Eredienst 24 januari 2010 Voorganger: Ds. M. Oostenbrink
Lezingen:
Marcus 1:16-20 Romeinen 8:27-30, 11:27-32
Gemeente van onze Heer Jezus Christus
Je wordt geroepen. Het meest eenvoudige wanneer je dat gebeurt is zo rond etenstijd. Vader of moeder gebruikt de stem even, roept je naam met daarachter het commando eten! En dan weet je dat je niet nog even je game moet afmaken, dat je de msn direct af moet sluiten. Want je wordt geroepen en dan moet je direct komen. Ja of niet, je weet zo langzamerhand al dat ze je toch een kwartier voor tijd roepen, dan kun je nog wel even, nou ja noem maar op, waar je allemaal nog tijd voor hebt, voordat je echt moet komen. Je wordt wel geroepen, maar omdat ze er toch al op rekenen dat je niet reageert, hoef je ook niet te komen. Als Jezus roept, dan geloof ik niet dat zijn stem extra hard klinkt. Het heet wel roepen, maar dat is niet omdat Hij tot schreeuwen overgaat, maar dat is alleen maar omdat hij je aanspreekt. Omdat Hij je persoonlijk aanspreekt. Dat is het roepen van Jezus. Hij spreekt je aan, en je kunt nog even om je heen kijken, zou het over mn broer gaan, over mn ouders, over mn vriend, bedoelt U mij? Maar dat is het roepen van Jezus, het heet roepen omdat je intens, persoonlijk wordt aangesproken, het gaat om jou, dat dringt diep tot je door. Als Jezus roept, geloof ik ook niet dat het nog wel even kan wachten om te antwoorden. We zien de Heer vanmorgen aan de over van het meer langskomen. Simon en Andreas, de vissers staan in het water of op de boot, ze zijn druk bezig, ze werpen hun netten uit, niet echt een werkje waarvan je zegt, o dat maak ik zo wel even af, je hebt de netten in je handen, als je loslaat, glijden ze in het water, ik bedoel, het is echt niet handig om daar even mee te
stoppen. Maar als Jezus roept, dat is dus die aanspraak, die persoonlijke aanspraak, dan kan het niet wachten. Ze maken niet hun werk even af, nog even de laatste hand en dan…dan gaan we er over denken, s kijken wat de voorwaarden zijn, hoeveel het kost, en of de overuren ook uitbetaalt worden. Als Jezus roept, dan valt er gelijk een beslissing. Kom achter mij, zegt Jezus. Je bent een gewoon mens als ieder ander, met dezelfde gebreken, met dezelfde talenten, ja ieder mens uniek natuurlijk, maar je bent niet de bijzondere, speciale, waarvan Jezus meer te verwachten heeft als van een ander. Er is maar een verschil met een ander dat echt telt. Er waren natuurlijk ook Simon en Andreas, naast Jacobus en Johannes andere vissers ook, niet minder waard, ook niet beter in hun vak, niet liever en niet stouter. Het enige wat echt het verschil maakt is, dat Jezus hen aanspreekt. Hij roept. Je bent een gewoon mens, met alle gedoe dat een mensenleven geeft, een opleiding. Een relatie. Kinderen of niet. Je psychische grenzen, je vrolijkheid, je treurigheden. Maar tegen die mens zegt Jezus…kom achter mij. Aan Simon en Andreas is het een uitnodiging om mee te gaan. Kom met me mee. Maar dieper weg is het een nieuwe levensweg. Kom achter Mij…is ook leer van Mij, ga op Me lijken, vorm je naar Mijn beeld. Kom achter Mij, zegt Jezus, en je leven verandert gaandeweg. Door Mijn voorbeeld, door Mijn nabijheid en uiteindelijk, ja dat ook, door mijn offer. Worden wij ook geroepen? Ik weet niet of je het gemerkt hebt, maar zo juist heb ik dat al namens de Heer gedaan. Kom achter Mij, is een woord van Jezus tot jou, Volg Mij. De vraag is of je het gehoord hebt, of het ook aangekomen is, of je het ook zo intens beleefd hebt, dat je dacht, ik moet alles laten staan, Jezus heeft mij nodig. Wij worden door de prediking van het evangelie geroepen en misschien ook nog wel vaker. Ik was deze week in de sportschool en dan staat er een muziekje op, en ik hoorde zowaar uit de boxen een deuntje met ineens de tekst…preacher keep on preaching….ik had niet de indruk dat de andere sporters het gehoord hebben. En ik had natuurlijk ook de rest kunnen horen…lovers keep on loving, sleepers just stop sleeping. Maar mij trof dat zinnetje….predikant ga door met preken. Zomaar uit een liedje van stevie wonder. Ik geef je dat voorbeeld om te zeggen…je kunt zoveel vaker geroepen
worden als alleen in de kerk. Trouwens ook Simon en Andreas werden niet op zondag 10 uur geroepen. Gewoon aan het werk, midden in hun leven was daar de stem van de Heer. Bij de Doop klinkt de roep ook. Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij. Zoek je eigen leven eens af, wanneer heb je de stem van God gehoord. Waar heeft zijn Woord jouw leven geraakt? Als Paulus zn brief aan de Romeinen begint, noemt hij zichzelf een geroepen apostel. En tegen de mensen in Rome zegt hij…aan u die geroepen bent door Jezus Christus. Ik denk wat weet hij daar nou van? Hij heeft de meesten nooit gezien. Er kunnen er toch zo een paar tussen zitten die twijfelen of die vanwege familie er bij zijn gaan zitten in de gemeente. Maar Paulus doet daar niet zo onderzoekend, vragend over, van de een wel en de ander misschien geroepen en sommigen misschien niet. Nee hoor. U die geroepen bent door Jezus Christus. Kijk daar haal ik dat vandaan die vrijmoedigheid, dat gezag om net als Paulus ook tegen iedereen hier te zeggen…Jezus roept je. Nou wat staat ons te doen, nu Jezus ons roept? Er is van alles te doen in de Naam van Jezus. Ik heb wel even over mezelf gehad en dat ik vande week hoorde…preacher keep on preaching…maar ik moet toch een misverstand wegnemen… als je geroepen wordt, betekent dat niet dat je dus dominee moet worden. Dat misverstand heb ik wel ik eens gemerkt bij joinge mensen. Waren soms een keer onder de indruk van een preek en dachten dan….ik moet ook dominee worden, want God roept me. En zulke roepingen bestaan wel, tuurlijk, maar dat is niet vanzelfsprekend….als God roept, ligt er een wereld aan mogelijkheden voor je open, in wat voor beroep je kiest, in wat voor werk je in de kerk gaat doen, in wie je wilt zijn voor een ander. In al die dingen kan je roeping zitten. Soms hebben niet speciaal gelovige mensen ook de behoefte om hun werk te zien als iets meer dan alleen maar een manier om geld te verdienen. Mensen in de verpleging, in het onderwijs, of als boer kunnen zomaar het gevoel hebben, dit is wat ik moet doen, dit is de bedoeling, dit is mn roeping. En dat kan dus, dat je zo antwoord geeft op de roep van de Heer. In de kerk is er ook van alles te doen, soms doe je dat omdat je denkt, ja wie anders. Maar het is niet verkeerd als we van tijd tot tijd de ervaring opdoen van….dit doe ik omdat God me ervoor roept, ik mag iets doen in zijn dienst. Ook in het ambt van ouderling of diaken, ik heb het vaak al meegemaakt dat
mensen daarin echte vervulling zagen, persoonlijke bemoeienis van God met hun leven, hier ben ik Heer, u hebt me geroepen. Tegen Simon en Andreas zei Jezus…kom achter Mij, ik zal je vissers van Mensen maken. Daarmee was hun taak om velen naar het Koninkrijk toe te roepen gegeven. Maar niet alleen hun taak, het was ook een belofte. Ik zal je vissers van mensen maken. De training, de vorming wordt er bij de roep bij gegeven. Als je nu maar in de nabijheid van Jezus gaat leven, zul je geschikt gemaakt worden voor jouw roeping. God geeft met de roeping ook zijn genade om het te kunnen doen. Je doet het niet alleen, niet op eigen kracht. Je bent geroepen. Als je 15 bent een belangrijke boodschap. Want je leven ligt voor je, je moet nog kiezen wat je wilt gaan doen met je leven. Maar hier is de stem van de Heer. Als je 50 bent, wat dan? Misschien ligt er al een leven achter je van werk je gedaan hebt, ook hoe je in geloof je weg al gegaan bent. Ik kan mij zo voor stellen, dat je jezelf ook wel eens teleurgesteld hebt. Dat het wel mooi leek, dat je er misschien ook wel mooi over gesproken hebt, maar dat het in de praktijk net even anders was. Daarvoor wil ik nu die tekst uit Romeinen 11 aanhalen…in de oude vertaling luidt hij zo…de genadegaven en de roeping Gods is onberouwelijk. God heeft geen spijt van de roeping. In de Nieuwe vertaling…de genade die God schenkt neemt Hij nooit terug, wanneer Hij iemand roept maakt Hij dat niet ongedaan. Dat moet je onthouden wanneer je op een bepaald moment teleurgesteld bent in je eigen christenleven. God geeft het niet op met je. Hij zegt niet..stop maar, niet door naar de volgende ronde, onbegonnen werk met jou. En het kan zo maar zijn dat de roeping zich op een goed moment vernieuwd, dat terwijl je al zo lang meegaat in de kerk, dat het lijkt of je nu pas echt geroepen wordt. Simon heeft zoiets meegemaakt, toen Jezus weer riep en zei…heb je me werkelijk lief, hoed mijn schapen. Je roeping blijft altijd staan, kan zich zelfs vernieuwen. Al vallen we onszelf tegen, God geeft het niet op, eeuwig is zijn trouw. En er ligt nog een heel leven voor je met zoveel dingen te doen. En als je 85 bent wat dan? Roept God me dan ook nog? Het wordt toch zo langzamerhand tijd dat anderen het overnemen, wat zal k nog bijdragen? Ik geloof dat er altijd wat te doen blijft en dat er ook in de hoge ouderdom nog
roeping is. Ik denk aan de predikant die zo graag vernieuwing in zijn gemeente wilde, maar de meeste gemeenteleden waren 80+. Hij kon niet van ze verwachten dat ze de deuren langsgingen voor huisbezoek, of dat ze de muziek in de kerk zouden vernieuwen. Hij vroeg ze iets wat ze wel zouden kunnen. Willen jullie het op je nemen om te gaan bidden. . Als jullie bidden om de Heilige Geest, dan zullen anderen in beweging komen. Ook bidden is nog…iets doen. Maar waarom ik de 85 jarigen er nu speciaal uithaal, is ook om te laten zien dat het roepen van Jezus, nog weer verder gaat dan alleen ons doen. Het gaat ook om wie we uiteindelijk zijn, wie we worden, in het leven in de nabijheid van de Heer. Waar het omgaat, met alles wat we doen, is dat we klaar gemaakt worden voor de heerlijkheid van God. Dat we gevormd worden naar het beeld van God, dat we bereid worden om ons leven in Gods hand te leggen. Dat is ook voor als je jonger bent belangrijk hoor, om er af en toe, even, heel even, bij stil te staan, de aarde is niet ons eindstation, we zijn voor een eeuwige bestemming geschapen. Dat zit in de roep van Jezus verborgen, bij alles wat ons te doen staat, gaat het om wie we worden achter Hem aan. En dat over al onze gebreken heen, we het kleed van zijn vergeving en zijn heerlijkheid aandoen. In Romeinen 8 lezen we dat Hij ons volgens zijn voornemen heeft geroepen, van tevoren heeft God al bedacht dat we zouden gaan lijken op zijn Zoon, vantevoren heeft God al gezegd….mijn Zoon Jezus zal niet de enige in het Koninkrijk zijn, mijn huis moet vol worden, zo heeft God het bedacht, zo heeft hij ons geroepen, wie hij geroepen heeft, die vergeeft Hij ook, en die geeft Hij ook deel aan zijn heerlijkheid. Als Jezus roept, roept Hij je altijd ook voor zijn eeuwig koninkrijk. Ik noemde 85+ omdat het mijn ervaring is dat je dan wel leeft bij de dag en wel weet dat het leven een keer een eind neemt, dan is het niet zo bedreigend om daar eens bij stil te staan. Maar misschien dat het voor ons allemaal wel goed is om je te bedenken, dat de roep van Jezus je leven ook zo vast in handen neemt, dat je ook in de dood nog iemand hebt om te volgen, dat Hij ook daar nog nabij is en trouw. Lieve Heer Gij zegt Kom…dat is op elke leeftijd waar, Jezus roept…en wat je te doen staat, verschilt wel, van de een op de ander, maar Hij zegt Kom…en wat zul je daar nou op antwoorden? We zingen gezang 51:1