Bijlage RVB 28
FUNCTIEBESCHRIJVING ONDERSTEUNEND PERSONEEL OPVOEDER INTERNAAT (B - basisfunctie: voor iedereen; S - specifieke functie: slechts voor bepaalde personeelsleden; U - uitbreidingsfunctie: deze functies kunnen het personeelslid enkel ten goede aangerekend worden) 1.
Internenbegeleiding B De internen begeleiden bij hun groei naar volwassenheid om ze in staat te stellen gelukkig te leven in een open, pluralistische wereld, hun capaciteiten maximaal te ontwikkelen en zich mondig én tolerant op te stellen. B Zelf het voorbeeld geven (taal, houding...). B Internen waarden en sociale vaardigheden bijbrengen: hen aanspreken op hun voorkomen, taalgebruik, verantwoordelijkheid, doorzettingsvermogen... B Bij ziek worden of een ongeval: eerste hulp bieden; beheerder, ouders, dokter of ziekenhuis contacteren. B In de begeleiding (op studiegebied en sociaal-emotioneel) streven naar een hoog welbevinden van de internen. B Internen met problemen opvangen en eventueel doorverwijzen naar en samenwerken met het CLB, in samenspraak met de beheerder. B Zorgen voor een geïndividualiseerde begeleiding bij het studeren en het schriftelijk opvolgen van de studieresultaten. B Internen met studieproblemen individueel bijstaan en op de juiste wijze stimuleren. B De op school gehanteerde studiemethodebegeleiding ondersteunen. B Open staan voor de (individuele) problematiek van de jongeren. Problemen onmiddellijk rapporteren aan de beheerder en steeds een bijdrage leveren bij het remediëringsplan. Onderling overleg is hierbij noodzakelijk. B Een vertrouwenspersoon zijn voor de internen, rekening houdend met de principes van het ambtsgeheim, d.w.z. meldingsplicht t.o.v. de hiërarchische overste en zwijgplicht t.o.v. derden; zich kunnen verplaatsen in hun leefwereld. B Aandacht hebben voor goede communicatie met de internen, ouders en collega’s. Informatie geven aan en/of uitwisselen met de ouders over hun kind(eren), zowel op formele als op informele wijze, bij voorkeur na voorafgaand overleg met de beheerder en de collega’s. B De internen helpen bij het invullen van een zinvolle vrijetijdsbesteding (sport, Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 1 van 7
spel, cultuur). In overleg met de beheerder en de collega’s een planning opmaken. B Zorgen voor een meeneemmaaltijd indien een intern tijdens het avondeten aan een buitenschoolse activiteit deelneemt. B Toezicht houden tijdens de maaltijden van de internen. B Gedragsproblemen of sociale conflicten zowel mondeling als schriftelijk rapporteren aan de beheerder. B Toezichten houden. B Begeleiden en organiseren van intra- en extra-muros activiteiten. S Bemiddelen in samenspraak met de beheerder in contacten met Bijzondere Jeugdzorg, OCMW... 2.
Internenadministratie B De aanwezigheid van leerlingen controleren en de administratie hiervan bijhouden. S Bijhouden van de individuele dossiers van de internen. S De beheerder assisteren bij de opvolging van allerlei administratieve taken (opvolgen van het innen van kostgelden, dossiers voor schoolongevallen in orde brengen en opvolgen, meehelpen met het sleutelbeheer, opvolgen van de facturatie, de inventaris…
3.
Functioneren binnen het team B Participeren aan de personeelsvergaderingen, internaatscollege… B Participeren aan oudercontactavonden, opendeurdagen, informatieavonden rond de werking van het internaat... B Nieuwe opvoeders in het internaat ondersteunen. B Bij afwezigheid van de beheerder bezoekers ontvangen, hen zelf verder helpen of doorverwijzen. B Telefonische communicaties aannemen, indien mogelijk zelf afhandelen, eventueel (boodschap) doorgeven aan betrokkenen. B Informatie verstrekken aan de ouders. S Actief begeleiden en administratief opvolgen van stagiairs. Op de gestelde momenten verslag uitbrengen aan de stagebegeleiders. U Participeren aan diverse activiteiten georganiseerd door de scholen, de oudervereniging, de vriendenkring... (sportactiviteiten, culturele activiteiten, Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 2 van 7
thema-avonden). U Meehelpen aan de promotie van het internaat (huisbezoeken, hulp bij rekrutering...). 4.
Persoonlijk functioneren, persoonlijke ontwikkeling en zelfevaluatie B Inspelen op het nascholingsplan.
nascholingsaanbod
in
overeenstemming
met
het
B Kennis in de nascholing opgedaan, overdragen op collega's. U Reflecteren over de eigen werkorganisatie en resultaten en waar nodig voorstellen doen om te remediëren. 5.
Financiële organisatie S Bijhouden van de provisiegelden en die op afgesproken tijdstippen doorspelen aan de beheerder. S De boekhouding van de kost- en provisiegelden verzorgen op PC, deze verantwoorden t.o.v. de inrichtende macht en bij verificatie. S Betalingen doen aan de scholen voor uitstapjes, drankjes… via de provisiegelden. S Derdengelden ontvangen. S Geld naar de bank brengen. S Geld halen bij de bank (rekening houdend met de verantwoordelijkheidsmatrix).
6.
Materiële en logistieke organisatie S De voorraad (van o.a. drank voor ’s avonds) beheren, bijhouden wanneer er moet aangevuld worden. S De jaarlijkse inventaris opvolgen. S Rapporteren van de staat van onderhoud en de nodige herstellingen. S Het didactisch materiaal beheren. S Het afvalbeleid organiseren.
Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 3 van 7
Bijlage Competenties die moeten nagestreefd worden als hulpmiddel om de in de functiebeschrijving beoogde resultaten te realiseren Deze bijlage kan onder meer gebruikt worden bij een functioneringsgesprek. 1.
Leerlingenbegeleiding De bekwaamheid om begrip op te brengen voor de jongeren en een goede verstandhouding met hen op te bouwen. Gedragsindicatoren:
2.
•
neemt tijd voor de internen, luistert naar hen;
•
gaat niet te familiair om met internen, bakent grenzen af;
•
is consequent in zijn/haar optreden;
•
geeft niet toe op principiële zaken;
•
blijft kalm en rustig in moeilijke situaties;
•
maakt samen met de internen duidelijke afspraken, controleert of ze zich eraan houden en houdt er zich zelf aan;
•
is objectief;
•
begeleidt nieuwelingen en vangt ze op;
•
treedt op bij pesterijen;
•
toont interesse bij persoonlijke gebeurtenissen;
•
geeft ook positieve opmerkingen, schouderklopjes.
Orde, stiptheid en nauwgezetheid De bekwaamheid om de eigen activiteiten op een ordelijke, stipte en correcte manier uit te voeren. Gedragsindicatoren: •
komt steeds op tijd en verlaat nooit te vroeg het werk;
Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 4 van 7
3.
•
ziet erop toe dat de leefregels gevolgd worden;
•
komt gedane beloftes en afspraken na;
•
respecteert de tijdslimieten, stuurt de nodige gegevens tijdig door naar de bevoegde instanties;
•
klasseert de administratie ordelijk, logisch, volledig en correct, vindt vlug iets terug;
•
leert de jongeren hun kamer en hun kasten net en ordelijk te houden en volgt dit dagelijks op;
•
ruimt zijn/haar bureau op;
•
leert de jongeren het speelgoed en de boeken altijd weer op te bergen en volgt dit dagelijks op;
•
leert de jongeren hun boekentas te maken en hun kledij te verzorgen en volgt dit dagelijks op;
•
controleert de taken en nota’s in de agenda’s van de internen, ondervraagt hen en geeft hen, indien nodig extra taken en leert ze leren;
•
parafeert elke dag de agenda’s van de internen.
•
houdt de voorraad, inventaris correct en regelmatig bij, bestelt materiaal tijdig.
Organisatietalent De bekwaamheid om planmatig en doeltreffend te werken. Gedragsindicatoren: •
regelt en voert het eigen werk zelfstandig uit;
•
kan beslissingen nemen in crisissituaties;
•
kan de gevolgen van een probleem goed inschatten;
•
kan een veelheid van taken verdelen over de dag;
•
stelt een planning op middellange termijn op en houdt deze bij;
•
vergeet geen opdrachten uit te voeren;
•
werkt stapsgewijs, gaat gestructureerd te werk;
•
beheert zijn/haar tijd efficiënt en effectief; Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 5 van 7
4.
•
analyseert een probleem alvorens te reageren;
•
maakt afspraken met collega’s rond taakverdeling;
•
past zich vlot aan aan onvoorziene omstandigheden, kan een onverwachte gebeurtenis spontaan inpassen in de activiteiten.
Discretie Is in staat vertrouwelijke en persoonlijke informatie op een confidentiële en gepaste wijze te behandelen. Gedragsindicatoren:
5.
•
geeft geen vertrouwelijke informatie door;
•
bergt dossiers zorgvuldig op.
Zin voor initiatief De bekwaamheid om vooruit te denken en pro-actief stappen te ondernemen. Gedragsindicatoren:
6.
•
heeft kennis van externe organisaties (bv. voor drugsproblemen, sociale problemen) en weet welke externe organisaties kunnen geraadpleegd worden;
•
ziet problemen en zorgt ervoor dat ze door de aangewezen persoon opgelost worden;
•
pakt regelmatig terugkerende taken op het juiste moment aan zonder te wachten op instructies van de beheerder;
•
vraagt uitleg en advies in geval van twijfel;
•
informeert de beheerder onmiddellijk over dingen die de goede werking van het internaat in het gedrang kunnen brengen;
•
volgt uit eigen beweging nascholing, na afspraak met de beheerder.
Relatiebekwaamheid De bekwaamheid om contacten te leggen en te onderhouden. Gedragsindicatoren: •
is vriendelijk en reageert beleefd;
•
bewaart in alle situaties zijn/haar geduld; Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 6 van 7
•
reageert niet op de persoon, wel op het gedrag;
•
durft fouten en vergissingen toegeven;
•
communiceert duidelijk en beleefd aan de telefoon, bij het onthaal;
•
communiceert schriftelijk op een duidelijke, foutloze manier;
•
hanteert een correct taalgebruik;
•
beheerst non-verbale communicatie;
•
neemt afstand van mogelijke persoonlijke problematieken;
•
bemiddelt bij conflicten.
Scholengemeenschap Brugge - Oostkust functiebeschrijving ondersteunend personeel (opvoeder internaat) pag. 7 van 7