Bijlage bij de APV gemeente Rijssen-Holten 2010 – Toelichting
Met het oog op efficiëntie voor de burgers, voor de overheid en voor een effectieve handhaving van deze verordening is ervoor gekozen om zoveel mogelijk de modelbepalingen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) aan te houden. Alleen wanneer plaatselijke omstandigheden daartoe aanleiding geven is van het model afgeweken. De betreffende afwijkingen zijn in de toelichting weergegeven. De tekst van deze APV is afgestemd met verschillende disciplines binnen en buiten de gemeente Rijssen-Holten. Verder is gekozen voor een zo beknopt mogelijke toelichting. Voor een uitgebreide toelichting op deze verordening wordt verwezen naar de toelichting per artikel van de VNG model-APV.
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen a. Openbare plaats Omdat de bevoegdheid van de gemeente verder strekt dan de weg, is in artikelen waar het de bedoeling is om zaken te regelen op plaatsen die niet tot de weg kunnen worden gerekend, gekozen voor de term “openbare plaats”. b. Weg Onder wegen wordt verstaan: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten. Verschillende bepalingen in deze verordening hebben betrekking op gedragingen “op of aan de weg”. De term “aan de weg” duidt begripsmatig op een zekere nabijheid ten opzichte van de weg. Daaronder vallen bijvoorbeeld voortuinen van huizen en andere open ruimtes die aan de weg zijn gelegen. e. Rechthebbende Zoals uit de omschrijving duidelijk wordt, hebben wij hier te maken met de rechthebbende naar burgerlijk recht. Artikel 1:2 Beslistermijn Uitgangspunt is artikel 4:13 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De termijn van 8 weken is gelijk aan de maximum termijn die in artikel 4:13 tweede lid van de Awb wordt gesteld. Deze 8 weken termijn voldoet ook aan artikel 13, derde lid, van de Europese Dienstenrichtlijn. Artikel 1:7 Termijnen Het streven naar lastenvermindering voor burger en overheid en toetsing aan de Dienstenrichtlijn hebben ertoe geleid in artikel 1:7 te bepalen dat de vergunning of ontheffing in beginsel voor onbepaalde tijd geldt. Artikel 1:8 Weigeringgronden Waar voorheen per artikel weigeringgronden werden geformuleerd, is nu ter bevordering van systematiek en duidelijkheid ervoor gekozen algemene weigeringgronden te benoemen. Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden Een lex silencio positivo is hier niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde.
Artikel 2:2. Optochten Dit artikel, voorheen artikel 2.1.2.1, is opgenomen in de evenementenbepalingen. Artikel 2:3 Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen Dit artikel is een nadere uitwerking van de wet openbare manifestaties, waarin volgende twee artikelen (2.4 en 2.5, voorheen artikel 2.1.2.3 en artikel 2.1.2.4) zijn geïntegreerd. Artikel 2:7 Feest, muziek, wedstrijd e.d. Dit artikel, voorheen artikel 2.1.4.1, is nu opgenomen in de evenementenbepalingen. Artikel 2:8 Dienstverlening Dit artikel, voorheen artikel 2.1.4.2 is vervallen op grond van de Dienstenrichtlijn. Artikel 2:10 Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie daarvan Dit artikel, voorheen artikel 2.1.5.1 is ingekort. Het artikel geeft het college de mogelijkheid om greep te houden op situaties die hinder of gevaar kunnen opleveren, of ontsierend kunnen zijn. Artikel 2:12 Maken, veranderen van een uitweg Dit artikel, voorheen artikel 2.1.5.3, bepaalt dat nu na melding een uitweg kan worden gemaakt of veranderd indien de uitweg niet botst met de veiligheid, een bestaande parkeerplaats of het openbare groen. Dit betekent lastenvermindering en snellere afhandeling voor burger en overheid. Artikel 2:13 Veroorzaken van gladheid Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.1, is vervallen, omdat dit goed geregeld is in hogere wetgeving. Artikel 2:14 Winkelwagentjes Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.2, is vervallen, omdat dit goed geregeld is in hogere wetgeving en in overleg met winkeliers. Artikel 2:15 Hinderlijke beplanting of gevaarlijk voorwerp Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.3, is opgenomen in artikel 2.10. Artikel 2:17 Kelderingangen e.d. Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.4, is vervallen omdat dit goed is geregeld in hogere wetgeving. Artikel 2:19 Gevaarlijk of hinderlijk voorwerp Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.7, is opgenomen in artikel 2.10. Artikel 2:20 Vallende voorwerpen Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.8, is opgenomen in artikel 2.10. Artikel 2:23 Veiligheid op het ijs Dit artikel, voorheen artikel 2.1.6.11, is geschrapt omdat deze bepaling ten onrechte aansprakelijkheid van de gemeente kan suggereren bij door het ijs zakken. Artikel 2:24 en 2:25 Evenementen Voor het houden van kleine en een aantal specifiek benoemde evenementen volstaat een meldingsplicht. Het blijft verboden om zonder melding zo’n evenement te houden, zodat de gemeente kan optreden als zonder de melding het evenement plaatsvindt. Bij toepasselijkheid van de Dienstenrichtlijn is het een vereiste om de meldingsplichtige een 2
ontvangstbevestiging te sturen. Nadere uitwerking in de evenementenbeleidsnota. Voorop staat dat de vergunninghouder van een evenement of de organisator zelf aansprakelijk kan worden gesteld voor eventuele schade. Artikel 2:24 lid 2, onder b, onder “braderie” wordt hier verstaan: een winkeliersmarkt, waarin de winkeliers op feestelijke wijze hun speciale waren in stalletjes buiten aan de man brengen. Artikel 2:24 lid 2, onder d, onder “feest” wordt hier verstaan; de tentfeest zoals het Dijkerhoeks feest etc. Ook het artikel betreffende snuffelmarkten zoals deze in de APV 2009 nog opgenomen stond, valt nu onder de werkingsfeer van deze artikelen. Toepassing van de lex silencio positivo: Kleinere evenementen zijn meldingsplichtig, dus vergunningsvrij. Voor grotere evenementen is een lex silencio positivo niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde. Artikel 2:28 Exploitatievergunning horecabedrijf Het motief van het exploitatievergunningstelsel is het beschermen van de openbare orde en bescherming van het woon- en leefklimaat. In de begripsomschrijving is de aanduiding “rookwaren” toegevoegd zodat ook coffeeshops onder het begrip horeca vallen. Gestreefd wordt naar afschaffing van de exploitatievergunning horecabedrijf. Dit is mogelijk zodra de bescherming van openbare orde en bescherming van woon- en leefklimaat elders goed geregeld is. Artikel 2:37 Nachtregister Dit artikel, voorheen artikel 2.3.2.3, is geschrapt vanwege de zeer beperkte reikwijdte en toegevoegde waarde. De verplichting om een nachtregister bij te houden is vastgelegd in het wetboek van strafrecht. Artikel 2:38 Exploitatievergunning horeca De vergunning richt zich met name op bescherming van de openbare orde een lex silencio positivo is niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang. Artikel 2:45 Betreden van plantsoenen Dit artikel, voorheen artikel 2.4.5, is geschrapt omdat er niet op wordt gehandhaafd. Artikel 2:46 Rijden over bermen e.d. Dit artikel, voorheen artikel 2.4.6, is geschrapt omdat het in de wegenverkeerswet is geregeld. Artikel 2:47a Vloekverbod Dit artikel, voorheen artikel 2.4.7a, is een aanvulling op de model APV. Artikel 2.4.9a (oud) Hinderlijk gedrag in tunnels Is vervallen, omdat het is opgenomen in artikel 2:47 lid 1, onder b. Artikel 2:53 Bespieden van personen Dit artikel, voorheen artikel 2.4.1.3, is vervallen omdat het is geregeld in het strafrecht. Artikel 2.4.25 (oud) Kadavers Is vervallen, omdat het in EG-regelgeving en Nederlandse wetgeving geregeld is.
3
Artikel 2:63 Duiven Dit artikel, voorheen artikel 2.4.23, is vervallen omdat er niet op wordt gehandhaafd. Artikel 2:65A Hinder / overlast door dieren Dit artikel, voorheen artikel 2.4.26, is een aanvulling op de model APV. Artikel 2.4.27 (oud) Verbod zwemmen in bepaalde wateren Is vervallen, omdat het in hogere regelgeving geregeld is. Artikelen 2:66 tot 2:70 Bepalingen ter bestrijding van heling van goederen Vervallen, opgenomen in strafrecht en het komt in de gemeente niet of nauwelijks voor. Artikel 2:70 Handel in horecabedrijven Dit artikel, voorheen artikel 2.5.5, is vervallen, omdat het is opgenomen in artikel 2:32. Artikel 2:73a Carbid schieten Dit artikel, voorheen artikel 2.6.4, is een aanvulling op de model APV. Artikel 3:4 vergunning seksinrichting Een lex silencio positivo is hier niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde. Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten In lid 1 zijn zes incidentele festiviteiten genoemd, omdat dat aansluit bij de praktijk. In het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer wordt 12 incidentele festiviteiten als maximum genoemd. Het huidige aantal van vier wordt als te krap ervaren. Gezien de (geluids-) overlast die een incidentele festiviteit ook kan inhouden voor omwonenden, is gekozen voor zes. Voor sportactiviteiten is het aantal van vier voldoende. In lid 6: het regulier maximale geluidsniveau op gevel gevoelige gebouwen van 19.00 tot 23.00 uur is 45 dB(A). Artikel 4:6 Overige geluidshinder Dit verbod tot het veroorzaken van geluidshinder heeft betrekking op onder andere geluid van kermis, braderie, rally, bromfietsen en dergelijke, of van luidsprekers op voertuigen, achtergrondmuziek in winkelstraten, geluidsproducerende recreatietoestellen, van bouwmachines en dergelijke, of van lawaaierige hobby’s. Artikel 4:10:4:12 Houtopstanden De bepalingen met betrekking tot het kappen van houtopstanden zijn vervallen. Artikel 4:14 Stankoverlast door gebruik van meststoffen Dit artikel, voorheen artikel 4.4.1a, is geschrapt omdat in de wet milieubeheer uitvoerige eisen hierover zijn opgenomen. Artikel 4:15 Vergunningsplicht reclame Dit artikel is opnieuw opgenomen doordat niet alle reclame-uitingen onder de vergunningplicht van de bouwvergunning vallen en ook niet voldoende gewaarborgd is met de algemene bepaling zoals in artikel 2:10 is opgenomen. Daarnaast ontstaat er nu een wildgroei aan reclame-uitingen. Dit artikel is dusdanig veranderd dat het niet alleen meer van toepassing is op handelreclame maar onder het begrip reclame zoals dit ingevoegd is in de begripsbepalingen van artikel 1:1 is opgenomen. Het artikel 4:15 zoals dit in de APV 2009 stond opgenomen is hiermee komen te vervallen.
4
Artikel 4:15A Vergunningsplicht reclame rond lichtmasten Vanuit de organisatie bestaat de wens om tijdelijk reclame-uitingen aan te laten brengen in displays die aan te brengen zijn op de daarvoor aangewezen lichtmasten. De exploitatie willen wij, eventueel via een openbare aanbesteding, uitsteden aan een particulier bedrijf. Wel moet hiervoor vergunning verleend worden, vandaar het invoeren van dit artikel. Artikel 4:16 Vergunning lichtreclame Dit artikel, voorheen artikel 4.4.3, is geschrapt nu in het Activiteitenbesluit een zorgplicht is neergelegd die verplicht om geen onnodige lichthinder te veroorzaken. Artikel 5:6 Kampeermiddelen e.a. Van het verbod in het eerste lid is, in afwijking van het oude artikel 5.1.5, is een periode van 7 dagen toegestaan om de caravan binnen de bebouwde kom te hebben staan. Artikel 5:10 Parkeren van voertuigen met stankverspreidende stoffen Dit artikel, voorheen artikel 5.1.9, is geschrapt omdat in de wet milieubeheer uitvoerige eisen hierover zijn opgenomen. Artikel 5:12a Gemeentewapen en gemeentelogo Dit artikel, voorheen artikel 5.1.a.1, is een aanvulling op de model APV. Artikel 5:15 Ventverbod De vergunning voor venten, voorheen artikel 5.2.2, is afgeschaft omdat venten overdag geen overlast oplevert, en op grond van de Dienstenrichtlijn. Lid 2, het verbod om te venten in de nacht is opgenomen ter voorkoming van nachtelijke overlast. Artikel 5:34 Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken Dit artikel, voorheen artikel 5.5.1, is uitgebreid met preventief te nemen maatregelen. Artikel 6:1 Er is gekozen voor een algemene overtreding van artikelen.
5
Bijlage 1 behorende bij Algemene Plaatselijke Verordening gemeente RijssenHolten 2010. Nadere toelichting begripsbepaling “Reclame voor ideële doeleinden” Dit is reclame voor een maatschappelijk doel. Een voorbeeld van ideële reclame zijn de diverse campagnes van Verenigde Verkeers Veiligheid Organisatie (3VO) en de reclames van SIRE. Daarnaast kan hieronder ook vallen de onbaatzuchtige reclame. Dit is ongeveerd hetzelfde als ideële reclame. Deze reclames streven niet naar het verkopen van een product dus naar het streven van winst, maar naar inzameling van geld voor maatschappelijke of liefdadigheidsinstellingen. Een aantal voorbeelden hiervan zijn de reclames van het Kankerfonds, het WNF, de Nierstichting, Hartstichting etc. ook de instellingen die op de ANBI lijst (Algemeen Nut Beogen Instellingen) genoemd worden vallen onder deze begripsbepaling.
6
Lijst van gebruikte afkortingen in de APV
ABRS Afd. Awb Awbi BW dB(A) DHW HR KB LAmax LAr, LT Model-APV OB PG Pres. Rb. RVV 1990 Stb. VNG Vz. Wm wnd. WOM WvSr WvSv WVW 1994
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Afdeling Algemene wet bestuursrecht Algemene wet op het binnentreden Burgerlijk Wetboek geluidsniveau Drank- en Horecawet Hoge Raad Koninklijk Besluit maximaal toegestaan geluidsniveau per periode gemiddelde van afwisselend geluidsniveau per periode Model Algemene plaatselijke verordening Openbaar Bestuur Parlementaire Geschiedenis President Rechtbank (sector bestuursrecht) Reglement verkeersregels en verkeerstekens Staatsblad Vereniging van Nederlandse Gemeenten Voorzitter Wet milieubeheer Waarnemend (voorzitter) Wet openbare manifestaties Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafvordering Wegenverkeerswet 1994
7