Editeur responsable • Verantwoordelijke uitgever : Jean-Yves Pirlot - Rue du Nord 76 Noordstraat - 1000 Bruxelles - Brussel
Revue trimestrielle de L’UNION BELGE DES GÉOMÈTRES-EXPERTS Driemaandelijks tijdschrift van DE BELGISCHE UNIE VAN LANDMETERS-EXPERTEN
De Belgische Landmeter-Expert gaat internationaal, tien jaar in Europa en de wereld
Revue trimestrielle de l’Union Belge des Géomètres-experts Membre de la Fédération Internationale des Géomètres
2014/4 - Jaargang - Année 56 - N. 367
Driemaandelijks tijdschrijft van de Belgische Unie van Landmeters-experten Lid van de Internationale Federatie van Landmeters
En collaboration avec l’Association Nationale des Géomètres-Experts Met de medewerking van de Nationale Vereniging van Landmeters-Experten
Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers Membre de l’Union des Editeurs de Presse Périodique
Editoriaal
Woord van de voorzitter
17 917 licences installées, 1 317 cabinets équipés ! Immeuble “La Vigie“ - 20 quai Malbert - CS 42905 29229 BREST Cedex 2 - France Tél. 02 98 46 38 39 - Fax 02 98 46 46 64 E-mail :
[email protected] - Site Web : www.geo-media.com © 1993-2014 GEOMEDIA S.A.S. : COVADIS est une marque déposée de GEOMEDIA S.A.S. Tous les autres noms de produits cités sont des marques déposées de leurs propriétaires respectifs.
- RCS NANTES B 339 786 493
Le logiciel de topographie et d’infrastructure DU GÉOMÈTRE-EXPERT
Op het einde van mijn mandaat als voorzitter van het Comité de Liaison des Géomètres Européens (CLGE) kijk ik terug op meer dan tien jaren waarin we ons onverdroten hebben ingezet voor de zaak van de Europese landmeter. Het is de gelegenheid om een eerste balans op te maken. Om te beginnen bedank ik alle leden die mij bij dit werk gesteund hebben. Ik denk aan de opeenvolgende raden van BUL en BOLE vzw die mij al die jaren aangemoedigd hebben. Ik denk aan mijn lokale vereniging UGEB-ULEB die meer dan een handje toestak wanneer het nodig was, maar ik denk vooral aan al mijn collega’s die mij bij deze taak geholpen hebben, en dan in het bijzonder aan JeanJacques Derwael die mij begeleidde bij mijn eerste internationale zending naar Berlijn, in april 2004, aan Francis Gäbele en Muriel Hiernaux, voor hun waardevolle hulp bij talrijke zendingen, en meer recent aan Marc Vanderschuren, Raymond Gheldof en Frederic Mortier, die zich hebben aangesloten bij het internationale team of het gesteund hebben. Ik wil ook nog Ann Vandaele bedanken die altijd, in goede en in kwade dagen, een onvermoeibare steun en toeverlaat voor mij was. Maar wanneer de bedankingen uitgeklonken zijn, dan weerklinken nog de vragen van de zwijgende massa: waartoe dient dat? Waarom zoveel energie en vooral geld stoppen in het Europese niveau? Met dit speciale nummer proberen we een antwoord te geven op deze vragen. Het eerste deel van dit tijdschrift is gewijd aan de strategie die wij, Belgen, in de laatste vier jaar hebben bijgebracht aan het CLGE. Twee keer werden de hoofddoelstellingen besproken, een eerste keer in 2012, halverwege, en nog een keer in 2014, op het einde van het tweede mandaat. In het tweede deel staat het standpunt van het CLGE over de noodzaak om het beroep van landmeter-expert te regelen. Het CLGE heeft immers al snel begrepen dat in het kader van de herziening van de Europese richtlijn over de wederzijdse erkenning van
Architecture, Engineering & Construction
LANDMETER 3 EXPERT No 367 • 2014/4
de beroepskwalificaties er een groot risico bestond (en bestaat) dat sommigen er alles aan zouden doen om ons beroep te dereguleren, wat er op termijn op zou neerkomen dat het gewoon afgeschaft zou worden. Ten slotte publiceren we het gemeenschappelijk standpunt van de representatieve verenigingen van landmeters-experten in België, met inbegrip van de Koninklijke Confederatie der Landmeters-Experten. U begrijpt dat we zonder de kennis die we in die tien jaar op Europees niveau verworven hebben, nooit hadden kunnen reageren binnen de opgelegde, uiterst krappe termijn. We geven toe dat het een hele turf is om te lezen en ongetwijfeld zullen maar weinigen hem helemaal doornemen. Toch leek het ons belangrijk om die geïllustreerde draad van Ariadne van ons Europees beleid te ontrafelen, al was het maar omdat sommigen ons dat meer dan eens gevraagd hebben maar ook omdat al onze leden recht hebben op informatie. Het einde van mijn mandaat betekent gelukkig niet het einde van onze internationale activiteiten. Onze geografische ligging, in het hart van de Europese instellingen, geeft ons een uitgelezen positie om de politiek van de internationale organisaties die van belang zijn voor ons te ondersteunen. Het concept House of the European Surveyor and GeoInformation wordt een echte instelling. Het Huis van de Landmeter blijft immers meer dan ooit het hoofdkwartier van alles wat van belang is voor het beroep en voor de geografische informatie in België en in Europa. Dankzij de Europese middelen hebben we het helemaal kunnen renoveren, van de benedenverdieping tot op het derde. Het is een huis dat bruist van activiteit, zozeer zelfs dat er op de verdieping van het CLGE nieuwe vergaderruimten gebouwd moest worden. Aangezien het Comité maar sporadisch in België aanwezig is, staan ze ter beschikking van iedereen. Om niet te vergeten hoe die infrastructuur er gekomen is, stel ik voor om ze “Europa” te noemen. Jean-Yves Pirlot, voorzitter
Uitgever Belgische Unie van LandmeterExperten Verantwoordelijke uitgever Jean-Yves Pirlot Manager Wim Broes
Met medewerking van Nationale Vereniging van Landmeters-Experten Telefoon 02 219 62 81 Fax 02 219 31 47 E-mail
[email protected] Website www.bole-obge.be Adres Noordstraat 76 1000 Brussel Lay-out www.vbkcontent.com
CLGE
CLGE
‘CLGE is voornaamste Europese vereniging van landmeters’ Visie en missie Het Comité de Liaison des Géomètres Européens (CLGE) is de belangrijkste beroepsvereniging van landmeters in Europa. Ze promoot het beroep in de Europese Unie en ondersteunt de ontwikkeling ervan in de omringende landen van de Raad van Europa. Landmeten omvat ook opmetingen voor het kadaster, die eigendomstitels van grond en onroerend goed waarborgen en zo de economische basis van de westerse samenleving ondersteunen. Bovendien is geospatiale informatie nu alomtegenwoordig en de Landmeter speelt een cruciale rol op dit domein. Beide domeinen zijn nauw verweven, want het kadaster vormt de ideale basis voor nationale geodatainfrastructuren. De individuele landmeters in de 36 lidstaten zijn de uiteindelijke en belangrijkste begunstigden van de activiteiten van het CLGE. De Raad streeft echter ook meer algemene doeleinden na, European Space Expo op initiatief van CLGE in Budapest, voorzoals de duurzame jaar 2013. ontwikkeling van de Europese samenleving en de gemeenschappelijke en individuele belangen van de Europese burgers.
Strategische doelstellingen Gedurende twee opeenvolgende werkprogramma’s (2011-2012 en 2013-2014) zullen we de volgende Strategische Doelstellingen (SD) nastreven: - Deelnemen aan het wetgevend proces met betrekking tot de uitoefening van het beroep van landmeter op Europees en nationaal niveau. Dit doel werd zeker bereikt. We hebben niet alleen de CLGE gedragscode ingevoerd en gemonitord, maar we zijn er ook in geslaagd een deel van de CLGE regelgeving te laten opnemen in de INSPIRE richtlijn. De meetcode van het CLGE is immers aangenomen als referentie voor het opmeten van gebouwen in Europa en dat is een belangrijke verwezenlijking. Het is de eerste keer dat het CLGE vermeld wordt in de Europese wetgeving (16 keer).
Verslag van de Voorzitter periode 2013 – 2014 Net zoals voor de vorige periode geven we een overzicht van wat we hebben gerealiseerd in 2013 en 2014. Nu het mandaat van verschillende leden van de raad ten einde loopt, is het zinvol om voort te bouwen op het vorige verslag en enkele tips te geven voor onze opvolgers. Voor dit verslag over de voorbije periode 2013-2014 hebben we ervoor gekozen om uit te gaan van de strategie van het CLGE zoals ze was uitgeschreven aan het begin van de vorige periode en ze te becommentariëren. De groene, cursief gedrukte tekst werd toegevoegd en vormt een commentaar bij wat ons team heeft gerealiseerd gedurende de laatste twee jaar. Blauwe, cursief gedrukte tekst heeft betrekking op de hierop voorafgaande periode (2011 2012). Hoewel het een verslag van de voorzitter is, wil ik toch benadrukken dat we als een echt team samengewerkt hebben en dat alle leden hun taken binnen het Bureau en de Raad zeer ter harte genomen hebben. Ik wil van dit verslag graag gebruik maken om mijn collega’s en vrienden te danken voor hun professionele maar toch warme houding. Het is ook een gelegenheid om onze institutionele leden en sponsors te danken voor hun steun. Zonder hun inzet voor het CLGE en het Beroep zou veel van de vooruitgang die we boekten er nooit gekomen zijn!
Bovendien nam het CLGE actief deel aan de herziening van de Richtlijn over de wederzijdse erkenning van de beroepskwalificaties, rechtstreeks en via CEPLIS. Dankzij de inspanningen van de voorbije periode is de meetcode van het CLGE geïntegreerd in de International Property Measurement Coalition. Dit zal onze invloed op dat domein nog versterken. Op het gebied van de wederzijdse erkenning van beroepskwalificaties zijn we erin geslaagd om een gemeenschappelijk standpunt in te nemen met betrekking tot kadastrale opmetingen en de absolute
No 367 • 2014/4 LANDMETER 4 EXPERT
noodzaak van een nationale regelgeving. Dit deed ons wel inzien dat het CLGE moet gaan nadenken over certificering, zelfregulering en standaardisatie op EU niveau en hoger. Onze inspanningen werden bekroond met de deelname aan verschillende EU projecten (GALI-EU, GeoSkills Plus en GIN2K). - Een profesioneel imago opbouwen voor de Europese landmeter, dat zowel door de nationale regeringen als door de EU erkend wordt. Op dit gebied werd vooruitgang geboekt. Het CLGE werkt nu nauw samen met de Europese instelling die zich bezighoudt met GNSS (GSA of GNSS Agentschap). We werkten als expertengroep mee aan het marktverslag over het mogelijk gebruik van GNSS in de toekomst. Deze contacten zijn nog steeds uitstekend en het CLGE werd verschillende keren geraadpleegd over het gebruik van GNSS. Het is echter belangrijk dat we deze inspanningen opvolgen en recente contacten met de Europese Commissie bieden nieuwe perspectieven, waarvan we al gebruik maken maar die ook inspanningen vragen. De lancering van de Dag van de Europese Landmeter en de Geoinformatie was succesvol en zal worden gevolgd door andere soortgelijke dagen. Na Mercator en Galileo is Struve de derde Europese landmeter van het jaar en het initiatief wordt een traditie. We hebben het idee met succes “verkocht” aan de US National Society of Professional Surveyors en samen willen we de FIG ervan overtuigen vergelijkbare initiatieven in overweging te nemen (Verklaring van Boedapest). Met de bovenvermelde wetgevende activiteiten heeft het CLGE zijn reputatie bij de Europese instellingen bevestigd en versterkt. Er werden verschillende activiteiten en zendingen georganiseerd om advies te geven aan nationale regeringen. Er werden brieven gestuurd naar verschillende eerste ministers, om onze nationale lidorganisaties te steunen en meer in de kijker te zetten (Albanië, Oostenrijk, Bulgarije, Kroatië, Moldavië). Er waren ook verschillende ontmoetingen (Albanië, Kroatië, Moldavië). De oprichting van de Dynamic Professional Knowledge Base verloopt vlot en zou tegen de volgende verkiezingsperiode afgerond moeten zijn. De DPKB is een uitstekende gelegenheid om aan te tonen dat een groep vrijwilligers het werk voor de hele organisatie kan voorbereiden. Het werk gaat voort maar de resultaten komen trager dan verwacht. We vragen het volgende bestuur om alles in het werk te stellen om ervoor te zorgen dat de vooruitgang vruchten afwerpt. De integratie van het CLGE met GE was een succes en vergroot de zichtbaarheid van onze organisatie op verschillende niveaus. Het CLGE en CLGE IG-PARLS werken nu hand in hand en er zijn geen echte verschillen meer. De voorzitter van IG-PARLS is immers de enige kandidaat voor het voorzitterschap van het CLGE. - Jonge landmeters ertoe aanzetten om actief te worden binnen hun nationale verenigingen en dus binnen het CLGE. Op dit gebied werden inspanningen gedaan die enkele motiverende successen opleverden.
LANDMETER 5 EXPERT No 367 • 2014/4
Het gaat onder andere om de Studentenwedstrijd van het CLGE waarvoor 11 papers werden ingediend, een onverwacht succes voor de eerste editie. De tweede CLGE Europeans Students’ Meeting is een bevestiging van de eerste. Voor de volgende moeten we deze resultaten consolideren en waarom het evenement ook niet verder uitbreiden om meer zichtbaarheid te verkrijgen. Deze initiatieven zijn ondertussen traditionele evenementen geworden en krijgen veel media-aandacht. Er bestaat een nauwe coördinatie tussen de CLGE Students’ Contest, CLGE Students’s meeting en FIG YSEN. De CLGE Students’ meeting zou om de drie jaar kunnen plaatshebben op INTERGEO in Berlijn. We zijn betrokken bij het FIG Young Surveyors Network en zouden dit netwerk op Europees niveau moeten coördineren. Dankzij de CLGE contest, die gewonnen werd door een team van FIGYSEN, ontstonden er nauwere relaties. Er zal een permanente waarnemer van het netwerk zijn bij het bestuur van het CLGE. First STEP bestaat nog altijd maar zo beter gepromoot moeten worden. Hiervoor is het engagement van onze bedrijven nodig. Als dat niet kan, zouden we het plan moeten laten varen of omgooien. In het kader van GeoSkills slaagden we erin First STEP nieuwe perspectieven te bieden. De European Young Surveyors zijn ook bereid om hierbij betrokken te worden. Het CLGE is ook betrokken bij een ander interessant initiatief, dat gelanceerd werd door onze Italiaanse collega’s: de International Course for Young Surveyors. We zullen dit initiatief in de toekomst ook sterk moeten ondersteunen. Deze lessen zijn opgeschort, maar het CLGE zou op zoek moeten gaan naar samenwerking en Italië of een ander land moeten vragen dit initiatief te “trekken” en voort te zetten. Het zou misschien fijn kunnen zijn heel Europa erbij te betrekken. - Ervoor zorgen dat de CLGE-leden tevreden zijn over de prestaties van het CLGE. Na elke AV en elk evenement vroegen we onze leden om hun mening te geven. We hebben enkele (niet veel) opmerkingen gekregen en geprobeerd de meeste aanbevelingen te volgen. Van in het begin van de verkiezingsperiode hebben we de Algemene Vergadering invloed gegeven door meer discussies te organiseren en we denken dat de leden en hun vertegenwoordigers deze verbetering op prijs wisten te stellen (organisatie van verschillende workshops met opvolging). Wat nog ontbreekt zijn echte tevredenheidsonderzoeken, die we zouden kunnen houden na AV’s of na een verkiezingsperiode. Natuurlijk vormen de verkiezingen zelf een soort tevredenheidsonderzoek. In de toekomst zouden we echte onderzoeken en meer eengemaakte registratieprocedures kunnen invoeren. Er zijn veel kandidaten voor de verkiezingen en dat toont een groeiende belangstelling voor onze activiteiten. Er worden regelmatig workshops georganiseerd over onze doelstellingen en ons bestuur en dat zou zo moeten blijven. De discussies tijdens de AV’s worden levendiger, soms zelfs heftig, maar de resultaten schenken doorgaans voldoening en zijn degelijker.
CLGE
CLGE
Onze acties spitsen zich op de volgende punten toe Nabijheid – Het CLGE staat dicht bij zijn leden De nabijheid tussen het CLGE en zijn leden is essentieel. De nauwe banden tussen het Bureau, de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering staan garant voor deze nabijheid. De afgevaardigden van het CLGE die de Nationale Verbindingsgroepen vertegenwoordigen, hebben ook een essentiële rol op dat domein: zij moeten ervoor zorgen dat informatie doorstroomt van het CLGE naar de individuele landmeter en vice versa. Die informatiestroom in twee richtingen is uiterst belangrijk als we van enig nut willen zijn. Nabijheid: de AV invloed geven, zichtbaarheid, toegevoegde waarde, de nood aan acties van de EU aantonen, regionaal werken om overeenkomsten voor het hele CLGE voor te bereiden, niet alleen in het gastland evenementen van het CLGE aankondigen als voortgezette beroepsopleiding. Heel wat acties hebben bijgedragen tot de nabijheid die we willen bereiken. De Dag van de Europese Landmeter was interessant omdat de Nationale Verbindingsgroepen gevraagd werd om deze dag actief te orga-
niseren in hun eigen land. Dit zal in de toekomst ontwikkeld worden. Het tijdschrift GeoInformatics is een succes, omdat we permanent zichtbaar zijn in de wereld van de Geomatica. We hopen ook onze leden te bereiken. Bovendien hebben we de basis gelegd voor een permanente en meertalige elektronische nieuwsbrief waarmee we binnenkort kunnen starten. Bovendien hebben we enkele accounts aangemaakt op sociale media, zoals Twitter en LinkedIn. Natuurlijk zijn er nog dingen die we zouden moeten verbeteren zoals de nationale en internationale maatregelen in verband met de Permanente Beroepsopleiding. Het idee voor de meertalige nieuwsbrief hebben we, althans tijdelijk, laten varen. De andere hierboven vermelde initiatieven werden wel voortgezet en sommige ervan ook verbeterd. Onze Twitter- en Facebookaccounts mogen op een groeiende belangstelling rekenen. LinkedIn staat momenteel waarschijnlijk het minst ver. Conferenties en seminaries van het CLGE inpassen in nationale evenementen is een goede manier om de nabijheid bij de individuele leden te verbeteren.
De DuoBloc-afbakening Als officiële partner van OBGE/BOLE willen wij ons graag aan u voorstellen. Wij zijn een Duitse fabrikant van aakeningsmateriaal, gevesgd in de buurt van Lüdenscheid (Noordrijn-Wesalen). Al meer dan 40 jaar zijn wij o.a. acef in de produce en verkoop van kunststof aakeningen. Sinds ongeveer 5 jaar bieden wij een innovaef type aakening aan, de DuoBloc-aakening. Dit is een voordelig, licht en eenvoudig te plaatsen alternaef voor tradionele slagmerken. De aakening bestaat uit een met kunststof ommantelde stalen doorn en een kunststof kop met een middengat, waardoor de doorn met een hamer in de grond wordt geslagen.
Een extra inslagwerktuig is niet benodigd!
Standaard is dit neutraal, maar tegen een meerprijs kan het ook van een opschri worden voorzien, bijv. voor het gebruik van de doorn zonder kop.
Vraag uw testpakket aan:
20 DuoBloc-afbakeningen, bestaande uit: 20 met kunststof ommantelde stalen doornen + 20 kunststof koppen, (lengte van de doornen en kleur van de koppen naar keuze)
met 10% korting op de catalogusprijs, franco thuis + 1 duimstok gratis
Twee grote voorvechters van het beroep op de Europese Conferentie over de Beroepskwalificaties in Brussel, December 2005.
EuroGeographics (EG) noemt het CLGE een strategische partner, tijdens INTERGEO is het een handelsmerk,...dit bevordert allemaal onze zichtbaarheid. Op het einde van de verkiezingsperiode kenden we een belangrijk succes met BlueParking.eu. De betrokkenheid van een grote Europese partner is een groot succes en helpt ons om ook op dat domein vooruitgang te boeken. We moeten zichtbaar zijn bij de beleidsmakers, het grote publiek, maar ook bij de belangrijke partners voor de zichtbaarheid (EU, bedrijven, producenten,...).
Proactiviteit – het CLGE werkt samen met de bevoegde autoriteiten en met de belangrijke partners
Aan de bovenzijde van de doorn bevindt zich het massieve, licht convexe slagvlak met centreerholte.
De vuurverzinkte stalen doorn is met kunststof ommanteld en volledig met weerhaken bezet. Deze garanderen een goede stabiliteit van de aakening in de grond. De doornen zijn verkrijgbaar in 4 verschillende lengten met vast aangebrachte stalen punten.
De European Space Expo was een belangrijk evenement om ons beroep te promoten bij het grote publiek maar ook bij de Europese Commissie en bij het GSA.
AK 4
(8,5 x 8,5 x 5 cm) Als merkteken voor overdag dienen kunststof koppen. Deze worden van slagvast, uv- en vorstbestendig polyethyleen gemaakt. Aan de onderzijde bevinden zich holle ruimten, waarin grond kan binnendringen bij plaatsing tegen de bodem. Hierdoor wordt de stabiliteit van de gehele afbakening verhoogd.
De kop AK 4 is verkrijgbaar in de kleuren wit, rood, geel en graniet-grijs met verschillende opschrien. Individuele opschrien zijn mogelijk.
AK 7
(10 x 10 x 6 cm)
Onderzijde AK 4 Onderzijde AK 7 INTERMAK W.W. Haase KG · Im Eichholz 23 · D-58579 Schalksmühle · Tel.: 0049-2351-50362 · Fax: 0049-2351-5805 · Email:
[email protected] · www.intermak.de
No 367 • 2014/4 LANDMETER 6 EXPERT
Het CLGE werkt niet alleen. Integendeel, om te winnen aan efficiëntie en geloofwaardigheid gaan we op zoek naar pertinente samenwerkingen en partnerschappen. Zodra een samenwerking begonnen is, toont het CLGE zich een constructieve, transparante en betrouwbare partner. Proactiviteit: deelnemen aan de evaluatieprocedure van richtlijnen, inspiratie bieden voor nieuwe richtlijnen en reglementeringen,... Ook dit was een zeer succesvolle beleidslijn. Het CLGE is zeer aanwezig in de evaluatieprocedure van de richtlijn. We hebben geleerd om beter te overleggen met onze Algemene Vergadering, als het erop aankomt ons te laten zien (b.v. als het gaat om de wederzijdse erkenning van beroepskwalificaties). Hoewel het maar over een klein onderdeel ging (de oppervlakte van gebouwen) heeft het CLGE een echte meerwaarde geleverd voor de INSPIRE-richtlijn. We kunnen overleg plegen met het Europese normalisatie-instituut CEN. We zouden absoluut moeten proberen om deze gelegenheid te baat te nemen om blijvend invloed te hebben op deze sector.
LANDMETER 7 EXPERT No 367 • 2014/4
We hebben ook contact gehad met het CEN over de normalisatie van expertiseverslagen en we zouden deze inspanningen moeten voortzetten. Ons initiatief van 2009 in verband met de Europese gedragscode blijft behouden. We blijven de invoering ervan monitoren (hoewel het proces veel te traag verloopt en dringend verbeterd moet worden). Onze bijdrage op de website van het Europees Economisch en Sociaal Comité werd geüpdatet. Door toe te treden tot de IPMS-C (International Property Measurement Coalition) heeft het CLGE de gelegenheid aangegrepen om het momentum op het gebied van euREAL te bewaren, wat het belang van ons initiatief vergroot. Uiteraard werden we benaderd om lid te worden van de International Coalition on Ethics in the Real Estate Sector en dat is een goed voorteken. Onze gedragscode zal hiervoor gebruikt en misschien geüpdatet worden. Discussies over de inspanningen voor normalisatie op het niveau van het CEN zullen gemakkelijker worden wanneer min of meer de hele wereld achter ons staat. Tijdens de vorige werkperiode hadden we goede contacten met EuroGeographics en we hebben die kunnen ontwikkelen dankzij goede relaties tijdens de PCC-vergaderingen. De samenwerking met beide organisaties leidde tot de ondertekening van het Common Vision Paper on Cadastre and Registration. Ten slotte werden ook de uitstekende relaties met EUROGI weer opgepikt, wat leidde tot de integratie van het CLGE in het tweedaagse programma van de IMAGINE-conferentie die het CLGE hield op INTERGEO. De internationale samenwerking neemt toe: FIG, International Property Measurement Coalition, International Ethics Standards Coalitions, WPLA... dit vergroot allemaal onze zichtbaarheid, maar het eerste doel is om echt proactief te zijn.
Professionalisme – Het CLGE werkt professioneel Hoewel het meeste werk gedaan wordt door vrijwilligers, moeten we toch ons uiterste best doen om professioneel te werk te gaan. Sterke sociale contacten zijn absoluut onmisbaar voor de noodzakelijke nabijheid, maar onze professionele doelstellingen en hoe we ze behalen moeten ons belangrijkste aandachtspunt blijven. Professionalisme: een duidelijke focus leggen op onze vergaderingen en in het bijzonder de actieve delen, detachering, stagiaires, werkgroepen creëren (regionale acties,...) Onze vergaderingen zijn professioneler geworden: meer discussies, meer inzet,... maar we moeten dit nog verbeteren door het administratieve gedeelte te verkleinen (dit verklaart waarom dit verslag schriftelijk voorgesteld wordt). Geïnspireerd door de Scandinavische en Duitse modellen hebben we ervaren dat het interessant is om te werken met lokale werkgroepen. Dit was vooral succesvol bij euREAL en zal worden behouden. Pierre Bibollet verliet jammer genoeg ons bestuur maar dankzij de hulp van OGE (Frankrijk) kregen we een soort detachering met de beschikbaarheid van Bénédicte Fournier. In de toekomst zouden we
CLGE
CLGE
enigingen die lid zijn te vragen om NLG’s op te richten. Het uitbreidingsbeleid wordt herbekeken. In de komende periode mikt het CLGE op consolidatie. Uitbreiding is mogelijk maar is niet langer de topprioriteit. Het is echter duidelijk dat kandidaat EU-lidstaten geschikte nieuwe CLGE-leden zijn, terwijl nieuwe EU-lidstaten CLGE-lid moeten zijn, bij voorkeur voor hun toetreding. Frankrijk en België bij voorbeeld hebben een inspanning gedaan om zo een National Liaison Group op te richten. We zijn ervan overtuigd dat dit doel hoog op onze agenda moet blijven staan. In sommige landen werden inspanningen gedaan, maar het succes is onvoldoende. Dit punt zal opnieuw uitgelegd worden. We zouden dit beter kunnen begrijpen als we meer NMCA’s zouden vragen om toe te treden tot het Corporate Membership schema. We hebben hierover speciale contacten gelegd met Nederland en met het VK. België, Duitsland en Kroatië zijn hier al jaren bij betrokken.
HESGI
Muriel Hiernaux, als afgevaardigde op de Algemene Vergadering van CLGE in Malta, september 2006.
een dergelijk gebruik van middelen kunnen aanmoedigen. We zouden moeten nagaan of we geen andere belangengroepen zouden moeten oprichten. Bovendien zijn we erin geslaagd ons budget met 60% te verhogen zonder het lidgeld te verhogen. Dit hebben we grotendeels te danken aan onze partners. Het zal moeilijk zijn om het op dit niveau te handhaven maar het toont aan dat er een echte belangstelling voor ons bestaat. De weg die we hadden ingeslagen in de vorige verkiezingsperiode werd in verschillende opzichten gevolgd. We zijn erin geslaagd de graad van betrokkenheid te behouden en het grote aantal kandidaten tijdens de verkiezingsperiode laat veronderstellen dat deze trend voortgezet wordt. Frankrijk heeft nog altijd een externe hulp gefinancierd om te helpen om ons snelle waarschuwingssysteem (eu.Monitoring) te onderhouden. Andere leden zouden dit voorbeeld moeten volgen door jonge personeelsleden te detacheren. Sinds 2010 ligt het budget van het CLGE drie keer hoger. Dit moet bevestigd worden en indien mogelijk verhoogd. Professionalisme vereist meer middelen. Echte activiteiten die de betrokkenheid stimuleren in Brussel zouden het tien keer meer vereisen dan het budget van 2010, namelijk €500.000.
Lidmaatschap Er zal een bijzondere inspanning gedaan worden door aan de ver-
Het Huis van de Europese Landmeters en van de Geo-Informatie (Engelse afkorting HESGI) speelt een essentiële rol in de zichtbaarheid van het CLGE, in Brussel en in het buitenland. We moeten de infrastructuur gebruiken als een plaats waar we elkaar ontmoeten voor vergaderingen maar ook als een symbool voor onze eenheid. Het effectief gebruik van deze infrastructuur zal gepromoot worden door activiteiten van het CLGE of door nationale activiteiten in Brussel. Met de officiële opening van het Huis van de Europese landmeters begon de verkiezingsperiode goed in 2010. Er zijn nog steeds enkele renovatiewerken mogelijk en die zullen noodzakelijk worden als de detachering voortgaat, maar we moeten zeker zijn van de verbeteringen. Zo zouden er bij voorbeeld internationale activiteiten (en niet alleen Belgische activiteiten) in ons huis georganiseerd moeten worden. De jaarlijkse vergadering in het HESGI is nu een belangrijk evenement voor het CLGE. We moeten Vips in september, oktober op de hoogte brengen van de vergadering die wordt georganiseerd op de maandag voor de Dag van de Europese Landmeter en de Geo-informatie. Dankzij de positieve aanwezigheid van het CLGE en de EU in het HESGI zal de derde verdieping geopend worden voor kantoren en vergaderruimten. Deze infrastructuur zal beschikbaar zijn voor directieleden, gedetacheerde personen enz.
Regionale activiteiten worden aangemoedigd en gecoördineerd, maar ze mogen de evenementen van het CLGE niet bedreigen of overschaduwen. Ze moeten zeer efficiënt zijn, dus zeer lokaal of met teleconferenties. Zoals hierboven werd aangegeven, werden deze doelstellingen zeer goed bereikt. De discussies met EGoS lopen, maar de resultaten bieden weinig voldoening. We werken goed samen, maar we verliezen momentum. Tijdens de volgende verkiezingsperiode zouden we de inspanningen moeten voortzetten. De samenwerking met EGoS werd niet verder ontwikkeld en zou zo spoedig mogelijk opnieuw opgestart moeten worden. Verschillende punten zouden een nieuw momentum kunnen creëren, bij voorbeeld de ontwikkeling van certificeringsmiddelen voor zelfregulering. Een ander punt is de Beroepskaart binnen het kader van het IMI. Verschillende task forces gingen aan de slag, vooral voor de voorbereiding van belangrijke evenementen (European Space Expo, Seminaries en Conferenties). Er werden voorbereidingen getroffen voor het nieuwe domein van het Land Management (Chisinau Declaration, samenwerking met WPLA en andere Europese verenigingen). Voor deze taak wordt een werkgroep opgericht.
Conferenties en seminaries De tweejaarlijkse Conferenties blijven behouden. In de toekomst zullen we aandachtig toekijken op de organisatie van Seminaries en andere evenementen. We voelen dat het niet
gemakkelijk is om onze leden te mobiliseren voor veel evenementen. Conferenties kunnen en moeten onze volledige aandacht krijgen. Al deze evenementen zouden zelfbedruipend moeten zijn, al kan altijd een garantie tegen verlies ingeroepen worden op voorwaarde dat ze wordt aanvaard door de AV. De Conferenties en Seminaries blijven belangrijke troeven voor het CLGE. Tijdens het seminarie in Umeå in Zwden hebben we een echte doorbraak bereikt met het Europese GNSS-agentschap. Dergelijke evenementen zouden herhaald moeten worden om vergelijkbare banden te smeden met andere Europese agentschappen of instellingen. Het zou ook de selectie van het onderwerp moeten beïnvloeden. De conferentie van de verkiezingsperiode die nu afloopt is een ideaal platform om euREAL te lanceren met voldoende media-aandacht. We zouden de deelname aan onze seminaries en conferenties moeten verbeteren, vooral op lokale basis. Er werden verschillende interessante seminaries georganiseerd (Boedapest, Chisinau) en na enkele initiële problemen in Spanje werd de vierde Conferentie over de Europese Landmeter en de Geo-informatie een belangrijk succes, waarbij zowel nationale als internationale organisaties betrokken waren. Al deze conferenties mondden uit in verklaringen en ze kunnen worden gebruikt als een road map of geschiedenis van onze Raad. De Verklaring van Kaliningrad is een goed voorbeeld en zal weldra geüpload worden.
Werkgroepen en task forces Het werk van CTF-EU (vroeger samen als CLGE-GE) zal worden uitgevoerd door de leden van het Uitvoerend Bestuur van het CLGE, in nauwe samenwerking met IG-PARLS. We moeten toezien op de evenementen van de EU en pertinente beleidsmaatregelen voorstellen. Het is een vitaal onderdeel van het engagement van het CLGE tegenover de instellingen van de EU. Om de samenwerking te versterken zal een task force worden opgericht tussen VLGE en EGos. Er zullen adhoc-werkgroepen opgericht worden voor welbepaalde punten (Dynamic Professional Knowledge Base, EGNOS, Galileo, …).
No 367 • 2014/4 LANDMETER 8 EXPERT
Vijf Europese verantwoordelijken ontertekenen een gemeenschappelijke visie voor de samenwerking van kadaster en registratie in Europa, Vilnius, oktober 2013 (van L. naar R., Eulis, Eurogeographics, PCC, CLGE en ELRA).
LANDMETER 9 EXPERT No 367 • 2014/4
CLGE
CLGE
CLGE Position Paper in favour of the regulation of the surveying profession The regulation of the surveying profession in the areas of property delimitation, registration and cadastre, is essential to protect both the vital interests of consumers and the state; it places no restriction whatsoever on mobility of practitioners, volume of available work, consumer choice, or price levels. Executive Summary The surveying profession is regulated in many EU member states to ensure a high quality of service and consumer protection while promoting mobility of professionals. EU directive 2005/36/CE modified by directive 2013/55/EU defines a regulated profession as one in which access to the professional activity or the use of a professional title is subject, by means of legislative, regulatory or administrative provisions to the possession of specific professional qualifications. In particular, surveyors, who operate in the very specific areas of property delimitation and cadastral matters, are regulated, because the nature of their activities affects, not just their immediate clients, but also the public good, in that state property registers and cadastres are matters of vital public importance. A high level of professional skill and education, both legal and technical, for
OW IT N
E FRE
TRY
surveyors, is therefore essential to ensure that constitutionally guaranteed property rights are not endangered, that the confidentiality and security of their clients data is protected and that the state’s vital function in this field is safeguarded. CLGE (Comité Liaison des Geomètres Europeéns / Council of European Geodetic Surveyors), which represents the diverse professional bodies throughout the member states, lays down a strict code of conduct and sets out a rigorous code of professional qualifications, thus ensuring the required levels of education, training and continuing professional development for its members. Where regulation is in force, professional activity is controlled, either directly by a state authority or by national competent authorities and this latter form of regulation is particularly necessary in the case of liberal or self-employed professionals, to ensure independent and disinterested professionalism in their activities
Probeer nu gratis uit ! Download de app, maak een account en ontvang 1 gratis credit !
and also to put in place adequate ethical and disciplinary controls. Regulation does not affect mobility of surveying professionals between member states. Such professionals are free to establish themselves permanently in any member state and operate on a cross-border basis temporarily. Any restrictions which apply are as a result of certain states reserving to themselves certain functions to be performed solely by their own civil servants, or else as a result of regulations which apply with equal effect to nationals of the host state, and thus are not obstacle to mobility. The volume of work, related to property delimitation and cadastral functions, which depend on economic and development activities, is, by its nature, limited. Deregulation would not increase the availability of such work in any way. Despite such limitation there is no evidence of restrictive practices or of the operation of a closed shop, within the profession in Europe. Consumer choice for services, as opposed to products, involves assessing the value of the offer, both in terms of price and quality. Quality of services, however, can only be guaranteed by the existence of enforceable standards and levels of quality. Regulation
inspector
Hereafter we develop a full paper about this information, written as outcome of an international workshop held in Paris on 27 and 28 January 2014, with delegations from Belgium, Croatia, Denmark, France, Germany, Ireland and Switzerland. The General Assembly of CLGE gathered in Marbella (Spain) in March 2014 has unanimously adopted the paper. It stresses that whilst this position only covers the area of property delimitation, it’s plain that many other activities of the surveyor1 can and should be regulated by state authority or by the national competent authorities. This is especially true for critical activities, where the certification of services is important. In this perspective, CLGE is in favour of a high degree of self-regulation.
Hoe maak jij je plaatsbeschrijvingen? met formulieren ? met word-documenten ? met dictafoon ?
Verbluf je klanten met schitterende rapporten
Vanaf nu kan het ook
Met de Chapps Inspector app voor tablet regel je je plaatsbeschrijvingen van a tot z: beschrijving tot in de kleinste details tot 9 foto’s per element schetsen op foto’s handige vergelijkingen bij in- en uittrede met volledige schadehistoriek • gedetailleerde schadenotatie • automatische rapportage (plaatsbeschrijving, aandachtslijst en afrekeningsstaat) • online back-up en backoffice
is a means of providing such a guarantee. Deregulation would remove this guarantee and leave both the consumer and the state with no means of assessing the value of the service being offered at a given price. Within the necessary limitations of regulation for quality control purposes, consumers are free to compare surveyors’ prices for services, both in-state and cross-border.
slim snel én accuraat
• • • •
met Chapps Inspector, dé oplossing voor plaatsbeschrijvingen op tablet
www.chapps.com
www.chapps.com
No 367 • 2014/4 LANDMETER 10 EXPERT
LANDMETER 11 EXPERT No 367 • 2014/4
CLGE
I. Presentation of the surveying profession European Surveyors are professionals with the academic and professional qualifications and technical expertise to undertake a wide range of surveying and legal tasks such as: • to define property boundaries and conduct cadastral measurements on behalf of public authorities; • to gather and manage the basic data needed for the geographic data infrastructure; to assemble and interpret land and geographically related information; • to use that information for the planning and efficient administration of the land, the sea and any structures thereon; • and, to conduct research into the above practices and to develop them. The work of European Surveyors is fundamental to the provision, delimitations, maintenance and enhancement of the economic, physical and social setting in which all human activities take place. In their roles within the environment, and the functioning of the property-related legal systems of Europe, they recognise their basic responsibility to ensure the protection of both consumers and our unique environment. In this way, European Surveyors make an exceptional and vital contribution to the quality of life for all European consumers. Their professionalism, skill, expertise and objectivity in achieving the efficient and effective planning and administration of the physical, social, legal and economic environment ensures the quality and sustainability of all human activities related to property and geographical information undertaken within Europe. Thus, they have a clear and constant responsibility to Europe, their respective governments, their clients and to the wider public, for the long-term well-being of both current and future generations. Their professional expertise and independence which are underpinned by high levels of professionalism and ethical principles ensure the quality of surveying services. This is assured by the disciplinary regulations of their national associations, CLGE Code of Conduct and Code of professional qualifications which were unanimously adopted by all the members and, where appropriate, by legal authorisation and national regulations.
II. Arguments in favour of the regulation CLGE members have all paid close attention to the European Commission communication on evaluating national regulations on access to professions. The surveying profession is regulated in many EU countries to ensure a high quality of service and consumer protection while promoting mobility of professionals. According to the definition given by directive 2005/36/CE which has not been modified by directive 2013/55/EU, a regulated profession is “a professional activity or group of professional activities, access to which, the pursuit of which, or one of the modes of pursuit of which is subject, directly or indirectly, by virtue of legislative, regulatory or administrative provisions to the posses-
CLGE
sion of specific professional qualifications; in particular, the use of a professional title limited by legislative, regulatory or administrative provisions to holders of a given professional qualification shall constitute a mode of pursuit”. The possession of specific professional qualifications is at the heart of the European definition. Indeed, some professionals exercise very particular activities in specific areas, hence the need to hold specific professional qualifications. That is especially the case for surveyors who deal with property delimitation and cadastral matters, which is a public good, as described before. While performing their activities, surveyors have often to deal with sensitive information containing both personal data and property data of the private and legal entities seeking their services. It is thus necessary to possess the skills and knowledge so as not to endanger property rights, which are constitutionally guaranteed in Europe and avoid abusive use of personal data. For the surveyors, who are entrusted with official authority, their task is even more specific as they have to perform cadastral work or define property limits while acting on behalf of the State. Due to their specific activities, surveyors are legal and technical experts, hence the need of specific professional qualifications to practice the surveying profession. Therefore, CLGE would like to raise the following arguments in favour of maintaining and developing a regulation for the surveying profession.
professionals. When dealing with property and ownership affairs, a regulation is an essential corollary to liberal professionals to ensure that the professional is independent, disinterested and free from third party influences so that clients can receive objective advice. CLGE thus fully supports the European Commission when stating in its communication that regulating a profession which is mainly exercised by self-employed professionals could be considered as a necessary guarantee.
1. The purpose of a regulation is to guarantee a high quality of service and not to restrict market access
3. Regulation does not affect employment and contributes to growth
– The possession of specific professional qualifications is a guarantee of a high quality of service and consumer protection. Due to their specific professional activity, surveyors have to go through specific education and training, both initial and continuous. • According to article 5 of CLGE code of conduct2, which was unanimously adopted by all the member states in 2009, “European Surveyors are educated, trained and professionally qualified at the highest levels required of surveyors within their own European countries.” • Also, article 5 states that: “European Surveyors maintain and enhance their knowledge and expertise, and take appropriate steps to extend their competencies as the demand for new services develop. They undertake an appropriate programme of continuing professional development throughout their working lives.” – When a profession is regulated, the regulation is organized and controlled by the State, and/or national competent authorities, to guarantee a high level of quality and consumer protection. The professional structures which are competent for the regulation of a profession have all in common the duty to ensure that the professionals are duly qualified to perform their professional activity. They can also, for instance, control that professionals hold insurance, abide by the national and European legislation and codes of conduct, or impose sanctions in case of misbehaviour. – The surveying profession is mainly exercised by self-employed
The volume of work related to property delimitation and cadastral activities is limited by its nature. It depends on economic and development circumstances. Thus, a deregulation would not increase the volume of this work in any way. And yet, despite this limited volume of work, there is no example in Europe of restrictive practices or the operation of a closed shop (numerus clausus) in the profession.
No 367 • 2014/4 LANDMETER 12 EXPERT
2. Regulation does not affect mobility There are certain surveying functions which are reserved directly to the State in certain Member States. However, excluding these exceptions, the regulation of the surveying profession in general is fully compliant with the EU directives. Within that context, every surveyor from the EU can equally exercise the profession anywhere in the EU on a temporary basis. On a similar basis, surveyors are free to establish themselves anywhere within the European Union on the same conditions as nationals from the host country. Those conditions cannot be viewed negatively as an obstacle to mobility, as they similarly apply to the nationals, but as safeguards for a high quality of service and consumer protection. Thus, regulation, as it applies to the surveying profession, does not affect at all this free movement of services and workers; quite the reverse, it guarantees a high quality of service everywhere in the EU and is proportionate to this specific objective.
4. Regulation of professional competence does not affect price formation and competition The cost of a service is based on an offer price. Consumers are therefore free to compare the prices of different surveyors even from other countries when they are free to exercise cross-border activities on a temporary basis. The conditions for an open competition are respected within the surveying profession. As stated by the European Commission in its communication, regulation allows consumers to judge the technical knowledge and competences which professionals, available in the market, are required to have. A deregulation would imply that prices would be the only criteria at the disposal of consumers to compare surveying services. The interest of the State in protecting the integrity of property registration systems would also become compromised without regulation.
LANDMETER 13 EXPERT No 367 • 2014/4
As a consequence, a deregulation would not increase competition but it would obviously threaten the quality of service to consumers and weaken the State ownership protection system, which is a public good. It would also have a negative effect on third parties (neighbouring properties, mortgage providers, investors…).
5. A deregulation would not increase consumer choice As the number of surveyors is not limited and as surveyors are already free to settle where they want and exercise cross-border activities, a deregulation would not increase consumer choice.
III. CLGE initiatives to support mobility, employment and a high quality of service CLGE and its members are continuously considering new initiatives to support mobility of services and professionals, employment and a high quality of service. Therefore we develop many activities and programmes in that field. They are summarised below.
1. Code of conduct In accordance with Article 37 of the Directive on Services in the Internal Market (2006/123/EC), CLGE issued a Europe wide Code of Conduct in 2009, which was unanimously adopted by the member countries. Its goal is to facilitate the provision of services and the establishment of surveyors within the EU and EEA Member States. Besides, the code aims at ensuring the highest level possible for the quality of services, and at promoting higher levels of confidence in the relationship between European Surveyors and consumers. It also reinforces and clarifies the highest standard of professional behaviour among European Surveyors. European Surveyors are bound to respect this Code of Conduct wherever they provide their services either temporarily or permanently, regardless of their professional status.
2. Code of professional qualifications To assure a common European professional level and a high protection of ownership rights in legal issues related to land and property and work executed by the profession in public or private service, the CLGE Code of professional qualifications defines and recommends necessary professional qualifications and prerequisites as well as business and disciplinary requirements. The topics covered by this Code are related to legal regulated cadastral work (in the field of property formation, modification and registration), property and land management activities to ensure reliable cadastral systems and land registers and to secure and protect property rights. These basic systems and registers are fundamental infrastructural elements in every society in order to secure the rights and ownership of property. It is imperative that all questions related to property are known as trustworthy and treated reliably.
CLGE
3. Initiatives for Young Surveyors and their mobility In order to support the mobility of young professionals and students, CLGE has set up a platform, www.clge.eu, where employers and candidates for a job position or a traineeship could easily meet.Employers can freely post job positions; students and young professionals can also freely post their résumé and apply for jobs or internship positions. This initiative was moderately successful but it is now in need of modernisation. Together with the global association of surveyors (FIG – Fédération Internationale des Géomètres), CLGE has established a European Branch of the Worldwide FIG Young Surveyors Network. We organize an annual CLGE Students’ Contest and gather all the European Students every three years at the CLGE Students’ Meeting. Together with partners, CLGE is involved in two projects promoting young person recruitment, education and mobility [Leonardo with the project GeoSkills + and Erasmus with GIN2K].
4. The Measurement Code for the Floor Area of Buildings The Measurement Code for the Floor Area of Buildings was created by a special working group of CLGE. It was developed with the close cooperation of domain experts from the European Commission. The Measurement Code was unanimously adopted by CLGE members in September 2011 during CLGE general assembly which took place in Tallinn with the following provisions: “This code should be used as a European cross border real estate area label by CLGE members and all interested parties.” In April 2012, a European Commission official recognised the Code as “visionary cross border tool for transparency”. The Code shall be used as a European cross border quality label by European surveyors and all interested parties. Therefore, it has been advertised and promoted via the initiative called European Real Estate Area Label (EuREAL; www.euREAL.eu). The Code was conceived as a platform for further improvement and cooperation with other bodies especially the European Commission. This plan has already been successful since the INSPIRE thematic working group on buildings adopted the measurement code as the default description for areas in buildings. This was endorsed by the European Commission in April 2012 and our approach is now part of version 3.0 of the INSPIRE Data Specifications. By offering a tool to harmonize the measurement of the floor area of buildings, the Code directly contributes to the cross-border mobility of surveyors and to the protection of consumers who can more easily compare the price of different building throughout Europe. The International Property Measurement Standards Coalition was created to share this innovative European approach with the rest of the world.
EU-vragenlijst
most important information about geodetic surveying services at a national level (national legal framework, fields of activity, professional recognition, educations programs, statistics). One of the reasons for the establishment of the database was the lack of information regarding national rules, regulations and the practice of surveying across Europe, which has proved to be a considerable hindrance to the mobility of geodetic surveyors. The DPKD provides an information pool and a guidance for individual surveyors who are interested in providing their services in other countries and will hopefully give a boost to mobility within the profession. Additionally it is a source of information for clients, that helps them understand and compare surveying services in Europe. The database is also a tool which provides support to competent authorities at national level. Learning more about the situation in other European countries helps in matters of professional recognition and will improve the contacts between competent authorities in different countries. This makes the process of professional recognition easier and will also enhance an exchange of best regulatory practice.
About CLGE The Council of European Geodetic Surveyors (or Comité de Liaison des Géomètres Européens: CLGE) is the leading association for the Surveying Profession in Europe. It promotes the profession in the European Union and fosters its development in the surrounding Council of Europe countries. Surveying includes Cadastral Surveying which provides security to land and property title and thus underlies the economic base of western society. Moreover, Geospatial Information is now ubiquitous in our lives and the Surveyor plays a fundamental role in this field. Both fields are strongly related since the cadastre is the ideal foundation for national Geo Data Infrastructures. The individual Surveyors, spread over 36 member states (and 3 observing members), are the final and most important beneficiaries of CLGE’s activities (more than 100.000 professionals). However, the Council also pursues more general aims such as the sustainable development of European society and the public and individual interests of European citizens. The self-employed ‘liberal’ surveyors, who are entrusted with official authority in the field of property guarantee form an important part of CLGE. These liberal surveyors assume personal responsibility and liability and economic independence.
Contact us via Michelle Camilleri, Secretary General,
[email protected], www.clge.eu. 1 For a list of the activities of surveyors as defined by the International Federation of Surveyors, please consult their website (http://www.fig.net/general/definition.pdf ).
5. DPKB database
2 The code can be downloaded on ECOSOC Website: http://www.eesc.europa.eu/
The “Dynamic Professional Knowledge Database” contains the
self-and-coregulation/documents/codes/private/137-private-act.pdf.
No 367 • 2014/4 LANDMETER 14 EXPERT
Vragenlijst van de Europese Commissie gericht aan de Belgische Staat (beantwoord met de hulp van KCLE, maar vooral BOLE vzw en dus CLGE) Het doel van de bijgevoegde vragenlijst is om te evalueren of de nationale maatregelen niet-discriminerend, noodzakelijk en proportioneel zijn en om hem dan toe te voegen aan de informatie die werd verzameld in de screeningtabel en de lidstaten te helpen bij de evaluatie van de beperkingen (zowel de interne als de gemeenschappelijke). Onder nationale maatregelen verstaan we alle informatie die u hebt meegedeeld en die staan in de synthesetabel en alle vormen van reglementering (licentiesysteem dat berust op de kwalificaties, de bescherming van de titel, de verplichte certificering en andere relevante elementen). Het doel van deze vragenlijst is dubbel: • In de eerste plaats is het een hulpmiddel voor de lidstaten bij een analyse van en een intern debat over het beroep. In dit verband moet de vragenlijst gebruikt worden als voorbeeld dat als basis dient voor de discussies en als gids voor de manier waarop de Commissie de lidstaten zou kunnen aanmoedigen en inspireren bij hun procedure voor interne evaluatie. • In de tweede plaats is het een leidraad voor de lidstaten om hun ervaringen op dit gebied te delen met andere lidstaten. Zo worden de andere lidstaten ondersteund bij hun eigen analyse over de wederzijdse evaluatieprocedure, de zoektocht naar mogelijke synergiën, de uitdagingen en de kansen. Het is een stimulans voor een groepsdiscussie met goed geïnformeerde en voorbereide leden. Opgelet: als u meer dan één maatregel geselecteerd heb, preciseer dan elke maatregel in uw antwoord. Als u bijvoorbeeld in uw antwoord op vraag 3 ook 3 maatregelen aangegeven hebt (de kwalificatie, de verplichte aansluiting, de voorwaarden op het gebied van aandeelhouderschap) voor een gegeven beroep en als twee van de gronden voor rechtvaardiging van algemeen belang zijn, dan moet u voor elke maatregel vermelden wat het ermee verbonden algemeen belang is. Gelieve verder ook, in de mate van het mogelijke, zowel het kwalitatieve als het kwantitatieve bewijs toe te voegen en ook de informatie die eventueel al ingezameld werd tijdens de eerste implementatiefases van deze maatregelen of de informatie die deel uitmaakt van een hervormingsprogramma. We moedigen de lidstaten ten stelligste aan om zoveel mogelijk relevant bewijsmateriaal te bezorgen in het kader van deze oefening. Gelieve ons de informatie in het ENGELS te bezorgen. 1. Hebt u onderzocht of de voorwaarden in uw nationale wetgeving rechtstreeks of onrechtsreeks discriminerend zouden kunnen zijn op grond van nationaliteit of verblijfplaats? Indien ja, wat zijn de resultaten? Indien nee, waarom? Ja, wij hebben dat onderzocht. Er is geen discriminerende bepaling. De nationale wetgeving is in overeenstemming met de Europese (zie wet van 11 mei 2003 ter bescherming van titel en het beroep van landmeter-expert, artikel 2, 1°, h, 1 en 2).
LANDMETER 15 EXPERT No 367 • 2014/4
2. Welke van de volgende dwingende redenen rechtvaardigen de maatregel(en) om redenen van algemeen belang. • Openbaar beleid • Openbare veiligheid • Openbare gezondheid • Bescherming van de consumenten en van de gebruikers van diensten • Fraudepreventie • Bescherming van de natuur en van de stadsomgeving, met inbegrip van de stads- en de plattelandsordening • De goede werking van justitie garanderen • Verkeersveiligheid • Bescherming van het cultureel, historisch, archeologisch en artistiek patrimonium • Bescherming van de schuldeisers • Andere, gelieve te verduidelijken De goede werking van de Administratie voor Patrimonium documentatie (kadaster). 3. Wat zijn de bijzondere risico’s of voordelen die u hebt vastgesteld en die respectievelijk moeten worden geminimaliseerd of gemaximaliseerd door uw maatregel(en)? Omschrijf nauwkeurig de aard van de risico’s/voordelen die u hebt vastgesteld. Als u meer dan één doorslaggevende reden met betrekking tot het algemeen belang hebt geselecteerd in vraag 2, vermeld ze dan allemaal in uw antwoord. Voeg voor zover mogelijk het bewijs bij.
• Bescherming van de consumenten en van de gebruikers van diensten Het Koninklijk Besluit van 15 december 2005 dat de deontologische regels voor de landmeter-expert vastlegt, legt regels op met betrekking tot bekwaamheid, rechtschapenheid, waardigheid, onafhankelijkheid, onpartijdigheid, vrije wil, vrije beoordeling, neutraliteit, verbod op belangenconflicten, waardigheid van het beroep, discretie en verbod op deloyale concurrentie (artikels 3, 8, 11, 15, 17, 19 en 20), die elk een bescherming vormen van de klanten en van de gebruikers van diensten. Bovendien moet de landmeter-expert zijn professionele burgerlijke aansprakelijkheid dekken met een verzekeringscontract
EU-vragenlijst
(artikels 12 en 13) en moet hij 20 uur per jaar voortgezette opleidingen volgen (artikel 14).
• De goede werking van Justitie garanderen De afbakening, de opmeting en de correcte identificatie van het vastgoed versterkt de veiligheid van de vastgoedtransacties en maakt het mogelijk veel geschillen te vermijden. Als een rechtbank een beroep moet doen op een gerechtelijk expert, biedt het raadplegen van een landmeter-expert Justitie bovendien extra garanties met betrekking tot de afbakening, de opmeting en de correcte identificatie van het vastgoed. De rechtszekerheid van de houders van zakelijke rechten en het respect voor het eigendomsrecht, twee fundamentele rechten (zie Grondrechtencharter van de EU, EVRM en eerste aanvullend protocol bij het EVRM) worden verbeterd (zie ook het standpunt van het Comité de Liaison des Géomètres Européens (CLGE) http://www.clge.eu/documents/events/168/14_07_15_CLGE_Position_Paper_Regulation_v1.0.pdf ) • De goede werking van de Administratie voor de Patrimoniumdocumentatie (Kadaster) moet een juistere inning van de grondbelasting (onroerende voorheffing) mogelijk maken. Bovendien zou op termijn de omvorming van het fiscale kadaster tot een authentiek en eventueel juridisch kadaster de rechtszekerheid van de houders van zakelijke rechten moeten versterken, alsook de algemene werking van de administratie, die garant staat voor het algemeen belang. 4. Hoe minimaliseren uw maatregelen de risico’s en hoe maximaliseren ze de voordelen uit vraag 3? Als u meer dan één doorslaggevende reden met betrekking tot het algemeen belang hebt geselecteerd in vraag 2, vermeld ze dan allemaal in uw antwoord. Voeg voor zover mogelijk het bewijs bij.
• Bescherming van de consumenten en van de gebruikers van diensten De Federale Raad van de Landmeters-Experten, die werd ingesteld door de wet van 11 mei 2003, is bevoegd voor het sanctioneren van alle overtredingen van de wettelijke of reglementaire bepalingen met betrekking tot het beroep van landmeter-expert. De reglementering van het beroep maakt het zo meer bepaald mogelijk om de naleving van de deontologie te verzekeren, met inbegrip van de verplichting tot verantwoordelijkheid en verzekering van de professional, de voortgezette opleidingen en de correcte informatie aan de consumenten. De consumenten kunnen klachten indienen bij de Federale Raden die optreden als administratieve rechtbanken, wat kan leiden tot disciplinaire sancties tegen de betrokken landmeter expert, gaande van de vermaning tot de schrapping van de tabel.
EU-vragenlijst
• De goede werking van Justitie garanderen Geschillen doen zich het vaakst voor als er vooraf geen beroep werd gedaan op een landmeter-expert. De reglementering van het beroep maakt het dus mogelijk de rechtbanken te ontlasten, enerzijds doordat er minder geschillen over grondrechten zijn en anderzijds omdat ze het mogelijk maakt geschillen tussen consumenten en landmeters-experten bij specifieke administratieve rechtbanken aanhangig te maken. • De goede werking van de Administratie voor de Patrimoniumdocumentatie (Kadaster) De positie van het Comité de Liaison des Géomètres Européens (CLGE) toont duidelijk aan dat in de landen waar een beroep wordt gedaan op de diensten van gereglementeerde landmeters met een delegatie van openbare dienst (vooral Duitsland, Frankrijk, Denemarken, Zwitserland) de kadastrale systemen opmerkelijk steviger zijn en er bijna geen geschillen zijn over de afbakening van gronden. Verder kan het wettelijk monopolie van de landmeters-experten ook ingeroepen worden door de landmeters-experten in dienst van de overheid tijdens hun opdrachten als ambtenaar (artikel 6, in fine, van de wet van 11 mei 2003 ter bescherming van de titel en het beroep van landmeter-expert). Bovendien werken de zelfstandige landmeters-experten meestal actief samen met de administratie. Deze globale reglementering draagt dus bij tot de goede werking van de Staat. 5. Geef in de mate van het mogelijke de informatie die u hebt verzameld over de concrete effecten van de maatregel(en). Bijvoorbeeld de evaluaties van de impact of informatie die werd verzameld bij de implementatie of het onderzoek van een maatregel. De Lidstaten die onlangs hervormingen hebben uitgevoerd kunnen hier een nuttige bijdrage leveren. Als u een kosten-batenanalyse kunt bezorgen, dan zou dat erg op prijs gesteld worden. Informatie over de vraag of de maatregelen het mogelijk hebben gemaakt risico’s te vermijden (bijvoorbeeld het aantal opgelegde sancties, de vermindering van het aantal inbreuken sinds de maatregel werd ingevoerd of de gevolgen van de wijzigingen die ingingen vóór het reglement) zou zeer nuttig zijn. Als u bij vraag 2 meer dan één doorslaggevende reden hebt geselecteerd met betrekking tot het algemeen belang, vermeld ze dan allemaal in uw antwoord. U kunt ook bewijzen over de klantentevredenheid toevoegen of andere voorbeelden waaruit de impact blijkt.
• Bescherming van de consumenten en van de gebruikers van diensten Alle professionals die ingeschreven zijn op de tabellen van de federale raden werden gecontroleerd op hun verplichting om 20 uur per jaar voortgezette opleiding te volgen en om hun profes-
No 367 • 2014/4 LANDMETER 16 EXPERT
sionele burgerlijke aansprakelijkheid te dekken met een verzekering. Onvoldoende of geen voortgezette opleidingen volgen heeft geleid tot sancties, gaande van de waarschuwing tot de schrapping, met meer bepaald 68 tijdelijke schrappingen tussen 1 en 6 maanden en 14 definitieve schrappingen. Beroep hiertegen bij de federale raden van beroep is wel nog mogelijk. Aan Franstalige zijde leidde het ontbreken van een dekking voor de professionele BA tot 42 schrappingen, met hetzelfde voorbehoud.
• De goede werking van Justitie garanderen Het is niet mogelijk om exact vast te stellen hoeveel geschillen vermeden konden worden dankzij de voorafgaande interventie van een landmeter-expert, maar de vergelijking met landen die niet dezelfde reglementering kennen, toont een groter aantal geschillen over grondrechten. • De goede werking van de Administratie voor de Patrimoniumdocumentatie (Kadaster) Als een notaris een akte opstelt over een nieuw kadastraal perceel, moet hij de identificatie van dit perceel in de akte aanvullen met de referentie van het afbakeningsplan. Dit afbakeningsplan wordt door een landmeter-expert ingediend bij de Algemene Administratie voor de PatrimoniumDocumentatie die hem de referentie meedeelt. De landmeter-expert kan dan de instrumenterende notaris op de hoogte brengen. We moeten hier verwijzen naar het Koninklijk besluit tot aanvulling van de identificatieregels van onroerende goederen in een aan hypothecaire openbaarmaking onderworpen akte of stuk, en tot regeling van de voorafgaande neerlegging van een plan bij de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie en van de aflevering door die algemene administratie van een nieuwe identificatie (Belgisch Staatsblad van 2 december 2013, pag. 94485). 6. Wordt de doelstelling van algemeen belang die u hebt vermeld in vraag 2 op een coherente en systematische manier nagestreefd? Geef in uw antwoord op deze vraag voorbeelden als u soortgelijke risico’s hebt vastgesteld bij vergelijkbare beroepen die niet noodzakelijk deel moeten uitmaken van dezelfde sector. Is de aanpak die u hebt gebruikt voor dit bepaalde beroep vergelijkbaar met of verschillend van gelijksoortige gevallen en waarom? De doelstellingen van algemeen belang die staan vermeld in vraag 2 worden op een coherente en systematische manier nagestreefd. Het gaat om een nationale wetgeving die alle activiteiten van de landmeter-expert bestrijkt, bovenop de voorbehouden activiteiten, meer bepaald het ondertekenen van plannen die moeten dienen voor een grenserkenning, voor een mutatie, voor het regelen van gevallen van gemeenheid (zie artikel 3 van de wet ter bescherming van de titel). De federale raad van landmeters-experten controleert elk jaar of
LANDMETER 17 EXPERT No 367 • 2014/4
de deontologie wordt nageleefd. Niet-naleving van deze regels kan leiden tot disciplinaire straffen. Naast deze systematische controles kunnen de consumenten altijd klachten indienen (zie bescherming van de consument). Vergelijkbare beroepen (zoals architect of vastgoedmakelaar) kennen gelijksoortige reglementeringen. 7. Leg uit in welke mate de complexiteit of de aard van de beschermde activiteiten rechtvaardigt dat ze alleen mogen uitgeoefende door professionals met een specifieke beroepskwalificatie? Voorbeeld: als de taken in feite eenvoudig zijn (zoals loonbrieven klaarmaken en afdrukken, enz.) of beperkt zijn tot het uitvoeren van instructies, zou er geen specifieke beroepsbekwaamheid vereist moeten zijn. De complexiteit van de afbakening en de grensbepaling, bijvoorbeeld, vereist een bijzondere kennis van wiskunde, topografie, geodesie, burgerlijk en administratief recht, en bovendien zin voor verzoening en respect voor andere meningen. De landmeter-expert moet onpartijdig zijn en derden beschermen, wat vermeld staat in de teksten en deel uitmaakt van zijn opdracht van algemeen belang (artikel 3, 8 en 9, lid 2, van het Koninklijk Besluit van 15 december 2005 tot vaststelling van de deontologie van de landmeter-expert). Dit is meer bepaald het geval in alle procedures voor de afbakening en de bepaling van de grenzen van eigendommen, waar het belang en de rechten van de inwoners gerespecteerd worden door de interventie van deze professional, met respect voor het principe van hoor en wederhoor. Daarom moet de landmeter-expert zijn kennis op peil houden met voortgezette opleidingen. Doet hij dat niet, dan volgen er disciplinaire sancties. 8. Als u de aandacht hebt gevestigd op verschillende maatregelen uit de screeningtabel, hebt u dan ook het cumulatief effect van al deze maatregelen op de beroepsactiviteiten onderzocht? • Indien nee, waarom? • Indien ja, beschrijf dan uw aanpak en de resultaten en de conclusies of alle nuttige informatie die het opleverde. Voeg voor zover mogelijk bewijsmateriaal toe. Er is geen ongewenst cumulatief effect. De verschillende maatregelen in de reglementering van het beroep beantwoorden aan complementaire maar onderscheiden behoeften. Ze staan trouwens vermeld in de gedragscode voor de Europese landmeter (zie de link op de site EESC http://www.eesc.europa.eu/self-and-coregulation/documents/codes/private/137-private-act.pdf ) en de codex voor de beroepskwalificatie, uitgegeven door het Comité de Liaison des Géomètres Européens of Council of European Geodetic Surveyor CLGE. Zie hierover ook het bijgevoegde document (http://www.clge.eu/documents/events/163/14_10_08_Code_ Professional_Qualifications_v1.1.pdf (in het Engels)). De codex voor de beroepskwalificatie voorziet ook in een professionele stage, wat in België nog niet verplicht is maar wat alle
EU-vragenlijst
professionals als zeer gewenst en zelfs absoluut noodzakelijk beschouwen. De invoering van zo een stage zou immers de kwaliteit van de prestaties van de landmeters-experten kunnen verbeteren. Met betrekking tot de mobiliteit van de werknemers op Europees niveau verwijzen we hier naar het programma GeoSkills Plus, waaraan België deelneemt. Dit programma benadrukt ook de nood aan stages binnen de opleiding van de landmeters experten (http://www.geoskillsplus.eu/). 9. Hebt u het gebruik van andere mechanismen om uw doelstelling(en) te bereiken overwogen? • Systemen voor vrijwillige certificering gebruiken • Het niveau van de kwalificatievoorwaarden herbekijken • Bescherming van de titel • Het aantal voorbehouden activiteiten beperken • Sommige voorbehouden activiteiten openstellen voor aanver wante beroepen • Andere bestaande maatregelen/reglementen gebruiken • Andere, gelieve te verduidelijken Gelieve in het kort uit te leggen als u meer dan één optie gekozen hebt. Gelieve ze allemaal in uw antwoord te vermelden. Het systeem van vrijwillige certificering biedt onvoldoende garanties (geen of arbitraire controles, geen verplichting tot verzekering of voortgezette opleiding, geen deontologie in het algemeen). Bovendien leidt dit tot een toename van de kosten die de professional doorrekent aan zijn klanten en dus tot nadeel voor de consument.
Het niveau van de kwalificatievoorwaarden is een absoluut minimum. In veel andere landen, meer bepaald daar waar de landmeter een delegatie van openbare dienst heeft, is een Masterdiploma vereist. De beroepstitel is beschermd. De voorbehouden activiteiten, vermeld in punt 6, zijn zeer specifiek en al erg beperkt. De andere activiteiten staan open voor de aanverwante beroepen (plaatsbeschrijving, vastgoedexpertise,…). Net zoals in Frankrijk, dat een vergelijkbare beroepsreglementering kent, bestrijken de activiteiten in monopolie van de landmeters-experten nauwelijks een derde van hun activiteiten. Het gemeen recht voor de bescherming van de consumenten tegenover de vrije beroepen is van toepassing.
BRUTE KRACHT, GROTE VEELZIJDIGHEID
ENORME PUISSANCE, GRANDE POLYVALENCE
10. Besluit Welke opties kiest u na uw intern onderzoek van dit gereglementeerd beroep? • Het huidige systeem verbeteren (de begeleiding vereenvoudi gen, de hinderpalen opruimen, enz.) • Het huidige systeem behouden • Het huidige systeem afschaffen en vervangen door een ander • Het huidige systeem afschaffen zonder het te vervangen Leg uit indien nodig: 11. Hebt u nog opmerkingen? Nee.
Pas verschenen: ‘Wetboek Landmeter-Expert’ Het Wetboek Landmeter-Expert is een praktijkgerichte selectie van wet- en regelgeving. De opgenomen wetgeving is afgestemd op de professionele noden van de landmeter-expert in de uitoefening van zijn beroep. Het bevat een selectie van burgerlijk recht, administratief recht, milieurecht en de plichtenleer. Het wetboek Landmeter-Expert is een instrument van, voor en door de professionele praktijk. De auteurs beheersen de materie grondig. Mr. Jacubowitz is als gespecialiseerd advocaat bij het kantoor Xirius bijzonder betrokken bij de begeleiding van diverse dossiers ism Landmeters-Experten. Mr. Ronse is advocaat , gespecialiseerd in administratief en milieurecht bij het kantoor Publius en in die functie bekend met dossiers inzake o.m. ruimtelijke ordening en stedenbouw. Prof. Dr. Sagaert is Gewoon Hoogleraar Zakenrecht en Verbintenissenrecht aan de K.U.Leuven, K.U.Leuven campus Kortrijk en Universiteit Antwerpen. Tevens is mr. Sagaert als advocaat verbonden aan het advocatenkantoor Eubelius, waar hij zich toelegt op het vastgoedrecht. Het wetboek werd voorgesteld tijdens het Nationaal Colloquium van de BOLE vzw, te Luik in oktober 2014.
Building Construction (BIM)
TU
C RU
L VI
CI
Normale prijs: € 89 Ledenprijs BOLE vzw: € 69 Prijzen incl. btw, excl. verzendkost
Bestellen kan via www.mijnwetboek.be
IN
RE
ST FA
Topcon’s compacte high-speed GLS-2000 laserscanner biedt tijdsbesparing zonder aan nauwkeurigheid in te boeten. Met een scanstraal van meer dan 350 m, een gezichtsveld van 360° x 270° en uiterst eenvoudige bediening, is de GLS-2000 een robuust en veelzijdig instrument waarmee je nauwkeurig 3D data kan vastleggen voor toepassingen in uitdagende werkomgevingen. De GLS-2000 is onmisbaar voor elke professional.
mijnwetboek.be – KnopsPublishing Kerkstraat 108 – 9050 Gent Tel. 09 233 34 20
[email protected]
No 367 • 2014/4 LANDMETER 18 EXPERT
Tel.: +32 2 466 82 30
& ES AT EG R G AG
M
IN
G
IN
ER
S, ES OC
&
PL
T
AN
W PO
PR
Le scanner laser GLS-2000 compacte et de haute vitesse, réduit vos heures de travail sans en sacrifier la précision. Avec une portée de scan de plus de 350 m, un champ de vision de 360 ° x 270 ° et une opération simple, le GLS2000 est un instrument robuste et polyvalent avec lequel vous pouvez capturer des données 3D précises dans votre domaine de travail pour toutes vos applications. Le GLS-2000 est indispensable pour tout professionnel. topcon-positioning.eu