BULLETIN CULTUUR & SCHOOL #29 OKTOBER 2003
Cultuureducatie krijgt nieuwe kansen in de brede school
2
ABONNEMENTEN U kunt zich op Bulletin Cultuur & School abonneren (gratis) door een briefje met uw naam en adres te sturen of te faxen naar: Cultuurnetwerk Nederland Cultuur & School o.v.v. “abonnementenadministratie” Postbus 61 3500 AB Utrecht F 030 - 2361290 U ontvangt dan een inschrijfformulier. U kunt zich ook direct opgeven via de website Cultuur & School: www.cultuurenschool.net (rubriek ‘Bulletin’) HET PROJECT CULTUUR EN SCHOOL Cultuur en School wil de samenwerking tussen culturele instellingen en scholen op het gebied van cultuureducatie een flinke impuls geven. Cultuur en School beoogt: • leerlingen in contact te brengen met verschillende cultuuruitingen • scholen te stimuleren meer gebruik te maken van hun culturele omgeving • cultuur ook een plaats te geven in andere dan de kunstvakken, zoals in geschiedenis, techniek en de talen • culturele instellingen te stimuleren hun aanbod beter af te stemmen op de behoeften uit het onderwijs. MEER INFORMATIE? www.cultuurenschool.net
Colofon
Bulletin Cultuur & School oktober 2003, jaargang 6, nummer 29 Bulletin Cultuur & School wordt eens per twee maanden uitgegeven door Cultuurnetwerk Nederland op initiatief van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen in het kader van het project Cultuur en School. Hoofdredactie Marthe Bauwens Eindredactie Anja Geldermans Als u teksten uit deze uitgave wilt overnemen, neem dan contact op met de redactie van Bulletin Cultuur & School Redactiesecretariaat Cultuurnetwerk Nederland T 030 – 2361200 F 030 – 2361290
[email protected] Aan dit nummer werkten mee Eric Alink, Ineke Bijnagte, Ad de Bont, Anja Geldermans, Jochem Jurgens, Jeroen de Leijer, Bea Ros, Anita Twaalfhoven. Informantennetwerk De redactie van Bulletin Cultuur & School wordt door een informantennetwerk op de hoogte gehouden van ontwikkelingen in de culturele sector en in het onderwijs. Dit netwerk bestaat uit mensen uit diverse doelgroepen, verspreid over het hele land. Mocht u zelf een interessant onderwerp weten voor het blad, dan kunt u zich wenden tot de hoofdredacteur. Aanduiding Op verzoek van verschillende docenten staat in de inhoudsopgave achter elk artikel voor welke doelgroep in het onderwijs het artikel speciaal van belang is. PO staat daarbij voor primair onderwijs, VO voor voortgezet onderwijs en AO voor alle typen onderwijs (inclusief bijvoorbeeld PABO en BVE). Voor culturele instellingen is dit onderscheid niet gemaakt, omdat in principe alle artikelen voor hen interessant kunnen zijn. Ontwerp en opmaak Kummer & Herrman, Utrecht Druk Libertas, Bunnik ISSN nummer 1387 - 6422
Foto cover: Leerlingen van de Haagse Kunstmagneetschool Paul Krugerschool doen mee met het fotografieproject van het Koorenhuis met als thema Identiteit.
3
12
4
pagina 12
10
6 pagina 6
18
21 pagina 18
22 24
Inhoud
COVERSTORY BREDE SCHOOL: NIEUWE KANSEN VOOR CULTUUREDUCATIE Het reguliere onderwijs zoekt steeds vaker nieuwe samenwerkingspartners op, bijvoorbeeld binnen het concept van de brede school. Voor kunstzinnige vorming en cultuureducatie betekent dit nieuwe kansen. [PO/VO] ARTIKELEN AANBEVELINGEN CULTUUREDUCATIE PRIMAIR ONDERWIJS uitgaan van verschillen Deze zomer presenteerde de Taakgroep Cultuureducatie in Primair Onderwijs het rapport Hart(d) voor cultuur, dat aanbevelingen doet ter versterking van cultuureducatie. Voorzitter Jan Wagemakers adviseert uit te gaan van de verschillen tussen scholen. [PO] ICT ALS VLIEGWIEL VOOR KUNST EN CULTUUR De afgelopen jaren hebben culturele instellingen tientallen projecten op het gebied van ict en cultuureducatie opgezet. Een verrijking, vinden veel docenten. Maar loopt een bezoek aan echte kunst en cultuur geen gevaar te worden vervangen door digitale kunst? [VO] RUBRIEKEN PROJECTLOKET VERHALENKASTEEL VEROVERT BASISSCHOLEN Het Verhalenkasteel is een ambitieus verhalenproject dat de lust tot lezen wil aanwakkeren. Sinds 2001 zijn tientallen Zuid-Hollandse scholen belegerd en overal wappert de witte vlag als teken van overgave. Maar zijn er ook tegenslagen of strategische wijzigingen? [PO] ERFGOED ACTUEEL VAKOVERSTIJGENDE PROJECTEN HALEN MEER UIT LEERLINGEN Onderwijsprojecten waarbij erfgoededucatie en kunsteducatie samengaan hebben meerwaarde: leerlingen leren meer en vanuit verschillende invalshoeken. Maar dat vraagt wel om samenwerking tussen docenten van de erfgoed- en de kunstvakken. [VO] COLUMN DE SCHOOL ALS IDEAAL THEATER Ad de Bont houdt een pleidooi voor de school-alslevend-theater, waarbij de school in schril contrast staat tot de vele schouwburgen in het land waar overdag weinig gebeurt. [AO] DITJES EN DATJES ‘Weetjes’ voor en door de lezer. [AO] CONTACTPERSONEN CULTUUR EN SCHOOL
tekst: Anita Twaalfhoven
4
Aanbevelingen cultuureducatie primair onderwijs Op de landelijke bijeenkomst Cultuur en School van 19 juni presenteerde de Taakgroep Cultuureducatie in Primair Onderwijs het rapport Hart(d) voor cultuur. Het geeft advies over de vraag hoe de overheid de cultuureducatie in het primair onderwijs kan versterken. Voorzitter Jan Wagemakers gaat daarbij uit van de verschillen tussen scholen.
“De basis voor de ontvankelijkheid en waardering voor cultuur wordt gelegd in het primair onderwijs”, benadrukt Wagemakers. “De opdracht van de taakgroep was om aan te geven hoe de overheid deze basis kan versterken. Zo op het oog gebeurt er veel. Maar dit komt vooral voor rekening van een voorhoede van zo’n 1000 tot 1500 actieve basisscholen. De overige scholen doen nog steeds weinig tot bijna niets aan cultuureducatie. Daar zijn allerlei redenen voor: te weinig aanbod in de omgeving, tijd- of geldgebrek, gebrek aan kennis of zelfs interesse van het schoolteam.” “Als je de cultuureducatie in het primair onderwijs wilt versterken, moet je uitgaan van deze verschillen”, stelt Wagemakers. Het rapport Hart(d) voor cultuur adviseert dan ook het beleid toe te spitsen op een drietal scenario’s, die elk een ander beeld schetsen van hoe scholen met cultuureducatie omgaan.
SCENARIO’S Het meest voorkomende scenario kreeg de titel komen & gaan. “Hier staan de schooldeuren open voor een komen en gaan van projecten”, zegt Wagemakers. De leerlingen gaan incidenteel op stap naar het theater, volgen een poëzieproject of kunstenaars komen naar de school in het kader van een project als Beroepskunstenaars in de klas. “In dit scenario kiest de school vrij pragmatisch voor projecten die binnen de financiën en planning passen.” In het tweede scenario, vragen & aanbieden, speelt de school een sturende rol. Hier gaat het om Kunstmagneetscholen of scholen die zich profileren met literatuur- of theater-educatie. De cultuureducatie past binnen een eigen visie en het schoolteam heeft gekwalificeerde teamleden die ook zelf projecten initiëren. Tot slot is er een handvol scholen waar men leren & ervaren hand in hand wil laten gaan. In de plannen voor bijvoorbeeld de Wanitaschool in Rotterdam strekt de leeromgeving zich uit tot buiten de schoolmuren en vloeien onderwijs en cultuur naadloos in elkaar over. Een vak als biologie wordt in het park gegeven en tekenen in de werkplaats van een museum. Is het derde scenario te zien als een ideaal, waarnaar elke school moet streven? Wagemakers vindt alledrie de voorbeelden waardevol en benadrukt dat je op elk niveau een eigen ontwikkeling door kunt maken. “Wij hebben voor elk scenario aanbevelingen gedaan hoe je cultuureducatie het beste kunt versterken.”
VRAGEN VAN KINDEREN
Jan Wagemakers (foto: Ron Steemers)
Welke knelpunten sprongen vooral in het oog? Bij komen & gaan adviseert Wagemakers om niet voortdurend nieuwe projecten te bedenken, maar succesnummers te koesteren. “Als je voor elke leeftijdsgroep aansprekende projecten ontwikkelt, kun je ze vervolgens aaneenrijgen in een doorlopende leerlijn die beklijft.” In het scenario vragen & aanbieden blijft de afstemming tussen de vraag van scholen en het aanbod van instellingen een punt van zorg. Maar aan beide kanten is er te weinig ruimte voor inbreng
illustratie: Jeroen de Leijer
5
van kinderen, vindt hij. “Er moet veel meer aandacht komen voor de vragen van het jonge publiek en minder nadruk liggen op de antwoorden van de docenten.” Bij plannen voor scholen waar leren & ervaren hand in hand gaan, schetst het rapport een idealistisch toekomstbeeld, waarin scholen, de naschoolse opvang, buurtcentra en cultuurloketten hun onderlinge grenzen verliezen. “Dit vraagt om creatieve geesten”, verzucht Wagemakers. Zijn er ook knelpunten die dwars door de scenario’s heen lopen? “De bereikbaarheid van cultuur is relatief een groot probleem”, stelt Wagemakers. “Evenals een gebrek aan deskundigheid op scholen en vast lesmateriaal over kunst en cultuur voor het primair onderwijs. Om te beginnen moet cultuureducatie een duidelijke plek krijgen op de pabo’s, zodat toekomstige docenten goed beslagen ten ijs komen. Verder kan het voortgezet onderwijs als voorbeeld dienen. Denk aan vouchers, digitaal lesmateriaal, ckv-netwerken of cursussen voor kunstcoördinatoren. Zo neemt de bereikbaarheid van cultuur al flink toe als er middelen zouden komen voor vervoer.”
BRAINSTORMEN Maar er zijn ook scholen waar de cultuureducatie nog maar nauwelijks wortel heeft kunnen schieten. Wat is hier de beste aanpak? Wagemakers is voor een praktische benadering: “Als een school een paar leerkrachten enkele uren per week vrijstelt om te brainstormen, komen er ineens allerlei mogelijkheden aan het licht. Zo ken ik een school, waar in de omgeving nauwelijks iets cultureels te vinden leek. Ze boden echter wel repetitieruimte aan de plaatselijke fanfare en zo ontstond het idee om in openbare repetities voor de kinderen te spelen.” Tot slot werkt de knellende regelgeving tegen. De subsidieregelingen, met al die verschillende ‘potjes met geld’, werken ontmoedigend. “Soms weten scholen niet hoe ze op een formulier hun idee onder woorden moeten brengen en krijgt een goed project misschien geen kans. Ik denk dat regionale spreekuren Cultuur en School een optie zijn, zodat mensen de kans krijgen een project mondeling toe te lichten.” In de komende periode dient het rapport als inspiratiebron voor de ontwikkeling van de cultuureducatie in het primair onderwijs. Wie ‘hart heeft voor cultuur’ kan de aansprekende voorbeelden alvast ter harte nemen•
“Als je de cultuureducatie in het primair onderwijs wilt versterken, moet je uitgaan van verschillen” Jan Wagemakers, voorzitter Taakgroep Cultuureducatie Primair Onderwijs
MEER INFORMATIE • Het rapport Hart(d) voor cultuur is op te vragen bij het ministerie van OCenW, per e-mail:
[email protected] • De landelijke bijeenkomst van Cultuur en School van 19 juni was de opmaat voor een serie werkconferenties over het rapport Hart(d) voor cultuur en andere recente ontwikkelingen binnen Cultuur en School. Een digitale documentatiemap is te vinden op http://cultuurenschool.net/informatie • Eerder verschenen artikel over dit onderwerp in Bulletin Cultuur & School, nummer 25: Meer kansen voor cultuureducatie in primair onderwijs? Commissie Wijnen adviseert 30% vrije ruimte in curriculum.
6
Uit het projectloket
Verhalenkasteel verovert basisscholen
Juffrouw Annelies leest het verhaal Bobbel voor op basisschool De Biënkorf in Amsterdam (foto: Kees Hummel)
tekst: Eric Alink
7
Ten aanval! Dat lijkt het strijdlustige motto van Het Verhalenkasteel, een ambitieus verhalenproject dat de lust tot lezen, luisteren en levendig fantaseren wil aanwakkeren. Vanaf 2001 zijn tientallen Zuid-Hollandse scholen belegerd. Goed nieuws: overal wappert de witte vlag als teken van overgave. Maar zijn er ook tegenslagen of strategische wijzigingen? Tijd voor een terugblik in de rubriek Uit het projectloket, waarin elke keer een geslaagd project aan bod komt dat te vinden is in het Projectloket op de website van Cultuurnetwerk Nederland.
Uit het projectloket
Grondleggers van Het Verhalenkasteel zijn Anna van Praag en Nancy Wiltink, die hun sporen verdienden in de culturele wereld. Hun fascinatie voor kinderboeken leidde in 2000 tot oprichting van Stichting De Taal van het Verhaal. Al langer vlasten ze op onorthodoxe methodes om de magie van het (voor)lezen in de middenbouw van het basisonderwijs te bevorderen. Wiltink: “Tijdens een klein onderzoekje zijn we ons rot geschrokken hoe overschat de belangstelling van leerkrachten en ouders voor actief lezen is. Het is toch vooral de culturele elite die er aandacht aan wijdt. De ‘Jordaanmoeders’ sleuren hun kind wel mee naar de Amsterdamse bibliotheken en kinderboekenweek. Maar daarbuiten? Zeker kinderen met een andere culturele achtergrond missen de boot. Paradoxaal genoeg komen zij vaak uit culturen die een rijke verhalentraditie kennen. Ook veel juffen en meesters hebben huiver voor bijzondere verhalen. Uit veiligheid kiezen ze vooral serieboeken waar kinderen zelf mee aan komen sjouwen. Jammer, want volgens ons kun je de lat hoger leggen en de verbeelding en motivatie sterker prikkelen, mits je verhalen in een uitdagende omgeving aanbiedt.”
ZEVEN KAMERTJES Zo ontstond in 2001 het project Het Verhalenkasteel. Deze kleurige houten burchten ter grootte van een schatkist herbergen zeven kamertjes. Achter de deurtjes ervan huizen in totaal zeven verhalen uit de wereldliteratuur voor kinderen. Het gaat om sterke, droevige, spannende en grappige vertellingen van zowel achttiende-eeuwse sprookjesprokkelaars als hedendaagse schrijvers. Drie versies zijn er inmiddels ontwikkeld. Het Spiegelkasteel biedt reflecterende verhalen over ‘anders-zijn’, Het Luchtkasteel bevat adembenemende vertellingen over reizen in de wereld en in je hoofd en Het Waterkasteel schenkt verhalen over water, de bron van leven en inspiratie. Leerkrachten krijgen een speciale introductie, waarna zij als ‘slotbeheerder’ aan de slag gaan. Extra zeggingskracht ontlenen de vertellingen aan toepasselijke voorwerpen die in het kasteel op hun ontdekking wachten – van vislijntjes tot zoutkristallen. Verder horen bij elk verhaal open vragen en volledig uitgewerkte lessuggesties, zowel voor gebruik in als buiten de klas.
HOUT- OF BOEKENWURMEN?
“De enige ‘vijand’ van Het Verhalenkasteel is het schoolrooster” Miriam Reijnders van de St. Aloysiusschool in Monster
Wiltink en Van Praag schreven 600 scholen in ZuidHolland aan, waarvan er 45 op de brief reageerden en tien via mond-tot-mondreclame. Inmiddels zijn in Zuid-Holland 162 Verhalenkastelen verspreid. Staan ze in de hoek van klaslokalen te stoffen of verleiden ze leerlingen tot enthousiaste belegeringen? De recente Slotbeheerdersenquête biedt opheldering. Onder auspiciën van Art Support te Amsterdam – dat Het Verhalenkasteel beheert – is zij gehouden onder respectievelijk 45 scholen die begin 2002 een kasteel
8
Uit het projectloket
ontvingen en negen proefscholen die al in 2001 gastvrij hun ophaalbrug lieten zakken. Wiltink: “Een volledig beeld ontstaat pas als alle 150 scholen hun eerste jaar hebben doorlopen, maar nu al kunnen we voorzichtig conclusies trekken. Het blijkt dat leraren zowel het kasteel als de introductiebijeenkomsten en instructieboekjes roemen. Grosso modo onderschrijven ze ook de noodzaak van leesbevordering en tonen ze behoefte aan inspirerend materiaal. Verder blijkt dat kinderen onder invloed van Het Verhalenkasteel meer gaan lezen. Niet minder plezierig is dat geen enkele school is afgehaakt.”
HINDERNISSEN
Deelnemers aan Het Verhalenkasteel. (foto: Kees Hummel)
Al kan de vlag in top in Het Verhalenkasteel, toch zijn er ook struikelblokken. “Het acquisitietraject heeft veel tijd en energie gekost. Voor een goede verspreiding van de Verhalenkastelen moet je het labyrint van instellingen kennen. Het heeft ons verbaasd hoe volstrekt anders het per stad of regio is georganiseerd. Sommige instellingen blijken ook nogal protectionistisch. Ze willen het liefst zelf hun verhalenprojecten ontwikkelen en in de markt zetten. Zonde, want zo wordt het wiel duizendmaal opnieuw uitgevonden. Inmiddels werken we zoveel mogelijk met lokale ‘kastelenmakelaars’ die intermediair zijn tussen ons en de leerkrachten. Zo hebben we in Delft – waar alle basisscholen meedoen – samengewerkt met de Vrije Academie, in Rijswijk met Het Kunstgebouw dat het kasteel aanbood als plusoptie in het kunstmenu, in Leiden met Cultuur en School van de gemeente, in Zoetermeer met de bibliotheek en in Den Haag met de Schoolbegeleidingsdienst.” Rotterdam werd op een andere manier omsingeld. In die stad ontbrak het geld om alle scholen een eigen kasteel te schenken. Overleg met de Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam bracht uitkomst: de komende jaren circuleren 38 kastelen langs de circa 180 Rotterdamse basisscholen die aan het kunstenpakket meedoen.
RISICO
Leerling bekijkt een op de verhalen toepasselijk voorwerp. (foto: Kees Hummel)
Een vrolijke conclusie uit de Slotbeheerdersenquête is dat veel scholen Het Verhalenkasteel willen inbedden in hun jaarleerplan. Minder opgetogen is Wiltink over de sterke wisselingen in de samenstellingen van schoolteams. “Als je telkens nieuwe contactpersonen hebt, loop je het risico dat de ideologie achter Het Verhalenkasteel gaat verwateren.” In dat licht is besloten om het komende jaar trainingen voor nieuwe slotbeheerders op te zetten. Verder wordt overwogen om een aparte serie verhalen te ontwikkelen voor scholen met een taalachterstand. Of Het Verhalenkasteel heel Nederland zal veroveren? “Moet lukken, al merken we dat het zwaan-kleef-aan-effect vooralsnog tegenvalt. Scholen hebben onderling niet zoveel contact. Bovendien moeten we concurreren met uitdijende leermethodes die veel beslag leggen op tijd en aandacht van leerkrachten.”
9
Uit het projectloket
DOEL Leesbevordering voor groep vier en vijf van het basisonderwijs.
ACTIVITEITEN • Voorlezen van thematische verhalen uit een houten ‘Verhalenkasteel’, met ondersteuning van voorwerpen, verwerkingsopdrachten en nagesprekken • Kosten: €150,– per jaar
TIPS VOOR CULTURELE INSTELLINGEN: • Zorg dat het product direct te gebruiken is, want leerkrachten hebben het druk • Train leerkrachten voordat ze ermee aan de slag gaan • Zorg bij ieder verhaal voor open vragen • Werk met regionale intermediaire organisaties, want die kennen de scholen uit hun omgeving het beste • Gebruik materiaal dat nieuw is voor de leerlingen • Probeer zoveel mogelijk bij landelijke evenementen aan te sluiten, zoals de Nationale Voorleesdag • Vinden scholen het product te duur, zorg dan voor een roulatiesysteem • Zorg dat de inhoud van het project aansluit bij het niveau van de groep.
Het Verhalenkasteel. (foto: Kees Hummel)
ENTHOUSIASTE LEERKRACHTEN Docente Miriam Reijnders van de St. Aloysiusschool in Monster noemt Het Verhalenkasteel een vondst. “Al is leesbevordering geen stiefkindje bij ons op school, toch merk je steeds vaker dat kinderen moeite met lezen hebben. Oorzaken? Lastig te zeggen. Allochtone kinderen hebben we nauwelijks op school. Wel heb ik af en toe het idee dat de aandacht thuis voor het lezen verslapt. Ook zie je dat de beeldcultuur aan kinderen trekt.” Op haar school werkt alleen groep vijf met Het Verhalenkasteel. Reijnders: “We ontdekten dat verhalen als De gebroeders Leeuwenhart te heftig waren voor groep vier. Een groep hoger zijn de reacties overwegend positief. Voordeel van het project is dat je als leerkracht zelf kunt spelen met de verwerkingsopdrachten en de sfeer waarin je de verhalen aanbiedt. Als je een vraagteken op het bord zet, de klas later donker maakt en een kaarsje aansteekt, kan het niet meer stuk.” Haar enige verzuchting geldt de factor tijd. “We hebben een nieuwe taal- en rekenmethode. Die kost veel aandacht. De enige ‘vijand’ van Het Verhalenkasteel is het rooster.” Geestdriftig is ook docente Bianca van Tuijl van de Mariaschool in Pijnacker. “Het type verhalen spreekt ons erg aan. Even geen Carry Slee of Annie M.G. Schmidt, maar verhalen met meer thematische diepte en betekenis. Dat zie je onmiddellijk terug in de nagesprekken met de groepen vier en vijf. Kritiek op Het Verhalenkasteel? Sorry, ik kan niks verzinnen. Echt niet. Het spijt me”•
VOOR DOCENTEN: • Creëer sfeer rondom de verhalen • Probeer cognitieve en fysieke activiteiten met elkaar te combineren • Probeer met andere activiteiten aan te sluiten op de inhoud van het verhaal.
MEER INFORMATIE • www.verhalenkasteel.nl • Art Support T 020 - 4280971
[email protected]
Het project Het Verhalenkasteel en vele andere projecten zijn te vinden in het Projectloket op de website van Cultuurnetwerk Nederland: www.cultuurnetwerk.nl en de website van Cultuur en School: www.cultuurenschool.net/projectloket
tekst: Anja Geldermans
10
ICT als vliegwiel voor kunst en cultuur De afgelopen jaren zijn door culturele instellingen tientallen projecten op het gebied van ict en cultuureducatie opgezet. Veel programma’s zijn inmiddels on-line beschikbaar voor scholen. Een verrijking, vinden veel docenten. Maar loopt een bezoek aan echte kunst en cultuur inmiddels geen gevaar te worden vervangen door digitale kunst? “Er gebeurt veel op het gebied van ict en cultuureducatie”, zegt Adriana Nichting, inspecteur bij de Inspectie van het Onderwijs, “zelfs zoveel dat docenten soms door de bomen het bos niet meer zien. We hebben daarom een selectie gemaakt van bijzondere ict-projecten.” In het najaar zal de inspectie een uitgave publiceren met tien ict-projecten, variërend van projecten gericht op video- en mediakunst tot een databank voor de Hogeschool van de Kunsten en digitale examens voor de kunstvakken. Daarnaast bevat de uitgave een longlist met interessante links, good practices en een overzicht van mogelijke knelpunten. Want nog niet alles loopt vlekkeloos bij de opzet van ict-projecten, zegt Nichting. De grootste problemen blijken het onderhoud en de verdere ontwikkeling van ict-programma’s. “Vaak zijn er middelen en geld genoeg tijdens de projectperiode, maar is weinig nagedacht over de tijd daarna. Fantastische projecten verdwijnen daardoor na afloop van de subsidieperiode in de prullenbak.” Of de projecten zijn zulke technische hoogstandjes, dat ze moeilijk overdraagbaar zijn. Verder blijken veel programma’s niet rechtenvrij. Nichting: “Als een culturele instelling een ict-project met meerdere organisaties ontwikkelt, waaronder bijvoorbeeld een educatieve uitgever, moet vooraf duidelijk zijn bij wie de rechten liggen. Want scholen hebben geen geld voor peperdure softwareprogramma’s en licenties.”
ON-LINE OF LOKAAL Sommige culturele instellingen, zoals het Teylers Museum, ontwikkelen ict-programma’s die alleen lokaal - bijvoorbeeld in de instelling zelf - te gebruiken zijn. Dat heeft zo zijn voordelen, stelt inspecteur Nichting. “Leerlingen worden geconfronteerd met echte kunst en cultuur en je kunt ze op deze manier veel informatie geven over wat ze om zich heen zien. De impact is dus heel groot. Een minpunt is dat informatie hierdoor niet breed beschikbaar is.” Dat nadeel geldt niet als instellingen hun culturele aanbod of programma’s op het internet plaatsen. Nichting: “In dat geval kan ict zelfs meerwaarde hebben. Zo zijn sommige archiefstukken niet meer voor publiek toegankelijk, zoals Middeleeuwse handschriften. Dan is het fijn als je ze op het internet kunt bekijken.” Een ander voordeel vindt ze dat scholen op deze manier meer aandacht kunnen geven aan kunst en cultuur. “Normaal gesproken maak je als school één keer per jaar een uitstapje naar een museum. Nu kun je ook andere musea bezoeken, zelfs buitenlandse. Het is dan wel een virtueel uitstapje, maar het is natuurlijk prachtig dat je op die manier allerlei beroemde schilderijen kunt bekijken.”
VLUCHTIGE CULTUURPRODUCTEN OP HET INTERNET Veel culturele instellingen, met name de podiumkunsten, kunnen hun voorstelling echter niet op het internet laten zien. Hun product is vluchtig en bestaat niet zonder de wisselwerking met het publiek. Leerlingen moeten dus bij een voorstelling aanwezig zijn om het te kunnen beleven. Toch maken ook deze instellingen steeds meer gebruik van het internet, maar dan met name voor hun cultuureducatieve activiteiten. Een voorbeeld hiervan is de website van Nederland Theaterland, een initiatief van zes grote theatergezelschappen. De site geeft een beeld van alles wat bij toneel komt kijken, zoals licht, muziek, vormgeving, achtergrondinformatie over toneelvoorstellingen en bereidt leerlingen voor op theaterbezoek. Projectleider Cock Dieleman zal echter nooit hele theaterproducties op het internet zetten. “Dat heeft geen nut, dat is ontzettend saai. Dan gaat alle magie verloren.” Het grote voordeel van dit programma is volgens hem echter dat leerlingen zelf op elk moment en vanaf elke plek informatie kunnen zoeken over theater en hun eigen individuele leerroute kunnen kiezen. “En internet trekt
“We hebben bewust gekozen voor on-line archiefonderzoek, want als je met dertig leerlingen het archief binnenkomt, is dat niet erg effectief.” Paul Holthuis, projectuitvoerder Kleurrijk buurten in de Folkingestraat
11
hen aan, het is echt hun medium.” Volgens Boudewijn Korsmit, kunstcoördinator aan het Heerbeeckcollege te Best, voorziet het programma in een behoefte. “De meeste theatergezelschappen beschikken wel over een site, maar de informatie die erop staat is vaak te hoogdrempelig voor leerlingen.” Korsmit gebruikte de site als voorbereiding op een bezoek aan de voorstelling De Metsiers van het ZT Hollandia. Op de site staan onder andere recensies over het stuk en informatie over de spelers en de schrijver, maar ook lesmateriaal voor docenten. Korsmit: “Zowel de leerlingen als ik zijn heel tevreden over het project.”
KENNISMAKING MET KLASSIEKE MUZIEK Een andere website die leerlingen voorbereidt op een culturele activiteit is die van het Contactorgaan van de Nederlandse Orkesten (CNO). De site is ontwikkeld door het Orkest van het Oosten onder verantwoordelijkheid van Walter Fennis, manager artistieke zaken, in samenwerking met Stichting Leerplan Ontwikkeling. De website, die door alle Nederlandse orkesten zal worden gebruikt bij hun educatieve programma’s, is bedoeld om vmbo-leerlingen te informeren over klassieke muziek. Daarnaast krijgen ze informatie over de ondersteunende beroepen die bij het orkest horen, van bibliothecaris en orkestbode tot publiciteitsmedewerker. Fennis: “We leggen daarbij de nadruk op functies die voor vmbo-leerlingen bereikbaar zijn. Dat maakt de website extra bijzonder voor ze.” Vervolgens kunnen de leerlingen een repetitie bijwonen van een orkest in de eigen omgeving. “Leerlingen zijn altijd diep onder de indruk van de muziek,” zegt Fennis. “En de website kan de impact van een muziekvoorstelling nog verder vergroten, doordat de leerlingen veel dingen beter kunnen plaatsen.”
ONDERSTEUNING VAN ERFGOEDEDUCATIE Ict kan echter ook worden ingezet als onderdeel van cultuureducatieve projecten. Zo wordt bij het cultuurontwikkelproject Kleurrijk buurten in de Folkingestraat ict gebruikt als ondersteuning van erfgoededucatie. In dit project verrichten vmbo-leerlingen onderzoek naar oude pandjes en hun bewoners uit
de Folkingestraat, een van oudsher multiculturele buurt waar veel Joden woonden. Hiervoor maken de leerlingen gebruik van gegevens van de Groninger Archieven, zoals oude bouwtekeningen en huiskaarten, die speciaal voor dit project op het internet zijn geplaatst. “We hebben bewust gekozen voor on-line archiefonderzoek, want als je met dertig leerlingen het archief binnenkomt, is dat niet erg effectief”, zegt Paul Holthuis, projectuitvoerder. “Het is echter niet de bedoeling dat de leerlingen alles vanachter hun pc doen. Vooraf gaan deze de straat in, waar ze een pand uitkiezen. Vervolgens duiken ze in het verleden en zien ze wat er allemaal is veranderd. Zo gaat de geschiedenis voor ze leven.” De informatie die de leerlingen vinden, plaatsen zij vervolgens achter de voordeuren van de digitaal weergegeven straat op de website. Waarom maakt Holthuis voor een lokaal project gebruik van het internet? “Ten eerste vind ik het erg goed dat bronnen uit de Groninger Archieven nu on-line beschikbaar komen voor een breed publiek. Dit onderzoek is immers voor veel mensen interessant. Verder is het voor leerlingen leuk hun werk op het internet te plaatsen. Zo kunnen ze hun ouders laten zien waar ze mee bezig zijn.” Hoewel niet iedere uiting van kunst of cultuur zich goed leent voor een presentatie op het internet, biedt het voor alle culturele instellingen de mogelijkheid zich op een aantrekkelijke manier te presenteren, cultuureducatieve programma’s aan te bieden of leerlingen te voorzien van actuele informatie. Of zoals Cock Dieleman stelt: “We bedenken steeds nieuwe dingen die we leerlingen kunnen aanbieden. Want de mogelijkheden van ict en internet zijn nog lang niet uitgeput.”•
MEER INFORMATIE • In het najaar zal de Inspectie van het Onderwijs alle scholen het onderzoek naar ict en cultuureducatie toezenden. Voor informatie over toezending van de uitgave: T 030 - 6669800 Voor inhoudelijke informatie over het project: Adriana Nichting of Daniel Bourguignon T 030 - 6669800 WEBSITES • www.theaterland.nl Cock Dieleman T 040 - 2333640 • www.orkestinuitvoering.nl Walter Fennis T 053 - 4878700 Deze site zal in het najaar on-line gaan. • www.kleurrijkbuurten.nl Paul Holthuis T 050 - 3132047 Deze site zal in de loop van het jaar on-line gaan. EERDER VERSCHEEN OVER DIT ONDERWERP IN BULLETIN CULTUUR & SCHOOL • nummer 17: Financiële impuls voor meer cultuur op school.
fotografie: Look@mefotografie
12
Coverstory
Brede school: nieuwe kansen voor cultuureducatie
Foto’s: Leerlingen van de Haagse Kunstmagneetschool Paul Krugerschool doen mee met het fotografieproject van het Koorenhuis met als thema Identiteit.
tekst: Bea Ros
13
Leren hoeft niet alleen maar met je hoofd. Of alleen in een klaslokaal. Het reguliere onderwijs zoekt steeds vaker nieuwe samenwerkingspartners op, bijvoorbeeld binnen het concept van de brede school. Voor kunstzinnige vorming en cultuureducatie betekent dit nieuwe kansen. De Paul Krugerschool, basisschool in de Haagse multicultiwijk Transvaal, is een brede buurtschool. Er is nauwe samenwerking met de peuterspeelzaal, het schoolmaatschappelijk werk en met buurthuis annex kinderkunstcentrum Bariok. Naschoolse activiteiten zorgen voor een verlengde schooldag en dankzij een programma voor oudereducatie ervaren kinderen dat ook volwassenen nog niet zijn uitgeleerd. Deze school sluit mooi aan bij de nieuwe opvatting over leren die ook de Onderwijsraad in zijn begin dit jaar uitgebrachte adviezen, Leren in samenspel en Www.web-leren, verdedigt. Bij leren, zo schrijft de raad, gaat het om de verschuiving van het opdoen van ‘losse’ kennis en vaardigheden naar het verwerven van levensbrede competenties. En dat leren vindt niet louter binnen de vier muren van een klaslokaal plaats. De raad adviseerde de minister van onderwijs om succesvolle combinaties van schools en buitenschools leren voort te zetten en uit te breiden. De brede school is een voorbeeld van zo’n succesvolle combinatie.
ACHTERSTANDSWIJKEN Binnen de brede school is de (basis)school spil in een netwerk van voorzieningen en instellingen. Den Bosch, Groningen en Rotterdam waren halverwege de jaren negentig de pioniers; volgens cijfers van onderzoeks- en adviesbureau Oberon telde Nederland begin 2002 vierhondervijftig brede basisscholen. Het merendeel daarvan (79 procent) is gevestigd in achterstandswijken. Dat komt overeen met de ontwikkeling zoals Wilbert Seuren, adviseur Brede School bij het onderwijsadviesbureau KPC Groep die schetst. Aanvankelijk fungeerde de brede school vooral als instrument binnen het onderwijsachterstandenbeleid. Maar meer en meer ontdekken scholen dat samenwerking met externe partners ook verbreding en vernieuwing van hun onderwijs kan betekenen. Aanvankelijk was met name het jeugd- en welzijnsbeleid nauw betrokken bij de brede scholen, maar steeds meer gemeentes betrekken ook sport en cultuur erbij. Zo wees de provincie Noord-Brabant sport en cultuur expliciet aan als speerpunt. Tijdens
Coverstory
een Brabantse conferentie in 2002, geheel gewijd aan cultuur binnen de brede school, noemde gedeputeerde Augusteijn cultuur een belangrijk instrument in de overdracht van normen en waarden en voor de ontplooiing van kinderen, ‘of ze nu uit een achterstandspositie komen of niet.’ Want dat cultuur en achterstandswijk elkaar bijten is een vooroordeel. “Het is onzin te zeggen dat kinderen in onze wijk niet van cultuur houden of er niets mee kunnen, ze hebben alleen geen idee wat het inhoudt”, zegt directeur Jeannet de Bruin-Carelsen van de Haagse Paul Krugerschool. Ze merkte dat kinderen niet uit zichzelf naar hun naschoolse culturele activiteiten kwamen. Mede daarom haakte haar school aan bij het vierjarige (2001-2005) project Kunstmagneetscholen. Samen met het Koorenhuis, centrum voor kunst en cultuur, ontwikkelen acht basisscholen een programma van binnen- en buitenschoolse activiteiten op het gebied van de kunsten. Vakdocenten van het Koorenhuis verzorgen de kunstmagneetlessen. Elke school kiest een eigen kunstdiscipline. Zo is de Paul Kruger een Foto/Film/Videomagneet. Een handig medium voor een school waar veel leerlingen met het Nederlands nog niet zo goed uit de voeten kunnen. In groep acht maakten leerlingen bijvoorbeeld foto’s van elkaar, in het kader van het thema Identiteit. “Kunst is allerminst een luxe product”, stelt ook Arnold Reijnen, stedelijk coördinator van de Brede Bossche Buurtscholen. “Via kunst en cultuur kun je op heel natuurlijke wijze praten over normen en waarden.” Hij geeft een voorbeeld van een project dat een Bossche school samen met een Amsterdamse theatergroep deed, Het nachtkastje van opa. “Elk kind moest iets van thuis meenemen dat hem of haar dierbaar is en daarover werd op school gepraat. Dat wordt vanzelfsprekend een intercultureel gebeuren.” De zeven Bossche buurtscholen staan in zogenaamde rode wijken, de zorgwijken. Sociale cohesie is het kernwoord. Want, zoals Reijnen Engelse collega’s citeert, ‘it takes a whole village to raise a child’. Elke school krijgt 25.000 euro gemeentesubsidie om te werken aan vijf speerpunten: sport, cultuureducatie, leesbevordering,
“Het sociaal-cultureel werk zei aanvankelijk: we willen dat alle kinderen deelnemen aan de buitenschoolse activiteiten. Maar je kunt kinderen niet dwingen lid te worden van de gitaar- of theaterclub. Ze moeten het zelf leuk vinden.” Cees van Herkhuizen, teamleider Onderwijs & Projecten bij Centrum voor de Kunsten De Lindenberg
14
Coverstory
15
Coverstory
“Kunst komt in ons onderwijs minder uit de verf. Het komt erbij, maar is nooit hoofdbestanddeel. Via dit project kunnen we kunst wel in het hart van de school brengen.” Jeannet De Bruin-Carelsen, directeur Paul Kruger school
opvoedingsondersteuning en ict. Speerpunten die voortkomen uit harde cijfers, zegt Reijnen. “Om een voorbeeld te geven: in rode wijken is het bibliotheekbezoek slechts één procent tegenover zestig procent in groene wijken.”
CULTUURPARTICIPATIE Op dit moment zijn de partners in brede scholen met name culturele centra. Culturele instellingen als een museum, dans- of theatergroep zijn hooguit incidentele partners. De Haagse kunstmagneetscholen hebben samenwerking met een of twee lokale instellingen wel op hun wensenlijstje staan, maar vooralsnog is het daar niet van gekomen. Toch is cultuur makkelijker te verwezenlijken binnen een brede school dan sport, denkt KPC-man Seuren. “Sport is georganiseerd in allemaal aparte clubs. Clubs die bovendien geen educatieve taakopvatting hebben en weinig uitwisseling zoeken. Cultuurinstellingen zijn veel meer gericht op het onderwijs.” Reijnen uit Den Bosch heeft na drie jaar praktijk een andere ervaring: sport en leesbevordering lopen goed, maar kunst en cultuur gaat moeizaam. “Het zijn nog te veel losse flodders.” Deels komt dat omdat scholen de waarde van cultuur nog onderschatten. Bovendien is cultuur duur. Om die reden wordt een deel van de subsidiegelden nu geoormerkt voor cultuureducatie. Tenslotte wijst Reijnen op culturele instellingen zelf: “Als je echt wilt dat het goed loopt, moet daar iemand op managementniveau onderwijs in de portefeuille hebben.” Dat is precies de reden waarom in 1999 Cees van Herkhuizen is aangetrokken bij Centrum voor de Kunsten De Lindenberg in Nijmegen. Hij is teamleider Onderwijs & Projecten en van zijn hand verscheen de nota Kunst & Cultuur als bindmiddel voor culturen. “Mijn ambitie is alle kinderen in aanraking te laten komen met kunst en cultuur. Uit onderzoek van het Kohnstamm Instituut blijkt dat als kinderen in de primaire vorming tijd besteden aan kunst en cultuur dat later een blijvend rendement oplevert in de zin van cultuurparticipatie.” De Lindenberg verlegde haar koers van louter cursussen in het eigen centrum naar ook onderwijs in de wijk. Het centrum is een vaste partner binnen de veertien Nijmeegse open wijkscholen, alle gevestigd in
aanpak- en attentiewijken. Seuren vindt Nijmegen een mooi voorbeeld van hoe cultuureducatie is geïntegreerd in het onderwijs. “Het gaat er niet alleen om kinderen leuk bezig te houden, je wilt het ook een plek geven in het onderwijsprogramma.” Een schoolvoorbeeld zijn de Nijmeegse Taal Speel Groepen: dramalessen gericht op uitbreiding van woordenschat en verbetering van de spreekdurf. Ze sluiten aan bij de taalmethode van de school en de dramadocent van De Lindenberg overlegt met de schoolleerkracht welke woorden aan bod moeten komen. De lessen zijn effectief, zo blijkt uit de monitoring: kinderen die deelgenomen hebben aan de dramalessen scoren beter op de CITO-taaltoets. Op de Haagse Paul Krugerschool sluiten de kunstmagneetlessen nauw aan bij twee lesmethodes, voor voorschoolse taal en voor wereldoriëntatie. “Wij combineren de lesdoelen met culturele doelen. In plaats van de les volgens het boekje te geven, laten we kinderen bijvoorbeeld een fotoreportage maken over hun buurt.”
BINNEN-BUITEN Voor hun centrum biedt het project Kunstmagneet nieuwe kansen, zegt Josee Flaton, hoofd van de afdeling Onderwijs van het Koorenhuis. “We kunnen nu leerlingen bedienen die we anders nooit zouden bereiken. Via zaken als het Kunstmenu konden kinderen al kennismaken met cultuur, maar bij Kunstmagneet groeit er daarnaast een doorgaande leerlijn in een bepaalde discipline van groep een tot en met groep acht.” Schooldirecteur De Bruin-Carelsen valt haar bij: “Kunst komt in ons onderwijs minder uit de verf.
16
Het komt erbij, maar het is nooit hoofdbestanddeel. Via dit project kunnen we kunst wel in het hart van de school brengen.” Het is de bedoeling om in de tweede helft van het project de doorstroom van schoolse naar naschoolse activiteiten te stimuleren. De eerste tekenen stemmen hoopvol, vertelt Flaton. Een van de twee muziekmagneten is al begonnen na school muziekcursussen aan te bieden als vervolg op de algemene kennismaking onder schooltijd. De Nijmeegse Lindenberg is al verder met de koppeling tussen binnen- en buitenschools leren. Zo maken onder schooltijd alle leerlingen kennis met diverse instrumenten, na schooltijd kan wie wil in de wijk muzieklessen volgen. “Het sociaal-cultureel werk zei aanvankelijk: we willen dat alle kinderen deelnemen aan de buitenschoolse activiteiten”, vertelt Van Herkhuizen. “Maar je kunt kinderen niet dwingen lid te worden van de gitaar- of theaterclub. Ze moeten het zelf leuk vinden.”
TIPS Goede kunstlessen ontwikkel je niet zomaar, waarschuwen Flaton en De Bruin-Carelsen. “Het is een kwestie van goed aftasten. Wat de docenten missen aan kunstzinnige kennis, missen de Koorenhuisdocenten weer aan kennis over de kinderen, zoals hun plaats in de groep. Voor een goed gezamenlijk resultaat moeten de werelden van onderwijs en cultuur bij elkaar komen.” Om die reden besteedt De Linden-
Coverstory
berg veel aandacht aan personeelsbeleid en bijscholing, vertelt Van Herkhuizen. “We doen met hetzelfde personeel heel andere dingen. Vroeger gaf iemand vioolles aan een kind, nu keyboard aan acht kinderen of begeleidt een popkoor in de wijk. Dan heb je het toch over andere sociale en didactische competenties.” Voor docenten van de Taal Speel Groepen verscheen afgelopen september een handboek vol tips en praktische aanwijzingen. Daarnaast verscheen een algemeen Handboek Open Wijkschool, over hoe afspraken, taakverdeling en planningen te maken. Dat goed regelen is essentieel, benadrukt Van Herkhuizen, juist ook voor kleine dingen zoals een schoon lokaal, opvang van leerlingen tussen school en cursus. KPCmedewerker Seuren valt hem bij. “Goede afspraken en een inhoudelijke visie, daar draait het om. Want het grote gevaar van de brede school is dat je allemaal leuke dingen binnenhaalt, die dan echter als los zand aan elkaar hangen.” Reijnen van de Brede Bossche Scholen voegt eraan toe dat steun en subsidie van de gemeente onontbeerlijk zijn. En verder moeten beroepskrachten en wijkbewoners het samen doen. “Sluit nooit iemand uit”, is zijn advies. “En neem de cultuur van een wijk serieus.” Zo werd in een Bossche wijk op verzoek van de bewoners een workshop linedance gehouden. Dat werkte zo aanstekelijk dat een meisje uit de wijk in Dallas wereldkampioen werd. "Wij kunnen randvoorwaarden scheppen, maar daarna moeten de wijkbewoners het zelf doen.”•
MEER INFORMATIE
DE VOORTGEZETTE BREDE SCHOOL
WEBSITES • www.bredeschool.nl • www.kpcgroep.nl/bredeschool • www.nizw.nl/bredeschool • www.oberon-o-a.nl • www.onderwijsraad.nl (klikken op publicaties). • Haagse Kunstmagneetscholen: www.koorenhuis.nl/onderwijs/ kunstmagneet
Formeel richten de Brede Bossche Scholen zich op de jeugd tot 16 jaar. Maar het voortgezet onderwijs is voorlopig een brug te ver, meldt coördinator Arnold Reijnen. Hetzelfde geldt voor de Haagse Paul Krugerschool. En ook De Lindenberg in Nijmegen ruikt nog maar net aan deze doelgroep. Er draait een experiment met Taal Speel Groepen in het voortgezet speciaal onderwijs. Verder probeert het centrum kinderen die in groep zeven en acht van de open wijkscholen ‘gevangen’ zijn ook na de basisschool te interesseren voor culturele clubs in de wijk en voor het stedelijk cultureel aanbod. In het voortgezet onderwijs maken de verlengde schooldag en naschoolse activiteiten wel opgang, maar van een geïntegreerd concept is vrijwel nog nergens sprake. Dat blijkt uit de zojuist verschenen studie De brede school in het voortgezet onderwijs van onderzoeks- en adviesbureau Oberon. Weliswaar beschouwt 16 procent van de vo-scholen één of meer van haar locaties als brede school, dit begrip is nog rijkelijk vaag en behoeft, aldus de onderzoekers, scherpere kwaliteitscriteria. Van de overige vo-scholen is negen procent bezig met de totstandkoming van een brede school, ziet 38 procent wel wat in het concept zonder er echter actief mee bezig te zijn en ziet 37 procent er niets in.
PUBLICATIES • De handboeken van de Lindenberg zijn vanaf september 2003 te downloaden van www.delindenberg.com • De NIZW-bundel is gratis te bestellen via:
[email protected] of fax 030-230 64 91. • De Oberon-studie is voor € 15,- te bestellen dan wel te downloaden via: www.oberon-o-a.nl. EERDER VERSCHENEN ARTIKELEN OVER DIT ONDERWERP IN BULLETIN CULTUUR & SCHOOL • Ontdek je talenten en voel je prettig, nummer 14, oktober 2000 • Wakkere verhalen op de nachtkastjes van migranten: kunst jr Festival Den Bosch in ban van social reality, nummer 3, juni 1998. Deze artikelen zijn te downloaden van: www.cultuurenschool.net/bulletin
Het accent blijkt te liggen op leerlingen uit de onderbouw en op vmbo-leerlingen. Sociale participatie en veiligheid van leerlingen zijn vrijwel overal de doelstellingen. Datzelfde beeld spreekt uit de in mei bij het Expertisecentrum Brede School van het NIZW verschenen bundel Educatieve activiteiten onder en na schooltijd. Niet vreemd, want juist vmbo-leerlingen gelden als groep die extra zorg behoeft.
17
Coverstory
tekst: Ineke Bijnagte
18
Erfgoed Actueel
Vakoverstijgende projecten halen meer uit leerlingen Onderwijsprojecten waarbij erfgoededucatie en kunsteducatie samengaan hebben meerwaarde: leerlingen leren meer en vanuit verschillende invalshoeken. Maar dat vraagt wel om samenwerking tussen de docenten van de diverse vakken erfgoed- en de kunstvakken. En ook betrokken kunstenaars mogen het erfgoedaspect niet uit het oog verliezen.
“Erfgoededucatie en kunsteducatie kunnen goed samengaan, als je maar weet wat je wilt bereiken met de verschillende vakken die daarbij horen”, zegt Tineke de Danschutter, projectmedewerker bij Bureau Erfgoed Actueel. Erfgoededucatie noemt ze ‘harder’ dan kunsteducatie, omdat bij erfgoededucatievakken zoals geschiedenis, aardrijkskunde en economie, kennis verwerven een grotere rol speelt. “Bij kunsteducatieprojecten gaat het vaak meer om persoonlijke uitingen, de reflectie van de leerling op wat hij gezien, gehoord of gelezen heeft.” De school moet bewaken dat beide aspecten aan bod komen, vindt De Danschutter. Docenten moeten van elkaar weten wat ze met hun eigen vak willen bereiken, zodat ze zien wat de meerwaarde is van een ander vak. Dat betekent samenwerking tussen docenten die dat meestal niet gewend zijn. “Het is voor een docent geschiedenis vanzelfsprekender om samen te werken met een docent aardrijkskunde dan met een docent tekenen.” Samenwerking tussen de culturele en erfgoedinstellingen vindt De Danschutter in dit geval van minder belang. “Zij leveren de bouwstenen en de scholen moeten zorgen voor de verknoping van die deelgebieden.” Als de school het goed aanpakt, heeft een project waarbij kunst- en erfgoededucatie samengaan zeker een meerwaarde, zegt de Danschutter. “Er komen meer kanten van de persoonlijkheid van een leerling aan bod.”
GOEDE SAMENWERKING
“Bij projecten waar kunst- en erfgoededucatie hand in hand gaan, komen meer kanten van de persoonlijkheid van leerlingen aan bod.” Tineke de Danschutter, projectmedewerker Bureau Erfgoed Actueel
Esther Koops, geschiedenisdocent aan het H.N. Werkmancollege in Groningen, werkte mee aan het project Wie was Hendrik Nicolaas Werkman op die school. Het is een project voor 120 leerlingen uit de derde klas havo en vwo, het enige leerjaar dat tot dan toe nog geen cultureel project had. Bij dit project werd historisch onderzoek naar leven en werk van de Groningse drukker en grafisch kunstenaar Werkman gecombineerd met kunstzinnige verwerking van de kennis die leerlingen opdeden. Koops is enthousiast over de combinatie. “De leerlingen hebben op deze manier veel meer geleerd dan als we het beperkt hadden tot geschiedenis.” De eerste dag ging een deel van de leerlingen naar het archief, een deel naar de synagoge (Werkman heeft ‘druksels’ gemaakt gebaseerd op chassidische legenden) en maakten anderen een stadswandeling om uit te vinden waar Werkman had geleefd. Niet
19
Erfgoed Actueel
“Docenten moeten nadenken over elkaars vak, anders kun je niet vakoverstijgend werken.” Esther Koops, geschiedenisdocent Werkmancollege alleen werd zo voorkomen dat archief en synagoge werden overspoeld met leerlingen, ze moesten later de informatie uitwisselen zodat iedereen een beeld had en dat maakte ze alert. De dagen erna maakten de leerlingen een werkstuk en volgden ze workshops die werden begeleid vanuit verschillende culturele instellingen. Ze maakten onder meer een toneelstuk, druksels, een muziek/videoshow, een documentaire en verschillende websites, alles gebaseerd op werk en leven van Werkman. Het project werd afgesloten met voorstellingen en een expositie.
Werkmancollege: Oefenen voor Een reis naar Berlijn, een toneelstuk op basis van een chassidische legende. Werkman heeft chassidische legenden gebruikt voor zijn druksels. (foto: Esther Koops)
De samenwerking met de culturele en erfgoedinstellingen en tussen de docenten verliep uitstekend. De geschiedenisdocenten hadden contacten met de erfgoedinstellingen en de kunstdocenten met de culturele instellingen; de verbinding kon snel worden gelegd. Ook tussen de docenten uit de verschillende vakgebieden waren er geen fricties. Men nam elkaars vak serieus, een absolute voorwaarde. Koops. “Je moet rekening met elkaar houden en nadenken over elkaars vak. Als je er een egotrip van maakt, kun je niet vakoverstijgend werken.”
PROJECT IN DE WIJK Vakoverstijgende projecten hebben zeker hun meerwaarde, zegt ook Joep Mes, cultuurcoördinator en docente klassieke talen bij het Canisiuscollege en coördinator van het project Wonen en werken in Nijmegen-Oost in heden en verleden, een driedaags project voor 300 vmbo-, havo- en vwo-leerlingen, waarbij docenten beeldende vakken, aardrijkskunde, geschiedenis, klassieke talen en economie samenwerkten. “Leerlingen zien zo dat al die verschillende vakken samen nodig zijn om echt iets te leren.” Leerlingen bezochten het archief, gingen daarna de wijk in en deden onderzoek naar onder andere (cultuur)historische en economische aspecten van de wijk. Verder deden ze mee aan een theatervoorstelling en maakten ze in ateliers van kunstenaars kunst over de wijk op basis van tekeningen die ze van gebouwen hadden gemaakt. Een expositie sloot het project af.
KUNSTENAARS ERBIJ BETREKKEN
Leerlingen van het H.N. Werkmancollege in Groningen zoeken in het archief op hoe Werkman gewoond en geleefd heeft (foto: Esther Koops)
Meewerkende kunstenaars moeten in een vroeg stadium bij het project worden betrokken, is de ervaring van Mes en Koops. Anders loop je het gevaar dat ze niet aansluiten bij het thema. Koops: “Ons project was een initiatief van de school en de docenten werkten wel samen, maar de kunstenaars waren aparte radartjes in het grote geheel.” Mes denkt dat meer informatie vooraf ook helpt om kunstenaars over een
20
Erfgoed Actueel
drempel te helpen. “Sommige kunstenaars waren bang dat leerlingen hun atelier zouden slopen. Als je vooraf vertelt wat de bedoeling is en je zorgt voor voldoende begeleiding hoeven ze daarvoor niet bang te zijn.”
BRUIKBARE PROJECTEN Als de kinderziektes eruit zijn gehaald, kan zo’n project met wat kleine variaties nog lang mee, vindt Mes. Ook andere scholen kunnen zo’n project zonder problemen uitvoeren. “Niet elke wijk heeft natuurlijk zo’n rijk Romeins verleden als Nijmegen-Oost, maar elke wijk heeft zijn eigen geschiedenis en eigen karakter dat je kunt blootleggen in zo’n project.” Ook het project van het Werkmancollege is prima te gebruiken door andere scholen. Koops: “Er zijn veel scholen vernoemd naar lokale beroemdheden. Die scholen kunnen hetzelfde doen: onderzoeken wie die persoon precies was. Niet elke naamgever van een school is een kunstenaar, maar ook over het leven van een scheikundige, ik noem maar wat, is een toneelstuk te maken. Ik zou ook dan de kunst niet vergeten, want zo’n invalshoek voegt toch veel toe voor de leerlingen.”•
MEER INFORMATIE • Wie was Hendrik Nicolaas Werkman:www.werkman.org/ project/index.html • Wonen en werken in NijmegenOost: www.slo.nl/ckv (rubriek: CKV-bonnen in de basisvorming met voorbeelden en schoolportretten van drie scholen)
Leerlingen aan het werk in ateliers van kunstenaars uit Nijmegen-Oost. (foto: Canisiuscollege)
Mocht u meer willen lezen over erfgoededucatie, dan kunt u een gratis abonnement aanvragen op Oud Nieuws, het driemaandelijks blad van het bureau erfgoed Actueel. T 020 - 4270880 e-mail:
[email protected] [email protected]
21
tekst: Ad de Bont
Column
DE SCHOOL ALS IDEAAL THEATER Ik was een tijd geleden bij een van onze voorstellingen in een dorp op Texel. We speelden een stuk van Heleen Verburg: Vaders en Eieren. Een klein juweel voor twee acteurs in een klas. Het schooltje had maar twee lokalen. Buiten voor het raam liepen de koeien. Niemand wist ervan: het had niet in de krant gestaan, nergens waren affiches, het was niet op radio of tv geweest. Maar het was er wel. En hoe: de acteurs speelden de sterren van de hemel. Voor een publiek dat waarschijnlijk nog nooit in een schouwburg was geweest en daar ook niet gauw zou komen. Theatergroep Wederzijds werd in 1971 opgericht om voorstellingen voor en op (lagere) scholen te spelen vanuit de gedachte kunst bereikbaar te maken voor iedereen. Het waren de dagen na de actie Tomaat en de theaterwereld zocht naar nieuwe wegen om het toneel opnieuw een belangrijke plaats in de samenleving te geven. Het is nu 2003. Staatssecretarissen van Cultuur zijn gegaan en gekomen. Het ene Cultuurbeleidsplan heeft het andere opgevolgd. Theatergroepen zijn opgekomen en ondergegaan. Artistiek leiders bejubeld en afgedankt. En Wederzijds speelt nog altijd op scholen. Hoe kan dat? Begint dat niet te vervelen? Is theater-op-school niet passé? Ik vind van niet. Integendeel. Ik zou willen stellen dat de school het ideale theater is, bevolkt door een jong publiek uit alle lagen van de bevolking dat niet bij voorbaat geïnteresseerd of niet-geïnteresseerd is, maar dat telkens weer open blijkt te staan voor alle mogelijke vormen van kunst. Voor mij staat die school-als-levend-theater in schril contrast tot de vele schouwburgen in het land die zielloos leeg staan te staan. Oorspronkelijk bedoeld als bruisend cultureel centrum van een stad, zijn ze verworden tot een onverlicht zalencentrum waarvan alleen de achterdeur open is en waar vooral veel wordt verhuurd. Waar gaat het in het theater eigenlijk om? Om het gebouw of om het publiek? Om het decorum of om de ontmoeting? Geef mij die school maar waar je ‘s ochtends met de vrachtauto komt aanrijden en op zoek moet naar iemand die weet van je komst; waar je in de gymzaal eerst alle bokken en paarden opzij moet zetten voordat je kunt opbouwen; waar je onvriendelijk bejegend kunt worden door de portier of een half uur moet wachten op een klas; maar waar je tijdens de voorstelling altijd kunt voelen of het zin heeft wat je daar staat te doen. Want dat is voor mij de belangrijkste vraag: heeft ons theater nog wel zin? In Amsterdam heb ik vaak het gevoel dat theater een bezigheid is geworden van de ene clan voor de andere, waarbij het niet meer gaat om het - door middel van de verbeelding - communiceren met een publiek over onderwerpen die voor veel mensen werkelijk van belang zijn. De ‘lege zwarte doos’ lijkt bij theatermakers een op-zichzelf-gerichte houding uit te lokken, die leidt tot betekenisloze, overbodige voorstellingen. Nee, dan valt er op een school vaak meer te beleven.
Ad de Bont
Ad de Bont maakt al meer dan twintig jaar toneel voor kinderen uit het primair onderwijs. Als artistiek leider van de beroemde jeugdtheatergroep Wederzijds heeft hij veel stukken geregisseerd en talloze bejubelde stukken geschreven die op verschillende plekken in Europa worden gespeeld. (foto: Sanne Peper)
22
KIND & KUNST, THEMANUMMER VAN BOEKMAN
Ditjes & Datjes
Deze conclusies zijn terug te vinden in de voorlichtingsbrochure Kunst boeit mij niet, uitgegeven door de Federatie Kunstuitleen (FKU).
Boekman, tijdschrift voor kunst en cultuur, brengt in dit themanummer (nummer 56) niet alleen in kaart wat TE BESTELLEN: er in Nederland zoal gebeurt op het FKU T 070 - 3655336 gebied van kunst en kind en wat de
[email protected] achterliggende – sociale, educatieve en economische – motieven van de SCHOOLTV START MET CKV-PROJECT NEON kunstinstellingen zijn, maar plaatst ook enkele kritische kanttekeningen Neon is bedoeld voor groep drie en vier van het vmbo. Muziek, dans, bij de opmars van de kinderen in beeldende kunst, toegepaste kunst, de kunsten. TE BESTELLEN: theater, film en televisie, bouwkunst Boekman 56, Kunst & Kind en fotografie zijn de kunstdisciplines Boekman Stichting die achtereenvolgens worden beT 020 - 6243736 Kosten: € 12,licht. Iedere uitzending duurt twintig minuten. Vragen als ‘Hoe komt rapEDUCATIEGIDS per Ali B aan zijn teksten’, ‘Wie beTHEATERGEZELSCHAPPEN paalt hoe een auto wordt ontworDe Vereniging van Nederlandse pen’ en ‘Is het maken van een stripTheatergezelschappen en -produverhaal eigenlijk kunst?’ komen aan centen (VNT) heeft in juni een de orde. Er is een docentenhandleiEducatiegids uitgebracht, waarin de ding met programmabeschrijving en adressen staan van gezelschappen achtergrondinformatie. Op kopieeren educatiemedewerkers. Ook zijn bare leerlingenwerkbladen staan de voorstellingen van het komend opdrachten en praktische activiteiseizoen, met het daarbij behorende ten. Ook is er een overzicht opgenoeducatieve aanbod, opgenomen. men waarbij staat aangegeven bij Doel van de educatiegids is het be- welke onderdelen van bestaande vorderen van direct contact tussen leermethoden de programma’s het de gezelschappen, scholen en thea- beste aansluiten. De eerste uitzenters. Kortom, een praktisch naslag- ding is op 30 oktober om 9.15 uur werk dat antwoord geeft op de vra- (Nederland 3). Op donderdag 18 gen wie, wat, waar en wanneer… december om 10.25 uur wordt de TE BESTELLEN: serie achter elkaar uitgezonden.
Nederland in de oorlog, de strijd in Oost-Europa, de oorlog in Nederlands-Indië, enzovoort. De strip is vooral bedoeld voor vmboleerlingen. Op de websites www.annefrank.nl/ontdekking en www.verzetsmuseum.nl/ontdekking staat kant-en-klaar lesmateriaal met docentenhandleidingen. KOSTEN: € 45,- voor 25 stripboeken, extra exemplaren € 2,50 per stuk
NIEUW FONDS VOOR CULTUUREDUCATIE Het Bernhard Cultuurfonds heeft het Lindenwey Fonds aanvaart. Dit fonds richt zich op kunst- en cultuureducatie, in het bijzonder voor achtergestelde kinderen. MEER INFORMATIE: http://www.cultuurfonds.nl
KINDEREN MAKEN EIGEN TELEVISIEPROGRAMMA Het audiovisueel festival voor kinderen, Cinekid, heeft samen met het Amsterdams Fonds voor de Kunst de prijsvraag Kids & Tools geïnitieerd. Met deze prijsvraag worden ideeën gegenereerd voor digitaal gereedschap waarmee kinderen zelf aan de slag kunnen en waarmee ze op creatieve wijze de visuele cultuur van de mediawereld ontdekken. De winnaar is Kijkradio van Marjolein Ruyg en Kris Borgerink. Met Kijkradio kunnen kinderen hun eigen televisieprogramma maken dat op internet wordt uitgezonden. Wie de leukste reclameboodschappen, nieuwsitems, jingles en soaps maakt, krijgt de hoogste kijk/luistercijfers. Kinderen kunnen Kijkradio uitproberen op www.cinekid.nl.
Educatiegids VNT (in PDF file) Marit Verweij
[email protected]
MEER INFORMATIE: http://www.schooltv.nl-neon
KUNSTUITLENEN BEREIKEN VEEL LEERLINGEN
ALLES OVER DANS: DANSSERVER.NL
De vijftig kunstcentra met een kunstuitleen bereiken met hun educatieve activiteiten naar schatting 36 duizend kinderen en jongeren in het onderwijs. Dit valt af te leiden uit het onderzoek Kunsteducatie in instellingen met een kunstuitleen dat is uitgevoerd door Bureau Konings Kunst. Het onderzoek wijst verder uit dat kunstuitlenen over te weinig geld en mensen beschikken om kunsteducatie een structurele plaats in hun activiteiten te geven. Ook pleit het er voor dat ze een herkenbaar programma met een doorlopende leerlijn voor beeldende kunst ontwikkelen om tegemoet te komen aan de behoefte van het onderwijs.
Op deze portalsite is alles over de Nederlandse dans te vinden, zoals informatie over producties, gezelschappen, opleidingen, lessen, PODIUMKUNST AGENDA/ dansfilms en subsidies. Ook is er ALMANAK 2003-2004 een agenda en nieuws. Uiteindelijk Hierin is een overzicht opgenomen wordt het een Europees netwerk. Een site voor het publiek, de produ- van organisaties die werkzaam zijn cent, de amateur en de professional. in of voor de theaterwereld, inclusief vermelding van contactpersonen. LESMATERIAAL BIJ Gegevens over onder andere: STRIPBOEK OVER WO II podiumkunstaccommodaties, uitIn het stripboek De ontdekking wor- voerenden en gezelschappen, den aan de hand van de belevenis- productie en organisatie, ondersteusen van een familie de belangrijkste nende organisaties, management feiten over de Tweede Wereldoorlog en marketing, productie en techniek. TE BESTELLEN: verteld: de opkomst van de nazi’s http://www.mmnieuws.nl/ads/paa.phtml in Duitsland, de geschiedenis van
23
ERFGOEDEDUCATIE. PAGINA.NL
wens Making Movies uitvoeren voor een beperkt aantal leerlingen of het De erfgoededucatie.pagina.nl is project voor een heel leerjaar inplangeheel vernieuwd. Motto bij de nen. De scholen kunnen kiezen tusvernieuwing was: ‘over en voor sen een cursus van één, twee of drie erfgoededucatie’. De bezoeker van dagen en er kan gekozen worden de pagina vindt hier overzichtelijk tussen een animatiefilm en een alle adressen waar hij informatie (korte) speelfilm. Er komen diverse kan krijgen over ondersteuning bij educatieve aspecten aan bod: van erfgoededucatie, zowel landelijk het leren schrijven van een kort sceals regionaal. Verder zijn er veel nario tot en met de technische uitlinks naar zowel Nederlandse als voering ervan, het samenwerken buitenlandse websites op het geaan een productie en het maken van bied van erfgoededucatie. Surf keuzes tijdens de productiefase. De voor inspiratie en steun naar magie van film en het prikkelen van http://erfgoededucatie.pagina.nl/ de verbeelding van jongeren staan centraal. De eigen fantasie vormgeJONGERENFESTIVAL ven in een filmverhaal is niet alleen OPKOMST een creatief, maar ook leerzaam Tijdens festival Opkomst kunnen proces, dat inzicht geeft in de werjongeren kennis maken met theater- king van film en aanverwante media. MEER INFORMATIE: makers, dansmakers, stand-up comedians, topkoks, muzikanten en
[email protected] of www.filmeducatie.nl beeldend kunstenaars, bekende en KUNST VEREDELT?: OVER nieuwe cabaretiers en kamers vol EDUCATIEVE DIENSTEN kunst. Zo draaien in een bioscoop non-stop films van beginnende film- M.P. van Bakelen (en anderen) heeft voor het tijdschrift Theater & makers en films van oude rotten. De artiesten eten en drinken tussen Educatie, nummer 1 (2003) een themanummer samengesteld over het publiek in een nachtclub met theatereducatie van gezelschappen een doorlopend programma van in Nederland en Vlaanderen. acts en muziek. Jongeren kunnen TE BESTELLEN: demo’s inleveren bij de leukste laTheaterboekwinkel, Rob Groenendijk, bels van Nederland of een filmpje T 033 - 4657563 van zichzelf maken en downloaden.
[email protected] Opkomst vindt plaats van 27 t/m 30 november in hal 5 van de Jaarbeurs CKV-VMBO VOOR in Utrecht. MEER INFORMATIE: www.opkomst.nl
NIEUW OP HET VMBO: LEREN FILM MAKEN Het Nederlands Instituut voor Filmeducatie (NIF) heeft een nieuw filmeducatieproject voor het vmbo, Making Movies, geïntroduceerd. Het project heeft als doel jongeren inzicht te geven in de diverse aspecten van film door hen zelf een productie te laten verwezenlijken. Eigen ideeën vormgeven in filmtaal staat hierbij centraal. De leerlingen worden begeleid door hun docenten en professionals uit de filmwereld. De producties worden vertoond aan een breder publiek door onder andere (internationale) uitwisselingen. Een school kan naar eigen
CULTURELE INSTELLINGEN
werkboek met 25 vragen die de leerlingen op een speelse manier aan het lezen moeten zetten. De volgorde van de vragen wordt bepaald door het draaien van een bingoballetje. Er zitten verwijzingen in naar leesboeken, tijdschriften, kookboeken, natuurboeken, gedichten of liedjes, strips en kranten. Tijdens het lezen zijn de leerlingen bezig met biologie, wereldverkenning of knutselen. Kinderen ontdekken wat ze interessant vinden en krijgen zo lol in lezen. MEER INFORMATIE: Uitgeverij de LeesmeesterS T/F 072 - 5895791
[email protected]
WWW.ERFGOEDSTART.NL Om het gebruik van cultureel erfgoed in het voortgezet onderwijs te stimuleren heeft SLO in opdracht van Erfgoed Actueel een project opgezet voor de eerste- en tweedegraads lerarenopleidingen. Het doel van het project is om iedereen die start met het introduceren van cultureel erfgoed in het voortgezet onderwijs voldoende handvatten te bieden. Het resultaat van dit project is de website www.erfgoedstart.nl. Op deze website vindt u artikelen over het ontwikkelen van materiaal rondom cultureel erfgoed, kant-en-klaar materiaal dat is ontwikkeld door studenten, een matchmaker, een forum, enzovoort.
GRATIS FOTOTENTOONSTELLINGEN OP SCHOOL
De provincie Zuid-Holland biedt gratis haar reizende tentoonstellingen aan. Afnemers zorgen voor de ruimte (tussen de 50 en 80 m2), technische voorzieningen (goede belichting, monteren en demonteren panelen), bewaking en verzekering. Op dit moment zijn de volgende onderwerpen beschikbaar: TE BESTELLEN: 1. Jongere bouwkunst en stedenSLO, Willy Geelhoed, bouw (1850-1940) T 053 - 4840274 2.Kastelen en buitenplaatsen in
[email protected] Zuid-Holland LEESBEVORDERINGSPROJECT 3.De Romeinse tijd in Zuid-Holland FRINGO (lesbrief beschikbaar) Uitgeverij de LeesmeesterS brengt, in 4.Rijzend water, over de waterssamenwerking met Stichting Lezen, noodramp 1953 en wat daarna voor de leerlingen van groep vijf en gebeurde (lesbrief beschikbaar). zes in het basisonderwijs een nieuwe RESERVERINGEN EN FOTODOCUMENTATIE: Erfgoedhuis Zuid-Holland, editie van het leesbevorderingsproSaskia Goëken ject Fringo uit. Het draait om een T 071 - 5133739 In september hebben culturele instellingen een publicatie ontvangen met daarin veel praktische informatie over CKV voor het vmbo. Instellingen die geen publicatie hebben ontvangen, kunnen (zolang de voorraad strekt) een gratis exemplaar aanvragen.
[email protected]
24
Contactpersonen
Wilt u meer weten over de diverse activiteiten die bij u in de buurt worden ondernomen in het kader van het project Cultuur en School, dan kunt u contact opnemen met één van de volgende personen. Zij kunnen u naar de juiste instanties doorverwijzen. Voor algemene informatie kunt u bellen met de afdeling Publieksvoorlichting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, T 070 - 4123270.
HET NOORDEN PROVINCIE DRENTHE Sebastiaan Vos T 0592 - 365609 Postbus 122 9400 AC ASSEN PROVINCIE FRYSLAN Mark Stuijt T 058 - 2925797 Lamijne Plat T 058 - 2925201 Postbus 20210 8900 HM LEEUWARDEN PROVINCIE GRONINGEN Rudi de Vries T 050 - 3164966 Postbus 610 9700 AP GRONINGEN GEMEENTE EMMEN Mw. A.J. Zingstra T 0591 - 685816 Postbus 30001 7800 RA EMMEN GEMEENTE GRONINGEN Iris Nutma T 050 - 3676251
[email protected] Postbus 268 9700 AG GRONINGEN GEMEENTE LEEUWARDEN Dorine van Geijn T 058 - 2338456
[email protected] Postbus 21000 8900 JA LEEUWARDEN
HET ZUIDEN PROVINCIE LIMBURG Project Bureau Cultuurbereik Jos Stalmeijer T 043 - 3897111
[email protected] Postbus 5700 6202 MA MAASTRICHT PROVINCIE NOORD-BRABANT Marianne Vaessen T 073 - 6808223 Postbus 90151 5200 MC ‘s HERTOGENBOSCH
PROVINCIE ZEELAND Jack van Aspert T 0118 - 631438 Postbus 153 4330 AD MIDDELBURG GEMEENTE BREDA Max van Alphen T 076 - 5293747 Postbus 3920 4800 DX BREDA GEMEENTE ‘S HERTOGENBOSCH Ine van de Ven T 073 - 6155815 Postbus 12345 5200 GZ ‘S HERTOGENBOSCH GEMEENTE EINDHOVEN Hanneke Wiersma T 040 - 2382769
[email protected] Postbus 2358 5600 CJ EINDHOVEN GEMEENTE HEERLEN Dhr. A. Vincken T 045 - 5605040 Postbus 1 6400 AA HEERLEN GEMEENTE MAASTRICHT Paul Lambrechts T 043 - 3505447
[email protected] Jan Bessems T 043 - 3505461
[email protected] Postbus 1992 6201 BZ MAASTRICHT GEMEENTE TILBURG Myra Lennarts T 013 - 5428454 Postbus 90155 5000 LH TILBURG
HET WESTEN PROVINCIE NOORD-HOLLAND Ellen Koning T 023 - 5143612 Postbus 3007 2001 DA HAARLEM
PROVINCIE ZUID-HOLLAND Aty de Wolf Mary - Ann Koster T 070 - 4417208 Postbus 90602 2509 GA DEN HAAG GEMEENTE ALKMAAR Dhr. H. Batelaan T 072 - 5191530 Postbus 53 1800 BC ALKMAAR GEMEENTE DELFT Reinier Weers T 015 - 2602322 Postbus 340 2600 AH DELFT GEMEENTE DORDRECHT Dhr. H. Aberson T 078 - 6398989 Vest 119 3311 TT DORDRECHT GEMEENTE HAARLEM Noortje Benne T 023 - 5115732 Postbus 3333 2001 DH HAARLEM GEMEENTE HAARLEMMERMEER Mw. L. Staal T 023 - 5676783 Postbus 74 2130 AB HAARLEMMERMEER GEMEENTE LEIDEN Jacqueline Verstappen T 071 - 5165251 Postbus 9100 2300 PC LEIDEN GEMEENTE ZAANSTAD Mw. M. Romeijnders T 075 - 6552358
[email protected] Postbus 1400 1500 AK ZAANSTAD GEMEENTE ZOETERMEER Mw. M. Worms T 079 - 3469136 Postbus 15 2700 AA ZOETERMEER
HET OOSTEN
HET MIDDEN
PROVINCIE GELDERLAND Ankie Krom T 026 - 3599289 Postbus 9090 6800 GX ARNHEM
PROVINCIE FLEVOLAND Charlotte Leech T 0320 - 265685
[email protected] Postbus 55 8200 AB LELYSTAD
PROVINCIE OVERIJSSEL Marjo Lensen T 038 - 4251640
[email protected] Luttenbergstraat 2 8012 EE ZWOLLE
PROVINCIE UTRECHT Nienke Grimmius T 030 - 2582669 Postbus 80300 3508 TH UTRECHT
GEMEENTE APELDOORN Mevr. C. Pelgröm T 055 - 5802152 Postbus 9033 7300 ES APELDOORN
GEMEENTE ALMERE Mevr. C.R. Vroom T 036 - 5491566 Postbus 200 1300 AE ALMERE
GEMEENTE ARNHEM Annemieke Vervoort Afdeling CEWES T 026 - 3774863 Postbus 5283 6802 EG ARNHEM
GEMEENTE AMERSFOORT Mw. A.A. Steyn T 033 - 4694659
[email protected] Postbus 4000 3800 EA AMERSFOORT
GEMEENTE ENSCHEDE Irmgard Klaas T 053 - 4884513 Postbus 612 7500 AA ENSCHEDE
GEMEENTE UTRECHT Liesbeth van Droffelaar T 030 - 2862683 Postbus 16200 3500 CE UTRECHT
GEMEENTE HENGELO Klaske Buis T 074 - 2459932 Postbus 18 7550 AA HENGELO
AMSTERDAM
GEMEENTE NIJMEGEN Yvonne Lindsen T 024 - 3292980 Postbus 9105 6500 HG NIJMEGEN GEMEENTE ZWOLLE Allard van Lenthe T 038 - 4982071 Postbus 1018 8001 BA ZWOLLE GEMEENTE EDE Mw. R. Landaal T 0318 - 680597
[email protected] Postbus 127 6710 BC Ede
GEMEENTE AMSTERDAM Nico van Rossen T 020 - 5523632 Postbus 1840 1000 BV AMSTERDAM
DEN HAAG GEMEENTE DEN HAAG Diane Scheenstra T 070 - 3532540 Postbus 12652 2500 DP DEN HAAG
ROTTERDAM GEMEENTE ROTTERDAM Olga Smit T 010 - 4172037 Postbus 70012 3000 KP ROTTERDAM