CULTUUR AAN DE BASIS Drie jaar Cultuur en School – Pabo’s
Colofon Cultuur aan de basis is een uitgave van het projectteam van de pilot Cultuur en School – Pabo’s Redactie Tineke de Danschutter, Jonaske de Ruiter, Peter Zonderland Eindredactie Tonny van Winssen Teksten Vera Bergman, Anja Geldermans, Bea Ros, Jonaske de Ruiter, Astrid van Unen, Paul Vogelezang, Peter Zonderland Vormgeving Jessica Ottersberg O&D, Amsterdam Fotografie Marco Hofsté Druk Libertas Grafische Communicatie, Bunnik Copyright Projectteam Pilot Cultuur en School – Pabo’s
Inhoud 3 5
Inleiding - Paul Vogelezang Drie jaar Cultuur en School – Pabo’s Paul Vogelezang, Vera Bergman
6 Hogeschool IPABO Amsterdam / Alkmaar, Pabo Amsterdam - Bea Ros 10 Hogeschool Drenthe, Pabo De Eekhorst, Assen 12 Avans Hogeschool, Pabo Breda 14 Saxion hogescholen, Pabo, Deventer 16 Christelijke Hogeschool Ede 17 Ervaringen van basisscholen Astrid van Unen
18 De IJsselgroep, Pabo Iselinge, Doetinchem
23 Ervaringen van studenten Jonaske de Ruiter
24 Christelijke Hogeschool De Driestar, Gouda
26 Fontys Hogescholen, Pabo Eindhoven 27 Ervaringen van culturele instellingen Peter Zonderland
30 Hanzehogeschool Groningen & Christelijke Hogeschool Nederland, Groningen 32 Hogeschool INHOLLAND, Pabo Haarlem 33 Uitbreiding van het Pabo-project Anja Geldermans
36 Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 40 Hogeschool Edith Stein / Onderwijscentrum Twente, Hengelo
41 Adressen 44 Hogeschool Leiden, Pabo Leiden 46 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Pabo Groenewoud, Nijmegen
50 Hogeschool Zuyd, Pabo Maastricht 52 Pabo Hogeschool Rotterdam 54 Hogeschool INHOLLAND, Pabo Rotterdam
56 Katholieke Pabo Zwolle
Inleiding
Toelichting bij de foto’s : Marco Hofsté fotografeerde het project Natuurlijk leven, dat werd uitgevoerd door alle groepen van de Sint-Odaschool in Maastricht onder leiding van eerstejaarsstudenten van de Pabo Maastricht van de Hogeschool Zuyd. Het project gaat uit van de omgeving van de (basis)school; in dit geval zijn dat de achttiende-eeuwse vestingwerken van de Linie van Dumoulin. Het project combineert zaakvakken als geschiedenis, biologie en aardrijkskunde, en expressievakken zoals theater. (zie p. 50)
In september 2001 begonnen vijf opleidingen voor leraar basisonderwijs vol plannen en verwachtingen aan de pilot Cultuur en School – Pabo’s. Een van de doelen was te onderzoeken op welke wijze een opleiding studenten kan leren duurzame relaties te leggen tussen basisschool en culturele instellingen en daarmee de kwaliteit van het basisonderwijs te bevorderen. ‘Cultuur en School’ een vaste plek geven in het curriculum was een minstens zo belangrijk motief voor deze pilot. Een jaar later startten nog eens dertien opleidingen met vergelijkbare ideeën. In deze publicatie wordt gekeken wat is er van al die plannen is gerealiseerd en of alle verwachtingen zijn uitgekomen. De overkoepelende beschouwing ‘Drie jaar Cultuur en School – Pabo’s’ beschrijft in welke context het project zich heeft afgespeeld. Doelstellingen, ervaringen en effectmeting laten zien waar het in de pilot om ging en wat er daadwerkelijk is gerealiseerd. De deelnemende opleidingen hadden alle achttien de doelstelling studenten kennis en vaardigheden te laten verwerven om samen met de culturele instellingen in de omgeving van de scholen interessant onderwijs voor kinderen mogelijk te maken. Ze hebben echter verschillende wegen bewandeld om hun doel te bereiken. Om een beeld te geven van de variatie in activiteiten die de pabo’s in deze pilot hebben ontplooid, is van elke pabo een close-up gemaakt van een opmerkelijk aspect van hun aanpak.
Direct betrokkenen bij de uitvoering van het project zijn de studenten, basisscholen en culturele instellingen. In drie artikelen komen zij aan het woord om te vertellen wat deelname voor hen betekend heeft. Naast een terugblik op de afgelopen drie jaar wordt er in deze rapportage natuurlijk ook vooruitgeblikt. Een aantal recente ontwikkelingen zal van invloed zijn op de positie die pabo’s kunnen innemen bij cultuureducatie. Zo geeft een voorstel voor herziening van de kerndoelen van het basisonderwijs, inmiddels bij de Tweede Kamer, cultuureducatie een prominente plaats in het basisonderwijs. Scholen mogen daar een eigen invulling aan geven. Bovendien kunnen ruim zevenhonderd basisscholen in het schooljaar 2004-2005 gebruikmaken van de stimuleringsregeling Versterking Cultuureducatie in het Primair Onderwijs. In het artikel ‘Docent wordt motor achter cultuureducatie’ is over die ontwikkelingen meer te lezen. De beschreven ervaringen en de behaalde resultaten maken duidelijk dat alle betrokkenen veel hebben geleerd van de eerste drie jaar van de pilot Cultuur en School – Pabo’s. Wij hopen dat deze publicatie een bron van inspiratie zal zijn voor iedereen die zich inzet voor versterking van de rol van de leerkracht als cultuuroverdrager in het basisonderwijs. Paul Vogelezang Projectleider Cultuur en School – Pabo’s September 2004 3
Drie jaar Cultuur en School – Pabo’s Context
De ene opleiding stelt meer studiepunten
De projectgroep Cultuur en School van het
voor een bepaald vakgebied beschikbaar
ministerie van OCW heeft in de eerste jaren
dan de andere en ook verschilt hun aanpak.
van zijn werkzaamheden (1996-2000) sterk
Zo legt de ene opleiding het accent op prak-
de nadruk gelegd op de invoering van
tische vakkennis óf op inhouden als het
cultuureducatie in het voortgezet onderwijs.
gaat om cultureel erfgoed in de mens- en
Het vak CKV1 en de daarmee samen-
maatschappijvakken. Andere opleidingen
hangende invoering van cultuurvouchers
kiezen voor een accent op algemene cultu-
zijn daar het duidelijkste resultaat van.
rele ontplooiing of op cultuureducatie als
Vervolgens werden cultuurbonnen in de
aanvulling op het veelal verbaal en cognitief
basisvorming geïntroduceerd en ontstond
ingestelde basisonderwijs. Voor cultureel
er ruimte voor het vak CKV in het nieuwe
erfgoed is een belangrijke invalshoek het
vmbo. Aan het eind van die eerste periode
benutten van de omgeving bij het aanleren
kwam de projectgroep tot de overtuiging
van didactische vaardigheden, zoals het
dat een stimulans in de opleiding van
gebruik kunnen maken van bronnen en het
leraren voor het basisonderwijs en vervol-
actief, instrumenteel leren. De opleidingen
gens versterking van cultuureducatie in
deden daarom de aanbeveling om waar
het primair onderwijs gewenst was.
mogelijk meer samenhang tussen al die
In 2000 vond op de Pabo Eindhoven, onder-
vakgebieden te realiseren en studenten
deel van de Fontys Hogescholen, een
toe te rusten om die samenhang ook in
studiedag plaats over cultuureducatie in
de praktijk van het basisonderwijs te
de opleiding leraar basisonderwijs. Hierbij
verwezenlijken.
was ook een vertegenwoordiging van het
Het ministerie van OCW had ook zelf een
ministerie van OCW aanwezig. Vanaf dat
belangrijk doel voor ogen, namelijk om via
moment zijn opleidingen en het ministerie
het onderwijs leerlingen – en in dit geval
met elkaar in gesprek geraakt en was de
studenten van de pabo’s – meer dan voor-
kiem gelegd voor het pilotproject Cultuur en
heen in aanraking te brengen met kunst en
School – Pabo’s.
erfgoed en hen door middel van de kennis
De opleidingen constateerden dat pabo-
en vaardigheden die ze daarbij opdoen,
studenten in de opleiding te maken krijgen
voor te bereiden op hun taak als cultuur-
met een breed scala aan kunst- en cultuur-
drager / cultuuroverdrager.
vakken: beeldende vakken (tekenen en
Zowel de aanbeveling van de opleidingen
handvaardigheid), beweging (dans),
zelf als het door het ministerie van OCW
drama/bevordering van het taalgebruik en
beoogde doel is in de doelstellingen
muziek (kunstvakken), alsmede geschiede-
van de pilot Cultuur en School – Pabo’s
nis en aardrijkskunde (wereldoriëntatie).
verwerkt. 5
Hogeschool IPABO Amsterdam / Alkmaar, Pabo Amsterdam
Doelstelling
te passen. Daarbij leren ze toepasselijk
Pabo’s ontwikkelen plannen om studenten
cultuuraanbod te zoeken, te verwerken
te leren duurzame relaties te leggen en
en toe te passen op concrete onderwijs-
te onderhouden tussen basisschool en
situaties, rekening houdend met de
culturele instellingen. Voorts leert de
pedagogische en didactische visie van
student inhouden en werkvormen te kiezen
de school. En ze leren cultuuraanbod in
De docenten van de kunstvakken op de Amsterdamse IPABO liepen al langer rond met
die passen bij ontwikkelingen in een multi-
school en klas te organiseren.
het idee voor een gezamenlijk overleg. Het pilotproject gaf net het zetje dat nodig was,
culturele en op informatie- en communica-
en meer dan dat. Inmiddels heeft de pabo een cultuurcommissie met vertegen-
tietechnologie gebaseerde samenleving –
Werkwijze
woordigers uit vijf vaksecties: drama, muziek, beeldend, Nederlands en aardrijks-
ontwikkelingen die hij als aanstaande
Elke opleiding heeft een eigen uitvoerings-
kunde/geschiedenis. Bovendien kreeg de commissie een formele status, gefiatteerd
leraar moet betrekken in zijn onderwijs.
plan opgesteld om de centrale doelstelling
door de directie. Er zijn honderd taakuren voor de vertegenwoordiging vanuit de vijf
Het uiteindelijke doel is dat studenten later,
te realiseren. Daarbij kon worden gewerkt
vaksecties, twintig taakuren voor de voorzitter en zestig uren voor ict-ondersteuning.
als teamlid op een basisschool, een visie
vanuit de kunstvakken of vanuit de mens-
“En dat blijft ook na de pilot overeind”, vertelt Phlip Korthals Altes, zelfstandig
hebben op cultuureducatie, daarvoor een
en maatschappijvakken. Opleidingen
dramadocente en als extern projectleider ingehuurd voor de pilot.
methodische lijn uit weten te zetten en
konden bij het opstellen van hun uitvoe-
Natuurlijk dwing je geen samenwerking af simpelweg door een commissie op te
daarbij gebruik maken van multimedia-
ringsplan rekening houden met hun
richten. Maar dat was ook niet nodig. De vijf vaksecties werkten al samen, bijvoorbeeld
le informatiedragers en ‘directe’ bronnen
verworvenheden en tradities en uitgaan
in de cultuurweken. Er was alleen behoefte aan meer samenhang, aan doorlopende
in de culturele omgeving.
van het eigen onderwijskundige concept.
leerlijnen en een gezamenlijk cultuurbeleid. “De cultuurcommissie is er om van alles
Alle opleidingen die aan de pilot deel-
Omdat de opleidingen zelf bepaalden wat
wat we allemaal al doen een samenhangend verhaal te maken en dat te consolideren”,
namen, hebben vanuit de invalshoek
zij op basis van de beschikbare tijd konden
vertelt Korthals Altes. “De kracht van de commissie is dat het cultuurbeleid niet weg-
erfgoed of vanuit de invalshoek kunsten
realiseren, ontstond bij het management
valt als er toevallig een docent weggaat.”
aan deze doelstelling gewerkt. De ver-
draagvlak voor deelname aan het project.
Heel belangrijk is ook dat de commissie allerlei praktische zaken regelt, zoals het
wezenlijking van deze doelstelling moest
Daarnaast wisselden de opleidingen
opstellen van een cultuurbegroting en het aanvragen van de vouchers. Korthals Altes:
op twee niveaus zichtbaar worden. Op het
tijdens landelijke bijeenkomsten veel inhou-
“Inhoudelijk kun je duizend ideeën hebben, dat is geen probleem. Maar alles staat
niveau van de opleiding wordt dat zichtbaar
delijke informatie en praktijkervaringen uit.
of valt met praktische zaken.” Zoals bijvoorbeeld het rooster. Vaak is een lesrooster
in verbreding en/of verdieping van bestaan-
Erfgoededucatie en kunsteducatie hebben
zo strak dat er geen ruimte is om in te spelen op actuele trends en activiteiten. In
de leerinhouden in het curriculum.
naast een aantal gemeenschappelijke ken-
Amsterdam lossen ze dat op door jaarlijks samen met de roostermaker open cultuur-
Versterking van de samenwerking tussen
merken ook zaken die typisch voor het vak-
uren in te plannen. Van het totale cultuurbudget (zo’n 35.000 euro) is 5000 euro geoor-
pabo’s en culturele instellingen in het kader
gebied zijn. Het in elkaars keuken kunnen
merkt voor dergelijke incidentele activiteiten.
van het onderwijsprogramma komt tot
kijken heeft niet alleen veel respect afge-
Wie in zo’n commissie stapt, moet bereid zijn zich bezig te houden met zaken die het
uiting in een groeiende vraag van de pabo’s
dwongen, maar ook veel inspiratie geboden.
eigen vak overstijgen, stelt Korthals Altes. Niet alleen inhoudelijk, maar ook organisa-
aan culturele instellingen. Uit het gebruik
Dat heeft de samenhang tussen kunst- en
torisch. En dan heeft ze het over zaken als begrotingen, urenplaatjes, gesprekken met
dat de pabo’s maken van de infrastructuur
erfgoededucatie positief beïnvloed.
het managementteam. “Je moet accepteren dat dat erbij hoort en willen denken in de
voor de ondersteuning van kunst- en
problemen van het management. Je leert ook om niet louter leuke ideeën te spuien,
erfgoededucatie als aanspreekpunt voor
Effectmeting
maar na te denken over realisering en haalbaarheid.”
bemiddeling en deskundigheidsbevordering
Bij de start van het project is besloten om
Natuurlijk zijn er op school altijd mensen die zeggen: moet dat nou, zo’n commissie?
blijkt eveneens in welke mate de doelstel-
bij de eerste groep deelnemende opleidin-
Korthals Altes: “Maar inmiddels kan men er niet meer omheen. Het ultieme bewijs
ling wordt gerealiseerd.
gen een onderzoek naar de effecten uit te
kregen we onlangs. Bij de discussie over de nieuwe major-minorstructuur zei het
Bij studenten is het effect dat zij (als
voeren. Het ging daarbij om de vraag:
managementteam: in het overleg daarover hoort natuurlijk ook iemand uit de cultuur-
toekomstige docenten) leren een onderwijs-
worden de beoogde doelen ook daad-
commissie. Kijk, dan besta je.”
vraag te kiezen als uitgangspunt of invals-
werkelijk bereikt? De al eerder genoemde
hoek om cultuureducatie en/of -confrontatie
doelstellingen werden daartoe omgezet
zinvol en effectief in het basisonderwijs toe
in onderzoeksvragen.
Consolidering door cultuurcommissie
Bea Ros 6
7
Op het niveau van studenten is het onder-
moeten we bij het trekken van conclusies
zoek uitgevoerd door hen een vragenlijst
uit dit onderzoek voorzichtig zijn.
te laten invullen en hen te interviewen,
De pilot lijkt effect te hebben gehad op het
waarbij het model van een voormeting,
aanbod van erfgoedinstellingen. Dankzij
een nameting en een controlegroep is
de pilot zijn de studenten beter in staat
gehanteerd. In meting 1 werd bij tweede-
dit aanbod te vinden ten behoeve van het
jaarsstudenten een voormeting uitgevoerd
omgevingsonderwijs. Wat betreft de vorm-
en waren vierdejaarsstudenten de contro-
geving van dit onderwijs blijven de effecten
legroep. Meting 2, de nameting, vond twee
beperkt tot de pabo uit Maastricht. Op de
jaar later plaats bij vierdejaarsstudenten.
overige variabelen (productief/reproductief,
De vragenlijst is geconstrueerd volgens
confrontatie met erfgoed, en reflectie) zijn
het model van het ‘learner report’, waarbij
de effecten nihil, of voor Groningen zelfs
studenten zelf aangeven welke leerervarin-
negatief. De interviews wijzen in dezelfde
gen zij wel of niet hebben gehad. Voor
richting.
de erfgoed- en kunstenstroom zijn een
Ook bij het onderzoek naar effecten in de
specifieke vragenlijst en interviewleidraad
kunstenstroom is het aantal studenten in
opgesteld.
de nameting aanmerkelijk kleiner dan
Op het niveau van de opleiding was even-
tijdens de eerste meting. Dus ook hier
eens sprake van het meten van de begin-
moeten conclusies met voorzichtigheid
situatie en een meting aan het eind van de
worden getrokken.
pilot. Aan de hand van vooraf geformuleer-
Bij een vergelijking tussen de tweede- en
de categorieën is een analyse gemaakt van
de vierdejaarsstudenten is er duidelijk
de curricula, extra-curriculaire activiteiten
sprake van schoolverschillen. Studenten
en bestaande vormen van samenwerking
van Hogeschool Edith Stein scoren vrijwel
met culturele instellingen. Daarnaast zijn
steeds hoger dan studenten van Fontys
de coördinator en andere docenten die bij
Hogescholen Pabo Eindhoven. Dat betekent
het uitvoeringstraject van de opleiding
echter niet dat het effect op de ene school
betrokken waren, geïnterviewd. Het onder-
wel te vinden is en op de andere niet, of dat
zoek is uitgezet op twee pabo’s in de erf-
er sprake zou zijn van tegengestelde effec-
goedstroom (Hanzehogeschool Groningen
ten. Studenten op Pabo Eindhoven begon-
en Hogeschool Zuyd Maastricht) en op
nen doorgaans met een grotere achterstand
twee pabo’s in de kunstenstroom
als het gaat om de te realiseren doelstel-
(Hogeschool Edith Stein /Onderwijs
lingen in de pilot, maar liepen die achter-
Centrum Twente in Hengelo en Fontys
stand gedurende de looptijd van het project
Hogescholen Pabo Eindhoven).
vervolgens ruim in. De scores in de nameting liggen steeds
Resultaten effectmeting
hoger dan in de voormeting: studenten
In het onderzoek naar de effecten bij de
hebben dus het een en ander geleerd over
studenten in de erfgoedstroom is door
kunstonderwijs. Maar is dat meer dan in
allerlei oorzaken afgeweken van de oor-
‘normale’ omstandigheden? Voor het
spronkelijke onderzoeksopzet. Ook is het
antwoord op die vraag moet gekeken
aantal studenten in de nameting aanzienlijk
worden naar de verschillen tussen de
beperkter dan in de voormeting. Bijgevolg
nameting en de controlegroep. 9
Hogeschool Drenthe, Pabo De Eekhorst, Assen
De meerwaarde van samenwerken Soms komen dingen op een mooie manier samen. Neem de noodzaak tot een nieuw curriculum. Een fusie waardoor de drie Drentse pabo’s, in Emmen, Meppel en Assen, onder dezelfde hogeschoolparaplu gaan vallen. En daarmee opgedane ervaringen binnen de pilot Cultuureducatie. Romke Visser, geschiedenisdocent op pabo De Eekhorst van Hogeschool Drenthe, spreekt van “een gouden kans” om een hogeschoolbreed curriculum cultuureducatie op te bouwen. Natuurlijk deed de pabo al wel wat aan cultuureducatie, met name in het CuMa-programma. Tijdens de pilotperiode is dit gegroeid, vertelt Visser. “De wezenlijke les die de pilot me leerde was: je kunt cultuureducatie op een hoger plan tillen door met partners buiten de pabo samen te werken. De tips en concrete ideeën die ik tijdens netwerkbijeenkomsten van zuster-pabo’s kreeg, waren voor ons van onschatbare waarde. De subsidie was minder vitaal dan die inspiratie en stimulans.” De pabo ging samenwerken met het Drents Archief en intensiveerde de contacten met het Drents Museum. “Beide instellingen verzorgen nu een deel van ons onderwijs, en dat is een forse meerwaarde. Zij bezitten de deskundigheid die wij als kleine pabo en kleine hogeschool niet in huis hebben.” Omgekeerd zijn de instellingen blij met de inbreng van pabo-studenten. In het museum verzorgen studenten bijvoorbeeld rondleidingen en voor het archief ontwerpen ze educatief materiaal. Niet alleen Visser, ook het college van bestuur is inmiddels overtuigd dat cultuureducatie kansrijk is. “De bestuurders zien dat de overheid erin investeert. Ze zijn ook geïmponeerd door de professionaliteit van het netwerk. Cultuureducatie heeft niet langer een soft imago, maar is zakelijk en concreet.” Bovendien past de filosofie van cultuureducatie bij specialisaties als Jenaplan, Montessori en Freinet die de pabo van oudsher aanbiedt. “Het college van bestuur ziet cultuureducatie als iets waarmee we ons positief kunnen onderscheiden”, vertelt Visser. “Die bestuurlijke erkenning, dat zie ik als netto resultaat van de pilot.” Die erkenning is ook concreet: de hogeschool zet in op een minor Cultuureducatie voor alle drie de pabo’s. Visser is voor een dag per week aangesteld om die specialisatie te ontwikkelen en te coördineren. Hij valt rechtstreeks onder het college van bestuur, waarmee de nodige bureaucratie omzeild wordt en de minor niet ten prooi zal vallen aan lokale beslissingen op een van de pabo’s. Elk van de drie pabo’s brengt zijn eigen sterke kanten in. Meppel heeft al een vak erfgoed en onderhoudt bovendien een enorm netwerk met theaterinstellingen. Emmen werkt nauw samen met het lokale kunstencentrum en Assen brengt de ervaringen van de pilot mee. “Als je dat samenbrengt, kun je een mooie slag maken.” Bea Ros 10
Avans Hogeschool,Brabant Pabo Breda Pabo Hogeschool (Breda)
Een kunstweek
De gevonden verschillen gaan duidelijk in
betering van het cultureel klimaat, wat zich
de gewenste richting: de vierdejaars uit de
uit in schoolbrede activiteiten als lunch-
nameting scoren hoger dan de vierdejaars
concerten, tentoonstellingen in de aula en
uit de controlegroep. De pilot heeft dus
culturele uitjes. Ook is er meer structurele
Een week lang het hoofd uit de studieboeken en bezig zijn met kunst. Dat is de KIS-
inderdaad effect gehad, vooral als gaat om
samenwerking tussen de pabo’s en cultu-
week op de pabo in Breda. KIS staat voor Kunst in Samenhang. Die samenhang ver-
vormgeven aan kunstonderwijs, in staat zijn
rele instellingen, die vaak uitmondt in
wijst allereerst naar samenhang in verschillende vormen van leren. De week is opgezet
geschikt kunstaanbod te vinden en om het
gezamenlijke activiteiten in het basisonder-
vanuit de theorie van meervoudige intelligentie van de Amerikaan Howard Gardner.
bekend zijn met culturele instellingen in de
wijs. De ontwikkelingen die moeten leiden
Simpel gezegd komt die erop neer dat elk hoofd anders in elkaar steekt. En dus dat
omgeving en hun aanbod. Op dit laatste
tot een positionering van de pabo’s in de
mensen niet allemaal op dezelfde manier leren. Een leerkracht die de hele klas louter
punt scoren de studenten van Pabo
cultuureducatieve infrastructuur zijn nog
op zeg cognitieve capaciteiten aanspreekt, doet een aantal van zijn leerlingen tekort.
Eindhoven hoger dan de studenten van
volop gaande.
Soms moet je de ‘omweg’ van de kunst benutten om kinderen tot bloei te brengen.
Edith Stein, zowel in de controlegroep als
Samenhang is er ook omdat de KIS-week zowel op student- als leerlingniveau werkt.
in de nameting.
Constateringen en aanbevelingen
Op maandag krijgen studenten workshops in dans, drama, muziek en beeldende kunst,
De resultaten van de interviews geven
In de pilot zijn veel ervaringen opgedaan
rond het thema ‘rituelen’. De tweede dag verdiepen ze zich in de discipline die hen het
eenzelfde beeld te zien, waarbij studenten
die de moeite waard zijn met elkaar te
meest aanspreekt. Om het werken met en ondergaan van kunst meer impact te geven,
in de nameting duidelijk meer vertrouwen
delen. In deze publicatie is daar bij de
werkt de pabo hiervoor samen met een kunstgezelschap van buiten. Zo was het eerste
uitspreken in hun kennis en vaardigheden
afzonderlijke pabo’s veel over te lezen.
jaar percussiegroep Medicamento te gast op de pabo, en het tweede jaar dansgroep De
op het gebied van kunsteducatie dan de
Enkele algemenere zaken komen nu hier
Stilte.
studenten van de controlegroep.
aan bod.
De tweede helft van de week vertalen studenten hun ervaringen in lessen voor een
Tot slot nog een opmerkelijk resultaat.
Alle opleidingen die bij het project betrok-
bovenbouwklas van een basisschool. Ze verdelen zich in groepjes van acht over enke-
Zowel bij de erfgoedstroom als bij de
ken zijn geweest, zijn van mening dat de
le basisscholen en gaan daar twee aan twee met leerlingen werken in elk van de vier
kunstenstroom bleek geen van de varia-
pilot het vakoverstijgend denken en werken
kunstdisciplines. Dit resulteert in een voorstelling dan wel presentatie. “De clou is dat
belen die met culturele bagage te maken
heeft bevorderd. Het heeft structuur aange-
je studenten en leerlingen half-open opdrachten geeft”, vertelt projectleider Karen
hadden (bijvoorbeeld vroeger cultureel zeer
bracht in de wijze waarop cultuureducatie
Leenaerts. “We willen hen stimuleren om probleemoplossend te werken. Dus geen
of juist weinig actief), systematisch samen
in de opleiding vorm krijgt. Het project
voorgeprogrammeerde knutselopdrachten, maar eigen ideeën uitwerken.”
te hangen met de opgedane leerervaringen.
heeft ervoor gezorgd dat losse eindjes die
‘Dat je zoveel kunt met deze vakken’, horen Karen Leenaerts en haar collega’s geregeld
Dat is op zichzelf een interessant gegeven.
in allerlei vakken zaten, aan elkaar zijn
van zowel studenten als basisschooldocenten. “Ze zien hoe kinderen veranderen. De
Maar het is dus ook niet zo dat studenten
geknoopt. Minstens zo belangrijk is het
grootste raddraaier in de klas blijkt supergoed te kunnen dansen. Dat zie je pas als je
die met meer of gevarieerdere culturele
gegeven dat de status van cultuureducatie
hem op die kwaliteiten aanspreekt. Het is heel wezenlijk dat kinderen ervaren dat ze
bagage aan de opleiding begonnen, ook
in de opleiding duidelijk verbeterd is. Het
iets kunnen. Zo komen ze beter in hun vel te zitten, en dat komt op termijn ook het cog-
meer geleerd hebben in de pilot.
feit dat de landelijke overheid financiële
nitieve leren ten goede.”
Op opleidingsniveau zijn de resultaten
steun bood, heeft menig college van
Dankzij het pilotproject kreeg een onderdeel uit het pabo-programma dat te vrijblij-
van de pilot uitgebreid weergegeven in
bestuur een laatste duwtje in de rug gege-
vend was geworden, de themaweek, een nieuwe en zinvollere invulling. Leenaerts:
het eindrapport dat in november 2003
ven om aan het project deel te nemen.
“Alle studenten zijn laaiend enthousiast en elke basisschool die meedeed, heeft zich
aan het ministerie van OCW is gestuurd
Een aantal opleidingen geeft ook aan dat
opnieuw aangemeld.” Op een enkele organisatorische bijstelling na – niet meer vlak
en dat te vinden is op
dankzij de pilot de opleiding een erkende
voor de tentamenweek inroosteren – blijft de KIS-week dan ook gehandhaafd.
http://pabo.cultuurenschool.net. Gesteld
partij is geworden in de culturele commis-
“Hooguit kiezen we, om onszelf scherp te houden, een keer een ander weekthema.”
kan worden dat de beoogde doelstellingen
sies waarin basisscholen en culturele
zeker zijn gehaald.
instellingen met elkaar overleggen. En met
Bij alle pabo’s is er sprake van verbreding
die culturele omgeving zijn nu ook contac-
en/of verdieping van het curriculum op het
ten van meer structurele aard gelegd.
gebied van cultuureducatie. Op een aantal
Ontwikkelen kost tijd, en tijd is schaars.
pabo’s wordt gewag gemaakt van een ver-
Een curriculum verander je niet zomaar.
Bea Ros
12
13
Saxion Hogescholen, Pabo, Deventer
Zicht op historie
Opleidingen die hebben geïnvesteerd in de
opleiding heeft studenten ict in betaald-
voor het curriculum verantwoordelijke
studentassistentschap ingezet om een
docenten en hen met concrete voorstellen
website te bouwen. Het advies is óf de
hebben benaderd – soms dwars door vak-
website te gebruiken als strategisch
Ga op onderzoek uit in Deventer. Kies onderweg minimaal vier objecten, zoals een
gebieden heen –, blijken veel succes te
instrument naar collega’s en management
kerk, fontein of oud koopmanshuis, uit, beschrijf deze uitvoerig en bedenk er vragen
boeken. Zeker als ook het management
van de opleiding en als onderbouwing van
bij voor basisschoolleerlingen. Dat is in een notendop de opdracht die tweedejaars
regelmatig op de hoogte wordt gehouden
het curriculum, óf de website in te zetten
pabo-studenten
module
van inhoudelijke vorderingen en de daarbij
als digitale leeromgeving voor studenten.
Omgevingsgeschiedenis. Deze module, voortgevloeid uit het pilotproject Cultureel
behorende tijdsbesteding. Niet polariseren
Dat laatste vraagt echter wel om een veel
erfgoed, ging voor het eerst van start in 2003.
maar samenwerken, hoe moeilijk en moei-
grotere investering, die de bedoeling van
Inmiddels is er al het nodige aan bijgesteld en verbeterd, vertelt docent geschiedenis
zaam dit soms ook kan zijn, blijkt uiteinde-
het project zelf verre overstijgt.
Geert van Besouw. “Waar we tegenaanliepen, was dat studenten nauwelijks historisch
lijk veel winst op te leveren en credits voor
inzicht hebben. Ze zien wel dat een gebouw oud is, maar of dat nou tweehonderd, vier-
cultuureducatie in de vorm van studie-
Tot slot
honderd of zeshonderd jaar is, ze hebben geen idee.” Ook bleken studenten niet
punten voor studenten.
Tussen 1 september 2004 en 30 juni 2006
gewend zelfstandig op onderzoek uit te gaan. Informatie verzamelen is voor hen al
Vasthouden aan eigen uren voor een vak-
gaan bijna dertig opleidingen verder werken
snel: via zoekmachines op internet rijp en groen wat bij elkaar sprokkelen. “Maar daar-
gebied en geloven in kwaliteit van jezelf en
aan de verankering van cultuureducatie in
mee ging geschiedenis voor hen niet leven. Voor hen is geschiedenis nog steeds
je vak, gaat heel goed samen met draagvlak
het curriculum. Via de website worden ken-
stoffig. Helaas zien ze tijdens stages op school ook maar mondjesmaat geschiedenis.”
creëren voor cultuureducatie. Als studenten
nis en ervaring voor iedere belangstellende
Daarom besloten de docenten afgelopen jaar om de hulp in te roepen van culturele
een portfolio aanleggen waarin zichtbaar
of belanghebbende toegankelijk gemaakt.
instellingen. Zij immers kunnen met hun collectie en ervaring geschiedenis via voor-
wordt dat zij daadwerkelijk in staat zijn
Maar ook via nieuwsbrieven blijft het Pabo-
werpen en verhalen verlevendigen. Zo zijn studenten met de Stichting Oud Deventer
beter als cultuuroverdrager in het basis-
projectteam iedereen op de hoogte houden
een dag naar de oude vestingwerken geweest. “Dan komt de droge geschiedenis tot
onderwijs te functioneren, zal dat de
van nieuwe ontwikkelingen. In het voorjaar
leven. Het is precies die ervaring die studenten moeten vasthouden en later meenemen
inspanningen om cultuureducatie breed
van 2005 en het najaar van 2006 zal op
naar de klas.”
te verankeren in de opleiding alleen maar
regionaal niveau de expertise die de
Of neem het Etty Hillesum Museum. Geen student die tot dan toe wist wie Etty
ten goede komen.
opleidingen hebben opgebouwd, worden
Hillesum was. “Het museum draagt niet alleen de kennis over, ze krijgen ook hand-
In het project worden studenten, meer dan
gedeeld met het basisonderwijs en de
reikingen hoe ze geschiedenis op boeiende wijze kunnen overdragen aan leerlingen
voorheen, aangesproken op hun deskundig-
culturele instellingen.
van een basisschool. Het gaat erom de verwondering te prikkelen: waarom staat dit
heid. In een enkele opleiding is de pilot een
En uiteraard kan iedereen altijd zelf het
gebouw hier? Waarom bewaren we het? Welk verhaal vertelt het?”
stimulans geweest om ‘werkplek leren’ in
initiatief nemen om met een van de betrok-
Door deze nieuwe opzet krijgen studenten niet alleen meer zicht op historie, ze raken
samenwerking met alle vakgebieden op
ken opleidingen in gesprek te gaan over
ook enthousiaster voor de mogelijkheden van omgevingsonderwijs. En precies daarom
te zetten. Studenten worden niet alleen
wat deze pilot nastreeft: cultuureducatie
was het het het pilotproject natuurlijk te doen, zegt Geert van Besouw. “Ik zie dit
ingezet op organisatorisch niveau. Ook bij
voor alle kinderen in alle basisscholen met
project elk jaar groeien. Volgend jaar gaan we weer een stap verder, dan gaan studen-
het ontwikkelen en verfraaien van educatief
enthousiaste en competente leerkrachten.
ten tijdens hun stage daadwerkelijk met omgevingsgeschiedenis aan de slag.” Dat
materiaal voor instellingen en bij het inven-
groeiend inzicht, mede dankzij de inspirerende verhalen en voorbeelden van collega’s
tariseren van vragen over cultuureducatie
Paul Vogelezang
van andere pabo’s, noemt hij de meerwaarde van de pilot. “Onze module is niet alleen
bij basisscholen leveren studenten een
Vera Bergman
gegroeid, ikzelf als docent ben ook gegroeid.”
interessante bijdrage.
van
de
Saxion
Hogescholen
uitvoeren
voor
de
Het via een eigen website delen van kennis Bea Ros
die in het project is opgedaan, is geen eenvoudige opgave gebleken. Ondanks het aanleveren van formats om de ontwikkelde producten te plaatsen, bleven de resultaten achter bij de verwachtingen. Een enkele 14
15
Christelijke Hogeschool Ede
Archief als partner Tot voor kort gingen tweedejaarspabo-studenten van de Christelijke Hogeschool Ede een dag naar Amsterdam. Cultuur opsnuiven. Hartstikke leuk, alleen bleek de vertaalslag naar de stageschool lastig, vertelt docent beeldende vakken en projectleider Cees Pelgrim. Daarom greep de pabo het pilotproject aan om de tweedejaarsopdracht te verplaatsen naar Ede en omgeving. “Alles op fietsafstand van de hogeschool, zeg maar.” Studenten kiezen een erfgoedobject uit – en dat kan een oude molen, een oudheidkamer of een grafheuvel op de hei zijn – zoeken hier informatie bij, om vervolgens een digitale lesbrief voor het basisonderwijs te ontwerpen, compleet met foto’s, historische achtergrondinformatie en praktische informatie, zoals openingstijden en routebeschrijving. Om deze opdracht goed te kunnen doen, is samenwerking met plaatselijke culturele instellingen onontbeerlijk, zegt Pelgrim. Hij en zijn collega’s vonden een goede partner in het Gemeentearchief. Twee medewerkers van het archief vertellen tijdens het eerste college wat hun instelling allemaal te bieden heeft. Vervolgens krijgen alle studenten een rondleiding door het archief. In de weken dat de student zelfstandig aan zijn lesbrief werkt, staat er elke dinsdagmiddag in het archief een medewerker klaar om hen te ondersteunen met informatie en bronnen. Ze helpen om fotomateriaal op een cd-rom te zetten. Voor deeltijdstudenten is zelfs een avondopenstelling geregeld. Pelgrim hoopt de komende tijd de contacten te verbreden naar andere culturele instellingen. “Dat is in ontwikkeling. Ik ben in gesprek met de gemeente Ede en het Steunpunt Cultuur.” Speerpunt blijft de eigen omgeving van de hogeschool. Als een student toevallig in Tiel of Harderwijk stage loopt, moet hij zelf de contacten regelen met het plaatselijk archief. “Dat is voor ons onmogelijk te behappen.” De samenwerking met het archief geschiedt met gesloten beurzen; alleen de foto’s betaalt de pabo, tegen kostprijs. Voor het Gemeentearchief is de pabo een welkome brug naar een nieuwe doelgroep, het basisonderwijs. Beide partijen winnen dus bij de samenwerking. “Het is allemaal heel informeel begonnen”, vertelt Pelgrim, “maar het is inmiddels structureel. Elk jaar in september leggen we de afspraken voor komend studiejaar vast.” Het contact staat of valt niet met de toevallige aanwezigheid van bepaalde mensen. En dat is heel belangrijk, benadrukt Cees Pelgrim. “Als je het te veel van jezelf laat afhangen, dan beperk je het draagvlak. Dus zorg altijd voor meer collega’s. Dat is in deze pilot goed gelukt. Ook het management heeft oog gekregen voor het belang van erfgoededucatie. Ze zien dat het verder gaat dan de hobby van Cees Pelgrim.” Bea Ros
16
De IJsselgroep, Pabo Iselinge, Doetinchem
De omgeving als lesstof Beleven en waarnemen is de basis om iets te leren: voor Peter Hagenaars, docent natuuronderwijs op de Pabo Iselinge in Doetinchem, staat die didactische gedachte als een paal boven water. “Als je meer wilt weten, moet je goed waarnemen hoe dingen eruitzien. Je moet de juiste vragen leren stellen.” Een docent moet zijn leerlingen daarin begeleiden. Hij moet hun nieuwsgierigheid zien te vertalen in een onderzoeks-
Ervaringen van basisscholen
‘Waarom kies je rood en geen blauw?’
gerichte houding. “De meerwaarde van de zaakvakken zit ’m niet in begrijpend lezen
Niet alle scholen zien het belang in van
Het begrip kunst heeft voor hen sindsdien
en school-tv kijken, maar in het goed leren waarnemen van je omgeving en het aan-
kunst- en erfgoededucatie. Maar de meeste
meer betekenis gekregen. Ik gebruik
leren van onderzoeksvaardigheden”, aldus Hagenaars.
basisscholen die via pabo-stagiairs hebben
dat weleens bij de tekenles. Dan zeg ik:
‘Omgevingsleren’ noemen hij en zijn collega’s van de andere zaakvakken dat: “De
kunnen snuffelen aan dit soort onderwijs,
‘Jongens, jullie zijn nu kunstenaars. Laat
directe omgeving is bron van lesstof. Door deze te onderzoeken krijgen leerlingen meer
vonden het een leuke ervaring. Na de ken-
maar eens wat zien.’ Ik merk dat ze nu meer
greep op de werkelijkheid om hen heen.” Het pilotproject heeft een “stevige structu-
nismaking met kunst- en erfgoededucatie is
van de standaard afwijken en creatiever aan
rele duw” gegeven om dat omgevingsleren te koppelen aan erfgoededucatie.
een aantal scholen van plan om dit een
de slag gaan.” Maar Van de Kamp heeft ook
De tweedejaarsmodule De onderzoekswerkplaats is een mooi voorbeeld van hoe dit in
structureel onderdeel van hun onderwijs te
kritiek. Op het feit dat het project zich
praktijk werkt. De module wordt gegeven vanuit de zaakvakken, Nederlands, ict en
maken.
beperkte tot die twee groepen en dat het
pedagogiek. Een mooi staaltje van practice what you preach: de docenten willen laten
slechts vier middagen in vier weken
zien dat vakkenscheiding vaak relatief is en dat onderwijs eerder start vanuit een
De projecten die pabo-stagiairs op basis-
besloeg: “Ik vond dat eigenlijk te mager. Ik
thema dan vanuit een hokje.
scholen draaiden, vonden doorgaans niet
zou kinderen meer met kunst bezig willen
Studenten leren in de werkplaats hoe ze onderzoeksvragen kunnen stellen aan de
schoolbreed plaats. De meeste richtten zich
laten zijn, bijvoorbeeld via taalopdrachten,
omgeving, hoe ze samen met kinderen een thema kunnen kiezen en hoe ze elementen
op een paar groepen, wat sommige leer-
dus meer vakbreed.”
uit de omgeving kunnen benutten. Belangrijk onderdeel hierbij is de erfgoedmarkt,
krachten wel jammer vonden. Op basis-
Basisschool De Ark werkt samen met de
waar instellingen uit de regio zich presenteren. Kennis die van pas komt als studenten
school De Ark in Veghel organiseerden
Brabantse steunfunctie-instelling Bisk, die
aan een van de opdrachten binnen de module werken: het maken van een educatieve
twee studenten van de Fontys Pabo
dans- en toneelvoorstellingen organiseert
website over een erfgoedobject in de omgeving van de stageschool.
Eindhoven het project Kunst komt
om leerlingen met kunst te laten kennisma-
Op hun stageschool gaan studenten ook met leerlingen werken aan een samen geko-
dichterbij. Ze lieten kinderen uit de twee
ken. Dit keert een keer per jaar terug. Van
zen thema. Verplicht onderdeel hierbij is een excursie. Dat kan een museumbezoek
groepen 7 kennismaken met drie kunste-
de Kamp: “Verder doen wij er op school vrij
zijn, maar ook een bezoek aan de groeve in Winterswijk.
naars, die met respectievelijk fotografie,
weinig aan. Ik zou wel meer aan cultuur-
“De omgeving zien wij heel breed”, zegt Hagenaars. “De didactiek van beleving en
keramiek en beeldhouwen bezig waren.
educatie willen doen, maar er zijn ook
waarnemen staat centraal. Dan is het heel logisch om samen te werken.” Volgend jaar
De kinderen mochten ieder een kunstenaar
zoveel andere dingen belangrijk. Onze
gaan de docenten van diverse vakken voor de eerstejaarsmodule Onderwijs en werke-
uitkiezen en bij hem of haar op atelier-
school heeft veel leerlingen met een
lijkheid rond de grote vijver buiten het pabo-gebouw zitten. Ze dagen studenten uit om
bezoek gaan. Bij sommigen mochten ze
taalachterstand, dus moeten we veel tijd
met diverse brillen op naar de vijver te kijken. Dat zo’n vijver inzetbaar is bij het natuur-
ook iets maken. Verder hebben ze daar
besteden aan taal en andere cognitieve
onderwijs, ligt misschien voor de hand. Maar waarom zou je niet ook de omtrek van de
kunstwerken uitgezocht die zij het mooist
vakken. Ik hoop overigens wel dat pabo’s
vijver kunnen uitrekenen? Of nadenken hoe lang die vijver zich al op die plek bevindt?
vonden, en die zijn allemaal samengebracht
hun pilot mogen voortzetten. Ik merk dat
Hagenaars: “We geven studenten die op stage gaan een inventarisatielijst mee om te
in een tentoonstelling in het Pieter
stagiairs op deze manier dichter bij de
kijken wat zich in de omgeving van de school allemaal leent voor lessen. We laten ze
Brueghelcentrum.
leerlingen komen.”
lesmethodes bekijken om na te gaan of ze een les uit het boek kunnen aanpassen en
Chantal van de Kamp, een van de leer-
Twee stagiairs van de Pabo Groenewoud
meer gebruik kunnen maken van concreet materiaal en van de schoolomgeving. Zo
krachten van groep 7: “De kinderen waren
meldden zich op basisschool De Hoeven in
hopen we dat ze zien hoe leuk de zaakvakken zijn.”
tijdens het project met veel plezier bezig
Rosmalen net nadat de wijkraad de school
met het inrichten van de tentoonstelling.
had gevraagd iets met kunst te doen in het
18
19
kader van het 25-jarig bestaan van die wijk.
onderwijskunst-pilotproject start. De
Directeur Charly Anderson zag meteen
bedoeling is daarin kunst- en erfgoededuca-
Dankzij het pilotproject is erfgoed veel meer gaan leven op de Pabo Iselinge. Dat ver-
mogelijkheden. Met de groepen 4 tot en
tie een vaste plek te geven. “Bijvoorbeeld
taalde zich onder meer in samenwerking met de beeldende vakken en het nieuwe
met 8 maakten de stagiairs mozaïeken, en
via crea-middagen. Kinderen kunnen dan
afstudeerprofiel Omgevingsonderwijs en Erfgoededucatie. Studenten kunnen hiervoor
met de groepen 1 tot en met 3 hebben ze
op een vrijdagmiddag zelf uit allerlei onder-
stage lopen bij een erfgoedinstelling. Met name kleine instellingen zonder educatieve
geschilderd. In het Noord-Brabants
werpen kiezen, waarvan kunst- en erfgoed-
afdeling vinden dat prettig. Zo maakte een student voor het Liemers Museum in
Museum in Den Bosch liep de tentoonstel-
educatie een onderdeel zal zijn. Dit gaan we
Zevenaar een leskist bij een tentoonstelling over de Tweede Wereldoorlog. Hagenaars:
ling Bloemen van verlangen. Daar zijn de
dan doen voor de groepen 5 tot en met 8.”
“Mede dankzij de pilot ontdekken pabo en instellingen dat ze wat aan elkaar kunnen
oudste kinderen naar gaan kijken om inspi-
Volgend schooljaar wil zij de wereldoriën-
hebben. Pas kregen we nog een vraag van het Erfgoedhuis in Zelhem om mogelijk
ratie op te doen. Voor de jongsten hadden
tatievakken meer thematisch gaan behan-
studenten in te schakelen bij een project over Living History.”
de studenten een valkenier uitgenodigd, die
delen. Heidekamp: “Met soms ook een
wat vertelde over de valk die hij had meege-
schilderij over het onderwerp erbij. Of de
bracht. De valk en andere dieren kwamen
bouwstijl van de molen hier in het dorp
terug in de kunstwerken, omdat de wijk in
gaan bekijken. Dus vakken als aardrijks-
een bosrijke omgeving ligt en de natuur
kunde en geschiedenis met elkaar gaan
daardoor dichtbij is. Het project kostte
verbinden en daar ook elementen van het
ongeveer anderhalf uur per week en duurde
cultureel erfgoed bij betrekken.”
vier weken. Ter afsluiting hebben de studen-
Heidekamps motivatie hiervoor is even
ten een ouderavond georganiseerd, waarbij
simpel als duidelijk: “Kinderen zijn tijdens
ook de wijkbewoners zijn uitgenodigd om
zo’n kunst- en cultuurproject even op een
de kunstwerken te bewonderen. Anderson:
andere manier bezig dan wanneer ze alleen
“Die avond is heel goed bezocht en heeft
abstracte rekensommetjes maken. Ze leren
ook nog de pers gehaald.”
hun kennis en leervaardigheden oefenen en
Volgens de directeur is het project school-
ze worden ook sociaal-emotioneel geraakt.
breed met enthousiasme ontvangen. “Het
Hun gevoel wordt aangesproken en daar
heeft ook zeker een impuls gegeven aan
moeten ze over gaan praten. Waarom kies
cultuureducatie op school. De studenten
je rood en geen blauw? Dat vinden ze wel
gaan hier volgend jaar verder als leraren in
leuk.”
Bea Ros
opleiding. Ze hebben leerlijnen uitgezet om Astrid van Unen
methodiek uit te werken en meer activiteiten op te zetten. Ons bovenschoolse management heeft subsidie aangevraagd bij het ministerie van OCW, dus we worden aan alle kanten gestimuleerd.” Uitstraling heeft de pilot Cultuur en School – Pabo’s op de basisscholen ook via pasafgestudeerde studenten die op een basisschool gaan werken. Zoals Mariëlle Heidekamp, die afstudeerde in de zomer van 2003 aan de Christelijke Hogeschool De Driestar in Gouda en in het nieuwe schooljaar op haar basisschool Eben Haezer in Boskoop schoolbreed een 20
21
Ervaringen van studenten
“Leren doe je met je hoofd, je handen en je hart” Kunstprojecten kunnen zo eenvoudig
kinderen kunnen maken”
worden gekoppeld aan algemene thema’s,
Dat het niet zo ver gaat dat een docent
dat kinderen niet eens in de gaten hebben
kunstkenner moet zijn om kunsteducatie
dat ze bezig zijn met aardrijkskunde, taal of
te geven, bewijst het verhaal van Marieke.
geschiedenis. Dat is de ervaring van zes
Die had op kunstgebied nog weinig gedaan
derdejaarspabo-studenten die de waarde
op het moment dat ze zich inschreef voor
van cultuureducatie in de praktijk hebben
de kunstmodule. Wel vroeg ze zich af:
gezien. Een gesprek met Patricia Lommers,
“Hoe weet ik dat ik niet van kunst houd?”
Mariëlle van Hest, Angela Geurts en
Daarom schreef ze zich in voor de module
Marieke Putmans van de Fontys Pabo
Zin in kunst en ontwikkelde samen met
Eindhoven en Marion Kreemer en Renée
Angela, een echte kunstliefhebster, een
Landsheer-van Dillen van de Pabo
vakoverstijgend kunstproject. Marieke:
Groenewoud Nijmegen.
“We vulden elkaar goed aan. En nu, na
Alle zes zijn ze ervan overtuigd dat het een
het project, zeg ik niet meer dat ik niet van
taak voor de pabo’s is om aankomende
kunst houd.”
leerkrachten te scholen in cultuureducatie.
Het verhaal van Angela en Marieke
“De pabo heeft bovendien”, vinden Renée
illustreert hoe verschillend de culturele
en Marion, “vanaf leerjaar een tot de profiel-
bagage van pabo-studenten kan zijn. Uit
keuze de verantwoordelijkheid om kunst-
de resultaten van het onderzoek naar de
historische lesstof en achtergrondmateriaal
effecten van de pilot blijkt overigens dat
aan te bieden.” Mariëlle en Patricia vinden
het niet zo is dat studenten die met meer
bovendien dat de pabo de taak heeft om
of gevarieerdere culturele bagage de pabo
studenten ervan te doordringen wat het
binnenkomen, in de pilot ook meer geleerd
effect is van cultuureducatie op emotioneel
hebben.
gebied. Om te kunnen inschatten hoe
Renée en Marion zijn verbaasd over deze
kinderen kunnen reageren op culturele
uitkomst van het onderzoek. Renée: “De
activiteiten, moeten studenten eerst zelf
culturele bagage die je meekrijgt, vormt je
kunst leren waarnemen voordat zij voor de
en kan niet anders dan van invloed zijn op
klas kunnen gaan staan. “Je moet weten
hoe je de module kunst van de opleiding
waar je over praat en wat het met jezelf
invult en vormgeeft. Zonder onze culturele
doet, wil je kunsteducatie interessant voor
bagage hadden we niet zo’n uitgediept en 23
Christelijke Hogeschool De Driestar, Gouda
De waarde van fenomenen
compleet project als nu kunnen neerzet-
kunnen ze over een jaar ook in de praktijk
ten.” Dat vanuit de kennis de verdieping
uitvoeren wat ze nu hebben kunnen doen in
plaatsvindt, staat voor hen vast, en ze zijn
het kader van de opleiding? Renée: “Het
ervan overtuigd dat het hebben van cultu-
verschil tussen de (stage)scholen is erg
Zo spontaan kan een idee voor een project met cultureel erfgoed ontstaan: Jan
rele bagage een ongelooflijk pre is. “Maar”,
groot en je kunt niet zomaar de zittende
Veldman, docent beeldende en CuMa-vakken, is op bezoek bij een stageschool in
vindt Renée, “dat zijn basisvoorwaarden,
vakdocenten die zich alleen maar bezig-
Alblasserdam. Hij kijkt uit het raam en ziet de molens van Kinderdijk wieken. Dan
want cultuureducatie is een vak waar je ook
houden met hun eigen vak of discipline op
vraagt hij langs z’n neus weg aan de docente: “Doen jullie wel eens iets met die
feeling voor moet hebben om het goed te
straat zetten.” Er worden nu weliswaar
molens?” Die zucht en zegt dat er hooguit tijd is om er een middagje naartoe te gaan
kunnen geven. Daarnaast is het belangrijk
pabo-studenten afgeleverd met goede
om ze te tekenen. Veldman ruikt zijn kans en stelt voor: als onze studenten daar eens
om het experiment aan te durven gaan en
ideeën, “maar”, meent Angela, “om te
een mooi lessenplan voor ontwikkelen? “En dan heb ik zo’n school aan de haak.”
om gebruik te maken van de kwaliteiten
kunnen vernieuwen, heb je wel een team
Sinds de Driestar-pabo uit Gouda in de pilot stapte, speurt Jan Veldman continu naar
van allerlei mensen die je ‘onverwacht’
nodig dat achter je staat”. De studenten van
mogelijkheden. Er is wel een werkgroep met docenten van alle deelnemende vakken
tegenkomt in de culturele omgeving.”
nu zijn de cultuuroverdragers van morgen:
(zaakvakken, beeldende vakken, Nederlands, ict). Maar het blijkt ondoenlijk om ieder-
In het kader van de pilot leren studenten
de zes zijn zich bewust van die rol. Maar
een tegelijk rond de tafel te krijgen. Dus benadert Veldman zijn collega’s individueel
gebruik te maken van de culturele omge-
ze hopen vurig dat er in het onderwijs
en informeel. Vraagt hij zijn collega van geschiedenis of zo’n molenproject niets voor
ving. De vorm waarin dat gebeurt, verschilt
al mensen zijn die zich ook cultuurover-
hem is. En dat hij natuurlijk ook iemand anders kan vragen, Nee, hoort hij dan, “ik wil
per opleiding. De meest voorkomende
dragers voelen. Hun steun hebben ze hard
het graag zelf doen”. Zo ziet Veldman het ’t liefst. “Je moet oppassen mensen te over-
opdracht die studenten hebben uitgevoerd
nodig.
vragen, ze moeten het echt zelf willen. Dan wordt het een dragende kracht waardoor
in het kader van nieuwe modules is het
het gaat lukken.”
maken van een culturele kaart van de
Cultureel erfgoed sluit naadloos aan bij het didactisch concept waarmee docenten van
omgeving van de stageschool. Patricia vindt
de pabo in Gouda al enige jaren werken: ‘onderwijskunst’. Volgens dit concept moet
dit een handig hulpmiddel, dat helaas wel
onderwijs vertrekken vanuit concrete fenomenen, niet vanuit een lesje in een boek.
veel tijd en werk kost. “Je krijgt kennis en
“We willen dat studenten de waarde van dingen ontdekken”, legt Veldman uit.
vaardigheden aangereikt hoe je de culturele
In het vierde jaar kunnen studenten intekenen op een project waarbij ze op een basis-
omgeving kunt gebruiken, en door ermee te
school met een bepaald fenomeen aan de slag gaan. Dat kan een rijtje molens in
werken leer je hoe je zoiets in de toekomst
Alblasserdam zijn, een VOC-fort op Texel of een kasteel met geheimzinnige baron in
naar je eigen hand kunt zetten”.
Renswoude, afhankelijk van de vraag en de omgeving van de school. Onderwijskunst
De zes studenten hebben nieuwe hulp-
behelst dan lesgeven alsof je een theaterstuk componeert. “Dat betekent onder meer
middelen zoals digitale leeromgevingen en
de nieuwsgierigheid van kinderen opwekken, samen een raadsel oplossen, net doen
diverse kunstzinnige toepassingen gebruikt
alsof je Willem III bent. Kortom, een fenomeen tot leven wekken.”
en geïntroduceerd op hun stagescholen. Ze
Wat als Jan Veldman de school zou verlaten? Stort dan alles als een kaartenhuis in
vinden hun eigen projecten vernieuwend en
elkaar? “Mijn directie is een beetje sceptisch over de mogelijkheden op lange termijn
ze denken dat ze een goede bijdrage kun-
voor cultureel erfgoed op de basisschool. Maar mijn collega’s kijken daar anders tegen-
nen leveren aan het actualiseren van kunst-
aan. Dit project heeft ook zonder mij draagvlak.”
onderwijs. “Alleen al door het uitvoeren van
Jonaske de Ruiter
delen van ons kunstproject verbetert het Bea Ros
kunstonderwijs – zo weinig wordt er gedaan”, aldus Marieke. Alle zes hebben ze een project ontwikkeld waarin ze vakoverstijgend onderwijs thematisch hebben aangeboden en waarin kunst een grote rol speelt. Maar in hun ogen zijn dit niet meer dan eerste aanzetten. Want 24
25
Fontys Hogescholen, Pabo Eindhoven
Het estafette-effect Erni van Aerts, docent beeldende vakken en projectleider op Fontys Pabo Eindhoven, heeft de smaak van subsidie te pakken gekregen. Niet louter om het geld, maar om wat dat geld teweeg kan brengen. Het pilotproject gaf net dat extra duwtje dat zij en haar collega’s nodig hadden om actief hun vak te vernieuwen en na te denken over kansen en mogelijkheden. Om dat elan ook na de pilot te bewaren, vroeg ze dus subsidie aan bij Actieplan Cultuurbereik voor een samenwerking tussen kunstcentra, basisscholen en derdejaarspabo-studenten.
Ervaringen van culturele instellingen
‘We verwachten een blijvend contact met het onderwijs’
Het idee voor dit project Kunst komt dichterbij ontstond dankzij de pilot. Tijdens de regelmatige uitwisseling tussen deelnemers aan de pilot hoorde Van Aerts hoe colle-
Culturele instellingen als musea, theaters
collectie in beeld. We proberen daarom
ga’s van de Rotterdamse pabo samenwerken met beeldend kunstenaars. “Ik ben ook
en archieven kregen er de afgelopen jaren
een goed contact te onderhouden met het
bij hen op bezoek geweest en vond het heel inspirerend, dat idee om kunstenaars een
met de pabo-studenten een categorie
onderwijs. Zo hebben we projecten waarin
gezicht te geven.”
belangstellenden bij. Deze nieuwe bezoe-
leerlingen kennis kunnen maken met wat
Van Aerts had al goede contacten met kunst(uitleen)centrum De Krabbedans in
kers willen niet alleen de collecties of
een museum is, of met onze deelcollecties
Eindhoven. Omdat haar studenten ook stage liepen in Veghel ging ze ook daar op zoek
activiteiten van die instellingen leren ken-
beeldende kunst en archeologie. Daarnaast
naar een partner. Die vond ze in Centrum voor de Kunsten Pieter Brueghel. In januari
nen, maar ook weten in hoeverre die iets
hebben we bijvoorbeeld een project voor
2004 ging het project van start op vier basisscholen in achterstandswijken (GOA-scho-
te bieden hebben voor hun toekomstige
jonge kinderen dat is toegespitst op kijken.
len).
lespraktijk in de basisschool. Over het alge-
We willen er naartoe dat er voor elke
Beide kunstinstellingen maken een voorselectie van geschikt werk en bereidwillige
meen zijn de instellingen niet ongelukkig
groep in het basisonderwijs een geschikt
kunstenaars. Een groepje van zo’n acht studenten gaat daarna bij een kunstenaar op
met de vragen van het pabo-onderwijs. Voor
project is.
bezoek en ontwikkelt een educatief plan. Vervolgens komen de kunstenaars op de
veel regionale musea bijvoorbeeld is het
“Studenten van de pabo van de Noordelijke
basisschool om aan groepjes leerlingen over zichzelf en hun werk te vertellen. Later
onderwijs al langer een belangrijke doel-
Hogeschool Leeuwarden komen nu in hun
gaan de kinderen op atelierbezoek, waar ze het creatieve proces en werk leren kennen.
groep. Neem het Fries Museum in
eerste jaar langs om met het Fries Museum
Ze kiezen een aantal werken uit voor een tentoonstelling en richten deze samen met
Leeuwarden. Tussen de 30 en 35 procent
en die educatieve activiteiten kennis te
‘hun’ kunstenaar in. Tijdens de feestelijke opening worden ook andere basisscholen
van de 65.000 mensen die jaarlijks het Fries
maken. Natuurlijk steken de studenten ook
uitgenodigd. Van Aerts: “Zo kan een mooi estafette-effect ontstaan.”
Museum bezoeken, komt uit het onderwijs.
zelf iets op van de museumcollectie.”
Het project was een groot succes. Niet alleen voor studenten, leerkrachten en leer-
Vaak groepen, veelal basisschoolklassen.
Samen met de pabo heeft het Fries
lingen kwam kunst dichterbij, ook voor ouders. “Zoals ze bij de Krabbedans zeiden: het
Het Fries Museum is daar niet alleen op
Museum een lespakket ontwikkeld als
is voor het eerst dat hier Turkssprekende mensen over de vloer komen.”
berekend, het richt zich ook in toenemende
voorbereiding op een kunstprogramma:
Van Aerts en haar collega’s leerden er zelf ook weer van. “Je moet studenten echt heel
mate juist op het onderwijs. Dat blijkt
grote foto’s van portretten uit het museum
goed begeleiden bij het maken van die didactische vertaalslag en voorkomen dat ze
volgens Mariska de Boer, een van de twee
met daarbij suggesties voor reflectieve
louter organisatorisch bezig zijn.”
educatieve medewerkers, wel uit de activi-
beeldende vorming. De serie foto’s is in
Het project krijgt een vervolg op twee andere basisscholen. En inmiddels is Van Aerts
teiten. “Wij proberen er in het algemeen
de Onderwijswerkplaats van de pabo
alweer met twee nieuwe projecten bezig. Samen met het Centrum voor de Kunsten in
al voor te zorgen dat onze exposities goed
beschikbaar voor de studenten.
Eindhoven gaat de pabo een basisschool in een nieuwe wijk ondersteunen bij het
‘leesbaar’ zijn, maar richten ons speciaal op
De studenten kunnen zelfs een programma
opzetten van kunsteducatie. Bij het tweede project volgen pabo-studenten een modu-
het onderwijs. Educatie verzorgen we niet
volgen voor assistent educatieve dienst
le ontwerpen op de Design Academy en zetten ze een ontwerpproject op voor groep 7.
alleen omdat wij iets willen overbrengen.
(goed voor twee studiepunten). Maar die
“Zo zoeken we telkens naar maatjes om elkaar in beweging te zetten en te houden.” Bea Ros 26
We willen echt aansluiten bij wat de doel-
scholing blijkt in de praktijk moeilijk uit-
groep wil, en wanneer en hoe die iets wil.
voerbaar. De studenten hebben over het
Daarmee brengen we dan vanzelf de
algemeen te weinig ruimte in hun rooster 27
om in het museum klassen te begeleiden.
dus meer een praktijkgerichte opdracht.
Toch twijfelt Mariska de Boer niet aan het
Als ze hier in het museum iets met een klas
nut van de samenwerking: “We merken
willen doen, betekent dat dat ze iets moeten
dat vooral de algemene inleiding voor de
ontwikkelen dat hier echt uitgevoerd kan
eerstejaars – die we zelf geven zodat de
worden. Maar er zijn daarnaast studenten
studenten onze gezichten leren kennen –
die hier inspiratie zoeken en vervolgens
oplevert dat ze ons later beter weten te
gewoon dingen bedenken voor in de klas.”
vinden. Daardoor verwachten we een
Toch melden de studenten zich niet in
blijvend contact met onderwijs op te
groten getale bij ’t Oude Slot. Mols heeft
bouwen. Op den duur levert dat zeker op
daar wel een verklaring voor: “Ik heb ooit
dat we hun leerlingen een keer in het
met studenten een middag op de Fontys
museum krijgen.”
georganiseerd voor het basisonderwijs.
Ook ’t Oude Slot in Veldhoven, een
Toen bleek dat ze erfgoed wel leuk vinden
erfgoedmuseum met voornamelijk negen-
als je het op een bepaalde manier brengt,
tiende-eeuwse gebruiksvoorwerpen uit de
maar dat het toch een beetje een stoffig
Kempen, heeft veel contact met basis-
imago blijft houden. Ze leggen ook niet zo
scholen. Het museum, dat zo’n 40.000
gauw het verband met geschiedenis, maar
bezoekers per jaar trekt, zet stevig in op het
dat komt waarschijnlijk omdat de module
basisonderwijs. De laatste jaren is daar het
sterk op kunst is gericht. “Ik heb hier
voortgezet onderwijs bijgekomen. De direc-
regelmatig groepen eerstejaarsstudenten
teur van het museum, Pieter Mols, gaf aan
ter kennismaking gehad die ik uitlegde wat
de Fontys Pabo in Eindhoven al gastcolle-
er allemaal mogelijk is en dat wij de lessen
ges over kunst- en cultuureducatie. Daarin
die ze ontwikkelen voor hun onderwijs hier
bepleitte hij een actieve aanpak van erfgoed
willen ondersteunen. Daarna is er in drie
en kunst zoals het museum die voorstaat.
jaar tijd drie keer een groep derdejaars
Mols: “Wij kiezen er niet voor om de collec-
geweest die hier lesmateriaal ontwikkeld
tie uit te stallen met bordjes ernaast. Wij
heeft. Dat vind ik een beetje een magere
zeggen dat de spullen niet belangrijk zijn,
oogst.”
maar dat het gaat om het verhaal dat erach-
Voor Mols is echter het belangrijkste dat
ter zit. We proberen kinderen uit vooral het
werken met materiaal van een instelling
basisonderwijs uit te dagen om hun eigen
bijdraagt aan de persoonlijke ontwikkeling
verhaal achter die spullen te vertellen. Dat
van de studenten. Hij verwacht dat studen-
is ons concept.” Een concept dat mooi
ten door deze ervaring zich later in hun
aansluit bij de module die de Eindhovense
lespraktijk meer bewust zijn van wat ze alle-
pabo ontwikkelde.
maal kunnen doen in culturele instellingen.
Mols: “De studenten moeten in het derde
Van pabo-docenten hoort Mols bovendien
jaar een module kunsteducatie volgen,
dat leerkrachten in het basisonderwijs in
Zin in kunst. Ze moeten op hun stageschool
cultuureducatie geïnteresseerd raken door
een leersituatie voor kinderen inrichten
de activiteiten van de studenten. Mols: “Dat
waarin kunst of erfgoed een belangrijke rol
zijn belangrijkere winstpunten dan dat het
speelt. Aan die activiteiten die zij ontwik-
de culturele instelling iets oplevert.”
kelen, zijn dan lessen verbonden en een Peter Zonderland
bezoek aan een culturele instelling. Het is 29
Hanzehogeschool Groningen & Christelijke Hogeschool Nederland, Groningen
Handboek erfgoededucatie Van musea naar erfgoed in brede zin: met dat doel stapten de pabo’s van de twee Groningse hogescholen in de pilot. Door het Schoolmuseumproject waren hun studenten al enkele jaren gewend om bij museumcollecties educatieve projecten te ontwikkelen. Wat met musea kan, kan ook met molens, kerken, oudheidkamers, historische kringen en wat zich nog meer aan erfgoed in de buurt van de basisschool bevindt, was de gedachte. De beide pabo’s grepen de pilot aan om voor de nieuwe opzet een mooie, nieuwe handleiding te ontwikkelen. Die zou niet alleen bedoeld zijn voor intern gebruik, maar ook elke pabostudent, basisschooldocent en educatief (museum)medewerker moeten kunnen inspireren. Resultaat is een handboek erfgoededucatie: Het tastbare verleden. “We wilden een boek dat erfgoed, dat bij veel studenten een stoffig imago heeft, aantrekkelijk en actueel zou maken. Dankzij de pilot konden we extra aandacht besteden aan de vormgeving”, vertelt Elsje Huij van de Hanzehogeschool. Het boek valt inderdaad op door originele fotografie en vormgeving. Geen statische plaatjes van oude monumenten, maar foto’s waarin het regionale verleden van Noord-Nederland tot leven komt. Zo toont de kaft een meisje met haar schelpenschat in een typisch waddenlandschap. Na een algemene inleiding over (doelstellingen van) erfgoededucatie, volgt een praktisch stappenplan: inlezen, oriëntatie bij erfgoedinstelling, overleg met basisschool, lesconcept maken, werken met voorwerpen in de klas, bezoek met de klas aan erfgoedinstelling en ten slotte de evaluatie. De Groningse pabo-studenten moeten dit helemaal doorlopen, andere gebruikers kunnen er natuurlijk uitpikken wat van hun gading is. Het boek bevat ook voorbeelden van beoordelingsformulieren en bruikleenovereenkomsten. Als docent alleen krijg je zo’n product nauwelijks voor elkaar, denkt Huij. Dat het haar en haar collega’s wel lukte, is te danken aan de subsidie en stimulans van de pilot en aan de goede samenwerking met het Museumhuis Groningen. Het Museumhuis zag de pilot als welkome voortzetting van het Schoolmuseumproject. Als koepel van alle erfgoedinstellingen in Groningen had het immers baat bij versteviging van de relaties tussen pabo, basisscholen en erfgoedinstellingen. Reden voor het Museumhuis om niet alleen op te treden als projectleider in de pilot, maar ook te investeren in het boek en de drukkosten voor te schieten. Uit de verkoopcijfers blijkt al dat niet alleen eigen studenten, maar ook basisscholen – en niet alleen in Noord-Nederland – het boek aanschaffen. Bea Ros
30
Hogeschool INHOLLAND, Pabo Haarlem
Culturele kaart
Uitbreiding van het Pabo-project
Pabo-studenten hebben geen idee hoeveel culturele bagage ze al hebben, laat staan dat ze weten hoe ze die zouden kunnen benutten in de klas. Rolien Eikelenboom, docent muziek op de Haarlemse pabo van Hogeschool INHOLLAND, merkt dat telkens weer. En toch is het de bedoeling dat ze later kinderen op de basisschool weten te enthousiasmeren voor kunst en cultuur. Dus moeten ze tijdens de opleiding leren om daarover na te denken en om goed om zich heen te kijken. De pilot bood een uitgelezen kans om daar eindelijk eens werk van te maken, en zo ontstond de opdracht voor een culturele kaart. Daarvoor verkent iedere student als een speurhond de omgeving van zijn stageschool. Wat is er allemaal te beleven, welke contacten heeft de school al en welke nieuwe kansen en mogelijkheden liggen er? En daarbij gaat het om cultuur in brede zin: muziek,
Docent wordt motor achter cultuureducatie Dit jaar wordt de pilot Cultuur en School – Pabo’s uitgebreid naar alle pabo’s. Het ministerie van OCW heeft versterking van de cultuureducatie in het primair onderwijs bovenaan de agenda geplaatst en de (toekomstige) docent aangewezen als de promotor van cultuur op school.
dans, drama, beeldend en cultureel erfgoed.
“We hebben bij de pilot Cultuur en School –
Eigen visie
In drietallen werken studenten vervolgens één kaart gedetailleerd uit. Ze gaan op
Pabo’s onverwacht het tij meegekregen”,
Het accent in het beleid van OCW ligt op
bezoek bij culturele instellingen in de buurt, verzamelen foldermateriaal en namen van
zegt Paul Vogelezang, projectleider van de
de ontwikkeling van een eigen visie op
contactpersonen. Ze inventariseren ook of er ouders zijn die van nut kunnen zijn –
pilot. “We hadden verwacht de pilot dit jaar
cultuureducatie. Knol: “Ons streven is dat
bijvoorbeeld een ouder die kunstschilder is of in het archief werkt. Zo ontstaat een
af te sluiten, maar inmiddels is besloten het
alle scholen voor 2007 eigen cultuurbeleid
dikke informatie- en ideeënmap voor de basisschool. “Door deze opdracht vallen
project uit te breiden naar de andere pabo’s
hebben ontwikkeld in samenwerking met
studenten de schellen van ogen en zien ze wat er allemaal buiten school te beleven
in Nederland.” Aanleiding om de pilot te
culturele instellingen en ondersteund door
valt”, vertelt Eikelenboom.
continueren is de beslissing van het
gemeenten en provincies. Het ontwikkelen
De map blijft op de stageschool en komt een jaar later ‘tot leven’. Dan nodigt een der-
ministerie om de aandacht voor cultuuredu-
van een visie is een belangrijke voorwaarde
dejaarsstudent op basis van de map een gast uit in de klas. “Voor studenten is dit een
catie in het primair onderwijs fundamenteel
voor de verankering van cultuureducatie in
stok achter de deur om daadwerkelijk een goede map te maken. De studenten die na
te versterken. Jan Jaap Knol, projectleider
het curriculum.”
hen komen, moeten er immers weer mee verder. Alleen noteren ‘er is een molen’ is dus
Cultuur en School van het ministerie van
Bijzonder aan de hierbij horende financiële
onvoldoende, ze moeten aangeven wat die molen de school dan te bieden heeft.”
OCW: “In het huidige cultuur- en onderwijs-
regeling Versterking cultuureducatie in het
Twee jaar geleden betekende deze opdracht voor studenten een eerste culturele
beleid staat cultuureducatie bovenaan de
primair onderwijs is dat het geld beschik-
kennismaking. Inmiddels zit er ook in het eerste pabo-jaar een opdracht waarbij
agenda. Het ministerie is van mening dat
baar wordt gesteld aan scholen, zegt Hans
studenten drie culturele activiteiten bezoeken. “Je merkt dat de culturele kaarten
kunst en erfgoed niet alleen vormende
Muiderman, die dit project leidt. “Veel geld
aantrekkelijker worden. Het voorwerk in het eerste jaar blijkt essentieel.”
waarde hebben, maar ook een samen-
van Cultuur en School ging de afgelopen
Dankzij de pilot ontstaat langzamerhand een doorgaande lijn. Eikelenboom: “We
bindende bijdrage leveren aan onze
jaren naar de aanbieders. Nu wordt de
hebben nu twee vierdejaars die een scriptie willen schrijven over cultuureducatie.” En
samenleving. En cultuureducatie is bij
vragende partij financieel ondersteund, wat
niet alleen bij studenten, maar ook bij de pabo-directie. Zo ligt er nu een voorstel voor
uitstek het instrument om de culturele
betekent dat scholen cultuureducatie beter
het ontwikkelen van een minor Cultuureducatie. “Ook vanuit de stagescholen horen
factor in de samenleving te versterken.”
kunnen laten aansluiten bij hun eigen
we niet meer: wat voor rare opdrachten geeft de pabo nu weer mee? We krijgen nu juist
De bijzondere betekenis die het ministerie
behoeften en mogelijkheden.” Muiderman
belangstellende vragen: een culturele kaart, hoe doe je dat dan?”
hecht aan cultuureducatie komt ook tot
heeft de taak de verschillende projecten die
uiting in de nieuwe kerndoelen. Knol:
zich richten op de versterking van cultuur-
“Kunst en aandacht voor erfgoed zijn
educatie op elkaar af te stemmen. “We
verplichte onderdelen geworden, maar de
voeren regelmatig overleg met het project-
scholen krijgen veel meer ruimte bij de
team Cultuur en School – Pabo’s. Dat heeft
invulling dan in de oude situatie.”
er onder andere toe geleid dat verschillende
Bea Ros
32
33
pabo’s de onderwijsmodules voor cultuur-
de vorming van de gehele mens en draagt
coördinator op elkaar hebben afgestemd.”
bij aan de sociale cohesie op scholen.” De aandacht voor cultuureducatie op de basis-
Sleutelpositie
scholen in Zeeland is echter nog steeds
Nu het uitgangspunt de autonomie en de
belabberd, vindt hij. “Men wil wel, maar
vraag van scholen is, is er een belangrijke
weet niet hoe. Veel scholen liften mee met
rol weggelegd voor de docent. Knol: “De
cultuurmenu’s *, maar daar blijft het bij.
docent vervult een sleutelpositie bij cultuur-
Mijn ideaal is dat aandacht voor kunst en
educatie, zijn rol is cruciaal voor de struc-
erfgoed docenten op nieuwe ideeën brengt.
turele verankering in het curriculum.”
Zo kan cultuureducatie het vakoverstijgend
De vraag is echter of alle docenten voldoen-
werken stimuleren en de cognitieve vakken
de zijn toegerust om deze rol te vervullen.
verrijken.”
“Niet iedereen beschikt over het gereed-
Inspiratie is het sleutelwoord, zegt
schap om cultuureducatie tot bloei te
Kuyvenhoven. “Als je wilt dat cultuureduca-
brengen in een school”, zegt Frits Witte,
tie een kans krijgt, moet je zorgen dat
directeur van basisschool Het Veer in Veere.
iemand met hart voor cultuur de ruimte
“Dat is ook wel logisch: wij kregen vroeger
krijgt zijn ideeën te verwezenlijken. Dat
wel tekenen en handvaardigheid op de
betekent geen regels van bovenaf en geen
pabo, maar dat gebeurde op een heel
vaste methodes, maar uitzoeken wat bij de
ambachtelijke manier. Het leren kijken naar
school past en wat de leerlingen aantrekt.”
kunst en het genieten van kunst en erfgoed
Als een school de benodigde kennis en
hoorden daar niet bij.” Op zijn school
vaardigheden niet in huis heeft, kan dat op
worden de cultuureducatieve projecten
verschillende manieren worden opgelost,
georganiseerd en begeleid door een lokale
stelt hij. “Zittende docenten kunnen
kunstenares. “Dat heeft een enorme meer-
nascholingscursussen krijgen of scholen
waarde. Ze kan de leerlingen van alles
kunnen expertise inhuren. Maar beter is het
vertellen, maar ze kan hen ook actief mee
te beginnen bij het begin: de pabo’s. En ook
laten doen en ze neemt hen regelmatig mee
daar moet inspiratie centraal staan.”
naar musea of ateliers, zodat de kinderen ook buiten de school les krijgen. Dat is nog
Cultuuroverdragers
eens wat anders dan een tekenlesje geven.”
Dat is precies de bedoeling van de pilot, zegt Jan Jaap Knol van OCW. “We willen
Vorming
aankomende docenten enthousiast maken
“Ik zou graag zien dat docenten zichzelf
voor kunst en erfgoed. Zij zijn de cultuur-
behalve als onderwijzer ook als cultureel
overdragers. Als ze tijdens hun studie de
werker zouden zien”, zegt Cor
mogelijkheden en waarde ontdekken van
Kuyvenhoven, algemeen directeur primair
cultuureducatie, is de kans groot dat ze veel
onderwijs op Walcheren. “Kinderen zijn
aandacht zullen geven aan kunst en erf-
meer dan een vat dat je volstopt met
goed in hun eigen lessen.” De pabo’s wor-
kennis. Cultuureducatie is essentieel voor
den overigens niet verplicht cultuureducatie
* Zeeland kent menu’s met zowel kunst-, als erfgoedactiviteiten
35
Noordelijke Hogeschool Leeuwarden
Een portrettengalerij
in hun curriculum op te nemen, zegt hij.
opgave, dus die voorwaarde hebben we
“We willen cultuureducatie niet van boven-
laten vallen. We zullen de resultaten van de
af voorschrijven. We willen juist dat het
pilot wel openbaar maken, maar via onze
initiatief uit het veld komt, dat werkt veel
eigen site en die van het ministerie.”
Er is een dame in ouderwetse avondjapon. Een man die je met strakke blik aanstaart.
beter. En dat geldt ook voor de studenten:
Knol van OCW wil de komende periode
En een serie hoekige lijnen waarin nog net een gezicht te herkennen valt. Twaalf
ook voor hen moet cultuureducatie een
gebruiken om directies van hogescholen
portretten uit de vaste collectie van het Fries Museum vormen de basis voor een kleur-
vrije keuze zijn.”
meer bij cultuureducatie te betrekken. “We
rijke serie van geplastificeerde foto’s op A3-formaat. Studenten van de pabo in
Voor de vervolgpilot is veel belangstelling,
hebben gemerkt hoe belangrijk het voor
Leeuwarden kunnen de serie, die vergezeld gaat van kijkvragen en lessuggesties,
zegt projectleider Vogelezang. “Ik denk dat
docenten is als ze ruggensteun krijgen
lenen en op hun stageschool gebruiken. “Met deze serie bieden we studenten een
het beleid van het ministerie hieraan mee-
van hun leiding. Bovendien kan structurele
gegarandeerde succeservaring voor een les kunst kijken met kinderen”, zegt Hetty
geholpen heeft. Veel hogeschooldirecties
verankering van cultuureducatie in het
Hartogsveld, projectleider en pabo-docente beeldende vakken. “We hopen dat goed
beseffen dat de markt is veranderd en dat
curriculum alleen plaatsvinden als het
voorbeeld goed doet volgen, want later in de opleiding moeten studenten zelf educa-
zij hun studenten op een andere manier
management er helemaal achter staat.”
tief materiaal vervaardigen.”
moeten opleiden.”
Vogelezang hoopt dat de pilot tevens zal
De fotoserie is een tastbaar resultaat van de samenwerking die de pabo in Leeuwarden
In grote lijnen zal de pilot op dezelfde
bijdragen aan de verbetering van het
dankzij de pilot opbouwde met het Fries Museum. In het verleden was er al contact
manier worden voortgezet als de voorgaan-
culturele klimaat op de pabo’s.
geweest, maar dat was verwaterd. De pilot was een uitgelezen kans om de banden
de jaren. Vogelezang: “De belangrijkste
“Cultuureducatie moet niet alleen deel
weer aan te halen, vertelt Hetty Hartogsveld. “Zoiets kost je al gauw een paar
doelen blijven de culturele bewustwording
uitmaken van het curriculum, maar ook
middagen praten. Dat is iets wat tussen de gewone bedrijven door niet lukt en dus ook
van de student en de verankering van
gaan leven op de hogeschool. Een hoge-
niet gebeurt.”
cultuureducatie in het curriculum van de
school is niet alleen een leerfabriek. Ik
Het Fries Museum is voor de pabo een goede partij vanwege de gevarieerde collectie:
opleiding. We vinden het belangrijk dat elke
hoop dat de opleidingen op allerlei
van archeologie tot moderne kunst en van een Friese stijlkamer tot een verzets-
pabo daarbij zijn eigen werkvormen en stijl
manieren zelf met cultuureducatie aan
museum. Dat sluit mooi aan bij de brede opvatting van cultuur – erfgoed en kunsten
ontwikkelt. De pilots hebben inmiddels een
de slag gaan: door het organiseren van
samen – die de Leeuwardense pabo voorstaat. Omgekeerd is het museum blij met
heel scala aan activiteiten en producten
excursies, het uitnodigen van kunstenaars
kansen om ook via pabo-studenten de contacten met basisscholen te verstevigen.
opgeleverd, waar andere pabo’s uiteraard
en het geven van bijvoorbeeld workshops
Reden waarom het niet alleen tijd, maar ook geld investeert in de samenwerking.
van kunnen profiteren.”
drama. Zodat de leerlingen werkelijk
Die samenwerking reikt verder dan een gezamenlijk ontwikkelde en te gebruiken foto-
geïnspireerd raken en straks als docent
serie. Zo krijgen alle eerstejaars pabo-studenten een kennismakingsrondje door het
Culturele netwerken
de motor worden achter het cultuurbeleid
museum. Tijdens deze ‘Museumflits’ krijgen ze les in kijken (beeldbeschouwing) en in
Wel zal er in de nieuwe fase meer aandacht
op hun school.”
de educatieve mogelijkheden van een museumcollectie. In het derde jaar kunnen
worden gegeven aan het opzetten van of
studenten als keuzeonderdeel van het differentiatieprogramma Kunst en Cultuur in het
deelnemen aan culturele netwerken.
museum een scholing tot assistent educatief medewerker volgen. Ze geven vervolgens
Vogelezang: “Als culturele instellingen
in het museum rondleidingen voor schoolklassen en verdienen zo twee studiepunten.
afspraken maken met scholen over de invul-
Afgelopen jaar maakten nog maar twee studenten gebruik van deze mogelijkheid. Dat
ling van cultuureducatie, moet je daar als
heeft vooral te maken met roostertechnische problemen, denkt Hartogsveld. “Het moet
pabo bij zijn. Pabo’s moeten dus bestaande
nog meer body krijgen.”
netwerken in kaart brengen, en erover
Ze ziet de pilot dan ook vooral als startschot. “Er is het nodige in beweging gezet, we
nadenken aan welke netwerken ze willen
zijn weer gaan nadenken over wat we precies willen met ons vak.” Een ding weet ze al:
deelnemen en welke rol ze daarin kunnen
er komt in elk geval nog een fotoserie. Dit keer met landschappen.
vervullen.” De ontwikkeling van eigen
Anja Geldermans
websites door hogescholen zal in de Bea Ros
vervolgpilot minder nadruk krijgen. Vogelezang: “Het maken van eigen websites bleek voor de pabo’s een te complexe 36
37
Hogeschool Edith Stein / Onderwijscentrum Twente, Hengelo
Contact op knooppunten
Adressen
Toen pabo Edith Stein zich aanmeldde voor de pilot, zat kunsteducatie bij de beeldende vakken al stevig in het zadel. Er was een goede samenwerking met de Kunstzaal in Hengelo en het Rijksmuseum in Enschede. Doel van de pilot was vooral verbreding, vertelt projectleider Ben Blanken. Niet alleen naar andere disciplines (muziek, dans, drama), maar ook verbreding van contacten. Er ontstonden gaandeweg nieuwe contacten, met bijvoorbeeld Introdans, de schouwburg in Enschede en muziekgezelschap Quasimodo. Blanken: “Toen ik dacht dat al die contacten niet meer te behappen waren, ben ik op zoek gegaan naar knooppunten.” Een knooppunt is een plek waar lijnen samenkomen. In dit geval gaat het om overleggen en netwerken tussen basisscholen en culturele instellingen. Blanken zocht in Enschede contact met Concordia, centrum voor Kunst en Cultuur en in Hengelo met de kunstcommissie. De winst was meteen duidelijk: “Bij vergaderingen heb je iedereen te pakken, van kunstinstelling tot en met basisschool. Bovendien kun je als pabo goed duidelijk maken wat je vraagt en wat je te bieden hebt. Bijvoorbeeld dat je voor derdejaarsstudenten andere eisen aan samenwerking stelt dan voor eerstejaars. Of dat jouw studenten een school kunnen helpen bij het ontwikkelen van een cultuurbeleidsplan.” Via de knooppunten kwam Blanken ook in contact met de kunstcoördinatoren van de stagescholen en belegde hij bijeenkomsten met hen om nog eens duidelijk te maken wat de pabo precies van zijn studenten en de stagescholen vraagt. Zo krijgt een student vanuit de opleiding en de stageschool dezelfde boodschap mee. “Zonder die netwerken was ik blijven steken in een-tweetjes tussen pabo en school en pabo en kunstinstelling.” Diverse andere scholen die nog geen inhoudelijke kunstcoördinator hadden, lieten Blanken weten wel geïnteresseerd te zijn in een opleiding daarvoor. “Dat hebben we bereikt door alleen maar naar een paar netwerkbijeenkomsten te gaan. Het zet dus echt zoden aan de dijk.” Het bleef niet bij scholen en culturele instellingen. Via de knooppunten heeft de pabo
ALGEHELE COÖRDINATIE PROJECT
ook directe ingangen naar de gemeente. Dat kwam Blanken goed van pas toen hij de ambities van de pabo wilde laten zien. “Ik las het rapport van de commissie-
Cultuurnetwerk Nederland
Wagemakers, over de noodzaak voor basisscholen om een cultuurplan op te stellen,
Postbus 61
en verbaasde me erover dat de rol van pabo’s hierin echt marginaal was. Tijdens een
3500 AB Utrecht
vergadering van de kunstcommissie heb ik dat aangekaart en betoogd dat onze pabo
030 236 12 00
basisscholen wil ondersteunen bij het ontwikkelen en implementeren van cultuur-
www.cultuurnetwerk.nl
beleid.”
www.cultuurnetwerk.org
Niet alleen schooldirecteuren reageerden positief, ook de gemeente bleek gevoelig voor Blankens betoog. Sterker, ze vond dat hij zijn verhaal nog maar eens moest
Projectleider: Paul Vogelezang
houden, op het Provinciehuis. Ook daar vond hij een gewillig oor voor zijn betoog over
[email protected]
de rol van de pabo binnen het Actieplan Cultuurbeleid.
Teamlid: Irma Hilhorst
[email protected]
40
41
SPOOR ERFGOEDEDUCATIE Wat er concreet uit voortrolt, kan Blanken nog niet zeggen. Maar blij met de korte
Erfgoed Actueel, Bureau voor Cultureel Erfgoed en Educatie
lijnen is hij wel. In de praktijk loopt hij namelijk weleens aan tegen beleidsregels die
Herengracht 474
onhandig uitpakken. Zo was hij betrokken bij een tentoonstelling in Hengelo, die
1017 CA Amsterdam
vervolgens ook naar het nabijgelegen Diepenheim en Haaksbergen ging. Maar toen
020 427 08 80
Hengelo ontdekte dat zij hiervoor geen subsidie kreeg en de twee kleinere steden wel,
www.erfgoedactueel.nl
was het einde verhaal. “Ik zei tijdens een bezoek aan de provincie: ik heb last gehad van jullie beleid. Kom daarmee de volgende keer bij ons, kreeg ik te horen.” Korte
Projectleider: Tineke de Danschutter
lijnen en knooppunten – Blanken kan het elke pabo adviseren. “Dit soort contacten zijn
[email protected]
broodnodig, wil je blijvend iets van de grond krijgen. Zorg dat je ze krijgt en dat je ze
Teamlid: Karin Kievit
warm houdt.”
[email protected]
Bea Ros SPOOR KUNSTEDUCATIE Cultuurnetwerk Nederland Postbus 61 3500 AB Utrecht 030 236 12 00 www.cultuurnetwerk.nl www.cultuurnetwerk.org Projectleider: Paul Vogelezang
[email protected] Teamleden: Vera Bergman
[email protected] Irma Hilhorst
[email protected] Jonaske de Ruiter
[email protected] Marja van der Sluis
[email protected]
42
43
Hogeschool Leiden, Pabo Leiden
DEELNEMENDE HOGESCHOLEN ERFGOEDEDUCATIE
Werken met vouchers
Hogeschool Drenthe Pabo De Eekhorst
Om de pilot te ondersteunen besloot het ministerie van OCW om pabo-studenten, in
Zeemanstraat 1
navolging van de CKV-vouchers voor middelbare scholieren, ook cultuurbonnen te
9406 BZ Assen
geven. Jaarlijks kan een pabo deze vouchers voor zijn tweede- of derdejaarsstudenten
0592 853 300
aanvragen. Natuurlijk kun je het dan verder aan de studenten zelf overlaten wat ze
www.hsdrenthe.nl
ermee doen. Maar de pabo van Hogeschool Leiden houdt het heft liever in eigen
Contactpersoon: Romke Visser
handen. Immers, verklaart docent beeldende vakken Claartje van Tongeren, het was
[email protected]
een uitgelezen kans om studenten eens kennis te laten maken met moderne kunst. “Onze ervaring is dat veel van hen nog nooit in een museum zijn geweest; hun
Saxion Hogescholen
culturele horizon beperkt zich tot musicals en films. We willen ze kennis laten maken
Pabo Deventer
met dat onbekende, met als belangrijkste doel: de drempel verlagen en hen laten
Postbus 501
ervaren dat je met plezier naar een museum kunt gaan.”
7400 AM Deventer
Vanaf januari gingen Van Tongeren en haar collega Peter Jansen een aantal donder-
0570 663 704
dagen op excursie met derdejaarsstudenten die de differentiatie Cultuur volgen. Ze
www.hsij.nl
bezochten onder meer het Haags Gemeentemuseum, het Van Abbemuseum in
Contactpersoon: Fanny Pliester
Eindhoven en het kunstcentrum Witte de With in Rotterdam. Bedoeling was om samen
[email protected]
te kijken en praten over smaak, ervaringen en wat nou moderne kunst is. Een belangrijk onderdeel afgelopen jaar was bovendien een bezoek aan de educatieve
Iselinge Hogeschool
afdeling van Boijmans van Beuningen. Van Tongeren: “Dat was voor veel studenten
Pabo van de IJsselgroep
een eye-opener. Ze ontdekten dat je moderne kunst heel toegankelijk kunt maken. En
Postbus 277
dat een museum geen gesloten geheel is, maar een instelling waar je ook in het onder-
7000 AG Doetinchem
wijs veel mee kunt.”
0314 374 161
Komend studiejaar gaat de Leidse pabo die vertaalslag naar de toekomstige beroeps-
www.ijsselgroep.nl
praktijk nog concreter maken. Naast de excursies op eigen niveau gaan studenten
Contactpersoon: Jan Zwiers
meehelpen een groot kunstproject te ontwikkelen op een Leidse basisschool. De
[email protected]
afspraken met de school zijn al gemaakt. Het is een samenwerkingsovereenkomst waar beide partijen baat bij hebben, vertelt Van Tongeren. “Basisscholen moeten
Christelijke Hogeschool Ede
nadenken over hun eigen cultuurbeleid, en door met ons samen te werken, krijgen ze
Postbus 80
daarbij ondersteuning en inspiratie. En voor onze studenten is het natuurlijk een
6710 BB Ede
prachtkans om dingen in de praktijk uit te proberen.”
0318 696 300
De Jong is erg tevreden met de impulsen die het derdejaarsonderwijs kreeg door het
www.che.nl
pilotproject. “Studenten moderne kunst leren begrijpen, dat lukt niet in een halfjaar.
Contactpersoon: Cees Pelgrim
Maar we zijn er wel in geslaagd hun interesse te wekken en hun de educatieve moge-
[email protected]
lijkheden van musea te laten zien.” Bea Ros
44
45
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Pabo Groenewoud, Nijmegen
Advies aan scholen
Christelijke Hogeschool De Driestar Postbus 368 2800 AJ Gouda 0182 540 333
Op de Nijmeegse pabo Groenewoud viel het pilotproject mooi samen met de ontwik-
www.driestar.nl
keling van differentiaties in het derde jaar. Een zo’n differentiatie of profiel is
Contactpersoon: Jan Veldman
Coördinatie Kunstzinnige Vorming. Niekje van de Lavoir, projectleider en coördinator
[email protected]
Differentiaties, greep de pilot aan om dit profiel goed neer te zetten. Belangrijk onderdeel van deze differentiatie is het opstellen, beargumenteren en presenteren van een
Hanzehogeschool Groningen
advies voor een basisschoolteam om hun kunstzinnig onderwijs te ontwikkelen dan
Pabo Hanzehogeschool
wel te verbeteren. Hiermee haakt de pabo aan bij het advies van de commissie-
Postbus 3109
Wagemakers: basisscholen moeten zelf nadenken over hun cultuurbeleid.
9701 DC Groningen
Twee of drie studenten gaan samen naar een basisschool. Daar onderzoeken ze alles:
050 595 35 00
wat staat er in het schoolwerkplan over kunstzinnige vorming, welke methode is er?
www.hanzehogeschool.nl
Wat gebeurt er concreet in de klas? Welke vragen heeft de school? Wat voor mogelijk-
Contactpersoon: Elsje Huij
heden zijn er in de omgeving van de school?
[email protected]
Tegelijk lopen ze stage bij een kunstinstelling om een beeld te krijgen van wat er met kunsteducatie zoal mogelijk is. “De meeste studenten hebben daar geen idee van.”
Christelijke Hogeschool Nederland,
Soms gaan ze daar ook aan de slag. Zo bewerkten enkele studenten het educatieve
Pabo Groningen
materiaal van Introdans om het beter te laten aansluiten bij de wensen van hun basis-
Eyssoniusplein 18
school. “Introdans was daar erg over te spreken”, vertelt Van de Lavoir. “Ze willen
9714 CE Groningen
volgend jaar graag weer studenten van ons.”
050 595 38 33
Over sommige scholen zijn succesverhalen te vertellen. Zo leidde een advies van
www.chn.nl
studenten ertoe dat een leerkracht taakuren kreeg voor coördinatie van kunstzinnige
Contactpersoon: Harriët Mulkens
vorming en kunsteducatie. Van de Lavoir: “Natuurlijk gaat het ook wel eens anders.
[email protected]
Soms komt een advies helemaal niet over bij een school. Of vindt een school dat hij het al heel goed doet.” Volgend jaar hoopt de pabo scholen gerichter te kunnen werven op
Hogeschool Zuyd
basis van hun eigen wensen en vragen. Dat heeft ook te maken met betere voorlichting
Pabo Maastricht
aan stagescholen over alle profielen.
Brusselseweg 150
Een van de studenten noemde als grootste leerpunt: veel eerder aan het hele school-
6217 HB Maastricht
team kenbaar maken wat je komt doen. Van de Lavoir benadrukt het belang van goede
043 346 66 30
ondersteuning vanuit de pabo. “Studenten moeten een map maken van al hun bevin-
www.hszuyd.nl
dingen en suggesties. Wij zien erop toe dat ze niet louter een ideeënmap maken, maar
Contactpersoon: Phil Dumoulin
een map met een aantal goede vakdidactische lesvoorbeelden en concrete adviezen
[email protected]
over lesmethodes, culturele mogelijkheden in de buurt of over bijscholing.” De map blijft op school en eventueel volgende stagiaires vanuit de pabo kunnen deze
Hogeschool INHOLLAND
weer verder uitbouwen en verbeteren. Zo ontstaat een doorgaande lijn. Niekje van de
Pabo Rotterdam
Lavoir is niet bang dat studenten op den duur met lege handen komen te staan. “Er
Postbus 23145
zullen steeds weer nieuwe vragen komen. Kunsteducatie is zo’n breed gebied, daar ligt
3001 KC Rotterdam
voor jaren ruim voldoende werk.”
010 439 96 00 www.inholland.nl
Bea Ros
Contactpersoon: Chrisjan Renes
[email protected] 46
47
DEELNEMENDE HOGESCHOLEN KUNSTEDUCATIE Hogeschool IPABO Amsterdam/Alkmaar Pabo Amsterdam Postbus 90506 1006 BM Amsterdam 020 613 70 79 www.hs-ipabo.edu Contactpersoon: Marijke Zuiderent
[email protected] Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Pabo Groenewoud Groenewoudseweg 1 6826 CC Nijmegen 024 323 37 78 www.han.nl Contactpersoon: Niekje van de Lavoir
[email protected] Avans Hogeschool Pabo Breda Postbus 90183 4800 RM Breda 076 - 523 67 00 www.avans.nl Contactpersoon: Karen Leenaerts
[email protected] Fontys Hogescholen Pabo Eindhoven Postbus 347 5600 AH Eindhoven 08 778 780 11 www.fontys.nl/pabo/eindhoven Contactpersoon: Erni van Aerts
[email protected]
49
Hogeschool Zuyd, Pabo Maastricht
Hogeschool INHOLLAND
De wijk in
Pabo Haarlem Postbus 614 2003 RP Haarlem
Het is al jarenlang een goede traditie op de Maastrichtse pabo: aan het eind van het
023 541 21 12
eerste jaar trekken studenten en docenten van de zaak- en beeldende vakken er een
www.inholland.nl
week samen op uit. Jarenlang gingen ze naar de Belgische Voerstreek en was het
Contactpersoon: Rolien Eikelenboom
buitenonderwijs in optima forma. Maar toen ontstond de behoefte iets te doen met en
[email protected]
voor basisschoolkinderen. Projectleider Phil Dumoulin: “Dan kun je tenminste de theorie in praktijk brengen.”
Hogeschool Edith Stein
Zo ontstond de werkweek nieuwe stijl: studenten verkennen de mogelijkheden van
Onderwijs Centrum Twente
erfgoededucatie in een bepaalde Maastrichtse wijk en gaan er vervolgens drie dagen
Postbus 568
mee aan de slag op een lokale basisschool. Na basisscholen in de wijken Belvédère en
7550 AN Hengelo
Sint Pieter was zomer 2004 de beurt aan de Sint-Odaschool.
074 851 61 00
De Sint-Odaschool staat in een jaren-dertigwijk aan de noordwestkant van Maastricht.
www.edith.nl
Er wonen veel studenten en veel allochtonen. Kroonjuweel van de wijk zijn de acht-
Contactpersoon: Ben Blanken
tiende-eeuwse vestingwerken, de zogeheten Dumoulin-linie (geen familie), die zowel
[email protected]
boven- als ondergronds nog helemaal intact is. De studenten kropen 150 meter door het pikkedonker, met als enige hulpmiddel een touw. ‘Dat kunnen we maar beter niet met
Noordelijke Hogeschool Leeuwarden
de kleuters doen’, besloten ze al snel.
Pabo Leeuwarden
Nadat ze de mogelijkheden van de wijk hadden verkend, maakten studenten plannen
Postbus 1018
voor activiteiten met kinderen. Ze werden hierin gecoacht door de pabo-docenten,
8900 CA Leeuwarden
maar ook door het team van de basisschool. “Met name eerstejaars willen nog wel eens
058 293 43 58
te hoog of juist te laag schieten”, zegt Phil Dumoulin. Vrijdags leverden ze hun defini-
www.nhl.nl
tieve plannen in bij de school en de week erna namen de studenten de basisschool voor
Contactpersoon: Hetty Hartogsveld
drie dagen over. Negentig studenten trokken in duo’s met zeven basisschoolkinderen
[email protected]
de wijk in. Ze lieten kinderen uit groep 7 en 8 bijvoorbeeld ervaren hoe het was om als soldaat in de linie te zitten, waar je geen hand voor ogen zag en waar je alleen aan het
Hogeschool Leiden
rammelen van droge erwten in een pan kon merken dat de vijand in aantocht was. De
Pabo Leiden
derde dag was er een presentatie in beeldende of dramatische werkvorm. Zo gaan
Postbus 382
erfgoed- en kunsteducatie hand in hand.
2300 AJ Leiden
Voor alle betrokkenen is het elk jaar weer een geweldige ervaring. Scholen melden zich
071 518 87 20
spontaan aan bij de pabo om een volgende keer mee te doen. Phil Dumoulin kan
www.hsleiden.nl
anderen dan ook alleen maar adviseren: probeer het gewoon eens. “Het is veel
Contactpersoon: Claartje van Tongeren
makkelijker dan je denkt. Ik vind het onvoorstelbaar dat een leerkracht, zoals een
[email protected]
student meemaakte op zijn stageschool, zegt: ‘Ik geef geen geschiedenis, want dat is toch alleen maar begrijpend lezen.’ Ga naar buiten en ontdek wat er allemaal te beleven en te leren is.” Bea Ros
50
51
Pabo Hogeschool Rotterdam
Hogeschool Rotterdam
Op kunstreis
Pabo Rotterdam Postbus 2680 3000 CR Rotterdam
“Het bezoek was echt heel leuk. Beide kunstenaars bleken helemaal niet zulke vreem-
010 241 46 62
de types te zijn als ik van tevoren gedacht had”, schreef een eerstejaarspabo-student
www.hogeschool-rotterdam.nl
in zijn logboek. Precies wat de pabo van Hogeschool Rotterdam beoogt met zijn
Contactpersoon: Jildou Zandstra
eerstejaarsmodule kunsteducatie: bekend maakt bemind. Om die reden krijgen alle
[email protected]
eerstejaars een ‘onderdompeling’ in de wereld van de hedendaagse kunst. Ze bezoeken op hun kunstreis diverse musea, galeries, kunstenpodia en kunstenaars in hun atelier.
Katholieke Pabo Zwolle
In het tweede jaar ontwerpen studenten een educatieve kunstkist bij enkele kunst-
Ten Oeverstraat 68
werken en in het derde jaar gaan ze hun lessen uitvoeren op hun stageschool.
8012 EW Zwolle
Zonder hulp van anderen valt dit niet te realiseren. Neem alleen deze rekensom: twee-
038 421 74 25
honderd eerstejaarsstudenten die in groepjes van maximaal acht een kunstenaar in
www.kpz-web.nl
zijn atelier gaan bezoeken. Daarom besloot de pabo het curriculum kunsteducatie te
Contactpersoon: Johan Koers
ontwikkelen met een externe partner, het Centrum Beeldende Kunstenaars (CBK).
[email protected]
“Het CBK heeft een spilfunctie in de stad, zij kennen vrijwel alle kunstenaars”, vertelt Jildou Zandstra, zelf beeldend kunstenaar en sinds een jaar voor een dag per week kunstcoördinator aan de Rotterdamse pabo. “Als ik zeg: ‘ik zoek zo’n en zo’n kunstenaar met die en die kwaliteiten’, dan weten zij precies de juiste persoon voor mij te vinden. Het CBK is een fijne en nuttige partner om kunsteducatie mee te organiseren.” De kunstreis van de eerstejaars leidt inmiddels langs een aantal vaste samenwerkingspartners zoals Museum Boijmans Van Beuningen, Villa Zebra, TENT., het Nederlands Fotomuseum en het Nederlands Architectuur Instituut. Diezelfde instellingen komen ook weer in beeld bij de tweede- en derdejaarsmodules. “We zijn bezig duurzame relaties op te bouwen”, vertelt Zandstra. Ze heeft gemerkt dat iedereen enthousiast is om samen te werken met de pabo. “De basisschool is voor hen een belangrijke doelgroep.” Jildou Zandstra noemt haar functie cruciaal. “Al die contacten opbouwen en onderhouden, dat lukt een docent moeilijk naast zijn lessen. Ik ben veel tijd kwijt met ontwikkelen, organiseren en communiceren.” Ze laat instellingen weten wanneer welke studenten komen en wat er van hen verwacht wordt. Een medewerker van de instelling vangt de studenten op en zorgt voor een rondleiding en/of presentatie. De instellingen krijgen betaald via de vouchers. Behalve met het CBK werkt Zandstra inmiddels samen met tien musea, zeven galeries en zeven kunstenaarsinitiatieven. Nu de beeldende kunst op poten staat, gaat de kunstcoördinator haar tanden zetten in volgende disciplines: theater en muziek. “Ik ben in gesprek met diverse theaterinitiatieven en de Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam (SKVR) om te zien wat er allemaal mogelijk is. Dat dat veel is, blijkt uit het wederzijds enthousiasme.”
Landelijke website Het pabo-project cultuureducatie heeft een eigen landelijke website: http://pabo.cultuurenschool.net . Op deze site is nadere informatie te vinden over het project en de deelnemers. Verder is het een verzamelpunt van de resultaten en producten die de deelnemende pabo’s afleveren. Daarnaast heeft elke pabo zijn eigen website (of is nog bezig die te ontwikkelen). Daarop wordt soms een afgeschermd gedeelte van de website gebruikt om tussenresultaten en voorlopige versies te archiveren. Op de landelijke site komt de selectie van het materiaal dat voor anderen van nut kan zijn, zoals voorbeeldmateriaal, handleiding, do’s and don’ts. Meer informatie is te vinden via www.cultuurplein.nl .
Bea Ros
52
53
Hogeschool INHOLLAND, Pabo Rotterdam
Website als uitdaging Digitaal heeft de Rotterdamse pabo van Hogeschool INHOLLAND een voorsprong op veel collega-scholen. Zo’n vier jaar geleden vernieuwde de school zijn onderwijs en kreeg ict een prominente rol in de opleiding (Explo-project). Interactief studiemateriaal, goochelen met dtp-bestanden, foto’s in jpeg-opmaak en rekenen in pixels – het is op de Rotterdamse digi-pabo gesneden koek. Toen Chrisjan Renes, die de pabo-pilot hier zou leiden, hoorde dat een van de vereisten een website met producten en (les)voorbeelden was, dacht hij dan ook: dat moet bij ons geen probleem zijn. Te meer daar Cultuurnetwerk Nederland al een format aanleverde. “De technische knowhow is bij ons op school in voldoende mate aanwezig”, vertelt Renes. “Ik had zelf voldoende ideeën over de vormgeving van zo’n website en kreeg daarin ook ondersteuning van de manager van de pabo en de ict-afdeling. We vonden het allemaal een uitdaging om het mooi voor elkaar te krijgen.” Waar de meeste van zijn collega’s het moesten doen met studentondersteuners, kon Renes samenwerken met een enthousiaste medewerker van de ict-afdeling. Iemand die creatief meedacht en die, heel belangrijk, techniek wist te vertalen in onderwijstermen en vice versa. Techniek is één aspect. Maar de organisatie van de school is minstens zo belangrijk bij het op poten zetten van een goede website, ondervond Renes. Vorig jaar werd de Rotterdamse pabo onderdeel van een grote fusie. Renes: “En dan ontstaan er vertragende mechanismen waar je als docent en zelfs als pabo-manager geen greep op hebt.” Omdat de pabo toch wilde voldoen aan de met Cultuurnetwerk Nederland gemaakte afspraken over de pilot, besloot Renes de zaak in eigen hand te nemen. Gesteund door zijn manager werkte hij gewoon door aan de website, die sinds najaar 2003 operationeel is. De website bevat een duidelijk overzicht van de erfgoedonderdelen in het curriculum (met links) en de lessen die studenten ontwikkelden voor het tweedejaarsproject Sporen van Nederland. Deze opdrachten worden digitaal ingeleverd en Renes kan de mooiste voorbeelden zo op de site plaatsen. Zoals een lesontwerp over het Fort Haerlem in Hellevoetsluis of het Veer Krimpen aan de Lek-Kinderdijk. Renes: “Met hun toestemming uiteraard, maar dat is geen enkel probleem. Elke student vindt het leuk dat anderen door zijn werk geïnspireerd raken en er misschien zelf mee aan de slag gaan.” Bea Ros
54
Katholieke Pabo Zwolle
De voorsprong van deeltijders Kunsteducatie zit voortaan structureel verweven in het curriculum van de Zwolse pabo, vertelt projectleider Fred Hartog. Voorbij het toeval en voorbij individuele hobby’s. En dat geldt niet alleen voor de voltijd-, maar ook voor de twee deeltijdopleidingen. Sterker, kunsteducatie floreert het beste in de vierjarige deeltijdopleiding. Dat heeft te maken met tijd en leeftijd. De verkorte tweejarige opleiding zit eigenlijk te krap in haar kleren. Het is ruiken en snuiven aan het vak, waarbij het accent – net als op de basisscholen – ligt op rekenen en taal. De verplichte cultuurmodule is door tijdgebrek gesneuveld. Wel kunnen studenten een studiepunt verdienen door zo’n zes culturele activiteiten te bezoeken. Hartog: “We stimuleren hen door te zeggen dat ze er mooi met hun kinderen heen kunnen. Zo kunnen ze meteen uitproberen wat wel en niet aanspreekt.” De ‘verkorte’ deeltijders kunnen in hun tweede en laatste jaar kiezen voor een specialisatie kunstcoördinator. En dan toont zich de voorsprong van deeltijders, zegt Hartog. “Zij hebben door hun leeftijd kwaliteiten in huis om iets op poten te zetten en dingen uit te bouwen.” Zo ontwikkelde een deeltijdstudente een cultuurbeleidsplan voor haar stageschool. Een inspirerend voorbeeld voor andere studenten en andere scholen. De specialisatie kunstcoördinator was tot voor kort alleen mogelijk in de deeltijdopleidingen. Mede door het pilotproject is ze nu ook opgenomen in het curriculum van de voltijdopleiding. De ‘vierjarige’ deeltijders volgen in principe hetzelfde programma als de voltijders. Zoals een module Kunstontmoeting Culturen en een buitenlandse reis. Maar de lessen verschillen in de praktijk nogal van elkaar. “Deeltijders”, merkte Hartog, “hebben meer levenservaring. Ons motivatieverhaal – je moet uit iedere leerling het beste halen, je hebt niet alleen kleine Gerrit Zalms tegenover je, maar ook kleine Karel Appels – komt bij hen ook het beste over. Er is hier een sfeer van: dit is echt nodig.” Bij voltijders is de culturele belangstelling veel geringer. Herhaaldelijk hebben Hartog en zijn collega’s discussie met studenten. ‘Waarom moet ik dingen zien die ik niet mooi vind?’ “Dan leggen wij weer uit dat dat bij hun beroep hoort. Dat ze zich later in de klas niet alleen op de denkers moeten richten, maar ook op de doeners en creatievelingen.” Verder hebben voltijders minder culturele voorkennis. Laat een woord als ‘romantiek’ vallen, en er gaan heel andere lampjes branden dan de docent bedoelde. “Ik merk wel steeds meer dat studenten het willen weten. Die nieuwsgierigheid is hoopvol.” De deeltijders met hun heel verschillende achtergronden zijn ook hier weer in het voordeel. “In een groepsgesprek komt bij hen zoveel meer naar voren! Ze leren niet zozeer van ons, als wel van elkaar.” Bea Ros
56