ARMOEDEBESTRIJDING ALS TOPPRIORITEIT VOOR DE VOLGENDE OOSTENDSE LEGISLATUUR
EEN GEMEENSCHAPPELIJK MEMORANDUM VOOR DE LOKALE VERKIEZINGEN
Gezamenlijke prioriteitennota gemeenteraadsverkiezingen 14 oktober 2012
IEDERS STEM TELT! Maatschappelijk kwetsbare groepen Mengen zich in het oostendse verkiezingsdebat Een volwaardig lokaal armoedebeleid in dialoog met alle partners, voldoende inkomen, een betere sociale dienstverlening, een dak boven het hoofd, een betaalbare energiefactuur, efficiënte en menswaardige voedselbedeling in noodsituaties en een job op maat. Dat zijn de belangrijkste bekommernissen en noden van mensen en gezinnen die het moeilijk hebben in onze Oostendse samenleving. Met deze nota willen we die prioriteiten expliciet onder de aandacht brengen en op de politieke tafels leggen. 1. Stem van maatschappelijk kwetsbaren In verkiezingscampagnes verdwijnen sociale thema’s makkelijk naar de achtergrond. De thema’s waar mensen in moeilijkheden echt van wakker liggen, zijn soms ver te zoeken in de verkiezingsprogramma’s. Het project ‘Ieders stem telt’ probeert daar verandering in te brengen. De meest kwetsbare burgers in onze samenleving mengen zich uitdrukkelijk in het lokale verkiezingsdebat. Zij plaatsen sociale thema’s en de noden van maatschappelijk kwetsbare groepen op de politieke agenda. 2. Prioriteitennota voor Oostende Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen heeft samen met de armenverenigingen en andere partners over 7 groepsgesprekken 65 maatschappelijk kwetsbare personen in Oostende samengebracht en gesproken. Elk van hen heeft zijn/haar mening gegeven over wat nodig is om menswaardig te leven en over hoe het lokale bestuur hier aan kan bijdragen. De resultaten hiervan zijn verzameld, gewikt, gewogen en gebundeld in deze prioriteitennota. Wij vragen nu aan alle Oostendse partijen om de beleidsaanbevelingen te vertalen in concrete engagementen. Na 14 oktober 2012 verwachten wij kordaat sociaal beleid. Want een lokaal bestuur kan écht wel het dagelijks leven verbeteren voor mensen en gezinnen die het moeilijk hebben in hun stad of gemeente. 3. Partnership In Oostende sloegen we met verschillende organisaties de handen in elkaar om dit project vorm en inhoud te geven. Elk van de organisaties werkt met mensen die het moeilijk hebben in onze samenleving. Deze prioriteitennota is uit naam van volgende partners:
CAW&JZ Oostende-middenkust
Beweging van Mensen met Laag Inkomen en Kinderen vzw
ACV Kansenkern Oostende
CBE Open School Brugge-Oostende-Westhoek
ATD Vierde Wereld-Kust
KAAP (CM)
Vormingplus
CKG kapoentje, Het Verschil, Opvoedingshuis, Ontmoetingshuis
Inloopteam De Viertorre
Sociale Dienst voor Vreemdelingen Oostende
1
DE 7 PRIORITEITEN VOOR OOSTENDE 1. Een lokaal armoedebeleid in dialoog 2. Een menswaardig inkomen 3. Een kwalitatieve sociale dienstverlening 4. Een kwaliteitsvol en betaalbaar dak boven het hoofd 5. Recht op energie en een betaalbare energiefactuur 6. Een efficiënte en menswaardige voedselbedeling voor noodsituaties 7. Werk op maat
2
1. EEN LOKAAL ARMOEDEBELEID IN DIALOOG De kansarmoede in Oostende is heel hoog. Uit het onderzoek van de provincie WestVlaanderen naar de kansarmoede kwam naar voor dat de kust en dan vooral de Oostendse regio slecht scoort op alle indicatoren van kansarmoede: 75 % meer leefloners, een groter aantal kansarme geboorten, een kwart van alle West-Vlaamse kansarme buurten liggen in Oostende. De strijd tegen armoede moet dan ook één van de belangrijkste, zo niet dé belangrijkste opdracht zijn van het lokale bestuur, het welzijnswerk en vooral van de grootste speler, nl. het OCMW. Er worden al heel wat goede initiatieven genomen: de focus op kinderarmoede met de opening van het ontmoetingshuis en het huis van het kind, de samenwerking van sociaal huis en CAW in een vernieuwde baliefunctie, de uitbouw van dienstencentra, enz. Willen we echter echt de armoede in Oostende terugdringen dan dienen in de volgende legislatuur alle actoren samen van armoedebestrijding dé topprioriteit te maken. Daarom volgende voorstellen:
de oprichting van een platform armoedebestrijding dat het lokale bestuur kan adviseren omtrent het lokale armoedebeleid Het sociaal huis neemt het initiatief tot het oprichten van een platform armoedebestrijding. Daartoe worden alle organisaties die werken met en voor mensen in armoede uitgenodigd deel te nemen. De opdracht van dit platform is om mee een lokaal actieplan tegen armoede uit te schrijven, advies geven i.v.m. de uitwerking van het Oostends plan ‘Kansen voor kinderen’, het lokale beleid te adviseren op thema’s die met armoede te maken hebben en de initiatieven en acties te coördineren en op elkaar af te stemmen. een lokaal plan armoedebestrijding Het lokale bestuur stelt binnen het meerjarenplan een duidelijk lokaal plan armoedebestrijding op. Het stadsbestuur en het Sociaal Huis maken hiertoe een aanzet en vragen via het armoedeplatform aan de betrokken verenigingen en organisaties advies.
De doelstellingen en acties zijn duidelijk omschreven met een concrete timing en een vastgelegd budget. Jaarlijks wordt een voortgangsrapport voorgelegd aan het armoedeplatform die betrokken wordt bij de verdere evaluatie en bijsturing. Jaarlijks wordt de gemeenteraad gerapporteerd over de voortgang en de resultaten. Ook alle Oostendse burgers worden op de hoogte gebracht via “de grote klok”.
de armoedetoets: Alle belangrijke nieuwe en bestaande maatregelen worden onderworpen aan een armoedetoets: welk effect hebben lokale beleidsbeslissingen op de kansen van maatschappelijk kwetsbare groepen? Wordt er niemand uitgesloten? Hoe worden deze groepen geïnformeerd? De criteria voor de armoedetoets krijgen vorm in overleg met de partners via het armoede platform..
armoedebestrijding als bevoegdheid We stellen voor de bevoegdheid armoedebestrijding aan één schepen toe te wijzen. De opdracht van deze schepen wordt dan het coördineren van het Oostendse armoedebeleid.
Het sociaal Huis als motor van de armoedebestrijding De initiële taak van het Sociaal Huis is het bestrijden van de armoede. Het Sociaal Huis doet nu heel wat acties en voorzieningen waar vooral de (betere) senioren op inspelen. Wil het de armoede ernstig terugdringen, dan zal het Sociaal Huis zich in zijn prioritaire acties meer moeten richten naar de mensen in armoede. Het is een bekommernis dat de voorzieningen zoals de dienstencentra ook toegankelijk en zelfs uitnodigend zijn naar de meest kwetsbare burgers.
3
2.
VOLDOENDE INKOMEN VOOR EEN MENSWAARDIG BESTAAN
De meeste vervangingsinkomens, zowel in de sociale zekerheid als vanuit de sociale bijstand (leefloon) zijn te laag. Ze blijven ver onder de Europese armoedegrens en onder de 1 budgetstandaard . Het leefloon voor een alleenstaande (€785,61) ligt € 200 onder de Europese armoedegrens en de budgetstandaard. Dat maakt dat steeds meer mensen in Oostende er niet meer in slagen om in hun basisbehoeften te voorzien.
De hoogte en de uitbetaling van de vervangingsinkomens is een federale materie. Het lokale beleid heeft wel de opdracht en de mogelijkheden om gericht de inwoners in nood te ondersteunen. Dit kan door het geven van aanvullende steun(ook materieel) en door de kosten voor dienstverlening en voorzieningen voor bepaalde doelgroepen te drukken.
Onze voorstellen:
Voor iedereen een minimuminkomen volgens de budgetstandaard. We roepen de Oostendse politici op om federaal mee te ijveren voor een verhoging van de vervangingsinkomens tot het niveau van de budgetstandaard.
Stap voor stap naar de budgetstandaard In afwachting van een federale verhoging kan het OCMW via aanvullende steun het inkomen van de laagste inkomens* gefaseerd laten stijgen tot aan de budgetstandaard. Een mogelijkheid is een jaarlijkse tussenkomst a rato van 5% . *Laagste inkomens: alle inkomens lager dan de budgetstandaard. Dit betekent dat o.i. alle personen die een lager inkomen hebben recht hebben op een aanvullende tegemoetkoming.
Toekenning van sociaal tarief Mensen met een inkomen lager dan de budgetstandaard hebben recht op het laagste sociaal tarief bij de dienstverlening die stad en OCMW aanbieden.
1
De budgetstandaard is een wetenschappelijk onderbouwde richtnorm om uitspraken te doen over de hoeveelheid financiële middelen die mensen nodig hebben om op menswaardige manier te participeren aan onze samenleving. Het huidige wettelijk minimum bevindt zich voor alle gezinstypen ver beneden de budgetstandaard. Het tekort varieert van 26 percent voor een alleenstaande moeder met één of twee jonge kinderen, tot 67 percent voor een koppel met twee oudere kinderen.
4
3. VERDER BOUWEN AAN Een kwalitatieve sociale dienstverlening
Het recht op maatschappelijke dienstverlening garandeert mensen een leven in menselijke waardigheid. Maar onderzoek toont aan dat potentiële rechthebbenden niet de maatschappelijke dienstverlening krijgen waarop ze recht hebben. Ze bevinden zich bijgevolg, in één of meerdere periodes van hun leven, in een situatie van onderbescherming. Dit betekent dat ze recht hebben op maatschappelijke dienstverlening, maar omwille van informatieve, administratieve (inhoudingen, beperkingen en uitkeringsduur), situationele of gevoelsmatige redenen, drempels of uitsluitingmechanismen ontvangen ze die niet.
In de groepsgesprekken met de doelgroepen kwamen er heel wat bedenkingen over de dienstverlening en de hulpverlening, en dan vooral van het sociaal huis. Cliënten hebben vaak het gevoel dat er geen eenduidigheid is in de dienstverlening, waarbij een bepaalde dienst of gunst afhangt van de maatschappelijk werker, vb. inzake het verkrijgen van een referentieadres, voedselbonnen.
Voor sommige zaken, zoals bijvoorbeeld voedselbonnen, geldt een soort van monopolie voor cliënten van het OCMW, waarbij anderen die er ook nood aan hebben uit de boot vallen.
Cliënten hebben het gevoel veel informatie te missen, enkel antwoord te krijgen op hun vragen. Men wordt te weinig spontaan op de hoogte gebracht van rechten, voordelen, mogelijkheden. Cliënten hebben het gevoel dat de maatschappelijk werkers onvoldoende tijd hebben om te luisteren.
Verschillende diensten zijn nog te weinig op de hoogte van het aanbod van andere sectoren waardoor cliënten niet optimaal geïnformeerd worden.
Daarom volgende voorstellen: 1) Samen uitwerken van een betere dienstverlening Daarom pleiten we voor het verder uitwerken van een beter sociaal beleid en een betere sociale dienstverlening samen met alle welzijnsorganisaties onder de sturing van het OCMW en waarbij volgende principes en aandachtspunten centraal staan:
Meer openheid,samenwerking en minder concurrentie tussen alle welzijnsorganisaties en vermijden van monopolies Immers door overleg leert men elkaars werking kennen waardoor er naast een correcte informatieverstrekking voor de cliënt eventueel ook een aanvullend aanbod kan zijn. Overlappingen (soms verwarrend voor cliënt) kunnen vermeden worden, middelen worden efficiënt en ten behoeve van de cliënt besteed. Tevens wordt er een draagvlak gecreëerd om gemeenschappelijke noden te signaleren aan de overkoepelende instanties en diverse overheden. Concrete vb. de toekenning van voedselbedeling moet door verschillende organisaties kunnen gebeuren op basis van een verwijsbrief die door alle organisaties kan meegegeven worden na screening. bij de opstart van een nieuw initiatief wordt bekeken in hoeverre dit al door andere partners wordt opgenomen. afstemming van het aanbod in functie van de cliënt, vb. zelfde openingsuren.
Een eenduidige visie en aanpak waarbij respect voor de cliënt centraal staat. met transparante en eenduidige regels van aanpak in alle fasen van het hulpverleningsproces: vanaf het onthaal aan de balie tot de nazorgfase. Alle info voor cliënten wordt in een verstaanbare taal geschreven, duidelijk en overzichtelijk geformuleerd.
Vertrekken vanuit de rechten van de cliënt, vanuit de krachten van de cliënt : in alle welzijnsdiensten wordt de automatische rechtenverkenning toegepast. We vragen om bij elke intake en op periodieke basis, via het persoonlijk profiel van de cliënt,
5
de rechtenverkenner te doorzoeken en de rechtenverkenner beter bekend maken bij organisaties en maatschappelijk kwetsbare groepen. Hierbij is het belangrijk dat alle gegevens voor Oostende in de rechtenverkenner worden ingevoerd.
Meer tijd voor huisbezoeken en outreachend werken: De voorbije jaren kwamen er diverse nieuwe diensten bij die outreachend werken binnen kansarme gezinnen (Katrol, Inloopteam, ’t Verschil). We vragen behoud van deze dienstverlening en een structurele erkenning. Daarboven op kunnen ook de dienstencentra ingeschakeld worden. De dienstencentra, die nu reeds heel wat aanbod doen naar senioren, moeten zich in de toekomst ook meer op maatschappelijk kwetsbare mensen en groepen richten. Zij zijn ideaal geplaatst om in hun wijk als een soort antennepost de lokale noden te detecteren, te signaleren of te verhelpen. Het zou ook hier interessant zijn dat medewerkers op het terrein zien wat er zich werkelijk afspeelt op sociaal vlak in hun buurt en niet enkel moeten aan de slag gaan met wat hen bereikt op hun bureel.
Evaluatie van de dienstverlening Het Sociaal Huis en de stad Oostende brengen maatschappelijk kwetsbare mensen samen (vb. via armoedeplatform) om de dienstverlening te evalueren en zo mogelijk te verbeteren.
2) Een herwaardering van het idee van een uniforme baliefunctie, éénloketfunctie met alle grote partners: het sociaal huis en het CAW. Momenteel wordt er al gewerkt aan de eenmaking van het eerstelijnsonthaal, wat een herwaardering inhoudt van de éénloketfunctie en het concept Sociaal Huis. Dit is een lovenswaardig initiatief.
6
4. EEN KWALITEITSVOL EN BETAALBAAR DAK BOVEN HET HOOFD Het wordt voor een groeiende groep mensen moeilijk, zo niet onmogelijk om nog een betaalbare (huur)woning te vinden. Mensen met een laag inkomen moeten makkelijk meer dan de helft van hun inkomen spenderen aan hun huishuur. Daarom vragen wij een beleid dat vooral werkt aan het verhogen van het aanbod van bescheiden, betaalbare, kwalitatieve woningen.
Onze voorstellen
Meer betaalbare kleine woningen Een sociale woning biedt de beste woonzekerheid voor mensen met een laag inkomen. In Oostende zijn er op dit ogenblik 2.872 sociale woningen, wat 8,18% van het aantal woningen betreft. Daarnaast staan er ook een kleine 3000 mensen op de wachtlijst voor een sociale woning. Wij pleiten dan ook om het aanbod van sociale huurwoningen drastisch te verhogen:
Minstens 10% sociale woningen tegen 2020. Dit betekent concreet een toename van 638 woningen tav 2008. Om de meest kwetsbare bewoners te bereiken zijn er vooral kleine huurwoningen nodig.
Ondersteunen van de bouw en de verhuur van kleine woningen: Oostende heeft meer en meer alleenstaanden die op zoek zijn naar een betaalbare woning. Door het kamerdecreet is het aantalkamers en studio’s drastisch gedaald doordat eigenaars de grote investeringen niet zien zitten en overgaan tot verkoop. Toch is er een nood aan dergelijke kleine kwalitatieve woningen zoals kamers, studio’s, appartementen enz. We vragen het beleid te onderzoeken hoe eigenaars kunnen gestimuleerd/ondersteund worden om hun panden met kamers of studio’s te renoveren en ze niet te verkopen.
Versterken en uitbreiden werking sociaal verhuurkantoor: Het sociaal verhuurkantoor is een zeer geschikt model om huurwoningen te voorzien voor mensen met een laag inkomen. In Oostende is de laatste jaren weinig geïnvesteerd in het uitbreiden van hun patrimonium. In vergelijking met andere steden is het patrimonium zeer beperkt. Wij pleiten ervoor dat het lokale beleid meer middelen voorziet om het patrimonium tegen het einde van de legislatuur (2018) op te trekken tot minstens 150 woningen.
Aanvullende huurpremie voor private huurders De Vlaamse regering voorziet nu een huurpremie voor die private huurders die meer dan vijf jaar op de wachtlijst staan. Het blijkt dat slechts een klein percentage daarvoor in aanmerking komt. Vandaar ons voorstel om als lokaal bestuur aanvullend eenzelfde premie te voorzien voor zij die 3 jaar op de wachtlijst staan.
7
Meer tijdelijke woningen voor mensen in moeilijkheden: Veel mensen zoeken tijdelijke woning in momenten van moeilijkheden. Opvangcentra zitten vol. Ook hier lange wachtlijsten. Ook daklozen komen aanbellen bij woonbegeleiders op zoek naar een woning. Er is daarom een grote nood aan tijdelijke woonvormen waar mensen een aantal maanden op rust kunnen komen op zoek naar een reguliere woning. Het lokale beleid heeft reeds 10 transitwoningen. Deze staan echter vaak leeg omdat ze alleen voorbehouden zijn voor mensen die te maken krijgen met een onbewoonbaarverklaring door brand of door instortingsgevaar. We stellen voor deze transitwoningen ook te voorzien voor mensen die op straat komen te staan. We stellen daarnaast voor het aantal tijdelijke woningen uit te breiden. Hiertoe kan gebruik gemaakt worden van de vele sociale woningen die wegens restauratie een tijdlang leeg staan.
Een bijkomende woonbegeleider Steeds meer mensen lukken er niet in hun woning te houden en te onderhouden met overlast, dreigende uithuiszetting enz. tot gevolg. Stad Oostende heeft reeds zes jaar geleden geïnvesteerd in twee woonbegeleiders. Zij zijn van onschatbare waarde gebleken voor veel kwetsbare bewoners en voor vele diensten. Het aantalmensen die op hen beroep doet is steeds stijgende. Daarom de vraag om in deze legislatuur de ploeg woonbegeleiders uit te breiden.
Een structurele nachtopvang voor dak- en thuislozen binnen een regionaal actieplan. De winteropvang bewijst de grote vraag naar opvang voor daklozen. Deze vraag stopt niet met het einde van de winter. Daarom vragen we dat het Sociaal Huis samen met de betrokken diensten uit de regio werkt aan een regionaal plan ter preventie van thuisloosheid, waarbinnen een structurele laagdrempelige nachtopvang een plaats moet krijgen. De bestaande private structurele opvang (vzw daklozenopvang) is ook te beperkt en heeft ook nood aan ondersteuning. De bezoekers aan de nachtopvang worden zeer vaak geweigerd binnen het crisisnetwerk en vragen dus een eigen dienstverlening en aanpak.
Vermijden van schrappen van de wachtlijst sociale woningen Elke twee jaar worden de wachtlijsten van de sociale huisvestingsmaatschappijen geactualiseerd en moeten de kandidaten hun gegevens bevestigen. Doen ze dit niet dan worden ze geschrapt. De ervaring leert dat vooral de kwetsbaarste huurders dit niet doen en dus van de lijst verdwijnen. Nu reeds verwittigt de Oostendse Haard de welzijnsdiensten. Het is belangrijk dat alle huisvestingsmaatschappijen met de welzijnsdiensten een systeem uitwerken die het aantal schrappingen tot het minimum herleiden..
Een referentieadres voor daklozen
Het OCMW kan onder bepaalde voorwaarden een referentieadres toekennen aan daklozen zodat zij recht krijgen of houden op een uitkering. We vragen dat het OCMW dit toekent als de dakloze aan de voorwaarden voldoet.
8
5.
RECHT OP ENERGIE EN EEN BETAALBARE ENERGIEFACTUUR
Maatschappelijk kwetsbare bewoners wonen vaak in een huurwoning waar de kwaliteit en zeker de energieprestatie heel wat te wensen over laat. Met als gevolg peperdure energierekeningen. EOS Oostende doet heel wat inspanningen om ook de kwetsbare groepen en de huurders te bereiken maar dit is niet eenvoudig. De installatie van een woon- en energieloket Het is belangrijk dat mensen met al hun vragen rond hunwoning en rond energie op één plaats terecht kunnen. Daarom het voorstel dat EOS een laagdrempelig energieloket uitwerkt dat pro-actief werkt in de preventie van energiearmoede via het verstrekken van informatie, het nog sterker begeleiden van probleemdossiers, het actief gaan aanspreken van de verhuurders, het begeleiden van FRGE-premies enz. Preventieve maatregelen: de goedkoopste energie is de energie die niet wordt gebruikt De inzet van middelen uit het Sociaal Energiefonds kan energiearmoede voorkomen en/of bestrijden. Het bijdragen aan het betalen van energiefacturen biedt gebruikers ademruimte om menswaardig te leven, schulden af te betalen en/of energiezuinige investeringen te doen. We stellen voor om dit geld ook te gebruiken voor preventieve maatregelen zoals hulp bij aankoop van A+ toestellen, vorming over energiegedrag (doorverwijzen cursusaanbod Open School), uitbreiden energiescans enz.. Geen afsluiting meer van gas, water en elektriciteit Door de liberalisering van de energiemarkt zijn vele maatschappelijk kwetsbare bewoners opgezegd door hun commerciële leverancier en kregen ze via het LAC een budgetmeter. Op de lokale adviescommissie (LAC), een onderdeel van de OCMW-werking wordt bij wanbetalingen een oplossing voorgesteld dat eventueel kan leiden tot het afsluiten van de elektriciteit, de gas en/of het water. Alle betrokkenen in het LAC dienen alles in het werk stellen om afsluitingen te vermijden. Daarom pleiten we voor energiewerkers binnen het OCMW die voorafgaand aan de bijeenkomsten van de LAC’s alle cliënten bezoeken en met hen trachten tot een oplossing, vb. betaalplan te komen. We vragen dat er vanaf de late zomer geen aardgasbudgetmeters meer worden geplaatst, gezien deze cliënten niet meer de kans hebben een provisie op te slaan voor de winter. Om deze cliëntgerichte opdracht goed op te nemen moet het OCMW voldoende middelen (financieel en personeel) krijgen. Het werkingsverslag van de LAC wordt opgenomen in het OCMW jaarverslag en op de OCMW-raad besproken. Op die manier kunnen visie, procedure, draaiboek, middelen … steeds bijgestuurd worden. De voorzitter van het OCMW en de schepen voor welzijn moeten mee toezien op de werking van de LAC.
9
6. EEN EFFICIËNTE EN MENSWAARDIGE VOEDSELBEDELING VOOR NOODSITUATIES De laagste inkomens volstaan vandaag de dag niet om in de meest elementaire levensbehoeften te voorzien. Steeds meer Oostendenaars zijn aangewezen op voedselhulp. De wachtrijen aan de verschillende verdeelpunten op de dagen dat er voedselbedeling is spreken boekdelen. Ondanks de enorme inspanningen en engagement van de vele vrijwilligers is deze voedselbedeling vaak niet toereikend en onvoldoende afgestemd op de vraag. Bepaalde voedselpunten kunnen in de verste verte niet aan de vraag voldoen, andere punten zitten met een onderbevraging, voor veel cliënten is het voedselaanbod te eenzijdig of niet aangepast aan hun gezinssituatie, de belangrijkste voedselbedeler (COLSOL) huist op een plek die moeilijk toegankelijk is en er stellen zich ook noden aan andere basisproducten. De uitdagingen zijn dus talrijk. Het is een Oostendse maatschappij onwaardig dat mensen aangewezen zijn op voedselhulp om hun gezin te eten te kunnen geven. Het is dus met een zekere terughoudendheid dat we ijveren voor een doorgedreven ondersteuning, coördinatie en afstemming van de voedselhulp in Oostende. Zelfs een sociale kruidenier kan geen einddoel zijn, want het blijft mensen in armoede toeleiden tot een apart circuit. Veel liever zien we de oorzaken structureel aangepakt. We verwijzen daarvoor naar de andere hoofdstukken in deze nota. Maar in de huidige omstandigheden en bij acute nood kunnen we de problematiek onmogelijk negeren. Daarom volgende voorstellen:
Een gecoördineerd voedselbeleid Er moet een overleg gestart worden, eventueel in de schoot van het armoedeplatform, met alle actoren in voedselbedeling waarop de voedselbedeling op vandaag in kaart wordt gebracht, de noden zichtbaar gemaakt worden en samenwerking bevorderd wordt. Het lokale beleid moet middelen vrijmaken om aan deze noden tegemoet te komen: voorzien van locatie, aanboren van extra leveranciers, voorzien in andere basisproducten, een centrale opslagplaats, afstemmen van het aanbod over de wijken zodat het aanbod in alle wijken aan de vraag beantwoordt, enzovoort. Een gedifferentieerd voedselbeleid Vele gezinnen en alleenstaanden hebben nood aan voedsel. Maar niet iedereen is gebaat met de klassieke voedselhulp, denk maar aan daklozen die niet in staat zijn voedsel te bereiden, of jonge gezinnen met kinderen die nood hebben aan poedermelk en nu uit de boot vallen. Daarom willen we een gedifferentieerd aanbod, gaande van voedselbedeling aan wijkgerichte verdeelpunten, over voedselbonnen die in winkels besteed kunnen worden tot gratis maaltijden in bv. de dienstencentra. Zo kan op maat van de cliënt de gepaste voedselhulp geboden worden. Sociale kruidenier Het hoeft niet gezegd dat in de rij gaan staan voor gratis voedselhulp een flinke kwauw geeft aan de waardigheid van mensen. Bovendien is men aangewezen op wat er in het pakket wordt gestopt, al dan niet voedsel waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken. Een sociale kruidenier biedt een kwaliteitsvoller en waardiger alternatief voor deze noodhulp. We hopen in de toekomst in Oostende idealiter tot een netwerk van sociale kruideniers te kunnen komen. Volwaardige buurtwinkels met kwaliteitsvol voedsel en andere basisproducten aan sterk verminderde prijzen, met een aanbod op basis van de vragen en noden van de klanten, met een keuze uit een breed gamma. Een sociale kruidenier kan tevens een ontmoetingsplaats zijn voor mensen in armoede, een plek om uit een isolement te treden en gelijkgestemden te vinden. Een sociele kruidenier kan ook arbeidstrajecten bieden aan mensen in armoede via vrijwilligerswerk, sociale tewerkstelling, werkervaringstrajecten of andere inititaieven in het kader van armoedebestrijding. Het lokaal beleid moet in de komende legislatuur middelen vrijmaken voor de opstart en uitbouw van een sociale kruidenier in overleg en samenwerking met de voedselbedelingsactoren en de armoedeactoren.
10
7. WERK OP MAAT Oostende heeft een zeer hoge werkloosheidsgraad. Daarvan behoort 75,3% tot de kansengroepen, nl. laaggeschoolden, allochtonen, arbeidsgehandicapten, 50+-ers,… De werkloosheid bij de -25 jarigen bedraagt in Oostende 19,4%. Werk is zeer belangrijk om niet in armoede terecht te komen of om er een uitweg uit te vinden. Dit is niet enkel financieel: men krijgt terug structuur en bouwt een netwerk om zich heen. Hiervoor is echter een aangepast tewerkstellingsbeleid nodig. Prioriteit voor tewerkstelling voor kansengroepen Het is dan ook van het grootste belang dat er werk wordt gemaakt van tewerkstelling voor de kansengroepen. Gezien hun aandeel in de totale populatie van werkzoekenden moet hier de absolute prioriteit naar toe gaan. Er moet gezocht worden naar meer kansen voor de diverse kansengroepen en naar hoe ze zelfs een voetje voor kunnen krijgen bij diverse maatregelen. Om de negatieve situatie inzake werkloosheid in Oostende om te buigen is uiteraard een goede economische omkadering van het grootste belang. Daarom pleiten we alvast voor een optimaal benutten van de ‘economische poorten’ en troeven die de stad kent in functie van economische ontwikkeling en voor een beleid dat tewerkstelling aantrekt in de stad Oostende. Van elke maatregel dient het tewerkstellingseffect naar duurzame tewerkstelling onderzocht te worden. Blijven investeren in lokale diensten en projecten in de sociale economie We pleiten ook voor het creëren van extra tewerkstelling in de sociale economie. Moet er niet nagedacht worden over nieuwsoortige projecten die ook binnen bv. de zorgproblematiek een meerwaarde hebben? Een sociale clausule bij overheidsopdrachten Bij de gunning van overheidsopdrachten kan er een sociale clausule worden ingeschreven. Dit houdt in dat het gemeentebestuur een bepaald engagement vraagt in tewerkstelling, stage of begeleiding van maatschappelijk kwetsbare groepen tijdens de uitvoering van de opdracht. Ook de inspanningen voor een diversiteitsbeleid kunnen hier in rekening worden gebracht. Belangrijk is ook dat de voorwaarden van de sociale clausule strikt worden opgevolgd. Integrale begeleidingstrajecten De stad en OCMW moeten de regie in handen nemen om de samenwerking van dienstverleners op vlak van werk, armoede en welzijn in de stad uit te bouwen. Voor kansengroepen is niet alleen méér maatwerk nodig in de begeleiding maar tevens nood aan méér aangepaste werkvloeren –zowel in reguliere, sociale economie als in arbeidzorgprojecten. Er is tevens aandacht en engagement nodig om de nazorg van een begeleiding kwalitatief te garanderen. Stad en OCMW moeten investeren in integrale begeleidingstrajecten waarin aan welzijnsproblemen gewerkt wordt. Met de nadruk op het welzijn van de cliënt zijn opleiding, vrijwilligerswerk of andere vormen van werk op maat volwaardige alternatieven
11
Info en contact Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen – Torhoutsesteenweg 100A, 8200 Brugge - 050/ 39 37 71 – Vestigingsadres: Nieuwe Stad, Guldensporenlaan 2 bus 54 (gelijkvloers) 8400 Stene – Oostende, T: 059 80 68 74,
[email protected]
Dit memorandum wordt onderschreven door volgende organisaties
INLOOPTEAM DE VIERTORRE
ATD VIERDE WERELD –KUST
HUURDERSBOND
Werk van Don Bosco DE TAKEL
12