Draagvlak voor participatie Inzicht in participatiemogelijkheden voor de Poort van Heusden
Draagvlak voor participatie Inzicht in participatiemogelijkheden voor de Poort van Heusden Bachelor thesis Landschapsarchitectuur Vakcode: LAR-81812
Josien Westgeest Registratienummer: 900809946010 Begeleider: Dr. Ir. M. (Martijn) Duineveld
Wageningen Universiteit Vrije Bachelor
Wageningen, juli 2011
Voorwoord
Voor u ligt het resultaat van een onderzoek dat is uitgevoerd ter afronding van een vrije Bachelor aan de Wageningen Universiteit. In het derde jaar van de opleiding Landschapsarchitectuur en Ruimtelijke Planning ben ik tot de ontdekking gekomen dat ik mij meer op onderzoek wil focussen dan in deze opleiding mogelijk is. Daarom heb ik er dit jaar voor gekozen om over te stappen op een vrije Bachelor. Dit heeft mij de mogelijkheid gegeven om mijn thesis uit te voeren bij de leerstoelgroep Sociaal-ruimtelijke Analyse. Voorafgaand aan deze thesis heb ik samen met Liset Faber een literatuuronderzoek uitgevoerd over de toepassing van participatie in de ruimtelijke planvorming. Deze thesis is deels gebaseerd op resultaten uit dit literatuuronderzoek. Vanuit de leerstoelgroep Sociaal-ruimtelijke Analyse ben ik begeleid door Martijn Duineveld. Hij heeft een grote bijdrage geleverd aan dit onderzoek door het meerdere keren te voorzien van commentaar en mijn vragen te beantwoorden. Daarvoor wil ik hem dan ook hartelijk danken.
5
Tot slot wil ik ook alle personen die bereid zijn geweest om mij in interviews te woord te staan of anderszins een bijdrage hebben geleverd heel erg bedanken. Zonder hen had ik dit onderzoek niet op deze wijze uit kunnen voeren. Josien Westgeest Wageningen, juli 2011
Samenvatting
Introductie De Poort van Heusden is de nieuwe naam van het voormalige sprookjespark het Land van Ooit. Het gebied is sinds 2007 in handen van de gemeente Heusden. Zij heeft er tot op heden nog geen nieuwe functie voor gevonden. Ondertussen is gebleken dat er naast de gemeente Heusden veel verschillende actoren belang hebben bij of beïnvloed worden door het gebied. Om een breed gedragen gebiedsvisie op te kunnen stellen is het van belang dat de actoren hierbij betrokken worden. Met dit onderzoek probeer ik in beeld te brengen op welke wijze de Gemeente Heusden de actoren zou kunnen betrekken. Dit komt naar voren in de volgende vraagstelling: Welke consequenties heeft het betrekken van belanghebbende actoren bij de ontwikkeling van een gebiedsvisie voor de Poort van Heusden, voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren in het planvormingsproces?
Theoretisch kader
7
Om de verschillende betekenissen die actoren aan een plek toekennen en de onderlinge belangentegenstellingen tussen de actoren bloot te leggen maak ik gebruik van discoursanalyse. De filosoof Foucault beschrijft het begrip discours als volgt: “een manier van spreken over de werkelijkheid, een samenhangend geheel aan vooronderstellingen over die werkelijkheid, daaraan gekoppeld een blik die sommige dingen naar voren haalt, andere onderbelicht laat” (Assche, 2001 geciteerd in: Duineveld & Lengkeek, 2002, p. 31). Foucault vertegenwoordigt met zijn theorie een belangrijke stroming binnen de discoursanalyse die zich focust op de redenen en belangen (of macht) die achter discoursen schuil gaan. De andere stroming binnen de discourscoursanalyse kijkt meer taalkundig naar discoursen en probeert op deze manier de betekenis van gesproken en geschreven taal te verklaren (Schuurman, 2010). In dit onderzoek ga ik uit van de Foucaultiaanse stroming binnen de discoursanalyse. Ik beschouw discours als een manier van kijken naar de wereld die bepalend is voor hoe men omgaat met die wereld. Het komt tot uiting in de manier waarop men denkt, spreekt en handelt en wordt beïnvloed door belangen van personen. Discoursanalyse kan worden omschreven als een onderzoeksmethode waarbij discoursen worden bestudeerd als geschreven en gesproken taal in een sociale context (Potter, 1997). Hierbij gaat het in dit onderzoek niet om de woorden en spelling van de taal zelf, maar hoe men de taal (en de woorden) gebruikt. Interacties tussen
mensen kunnen van invloed zijn op het discours en moeten daarom goed in beeld worden gebracht volgens Hajer (Schuurman, 2010).
Normatief kader In dit onderzoek geef ik een overzicht van de verschillende discoursen van de actoren. Om deze discoursen in perspectief te kunnen zetten, heb ik gebruik gemaakt van een normatief kader. In dit kader komen discoursen uit de wetenschappelijke literatuur (met betrekking tot participatie) aan bod. Bij participatie draagt de overheid een deel van de macht over aan burgers die normaal van dit proces zijn uitgesloten. De macht wordt dus als het ware opnieuw of in ieder geval op een andere wijze verdeeld (Arnstein 1969; Goodwin, 1998). In plaats van één actor (de overheid) zijn er dus meerdere actoren die invloed kunnen uitoefenen op het gevoerde beleid (Vreke e.a., 2009). Participatie is een heel breed begrip met veel verschillende invullingen waar vele discoursen over bestaan. Shelly Arnstein heeft in 1969 met de Participatieladder een eerste poging gedaan om al deze verschillende discoursen te ordenen en ten opzichte van elkaar te plaatsen. Geredeneerd vanuit de theorieën die later ontwikkeld zijn, kan gesteld worden dat de Participatieladder een succesvolle poging is geweest. De Ladder is (en wordt) veel gebruikt als basis voor deze nieuwere theorieën. Een van deze theorieën is het Participatiespectrum. Hierin worden vijf normatieve discoursen onderscheiden, namelijk Inform, Consult, Involve, Collaborate en Empower. Deze normatieve discoursen worden in dit onderzoek gebruikt om de discoursen van de actoren mee te vergelijken.
Actoren & Discoursen In dit onderzoek besteed ik aandacht aan de volgende actoren: de gemeente Heusden, GroenLinks, de Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden (NMV), de bewoners & omwonenden Poort van Heusden, de bewoners uit Nieuwkuijk, Drunen & Vlijmen en de werknemers van de bedrijventerreinen Groenewoud & Nieuwkuijk. De opvattingen van deze actoren zijn binnen drie discoursen te plaatsen, namelijk: Actieve participatie, Passieve participatie en Geen participatie. De discoursen gaan in op in hoeverre de actoren betrokken willen worden bij de planvorming rondom de Poort van Heusden.
8
Actieve participatie gaat zoals de naam al zegt uit van een actieve houding van de actoren. Dat wil zeggen dat er tijdens de planvorming redelijk veel macht bij hen ligt en dat er sprake is van een wisselwerking van bijdrages tussen de actoren en de gemeente (als hoofdverantwoordelijke). De actoren voelen zich direct betrokken bij het gebied en willen daarom ook nauw betrokken zijn bij de ontwikkeling van de plannen voor het gebied. Dit discours komt overeen met de normatieve discoursen Consult, Involve, Collaborate en Empower. De actoren die tot het discours Passieve participatie behoren zijn voorstanders van een passieve houding van participanten bij de planvorming rondom de Poort van Heusden. Zij willen de betrokkenen een beperkte en relatief kleine hoeveelheid macht geven. Hierbij zal geen wisselwerking plaats vinden tussen de participanten en de gemeente. Bij dit discours hoort een wat afstandelijkere houding ten opzichte van het voormalige Land van Ooit. Passieve participatie komt overeen met het normatieve discours Inform. Het discours Geen participatie wordt gekenmerkt door actoren die zich niet betrokken voelen bij de Poort van Heusden en de ontwikkelingen die daar eventueel afspelen. Vanwege het gebrek aan dit gevoel zien de actoren over het algemeen ook geen nut in het participeren bij de planvorming rondom het gebied. Er is geen normatieve discours dat overeenkomt met dit discours.
9 Scenario’s Het in beeld brengen van de gevolgen van het betrekken van actoren in het planvormingsproces voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren doe ik aan de hand van zeven scenario’s. Deze scenario’s gaan uit van de normatieve discoursen Inform, Consult, Involve, Collaborate en Empower. Om de reeks compleet te maken voeg ik hier nog twee scenario’s aan toe die in deze reeks ontbreken, namelijk Geen participatie (naar aanleiding van de discoursanalyse) en Combinatie (eigen toevoeging). Ik heb ervoor gekozen om de vier normatieve discoursen die vallen onder Actieve participatie apart uit te werken aangezien de verschillen tussen de vier aanzienlijk zijn. Per scenario wordt toegelicht hoe de rol van de gemeente Heusden (als opdrachtgever) en van de actoren er uit ziet en wat de voor- en nadelen van het scenario zijn. De scenario’s zijn geordend van weinig naar veel macht voor de actoren.
Inhoudsopgave Voorwoord
pagina 4
Samenvatting
pagina 6
Inhoudsopgave
pagina 10
Hoofdstuk 1 Introductie
pagina 12
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Probleemstelling Draagvlak Van draagvlak naar participatie Onderzoeksvragen Opbouw scriptie
Hoofdstuk 2 Rondom de Poort van Heusden
2.1 2.2 2.3 2.4
Ligging Omgeving Historie Huidige ontwikkelingen
Hoofdstuk 3 Theoretisch en methodisch kader
3.1 3.2 3.3
pagina 18
Discoursen Discoursanalyse Methodes
pagina 24
Hoofdstuk 4 Normatief kader
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Participatie Belangen Participatieladder Participatiespectrum Discoursen van het Participatiespectrum Toepassing in onderzoek
Hoofdstuk 5 Discoursanalyse
5.1 5.2 5.3
6.1 6.2
pagina 36
Actoren in beeld Discoursen Discoursen in perspectief
Hoofdstuk 6 Conclusie & Scenario’s
pagina 30
pagina 50
Conclusies Scenario’s
Bibliografie
pagina 58
Bijlagen
pagina 64
1 2 3
Overzicht actoren Overzicht geïnterviewden Interviews
1 Introductie
Het land waar kinderen altijd de baas zijn. Zo werd en wordt het voormalige Land van Ooit altijd omschreven. Dit sprookjesbos was een plek waar kinderen konden genieten van theatervoorstellingen en attracties en waar ze ieder moment een van de Ooiters (sprookjesfiguren die in het Land van Ooit wonen) konden ontmoeten. Zelf was ik er nog nooit geweest voordat ik aan mijn scriptie begon, maar veel mensen om mij heen wel. Volgens hen was het heel leuk om als kind naar het Land van Ooit te gaan. Vele van hen kenden ook de tvprogramma’s “Kinderen zijn de Baas” en “Kloontje het Reuzenkind” waarin de bekendste figuren uit het park te zien waren. Ik heb echter ook verhalen gevonden van mensen die het een teleurstelling vonden wegens een gebrek aan snelle en spannende attracties. Zij maakten de vergelijking met de Efteling, die op circa tien kilometer van het Land van Ooit te vinden is en die wel veel snelle attracties te bieden heeft. Over de oorzaak verschillen de meningen, maar feit is dat het Land van Ooit op woensdag 21 november 2007 failliet is verklaard (Redactie NOS, 2007).
13
Op dit moment is er echter nog maar weinig over van het voormalige Land van Ooit. Ik sluit me wat dat betreft deels aan bij een redactielid van het dagblad BN De Stem die het park in een artikel in 2008 beschreef als “vervallen en troosteloos” (Halder, 2008). De situatie is in de laatste jaren echter wel verbeterd. De gemeente Heusden is namelijk voor ongeveer vijftien miljoen euro eigenaar geworden van het gebied in 2007 (Oosterveld & Piels, 2011). Zij beheert het groen en heeft ervoor gezorgd dat de meeste attracties zijn gesloopt en opgeruimd vanwege hun slechte staat (Westrawoensdag, 2008). Dit nam voor mij echter niet weg dat ik een onprettig gevoel kreeg tijdens mijn bezoek in begin mei. Het is goed voor te stellen dat hier jarenlang joelende en gillende kinderen te horen waren terwijl er nu alleen nog maar wat vogelgeluiden klonken. Het park is namelijk niet meer openbaar toegankelijk. Alleen de (tijdelijke) bewoners van het roze kasteel mogen via de statige laan en het blauwe toegangshek het gebied nog betreden (Baltussen, 2008). Zij zijn overigens zeer tevreden met hun nieuwe onderkomen vanwege de rust en de ruimte in het voormalige park (Oosterveld & Piels, 2011). Eigenlijk is het Land van Ooit na de overname door de gemeente weer gereduceerd tot het landgoed wat het voor het bestaan van het pretpark was. De bewegwijzering, de bushalte en de parkeerplaatsen zijn verwijderd, de straatnaambordjes zijn veranderd van Parklaan in Spoorlaan en bovenal heet het gebied vanaf 4 januari 2009 officieel de Poort van Heusden in plaats van het Land van Ooit. Een naam die, zoals de gemeente wenste, niets te maken had met het Land van Ooit (Anoniem, 2008; Redactie Scherper, 2008). Het enige dat een ‘onwetende’ passant nog aan het voormalige park herinnert zijn de twee viaducten bij de voormalige ingang waar
‘Tot Ooit!’ in verschillende talen op staat. Het is dus zeker niet ondenkbaar dat mensen aan de plek voorbij gaan zonder enig besef te hebben van wat hier enkele jaren geleden geweest is. Voor een uitgebreide beschrijving van de ontwikkelingen rondom de Poort van Heusden verwijs ik naar hoofdstuk 2 waarin aandacht wordt besteed aan achtergrondinformatie.
1.1
Aanleiding
De gemeente Heusden kent veel waarde toe aan de Poort van Heusden te hechten (Gemeente Heusden, 2009). Een woordvoerder van de gemeente beschrijft het gebied in een interview met Omroep Brabant als “een van de mooiste plekken in onze gemeente, een centraal gelegen, prachtig groen gebied”. Hij vindt de kritische reactie van verschillende raadsleden op de nieuwe gebiedsvisie die is ontwikkeld daarom ook logisch, aangezien ze er een gebied van hoge kwaliteit willen realiseren (Bouma, 2011). Er zijn ook andere groepen die op dezelfde wijze hebben gereageerd zoals de bewoners. Het voormalige Land van Ooit ligt namelijk ingeklemd tussen de twee dorpen Nieuwkuijk en Drunen, waardoor het gebied voor beide dorpen van belang is. Daarbij grenst het aan de achtertuinen van de bewoners. Hun dagelijks leven zal dus direct worden beïnvloed door de nieuwe invulling van het gebied. Behalve deze bewoners zijn er ook nog vele anderen bij betrokken, zoals de Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden, die zich inzetten voor het landschap en de natuur. Gezien de waarde die de gemeente aan het gebied toedicht en de grote hoeveelheid betrokkenen vraagt dit project naar mijn idee om een gedegen gebiedsvisie waarvoor het draagvlak zo groot mogelijk is. Ik twijfel persoonlijk niet aan het onderzoek dat de gemeente op dit moment uitvoert als basis voor de gebiedsvisie (Bouma, 2011), maar wel aan de grootte van het draagvlak dat er voor deze visie zal zijn. Het ontbreekt hierbij namelijk aan integratie van betrokkenen (anders dan de provincie en marktpartijen) en in de verdere planvorming.
1.2
Draagvlak
Draagvlak wordt in de context van ruimtelijke planning en ontwerp beschreven als de steun of instemming die organisaties van de bevolking en meer specifiek van gebruikers willen hebben voor een nieuw plan of ontwerp (Elands en Turnhout, 2009). Het is een begrip dat op verschillende schaalniveaus speelt en per actor verschillende vormen kan aannemen. Zo maken Buijs, Coeterier, Filius, & Schöne (1998) onderscheid tussen:
14
- sociaal draagvlak dat betrekking heeft op individuele burgers - publiek draagvlak dat betrekking heeft op de publieke opinie - institutioneel draagvlak dat betrekking heeft op maatschappelijke organisaties - ambtelijk draagvlak dat betrekking heeft op ambtenaren - bestuurlijk draagvlak dat betrekking heeft op bestuurders lagere overheden - politiek draagvlak dat betrekking heeft op bestuurders van lagere overheden Zij beschrijven ook dat per genoemde actor de wijze waarop het draagvlak geuit wordt, verschilt. Zo gaat het bij sociaal draagvlak meestal over de houding en het gedrag van individuen, terwijl het bij institutioneel draagvlak bijvoorbeeld om organisatiegraad en netwerken gaat.
15
Verder kan draagvlak gezien worden als een dynamisch begrip dat wordt beïnvloed door ontwikkelingen in de maatschappij en in veel gevallen ook afhankelijk is van belangen die mensen of organisaties vertegenwoordigen (Buijs, Coeterier, Filius, & Schöne, 1998). Een bewoner van Drunen kan bijvoorbeeld in principe voor dorpsuitbreiding zijn totdat er plannen zijn om de akker achter zijn huis vol te bouwen. Het dynamische aspect blijkt echter ook uit het feit dat draagvlak gecreëerd kan worden. Hierbij valt te denken aan participatie waarbij gebruikers en andere actoren in meer of mindere mate betrokken worden tijdens een planproces (Arnstein 1969; Goodwin, 1998). Draagvlak heeft twee verschillende functies. Ten eerste wordt het gebruikt door organisaties om het belang van een bepaalde ingreep te onderstrepen. De tweede functie van draagvlak heeft te maken met onze democratische samenleving. De hoeveelheid draagvlak voor een bepaalde ingreep laat zien in hoeverre mensen het eens zijn met deze ingreep of het gevoerde beleid (Duineveld en Beunen, 2006). Al met al blijkt uit de literatuur dat draagvlak nodig is om beleid of plannen tot een succes te maken. Mensen moeten in staat kunnen zijn om het te accepteren en zich er vervolgens ook naar gedragen. Als dit niet het geval is kunnen mensen in protest komen en zal hetgeen dat is geïmplementeerd niet worden gebruikt zoals bedoeld is (Buijs, Coeterier, Filius, & Schöne, 1998).
1.3
Van draagvlak naar participatie
Er kan dus sprake zijn van actief draagvlak waarbij een bijdrage wordt geleverd, passief draagvlak waarbij er enkel sprake is van een positieve houding en ten slotte actieve en passieve weerstand waarbij het draagvlak
volledig ontbreekt (Buijs, Coeterier, Filius, & Schöne, 1998). In geval van weerstand onder de actoren kan men, zoals eerder beschreven, proberen om het draagvlak te gaan creëren door middel van participatie. Dit klinkt wellicht eenvoudig: als opdrachtgever (vaak een overheid) macht overdragen aan actoren. Hierbij moet opgemerkt worden dat de hoeveelheid macht die wordt overgedragen per situatie erg kan variëren, van (bijna) geen macht tot alle macht (Arnstein 1969; Goodwin, 1998).
1.4
Onderzoeksdoel
In dit onderzoek wil ik de gemeente Heusden enerzijds laten zien op welke manieren zij verschillende actoren kan betrekken bij het ontwikkelen van een gedegen gebiedsvisie voor de Poort van Heusden. Anderzijds wil ik laten zien welke gevolgen deze inbedding van participatie heeft voor de rol van gemeente Heusden en de betrokken actoren in het planvormingsproces. Figuur 1 Ligging gemeente Heusden.
1.5
Onderzoeksvragen
In dit onderzoek zal, uitgaand van het eerder geformuleerde doel, de volgende onderzoeksvraag worden beantwoord: Welke consequenties heeft het betrekken van belanghebbende actoren bij de ontwikkeling van een gebiedsvisie voor de Poort van Heusden, voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren in het planvormingsproces? Om deze onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden moeten eerst de volgende deelvragen worden beantwoord: - Wat is discoursanalyse en op welke manier kan het een bijdrage leveren aan dit onderzoek? - Welke discoursen zijn er in de wetenschappelijke literatuur te onderscheiden op het gebied van de inbedding van participatie in ruimtelijke planvormingsprocessen? - Wat zijn de belanghebbende actoren in het kader van de Poort van Heusden? - Hoe verhouden deze actoren zich tot elkaar en het plangebied? - Welke discoursen op het gebied van het gebruik van participatie voor de ontwikkeling van een ge biedsvisie voor de Poort van Heusden zijn er bij de actoren te onderscheiden? - Hoe verhouden de discoursen van de actoren met betrekking tot participatie zich ten opzichte van de discoursen uit de wetenschappelijke literatuur?
16
Met belanghebbende actoren wordt in deze context gedoeld op lokale partijen die direct of indirect beïnvloed worden door het uiteindelijke resultaat. Daarnaast zullen hierin ook actoren worden meegenomen die zelf van mening zijn betrokken te moeten worden, hoewel onduidelijk is of ze ook daadwerkelijk beïnvloed worden. Hierbij valt te denken aan omwonenden, de gemeente Heusden, eventuele actiegroepen en lokale politieke partijen (zie bijlage 1).
1.6
Opbouw scriptie
Na deze introductie volgt in het volgende hoofdstuk een korte beschrijving van de context van het voormalige Land van Ooit en de huidige Poort van Heusden. Hierin zal worden ingegaan op de ligging, de omgeving en de historie van het gebied evenals de ontwikkelingen die zich er vanaf het faillissement van het Land van Ooit hebben afgespeeld.
17
In het derde hoofdstuk zal ik mijn theoretisch kader beschrijven. Dit kader is gewijd aan discoursen en discoursanalyse. Deze theoretische begrippen vormen de basis voor dit onderzoek. In dit hoofdstuk zal worden toegelicht hoe deze begrippen in de wetenschappelijke literatuur beschreven worden en op welke manier ze gebruikt worden in mijn onderzoek. Ten slotte komt in dit hoofdstuk aan de orde welke methoden ik in dit onderzoek heb gebruikt. In hoofdstuk vier komt mijn normatief kader aan bod. Dit hoofdstuk zal dieper ingaan op de normatieve theorieën over participatie. Hierin zullen theorieën aan bod komen waarin de verschillen in machtsoverdracht zijn uitgewerkt en gemodelleerd. Aan de hand van deze theorieën zullen de discoursen, die in het volgende hoofdstuk worden beschreven, worden geëvalueerd. Hoofdstuk vijf is gewijd aan de discoursanalyse die ik uitgevoerd heb. Hierin zullen eerst de actoren worden beschreven die in dit onderzoek aan bod komen. Er zal hierbij worden gekeken naar de verhouding van de verschillende actoren ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het plangebied. Vervolgens wordt door middel van discoursen beschreven hoe deze actoren aankijken tegen participatie in het kader van de Poort van Heusden. De discoursen die hieruit voortkomen, zullen vervolgens vergeleken worden met die uit het normatieve kader. Het zesde en laatste hoofdstuk zal de belangrijkste conclusies uitlichten en zal terug komen op de onderzoeksvraag. Aan de hand van scenario’s die zijn gebaseerd op de normatieve en gevonden discoursen zal het antwoord op deze vraag worden gegeven.
2 Rondom de Poort van Heusden
Dit hoofdstuk geeft nadere informatie over het plangebied, de Poort van Heusden. Hierin zullen de ligging, omgeving, historie en ontwikkelingen rondom het voormalige Land van Ooit worden toegelicht.
2.1
19
Ligging
De Poort van Heusden, voormalig Land van Ooit, ligt in het zuiden van Nederland. In de Provincie Noord-Brabant tussen Waalwijk en ’s-Hertogenbosch. Om precies te zijn ligt het gebied als een soort buffer tussen de dorpen Drunen en Nieuwkuijk in de gemeente Heusden. De vestingstad Heusden ligt enkele kilometers ten noorden van het gebied en de Loonse en Drunense duinen enkele kilometers ten zuidwesten. Aan de oost- en westkant ligt het tegen bedrijventerreinen en enkele woningen van deze twee kernen aan. Aan de noordzijde ligt de grens bij de A59 en aan de zuidzijde een rustigere weg, de Bosscheweg.
2.2
Figuur 2 Ligging Poort van Heusden.
Omgeving
Het Heusdens Buro voor Toerisme beschrijft het gebied waar de Poort van Heusden onderdeel van is als een historisch waardevol gebied (2010). Ook in de beschrijving van Adriaan Haartsen over de historisch geografische regio Langstraat, waartoe het plangebied behoort, komt naar voren dat het gebied een diverse en rijke historie heeft waarvan nog vele elementen zichtbaar zijn in het landschap (2009). In dit landschap zijn bijvoorbeeld nog vele relicten aanwezig die wijzen op de strijd tegen het water die vroeger is gestreden. Verder is ook de vestingstad Heusden aan de Bergsche Maas op een paar kilometer afstand te vinden. Deze vesting maakte lange tijd deel uit van de Zuiderwaterlinie, waar veel fysieke strijd plaats vond. In 1815 werd deze linie echter overbodig doordat Nederland en België samen het Koninkrijk der Nederlanden gingen vormen. Na die tijd is de vesting in verval gekomen en pas in 1968 is men begonnen met vele restauraties. Dit heeft ertoe geleid dat de stadsmuur, vestingwerken en andere monumentale gebouwen in de stad nog goed bewaard gebleven zijn en de stad zijn uitstraling van de 17e eeuw behouden heeft (Heusdens Buro voor Toerisme, 2010).
Op ongeveer tien kilometer van de Poort van Heusden ligt het attractiepark de Efteling. Dit park is in 1952 opgericht en heeft behalve attracties ook veel theatervoorstellingen. Het is een groot park dat ieder seizoen weer veel mensen trekt. Zo was het park in 2009 volgens het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen met vier miljoen bezoekers voor het derde jaar op rij de best bezochte dag attractie van Nederland (NBTC, z.d.). Met dit hoge bezoekersaantal werd het attractiepark in hetzelfde jaar derde in Europees verband volgens de Themed Entertainment Association (TEA & AECOM Economics, 2010). Dit maakte de Efteling een grote concurrent van het attractiepark het Land van Ooit dat in haar beginjaren ongeveer 700.000 bezoekers trok. Ten zuiden van het plangebied ligt het Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen. Dit gebied bestaat voor het grootste deel uit stuifzanden en bossen van de Loonse en Drunense Duinen zelf. Verder bestaat het park uit het broeklandschap De Brand, wat slaat op het veen dat hier lange tijd als brandstof gewonnen werd, landgoed Plantloon, voormalig landbouwgebied Hengstven en het voormalig militair terrein de Distelberg dat sinds 2007 eigendom is van Natuurmonumenten. In het Nationaal Park zijn dus hele droge maar ook juist natte gebieden te vinden, waardoor er een grote diversiteit aan planten en dieren te vinden is. Verder is het park ook belangrijk op het gebied van cultuur door het landgoed, de randwallen om de stuifzanden en de vele oude voorwerpen die in het zand te vinden zijn. Verder zijn er ook vijf oorlogsmonumenten in het park te vinden (Nationaal Park Loonse en Drunense Duinen, z.d.).
2.3
Historie
Lang voordat het Land van Ooit werd opgericht stond het gebied al bekend als het landgoed d’ Oultremont. Op dit landgoed stond het kasteel Steenenburg, waarvan sinds 1795 na een aanval van de Fransen, alleen nog het poortgebouw over gebleven is. Ruim een eeuw later is het gebouw echter weer gerenoveerd. Voor de oprichting van het Land van Ooit is het gebouw nog gerestaureerd en is het, geheel in de stijl van het attractiepark, roze geverfd (Van Hulten, 2002). Het kasteel heeft de status van Rijksmonument, eventuele ingrepen zijn door deze beschermde status aan strikte voorwaarden verbonden. Behalve dit kasteel werd het oorspronkelijke landgoed gewaardeerd om haar historische lanen en de tuin van het kasteel. Van oorsprong was het landgoed veel groter dan zijn huidige omvang, het omvatte nog enkele naastgelegen akkers (Gemeente Heusden, 2009). Vanaf 1938 was het landgoed onderdeel van de kwekerij Roestenburg. Zij zijn vanaf de jaren zeventig gaan uitbreiden naar de huidige locatie, ten zuiden van het landgoed, en hebben uiteindelijk in de jaren negentig alle grond verkocht aan de heer Taminiau die hier het Land van Ooit begon (Roestenburg Kwekerijen, z.d.).
20
2.4
Huidige ontwikkelingen
Bij de bekendmaking van het faillissement van het Land van Ooit in 2007 meldde de NOS dat er al een overnamekandidaat voor het park was gevonden (Redactie NOS, 2007). Nog geen maand later kocht de gemeente Heusden echter het grondgebied zelf voor ongeveer vijftien miljoen euro. Het college vermeldde dat het hierbij ging om een strategische zet aangezien de gemeente wilde zorgen dat zij zelf in handen had wat er met het gebied zou gaan gebeuren. Op deze manier kon de gemeente vrij snel na de aankoop met een deel van het grondgebied aan de slag. Zo is een parallelweg doorgetrokken en zijn er voorbereidingen getroffen voor de aanleg van het Ei van Drunen, dat de verbinding van het gebied met de A59 zou moeten verbeteren (Anoniem, 2008; Redactie Scherper, 2008).
21
In de periode hierna is de gemeente Heusden op zoek gegaan naar een exploitant die er weer een (nieuw) ‘toeristisch attractiepunt van bovenregionale betekenis’ van zou willen maken. De gemeente heeft hiervoor een gebiedsvisie gemaakt. Uit deze visie blijkt dat de exploitant het hele grondgebied van de Poort van Heusden mag gaan ontwikkelen en dat de gemeente zelf buiten dit grondgebied het bedrijventerrein uitbreidt (Gemeente Heusden, 2009). In het hierop volgende jaar waren er echter weinig enthousiaste exploitanten die reageerden. In september 2010 is de gemeente gaan onderhandelen met de twee geïnteresseerden, maar zij waren volgens de gemeente beiden niet bereid voldoende te betalen. Hierop heeft ze besloten om het gebied zelf te gaan ontwikkelen waarvoor een nieuwe gebiedsvisie gemaakt is, Figuur 3 Som der Delen (Gemeente Heusden, 2011). namelijk de Som der Delen (Musters, 2011). In deze visie wordt de Poort van Heusden in meerdere gebieden verdeeld waar woningbouw (oranje), bedrijven (groen) en een attractiepunt (opgezet door een marktpartij) zouden moeten komen. Deze marktpartij krijgt dus het oorspronkelijke landgoed in handen (rood), dat voor een deel wordt open gesteld voor publiek zodat dit als ecologische en recreatieve verbindingszone kan gaan functioneren. Met deze nieuwe plannen probeert gemeente de gemaakte kosten (ondertussen ongeveer achttien miljoen) terug te verdienen (Gemeente Heusden, 2011).
Op deze nieuwe visie is vanuit verschillende hoeken kritiek geuit. De lokale afdeling van GroenLinks bijvoorbeeld. Fractievoorzitter Mart van der Poel laat in een interview met Omroep Brabant weten zich namens zijn partij “grote zorgen te maken” aangezien een villawijk aan weerszijden van de oprijlaan volgens hem “grote afbreuk doet aan het aan het landgoed zoals dat er al eeuwen ligt”. Verder geeft hij aan niet koste wat kost het totale bedrag dat de gemeente er tot nu toe aan kwijt is terug te hoeven zien (Oosterveld & Piels, 2011). Ook andere partijen hebben kritisch gereageerd op de plannen. Zo wijst de lokale partij Gemeentebelangen Heusden op de economische crisis die roet in het eten kan strooien bij de ontwikkeling van huizen en bedrijventerreinen (Musters, 2011). Verder heeft ook de Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden (NMV) bezwaar gemaakt tegen de plannen en inspraak gevraagd in de bestemming van het voormalige Land van Ooit (Peters, Van der Linden & Maaywee, 2009). Ook de gemeente ziet in dat het ondertussen een steeds problematischere zaak aan het worden is. Zo erkent een woordvoerder van de gemeente Heusden in een interview met Omroep Brabant dat het voormalige Land van Ooit ondertussen momenteel een “buikpijndossier” wordt genoemd. Ieder jaar is de gemeente hieraan namelijk een miljoen euro aan rente en onderhoud kwijt. Deze kosten komen bovenop het aankoopbedrag van vijftien miljoen euro (Bouma, 2011). In maart 2011 zijn de nieuwe plannen besproken in de gemeenteraad, maar volgens Mart van der Poel is hier nog geen besluit over genomen. Wel is bekend gemaakt dat er een onderzoek wordt opgestart naar een nieuwe bestemming voor het voormalige Land van Ooit. Hierin zal op basis van een onderzoek naar de landschappelijke kenmerken en gesprekken met marktpartijen en de provincie worden onderzocht “wat er qua bouw en ontwikkeling mogelijk is en wat de markt wil” aldus een woordvoerder van de gemeente Heusden in een interview met Omroep Brabant (Bouma, 2011). Dit komt het neer op een onderzoek naar de haalbaarheid van de gebiedsvisie de Som der Delen. Van dit onderzoek zijn tot dusverre geen resultaten bekend.
22
23
3 Theoretisch & methodisch kader
In mijn eerste jaar als landschapsarchitect is mij een methode aangeleerd om het landschap te analyseren. Hierbij werd verteld dat het landschap door verschillende figuurlijke brillen bekeken moest worden. Zo werd er bijvoorbeeld door een economische en een ecologische bril gekeken. Per bril werd bekeken in hoeverre aspecten van het landschap waardevol zouden (kunnen) zijn. Het kon voorkomen dat een plek met een natuurlijke oever vanuit de economische bril weinig waarde had, aangezien op die kostbare ruimte bijvoorbeeld ook een kantoor had kunnen staan, terwijl het vanuit de ecologische bril gezien juist zeer waardevol was. In mijn onderzoek probeer ik te ontdekken hoe de verschillende actoren zich tot elkaar, het plangebied de Poort van Heusden en participatie verhouden. Hierbij komen verschillende discoursen, visies en ideeën van deze actoren over de Poort van Heusden aan de orde. Het is goed voor te stellen dat een bewoner van de Poort van Heusden zijn omgeving graag zo laat als het is, terwijl een ondernemer het gebied wil gebruiken voor de uitbreiding van zijn bedrijf. Discoursanalyse is een methode om de verschillende betekenissen die mensen aan een plek toekennen, bloot te leggen alsook hun onderlinge belangentegenstellingen. Voordat wordt uitgelegd hoe dit in zijn werk gaat zal eerst het begrip discours nader worden uitgewerkt. Tot slot wordt in dit hoofdstuk beschreven welke andere methoden er voor dit onderzoek zijn gebruikt.
25
3.1
Discoursen
De filosoof Foucault beschrijft het als volgt: “een discours is een manier van spreken over de werkelijkheid, een samenhangend geheel aan vooronderstellingen over die werkelijkheid, daaraan gekoppeld een blik die sommige dingen naar voren haalt, andere onderbelicht laat” (Assche, 2001 geciteerd in: Duineveld & Lengkeek, 2002, p. 31). Een discours bestaat dus uit meerdere aannames of veronderstellingen over de werkelijkheid die voor iedereen anders kunnen zijn. Vanuit deze aannames creëren mensen volgens Foucault een soort visie die bepalend is voor wat ze belangrijk en onbelangrijk vinden. Het feit dat mensen vanuit een bepaalde visie of blik de wereld bekijken geeft aan dat men eigenlijk een selectie maakt van wat de moeite (van het observeren of ervaren) waard is. Foucault beweert verder dat iemands werkelijkheidsbeeld enkel afhankelijk is van de betekenissen die hij of zij aan dingen toekent en daarmee van zijn of haar discours (Duineveld & Lengkeek, 2002). Volgens Maarten Hajer kan een discours omschreven worden als “A specific ensemble of ideas, concepts and categorizations that are produced, reproduced and transformed in a particular set of practices and through which meaning is given to physical and social realities.” (1995, p. 44). Hij beschrijft het ook als een geheel dat bestaat uit verschillende delen (de aannames volgens Foucault of volgens Hajer ideeën, concepten en catego-
riseringen). Hajer heeft zijn theorie gebaseerd op die van Foucault. Waar Foucault het begrip echter beperkt tot een manier van spreken en denken beschouwt Hajer het veel breder, namelijk als een “bepaalde set van praktijken”. Een discours bepaalt volgens hem bewust of onbewust de structuur van hoe mensen in bepaalde praktijken handelen. Met praktijken bedoelt hij routines, normen en regels die binnen een discours gelden (Schuurman, 2010). Volgens Hajer wordt een werkelijkheidsbeeld (onder andere) gevormd door de positie die een persoon inneemt in de maatschappij of binnen een organisatie (Hajer, 1989). Dit hangt samen met het standpunt van Foucault dat een discours bestaat uit macht en autoriteit (Schuurman, 2010). Uitspraken en handelingen van mensen worden bepaald door hun belangen. Zo wil de bewoner die in de inleiding werd genoemd een fijne leefomgeving en is daarom van mening dat er geen veranderingen plaats moeten vinden. Schuurman vat dit als volgt samen: “het toepassen van macht, een uiting van discoursen, vindt plaats in praktijken” (2010, p. 25). Foucault vertegenwoordigt met zijn theorie een belangrijke stroming binnen de discoursanalyse die zich focust op de redenen en belangen (of macht) die achter discoursen schuil gaan. De andere stroming binnen de discourscoursanalyse kijkt meer taalkundig naar discoursen en probeert op deze manier de betekenis van gesproken en geschreven taal te verklaren (Schuurman, 2010). In dit onderzoek ga ik uit van de Foucaultiaanse stroming binnen de discoursanalyse. Discours is voor mij een manier van kijken naar de wereld die bepalend is voor hoe men omgaat met die wereld. Het komt dus tot uiting in de manier waarop men denkt, spreekt en handelt en wordt beïnvloed door belangen van personen. Discourstheorieën gaan ervan uit dat er geen sprake is van een algemeen geldende discours (Coeterier, 2000; Duineveld & Lengkeek, 2002). Zoals eerder is beschreven creëren alle personen op de wereld eigen werkelijkheden. Het bestaan van meerdere werkelijkheden of waarheden doordat mensen zelf betekenissen en waardes toekennen aan hun omgeving is een van de uitgangspunten van het sociaal constructivisme (Schuurman, 2010). Deze benadering wordt ook onderschreven door Löfgren. Hij spreekt van mindscape en landscape om te benadrukken dat er eigenlijk maar één echte, fysieke wereld is en vele verschillende mindscapes (Löfgren, 1994). Mindscapes zijn per persoon verschillend, omdat mensen een bepaald landschap op een andere manier waarnemen (bijvoorbeeld afhankelijk van hun persoonlijke kennis over ecologie) en er daardoor ook hele andere waarden aan hechten. Er bestaat dus een heel scala aan discoursen over de hele wereld, maar deze kunnen onderling wel op bepaalde elementen wel met elkaar overeenkomen. Castells noemt een groep die een bepaald discours aanhangt een
26
cultural community. Binnen dit soort groepen geven mensen ongeveer dezelfde betekenissen aan de wereld en gaan zij ongeveer het zelfde met de wereld om (Lengkeek, 2001). Deze beschrijving komt dicht in de buurt van de wijze waarop Aarts cultuur beschrijft, als een model van en voor de werkelijkheid is. Dit model laat zien hoe de wereld in elkaar zit en hoe er met die werkelijkheid omgegaan moet worden (Aarts, 1998). Cultuur is een begrip dat meer algemeen bekend is. Zo spreekt men in Nederland vaak van een multiculturele samenleving, dat volgens de Van Dale niets meer betekent dan een samenleving die “uit (elementen van) verschillende culturen is samengesteld” (Den Boon & Geeraerts, 2005). Hierbij moet nog wel vermeld worden dat het niet mogelijk is om lid te zijn van een discours (of een cultuur). Bos legt dit als volgt uit: “toegang tot een discours wordt gelimiteerd doordat alleen individuen (of organisaties) die zich de taal van het discours hebben eigen gemaakt mee kunnen doen in de interacties die voortkomen uit het discours” (2007, geciteerd in: Schuurman, 2010). Hieruit kan geconcludeerd worden dat discoursen los staan van individuen. Dit betekent in theorie dat er op meerdere plekken in de wereld mensen of groepen zijn die binnen dezelfde discours te plaatsen zijn, zonder dat zij dit van elkaar weten. Als een persoon die een bepaald discours aanhangt komt te overlijden is daarmee dus niet gelijk het discours verdwenen, aangezien er altijd nog andere mensen zullen zijn. Wat dat betreft werkt het bij discoursen op dezelfde wijze als bij een geloof. Zonder de paus zal het katholicisme niet verdwijnen, aangezien het gedachtegoed over vele mensen is verspreid.
27 3.2.
Discoursanalyse
Bij discoursanalyse gaat het enerzijds om manieren van denken over discours en aan de andere kant om wijze waarop discoursen als gegevens kunnen worden gebruikt (Wood & Kroger 2000). Deze vorm van analyse kan verschillend worden uitgelegd, maar in het algemeen wordt het gezien als een analysemethode waarbij discours wordt bestudeerd als geschreven en gesproken taal in een sociale context (Potter, 1997). Hierbij gaat het in dit onderzoek niet om de woorden en spelling van de taal zelf, maar juist wat men door het schrijven of spreken van de taal wil zeggen. Anders gezegd: hoe men de taal (en de woorden) gebruikt. Op deze manier wordt geprobeerd om verschillende discoursen als “systematisch georganiseerde reeksen statements die uitdrukking geven aan de betekenissen en waarden van een instelling (of persoon)” uit de tekst te kunnen halen (Kress, 1989, p. 7). Het gaat dus enerzijds om de inhoud en anderzijds om de reden achter de uitspraak of de tekst. Discoursen komen, zoals eerder genoemd, tot uitdrukking in een sociale context. Hierbij gaat het om interacties waarin verschillende personen of organisaties dezelfde opvattingen delen. Deze interacties kunnen van invloed zijn op het discours en moeten daarom goed in beeld worden gebracht volgens Hajer (Schuurman, 2010).
3.3
Methoden
Dit onderzoek kan worden gekarakteriseerd als een beschrijvend onderzoek. De methoden die zijn toegepast zijn daarom kwalitatief van aard. Zo zijn er primaire en secundaire informatiebronnen gebruikt. Voor het schrijven van de twee theoretische kaders heb ik wetenschappelijke literatuur over discoursanalyse en participatie bestudeerd. De literatuur over discoursanalyse heb ik enerzijds gebruikt als achtergrondinformatie en anderzijds om de methodiek toe te lichten. De literatuur over participatie heb ik gebruikt om een normatief kader op te zetten om de discoursen te kunnen evalueren. Voor de discoursanalyse heb ik ten eerste boeken, internetsites en nieuwsberichten van (lokale) kranten en omroepen bestudeerd. Daarnaast ben ik naar de Poort van Heusden en de omliggende dorpen gegaan om daar de actoren te kunnen interviewen. Er was hierbij sprake van semi-gestructureerde interviews, wat inhoudt dat ik heb gewerkt met een topiclijst als leidraad voor de interviews (Kumar, 2005). Het hing echter van de geïnterviewde af welke onderwerpen meer of minder werden belicht. Daarnaast ben ik steeds ingegaan op de antwoorden die werden gegeven. Aan de hand van de resultaten van de analyse van de geschreven bronnen heb ik bepaald welke actoren ik ben gaan interviewen. In de bijlages zijn twee schema’s te vinden waarin overzicht wordt gegeven van de actoren en de personen die ik uiteindelijk heb geïnterviewd. De interviews met de contactpersonen vanuit de gemeente Heusden hebben via emailcontact plaats gevonden.
28
29
4 Normatief kader
In een eerder uitgevoerd literatuuronderzoek naar participatie heb ik samen met een medestudente gezocht naar wat volgens de wetenschappelijke literatuur de ‘beste’ methode is om bewoners en/of gebruikers te betrekken bij planvormingsprocessen. Op deze vraag was helaas geen eenduidig antwoord te geven. Wel konden er voorwaarden worden opgesteld die kunnen leiden tot een verantwoorde keuze uit de bestaande methoden. De voorwaarden maakten duidelijk dat er onder andere gelet moet worden op welk doel de opdrachtgever met het participatieproces wil bereiken en hoeveel macht hij of zij wil overdragen aan de participanten. Hierover bestaan namelijk veel verschillende discoursen die door vele theoretici in beeld zijn gebracht. In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan de theorie die hierin (volgens het literatuuronderzoek) het beste is geslaagd. Hierbij zal worden toegelicht hoe deze theorie in dit onderzoek wordt gebruikt. Eerst zal er echter worden ingegaan op wat participatie volgens de wetenschappelijke literatuur precies is. De informatie over participatie uit dit hoofdstuk is grotendeels afkomstig uit het (niet gepubliceerde) literatuuronderzoek.
4.1
31
Participatie
Bij participatie draagt de overheid een deel van de macht over aan burgers die normaal van dit proces zijn uitgesloten. De macht wordt dus als het ware opnieuw of in ieder geval op een andere wijze verdeeld (Arnstein 1969; Goodwin, 1998). In plaats van één actor (de overheid) zijn er dus meerdere actoren die invloed kunnen uitoefenen op het gevoerde beleid en de gemaakte plannen (Vreke e.a., 2009). Participatie wordt in de wetenschappelijke literatuur gezien als een positieve bijdrage aan planprocessen en beleid (Arnstein 1969; Goodwin, 1998). Het is een relatief begrip aangezien het voor iedere situatie weer anders ingevuld kan worden, dit maakt het tevens dynamisch (Glicken, 2000). Hierdoor is het echter wel een heel breed begrip waar men over de hele wereld eigen invullingen aan geeft.
4.2
Belangen
Mensen ervaren participatie dus als iets ‘goeds’, waardoor het begrip positieve associaties met zich mee brengt. Dit is een van de redenen waarom men belang hecht aan het gebruik van participatie tijdens planprocessen. Er spelen echter nog andere belangen bij de keuze voor het gebruik van participatie. Voor de overheid, maar ook voor andere opdrachtgevers is het van belang dat beleid en plannen worden geaccepteerd in de samenleving. Anders gezegd moet er sprake zijn van draagvlak, om het beleid effectief te laten zijn. Zoals eerder is genoemd
kan draagvlak gecreëerd worden door middel van participatie (Chess en Purcell, 1999; Yearley e.a., 2003; Evans-Cowley en Hollander, 2010). Verder is participatie een methode om besluitvorming democratischer te maken, doordat iedereen in principe de kans heeft om bij het proces betrokken te worden (Yearley e.a., 2003; Lofthus Hope en Amdahl, 2011). Door gebruik te maken van kennis van lokale bewoners en/of gebruikers (hun beleving en waardering) bij de ontwikkeling van plannen is het mogelijk om tot volledigere en gebruiksvriendelijkere eindproducten te komen (Renn, 1993; Glicken, 2000; Lofthus Hope en Amdahl, 2011). Ten slotte kan participatie ook bijdragen aan het verminderen van de kloof tussen burgers en de overheid. Doordat er met elkaar wordt samen gewerkt weten beiden meer van elkaar en wordt het inlevingsvermogen voor elkaars ideeën vergroot (Goodwin, 1998).
4.3
Participatieladder
Participatie is een heel breed begrip met veel verschillende invullingen waar vele discoursen over bestaan. Shelly Arnstein heeft in 1969 met de Participatieladder een eerste poging gedaan om al deze verschillende discoursen te ordenen en ten opzichte van elkaar te plaatsen. Hieruit is een ladder met acht discoursen ontstaan, waarbij geldt hoe hoger op de ladder hoe meer macht er aan de actoren wordt overgedragen en des te meer zij dus worden betrokken. Arnstein was van mening dat sommige van de bestaande discoursen (Nonparticipation) helemaal niet vallen onder participatie. Bij deze discoursen is er sprake van manipulatie van de actoren door de overheid. Hierbij wordt er dus geen macht overgedragen, maar wordt er enkel geprobeerd om de actoren zo van mening te doen veranderen (Arnstein, 1969).
32
Figuur 4 Participatieladder (Arnstein, 1969).
Geredeneerd vanuit de theorieën die later ontwikkeld zijn, kan gesteld worden dat de Participatieladder een succesvolle poging is geweest. De Ladder is (en wordt) gebruikt als basis voor deze nieuwere theorieën. Vele theoretici hebben namelijk met een eigen versie gereageerd op de Participatieladder of hebben de ladder naar eigen inzichten aangepast.
4.4
Participatiespectrum
Een van deze theorieën is het Participatiespectrum. Het Spectrum is ontwikkeld door de International Association of Public Participation, afgekort IAP2 (Stout, z.d.). De ladder is hierbij uit beeld verdwenen, maar de oorspronkelijke discoursen zijn (onder een andere naam) nog wel terug te vinden. Vergeleken met de Participatieladder en andere nieuwe theorieën geeft deze het best een duidelijk overzicht van de verschillende discoursen die er bestaan. Daarnaast is per discours het bijbehorende doel of belang, de houding ten opzicht van participanten en voorbeelden bij dit discours beschreven. Op deze manier kan het Spectrum ook gebruikt worden als een soort checklist voor een overheid of opdrachtgever om te controleren welk discours passend is in een bepaalde situatie. Een extra toegevoegde waarde hierbij is dat er voorbeelden worden gegeven van methoden die per type bruikbaar zijn.
4.5
Discoursen van het Participatiespectrum
In het schema (zie volgende pagina) zijn de vijf discoursen te vinden die in het Participatiespectrum worden onderscheiden, namelijk Inform, Consult, Involve, Collaborate en Empower.
33
- Inform Het idee achter dit discours is dat de participanten uitgebreid en objectief worden geïnformeerd. Zodat zij het probleem begrijpen, op de hoogte zijn van de mogelijke (alternatieve) oplossingen en een gegronde mening kunnen vormen over het geheel. - Consult Centraal in dit discours staat dat participanten commentaar kunnen geven over de analyse die door de opdrachtgever gedaan is, de alternatieven die zij biedt en/of de besluiten die de opdrachtgever wil gaan nemen of heeft genomen. De opdrachtgever kan de participanten kortom dus raadplegen voor hun mening over het onderwerp. - Involve Dit discours gaat er van uit dat de opdrachtgever tijdens het hele proces de participanten direct betrekt. Dit moet ervoor zorgen dat de belangen en wensen van de participanten goed worden begrepen en goed worden overwogen.
- Collaborate Bij deze discours draait het om een samenwerking tussen de opdrachtgever en de participanten. Deze samenwerking vindt tijdens alle fases van de besluitvorming plaats, ook bij de ontwikkeling van alternatieven en bij het kiezen van de oplossing die de voorkeur heeft. - Empower Dit discours is de laatste van het Spectrum en daarmee vergelijkbaar met de hoogste trede van de Participatieladder. Hierbij wordt de meeste (zo niet alle) macht overgedragen aan de participanten. Dit houdt in dat zij in plaats van de opdrachtgever de uiteindelijke keuze mogen maken welk besluit er genomen moet worden. De categorie Nonparticipaton van Arnstein is hierin niet gebruikt, omdat er wordt uitgegaan van discoursen waarbij er enige vorm van macht wordt overgedragen aan de participanten (DSE, 2009; IAP2, 2007). Ten slotte moet vermeld worden dat de verschillende discoursen eigenlijk een optelsom vormen. Per discours is alleen weergegeven wat is toegevoegd ten opzichte van de voorgaande discoursen. Het laatste discours, Empower in dit geval, bevat dus eigenlijk alle discoursen en voegt daar de definitieve besluitvorming aan toe. De taak van de participant wordt hierdoor per discours steeds groter en het geheel zal dus meer tijd vragen van de participant. Wat taken betreft kost het de opdrachtgever minder tijd. Echter, het gehele proces zal nog wel begeleid en geëvalueerd moeten worden.
4.6
Toepassing in onderzoek
Het Participatiespectrum gebruik ik als normatief kader voor mijn onderzoek. De discoursen die volgen uit mijn analyse van actoren zal ik evalueren door middel van de participatieniveaus uit het spectrum. Hierbij zullen beiden met elkaar vergeleken worden om te kijken hoe ze zich tot elkaar verhouden. In de conclusie zal aan de hand van de participatieniveaus worden aangegeven hoe het participatieproces voor de Poort van Heusden eruit zou kunnen zien en welke gevolgen dit heeft voor de actoren, afgaande op hun discoursen.
34
35
Figuur 5 Participatiespectrum (IAP2, 2007b).
5 Discoursanalyse
5.1
Actoren in beeld
Om een overzicht te kunnen maken van de betrokken actoren, ben ik op zoek gegaan naar personen, groepen, stichtingen en organisaties (binnen en buiten de overheid) die ‘iets te maken (willen) hebben met’ de Poort van Heusden of het voormalige Land van Ooit. Hierbij moet vermeld worden dat dit overzicht niet compleet en enigszins vereenvoudigd is. Wegens tijdgebrek heb ik een keuze moeten maken tussen welke actoren ik wel en niet mee neem in dit onderzoek. Deze keuze heb ik gebaseerd op de hoeveelheid informatie die over de actoren te vinden was en de mogelijkheid om de actoren te interviewen. Daardoor staat er bijvoorbeeld maar één politieke partij in dit overzicht en zijn er geen andere grondeigenaren dan de gemeente en geen fans van het Land van Ooit in te vinden. In dit hoofdstuk zal eerst aandacht besteed worden aan de actoren zelf en hun beleving en waardering van de Poort van Heusden. Vervolgens zal worden ingegaan op de discoursen van de verschillende actoren met betrekking tot participatie bij de planvorming van het gebied.
37
5.1.1 Gemeente Heusden Het discours van de gemeente Heusden is in de introductie reeds aan bod gekomen, maar zal hier nog verder worden uitgewerkt. Oscar van Limburg werkt bij de gemeente Heusden bij het team ontwikkeling, onderzoek en projecten en is contactpersoon voor de Poort van Heusden. Van Limburg laat mij in een e-mail weten dat de gemeente de Poort van Heusden waardevol vindt en dat het gebied daarom deze naam heeft gekregen. Het gebied dient als ‘poort’ voor de gehele gemeente Heusden. Deze visie sluit aan bij een uitlating van een woordvoerder van de gemeente in een interview met Omroep Brabant die al eerder werd aangehaald. Hij omschrijft de Poort van Heusden als “een van de mooiste plekken in onze gemeente, een centraal gelegen, prachtig groen gebied” (Bouma, 2011). Op de site van de gemeente wordt vooral gewezen op de natuurwaarden van het gebied “het prachtige natuurgebied van de Poort van Heusden (…)” (Buijs, z.d.). Voor de gemeente Heusden, als grondeigenaar, zijn er op dit moment echter ook andere zaken die van invloed zijn op hoe ze met het voormalige themapark om gaat. Financieel gezien is het gebied voor de gemeente namelijk ook van grote waarde aangezien ze er inmiddels ongeveer achttien miljoen euro in heeft geïnvesteerd. De gemeente wenst dit bedrag in de toekomst weer terug te verdienen met de nieuwe inrichting van het gebied. Daarom stelt zij voor een deel van het gebied te bebouwen met villa’s en een ander deel beschikbaar te stellen voor het uitbreiden van het bedrijventerrein van Drunen (Oosterveld & Piels, 2011). Hierbij moet
vermeld worden dat de gemeente eerder ook al een deel van het gebied heeft opgeofferd voor de aanleg van een aansluiting op de A59. Al met al is de gemeente dus wel bereid om ingrepen en aanpassingen ten koste van het naar eigen zeggen waardevolle gebied uit te voeren. 5.1.2 GroenLinks In de introductie kwam al kort een reactie op de gebiedsvisie van de fractievoorzitter van GroenLinks, Mart van der Poel, naar voren. Via e-mail heeft hij mij het discours van zijn partij wat betreft de Poort van Heusden verder toegelicht. Van der Poel geeft ten eerste aan dat GroenLinks “buitengewoon veel waarde” hecht aan de Poort van Heusden aangezien het gebied “een grote cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde” heeft. Deze waarden dienen volgens de partij behouden te blijven. Daarom, zo geeft Van der Poel aan, “is verdere aantasting van het landgoed door huizenbouw of bedrijventerreinen zeer onwenselijk”. Waarmee hij doelt op de hierboven beschreven plannen van de gemeente Heusden waarover hij zich namens de partij bezorgd had geuit zoals in de introductie reeds naar voren kwam. Deze bezorgdheid richt zich dus vooral op de bouwplannen van de gemeente zoals hij nog verder toelicht: “Wij vinden het open gebied (brede bomenlaan met aangrenzend landbouwgronden) een essentieel onderdeel van het landgoed. Bovendien is het nu nog een groene buffer tussen Nieuwkuijk en Drunen en dat moet zo blijven. Er worden al meer dan genoeg woningen bijgebouwd in onze gemeente (twee grote projecten: Geerpark en de Grassen in Vlijmen). Verder wil men aan de noordoostkant bedrijventerrein maken en ook daarvan hebben we meer dan genoeg in Heusden. Bovendien ontneem je een mogelijke exploitant van het middengebied de kans om later in die richting uit te breiden.” Deze visie komt niet zomaar uit de lucht vallen, GroenLinks is altijd tegen meer bebouwing op het landgoed geweest. Toen het Land van Ooit wilde uitbreiden (zie kader) heeft de partij zich hier bijvoorbeeld ook tegen verzet. De fractievoorzitter heeft niet alleen kritiek op de gebiedsvisie van 2009 van de gemeente Heusden. Hij beschrijft de “versterking van de ecologische structuur en de versterking van de recreatieve waarde, door het landgoed openbaar toegankelijk te maken” namelijk juist als positieve ontwikkelingen voor het gebied.
38
“In 2002 kwam Marc Taminiau met uitbreidings- en vernieuwingsplannen die zijn park een compleet nieuw elan moesten geven. Het plan Tachtig Torens omvatte twee nieuwe theaters – het Manegetheater en het Circustheater – een kinderdagverblijf, een nieuw parkeerterrein en aanvankelijk zelfs een hotel. Die ambitieuze plannen zijn nimmer uitgevoerd, wat volgens Taminiau in hoofdzaak te wijten was aan de gemeente Heusden. Hij zou te maken hebben gehad met tergend traag draaiende ambtelijke molens, met niet minder dan negen verschillende ambtelijke projectleiders en vijf verantwoordelijk wethouders. Jarenlang gebeurde er niets wezenlijks meer in en met het Land van Ooit. De plannen voor Tachtig Torens vergeelden” (Van Esch, z.d.).
5.1.3 Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden (NMV) De NMH is een lokale vereniging die zich binnen de gemeente Heusden inzet voor het behoud en de ontwikkeling van natuur en voor het milieu. De vereniging houdt zich onder andere bezig met het organiseren van activiteiten die te maken hebben met haar vakgebied en legt contact met andere organisaties die voor de NMV belangrijk zijn. De vereniging onderhoudt contacten met onder andere de gemeente, de (milieu-) politie, Rijkswaterstaat en Natuurmonumenten.
39
De vereniging heeft de gemeente Heusden opgedeeld in verschillende werkgebieden waarvan de Poort van Heusden er één is, wat al aangeeft dat de NMV het gebied erg belangrijk vindt. De vereniging wijst vooral op de landschappelijke, ecologische en natuurwaarden van het gebied (Van der Meijden, 2009, p. 28). In het verenigingsblad ‘Natuurlijk’ (editie maart 2009) worden hun wensen ten aanzien van de nieuwe ontwikkelingen van dit gebied beschreven. De NMV wil dat de Poort van Heusden onderdeel gaat uitmaken van de landschappelijke zone. Op deze wijze draagt het bij aan de ecologische waarde van de omgeving doordat er een noord-zuid verbinding blijft. Ze wijst hierbij ook op de recreatieve functie “de landschappelijke zone vormt tevens de poort waardoor alle kernen via het groene hart landschappelijk met elkaar verbonden kunnen blijven” (Van der Meijden, 2009, p. 29). Verder wordt hierin aangegeven dat de NMV wil voorkomen dat dorpen tegen elkaar aan groeien en worden ingeklemd door bedrijventerreinen en tuinbouw. De herkenbaarheid en leefbaarheid van de dorpen zou hierdoor in het gedrang komen. 5.1.4 Bewoners & omwonenden Poort van Heusden De bewoners zijn allen van mening dat het een mooie plek is om te wonen vanwege het vele groen, de rust en de ruimte. Voor de omwonenden is ook het vrije uitzicht op het landgoed waardevol. Tijdens de periode dat het Land van Ooit was opgesteld, is er weleens sprake geweest van geluidsoverlast. Dit heeft echter nooit tot grote problemen geleid; men was er aan gewend en paste zich aan.
Wat mij is opgevallen aan uitspraken van bewoners is dat velen hecht verbonden zijn geweest met het voormalige Land van Ooit. Bij sommigen in de zin van familiegeschiedenis, anderen zijn zelf werkzaam geweest in dienst van park of bezaten er grond voordat het park er kwam. Afhankelijk van hoe voormalig eigenaar met hen is omgegaan verschillen mensen in hun mening over hem. Uit enkele verhalen bleek dat de situatie zelfs nu nog gevoelig ligt bij de bewoners. “Hij [de eigenaar] betaalde de mensen nooit en daar is de groenteboer aan failliet gegaan. Die mensen hadden het al zwaar en zijn er helemaal aan kapot gegaan”. Wat de toekomst betreft geven de meesten aan het voormalige park graag openbaar toegankelijk te zien. Zij moeten er echter niet aan denken dat er villa’s rondom de laan worden gebouwd, aangezien hun uitzicht en de natuurlijke uitstraling van het gebied dan zal verdwijnen. Echte zorgen maakt men zich echter niet, zoals een bewoonster het verwoordt “het zal allemaal wel meevallen, veel geblèr en weinig woorden”. Waarmee ze wil zeggen dat het nog heel lang zou kunnen duren voordat de gemeente echt gaat bouwen als het er überhaupt van komt. Voor de omwonenden aan de Drunense kant geldt dit bezwaar tegen woningbouw minder (de meningen verschillen). Zij hebben namelijk geen uitzicht op het park omdat daar een ruime bosrand voor zit. Wat dat betreft hebben zij dus ook minder direct contact met de Poort van Heusden. Een mevrouw laat weten dat villa’s voor haar niet echt een probleem zijn, wel als dat gepaard gaat met grote verkeersdrukte. 5.1.5 Bewoners Nieuwkuijk Deze bewoners waarderen de Poort van Heusden om de rust en het groen. Vooral de laan vindt men mooi. Sommige bewoners komen hier regelmatig om er bijvoorbeeld met hun honden te wandelen, want daarvoor biedt het de ideale gelegenheid. Er is echter ook een deel van de bewoners die er juist niet zoveel om geven. Niet iedereen is ook even adequaat geïnformeerd over de plannen van de gemeente. Zij vernemen de informatie vooral uit de lokale kranten. In de toekomst zouden zij willen dat het voormalige park weer toegankelijk wordt, zodat ze ook in het park kunnen wandelen. Een bewoner wijst echter wel op het nadeel dat jongeren deze plek wellicht als hangplek kunnen gaan gebruiken. 5.1.6 Bewoners Drunen & Vlijmen De inwoners van Drunen vinden het voormalige sprookjespark wel mooi, maar komen er verder nooit. De meesten zijn er ooit een keer geweest toen het Land van Ooit nog opengesteld was en daarna niet meer. Wat
40
hen betreft hebben ze in hun dorp alles wat ze nodig hebben zoals blijkt uit de volgende citaten: “ik zou niet weten waarvoor ik daar naar toe zou moeten” en “ik heb daar niets te zoeken”. Dit geldt eigenlijk ook voor de bewoners van het dorp Vlijmen dat is vastgegroeid aan Nieuwkuijk. Van hen kreeg ik ongeveer dezelfde reacties over de Poort van Heusden. Zij weten net als de mensen uit Drunen weinig van de huidige situatie rondom het voormalige Land van Ooit. Zij krijgen beiden ook geen directe informatie vanuit de gemeente Heusden, ze vernemen het alleen in de krant. 5.1.7 Werknemers Groenewoud & Nieuwkuijk De Poort van Heusden grenst deels aan de bedrijventerreinen van Drunen (bedrijventerrein Groenewoud) en Nieuwkuijk (bedrijventerrein Nieuwkuijk). Tijdens de lunchpauze lopen veel werknemers van bedrijventerrein Groenewoud een rondje om het terrein. Tijdens deze wandeling lopen ze altijd langs de Poort van Heusden. De werknemers van het bedrijventerrein Nieuwkuijk komen daarentegen bijna nooit in de Poort van Heusden. Beide groepen weten weinig van de plannen rondom de Poort van Heusden. De meesten werken alleen hier en krijgen daarom ook niet de informatie uit de lokale kranten mee.
41
Wat betreft de toekomst zouden ze wel willen dat het een openbaar toegankelijk terrein wordt zodat ze daar kunnen wandelen. 5.2 Discoursen De belangrijkste conclusie die uit de vorige paragraaf kan worden getrokken is dat men er in de wetenschappelijke literatuur over participatie verschillende discoursen op na houdt. Logisch, aangezien eerder al is gebleken dat er niet één algemeen geldende discours bestaat, dus ook niet over participatie. Dit hoofdstuk beschrijft de discoursen van de actoren die betrokken zijn bij het plangebied de Poort van Heusden. Het gaat hierbij om drie discoursen die ingaan op in hoeverre de actoren betrokken willen worden bij de planvorming rondom de Poort van Heusden. De verschillende actoren zijn op basis van hun discours verdeeld over de drie discoursen: - Actieve participatie - Passieve participatie - Geen participatie
5.2.1 Actieve participatie Dit discours gaat zoals de naam al zegt uit van een actieve houding van de actoren. Dat wil zeggen dat er tijdens de planvorming redelijk veel macht bij hen ligt en dat er sprake is van een wisselwerking van bijdrages tussen de actoren en de gemeente (als hoofdverantwoordelijke). De actoren voelen zich direct betrokken bij het gebied en willen daarom ook nauw betrokken zijn bij de ontwikkeling van de plannen voor het gebied. De actoren die dit discours delen zijn de bewoners van de Poort van Heusden en de omwonenden uit Nieuwkuijk, de Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden en de lokale afdeling van de politieke partij GroenLinks. Bewoners Wat de bewoners van de Poort van Heusden en de omwonenden uit Nieuwkuijk betreft vloeit dit discours waarschijnlijk deels voort uit wantrouwen en/of scepsis ten opzichte van de gemeente Heusden. Dit blijkt onder andere uit een reactie van een omwonende over de informatiebijeenkomst die gehouden is “dat is ook meer een wassen neus natuurlijk (…) Je hebt een kans, je kunt je mening zeggen, maar of ze er iets aan doen is een ander verhaal”. Toch zouden alle bewoners die ik gesproken heb wel betrokken willen worden bij de planvorming “ja dan [als je de kans krijgt] moet je je mening zeggen, want anders kun je later ook niks meer zeggen”. Zij willen enige vorm van zekerheid en inspraak hebben over het gebied dat grenst aan hun achtertuinen. Het gaat voor hen ten eerste om hun uitzicht en privacy, maar daarnaast ook om de recreatieve waarden van het gebied zelf die achteruit zullen gaan. De meesten geven aan ten minste op de hoogte gehouden te willen worden over de stand van zaken en het liefst ook hun visie te willen geven over de Poort van Heusden. Natuur- en Milieuvereniging Gemeente Heusden De NMV heeft zoals eerder beschreven regelmatig contact met onder andere de gemeente Heusden. In 2009 heeft de vereniging gereageerd op de toenmalige structuurvisie van de gemeente. In een brief heeft de vereniging toen gevraagd om al vroeg in het overleg over de ontwikkelingen van de Poort van Heusden mee te mogen praten (Peters, Van der Linden & Maaywee, 2009). In haar eigen verslagen komt verder niet meer naar voren of dit ook daadwerkelijk is gelukt, maar uit de woorden van Oscar van Limburg, contactpersoon van de gemeente voor de Poort van Heusden, valt te concluderen dat dit niet het geval is. De vereniging wil betrokken worden in het planproces om hun eigen wensen en idealen op het gebied van natuur en milieu onder de aandacht te brengen en te verdedigen.
42
GroenLinks In het verkiezingsprogramma van GroenLinks staat dat participatie centraal moet staan in het gemeentelijke beleid. Mart van der Poel, fractievoorzitter van de partij, legt uit dat participatie volgens zijn partij essentieel is voor de totstandkoming van beleid. Iedereen zou moeten kunnen deelnemen en bijdragen aan de samenleving. Wat betreft de invulling van het participatieproces is de partij van mening dat mensen vooral moeten kunnen meedenken en verder ook inspraak moeten hebben.
43
De argumenten achter deze visie zijn ten eerste gebaseerd op democratisch gedachtengoed, maar ook op tijd (en dus geld) besparing. In een vroeg stadium betrekken van burgers en organisaties heeft in de praktijk veel voordelen, namelijk “beter beleid met meer draagvlak en minder bezwaar- en beroepsprocedures”, aldus de voorzitter namens zijn partij. Wat betreft zijn eigen gemeente Heusden geeft hij aan dat er een positieve ontwikkeling in zit. “Dat [participatie] gebeurt steeds vaker in Heusden (bijvoorbeeld rond de geluidsschermen langs de A59 en het Centrumplan Vlijmen), maar nog niet vaak genoeg. Bij de ontwikkeling van de Poort van Heusden is daar te weinig sprake van geweest. Voor een deel kwam dat door de aanbestedingsprocedure die bijna twee jaar in beslag heeft genomen (en waarover niets naar buiten mocht komen). Maar nu een andere weg wordt ingeslagen is het vreemd dat dat nog steeds vooral binnen het gemeentehuis plaatsvindt. In de gemeenteraad wordt te weinig inhoudelijk en open gediscussieerd over de toekomst van de Poort van Heusden”. Voor de Poort van Heusden zouden volgens GroenLinks “de bewoners (omwonenden maar ook de andere inwoners zijn belanghebbenden bij een dergelijk waardevol gebied in de gemeente), natuur- en milieuvereniging, heemkundekring, platform toerisme en recreatie en lokale ondernemers veel meer bij de planvorming betrokken moeten worden. Bij voorkeur zou dat moeten gebeuren in interactieve sessies waar ook de raad bij betrokken is” aldus de fractievoorzitter. Ondernemers Deze groep actoren heb ik niet geïnterviewd, maar naar aanleiding van de interviews met de fractievoorzitter van GroenLinks en de werknemers van de bedrijventerreinen denk ik dat dit wel een belangrijke actor is. De werknemers gaven bijvoorbeeld aan dat de ondernemers die hun bedrijven hier hebben waarschijnlijk wel geïnteresseerd zijn in inspraak in de planvorming. Voor hen maakt het namelijk wel uit wat de bestemming van het gebied wordt. Woningbouw zou bijvoorbeeld betekenen dat er geen geluidsoverlast meer mag zijn vanuit de bedrijven.
5.2.2 Passieve participatie De actoren die tot dit discours behoren zijn voorstanders van een passieve houding van participanten bij de planvorming rondom de Poort van Heusden. Zij willen de betrokkenen een beperkte en relatief kleine hoeveelheid macht geven. Hierbij zal geen wisselwerking plaats vinden tussen de participanten en de gemeente. Bij deze discours hoort een wat afstandelijkere houding ten opzichte van het voormalige Land van Ooit. De bewoners uit (het centrum van) het dorp Nieuwkuijk behoren evenals de gemeente Heusden tot dit discours. Bewoners De bewoners uit Nieuwkuijk voelen zich minder betrokken dan de omwonenden. Dit blijkt ook uit de wijze waarop ze de Poort van Heusden gebruiken. Ze komen er minder vaak en zijn daarom ook minder goed op de hoogte van de situatie rondom het plangebied. Ze hechten echter wel waarde aan het gebied, daarom willen ze ook graag informatie krijgen over de stand van zaken rondom de planvorming. Een bewoner uit Nieuwkuijk vertelt het volgende: “Ik zie mezelf alleen als indirect betrokken, ik zou bijvoorbeeld wel last kunnen krijgen van verkeer dat door het dorp komt. Toch zou ik wel graag informatie willen krijgen over de eventuele ontwikkelingen in het gebied”. Gemeente Heusden Uit de interviews met contactpersonen vanuit de gemeente is er niet een duidelijke visie ten opzichte van het gebruik van participatie tijdens de planvorming naar voren gekomen. Op de website van de gemeente kwam ik zelf echter wel bij “het Wijkgesprek” terecht, dit is een project waar participatie centraal staat. Klantcoördinator wijkgericht werken, Mart van Lieshout, beschrijft het als volgt: “De wijkgesprekken worden sinds 2010 elk voorjaar georganiseerd. Er gaat naar elke van onze zeventien kernen en wijken één wethouder (deze wisselt per wijk) met enkele ambtenaren die op specifieke domeinen in het openbaar gebied (met name speelvoorzieningen, verkeer en groen) expert zijn. Het doel is om wederom het bestuur te laten vernemen hoe mensen tegen het wonen en leven in hun wijk aankijken en te horen wat goed gaat en wat beter kan. (…) Verbeteringen kunnen worden aangedragen in de vorm van wijktips … die de gemeente liefst in nauwe samenwerking met de bewoners binnen een jaar uit kan voeren om de leefbaarheid direct te verbeteren.” Verder laat hij weten dat de gemeente dit initiatief enerzijds heeft opgezet voor de burgers. Anderzijds “fungeert het als input voor beleidsmakers, bestuurders en ook gemeenteraadsleden” waardoor er betere en voor bewoners logische keuzes kunnen worden gemaakt.
44
Wat betreft de Poort van Heusden is mij door Oscar van Limburg verteld dat “de omgeving in het verleden wel betrokken is geweest bij het opstellen van de gebiedsvisie, maar er heeft geen participatie plaats gevonden”. Op welke wijze de omgeving dan precies betrokken is geweest, wordt hieruit echter niet duidelijk. Zelf heb ik vernomen dat de gemeente informatiebijeenkomsten heeft gehouden (Van Halder, 2009). Navraag aan Van Limburg over of hierbij ook sprake was van inbreng vanuit de burgers leidt helaas niet tot verduidelijking. Hij geeft aan: “Exacte gegevens over de informatiebijeenkomsten is mij niet bekend. Deze zijn gehouden voordat ik betrokken was bij het project”. De bewoners die ik heb gesproken konden mij hier helaas ook niet verder mee helpen. Wel begreep ik dat de gemeente Heusden in februari 2009 door middel van een brief alle omwonenden van de Poort van Heusden heeft geïnformeerd over de opdeling van het landgoed in verschillende gebieden (Van Halder, 2009). Dit blijkt ook uit de interviews met bewoners. Zij voegen er nog aan toe dat de gemeente ze altijd een brief stuurt als er een evenement op het landgoed wordt georganiseerd. De gemeente Heusden leidt als grondeigenaar op dit moment het onderzoek dat bepalend is voor het vervolg van de ontwikkelingen rondom de Poort van Heusden. Volgens Oscar van Limburg moet dit onderzoek eerst worden afgerond voordat er gesproken kan gaan worden over participatie.
45
De gemeente Heusden heeft dus wel positieve ervaringen met vormen van actieve participatie, maar dit heeft geen prioriteit. Andere belangen (zoals de financiële situatie) gaan voor. Wat betreft de Poort van Heusden is de gemeente dus nu meer voor enkel passieve participatie in de vorm van informeren van bewoners. De gemeente zet participatie in om de leefbaarheid van de bewoners te kunnen verbeteren. Indirect wil ze dat de burgers tevreden zijn met het door hen gevoerde beleid (men wil herkozen worden). Ten slotte is het voor de gemeente ook een methode om ambtenaren meer praktijkgericht te laten werken. Aldus de heer Van Lieshout: “Zo [d.m.v. wijkgesprek] hebben mensen zelf direct invloed op wat er in hun woonomgeving gebeurt. Dit in tegenstelling tot de beleving dat het veelal de gemeente is die op een afstand bepaalt wat er gebeurt en dan vaak ook nog eens voor inwoners onbegrijpelijke, onlogische en soms ronduit vervelende keuzes maakt. Dit laatste is dan ook een voornaam intern effect, waarbij het voor collega ambtenaren ook zichtbaar wordt dat niet al het beleid meer even praktijkgericht is. Het fungeert dus ook als input voor beleidsmakers, bestuurders en ook gemeenteraadsleden.”
5.2.3 Geen participatie Het laatste discours wordt gekenmerkt door actoren die zich niet betrokken voelen bij de Poort van Heusden en de ontwikkelingen die daar eventueel afspelen. Vanwege het gebrek aan dit gevoel zien de actoren over het algemeen ook geen nut in het participeren bij de planvorming rondom het gebied. De bewoners uit Vlijmen, Drunen en een klein deel van de bewoners uit Nieuwkuijk zijn evenals de werknemers van de bedrijventerreinen binnen dit discours te plaatsen. Bewoners Van de geïnterviewde actoren passen de bewoners uit Vlijmen, Drunen en een klein deel van de bewoners uit Nieuwkuijk erg goed bij dit discours. Zij geven aan de Poort van Heusden wel te kennen, maar er verder nooit te komen. Zij hebben dan ook geen idee wat zich daar afspeelt, aangezien het hen ook niet interesseert. Het komt er dus op neer dat deze bewoners naar eigen zeggen er niets mee te maken hebben en er daarom ook niets mee te maken willen hebben. Dit betrekken ze overigens puur op zichzelf, ze geven aan dat participatie meer iets is voor anderen, de omwonenden bijvoorbeeld. Werknemers Tenslotte kunnen ook de werknemers van de bedrijventerreinen Groenewoud en Nieuwkuijk hieronder worden geplaatst. Beide groepen geven aan eigenlijk alleen voor hun werk hier te komen. Daarom weten ze weinig over de huidige stand van zaken en hebben ze beiden, ondanks dat de Drunense werknemers veel gebruik maken van de Poort van Heusden, ook geen wensen om hierin betrokken te worden. Wat hen betreft is dat een zaak voor de mensen die er permanent wonen en gebruik van maken.
5.3
Discoursen in perspectief
In deze paragraaf zullen de belangrijkste conclusies die uit de discoursanalyse kunnen worden getrokken aan bod komen. Daarnaast zullen de discoursen geëvalueerd worden aan de hand van de participatieniveaus. Dit schema volgt aan het einde van de paragraaf. 5.3.1 Nimby Not In My Backyard, kort gezegd nimby, is een veel gehoorde term in de ruimtelijke planvorming. Volgens het conventionele perspectief houdt het in dat mensen enkel in opstand komen bij of zich druk maken om ruimtelijke plannen die betrekking hebben op hun directe omgeving. Deze negatieve benadering vindt dat nimby’s over het algemeen enkel rekening houden met hun eigen belang ten koste van het algemene belang. (Duineveld, Van Dam, During & Van der Zande, 2010).
46
De drie verschillende discoursen die uit de analyse zijn gekomen zijn gebaseerd op verschillende mate van betrokkenheid van actoren bij de planvorming. De indeling van de verschillende bewonersgroepen over de discoursen lijkt globaal gezien overeen te komen met het hier beschreven nimby-effect. Bewoners die dichtbij (of in) de Poort van Heusden wonen, de omwonenden, zijn te plaatsen in een discours waarin veel betrokkenheid en macht voor de actoren is weggelegd, namelijk Actieve participatie. Terwijl de bewoners uit Drunen en Vlijmen die verder weg wonen juist beter te plaatsen zijn in een discours die uitgaat van weinig betrokkenheid en macht voor de actoren (Geen participatie). Drunen en Vlijmen liggen beiden overigens op ongeveer tweeënhalve kilometer afstand van de Poort van Heusden, respectievelijk ten westen en oosten van het gebied. Wat mij hierbij verder opviel was dat zelfs een deel van de bewoners uit Nieuwkuijk, die maar op een kilometer afstand wonen nog maar weinig belangstelling en betrokkenheid toonde voor de Poort van Heusden. Een omwonende van de Poort van Heusden illustreert het nimby-effect met zijn uitspraak als volgt:
47
“Wat ze verderop langs de weg doen bij de autobaan, dat is niet het probleem, zo ver vanaf, maar om hier achter alles vol te bouwen. Dan is de privacy van de mensen ook een beetje weg. Nu kun je daar wandelen en lopen, maar als ze daar villa’s bouwen, dan zetten ze er grote hekken om en een grote hond en kun je er niet meer komen.” Tegenstanders van dit conventionele perspectief geven echter aan dat het de zogenaamde nimby’s niet puur om eigen belang gaat, maar ook om lokale belangen die door veel meer mensen worden gedeeld (Duineveld, Van Dam, During & Van der Zande, 2010). In het bovenstaande citaat wijst de omwonende bijvoorbeeld ook op de achteruitgang van de recreatieve waarde van het gebied. Vele andere bewoners wijzen daarnaast op de landschappelijke en ecologische waarden die het gebied herbergt. Er zijn ook uitzonderingen op de geschetste trend. Ik heb verscheidene mensen ontmoet (bij de Poort van Heusden) die niet uit de directe omgeving kwamen en toch betrokken zouden willen zijn bij de planvorming. Het ging bij hen niet puur om de afstand, maar ook om de functies van het gebied. Deze mensen gaven bijvoorbeeld aan graag bij de Poort van Heusden te wandelen (met of zonder hond) of te fietsen. Bij het opzetten van een participatieproces zou rekening gehouden kunnen worden met deze uitzonderingen door bijeenkomsten en dergelijke openbaar toegankelijk te maken en dit ook kenbaar maken.
5.3.2 Wantrouwen Zoals eerder al naar voren kwam hebben de bewoners een nogal wantrouwende en laconieke houding ten opzichte van de gemeente Heusden. Zo denken zij dat de plannen van de gemeente pas op lange termijn zullen worden uitgevoerd, als ze überhaupt worden uitgevoerd. Daarom maken zij zich daar geen zorgen om. Een omwonende zei bijvoorbeeld tegen haar ouders van rond de zeventig: “jullie hoeven je daar niet druk om te maken hoor, want tegen de tijd dat die huizen er staan leven jullie al niet meer”. En zij is niet de enige die er zo tegen aan kijkt. Verder waren er omwonenden die twijfelden aan de bedoelingen van de gemeente met de participatiemogelijkheden die zij tot nu toe heeft geboden. Een mevrouw onderschreef de gedachte van Arnstein over Nonparticipation, dat de gemeente participatie enkel gebruikt om de schijn van positieve bedoelingen te wekken, maar er ondertussen niets mee doet. Deze laatst genoemde opvatting kwam overigens met name bij de omwonenden naar voren en veel minder bij andere bewoners. 5.3.3 Vergelijking met normatieve discoursen Door de gevonden discoursen te vergelijken met de discoursen uit het normatieve kader kunnen ze beter in perspectief worden gezien. De discoursen Actieve participatie, Passieve participatie en Geen participatie verhouden zich als volgt tot de normatieve discoursen Empower, Collaborate, Involve, Consult en Inform: Uit dit schema is af te leiden dat Geen participatie niet terugkomt in de discoursen uit het normatieve kader. Dit is ook logisch gezien het feit dat de normatieve discoursen uitgaan van de voorwaarde dat participanten
Figuur 6 Verhouding discoursen ten opzichte van elkaar.
48
invloed krijgen in het proces. Doordat participatie in dit geval volledig afwezig is, is er geen discours te vinden die hiermee enigszins overeen komt. De actoren die onder Passieve participatie kunnen worden ingedeeld, geven aan geïnformeerd te willen worden over de stand van zaken, maar verder willen ze zelf geen actie ondernemen. Deze beschrijving komt bijna volledig overeen met de definitie van het discours Inform daarom zijn beiden bij elkaar geplaatst. Actieve participatie blijkt een relatief brede discours te zijn aangezien er vier normatieve discoursen bij te plaatsen zijn. Binnen dit discours bestaat er dus nog een grote verscheidenheid aan opvattingen over de hoeveelheid macht die aan de participanten overgedragen wordt. De bindende factor van deze discoursen is dat er wordt uitgegaan van een actieve houding van participanten. Ten slotte laat dit schema zien dat Passieve participatie ten opzichte van de andere discoursen van de actoren het midden vormt, terwijl de vergelijking met de normatieve discoursen laat zien dat Inform het laagste niveau is. Hieruit blijkt dat het voor het overzicht goed is om de discoursen in perspectief te zien, zodat duidelijk wordt waar ze ten opzichte van andere discoursen staan.
49
6 Conclusie & scenario’s
Door middel van dit onderzoek heb ik geprobeerd om antwoord te vinden op de volgende onderzoeksvraag: Welke consequenties heeft het betrekken van belanghebbende actoren bij de ontwikkeling van een gebiedsvisie voor de Poort van Heusden, voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren in het planvormingsproces? Hierbij heb ik mij enerzijds gefocust op de wetenschappelijke perspectieven met betrekking tot de rol van opdrachtgevers en actoren bij de inbedding van participatie in een planvormingsproces. Om deze te kunnen vergelijken met anderzijds de discoursen, met betrekking tot dit onderwerp, waarin de belanghebbende actoren in het kader van de Poort van Heusden te plaatsen zijn. In dit hoofdstuk zal ik ingaan op het beantwoorden van de onderzoeksvraag door aan de hand van verschillende scenario’s, gebaseerd op de wetenschappelijke perspectieven, de verschillende mogelijkheden wat betreft de inbedding van participatie en de rol van de gemeente Heusden en actoren hierin toe te lichten. Eerst volgt echter een kort overzicht van de belangrijkste conclusies die uit dit onderzoek kunnen worden getrokken.
51
6.1
Conclusies
De interviews met de bewoners maakten duidelijk dat er bij een deel van de bewoners sprake is van wantrouwen ten opzichte van de gemeente. Dit geldt vooral voor de omwonenden van de Poort van Heusden. Voor deze omwonenden is dit wantrouwen bepalend voor hun toekomstvisie voor het gebied en hun houding ten opzichte van de plannen van de gemeente. Uit de discoursanalyse is gebleken dat de verschillende bewonersgroepen volgens een bepaalde trend over de discoursen Actieve participatie, Passieve participatie en Geen participatie te verdelen zijn. Des te verder mensen van de Poort van Heusden vandaan wonen, des te minder zij zich betrokken voelen en des te meer zij een voorkeur hebben voor minder macht tijdens het planvormingsproces. Deze trend is te verklaren vanuit de gedachtengoed achter het nimby-effect. Dat draait om het idee dat mensen enkel in opstand komen bij of zich druk maken om ruimtelijke plannen die betrekking hebben op hun directe omgeving. De bewoners zijn dus globaal gezien naar afstand in te delen bij een van de drie discoursen wat er toe leidt dat er onder elke discours een bewonersgroep terug te vinden is. De omwonenden onder Actieve participatie, de bewoners van Nieuwkuijk onder Passieve participatie en de bewoners van Vlijmen en Drunen onder Geen participatie.
De gemeente Heusden kan wat betreft haar gedachtengoed over participatie het best geplaatst worden bij het discours Passieve Participatie. Gezien de inhoud van de drie discoursen kiest zij dus voor de middenweg. Vanuit de normatieve discoursen gezien is het echter de minst ingrijpende vorm van participatie. Dit discours deelt de gemeente maar met een bewonersgroep. Bij de vorming van het participatieproces zal ze daarom rekening moeten houden met het feit dat er twee bewonersgroepen worden ‘teleurgesteld’. De vergelijking van de drie discoursen van de actoren met de vijf normatieve discoursen heeft laten zien dat hoewel de indelingen bij een snelle blik naar de figuur overeen lijken te komen, dit echter bij nadere bestudering toch totaal niet het geval blijkt te zijn. Het discours Geen participatie is niet onder een van de normatieve discoursen te brengen terwijl het discours Actieve participatie juist met vier normatieve discoursen overeenkomt. Het is dus wel op zijn plaats om te spreken van een scheve verhouding tussen beiden.
6.2
Scenario’s
Uit mijn onderzoek is gebleken dat de gevolgen van het betrekken van actoren in het planvormingsproces voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren afhankelijk is van de wijze waarop de gemeente de actoren betrekt. In hoofdstuk vier is aan bod gekomen welke methoden gangbaar zijn, de zogenaamde normatieve discoursen, en in vijfde hoofdstuk is gebleken binnen welke discoursen de actoren te plaatsen zijn. Het in beeld brengen van de gevolgen van het betrekken van actoren in het planvormingsproces voor de rol van de gemeente Heusden en de actoren doe ik aan de hand van zeven scenario’s. Deze scenario’s gaan uit van de normatieve discoursen Inform, Consult, Involve, Collaborate en Empower. Om de reeks compleet te maken voeg ik hier nog twee scenario’s aan toe die in deze reeks ontbreken, namelijk Geen participatie (naar aanleiding van de discoursanalyse) en Combinatie (eigen toevoeging). Ik heb ervoor gekozen om de vier normatieve discoursen die vallen onder Actieve participatie apart uit te werken aangezien de verschillen tussen de vier aanzienlijk zijn. Per scenario zal ik toelichten hoe de rol van de gemeente Heusden (als opdrachtgever) en van de actoren er uit ziet en wat de voor- en nadelen van het scenario zijn. De scenario’s zijn geordend van weinig naar veel macht voor de actoren.
52
6.2.1 Geen participatie Dit scenario gaat er vanuit dat de gemeente Heusden het hele planvormingsproces op zich neemt en alle fases zelf uitvoert zonder dat hierbij sprake is van inbreng van de betrokkenen. Dit houdt logischerwijs in dat er in dit geval tijdens het proces geen enkele rol is weggelegd voor deze actoren. Hierbij moet wel worden aangemerkt dat er altijd de mogelijkheid zal zijn om (achteraf) invloed uit te oefenen op de plannen door middel van bezwaarschriften en dergelijke. Voor de gemeente heeft dit scenario als voordeel dat ze geen energie, tijd en geld hoeft te steken in het opzetten en organiseren van activiteiten. De actoren worden hiermee ook tijd bespaard aangezien zij nergens aan kunnen en hoeven deel te nemen. Deze visie zal vooral gedeeld worden door bewoners uit Drunen en Vlijmen en medewerkers van de bedrijventerreinen, de andere actoren zullen de hierna genoemde nadelen waarschijnlijk belangrijker vinden.
53
Het grootste nadeel hiervan is dat de gemeente het risico loopt dat er geen draagvlak is onder de actoren voor de plannen die ze ontwikkelt, waardoor mensen bezwaar zouden kunnen gaan maken. Dit hangt ervan af hoe goed de gemeente zelf kan bedenken wat de wensen van de actoren zijn en of ze bereid is om deze, wellicht ten koste van eigen wensen, uit te voeren. De nadelen voor de actoren zijn ten eerste de onzekerheid over wat er besloten zal worden en ten tweede het risico op een (lange) bezwaarprocedure of een verminderde leefomgeving als het uiteindelijke besluit niet naar wens is. Als er overigens sprake is van (lange) bezwaarprocedures kan het zijn dat de voordelen van dit scenario onder druk komen te staan. Het geld en de tijd die de gemeente eerder heeft bespaard is ze hier dan alsnog aan kwijt. Dit scenario zal vanwege het ontbreken van een mogelijkheid tot inbreng niet passen in het discours van de omwonenden van de Poort van Heusden, GroenLinks, de NMV, de ondernemers van de bedrijventerreinen en (in mindere mate) de bewoners uit Nieuwkuijk. 6.2.2 Inform Dit scenario is gebaseerd op het idee dat de gemeente Heusden de betrokken actoren uitgebreid en objectief informeert. De gemeente zal in alle fases van de planvorming informatie verstrekken over de ontwikkelingen die plaats vinden en de besluiten zijn of worden genomen. De actoren hebben hierbij een kleine rol. Het is namelijk aan hen om te beslissen of ze de informatie wel of niet tot zich nemen en/of gebruiken.
Voor de gemeente heeft dit als voordeel dat ze met relatief weinig inzet aan middelen toch aan participatie kunnen doen, wat positieve associaties van mensen op kan wekken. Uit de discoursanalyse is gebleken dat ze hiermee voldoet aan de wensen van de bewoners uit Nieuwkuijk. Voor de actoren heeft dit scenario als voordeel dat zij zonder veel inspanning het probleem begrijpen en, afhankelijk van eigen interesse, op de hoogte zijn van de algehele situatie rondom de Poort van Heusden. De nadelen van dit scenario komen grotendeels overeen met die van het scenario Geen participatie. Er is een (kleinere) kans op bezwaren vanuit de actoren aangezien zij nog steeds weinig inbreng hebben in het proces. De actoren kunnen dus nadeel ondervinden van het feit dat hen niet de mogelijkheid wordt geboden om hun visie over de situatie kenbaar te maken. Zij kunnen er niets meer aan veranderen. Dit scenario zal daarom vooral bezwaarlijk zijn voor de omwonenden van de Poort van Heusden, GroenLinks, de NMV en de ondernemers van de bedrijventerreinen. 6.2.3 Consult Dit scenario houdt in dat de gemeente Heusden de betrokken actoren raadpleegt voor hun mening over de Poort van Heusden. De rol van de actoren houdt in dat zij in staat zijn om beargumenteerd commentaar te geven over de gebiedsanalyse die door de gemeente gedaan is, de alternatieven die zij biedt en/of de besluiten die de gemeente wil gaan nemen of heeft genomen. Een voordeel voor de gemeente is dat zij input vanuit de actoren kan krijgen op de momenten en over de onderwerpen wanneer zij dat nodig acht. Op deze wijze kan zij haar eigen visie meer aanvullen met waarderingen van de actoren waardoor het geheel completer wordt. Voordeel van dit scenario voor de actoren is dat zij hun mening en waardering kunnen inbrengen. Zij hebben echter niet de macht om te controleren of deze input daadwerkelijk door de gemeente in de plannen wordt verwerkt, hetgeen als nadelig beschouwd kan worden. Voor de gemeente vormen de tijd en de daarmee gepaard gaande kosten het grootste nadeel van dit scenario.
54
6.2.4 Involve Dit scenario gaat ervan uit dat de gemeente Heusden tijdens het hele proces de actoren direct betrekt. Ze gaat op bepaalde momenten samen met de betrokken actoren om de tafel zitten. Dit heeft als gevolg voor de actoren dat hun belangen en wensen ten aanzien van de Poort van Heusden goed worden begrepen en overwogen door de gemeente Heusden. Het vergt echter wel meer tijd van de actoren terwijl ze nog steeds niet de bevoegdheid hebben om te controleren en er op toe te zien dat hun inbreng verwerkt wordt door de gemeente. Voor de gemeente vormt dit juist een voordeel aangezien zij de uiteindelijke beslissing nog steeds zelf kan nemen. Als zij andere prioriteiten heeft dan de actoren kan zij er alsnog voor kiezen om deze (na een goede overweging) ten koste van die van de actoren uit te voeren. De gemeente is hierover echter wel verantwoording aan de actoren schuldig.
55
6.2.5 Collaborate Bij dit scenario draait het om samenwerking tussen de gemeente Heusden en de betrokken actoren. Deze samenwerking vindt tijdens alle fases van de besluitvorming plaats, ook bij de ontwikkeling van alternatieven en bij het kiezen van de oplossing die de uiteindelijke voorkeur heeft. Dit kan bijvoorbeeld door middel van adviesraden waar de actoren in plaats mogen nemen. Voordeel van dit scenario voor de actoren is dat zij hier wel invloed hebben op het feit dat hun input wordt verwerkt en de wijze waarop dit gebeurt. Nadeel hiervan is dat het wederom extra tijd zal gaan kosten voor de actoren en voor de gemeente. Een voordeel voor de gemeente is dat er veel draagvlak zal zijn voor het uiteindelijke resultaat door de democratische wijze van besluitvorming. 6.2.6 Empower In dit scenario draagt de gemeente Heusden de uiteindelijke macht over aan de betrokken actoren. De actoren worden dus bevoegd om in plaats van de gemeente de uiteindelijke keuze te maken welk besluit er genomen moet worden wat betreft de Poort van Heusden. In vergelijking met de normale gang van zaken worden de rollen dus omgedraaid. De actoren kunnen in dit geval gaan overwegen in hoeverre zij de wensen van de gemeente willen meenemen in hun besluit.
Dit betekent ook dat zij in theorie hun eigen wensen (in onderling overleg) kunnen gaan realiseren, waardoor zij hun leefomgeving naar eigen wens kunnen verrijken. Dit kan gezien worden als het grootste voordeel voor de actoren. Het zal hen veel tijd kosten, aangezien ze het werk van de gemeente ‘overnemen’. Dit betekent voor de gemeente dus minder werk, al zullen zij de actoren wel moeten begeleiden tijdens het proces. Velen zullen namelijk niet ervaren zijn met de taken die ze tegen zullen komen. Verder is het voor de gemeente nadelig dat ze onzeker is over in hoeverre haar wensen worden uitgevoerd. 6.2.7 Combinatie Ten slotte bestaat er ook de mogelijkheid om verschillende participatieniveaus te gebruiken tijdens het planvormingsproces. Hierbij is er geen sprake van een scenario dat voor alle actoren geldt, maar een combinatie van meerdere scenario’s, toegepast op het discours van de desbetreffende actor. Gezien de diversiteit aan discoursen van de actoren kan dit voor hen en voor de gemeente voordelig zijn. De gemeente kan in dit geval namelijk aan de wensen van alle actoren voldoen, waardoor alle actoren, gezien hun discoursen, tevreden zouden moeten zijn. In vergelijking met andere scenario’s zullen de uiteindelijke resultaten bij dit scenario waarschijnlijk het best en de respons het hoogst zijn. Dit omdat de methoden zo goed aansluiten bij de wensen van de actoren. Het opzetten, organiseren en begeleiden van de verschillende methoden vergt echter veel tijd van de gemeente, wat gezien kan worden als een nadeel. Daarnaast zal de gemeente bereid moeten zijn om af te wijken van haar eigen discours om aan dit scenario te kunnen voldoen.
56
57
Bibliografie
Aarts, N. 1998. Een kwestie van natuur. Een studie naar de aard en het verloop van communicatie over natuur en natuurbeleid. Wageningen, Aarts. Anoniem, 2008. Aankoop Ooit impuls voor recreatief-toeristische as Heusden. [online] 21 januari. Beschikbaar op:
[Bekeken op: 25 mei 2011]. Arnstein, S., 1969. A Ladder Of Citizen Participation. Journal of the American Planning Association, 35 (4), p. 216 – 224. Assche, K., 2001. Habiforum, als netwerk, als discours, als innovatie- omgeving. Grondbegrippen, aspecten, polemieken. [Ongepubliceerd]. Baltussen, J., 2008. Lianne neemt Kloontjesbehang voor lief. Brabants Dagblad, [online] 6 augustus. Beschikbaar op: [Bekeken op: 6 mei 2011]. Bouma, C., 2011 Onderzoek naar nieuwe bestemming Land van Ooit. Omroep Brabant. [geluidsfragment online] 22 maart. Beschikbaar op: [Bekeken op: 12 mei 2011].
59
Buijs, A., Coeterier, J., Filius, P., & Schöne, M., 1998. Graadmeters sociaal draagvlak en beleving. Wageningen, DLO-Staringcentrum. Buijs, M., z.d. Poort van Heusden. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 13 juni 2011]. Chess, C., Purcell, K., 1999. Public Participation and the Environment: Do We Know What Works? Environmentalde Science & Technology, 33 (16), p. 2685-2692. Coeterier, J.F., 2000. Hoe beleven wij onze omgeving?: resultaten van 25 jaar omgevingspsychologisch onderzoek in stad en landschap. Wageningen, Coeterier. Den Boon, C.A. & Geeraerts, D., 2005. Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal. 14e druk, ’s-Hertogenbosch, C-CONTENT b.v. Department of Sustainability and Environment (DSE), 2009. A Model for Engagement. [online] (herzien op 3 November 2009) Te bekijken op: [Bekeken op 1 april 2011]. Duineveld, M. & Lengkeek, J., 2002. Het beleefde land: over beleving & meervoudig ruimtegebruik. Wageningen, Wageningen Universiteit. Duineveld, M., Van Dam, R., During, R. & Van der Zande, A., 2010. The importance of being nimby : een essay over burgerverzet en erfgoed. Wageningen, Wageningen UR.
Efteling, z.d. Over de Efteling. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 9 mei 2011]. Elands, B, Turnhout, E., (red.), 2009. Burgers, beleid en natuur: tussen draagvlak en betrokkenheid. Wageningen, WOt studies. Evans-Cowley, J., Hollander, J., 2010 ‘The New Generation of Public Participation: Internet-based Participation Tools’, Planning Practice and Research 25 (3), p. 397 — 408. Gemeente Heusden, 2009. Gebiedsvisie Poort van Heusden. Heusden. Gemeente Heusden, 2011. Raadsvoorstel vervolgtraject Poort van Heusden. Heusden. Glicken, J., 2000. Getting stakeholder participation ‘right’: a discussion of participatory processes and possible pitfalls. Environmental Science & Policy, 3, p. 305–310. Goodwin, P., 1998. ‘Hired Hands’ or ‘Local Voice’: Understandings and Experience of Local Participation in Conservation. Transactions of the Institute of British Geographers, New Series, 23 (4), p. 481-499. Haartsen, A., 2009. Ontgonnen Verleden. Ede, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Hajer, M.A., 1995. The Politics of Environmental Discourse: Ecological Modernization and the Policy Process. Oxford, Clarendon Press. Hajer, M.A., 1989. Discours-coalities in politiek en beleid: de interpretatie van bestuurlijke heroriënteringen in de Amsterdamse gemeentepolitiek. Beleidswetenschap, 3(3), pag. 242-263. Heusdens Buro voor Toerisme, 2010. Vestingstad Heusden. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 6 mei 2011]. International Association for Public Participation (IAP2), 2007b. IAP2 Spectrum of Public Participation. [online] Thornton: IAP2. Te bekijken op: [Bekeken op 25 maart 2011]. International Association for Public Participation (IAP2), 2007a. IAP2 Core Values of Public Participation. [online] Thornton: IAP2. Te bekijken op: [Bekeken op 17 april 2011]. Goodwin, P., 1998. ‘Hired Hands’ or ‘Local Voice’: Understandings and Experience of Local Participation in Conservation. Transactions of the Institute of British Geographers, New Series, 23 (4), p. 481-499. Karrenbelt, A., 2002. Onderzoek naar de denkbeelden, visies en ideeën van organisaties ten aanzien van veranderingen in de landbouw in de Achterhoek. Wageningen, Alterra & Wageningen Universiteit. Kress, G., 1989. Linguistic processes in sociocultural practice. Oxford, Oxford University Press.
60
Kumar, R., 2005. Research Methodology, A step-by-step guide for beginners. Londen, SAGE Publications Ltd. Lengkeek, J. 2001. De macht van de verbeelding. Over de rol van betekenisgeving bij bepaling van kwaliteit van de ruimtelijke omgeving. Essay voor Habiforum. Wageningen, Wageningen Universiteit. Löfgren, O., 1994. Die wahre landschaft ist im Kopf. Topos European Landscape Magazine, 6, pag. 6-14. Lofthus Hope, K., Amdahl, E., 2011. Configuring designers? Using one agile project management methodology to achieve user participation. New Technology, Work and Employment, 26 (1), p. 54-67. Musters, K., 2011. Hoe verder met de Poort van Heusden? [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 17 mei 2011]. Nationaal Park Loonse en Drunense Duinen, z.d. Deelgebieden. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 6 mei 2011]. Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC), z.d. Efteling wederom populairste dagattractie 2009. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 16 mei 2011].
61
Oosterveld, B. & Piels, A., 2011. Land van Ooit blok aan been Heusden. Omroep Brabant. [video online] 20 maart. Beschikbaar op: [Bekeken op: 6 mei 2011]. Peters, N., Van der Linden, M. & Maaywee, W., 2009. Jaarverslag. ”Natuurlijk”, 1 (maart 2009), p. 13. Potter, J., 1997. Discourse analysis as a way of analyzing naturally occurring talk. In: Silverman, D., (Ed), Qualitative Research: Theory, Method and Practice. London: Sage Publications, pag. 144-160. Redactie Brabants Dagblad, 2008. Nieuwe naam voor Land van Ooit. Brabants Dagblad, [online] 2 december. Beschikbaar op: [Bekeken op 25 mei 2011]. Redactie NOS, 2007. Land van Ooit in Drunen is failliet. NOS, [online] 21 november. Beschikbaar op: [Bekeken op: 13 mei 2011]. Redactie Omroep Brabant, 2007. Geen doorstart Land van Ooit door koop Heusden. Omroep Brabant, [online] 21 december. Beschikbaar op: [Bekeken op: 25 mei 2011]. Redactie Omroep Brabant, 2009. Gebied Land van Ooit krijgt nieuwe naam. Omroep Brabant, [online] 4 januari. Beschikbaar op: [Bekeken op: 25 mei 2011].
Redactie Scherper, 2008. Start reconstructie Ei van Drunen. Scherper, [online] 2 april. Beschikbaar op: [Bekeken op: 6 mei 2011]. Redactie Scherper, 2011. Poort van Heusden roept nog allerlei vragen op. Brabants Dagblad, [online] 2 maart Beschikbaar op: [Bekeken op: 11 mei 2011]. Renn, O., Webler, T., Rakel, H., Dienel, P., Johnson, B., 1993. Public participation in decision making: A threestep procedure. Policy Sciences, 26, p. 189-214. Roestenburg Kwekerijen, z.d. Historie. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 7 juni 2011]. Schuurman, S.E., 2010. A place for everything and everything in it’s place: een discoursanalyse naar de veranderende positie van recreatie bij Staatsbosbeheer. Wageningen, Wageningen Universiteit. Stout, M. Climbing the ladder of participation: establishing local policies for participatory practice. Public Administration and Management, 15 (1), p. 46-97. Themed Entertainment Association (TEA) & AECOM Economics, 2010. 2009 Theme Index: The global attractions attendance report. [online] TEA. Beschikbaar op: [Bekeken op: 16 mei 2011]. Van der Meijden, C., 2009. Poort van Heusden. ”Natuurlijk”, 1 (maart 2009), p. 25 - 30. Van Esch, A., z.d. Doek valt voor Land van Ooit. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 13 juni 2011]. Van Halder, F., 2008. Verval te lijf in het Land van Ooit. BN De Stem, [online] 17 september. Beschikbaar op: [Bekeken op: 11 mei 2011]. Van Hulten, R., 2002. Drunen. [online] Beschikbaar op: [Bekeken op: 3 mei 2011]. Vreke, J., Gerristen, A., Kranendonk, R., Pleijte, M., Kersten, P. en Van den Bosch, F., 2009. Maatlat Government – Governance. Wageningen, WOt studies Alterra. Yearley, S., Cinderby, S., Forrester, J., Bailey, P., Rosen, P., 2003. Participatory Modelling and the Local Governance of the Politics of UK Air Pollution: A Three-City Case Study. Environmental Values, 12, p. 247–62. Westrawoensdag, M., 2008. Vossen en vogels bewonen nu het Land van Ooit. Brabants Dagblad. [online] 6 augustus. Beschikbaar op: [Bekeken op: 11 mei 2011]. Wood, L.A. & Kroger, R.O., 2000, Doing discourse analysis. Thousand Oaks, Stage Publications, Inc.
62
Afbeeldingen: Pagina 1, 6 & 24 Josien Westgeest Pagina 4, 12, 18, 50, 58 & 64 Liset Faber Pagina 30 & 36 Uit: Mattijssen, T. & De Jonge, J., 2010. Participatief ontwerpen met de Werkbank Ruimtelijke Kwaliteit. [online] Te bekijken op: [Bekeken op: 8 april 2011].
63
Bijlagen
Bijlage 1
65
Overzicht actoren
Bijlage 2
Overzicht geïnterviewden
Omwonenden Poort van Heusden - Bewoonster voormalig Koetshuis - Vier omwonenden Nieuwkuijkse kant - Twee omwonenden Drunense kant Bedrijventerreinen - Vier werknemers Nieuwkuijk - Zes werknemers Groenewoud (Drunen) Bewoners dorpen - Vier bewoners uit Nieuwkuijk - Vijf bewoners uit Drunen - Drie bewoners uit Vlijmen Gemeente Heusden - Oscar van Limburg: Projectleider Poort van Heusden - Mart van Lieshout: Klantcoördinator Wijkgericht Werken GroenLinks - Mart van der Poel: Fractievoorzitter (via email)
(via email) (via email)
66
Bijlage 2 Interviews Bewoonster Kasteellaan Nieuwkuijk Woont direct naast het Land van Ooit Mevrouw vertelt dat het huis waar ze nu in woont het voormalige koetshuis van het landgoed d’Oultremont is. Haar familie heeft generaties lang op het landgoed zelf gewoond. Zij waren daar boswachters voor de graaf en woonden in de boerderij op zijn grond. Op een gegeven moment heeft de graaf ze echter dit koetshuis aangeboden waar zij nu nog steeds wonen. Ze vindt het een hele mooie plek om te wonen omgeven door veel groen. Ze geeft aan dat het landgoed voor het Land van Ooit openbaar toegankelijk was. Met de komst van het park was dit echter voorbij. Vanaf toen werd het ook veel drukker bezocht. Alleen de ingang was aan de noordzijde van het park, dus daar hebben ze nooit veel overlast van ondervonden. De muziek en het geluid vormden wel eens een probleem, maar dit was wel te doen. Als ik haar vraag naar de huidige situatie vertelt ze dat er op dit moment ongeveer één keer per maand evenementen op het terrein plaats vinden. Hierbij moet ik denken aan feesten, recepties, rommelmarkten en militaire gelegenheden. Wat ze wel vervelend vindt is dat er voor dit soort gelegenheden vaak toch autos over de laan komen rijden. Hierdoor waait al het stof van de onverharde weg op, wat vervolgens op hun huis terecht komt. Als ze deze overlast ondervindt belt ze met de gemeente en dan wordt het altijd wel opgelost. Dus wat dat betreft heeft ze er niet echt problemen mee. Verder vertelt ze dat ze er ook niet te moeilijk over wil doen omdat het daar alleen maar erger van wordt.
67
Op de vraag of ze door de gemeente op de hoogte wordt gehouden van de plannen en/of ontwikkelingen die er zijn geeft ze aan dat ze nu maar mondjesmaat informatie krijgt. Ze weet dat het gebied ontoegankelijk is voor publiek, dat er vier bewoners in het kasteel wonen en dat de gemeente de laatste gebouwen aan het slopen is omdat deze in zeer slechte staat zijn. Ze zou daarom ook graag meer betrokken willen zijn bij de planvorming rond de Poort van Heusden. Voor haar zou dit betekenen dat ze van de gemeente Heusden (meer) informatie wil krijgen en zelf ook haar mening zou willen laten horen over de toekomst van het park. Haar eigen toekomstvisie voor het park is dat ze het graag toegankelijk zou willen zien. Op deze manier zou iedereen kunnen genieten van de mooie natuur, de rust (de auto’s van de Bosscheweg zijn nauwelijks hoorbaar) en zo’n mooie plek om te wonen. Omwonende Nieuwkuijk Ouder echtpaar wonend aan Het Hof (oostkant Land van Ooit) Wat heeft u van het Land van Ooit meegekregen? Ik heb er geen last van, geen gemak van, ik heb er geen nadelen van, geen voordelen van. Je kunt er wandelen als je wilt, dat is eigenlijk het interessantste dat je er kunt wandelen. Maar ik weet niet of het altijd open is hoor. Wandelt u er wel eens? Nou mijn vrouw veel meer als ik, ik loop niet zo best. Maar eh ja wat moet ik er van zeggen. Er wordt eigenlijk niks gedaan in het kasteel nou hè. Ze moeten er eigenlijk een mooi wandelpark van maken, ze moeten er een wandelpark van maken. Maar ja je kunt ook wel zeggen er moet voor kinderen iets zijn ofzo dat ze er kunnen spelen, maar dan moet er ook weer een restaurant zijn. Nou is het eigenlijk verder een saaie boel eigenlijk. Ja er gebeurt niet zo veel.. Nee, achja de gemeente
doet er af en toe iets, eh een vlooienmarkt of eh een evenement of iets. Anders gebeurt er eigenlijk niet zo veel. Ze willen het verkopen, de gemeente hè, ze willen het verkopen. En krijgt u daar ook informatie over van de gemeente ofzo? Met wat ze willen? Ja, wij eh, maar het heet hier Het Hof hè. Oh okee. Dat hoorde vroeger ook bij het kasteel. Oh okee. Ja nee veel grond enzo dat hoorde allemaal bij het kasteel. Want ik ben hier niet geboren. Ik ben geboren aan de grens, de Belgische grens. En deze graaf die hier woonde, van d’Oultremont en de Coutre daar heb je waar ik geboren ben ook een kasteel van, dat is familie. Ah okee. En vroeger, heel vroeger dan, in mijn vaders tijd, want mijn vader deed wel eens met die baron of graaf jagen. Maar hier heb je zon laan bij het kasteel hè. Ja. En die liep vroeger door tot helemaal bij ons toe. Een stuk loopt nog bij Oosterwijk daar, maar er zijn nu veel stukken tussenuit. Maar vroeger kon de graaf met een koets zo naar België, Frankrijk op eigen grond, dan reden ze over eigen grond. Dat is wel bijzonder. Ja, dat was veiliger hè, tegen rovers enzo. Maar daar heeft ook zon kasteel gestaan. Ja het stelt eigenlijk niet zo veel voor dat kasteel, er is daar een boerderij nog bij. Ja. Enneh ja, maar dat is in oostwestermiddelbeers, dat is ook van Le Coutre geweest. Maar dat is allemaal, die mensen hebben het allemaal eeh allemaal verkocht. Ik zou niet weten wat ik met je moet, het is me goed zo, het maakt me niet uit. Ja, want woonde u er al voor het pretpark er kwam, of nog niet? Eh,… Een van de kinderen van ons die woont bij het kasteel. Ja daar was ik net al even geweest inderdaad. Ja Ad van Beijnen heet hij, die woont daar bij het kasteel, in dat Koetshuis. Ja dat was mij al verteld inderdaad. En twee oomkes van mijn vader die hebben daar vroeger ook in gewoond. Ah okee. Die waren koetsier bij de graaf, maar die hebben hier ook in het dorp eh gewoond, maar die heb ik niet gekend, maar die liggen hier begraven, die zijn hier gestorven. Dat waren een vrijgezelle man en een vrouw en de graaf zei kom maar in Nieuwkuijk dan kun je bij mij komen werken, want dat ging toen allemaal nog voor een aardappel en een eeh.. Jaa als je er maar van kon leven toch? Maar die graven hebben alles verkocht aan de kinderen ervan. Die hebben alles van de hand gedaan. Ja. En die grond, hier lag allemaal grond op, tot de grens, dat is ook allemaal van hun, dat is ook allemaal verkocht. Ja, okee. Anders zou ik het niet weten, ik kom daar dikwijls genoeg daar bij die kinderen, want ik wilde er vanavond ook nog even naar toe. Ja okee, eh. Sorry nog even, heeft de gemeente, omdat u woont er bijna tegenaan heeft de gemeente dan, laat die wat horen als er plannen veranderd zijn? Ja dan krijgen we altijd een schrijven met wat ze willen doen of eh. Dat krijgen we eigenlijk omdat wij hier naaste bewoners zijn, krijgen wij bericht ervan.Ja okee. Het komt ook wel in de krant te staan ofzo. Ja maar dat is toch anders. (Hallo. Daag) Dan krijg ik toch wel bericht als ze iets van plan zijn. Ja want dat vroeg ik me af, in hoeverre u op de hoogte wordt gehouden. Ja dat doen ze wel, maar ik wil zeggen, ja ze weten nog niet wat ze er mee moeten. Nee, ik had een plan gezien van 2009 dat ze misschien woningbouw en dat soort dingen hier wilden gaan doen, maar dan kan ik me voorstellen dan komt het heel dicht tegen u aan. Ja daar zijn we natuurlijk niet zo blij mee, maar niet zo zeer voor ons maar die mensen hebben hier allemaal achter uitzicht hè. Ja precies. Als ze daar allemaal gaan bouwen, dan wordt het weer anders hè. Kijk want dan bouwen ze hier misschien een stuk en dan zeggen ze van oh we bouwen daar ook nog maar, want dat is ook nog maar zon stukje. Dan gaan ze alles volbouwen, dan is eigenlijk de natuur een beetje weg en dat past niet bij een kasteel. Nee. Tenminste dat vind ik dan. Ja, ja, ja. Het zal allemaal wel meevallen, veel geblèr en weinig woorden. Ja? Gebeurt er niet zoveel? Ja ik wil zeggen, met die mensen die geld hebben, dan kunnen ze daar een kavel grond kopen, maar dat wordt allemaal duur hè? Ja. Kijk dan moeten ook weer mensen veel geld hebben, en mensen die heel veel geld hebben komen dikwijls niet hier naar toe. Haha haha ja dat zal wel inderdaad. Nee maar dat is zo. Maar ik wil zeggen, ik vind tussen twee dorpen daar moet een beetje groen tussen zitten. Ja, want anders groeit het ook helemaal tegen elkaar aan. Ja dan is het één, éen, eh ja. Maar volgens mij is het ook de bedoeling dat daar de groenstrook, die blijft. Dat stond pas nog in de krant, hier langs de Boscheweg. Ja okee. Maarja daar zit nog veel achter hè. Ja kijk wat ze ginds langs de weg doen op de autobaan, dat is niet het probleem, zo ver vanaf, maar om hier achter alles vol te bouwen, ja. Ja kijk dan is de privacy van de mensen ook een beetje weg. Ja ik wil zeggen, nou kun je daar wandelen en lopen en doen, maar als ze daar dan van die villa’s hebben, dan zetten ze er grote hekken om en een grote hond en dan is dat het. Ja dat is waar, maar het is allemaal veel geblèr en weinig woorden. Ja je weet niet wat de toekomst brengt, daar kun je weinig over zeggen. Het verandert allemaal. Ja ben je ooit in de Koesteeg gelopen? Eh ja wel een stukje ja. Dan moet je daar naar
68
69
achter lopen en dan kijk je links naar die huizen, ik zeg niks van die huizen, integendeel, maar als je daar grond aankoopt voor vier ton en dan een huis erop voor vier ton, dan wil ik daar niet zitten om op die huizen te kijken. Dan wil ik vrije grond om m’n deur hebben, dat snap je wel. Ja. Dus dat loopt allemaal, dat willen ze allemaal kwijt. Achja er zullen toch mensen zijn die daar willen wonen, dat blijft. Ja natuurlijk, maar ze zitten in de Haagsteeg met die hoeken en in Vlijmen met die hoeken. Maar ach het gebeurt toch. Ja want zou u als de gemeente u dat vraagt van of u misschien een mening erover heeft, zou u dan uw mening willen laten horen? Ja natuurlijk. Ja dan moet je dan je mening zeggen, want anders kun je later ook niks meer zeggen. Ja als je het kunt dan moet je praten hè, dat moet je wel. Want kijk wij zijn er ook niet blij mee en wij kunnen er alleen als je. Nee maar het is het einde van het dorp hier. Als je dat nou vol bouwt dan komen Drunen en Nieuwkijk allemaal als een dorp aan elkander gebouwd. …Wat denken bewoners ervan, hoe gaan zij ermee om, hoe gaat de gemeente met hen om? Ja nou, af en toe. Nee we krijgen wel bericht als er iets bijzonders is ofzo hè. Ze hebben pas weer een hiering gehouden zal ik maar zeggen, de gemeente in de Ster, dan kun je daar ook naar toe om bezwaar ten gehore te brengen, maar dat is ook meer een wassen neus natuurlijk. Ja maar je kunt toch eh.. Je hebt een kans. Je kunt je mening zeggen. Maar of ze er iets aan doen is een ander verhaal. Ja dat snap ik. Dat is toch wel te hopen dat ze luisteren. Dat weten ze zelf ook wel. Maar in ieder geval, hier blijft wel een strook groen. Maar ja je weet niet, over 25 jaar moet je misschien anders denken ofzo, je weet dat niet hè. Je kunt wel zeggen, dan zijn wij er niet meer, maar dan heb je weer andere mensen. Om de dorpen een beetje gescheiden te houden is toch wel belangrijk, het is wel een gemeente, maar ze moeten niet mekander aan elkaar bouwen. Nee nee, maar in ieder geval bedankt… is het voor een onderzoek? Ja voor mijn afsluiting van mijn bachelor. … oh nou schrijf er maar gerust in dat we er niet blij mee zijn. Met bouwen wordt het anders. Wij zijn een landelijke gemeente en dat moeten ze zo laten. Want ze hebben al, als je naar Helvoirt rijdt, ik weet niet of je er ooit geweest bent? Eh ja met de auto denk ik wel. Dan krijg je eerst die weg die loopt helemaal zo, dan krijg je de weilanden en dan krijg je de bossen hè? En in dat bos daar is een tip, een hoek, das groot
dan zit je tegen de kraal/het kanaal aan daar… das hartstikke mooie natuur dat willen ze nu ook voor landhuizen inzetten. Echt? Ja echt waar. De vlaggen staan er al enzo. Jij zult er niet bekend zijn, maar als je naar hier een eindje verderen je rijdt voorbij richting Helvoirt dan die windmolen hier, als je dan alsmaar door rijdt dan krijg je een bocht naar links, bocht naar rechts rechtdoor en dan krijg je weer een bocht naar links en daar staat een groot bord. Dat is een plan, ik weet niet wat erop staat, eh hoe dat dat plan heet. Maar dat is in ieder geval woningbouw dus ook? Ja villa’s. kijk en als dan daar weer villa’s staan dan zeggen ze van joah, dan doen we daar in dat hoekje bos ook maar wat villa’s en dan staat straks alles vol met villa’s. ja en das niet nodig. Zo maar slaap jij nu op het kasteel? Nee ik slaap gewoon nog thuis. Want daar zitten nu antikrakers in nu ofzo hè. Het is wel mooi wonen. Want die vrouw die komt van een kennis van ons, die spreek ik wel eens. Maar als je daar woont dan mag je geen man hebben, of geen vrouw denk ik voor een man, je mag geen hond hebben of geen katten, je mag niet iedereen uitnodigen, geen feest geven ofzo. Je zit een beetje aan regels gebonden. Oh okee.. Maar je woont goeie koop hè en je zit in een kasteel hè. Wel in een roze kasteel, wel een hele speciale plek. Ja dat is waar, maar het zijn ook speciale mensen die er wonen. Ja want dat had ik toen vroeger ook, toen moest er een naam komen weet je, voor het land van ooit, vroeger was het altijd het kasteel. Toen werd het het Land van Ooit toen het park er kwam, maar toen moest er weer een naam komen, weet je, want nu is het geen Land van Ooit meer. Maar iedereen die als je zegt ja het Land van Ooit dat blijven de mensen zeggen en toen moesten ze een naam. Hebben ze het de Poort van Heusden genoemd, maar Heusden dat ligt die kant heen. Ja ik zei het net tegen iemand en die had helemaal niet door dat ik het hierover had, dus toen zei ik ja het Land van Ooit: oh toen snapte hij het. Mensen denken eerder aan Heusden inderdaad. Kijk maar dat hebben ze toen, ze hadden het gewoon kasteelpark moeten noemen. Dat was de eenvoudigste naam. En de Poort van Heusden, wat heeft het nou weer met de Poort van Heusden te maken? In Heusden heb je wel poorten, de Wijkse Poort, de Herpse Poort, dat noemen ze de ingangen van het kasteel eh van de vesting. Ik wil maar zeggen hier, dat heeft niks met de Poort van Heusden te maken. Het is zolang als die graaf het verkocht heeft, aan die Taminiau, is het eigenlijk niks meer geworden. Ben jij er ooit geweest
eigenlijk in het Land van Ooit? Nee nooit eigenlijk. Nah niks gemist. Nee niks gemist, nou ik wil zeggen. Het is voor kindjes, die begrijpen niks van die kunnen daar wel spelen enzo. Maar eigenlijk stelde de hele toestand niet zo veel voor, allemaal oud. En daarvoor heeft hij het ook niet kunnen halen natuurlijk. Ja en het zat ook wel heel dichtbij de Efteling toch? Joah maar ik wil eh zeggen wat hij voor de dag bracht dat was allemaal oude timmer zal ik maar zeggen. Allemaal oude rotzooi waar hij iets van maakte, heel goedkoop, krijgen deed hij niks, maar weggeven ook niet. En betalen ook niet. Nee, ja daar hoorde ik ook al verhalen over inderdaad. Nee mijn man heeft er ook voor gewerkt. Ik heb er veel gerepareerd, maar ik wil zeggen joah hij deed te veel. En nu heeft hij in België drie maanden in de gevangenis gezeten met zijn zoon erbij. Maarja dat zijn zijn zorgen. Maar ook voor degene die hij er mee onder getrokken heeft. Ja dat is wel vervelend, zeker. Maarja het is niet anders. Maar ga jij hier de hele straat af? Nee, nee, ik kijk een beetje waar mensen zijn… Ja kijk want er wonen er hier genoeg, die komen hier, wij zijn hier ook komen wonen. Wij wonen hier al meer als 25 jaar of wel 30. Ja al wel 30. Maar ik wil zeggen er wonen hier genoeg mensen die komen van ergens anders die hebben er eigenlijk niks mee. Maar het is wel zo hè Ad, elke bewoner heeft wel iets met hun. Ja. Dat het vrijblijft, dat heeft iedere bewoner. Zelfs aan de overkant van de straat, die mensen. We hebben pas nog met iemand staan praten. Nou ik hoop niet zei ie, dat dat daar door gaat, ik zal daar goed dwars voor gaan liggen. Ja opzich ook wel goed voorstelbaar, het is toch bijna uw achtertuin. Ja, en rust enzo. En die mensen, onze zoon die woont hier ook in de straat. Die zit in zijn tuin en die kijkt er tegenaan. Hier die buren die hebben vrij uitzicht en die kijken mooi het veld in. Die andere huizen, wij niet, zij niet, die komen tot, hier achter loopt een vliet noemen ze dat, water, en die heb ik nog gegraven en daar ligt nog een zandweggetje naast. En dat zandweggetje moet er altijd blijven langs de vliet, want daar achter woont nog een man en een vrouw, er staan twee woningen en die moeten altijd bereikbaar blijven. Daarom is dat stukje grond, maar dat is allemaal van de eigenaren van de huizen. Maar die hebben een recht van overpad, die mensen. Zeg maar als je nou hier toch kijkt zo hè, die mensen die hier in de tuin zitten overal die kijken zo vrij uit. En op dat land, dan staat er een keer maïs en dan staat er een keer koren, dat is toch hartstikke mooi die vrijheid. Want wij kregen hier een wethouder, ja die worden dan hier wethouder uit Amsterdam. Nou wat moet nou een Amsterdammer nou hier iets komen doen? Die wilde al die grote bomen die daar staan, die grote beuken bomen, die staan er al honderd, tweehonderd jaar. Die wilde hij daar de hele hoek kappen. Die wilde hij allemaal kappen en dan wilde hij daar een weg over heen leggen. Want hierachter ligt ook een weg. Ja die loopt dood. En die wilde hij zo allemaal doortrekken naar Drunen. Moest heel dat bos, moest hij dwars door de laan heen en alles weg. Tsja wie denkt nou zo. Ja wie denkt nou zo. Ja die had er niet zo heel lang over nagedacht waarschijnlijk. Maar die is ook niet lang wethouder geweest ook hier. Nee, nee, maar ik wil zeggen die bomen moet je laten staan. Hier helemaal ingebouwd hè, maar rij je nou naar dat groenstuk, dat is zo mooi hè! Elke dag moet ik drie keer in mijn kliko zijn en dan kijk ik iedere keer naar dat groen, daar geniet ik van. Als ze dat nou weg zouden kappen, dat is toch eeuwige zonde. En dan daarbij het is voor de gezondheid ook goed, die zetten zuurstof af.
Joah ze zien het maar, ze zien het maar. Voor ons is het niet zo erg meer hè. Maar als je hier nu opgroeit dan is het erg. Nee ik zou het maar een beetje laten zoals het is. … Ben je bij die man in het koetshuis geweest ook? Ja. En wat zei hij? Nja ik had zijn vrouw denk ik. Oh zijn vrouw. Oh nee maar ik dacht als je nou hem gehad hebt, hij is een felle. Hij is tegenstander of eh? Nee maar, hij was het niet zo met die man eens, die Taminiau weet je wel. Die woning die huurt hij, dat was vroeger het koetshuis, die huurt hij van de graaf. Hij, die man die nog in het kasteel woont achter, daar heeft hij nog in gewoond. En toen moest hij eruit ofzo dat weet ik ook niet. En toen heeft hij van de graaf het koetshuis kunnen huren. Had hij eigenlijk moeten kopen. Maar dat geeft niet, en toen zat hij in dat koetshuis en hij woont er vlakbij. Want als je nou daar rijdt, dat stuift en dat stoft hè, daar heeft hij allemaal last van dat stof. En dan moet hij allemaal de weg nat maken enzo. Want de gemeente doet dat niet. Heeft u daar hier ook last van trouwens, van dat stof? Joah als dat flink stuift, nja wij niet zoveel, maar de mensen daar wel (wijzend naar zijn buren verderop in de straat). Als je door de laan rijdt hè, ja als ze dan hard rijden. Maar gebeurt dat veel of? Nee er komt nooit, groot verkeer niet. Nee echt verkeer niet, maar er is soms iets te doen en dan komen er veel auto’s. Want daar straks ben ik er nog langs gekomen en dan kijk je daar de laan in en dan is die hele laan vol stof weet je. En dat krijg je als hier een auto rijdt. Maar als er een evenement is dan komen ze niet hier doorheen? Nee dan komen ze via de achterkant.
70
71
Maar dat manneke die doet ook met zo’n grote ton, zo’n grote strontton doet hij ook water spuiten. Dat doet hij voor zijn eigen. Anders zit het hele huis vol stof. En wij hebben er ook plezier van als we toevallig de wind hebben. Ze vertelde mij inderdaad dat ze wel veel last hebben van dat stof ja. Ja dat hebben ze ja. Maar hij was het nooit niet zo goed eens met Taminiau. Nee daar kan ik me iets bij voorstellen. Want Taminiau wilde hem daar uit dat huis hebben. Maar hij heeft van de graaf een contract dat hij er zo lang mag wonen als hij wil. Dat is toen met de verkoop klaar gemaakt. Ja dat heeft de graaf allemaal klaar gemaakt. Dat hij er mag blijven wonen. En nu is het van de gemeente, dus nu blijft hij er ook gewoon wonen. Ja. Hij woont prachtig daar. Ja maar u heeft wat dat betreft hier ook een mooie plek toch? Ja vrijheid hè. Maar ik wil zeggen ik ga er straks nog even naar toe, want hij is gisteren hier geweest en nu moet ik toch even komen. Maar er zijn hier ook een hoop gezellige mensen in de buurt. Zo eentje, maar ook net als wij en ook nog van 90 jaar. Het zit zo heel fijn door elkaar. En heel leuk contact. We hebben maar een klein straatje, maar het is de leukste van de wereld. Het duurste wat Taminiau maakte, dan ging hij naar de aannemer, daar kreeg hij van die grote ringen van putten, van die rioolringen en putten en die dingen van beton. Die deed hij dan opstapelen en toen liet hij zo’n boer komen met zo;n grote ton met drijfmest en liet hem het spul erop spuiten. Hij dacht dat is mooi, dat was de ingang daar. Ja want kijk dan kwam er gauw groen op hè. Dat plakte er allemaal tegenaan. Dat leek oud. Hij was wel inventief dus. Maar daar was het al mee begonnen. Wij wandelden daar vroeger elke dag, eh elke zondag. En dan gingen we kijken natuurlijk. En dan zeiden we tegen elkaar; hij is met stront begonnen – hij bakt er niks van – en hij is met stront geëindigd. Maar ja in ieder geval , hij moet maar zien. Maar in België hebben ze hem flink aangepakt hè. Daar kreeg hij anderhalf miljoen om het op poten te zetten, maar die verdwenen allemaal. Dat heeft hij hier ook gedaan hè, maar hier deden ze er niks aan. Hier lieten ze hem het maar doen. Hij liet allemaal artiesten komen, maar hij betaalde nooit geen mens. Daar is de groenteboer aan failliet gegaan. Die mensen hadden het al zwaar en toen was ie dol en dol blij dat hij hier dat kasteel kon krijgen. Een klant had ja. Maar die is er helemaal aan kapot gegaan. Wij hebben, de parkchef die kennen wij goed. En die had dus te maken met dat werk van mijn man. Dus Ad zegt tegen die jongen er moet geld komen hoor, want voor niks gaat de zon op. Maar dat kwam hij altijd wel betalen. Maar hij moest wel altijd een keer of drie vier gemaand worden, en dat duurde ook altijd maar. Maar wij hebben er niks van tegoed. Ja hij werkte altijd met mensen die niks kosten, studenten enzo. Ja die man was helemaal knettergek. Maar hij kon wel praten hè. Ja want anders had hij het waarschijnlijk ook niet zo lang vol gehouden. En het mooiste was hij ging dat park, nou hij had het gekocht. En op een gegeven moment heel de gemeenteraad van Vlijmen zat op de platte wagen met een paard er voor. En dan ging hij een tocht maken door de landerijen daar. Maar dat ging nergens over vergunningen, hij moest altijd maar vergunningen hebben om daar te beginnen. Hij had wel 30 BV’s. Steeds als hij weer een stukje grond had maakt hij er weer een nieuwe BV van. Ja elk stukje grond. Ja hij was daar slim in. Hoe kun je het in godsnaam voor elkaar krijgen vanaf de overheid gezien, dat ze dat zo doen. Altijd maar zijn gang laten gaan. Ja die man, ik weet het niet of hij van hogere hand bescherming had ofzo. Nee de opening ik zal het nooit vergeten. Kwamen er allemaal van die eliten overal vandaan. En toen hadden ze een draak gebouwd van hout. Een grote vuurspuwende draak. En die moest al die genodigden, wij waren ook als de buurt genodigd. Dus wij zaten daar met de hele buurt op dat grote weiland, en dan zou de vuurspuwende draak komen. Wat denk je, heel gemeente Drunen zat er al overal, allemaal van dat chique spul weet je wel. En wat denk je, die draak daar komen ze mee naar binnen gerold, die hadden ze op een stelling gemaakt. En toen moest hij vuur spuwen, hij vloog in de brand, de hele draak, en die mannen allemaal blussen. Die draak dat was zo’n apparaat waarmee ze in de havens containers mee vervoeren, dat is zo’n vierpoter, daar zitten dan van die wielen onder, daar rijden ze dan mee over de containers en zo’n ding daar had hij de draak van gemaakt. Die had hij ook een keer gekregen. Hij had een oude boot gekregen. Oh die stond ook in het park, half in de grond. Heb je die ooit gezien? Ja op plaatjes alleen. Wie graaft er nou zo’n boot half in de grond? Met de moter er nog in, daar hebben ze nog moeite mee gehad, want de olie zat er nog in. Maar ik wil zeggen, van die gekke dingen allemaal. En toen gingen wij eruit, en die mensen vertrokken ook allemaal, kennissen of weet ik wat het waren. En toen zei de ene tegen de andere, dat hoorde ik precies, het is typisch weer Taminiau wat er hier gebeurt. Dus ze kenden hem al. Dus ik zei tegen mijn buurvrouw; hoorde je dat, jaa dat hoorde ik ook zei ze. Nou bedankt voor uw tijd, ik hoop dat het mooi blijft hier voor u. Ja ja ik maak me daar niet zo druk over, want er zijn geen
centen op het ogenblik hè, het is crisis. En net als ik zeg, iemand die daar een miljoen onderhand uit moet geven, die wil nergens op uitkijken. Nee die wil echt vrijheid ja. Ja en zo is dat. Nee dat zal wel meevallen. Maak er maar een goed script van voor de bewoners en tegen de gemeente.
Omwonende Het Hof Nieuwkuijk +/- 75 jaar (oostkant Land van Ooit) Bezat grond van het voormalige landgoed d’Oultremont. Hij heeft naar eigen zeggen deze grond goed verkocht aan Taminiau, de eigenaar van het Land van Ooit. Daarvan heeft hij dit stuk grond aan Het Hof gekocht en er een huis op gebouwd. Hij woont dus ook heel dicht tegen het park aan, alleen de vliet zit er tussen. Daarom vroeg ik mij af of hij toen het Land van Ooit er nog was overlast ondervond van het park. Dit ontkende hij echter. Hij gaf toe dat hij de muziek en het geluid van spelende kinderen vaak goed kon horen, net achter de bosrand werden namelijk de tentoonstellingen met Sap de Aardwortel gehouden, maar hij vond dit niet erg. Dit was volgens hem echter niet voor iedereen het geval. Zijn vroegere overburen gingen er minder luchtig mee om. Volgens hem gingen zij zelf herrie maken om de kinderen te laten schrikken als er weer een voorstelling was afgelopen. Hij heeft zelf echter nooit problemen met Taminiau gehad. De buurt (of de straat) beschrijft hij als heel gezellig. Hij houdt het gras aan de overkant langs het water bij. Dat ziet hij als een hobby, tuinieren. In de zomer zijn aan deze waterkant vaak kinderen aan het vissen of tegenover zijn huis bij de mini kinderboerderij te vinden. Dan gaat hij (met zijn vrouw) altijd bij het hek staan/hangen om bij te praten. Als ik begin over de plannen van de gemeente Heusden uit 2009 om onder andere woningbouw te gaan realiseren laat hij weten dat hij bekend is met deze plannen. Hij ziet het echter niet gebeuren dat het wordt gerealiseerd. Hij denkt dat er protestacties zullen komen vanuit de bewoners uit de buurt. Daarnaast geeft hij aan dat de aspergeteler ook lange tijd bezig is geweest om uit te breiden (in de tijd van Taminiau). Hij heeft toen ook een houtwal verwijderd, waar hij eigenlijk geen toestemming voor had. Uiteindelijk is het hem echter nooit gelukt om uit te breiden wegens protesten van onder andere Taminiau en buurtbewoners. Dit verwacht hij ook bij de komst van nieuwe woningen. Wat hij zelf overigens niet zo heel erg vindt, maar hij snapt wel dat de overburen daar problemen mee zullen hebben. Later als zijn dochter, die in dezelfde straat woont, er ook bij is komen staan vertelt zij dat zij die woningbouw ook niet ziet gebeuren. Volgens haar hoeven haar ouders (die inmiddels rond de 75 zijn) zich daar ook niet meer druk om te maken, want voordat zij zijn overleden staan die huizen er nog niet. Op de vraag of hij betrokken zou willen zijn antwoordde deze man dat hij dat wel ziet zitten. Daarnaast zou volgens hem heel Nieuwkuijk Noord wel zeggenschap willen hebben. Verder geeft hij aan dat de gemeente Heusden sinds zij eigenaar is, steeds voordat er een evenement plaats vindt op het voormalige Land van Ooit hem via een brief informeert over wat er staat te gebeuren. Zoals de vlooienmarkt die er zondag 5 juni gehouden wordt. Taminiau heeft dit volgens hem echter ook altijd gedaan als hij iets bijzonders in het park organiseerde. Op dit moment heeft de gemeente Heusden geen plannen volgens de man. Hij heeft er in ieder geval geen informatie over gehad.
72
Bewoonster Nieuwkuijk Zou ik u wat mogen vragen? Jahoor. Ik doe een onderzoekje naar de Poort van Heusden, ik neem aan dat u dat kent, misschien als het oude Land van Ooit? Ja. En ik vraag me af wat bewoners enzo erover denken. Wat vindt u ervan? Ik zou het niet weten. Want komt u er wel eens. Nee helemaal nooit. Dus ik kan je niet helpen. Nee geeft niet, maar ik ben gewoon benieuwd of mensen ervan op de hoogte zijn en dat soort dingen. Nee, ik lees wel eens stukjes in de krant, maar dat is alles. En zou u er wel meer betrokken bij willen zijn of heeft u zoiets van het maakt mij niet uit? Nou ik heb voorlopig andere dingen aan mijn hoofd, dus voorlopig denk ik niet dat ik daar behoefte aan heb. Bewoonster Nieuwkuijk
73
Zou ik u wat mogen vragen? Ja. Ik ben bezig met een onderzoek naar het voormalige Land van Ooit, de Poort van Heusden. Wat vindt u van dit gebied? Nou ik moet zeggen dat ik daar eigenlijk niet zo vaak kom, ik kom er natuurlijk wel eens langs met de auto of de fiets, maar ik kom eigenlijk nooit echt in het gebied. Ik ben misschien wel een keer in het park geweest, met die sprookjes enzo. Maar is het gebied waardevol volgens u? Het is wel mooi groen en het is best groot en volgens mij hoor je daar ook niet veel geluiden enzo, dus dat is wel goed. Maar volgens mij kun je er verder niet meer in, dus dan kun je er niet zo veel doen. In hoeverre bent u op de hoogte van de ontwikkelingen die zich daar afspelen? Ik ben bang dat ik daar niet zo veel over kan vertellen, ik weet er namelijk weinig over. Ik heb wel eens wat in de krant gelezen ofzo, maar dat heb ik eigenlijk nooit heel goed bestudeerd. Zou u wel meer informatie willen hebben of zou u betrokken willen worden bij het maken van plannen voor het gebied? Nee dat denk ik eigenlijk niet. Ik geef er niet zo veel om wat er moet gebeuren dus. Bewoonster Nieuwkuijk Als ik mevrouw vraag naar haar mening over het (voormalige) Land van Ooit vertelt ze dat ze er een tijd gewerkt heeft. Dit is volgens haar echter wel al jaren geleden, maar ze heeft daar toen wel met plezier in de bediening gewerkt. Ze heeft nooit echt overlast van het Land van Ooit gehad. Ze werkte er tenslotte zelf ook dus ze had er wel begrip voor dat je af en toe kinderen hoorde spelen of muziek hoorde. Op dit moment is de Poort van Heusden voor haar een plek waar ze haar hond kan uitlaten. Ze loopt hier graag een rondje omdat ze geniet van de rust en het groen van de laan. Als ik haar vraag naar de plannen van de gemeente Heusden voor de Poort van Heusden laat ze weten dat ze er niet zo van op de hoogte is. Ze weet dat er een site is, maar ze heeft geen idee hoe ze daar op kan komen of welke informatie ze daarop kan vinden. Verder vertelt ze dat ze wel heeft gehoord van de ‘roddel’ in het dorp dat er op het Landgoed (in het roze kasteel) het gemeentehuis zal worden gevestigd.
Kees Musters spreekt namens de lokale politieke partij Gemeentebelangen Heusden in een column op hun website (Musters, 2008) van de mogelijkheid om het gemeentehuis op het landgoed te vestigen. Dit is een reactie op de resultaten van een Arcadis onderzoek naar het samenvoegen van de gemeentehuizen in Drunen en Vlijmen (deze stammen uit de tijd voor de gemeentelijke herindeling van 1997). Gemeentebelangen is van mening dat het Land van Ooit vanwege zijn centrale ligging en goede bereikbaarheid een goede locatie zou kunnen zijn. Deze mogelijkheid is echter niet in het onderzoek opgenomen. Verder weet ze te vertellen dat er op dit moment anti-krakers in het kasteel gevestigd zijn. Deze bewoners zijn hier terecht gekomen via Camelot volgens haar. Mevrouw weet niet of de gemeente het op dit moment in handen heeft. Zij geeft aan dat ze weet van het bestaan van de site, maar verder is ze niet geïnformeerd. Verder zegt ze dat ze het wel begrijpt dat aangezien er nu niets gebeurt, de gemeente ook geen informatie kan geven. Op de vraag wat er volgens haar moet gebeuren met het Land van Ooit geeft ze aan dat er niet te veel mee gedaan moet worden. Misschien zouden er appartementen gerealiseerd kunnen worden, maar ze vindt in ieder geval dat het park behouden moet blijven. Daarnaast vertelt ze dat het kasteel een beschermde status heeft, omdat het is aangewezen als rijksmonument. Ze zou wel willen dat het landgoed als wandelpark toegankelijk zou blijven. Zodat zij er bijvoorbeeld ook met haar hond kan wandelen. Nadat ik verteld heb dat het gebied nu in handen van de gemeente is vraag ik haar of ze op enige manier betrokken zou willen zijn bij ontwikkelingen die (gaan) plaats vinden. Zij geeft aan dat ze graag informatie zou willen krijgen, zodat ze op de hoogte is. Verder hoeft ze niet echt direct betrokken te worden. Ze denkt dat dat meer iets is voor de mensen die er direct tegenaan wonen. Ze geeft aan dat ze denkt dat ze zich kan voorstellen dat deze mensen waarschijnlijk niet blij zullen zijn met de komst van eventuele villa’s.
Bewoner Nieuwkuijk Woont op ongeveer 1 km. van het landgoed, op de Nieuwkuijkseweg naast de Ster (uitgaansgelegenheid, per weekend ongeveer 1500 man) Meneer vertelt dat hij hier iedere dag komt. Hij rijdt vanaf zijn huis met de auto tot aan het begin van de laan en dan laat hij hier op de laan zijn hond uit. Hij vindt het een prachtig gebied, vooral de laan vindt hij mooi. De laan geeft hem beschutting en rust waardoor hij er ook in de winter en als het regent kan wandelen. In de tijd van het Land van Ooit werd de laan niet goed bijgehouden, maar nu het in eigendom van de gemeente Heusden is wel. Toch zorgt de laan ook wel voor veel overlast. Er komt veel stof vanaf, wat dat betreft heeft hij medelijden met de bewoners die hier direct omheen wonen. Vooral bij veel verkeer is er echt sprake van overlast door dit opwaaiende stof. Hij kijkt zelf altijd welke kant de wind op staat als hij de auto uit stapt zodat hij weet aan welke kant van de weg hij zal gaan lopen met zijn hond. Hij zou niet echt betrokken willen worden bij de planvorming rondom de Poort van Heusden. Wat dat betreft zit hij er te ver vanaf zegt hij. Hij ziet zich alleen als indirect betrokken, hij geeft bijvoorbeeld aan dat hij wel last zou kunnen krijgen van verkeer dat door het dorp komt. Toch zou hij wel graag informatie willen krijgen over de eventuele ontwikkelingen in het gebied. Als ik hem vraag naar in hoeverre hij tot op dit moment informatie heeft gekregen, geeft hij aan dat je daarvoor
74
bestemmingsplannen kunt in zien. Al hoewel hij twijfelt of deze helemaal up to date zijn. Verder vertelt hij dat hij geen directe informatie van de gemeente Heusden heeft ontvangen. Wat betreft de toekomst ziet hij bezwaren tegen een openstelling van het gebied. Hij zou zijn hond waarschijnlijk toch niet los mogen laten op het landgoed, al biedt het wel een mooie gelegenheid om een rondje met hem te wandelen. Hij vreest echter dat de beschutting die het landgoed geeft aanleiding is voor jongeren om het als hangplek te gaan gebruiken. In de laan vindt hij namelijk nu ook al wel eens condooms en dergelijke. Dit zou hij zonde vinden. Als ik hem de plannen van de gemeente uit 2009 beschrijf (villawijk e.d.) antwoordt hij dat hij dan wel een ander rondje zal gaan lopen, bijvoorbeeld over de dijk al heb je daar niet zoveel beschutting als hier in de laan. Het bouwen aan de Bosscheweg ziet hij ook niet direct als een probleem, volgens hem groeien alle dorpen in de omgeving aan elkaar, dus waarom zou dat hier dan niet gebeuren.
Omwonende Drunen Woont aan de Kasteeldreef (westkant Land van Ooit)
75
Ze geeft aan dat ze nooit echt overlast heeft gehad van het Land van Ooit. De ingang was namelijk aan de noordzijde. Aan deze kant van het park was alleen de goederen ingang, dus er reden af en toe wat vrachtwagens die kwamen ladenen lossen. Het grote verkeer kwam dus nooit echt door haar straat. Dat zou ze wel bezwaarlijk hebben gevonden. Dit is ook de reden dat ze in 2003 samen met andere buurtbewoners bezwaar heeft aangetekend tegen de komst van een kinderdagverblijf dat de eigenaar Taminiau samen met een ander bedrijf wilde opzetten. Ze geeft ook aan dat ze eigenlijk nooit op het voormalige Land van Ooit komt. Enerzijds omdat het niet openbaar toegankelijk is en anderzijds omdat ze er ook niet echt iets te zoeken heeft. Ze heeft namelijk geen hond of kinderen waarmee ze een rondje kan gaan wandelen o.i.d. Op dit moment wordt ze door de gemeente Heusden door middel van brieven op de hoogte gehouden van eventuele wijzigingen of ontwikkelingen in de plannen. Ze zegt dat ze goed op de hoogte is van de planvorming rondom het gebied. Zo heeft ze bijvoorbeeld ook een kaartje ontvangen met de indeling van het voormalige Land van Ooit in deelgebieden. Ze geeft aan dat ze graag haar zegje zou willen doen als daar tijdens de planvorming de mogelijkheid toe zou zijn. Wat betreft de plannen van de gemeente uit 2009 ziet zij geen bezwaar tegen woningbouw rondom de Kasteellaan. Ze hoopt echter wel dat het natuurgedeelte open gesteld wordt.
Omwonende Drunen Woont aan de Kasteeldreef (westkant Land van Ooit) Deze meneer woont hier naar eigen zeggen alweer best een tijdje. Hij heeft het hier prima naar zijn zin, want het is een mooie plek om te wonen. Hij woonde er ook al toen het Land van Ooit er nog was en ook toen woonde hij er met plezier. Hij vindt dat hij ook nooit last heeft gehad van overlast. Misschien wel een enkele keer, maar hij kan het nu niet zo voor de geest halen, dus dan viel het uiteindelijk ook wel mee denkt hij. Over de situatie op dit moment is hij naar eigen zeggen wel aardig op de hoogte. Hij leest de berichten in de krant en krijgt ook altijd brieven van de gemeente als er iets wordt georganiseerd. Hij vraagt zich af wat de gemeente op dit moment aan
het doen is, want hij heeft nu hij er zo over na denkt eigenlijk al een poos niets meer in de krant gezien. Als ik hem vertel over het (haalbaarheids-) onderzoek wat de gemeente nu aan het uitvoeren is weet hij weer dat hij dat in de krant heeft gelezen. Hij komt niet zo heel vaak op het voormalige landgoed omdat het gesloten is. Wel loopt hij wel eens door de laan met zijn hond of fietst hij er wel eens langs. Dat kun je daar goed doen vindt hij, wandelen en fietsen. Misschien moet de gemeente maar zorgen dat de rest van het gebied ook weer toegankelijk wordt. Dat lijkt hem wel wat, maar woningbouw vindt hij niks dat moeten ze niet doen. Hij zou wel graag nog meer betrokken willen worden bij de ontwikkelingen van plannen voor de bestemming van het gebied. Hij wil er wel voor zorgen dat het weer openbaar toegankelijk wordt, al weet hij niet of het zomaar zou lukken. Volgens hem wil de gemeente namelijk alleen maar een klein deel toegankelijk maken.
Twee Bewoners uit Drunen Wonen in het dorp Als ik de twee heren vraag of ze wel eens van de Poort van Heusden hebben gehoord, weet maar een van de twee waar ik het over heb. De ander denkt aan het dorp Heusden zelf, zoals de naam volgens hem ook doet vermoeden. Het Land van Ooit kennen ze daarentegen wel. Ze zijn er beiden nog nooit geweest. Ze hebben beiden wel kinderen, maar met hen zijn ze alleen naar de Efteling geweest. Ze geven dan ook aan dat ze niet zoveel weten van het voormalige Land van Ooit. Ze weten mij wel te vertellen dat het voor het Land van Ooit behoorde tot de boomkwekerij Roestenburg. Die zit op dit moment nog wel aan de zuidzijde van het park. Verder weten ze dat de gemeente er ooit viaducten heeft aangelegd (waar ook Tot Ooit! op staat). Deze wilden ze gebruiken om een rondweg aan te leggen naar Eindhoven. De gemeente kon hier echter nooit wat mee aangezien ze niet de eigendom had over de rest van de grond. Nu dat wel zo is wordt er volgens de heren alsnog het Ei van Drunen aangelegd. De plannen van de gemeente Heusden om er villa’s te gaan ontwikkelingen zien ze beiden nog niet echt wat van terecht komen. De gemeente moet namelijk bezuinigen. Ze bezuinigt nu al op de verenigingen. Die moeten vervolgens hun contributie omhoog doen waardoor veel jeugd afhaakt en gaat hangen op het Raadhuisplein. Betrokkenheid bij de plannen van de gemeente omtrent het voormalige Land van Ooit zien ze beiden niet echt zitten. Het maakt ze niet zoveel uit wat ermee gebeurt, zij hebben er toch niet echt mee te maken. Bewoonster uit Drunen Zou ik u wat mogen vragen? Ja. Komt u hier uit Drunen? Ja. Ik doe een klein onderzoekje naar de Poort van Heusden, kent u dat? De Poort van Heusden, is dat waar je binnen komt of toch niet?
76
Nee het voormalige Land van Ooit. Dat hebben ze een nieuwe naam gegeven en dat heet nu de Poort van Heusden. Oh okee. Dat wist ik niet. Bent u daar bekend mee? Nou ik ben ooit eens een keer in het Land van Ooit geweest, maar verder nee. Die kant ga ik eigenlijk nooit op. Bent u dan nu nog op de hoogte van de ontwikkelingen in het gebied daar? Nee ik heb geen idee wat daar allemaal aan de gang is nee. De gemeente heeft het nu in handen en die wil er een nieuwe bestemming voor vinden, zou u daar op de hoogte van gehouden willen worden of bij betrokken willen zijn? Nee daar heb ik geen interesse in. Waarom niet, omdat u er te ver vanaf woont of? Ja ik had wel gehoord dat er woningen zouden komen, dat daar mensen dan ook het beheer in handen zouden krijgen. Maar ik heb daar verder niks mee nee.
Bewoonster uit Drunen
77
Zou ik u wat mogen vragen? Dat mag. Komt u hier uit Drunen? Ja. Ik doe een klein onderzoekje naar de Poort van Heusden, kent u dat? Ja. Okee nou ik vroeg me af, heeft u er wat mee, kent u het? Ik ken het wel, maar ik heb er niks mee. Okee komt u er ook nooit? Nee. En waarom niet? Ja vroeger zijn wij met de kinderen daar wel geweest toen het nog Land van Ooit was. En de rommelmarkten enzo dat trekt me niet dus ik heb daar niks te zoeken. Ik fiets er langs. En bent u er een beetje van op de hoogte hoe de situatie daar nu is? Eh ja een heel klein beetje ben ik daarvan op de hoogte. En hoe krijgt u die informatie als ik vragen mag? Via de Heusdense Courant en via de Scherper. Ja of ik ga op internet op de site kijken. En zou u betrokken willen worden, als ze daar plannen gaan maken, want de gemeente heeft het nu in handen. Zou u betrokken willen worden of zou mee willen denken? Dat ligt eraan wat ze er dan mee gaan doen. Als het echt voor openbare dingen is zeg maar dan heb ik zoiets van dat hoeft voor mij niet, want zo’n rommelmarkt ofzo nou daar geven wij dus helemaal niks om. Ja en voor de verderest heb ik daar niks te zoeken op dit moment. Dus ik heb zoiets van ik vind het goed dat het daar ligt en ik vind het goed dat het enigszins onderhouden wordt, maar voor de verderest doet het me op dit moment niks. Bewoner uit Drunen Zou ik u wat mogen vragen? Ja.
Kent u de Poort van Heusden? De Poort van Heusden, dan ben je wel ver uit de buurt. Ja, ik doe een klein onderzoekje ik bedoel in ieder geval het voormalige Land van Ooit, kent u het en komt u er wel eens? Ja ik ken het wel, maar ik kom er nooit eigenlijk. Ook nog nooit geweest? Nou vroeger, das een paar jaar geleden in het Land van Ooit wel een keer. Maar dat is al jaren geleden. Woont u zelf hier in Drunen? Ja. Heeft u er nu, krijgt u er nu wat informatie over of bent u er nu in geïnteresseerd? Nou ik heb denk ik daar niks te zoeken. Want u heeft hier alles bedoelt u? Ja ik zou niet weten waarvoor ik daar naar toe zou moeten. De gemeente heeft er nu plannen voor, ze wil er dingen gaan ontwikkelen. Maakt u dat nog uit wat er gaat komen? Nee niet echt. U zou er ook verder niet betrokken bij willen zijn? Nee, nee eigenlijk niet.
Bewoner uit Drunen Zou ik u wat mogen vragen? Ja. Komt u hier uit Drunen? Ja, ik woon hier vlakbij, net om de hoek. Ik doe een klein onderzoekje naar de Poort van Heusden, kent u dat? Als je daarmee het oude pretpark bedoelt, dan weet ik waar het is. Ja dat klopt, dat bedoel ik. Maar wat vindt u er nou van, komt u er wel eens? Nou ik ben dus toen het een pretpark was, het Land van Ooit, toen ben ik er nog wel eens geweest. Maar dat is toch wel heel lang geleden. Daarna ben ik er eigenlijk nooit meer geweest, ik kom er nu ook nooit meer eigenlijk. En waarom niet? Nou ik heb geen idee wat ik er zou moeten doen. Volgens mij kan ik daar net zoveel dingen als dat ik hier in mijn eigen dorp ook kan doen en dan is het zo om de hoek. Bent u op de hoogte van de ontwikkelingen die zich daar afspelen? Nee niet echt eigenlijk. Ik weet dus dat het Land van Ooit er niet meer is en volgens mij is er ook niks meer van over. Behalve dat roze kasteel staat er volgens mij nog, die moest ook blijven staan. Zou u op enige manier betrokken willen worden bij de planvorming rondom de nieuwe bestemming? Nou ik denk niet dat ze wat aan mij hebben. Waarom niet? Ik weet er bijna niets vanaf en eigenlijk maakt het mij ook niet zo veel uit wat er uiteindelijk gaat komen. Dus dan zal ik ook niet echt wat kunnen toevoegen aan die plannen denk ik. Misschien moeten de bewoners die daar wel veel over weten en die het wel uit maakt misschien moeten die dat maar doen.
78
Werknemers bedrijventerrein Groenewoud Drunen De Poort van Heusden grenst deels aan de bedrijventerreinen van Drunen (bedrijventerrein Groenewoud) en Nieuwkuijk (bedrijventerrein Nieuwkuijk). Tijdens de lunchpauze lopen veel werknemers van bedrijventerrein Groenewoud een rondje om het terrein om even frisse lucht te scheppen. Dit is eigenlijk altijd hetzelfde rondje, waarbij ze over de weg De Bosschen lopen. Deze weg vormt de scheiding tussen de Poort van Heusden en het bedrijventerrein. Tijdens een van deze wandelingen ben ik een stukje met en groepje mannen meegelopen om hen wat vragen te stellen over de Poort van Heusden. Ze geven aan dat ze allemaal weten dat dit het voormalige Land van Ooit is, sommigen werkten in die tijd zelfs ook al op het bedrijventerrein. Ze krijgen echter weinig mee van de ontwikkelingen die zich er nu afspelen. Dat er gebouwen of attracties gesloopt zijn hebben ze de afgelopen periode wel gehoord. De meesten wonen echter niet in de gemeente Heusden en zijn niet op de hoogte van wat er verder in de kranten staat over de besluitvorming vanuit de gemeenteraad. Aangezien de mannen bijna iedere dag in de Poort van Heusden komen kon ik mij voorstellen dat ze zich betrokken voelden bij het voormalige park. Navraag bij hen maakt echter duidelijk dat dit niet bepaald het geval is. Naast dat ze niet op de hoogte zijn van ontwikkelingen hebben ze niet de behoefte om op enige manier betrokken te worden bij de planvorming. De meesten geven aan dat ze doordat ze hier alleen werken niet zoveel hebben met de omgeving. Ze geven ook aan het idee te hebben dat het niet aan hen is, maar aan de echte bewoners om over de toekomst van dit gebied te beslissen. De twee die wel beiden zelf uit Drunen komen geven aan dat ze het wel prima vinden om alleen op de hoogte gehouden te worden. Tot slot zouden ze het wel fijn vinden als ze in de toekomst door de Poort van Heusden konden wandelen in plaats van het huidige ommetje. Ze wachten echter wel af, want het kan volgens hen nog wel even duren voordat het zover is.
79
Werknemers bedrijventerrein Nieuwkuijk Nieuwkuijk Aan de oostzijde van de Poort van Heusden ligt het bedrijventerrein van Nieuwkuijk. Anders dan het Drunense bedrijventerrein hebben de werknemers hier geen mogelijkheid om een kort rondje over de Poort van Heusden te maken. Zij maken in de pauze wel een ommetje alleen dan over het bedrijventerrein zelf of een stukje het dorp in. Ze weten allen wel dat het Land van Ooit er jaren lang gelegen heeft. Voor de ingang van de parkeerplaats van de huidige Poort van Heusden moet men namelijk over het bedrijventerrein rijden. Hier merken ze echter weinig van, waarschijnlijk komt dit omdat de evenementen vaak in het weekend zijn, als zij niet werken. De werknemers geven aan zich niet echt betrokken te voelen bij de Poort van Heusden. Eén geeft er echter aan dat hij denkt dat de ondernemers die hun bedrijven hier hebben wel geïnteresseerd zijn in inspraak. Voor hen maakt het namelijk wel uit wat de bestemming van het gebied wordt. Woningbouw zou bijvoorbeeld betekenen dat er geen geluidsoverlast meer mag zijn en dergelijke. Fietser Drunense kant Land van Ooit Woont in Vliedberg, uitbreidingswijk van Vlijmen Woont u hier? Nee ik woon hier niet, ik woon een beetje verderop. Ik ben hier wel bekend hoor, het is maar vijf of tien minuten met de fiets. Woont u dan in Nieuwkuijk of? Nee Vliedberg heet het, net naast, vlakbij Nieuwkuijk. Ik neem aan dat u het Land van Ooit wel kent? Ik ben hier ooit wel eens geweest. In de oorlog bij mijn vader achterop de fiets, toen was hier in het bos een V1 gevallen. Toen
mocht ik mee achterop de fiets, toen was ik misschien vier, vijf jaar. En het was me toch een gat hier, echt een belevenis! Zo heb ik nog wel meer herinneringen aan de oorlog. Maar dit Land van Ooit daar wordt een keer een rommelmarkt gegeven, naja rommelmarkt, leuke spullen zijn er ook wel bij. Die hebben ze daar die oude paardenhal, die tribune, overdekt, daar kunnen ze dan staan. Het is best nog een mooi park, zoals dat laantje, daar ben je wel geweest hè, schitterend die laan. Ja daar ben ik wel geweest ja. Alleen laatst met een storm zijn er wel een paar bomen omgewaaid. Als de wind er vat op krijgt, zo’n boom alleen, dat houden ze niet. Maar bij zo’n rommelmarkt, komt u er dan wel eens? Ik ben er een keer geweest ja. Toen heb ik wel een betere indruk gekregen van de laan die eigenlijk langs het kasteeltje liep. Dat is een soort laan hè. Daar stond nog een boerderijtje, ik weet niet of het er nu nog staat eigenlijk. Van vroeger ken ik het wel. Dan mocht je gerust hier altijd komen. Ja want nu is het eigenlijk niet meer toegankelijk. De gemeente houdt het nog op slot, dat is toch belachelijk! Ja want het is gewoon van de gemeente dus, maar wat kun je er nou kapot maken? Het gebouw hè. Maarja als ik wil kan ik er toch in, want er is wellicht eens een festiviteit. Want ik ben er in het verleden een paar keer, verschillende malen zelfs op recepties geweest. En de nieuwjaarsreceptie van de gemeente Heusden wordt hier ook nog elk jaar gehouden. Dat is ook wel leuk. Heel leuk zelfs, maar dat koste heel veel geld en nu de laatste keer is het wel minder geworden. De gemeente heeft er nu dan wel plannen voor, ze wil in ieder geval wel wat gaan ontwikkelen, niet dat er nu nog echt iets gebeurt. Maar ik heb bijvoorbeeld gebiedsvisies gezien en dan spreken ze ervan om rond de laan bijvoorbeeld woningbouw te gaan ontwikkelen. Ja dat zou best kunnen, ze hebben aan weerskanten van de laan willen ze villa’s hebben. Dan hoop ik maar dat zo’n boom niet om waait! Maar echt wel hoor, want dat is potverdorie gevaarlijk! Ik zou er niet willen wonen hoor. En bovendien bouwgrond is tegenwoordig zo duur. Ja helemaal op zo’n plek waarschijnlijk. Ja op zon plek inderdaad, maar ze zullen wel zon beetje hetzelfde tarief handhaven hè, maar dan heb je grotere plekken. Maar dat lijkt me helemaal niks. Nee? Hier wonen, dat zie ik niet zitten. Maar u zou in principe wel gewoon willen dat het gebied toegankelijk wordt eigenlijk of? Nou ja ik kan ook naar de Drunense Duinen hè. We hebben genoeg! Ja dat is ook wel waar inderdaad. Dus daar zou ik me niet te druk om maken. Want eh er is daar wel een weg daar achter misschien kun je er nog langs, dat weet ik niet. Nee nee, maar er is wel een verschil of het gewoon. Ja want heel vroeger, dat hoor ik dan van verhalen van de pastor, gingen ze hier nog vissen in de vennetjes, dat was heel leuk dan. Maar krijgt u van de gemeente, heeft u wel eens informatie gekregen over hoe het zit met het Land van Ooit? Jewel ik lees er wel eens iets van dat ze het toch nog niet kwijt kunnen. Er waren een paar gegadigden, maar één gegadigde was dus een projectontwikkelaar nevo. Maar die ander heeft het afgehaakt schijnbaar. Maar ze hebben een stuk van het land hebben ze nodig om een aansluiting te maken op de A59. Dat is niet hier het bos maar net daar naast denk ik. Ja ik denk het stuk dat nu nog akker is. Ja. Maar dat is dan gewoon een afrit of weet u dat verder ook niet? Ja dat komt dan aansluitend op de rotonde hè. Het is een afrit en ook een oprit. Want het was zo er zouden dus daar een paar afritten dicht gaan. De afrit Elshout en de afrit eh ik durf het niet zeker te zeggen, maar de volgende, maar mogelijk dat ze daar wat gaan veranderen. En dan zou hier het Ei van Drunen komen. Daar had ik inderdaad ook over gelezen. Verder weet ik er ook veel meer van. Ik weet alleen wel vroeger was het van dOultremont hè, die had veel bezit hier. Allemaal land en alles en dat hebben ze allemaal afgestoten hè. Maar als de gemeente het gebied wil gaan ontwikkelen of iets mee wil gaan doen, zou u dan op een of andere manier betrokken bij willen zijn? Zou u bijvoorbeeld nou het kan in de zin van informatie maar het kan ook zijn dat u zelf bijvoorbeeld echt ideeën aan levert. Zou u dat willen of ziet u daar verder niks in? Dat ik zelf ideeën aandraag? Ja of dat u bijvoorbeeld geïnteresseerd bent in de informatie over wat er gebeurt en staat te gebeuren. Ja af en toe geven ze wel een beetje informatie vrij. Op welke manier? Ja in de krant, de Scherper heb je en de Heusdense krant. Daar staat het dan in. Maar niet dat er bijvoorbeeld een brief in uw brievenbus zit of er ontwikkelingen zijn? Dat kan ook wel eens zijn ja dat ik een briefje gekregen heb. Maar ik denk het niet, het is meestal de plaatselijke krant. Ook in het Brabants Dagblad. Tsja want wat moet je hiermee? Ja daar zit de gemeente ook nogal mee in zijn maag. Ja
80
heel veel 20 miljoen is het onderhand. Ja en per jaar komt er weer een miljoen bij. Ja per jaar aan vaste lasten enzo, dat kan ik toch niet begrijpen, maar het is weel zo zeggen ze. Hoe is het mogelijk hè? Maar wat zijn dan die vaste lasten, een beheerder misschien? Ja ze gaven aan dat ze 6 ton aan rente kwijt zijn en vier ton aan beheer, dat is wat ik ervan weet. Ohja, daar had ik zelf ook wel bij na kunnen denken. Dat geld moet ook verantwoord zijn, dat moeten ze ook lenen. Maar komt u hier verder vaak met de fiets? Eh nou. Of is het toeval dat ik u hier tref? Nou ik kom hier meer met de fiets, je kunt hier ook zo achterlangs rijden enzo. Bewoonster Vlijmen
81
Waar komt u hier vandaan? Ja, ik woon hier in Vlijmen. Komt u wel eens in het Land van Ooit? Nooit. Bent u er wel eens geweest? Ja das echt heel vroeger geweest, dat is echt heel lang geleden hoor. Toen het nog een pretpark was? Ja ja dat wel. En heeft u er nu wat mee? Nee nee, helemaal niks. Want ik vroeg me af hoe dat nog leeft onder mensen, ook iets verder van het park af. Omdat de gemeente nu bezig is, ze moeten er iets nieuws voor bedenken. Heeft u daar iets mee of maakt het u helemaal niks uit? Nee ik zit er helemaal niet meer in, in het park mijn dochters zijn allemaal veel groter dus. Die hebben alleen de Efteling voor ogen en zulke dingen niet. En maakt het u dan nog iets uit wat er zou komen? Nee absoluut niet nee. Zou u op enige manier betrokken willen zijn bij de planvorming rondom het voorm. Land van Ooit? Nee, eigenlijk niet. Ik weet er niets van en het interesseert me eigenlijk ook niet. Bewoonster Vlijmen Komt u hier uit Vlijmen? Het is nog wel Vlijmen, maar wel wat verder hier vandaan. Ik doe een klein onderzoekje naar de Poort van Heusden, kent u dat? Nou ik weet wel dat er wat van die poorten in Heusden zijn? Nee ik bedoel het voormalige Land van Ooit, het sprookjespark. Oh sorry, ik wist niet dat ze die nu zo noemen eigenlijk. Nadat het park failliet is gegaan heeft de gemeente het opgekocht en zij hebben toen ook de naam van het gebied veranderd. Oh okee. En wat gaan ze er nu doen dan? Nou dat weten ze nog niet helemaal, maar de gemeente heeft een gebiedsvisie gemaakt waarin onder andere woningbouw en bedrijven gepland zijn. Daarvoor zijn ze nu een soort haalbaarheidsonderzoek aan het doen. Ah en jij weet dat allemaal wel en ik niet, dat is toch wel erg hè? Maarja ik lees die lokale krant nooit zo goed. Ik heb zelf een andere dus dan blader ik verder alleen even door de lokale krant in plaats van dat ik het goed lees. Komt u wel eens in het voormalige Land van Ooit? Nee ook nooit, ik denk dat ik er anders ook wel meer van geweten had, maar nee ik kom er nooit. Zou u wel meer informatie of misschien echt betrokken willen worden bij de ontwikkeling van het gebied? Nou ik weet niet of ik dat hardop mag zeggen, maar eigenlijk interesseert het mij niet zo. Maar dat had je misschien al wel begrepen.
Oscar van Limburg Team Ontwikkeling, onderzoek en projecten Gemeente Heusden Hoe ziet de gemeente Heusden het plangebied op dit moment, wat voor waarde hecht ze eraan? Het gebied is voor de gemeente waardevol. Vandaar ook dat het de Poort van Heusden genoemd is. Is deze waardering veranderd ten opzichte van de periode voor en tijdens het Land van Ooit? De waardering voor het gebied is niet veranderd Hoe staat het met de planvorming rondom de Poort van Heusden? -Ik begreep dat er op dit moment onderzoek wordt gedaan, wat wordt er precies onderzocht? Een eerdere aanbesteding van het gebied is niet gelukt. Het gebied is toen op de markt gezet als toeristisch recreatieve attractie op Nationaal niveau. De gemeente heroverweegt hoe nu verder te gaan met de ontwikkeling van het gebied Wat is de rol van de gemeente in dit onderzoek? De gemeente is grondeigenaar en voert het onderzoek uit Hoe gaat de gemeente om met de bezwaren tegen de gebiedsvisie van 2009? -Hoe staan bewoners, politieke partijen en andere belangengroepen tegenover de kwestie? Eerst wordt nu bekeken welke mogelijkheden voor de ontwikkeling van de Poort van Heusden er zijn. In hoeverre heeft de gemeente de bewoners geïnformeerd? -Welke burgers hebben welke informatie gekregen, waarom? -Ik begreep dat er informatiebijeenkomst(en) zijn geweest, wat heeft hier plaats gevonden? Voor wie was dit bedoeld? Kwamen hier veel mensen op af? Exacte gegevens over de informatiebijeenkomsten is mij niet bekend. Deze zijn gehouden voordat ik betrokken was bij het project. Is er in de planvorming met betrekking tot de Poort van Heusden enige vorm van inspraak of participatie van bewoners of organisaties? -Zo ja; op welke manier gebeurt dit? Zo nee; waarom niet, zou dit toegevoegde waarde kunnen hebben? Op dit moment wordt er nog niet gesproken over participatie. In het verleden is de omgeving wel betrokken bij het opstellen van de gebiedsvisie, maar heeft er geen participatie plaats gevonden. Heeft de gemeente ervaring met het gebruiken van participatie in (ruimtelijke) planvormingsprocessen? -Ik heb iets gelezen over het Wijkgesprek, wat houdt dit precies in en wat wil de gemeente daarmee bereiken? Deze vraag moet ik doorsturen naar mijn collega (Mart van Lieshout).
82
Mart van Lieshout Klantcoördinator wijkgericht werken Gemeente Heusden Via mijn collega Oscar van Limburg, heb ik deze vraag toegestuurd gekregen: Ik heb iets gelezen over het Wijkgesprek, wat houdt dit precies in en wat wil de gemeente daarmee bereiken? Ik ben werkzaam als klantcoördinator Wijkgericht werken in de gemeente Heusden en verantwoordelijk voor de organisatie van de wijkgesprekken. Deze wijkgesprekken zijn sinds vorig jaar een jaarlijks terugkerend fenomeen in onze gemeente. Wijkgesprekken zijn een vereenvoudigde vorm van wijkbezoeken. In deze wijkbezoeken ging het voltallige college van B&W met een gevolg aan ambtenaren en mensen van overige organisaties (bijv. politie, woningcorporatie en welzijnswerk) een wijk of kern in om met mensen te praten over hoe zij het vinden om in die wijk te wonen. Ook werden er op die avonden veel wensen van inwoners genoteerd op het gebied van onder andere de aanpassing van de openbare ruimte. De hoeveelheid wensen en de benodigde inzet voor de realisatie ervan overstegen vaak de mogelijkheden die de gemeente had. Dit veroorzaakte begrijpelijkerwijze grote teleurstelling onder de inwoners. De wijkgesprekken worden sinds 2010 elk voorjaar georganiseerd. Er gaat naar elke van onze 17 kernen en wijken één wethouder (deze wisselt per wijk) met enkele ambtenaren die op specifieke domeinen in het openbaar gebied expert zijn. Dit is met name op het gebied van speelvoorzieningen, verkeer en groen.
83
Het doel is om wederom het bestuur te laten vernemen hoe mensen tegen het wonen en leven in hun wijk aankijken en te horen wat goed gaat en wat beter kan. Daarnaast stellen we mensen in de gelegenheid om binnen enkele spelregels en een vooraf vastgesteld budget zgn. ‘wijktips’ in te dienen. Dit zijn verbeteracties die de gemeente liefst in nauwe samenwerking met de bewoners binnen 1 jaar uit kan voeren om de leefbaarheid direct te verbeteren. Zo hebben mensen zelf direct invloed op wat er in hun woonomgeving gebeurd. Dit in tegenstelling tot de beleving dat het veelal de gemeente is die op een afstand bepaalt wat er gebeurd en dan vaak ook nog eens voor inwoners onbegrijpelijke, onlogische en soms ronduit vervelende keuzes maakt. Dit laatste is dan ook een voornaam intern effect, waarbij het voor collega ambtenaren ook zichtbaar wordt dat niet al het beleid meer even praktijkgericht is. Het fungeert dus ook als input voor beleidsmakers, bestuurders en ook gemeenteraadsleden. De wijktips (maximaal 3) die uiteindelijk worden uitgevoerd worden bepaald door de wijkbewoners die bij het wijkgesprek zijn te laten stemmen. Ieder heeft één stem die men op de tip van hun keuze uit kan brengen. Hoe meer stemmen hoe hoger de tip in de top 3 komt en hoe eerder die voor uitvoering aan de beurt is. De uitvoering gebeurt zoals gezegd liefst samen met de inwoners. Zo voelt men zich meer verbonden met het werk en het thema en kan men met het beschikbare budget (gemiddeld 15000 euro per wijk in 2011) meer dan één tip realiseren. Hopelijk heb ik je hiermee voldoende informatie toegestuurd. Als bijlage heb ik onze kadernota wijkgericht werken en onze gemeentelijke wijkatlas toegevoegd. Deze vormen de basis voor het wijkgericht werken in onze gemeente.
Mart van der Poel Fractievoorzitter GroenLinks Gemeente Heusden Hoe ziet GroenLinks het plangebied op dit moment, wat voor waarde hecht ze eraan? GroenLinks hecht buitengewoon veel waarde aan het gebied van de Poort van Heusden, voorheen Land van Ooit en daarvoor Landgoed van de graaf van d’Oultremont. Van dat landgoed, dat zich ook uitstrekte naar het noorden en zuiden, is lang geleden al een stuk afgesneden door de aanleg van de A59. GroenLinks vindt verdere aantasting van het landgoed door huizenbouw of bedrijventerreinen zeer onwenselijk. Het heeft een grote cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde die behouden dient te blijven. Is dit veranderd ten opzichte van de periode voor en met het Land van Ooit? U heeft in 2009 bezorgd gereageerd op de gebiedsvisie die de gemeente Heusden toen heeft ontwikkeld, wat maakte u toen bezorgd? Hoe staat het nu met die visie, zijn er nog ontwikkelingen geweest? - Is uw bezorgdheid al weggenomen? In hoeverre wordt er wat gedaan met uw commentaar? Die opvatting had GroenLinks ook al ten tijde van het Land van Ooit. We waren destijds ook tegen de uitbreidingsplannen van het Land van Ooit (ontwerpbestemmingsplan Tachtig Torens*) omdat daardoor meer bebouwing op het landgoed zou komen. Dat is door het faillissement van het Land van Ooit niet doorgegaan, maar vormde wel het uitgangspunt van de gebiedsvisie van 2009. Omdat in die gebiedsvisie ook veel positieve ontwikkelingen zitten (versterking ecologische structuur, versterking recreatieve waarde door het landgoed openbaar toegankelijk te maken, konden we ons daar destijds helemaal in vinden. Dat is nu nog steeds zo. Onze bezorgdheid is pas een half jaar geleden ontstaan toen duidelijk werd dat de gebiedsvisie niet het beoogde geld op zou leveren. Men is nu van plan om die, in onze ogen prima, gebiedsvisie los te laten en naar een andere, financieel aantrekkelijkere, invulling te komen. Zo wil men in het open gebied ten zuiden van het ‘kasteelpark’ nu dure villa’s gaan bouwen. Wij vinden dat open gebied (brede bomenlaan met aangrenzend landbouwgronden) een essentieel onderdeel van het landgoed. Bovendien is het nu nog een groene buffer tussen Nieuwkuijk en Drunen en dat moet zo blijven. Er worden al meer dan genoeg woningen bijgebouwd in onze gemeente (twee grote projecten: Geerpark en de Grassen in Vlijmen). Verder wil men aan de noordoostkant bedrijventerrein maken en ook daarvan hebben we meer dan genoeg in Heusden. Bovendien ontneem je een mogelijke exploitant van het middengebied de kans om later in die richting uit te breiden. Kortom, onze bezorgdheid is alleen maar toegenomen. Hoe zou het gebied er volgens GroenLinks in de toekomst uit moeten zien? - Wat moet behouden blijven/verdwijnen, wat voor functie krijgt het, openbaar toegankelijk? GroenLinks wil vasthouden aan de gebiedsvisie uit 2009 en dus ook aan een toeristisch-recreatieve invulling met behoud van de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van het landgoed. Als daar nu geen geschikte kandidaten voor zijn dan moeten we nog even wachten of bereid zijn er geld op toe te leggen (d.w.z. dat we niet het hele geïnvesteerde bedrag van ruim 18 miljoen direct hoeven terug te verdienen). Dat betekent ook dat een deel van het park openbaar toegankelijk moet zijn (in de gebiedsvisie het westelijk deel dat onderdeel moet worden van een recreatieve wandel- en fietsroute van noord naar zuid, van de vesting naar de Drunense Duinen). Uit het verkiezingsprogramma blijkt dat GroenLinks vindt dat participatie “centraal moet staan in het gemeentelijke beleid”. Wat verstaat uw partij onder participatie? - Welke partijen op welke manier betrokken?
84
In hoeverre maakt de gemeente Heusden volgens u gebruik van participatie? - Kunt u hier voorbeelden bij geven? Sluit dit aan bij de wensen van uw partij? Is er in de planvorming met betrekking tot de Poort van Heusden enige vorm van inspraak of participatie van bewoners of organisaties voor zover u weet? - Zo ja; op welke manier gebeurt dit? Zo nee; zou dit volgens u toegevoegde waarde kunnen hebben? - Wie zouden er dan betrokken moeten worden en op welke manier? In ons verkiezingsprogramma staat dat ‘participatie centraal moet staan in gemeentelijke beleid’. Daarmee wordt bedoeld dat de gemeente ervoor moet zorgen dat iedereen mee kan doen in de samenleving, dat iedereen zijn of haar bijdrage levert en daarvoor ook gewaardeerd wordt. Maar ook bij de totstandkoming van beleid is participatie (inspraak maar vooral ook meedenken) essentieel. Als je burgers en organisaties in een vroegtijdig stadium betrekt bij de beleidsvorming krijg je beter beleid met meer draagvlak en minder bezwaar- en beroepsprocedures. Dat gebeurt steeds vaker in Heusden (bv. rond de geluidsschermen langs de A59 en het Centrumplan Vlijmen), maar nog niet vaak genoeg. Bij de ontwikkeling van de Poort van Heusden is daar te weinig sprake van geweest. Voor een deel kwam dat door de aanbestedingsprocedure die bijna twee jaar in beslag heeft genomen (en waarover niks naar buiten mocht komen). Maar nu een andere weg wordt ingeslagen is het vreemd dat dat nog steeds vooral binnen het gemeentehuis plaatsvindt. In de gemeenteraad wordt te weinig inhoudelijk en open gediscussieerd over de toekomst van de Poort van Heusden. In onze optiek zouden ook de bewoners (omwonenden maar ook de andere inwoners zijn belanghebbenden bij zo’n waardevol gebied in de gemeente), natuur- en milieuvereniging, heemkundekring, platform toerisme en recreatie en lokale ondernemers veel meer bij de planvorming betrokken moeten worden. Bij voorkeur zou dat moeten gebeuren in interactieve sessies waar ook de raad bij betrokken is.
85
U geeft aan dat de gebiedsvisie van 2009 voor GroenLinks in principe niet bezwaarlijk was, maar dat uw bezorgdheid pas een half jaar geleden ontstond gezien de plannen van de gemeente voor het bouwen van villa’s en een bedrijventerrein. Voor zover ik weet stonden deze plannen echter ook al aangegeven in de gebiedsvisie uit 2009. Heeft de gemeente pas later aangegeven deze plannen werkelijk tot uitvoering te willen brengen of doel ik met de gebiedsvisie (zie bijlage) op een ander document dan dat u doet? We hebben het wel over dezelfde gebiedsvisie, maar er is sindsdien wel het een en ander veranderd in de plannen. In de visie van 2009 was er wel sprake van bedrijvigheid aan de westkant, maar niet in het plangebied van de Poort van Heusden zelf. Van woningbouw was sowieso geen sprake. Deze gebiedsvisie, waar GroenLinks zich dus wel in kon vinden, is ‘in de markt gezet’ maar leverde (bij lange na) niet het gewenste bedrag van 18 miljoen op. De gemeente gaat het gebied nu zelf ontwikkelen en daar ontstaan voor ons de grote problemen. Op het rechterkaartje op pagina 32 gaat het om het meest zuidelijke deel tot aan de huidige poort, waar men nu villa’s denkt te gaan bouwen (levert veel geld op, als ze verkocht worden tenminste.....). Daarnaast gaat het om het lichtgroene deel in het noordoosten en een strook aan de oostkant daaronder, waar men nog meer bedrijven wil vestigen (levert ook veel geld op, als ze verkocht worden tenminste.....). Dit alles betekent ook dat er voor toerisme en recreatie (bovenregionale trekpleister) slechts het kasteelpark in het midden overblijft. Zonde, ook voor de toekomst. Nogmaals, GroenLinks wil graag vasthouden aan de gebiedsvisie van 2009 en het landgoed niet opofferen aan woningbouw en nog meer bedrijven. In de raadsvergadering van 22 maart 2011 zijn de ideeën voor een nieuwe invulling besproken, maar er is (gelukkig) nog niets besloten. Ik heb het betreffende document bijgevoegd.