bulletin Cultuur & School # 44 oktober 2006
De stormachtige opkomst van Community art
GRATIS ABONNEMENT • Gratis abonnement Bulletin Cultuur & School: www.cultuurplein.nl, kies Onderwijssoort > Tijdschriften > Bulletin C&S > Abonneren op Bulletin Cultuur & School • Opgeven Katern Primair Onderwijs: mail uw naam, adres en telefoonnummer naar
[email protected] Het project Cultuur en School Cultuur en School wil de samenwerking tussen culturele instellingen en scholen op het gebied van cultuureducatie een flinke impuls geven. Cultuur en School beoogt: • leerlingen in contact te brengen met verschillende cultuuruitingen; • scholen te stimuleren meer gebruik te maken van hun culturele omgeving; • cultuur ook een plaats te geven in andere vakken dan de kunstvakken, zoals in geschiedenis, techniek en de talen; • culturele instellingen te stimuleren hun aanbod beter af te stemmen op de behoeften uit het onderwijs.
REACTIES GEVRAAGD Regelmatig bellen, mailen of schrijven mensen ons naar aanleiding van een artikel. Wij vinden het belangrijk om te weten wat u van een onderwerp vindt. Ook vinden we het zinnig als onze andere lezers kennis kunnen nemen van uw mening. Het is echter niet mogelijk om al uw reacties in het Bulletin Cultuur & School op te nemen. Om u toch in staat te stellen om op artikelen te reageren en meningen van anderen te lezen, zetten we uw reactie op www.cultuurplein.nl onder de rubriek Bulletin Cultuur & School > Onderwijssoort > Tijdschriften > Bulletin Cultuur & School > Reacties artikelen Bulletin Cultuur & School. In deze rubriek zijn ook de oorspronkelijke artikelen te lezen, ga dan naar: Bulletins Cultuur & School als PDF Deze keer reageerde student geschiedenis Henk van Klaveren op de reactie van Henk Roos, tekenleraar in het voortgezet onderwijs. Roos reageerde op het interview met Rudi Fuchs (Bulletin C&S 42). Fuchs constateerde tot zijn zorg dat er in Nederland sprake is van zwichten voor de intimidatie voor de islam. Zo wordt volgens hem op veel islamitische scholen het vak tekenen om fundamentalistische redenen vaak niet gegeven. Van Klaveren trekt een parallel met veel reforma torische scholen. Volgens hem bieden veel van deze scholen CKV1, 2 en 3 niet aan, omdat zij terugschrikken voor de consequenties en de mogelijke botsingen met de reformatorische identiteit.
3
Colofon
4
Bulletin Cultuur & School oktober 2006, jaargang 9, nummer 44 Bulletin Cultuur & School wordt eens per twee maanden uitgegeven door Cultuurnetwerk Nederland op initiatief van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het kader van het project Cultuur en School.
7
Het Katern Primair Onderwijs wordt drie keer per jaar meegestuurd met het Bulletin Cultuur & School aan de doelgroep en aan geïnteresseerden die zich hiervoor hebben opgegeven. Hoofdredactie Marthe Bauwens Eindredactie Maaike Severijnen Als u teksten uit deze uitgave wilt overnemen, neem dan contact op met de redactie van Bulletin Cultuur & School. Redactiesecretariaat Cultuurnetwerk Nederland T 030 – 2361 200 F 030 – 2361 290
[email protected]
10 pagina 4
Aan dit nummer werkten mee Anja Geldermans, Heleen de Groot, Femke Halsema, Jochem Jurgens, Jeroen de Leijer, Annette Lubbers, Josefiene Poll, Bea Ros, Maaike Severijnen, Floor Tinga, Anita Twaalfhoven.
16
Informantennetwerk De redactie van Bulletin Cultuur & School wordt door een informantennetwerk op de hoogte gehouden van ontwikkelingen in de culturele sector en in het onderwijs. Dit netwerk bestaat uit mensen uit diverse doelgroepen, verspreid over het hele land. Mocht u zelf een interessant onderwerp weten voor het blad, dan kunt u zich wenden tot de hoofdredacteur. Aanduiding Op verzoek van verschillende docenten staat in de inhoudsopgave achter elk artikel voor welke doelgroep in het onderwijs het artikel speciaal van belang is. PO staat daarbij voor primair onderwijs, VO voor voortgezet onderwijs en AO voor alle typen onderwijs (inclusief bijvoorbeeld PABO) en BVE voor de Beroeps- en Volwasseneneducatie. Voor culturele instellingen is dit onderscheid niet gemaakt, omdat in principe alle artikelen voor hen interessant kunnen zijn.
18
pagina 10
21
Ontwerp en opmaak Kummer & Herrman, Utrecht Druk Libertas, Bunnik
22
ISSN nummer 1387 – 6422
24
pagina 16
Foto cover: Jochem Jurgens Nejma El Ouahabi (17 jaar) en Hafida Lakbiach (22 jaar) werken aan een nieuwe voorstelling bij het Stut Theater uit Utrecht door middel van improvisaties over het thema Vriendschap onder leiding van Guner Guven.
Inhoud
STRALEN IN DE PISTE Circuseducatie is in opmars. Logisch, want het is een multidisciplinaire kunstvorm die raakt aan dans, theater en film. En passent wordt er ook het zelfvertrouwen van de leerlingen mee gestimuleerd. [PO+VO] CULTUUREDUCATIE VOLGENS ... AUTOPED De Rotterdamse stichting Autoped brengt met haar tijdschrift BoekieBoekie en het internationale poëzieproject Poem Express al vijftien jaar kinderen in contact met beeldende kunst en literatuur. En met succes: jaarlijks sturen meer dan 3000 kinderen uit Europa inzendingen in. [PO] DE STORMACHTIGE OPKOMST VAN COMMUNITY ART Community art is overal in opkomst. Velen zien het als een belangrijk middel om jongeren te interesseren voor kunst en cultuur. Of het altijd kunst genoemd mag worden, daar zijn de meningen over verdeeld. [AO] ARMSTRONG ONTDEKT DE MAAN, AUDI TRISTAN EN ISOLDE In de serie gesprekken over cultuureducatie met kopstukken uit het culturele leven deze keer Pierre Audi, artistiek leider van De Nederlandse Opera en artistiek directeur van het Holland festival. [AO] TALENT ONTPLOOIEN IN THEATERKLAS Op verschillende middelbare scholen kunnen cultuurminnende leerlingen een opleiding krijgen in drama, zang, dans en beweging. Voor de school een goede profilering, voor de leerling een kans om zijn talent te benutten. [VO] COLUMN EEN NIEUW MELKMEISJE Femke Halsema, fractievoorzitter van GroenLinks in de Tweede Kamer, vindt dat cultuureducatie zich niet alleen tot doel moet stellen om mensen kennis te laten maken met kunstvormen en cultuuruitingen, maar dat het onderwijs juist moet uitdagen om de eigen creativiteit van jeugd en jongeren te laten spreken. [AO] DITJES EN DATJES ‘Weetjes’ voor en door de lezer [AO] CONTACTPERSONEN CULTUUR EN SCHOOL
tekst: Anita Twaalfhoven
“Ik was verbaasd hoe snel de leerlingen op fietsjes rond reden en het jongleren met schoteltjes onder de knie kregen.” Paula Dingen, directeur van basisschool De Schakel in Amsterdam Zuid-Oost Met een vestiging in de Amsterdamse Jordaan en in Amsterdam Zuid-Oost verzorgt het circus een scala aan activiteiten, die zowel in de vrije tijd als in het onderwijs kunnen worden gedaan. Een schoolreisje, in de vorm van een bezoek aan Circus Elleboog, begint met het oefenen van de basistechnieken, vertelt coördinator Jantine Swagerman: “Fietsen op een eenwieler, balanceren op een koord, jongleren met een diabolo of lopen op een bal.” Is dat niet moeilijk om in een paar uur onder de knie te krijgen? “Je fietst niet meteen op een eenwieler de deur uit, maar een zweefstand maken op het koord lukt de meeste kinderen wel. Daarna kiest iedereen een favoriete circustechniek om een act mee in te studeren en aan het slot presenteren we alles met een voorstelling in de piste.” Scholen kunnen ook kiezen voor een project in het eigen schoolgebouw, variërend van een dagproject tot een naschoolse cursus in het kader van de brede school. Zo koos basisschool De Schakel in Amsterdam Zuid-Oost voor een tienweekse cursus op woensdagmiddag, voor groep 3 en 4. “Voor hen was de trapeze of wiebelen op een koord nog te griezelig”, vertelt directeur Paula Dingen. “Maar ik was verbaasd hoe snel ze op die fietsjes rond reden en het jongleren met schoteltjes onder de knie kregen.” Zelf trad zij op als spreekstalmeester: “De gymzaal was tot piste omgetoverd en de kleintjes stonden met schmink en kostuums echt te stralen.” Circus Elleboog vindt circus hét middel om het zelf vertrouwen van leerlingen te stimuleren. “Dat kan ik nooit!, roepen mensen al snel als ze een trapeze zien”, zegt Swagerman. “Maar als je de juiste hulp krijgt en je leert het stap voor stap, overwin je die angst. Even later sta je dan met muziek in de spotlights en de hele klas applaudisseert voor je. Daar groei je van.”
Circus Elleboog (foto: Michiel Wijnbergh).
Stralen in de piste Wie wil er leren zweven aan de trapeze, hiphoppen op een bal of jongleren met schoteltjes? In het Jaar van het Circus is ook de circuseducatie in opmars. Steeds meer leerlingen stralen in de piste.
Moviefighting
Bij circus denk je al snel aan het Chinees Staatscircus of het Cirque du Soleil. Maar ook in het jeugdcircus staan jaarlijks meer dan 100.000 kinderen en jongeren in de piste. Circus is een multidisciplinaire kunstvorm, die raakt aan dans, theater en film. Het Jaar van het Circus laat zien dat in de piste niet alleen plaats is voor klassieke jongleurs, acrobaten en clowns, maar ook voor skate dansers of stuntwerkers. Steeds meer scholen laten zich dan ook verleiden tot een circusproject. Bij Circus Elleboog, dat al meer dan een halve eeuw bestaat, komen jaarlijks meer dan 10.000 kinderen en jongeren.
Circus Debuut kiest voor dag- en weekprojecten voor het onderwijs, omdat de hele school dan mee kan doen. “Dat geeft een gevoel van saamhorigheid en maakt een circusproject tot een feest dat je niet snel vergeet”, vindt organisator Wouter van Balveren. In het Jaar van het Circus ontwikkelde Circus Debuut het multidisciplinaire project De Stuntschool voor het primair onderwijs, dat een link laat zien tussen circustechnieken en elementen uit theater en film. “In de onderbouw draait het om het thema Piraten”, vertelt van Balveren, “de kinderen schminken en verkleden zich, met een zwarte zee roverslap voor het oog of een houten been. Ze leren vechttrucs met nepzwaarden en in de gymzaal oefenen
Circus Elleboog (foto:Michiel Wijnbergh).
ze met de gymdocent stunts in de klimrekken en de touwen. Ook leerkrachten handvaardigheid helpen mee, met het maken van kostuums en attributen.” In de bovenbouw zijn de stunts geïnspireerd op films van Laurel&Hardy en actiefilms: “Een bewegingsdocent geeft les in ‘cascade’, struikelen en vallen op een clowneske manier. Ook oefenen ze met ‘moviefighting’. Dat ziet er heel theatraal uit, maar het moet wel in slowmotion. Anders gaan er leerlingen met een blauw oog naar huis.” Aan het slot van een stuntdag geven de kinderen hun ouders een rondleiding door een ‘piratenmuseum’ vol zeeroversspullen. Ook krijgen ze een live actiefilm te zien, met spectaculaire stunts als springen door het raam van een ‘brandend huis’ met trampolines, rookmachine en nepvlammen. Dit onderdeel van het project wordt ook regelmatig uitgevoerd in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. De Stuntschool laat zien hoe veelzijdig een circusproject is.
Saltogordels in de gymzaal
Bij het Stedelijk Lyceum Enschede passen de circus activiteiten in het reguliere lesrooster voor het voortgezet onderwijs. Sportdocent René Burkink is daar de drijvende kracht achter een compleet schoolcircus voor
tekst: Floor Tinga
“De fysieke kant van het circus sluit heel goed aan bij het vak dat ik als sportdocent geef.” René Burkink, sportdocent van het Stedelijk Lyceum Enschede De organisatie was niet aangesloten bij de regeling. Maar als het Cirque du Soleil in het land is, krijgen we altijd een uitnodiging om gratis naar de try-outs te komen kijken.”
Skills op straat
Circusvoorstelling Zwerini 2006 van Stedelijk Lyceum Enschede (foto’s: Alexander Laarman, leerling tweedeklas).
de eerste en tweede klassen in dependance ’t Zwering. “Ik ben altijd een groot fan van het circus geweest en ik realiseerde me dat de fysieke kant heel goed aansluit bij het vak dat ik als sportdocent geef. Toen ik dat idee met een oude circusartiest besprak, werd hij zo enthousiast dat hij op school kwam oefenen met de leerlingen. Na afloop van de cursus stond hij alle spullen, die hij in zijn carrière heeft verzameld, aan ons af.” Het schoolcircus begon met een cursus in het kader van de verlengde schooldag, maar nu mogen de leerlingen ook de twee verrijkingsuren in het weekrooster met circus invullen. Inmiddels is een van de gymzalen versterkt met balken en een draadloopinstallatie met saltogordels en er zijn theaterspots aangeschaft voor de voorstellingen. “Als we optreden doet de schoolband van de muziekles mee en er is een groep docenten en leerlingen die helpen met de techniek en het schminken. Als we iets nieuws willen leren, op het gebied van bewegingstechniek, theatrale presentatie of goochelen, huren we gastdocenten in.” Neemt hij de leerlingen ook wel eens mee als er een circus in de buurt neerstrijkt? “Afgelopen jaar zijn we naar een circusvoorstelling geweest, maar het was jammer dat we de CKV-vouchers niet konden gebruiken.
Welke ingang gebruiken de circusorganisaties om nieuwe doelgroepen te bereiken? Circus Elleboog werkt op locatie in wijken als Bos en Lommer en Geuzenveld. “Voor kinderen uit deze wijk, het merendeel is van Turkse en Marokkaanse afkomst, is het niet altijd vanzelfsprekend om zelf een clubje op te zoeken”, vertelt Swagerman. “Daarom komen we naar hen toe en is in een buurthuis en enkele gymzalen een verzameling circusmaterialen aanwezig.” Daarmee gaan de kinderen na schooltijd aan de slag, onder begeleiding van medewerkers van Circus Elleboog. In de Baarsjes heeft Elleboog projecten voor jongeren opgezet. “Ze studeren circusacts in die ze combineren met andere skills als breakdance of skaten. Ze treden op in de buurt, gewoon op straat en kiezen zelf de muziek.” Hoe maken de andere circusorganisaties jongeren enthousiast? Circus Debuut kiest ook voor andere bewegingstechnieken, zoals capoeira, en vindt daarnaast het competitie-element belangrijk. Van Balveren: “Jongeren willen graag uitblinken in het beheersen van de circustechnieken en zo kun je ze prikkelen om mee te doen.” Bij Circus Elleboog ligt de nadruk juist op samenwerking. “Het Islamitisch College in Amsterdam vroeg ons voor een introductieproject van de nieuwe brugklassers. Het doel was elkaar leren kennen en het onderlinge vertrouwen te stimuleren. Dan is acrobatiek heel geschikt, want dat moet je echt samen doen, anders val je. Sommige jongens en meisjes vonden het, net als veel andere jongeren, nogal gênant dat ze elkaar moesten aanraken. Maar als je uitlegt dat je anders geen acrobatiek kunt leren, gaan ze echt wel overstag.”
•
Meer informatie • Circus Elleboog Jantine Swagerman T 020-6235 326 www.circuselleboog.nl • Circus Debuut Wouter van Balveren T 024-3223 380 www.circusdebuut.nl www.destuntschool.nl • Stedelijk Lyceum Enschede René Burkink T 053-4821 280 www.hetstedelijk.nl
WEBSITES: • www.jaarvanhetcircus.nl met alle activiteiten in het Jaar van het Circus • www.circumundo.nl met informatie over deskundigheids bevordering voor kunstvak docenten • www.codarts.nl met de ins en outs van de nieuwe hbo opleiding voor circusartiesten van de Rotterdamse Hogeschool voor de Kunsten.
BoekieBoekie 15 jaar: ‘Tam, Wild, Woest’ (illustratie: Anuli Croon).
Cultuureducatie volgens… Autoped Hoe laat je kinderen en jongeren in aanraking komen met cultuur? Via scholen of juist individueel? Cultuureducatie volgens... portretteert elke keer een culturele instelling of school die kinderen en jongeren op zijn eigen manier weet aan te spreken. Deze keer Stichting Autoped, die kinderen laat kennismaken met literatuur en beeldende kunst.
“Ik zit in een huis, een huis op stelten. Het is te hopen, dat het niet gaat lopen.” Dit geïllustreerde gedichtje van de negenjarige Belgische Kiani Michiels maakt onderdeel uit van de Poem Express, een internationaal poëzieproject van Stichting Autoped. Deze Rotterdamse stichting brengt kinderen tussen de 6 en 13 jaar in contact met beeldende kunst en literatuur. Verhalen, gedichten en illustraties worden voor, maar ook door kinderen gemaakt. Naast het poëzieproject brengt Autoped het tijdschrift BoekieBoekie uit, waarin professionele schrijvers, illustratoren en kunstenaars de bühne delen met de jonge dicht-, schrijf- en teken talenten. Beide projecten vieren dit schooljaar hun vijftiende verjaardag. Directeur Jet Manrho: “De eerste generatie BoekieBoekie- en Poem Express-kinderen is inmiddels volwassen.”
“Heel veel schoolboeken zijn saai. Ik vind het veel leuker om kinderen te leren lezen met een goed geschreven verhaal of gedicht.”
“Kinderen mee laten beslissen is heel hip tegenwoordig. Maar dat is voor mij een teken dat volwassenen zelf geen besluiten durven nemen.”
Directeur Jet Manrho van Stichting Autoped
Directeur Jet Manrho van Stichting Autoped
Logo Poem Express.
Duimbioscoop
Toen Manrho BoekieBoekie en de Poem Express in 1991 oprichtte, was er nauwelijks iets op het gebied van cultuureducatie voor kinderen. Als pas afgestudeerde onderwijskundige was ze gespecialiseerd in leesbevordering. Een tijdschrift opzetten waarbij literatuur op een speelse manier centraal stond, was voor haar een logische stap. “Heel veel schoolboeken zijn saai. Ze staan vol feitjes die je uit je hoofd moet leren. Ik vind het veel leuker om kinderen te leren lezen met een goed geschreven verhaal of gedicht”, vertelt Manrho. BoekieBoekie is zo gemaakt dat de beginnende, maar ook de gevorderde lezer ermee uit de voeten kan. Daarnaast is het ook gewoon bedoeld om kinderen te inspireren. “Een kunstenaar of schrijver kan je immers meenemen naar plaatsen waar je nog nooit geweest bent”, zegt Manrho. Voorspelbare verhalen of doorsnee tekeningen zullen de kinderen in BoekieBoekie niet tegenkomen. “Een verhaal waar je het einde van kunt raden, hoef je niet meer te lezen”, vindt Manrho. Ook leren kinderen via diverse literaire stijlen meer over andere kunstdisciplines. Zo is er de recente BoekieBoekie-uitgave De film in, waar kinderen via verhalen, gedichten en interviews, van alles leren over film maken. Behalve lezen, staat hierbij ook het zelf doen centraal. Kinderen kunnen bijvoorbeeld zelf een duimbioscoop of animatiefilm maken. Daarnaast worden kinderen via een prijsvraag gestimuleerd om zelf verhalen en tekeningen naar BoekieBoekie te sturen. “Vaak zijn er meer inzendingen dan ik kan plaatsen, maar ik bewaar alles. Soms kan een tekening twee jaar later nog van pas komen.” Ook sturen jaarlijks 3000 kinderen uit heel Europa gedichtenposters voor de Poem Express in. Een selectie hiervan gaat mee in de reizende tentoonstelling en verschijnt in BoekieBoekie. Om kinderen bekend te maken met gedichtenposters organiseert Autoped ook workshops: “In Nederland gaat er bijvoorbeeld een Poem
Gedichtenposter België, inzending Poem Express 2003 (illustratie: Kiani Michiels, 9 jaar).
Express-project van start, waarbij Zeeuwse bibliotheken en basisscholen betrokken zijn. In de bibliotheken worden de kinderen langs de expositie geleid en leren ze wat een gedicht is. Op school gaan ze vervolgens zelf aan de slag met het maken van een eigen gedichtenposter”, vertelt Manrho.
Zwarte confetti
Naast de BoekieBoekie tijdschriften geeft Autoped ook lesbrieven uit ter ondersteuning van het literatuuronderwijs. Zo’n 500 scholen uit het primair onderwijs maken daar gebruik van. “Wij proberen met onze lesbrieven net als in BoekieBoekie een gevoel over te brengen”, vertelt Manrho. “Zo hebben we de lesbrief Zwarte Confetti, die laat zien hoe mensen in de Tweede Wereldoorlog moesten overleven. Wat doe je bijvoorbeeld als je geen eten hebt? En als je de buurman niet kunt vertrouwen, hoe los je dat dan op?” In de lesbrieven staan ook tips over hoe je een verhaal kunt schrijven, of een gedicht kunt bedenken. Ze zijn zo ontworpen dat de kinderen er zelfstandig mee aan de slag kunnen. Daarnaast kunnen docenten er ook hun reguliere lessen mee aanvullen. Manrho: “Omdat docenten vaak weinig tijd hebben om zelf iets te verzinnen, kunnen ze aan de hand van onze lesbrieven gemakkelijk inspiratie opdoen voor een leuke les.” Ook heeft Autoped freelance docenten die workshops in de klas geven over hoe je verhalen kunt schrijven en gedichten kunt maken. “Niet alle kinderen zijn even happig, omdat ze bijvoorbeeld denken dat ze niet kunnen schrijven. Maar juist door te benadrukken wat de kinderen wél kunnen, bereik je veel. Een van onze docenten had bijvoorbeeld een meisje in de groep dat niet wilde schrijven, maar wel goed kon praten. De docent heeft haar woorden letterlijk opgeschreven en gezegd ‘dit is jouw gedicht, dat heb jij gemaakt’. Het meisje wilde het
eerst niet geloven, maar was uiteindelijk overtuigd. Inmiddels schrijft ze zelf gedichten”, aldus Manrho. Niet alleen het primair onderwijs heeft interesse in BoekieBoekie voor tijdens de les. Vanuit het vmbo is er ook steeds meer vraag naar de tijdschriften. “Ik snap dat wel”, zegt Manrho, “het is voor vmbo-leerlingen veel leuker om een vreemde taal te leren via gedichten.” Ze doelt hiermee op de nummers van BoekieBoekie waarin gedichten van de Poem Express vertaald zijn naar het Duits, Engels en Frans. Ondanks deze interesse blijft Manrho zich richten op de belevingswereld van kinderen in het primair onderwijs: “We vinden het prima dat docenten in het voortgezet onderwijs de tijdschriften bestellen, maar we kunnen er onze activiteiten niet op gaan aanpassen. We zijn niet gespecialiseerd in oudere kinderen.”
Klein en integer
Wat de projecten al vijftien jaar lang zo succesvol maakt, is volgens Manrho het feit dat ze niet groots en mee slepend, maar klein en integer willen zijn. Met een kernploeg van 25 kunstenaars, illustratoren, schrijvers, dichters en bureaumedewerkers, weet Autoped haar beide benen op de grond te houden. “Je hebt mensen die altijd voor de grote getallen gaan, maar wij gaan voor de inhoud en kwaliteit.” Van de afgelopen decennia heeft ze dan ook geleerd dat je beter niet gefixeerd kunt zijn op resultaten. “Als er iets is wat ik zeker weet, dan is het dat je nooit kunt voorspellen hoe iets loopt. Het is een proces dat je voortdurend bijstuurt.” Mislukkingen heeft ze in de afgelopen vijftien jaar dan ook niet als zodanig ervaren: “Ik weet dat het raar klinkt, maar dat komt omdat ik nooit een duidelijk einddoel in mijn hoofd heb. Bij het maken van de lesbrieven wordt bijvoorbeeld eerst een team docenten op pad gestuurd om de les uit te proberen, voordat de definitieve versie in omloop komt. Ook zetten we onze projecten eerst
klein uit, voordat we ze op grotere schaal toepassen. Zoals de poëzieworkshops die we eerst in Zeeland willen uitproberen, voordat we ze in andere provincies uitzetten.” Natuurlijk loopt er wel eens iets minder. “Soms verkoopt een uitgave waar we zelf heel tevreden over zijn, slecht. Hoe dat komt weten we niet, maar waarschijnlijk hebben we dan geen aansprekende titel gekozen.” Manrho zal echter niet snel overwegen om kinderen actief te betrekken bij de samenstelling van BoekieBoekie: “Kinderen mee laten beslissen is heel hip tegenwoordig. Maar dat is voor mij een teken dat volwassenen zelf geen besluiten durven nemen uit angst om op hun donder te krijgen van de kinderen. Wij zijn daar niet bang voor. Als iets minder goed loopt, dan leer ik daarvan en denk ik gewoon: de volgende keer beter. Dat betekent overigens niet dat we de kinderen niet om hun mening vragen, want dat doen we regelmatig. Alleen wij knielen niet en buigen niet. We nemen kinderen serieus.”
•
Meer informatie Boekie-Boekie BoekieBoekie verschijnt vier keer per jaar. Ook is er een speciale BoekieBoekie-schoolagenda. Beide zijn te bestellen via www.boekie-boekie.nl, of te verkrijgen in de betere boekhandels. De Poem Express gedichtenposters worden in boekhandels en bibliotheken tentoongesteld. • Stichting Autoped T 010-4779 611
[email protected] www.boekie-boekie.nl
fotografie: Jochem Jurgens
10
Coverstory
De stormachtige opkomst van Community art
tekst: Anja Geldermans
Community art is overal in opkomst. Sommigen zien het als hét middel om nieuwe publieksgroepen te interesseren voor kunst en cultuur en de sociale cohesie in de maatschappij te vergroten. Anderen schuiven het als amateurkunst aan de kant. Feit is echter dat Community art momenteel volop in de belangstelling staat en veel nieuwe mensen weet aan te spreken, waaronder ook jongeren. Iedereen heeft tegenwoordig de mond vol van Community art, maar één van de eerste dingen die opvalt tijdens die discussie is dat iedereen er een andere invulling aan geeft. “Community art is geen scherp gedefinieerd en afgebakend begrip”, zegt Sandra Trienekens, die als onderzoeker samen met Cultuurnetwerk Nederland werkt aan een inventarisatie van Community art-projecten in Nederland. Volgens Trienekens kun je Community art het beste opvatten als een vorm van interactieve kunst, waarbij de kunstenaar uitwisseling zoekt met andere deelnemers en/of het publiek. Verder spelen naast kunstzinnige uitgangs punten ook vaak sociale of maatschappelijke doel stellingen een rol.
Van alle tijden
Hoewel Community art momenteel enorm in de belangstelling staat, is het iets van alle tijden, zegt Trienekens. “De belangstelling voor Community art verloopt in golven, maar het is in de tussenliggende periodes nooit echt weg geweest. De huidige hype wijt ze onder andere aan de onzekerheid en het individualisme van deze tijd. “De vraag die veel mensen zich momenteel stellen is: hoe gaan we met elkaar om? Veel Community art-projecten gaan dan ook om ‘social inclusion’ van groepen die aan de rand van de maatschappij staan, zoals ouderen, daklozen, allochtonen en geestelijk gehandicapten. Ook zie je dat veel gemeentes of woningbouwverenigingen dit soort projecten initiëren om bijvoorbeeld de sociale cohesie in een wijk te versterken.” Het kunstproject ‘Ben ik? in Beeld’ waarbij kunstenaar Anne Pillen samenwerkt met mensen met een verstandelijke beperking valt hieronder. In dit project, dat een opdracht was van de gemeente, worden Tilburgers door middel van een spel aan het denken gezet over hun eigen visie op mensen met een beperking. Wat volgens Trienekens wel telkens blijft terugkeren, is de discussie of gemeenschapskunst wel echte kunst is.
11
Coverstory
“Veel critici zien het als amateurkunst of plakken er het etiketje welzijnsproject op.” Volgens Peter van den Hurk, lector Community art op de Hogeschool voor de Kunsten Codart in Rotterdam en tevens directeur van het Rotterdams Wijktheater, heeft Community art de toekomst. “De gevestigde cultuur instellingen moeten beseffen dat de maatschappij de afgelopen jaren drastisch is veranderd en dat ze zelf ook radicaal moeten veranderen om niet totaal vervreemd te raken. Als je nieuwe doelgroepen wilt aantrekken, moet je beginnen met hun belevingswereld.” Het idee dat een Community artist concessies moet doen aan zijn artistieke ambities of kwaliteit verwerpt Van den Hurk.“Je kunt deze manier van werken ook zien als een inspiratiebron, er ligt hier nog een schat aan mogelijkheden.” Feit is dat er al behoorlijk wat gevestigde culturele instellingen Community art-projecten hebben. Zo maakte Het Nationale Ballet onlangs een voorstelling met jongeren uit de Bijlmer, met als doelstelling een brug slaan tussen de wereld van het klassieke ballet en die van de jonge Amsterdammers uit Zuid-Oost.
Gewone mensen
Het Stut Theater uit Utrecht maakt al dertig jaar met succes Community theatre. De professionele makers van Stut maken theater met ‘gewone’ mensen op basis van hun ervaringen en levensgeschiedenis. De stukken behandelen thema’s zoals werkloosheid, armoede en discriminatie. Regisseur Donna Risa: “Wij zoeken mensen op in hun eigen omgeving en laten ze vertellen over hun ervaringen. Hiervan maakt onze tekstschrijver een toneelstuk, dat vervolgens door de mensen zelf wordt gespeeld. De voorstellingen, die meestal in buurthuizen, gymzalen of scholen worden gespeeld, zijn vaak een feest der herkenning voor ons publiek, dat grotendeels uit mensen uit de wijk bestaat.” Risa heeft de afgelopen jaren ook veel ervaring opgedaan met jongeren. Heftige problematiek wordt daarbij niet geschuwd. “In het stuk Tuin van Geheimen staat de relatie tussen zusjes en broertjes in Marokkaanse gezinnen centraal. Waarom willen de jongens hun zusjes beschermen en waarom laten de zusjes dit toe zonder veel tegenspraak? De jongeren zijn best bereid daarover te vertellen. De kracht van ons werk ligt er namelijk in dat we de jongeren hun verhaal laten doen en hen niet direct veroordelen. Zo win je hun vertrouwen.”
“De voorstellingen, die meestal in buurthuizen, gymzalen of scholen worden gespeeld, zijn vaak een feest der herkenning voor ons publiek.” Donna Risa, regisseur bij Stut Theater
12
Coverstory
Dorpsintegratie
Dat Community art-projecten ook succesvol kunnen zijn als het gaat om minder toegankelijke kunstvormen, blijkt uit de Community opera die al een decennium lang elke twee jaar wordt georganiseerd door Dario Fo, ondernemers in de kunst. Dirigent Rick Schoonbeek: “We streven daarbij altijd verschillende doelen na: we willen een zo goed mogelijke voorstelling maken, de saam horigheid tussen mensen én het talent van elk individu vergroten.” Bij de laatste opera Turandot werd ook het samengaan van drie dorpen na een gemeentelijke herindeling als doelstelling genoemd. “Onlangs zijn drie afzonderlijke dorpen gefuseerd tot één gemeente, Midden-Delfland. De gemeente, die ook co-financierder was, wilde de dorpen graag op een culturele manier samen laten werken om de sociale cohesie te vergroten.” De makers van Dario Fo wisten honderden mensen te interesseren om mee te werken, zowel voor als achter de schermen. Schoonbeek: “Iedereen die wilde mocht meedoen. We houden geen audities maar gaan altijd uit van de eigen kracht van mensen.” Ook alle basisscholen uit Midden-Delfland deden mee. “In totaal zo’n 600 leerlingen uit groep 7 en 8 hadden verschillende liedjes ingestudeerd. Ze kregen daarbij na schooltijd zangles en enkele theaterlessen van onze medewerkers. Uiteindelijk hebben 80 leerlingen aan de echte opera meegedaan. Alle scholen, zowel de basisscholen als de scholen voor voortgezet onderwijs hebben de voorstelling bezocht. Daarmee hebben we 3500 leerlingen bereikt.” Het bijzondere is dat op deze manier heel veel mensen in aanraking komen met een als elitair bekend staande kunstvorm als opera. Schoonbeek: “Uit enquêtes die we houden blijkt dat negentig procent van onze bezoekers voor de eerste keer een opera bezoekt. Bovendien waarderen ze de voorstelling elke keer hoog.” En heeft de opera bijgedragen aan de dorpsintegratie? “Dat weet ik wel zeker. Zo’n productie kun je alleen goed uitvoeren als iedereen nauw samenwerkt.”
Sloopproject
“Als je nieuwe mensen wilt aantrekken, moet je beginnen met hun belevingswereld.” Peter van den Hurk, directeur Rotterdams Wijktheater/ lector Community art
Ook bij grootschalige herstructeringsprojecten worden steeds vaker Community artists ingeschakeld. Zo werd in Zaandam twee jaar geleden de oude wijk Vissershop ingrijpend gerenoveerd. Dat stuitte op veel weerstand bij de oude bewoners. Zaanstad vroeg de kunstenares Ida van der Lee om “de ziel van het oude Hop” veilig over te zetten naar het nieuwe Hop.” Van der Lee: “In de eerste fase van mijn project Sloophamer, schatkamer heb ik een schatkist gemaakt van sloopmateriaal en deze vol met herinneringen en verhalen van bewoners gestopt. Vervolgens hebben we die in een soort processie weggebracht naar het Zaans museum. Dat was een groot succes en daardoor heb ik het vertrouwen gewonnen van veel bewoners. Vervolgens heb ik de wanden van verschillende slooppanden compleet bewerkt met verhalen, waardoor een ‘verhalendoolhof’ ontstond. De mooiste verhalen hebben we daarna samengevat en uitgehakt in grote stoeptegels. Zo blijven de oude
13
verhalen leven in de nieuwe wijk.” Ook de basisschool in de wijk droeg zijn steentje bij. “We hebben het ritueel met het sloopmateriaal nog een keer overgedaan en de kinderen hebben ook interviews gehouden met bewoners in de buurt. Zo begon ook voor hen de geschiedenis van de wijk te leven.” Het project was een succes, maar er was wel een aantal valkuilen, zegt Van der Lee. “Zo was het niet altijd gemakkelijk om de verschillende belangen van de gemeente, de bewoners en de woningbouwvereniging met elkaar te verenigen.” Waarom kiest de gemeente voor een kunstproject in plaats van bijvoorbeeld een buurtfeest? Beleids medewerker Miranka Stel: “Kunst geeft een heel andere dimensie, het brengt mensen meer. En uit de reacties van de bewoners bleek dat zij het project erg waar deerden.”
Zaanse Droomzomernacht
De gemeente Zaanstad gaat dit jaar ook in zee met het muziektheatergezelschap La Vie sur Terre van componist Merlijn Twaalfhoven, die regelmatig Community art-projecten maakt. Volgens projectleider Claartje Schouwenaar maakt Twaalfhoven deze projecten niet zozeer vanuit educatieve of maatschappelijke drijfveren, maar is deze manier van werken een duidelijke artistieke keuze. “Merlijn zet zich af tegen gangbare
Coverstory
opvattingen waarin hoogwaardige kunst voorbehouden is aan professionele kunstenaars. Hij beschouwt kunst als een intense ontmoeting tussen mensen, ongeacht hun achtergrond. Juist door interactie met deelnemers wordt de kwaliteit van de artistieke ervaring verhoogd.” In Zaanstad wil Twaalfhoven het aankomende jaar werken aan een ongewone versie van Shakespeare’s beroemde Midzomernachtsdroom. Hij wil daarbij samenwerken met amateurmusici, lokale professionals, amateurdansers, amateurtheatermakers, kinderen, huisvrouwen/-mannen, koekenbakkers, stratenmakers en alle andere denkbare groepen uit de Zaanstreek. Daarnaast wil Twaalfhoven nog een aantal kleinere projecten uitvoeren, waarbij hij aansluiting zoekt bij allerlei planologische, culturele en sociale gebeurtenissen in de stad. Als voorbeeld noemt Schouwenaar de opening van de Bernhardbrug in 2007. “We willen dan werken met een koor van ongeveer 2000 scholieren die aan beide kanten van het water staan en op deze manier via de muziek een brug slaan.”
Kunst door leerlingen
Niet alleen kunstenaars kunnen de trekkers zijn van Community art-projecten, maar ook scholen zoals het Friesland College, een Regionaal Opleidingen Centrum (ROC) voor beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
14
in Leeuwarden. Zo heeft een aantal leerlingen het afgelopen jaar een beeld gemaakt voor de wijk Aldlân. “De vraag voor een kunstwerk kwam van het wijkpanel”, vertelt projectleider Marja van Hoesen. “De wijk wilde graag een beeld waarin planten die je in de wijk tegenkomt een rol spelen. Bij het ontwerp zijn de leerlingen begeleid door een kunstenaar, maar hij had hierbij een dienende rol.” Kun je hierbij dan wel van Community art spreken? “In mijn optiek wel. Ik definieer Community art als een kunstproject waarbij verschillende leefgemeenschappen samenkomen. Dat was hierbij zeker het geval.” Eenvoudig was het project niet, zegt Van Hoesen. “Het traject heeft ongeveer anderhalf jaar in beslag genomen, waarbij de leerlingen werden ondersteund door cursisten van de afdeling metaal. Maar het resultaat mag er zijn. Ik heb ook gemerkt dat deze leerlingen meer oog krijgen voor kunst en cultuur in de stad. Dat is natuurlijk een prachtig neveneffect.”
Autonome kunstenaars
Ricardo Wijngaarde, artistiek leider van Boeng Diepie dat onder andere het jaarlijkse Remix programmeert op de Uitmarkt, hanteert weer een andere definitie van Community art. “Ik zie het als initiatieven van mensen die verschillende straat- en subculturen als basis nemen en in hun werk hun ervaringen met die culturen laten weerspiegelen. Dat hoeven dus niet alleen makers met een professionele kunstopleiding te zijn, maar dat kunnen ook autonome kunstenaars zijn, zoals de mensen van ISH, Het HipHopHuis en W.O.T.S.” Hij zet echter vraagtekens bij sommige van de initiatieven van gevestigde cultuurinstellingen om via Community art-projecten jongeren te bereiken. “Uiteraard hebben de gevestigde instellingen een bepaalde knowhow, bijvoorbeeld hoe je subsidies aanvraagt en hoe je je als instelling moet profileren, maar ze weten soms niet zo goed hoe ze jongeren echt kunnen bereiken. Dat is op zich niet zo gek. Het is zelfs voor mensen binnen de verschillende scenes vaak moeilijk om groepen jongeren aan zich te binden. Soms heb ik het gevoel dat gevestigde instellingen overal een beetje achteraan hobbelen. Of dat ze toch het liefst hun eigen ideeën willen uitvoeren. Dan denk ik: doe eerst je huiswerk. Zoek uit waar jongeren behoefte aan hebben, wat ze willen, betrek ze overal bij en laat ze zelf dingen maken. Ook merk ik soms dat sommige gevestigde instellingen
“Ik merk dat sommige van de gevestigde instellingen niet echt graag Community art-projecten doen, omdat ze bang zijn dat die ten koste gaan van hun identiteit.” Ricardo Wijngaarde, artistiek leider van Boeng Diepie
Coverstory
15
Coverstory
niet echt graag dit soort projecten doen, omdat ze bang zijn dat die ten koste gaan van hun identiteit. Dat begrijp ik wel, maar je kunt er dan ook voor kiezen om ruimte maken voor makers die misschien minder bekend zijn, maar echt jongeren willen en kunnen bereiken. Gelukkig groeit het besef dat nieuwe ontwikkelingen en nieuwe doelgroepen een enorme aanwinst kunnen zijn voor het culturele aanbod.”
•
Meer informatie Master- en minoropleiding Community art Sinds 1 september 2005 heeft Hogeschool voor de Kunsten Codart in Rotterdam een lector Community art, directeur van het Rotterdams Wijktheater Peter van den Hurk. Het is de bedoeling dat de lector samen met zijn kenniskring, die bestaat uit docenten van verschillende kunstdisciplines, een master opleiding Community art zal ontwikkelen en een minor Community art voor de bacheloropleidingen muziek, dans, docent muziek en docent dans. De opleiding wordt sterk gevoed door de praktijk. Op dit moment is Van den Hurk bezig met het in kaart brengen van de competenties waarover je als Community artist moet beschikken. Databank Community art Cultuurnetwerk heeft samen met onderzoeker Sandra Trienekens een uitgebreide inventarisatie gemaakt van Community art-projecten in Nederland. Inmiddels staan zo’n 150 projecten op de site en is er een literatuurstudie verricht: www.cultuurenschool. net/projectloket/projectloket_cultuurcoh.asp. Tevens zal Cultuurnetwerk in december 2006 een Cultuur + Educatie uitbrengen die geheel gewijd zal zijn aan Community art. Bestellen: www.cultuurnetwerk.org Vrede van Utrecht Community Art Festival 2006 Dit vierdaagse festival, dat onderdeel is van het cultureel programma Vrede van Utrecht, is de eerste van een reeks jaarlijkse activiteiten waarbij de rol en betekenis van Community art wordt onderzocht. Dit gebeurt aan de hand van Nederlandse en buitenlandse voorstellingen, workshops met internationaal bekende Community art-makers en seminars. Dit jaar staan de podiumkunsten centraal. Het festival wordt gehouden van 23 tot 26 november in Utrecht. Meer informatie en aanmelden: www.community-art.nl Do’s and don’ts bij Community art De medewerkers van Dario Fo brengen half oktober een boekje en een dvd uit met de do’s and don’ts bij de opzet van grote Community art-projecten. Ook wordt aandacht geschonken aan het verkrijgen van subsidies. Bestellen bij: www.dariofo.nl WEBSITES: • www.stut.nl • www.rotterdamswijktheater.nl • www.dariofo.nl • www.idavanderlee.nl • www.laviesurterre.nl • www.frieslandcollege.nl • www.shade.nl • www.cjp.nl, doorklikken naar Remix EERDER VERSCHENEN ARTIKELEN OVER DIT ONDERWERP: • Bulletin Cultuur & School nr 43 (2006), Opera voor schone oren • Bulletin Cultuur & School nr 40 (2006), Cultureel project versterk sociale cohesie • Bulletin Cultuur & School nr 32 (2004), Musea zoeken naar nieuwe vormen van cultuureducatie • Bulletin Cultuur & School nr 26 (2003), Achterstandsbeleid of culturele verrijking?
foto’s pagina 10 tot en met 15: Nejma El Ouahabi (17 jaar) en Hafida Lakbiach (22 jaar) werken aan een nieuwe voorstelling bij het Stut Theater uit Utrecht door middel van improvisaties over het thema Vriendschap onder leiding van Guner Guven (fotografie: Jochem Jurgens).
17
tekst: Annette Lubbers
“Als we meer investeren in de waardering en analyse van dingen, realiseren mensen zich eerder hoe uniek en bijzonder de voorstellingen zijn die we hier hebben. Dat begint bij jongeren.” Pierre Audi, artistiek directeur van De Nederlandse Opera en artistiek directeur van het Holland Festival zijn, omdat het doorgronden van beelden jongeren doet inzien dat er meerdere waarheden naast elkaar bestaan, de basis van respect, democratie en kennis: de peilers van de westerse maatschappij. “Ik denk dat het makkelijker is om jongeren bij beeldende kunst te betrekken. Het is toegankelijker dan mijn werk, muziektheater. Dat is heel complex, ik heb er mijn handen vol aan. Nu is educatie niet echt een item voor me, hoewel ik het wel belangrijk vind dat jongeren toegang krijgen tot wat we doen. Maar niet door op je knieën te gaan, dat vind ik onjuist. Voorstellingen voor jongeren hoeven echt niet per se door jongeren gemaakt te worden of jongerenthema’s te behandelen. Wij zien het als onze taak jongeren toegang te geven tot meesterwerken. Als tienjarige zag ik de opera Tristan en Isolde op dezelfde avond waarop Armstrong op de maan landde. Dat was voor mij een ongelofelijke combinatie van ontdekkingen en betovering, met blijvend effect.”
Pierre Audi (foto: Erwin Olaf).
Armstrong ontdekte de maan, Audi Tristan en Isolde Net dertig jaar oud, begon Pierre Audi achttien jaar geleden aan het artistiek leiderschap van De Nederlandse Opera (DNO). Twee jaar geleden werd hij ook nog de artistiek directeur van het Holland Festival. De Libanees, die naar een Frans lyceum ging en in Oxford studeerde, laat op deze twee sleutelfuncties zijn invloed gelden op het Nederlands culturele leven.
Dringt uw invloed ook door in de culturele vorming van jongeren? “In de achttien jaar dat in ik Nederland ben, is de culturele houding, de culturele vorming van mensen veranderd. Niets is meer bijzonder. Zo vindt het publiek het bij het Holland Festival vanzelfsprekend hoe bijzonder en complex bepaalde voorstellingen zijn. Dat vind ik geen goede houding. ‘Don’t be indifferent’ is mijn motto. Ik mis een passie om bepaalde problemen op te lossen. Dat geldt overigens niet alleen voor cultuur, maar ook voor de politiek. Als we meer investeren in de waardering en analyse van dingen, realiseren mensen zich eerder hoe uniek en bijzonder het is wat we hier hebben. Dat begint bij jongeren.” Oud-museumdirecteur Rudi Fuchs hield in Bulletin nummer 42 een vergelijkbaar pleidooi. Hij vindt dat cultuureducatie onderdeel van de inburgering moet
Komen er in Nederland veel jongeren naar uw voorstellingen kijken? “Nee, je ziet hier veel minder jongeren bij de opera dan in het buitenland. Dat is erg jammer. In 2008 willen we bij DNO een productie maken met een speciaal randprogramma voor jongeren waarin we de liefde voor de kunst proberen te kweken. We gaan samenwerken met een jonge Chinese componist. Het educatief programma is in ontwikkeling en we willen dan expliciet ruimte maken voor openheid, discussie en bespiegeling en op die manier de jongeren voorbereiden op die operavoorstelling. We kunnen in Nederland veel leren van wat er in Engeland gebeurt. De educatieve dienst, die we delen met het nationaal Ballet en het muziek theater, laat zich daar ook bijscholen. Ik denk dat voorbereiding van jongeren op een voorstelling heel belangrijk is.” Waarom vindt u dat? U heeft die voorbereiding zelf toch ook niet nodig gehad? “Nee, dat is waar. Maar niet iedereen gaat op een zelfde manier met abstracte kunst om. Voor mensen die een Latijnse opvoeding hebben gehad, zoals ik, is abstractie makkelijker dan voor bijvoorbeeld Engelsen, die zijn weer extreem naturalistisch en psychologisch.
Als je het daar over een deur hebt, moet je die deur ook zien op de bühne, een bloem is een bloem. Godzijdank is dat in Nederland niet zo. Maar met de kennis die ik nu heb, zou ik het jammer vinden als jongeren impressies van een voorstelling missen, doordat ze niet zijn voorbereid.” Hoe bereikt u jongeren? “Soms lukt dat door de combinaties en contrasten in je programmering. In afgelopen Holland Festival hadden we bijvoorbeeld een nieuwe muziekvoorstelling met bijzondere componisten/DJ’s erbij. De zaal zat vol 16- tot 18-jarigen. Dat was fantastisch. Het opvallende is dat de reguliere critici niet weten wat ze met zo’n voorstelling aanmoeten, terwijl de zaal dolenthousiast is. Deze mensen hadden die voorstelling niet ontdekt in het reguliere programmaboekje van het festival, maar via internet. Wij proberen deze groepen ook via die weg voortaan goed te bereiken. Door ze ook voor andere voorstellingen te interesseren, hopen we ons jongerenpubliek van jaar tot jaar uit te bouwen.” Wat doet u als u de jongeren binnen heeft ter bestrijding van de onverschilligheid? “Ik heb van jongs af aan de honger te presenteren. Ik wil graag mijn enthousiasme delen voor alle dingen die je nodig hebt: intellectuele, emotionele, educatieve en spirituele voeding. De combinatie van die vier, dát is de basis.” Van wat? “Van mijn werk... van mijn leven: mijn werk is mijn leven. Alles wat ik maak is nìet onverschillig, is betrokken, verantwoordelijk en niet passief. Checken of het ook zo werkt? Dat doe ik niet. Kunst is geen auto die wel of niet start. Het is ‘take it or leave it’ wat mij betreft. Mijn werk is wat het is. Als ik teveel naar het publiek zou luisteren, maak ik helemaal niets meer. Terwijl ik me juist wil concentreren op de kwaliteit van de ingrediënten, de muziek, de enscenering en de uitvoerend kunstenaars. De artistieke kwaliteit hangt in de lucht, is ongrijpbaar, een mysterie. Ik hoop dat die in mijn werk tot uitdrukking komt en dat mijn werk daarom het publiek overtuigt. We moeten vertrouwen in het publiek hebben. That’s enough.”
•
“Als tienjarige zag ik de opera Tristan en Isolde op dezelfde avond waarop Armstrong op de maan landde. Dat was voor mij een ongelofelijke combinatie van ontdekkingen en betovering, met blijvend effect.” Pierre Audi, artistiek directeur van De Nederlandse Opera en artistiek directeur van het Holland Festival
tekst: Bea Ros
18
illustratie: Jeroen de Leijer
19
Talent ontplooien in de theaterklas Diverse middelbare scholen bieden cultuurminnende leerlingen iets extra’s: een theaterklas of -opleiding. Naast de reguliere vakken krijgen leerlingen les in drama, zang, dans en beweging. Voor de school een goede pro filering, voor leerlingen een kans om hun talenten te benutten. Je bent een kind met talent en passie voor drama. In een groep heb je altijd de lachers op je hand met je perfecte imitatie van BN’ers. Je bent de ster van de groep 8-musical. Op dit soort leerlingen richt Dalton Den Haag haar Theaterklas: een groep van 28 leer lingen die in de vrije ruimte lessen drama, dans, beweging en stemvorming krijgen. En dat vanaf de brugklas tot en met de eindexamenklas, voor havoen vwo-leerlingen. “We staan van huis uit al bekend als cultuurschool. Daarnaast wilden we getalenteerde leerlingen iets extra’s bieden”, zegt Cynthia Elsinga, afdelingsleider en coördinator Theaterklas op Dalton Den Haag. De theaterklas is een van de invullingen van de cultuurprofielschool. In plaats van de breedte – alle leerlingen, alle kunstdisciplines – kiest een school hier voor de diepte: één kunstdiscipline voor leerlingen met talent. Terwijl leerlingen uit reguliere klassen bijvoorbeeld sport of techniek krijgen, verdiepen leerlingen uit de Theaterklas zich in alle aspecten van drama. Doorgaans selecteert de school na een auditie en een intakegesprek de meest gemotiveerde en geschikte leerlingen. De Theaterklas is dus een bewuste keuze van ouders en leerlingen. Vaak is er ook een ouder bijdrage, variërend van 100 tot 450 euro, om de extra
kosten te dekken, bijvoorbeeld voor het inhuren van speciale (gast)docenten en voor het bezoeken van voorstellingen.
Checklist
Toen Dalton Den Haag in 2002 begon met het opzetten van de Theaterklas waren er weinig voorbeelden waaruit de school kon putten. De school had al besloten samen te werken met de Haagse jeugdtheaterschool Rabarber, maar beide hadden behoefte aan extra begeleiding bij het opstellen van een leerplan. Dankzij een toegekende veldaanvraag bij Stichting Leerplan ontwikkeling (SLO) kregen ze ondersteuning van SLOmedewerker Astrid Rass. “We letten vooral op ontwikkeldoelen, een doorlopende leerlijn en de aansluiting met voorgeschreven kerndoelen en eindtermen, bijvoorbeeld die van CKV2 en 3. Ideeën zijn er vaak wel, de kunst is ze expliciet te maken: waar staan we met z’n allen en wat willen we als school met een culturele instelling? Welke docenten wil je inzetten? De kernvraag is: wat wil je leerlingen leren? Met een leerplan op papier krijgt een theaterklas een steviger inbedding en voorkom je dat het blijft bij mondelinge afspraken.” De Haagse ervaringen zijn vastgelegd in Cultuurprofiel. Het opstellen van een leerplan voor de Theaterklas Dalton Den Haag, met onder meer een handige checklist die scholen langs kunnen lopen om hun eigen theaterklas in te kleuren. Belangrijk item in die checklist is de samenwerking met culturele instellingen en hoe deze vorm te geven. Dalton Den Haag koos voor buitenschoolse theater lessen. De leerlingen uit de Theaterklas gaan één dag per week naar jeugdtheaterschool Rabarber en krijgen daar les van Rabarberdocenten. Deels een praktische keuze, vertelt May van Rhee, coördinator Theaterklas bij Rabarber: “De aula in de school wordt ook als kantine gebruikt, het repeteren en doorlopen van een stuk tijdens de lunch gaat daarom moeilijk en het podium is voor de Theaterklaspresentaties te klein.” En, voegt Elsinga van Dalton toe, “de faciliteiten van Rabarber maken het ook echter en serieuzer”. Om te voorkomen dat de Theaterklas een apart clubje wordt waar de rest van de school niets van meekrijgt, vindt de slot presentatie van de vijfdejaars op school plaats en bezoeken leerlingen uit de reguliere klassen regelmatig voorstellingen en presentaties bij Rabarber. Voor de jeugdtheaterschool een prachtkans om de banden met het onderwijs te verstevigen, voor de school levert het een andere, opener sfeer op, omdat er contact is met de wereld buiten de school. Locatie Kottenpark van het Stedelijk Lyceum in Enschede koos er juist voor het theater in de school te halen. De school startte in 2002 met een Theateropleiding voor getalenteerde vmbo-t-, havo-, vwo- en gymnasium leerlingen, per leerjaar een klas met dertig leerlingen
startend in de brugklas en afgesloten met een schoolen centraal schriftelijk eindexamen. De school huurde gastdocenten in van Concordia Kunst & Cultuur voor beweging, drama en stemvorming en zang. Ook de workshops over onder meer grime, kostuums en theatertechniek worden door Concordia verzorgd. Coördinator Janneke Aitink: “Het begon kleinschalig met het beschilderen van een deel van de kelder in vrolijke kleuren. Inmiddels beschikt de school over diverse praktijklokalen, een prachtige theaterzaal compleet met kleedkamers en een podium van tien bij tien meter.” En waar de docenten van Concordia aanvankelijk op detacheringsbasis werkten, zijn ze inmiddels in dienst van de school. Dat bleek niet alleen praktischer, maar ook logischer, omdat ze nu deel uitmaken van het docententeam. Welke constructie voor samenwerking een school ook kiest, het belangrijkste is duidelijkheid en goede afstemming, zegt Rass. Maak heldere afspraken over financiën, coördinatie, omgang met leerlingen en tijdsinvestering. “Verwacht de school bijvoorbeeld dat docenten van de culturele instelling ook rapport vergaderingen bijwonen? Dat soort dingen moet je expliciet maken.”
Te elitair
Zoomen Enschede en Den Haag in op drama, het Amersfoortse Prisma College koos juist voor meer disciplines. Vorig schooljaar startte de school met een Expressie & Entertainmentklas (E&E) voor vmboleerlingen van de praktische leerwegen. Leerlingen die
voor E&E kiezen, krijgen zeven uur per week lessen beeldende vorming, muziek, film en multimedia. Daarnaast zijn er projectmiddagen met workshops door kunstenaars en artiesten. Coördinator Geert Smalbrugge: “We willen leerlingen van alles iets meegeven. Bovendien zijn we als vmbo toch al bezig met vakverbreding. De E&E-klas is ontstaan uit zo’n samenwerking tussen de creatieve vakken.” Na één jaar E&E vragen directie en docenten zich wel af of de opzet toch niet te breed is. Wat in de sportklas, een ander profiel van het Prisma College, geen enkel probleem is, blijkt bij cultuur anders, vertelt adjunctdirecteur Jack Prenger. “Als je voetbal leuk vindt, vind je handbal ook leuk. Maar iemand die van tekenen houdt, hoeft muziek niet per se leuk te vinden.” Bij de voorlichting en intake benadrukt de school dat ook, vertelt Smalbrugge. “Als iemand dol op tekenen is, maar niets met die andere disciplines heeft, adviseren we om niet voor E&E te kiezen.”
“Als je voetbal leuk vindt, vind je handbal ook leuk. Maar iemand die van tekenen houdt, hoeft muziek niet per se leuk te vinden.” Adjunct-directeur Jack Prenger van het Prisma College in Amersfoort
20
tekst: Femke Halsema
21
Column
EEN NIEUW MELKMEISJE Het melkmeisje van Vermeer toont ons een stevige en hard werkende vrouw die geconcentreerd een kan melk overgiet. Zij representeert de trots en de eenvoud van het Nederlandse huisleven in het zich langzaam moderniserende Nederland van de gouden eeuw. Volgens sommigen is dit hét beeld van Nederland, dat daarom ook door iedereen bekeken zou moeten worden. Het huidige Nederland wordt al lang niet meer bevolkt door vrome melkmeisjes. Onze samenleving bestaat uit een veelheid aan culturele identiteiten. Dat maakt Nederland een spannend en uitdagend land om in te wonen. Helaas zijn sommige groepen ondervertegenwoordigd in hun bijdrage aan het Nederlandse cultuurlandschap.
Afgelopen jaar telde de E&E-klas 14 leerlingen, te weinig voor een aparte klas. Met 19 leerlingen in dit schooljaar komt die aparte klas er wel. De school bouwt wat meer keuzemogelijkheden in, maar de brede opzet blijft voorlopig. Ook omdat ze de drempel niet te hoog willen maken. Smalbrugge: “We spreken met opzet ook niet over ‘auditie’ en ‘cultuur’. Dat klinkt al gauw te elitair en daar moet je bij onze leerlingen niet mee aankomen.” In Enschede merkten ze dat bij theater cognitieve niveauverschillen nauwelijks van belang zijn. Aanvan kelijk werd na een tweejarige basis vmbo gescheiden van havo/vwo. “Dat bleek helemaal niet te werken”, vertelt Aitink. “Een groep die twee jaar intensief met elkaar opgetrokken was, werd nu ineens uit elkaar gehaald.” Daarom zijn inmiddels de niveaugroepen weer samengevoegd en werkt de school vanaf het derde jaar met gezamenlijke modules over bijvoorbeeld Grieks drama en theatersport.
Hobby
Hoewel de scholen met een theaterklas contacten onderhouden met theater- en mediaopleidingen, fungeert de theaterklas formeel niet als vooropleiding. Maar, zo verwachten de scholen, leerlingen met een theater- of E&E-klas achter de rug, komen wel beter beslagen ten ijs. In Enschede heeft al een eerste lichting Theaterklassers de school afgerond. Enkele van hen hebben gekozen
“Het begon kleinschalig met het beschilderen van een deel van de kelder in vrolijke kleuren. Inmiddels beschikt de school over diverse praktijklokalen een prachtige theaterzaal.” Coördinator Janneke Aitink van het Stedelijk Lyceum in Enschede
voor een culturele vervolgopleiding. Aitink: “Maar het hoeft niet één op één te zijn. Havisten hebben straks bij een opleiding als de pabo of logopedie ook profijt van hun theateropleiding.” In elk geval biedt een theaterklas leerlingen de kans op school met hun hobby bezig te zijn. Iets dat, zo melden alle scholen, hun motivatie en enthousiasme voor school versterkt. Of het bij een leuke hobby zal blijven of dat leerlingen professioneel willen worden, maakt voor het succes van de theaterklas niet uit.
•
Meer informatie • SLO, Astrid Rass
[email protected] Informatie over veldaanvragen: www.slo.nl/org/00009 De publicaties Cultuurprofiel. Het opstellen van een leerplan voor de Theaterklas Dalton Den Haag (2005) en De theaterklas Enschede: een leerplan over de theater opleiding van het Stedelijk Lyceum Kottenpark i.s.m. Concordia Kunst en Cultuur (2005) zijn gratis te bestellen bij: SLO, Secretariaat kunstvakken, Willy Geelhoed
[email protected] T 053-4840 274 U kunt de brochure ook downloaden: www.slo.nl/themas/00025/Map10/00002 of via www.cultuurplein.nl/vo/cultuurbeleid school/cultuurbeleidsplannen • Dalton Den Haag, Cynthia Elsinga
[email protected] • Jeugdtheaterschool Rabarber, May van Rhee
[email protected] www.rabarber.net • Stedelijk Lyceum Kottenpark Janneke Aitink,
[email protected] www.hetstedelijk.nl > locatie kottenpark • Prisma College Geert Smalbrugge
[email protected] www.prisma-college.nl
De overheid probeert de deelname van die groepen aan het culturele leven te bevorderen. Zo ligt er nu een plan, waarbij extra subsidies worden verstrekt aan musea die zich meer gaan richten op jongeren en allochtonen. Ook ik vind dat een belangrijk streven. Maar het is onvoldoende. Museumbezoek alleen is niet maatgevend voor de mate waarin mensen deelnemen aan het culturele leven. Tegenover consumptie staat immers ook participatie. Alleen via actieve deelname aan culturele activiteiten komt de veelzijdigheid van het Nederlandse cultuurlandschap tot zijn recht. Goed cultuuronderwijs op school is een belangrijk middel om de participatie van jongeren aan het culturele leven verder te vergroten. Cultuureducatie draagt bij aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen en jongeren. Cultuur is grensoverschrijdend, wie zich daaraan durft over te geven, wordt geprikkeld op een andere manier te kijken naar de wereld om zich heen. Educatieve cultuurprojecten zetten kinderen en jongeren aan tot nadenken en stimuleren de eigen creativiteit. Daar is echter meer voor nodig dan een verplicht bezoek aan een museum of theatervoorstelling. Binnen het huidige cultuurbeleid worden mensen nog te veel gezien als consumenten van cultuur. Het beleid neemt museumbezoek als uitgangspunt en niet de ontwikkeling van de eigen creativiteit. Ik wil de eigenheid van mensen een veel centralere rol geven. Alleen als mensen de kans krijgen vanuit hun eigenheid en achtergrond zelf bij te dragen aan het culturele leven in hun stad en land, zal het culturele klimaat in Nederland zich verrijken en ontwikkelen. Cultuureducatie moet zich niet alleen tot doel stellen om mensen kennis te laten maken met kunstvormen en cultuuruitingen. Het onderwijs moet juist uitdagen om de eigen creativiteit van jeugd en jongeren te laten spreken. Verschillende uitingen van mensen met verschillende achter gronden kunnen elkaar versterken en leiden tot nieuwe, hedendaagse kunst. Deze nieuwe cultuuruitingen zeggen veel meer over het Nederland van 2006 dan het 350 jaar oude melkmeisje uit Delft.
Femke Halsema foto’s pagina 18 en 20: Presentatie Theaterklas Dalton College (foto: Martin Helleman).
Femke Halsema is fractievoorzitter van GroenLinks in de Tweede Kamer. Als woordvoerder cultuur en media pleit ze voor meer aandacht in het beleid voor de nieuwe Nederlanders. Cultuuronderwijs kan een belangrijke rol spelen in het ontdekken en ontstaan van nieuwe uitingsvormen.
22
Conferentie mediaen filmeducatie
Voor docenten van het voortgezet onderwijs vindt er op 25 en 26 oktober in Amsterdam de internationale media- en filmeducatieconferentie Encounter Visual Literacy plaats. Er wordt ingegaan op vragen als: hoe maak je een animatiefilm? Wat is digital story telling? Hoe kun je met je klas beeldmateriaal recenseren en monteren? Verschillende opvattingen over media-educatie en mediawijsheid in diverse landen staan centraal. De conferentie bestaat uit lezingen en workshops. MEER INFORMATIE en AANMELDEN: www.klg.nl/atc KOSTEN: €150,- voor beide dagen €100,- voor één dag DOWNLOADEN: Het verslag van de conferentie is vanaf december te downloaden via www.ecayp.net
Ditjes & Datjes
Culturele diversiteit in muziek- en danseducatie
Architectuurinstituut (NAi), de bond van Nederlandse architecten en een vereniging van woningbouw De grenzen tussen landen en hun culturen zijn steeds meer aan het corporaties, is bedoeld om het vervagen. En al heel lang beïnvloethema Architectuur te introduceren bij kinderen van 8 tot 12 jaar. Een den muzikanten en dansers uit verschillende culturen elkaar. De muziek kunst- of techniekproject op school en dans zijn zo een voorbeeld voor of nieuwbouwplannen van de geeen multiculturele samenleving. meente of woningbouwcorporatie Maar hoe zit het dan met authentici- kunnen de aanleiding vormen om teit? En beperkt deze uitwisseling kinderen met architectuur in aan raking te brengen. Het lespakket niet de eigen creativiteit? Cultural Diversity in Music Education (CDIME), bestaat uit een handleiding en een een netwerk van instellingen en per- dvd of video. sonen actief op het gebied van mu- MEER INFORMATIE: Afdeling Educatie NAi ziekeducatie, organiseert van 13 tot T 010-4401 200 en met 16 december de conferentie BESTELLEN en KOSTEN: www.naibooksellers.nl MOVING ON- embodied cultures Kosten: €14,- inclusief verzendkosten in transcultral music and dance education in Rotterdam. MEER INFORMATIE en AANMELDEN: www.cdime-network.com/cdime KOSTEN: Variërend van €75,- tot €225,- afhankelijk van aantal dagen en datum aanmelding.
Digitale kennismaking Middeleeuwen
Leren door te doen, en dan ook nog in de vorm van een spel. Sinds 1 Leermiddelen Kunst & Culseptember kunnen leerlingen uit de tuur nieuwe onderbouw onderbouw van het voortgezet onCulturele chipknip In het kader van de nieuwe onderderwijs online een spel spelen dat voor jongeren bouw in het voortgezet onderwijs hen bekend maakt met de Middelzijn nieuwe leermiddelen ontwikkeld Alle scholieren in het voortgezet eeuwen. Dit wordt gedaan aan de voor Kunst & Cultuur. Voor het eerste onderwijs krijgen vanaf het schooljaar 2008-2009 een cultuurkaart als hand van het oorkondespel. Hebben leerjaar vmbo is er het lespakket we nu bonnetjes bij onze aankopen, De stad. Binnen dit lespakket komen vervanging van de huidige cultuur vroeger waren dat oorkondes. De vouchers waarmee zij korting of alle kunstdisciplines aan bod. Zo leerlingen moeten eerst de oorkongratis toegang krijgen in een mukunnen leerlingen bij muziek een des opruimen. Ze kunnen deze seum, theater of bioscoop. Minister songtekst schrijven over hun stad, onderbrengen bij vier categorieën: Van der Hoeven maakte dit afgelobij tekenen gaan ze op zoek naar beroepen, klooster, heiligen en graffiti of maken ze zelf een ontwerp pen augustus op de Uitmarkt in armen/zieken. Als ze hiermee klaar en bij dans wordt onderzoek gedaan Amsterdam bekend. “Jongeren zijn, moeten ze de oorkondes in zouden nog meer bij cultuur benaar streetdance. de juiste periode gaan plaatsen. trokken moeten worden dan nu al De kunst van het verhaal heet het gebeurt. Het gaat mij daarbij om alle Spelenderwijs doen zij informatie lespakket voor het tweede leerjaar culturele instellingen”, aldus de min- op over het leven en werken in de havo/vwo. Het is gebaseerd op het Middeleeuwen. concept van de story: een uitdagen- ister. INFORMATIE: Het totaal van de jaarlijkse tegoeden MEER de, betekenisvolle opdracht, die Het digitaal oorkondespel is te spelen op op de kaart wordt in ieder geval www.cartago.nl, onder onderwijs aansluit bij de leefwereld van de hoger dan het totaalbedrag van leerlingen. Bijvoorbeeld: een ziekende huidige cultuurvouchers. Maar Dag van het huis wil een muurschildering in de de cultuurkaart is ook een open literatuuronderwijs ontvangstruimte en heeft de school systeem. Bovenop het tegoed van BulkBoek organiseert samen met de gevraagd hiervoor een wedstrijd te OCW zouden bijvoorbeeld ook geStichting Schrijvers School en Samenorganiseren. De leerlingen gaan in meenten, ouders of multinationals leving, op 1 november 2006 in de groepen met deze opdracht aan de een bijdrage kunnen doen. Doelen te Rotterdam, de Dag van slag, om de wedstrijd te organisehet Literatuuronderwijs. Dit is ren, de publiciteit te regelen en de Lespakket Droomhuizen een tweejaarlijks symposium voor muurschilderingen te maken. Bij dit en Luchtkastelen docenten Nederlands, docenten project hoort de website www.kunstKinderen hebben een natuurlijke link moderne vreemde talen en profescultuur.nl. Er geldt een minimale met architectuur: ze tekenen huizen, sioneel geïnteresseerden. Deel afname van dertig leerling-pakketbouwen met lego en blokken of ze nemers kunnen lezingen, masterten, zolang de voorraad strekt. kleien een huis. Het lespakket classes en workshops bijwonen. BESTELLEN en KOSTEN: www.onderbouw-vo.nl > Leermiddelen Droomhuizen en Luchtkastelen, Docenten maken kennis met de €15,- per leerlingenpakket ontwikkeld door het Nederlands
23
nieuwste ontwikkelingen op het gebied van literatuuronderwijs. Ze krijgen praktische informatie, waaronder het Handboek Literatuuronderwijs 2006/2007, en bovendien de gelegenheid om kennis en ideeën uit te wisselen met vakgenoten en collega’s. MEER INFORMATIE en KOSTEN: www.bulboek.net/dlo €115,-
Verslag Koers cultuureducatie primair onderwijs
Vertegenwoordigers uit het onderwijs, cultuur en overheid kwamen op 29 juni bij elkaar in Muziekcentrum Vredenburg in Utrecht om te praten over de toekomst van cultuureducatie in het basisonderwijs. Op deze bijeenkomst, getiteld Koers cultuureducatie primair onderwijs, pleitte Janna Voogd, senior consultant Edu Design, voor het leren in uitdagende contexten waarbij de samenhang tussen verschillende leergebieden wordt benadrukt. Ton Bevers, pro fessor bij het Erasmus Centre for Art and Culture, wees echter op de gevaren van deze benadering. Kinderen moeten wel onderwezen worden. Ze kunnen niet alles zelf ontdekken. Bovendien kunnen uitdagende leeromgevingen ook zorgen voor concentratieverlies. Het verslag geeft een mooi beeld van de kernpunten en aanbevelingen van de verschillende partijen.
Ditjes & Datjes
samenwerken met andere partners zijn processen die vaak veel tijd en energie kosten. Op de conferentie Cultuur leert anders op 7 december 2006 in De Reehorst in Ede worden deze ervaringen door schoolleiders, docenten en samenwerkings partners uitgewisseld en kan erover worden gediscussieerd. MEER INFORMATIE: www.kpcgroep.nl/cultuurprofielscholen
Tentoonstelling over Marokko
Kinderen van Marokkaanse afkomst in de klas, de Marokkaanse groentewinkel. De gemiddelde Nederlander komt dagelijks in aanraking met deze cultuur. Vandaar ook dat het Wereldmuseum Rotterdam vanaf 5 oktober 2006 de tentoonstelling Focus Marokko opent. Deze tentoonstelling gaat over de schoonheid en diversiteit van het Marokkaanse cultureel erfgoed. Vanaf januari 2007 zal Focus Marokko vier jaar door Nederland reizen. Bij de tentoonstelling horen twee, gedeeltelijk online, onderwijsprogramma’s. Eén voor de basisvorming aansluitend bij maatschappijleer, geschiedenis en aardrijkskunde en één voor de bovenbouw havo/vwo aansluitend bij het vak CKV 1. MEER INFORMATIE: www.FocusM.wereldmuseum.nl
1,2 miljoen extra voor cultuureducatie
Minister Maria van der Hoeven van OCW heeft per 1 augustus 1,2 miljoen euro extra ter beschikking gesteld voor cultuureducatie. Dit Slotconferentie meldde de minister op 22 juni op Cultuurprofielscholen In totaal 44 scholen hebben de afge- de Dag van de Cultuureducatie in het Museon te Den Haag. Het geld lopen twee jaren een ontwikkeling richting cultuurprofielschool doorge- wordt ingezet voor bijzondere en maakt. Ze hebben het cultuurprofiel vernieuwende cultuureducatieve stevig verankerd in het schoolbeleid projecten met een landelijke voorbeeldwerking. en de schoolpraktijk. De meeste scholen hadden ambitieuze plannen Maximaal 120 projecten kunnen worden gehonoreerd. Culturele die zij meestal ook konden realiseren. De subsidie van OCW heeft hen diversiteit en talentontwikkeling daarvoor een extra impuls gegeven. zijn specifieke aandachtspunten. Culturele instellingen en scholen uit Tegelijkertijd merkten scholen dat het primair en voortgezet onderwijs sommige plannen té ambitieus kunnen aanvragen indienen, mits waren: het ontwikkelen van een zij samen optrekken. samenhangend programma, het De uitvoering van de regeling is in creëren van draagvlak en het DOWNLOADEN: www.cultuurnetwerk.org/publicaties/pdf/ Verslag_koerscepo.pdf
handen van de Mondriaanstichting en het Fonds Amateurkunst en Podiumkunsten. Het overkoepelende thema van de Dag van de Cultuureducatie, was dit jaar Jongeren. Andere sprekers waren Kurt van Eeghem, Vlaamse presentator, en Anne Bamford, onderzoeker naar cultuureducatie in 60 landen. Daarnaast waren er luister-, discussie- en belevings sessies. Op de site van Cultuur netwerk is het verslag beschikbaar. MEER INFORMATIE: www.mondriaanstichting.nl/cultuur
DOWNLOADEN:
www.cultuurnetwerk.org/dagvandece.asp
Conferentie over visuele geletterdheid
Bij conferentie Kijken kun je leren die de SLO en de Radboud Universiteit op 16 november organiseert in het Louis Hartlooper Complex in Utrecht staat visuele geletterdheid centraal. Leerlingen besteden op school veel tijd aan het leren lezen en schrijven. Taal en tekst spelen een belangrijke rol. Aan het analyseren en zelf maken van beelden wordt maar weinig tijd besteed. Maar leren kijken is belangrijk, leerlingen moeten visueel geletterd worden. Tijdens de conferentie worden de resultaten van een tweejarig project over visuele geletterdheid gepresenteerd. Docenten vertellen over hun ervaringen met het gebruik van beelden in de klas en deelnemers maken tijdens workshops kennis met de uitgangspunten van visuele geletterdheid en het ontwikkelde lesmateriaal. Professor dr. Anneke Smelik van de Radboud Universiteit presenteert haar visie op het belang van visuele geletterdheid in het onderwijs. De studenten Sanne van der Hagen en Sammy Frankenhuis doen verslag van hun inventarisatie van onderzoek naar de effecten van nieuwe media op jongeren. De conferentie is vooral interessant voor docenten onderbouw VO, zij hebben dan ook voorrang bij inschrijving. U kunt zich tot 25 oktober aanmelden bij SLO. AANMELDEN en KOSTEN:
[email protected] €125,-
illustratie: Jeroen de Leijer
24
Contactpersonen
CONTACTPERSONEN CULTUUR EN SCHOOL BIJ U IN DE BUURT Wilt u meer weten over de diverse activiteiten die bij u in de buurt worden ondernomen in het kader van het project Cultuur en School, dan kunt u contact opnemen met één van de volgende personen. Zij kunnen u naar de juiste instanties doorverwijzen.Voor algemene informatie kunt u bellen met het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, directie kunsten, Nellie Broerse, T 070-4122 149.
HET NOORDEn Provincie Drenthe Hanka Otte T 0592-365 609
[email protected] Provincie Fryslan Mark Stuijt T 058‑2925 797 Lamijne Plat T 058-2925 201
[email protected] Provincie Groningen Francisca Martens T 050-3164 033 p.f.h.martens@ provinciegroningen.nl Gemeente Emmen Frans Meerhoff T 0591-685 818
[email protected] Gemeente Groningen Douwe Zeldenrust T 050-3676 258 d.zeldenrust@ ocsw.groningen.nl Gemeente Leeuwarden Luciënne Ooijman T 058-2338 225
[email protected]
HET ZUIDEN Provincie Limburg Jos Stalmeijer T 043-3897 111
jhm.stalmeijer@ prvlimburg.nl Provincie Noord‑Brabant Jeroen Mulder T 073-6812 903
[email protected] Provincie Zeeland Nathalie Jansen T 0118-631 033
[email protected] Jan Leendert Verduijn T 0118–631 308
[email protected] Gemeente Breda Max van Alphen T 076-5293 658
[email protected] Gemeente ‘s-Hertogenbosch Rogier Gerritsen T 073-6155 814
[email protected]
Jan Bessems T 043-3505 461
[email protected] Gemeente Tilburg Edwin Koole T 013-5429 238
[email protected]
HET WESTEN
Gemeente Leiden Megchel van Es T 071-5165 251
[email protected]
Gemeente Zaanstad Provincie Noord‑Holland Karin Schuurman Ellen Koning T 075-6816 410 T 023-5143 612
[email protected] HAARLEM Robert Oosterhuis
[email protected] T 075-6552 393 Provincie Zuid‑Holland Gemeente Zoetermeer Linde Gispen Marjo Worms T 070-4418 119 T 079-3469 136
[email protected] [email protected] Gemeente Alkmaar Rob Bangert T 072-5488 127
[email protected]
Gemeente Eindhoven Gemeente Delft Hanneke Wiersma Josephine Busch T 040-2382 769 T 015-2602 685
[email protected] [email protected] Gemeente Heerlen Marie-José van der Weerden Gemeente Dordrecht Charlotte Hegeman T 045-5604 548 T 078-6393441 m.van.der.weerden@
[email protected] heerlen.nl Gemeente Maastricht Paul Lambrechts T 043-3505 447 paul.lambrechts@ maastricht.nl
Gemeente Haarlemmermeer Liesbeth Staal T 023-5676 716
[email protected]
Gemeente Haarlem Noortje Benne T 023-5115 732
[email protected]
HET OOSTEN Provincie Gelderland Patricia van der Haak T 026-3599 289 p.vander.haak@ prv.gelderland.nl
Gemeente Arnhem Annemieke Vervoort Afdeling CEWES T 026-3774 863 annemieke.vervoort@ arnhem.nl Gemeente Enschede Gerrit Dogger T 053-4817 910
[email protected] Gemeente Hengelo Klaske Buis T 074-2459 932
[email protected] Gemeente Nijmegen Yvonne Lindsen T 024-3292 980
[email protected] Gemeente Zwolle Ruth Prummel T 038-4983 373
[email protected] Gemeente Ede Rita Landaal T 0318-680 597 rita.landaal–
[email protected]
Provincie Overijssel Rianne Brouwers Eenheid Zorg en Cultuur T 038-4251382
[email protected] Provincie Flevoland Charlotte Leech Gemeente Apeldoorn T 0320-265 685 Miranda van Drie
[email protected] T 055-5802 251
[email protected] Provincie Utrecht Mirjam Cloo
HET MIDDEN
T 030-2582 428 mirjam.cloo@ provincie-utrecht.nl Gemeente Almere Saskia de Werdt T 036-5277 767
[email protected] Gemeente Amersfoort Charles Rijsbosch T 033-4694 798
[email protected] Gemeente Utrecht Liesbeth van Droffelaar T 030-2862 683
[email protected]
AMSTERDAM Gemeente Amsterdam Nico van Rossen T 020-5523 632 n.van.rossen@ dmo.amsterdam.nl
DEN HAAG Gemeente Den Haag Diane Scheenstra T 070-3532 540 d.m.scheenstra@ ocw.denhaag.nl
ROTTERDAM Gemeente Rotterdam Sara van Eijk T 010-4179 015
[email protected]