bulletin Cultuur & School # 49 november 2007
Kunst & cultuur op het mbo
GRATIS ABONNEMENT • Gratis abonnement Bulletin Cultuur & School: www.cultuurplein.nl, kies Onderwijstype > Tijdschriften > Bulletin C&S > Aanvraag Bulletin Cultuur & School • Opgeven Katern Primair Onderwijs: mail uw naam, adres en telefoonnummer naar
[email protected] • Adreswijzigingen kunnen ook naar bovenstaand adres worden gemaild. Het project Cultuur en School Cultuur en School wil de samenwerking tussen culturele instellingen en scholen op het gebied van cultuureducatie een flinke impuls geven. Cultuur en School beoogt: • leerlingen in contact te brengen met verschillende cultuuruitingen; • scholen te stimuleren meer gebruik te maken van hun culturele omgeving; • cultuur ook een plaats te geven in andere vakken dan de kunstvakken, zoals in geschiedenis, techniek en de talen; • culturele instellingen te stimuleren hun aanbod beter af te stemmen op de behoeften uit het onderwijs.
Bulletin Cultuur & School november 2007, jaargang 10, nummer 49 Bulletin Cultuur & School wordt eens per twee maanden uitgegeven door Cultuurnetwerk Nederland op initiatief van het project Cultuur en School. Het Katern Primair Onderwijs wordt drie keer per jaar meegestuurd met het Bulletin Cultuur & School aan de doelgroep en aan geïnteresseerden die zich hiervoor hebben opgegeven. Hoofdredactie Marthe Bauwens Eindredactie Maaike Severijnen Als u teksten uit deze uitgave wilt overnemen, neem dan contact op met de redactie van Bulletin Cultuur & School.
Aanduiding Op verzoek van verschillende docenten staat in de inhoudsopgave achter elk artikel voor welke doelgroep in het onderwijs het artikel extra van belang is. PO staat daarbij voor primair onderwijs, VO voor voortgezet onderwijs en AO voor alle typen onderwijs (inclusief bijvoorbeeld PABO) en BVE. Ontwerp en opmaak Kummer & Herrman, Utrecht
Redactiesecretariaat Cultuurnetwerk Nederland Postbus 61 3500 AB Utrecht T 030 – 2361 200 F 030 – 2361 290
[email protected]
4
Informantennetwerk De redactie van Bulletin Cultuur & School wordt door een informantennetwerk op de hoogte gehouden van ontwikkelingen in de culturele sector en in het onderwijs. Dit netwerk bestaat uit mensen uit diverse doelgroepen, verspreid over het hele land. Mocht u zelf een interessant onderwerp weten voor het blad, dan kunt u zich wenden tot de hoofdredacteur:
[email protected]
7
pagina 10
Druk Libertas, Bunnik
Aan dit nummer werkten mee Anja Geldermans, Heleen de Groot, Dieuwertje Komen, Jeroen de Leijer, Annette Lubbers, Jan-Pieter Maaijwee, Jan van Muilekom, Bea Ros, Maaike Severijnen, Anita Twaalfhoven.
10
ISSN nummer 1387 – 6422
16
Contactpersonen cultuur en school bij u in de buurt
Wilt u meer weten over de diverse activiteiten die bij u in de buurt worden ondernomen in het kader van het project Cultuur en School, dan kunt u contact opnemen met één van de volgende personen. Zij kunnen u naar de juiste instanties doorverwijzen. Voor algemene informatie kunt u bellen met het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, directie kunsten, Nellie Broerse, T 070-4122 149.
18 pagina 16
HET NOORDEn Provincie Drenthe Hanka Otte
[email protected] Provincie Fryslan Mark Stuijt Lamijne Plat
[email protected]
Provincie Noord‑Brabant Jeroen Mulder
[email protected] Provincie Zeeland Nathalie Jansen
[email protected] Jan Leendert Verduijn
[email protected] Gemeente Breda Max van Alphen
[email protected]
Provincie Groningen Nanny Faber
[email protected] Gemeente ‘s-Hertogenbosch Rogier Gerritsen Gemeente Emmen
[email protected] Frans Meerhoff
[email protected] Gemeente Eindhoven Hanneke Wiersma Gemeente Groningen
[email protected] Douwe Zeldenrust d.zeldenrust@ocsw. Gemeente Heerlen groningen.nl Marie-José van der Weerden m.van.der.weerden@ Gemeente Leeuwarden heerlen.nl Luciënne Ooijman
[email protected] Gemeente Maastricht Paul Lambrechts
[email protected] Jan Bessems Provincie Limburg
[email protected] Jos Stalmeijer
[email protected] Gemeente Tilburg Edwin Koole
[email protected]
HET ZUIDEN
HET WESTEN
Gemeente Zaanstad Karin Schuurman Provincie Noord‑Holland
[email protected] Ellen Koning Robert Oosterhuis
[email protected] Provincie Zuid‑Holland Linde Gispen
[email protected] Gemeente Alkmaar Rob Bangert
[email protected] Gemeente Delft Josephine Busch
[email protected] Gemeente Dordrecht Charlotte Hegeman
[email protected]
Gemeente Zoetermeer Marjo Worms
[email protected]
Gemeente Utrecht Liesbeth van Droffelaar
[email protected]
Gemeente Nijmegen Yvonne Lindsen
[email protected]
AMSTERDAM
HET OOSTEN
Gemeente Zwolle Ruth Prummel
[email protected]
Provincie Gelderland Patricia van der Haak p.vander.haak@ prv.gelderland.nl
Gemeente Ede Ankie van de Kruijs
[email protected]
Provincie Overijssel Rianne Brouwers Eenheid Zorg en Cultuur Provincie Flevoland
[email protected] Guy Smit
[email protected] Gemeente Apeldoorn
HET MIDDEN
Gemeente Haarlem Noortje Benne
[email protected]
Miranda van Drie
[email protected]
Gemeente Haarlemmermeer Liesbeth Staal
[email protected]
Gemeente Arnhem Annemieke Vervoort Afdeling CEWES annemieke.vervoort@ arnhem.nl
Gemeente Leiden Megchel van Es
[email protected]
Gemeente Hengelo Klaske Buis
[email protected]
Gemeente Enschede Gerrit Dogger
[email protected]
Provincie Utrecht Mirjam Cloo mirjam.cloo@ provincie-utrecht.nl Gemeente Almere Saskia de Werdt
[email protected] Gemeente Amersfoort Charles Rijsbosch
[email protected]
21
Gemeente Amsterdam Nico van Rossen n.van.rossen@ dmo.amsterdam.nl
DEN HAAG Gemeente Den Haag Diane Scheenstra d.m.scheenstra@ ocw.denhaag.nl
22
ROTTERDAM
24
Gemeente Rotterdam Sara van Eijk
[email protected] pagina 18
Foto cover: Dieuwertje Komen. Leerlingen van het ROC Midden Nederland en studenten van het eerste jaar Kunst en Cultuur Amusement spelen de voorstelling Metrostation Vondellaan, als jij de weg niet vindt, dan vindt de straat hem wel.
Inhoud
ARTIKEL IS ER EEN MAGISCH MOMENT IN JE LES? Leraren en kunstenaars kijken bij elkaar in de keuken Drie oud-rectoren en de gemeente Eindhoven zijn het project Onderwijs=Kunst gestart. Door leraren en kunstenaars met elkaar in contact te brengen, willen ze onderzoeken wat kunst kan doen voor het leraarschap. [AO] NIEUWE MEDIA MAKEN OMGEVINGSONDERWIJS SPANNEND Nieuwe media bieden veel mogelijkheden om leerlingen hun culturele omgeving te laten ontdekken. Maar is een gewone les eigenlijk niet efficiënter dan met een MP-3 speler door de stad lopen? [AO] COVERSTORY MBO HEEFT WERELD VAN KUNST, CULTUUR EN MEDIA VEROVERD Het aantal kunstvakopleidingen en cultuureducatieve projecten in het mbo is de afgelopen jaren sterk gegroeid. Maar hoe ziet de toekomst eruit, nu het Platform MBO Kunstonderwijs en de subsidie zijn gestopt? [BVE] KINDEREN KOPEN KUNST Dankzij het project Kinderen kopen kunst kunnen kinderen van 5 tot 18 jaar een eigen kunstwerk aanschaffen. Het project loopt eind oktober in drie musea. [AO] UIT HET PROJECTLOKET MORGENSTERREN: EEN ROTTERDAMSE NACHTWACHT In het project Morgensterren hebben meiden uit de Rotterdamse wijk Lombardijen hun eigen Nachtwacht gemaakt. Voor sommigen was dat zo inspirerend dat ze verder willen gaan met schilderen. [VO] COLUMN KRUISBESTUIVING! Jan van Muilekom, voorheen directeur van het Utrechts Centrum voor de Kunsten en nu rector van het Vossius Gymnasium in Amsterdam, roept scholen en culturele instellingen op eens wat vaker over elkaars schutting te kijken. [VO] DITJES EN DATJES ‘Weetjes’ voor en door de lezer [AO] OPINIE Cultuurcoördinator Guus Reith pleit ervoor leerlingen bij de juiste toneelvoorstelling te krijgen. Fred Teunissen vindt de cultuursector teveel op zichzelf gericht. [AO]
tekst: Annette Lubbers
Leraren en kunstenaars kijken bij elkaar in de keuken
Is er een magisch moment in je les? Een film. Een groep mensen zit om een tafel in een repetitieruimte van het Zuidelijk Toneel. Ze praten na over een project waaraan ze hebben deelgenomen. In het project, Onderwijs=Kunst, hebben leraren en kunstenaars uit Eindhoven met elkaar samengewerkt en gefilosofeerd over de parallellen in hun vak. Stills: Magisch Moment.
Lerares A:
“Het project maakt heel veel los bij mij. Maar ik vraag me af waar het toe moet leiden.” De toneelregisseur:
“Ik denk dat dit genoeg is, het feit dat het dingen losmaakt, het feit dat je als twee beroepsgroepen bij elkaar gezet wordt, ik vind het voldoende en een enorme zoektocht waard.” Lerares B:
“Ik heb wel de behoefte om dit ook naar mijn collega’s te brengen.” De toneelregisseur:
“Ik ben zo allergisch voor die papiertjes, die illusies….” Lerares B:
“Ja, maar ik zou het project zo graag op een andere, een originelere manier groter willen maken.” Toneelregisseur (wijst naar de camera):
“Dáár, dáár is de camera, dan kan je nu proberen te verwoorden aan je collega’s, aan je directeur wat je ze zou willen zeggen.” Lerares B (kijkt wat aarzelend in de camera):
“Ik zou zo graag willen dat mijn collega’s ook zo geïnspireerd kunnen worden. En de gelegenheid krijgen om in de keuken van anderen te kijken waardoor ze zelf weer een drive krijgen om ervoor te gaan. Ja, dat is wat ik ze wil zeggen.”
Het is niet alleen een mooie scène uit de film Magisch Moment van regisseur Suzanne Raes, maar ook een heel treffende. Want het laat precies zien wat het doet met leraren en kunstenaars als ze hun vak met elkaar gaan vergelijken: de bevlogenheid wordt ontleed en – opnieuw – ontdekt.
Magisch Moment
Drie oud-rectoren en de gemeente Eindhoven staan aan de wieg van Onderwijs = Kunst, leraren spreken met kunstenaars. Teun Abbenhuis, Bert Ramakers en Paul van der Grinten spreken en filosoferen al geruime tijd met elkaar over hun vak. Nu gaat het over de vraag wat kunst kan doen voor het leraarschap. Het werd de initiatiefnemers namelijk de laatste jaren steeds meer duidelijk dat er interessante parallellen bestaan tussen het vak van de leraar en dat van de kunstenaar. Abbenhuis: “Wij zeggen: een leraar is vergelijkbaar met een kunstenaar. En onderzoek nu maar eens wat er gebeurt tussen de kunstenaar en zijn publiek en tussen leraar en leerling. Bekijk eens of daar overeenkomsten in zijn.” Uitgangspunt van die vergelijking is dat er in de driehoek: leraar, leerling en leerstof enerzijds en die van de kunstenaar, publiek en kunstwerk anderzijds een vergelijkbare dynamiek plaatsvindt. Zoals de leraar wil dat door de manier waarop hij de lesstof aanbiedt er bij de leerling een inzicht of begrip doorbreekt, wil de kunstenaar dat het publiek zijn kunstwerk begrijpt. Beiden willen een ‘Magisch Moment’ bij de ander teweegbrengen. De hamvraag in dit project was: Hoe doe je dat nu eigenlijk?
Bij elkaar in de keuken kijken
Zo kwam het dat er op een dag dit voorjaar een groep leraren van alle denkbare onderwijsrichtingen uit Eindhoven en een groep kunstenaars uit die stad, elkaar voor het eerst ontmoetten. Artistiek leider Mathijs Rümke van het Zuidelijk toneel, directeur Charles Essche van het Van Abbemuseum, dirigent Lucas Vis, het waren niet de minste namen die zich aan dit initiatief committeerden.
Samen met beeldend kunstenaars, een choreografe en bijvoorbeeld een ontwerper van Philips producten namen ze ieder een groep leraren onder hun hoede. Ze nodigden hen uit in hun ateliers en bij hun repetities en later gingen de kunstenaars bij de leraren mee de klas in. Van de gemeenten kregen deelnemende leraren drie maanden vrij toegang in de theaters en musea van de stad. Na een bezoek aan een natuurkundeleraar die acht uur achtereen heeft lesgegeven verzucht choreografe Pauline Roelants: “Die herhaling, die vastgestelde dingen. In september weet je als leraar al dat je op 12 februari een toets moet doen van hoofdstuk 6 paragraaf 3 tot en met 8. Het is allemaal al zo van te voren bepaald in het onderwijs, het onverwachte wordt steeds meer weggehaald.” Dat is een parallel met een uitvoe rend kunstenaar: die danst ook iedere avond dezelfde dans, voegt ze eraan toe. “Dit project gaat over het eindig maken van inspiratie.” “Hoe kun je het onverwachte binnenhalen?” wil regisseur Rümke weten. “Zijn jullie je ervan bewust hoe je een klas binnenkomt?” Een lerares antwoordt dat ze dat inderdaad is, bijvoorbeeld als het niet goed gaat in een klas, en ze dan voor het begin van de les bij de deur gaat staan en iedereen een hand geeft. Een groep leraren kreeg van Rümke het gedicht Over de dorpen van Peter Handke; ”Beslis alleen met hartstocht, misluk rustig en bewandel zijwegen, neem vooral de tijd”, suggereert Handke in zijn gedicht, en zet daarmee de deur open voor het onverwachte. Een van de leraren: “Wat er gebeurde was dat we direct op een ander spoor zaten en niet meer in de dagelijkse praktijk.” De regisseur: “Als ik evenveel handleidingen krijg over toneel maken als een leraar over hoe hij moet lesgeven, zou ik helemaal vast komen te zitten. Als ik geen magie creëer in mijn voorstellingen, dan kan ik hem nog zo volgens het boekje maken, maar dan is er geen bal aan. Eigenlijk zou een schooldirecteur zijn mensen dáár naar moeten vragen.”
De kern: leraar en leerling
Door leraren en kunstenaars op deze manier met vragen te laten spelen: Is er een magisch moment in je lessen? Hoe kun je zorgen dat een inzicht doorbreekt? hopen de initiatiefnemers van dit project dat de ver houding leraar-leerling in het onderwijs weer centraal komt te staan. Ramakers: “Wat is de kern waar het om gaat? Wij komen steeds terug op datgene wat er gebeurt in die relatie tussen leraar en leerling. We zien een absoluut maatschappelijk ongenoegen over het onderwijs. Wij denken dat dat komt omdat we zijn kwijtgeraakt waar het in het onderwijs ook alweer precies om ging: om de relatie tussen leraar en leerling en wat er daar aan inzichten kan ontstaan, waar een kind de rest van z’n leven aan werkelijke inzichten iets aan heeft en mee weg loopt.” Abbenhuis vult aan: “Als de kern dat is wat zich afspeelt tussen leraar en leerling, dan zoek je een context waarin vergelijkbare dingen gebeuren. En dat is een kunstenaar met zijn kunstwerk en een kunstenaar met zijn publiek. Ik denk dat er geen vergelijking denkbaar is die er zo dicht bij in de buurt komt. Wij onderzoeken dat. Een van
Magisch Moment: Een belangrijke culturele of leerervaring, een die een leven lang bijblijft. Het is vaak een klikervaring, een ervaring waarin ineens een inzicht doorbreekt dat zijn sporen voor altijd zal achterlaten. Dat moment heet in de muziek: The Blue Note, in het Duits Dass Gewissene Etwas, Het Magisch Moment.
illustratie: Jeroen de Leijer
tekst: Anja Geldermans
Over de dorpen
Still: Magisch Moment.
de manieren is door kunstenaars en leraren met elkaar aan de slag te laten gaan in kleine groepjes. Met al deze initiatieven hopen we uit te komen op een nieuwe visie op leraren en hun vakmanschap, en ook op maatregelen die ruimte geven aan dat wat er tussen de leraar en leerling afspeelt.”
Speel het spel. Breng je werk in gevaar. Wees niet de hoofdpersoon. Zoek de confrontatie. Maar doe het onopzettelijk. Vermijd bijbedoelingen. Verzwijg niet. Wees week en sterk. Wees slim, steek je nek uit en veracht de overwinning. Kijk niet toe, bewijs niets, maar blijf met alle tegenwoordigheid van geest open voor tekens. Laat je ogen zien, laat de anderen erin kijken, zorg voor ruimte en beschouw ieder in zijn eigen perspectief. Beslis alleen met hartstocht. Misluk rustig. Neem vooral de tijd en bewandel zijpaden. Laat je afleiden. Neem om het zo te zeggen vakantie. Houd je niet doof voor geen boom voor geen water. Trek jezelf terug in jezelf als je daar zin in hebt en gun je de zon. Vergeet de mensen in je naaste omgeving, verstevig je banden met onbekenden, buig je over bijzaken, wijk uit naar de verlatenheid, vermoord het noodlotdrama, veracht het ongeluk, analyseer het conflict. Neem je eigen kleur aan tot je in je gelijk staat en het ruisen van de bladeren zoet wordt. Loop stilzwijgend langs de dorpen. Ik volg je. Peter Handke
Deining
Wat betreft de drie initiatiefnemers is deze film de eerste kring in het water. Bij de opening van de Nationale Onderwijs Week is de film officieel in première gegaan in bijzijn van staatssecretaris Sharon Dijksma (Onderwijs) waarna studenten van pabo’s en lerarenopleidingen uit alle delen van Nederland debatteren over de aantrekkelijk heid van het leraarsberoep. Vanaf dan zal de film en het gedachtegoed van de initiatiefnemers via Interne Cultuur Coördinatoren, hun trainers, pabo’s en allerhande andere netwerken in het onderwijs over het land uitwaaieren. Na deze eerste kring in het water volgen er nog meer. Er volgt bijvoorbeeld ook een publicatie van cultuurfilosoof Paul Kuypers. Hij schrijft een essay over de discussies die hij voerde met een groep wetenschappers uit heel verschillende disciplines over de vraag of en hoe onderwijs vergelijkbaar is met kunst en hoe de verhouding leraar leerling weer centraal kan komen te staan. Scompany, een studentenbedrijf van de Hogeschool voor Journalistiek en Communicatie uit Utrecht verricht onderzoek in dit kader. Al deze stenen moeten voor nieuwe grotere kring en in de vijver gaan zorgen. Dan begint het wachten op de deining.
•
Nieuwe media maken omgevingsonderwijs spannend MEER INFORMATIE • De film Magisch Moment, een ontmoeting met gevolgen gaat over het Eindhovens project Onderwijs=Kunst waarin 27 leraren (PO, VO, SO, BVE) en 13 kunstenaars bij elkaar in de keuken kijken. Die film is gemaakt in opdracht van het ministerie van OCW met als doel te laten zien wat kunst kan doen met het leraarschap. De film duurt 25 minuten en is te bestellen via www.houdenvanleren.nl. Daar is ook meer informatie te vinden over het gedachtegoed en de plannen van de initiatief nemers (bij het ter perse gaan van dit Bulletin Cultuur en School is de site nog in aanbouw). • Meer weten over de opening van de Nationale Onderwijs Week: http://onderwijsweek.kennisnet. nl.
MEER INFORMATIE • Het debat van 4e jaars studenten met onder andere de bewinds lieden van Onderwijs over het imago van het leraarsberoep wordt digitaal uitgezonden door Teleac/NOT via Nederland E. http://www.teleac.nl/nederlande/index.jsp
EERDER VERSCHENEN ARTIKEL IN BULLETIN CULTUUR & SCHOOL OVER DIT ONDERWERP: Nummer 7, 1999: Charisma, overeenkomsten en verschillen tussen kunstenaars en leraren. Dit is te downloaden via: www. cultuurplein.nl > onderwijssoort > tijdschriften > Bulletin Cultuur & School
Opdrachten maken in de stad aan de hand van het navigatie systeem van je mobieltje. Of met een MP-3 speler langs bijzondere locaties en daar digitale foto’s en filmpjes maken. Nieuwe media bieden enorm veel mogelijkheden om de eigen culturele omgeving te ontdekken. Maar is het geven van een gewone les eigenlijk niet veel efficiënter?
In juni van dit jaar trokken groepjes leerlingen al gamend door Amsterdam. Gewapend met mobieltjes waarop een kaart stond van de middeleeuwse stad streden de leerlingen van verschillende scholen voor voortgezet onderwijs in zes pelgrimsordes tegen elkaar. Daarbij moesten ze met hedendaagse techniek verschillende opdrachten uitvoeren over het verleden. Ook konden ze elkaar -virtueel- flink dwars zitten, bijvoorbeeld door het leggen van een frequentiebom, waardoor de verbinding van de vijand werd verbroken. Omdat ze met elkaar communiceerden via mobieltjes met Universal Mobile Telecommunications System (UMTS) en Global Positioning System (GPS) waren al hun stappen vanuit de homebase precies te volgen. Hier zaten andere ordeleden achter de computer die alle benodigde informatie verzamelden. Het geschiedenisspel Frequentie 1550 was een enorm
“Nieuwe media geven je de mogelijkheid om aan te sluiten bij de fascinatie van leerlingen.”
“Bij veel projecten waarbij nieuwe media een rol spelen, wordt de docent gepasseerd.”
Henk van Zeijts, programmamanager Creative Learning Lab, Waag Society
Martine Brinkhuis, auteur van het boek Beeldhonger, mediagedrag van kinderen
succes, zegt Henk van Zeijts, programmamanager Creative Learning Lab, de onderwijstak van de Waag Society die dit onderwijsspel ontwikkelde. “Op deze manier kunnen leerlingen de geschiedenis echt beleven, wat veel meer indruk maakt dan lesstof uit een boek.” Inmiddels heeft Frequentie 1550 al op verschillende manieren een vervolg gekregen. Van Zeijts: “Locatie gebaseerde spellen zijn bij ons een serieus aandachts gebied geworden. Zo laten we leerlingen nu zelf spellen maken in een eigen online omgeving in het Games Atelier, waarbij ze eigen teksten, foto’s en filmpjes gebruiken. Ze ontwikkelen dan bijvoorbeeld een game over de kunstobjecten in hun stad of dorp. De mogelijk heden zijn enorm en zijn voor allerlei vakken en niveaus geschikt. Het is geweldig als je met dit soort spellen kunt inhaken op de fascinatie van leerlingen voor nieuwe media.” En wat vinden docenten ervan? Van Zeijts: “Veel docenten hebben een gezonde scepsis tegenover dit soort projecten. Ze vragen zich af wat de meerwaarde is ten opzichte van het geven van een les. Ook hebben sommigen een bepaalde huiver als het gaat om nieuwe mediatoepassingen. Hoewel we aparte docententrain ingen geven, zijn ze soms opgelucht als ze niet veel hoeven te doen.”
Inspirerend Zoetermeer
Vooral voor omgevingsonderwijs bieden nieuwe mediatoepassingen veel mogelijkheden. Zo ontwikkelde Digital Playground, organisator van media-educatie projecten voor jongeren, dit jaar de workshop Sound walk. Leerlingen uit Zoetermeer werden uitgerust met opnameapparatuur en een MP-3 speler. Aan de hand van een audiotrack volgen ze het verhaal van de bikkelharde virtuele locatiescout Foxy en haar regisseur Vinnie, die op zoek zijn naar inspirerende locaties voor Vinnie’s film. De leerlingen gaan langs verschillende locaties en moeten opnamen maken van dingen die hen opvallen, zodat ze leren op een andere manier naar hun eigen omgeving te kijken. Eveline van Stuijvenberg, medewerker Educatie & Innovatie: “Natuurlijk kun je leerlingen ook met een begeleider de stad insturen en een rondje lopen, maar dat vinden ze vaak helemaal niet leuk. Op deze manier weet je zeker dat ze allemaal dezelfde informatie krijgen. Ook spreekt dit materiaal ze veel meer aan, omdat we er actieve en creatieve componenten aan hebben toegevoegd. De jongeren kwamen echt met heel bijzondere dingen terug.” Van de opnames die de leerlingen hadden geschoten, moesten
zij vervolgens onder begeleiding van een peer-educator een filmtrailer of filmposter maken. Daarbij leerden ze tevens, in het kader van media-educatie, hoe eenvoudig het is om beelden te manipuleren. Volgend seizoen wordt de workshop gehouden in Rotterdam. Krijgt Soundtrack daarna nog een vervolg? Van Stuijvenberg: “Ik denk het niet, voor elke gemeente moet zoiets helemaal opnieuw worden ontwikkeld. Dat kost veel tijd en geld. Maar als er vraag uit de markt komt, doen we dat natuurlijk.”
Eén-minuut-documentaire
Steeds vaker worden nieuwe media ingezet als een manier waarop leerlingen zich kunnen uiten. Zo is het educatieve aanbod van het International Documentary Film Festival Amsterdam (IDFA) door de jaren heen uitgebreid van schoolvoorstellingen tijdens het festival, interactieve lesopdrachten die gedownload kunnen worden van www.docschool.nl tot het maken van bijvoorbeeld een een-minuut-documentaire tijdens workshops. Meike Statema, hoofd educatie van IDFA: “Onze eerste educatieve materialen stonden vooral in het teken van reflecteren. Later zijn we workshops en masterclasses gaan geven, waarbij leerlingen bijvoor beeld een script moesten schrijven voor een documen taire. Bij onze één-minuut-documentaire workshops, die we samen Digital Playground organiseren, gaan leerlingen na een korte instructie direct de straat op om te filmen. Met eenvoudige software moeten ze de beelden daarna terug brengen tot een filmpje van 1 minuut. Dan hebben ze binnen drie uur zelf een documentaire gemaakt.” Volgens Statema is het maken van een documentaire vooral bijzonder, omdat het werken met nieuwe media wordt gelinkt aan de lesstof. “Daardoor kun je het bij veel vakken gebruiken, van maatschappijleer tot geschiedenis en CKV.” Ook biedt IDFA steeds vaker maatwerk aan. Zo hebben medewerkers van IDFA voor basisschool De Waterkant in Amsterdam een alternatief bedacht voor de musical in groep 8. Statema: “De docenten hadden hun buik vol van elk jaar een musical. Nu hebben we alle leerlingen zelf foto’s en filmpjes laten maken. Onze medewerkers hebben die vervolgens samengevoegd tot miniportretjes van alle leerlingen en die aan de ouders vertoond. De ouders waren heel verbaasd dat hun kinderen dit kon den, ze vonden het fantastisch. We zijn nu aan het denken hoe we dit op een nog simpelere manier kunnen aanbieden aan andere scholen.”
Te weinig inhoudelijke begeleiding
Ondanks dat veel nieuwe mediaprojecten door de meeste leerlingen met enthousiasme worden onthaald, kleeft er wel een aantal haken en ogen aan deze vorm van onderwijs. Volgens Martine Brinkhuis, auteur van het boek Beeldhonger, onderwijs en opvoeding in het mediatijdperk, laat het pedagogisch gehalte van het materiaal dat wordt ontwikkeld door culturele instellingen nogal eens te wensen over. Brinkhuis: “Er wordt vaak geen rekening gehouden met de verschillen tussen leerlingen. Maar educatief materiaal maken dat voor verschillende groepen geschikt is, is vaak weer te kostbaar. Ook weten de medewerkers van culturele instellingen vaak niet goed waar het materiaal aan moet voldoen. Er wordt te weinig overleg gevoerd met de scholen.” Daarnaast is er vaak te weinig inhoudelijke begeleiding op scholen, zegt ze. “Bij veel projecten waarbij nieuwe media een rol spelen, wordt de docent gepasseerd. Dit wordt vaak gedaan om docenten te ontlasten, maar het is juist belangrijk om hen er actief bij te betrekken. Als leerlingen meteen aan de slag gaan, valt het resultaat vaak tegen. Juist voor die inhoudelijke en reflectieve kant heb je de docent nodig. Ook voor leerlingen is het prettig dat ze met vragen nog steeds bij hun docent terecht kunnen. Als je niet oppast, worden het anders gescheiden werelden. En natuurlijk zijn hier, net als bij veel andere cultuureducatieve projecten, de dichtgetim merde roosters een probleem.” Brinkhuis signaleert dat veel producenten van edu catieve nieuwe mediaprojecten moeite hebben om hun projecten na de pilotfase te continueren. “Het opschalen van projecten lukt vaak niet. Dat heeft te maken met de manier waarop er gesubsidieerd wordt in Nederland. Er worden vooral pilots gesubsidieerd die uitgaan van nieuwe ideeën en nieuwe samenwerkingsverbanden. Men vindt dat na zo’n pilotjaar een project geld moet gaan opleveren. Maar de praktijk wijst uit dat er ook na een pilotperiode vaak nog geld bij moet. Gebeurt dat niet, dan strandt een project. Dat is dus pure kapitaal vernietiging. Maar ook gewoon heel jammer, want er zitten zoveel mooie projecten tussen. ”
Leereffect
Een andere vraag is of leerlingen wel voldoende kennis opdoen tijdens deze projecten. Is het geven van een gewone les niet veel efficiënter? Van Zeijts van de Waag: “De Universiteit van Amsterdam en de Universiteit
Utrecht doen nu onderzoek naar de leereffecten van Frequentie 1550. Ze kijken daarbij naar vragen als: wat kun je leerlingen leren in spelvorm en wat niet? Beklijft de opgedane kennis op deze manier beter? Zijn leerlingen beter gemotiveerd? Het is niet gemakkelijk om daarop antwoord te geven.” Om dit onderzoek te kunnen verrichten, wordt het spel verder doorontwikkeld en kan het daarna ook door andere scholen worden gespeeld. De resultaten van dit onderzoek worden binnenkort bekend gemaakt. En hoe denkt Van Zeijts hier zelf over? “Het geven van een les over een onder werp kan qua tijdsinvestering best efficiënter zijn. Maar de kracht van spelvormen zit erin dat leerlingen meer betrokken en gemotiveerd zijn. En als uit het onderzoek blijkt dat kennis zo langer beklijft, dan liggen hier veel kansen.”
•
MEER INFORMATIE • Waag Society Creative Learning Lab Henk van Zeijts T 020-5579 898 www.waag.org/locativemedia • Digital Playground Eveline van Stuijvenberg T 010-4126 031 www.digitalplayground.nl • IDFA Meike Statema T 020-6273 329 www.idfa.nl www.docschool.nl Publicaties Beeldhonger, onderwijs en opvoeding in het mediatijdperk, Martine Brinkhuis, Uitgeverij Van Gennep, ISBN 9789055156689, kosten € 14,50. EERDER VERSCHENEN ARTIKELEN IN BULLETIN CULTUUR & SCHOOL OVER DIT ONDERWERP: • Nummer 20, 2001: Geen lesuren (over Digital Playground) • Nummer 12, 2000: Pionieren in een digitale speeltuin? Deze zijn te downloaden via: www. cultuurplein.nl > onderwijssoort > tijdschriften > Bulletin Cultuur & School
fotografie: Dieuwertje Komen
10
Coverstory
Mbo heeft de wereld van kunst en cultuur veroverd Niemand kan meer heen om de kunstvakopleidingen van het mbo, die in de afgelopen periode overal in het land zijn gestart. Maar ook op de andere opleidingen van de ROC’s heeft men niet stilgezeten. Hier zijn mede door subsidie van de Regeling Cultuur en School voor de BVE-sector allerlei cultuur educatieve projecten opgezet. Maar hoe ziet de toekomst eruit nu het Platform MBO Kunstonderwijs is opgeheven en de subsidieregeling is gestopt?
tekst: Anita Twaalfhoven
De kunstopleidingen in het mbo richten zich inmiddels op een breed scala aan vakgebieden, die variëren van dans, muziek en musical tot modedesign, mediavorm geving, theatertechniek of industrieel design. Het Platform MBO Kunstonderwijs heeft in de totstandkoming hiervan een sleutelrol gespeeld. Door bestaande opleidingen ook toe te spitsen op de wereld van kunst, cultuur en media én nieuwe opleidingen te creëren. Maar afgelopen zomer heeft het platform zichzelf tijdens een slotconfe rentie op 12 juni officieel opgeheven. “Wij hebben immers ons doel bereikt”, zo verklaart de voorzitter van het platform Max Mulders deze beslissing. Onder de paraplu van het cluster Kunst, Cultuur en Media van de ROC’s zijn nu zes zogeheten Kwalificatieprofielen ondergebracht, die variëren van Mediavormgever of Evenementen- en Podiumtechniek tot Sociaal Cultureel Werk. “Maar de kroon op ons werk is de implementatie van het nieuwe kwalificatieprofiel Artiest”, zegt Mulders. “Het heeft eindelijk de weg vrijgemaakt om ook in het mbo een opleiding tot podiumartiest te volgen.” Je kunt kiezen voor een opleidingsprofiel Musical, Dans, Drama, Muziek of Sound Design. De eerste lichting heeft inmiddels het diploma op zak en zoekt nu een eigen plek in de beroepspraktijk. En dat is een verrijking van de culturele wereld, vindt Mulders. “In deze groep jongeren schuilt een groot potentieel aan creativiteit.”
Banen inpikken
Wat heeft de eerste lichting artiesten geleerd in de afge lopen vier jaar? Landelijk coördinator van MBO Artiest Liesbeth Gamadia onderstreept dat de opleidingen sterk gericht zijn op de beroepspraktijk. De leerlingen leren de fijne kneepjes van een kunstvak, maar steeds in relatie tot de praktijk waarin zij later terecht komen. “Goed kunnen organiseren, jezelf leren presenteren of een netwerk van connecties opbouwen zijn dan minstens zo belangrijk.” Het zijn opleidingen op niveau 4, vervolgt zij. “Dat is het hoogste niveau binnen het mbo, waarmee je ook toegang kunt krijgen tot het hbo.” Waarin verschillen mbo en hbo van elkaar als het gaat om kunstonderwijs? “Wij leggen een sterk de nadruk op de link met de multiculturele jongerencultuur en de kunstvormen die daar ontstaan, zoals bijvoorbeeld in het hiphopcircuit. Het draait voor ons om talent, maar dit talent mag ook ‘van de straat’ zijn. Terwijl de kunstvakopleidingen in het hbo meer gericht zijn op de klassieke kunstwereld.” Voor de MBO Artiest is de arbeidsmarkt gevarieerd en een onderzoek van het Max Goote Kennis Centrum laat zien dat daar volop emplooi is voor hen. De leerlingen kunnen terecht komen in een dans- of theatergezelschap, maar ook in de sterk groeiende entertainmentsector, het bedrijfsleven of de cultuureducatie. “We laten hen zien hoe je een eigen werkkring kunt creëren, door als zelf standig artiest een bedrijfje te runnen of zelf een klein gezelschap te beginnen”, vertelt Gamadia. In het hbo is men niet altijd even blij met de concurrentie. “‘Jullie pikken onze banen in!’, hoor je dan. Maar zo ligt het niet. Een toneelschool leidt op tot acteur in de kunst
11
Coverstory
wereld en niet voor rollenspelen bij bedrijfstrainingen of doelgroepentheater in het buurthuiswerk. Dat is bij uitstek het werkterrein voor een artiest op mbo-niveau. En hierin eist het mbo een eigen plek op.” Maar er is ook sprake van samenwerking tussen hbo en mbo. Zo verzorgt het Friesland College samen met de Gerrit Rietveldacademie een programma dat leerlingen voorbereidt op een eventuele vervolgopleiding als beel dend kunstenaar. Initiatieven die in de toekomst natuur lijk ook mogelijk zijn als het gaat om podiumkunst.
Creatieve persoonlijkheden
De opleiding Dans bij het ROC Amsterdam is een mooie combinatie van vakmanschap en praktijkgericht leren, zo blijkt uit het verhaal van opleidingscoördinator Marga Dalmata. De fysieke training varieert van klassieke en moderne dans tot streetdance en hiphop of yoga en pilates. Maar de leerlingen volgen ook een vak als Dans & maatschappij en verwerven vaardigheden op het gebied van didactiek, communicatie en ondernemerschap. “De eerstejaars verzorgen met kerst al een ouderavond met voorstelling, inclusief de productie en publiciteit, het runnen van de catering of het instrueren van de huis meester. Dit vraagt meteen veel eigen initiatief.” In de volgende jaren zetten ze bijvoorbeeld een benefietvoor stelling op de planken of lopen ze stage bij een producer. Ze moeten leren vechten om serieus genomen te worden en een plek in de praktijk te veroveren, vindt Dalmata. Zij vertelt dat elk ROC weer andere accenten legt. “Zo leidt de opleiding van het ROC in Haarlem bijvoorbeeld
Regeling Cultuur en School
Platform MBO Kunstonderwijs
Begin 2001 ontwikkelden de directie BVE en de projectgroep Cultuur en School de Regeling Cultuur en School voor de BVE-sector. BVEinstellingen konden een aanvraag doen voor aanvullende financiering voor cultuureducatieprojecten. Het doel was om deelnemers via het onderwijs in aanraking te brengen met cultuur en cultuureducatie een structurele plaats te geven in de BVE-sector. De regeling is vanaf het schooljaar 2006-2007 gestopt.
Het Platform MBO Kunstonderwijs, met vertegenwoordigers uit het onderwijs, kenniscentra en bedrijfs leven, heeft een kwalificatiestructuur voor de ROC’s ontwikkeld. Deze is gericht op de cluster van Kunst, Cultuur en Media. Onder deze paraplu vallen zes zogeheten Kwalificatieprofielen: Artiest, Mediavormgever, Evenementenen Podiumtechniek, Medewerker Marketing en Communicatie, AV productie en Sociaal Cultureel Werk. Onder het kwalificatieprofiel Artiest vallen de uitstroomprofielen (oplei dingen) Dans, Theater, Musical, Muziek en Sound Design. Aan deze kwalificatiestructuur is een onderzoek voorafgegaan van het Max Goote Kenniscentrum (MGK), dat het werkterrein van de mbo-artiest afbakende en een positieve indicatie gaf van de werk gelegenheid.
Met ingang van het leerjaar 20062007 is het geld voor cultuur educatieve projecten opgenomen in de zogeheten innovatiebox. Deze extra middelen, die rechtstreeks aan de ROC’s ter beschikking wor den gesteld, zijn gekoppeld aan de reguliere onderwijsbekostiging. Ze zijn geoormerkt voor onder meer het versterken van de beroeps praktijkvorming en voor de ontwik keling van kerncompetenties in de kwalificatiestructuur. www.cultuurplein.nl > bve > beleidenregelingen > subsidie regelingen > innovatiebox
12
op tot dansdocent, terwijl het in Amsterdam gaat om uitvoerende dans en het maken van voorstellingen.” Het valt op dat in het mbo ook veel jongens auditie doen en een dansopleiding niet langer zien als iets voor meiden. “De ballerina’s gaan vaak naar het hbo, maar de stoere hiphoppers komen liever naar ons. Wij zoeken jongens en meiden met pit, creatieve persoonlijkheden met een eigen mening.” Yonina van Geel zit in het derde jaar van de opleiding in Amsterdam en is indertijd vanuit drie havo overgestapt: “Ik was zoveel met dans bezig dat het niet meer samen ging met de havo.” Nu is zij als een vis in het water: “Ik voel me het meest op mijn plek als uitvoerend danser, liefst moderne dans, jazzdans en hiphop. Maar ik doe ook graag de artistieke leiding van projecten. Eigenlijk is het een beetje een combinatie van die twee. Door vorig jaar de benefietvoorstelling voor de stichting Save the Children te organiseren, ben ik erachter gekomen hoe leuk ik het vind om allerlei taken op me te nemen.” Het interne productiebureau The Kish of Mooze bemiddelt in opdrachten buiten de opleiding. “Ik dans vaak mee in voorstellingen en al die optredens lopen via hen. Maar ik heb bijvoorbeeld ook salsaworkshops gegeven in een wijkcentrum.” Stromen de dansers na het behalen van hun diploma ook door naar het hbo? “Dat gaat zeker gebeuren, maar ze moeten daar net als iedereen door een strenge selectie heen”, zegt Dalmata. “Sommigen van hen doen al mee aan The Five O’Clock Class, de vooropleiding van de dansacademie van de Hogeschool voor de Kunsten in Amsterdam.”
Cultuureducatie in de clusters
Met subsidie van de Regeling Cultuur en School voor de BVE-Sector is tussen 2001 en 2007 ook een breed scala aan cultuureducatieve projecten uitgevoerd in andere clusters van de ROC’s. Met als doel om cultuur educatie een structurele plaats te geven in het reguliere beroepsonderwijs. Deze stimuleringsmaatregel heeft veel teweeg gebracht, vindt Melissa de Vreede die bij Cultuurnetwerk Nederland verantwoordelijk is voor de uitvoering van de regeling. “Als ik de projectaanvragen die we in het begin kregen vergelijk met die van vorig jaar, zie ik een groot verschil in kwaliteit. Eerst draaide het nog om voorzichtige initiatieven, zoals een voorstelling maken met leerlingen van één opleiding. Nu zijn het
“Een toneelschool leidt op tot acteur in de kunstwereld en niet voor rollenspelen bij bedrijfstrainingen of doelgroepentheater in het buurthuiswerk. Dat is bij uitstek het werkterrein voor een artiest op mbo-niveau.” Liesbeth Gamadia, landelijk coördinator van MBO Artiest
Coverstory
“Als ik de projectaanvragen die we in het begin kregen vergelijk met die van vorig jaar, zie ik een groot verschil in kwaliteit. Eerst draaide het nog om voorzichtige initiatieven, nu zijn het meestal goed doortimmerde, grootschalige projecten.” Melissa de Vreede, Cultuurnetwerk Nederland meestal goed doortimmerde, grootschalige projecten die dwars door de opleidingen heen lopen.” Het internationale theaterproject Moving Rocks, dat vorig jaar plaatsvond op het ROC Midden Nederland, is een mooi voorbeeld van zo’n schoolbreed project. De leerlingen van het cluster Kunst, Cultuur en Media van het ROC maakten samen met jongeren van vergelijkbare opleidingen in Italië, Litouwen en Turkije een theater voorstelling. Docent John Linnenbank, de drijvende kracht achter het project, vertelt: “Ze verbleven samen in een jeugdhotel en uit elk land was er een kunstvak docent, die met een groep leerlingen aan de slag ging om te dansen, muziek te maken of te acteren.” Maar ook leerlingen van andere clusters hebben meegewerkt, zoals Economie en Dienstverlening en Toerisme, Recreatie en Horeca. “In het begin van het project moesten leer lingen zélf contacten leggen met de opleidingen in het buitenland en vervolgens de reis en het verblijf in Neder land regelen. Dat is een ervaring die bijvoorbeeld goed van pas komt als je later werk zoekt in de toeristische sector.” Er zijn over en weer innige contacten ontstaan: “Som mige leerlingen hebben in de vakantie hun nieuwe vrienden in Turkije opgezocht. In mei 2007 speelde in de Turkse stad Izmir het vervolg op het project, Walking Moon Project, en in Litouwen zijn er plannen voor een project in 2008.” Op het ROC Midden Nederland is in het verlengde van de cultuureducatieve projecten inmiddels een productie bureau ingericht, van waaruit coördinator Eveline Baud allerlei activiteiten verzorgt. “Zo hebben studenten van de Theaterschool van de HKU in Utrecht voorstellingen in het ROC gegeven en nu lopen er leerlingen techniek stage bij de Theaterschool.” Ook is er samenwerking met jongerentheatergroep DOX, die speciaal op het ROC toegesneden voorstellingen spelen. Als het balletje eenmaal gaat rollen, kom je van het een in het ander terecht, merkt zij. Is men op alle ROC’s zo enthousiast over cultuureducatie? De Vreede: “Je hebt échte koplopers, waar cultuur schoolbreed een vaste plek krijgt. Maar bij sommige ROC’s komt het nog moeizaam van de grond.” Heeft zij tips voor hen? “Je kunt het beste klein beginnen, met een project dat goed zichtbaar is, zoals voorstellingen spelen met een groep leerlingen. Daarna moet je
13
Coverstory
14
medestanders zoeken in het docententeam, zodat je de activiteiten samen kunt uitbreiden. Een volgende stap is het inrichten van een productiebureau voor kunst en cultuur, zodat je een centraal aanspreekpunt hebt waar de activiteiten samenkomen.”
Sleutelrol
Het doel van de stimuleringsmaatregel voor de BVEsector was een structurele plek voor cultuureducatie en hierin spelen interne productiebureaus een sleutelrol. Zo verzorgt het Bureau Kunst&Cultuur van Zadkine in Rotterdam een cultuuraanbod voor het hele docenten corps. Zo kunnen zij ervaren wat cultuureducatie in het onderwijs kan betekenen, bijvoorbeeld voor leerlingen die moeite hebben zich verbaal te uiten. Creatieve activiteiten kunnen dan heel waardevol zijn. Ook werkt Zadkine samen met het Nederlands Architectuurinstituut en SKVR Kunst voor Rotterdammers, in een project rond het imago van stadswijken en hun bewoners. Maar leerlingen doen via een productiebureau ook ervaring op met het zogeheten competentiegericht leren, ofwel kennis en vaardigheden opdoen in de praktijk, dat in steeds meer ROC’s wordt ingevoerd. Leerlingen economie kunnen immers een begroting maken voor een kunstproject en leerlingen horeca kunnen praktijkervaring opdoen door een theatermenu te verzorgen voor de bezoekers van een voorstelling. Baud van ROC Midden Nederland vindt zo’n productie bureau ook heel belangrijk als centraal aanspreekpunt voor opdrachtgevers in de buitenwereld. “Men weet anders niet hoe je binnen een grootschalig ROC de juiste contactpersonen kunt vinden. En andersom weten enthousiaste leerlingen met een leuk idee ons ook te vinden. Een groepje leerlingen van het cluster Kunst, Cultuur en Media heeft samen met leerlingen Techniek als afstudeerproject een film gemaakt, die via ons door de regionale omroep is uitgezonden. Maar we regelen ook vaak optredens voor bandjes van de vakopleiding MBO Muziek.” Het Servicecentrum Kunst van het Friesland College gaat nog een stapje verder en stimuleert cross-overs tussen de kunstopleidingen, vertelt projectleider Eline de Koning. “Zodat mediavormgevers een keer een dramaworkshop kunnen volgen en leerlingen Modedesign met dans in aanraking komen.” De kunstopleidingen roosteren dan hetzelfde dagdeel vrij, zodat ze gezamenlijk projecten kunnen doen. Zo fungeren de productiebureaus voor kunst en cultuur als spin in het web van een ROC, waar zowel de kunstopleidingen als de reguliere opleidingen van profiteren.
Protestactie
Maar hoe moet het verder in de toekomst? Het Platform MBO Kunstonderwijs heeft zichzelf opgeheven omdat het doel, het creëren van een breed aanbod aan kunst opleidingen, al is bereikt en gaan door op de ingeslagen weg. De Regeling Cultuur en School voor de BVE sector is echter gestopt, terwijl hieraan nog steeds behoefte
Coverstory
15
“De ballerina’s gaan vaak naar het hbo, maar de stoere hiphoppers komen liever naar ons. Wij zoeken jongens en meiden met pit, creatieve persoonlijkheden met een eigen mening.” Marga Dalmata, opleidingscoördinator Dans bij het ROC van Amsterdam bestaat. “Datgene wat met moeite is opgebouwd, kan ook weer snel afbrokkelen”, vreest De Vreede. “Men roept dan ook: hef de regeling alsjeblieft niet op!” Het gerucht gaat dat er zelfs een kleine protestactie op touw gezet gaat worden tegen het stopzetten van deze subsidie. Het is de bedoeling dat ROC’s in de toekomst ook zelf middelen gaan vrijmaken voor cultuureducatie. Sommige van hen doen dit al, maar een en ander is afhankelijk van de keuzes die de directie en raad van bestuur maken. De ROC’s kunnen gebruik maken van de zogeheten innovatieboxregeling voor onderwijsvernieuwing, waarin sinds vorig jaar ook de subsidie voor cultuureducatieve projecten is ondergebracht. Dit geld is echter niet geoor merkt met het gevaar dat het voor andere doeleinden ingezet zou kunnen worden. De mbo-kunstopleidingen zouden mogelijk een steentje kunnen bijdragen door ook schoolbreed een rol te gaan spelen als de leerlingen in het kader van werkervaring voorstellingen spelen, workshops geven en projecten organiseren voor medeleerlingen van andere clusters. Maar het belangrijkste blijft natuurlijk de samenwerking met professionele kunstinstellingen en kunstenaars.
•
MEER INFORMATIE
MEER INFORMATIE
• www.mbokunstonderwijs.nl • Cultuurnetwerk Nederland Melissa de Vreede T 030-2361 200 www.cultuuurnetwerk.nl • Max Goote Kenniscentrum T 020-5251 245 www.maxgoote.nl • Zadkine, ROC Rotterdam Martje Lissenberg T 010-2433 433
[email protected] • ROC Midden Nederland T 030-2666 666 Eveline Baud
[email protected] John Linnenbank
[email protected] • Friesland College Eline de Koning T 058-2842 222
[email protected] • ROC Amsterdam T 030-4879962 Liesbeth Gamadia
[email protected] Opleiding Dans ROC Amsterdam Marga Dalmata
[email protected]
EERDER VERSCHENEN ARTIKELEN OVER DIT ONDERWERP IN BULLETIN CULTUUR&SCHOOL • Nummer 34, 2004: Dromen van een plek in de culturele sector • Nummer 21, 2000: Kunst in de kapsalon, de bakkerij en het laboratorium Deze zijn te downloaden via: www. cultuurplein.nl > onderwijssoort > tijdschriften > Bulletin Cultuur&School
Inspiratiedag BVE Op 14 november vindt in Felix Meritis in Amsterdam de Inspiratiedag voor Beroeps- en Volwasseneneducatie plaats. Bezoekers van deze dag kunnen hier kennismaken met succesvolle ROC-projecten en horen hoe ROC’s in de toekomst met cultuur verder gaan. Meer infor matie: www.cultuurnetwerk.nl
Leerlingen van het ROC Midden Nederland en studenten van het eerste jaar Kunst en Cultuur Amusement spelen de voorstelling Metrostation Vondellaan, als jij de weg niet vindt, dan vindt de straat hem wel.
Coverstory
tekst: Bea Ros
16
17
Kinderen kopen kunst Een zaal vol kunstwerken en kinderen met opschrijfboekjes. Het project Kinderen Kopen Kunst stelt kinderen in staat voor een prikkie een eigen kunstwerk te kopen. In de week van 20 tot 27 oktober loopt het project in drie Nederlandse musea. Het begon allemaal met twee verongelijkte meisjes: “Waarom kunnen alleen grote mensen kunstwerken kopen? Wij willen dat ook wel.” Daarop bedachten hun ouders een even simpel als origineel plan: we vragen kunstenaars op resten papier kleine litho’s te maken en die verkopen we tijdens een expositie waar alleen kinderen van 5 tot en met 18 jaar mogen komen, voor een zacht prijsje. Die ouders zijn Magda van Gils en Frans Baetens, een naar Nieuw-Zeeland geëmigreerd Vlaams echtpaar met een eigen galerie en lithografiewerkplaats in Auckland. In 1986 vond de eerste kinderexpositie plaats in Auckland.
Alles was binnen een paar uur verkocht. Inmiddels is dit een beproefd concept en draaien Van Gils en Baetens het project behalve in Nieuw-Zeeland ook in België, Nederland, Denemarken en Duitsland. Komende herfst vakantie vindt in ons land de vijfde editie plaats in drie musea.
“Jongeren kiezen zelden een werk, omdat het ‘een goede investering’ zou zijn. Ze kopen vanuit authentieke en grondige redenen.” Frans Baetens, initiatiefnemer van Kinderen kopen Kunst
Onbevangen
De opzet is nog steeds hetzelfde als in het begin, vertelt Baetens. “Jonge mensen kunnen wel boeken en cd’s kopen, maar een origineel kunstwerk ligt buiten hun bereik. Wij vinden dat originele beeldende kunst ook tot hun wereld moet behoren.” Met een verkoopprijs van 35 euro per litho lukt dat ook. Elk kind mag maximaal twee kunstwerken kopen. Belangrijk is verder dat kinderen onbevangen kiezen. Daarom mogen ouders of begeleiders absoluut niet mee naar binnen. Ze blijven achter in een wachtkamer van waaruit ze hun kinderen via een monitor kunnen volgen. Bovendien kunnen ze hen niet van tevoren instrueren, want namen en handtekeningen van de kunstenaars zijn afgeplakt. “Zo zorg je ervoor dat kinderen puur vanuit eigen affiniteit een kunstwerk kiezen”, vertelt Jerika Vertegaal, educatief medewerker van Het Domein in Sittard. “Er zijn kinderen die direct op iets afstappen en zeggen: dit vind ik mooi, vanwege de
Frans de meesterdrukker en Magda.
kleur of omdat er een paard op staat”, vult Tanja Koning van Boijmans van Beuningen aan. “Maar er zijn ook kinderen die echt wikken en wegen en moeite hebben om te kiezen.” Baetens noemt dat keuzeproces de kern van het project. “Het belangrijkste is dat een kind een beslissing neemt, een oordeel velt, een prioriteit schept. En weet je wat zo plezierig is? Jongeren kiezen zelden een werk, omdat het ‘een goede investering’ zou zijn. Ze kopen met andere woorden vanuit authentieke en grondige redenen.” De deelnemende musea maken vanuit deze filosofie ook geen grootscheepse educatieve projecten bij deze expositie. Boijmans laat in de expositieruimte kinderen bevragen door museummedewerkers (Waarom vind je dit mooi? Waarom heb je dit werk uitgekozen?), maar dat is het dan ook. Het Domein geeft leerlingen bij schoolbezoeken, waarbij een klas een kunstwerk voor in het eigen lokaal uitzoekt, een vragenformulier mee. Vertegaal: “We vragen ze bij elke litho die ze mooi vinden aan te geven wat ze zien, waarom ze het mooi vinden en om er een eigen titel bij te bedenken. Zo stimuleren we dat leerlingen heel bewust naar de kunstwerken kijken.” Aangezien dit jaar de expositie in de herfstvakantie plaatsvindt, zijn er geen educatieve programma’s. Wel kan Boijmans dankzij een sponsor vijftig kinderen uit achterstandswijken uitnodigen om kunst te komen kopen. Zij krijgen wat uitgebreider aandacht, en wellicht nodigt het museum een van de deelnemende kunstenaars uit om te komen vertellen over hoe het is om kunstenaar te zijn.
Disneyficatie
Kinderen kijken welk kunstwerk ze willen kopen (foto: Museum Het Domein).
Van Gils en Baetens selecteren de deelnemende kunstenaars. De afgelopen jaren werkten ze met bijna 150 kunstenaars en waren er slechts drie die niet mee wilden werken. De Amsterdamse kunstenaar Gerben Hermanus werkte dit jaar voor het eerst met hen samen. Van Gils spotte zijn werk tijdens de kinderkunstmanifestatie Magazijn van de Verbeelding in het Codamuseum (Apeldoorn) en nodigde hem uit voor een werkbezoek in Auckland. Twee weken werkte hij onder begeleiding van
Baetens in de lithografiewerkplaats. “Dat was fantas tisch”, vertelt hij. “Frans is echt een meesterdrukker.” Hij maakte er vier eigen werken en acht jeugdprenten voor Kinderen Kopen Kunst. Het verschil zit hem eerder in het formaat - voor het project geldt een afmeting van 10 bij 20 centimeter - dan in de thematiek of stijl. “Ik houd er geen rekening mee dat ik voor kinderen werk. Mijn thema’s zijn de natuur en de manier waarop mensen natuur beleven en erin rondreizen.” Baetens vult aan: “We vragen de kunstenaars uitdrukkelijk zich te houden aan hun normale stijl en onderwerpen. Iedere andere houding of aanpassing zien wij als een leugen. Er zijn weinig dingen die ik meer haat dan de ‘Disneyficatie’ van kunst en literatuur. Kinderachtigheden zijn geen inleiding tot kunst.” Leidraad bij het kiezen van kunstenaars is om te komen tot een representatief beeld van wat er in de wereld van de kunst gebeurt. Het gaat niet om kaskrakers, maar om kunstenaars die hun cultureel belang bewezen hebben. “Uiteindelijk is ons werk opvoedend en zelfs een beetje sociaal hervormend.” Van elk werk worden zo’n 150 exemplaren verdeeld over alle deelnemende musea. Dankzij de variëteit in stijlen en thema’s hebben kinderen ook echt iets te kiezen, zeggen educatief medewerkers Koning en Vertegaal. Natuurlijk zijn er altijd werken heel populair - met name figuratief werk en dieren - en andere minder. Vertegaal: “Maar je ziet ook altijd weer kinderen opmerkelijke keuzes maken. Ze hebben heel persoonlijke associaties bij kunstwerken.” In dat opzicht zijn kinderen natuurlijk net mensen.
•
Kinderen Kopen Kunst Van 20 t/m 27 oktober 2007 in de volgende Nederlandse musea: Boijmans van Beuningen (Rotterdam), Het Domein (Sittard) en Van Bommel Van Dam (Venlo). • www.boijmans.nl • www.hetdomein.nl • www.vanbommelvandam.nl • Muka Art Gallery / Nieuw Zeeland www.muka.co.nz • Gerben Hermanus www.gerbenhermanus.nl
tekst: Maaike Severijnen
18
Uit het projectloket
19
Uit het projectloket
Meiden aan het werk met hun eigen stukje van de Nachtwacht (foto’s: Hannah Anthonysz).
na de donkere nacht verschijnt de Morgenster. Het idee was dat verschillende deelnemers samen een Nachtwacht zouden schilderen. Een deel zou de hoofden maken, een deel de lijven en een ander deel zou met goud hennamotieven spuiten op het schilderij. De doelgroep was oorspronkelijk meiden van 13 tot 18 jaar in de Rotterdamse wijk Lombardijen. Waarom alleen meiden? Van Sommeren: “Eigenlijk doe ik al sinds 1999 projecten met alleen vrouwen. Ik heb wel wat met dat vrouwen empowerment. Bovendien gebeurt er weinig voor meiden van een jaar of 13. En de activiteiten in bijvoorbeeld de reguliere dansscholen kunnen ze vaak niet betalen.”
Morgensterren: samenwerken aan een Rotterdamse Nachtwacht Ze werkt niet voor een Centrum voor de Kunsten of een andere culturele instelling. Bewust, want zo kan ze onafhankelijk projecten opzetten. En dat gaat beeldend kunstenares Tonny van Sommeren heel goed af. In de eerste helft van dit jaar deed ze het project Morgensterren. Meiden uit de wijk Lombardijen maakten zelf hun eigen Nachtwacht.
Sinds jaar en dag organiseert Tonny van Sommeren community art-projecten in verschillende wijken. Van borduurprojecten tot schilderprojecten, vaak vloeien ze uit elkaar voort. “Vorig jaar deed ik een project in de wijk Tanthof in Delft. Overdag is het de groene wijk van de tweeverdieners, maar ‘s avonds zijn er veel problemen met white power-jongeren. Ik heb daar een project gedaan met verschillende groepen uit de wijk. Er was een groep jongeren die wilden leren schilderen zoals de oude meesters. Maar in dat project ontbrak de tijd om hiermee iets te doen.” Het idee om iets te doen met oude meesters bleef wel in haar hoofd zitten. “Het leek me mooi om een Nacht wacht te maken. Dat is toch hét icoon van de Neder landse schilderkunst. Ik heb met diverse mensen over het idee gepraat. Vervolgens belde er iemand van de gemeente IJsselmonde, die van mijn plan had gehoord. Van deze gemeente heb ik een startsubsidie gekregen.” Ze besloot het project Morgensterren te noemen. Want
Echt talent
Van Sommeren wil haar activiteiten laagdrempelig houden en het liefst gratis aanbieden. Om dat voor elkaar te krijgen, moeten er fondsen worden geworven. “Ik werk samen met twee andere dames. De een werft de fondsen, de ander doet vooral de coördinatie. We werven vaak bij grote sociale fondsen als het Prins Bernhardfonds of het Oranjefonds. Deze keer hebben we ook subsidie gekregen van de Stichting Volkshoge schoolwerk. Kunstfondsen proberen we wel, maar daar moeten we altijd veel uitleggen. Bijvoorbeeld over hoe we het artistieke level hooghouden. Terwijl je dit best als kunst kunt zien.” Van Sommeren verzamelde een team van negentien mensen om zich heen die allerlei verschillende activiteiten zouden gaan doen. Van een fotografe die de meiden uitlegde hoe je – ook met je mobieltje – mooie foto’s kunt maken, hoe je moet poseren, hoe licht werkt, tot portret schilders die hen leerden hoe je een portret moet maken. Hillegon Brunt was één van de betrokken kunstenaars: “Ik heb de meiden introductielessen gegeven. Daarvoor had ik een groot beeldboek gemaakt, met daarin onder andere portretten van vrouwen uit verschillende perio des in de kunstgeschiedenis, voorbeelden van schoon heidsidealen uit andere culturen en modetrends van toen en nu. Daarover ging ik met ze praten. Ik wilde ze er graag van bewust maken hoe je naar jezelf kijkt,
maar ook hoe anderen naar jou kijken. En dat als je jezelf schildert, je jezelf ook kunt neerzetten zoals je zou willen zijn.” Brunt vindt het bijzondere aan de projecten van Van Sommeren dat ze de diepte ingaan. “Je moet de meiden serieus nemen en er meer van maken dan een leuk schilderlesje. Je ziet dan hoe leergierig ze zijn.” Het geld en de mankracht was er dus, maar nog niet de deelnemers. Van Sommeren: “Dat werven vind ik altijd het allermoeilijkste. Wij maken gebruik van de netwerken van buurthuizen, maar we staan ook te flyeren naast de daklozenkrantverkoper. Ook ben ik naar een Antilliaanse mis geweest om die gemeenschap op de hoogte te brengen van het project. Verder zijn we naar diverse scholen gegaan. Als we de eerste deelnemers binnen hebben, vragen we of zij weer anderen meebrengen. Juist het directe contact tussen meiden onderling werkt goed.” De 17-jarige Massah Rustom is een van de meiden die via de werving terechtkwam bij Morgensterren. “Ik was met mijn zusjes een dag in het park toen Tonny daar deelnemers stond te werven. Als kind tekende ik elke dag, maar ik kom uit een gezin met zes kinderen en er was geen geld om ermee verder te gaan. Toen ik dit project zag, wilde ik meteen meedoen.” Massah bleek echt talent te hebben en wil graag verder gaan met schilderen. “Het was gezellig en de lerares kon goed uitleggen waarop je moet letten. Ik ga in januari nog een cursus bij haar volgen. En ik hoop dat ik uiteindelijk naar de kunstacademie kan.”
“Ik had nog nooit een kwast vast gehouden. Dat gaat nooit lukken, dacht ik. Maar uiteindelijk heb ik mijn eigen portret geschilderd.” Elif Ates, deelnemer aan het project Morgensterren
20
Uit het projectloket
Natraject
Het schilderij is nu geschonken aan de deelgemeente IJsselmonde. In eerste instantie hing het doek in het Historisch Museum Rotterdam, Het Schielandshuis, omdat dat zich wil profileren in de wijken. Nu is het de bedoeling dat het kunstwerk drie jaar door de buurt zal gaan. Maar een goede plek zoeken voor een kunstwerk van drie bij vier meter valt niet mee. Van Sommeren: “Nu staat het in een verzorgingshuis. Het lijkt me leuk als de meiden daar vertellen wat ze hebben gedaan. Maar de gemeente pakt dat niet echt op.” De kunstenares heeft nog genoeg ideeën voor projecten die hierop voortborduren. “Je zou ook De schreeuw van Munch kunnen nemen. En dan iedereen zijn eigen schreeuw laten maken. Daar kun je dan weer een theaterelement aan koppelen, want schreeuwen, dat doen we toch nooit? Het lijkt me geweldig om naar de Maasvlakte te gaan en eens echt te schreeuwen.”
•
In Uit het projectloket komt elke keer een succesvol project aan bod. Wat maakt zo’n project succesvol? En wat zijn de valkuilen? Morgensterren en vele andere projecten zijn te vinden op www.projectloketcultuur.nl.
21
Column
KRUISBESTUIVING!
Jong en oud
Uiteindelijk startte het project met 96 vrouwen, verdeeld over dertien groepjes die allemaal vier tot zes weken lang deelnamen. Van Sommeren: “Het was de bedoeling om met jonge meiden te werken. Maar gaandeweg kwamen er telkens andere vrouwen vragen of ze mee mochten doen. En ik dacht: waarom eigenlijk ook niet? Dus toen ben ik van het idee afgestapt dat het alleen voor jongeren zou moeten zijn. Alle leeftijden door elkaar is juist hartstikke leuk.” Elif Ates was met 56 jaar de oudste deelnemer. Zij had ervaring met henna en wilde daarom wel meehelpen. “Maar ik had nog nooit henna gespoten, dus dat moest ik wel leren. Maar dat was erg leuk.” Van Sommeren vroeg haar ook of ze een portret wilde schilderen. “Ik had nog nooit een kwast vast gehouden. Dat gaat nooit lukken, dacht ik. Maar uiteindelijk heb ik mijn eigen portret geschilderd. Na het project heb ik ook nog mijn kleinzoons geschilderd. Bovendien ga ik in september nog schilderles nemen. Ik vind het heel leuk en ont spannend om te doen.” Uiteindelijk maakten de vrouwen 88 doeken. De twaalf jarige Eda Turan deed ook mee aan het project. Volgens haar moeder heeft het project haar goed gedaan. “Ze was altijd heel verlegen. Dit project heeft haar geholpen om gemakkelijker contact te maken. Ze zit thuis nu ook veel meer te kleuren en te tekenen. We hopen dat ze nog een keer aan zoiets mee kan doen.”
tekst: Jan van Muilekom
Deze zomer maakte ik de overstap van de wereld van de kunsteducatie naar die van het voortgezet onderwijs: ik was directeur van een instelling voor kunsteducatie, het Utrechts Centrum voor de Kunsten (UCK) en werk nu als rector van het Vossius Gymnasium in Amsterdam. Ik ging voor het Vossius, mede vanwege zijn enorme hoeveelheid kunst- en cultuuractiviteiten. Tijdens mijn werk voor het UCK had ik een redelijk beeld gekregen van kunst en cultuur in het VO. Het UCK beschikt over een enthousiast team van coördinatoren met veel ervaring in dienstverlening aan deze vorm van onderwijs. Mijn beeld klopte, maar bleek verre van compleet. Mijn conclusie: directeuren/rectoren uit het VO en de kunsteducatie, kijk snel eens wat intensiever over elkaars schutting. Elke VO-school verdient maatwerk wat dienstverlening vanuit de kunsteducatie betreft, de kunstcoördinator is een belangrijke drijvende kracht en een school voor voortgezet onderwijs heeft zelf veel expertise en kan dus veel zelf regelen. Zo ben ik door de kunsteducatiecollega’s opgevoed. Ik kan nu al stellen dat die observatie meer dan klopt. De Nachtwacht van Lombardijen (foto: Hannah Anthonysz).
MORGENSTERREN DOEL Morgensterren werkt onder de paraplu van Stichting WE are CONCERNed, een kunstenaarsgroep die werkt aan innovatieve projecten op het gebied van kunst- en cultuurparticipatie, openbare ruimte en communicatie. Door jongeren samen aan een groot geheel te laten werken waarbij ze zichzelf als individu presenteren, maak je iets dat zowel de verbondenheid laat zien als het persoonlijke verhaal. Zo ontstaat er iets dat de jongeren zelf nooit voor mogelijk hadden gehou den. De ontdekkingen, herkenning en de mogelijkheid tot samenwer king die anders niet zo snel tot stand zou komen, maken het proces net zo waardevol als het eindresultaat. Activiteiten Een eigen Nachtwacht schilderen. Een deel van de groep maakt de hoofden, een deel de lijven en een ander deel spuit met goud henna motieven op het schilderij. TIPS • Zet deelnemers van verschillende leeftijden door elkaar. Dat levert een bijzondere wisselwerking op. • Probeer zoveel mogelijk deel nemers met verschillende oplei dingsniveaus en achtergronden rond de tafel te krijgen, in groep jes van twee à drie mensen. Dat haalt veel vooroordelen weg en is heel verfrissend. • Maak tijdens de bijeenkomsten tijd vrij voor discussie, draag onderwerpen aan die spelen bij de doelgroep, ieders mening telt.
MEER INFORMATIE • Tonny van Sommeren www.morgensterren.nl
Echter, in een school die wat met kunst en cultuur wil, blijken veel meer actoren dan alleen de kunstcoördinator actief. Zo nemen de docenten van zaakvakken als geschiedenis en aardrijkskunde zelf, indien nodig, ad-hoc initiatieven tot museumbezoek. En die van de levende talen houden zelf de voorstellingen in de stad in de gaten. Niet te onderschatten is de rol van de rector: niet alle kunst- en cultuuractiviteiten laten zich lang genoeg van tevoren programma tisch en financieel plannen, waardoor flexibiliteit met de geldbuidel en bereid heid tot een sussend woord jegens collega’s die uren moeten inleveren, op zijn plaats is. Collega’s in de kunsteducatie: richt je als kunsteducatie-instelling dus niet meer alleen op de kunstcoördinator van de VO-scholen, maar help de school een breed gedragen kunst- en cultuureducatiebeleid op papier te zetten. Rectoren van VO-scholen zouden de kunsteducatie dan ook om de begeleiding moeten vragen die deze al langer aan het basisonderwijs levert. Zo’n beleid formuleert dan tevens welke rol kunst en cultuur kunnen of moeten krijgen bij onderdelen van het schooljaar die niet vanzelf daarmee worden ingekleurd. Dan kan het gaan om fenomenen als verbredingslessen die jongeren in de lagere klassen krijgen, wanneer de reguliere docent uitvalt. Ook in de maatschappelijke stageweken, die steeds meer scholen voor hun hogere klassen organiseren, kunnen kunst en cultuur een belangrijke rol spelen: stageplekken in kunstbedrijven als musea en schouwburgen zijn best te regelen. En in de economieles of de les management en organisatie zouden bij voorrang ook de organisatorische perikelen van juist dit soort organisaties aan bod kunnen komen. Tenslotte, de scholen doen veel zelf maar missen onder meer expertise op ingewikkelde onderwerpen als auteursrecht en de rol van fiscus en UWV en weten vaak ook niet goed welke bedragen bij ingekochte activiteiten in redelijkheid door kunstbedrijven in rekening moeten worden gebracht. Rectoren, blijf niet met deze vragen zitten, maar wend je tot je collega’s in de kunsteducatie. Hopelijk prikkelt dat hen ook eens een carrièrestap naar het VO te maken, een spannende sector waarin de komende jaren veel functies beschikbaar komen.
Na afronding van zijn studie Geschiedenis vervulde Jan van Muilekom diverse functies in de wereld van de politiek en de cultuur om in 1992 aan te treden als directeur van de VKV, de branchevereniging voor kunsteducatie. Tussen 2000 en 2007 was hij directeur van het Utrechts Centrum voor de Kunsten (UCK) en sinds kort functioneert hij als rector van het Vossiusgymnasium in Amsterdam.
22
PRIJS VOOR TECHNIEKKUNSTWERK
Ditjes & Datjes
CULTUURBELEID 2009-2012
Op 22 juni presenteerde minister Plasterk van OCW de notitie Kunst De inzending Vreemde Vogel van van leven, waarin de hoofdlijnen Scholengemeenschap De Breul uit Zeist heeft de Shell Young Technical van het cultuurbeleid in 2009-2012 worden beschreven. Plasterk wil Award gewonnen tijdens de finale zowel meer ruimte geven aan top op 20 juni in science center NEMO. talent als bijdragen aan een brede Het winnende kunstwerk bestaat voornamelijk uit frisdrankblikjes. Het basis voor cultuur. Dat wordt bereikt hoofd is gemaakt van een tennisbal door amateurkunst beter te onder en de poten van elektriciteitsbuizen. steunen, cultuureducatie stevig in het onderwijs te verankeren en De elektrisch aangedreven vogel cultuur beter toegankelijk te maken. lijkt zo weg te kunnen vliegen. Dit is uitgewerkt in een tienpunten De wedstrijd is een samenwerking plan voor cultuurparticipatie. Voor tussen Shell Nederland en science het onderwijs wordt ingezet op een center NEMO, waarbij leerlingen uit cultuurkaart (als opvolger van de de onderbouw van het voortgezet huidige CKV-bonnen), de ontwikkeling onderwijs worden uitgedaagd uit van materiaal voor de Canon van oude apparaten een bewegend, Nederland en de versterking van technisch kunstwerk te maken. In cultuureducatie in de lerarenoplei 2008 vindt er weer een editie plaats. dingen. Daarnaast wordt de samen Alle scholen voor voortgezet onder werking tussen brede scholen en wijs kunnen hieraan meedoen. culturele instellingen gestimuleerd. MEER INFORMATIE: De minister heeft het advies van de www.shellyoungtechnicalaward.nl Raad voor Cultuur overgenomen om een zelfstandig fonds cultuureducatie NIEUWE WEBSITE CULTUURen amateurkunst in het leven te NETWERK NEDERLAND roepen, het zogenaamde Program Vanaf september heeft Cultuurnetwerk mafonds cultuurparticipatie. De Nederland een vernieuwde website. rijksgesubsidieerde musea worden Een integrale nieuwe site is in de gratis toegankelijk voor kinderen tot plaats gekomen van de twee oude en met 12 jaar. OCW ondersteunt het sites: www.cultuurnetwerk.nl en uitvoeren van een programma www.cultuurnetwerk.org. Cultuur leesbevordering, de inrichting van netwerk hoopt de bezoekers van het een netwerkorganisatie mediavernieuwde www.cultuurnetwerk.nl wijsheid en de oprichting van een een nog overzichtelijker beeld te Nationaal Historisch Museum. Ten geven van de ontwikkelingen op het slotte komt er structureel meer geld gebied van cultuureducatie. vrij voor kunst- en cultuurprojecten MEER INFORMATIE: die een meer divers publiek bereiken www.cultuurnetwerk.nl en de culturele dialoog in groot stedelijke gebieden aanjagen. INSCHRIJVING DAG VAN DE
SCHOOLMUZIEK
Muzes organiseert op 17 november de jaarlijkse dag van de schoolmuziek. Deelnemers (leraren primair en voortgezet onderwijs, betrokkenen uit de cultuur- en jeugdzorgsector) kunnen een keuze maken uit verschillende workshops, bijvoorbeeld: Coöperatief leren in muziek, muziek & wiskunde en muzikale spelvormen. MEER INFORMATIE en INSCHRIJVEN: www.muzes.be/dagvandeschoolmuziek KOSTEN: leden van Muzes of Musicerende Jeugd € 30,niet-leden € 60,-, studenten € 15,-
MEER INFORMATIE: www.minocw.nl/cultuurnota
EEN LANDGOED ADOPTEREN
Van Luchtkasteel tot Dassenburcht is een educatief project voor het basisonderwijs, waarin een school een landgoed in de buurt kan adopteren. De adoptie houdt in dat de leerlingen van de school om het jaar op het landgoed les krijgen over de bijzondere natuur en cultuur van het landgoed. Doordat de leerlingen het landgoed goed leren kennen, raken ze bij hun eigen omgeving betrokken.
Aan dit project doen inmiddels 65 landgoederen en 120 scholen mee. Voor het project zijn een lesmap, met lessen over natuur en cultuur, en - in samenwerking met Teleac/ NOT - de serie Het geheim van de Lindenborgh ontwikkeld. Dit is een educatief drama over Jane die een landgoed erft van haar oom, baron Klarenbeek van Ginkel. Haar zusje Kristel vindt het geweldig, er valt genoeg te beleven op het landgoed. Maar voor Jane is het lastiger. Hoe onderhoud je zoiets groots? Op elk landgoed kunnen deelnemende scholen een leskist lenen, met materialen die worden gebruikt voor bijvoorbeeld bodemonderzoek op het landgoed. MEER INFORMATIE: www.vanluchtkasteeltotdassenburcht.nl KOSTEN: Deelname v.a. € 75,- lesmap € 55,- video € 25,-
ONDERZOEK NAAR MUSEALE GAMES
Femke Burger deed een onderzoek naar educatieve games in Neder landse musea, No more sugar coating! genaamd. Daarvoor inventariseerde zij de aanwezigheid van games op websites van musea, de context waarbinnen het spel wordt aangeboden en aan de rol van de overheid bij de ontwikkeling van de games. Ook beschrijft Burger wie er verantwoordelijk is voor de inzet van spel in de museale sector, in welke vorm het daar voorkomt en wat de functie ervan is. Ten slotte gaat Burger in op de vraag of musea de mogelijk heden van het spel als educatief medium wel optimaal benutten: een game moet meer zijn dan een suiker laagje om het museum smakelijker te maken. DOWNLOADEN: www.femkeburger.nl > artikelen
ARCHIVALE LEERLIJN
Het Drents Archief in Assen en Waag Society in Amsterdam ontwikkelden het project Operatie Sigismund voor leerlingen in groep 7 en 8 van het primair onderwijs. Dit project is het eerste onderdeel in de archivale leerlijn van het Drents Archief. Sigismund van Heiden Reinestein heeft in de geschiedenis van Drenthe
23
een prominente rol gespeeld. Voor Operatie Sigismund is een adventure gebouwd (een verhaal in de vorm van een digitaal spel) waarbinnen leerlingen opdrachten uitvoeren in het archief. Deze opdrachten leiden hen naar de oplossing van het vraagstuk dat zij bij binnenkomst hebben gekregen. Op deze manier maken leerlingen op een speelse manier kennis met het doel en de werkwijze van een archief. MEER INFORMATIE: www.drentsarchief.nl KOSTEN: € 2,- per leerling
DEBATWEDSTRIJD ZOEKT SCHOLIEREN
In het najaar van 2007 gaan in tien Nederlandse musea voor moderne kunst leerlingen uit de bovenbouw havo/vwo met elkaar in debat over kunst, bijvoorbeeld naar aanleiding van de stelling: ‘Abstracte kunst, dat kan mijn zusje ook!’ Deze debatten zullen onder de titel Artwijs worden gevoerd. Een jury beoordeelt de debating-kwaliteiten van de deel nemers. Uiteindelijk zal er tijdens een grote finale, op 30 november in het Museum voor Moderne Kunst Arnhem, duidelijk worden wie zich definitief winnaar mag noemen van Artwijs 2007.
Ditjes & Datjes
TERUG NAAR DE TOEKOMST
Na het project Scholen adopteren een monument (een Europees project, waarin scholen de zorg voor een monument op zich namen) is er nu de opvolger: Terug naar de toekomst. Dit is een project voor vmbo en havo/vwo, waarbij leer lingen opdrachten uitvoeren bij een monument in de nabije omgeving. Ze worden daarbij geconfronteerd met dilemma’s die samenhangen met het thema Behouden of Ontwik kelen. Problemen zoals vandalisme, verkeersdrukte en luchtvervuiling komen hierbij aan de orde. Bijna alle provincies hebben een eigen monumentenkist. De kosten voor de huur van de projectkist verschillen per provincie.
Op donderdag 22 november 2007 organiseert Cultuurnetwerk Nederland bovendien een expertmeeting over talentontwikkeling. Deze bijeenkomst is bedoeld voor medewerkers van culturele of onderwijsinstellingen en beleidsmakers die willen meepraten over stimulerende en belemmerende factoren in de praktijk. Deelname geschiedt op basis van selectie, waarbij wordt gestreefd naar een gevarieerd deelnemersveld. Tijdens de bijeenkomst wordt voor een lichte avondmaaltijd gezorgd. DOWNLOADEN: www.cultuurnetwerk.nl > producten & diensten > publicaties > zicht op MEER INFORMATIE en AANMELDEN:
[email protected]
CANON ON TOUR
Op 3 juli 2007 presenteerde de commissie ontwikkeling Neder landse canon de definitieve versie van haar rapport En toen, nu en DE BINDENDE FACTOR verder aan minister Plasterk. Het De SLO-publicatie De Bindende ministerie van OCW kwam meteen Factor biedt scholen voor voortgezet met een reactie op dit rapport. Een onderwijs een handreiking voor het van de beleidsvoornemens is de ontwikkelen van een samenhangend landelijke ‘uitrol’ van de canon. Met leerplan voor het leergebied Kunst deze campagne wil OCW een breed en Cultuur. Vier scholen uit het draagvlak creëren voor de canon vmbo-netwerk van scholengroep in het onderwijs. In een reeks van Pompeblêd uit Friesland presenteren conferenties zal de canon per hun blauwdrukleerplan voor het provincie worden gepresenteerd. leergebied Kunst en cultuur. De Het ministerie van OCW en Erfgoed MEER INFORMATIE: volgende vragen komen aan de Nederland willen deze conferenties www.artwijs.nl orde: hoe zorg je binnen het leerfinancieel, organisatorisch en inhou gebied Kunst en cultuur voor samen delijk faciliteren, maar de organisatie SCHILDERS OP CD-ROM vooral in handen leggen van lokale Kunst & Kids heeft twee interactieve hang tussen en integratie van de cd-roms uitgebracht voor leerlingen vakken? Hoe zoek je naar bindende spelers rond de canon. Uitgangspunt is dan ook om aan te uit groep 5 tot en met 8: Van Gogh & factoren tussen de verschillende disciplines? sluiten bij reeds bestaande initiatie Kids en Rembrandt & Kids. De MEER INFORMATIE: ven en ontwikkelingen op lokaal cd-roms bevatten spelletjes en www.cultuurplein.nl/vo/praktijk/handreikingen/ niveau en de conferenties daad bindendefactor gesproken informatie over het werk werkelijk een ontmoetingsplek te en leven van de schilders. Daarnaast OPVATTINGEN OVER laten zijn tussen school en lokale bevatten zij animaties en een TALENTONTWIKKELING culturele (erfgoed)instellingen. Deze kunstencyclopedie die speciaal voor In Zicht op… talentontwikkeling en reeks conferenties zal in het najaar kinderen is geschreven. cultuureducatie worden verschil van 2007 starten met een doorloop Voor scholen is er van beide cd-roms lende opvattingen over talentontwik naar het voorjaar van 2008. een netwerkversie beschikbaar. keling op een rijtje gezet. Ook is er MEER INFORMATIE: Lessuggesties en kopieerbladen bij aandacht voor fasen in talentontwik www.entoen.nu en www.erfgoednederland.nl deze cd-roms zijn gratis te down keling en typen organisaties die zich loaden. De standalone versie is ook ermee bezig houden. Daarnaast te koop in het Van Gogh museum en bevat Zicht op… een overzicht van in het Rijksmuseum te Amsterdam Nederlandse websites en recente MEER INFORMATIE: www.kunst-kids.nl literatuur uit de collectie van het KOSTEN: studiecentrum van Cultuurnetwerk Standalone versie €19,75, Netwerkversie € 50,Nederland over dit onderwerp. (excl. BTW) MEER INFORMATIE: http://histoforum.digischool.nl/monumentenkist. htm
24
Opinie
Communicatie Regelmatig bellen, mailen of schrijven mensen ons naar aanleiding van een artikel. Wij vinden het belangrijk om te weten wat u van een onderwerp vindt. Ook vinden we het zinnig als onze andere lezers kennis kunnen nemen van uw mening. Het is echter niet mogelijk om al uw reacties in het Bulletin Cultuur & School op te nemen. Om u toch in staat te stellen om op artikelen te reageren en meningen van anderen te lezen, zetten we uw volledige reactie op www.cultuurplein.nl
Cultuurcoördinator Guus Reith beklaagt zich over het feit dat leerlingen vaak moeite hebben om de juiste keuze voor een voorstelling te maken, omdat de wervende teksten van de gezelschappen meestal voor aanvang van het seizoen zijn geschreven, maar dat de voorstelling in praktijk dan niet meer geschikt is. Maar er is hoop, want op de website www.ckvsite.nl kunnen gezelschappen nu hun educatief materiaal digitaal ter beschikking stellen. Hierdoor komt er hopelijk een beter afstemming tussen gezelschappen en scholen.
Fred Teunissen, directeur van de stichting Onderwijs Primair, roept kunst- en cultuurinstellingen op om meer te communiceren met hun doelgroepen. “De sector is teveel op zichzelf gericht, men spreekt liever over de scholen dan met de scholen”.
De volledige tekst van Teunissen en Reith zijn te lezen op: www.cultuurplein.nl > Onderwijssoort > Tijdschriften > Bulletin Cultuur & School > Reacties artikelen Bulletin Cultuur & School.