heb je daar een voorbeeld van? [gelach] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik denk dat dit ook al bij het begin een heikel punt was tussen de twee coalitiepartners. Bij de begrotingsbesprekingen was het in het begin zo dat CD&V en uw collega Guy Rogissart echt pleitten voor die bladkorven. Maar uiteindelijk zei schepen Laloo dat er geen budget voor was. Dus ik weet het eigenlijk niet, het is wel iets raars. [gelach] Ik heb dat zien staan bij wat geschrapt is geweest bij de begrotingsbespreking. Men heeft dan nog een evenwicht gevonden en gezegd, we gaan dat proberen. Dat was hetzelfde als met uw dada. Uw dada waren vlinders, een vlindercamionet, en daar was ook geen geld voor. Schepen Philip Pierins. - Die vlinderploegen zijn er toch gekomen, die zijn bezig. Maar dat is in de wegendienst. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Die korven, dat lijkt wel een heel sympathiek idee. Maar zo grote bomen, … Raadslid Ann Soete. - Ze kunnen ze toch niet allemaal bij u gaan zetten! Raadslid Mercedes Van Volcem. - … je kan je niet inbeelden hoeveel bladeren er vallen. Die korven gaan in één, twee, drie vol zitten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Pierins.
56
gemeenteraad 21 oktober 2014
Schepen Philip Pierins. - Ik stel toch vast en ik maak er geen karikatuur van mijnheer Rogissart, dat de groendienst wel zijn werk doet. Tot het verhaal van de bladkorven boven kwam heeft de groendienst al die jaren er altijd voor gezorgd dat de stad er netjes bijligt en ze hebben daarvoor ook het nodige technische materiaal. Dat materiaal kan niet ingezet worden voor het legen van bladkorven. Eén voorbeeld, ik ga terug naar de Engelendalelaan. Vorig jaar hebben de mensen daar op zichzelf wat kippendraad gebruikt om daar bladkorven van te maken. Maar de bladzuiger van de stad is daarvoor niet geschikt. Je hebt daar echt iets speciaals voor nodig. Verder is er nog heel wat aan de hand voordat wij daar echt mee kunnen beginnen. We moeten zeker zijn van de betrokkenheid van de burger. Ik wil zeker de vraag stellen aan bepaalde wijken: bent u ervoor gewonnen om het openbaar domein op te kuisen en e voor te zorgen dat alles mooi en netjes in de bladkorven geraakt. Raadslid Ann Soete. - Dat is inspraak. Schepen Philip Pierins. - Ja. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. –In 2006, dat is lang geleden, hebben wij ooit eens met onze partij een bevraging gedaan in Christus-Koning, ik woonde daar toen nog, in de Maria Van Bourgondiëlaan. U weet dat, daar staan er heel veel bomen. Wij vroegen gewoon, wat vind je dat er kan verbeteren in uw buurt. En bijna alle mensen van de Maria Van Bourgondiëlaan hebben brieven teruggestuurd met vooral klachten over de stad, dat de bladeren in de goten vielen. Ik weet niet of je dat beseft, dat is ook heel de discussie bijvoorbeeld in Sint-Andries. Je hebt daar ook een straat, de Betferkerklaan, met de believers en de non-believers. De ene willen die bomen weg en de anderen zeggen, die bomen moeten blijven staan. De mensen die de bomen weg willen zijn meestal de oudere mensen, die zeggen: als stad Brugge een boom zet, dan moet stad Brugge ook mijn goten komen reinigen. Zo ver gaat de gedachte van de mensen. Ik weet dus niet wat er allemaal van zal komen, van die bladkorven, de mensen hebben geen tijd. Het is wel allemaal goed bedoeld. Schepen Philip Pierins. - Mercedes nu wordt het echt een karikatuur, als je zegt dat mensen die in parkgebieden wonen, bijvoorbeeld in het gebied van Male, de Vuurkruisenlaan en omliggende, daar eigenlijk niet moeten gaan wonen omdat ze zich bewust zijn van het feit dat bladeren van de bomen in hun goten zullen vallen. En als je dan het voorbeeld geeft van de Betferkerklaan: die bomen die stonden er al voor dat die huizen er stonden. Dat is het verhaal. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Als u daar als schepen van groen uw toer doet, dan gaat u horen wat de mensen daarover denken. Schepen Philip Pierins. - Ik vond het eigenlijk een heel goed idee om eens een firma op te richten voor het kuisen van goten. Maar de stad kan daar niet aan beginnen. Het is onmogelijk om daar een verhaal van te maken. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik wil maar zeggen, ik ben volledig akkoord. Ik vind ook niet dat de stad de goten van de mensen moet uitkuisen. Schepen Philip Pierins. – Voilà. Raadslid Mercedes Van Volcem. – Het gaat erom: als je denkt dat de mensen op het openbaar domein bladeren gaan beginnen rakelen, dan denk ik dat je je vergist. Als je ziet hoeveel klachten er zijn over onkruid en over perkjes: moest die bereidheid er zijn dan zouden al die mensen dat vrijwillig doen. Ik denk dus dat dit een zeer nobele gedachte is, maar ik weet niet of iedereen daar wel voor is. Schepen Philip Pierins. - Dus u bent akkoord dat wij erover nadenken? En dat wij na de winter zoals ik gezegd heb een balans opmaken en dan kijken waar eventueel bladkorven kunnen komen. En daarmee denk ik dat het nu voldoende is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Rogissart. Raadslid Guy Rogissart. - Ik wil afronden. Het gaat over die bladeren, de rest wordt er hier allemaal bij gesleurd. Ik vraag gewoon: doe dat pilootproject want je kan daar budgetmatig veel uithalen, daar ben ik van overtuigd. Doe gewoon die berekening, kijk wat daaruit komt. Burgers doen dit spontaan, dit zal gebeuren. Je hebt de actuele kost die er nu al is, je hebt materiaal, opzuigmateriaal. Dit kan zeer eenvoudig gebeuren.
57
gemeenteraad 21 oktober 2014
Schepen Philip Pierins. - Mijnheer Rogissart, u heeft niet goed geluisterd. Ik heb driemaal gezegd dat wij na de winter de balans opmaken en gaan kijken waar wij eventueel korven kunnen zetten. Oké? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan geef ik nu het woord aan mijnheer Bruynooghe over het afschakelplan.
32/3
Energie- en afschakelplan en besparingen. (Raadslid Arnold Bruynooghe)
Raadslid Arnold Bruynooghe. - Geacht schepencollege en collega’s. Begin oktober drukte de heer Landuyt zijn solidariteit uit met zijn collega en partijgenoot Termont en toonde zich bereid om op elektriciteitsvlak capaciteit over te hevelen van Brugge naar Gent, daar in Brugge zeer weinig stroomcabines betrokken zijn in het afschakelplan. De beslissingsbevoegdheid omtrent deze materie ligt echter op federaal niveau. Vandaar een eerste vraag: heeft de heer Landuyt met betrekking tot deze aangelegenheid concrete stappen gezet op federaal niveau of, misschien via het Vlaams niveau om, toch nog veranderingen te laten aanbrengen aan het afschakelplan? Of is het beperkt gebleven tot het zich solidair tonen, om zo een positief beeld te creëren? Want dat is hier vandaag verschillende keren tot uiting gekomen: op gemeentelijk vlak verloopt de communicatie eerder stroef, om het nog zacht uit te drukken. In het kader van dat dreigend elektriciteitstekort vraag ik me af of er bezuinigingen gepland zijn wat betreft de kerstverlichting. Wordt de kerstverlichting vroeger gedoofd dan in vorige jaren, ik zeg maar zoiets, bijvoorbeeld om negen uur ’s avonds in de weekdagen? Zal er nog kerstverlichting geïnstalleerd worden in het centrum van de deelgemeenten of verdwijnt dit van de kaart? En tenslotte, zijn er bezuinigingen gepland wat betreft de ijspiste: minder verlichting, beperkte uren of misschien nog andere zaken? Met dank voor een verhelderend antwoord in die duistere dagen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Kan er iemand licht werpen op deze vragen? [gelach] Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Is er niet nog een vraag van een collega? Was er geen van Mercedes ook? [volgt een heen en weer tussen de burgemeester en raadslid Mercedes Van Volcem tot het voor de burgemeester allemaal duidelijk wordt: raadslid Van Volcem heeft geen vraag] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - [richt zich tot de burgemeester] Hebt u het verkeerd antwoord mee, van vorige maand? [gelach] Burgemeester Renaat Landuyt. - [antwoord aan de voorzitter] Kijk hier, mijn antwoord. Dat is de voorbereiding die ik heb. Wat betreft de verklaringen in de pers: als een journalist mij opbelt dan antwoord ik en dan komt dat op de radio. Zo is het ook gebeurd. Mijn collega uit Gent, Daniel Termont, zit met een enorm groot probleem omdat in het kader van het afschakelplan praktisch heel de haven, dus alle bedrijven die daar zijn, en nog een groot gedeelte van de stad, afgesloten worden. Hij voert daarrond een paar processen. Maar hij deed ook een oproep voor solidariteit - een ouderwets woord van de vorige eeuw - naar zijn collega-burgemeesters van andere gemeenten. Mijn antwoord was dat wij uiteraard bereid zijn om daarover te praten en te kijken hoe wij solidair kunnen zijn. Ten andere, dat is ook wat wij doen in de regio. Met de tien burgemeesters van het burgemeestersoverleg in de Brugse regio zijn wij aan het kijken om elkaar al dan niet te helpen. Juist vandaag is er een bijeenkomst geweest van de burgemeesters van de centrumsteden, waar wij een gemeenschappelijke verklaring afleggen in de richting van solidariteit. Want wat is het probleem? Het afschakelplan zoals ze dat nu in werking wensen te stellen, is opgesteld in 1986 en is eigenlijk niet aangepast aan de evolutie van bijvoorbeeld de haven van Gent. Het gaat echt uit van een oude situatie, zelfs van oude installaties. Het boeiende aan het afschakelplan en aan de effecten in de verschillende gemeenten is, dat wij heel veel bijleren over elektriciteit, hoe elektriciteit verspreid wordt, en welke installaties er eigenlijk zouden moeten geactualiseerd worden. Het probleem van Gent is dus eigenlijk geen probleem alleen van Gent. Het afschakelplan zoals het volgens alle administratieve geplogenheden nu in uitvoering zou moeten gebracht worden in Gent, is een probleem voor heel Vlaanderen. Want er zit een chemisch bedrijf
58
gemeenteraad 21 oktober 2014
tussen, er zitten installaties tussen die elektriciteit nodig hebben alleen al omwille van de veiligheid. Als je dit een paar uur moet stop zetten, dan heb je een probleem. De discussie over het afschakelplan en de effecten in Gent, is zeker nog niet ten einde, er volgen daar denk ik nog procedures rond. Dit gezegd zijnde, het zou misplaatst zijn om als verantwoordelijke centrumstad te zeggen dat u zich daar niet bewust wil van zijn en dat u uw collega’s uit andere gemeenten in de steek zou laten. Dus ik blijf achter mijn verklaring staan. Het is onze verantwoordelijkheid om ruimer te denken dan onze eigen stad. De veiligheid komt hier in het gedrang voor heel Vlaanderen. Wat betreft onze eigen inspanningen zijn wij aan het kijken op welk vlak wij zouden kunnen besparen. Bijvoorbeeld voor de evenementen die naar het einde van het jaar toe vergund worden zoals de ijspiste, de ijssculptuur, het reuzenrad, worden er in de vergunning bepaalde situaties opgenomen waarbij wij in de richting gaan van het stilleggen. Wij gaan in Brugge, mocht het ooit een echt probleem worden, zeker solidair zijn. We zijn aan het kijken hoe wij onze straatverlichting kunnen minimaliseren, de installaties worden bekeken om uit te maken waar het kan en waar niet. Hoe klein ook de mogelijke bijdrage is, we gaan ze leveren: overal waar wij het licht kunnen uitdoen of dimmen, gaan wij dat doen. We zijn ook aan het kijken intern in al onze gebouwen waar wij kunnen besparen. We gaan de medewerkers overtuigen om iets zorgzamer om te gaan met de computer en die tijdig af te zetten. We gaan iedereen motiveren om effectief te besparen. Het is bij manier van spreken meegenomen dat wij ons met zijn allen in een omgeving situeren van nood aan besparing- of een grotere efficiëntie van energieverbruik. Wij gebruiken die nood om er een duurzame deugd van te maken. Wat de kerstverlichting betreft, hoe weinig wij ook nog verbruiken met de ledverlichting, we hebben ervoor gezorgd dat wij de uren kunnen beperken en wij zullen dat ook doen. Maar Hilde kent al die uren van buiten. Mocht je ze nog niet gelezen hebben in de krant, kan zij ze nog eens herhalen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Decleer. Schepen Hilde Decleer. - Ja, ik kan de uren zeggen. Maar vooreerst, u vroeg ook of er nog kerstverlichting zal komen. Wij hebben beslist dat de kerstverlichting er nog komt zowel in de binnenstad als in de deelgemeenten. We hebben wel beslist om ’s morgens geen kerstverlichting meer te laten branden en ’s avonds een uur vroeger te stoppen. In de week zal dit elf uur zijn i.p.v. twaalf uur en in het weekend zal dit twaalf uur zijn i.p.v. één uur. Dat komt bovenop de ledverlichting die wij al geplaatst hebben. Vóór 2008 hadden wij een verbruik van 86.500 kW per uur, in 2011 was dat nog 9.750 kW per uur, gewoon door ledverlichting te plaatsen. Nu hebben wij de vermindering van een uur ’s avonds en ’s morgens in de week. Dit zal een vermindering van 752 kW per uur geven. We hebben eigenlijk sedert 2008 tot op heden een besparing van 38.923 euro gerealiseerd, waar nu nog een extra besparing bij komt. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Brunooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Bedankt voor het antwoord. Ik hoor concreet dat er geen maatregelen genomen zijn door mijnheer Landuyt om Gent te helpen. Dat is een beetje moeilijk ook aangezien het federale materie is. Maar ik ben blij te horen ten eerste, dat de kerstverlichting nog zal branden en aanwezig zijn en ook dat er geen problemen zijn in verband met de ijspiste. Dat u, ten tweede, een verminderd verbruik voorstelt, dat vind ik zeer goed, dat vind ik een goede vorm van aanpakken van die eventueel dreigende elektriciteitstekorten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan nu mevrouw Mercedes in verband met de heraanleg van ’t Zand en de heraanleg van het fietspad. Raadslid Mercedes Van Volcem. - ’t Is Mercédes, niet Mércedes. Sorry. [Hilariteit]
32/4
’t Zand. (Raadslid Mercedes Van Volcem)
Raadslid Mercedes Van Volcem. - Mijnheer de burgemeester, de stad heeft beslist, heb ik gelezen in de krant, om een internationale ontwerpwedstrijd voor de heraanleg van ’t Zand uit te schrijven. Ik lees ook in de krant dat u daar een zestal redenen voor opnoemt: er zijn tegels kapot,
59
gemeenteraad 21 oktober 2014
er is waterinsijpeling in de ondergrondse parking, de verlichting valt regelmatig uit, er zijn onvoldoende elektriciteitskasten en de talrijke evenementen. De stad geeft mee dat men de parkingpaviljoenen wil behouden, die staan daar recent en ook dat de terrassen van de horecazaken behouden blijven. Maar dan zegt u wel iets raars, vind ik: na de heraanleg kunnen wij de handelaars verzekeren dat zij opnieuw gesloten constructies mogen bouwen. Maar daar kom ik verder op terug. Voor de rest, zegt u, zijn er geen taboes: de fontein mag al of niet weg, een autovrij plein,…. U wil dit alleszins nog opstarten vóór 2018. Dit is iets zeer belangrijks voor de stad en daarom heb ik enkele vragen. Eén. Wat is uw plan van aanpak? Twee. Wat is het budget. Heeft u enkel budget voorzien voor de internationale wedstrijd of ook voor de uitvoering? Want ik ga er van uit dat als u een internationale wedstrijd uitschrijft, u dit binnen een bepaald budget doet. Dat je zegt aan de ontwerpers, u mag dit hier doen, geen taboes, maar dit is het budget en daar mag u niet boven gaan. Ik zou heel graag weten hoeveel miljoen euro dat is. Drie. Aangezien dit een zeer belangrijk plein is, 8.500 vierkante meter, en u toch ook inspraak zo belangrijk vindt - u spreekt over de toekomst van Brugge - zou u dit ook bij die toekomst van Brugge moeten kunnen betrekken. Uiteraard ga ik ervan uit dat de ontwerpers rekening houden met handelaars, uitbaters en omwonenden, met de verkeerscirculatie en de bussen, met wat er nog allemaal is, met het Concertgebouw dat er staat. U zegt dat u al benieuwd bent naar de maquettes die tegen ongeveer halfweg 2015 uit die ontwerpwedstrijd komen. Mijn vraag is: zal u dan de bevolking laten kiezen tussen de verschillende maquettes of zal u de keuze van het ontwerp overlaten aan zuiver stedenbouwkundigen? Want ik denk eerlijk gezegd, dat het er heel anders zal uitzien wanneer u dat door louter professionelen laat doen dan wanneer u daar ook een wisselwerking toelaat met de Bruggeling zelf of een toerist. Het is zo, als je zes jaar ruimtelijke ordening doet, wordt je een beetje misvormd. Op de duur begin je te denken zoals de stedenbouwkundigen. En de vraag is of dat goed is of niet, ik ben daar eigenlijk nog niet uit. Vroeger wanneer ik in de straat liep dan zeiden de mensen: er is zo weinig groen op de straat. Dat Zand, dat is één betonblok. Waarom is er daar niet meer groen en waarom zijn er niet meer bloemen, zeiden de mensen. En dan kwam ik op de dienst en ik zei dat van die mensen. En dan zeiden al die stedenbouwkundigen van de monumentenzorg in de stad Brugge - ik geef misschien teveel informatie: maar neen, dat gaat niet in Brugge, dat moet steen zijn, dat is een stedelijk plein, dat moet een stedelijk plein blijven. Bomen en bloemen horen daar totaal niet. En ik zei oké, dat weet ik dan ook. Inderdaad dat weten wij dan ook, en we nemen dat dan aan omdat geleerden en slimme mensen dat vertellen, die geacht worden meer te weten van stedenbouw dan iemand die als nieuweling en als politieker toekomt. Maar de vraag is eigenlijk met die toekomst van Brugge: waar wil je naartoe? Wil je dit louter aan professionelen overlaten? Die zeggen, wij vinden dat het ideale plein er stedenbouwkundig zo moet uitzien? Of maak je daar ook een participatief project van voor de Bruggeling en de vraag is dan: hoe organiseer je dat? Een andere vraag: laten wij ook bebouwing toe? Want nu is dat een open plein en heb je aan de ene kant het Concertgebouw. Maar aanvankelijk, ik weet dat van de professor van het Lemaire instituut, was er op dat plein aan de kant van het Zandpoortje, als je dus van de Geldmuntstraat rijdt naar de Smedenstraat, ook bebouwing voorzien. Ik wist dat ook niet. Mijn vraag, is dat mogelijk of is dat niet mogelijk? En dan - natuurlijk omwille van het feit dat ik dat vroeger heb onderzocht en dat een heel goed voorstel vond - wordt er een uitbreiding voorzien van ’t Zand boven de tunnels? U kent het project waarbij men voorstelde om ’t Zand een stukje uit te breiden. Want als je nu op ’t Zand staat en je kijkt erover dan zie je een viervaksbaan. Het zou veel mooier kunnen, en dat is destijds ook in de stedenbouwkundige commissie beaamd geweest; ook door de groep die het managementplan heeft opgemaakt. Iedereen zit altijd over de kleurtjes en over de profilering van de ramen te klagen, maar eigenlijk is de grootste doorn in het oog dat die viervaksbaan door het hart van de stad loopt. Dat is eigenlijk het grote probleem. Je zou aan de ene kant een mooie groene boulevard kunnen maken. Maar aan de andere kant, dat heb ik nu gelezen, zou u daar de stelplaats van De Lijn willen krijgen. Is dat een misverstand? Ik heb vernomen dat u de stelplaats van De Lijn zou willen verleggen. Dat je die niet meer aan het station zou willen hebben maar dichter, aan het Concertgebouw. Is dat ook meegenomen in dat stedenbouwkundig ontwerp of niet? En wat zijn de middelen daarvoor? En dan finaal, is er een plan met de Vlaamse overheid om middelen voor een dergelijk stedenbouwkundig vernieuwend project naar Brugge te halen? Dat zijn veel vragen. Ik wil nog een suggestie toevoegen - maar wij gaan de ontwerpers hun vrije ding laten doen: er is bijvoorbeeld in Stockholm een heel mooi plein, in de historische site, dat ook
60
gemeenteraad 21 oktober 2014
als evenementenplein dienst doet. U wil een evenementenplein maken – maar, en dat is nog een bijkomende vraag, u zegt ook dat het kanaaleiland een evenementenplein moet zijn. Waar gaat het nu zijn? Op ’t Zand of op het kanaaleiland? Ik weet het niet. We kunnen ook twee evenementenpleinen hebben: het Concertgebouw met een evenementenplein en de Cactuszaal met een evenementenplein. Maar daar is er bijvoorbeeld ook voorzien dat je nog meer paviljoenen hebt met nog meer terrassen. Ik zou eigenlijk pleiten voor een heel gezellig Zand waarbij de terrassen niet worden ingeperkt maar wij nog meer terrassen en nog grotere terrassen zouden kunnen krijgen. Want dat is een vraag die veel mensen ook hebben: de terrassen worden vandaag afgebakend opdat er mensen kunnen passeren, maar waarom zou je dan die terrassen niet veel groter kunnen maken? Dan is iedereen gelukkig. Ik denk dat je met een brede visie waarin gezelligheid, rendement en evenementen hun plaats hebben, dit allemaal kan combineren zodat Brugge mooier wordt. Ik ben eigenlijk zeer benieuwd naar uw antwoorden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er collega’s die wensen aan te sluiten? Van de VLD ook nog? Raadslid Jasper Pillen. - Het is blijkbaar het moment om een aantal suggesties te geven. Ik vond de stedenbouwkundige visie van Mercedes zeer onderbouwd. Maar nu ze toch begon met een suggestie te geven, zou ik er ook nog één willen doen. Ik herinner mij nog, niet persoonlijk natuurlijk, de plannen van oud-burgemeester Van Maele om de rei die vertrekt ongeveer aan café ’t Zandpoortje terug open te leggen. Dus in welke mate ziet u momenteel, het is nog vroeg, mogelijkheid om daar die wateromgeving, die rei terug open te leggen? Recentelijk, in Amsterdam denk ik, hebben ze dat gedaan en er plexiglas over gelegd. Met een bepaalde verlichting kan je zo perfect dat wandelpad houden en tegelijk die rei die nu eigenlijk verdoken zit - Brugge het Venetië van het Noorden - terug naar boven toveren. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Er zijn uiteraard heel veel vragen maar één vraag vind ik zeer belangrijk en daar wil ik mij zeker bij aansluiten. Ik heb gehoord van een aantal mensen, een aantal restaurants en andere commerçanten, dat zij een brief hebben gekregen om hun mening te geven. Er zal dus een vergadering zijn. Ik zou heel graag willen weten hoe u tewerk zult gaan met de insteek van de mensen die er wonen en werken of er een zaak hebben, naar aanleiding van de ontwerpwedstrijd. Daar zal toch zeer goed op elkaar moeten ingespeeld worden. Ik zou daar graag antwoord op hebben. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. – Dank u, voorzitter, collega’s. Het is vorig jaar, eigenlijk naar aanleiding van een voorstel van de wegendienst om de bevloering van ’t Zand aan te pakken, dat wij de optie hebben genomen om toch even verder te kijken en van de gelegenheid al dan niet gebruik te maken om niet alleen te herstellen maar te kijken in de richting van vernieuwing. Er is dan grondig werk geleverd door onze diensten intern. Om vanuit alle mogelijke invalshoeken te gaan kijken wat wij kunnen doen. Onze ambities hebben wij goed gekaderd, je moet onderscheiden wat we hier willen doen. Het gaat over het plein. Hier is bijvoorbeeld het al dan niet uitbreiden van de parking niet in opgenomen. Dat staat daar los van. We hebben onze beslissing omkaderd, letterlijk qua terrein maar ook qua concept. Wij gaan ervan uit dat wij ’t Zand dat nu 218 dagen per jaar gebruikt wordt, niet kunnen vervangen. Dat dit in ieder geval het evenementenplein is waar wij verder beroep wensen op te doen. Ik denk dat ook niemand dit in vraag stelt, zeker niet de marktkramers. Het moet dat centraal plein blijven. Het is juist dat er ooit is voorzien geweest of dat er mogelijkheden bestaan om in het noorden van het plein een gebouw te zetten, waardoor het een iets meer afgesloten plein zou zijn. Daarom hebben wij nu beslist om een wedstrijd uit te schrijven om te kijken wat doe je met het plein, wetende wat de evolutie zou kunnen zijn. Bijvoorbeeld dat je daar nog verder bouwt richting Bloedput, dat je daar een soort Ramblas maakt - of welke ander mooi woord ook dat wij daarvoor kunnen vinden. Dat is allemaal niet uit te sluiten, maar het is niet dat wat wij nu beslissen. Wat wij nu beslissen, is dat wij dat plein dat in 1982 aangelegd werd, meer willen dan enkel herstellen, dat wij dat willen hernieuwen. Wij nemen inderdaad bij manier van spreken het risico om een wedstrijd uit te schrijven, om mensen die daarin gespecialiseerd zijn, ons te laten tonen hoe zij denken dat je zo een plein kan uitwerken, rekening houdende met het verwachtingspatroon. Je moet daar markten kunnen op doen, je moet daar evenementen kunnen
61
gemeenteraad 21 oktober 2014
organiseren met een grote volkstoeloop, maar je moet de andere dagen ook de rust van een plein kunnen creëren. Die mix leggen wij voor, de details komen in een volgende beslissing, waar wij een heel reglement zullen opstellen om te kijken wat ze ons kunnen voorstellen. Uiteraard gaan wij dat doen in een tweetrapsprocedure: kandidaatsoproeping, en dan in de volgende fase, selectie van de echte wedstrijd. Budgettair betekent dit dat wij ons voor de studiefase wapenen met een budget van 100.000 euro, niet dat het allemaal zoveel mag kosten, maar dat is voor de ontwerpfase. Voor het uiteindelijke werk gaan wij, en dat ga je in de begroting volgende maand zien, over drie jaar gespreid een bedrag van acht miljoen euro voorzien. Acht miljoen euro gespreid over drie jaar, dat is wat wij inschatten. Hoe maken wij die inschatting? Door de vergelijking te maken met bestaande pleinen in andere steden. Wij vergelijken ons met pleinen waar wij enige ambitie in kunnen ontwaren. Terwijl wij nu intern alle diensten hebben betrokken, willen wij van de gelegenheid gebruik maken, vandaar dat de mensen nu al een brief hebben ontvangen, om maximaal iedereen te verwittigen, om ook maximaal iedereen er bewust van te maken dat de periode van nadenken over het plein zich aan het finaliseren is. Wij willen er uiteraard voor zorgen dat mogelijke inspiratie ons zeker niet ontgaat, wij staan open voor de suggesties. Terwijl wij de wedstrijd nog moeten uitschrijven, is het des te belangrijker dat wij nu al eerste reacties krijgen. Zo voorzien wij ook om een hele inspraak- en informatieprocedure te organiseren voor alle betrokkenen handelaars. Maar de discussie over de terrassen hebben wij daar expliciet uitgelaten, heel de zone waar de pagodes staan. Pagodes dat zijn die twee gebouwen daar. Een pagode dat is iets van boeddhistische tempels, men noemt die twee gebouwen zo die daar gezet zijn tijdens de vorige legislatuur. Daarvan zeggen wij: daar blijven wij af, het is een stukje integratie van dit gedeelte die je ook moet voorzien. Dat zijn de contouren van wat een wedstrijd zou moeten zijn, in de hoop dat wij inderdaad van deskundigen al dan niet vanuit hun hoofd of onderbuik de juiste inspiraties kunnen krijgen voor een vernieuwd plein. Over de samenstelling van de jury moeten wij nog beslissen. Misschien moeten wij beroep doen op mensen die daar ervaring hebben in opgedaan. Maar ook daar gaan wij geen risico’s nemen [gelach] en gaan wij zorgen dat wij een deftige jury kunnen samenstellen. Uiteraard zou het ideaal zijn dat wij in een bepaalde fase maquettes zouden kunnen voorstellen aan het publiek. Waarom zou er geen publieksprijs kunnen zijn? Maar nogmaals: wij willen maximaal inspraak en informatie maar we gaan toch wel via een wedstrijdformule proberen op de meest deskundige wijze terug een plein te installeren dat opnieuw dertig jaar of langer kan meegaan. Want wij spreken hier over een plein van meer dan dertig jaar al, van 1982 tot nu. Laat ons hopen dat wij nu een nieuw concept vinden dat inderdaad toelaat dat we alles wat wij vandaag op dat plein doen, ook morgen nog kunnen doen. De fontein, daarvan zeggen wij expliciet: kijk wat je kan doen. Want als je het vraagt, de meerderheid van het college is zeker voorstander om de fontein te bewaren, ik denk dat ik daar niet uit de biecht spreek, er was daar onder ons geen enkele discussie over. Maar wij geven het mee aan de deskundigen en we zeggen: kijk wat je daarmee kunt doen. Eigenlijk hopen wij door de bescheiden houding met ambities die wij hier aannemen, om geen enkel conflict of discussie te hebben, zodat wij zo vlug mogelijk kunnen werken aan een nieuw plein. In een volgende fase gaan wij dan nog eens discussiëren over het al dan niet uitbreiden van de parking. Maar wij koppelen dit expliciet los van dit dossier om zeker het plein te kunnen aanpakken. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog opmerkingen? Neen? Het volgende punt, mevrouw Van Volcem, rangeerstation Zwankendamme.
32/5
Rangeerstation Zwankendamme. (Raadslid Mercedes Van Volcem)
Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ja, burgemeester, want er is daarover ongerustheid. Er is nu een aanvraag lopende, het college moet daar misschien nog over beslissen. Maar er is vooral de bezorgdheid van de mensen, doordat er een dienstweg is opgenomen in de huidige plannen. Er is ooit tijdens de vorige legislatuur met de NMBS in de school een projectvergadering geweest met de mensen van Lissewege die door de komst van het rangeerstation de grootste impact op de toegang tot het dorp zullen ondervinden.
62
gemeenteraad 21 oktober 2014
Natuurlijk, je kan ook niks doen. Maar dan gaan de slagbomen steeds gesloten staan. Dan is het zo dat mensen de facto vierentwintig minuten per uur voor de slagboom zullen staan. Dat is geen goede zaak om het dorp te bereiken. Dan is de vraag, sluit je dat af en maak je een nieuwe toegangsweg, die verder loopt, aan de Canadezenstraat? Of ga je die trein insleuven met een klein brugje en met fietspaden erlangs? Die opties zullen heel wat investeringen vergen. Maar mijn vraag is eigenlijk vooral: wat is vandaag de keuze van de stad? En wat is eigenlijk de stand van zaken? Of zeg je, wij doen niets? Dat is natuurlijk het gemakkelijkste, maar dat brengt de leefbaarheid in Lissewege in gevaar. En de bezorgdheid van de mensen is eigenlijk vooral: door in de huidige plannen die dienstweg te voorzien worden eigenlijk de andere twee opties uitgesloten, vooral de insleuving. Mijn vraag is: ga je de bevolking van Lissewege daar eens over informeren? En wat is de stand van zaken in het overleg met de NMBS? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Helleputte. Raadslid Sabine Helleputte. - In het kader van het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning aan Infrabel in verband met het bouwen van het nieuwe vormings- en rangeerstation te Zwankendamme had ik toch graag het volgende opgemerkt. Zoals u wel of niet weet zijn zowel de NMBS als Infrabel dit jaar doorverwezen naar de correctionele rechtbank op basis van het feit dat er wel degelijk voldoende bezwaren zijn in verband met geluidshinder. Er zijn immers meerdere inbreuken op de geluidsnormen vastgesteld aan de hand van een akoestisch onderzoek. Infrabel houdt hier te gemakkelijk voor dat bepaalde geluidsnormen voor haar niet zouden gelden en dat ze geen milieurechtelijke verplichting zou hebben met betrekking tot het voorkomen van geluidshinder. In de studie van Infrabel horende bij het nieuwe rangeerstation wordt de geluidsbuffer nu net ontworpen en ik citeer: “om het geluidsniveau te behouden en niet te laten stijgen”. Hoe rijmt men nu deze zaken aan elkaar? Enerzijds wordt Infrabel verwezen naar de correctionele rechtbank in verband met de huidige geluidsoverlast en anderzijds ontwerpen zij een geluidsbuffer die enkel het huidige geluidsniveau poogt te behouden. Is het dan niet de logica zelf een aangepast ontwerp van de geluidsbuffer te eisen vooraleer een gunstig advies te verlenen? Wie gaat nu eerst iets laten bouwen om pas achteraf te gaan meten? Alvast bedankt voor het antwoord. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Mijnheer Goderis. Raadslid Mathijs Goderis. - Misschien toch eventjes aanhalen dat er een infonamiddag geweest is in Zwankendamme waarop ook alle inwoners van Lissewege uitgenodigd waren. Waarop er heel wat uitleg gegeven is over alle investeringen ten voordele van de leefbaarheid in Zwankendamme maar ook in Lissewege. Ik heb u daar niet gezien Mercedes. Misschien zou u eens vaker moeten terugkomen naar Lissewege. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Maar volgt u mij? U weet niet wanneer ik daar ben of niet ben. Raadslid Mathijs Goderis. - Ik heb u op die infonamiddag niet gezien en ik ben daar toch quasi heel de tijd aanwezig geweest, denk ik. Er is daar dus heel wat informatie gegeven over alle investeringen die ook in Lissewege gebeuren en er zijn er dus heel wat. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Als ik eens mag voorzitter. U moet dit niet persoonlijk op mij spelen, of ik daar ben of niet. Het gaat erom dat de mensen van Lissewege ons gecontacteerd hebben, alle partijen gecontacteerd hebben, om te gaan luisteren. En dat die infonamiddag geen antwoorden heeft gegeven op hun vragen. Dan vind ik dat het aan mij is als gemeenteraadslid om dat aan te kaarten in de gemeenteraad. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - En nu komt het antwoord. Mijnheer Landuyt. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u. Ik denk dat wij met ons allen dezelfde bezorgdheid delen en dat er geen discussie is in de gemeenteraad. Wij zijn allemaal bezorgd over de ontwikkeling in Lissewege. Wat wij hier als gemeentebestuur hebben beslist: in het kader van de bouwaanvraag voor de sporenbundel, hebben wij als gemeente een advies gegeven. Wij hebben van dat advies gebruik gemaakt om ook
63
gemeenteraad 21 oktober 2014
nog eens, zoals jullie hier gedaan hebben, onze bezorgdheid uit te drukken omtrent de situatie in de Stationsstraat, de overweg. Wat is er ondertussen ook nog gebeurd? Er zijn contacten geweest met Infrabel. Zij hebben ons modellen getoond hoe men het kruispunt met de spoorweg zou kunnen aanpakken. Er is geen enkel model waarmee zij ons overtuigd hebben dat de situatie voor de weggebruiker of voor de bewoner zou verbeteren. Dat is in alle openheid de stand van de gesprekken die in alle vertrouwen gebeuren. Wij zijn dus van geen enkel model overtuigd. Vandaar dat wij bij de werken die nu gebeuren benadrukt hebben dat voor de toekomst alle hypotheses moeten open blijven, meer zelfs, wij dringen aan opdat ze zouden verder uitgevoerd worden. Wat wel is voorzien, dat moeten wij erkennen, is dat Tuc Rail terwijl het de sporenbundel ontwikkelt ook wil kijken voor een betere geluidsbescherming, juist ook van Lissewege. Het is niet de bedoeling om het te houden zoals vandaag. De bedoeling blijft om de situatie voor de bewoners eerder te verbeteren. Het zal dus voortdurend uitkijken zijn naar het effect op het spoor zelf. Andere deskundigen, economisch deskundigen, zeggen mij dat er nog enige tijd zou kunnen overgaan voor wij zouden kunnen spreken van overlast door het spoor. We zouden bij manier van spreken moeten hopen dat dit spoor druk gebruikt wordt, want dat is goed voor de haven. Maar aan de andere kant hebben wij blijkbaar door economische omstandigheden extra tijd om extra eisen te stellen inzake leefbaarheid voor het dorp Lissewege. Daarom denk ik dat het ook niet goed is om hier met elkaar te discussiëren. Ik denk niet dat er hier nu één iemand aan één of andere tafel bereid is om de situatie voor de mensen van Lissewege te verslechteren. We willen het allemaal verbeteren, daarover is er geen enkele discussie, hoop ik en denk ik. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Neen? Volgende vraag, Mercedes, over het stedenbouwkundig uittreksel.
32/6
Stedenbouwkundig uittreksel. (Raadslid Mercedes Van Volcem)
Raadslid Mercedes Van Volcem. - Zoals u weet, in september zijn er nog nooit zoveel verkopen van onroerende goederen geweest als dit jaar. Dat komt omdat de woonbonus een stukje wordt afgezwakt en iedereen nog een woning wil kopen. Het spijt mij dat ik het moet zeggen, maar er waren wel een aantal klachten van notarissen en van mensen actief in de sector, die erop wezen dat het afleveren van de stedenbouwkundige inlichtingen, wellicht door de verhoogde vraag, wat langer op zich liet wachten. Dat is in het huidig tijdperk natuurlijk niet zo aangenaam voor de koper. Waarom? Omdat de notariële akte verleden moet zijn vóór 31 december. Dus het is zeer belangrijk dat de notaris de inlichtingen krijgt om de verkoop, de compromisovereenkomst, te kunnen tekenen. Dus mijn vraag aan u, positief bedoeld, is: kan er misschien nog iemand, die ergens anders een andere werk doet, misschien tijdelijk gemist worden en toegevoegd worden zodat er geen vertraging is op het afleveren van die stedenbouwkundige inlichtingen? Maar mijnheer de schepen, als het niet klopt dat er daar vertraging op zit, mag u dat ook gerust zeggen. Ik zeg alleen maar wat men mij meldt, ik kan dat niet controleren. Maar het is een bezorgdheid want ik denk dat er deze maand toch nog heel wat werk zal zijn op dat vlak. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s die wensen aan te sluiten? Neen? Schepen Demon. Schepen Franky Demon. - Het is decretaal voorzien dat de lokale overheid, wij dus, dertig dagen de tijd heeft om een stedenbouwkundig uittreksel af te leveren. Om dat volledig op te maken, dat weet u ook, waarschijnlijk nog beter dan ikzelf, moet onze dienst bouwvergunningen advies vragen aan de woondienst en aan de wegendienst. De noodzakelijke info voor de opmaak van de notariële inlichtingen is dus niet kant en klaar uit de kast te halen en onmiddellijk mee te geven. Maar ik was wat geschrokken toen ik die vraag kreeg. Waarom? Op het moment dat ik begonnen ben in de dienst - dat zijn de groentjes, zoals ze zeggen, dat heeft zo een groen kleurtje – wist ik dat er een enorme vertraging was, dat wij die dertig dagen niet haalden. Ik heb eens wat info opgezocht. Een aanvraag uit de vorige legislatuur, 4 juli 2011 - want het is altijd in de verlofperiodes dat het wat misloopt - is op 23 augustus afgeleverd. Aanvragen van 1 september zijn maar in oktober afgeleverd. En ik zat daar zelf wat mee te worstelen. Ik kreeg ook boze notarissen aan de lijn. Dat heeft, moet ik eerlijk zeggen, een dik jaar geduurd. We hebben, u weet dat ook, wat moeten schuiven met verantwoordelijken in de dienst, we hebben personeelswissels moeten doorvoeren.
64
gemeenteraad 21 oktober 2014
En ik dacht begin mei dat wij mee waren, dat wij aan een tien, vijftien dagen zaten. Ik heb dan ook steekproeven gedaan want ik was bang dat deze interpellatie waar ging zijn. Ik had van alles gedaan om dat probleem uit het verleden een beetje op te lossen en dan zegt uitgerekend mevrouw Van Volcem, het is niet in orde! Ik heb onmiddellijk de cijfers laten aanrukken, want meten is weten, ze moeten alles bijhouden. Aanvraag op 2 juli binnengebracht, op 8 juli afgeleverd. De langste die ik tegengekomen ben was binnengebracht op 3 juli 2014 en op 31 juli afgeleverd. Dat is nog altijd binnen de decretale termijn. En we gaan zelfs nog verder. Wanneer telefonisch of via mail een dringende vraag van een notariskantoor ontvangen wordt, wordt deze aanvraag afgewogen op zijn hoogdringendheid en in het kader van een nog vlottere dienstverlening proberen wij dat zelf nog sneller te laten gaan. Zelfs hier in de gemeenteraad hebben wij nog snel laten verlijden, voor mensen die een verkaveling wilden, om dan een akte te kunnen aanvragen. Zo helpen wij onze burgers om nog dit jaar - het is wel een ietsje uitgesteld als ik goed heb - aan de nodige documenten te geraken. Dus uw info klopt niet met de cijfers die ik heb. Ik zou zeggen als u concrete voorbeelden hebt, geef ze mij dan. Want ik kan enkel en alleen maar zeggen dat het volgens mijn inzicht in tabellen lezen, een probleem is uit het verleden ook nog uit het eerste jaar van mijn legislatuur, maar dat dit nu opgelost is en dat men snel het gevraagde krijgt. Ik zou zeggen als u voorbeelden hebt, bezorg ze mij. Want wij hebben er extra mensen op gezet, we hebben vervangingen gedaan, we hebben dat allemaal goed bekeken zodanig dat die notarissen de mensen sneller kunnen helpen. Maar ik zeg het nog eens: als u daar uitzonderingen op hebt bezorg ze ons dan, ik wil dat zeker controleren. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik ga eerlijk zijn: het waren geen geïsoleerde gevallen want dan zou ik daar ook geen interpellatie over doen. Ik ben heel blij dat u dat veel sneller kan doen dan ik. Dat is alleen maar goed voor de Bruggeling. Dus proficiat daarvoor. Maar mijn bezorgdheid kwam vooral doordat er in september zoveel compromissen zijn verleden, daardoor komt er toch een druk? Mijn bezorgdheid en ook van de mensen was gewoon, nu duurt het langer, men sprak niet van uw twee jaar. Door het hoog aantal verkopen en mensen die een compromis wilden realiseren was er nu blijkbaar wel een probleem. En mijn vraag was, één, klopt dat? U zegt mij dat het niet klopt. Ik zal dan ook aan iedereen meedelen dat zij liegen, en dat het niet klopt. Twee, er moet dan ook niemand worden bijgezet, er is dan eigenlijk geen probleem. Dus ik mag het zo communiceren: er is geen probleem? Schepen Franky Demon. - Ik zeg het nog eens: ik heb de tabellen bekeken. Mochten er zaken zijn die niet afgewerkt geraken binnen die termijn - het maximum is dertig dagen maar we proberen, omdat we weten dat de woonbonus verminderd wordt, niet afgeschaft maar ietsje verminderd …. Raadslid Mercedes Van Volcem. - In mijn mail spreken ze van zeven tot acht weken. Schepen Franky Demon. - Ik heb uit geen enkel document kunnen halen dat het zo zou zijn, integendeel. Het is nu, met naam en toenaam, Nicolas Bogaert die daar op zit en die dat scherp controleert. Hij heeft mij gegarandeerd dat dit niet zo is. Hebt u voorbeelden, bezorg ze ons, we gaan dat zeker in de gaten houden in het voordeel van de Bruggeling. Voor iedereen die nog iets wil realiseren, iets wil kopen voor het einde van het jaar, mogen wij als administratie absoluut geen obstakel zijn. Ik ben het nog eens zelf bij de mensen gaan rondvragen - want ik was geschrokken omdat wij juist dat probleem aangepakt hadden - en zij kunnen mij verzekeren dat dit een opgelost probleem is Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Ik stel voor om deze discussie af te ronden. Mevrouw Soete in verband met het toekomstproject.
32/7
Toekomstproject. (Raadslid Ann Soete)
Raadslid Ann Soete. - Burgemeester, collega’s. In het laatste nummer van ons stadsmagazine, of magazine ter communicatie naar de burger toe, dat herdoopt werd van Bruggespraak naar BruggeINspraak, werd gesteld dat het stadsbestuur volop in de weer is. Het stadsbestuur heeft naar eigen zeggen tijdens of nog voor de zomer zelfs negen grote investeringsprojecten beslist. Ik heb het blaadje mee waar het op staat. Het stadsbestuur heeft beslist, dat stellen zij voor in hun boekje, het boekje dat dus niet meer Bruggespraak noemt maar BruggeINspraak. En ik ben dan eens de definitie van het woord “inspraak” gaan opzoeken. Ik dacht, misschien versta ik dat wel niet helemaal. Er bestaat nog
65
gemeenteraad 21 oktober 2014
altijd de Dikke Van Dale, ik heb het daar in opgezocht, en daar staat letterlijk: “de gelegenheid om zijn of haar mening of wensen kenbaar te maken in een aangelegenheid waarbij men betrokken is”. Moet ik het nog eens herhalen? Inspraak dat betekent: “de gelegenheid hebben om zijn of haar mening of wensen kenbaar te maken in een aangelegenheid waarbij men betrokken is”. Bent u mee? Het is Nederlands! Mooi Nederlands. Maar in Brugge is dat blijkbaar anders want ik zie dat je het ook niet verstaat. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Zeg het in het Brugs! Raadslid Ann Soete. - Blijkbaar spreken jullie hier een andere taal. Want enkele weken geleden, vond in het Concertgebouw, zoals werd aangekondigd, een schitterend project plaats namelijk “De toekomst van Brugge”. En wij zijn ervan overtuigd, dat er in Brugge, veel, veel inwoners zijn met schitterende ideeën. Wij hebben dat zelfs vóór de verkiezingen ook mogen lezen, namelijk met het Ei van Brugge, waar jammer genoeg blijkbaar geen interesse meer is voor de opvolging. Maar wij hebben dus een nieuw project, “De toekomst van Brugge” Behalve het feit dat voor een groot stuk de zaal waarschijnlijk werd opgevuld met ambtenaren die de burgemeester heeft opgetrommeld, is het zo dat u voor de rest, mijnheer de burgemeester, de Bruggeling daar wel klaar en duidelijk hebt geschoffeerd. Althans de helft ervan. Ik kan uw woorden niet meer letterlijk citeren, ik heb ze niet opgeschreven, maar het kwam erop neer dat u wil luisteren naar de Bruggeling. Dat doet u trouwens altijd. En dat u wil proberen naar alle ideeën te luisteren en alle ideeën uit te voeren, maar in ieder geval zeker niet de ideeën van de oppositie. Ik denk dat u in een euforie was dat er zoveel volk was, want de oppositie, mijnheer de burgemeester - ik weet eigenlijk niet of u dit goed beseft, wij hebben het hier al dikwijls herhaald maar daar hoort u ook niet goed denk ik - bedraagt uiteindelijk toch zevenenveertig, achtenveertig percent van de bevolking. Dat is dus bijna de helft van uw inwoners. Dat wil zeggen dat als u niet luistert naar de oppositie, u ook niet luistert naar de helft van de Bruggelingen maar alleen naar de andere helft. En telkens weer wordt hier bij de mensen in Brugge zand in de ogen gestrooid. Men mag voorstellen lanceren maar toch wordt naar die ene helft, of toch zeker naar de helft van de bevolking niet geluisterd. Het is eigenlijk een truc, het is “de truc van de wuppende pupe”. zoals ze zeggen in Brugge. [Hilariteit in de zaal] Dat is oud Brugs! Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik heb daar nog nooit van gehoord. Raadslid Ann Soete. - Dat is omdat je geen echte Bruggeling bent. [gelach] Het is echt Brugs, van mijn schoonvader zaliger – Bruggeling intramuros, ouders, grootouders enzovoort ook. Soit. Het is een truc om een voorstel te lanceren met een rood lintje rond, of met een oranje lintje rond, anders komt het niet van pas. Ik heb ondertussen ook eens gekeken naar de investeringen maar als ik dat hier zie, negen grote projecten die beslist worden, dan komen wij aan ongeveer 1.800 euro per inwoner. Men kan wel zeggen of u zult misschien zeggen, …. [Raadslid Soete merkt gebrek aan aandacht in de zaal en reageert.] Ik zie dat iedereen naar het voetbal aan het kijken is, ik kan misschien de uitslag vragen? Ik ga verder met de investeringen. Die investeringen zullen in Brugge maar 1.800 euro per inwoner bedragen. Ik weet zeker burgemeester, dat je gaat zeggen: wij zijn zeer zuinig. Oké, het kan een opportuniteit zijn om zuinig te zijn maar ik denk dat dit hier eerder een nadeel is omdat men in Brugge zeer onduidelijk is. Want wij hebben hier wel negen vooropgezette projecten en een potje van vijftig miljoen euro, wat niet mis is. Maar ik stel mij daar toch grote vragen bij. U zou kunnen zeggen dat het getuigt van een goed bestuur dat wij zuinig zijn. Maar ik zou nu eindelijk eens willen weten wat jullie precies realiseren. Waar is jullie visie naar noodzakelijke investeringen in de stad? Investeringen die noodzakelijk zijn voor de blijvende werkgelegenheid in de stad. Ik hoor al drie keer over acht miljoen euro die je gaat reserveren om een plein aan te leggen. Ik ga niet betwisten dat dit noodzakelijk is maar ik zou het over een aantal van die projecten willen hebben en u daar vragen over stellen. Het project van het voetbalstadion bijvoorbeeld. De grond aan de Blankenbergse Steenweg zal moeten aangekocht worden. Welke visie hebt u daarover en in welke termijn ziet u dat gebeuren? Wat met de verkaveling van Jan Breydel en hoe zult u die twee getallen tegenover elkaar zetten en opvangen? - Ik zie dat u zeer goed luistert mijnheer Laloo, anderen doen dat niet. - Waar blijft het standpunt van de stad naar de twee voetbalverenigingen toe? Blijkbaar is er een idee van …. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete, mevrouw Soete! Raadslid Ann Soete. - Het gaat over de toekomst van Brugge!
66
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete, u hebt enkele lijntjes als interpellatie ingediend, enkele lijntjes. Raadslid Ann Soete. - Ik heb bijna gedaan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Enkele, lijntjes. Al die vragen die u nu stelt, hebt u niet aan het college van burgemeester en schepenen overgemaakt. Ik vind dat niet correct. Raadslid Ann Soete. - Moeten zij niet kunnen antwoorden? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik vind dat niet correct. Ofwel stel je die vragen via een interpellatie ofwel hou je geen interpellatie,… Raadslid Ann Soete. - Dat is toch parate kennis? Het gaat over de toekomst van Brugge. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - …maar niet in enkele zinnetjes een interpellatie indienen en dan hier ter plaatse een resem vragen stellen. Ik ben daar niet mee akkoord. Raadslid Ann Soete. - Maar dat is iedere keer hetzelfde met u! U bent nooit akkoord met de oppositie mijnheer Van Nieuwkerke. Het is parate kennis! Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik ben niet akkoord, dat is niet correct. Raadslid Ann Soete. - Dat is parate kennis, dat zijn gewone vragen. Als je het hier in uw blaadje zet dan moet je ook duidelijk willen zijn. Negen beslissingen die genomen worden en het gaat hier over de inspraak en de toekomst van Brugge. Daar gaat het over. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Het gaat over uw vraagstelling via een interpellatie. Daar gaat het over. U hebt die vraag gewoon niet gesteld. Raadslid Ann Soete. - Ze kunnen toch wel antwoorden. Of weten zij niet waarover het gaat? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ze kunnen antwoorden maar ze hoeven niet te antwoorden. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dat kunnen zij zelf wel zeggen. Raadslid Ann Soete. - Amai, dat is een heel duidelijke vorm van democratie hier. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Een interpellatie dat is een interpellatie en dat is een vraagstelling. Zo simpel is dat. Alle vragen kunnen hier gesteld worden maar ze moeten wel gesteld worden. Raadslid Ann Soete. - Wel, ik ben ze aan het stellen. Ik ben ze aan het stellen! Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ter plekke! [Iemand probeert tussen te komen.] Raadslid Ann Soete. - U bent niet de voorzitter van de gemeenteraad. Ik kom ook niet tussen als u spreekt. Ik vind dat alles behalve. Ik ben zeker niet verplicht naar u te luisteren wel naar de voorzitter, maar zeker niet naar u. Ik vind dat ongehoord. Wil je antwoorden of wil je niet antwoorden? Oké, dan doen wij verder. Het voetbalstadion hoe ga je dat doen? Twee, centrumparking. U spreekt van een nieuwe centrumparking… [Onverstaanbare reactie in de zaal, waarop raadslid Soete repliceert.] Raadslid Ann Soete. - Maar ik mag toch vragen stellen? Dat is iedere keer hetzelfde met jullie, jullie lachen gewoon. U hebt zelfs het lef om in het openbaar tijdens het toekomstproject van Brugge, in een euforie waarschijnlijk, na een prachtige toespraak van die mijnheer van Amsterdam - ik heb zijn naam nu niet bij, een prachtige toespraak - Bruggelingen gewoon in hun gezicht uit te lachen en te zeggen: wij gaan zeker geen enkel voorstel van de oppositie… Burgemeester Renaat Landuyt. - [Korte maar doordat raadslid Soete zo luid spreekt nietverstaanbare repliek] Raadslid Ann Soete. – Dat hebt u wel gezegd! [Meerdere raadsleden beamen.] Als dat mag dan heb ik hier ook het recht om een vraag te stellen. Burgemeester Renaat Landuyt. - Mag ik even? Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Persoonlijk feit. Mijnheer de burgemeester.
67
gemeenteraad 21 oktober 2014
Burgemeester Renaat Landuyt. - Om ons daarna te kunnen concentreren op de inhoud van de vraag. Wat ik daar gezegd heb - ik denk zelfs dat het juist geciteerd stond in de krant - was letterlijk, als inleiding op mijn antwoord: dat het normaal is dat wij het programma van de oppositie niet gaan uitvoeren. Raadslid Mercedes Van Volcem. - U hebt gezegd: de ideeën van de oppositie gaan we niet uitvoeren. Burgemeester Renaat Landuyt. - Wij hebben een coalitieakkoord gesloten, wij hebben een toekomstakkoord gesloten, wij hebben een beleidsnota voorgelegd en dat is een programma. Als verkozen politici moet je uw verantwoordelijkheid nemen en zeggen, daarvoor gaan wij. Dat staat in het akkoord. Dat is niet goedgekeurd door jullie en dat is jullie recht. Is dat dan een belediging voor onze kiezers? Neen. Wij hebben in alle transparantie, zoals het in een democratie moet, een programma voorgelegd dat in de gemeenteraad is goedgekeurd. En één element in dat programma, dat al staat in alles wat ik vóór de verkiezingen heb geschreven, is dat wij moeten naar een project gaan dat de ideeën die van de mensen zelf komen, kanaliseert. Zoals je zelf zegt, dat mooie initiatief van het Ei van Brugge, dat valt stil. Wel, wij willen niet hebben dat dergelijke mooie initiatieven, dat dergelijke ideeën - en ik ga u getallen geven die u nog niet hebt - één keer gelanceerd worden en dat er dan niets meer mee gebeurt. Het engagement van het bestuur is: wij scheppen een kader zodat de ideeën hun weg kunnen vinden naar realisatie. Dat is een duidelijke beleidsoptie die wij genomen hebben met de meerderheid. Als je zegt, ik wil luisteren naar de mensen, dan zeggen zij: heb jij geen eigen gedachten? En als je dan zegt, ik doe mijn programma, dan zeggen zij. u doet uw programma, u luistert niet naar de mensen. Het is dat evenwicht dat wij hier bewandelen. Wij hebben een bestuursakkoord, waar je honderd percent achter staat en in dat bestuursakkoord staat dat wij ideeën van de mensen een kans willen geven, dat wij ze willen ondersteunen. Hoe een en ander van ideeën zal geselecteerd worden, kan ik u straks in mijn antwoord uitleggen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Mijnheer de burgemeester, u kan het misschien goed uitleggen, maar wij zijn ook niet onnozel. “De toekomst van Brugge”, ik vond dat een prachtig initiatief, ik heb daar niets op te zeggen. Die spreker van Amsterdam, ik kende die man, ik was daar vroeger ook nog. Ik heb zelfs nog een mailtje naar u gestuurd dat u met Stad-Forum daar contact moest nemen, want dat ze ongelooflijke participatieve projecten deden. Ook dat Stadslab vond ik een zeer interessante lezing. Ik was ook benieuwd of er daar volk zou zijn, het was een succes. Er waren daar heel veel mensen en er waren daar ook heel veel stedenbouwkundigen. Er waren heel veel architecten. Er waren heel veel mensen die ook nadachten over Brugge, wat ik positief vind. Wat dat betreft: positief. Maar jammer, de enige die daar een beetje geblunderd heeft, is u. Waarom? Natuurlijk staat u achter uw programma. Dat vind ik maar normaal, u moet een beetje consequent zijn. Je zegt dan, wij gaan de mensen de toekomst laten verkennen en wij gaan een moment inspraak geven. Nu, de oppositie dat zijn ook mensen, denk ik. Dat moet je toch zo bekijken? Burgemeester Renaat Landuyt. - Ik heb dermate respect voor de bevolking dat ik de bevolking nooit de oppositie zal noemen. [Er volgt een zeer geanimeerde discussie tussen de burgemeester, raadslid Van Volcem en raadslid Soete.] Raadslid Mercedes Van Volcem. – Ja, maar u weet niet wie dat is! Raadslid Ann Soete. - Het is wel de helft van uw bevolking! Burgemeester Renaat Landuyt. - Daarin vergist u zich. Met welk recht zegt u, dat permanent de helft van de bevolking achter u staat? Ik ben daar niet zo zeker van hoor! Raadslid Mercedes Van Volcem. - Voorzitter, ik had het woord! [Raadslid Mercedes Van Volcem probeert herhaaldelijk terug het woord te krijgen] Raadslid Ann Soete. - Maar waarom zegt u het tegenovergestelde? Met welk recht zegt u het tegenovergestelde? Raadslid Mercedes Van Volcem. - Voorzitter, nu moet u tussenkomen, ik was aan het woord! Mijnheer de burgemeester, dat is niet juist. U zegt, ik ga de mensen niet beledigen met ze oppositie te noemen…
68
gemeenteraad 21 oktober 2014
Burgemeester Renaat Landuyt. - De volgende keer ga ik uw namen noemen, ik ga jullie allemaal opnoemen. Ik ga u zelfs een voorbeeld geven van de openheid … Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik zeg u dat er ook mensen in uw groepen zitten die van de oppositie zijn. Burgemeester Renaat Landuyt. - Natuurlijk, maar dat is ook niet wat ik gezegd heb. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Maar dat is toch niet verstandig! Burgemeester Renaat Landuyt. - U kunt nu zeggen, u kan het goed uitleggen of niet. Ik neem aan dat als je zegt dat ik het goed kan uitleggen, ik een verduidelijking heb gegeven. Ik herhaal voor de duidelijkheid dat ik het had over het programma. En dan in de rest van mijn antwoord herhaal ik het basisconcept van wat wij hier doen en waarvoor wij inderdaad naar het Forum in Amsterdam hebben gekeken maar ook naar andere gemeenten - naar wat er in Kortrijk is gebeurd: je moet openstaan voor alle mogelijke initiatieven en inspraak. Ik wil u straks zeggen waar wij nu mee bezig zijn maar dat zoeken naar het kansen geven aan de ideeën van de mensen die gewoon eens aan de toog zeggen “ze zouden dat of dat eens moeten doen”, die ideeën harder willen maken: dat is het basisuitgangspunt van dit bestuur, om juist die openheid te gaan tonen. Ik ben heel blij dat u dat ook toejuicht. En dat geeft inderdaad ook kansen om van goede ideeën, die van gelijk wie komen, te zeggen “Hoe dat we daar niet …”. Het toekomstproject zal eigenlijk maar gelukt zijn de dag dat iedereen vader of moeder van ideeën wil zijn. Want het concept bestaat er juist in dat niemand zich kan voordoen als eigenaar van het idee. Het is een idee van iedereen! Het project dat lukt is een project van iedereen. Je kan je toch maar zo open opstellen. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Maar nu bent u een beetje contradictorisch. U zegt, het mag van iedereen zijn. Dan vind ik, sorry mijnheer de burgemeester, dat u daar echt een fout hebt begaan. In feite zou je moeten zeggen, ik heb het niet zo bedoeld, het was een slip of the tongue. Ik vind dat als negenenveertig percent van de mensen gekozen heeft voor de oppositie en ook de ideeën heeft van de oppositie, het dan eigenlijk niet juist is van u als burgemeester, als je geld geeft en zoveel moeite doet met al die ambtenaren en wanneer dit eigenlijk een succes is, dat je dan niet iedereen omarmt. Dat vind ik een fout. Ik vind niet dat je een groot participatief project kan opzetten en dan de helft van de bevolking uitsluiten. Zo is het toch overgekomen. Iedereen, burgemeester, heeft er nadien schande over gesproken. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dankzij uw opmerking en deze van mevrouw Soete kunnen wij dat tenminste rechtzetten. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Wel, ik ben blij. Raadslid Ann Soete. - Zeg dan tenminste dat je verkeerd ben geweest. Burgemeester Renaat Landuyt. - Maar je bent in ieder geval verkeerd zoals je het aan het uitleggen bent. Dat kan niet de bedoeling zijn want het is het omgekeerde van wat wij doen! En nogmaals, ik kan citeren uit alle boekjes die ik geschreven heb, alle voorspellingen die ik gedaan heb, over wat wij zeker gingen doen. Want het is hetzelfde concept dat wij nog gebruikt hebben toen wij minister van werkgelegenheid waren. Dan hebben wij de eerste keer op die manier gewerkt. Nu wij de kans krijgen … Raadslid Ann Soete. - Ik vind het ongelooflijk. Ik vind het ongelooflijk welke cinema u nu opvoert. Ik vind dat ongelooflijk. U hebt daar letterlijk gezegd…. Burgemeester Renaat Landuyt. - Ik ga u nu eens serieus antwoorden. Raadslid Ann Soete. - Ja, antwoord eens serieus. Burgemeester Renaat Landuyt. - Uw tweede punt van kritiek was, het is het personeel dat moest komen. Neen, er was daar misschien één vijfde personeel. Raadslid Ann Soete. - Laat mij toe te glimlachen. Burgemeester Renaat Landuyt. – Plus de opmerking dan, een opmerking die ik zelf heb gemaakt, een terechte opmerking: het personeel heeft geen recht burger te zijn? Ook zij zijn burgers in Brugge, die ideeën mogen aanbrengen. Raadslid Ann Soete. - Ik ga het tegendeel zeker niet beweren. Burgemeester Renaat Landuyt. - Ik wil ze niet uitsluiten. En wat is het resultaat geweest? Er leeft wel echt iets. Er waren vóór die dag honderdvijfenveertig ideeën, u kunt ze allemaal nalezen op de website. Er zijn er op de dag zelf met dat systeem van
69
gemeenteraad 21 oktober 2014
het kaartje dat ze kregen, honderd bijgekomen. En wat gebeurt er nu? Er komen er twee, drie per week bij. We zaten vorige week aan een totaal van 335 ideeën. Daarvan hebben wij er dertig, omdat het te specifieke vragen waren, doorgestuurd naar het meldpunt, bij manier van spreken. We komen uit op 305 ideeën, echt nieuwe dingen. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Het zijn er allemaal van mij, weet je dat niet? [gelach] Grapje! Burgemeester Renaat Landuyt. - Dus wij hebben nu 305 ideeën, dat is een schat aan informatie en inspiratie. Een soort klankbordgroep, beslist in het schepencollege, is dat nu aan het indelen in zes beleidsterreinen, met de bedoeling dat wij wellicht in december nog kunnen starten met per beleidsterrein, een zestal terreinen, werkgroepen te maken, waar wij effectief die ideeën gaan omzetten naar projectgroepen om ze te realiseren. Moet dat veel geld kosten? Neen. Er zitten daar ideeën bij, rond samenwerking van mensen, de evidentie zelf, die zelf de oproep doen om samen te werken rond bepaalde projecten in hun wijk. Wel, de stad moet daar omkadering geven, en je hebt een effect, dat je normaal, noch in ons programma, noch in jullie programma hebt gelezen. Je hebt nieuwe dingen. Ik heb daar inderdaad grote verwachtingen rond. Anderziids en los daarvan is er die problematiek met de negen projecten, die ten andere op de website staan sedert wij ze beslist hebben. Daar staat in detail beschreven waarover het gaat. Dat staat daar los van, de mensen hebben meer inspiratie dan die grote projecten. Ze zijn al dan niet akkoord, ze gaan zien wat de resultaten zijn, maar ze zijn bezig met kleine en grote ideeën zelf aan te brengen. Dat mechanisme moeten wij om spraakverwarringen te vermijden niet gaan onderdompelen in klassieke partijpolitieke discussies. We zouden hier met zijn allen moeten blij zijn dat wij zo een trotse bevolking hebben die zelf de dingen wil in handen nemen en een partner vindt bij het beleid om hen daarin te ondersteunen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete, werkt u uw vraagstelling af of gaat u ze op een andere manier stellen? Raadslid Ann Soete. - Ik ga ze op een andere manier stellen. Wees maar gerust, de vraag zal nog wel komen. Trouwens ik ben zelf ook zeer trots op de Brugse bevolking, mijnheer Landuyt, wees gerust. Maar ik vind het zeer spijtig dat u het woord inspraak maar steeds blijft herhalen, dat u cinema speelt met de kleine projecten van de mensen zelf. Uiteraard hebben de mensen allerlei ideeën. Maar u schoffeert de Bruggelingen, telkens opnieuw. U heeft beslist, het schepencollege heeft beslist, zonder enige inspraak. Ik zal mijn vragen tegen de volgende gemeenteraad heel duidelijk stellen, en u mag gerust zijn, het zullen er een heleboel zijn. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Wat het toekomstproject betreft, u weet burgemeester, dat er bepaalde steden zijn met een participatief project - een maand geleden denk ik stond er een hele reportage in de Knack die ik eigenlijk zeer interessant vond - die daar verder gevolg aan geven. U kan uw driehonderdenvijf ideeën, dat gaan er misschien mettertijd vijfhonderd zijn, oplijsten. Maar dan zou het, denk ik, goed zijn moest je kunnen zeggen, het college gaat er daar twintig uit nemen, die wij valabel vinden en die passen in het programma, of wij schaven ons programma bij, en wij zetten daar een budget op. We kunnen het budget per thema vastleggen en we zouden de bevolking moeten kunnen laten kiezen welk project voor hen prioritair is. En dan kunnen ze kiezen, bijvoorbeeld ze kunnen aan het eerste project tien punten geven, vijf punten, nul punten. Zo kom je tot gedragen projecten. Dat zijn echt mooie concepten van participatie. Nu bent u gestart maar nadien zal u daar eigenlijk moeten een gevolg aan geven. Wat ik nog eigenlijk wil zeggen burgemeester, ik weet niet of u dat weet - u bent erg tegen de oppositie. Ik heb zelf ook als individu Mercedes Van Volcem (met niets erbij) ook een aantal voorstellen gedaan. En ik was heel gelukkig want ik kreeg een mailtje: “Geachte mevrouw Van Volcem, beste Mercedes, we hebben uw dingen bekeken en dit en dat”. Ik kreeg zelfs antwoord, super! En ik mail: “Dank u wel, fijn dat u antwoordt” en ik kreeg nog eens hetzelfde antwoord terug. [Gelach] Heel mijn vreugde was weg! Ik was helemaal ontgoocheld! Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Ik hoop alleen maar dit niet een dood zal sterven, zoals “Het Ei van Brugge”, want ook dat waren schitterende ideeën. Maar na veel gepalaver heen en weer zijn die mensen compleet ontmoedigd, daar is niets van terecht gekomen. Jullie hebben daar blijkbaar ook geen interesse voor, maar ik hoop dat het met dit project wel zo zal zijn.
70
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Dan sluit ik deze tussenkomst af en geef ik het woord aan mijnheer Mostrey in verband met het woonwagenterrein. Mijnheer Mostrey.
32/8
Woonwagenterrein in Brugge. (Raadslid Bruno Mostrey)
Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u, voorzitter. Punt 56 van het Brugs bestuursakkoord gaat over de keuze van dit beleid om een doortrekkersterrein in te richten op het Brugs grondgebied. Met Groen Brugge steunen we dit onverkort maar tot op heden blijft het eigenlijk dode letter. In 2012 veroordeelde de Raad van Europa ons land omdat het tekortschiet in haar beleid voor woonwagenbestuurders en daarmee het Europees Sociaal Handvest schendt. Deze zomer verklaarden de burgemeester en OCMW-voorzitter De fauw dat er een oplossing in de maak was en dat we in september, dus verleden maand, een beslissing mochten verwachten. Er zijn in Vlaanderen zo’n duizend woonwagengezinnen. Ze worden beschouwd als een etnischculturele minderheid wegens hun maatschappelijke kwetsbaarheid. Samen met ongelooflijke voorvallen als het verdrijven van woonwagenbewoners met luide muziek in Landen, wijst dit erop dat er dringend reguliere terreinen opengesteld moeten worden. De overlast die er nu dikwijls is bij het neerstrijken van een groep woonwagenbewoners kan net vermeden worden door het aanbieden van degelijk uitgewerkte terreinen en pleisterplaatsen. Met andere woorden: zo’n terreinen zijn een must voor de omwonenden en ook voor woonwagenbewoners. Het richtinggevend kader voor de locatie, inrichting en beheer van een woonwagenterrein is aangegeven in de 160 pagina’s tellende brochure Wonen op Wielen van de Vlaamse overheid uit 2010, inclusief de stedenbouwkundige voorwaarden voor de aanleg van een terrein. En bovendien bestaat er vanuit Vlaanderen een financiële tegemoetkoming. Ik weet niet zeker of dat zal blijven maar in ieder geval, dat was toch zo, tot zelfs negentig percent. In het kader van een warm en sociaal-attent beleid dringen wij er op aan om aan dit beleidspunt een concrete uitvoering te geven. Kan ik een stand van zaken krijgen? Wat ligt er concreet op tafel? En over welke termijn praten we? Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s die wensen aan te sluiten? Nee? Mijnheer De fauw. Schepen Dirk De fauw. - Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Collega Mostrey heeft aandacht gevraagd voor de problematiek van de woonwagenbewoners en het realiseren van een doortrekkersterrein in Brugge. U verwijst naar het feit dat er een recht op wonen is voor iedereen en dat het realiseren van zo’n doortrekkersterrein kan zorgen dat een aantal mensen gekanaliseerd worden naar een bepaalde plaats om dan ook niet meer te gaan – tussen aanhalingstekens – wildkamperen, met sluikstorten, wildplassen en dergelijke meer tot gevolg. Een dergelijk ingericht en uitgerust terrein wordt overigens betaald door de gebruikers en er is ook zoals u zegt, subsidie vanuit Vlaanderen. Daarom is dit opgenomen in ons beleidsplan. Er staat uitdrukkelijk in, dat de stad samen met het OCMW zal zoeken naar een geschikte locatie en een geschikte uitbatingsformule. Dat onderzoek loopt momenteel nog altijd. We hebben een aantal sites bekeken maar dat moet natuurlijk altijd afgetoetst worden met de dienst ruimtelijke ordening. Is het daar mogelijk? Is het niet mogelijk? Wat zijn de randvoorwaarden? Zorgt dit voor hinder voor omwonenden? Wat kan er gebeuren om dat toch aanvaardbaar te maken? Nog maar vorige week hebben wij samen gezeten met een aantal vertegenwoordigers van de SOM, het vroegere Provinciaal Integratiecentrum, die er kwamen voor pleiten dat we het zo vlug mogelijk zouden realiseren. En ook met de vertegenwoordigers van de in Zwankendamme gevestigde vzw “Mensen van de Weg” die eigenlijk bijna kwamen pleiten om het in Zwankendamme te doen. We hebben daar geen enkele toezegging gedaan maar het is zo dat er momenteel een aantal locaties verder worden onderzocht. Een dossier is in voorbereiding voor het schepencollege en zal dus ook eerstdaags, ik bedoel dus in één van de eerstkomende weken, als principiële beslissing aan het schepencollege worden voorgelegd. Waarna dan, wellicht, want geen enkele zone is nu onmiddellijk invulbaar, er een planologisch initiatief genomen wordt om het mogelijk te maken. We hopen dat we nog tijdig zijn voor Vlaamse- en Provinciale subsidies. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey.
71
gemeenteraad 21 oktober 2014
Raadslid Bruno Mostrey. - Ik hoop het ook natuurlijk. Ik ben alleen een beetje verward omdat deze zomer werd gezegd: in september zullen we zeker landen. Ik weet niet welk perspectief u dan had, dat u nu niet meer heeft. Wat is er in het water gevallen? Niet dat ik het per se moet weten, maar ik vind het een beetje raar. Schepen Dirk De fauw. - Mijnheer Mostrey, als je daarover praat en hoe meer je erover nadenkt, hoe meer locaties er op een bepaald moment ter sprake komen en dan zeg je, dit moeten we er bij het vergelijken ook nog bijnemen of dit moet ook nog aan bod gebracht worden. Er komen eigenlijk nieuwe mogelijke terreinen, mogelijke locaties bij. Anderzijds is er ook het gesprek met die “Mensen van de Weg” die dat in begin september hadden gevraagd terwijl het gesprek maar eind september of begin oktober is kunnen doorgaan. Dit speelt een rol. Raadslid Bruno Mostrey. - Dus de oefening wordt nu eigenlijk beter gedaan. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, dan zijn we gekomen aan akten en mededelingen.
Akten en mededelingen 33
Politie - goedgekeurde politiebegrotingswijziging 1 2014 - kennisname.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 33. Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Geachte collega’s, bijna ter afsluiting van de zitting, de politiebegrotingswijziging, de eerste van het jaar 2014. Ik ben daar eventjes doorgesparteld, als één van de weinigen, vermoed ik, maar goed. Deze brengt niet echt iets nieuws onder de zon. Alleen wordt het positieve resultaat van 2013 dat 2,2 miljoen euro bedraagt, niet min, ingebracht in de begroting 2014 om uiteindelijk het evenwicht te bewaren tussen ontvangsten en uitgaven. Dat is dus uiteraard goed nieuws voor de stad maar we stellen wel vast dat er in 2013 toch heel wat bespaard werd bij de politie. [Voorzitter André Van Nieuwkerke onderbreekt raadslid Van Tieghem.] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Een kleine, praktische opmerking. Het gaat hier over een begrotingswijziging die al goedgekeurd is door de gemeenteraad, waarbij we enkel kennisnemen van het feit dat de hogere overheid gezegd heeft: het is een goede begrotingswijziging. U moet dus het debat over de begrotingswijziging niet herbeginnen want de hogere overheid heeft al gezegd dat het een goede is. Raadslid Geert Van Tieghem. - Maar ik mag er toch op tussenkomen. Burgemeester Renaat Landuyt. - We hebben daar de vorige keer over gediscussieerd. Uw opmerkingen komen te laat. U hebt het al goedgekeurd. zoveel maanden geleden. [Meerdere raadsleden vallen de burgemeester bij.] Raadslid Geert Van Tieghem. - Maar dat vind ik de omgekeerde wereld. Het staat op de agenda. Burgemeester Renaat Landuyt. - Het is een akteneming van de goedkeuring door de hogere overheid. Raadslid Geert Van Tieghem. - Dat is dan inderdaad net de inspraak waar we gans de avond over gedebatteerd hebben. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Maar neen, het is de procedure, het is de hogere overheid. Burgemeester Renaat Landuyt. - Op een bepaald moment is de inspraak geëindigd in de goedkeuring, een paar maanden geleden, van die begrotingswijziging. En nu is het kennisname van het feit dat de hogere overheid heeft gezegd: het is goed. Raadslid Geert Van Tieghem. - Dus op een kennisname kan een raadslid in feite nooit tussenkomen? Burgemeester Renaat Landuyt. - Maar toch wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Het debat ten gronde is al gevoerd, mijnheer Van Tieghem.
72
gemeenteraad 21 oktober 2014
Burgemeester Renaat Landuyt. - Volgende maand ga je de volledige begroting kunnen bespreken. Raadslid Geert Van Tieghem. - Dan moet u dit niet op de agenda plaatsen. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van het besluit van de hogere overheden waarbij de politiebegrotingswijziging 1 2014 werd goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 34. Mevrouw Lieve Mus. 34
Verkeersdienst - verslag stedelijke werkgroep verkeer d.d. 02 september 2014 kennisname.
Raadslid Lieve Mus. – Voorzitter, burgemeester, geachte schepenen en collega’s. Punt 34 is ook een kennisname, maar laat mij toch toe om te zeggen dat dat dossier wel bijzonder dun geworden is in vergelijking met wat het vroeger was. Ik zou niet meer durven zeggen dat het een verslag is van de stedelijke werkgroep verkeer, wel een verslag van de beslissingen die genomen zijn. U vindt daar enkel een opsomming van de beslissingen en wie zoekt naar de vraag of naar een motivatie vindt daar niets meer in terug. Ik wou gewoon vragen: vanwaar die nieuwe wending, noch digitaal, noch in de secretarie vind je meer. In april toen ik een vraag gesteld had over het vorige verslag kon ik dat echt nog staven met elementen uit het dossier. Dat kan op vandaag niet meer. Bijvoorbeeld voor parkeerplaatsen voor personen met een handicap vind je niet de vraag van betrokkene noch een advies van de raad van personen met een handicap. Waarom is dat? Wordt er wel nog advies gevraagd? Dan, bij punt 30 over de Koningin Astridlaan op Sint-Michiels - dat interesseert mij natuurlijk, het uitbreiden van het parkeerverbod ter hoogte van de school Immaculata: het advies van de werkgroep is hier ongunstig daar waar de politie een gunstig advies gaf. Ik vraag mij eigenlijk af, vanwaar die wijziging? Ik zou zeggen, wie beter dan de politie kent de situatie aldaar? En ik vind het eigenlijk wel een terechte vraag. Anderzijds, vanmiddag is “7 Dagen Brugge” verschenen en daarin vinden we voor een aantal andere punten wel een motivatie. Bijvoorbeeld waarom een parkeerplaats werd aangelegd ter hoogte van het Kantcentrum, of waarom een laad– en loszone is afgeschaft ter hoogte van de technische dienst. Dus eigenlijk worden er motivaties gegeven. Waarom kunnen ze dan niet terug te vinden zijn in het dossier? Dat is een bezorgdheid voor de toekomst. [Doorheen de tussenkomst van raadslid Mus zijn raadsleden onderling blijven discussiëren over de afloop van de tussenkomst van raadslid Van Tieghem. De voorzitter reageert.] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s van de N-VA, het gaat hier over een heel andere aard van kennisname, het gaat om de kennisname van een stedelijk verslag. Terwijl het vorig punt een kennisname was van de goedkeuring door de hogere overheid van een debat dat al gevoerd geweest is. Raadslid Ann Soete. - Maar als er op de ene kennisname een vraag mag gesteld worden, dan toch ook wel op de andere, denk ik. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester Burgemeester Renaat Landuyt. - Geen misverstanden. Wij hebben in ieder geval niet beslist dat de bundel niet de dossiers mag bevatten. Wat mij betreft lijkt het essentieel, en meer nog: als u het tegenkomt dat er iets niet in het dossier van kennisname zit, zodat u niet voldoende kunt controleren, moet u dat als gemeenteraadslid direct opvragen. Dat ging in orde komen. Maar ik wil afspreken dat gevraagd wordt dat men al de bundels zoals vroeger erbij steekt. Dat lijkt mij evident. Raadslid Lieve Mus. - Dank u wel. De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s september 2014.
van het verslag van de Stedelijke Werkgroep Verkeer d.d. 02
STEDELIJKE WERKGROEP VERKEER
73
gemeenteraad 21 oktober 2014
ZITTING VAN 02 SEPTEMBER 2014 Aanwezig: P. Pierins, Schepen-voorzitter, D. Van Nuffel, S. Decloedt, T. De Boi ,C. Storme, A. Quataert, F. Van Oyen, P. Debel, S. Helleputte, J. Pillen, R. Morlion, B. Cool, J. Jansoone, P. Van Herck, ========================================================= De heer voorzitter opent de vergadering om 18.30 uur. Vervolgens worden volgende punten voor advies voorgelegd. 1a) Dorpsplein : Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 10. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1b) Balstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 16. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1c) Schepenbankstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 11. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1d) Bevrijdingslaan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een bijkomende voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 3. Advies SWV: Na overleg gaat de Werkgroep akkoord met het voorstel. 1e) Bossuytlaan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 18. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1f) Zwankendammestraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 6. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1g) Heiststraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 46. Advies SWV: Na overleg gaat de Werkgroep akkoord met het voorstel. 1h) Blauwe Poort: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 25. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1i) Vizierstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 53. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1j) Moerstraat:
74
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 76. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1k) Klaverstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 57. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1l) Haarakkerstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 4. Advies SWV: Na overleg gaat de Werkgroep akkoord met het voorstel. 1m) Admiraal Keyesplein: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 28. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1n) Rederskaai: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 43. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 1o) Spoorwegstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen ter hoogte van nr. 382. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 2a) Potterierei: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap ter hoogte van nr. 83 af te schaffen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 2b) Sint-Lenardsstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om de voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan de zijkant van de kerk af te schaffen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 3) Michel van Hammestraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van de gemeenschappelijke garages naast nr. 4. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 4) Zandstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren aan de inrit van nr. 374 (Groencentrum). Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 5) Speelpleinlaan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren tegenover de inrij van nr. 42. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 6) Kanunnik Duclosstraat:
75
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van het pand Steenkaai 30. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 7) Gistelse Steenweg: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van nr. 181. Advies SWV: Na overleg beslist de Werkgroep om de bundel uit te stellen voor verder onderzoek. 8) Emmanuel de Neckerestraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren naast de inrij van nr. 38. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 9) Assebroeklaan: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren aan de inrij van nr. 91. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 10) Damse Vaart Zuid: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren ter hoogte van nr. 22/26. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 11) Evendijk-Oost: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren tegenover de inrij naast nr. 274. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 12) Emmanuel de Neckerestraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om de parkeerregeling ter hoogte van nr. 10 aan te passen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 13) Ezelstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om de parkeerregeling te wijzigen in functie van de Orthodoxe kerk gevestigd op nr. 85. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 14) Driekoningenweg: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om de parkeerregeling in een deel van de straat te wijzigen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 15) Kustlaan: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren op de parkeerstrook tegenaan de Sint-Donaasstraat. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 16) Nieuwe Gentweg: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de parkeerregeling tegenaan de Garenmarkt aan te passen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 17) Lange Molenstraat:
76
gemeenteraad 21 oktober 2014
Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod Molenwiekstraat-West en het Braambos-West.
in
te
voeren
tussen
de
Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 18) Leeuwstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de tijdsbeperking van het parkeerverbod af te schaffen. Advies SWV: Na overleg beslist de Werkgroep om de bundel uit te stellen voor verder onderzoek. 19) Ronsaardbekestraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren tussen de scheiding 78/80 en 96/98. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 20) Sint-Jansdreef: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een laad- en loszone aan te brengen aan de meubelzaak gevestigd op nr. 36. Advies SWV: Na overleg gaat de Werkgroep akkoord met het voorstel. 21) Torhoutse Steenweg: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een laad- en loszone aan te brengen aan de bakkerij Chantilly gevestigd op nr. 79. Advies SWV: Na overleg komt de Werkgroep tot het besluit om in te gaan op het voorstel maar de periode te beperken van maandag tot vrijdag van 08.30 tot 10.30 uur. 22) Langestraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de laad- en loszone ter hoogte van De Kelk gevestigd op nr. 69 te verplaatsen. Advies SWV: Na overleg komt de werkgroep tot het besluit om niet in te gaan op deze vraag. 23) Oostmeers: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om de laad- en loszone ter hoogte van nr. 17 af te schaffen. Advies SWV: Na overleg komt de Werkgroep tot het besluit om deze laad- en loszone toch af te schaffen en in te richten als een betalende parkeerzone naar analogie met de andere parkeerzones in de straat. 24) Zwarte Leertouwersstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een laad- en loszone aan te brengen ter hoogte van nr. 20. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 25) Maalse Steenweg: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een zone voor het parkeren van autocars te voorzien buiten de zone MTM 5 ton. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 26) Dirk Martensstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een stilstaan- of parkeerverbod voor vrachtwagens in te voeren. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 27) Leopold II-laan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de parkeerregeling ingevolge de verkeersborden E9b op te heffen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel.
77
gemeenteraad 21 oktober 2014
28) Antoon de Lensstraat: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om het beurtelings parkeren op te heffen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 29) Onder de Toren: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om parkeerverbod in te voeren met vaste i.p.v. tijdelijke verkeersborden n.a.v. de wekelijkse markt. Advies SWV: Na overleg gaat de werkgroep akkoord met het voorstel. 30) Koningin Astridlaan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om het parkeerverbod ter hoogte van de school Immaculata uit te breiden. Advies SWV: Na overleg geeft de Werkgroep een ongunstig advies. 31) Polderhoeklaan: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om plaatselijk verkeer in te voeren. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 32) G. Vincke-Dujardinstraat, Em. de Neckerestraat, B. Joseph Ryelandtstraat: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om eenrichtingsverkeer in te voeren. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 33) Markt: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om het toegangsverbod ter hoogte van het Belfort aan te passen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 34) Sint-Michiels: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een tonnagebeperking in te voeren. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 35) Oliebaan: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om een verkeers- of tonnagebeperking in te voeren. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 36) Komvest: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om de oversteekplaats t.h.v. het Baron Ruzettepark te verplaatsen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 37) Leopold I-laan: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor voetgangers aan te brengen op het kruispunt met de Joe Englishstraat en ONGUNSTIG ADVIES om een oversteekplaats voor voetgangers aan te brengen op het kruispunt met de Gustave Vincke-Dujardinstraat. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 38) Damse Vaart-Zuid: Voorstel politie: ONGUNSTIG ADVIES om oversteekplaatsen voor fietsers aan te brengen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. Met toestemming van de heer voorzitter worden nog 2 bijkomende dossiers voorgelegd. 39) Kortebrugge: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap aan te brengen aan de zijkant van het appartementsgebouw Rijselstraat 235. Advies SWV: Akkoord met het voorstel.
78
gemeenteraad 21 oktober 2014
40) Oostendse Steenweg: Voorstel politie: GUNSTIG ADVIES om aan de inrij van nr. 77 een kruismarkering aan te brengen. Advies SWV: Akkoord met het voorstel. 41) Op vraag van de heer voorzitter wordt nog een bijkomend dossier voorgelegd. Het betreft een vraag om in de Kastanjeboomstraat het inrijden vanaf de Katelijnestraat toe te laten over korte afstand en dit in functie van de bereikbaarheid van de garage van een nieuw appartementsgebouw. Na overleg komt de Werkgroep tot het besluit om, gelet op het feit dat er verkeerstechnisch geen bezwaar is en er al voorgaanden zijn, in te gaan op deze vraag.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan is hierbij de openbare zitting gesloten. De zitting wordt om 23u20 gesloten.
79