Legislatuur 1999 – 2004 1. De afcentiemen op de personenbelasting Het Vlaams Parlement heeft een decreet gestemd, dat ertoe strekt een forfaitaire korting van 2.500 frank op de personenbelasting toe te kennen voor iedere natuurlijke persoon die zijn woonplaats heeft in het Vlaamse Gewest en niet als ten laste kan worden aangemerkt. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De korting werd uitsluitend toegekend op de personenbelasting die de belastingplichtigen in het Vlaamse Gewest dienden te betalen met betrekking tot hun inkomsten van het jaar 2000. De maatregel werd afgeschaft voor de daaropvolgende inkomstenjaren. 2. De verlaging van de registratierechten Het decreet van 1 februari 2002 heeft drie fundamentele wijzigingen doorgevoerd aan het registratierecht. Het decreet strekt er eerst en vooral toe het voorheen algemeen geldende tarief van 12,5% voor de verkoop van onroerende goederen te verlagen tot 10% en het toepasselijke tarief voor de verkoop van kleine landeigendommen, bescheiden woningen en gronden die tot bouwplaats van een bescheiden woning moeten dienen, te verlagen van 6% tot 5%. Daarnaast wordt in het decreet het principe van de meeneembaarheid van in het verleden betaalde registratierechten ingevoerd, waarbij de betaalde registratierechten voor de eerder aangekochte woning die dienst doet als hoofdverblijfplaats in mindering kunnen worden gebracht van de verschuldigde registratierechten bij aankoop van een later aangekochte woning die eveneens dienst doet als hoofdverblijfplaats. Tenslotte wordt via het decreet een fiscale tegemoetkoming ingevoerd voor de belastingplichtige die een enige woning aanschaft. Deze maatregel strekt ertoe de heffingsgrondslag voor de berekening van de registratierechten te verminderen met 12.500 EUR voor de aankoop door een natuurlijk persoon van een woning die door hem tot hoofdverblijfplaats zal worden aangewend. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De nieuwe regels inzake de registratierechten, zoals die in het Vlaams Gewest van toepassing zijn, gelden in beginsel met ingang van 1 januari 2002. 3. De afschaffing van het kijk- en luistergeld De Vlaamse regering besliste ook om het tarief van het kijk- en luistergeld op nul te brengen. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De opnulzetting geldt voor de periodes die aanvangen vanaf 1 januari 2002 .
1
4. De afschaffing van de openingsbelasting In het Vlaamse Parlement werd ook een voorstel van decreet goedgekeurd dat ertoe strekt het tarief van de openingsbelasting op de slijterijen van gegiste dranken op nul te brengen. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De opnulzetting van de openingsbelasting geldt met ingang van 1 januari 2002. 5. De gelijkschakeling van stiefkinderen met natuurlijke kinderen inzake successierechten Voor de berekening van de successierechten worden verkrijgingen tussen stiefouders en stiefkinderen met verkrijgingen in rechte lijn gelijkgesteld. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? Deze maatregel trad in werking op 1 januari 2002. 6. De vermindering van de BIV op grond van de emissienorm of de aard van de brandstof Nieuwe en tweedehandse voertuigen die voldoen aan de euro-4-uitstootnorm kregen in 2002 een vermindering van 620 euro voor dieselwagens en van 323 euro voor benzinewagens. Voor 2003 werden deze verminderingen teruggebracht tot respectievelijk 496 euro en 248 euro. De reden waarom de verminderingen in 2003 lager zijn dan in 2002 is dat wagens vanaf 2005 verplicht moeten voldoen aan de euro-4-uitstootnorm. Voor wagens met een LPG-installatie bedraagt de vermindering 298 euro en is deze blijvend. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel heeft uitwerking vanaf 1 januari 2002 en geldt tot 31 december 2003, behalve voor wagens met een LPG-installatie waar de vermindering blijvend is. 7. De invoering van een fiscale neutraliteit inzake de BIV bij overdracht van een vervoermiddel Bij een overdracht tussen echtgenoten in het kader van een overlijden of echtscheiding stelde zich het probleem van de dubbele heffing, vermits de BIV voor hetzelfde voertuig een tweede maal diende betaald te worden door de overnemende echtgenoot. De Vlaamse regering heeft deze dubbele heffing ongedaan gemaakt. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel heeft uitwerking vanaf 1 januari 2002. 8. De invoering van een vrijstelling van onroerende voorheffing bij renovatie en omvorming De Vlaamse regering heeft twee nieuwe vrijstellingen van onroerende voorheffing ingevoerd. Enerzijds gaat het om een volledige vrijstelling van de onroerende voorheffing gedurende drie jaar wanneer een klein handelspand wordt omgevormd tot een woning.
2
Anderzijds gaat het om een gedeeltelijke vrijstelling van onroerende voorheffing gedurende vijf jaar in geval van de renovatie van verwaarloosde, ongeschikte of onbewoonbare woningen of gebouwen. Wanneer zijn deze maatregelen voelbaar voor de burger ? Betreffende maatregelen hebben uitwerking met ingang van het aanslagjaar 2003. 9. Gelijkschakeling van zorgkinderen en gunstmaatregel gehandicapten inzake successierechten Op het vlak van de successierechten wordt een verkrijging tussen personen waartussen een relatie van zorgouder en zorgkind bestaat of heeft bestaan, gelijkgesteld met een verkrijging in de rechte lijn. Dergelijke relatie wordt geacht te bestaan of te hebben bestaan wanneer iemand, voor de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende drie achtereenvolgende jaren bij een andere persoon heeft ingewoond en gedurende die tijd hoofdzakelijk van die andere persoon of van deze en zijn levenspartner samen, de hulp en verzorging heeft gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen. Gelet op het verminderd verdienvermogen van zwaar gehandicapte personen heeft de Vlaamse regering het bovendien billijk geacht voor hen op het vlak van de successierechten een voetvrijstelling (abattement) te voorzien, te moduleren volgens de leeftijd van de betrokkene op het ogenblik van de verkrijging. Hoe jonger de zwaar gehandicapte en hoe langer dus de staat van verminderd verdienvermogen dus nog zal duren, hoe groter de voetvrijstelling. Wanneer zijn deze maatregelen voelbaar voor de burger ? Beide maatregelen zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2003. 10. Verlaging van de schenkingsrechten bij schenking van bouwgronden De Vlaamse regering heeft zich tot doel gesteld schenkingen van bouwgronden te bevorderen door een tijdelijke rechtenverlaging. In de rechte lijn en tussen echtgenoten worden de heffingspercentages tot en met de schijf van 100.000 tot 150.000 euro telkens met 2 % verlaagd ten opzichte van de heffingspercentages in de corresponderende schijven van het gewone tarief (daarboven blijven de hogere heffingspercentages van het gewone progressieve tarief toepasselijk). Voor schenkingen tussen andere personen wordt een uniform tarief van 10 % bepaald voor de belastingschijf tot 150.000 euro (daarboven blijven de hogere heffingspercentages van het gewone progressieve tarief toepasselijk). De toepassing van de voordeeltarieven wordt beperkt tot de schenkingen van percelen grond die volgens de stedenbouwkundige voorschriften bestemd zijn voor woningbouw. Die tarieven gelden dus niet voor de schenking van bouwgronden die stedenbouwkundig voorbehouden zijn voor industriële bouw. Om het verlaagd evenredig recht te genieten moet de begiftigde bovendien een natuurlijke persoon zijn. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De authentieke akte van schenking moet verleden zijn in de periode van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2005.
3
11.Verlaging schenkingsrechten bij schenking van roerende goederen. Schenkingen van roerende goederen worden sedert 1 januari 2004 aan een sterk verlaagd tarief onderworpen : •
Bij schenking van roerende goederen werden de bestaande tarieven voor schenkingen in rechte lijn en tussen echtgenoten ( die vroeger opliepen van 3 tot 30 % ) verlaagd tot een vast tarief van 3 %.
•
Tussen alle andere personen werd een verlaagd tarief ingevoerd van 7 %. Vóór 1 januari 2004 liepen de tarieven bijvoorbeeld bij schenkingen tussen niet-verwante personen op van 30 tot 80 %.
Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? Deze maatregel is in werking getreden vanaf 1 januari 2004 12. Gelijkschakeling samenwonenden en gehuwden voor de toepassing van de schenkingsrechten. Wanneer vóór 1 januari 2004 iemand een schenking deed aan een persoon met wie hij of zij samenwoont dan werden schenkingsrechten opeisbaar die werden berekend op basis van het bijzonder hoge tarief “ tussen anderen “ ( die oplopen van 30 % tot 80 % ). Dit is niet rechtvaardig omdat bij de berekening van de successierechten samenwonenden wel met gehuwden worden gelijkgesteld. Daarom worden sedert 1 januari 2004 , ook voor de berekening van de schenkingsrechten , samenwonenden met gehuwden gelijkgeschakeld. Als samenwonenden worden beschouwd personen die wettelijk samenwonen of personen die sedert één jaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. Deze omschrijving loopt gelijk met die van de successierechten. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? Deze maatregel is in werking getreden vanaf 1 januari 2004. 13. Afschaffing gewestaandeel onroerende voorheffing voor bedrijven. De Vlaamse regering en de sociale partners kwamen in het kader van het werkgelegenheidsakkoord 2003-2004 overeen om vanaf het aanslagjaar 2004 het aandeel van het Vlaams gewest in de onroerende voorheffing van ondernemingen vrij te stellen. Om deze ondernemingen geen administratieve last te bezorgen , zal deze vrijstelling automatisch worden toegekend op het aanslagbiljet. Er zal geen aanvraag nodig zijn. Een automatische toekenning is enkel mogelijk indien de voorwaarden zodanig bepaald zijn dat alle nodige gegevens electronisch kunnen worden aangeleverd én automatisch aan elkaar kunnen worden gekoppeld. Daarom is ervoor gekozen om de belastingplichtige rechtspersonen van de vrijstelling te laten genieten. Deze optie heeft als voordeel dat de kans op fouten vrijwel onbestaande is en de administratieve last en kostprijs minimaal blijft.
4
De geplande maatregel heeft anderzijds geen impact op de inkomsten van de gemeenten en de provincies, aangezien enkel het aandeel van het gewest wordt afgeschaft, de opcentiemen voor gemeenten en provincies blijven verschuldigd. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? Deze maatregel is in werking getreden sedert 1 januari 2004. 14. Private stichtingen De federale VZW-wet van 2 mei 2002 introduceert in het Belgisch rechtssysteem een nieuwe rechtsfiguur , de “private stichting “. In deze private stichting kan een natuurlijke persoon of rechtspersoon een gedeelte van zijn vermogen onderbrengen , met een bepaald belangeloos doel voor ogen. Zo krijgen ouders van gehandicapte kinderen de mogelijkheid de toekomst van deze kinderen te waarborgen , d.m.v. een soepele en doeltreffende structuur die langer dan henzelf zal bestaan. De private stichting is ook een geschikt vehikel om kunstcollecties samen te houden en te beheren , of om bijvoorbeeld een project te realiseren zoals de restauratie van een gebouw of monument. De private stichting is ook een juridisch instrument dat de mogelijkheid biedt effecten te certificeren teneinde een alternatief te bieden voor het Nederlands administratiekantoor (STAK ). Om deze rechtsfiguur alle te kansen te geven worden schenkingen of inbrengen om niet in een private stichting getarifeerd aan het bijzonder voordelig tarief van 7 %. Legaten aan private stichtingen ondergaan een verlaagd tarief van 8,8 %. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? Deze maatregel is in werking getreden vanaf 1 januari 2004. 15. Tariefverlaging en versoepeling van de voorwaarden bij schenkingen van ondernemingen De bedoeling van deze maatregel is het overdragen van ondernemingen tijdens het leven te vergemakkelijken , om de continuïteit van de onderneming , met de daaraan gekoppelde tewerkstelling , te verzekeren. Het tarief wordt verlaagd van 3% naar 2% . Dit tarief is niet langer alleen van toepassing op schenkingen in volle eigendom, maar ook op schenkingen van naakte eigendom en vruchtgebruik. Het verlaagd tarief is voortaan ook van toepassing op de overdracht van een onverdeeld aandeel dat minstens 50% van de universaliteit uitmaakt. Voor schenkingen van aandelen is het zelfs voldoende dat de schenker 10 % van de aandelen van een vennootschap schenkt om van het verlaagd tarief te kunnen genieten. Het verlaagd tarief is van toepassing voor zover de activiteit van de onderneming zonder onderbreking wordt voortgezet gedurende 5 jaar, te rekenen vanaf de datum van schenking. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel is op 1 juli 2003 in werking getreden.
5
16. Eurovignet Het Eurovignet is voor zware vrachtwagens van toepassing in België, Luxemburg, Nederland, Denemarken, en Zweden.. Voor de in België ingeschreven voertuigen is het eurovignet verschuldigd vanaf het ogenblik waarop deze voertuigen op de openbare weg rijden. De Belgische wegvervoerders dienen dan een belasting te betalen ter waarde van het jaarbedrag van het eurovignet. In de buurlanden betalen zowel de binnenlandse als de buitenlandse voertuigen het eurovignet afhankelijk van het werkelijk gebruik van het belastbaar wegennet, en wel per dag, per week of per maand. Duitsland is uit het eurovignetsysteem gestapt en opteert voor een kilometerheffing . Dit brengt voor de Belgische vervoerder een bijkomend nadeel teweeg. De Belgische vervoerder moet immers voortaan naast het volledige jaarbedrag van het eurovignet ook de Duitse kilometerheffing betalen wanneer hij zich op het Duitse autowegennet begeeft. Daarom wordt een gedeeltelijke teruggave van één of twee twaalfden van het eurovignet voorzien al naargelang de periodes van gebruik van het wegennet waarop tolgeld wordt geheven respectievelijk minstens 30 of 60 dagen betreft. Dat deze maatregel een goed initiatief is wordt bewezen door het feit dat het Waals Gewest en ook het Brussels Gewest deze maatregel kopiëren. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel is op 1 juli 2003 in werking getreden.
17. Vrijstelling van successierechten voor bossen Een volledige vrijstelling van successierechten voor bossen geldt onder de voorwaarde dat er een beheersplan is opgemaakt dat voldoet aan de principes van duurzaam bosbeheer zoals vastgesteld door de Vlaamse regering. Het bos moet na het overlijden gedurende 30 jaar als bos bewaard blijven. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel is op 1 januari 2003 in werking getreden. 18. Vrijstelling van successierechten en van het gewestaandeel in de onroerende voorheffing voor gronden gelegen in het Vlaams Ecologisch Netwerk Het Vlaams Ecologisch Netwerk is een samenhangend en georganiseerd geheel van gebieden van open ruimte waarin een specifiek beleid inzake natuurbehoud, dat gebaseerd is op de kenmerken en elementen van het natuurlijk milieu, de onderlinge samenhang tussen de gebieden van de open ruimte en potentiële natuurwaarden wordt gevoerd. Als een vorm van compensatie wordt aan de grondeigenaars wiens perceel gelegen is binnen een VEN – gebied een vrijstelling geboden van het gewestaandeel in de onroerende voorheffing en bovendien geldt bij een vererving een volledige vrijstelling van successierechten.
6
Enige vormvereiste hierbij is dat in de aangifte van nalatenschap wordt verzocht om de toepassing van de vrijstelling en dat bij die aangifte een attest gevoegd wordt waaruit blijkt dat de gronden als VEN-gebied werden afgebakend. Wanneer is deze maatregel voelbaar voor de burger ? De maatregel is op 1 januari 2003 in werking getreden.
7