GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A.
PROGRAMMABEGROTING 2010
Herstructurering Kollum Zuid-oost
Van Limburg Stirumweg 18 9291 KB Kollum www.kollumerland.nl
Postbus 13 9291 AA Kollum
[email protected]
Inhoudsopgave Voorwoord ......................................................................................................................................................... 4 Aanbiedingsbrief ................................................................................................................................................ 6 Programma’s.................................................................................................................................................. 11 1 Wonen naar Wens .................................................................................................................................. 12 2 Werkgelegenheid .................................................................................................................................... 21 3 Sociale kwaliteit....................................................................................................................................... 27 4 Voorzieningen ......................................................................................................................................... 36 5 Leefkwaliteit ............................................................................................................................................ 43 6 Mobiliteit en Infrastructuur....................................................................................................................... 49 7 Fysieke en sociale veiligheid .................................................................................................................. 54 8 Sturende en dienstverlenende gemeente............................................................................................... 58 Algemene dekkingsmiddelen & onvoorzien ............................................................................................... 65 Algemene dekkingsmiddelen........................................................................................................................... 66 Onvoorzien ...................................................................................................................................................... 68 Paragrafen ...................................................................................................................................................... 69 Weerstandsvermogen...................................................................................................................................... 70 Onderhoud kapitaalgoederen .......................................................................................................................... 72 Bedrijfsvoering ................................................................................................................................................. 76 Verbonden partijen .......................................................................................................................................... 80 Grondbeleid ..................................................................................................................................................... 85 Treasury........................................................................................................................................................... 91 Lokale lasten.................................................................................................................................................... 94 Financiële begroting...................................................................................................................................... 99 Vaststellingsbesluit ........................................................................................................................................ 108
Programmabegroting 2010
3-109
Voorwoord De begroting 2010 is tot stand gekomen conform de systematiek van programmasturing. Er is gewerkt vanuit de door de raad bijgestelde missie en visie. De missie “W OONGEMEENTE ZIJN IN EEN OMGEVING MET RUIMTE EN MET ZORG VOOR JONG EN OUD” Voor de gemeente zijn de volgende waarden van belang: Duurzame leefkwaliteit, het beleid is er op gericht om de aanwezige leefkwaliteit verder te verbeteren; Sociaal duurzaam, de oplossingen die de gemeente kiest dienen duurzaam en sociaal te zijn; Met elkaar, er wordt gestreeft naar een beleid dat zorgzaamheid uitstraalt, dat aanwezige sociale structuren versterkt en bevordert, dat inwoners de leefomgeving als veilig beleven en ervaren; We doen wat we beloven, we gaan eerst goed na wat we kunnen waarmaken. Vervolgens voeren we dat ook uit. Duurzaamheid. Het beleid is erop gericht de gekozen oplossingsrichtingen duurzaam te laten zijn en niet ten koste te laten gaan van de toekomstige generaties bewoners van de gemeente. De visie Hoe ziet Kollumerland c.a. er in 2015 uit en wat is daarvoor nodig? De raad heeft daartoe de volgende koers uitgezet. Wonen wordt de motor van de ontwikkeling Woongemeente met accent op zorg- en serviceverlening Woongemeente met leefkwaliteit en aandacht voor duurzaamheid Kollum voor oud en jong ontwikkelen tot een gebied van service- en zorgverlening Bij aantrekken nieuwe bewoners ligt accent op zoeken naar kwaliteit Blijvende wijde horizon en karakteristiek woudengebied (sterkte landschap) Bij ingrepen in de woonomgeving is hierbij aandacht voor duurzaamheid en respect voor het landschap. Bewoners die zichzelf kunnen redden Een veilige gemeente met aandacht voor elkaar en gemeenschapszin Leefbare dorpen (voorzieningen) Dienstverlenende bedrijvigheid Kleinschalige recreatie (ook gericht op recreatie voor eigen inwoners) In het kleigebied: versterking landbouwfunctie, in het zuiden: verweving van de landbouwfunctie met die van natuur en landschap De structuur van de programmabegroting kent de opbouw zoals u die gewend bent: Aanbiedingsbrief Deel 1: de programma’s Deel 2: de paragrafen Deel 3: de financiële begroting Deel 1: de programma’s 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Wonen naar wens Werkgelegenheid Sociale kwaliteit Voorzieningen Leefkwaliteit Mobiliteit en infrastructuur Fysieke en sociale veiligheid Sturende en dienstverlenende gemeente
Programmabegroting 2010
4-109
Naast deze 8 programma’s bestaat deel 1 uit het onderdeel Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (99). Dit onderdeel bevat de producten die niet ondergebracht zijn bij de verschillende programma’s. Deel 2: de paragrafen A. B. C. D. E. F. G.
Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Treasury Lokale lasten
Deel 3: de financiële begroting Financiële positie van de gemeente Recapitulatiestaat programmabegroting Cijfers meerjarenplanning (MJP) oud en nieuw Staat van reserves en voorzieningen Naast de programmabegroting is er de beheersbegroting, ook wel productenbegroting genoemd. Deze begroting is bestemd voor de interne organisatie en geeft een verdere specificatie van baten en lasten binnen de producten. Voor belangstellenden is de beheersbegroting op het gemeentehuis in te zien. Op dit moment is een pilot actief die zich buigt over de programma-informatie zoals die in de begroting vanaf de jaren 2011 moet worden opgenomen. Geprobeerd wordt de raad nog meer op hoofdlijnen te laten besturen zonder geweld te doen dan het uitgangspunt dat de gemeenteraad inhoud kan geven aan haar kaderstellende en controlerende taak. Wijziging systematiek begroting Naar aanleiding van de ingediende vraag voor de behandeling van de begroting in de raadscommissie waarom er geen productinformatie wordt gegeven bij de programma’s merken wij op, dat hier inderdaad sprake is van een wijziging ten opzichte van de begroting van vorig jaar. Achteraf gezien vinden ook wij deze wijziging van een zodanig belang, dat dit in het voorwoord op de begroting een plaats moet vinden Deze wijziging heeft te maken met het continue proces waarmee wij bezig zijn om er voor te zorgen dat bij iedere jaarverslaggeving en begroting de documenten voldoen aan de financiële wet- en regelgeving. In de begroting werd tot en met 2009 productinformatie gegeven bij de programma’s. Dit komt echter niet overeen met het wezen van de programmabegroting. Daarin zullen alleen de cijfers van de programmabegroting moeten worden opgenomen. De cijfers van de diverse producten horen thuis in de productraming, zoals wij dat hiervoor in dit voorwoord ook al aangaven. De gemeenteraad heeft een kaderstellende taak die binnen het concept van het op hoofdlijnen besturen tot uitdrukking komt in de programmabegroting. In die begroting hoort detailinformatie over producten niet thuis. Daarmee sluit de programmabegroting nu ook beter aan op het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten waarin wordt aangegeven dat per programma de baten en lasten worden opgenomen. Deze kunnen eventueel nog worden gesplitst in prioriteiten en overige. De productenraming is het werkdocument van ons college waarin de producten staan gespecificeerd die aansluiten op het totaal van de programma’s. Vanuit de productenraming vindt de vertaling plaats naar de afdelingsplannen van de organisatie. Met deze wijziging in de programmabegroting wordt op een goede manier invulling gegeven aan het principe dat gebruikers de informatie ontvangen die benodigd is voor een goede invulling van de taken. Om de overgang niet te groot te laten zijn wordt bij deze programmabegroting een bijlagenboek verstrekt waarin de onderverdeling van de programma’s in de producten is opgenomen.
Programmabegroting 2010
5-109
Aanbiedingsbrief Inleiding De economische situatie is sinds de crisis in de jaren dertig uit de vorige eeuw niet meer zo slecht geweest als nu. Dit heeft op onze begroting voor 2010 -2013 grote invloed. De aanvankelijke cijfers zagen er ronduit slecht uit. Daarom zijn wij dan ook al enkele maanden geleden gestart om toch te proberen een werkbaar resultaat te behalen. Dat is ons uiteindelijk gelukt. Met toepassing van veel directie ombuigingen en uiteindelijk nog enigszins beperkte extra belastingverhogingen zijn wij in staat zijn om u een sluitende begroting 2010, zij het erg krap, te kunnen aanbieden. De cijfers voor het jaren 2011 tot en met 2013 zijn negatief. Die erg smalle meerjarenbegroting en de niet geringe bezuinigingstaakstelling van het rijk voor de komende jaren is naar onze mening een nadrukkelijke aanleiding om nog dit jaar te starten met een bezuinigingsoperatie voor de langere termijn. Hierna willen wij graag verder uitleg geven van de volgende punten, • Uitleg van de huidige algemene financiële situatie. • De noodzaak om ondanks de zorgwekkende financiële situatie toch nieuw beleid te ontwikkelen en uit te voeren. • De maatregelen die wij hebben genomen om een sluitende meerjarenbegroting te krijgen. • De noodzaak van een bezuinigingsoperatie voor de langere termijn
De huidige algemene financiële situatie De belangrijkste aanleidingen voor de zorgelijke financiële situatie zijn de volgende ontwikkelingen. • De algemene uitkering uit het gemeentefonds is drastisch gedaald in de meicirculaire. In de septembercirculaire is dit beeld – voor met name 2010 – gelukkig wat gunstiger bijgesteld. Ten opzichte van de meerjarenraming 2010-2013 in de voorjaarsnota laat de algemene uitkering een daling zien van ruim € 800.000. • De salarissen en pensioenpremies nemen de komende jaren toe met totaal 3,5%. Dit is opgebouwd uit 3% pensioenpremies en een aanname van een salarisverhoging van 0,5%. Samen met de normale periodieke verhogingen betekent dit een extra bedrag voor de salarispost van afgerond € 500.000 per jaar. • Als gevolg van de economische situatie is het de verwachting, dat in 2010 en volgende jaren een groter aantal mensen een beroep zal moeten doen op de sociale regelingen. Twee in het oog springende toenames zijn: o Schuldhulpverlening structureel € 60.000; o Wet Maatschappelijke Ondersteuning structureel € 190.000;
Onze ambities Ook voor de komende jaren staan heel wat plannen op stapel die ten doel hebben om onze lange termijndoelstellingen te verwezenlijken. Ook komen er nieuwe wettelijke taken op ons af. De nieuwe wettelijke taken vergen voor de komende 4 jaren structurele uitgaven waarmee een bedrag is gemoeid van in totaal afgerond € 288.000. Omdat het in de zomerperiode al wel duidelijk was dat het bijzonder moeilijk zou worden om tot een sluitende meerjarenbegroting te komen hebben wij in de afgelopen maanden bijzonder kritisch gekeken naar plannen voor nieuw autonoom beleid. Alles wat niet in directe relatie stond tot de belangrijkste lange termijndoelstellingen is geschrapt. Zeer gewenst nieuw beleid hebben wij toch gemeend te moeten blijven handhaven op de lijst van nieuwe werken en werkzaamheden. Dat nieuwe beleid vraagt voor de komende 4 jaar afgerond € 360.000 De oorspronkelijke MJP-lijst met alle gewenste nieuwe maatregelen hebben wij opgenomen onder de financiële begroting. Aan de hand van die lijst kunt u nagaan welke maatregelen wij in de conceptbegroting hebben opgenomen en welke zijn geschrapt.
Programmabegroting 2010
6-109
Reeds jarenlang is het een aanhoudend probleem geweest om te komen tot een financiële inbedding van een realistisch beheer en onderhoud van de gemeentelijke wegen. Wij zijn bijzonder blij en eigenlijk ook wel trots op het feit dat wij dit probleem in deze begroting hebben kunnen tackelen. Kort gezegd zorgt deze oplossing er voor dat wij voor de toekomst een goed onderhoud van onze wegen hebben geborgd. Uiteraard vergt dit de nodige investeringen (gemiddeld per jaar € 1.200.000, maar dit is mogelijk, omdat wij vanaf 2010 de investeringen als kapitaalpost mogen opvoeren. Voor een verdere uitleg verwijzen wij naar het programma mobiliteit en infrastructuur.
Maatregelen om te komen tot een sluitende meerjarenbegroting De hiervoor genoemde algemene financiële ontwikkelingen en onze ambities leiden tot een fors begrotingstekort. In de afgelopen tijd zijn wij daarom bezig geweest met een operatie die uiteindelijk (nog) heeft kunnen leiden tot een sluitende meerjarenbegroting. De belangrijkste maatregelen uit die operatie zijn de volgende • •
• •
Zoals hiervoor onder het kopje “Onze ambities” is weergegeven hebben wij scherp gekeken naar de noodzaak van de autonome nieuwe plannen. Uiteindelijk is over 4 jaar een bedrag van € 610.000,-geschrapt en is een bedrag van € 360.000 gehonoreerd. We zijn op zoek geweest naar nog aanwezige “lucht” in de begroting. Die “lucht” is er uit gehaald. De belangrijkste posten die daaronder vallen zijn: o De vacatureruimte in de bestaande begroting. Die bedroeg € 300.000,--. Door een efficiënte invulling van bepaalde vacatures en d.m.v. schrapping van vacatureruimte is deze post teruggebracht naar € 55.000,--. Een besparing over de komende 4 jaren van ongeveer € 980.000. o De inflatiecorrectie is teruggebracht van 3,75 % naar 1%. Een besparing over de komende 4 jaar van € 600.000 ten opzichte van de vorige meerjarenbegroting. Samen met de hele organisatie zijn alle posten in de bestaande begroting doorgenomen. Vaak op basis van de rekeningcijfers zijn heel wat posten meestal lager vastgesteld. De exploitatie kan nu als ‘lean en mean’ worden getypeerd. Verder is gewerkt aan plannen om te komen tot een kostenverlaging bij de inzameling van het huisvuil. Er wordt een nieuwe zijbelader aangeschaft en er wordt door een efficiëntere inzet van de medewerkers kan aanzienlijk op de kosten bespaard. Deze maatregel zorgt er voor, dat de afvalstoffenheffing niet extra hoeft te worden verhoogd. Er wordt uitgezocht of het mogelijk is tot een tariefverlaging te komen in de toekomst. Aangezien niet alle kosten beïnvloedbaar zijn leiden de gerealiseerde kostenverlagingen niet direct tot een tariefverlaging.
Het tussentijds beeld van de Meerjarenbegroting Op basis van deze operatie komen de cijfers van de MJP er als volgt uit te zien 2010 Resultaat voor bestemming Aanwending reserves Toevoeging reserves
Resultaat na bestemming
2011
2012
2013
Totaal
58.003
(169.495)
(264.572)
(280.353)
(656.417)
342.913 (425.972) (83.059)
258.413 (252.903) 5.510
230.913 (99.258) 131.655
203.413 (95.005) 108.408
1.035.652 (873.138) 162.514
(25.056)
(163.985)
(132.917)
(171.945)
(493.903)
Uit dit overzicht blijkt dat er nog een aanzienlijk tekort resteert. Het overzicht is inclusief de eerste begrotingswijziging vanwege de algemene uitkering, de inflatiecorrectie op de tarieven, de extra verhoging van de rioolrechten en begraafrechten in verband met de kostendekkendheid en alle voorgestelde meerjarenposten. Daarom vinden wij het verantwoord om over te gaan tot de volgende extra belastingverhogingen. Ook vinden wij het onder de gegeven omstandigheid verantwoord om over te gaan tot een onderzoek naar de invoering van toeristenbelasting.
Programmabegroting 2010
7-109
Voorgesteld wordt de onroerende zaakbelasting in 2010 met 5% te verhogen en 2011 met 4%. Voor 2012 en 2013 kan vanwege de ongewisse toekomstige ontwikkelingen geen inschatting worden gemaakt. Vooralsnog worden deze mutaties op PM geraamd. In het schema dat u hieronder aantreft is in euro’s aangegeven wat deze belastingverhogingen concreet voor onze inwoners betekenen. De genoemde percentages zijn de extra verhogingen van 5% en 4% en de inflatiecorrectie van 1% voor 2010 en 2011. WONINGEN Tariefverhoging
Waarde 100.000 125.000 150.000 175.000 190.000 200.000 250.000 300.000
2009 Lasten 78,10 97,63 117,15 136,68 148,39 156,20 195,25 234,30
6,00% 2010 Lasten 83 103 124 145 157 166 207 248
NIET-WONINGEN eigenaren Tariefverhoging 6,00%
Waarde 100.000 150.000 200.000 250.000 300.000 309.000 350.000 400.000
2009 Lasten 151,40 227,10 302,80 378,50 454,20 467,83 529,90 605,60
2010 Lasten 160 241 321 401 481 496 562 642
NIET-WONINGEN gebruikers Tariefverhoging 6,00%
Waarde 100.000 150.000 200.000 250.000 300.000 309.000 350.000 400.000
2009 Lasten 151,40 227,10 302,80 378,50 454,20 467,83 529,90 605,60
2010 Lasten 160 241 321 401 481 496 562 642
5,00% 2011 Lasten 87 109 130 152 165 174 217 261
5,00% 2011 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
5,00% 2011 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
2012 Lasten 87 109 130 152 165 174 217 261
2012 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
2012 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
2013 Lasten 87 109 130 152 165 174 217 261
Jaarlijkse stijging 5 4 6 5 7 6 8 7 9 8 9 8 12 10 14 12 -
Totaal Gem. p/j. 9 2 11 3 13 3 15 4 17 4 18 4 22 6 26 7
Gem. p/m 0,18 0,23 0,28 0,32 0,35 0,37 0,46 0,55
Jaarlijkse stijging 9 8 14 12 18 16 23 20 27 24 28 25 32 28 36 32 -
Totaal Gem. p/j. 17 4 26 6 34 9 43 11 51 13 53 13 60 15 68 17
Gem. p/m 0,36 0,53 0,71 0,89 1,07 1,10 1,25 1,43
Jaarlijkse stijging 9 8 14 12 18 16 23 20 27 24 28 25 32 28 36 32 -
Totaal Gem. p/j. 17 4 26 6 34 9 43 11 51 13 53 13 60 15 68 17
Gem. p/m 0,36 0,53 0,71 0,89 1,07 1,10 1,25 1,43
2013 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
2013 Lasten 169 253 337 421 506 521 590 674
Het eindbeeld van de Meerjarenbegroting Wanneer u instemt met deze belastingvoorstellen ziet het begrotingsbeeld er als volgt uit.
Programmabegroting 2010
8-109
2010 Resultaat voor bestemming Aanwending reserves Toevoeging reserves
Resultaat na bestemming
115.967
2011
2012
2013
(53.265) (148.342) (164.123)
Totaal (249.762)
342.913 (425.972) (83.059)
258.413 (252.903) 5.510
230.913 (99.258) 131.655
203.413 1.035.652 (95.005) (873.138) 108.408 162.514
32.908
(47.755)
(16.687)
(55.715)
(87.248)
Uit deze cijfers blijkt dat er een voldoende overschot is voor het jaar 2010. Voor de jaren 2011 tot en met 2013 resteert een tekort Het overzicht is inclusief de eerste begrotingswijziging vanwege de algemene uitkering, de inflatiecorrectie op de tarieven en de extra verhogingen OZB, de extra verhoging van de rioolrechten en begraafrechten in verband met de kostendekkendheid en alle voorgestelde meerjarenposten.
Bezuinigingsoperatie. De tekorten voor de jaren 2011 en 2013 zijn niet al te hoog, maar juist voor de jaren vanaf 2011 willen wij nadrukkelijk op de volgende ontwikkelingen wijzen. Zoals u bekend zal zijn heeft de regering aangekondigd, dat er 20 werkgroepen zullen starten om de forse bezuiniging die het rijk nog tot stand moet brengen te realiseren. Wij verwachten dat die bezuinigingsvoorstellen ook de algemene uitkering zullen treffen. Tot slot merken wij op, dat ook op dit moment een aantal activiteiten wordt ontwikkeld, die nog niet in de lijst van de meerjarenbegroting voorkomen omdat er nog onvoldoende onderzoek naar is gedaan. In de komende jaren zullen deze waarschijnlijk wel het nodige geld vragen. Al met al voldoende redenen om dit jaar nog te starten met een bezuinigingsoperatie. Een operatie die naar ons voorlopig oordeel zich zal moeten voltrekken via de weg van een takendiscussie.
Programmabegroting 2010
9-109
Programma’s
1
Wonen naar Wens
Programmaportefeuillehouder: H. Visser Programmaregisseur: G. van der Wijk Donormanager: B.J. Kram
Inleiding Met behulp van dit programma wordt gestreefd naar een situatie waarbij iedere inwoner van de gemeente op een goede wijze is gehuisvest. Huidige en nieuwe inwoners worden in de gelegenheid gesteld hun individuele woonwensen te realiseren. Hierbij wordt extra aandacht besteed aan de specifieke doelgroepen op de woningmarkt. Naast het bieden voor een goede woonkwaliteit voor alle inwoners is er de ambitie om door middel van aanvullende woonkwaliteiten extra inwoners aan te trekken. Deze ambitie sluit aan bij de in NOFAverband opgestelde RegioVisie waarin aan wonen als sociaal-economische factor hoge prioriteit wordt gegeven. Het regionale woonbeleid is in NOFA-verband verder uitgewerkt in een Woonvisie. Deze visie is inmiddels door alle raden van de NOFA-gemeenten vastgesteld. In onze gemeente op 28 mei 2009. Het onderdeel woonservice binnen dit programma heeft tot doel het versterken van zowel de woon- en leefkwaliteit in de centrumplaats Kollum als in de omringende dorpen. Woonservice richt zich er met name op 1 om basisvoorzieningen / functies voor de dorpen te behouden en om de voorzieningen die niet in de dorpen tot ontwikkeling kunnen komen te concentreren in de kern Kollum. Door het versterken van de kwantiteit en kwaliteit van verschillende voorzieningen is ook voor de langere termijn de leefbaarheid in onze gemeente gegarandeerd.
Analyse van de huidige situatie Woningmarkt relevante gegevens bevolking In de ontwikkeling van de bevolking zijn enkele trends waar te nemen. De belangrijkste is de vergrijzing die de komende jaren sterk toe zal nemen; de groep senioren van 65 jaar en ouder in Kollumerland c.a. zal volgens het CBS toenemen van 14% in 2005 naar 18% van de totale bevolking in 2015. Daarnaast is er sprake van ontgroening; het verschijnsel dat er gemiddeld steeds minder kinderen per vrouw worden geboren. Op termijn kan de combinatie van vergrijzing en ontgroening leiden tot een afname van de natuurlijke bevolkingsaanwas (de groei of daling van de bevolking door geboorte en sterfte). Een andere, deels met de vergrijzing samenhangende trend is de gezinsverdunning. Dit houdt in dat het aandeel één- en tweepersoonshuishoudens sterk toe zal gaan nemen. Door dit verschijnsel zal de woningbehoefte, ondanks de vergrijzing, de komende jaren toe blijven nemen. Bovendien leidt de gezinsverdunning (in combinatie met de vergrijzing) tot een veranderende kwalitatieve vraag naar woningen. Er zal meer behoefte zijn aan levensloopbestendige woningen en woningen waar ook zorg en diensten kunnen worden aangeboden. Ook de veranderende woonwensen van andere huishoudens zal een sterke kwalitatieve vraag naar woningen blijven veroorzaken. De verwachting voor het NOFA-gebied is dat de omvang van de bevolking zal stabiliseren en op termijn zal afnemen. De afname van de groei van het aantal huishoudens zal volgens de huidige prognoses in 2011 in en zal op zijn vroegst in 2017 omslaan in een echte afname (negatieve groei). Dit betekent niet dat de woningvoorraad op korte en middellange termijn zal afnemen. Immers de bestaande woningvoorraad zal waar nodig moeten worden verbeterd om een goed kwalitatief aanbod voor de lokale traditionele markt te realiseren. De gezinsverdunning zal in onze regio de komende jaren ook nog verder toenemen, waardoor de woningbehoefte op de korte en middellange termijn nog zal toenemen. Daarnaast is de ontwikkelingsstrategie gericht op het toevoegen van nieuwe woonmilieus voor de regionaal georiënteerde woonconsument. Het doel hiervan is om mensen (op)nieuw naar de regio te laten trekken. Het aanbod dat in deze woonmilieus wordt gecreëerd zal daarom aanvullend moeten zijn ten opzichte van de woonmilieus die de gemeenten nu al te bieden heeft, waarbij een hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit van 1
Met functies worden activiteiten bedoeld, die voortvloeien uit voorzieningen. Een actueel voorbeeld is de functie van nierdialysecentrum binnen Meckama State. Hiermee ontwikkeld Meckama State zich steeds meer als een multifunctioneel centrum binnen de WoonService Zone.
Programmabegroting 2010
12-109
groot belang is. Dit sluit aan bij de ambities van de provincie Fryslân die vestiging van buiten aanmoedigt, mits de provincie zich als een aantrekkelijke woonprovincie blijft profileren. Woningvoorraad Het aantal woningen bedraagt 5.339 (1-1-2009). Hiervan is ca. 30% huurwoning. De huur- en koopvoorraad bestaan voor een groot deel uit (half)vrijstaande woningen. Er zijn relatief weinig goedkope huurwoningen. Beïnvloeding van de woningmarkt in kwalitatief opzicht is beperkt mogelijk. De toe te voegen voorraad is slechts een gering deel van de totale woningvoorraad. Binnen de bestaande woningvoorraad zullen de belangrijkste kwalitatieve en kwantitatieve vragen opgelost moeten worden. Het bezit van de woningcorporaties biedt hiertoe de meeste kansen. In de huidige woningvoorraad zijn onvoldoende levensloopbestendige woningen en is het bieden van flankerende zorg en voorzieningen nog onvoldoende ontwikkeld om van wonen met zorg te kunnen spreken. De in Kollumerland c.a. actieve woningcorporaties ontwikkelen zich steeds meer als een actieve partner en steken steeds meer energie in de maatschappelijke opgave waarvoor ze staan en maken daar met de gemeente afspraken over zoals het woonakkoord en de ontwikkeling van projecten waarbij inwoners uitdrukkelijk betrokken worden bij de formulering van de woonwensen. Woningmarkt
• •
•
Starters hebben moeite om op de woningmarkt onder dak te komen. Zowel goedkope huurals koopwoningen zijn nauwelijks beschikbaar. De markt is erg conjunctuurgevoelig. In tijden van hoogconjunctuur is de druk op de koopmarkt groot. In een laagconjunctuur wordt de druk op de huursector groter. Dit is des te nijpender omdat de huurwoningvoorraad slechts een klein deel van de totale voorraad vormt. Nu niet alle woningen nog levensloopbestendig zijn is er aandacht nodig voor het passend huisvesten van de groeiende groep 55+; De huurders, die deel uitmaken van de aandachtsgroep, komen moeilijk in een passende goedkope huurwoning. Extra (extern)wervende woonmilieus met hoge en/of bijzondere woonkwaliteit zijn niet aanwezig.
Woonomgeving De gemeente beschikt over veel ruimte en groen (ruim 12.000 ha oppervlakte en ruim 13.000 inwoners!). De woonomgeving kenmerkt zich door laagbouw, voornamelijk (half)vrijstaande woningen met groen. In de regionale centrumkern zijn enige appartementsgebouwen gerealiseerd. Grotere industrie is niet aanwezig, waardoor er sprake is van een goed wooncomfort met rust en ruimte. Woonservice Op basis van de Samenwerkingsovereenkomst Woon-Service Zone (WSZ) werkt de gemeente vanaf 2003 intensief samen met een aantal partners om te komen tot daadwerkelijke realisatie. De concrete resultaten van deze samenwerking zijn inmiddels duidelijk zichtbaar. Mede op basis van het uitstralend effect van de WSZ zijn de particuliere initiatieven van een tandartsenpraktijk met appartementen (Collinghastate) en het Zwemcentrum Kollum gerealiseerd en is de infrastructuur rondom deze plannen op de situatie aangepast. In Triemen/Westergeest wordt op dit moment gewerkt aan de ontwikkeling en versteviging van de dorps- en wijkfunctie aldaar. De ontwikkeling van woonservice past in het strategisch beleid van de gemeente als ook binnen het strategisch beleid op NOFA- en provinciaal niveau. Het strategisch beleid is om wonen en zorg in Noordoost-Fryslân op peil te houden c.q. op een hoger peil te brengen.
Ontwikkelingen en trends Bevolking De algemene trend van vergrijzing en op termijn ontgroening zal ook in de gemeente Kollumerland zijn stempel drukken op de woningmarktontwikkeling.
Programmabegroting 2010
13-109
Woningmarkt De 55+ categorie is minder snel geneigd naar traditionele seniorenwoningen te verhuizen. Men wil langer zelfstandig blijven wonen. Voldoende zorg en voorzieningen zijn hiervoor een belangrijke voorwaarde. Dit resulteert in een groeiende vraag naar voorzieningen en zorg alsmede levensloopbestendige woningen. Op hogere leeftijd zijn burgers wel geneigd te verhuizen naar een meer passende woning. Rijks-/ provinciaal beleid Van rijks- en provinciewege zijn er een aantal onderwerpen die ook op de locale woningmarkt van invloed zijn zoals:
• • • • • • • •
Verplichting tot nieuwbouw door corporaties; Subsidieloos bouwen, d.w.z. opvangen van tekorten bij de bouw door de corporaties, dus elders binnen de exploitatie realiseren van winsten; Versterkte aandacht voor particulier opdrachtgeverschap; Versterkte aandacht voor duurzame, levensloopbestendige en energiezuinige bouw; Beperkte toevoeging van nieuwbouwcapaciteit beschikbaar, met name in de uitleg (zgn. contigenten); Inbreiding en herstructurering gaat voor uitbreiding; In de WMO is vastgelegd dat de gemeente de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten bevordert en voorzieningen op het gebied van wonen zal verlenen aan burgers met beperkingen; Verplicht opzetten van diverse (basis)registraties (o.a. Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO), Basisadministratie Adressen en Gebouwen (BAG)).
Woonservice De zogenaamde ‘dubbele’ vergrijzing (meer mensen worden oud en worden ouder) geeft de gemeente ook in het kader van de WMO de verantwoordelijkheid om integraal voorzieningen te treffen op de gebieden welzijn, wonen en zorg. Keuzevrijheid van de burger bij onder meer zorgvoorzieningen is een voorwaarde. Dit biedt de gemeente kansen om nieuwe dienstverleningsconcepten te ontwikkelen. Waar mogelijk worden thema’s vanuit de WMO geïntegreerd in woningbouwprojecten. Voor nadere informatie over de WMO wordt verwezen naar programma 3. Woonlasten De energielasten (gas, water, licht) zijn de afgelopen jaren sterk gestegen en deze stijging zal ook de komende jaren naar verwachting onverminderd doorzetten. Voor de eigenaren en bewoners van huur- en koopwoningen worden de lasten van energiekosten in relatie tot de hypotheekkosten steeds belangrijker. Met andere woorden, de energiekosten maken een steeds groter deel uit van de totale “woonlasten”. Dit betekent, dat bij de ontwikkeling van nieuwbouwprojecten en bij het aanpassen van de bestaande woningvoorraad niet meer alleen gelet wordt op de stichtingskosten van een woning in relatie tot de hypotheek of huur, maar op de totale woonlasten inclusief energiekosten. Door het treffen van de juiste maatregelen valt er veel te besparen. Samen met partners (bouwers, architecten, banken etc.) wordt onderzocht op welke wijze binnen projecten een juiste combinatie kan worden gevonden van maatregelen die gunstig zijn voor zowel het energieverbruik als het milieu. Hierdoor worden de kosten van het wonen op een duurzame wijze zoveel mogelijk beperkt. Effect economische crisis op woningbouwontwikkeling De Nederlandse economie bevindt zich in een diepe recessie en naar verwachting krimpt deze dit jaar met 4,75%. Het effect op de woningmarkt is merkbaar. Dalende verkoopprijzen en een afname van de verkoop van bestaande en nieuwbouwwoningen. In hoeverre deze ontwikkeling verder doorzet is afhankelijk van de duur van de recessie. De behoefte aan woningen is nog steeds aanwezig zoals omschreven onder de analyse van de huidige situatie. Bij herstel van de economie zal de markt naar verwachting geleidelijk weer aantrekken. In hoeverre dit het geval is, hangt af van de mate en de snelheid van het herstel. Conjuncturele ontwikkelingen zullen in het kader van de actualisering van het woonplan worden meegenomen.
Programmabegroting 2010
14-109
Wat willen we bereiken (ambities) Zaken waaraan we de komende 4 jaren willen gaan werken worden in onderstaande tabel opgesomd: Doelstelling/Activiteit
Te bereiken Effect
Burgers passend huisvesten en hun woonwensen laten realiseren
Een optimaal voorzieningenniveau, zorg- en woonklimaat voor alle inwoners van de gemeente
Realisatie van een Woon-Service Zone
Verbeteren van het woonklimaat, behoud en versterking van het aanbod van zorg en welzijn voor de gehele gemeente; Participatie van alle inwoners van de gemeente in het voorzieningenaanbod van de Woon-servicezone door versterken van de functies in de buitendorpen
Een economische impuls genereren door het aantrekken van nieuwe inwoners d.m.v. een hoge en duurzame woonkwaliteit Gerichte uitbreiding van de woningvoorraad door nieuwbouw en aanpak van de bestaande woningvoorraad
Behoud economische activiteit in de regio en versterking van het lokale en regionale woonklimaat Een kwalitatief hoogwaardige en duurzame woningmarkt en woonomgeving
Actualiseren woonbeleid en monitoring woningmarkt
Een actueel overzicht van de woningmarktsituatie en instrument voor bijstelling plannen
Het beleid voor dit programma is in hoofdlijnen neergelegd in:
• • • • • • • • • • • • • • • •
Woonplan 2005 t/m 2009 Woonakkoord met woningcorporatie Thús Wonen Notitie actualisering bestemmingsplannen RegioVisie Noordoost-Frylslân Regionale Woonvisie (NOFA) Streekplan 2006 ISV projectprogramma’s gemeente Kollumerland c.a. Nota “Wenjen 2000+” (provincie) Werkboek Duurzaam Omgeven Woon-Service Zone Kollum “Centrum voor ontmoeting” (ontwikkelingsvisie 2002) Samenwerkingsovereenkomst Woonservicezone 2003 2 Ruimtelijke onderbouwing Woon-Service Zone Visie op en meerwaarde van het Kindcentrum Kollum De WMO Diverse wettelijke (Rijks)regelingen betreffende basisregistraties (o.a. WABO, BAG) Energievisie Kollumerland c.a.
Woonplan en speerpunten woonbeleid Met het woonplan 2005 t/m 2009 is de omslag van kwantiteit naar kwaliteit in het volkshuisvestingsbeleid. Ten behoeve van de uitvoering van het woonbeleid zijn de volgende speerpunten geformuleerd: 1. Versterken van de woonfunctie 2. Inzetten op lichte groei 3. Selectieve groei en maatwerk voor kleine dorpen 4. Woningmarkt in balans 5. De klant centraal 6. Kwaliteit van het wonen
2
De ruimtelijke onderbouwing is geschreven in het kader van de totstandkoming van het bestemmingsplan Kollum-Kom.
Programmabegroting 2010
15-109
Gerichte uitbreiding en aanpassing en herstructurering bestaande woningvoorraad Vanuit het Programma wonen naar wens zijn gerichte uitbreiding en aanpassing van de bestaande woningvoorraad als maatregelen genoemd. Hierbij wordt veel aandacht geschonken aan de vraag vanuit (specifieke) doelgroepen. Inmiddels wordt sterk ingezet op de herstructurering van de bestaande woningvoorraad van de Woningstichting Thús Wonen. Dit zal komende jaren worden voortgezet. Woonvisie NOFA en actualisering gemeentelijk Woonplan De provincie Fryslân heeft inmiddels met de NOFA-gemeenten op hoofdlijnen afspraken gemaakt voor wat betreft de woningbouwproductie voor de periode 2010-2015. Daarnaast is door de NOFA-gemeenten een Woonvisie voor de regio opgesteld. Deze visie zal op onderdelen verder worden uitgewerkt in een plan van aanpak en concrete projecten. Eén van de belangrijke items uit de regionale woonvisie is het ontwikkelen van een regionaal monitoringssysteem in overleg met de provincie Fryslân en aansluitend op de huidige provinciale monitoringssystematiek. De gemeentelijke woonplannen voor de genoemde periode zullen worden geactualiseerd op basis van de uitgangspunten van de regionale Woonvisie en de gezamenlijke afspraken van NOFA met de provincie in het kader van de woningbouwopgave 2010-2016 zullen hierin worden meegenomen. Voor het uitwerken van de regionale Woonvisie en inhuur van capaciteit wordt een bedrag gevraagd van € 10.000,-. Ingeschat wordt dat hiermee de kosten voor onze gemeente in 2010 hiermee kunnen worden gedekt. Projectondersteuning woningbouwprojecten/bedrijfsterreinen Voor het uitwerken van de duurzaamheidambities van de gemeente binnen woningbouwprojecten wordt inhuur van externe en specifieke capaciteit op het gebied van duurzaamheid nodig geacht. De ambities van de gemeente op dit gebied moeten worden doorvertaald in de Programma’s van Eisen van de diverse plannen. Het tijdig realiseren van projecten met aandacht van de doorvertaling van de duurzame ambities wordt op deze wijze voldoende geborgd. Hiervoor wordt een bedrag gevraagd van € 20.000,-. Actualisering en up-to-date houden Woonplan- en akkoord, Woningmarktonderzoek De actualisering van het huidige Woonplan voor de periode 2005 t/m 2009 is inmiddels opgestart. Het streven is het actualisatieproces nog in 2009 af te ronden. Het woonprogramma zal worden aangepast op basis van de nieuwe afspraken met de provincie en actuele marktontwikkelingen. Ook zal het woonplan en de programmering voortdurend worden gemonitord en waar nodig op basis van tussentijdse ontwikkelingen worden bijgesteld. Daarnaast zal het door de gemeente met de corporatie Thús Wonen gesloten woonakkoord worden geactualiseerd en wordt een woonakkoord gesloten met WoonFriesland. De actualisatie van zowel Woonplan als Woonakkoord zal met de Grontmij worden uitgevoerd op basis van hiervoor binnen de begroting beschikbare en voor dit doel gereserveerde middelen, waarbij overeenkomstig afspraak met de corporaties de helft van de kosten door Thús Wonen en WoonFriesland wordt betaald. De maximale bijdrage van de gemeente komt hiermee op € 20.000. Herstructureren Woonbuurten De kwaliteit van de woningvoorraad en de aansluiting van het aanbod op de vraag is van groot belang voor de lokale woningmarkt. De herstructurering van de woningvoorraad in Kollum van de Woningstichting Thús Wonen draagt hier voor een belangrijk deel aan bij. In het woonakkoord en het woonplan zijn de uitgangspunten voor de herstructurering vastgelegd. Uitgaande van de geplande afronding van het voorbereidingstraject en besluitvorming in 2009 zal vanaf 2010 de concrete uitvoering van de herstructurering aan de orde zijn. Het herstructureringsproces wordt onder regie van de Stuurgroep Herstructurering uitgevoerd. De herstructurering is een meerjarig traject. In het woonakkoord zijn de hoofdlijnen van het traject vastgelegd. Zowel bewoners als omwonenden zijn en blijven via informatiebijeenkomsten intensief bij de plannen betrokken. Concept duurzame woningbouw/modelwoningen Realisatie van duurzame woningbouw is een speerpunt binnen het woningbouwbeleid van de gemeente. In dit kader is het project energieneutrale modelwoningen gerealiseerd. De monitoring van het project door ECN uit Petten (in onbewoonde staat) is halverwege en zal in 2010 worden afgrond. De resultaten van de monitoring zullen aan de gemeente en de overige betrokken partijen worden aangeboden. De ervaringen met dit bijzondere project zullen worden gebruikt voor volgende grotere projecten, waarbij kennis en ervaring op het gebied van duurzaam bouwen essentieel is. Hierbij valt te denken aan de uitwerking van het bestemmingsplan Tochmalaan, waar o.a. duurzame starterswoningen zullen worden gerealiseerd en de duur-
Programmabegroting 2010
16-109
zame herstructurering in Kollum-Zuid. Alle projecten passen binnen de uitgangspunten van de eind 2007 door de raad vastgestelde Energievisie. Verwerven ISV-subsidies Voor de aanpak van de openbare ruimte is subsidie aangevaagd bij de provincie. In verband met de voorbereidingstermijn voor dit project is in overleg met de provincie een nieuwe aanvraag ingediend, waarvoor overeenkomstig afspraak eind 2009 een positieve reserveringsbeschikking zal worden afgegeven. De exploitatie van dit omvangrijke project wordt samen met de Woningstichting Thús Wonen uitgewerkt. De door de provincie gereserveerde ISV-gelden kunnen worden ingezet zodra er duidelijkheid is over de exploitatie van het project en een definitieve beschikking door de provincie is afgegeven. Starterproject Kollum/Bestaande Bouw
Startersproject Het bestemmingsplan Tochmalaan is vastgesteld door de raad. Tegen het besluit van de raad tot vaststelling van het bestemmingsplan is beroep aangetekend. De planning van de verdere uitwerking en realisatie van het project is mede afhankelijk van het verloop van de planologische procedure en de binnen het woonplan te maken afspraken over de woningprogrammering. Het is de bedoeling o.a. een startersproject van 22 duurzame en betaalbare starterswoningen binnen het bestemmingsplan te realiseren. Het plan bestaat daarnaast uit vrije kavels. Bestaande bouw De bestaande bouw bestaat voor ongeveer 70% uit particuliere koopwoningen. Het geven van voorlichting over en de toepassing van duurzame maatregelen in de bestaande bouw is belangrijk. Begin 2009 is in overleg met de provincie gestart met de pilot Stimulering Duurzame Woningverbetering. De voeding van het budget bestaat naast een provinciale bijdrage uit binnen de begroting beschikbaar gestelde eigen middelen en een bijdrage van de Milieuadviesdienst (MAD). De regeling heeft een looptijd van maximaal drie jaar. De regeling geldt voor woningen met een WOZ-waarde van maximaal € 150.000,- (peildatum januari 2008) en is bedoeld voor o.a. toepassing van duurzame en isolerende maatregelen en de vervanging van de verwarmingsketel. Daarnaast is er een regeling voor levensloopbestendige maatregelen. Gelet op het aandeel bestaande voorraad is de aanpak van deze woningen van groot belang voor het behalen van de gemeentelijke doelstellingen in het kader van duurzaamheid, energiebesparing en woonlastenbenadering. BAG/WABO/GIS In NOFA-verband wordt gewerkt aan het invoeren van de Basis administratie Adressen en Gebouwen (BAG). Het is de bedoeling in het eerste kwartaal van 2010 klaar te zijn met de aansluiting op de landelijke voorziening. Voor wat betreft het invoeren van de WABO wordt getracht voor de inwerkingtreding van de wet in 2010 klaar te zijn. Op dit moment wordt i.s.m. Achtkarspelen gewerkt aan een nieuw beleid waarin de feitelijke uitvoering van de Wabowetgeving (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving) wordt vastgelegd. Vaststelling vóór 1 januari 2010. Bij voortduring worden er nieuwe gegevens via het GIS ontsloten. Hiervoor is contractmatig een overeenkomst gesloten met de leverancier, waarbij op afroep een van te voren bepaald aantal diensten wordt geleverd tegen een vast tarief. Woningbouwprojecten
Hof van Kollum Met WoonFriesland en andere relevante partijen wordt het overleg over de uitvoering van deelprojecten binnen én buiten de woonservicezone (Hof van Kollum) voortgezet. De coördinatie van deze projecten is in handen van de hiervoor intern aangestelde projectleider. Woon-Service Zone De gemeente verleent medewerking aan twee plannen die momenteel in voorbereiding zijn bij respectievelijk Thús Wonen en WoonFriesland, te weten: • Zorgappartementen op voormalig terrein ABN AMRO, op de hoek van de G. Bleekerstraat/Tsj. Hiddesstraat. Deze invulling met zorgappartementen past binnen de visie op de WSZ. Het plan zal binnenkort in procedure worden gebracht. • Een woongebouw op het terrein naast de Colle, waarbij gezocht wordt naar een combinatie van voorzieningen (begane grond) met daarboven appartementen.
Programmabegroting 2010
17-109
In verband met de actualisering van het Woonplan zal binnenkort de prioritering van woningbouwprojecten opnieuw worden beoordeeld. Dit geldt ook voor de woningbouw binnen de WSZ. Kindcentrum Eind 2009 start het “Onderzoek haalbaarheid Kindcentrum”. Doel van het onderzoek is de mogelijkheden tot realisatie van een Kindcentrum, uitgaande van drie opties: één, twee of drie scholen in beeld te brengen. De aspecten verkeer, infrastructuur én de financiële haalbaarheid worden hierin meegenomen. De potentiële participanten van het Kindcentrum worden hierbij betrokken. Resultaat van het onderzoek is een beslisdocument, op basis waarvan de opdrachtgever (de gemeente) en de overige participanten in 2010 een go/no go besluit nemen. Op basis daarvan wordt voor het vervolgtraject een globaal plan van aanpak met planning opgesteld. Inrichten openbare ruimte Bij de ontwikkeling van de zone behoort het inrichten van de openbare ruimte in het gebied. In totaal wordt voor de komende jaren een investering geraamd van € 700.000,-. Binnen de begroting is hiervoor € 200.000,- opgevoerd. Naast dit bedrag zal worden geprobeerd via het verwerven van subsidies en de opbrengst van grondverkopen in het gebied de totaal geraamde investering te dekken. De eigen gemeentelijke middelen hebben in dit kader een aanjaagfunctie. Eind 2009 is de visie op de inrichting van de openbare ruimte gereed. Hierin zijn schetsontwerp, kostenraming en plan van aanpak opgenomen. De daadwerkelijk herinrichting van de openbare ruimte zal komende jaren naar verwachting "postzegelgewijs" worden uitgevoerd. Afhankelijk van de bijdragen van andere partijen en subsidies zullen naar verwachting extra middelen noodzakelijk zijn. Het ontwerpplan voor de WSZ zal worden opgenomen in de herziening van het bestemmingsplan Kollum-Kom. Actualisering bestemmingsplannen Ingevolge de nieuwe Wro moeten op 1 juli 2013 alle bestemmingsplannen, actueel zijn. Om te voorkomen dat geen leges mag worden ingevorderd omdat een bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar zullen bestemmingsplannen elke 10 jaar moeten worden geactualiseerd. Actualiseren kan door opnieuw een bestemmingsplan voor een gebied te maken en vast te stellen. In verband hiermee is vooruitlopende op de wetswijziging van 1 juli 2008 op 13 december 2007 door de raad vastgesteld de “herziene notitie actualisering bestemmingsplannen”, inclusief een nieuw schema voor actualisatie van bestemmingsplannen. Uitgangspunt is dat voor 2013 alle bestemmingsplannen in deze gemeente geactualiseerd zijn en qua aantal teruggebracht zijn van circa 50 naar maximaal 14 plannen. Op basis van deze herziene notitie is het Facet-bestemmingsplan ondergeschikte bebouwing woonbestemmingen onherroepelijk geworden en is gestart met de herziening van de diverse geldende bestemmingsplannen overeenkomstig het nieuwe planningsschema. De herziening van de bestemmingsplannen voor Warfstermolen en Burum zijn inmiddels onherroepelijk geworden. Ook de procedure voor het herzieningsplan voor Kollumerzwaag is afgerond. Het bestemmingsplan voor Munnekezijl zal in november 2009 voor vaststelling aan de raad worden aangeboden. Met de procedure voor de herziening van het bestemmingsplan voor De Triemen is onlangs een aanvang gemaakt, terwijl de procedure met betrekking tot het bestemmingsplan voor Kollum-kom en Oudwoude binnenkort zal worden gestart. Zoals bekend is in samenwerking met de buurgemeente Dantumadiel tot stand gekomen de nota van uitgangspunten voor een structuurvisie en een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied. In juli 2009 is besloten om het stedenbouwkundig bureau opdracht te geven te starten met de procedure voor de totstandkoming van een structuurvisie en een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied. Ook dit zal in nauwe samenwerking met de gemeente Dantumadiel plaatsvinden. Er wordt momenteel volop gewerkt aan het opstellen van een eerste concept voor een structuurvisie, terwijl ook de werkzaamheden met betrekking tot de inventarisatie inzake het bestemmingsplan buitengebied zijn gestart. Activiteiten Platform Wonen In het kader van de promotie, stimulering en monitoring van de woningmarkt is in 2001 het Platform Wonen ingesteld. Het Platform is een samenwerking tussen de gemeente en een aantal op de lokale woningmarkt
Programmabegroting 2010
18-109
werkzame marktpartijen, waaronder een makelaar. De samenwerking binnen het Platform is in 2007 formeel vastgelegd in een stichtingsvorm. Ook in 2010 zal het Platform zich weer inzetten voor o.a. stimulering van “duurzame” woningbouw. Naast monitoring en uitwisseling van marktinformatie wordt ingezet op concrete activiteiten rondom actuele woonthema’s voor inwoners en toekomstige inwoners. Er wordt gewerkt aan de voorbereiding van een activiteit in het kader van duurzame woningbouw en woonlasten. Naar verwachting zal deze activiteit in het voorjaar van 2010 plaatsvinden. In onderstaand schema zijn de doelstellingen, effecten etc. in schema gebracht.
Maatregelen Programma 1 - Wonen naar Wens Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2009-2012 doelstelling
Burgers passend huisvesten en hun woonwensen laten realiseren
Realisatie van een Woon-Service Zone
Een economische impuls genereren door het aantrekken van nieuwe inwoners d.m.v. een hoge en duurzame woonkwaliteit Gerichte uitbreiding van de woningvoorraad door nieuwbouw en aanpak van de bestaande woningvoorrraad
Monitoring woningmarkt
maatschappelijk effect
Een optimaal voorzieningenniveau, zorg- en woonklimaat voor alle inwoners van de gemeente; Verbeteren van het woonklimaat, behoud en versterking van het aanbod van zorg en welzijn voor de gehele gemeente
Behoud economische activiteit in de regio en versterking van het lokale en regionale woonklimaat Een kwalitatief hoogwaardige en duurzame woningmarkt en woonomgeving
Een actueel overzicht van de woningmarktsituatie en instrument voor bijstelling plannen
maatregel
indicator
Intergrale samenwerking en afstemming van wonen met zorg, welzijn en voorzieningen; Concentratie van voorzieningen, zorg en wonen;
Woonplan, Woonakkoord; Woonvisie NOFA
Extra aandacht voor het onderzoek naar toepassen van ICT (Domotica) en nieuwe vormen van vervoer. Het creëren van duurzame woonmilieus, waarbij de milieudruk zoveel mogelijk wordt beperkt
Gerealiseerde (deel) projecten
Het projectmatig verbeteren van de woonomgeving d.m.v. stimuleren van integrale projecten op het gebied van Stedelijke Vernieuwing (ISV). Vraaggericht en duurzaam bouwen en het aanbod laten aansluiten op de vraag van specifieke doelgroepen naar: Starterswoningen; 55+ woningen; Goedkope huurwoningen Actualisering Woonplan 2010-2016;
Gerealiseerde (deel)projecten Samenwerkingsovereenkomst WSZ , Woonplan en Woonakkoord;
Woonplan, Woonakkoord, Woonvisie NOFA; Gerealiseerde (deel)projecten Woonplan, Woonakkoord; Herstructureringsplan, ISVprogramma en Woonvisie NOFA
tijdas start 2010
afgerond doorlopend
2010
2016
2010
doorlopend
2010
doorlopend
2010
doorlopend
Gerealiseerde (deel)projecten
Woonplan, Woonakkoord; Woonvisie NOFA
Opstellen Woonvisie NOFA Stimulering Woningmarkt d.m.v. activiteiten Platform Wonen;
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten.
Programmabegroting 2010
19-109
Programma 1 Omschrijving
rekening 2008 baten
lasten
begroting 2009 na wijziging saldo
baten
lasten
begroting 2010
saldo
baten
lasten
saldo
Resultaat voor bestemming
3.549.254
4.029.586
-480.332
1.505.420
2.928.488
-1.423.068
1.305.467
2.880.661
-1.575.194
mutatie reserve Resultaat na bestemming
3.549.254
4.029.586
0 -480.332
96.127 1.601.547
0 2.928.488
96.127 -1.326.941
1.305.467
2.880.661
0 -1.575.194
Nieuwe wensen PROGRAMMA 1
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2010
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Zeer gewenst Projectonderst. woningbouwproj./bedrijfsterreinen Uitwerken plan van aanpak Woonvisie NOFA Totalen onderdeel B:
Programmabegroting 2010
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
20.000 10.000 30.000
0 0 0
20-109
0 0 0
0 0 0
2
Werkgelegenheid
Programmaportefeuillehouder: H. Visser Programmaregisseur: F. Kamstra Donormanager: B.J. Kram
Inleiding Het programma heeft tot doel het bevorderen van economische ontwikkeling en het behoud en groei van de werkgelegenheid. In het bijzonder is het gericht op de ontwikkeling van recreatie en toerisme in de gemeente. De gemeente kan hieraan een bijdrage leveren door te stimuleren, te ondersteunen en te faciliteren. Maar uiteindelijk zullen de ondernemers en instellingen het moeten doen.
Analyse van de huidige situatie De werkgelegenheid en de arbeidsmarkt van Kollumerland c.a. kan niet los worden gezien van de nationale conjunctuur en de ontwikkeling in de regio. De Nederlandse economie bevindt zich in een diepe recessie en naar verwachting krimpt deze dit jaar met 4,75%. Voor volgend jaar is een afname van het Bruto Binnenlands Product van 0,5% voorzien. Met name de export krijgt dit jaar rake klappen, omdat de wereldhandel sterk terugvalt. Maar ook consumenten geven beduidend minder uit dan vorig jaar. De scherp terugvallende productie gaat onherroepelijk gepaard met een fors oplopende werkloosheid. Deze komt volgens de huidige prognoses uit op gemiddeld 5,5% in 2009 en stijgt volgend jaar snel verder tot 9,5% in Nederland. In de regio Noordoost-Fryslân hebben wij ook te maken met deze ontwikkelingen. Hoewel de Noordelijke arbeidsmarkt zich de laatste jaren sterk heeft verbeterd en de werkloosheid is gedaald, lijkt hieraan de komende jaren zeker een einde te komen. Hoewel er weinig grote exporterende bedrijven zijn, gaat ook hier de werkgelegenheid dalen en loopt de werkloosheid op. Dit betekent dat de arbeidsmarkt verslechterd en de druk op de sociale voorzieningen toeneemt. De verwachting is dat de werkloosheid onder jongeren relatief sterk zal groeien. Schoolverlaters zullen veel moeite ondervinden om aan de slag te raken. Daarbij komt dat de regio structureel te maken heeft met een achterblijvende werkgelegenheid en een zwakkere arbeidsmarkt. 3
Het voorgaande laat zich nog niet zien in de laatste werkgelegenheidscijfers . In totaal is de werkgelegen4 heid in 2008 in Kollumerland c.a. met 152 banen gestegen oftewel een groei van maar liefst 5,4% ten opzichte van het voorgaande jaar. De gemeente kent hiermee een hogere gemiddelde ontwikkeling in vergelijking tot de 2,7% werkgelegenheidsgroei die geldt voor Fryslân. Kollumerland c.a. kende in 2008 in totaal 893 bedrijfsvestigingen waar 2835 personen minimaal 15 uur werkzaam zijn. Het aantal parttimers oftewel de personen die minder werken dan 15 uur bedroeg dit jaar 833. De meeste personen zijn werkzaam in de sectoren Handel en Reparatie (16,8%), Bouwnijverheid (14,4%), Landbouw en Visserij (12,0%) en Gezondheids- en Welzijnszorg (11,4%). Vergeleken met 2007 heeft een sterke groei van de werkgelegenheid plaatsgevonden in de sector Vervoer, Opslag en Communicatie (+40,5%) en de zakelijke dienstverlening (+16,0%).
Ontwikkelingen en trends De volgende ontwikkelingen en trends zijn van belang voor de werkgelegenheid en de economie:
• • • • •
3
4
demografische ontwikkeling van afnemende bevolking, vergrijzing en gezinsverdunning; een toenemende digitalisering, het gebruik van internet, glasvezel en e-commerce; verdergaande internationalisering van de handel en economie (Europa en wereldwijd); een terugloop van de agrarische sector en schaalvergroting in de landbouw; economische recessie, krimpende economie en toenemende werkloosheid;
Bron: Werkgelegenheidsregister, Provincie Fryslân Let op peildatum voor deze gegevens is 1 april 2008, dus het betreft eigenlijk vooral de ontwikkeling in 2007.
Programmabegroting 2010
21-109
De volgende ontwikkelingen doen zich voor op het gebied van de recreatie en toerisme:
• • • •
belangstelling voor eerlijke en gezonde producten (streekeigen producten); de trend van het genieten van meerdere kortdurende vakanties in het jaar; ontwikkeling van eenvoudige versus kwalitatief hoogstaande verblijfsaccommodaties; de informatievoorziening, de promotie en het boeken van vakanties via internet;
De volgende ontwikkelingen doen zich voor op regionale schaal en/of voor Kollum in het bijzonder:
• • • •
regionale samenwerking bij de aanleg en herstructurering van bedrijventerreinen; ruimtelijk provinciaal beleid van bundeling en concentratie van wonen en werken; een toename van het aantal recreatiewoningen en kampeerplaatsen in de gemeente; de verbetering van de voorzieningen en promotie van het Nationaal Park Lauwersmeer.
Wat willen we bereiken (ambities) De Gemeente Kollumerland c.a. streeft naar een gunstig ondernemersklimaat, waar bedrijven zich kunnen ontwikkelen en ondernemers zich thuis voelen. De komende periode is extra aandacht nodig voor de detailhandel, de agrarische sector en de watersport. Hier liggen kansen en bedreigingen voor economische groei en een toename van de werkgelegenheid. De ontwikkeling van recreatie en toerisme vormt een speerpunt van beleid. Deze ontwikkeling steunt op kwalitatief goede voorzieningen, een gezonde middenstand, gevarieerde verblijfsmogelijkheden, een goede recreatieve infrastructuur en een goed onderhouden en toegankelijke natuur. Het streven is een vergroting van het aantal overnachtingsmogelijkheden in de regio. Wij willen ons meer inzetten voor de starters gelet op hun belang voor de ontwikkeling van de lokale economie. Het doel is om jaarlijks een programma op te zetten om mensen te ondersteunen bij de eerste stappen om weg naar het ondernemerschap. Een goede begeleiding heeft een positieve invloed op de continuïteit van startende bedrijven. Ook een kwalitatief goede gemeentelijke dienstverlening draagt hieraan zijn steentje bij. Ondernemers moeten gemakkelijk toegang hebben tot gemeentelijke informatie en het is zaak om hun plannen adequaat te behandelen. Het doel is een open, persoonlijk en laagdrempelig loket te vormen voor initiatiefnemers en ondernemers. Het uiteindelijke doel is het behouden en vergroten van de werkgelegenheid in Kollumerland. Het beleid voor dit programma is vastgelegd in de volgende notities: Kollumerland met hóóórizon!: notitie Recreatie en Toerisme Gemeente Kollumerland c.a.; Regiovisie Noordoost-Fryslân, Kampeerbeleid NOFA+ Kollumerland c.a.
Doelstelling/Activiteit
Verwachte effecten
Ontwikkeling en uitgifte van bedrijventerreinen
Behoud en groei van de werkgelegenheid
Goede gemeentelijke dienstverlening
Creëren van een gunstig ondernemersklimaat
Stimulering ondernemers en starters
Economische ontwikkeling en werkgelegenheid
Uitbreiding toeristische voorzieningen
Toename van bezoekers en bestedingen
Samenwerking binnen Noordoost-Fryslân
Verkleinen economische achterstand
Wat doen we ervoor Het programma Werkgelegenheid beslaat voor grofweg de helft uit jaarlijks terugkerende activiteiten en de andere helft uit eenmalige activiteiten en projecten. Wat de eerste helft betreft valt hier te denken aan de informatievoorziening aan bedrijven, het organiseren van de bedrijvencontactdagen, het afleggen van bedrijfsbezoeken of de stamppotavond voor ondernemers. Dat wil overigens niet zeggen dat deze activiteiten elk jaar gelijk blijven, want ook hier vindt regelmatig een vernieuwingsslag plaats. De tweede helft van het programma bestaat uit zowel kleinere als grotere projecten en activiteiten op het gebied van economie, bedrijvigheid en toerisme. Zo is de gemeente onder andere betrokken bij de realisering van Lauwershage, de uitbreiding van bedrijventerreinen en verbetering van toeristische voorzieningen. Hieronder wordt per thema een toelichting gegeven op de zaken die lopen en/of voor 2010 op de rol staan.
Programmabegroting 2010
22-109
Economische Zaken Dienstverlening & overleg bedrijven Een aantal activiteiten wordt uitgevoerd om het lokale netwerk van ondernemers te versterken en om de relatie met de gemeente en het bedrijfsleven te intensiveren. Op deze wijze vindt overdracht plaats van kennis en informatie tussen de ondernemers onderling en de gemeente. De gemeente krijgt direct inzicht in zaken die ondernemers raken, de behoeften die er bestaan en de problemen die ze ondervinden. Dit maakt het mogelijk om adequaat te reageren of in de voorwaardenscheppende sfeer hierop in te spelen. Ondernemers krijgen hierbij de kans om hun netwerk te vergroten en op de hoogte te blijven en mee te denken over ontwikkelingen. Naast het bedrijfsleven is er sinds 2009 bijzondere aandacht voor de agrarische ondernemers in de gemeente. Het plan is om eenmaal in de twee jaar voor hen een netwerkbijeenkomst te organiseren. Het economisch platform krijgt in 2010 versterking als het platform waarop de gemeente met de ondernemers praat. Het overleg zal formeler worden en geïntensiveerd. Activiteiten & projecten:
• • • • • • •
inzet van bedrijvencontactfunctionaris als eerste aanspreekpunt voor bedrijfsleven; organiseren ondernemersplein Noordoost-Fryslân op de bedrijvencontactdagen; organiseren van de stamppotavond voor ondernemers in november; het afleggen van bedrijfsbezoeken bij bedrijven in de gemeente; afstemming en overleg binnen het gemeentelijk ondernemersplatform; deelname aan het gemeentelijk platform van recreatie ondernemers; organiseren van bijeenkomst & activiteit voor agrarische ondernemers.
Ondersteuning van starters Startende ondernemers zijn van belang voor de ontwikkeling van de lokale economie en de werkgelegenheid. De start van een bedrijf vraagt een goede voorbereiding waarbij ondernemers de nodige hulp verdienen. Ondanks dat de Kamer van Koophandel advies geeft aan starters kan de gemeente van toegevoegde waarde zijn. Deze toegevoegde waarde ligt met name in de afstand tussen onze organisatie en de doelgroep; de gemeente is vaak de eerste instantie waar ze aankloppen en de afstand tussen gemeentehuis en starter is klein. De gemeente vormt een laagdrempelige toegang om informatie te krijgen. Jaarlijks zijn er daarom bijeenkomsten om ondernemers te informeren en te ondersteunen bij de start van een bedrijf. Deze bijeenkomsten worden samen met de gemeente Achtkarspelen en met de KvK georganiseerd. Ook is het mogelijk om voor groepen ondernemers een cursus te geven over het opzetten van een bedrijf en het maken van een ondernemersplan. Het project ´Ondernemen Gewoon Doen´ van de Stichting Solyda is zo een nieuw initiatief dat ondernemers een intensieve begeleiding biedt. Hieraan kunnen (pré)starters in de regio Noordoost-Fryslân meedoen. Wij proberen dit onder de aandacht van onze inwoners te brengen, zodat zoveel mogelijk starters hiervan kunnen profiteren. Verder is het plan om nader onderzoek doen naar het bieden van geschikte huisvesting voor startende ondernemers; een groep die nog niet de mogelijkheden heeft voor een eigen bedrijfspand, maar toch een zekere vaste ruimte nodig heeft. Elders in de regio zijn voorbeelden hoe de gemeente hierin behulpzaam kan zijn in de vorm van een bedrijvencentrum of iets dergelijks. In 2010 willen wij de mogelijkheden hiervan binnen de gemeente in kaart brengen. Ontwikkeling van bedrijventerreinen De grond op het bedrijventerrein Jumaheerd in Kollum is bijna volledig uitgegeven. Hier dreigt op korte termijn een tekort aan bouwkavels voor nieuw te vestigen of te verplaatsen bedrijven. De gemeente heeft dan ook plannen om dit terrein uit te breiden. Het watersportgebonden bedrijventerrein Dwarsried is in 2009 door ontwikkelaars gereed gemaakt voor de uitgifte van bouwkavels. Het terrein beoogt een stimulans voor de watersport en groei van de werkgelegenheid. In Kollumerzwaag kan een start worden gemaakt met de uitbreiding van het bedrijventerrein aan de Harm Smidswei. Zodra het terrein bouwrijp is gemaakt, kan de uitgifte daadwerkelijk beginnen. De gemeente heeft verder nog plannen om de ontsluiting van dit bedrijventerrein te verbeteren. Onderzocht wordt de mogelijkheid om vanaf de Foarwei een nieuwe weg aan te leggen naar het bedrijventerrein.
Programmabegroting 2010
23-109
Nieuw is het convenant bedrijventerreinen dat is overeengekomen tussen Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), Interprovinciaal Overleg (IPO) en het Rijk. De belangrijkste aspecten voor Kollumerland c.a. en de regio Noordoost-Fryslân hierin zijn dat bedrijventerreinenbeleid en planning in regionaal verband wordt georganiseerd en partijen de SER ladder hanteren om de noodzaak van nieuwe uitleg aan te tonen. Door het convenant worden de bevoegdheden van het college en de gemeenteraad beïnvloed. Het gemeentebestuur is niet meer de enige die bepaalt of, waar, hoe en wanneer er bedrijventerreinen bij zouden moeten komen in Kollumerland c.a. Hierover moet met de regio overeenstemming komen. Het is de bedoeling om de regionale samenwerking in Noordoost-Fryslân samen met de provincie de komende jaren vorm te gaan geven.
• • • • •
aanpassing bestemmingsplan en uitgifte watersportgebonden bedrijventerrein Dwarsried; bouwrijp maken van het bedrijventerrein aan de Harm Smidswei en uitgifte van kavels; onderzoek en ontwikkeling uitbreiding bedrijventerrein Jumaheerd fase 2; onderzoek naar het verbeteren van de ontsluiting bedrijventerrein Harm Smidswei; het vorm geven van regionale samenwerking bedrijventerreinen in Noordoost-Fryslân.
Projectondersteuning Plattelânsprojekten Fryslân Het Gebiedskader Noordoost-Fryslân 2007-2013 is vastgesteld door het Platform Noordoost. De gemeente speelt een rol in de verdere ontwikkeling van het gebied onder andere door ambtelijke en bestuurlijke ondersteuning, uitvoering van eigen projecten en het leveren van een financiële bijdrage aan projecten uit de gemeente. Om adequaat op initiatieven en projecten in te spelen zijn in de begroting hiervoor middelen gereserveerd. Veel projecten komen in het kader van plattelandsontwikkeling in aanmerking voor aanzienlijke subsidies vanuit de provincie, het rijk en Europa. Voor projecten van derden is vaak co-financiering vanuit de gemeente noodzakelijk om subsidie te verkrijgen. Afhankelijk van het project dragen de gelden bij aan de ontwikkeling van het platteland, stimulering van toerisme en economische activiteiten. Voor partijen en organisaties vormen de gelden een stimulans om met voorstellen te komen. In 2009 zijn hieruit de volgende projecten financieel ondersteund: Campagne Lauwersmeer 40 (TOOL), Project Ondernemen Gewoon Doen (Solyda), Bouw van Sanitairgebouw Burum (Watersportvereniging Burum), project Men- en ruiterroutes (NOFA+), 10 stekjes project (Keunstwurk en Landschapsbeheer Friesland) en project Wad(t) Friesland (NLTO). De uitvoering van deze projecten vinden grotendeels plaats in de jaren 2010 en 2011. Structuurvisie Detailhandel Kollumerland c.a. Gelet op het in 2007 gehouden koopstromenonderzoek heeft Kollum een bovenlokale functie qua winkelgebied van zowel de dagelijkse als niet-dagelijkse goederen. De kanttekening is wel dat andere plaatsen niet stil staan en voordurende inspanning nodig is om dit zo te houden. De vraag waar de gemeente zich mee geconfronteerd ziet is op welke wijze het centrum van Kollum zich verder kan ontwikkelen. Doelstellingen zijn: het ruimte bieden aan nieuwe detailhandel, het behoud van de historische Voorstraat als attractief winkelgebied, het verbinden van de Voorstraat en gebied Mr. Andreaestraat zodanig dat een centrumgebied ontstaat. Naast Kollum zijn ook in Kollumerzwaag winkelvoorzieningen die in een lokale of regionale behoefte voorzien. Ook hier is het zaak om te kijken naar ontwikkelingsrichtingen en mogelijkheden tot behoud en groei van het aanbod. Hetzelfde geldt ook voor het aanwezige winkelaanbod in de overige dorpen van de gemeente. De gemeente stelt vanuit dit perspectief een structuurvisie detailhandel op om alternatieven en oplossingsrichtingen te vinden. Het gaat hier om een toekomstgerichte visie voor met name het winkelgebied in Kollum, maar ook voor Kollumerzwaag en mogelijk andere dorpen. Een visie die breed wordt gedragen en waaronder de gemeente en de belanghebbende partijen in de toekomst hun schouders willen zetten. Ondernemers worden dan ook in dit proces betrokken en krijgen ruim de kans om hun mening te uiten en om ideeën aan te dragen.
Recreatie en toerisme Stimulering recreatie en toerisme Recreatie en toerisme zijn een speerpunt van het gemeentelijke economische beleid. Ter stimulering van deze sector vinden initiatieven plaatsen in de vorm van een uitbreiding en verbetering van de infrastructuur en voorzieningen. Een bijzonder aandachtspunt nog steeds is de veranderende regelgeving rond het kamperen. Het Kampeerbeleid NOFA+ is in 2009 vastgesteld, maar dit beleid moet worden vertaald in een facetbestemmingsplan (een facetbestemmingsplan is een klein onderdeel van één of meerdere bestemmingsplannen en richt zich op één bepaalde functie; in dit geval recreatie en toerisme). Een project dat eindelijk in de
Programmabegroting 2010
24-109
startblokken staat is het ontwikkelen van een kanokaart voor Noordoost-Fryslân en nieuwe kanovoorzieningen. De gemeenten in Noordoost-Fryslân hebben hun financiering hiervoor rond en een subsidieaanvraag is ingediend bij Plattelânsprojekten. De uitvoering vindt dan plaats in 2010. Ook vindt in 2010 de uitvoering plaats van het project Ruiter- en menroutes in Noordoost-Fryslân. Het plan beoogt om deze groeiende markt verder te faciliteren en te stimuleren. Verder zal met ondersteuning van de gemeente en subsidie van Plattelânsprojekten in Burum bij de jachthaven een sanitairgebouw worden gerealiseerd. Een project dat bijzonder aandacht verdient zijn de aanlegvoorzieningen in en rondom het Lauwersmeer. Deze laten op dit moment sterk te wensen over, zij tonen gebreken en zijn op korte termijn aan vervanging toe. Om het Lauwersmeer verder te ontwikkelen als watersportgebied is een kwaliteitsimpuls noodzakelijk. De volgende partijen hebben samen een projectplan gemaakt om dit aan te pakken: provincie Fryslan en Groningen; gemeente De Marne, Dongeradeel en Kollumerland c.a.; het Nationaal Park Lauwersmeer, De Marrekrite, Staatsbosbeheer en het Watersportverbond. Het Lauwersmeer blijft door de uitvoering van het project toegankelijk voor de watersport. Voor de voortgang van het project is het belangrijk dat eerst wel het vraagstuk van het baggeren van de nevengeulen wordt opgelost. Het heeft weinig zin om nieuwe aanlegvoorzieningen te creëren, die grotendeels niet goed bereikbaar zijn. Het lijkt erop dat de provincies Fryslân en Groningen met Rijkswaterstaat tot een oplossing komen. Activiteiten & projecten: • de ontwikkeling van een Bezoekerscentrum Nationaal Park Lauwersmeer; • het verbeteren van de kano-infrastructuur in Noordoost-Fryslân; • het ondersteunen van initiatieven voor het creëren van camperstandplaatsen; • een bijdrage leveren aan projecten in het kader van plattelandsontwikkeling. Regiomarketing Noordoost-Fryslân De vier Noordoost-Friese gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel en Kollumerland c.a. werken samen in de NOFA. Samen willen zij als regio actief wervend op de markt optreden in de strijd om bedrijven, bezoekers en bewoners. Dat is de reden dat zij samen het project regiomarketing hebben gestart. Het project regiomarketing is één van de onderdelen van het Europees project Vital Rural Area (VRA) waarvan NOFA trekker is. Dit project heeft als doel om achteruitgang te voorkomen en plattelandsgebieden van nieuwe impulsen te voorzien. De gemeente Tytsjerksteradiel die onderdeel uitmaakt van de regio NoordoostFryslân heeft aangegeven bij het project regiomarketing aan te willen sluiten. In het project regiomarketing voor Noordoost-Fryslân is de meeste inspanning nodig op het gebied van regiobranding. De mening overheerst dat wij een prachtige regio hebben, die duidelijk potentie heeft om zich verder te ontwikkelen en interessant is voor diverse doelgroepen als toeristen, bedrijven en inwoners. Wat ontbreekt is een integrale inspanning om het gebied een duidelijk imago te geven en om samenhang te creëren. Het gaat er hierbij om om de regio Noordoost-Fryslân meer naamsbekendheid op het gebied van recreatie en toerisme te geven en zo te positioneren dat er een sterk imago bij (nieuwe) inwoners, bezoekers en bedrijven ontstaat. In totaal bevat het project de volgende onderdelen: uitvoering van marketingonderzoek, promotie & publiciteitscampagne Noordoost-Fryslân, coördinatie & afstemming van regiomarketing en opzetten organisatiestructuur lange termijn. In onderstaand schema zijn de doelstellingen, effecten etc. in schema gebracht.
Programmabegroting 2010
25-109
Maatregelen Programma 2 – Werkgelegenheid Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2009-2012
doelstelling
Ontwikkeling en uitgifte bedrijventerrein
Ondersteuning bedrijven
Stimulering starters
Uitbreiding toeristische infrastructuur en verblijfsaccommodaties
Samenwerking binnen Noordoost-Fryslân
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
Groei en ontwikkeling bedrijvigheid werkgelegenheid
Uitgifte bedrijventerrein Dwarsried Uitgifte bedrijventerrein Harm Smidswei Ontwikkeling bedrijventerrein Jumaheerd fase 2
start
Creëren van gunstig ondernemersklimaat
Organiseren stamppotavond ondernemers Bedrijfsbezoeken met het college van B&W Economisch Platform Toeristisch Platform Bijeenkomst agrarische ondernemers Ondernemersplein Noordoost-Fryslân Startersavonden voor (pre) starters Ondernemen gewoon Doen Onderzoek bedrijfshuisvesting starters
Groei van de bedrijvigheid en werkgelegenheid
Toename van bezoekers en bestedingen
Verkleinen economische achterstand
tijdas afgerond
Vestiging van bedrijven
2009
2015
Vestiging van bedrijven
2009
2015
Bestemmingsplan, aanleg en vestiging bedrijventerrein Aantal bezoekers
2009
2012
Jaarlijks
Aantal bezochte bedrijven Continuïteit platform Continuïteit platform Aantal bezoekers
Jaarlijks Jaarlijks Jaarlijks 1 keer in de 2 jaar
Deelnemende bedrijven
Jaarlijks
Aantal deelnemers
Jaarlijks
Aantal deelnemers
2009
Rapportage
2010
Bezoekerscentrum Nationaal Park Project kanoroutes
Opening van bezoekerscentrum Totstandkoming kanoroutes en kaart
2010
2011
2009
2010
Ondersteuning regionale en lokale projecten
Totstandkoming voorzieningen
2009
2012
Project Ruiter- en menroutes Aanlegvoorzieningen Lauwersmeer Regiomarketingplan Noordoost-Fryslân Uitvoering Interregproject Vital Rural Areas NOFA Regionale samenwerking bedrijventerreinen
Totstandkoming routes en -kaart Totstandkoming steigers
2010
2011
2009
2012
Promotie & activiteiten
2009
2012
Uitvoering van project
2009
2012
Notitie en planvorming
2010
2011
2010
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 2 Omschrijving
rekening 2008 baten
lasten
begroting 2009 na wijziging saldo
baten
lasten
saldo
begroting 2010 baten
lasten
saldo
Resultaat voor bestemming
76.881
353.334
-276.453
9.746
301.245
-291.499
9.745
250.086
-240.340
mutatie reserve Resultaat na bestemming
76.881
353.334
0 -276.453
59.137 68.883
0 301.245
59.137 -232.362
9.745
250.086
0 -240.340
Nieuwe wensen Er zijn geen nieuwe wensen.
Programmabegroting 2010
26-109
3
Sociale kwaliteit
Programmaportefeuillehouder: R.M. Koster Programmaregisseur: J. Visser Donormanager: H.J. Jonker
Inleiding In dit programma heeft de gemeente aandacht voor het bevorderen van een goede gezondheid, het stimuleren van de lokale samenleving om meer op elkaar betrokken te zijn en waar mogelijk meer de zorg voor de ander te dragen. Daarnaast richt de gemeente zich in dit programma op de meer kwetsbare groepen die individuele en algemene voorzieningen ontvangen op grond van wetgeving als WWB, Wmo en Wsw. Ook voor 2010 zal de nadruk komen te liggen op de meer perspectief biedende begrippen als ‘eigen kracht’ en ‘medeverantwoordelijkheid’, zoals beschreven in het beleidsplan Wmo 2008 – 2011 ‘Samen moeten we het doen!’. Dienst- en hulpverleners, die door de gemeente worden bekostigd, en ook de gemeente zelf, zullen meer en steeds opnieuw een beroep doen op de eigen mogelijkheden van de burger. Wat kan iedere burger zelf doen, zelf regelen, maar ook zelf betalen. Medeverantwoordelijkheid legt de verbinding van de burger naar de samenleving, in di zin van: wat kun je voor elkaar doen in zowel eigen kring als de bredere samenleving. Dit betekent onder meer dat de rolverdeling de komende jaren van de individuele burgers onderling en met het maatschappelijk middenveld en gemeente blijft veranderen. Uiteindelijk dient dat er toe te leiden dat de gemeente zich beperkt tot het mogelijk maken dat de lokale samenleving actief is. We zitten in een overgangssituatie van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij.
Analyse van de huidige situatie Bijstandsverlening Door de economische recessie stijgt het aantal WWB-gerechtigden. Via Managementrapportages van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg wordt onze gemeente daarvan driemaandelijks op de hoogte gehouden. Een gevolg van het stijgend aantal uitkeringsgerechtigden is dat het zogeheten Inkomensdeel naar verwachting niet toereikend is en daardoor de situatie ontstaat dat de limiet voor de 10%-eigen bijdrage wordt overschreden. Het Ministerie van SZW wordt daarom om een aanvullende uitkering gevraagd. Ruim 55% van het WWB-bestand bestaat uit personen van 45 jaar en ouder. Voor deze leeftijdscategorie worden in samenwerking met het Werkplein nieuwe kortdurende projecten gestart. Daarnaast stijgt het aantal uitkeringsgerechtigden op grond van de IOAW. Deze personen zijn geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt. Ontwikkelingen Wsw De Nieuwe Wet Sociale Werkvoorziening (nWsw), met als hoofdonderdeel de modernisering van de Wsw, legt de beleidsontwikkeling, de regierol en de financiële verantwoordelijkheid bij de gemeenten. Voor het stroomlijnen hiervan is twee jaar geleden het Regie-team NOFA ingesteld. Dit team concludeert dat naast goede ontwikkelingen een aantal ontwikkelingen nog niet in de pas loopt met de indertijd gestelde uitgangspunten, zoals: gemeenten denken verschillend over het realiseren van een weerstandsvermogen, de normen van het uitplaatsen van Wsw-geïndiceerden van binnen naar buiten wordt niet gehaald, nog niet alle gemeenten kunnen zich vinden in een onderzoek naar de bestuurlijke/juridische vormgeving van de Sw-bedrijven in de regio, de rol van het regie-team en op welke wijze wordt de Rijksbonus voor plaatsingen van begeleid werken ten behoeve van de bedrijfsvoering van de Sw-bedrijven wordt ingezet.
Programmabegroting 2010
27-109
Nieuwkomers De gemeente heeft een achterstand in de huisvesting van vergunninghouders. Daarom is er onlangs opnieuw in samenwerking met Achtkarspelen een groep uitgenodigde vluchtelingen gehuisvest. Ook in de toekomst worden acties ondernomen om de achterstand weg te werken. De begeleiding van nieuwkomers wordt tot nu toe door vrijwilligers gedaan. Met ingang van september 2009 is Vluchtelingenwerk Noord- Nederland ingeschakeld voor de begeleiding. Vluchtelingenwerk houdt onder andere wekelijks een spreekuur in het gemeentehuis. Burgerparticipatie De leden van het Wmo-platform ‘burgerparticipatie’ Kollumerland c.a. hebben besloten om in stichtingsvorm verder te gaan. Naast het bestuur van de stichting wordt een aantal clusters gevormd waarin burgers dan wel cliënten zitting nemen, die betrokken zijn bij een van de negen prestatievelden van de Wmo. Het bestuur van de Stichting Seniorenraad Kollumerland c.a. overweegt zich op te heffen en als cluster aan de Stichting Wmo-raad Kollumerland c.a. i.o. deel te nemen. Stelselherziening Wmo Op 1 januari 2010 treedt de gewijzigde Wet maatschappelijke ondersteuning in werking. Alfahulpen kunnen weer in dienst treden bij de thuiszorginstellingen en cliënten zullen moeten kiezen voor een van de twee vormen Persoonsgebondenbudget (Pgb) of Zorg in Natura via de thuiszorginstelling. Dit wordt voor cliënten, alfahulpen, maar ook thuiszorginstellingen en gemeente een onzekere periode. Niet duidelijk is namelijk welke keuzes cliënten en alfahulpen gaan maken. Cliënten zullen mogelijk opteren voor het behoud van de alfahulp, terwijl de alfahulp kan kiezen voor meer rechtszekerheid en weer in dienst treedt bij de thuiszorginstelling. Een ander gevolg is dat de gemeente de thuiszorginstellingen een hoger uurtarieven voor de voorziening HH1 (alfahulp) moet gaan betalen. Inmiddels worden oriënterende gesprekken met de thuiszorginstellingen gevoerd. Tevens worden voorbereidingen getroffen om de voorziening ‘Hulp bij het Huishouden’ opnieuw aan te besteden. Tevredenheidonderzoek Wmo De gemeente heeft voor de tweede maal een tevredenheidonderzoek onder Wmo-cliënten gehouden. De door de gemeente gecontracteerde dienstverleners voor voorzieningen aan Wmo-cliënten, maar ook de gemeente zelf scoren opnieuw op de meeste onderdelen bovengemiddeld. Daarnaast wordt de Wmo-raad steeds meer bekend onder de cliëntengroep. Stelselherziening AWBZ Per 1 januari 2009 zijn de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een indicatie Begeleiding op basis van de AWBZ fors aangescherpt. Hiervoor komen alleen nog maar burgers met matige of ernstige beperkingen in het kader van de zelfredzaamheid in aanmerking. Landelijk krijgen zo’n 60.000 burgers met een indicatie ‘licht verstandelijke handicap’ of ‘licht dementerend’ in de loop van 2009 na een heronderzoek geen indicatie meer. In Kollumerland c.a. gaat het om ongeveer 45 inwoners. Deze burgers kunnen zich bij MEEFriesland melden zodat deze organisatie hen kan begeleiden naar alternatieve trajecten. Dit is slechts een tijdelijke regeling. Daarnaast melden deze burgers zich bij het Wmo-loket van de gemeente. Onze cliëntondersteuner zoekt samen met de cliënt naar nieuwe trajecten. De gemeente subsidieert daarom sinds 2009 AanZet te Leeuwarden en Stand-By te Dokkum. De NOFA-gemeenten onderzoeken samen met Partoer CMO Fryslân of er nog andere vormen van ondersteuningstrajecten voor onder meer deze doelgroepen moeten worden ontwikkeld. Ontwikkelingen cliëntondersteuning Naast het benoemen van een (eigen) cliëntondersteuner, wordt samen met 17 gemeenten een ICTprogramma ontwikkeld met modules over vraagverheldering en Sociale kaart. Daardoor nemen de digitale gebruiksmogelijkheden voor Wmo-cliënten toe. Tevens wordt aansluiting gezocht bij de te ontwikkelen website in het kader van het Centrum Jeugd en Gezin (CJG). De NOFA-gemeenten voeren besprekingen met MEE-Friesland over de kaders en verantwoordelijkheden ten aanzien van het ondersteunen van cliënten dan wel cliëntgroepen in deze regio en zullen de afspraken vastleggen in een uitwerkingsovereenkomst.
Programmabegroting 2010
28-109
Ouderenwerk Het project Seniorenvoorlichting is geïntegreerd binnen de werkzaamheden van het Wmo-loket. De medio 2009 benoemde cliëntondersteuner is tevens coördinator geworden van de vrijwilligers die de ouderen thuis preventief bezoeken. Mantelzorgers van ouderen met vragen kunnen zich ook bij het Wmo-loket melden. Preventieve gezondheidszorg De jeugdgezondheidszorg van de drie Friese thuiszorginstellingen en Hulpverleningsdienst Fryslân (HVDFryslân) zijn in 2009 gefuseerd. Het opgestelde dienstverleningsplan voor zowel het basispakket als het aanvullend pakket van werkzaamheden is nog niet door het AB van de HVD-Fryslân vastgesteld in afwachting van de doorrekening van de kosten. Instrumenten als Elektronisch Kinddossier (EKD) en Verwijsindex (Jeugdbeleid) zijn in ontwikkeling en worden in 2010/2011 ingezet voor het nog in (op) te richten Centrum Jeugd en Gezin. HVD-Fryslân ontwikkelt in opdracht van de Friese gemeenten het EKD. Het EKD zal naast de Verwijsindex risicojeugd operationeel zijn. Het invoeren van het EKD is vertraagd door problemen tijdens het aanbestedingstraject. Naar verwachting kan het registratiesysteem medio 2010 worden gebruikt. Daarnaast zijn gemeenten en de HVD nog in gesprek over de hoogte van de invoeringskosten. De gemeente koopt bij de HVD extra begeleiding in voor ouders met kinderen tot 12 jaar die ernstige (medische) opvoedingsproblematiek hebben. Mede afhankelijk van het basispakket van het dienstverleningsplan 2010, wordt opnieuw beoordeeld of aanvullende hulpverleningstrajecten voor deze doelgroep nodig zal zijn. De nieuwe nota gezondheidsbeleid 2009 – 2012 is in concept gereed en zal eind 2009 / begin 2010 worden vastgesteld. Deze nota is de opvolger van de nota gezondheidsbeleid ‘Kollumerland c.a. op koers 2005 – 2008’. De HVD ondersteunt ons bij dit proces. De meeste recente onderzoeksgegevens over de gezondheidssituatie van de inwoners in Kollumerland c.a. zijn hierin opgenomen. Een aantal zaken valt op. Onder meer het hoge percentage jonge kinderen met matig tot ernstige psycho-sociale problemen en problemen in de opgroeisituatie, jonge pubers met teveel overgewicht; en het meer roken en drinken van de jongeren dan gemiddeld in Fryslân. Bij de volwassenen vallen minder inwoners onder de gemiddeld Friese ontbijtnorm en is ook het hogere percentage rokers en alcoholgebruikers dan gemiddeld in Fryslân opvallend. Ook bij ouderen van 65 jaar en ouder is er sprake van overgewicht, voldoet een lager percentage dan het Fries gemiddelde aan de beweeg-, groente- en ontbijtnorm, en is er een hoog percentage dat zich eenzaam voelt (44% wat gelijk is aan het Friese gemiddelde). Maatschappelijke dienstverlening De ontwikkelingen bij de Stichting Maatschappelijk Werk Fryslân (SMWF) en de Protestants-Christe-lijke Stichting voor Maatschappelijk Werk Interzorg worden periodiek besproken. De stelselherziening van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) heeft ook gevolgen voor deze dienstverleners, omdat burgers zich daar eveneens melden. Tussen MEE-Fryslân, de beide organisaties voor maatschappelijk werk en de NOFA-gemeenten en Ameland en Schiermonnikoog zijn dan ook afspraken gemaakt over het definiëren van doelgroepen en het doorverwijzen ervan. Uit de jaarcijfers 2008 van de SMWF blijkt dat van de 29 schoolgaande kinderen 12 (41%) problemen heeft met de relatie ouder/kind. Daarnaast zijn 78 volwassenen begeleid, verdeeld in 14 categorieën. De meest in het oog springende categorieën zijn: echtscheiding (10%), relatie tot partner (14%), relatie ouder/kind (8%), huiselijk geweld (12%), verwerking (10%), overige psychische problemen (10%). Het schoolmaatschappelijk werk biedt ouders met schoolgaande kinderen tot 12 jaar de cursus ‘ Opvoeden zo!’ aan. Daarnaast zijn in 2009 extra uren schoolmaatschappelijk werk ingezet. Mantelzorg- en vrijwilligersbeleid In Kollumerland c.a. verleent 22% van de bevolking ouder dan 18 jaar mantelzorg. Landelijk ligt dit percentage op 20%. Recente cijfers over vrijwilligerswerk zijn niet bekend. Er lijkt een toenemende druk te zijn op het kostenniveau bij de professionele organisaties. Deze organisaties vragen de gemeente, mede ook door de inwerkingtreding van de Wmo, vaker om een bijdrage in de exploitatiekosten. Maatschappelijke stage Leerlingen van middelbare scholen moeten vanaf 2011 maatschappelijke stages vervullen als onderdeel van het lesprogramma. Scholen zijn verantwoordelijk voor de begeleiding van leerlingen en gemeenten hebben
Programmabegroting 2010
29-109
vanuit de rijksoverheid een makelaarsfunctie toebedeeld gekregen. Van gemeenten wordt gevraagd een bijdrage te leveren aan het ontstaan van een effectieve, lokale of regionale bemiddelingsstructuur ter ondersteuning van vrijwilligerswerk en maatschappelijke stages. In 2009 is in overleg met de in de gemeente gevestigde onderwijsinstellingen van het voortgezet onderwijs deze bemiddelingsstructuur opgezet. Timpaan Welzijn voert van 2009 tot 2011 de makelaarsfunctie uit.
Ontwikkelingen en trends Het dereguleringsproces van de Rijksoverheid naar de lagere overheden gaat ook in 2010 door. De gevolgen voor onze gemeente van de stelselherzieningen Wmo en AWBZ zijn bij het hoofdstuk ‘Analyse van de huidige situatie’ toegelicht. Het huidige kabinet heeft gezegd geen grote wijzigingen meer in de AWBZ door te voeren tijdens deze regeerperiode. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) zal uit efficiency-overwegingen de komende jaren echter opnieuw met voorstellen komen die een verdere ontmanteling van de AWBZ zullen inhouden. Dit zal ongetwijfeld weer (financiële) gevolgen hebben voor de gemeente in relatie tot onder meer het uit te voeren Wmo-beleid. De Wet Participatiebudget is per 1 januari 2009 in werking getreden. 2009 is een overgangsjaar. Samen met de afdeling Werk, Inkomen en Zorg (WIZ) in Achtkarspelen wordt lokaal beleid ontwikkeld dat per 2010 wordt uitgevoerd op de terreinen van re-integratie werklozen, volwasseneneducatie en inburgering van nieuwkomers. In de nieuwe Wet Publieke Gezondheid (WPG) is vastgelegd dat de gemeenten zorg dragen voor de uitvoering van de gezondheidszorg voor ouderen (inclusief preventie). Deze taak omvat in ieder geval: • Het onderzoeken en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van ouderen en van gezondheidsbevorderende en bedreigende factoren. • Het ramen van de behoefte aan zorg. • Het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding. Deze ontwikkeling wordt meegenomen bij het herijken van het gemeentelijke ouderenbeleid. De Wet investeren in jongeren (WIJ) is per 1 oktober 2009 in werking getreden. De WIJ verplicht gemeenten jongeren van 18 tot 27 jaar die zich melden voor een uitkering bij het jongerenloket van het Werkplein te Dokkum een aanbod te doen in de vorm van een baan, scholing of een combinatie van beide. In een nog vast te stellen verordening ‘Nieuw re-integratie -en participatiebeleid (inclusief WIJ)’ wordt het uit te voeren beleid op grond van de WIJ vastgelegd. Een verschuiving van middelen zal plaatsvinden van het inkomensdeel naar het participatiebudget. Het voorstel om de Wet op de jeugdzorg te wijzigen met betrekking tot de gemeentelijke verantwoordelijkheid rond jeugdbeleid ligt bij de Tweede Kamer. In het voorstel wordt de gemeente verplicht gesteld een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) in te richten en schriftelijke afspraken te maken met door de minister aan te wijzen lokale instellingen over effectieve samenwerking. De Tweede Kamer is inmiddels akkoord met het wetsvoorstel Verwijsindex risico’s jeugdigen. Gebruik van de verwijsindex beoogt een sneller en beter samenwerken van hulpverleners en gemeenten. Op dit moment draait een proef in 122 gemeenten. De wet wordt op 1 januari 2010 van kracht, mits de Eerste Kamer er mee instemt. In aanvulling op het wetsvoorstel CJG heeft het kabinet het voornemen om in de onderwijswetten de verantwoordelijkheid van de scholen vast te leggen. In de eerste plaats wordt vastgelegd dat een onderwijsinstelling de plicht heeft om samen te werken met de jeugdketen en een meldplicht heeft ten aanzien van ontwikkelings- en opvoedrisico’s. Daarnaast krijgen onderwijs en gemeenten (o.a. in de vorm van de leerplichtambtenaar) de verplichting om samen afspraken te maken over de taakverdeling ten aanzien van zorg in en om 5 de school. De gemeente voert daarbij de regie .
Wat willen we bereiken (ambities) De doelstellingen blijven voor 2010 ongewijzigd. De te bereiken effecten zijn gering aangepast: 5
Uit: Brief van ministerie van Jeugd en Gezin en OC&W aan de Tweede Kamer, d.d. 10 juni 2009
Programmabegroting 2010
30-109
Doelstelling / Activiteit Het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van buurten en dorpen.
Te bereiken effect • •
Het uitvoeren van een effectief en efficiënt WWB- en reintegratiebeleid dat aansluit bij de behoefte van de individuele inwoner. Voorkomen van problematiek onder jongeren op gebied van (geestelijke) gezondheid, maatschappelijke opvang en verslaving.
Het stimuleren van waarden als medemenselijkheid, solidariteit met minder gezonde familieleden en buren door onder meer het versterken van het lokale mantelzorg- en vrijwilligerswerk Het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer door verstrekken van voorzieningen en het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning.
Het bevorderen van een gezonde leefstijl.
• • • • • • • • • •
Inwoners en organisaties zijn in buurten en dorpen actief betrokken op elkaar en hun woon- en leefomgeving. Inwoners ervaren hun buurt en dorp als schoon, veilig en leefbaar. Voorkomen van maatschappelijke uitval. Zelfstandig voorzien in het levensonderhoud. Vergroten weerbaarheid van kinderen en jongeren, samen met hun ouders. Jongeren gaan minder en op latere leeftijd drinken. Een sluitende aanpak ten aanzien van voortijdige schooluitval. Mantelzorgers en vrijwilligers voelen zich gewaardeerd en gesteund in hun werk. Zoveel mogelijk mensen zijn en blijven bereid om vrijwilligerswerk te doen. Inwoners kunnen zolang mogelijk blijven wonen in eigen buurt of dorp. Inwoners met diverse hulpvragen, waaronder vragen over opgroeien en opvoeden, kunnen terecht in één breed, hoogwaardig en bereikbaar Wmo/CJG-loket. Inwoners ervaren een betere kwaliteit van leven, zijn gelukkiger en zullen langer leven.
Het beleid voor dit programma is in hoofdlijnen neergelegd in:
• • • • • • • • • • • • • • • •
Beleidsplan Wmo 2008 – 2011 ‘Samen moeten we het doen!’ Wet maatschappelijke ondersteuning Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Kollumerland c.a. Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Kollumerland c.a. Verstrekkingenboek individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Wet Werk en Bijstand Wet investeren in jongeren Wet Participatiebudget Wet Sociale Werkvoorziening Moderniseringsnotitie Wsw Ministerie SoZaWe Wet Inburgering Wet publieke gezondheid (WPG) Nota ouderenbeleid Nota gezondheidsbeleid ‘Kollumerland c.a. op koers’ 2005 – 2009 Masterplan Gezond Leven Fryslân Kadernotitie CJG Kollumerland c.a. (juni 2009)
Wat doen we ervoor Nieuwe trajecten voor WWB-cliënten met een grote afstand tot betaald werk
• • • •
Onderzoek verrichten naar arbeidsmogelijkheden voor deze doelgroep en het traject projectmatig laten uitvoeren door Raderwerk (sociale activering). Doorontwikkelen van het vrijwilligerswerk ten behoeve van onder andere de WWB’ers. Het integrale project ‘Minsken meitsje in doarp’ mogelijk ook in Kollumerland c.a. opzetten. Rusttrajecten ontwikkelen voor WWB’ers waar in de persoon gelegen belemmeringen geen mogelijkheden meer bieden voor re-integratie en participatie.
Het stimuleren van de participatie van Wsw-geïndiceerden op de arbeidsmarkt
• •
WWB’ers met een Wsw-indicatie plaatsen op een voortraject Wsw en bekostigen uit het Participatiebudget. Vervolgonderzoek naar de mogelijkheden om meer Wsw-geïndiceerden op de wachtlijst een voortraject Wsw te laten volgen.
Programmabegroting 2010
31-109
•
Meer sturen op het plaatsen van WWB’ers in een traject begeleid werken op basis van indicatie.
Minimabeleid
• • •
Burgers stimuleren gebruik te maken van de Lauwerspas en de regeling “Kinderen doen mee’. Een minimagids ontwikkelen met als doelstelling zoveel mogelijk personen uit de doelgroep te bereiken. De voorlichtingsfunctie van het Wmo-loket doorontwikkelen.
Huisvesten en inburgeren van nieuwkomers en oudkomers
• • •
Het begeleiden van uitgenodigde vluchtelingen wordt voortaan verzorgd door Vluchtelingenwerk NoordNederland. Het inburgeringbeleid wordt aangepast binnen de kaders van het Deltaplan Inburgering en de Wet Participatiebudget. Het aantal inburgeringtrajecten voor oudkomers zal worden uitgebreid.
Ontwikkelingen Wsw
•
Het Regie-team en de bestuurders van de deelnemende gemeenten bespreken de voortgang van het ontwikkelproces van de Wsw-bedrijven in de regio.
Beleidsontwikkeling ten aanzien van Wet Participatiebudget
• •
Het opstellen van een gemeentelijke visie die per 2010 is vastgesteld. Vaststellen welke afdeling de regie voert over het Participatiebudget en eindverantwoordelijk is voor onder andere de ‘Single-informatie single-audit’-verklaring (Sisa) voor de jaarrekening.
Wetswijziging Wmo
• •
Het maken van afspraken met cliënten en gecontracteerde thuiszorginstellingen over de gevolgen van de wetswijziging Wmo per 2010. Het voorbereiden van een volgende aanbesteding voor de voorziening ‘Hulp bij het Huishouden’.
Invoeringskosten EKD
•
Onderhandelen met de HVD over de hoogte van de (eenmalige) invoeringskosten van het EKD.
Vormgeving burgerparticipatie
•
Het oprichten van de Stichting Wmo-raad Kollumerland c.a. eind 2009 en het invoeren van de clusterstructuur in de loop van 2010.
Uitvoering maatschappelijke stages
• •
Het uitvoeren van de makelaarsfunctie door Timpaan Welzijn van 2009 tot 2011 door: werving van stageplaatsen, bemiddeling tussen leerlingen en stageaanbieders, voorbereiding van leerlingen door middel van het geven van gastlessen en van vrijwilligersorganisaties door trainingen. Het inzetten van een website en nieuwsbrieven.
Ontwikkelen ondersteuningsaanbod mantelzorg
• • •
Het doorvoeren van een pakket van maatregelen gericht op het stimuleren, waarderen en ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. Het verbeteren van de coördinatie van de mantelzorg. Uitwerken beleidsvoornemens over het ‘matchen’ van de vraag naar vrijwilligers en het aanbod in de vorm van professionelere ondersteuning door het opzetten van een vrijwilligerscentrale.
Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid
• • •
Het uitvoeren van het in 2009 vastgestelde vrijwilligerswerkbeleid. Het ontwikkelen in 2010 van een vrijwilligersteunpunt met website, digitale vacaturebank, en digitale nieuwsbrief (in samenwerking met de gemeente Achtkarspelen). Aansluiten bij de campagne Make a Difference Day (MADD; landelijke vrijwillige klusjesdag).
Dienstverleningspakket jeugdgezondheidsorganisatie HVD Fryslân
•
Het maken van afspraken met de Jeugdgezondheidszorg van de HVD over het inzetten van plusproducten in het kader van opvoedingsondersteuning in 2010.
Programmabegroting 2010
32-109
Ontwikkelen Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)
•
Het verrichten van onderzoek naar de vormgeving van het CJG in Kollumerland c.a. en er naar te streven het CJG met ingang van 2010 operationeel te hebben.
Maatregelen Programma 3 – Sociale kwaliteit Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2010-2013 doelstelling
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
tijdas start
afgerond
Het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van buurten en dorpen.
•
Ontwikkelen burgerparticipatie
Stichtingsstatuten Wmoraad; convenant tussen Wmo-raad en gemeente
2009
2010
Opzetten projecten Sociale activering Onderzoeken uitvoeren project ‘Minsken meitsje in doarp’ Ontwikkelen ‘rustprojecten’ voor WWB’ers WWB’ers plaatsen op voortraject Wsw Onderzoek extra Wsw-voortrajecten Voortgang ontwikkelingen Ws-bedrijven Ontwikkelen Minimagids Opzetten project pers. 45 jr. e.o. Doorontwikkelen voorlichtingsfunctie Wmo-loket Ontwikkelen beleid Wet Participatiebudget Vaststellen dienstverleningspakket JGZ van de HVD Invoering EKD
Aantal deelnemers; afspraken Raderwerk Ervaringen en effecten elders; aantal deelnemers
2010
2011
2010
2011
Aantal doelgroep; kosten etc. Aantal deelnemers; Participatiebudget Aantal deelnemers; Participatiebudget Voorstellen regie-team
2010
2011
2010
-
2010
2010
2009
-
Toename aanvragen
2010
2011
Bestand WWB-cliënten
2009
2010
Wmo-cliënten
2010
-
Participatiebudget
2009
2010
Aantal kinderen; kosten
2009
2010
Registratiegegevens (2009 max. € 15.000) Aantal doorverwijzingen; subsidieverlening Productieafspraken en jaarlijkse evaluatiegegevens
2009
-
2009
-
2009
-
Landelijk beleidskader; Vaststelling gemeenteraad (juni 2009)
2009
2010
•
Het uitvoeren van een effectief en efficiënt WWB-, Wsw- en Participatiebeleid dat aansluit bij de behoefte van de individuele inwoner.
Voorkomen van problematiek onder jongeren op gebied van (geestelijke) gezondheid, maatschappelijke opvang en verslaving.
• •
•
• •
Programmabegroting 2010
Inwoners en organisaties zijn in buurten en dorpen actief betrokken op elkaar en hun woon- en leefomgeving. Inwoners ervaren hun buurt en dorp als schoon, veilig en leefbaar. Voorkomen van maatschappelijke uitval. Zelfstandig voorzien in het levensonderhoud.
Vergroten weerbaarheid van kinderen en jongeren, samen met hun ouders. Jongeren gaan minder en op latere leeftijd drinken. Een sluitende aanpak t.a.v. voortijdige schooluitval
Deelname schoolarts project ‘overgewicht’ Verlengen projecten opvoedingsondersteuning 0-4 en 4-12 jaar. Ontwikkelen CJG
33-109
Het stimuleren van waarden als medemenselijkheid, solidariteit met minder gezonde familieleden en buren door onder meer het versterken van het lokale mantelzorg- en vrijwilligerswerk
Het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer door verstrekken van voorzieningen en geven van informatie, advies en cliëntondersteuning.
•
•
•
•
Mantelzorgers en vrijwilligers voelen zich gewaardeerd en gesteund in hun werk. Zoveel mogelijk mensen zijn en blijven bereid om vrijwilligerswerk te doen.
Inwoners kunnen zolang mogelijk blijven wonen in eigen buurt of dorp. Inwoners met diverse hulpvragen kunnen terecht in één breed, hoogwaardig en bereikbaar Wmoloket.
Uitvoeren makelaarsrol/maatschap pelijke stage
Afspraken met onderwijsinstellingen, welzijnsorganisatie; aantallen stage leerlingen
2009
2011
Dag van de Mantelzorg (jaarlijks)
Ervaringscijfers
2009
-
Themadagen cursussen
Aantal deelnemers
2008
-
Inrichten vrijwilligerssteunpunt met vacaturebank, website, digitale vacaturebank -en nieuwsbrief Make a Difference Day (MADD)
Aantal bemiddelingen; aangemelde vacatures; frequenties bezoek website
2009
2010
Wmo beleidsplan (zie financiering voorgaand)
2010
-
Inzet regionale mantelzorgcoördinator Burenhulpproject
Aanbod ondersteunende activiteiten op regionaal niveau Aantal geholpen burgers
2010
?
2010
-
Doorontwikkelen cliëntondersteuning
Aanschaf ICT-modules Foar Elkoar; convenant MEE-Fryslân (eerste jaar maximaal € 10.000) • Start CJG • Samenwerkingsafspraken over preventie, vroegsignalering, zorg in en om school • Deskundigheidsbevordering (cursus CJG) Resultaten onderzoek ‘Sterrengids’; cliënttevredenheidsonderzoek
2008
2010
2010
-
2008
2010
Ontwikkeling Centrum voor Jeugd en Gezin
Doorontwikkelen dienstverlening Wmoloket
Het bevorderen van een gezonde leefstijl
•
Inwoners ervaren een betere kwaliteit van leven, zijn gelukkiger en zullen langer leven
Nieuwe aanbesteding ‘hulp bij het huishouden’
Aantal zorgaanbieders; aantal cliënten
2009
2010
Onderhandelen met zorgaanbieders over gevolgen wijziging Wmo Verbeteren informatievoorziening over dienstverlening gemeente Opstellen en implementeren nieuwe nota gezondheidsbeleid 2009 - 2012
Hogere tarieven; aantal cliënten
2009
2010
Adviezen Wmo-raad Kollumerland c.a.; aantal publicaties (website, krant)
2008
-
Onderzoek HVD Fryslân (sector gezondheid; GGD); Onderzoek Communities that Care etc.
2009
2010
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 3 Omschrijving
rekening 2008
begroting 2009 na wijziging
lasten
saldo
baten
lasten
saldo
begroting 2010 lasten
saldo
Resultaat voor bestemming
8.256.565
11.960.209
-3.703.644
7.848.101
11.530.204
-3.682.103
7.882.129
11.834.813
-3.952.684
mutatie reserve Resultaat na bestemming
8.256.565
11.960.209
0 -3.703.644
222.602 8.070.703
0 11.530.204
222.602 -3.459.501
7.882.129
11.834.813
0 -3.952.684
Programmabegroting 2010
baten
baten
34-109
Nieuwe wensen PROGRAMMA 3
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2010
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Wettelijk verplicht Begeleiden 'ontregelde' gezinnen Regionale coördinatie mantelzorgondersteuning Activiteitenplan mantelzorgbeleid Totalen onderdeel A:
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
13.000 6.000 9.000 28.000
13.000 6.000 9.000 28.000
13.000 6.000 9.000 28.000
13.000 6.000 9.000 28.000
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
10.000 10.000
5.000 5.000
5.000 5.000
5.000 5.000
Zeer gewenst Burenhulpproject Totalen onderdeel B:
Programmabegroting 2010
35-109
4
Voorzieningen
Programmaportefeuillehouder: R. Koster Programmaregisseur: Y. Kuipers Donormanager: H.J. Jonker
Inleiding In dit programma zijn maatregelen opgenomen gericht op de voorzieningen in onze gemeente. Het voorzieningenniveau is onlosmakelijk verbonden met de woonfunctie. Het gaat om fysieke voorzieningen op het terrein van sport (sportaccommodaties, sportvelden), welzijn (o.a. dorpshuizen), cultuur (o.a. bibliotheek) en onderwijs (scholen). Daarnaast gaat het ook om niet-fysieke voorzieningen, zoals cursussen en activiteiten op de diverse terreinen. De doelstelling van dit programma is om een evenwichtig voorzieningenniveau te realiseren, waarbij de voorzieningen passen bij de schaal van het dorp.
Analyse van de huidige situatie Door Partoer en Doarpswurk is in Noordoost-Fryslân onderzoek gedaan naar voorzieningen, sociale cohesie 6 en vrijwilligerswerk . Voorzieningen zijn belangrijk in een dorp, maar er is niet direct een minimum aan voorzieningen aan te geven om een dorp leefbaar te gehouden. Een plek waar je elkaar kunt ontmoeten is feitelijk het minimale waarover een buurt of dorp moet beschikken. Deze ontmoetingsplek kan vele vormen hebben. Natuurlijk blijven voorzieningen onontbeerlijk, maar gezien de geringe afstanden in Noordoost-Fryslân hoeven die niet in elk dorp te staan. Bereikbaarheid van voorzieningen is wel belangrijk en daar is onder andere een goed openbaar vervoer voor nodig. De resultaten van de inventarisatie van Partoer en Doarpswurk komen overeen met de bevindingen van 7 sociaal geograaf Frans Thissen. Ook hij signaleert een afname van voorzieningen in dorpen , als gevolg van toenemende welvaart, (auto)mobiliteit en schaalvergroting. Thissen signaleert echter ook een schaalverkleining: dorpsbewoners vinden eigen woning en directe omgeving steeds belangrijker. Deze twee ontwikkelingen, schaalvergroting aan de ene kant en schaalverkleining aan de andere kant hebben ervoor gezorgd dat de traditionele dorpen veranderd zijn in woondorpen. Het accent ligt daarbij niet meer op het lokale voorzieningenniveau, maar meer op de kwaliteit van de woonsituatie. Belangrijk bij het bepalen van de kwaliteit van de woonsituatie zijn de aantrekkelijkheid van het dorp als woonplaats en de aanwezigheid van ruimte voor gemeenschapsinitiatieven. Kortom, voorzieningen zijn van belang voor de leefbaarheid van de dorpen in onze gemeente. Deze kunnen globaal ingedeeld worden in de categorieën sport, welzijn, cultuur en onderwijs. De situatie van de voorzieningen in onze gemeente wordt hieronder beschreven. Sport
•
•
In 2008 is het Buurt Onderwijs Sport (BOS)-project van start gegaan. Dit project richt zich op jongeren tot 19 jaar. Voor leerlingen van het basisonderwijs is er het project “High five for kids” en voor de jongeren in de leeftijd van 12 tot 19 jaar “High five for sport”. Er zijn inmiddels al veel activiteiten georganiseerd. Het BOS-project loopt tot en met 2011. Het Breedtesportproject is eind 2008 afgerond. Incidenteel worden er activiteiten om sporten te stimuleren opgezet voor de doelgroep die buiten het BOS-project valt. De activiteiten zijn met name gericht op sportstimulering van ouderen.
Welzijn
•
6 7
De ontwikkeling van het Centrum voor Jeugd en Gezin is regionaal opgepakt. Met diverse regionale en lokale partijen is overleg gevoerd in de vorm van werkgroepen. De kadernotitie Centrum voor Jeugd en Gezin is in augustus 2009 vastgesteld door de raad. In deze notitie zijn de uitgangspunten geformuleerd voor het CJG in onze gemeente. De adviezen van de regionale Inventarisatie Vitale dorpen Noordoost-Fryslân, oktober 2006, Partoer CMO Fryslân en Doarpswurk, Leeuwarden. Inleiding: “Zoek de juiste combinatie” over bibliotheekvernieuwing, georganiseerd door Xsession op 14 maart 2005.
Programmabegroting 2010
36-109
• • •
•
werkgroepen worden gebruikt bij de invulling van het kader van het CJG. De werkzaamheden rond het CJG zijn ondergebracht bij Programma 3: Sociale Kwaliteit. Vanaf 2008 is het project “Veilig opgroeien met een nuchtere blik” in de NOFA-gemeenten uitgevoerd. Dit project is tot 1 september 2009 gesubsidieerd door de provincie. Op moment van schrijven van dit programma wordt bekeken hoe het project voortgezet wordt. De kadernotitie alcohol is in concept gereed en wordt in oktober ter vaststelling aan de raad aangeboden. Vanuit het rijk wordt ingezet op harmonisering van de kinderopvang op het gebied van kwaliteit. Naar verwachting treedt er met ingang van 1 augustus 2010 een wet in werking die ervoor moet zorgen dat de kwaliteit van peuterspeelzalen meer aansluit op die van kinderopvangcentra. Daarnaast moet ernaar toe worden gewerkt om (Voor- en Vroegschoolse Educatie) VVE op het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang breed uit te zetten zodat in 2011 alle 2,5 tot 4 jarige doelgroepkinderen (100 procent doelgroepbereik) vier dagdelen per week kunnen deelnemen aan een ontwikkelingsgericht VVE-programma. De pilot in Burum (samenwerking peuterspeelzaal met kinderopvang), die in het schooljaar 2008/2009 van start is gegaan, is succesvol verlopen en wordt ook in het schooljaar 2009/2010 voortgezet. Timpaan Peuterspeelzalen verzorgt al jaren het peuterspeelzaalwerk in onze gemeente. Stichting Amarins Kindercentra heeft aangegeven het peuterspeelzaalwerk ook wel te willen doen.
Cultuur
• • •
In de nota “Fries taalbeleid Kollumerland c.a. 2008-2015” wordt zowel voor de inwoners van de gemeente als voor de interne organisatie aandacht gevraagd voor de Friese taal. Het toekomstperspectief van de Oudheidkamer wordt onderzocht. Onder andere naar aanleiding van de cultuurnota “2008-2015” wordt gewerkt aan een meer prestatiegerichte vorm van subsidiëring. Dit geldt ondermeer voor Radio en Televisie NoordoostFryslân en de Stichting Openbare bibliotheken Noordoost-Fryslân.
Onderwijs
•
• • • •
•
•
•
Met ingang van 1 oktober 2009 is de Wet investering in jongeren van kracht. Deze wet verplicht gemeenten om jongeren van 18 tot 27 jaar die zich melden voor een bijstandsuitkering een aanbod te doen. Dit kan een baan zijn, een vorm van scholing of een combinatie van beide, afgestemd op de situatie van de jongeren. De gevolgen die deze wet heeft voor gemeentelijke taken worden beschreven in Programma 3: Sociale Kwaliteit. Het Preventief netwerk 0-4 jarigen is gestart met ingang van september 2009. Dit netwerk is gevormd vanuit de Lokaal Educatieve Agenda. De implementatie van de Verwijsindex wordt voorbereid. In december 2009 wordt een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd. In januari 2010 gaat de implementatie van start. Het projectplan voor het MFC Triemen/Westergeest is klaar. In 2009 is een architect uitgekozen die een definitief ontwerp maakt. Eind 2009 is een voorstel klaar over het verstrekken van een opdracht voor de bouw en ontwikkeling van het MFC. Parallel aan het bouwtraject van het MFC wordt binnen het provinciale project Boppeslach de inhoudelijke samenwerking tussen de verschillende partners verder vorm gegeven. Aan de provincie wordt gevraagd het niet uitgegeven bedrag van het eerste projectjaar te mogen in zetten in het komende schooljaar. Eind 2009 wordt het gemeentelijk Integraal Huisvestingsplan 2010-2013 ter vaststelling aangeboden aan de raad. Belangrijk onderdeel van dit plan is de onderhoudsplanning. Deze is opgesteld voor een periode van vier jaar. In het IHP zijn verder de integrale plannen van scholen verwerkt die betrekking hebben op onderwijskundige vernieuwingen en onderhoud. De gezamenlijke aanpak van leerplicht in NOFA-verband is omgezet in een centrale uitvoering van de leerplichtadministratie in de regio Regionaal Meld- en Coördinatiecentrum (RMC)-noord door de gemeente Leeuwarden. Hiervoor is een nieuw systeem aangeschaft. Planning van de start van de uitvoering is 1 oktober 2009. Per 1 januari 2009 zijn de gemeentelijke middelen voor re-integratie (WWB-werkdeel), inburgering en volwasseneneducatie gebundeld in één specifieke uitkering, het Participatiebudget. Door de bundeling worden de middelen effectiever ingezet. Op dit moment wordt hier beleid voor op-
Programmabegroting 2010
37-109
•
gesteld door de afdelingen Samenlevingszaken en Werk, inkomen en Zorg (WIZ) in Achtkarspelen. Met ingang van 2010 is er een gemeentelijke visie op participatie ontwikkeld, waarin de gemeentelijke regie is neergelegd. Eind 2008 is besloten om in het kader van een verbetertraject bij de muziekschool "de Wâldsang" een extern bureau in te schakelen. Eén van de aanbevelingen uit het door het externe bureau gedane onderzoek is het aanstellen van een interim manager die een aantal veranderingen gaat doorvoeren. De interim manager is aangesteld en heeft een plan van aanpak geschreven voor een succesvol verbetertraject. Dit plan wordt nu uitgevoerd.
Ontwikkelingen en trends Demografische ontwikkelingen
•
•
In de ontwikkeling van de bevolking zijn enkele trends waar te nemen. De belangrijkste is de vergrijzing die de komende jaren toe zal nemen. De groep senioren van 65 jaar en ouder in Kollumerland c.a. zal volgens het CBS toenemen van 15% in 2010 naar 19% in 2020. Het aandeel van deze groep is naar verwachting van het CBS in 2025 22%. Daarnaast is er landelijk sprake van ontgroening. Daarmee wordt het afnemen van het aandeel jongeren in de bevolking als gevolg van een afname van het geboortecijfer aangeduid. Het gevolg van ontgroening is een stijging van de gemiddelde leeftijd van de bevolking; het verschijnsel dat er gemiddeld steeds minder kinderen per vrouw worden geboren. De prognose voor onze gemeente volgens de cijfers van het CBS wijken af van het landelijke beeld. Hoewel het aantal 0 tot 5 jarigen volgens de prognoses in absolute aantallen iets afneemt (van 812 in 2010 naar 780 in 2025), blijft het aandeel van de jongeren ten opzichte van de totale bevolking gelijk, namelijk rond de 24%.
Lokale ontwikkelingen en trends
•
•
•
NOFA blijft een samenwerkingsverband tussen vier gemeenten, maar is niet meer exclusief: in sommige gevallen worden meer gemeenten bij de samenwerking betrokken. De NOFAsamenwerking richt zich meer op een projectgestuurde aanpak. Op dit moment zijn er projecten op het terrein van jeugdbeleid en onderwijs, werk en inkomen. 8 In 2008 is het onderzoek “Communities that Care” uitgevoerd. Hieruit blijkt, dat bijna de helft van de jongeren in onze gemeente in de maand voorafgaand aan het onderzoek alcohol gedronken heeft. Zorgelijk is dat veel jongeren al op 13- of 14-jarige leeftijd beginnen met het drinken van alcohol. Ontwikkelingen rond de bundeling van functies (Woonservicezone, MFC Triemen-Westergeest).
Wat willen we bereiken (ambities) De ontwikkelingen en trends die beschreven zijn wijken nauwelijks af van voorgaande jaren. De doelstellingen blijven daarom ongewijzigd:
Doelstelling Het realiseren en houden van een kwalitatief hoog niveau van onderwijsvoorzieningen
Het realiseren van een goed cultureel klimaat en een verscheidenheid aan culturele voorzieningen. Het versterken van (preventieve) voorzieningen voor jeugd en jongeren (0 tot 25 jaar) Het ondersteunen en stimuleren van (sport)voorzieningen, die gericht zijn op vorming, ontplooiing, bewustwording en ontspanning voor een zo groot mogelijk deel van de bevolking.
8
Te bereiken effect Een gestegen ambitieniveau van kinderen, ouders en leerkrachten, een hoger onderwijsniveau, een betere aansluiting tussen studie en werk, een vermindering van vroegtijdig schoolverlaten. Een en ander levert een goede bijdrage aan een plezierig woonomgeving en biedt de burger keuzemogelijkheden. Het bieden van betere ontwikkelingskansen aan de groep 025 jaar. Een adequaat aanbod van sportvoorzieningen zowel voor recreatie als wedstrijdgebruik, waarbij zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van de gebruikers van sportvoorzieningen gestimuleerd zijn.
De Vries, drs. W. en Van Diepen, drs. G., Veilig opgroeien in Kollumerland c.a., Leeuwarden, Partoer CMO Fryslân, maart 2008.
Programmabegroting 2010
38-109
Het beleid voor dit programma is in hoofdlijnen neergelegd in:
• • • • • • • • • •
Kadernotitie Integraal Jeugdbeleid Kollumerland c.a. “De jeugd als middelpunt” (2008) Sportnota “Sport als middel en doel” (2005-2015) Gemeente Kollumerland c.a., Integraal Huisvestingsplan 2006-2009 Welzijnsplan 2004-2008 Beleidsnota “integrale Jeugdgezondheidszorg Fryslân 2004-2007”. Nota ‘Naar school in Kollumerland c.a.’ “Samen zorgen voor Jeugd”, rapport GGD Fryslân (2008) Fries taalbeleid Kollumerland c.a. 2008-2015 Cultuurbeleid Kollumerland c.a. 2008-2015 “Veilig opgroeien in Kollumerland c.a.”, onderzoek van Partoer CMO Fryslân (2008)
Wat doen we ervoor Sport Het BOS (Buurt Onderwijs Sport)-project wordt voortgezet. Het project richt zich op het terugdringen van achterstanden bij jongeren ten aanzien van sport en bewegen, gezondheid en welzijn. Het project bestaat uit twee onderdelen: “High Five For Kids” en “High Five For Sport”. De duur van de projecten is vier jaar. De inhoud van de deelprojecten is ten opzichte van vorig jaar ongewijzigd. “High Five For Kids” is gericht op kinderen in de leeftijd van 4 t/m 12 jaar. De volgende activiteiten zullen worden voortgezet: “Kies voor Hart en Sport”, vakantieactiviteiten, buitenschoolse activiteiten, weerbaarheidprojecten en bevordering MRT (Motorisch Remedial Teaching) op de basisscholen. De bedoeling is om kinderen op jonge leeftijd al een gezonde leefstijl aan te leren. Bij de uitvoering van het project wordt ondermeer samengewerkt met scholen, sportaanbieders, welzijnsstichtingen, de GGD en de thuiszorgorganisaties. “High Five For Sport” is bedoeld voor de jeugd in de leeftijd van 12 t/m 19 jaar. Activiteiten die onder dit project vallen zijn: "Whoz-next", vakantie beweegweken, werksessies in het kader van leefstijl en sportkennismakingslessen tijdens en na school. Ook hier worden verschillende partijen betrokken bij de uitvoering. Doelstelling is het stimuleren van een gezonde actieve leefstijl. Welzijn
•
• •
•
• • •
Er wordt verder gewerkt aan de ontwikkeling van het Centrum voor Jeugd en Gezin (zie ook programma 3: Sociale kwaliteit). Daarnaast wordt ingezet op het programma Communities that Care (CtC). Concreet wordt in 2010 een evidence based (wetenschappelijk onderbouwd) CtCprogramma ingezet aan de hand van de resultaten van het onderzoek dat in 2008 is uitgevoerd. CtC maakt onderdeel uit van het NOFA-project Jeugd. De kadernotitie alcoholmatiging die in oktober 2009 ter vaststelling aan de raad is voorgelegd wordt verder uitgewerkt in maatregelen. Deze maatregelen worden in 2010 ingezet. De gemeente doet mee aan een pilot van de GGD Fryslân. In de vorm van een 0-meting wordt de kwaliteit van de peuterspeelzalen in de gemeente in kaart gebracht. Hierdoor wordt vroegtijdig in beeld gebracht wat er gedaan moet worden om te voldoen aan de wettelijke eisen die in augustus 2010 in werking treden. Ook kan rekening gehouden worden met de eventuele financiele gevolgen. Mede naar aanleiding van de diverse ontwikkelingen en de uitkomsten van de pilot van de GGD wordt een notitie opgesteld waarin het gemeentelijk beleid ten aanzien van het (toekomstig) peuterspeelwerk aan de orde wordt gesteld. Er is onder andere aandacht voor de relatie met kinderopvang en de leefbaarheid in de dorpen. De pilot in Burum rond de harmonisering van het peuterspeelzaalwerk en kinderopvang wordt voortgezet. Er wordt een programma van eisen opgesteld op basis waarvan Timpaan Peuterspeelzalen en Stichting Amarins Kindercentra een offerte uit kunnen brengen voor het peuterspeelzaalwerk in de gemeente met ingang van het schooljaar 2010/2011. Evenals vorig jaar wordt gewerkt aan het inzichtelijk maken van de werkzaamheden van Timpaan Welzijn met behulp van het formuleren van meetbare doelstellingen en indicatoren.
Programmabegroting 2010
39-109
Cultuur
• • •
De gemeente heeft zich in 2009 aangesloten bij de campagne “Praat mar Frysk” en zal in 2010 ook aandacht besteden aan de Friese taal. In samenwerking met de gemeente Achtkarspelen wordt een cursus EduFrysk (cursus Frysk via internet) georganiseerd. Er wordt verder gewerkt aan een meer prestatiegerichte vorm van subsidiëring. In een meerjaren convenant worden o.a. (prestatie)afspraken en beleidsdoelen vastgelegd tussen gemeenten de Stichting Openbare bibliotheken Noordoost-Fryslân. Naar aanleiding van het plan van aanpak dat door een extern deskundige is opgesteld, worden verdere stappen ondernomen ten aanzien van het toekomstperspectief van de Oudheidkamer.
Onderwijs
•
•
• • • •
•
•
Lokale Educatieve Agenda Kollumerland c.a. (LEAK): Vanaf 2010 wordt met de verwijsindex gewerkt om de samenwerking efficiënter te laten verlopen. Ter verbetering van de doorgaande lijn is het preventief netwerk ingesteld. Verder wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van het CJG. Op korte termijn komt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) met de eis om 100% van de kinderen met een taalachterstand te bereiken met voor- en vroegschoolse e educatie. Daarnaast wordt het verplicht aan deze doelgroepkinderen een 4 dagdeel aan te bieden op de peuterspeelzaal. Vooruitlopend hierop wordt in onze gemeente gekeken naar de mogelijkheden deze eisen te verwezenlijken. In 2010 wordt gestart met de bouw en ontwikkeling van het MFC in Westergeest/Triemen. In het kader van project Boppeslach (inhoud geven aan de samenwerking tussen de verschillende partijen van het MFC in Triemen/Westergeest) worden in 2009-2010 op allerlei gebied de doelstellingen en de beoogde opbrengsten van de brede school verder uitgewerkt en uitgevoerd. In 2010 wordt uitvoering gegeven aan het Integraal Huisvestingsplan 2010 – 2013. Resultaat is dat scholen onderwijskundig en onderhoudstechnisch op peil zijn. In 2009 wordt geïnventariseerd welke mogelijkheden er zijn om een Kindcentrum te realiseren. Afhankelijk van de uitkomsten van dit onderzoek wordt besloten op welke wijze de ontwikkeling van het Kindcentrum wordt voortgezet. Meer informatie hierover is opgenomen in programma 1: Wonen naar wens. In 2009 wordt beleid geformuleerd rond het thema participatie in de vorm van een startnotitie. Doel is om een samenhangende visie op participatie te ontwikkelen, die als basis kan dienen voor toeleiding van verschillende doelgroepen naar (regulier) werk of maatschappelijke participatie. Het jaar 2010 is een belangrijk jaar omdat de prestaties in 2010 van invloed kunnen zijn op de te ontvangen middelen in 2012. Het verbetertraject rond muziekschool De Wâldsang wordt uitgevoerd met als einddoel een goed functionerende muziekschool. Indicatoren daarbij zijn een financieel gezonde situatie, efficiënte bedrijfsvoering, het flexibel in kunnen spelen op een vraag en een inzichtelijke subsidierelatie met de subsidiërende gemeenten.
Programmabegroting 2010
40-109
Maatregelen Programma 4 – Voorzieningen Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2009-2012 doelstelling
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
tijdas start
afgerond
Sport: Ondersteunen en stimuleren van (sport)voorzieningengeric ht op vorming, ontplooiing, bewustwording en ontspanning voor een zo groot mogelijk deel van de bevolking.
Het aanwezig zijn van een breed pakket van binnen- en buitensportvoorzieningen, geschikt voor zowel wedstrijd als recreatiesport, ter beschikking van de burger.
Uitvoering van de subsidieregeling.
Subsidieaanvragen
2010
2011
Uitvoering van het BOS-project.
Sportkennismakingslessen scholen; weerbaarheidscursussen scholen; laagdrempelige sportinstuiven (doelgroep: 4 tot 19 jarigen).
2010
2011
2010
2011
Inzet CJG coördinator, afspraken over samenwerking (zie ook programma 3)
2010
-
Ontwikkeling Communities that Care
Ontwikkelen van beleid, inzetten van een evidence based programma
2010
-
Ontwikkelen en inzetten van maatregelen op het gebied van alcoholmatiging
Maatregelen op het gebied van alcoholmatiging
2010
-
Nulmeting kwaliteit peuterspeelzalen gemeente Kollumerland c.a.
- Onderzoeksverslag GGD Fryslân - Beleidsnotitie over peuterspeelzaalwerk in relatie tot kinderopvang en leefbaarheid
2010
2010
2010
2011
2008
2010
Aantal deelnemers aan projecten.
Welzijn: Het versterken van (preventieve) voorzieningen van jeugd en jongeren (0 tot 25 jaar)
Cultuur: Het realiseren van een goed cultureel klimaat en een verscheidenheid aan culturele voorzieningen.
Het bieden van betere ontwikkelingskansen aan de groep 0-25 jaar.
Een en ander levert een goede bijdrage aan een plezierig woonomgeving en biedt de burger keuzemogelijkheden.
Programmabegroting 2010
Incidenteel uitvoering van projecten voor sportstimulering van ouderen. Ontwikkeling CJG
Voortzetting pilot harmonisering Burum.
Evaluatie pilot in 2010
Sturen op vraaggericht werken en op doelmatig en meetbaar werken en verantwoorden door Timpaan Welzijn.
Activiteitenplan 2010, overleg en kwartaalrapportages.
Uitvoering van de notitie cultuurbeleid.
Stimulering culturele activiteiten, monitoring uitwerking nieuwe subsidieregelingen.
2010
-
Overleg met bibliotheek.
Nieuwe wijze van subsidiëring (meer prestatiegericht).
2010
-
Oudheidkamer
Onderzoek toekomstperspectief
2010
2010
Uitvoering van de notitie Fries taalbeleid
Subsydzje Tomke, útjefte taaltaske, kampanje Praat mar Frysk, EduFrysk etc. .
2010
2010
41-109
Onderwijs: Het realiseren en houden van een kwalitatief hoog niveau van onderwijsvoorzieningen
Een gestegen ambitieniveau van kinderen, ouders en leerkrachten, een hoger onderwijsniveau, een betere aansluiting tussen studie en werk, een vermindering van vroegtijdig schoolverlaten
Uitvoering van het Integraal Huisvestingsplan 2010-2013.
School, die voldoet aan alle wettelijke voorwaarden en de eisen, die aan het onderwijs worden gesteld.
Bijeenkomsten Lokale Educatieve Agenda Kollumerland c.a.
Bijeenkomsten LEAK, resultaten van dat overleg, implementatie Verwijsindex, VVE-project, evaluatie zorgnetwerk 0-4 jarigen.
Realisering MFC Westergeest
Bouw van het MFC.
Uitvoering project Boppeslach
2010
2013
2009
2010
Activiteiten, verslagen, financiële verantwoording.
2010
2010
Centrale leerplicht administratie regio Noord
Aandacht voor leerplicht en zorg voor leerlingen
2009
2010
Participatiebudget
Visiestuk over participatie
2009
2010
2009
2010
2009
2010
Uitvoeren verbetertraject muziekschool
- Financieel gezonde situatie (jaarverslag) - Efficiënte bedrijfsvoering (jaarverslag) - Flexibiliteit (jaarverslag) - inzichtelijke subsidierelatie.
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten.
Programma 4
rekening 2008 lasten
begroting 2009 na wijziging saldo
baten
lasten
begroting 2010
Omschrijving
baten
saldo
baten
Resultaat voor bestemming
406.708
3.101.921
-2.695.213
345.925
3.505.193
-3.159.268
342.912
3.260.062
lasten
-2.917.150
saldo
mutatie reserve Resultaat na bestemming
406.708
3.101.921
0 -2.695.213
93.908 439.833
131.079 3.636.272
-37.171 -3.196.439
342.912
7.500 3.267.562
-7.500 -2.924.650
Nieuwe wensen PROGRAMMA 4
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2010
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Wettelijk verplicht Harmonisering kinderopvang/peuterspeelzaalwerk Totalen onderdeel A:
Programmabegroting 2010
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
25.000 25.000
15.000 15.000
15.000 15.000
42-109
15.000 15.000
5
Leefkwaliteit
Programmaportefeuillehouder: R. Schaafstal Programmaregisseur: J. Bijlsma Donormanager: T. Boorsma
Inleiding Het programma Leefkwaliteit is gericht op het bereiken van de situatie waarin de fysieke en milieukenmerken van de woonomgeving positief bijdragen aan het welbevinden van de bewoners, zonder dat de eigen milieubelasting afgewenteld wordt op toekomstige generaties of bevolkingsgroepen elders. De kwaliteit van de leefomgeving is een belangrijk onderdeel van leefkwaliteit. In dit programma is daarom de ambitie: het realiseren van een schone, aantrekkelijke en gezonde omgeving om in te wonen en te werken, het handhaven van een goede milieukwaliteit, het realiseren van een energieneutrale gemeente in 2020, het behouden van het unieke cultuurlandschap en de bijzondere biodiversiteit, nu en in de toekomst. Daarbij betrekt de gemeente de bewoners, stimuleert de bewustwording van het belang van natuur en milieu en stimuleert hen zelf verantwoordelijkheid te nemen voor en bij te dragen aan een goede kwaliteit van de leefomgeving.
Analyse van de huidige situatie Afval Het afvalbeheer in het algemeen draagt bij aan een schone woonomgeving. De inzameling van huishoudelijk afval wordt voortdurend aangepast en verbeterd. Sinds januari 2007 beschikt ieder huishouden over een groene, een blauwe en een grijze container voor respectievelijk groente-, fruit- en tuinafval, oud papier en restafval. Glas wordt ingezameld via een brengsysteem. Daartoe zijn begin 2007 ondergrondse containers geplaatst. Vier keer per jaar wordt klein chemisch afval (kca) huis-aan-huis ingezameld. Groenvoorzieningen De gemeente Kollumerland c.a. is een relatief groene gemeente: de gemeente beheert ongeveer 161 ha groen, waarvan 90 ha in het buitengebied en ongeveer 71 ha binnen de 2 bebouwde kom. Per inwoner is ongeveer 54 m openbaar groen beschikbaar binnen de bebouwde kom (inclusief sportvelden en begraafplaatsen). De lange termijnvisie op de ontwikkeling van het openbaar groen is vastgelegd in het groenstructuurplan dat is vastgesteld door de raad op 24 januari 2008. Het groenstructuurplan vormt de basis voor het nog te actualiseren groenbeheerplan. Landschap Binnen de gemeente hebben we te maken met twee verschillende landschapstypen, met elk hun eigen kenmerkende karakteristieken: het kleilandschap in het noordelijke deel en zuidelijk het woudenlandschap. Het kleilandschap kenmerkt zich door openheid en ruimte. Het woudenlandschap kenmerkt zich door de karakteristieke elzensingels en houtwallen. Door middel van het bestemmingsplan wordt het elzensingellandschap beschermd. Er is een intergemeentelijke werkgroep in het kader van het Werkprogramma Noardelike Fryske Wâlden die tot taak heeft de verordeningen en het in de bestemmingsplannen vastgelegde beleid met betrekking tot de ruimtelijke kwaliteit van de Noordelijke Friese Wouden onder de loep te nemen en te trachten dit op elkaar af te stemmen. Bodem, lucht en water Bij een goede woonkwaliteit hoort een goede milieukwaliteit. De gemeente Kollumerland c.a. beschouwt de huidige milieukwaliteit als goed. Zo bestaat bij voorbeeld relatief weinig geluidoverlast, is de lucht- en de waterkwaliteit relatief goed en er is veel natuur binnen de gemeentegrenzen. De bodemkwaliteit van de woongebieden (en bedrijventerreinen) wordt in zijn algemeenheid als goed beschouwd. Er zijn geen grote bodemvervuilingen meer die bodemsanering behoeven.
Programmabegroting 2010
43-109
Energievoorziening 98,8% van de energie die Kollumerland gebruikt, komt van fossiele brandstoffen zoals olie en gas. De productie is milieubelastend en eindig. De milieulast drukt vooral op bewoners elders (wereldwijd via klimaatverandering, maar ook in de buurt van de energiecentrales) en toekomstige generaties die het met minder grondstofvoorraden moeten doen dan de huidige generatie. De emissies die bij de verbranding van fossiele brandstoffen vrijkomen (met name diesel en benzine), verslechteren bovendien de luchtkwaliteit en daarmee de gezondheid van mensen. Politieke spanningen in bepaalde delen van de wereld kunnen de toevoer van olie en gas plotseling belemmeren, waardoor geen sprake is van een zekere energievoorziening. De energievoorziening van Kollumerland kan daarom nog niet duurzaam worden genoemd. Eind 2007 is de energievisie, unaniem door de raad, vastgesteld die erop gericht is om te bereiken dat de gemeente in 2020 een duurzame energievoorziening heeft. Dit betekent dat in 2020 evenveel duurzame energie wordt opgewekt als nodig is. Natuur en Milieu Educatie Natuur en Milieu Educatie (NME) wordt ingezet als instrument om milieudoelstellingen te realiseren. Omwille van de leefbaarheid, het versterken van natuurwaarden en het streven naar een duurzame samenleving, is het van belang om de burgers actief te betrekken bij de eigen leefomgeving. Sinds 1998 verzorgt NMECentrum De Klyster de educatie voor het primair onderwijs in Kollumerland c.a., Dongeradeel en Dantumadiel. Het instrument NME wordt ingezet om de basisschooljeugd bewust te maken van en zorg te laten dragen voor natuur en milieu in de eigen leefomgeving. Bovendien communiceren de gemeenten belangrijke duurzaamheidsthema’s (water, energie, afval) via educatieve projecten naar de basisschoolleerlingen. De afgelopen drie schooljaren is door de professionele ontwikkeling 100% van de basisscholen in Kollumerland bereikt. Dat wil echter niet zeggen dat ook daadwerkelijk iedere leerling is bereikt.
Ontwikkelingen en trends Afvalbeheer In Fryslân wordt toegewerkt naar een optimalisatie van de inzameling, transport en overslag van huishoudelijk afval door middel van inzamelvoertuigen met zijbelading en afzetcontainers. Ook onze gemeente zal samen met de samenwerkingspartners Smallingerland en Boarnsterhim de komende jaren stapsgewijs overgaan op dit systeem. Op 1 januari 2006 is het Besluit beheer verpakkingen, papier en karton in werking getreden. Dit besluit regelt de producentenverantwoordelijkheid voor de inzameling en verwerking van verpakkingsafval als papier, glas, metaal en kunststof. Hierbij wordt gebruik gemaakt van bestaande inzamelsystemen van gemeenten. Producenten en importeurs dienen volgens het besluit gemeenten vanaf 1 januari 2006 een vergoeding te betalen voor het inzamelen van huishoudelijk afval. Inmiddels is een akkoord tussen rijk, bedrijfsleven en gemeenten tot stand gekomen over de uitvoering van het besluit. Het is de bedoeling dat de gemeenten voor de gescheiden inzameling een vergoeding ontvangen vanuit een Afvalfonds dat wordt gevoed vanuit het ministerie van VROM en het “verpakkend” bedrijfsleven. Samen met de andere Friese gemeenten heeft onze gemeente voorkeur voor kunststof inzamelen via nascheiding in plaats van bronscheiding. De VNG zal het initiatief nemen voor een overleg met het verpakkende bedrijfsleven en de minister van VROM om aanvullende afspraken te maken over de financiële vergoeding aan gemeenten in geval van nascheiding. Wanneer nagescheiden kunststof erkend en vergoed wordt, zal in onze gemeente geen aparte inzamelstructuur voor kunststoffen opgezet worden. Landschap en landbouw In de Nota Ruimte zijn voor Fryslân twee Nationale Landschappen aangewezen, waarvan de Noordelijke Wouden van belang is voor onze gemeente. Globaal genomen ligt het gebied zuidelijk van Kollum (het woudenlandschap) in de Noordelijke Friese Wouden. In het streekplan, dat eind 2006 is vastgesteld, wordt de globale begrenzing van het Nationaal Landschap aangegeven. Dit betekent een erkenning van unieke landschapskwaliteiten en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. De toekenning van het predicaat Nationaal Landschap houdt in dat er financieringsmogelijkheden zijn vanuit het rijk voor projecten in de sfeer van cultuurhistorische en landschappelijke elementen, educatie, beleving, inspiratie en recreatieve benutting. Binnen het Nationaal Landschap geldt het algemeen planologisch beleid zoals is vastgelegd in het streekplan. Voor gebieden behorend tot het Nationaal Landschap moet bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen rekening gehouden worden met behoud en versterking van de aanwezige bijzondere landschappelijke kwaliteiten. Landschap en landbouw (en recreatie) zijn nauw met elkaar verbonden. Ont-
Programmabegroting 2010
44-109
wikkelingen binnen de landbouw vragen om schaalvergroting met gemakkelijk bewerkbare percelen zonder “hindernissen” zoals bomen en sloten. Het woudenlandschap is echter juist uniek vanwege haar kleinschaligheid. Behoefte aan grotere percelen vanuit het oogpunt van een efficiënte bedrijfsvoering staat soms op gespannen voet met de behoefte aan kleinschaligheid vanuit landschappelijk en recreatief oogpunt. Door schaalvergroting in de landbouw zullen er naar verwachting agrarische bedrijven en gebouwen aan het agrarisch gebruik worden onttrokken en hun agrarische functie verliezen. Waar schaalvergroting niet mogelijk is, wordt gezocht naar alternatieve bronnen van inkomsten (diversificatie, ecologisering, intensivering, hermenging). Energievoorziening De prijzen voor gas en elektriciteit stijgen al jaren fors en de verwachting is dat de prijzen ook in de toekomst zullen blijven stijgen. De energiekosten stijgen sneller dan de huurprijzen. Het gevolg hiervan is dat de woonlasten voor huishoudens voor een steeds groter deel bepaald worden door de energielasten. Steeds meer huishoudens, en dan vooral de huishoudens uit de lagere inkomensgroepen, zullen bij ongewijzigd beleid problemen krijgen met het betalen van hun energierekening.
Wat willen we bereiken (ambities) Zaken waaraan we de komende 4 jaren willen gaan werken worden in onderstaande tabel opgesomd: Oplossingsrichtingen Doelstelling/Activiteit
Te bereiken effect
De bestaande goede kwaliteit van de fysieke leefomgeving (bodem, water, lucht) behouden en waar mogelijk verbeteren
Een schoon, gezond, veilig woon- en werkklimaat voor jongeren, ouderen en gezinnen met kinderen. Geen sprake van milieuschade. Een aantrekkelijk woon- en leefklimaat dat bijdraagt aan het welbevinden van de mensen en de leefbaarheid van de bewoners. Een aantrekkelijke buitengebied voor zowel bewoners als recreanten Behoud agrarische functie in combinatie met landschapsbeheer Schone en opgeruimde omgeving, optimaal milieurendement.
De kwaliteit van de leefruimte (gebruiks- en belevingswaarde) in stand houden en waar mogelijk verbeteren/versterken Behoud en herstel van waardevolle landschappen en natuurwaarden Verbreding/differentiatie landbouwsector Doelmatig inzamelen afvalstoffen en behalen doelstellingen van het Landelijk Afvalbeheersplan (LAP) Een energieneutrale gemeente in 2020
Een meer structurele relatie tussen NME-Centrum De Klyster en de basisscholen
Geen afwenteling van eigen milieubelasting op toekomstige generaties of bevolkingsgroepen elders. Beheersing van energieprijzen (woonlasten) Een zelfstandige energievoorziening, waardoor risico's door leveringsproblemen van aardgas of elektriciteit worden weggenomen. Elk schooljaar worden alle kinderen en de leerkracht bereikt met Natuur en Milieu Educatie (NME)
Het beleid voor dit programma is in hoofdlijnen neergelegd in:
• • • • • • • • • • • • •
Milieubeleidsplan (2001–2008), met hieraan gekoppeld het milieu-uitvoeringsprogramma Woonplan Werkboek Duurzaam omgeven, inclusief Uitvoeringsprogramma (vastgesteld in de raad van 16 december 2004) Energievisie Groenbeheerplan 1995 Groenstructuurplan 2007 Eindrapport Onderzoek afvalscheiding en afvalpreventie 2003 Rapport zwerfafval 2005 Gemeentelijk rioleringsplan (2004-2009) Beleid niet-rioolaangesloten percelen buitengebied (NRAP) Regionaal Waterplan Afkoppelplan kern Kollum Bestemmingsplan Buitengebied
Programmabegroting 2010
45-109
• • • •
Intentieverklaring Noordelijke Friese Wouden Bodembeheerplan 2006 Baggerplan (2002-2011) Beleidsplan NME-Centrum De Klyster (vastgesteld door college op 13 september 2005)
Wat doen we ervoor Groenbeheer: kapvergunningenbeleid (conform MJP 2007-2011) Het kapvergunningenbeleid wordt in 2009 herzien. Het doel is duurzame instandhouding van waardevolle en monumentale bomen binnen de gemeente en tegelijkertijd het verminderen van de regeldruk die samenhangt met de procedure van het verlenen van kapvergunningen. Voor deze herzieningen is inventarisatie van waardevolle bomen noodzakelijk. Door vereenvoudiging van de procedure kan worden toegewerkt naar een kostendekkend legestarief. Door vermindering van het aantal te verlenen kapvergunningen met 75% wordt een kostenbesparing gerealiseerd. Milieubeleidsplan 2009-2013 (conform MJP 2008-2012) Het nieuwe milieubeleidsplan zal breder van opzet worden: (interne) projecten/plannen/visies als Energievisie, Duurzaam Omgeven, Woonplan, Bestemmingsplannen, Omgevingsbeleid, Bouwbeleidsplan zullen in hoofdlijnen opgenomen worden en geïntegreerd in de nieuw op te stellen visie. Daarnaast wordt een interactieve bijdrage van burgers gevraagd. Deze visie wordt gebruikt om de komende jaren het overkoepelende milieubeleid van de gemeente te realiseren. Op basis van het nieuwe beleidsplan wordt voor vier jaar een uitvoeringsprogramma opgesteld, waarin opgenomen alle activiteiten en het benodigde budget die voortvloeien uit het beleidsplan. Energieneutraal in 2020 Met het vaststellen van Energieneutraal als standaard heeft de gemeente een lange termijn visie vastgesteld op het gebied van duurzaamheid. Hoofdstuk 4 & 5 van de energievisie beschrijven een gefaseerde aanpak en de benodigde financiële middelen om de doelstelling van een energieneutrale gemeente in 2020 te kunnen halen. Om in het jaar 2020 een energieneutrale gemeente te kunnen zijn is een forse inzet nodig op energiebesparing in de bestaande woningen (zie programma 1) en andere gebouwen (zoals scholen) en maximale inzet op benutting van duurzame energie bronnen (zon, wind, biomassa). Met de goedkeuring van de begroting 2009-2013 wijkt de financiële inzet af van, en vervangt derhalve, de voorgestelde inzet van financiële middelen zoals opgenomen in de energievisie.
Periode I (2008 – 2012) In 2008 wordt de registratie- en monitoringsystematiek opgezet. Tevens worden zo mogelijk aanvullende fondsen geworven die nodig zijn voor de uitvoering. De subsidie voor Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK) is aangevraagd en goedgekeurd. In deze periode wordt veel geïnvesteerd in het opbouwen van netwerken en het stimuleren van initiatieven. Samen met Hogeschool Van Hall-Larenstein wordt de Werkplaats voor studenten uitgevoerd. In de grote projecten zoals herstructurering Kollum-Zuid, MFC De Triemen-Westergeest, Lauwershage wordt maximaal ingezet op het bereiken van energieneutraliteit (zie programma 1). De eigenaars van de bestaande voorraad aan woningen zullen gestimuleerd worden om energiebesparende maatregelen toe te passen (zie programma 1). Nieuwe woningen zullen zoveel mogelijk energieneutraal gebouwd worden (zie programma 1). Er zal actief aan fondsenwerving worden gedaan (bijv. SLOK-regeling). Energieverbruik van de gemeente Kollumerland c.a. zal gevisualiseerd worden om een verlaging en een bijdrage aan duurzame energie zichtbaar te maken. De gemeentelijke organisatie is aan het einde van de periode energieneutraal. De gemeente neemt een besluit over de plaatsing van een windmolenpark in de gemeente. Tijdelijke uitbreiding formatie NME-Centrum De Klyster NME-Centrum De Klyster wil middels een pilot-project van twee jaar met een beperkt aantal basisscholen een programmatische werkwijze ontwikkelen. Tijdens dit project wordt het huidige aanbod voor de basisscholen gehandhaafd. De nieuwe werkwijze sluit aan bij de landelijke trend op NME-gebied en voorziet in de behoefte om systematischer elk basisschoolkind te bereiken en met de scholen een duurzame binding aan te gaan. Aan het einde van het project eind 2010 wordt vastgesteld of deze werkwijze definitief wordt ingevoerd. Voor de uitvoering van het pilot-project wordt de formatie van NME-Centrum De Klyster voor 2009 en 2010 tijdelijk met 18 uur uitgebreid te worden. Plattelânsprojekten heeft voor dit project inmiddels voor 2009
Programmabegroting 2010
46-109
subsidie toegezegd. De verwachting is dat voor het jaar 2010, Plattelânsprojekten ook subsidie toekent aan dit project.
Maatregelen Programma 5 - Kwaliteit Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2009-2012 doelstelling
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
tijdas start
afgerond
De kwaliteit van de leefruimte (gebruiks- en belevingswaarde) in stand houden en waar mogelijk verbeteren/versterken.
Aantrekkelijk woon- en leefklimaat dat bijdraagt aan het welbevinden van de mensen en de leefbaarheid van de bewoners.
Inventarisatie waardevolle bomen
Beleidsplan met kader voor bescherming van beschermwaardige bomen.
2009
2010
75% minder aanvragen kapvergunningen Plan
2008
2009
Energiebesparende maatregelen in de bestaande woningen en andere gebouwen (zoals scholen) Maximale benutting van duurzame energiebronnen (zon, wind, biomassa) Werkplaats voortzetten
Jaarlijkse rapportage
2008
2020
Jaarlijkse rapportage
2008
2020
Jaarlijkse rapportage
2008
2020
Energiemonitor opzetten
Jaarlijkse rapportage
2008
2020
Energieverbruik visualiseren
Jaarlijkse rapportage
2008
2020
Energieneutraal in de diverse bouwprojecten
Per project fasedocumenten waarin ambitieniveau is vastgelegd: - Visiedocument - Programma van eisen - Toets voorlopig ontwerp Evaluatierapport eind 2010
2008
2020
2009
2010
De bestaande goede kwaliteit van de fysieke leefomgeving behouden en waar mogelijk verbeteren Energieneutrale gemeente in 2020
Een meer structurele relatie tussen NMECentrum De Klyster en de basisscholen
Een schoon, gezond, veilig woon- en werkklimaat voor jongeren, ouderen en gezinnen met kinderen. Geen milieuschade. Geen afwenteling van eigen milieubelasting op toekomstige generaties of bevolkingsgroepen elders. Beheersing van energieprijzen (woonlasten). Een zelfstandige energievoorziening, waardoor risico's door leveringsproblemen van aardgas of elektriciteit worden weggenomen.
Alle kinderen en de leerkracht worden jaarlijks bereikt met Natuur en Milieu Educatie (NME)
Aangepaste APV
Vernieuwing milieubeleidsplan
M.b.v. extra formatie ontwikkeling nieuwe methodiek en uitvoering pilotproject + evaluatie
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 5 Omschrijving
rekening 2008 baten
lasten
begroting 2009 na wijziging saldo
baten
lasten
saldo
begroting 2010 baten
lasten
saldo
Resultaat voor bestemming
2.743.874
4.943.903
-2.200.029
2.581.331
4.317.290
-1.735.959
2.653.269
4.263.900
-1.610.631
mutatie reserve Resultaat na bestemming
2.743.874
0 4.943.903
0 -2.200.029
41.035 2.622.366
0 4.317.290
41.035 -1.694.924
2.653.269
4.263.900
0 -1.610.631
Programmabegroting 2010
47-109
Nieuwe wensen PROGRAMMA 5
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2010
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Zeer gewenst Fryske Walden Herziening groenbeheerplan Vervoer voormannen groenbeheer Totalen onderdeel B:
Programmabegroting 2010
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
14.000 18.000 10.000 42.000
0 0 10.000 10.000
0 0 10.000 10.000
48-109
0 0 10.000 10.000
6
Mobiliteit en Infrastructuur
Programmaportefeuillehouder: R. Schaafstal Programmaregisseur: T. Reitsma Donormanager: T. Boorsma Het programma beoogt samen met burgers te komen tot duurzaam veilig verkeer naar alle mogelijke voorzieningen in dorpen en buitengebied waarbij gebruik wordt gemaakt van veilige en op haar functie berekende infrastructuur.
Analyse van de huidige situatie Bereikbaarheid De bereikbaarheid van onze gemeente voor autoverkeer is niet optimaal door de afstand tot de stroomwegen (autowegen en –snelwegen). De reistijd van Kollum naar de A7 bedraagt op dit moment ongeveer 20 minuten terwijl het ritduurcriterium aangeeft dat vanuit Kollum binnen 15 minuten het hoofdwegennet bereikt zou moeten kunnen worden. Door onvoldoende werkgelegenheid in de regio is een groot deel van de inwoners en bedrijven afhankelijk van een goede bereikbaarheid van en naar de economische centra. De bedrijventerreinen in Kollum en Kollumerzwaag liggen ongunstig ten opzichte van de provinciale ontsluitingstructuur. Voor Kollum wordt onderzocht of aanleg van een oosttangent op verantwoorde wijze verbetering kan brengen. Voor Kollumerzwaag is de aanleg van de rondweg Veenklooster een verbetering van de bereikbaarheid van de bedrijven. Door de regionale winkelfunctie van Kollum verdient de verkeerstructuur in en naar het winkelgebied extra aandacht zodat een prettige winkelomgeving en goede bereikbaarheid blijven gewaarborgd. Personenvervoer De provincie Fryslân heeft als concessieverlener in het Provinciaal Verkeer en Vervoer Plan (PVVP) 2006 de beleidslijnen voor het openbaar vervoer uitgezet. Het beleid is vraaggericht opgesteld. Sinds eind 2006 voert Connexxion het busvervoer in noord- en zuidwest-Fryslân uit. De provincie constateert het laatste jaar een stijging van het gebruik en een afname van het aantal klachten. Het leerlingen- en WMO-vervoer wordt na de aanbesteding van 2006 sinds 1 januari 2007 uitgevoerd door de Combinatie (samenwerkingverband van regionale vervoerders). Mobiliteit De intensiteit/capaciteitverhouding voor autoverkeer op de hoofdwegenstructuur binnen de gemeentegrenzen (provinciaal en gemeentelijk) is voldoende. De mobiliteit en het autobezit neemt echter steeds meer toe. De provincie Fryslân gaat in haar prognoses uit van een groei van 48% van personen- en vrachtautokilometers in de periode 2000 – 2020. Belangrijkste oorzaken zijn afname van de bezettingsgraad van auto’s, meerdere banen in één gezin en tijdige leveringen door bedrijven. Volgens de prognoses zal het aandeel openbaar vervoer dalen van 5 tot 4%. Ook het aandeel fietsverplaatsingen neemt af van 38% in 2000 tot 34% in 2020. De hoofdfietsroute Buitenpost – Kollum is voor verschillende voorzieningen (scholen, treinstation) van groot belang. Ondanks recente investeringen in extra parkeervoorzieningen in woonstraten, ervaren bewoners een tekort aan parkeerplaatsen op verschillende locaties in de dorpen. Veiligheid De wegen zijn gecategoriseerd in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) 1999. Op de meeste wegen in het buitengebied en binnen de bebouwde kom is het snelheidsregime aan de categorisering aangepast. Deze categorisering moet op een aantal punten worden afgestemd op het PVVP 2006. Specifieke knelpunten (black spots) zijn verleden tijd. Ongevallen vinden zeer verspreid over het wegennet plaats. Het rijden onder invloed (van alcohol en drugs) blijft in onze regio een punt van zorg. In het door Veilig Verkeer Nederland (VVN) en ANWB opgezette Verkeersveiligheidsproject Noordoost-Fryslân waarin de NOFAgemeenten deelnemen wordt naar oplossingen gezocht en worden activiteiten geïnitieerd. Sinds september 2003 neemt de gemeente deel aan de provinciale ‘Actie -25% verkeerslachtoffers’. Deze actie loopt tot en met 2010. Met het Verkeerseducatieplan, dat onderdeel is van de Actie, worden activiteiten opgezet gericht op een gedragsverbetering van alle verkeersdeelnemers. In NOFA-verband is een coördinator voor verkeerseducatieve activiteiten aangesteld. Naast activiteiten gericht op gedragverandering in het
Programmabegroting 2010
49-109
verkeer, blijft de aanpassing van de infrastructuur met het oog op veiligheid/leefbaarheid en wegbeeld/geloofwaardige snelheid noodzakelijk. In de gemeente zijn de volgende aandacht-/knelpunten:
• • • • • •
hoge snelheid op de Kwelderweg; wegen met relatief veel doorgaand verkeer in Kollumerzwaag, Kollumerpomp, Munnekezijl, Oudwoude, Triemen, Veenklooster en Westergeest; gedeelte Foarwei tussen Kollumerzwaag en Zwaagwesteinde; Keningswei vanaf Veenklooster naar rotonde met N358; Simmerwei en kruispunt Simmerwei – E. Meinertswei; schoolomgevingen en –routes.
Bij de openbare verlichting werkt de gemeente toe naar een verlichtingsituatie waarbij alle bebouwde kommen worden voorzien van energiezuinige, witte (PLL) dimverlichting. In het buitengebied zijn bij kruispunten en verkeersonveilige locaties lichtmasten geplaatst. Voor de verbetering van de sociale veiligheid zijn een aantal hoofdfietsroutes in het buitengebied verlicht. De gemeente heeft een goed onderhouden en jong lichtmastenbestand. In 2007 zijn de laatste lichtmasten met asbestvoet verwijderd. Wegen Het huidige kwaliteitsniveau van de wegen is onvoldoende. Het kwaliteitsniveau zal de komende periode van vijf jaar weer op het gewenste kwaliteitsniveau worden gebracht. Tussentijds vindt monitoring plaats.Bij een aantal wegen is het gebruik door autoverkeer niet in overeenstemming met functie en/of de breedte van de weg. Met gerichte maatregelen zal het gebruik moeten worden beïnvloed. Vaarwegen Het recreatieve vaarwegennetwerk omvat De Zwemmer, Stroobossertrekvaart, Zijlsterrijd, de Lauwers, het Kollumerkanaal en (deels) het Oud Dokkumerdiep. De Zijlsterrijd is geschikt voor open zeilboten en kleine kajuitzeilboten (klasse Czm). De overige vaarwegen zijn geschikt voor de doelgroep (grotere) motorboten (klasse Cm of Dm). Door het beweegbaar maken van de brug in de Lauwersmeerweg over de Zijlsterrijd is de vaarroute van Kollum tot Lauwersmeer een staande mast route. Het planmatig onderhoud van de gemeentelijke vaarwegen is vastgelegd in het baggerplan. Onderhoud aan de kleinere waterwegen is voor de kleine recreatievaart (kano, motor- en roeiboot) van belang.
Ontwikkelingen en trends Bereikbaarheid De provincie en gemeenten investeren fors in de infrastructuur in Noordoost-Friesland. Ten zuidoosten van Buitenpost wordt een rondweg aangelegd inclusief een aansluiting op de Trekweg nabij Augsbuurt en een noordelijke aansluiting op het bedrijventerrein De Swadde in Buitenpost. De start van de uitvoering staat gepland in 2010. Voor de langere termijn is de aanleg van de Centrale As en het aanbrengen van voorzieningen voor langzaam verkeer aan de Skieding (N358) richting de A7 voor de gemeentelijke ontsluiting op de hoofdwegenstructuur van belang. Al deze maatregelen zijn erop gericht het verkeer via erftoegangswegen naar veilige gebiedsontsluitingswegen en stroomwegen te geleiden en vice versa. Doorgaand autoverkeer zal uit erftoegangsgebieden (30 en 60 km gebieden) worden geweerd. Personenvervoer Voor het busvervoer ontstaat door de aanleg van de Centrale As een goede openbaar vervoer verbinding met het treinstation in Veenwouden. De provincie vraagt zich af of de sneltrein op termijn niet in Veenwouden moet stoppen in plaats van Buitenpost. Veiligheid Het principe van duurzaam veilig blijft leidend voor de verkeersveiligheid. De nadruk zal nog meer komen te liggen op gedragsverandering door educatie en voorlichting en de handhaving door politie. Door de vergrijzing van de bevolking neemt het aantal ouderen op de weg toe: deels als voetganger, deels als fietser en deels als automobilist. Ouderen in kwestie zijn gewend aan autorijden en zullen dit zo lang mogelijk blijven doen. Gevolg is meer ouderen over langere afstanden.
Programmabegroting 2010
50-109
Meer ouderen betekent ook veranderingen in ruimtebeslag en –gebruik. Dit leidt tot meer rollators op straat en scootmobielen, 40 km-auto’s en elektrische fietsen op de weg. De herkenbaarheid van de verschillende wegcategorieën zal worden verbeterd door de aanpassing van markeringen tijdens het onderhoud aan de weg. Wegen en vaarwegen Door de toename van actieve senioren, de opkomst van cultuurtoerisme en toename van korte vakanties en dagtrips mag een groter aantal recreanten/toeristen binnen de gemeentegrenzen worden verwacht. De recreant is echter wel verwend en verwacht goede voorzieningen. In het kader van het Friese Merenproject fase 2 wordt rond 2012 het Dokkumer Grootdiep uitgebaggerd. In de komende tijd zal geprobeerd worden het uitbaggeren van Alde Lunen bij dit project onder te brengen hetgeen een kostenbesparing zal opleveren.
Wat willen we bereiken (ambities) Doelstelling veilig ingerichte wegen wegenonderhoud op basisniveau goede onderhoudstoestand recreatieve voorzieningen instandhouding aansluitende gronden en verhardingen veilig verkeersgedrag verbetering bereikbaarheid bedrijventerreinen Kollum en Kollumerzwaag optimale fietsroutes optimaal en toegankelijk openbaar vervoer
bevorderen duurzame mobiliteit
Effect verbetering veiligheid en leefbaarheid, gewenst verkeersgedrag voorkoming kapitaalvernietiging en claims, ongehinderde verkeersafwikkeling tevreden recreanten en inwoners, imagoverbetering gemeente, versterking lokale werkgelegenheid verbetering verkeersveiligheid, rekening houden met andere verkeersdeelnemers, vermindering verkeerslachtoffers versterking vestigingsklimaat en lokale werkgelegenheid, ontlasting bestaande infrastructuur veilige en snelle (directe) bereikbaarheid voorzieningen, positief gezondheidseffect gebruik openbaar vervoer door mensen met een functiebeperking i.p.v. WMO-vervoer, optimaal vervoersaanbod bus en trein verbetering leefbaarheid, vermindering uitstoot milieubelastende stoffen
Beleid Het beleid voor het programma is in hoofdlijnen neergelegd in:
• • • • •
Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP 1999); Verkeerseducatieplan (2003); Beleidsplan Openbare Verlichting (1999); Werkboek Duurzaam Omgeven, inclusief Uitvoeringsprogramma; Baggerplan 2002 – 2011.
Wat doen we ervoor Veilig ingerichte wegen Samen met de bewoners van Oudwoude is een visie ontwikkeld voor hun dorpsgebied, de Structuurvisie Oudwoude. Voor realisatie heeft de provincie beschikbaar gesteld uit het Meerjarenprogramma Landelijk Gebied. De start van de uitvoering is gepland eind 2009. Verkeersveiligheidsmaatregelen worden zoveel mogelijk met het planmatig onderhoud en reconstructies gecombineerd. Wegenonderhoud In juni 2009 is de beleidsvisie wegen Kollumerland c.a. door de gemeenteraad vastgesteld, waarbij gekozen is voor kwaliteitsniveau ‘Basis’. Het onderhoud aan de wegen bestaat uit twee soorten: Regulier onderhoud dat uit de exploitatie wordt betaald en herstructurering waarop wordt afgeschreven. Voor het bepalen van het regulier onderhoud wordt gebruik gemaakt van een beheerprogramma. Veilig verkeersgedrag Een verkeerscoördinator organiseert in NOFA-verband verkeerseducatieve projecten. Op deze manier wordt effectief en efficiënt uitvoering gegeven aan het Verkeerseducatieplan.
Programmabegroting 2010
51-109
Bereikbaarheid bedrijventerrein Kollumerzwaag De aanleg van de rondweg Veenklooster is planologisch geregeld en de meeste benodigde grond is aangekocht. De rondweg verbetert de verblijfkwaliteit van bewoners en toeristen, de toegankelijkheid van het parkeerterrein achter café Boszicht en de bereikbaarheid van (het bedrijventerrein van) Kollumerzwaag. Optimaal en toegankelijk openbaar vervoer In NOFA-verband zal de gemeente zich sterk maken voor het behoud van de sneltrein en het treinstation Buitenpost / Kollum. Deze sneldienst is van belang omdat ze een snelle verbinding is naar Leeuwarden en Groningen. Bruggen met aslastbeperking: In het najaar 2008 heeft de raad ingestemd met de aanpak van deze bruggen. De vervangingskosten worden gedekt uit de algemene reserve. In onderstaande tabel zijn de doelstelling, effecten etc. in schema gebracht.
Maatregelen Programma 6 - Mobiliteit en Infrastructuur Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2010-2013 doelstelling
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
Tijdas start
Afgerond
veilig ingerichte wegen
verbetering veiligheid en leefbaarheid, gewenst verkeersgedrag
vervanging openbare verlichting aanpak knelpunten
geen masten ouder dan 30 jaar wegvak- en kruispuntmaatregelen uitgevoerd wegvak- en kruispuntmaatregelen uitgevoerd brug zonder beperking kwaliteitsniveau heeft rapportcijfer 6
2007
2010
2007
2010
2008
2009
2008
2010
2009
2014
verbetering schoolomgeving en -routes
wegenonderhoud op basisniveau
veilig verkeersgedrag
verbetering bereikbaarheid bedrijventerreinen Kollum en Kollumerzwaag optimale fietsroutes
voorkoming claims en kapitaalvernietiging, verlagen ongevalrisico, comfortverbetering weggebruikers verbetering verkeersveiligheid, rekening houden met andere verkeersdeelnemers versterking vestigingsklimaat en lokale werkgelegenheid, ontlasting bestaande infrastructuur veilige en snelle (directe) bereikbaarheid voorzieningen, positief gezondheidseffect, vermindering CO2 uitstoot
vervangen bruggen met aslastbeperking activeren deel onderhoudsbudget
uitvoeren verkeerseducatieplan
minder dan 23 ernstige verkeersslachtoffers per jaar
2007
doorlopend
rondweg Veenklooster
noordelijke rondweg aangelegd
2009
2010
dorpsbewegwijzering
geplaatste fiets/voetwegwijzer
2009
2010
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2009 t/m 2012 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 6
rekening 2008 saldo
baten
lasten
saldo
begroting 2010
baten
Resultaat voor bestemming
210.466
2.804.088
-2.593.622
28.230
3.467.216
-3.438.986
35.726
2.315.512
-2.279.786
mutatie reserve Resultaat na bestemming
210.466
2.804.088
0 -2.593.622
893.928 922.158
0 3.467.216
893.928 -2.545.058
35.726
2.315.512
0 -2.279.786
Programmabegroting 2010
lasten
begroting 2009 na wijziging
Omschrijving
baten
lasten
52-109
saldo
Nieuwe wensen PROGRAMMA 6
Totaal loopinvesteringtijd
2010
Kapitaallasten 2011 2012
2013
10.071 2.787 12.858
11.143 2.787 13.930
10.286 2.787 13.073
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Wettelijk verplicht Onkruidbestrijding Onkruidbestrijding, aanschaf extra veegunit Totalen onderdeel A:
Programmabegroting 2010
60.000 14.000 74.000
7 7
10.714 2.787 13.501
0 11.213 11.213
0 11.213 11.213
0 11.213 11.213
53-109
0 11.213 11.213
7
Fysieke en sociale veiligheid
Programmaportefeuillehouder: B. Bilker Programmaregisseur: T. Hogendorp Donormanager: B.J. Kram
Inleiding Doelstelling van het programma is een structurele aandacht voor veiligheid bij de diverse beleidsdisciplines en een goede afstemming daarin. Kollumerland c.a. profileert zich als woongemeente. Om mensen prettig in Kollumerland te laten wonen moet voldoende aandacht worden besteed aan veiligheidsaspecten. Inwoners van onze gemeente moeten zich niet alleen thuis veilig voelen, maar ook in hun omgeving of als ze uitgaan.
Analyse van de huidige situatie Veilige woon- en leefomgeving Veel inwoners voelen zich niet veilig als gevolg van een zekere verloedering van de samenleving. De meldingen van overlast gaan over de hangplekken van jongeren, horecabezoekers in het weekend en asociaal gedrag van buurtgenoten. De overlast die jongeren veroorzaken is veelal het gevolg van overmatig alcoholgebruik. Het alcoholgebruik bij jongeren ligt in het noorden van het land hoger dan gemiddeld. Daarnaast is er een toenemend gebruik van (hard)drugs, zoals cocaïne, speed, xtc en ghb. Vechtpartijen onder jongeren worden als “hoort er bij” beschouwd. Van dit soort geweld wordt bijna nooit aangifte gedaan. Geweld in de relationele sfeer, huiselijk geweld, is vaak lange tijd gaande voordat slachtoffers ermee naar buiten treden. Inbraak in woningen en voertuigen in de buurt hebben een grote impact op de bewoners. Fysieke veiligheid Om de verkeersveiligheid te verbeteren is op veel plaatsen in de gemeente een maximum snelheid van 30 en 60 km/u ingevoerd. In de praktijk blijkt, dat deze maatregel over het algemeen wordt genegeerd. De brandveiligheid van nieuwe gebouwen is hoog. In oudere gebouwen en woningen valt genoeg te verbeteren. Het risico met betrekking tot externe veiligheid (gevaarlijke stoffen) of een natuurramp is in onze gemeente naar verhouding klein. Het risico van een pandemie neemt toe.
Ontwikkelingen en trends • • • • •
Van de gemeenten wordt steeds meer gevraagd. Ook op het gebied van de lokale veiligheid. Inwoners dienen hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Politie Fryslân moet bezuinigen. De formatie bij de politie op het platteland is al minimaal. De politie beperkt zich haar tot haar kerntaken. Het harddrugsgebruik onder jongeren in deze regio is toegenomen. Georganiseerde criminaliteit uit Oostblok- en Balkanlanden neemt toe in ons land. Volgens deskundigen komt er een pandemie. De grote vraag is wanneer.
Wat willen we bereiken (ambities) Het beoogde maatschappelijke effect is een gemeente waar de inwoners veilig zijn en zich veilig voelen. Onze gemeente behoort tot een van de veiligste in ons land. Toch voelen inwoners zich niet altijd en overal veilig. Om het veiligheidsgevoel in positieve zin te beïnvloeden is het programma gericht op:
Programmabegroting 2010
54-109
Oplossingsrichtingen Doelstelling / Activiteit
Te bereiken effect
inwoners bewust maken van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor veiligheid en verbeteren van de sociale cohesie
effectievere bestrijding overlast en criminaliteit door sociale controle
preventief toezicht, handhaving en het veiliger maken van de fysieke leefomgeving
subjectieve veiligheid en vertrouwen in de overheid
alcohol en drugs minder toegankelijk maken voor jongeren
minder overlast en minder verkeersslachtoffers
beperken uitgaansgeweld en hinder
veilig kunnen uitgaan
stimuleren van meldingen en aangiften m.b.t. (thuis)geweld
hulpverlening voor slachtoffers en voor daders.
Wat doen we ervoor Veilige woon en leefomgeving
Sociale controle Inwoners bepalen zelf voor een groot deel de veiligheid van hun woonomgeving als zij bewust zijn van hun rol en verantwoordelijkheid. Het melden van ongewone zaken en het doorgeven van signalementen, kentekens en dergelijke helpt de gemeente en politie in het effectief bestrijden van criminaliteit. Een adequate registratie en bewaking van de afhandeling en terugkoppeling voorkomt het gevoel van de inwoners dat er met hun meldingen toch niets wordt gedaan. Het meldpunt is ondergebracht bij het gemeentelijk handhavingsteam. Het Burgernet (deelnemende burgers worden per sms gevraagd uit te kijken naar een persoon, die voldoet aan het signalement) zal in 2010 over het land worden uitgebreid. Buurtagenten In 2006 zijn in het team Noordoost 9 buurtagenten aangesteld. Deze politiemensen bouwen en onderhouden hun netwerk in hun gebied (Kennen en gekend worden). Door de informatie die een buurt-agent krijgt via zijn netwerk kunnen dreigende problemen tijdig worden gesignaleerd en voorkomen. Sociaal team Verslaving, psychische problemen, verstoorde relaties zijn vaak de oorzaak van veel overlast voor omwonenden. Deze vorm van overlast vraagt veelal om een multidisciplinaire aanpak van het Sociaal Team (gemeente, politie, woningstichting, SMO (Stichting Maatschappelijke Opvang), GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg), MW (Maatschappelijk Werk), MEE Friesland (hulpverlening aan mensen met een beperking), VNN (Veilig Verkeer Nederland), Jeugdzorg e.a.). Door middel van jaarverslagen worden de acties en resultaten in beeld gebracht. Steeds vaker moet de gemeente bijspringen bij het opruimen van woningen / erven. Buurtbemiddeling In toenemende mate worden gemeente en politie betrokken bij burenconflicten. Door de bemoeienis van de overheid wordt het conflict veelal alleen maar erger, omdat de gemeente of politie veelal slechts de symptomen kan bestrijden en niet de oorzaak kan wegnemen. Daar waar de oorzaak een verstoorde relatie is, kan een mediator worden ingeschakeld. Toezicht en handhaving Doel: Bijdragen aan de veiligheid op straat door zichtbaar preventief toezicht en handhaving. Het project toezichthouders NOF zal met het oog op de deregulering en ontwikkelingen bij zowel politie als gemeenten in een andere vorm worden gegoten. Voorop staat zichtbaar preventief toezicht en de handhaving van zogenaamde kleine ergernissen. Vandalisme Doel: Schade als gevolg van vandalisme in 2010 mag niet meer zijn dan in 2009. Met name tijdens de jaarwisseling vindt veel vandalisme plaats. Tijdens de jaarwisseling wordt weer een beveiligingsorganisatie ingezet voor permanent toezicht op de risicovolle plaatsen. Daarnaast wordt mobiel camera toezicht toegepast. Verder vinden kleinere vernielingen plaats aan vooral scholen en sporthal/-zalen. Van vernielingen wordt aangifte gedaan. Is de dader bekend, dan wordt de schade verhaald.
Programmabegroting 2010
55-109
Geweld op straat In veel gevallen wordt een vechtpartij tussen jongeren als “iets wat erbij hoort” beschouwd. Ook al zijn er behoorlijke verwondingen, men vindt het niet nodig om aangifte te doen. Dit gedrag bevordert ook op latere leeftijd “losse handjes”. Daarom is in de driehoek (burgemeester, Openbaar Ministerie en politie) afgesproken om zonder aangifte toch tot vervolging over te gaan. Een verbod tot het vechten op voor publiek toegankelijke plaatsen is in de APV opgenomen. Het Openbaar Ministerie komt met een ‘weekendarrangement’: vechtersbazen worden standaard drie dagen vastgehouden voor onderzoek. Huiselijk geweld Doel: De meldings-/aangiftebereidheid van slachtoffers en mensen uit de directe omgeving van slachtoffers en/of daders te stimuleren. De gemeente heeft de regiefunctie: politie, GGD, Fier Fryslân (voor hulp bij huiselijk geweld) en de Raad voor de Kinderbescherming spelen een belangrijke rol in de aanpak. Bij het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld, dat wordt gefinancierd door de gezamenlijke Friese gemeenten, kunnen (eventueel anoniem) incidenten worden gemeld. Bij artsen, scholen, leerplichtambtenaar, kinderopvangplaatsen en dergelijke wordt aangedrongen op oplettendheid en het melden van verdachte gevallen. De burgemeester kan een dader tijdelijk (maximaal 28 dagen) een huisverbod opleggen voor een afkoelingsperiode, zodat een hulpverleningstraject kan worden opgestart. Horeca Doel: De overlast van bezoekers van horecagelegenheden, met name ’s nachts, te beperken. Overmatig alcoholgebruik is vaak oorzaak van overlastgevend gedrag en verkeersongelukken. Om drankgebruik door jongeren terug te dringen is regelmatig toezicht op de drankverstrekking in de met name laagdrempelige horeca (verenigingskantines en dorpshuizen) noodzakelijk. Door een wijziging van de drank- en horecawet zullen er de komende jaren meer regelgevende en toezichthoudende bevoegdheden aan de gemeenten worden overgedragen. Dit vraagt van het handhavingsteam de nodige capaciteit. Veiligheid evenementen Doel: De veiligheidsrisico’s bij evenementen te beperken. De gemeente heeft de verantwoordelijkheid om door middel van voorschriften de voorzienbare risico’s tot een maatschappelijk aanvaardbaar niveau te beperken en de naleving van de voorschriften te handhaven. Vooral de brandveiligheid krijgt veel aandacht. Bij evenementen met een risico voor verstoring van de openbare orde dient de organisatie zelf voor de ordehandhaving te zorgen met behulp van een particuliere beveiligingsorganisatie binnen de inrichting. Overlast hangjongeren. Doel: De klachten met betrekking tot overlast van rondhangende jeugd mogen niet toenemen. Het toezicht en de handhaving van de leerplicht wordt onverminderd voortgezet. Daarnaast zal het ambulant jongerenwerk (jongerenwerkers die de jongeren opzoeken op plaatsen waar ze hun vrije tijd doorbrengen) een grotere rol moeten krijgen. Verkeer Doel: Het aantal verkeersongevallen te verminderen. De maximum snelheid van 30 km in de woongebieden moet worden afgedwongen door fysieke maatregelen, die in reconstructieplannen worden meegenomen. Aan de hand van door de gemeente uitgevoerde snelheidsmetingen kan de politie gericht controleren op zogenaamde klachtenlocaties en risicowegen. Op de basisscholen wordt weer een verkeersexamen afgenomen. Rampenplan Het actualiseren van draaiboeken van het rampenplan is een voortdurend proces en het is essentieel om in geval van calamiteiten als overheid adequaat te kunnen optreden. De betrokken bestuurders en ambtenaren van het gemeentelijk beleidsteam en het gemeentelijk managementteam worden in een cursus geïnformeerd over de gevolgen van de Wet op de veiligheidsregio’s. Brandweer Om goed uitgerust te zijn voor de hulpverleningstaak dient dit jaar de communicatieapparatuur te worden vervangen (piepers, portofoons, mobilofoons en helmheadsets).
Programmabegroting 2010
56-109
In onderstaande tabel zijn de doelstelling, effecten etc. in schema gebracht.
Maatregelen Programma 7 – Fysieke en sociale veiligheid Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2010-2013 doelstelling
maatschappelijk effect
maatregel
indicator
start
afgerond
Preventief toezicht op straat
Inwoners voelen zich veiliger op straat
bestuursrapportage politie/gemeente
2010
doorlopend
Verbeteren van de verkeersveiligheid
Minder verkeersslachtoffers
bestuursrapportage politie/gemeente
2005
doorlopend
Overlast hangjongeren beperken
Geen overlast in de vorm van rommel, lawaai, intimidatie en vandalisme Veilig kunnen uitgaan
Zichtbaar toezicht door geüniformeerde Bijzondere Opsporingsambtenaren (BOA’s) Gedragsbeïnvloeding (snelheidsinformatiesborden). Snelheidsremmende maatregelen. Handhaving. Toezicht en handhaving door politie en BOA’s. Registratie van overlastgevende jongeren. Afspraken met ondernemers, politie, brandweer en particuliere beveiliging. Toezicht en handhaving Centraal meldpunt Burgernet Wijkagent Sociaal Team Buurtbemiddeling Groenbeheer Project Stop Huiselijk Geweld. Uitvoering Wet Tijdelijk Huisverbod. Project geweld is niet normaal. Actualisatie rampenplan. Oefenen rampenstaf en hulpverleners. Wet op de veiligheidsregio’s.
klachtenregistratie
2006
doorlopend
bestuursrapportage politie/gemeente
2007
doorlopend
bestuursrapportage politie/gemeente
2007 2009 2007 2005 2007 2006 2006
doorlopend
Veiligheid in de horeca en bij evenementen bevorderen Burgers zijn bewust van eigen verantwoordelijkheid
effectieve bestrijding overlast en criminaliteit
Stimuleren melding en aangifte geweldpleging
Terugdringen huiselijk geweld en geweld in de publieke ruimte
Bij een (dreigende) ramp of zwaar ongeval adequaat kunnen optreden
Betere bescherming van burgers bij een (dreigende) ramp of zwaar ongeval.
Jaarverslag Fier Fryslân bestuursrapportage politie/gemeente
doorlopend
2009
bestuursrapportage
2005
doorlopend
2010
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 7 Omschrijving
rekening 2008 baten
begroting 2009 na wijziging
lasten
saldo
baten
lasten
begroting 2010
saldo
baten
lasten
saldo
Resultaat voor bestemming
39.405
624.600
-585.195
24.919
718.522
-693.603
5.000
632.250
-627.250
mutatie reserve Resultaat na bestemming
39.405
624.600
0 -585.195
0 24.919
0 718.522
0 -693.603
5.000
632.250
0 -627.250
Nieuwe wensen PROGRAMMA 7
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2010
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Wettelijk verplicht Wet tijdelijk huisverbod Totalen onderdeel A:
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
2.000 2.000
2.000 2.000
2.000 2.000
2.000 2.000
0 4.613 0 0 4.613
0 4.920 0 0 4.920
0 4.715 0 0 4.715
0 4.510 0 5.313 9.823
4.000 0 0 0 4.000
0 0 5.000 0 5.000
4.000 0 0 0 4.000
0 0 0 0 0
Zeer gewenst Veiligheidsmonitor Brandweer - communicatieapparatuur Brandweer - uitrusting (individueel) Brandweer - materiaal + uitrusting (individueel) Totalen onderdeel B:
Programmabegroting 2010
0 20.500 42.500 63.000
5 10
57-109
8
Sturende en dienstverlenende gemeente
Programmaportefeuillehouder: B. Bilker Programmaregisseur: G. Monsma Donormanager: L. de Bruijn
Inleiding Het programma omvat maatregelen met betrekking tot de interne en externe dienstverlening van de gemeentelijke organisatie en de ondersteuning van het bestuur. Het beoogde maatschappelijke effect is een democratisch bestuur dat effectief, efficiënt en transparant is. Om duidelijkheid te krijgen of onze gemeente op langere termijn invulling kan geven aan haar taken heeft de raad besloten onderzoek te doen naar de noodzaak om samen te werken met andere gemeenten, waarbij een fusie niet op voorhand werd uitgesloten. Het onderzoek heeft uitgewezen dat onze gemeente de eerstkomende jaren nog zelfstandig zal kunnen blijven functioneren doch dat op termijn een herindeling niet valt te voorkomen. Vooralsnog wordt ingezet op het realiseren van bovenregionale ambities door op basis van projecten samenwerking aan te gaan met de daarbij meest passende partners/gemeenten. De visie van de gemeente is als volgt omschreven: “De gemeente is een overheidsorganisatie die midden in de samenleving staat. De gemeente zorgt ervoor dat ze haar taken op efficiënte en effectieve wijze uitvoert. De gemeente beschikt hiertoe over goed gekwalificeerd personeel dat de taken van de gemeente op FRISse wijze uitvoert. FRIS staat voor Flexibel, Resultaatgericht, Integraal en Samenwerkend.” De missie van waaruit de activiteiten van de gemeente worden opgepakt is als volgt geformuleerd: “Woongemeente zijn in een omgeving met ruimte en met zorg voor jong en oud”. De missie voor de ambtelijke organisatie is in het kader van de organisatieontwikkeling als volgt beschreven: “De taak van de ondersteuningsorganisatie voor gemeenteraad en college van burgemeester en wethouders is zorgen voor resultaat. Zorgen dat wat het bestuur van de gemeente wil bereiken gebeurt en dat de dienstverlening aan de inwoners, bedrijven en maatschappelijke instellingen in de gemeente Kollumerland c.a. op een kwalitatief goed niveau wordt uitgevoerd.”
Analyse van de huidige situatie Elektronisch tijdperk De digitalisering voor burger en bedrijven vereist een totale vernieuwing van het denken bij het inrichten van systemen en werkwijzen. Door opnieuw naar processen en systemen te kijken komt de vraag, keer op keer, terug: kan het niet eenvoudiger, is het nog wel noodzakelijk, kan het niet integraler? Op deze wijze ontstaan er nieuwe ideeën en projecten zoals de inrichting de Omgevingsvergunning, Vereenvoudiging van wet en regelgeving. Ook worden er andere wegen bewandeld, zoals Melding Openbaar Gebied, voorheen als MidOffice product, nu als losstaand product gebruikt makend van de WABO (Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht)-infrastructuur. Bij het Mid-Office wordt, voor 2010, specifiek gekozen voor een aantal producten die de burger via internet kan aanvragen en waarvan het behandelingstraject vervolgens ook via internet gevolgd kan worden. Samenwerking In onze en ook in de ons omringende gemeenten is de laatste tijd veelvuldig gediscussieerd over de noodzaak om te komen tot het vormen van grotere gemeenten. Op dit moment is de insteek dat onze gemeente de komende jaren zelfstandig kan blijven functioneren en dat voor gemeenteoverstijgende ambities samenwerking gezocht wordt met de meest daarvoor geschikte partners. Dit in de vorm van projectmatig werken. Desondanks dienen we alert te blijven op herindelingdiscussies zoals die in Noordoost-Fryslân zich ontwikkelen teneinde de belangen van onze gemeente vroegtijdig te kunnen inbrengen.
Programmabegroting 2010
58-109
Rechtmatigheid Het vaststellen van rechtmatigheid van uitgaven en inkomsten is een regulier onderdeel van de werkzaamheden van budgethouders en kredietbewakers. Aan de hand van een per financieel proces in te richten dossier beoordeelt de accountant of voor dit onderdeel een goedkeurende verklaring kan worden afgegeven. Over de boekjaren 2007 en 2008 hebben wij een dergelijke goedkeurende verklaring ontvangen. De werkgroep rechtmatigheid ziet er op toe dat de betreffende werkzaamheden volledig en kwalitatief binnen de organisatie worden uitgevoerd. Vooralsnog is het niet verstandig de werkgroep al te ontbinden al is dit op termijn wel de inzet. Uiteindelijk is de afdelingsmanager verantwoordelijk voor het rechtmatig uitvoeren van de werkzaamheden binnen zijn afdeling. P&C-cyclus De afgelopen tijd is veel aandacht gegeven aan de verbetering van de planning & controlcyclus. Daarbij is zeker voortgang geboekt. Conform het met de raad overeengekomen informatieplan worden de respectievelijke stukken in de raad aan de orde gesteld. Op dit moment is een werkgroep actief die zich bezig houdt met een gewijzigde opzet van informatieverstrekking via de raadsprogramma ’s zoals die in de begroting en jaarrekening wordt gepresenteerd. Een vernieuwde presentatie die invulling moet geven aan het gegeven dat de raad op grote lijnen stuurt zonder dat dit de kaderstellende en controlerende taak van de raad geweld aandoet zal eerst met ingang van de begroting 2011 zijn intrede doen. Dit jaar is de opzet van de begroting dan ook conform de voorgaande jaren.
Ontwikkelingen en trends Als sturende en dienstverlenende gemeente zullen we de komende jaren (mogelijk nog meer dan al het geval is) geconfronteerd worden met:
• •
•
•
De Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen. Deze wet doet zijn intrede per 1 oktober 2009. Dit is 3 maanden eerder dan verwacht. In 2010 zal de wet geëvalueerd worden. De dienstverlening van de overheid moet fundamenteel worden verbeterd, waarbij het op termijn de bedoeling is dat de gemeente het eerste loket wordt voor de totale overheid. Binnen de gemeente zal nagedacht moeten worden over hoe de dienstverlening te professionaliseren, waarbij aansluiting moet worden gezocht bij het concept Antwoord© zoals dat is uitgegeven door de centrale overheid. In 2010 wordt een start gemaakt met de ontwikkeling van een KlantenContactCentrum. Ook de digitale dienstverlening vraagt aandacht en is een ontwikkeling die gestimuleerd wordt vanuit het project “de andere overheid”. Midoffice is inmiddels in onze organisatie geïmplementeerd waarmee de burger de mogelijkheid wordt geboden de eerste digitale producten van de gemeente af te nemen. Het aanbod van producten zal in 2010 verder worden ontwikkeld. Decentralisatie van overheidstaken gaat verder. Nog meer overheidstaken zullen bij de gemeenten worden neergelegd en wel op diverse beleidsterreinen, waaronder: - vorming van veiligheidsregio’s en versterking van rampenbestrijding en crisisbeheersing; - taken op het gebied van onderwijsachterstanden, voor- en vroegschoolse educatie, voortijdig schoolverlaten; - taken op het gebied van cultuur, monumenten, archeologische monumentenzorg en dergelijke; - taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, Centra Jeugd en Gezin; - de invoering van de omgevingsvergunning, vermindering regeldruk. Het betreft hier geen limitatieve opsomming. Om de dienstverlening op niveau te houden is samenwerken met andere gemeenten onontbeerlijk. Overigens zal het samenwerkingsverband NOFA niet verder worden geïntensiveerd ter voorkoming van beïnvloeding van toekomstige herindelingsvarianten. De NOFA-samenwerking blijft zeker bestaan doch vindt meer plaats op basis van projecten waarbij de meest geschikte partners met elkaar optrekken.
Wat willen we bereiken (ambities) Doelstellingen waaraan we het komende begrotingsjaren aan willen werken zijn in onderstaande tabel opgenomen.
Programmabegroting 2010
59-109
Doelstelling Het verbeteren van de dienstverlening aan de burger
Een democratisch bestuur die verder vorm geeft aan (bestuurlijke) samenwerking met andere partners Aandacht voor organisatieontwikkelingen Verbetering van de financiële functie Aandacht voor informatiedeling met de burgers, bedrijven en maatschappelijke instanties
Te bereiken effect Tijdige afhandeling van brieven, vergunningen projecten etc. inclusief een verbetering van de digitale dienstverlening met als gevolg tevreden burgers Een transparant bestuur en waarborging van de continuïteit van de dienstverlening en een efficiënte bedrijfsvoering Een op haar taken toegerust ambtelijke apparaat Tijdige en kwalitatief betere management- en bestuursinformatie inclusief verbetering beleidsadvisering Het creëren van draagvlak en betrokkenheid van de burgers.
Wat doen we ervoor Wet dwangsom en beroep De Overheid moet een betrouwbare partner zijn voor burgers, bedrijven en maatschappelijke instanties en tijdig op aanvragen beslissen. Wordt niet tijdig besloten dan kan de burger de gemeente ingebreke stellen en een dwangsom claimen. De wet doet vervroegd zijn intrede en wel per 1 oktober 2009. Eind 2010 zullen we de werking van de wet evalueren en de raad de bevindingen kenbaar maken. Aanschaf scanstraat t.b.v. het DMS Van rijkswege worden eisen gesteld aan elektronische dienstverlening. De doelstelling is om 65% van de informatie en dienstverlening elektronisch beschikbaar te stellen. De ontwikkelingen op dit terrein worden op NOFA-niveau aangepakt. Inmiddels is gestart met de aanbieding van elektronische producten en wordt er gewerkt met een pilot van elf zaaksoorten organisatiebreed. De behandeling van de werkprocessen vindt digitaal plaats. Wat niet digitaal is moet digitaal worden gemaakt door scanning. Samenwerken gemeenten De NOFA-samenwerking krijgt een projectmatige opzet met minder bestuurlijke drukte. Per onderwerp wordt aansluiting gezocht met partners die daartoe het meest geschikt zijn. De samenwerkingspartners behoeven zich niet te beperken tot het NOFA-gebied. Ontwikkeling gezamenlijk NOFA-inkoopbureau. Er is een Nofa-werkgroep actief die zich bezighoudt met de ontwikkeling van een gezamenlijke inkoop- en aanbestedingsnota. Inmiddels is een externe kracht aangetrokken die de mogelijkheden zal inventariseren en beleid zal ontwikkelen. Met het binnenhalen van kennis op het gebied van (Europese) aanbesteding en het realiseren van financieel voordeel door gezamenlijke inkoop en aanbesteding zullen de kosten op geringe termijn moeten zijn terugverdiend. Evalueren 213a (doelmatigheid en doeltreffendheid)-onderzoeken In 2008 wordt één groot onderzoek gedaan met als onderwerp het grondbeleid. De verwachting is dat dit onderzoek in de november raadsvergadering 2008 zal worden gepresenteerd. Het 213a onderzoek zal in het jaar daarop worden geëvalueerd op de punten van aanbeveling zoals die in het rapport zijn gedaan en voor zover overgenomen door de raad. De 213a onderzoeken zijn bedoeld om uitvoering te geven aan de controlerende taak van de raad. Afdelingsbudgetten Ten behoeve van de versterking van de onderlinge binding, verbetering van de cultuur en verhoging van het de betrokkenheid bij de organisatie en verhoging van het werkplezier wordt per afdeling een jaarlijks budget beschikbaar gesteld van € 20,- per medewerker. Vervanging telefooncentrale Voortschrijdende technologische toepassingen maken het gewenst c.q. noodzakelijk de huidige telefooncentrale te vervangen door een op ip-technologie (internet protocol) gebaseerde centrale. Door integratie van spraak- en dataverkeer kan er via één fysiek kanaal (het netwerk) gecommuniceerd worden (telefoon/fax/email/video/voicemail). Diverse applicaties kunnen aan de telefonie worden gekoppeld die vergaande mogelijkheden biedt om de interne communicatie te verbeteren.
Programmabegroting 2010
60-109
Medewerkerstevredenheidsonderzoek Periodiek onderzoek door een niet bij de organisatie betrokken instantie naar de tevredenheid van de medewerker wordt belangrijk geacht. Het onderzoek levert doorgaans aandachtspunten op die het functioneren van medewerkers ten goede komt met als bijkomend effect een verhoogd prestatieniveau van het ambtelijk apparaat. Opleiden personeel, inclusief leeftijdsbewust personeelsbeleid Ten behoeve van het op peil houden van de kennis van lopende en nieuwe ontwikkelingen is het een vereiste het kennisniveau van het personeel op peil te houden. Wat betreft leeftijdsbewust personeelsbeleid moet gedacht worden aan coaching en opleiding om bestaand personeel geïnteresseerd te houden bij de eigen organisatie. P&C-cyclus optimaliseren Met de invoering van de planning & controlcyclus is een tijdige rapportering van informatie richting de raad verbeterd. Een pilot is actief om met ingang van de begroting 2010 te komen met een gewijzigde opzet van de begrotingsinformatie die recht doet aan de kaderstellende en controlerende taak van de raad. Licenties ORACLE RDBMS De afkorting RDBMS staat voor relationeel database management system. Met dit systeem wordt informatie opgeslagen in databases met de mogelijkheid managementinformatie te genereren. De huidige licentie omvat 16 gebruikers. Bij de invoering van de (Basisadministratie Adressen en Gebouwen) BAG zal het aantal minimaal uitgroeien naar ± 50 gebruikers. Om legaal te werken is offerte opgevraagd. Oracle heeft een eenmalige offerte opgesteld met een korting van circa 50%. Rampenbestrijding Aan het actualiseren van de draaiboeken is de laatste jaren veel werk verricht. Jaarlijks worden oefensessies en trainingen georganiseerd om bestuurders en medewerkers die een functie hebben binnen de rampenbestrijding te instrueren. In onderstaande tabel zijn de doelstelling, effecten etc. in schema gebracht.
Programmabegroting 2010
61-109
Maatregelen Programma 8 – Sturende en dienstverlenende gemeente Concrete maatregelen als uitvloeisel raadsprogramma voor 2009-2012 Tijdas doelstelling
(maatschappelijk) Maatregel effect Het verbeteren van de Tijdige afhandeling van Uitwerking Wet dwangsom en dienstverlening aan de brieven, vergunningen beroep burger projecten etc. met als gevolg tevreden burgers Inrichting en werkend midoffice inclusief de aanschaf van een scanstraat Een democratisch beEen transparant beSamenwerken gemeenten stuur dat verder vorm stuur en waarborging geeft aan (bestuurlijke) van de continuïteit van samenwerking met de dienstverlening en Ontwikkeling inkoopbureau andere partners een efficiënte bedrijfsvoering Aandacht voor organisa- Een op haar taken Evalueren 213a onderzoek tieontwikkelingen toegerust ambtelijke apparaat Invoeren van afdelingsbudgetten Aanschaf koffie- en heetwaterapparatuur Vervanging telefooncentrale
Verbetering van de financiële functie
Aandacht voor informatiedeling met de burgers, bedrijven en maatschappelijk instanties
Tijdige en kwalitatief betere managementen bestuursinformatie inclusief verbetering beleidsadvisering
Medewerkerstevredenheidsonderzoek Opleiden personeel, inclusief leeftijdsbewust personeelsbeleid Licenties ORACLE / RDBMS
P&C-cyclus optimaliseren
Goed geïnformeerde Er zullen opleidingen plaatsvininwoners met draagvlak den in het kader van de rampenvoor te nemen beslisbestrijding singen
Indicator
Start
Tijdige besluitvorming plus een minimum aan uit te betalen boeten (het eerste jaar maximaal € 20.000,-
2009
Afge rond 2011
Toename van elektronische dienstverlening
2008
2011
Minder bestuurlijke drukte en projectmatige opzet van samenwerking Functionerend inkoopbureau met kennis over (Europese) aanbesteding Evaluatierapport voor de raad Verbetering cultuur en onderlinge binding Vervanging
2009
-
2009
2010
2009 2010
-
2010
-
Verbetering van interne communicatie in 2009 offerte / 2010 onderzoek Opleidingsplan
2010
-
2009
2010
Legale werksituatie voor ± 50 werkplekken m.b.t. managementinformatiestysteem Pilotactiviteiten die leiden tot een gewijzigde presentatie van begrotingsinformatie Geïnstrueerde bestuurders/medewerkers die een functie binnen het rampenplan hebben
2010
2010 -
2010
2009
2010
Wat mag het kosten De totale kosten voor de uitvoering van het programma zijn weergegeven in de onderstaande tabel. Voor de jaren 2010 t/m 2013 is een raming gemaakt van de te verwachten lasten en baten. Programma 8
rekening 2008 saldo
baten
lasten
saldo
begroting 2010
baten
Resultaat voor bestemming
176.770
1.509.288
-1.332.518
170.729
1.733.882
-1.563.153
172.729
1.757.663
-1.584.934
mutatie reserve Resultaat na bestemming
176.770
1.509.288
0 -1.332.518
33.172 203.901
0 1.733.882
33.172 -1.529.981
3.750 176.479
1.757.663
3.750 -1.581.184
Programmabegroting 2010
lasten
begroting 2009 na wijziging
Omschrijving
baten
lasten
62-109
saldo
Nieuwe wensen PROGRAMMA 8
Totaal loopinvesteringtijd
Kapitaallasten 2011 2012
2013
105.000
0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 13.125 0 0 13.125
0 0 0 15.225 0 0 15.225
0 0 0 14.700 0 0 14.700
3.100 8.250 10.000 0 13.400 5.000 39.750
3.100 8.250 0 7.800 13.400 5.000 37.550
3.100 8.250 0 7.800 0 5.000 24.150
3.100 8.250 0 7.800 0 5.000 24.150
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
10.000 10.000
7.500 7.500
5.000 5.000
5.000 5.000
2010
2010
Exploitatielasten 2011 2012
2013
Zeer gewenst Afdelingsbudgetten Toename vergaderkosten Aanschaf scanstraat t.b.v. het DMS Vervanging telefooncentrale Licenties ORACLE RDBMS Opleiden personeel, inclusief LBP Totalen onderdeel B:
0 0 0 105.000 0
10
Overige prioriteiten Wet dwangsom en beroep Totalen onderdeel C:
Programmabegroting 2010
63-109
Algemene dekkingsmiddelen & onvoorzien
Algemene dekkingsmiddelen De gemeente genereert inkomsten uit verschillende bronnen om zo haar uitgaven te kunnen bekostigen. Deze inkomsten kunnen in verschillende categorieën worden onderscheiden: 1. Inkomsten waartegenover een prestatie staat of een geleverde voorziening. Deze soort inkomsten worden verkregen uit heffingen. Hierbij kunt u denken aan bijvoorbeeld rioolrechten, afvalstoffenheffing of leges. 2. Inkomsten die vrij aanwendbaar zijn. Deze soort inkomsten worden verkregen uit belastingheffing (bijvoorbeeld onroerend zaakbelasting of hondenbelasting), ontvangsten (subsidies of bijdragen), rente, dividenden en met name ook uit de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. De eerstgenoemde categorie inkomsten worden verantwoord op de respectievelijke programma’s en producten. De tweede categorie inkomsten worden weergegeven in dit programma Algemene Dekkingsmiddelen. Het overzicht van algemene dekkingsmiddelen heeft een voorgeschreven indeling en is verplicht op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording. Naast baten is er sprake van met baten samenhangende lasten. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien LASTEN Omschrijving Nutsbedrijven Geldleningen en uitzettingen < 1 jaar Beleggingen Geldleningen en uitzettingen >= 1 jr. Algemene uitkering Algemene baten en lasten Wet WOZ Baten OZB gebruikers Baten OZB eigenaren Baten baatbelasting Baten forensenbelasting Baten hondenbelasting Heffing en invordering gem. belastingen Saldo van kostenplaatsen Totaal van de lasten
Rekening 2008
35.426 2.374 18.656 115.488 135.080 755.733 1.062.759
Begr.+wijz. 2009
Begr.+wijz. 2010
49.608 2.793 141.263 94.857 148.435 594.600 1.031.556
29.236 1.397 161.696 94.076 136.429 39.750 462.583
2011
Meerjarenplanning 2012
29.236 1.397 161.696 94.076 136.429 80.203 503.037
29.236 1.397 161.696 94.076 136.429 43.432 466.265
2013
29.236 1.397 161.696 94.076 136.429 72.435 495.268
BATEN Omschrijving Nutsbedrijven Geldleningen en uitzettingen < 1 jaar Beleggingen Geldleningen en uitzettingen >= 1 jr. Algemene uitkering Algemene baten en lasten Wet WOZ Baten OZB gebruikers Baten OZB eigenaren Baten baatbelasting Baten forensenbelasting Baten hondenbelasting Heffing en invordering gem. belastingen Saldo van kostenplaatsen Totaal van de baten
Rekening 2008
Begr.+wijz. 2009
Begr.+wijz. 2010
2011
Meerjarenplanning 2012
198.013 281 39.107 480.732 11.782.212 172.322 69.282 213.428 1.068.665 6.190 12.454 70.551 13.121 345.079 14.471.437
147.000 39.442 419.674 12.956.823 198.019 1.078.384 6.190 13.450 68.000 13.500 551.686 15.492.168
130.000 39.442 149.491 13.224.148 207.010 222.013 1.147.164 12.800 70.000 13.500 55.308 15.270.877
130.000 39.442 149.491 12.903.391 197.010 227.449 1.155.220 12.800 70.000 13.500 55.308 14.953.612
130.000 39.442 149.491 12.896.125 67.010 227.449 1.155.220 12.800 70.000 13.500 55.308 14.816.346
130.000 39.442 149.491 12.870.898 67.010 227.449 1.155.220 12.800 70.000 13.500 55.308 14.791.119
14.808.294
14.450.575
14.350.081
14.295.850
2013
RESULTAAT 13.408.678
Programmabegroting 2010
14.460.612
66-109
Toelichting Lokale heffingen De baten en lasten die betrekking hebben op de WOZ, de onroerend zaakbelasting, baatbelasting, forensenbelasting en de hondenbelasting staan weergegeven onder lokale heffingen. Er wordt in 2010 en 2011 een kleine structurele verhoging meegenomen. Algemene uitkering De baten en lasten ten gevolge van de algemene uitkering uit het gemeentefonds worden onder de kop algemene uitkering weergegeven. Ten opzichte van de meerjarenraming 2009-2012 laat de algemene uitkering een lichte stijging zien. Dit wordt veroorzaakt door de wijziging van het ramen tegen lopende prijzen in plaats van constante prijzen zoals gemeld in de voorjaarsnota. Was deze wijziging niet doorgevoerd dan was het verlies in de meerjarenraming € 300.000 geweest. De septembercirculaire 2009 heeft voor onze gemeente positieve gevolgen gehad voor de meerjarenraming. Nutsbedrijven Deze regel bevat de baten en lasten van de dividenden die de gemeente ontvangt van Eneco, Kabel Noord en de Bank Nederlandse Gemeenten. Deze dividenden worden lager ingeschat. Algemene baten en lasten Op basis van ervaringscijfers is een redelijke inschatting gemaakt van de algemene baten en lasten. Saldo van de kostenplaatsen Dit bedrag is aanzienlijk verlaagd aangezien in het verleden teveel rente is doorberekend naar de interne en externe producten. Er werd een vast percentage doorbelasting terwijl de renteomslagmethode toegepast had moeten worden. Hierdoor werd meer doorbelast dan er aan kosten was waardoor een groot overschot ontstond op de kostenplaatsen. Op de afzonderlijke producten zijn de verschillen niet groot, maar vele kleine verschillen, maken een groot verschil op saldo kostenplaatsen.
Programmabegroting 2010
67-109
Onvoorzien Voor onvoorzien is binnen de begroting een bedrag van € 39.255,-- gereserveerd. Dit bedrag is gebaseerd op een tarief per inwoner: dit tarief wordt niet jaarlijks geïndexeerd. Het bedrag is structureel beschikbaar voor onvoorziene en onuitstelbare uitgaven gedurende de meerjarige begrotingsperiode.
Programmabegroting 2010
68-109
Paragrafen
Programmabegroting 2010
69-109
Weerstandsvermogen Algemeen Onder het weerstandsvermogen wordt verstaan “het vermogen om niet-structurele financiële risico’s te kunnen opvangen teneinde de taken van de gemeente te kunnen voortzetten”. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit (de middelen waarover de gemeente beschikt/kan beschikken om niet begrote posten te dekken) en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenramingen. Om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen is het noodzakelijk inzicht te hebben in de weerstandscapaciteit en de risico’s die de gemeente loopt. In juni 2009 is de Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen in de Gemeente Kollumerland c.a. vastgesteld door de gemeenteraad. Een belangrijk onderwerp vormen de grondexploitaties en hiervoor is in dezelfde vergadering de Nota Grondbedrijf aangeboden; deze nota is als werkdocument vastgesteld. Met deze nota Risicomanagement en weerstandsvermogen in de Gemeente Kollumerland c.a. wordt verdere invulling gegeven aan hoe om te gaan met beide onderwerpen. Vanwege de actualisatie van weerstandscapaciteit, ingeschatte risico’s en weerstandsvermogen in de genoemde nota’s wordt in deze paragraaf volstaan met het volgen van de minimumvereiste volgens het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten. De minimumvereiste schrijft voor dat een inventarisatie van de weerstandscapaciteit, een inventarisatie van de risico’s en het beleid omtrent beide onderwerpen wordt weergegeven. Voor de beide inventarisatie worden de gegevens gebruikt uit de Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen in de Gemeente Kollumerland c.a. Inventarisatie weerstandscapaciteit: Weerstandscapaciteit zijn de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. De onderdelen zijn de algemene reserves, de onbenutte belastingcapaciteit, de posten onvoorzien en de stille reserves. De weerstandscapaciteit van de Gemeente Kollumerland c.a. is als volgt opgebouwd (stand per 1 januari 2010): € Algemene reserves Bestemmingsreserve bouwgrondexploitatie Bestemmingsreserve eigen kapitaal, niet vrij besteedbaar Onvoorziene posten Onbenutte belastingcapaciteit * Totaal
4.465.382 1.396.000 2.925.520 13.085 129.000 8.928.987
* Onbenutte belastingcapaciteit: betreft het verschil tussen de opbrengsten die de gemeente zou moeten realiseren alvorens zij aanspraak zou kunnen maken op rijkssteun zoals die geldt cf. de artikel 12 regeling van de financiële verhoudingswet en de werkelijke opbrengsten.
De weerstandscapaciteit is aanzienlijk toegenomen ten opzichte van de nota. Dit wordt veroorzaakt door het toevoegen van de bestemmingsreserve eigen kapitaal, niet vrij besteedbaar. Deze bestemmingsreserve valt onder de algemene reserves aangezien de bestemming intern en niet extern gericht is. De reserve kan te allen tijde worden ingezet voor versterking van de weerstandscapaciteit.
Programmabegroting 2010
70-109
Inventarisatie risico’s: In de eerdergenoemde nota is een uitgebreide risicotabel opgenomen. Deze wordt gedurende het jaar geactualiseerd In deze paragraaf wordt volstaan met een gecomprimeerd overzicht. € Inkomsten Kapitaalgoederen Financiering Deelnemingen Grondzaken Bedrijfsvoering Projecten Verbonden partijen Open einde regelingen Juridisch Totaal
75.860 280.000 153.574 Accepteren 800.000 30.600 466.500 228.180 206.470 85.000 2.326.184
Beleid omtrent weerstandscapaciteit en risico’s De gemeente doet binnen de bestaande besluitvorming en de werkprocessen wel aan risicomanagement en kent een planmatig risicomanagement dat als zodanig in de nota is vastgelegd en wordt uitgevoerd. Om risicomanagement toe te passen in de bedrijfsvoering is het onderdeel geworden van de planning & controlcyclus. Iedere keer moeten vier stappen worden doorlopen, namelijk identificatie van risico’s, analyse en beoordeling van risico’s, beheersing van risico’s en een structurele inpassing van dit alles in het beleid. De eerste drie stappen zijn in het kader van de Risicomanagement en weerstandsvermogen in de Gemeente Kollumerland c.a. al gezet. Er dient immers een nulpunt te zijn aan de hand waarvan structurele inpassing mogelijk is. Voor de structurele inpassing in beleid (stap 4) hebben de vakafdelingen de nota ontvangen en een instructie hoe om te gaan met de risico’s. Op de afdeling FZBS is een medewerker verantwoordelijk voor het up-todate houden van de risicotabel en er wordt bij ieder voorstel kritisch gekeken of er aandacht is geweest voor het risicomanagement en weerstandsvermogen. In B&W- en Raadsvoorstellen zal, waar dat van toepassing is, een hoofdstuk risico’s opgenomen worden, zodat ze door de afdeling financiën in de paragraaf weerstandsvermogen zijn op te nemen. Voor het hoofdstuk risico’s moeten bij elk advies, waar financiële risico’s aan te pas komen, drie stappen worden doorlopen: * Identificatie van risico’s * Analyse en beoordeling van risico’s * Beheersing van risico’s
Programmabegroting 2010
71-109
Onderhoud kapitaalgoederen Wegen Beleidsvisie In juni 2009 is de beleidsvisie wegen Kollumerland c.a. door de gemeenteraad vastgesteld. Gekozen is voor een kwaliteitsniveau Basis. Onderhoudsplannen Het onderhoud aan de wegen bestaat uit twee soorten: Regulier onderhoud dat uit de exploitatie wordt betaald en herstructurering waarop wordt afgeschreven. Voor het bepalen van het regulier onderhoud wordt gebruik gemaakt van een door ingenieursbureau Oranjewoud opgesteld beheerprogramma. Jaarlijks worden de te nemen onderhoudsmaatregelen bepaald aan de hand van de dan uitgevoerde inventarisatie en de op grond daarvan in het beheerprogramma ingebrachte gegevens. Van de investeringen is een plan gemaakt, waarin de te onderhouden wegen, de geraamde kosten en het jaar van uitvoering zijn opgenomen. Kwaliteitsniveau Het huidige kwaliteitsniveau van de wegen is onvoldoende. Het kwaliteitsniveau zal de komende periode van 5 jaar weer op het gewenste niveau worden gebracht. Tussentijds vindt monitoring plaats.
Bewegwijzering Beleidsvisie Voor de bewegwijzering is geen beleidsplan vastgesteld. De ANWB, die de bewegwijzering voor de gemeente plaatst, volgt de richtlijn Bewegwijzering. Onderhoudsplannen Jaarlijks stuurt de ANWB een overzicht met de benodigde onderhoudsbedragen. Dit overzicht bevat de onderhoudsbedragen voor de komende vijf jaar. Kwaliteitsniveau De bewegwijzering voldoet in het algemeen aan de richtlijn.
Openbare verlichting Beleidsvisie Het beleid is vastgelegd in het beleidsplan Openbare Verlichting. Dit beleid is vastgesteld in 1999. Onderhoudsplannen Het dagelijks onderhoud wordt tot 1 april 2013 uitgevoerd door IP Lighting. Het contract voorziet in het verhelpen van storingen en schades, grootschalige vervanging van lampen en het afhandelen van schades. Het beheer en toezicht vindt plaats in NOFA-verband en wordt verricht door een medewerker van de gemeente Dongeradeel. Kwaliteitsniveau De gemeente heeft een jong lichtmastenbestand (90% jonger dan 20 jaar) met energiezuinige PLL verlichting (80%). Over het algemeen voldoet de lichtopbrengst aan de gestelde doelen.
Programmabegroting 2010
72-109
Riolering Beleidsvisie De beleidsvisie ligt vast in het Gemeentelijke Rioleringsplan 2004-2009 (GRP, dat is vastgesteld op 18 december 2003): “Met de riolering wordt beoogd op een doelmatige wijze zoveel mogelijk afvalwater in te zamelen en te transporteren tot het overnamepunt waarbij het milieuhygiënisch en verantwoord functioneren van de bestaande riolering voorop staat om op deze manier een zo goed mogelijk leefmilieu te creëren dan wel te handhaven”. Onderhoudsplannen In het GRP (2004-2009) zijn diverse strategieën en plannen ontwikkeld om de riolen en gemalen naar behoren te laten functioneren. De strategieën en geplande maatregelen zullen jaarlijks worden geëvalueerd en daar waar nodig bijgesteld. Door de riolen en gemalen periodiek te inspecteren wordt inzicht verkregen in het kwaliteitsniveau en wordt het beheer- en onderhoudsplan jaarlijks geactualiseerd. Kwaliteitsniveau In het algemeen verkeren alle onderdelen van de riolering (o.a. vrijverval riolering, drukriolen, vacuüm riolering, gemalen, bergbezinkbassins, overstorten) technisch in een redelijke staat. Het streven is om jaarlijks 10% van het areaal aan rioolstelsels te inspecteren. Op deze manier kan normaal gesproken de kwaliteit van de bestaande stelsels goed in de gaten gehouden worden.
Waterbodems Beleidsvisie Het gemeentelijke water valt enerzijds te onderscheiden in water van de Friese boezem en polderwater en anderzijds in vaarten, sloten en vijvers. De beleidvisie is vastgelegd in het Milieubeleidsplan: “Een goede kwaliteit van water en bodem wordt behouden: een actief conserveringsbeleid”. Deze visie heeft geleid tot een gemeentelijke baggerplan (2002-2011) voor het gemeentelijke water ten aanzien van het diepte-onderhoud en het bodemslib. Onderhoudsplannen In het baggerplan (2002-2011) is een onderhoudsprogramma voor de periode van tien jaar opgesteld om het achterstallige baggeronderhoud weg te kunnen werken. Ten aanzien van bermsloten is het beleid dat deze jaarlijks, voor zover de gemeente daartoe verplicht is, worden geschoond. Kwaliteitsniveau Met het baggerprogramma uit het baggerplan (2002-2011) wordt het achterstallig baggeronderhoud inclusief enkele waterbodemsaneringen uitgevoerd.
Beschoeiingen Beleidsvisie De beleidsvisie van de gemeente voor beschoeiing is vastgelegd in de Quickscan, die in 2005 is uitgevoerd. Deze beleidsvisie is opgesteld om gestructureerd onderhoud aan beschoeiingen te kunnen plegen. Onderhoudsplannen In de beleidsvisie is aangegeven welke beschoeiingen op korte termijn (binnen 5 jaar) in een dusdanige onderhoudstoestand moeten worden gebracht wil de veiligheid gewaarborgd blijven waarbij deze kosten in verhouding staan tot de vervangingskosten. Kwaliteitsniveau De algemene indruk van de beschoeiingen is dat deze in een redelijke staat van onderhoud verkeren. Wel zijn er grote verschillen in kwaliteit tussen de verschillende typen waargenomen.
Programmabegroting 2010
73-109
Groen Beleidsvisie In 2007 is een Groenstructuurplan opgesteld dat door de raad is vastgesteld. In dit plan is de visie op groenstructuur vastgelegd.
Onderhoudsplannen In 2009 is gestart met een inventarisatie van het gemeentelijke groen t.b.v. het opstellen van een groenbeheerplan. In dat plan zal het gewenste kwaliteitsniveau van het onderhoud en de te besteden uren vastgelegd worden. Voor het uit te voeren onderhoud zijn de in de gemeentebegroting opgenomen middelen voor eigen personeel, eigen machines, gedetacheerde krachten (o.a. het werkvoorzieningschap Trion), derden en leveringen bepalend. Kwaliteitsniveau Het areaal groen neemt jaarlijks toe. In de afgelopen jaren zijn de beschikbaar gestelde middelen achtergebleven bij de inflatie en de toename van de omvang van het groen.
Sportvelden Beleidsvisie In de gemeentelijke sportnota (vastgesteld 18 november 2004) is o.a. beleid betreffende de sportvelden vastgelegd. Onderhoudsplannen Evenals bij het onderdeel “Groen” zijn de in de gemeentebegroting opgenomen middelen bepalend voor de werkzaamheden die uitgevoerd kunnen worden. De sportvelden zullen in het groenbeheerplan worden opgenomen. Kwaliteitsniveau Op basis van onderzoek van Grontmij zijn een aantal renovaties van sportvelden uitgevoerd. In 2009 is de laatste fase hiervan uitgevoerd.
Begraafplaatsen Beleidsvisie De vier gemeentelijke begraafplaatsen bevinden zich te Kollum, Oudwoude, Burum en Munnekezijl. Voor de begraafplaatsen is in 2007 een beleidsnotitie vastgesteld. Onderhoudsplannen De beschikbare middelen bepalen jaarlijks de omvang van het uit te voeren onderhoud. Kwaliteitsniveau De begraafplaatsen verkeren in goede staat.
Overlaadstation Beleidsvisie Vastgelegd is dat de gemeente over een eigen overlaadstation wil blijven beschikken waar de burgers op vaste tijden huishoudelijk afval en tuinafval kunnen afleveren. Op dit overlaadstation wordt ook het ingezamelde klein chemisch afval opgeslagen. Bij het overlaadstation bevindt zich een buitenopslag van de afdeling Openbare Werken. Onderhoudsplannen Het onderhoud wordt naar behoefte uitgevoerd. Een onderhoudsplan is niet aanwezig. Kwaliteitsniveau Het overlaadstation is in 2001/2002 geheel opnieuw ingericht en is in goede staat.
Programmabegroting 2010
74-109
Gebouwen Beleidsvisie In hoofdzaak gaat het om het gemeentehuis, de gebouwen voor opslag en stalling van afdeling Openbare Werken, de wasplaats, de brandweerkazerne, een sporthal, een sportzaal, een gymnastiekzaal, een aula, het gebouw Oostenburg, de oudheidkamer (Mr. Andreae) en een aantal abri’s. Voor deze gebouwen is geen beleidsplan vastgesteld. Onderhoudsplannen Er is geen onderhoudsplan voor de gebouwen. Kwaliteitsniveau De gebouwen verkeren over het algemeen in een goede staat.
Bruggen Beleidsvisie De gemeente Kollumerland c.a. is voor de helft eigenaar van de beweegbare brug over het Dokkumer Diep bij Stienfek. Gemeente Dongeradeel is voor de andere helft eigenaar. Die gemeente beheert de brug en laat het onderhoud uitvoeren. De onderhoudskosten worden door beide gemeenten gedeeld. Verder is de gemeente eigenaar van 42 vaste bruggen, zowel voor alle verkeer, voor fietsverkeer als voor voetgangers. Onderhoudsplannen Er is geen onderhoudsplan. Wel wordt het onderhoud systematisch uitgevoerd. Vanaf 2009 worden vier bruggen met een aslastbeperking vervangen. Deze zijn na realisatie toegankelijk voor alle verkeer. Kwaliteitsniveau De bruggen verkeren over het algemeen in een goede staat.
Programmabegroting 2010
75-109
Bedrijfsvoering Organisatie Voor de organisatie is een intern gerichte missie geformuleerd die de naam TriO (Operatie Opschudden Operatie) heeft meegekregen. De missie luidt als volgt: De kern van onze taak is het ondersteunen van de gemeenteraad, college van burgemeester en wethouders en de burgemeester bij de uitoefening van hun taken. Wij zullen moeten zorgen dat wat onze bestuurders willen in principe ook gebeurt en dat de dienstverlening aan onze inwoners, bedrijf en maatschappelijke organisaties op een passende manier wordt uitgevoerd. Bij TriO zijn drie partijen betrokken, te weten: - bestuur - medewerkers en - management. De doelstellingen van het project zijn: - De managers zullen meer sturing moeten geven aan de organisatie - De organisatie zal meer gericht moeten zijn op resultaat. In het TriO document zijn maatregelen opgenomen die het halen van de doelstellingen mogelijk moeten maken. Die maatregelen werken alleen als ook de werkhouding is dit vereist daarmee gelijk opgaat. Een aantal belangrijke omgevingsfactoren zijn:
• • • •
Vertrouwen hebben in medewerkers Van input naar output/outcome , dus resultaatgericht werken Per afdeling kan de aansturing verschillen bij het realiseren van organisatiedoelstellingen, zij het dat op inhoud er geen sprake van verschillen mogen zijn Er is differentiatie in type van afdeling en type manager, mede afhankelijk van de omvang van de afdeling.
Van het college (en achterliggend daaraan de gemeenteraad) mag worden verwacht dat op een heldere manier de “wat-vraag” wordt beantwoord. Wat moet er gebeuren en welke middelen (financiën en personeel) is men bereid daarvoor beschikbaar te stellen. Van het college wordt ook gevraagd om kritisch te kijken naar de rolverdeling tussen bestuur en organisatie. Cluster Personeel & Organisatie Om jonge mensen te interesseren voor een carrière bij de overheid wordt er ook bij de gemeente Kollumerland met toenemende mate gebruik gemaakt van trainees, dit ten gunste van de inhuur van externe consultants. Trainees zijn afgestudeerde mensen die graag een goede werkervaring willen opdoen en daarbij zeker ook belangstelling hebben voor lagere overheden. Werken met jonge mensen is ook voor onze eigen werkwijze en cultuur een stimulans tot veranderen en verbeteren. Verder werkt de gemeente Kollumerland, samen met een andere Friese gemeenten aan de verbetering van de doorstroming van personeel door middel van Warber Wisselwerk programma. Tevens wordt het Cafetaria systeem verruimd met fiscaal aantrekkelijke componenten voor de verschillende leeftijdsgroepen. Dit varieert van oude dagvoorzieningen, extra verlof tot studiemogelijkheden enzovoort.
Financieel beheer en Planning en Control Programmasturing De begroting is opgedeeld in 8 raadsprogramma’s. Per programma is een groep van drie personen verantwoordelijk gesteld (trojka) om inhoud te geven aan de respectievelijke programma’s. De trojka’s spelen een belangrijke rol bij de totstandkoming van (meerjaren)begroting, jaarrekening en tussentijdse verantwoordin-
Programmabegroting 2010
76-109
gen. Het geheel van activiteiten wordt gecoördineerd door de controller en staat binnen de organisatie bekend als programmasturing. In 2009 is een werkgroep actief geworden die zich buigt over een verbeterde presentatie van programmagegevens. De verwachting is dat de begroting 2011 zal worden ingericht op grond vernieuwde informatieverstrekking. Planning & Control Tengevolge van voortschrijdend inzicht wordt het planning & controlsysteem bij regelmaat aangepast aan de wensen van bestuur en organisatie. Begin 2009 is in samenspraak met de raad een informatieplan vastgesteld. Op basis van dit informatieplan zullen de stukken in 2010 in de raad aan de orde worden gesteld.
Personeel Formatie
In en Uitstroom voor het jaar: 2009 1e Organisatielaag
Datum Van
Algemeen Directeur
Datum T/M
1-1-2009 31-12-2009
Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal in dienst in dienst in dienst uit dienst in en uit op 1-1 op 31-12 getreden getreden dienst getreden 113
119
8
2
0
Date: 1-9-2009
Leeftijdcatogorie M/V: Leeftijdsklassen 26 t/m 30 31 t/m 35 36 t/m 40 41 Verhouding: t/m 45 : 63.03 46 Mannen t/m 50 36.97 51 Vrouwen: t/m 55 56 t/m 60 > 60
% %
Totaal:
Man
Vrou
5 2 8 17 14 12 9 8
1 3 10 5 12 7 6
75
44
Verdeling Man/Vrouw naar leeftijdscategorie 18 16
14 12
Man Vrouw
Aantal
10 8 6 4 2 0 26 t/m 30
31 t/m 35
36 t/m 40
41 t/m 45
46 t/m 50
51 t/m 55
56 t/m 60
> 60
Leeftijdscategorie Report: Page 1
Voor 2010 zijn er geen wijzigingen gepland op het gebied van de formatiegrootte. Gestreefd wordt de nullijn aan te houden.
Informatisering en Organisatie In 2010 zullen enkele grote gemeentelijke informatiesystemen in gebruik worden genomen. Systemen die zeker ook invloed hebben op de procesgang voor zowel de gemeente als de klant zijn wel de Omgevingsvergunning (WABO) en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Het al in 2009 ingevoerd Basisregistratiesysteem Personen (GBA) vormt met bovengenoemde systemen en het Mid-Office de basis voor de elektronische dienstverlening.
Programmabegroting 2010
77-109
Voor zowel organisatie als klant wordt er in 2010 begonnen met de opzet van een Klant Contact Centrum (KCC). Dit KCC dient in 2012-2015 de voorkant te zijn voor alle overheidsdiensten. De invoering van één telefoonnummer voor dit centrum, het zogenaamde 14+kengetal, zal dan ook ingevoerd worden. Het Document Management Systeem, onderdeel van het Mid-Office project zal in het eerste kwartaal van 2010 in gebruik worden genomen.
ICT en NOFA Centrale systemen Het centrale computersysteem (servers), nu ruim zes jaar oud, wordt vervangen door energiezuinige (groene) systemen en tevens is het aantal servers met 50% verminderd. Computers ten behoeve de nieuwe basisregistraties worden bij de gemeente Kollumerland uitgefaseerd. Hiervoor in de plaats worden er binnen de NOFA-gemeenten nog maar twee locaties ingericht. Samenvoegen ICT organisaties Op dit moment (oktober 2009) vindt er nog een onderzoek plaats naar de mogelijkheden. Het verminderen van computerinstallaties binnen de vier gemeenten gaat ondanks deze onduidelijkheid gewoon door. De contracten met het uitwijkcentrum in Lelystad zijn/worden niet meer nodig. De wettelijke verplichting voor het kunnen uitwijken wordt dan binnen NOFA afgedekt. In de periode 2009-2010 wordt er gewerkt aan de aanbesteding van een nieuw financieel systeem. Invoering wordt verwacht per 1 januari 2011.
Communicatie en het Internet In 2010 wordt verder gewerkt aan een kwaliteitsverbetering van de website. In NOFA verband zijn we bezig om de vier sites te laten voldoen aan alle verplicht gestelde richtlijnen. Ook de zoekfunctie op de pagina zal nog worden verbeterd.
Communicatie De afdeling communicatie doet in 2009 mee aan een Verbeter- en Innovatieprogramma communicatie, afgekort als VIP-COM. Het is hierbij de bedoeling dat we inzicht krijgen in de communicatie, kennis delen met andere gemeenten om ten slotte te komen tot prestatieverbetering. Het programma wordt uitgevoerd door TNS NIPO en o.a. ondersteund door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de VNG. Het doel van dit programma is enerzijds ervoor te zorgen dat communicatie een wezenlijke bijdrage gaat leveren aan de bestuurlijke vernieuwing en anderzijds een geïntegreerd onderdeel gaat zijn van de gemeentelijke bedrijfsvoering. VIP-Com verstrekt de gemeente handvatten waarmee we de cluster communicatie kunnen professionaliseren.
Rampenbestrijding In NOFA-verband is voor opleiden, trainen en oefenen op het gebied van rampenbestrijding een heel programma opgezet. Het is wettelijk verplicht om deze onderdelen goed op orde te hebben. In 2009 speelt de dreiging van de Mexicaanse griep, waarvoor de opzet van een deelplan grieppandemie en het continuïteitsplan vereist is. In 2010 zullen tal van maatregelen moeten worden gevolgd met het oog op de Veiligheidsregio. Het Gemeentelijk Beleidsteam heeft in september 2009 een training en oefening gehad. In 2010 worden opnieuw een aantal oefeningen gepland voor de verschillende deelnemers in de rampenbestrijding.
Programmabegroting 2010
78-109
NOFA-samenwerking Zoals in de raadscommissievergadering van eind augustus 2009 aan de orde is geweest zal op het punt van de bedrijfsvoering er geen sprake zijn van een intensivering van de samenwerking. Er zal in 2010 met name gewerkt worden aan de projecten die reeds in een eerdere fase zijn gestart. Die verdere uitwerking zal zich richten op de volgende onderwerpen. • De creatie van een inkoopadviesbureau • De uitvoering van de basisregistraties • De uitvoering van de ICT-taken
Programmabegroting 2010
79-109
Verbonden partijen Beschrijving beleid/doelstellingen Verbonden partijen voeren beleid voor de gemeente uit terwijl de gemeente de beleidsmatige en /of financiële verantwoordelijkheid blijft behouden. In onze gemeente is geen beleid geformuleerd t.a.v. verbonden partijen. In voorkomende gevallen wordt met betrekking tot specifieke ontwikkelingen c.q. bijzonderheden aangaande de verbonden partijen B&W c.q. de raad gerapporteerd. Overzicht verbonden partijen (gesorteerd per programma): Nr+ naam programma
Naam
1. 2. 3.
Hûs en Hiem Recreatieschap de Marrekrite Soc. Werkvoorz. TRION Stichting Maatschappelijke Dienstverlening Fryslân Hulpverleningsdienst Fryslân (HVD) Soc. Zekerheid Sakca Bureau Zelfst. Fryslân Soc. Recherche Fryslân Werkbedrijf SUWI Gem. Kredietbank De Lauwerspas BOS-impuls (Breedtesport) Muziekschool Stichting Roobol
Gem.reg. Gem.reg. Gem.reg.
Bijdrage aanvr. Bijdrage expl. Bijdrage expl.
Stichting Gem.reg.
Bijdrage expl. Bijdrage expl.
Gem.reg. Gem.reg Gem.reg. Wett.reg. Gem.reg. Gem.reg Gem.reg. Gem.reg. Stichting
Openbare bibliotheken Noordoost Fryslân Zwembad “it Paradyske”
Stichting
Bijdrage app.kst Bijdrage app.kst Bijdrage app.kst Bijdrage expl. Kap.verstrekking Bijdrage app.kst Bijdrage expl. Bijdrage expl. Externe subsidie + eigen vermogen Bijdrage expl.
4.
Wonen naar wens Werkgelegenheid Sociale kwaliteit
Voorzieningen
Leefkwaliteit
7.
Fysieke en sociale veiligheid
8.
Sturende en dienstverlenende gemeente
Aard belang
n.v. Samenwerkingsovereenk. Samenwerkings verband n.v. Samenwerkingsverband Gem.reg. Gem.reg
Bijdrage expl.
Gem.reg.
Bijdrage expl.
Gem.reg. Gem.reg. Gem.reg.
Bijdrage expl. Bijdrage expl. Bijdrage expl.
Bestuursacademie Nrd.Ned.
Gem.reg.
Bijdrage expl.
Kabel Noord Bank Ned. Gemeenten Eneco Ver. Nederlandse gemeenten Ver. Friese Gemeenten
n.v. n.v. n.v. Vereniging Vereniging
RMC Fryslân-Noord 5.
Rechtsvorm
Afvalsturing Fryslân / Omrin Samenwerkingsverband Smallingerland m.b.t. reinigingstaak Milieuadviesdienst Handhaving Achtkarspelen/ Kollumerland c.a. Toezichthouders NoordoostFryslân Regionale Brandweer NOF Regionale Brandweer/CPA NOFA-samenwerking
Doeluitk.rijk/bijdrage expl. Aandelen Kostenverdeling op basis van afname Bijdrage expl. Bijdrage expl.
Kap.verstrekking Aandelen Aandelen Contributie contributie
Per verbonden partij volgt onderstaand een globale beschrijving.
Programmabegroting 2010
80-109
Welstandszorg Hûs en Hiem De belangen van de gemeente op het gebied van bouwkunst en landschappelijke schoonheid worden door deze voor heel Fryslân opererende instantie behartigd. De bijdrage in de kosten is naar rato van de afgenomen dienstverlening. Recreatieschap de Marrekrite Het schap behartigt de gemeenschappelijke belangen van de gemeenten op het gebied van watersport en andere vormen van recreatie op het water. Daarnaast beheert het schap een baggerfonds waarin de gemeenten jaarlijks een bijdrage storten. Sociale Werkvoorziening “Trion” Trion voert voor de gemeente Dantumadeel en onze gemeente de Wet Sociale Werkvoorziening uit. Op dit moment wordt ingespeeld op de ontwikkeling waarbij wsw-geïndiceerden zoveel mogelijk in het bedrijfsleven worden geïntegreerd. Na een aantal moeilijke jaren met forse financiële injecties van de deelnemende gemeenten gaat het gelukkig financieel beter met Trion. Stichting Maatschappelijke Dienstverlening Fryslân De gemeente heeft samen met de andere NOFA-gemeenten, Ameland en Schiermonnikoog één overeenkomst gesloten met de Stichting Maatschappelijk Werk Fryslân (SMWF) en PC Stichting voor Maatschappelijk Werk Interzorg voor de periode 2008 - 2010. Kern van de overeenkomst is dat de dienstverlening van beide stichtingen past binnen de uitgangspunten van de Wmo (participatie, compenseren etc.) en er één intake plaatsvindt waarna de cliënt vervolgens kiest voor de dienstverlener. Hulpverleningsdienst Fryslân (HVD) Gemeenten zijn verplicht een hulpverleningsdienst te hebben. De HVD voert de onderdelen gezondheid, veiligheid en GHOR uit voor de 31 Friese gemeenten. De HVD is in Leeuwarden gevestigd. Per 1 januari 2009 is de jeugdgezondheidszorg (JGZ) voor 0-4 jaar van de drie Friese thuiszorginstellingen gefuseerd met de JGZ voor 4 – 19 jaar van de HVD. De kosten van de HVD worden per gemeente verdeeld op basis van het inwonertal. Sociale Zekerheid Achtkarspelen/Kollumerland c.a. Door onze gemeente zijn de activiteiten die te maken hebben met sociale zekerheid uitbesteed aan de gemeente Achtkarspelen. De afrekening van de programmakosten vindt plaats op basis van afspraken zoals die zijn vastgelegd in het raadsvoorstel waarin tot samenwerking is besloten. Met betrekking tot de apparaatskosten worden de kosten verdeeld op basis van overeengekomen verdeelsleutels. Bureau Zelfstandigen Fryslân De gemeente heeft de functie van bijstandsverlening aan (startende, gevestigde en oudere) ondernemers ondergebracht in een Fries samenwerkingsverband. Hieraan nemen 18 friese gemeenten deel. Voor de uitvoering van de werkzaamheden inzake aanvraagbehandeling en uitkeringsverstrekking Bbz2004/IOAZ is een dienstverleningsovereenkomst aangegaan met de gemeente Leeuwarden. De contacten met het samenwerkingsverband lopen via het SAKca (Samenwerkingsverband Achtkarspelen/Kollumerland c.a. sociale zekerheid). Sociale Recherche Fryslân Onze gemeente heeft de functie sociale recherche ondergebracht in een Fries samenwerkingsverband dat gevestigd is in Leeuwarden. Bijna alle Friese gemeenten hebben zich hierbij aangesloten. In ons gemeentehuis is t.b.v. uitvoerende activiteiten een dependance gevestigd. Het gaat hier om een tweetal werkplekken. De contacten met het samenwerkingsverband lopen via het SAKca (Samenwerkingsverband Achtkarspelen/Kollumerland c.a. sociale zekerheid). Werkbedrijf SUWI Met de ketenpartners CWI en UWV wordt samengewerkt aan het realiseren van de hoofddoelen van de wet SUWI: “werk boven inkomen, klantgerichtheid en doelmatigheid”. De Wet SUWI bepaalt voor de ketenpartners de taken en verantwoordelijkheden in de keten. Voor dit doel is in samenwerking met genoemde partijen en de gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel, Achtkarspelen en Kollumerland c.a. een zgn. Werkplein ingericht in het gemeentehuis van Dongeradeel te Dokkum. De contacten met het samenwerkingsverband lopen via het SAKca (Samenwerkingsverband Achtkarspelen/Kollumerland c.a. sociale zekerheid).
Programmabegroting 2010
81-109
De Gemeenschappelijke Kredietbank Deze voor de Friese gemeenten opererende bank heeft ten doel mensen die in betalingsproblemen zijn geraakt te begeleiden bij het zoeken en realiseren van oplossingen. Behalve dat aan deze instantie kapitaal is verstrekt wordt betaald op basis van verleende diensten. In het verleden werd de schuldhulpverlening op contractbasis uitgevoerd door het Bureau Integrale Schuldhulpverlening (BISH) gelieerd aan deze Bank. Sedert februari 2007 wordt deze dienstverlening aan de burgers in eigen beheer van het SAKca (Samenwerkingsverband Achtkarspelen/Kollumerland c.a. sociale zekerheid) uitgevoerd. De Lauwerspas De samenwerkingsovereenkomst is NOFA-breed en beoogt de sociale activering van minimagroepen te bewerkstelligen. De regeling is inclusief een Geld Terug Regeling. De verdeling van de kosten vindt plaats op basis van het aantal pashouders. De uitgaven voor de Geld Terug Regeling worden gedeclareerd aan de betreffende gemeente. Was de rechtsvorm van deze organisatie in het verleden ondergebracht in een stichting, vanaf aanvang 2009 is dit onderdeel ondergebracht in de gemeentelijke organisatie van Dongeradeel. BOS-impuls In het kader van de BOS-impuls (Buurt, Onderwijs en Sport) is een regeling getroffen met de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel, Tytsjerksteradiel en Kollumerland c.a., om tot een doelmatige uitvoering te komen. De regeling is aangegaan voor een periode van vier jaar (2008 t/m 2011). Muziekschool “de Wâldsang” Onze gemeente participeert in de in Buitenpost gevestigde muziekschool. In de regeling participeren verder Achtkarspelen, Dantumadeel en Tytsjerksteradiel. De muziekschool verzorgt de algemene muzikale vorming plus instrumentaal onderwijs voor tal van muziekinstrumenten. Ook zangonderwijs wordt door de school verzorgd. Bekostiging vindt plaats op basis van o.a. lesafname. Stichting Roobol De stichting bestrijkt het hele NOFA-gebied en heeft ten doel het verzorgen, in stand houden en verbreden van het openbaar basisonderwijs in deze gemeenten. De vier gemeenten hebben een toezichthoudende rol. De portefeuillehouders onderwijs vormen een informeel afstemmingsoverleg ter voorbereiding op de besluitvorming in de afzonderlijke gemeenteraden. De administratie is ondergebracht bij “Onderwijsbureau Meppel”. Financiering van de stichting vindt plaats via rijksmiddelen en beschikbaar eigen vermogen. Zwembad “it Paradyske”. De bestuurlijke bemoeienis met het zwembad is enige jaren terug op afstand gezet door het beheer en onderhoud over te dragen aan een particulier bedrijf. Jaarlijks betaalt de gemeente een bijdrage voor onderhoud en exploitatie. Periodiek is er overleg o.a. om te constateren dat de verstrekte middelen worden aangewend conform de afspraken. Stichting Openbare bibliotheken Noordoost-Fryslân De stichting verzorgt het bibliotheekwerk in de gemeenten Achtkarspelen, Ameland, Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadiel, Schiermonnikoog en Kollumerland c.a. Er zijn twee vestigingen in onze gemeente, namelijk in Kollum en Kollumerzwaag. In de overige dorpen wordt de schoolmediatheek als de vervanger van de bibliobus ingevoerd. De gemeente betaalt jaarlijks een exploitatiebijdrage. Samenwerkingsovereenkomst RMC Fryslân-Noord Het doel van de overeenkomst is het vastleggen van de wederzijdse rechten en verplichtingen van de samenwerkende gemeenten in de regio en het bepalen van de inzet van de middelen in het kader van de RMC-wetgeving door de partijen. Contactgemeente is de gemeente Leeuwarden. Uitgangspunt is dat de kosten voor de uitvoering van de RMC-functie worden gedekt uit de financiële middelen, die de contactgemeente voor dit doel van het rijk ontvangt. De gemeente Leeuwarden verzorgt voor onze gemeente de leerplichtadministratie tegen betaling van de kostprijs. Afvalsturing Fryslân / Omrin Onze gemeente levert jaarlijks een financieel aandeel in dit in Heerenveen gevestigde lichaam (n.v.). Jaarlijks wordt over dit bedrag 7% aan dividend uitgekeerd.
Programmabegroting 2010
82-109
Samenwerkingsverband Smallingerland m.b.t. de reinigingstaak Onze gemeente is met de gemeente Smallingerland een samenwerking aangegaan waarbij gemeenschappelijk personeel en tractie wordt ingezet t.b.v. de reinigingstaak (huisvuilinzameling, kolkenzuiger en straatvegen). Eenzelfde samenwerking bestaat er eveneens tussen de gemeente Smallingerland en Boarnsterhim. De kosten worden op basis van inzet van personeel en tractie met de respectievelijke gemeenten verrekend. Gemeenschappelijke gezondheidsdienst Gemeenten zijn verplicht een gezondheidsdienst te hebben. Wij nemen deel in de in Leeuwarden gevestigde gezondheidsdienst die voor alle gemeenten in Fryslân actief is. De GGD is ondergebracht bij de Hulpverleningsdienst Fryslân (HVD). Per 1 januari 2009 wordt de jeugd- en gezinszorg voor 0-4 jaar van de drie Friese thuiszorginstellingen in de HVD geïntegreerd. De kosten worden verdeeld op basis van inwoneraantallen. Milieuadviesdienst Deze behartigt de belangen van het milieubeheer voor zover er sprake is van samenhang op regionaal niveau. Het betreft een samenwerkingsverband tussen gemeenten in Noord-Fryslân. Gemeenten betalen een bijdrage in de vaste kosten van deze gemeenschappelijke regeling. Afgenomen diensten worden tegen tarief verrekend. Het beleid is erop gericht de bijdrage te verlagen en de diensten kostprijsdekkend aan te bieden. Toezicht & Handhaving Achtkarspelen / Kollumerland c.a. Door de gemeente Achtkarspelen zijn de activiteiten die te maken hebben met toezicht en handhaving uitbesteed aan onze gemeente. Over de verrekening van de kosten (met name personeelskosten) zijn afspraken vastgelegd. Uitgangpunt van de verrekensystematiek is dat beide gemeenten geen voor- c.q. nadeel lijden van de samenwerking. Toezichthouders Noordoost-Fryslân (dorpswachten) Het betreft hier een samenwerkingsverband tussen de politie met de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel, Tytsjerksteradiel, Boarnsterhim en onze gemeente. Beoogd wordt extra toezicht in de openbare ruimte met als doelstelling verbetering van de objectieve en subjectieve veiligheid. Op het moment van schrijven is het de verwachting dat dit jaar nog een voorstel richting de raad zal gaan om het samenwerkingsverband te beëindigen. Regionale Brandweer NOF/CPA Professionalisering en bundeling van krachten zijn de aanleiding dat onze gemeente participeert in de regionale brandweer Noordoost-Fryslân. Deelname aan de Centrale Post Ambulancedienst is reeds een langere reeks van jaren het geval. Kostenverdeling vindt plaats op basis van het aantal inwoners. NOFA-samenwerking NOFA staat voor NoordOost Friese Aanpak en is een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel en Kollumerland c.a. In 2004 is hiertoe door de raad een gemeenschappelijke regeling vastgesteld. Beoogd wordt door middel van samenwerking voordelen binnen te halen. De kosten van de gemeenschappelijke regeling worden over de vier gemeenten verdeeld met het inwonertal als verdeelsleutel. Voor projecten die voortvloeien uit de NOFA-samenwerking geldt dat deze in de begroting worden opgevoerd via de gebruikelijke procedure inclusief een voorstel over de verdeling van de kosten. Bestuursacademie Noord-Nederland Het opleidingscentrum voor lokale overheden verzorgt onderwijs voor gemeenten, waterschappen en provincies en andere belanghebbenden. De academie draagt bij aan kwaliteitsverbetering en professionalisering van het openbaar bestuur. Het cursusaanbod is veelomvattend. Ook kent de academie een adviesfunctie bij ontwikkeling en uitvoering van trajecten. Naast een beperkte gemeentelijke bijdrage wordt per afgenomen cursus een prijs betaald. Kabel Noord Deze nv verzorgt het radio- en televisiesignaal, alsmede internetverbindingen in de huishoudens van Ameland, Dantumadiel, Dongeradeel, Kollumerland c.a. en Schiermonnikoog. De gemeenten dienen als achtervang bij eventuele verliezen. Het betreft hier een financieel gezond bedrijf. Afhankelijk van de solvabiliteitspositie wordt bepaald of gemeenten ook een deel van de winst krijgen uitgekeerd. Voor het eerst is tot winstuitkering overgegaan in het boekjaar 2007. Ook over het boekjaar 2008 is een winstuitkering ontvangen.
Programmabegroting 2010
83-109
Bank Nederlandse Gemeenten Wij zijn aandeelhouder van deze in Den Haag gevestigde bank en wel voor 22.347 aandelen à € 2.50. Van ons aandelenbezit ontvangen wij jaarlijks een dividenduitkering. Gedurende een aantal jaren heeft de gemeente een extra winstuitkering ontvangen. Vanwege de financiële malaise in het bankwezen is de extra dividenduitkering in 2009 komen te vervallen. Waarschijnlijk zit er voor de eerstvolgende jaren ook geen extra dividenduitkering in. De bank verzorgt het overgrote deel van de inkomsten- en uitgavenstroom van onze gemeente. Eneco In dit in Rotterdam gevestigde energiebedrijf neemt onze gemeente deel. Ons aandeel in dit bedrijf bestaat uit 4002 aandelen met een nominale waarde van € 100,- per stuk. Jaarlijks wordt dividend ontvangen. In verband met de extreem hoge olieprijzen zijn de winstverwachtingen op dit moment geruststellend te noemen. Wat de financiële gevolgen zijn van de splitsingswet (eigendom leidingennet / gasleverantie) kan nog niet gezegd worden. Hierover zal t.z.t. worden gerapporteerd. Vereniging van Nederlandse Gemeenten/Vereniging van Friese Gemeenten Deze verenigingen behartigen de belangen van alle gemeenten in respectievelijk Nederland en Fryslân. Jaarlijks betalen wij deze verenigingen een contributie. Tot slot:
Automatiseringscentrum Cevan Naar het zich thans laat aanzien zal de liquidatie van dit centrum eind 2015 kunnen worden afgewikkeld. De gemeentelijke bijdrage, inmiddels verlaagd tot € 0,10 per inwoner, zal na 2012 niet meer nodig zijn omdat de geprognosticeerde tekorten 2013 tot en met 2015 opgevangen kunnen worden uit de algemene reserve van dit voormalig bedrijf. Woonwagenschap Friesland De afwikkeling is thans zover gevorderd dat nog één voormalig woonwagencentrum (het terrein gelegen aan Boornstraat te Leeuwarden) gesaneerd moet worden. Momenteel vindt er overleg plaats tussen de liquidatiecommissie, de gemeente Leeuwarden en de woningcorporatie Woon Friesland over de voorwaarden en financiële aspecten omtrent de voorgenomen overdracht. Op grond van uitgebrachte rapporten zal het risico voor onze gemeente beperkt blijven tot € 16.000,-. De verwachting is dat de overdracht eind 2009 dan wel in 2010 gerealiseerd kan worden.
Een verbonden partij is instantie waarbij de gemeente bestuurlijk en financiëel betrokken is. Er zijn nog tal van instanties waarin de gemeente financieel participeert en die niet in bovengenoemde lijst zijn opgenomen. Onderstaand wordt een niet limitatieve opsomming gegeven inclusief het bedrag dat daardoor in de begroting 2009 aan budget was opgevoerd (bedragen boven de € 25.000,-). Begunstigde
Bedrag 2009 Productnr:
1. Bureau Plattelânsprojecten
€
42.000
6.310.040.4
2. Cedin (onderwijsbegeleiding)
€
43.800
6.480.010.4
3. Monumentenstichting
€
50.000
6.541.020.4
4. De Achtbaan (WWB-werkdeel)
€
350.000
6.611.020.4
5. Earst Wurk
€
242.097
6.611.020.4
6. Timpaan - sociaal-cultureel werk
€
86.100
6.630.010.4
7. Timpaan peuterspeelzaalwerk
€
90.151
6.650.020.4
8. Woonservicezone
€
28.410
6.822.021.4
9. Bedrijfsgezondheidszorg (ARBO, Warber enz.)
€
47.000
5.208.100.4
Programmabegroting 2010
Event. opmerkingen
Kol.land = 1 van de 4 partners
84-109
Grondbeleid Algemeen Om huizen te bouwen, nieuwe gebieden te ontwikkelen, wegen en andere openbare voorzieningen aan te leggen, moet over de grond worden beschikt die daarvoor bestemd is. Die grond is in beperkte mate aanwezig en dus schaars. Bij de verdeling ervan is een grote taak voor de gemeente weggelegd, zodat die ervoor kan zorgen dat de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen ook echt gerealiseerd worden. Dat kan door zelf gronden te verwerven of door er voor te zorgen dat private eigenaren de gewenste bestemming realiseren. Het grondbeleid richt zich op de markt waar de grond wordt gekocht, geëxploiteerd, ontwikkeld en verkocht. Het hele palet aan instrumenten dat de gemeente ter beschikking staat om ruimtelijke doelstellingen te realiseren, wordt grondbeleid genoemd.
Nota grondbeleid De voorschriften van het besluit begroting en verantwoording (BBV) verlangen dat de gemeenteraad een visie heeft op het grondbeleid en formuleert hoe dat te realiseren. In haar vergadering van 25 juni 2009 heeft de gemeenteraad daartoe de “nota grondbeleid Kollumerland c.a.” vastgesteld als werkdocument. In de voorgeschreven “paragraaf grondbeleid” bij de begroting en jaarrekening worden een aantal van de facetten uit deze nota grondbeleid nader toegelicht, benevens de actuele (financiële) stand van zaken. Voor het overige wordt verwezen naar de hiervoor genoemde nota grondbeleid.
Samenhang met programma’s Het grondbeleid van de gemeente Kollumerland c.a. heeft invloed op en samenhang met de realisatie van diverse raadsprogramma’s. Het grondbeleid dient dienstbaar te zijn aan de gemeentelijke doelstellingen. Het dient te worden ingezet om doelstellingen van de andere beleidsaspecten binnen de gemeente mede mogelijk te maken. Hierbij moet gedacht worden aan ruimtelijke ordening en volkshuisvesting, rconomie, verkeer en vervoer, rport en recreatie e.d. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s zijn van belang voor de algemene positie van de gemeente Kollumerland c.a.
Actief grondbeleid in Kollumerland c.a. Er is sprake van een actief grondbeleid als de gemeente zelf grond verwerft, ontwikkelt, en verkoopt. Een actief grondbeleid levert de gemeente een aantal belangrijke voordelen op: • Verevening tussen onderdelen van een plan of tussen verschillende plannen • Doorberekening van kosten van publieke voorzieningen in de uitgifteprijzen • Het voeren van regie • Mogelijkheid te werken met (Europese) aanbesteding, prijsvragen enz. Een belangrijk nadeel van een actief grondbeleid is dat het vergezeld gaat met financiële risico’s. Er is sprake van een faciliterend (passief) grondbeleid als de gemeente zich beperkt tot het scheppen van kaders, waarbinnen private partijen grond kopen en exploiteren. De gemeente kan hiertoe het ruimtelijke instrumentarium en de milieu- en bouwregelgeving benutten. Het belangrijkste voordeel is dat risico’s sterk kunnen worden beperkt door deze te delen met marktpartijen. Belangrijke nadelen van een faciliterend grondbeleid zijn dat het voor de gemeente moeilijker is de functionele doelstellingen te bereiken, omdat slechts de kaders kunnen worden aangegeven. Bovendien zijn de mogelijkheden van kostenverhaal in vergelijking met doorberekening in de uitgifteprijzen complexer, alhoewel het kostenverhaal in het kader van de samenwerking kan worden uitonderhandeld en vastgelegd in een exploitatieovereenkomst ex. artikel 42 Wet RO als basis. Zijn de risico’s te overzien en beheersbaar, dan gaat, mede gelet op de voordelen, de voorkeur binnen de gemeente Kollumerland c.a. primair uit naar een actief grondbeleid. De gemeente gaat als de mogelijkheden zich voordoen samenwerking met marktpartijen en deelnemingen in een PPS (Publiek Private Samenwerking) overigens niet uit de weg, in geval grondposities van derden daartoe leiden of als daardoor een beter eindresultaat kan worden behaald. Om aan het actieve grondbeleid vorm te geven heeft de gemeenteraad via de nota grondbeleid van 25-6-2009, onder andere nadere criteria
Programmabegroting 2010
85-109
vastgesteld inzake het aankoopbeleid strategisch gelegen (bouw)grond. Tot een verwervingsbedrag van € 110.000 berust het mandaat bij het college, daarboven bij het presidium. Naast minnelijke verwerving staan de gemeente instrumenten als onteigening, het voorkeursrecht, en de nieuwe grondexploitatiewet ter beschikking.
Risico’s In het kader van die actieve grondpolitiek loopt de gemeente zoals gezegd risico’s. Als algemene risico’s in de grondexploitatie worden genoemd: • Loon- en prijsontwikkelingen • Mutaties in woningbouwcontingenten • Fluctuaties op de aankoopmarkt • Planschades • Milieuschades / -saneringen • Renterisico’s bij (vroegtijdige) strategische grondaankopen • Archeologische belemmeringen Om de risico’s binnen de grondexploitatie te beperken zijn de volgende maatregelen van kracht: • Zorgvuldige afweging tussen vroegtijdige aankoop en te lopen renterisico’s • Jaarlijkse toetsing boekwaarde – marktwaarde, gronden buiten exploitatie • Financiële haalbaarheidstoets nieuwe exploitatiegebieden • Nauwkeurige raming te verwachten exploitatielasten en -baten • Uitgangspunt: minimaal kostendekkende exploitaties • Jaarlijks actualiseren en herzien van bestaande exploitatieopzetten • Toepassen marktconforme uitgifteprijzen • Treffen van een voorziening voor geraamde (onafwendbare) verliezen • Het aanhouden van een financiële (weerstand)buffer Bij het berekenen van de te lopen risico’s bij grondexploitaties wordt uitgegaan van het risico volgens de IFLO norm (10% van het geïnvesteerd en 10% van het nog te investeren vermogen), tenzij uit een scenarioanalyse blijkt dat met een hoger risico rekening moet worden gehouden. De IFLO norm is door de Inspectie Financiën Lagere Overheden ontwikkeld voor artikel 12 gemeenten.
Weerstandscapaciteit De reserve grondbedrijf fungeert als een “stootblok” tussen het grondbedrijf (met een horizon van minstens 10 jaar) en de algemene dienst. Bij onverhoopte tegenvallers (verliezen) hoeft dan geen beroep te worden gedaan op de budgetruimte van de algemene dienst. De begrotingspositie van de algemene dienst wordt evenmin plotseling verstoord. De reserve grondbedrijf wordt gevoed door de gerealiseerde winsten en noodzakelijke toevoegingen vanuit de algemene dienst. Tot de uitgaven van de reserve behoren stortingen in complexen met een feitelijk tekort en overboeking van overschotten naar de algemene dienst. De toelichting op artikel 16 van het BBV stelt dat: “Indien de reserve voor de risico’s van grondexploitatie groter is dan de gecalculeerde risico’s, dan dient het meerdere van de reserve naar de algemene dienst te worden overgebracht. De omvang van de reserve grondbedrijf bedraagt minimaal 50% en maximaal 150% van de op basis van de IFLO dan wel scenarioanalyse over minimaal 10 jaar berekende risico’s. Een eventueel overschot wordt conform het BBV overgeheveld naar de algemene dienst. De benodigde weerstandscapaciteit wordt jaarlijks ten tijde van de vaststelling van de jaarrekening bepaald. Op basis van de recentste risicoberekening ligt de benodigde weerstandscapaciteit binnen de hiervoor genoemde marges. Vooralsnog is een afstorting naar de algemene dienst dus niet aan de orde.
Programmabegroting 2010
86-109
Dualisme binnen grondbeleid De raad streeft er naar om ook binnen het grondbeleid invulling te geven aan de, mede door het dualisme ontstane rollen, van raad en college, te weten: • de raad stelt kaders over de inzet van het grondbeleidsinstrumentarium; • de raad stelt middelen ter beschikking; • het college handelt, koopt en verkoopt binnen deze kaders; • de raad controleert de uitvoering van deze kaders. De gemeenteraad stelt de economische haalbaarheid van de exploitatieopzet van een gebied vast, stelt een raamkrediet beschikbaar waar het college mee aan de slag kan en stelt de verkoopprijs van de grond bij aanvang van de exploitatie vast. Uitgangspunt is een in financieel-economische zin minimaal sluitende exploitatie. Het college is belast met het realiseren/uitvoeren van de door de raad in de exploitatieopzet gestelde kaders en doelen, waaronder het verkopen van de beschikbare bouwgrond. Het college legt aan de raad via de jaarrekening/verslag verantwoording af over de uitvoering en voortgang.
Winst- verliesneming Het algemeen aanvaarde principe rondom winst en verlies komt voort uit goed Hollands koopmansgebruik: Gerealiseerde tekorten worden gedekt door middel van een storting in het complex en voor geraamde tekorten wordt een voorziening getroffen, beide ten laste van de algemene bedrijfsreserve (voorzichtigheidsprincipe). Winst wordt pas genomen als deze daadwerkelijk is verdiend bij afsluiting van het complex (realiteitsprincipe) Het BBV staat toe dat er onder bepaalde voorwaarden ook tussentijds winst mag worden genomen. Winst wordt tussentijds genomen als het complex een negatieve boekwaarde heeft en het saldo tussen nog te verwachten inkomsten en uitgaven positief is.
Voorraad grond buiten exploitatie (ruwe gronden) De jaarlijkse exploitatielasten van de in gemeentelijk bezit zijnde ruwe (strategische) gronden worden na verrekening met eventuele opbrengsten uit pacht/huur bijgeschreven op de boekwaarde. De gemeente heeft op 31 december 2008 op de balans 657.298m2 grond met een boekwaarde van ruim € 4,3 miljoen staan. Deze relatief grote voorraden ruwe grond passen binnen het door de raad geformuleerde actieve (strategische) grondbeleid met de ambitie om, met name in de hoofdkernen Kollum en Kollumerzwaag, voldoende bouwgrond voor woningbouw en bedrijven in bezit te hebben om in eigen beheer en onder eigen regie te exploiteren. Eveneens is deze grondvoorraad passend in het kader van het met Thús Wonen gesloten woonakkoord. De gemiddelde boekwaarde per m2 ad. € 6,64 wordt door onze “huistaxateur” verantwoord geacht in relatie tot de momenteel gangbare gemiddelde marktwaarde van (warme) landbouwgronden. Waarderisico’s worden vooralsnog dan ook niet voorzien.
Huidige en (toekomstige) ontwikkelingen Algemeen Het woonplan 2005 t/m 2009 wordt in 2009 geactualiseerd. Naast de corporatie Thús Wonen is ook WoonFriesland nu betrokken bij de totstandkoming van het nieuwe Woonplan. Ook zal er een actualisatie plaatsvinden van het met Thús Wonen gesloten woonakkoord en er wordt een woonakkoord gesloten met WoonFriesland, waardoor er goede afspraken kunnen worden gemaakt voor vrijwel de gehele sociale huurmarkt binnen onze gemeente. De Regionale Woonvisie is inmiddels door alle NOFA-raden vastgesteld. In onze gemeente heeft dit op 28 mei 2009 plaatsgevonden. Deze visie zal als basis dienen voor de actualisering van het woonplan. De visie geeft richting aan het regionale woonbeleid met aandacht voor ambities, kansen en bedreigingen. Het woningprogramma voor de periode 2005 t/m 2009 zal worden geactualiseerd voor de periode 2010 t/m 2016 op basis van de in het kader van de woonvisie met de provincie gemaakte afspraken over de woningbouwopgave voor deze periode.
Programmabegroting 2010
87-109
Het nieuwbouwbeleid van Kollumerland c.a. is er op gericht dat 70% van de nieuwbouw in Kollum wordt gebouwd, 20% in Kollumerzwaag en 10% in de overige dorpen. Dit sluit aan bij het provinciaal beleid waarin Kollum een regionale centrumfunctie heeft. Uitgangspunt bij de toekenning van woningcapaciteit buiten Kollum en Kollumerzwaag is dat er gebouwd wordt voor de eigen behoefte. Uitgangspunt bij het bouwen in Kollum is het in stand houden van de regionale centrumfunctie. De gemeente Kollumerland c.a. heeft met Kollum als regionale centrumkern en Kollumerzwaag als tweede kern, gekozen voor het voeren van een sterk en actief grondbeleid met als doelstelling het (toekomstig) gemeentelijk grondbezit zodanig te exploiteren, dat nu en in de toekomst in de behoefte aan bouwgrond kan worden voorzien. Gelet op de prijsontwikkelingen op de grondmarkt en de ervaringen met andere marktpartijen zoals projectontwikkelaars, heeft een sterke en actieve gemeentelijke positie met name in Kollum en Kollumerzwaag een duidelijke meerwaarde. Voor de overige dorpen wordt een meer passief voorwaarden scheppend grondbeleid nagestreefd met de nadruk op het verhogen van de woonkwaliteit van de dorpen door nieuwbouw binnen de open gaten. Dit past binnen het uitgangspunt van het Woonplan, dat in eerste instantie wordt gekeken naar de inbreidingsmogelijkheden. Voorraad grond in exploitatie (onderhanden werk) voor particulieren. De twee woningen in het project Wêrom Wenningen worden ook gedurende het grootste deel van 2010 nog steeds gemonitord door het Energiecentrum in Petten (ECN). Het is de bedoeling dat de woningen dan door de bouwers verkocht zullen zijn en de monitoring in bewoonde staat kan plaatsvinden. In relatie hiermee worden rondeleidingen en bijeenkomsten rondom de modelwoningen geleidelijk afgebouwd. Het project heeft volledig voldaan aan de doelstelling duurzaamheid breed onder de aandacht te brengen. Bij nieuwe bestemmingsplannen heeft het project ook een belangrijke stimulerende functie om duurzame technieken toe te passen binnen de woningbouwprojecten van zowel gemeente zelf als overige marktpartijen. Aan de Van Broersmastraat te Kollum is een klein inbreidingsplan ontwikkeld voor maximaal vier woningen, waarvan naar verwachting nog in 2009 twee kavels door de gemeente zullen worden uitgegeven en twee kavels via de particuliere eigenaar. De bouw van woningen zal dan waarschijnlijk in 2010 plaatsvinden. Thús Wonen is samen met een ontwikkelaar bezig om op de locatie van de vml. garage Brink aan de Foarwei te Kollumerzwaag een plan te realiseren, waarbij zorg, wonen en voorzieningen worden gecombineerd. Bij de verdere ontwikkeling wordt voorzover mogelijk rekening gehouden met de plannen van de initiatiefgroep centrum Kollumerzwaag. Het betreffende perceel is opgenomen in het geldende bestemmingsplan voor Kollumerzwaag hetgeen is vastgesteld op 25 juni 2009. In dit plan heeft het perceel de bestemmingen W-1 en W-3 en is het tevens aangeduid met wro-zone wijzigingsgebied 7 en 8. Op basis van de planregels dient alvorens medewerking aan een bouwplan kan worden verleend de bestemming overeenkomstig een procedure als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder a. Wro te worden gewijzigd overeenkomstig de voorwaarden die genoemd zijn in het desbetreffende artikel. Op de voorbereiding van een wijziging als vorenbedoeld is de in de Wet ruimtelijke ordening genoemde procedure van toepassing. Het plan betreft de ontwikkeling van maximaal 20 appartementen en maximaal 6 woningen op de locatie aan de Foarwei (Brink). Uitvoering van het plan wordt naar verwachting in 2010/2011 voorzien. Realisatie van dit project hangt samen met de ontwikkeling van woningbouw door Thús Wonen in een volgende fase van Cedelshof, waarover in 2009 met de corporatie nadere afspraken gemaakt zullen worden. Binnen het gebied van de pilot Oudwoude wordt volop gebouwd. Na de start van het project in 2007 zijn de dubbele woningen in het binnenterrein in 2009 gerealiseerd. De realisatie van dit project met koop- en huurwoningen is in handen van de corporatie Thús Wonen. Gedurende 2009 wordt verder gewerkt aan de definitieve exploitatie van het gebied herstructurering KollumZuidoost. De afspraken tussen Thús Wonen en de gemeente zullen worden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst (SOK). Ten behoeve van het opstellen van deze overeenkomst is een ambtelijke werkgroep opgericht met vertegenwoordigers van gemeente en corporatie. De bewoners van het herstructureringsgebied hebben in overgrote meerderheid ingestemd met de plannen. De gemeenteraad zal nog een besluit moeten nemen over de samenwerkingsovereenkomst en de benodigde gemeentelijke bijdrage in het project. Uitvoering van de herstructurering staat gepland voor de periode 2010-2014 en zal in vier fasen worden gerealiseerd. Uiteraard is de planning mede afhankelijk van de (gedeeltelijk) planologisch te doorlopen procedures.
Programmabegroting 2010
88-109
Het bestemmingsplan Tochmalaan is vastgesteld door de raad. Tegen het besluit van de raad tot vaststelling van het bestemmingsplan is beroep aangetekend. De planning van de verdere uitwerking, realisatie van het project en uitgifte van de kavels is mede afhankelijk van het verloop van de planologische procedure. Het is de bedoeling o.a. een starterproject van 20 duurzame en betaalbare woningen en 2 rijtjes van maximaal 4 woningen te realiseren. Voor het overige bestaat het plan uit 15 vrije kavels. Voorraad grond in exploitatie (onderhanden werk) voor bedrijven. De uitgifte op het bedrijventerrein Jumaheerd in Kollum is de afgelopen jaren gunstig verlopen en is op enkele kavels na volledig uitgegeven door de ontwikkelaar. Hier dreigt op korte termijn een tekort aan bouwkavels voor nieuw te vestigen of te verplaatsen bedrijven. De gemeente heeft dan ook plannen om dit terrein uit te breiden om ook in de toekomst ruimte te kunnen bieden aan de vestiging en uitbreiding van bedrijven Het watersportgebonden bedrijventerrein Dwarsried is in 2009 door ontwikkelaars gereed gemaakt voor de uitgifte van bouwkavels. Het terrein beoogt een stimulans voor de watersport en groei van de werkgelegenheid. In Kollumerzwaag kan een start worden gemaakt met de uitbreiding van het bedrijventerrein aan de Harm Smidswei. Zodra het terrein bouwrijp is gemaakt, kan de uitgifte daadwerkelijk beginnen. De gemeente heeft verder nog plannen om de ontsluiting van het bedrijventerrein aan de Harm Smidswei in Kollumerzwaag te verbeteren. Onderzocht wordt de mogelijkheid om vanaf de Foarwei een nieuwe weg aan te leggen naar het bedrijventerrein. Hoewel er met betrekking tot het terrein Ljeppershiem in Westergeest meerdere gesprekken hebben plaatsgevonden, heeft dit tot nu toe nog niet geleid tot een definitief plan. Het idee is om de mogelijkheden voor de inrichting van het terrein, de exploitatie en de wijze van ontwikkeling nader te verkennen.
Resultaat 2008 Het boekjaar 2008 kon worden afgesloten met een voordelig resultaat van € 398.733 na bestemming. (2007 € 276.074). De winst over 2008 wordt vooral veroorzaakt door de winst die gepaard ging met de verkoop en afsluiting van het complex Dwarsried te Kollum en de boekhoudkundige afsluiting van het complex Heidewei te Zwagerbosch.
Financiële positie, prognose te verwachten resultaten totale grondexploitatie Binnen de grondexploitatie kan worden gesproken van een gezonde financiële positie, waarbij verliezen meteen worden afgedekt door het vormen van een voorziening en met (in de toekomst) te verwachten winsten voorzichtig wordt omgegaan. De algemene reserve bedroeg per 31-12-2008 ruim € 1,4 miljoen. Er zijn op het moment van schrijven geen significante grondexploitaties onder handen en dus ook geen geprognosticeerd eindresultaat op lopende exploitaties.
Programmabegroting 2010
89-109
Grondverkopen Het verloop van de grondverkopen gedurende de laatste 10 jaren wordt hierna grafisch weergegeven.
Grondverkopen 1999 t/m 2008
30.000
25.000
M2
20.000
15.000
10.000
5.000
0
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
Boekjaren
Particulieren
Programmabegroting 2010
Industrie
Totaal
90-109
Treasury Inleiding Deze paragraaf is bedoeld om inzicht te verschaffen in de ontwikkelingen en verwachtingen rond de treasuryfuntie van de gemeente voor de komende 4 jaren. Het bevat de volgende onderdelen: 1. De algemene interne en externe ontwikkelingen op de treasuryfunctie. 2. Het risicobeheer. 3. Het kasbeheer. 4. De gemeentefinanciering. 5. Ontwikkelingen in de treasury-organisatie. 6. Ontwikkelingen in de informatievoorziening. Algemene interne en externe ontwikkelingen Voorbeelden van interne ontwikkelingen zijn: Het afstoten van bedrijfsonderdelen, het oppakken van nieuwe activiteiten en reorganisatie-processen. Met een buurgemeente wordt onderzocht of en zo ja welke bedrijfsonderdelen in aanmerking komen voor centralisatie of samenvoeging. Het betreft dan voornamelijk de ondersteunende afdelingen. Recentelijk is het vakgebied Belastingen onder de loep genomen. Daaruit is gebleken dat de deelnemende gemeenten de voorkeur geven aan belastingheffing in eigen beheer. In dit onderdeel wordt ook ingegaan op de belangrijkste externe ontwikkelingen van belang voor de treasuryfunctie. Voorbeelden zijn ontwikkelingen op de (inter)nationale geld- en kapitaalmarkt en wijzigingen in de wet- en regelgeving. Wat het eerste betreft kan worden gesteld dat de rentevoet nog historisch laag ligt, rond de 4%. Hoewel er mondiaal tekenen waar te nemen zijn, dat de recessie over zijn dieptepunt heen is, verwachten nog geen stijgende rentepercentages, mede gelet op het streven op de inflatie te beteugelen Inzake de wet- en regelgeving noemen we twee onderwerpen:
Wetswijziging Wet FIDO: per 1 januari 2009 is deze wetswijziging in werking getreden. Daarin zijn drie onderwerpen geregeld die voor de gemeenten van belang zijn: • de renterisico-norm wordt niet meer uitgedrukt in een percentage van het schuldrestant van de vaste geldleningen van de gemeente maar in een percentage van het begrotingstotaal. In de hierna volgende berekening is met de nieuwe norm rekening gehouden. • het is niet meer toegestaan dat de gemeenten leningen verstrekken aan het eigen personeel. • de minister krijgt de bevoegdheid om bij wijze van uiterste redmiddel een eventuele Europese EMU-boete proportioneel door te belasten aan decentrale overheden. Daaraan zal echter eerst bestuurlijk overleg voorafgaan met de VNG en het IPO.
Algemene uitkering uit het gemeentefonds: De september-circulaire 2009 toont een wat gunstiger beeld t.o.v. de mei-circulaire. Deze ontwikkeling is voornamelijk te danken aan technische aanpassingen. Zo valt b.v. de landelijke ontwikkeling van de uitkeringsbasis mee en ook de bijstelling van de WOZwaarden pakt voor onze gemeente gunstig uit. Inhoudelijk zijn er geen opvallende aanpassingen. Per saldo heeft de jongste circulaire voor onze gemeente een positief verschil van € 172.000,--.
Risicobeheer De kasgeldlimiet, de renterisiconorm geven inzicht in het risicoprofiel van de gemeente. De kasgeldlimiet is een wettelijke norm die aangeeft wanneer de gemeente zijn financiële verplichtingen niet meer kan voldoen met vlottende middelen (rekening-courant). Dat kan pas als een vaste lening is aangetrokken. In de hierna weergegeven tabel vindt u de berekening van de kasgeldlimiet voor 2010. De limiet komt voor dat jaar uit op een bedrag van € 2.380.000,--. Wanneer de vlottende schuld van Kollumerland c.a. langere tijd boven deze grens uitkomt, moet worden overgaan tot het aantrekken van een vaste geldlening. Uit onderstaand overzicht van het verwachte verloop van het kasverkeer blijkt dat wij deze grens in het najaar van 2010 dicht naderen. Dat hangt samen met het voornemen om de kosten van enkele grotere wegenprojecten (o.a. de reconstructie Kwelderweg/Nittersweg) te kapitaliseren. Wij achten het daarom raadzaam om de financiering van deze kapitaalwerken voor langere tijd te regelen door het aantrekken van een lening van e ruim € 1 mln in het 2 helft van 2010. Deze lening is nog niet meegenomen in de berekening van de kasgeldruimte, maar wel in het overzicht van de renterisiconorm.
Programmabegroting 2010
91-109
Kasgeldlimiet 2010 1.
2.
3.
Toegestane kasgeldlimiet In % omvang jaarbegroting In bedrag (lasten per 1/1 € 28.000.000) Omvang vlottende korte schuld Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld in rekening courant Gestorte gelden van derden < 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld Vlottende middelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening courant Overige uitstaande gelden
Kwartaal 1
Bedragen € 1.000 per kwartaal Kwartaal 2 Kwartaal 3
Kwartaal 4
8,50% 2.380
8,50% 2.380
8,50% 2.380
8,50% 2.380
0 840 0 0
0 1.965 0 0
0 1.775 0 0
0 2.275 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
-840
-1.965
-1.775
-2.275
2.380
2.380
2.380
2.380
+1.540
+415
+605
+105
Toets kasgeldlimiet 4.
Totaal netto vlottende schuld (2 – 3)
5.
Toegestane kasgeldlimiet (1)
6.
Ruimte (4 – 1)
De renterisiconorm is ingesteld ter beperking en/of spreiding van het renterisico op de vaste schuld. Het geeft aan wat de gevolgen zijn van wijziging in het rentepercentage op het saldo van de rentelasten en de rentebaten. De vaste geldleningen hebben veelal een looptijd van 25 jaar, maar kennen meestal ook de bepaling dat de rente na een looptijd van 10 jaar zal worden herzien. Het risico is derhalve aanwezig dat het rentepercentage bij een herziening kan stijgen. De renterisiconorm mag niet worden overschreden. Uit onderstaande tabel blijkt dat de norm voor 2010 wordt berekend op ruim € 5,7 mln en dat de gemeente daar de komende 4 jaar ruimschoots onder blijft. Rente risiconorm en rente risico’s Vaste schuld
Bedragen in € 1.000 2011 2012
2010
2013
0
0
0
0
Aflossingen
1.380
4.102
1.373
1.373
3.
Renterisico (1 + 2)
1.380
4.102
1.373
1.373
4.
Renterisiconorm
5.680
5.680
5.680
5.680
5a. Ruimte onder renterisiconorm 5b. Overschrijding renterisiconorm
4.300 0
1.578 0
4.307 0
4.307 0
Berekening renterisiconorm 4a. Begrotingstotaal 4b. Percentage regeling 4. Renterisiconorm (4a x 4b/100)
28.000 20% 5.680
28.000 20% 5.680
28.000 20% 5.680
28.000 20% 5.680
1.
Renteherzieningen
2.
Onder kredietrisico wordt verstaan het risico op financieel verlies/oninbaarheid of waardedaling van vorderingen van de gemeente, tengevolge van het niet of niet tijdig kunnen nakomen van de verplichtingen door de tegenpartij. Wat betreft de belastingsinkomsten heeft de gemeente de te nemen invorderingsmaatregelen grotendeels uitbesteed aan externe partijen. Gezien de geringe afboekingen loopt de gemeente aan deze kant nauwelijks risico’s. Uitgezette gelden (in de vorm van leningen aan derden of waardepapieren) worden op basis van het Treasurystatuut van de gemeente gegund aan een tegenpartij met de hoogste classificatie van kredietwaardigheid, de zogenaamde triple A-status. Op dit moment en ook voor de komende jaren verkeert de gemeente niet in de positie om gelden uit te zetten.
Programmabegroting 2010
92-109
Kasbeheer Kasbeheer heeft tot doel inzicht te krijgen/hebben in de verwachte c.q. geplande ontwikkeling van liquide middelen van de gemeente over een periode van maximaal 1 jaar. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen liquiditeitenbeheer, geldstromenbeheer en saldobeheer. Onder liquiditeitenbeheer wordt verstaan het aantrekken of uitzetten van gelden op basis van de liquiditeitsplanning. Bij geldstromenverkeer doelt men op de activiteiten die nodig zijn om de liquiditeiten te transfereren en te kanaliseren. Met saldobeheer doelt men op het beheer van de dagelijks saldi van bank- en girorekeningen van de gemeente, zodanig dat een optimaal rendement op de dagelijks opeisbare geldmiddelen wordt verkregen. Bij liquiditeitenbeheer wordt de nadruk gelegd op de instrumenten (liquiditeitspositie en –planning). Heeft men het over geldstromenbeheer dan denkt met aan de activiteiten die ondernomen moeten worden voor een optimaal kasbeheer. Bij saldobeheer komen autorisatie en bevoegdheden in beeld. Gemeentefinanciering Veel van wat onder kasbeheer is gesteld, is ook van toepassing op gemeentefinanciering. Het verschil zit in de periode: bij kasbeheer gaat het om de periode van één jaar, in dit geval om 2010 en bij gemeentefinanciering gaat om de periode na 1 jaar, in beginsel de volgende 3 jaren. Jaarlijks worden 2 liquiditeitsplanningen opgesteld: een wat gedetailleerde over het eerste jaar (per maand) en een wat globalere planning over de volgende 3 jaren. Deze liquiditeitsplanningen zijn met een toelichting opgenomen in het bijlagenboek, dat ter inzage ligt op de afdeling Financiën. Ontwikkelingen in de treasury-organisatie De treasury-organisatie is vastgelegd in de verordening op de administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) en het treasurystatuut. De betreffende bepalingen bevatten richtlijnen en limieten, de verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden alsmede de delegatie en mandatering. De verordening AO/IC is laatstelijk aangepast en vastgesteld bij B&W-besluit van 11 december 2007 Op dit moment bestaat er geen aanleiding om wijzigingen aan te brengen in deze verordening. Eind 2002 werd het eerste treasurystatuut vastgesteld. Nieuwe regelgeving en recente ontwikkelingen in het financiële marktverkeer maakten het noodzakelijk het statuut aan te passen; deze is in oktober 2009 vastgesteld door de gemeenteraad. Informatievoorziening We blijven werken aan optimalisering van de management- en bestuursrapportages. Doel is om tijdiger verantwoording af te leggen, zodat het mogelijk is nog in het lopende jaar bij te sturen of te heroverwegen. Dit dient uiteindelijk te resulteren in een tijdiger beschikbaar krijgen van de jaarstukken en de meerjarenbegroting, maar dat is een langere termijn doelstelling. Reservepositie van de gemeente Voor een structureel gezond financieel beleid is het raadzaam te beschikken over een ruime algemene reserve. Dit biedt de gemeente de mogelijkheid om in financieel moeilijker perioden op een weloverwogen en doordachte wijze een financiële heroriëntatie uit te voeren. Een vuistregel voor de hoogte van de algemene reserve is 5% van het gemeentelijk budget of 20% van de algemene uitkering. Voor onze gemeente betekent dit een ondergrens van respectievelijk ca. € 1,4 miljoen en ca. € 2,6 miljoen. De stand van de algemene reserve per 1 januari 2010 wordt geraamd op ruim € 4,4 miljoen en ligt dus boven beide grenzen. De bestemmingsreserves beslaan in totaal € 10,4 miljoen. Grootste reserves zijn de reserve Onderwijs (€ 1,8 mln), reserve WMO (€ 0,8 mln), de Algemene Bedrijfsreserve Grondbedrijf (€ 1,4 mln) en het Eigen Kapitaal-niet vrij besteedbaar (bedoeld als compensatie voor de gederfde dividend-uitkeringen nutsbedrijven; grootte € 2,9 mln).
Programmabegroting 2010
93-109
Lokale lasten In deze paragraaf wordt ingegaan op alle lokale heffingen. Bij dit laatste punt wordt eveneens aandacht besteed aan de heffingen die niet vrij aanwendbaar zijn. Bij de verwachte belastingopbrengsten 2010 is tevens uitgegaan van de ‘areaaluitbreiding’ van gemiddeld 15 panden in onze gemeente.
Lokale heffingen Uitgangspunten tariefbeleid Door de raad zijn de volgende uitgangspunten voor het tariefbeleid geformuleerd: - Jaarlijks worden de tarieven van de lokale heffingen aangepast met de inflatiecorrectie; - Voor de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten geldt het uitgangspunt dat gewerkt moet worden naar kostendekkende tarieven.
•
Onroerende-zaakbelastingen (OZB)
De herwaarderingsronde voor 2010 is in een afrondend stadium. De waardepeildatum die voor 2010 wordt gehanteerd is 1 januari 2009. De gemeente dient jaarlijks alle onroerende zaken te taxeren. Hierin wordt de gemeente bijgestaan door Taxatiebureau TOG Nederland bv. te Meppel. Door het jaarlijks taxeren worden de waardestijgingen als het ware ‘afgevlakt’ en is sprake van een lager aantal bezwaarschriften van de belastingbetaler. In het bestuursakkoord tussen Rijk en gemeenten (d.d. 4 juni 2007) is besloten dat de huidige limitering van de OZB-tarieven vanaf 1-1-2008 komt te vervallen. Gemeenten zijn vanaf dat moment dus vrij in de bepaling van de hoogte van de OZB-tarieven. Hierbij is echter wel aangegeven dat de vaststelling van nieuwe OZBtarieven niet mag leiden tot een onevenredige stijging van de lokale lastendruk. Landelijk is hiertoe de zogenaamde ‘macronorm’ in het leven geroepen. Deze norm houdt in, dat de belastingopbrengst (let op: van alle gemeenten tezamen!) ten opzichte van het voorgaande jaar aan een maximum percentage is gebonden. Dit percentage is voor het jaar 2010 op 4,3% bepaald. De belastingaanpassingen van onze gemeente hebben een verwaarloosbare invloed op de macronorm (0,05%). (tarief) Percentage De tarieven voor de OZB worden berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Dit volgt uit de wijziging (in 2008) van artikel 220f van de Gemeentewet. Deze berekeningswijze maakt duidelijk, dat de OZB over een klein percentage van de waarde wordt geheven. Voor 2010 wordt voorgesteld de percentages (tarieven) van de onroerende zaakbelastingen te verhogen met 1% voor inflatiecorrectie en 5% voor extra opbrengst: totaal 6%. De definitieve percentages kunnen niet eerder worden bepaald dan dat de definitieve WOZ-waarden 2010 voor onze gemeente bekend zijn. Percentage eigenaar:
- Woningen - Nietwoningen
Percentage gebruiker:
Opbrengsten (afgerond)
2009
2010
2009
2010
2009
2010
0,0781%
0,0828%
vervallen
vervallen
774.000
798.000
0,1514%
0,1604%
0,1204%
0,1276%
504.000
558.000
Programmabegroting 2010
94-109
Relatie OZB versus Gemeentefonds Er bestaat relatie tussen de OZB en de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Gemeenten met binnen hun grenzen veel hoog gewaardeerd onroerend goed ontvangen een lagere uitkering dan gemeenten met minder waardevol onroerend goed. Het verrekentarief wordt globaal afgeleid van het gemiddelde OZB-tarief in Nederland. De uitkomst van deze berekening wordt gekort op de algemene uitkering. De OZB-tarieven die de gemeente hanteert zijn dus niet direct van invloed op de korting die het rijk hanteert op de aan de gemeente uit te betalen algemene uitkering. De gevolgen van het Amendement De Pater zijn binnen het Gemeentefonds gecompenseerd: het betreft hier de vrijstelling van het gebruiksdeel (van alleen woningdelen) bij niet-woningen. Gemeenten konden hiertoe een compensatievergoeding aanvragen, wat onze gemeente ook heeft gedaan. Dit bedrag is ons volledig toegekend (ca. € 28.000) en wordt via een zogenaamde integratie-uitkering structureel via de Algemene uitkering aan onze gemeente vergoed.
•
Forensenbelasting
Onder deze naam wordt een directe belasting geheven van personen die, zonder in de gemeente hun hoofdverblijf te hebben, op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden. Voor 2010 geldt een verhoging met het inflatiecorrectiepercentage van 1%. Heffingsmaatstaf is de WOZ-waarde. Waarde
•
Tarief
Opbrengsten (afgerond)
2009
2010
2009
2010
< € 110.000,00
320,00
323,00
13.000
13.000
Per € 20.000,00 meer:
50,00
50,00
Hondenbelasting
Het was te doen gebruikelijk, de tarieven voor de hondenbelasting eens in de twee jaar aan te passen. Gezien het feit, dat dit een uitzonderling op de overige heffingen is, wordt voorgesteld de hondenbelasting alleen met de inflatiecorrectie aan te passen. Voor 2010 wordt voorgesteld de tarieven dan ook met 1% te verhogen. Hierbij wordt opgemerkt, dat jaarlijks zal worden gekeken naar het gemiddelde tarief (in onze provincie) en dat dit gemiddelde tarief tevens maatstaf zal zijn voor de hoogte van de tarieven in onze gemeente. Een extern bureau heeft in 2008 voor het laatst de gehele gemeente gecontroleerd op hondenbezit. Tarief
Opbrengsten (afgerond)
2009
2010
Eerste hond
53,30
53,80
Tweede hond
55,75
56,30
Iedere volgende hond
58,17
58,75
Voor geregistreerde kennels
150,35
151,85
2009
2010
70.000
70.000
Overige lokale heffingen Naast de OZB, de forensenbelasting en de hondenbelasting zijn er nog de afvalstoffenheffing, de reinigingsrechten en het rioolrecht die van belang zijn voor het totaalbeeld van de lokale heffingen.
Programmabegroting 2010
95-109
•
Afvalstoffenheffing (huishoudelijk afval)
De afvalstoffenheffing is nagenoeg kostendekkend. Voorgesteld wordt de tarieven voor 2010 alleen te verhogen met inflatiecorrectie van 1%.
Tarief
•
Opbrengsten (afgerond)
Eenpersoonshuishoudens
2009 195,90
2010 197,85
2009 269.000
2010 273.000
Meerpersoonshuishoudens
280,75
283,55
1.070.000
1.083.000
Reinigingsrechten (bedrijfsafval)
Deze rechten worden geheven wanneer sprake is van bedrijfsafval en hiertoe containers zijn geplaatst. De tarieven zijn inmiddels kostendekkend (108%) en hoeven voor 2010 niet verhoogd te worden, ook niet met inflatiecorrectie. Vorig jaar is besloten de tarieven stapsgewijs (periode 2009 tot en met 20212) te verlagen naar het niveau van kostprijs en het meerdere te storten in de bestemmingsreserve bedrijfsafval. De tarieven 2010 kunnen worden verlaagd.
Tarief 240 Liter container
Opbrengsten (afgerond)
G.F.T.- afval
2009 126,00
2010 116,00
Normaal bedrijfsafval
158,00
145,00
2009
2010
42.000
38.000
De vermelde tarieven zijn exclusief btw.
•
‘van Rioolrecht naar Rioolheffing’
Vanaf 1-1-2010 is wettelijk geen sprake meer van rioolrechten, maar van een rioolheffing. Ook bij de rioolheffing is nog steeds sprake van een maximaal kostendekkend tarief. De Eerste Kamer heeft op 26 juni 2007 de ‘Wet gemeentelijke watertaken’ aangenomen. Deze is per 1 januari 2008 in werking getreden. Deze wet maakt een verbrede rioolheffing mogelijk. De heffing strekt tot dekking van de kosten van de inzameling en het transport van water, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de kosten van inzameling en transport van het huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater en het hemel- en grondwater. Gemeenten zijn dus verantwoordelijk voor de afvoer van het hemelwater, de afvoer van huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater, de rioleringszorg en de aanpak van problemen die verband houden met de grondwaterstand. Een en ander dient opgenomen te worden in het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) die in 2013 gereed moet zijn. In dit kader wordt thans onderzocht of panden (garageboxen, loodsen etc.) die onder het ‘oude’ rioolrecht niet belastingplichtig waren, vanaf volgend jaar wel in de rioolheffing kunnen worden betrokken. Voor de uitvoering van de in het huidige GRP opgenomen (toekomstige) investeringen is een bestemmingsreserve ingesteld. Uitgangspunt is dat het rioleringsprogramma kan worden uitgevoerd met op termijn kostendekkende tarieven. Voor 2009 is dit percentage berekend op 90%. Voorgesteld wordt het huidige rioolrecht te verhogen met 1% voor inflatiecorrectie en 4% extra; totaal 5% verhoging, zodat deze per 1-1-2010 via de rioolheffing kan worden opgelegd.
Programmabegroting 2010
96-109
Tarief
Opbrengst (afgerond)
2009
2010
2009
2010
177,95
186,85
935.000
980.000
Lastendruk Vanzelfsprekend is het ons streven om de lastendruk voor de burgers en bedrijven laag te houden. Dit vooral omdat onze gemeente in een economisch zwakke regio ligt en daarnaast landelijke onderzoeken ook nog aantonen dat het gemiddelde inkomen per huishouden één van de laagste is van Nederland. Om die reden is en wordt een terughoudend beleid gevoerd met betrekking tot tariefsaanpassingen van de plaatselijke belastingen en heffingen. Tot nu toe zit onze gemeente op zowel provinciaal als landelijk niveau beneden het gemiddelde lastendrukniveau. De toekomst zal uitwijzen of we deze positie kunnen handhaven.
Kwijtschelding Voor mensen met de laagste inkomens blijft de mogelijkheid om kwijtschelding van de opgelegde aanslag belastingen aan te vragen. Met ingang van 2010 gaat de gemeente daarbij over op een systeem van automatische kwijtschelding. Huishoudens die gedurende twee achtereenvolgende jaren volledige kwijtschelding van belastingen hebben gekregen en waarvan - uit de automatische gegevensuitwisseling over het inkomen en vermogen- blijkt dat de financiële situatie niet is verbeterd, krijgen automatisch kwijtschelding. Een aanvraagformulier hoeft daarvoor niet meer te worden ingevuld. In 2009 hebbent 215 belastingplichtigen een aanvraag voor kwijtschelding ingediend, waarbij voor 145 aanvragen het verzoek werd gehonoreerd.
Programmabegroting 2010
97-109
Financiële begroting
Uitgangspunten bij het eindbeeld van de Meerjarenbegroting Voor de begroting 2010-2013 zijn de volgende uitgangspunten meegenomen:
Algemene uitkering op basis van de septembercirculaire 2009; Accres algemene uitkering op basis van lopende prijzen; Indexatie prijsgevoelige componenten in 2010 en 2011 1% en in 2012 en 2013 0%; Indexatie loongevoelige componenten gemiddeld 0,5%; Toename pensioenpremies 3,0%; Reserves indexeren voor de prijsgevoelige component; Verhoging van de jaarlijkse loonperiodieken van medewerkers die nog niet op het einde van de loonschaal zitten; Belastingopbrengsten op basis van kohier 2009 plus nieuwe adressen; Een verhoging van de onroerende zaakbelasting (OZB), rioolrechten, forensenbelasting, begraafrechten en leges met een inflatiepercentage van 1%; Naast de inflatiecorrectie een verhoging van de onroerende zaakbelasting voor woningen en niet-woningen. Op basis van de nu bekende verhoging van de WOZ waarden (niet definitief) worden de extra verhogingen voor de OZB woningen en niet-woningen in 2010, 5,0% in 2011 4,0%. Voor 2012 en 2013 worden de verhogingen op PM begroot; De begraafrechten worden jaarlijks met 22% verhoogd vanwege de kostendekkendheid; De afvalstoffenheffing is nagenoeg kostendekkend en wordt niet extra verhoogd buiten de inflatiecorrectie; De rioolrechten worden met 4% extra verhoogd naast de inflatiecorrectie; Voor onvoorziene incidentele lasten is een bedrag van € 3,00 per inwoner opgenomen.
Onderhoud kapitaalgoederen Voor het onderhoud van de kapitaalgoederen zijn geen voorzieningen gevormd. Dit betekent niet dat er geen onderhoud wordt gepleegd aan de eigendommen, maar wij kunnen de lasten op dit moment opvangen in de exploitatie en er zijn bestemmingsreserves aanwezig voor het onderhoud van diverse kapitaalgoederen, zoals wegenonderhoud, riolering, walbeschoeiing, onderwijshuisvesting, speelvoorzieningen, dorpshuizen, Oostenburg. Er zijn meerdere onderhoudsplannen aanwezig voor het onderhoud van de diverse kapitaalgoederen en in de verordening ex. art. 212 GW (financiële beheersverordening) zijn de verplichtingen opgenomen voor de nog niet opgestelde plannen. De reden dat er bestemmingsreserves bestaan in plaats van voorzieningen is dat de plannen (nog) niet geheel voldoen aan de verplichtingen welke aan de vorming van voorzieningen worden gesteld.
Programmabegroting 2010
100-109
Programmabegroting 2010
baten
Realisatie 2008 lasten
saldo
Begroting 2009 na wijzigingen baten lasten saldo
Begroting 2010 lasten
baten
saldo
01 - Wonen naar wens
3.549.254
4.029.586
(480.332)
1.505.420
2.928.488
(1.423.068)
1.305.467
2.880.661
(1.575.194)
02 - Werkgelegenheid
76.881
353.334
(276.453)
9.746
301.245
(291.499)
9.745
250.086
(240.340)
8.256.565
11.960.209
(3.703.644)
7.848.101
11.530.204
(3.682.103)
7.882.129
11.834.813
(3.952.684)
406.708
3.101.921
(2.695.213)
345.925
3.505.193
(3.159.268)
342.912
3.260.062
(2.917.150)
2.743.874
4.943.903
(2.200.029)
2.581.331
4.317.290
(1.735.959)
2.653.269
4.263.900
(1.610.631)
210.466
2.804.088
(2.593.622)
28.230
3.467.216
(3.438.986)
35.726
2.315.512
(2.279.786)
39.405
624.600
(585.195)
24.919
718.522
(693.603)
5.000
632.250
(627.250)
176.770
1.509.288
(1.332.518)
170.729
1.733.882
(1.563.153)
172.729
1.757.663
(1.584.934)
14.471.437
1.062.759
13.408.678
15.492.168
1.031.556
14.460.612
15.270.877
462.583
03 - Sociale kwaliteit 04 - Voorzieningen 05 - Leefkwaliteit 06 - Mobiliteit en infrastructuur 07 - Fysieke en sociale veiligheid 08 - Sturende en dienstverlenende gemeente 99 - Algemene dekkingsmiddelen Aanvullende belastingmaatregelen Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
29.931.360 6.532.985 36.464.345
30.389.688 5.255.637 35.645.325
-
(458.328) 28.006.569 1.277.348 2.472.372 819.020 30.478.941
29.533.596 945.344 30.478.940
14.808.294
95.644
(1.527.028) 27.773.498 1.527.028 342.913 0 28.116.411
95.644 27.657.530 425.972 28.083.502
115.967 (83.059) 32.908
Bovenstaande begroting is inclusief de uitgangspunten zoals genoemd op de vorige bladzijde. De extra verhoging van de onroerende zaakbelasting in 2010 en 2011 is als aparte regel opgenomen.
Lasten / Baten
18,00
16,00
14,00
miljoenen euro's
12,00
10,00
8,00
6,00
4,00
2,00
0,00 01
02
03
04
05
06
07
08
99
Program m a's lasten
Programmabegroting 2010
baten
101-109
Onderstaand is de meerjarenraming weergegeven waarbij alle componenten afzonderlijk worden genoemd.
Rekening 2008 Resultaat voor bestemming 1e wijziging 2010 door septembercirculaire AU Belastingverhogingen door inflatie Belastingverhogingen exclusief inflatie Resultaat voor bestemming Toevoeging aan de reserves Onttrekking aan de reserves Resultaat na bestemming Nieuw beleid (wettelijk)
2010
Meerjarenplanning 2011 2012
2013
20.561 172.000 47.196 95.644 335.401 -425.972 342.913 252.342
-327.111 187.000 86.174 153.910 99.973 -252.903 258.413 105.483
-575.125 321.550 89.127 153.910 -10.538 -99.258 230.913 121.117
-561.100 288.298 92.728 153.910 -26.164 -95.005 203.413 82.244
exploitatiekosten kapitaallasten
66.213 12.858 79.071 173.271
56.213 13.930 70.143 35.340
56.213 13.501 69.714 51.403
56.213 13.073 69.286 12.958
exploitatiekosten kapitaallasten
135.750 4.613 140.363
65.050 18.045 83.095
48.150 19.940 68.090
44.150 24.523 68.673
32.908
-47.755
-16.687
-55.715
-458.329 -4.263.094 5.540.441 819.018
Begroting 2009 incl.wijz.
1.527.028945.3442.472.372 -
Resultaat na bestemming na verwerking lijst Nieuw beleid (gewenst) en overige prioriteiten
Resultaat na bestemming na verwerking
Toelichting baten en lasten In onderstaand overzicht worden de verschillen in baten en lasten hoger dan € 30.000 ten opzichte van de begroting 2009 inclusief wijzigingen toegelicht. Programma 01 – Wonen naar wens: o De lasten voor wonen zijn lager door eenmalige uitgaven in 2008 o De rente op leningen is lager door aflossingen (zowel aan de baten als lastenzijde) o Lagere legesopbrengsten als gevolg van minder bouwaanvragen Programma 02 - Werkgelegenheid: o De lasten voor watersport zijn lager door eenmalige uitgaven in 2008 Programma 03 – Sociale kwaliteit: o De lasten zijn hoger door hogere uitgaven (als gevolg van meer aanvragen) voor hulp bij het huishouden, schuldhulpverlening en inburgering Programma 04 - Voorzieningen: o De lasten voor de openbare bibiotheek en jeugd- en jongerenwerk zijn lager door eenmalige uitgaven in 2008 o Een aantal onderwijsinvesteringen zijn afgeschreven, waardoor de kapitaallasten lager zijn Programma 05 - Leefkwaliteit: o De lasten op plantsoenen zijn hoger door hogere salariskosten/pensioenverplichtingen o De lasten op huisvuil zijn hoger door aanschaf van een zijlader en een te lage raming voor bepaalde kosten in 2008 o De opbrengsten van de afvalstoffenheffing en de rioolrechten zijn hoger Programma 06 – Mobiliteit en infrastructuur: o De lasten op wegen zijn lager, omdat op een deel van het groot onderhoud wordt afgeschreven, waardoor de lasten over meerdere jaren verspreid worden o De lasten voor bruggen zijn lager door eenmalige uitgaven in 2008 o De lasten op vaarten en kanalen zijn lager, omdat het baggerplan vrijwel geheel uitgevoerd is
Programma 07 – Fysieke en sociale veiligheid: o De lasten integrale veiligheid zijn lager, doordat een vacature niet ingevuld wordt Programma 08 – Sturende en dienstverlenende gemeente: o Er zijn geen grote verschillen Algemene dekkingsmiddelen: o De algemene uitkering uit het gemeentefonds is hoger o De belastingopbrengsten voor de ozb zijn hoger o Door een betere kostentoerekening zijn de inkomsten en uitgaven op saldo kostenplaatsen lager
Programmabegroting 2010
103-109
Prioriteitenlijst - meerjarenplanning Titel
ID
2010 - 2013 Totaal
loop-
investeringtijd
A
Kapitaallasten
Exploitatielasten
2010
2011
2012
2013
2010
2011
2012
2013
nr. Wettelijk verplicht
OW10009 14
Onkruidbestrijding
60.000
7
10.071
11.143
10.714
10.286
0
0
0
0
Onkruidbestrijding, aanschaf extra veegunit
14.000
7
2.787
2.787
2.787
2.787
11.213
11.213
11.213
11.213
OW10012 1
Loket gemeentelijke watertaken
0
0
0
0
0
pm
pm
pm
OW10013 2
Verbreed rioolrecht
0
0
0
0
0
pm
0
0
0
Ontwikkelingen Sociale Zekerheid
0
0
0
0
0
pm
pm
pm
pm
3
SZ10002
pm
SZ10004
4
Wijzigingen Wmo
0
0
0
0
0
pm
SZ10005
5
Begeleiden 'ontregelde' gezinnen
0
0
0
0
0
13.000
SZ10012
6
Regionale coördinatie mantelzorgondersteuning
0
0
0
0
0
6.000
SZ10013
7
Activiteitenplan mantelzorgbeleid
0
0
0
0
0
9.000
SZ10011
8
Voor- en vroegschoolse educatie
0
0
0
0
0
pm
0
0
0
Wet tijdelijk huisverbod
0
0
0
0
0
2.000
2.000
2.000
2.000
Harmonisering kinderopvang/peuterspeelzaalw.
0
0
0
0
0
25.000
15.000
15.000
15.000
74.000
12.858
13.930
13.501
13.073
66.213
56.213
56.213
56.213
Afdelingsbudgetten
0
0
0
0
0
3.100
3.100
3.100
3.100
Onderhoud kanoroutes
0
0
0
0
0
0
0
0
Toename vergaderkosten
0
0
0
0
0
8.250
8.250
8.250
8.250
GS10003 12
Opleiden personeel, inclusief LBP
0
0
0
0
0
5.000
5.000
5.000
5.000
GS10004 13
Ontwikkelen inkoop- en aanbestedingsnota
0
0
0
0
0
pm
0
0
0
OW10011 15
Fryske Walden
0
0
0
0
0
14.000
0
0
0
OW10014 16
Realisering dorpsvisies
0
0
0
0
0
0
0
0
0
OW10015 17
Gronddepot overlaadstation
0
0
0
0
0
pm
0
0
0
OW10016 18
Herziening groenbeheerplan
0
0
0
0
18.000
0
0
0
OW10004 20
Fietsbrug
0
0
0
0
0
0
0
0
SZ10014 22 VR10002 24
Burenhulpproject
0
0
0
0
10.000
5.000
5.000
5.000
Burgernet
0
0
0
0
0
0
0
0
0
VR10004 26
Veiligheidsmonitor
0
0
0
0
0
4.000
0
4.000
0
VR10001 27
Aanlegvoorzieningen Lauwersmeer
pm
pm
pm
pm
pm
0
0
0
0
VR10010 28
Agrarische avond
0
0
0
0
0
0
pm
0
pm
VR10006 29
Projectonderst. woningbouw/bedrijfsterreinen
0
0
0
0
0
20.000
0
0
0
VR10007 30
Uitwerken plan van aanpak Woonvisie NOFA
0
0
0
0
0
10.000
0
0
0
VR10008 31
Openbare ruimte Woonservicezone
pm
pm
pm
pm
pm
0
0
0
0
VR10015 32
Onderzoeken in het kader van het streekplan
0
0
0
0
0
0
0
0
0
ST10005 33 ST10006 34
Aanschaf koffie- en heetwaterapparatuur
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Aanschaf scanstraat t.b.v. het DMS
0
0
0
0
0
10.000
0
0
0 7.800
VR10003 25 9
SZ10015
Totalen onderdeel A:
B
pm 13.000
pm
pm
13.000
13.000
6.000
6.000
6.000
9.000
9.000
9.000
nr. Zeer gewenst
FZ10001 10
0 10.000
25
0
ST10007 35
Vervanging telefooncentrale
105.000
FZ10011 36
Licenties ORACLE RDBMS
0
FZ10005 38
Brandweer - communicatieapparatuur
10
pm
0
13.125
15.225
14.700
0
7.800
7.800
0
0
0
0
13.400
13.400
0
0
4.920
4.715
4.510
0
0
0
0
20.500
5
4.613
FZ10006 39
Brandweer - uitrusting (individueel)
0
0
0
0
0
5.000
0
0
FZ10007 40
Brandweer - materiaal + uitrusting (individueel)
55.000
10
0
0
0
0
0
0
0
0
FZ10008 41
Brandweer - materiaal + uitrusting (individueel)
42.500
10
0
0
0
0
5.313
0
0
0
OW10021 41a Buurtschapsborden
0
0
0
0
0
0
0
0
0
FZ10010 41b Vervoer voormannen groenbeheer
0
0
0
0
0
10.000
10.000
10.000
10.000
233.000
4.613
18.045
19.940
24.523
125.750
57.550
43.150
39.150
Totalen onderdeel B:
C
nr. Overige prioriteiten
OW10017 42
Entree overlaadstation
0
0
0
0
0
pm
0
0
0
GS10006 43
Wet dwangsom en beroep
0
0
0
0
0
10.000
7.500
5.000
5.000
Totalen onderdeel C:
0
0
0
0
0
10.000
7.500
5.000
5.000
Onderdeel A
288.214
12.858
13.930
13.501
13.073
66.213
56.213
56.213
56.213
Onderdeel B
332.721
4.613
18.045
19.940
24.523
125.750
57.550
43.150
39.150
Onderdeel C
27.500
0
0
0
0
10.000
7.500
5.000
5.000
648.435
17.471
31.975
33.441
37.596
201.963 121.263 104.363
100.363
Resumé:
Totaal generaal:
Voor een inzicht in de niet gehonoreerde/vooruitgeschoven onderwerpen wordt onderstaand de originele meerjarenplanning getoond.
Programmabegroting 2010
104-109
Prioriteitenlijst - meerjarenplanning Titel nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 14 14a 25
Wettelijk verplicht Loket gemeentelijke watertaken Verbreed rioolrecht Ontwikkelingen Sociale Zekerheid Wijzigingen Wmo Begeleiden 'ontregelde' gezinnen Regionale coördinatie mantelzorgondersteuning Activiteitenplan mantelzorgbeleid Voor- en vroegschoolse educatie Harmonisering kinderopvang/peuterspeelzaalw. Onkruidbestrijding Onkruidbestrijding, aanschaf extra veegunit Wet tijdelijk huisverbod
nr. 10 11 12 13 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 41a 41b 41c 41d
Totalen onderdeel A: Zeer gewenst Afdelingsbudgetten Vervanging ICT Opleiden personeel, inclusief LBP Ontwikkelen inkoop- en aanbestedingsnota Fryske Walden Realisering dorpsvisies Gronddepot overlaadstation Herziening groenbeheerplan Wegenonderhoud (lasten boven bestaand budget) Fietsbrug Veenklooster, herinrichting bebouwde kom Burenhulpproject Jeugdbeleid (CJG en alcoholmatiging) Burgernet Veiligheidsmonitor Aanlegvoorzieningen Lauwersmeer Agrarische avond Projectonderst. woningbouw/bedrijfsterreinen Uitwerken plan van aanpak Woonvisie NOFA Openbare ruimte Woonservicezone Onderzoeken in het kader van het streekplan Aanschaf koffie- en heetwaterapparatuur Aanschaf scanstraat t.b.v. het DMS Vervanging telefooncentrale Licenties ORACLE RDBMS Overlaadstation, aanschaf containers +bestrating Brandweer - communicatieapparatuur Brandweer - uitrusting (individueel) Brandweer - materiaal + uitrusting (individueel) Brandweer - materiaal + uitrusting (individueel) Buurtschapsborden Vervoer voormannen groenbeheer Onderhoud kanoroutes Toename vergaderkosten
Totalen onderdeel B: nr. Overige prioriteiten 42 Entree overlaadstation 43 Wet dwangsom en beroep Totalen onderdeel C: Onderdeel A Onderdeel B Onderdeel C Totaal generaal:
Programmabegroting 2010
2010 2013 Totaal loopinvestering tijd 2010 0 0 0 0 0 0 0 0 0 60.000 14.000 0
7 7
74.000 0 50.000 0 0 0 0 0 0 ? 10.000 650.000 0 0 0 0 106.667 0 0 0 pm 0 0 0 105.000 0 88.000 20.500 55.000 42.500 0 0 0 0 1.127.667
5
25 25
25
10 10 5 10 10
Kapitaallasten 2011 2012
2013
2010
Exploitatielasten 2011 2012
opmerkingen 2013
0 0 0 0 0 0 0 0 0 10.071 2.787 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 11.143 2.787 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 10.714 2.787 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 10.286 2.787 0
10.000 pm pm pm 13.000 6.000 9.000 pm 25.000 0 11.213 2.000
10.000 0 pm pm 13.000 6.000 9.000 0 15.000 0 11.213 2.000
10.000 0 pm pm 13.000 6.000 9.000 0 15.000 0 11.213 2.000
10.000 0 pm pm 13.000 6.000 9.000 0 15.000 0 11.213 2.000
12.858
13.930
13.501
13.073
76.213
66.213
66.213
66.213
0 11.250 0 0 0 0 0 0 0 650 0 0 0 0 0 6.933 0 0 0 pm 0 0 0 0 0 11.000 4.613 0 0 0 0 0 0 0
0 12.000 0 0 0 0 0 0 4.694 880 42.250 0 0 0 0 9.387 0 0 0 pm 0 0 0 13.125 0 12.760 4.920 0 0 0 0 0 0 0
0 0 11.500 11.000 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 63.978 146.890 860 840 57.200 55.900 0 0 0 0 0 0 0 0 9.173 8.960 0 0 0 0 0 0 pm pm 0 0 0 0 0 0 15.225 14.700 0 0 12.320 11.880 4.715 4.510 0 0 6.875 7.975 0 5.313 0 0 0 0 0 0 0 0
3.100 0 5.000 pm 14.000 20.000 pm 18.000 0 0 0 20.000 25.000 6.600 4.000 0 5.000 50.000 10.000 0 10.000 3.000 10.000 0 13.400 0 0 0 0 0 2.000 10.000 0 8.250
3.100 0 5.000 0 0 20.000 0 0 0 0 0 20.000 0 6.600 4.000 0 5.000 0 0 0 0 0 0 7.800 13.400 0 0 5.000 0 0 2.000 10.000 0 8.250
3.100 0 10.000 0 0 20.000 0 0 0 0 0 20.000 0 6.600 4.000 0 5.000 0 0 0 0 0 0 7.800 0 0 0 0 0 0 0 10.000 0 8.250
3.100 0 10.000 0 0 0 0 0 0 0 0 20.000 0 6.600 4.000 0 5.000 0 0 0 0 0 0 7.800 0 0 0 0 0 0 0 10.000 pm 8.250
110.150
94.750
74.750
34.446 100.016
181.846
267.968
237.350
niet gehonoreerd kosten nog niet bekend kosten nog niet bekend kosten nog niet bekend
kosten nog niet bekend eerste jaar dekken uit alg. reserve
komt uit bestaand budget 2012/2013 verlaagd naar € 5.000,kosten nog niet bekend dekken uit alg. reserve niet gehoreerd is nog niet voldoende onderzocht dekken uit alg. reserve komt uit bestaand budget komt uit bestaand budget komt uit budget wegenonderhoud niet gehoreerd niet gehoreerd alleen in 2010 en 2012 kosten nog niet bekend hangt van de evaluatie bedrag verlaagd naar € 20.000,kosten nog niet bekend komt uit bestaand budget komt uit bestaand budget € 7.800 is onderhoudscontract wordt al in 2009 uitgevoerd
bij begroting 2011 bespreken bij begroting 2011 bespreken komt uit bestaand budget eerste jaren geen onderhoud
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
pm 10.000
0 7.500
0 5.000
0 kosten nog niet bekend 5.000
0
0
0
0
0
10.000
7.500
5.000
5.000
12.858 13.930 34.446 100.016 0 0 47.305 113.946
13.501 181.846 0 195.348
13.073 267.968 0 281.041
76.213 237.350 10.000 323.563
328.214 1.101.276 27.500 1.456.991
66.213 66.213 66.213 110.150 94.750 74.750 7.500 5.000 5.000 183.863 165.963 145.963
105-109
MODEL D (Begroting 2010) Naam reserve/voorziening
1
Vorig dienstjaar (2009) Saldo aan het Rente Vermeer- Verminbegin van het 1,50% deringen deringen dienstjaar
Saldo aan het begin van het dienstjaar
Dienstjaar (2010) inflatie- Vermeer- Vermin- Saldo aan het correctie deringen deringen einde van het 1,00% dienstjaar
2
5
6
3-a
3-b
4
8
9
10
A. VRIJE RESERVES 0.1
Saldi reserve Totaal A
4.191.590
78.003
245.000
49.211
4.465.382
53.130
4.191.590
78.003
245.000
49.211
4.465.382
53.130
57.033
570
57.603
3.215
129.834
1.298
131.132
4.950
50
5.000
200.000
76.380
764
77.144
11.685
117
12.837
1.882.751
18.828
-
57.000
4.461.512
57.000
4.461.512
B. BESTEMMINGSRESERVES (autonomie Raad) 2.1
Walbeschoeiing
2.2
Openbare verlichting
2.3
Baggerplan
2.4
Wegenonderhoud
3.1
Economische ontwikkelingen
11.512
173
4.1
Onderwijs
1.745.822
26.187
5.2
Paradyske
59.659
895
60.554
606
5.3
Sportstimulering
6.084
91
6.175
62
6.237
5.4
Speelvoorzieningen
63.694
955
64.649
646
65.295
5.5
Kunst en cultuur
30.000
450
20.450
205
20.655
5.6
Recreatie en toerisme
45.000
675
45.675
457
46.132
6.1
Tekorten Trion
14.789
222
15.010
150
15.160
6.3
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
847.614
op A1
847.614
6.5
Dorpshuizen (v.h. BIMZ)
6.6
WWB - inkomensdeel
6.7
Onderhoud Oostenburg
7.614
114
15.228
152
6.8
Onderhoud dorpshuizen
121.313
1.820
123.133
1.231
124.364
6.9
Invoering WMO
49.524
743
50.267
503
50.769
34.500
518
35.018
350
35.368
165.367
2.481
167.847
1.678
169.526
6.10 Reserve vrijwilligerswerk
56.190
843
133.049 4.877
73
272.296
4.084
123.579
10.000
1.008.614
161.000
53.761 320.573
4.809 7.500
11.802 268.981
2.170.560 61.159
53.761
538
54.298
325.382
3.254
328.635 7.500
22.881
7.1
Milieubeheer
7.2
Akoestisch onderzoek
8.642
130
8.772
88
8.859
7.3
Reserve Riolering
1.002.053
15.031
950.648
9.506
960.155
8.1
Dorpsvernieuwing
431.120
6.467
437.587
4.376
441.962
8.2
Volkshuisvesting
48.236
724
48.959
490
49.449
8.3
Bouwgrondexploitatie (algemeen)
1.410.326
21.155
1.396.001
13.960
1.409.961
8.4
Bovenwijkse voorzieningen (bge)
348.169
5.223
353.392
3.534
356.925
8.6
Stimulering duurzaam bouwen
20.304
305
20.609
206
20.815
8.8
WoonServiceZone
18.129
272
18.401
184
18.585
8.9
Ruimtelijke ordening
93.808
1.407
95.215
952
96.167
120.868
1.813
122.681
1.227
123.907
17.339
173
8.10 Herstructurering en leefkwaliteit
35.480
9.1
Kunstinleen gemeentehuis
20.208
303
3.172
9.4
BTW-compensatiefonds
89.870
1.348
91.219
9.5
Persoonlijke verplichtingen
156.889
2.353
64.017
9.6
Asielzoekerscentrum
9.7
Eigen kapitaal, niet vrij besteedbaar Totaal B
095.225
3.750
13.762
28.319
67.858
253.844
2.700.931
285.913
10.570.672
0-
0-
952
6.573
99
6.671
3.302.329
49.535
426.344
2.925.520
0-
29.255
0-
11.281.760
151.295
131.079 1.013.955
10.483.743
96.361
0-
276.481
C. VOORZIENINGEN V.6 Afgesloten complexen en toek. proj.
184.213
184.213
184.213
19.463
19.463
19.463
V.8 Onderwijshuisvesting
-
-
-
V.9 Dubieuze debiteuren
28.103
28.103
28.103
V.7 Bedrijfsafval
Totaal C Totaal A, B, en C
231.779 15.705.129
229.298
-
-
376.079 1.063.166
231.779
-
15.180.904 149.491
276.481
342.913
231.779 15.263.964
Vaststellingsbesluit
Vaststellingsbesluit
De gemeenteraad van de Gemeente Kollumerland en Nieuwkruisland
Gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d………………..…..;
Gelet op artikel 191 van de gemeentewet;
Besluit vast te stellen De programmabegroting 2010 De meerjarenraming 2011-2013
Aldus besloten in de openbare vergadering van 29 oktober 2009
De raad vernoemd
……………………………………
……………………………………
De griffier Mevrouw N. IJnema
De voorzitter De heer B. Bilker
Programmabegroting 2010
108-109