Betaalbaarheid van sport in Dordrecht
‘Sterker door samenwerking’
Naam
:
Tim Leijs
Studentnummer
:
2147297
Instituut
:
Fontys Economische Hogeschool Tilburg
Opleiding
:
SPECO, sportmarketing en –management
Begeleiding
:
Paul van Kempen + Niels van der Linden (Fontys) Arno van Gerven + Jan Verstraate + Angela Verkerk (Gemeente Dordrecht)
Periode
:
03-02-2014 / 12-09-2014
Titelpagina Student
:
Tim Leijs
Studentnummer
:
2147297
PCN-nummer
:
236984
Klas
:
4E
Opleiding
:
SPECO, sportmarketing en -management
Instituut
:
Fontys hogescholen
Plaats
:
Tilburg
1e begeleider
:
Dhr. Paul van Kempen
2e begeleider
:
Dhr. Niels van der linden
Organisatie
:
Sportbedrijf Dordrecht & Sportraad Dordrecht
Stad
:
Dordrecht
Periode
:
februari 2014 – september 2014
Inleverdatum scriptie
:
12 september 2014
Begeleiding
:
Dhr. Arno van Gerven, Dhr. Jan Verstraate & Mevr. Angela Verkerk
Opdracht
:
Strategisch beleidsplan financiële staat Dordtse sportverenigingen
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 2
Voorwoord Na vier jaar SPECO zit mijn studie er bijna op. Het afstuderen bij de gemeente Dordrecht heeft gevoeld als een ritje in een achtbaan die zes maanden duurde. Het is een enorme uitdaging, met veel ups en downs, met teleurstellingen maar ook mooie herinneringen. Het is een periode geweest die me een stuk wijzer heeft gemaakt. Zowel op studievlak, als mijn zelfkennis. Met 22 jaar ervaring als Dordtenaar voelde ik mij zeer betrokken bij het onderzoek wat ik voor de gemeente Dordrecht heb uitgevoerd. Het onderzoeken van de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen was zeer interessant en het ontwikkelen van een oplossing voor de problemen was een grote uitdaging. Ik wil het Sportbedrijf en de Sportraad daarom ook hartelijke danken voor het vertrouwen en de kans die zij mij geboden hebben. Hoewel ik eigenlijk voor een andere opdrachtgever (Sportraad) een opdracht heb uitgevoerd heb ik mij vanaf dag één sterk verbonden gevoeld met de medewerkers van het Sportbedrijf. Zij hebben mij omarmd als één van hen en mede daardoor heb ik mijn onderzoek optimaal uit kunnen voeren. Net zo belangrijk vind ik dat ik het prima naar mijn zin heb gehad, ook daarvoor wil ik m’n collega’s bedanken. In het bijzonder wil ik mijn begeleiders Angela Verkerk en Arno van Gerven noemen. Angela omdat zij mij zo goed heeft geholpen bij het uitvoeren van mijn onderzoek en de leden van de Sportraad bleef benaderen om mij maar meer respons te geven. Arno wil ik bedanken vanwege zijn hulp als begeleider. Ook wil ik via deze weg Jan Verstraate bedanken, de vicevoorzitter van de Sportraad die mij heeft aangenomen. Ik kan nog goed herinneren dat mijn stagebegeleider dhr. van Kempen bij de eerste ontmoeting met de volgende filosofische stelling kwam: ‘Het schrijven van een scriptie is als het bouwen van een kunstwerk, je werkt aan dit en je werkt aan dat en uiteindelijk komt alles bij elkaar en is het iets heel anders geworden als wat je van tevoren bedacht had.’ Door de afgelopen maanden kan ik melden dat hij daar volledig gelijk in had. Ik wil via deze weg mijn begeleider Paul van Kempen bedanken voor zijn kennis en coaching. Tot slot wil ik graag alle verenigingen, organisaties en andere experts bedanken voor de informatie die zij me hebben gegeven om mijn onderzoek uit te voeren. Mede het enthousiasme van deze personen hebben mij doen motiveren mijn onderzoek goed af te ronden. Dan rest mij alleen u nog veel plezier te wensen met het lezen van mijn scriptie. Dordrecht, 20 augustus 2014 Tim Leijs
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 3
Samenvatting Uit de Recessiepeiling van het Mulier instituut en de SportAanbiederMonitor van het NOC*NSF is gebleken dat zowel lokale gemeenten als sportverenigingen moeite hebben met hun financiën. Dordrecht heeft echter niet aan deze onderzoeken deelgenomen. Daarom is het doel van dit onderzoek om inzicht te krijgen in de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen, om vervolgens door onderlinge samenwerking tussen sportverenigingen met een oplossing te komen die de mogelijk zwakke financiële en organisatorische positie kan verbeteren. Diverse maatschappelijke ontwikkelingen hebben invloed op de Dordtse sportvereniging. Zo zijn er grote verschillen tussen de generaties van oudere en jongere generaties. Sportverenigingen moeten zich meer dan ooit richten op de jongste doelgroepen. Tegelijkertijd is ontgroening een ontwikkeling die deze doelgroep verkleint. Daarnaast zijn vergrijzing en individualisering van de samenleving ontwikkelingen die het runnen van een sportvereniging complexer dan ooit maken. Is de financiële staat van de Dordtse sportvereniging dan zo slecht? Juist het tegendeel is het geval. Uit kwantitatief onderzoek blijkt dat geen enkele sportvereniging een ‘slechte’ of ‘zeer slechte’ financiële staat heeft. Deze uitslag moet echter niet als feit worden aangenomen, aangezien er meerdere betalingsregelingen met lokale sportverenigingen lopen. Een andere reden is omdat niet iedere vereniging haar financiële gegevens openbaar wilde maken. Wel is er sprake van verschillende (problematische) organisatorische ontwikkelingen bij de Dordtse sportverenigingen. Het behouden van leden wordt als grootste probleem gezien. Daarnaast zijn er diverse kader, technische en andere, meer praktischere problemen. Om meer inzicht te krijgen in de aard van de problemen en om te onderzoeken of de sportverenigingen open staan voor samenwerking met andere sportverenigingen is er ook kwalitatief onderzoek uitgevoerd. Uit diepte-interviews met vertegenwoordigers van diverse takken van sport blijkt dat de sportverenigingen zeer enthousiast zijn over onderlinge samenwerking en dat in het verleden ook initiatieven tot samenwerking zijn geweest. Daarnaast blijkt ook dat de huidige ondersteunende rol van de gemeente Dordrecht onvoldoende is. De wens van de sportverenigingen is dan ook dat de gemeente Dordrecht veel meer een faciliterende positie inneemt en de sportverenigingen effectiever ondersteunt. Samenwerken willen de sportverenigingen graag, maar de gemeente moet dit project opstarten en vervolgens faciliteren en ondersteunen. Met deze informatie zijn er gesprekken gevoerd met de gemeente Dordrecht. Uit de diepte-interviews met de gemeente Dordrecht blijkt dat de gemeente het nog niet is gelukt een beleid over samenwerking op te zetten. Daarnaast komt uit de gesprekken naar boven dat de communicatie tussen de gemeente en de sportverenigingen niet optimaal is. De gemeente Dordrecht heeft moeite met het overbrengen van de juiste boodschap en daardoor verwachten de lokale sportverenigingen teveel. Dit werkt frustrerend voor beide partijen. Om de financiële en organisatorische problemen van de sportverenigingen door onderlinge samenwerking op te lossen is het advies om hiervoor het beleidsplan: ‘Sterker door samenwerking’ uit te voeren. Het advies voor de gemeente Dordrecht is, om in de eerste fase het beleid over samenwerking helder en enthousiast over te brengen naar de sportverenigingen. Op dit moment is er geen balans in de verwachtingen die verenigingen hebben en de ondersteuning die de gemeente Dordrecht kan bieden. Het is van belang dat de gemeente Dordrecht en de sportverenigingen eerst naar elkaar toegroeien. Vervolgens kan er aan een structurele samenwerking worden gedacht. Dit wordt gedaan via het communicatiemiddel storytelling.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 4
Het plan ‘Sterker door samenwerking’ focust op de communicatie tussen de gemeente Dordrecht en de lokale sportverenigingen. Wanneer dit optimaal rendeert, kan de gemeente Dordrecht samen met de sportverenigingen gaan werken aan het realiseren van een structurele samenwerking tussen de Dordtse sportverenigingen. Het beantwoorden van de probleemstelling is een langdurig proces die enkele jaren zal duren. Wat duidelijk is, is dat zowel de sportverenigingen als de gemeente Dordrecht open staat voor het realiseren van intensievere samenwerking. Daarvoor moet er de relatie tussen de sportverenigingen en de gemeente Dordrecht wel veranderen, voordat er aan structurele samenwerking kan worden gewerkt. Dit onderzoek heeft wel de onderzoeksdoelstelling beantwoord. De financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen is in kaart gebracht. De oplossing van de zwakke staat van de verenigingen wordt gezien in het opzetten van een beleid die er voor moet zorgen dat de sportverenigingen structureel gaan samenwerken. Samen staan ze sterk, samen kunnen ze elkaars problemen oplossen. Waar de verenigingen in de beginfase werken met een intensieve ondersteuning van de gemeente Dordrecht en in latere fasen meer onafhankelijk aan de slag gaan.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 5
Inhoudsopgave Titelpagina.......................................................................................................................................................... 2 Voorwoord ......................................................................................................................................................... 3 Samenvatting ..................................................................................................................................................... 4 1
2
3
4.
Inleiding ..................................................................................................................................................... 9 1.1
Bedrijfsbeschrijving ............................................................................................................................ 9
1.2
Aanleiding onderzoek en probleemstelling ........................................................................................ 9
1.3
Onderzoeksdoelstelling ...................................................................................................................... 9
1.4
Onderzoeksvragen ........................................................................................................................... 10
1.5
Afbakening en definities................................................................................................................... 10
Onderzoeksopzet ..................................................................................................................................... 11 2.1
Opbouw onderzoek .......................................................................................................................... 11
2.2
Onderzoeksmethoden...................................................................................................................... 11
2.2.1
Deskresearch ............................................................................................................................ 11
2.2.2
Fieldresearch ............................................................................................................................ 13
2.3
Onderzoeksverantwoording per onderzoeksvraag ........................................................................... 15
2.4
Leeswijzer ........................................................................................................................................ 15
Externe analyse........................................................................................................................................ 16 3.1
Inleiding ........................................................................................................................................... 16
3.2
Maatschappelijke ontwikkelingen .................................................................................................... 16
3.3
Marktomgeving................................................................................................................................ 18
3.4
De gemeente Dordrecht................................................................................................................... 19
3.5
Sportbonden .................................................................................................................................... 21
3.6
Conclusies externe analyse .............................................................................................................. 22
Financiële en organisatorische staat Dordtse sportverenigingen ............................................................ 23 4.1
Inleiding ........................................................................................................................................... 23
4.2
Opzet kwantitatief onderzoek .......................................................................................................... 23
4.3
Financiële staat sportverenigingen Dordrecht .................................................................................. 24
4.4
Uitkomsten kwantitatief onderzoek ................................................................................................. 24
4.5
Conclusies financiële en organisatorische staat Dordtse sportverenigingen ..................................... 26
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 6
5
6
Synergetische oplossingsrichtingen en benchmarking ............................................................................ 27 5.1
Inleiding ........................................................................................................................................... 27
5.2
Synergie ........................................................................................................................................... 27
5.3
Succesvolle oplossingsrichtingen voor sportverenigingen ................................................................ 27
5.4
Benchmarkonderzoek / ‘best practices’ ........................................................................................... 30
5.5
Conclusies oplossingsrichtingen en benchmarkonderzoek ............................................................... 31
Resultaten kwalitatief onderzoek ............................................................................................................ 33 6.1
Inleiding ........................................................................................................................................... 33
6.2
Opzet kwalitatief onderzoek ............................................................................................................ 33
6.3
Rapportage diepte-interviews .......................................................................................................... 34
6.3.1
Sportverenigingen Dordrecht .................................................................................................. 34
6.3.2
Gemeente Dordrecht ............................................................................................................... 36
6.4 6.4.1
Gewenste situatie .................................................................................................................... 38
6.4.2
Synergiemodel Campbell en Goold .......................................................................................... 38
6.5 7
Conclusies kwalitatief onderzoek ..................................................................................................... 40
Conclusies onderzoek, SWOT-analyse en uitdagingen ............................................................................. 41 7.1
Conclusies onderzoek....................................................................................................................... 41
7.2
SWOT-analyse .................................................................................................................................. 42
7.3
Confrontatiematrix en uitdagingen .................................................................................................. 43
7.3.1
Confrontatiematrix ................................................................................................................... 43
7.3.2
Uitdagingen / strategische opties .............................................................................................. 44
7.4 8
Analyse resultaten kwalitatief onderzoek ......................................................................................... 37
Keuze strategische optie .................................................................................................................. 45
Adviesplan ‘Sterker door samenwerking’ ................................................................................................ 46 8.1
Inleiding ........................................................................................................................................... 46
8.2
Visie, missie en doelstellingen .......................................................................................................... 47
8.3
Strategie .......................................................................................................................................... 47
8.4
Creatief concept ............................................................................................................................... 48
8.5
Middelen ......................................................................................................................................... 49
8.6
Financiële verantwoording ............................................................................................................... 52
8.7
Planning ........................................................................................................................................... 53
8.8
Evaluatie .......................................................................................................................................... 53
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 7
Bibliografie ....................................................................................................................................................... 56 Inhoudsopgave bijlagen scriptie ....................................................................................................................... 59 1:
Vragenlijst sportverenigingen ............................................................................................................ 60
2:
Codeboek SPSS .................................................................................................................................. 70
3:
Uitnodiging enquête en diepte-interviews ......................................................................................... 71
4:
Topiclijst diepte-interviews sportverenigingen ................................................................................... 73
5:
Transcripten diepte-interviews sportverenigingen ............................................................................. 77
6:
Coderingsschema sportverenigingen ................................................................................................. 93
7:
Topiclijst diepte-interviews gemeente Dordrecht............................................................................. 101
8:
Transcripten diepte-interviews gemeente Dordrecht ....................................................................... 104
9:
Coderingsschema Gemeente Dordrecht........................................................................................... 110
10:
Overzicht sportverenigingen Dordrecht ........................................................................................... 115
11:
Begrotingen sport gemeente Dordrecht .......................................................................................... 119
12:
Uitwerking beslissingsmatrix............................................................................................................ 122
13:
Concept corporate story ‘Sterker door samenwerking’ .................................................................... 124
14:
Planning ‘Sterker door samenwerking’............................................................................................. 125
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 8
1 Inleiding 1.1 Bedrijfsbeschrijving De Sportraad is een gemeentelijke commissie die zowel de rechten van burgemeester en wethouders uitoefent als hen adviseert als het gaat om de sport in Dordrecht. Deze raad heeft echter geen actieve functie ter bevordering van sport in Dordrecht. Hiervoor is een andere partij verantwoordelijk, het Sportbedrijf. Het Sportbedrijf is een gemeentelijk bedrijf die de uitvoering van het Dordtse sportbeleid onder haar hoede heeft. De uitvoering van het sportbeleid staat ook wel bekend als Dordt Sport. Het Sportbedrijf heeft als doel de Dordtse sportwereld te bevorderen. Om dit te bewerkstelligen zorgt zij dat grote (top)sportevenementen in Dordrecht plaatsvinden en dat de Dordtse accommodaties onderhouden blijven. Daarnaast is het Sportbedrijf druk bezig met de ontwikkeling van talenten en topsporters, het organiseren van sport in de Dordtse wijken en het ondersteunen van de lokale breedtesportverenigingen. 1.2 Aanleiding onderzoek en probleemstelling De financiële positie van de Nederlandse sportverenigingen staat sterk onder druk. Onderzoekmatig blijkt dat onder meer uit de uitkomsten van de Recessiepeiling 2013 van het Mulier Instituut en de SportAanbiederMonitor 2012 van het NOC*NSF. Uit de recessiepeiling valt op te maken dat lokale overheden steeds meer willen bezuinigen op sport, vooral door het verminderen van subsidies en het verhogen van tarieven (Hoekman, 2013). In de SportAanbiederMonitor 2012 staat dat twee derde van de sportverenigingen financieel alles onder controle heeft. Wel hebben veel sportverenigingen moeite met de stijgende tarieven, zoals huurkosten, lagere subsidies, teruglopende ledentallen en verminderde sponsorinkomsten (Veerman, 2012). De gemeente Dordrecht en de lokale sportverenigingen hebben niet aan deze landelijke onderzoeken deelgenomen. Wel is de verwachting dat ook Dordtse sportverenigingen te kampen hebben met enkele van bovenstaande problemen. Er zijn diverse ontwikkelingen waardoor de Dordtse sportverenigingen financieel onder druk komen te staan. Zo zijn de jeugdsportsubsidie, sportstimuleringssubsidie en de subsidie voor Dordtse sporttalenten onlangs komen te vervallen. Ook wordt in opdracht van de gemeente Dordrecht en de Sportraad een toekomstvisie sportparken ontwikkeld. Een gevolg kan zijn dat huurtarieven voor accommodaties in de toekomst gaan stijgen. De corebusiness van de Sportraad is ondersteuning bieden aan sportverenigingen. Daarom wil de raad de sportverenigingen in de toekomst graag beter ondersteunen en gericht helpen bij het oplossen van mogelijke probleemsituaties. De gemeente Dordrecht heeft helaas minder geld te besteden aan sport en de verenigingen, daarom is meer subsidie en het verlagen van tarieven geen optie en moet er aan andere oplossingen worden gedacht. De wens van de Sportraad is dan ook om te onderzoeken of en waar er mogelijkheden liggen in een intensievere samenwerking tussen sportverenigingen onderling en de gemeente Dordrecht. Het Sportbedrijf heeft daarom de opdracht gekregen om te onderzoeken of er een probleem is, hoe groot dit probleem is, bij welke sportverenigingen deze problemen spelen en wat voor vernieuwende oplossingsrichtingen er mogelijk zijn die zorgen voor een structurele samenwerking tussen sportverenigingen, de Sportraad en het Sportbedrijf. Deze probleemaanleiding leidt tot de volgende probleemstelling: Hoe kunnen de Dordtse sportverenigingen door samen te werken met andere sportverenigingen, het Sportbedrijf en de Sportraad synergetische effecten opwekken? 1.3 Onderzoeksdoelstelling Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen, om vervolgens met een synergetische oplossing te komen die de mogelijk zwakke financiële en organisatorische helpt te verbeteren.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 9
1.4 Onderzoeksvragen Onderstaande onderzoeksvragen helpen bij het beantwoorden van de probleemstelling en het behalen van de doelstelling. De Onderzoeksverantwoording wordt later uiteengezet. 1 2 3 4 5 6 7
Wat zijn maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op de Dordtse sportwereld? Wat voor krachten hebben invloed op de marktomgeving van de Dordtse sportvereniging? Hoe ondersteunt de gemeente Dordrecht lokale sportverenigingen? Hoe ondersteunen sportbonden sportverenigingen? Wat is de huidige financiële staat van de Dordtse sportverenigingen? Wat voor financiële en organisatorische problemen hebben de Dordtse sportverenigingen? Zijn er al succesvolle initiatieven betreffende samenwerking waar de Dordtse sportverenigingen gebruik van kunnen maken? 8 Op welke wijze ondersteunen andere steden hun lokale sportverenigingen? 9 Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? 10 Wat zijn wensen, behoeften en eisen van zowel sportverenigingen en de gemeente Dordrecht, voor onderlinge samenwerking? 11 Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen? Paragraaf 2.3 verantwoordt met diverse onderzoeksmethoden die worden gebruikt om bovenstaande onderzoeksvragen te beantwoorden. 1.5 Afbakening en definities Dit onderzoek biedt mogelijkheid om de problematiek van meerdere kanten te belichten. Er wordt al tijden onderzoek gedaan naar verenigingen en ontwikkelingen die gaande zijn. Ook het advies wordt afgebakend, omdat er talloze verschillende mogelijkheden zijn. Afbakening De huidige financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen wordt onderzocht. Na een gesprek met de algemeen directeur van het Sportbedrijf is het onderzoek, en de oplossing, afgebakend op samenwerking tussen sportverenigingen. Er zijn verschillende redenen te bedenken waarom verenigingen zouden moeten samenwerken. Samenwerking kan onder andere leiden tot kostenbeperking of juist inkomstenverhoging. Door middel van fieldresearch in de vorm van diepte-interviews worden mogelijkheden, wensen en behoeften en de rol van de gemeente Dordrecht hierbij onderzocht. Definities Onderstaand zijn enkele belangrijke begrippen uit de probleemstelling gedefinieerd. Synergie
Sportbedrijf Sportraad Verenigingen
Situatie waarin het effect van twee of meer samenwerkende of gecombineerde organen of functies groter is dan de som van de effecten die elk van de organen of functies alleen zou kunnen opwekken (Sportsupport, 2011). Gemeentelijk bedrijf die de belangen van onder andere de Sportraad behartigt. Gemeentelijke commissie met als corebusiness het ondersteunen van de lokale sportverenigingen. Lokale sportverenigingen die volgens landelijke onderzoeken problemen hebben met onder andere stijgende kosten, verminderende inkomsten en teruglopende ledenaantallen. De staat van de Dordtse sportverenigingen is (nog) niet bekend.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 10
2 Onderzoeksopzet De probleemstelling en bijbehorende onderzoeksvragen worden met behulp van verschillende onderzoeksmethoden beantwoord. Dit hoofdstuk geeft per onderzoeksvraag inzicht in en toelichting op de gebruikte methoden en modellen. 2.1 Opbouw onderzoek In onderstaand figuur is te zien hoe het onderzoek is opgebouwd. In paragrafen 2.2 en 2.3 is de Onderzoeksverantwoording uiteengezet.
Figuur 1 Onderzoeksopzet
2.2 Onderzoeksmethoden In dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van zowel desk- als fieldresearch. Het deskresearch brengt in kaart wat voor maatschappelijke ontwikkelingen invloed hebben op Dordtse sportverenigingen. Tevens wordt het huidige Dordtse beleid en de ondersteuning aan de sportverenigingen geanalyseerd. Tot slot wordt door het gebruiken van verschillende literatuur gezocht naar mogelijke oplossingsrichtingen. Het fieldresearch onderzoekt de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen. Daarnaast worden de wensen en behoeften van sportverenigingen en de rol die de gemeente Dordrecht bij mogelijke oplossingsrichtingen moet spelen onderzocht. 2.2.1 Deskresearch Het deskresearch in dit onderzoek bestaat uit het bestuderen van verschillende (externe) literatuur interne rapporten en theoretische modellen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 11
Literatuur (bronnen) Dit onderzoek start met het analyseren van verschillende maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op de Dordtse sportverenigingen, hiervoor wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de onderzoekportal van Onderzoekcentrum Drechtsteden. Daarnaast worden verschillende gemeentelijke beleidsdocumenten gebruikt om het huidige sportbeleid van de gemeente Dordrecht in kaart te brengen. Zoals het huidige uitvoeringsprogramma ‘Spaken Spannen’, het marketingplan voor de komende jaren en het meest recente jaarverslag. Om aan oplossingen te komen wordt de sportsubsidieregeling Sportimpuls geraadpleegd. Dit project kent interventies die eerder door lokale sportaanbieders zijn ontwikkeld en succesvol zijn uitgevoerd. Deze oplossingsrichtingen zullen niet de oplossing zijn van de problemen die mogelijk spelen bij de Dordtse sportverenigingen, ze dienen als input voor de diepte-interviews met sportverenigingen. Figuur 2 geeft de interventies weer die zijn geanalyseerd. Eigenaar
Oplossing / interventie
Koninklijke Nederlandse Korfbalbond Badminton Nederland NOC*NSF Nederlands instituut voor vechtsport en maatschappij Koninklijke Nederlandse Voetbalbond
Kombi fit J.T. Vissers START trainingsprogramma D. Oldenhof Schoolactieve verenigingen G. op het Veld Sport voor iedereen W. Schols Werving- en behoud meiden in het voetbal S. Cols Figuur 2 Oplossingsrichtingen Sportimpuls
Contactpersoon
Het boek ‘Lid worden? Waarom zou ik? wordt gebruikt om het theoretisch kader te verdiepen. Dit boek gaat onder andere over verschillende generaties en doelgroepen waar verenigingen mee te maken hebben. Ook geeft het boek inzicht in verschillende ontwikkelingen en hoe verenigingen hier het best op in kunnen spelen en hoe juist niet. Theoretische modellen Om informatie structureel te verwerken worden diverse theoretische modellen gebruikt. Onderstaand een overzicht van de gebruikte theoretische modellen. DESTEP-analyse Een DESTEP-analyse brengt maatschappelijke ontwikkelingen structureel in kaart. Dit theoretische model kent verschillende factoren die, indien ze toepasbaar zijn, uitgewerkt worden. Het betreft ontwikkelingen op demografisch, economisch, sociaal-cultureel, technologisch, ecologisch en politiek-juridisch niveau. Uitwerking van dit model resulteert in een goed overzicht van kansen en bedreigingen (externe analyse). Vijf-krachtenmodel van Porter De directe omgeving van de Dordtse sportverenigingen wordt geanalyseerd met behulp van het 5krachtenmodel van Porter. Dit model brengt de macht van leveranciers, de macht van afnemers, de mate waarin substituten en complementaire goederen verkrijgbaar zijn, de dreiging van nieuwe toetreders tot de markt en de interne concurrentie van spelers op de markt in kaart. Door dit model te gebruiken ontstaat een beeld aan wat voor invloeden de sportverenigingen in Dordrecht onderhevig zijn. Synergiemodel Andrew Campbell en Michael Goold Om ervoor te zorgen dat de sportverenigingen –onderling en de gemeente Dordrecht optimaal profiteren van de nieuwe voorstellen wordt dit model gebruikt. Dit theoretische model wordt gebruikt om na de diepteinterviews te analyseren wat voor winst er te behalen is voor de individuele partijen en is gebaseerd op vier disciplines die uitgewerkt worden. Onderstaand de vier disciplines:
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 12
-
Schat de voordelen in. Bouw op al aanwezige vaardigheden. Kijk naar eventuele negatieve bijeffecten. Bepaal de kansen voor de partijen (gemeente Dordrecht en sportverenigingen).
SWOT-analyse Een SWOT-analyse vat na afronding van het onderzoek de belangrijkste sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen samen. Hierdoor ontstaat een duidelijk overzicht van mogelijkheden voor zowel de lokale sportverenigingen als de gemeente Dordrecht. Deze gegevens worden gebruikt om tot heterogene strategische opties te komen. Confrontatiematrix In een confrontatiematrix worden de sterkten en zwakten en kansen en bedreigingen uit de SWOT-analyse met elkaar verbonden. Uit deze matrix ontstaan uitdagingen die door een sterk of juist zwakke eigenschap uitgevoerd kunnen worden. Uitdagingen worden ook wel strategische opties genoemd. Beslissingsmatrix Na afronding van het onderzoek en de invulling van een SWOT-analyse worden drie heterogene voorstellen (strategische opties) bedacht. Deze voorstellen worden getest op verschillende categorieën. Die criteria zijn passendheid, haalbaarheid en acceptatie. De optie met de beste score heeft de meeste potentie succesvol te zijn en die wordt ingediend als voorstel. Dit voorstel wordt vervolgens uitgewerkt in een adviesplan. ROI-model Een goede evaluatietechniek is het ROI-model (Return On Investment). Dit theoretische model zorgt door het nemen van verschillende stappen hoe de nieuwe strategie het best geëvalueerd en gemonitord kan worden. 2.2.2 Fieldresearch Het fieldresearch in dit onderzoek bestaat uit zowel kwantitatief als kwalitatief onderzoek. Kwantitatief onderzoek in de vorm van een enquête onder de Dordtse sportverenigingen en kwalitatief onderzoek door het houden van diepte-interviews met leden van het algemeen bestuur van de Sportraad en medewerkers van de gemeente Dordrecht. Hieronder worden beide onderzoeksmethoden uitgelegd. Enquête Het kwantitatief onderzoek wordt gedaan met als doel inzicht te krijgen in de financiële staat van de Dordtse sportverenigingen. Daarnaast wordt in de enquête ook aandacht besteed aan knelpunten, risico’s en prioriteiten op de lange termijn. Tot slot wordt de sportverenigingen gevraagd hun mening over mogelijke oplossingsrichtingen te geven. De bevindingen uit het kwantitatief onderzoek worden gebruikt als input voor de diepte-interviews met de sportverenigingen. Dordrecht telt 108 sportverenigingen. Deze onderzoekspopulatie is relatief klein, daarom wordt er geen steekproefmethode gebruikt maar wordt de gehele populatie meegenomen in het onderzoek. Door de inzet van de secretaris en de leden van het algemeen bestuur van de Sportraad wordt de enquête verspreid onder de Dordtse verenigingen. Reden voor deze methode is de gevoelige informatie die verenigingen mogelijk niet willen delen. Het persoonlijke contact tussen Sportraad en de verenigingen werkt mogelijkerwijs respons bevorderend. De enquête bestaat uit 25 vragen waarvan 4 gesloten vragen en 21 invulvragen. De enquête is opgesteld op basis van landelijke onderzoeken (Recessiepeiling en SportAanbiederMonitor). De uitkomsten van deze onderzoeken zijn in de enquête verwerkt. Zie bijlage 1 voor de enquête.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 13
De representativiteit, betrouwbaarheid en validiteit zijn enkele maatstaven die aan een kwantitatief onderzoek zijn verbonden. In onderstaande paragrafen worden de mate van representativiteit, betrouwbaarheid en validiteit in dit onderzoek uiteengezet. Representativiteit Iedere sportvereniging heeft een unieke financiële en organisatorische staat. Daarnaast is ook de onderzoekspopulatie relatief klein en omdat het onderzoek in het belang van de vereniging is, is de verwachting van het Sportbedrijf dat er een responspercentage van tegen de 100% gehaald moet worden. Alleen zo is er een representatief beeld van alle Dordtse sportverenigingen. Betrouwbaarheid Het is vooraf lastig vast te stellen of dit onderzoek betrouwbaar is. Er wordt om gevoelige informatie gevraagd en de kans is aanwezig dat niet alle sportverenigingen bereid zijn om hun financiële gegevens te delen. Het is duidelijk dat de juiste onderzoeksobjecten zijn gevraagd mee te doen aan het onderzoek. De gehele onderzoekspopulatie is namelijk uitgenodigd. Validiteit Er is pas sprake van een valide onderzoek als de uitkomsten van het kwantitatief onderzoek gelden voor de gehele onderzoekspopulatie. Met andere woorden, de validiteit hangt af van de representativiteit en de betrouwbaarheid. Het is nu nog niet mogelijk om vast te stellen of het onderzoek valide wordt. Vanwege het gebrek aan representativiteit, het moeilijk vast te stellen van de betrouwbaarheid en validiteit wordt ook kwalitatief onderzoek uitgevoerd. Diepte-interviews Door kwantitatief onderzoek is een beeld ontstaan van de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen. Vervolgens is door middel van bronnenonderzoek een overzicht van vernieuwende oplossingen gemaakt die de Dordtse sportverenigingen kunnen helpen. Voor de gemeente Dordrecht is het belangrijk dat de wensen en behoeften van de sportverenigingen bekend zijn. Om een beeld te krijgen van die wensen en behoeften en of de lokale sportverenigingen wel open staan voor onderlinge samenwerking worden diepte-interviews gehouden. Er is gekozen voor gesprekken met vertegenwoordigers van de vijf grootste takken van sport omdat hier 35 van de 108 sportverenigingen deel van uit maken. Ook zijn 15.500 van de 39.000 Dordtse sporters actief in deze sporten. Figuur 3 geeft de te interviewen personen van de sportverenigingen weer: Tak van sport
Vertegenwoordigers
Functie
Datum
Locatie
Korfbal Gymnastiek Volleybal Voetbal Tennis
J. Mol M. Nijenhuis E. Zomervrucht F. Schiereck P. Nijzink
AB-lid korfbal AB-lid gymnastiek AB-lid volleybal AB-lid voetbal AB-lid tennis
02-07-2014 03-07-2014 03-07-2014 04-07-2014 04-07-2014
Stadskantoor Dordrecht Gymnastiekclub DVO Stedelijk Dalton Lyceum Stadskantoor Dordrecht Tennisclub CC Figuur 3 Diepte-interviews met AB-leden
Nadat er een beeld is ontstaan van wensen en behoeften van de sportverenigingen wordt de rol van de gemeente Dordrecht behandeld. De vraag ‘Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen?’ staat centraal in deze gesprekken. Daarnaast worden citaten uit de interviews met verenigingen gebruikt als input om de mening van de gemeente Dordrecht hier tegenover te zetten. Figuur 4 geeft de te interviewen personen van de gemeente Dordrecht weer: Naam
Instelling
Functie
A. van Gerven L. Makkinga
Sportbedrijf Dordrecht Sportraad Dordrecht
Algemeen directeur Lid Sportraad Dordrecht
Datum
Locatie
11-08-2014 Stadskantoor Dordrecht 12-08-2014 Sv. Oranje Wit Figuur 4 Diepte-interviews gemeente Dordrecht
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 14
2.3 Onderzoeksverantwoording per onderzoeksvraag Iedere onderzoeksvraag wordt op een andere manier beantwoord. Daarom geeft figuur 5 een overzicht van Onderzoeksverantwoording per onderzoeksvraag. Onderzoeksvraag
Onderzoeksverantwoording
1
Deskresearch. Invulling van een DESTEP-analyse. Hier wordt onder andere de portal van het Onderzoekcentrum Drechtsteden voor gebruikt. Door het beantwoorden van deze onderzoeksvraag is de Macro-omgeving uitgewerkt. Deskresearch. Invulling van het vijf-krachtenmodel van Porter. Bronnen die worden gebruikt zijn interne rapporten en gesprekken met de algemeen directeur van Sportbedrijf Dordrecht. Deskresearch. Meerdere interne bronnen van het Sportbedrijf brengen het huidige beleid van de gemeente Dordrecht in kaart. Met het beantwoorden van onderzoeksvragen twee en drie is de Meso-omgeving uitgewerkt. Fieldresearch. Kwalitatief onderzoek in de vorm van diepte-interviews met verenigingen. Fieldresearch. Kwantitatief onderzoek in de vorm van een enquête. Fieldresearch. Kwantitatief onderzoek in de vorm van een enquête. Met het beantwoorden van onderzoeksvragen vier en vijf is de micro-omgeving uitgewerkt. Zowel desk- als fieldresearch. Deskresearch in de vorm van bronnenonderzoek naar oplossingsmogelijkheden. Belangrijkste bron is de sportsubsidieregeling Sportimpuls. Fieldresearch door een diepte-interview met programmaleider breedtesport van Sportbedrijf Dordrecht en e-mailcontact met interventie eigenaren. Benchmarkonderzoek naar steden Rotterdam en Enschede. Gebruik gemaakt van lokale beleidsplannen. Zowel desk- als fieldresearch. Deskresearch in de vorm van een enquête. fieldresearch door diepte-interviews met leden van het algemeen bestuur van de vijf grootste takken van sport in Dordrecht. Zowel desk- als fieldresearch. Deskresearch door een enquête. Vervolgens fieldresearch in de vorm van diepteinterviews met leden van het algemeen bestuur van de vijf grootste takken van sport in Dordrecht. Fieldresearch. Diepte-interviews met leden van het algemeen bestuur van de vijf grootste takken van sport in Dordrecht en gesprekken met de algemeen directeur van Sportbedrijf Dordrecht en de voorzitter van de Sportraad Dordrecht. Uitgewerkt door het synergiemodel van Andrew Campbell en Michael Goold. Figuur 5 Onderzoeksverantwoording per onderzoeksvraag
2 3
4 5 6 7
8 9 10 11
2.3 Leeswijzer Hoofdstukken één en twee bestaan uit het opzetten van het onderzoek en het verantwoorden van diverse onderzoeksmethoden. Er wordt uitgelegd welke modellen worden gebruikt en hoe iedere onderzoeksvraag wordt uitgewerkt. Daarnaast wordt ook zowel het deskresearch en het fieldresearch uiteengezet. Hoofdstuk 3 bestaat uit het analyseren van verschillende verenigingsinvloeden. Het betreft hier maatschappelijke ontwikkelingen, het in kader brengen van diverse marktinvloeden en een uitwerking van de rol van de gemeente Dordrecht en sportbonden. Hoofdstuk 4 brengt de huidige financiële staat van de Dordtse sportverengingen in kaart. Daarnaast worden ook financiële en organisatorische problemen uiteengezet. Het kwantitatief onderzoek is in dit hoofdstuk uitgewerkt en afgerond. Met de informatie uit hoofdstuk 4 wordt er in hoofdstuk 5 onderzoek gedaan naar mogelijke oplossingsrichtingen. Daarnaast bestaat dit hoofdstuk ook voor een deel uit een benchmarkonderzoek. De informatie uit dit hoofdstuk wordt gebruikt om in hoofdstuk 6 aan informatie te komen. Hoofdstuk 6 geeft uitkomsten uit het kwalitatief onderzoek weer. Dit hoofdstuk bestaat uit twee delen. Uit gesprekken met vertegenwoordigers van de Dordtse sportverenigingen en de gemeente Dordrecht. Uitspraken van de verenigingen worden voorgelegd aan medewerkers van de gemeente Dordrecht. Hierdoor ontstaat een beeld van de aard van de problemen en de wensen en behoeften van zowel clubs als de gemeente bij een mogelijke oplossing. Hoofdstuk 7 bestaat uit een conclusie van het afgeronde onderzoek en een start naar het adviesplan. Dit hoofdstuk bevat een SWOT-analyse, een confrontatiematrix en een beslissingsmatrix. Hierdoor worden diverse strategische opties geformuleerd. De gekozen strategische optie uit hoofdstuk 7 wordt in hoofdstuk 8 uitgewerkt aan de hand van een adviesplan. Dit adviesplan bevat verschillende onderdelen zoals een strategie, creatief concept, planning en financiële verantwoording.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 15
3 Externe analyse In dit hoofdstuk worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord. - Wat zijn maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op de Dordtse sportwereld? - Wat voor krachten hebben invloed op de marktomgeving van de Dordtse sportverenigingen? - Hoe ondersteunt de gemeente Dordrecht lokale sportverenigingen? - Hoe ondersteunen sportbonden sportverenigingen? 3.1 Inleiding Sportverenigingen hebben met verschillende externe omgevingsinvloeden te maken. Dit hoofdstuk biedt informatie over maatschappelijke ontwikkelingen en de marktomgeving van de Dordtse sportverenigingen. In het kader van dit onderzoek worden ook de rol van de gemeente Dordrecht en sportbonden uitgelicht. 3.2 Maatschappelijke ontwikkelingen Maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op sportverenigingen worden verwerkt door middel van een DESTEP-analyse. Om effectief te werk te gaan worden alleen factoren behandeld die van toepassing zijn op de Dordtse sportverenigingen.
D
E
S
T
E
P
Ontgroening Vergrijzing
Werkloosheid
Gezondheid Individualisering
Geen invloedbare ontwikkelingen
Geen invloedbare ontwikkelingen
Subsidieregeling
Figuur 6 DESTEP-analyse maatschappelijke ontwikkelingen
Ontgroening Tot zeker 2030 zal er 6% ontgroening van de Dordtse samenleving plaatsvinden. Ontgroening betekent dat het aantal kinderen in een gebied afneemt. Deze ontwikkeling vormt de grootste bedreiging voor ledenorganisaties zoals sportverenigingen (Linden, 2013 - 2030). Er zijn maar weinig verenigingen die een oplossing hebben om de massale uittocht van bestuurders en vrijwilligers op te vangen met ‘jongere leden’ (Sladek, 2014) Vergrijzing Tegenover ontgroening staat vergrijzing van de Dordtse samenleving. Tot 2030 wordt een toename van 20% aan ouderen (65+) waargenomen. Daarnaast wordt ook een toename gezien in het aantal sportende ouderen (Lindert, 2009). Vergrijzing is een grote bedreiging voor sportverenigingen. In de volgende paragrafen wordt uitgelegd waarom.
Figuur 7 Aantal ouderen in Dordrecht 2013 - 2030
Onder andere door demografische ontwikkelingen als ontgroening en vergrijzing is een theorie ontstaan die sportverenigingen kunnen maken of breken. Deze theorie heeft betrekking op de generaties in Nederland en hun homogene eigenschappen. Deze theorie komt met harde conclusies en in het kader van dit onderzoek is het van belang hier meer over te weten.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 16
Theorie X, Y en Z Uit onderzoek (Sladek, 2014) blijkt dat verschillende generaties hun eigen kenmerken hebben. De huidige leeftijdsgroepen bestaan uit babyboomers en de generaties X, Y en Z. In figuur 8 staan de kenmerken die deze generaties typeren. Generatie babyboomers geboren tussen 1945-1955 Generatie IK Hardwerkend, loyaal, zelfverzekerd en competitief Zijn opgegroeid in een tijd van overvloed Waarom lid: kans om leiding te geven, kans om iets na te laten Stijl: leidinggeven, managen anderen, organiseren graag vergaderingen Generatie Y geboren tussen 1975 en 1990 Millenials, grenzeloze generatie Digitale denkers, voelen zich op alles gerechtigd, veel nodig Op microniveau gemanaged door ouders en technologie, altijd beloond voor deelname, opgevoed om veel te bereiken Waarom lid: kansen om te leren van anderen Stijl: willen structuur, verwachten onmiddellijke feedback, toenemende verantwoordelijkheden
Generatie X geboren tussen 1956-1970 Generatie NIX, verloren generatie Antiautoritair, zelfvoorzienend, gezinsgericht Kinderen van workaholics en scheidingen, kabel-tv, opgevoed om zichzelf te redden Waarom lid: Kansen om carrière vooruit te helpen Stijl: willen autonomie en niet op microniveau gemanaged worden, hekel aan tijdsverspilling Generatie Z geboren vanaf 1990 tot heden Altijd online Open wereldburger, handigheid in interactieve media. Draagt graag een steentje bij aan een betere wereld, zolang het op eigen initiatief mag Groeien op in een tijd waar autoriteit verdiend moet worden. Kijkt op tegen inspirerende personen Stijl: willen duidelijkheid, op zoek naar inspirators in plaats van bazen Opmerking: nog maar weinig over deze groep mensen bekend, zijn nog maar maximaal 24. Figuur 8 Verschillende generaties en haar kenmerken
Sportverenigingen moeten bij het werven van leden voor iedere generatie andere wervingsmethoden gebruiken. De methoden die werkten om babyboomers te werven heeft geen effect meer op generatie X, Y en Z. Mede door de komst van individualistisch denken willen mensen waar voor hun geld. Het gaat zelfs zo ver dat verenigingen die zich blijven richten op oudere generaties (babyboomers) binnen 20 jaar niet meer bestaan. Vooral voor sporten zoals bridge of biljart is dit een grote bedreiging. Sportverenigingen die zich richten op generatie Y en Z hebben de toekomst. Mede door digitalisering zijn deze mensen het best te bereiken via digitale media (Sladek, 2014). Er zijn drie hoofdoorzaken voor ledendaling: - Demografische verschuivingen - Technologische veranderingen - Recessie Omdat sportverenigingen alleen technologie in eigen handen hebben moeten ze juist dit omarmen. Daarvoor hebben ze het lef nodig om te veranderen. Dit gaat mede door het inzetten van jonge vrijwilligers, geef ze op jonge leeftijd veel verantwoordelijkheden en zij zijn op 25 jarige leeftijd klaar voor bestuurlijke functies. Het opbouwen van een online community kan een goede kans zijn voor sportverenigingen om de drie volgende redenen. 1. 2.
3.
nieuwe leden zijn zo gemakkelijk bereikbaar. Verenigingen kunnen de sfeer binnen verenigingen via online communities veranderen. Denk hierbij aan wedstrijdverslagen, foto’s, of discussies, inzet van social media. Een website is immers maar één onderdeel van een community. Sportverenigingen kunnen via online communities effectiever samenwerken met andere verenigingen. Iets wat het begrip synergie ten goede komt.
Conclusie is dat verenigingen zich meer dan ooit moeten focussen op de jongere generaties en dat deze groep het best te bereiken is via technologie. Een goede mogelijkheid is het opbouwen van een online community, zowel binnen één vereniging of als communicatie binnen de hele breedtesport (Sladek, 2014).
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 17
Toename werkloosheid Het aantal Dordtse (niet werkende) werkzoekenden is in de periode 2009 – 2013 met 51% toegenomen en in diezelfde periode is het aantal mensen met een WW-uitkering zelfs verdubbeld (Drechtsteden, Werkloosheid, 2013). Voor de Dordtse sportverenigingen vormt een toename van werkloosheid zowel een kans als een bedreiging. Een verminderd inkomen zorgt dat bij sportieve bezuinigingen 35% van de mensen bezuinigd op lidmaatschappen (Straatmeijer, 2014). Daartegenover staat dat werkloze mensen veel vrije tijd hebben, bij oplossingen voor mogelijke financiële en organisatorische problemen bij sportverenigingen is er een kans dat er meer vrijwilligers nodig zijn. Werkloze mensen kunnen hiervoor worden ingezet, een aantekening op een curriculum vitae is immers een welkome aanvulling bij het zoeken naar een baan. Blijvende aandacht voor gezondheid 50% van de Dordtenaren heeft te kampen met overgewicht, daarnaast voldoet 46% aan de beweegnorm (Drechtsteden, Leefgewoontes, 2012). Het Sportbedrijf Dordrecht investeert al veel tijd en moeite in het verlagen van overgewicht en verhogen van sportdeelname, in het bijzonder onder de Dordtse jeugd. Lokale sportverenigingen zijn een belangrijk instrument ter bevordering van de sportparticipatie onder Dordtenaren. Vandaar dat deze ontwikkeling kansen biedt voor Dordtse sportverenigingen. Individualisering van de samenleving Individualisering van de samenleving houdt in dat aandacht voor het collectivisme verschuift naar aandacht voor het individu. Enkele voorbeelden hiervan zijn carrière wensen bij vrouwen en individueel sporten. Uit onderzoek blijkt dat individuele sporten zoals hardlopen en fietsen steeds vaker worden gekozen boven teamsporten bij sportverenigingen (Thaens, 2013). Voor de Dordtse sportverenigingen is individualisering van de samenleving een bedreiging. Deze ontwikkeling zorgt namelijk voor een terugloop aan leden en daarmee financiën. Subsidieregeling (komende bezuinigingsmaatregelen) In Dordrecht zijn onlangs de subsidieregelingen jeugdsportsubsidie, sportstimuleringssubsidie en de subsidie voor Dordtse sporttalenten komen te vervallen (Dordrecht S. , Regeling Sportraad). Voor de lokale sportverenigingen is de consequentie minder inkomsten. De verwachting is ook dat de komende periode geen andere subsidieregeling wordt uitgegeven. Voor sportverenigingen is verminderende inkomsten een bedreiging. 3.3 Marktomgeving De directe omgeving van de Dordtse sportvereniging wordt geanalyseerd met behulp van het 5-krachtenmodel van Porter. De mate van invloed is hieronder uitgewerkt. Dreiging van nieuwe toetreders Macht van leveranciers
Substitutiemogelijkheden
Interne concurrentie op de markt
Macht van afnemers Figuur 9 5-krachtenmodel van Porter
De macht van leveranciers Voor de sportverenigingen in Dordrecht is de gemeente Dordrecht de ‘leverancier’ van de dienst. Zonder steun van het Sportbedrijf zullen veel verenigingen meer problemen krijgen. Voor de sportverenigingen is het dan ook onmogelijk om over te stappen naar een andere leverancier, omdat er maar één gemeente is en dus maar één kracht die de sport in Dordrecht faciliteert.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 18
Het enige wat sportverenigingen kunnen doen om kostenverhogingen en inkomstenverminderingen (door de gemeente) op te vangen is door op een andere manier aan geld te komen, zoals het verhogen van de contributies. Volgens de Recessiepeiling leidt juist deze ontwikkeling tot problemen bij sportverenigingen. Er zijn ook andere leveranciers, zoals sportbonden, horecabedrijven en sponsors. Uit de SportAanbiederMonitor blijkt dat veel sportverenigingen last hebben van terugtrekkende sponsors (Veerman, 2012). Leveranciers hebben invloed op verenigingen. Veel sportverenigingen hebben contracten met onder andere bierleveranciers en hier zitten verschillende regels aan vast. De macht van afnemers De afnemers van sportverenigingen zijn leden. Zij betalen contributie en hebben veel te zeggen op de algemene ledenvergaderingen, die clubs verplicht zijn om te houden. Dat betekent dat de leden van een sportvereniging een zekere macht hebben (Geld,-geld,-geld, 2013). Voor sportverenigingen is contributie de belangrijkste inkomstenbron en wanneer deze inkomsten wegvallen komen verenigingen in de problemen (Breedveld, 2009). Leden zijn onmisbaar voor een sportvereniging. Zonder deze mensen kan de sport niet worden uitgeoefend, zijn er geen inkomsten uit zowel contributie als horeca en ontbreekt het de vereniging aan vrijwilligers. Substitutiemogelijkheden De substitutiemogelijkheden, of concurrentie, kun je onderverdelen in directe, en indirecte concurrentie. Directe concurrenten zijn andere sportclubs die dezelfde sport beoefenen en indirecte concurrenten zijn sportverenigingen uit andere takken van sport. Ook andere vormen van tijdsbesteding, zoals werken, vormen een bedreiging. Veel jongere leden in de leeftijd vanaf 16 jaar stoppen met sporten omdat zij liever hun vrije tijd besteden om geld te verdienen. De substitutiemogelijkheden waar sportverenigingen weinig invloed op hebben zijn dus sterk aanwezig. Dreiging van nieuwe toetreders Dordrecht kent al een breed scala aan sporten. Zo zijn er 108 sportverenigingen voor 40 verschillende sporten. Daarnaast wijst de gemeente Dordrecht verzoeken om een nieuwe vereniging te starten op dit moment automatisch af. De drempel om een vereniging te starten is laag, maar omdat er al voldoende sportaanbieders bestaan en de gemeente Dordrecht nieuwe verzoeken afwijst is er geen dreiging voor nieuwe toetreders. Daarnaast is er ook onvoldoende ruimte voor meer sportverenigingen.
Figuur 10 Het Dordt sportwiel
Interne concurrentie op de markt Sport draait om winnen en er heerst zeker een bepaalde concurrentie tussen verschillende sportverenigingen binnen één sporttak. Er valt dus zeker te spreken van sportieve concurrentie. Als een kind wil sporten heeft een vereniging maar weinig invloed. Het is de buurt, familie, vriendjes en vriendinnetjes die bepalen waar het kind gaat sporten. Sportverenigingen voeren zelden marketingacties om leden te krijgen. Ook is het voor sportverenigingen veel verstandiger om samen te werken, omdat zij zo kosten voor bijvoorbeeld promotie kunnen delen en ook de verzekeringskosten zouden gesplitst kunnen worden (Nijzink, 2014). Als een sportvereniging promoveert of degradeert kan het wel gebeuren dat spelers van andere sportverenigingen uit de stad lid worden, of dat spelers van de club juist verhuizen naar andere verenigingen om op een bepaald niveau actief te kunnen zijn. 3.4 De gemeente Dordrecht Veel sportverenigingen zijn afhankelijk van gemeentelijk beleid. Voor dit onderzoek is het belangrijk dat het huidige Dordtse sportbeleid in kaart wordt gebracht. Ook wordt de rol van zowel het Sportbedrijf als de Sportraad behandeld. Het huidige beleidsplan ‘Spaken Spannen’, het marketingplan en het jaarplan van het Sportbedrijf zijn hiervoor geraadpleegd. Huidig beleidsplan ‘Spaken Spannen’ Het doel van het Dordtse sportbeleid is Dordtenaren ruimte aan beweging te geven. Het Dordt Sportwiel is het kader waarbinnen het sportbeleid wordt uitgevoerd. Binnen de gemeente Dordrecht is de ambitie het huidige sportbeleid en het Dordt Sportwiel voort te zetten. De centrale doelstelling is: ‘Alle Dordtenaren sporten’.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 19
Het Dordt Sportwiel geeft, in de vorm van een fietswiel met 5 spaken, kernachtig en metaforisch de aanpak weer. De vijf spaken zijn de programmalijnen waaraan wordt gewerkt om de doelstellingen te realiseren: -
Sportieve en gezonde wijken; Sterke sportverenigingen; Aantrekkelijke sportaccommodaties; Ruimte voor talent en topsport; Aansprekende evenementen;
De term ‘Spaken Spannen’ heeft een metaforische betekenis. De term ‘Spaken’ is de verwijzing naar het Dordt Sportwiel en duidt op het voortzetten hiervan: het wiel en de spaken blijven in stand (Dordrecht G. , 2011). De term ‘Spannen’ heeft een dubbele betekenis. Enerzijds is het na drie jaar tijd om een tussenbalans op te maken en het beleid aan te scherpen. Anderzijds duidt het op de financiële krapte waarin Dordrecht zich nu en de komende jaren bevindt. Er wordt flink bezuinigd op de gemeentebegroting en ook sport ontloopt de dans niet (Dordrecht G. , 2011). De rol van de gemeente Dordrecht bij de spaak ‘Sterke verenigingen’ Dordrecht wil in 2015 de belangrijke positie van de Dordtse sportverenigingen verstevigd hebben. De gemeente werkt graag samen met sportverenigingen die actief bezig zijn met het verbeteren van de Dordtse ambities (actieve en gezonde leefstijl, accommodaties, talentontwikkeling en evenementen). Voor deze samenwerking moeten de clubs wel professionaliseren en meer samenwerken met scholen, bedrijven, combinatiefuncties en sportbonden. De gemeente helpt actief bij het maken en onderhouden van de relaties. Met het inzetten van combinatiefuncties kunnen sportverenigingen professionele hulp aanvragen bij het oplossen van vraagstukken. De gemeente Dordrecht geeft subsidie voor een enkele vereniging die actief bezig is met vernieuwend sportaanbod. Zo zijn er twee verenigingen die veel leden hebben weten te werven door middel van vernieuwend sportaanbod op de club. Het Sportbedrijf ondersteunt de verenigingen ook bij het ontwikkelen van sportaanbod voor ouderen, zoals 45+ voetbal. Het Sportbedrijf wil de regie zoveel mogelijk bij de verenigingen zelf leggen. De kennis en expertise die de combinatiefuncties bieden moeten op de langere termijn worden overgenomen door iemand binnen de vereniging. Het Sportbedrijf heeft enkele doelen gesteld waar ze vanaf 2012/2013 aan werken: -
Opzetten van structurele ondersteuning van sportverenigingen door het lokale bedrijfsleven (sponsoring in natura). Opzetten van structurele ondersteuning van sportverenigingen door studenten (leerwerkbedrijf) mede als opvolger van de proeftuin ‘De vereniging als winkel- en leerbedrijf’. De inzet van de combinatiefuncties wordt vanaf eind 2011 verder geoptimaliseerd in twee herkenbare concepten: breedtesport (Satellietclubs) en topsport (Regionale Talent Centra). Inzet van de sportstimuleringssubsidie hoofdzakelijk koppelen aan modern/innovatief sportaanbod. Faciliteren van sportverenigingen die hun activiteiten willen uitbreiden met buitenschoolse opvang.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 20
Financiën gemeente Dordrecht voor lokale sportverenigingen Begrotingen die voor de ontwikkeling van de spaak ‘Sterke verenigingen’ de komende jaren zijn gemaakt staan in figuur 11 uiteengezet (Dordrecht S. , Regeling Sportraad):
Figuur 11 Begroting 'Sterke verenigingen 2013-2018
Uit de begrotingen valt op te maken va de uitgaven aan subsidie dalen, de subsidie jeugdsport wordt afgebouwd en komt vanaf 2015 te vervallen. 3.5 Sportbonden In de media verscheen in april 2014 een artikel over de problematiek van sportbonden en wat voor gevolgen dit heeft voor lokale sportverenigingen (Klippus, 2014). Daarom worden ook de sportbonden meegenomen in dit onderzoek. Ontwikkelingen bij sportbonden Door dalende ledenaantallen en teruglopende sponsorinkomsten kampen de Nederlandse sportbonden met financiële problemen. Dit leidt ertoe dat 80% van de sportbonden recent mensen heeft moeten ontslaan. Voor de bonden is ook de bijdrage van de Lotto cruciaal. Deze zorgt ervoor dat er 50 miljoen euro extra op de begroting staat van de Nederlandse georganiseerde sport. Ook dit bedrag is niet meer haalbaar omdat de Lotto ook te maken heeft met verminderende inkomsten. Gevolgen voor sportverenigingen Sportverenigingen moeten een lidmaatschap betalen aan sportbonden. Dit wordt ook wel afdracht aan de sportbond genoemd. Dat sportbonden moeilijkheden hebben kan een nadelig effect hebben voor de Dordtse sportvereniging. Sportbonden doen er alles aan om leden aan te trekken voor hun sport. Dit zorgt ervoor dat de sport groeit maar ook dat zowel de bond als de sportverenigingen meer inkomsten krijgen. Meerwaarde sportbonden ter ondersteuning van de Dordtse sportvereniging De nationale sportbonden kunnen weinig meerwaarde bieden aan Dordtse sportverenigingen. Wel werken verschillende sportbonden samen om zo kosten te verlagen. Een doelstelling van bonden is om meer leden binnen de sport te werven. Dit proberen zij onder andere door het organiseren van open dagen en sportdagen. Voor zulke activiteiten is de bond afhankelijk van de lokale sportverenigingen, die de uitvoerders van het evenement zijn. Sportbonden kunnen ervoor zorgen dat sportverenigingen samenwerken. In het kader van dit onderzoek kan bij mogelijke oplossingen veel communicatie nodig zijn tussen sportverenigingen en bonden.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 21
3.6 Conclusies externe analyse De volgende onderzoeksvragen zijn beantwoord: Wat zijn maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op de Dordtse sportwereld? - Ontgroening, individualisering en vergrijzing van de samenleving zijn negatieve ontwikkelingen voor de Dordtse sportverenigingen. Sportverenigingen moeten zich meer richten op de jongere doelgroepen maar juist deze groep wordt steeds kleiner. De focus op een oudere doelgroep biedt ook geen oplossing omdat in deze groep geen duurzame toekomst zit. - Bovenstaande ontwikkelingen leiden ertoe dat sportverenigingen zich meer dan ooit moeten richten op het omarmen van technologie. Op die manier zijn de jongste generaties het best bereikbaar en te behouden. Deze jonge doelgroep heeft enorm veel potentie voor het ledenaantal van verenigingen. Het opbouwen van een online community wordt gezien als grote kans. Voor sportverenigingen individueel om leden te werven en te behouden en sportverenigingen onderling om samenwerking effectiever te maken. - De blijvende aandacht voor gezondheid is een positieve ontwikkeling voor de Dordtse sportverenigingen. Sportverenigingen worden gezien als belangrijk middel ter bestrijding van overgewicht en bevordering van sportparticipatie. - De toename van werkloosheid kan zowel een kans als een bedreiging betekenen. Mensen hebben minder geld te besteden, dat zorgt ervoor dat 35% van de sportieve bezuinigingen naar het stopzetten van lidmaatschap gaat. Daartegenover kunnen werkloze mensen de extra vrijwilligers zijn die mogelijke kaderproblemen op kunnen lossen. Wat voor krachten hebben invloed op de marktomgeving van de Dordtse sportvereniging? - De macht van de gemeente Dordrecht is de grootste invloed die de Dordtse sportverenigingen ervaren. Daarnaast is de macht van afnemers (leden, sponsors en leveranciers) ook redelijk sterk - Het aantal substitutiemogelijkheden voor een sportvereniging is enorm. Mede door de individualisering kiezen steeds meer mensen voor individueel sporten. Andere vormen van substitutie zijn bijbaantjes of andere hobby’s. - De dreiging van nieuwe toetreders is laag. Reden hiervoor is het ontmoedigingsbeleid van de gemeente Dordrecht op het starten van nieuwe sportverenigingen. Hoe ondersteunt de gemeente Dordrecht lokale sportverenigingen? - Dordrecht omarmt het huidige uitvoeringsprogramma ‘Spaken Spannen’. Dit programma heeft als doel de sport in Dordrecht te bevorderen op verschillende gebieden. - De gemeente Dordrecht werkt graag samen met sportverenigingen die actief bezig zijn met het ontwikkelen van de Dordtse sportambities. Hiervoor moeten de verenigingen wel zelf professionaliseren. Dordrecht ondersteunt hier door relaties te leggen tussen verschillende partijen. Daarnaast biedt de gemeente Dordrecht sportverenigingen ook hulp door het inzetten van combinatiefuncties. Hoe ondersteunen sportbonden sportverenigingen? - Sportverenigingen betalen een bondsafdracht aan de sportbond. Sportverenigingen werken samen om de doelstelling van sportbonden, het werven van leden, te behalen. Ook sportbonden hebben te kampen met verschillende problemen. De consequenties voelen de sportverenigingen ook.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 22
4. Financiële en organisatorische staat Dordtse sportverenigingen In dit hoofdstuk worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord. - Wat is de huidige financiële staat van de Dordtse sportverenigingen? - Wat voor financiële en organisatorische problemen hebben de Dordtse sportverenigingen? 4.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de resultaten uit het kwantitatief onderzoek in kaart gebracht. Hierdoor zal blijken hoe het met de financiële positie van de Dordtse sportvereniging gesteld is en waar de financiële en/of organisatorische problemen zich voordoen. 4.2 Opzet kwantitatief onderzoek De onderzoekspopulatie bestaat uit alle Dordtse sportverenigingen. Hierdoor worden 108 sportverenigingen meegenomen in het onderzoek die samen 40 sporttakken vertegenwoordigen. Het onderzoek is uitgezet via de leden van het algemeen bestuur van de Sportraad. Samen vertegenwoordigen zij alle Dordtse sportverenigingen. Deze leden hebben de (digitale) enquête doorgestuurd naar de sportverenigingen waarvoor zij in de Sportraad zitten. Van de 108 sportverenigingen die zijn benaderd hebben er 26 de enquête ingevuld. Dit komt neer op een responspercentage van 24%.
Respons per tak van sport 4 3 2 1 0
3
3
3 2 1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
Figuur 12 Respons enquête per tak van sport
Representativiteit In dit onderzoek wordt er niet gebruik gemaakt van een steekproefmethode. Daarom valt er over de representativiteit weinig te zeggen. Omdat de respons van het kwantitatief onderzoek zo laag was kan er worden vastgesteld dat er geen sprake is van een representatief onderzoek. Betrouwbaarheid In dit onderzoek spreken we van een vrij homogene onderzoekspopulatie. Daarnaast is er geen onderscheid gemaakt tussen sportverenigingen wel of niet mee te laten doen met het onderzoek. Iedere sportvereniging heeft een uitnodiging gekregen. Zo kunnen we dus stellen dat de juiste verenigingen zijn ondervraagd. We hebben hier wel te maken met gevoelige informatie. Niet iedere vereniging zit er op te wachten hun financiële gegevens openbaar te maken. Validiteit Er is geen sprake van validiteit in dit onderzoek. Het doel was om van zeker 90% van de sportverenigingen de enquête terug te krijgen. Na verschillende belronden, en herinneringsmails is er een responspercentage van 24% behaald. Dit percentage is te weinig om een duidelijk beeld van de huidige financiële en organisatorische staat van de sportverenigingen te krijgen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 23
4.3 Financiële staat sportverenigingen Dordrecht De financiële staat van de Dordtse sportverenigingen (respondenten) is in figuur 13 weergegeven.
Financiële staat Dordtse sportverenigingen in % Zeer goed
Goed
Normaal
Slecht
Zeer slecht
0% 0% 20%
28%
52%
Figuur 13 Financiële staat sportverenigingen in Dordrecht
Een opvallende uitkomst is de financiële staat van de Dordtse sportverenigingen. Van de sportverenigingen die hebben gereageerd is er geen enkele club die zijn financiële positie als ‘slecht’ of zelfs ‘zeer slecht’ betitelt. Daartegenover staat dat iets meer dan de meerderheid (52%) zijn financiële positie als goed beschouwd. Een reden voor deze uitkomst kan zijn dat de gezonde sportverenigingen hun financiële gegevens openbaar durven te maken en die met de mindere staat dit niet durven. Diverse sportverenigingen hebben namelijk een aangepaste betalingsregeling met de gemeente Dordrecht. Deze betalingen variëren van € 2.000,- tot € 55.000,-. Sportverenigingen die deze betalingsregelingen hebben zitten voornamelijk in voetbal en in basketbal. Uit onderzoek blijkt ook dat juist deze verenigingen niet hebben meegedaan aan het onderzoek. 4.4 Uitkomsten kwantitatief onderzoek De financiële staat van een groot deel van de Dordtse sportverenigingen blijkt goed te zijn. Om achter andere mogelijke problemen te komen is er ook gekeken naar andere knelpunten die landelijk verenigingen hebben, zoals ledenbehoud en werving of gebrek aan sponsors. Deze zijn voorgelegd aan de Dordtse sportverenigingen. De uitkomsten zijn in de volgende figuren weergegeven. Lange termijn beleid Dordtse sportverenigingen % van de verenigingen focust zich op de lange termijn op de volgende thema's Werving en behoud vrijwilligers
48
Werving en behoud leden
84
Sporttechnische zaken
28
Focus op financiën
16
Activiteitenaanbod
32
Meer sponsors
32
Anders
16 0
10
20
Uit figuur 14 blijkt dat een zeer groot gedeelte (84%) van de respondenten heeft aangegeven
30
40
50
60
70
80
90
Figuur 14 Beleid sportverenigingen Dordrecht (lange termijn)
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 24
werving en behoud van leden te zien als belangrijk aandachtspunt voor de lange termijn. Daarnaast vindt één op de twee sportverenigingen dat werven en behouden van vrijwilligers ook veel aandacht verdiend. De vijf grootste risico’s voor Dordtse sportverenigingen 5 Grootste risico's voor Dordtse sportverenigingen in % Werving en behoud van leden
48
Kadertekort, -geschiktheid en -behoud
48
Financiën (subsidie, sponsors etc.)
36
Accommodatie
24
Wet- en regelgeving
4
Anders (evenementen, ongewenst gedrag)
24 0
10
20
30
40
50
60
Figuur 15 Vijf grootste risico's sportverenigingen Dordrecht
Uit figuur 15 blijkt dat zowel werving en behoud van leden als kadertekort, -geschiktheid en –behoud worden gezien als grootste risico’s voor het voortbestaan van een sportvereniging in Dordrecht. Knelpunten van Dordtse sportverenigingen Knelpunten voor Dordtse sportverenigingen in % Stijgende kosten / huurprijzen
48
Begroting sluitend houden
40
Gebrek en afhaken van sponsors
40
Terugloop ledenaantal
44
Terugloop vrijwilligers
28
Anders
12 0
10
20
30
40
50
60
Figuur 16 Knelpunten sportverenigingen Dordrecht
Alle bovenstaande zaken worden door de Dordtse sportverenigingen gezien als knelpunten. Stijgende kosten en huurtarieven staat bovenaan het meest, gevolgd door ledenaantal. Andere knelpunten die zijn genoemd zijn onder andere gebrek aan voorraad en accommodatie.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 25
4.5 Conclusies financiële en organisatorische staat Dordtse sportverenigingen De volgende onderzoeksvragen zijn beantwoord: Wat is de huidige financiële staat van de Dordtse sportverenigingen? - De financiële staat van de Dordtse sportverenigingen is redelijk (28%) tot zeer goed (20%). Geen enkele sportvereniging heeft aangegeven een slechte financiële positie te hebben. Deze uitkomst is zeer opvallend, een reden kan zijn dat ‘ongezonde’ verenigingen niet aan dit onderzoek hebben mee willen doen. - 5 voetbalverenigingen en 1 basketbalvereniging hebben een aangepaste betalingsregeling met de gemeente Dordrecht. Deze regelingen variëren van € 2.000,- tot € 55.000,-. Wat voor financiële en organisatorische problemen hebben de Dordtse sportverenigingen? - Het overgrote groot deel (84%) van de sportverenigingen ziet het werven- en behouden van leden als grootste prioriteit. Daarnaast ziet een relatief hoog percentage (48%) van het aantal sportverenigingen ledenbehoud en –werving als belangrijk onderwerp. Tot slot ervaart 44% van de Dordtse sportverenigingen moeite met het werven en behouden van haar leden. Het werven en behouden van leden wordt daarom gezien als prioriteit nummer één. - Ongeveer de helft (48%) van de respondenten ziet ook het verbeteren van kader als belangrijk punt voor de lange termijn. Kader of een gebrek hieraan wordt dan ook gezien als een groot risico (48%). - De Dordtse sportverenigingen ervaren nog vele andere problemen. Stijgende kosten en huurprijzen (48%), begroting sluitend houden (40%), gebrek en/of afhaken van sponsors (40%) worden gezien als de grootste knelpunten. Naast ledenwerving en –behoud.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 26
5 Synergetische oplossingsrichtingen en benchmarking In dit hoofdstuk worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord. - Zijn er al succesvolle initiatieven betreffende samenwerking waar de Dordtse sportverenigingen gebruik van kunnen maken? - Op welke wijze ondersteunen andere steden hun lokale sportverenigingen? 5.1 Inleiding Om het wiel niet volledig opnieuw uit te vinden wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed aan bewezen (succesvolle) oplossingen. Tevens wordt een benchmarkonderzoek uitgevoerd naar de steden Rotterdam en Enschede. Deze gemeenten ondersteunen en gebruiken hun sportverenigingen op een effectieve manier en daarom wordt het beleid van deze steden geanalyseerd. Bij het zoeken naar mogelijke oplossingen ligt de focus op samenwerking (synergie) tussen sportverenigingen. Deze oplossingen dienen als mogelijke input voor de volgende onderzoeksfase, het kwalitatief onderzoek. 5.2 Synergie Samenwerking is een deel van de doelstelling van dit onderzoek en leidt tot synergetische effecten. Daarom wordt in de volgende paragraaf het begrip synergie uiteengezet. Synergie Synergie: Situatie waarin het effect van twee of meer samenwerkende of gecombineerde organen of functies groter is dan de som van de effecten die elk van de organen of functies alleen zou kunnen opwekken (1+1=3) (Sportsupport, 2011). Synergie kan ontstaan als: - De middelen efficiënter (doelmatiger) worden gebruikt waardoor je kosten bespaart. Dit wordt ook wel ‘economics of scale’ genoemd, door productie op grotere schaal (schaaleffecten) of doordat je sneller ervaring opbouwt (learning curve). - De middelen effectiever (doelgerichter) worden gebruikt omdat krachten worden gebundeld (samen ben je sterk) en er gebruik gemaakt wordt van elkaars kanalen (kansen) en competenties (sterktes). Hierdoor wordt er meer bereikt dan bij individuele inspanningen (economics of scope) (Kempen, 2012). Synergie kan al snel plaatsvinden en is dus op verschillende manieren haalbaar. Het delen van verzekeringen of het gezamenlijk organiseren van een open dag zijn al vormen van synergie. Belangrijk is dat de verschillende partners (verenigingen en gemeente) gebruik maken van elkaars sterkten en kansen, zo ontstaat synergie. Elkaar zwakten verbeteren met je eigen sterkte is ook een vorm van synergie. Bijvoorbeeld wanneer vereniging A een slechte administratie heeft en vereniging B weinig kennis heeft van wet- en regelgeving. Als deze verenigingen elkaar helpen wordt er geen expertise ingehuurd en dat scheelt kosten. Het is belangrijk om erachter te komen of de Dordtse verenigingen open staan voor het creëren van synergetische effecten door samenwerking. 5.3 Succesvolle oplossingsrichtingen voor sportverenigingen Uit het kwantitatief onderzoek blijkt dat de Dordtse sportverenigingen vrij uiteenlopende problemen hebben. Kader, technische zaken, verminderingen van inkomsten uit sponsoring en vooral andere praktische problemen worden genoemd. Het grootste probleem dat speelt is de forse daling van het aantal leden. De gemeente Dordrecht steekt al veel energie in het verhogen van sportparticipatie maar tegelijkertijd hebben de verenigingen last van teruglopende ledenaantallen. 84% van de responderende verenigingen ziet dit als groot knelpunt. Vanwege de grote hoeveelheid verenigingen die problemen hebben met ledendaling is dit hoofdstuk erop gefocust om met oplossingsrichtingen voor dit probleem te komen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 27
Subsidieregeling Sportimpuls De Sportimpuls is een subsidieregeling die lokale sport- en beweegaanbieders financieel ondersteunt bij de opzet van activiteiten die ze ondernemen om meer mensen te laten sporten en bewegen. Het is onderdeel van het programma Sport en Bewegen in de Buurt 2012-2016. Een regeling waarmee het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) wil bijdragen aan een hogere en meer duurzame sportdeelname en een gezonde en actieve leefstijl. Na gesprekken met de programmaleider breedtesport van Sportbedrijf Dordrecht zijn eisen vastgesteld waar de oplossingsrichtingen aan moeten voldoen: Oplossingen moeten bewezen hebben dat ze werken. Zijn op lokaal gebied uitvoerbaar. De Dordtse sportverenigingen hebben veel invloed. Samenwerking tussen 2 of meer sportverenigingen mogelijk. Er zijn talloze interventies ontwikkeld door lokale sportaanbieders en/of sportbonden. Via de Nederlandse sportsubsidieregeling Sportimpuls zijn deze oplossingen gemakkelijk op te vragen. Onderstaande oplossingen hebben als gevolg dat sportverenigingen hun leden kunnen behouden en zelfs leden kunnen werven. Ledenwerving en –behoud door samenwerking Zoals eerder aangegeven is de doelstelling van dit hoofdstuk om met oplossingen te komen die de Dordtse sportverenigingen kunnen helpen bij het ontwikkelen van eigen oplossingen. Na gesprekken met de programmaleider breedtesport en algemeen directeur van het Sportbedrijf is bepaald om de oplossingen uit de subsidieregeling Sportimpuls te halen. In dit programma staan 108 interventies die al zijn uitgevoerd en succesvol zijn gebleken. De interventies in figuur 17 zijn geanalyseerd omdat deze direct een positieve invloed kunnen hebben op het ledenbestand van sportverenigingen. Deze vier interventies worden onderzocht op vier categorieën: probleemomschrijving, doelstelling, eerder behaalde resultaten en de samenwerkingsmogelijkheden tussen verenigingen. De eerste twee categorieën zijn te vinden via de subsidieregeling Sportimpuls. Daarnaast is er e-mailcontact met de interventie eigenaren om erachter te komen wat eerder behaalde resultaten zijn geweest en wat voor kansen er zijn om samen te werken. Interessante interventies worden meegenomen naar de volgende onderzoeksfase (diepte-interviews met leden algemeen bestuur van meerdere sporten). Eigenaar
Oplossing / interventie
Koninklijke Nederlandse Korfbalbond Badminton Nederland NOC*NSF Koninklijke Nederlandse Voetbalbond
Kombi fit J.T. Vissers START trainingsprogramma D. Oldenhof Schoolactieve verenigingen G. op het Veld Werving- en behoud meiden in het voetbal S. Cols Figuur 17 interventies subsidieregeling Sportimpuls
Contactpersoon
Kombi-fit (Korfbalbond, 2014) - Probleemomschrijving: Het KNKV analyseert jaarlijks haar ledencijfers en kwam ongeveer 10 jaar geleden al tot de conclusie dat er sprake was van een stevige uitstroom van seniorleden in de leeftijd van 45 jaar en ouder. Het programma Kombi-Fit probeert in te spelen op dit probleem van vroegtijdige uitstroom door een sportaanbod samen te stellen door en voor deze categorie. Het betekent dat de sportcarrière kan worden verlengd en dat de 45-plusser langer aan de korfbalsport verbonden blijft. Het programma daagt tevens oud leden uit om toch het bewegen weer op te pakken binnen de sociale setting van de korfbalvereniging. Het verlengen van de sportcarrière draagt bij aan een betere gezondheid en vitaliteit. - Doelomschrijving: Meer 45-plussers blijven structureel sporten of bewegen (40x per jaar) bij de korfbalvereniging met als gevolg minder uitstroom van senioren. Daarnaast gaan niet actieve 45+ leden opnieuw sporten met groei van het ledenaantal van de vereniging tot gevolg.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 28
-
Resultaten: procesevaluaties zijn uitstekend. Samenwerkingsmogelijkheden: Advies om de promotie als verenigingen gezamenlijk op te pakken. Door als badmintonverenigingen gezamenlijk START te promoten (online, bij de supermarkt, bij de huisarts/fysio, etc.) en de sport i.p.v. de vereniging voorop te zetten heb je een grotere slagkracht. De deelnemer maakt vervolgens zelf de keuze welke vereniging het dichtst in de buurt zit en waar hij/zij START wil gaan volgen. Een tweede optie is, zeker wanneer START voor het eerst georganiseerd wordt en het aantal deelnemers wellicht nog laag ligt, om als verenigingen gezamenlijk de werving voor de cursus te doen en om toerbeurt de cursus te verzorgen (eerst bij vereniging A, dan bij B etc.). Zodra er voldoende deelnemers zijn om meerdere cursussen in de stad te geven, dan kunnen verenigingen gelijktijdig gaan aanbieden. Tot slot is samenwerking in het benaderen van partners voor de interventie (fysio, sportwinkel, voedingsdeskundige, etc.) aan te raden. Maak gebruik van al bestaande contacten van de diverse verenigingen en help elkaar een goed en volwaardig START-programma neer te zetten
START trainingsprogramma (Nederland, 2014) - Probleemomschrijving: Binnen de georganiseerde badmintonsport stroomde in 2012 828 (13%) van de 6500 nieuwe badmintonners binnen 1 jaar weer uit (Ledenanalyse Badminton Nederland, 2013). Hogere zorgkosten en terugvallen in inactiviteit kunnen het gevolg zijn. Dit risico is vooral bij (langdurig) inactieven die instromen in het badminton aanwezig. Het trainingsprogramma START geeft badmintonaanbieders handvatten de begeleiding van badmintonners in spé goed uit te voeren, blessurerisico’s terug te dringen en een eerste stap te zetten deze mensen voor langere termijn voor de sport te behouden en langdurig aan lichaamsbeweging te laten doen. - Doelomschrijving: Startende badmintonspelers vallen minder vaak uit door gebrek aan plezier in de sport, gebrek aan succesbeleving of door een blessure. Dit levert op termijn een bijdrage aan het duurzaam sporten van de beginnende (badminton)sporter. - Resultaten: Nog niet bekend. - Samenwerkingsmogelijkheden: Nog niet bekend. Schoolactieve verenigingen (NOC*NSF, 2014) - Probleemomschrijving: In het onderwijs zijn alle jongeren in de leeftijd van 4-18 jaar te bereiken met dé kracht van sport. Dat is ook nodig, want het blijkt dat steeds meer van deze jongeren onvoldoende sport en beweegt én dat zij ook steeds vaker in deze leeftijdsfase stoppen met sporten. Door sportverenigingen te stimuleren ‘schoolactief’ te worden, willen we de schoolgaande jeugd stimuleren na schooltijd meer te gaan sporten. - Doelomschrijving: Door de ‘Schoolactieve vereniging(en)’ gaat meer schoolgaande jeugd (jongeren in de leeftijd van 4-18 jaar) na schooltijd meer structureel sporten en bewegen. De vereniging komt direct in aanraking met de doelgroep en hun ouders, waardoor werving m.b.t. structurele deelname aan het sportaanbod (lidmaatschap) meer succes heeft. - Resultaten: Nog niet bekend. - Samenwerkingsmogelijkheden: Nog niet bekend. Werving en behoud van meiden in het voetbal (KNVB, 2014) - Probleemomschrijving: De deelname van meisjes en vrouwen in de sport is de laatste 4 jaar praktisch onveranderd. Nog steeds is 63% van de leden van sportverenigingen man en slechts 37% vrouw. Er is dus sprake van een onevenredige verdeling van mannen en vrouwen in de sport. Dit beeld is ook zichtbaar binnen het voetbal. Hoewel er wereldwijd 45 miljoen meisjes- en vrouwen voetballen en het meisjes- en vrouwenvoetbal de snelst groeiende teamsport van Nederland is, blijft de totale participatie van meisjes en vrouwen in het voetbal nog altijd ver achter bij de mannen; 90% man en 10% vrouw.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 29
-
-
-
Doelomschrijving: Het primaire doel van de interventie is meisjes in de leeftijd 5 t/m 19 jaar structureel meer te laten sporten en bewegen, door lid te worden en/of te blijven van een voetbalvereniging. Resultaten: Resultaten zijn nog niet bekend omdat de interventie nog aan de gang is. Wel is duidelijk dat verenigingen om verschillende redenen deze interventie aanvragen. Iedere vereniging heeft een andere ambitie. Bijvoorbeeld zoveel mogelijk leden of juist de interesse om één meisjesteam op te richten. Samenwerkingsmogelijkheden: De interventie zelf schenkt weinig aandacht aan samenwerking tussen verenigingen onderling. Wel is het mogelijk om via de KNVB meer informatie op te vragen over samenwerkingsmogelijkheden. De KNVB steunt de sportverenigingen hier graag in. Samenwerking kan ertoe leiden dat er minder uitstroom is, maar ook dat het niveauverschil tussen teams minder groot wordt. De KNVB biedt ondersteuningsmogelijkheden aan verenigingen die open staan voor of aan de slag willen met samenwerking (Cols, 2014).
5.4 Benchmarkonderzoek / ‘best practices’ Op zoek naar ‘best practices’ wordt in deze paragraaf gekeken naar andere steden. Steden als Rotterdam en Enschede hebben een unieke manier als het gaat om het bieden van ondersteuning aan hun sportverenigingen. Daarom zijn deze twee steden gebruikt in dit benchmarkonderzoek. Rotterdam (Niels Hermens, 2012) De gemeente Rotterdam wil de maatschappelijke rol die sportverenigingen voor de stad kunnen vervullen vergroten. Daartoe is het Sportplusprogramma ‘30 clubs helpen Rotterdam vooruit’ opgezet. In het eerste jaar van het Sportplusprogramma zijn bij de sportverenigingen veel maatschappelijke initiatieven ontstaan. In totaal waren in het voorjaar van 2012 33 initiatieven aan de gang en waren er nog eens 24 in ontwikkeling. Zo is er een vrijwilliger van een voetbalvereniging die voetbaltrainingen verzorgt als zinvolle dagbesteding voor een groep cliënten met psychiatrische problemen. Een activiteitenbegeleider van de inrichting zorgt ervoor dat er cliënten aanwezig zijn. De Sportplusadviseurs, medewerkers van Rotterdam Sportsupport die de Sportplusverenigingen ondersteunen en adviseren, geven ondersteuning voor een gezond aanbod in de kantine. Sportparticipatie van bijzondere doelgroepen lijkt de Sportplusverenigingen het meest aan te spreken. De sportverenigingen werken ook veel samen met scholen. Een van de Sportplusverenigingen heeft samen met de Sportplusadviseur het plan opgepakt om op de sportvereniging een huiswerkklas te organiseren voor leden van de eigen vereniging, waar ook kinderen uit het speciaal onderwijs welkom zullen zijn. Bij een groot deel van de sportplusverenigingen voeren werkloze mensen die een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben veel vrijwillige werkzaamheden uit. Door deze ervaringen, connecties en bezigheden vergroot hij zijn kansen op de arbeidsmarkt. De gemeente Rotterdam denkt er ook over na om mensen die moeten re-integreren vrijwilligerswerk op sportverenigingen te laten doen. Het werk wat deze mensen doen wordt gewaardeerd en voor sportverenigingen is het een kans om het vrijwilligerstekort op te lossen. Na één jaar het plan doorgevoerd te hebben zijn er de volgende conclusies uitgerold: - Door de inspanningen van de Sportplusadviseurs versnellen en verankeren maatschappelijke activiteiten op sportverenigingen. - Door het Sportplusprogramma ontstaan nieuwe verbindingen tussen sportverenigingen en andere sectoren dan de sport. - De sportverenigingen die deelnemen aan het Sportplusprogramma hebben hier baat bij. - Maatschappelijke activiteiten die aanliggen tegen de kerntaak van de sportvereniging, het organiseren van sportaanbod, hebben de prioriteit van vrijwilligers. - Pioniers binnen de sportvereniging, draagvlak en vaardigheden van vrijwilligers zijn van groot belang voor succesvolle maatschappelijke projecten op de Sportplusverenigingen. - Het Sportplusprogramma laat zien veelbelovend te zijn voor het bijdragen aan stedelijke doelstellingen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 30
Enschede (Vitale sportverenigingen, 2011) De gemeente Enschede heeft een beleidsplan opgesteld gericht op haar sportverenigingen. Dit plan wordt: ‘Vitale sportverenigingen genoemd’. Vitale sportverenigingen zetten hun kernkwaliteiten niet alleen in voor haar eigen leden, maar ook voor de mensen in de omgeving. Deze verenigingen zien haar club als middel om de stad te verbinden. Vitale sportverenigingen passen zich eenvoudig aan nieuwe omstandigheden aan, zijn een herkenbaar gezicht in de wijk en werken veel samen met andere partijen (bedrijven, gemeente, scholen etc.). Uit onderzoek blijkt wat de meerwaarde van vitale sportverenigingen is: - Samenwerking met wijkorganisaties, bedrijfsleven en instellingen. - Representatieve sportaccommodaties als natuurlijke ontmoetingsplek voor de wijk. - Aantrekkingskracht op vrijwilligers ook bij de jeugd en professioneel kader en bestuur. - Meer leden en meer inkomsten. Ook voor de stad Enschede zijn de vitale sportverenigingen een goede impuls: - Opgroeien en ontwikkelen: kinderopvang & BSO, kindercentra, jeugd- en jongerenwerk, jeugdzorg, schoolprestaties, schooluitval, overgewicht, bewegingsarmoede en gezondheidspreventie. - Economie en werk: arbeidsbemiddeling langdurig werklozen, arbeidsproductiviteit en de stijging op de participatieladder. - Woon- en leef/omgeving: veiligheidsgevoel, leefbaarheid, sociale cohesie, ontmoeting, betrokkenheid bij de buurt (buurtautonomie), woongenot. - Zorg en welzijn: dagbesteding kwetsbare groepen, wet maatschappelijke ondersteuning, wijkwelzijnswerk en beroep op eerstelijnszorg. De kracht van de vitale sportvereniging zoals door de gemeente in gang is gezet, ligt in het activeren van partners in het maatschappelijk middenveld waarbij sport als middel centraal staat voor het realiseren van brede maatschappelijke doelen. Conclusie De gemeenten Rotterdam en Enschede spelen flink in op de maatschappelijke positie die sportverenigingen hebben. Door deze manier van ondersteuning moeten verenigingen veel taken uitvoeren naast hun corebusiness, het zijn van een vereniging. Al zijn deze taken niet direct gericht op het werven van leden, uit onderzoek blijkt wel dat deze manier van positioneren en uitvoeren meer leden oplevert en dus meer inkomsten. 5.5 Conclusies oplossingsrichtingen en benchmarkonderzoek De volgende onderzoeksvragen zijn beantwoord: Zijn er al succesvolle initiatieven betreffende samenwerking waar de Dordtse sportverenigingen gebruik van kunnen maken? - Er zijn veel succesvolle initiatieven te vinden die sportverenigingen kunnen gebruiken bij het oplossen van allerlei problemen. Veel van deze problemen zijn echter niet gericht op de vereniging, maar op scholen of de gemeente. - Oplossingen die de Dordtse sportverenigingen zouden kunnen gebruiken bij het oplossen van hun problemen met ledenwerving en –behoud zijn vier interventies uit de subsidieregeling Sportimpuls. Het gaat hier om Kombi-fit, het START-trainingsprogramma, Schoolactieve verenigingen en wervingen behoud van meiden in het voetbal. - Deze vier oplossingsrichtingen zijn ontwikkeld voor sportverenigingen en succesvol gebleken bij het werven of behouden van leden. Met creativiteit en ondersteuning van zowel de gemeente Dordrecht als sportbonden valt er een structurele samenwerking op te zetten tussen verenigingen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 31
Op welke wijze ondersteunen andere steden hun lokale sportverenigingen? - Zowel de gemeente Rotterdam als Enschede zetten hun sportverenigingen in om hun lokale maatschappij te verbeteren. - Uit onderzoek blijkt dat deze ondersteuning leidt tot minder overlast van jongeren en sterkere sportverenigingen. - Sportverenigingen kunnen zich niet langer alleen richten op hun corebusiness. Het werven van leden en het beoefenen van sport. Verenigingen moeten namelijk veel externe activiteiten verrichten. Wel leidt deze aangepaste positionering (midden in de maatschappij) tot meer leden en dus meer inkomsten. De interventies in dit hoofdstuk worden als input gebruikt voor de gesprekken met de vertegenwoordigers van diverse takken van sport. Het is vooralsnog onbekend of de sportverenigingen positief zijn over samenwerking met andere sportverenigingen. Daarom wordt dit onderzocht door het houden van diepte-interviews. Ook het maatschappelijk beleid van de gemeenten Rotterdam en Enschede wordt behandeld in deze gesprekken.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 32
6 Resultaten kwalitatief onderzoek In dit hoofdstuk worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord. - Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? - Wat zijn wensen, behoeften en eisen van zowel sportverenigingen en de gemeente Dordrecht, voor samenwerking? - Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen? 6.1 Inleiding In het kwantitatief onderzoek is door middel van een enquête ook onderzocht wat voor mogelijkheden de sportverenigingen zien als het gaat om het oplossen van hun organisatorische problemen. Ook is gekeken of de Dordtse sportverenigingen openstaan voor verschillende vormen van samenwerking. In figuur 18 staan verschillende oplossingsrichtingen en het percentage sportverenigingen dat hier positief tegenover staat. Vernieuwende oplossingsrichtingen: ja of nee in %
Samenwerking met jeugd-, ouderen- en…
44
Organiseren maand van de duursport, watersport etc.
44
Verhoging van contributie
50
Op zoek naar nieuwe doelgroepen
61
Behoud van leden door vernieuwend sportaanbod
44
Samenwerking met lokale scholen
67 0
10
20
30
40
50
60
70
80
Figuur 18 Verschillende oplossingsrichtingen
Figuur 18 geeft aan dat de Dordtse sportverenigingen zeker open staan voor nieuwe mogelijkheden. Echter is nog niet bekend of de verenigingen ook willen en kunnen samenwerken met andere sportverenigingen en wat voor rol de gemeente Dordrecht hierin moet spelen. Dit hoofdstuk geeft hier antwoord op. In paragraaf 6.2 volgt de opzet van het kwalitatief onderzoek. 6.2 Opzet kwalitatief onderzoek Het kwalitatief onderzoek bestaat uit twee fasen. Fase 1 is het houden van diepte-interviews met de vertegenwoordigers van de vijf grootste takken van sport. Het gaat hier om de sporten voetbal, korfbal, tennis, gymnastiek en volleybal. Reden voor deze keuze is het grote aantal verenigingen en leden wat met deze sporttakken wordt bereikt. Namelijk 35 van de 108 sportverenigingen en 15.500 van de 39.000 leden. Centraal in de interviews staan de volgende onderwerpen (de gehele topiclijst is terug te vinden in bijlage 4): -
Samenwerkingsmogelijkheden; Initiatieven van sportverenigingen; Wensen en behoeften sportverenigingen; Huidige rol gemeente Dordrecht en mogelijke meerwaarde in de toekomst
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 33
De interviews hebben plaatsgevonden op het Stadskantoor en op externe locaties. De onderzoeksvragen die aan het begin van dit hoofdstuk stonden vermeld vormden de rode draad van de gesprekken. De interviews zijn opgenomen en de transcripten zijn terug te lezen in bijlage 5. De coderingsschema’s zijn terug te vinden in bijlage 6. Fase 2 is het houden van diepte-interviews met medewerkers van de gemeente Dordrecht. Er zijn gesprekken gevoerd met de algemeen directeur van het Sportbedrijf en de voorzitter van de Sportraad. Centraal in deze gesprekken stond de informatie die uit gesprekken met de vertegenwoordigers kwam. De gehele topiclijst is terug te vinden in bijlage 7 maar de belangrijkste onderwerpen zijn hieronder uiteengezet: -
Samenwerkingsmogelijkheden; Wensen en behoeften van sportverenigingen; Mening sportverenigingen over de huidige rol van de gemeente Dordrecht; Wensen en behoeften gemeente Dordrecht; Mogelijke meerwaarde in de toekomst
Omdat zowel de sportverenigingen als de gemeente Dordrecht zijn geïnterviewd ontstaat een beeld van elkaars wensen en behoeften, zwakke en sterke punten en kansen. Vervolgens wordt via het synergie-model van Andrew Campbell en Michael Goold structureel de gewenste situatie uitgewerkt. 6.3 Rapportage diepte-interviews In deze paragraaf wordt ingegaan op de uitkomsten uit de diepte-interviews met de vertegenwoordigers van de sportverenigingen, de algemeen directeur van het Sportbedrijf en de voorzitter van de Sportraad. Om dit structureel te rapporteren zijn de transcripten van de interviews uitgewerkt in coderingsschema’s. Zowel de transcripten als de coderingsschema’s van de sportverenigingen en de gemeente Dordrecht zijn terug te vinden. Respectievelijk in bijlagen 5 en 6 en bijlagen 8 en 9. 6.3.1 Sportverenigingen Dordrecht In de diepte-interviews zijn verschillende onderwerpen aan bod gekomen. Deze onderwerpen zijn: recente ontwikkelingen, samenwerkingsmogelijkheden, initiatieven van sportverenigingen, mening over de gemeente Dordrecht en wensen en behoeften. Onderstaand volgen de belangrijkste bevindingen. Recente ontwikkelingen In alle (lees: voetbal, tennis, korfbal, gymnastiek en volleybal) takken van sport zijn in de afgelopen jaren diverse fusies geweest. Reden voor een fusie was vaak omdat een vereniging het hoofd niet langer boven water kon houden. Sommige verenigingen zijn opgeheven en de leden zijn ondergebracht bij andere verenigingen. Alle takken van sport ervaren ledendalingen, mogelijk komt dit door een maatschappelijke ontwikkeling die landelijk speelt, individualisme. Deze ontwikkeling is door meerdere mensen genoemd. Gevolg hiervan is de verwachting dat het aantal sportverenigingen in de komende jaren zal afnemen. Alleen de gymnastieksport denkt geen verenigingen te verliezen. De afgelopen tijd is er gesproken over ‘Toekomstvisie sportparken’. Centraal onderwerp hierin is de vraag hoe sportparken effectief kunnen worden ingedeeld. Een juiste indeling kan als gevolg hebben dat verenigingen intensiever gaan samenwerken of zelfs onder één dak komen te leven. Hierdoor ontstaat een omnisportvereniging. Een vereniging waar verschillende sporten worden beoefend. Uit de gesprekken blijkt dat sportverenigingen niet zozeer zitten te wachten op maatregelen die het aantal leden ten goede komt. Reden hiervoor is dat ze denken dat er al zoveel aan is gedaan en het blijkbaar geen effect had. ‘Ledendaling is een maatschappelijke ontwikkeling waar maar weinig tegen gedaan kan worden.’ Liever hebben de verenigingen dat praktische problemen kunnen worden aangepakt. Verbetering van
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 34
accommodatie, delen van kennis en effectief kunnen werken met andere partijen. Wanneer dit goed loopt zien verenigingen meer kans dat het ledenaantal weer gaat stijgen. Samenwerkingsmogelijkheden In het verleden hebben sportverenigingen al samengewerkt. Dit waren vaak initiatieven van de verenigingen zelf, met wisselende resultaten als gevolg. Alle sporten geven aan dat het moeizaam is om tot een goede samenwerking te komen omdat het onbekend is tot wat voor resultaat de samenwerking gaat leiden. Iedere vereniging heeft eigen belangen en dat moet goed afgestemd worden. Hier missen de verenigingen wat ondersteuning van de gemeente Dordrecht. De vertegenwoordigers zien in dat verenigingen elkaars problemen kunnen oplossen, al gaat het hier voornamelijk om praktische problemen. Zoals kader, accommodatie of technische kennis. Ook bleek uit de gesprekken, dat fuseren misschien wel een goede oplossing gaat worden in de nabije toekomst. Sportverenigingen zien ook veel mogelijkheden in samenwerking met scholen en topsport. De belangrijkste doelgroep zit op de basisschool en de exposure van een topsportevenement heeft een sterke invloed op de breedtesport. Tot slot zien de vertegenwoordigers zeker mogelijkheden om aan de slag te gaan met al bekende en succesvolle oplossingsrichtingen. Wel is het belangrijk wat het doel van beide partijen is. Ook hier moet de gemeente Dordrecht het initiatief in nemen. Initiatieven van en voor sportverenigingen Sportverenigingen zien het combineren van zaterdag- en zondagverenigingen als goed initiatief. Daarnaast zijn de verenigingen ook continue op zoek naar allerlei vormen van samenwerking. Dit kan met andere sportverenigingen, met scholen, met kinderopvang enzovoorts. De vertegenwoordigers denken aan vernieuwend sportaanbod, zoals Beach korfbal, beachvolleybal, Beach handbal en zaalvoetbal. Hierdoor ontstaan betere kansen om jongere doelgroepen aan te trekken, want dat is de groep waar de verenigingen zich op willen richten. Zowel om aan te trekken als lid als om aan te sporen vrijwilligerswerk te doen, om zo het verlies van bestuursfuncties op de lange termijn op te kunnen vangen. Alle takken van sport kwamen uit zichzelf met het idee van een omnisportvereniging. Ook een maatschappelijke positionering van de vereniging wordt positief ontvangen. Het geven van huiswerkbegeleiding en kinderopvang is in het verleden geprobeerd. Dit werd echter teruggeroepen door de gemeente Dordrecht omdat de sportverenigingen voor commerciële doeleinden werden gebruikt. Rol van de gemeente Dordrecht Op dit moment zijn de vertegenwoordigers van de vijf grootste takken van sport er unaniem over eens dat de huidige ondersteuning van de gemeente Dordrecht onvoldoende is. Er wordt zelfs gesproken dat verenigingen worden afgeremd door de gemeente. Het Sportbedrijf steekt energie in het ondersteunen van de verenigingen. Maar volgens de vertegenwoordigers gaat dit niet effectief. De verengingen hebben behoefte aan andere vormen van ondersteuning. De Sportraad wordt als gedateerd beschouwd, er wordt gedacht aan een nieuwere vorm van een Sportraad. Waar sportverenigingen intensiever in contact komen met elkaar, zonder een tussenpersoon (Sportraad). Tot slot kan het Sportbedrijf op dit moment geen meerwaarde betekenen voor het werven van leden. Dit is meer een taak die weggelegd is voor sportbonden. De acties die het Sportbedrijf nu uitvoert om sportparticipatie te verhogen is goed, maar de gemeente moet zich hier niet ook met de verenigingen op richten. De verenigingen zien liever dat er meer energie wordt gestoken in het verhelpen van andere problemen. De inzet van combinatiefuncties wordt wel als positief ervaren. Men is ook tevreden over de invulling van het Dagelijks Bestuur van de Sportraad omdat dit gekwalificeerde personen zijn. Wensen en behoeften Sportverenigingen hebben erg de behoefte aan ondersteuning. Meer dan de gemeente Dordrecht op dit moment biedt. De verenigingen kijken heel positief naar vernieuwingen, samenwerkingen en zelfs fusies. Wel zouden ze graag zien dat de gemeente Dordrecht hier de leiding neemt. Dat de initiatieven van verenigingen serieus worden bekeken. De gemeente moet een faciliterende rol spelen waardoor verenigingen eenvoudig in contact kunnen komen met andere verenigingen, effectiever en efficiënter kunnen samenwerken en de
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 35
gemeente daarvoor de verbindende schakel is. Breedtesport is net zo belangrijk als topsport en dat moet duidelijk zijn. Topsport kan worden gebruikt om breedtesport te verbeteren en andersom. Er zijn ontzettend veel simpele mogelijkheden om praktische problemen op te lossen, de gemeente moet daarvoor wat flexibeler worden. Verenigingen hebben niet altijd de gemeente nodig en samenwerking zou veel makkelijker kunnen als de gemeente er nu veel energie in steekt waardoor de verenigingen in de toekomst op eigen kracht effectiever kunnen werken. 6.3.2 Gemeente Dordrecht Naast een reactie op de uitkomsten uit de diepte-interviews met de vertegenwoordigers zijn er ook nog andere onderwerpen behandeld. Deze onderwerpen zijn onder andere recente ontwikkelingen, samenwerkingsmogelijkheden, huidige rol van de gemeente Dordrecht, potentiële meerwaarde gemeente Dordrecht, wensen en behoeften en het toekomstbeeld. Onderstaand volgen de belangrijkste bevindingen. Reacties op uitkomsten diepte-interviews over sportverenigingen De gemeente Dordrecht kan zich gedeeltelijk vinden in de uitspraken van de vertegenwoordigers van sportverenigingen. Uit de gesprekken met de gemeente Dordrecht blijkt dat serieus wordt gereageerd op het feit dat de ondersteuning naar verenigingen op dit moment onvoldoende is. ‘Als verenigingen vinden dat de ondersteuning te min is, dan moeten we dat opvatten als waar’. Wel vindt de gemeente Dordrecht dat dit niet volledig te wijten is aan henzelf maar ook dat sportverenigingen te weinig energie steken in het opbouwen van een sterke relatie met het Sportbedrijf en de Sportraad. Dit blijkt onder andere uit de geringe respons bij informatieavonden en de enquête voor dit onderzoek. Daarnaast blijkt ook dat verenigingen en de gemeente Dordrecht dezelfde wens hebben. Samenwerking tussen verenigingen bevorderen. De gemeente Dordrecht steekt hier al energie in maar het lijkt erop alsof verenigingen en gemeente om elkaar heen draaien. ‘De communicatie loopt niet goed en dit leidt tot frustraties aan beide kanten’. Tot slot vindt de gemeente Dordrecht dat het doel van sportverenigingen altijd moet zijn om meer leden te werven. Daarom wordt voornamelijk het probleem betreffende ledenbehoud en werving zeer serieus genomen. Praktische problemen kunnen worden opgelost als het zeer noodzakelijk is, maar de focus moet op de leden liggen. Recente ontwikkelingen Er worden door de gemeente Dordrecht verschillende ontwikkelingen genoemd die leiden tot de huidige problematiek bij verenigingen en daarmee ook de gemeente Dordrecht. Deze ontwikkelingen zijn individualisering, vergrijzing en het feit dat het runnen van een vereniging een stuk lastiger is geworden dan 20 jaar geleden. Hierdoor zouden de verenigingen flink moeten professionaliseren. De gemeente Dordrecht ziet dat verenigingen sporadisch samenwerken, het leidt echter nog niet tot structurele samenwerking. Een lopend project ‘toekomstvisie sportparken’ werkt erg goed, daar komt veel bruikbare informatie vandaan. De gemeente Dordrecht ziet hier een mogelijke oplossing voor de toekomst van verenigingen. Samenwerkingsmogelijkheden De gemeente Dordrecht vindt de houding van sportverenigingen over onderlinge samenwerking een positief signaal. Er zijn ontzettend veel samenwerkingsmogelijkheden te verzinnen. Zoals het delen van verenigingsmanagers, delen van accommodaties, delen van verzekeringen etc. De gemeente Dordrecht wil van samenwerking tussen verenigingen een groot thema maken. Net zoals de werkgroep toekomstvisie sportparken nu is. De gemeente Dordrecht erkent wel dat om tot structurele samenwerking te komen er eerst duidelijkheid moet worden gecreëerd. Daarnaast is er betere communicatie nodig dan nu het geval is. De gemeente Dordrecht heeft de wens om verenigingen minder afhankelijk te maken maar moet daarvoor wel eerst veel energie steken in het opbouwen van een structurele samenwerking. Zowel tussen verenigingen onderling, als verenigingen met gemeente. Op dit moment ziet de gemeente Dordrecht geen samenwerkingsvormen met het bedrijfsleven, scholen of naschoolse opvang. Daarvoor is de markt van sportverenigingen niet interessant genoeg.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 36
Huidige rol van de gemeente Dordrecht De gemeente Dordrecht merkt uit de informatie die komt van verenigingen dat de huidige ondersteuning onvoldoende is. De huidige driehoek van het Sportbedrijf en de Sportraad, die uniek is in Nederlandse politiek, wordt wel beschermd. De gemeente Dordrecht vertrouwt op deze manier van ondersteunen en faciliteren en ziet een andere vorm niet als toegevoegde waarde. Een online vorm van een Sportraad of een ander instrument naast de oorspronkelijke driehoek wordt gedeeltelijk als positief beschouwd. Het kan een goed instrument zijn om verenigingen onderling en met gemeente effectiever tot elkaar te laten komen. Om tot structurele samenwerking te komen vindt de gemeente Dordrecht dat zowel het Sportbedrijf als de Sportraad maar ook de sportverenigingen flinke stappen moeten zetten en naar elkaar toe moeten groeien. Meerwaarde gemeente Dordrecht De meerwaarde van het Sportbedrijf is het overzien van een gehele sportwereld. Iets wat voor verenigingen onmogelijk is als ze willen samenwerken. Het Sportbedrijf wordt daarom gezien als een faciliterende partij die vooral in de eerste fase erg belangrijk moet zijn. Het Sportbedrijf moet daarnaast de verbindende schakel tussen verenigingen en de gemeente zijn. De meerwaarde van de Sportraad is dat zij een ingang zijn naar het Sportbedrijf maar ook naar andere gemeentelijke diensten. De Sportraad is uniek in Nederland, met meer energie van verenigingen kan de Sportraad nog meer van toegevoegde waarde zijn. Wensen en behoeften De wens van de gemeente Dordrecht is dezelfde als die sportverenigingen ambiëren. Meer aandacht geven aan samenwerking. De gemeente Dordrecht ziet graag een rigoureus beleid voor samenwerking tussen verenigingen. Samenwerking moet een groots thema worden. De gemeente Dordrecht erkent dat zij en de verenigingen eerst naar elkaar toe moeten groeien voor er kan worden gewerkt aan het opzetten van samenwerkingsverbanden. Daarvoor moet de communicatie tussen de verschillende partijen verbeterd worden. Hiervoor ziet de gemeente wel graag dat verenigingen professionaliseren. De huidige driehoek Sportbedrijf, Sportraad en verenigingen moet behouden blijven. Wel kan er worden gedacht over extra instrumenten die meer inspelen op ontwikkelingen die vandaag de dag verenigingen en gemeente beïnvloeden. Zoals verschillende demografische ontwikkelingen, maar ook technologische ontwikkelingen. Toekomstbeeld De gemeente Dordrecht voorspelt dat er weinig veranderingen zullen zijn in de huidige vorm van ondersteuning aan sportverenigingen. Wel is zij ervan overtuigd dat er meer aandacht gegeven moet worden aan de toekomst van sportverenigingen. Samenwerking is een sterk initiatief en daarom noemt de gemeente Dordrecht de open houding van de verenigingen naar samenwerking een ‘positief signaal’. De gemeente Dordrecht denkt dat er eerst rigoureus moet worden ingegrepen om de sportverenigingen en de gemeente Dordrecht naar elkaar toe te laten groeien. Zodat de bol vol klitten uit elkaar gehaald kan worden en alle neuzen dezelfde kant opstaan. Het zal een moeizame tijd worden, mede door bezuinigingen binnen de gemeente. Maar met veel energie van beide partijen kan er worden gewerkt naar samenwerking. 6.4 Analyse resultaten kwalitatief onderzoek Nu de wensen, behoeften, mogelijkheden en meerwaarde van zowel de sportverengingen als de gemeente Dordrecht bekend is, wordt er gekeken naar mogelijkheden waar alle partijen baat bij hebben. Deze paragraaf analyseert uitkomsten uit de diepte-interviews en de gewenste situaties van beide partijen. Vervolgens wordt door middel van het synergiemodel van Andrew Campbell en Michael Goold de meerwaarde van een samenwerking tussen verenigingen en gemeente geanalyseerd.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 37
6.4.1 Gewenste situatie De gewenste situatie voor zowel de verenigingen als de gemeente Dordrecht wordt in deze paragraaf uitgewerkt. Gewenste situatie Dordtse sportverenigingen De Dordtse sportverenigingen zien veel kansen in onderlinge samenwerking. Wel zouden ze graag zien dat de gemeente Dordrecht dit goed faciliteert. Omdat de huidige ondersteuning van de gemeente op dit moment onvoldoende is. De Dordtse verenigingen denken dat samenwerking kan leiden tot effectieve oplossingen voor voornamelijk praktische problemen. Op dit moment is de besluitvorming van de gemeente Dordrecht te traag en dit leidt tot frustraties. Gewenste situatie gemeente Dordrecht (Sportraad en Sportbedrijf) De Gemeente Dordrecht ziet graag dat sportverenigingen structureel samenwerken. Daarom worden de uitkomsten uit de diepte-interviews ook als een positief signaal ontvangen. De gemeente denkt dat haar wensen en behoeften over samenwerking overeenkomen met die van de verenigingen maar dat de partijen op dit moment om elkaar heen draaien. Daarom moeten de verenigingen en de gemeente Dordrecht meer naar elkaar toe groeien. Zodat er duidelijkheid komt over elkaars behoeften, standpunten, kansen etc. Communicatie is hierin erg belangrijk. De gemeente Dordrecht wilt de huidige invulling van het Sportbedrijf en de Sportraad niet wijzigen. Net zoals de focus op ledenwerving en behoud moet blijven bestaan. Wel staat het open voor vernieuwende instrumenten, die mogelijk tot verbeterde of effectievere communicatie leiden. Conclusie De wens om verenigingen structureel samen te laten werken is aanwezig bij zowel de lokale verenigingen als de gemeente Dordrecht. De sportverenigingen vinden de huidige ondersteuning die ze krijgen onvoldoende en de gemeente Dordrecht vindt dat ze eerst een sterk beleid moeten hebben voor ze overgaan tot meer samenwerking tussen sportverenigingen. Op dit moment draaien de partijen om elkaar heen terwijl de wensen overeenkomen. Eén verschil is de wens welk probleem opgelost moet worden. Waar de verenigingen graag zien dat praktische problemen als kader, technisch beleid etc. worden opgelost, wil de gemeente graag de focus houden op het grootste probleem uit het kwantitatief onderzoek, ledenbehoud en werving. Verbeterde communicatie tussen verenigingen en de gemeente is een vereiste voor een betere samenwerking. 6.4.2 Synergiemodel Campbell en Goold Door de invulling van figuur 19 ontstaat een goed beeld over hoe de verenigingen en de gemeente Dordrecht optimaal kunnen profiteren van synergetische effecten. Deze effecten ontstaan als de verenigingen onderling structureel gaan samenwerken.
Figuur 19 Synergiemodel Andrew Campbell en Michael Goold
Schat de voordelen van samenwerking in Door onderlinge samenwerking met andere verenigingen kunnen kosten worden bespaard. Denk bijvoorbeeld aan het delen van kleedkamers, het delen van betaalde krachten, contributies of het delen van verzekeringen. Daarnaast kunnen de sterke punten van verschillende verenigingen worden ingezet om elkaars zwakke punten
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 38
op te lossen of te verbeteren. Dit leidt tot een minder afhankelijke positie ten opzichte van de gemeente. Door een structurele samenwerking tussen lokale verenigingen komt er op de lange termijn minder druk op het Sportbedrijf. Gevolg is een verbeterde relatie tussen verenigingen en de gemeente. Een ander voordeel is dat de maandelijkse bijeenkomsten in de Sportraad meer waarde krijgen. Sportverenigingen kennen elkaars wensen, behoeften en positie en kunnen hierdoor gezamenlijk de gemeente inschakelen of vragen om hulp. Ook verbetert de communicatie tussen verenigingen en de gemeente. Bepaal kansen voor beide partijen Door samenwerking ontstaan voordelen die synergetische effect creëren. Zoals kostenvoordelen of ledengroei. Op de lange termijn worden verenigingen door samenwerking sterker. Dit kan leiden tot een aantrekkelijkere positie voor onder andere het bedrijfsleven of scholen. Op dit moment is die positie niet aantrekkelijk. Door sterkere verenigingen krijgen ook het Sportbedrijf en de Sportraad meer lucht. Op dit moment zijn er wederzijdse frustraties door onder andere verkeerde verwachtingen. Bij minder afhankelijkheid van de verenigingen kan dit verminderen. Een andere kans die ontstaat wanneer de Dordtse sportverenigingen sterker zijn geworden. Is dat het Sportbedrijf de focus op andere projecten kan zetten, zoals samenwerkingsvormen met het bedrijfsleven of scholen. Bouw op aanwezige vaardigheden In verschillende takken van sport wordt maandelijks met de voorzitters vergaderd. Hierdoor is er al veel kennis aanwezig over de andere verenigingen en dit kan het proces naar structurele samenwerking tussen verenigingen vergemakkelijken. De gemeente Dordrecht heeft al ervaring met het ondersteunen en faciliteren van sportverenigingen. Daarnaast is een meerwaarde dat de gemeente de gehele breedtesport kan overzien. Wel is het zo dat deze vaardigheden wel doorontwikkeld moeten worden. Kijk naar eventuele negatieve bijeffecten Op dit moment leidt samenwerking vaak tot niets omdat verenigingen hun eigenbelang te vaak boven het gedeelde belang plaatsen. Dit kan ook bij een structurele samenwerking leiden tot conflicten. Wanneer sportverenigingen door onderlinge samenwerking op de lange termijn nauwelijks nog afhankelijk zijn van de gemeente Dordrecht ontstaat er steeds meer een kloof. Dit leidt voor de gemeente tot minder kennis over de lokale sportverenigingen. Daarnaast kunnen de sportverenigingen ook gecombineerd een sterk standpunt aannemen, dat de gemeente onder grote druk komt te staan. Conclusie Voor zowel de lokale verenigingen als de gemeente Dordrecht ontstaan meerdere voordelen door samenwerking. Verenigingen kunnen veel kosten besparen en hun sterke eigenschappen inschakelen om elkaars zwakke punten te verbeteren. De gemeente krijgt door onderlinge samenwerking minder druk. De relatie tussen de verenigingen en de gemeente kan ook verbeteren. Kansen voor verenigingen zijn er ook genoeg, zoals het realiseren van een synergetisch effect. Een kans voor de gemeente Dordrecht is de mogelijkheid om op de lange termijn weer te denken aan andere samenwerkingsvormen, zoals met de lokale scholen en het bedrijfsleven. Samenwerking moet met de huidige vaardigheden te realiseren zijn. In veel takken van sport kennen de verenigingen elkaar al door de maandelijkse vergaderingen. Ook de gemeente Dordrecht beschikt over vaardigheden om samenwerking te bevorderen. Zo heeft de gemeente al een faciliterende en ondersteunende rol. Wel moeten deze vaardigheden worden doorontwikkeld. Toch kunnen er ook negatieve bijeffecten ontstaan, zoals conflicten tussen verenigingen door eigenbelang. Ook kan er weer druk op de gemeente komen te staan als de verenigingen eensgezind een standpunt hebben tegen de gemeente.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 39
6.5 Conclusies kwalitatief onderzoek De volgende onderzoeksvragen zijn beantwoord: Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? - De lokale sportverenigingen staan positief tegenover onderlinge samenwerking. Verenigingen zien hier veel potentie in. De gemeente Dordrecht ervaart dit als een positief signaal. - Zowel binnen als buiten de eigen tak van sport zien verenigingen mogelijkheden. Een samenwerking tussen volleybal, handbal en korfbalclubs die nieuw sportaanbod ontwikkelen met een ‘Beach concept’ is al in uitvoering. - De mogelijkheden variëren enorm. Van gezamenlijk afsluiten van verzekeringen tot het delen van accommodaties of zelfs fuseren. De verenigingen hebben hier een hele open houding in. - Terwijl in het kwantitatief onderzoek nog bleek dat ledenbehoud en werving het grootste probleem was blijkt uit de gesprekken dat de verenigingen liever andere meer praktische problemen op willen lossen. Ledendaling wordt gezien als een ontwikkeling waar verenigingen weinig invloed op uit kunnen oefenen. De gemeente Dordrecht wilt juist wel de focus op het aantal leden houden. Omdat dit één van de kerndoelen is het van het Sportbedrijf. Wat zijn wensen, behoeften en eisen van zowel sportverenigingen en de gemeente Dordrecht, betreffend samenwerking? - Opvallend is dat de wens/behoefte om samenwerking tussen verenigingen te realiseren bij zowel de gemeente Dordrecht als lokale verenigingen al langer aanwezig is. Er is echter weinig resultaat mee geboekt. De gemeente Dordrecht denkt dat dit komt door miscommunicatie, de partijen zijn niet goed op de hoogte van elkaars wensen en behoeften. - De sportverenigingen vinden op dit moment de ondersteuning die ze krijgen onvoldoende. Ze zouden graag zien dat de gemeente Dordrecht een meer faciliterende en ondersteunende rol aanneemt. - De gemeente Dordrecht vindt juist dat de verenigingen teveel verwachten. De druk op de gemeente is te hoog en structurele samenwerking tussen verenigingen kan deze druk verminderen. Wel moeten verenigingen hiervoor professionaliseren en meer energie steken in de onderlinge communicatie met zowel het Sportbedrijf als de Sportraad. - Er moet duidelijkheid komen die ervoor zorgt dat de verenigingen en de gemeente Dordrecht meer naar elkaar toe groeien. Op dit moment wordt juist dit door de gemeente als probleem ervaren. Communicatie is volgende de gemeente een zeer belangrijk begrip in deze complexe situatie. Communicatie tussen gemeente en verenigingen kan via de Sportraad, maar er kan ook aan andere vormen worden gedacht. Zowel verenigingen als gemeente staan hiervoor open. Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen? - Het Sportbedrijf heeft als meerwaarde dat zij voor de lokale verenigingen de gehele breedtesport kan overzien. Iets wat voor de verenigingen onmogelijk is. Het Sportbedrijf heeft een overzicht van behoeften van individuele verenigingen en wilt dit graag algemener inzetten. Verenigingen willen betere ondersteuning van de gemeente dus dit idee sluit goed aan op elkaars wensen en behoeften. - De Sportraad is een uniek concept in Nederland. Deze raad vormt zowel een ingang voor verenigingen naar de gemeente toe als een besluitvormgingsorgaan als een bron van informatie. Deze raad kan nog steeds een meerwaarde hebben. - De gemeente Dordrecht vindt dat zij met een modern Sportbedrijf en een unieke Sportraad over de juiste ingrediënten beschikt om een optimaal klimaat voor samenwerking te creëren. De vraag is alleen hoe zij dit voor elkaar moet krijgen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 40
7
Conclusies onderzoek, SWOT-analyse en uitdagingen
Wat nog rest is een algemene conclusie over het gedane onderzoek. Een concluderende SWOT-analyse geeft een overzicht van sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen. Deze analyse vormt tegelijkertijd de start voor het formuleren van strategische opties en het uitwerken van een adviesplan. Door middel van een confrontatiematrix worden meerdere heterogene uitdagingen bedacht. Ook wel strategische opties genoemd. 7.1 Conclusies onderzoek Het literatuuronderzoek heeft aangetoond dat er verschillende ontwikkelingen zijn die de financiële en organisatorische staat van sportverenigingen negatief kunnen beïnvloeden. De belangrijkste ontwikkelingen zijn vergrijzing, ontgroening en individualisering. Deze ontwikkelingen zorgen ervoor dat verenigingen te maken krijgen met een verminderend ledenbestand. Tegelijkertijd blijkt uit onderzoek dat verenigingen die zich blijven focussen op de doelgroep ouderen binnen 20 jaar niet meer bestaan. Advies voor verenigingen is om op jongere mensen te richten, terwijl die groep steeds kleiner wordt. Door op jongere mensen te focussen is ook technologie een belangrijk instrument. De zogenaamde generaties Y en Z zijn via nieuwe technologie het best te bereiken. Dordtse sportverenigingen hebben een redelijk onaantrekkelijke marktomgeving. De macht van de gemeente is sterk aanwezig. Ook is het aantal substitutiemogelijkheden ruim. De gemeente Dordrecht ondersteunt sportverenigingen die de sportambities van het huidige beleidsplan ‘Spaken Spannen’ omarmen. Dit doet zij mede via de Sportraad. Een uniek concept dat de belangen van lokale verenigingen behartigt. Uit het kwantitatief onderzoek blijkt dat bovenstaande ontwikkelingen inderdaad leiden tot problemen met ledenaantallen. 84% van de respondenten ervaart ledenbehoud en werving als knelpunt. Tegelijkertijd wordt dit gezien als groot risico en belangrijk onderwerp op de lange termijn. Ook zien verenigingen niet zo snel oplossingen voor dit probleem. Uit kwalitatief onderzoek blijkt juist dat sportverenigingen liever praktische problemen (zoals kader, bestuurlijke invulling etc.) opgelost zien worden. Reden hiervoor is dat ledendaling wordt gezien als een ontwikkeling waar zowel verenigingen als gemeente weinig aan kunnen doen. Een opvallende uitkomst uit het kwantitatief onderzoek is de financiële staat van de sportverenigingen. Geen enkele respondent heeft aangegeven financiële problemen te hebben. Reden hiervoor kan zijn omdat de financieel zwakke verenigingen niet wilden meedoen aan het onderzoek. Uit de diepte-interviews blijkt dat Dordtse sportverenigingen positief kijken naar onderlinge samenwerking. Onder samenwerking wordt onder andere gezien: het delen van accommodaties, gezamenlijk aanbieden van vernieuwend sportaanbod of één vorm van contributie bij meerdere verenigingen op één sportpark. De lokale verenigingen delen de mening dat de ondersteuning vanuit de gemeente op dit moment onvoldoende is. De gemeente Dordrecht moet een belangrijke faciliterende rol spelen bij het realiseren van structurele samenwerking tussen verenigingen. Ook de gemeente Dordrecht ziet een structurele samenwerking tussen sportverenigingen zitten. De gemeente Dordrecht ervaart wel dat de verenigingen teveel verwachtingen hebben. Gemeente en clubs draaien op dit moment teveel om elkaar heen. De gemeente staat zeker open voor vernieuwende instrumenten om daarmee de verenigingen beter te kunnen faciliteren en ondersteunen. De meerwaarde van het Sportbedrijf is het overzien van de gehele sport in Dordrecht. Daarnaast kan het Sportbedrijf de faciliterende en ondersteunende rol verdiepen. De meerwaarde van de Sportraad kan het zijn van een ingang richting de gemeente en een informatievoorziening voor clubs. Voordat er nieuwe wegen worden ingeslagen betreffende een structurele samenwerking moeten wensen en behoeften van de twee partijen bekend zijn, moet er duidelijkheid zijn over samenwerking, moet de onderlinge communicatie goed zijn en moeten de verenigingen en de gemeente Dordrecht meer naar elkaar toe groeien. ‘Samenwerken klinkt heel gemakkelijk maar blijkt een zeer complex en lang proces te zijn. Een oplossing zal dan ook zeker een proces worden.’ – Arno van Gerven, algemeen directeur Sportbedrijf Dordrecht.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 41
7.2 SWOT-analyse In onderstaande SWOT-analyse worden de sterke en zwakke punten en kansen en bedreigingen gepresenteerd. Deze punten komen uit het afgeronde onderzoek. Sterkten
Zwakten
-
Juiste ingrediënten aanwezig om ondersteuning te bieden aan verenigingen*
-
Verenigingen (te) afhankelijk van de gemeente Dordrecht
-
Financieel (nog) sterke verenigingen
-
De ondersteuning van de gemeente voldoet niet aan de behoeften van verenigingen
-
Invulling dagelijks bestuur Sportraad* -
Onaantrekkelijke marktomgeving verenigingen*
-
Open houding verenigingen en gemeente naar vernieuwingen
-
Samenwerking tussen verschillende gemeentelijke diensten leidt tot trage besluitvorming
Kansen -
Technologische bereikbaarheid van de juiste doelgroepen (doelgroep Y en Z)
-
Gezamenlijke wens om structurele samenwerking tussen verenigingen te realiseren
-
Behoefte aan duidelijkheid over wensen en behoeften verenigingen en gemeente Dordrecht
Bedreigingen -
Vergrijzing
-
Ontgroening
-
Individualisering
-
Teruglopende ledenaantallen
-
Verdere bezuinigingen gemeente Dordrecht Figuur 20 SWOT-analyse breedtesport Dordrecht
*Toelichting: - Juiste ingrediënten aanwezig om ondersteuning te bieden aan verenigingen De huidige vorm van de Sportraad is uniek in Nederland. Weinig verenigingen kunnen tot in een politiek orgaan hun wensen en behoeften laten horen. - Invulling dagelijks bestuur Sportraad Het dagelijks bestuur is gepositioneerd door mensen die hebben gesolliciteerd, betaald krijgen en de rest van de Sportraad kunnen leiden. De verenigingen zijn hier erg enthousiast over. - Onaantrekkelijke marktomgeving verenigingen Voor het bedrijfsleven is het onaantrekkelijk om samen te werken met sportverenigingen, hetzelfde geldt voor scholen. Volgens de gemeente moet de focus liggen op de verenigingen zelf, vervolgens kan er naar mogelijkheden in de omgeving worden gekeken.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 42
7.3 Confrontatiematrix en uitdagingen In een confrontatiematrix worden de sterkten en zwakten en kansen en bedreigingen uit de SWOT-analyse met elkaar verbonden. Uit deze matrix ontstaan uitdagingen die door een sterk of juist zwakke eigenschap uitgevoerd kunnen worden. Uitdagingen worden ook wel strategische opties genoemd. 7.3.1 Confrontatiematrix
Zwakten
Sterkten
B2: Ontgroening
B3: Individualisering
B4: Teruglopende ledenaantallen
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
3
5
4
B5: Verdere bezuinigingen gemeente Dordrecht
B1: Vergrijzing
X
K3: Behoefte aan duidelijkheid over wensen en behoeften verenigingen en gemeente Dordrecht
S1: Juiste ingrediënten aanwezig om ondersteuning te bieden aan verenigingen. S2: Financieel (nog) sterke verenigingen S3: Invulling dagelijks bestuur Sportraad S4: Open houding verenigingen en gemeente naar vernieuwingen Z1: Vereniging (te) afhankelijk van de gemeente Dordrecht Z2: De ondersteuning van de gemeente voldoet niet aan de behoeften van verenigingen Z3: Onaantrekkelijke marktomgeving verenigingen Z4: Samenwerking tussen verschillende gemeentelijke diensten leidt tot trage besluitvorming
Bedreigingen
K2: Gezamenlijke wens om structurele samenwerking tussen verenigingen te realiseren
K1: Technologische bereikbaarheid van de juiste doelgroepen
Kansen
7
X
X
2
X
X
3
X
X
5
X
4 2
1
1
1
4
X
1
X
1
6
Figuur 21 Confrontatiematrix
De confrontatiematrix geeft antwoord op onderstaande vragen: Hoe kunnen sterke punten ingeschakeld worden om op kansen in te spelen? Met een modern Sportbedrijf en een unieke vorm van een Sportraad, die tevens de beschikking heeft over een gekwalificeerd dagelijks bestuur, beschikt de gemeente Dordrecht over de juiste middelen om duidelijkheid te creëren over de wensen en behoeften van zowel verenigingen als de gemeente naar elkaar toe. Daarnaast werkt de open houding naar vernieuwingen van zowel verenigingen als de gemeente Dordrecht positief op de wens van beide partijen om een structurele samenwerking tussen verenigingen te realiseren.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 43
Hoe kunnen sterke punten ingeschakeld worden om bedreigingen af te weren? Door bedreigende ontwikkelingen zoals vergrijzing, ontgroening en individualisering van de samenleving moeten zowel verenigingen als de gemeente openstaan voor ‘nieuwe’ wegen waarmee de verenigingen hun vitaliteit kunnen waarborgen. Door de open houding van zowel de gemeente Dordrecht als de sportverenigingen naar vernieuwingen toe zijn de juiste vereisten al aanwezig. Hoe kunnen zwakke punten dusdanig versterkt worden om op kansen in te spelen? Op dit moment is de ondersteunende rol van de gemeente Dordrecht onvoldoende. Dit blijkt uit gesprekken met de verenigingen. Door dit zwakke punt te versterken kan de gemeente Dordrecht inspelen op twee kansen. 1. 2.
De gezamenlijke wens om een structurele samenwerking tussen verenigingen te ontwikkelingen. Waarbij de gemeente Dordrecht haar ondersteunende en faciliterende rol verdiept. De gezamenlijke behoefte aan duidelijkheid over de wensen en behoeften van beide partners (verenigingen en gemeente). Dit beeld is op dit moment onjuist.
Hoe kunnen zwakke punten dusdanig versterkt worden om bedreigingen weerstand te bieden? De Dordtse sportverenigingen zijn op dit moment vrij afhankelijk van de gemeente Dordrecht. Een bedreigende ontwikkeling als verdwijnende subsidievormen en bezuinigingsmaatregelen binnen de gemeente kan ook de staat van de Dordtse sportverenigingen aantasten. Als deze afhankelijkheid minder wordt, hebben verenigingen minder last van bovenstaande bedreigingen. 7.3.2 Uitdagingen / strategische opties Na het invullen van de SWOT-analyse, de confrontatiematrix en het beantwoorden van bovenstaande vragen is er voldoende input verzameld om twee (heterogene) uitdagingen te maken die kunnen helpen bij het oplossen van organisatorische en financiële problemen van de Dordtse sportverenigingen. Optie 1: Online ledenwervingscampagne ‘Op zoek naar generatie Z’ (K1, B1, B2, B4, S1, S4) Sportverenigingen die door bedreigende ontwikkelingen als ontgroening en vergrijzing in gaan spelen op teruglopende ledentallen. Dit doen de verenigingen door zich te richten op de doelgroep met de meeste potentie. De huidige jeugd, generatie Z (geboren vanaf 1990). Deze groep is het best te bereiken via technologische media, zoals internet en social media. Sportverenigingen ontwikkelen samen een ledenwervingscampagne. Door verenigingen samen te laten werken ontstaan er kostenbesparingen, wat het begrip synergie ten goede komt. De gemeente Dordrecht kan hier een rol in spelen door de verenigingen te ondersteunen. Optie 2: Beleidsplan ‘Sterker door samenwerking’ (K2, K3, S1, S4, Z2) De gemeente Dordrecht die haar sterke punten (modern Sportbedrijf en unieke Sportraad) inzet om een zwakke eigenschap (onvoldoende ondersteuning) te verbeteren en daarmee inspeelt op de wens van zowel verenigingen als gemeente om elkaars wensen en behoeften in kaart te brengen. Hierdoor kan een goed beleid worden uitgestippeld die inspeelt op de gezamenlijke behoefte om een structurele samenwerking tussen sportverenigingen te realiseren.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 44
7.4 Keuze strategische optie Bovenstaande optie worden door middel van een beslissingsmatrix uitgewerkt. Deze beslissingsmatrix geeft beide opties punten op basis van drie categorieën. Deze categorieën zijn passendheid, haalbaarheid en acceptabel. Deze punten in deze categorieën worden weer door verschillende methoden uitgerekend. Beslissingsmatrix Figuur 22 geeft een overzicht van de strategische opties en de behaalde scores. Zie bijlage 12 voor de onderbouwing van de punten.
Optie 1: ‘Op zoek naar generatie Z’ Optie 2: ‘Sterker door samenwerking’
Passendheid 3.8 4
Haalbaarheid 4,2 4,1
Acceptabel 3,2 3,4
Totaal: 11,2 11,5
Figuur 22 Beslissingsmatrix strategische opties
Gekozen strategische optie Uit de beslissingsmatrix blijkt dat het schrijven van een beleidsplan voor zowel de gemeente Dordrecht als de lokale verenigingen het beste voorstel is. Onderstaand wordt het voorstel uitgelegd. Optie 2: Beleidsplan ‘Sterker door samenwerking’ De gemeente Dordrecht die haar sterke punten (modern Sportbedrijf en unieke Sportraad) inzet om een zwakke eigenschap (onvoldoende ondersteuning) te verbeteren en daarmee inspeelt op de wens van zowel verenigingen als gemeente om elkaars wensen en behoeften in kaart te brengen. Hierdoor kan een goed beleid worden uitgestippeld die inspeelt op de gezamenlijke behoefte om een structurele samenwerking tussen sportverenigingen te realiseren.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 45
8
Adviesplan ‘Sterker door samenwerking’
8.1 Inleiding Het onderzoek is ten einde. Wat nog volgt is een adviesplan op basis van de informatie uit het onderzoek en de gekozen strategische optie. Het doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in de financiële en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen, om vervolgens door onderlinge samenwerking tussen sportverenigingen met een oplossing te komen die de mogelijk zwakke financiële en organisatorische positie kan verbeteren. De lokale clubs zijn zeer enthousiast over onderlinge samenwerking. Daarvoor moeten er wel wat zaken verbeteren. De huidige ondersteuning die ze krijgen ervaren ze als onvoldoende, de gemeente Dordrecht steekt wel energie in het ondersteunen van sportverenigingen maar de verenigingen ervaren dit niet als effectief. De gemeente Dordrecht erkent dat er een problematiek is: ‘Anders zouden de verenigingen dat niet zeggen.’ Ook de gemeente ziet graag meer onderlinge samenwerking in de breedtesport omdat de sportverenigingen daardoor minder afhankelijk worden. Deze wens speelt al langer maar is tot op heden nog niet gelukt. Tegelijkertijd komt uit het onderzoek dat er veel onduidelijkheden over de mogelijkheden van de gemeente Dordrecht en de verwachtingen van de sportverenigingen. Het beeld wat beide partijen over elkaar hebben klopt niet met de werkelijkheid. Als het gaat om samenwerking blijken beide partijen wel op één lijn te zitten. Een reden te meer om zo snel mogelijk te beginnen met het realiseren van een duidelijk beleid over onderlinge samenwerking. Om duidelijkheid te creëren over hoe een structurele samenwerking tussen verengingen gerealiseerd kan worden is het plan om een advies/beleidsplan te schrijven. Samenwerking tussen sportverenigingen is een breed gedragen oplossingsrichting. De doelstelling van dit plan is dan ook om een start-up te creëren die de gemeente Dordrecht kan gebruiken om ervoor te zorgen dat sportverenigingen en de gemeente Dordrecht elkaar in de toekomst beter kunnen vinden, om vervolgens een strategie te voeren die leidt tot de realisatie van een structurele samenwerking. De focus ligt daarom in de volgende paragrafen op de gemeente Dordrecht. De indeling van dit adviesplan is als volgt: 8.2 Visie, missie en doelstellingen Organisatievisie Missie Middellange termijn doelstellingen 8.3 Strategie Interne bedrijfsstrategie Externe bedrijfsstrategie 8.4 Creatief concept Intern creatief concept Extern creatief concept 8.5 Middelen Interne middelen Externe middelen 8.6 Financiële verantwoording 8.7 Planning 8.8 Evaluatie Risicomanagement Invulling ROI-model
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 46
8.2 Visie, missie en doelstellingen Om goed beleid te voeren moet eerst bekend zijn wat er bereikt moet worden. Waar wil de gemeente Dordrecht (lees: Sportraad en Sportbedrijf) heen samen met de sportverenigingen? Door het formuleren van een visie, missie en middellange termijn doelstellingen (4 jaar) wordt dit in kaart gebracht. Organisatievisie De gemeente Dordrecht zal in samenwerking met de lokale sportverenigingen een unieke invulling van de Dordtse breedtesport ontwikkelen. Waar verenigingen onderling kunnen samenwerken om zo hun corebusiness optimaal uit te voeren, problemen met elkaar op kunnen lossen en iedere Dordtenaar aan het sporten kan krijgen. Missie De gemeente Dordrecht wil de relatie met de lokale sportverenigingen verbeteren zodat de basis om samen te werken sterk is. Om vervolgens samen met de verenigingen stap voor stap structurele samenwerking te realiseren. ‘Sterker door samenwerking’ Middellange termijn doelstellingen De strategische doelstellingen worden geformuleerd voor een middellange termijn (ongeveer 5 jaar). Reden hierachter is dat een collegeperiode uit vier jaar bestaat. De meeste andere rapporten van de gemeente Dordrecht worden ook voor een termijn van vier jaar geschreven. Deze doelstellingen geven richting aan de strategie in paragraaf 8.4. SMART-doelstelling 1: Binnen vier jaar moeten de Dordtse sportverenigingen en de gemeente Dordrecht nader tot elkaar zijn gegroeid. Dit wordt aangetoond door de Dordtse sportverenigingen Dit kan onder andere gemeten worden door elk jaar te monitoren door het houden van gesprekken of focusgroepen. SMART-doelstelling 2: In vier jaar moet de gemeente Dordrecht een waarneembare ontwikkeling zien in het aantal samenwerkingen tussen de Dordtse sportverenigingen. Wie het onbekende wil verkennen kan niet specifiek zijn (Pijlman, SMART doelen stellen). Daarom kan deze doelstelling niet volledig SMART geformuleerd worden. 8.3 Strategie De visie, missie en doelstellingen die in de vorige paragraaf zijn vastgesteld moeten nu worden door vertaald in een strategie. Het strategisch plan beschrijft hoe de in de visie gestelde inzichten en doelstellingen bereikt gaan worden en geeft een samenhangende reeks stappen aan voor het handhaven van de continuïteit op langere termijn (Wat is strategie?). In de volgende paragraaf wordt de bedrijfsstrategie bepaald voor de gemeente Dordrecht. Deze paragraaf is verdeeld in een interne en externe bedrijfsstrategie. Interne bedrijfsstrategie Het belangrijkste doel is om een structurele samenwerking tussen de sportverenigingen op te zetten. Hiervoor is een belangrijke rol weggelegd voor de gemeente Dordrecht. Zij moet de verenigingen onderling verbinden. Dit door het faciliteren van mogelijkheden om verenigingen effectiever met andere verenigingen en de
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 47
gemeente zelf te communiceren. Zodat er effectief kan worden gebouwd aan een beleid over samenwerking. Een belangrijke eigenschap die de medewerkers van het Sportbedrijf en de leden van de Sportraad moeten hebben, of ontwikkelen, is empatisch vermogen. Het empatisch vermogen is een belangrijk element van emotionele intelligentie. Als je je kunt inleven in anderen, dan begrijp je hun emoties beter en kun je effectiever communiceren. Zonder empathie praat je langs elkaar heen of ontstaan er conflicten (Pijlman, Empathie, 2004-2014) Uit het kwalitatieve onderzoek bleek juist dat de verenigingen en de gemeente Dordrecht ‘langs elkaar heen draaiden’ (Gerven, 2014) en daardoor beide partijen ‘gefrustreerd’ (Gerven, 2014) raakten. De gemeente Dordrecht moet een duidelijk verwachtingspatroon creëren. Dit kan via verschillende middelen. Hierover meer in paragraaf 8.4. Externe bedrijfsstrategie De gemeente Dordrecht moet stappen maken in empatisch vermogen en het creëren van het juiste verwachtingspatroon. Het Sportbedrijf wil graag ‘de spelverdeler’ zijn en moet in het belang van de verenigingen meer in deze rol groeien. De focus moet op de eerste vier jaar zijn. Met een goede basis kunnen de verenigingen op de lange termijn minder afhankelijk van de gemeente relaties met andere verenigingen onderhouden. Er moeten goede manieren worden bedacht hoe de verenigingen meer inspraak hebben, hun behoeften kunnen uiten en gemakkelijker kunnen communiceren met zowel de gemeente als andere verenigingen. Meer hierover in paragraaf 8.4 en 8.5. 8.4 Creatief concept Bovenstaande strategie wordt in deze paragraaf creatief ingevuld. Hoe kan de gekozen strategie overtuigend worden uitgevoerd? Zoals eerder vermeld is er een belangrijke rol voor de gemeente Dordrecht. Het verbinden van verenigingen. Een goed middel om mensen, bedrijven of verenigingen te verbinden is door gebruik te maken van het communicatiemiddel storytelling. Onderstaand kader legt uit waarom. Storytelling brengt het verhaal van merk, organisatie en bedrijf tot leven. Meer commitment in de organisatie, ‘alle neuzen dezelfde kant op’, nieuw vuur en passie in de organisatie, leiderschap ontwikkelen, samenwerking bevorderen: corporate storytelling is zeer veelzijdig inzetbaar. Corporate storytelling zet een organisatie succesvol in beweging. Door middel van storytelling komen missies, visies en strategieën pas echt tot leven. Een verhaal kan er ervoor zorgen dat de neuzen dezelfde kant op staan. Een verhaal overtuigt (CorporateStory). Bovenstaand staan eigenschappen die op dit moment nodig zijn om een helder beleid betreffende samenwerking tussen de Dordtse sportverenigingen over te brengen. Het idee is om met een corporate story te komen die de naam ‘Sterker door samenwerking’ draagt, verwijzend naar de gezamenlijke wens van de gemeente Dordrecht en de lokale verenigingen. Een goede corporate story kent een duidelijke structuur van een begin (uiteenzetting), midden (conflict) en een eind (oplossing). In een verhaal staat niet ‘wat?’ centraal, maar vooral ‘waarom (Westbeek, 2013)?’ Het waarom in dit verhaal is dan: De gemeente Dordrecht wil net zo graag als de sportverenigingen alle problemen die er zijn oplossen. Helaas is daar geen geld voor en daarom moet er aan andere oplossingen worden gedacht. Om de corporate story zowel intern als extern over te brengen wordt gebruik gemaakt van verschillende strategieën. Intern spreken we van een pushed crossmedia strategie. Een pushed crossmedia strategie brengt dezelfde content over door middel van meerdere kanalen. Om de sportverenigingen mee te nemen in het nieuwe beleid wordt een transmediale strategie gebruikt. Hier wordt ook een verhaal overgebracht via meerdere kanalen, alleen vertelt ieder verhaal iets unieks. Een concept van het verhaal ‘Sterker door samenwerking’ is te lezen in bijlage 13.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 48
Intern creatief concept Medewerkers van de gemeente Dordrecht die zich bezig houden met sport zijn de beste ambassadeurs die het verhaal over kunnen brengen. Zij zitten immers midden in de bedrijfscultuur en kennen de meerwaarde van het Sportbedrijf en de Sportraad. Het is van belang dat het plan door iedereen wordt gesteund. Iedereen moet het realiseren van samenwerking tussen verenigingen ambiëren. Iedereen moet enthousiast raken van het verhaal ‘Sterker door samenwerking’. Om medewerkers te enthousiasmeren wordt een pushed crossmedia strategie gehanteerd. Door deze methode wordt dezelfde informatie via verschillende kanalen verspreid. Deze strategie is gekozen omdat het van belang is dat de medewerkers van de gemeente Dordrecht kennis hebben van het doel: Een structurele samenwerking tussen de Dordtse sportverenigingen realiseren. Wanneer medewerkers vaak in aanraking komen met het verhaal, wordt de kennis snel eigen gemaakt. Extern creatief concept Uit hoofdstuk 6 blijkt dat de huidige ondersteuning van de gemeente Dordrecht aan de verenigingen onvoldoende is. Daarnaast denken de verenigingen dat de gemeente wel probeert te ondersteunen, maar dit niet effectief is. Deze informatie wordt gebruikt om een zwakte van de gemeente Dordrecht om te buigen in een sterkt punt. Mede door het ontwikkelen van empatisch vermogen en dit over te brengen in het verhaal. Verhalen kunnen immers inspirerend zijn en overtuigend werken. Verenigingen staan open voor samenwerkingen, ze moeten alleen nog enthousiast worden om op de manier mee te doen die de gemeente Dordrecht voor ogen heeft. Het verhaal moet de verenigingen en de gemeente ook naar elkaar laten groeien. Er moet duidelijkheid worden gecreëerd over de te volgen strategie. Zodat de verenigingen juiste verwachtingen hebben. Gevolg is minder wederzijdse frustraties. Om de sportverenigingen te betrekken in het verhaal wordt gebruik gemaakt van een transmediale strategie. Reden hiervoor is dat uit het kwantitatief onderzoek is gebleken dat niet iedere sportvereniging open staat voor samenwerking. Uiteraard moet de gemeente Dordrecht hier rekening mee houden. Bij een transmediale strategie wordt het verhaal via verschillende kanalen verspreidt en vertelt ieder kanaal iets unieks (Sirin Dilli, 2012). Hierdoor kunnen verenigingen die meedoen zelf bepalen in welke mate ze inhaken. Er zijn veel samenwerkingsvormen te verzinnen. Om dit zo effectief mogelijk te doen moeten de verenigingen meer inspraak krijgen. Hier moeten instrumenten voor ontstaan. Uiteraard kunnen er ook huidige instrumenten worden gebruikt, zoals de huidige vorm van de Sportraad. Welke middelen er worden ingezet om de strategie uit te voeren komt in de volgende paragraaf aan bod. 8.5 Middelen In deze paragraaf worden middelen uitgewerkt die de Gemeente Dordrecht kan inzetten om de strategie en het bijbehorende concept uit te voeren. Het verhaal ‘Samen sterk’ staat centraal in dit concept. Er wordt onderscheid gemaakt tussen interne en externe middelen. Door de financiële krapte waar gemeenten in verkeren is er gekozen om middelen te gebruiken die maar weinig investeringen te weeg brengen. Meer over investeringen in paragraaf 8.6. Interne middelen Om de interne doelgroep, de medewerkers van de gemeente Dordrecht en de leden van de Sportraad, effectief te bereiken wordt een crossmedia strategie gebruikt. Het verhaal wordt via meerdere instrumenten ontwikkeld en verspreid, via zowel bestaande als nieuw op te zetten kanalen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 49
- Afdelingsoverleg Sportbedrijf Dordrecht ‘Sterker door samenwerking’ wordt allereerst onder de medewerkers van het Sportbedrijf gedeeld. Het is belangrijk dat iedere medewerker van het Sportbedrijf achter het idee staat, zodat er collectief kan worden nagedacht over mogelijkheden en uitwerking van het uit te voeren beleid. Daarnaast kan de afdeling marketing helpen bij externe communicatie. - Dordt Sport newsflash De Dordt Sport newsflash wordt ieder kwartaal verzonden naar medewerkers, partners en andere belanghebbenden. Dit middel is uitstekend geschikt om een grote groep snel op de hoogte te krijgen van de nieuw te voeren strategie. De Dordt Sport newsflash is daarom zowel intern als extern een toegevoegde waarde. - Workshops storytelling Niet iedereen heeft een duidelijk beeld bij de term ‘storytelling’. Het gaat simpelweg over het verhaal van een organisatie, dat op verschillende manieren kan worden verteld. De uiteindelijke vorm hangt af van de doelstellingen en de mogelijkheden. Storytelling is een vorm van communicatie, die zowel intern als extern gericht kan zijn (Dool, 2013). Om de medewerkers van het Sportbedrijf en de leden van het Dagelijks Bestuur van de Sportraad deze techniek eigen te maken, worden workshops aangeboden aan de medewerkers van het Sportbedrijf. Om kosten te besparen zullen de medewerkers van het Sportbedrijf de theorie doorgeven aan de leden van het dagelijks bestuur van de Sportraad. Tijdens deze workshops wordt de term storytelling uitgelegd en nuttigs tips gegeven. Mede door het vergaren van kennis bij zowel medewerkers als leden uit de Sportraad kan de corporate story worden doorverteld. - Interactie via het intranet van de gemeente Dordrecht Via het intranet van de gemeente Dordrecht wordt door diverse gemeentelijke diensten input geleverd om hier interactie mee te creëren. Ook het Sportbedrijf kan input leveren om zowel de andere diensten op de hoogte te brengen van het nieuwe plan, als de andere gemeentelijke diensten te vragen naar ideeën of visies. Hierdoor vindt interactie plaats tussen verschillende gemeentelijke diensten, waardoor de nieuwe strategie beleid onder de aandacht komt. Externe middelen Zoals eerder beschreven wordt de corporate story intern en extern verschillend ingezet. Extern wordt de corporate story transmediaal ingezet. Een transmediale aanpak betekent dat het verhaal wordt geuit door alle instrumenten die worden ingezet, maar dat ieder instrument iets extra’s levert. Hierdoor kunnen de verenigingen zelf de mate waarin ze participeren bepalen. Hier zijn zowel huidige als nieuwe instrumenten voor. - Website (www.dordtsport.nl) Op de website van het Sportbedrijf komen de vijf spaken van het Dordtse sportbeleid bij elkaar. Continue wordt er nieuws geplaatst over onder andere de lokale sportverenigingen. Daarnaast beschikt de website over een portal waar verenigingen in kunnen loggen om contact te zoeken met de gemeente. Centraal thema moet de corporate story zijn. Het verbeteren van de relatie tussen de gemeente en de verenigingen en de verenigingen onderling moet het doel zijn. De website is een goed instrument om alle verenigingen met elkaar in contact te brengen. Bijvoorbeeld door het creëren van discussiegroepen krijgen verenigingen meer inspraak en kunnen ze hun visie geven over door de gemeente bepaalde thema’s. Hierdoor krijgt de gemeente veel informatie binnen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 50
- Sportraad Dordrecht De Dordtse Sportraad is vrij uniek. Maar weinig gemeenten in Nederland geven de sportverenigingen de gelegenheid om tot in de politiek hun wensen en behoeften te laten horen. Op dit moment is een belangrijk thema toekomstvisie sportparken. Het plan is om een tweede hoofdthema toe te voegen. De toekomst van de sportverenigingen. Tijdens de drie bijeenkomsten van de Sportraad kunnen alle leden van het Algemeen Bestuur (vertegenwoordigers van de sporttakken) hun visie geven. Daarnaast vormen de sessies (volgende paragraaf) die de verenigingen onderling hebben goede input voor de bijeenkomsten in de Sportraad. Om de corporate story goed over te brengen worden de leden van het dagelijks bestuur door de gemeente Dordrecht uitgenodigd om te participeren in de workshops. - ‘Sterker door samenwerking’ sessies Uit het kwalitatief onderzoek bleken diverse vertegenwoordigers niet goed op de hoogte te zijn van de huidige stand van zaken van de verenigingen die diegene vertegenwoordigt in de Sportraad. Om meer kennis over lokale sportverenigingen te krijgen wordt er voor iedere individuele vertegenwoordiger van het Algemeen Bestuur één sessie per jaar georganiseerd. Onder leiding van de vertegenwoordiger en in het eerste jaar een medewerker van het Sportbedrijf kunnen de verenigingen hun wensen en behoeften toelichten, kunnen ze hun visie geven op het nieuwe beleid en kan er worden gediscussieerd over mogelijke vormen van samenwerking. Zo krijgt de gemeente Dordrecht een goed overzicht van de huidige stand van zaken, wensen en behoeften van alle Dordtse sportverenigingen. Het idee is om zoveel mogelijk medewerkers van het Sportbedrijf in te zetten. Eén medewerker zou 30 sessies per jaar hebben terwijl tien medewerkers maar 3 sessies bij moeten wonen. Dit verbreedt tegelijkertijd ook het draagvlak onder de gemeente. - Projectgroep ‘Toekomstvisie sportverenigingen’ Naar het idee van toekomstvisie sportparken wat succesvol werkt wordt voor dit project ook een werkgroep opgericht. Het doel van dit instrument is om met gemotiveerde mensen te praten over de toekomst van sportverenigingen. Hoe kunnen de sportverenigingen optimaal samenwerken, wat moet de gemeente Dordrecht doen? Onderwerpen waar deze groep het over kan hebben. Deze projectgroep bestaat uit personen van allerlei verschillende partijen. Mensen van de gemeente Dordrecht, van de Sportraad, enthousiaste verenigingsleden etc. - Inzet van social media Het Sportbedrijf maakt al gebruik van verschillende soorten social media, zoals Facebook, Twitter en Youtube. De meerwaarde van deze instrumenten worden één voor één uitgewerkt. Daarnaast wordt ook een nieuwe middel ingezet: Linked In. Facebook De Facebook pagina Dordt Sport wordt door ruim 400 mensen gevolgd. Facebook wordt niet gezien als medium om een blik te werken op samenwerking. Wel kan Facebook dienen als medium om succesvolle samenwerkingsvormen te tonen, in combinatie met een filmpje die van Youtube komt. Ook kan het verhaal worden gedeeld met de inwoners van Dordrecht. Het onder de aandacht brengen van het nieuwe plan is goed en vergroot de kans op meer inbreng. Twitter De Twitter pagina Dordt Sport wordt gevolgd door bijna 900 mensen, bedrijven en verenigingen. Twitter kan in een later stadium een zeer belangrijk instrument worden. Twitter is een snel medium en verenigingen kunnen zo snel communiceren met elkaar. Bijvoorbeeld door om hulp te vragen. Twitter kan ook dienen als medium om het verhaal te promoten en door te verwijzen naar de website, Facebook of Youtube.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 51
Youtube Youtube is een goed instrument om het verhaal over te brengen. De corporate story wordt verwerkt in een filmpje en deze wordt geplaatst op Youtube. Het Youtube account van Dordt Sport wordt nog niet veel bekeken. Wellicht dat verwijzingen via Facebook en Twitter hier verandering in kan brengen. Linked In Linked In wordt nog niet gebruikt door het Sportbedrijf. Dit medium kan wel een goed instrument zijn om het netwerk uit te breiden. De gemeente Dordrecht kan in contact komen met het bedrijfsleven, andere gemeenten en de lokale verenigingen. 8.6 Financiële verantwoording De gemeente Dordrecht heeft een bedrag begroot om de spaak ‘Sterke verenigingen’ mee te ontwikkelen. Zie figuur 23 voor de begroting voor de komende 5 jaar. Uit figuur 23 valt op te maken dat het gereserveerde bedrag om de sportverenigingen te ondersteunen richting 2018 stabiel blijft op € 147.000,-.
Figuur 23 Begroting spaak 'Sterke verenigingen
Er hoeven geen forse investeringen worden gemaakt om een structurele samenwerking te realiseren. De algemeen directeur van het Sportbedrijf noemt het: ‘Een kwestie van focus verschuiving. Er is een bedrag gereserveerd om de verenigingen te ondersteunen, als wij een nieuwe koers willen varen dan is dit altijd mogelijk, tenzij het bijvoorbeeld een vernieuwing van een totaal sportcomplex betreft.’ Zie figuur 24 voor een overzicht van begrote kosten om de corporate story ‘Sterker door samenwerking’ uit te voeren. Middel Interne middelen Afdelingsoverleg Workshops storytelling Sportbedrijf Dordrecht DB Sportraad Dordrecht Intranet gemeente Dordrecht
Externe middelen Website bijhouden en doorontwikkelen Sportraad Dordrecht ‘Sterker door samenwerking’ sessies
Kosten
Totaal
Linked In
Aantal uren
Verantwoording
4x per jaar
240 (20 medewerkers)
* 4x per jaar * 3 uur per sessie
24 (3 medewerkers)
€ 1.797,-* € 176,90 Continue proces
104 (1 medewerker)
*3 medewerkers, Bron: (Bernansco, 2014) * 5 DB-leden, € 35,38 per aanwezigheid *2 uur per week bijhouden intranet
208 (2 medewerkers)
Bron: (Webhosting plus) *Duurste pakket
€ 3.396,48*
Continue proces 3x per jaar
18 (2 medewerkers)
Vergoeding voor extra werk
1x per jaar per sporttak (32 sessies)
640 (10 medewerkers)
Continue proces
104 (2 medewerkers)
Max. bedrag, 35,38 per aanwezig lid, variabel aan aantal aanwezigen 10 medewerkers * 3 sessies per persoon Kosten afhankelijk van mogelijkheid om extra uren te rekenen, niet mogelijk op dit moment Continue berichten plaatsen op social media, zal ongeveer 1 uur per persoon per week in beslag nemen, medewerkers marketing zullen hier voornamelijk mee bezig zijn.
€ 99,-*
Social media Facebook Twitter Youtube
-
Hoeveelheid
Professioneel account, bron: (LinkedIn, 2014)
€ 419,88* € 5.888,78
1338 uur Figuur 24 Begroting 'Sterker door samenwerking'
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 52
8.7 Planning Om het nieuw te voeren beleid goed uit te voeren is er een planning gemaakt. Deze planning laat zien hoe de nieuwe strategie wordt uitgevoerd. De planning is alleen geconcentreerd op jaar 1, van oktober 2014 tot juni 2015. Het opstarten van de nieuwe strategie. Deze planning is te lezen in bijlage 14. 8.8 Evaluatie Tijdig monitoren en evalueren van risico’s is erg belangrijk als er een nieuwe strategie wordt gevoerd. Daarom besteed de volgende paragraaf aandacht aan risicomanagement. Daarnaast moet er ook tijdige evaluaties plaats vinden. Bij een nieuwe strategie is het belangrijk om het effect te meten. Wanneer het nieuwe beleid niet aanslaat kan er tijdig worden ingegrepen. De laatste paragraaf van dit adviesplan behandelt hoe evaluatie plaats gaat vinden, door de invulling van het ROI-model (Return On Investment). Risicomanagement Risicomanagement is een hulpmiddel om op een gestructureerde manier risico’s in kaart te brengen, te evalueren en – door er proactief mee om te gaan – ze beheersbaar te krijgen. Risicomanagement is gebaseerd op het maken van risicoanalyses. Eén analyse is niet voldoende, pas bij meerdere analyses en het goed uitvoeren van de zes stappen is er sprake van risicomanagement (6 stappen in risicomanagement, 2008). 1. Identificatie van risico’s Er zijn verschillende risico’s bij het opstarten en uitvoeren van het nieuwe beleid betreffende het opstarten van een structurele samenwerking. Allereerst moet er geïnvesteerd worden om de corporate story over te brengen naar de Dordtse sportverenigingen. Financieel gezien zijn er ook risico’s, mocht de nieuwe strategie niet werken dan is bijvoorbeeld een investering in workshops als storytelling weggegooid geld. Daarnaast kan een structurele samenwerking tussen verenigingen ook de sterke positie van de gemeente Dordrecht aantasten. 2. Analyse en beoordeling van risico’s Het grootste risico is het geld wat geïnvesteerd moet worden voordat het komt tot een samenwerking tussen sportverenigingen. De gemeente Dordrecht heeft financieel gezien steeds minder te besteden. 3. Analyse van huidige beheersmaatregelen Het kan zijn dat verenigingen onderling conflicten krijgen omdat het eigenbelang te sterk aanwezig is. Dit valt lastig te beheersen voor de gemeente Dordrecht. 4. Ontwerpen en uitvoeren actieplannen Mochten er verenigingen zijn die niet langer willen samenwerken. Dan is het voor de gemeente Dordrecht altijd nog mogelijk om alleen samen te werken met de sportverenigingen die enthousiast zijn. 5. Meten controleren en rapporteren Het meten van risico’s valt onder evalueren en hier zal in paragraaf 8.8.2 aandacht aan worden besteed. 6. Resultaten integreren in de besluitvormingsprocessen Bij ieder evaluatiemoment kan er een thema worden besproken als resultaten. Zijn er takken van sport waar de samenwerking soepel verloopt, dan kan daar meer of juist minder aandacht aan worden besteed. Afhankelijk van de doelstelling die de gemeente Dordrecht heeft. Wil je de verenigingen minder afhankelijk maken, dan kan je je beter richten op de verenigingen die nog wel afhankelijk zijn.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 53
Invulling ROI-model De strategie die in voorgaande paragrafen is uitgewerkt moet tijdig worden geëvalueerd. Mocht de strategie niet het gewenste effect hebben, dan is er de mogelijkheid om het beleid aan te passen. Het ROI-model kan niet volledig bepalen of de financiële en organisatorische problemen worden opgelost. Wel geeft het meer inzicht in de tevredenheid van de sportverenigingen. Er zijn vijf stappen te zetten die samen de ROI-analyse vormen (Joosten, 2013). 1. Tevredenheid en waarde Er moet geëvalueerd worden hoe zowel de interne als de externe omgeving reageert op de corporate story ‘Sterker door samenwerking’. Storytelling is een nieuw begrip en de kans is aanwezig dat een ‘verhaaltje’ verkeerd wordt geïnterpreteerd. Intern kan dit worden gemeten door de mening van medewerkers te vragen, zowel informeel als formeel in het afdelingsoverleg. Extern kan dit door het houden van tevredenheidsonderzoeken onder de sportverenigingen. De vertegenwoordiger van de verenigingen kan gemakkelijk de mening peilen en dit doorgeven in een bijeenkomst van de Sportraad. 2. Tastbare voordelen Tastbare voordelen zijn lastig te bepalen als het gaat om tevredenheid en samenwerking. Het aantal samenwerkingen is meetbaar. Daarnaast valt de tevredenheid van sportverenigingen wel te meten via gesprekken als de ‘Sterker door samenwerking’ sessies. Ook dit gaat via de vertegenwoordiger in de Sportraad. Een ander tastbaar voordeel is de verbeterende financiële en organisatorische positie van de sportverenigingen. Dit is meetbaar door bijvoorbeeld jaarlijks een enquête rond te sturen. 3. Implementatie Werkt de strategie? Ook deze stap is lastig meetbaar. Intern valt dit te meten door het een thema te maken in een afdelingsoverleg die iedere drie maanden wordt gehouden. Extern is het meetbaar door het inzetten van de vertegenwoordigers. Zij vormen een belangrijke schakel tussen de gemeente Dordrecht en de sportverenigingen. 4. Businessimpact en consequenties Het belangrijkste doel van het nieuwe beleid is het realiseren van structurele samenwerkingsverbanden onder de Dordtse sportverenigingen. Als de lokale clubs vaker gaan samenwerken kun je de nieuwe strategie als succesvol beschouwen. De tevredenheid van de verenigingen over de ondersteuning is lastiger meetbaar. 5. ROI-analyse Deze nieuwe strategie heeft niet het doel om meer inkomsten te genereren of het verlagen van kosten voor de gemeente Dordrecht. Het belangrijkste doel is om de financiële en organisatorische problemen van de lokale sportvereniging op te lossen door het realiseren van samenwerking. Als de gemeente Dordrecht door evaluatiemomenten ziet dat de sportverenigingen meer tevreden zijn over de ondersteuning, meer samenwerken met andere verenigingen, de staat van verenigingen verbetert en dat de verenigingen minder afhankelijk van de gemeente Dordrecht kunnen acteren. Dan kan het nieuwe beleid ‘Sterker door samenwerking’ als succesvol worden beschouwd.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 54
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 55
Bibliografie 6 stappen in risicomanagement. (2008, augustus 21). Opgeroepen op augustus 18, 2014, van Managementsite: http://www.managementsite.nl/2667/financieel-management/6-stappenrisicomanagement.html Andries van den Broek, J. d.-R. (2007). Verschillen in vrijetijdsbesteding. SCR. Bensdorp, B. (2008, September 18). Synergie als toverformule. Opgeroepen op Mei 7, 2014, van Managementscope: http://managementscope.nl/opinie/synergie-stelregel-succes Bernansco, D. (2014, september 25). Storytelling matters. Masterclass. Nijmegen, Gelderland, Nederland: Bernas&co. Breedveld, P. H. (2009). Minder verenigingen financieel gezond. Den Bosch: Mulier instituut. Bron: Decentralisatie van overheidstaken naar gemeenten. (sd). Opgeroepen op Maart 4, 2014, van Rijksoverheid: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/gemeenten/decentralisatie-vanoverheidstaken-naar-gemeenten Collard, D. (2013). Sportdeelname in Nederland. Utrecht: Mulier instituut. Cols, S. (2014, Juni 28). Werving en behoud meiden in het voetbal. mail. Zeist, Utrecht, Nederland: KNVB. CorporateStory. (sd). Wat is storytelling? Opgeroepen op augustus 16, 2014, van CorporateStory: http://corporatestory.nl/storytelling/wat-is-storytelling/ De Sportimpuls, volop kansen voor korfbalverenigingen! (sd). Opgeroepen op Mei 9, 2014, van KNKV: http://www.knkv.nl/bestuurders/kennisbank/overheid/Sportimpuls/ De vereniging. (sd). Opgeroepen op April 14, 2014, van KVK: http://www.kvk.nl/advies-eninformatie/bedrijf-starten-of-overnemen/rechtsvormen/overzicht-van-allerechtsvormen/de-vereniging/ Dool, M. v. (2013). Het verhaal van uw organisatie. Opgeroepen op augustus 18, 2014, van Verenigingen: http://www.verenigingen.nl/weblogs/martina-van-den-dool-blog/-/blogs/hetverhaal-van-uw-organisatie Dordrecht, G. (2011). Spaken Spannen. Dordrecht: Gemeente Dordrecht. Dordrecht, S. (2014). Jaarplan. Dordrecht: Sportbedrijf Dordrecht. Dordrecht, S. (sd). Regeling Sportraad. Opgeroepen op Februari 24, 2014, van Sportraad Dordrecht: www.sportraaddordrecht.nl Dordrecht, S. (sd). Sportraad Dordrecht. Opgeroepen op Februari 24, 2014, van Sportraad Dordrecht: http://www.sportraaddordrecht.nl/ Drechtsteden, O. (2012). Gezondheid. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Drechtsteden, O. (2012). Leefgewoontes. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Drechtsteden, O. (2012). Sportdeelname. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Drechtsteden, O. (2013). Werkloosheid. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Dunnen, C. d. (2014, Maart). Dordt Sport marketing. Dordrecht, Zuid-Holland, Nederland: Sportbedrijf Dordrecht. Geld,-geld,-geld. (2013, December 10). Opgeroepen op Maart 4, 2014, van Sportservicedesk: http://www.sportservicedesk.nl/sportservicenoordholland/nieuws/geld,-geld,-geld_97.html Gemeenteraadsverkiezingen 2014. (sd). Opgeroepen op Maart 4, 2014, van NOC*NSF: http://www.nocnsf.nl/gr2014 Gerven, A. v. (2014, augustus 11). De Dordtse sportverenigingen. (T. Leijs, Interviewer) Hoekman, R. (2013). Recessiepeiling gemeenten 2013. Utrecht: Mulier instituut.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 56
Ik ga starten. (sd). Opgeroepen op Februari 25, 2014, van Rabobank: https://www.ikgastarten.nl/ondernemingsplan/ondernemingsplan-maken/587-eenondernemingsplan-de-basis-voor-uw-succes.html/595-de-marketingmix.html Jan Ritsema van Eck, F. v. (2013). Demografische ontwikkelingen 2010-2040. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Joosten. (2013, januari 4). Hoe bepaal je de ROI of ROO van je evenement? Opgeroepen op augustus 18, 2014, van Pretwerk.nl: www.pretwerk.nl Kempen, P. v. (2012). JeugdSynergiePlan. Tilburg. Klippus, H. (2014, April 9). Sportbonden staan diep in het rood. AD, p. 1. KNVB. (2014, juni 30). Werving- en behoud van meiden in het voetbal. Opgeroepen op juni 30, 2014, van Effectiefactief: http://www.effectiefactief.nl/menukaart/menukaartsportimpuls/interventie-detail.html?id=521 Korfbalbond, K. N. (2014, Juni 26). Kombifit. Opgeroepen op Juni 26, 2014, van Effectiefactief: http://www.effectiefactief.nl/menukaart/menukaart-sportimpuls/interventiedetail.html?id=173 Linden, A. v. (2013 - 2030). Bevolkingsprognose Dordrecht leeftijdsgroep. Dordrecht, Zuid Holland, Dordrecht: Onderzoekscentrum Drechtsteden. Lindert, C. v. (2009). Fit for Life: (on)bereikbaar doel? Den Bosch: Mulier instituut. LinkedIn. (2014, augustus). Linked In. Opgeroepen op augustus 18, 2014, van https://www.linkedin.com/chooserfrontend/products?displayProducts=&trk=nav_responsive_sub_nav_upgrade Menukaart Sportimpuls. (sd). Opgeroepen op Mei 9, 2014, van Sport in de buurt: http://www.sportindebuurt.nl/sportimpuls/menukaart-sportimpuls/ Milieu en sport. (sd). Opgeroepen op Maart 18, 2014, van Sportzorg: http://www.sportzorg.nl/bibliotheek/milieu-en-sport (2013). Monitor economie en arbeidsmarkt Drechtsteden. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Nederland, B. (2014, Juni 26). START trainingsprogramma. Opgeroepen op 26 Juni, 2014, van Effectiefactief: http://www.effectiefactief.nl/menukaart/menukaart-sportimpuls/interventiedetail.html?id=404 Niels Hermens, A. J. (2012). Sportplusverenigingen. Rotterdam: Verwey-Jonker instituut. Nijzink, P. (2014, juli 4). Interview sportraadlid tennis. (T. Leijs, Interviewer) NOC*NSF. (2014, juni 26). Schoolactieve verenigingen. Opgeroepen op juni 26, 2014, van Effectiefactief: http://www.effectiefactief.nl/menukaart/menukaart-sportimpuls/interventiedetail.html?id=217 Pijlman, R. ( 2004-2014). SMART doelen stellen. Opgeroepen op augustus 15, 2014, van Carrieretijger: http://www.carrieretijger.nl/functioneren/management/leidinggeven/doelen-stellen/smart Pijlman, R. (2004-2014). Empathie. Opgeroepen op augustus 16, 2014, van Carrieretijger: http://www.carrieretijger.nl/functioneren/samenwerken/sociale-eigenschappen/empathie Pijlman, R. (sd). SMART doelen stellen. Opgeroepen op augustus 15, 2014, van Carrieretijger: http://www.carrieretijger.nl/functioneren/management/leidinggeven/doelen-stellen/smart register, B. e. (2013). Bedrijfsvestigingen 2009 - 2013. Dordrecht: Onderzoekcentrum Drechtsteden. Rijksbegroting. (2010). Recessie versterkt vernietiging. Opgeroepen op Mei 7, 2014, van Rijksbegroting.nl: http://www.rijksbegroting.nl/2010/voorbereiding/miljoenennota,kst132844_20.html
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 57
Sirin Dilli, S. B. (2012, juli 16). Transmedia Storytelling, de ontvanger als onderdeel van het verhaal. Opgeroepen op augustus 16, 2014, van Frankwatching: http://www.frankwatching.com/archive/2012/07/16/transmedia-storytelling-de-ontvangerals-onderdeel-van-het-verhaal/#more-166249 Sladek, S. L. (2014). Lid worden? Waarom zou ik? In Lid worden? Waarom zou ik? (p. 89). Nieuwegijn: Arko Sports Media. Sportsupport, R. (2011). De vereniging en het bedrijfsleven. Rotterdam: Rotterdam Sportsupport. Statistiek, C. b. (2012, December 13). Prognose bevolking kerncijfers 2012-2060. Opgeroepen op Maart 3, 2014, van Statline.cbs.nl: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=81593NED&D1=a&D2=0& D3=0-1,3,8,13,18,23,28,33,38,43,l&HD=130605-0940&HDR=G1,G2&STB=T Straatmeijer, J. (2014, Maart 17). Blijft sport betaalbaar voor iedereen. Opgeroepen op Maart 17, 2014, van Sportnext: http://www.sportnext.nl/berichten/blijft_sport_betaalbaar_voor_iedereen Thaens, R. (2013, januari 26). Lopen is geen asociale sport! De Morgen, p. 1. Toename werkloosheid. (2014, Februari 20). Opgeroepen op Maart 4, 2014, van Centraal Bureau Statistiek: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/arbeid-socialezekerheid/publicaties/artikelen/archief/2014/2014-012-pb.htm Veerman, T. D. (2012). SportAanbiedersMonitor 2012. Arnhem: NOC*NSF. Vink, d. D. (2011). Medisch-technologische ontwikkelingen zorg 20/20. Den Haag: Raad voor de Volksgezondheid en Zorg. (2011). Vitale sportverenigingen. Enschede: Opgroeien en ontwikkelen. Wat is strategie? (sd). Opgeroepen op augustus 16, 2014, van Visie-strategie: http://www.visiestrategie.nl/#strategischplan WCRF. (2014, Maart 3). Meer over gewicht. Opgeroepen op Maart 3, 2014, van Wereld Kanker Onderzoek Fonds: http://www.wcrf.nl/kankerpreventie/gewicht/overgewicht.php?gclid=CM_X8__9rwCFQXlwgodhWAAUg Webhosting plus. (sd). Opgeroepen op augustus 18, 2014, van Mijndomein: http://www.mijndomein.nl/webhostingplus/?utm_source=Home&utm_medium=Blok_op_Website&utm_campaign=Home Werkloosheid. (sd). Opgeroepen op Mei 8, 2014, van Werkloosheidsmeter.nl: http://www.werkloosheidsmeter.nl/ Westbeek, M. (2013). Transmedia Storytelling . College 1. Tilburg, Noord-Brabant, Nederland: Fontys.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 58
Inhoudsopgave bijlagen scripttie
Inhoudsopgave bijlagen scriptie ....................................................................................................................... 59 1:
Vragenlijst sportverenigingen ............................................................................................................ 60
2:
Codeboek SPSS .................................................................................................................................. 70
3:
Uitnodiging enquête en diepte-interviews ......................................................................................... 71
4:
Topiclijst diepte-interviews sportverenigingen ................................................................................... 73
5:
Transcripten diepte-interviews sportverenigingen ............................................................................. 77
6:
Coderingsschema sportverenigingen ................................................................................................. 93
7:
Topiclijst diepte-interviews gemeente Dordrecht............................................................................. 101
8:
Transcripten diepte-interviews gemeente Dordrecht ....................................................................... 104
9:
Coderingsschema Gemeente Dordrecht........................................................................................... 110
10:
Overzicht sportverenigingen Dordrecht ........................................................................................... 115
11:
Begrotingen sport gemeente Dordrecht .......................................................................................... 119
12:
Uitwerking beslissingsmatrix............................................................................................................ 122
13:
Concept corporate story ‘Sterker door samenwerking’ .................................................................... 124
14:
Planning ‘Sterker door samenwerking’............................................................................................. 125
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 59
1: Vragenlijst sportverenigingen Betreft: Peiling financiële positie sportverenigingen Dordrecht Geachte heer/mevrouw, Voor u ligt een vragenlijst waarin nader wordt ingegaan op de financiële positie van uw vereniging. Aanleiding voor dit onderzoek is de recessiepeiling van het Mulier Instituut en de gemeentepeiling Recessie 2013 van de VSG. Uit deze landelijke onderzoeken komt naar voren dat lokale overheden steeds meer willen bezuinigen op sport door maatregelen op gebied van tarieven en subsidies. Verder blijkt uit de SportAanbiederMonitor 2012 van het NOC*NSF dat twee derde van de Nederlandse sportverenigingen financieel gezien overeind blijft, maar dat veel verenigingen veel moeite hebben met de stijgende huurkosten en afnemende subsidies. De Sportraad wil daarom onderzoeken hoe deze situatie bij de Dordtse sportverenigingen is en hoe de financiën zich in de periode 2010 – 2013 hebben ontwikkeld. Om hierachter te komen hebben we uw hulp nodig. U kunt ons en de sport in Dordrecht helpen door deze vragenlijst in te vullen. Deze gegevens kunnen bijdragen aan mogelijke oplossingsrichtingen waar de sport in Dordrecht en uw vereniging baat bij heeft. Mocht u geen tijd en/of interesse hebben deze vragenlijst in te vullen dan volstaat het ook uw jaarrekeningen uit 2010 - 2013 toe te sturen. Het is echter in het belang van uw vereniging dat dit onderzoek succesvol kan worden uitgevoerd. Voor de uitvoering van dit onderzoek is de heer Tim Leijs aangetrokken. Hij voert dit onderzoek uit als afstudeeropdracht in het kader van de opleiding SPECO, marketing en management aan de Fontys Economische Hogeschool Tilburg. Volledigheidshalve merken wij op dat u deze vragenlijst via uw vertegenwoordiger in het algemeen bestuur van de Sportraad ontvangt. Uiteraard worden de gegevens vertrouwelijk behandeld en vanzelfsprekend informeren wij u over de uitkomsten van het onderzoek, de mogelijke aanbevelingen en/of oplossingsrichtingen. Wij vragen u vriendelijk de vragenlijst - liefst digitaal - zo snel mogelijk in te vullen en te retourneren naar de secretaris van de Sportraad, mevr. Angela Verkerk via
[email protected]. Voor vragen kunt u ook bij de heer Tim Leijs terecht (
[email protected]). Alvast dank voor uw medewerking. Hoogachtend, Sportraad Dordrecht Namens het Dagelijks Bestuur Jan Verstraate
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 60
Instructie: Wanneer u de vragenlijst opent kan het zijn dat de tabellen, grafieken en tekst zijn versprongen. Dit komt omdat de vragenlijst is opgesteld in Word 2010 en u gebruik maakt van een verouderde versie van Word. U kunt dit probleem eenvoudig oplossen door eerst de vragenlijst op te slaan om hem vervolgens nogmaals te openen. Nu staat alles op een correcte manier. Algemene vragen 1. Naam vereniging: 2. Tak van sport: (kruis aan wat van toepassing is) - Voetbal / zaalvoetbal (1) - Tennis (2) - Gymnastiek (3) - Korfbal (4) Schaatsen/shorttrack/kunstrijden /skaten (5) - Zwemmen / waterpolo (6) - Atletiek (7) - Hockey (8) - Golf (9) - Roeien (10) - Watersport (11) - Reddingsbrigade (12) - Paardensport (13) - Klim- en bergsport (14) - Bridge (15) - Volleybal (16) - Biljarten (17) - Skiën (18) - Tafeltennis (19) - Wielrennen (20) - Onderwatersport (onderwaterhockey en duiken) (21)
-
Judo (22) Karate (23) Basketball (24) IJshockey (25) Sportschieten (26)
-
Badminton (27) Schaken (28) Honk/softbal (29) Wandelsport (30) Handbal (31) Rugby (32) Aikiko (33) Triatlon (34) Dammen (35) Krachtsport (worstelen) (36) Jeu de boules (37) Handboogschieten (38) Boksen (39) Sportvissen (40 Bowlen (41) Radiovliegsport (42)
3. Ledental per 1 september 2013: o
En per 1 september 2010:
o
Opbouw ledenbestand:
Man: Vrouw: Leeftijd tot 19 jaar: 19 jaar en ouder: Aantal vrijwilligers:
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 61
4. Wat is het lange termijn beleid van uw vereniging? (Kruis aan wat van toepassing is, meerdere antwoorden mogelijk) - Werving en behoud vrijwilligers (1) - Ledenwerving en ledenbehoud (2) - Sporttechnische zaken (3) - Focus op en verbetering van financiën (4) - Activiteitenaanbod (5) - Meer sponsors (6) - Anders, namelijk (7):
5. Wat zijn de grootste risico’s voor uw vereniging? (Kruis aan wat van toepassing is, meerdere antwoorden mogelijk) - Ledenbehoud, -werving (1) - Kadertekort, geschiktheid, behoud (2) - Financiën (subsidie, sponsors etc.) (3) - Accommodatie (4) - Wet- en regelgeving (5) - Anders (evenementen, ongewenst gedrag, sportaanbod), namelijk(6):
6. Wat is de hoogte van de contributie per lid voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010 Jeugd: Volwassenen: o
In seizoen 2012/2013
Jeugd: Volwassenen:
Zie volgende pagina voor vervolg vragenlijst.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 62
Voor de volgende vragen graag eerst de volgende twee tabellen bekijken. Vervolgens kunt u op de volgende pagina de bijbehorende vragen beantwoorden. Bron 1: Ontwikkeling financiën sportverenigingen per jaar (NOC*NSF SportAanbiederMonitor 2012) Bron 2: Financiële knelpunten voor sportverenigingen (NOC*NSF SportAanbiederMonitor 2012)
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 63
Inkomsten en uitgaven sportverenigingen: 7. Hoe hoog zijn de inkomsten uit contributies voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
8. Hoe hoog zijn de inkomsten uit horeca voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
9. Hoe hoog zijn de inkomsten uit sponsoring en reclame voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
10. Hoe hoog zijn de inkomsten uit gemeentelijke bijdragen voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
11. Hoe hoog zijn de huurkosten voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
12. Hoe hoog zijn de kosten voor gemeentelijke heffingen voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
13. Wat zijn de totale kosten voor uw vereniging? o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2013/2013:
14. Hoe hoog is het totale eigen vermogen voor uw vereniging? Eigen vermogen = het verschil tussen bezittingen en schulden. o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 64
15. Hoe hoog is het totale vreemd vermogen van uw vereniging? Vreemd vermogen = totale som van verplichtingen (leningen)en schulden die nog betaald moeten worden. o In seizoen 2009/2010: o
In seizoen 2012/2013:
16. Wat zijn de grootste kosten die uw vereniging heeft?
Knelpunten voor verenigingen: 17. De vijf belangrijkste knelpunten van verenigingen in Nederland (zowel financieel als algemeen) staan hieronder vermeld. Gelieve aan te kruisen welke knelpunten u ook ervaart bij uw eigen vereniging. - Stijgende kosten/huurprijzen (1) - Begroting sluitend houden (2) - Gebrek aan sponsors/afhaken van sponsors (3) - Terugloop ledenaantal (4) - Terugloop vrijwilligers (5) - Anders, namelijk (6):
Zie volgende pagina voor vervolg vragenlijst.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 65
Voor de komende vragen graag eerst het volgende fragment lezen en onderstaande tabel bekijken. Vervolgens kunt u op de volgende pagina de bijbehorende vragen beantwoorden. Bron 3: Fragment uit de recessiepeiling 2012 (Mulier instituut) ‘’Er bestaan verschillende mogelijkheden om de gewenste bezuinigingen binnen de sport te realiseren. Enerzijds kunnen gemeenten dit bereiken door de uitgaven aan sport te verminderen, bijvoorbeeld door subsidies te verminderen, accommodaties te sluiten of taken af te stoten. Anderzijds kunnen ze proberen om de inkomsten te vergroten door bijvoorbeeld tarieven van sportaccommodaties te verhogen of alternatieve geldstromen te benutten. Daarnaast zijn organisatorische aanpassingen denkbaar waarbij wordt gestreefd activiteiten efficiënter uit te voeren en meer te bereiken met lagere of vergelijkbare uitgaven. Hierbij valt te denken aan het efficiënter inrichten van de organisatie, het doorvoeren van andere beheersvormen, het intensiveren van integrale financiering van sport, het initiëren van publiek-private samenwerkingsverbanden of het intensiveren van de regionale samenwerking.’’
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 66
Maatregelen voor gemeenten, gericht op sportverenigingen 18. Waar ziet u voor uw vereniging zelf mogelijkheden, als u bovenstaand tabel ziet? (Kruis aan wat van toepassing is, meerdere antwoorden mogelijk) - Verhogen tarieven (1) - Inkrimpen subsidies (2) - Doorvoeren andere beheersvormen (3) - Efficiënter inrichten organisatie (4) - Stimuleren meer marktwerking (afstoken taken) (5) - Intensiveren regionale samenwerking (6) - Benutten alternatieve geldstromen (7) - Sluiten sportaccommodaties (fuseren van sportverenigingen) (8) - Initiëren publiek-private samenwerkingsverbanden (9) - Intensiveren integrale financiering sport (10) - Anders, namelijk(11):
19. Welke maatregelen moet de gemeente in het belang van sport nemen?
Uit zowel de recessiepeiling als de SportAanbiederMonitor blijkt dat veel sportverenigingen kampen met financiële moeilijkheden. Van de 100 sportverenigingen zijn er 33 niet gezond. Wij proberen te achterhalen of ook in Dordrecht verenigingen het lastig hebben, wat de oorzaak hiervan is, wat de verenigingen zelf al hebben geprobeerd en wat mogelijke oplossingen zijn. 20. Wat is de financiële staat van uw vereniging? (Kruis aan wat van toepassing is) - Zeer goed (1) - Goed (2) - Normaal (3) - Slecht (4) - Zeer slecht (5) 21. Welke maatregelen heeft uw vereniging de laatste jaren genomen om de financiën te verbeteren/ de inkomsten te verhogen / de kosten te verlagen?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 67
Oplossingsrichtingen Wanneer sportverenigingen in financiële moeilijkheden verkeren is het belangrijk te zoeken naar (creatieve) oplossingen. De overheid richt zich voornamelijk op bezuinigingen. De beste oplossingen moeten dus liggen bij de verenigingen. Wat kunnen verenigingen zelf doen om de financiële positie te verbeteren? Hieronder worden enkele mogelijke oplossingsrichtingen genoemd. Oplossingen die al elders in Nederland zijn gebruikt en veel effect hebben gehad, maar ook oplossingen waar de nodige creativiteit voor gebruikt is. Wij vragen u om aan te geven, of u open staat om op die manier te werken aan de verbetering of versterking van uw financiële positie. - Samenwerken met jeugdzorg, ouderenzorg, gehandicaptenzorg etc. Door beschikbaar stellen van de accommodatie aan zorginstellingen komt u als vereniging midden in de maatschappij terecht. Voorbeeld: Vechtsportverenigingen die jongeren met problemen kunnen helpen met zelfbeheersing. Potentie: jongeren die lid willen worden.
- Organiseren van een ‘Maand van het korfbal/volleybal/hockey/voetbal enzovoorts’. Alle verenigingen binnen één sporttak werken samen. Voorbeeld: Een turn- en dansmaand, 1200 kinderen bereikt waarvan 15% op een vereniging is gegaan Potentie: ledenaantal zal stijgen en dit levert meer contributie op.
22. Verhogen van contributie. Hoe ver kunt u als vereniging nog gaan met het verhogen van de contributie? Heeft u al maatregelen genomen m.b.t. contributie? Heeft u al eens gedacht aan het verhogen van contributie voor ouders van leden die geen vrijwilligerswerk doen voor de club? Of het verhogen van de contributie voor selectieteams?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 68
23. Op zoek naar nieuwe doelgroepen Meisjesvoetbal, jongenskorfbal, bejaardentennis, 45+ sporten, mensen met overgewicht. Voorbeeld is het houden van 45+ voetbaltoernooien, dat al wordt georganiseerd in Dordrecht. Potentie groep ouderen groeit in Nederland, waarom geen sportaanbod gericht op ouderen.
24. Behoud van leden door vernieuwd sportaanbod Verenigingen die leden verliezen, doen zij er alles aan om die leden te behouden? Laat leden teams trainen in ruil voor een vergelijkbaar loon als bij een supermarkt. Vinden leden de sport niet meer leuk? Verzin een nieuwe variant, zoals Beach korfbal.
25. Samenwerking tussen scholen en sportverenigingen Beschikbaar stellen van ruimte, in ruil voor een samenwerking met die school. Kinderen met problemen kunnen terecht bij een vereniging. Een plek waar ze alles los kunnen laten. Voorbeeld is een samenwerking tussen verenigingen en scholen met programma’s, niet alleen om te kunnen sporten, ook door emoties te uiten en hun gevoel te kunnen uiten. Potentie is een aantal nieuwe leden.
Bedankt voor het invullen van deze vragenlijst, uiteraard gaan we zeer vertrouwelijk met uw informatie om. Mocht u nog op-/aanmerkingen of aanvullingen hebben dan kunt u deze hieronder melden.
Dank voor het invullen van de vragenlijst
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 69
2: Codeboek SPSS
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 70
3: Uitnodiging enquête en diepte-interviews Brief naar Sportraad over vragenlijst Betreft: financiële peiling Dordtse sportverenigingen Geacht lid van de Sportraad, De financiële positie van de Nederlandse sportverenigingen staat sterk onder druk. Onderzoek matig is dat onder meer af te leiden uit de Recessiepeiling 2013 van het Mulier Instituut en de SportAanbiederMonitor 2012. Uit de recessiepeiling valt op te maken dat lokale overheden steeds meer willen bezuinigen op sport, vooral door het verminderen van subsidies en het verhogen van tarieven. In de SportAanbiederMonitor 2012 staat dat twee derde van de sportverenigingen financieel alles onder controle heeft. Wel hebben veel sportverenigingen moeite met de stijgende tarieven, zoals huurkosten en lagere subsidies, teruglopende ledentallen en verminderde sponsorinkomsten. Dordrecht heeft niet aan deze onderzoeken deelgenomen. Gelet op de uitkomsten van de bovenvermelde onderzoeken is het van belang te weten hoe de Dordtse sportverenigingen er voor staan. Dordrecht telt zo’n 120 verenigingen en dat betekent dat er ook in Dordrecht sportverenigingen zijn die moeilijkheden hebben. Welke verenigingen dat zijn is niet bekend. Daarom is besloten tot het houden van een enquête onder alle sportverenigingen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd onder regie van de Sportraad en wordt financieel mogelijk gemaakt door het Sportbedrijf, met externe ondersteuning van Fontys Economische Hogeschool Tilburg (afstudeeropdracht van student Tim Leijs), om inzicht te krijgen op welke wijze de Sportraad de Dordtse verenigingen op korte en langere termijn behulpzaam kan zijn. In de Sportkamers zal aan de uitkomsten de nodige aandacht worden besteed. Het is van belang dat zoveel mogelijk sportverenigingen de vragenlijst invullen. Alleen zo ontstaat er een goed beeld en kan worden nagedacht over oplossingen. Ik verzoek u daarom deze vragenlijst zo spoedig mogelijk door te sturen naar de sportvereniging(en) die u vertegenwoordigt. Gaarne met een cc aan de Secretaris van de Sportraad, mevr. Angela Verkerk (
[email protected]). Wanneer een vereniging geen tijd of interesse heeft om de vragenlijst in te vullen volstaat het ook de jaarrekeningen uit 2010 - 2013 toe te sturen aan het adres van het Secretaris van de Sportraad (Postbus 8, 3300 AA Dordrecht). Vertrouwende op uw medewerking, verblijf ik, hoogachtend, namens het Dagelijks Bestuur van de Sportraad Jan Verstraate Bijlage: enquête
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 71
Brief naar Sportraad uitnodiging diepte-interviews Aan de leden van het Algemeen Bestuur van de Sportraad Dordrecht: De heren F. Schiereck, P. Nijzink. J. Mol, M. Nijenhuis en E. Zomervrucht Betreft: interview verdieping onderzoek Betaalbaarheid sport Dordrecht Mijne heren, In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 2 juni jl. bent u op de hoogte gesteld van het lopende onderzoek naar de financiële staat van de Dordtse sportverenigingen. Dit onderzoek wordt in opdracht van de Sportraad uitgevoerd door de heer Tim Leijs en maakt deel uit van zijn afstudeerproject aan de Fontys Economische Hogeschool Tilburg. Ik meldde u dat dit onderzoek vertraging heeft opgelopen mede vanwege de tegenvallende respons van de door u aangeschreven verenigingen. Bij deze wil ik u oproepen – voor zover nodig- uw achterban alsnog op te roepen mee te werken aan de enquête. Daarnaast stelt het DB het op prijs om nog enkele diepte-interviews te houden. Uit de voorlopige resultaten van de enquête blijkt onder andere dat veel sportverenigingen het werven en behouden van haar leden zien als prioriteit op de lange termijn. Ook is het bekend dat in het werven en behouden van leden het grote knelpunt zit. Ook landelijk is waar te nemen dat sportverenigingen last hebben van teruglopende ledenaantallen. Inmiddels zijn hiervoor al meerdere oplossingen ontwikkeld, die elders met succes zijn uitgevoerd. Deze oplossingen willen we graag bespreken met enkele leden van de Sportraad. De tak van sport, die u vertegenwoordigt, behoort tot de grootste sporttakken in Dordrecht. Dit is de reden dat het DB u graag uitnodigt voor een interview met de heer Tim Leijs, eventueel samen met een lid van het DB. Het interview gaat over de huidige situatie van uw vereniging en is met name gericht op het werven en behouden van leden en welke gevolgen hieruit voortvloeien voor uw vereniging (accommodatie, financieel, enz.). Daarbij worden ook enkele succesvolle oplossingen voorgelegd waarover u uw mening kunt geven. Dit interview duurt maximaal één uur. Wilt u door een reply op deze mail aangeven of u bereid bent aan dit interview deel te nemen en zo ja op welke data u hiervoor tijd heeft. De heer Leijs zal u dan zo spoedig mogelijk telefonisch benaderen om de afspraak vast te leggen. U kunt dan ook aangeven of u de aanwezigheid van een lid van het DB bij dit overleg op prijs stelt. U kunt Tim Leijs ook bereiken onder telefoonnummer: 06 46 03 23 92 De heer Leijs is beschikbaar op de volgende data: Maandag 30-6 (overdag + avond), dinsdag 1-7 (overdag), woensdag 2-7 (overdag + avond), donderdag 3-7 (overdag + avond), vrijdag 4-7 (overdag ) De week vanaf maandag 7 juli is in overleg ook mogelijk. Hoogachtend, Namens het DB van de Sportraad Jan Verstraate
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 72
4: Topiclijst diepte-interviews sportverenigingen Geachte lid van de Sportraad, Onlangs bent u benaderd door Angela Verkerk met de vraag ik (stagiair Tim Leijs) een interview mocht afnemen in het kader van mijn onderzoek naar de financiële- en organisatorische staat van de Dordtse sportverenigingen. Hierbij stuur ik u de informatie die handig is om te lezen voor het interview plaatsvindt. Als u nog vragen hebt naar aanleiding van deze informatie kunt u altijd contact opnemen met Tim Leijs via 06 46 03 23 92. Het doel van het onderzoek is om erachter te komen hoe de Dordtse sportverenigingen door samen te werken hun financiële- en organisatorische problemen op kunnen lossen. De onderzoeksvragen zijn als volgt: - Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? - Zijn er initiatieven waar de Dordtse sportverenigingen zelf potentie in zien? - Wat zijn wensen en behoeften van sportverenigingen over mogelijke oplossingen voor de verbetering van de financiële- en organisatorische problemen? - Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen? Mijn onderzoek is afgebakend op samenwerking tussen sportverenigingen. Samenwerking kan op veel verschillende manieren. Bijvoorbeeld door het delen van accommodaties, samen organiseren van toernooien of het fuseren van besturen. Uit de enquête die enkele maanden geleden door verenigingen is ingevuld blijkt dat het werven- en behouden van leden wordt gezien als belangrijkste prioriteit. Deze ontwikkeling leidt tot verminderende inkomsten. Daarom wil ik er graag achter komen wat voor mogelijkheden er zijn om het behouden- en werven van leden te ondersteunen. De centrale vraag van deze interviews wordt daarom ook: Hoe kunnen de Dordtse sportverenigingen door samen te werken financiële- en organisatorische problemen oplossen? Ook worden onderstaande maatregelen aan u voorgelegd. Deze ‘interventies’ zijn door andere sportaanbieders ontwikkeld en hebben bewezen succesvol te zijn, de uitleg van de interventies vindt u verderop in dit document. - Kombifit - START trainingsprogramma - Schoolactieve verenigingen - Werving- en behoud meiden in het voetbal
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 73
Interviewvragen: Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? 1. Wat zijn de laatste ontwikkelingen binnen uw tak van sport? 2. Uit kwantitatief onderzoek bleek ledenbehoud en –werving een grote prioriteit. Ervaart u dat bij uw verenigingen? 3. Denkt u dat uw sportverenigingen open staan voor een structurele(re) samenwerking met andere verengingen? a. Ook met andere sporten? 4. Als u denkt aan ledenbehoud- en werving en aan oplossingsrichtingen door samen te werken met andere verenigingen. Hoe ziet u deze samenwerking dan? Zijn er initiatieven waar de Dordtse sportverenigingen zelf potentie in zien? 1. De interventies die ik in het document heb uitgewerkt, wat voor mogelijkheden ziet u daarin voor uw verenigingen? 2. Hebben uw sportverenigingen eerder samengewerkt? a. Welke situatie? b. Resultaten? c. Hoe verliep deze samenwerking? 3. Zijn er initiatieven waar de Dordtse sportverenigingen zelf potentie in zien? a. Is er iets gaande op dit moment, op gebied van samenwerking? b. Komen verenigingen wel eens met initiatieven? Wat zijn wensen en behoeften van sportverenigingen betreffende mogelijke oplossingen voor de verbetering van de financiële- en organisatorische problemen? 1. Hebben verenigingen onlangs bij u aangegeven iets te verlangen van de gemeente Dordrecht? 2. Geven de verenigingen wel eens aan iets voor de maatschappij te willen doen? a. Zoals huiswerkbegeleiding? b. Werklozen in dienst nemen? Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen? 1. Lopen verenigingen wel eens tegen problemen aan als het gaat om ondersteuning van de gemeente? a. wat voor problemen? 2. Wat vindt u van de huidige ondersteuning van de gemeente aan de sportverenigingen? a. Wat is goed? b. Wat kan beter? 3. Wat voor rol moet de gemeente spelen bij een mogelijke oplossing?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 74
Bijlagen: Succesvolle interventies die kunnen leiden tot een structurelere samenwerking tussen verenigingen Kombi-fit (Korfbalbond, 2014) - Probleemomschrijving: Het KNKV analyseert jaarlijks haar ledencijfers en kwam ongeveer 10 jaar geleden al tot de conclusie dat er sprake was van een stevige uitstroom van seniorleden in de leeftijd van 45 jaar en ouder. Het programma Kombi-Fit probeert in te spelen op dit probleem van vroegtijdige uitstroom door een sportaanbod samen te stellen door en voor deze categorie. Het betekent dat de sportcarrière kan worden verlengd en dat de 45-plusser langer aan de korfbalsport verbonden blijft. Het programma daagt tevens oud leden uit om toch het bewegen weer op te pakken binnen de sociale setting van de korfbalvereniging. Het verlengen van de sportcarrière draagt bij aan een betere gezondheid en vitaliteit. - Doelomschrijving: Meer 45-plussers blijven structureel sporten of bewegen (40x per jaar) bij de korfbalvereniging met als gevolg minder uitstroom van senioren. Daarnaast gaan niet actieve 45+ leden opnieuw sporten met groei van het ledenaantal van de vereniging tot gevolg. - Resultaten: Nog niet bekend. - Samenwerkingsmogelijkheden: Nog niet bekend. START trainingsprogramma (Nederland, 2014) - Probleemomschrijving: Binnen de georganiseerde badmintonsport stroomde in 2012 828 (13%) van de 6500 nieuwe badmintonners binnen 1 jaar weer uit (Ledenanalyse Badminton Nederland, 2013). Hogere zorgkosten en terugvallen in inactiviteit kunnen het gevolg zijn. Dit risico is met name bij (langdurig) inactieven die instromen in het badminton aanwezig. Het trainingsprogramma START geeft badmintonaanbieders handvatten de begeleiding van badmintonners in spé goed uit te voeren, blessurerisico’s terug te dringen en een eerste stap te zetten deze mensen voor langere termijn voor de sport te behouden en langdurig aan lichaamsbeweging te laten doen. - Doelomschrijving: Startende badmintonspelers vallen minder vaak uit door gebrek aan plezier in de sport, gebrek aan succesbeleving of door een blessure. Dit levert op termijn een bijdrage aan het duurzaam sporten van de beginnende (badminton)sporter. - Resultaten: ??? - Samenwerkingsmogelijkheden: ??? Schoolactieve verenigingen (NOC*NSF, 2014) - Probleemomschrijving: In het onderwijs zijn alle jongeren in de leeftijd van 4-18 jaar te bereiken met dé kracht van sport. Dat is ook nodig, want het blijkt dat steeds meer van deze jongeren onvoldoende sport en beweegt én dat zij ook steeds vaker in deze leeftijdsfase stoppen met sporten. Door sportverenigingen te stimuleren ‘schoolactief’ te worden, willen we de schoolgaande jeugd stimuleren na schooltijd meer te gaan sporten. - Doelomschrijving: Door de ‘schoolactieve vereniging(en)’ gaat meer schoolgaande jeugd (jongeren in de leeftijd van 4-18 jaar) na schooltijd meer structureel sporten en bewegen. De vereniging komt direct in aanraking met de doelgroep en hun ouders, waardoor werving m.b.t. structurele deelname aan het sportaanbod (lidmaatschap) meer succes heeft. - Resultaten: Nog niet bekend. - Samenwerkingsmogelijkheden: Nog niet bekend. Werving- en behoud van meiden in het voetbal (KNVB, 2014) - Probleemomschrijving: De deelname van meisjes en vrouwen in de sport is de laatste 4 jaar praktisch onveranderd. Nog steeds is 63% van de leden van sportverenigingen man en slechts 37% vrouw. Er is dus sprake van een onevenredige verdeling tussen mannen en vrouwen in de sport. Dit beeld is ook
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 75
-
-
-
zichtbaar binnen het voetbal. Hoewel er wereldwijd 45 miljoen meisjes- en vrouwen voetballen en het meisjes- en vrouwenvoetbal de snelst groeiende teamsport van Nederland is, blijft de totale participatie van meisjes en vrouwen in het voetbal nog altijd ver achter bij de mannen; 90% man en 10% vrouw. Doelomschrijving: Het primaire doel van de interventie is meisjes in de leeftijd 5 t/m 19 jaar structureel meer te laten sporten en bewegen, door lid te worden en/of te blijven van een voetbalvereniging. Resultaten: Resultaten zijn nog niet bekend omdat de interventie nog aan de gang is. Wel is duidelijk dat verenigingen om verschillende redenen deze interventie aanvragen. Iedere vereniging heeft een andere ambitie. Bijvoorbeeld zoveel mogelijk leden of juist de interesse om één meisjesteam op te richten. Samenwerkingsmogelijkheden: De interventie zelf schenkt weinig aandacht aan samenwerking tussen verenigingen onderling. Wel is het mogelijk om via de KNVB meer informatie op te vragen over samenwerkingsmogelijkheden. De KNVB steunt de sportverenigingen hier graag in. Samenwerking kan ertoe leiden dat er minder uitstroom is, maar ook dat het niveauverschil tussen teams minder groot wordt. De KNVB biedt ondersteuningsmogelijkheden aan verenigingen die open staan voor of aan de slag willen met samenwerking (Cols, 2014).
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 76
5: Transcripten diepte-interviews sportverenigingen Diepte-interview met Jaap Mol, Lid korfbal Algemeen Bestuur Sportraad Dordrecht, 02-07-2014 Het doel van mijn onderzoek is om met oplossingen te komen voor verenigingen die niet zozeer geld kosten voor de gemeente. Dus eigenlijk is een manier die redelijk nieuw is voor verenigingen en aangezien ik geen idee heb of verenigingen al samenwerken of dat ze sowieso open staan doe ik deze interviews. Begin ik gewoon bij de eerste. Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? Jaap: Ik denk alleen als er van tevoren duidelijk is wat die samenwerking voor partijen oplevert. Tot nu toe kennen wij [ik kom van de korfbalsport, dat weet je waarschijnlijk al, de korfbalsport is uit de historie gegroeid naar 12/13 verenigingen in Dordrecht, daarna een hele tijd 10/11 en de afgelopen jaren is er een fusiegolf geweest en nu hebben we er nog 5. Van die 5 verenigingen zijn 4 fusieverenigingen en 1 nog zelfstanding functionerende. 2 van die fusieverenigingen zijn gefuseerd met z’n drieën. Dus MOVADO met 3 en Sporting Delta met 3 en die doen het goed. Die hebben denk ik wel bereikt wat ze wilden, een sterkere vereniging zijn dan als ze alleen opereren. 2 verenigingen zijn met 2 samengegaan. DeetosSnel en KC Dordt, dat bestaat uit Merwick en de Regenboog vroeger. Bij KC Dordt is de fusie eigenlijk mislukt, de mensen van de Regenboog zijn niet meer bij Merwick. KC Dordt bestaat nu uit Merwick. Dus kun je de fusie als niet geslaagd beschouwen. Bij Deetos/snel ligt het iets anders. Ik denk wel dat het kader versterkt is maar het ledenaantal niet extreem gegroeid is. Dus die is half geslaagd. Kenmerk van de fusies is altijd geweest verenigingen sterker maken met een locatie die gebruikt kan worden door leden en die voldoet aan de eisen van de tijd. En dat is in de loop der tijd van simpele grasveldjes verworden tot kunstgrasvelden en sporthallen. Nou die accommodatie is eigenlijk de grootste drijfveer geweest om samen te gaan. Geen financiële, mogelijkerwijs nog iets van potentie voor groei maar ook dat valt tegen. Er zijn fusies geweest omdat locaties veranderden en dat soort zaken. Bijvoorbeeld de fusie van Sporting Delta, de locaties van de verenigingen die samen zijn gegaan werden gesloten en er werd een woonwijk op gebouwd. DKV had de wens om op hun sportpark een zaal te bouwen en tezamen hadden ze allemaal een reden om te fuseren en dat is gewoon geslaagd. Dus er is de drijfveer geweest dat ze verder wilden op een nieuwe plek met elkaar. Tim: Dat idee is ontstaan uit de verenigingen zelf of heeft de gemeente hier een rol ingespeeld? Jaap: De gemeente heeft wel, in zoverre, de planologie daar konden de clubs niets aan doen, ze moesten weg. De wens om alles met elkaar te verbinden is toch wel uit de verenigingen ontstaan. Dan moet ik dus doorredeneren op wat is nou het kenmerk van een speciaal specifiek korfbal? Korfbal is de enige gemengde sport in de wereld. Verenigingen bestaan uit mannen en vrouwen als het goed is in evenwicht, maar kenmerkt zich vooral door familiebanden. Het zijn families die korfballen en uiteindelijk worden die familiebanden alleen maar hechter omdat er allemaal kruisverbanden ontstaan. Er komen wat mensen bij maar de kern bestaat uit families. Verbondenheid is het grote woord, sport is leuk, het moet, maar de verbondenheid is de kern. Belangrijk om dan te weten is dat de gemeente Dordt door de hoeveelheid verenigingen altijd goed heeft ondersteund. We hebben altijd goede steun ondervonden. Op het moment dat er kunstgrasvelden nodig waren is er hier flink geïnvesteerd in velden, we hebben drie sporthallen ook allemaal uit een project uit de VRP. Van de vijf verenigingshallen zijn er 4 in korfbalhanden, dat is ook heel kenmerkend. Dus de infrastructuur voor de korfbal is optimaal en daarom bestaan wij nog in deze mate en met dit aantal verenigingen. Vergelijk ons met andere plaatsen in Nederland, zoals Leiden, Den Haag en Delft waar evenzogoed veel korfbalverenigingen 40 jaar geleden bestonden zijn er veel minder verenigingen over omdat ze de hulp van de gemeente niet hebben gekregen. Hoe de korfbalverenigingen in elkaar zitten is een belangrijke succesfactor, ook voor fusies, want verenigingen die zijn gefuseerd, want kunnen de verschillende families wel met elkaar omgaan? Vanwege allerlei verschillende sociale aspecten. Als dat iets minder goed matcht dan lukt zo’n fusie niet. Alles wat je erna verder aan redeneert van ambitie, van meer leden is ook allemaal subjectieve elementen. Het is het hier en nu ervaring van klikt het wel of klikt het niet en heb ik de goede faciliteiten.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 77
Tim: Maar kan je wel een doel hebben zoals ledenwerving- en behoud? Had dit een doel kunnen zijn, ook al is dit niet gelukt door de fusies? Jaap: Nou het punt met ledenwerving en behoud is, kijk behoud is enerzijds heb ik nog actieve leden? Willen die leden zich inzetten om naast normale spelletje iets extra’s te doen zoals training geven of achter de bar te staan. Dat heeft met de sfeer te maken. Dat is heel belangrijk. Ik denk dat dat voornamelijk het belangrijkste is, en dan werving… ik moet zeggen dat verenigingen hier veel energie in steken maar het rendement van werving (dus nieuwe leden werven) is heel weinig. We moeten opboxen tegen het slechte imago wat we hebben, mietjes, andere vooroordelen. Voorbeeld: de Dordtse populatie bestaat nu voor een groot deel uit allochtonen, nou die meisjes mogen niet korfballen, nog erger, we komen daar nooit tussen tussen dat geheel. Dat is anders bij een voetbalvereniging natuurlijk. Enige werving waar wij succes bij hebben is de schoolkorfbal. Als je een verbinding kan krijgen tussen een club en een school dan ben je spekkoper. Volgens mij lukt dat het beste als de school in de buurt een team heeft dat openstaat voor hulp van de clubs bij het trainen. Maar dat verschilt per school. Dat zie je met generaties, teams, directies. Maar de energie die erin gestopt wordt en het rendement dat is heel moeilijk. Als ik denk aan werving die wel succesvol is, dan kijk ik naar hockey, waarom is hockey nu booming? Dat komt niet omdat DMHC nu enorm aan het werven is, dat komt omdat er een enorme exposure op tv is en omdat het interessant is om te zeggen dat mijn kinderen op hockey zitten. Het is een niet te bevatten deel van ledenwerving. Tim: Net als dat je nu hebt met het WK voetbal en de populariteit van voetbal in de VS? Jaap: Ja precies, ik zag het net op CNN. Alleen omdat het nu goed ging en op tv was is het opeens harstikke populair. Tim: Ik haakte op ledenwerving en –behoud in omdat uit mijn kwantitatief onderzoek bleek wel dat het wervenen behouden van leden wel als belangrijkste prioriteit wordt gezien en dat tegelijkertijd wel het grootste knelpunt is. het is wel de belangrijkste zaak. Jaap: Ja dat klopt zeker, ik wil ook geen afbreuk doen aan wat uit je onderzoek is gekomen. Maar ik zie een enorme worsteling van de clubs en ik kan nog niet precies aangeven waarom dit wel een succes zou kunnen worden. Buiten het feit iets enorm veel aandacht kan krijgen. Tim: Ik dacht aan samenwerking tussen verenigingen en gemeente. Want zo is mijn onderzoek afgebakend. Denkt u dat verenigingen ervoor open staan om met andere korfbalverenigingen samen te werken, door bijvoorbeeld open dagen te organiseren of het delen van informatie via online kanalen waardoor je een community krijgt? Jaap: Met alle Dordtse sportverenigingen komen we periodiek bij elkaar. Dat doen we al een paar jaar. We spreken daar ook over issues met elkaar, zeker ook over dit soort samenwerkingen. Tot nu toe merk ik dat in theorie er wel een wel is maar dat in de praktijk op ledenwerving het maar geen gestalte kan vindt. Dat heeft er ook weer mee te maken dat de vijver waarin je vist voor iedere vereniging gelijk is en de ambitie van clubs lopen nogal uiteen. Er wordt ook naar elkaar gekeken. Gezamenlijk de keuze maken dat je iets aan werving doet en dan vervolgens een kind de keuze laten maken naar welke club die gaat, ja dat is moeilijk. Tim: Kan de gemeente daaraan bijdragen? Meerwaarde gemeente Jaap: ik denk dat als het over die termen gaat. Dat dit met de bond (KNKV) dat er genoeg instrumenten zijn om die slag te maken naar scholen, kombifit, naar andere zaken. Daar is de korfbalbond wel vrij sterk in. De meerwaarde van het Sportbedrijf cq de gemeente om op ledenwerving iets voor korfbal te betekenen. Ik betwijfel het. Tim: En als korfbalverenigingen met andere verenigingen gaan samenwerken buiten de sport korfbal. Ziet u daar mogelijkheden in, of de verenigingen? Jaap: Op het gebied van sport waag ik dat te betwijfelen. Op technisch niveau heb ik dat eens aangedragen. Er was een vereniging die wat zwakker zat in zijn kader, toen heb ik voorgesteld om met de sportpakbewoners
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 78
daarover te spreken en met een voetbalvereniging het kaderprobleem van die betreffende korfbalclub op te lossen. Ga maar eens in gesprek, kijk maar eens wat je kan verdienen als je zegt dat jij de ledenadministratie van clubs kan doen. Je kan 1 softwarepakket aanbieden, allemaal dat soort dingen. Het heeft toen niet geleidt tot een echte vorm van samenwerking want in de tussentijd had die korfbalclub al andere kaderleden gevonden en men gaat nu weer verder en inmiddels is er ook alweer een nieuwe voorzitter gekozen. Het gaat heen en weer. En dan ga ik terug naar wat ik eerder zei, korfbalverenigingen kenmerken zich door hun gesloten karakter en als het daar niet mee lukt hebben ze ook geen zin om dat door te geven aan een andere club. Stel een club verdwijnt, dan zijn er nog 4 clubs waar ze heen kunnen als ze willen korfballen. Ik probeer een beetje te denken over samenwerking. Ik kom van oranje wit, we hebben 2 sporthallen gebouwd die is van de korfbalclub. Maar om het draaiende te houden hebben we verhuur aan andere clubs. Die hebben een zelfstandige vereniging en de samenwerking die je nu ziet is voor beide gunstige zaken om elkaar van dienst te zijn. Het verhuren van de zaal buiten onze trainingsuren neemt toe als de relatie onderling goed is. wij hebben er dus profijt van dat de zalen en kantine verhuurd worden. Maar bijvoorbeeld problemen die wij hebben met kantinebezetting die kun je ook oplossen door een deel van de avonden de leden van de andere clubs in de zaal achter de bar te zetten. Dat zijn voorbeelden waarvan er het best wordt samengewerkt. Ik denk dat dat een succesfactor is. Dan is het dus niet gerelateerd aan ledenbehoud of ledenwerving maar meer aan oplossen van praktische problemen, zoals het benutten van plannen van accommodatie enerzijds en anderzijds elkaar helpen bij problemen die zich voordoen op organisatorisch vlak. Tim: ja want de ene vereniging heeft geen zaal om in te spelen en die komt bij u aankloppen en u heeft problemen met vrijwilligers en dat probleem lost u op door andere verenigingen neer te zetten. Jaap: dus de succesfactor zie ik zitten qua samenwerking. Maar dan echt gerelateerd aan onderwerpen die feitelijk niet zozeer met de sport zelf te maken hebben maar met het creëren van randvoorwaarden. En ik denk dat als we de issue heeft doortrekken naar wat je wilt bereiken. Hoe kan de gemeente nu bijdragen om een vereniging te helpen is volgens mij het optimale randvoorwaarden creëren. Wat nu ook aan de gang is met toekomstvisie sportparken. Waar ik ook in zit. Ik zie daar kansen in door als het goed doordacht wordt dat wij moderne sportparken krijgen waar de faciliteiten door de gemeenten worden georganiseerd en dat de clubs daardoor de clubs de samenwerking vanzelf tot stand laten komen. Dat zie ik als bijdrage van de gemeente. Tim: Dus eigenlijk dat de gemeente sportparken ontwikkelt waar meerdere sporten aanwezig zullen zijn en die verenigingen gaan zelf als ze het nodig vinden samenwerken. Jaap: Ja precies, want geforceerd samenwerken omdat het moet, die zijn vaak heel moeilijk. Het moet echt uit een bepaalde behoefte komen. Ik weet van de korfbalverenigingen, het moet goed voelen want dan werkt het. Maar als het geforceerd gaat dan is het kansloos. Tim: Hebben verenigingen zelf wel eens eerder samengewerkt? Jaap: Er is uitwisseling op het niveau van scheidsrechters. We hebben bijvoorbeeld een scheidsrechterprobleem dat alle clubs trof en hebben we buiten de bond om een twinning project opgezet. Dat wilt zeggen dat alle toegewezen scheidsrechters uitwisselingen hebben we bij elkaar gegooid en hebben we gekeken of de vele lange reizen van scheidsrechters beperkt konden blijven. En dat we elkaar konden helpen zodat iedereen in zijn eigen stad kon fluiten. Een voorbeeld waarin de samenwerking zeker gezocht wordt. Er wordt genoeg onderling gesproken en met elkaars leden gevraagd trainingen over en weer gegeven. Dus dat wordt af en toe een beetje uitgewisseld. Tim: het gebeurt dus wel dat er wordt samengewerkt, maar ook dat gebeurt spontaan? Er is niks structureels. Jaap: Wat ik als kansen zie is wel dat wat ik nu als voorbeeld noem dat wij met een badminton- en handbalvereniging contacten hebben dat je daar wel mee kan overleven. Je moet het doel gewoon goed beschrijven. Wat je met elkaar wil bereiken. Om maar een voorbeeld te noemen. De badmintonclub bij ons die zat ook met een kaderprobleem. En die klopten bij ons aan of ze geen afdeling van oranje wit konden worden. Toen hebben we nee gezegd, want dat zou betekenen dat ons kader nog eens werd verhoogd met 150 andere mensen met hun wensen en behoeften. En dat is een beetje te makkelijk geredeneerd. Dus dat is ook de succesfactor niet. Terwijl wij wel ervaringen hebben met een biljartvereniging die gewoon zelfstandig is, als
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 79
onderdeel van onze club en waar we helemaal geen zorg aan hebben. Want die organiseren hun ding zelf maar die horen bij ons en wij gebruiken ze in de zin van als er ooit iets gedaan moet worden dan zitten er daar nog wat mensen die nog wat kunnen doen. En daarmee hebben we het maximaal bereikt. We hebben een betere bezetting van onze kantine, ze zijn lid bij ons maar zijn een zelfstandige eenheid. Dat werkt perfect. Maar om dat nou op papier te krijgen van dit is de succesfactor, dat is heel moeilijk. Tim: Ja, inderdaad. Het is eigenlijk zoals we net al zeiden. Een vereniging krijgt een probleem, die wilt het probleem oplossen (doel), die kan proberen een andere vereniging in te schakelen, mits die vereniging wilt helpen. Het moet niet een structurele samenwerking zijn volgens u, maar spontaan gebeuren. Zou een oplossing zijn dat het nog steeds informeel blijft gaan. Dat zou ideaal zijn voor verenigingen. Jaap: Ja, dan blijf ik erbij dat als de infrastructuur (driehoek: verenigingen en gemeente). Dan heeft de gemeente alleen een facilitaire een hele belangrijke rol. Tim: Wat denkt u van een community waar alle verenigingen van Dordrecht inzitten die de gemeente Dordrecht faciliteert. Waar verenigingen als ze iets nodig hebben makkelijk bij elkaar aan kunnen kloppen. Dat alles snel, simpel, informeel verloopt? Jaap: We hebben al een vrij unieke situatie dat we in de vorm van een Sportraad een soort community vormen. Wat ik wel merk is dat het heel moeilijk is om je punt te maken als je je niet van tevoren goed hebt voorbereid. Het is niet zoals bij een club van ik heb een idee en ga ik dat bij het bestuur melden en het is goed. Maar er zijn dus randvoorwaarden waarin het bespreekbaar is dat we beslissingen kunnen nemen. Het is vrij uniek in Nederland. Tegenover de politiek hebben we een goed punt. Wij kunnen politieke interventies plegen. T.o.v. het Sportbedrijf hebben we ook een goede band. Dus de voorwaarden die je (Tim) noemt die zijn er. Om dan iets nieuws als community te bedenken, klinkt eigenlijk als deze tijd. Ik denk dat we het al hebben, maar je kan het wel moderniseren natuurlijk, je kan proberen te faciliteren door de contacten nog intensiever te maken (of via de verenigingen zelf). Maar om het opnieuw in te richten als nieuwe vorm van samenwerking, dat zou ik niet aanbevelen. Wat ik wel kan bedenken is, waar kan het sportbedrijf nog verder in faciliteren? Is het ontwikkelen van nog meer praktische handvatten, als het gaat over bijvoorbeeld een inventarisatieslag. Binnen het gemeentelijk bedrijf zijn er misschien wel schoonmakers die ook bij verenigingen kunnen schoonmaken. Om mee te denken, hoe kunnen de verenigingen hun accommodaties schoonhouden, met behulp van de instanties die er zijn. Ander voorbeeld is de administratie van een club is ook een vrij zware klus, daar moet je ook verstand van hebben. Nou zijn er best veel mensen die verstand van geld hebben maar ik kan me voorstellen dat als je daar nog nadrukkelijker op faciliteer door software of workshops, kennis etc. dat je daar clubs mee helpt. Praktisch gezien. Tim: En als je dit praktische nou weer richt op ledenwerven? Jaap: Daar blijf ik bij dat ledenwerven echt een issue is van de bonden en verenigingen. Zij moeten leden werven, de georganiseerde sport he!? Ik zie de bijdrage van de gemeente nauwelijks echt meerwaarde bieden. Het is wel een ambitie maar het enige is dat de gemeente in sectoren onderwijs bijvoorbeeld. Dat we als verenigingen zien dat we maar heel weinig toegang krijgen tot het onderwijs. De gemeente daarentegen heeft naast de Sportraad, en Sportbedrijf ook andere sectoren. Zoals sector onderwijs. De verband tussen sport, onderwijs en clubs. Als de gemeente zich daar druk op maakt, met name de verbanden maken binnen de gemeente. Door aan te geven dat schoolbesturen er baat bij hebben dat de clubs toegang gaan krijgen en daar werving doen. Daar zie ik weer kansen. Dan zou je eerst politiek gedekt moeten zijn dat je dat wil. Dan moet je het op ambtelijk niveau nog ondersteunen, dan zou je nog wat bruggen moeten maken, dat het ook een gezondheidsproject is. en laat dan zien dat je de sportverenigingen kan gebruiken bij het ontwikkelen van een gezonde stad. Tim: Je zou ook marketing van de stad Dordrecht gebruiken. Dat had ik eerst als plan namelijk. Je hebt topsportevenementen en daar kan je de vijf spaken van het sportbeleid in hangen. En waarmee je een promotieplan kan ontwikkelen. Topsport als exposure product gebruiken en de verenigingen een podium geven om hun praktische problemen op te lossen. Dan ben je als gemeente aan het faciliteren.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 80
Paul: Je kan de ambitie hebben om marketing te gebruiken. Maar dan zou ik het wel per evenement ontwikkelen en niet een standaard draaiboek. Wat er wel gebeurt is dat wij ook evenementen naar Dordt halen. Het NKD, de EJKZ. En dat gaat opzich wel. We doen het eigenlijk niet zo slecht. Bij veel sporten zijn die topsportevenementen gericht op een club. Bij korfbal zijn dit er dan 5. Voetbalambitie. De amateurtak is natuurlijk iets heel anders als Fc Dordt. Maar FC heeft ook zo zijn dingentjes. Dordt is een BV en is wel even iets anders. Je moet oppassen dat je daar geen gemeenschapsgeld in gooit want dat willen we hier niet. Daar kan je wel een marketingdoel aan stellen. Je kunt er best over nadenken dat je met Dordt marketing dat stadion voor elkaar kan krijgen. Maar dat moet je niet uit de sport halen, maar ergens anders vandaan. Wantijpop in het stadion bijvoorbeeld. Maar dat ligt buiten de scope van sport. Het is heel lastig, maar nogmaals. Als de gemeente Dordrecht zich blijft inzetten zoals ze nu doen met het Sportbedrijf en de Sportraad. Die moet je allebei niet afbreken. Je moet wel kritisch kijken naar wat je ambities zijn en je doelen. Maar als je de verenigingen echt wilt helpen moet je dat echt in de faciliterende zin uitoefenen. Ledenwerving- en behoud lijkt mij een issue wat heel moeilijk grijpbaar is, niet te faciliteren en zeer moeilijk door de gemeente zelf uit te oefenen. Kijk als jij de omstandigheden voor de verenigingen goed hebt. Dan zijn die randvoorwaarden om een lid te werven al aanwezig. En ik moet zeggen ik kom ook bij andere clubs en de randvoorwaarden bij de clubs zijn uitstekend. Iedere club heeft kunstgrasvelden die er goed bij liggen, clubgebouwen, we hebben 5 prima hallen. Laten we dat in ieder geval behouden. En nogmaals in die ontwikkeling, met die nieuwe formule waarmee de Sportraad zich onderscheidt. De sportparken die nu aan vernieuwing toe zijn moeten echt goed worden gebruikt. Ik zie kansen voor sportpark Schenkeldijk. En als ze het gaan herinrichten met de vragen die leden hebben. Nogmaals de omstandigheden creëren zodat de verengingen hun eigen eigen plek hebben. Je moet je als duurzaam, als veilig profileren. Zodat we in de moderne tijd leven, wetende dat de sport onder druk staat en er steeds vaker individueel wordt gesport. En die individuele sporten moet je eigenlijk ook faciliteren op die parken. Daar moeten we naartoe werken. De sportparken moeten geen plekken zijn zoals Schenkeldijk nu. Waar weinig activiteit is en waar mensen zich onveilig voelen. Ouderensporten aanbieden. Tim: Het aanbieden van maatschappelijke projecten door clubs? Jaap: Ja precies. Dat is zeker een potentiële kans. Maar dan moet ook de infrastructuur aanwezig zijn. Om maar een voorbeeld te noemen. Ik zou bij mijn vereniging graag huiswerkbegeleiding willen aanbieden maar we hebben geen kabel. De infrastructuur moet in orde zijn. En als wij de ambitie hebben om huiswerkbegeleiding aan te bieden dan moet de gemeente ons daar in ondersteunen. En ik vind dat dat de rol van de gemeente moet zijn. Werklozen in dienst nemen, wij zouden als vereniging niet zo makkelijk een werkloze aannemen. Als de gemeente hier ons in faciliteert zouden we het wel doen dan is het direct een match. De gemeente moet de risico’s wegnemen en zo ontstaat er een win-win situatie. Deze dingen zouden een enorme toegevoegde waarde zijn om de vitaliteit van de vereniging te verbeteren. De gemeente moet een ondersteunende schakel zijn in de meest praktische zin. Wat al gebeurt maar het kan nog beter. Ik begrijp dat de bezuinigingen een enorme druk geeft op alles wat je wilt. Het moet ook een beetje tussen de oren zitten dat de gemeente de ondersteunende rol nadrukkelijker uitvoert. Het inzetten van vrijwilligers bij onderhouden van terreinen valt ook genoeg winst te behalen. Er moet wel van 2 kanten iets gebeuren. Meerwaarde van het Sportbedrijf is gewoon de faciliterende rol in praktische zin. Veel meer kan de gemeente niet doen. Oplossingsrichtingen: kombi fit werkt heel goed. Wordt ook bij oranje wit gebruikt maar dan zonder subsidie. Kombi fit kan je zeker uitbreiden. Verenigingen staan open voor deze oplossingen en de rol van de gemeente kan gebruikt worden om openingen te maken naar groepen van 45+ bijvoorbeeld, of ouderen etc. kombi fit vind ik een zeer succesvol project.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 81
Probleem bij badminton 125 mensen per jaar muteren er 40%. Ook hier kan de gemeente bij helpen. Het faciliteren van zulke leuke oplossingen. community is makkelijk communiceren. Gemeente kan zeker een bijdrage leveren in het leggen van verbanden tussen scholen, gezondheid en sport. Het moet van 2 kanten komen. Diepte-interview met Erik Zomervrucht, Lid volleybal Algemeen Bestuur Sportraad Dordrecht, 03-07-2014 Tim: Denkt u dat sportverenigingen openstaan tegenover samenwerking met elkaar of buiten de tak van sport? Erik: ik denk in het algemeen zeker. Als je naar de afgelopen jaren kijkt dan hebben vanuit de volleybal een aantal projecten vanuit de clubs samen met andere verenigingen gedaan. Met SNEL hebben we aantal jaren geleden een eigen sporthal neergezet. Dat is een project dat niet helemaal perfect gelopen is en uiteindelijk hebben we samen besloten dat het niet handig is om ermee door te gaan dus SNEL is daar uit gestapt en is bij Deetos gegaan. De sporthal is nu dus van volledig eigendom van Next Volley. Maar is dus wel uit initiatief vanuit 2 verenigingen ontstaan. Naast die sporthal ligt een beachveld waar we nu een aantal jaren intensief hebben gebeachd. We zijn een aantal jaar geleden een project begonnen om in de zomermaanden aan sportstimulering voor Dordtenaren te doen door een breed sportaanbod te doen. Dus hebben we samen met handbalvereniging MOK en ook met korfbal geprobeerd iets van zomeravond voor die 3 sporten iets aan te bieden. Zijn sporten die ook in het zand kunnen. Dat heeft ook geleid dat van die verenigingen zo nu en dan wat gasten van de beach gebruik maken. Soms om te beachen maar ook om te voetballen of korfballen. Dus daar zit nadrukkelijk samenwerking. Een recent project is dat de Dordtse rugbyvereniging (die eerst bij EMMA zat) verplaatst is naar de Schenkeldijk en die maken gebruik van de sportvelden naast ons. En zij gaan ook gebruik maken van onze kantine faciliteiten. Dus daar zijn we een hele enthousiaste samenwerking mee begonnen. Het is een perfecte match aangezien zij op zondag spelen en wij op zaterdag. Dus we lopen elkaar niet in de weg. We kunnen de kantine dus zonder problemen delen met 2 verenigingen. Ze trainen in de zomer ook door als wij zitten te beachen. En op trainingsavonden is dat voor beide verenigingen ook aantrekkelijker om de kantine open te houden. Wij zoeken wel nadrukkelijk mogelijkheden om samen aan de gang te gaan. Daar zijn vast wel meer mogelijkheden in. Tim: Oké, dus de verenigingen staan er in ieder geval open voor. Uit mijn enquête blijkt dat de verenigingen ledenbehoud- en werving zien als belangrijk thema voor op de lange termijn. Maar dat het tegelijkertijd wel een knelpunt is. Ervaart u dit ook bij uw verenigingen? Erik: Ja goed, ledenbehoud en –werving is natuurlijk je financieringsbron enerzijds en de reden van bestaan. Het is een essentieel punt van verenigingen om daar goed mee op te focussen. Volleybal is een tak van sport die in der landen last heeft van dalende aantallen leden. Dus je moet wel extra je best doen om als vereniging je omvang te behouden. Maar goed door het beachvolleyballen, zie je ook landelijk dat het accent verschuift van zaal naar beach. Daar zijn wij al heel vroegtijdig bij ingesprongen. Naast de sporthal ligt nu een volledig beachaccommodatie met allerlei voorzieningen en allemaal sterrenkwalificaties. Waar ook nationale toernooien gespeeld worden. Daar doe je je accenten om op die manier je leden te behouden. Het is echt essentieel dat als je leden wil binnenhalen, dat je ze op jonge leeftijd binnenhaalt. Dat doen wij via zo’n sportcombinatiefunctionaris die die van de gemeente op school lessen geeft van verschillende sporten. Daarnaast ook een deel van de jongste groepen van ons begeleidt. Dus dat maakt een hele makkelijke overgang van leerlingen die betrokken docenten zien van basisscholen naar de verenigingen toe. Dat is echt een heel succesvol project dat jaarlijks zo’n 30, 40 nieuwe volleyballers oplevert. Dat gaat heel hard. Tim: Dat dat is een samenwerking tussen verenigingen en scholen? Erik: Ja ja, de combinatiefunctionaris wordt door de gemeente betaald. En die verzorgen dus gewoon een deel van het bewegingsonderwijs. En dat doet zij voor verschillende sporten. Dus ze bieden trajecten aan van 8 lessen volleybal, of voetbal, of korfbal etc. op die manier geef je een soort introductiecursus aan die kinderen en uiteindelijk hou je er als het goed is allemaal wat van over.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 82
Tim: Ziet u dan ook samenwerkingsverbanden tussen verenigingen om daarmee ledenbehoud of juist werving te verbeteren? Erik: Ik weet niet zo goed of de verenigingen het zelf kunnen verbeteren. Wij zien elkaar niet als concurrenten. Bij de volleybal hebben we nog een kleine volleybalvereniging in Dordrecht. Die zijn qua aanbod echt heel verschillend, daar werken we heel nauw mee samen. Die zijn veel meer gefocust op oudere groepen, recreanten. Terwijl onze focus echt light op enerzijds jeugd en topsport. En dat is dus helemaal niet de doelstelling van ASTREA, de andere vereniging. De samenwerking is dus echt prima, als iemand lid wilt worden bij astrea maar zij dat aanbod niet hebben dan bellen we door naar Next volley en andersom. Wat ik een interessante vind is de gedachte die jij net noemt: om tussen verenigingen van andere takken. Dus dat leden die stoppen naar een andere vereniging kunnen stappen. Dat zou een interessante gedachte zijn. Kijk, leden die stoppen die ben je als alle verenigingen samen al kwijt. Als ze van de ene naar de andere vereniging gaan dan blijven ze in ieder geval binnen het sportcircuit. Maar dat is een interessante hoe je dat proces zou moeten sturen. Tim: u zegt dat de verenigingen niet structureel samenwerken. Maar toch werken ze wel samen. ik had het er gisteren ook met Jaap Mol over. Denkt u dat als de gemeente een samenwerking wilt dwingen tussen verenigingen, dat dat juist averechts werkt? Erik: Ja, daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Iets wat je afdwingt dat werkt eigenlijk nooit zo goed. Als je allebei het gevoel hebt dat je er beter door wordt, zulke dingen gaan altijd spontaan en ongestructureerd. En dat worden vaak wel betere ideeën dan als je alles voorkauwt. Als je het samen moet doen dan moet je ook samen willen. Anders heeft de ene partij altijd wel een reden waarom die niet wilt samenwerken. Ik ervaar wel de behoefte en de wens bij verenigingen als je iets aankaart om daar ook echt iets mee te doen. Een paar jaar geleden met die zomeravonden sporten. Daar werden MOK en de korfbal heel enthousiast van. Het bleek maar voor een beperkt aantal leden van toepassing te zijn. Om het een keer uit te proberen hadden we wel echt alle medewerking van de betrokken verenigingen. Je moet soms gewoon een paar dingen proberen, soms is er wel een markt voor en soms niet. Dat is moeilijk in te schatten. Tim: komen verenigingen wel eens zelf met initiatieven? Erik: jawel, die zomeravond sporten was een project door verenigingen. Dat ging nog via een subsidiepot die de gemeente tijdelijk had. Met die verenigingen hadden we toen gezamenlijk wat aangevraagd gewoon. Op die manier helpt het soms wel als je als gemeente af en toe een zetje geeft om iets te initiëren. Tim: Ik heb hier verschillende succesvolle oplossingsrichtingen. Denkt u dat zulke oplossingen meer effect hebben? Zouden deze structureel kunnen worden ingezet of moet het juist ook spontaan gebruikt worden? Erik: dit soort oplossingsrichtingen komen vaak van de landelijke sportbonden en het NOC*NSF. Korfbalbond heeft kombi-fit. Volleybalbond is ook bezig met ander aanbod voor jeugdvolleyballers, zoals bossabol. 6 vs 6 of juist 3 vs 3 of 1 vs 1. Dat soort oplossingen. Kijk ook de volleybalbonden zoeken redenen om hun leden aan zich te binden. De sportbonden bepalen hoeveel elke sport krijgt. De bron van dit soort dingen denk ik ligt in veel gevallen wel bij de sportbonden. Die ook de expertise in huis hebben om dit soort projecten op te zetten. Er zijn toch wel vaak wensen vanuit de verenigingen. We worden er vaak bij betrokken om dit soort dingen op te zetten. Tim: denkt u dat de gemeente een faciliterende rol moet spelen om de oplossingen die al bestaan door te spelen naar de verenigingen of naar de Sportraad? Erik: Ja precies, ik denk inderdaad dat de gemeente een soort faciliterende rol zou kunnen spelen. Al was het maar om een soort start te kunnen maken. Kijk dit soort projecten hebben altijd 2, 3 jaar nodig om van de grond te komen. En daar zit ook vaak een financieel probleem. Het zou mooi zijn als de gemeente op dat gebied voor die eerste periodes een soort startsubsidiepotje heeft of op facilitair gebied kan bijdragen. Ik denk dat daar sowieso een rol voor de gemeente ligt. Daar zijn ze sowieso al goed mee bezig hoor. Om gewoon de sportverenigingen goed in beeld te krijgen bij iedereen in Dordt. Maar daar is misschien nog wat in te
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 83
verdienen om het sportaanbod te presenteren. Elk jaar komt er natuurlijk een nieuwe groep dus in feite moet je dat elk jaar herhalen. Tim: Hebben verenigingen wel eens bij u aangegeven dat de gemeente dingen beter kan doen of dat zij iets nodig hebben van de gemeente? Of qua ondersteuning, of problemen? Erik: Tsja, kijk die combinatiefunctionaris is natuurlijk een hele aantrekkelijke vorm om voor veel verenigingen te gebruiken. Er zijn wel eens problemen geweest voor welke takken van sport die functionaris kon worden ingezet. Het kost gewoon fte’s en het zijn dus wel dure oplossingen. Ze zijn voor de verenigingen wel heel effectief. Ik bedoel, we hebben een halve fte voor de volleybal. En we strijden al enige tijd om dit uit te breiden naar een volledige. Ik snap dat je geld maar op 1 mogelijkheid kan inzetten dus ik snap wel dat er soms keuzes gemaakt worden. Allebei een halve is ook effectief hoor. Tim: een hele andere kant is een maatschappelijke positionering (zoals hwb)? Hoe ziet u dit voor u? Erik: ja zeker. Wij hebben een poging gedaan om een soort kinderopvang te creëren in de sporthal. Ook gewoon om die hal te exploiteren. Dat was niet echt van de grond gekomen omdat het complex gewoon te ver van een wijk ligt om op die plek effectief te zijn. Huiswerkbegeleiding zou je opzich kunnen proberen. Wat ik me wel kan voorstellen is bijvoorbeeld stageplaatsen voor gemeentelijke bedrijven. Of een soort van plek voor kansloze mensen op de arbeidsmarkt waar ze werk kunnen verrichten op verschillende verenigingen. In onze hal zijn voldoende taken te verzinnen. Daar kan je best wel wat structurele ondersteuning gebruiken. Ik kan me voorstellen dat dat wel aantrekkelijk kan zijn om de mensen op die manier te begeleiden en op te vangen. Tim: Wie zou dat moeten faciliteren? Erik: dit hoeft de gemeente niet eens te faciliteren. Misschien moet er iets van een verdeelsleutel worden gemaakt om werkloze mensen te vergoeden. Anders heeft dit plan geen zin. Er zijn vast we bepaalde plannen voor waar de gemeente uit zou kunnen putten. Tim: hoe ziet u de toekomst van de Dordtse sportverenigingen? Over pakweg 5 jaar, 10 jaar of nog verder? Erik: ik zie geen grote veranderingen eigenlijk. Er is een beetje de tendens om tot omni-verenigingen over te gaan. Wij kijken ook altijd wel om ons heen om te kijken wat voor takken van sport we bij onze verenigingen kunnen betrekken. Zoals Rugby erbij nu. Ik kan me goed voorstellen dat dat over 10 jaar leidt tot omniverenigingen, waar je gewoon op kan verdienen. Ook door bestuurskracht. Aan de andere kant, zolang verenigingen nog echt amateurverenigingen zijn met amateurbestuuders. Maar boven de 500 wordt het al heel lastig om dit zonder betaalde ondersteuning uit te voeren (beleid). Je moet het nog steeds van vrijwilligers hebben. Die hele snelle tendens, dat overal verenigingen fuseren. Is eigenlijk bijna overal fout gelopen. Omdat vereniging managers onbetaalbaar bleken. Tim: er zijn dus geen schokkende veranderingen. Gemeente Dordrecht en de Sportraad doen hun ding ook goed? Erik: ik ben er niet van overtuigd dat de Sportraad over 10 jaar nog bestaat. De gemeente heeft de financiering van de Sportraad de laatste jaren flink teruggeschroefd. Alle subsidiemogelijkheden zijn ongeveer weg. Ik kan me voorstellen dat dat tot een wat minder zwaar orgaan gaat leiden. Als het puur gaat om de richting te bepalen van het sportbeleid zou je ook met een jaarlijkse voorzitter vergadering voldoende hebben. Dan hoef je de Sportraad wat minder zwaar op te tuigen. Tim: of een andere vorm van Sportraad? Een online community waar de Sportraad weg is en de verenigingen via online kanalen in contact staan. Met de gemeente Dordrecht als ondersteunende rol. Erik: ja ik denk dat dit een goede mogelijkheid is. er blijft wel een rol voor het Sportbedrijf. Om wanneer nodig verenigingen met elkaar in contact te brengen als dat niet lukt. Dat is de faciliterende rol van het Sportbedrijf richting de verenigingen. Dat gaat op dit moment ook en daar ben ik zeer tevreden over.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 84
De Sportraad heeft in de afgelopen jaren zijn rol gehad. Het kan nu ook anders. Het is misschien wel tijd om naar andere vormen te gaan zoeken. Erik: wat ik als een soort van toevoeging wil zeggen is: wat ik nog als samenwerkingsvorm zie. Dan moeten de gemeente een faciliterende rol spelen. De verenigingen op een sportpark gezamenlijk wat meer samen kunnen doen. Opendagen PR, richting omliggende wijken. Het is aantrekkelijker om op 1 dag op 6 verschillende accommodaties op 1 sportpark van alles te kunnen oefenen. Buurtgerichte samenwerking. Wat kunnen samen betekenen om de sportparken aantrekkelijker te maken? Diepte-interview met Mike Neijenhuis, Lid gymnastiek Algemeen Bestuur Sportraad Dordrecht, 03-07-2014 Tim: Zijn er ontwikkelingen binnen de tak van sport gymnastiek? Mike: er zijn vorig jaar een fusie plaatsgevonden. Is eigenlijk niet eens een fusie geweest. We hadden een vijfde vereniging hier in Dordt genaamd Thurangia. Die had te weinig kader, te weinig bestuur, weinig leden. Die zijn opgegaan in een andere vereniging. Is geen fusie geweest maar puur het onderbrengen van leden bij andere club. Kdo was die vereniging, die was ook klein. Door het aantal leden wat daarbij is gekomen is dat weer een gezondere vereniging geworden qua ledenbestand. Tim: Is er expres voor KDO gekozen? Mike: Wij hebben niks gekozen. We hebben wel met Thurangia gepraat, zij hebben met alle clubs gepraat. En uiteindelijk was KDO de beste optie. Financieel waren ze nog zeer gezond. Maar op een moment lukte het niet meer omdat ze geen vrijwilligers hadden. En als je geen kader meer hebt om gymlessen te geven, dan houdt het op. Daar hoort toch specifieke kennis bij. Tim: uit mijn enquête blijkt dat ledenwerving en –behoud een belangrijk thema is. ervaart u dit ook binnen de gymnastiek? Mike: Het is altijd een punt van aandacht, maar we hebben er geen problemen mee. Wij hebben een gezond ledenaantal van 1200. Dat is een hele gezonde basis voor onze organisatie. Totaal bestaat de gymtak uit 2500 leden. Sport nummer 2. Komt op 2 omdat het een hele brede sport is (turnen, gymmen). We kunnen ook nieuwe innovaties gebruiken, die ontstaan zoals freerunnen. Dit is heel populair en is zelfs een wachtrij voor. Maar dit zijn dingen waarvan we denken waarom sluit de gemeente hier niet beter op aan? De gemeente heeft zalen, dus het elders ook gegeven worden. Maar die zalen zijn leeg en je hebt toch spullen nodig waar je mee kan oefenen. Die zalen hebben materiaal nodig. Er is behoefte, maar vul die dan ook in als gemeente. Tim: Communiceren jullie zulke initiatieven ook met de gemeente, zodat zij weten wat voor behoefte er is? Mike: Ja, we hebben wel eens contact met de gemeente. Dit komt vanuit de vereniging. De gymsport is als volgt georganiseerd: 5 verenigingen in Dordt waarvan 4 onder een aparte vereniging vallen. Onder de vlag van VSGD, klankbuis naar de gemeente Dordt en andersom. Dit is een goede vorm van samenwerking die we hebben. Is niet altijd makkelijk want binnen die 4 verenigingen heb je verschillende belangen. Als je dan gezamenlijk plannen wilt maken dan moet je echt veel werk verzetten om alle neuzen dezelfde richting op te krijgen. Als je dat zelf kan doen dan is dat een stuk makkelijker. Je hoeft geen rekening te houden met andere verenigingen, je hebt je eigen filosofie en je kan zelf kijken hoever je de gemeente krijgt. We hebben ook geprobeerd om wat op te zetten. In Dordt heb je het fenomeen RTC. Wij gingen heel ver alleen we kregen geen medewerking van de KNGU. Veel te veel regels en die strookten niet samen met de uitgangspunten van de gemeente Dordrecht. Want die had ook z’n eigen regels. En toen ging het niet door. Voor ons had het twee redenen waarom we dit wilden: we konden een sprong maken met de sport. Veel meer faciliteiten door de gemeente Dordrecht. En er komt een betaalde trainer waar een behoorlijk prijskaartje aanhangt. En dat is ons grote probleem. Wij hebben meer kader nodig, die hoger gekwalificeerd zijn en beter betaald. En dat kunnen we niet veroorloven.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 85
Die samenwerking duurde drie jaar en toen ging het toch niet door. Vooral door de bonden en later trok ook de gemeente z’n handen ervan af en dat is echt zonde. Dit zijn dingen van we willen samenwerken, en we willen er veel voor doen, maar stop eens met naar je eigen regeltjes te kijken. Er zijn wel andere sporten die er veel soepeler mee om zijn gegaan. Zoals schaatsen en waterpolo etc. die nu een RTC zijn. KNGU heeft veel meer regeltjes. De kleine bonden trekken alles aan. Tim: ziet u dan misschien samenwerking tussen verschillende takken van sport? Mike: dat is moeilijk, wij hebben alleen maar binnensport. We hebben andere behoeften aan materialen dan de meeste andere sporten. Er zijn zat ruimtes beschikbaar maar in de meeste hallen staan niks. Dus daar hebben wij niks aan. Net als danshallen, kunnen we vaak ook niks mee. Sportplus is heel mooi maar op zaterdag en zondag niet te huren. Moeten we meteen hele dagen huren en alle zalen. En dat is onmogelijk en daar wilt de gemeente niet aan meewerken en niet aan meedenken en dan houdt het op. Alles wat moeilijk is daar doen ze niks mee. Tim: dus de faciliterende rol die de gemeente heeft, is tegelijkertijd een rem omdat ze het niet goed uitvoeren? Mike: Ja precies. Deze hal is van onszelf en als we die niet hadden dan waren we de helft van onze leden kwijt. Het succes is eigen locatie. Gemeente helemaal niks. Je hebt niks aan een mooie zaal. Tim: De gemeente kan eigenlijk helpen door de faciliterende rol nog intensiever te gebruiken. Maar de gemeente heeft ook geen geld… Mike: Het is inderdaad moeizaam. Er wordt heel veel aan onderzoeken uitgegeven en dat blijft maar doorgaan. Er is wel geld maar de gemeente heeft van tevoren bedacht hoe ze dat willen gebruiken. Het RTC hebben ze de randvoorwaarden zo geschapen, dat de gemeente het wel wilt maar wilt ook dat de bond mee gaat betalen. Het geld voor een trainer ligt op de plank, er is een zaal. Maar dan wilt de gemeente ook dat de bond een stuk betaald. En als de bond dan nee zegt dan ben je weer terug bij af, maar dat geld ligt wel klaar. En als iemand anders dan met een goed idee komt en als dat dan wel lukt dan kan het om hele kleine sporten gaan. Maar de allergrootste sport van Dordrecht bijna, dan kunnen ze zelfs de grootste worden als het goed wordt aangepakt. Het is ook een sport die heel gezond is. voetballers hebben veel aan gym ook. Hun motoriek verbeterd. Tim: Het grote probleem wat de gymsport dus heeft dat is het kader en het RTC zou de oplossing zijn? Mike: Het kader hebben we wel. Hoger opgeleid kader, dat hebben we nodig. Het geld is er niet en had via het RTC wel gekund. Tim: Zouden er andere mogelijkheden zijn om aan dat geld te komen? Mike: Nee. Kijk, bewust gekozen om niet te werken met grote sponsoren. Het is moeilijk om aan zulke sponsoren te komen en als er een sponsor wegvalt dan ben je gelijk in de problemen (DEETOS). Daarnaast betalen we al onze leiding, en dat zijn geen misselijke bedragen. Zijn toch vrijwilligers die een goed bedrag verdienen. Bij de voetbal dat je dat om een trainingspak. Tim: mensen die geen ander werk hebben krijgen meer betaald. Zijn dat jongeren of werklozen? Mike: Nee, we hebben geen trajecten met werklozen. Je kan bijverdienen maar je moet wel kwalificaties hebben en je moet meer doen dan wat je krijgt. Je moet meedoen aan uitvoeringen, vergaderingen etc. mensen moeten een hart voor de club hebben, anders hebben we er als vereniging ook niks aan. Tim: de rol van gemeente voor de toekomst, hoe zou u die willen zien? Mike: dichter naar de grote verenigingen toebuigen. De afstand vind ik erg groot. Naar de mogelijkheden kijken die er toch vaak zijn. Daarnaast de leiding nemen als er initiatieven zijn om ergens naar toe te gaan. Waarom? Bij het Sportbedrijf zitten veel mensen die daar fulltime werken. Hebben meer tijd en knowhow om
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 86
verenigingen te binden. Verenigingen en vrijwilligers hebben hier geen tijd voor. Het is en blijft vrijwilligerswerk met beperkte tijd. Een ambtenaar kan dit als opdracht krijgen. Praat vaker met de grote verenigingen en kijk waar de behoeftes zijn. Waar wil je naartoe? Er zijn wel veel projecten gericht op de arme delen van Dordt. Er gaat ontzettend veel geld naar die projecten toe terwijl de opbrengst maar heel klein en tijdelijk is. wij zeggen: je moet zorgen dat ze wekelijks ergens kunnen sporten. School heeft daar geen tijd voor, verenigingen moeten deze plek zijn. Op dit moment missen wij die aansluiting. Stichting leergeld, is zo’n lastig systeem. Penningmeester heeft zoveel moeite met het innen van het geld. Kost teveel tijd. Moet veel simpeler kunnen. Zijn allemaal dingen waar vaker over gepraat moet worden. Maar via de gemeente wordt het allemaal maar bedacht en is moeilijker om uit te voeren. Vrijwilligerswerk van 20 tot 25 uur per week, veel te veel tijd! Tim: Is de rol van de Sportraad, die dient als praatgroep als het ware, dan wel voldoende? Mike: Dat weet ik niet. Kan ik geen mening over hebben. Denk wel dat het goed is dat er zo’n groep is. heb het idee dat het beperkt tot een aantal organisaties. FC Dordrecht vergen veel tijd en krijgen toch snel aandacht, terwijl amateurclubs ook veel moeite hebben. Tim: Omni verenigingen bijvoorbeeld in Dubbeldam, wat vindt u daarvan? Mike: Sporthal de Dijk is nog veel ruimte daar. En vv Dubbeldam zou daarheen kunnen gaan. Dan heb je een deel van je complex al af. Gezamenlijk kan je dan denken hoe je die zaal gaat gebruiken. Je hebt altijd overlapping op zaterdag. Is prettiger om het zelf in de hand te houden, maar aan de andere kant heeft een volleybalvereniging het financieel heel lastig dus ze moeten wel eigenlijk. Daar zijn vast zat mogelijkheden in te verzinnen. Tim: mijn probleemstelling is ook om de mogelijke problemen die er zijn op te lossen door samenwerking. Ziet u door samenwerking oplossingen? Mike: Wij hebben niet zo’n probleem met leden. Hoe je dat gezamenlijk zou kunnen doen. Voor de ontwikkeling is het goed als voetballers ook een uur per week gymmen. Maar of ouders daar voor open staan… er moeten vaker combinaties worden gemaakt. Sporten kunnen van elkaar leren door trainingen en motoriek, conditioneel etc. ik zie wel wat in samenwerking, maar daar zijn we veel te amateuristisch mee bezig. Het gaat van topsport naar breedtesport. Ik zou het met dubbeldam of oranje wit een combinatie kunnen zoeken. Er is ook te weinig kennis van. Tim: oplossingsrichtingen. Iedere vereniging heeft zijn problemen. Zouden deze oplossingsrichtingen incidenteel gebruikt moeten worden of zouden ze juist structureel gebruikt worden. Moet de Sportraad dit verzorgen? Mike: Moeilijk. Mijn ervaring is dat dit eerder bij de Sportraad ligt om te faciliteren. Maar wat is de prioriteit he? Deze oplossingen voor verenigingen zullen er nooit opstaan? Misschien moet het Sportbedrijf dit doen. 7x7 voetbal wordt al gedaan. Krijgen de clubs echt veel subsidie voor. Kunnen ze gebruiken voor andere dingen waar ze normaal gesproken geen geld voor krijgen. Als het niet lukt dan is de terugslag net zo groter. Mike: Wat is een probleem? De een ziet een probleem en de andere niet. Het gaat uiteindelijk gewoon om het geld. Kantine open, zorgt voor extra inkomsten. Je ziet gewoon dat het weg valt en die verenigingen hebben hun geld toch al. Waarom moet er zoveel geld tegenaan gegooid worden, want die verenigingen kunnen dit zelf makkelijk organiseren zonder hulp van gemeente. Het gaat om het geld, en met dat geld kan je andere dingen realiseren. Die niet zo duidelijk zijn voor de gemeente. Wij gaan van de zomer verbouwen voor 30.000 euro. Geld moet ergens vandaan komen, potjes etc. Zo krijg je binding, maar vooral ook geld. Je wilt toch altijd graag kijken of de gemeente kan helpen, je hoopt erop. Maar de gemeente wilt vaak niet helpen. De potjes die Dordt krijgt wil ik ook, maar ik krijgt ze niet. Tim: Hoe gaat het nou verder?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 87
Mike: er zijn allemaal begeleidingsvormen. Landelijk heeft de gymsport een sterke daling van het aantal leden. Een bond gaat dan inspringen. Wij moeten 18 eu per lid betalen aan de bond. Die bonden zetten dus trajecten in om maar meer leden te werven. Als we nu naar gemeentezalen moeten, dan kunnen we beter stoppen. Wij willen faciliteiten, maar dan zegt de gemeente zorg maar voor meer leden. Het is heel de tijd een probleem, gekibbel. Tafeltennis, 3 verenigingen met samen 110 leden. Waarom gaan die niet gewoon samen? je moet bij de voetbal gewoon minimaal 500 leden. Daaronder krijg je het gewoon heel moeilijk voor elkaar. Zoveel verenigingen hebben betalingsmoeilijkheden. Ga toch gewoon samen. wat is er erg aan? Misschien moet de gemeente harder worden. Maak er sterke verenigingen van waar je graag mee samen wilt werken. Alles gaat makkelijker als de basis sterk is. dan denk ik dat je sowieso meer mensen aan het sporten krijgt. De gemeente moet flexibeler worden, samenwerking is goed en geen plicht. De gemeente moet dit steunen en niet door regels tegenhouden. Ledenwerven heeft te maken met gepassioneerde verenigingen die voldoende aantrekkingskracht hebben. Verenigingen moeten aantrekkelijk zijn om lid van te worden. Er moet structureel iets worden opgebouwd. Breedtesport is belangrijker dan topsport, ook voor de samenleving. Het geeft ook binding. Diepte-interview met Frans Schiereck, Lid voetbal Algemeen Bestuur Sportraad Dordrecht, 04-07-2014 Frans: de maatschappij moet er iets voor over hebben. Dat mensen gaan sporten. Wij zijn de grootste sportbond. Veel bestuurders zeggen, we hebben een maatschappelijke rol. We moeten de jeugd van de straten houden, gezond opvoeden en ook nog een gedragsmentaliteit bijbrengen. Valt niet altijd mee. Voelen zich medeverantwoordelijk voor. Daar moet maatschappelijk iets tegenover staan. Je bent alleen al snel geneigd te zeggen dat het genoeg is. faciliteren van de gemeente is dan heel belangrijk ja. Werkgroepen toekomstvisie sportparken zijn we bezig met het kijken naar 2028. Komen we al snel uit bij andere inrichting van sportparken uit. Is allemaal duur natuurlijk. Zijn er opties? Ja die zijn er zeker. Speelt op dit moment ook. Verwachting is dat het aantal clubs van 12 toch een stuk minder gaat worden. Opheffen doen we niet zo gauw dus dan is fuseren de andere optie. Een soort samenwerkingsverband. Eén vereniging heeft het heel moeilijk. Mensen hebben geen clubbinding meer (individualisme), kijken naar de omstandigheden. Ik ben belangrijk dus wat wil ik? Goede faciliteiten? Goede sfeer? Sporters zijn consumenten geworden. In die discussie speelt hoogte van contributie ook een hele belangrijke rol. Die is niet hoog hoor, je krijgt er veel voor terug. Tim: mijn onderzoek is gebaseerd op samenwerking en daardoor problemen oplossen. Zijn er problemen die de voetbalverenigingen gemeenschappelijk hebben? Frans: Ja, die zijn er zeker. Het is niet kritiek, maar kader is een gemeenschappelijk probleem. Vrijwilligers, zowel bestuurlijk als kantinepersoneel. Clubs krijgen het allemaal voor elkaar hoor, het kost alleen heel veel moeite. Bestuurders is het ook nog dat de leeftijdscategorie te hoog wordt. Weinig jonge mensen die zulke taken op zich kunnen nemen. Tijd is ook beperkt. Tim: Komen verenigingen zelf met oplossingen voor dit probleem? Frans: Allemaal verschillende oplossingen. Korting op contributie of juist verhoging. Verplichte vrijwilligerstaken, leuke privileges voor vrijwilligers (feesten). Verplicht iets doen werkt zeker. Als ze niet willen gaan ze lekker weg, maakt niet uit. Ook clubs geven vrijwilligers een vergoeding. Tim: Zijn er mogelijke problemen met betrekking tot leden bij de voetbalclubs? Frans: er zijn clubs met een beperkt aantal leden. Ze zijn wel financieel gezond. Geen 1 vereniging hebben we gesproken die zeggen dat ze het financieel niet meer aankunnen. Clubs zeggen dat er geen betalingsregelingen zijn. Van een aantal verenigingen weten we dat als er onverwachte kosten komen dat ze het niet kunnen betalen. Tim: hebben voetbalverenigingen eerder samengewerkt?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 88
Frans: In het verleden werd er veel samengewerkt, de club van 10. Maar op een moment ging dat niet meer, veel teveel afhakers. Regelden toernooien etc. maar de vraag naar toernooien is nihil op dit moment. Fusies zijn ook samenwerkingen en er zijn ontzettend veel clubs gefuseerd. Tim: ziet u daar nog mogelijkheden in, om door samenwerking bijvoorbeeld vrijwilligersprobleem op te lossen? Frans: ik zou het echt niet weten. De verenigingen die we gesproken hebben die werken liever alleen. De noodzaak is er nog niet om te fuseren. Moeten we dan wachten tot het water aan de lippen staan? Het kan ook preventief natuurlijk. Er zijn best verengingen die bereid zijn. Maar de accommodaties die er nu zijn zitten aan de max. hoe kan je dan fuseren. De capaciteit is er niet. Verenigingen met kunstgras hebben meer ruimte, maar ook met kunstgras zitten ze op hun max. Waar wel mogelijkheden liggen dat is op schenkeldijk. Tim: ja, je hoeft niet binnen de voetbal samen te werken, je kan ook met verschillende takken samenwerken toch? Frans: ja zeker. Ik kom van Amstelwijck. En ben voorzitter van Flux geweest. Toen dit complex opnieuw werd ingedeeld wilden wij met de tennis en korfbal een omni vereniging te starten. De plannen waren er en het waren leuke plannen. Maar wij hebben de tijd, kennis niet voor en de gemeente deed helemaal niks. Die wilden een plan zien. Tim: Hoe is de rol van de gemeente daarbij dan? Frans: Niet. We hebben het op tafel gelegd. Maar daar kwam geen respons op. Wij als vrijwilligers hebben daar geen tijd voor terwijl bij de gemeente mensen zitten van wie dit hun baan is. zij moeten hier initiatief nemen. Kregen we te horen dat we maar een plan moesten maken. Tim: De rol van de gemeente moet dus zijn om de goede initiatieven die er zijn op te pakken en te faciliteren? Frans: ja het initiatief kwam echt bij de sportclubs vandaan hoor. Maar er is nooit wat mee gedaan. Het gaat ons te ver om met allemaal verschillende opties te komen. Je zou verwachten dat je een aantal keuzemogelijkheden krijgt. Dan kunnen we ergens over praten. Is jammer hoor. Tim: wat vindt u over het algemeen van de rol van de gemeente naar sportverenigingen toe? Frans: ze doen hun best natuurlijk. Het gaat af en toe zo ontzettend langzaam en het kost zoveel tijd. Je kan het beter met verenigingen oplossen. Als het kan dan is het goed. Maar als dat niet gebeurd dan heb je de verenigingen nodig. Als we naar de toekomstvisie sportparken kijken, dat gaat over 2028. We moeten ook investeren willen we doorkunnen groeien. Tim: En de rol van de Sportraad? Frans: De Sportraad is een adviesorgaan en niet meer dan dat. We kunnen alleen de tarieven bepalen. Het is alleen maar adviseren en meedenken. Ben je ook nog afhankelijk van de besturen. Ik ben wel blij met het dagelijks bestuur, gekwalificeerde mensen die verstand hebben van hun vakgebied. Die lopen ook tegen allemaal beperkingen aan. Gemeente is een en al beperkingen. Tim: wat zou de meerwaarde van de gemeente moeten zijn? Frans: faciliteren natuurlijk. Niet teveel zeuren. Beleid uitstippelen wat je uit gaat voeren. Werkgroep is leuk maar op een moment staat een beleid stuk wat we de komende 14 jaren gaan uitvoeren. Ik denk niet dat het zo werkt. Je wilt dat het allemaal zo snel mogelijk gaat maar zo gaat het helaas niet. Alle potjes zijn voor de komende jaren al bepaald. Dus ergens in 2016 kan het misschien wel. Tim: Het grote probleem van voetbalverenigingen is kader, de gemeente kan dit oplossen door te faciliteren?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 89
Frans: De gemeente kan op zich niks doen aan het feit dat verenigingen te weinig vrijwilligers hebben. Het is aan de verenigingen om er vorm aan inhoud aan te maken. Mogelijke oplossingen hebben we al gegeven. In dordrecht zit een groot verschil tussen de grote en kleine clubs. Grote clubs hebben veel meer mogelijkheden. Geldt ook voor vrijwilligers natuurlijk. Tim: wat vindt u van een maatschappelijke rol voor sportverenigingen? Frans: dat zou harstikke goed zijn. Maar ga bij scholen niet aankloppen van wil jij na schooltijd nog even gaan sporten? Dat willen ze toch niet. Begeleiding vanuit de club. Maar dan heb je het probleem kader. Er zijn geen vrijwilligers voor. Maar vanuit de gemeente zou die faciliterende rol om de hoek komen. Je hebt al die combinatiefuncties. Daar zijn vast mogelijkheden te vinden. Zeker in combinatie met school. Welke mogelijkheden zitten er in de buurt? Er moet iemand zijn die dat gaat coördineren. Daar gaat veel tijd inzitten. Iemand van de gemeente moet dit doen omdat vrijwilligers hier geen tijd voor hebben. Maar er zitten wel veel haken en ogen aan hoor. De gemeente moet dit regelen. Tim: conclusie, samenwerking gaat moeilijk voor elkaar komen tenzij de gemeente hier een belangrijke rol in gaat spelen? Frans: Ja. Op schenkeldijk zijn er veel mogelijkheden. Elder zit je met bestaande situaties, als je daar iets wilt moet je investeren in bijvoorbeeld kunstgrasvelden. Dan kan je pas wellicht nadenken of het niet beter is om samen te gaan. De tijd van buurtclubs is over. Dat is niet meer, we zijn niet meer gebonden aan de buurt. Tim: hoe ziet u de sportwereld over pakweg 10 of 20 jaar? Frans: Dan moet je gezien de kostenfactor maatschappelijk naar samenwerking en naar herinrichting van de sportparken. Alle individuele sportparken moeten naar grootschalige parken. Waar het leuk is om te zijn met goede voorzieningen. Samenwerking in de zin van fuseren naar grote sportparken. Er zijn genoeg sportparken aanwezig, Amstelwijck is lastig omdat het afgezonderd ligt. De rol van de ouders is ook belangrijk. Veel ouders hebben niks met de club van hun kind. Daar kunnen ook mogelijkheden liggen. Ouders is een heel belangrijk item. Kan leiden tot vrijwilligersoplossing. Dat is de afgelopen jaren toch flink afgenomen hoor. Je hebt elkaar gewoon nodig (FLUX en Merwede). Ontwikkelingen: Ontzettend veel fusies. GSC, ODS, OMC, Reeland, EMMA, Amstelwijck. Dubbeldam en EBOH is een lastig geval. Dubbeldam heeft grootste plannen. Als zij moeten fuseren met EBOH om daarmee hun plannen te realiseren. Dan moeten de gemeente wel het initiatief nemen. De oplossing is gewoon heel lastig. Zaalvoetbal: kans binnen het voetbal. DZS is eigen bond. En daarmee is samenwerking met andere voetbalclubs wel moeilijk. Zaalvoetbal is enorm populair, allochtonen willen vaak zaalvoetballen en kunnen het goed. In de visie van de KNVB is dit heel belangrijk. Maar clubs staan er niet geheel open voor door blessures etc. maar biedt ook kansen, kijk maar naar Gorinchem en Rotterdam etc. Diepte-interview met Pieter Nijzink, Lid tennis Algemeen Bestuur Sportraad Dordrecht, 04-07-2014 Pieter: Deze club heeft nadat ik ben weggegaan als voorzitter wat bestuurlijke problemen gehad. Er is ook nog geen nieuwe voorzitter gevonden. Dat is het probleem waar deze tennisclub voornamelijk mee te maken heeft. Van de andere clubs kan ik weinig zeggen. Juni is een drukke tijd voor de tennis dus ik heb nog geen tijd gehad om contact te zoeken met de andere clubs. Tennis is nog steeds een echte seizoen sport. Tim: Zijn er ontwikkelingen binnen de Dordtse tenniswereld?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 90
Pieter: We hebben nu een switch gemaakt van gravelbanen naar allweather banen. Dit heeft ons een ledensprong opgeleverd, van 750 naar 950 en nu zakken we iets af. Is een landelijke trend. Tim: ledenbehoud en –werving kost veel moeite, ervaart u dat ook? Pieter: Wij hebben er weinig last van maar bij de verenigingen algemeen loopt het wel flink af. Thialf had een goede groei maar zijn helemaal teruggevallen. In Dordt hebben we teveel clubs. Fuseren is lastig denk ik bij tennis. Er zijn 3 verenigingen met eigen grond die hebben niet de neiging om andere clubs toe te voegen. Ik heb wel geprobeerd om iets met DASH te regelen. Maar die clubs hebben een eigen identiteit dus het is moeilijk. Wij zijn regionaal terwijl dash topsport wilt. DLTC zat bij het spoor en die moesten daar weg. In die tijd wilden wij met DASH. Maar DASH wilde toen niet meer omdat dan DLTC op hun locatie zou gaan en daardoor leden zou afpakken. Onze plek is groot genoeg en kunnen nog uitbreiden ook. Wij hebben dus nergens last van. Tim: Zijn er ook andere problemen, zoals tekort aan vrijwilligers bijvoorbeeld? Pieter: Ik heb heel veel met vrijwilligers te maken en er is niets zo moeilijk als het aansturen van vrijwilligers. Ze doen het vrijwillig en die kan je moeilijk orders geven. Ieder lid doet 4 bardiensten in een seizoen. Daarmee redden wij het makkelijk. Dit is een hele gezonde vereniging, enige probleem is het bestuurlijk. Moet een jong iemand die taak op zich nemen. Ander probleem: de jeugd stopt met tennis op 16-17 jarige leeftijd. Dan gaan ze studeren en daardoor gaan ze in een andere stad tennissen. Daardoor krijgen we een gat in de leeftijd. Proberen dit op te lossen door studentenkorting te geven. Nu krijg je tot 25 korting. Maar het lukt niet echt. Tim: Ziet u mogelijkheden om met andere takken van sport samen te werken? Pieter: Er zijn sinds kort weer gesprekken gaande met de hockey. Breed opgezet om samen te werken, we zitten immers op hetzelfde park. Grootste belang wat we hebben is internet. Daar willen we in samenwerken. In sponsoring zien we ook nog mogelijkheden. Vroeger ook geprobeerd om combi-lidmaatschappen te ontwikkelen. Dus als je op hockey zit en hier wilt tennissen dat je 25 Eu korting krijgt. Maar dat lukte niet echt. Het leverde maar weinig nieuwe leden op. We hebben de KNTB die als bond boven ons zit. Die regelt de promotie en daardoor ontstaat er toch wel iets van een samenwerking. We hebben wel eens met alle verenigingen tennisclinics georganiseerd in het centrum. Het is wel moeizaam. De jaarlijkse vergaderingen hebben we ook gestopt omdat iedereen eigen belangen heeft. Ook zijn er toernooien natuurlijk. Met open toernooien doen leden van andere verenigingen aan mee. Maar dat organiseren we zelf. We werken ook samen met Dash, gezamenlijk hebben we een hal gesticht. Maar die hal is niet meer van ons, maar we krijgen wel korting als we daar les geven. Dash vindt alleen dat de hal te dicht bij ons ligt. Dus die willen hun eigen hal. Tim: Hoe ervaart u de samenwerking met de gemeente en de tennisverenigingen? Pieter: Wij zijn vrij autonoom, we hebben de gemeente niet nodig. Er staan nog wat kleine afspraken. De gemeente maakt de sloot schoon bijvoorbeeld. Wij doen alles zelf. Ooit eens een prijsvraag gewonnen en daar hebben we 20.000 euro uitgehaald. Op dit moment is onze club groot genoeg. Maar we zouden graag uit willen breiden. Tim: De meeste mensen waarmee ik praat hebben problemen met de gemeente gehad.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 91
Pieter: Er zijn ook clubs die wel problemen hebben gehad hoor. Thialf moest verkassen omdat ze te dicht tegen de snelweg zaten. Dat ging met veel problemen. DLTC natuurlijk ook met hun verhuizing maar ook die samenwerking ging niet lekker. Al zijn die er wel goed vanaf gekomen. Er is een periode geweest dat de gemeente omni-verengingen promootten. Maar toch gaat het wel moeizaam hoor, verschillende sporten hebben veel cultuurverschillen. We hebben ooit wel eens nagedacht om iets met atletiek te doen. We zitten in een omgeving waar je makkelijk dingen kan organiseren. We hebben ook wel eens geprobeerd om voetballers met een aantrekkelijk tarief te tennissen. Maar dat was geen succes, er kwamen niet echt meer leden. We hebben als club wel last gehad van voetbalverenigingen die tennisclubs begonnen. Veel mindere tennissers zitten bij de voetbalverenigingen. Dat is wel een groot nadeel voor ons. We weten dat er voldoende mogelijkheden zijn en hebben het geprobeerd. Maar het is niet echt succesvol gebleken. Wij staan niet onder druk maar dubbeldam heeft wel veel problemen. De gemeente heeft daar heel erg terughoudend gedaan tegenover dubbeldam. Tim: wat vindt u van de houding van de gemeente in die situatie? Pieter: Ietwat kortzichtig. Ik vind dat daar best oplossingen te vinden zijn. Ze blijven te lang in hetzelfde project hangen. Tim: Hoe ziet u de sportwereld over 10 of 20 jaar? Pieter: Moeilijk. De hockey hiernaast knalt bijna uit z’n voegen. Korfbal bestaat uit erg veel verenigingen. De voetbal zie ik geen problemen. Ik zie maar weinig schokkende veranderingen. Misschien moet het op een andere manier aangeboden moeten worden. Misschien moet de gemeente iets aanbieden. Tim: Dus de gemeente zou een rol moeten spelen? Pieter: Kan wel. Alle jeugd verzamelen en dat gaan we in combinatie met scholen iets doen. Ik vind dat er maar weinig in combinatie met scholen wordt gedaan. We hebben het zelf geprobeerd met scholen. Alleen dan moesten de leraren zelf trainingen gaan geven, en dan kregen we weer dat de verenigingen te ver van de scholen af liggen. Allemaal problemen. Tim: een samenwerking tussen scholen en verenigingen, huiswerkbegeleiding? Pieter: We zijn bezig geweest met Buitenschoolse opvang. Hier ging het goed maar bij andere sportverenigingen ging dat mis omdat de gemeente de huurtarieven omhoog deed. Omdat de accommodaties alleen voor niet-commerciële doeleinden gebruikt moesten worden en dit is toch commercieel. Dat is een reden geweest om het te stoppen. Daar heeft de gemeente dus dwars gelegen. We wilden alleen de gelegenheid geven dat het park vaker gebruikt worden. Tim: Oplossingsrichtingen, hoe moeten die ingezet worden? Pieter: Ik denk dat de KNTB biedt dit ook aan. Ik vind ook dat de verenigingen hier zelf naar kunnen zoeken. We hebben in de tijd dat ik voorzitter was heel veel mailtjes gehad over mogelijk sponsoren en vrijwilligersbeleid van de gemeente. Op een moment kijk je daar niet eens meer. We zijn toch vrijwilligers en we hebben niet alle tijd. Wij zitten ruim in onze leden dus we zoeken ook geen hulp van de gemeente. Toen we 750 leden hadden waren we veel actiever met ledenwerving etc. Mogelijkheden: Kinderen vriendjes mee laten nemen die gratis mogen tennissen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 92
6: Coderingsschema sportverenigingen Respondent 1: Jaap Mol, lid Algemeen Bestuur korfbal Nr. Fragmenten 1.1 Van tevoren weten wat samenwerking oplevert 1.2 Veel fusies geweest om daardoor sterkere verenigingen te worden. Is succesvol gebleken 1.3 Accommodatie is drijfveer geweest om samen te gaan, geen potentieel ledengroei of financiën 1.4 Planologie gemeente dwong verenigingen te verhuizen 1.5 Samenwerking is een initiatief van verenigingen 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11
1.12 1.13
De infrastructuur voor korfbalverenigingen is optimaal, daarom bestaan wij nog met zoveel verenigingen Succes van fusie hangt af van de sociale aspecten van de verenigingen Verenigingen steken veel energie in het werven van leden maar het rendement is laag Mogelijkheden voor ledenweving is samenwerking met scholen, verbinding tussen scholen en verenigingen is een grote kans Succesvolle werving komt door exposure van topsport, kijk naar hockey en voetbal in Amerika Samenwerking: periodiek komen we samen om zaken als samenwerking te bespreken maar in de praktijk lukt het niet vanwege allerlei individuele belangen en dezelfde vijver waar 108 clubs in vissen Meerwaarde zit vooral bij de korfbalbond, heeft genoeg instrumenten om ons te helpen (kombifit, schoolkorfbal) Meerwaarde van het Sportbedrijf zie ik niet echt
1.14
Andere mogelijkheden tot samenwerking buiten de sport is zeker mogelijk, op technisch gebied bijvoorbeeld
1.15
Samenwerking: delen van zalen, delen van kantines, is het delen van kosten, leden van andere clubs ook achter onze bar los je probleem vrijwilligers op Geen ledenwerving problemen maar meer praktische problemen kunnen gemakkelijk onderling worden opgelost
1.16
1.17 1.18
1.19 1.20 1.21
1.22
1.23
1.24
Hoe de gemeente kan helpen, door optimale randvoorwaarden te creëren Nieuwe sportparken moeten zo ingericht worden dat het voor verenigingen aantrekkelijk is om samen te werken Geforceerde samenwerking is kansloos, omdat verenigingen al ver uit hun corebusiness worden gehaald Eerdere samenwerking op het gebied van uitwisseling van scheidsrechters. Onderling tussen clubs trainingen uitwisselen Samenwerking met clubs die ook gebruik maken van hetzelfde sportpark (badminton en biljarten), hiermee vallen ontzettend veel dingen te verzinnen. Samen kun je elkaars problemen oplossen Sportdriehoek, Sportbedrijf Sportraad en verenigingen. De gemeente heeft dan een hele belangrijke rol om de verenigingen te faciliteren van informatie over andere verenigingen of oplossingsmogelijkheden De Sportraad is eigenlijk een community, vrij unieke situatie in Dordrecht. Sportraad is misschien wat verouderd, mogelijkheid is er om te moderniseren. Verenigingen die makkelijk onderling informatie uit kunnen wisselen. Faciliteren door de verenigingen nog intensiever in contact te laten komen Gemeente kan faciliteren in praktische handvatten. Faciliteren van schoonmakers die ook bij de gemeente lopen? Software? Internetaansluiting? Allemaal taken die de gemeente moet nemen
Open codering code / label Mogelijkheden tot samenwerking + Ontwikkelingen + Reden tot fusie: accommodaties Rol gemeente Samenwerking ++ (Mogelijkheden tot) Infrastructuur ++ Sleutel tot succes fusies Ledenwerving - Samenwerking tussen scholen en verenigingen ++ Succesvolle ledenwervingsmethode: Exposure vanaf topsport Samenwerking tussen verenigingen: Moeizaam, mogelijkheid is wel fusies. + Meerwaarde bond is sterk aanwezig en goed Geen meerwaarde van het Sportbedrijf Samenwerking op andere mogelijkheden dan sport (technisch, kader) Samenwerkingsmogelijkheden zijn voldoende te verzinnen en worden al gedaan Verenigingen kunnen zich het best richten op het oplossen van praktische problemen Rol van de gemeente: Randvoorwaarden creëren Rol van de gemeente: faciliteren van sportparken (toekomstvisie sportparken) Samenwerking: Niet geforceerd Samenwerking: Praktische zaken Samenwerking: Verenigingen kunnen elkaars problemen op te lossen. Communicatie belangrijk! Faciliterende rol gemeente? Meerwaarde gemeente: Faciliterende rol Mogelijkheden: Community, meer contact tussen verenigingen. Gemeente weer in de faciliterende rol
Rol van de gemeente: Faciliteren!
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 93
1.25 1.26 1.27
1.28 1.29 1.30
Ik zie de gemeente geen meerwaarde bieden om meer leden te werven, dat is echt een taak van verenigingen en bonden Kansen bij samenwerking tussen gemeente, verenigingen en onderwijs. Hier kan de gemeente zeker een meerwaarde zijn Als de gemeente wilt ondersteunen dan kan dat echt door het faciliteren van verenigingen, in de ruimste zin. De randvoorwaarden zijn al uitstekend en daar moet de gemeente op voortborduren Maatschappelijke projecten opzetten is een goede kans, maar daar moet de gemeente de verenigingen wel handvatten voor bieden Meerwaarde van het Sportbedrijf is gewoon de faciliterende rol in praktische zin. Veel meer kan de gemeente niet doen. Gemeente kan zeker een bijdrage leveren in het leggen van verbanden tussen scholen, gezondheid en sport. Het moet van 2 kanten komen.
Respondent 2: Erik Zomervrucht, lid Algemeen Bestuur volleybal Nr. Fragmenten 2.1 Verenigingen staan over het algemeen zeker positief tegenover samenwerking met andere verenigingen. Zijn ook al een aantal fusies geweest, om accommodaties te delen. 2.2 Initiatief van samenwerking ligt bij de verenigingen, zo bleek uit het verleden 2.3 Project beach samen met meerdere clubs opgezet, korfbal, volleybal, voetbal. 2.4 Samenwerking met de lokale rugbyclub, delen van accommodatie en daarmee verhoging kantine inkomsten. 2.5
Wij zoeken nog nadrukkelijk mogelijkheden om meer samen te werken
2.6
Volleybal is een sport waar landelijk krimp in ledenaantallen te zien is. Het betreft natuurlijk de corebusiness van verenigingen. Door het beachvolleybal behouden we veel leden Als we leden binnen halen moeten we focussen op jonge leeftijden. Doen we door de combinatiefunctionaris in combinatie met scholen
2.7
2.8 2.9
Dat is een goed initiatief van de gemeente, die functionaris Zie geen mogelijkheden om ledenwerving zelf te verbeteren.
2.10
Interessante optie: samenwerking tussen verschillende takken van sport, interessant hoe dit gestuurd moet worden Samenwerken werkt het best als je voor jezelf doelen hebt wat je gaat bereiken, motivatie. Verenigingen zijn heel enthousiast om samen te werken, komen ook met initiatieven Succesvolle oplossingsrichtingen is echt iets tussen bonden en verenigingen, we worden vaak betrokken door bonden. De gemeente zou een soort van faciliterende rol moeten spelen. dit soort projecten hebben altijd 2, 3 jaar nodig om van de grond te komen. En daar zit ook vaak een financieel probleem. Het zou mooi zijn als de gemeente op dat gebied voor die eerste periodes een soort startsubsidiepotje heeft of op facilitair gebied kan bijdragen. Ik denk dat daar sowieso een rol voor de gemeente ligt. De combinatiefunctionaris is een hele aantrekkelijke vorm voor veel verenigingen om te gebruiken. Er zijn wel eens problemen geweest om de verdeling qua tijd. Maar werkt wel heel effectief hoor. Wij zien zeker mogelijkheden voor verenigingen om iets voor de maatschappij te doen. We hebben eerder aan kinderopvang in de hal gedaan om de hal beter te exploiteren. Ging mis omdat de vereniging te ver van een wijk afligt. Ik zie mogelijkheden in stageplaatsen bij gemeentelijke bedrijven (sponsoring) of iets van kansloze mensen op de arbeidsmarkt. Een vereniging heeft vaak genoeg taken die zij goed kunnen uitvoeren en hun tijd nuttig besteden
2.11 2.12 2.12 2.13
2.14
2.15
2.16
Gemeente heeft geen meerwaarde voor het werven van leden Rol gemeente: potentieel Rol van de gemeente: Faciliteren in de ruimste zin Gemeente: nogmaals faciliteren Meerwaarde Sportbedrijf, faciliterende rol Laatste rol van de gemeente
Open codering code / label Verenigingen positief over samenwerking Verenigingen komen met samenwerkingsinitiatieven Samenwerking al aan de gang tussen verenigingen Samenwerking van accommodatie, zondag en zaterdagverenigingen combineren Initiatief voor samenwerking van de verenigingen ++ Oplossing voor ledenbehoud bij volleybal is vernieuwend sportaanbod Focus op jonge mensen samenwerking met scholen erg succesvol (+40 leden per jaar) ++ Rol van de gemeente ++ Ledenbehoud en –werving mogelijkheden - Mogelijkheid tot samenwerking, rol voor gemeente? Manier van samenwerken belangrijk voor verenigingen Initiatieven van verenigingen Samenwerking tussen bonden en verenigingen + Faciliterende rol voor de gemeente Dordrecht +
Regeling combinatiefunctionaris – Werking combinatiefunctionaris ++ Maatschappelijk werk: positief tegenover maar werkte niet in het verleden – Mogelijkheden in stageplaatsen en werkloosheid: ++
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 94
2.17
2.18
2.19
2.20
2.21
Gemeente hoeft dit niet te faciliteren maar ze zijn wel nodig. Ik denk dat verenigingen dit goed zelf kunnen. Gemeente kan wel een steun geven. Iets van een verdeelsleutel is ook handig. Toekomst sportverenigingen: geen grote veranderingen, misschien dat er omni-verenigingen komen. Wij doen er ook al een beetje aan eigenlijk. Leidt automatisch tot een betere samenwerking. Andere kant blijven verenigingen amateuristisch, misschien dat er maar weinig veranderd. Ben er niet van overtuigd dat de Sportraad over 10 jaar nog bestaat, financiering is flink teruggeschroefd de laatste tijd. Misschien dat een jaarlijkse voorzitter-vergadering al genoeg is. Ik denk dat de Sportraad in de vorm van een online community een goed initiatief is. Er moet een rol voor het Sportbedrijf zijn, om de verenigingen in contact met elkaar te laten komen. Dit is de faciliterende rol van het Sportbedrijf, die moet misschien nog wel uitgebreid worden. Ik denk dat de rol van de Sportraad inmiddels voorbij is, er moet gezocht worden naar nieuwe manieren Als laatste mogelijkheid zie ik een samenwerking tussen verenigingen op 1 sportpark. De gemeente moet hier in ondersteunen, dat verenigingen gezamenlijk opendagen verzorgen en PR, kostendeling.
Respondent 3: Mike Nijenhuis, lid Algemeen Bestuur gymnastiek Nr. Fragmenten 3.1 Ontwikkelingen geweest, fuseren van verenigingen, leden onderbrengen bij andere verenigingen 3.2 Leden is altijd een punt van aandacht maar onze verenigingen hebben er geen problemen mee. Heel breed sportaanbod, zoals freerunning. Maar gemeente moet hier beter ondersteunen! 3.3 Af en toe contact met gemeente. Initiatief komt van de vereniging. Verenigingen werken liever alleen omdat ze hierdoor geen aanpassingen hoeven te doen. 3.4 Proberen RTC gymnastiek op te zetten. Niet gelukt vanwege uiteenlopende belangen gemeente en bond. 2 redenen waarom we dit wilden: grote stappen maken met de sport en meer faciliteiten van de gemeente. Ons grote probleem is kader. Betaalde trainers zijn nodig en duur. 3.5 Wilden dit echt graag maar de gemeente wilde WEER niet, stop eens met naar je eigen regels te kijken.
3.6
3.7
3.8
3.9
3.10
3.11
Potentie in samenwerking tussen verschillende takken? Moeilijk, wij hebben hele andere behoeftes dan andere binnensporten. Er zijn zat hallen alleen allemaal niet geschikt voor gymnastiek (geen spullen, of te duur). Zolang de gemeente daarin niet wil meedenken kan dit niet werken. Alles wat moeilijk is, daar doen ze niks mee. Oplossing voor ons probleem is geld en geld hebben we niet. Dus deden we dat via de RTC. De oplossing voor ons grote probleem (hoger opgeleid kader) is dus de RTC De gemeente voert haar faciliterende rol uit en het remt ons. We hebben niks aan een mooie zaal als er niks instaat. Als we onze eigen hal niet hadden waren we de helft van onze leden kwijt. Het succes is eigen locatie, de gemeente helemaal niks Als de gemeente een plan + financiering voor een RTC heeft klaarliggen en het gaat vervolgens niet door.. het geld ligt er nog steeds. Minder gebruiken aan onderzoeken en meer aan de ontwikkeling van de sport. Gymnastiek is zeer gezond, groot en kan zelfs de grootste sport van Dordrecht worden. Er zijn geen andere manieren om aan zoveel geld te komen. We hebben bewust gekozen om niet te werken met grote sponsoren. Als die wegvallen heb je een groot probleem (DEETOS). En vrijwilligers worden hier al flink betaald. We kunnen maar weinig met daklozen of werklozen. Om hier trainer te
Rol van de gemeente: Faciliteren +-
Toekomst: omni-verenigingen
Rol sportraad: --
Rol van het Sportbedrijf ++ Rol van de Sportraad – Nieuwe manieren zoeken om verenigingen te ondersteunen samen te werken online community???? Toekomst voor sportverenigingen en rol van gemeente
Open codering code / label Ontwikkelingen: Fusies ++ gezondheid van clubs Geen problemen met ledenaantallen, rol van de gemeente: --! Rol gemeente: --! Potentie tot samenwerkingen: RTC gefaald. Grote probleem voor gymnastiekverenigingen is: Kader (gekwalificeerde en betaalde trainers) Rol gemeente: --
Potentie in samenwerking tussen verschillende sporten: moeizaam tenzij de gemeente hier een nadrukkelijkere rol in gaat spelen. Oplossing voor het grote probleem van gymnastiekverenigingen: RTC Rol van de gemeente: -- (een rem voor de verenging)
Potentie van gymnastiek is zeer groot, mits de gemeente haar FACILITERENDE rol goed invult
Andere manieren om dit probleem (geld) op te lossen: -
Maatschappelijke positie (werklozen
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 95
3.12
3.13
3.14
3.15
3.16
3.17
zijn heb je verschillende diploma’s nodig en ook een zekere kennis van de gymsport. Ons kost het al veel geld dus daarom is deze maatschappelijke positie niet echt een optie. Rol van de gemeente moet zijn: Dichter naar de verenigingen komen. Naar de mogelijkheden kijken die er toch vaak zijn. Daarnaast de leiding (ondersteuning) pakken wanneer de verenigingen met goede initiatieven komen. Er zitten bij het Sportbedrijf mensen die hiervoor betaald worden. Daarnaast: praat vaker met de grote verenigingen en waar zij naartoe willen. (misschien is de toekomst wel dat de sporten maar uit een klein aantal grote verenigingen bestaat). Er gaat veel geld naar (eenmalig) sporten in de armere delen van Dordrecht. Besteed deze aan verenigingen waardoor arme mensen goedkoper iedere week kunnen sporten. Ik denk wel dat de rol van de Sportraad voldoende is, maar ik kan daar nog maar weinig over zeggen. Wel denk ik dat de onderwerpen zich beperken tot zaken als FC Dordrecht. Onderwerp: omni-verenigingen Sporthal de Dijk is nog veel ruimte daar. En vv Dubbeldam zou daarheen kunnen gaan. Dan heb je een deel van je complex al af. Gezamenlijk kan je dan denken hoe je die zaal gaat gebruiken. Je hebt altijd overlapping op zaterdag. Is prettiger om het zelf in de hand te houden, maar aan de andere kant heeft een volleybalvereniging het financieel heel lastig dus ze moeten wel eigenlijk. Daar zijn vast zat mogelijkheden in te verzinnen. Oplossingen door samenwerking zijn er zat te verzinnen. Voor voetballers is een uur gymnastiek per week goed voor het motorisch vermogen. Er zijn ontzettend veel andere vormen van samenwerking te verzinnen. We moeten wel onthouden dat bijna alle verenigingen amateuristisch worden bestuurd. De gemeente moet hier dan echt een belangrijke rol in spelen om alles aan te sturen. De Sportraad moet de faciliterende rol hebben, niet de verenigingen zelf. Misschien moet het Sportbedrijf hier actiever in zijn, om met oplossingen voor praktische problemen te komen. 7x7 voetbal krijgen verenigingen veel subsidie voor die ze kunnen gebruiken voor dingen waar ze geen geld voor krijgen.
etc.) –
Toekomst: Landelijk krimpt de gymnastieksport. De bond komt dan helpen door ledenwerving acties te organiseren. Wij betalen die bonden 18 eu per lid per jaar. Wij willen meer faciliteiten maar de gemeente zegt dat: kom eerst maar met meer leden. Doe te tafeltennisverenigingen samen, doe alle verenigingen samen die samen kunnen. Hierdoor kan je je meer focussen, zijn die verenigingen veel sterker etc. Misschien moet de gemeente daar wat harder in worden. De gemeente moet flexibeler worden, samenwerking is goed en geen plicht. De gemeente moet dit steunen en niet door regels tegenhouden. Ledenwerven heeft te maken met gepassioneerde verenigingen die voldoende aantrekkingskracht hebben. Verenigingen moeten aantrekkelijk zijn om lid van te worden. Er moet structureel iets worden opgebouwd. Breedtesport is belangrijker dan topsport, ook voor de samenleving. Het geeft ook binding.
Toekomstbeeld: niet zo goed, er moeten veel dingen gebeuren. Fuseren van verenigingen. Rol van de gemeente: Flexibeler zijn, samenwerking ambiëren, faciliteren van de verenigingen die vooruit willen. Waardoor de accommodaties aantrekkelijker worden en meer mensen komen sporten.
Rol van de gemeente: pak de leiding, ondersteuning en verplaats de focus naar de grote verenigingen. Kijk naar de toekomst (weinig maar grote verenigingen)
Rol van de Sportraad: +/-
Veel mogelijkheden als er omniverenigingen ontstaan. Voor alle clubs. Mogelijkheden ++
Samenwerkingsmogelijkheden zijn er veel te verzinnen. Rol van de gemeente moet dan zeer faciliterend zijn.
Rol van de gemeente Dordrecht: faciliterend en ondersteunend zijn voor de sportverenigingen
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 96
Respondent 4: Frans Schiereck, lid Algemeen Bestuur voetbal Nr. Fragmenten 4.1 Veel voetbalbestuurders zeggen dat we als voetbal een maatschappelijke rol hebben. We moeten iets doen voor de maatschappij. Is niet makkelijke en de faciliterende rol van de gemeente is daar zeer belangrijk in. 4.2 Bezig met toekomstvisie sportparken, gaan er anders uitzien, kost veel geld natuurlijk. Verwachting is dat het aantal voetbalverenigingen (12) zal afnemen. Stoppen is geen optie dus dan wordt het fuseren. Op dit moment heeft één vereniging het heel moeilijk. 4.3 Door de ontwikkeling individualisme hebben mensen steeds minder clubbinding. Mensen vragen zich af waar ze het meeste waar voor hun geld krijgen, waar ze de beste kansen hebben. Verenigingen moeten hier wel op inspelen door kortingen etc. 4.4 De voetbalverenigingen hebben één gemeenschappelijk probleem en dat is kader. Zowel op bestuurlijk vlak als kantinepersoneel. Ieder jaar krijgen de verenigingen het voor elkaar hoor, het kost alleen veel moeite. Daarnaast is de oude leeftijd van veel bestuurlijke mensen ook een probleem. Er staan geen jongere mensen op die hun vervangen. Gaat wel om de belangrijkste posities van een club. tijd is ook beperkt. 4.5 Verenigingen komen allemaal met zeer uiteenlopende oplossingen. De ene verhoogt contributie voor niet-vrijwilligers of verlaagd juist de contributie voor vrijwilligers. Ook verplichte vrijwilligerstaken is een goede. Als ze niks willen gaan ze lekker weg, is niet erg voor een club. privileges voor vrijwilligers wordt ook nog toegepast 4.6 Er zijn zeker clubs die problemen met hun ledenaantal hebben. Maar ze hebben geen financiële problemen. Ook zeggen ze dat ze geen betalingsregelingen hebben. Clubs zeggen ook dat als er iets kapot gaat wat redelijk duur is om te maken, dat ze dan meteen in de problemen zitten. 4.7 In het verleden werd er veel samengewerkt. Toen hadden we de club van 10. Op een moment haakten steeds meer clubs af. Het was voornamelijk om toernooien te organiseren maar tegenwoordig is de vraag naar toernooien nihil te noemen. Fuseren is ook een vorm van samenwerking en er zijn in de loop der jaren al ontzettend veel clubs gefuseerd. 4.8 De voetbalverenigingen werken liever alleen. Er is ook nog geen noodzaak om te fuseren, maar ja moeten we wachten tot het te laat is? Het kan ook preventief werken? Fuseren kan ook niet wanneer de accommodaties aan hun maximumcapaciteit zitten. Ook de clubs met kunstgras zitten al aan hun max. het ligt dus allemaal wat lastiger. 4.9 Plan was er om op sportpark Amstelwijck een omni-verenigingen op te bouwen toen de gemeente dit complex wilden vernieuwen. We hadden echt goede plannen maar we hadden er geen tijd voor en de gemeente deed helemaal niks. 4.10 De gemeente neemt geen rol bij onze plannen. Terwijl zij ons toch zouden moeten ondersteunen. Bij de gemeente zitten genoeg mensen met de expertise en tijd die dit op kunnen pakken, maar de verenigingen moeten alles zelf doen. 4.11 De gemeente moet veel meer een faciliterende rol nemen. Ik vind dat zij met initiatieven moeten komen, niet wij. 4.12 De gemeente doet wel z’n best maar het gaat zo ontzettend langzaam en het kost allemaal zoveel tijd. We kunnen problemen die spelen beter onderling oplossen dan dat we op de gemeente moeten wachten. 4.13 Rol van de Sportraad is op dit moment ook niet meer dan een adviesorgaan. Ben wel blij met de invulling van het Dagelijks Bestuur, goede gekwalificeerde mensen. 4.14 Tim: wat zou de meerwaarde van de gemeente moeten zijn? Frans: faciliteren natuurlijk. Niet teveel zeuren. Beleid uitstippelen wat
Open codering code / label Rol gemeente: Zeer belangrijk (faciliterend)
Ontwikkelingen: toekomstvisie sportparken, aantal verenigingen gaat afnemen Belangrijke ontwikkeling: Individualisme
Problemen: Kader, invulling bestuurlijke functies (Theorie X, Y en Z), tijd Grootste probleem: kader
Oplossing kader door verenigingen (vrijwilligers): verhoging of verlaging contributie, verplichtingen en privileges. Andere problemen: ledenaantallen, financieel is het krap.
Samenwerking: Club van 10, fuseren.
Fuseren, wanneer en is moeilijker dan gedacht? Veel verenigingen zitten al aan hun capaciteit. Oplossingen?
Rol van gemeente bij goede initiatieven van verenigingen: --
Rol van de gemeente – Rol zou moeten zijn om de verenigingen te ondersteunen! Rol van de gemeente: FACILITEREN Negatief over de rol van de gemeente, geen toegevoegde waarde op dit moment Rol Sportraad: +/-
Rol van de gemeente: faciliteren op de korte termijn. Beleid voor 16 jaar is lastig omdat de verenigingen nu hulp
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 97
4.15
4.16
4.17
4.18
4.19
je uit gaat voeren. Werkgroep is leuk maar op een moment staat een beleid stuk wat we de komende 14 jaren gaan uitvoeren. Ik denk niet dat het zo werkt. Je wilt dat het allemaal zo snel mogelijk gaat maar zo gaat het helaas niet. Alle potjes zijn voor de komende jaren al bepaald. Dus ergens in 2016 kan het misschien wel. De gemeente kan eigenlijk weinig doen aan het tekort aan vrijwilligers waar verengingen mee te maken hebben. Al zit er wel een verschil tussen grote en kleine verenigingen. Grote hebben veel meer mogelijkheden. Een maatschappelijke rol voor verenigingen zou harstikke goed zijn. Maar je moet niet bij scholen aankloppen of ze na schooltijd nog even willen sporten. De club moet de begeleiding bieden alleen dan kom je bij het probleem kader waardoor dit niet zou werken. Maar vanuit de gemeente zou die faciliterende rol om de hoek komen. Je hebt al die combinatiefuncties. Daar zijn vast mogelijkheden te vinden. Zeker in combinatie met school. Welke mogelijkheden zitten er in de buurt? Er moet iemand zijn die dat gaat coördineren. Daar gaat veel tijd inzitten. Iemand van de gemeente moet dit doen omdat vrijwilligers hier geen tijd voor hebben. Maar er zitten wel veel haken en ogen aan hoor. De gemeente moet dit regelen. Samenwerking gaat lastig als de gemeente hier geen duidelijke, faciliterende, rol in gaat spelen. Er moet worden geïnvesteerd voordat we kunnen ontwikkelingen door fusies bijvoorbeeld. Sportwereld over pakweg 10 of 20 jaar Dan moet je gezien de kostenfactor maatschappelijk naar samenwerking en naar herinrichting van de sportparken. Alle individuele sportparken moeten naar grootschalige parken. Waar het leuk is om te zijn met goede voorzieningen. Samenwerking in de zin van fuseren naar grote sportparken. Er zijn genoeg sportparken aanwezig, Amstelwijck is lastig omdat het afgezonderd ligt. De rol van de ouders is ook belangrijk. Veel ouders hebben niks met de club van hun kind. Daar kunnen ook mogelijkheden liggen. Ouders is een heel belangrijk item. Kan leiden tot vrijwilligersoplossing. Zaalvoetbal: kans binnen het voetbal. DZS is eigen bond. En daarmee is samenwerking met andere voetbalclubs wel moeilijk. Zaalvoetbal is enorm populair, allochtonen willen vaak zaalvoetballen en kunnen het goed. In de visie van de KNVB is dit heel belangrijk. Maar clubs staan er niet geheel open voor door blessures etc. maar biedt ook kansen, kijk maar naar Gorinchem en Rotterdam etc.
Respondent 3: Mike Nijenhuis, lid Algemeen Bestuur gymnastiek Nr. Fragmenten 5.1 Deze club heeft bestuurlijke problemen gehad. Er waren geen mensen die de taken van de voorzitter konden opvangen. Ik denk dat dit bij veel verenigingen het geval is. Bij veel verenigingen zitten oudere mensen in het bestuur. Wanneer deze wegvallen verdwijnt veel kennis. 5.2 We hebben nu een switch gemaakt van gravelbanen naar allweather banen. Dit heeft ons een ledensprong opgeleverd, van 750 naar 950 en nu zakken we iets af. Is een landelijke trend. 5.3 Wij hebben weinig problemen met ledenaantallen maar we zien wel dat dit afneemt (ook landelijk gezien). Andere Dordtse verenigingen zoals Thialf zijn flink teruggevallen in aantal leden. We hebben teveel clubs in Dordrecht. Ik denk dat fuseren wel lastig is. Er zijn 3 verenigingen met eigen grond en die hebben niet de neiging om verenigingen in zich op te nemen. Ooit wat geprobeerd met DASH maar de clubs hebben toch een eigen identiteit dus gaat moeilijk. Wij hebben genoeg ruimte en hebben nog veel uitbreidingsmogelijkheden, wij hebben daardoor ook weinig tot geen problemen 5.4 Mijn vereniging heeft de verplichting dat ieder lid minimaal 4
nodig hebben.
Rol gemeente: weinig mogelijkheden om kader op te lossen.
Positief over maatschappelijke rol. Rol gemeente: Faciliterend, combinatiefuncties? Iemand moet coördineren. Mogelijkheden voor de gemeente: ++
Rol gemeente duidelijk: faciliteren van verenigingen Toekomst: herinrichting sportparken. Grootschalig, omni-verenigingen!
Grote kans: zaalvoetbal (beachvoetbal?)
Open codering code / label Probleem: bestuurlijke problemen, worden niet opgevangen.
Ontwikkeling: van ledengroei door allweather banen naar langzame ledendaling (landelijke trend) Ontwikkelingen: ledendalingen, verenigingen met problemen, teveel verenigingen, fuseren moeilijk
Verplichte vrijwilligerstaken, daardoor
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 98
5.5
5.6
5.7
5.8
5.9
5.10
5.11
5.12
5.13
5.14
bardiensten per jaar draait. Dit werkt goed want we hebben nooit problemen met het kader. Iedere verenigingen heeft zo zijn eigen probleempjes, en lost dat ook op haar eigen manier op. Wij hebben dus een bestuurlijk probleem. Een ander probleem is een gat in de leeftijdscategorieën. Jongeren gaan buiten de stad studeren en kunnen daar ook tennissen. Hierdoor verdwijnen er veel leden in deze groep. Proberen dit op te lossen door leeftijdskortingen te geven tot 25 bijvoorbeeld. We hebben sinds kort gesprekken met de naastgelegen hockeyclub (DMHC). Wij zien zekere mogelijkheden in samenwerking tussen verschillende clubs uit verschillende takken van sport. Af en toe hebben clubs op hetzelfde complex dezelfde belangen. Hierdoor kunnen we samen de oplossing zoeken. Zoals nu met gezamenlijk internet. In het verleden hebben we combi-lidmaatschappen gehad. Dit liep niet heel goed. Leverde maar weinig nieuwe leden op. De bond regelt andere wervingsacties voor ons. Die regelt bijvoorbeeld de promotie en daarvoor moeten we wel samenwerken met andere tennisverenigingen. Organiseren natuurlijk tennistoernooien en samen met DASH hebben we een tennishal. Wij zijn vrij autonoom, we hebben geen gemeente nodig. Wij doen alles zelf, het gaat goed met deze club. met de andere verenigingen weet ik niet zo goed. Weet wel dat er verschillende problemen hebben gespeeld tussen de gemeente en Thialf. Ook DLTC had wel problemen met de gemeente Er zijn verschillende plannen geweest om omni-verenigingen te ontwikkelingen. Mijn ervaring zegt dat samenwerking tussen verenigingen ontzettend moeizaam gaat. Als club veel moeite gehad met de voetbalverenigingen die tennis gingen organiseren. Daar zitten de mindere tennissers en dat is een hele grote groep mensen. Dat scheelt ons toch wel een boel leden. Rol van de gemeente was niet zo goed in het conflict met dubbeldam. Heel terughoudend. Vind ik kortzichtig, er zijn genoeg mogelijkheden te verzinnen. Ik vind dat de gemeente te lang in hetzelfde project blijft hangen Toekomst: De hockey hiernaast knalt bijna uit z’n voegen. Korfbal bestaat uit erg veel verenigingen. De voetbal zie ik geen problemen. Ik zie maar weinig schokkende veranderingen. Misschien moet het op een andere manier aangeboden moeten worden. Misschien moet de gemeente iets aanbieden. Rol gemeente: Alle jeugd verzamelen en dat gaan we in combinatie met scholen iets doen. Ik vind dat er maar weinig in combinatie met scholen wordt gedaan. We hebben het zelf geprobeerd met scholen. Alleen dan moesten de leraren zelf trainingen gaan geven, en dan kregen we weer dat de verenigingen te ver van de scholen af liggen. Allemaal problemen. Verenigingen en maatschappelijk: We zijn bezig geweest met Buitenschoolse opvang. Hier ging het goed maar bij andere sportverenigingen ging dat mis omdat de gemeente de huurtarieven omhoog deed. Omdat de accommodaties alleen voor niet-commerciële doeleinden gebruikt moesten worden en dit is toch commercieel. Dat is een reden geweest om het te stoppen. Daar heeft de gemeente dus dwars gelegen. We wilden alleen de gelegenheid geven dat het park vaker gebruikt worden. Kinderen vriendjes mee laten nemen die gratis mogen tennissen.
geen kaderprobleem Problemen met jongeren die verdwijnen, oplossing: leeftijdsgebonden korting.
Samenwerkingsmogelijkheden met andere clubs en andere sporten: ++!
Bond heeft belangrijke positie voor ledenwerving!!! Verenigingen proberen samen te werken, moeizaam: CC geen contact met gemeente, andere clubs hebben wel problemen. Rol van de gemeente? --?
Omniverenigingen: -Samenwerking: -Ontwikkeling: voetbalverenigingen die tennis organiseren: meer clubs met minder leden, gevaarlijk Rol gemeente: --
Weinig veranderen: ander sportaanbod Rol van de gemeente: faciliteren
Rol gemeente: komen met initiatieven. Veel te veel problemen als je het zelf moet organiseren
Rol gemeente: --! Gemeente lag dwars bij goede initiatieven van verenigingen
Kans!
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 99
Eerste samenvoeging (maximaal coderen = categorieën zoeken) Ontwikkelingen: Fuseren van sportverenigingen is aan de orde geweest in 5 van de 5 takken van sport (1) Eerdere initiatieven tot samenwerkingen zijn geweest (open dagen, toernooien) (2) Ook blijkt dat het aantal verenigingen in de komende jaren zal afnemen (1) Toekomstvisie sportparken (1) Individualisme (2) Flinke ledendalingen (1) Samenwerkingsmogelijkheden: Van tevoren weten wat de samenwerking kan gaan opleveren Samenwerking is vaak een initiatief van verenigingen Samenwerkingsmogelijkheid: scholen en verenigingen Samenwerkingsmogelijkheid: exposure van topsport gebruiken Samenwerking buiten de corebusiness om (technisch, kader etc.) Samenwerking tussen verenigingen gaat maar moeizaam, is lastig voor elkaar te krijgen, Voor praktische problemen wordt al ontzettend veel samengewerkt tussen verenigingen, zonder dat de gemeente hier iets voor doet Verenigingen kunnen elkaars problemen oplossen Fuseren! Omni-verenigingen Initiatieven van sportverenigingen: Zaterdag en zondagverenigingen combineren Verenigingen zijn nadrukkelijk op zoek naar meer samenwerkingsmogelijkheden (++++) Vernieuwend sportaanbod (+++) Focus op jongere mensen (leden als vrijwilligers) Omni-verenigingen (+++++) RTC Maatschappelijk werk Wensen en behoeften van sportverenigingen: Meer taken voor de gemeente Meer contact tussen verenigingen Gemeente die met goede initiatieven komt (ondersteunen) Minder verenigingen, meer fusies Praktische problemen makkelijk op kunnen lossen Huidige rol van de gemeente Dordrecht: Een rem voor verenigingen Op dit moment heeft het Sportbedrijf geen meerwaarde voor het werven van leden, bonden daarentegen wel Combinatiefunctionaris (++++) Rol Sportraad (-----) (Gedateerd) De gemeente ondersteunt niet goed Rol van de gemeente is op dit moment onvoldoende (----) Mogelijk meerwaarde gemeente Dordrecht: Faciliterend worden, veel meer dan nu Ondersteunend zijn Wees de verbindende schakel tussen verenigingen tussen verschillende sporten, scholen.. Meer de samenwerking met verenigingen zoeken Kijk meer naar de grote sporten meeste potentie Flexibeler worden, niet alles voor de komende jaren vastzetten
Tweede ordening, selective coding = centrale begrippen zoeken. Samenwerking: Wensen en behoeften: Huidige rol gemeente Dordrecht: Mogelijke meerwaarde gemeente Dordrecht:
Verenigingen staan open voor samenwerking Gemeente moet meer inbreng brengen De rol van de gemeente is op dit moment onvoldoende om de verenigingen goed te kunnen ondersteunen De verenigingen zouden graag zien dat de gemeente Dordrecht (Sportraad en Sportbedrijf) meer energie steekt in het ondersteunen en faciliteren van de Dordtse sportverenigingen. Hierdoor kunnen vooral de praktische problemen snel en effectief worden opgelost.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 100
7: Topiclijst diepte-interviews gemeente Dordrecht Beste Arno en Leendert, Dit document bevat resultaten komend uit de diepte-interviews met enkele leden van het Algemeen Bestuur van de Sportraad. Het betreft hier de sporten voetbal, tennis, korfbal, gymnastiek en volleybal. Daarnaast heb ik ook de vragen die ik aan jullie wil stellen toegevoegd. Zodat u van tevoren kunt zien welke kant het gesprek op gaat. Het doel van het onderzoek is om erachter te komen hoe de Dordtse sportverenigingen door samen te werken hun financiële- en organisatorische problemen op kunnen lossen en wat voor rol de gemeente Dordrecht hierin kan spelen. Zoals bekend heeft het kwantitatief onderzoek weinig informatie opgeleverd. Daarom is de keuze gemaakt om mijn onderzoek te verdiepen door middel van diepte-interviews met zowel sportverenigingen als de gemeente Dordrecht. Voor deze onderzoeksfase zijn enkele onderzoeksvragen opgesteld: -
Zien sportverenigingen mogelijkheden in samenwerking met andere sportverenigingen, zowel binnen als buiten de eigen tak van sport? Hebben de Dordtse sportverenigingen zelf initiatieven ter verbetering van hun financiële- en organisatorische problemen? Wat zijn wensen en behoeften van sportverenigingen omtrent mogelijke oplossingen voor de verbetering van de financiële- en organisatorische problemen? Wat voor meerwaarde kunnen het Sportbedrijf en de Sportraad leveren in de samenwerking tussen sportverenigingen?
Van bovenstaande onderzoeksvragen zijn onderwerpen gemaakt. Deze onderwerpen zijn behandeld en hieronder volgt een samenvatting: - Recente ontwikkelingen In alle (lees: voetbal, tennis, korfbal, gymnastiek en volleybal) takken van sport zijn in de afgelopen jaren verschillende fusies geweest. Reden voor een fusie was vaak omdat een vereniging het hoofd niet langer boven water kon houden. Sommige verenigingen zijn opgeheven en de leden zijn ondergebracht bij andere verenigingen. Alle takken van sport ervaren ledendalingen, mogelijk komt dit door een maatschappelijke ontwikkeling die landelijk speelt, individualisme. Deze ontwikkeling is door meerdere mensen genoemd. Gevolg hiervan is de verwachting dat het aantal sportverenigingen in de komende jaren zal afnemen. Alleen de gymnastieksport denkt geen verenigingen te verliezen. De afgelopen tijd is er gesproken over ‘Toekomstvisie sportparken’. Centraal onderwerp hierin is de vraag hoe sportparken effectief kunnen worden ingedeeld. Een juiste indeling kan als gevolg hebben dat verenigingen intensiever gaan samenwerken of zelfs onder één dak komen te leven. Hierdoor ontstaat een omnisportvereniging. Een vereniging waar verschillende sporten worden beoefend. Uit de gesprekken blijkt dat sportverenigingen niet zozeer zitten te wachten op maatregelen die het aantal leden ten goede komt. Reden hiervoor is dat ze denken dat er al zoveel aan is gedaan en het blijkbaar geen effect had. Ledendaling is een maatschappelijke ontwikkeling waar maar weinig tegen gedaan kan worden. Liever hebben de verenigingen dat praktische problemen kunnen worden aangepakt. Verbetering van accommodatie, delen van kennis. Effectief kunnen werken met andere partijen. Wanneer dit goed loopt is de kans groter dat het ledenaantal weer gaat groeien.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 101
- Samenwerkingsmogelijkheden In het verleden hebben sportverenigingen al samengewerkt. Dit waren vaak initiatieven van de verenigingen zelf, met wisselende resultaten als gevolg. Alle sporten geven aan dat het moeizaam is om tot een goede samenwerking te komen omdat het onbekend is tot wat voor resultaat de samenwerking gaat leiden. Iedere vereniging heeft eigen belangen en dat moet goed afgestemd worden. Hier missen de verenigingen wat ondersteuning van de gemeente Dordrecht. De verschillende takken van sport zien in dat verenigingen elkaars problemen kunnen oplossen, al gaat het hier voornamelijk om praktische problemen. Zoals kader, accommodatie of technische kennis. Ook bleek uit de gesprekken dat fuseren misschien wel een goede oplossing gaat worden in de nabije toekomst. Tot slot zien sportverenigingen ook veel mogelijkheden in samenwerking met scholen en topsport. De belangrijkste doelgroep zit op de basisschool en de exposure van een topsportevenement heeft een sterke invloed op de breedtesport. - Initiatieven van en voor sportverenigingen Sportverenigingen zien het combineren van zaterdag- en zondagverenigingen als goed initiatief. Daarnaast zijn de verenigingen ook continue op zoek naar allerlei vormen van samenwerking. Dit kan met andere sportverenigingen, met scholen, met kinderopvang enzovoorts. De verenigingen denken aan vernieuwend sportaanbod, zoals Beach korfbal, beachvolleybal en zaalvoetbal. Hierdoor ontstaan betere kansen om jongere doelgroepen aan te trekken, want dat is de groep waar de verenigingen zich op willen richten. Zowel om aan te trekken als lid als om aan te sporen vrijwilligerswerk te doen, om zo het verlies van bestuursfuncties op de lange termijn op te kunnen vangen. Alle takken van sport kwamen uit zichzelf met het idee van een omnisportvereniging. Tot slot is ook een maatschappelijke positionering van de vereniging positief ontvangen. Het geven van huiswerkbegeleiding en kinderopvang is in het verleden geprobeerd. Dit werd echter teruggeroepen door de gemeente Dordrecht omdat de sportverenigingen voor commerciële doeleinden werden gebruikt. - Mening over de rol van gemeente Dordrecht Op dit moment zijn de leden van het algemeen bestuur van de vijf grootste takken van sport er unaniem over eens dat de huidige ondersteuning van de gemeente Dordrecht onvoldoende is. Er wordt zelfs gesproken dat verenigingen worden afgeremd door de gemeente. De Sportraad wordt als gedateerd beschouwd, er wordt gedacht aan een nieuwere vorm van een Sportraad. Waar sportverenigingen intensiever in contact komen met elkaar, zonder een tussenpersoon (Sportraad). Tot slot kan het Sportbedrijf op dit moment geen meerwaarde betekenen voor het werven van leden. Dit is meer een taak die weggelegd is voor sportbonden. De acties die het Sportbedrijf nu uitvoert om sportparticipatie te verhogen is goed, maar de gemeente moet zich hier niet ook met de verenigingen op richten. Liever het oplossen van andere problemen. De inzet van combinatiefuncties wordt wel als positief ervaren. Daarnaast is men tevreden over de invulling van het Dagelijks Bestuur van de Sportraad omdat dit gekwalificeerde personen zijn.
- Wensen en behoeften Sportverenigingen hebben erg de behoefte aan ondersteuning. Meer dan de gemeente Dordrecht op dit moment biedt. De verenigingen kijken heel positief naar vernieuwingen, samenwerkingen en zelfs fusies. Wel zouden ze graag zien dat de gemeente Dordrecht hier de leiding neemt. Dat de initiatieven van verenigingen serieus worden bekeken. De gemeente moet een faciliterende rol spelen waardoor verenigingen makkelijk in contact kunnen komen met andere verenigingen, effectiever en efficiënter kunnen samenwerken en de gemeente daarvoor de verbindende schakel is. Breedtesport is net zo belangrijker als topsport en dat moet duidelijk zijn. Topsport kan worden gebruikt om breedtesport te verbeteren en andersom. Er zijn ontzettend veel simpele mogelijkheden om praktische problemen op te lossen, de gemeente moet daarvoor wat flexibeler worden. Verenigingen hebben niet altijd de gemeente nodig en samenwerking zou veel makkelijker kunnen als de gemeente er nu veel energie in steekt waardoor de verenigingen in de toekomst op eigen kracht kunnen effectiever kunnen werken.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 102
In bovenstaande tekst staan uitspraken die ik graag met jullie wil bespreken. Onderstaand volgen de interviewvragen. Interviewvragen: Uitspraken van verenigingen - Wat vindt u van bovenstaande informatie? Ontwikkelingen - Kunt u recente gebeurtennissen/ontwikkelingen herinneren omtrent samenwerking tussen verenigingen onderling? Samenwerking - Hoe ziet u samenwerking tussen verenigingen voor u? - Verenigingen willen graag praktische problemen effectief op kunnen lossen, hoe kan dat volgens u? - Ziet u in andere vormen van samenwerking potentie? (met scholen, bedrijfsleven) Huidige rol Sportbedrijf en Sportraad - Wat vindt u van de huidige rol van het Sportbedrijf en de Sportraad? - Wat is het sterke punt van de gemeente Dordrecht, als het gaat om het bieden van ondersteuning aan verenigingen? - Wat zijn verbeterpunten volgens u? Meerwaarde Sportbedrijf en de Sportraad ‘De verenigingen willen graag samenwerken, maar de gemeente moet dit faciliteren.’ - Wat voor meerwaarde moet het Sportbedrijf bieden? o Is het zijn van een faciliterende rol mogelijk? Op het gebied van financiën, personeel, tijd etc. - Wat voor meerwaarde kan de Sportraad bieden? o Is de huidige invulling van de AB-vergaderingen voldoende? Wensen en behoeften - Wat wilt u als gemeente Dordrecht betekenen voor sportverenigingen? Overig - Waar ziet u nog meer kansen, buiten samenwerking tussen verenigingen om? Toekomstbeeld - Hoe ziet u de toekomst van de sportvereniging in Dordrecht in? - De rol van het Sportbedrijf en de Sportraad?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 103
8: Transcripten diepte-interviews gemeente Dordrecht Diepte-interview met Arno van Gerven, algemeen directeur Sportbedrijf Dordrecht, 11-08-2014 Tim: Wat vindt u van de uitspraken van de verenigingen? Arno: Duidelijk wordt is dat de gemeente Dordrecht graag wilt maar dat het niet goed overkomt. Wij willen ook graag de samenwerking tussen verenigingen bevorderen en minder kijken naar individuele verenigingen, meer naar de overeenkomsten. Dus hoe kunnen de verenigingen elkaar helpen. Wij slagen er dus niet in om daar een goede methode/vorm op te zetten. Wat we nu doen zijn individuele ondersteuningen (combinatiefunctionaris), informatie avonden, sportportal in de lucht. Dit allemaal is dus niet voldoende om de behoeften van verenigingen te faciliteren. Dat is een duidelijk signaal. Er zitten ook een paar aannames in die ik wil toelichten. Dat is namelijk een beeld wat zij hebben wat niet echt klopt. Het gaat om het signaal dat harstikke positief is. De verenigingen willen samenwerken en men weet niet hoe. En daar zie ik de toegevoegde waarde voor het Sportbedrijf en de Sportraad. Het is moeilijk om als individuele club de hele stad te overzien + de problemen/behoeften van collega’s. Ik zie daar een belangrijke rol weggelegd voor ons en sportbonden. Het schiet me niet te binnen wat er precies anders moet. Daar ligt zeker een rol voor de Sportraad in. Zij hebben het contact met de verenigingen. Je zou juist zeggen dat het daar zelfs niet ligt. Samenwerking moet veel meer een thema worden. En hoe wij ons daar in plaatsen. Tim: Technologie? Is dat bruikbaar voor nieuwe vormen? Arno: Ik denk dat het en en en is. Je moet de behoeften echt scherp in beeld hebben. Technologie is zeker bruikbaar. Ik hoor een beetje dat verenigingen heel veel kleine praktische problemen hebben. Daar moeten misschien nieuwe oplossingen voor, of er is te weinig aandacht geweest. We moeten goed nadenken. Een goede penningmeester die een probleem heeft opgelost bij club A en dit ook kan bij B,C en D maar dit niet kan overbrengen. Ja dat is zonde natuurlijk. Ik denk dat op dit moment een groot probleem communicatie is. Tim: De behoeften zijn hetzelfde, maar de communicatie over elkaars behoeften is dan niet voldoende? Arno: Ja. Ik vraag me af welke middelen er nou nodig zijn om van elkaar te weten wat er nou speelt. Dat is een lastig communicatievraagstuk. Tim: De verenigingen zeiden ook dat zij zelf wel met initiatieven zijn gekomen, maar dat de gemeente daar dan een rem was. Wat vind je daarvan? Arno: er zijn wel 2 dingen. De rol van de gemeente die kent 2 complexe factoren. Er zijn nou eenmaal regels en dat kost veel moeite. Soms is iets ingewikkeld. En de andere club kunnen we niet helpen en de andere wel. Je zit met 110 clubs die je allemaal gelijk moet behandelen. Je moet die samenwerking daarom ook wel op een hoger niveau insteken. Individueel tussen clubs en gemeente dan wordt samenwerking echt lastig. Nu is een deelopdracht samenwerking tussen verenigingen opbouwen. Ik denk dat er meer aandacht aan moet worden besteed. Ik denk dat dat op dit moment in de Sportraad uit balans is. De Sportraad is de perfecte
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 104
setting. Maar dan moeten de vertegenwoordigers weten wat er speelt, ze moeten een verlengstuk van zijn of haar tak van sport zijn. En de gemeente moet daar op willen en kunnen inspelen. Dan stel je dus een cruciale vraag. Als je niet naar samenwerking kan kijken als gemeente zijnde vanuit het belang van het voortbestaan van die club. Dan komen we er nooit. Het probleem is te groot en de behoefte aan samenwerking geeft het antwoord. Het doel is niet om alle clubs overeind te houden. Het doel is om zoveel mogelijk mensen aan het sporten te krijgen. Dit vraagt een goede vorm van communicatie. Anders kom je niet verder. Tim: Met wie moeten de verenigingen samenwerken, tak of op een complex bijvoorbeeld? Arno: Mag opzich allemaal. Het moet goed gedeeld worden en de samenwerkingsvormen moeten open staan voor nieuwe geïnteresseerden. Waar ligt die samenwerkingsvorm? Dat moet aan de voorkant worden gemaakt. Ledenwerving is een cruciaal punt. Het doel moet uiteindelijk zijn het verhogen van het aantal sporters. De verenigingen moeten willen blijven groeien. Zoveel mogelijk mensen moeten sporten. Verenigingen horen zo veel mogelijk leden te willen hebben. Natuurlijk kan het dat verenigingen even minder focus leggen op het werven van leden, als andere behoeften even voorrang genieten. Tim: Recente ontwikkelingen? Arno: Ik zie verenigingen best wel goed samenwerken met vallen en op staan, ook op sportparken. Ik zie samenwerking stranden en ook zie ik nog geen olievlek ontstaan. Ik hoor er wel steeds meer over, dat de behoefte aanwezig is, maar het gebeurt nog niet structureel. Het is een zoektocht in gedeelde behoeften, daarom snap ik ook heel erg goed dat ze de gemeente vragen meer te ondersteunen en meer te faciliteren. Een andere recente ontwikkeling is dat ik individuele verenigingen bezig zie. Dat ik ze zie met ander aanbod. De ene wilt kinderopvang, de andere wilt fysiotherapie. Dat moeten we een beetje clusteren. Als verenigingen dit individueel gaan doen werken we ongelofelijk veel in versnippering. Waar we allemaal op de lange termijn last van gaan krijgen. Er moet gewoon een grotere vorm van samenwerking zijn. Tim: Wordt dat al vaak genoeg gemonitord, hoe de verenigingen ervoor staan en wat de wensen en behoeften zijn? Arno: we komen uit een tijd dat nieuwe ideeën altijd goed waren. Die gingen we dan doorvertellen. En nu komen we in een fase dat het noodzaak is dat we moeten samenwerken. En dan zie je nu ook dat er druk op komt en dan het dan lastiger is om voor elkaar te krijgen. Bij moeten gaan we allemaal redeneren uit eigenbelang. Daarom is samenwerking zo logisch maar heel moeilijk. Daarom snap ik ook dat er kritische noten op ons komen. Tim: En andere vormen van samenwerking? Zoals bedrijfsleven en scholen? Arno: bonden en verenigingen moeten nadenken over hun sportaanbod en de wijze waarop ze het aanbieden in de toekomst. Dan word je ook weer interessant voor de partijen die daar belang bij hebben. Op dit moment gaat dat niet gebeuren. Is gewoon niet interessant genoeg. Tim: Wat moet de Sportraad en het Sportbedrijf nog in groeien?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 105
Arno: Op dit moment blijken we niet goed genoeg. Het moet ook altijd beter. We moeten anticiperen of een andere sportwereld. Wat is het doel? En met wie bereik je dat doel? Het doel is niet om iedere club overeind te houden. De verenigingen zijn het belangrijkste middel om de Dordtenaar te laten sporten. We moeten allemaal werken aan een andere invulling van onze rol. Iedereen heeft nu een beetje ontdekking gedaan, maar het is niet bekend bij elkaar. Dat moet in beeld komen. We moeten iets verzinnen hoe we dat met elkaar gaan doen en jouw onderzoek is daar de start van. Tim: hoe zie je dat voor je? Arno: Dat loopt altijd door. Over een aantal grote ding moet je nadenken over de toekomst. We doen dat nu voor de accommodaties door toekomstvisie sportparken en dat is een prima vorm. Dat kan ook een goede manier zijn om eens goed na te denken over de toekomstvisie sportverenigingen. Je moet de confrontatie misschien een beetje opzoeken. Het is gewoon doorgaan, maar we moeten nadenken of de we communicatie en de focus moeten verbeteren en hoe. Tim: Heb jij al een idee? Arno: Nou nee, het houdt me al een lange tijd bezig. Het kan eigenlijk niet anders dan de huidige vorm. We hebben een Sportraad en we hebben een bekwaam DB en we hebben een zeer modern Sportbedrijf. Dan heb je toch alle ingrediënten. wel moeten we zorgen dat dit goed samenvalt. De vertegenwoordiging in de Sportraad moet goed geregeld zijn. Misschien moet er wel rust in de tent komen. Als we zeggen dat we ons de komende periode focussen op de toekomst van sportparken. Dan krijg je vanzelf discussies. Misschien moeten er 3 sporten voor samenwerking zijn. Dan heb je accommodatie, verenigingen en nog iets. Ook takken van sport praten maandelijks met elkaar. Over recente gebeurtenissen. Een ander spoor wat me nu te binnen schiet is de Sportboulevard. Daar zitten alle indoor, zwem verenigingen. Hoe makkelijk kan samenwerking dan zijn? Maar er is geen overleg tussen die partijen. En die is er wel geweest. Iedereen wilt samenwerken als de basis goed geregeld is. Daar moeten we een beetje uit. Tim: hoe zie je fusies voor je? Arno: Ik vind dat sportaanbod en ontwikkeling, dat is mensenwerk. Als je een goed bestuur en goede trainers heb dan ben je al heel ver. En als een club dat niet voor elkaar krijgt. En dat structureel speelt, dan moet zo’n club (en andere) bereid zijn om te zoeken naar andere vormen. We moeten kritisch worden met elkaar. Als iets al jaren niet lukt, dan lukt dat het volgende jaar waarschijnlijk ook niet. Tim: Zie jij nog ergens andere kansen, buiten samenwerking om? Arno: Als sportsector moeten we onszelf opnieuw uitvinden. Een hardloopclubje met een personaltrainer en vroeger was dat gewoon een trainer van de club. De mensen willen net wat alles. Als we het klein houden zijn er prima dingen te verzinnen. Zoals contributie met meerdere clubs. Daar moeten we ze in faciliteren, maar de bonden moeten hier ook een rol in spelen. Iedere sportaanbieder moet zich afvragen of het niet anders moet. Generatie Z, zitten zeker kansen in. Vernieuwend sportaanbod, andere vormen. Dat bedoel ik met heruitvinden. Wat moet er anders.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 106
Tim: Toekomstbeeld, hoe zie je dat? Arno: Dan vind ik niks anders. Wij moeten verenigingen helpen een goede sportinfrastructuur neer te zetten. De toegevoegde waarde van de gemeente is het goed kunnen overzien van de stad en alle verenigingen. Net zoals de bonden oplossingen door heel het land ziet en dat ook moet faciliteren. Je hebt nog steeds de rollen, maar op een andere manier. Nieuwe vraag, nieuwe samenwerkingspartners. Tim: wensen en behoeften van verenigingen en gemeente zijn hetzelfde. Communicatief komt dit niet over waardoor de verenigingen wat negatief waren. Het is een zoektocht naar hoe we elkaar kunnen helpen. Het is een bol klitten die uit de klit moet komen. Zodat het voor beide partijen duidelijk wordt wat er nodig is om samen te werken. Arno: Ja precies. Het is dingen uittesten, elkaar goed informeren. Een simpele oplossing is er niet. Het is een grote uitdaging en zeer complex. Je kan niet bij elke tegenslag het roer omgooien. De Sportraad en het Sportbedrijf moeten de basis faciliteren. Hoeveel informatie avonden, hoe gaan we de confrontatie aan? Hoe gaan we samenwerken? Er moet iets rigoureus komen. Waardoor verenigingen moeten samenwerken en achteraf denken dat het goed ging en dat ze vaker willen samenwerken. Als we iets groots willen doen, moeten die probleempjes die verenigingen hebben wel opgelost zijn. Anders blijf je die in je achterhoofd hebben. Als we samen mooie dingen willen doen, moet dat wel bekend zijn. Diepte-interview met Leendert Makkinga, lid Dagelijks Bestuur Sportraad Dordrecht, 12-08-2014 Tim: wat vond u van de uitkomsten van de interviews die ik al heb gehad? Leendert: 2 dingen begreep ik niet helemaal. Sportraad is wat gedateerd, wordt gedacht aan nieuwe vorm. Sportraad is bedoeld als besluitvormingsorgaan. Algeheel beeld vind ik dat de verenigingen zitten te drukken op het Sportbedrijf en de Sportraad. Maar andersom doen de verenigingen ook maar weinig moeite. Weinig respons bij bijeenkomsten bijvoorbeeld. Gemeente doet vrij veel. Verzekeringen gingen goed, nieuwe btwregeling ging ook goed, vrijwilligersbeleid gaat dan weer niet goed. Verenigingen vinden dat ze het te druk hebben. Tim: Misschien is het daarom ook moeilijk om met oplossingen te komen? Verenigingen willen graag en de gemeente wilt ook graag? Verenigingen missen ondersteuning bij problemen als vrijwilligerstekort.. Leendert: Dan is de vraag, hoe praten we langs elkaar heen? Tussen Sportbedrijf en verenigingen. Er is regelmatig aandacht aan besteed via de SKKV nog wat. Intermediair geweest voor verenigingen die moeite hadden met hun financiën. Ze konden een gepensioneerde boekhouder krijgen. Vrijwilligersvonden etc. De gemeente heeft er vrij veel aan gedaan maar de respons was vrij gering. Is het wel de taak van de gemeente? Wat je merkt door bezuinigingen is dat er vragen komen als moet er wel een Sportbedrijf bestaan? Onder het motto DordtSport vinden we het belangrijk dat mensen sporten. De gemeente vindt het belangrijk om dat te faciliteren. De gemeente ziet verenigingen rare dingen doen. Zoals bij de Lions, Deetos/snel. Tim: Vindt u dan dat de ondersteuning al meer dan voldoende is? Leendert: Het voldoet niet, maar je kunt wel de vraag stellen of het door de inzet van het Sportbedrijf komt of door verenigingen. Het is te gemakkelijk om de schuld bij het Sportbedrijf te leggen.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 107
Tim: Denkt u dat de belangen hetzelfde zijn maar de partijen langs elkaar heenlopen? Hoe zou dat beter kunnen? Leendert: Hangt af van verschillende toevalligheden. Als er een bepaalde klik is over een onderwerp dan loopt dat, dan starten de discussies vanzelf. Je hebt het over individualisme, volgens mij zijn er nog meer ontwikkelingen die tot problemen leiden. Vergrijzing van de bevolking en een vereniging runnen is vele malen lastiger geworden dan een jaar of 20 geleden. Verenigingen vallen dan terug op de overheid. In Utrecht een keer naar een grote vereniging geweest, een omni-vereniging. Ik weet niet of het werkt. Maar je moet meer professionaliseren. Er moeten meer betaalde krachten komen bij verenigingen. Oranje Wit heeft het geluk dat er pensionarissen zijn. Ook hier gaan dingen moeizaam maar bij andere verenigingen gaat het dan nog moeilijker. Tim: Ziet u kansen dat verenigingen elkaar gaan helpen om elkaars problemen op te lossen? En sporten buiten elkaars takken van sport om? Leendert: Ja, als ze ook al bereid zijn om te fuseren. Er is geen noodzaak. Ik zie alleen fusies gebeuren als de gemeente de clubs daartoe gaat dwingen. Er valt tussen verschillende sporten samen te werken. Open dagen, kleedkamers delen, accommodatie geheel delen. Verenigingsmanager delen, scheelt in de kosten. Tim: Ligt de bal dan bij verenigingen of de gemeente? Leendert: Verenigingen moeten dat opbrengen. Het Sportbedrijf draait programma’s en dat kiezen ze niet zelf. Sportbedrijf stapt daar vol enthousiasme in maar na 3 jaar is t geld op. Er is geen continuïteit. De beleidsplannen moeten langer uitgevoerd worden. Als er iets nieuws gedaan wordt moet het 10 jaar duren, maar mede door financiering lukt dat niet. Tim: Hoe verloopt contact tussen verenigingen? Leendert: Bij de voetbal is het contact goed, maar bij sporten als tennis en korfbal is er veel meer concurrentie. Samenwerken zal bij hun ook moeizamer gaan. Op dit moment is voetbal best zorgelijk. Met dubbeldam, eboh en omc. De gemeente bestaat niet alleen uit het Sportbedrijf, je hebt ook grond etc. er zijn zoveel diensten en die diensten werken niet goed samen. daarom werkt samenwerking tussen gemeente en verenigingen ook moeizaam. Het loopt gewoon niet goed, misschien moet de gemeente daar in verbeteren. Een oplossing is gewoon om al persoonlijk iets te zeggen. Tim: Wat vindt u van de huidige rol van het Sportbedrijf en de Sportraad? Leendert: Beetje dubbel. Allemaal subsidiegeneuzel. Sommige zaken is totaal niet interessant voor verenigingen. De Sportraad is een wat makkelijkere ingang dan het Sportbedrijf. Ik zie ook echt de meerwaarde van de Sportraad als belangenbehartiger en als informatievoorziening. We kunnen iets sneller schakelen dan het Sportbedrijf. Het Sportbedrijf heeft het nu gewoon lastig. Het is een beetje uitgekleed de laatste tijd. Er komen zoveel incidenten binnen die opgelost moeten worden. Individueel voor verenigingen wordt het allemaal opgelost en dat werkt gewoon niet. Tim: hoe kan dat beter in de toekomst?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 108
Leendert: Stel dat de Sportraad wordt opgeheven. Als het Sportbedrijf normaal kan communiceren met de verenigingen en je organiseert het goed dan is het voldoende. Je hebt de Sportraad dan ook niet nodig. Bedenk maar iets waardoor verenigingen sneller en makkelijker toegang hebben tot het gemeentelijk apparaat. Tim: Ziet u dan een vorm van een online Sportraad? Leendert: ja waarom niet? Waarom heb je niet een online iets waardoor je snel vragen kunt stellen. Nu moet je steeds bellen. Ga je langs allemaal mensen. Het zou ook kunnen dat verenigingen makkelijker kunnen communiceren via online kanalen. Maar niet alle verenigingen communiceren, zoals het zwemmen. Tim: Wat denkt u dat de Sportraad en het Sportbedrijf in vervolg kunnen betekenen? Leendert: Problemen die er zijn worden natuurlijk aangekaart maar we kunnen het niet oplossen. Niet vaak. Het gemeentelijk apparaat werkt traag, werkt langs elkaar, en zaken worden niet echt opgelost. Voor een ander bedrijf zou het veel makkelijker zijn. Misschien is de besluitvorming traag, veel kleine dingen gaan langs de gemeenteraad. De verenigingen zouden ook wat realistischer verwachtingen moeten hebben van wat de gemeente kan. Ik denk dat daardoor de meeste frustraties wederzijds ontstaan. Zoals alles met Dubbeldam, gaat gewoon moeizaam. Tim: Verenigingen willen dan graag samenwerken met elkaar, hoe ziet u die samenwerking? Leendert: Korfbal is vrij hoog niveau. Maar oranje wit en deetos vechten elkaar de tent uit. Dus samenwerking kan niet overal. Als gemeente kun je wel alles maken, draaiboeken en onderzoeken etc. je kan ze alles faciliteren. Maar uiteindelijk moeten ze het zelf doen. Dus samenwerking kan niet overal. Als gemeente kun je wel alles maken, draaiboeken en onderzoeken etc. je kan ze alles faciliteren. Maar uiteindelijk moeten ze het zelf doen. Tim: ziet u buiten samenwerking nog andere kansen voor verenigingen? Leendert: Ja de facilitaire dingen, gezamenlijke boekhouding, gezamenlijke promotie. Kosten besparen, gebouw delen. De atletiekclubs zitten in hetzelfde gebouw maar kunnen niet samenwerken terwijl een fusie toch wel voor de hand ligt. Het kan allemaal zo makkelijk zijn. Tim: Hoe ziet u de Dordtse breedtesport in 10 jaar? Leendert: er komt een hele moeizame tijd, mede door gebrek aan middelen bij het Sportbedrijf. Ik denk dat het Sportbedrijf zelfstandiger gaat worden. Een aantal gedateerde parken moeten aangepakt worden. Hak knopen door. Tim: U noemt nu verschillende verenigingen of parken, kan het niet veel breder? Dus de gehele sport onder de loep nemen? Leendert: Met de buitensport gebeurt dat wel, maar toch speelt eigenbelang een te prominente rol. Toekomstvisie loopt goed, hebben veel te zeggen en daardoor werkt dat goed. De plannen komen er wel maar hoe gaan we dat financieren. Hoe zie jij dat? Ja het gaat moeizaam, maar dat komt door alle afdelingen. Ook met de verenigingen werkt het moeizaam, je kan ze niet allemaal helpen. En het Sportbedrijf moet alles helder krijgen. Ik krijg geen pot geld om het probleem even op te lossen. Het is heel ingewikkeld. De belangen zijn hetzelfde maar er is niet zo snel een oplossing te verzinnen. De verenigingen moet niet overdreven verwachtingen hebben. De balans is scheef.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 109
9: Coderingsschema Gemeente Dordrecht Respondent 1: Arno van Gerven, algemeen directeur Sportbedrijf Dordrecht Nr. Fragmenten 1.1 De gemeente Dordrecht wilt ook graag de samenwerking tussen verenigingen bevorderen en minder kijken naar individuele verenigingen, meer naar de overeenkomsten. Dus hoe kunnen de verenigingen elkaar helpen. 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
1.7
1.8
De gemeente slaagt er dus niet in om daar een goede methode/vorm op te zetten. Wat we nu doen zijn individuele ondersteuningen (combinatiefunctionaris), informatie avonden, sportportal in de lucht. Dit allemaal is dus niet voldoende om de behoeften van verenigingen te faciliteren. Dat is een duidelijk signaal. Het gaat om het signaal dat harstikke positief is. De verenigingen willen samenwerken en men weet niet hoe. Daar zie ik de toegevoegde waarde voor het Sportbedrijf en de Sportraad. Het is moeilijk om als individuele club de hele stad te overzien + de problemen/behoeften van collega’s. Ik zie daar een belangrijke rol weggelegd voor ons en sportbonden. Het schiet me niet te binnen wat er precies anders moet. Daar ligt zeker een rol voor de Sportraad in. Zij hebben het contact met de verenigingen. Samenwerking moet veel meer een thema worden. En hoe wij ons daar in plaatsen.
1.9
Ik denk dat het en en en is. Je moet de behoeften echt scherp in beeld hebben. Technologie is zeker bruikbaar.
1.10
Ik hoor een beetje dat verenigingen heel veel kleine praktische problemen hebben. Daar moeten misschien nieuwe oplossingen voor, of er is te weinig aandacht geweest. We moeten goed nadenken. Ik denk dat op dit moment een groot probleem communicatie is. De behoeften zijn hetzelfde, maar de communicatie over elkaars behoeften is dan niet voldoende? Arno: Ja. Ik vraag me af welke middelen er nou nodig zijn om van elkaar te weten wat er nou speelt. Dat is een lastig communicatievraagstuk. De rol van de gemeente die kent 2 complexe factoren. Er zijn nou eenmaal regels en dat kost veel moeite. Soms is iets ingewikkeld. En de andere club kunnen we niet helpen en de andere wel. Je zit met 110 clubs die je allemaal gelijk moet behandelen. Je moet die samenwerking daarom ook wel op een hoger niveau insteken. Individueel tussen clubs en gemeente dan wordt samenwerking echt lastig. Nu is een deelopdracht samenwerking tussen verenigingen opbouwen. Ik denk dat er meer aandacht aan moet worden besteed. Ik denk dat dat op dit moment in de Sportraad uit balans is
1.11 1.12
1.13
1.14
1.15
1.16
1.17
1.18
1.19
Maar dan moeten de vertegenwoordigers weten wat er speelt, ze moeten een verlengstuk van zijn of haar tak van sport zijn. En de gemeente moet daar op willen en kunnen inspelen. Het probleem is te groot en de behoefte aan samenwerking geeft het antwoord. Het doel is niet om alle clubs overeind te houden. Het doel is om zoveel mogelijk mensen aan het sporten te krijgen. Dit vraagt een goede vorm van communicatie. Anders kom je niet verder. Het moet goed gedeeld worden en de samenwerkingsvormen moeten open staan voor nieuwe geïnteresseerden. Waar ligt die samenwerkingsvorm? Dat moet aan de voorkant worden gemaakt. Ledenwerving is een cruciaal punt. Het doel moet uiteindelijk zijn het verhogen van het aantal sporters. De verenigingen moeten willen
Open codering code / label Duidelijk signaal Wilt graag dat verenigingen gaan samenwerkingen
Miscommunicatie Om elkaar heen lopen Doet al veel om verenigingen te informeren Faciliterende rol is onvoldoende, ziet gemeente Dordrecht ook Positief signaal; verenigingen die willen samenwerken Toegevoegde waarde Sportbedrijf en Sportraad. Overzien van heel de sport. Belangrijke rol gemeente Dordrecht Onduidelijk wat anders moet Rol voor de Sportraad Samenwerking tussen verenigingen moet een thema worden Toekomstvisie sportverenigingen Technologie bruikbaar Behoeften scherp in beeld krijgen, hoe? Te weinig aandacht geweest voor de problemen die verenigingen hadden Nieuwe oplossingen voor verzinnen Groot probleem: Communicatie Miscommunicatie, om elkaar heen draaien, onduidelijkheid Vraagstuk: welke middelen nodig om erachter te komen wat er speelt Gemeente is complex, veel regels, 110 gelijke verenigingen
Samenwerking op een hoger niveau beginnen, niet individueel doen Samenwerking tussen verenigingen opbouwen is deelopdracht Sportraad uit balans, te weinig aandacht naar samenwerking Ook een belangrijke rol weggelegd voor de verenigingen en vertegenwoordigers Groot, complex probleem. Doel is mensen laten sporten Goede vorm van communicatie is nodig Samenwerkingsvormen Faciliterende rol gemeente Dordrecht Ledenwerving moet altijd het doel blijven, focusverandering kan even
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 110
1.20
1.21
1.22
1.23
1.24 1.25
1.26
1.27
1.28
1.29
1.30
1.31
1.32
1.33 1.34
1.35
blijven groeien. Zoveel mogelijk mensen moeten sporten. Ik zie verenigingen best wel goed samenwerken met vallen en op staan, ook op sportparken. Ik zie samenwerking stranden en ook zie ik nog geen olievlek ontstaan. Ik hoor er wel steeds meer over, dat de behoefte aanwezig is, maar het gebeurt nog niet structureel. Het is een zoektocht in gedeelde behoeften, daarom snap ik ook heel erg goed dat ze de gemeente vragen meer te ondersteunen en meer te faciliteren. Een andere recente ontwikkeling is dat ik individuele verenigingen bezig zie. Dat ik ze zie met ander aanbod. De ene wilt kinderopvang, de andere wilt fysiotherapie. Dat moeten we een beetje clusteren Als verenigingen dit individueel gaan doen werken we ongelofelijk veel in versnippering. Waar we allemaal op de lange termijn last van gaan krijgen. Er moet gewoon een grotere vorm van samenwerking zijn. Samenwerking is zo logisch maar heel moeilijk. Daarom snap ik ook dat er kritische noten op ons komen. bonden en verenigingen moeten nadenken over hun sportaanbod en de wijze waarop ze het aanbieden in de toekomst. Dan word je ook weer interessant voor de partijen die daar belang bij hebben. Op dit moment gaat dat niet gebeuren. Is gewoon niet interessant genoeg. Het moet ook altijd beter. We moeten anticiperen of een andere sportwereld. Wat is het doel? En met wie bereik je dat doel? Het doel is niet om iedere club overeind te houden. De verenigingen zijn het belangrijkste middel om de Dordtenaar te laten sporten. We moeten allemaal werken aan een andere invulling van onze rol. Iedereen heeft nu een beetje ontdekking gedaan, maar het is niet bekend bij elkaar. Dat moet in beeld komen. We moeten iets verzinnen hoe we dat met elkaar gaan doen en jouw onderzoek is daar de start van. Dat loopt altijd door. Over een aantal grote ding moet je nadenken over de toekomst. We doen dat nu voor de accommodaties door toekomstvisie sportparken en dat is een prima vorm. Dat kan ook een goede manier zijn om eens goed na te denken over de toekomstvisie sportverenigingen Je moet de confrontatie misschien een beetje opzoeken. Het is gewoon doorgaan, maar we moeten nadenken of de we communicatie en de focus moeten verbeteren en hoe. het houdt me al een lange tijd bezig. Het kan eigenlijk niet anders dan de huidige vorm. We hebben een Sportraad en we hebben een bekwaam DB en we hebben een zeer modern Sportbedrijf. Dan heb je toch alle ingrediënten. wel moeten we zorgen dat dit goed samenvalt. De vertegenwoordiging in de Sportraad moet goed geregeld zijn. Misschien moet er wel rust in de tent komen. Als we zeggen dat we ons de komende periode focussen op de toekomst van sportparken. Dan krijg je vanzelf discussies. Misschien moeten er 3 sporten voor samenwerking zijn. Dan heb je accommodatie, verenigingen en nog iets. De Sportboulevard. Daar zitten alle indoor, zwem verenigingen. Hoe makkelijk kan samenwerking dan zijn? Maar er is geen overleg tussen die partijen. En die is er wel geweest maar teveel eigenbelang. Als sportsector moeten we onszelf opnieuw uitvinden Toekomstbeeld: Wij moeten verenigingen helpen een goede sportinfrastructuur neer te zetten. De toegevoegde waarde van de gemeente is het goed kunnen overzien van de stad en alle verenigingen. Net zoals de bonden oplossingen door heel het land ziet en dat ook moet faciliteren. Je hebt nog steeds de rollen, maar op een andere manier. Nieuwe vraag, nieuwe samenwerkingspartners. Tim: wensen en behoeften van verenigingen en gemeente zijn hetzelfde. Communicatief komt dit niet over waardoor de verenigingen wat
maar niet permanent Wordt goed samengewerkt, sporadisch. Behoefte om samen te werken is duidelijk aanwezig. Mist structuur Complexe zoektocht in behoeften Logisch gevolg: gemeente die een meer faciliterende rol moet nemen Recente ontwikkeling: individualisme
Ander aanbod dan sportaanbod kan leiden tot versnippering Moet grotere vorm van samenwerking zijn Samenwerking is nieuw, maar lastig. Daarom is gemeente belangrijk Niet interessant op dit moment vanwege de slechte ontwikkelingen bij verenigingen. Eerst kijken naar hoe sport wordt aangeboden Gemeente Dordrecht moet ook nog stappen maken
Belang van dit onderzoek, nader tot elkaar komen. Op dit moment zijn elkaars behoeften niet bekend Toekomstvisie sportparken werkt goed Mogelijkheid: toekomstvisie sportverenigingen
Confrontatie opzoeken, hoe communiceren, waarop focussen en hoe Huidige vorm moet werken, zeer goede ingrediënten, moet goed samenvallen
Mogelijk rust in de tent, komende maanden focus op verenigingen, hoe? Welke instrumenten? 2 belangrijke thema’s die bespreekbaar zijn Samenwerking kan zo makkelijk zijn, er moet duidelijke communicatie zijn en een duidelijk beleid. Opnieuw beleid maken samenwerking Goede sportinfrastructuur neerzetten, rol van de gemeente
Veel onduidelijkheden terwijl dit niet hoeft, de faciliteiten zijn aanwezig
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 111
negatief waren. Het is een zoektocht naar hoe we elkaar kunnen helpen. Het is een bol klitten die uit de klit moet komen. Zodat het voor beide partijen duidelijk wordt wat er nodig is om samen te werken.
1.36
Arno: Ja precies. Het is dingen uittesten, elkaar goed informeren. Een simpele oplossing is er niet. Het is een grote uitdaging en zeer complex. Je kan niet bij elke tegenslag het roer omgooien. De Sportraad en het Sportbedrijf moeten de basis faciliteren. Hoeveel informatie avonden, hoe gaan we de confrontatie aan? Hoe gaan we samenwerken? Er moet iets rigoureus komen. Waardoor verenigingen moeten samenwerken en achteraf denken dat het goed ging en dat ze vaker willen samenwerken. Als we iets groots willen doen, moeten die probleempjes die verenigingen hebben wel opgelost zijn. Anders blijf je die in je achterhoofd hebben. Als we samen mooie dingen willen doen, moet dat wel bekend zijn.
Respondent 2: Leendert Makkinga, lid Dagelijks Bestuur Sportraad Dordrecht Nr. Fragmenten 2.1 Sportraad is wat gedateerd, wordt gedacht aan nieuwe vorm. Sportraad is bedoeld als besluitvormingsorgaan 2.2
2.3 2.4
2.5 2.6 2.7
2.8
2.9
2.10
2.11
2.12
2.13 2.14
Algeheel beeld vind ik dat de verenigingen zitten te drukken op het Sportbedrijf en de Sportraad. Maar andersom doen de verenigingen ook maar weinig moeite. Weinig respons bij bijeenkomsten bijvoorbeeld. Gemeente doet vrij veel. Verzekeringen gingen goed, nieuwe btwregeling ging ook goed, vrijwilligersbeleid gaat dan weer niet goed. Verenigingen vinden dat ze het te druk hebben. Dan is de vraag, hoe praten we langs elkaar heen? Tussen Sportbedrijf en verenigingen. Er is regelmatig aandacht aan besteed via de SKKV nog wat. Intermediair geweest voor verenigingen die moeite hadden met hun financiën. Ze konden een gepensioneerde boekhouder krijgen. Vrijwilligersvonden etc. De gemeente heeft er vrij veel aan gedaan maar de respons was vrij gering. Is het wel de taak van de gemeente? Wat je merkt door bezuinigingen is dat er vragen komen als moet er wel een Sportbedrijf bestaan? Onder het motto DordtSport vinden we het belangrijk dat mensen sporten. De gemeente vindt het belangrijk om dat te faciliteren. De gemeente ziet verenigingen rare dingen doen. Zoals bij de Lions, Deetos/snel. Ondersteuning voldoet niet, maar je kunt wel de vraag stellen of het door de inzet van het Sportbedrijf komt of door verenigingen. Het is te gemakkelijk om de schuld bij het Sportbedrijf te leggen. Hoe kunnen verenigingen en gemeente elkaar beter vinden? Hangt af van verschillende toevalligheden. Als er een bepaalde klik is over een onderwerp dan loopt dat, dan starten de discussies vanzelf. Je hebt het over individualisme, volgens mij zijn er nog meer ontwikkelingen die tot problemen leiden. Vergrijzing van de bevolking en een vereniging runnen is vele malen lastiger geworden dan een jaar of 20 geleden. Verenigingen vallen dan terug op de overheid. een omni-vereniging. Ik weet niet of het werkt. Maar je moet meer professionaliseren. Er moeten meer betaalde krachten komen bij verenigingen. Oranje Wit heeft het geluk dat er pensionarissen zijn. Ook hier gaan dingen moeizaam maar bij andere verenigingen gaat het dan nog moeilijker. Ja, als ze ook al bereid zijn om te fuseren. Er is geen noodzaak. Ik zie alleen fusies gebeuren als de gemeente de clubs daartoe gaat dwingen. Er valt tussen verschillende sporten samen te werken. Open dagen, kleedkamers delen, accommodatie geheel delen. Verenigingsmanager
maar moeten goed gebruikt worden. Betere communicatie is belangrijk. Alles zit in de war en dat moet gladgestreken worden
Een groot nieuw plan kan helpen, een soort rigoureus iets, waar verenigingen samenwerken en het vervolgens sneller gaan doen. Ook moet het bespreekbaar worden.
Open codering code / label Sportraad gedateerd besluitvormingsorgaan rare opmerking Verenigingen drukken teveel, doen zelf te weinig moeite Gemeente doet echt veel
Onduidelijkheden tussen gemeente en verenigingen miscommunicatie Veel ondersteuning van gemeente
Weinig energie van verenigingen Bezuinigingen wegvallen Sportbedrijf Verenigingen doen rare dingen
Ondersteuning niet voldoende wiens schuld? Lastig om elkaar beter te vinden betere communicatie Individualisme, vergrijzing en lastiger om vereniging te runnen leidt tot problemen Verenigingen moeten professionaliseren Verenigingen hebben moeite met professionaliteit Fusies door gemeente Samenwerking tussen sporten, minder kosten
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 112
2.15
2.16
2.17
2.18 2.19
2.20 2.21 2.22
2.23 2.24
2.25
2.26 2.27 2.28
2.29 2.30 2.31
2.32
2.33
2.34
2.35
2.36
delen, scheelt in de kosten. Verenigingen moeten dat opbrengen. Het Sportbedrijf draait programma’s en dat kiezen ze niet zelf. Sportbedrijf stapt daar vol enthousiasme in maar na 3 jaar is t geld op. Er is geen continuïteit. De beleidsplannen moeten langer uitgevoerd worden. Als er iets nieuws gedaan wordt moet het 10 jaar duren, maar mede door financiering lukt dat niet. Bij de voetbal is het contact goed, maar bij sporten als tennis en korfbal is er veel meer concurrentie. Samenwerken zal bij hun ook moeizamer gaan. Op dit moment is voetbal best zorgelijk. Met dubbeldam, eboh en omc. De gemeente bestaat niet alleen uit het Sportbedrijf, je hebt ook grond etc. er zijn zoveel diensten en die diensten werken niet goed samen. daarom werkt samenwerking tussen gemeente en verenigingen ook moeizaam Het loopt gewoon niet goed, misschien moet de gemeente daar in verbeteren. Een oplossing is gewoon om al persoonlijk iets te zeggen. Beetje dubbel. Allemaal subsidiegeneuzel. Sommige zaken is totaal niet interessant voor verenigingen. De Sportraad is een wat makkelijkere ingang dan het Sportbedrijf. Ik zie ook echt de meerwaarde van de Sportraad als belangenbehartiger en als informatievoorziening. We kunnen iets sneller schakelen dan het Sportbedrijf. Het Sportbedrijf heeft het nu gewoon lastig. Het is een beetje uitgekleed de laatste tijd. Er komen zoveel incidenten binnen die opgelost moeten worden. Individueel voor verenigingen wordt het allemaal opgelost en dat werkt gewoon niet. Stel dat de Sportraad wordt opgeheven. Als het Sportbedrijf normaal kan communiceren met de verenigingen en je organiseert het goed dan is het voldoende. Je hebt de Sportraad dan ook niet nodig. Bedenk maar iets waardoor verenigingen sneller en makkelijker toegang hebben tot het gemeentelijk apparaat. ja waarom niet? Waarom heb je niet een online iets waardoor je snel vragen kunt stellen. Nu moet je steeds bellen. Ga je langs allemaal mensen. Het zou ook kunnen dat verenigingen makkelijker kunnen communiceren via online kanalen. Maar niet alle verenigingen communiceren, zoals het zwemmen. Problemen die er zijn worden natuurlijk aangekaart maar we kunnen het niet oplossen. Niet vaak. Het gemeentelijk apparaat werkt traag, werkt langs elkaar, en zaken worden niet echt opgelost. Voor een ander bedrijf zou het veel makkelijker zijn. Misschien is de besluitvorming traag, veel kleine dingen gaan langs de gemeenteraad. De verenigingen zouden ook wat realistischer verwachtingen moeten hebben van wat de gemeente kan. Ik denk dat daardoor de meeste frustraties wederzijds ontstaan. Zoals alles met Dubbeldam, gaat gewoon moeizaam. Dus samenwerking kan niet overal. Als gemeente kun je wel alles maken, draaiboeken en onderzoeken etc. je kan ze alles faciliteren. Maar uiteindelijk moeten ze het zelf doen. Dus samenwerking kan niet overal. Als gemeente kun je wel alles maken, draaiboeken en onderzoeken etc. je kan ze alles faciliteren. Maar uiteindelijk moeten ze het zelf doen. Ja de facilitaire dingen, gezamenlijke boekhouding, gezamenlijke promotie. Kosten besparen, gebouw delen. De atletiekclubs zitten in hetzelfde gebouw maar kunnen niet samenwerken terwijl een fusie toch wel voor de hand ligt. Het kan allemaal zo makkelijk zijn. er komt een hele moeizame tijd, mede door gebrek aan middelen bij het Sportbedrijf. Ik denk dat het Sportbedrijf zelfstandiger gaat worden. Een aantal gedateerde parken moeten aangepakt worden. Hak knopen
Weinig continuering
Geen continuïteit, te weinig financiering Contact niet bij alle sporttakken even goed moeizame samenwerking Voetbal zorgelijk Zoveel verschillende diensten werkt niet goed samen samenwerking verenigingen en gemeente ook moeizaam Verbeterpunt gemeente Verbeterpunt Sportraad Meerwaarde Sportraad ingang
Lastige positie Sportbedrijf Teveel individuele ondersteuning moet algemener Mogelijke rol voor Sportbedrijf fusie Sportraad/Sportbedrijf Oplossing verzinnen Online Sportraad goede manier wellicht Nadelen van gemeente
Verenigingen moeten meedoen
Trage gemeente, trage besluitvorming
Verenigingen moeten realistischere verwachtingen hebben miscommunicatie verkeerde verwachtingspatroon Inzetten stagiaires
Faciliteren is goed maar verenigingen moeten het zelf doen uiteindelijk Genoeg samenwerkingsmogelijkheden
Moeizame toekomst moet wat veranderen
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 113
door. Eerste samenvoeging (maximaal coderen = categorieën zoeken) Reacties op uitkomsten interviews met sportverenigingen: Gedeeltelijk mee eens, de ondersteuning blijkt nu onvoldoende zijn. Huidige vorm van driehoek (Sportraad, Sportbedrijf en verenigingen) is goed, kan niet veel anders. Verenigingen steken zelf ook te weinig energie in samenwerking (niet komen opdagen bij vergaderingen etc.). Wensen en behoeften van zowel verenigingen als gemeente is hetzelfde, maar zien elkaars behoeften niet goed. Ontwikkelingen: Sportbedrijf en Sportraad ondersteunt verenigingen misschien wel teveel. Combinatiefuncties, verschillende informatie avonden. Individualisering, verenigingen bezig met ander aanbod dan sportaanbod. Vergrijzing. Moeilijker om een vereniging te runnen dan 20 jaar geleden, door allerlei regels. Toekomstvisie sportparken. Samenwerkingsmogelijkheden: Duidelijk signaal positief dat verenigingen samen willen werken, gemeente Dordrecht wilt dit graag promoten (wens). Samenwerking moet een groot thema worden, zoals toekomstvisie sportparken. Verenigingen hebben dezelfde wensen als gemeente maar dit loopt langs elkaar. Samenwerking moet op een hoger niveau dan individueel verenigingen ondersteunen. Voor samenwerking ziet de gemeente Dordrecht nog meer in dat ze een faciliterende rol moeten spelen. Huidige rol van de gemeente Dordrecht (Sportraad en Sportbedrijf): De ondersteuning blijkt op dit moment onvoldoende. Gemeente Dordrecht ziet dat nu ook in. Faciliterende rol blijkt nu ook onvoldoende. Groot probleem is communicatie belang van samenwerking tussen verenigingen wordt niet ingezien. Sportbedrijf en Sportraad moeten nog stappen maken wil het meer een faciliterende rol kunnen spelen. De huidige vorm is uniek en kent goede ingrediënten, lijkt dus miscommunicatie. Sportbedrijf in een lastige situatie veel verschillende diensten waardoor besluitvorming traag gaat. Meerwaarde gemeente Dordrecht: Overzien van ontwikkelingen bij alle verenigingen. Faciliterende rol Sportbedrijf/Sportraad. Verbindende schakel. Sportraad = Informatievoorziening en ingang richting gemeente. Sportbedrijf en Sportraad in één. Wensen en behoeften van de gemeente Dordrecht: De wens om verenigingen samen te laten werken is aanwezig bij de gemeente Dordrecht. Samenwerking tussen verenigingen moet een groot thema worden, zoals sportparken. Goede vorm van communicatie is nodig om de wensen en behoeften kenbaar te maken. Verenigingen moeten professionaliseren faciliteren is goed maar verenigingen moeten het uiteindelijk zelf doen. Toekomstbeeld: Er zal niet zoveel veranderen omdat er geen middelen voor zijn. Huidige vorm is goed alleen mede door miscommunicatie komt het niet goed uit de verf. Beide partijen staan open voor samenwerking, alleen moet er een duidelijk beleid worden uitgestippeld, duidelijkheid en communicatie zijn hierin belangrijk. Het zal een moeizame tijd worden. Tweede ordening, selective coding = centrale begrippen zoeken. Reactie op verenigingen: Ontwikkelingen: Samenwerking: Huidige rol: Meerwaarde: Wensen en behoeften: Toekomstbeeld:
Gedeeltelijk eens, ondersteuning blijkt onvoldoende, te weinig energie van verenigingen, miscommunicatie, om elkaar heen lopen, zelfde behoeften. Individualisering, vergrijzing, om elkaar heen draaien, toekomstvisie sportparken werkt goed Verenigingen samen laten werken, groot thema, goed beleid, hoe communiceren, meer faciliteren, niet individueel begeleiden. Onvoldoende maar wel uniek, ingrediënten zijn aanwezig, stappen maken. Faciliteren, overzien van ontwikkelingen, ingang naar gemeente, verbindende schakel. Samenwerking, groot thema maken, communicatie, verenigingen professionaliseren. Weinig veranderen in huidige vorm, communicatieplan, rigoureus beleid, moeizaam.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 114
10: Overzicht sportverenigingen Dordrecht Tak van sport
1.1.
Voetbal (veldvoetbal en futsal)
Naam vereniging
Amstelwijck DFC FC Dordrecht Dubbeldam EBOH Emma GSC/ODS OMC Oranje Wit RCD SSW Wieldrecht DZS/Soccer for life
1.
3.
2.
Tennis
3.Gymnastiek
CC Dash’35 DLTC Dubbeldam Oranje Wit RCD Thialf
DVO KDO OKK Sparta St. Paul Thuringia
4. 5.4. Korfbal
6.5. Schaatsen (schaatsen, shorttrack, kunstrijden en skaten)
7.6. Zwemmen / waterpolo
8.7. Atletiek
9.8. Hockey 9. Golf 10.
Deetos/Snel Volhuis KC Dordrecht Movado Oranje Wit Sporting Delta
Kunstrijver. De Drechtsteden IJsclub De Winterkoning IJssportvereniging Alblasserwaard
MNC MNC waterpolo Sportbond
Hercules Parthenon
DMHC
De Merwelanden
Aantal leden 2014 238 438 137 935 435 386 402 380 1.087 494 196 724
Aantal leden 2011 459 254 132 686 551 571 418 541 1.680 650 162 605
Verschil cijfers
Verschil %
-221 184 5 249 -116 -185 -16 -161 -593 -156 34 119
-48,15 72,44 3,79 36,40 -21,05 -32,40 -3,83 -29,76 -35,30 -24,00 20,99 19,66
27
n.b.
5.879
6.709
-830
-12,37%
793 653 249 805 300 251 371
872 721 302 740 500 335 514
-79 -68 -53 -65 -200 -84 -143
-9,06 -9,43 -17,55 8,78 -40,00 -25,07 -27,82
3.422
3.984
-562
-14,11%
1.088 360 526 456
952 245 518 425 221 312
136 115 8 31 -221 -312
14,29 46,94 1,54 7,29
2.430
2.673
-243
-9,09%
578 164 360 538 551
625 208 278 657 640
-47 -44 82 -119 -89
-7,52 -21,15 29,50 -18,11 -13,91
2.191
2.408
-217
-9,01%
189 169
230 1.475
-41 -1.306
-17,93 -88,54
207
548
-341
-62,23
565
2.253
-1.688
-72,94%
961
1.087 287 239
-403
-30,06
961
1.613
848 886
650 600
198 286
30,46 47,67
1.734
1.250
484
38,72%
1.003
898
105
11,69
1.003
898
105
11,69%
709
850
-141
-16,59
709
850
-141
-16,59%
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 115
10. Roeien 11.
KDR&ZV
11. Watersport (zeilen, kano en 12.
DKKV Dajaks KDR&ZV SV Drechtstreek WSV De Kil WV Maartensgat ZD&O
surfen)
13. 12. Reddingsbrigade 14.
13. Paardensport 15.
14. Klim- en bergsport 16.
Dordtse Reddings Brigade
LR & PC Dubbeldam e.o. Rijvereniging De Elzen Vereniging Dordtse Manage Hippisch Centrum Dordrecht
140 190 17 254 39 130
141 0 0 0 43 175
-1 0 0 0 -4 -45
770
359
341
655
747
-92
-12,32
655
747
-92
-12,32%
123 14 22 53
192 0 288 46
-69 14 -266 7
-35,94
212
526
-314
-59,70%
Regio rivierenland NKBV
-92,36 15,22
500 500
15. Bridge 17.
16. Volleybal 18.
17. Biljarten 19.
18. Skiën 20.
19. Tafeltennis 21.
NRBC Dubbeldam Sans Fumer BC Ter Merwe BC DBC Thuredregt
Astrea Dorswedo Next Volley Dordrecht Carambole Dicky’s HZO Merwehof De Pui RCD Walrus Amicitia Biesbosch Boemel EMF GSC Houdt ze over Jobshaven Ondersteboven Oranje Wit Smikkelhoekje Technotape
Rolski & langl.ver. De Merwelanden Skiclub Dordrecht Skiteam Dordrecht Ski vereniging Drechtsteden Ipco-Ski-Racing
Tafeltennisvereniging Dordrecht Tafeltennisvereniging DFC Tafeltennisvereniging Merwestad Tafeltennisvereniging ISVD
82 57 100 200
90 94 94 211
-8 -37 6 -11
-8,89 -39,36 6,38 -5,21
439
489
50
-10,22%
82 5 365
55
452 10 17 28 73 11 26 4
11 72
27 5 -39
49,09
459
-7 1
-1,53% 11,11
95 12 25
-22 -1 1
-23,16 -8,33 4,00
404
-9,65
14 60 30 76 20 15 19 20 30 12 5
169
442
40
-8
-16,67
49 85 35
48 148 73 55 14
-24 30 21
-32,88 54,55 150,00
209
338
19
5,62%
38 17
260 21
-222 -4
-85,38 -19,05
35
31
4
12,90
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 116
20. Wielrennen 22.
DRC De Mol DTC De Mol
10
-10
-100
90
322
-232
-72,05%
260 266
254
6
2,36
526 21. Onderwatersport 23.
Onderwatersportclub Dordrecht Discovery diving
200
244 97
-44
-18,03
22. Basketball 24.
DVB Rowic
188
202
-14
-6,93
188
202
-14
-6,93%
(onderwaterhockey en duiken)
25. 23. IJshockey 26.
Dordrecht Lions
24. Sportschieten 27.
SV Diana
25. Badminton 28.
26. Schaken 29.
27. Honk/softbal 30.
28. Wandelsport 31.
29. Handbal 32.
30. Rugby 33.
31. Aikiko 34.
32. Triatlon 35.
33. Dammen 36.
34. Krachtsport (worstelen) 37.
35. Jeu de boules 38.
36. Handboogschieten 39.
37. Boksen 40.
38. Sportvissen 41.
Selecta
Schaakclub Dordrecht De Willige dame
The Hawks
De Dordtse Vierdaagse WSV WIK
MOK
Emma Rugby Club Dordrecht
Stichting Aikikai Dordrecht
TVD
DC Dordrecht
DK & AV Hercules
’t Boulende Schaep
Odysseus
Dekker sport
VHRD
179 124
139
-15
-10,79
124
139
-15
-10,79%
104
134
-30
-22,39
104
134
-30
-22,39%
88 20
93 35
-5 -15
-5,38 -42,86
108
128
-20
-15,63
216
117
99
84,62
216
117
99
84,62%
22
67 43
-21
-48,84
22
110
-21
-48,84%
83
69
14
20,29
83
69
14
20,29%
72
66
6
9,09
72
66
6
9,09%
163
63
100
158,73
163
63
100
158,73%
63
56
7
12,50
63
56
7
12,50%
36
43
-7
-16,28
36
43
-7
-16,28%
22
49
-27
-55,10
22
49
-27
-55,10%
44
38
6
15,79
44
38
6
15,79%
23
30
-7
-23,33
23
30
-7
-23,33%
9
5
4
80,00
9
5
4
80,00%
178
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 117
39. Bowlen 42.
40. Radiovliegsport 43.
EHDC De Windvoorn Bowling Vereniging Dordrecht
Red Eagles
45 0
108
-108
-100
0
108
-108
-100%
0
60
-60
-100
0
60
-60
-100%
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 118
11: Begrotingen sport gemeente Dordrecht
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 119
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 120
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 121
12: Uitwerking beslissingsmatrix Passendheid Optie 1 (4 + 4 + 3,5 = 4,17) - Wordt kernprobleem opgelost? (4) Het grote probleem dat bij verenigingen speelt is ledendaling. Dit blijkt uit kwantitatief onderzoek. Uit kwalitatief onderzoek blijkt echter dat verenigingen liever andere problemen oplossen dan het tegenhouden van ledendalingen. De gemeente Dordrecht vindt dat de core-business van verenigingen moet zijn om leden te laten sporten en dat dit ook moet blijven. Door deze optie wordt het kernprobleem dus opgelost. - Past de optie bij de waarde-strategie van het bedrijf? (4) De corebusiness van verenigingen is het werven van leden en daarmee de sport te beoefenen. Eén van de belangrijkste doelstellingen van de gemeente Dordrecht is iedere Dordtenaar aan het sporten te krijgen. Deze optie sluit daarom goed aan op de waarde-strategie van zowel de verenigingen als de gemeente. Wel willen verenigingen zich focussen op andere problemen dan ledenbehoud. Daarom wordt er een punt afgehaald. - Sluit de optie aan bij de belangrijkste issues uit de interne en externe analyse? Eén van de belangrijkste issues is vergrijzing en ontgroening. Door vergrijzing en ontgroening verkleint de potentiële doelgroep (jonge mensen) voor verenigingen dus dit sluit niet goed aan. Wel is het zo dat een andere belangrijke issue ledenwerving- en behoud is en dat de jongste doelgroep met technologie het best bereikt kan worden. Daarom is er een score van 3,5 toegekend. Optie 2 (4+5+3= 4) - Wordt kernprobleem opgelost? (4) Eén van de grote problemen die werden genoemd door de verenigingen waren de onvoldoende ondersteuning van de gemeente en de miscommunicatie over elkaars wensen en behoeften. Dit zijn zwakke punten die verbeterd moeten worden wil er een goed beleid omtrent samenwerking ontstaan. Daarom wordt een kernprobleem zeker opgelost. De wens om samenwerking is geen probleem en kunnen we dus niet als oplossing zien. - Past de optie bij de waarde-strategie van het bedrijf? (5) Zowel de gemeente Dordrecht als de Dordtse sportverenigingen zien graag onderlinge samenwerking tot stand komen. - Sluit de optie aan bij de belangrijkste issues uit de interne en externe analyse? (3) De optie sluit niet goed aan bij gegevens uit de interne en externe analyse. Wel bij het kwalitatief onderzoek. Waaruit bleek dat verenigingen en gemeente graag een structurele samenwerking tussen verenigingen wilt realiseren. Haalbaarheid F: financieel genoeg middelen beschikbaar om het plan uit te voeren? O: Organisatorisch is het plan organisatorisch uitvoerbaar? E: Economisch past het plan binnen de doelstellingen van de organisatie? T: Technologisch is het plan technisch uitvoerbaar? S: Sociaal past het plan binnen de sociale doelstellingen van de organisatie? J: Juridisch is het plan juridisch uitvoerbaar? E: Ethisch is het plan ecologisch verantwoord?
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 122
Optie 1 Optie 2
F 2 3
O 5 4
E 4 5
T 5 3
S 4 4
J 5 5
E 5 5
Totaal 4,2 4.1
Acceptabel Optie 1: 16 = 3,2 - Gaat de opdrachtgever hiermee akkoord? Ja = 5 - Zijn de opbrengsten voldoende? Nog onbekend = 3 - Hoe verhouden de risico’s zich ten opzichte van de kosten? Niet veel financiële risico’s = 3 - Wat zijn de benodigde investeringen? Een gehele social media campagne, personeel = 1 - Past dit bij de verwachtingen van de opdrachtgever? Redelijk = 3 Optie 2: 17 = 3,4 - Gaat de opdrachtgever hiermee akkoord? Ja = 5 - Zijn de opbrengsten voldoende? Nog onbekend = 3 - Hoe verhouden de risico’s zich ten opzichte van de kosten? Veel risico’s, het opzetten van een structurele samenwerking tussen verenigingen is nieuw = 1 - Wat zijn de benodigde investeringen? Focusverschuiving, andere focus in de sportraad, personeel, kennis = 2 - Past dit bij de verwachtingen van de opdrachtgever? Ja = 5
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 123
13: Concept corporate story ‘Sterker door samenwerking’ Corporate story: ‘Sterker door samenwerking’ Het Dordtse sportbeleid wordt omschreven in het huidige uitvoeringsprogramma ‘Spaken Spannen’. Eén van de vijf spaken die het Dordt sportwiel moet laten draaien is de spaak sterke verenigingen. De gemeente Dordrecht heeft grote ambities als het gaat om het ontwikkelen van de belangrijke positie die de sportverenigingen hebben. Middels deze corporate story worden deze ambities ten toon gesteld. Wat is de ambitie? Sportverenigingen in Dordrecht worden bij hun ‘core business’ ondersteund door het Sportbedrijf. Met verenigingen die meer actief een bijdrage willen leveren aan de Dordtse ambities op het terrein van actieve en gezonde leefstijl, accommodaties, talentontwikkeling of topsport en evenementen werkt de gemeente graag samen. Die samenwerking vraagt wel van sportverenigingen dat zijn gaan ondernemen en professionaliseren. De inzet van studenten, het bedrijfsleven, combinatiefuncties en sportbonden zijn daarbij onmisbaar. Een nieuwe ambitie is het realiseren van een structurele samenwerking tussen sportverenigingen onderling. De gemeente Dordrecht wil actief inzetten op het tot stand brengen van verbindingen die deze samenwerking kan bevorderen. Waar staan we? De staat van veel Dordtse sportverenigingen is niet sterk. Veel sportverenigingen hebben moeite met het behouden van leden. Daarnaast kampen de clubs met vele andere problemen. Er was dan ook commentaar op de huidige mate van ondersteuning die de sportverenigingen ervaarden. De gemeente Dordrecht neemt de uitkomsten uit het lopende onderzoek ‘Betaalbaarheid sport’ zeer serieus en is bereid stappen te zetten en ondersteuning aan verenigingen te intensiveren. Er is vooral behoefte aan een samenhangend aanbod van informatie, advies en inspiratie. Met name de verschillende bijeenkomsten en het actieve relatiebeheer zorgen voor kennisdeling onderling en geven een beter (gemeentelijk) inzicht in de behoeften en mogelijkheden van sportverenigingen. Wat willen we? Het realiseren van een structurele samenwerking tussen de Dordtse sportverenigingen wordt een belangrijk thema in de komende collegeperiode. Naast de (al bestaande) toekomstvisie sportparken moet een toekomstvisie sportverenigingen lopen. De wens van de sportverenigingen is het ontvangen van meer ondersteuning van de gemeente Dordrecht. Het Sportbedrijf neemt dit serieus maar wil tegelijkertijd aangeven dat de financiële middelen niet toereikend genoeg zijn om iedere sportvereniging individueel te ondersteunen. De wens is dan ook om met een duidelijk beleid te werken aan het intensiveren van onderlinge samenwerking tussen de verenigingen. Hoe dit tot stand gaat komen moet goed worden uitgewerkt. Vervolgens kan er worden nagedacht over de vele vormen van samenwerking. Voor dit verhaal is gebruik gemaakt van het huidige uitvoeringsprogramma ‘Spaken Spannen’ en uitkomsten uit het onderzoek ‘Betaalbaarheid van sport’ – Sportraad Dordrecht.
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 124
14: Planning ‘Sterker door samenwerking’ Middel
Actie
Wie onderneemt actie? 40
Intern ‘Sterker door samenwerking’ Corporate story
Opstellen project groep ‘Sterker door samenwerking’ Concept nieuwe beleid perfectioneren Medewerkers informeren Actie intranet Workshops storytelling
Dordt Sport newsflash
Strategie ‘Sterker door samenwerking’ klaar Samenstellen van tekst voor newsflash
Afdeling overleggen
Presentatie huidige stand van zaken
Extern Website
Dordt Sport newsflash
Continue proces van door ontwikkelen en plaatsen van nieuws Opzetten van verenigingsportal Bijhouden verenigingsportal Samenstellen van tekst voor newsflash
Sportraad
DB-vergaderingen (6x per jaar) AB-vergaderingen (3x per jaar)
‘Sterker door samenwerking’
Projectgroep toekomstvisie sportverenigingen
Inzet van social media Twitter -
Facebook
-
Youtube
-
Linked In
Evaluatie
Workshops storytelling i.s.m. Sportbedrijf Opzetten in combinatie met de Sportraad ‘Sterker door samenwerking’ sessies (32 stuks) Opzetten in samenwerking met het Sportbedrijf en de Sportraad Projectgroep bijeenkomsten 5x per jaar
Angela Verkerk i.s.m. Arno van Gerven en Andries van de Graaf Projectleider breedtesport Projectleider breedtesport Afdeling marketing 1 marketing, 1 projectleider breedtesport, 1 afdelingshoofd Projectleider breedtesport Afdeling marketing i.s.m. projectleider breedtesport Projectleider breedtesport
X X
X
X X
X X X
Afdeling marketing i.s.m. projectleider breedtesport Afdeling marketing Afdeling marketing Afdeling marketing i.s.m. projectleider breedtesport Angela Verkerk en Arno v. Gerven Angela Verkerk en Arno v. Gerven Sportbedrijf en Sportraad
X
X X X
X
X
X
X
X
Minimaal 10 medewerkers Sportbedrijf Dordrecht Projectleider breedtesport
Continue bijhouden in combinatie met website en andere social media Continue bijhouden in combinatie met website en andere social media Continue bijhouden in combinatie met website en andere social media Opzetten account Continue bijhouden in combinatie met website en andere social media
Afdeling marketing
Evaluatiemoment projectgroep ‘Sterker door samenwerking’ 2x per jaar
Projectgroep sportverenigingen, projectleider breedtesport Projectgroep sportverenigingen, projectleider breedtesport
Evaluatiemoment jaar 1 i.s.m. toekomstvisie sportverenigingen en Sportraad
Wanneer uitvoeren? Oktober 2014 41 42 43 44
X
X
Afdeling marketing Afdeling marketing Afdeling marketing Afdeling marketing
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 125
November 2014 44 45 46 47 48 Intern
December 2014 49 50 51 52
X
X
X
X
X
X
X
1
Wanneer uitvoeren? Januari 2015 1 2 3 4 5
5
X
X
X
X
X
X
X
Februari 2015 6 7 8 9
X
X
X
X
X
Maart 2015 11 12 13
9
10
14
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Extern X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X Inzet social media X X X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 126
April 14 15 16 17 Intern
18
18
19
X
X
X
X
X
X
X
Mei 20
X
21
X
22
23
Wanneer uitvoeren? Juni 24 25 26 27 27
X
X
X
X
X
X
X
28
Juli 29
30
31
X
X
X
X
X
31
32
Augustus 33 34
X
X
X
Extern X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Inzet social media X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
Sportverenigingen, sterker door samenwerking
Pagina 127
35
36