'Elektronische informatievoorziening in Vlaanderen'.
Soetaert Ronaid, Top Luc, Van Belle Guy (1995), 'Elektronische informatievoorziening in Vlaanderen'. In: Gids Informatiesector. Onder redactie van Stichting Speurwerk en NBLC. ISBN 90.74864.090., p. 47-50.
~;:<~ ': ~;': -'.' ~-I~!}o'
"
. A ...
~~y:
.
,", ~)'."i t;, ·J~~1f.?T·;:~ "",-:'::,':;':',>,,: 'e'::,:{ ..~ .~~.~' ~.'~~' "\~" .t. . ·:":,. " '. . ."-
. > ..'. ...:. i",'~~' '~/·:~.rtf(~;i'·'~?'~i:~';'~:~~~:~:,~,,> ~~~~:t~t >.\'.~}~.. I,
...
~~ ~~,:~".. \_''''1.'~~ '~V~·.~~ C:;t.)-I,.~.'t:.~\-l:""d"r"';~~I~\"'.li1':'.l'((l\·'/I~ 'I.t:~'t
R. Soetaert. G. van Belle en L Top
Elel(trollÎ che informatie• • • VOOl"Zlenlng 1 laa der n Inleiding
In Vlaanderen anno 1994 staat de grote aandacht voor de nieuwe media als cultuurfenomeen in fel contrast met het schaarse effectieve gebruik (consumptie) en de geringe feitelijke realisaties (produktie). De culturele omwenteling voltrekt zich onderhuids: digitale technieken. gekenmerkt door integratie (multimedia), standaardisatie (digitale formaten die uitwisselbaar zijn) en manipulatie (via nieuwe computer-interfaces), bepalen het produktieproces van steeds meer consumptiegoederen. De computer als einddrager van culturele inhouden is de Vlaming echter vrijwel uitsluitend bekend van berichten en verhJlen uit de (analoge) massamedia. In die massamedia wordt inderdaad stilaan het belang erkend van de verschuiving die de computer in onze moderne maatschappij teweegbrengt. Gespecialiseerde journalisten volgen full-time de recente ontwikkelingen in de computerwereld; in vacatures worden computervaardigheden prioritair gesteld; de advertentieruimtes staan vol met hard- en software die de consument een makkelijker, (inter)actiever, beeld- en kleurrijker leven beloven. Maar de voorbeelden van al dat moois komen voorlopig uit het buitenland. Vlaanderen lijkt nog niet overtuigd genoeg om zelf het nieuwe media landschap te verkennen. De oogst van 1994 is dan ook mager. Op de oftline markt melden zich al een aantal bedrijven, maar het Internet blijkt voorlopig een zaak van de universitaire wereld. In tegenstelling tot de VS, maar ook Nederland, waar de overheid een actieve rol speelt in het stimuleren van dienstverlening op het Net (bv. Digitale Stad Amsterdam). blijft de Vlaamse overheid afwachten. Zij bekommert zich vooral om de infrastructuur, met de Europese richtlijnen van het Bangemann-rapport in het achterhoofd. De buitenlandse voorbeelden stimuleren en helpen Vlaanderen op termijn ongetwijfeld uit de vicieuze cirkel die kleine landen (kleine taalaebieden kleine markten) beklemt: voor de producente~ moet de afzetmarkt gegarandeerd zijn' voor de c~nsumenten moeten de produkten b~taalbaar ZJJn en hun nut bewezen hebben. Het gevaar ~taat evenwel dat tegen de tijd dat men die cirkel n doorbreken, de koek reeds verdeeld is onder de multinationals. Een goed voorbeeld hiervan zijn de rlletjes; de uitschieter in de offline produkten en t.L .. .....~oegangs~oort van de consumentenmassa naar ,.'~:~"..y .•.-&Itale media. <..t":: ~ "'':i>:~
Offline
Eind 1994 bezat ongeveer een kwart van de Belgische huishoudens een spelconsole. De twee grote concurrenten Nintendo en Sega experimenteren met nieuwe apparatuur om de markt verder uit te breiden: van de traditionele 8-bits consoles naar 16-. 32- en 64-bits consoles, betere geluidskwaliteit. hogere beeldresolutie. virtual reality. De spelletjes blijken een enorme aantrekkingskracht te hebben, maar tegelijkertijd worden ze door de pers vaak in diskrediet gebracht omwille van hun gewelddadigheid (bijv. Mortal Combat, Doom ... ). Door het gebruik van nieuwe technieken worden de spelletjes immers realistischer, de geweIdtaferelen bloederiger. Een tweede belangrijke concurrentiestrijd in de online markt gaat tussen de standaarden CD-I en CD-ROM. Ondanks een zeer intensieve marketingcampagne in 1994 van de producent van CD-i-speIers Philips. en ondanks de grotere toegankelijkheid van CD-i in Vlaanderen - bijna elk Vlaams huisgezin bezit een televisietoestel - delft de CD-i standaard op de markt het onderspit tegenover de computer, die zich door ingebouwde CD-ROM drives meer en meer als een multimedia-machine gaat profileren. De kansen dat Philips tegen de wereldwijde voorsprong van de CD-ROM standaard kan optornen worden laag ingeschat. Opvallend is dat zowel CD-i- als CD-ROM-software in '94 nog nauwelijks in de kleinhandel te verkrijgen zijn. Uitgeverijen. verdelers en handelaars lijken te aarzelen om de overstap te wagen. Nochtans worden steeds meer computerboeken en -tijdschriften verkocht en bieden reeds een aantal tijdschriften en ook een krant (De FinancieelEkonomische Tijd) informatie op CD-ROM aan. Het meeste los verkochte CD-materiaal blijft inhoudelijk beperkt tot gebieden met grote afzetmogelijkheden: spelletjes. muziek. encyclopedieën enz. Creatieve risico's worden niet of nauwelijks genomen. Vlaamse multimedia-bedrijven als Hypervision, Image Creation, Intact, Lascaux, Smile. Think&Touch en Trix moeten vaak werken op bestelling, bijvoorbeeld voor bedrijfspresentaties. of meertalige of anderstalige produkties maken om de zware investeringen te doen renderen.
.
48 Elektronische informatievoorziening in Vlaanderen
Online
Infrastnlcruur In oktober'94 beslist de Vlaamse Gemeenschap om een eigen kabelnetwerk aan te leggen: Telenet Vlaanderen. Het moet een interactief breedbandnetwerk worden voor omroep-, telecommunicatie- en multimediadiensten, zoals telewinkelen en telewerken. Het Instituut voor Wetenschap en Technologie voorziet in de oprichting van een Medialab voor onderzoek en ontwikkeling i.v.m. infrastructuuren toepassingen. Via hetTelenet wil de Vlaamse regering de cruciale dienstensector in Vlaanderen verankeren, om in te spelen op de liberalisering van de Europese telecommunicatiemarkt. HetTelenet brengt een uiterst complexe dynamiek teweeg in de Vlaamse culturele en telecommunicatiesector.lnteractieve diensten via de kabel stellen immers tal van bevoegheidsconflicten tussen de federale en de Gemeenschapsoverheid.ln België ressorteert telecommunicatie nog, via het nationale overheidsbedrijf Belgacom, onder de federale bevoegdheid, terwijl '(liiturele aangelegenheden' (zoals radio en TV) onder de bevoegdheid vallen van de Gemeenschapsoverheden. 'Maar waar de grens ligt tussen omroepdiensten en telecommunicatie is volstrekt onduidelijk (...) De regulering van informatiestromen via zowel de ether, de openbare telecommunicatie-infrastructuur als via de kabeldistributienetten komt al naargelang de aard van het communicatiepatroon of de aard van de dienstverlening toe aan de federale overheid en de gemeenschappen' (Voorhoof 1994: 199). Niet alleen de wetgeving is onduidelijk. In puur technologisch opzicht ligt een convergentie tussen het bestaande Belgacom-net en het kabelnet voor de hand (Verhoest, Burgelman en Vercruysse 1994), maar er spelen ook grote economische en politieke (communautaire) belangen in het vooralsnog ondoorzichtige Telenet -spel. Klanten , aanbieders en bemiddelaars Wie gebruikt de 'snelweg' ondertussen? Vlaanderen is geleidelijk zijn lokale en nationale BBS'en aan het ontgroeien, maar blijft achterop hinken op Internet. Eind 1994 wordt het aantal gebruikers in België - het merendeel in Vlaanderen - geschat op 250.000, een meer dan verdubbeling in tien maanden tijd. Wat de realiteit achter de cijfers ook moge zijn - wat is precies een 'gebruiker'? - het is duidelijk dat het medium snel aan invloed wint. Toch staat België op dat moment slechts op de 11 de plaats in Europa. Het relatieflage aantal heeft o.a. te maken met de dure en omslachtige aansluitingsprocedures. De twee grootste commerciële providers in Vlaanderen. lnnet en Eunet. Illet respectievelijk 3 en 4 inbelpunten, begonnen eind '94 aan een prijzenslag. De prijzen halveerden. onder andere doordat er een aantal providers bijgekomen zijn: Telecom Finland en Infoboard Telematics.
Het grootste aantal gebruikers bevindt zich op de universiteiten en onderzoekscentra. Zij hebben zich aaneengesloten in het overkoepelende Belner. dat speciale lijnen heeft aangelegd en het net voor wetenschappelijke doeleinden uitbouwt. En wat wordt er in Vlaanderen aangeboden anno 1994? Of misschien eerst: wat wordt er niet aangeboden? Met een tiental Vlaamse sites moeten we immers vaststellen dat het alom verkondigde technotopia waarin we elektronisch kunnen winkelen. werken . les volgen. bibliotheken raadplegen of films aanvragen, ironisch genoeg alleen nog op papier bestaat. We lezen er bijna dagelijks over in de kranten en tijdschriften die de Internet-hype op de voet volgen. Wave, een nieuw NederlandsVlaams tijdschrift dat geïnspireerd is op de beroemde Amerikaanse pionier Wired, zag het daglicht in april '94. Ook algemene dag- en weekbladen als De Morgen, De Tijd, De Standaard en Knack besteden speciale bijlagen aan het fenomeen Internet; het medium wordterduidelijkernstig genomen. Vaak echter is de berichtgeving kort, oppervlakkig en sensatie-gericht. Precies door het ontbreken van feitelijke omgang met het Internet, wordt het nogal eens geassocieerd met sociaal verdachte fenomenen als sexlijnen, neo-nazi's, religieuze sekten, trash-mail en hackers. Merkwaardigis wel dat het binnen de radio- en TVomroepen opvallend stil blijft op het gebied van nieuwe media. We noteren op dit gebied enkel een paar bescheiden videotex-experimenten (RITT) van regionale kabelmaatschappijen, in samenwerking met Belgacom. Sites Eind '94 is de netsurfer doorheen Vlaanderen in een mum van tijd. lnnet (http://www.innet.bej)en Eunet (http://www.innet.bej) bieden een handvol commerciële avonturen aan, zoals de sites van Roularta Media Group of de Tijd. De aanwezigheid van een bedrijf blijkt al voldoende voor een lovende pers, maar het valt op dat in vergelijking met buitenlandse tegenhangers, de Vlaamse pioniers zich bijzonder weinig creatief tonen. De homepage van de grootste uitgever van Vlaanderen opende met vacatures voorjobstudenten. Als belangrijkste bedrijfsontwikkeling zien we het ontstaan van kleine en dynamische ondernemingen die het codeer- en programmeerwerk verrichten voor geïnteresseerde klanten. Zo verzorgt The Reference de interessante pagina van de Women Studies van de Universiteit Antwerpen (http://women-www.uia.ac.befwomen). De meest creatieve en innoverende projecten in '94 komen van de Belnet-sites, 'Science On The Edge Of Chaos', is een project dat kadert in Europace 2000, een netwerk van Europese universiteiten rond telematica. Onder impuls van Luc Steels, projectleider van het AI-Lab van de Vrije Universiteit Brussel (VUB), worden 12 interactieve televisie- programma's geproduceerd . Via een combinatie van satelliet-transmissies en realtime Internet-feedback
Elektronische informatievoorziening in Vlaanderen 49
kan de kijker participeren in een debat met internationale gasten. De eerste realisaties, 'The Strange Behavior of Matter' en 'The Origin of Life', gaan in '94 van start.Opde homepagevan het project kanje voldoende achtergrondinformatie vinden, uitgebreid met links naar de belangrijkste bibliotheken en instituten, per uitzending. Het initiatief is geslaagd als alternatief voor traditionele scholing (http: //arti.vub.ac.befwvl/wfchaosfi ntro.h tm I). Wie de VUB virtueel exploreert, kan ook eens gaan kijken naar de software agents op de www-server van het Artificial Intelligence Laboratory, De robot Lola verdient zeker een bezoek (http:// a rti.vu b.ac.befwww fresearch.html). Een tweede belangrijk VUB-initiatief is de 'Principia Cybernetica Web' van het internationale gezelschap Francis Heylighen (B), Cliff Joslyn (VS) en Valentin Turchin (VS), Vanaf 1993 wordt gebouwd aan een massale hypertext rond cybernetica (in al zijn aspecten: filosofisch, technologisch, epistemologisch, sociologisch ,.. ). Het is een werk in opbouw dat gedurende 1994 een aantal structurele veranderingen heeft gekend en nog steeds wordt aangevuld. Erzijn ook mailing-lists, bibliografieën, aankondigingen van conferentiesen workshops op te vinden (http://pespmc1.vub.ac.bef). Een volgende interessante site bevindt zich op de server van Universiteit Gent. Op de web-pagina's van IPEM (Instituut voor Psychoacustica en Elektronische Muziek), dat in oktober '94 zijn 30jarig bestaan vierde, vindt men een volledige lijst met alle componisten en werken die in de studio's werden gerealiseerd. De klankkwaliteit is een van de beste van het hele Internet (http: ff nextrug.ac.befbegin.htm I). De enige Vlaamse digitale kunstenaars op het Internet in 1994 zijn 'Young Farmers Claim Future'. Op de server van het elektronisch kunstfestival in Finland (ISEA 94) zette het computerduo zijn volledige verzameling foto's en elektronische filmpjes, met bijgaande teksten rond digitalisering, virtuele culturele centra en podia, nieuwe inzichten vanuit de wetenschap die zich uiten in nieuwe kunstvormen ... (momenteel bevindt zich een gedeelte ervan op een Nederlandse server: http://www. riv. ni/fa rm ers/tex). Werk, kunst en onderwijs
Voor de Vlaamse terughoudendheid zijn vele redenen.ln verband met telewerken bijvoorbeeld hield Stichting Technologie Vlaanderen in december 1994 een enquête bij werkgevers. Van degenen die antwoordden (slechts 15%) overwoog maar een 12~~ om het systeem daadwerkelijk in te voeren. In de Belgische bedrijfscultuur weegt de traditionele visie op controle, discipline en organisatie vooralsnog door op de flexibiliteit, tijd- en kostenbesparing van de werknemer. Een paar uitzonderingen (proefprojecten bij IBM en ABB) bevestigen de regel. Ook de kunstensector kijkt, ondanks de bovenvermelde sites, wantrouwig tegen de nieuwe techno-
logie aan. De dansers, acteurs en muzikanten in de culturele centra werken in dezelfde infrastructuur als 20 à 30 jaar geleden. Af en toe blijkt wel interesse voor nieuwe media, maar daadwerkelijk worden die media nauwelijks in hun eigenheid gebruikt. zo bijvoorbeeld in een voor'94 aangekondigd theaterstuk over Internet door Theater Victoria, dat uiteindelijk niet doorging. In de Vlaamse scholen blijft, op een paar geïsoleerde initiatieven na, het praktische gebruik van de computer beperkt tot het vak informatiekunde. Er is dringend nood aan bruikbare hard- en software, aan nascholing van leraren en aan onderzoek naar de functies en effecten van computerondersteund onderwijs. Het is immers duidelijk dat de computer ingrijpende veranderingen zal hebben op de totale organisatie van het onderwijs: de instituties (de school, de bibliotheek enz.), de didactiek, de onderwijsinhouden en -vaardigheden zullen grondig wijzigen. Maar ook hier heerst vooralsnog een behoudsgezinde mentaliteit, en dit uiteraard niet alleen in Vlaanderen: "At present. it is clear that information technology has failed to revolutionize education for many students worldwide. Indeed, in genera!. the effect of technology on education to date has been extremely minimai" (Maddux 1994: 129). Aanpassing aan de razendsnelle evoluties in de computerwereld liggen niet alleen financieel - in een klimaat van besparingen - maar ook structureel en m~ntaal moeilijk voor onze artistieke en educatieve instituties. Ook media als radio en TV hebben amper een plaats in onze legitieme. 'hoge' cultuur gekregen. Een taak voor de overheid
In 19940ntbreekt hetde Vlaamse overheid aan een globale aanpak. Vrijwel alle aandacht en financiële middelen gaan naar de oprichting van de 'informatiesnelweg' Telenet Vlaanderen; de ontwikkeling van toepassingen blijft in de kou staan. Op het Ministerie van Binnenlandse Zaken worden een paar zeer bescheiden initiatieven genomen, zoals de invoering van telewerk voor sommige delen van de administratie, de bevordering van het stemmen per com puter ... De eenzijdige concentratie op infrastructuur kan voor Vlaanderen gevaren :nhouden: "de overheid zal ervoor moeten zorgen dat we als klein land meespelen. dat er de nodige dienstverlening is op de infosnelweg, non-profit toepassingen, en vrije toegang voor iedereen. En daar zijn we in Vlaanderen nog lang niet aan toe", waarschuwt Burgelmans (1994: 155). Of is de slag al verloren en zijn we bezig 'de Eu ropese information highway aan (te) leggen om er Amerikaanse traffic over te laten gaan' (Lamers 1994: 24 )? En hoe zal het verkeer zich mogen of moeten gedragen op 'onze' wegen? 1994 was een jaar van grote vragen en bevlogen retoriek; de volgende jaren zullen lIitvvijzen of de informatiemaatschappij in Vlaanderen een cllltu-
50 Elektronische informatievoorziening in Vlaanderen
rele meerwaarde te bieden heeft. Met dank voorde e-mail van
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected],
[email protected]