Fotostory
S T E L V I O O F F - R O A D FOTO’S: JORIS LUGTIGHEID
De Passo dello Stelvio, wie kent ’m niet? Het is waarschijnlijk de beroemdste aller Alpenpassen. Minder bekend is de Stelvio als mountainbikeroute. Toch loopt er een schitterde trail vanaf de pashoogte naar beneden. Fotograaf Joris Lugtigheid maakte de afdaling.
12
BIKE & TREKKING
Wie legt er nou een pad aan op zo’n immense puinwand? Dat waren Oostenrijkers, die zich in de Grote Oorlog van 1914-1918 de Italianen van het lijf wilden houden. Het mocht niet baten; zowel de noord- als de zuidkant van de Stelvio liggen tegenwoordig op Italiaans grondgebied.
BIKE & TREKKING
13
H
O
14 BIKE & TREKKING
O
G
W
E
R
K
E
R
S
G
Links en boven: De gehele toer blijft het eeuwige ijs van het bijna vierduizend meter Ortler Massief het beeld bepalen. Bizar: in de Eerste Wereldoorlog waren op de besneeuwde toppen kanonnen geïnstalleerd om de passtraat te kunnen beheersen. Honderden soldaten kwamen om door kou, ontberingen en lawines.
E
N
I
E
T
E
N
Onder: Zo nu en dan lopen hoort er bij op de Goldsee Trail. Is het niet vanwege steenlawines, dan wel vanwege hardnekkige sneeuwvelden.
BIKE & TREKKING
15
H
O
16 BIKE & TREKKING
O
G
T
E
V
R
E
E
S
Wie de Goldsee Trail rijdt, moet geen last hebben van hoogtevrees!
BIKE & TREKKING
17
Jeroen Bervoets, B&t techniekexpert: “Een jaar eerder fietsten we met hetzelfde ploegje de Stelvio omhoog op de racefiets. Toen kwam het idee op, om die pas ook eens andersom te fietsen, naar beneden. En niet via de weg, maar off-road. Dat blijkt een top-idee, het is één van de mooiste trails die ik tot nu toe gereden heb!” Van álle passen die de Alpen rijk is, is er één die op geen enkel lijstje mag ontbreken: de Passo dello Stelvio, de op één na hoogste bergpas van Europa. Bekend en berucht, geliefd en gehaat. Wat wil je! In ruim twintig kilometer moet je bijna tweeduizend hoogtemeters overwinnen, met onderweg 48 haarspeldbochten. Minstens zo spectaculair is de Stelvio per mountainbike. Niet omhoog, maar omlaag. En niet over een zwart lint van asfalt, maar over dikke keien en steengruis. De Goldsee Trail heet die route en ik heb ’m gereden. Woeha! Dat er überhaupt een goed begaanbare bike-route hoog boven de passtraat van de Stelvio loopt, hebben we te danken aan de Eerste Wereldoorlog, die volgende jaar honderd jaar geleden begon. Op de Stelvio, op z’n Duits Stilfser Joch, troffen Italianen en Oostenrijkers elkaar in een lange en bloedige stellingenstrijd, die vier jaar zou duren zonder dat een van beide partijen de overhand wist te krijgen. De paden boven de passtraat stammen nog uit die tijd. Ze dienden om de verschillende hooggelegen stellingen, waarvan de resten er nog steeds liggen, te kunnen bevoorraden en bemannen. Wij beginnen onze bike-tour op de top van de Dreisprachenspitze, de Drietalenpunt. Dat is de bult ten noordwesten van de pashoogte, met z’n restaurants, hotels en tientallen souvenirswinkeltjes. Waarom Drietalenpunt? Ten zuiden van deze top, in Lombardije, wordt Italiaans gesproken, in het noordenoosten, in Zuid-Tirol, spreekt men Duits en in het Zwitserse Graubünden in het noordwesten is de spreektaal reto-romaans. Vóór 1914-1918 was de Drietalenpunt trouwens ook nog de Drielandentpunt, vandaar dat de Italiaanse en Oostenrijkse strijdkrachten elkaar juist hier troffen. Overigens, ook aan de Zwitserse kant zijn nu nog resten van loopgraven en stellingen zichtbaar, terwijl Zwitserland in die oorlog (net als Nederland) neutraal was. Waarom dan toch Zwitserse soldaten op die plek? Dat was om te voorkomen, dat de Italianen en Oostenrijkers elkaar op Zwitsers grondgebied te lijf gingen. Wat de strijdende partijen overigens niet verhinderde, om elkaar letterlijk over de hoofden van de Zwitsers heen te bestoken! Tweeduizend hoogtemeters De Goldsee Trail start op 2.850 meter hoogte op de Dreisprachenspitze en eindigt ruim tweeduizend hoogtemeters lagers in het dorpje Glurns. Na een meter of honderd stoppen we om de resten van oude stellingen te bekijken. Geen wonder dat de Oostenrijkers zich toentertijd hier ingegraven hebben; het gehele dal is vanaf hier te overzien. En te beschieten. We stijgen weer in het zadel en laten onze bikes rollen. Wat is dit fenomenaal! Net onder de graad slingert de trail zachtjes dalend door een kaal landschap van steenpuin en rotsblokken. Wat een schandalige lekkere flow trail! Het pad is weliswaar smal, maar niet té smal, waardoor we de bikes lekker kunnen laten lopen. Concentratie is wel gevraagd, want aan de linkerkant loop de helling beangstigend steil naar beneden. Na een paar honderd meter moeten we afstappen. Er ligt nog een dik pak sneeuw op het pad, ondanks dat het al juni is. Daar lopen we dan, in onze korte broeken door de sneeuw! We komen twee flinke
18 BIKE & TREKKING
sneeuwvelden tegen, daarna kan het gas weer open. Na een scherpe knik in de berg komen we weer resten van stellingen uit de Eerste Wereldoorlog tegen. Mooi moment, om even een reepje te eten en van het uitzicht te genieten. Want ook daar moet je echt even de tijd voor nemen; het landschap aan de overkant van het dal wordt gedomineerd door de immense steen- en ijsmassa’s van het Ortler Massief. Bizar: ook daar, op bijna vier kilometer hoogte in de eeuwige sneeuw, waren soldaten gestationeerd, ondanks ijzige koude (tot min veertig!), een zeer gebrekkige bevoorrading en een voortdurend gevaar van lawines. Ze vochten vooral man tegen man, lees ik later ergens. En dan vooral ’s nachts, met messen en bajonetten. Je moet er niet aan denken. Leven en laten leven We rijden verder, op naar de Furkelhütte op 2.150 meter hoogte. Ik had verhalen gelezen over de problemen tussen wandelaars en bikers op deze route, maar daar is niks van te merken. Er zijn, zo aan het eind van de middag, sowieso maar weinig wandelaars onderweg. En de wandelaars díe we passeren, zeggen we gewoon vriendelijk gedag. Niks aan de hand, leven en laten leven. Het pad is nu een stuk technischer dan aan het begin. Grote puinblokken, haarspeldbochten, we krijgen het allemaal voor onze kiezen. Soms is het teveel van het goede. In een enorm puinveld moeten de bikes over de schouder, hier is fietsen onmogelijk. Tsja, wat een pad van honderd jaar oud blijft niet altijd goed. Vol adrenaline bereiken we de Furkelhütte. ’s Winters het eindstation van een skilift, nu pauzeplaats voor wandelaars en bikers. Hongerig schuiven we aan aan een tafeltje op het terras en laten we grote glazen apfelschorle
en geurige borden pasta komen. En ondertussen bekijken we wat bezorgd de kaart. Het is namelijk best wel laat; het fotograferen heeft veel tijd in beslag genomen en we zijn pas op een derde van de totale route. Wat te doen? De oorspronkelijk geplande route volgen naar Glurns? Dan wordt het wel erg krap qua tijd, zeker omdat we ook nog een bovenop de pas geparkeerde auto moeten ophalen. We besluiten daarom, om vanaf de Furkelhütte direct af te dalen naar het plaatsje Trafoi en dan verder de asfaltweg te volgen. Een beslissing die ik al betreur op het moment dat we onze bikes het dal in sturen. Want alhoewel veel fietsers het wel niet met me eens zullen zijn, heb ik niet zo veel met brede schotterpfade of asfalt. En zeker niet omdat boven me nog dik duizend hoogtemeters aan singletrack ligt. Nou ja, een goede reden om nog eens terug te komen. En dan zonder fotograaf, om die hele heerlijke Goldsee Trail in één ruk af te dalen...
I
N
F
O
We hebben overnacht in Dolce Vita Hotel das Paradies, een speciaal bike-hotel van Mountainbike Holidays. Ook de nabijgelegen Lindenhof in Naturns is aangesloten bij deze in mountainbiken gespecialiseerde hotel-organisatie. hotelparadies.com lindenhof.it bike-holidays.com Zoek je meer informatie over Zuid-Tirol in het algemeen, bezoek dan de Nederlandstalige website van Zuid-Tirol. suedtirol.info
Gold see tra il
Auteur en B&t techniekexpert Jeroen Bervoets boven de wereldberoemde lussen van de Stelvio Pas. Linksboven loopt de Goldsee Trail.