Amsterdamse Vereniging tot Bevordering van de Bijenteelt (AVBB) Voorzitter: Penningmeester: Secretariaat: Bestuur:
Rob Saal Ria Obdam Katinka van Ankeren Eline Pellinkhof Oscar Eerland Ina Ruijter
Redactie:
Ries Hoogendoorn Ookmeerweg 174/8 1068 AV Amsterdam 020-6103401
[email protected] www.bijenpark.nl Baron v. Schimmelpennick v. d. Oyeweg 4 1067 HV Amsterdam
Onze Website: Adres: Redactieleden:
Eline Pellinkhof Katinka van Ankeren Trudy Franc
Bij-Zaken verschijnt 4 keer per jaar Verschijningsdatums: 1/3, 1/6, 1/9, 1/12 Kopij moet uiterlijk 1 week voor verschijningsdatum bij de redactie zijn Stichting Bijenpark Amsterdam (SBA) Secretariaat:
[email protected] Voor de huur van een siertuin en de aan- of verkoop van huisjes kunt u zich schriftelijk wenden tot het secretariaat van de SBA. Voor de huur van een tuin of imkertuin is het lidmaatschap van de AVBB vereist.
2
Nieuwjaarsreceptie Zondag 6 januari 2013 om 15.00 uur Museum - Nieuwe Park U bent weer allemaal van harte welkom op deze traditioneel drukbezochte receptie, waar u uw mede-leden een voorspoedig nieuwjaar kunt wensen.
Van de Bestuurstafel Het tuinseizoen en bijenjaar ligt weer achter ons. De bijen houden elkaar warm in de wintertros, de imker moet de volken voor Kerstmis nog eenmaal behandelen tegen de Varroamijt. Ondergronds maken de planten zich op voor het komende jaar. En nu maar afwachten wat het komende jaar ons zal gaan brengen aan bijen- en tuingenot of -droefenis. Mocht nog in de laatste BIJZAKEN het weekend van 21 en 22 september reeds genoemd worden waarop het lustrum gevierd gaat worden. Nu is vastgesteld dat de definitieve keuze is gevallen op ZONDAG 22 SEPTEMBER 2013. De ledenvergadering van 20 november jl. heeft de begroting voor het jubileum goedgekeurd. Er is nu € 8700 beschikbaar. In dit bedrag is ook opgenomen de opbrengst van de veiling : € 2200. Er loopt nog een subsidieaanvraag voor de uitgave van het jubileumboek. Dit boek verschijnt zeker, maar elke financiële ondersteuning is welkom. De jubileumcommissie onder aanvoering van John Löwenhardt en verder bestaande uit Ina Ruijter, Lydia van Veen, Marianne Ziekemeyer en Marja van der Veldt zullen nu het programma verder gaan uitwerken en vorm geven. Rob Saal
In memoriam Dick Dijkman Een fijne leerling en gedreven imker.
AAN DE BIJEN VAN DICK, Zeg, de baas is niet meer; hij leeft niet meer, bijen! Verspreid dit droef nieuws over bloemen in weien. Vertel het droef nieuws aan vogels en vlinders, hij is niet meer bijen.., die jullie zag als zijn kinders.
3
Hoveniersbedrijf
TUINDORP bv. Nieuwemeerdijk 13 1171NA Badhoevedorp
Website: www.hoveniersbedrijftuindorp.nl E-mail:
[email protected] Tel: 020-6192484 / Fax 020-6192012 AL MEER DAN 35 JAAR ERVARING IN AANLEG, ONDERHOUD EN RENOVATIE
Vereniging van hoveniers en groenvoorzieningen
Speciaal voor de bijenparken levering van grond, compost, zand e.d. zonder bezorgkosten. Wilt u ook profiteren van onze vakkennis & vakmanschap maak dan een vrijblijvende afspraak
©MJH
Natuurlijk middel tegen slakken Vooral op net NP hebben we erg veel last van (naakt)slakken. Als je niet oppast, vreten ze de tuin kaal. Natuurlijk kunnen wij de slakken niet bestrijden met gif. Zelfs zogenaamde ecologische middelen zijn slecht; niet alleen de slakken, maar ook egels en merels gaan er dood van. We moeten dus maar zien dat we met slakken leren leven. Planten kopen die ze niet lusten is een goed middel. Maar er zijn nu toch twee oplossingen: koperen ringen of kopertape om kwetsbare planten plaatsen koemest in poedervorm strooien Het eerste is tamelijk duur, maar helpt echt. De slak krijgt een heel klein schokje van het koper en blijft weg. Poederkoemest (dus geen korrelmest) schijnt ook helemaal niet leuk voor de slak te zijn, het verandert de zuurgraad van de grond iets. Volgens de kenners van biologisch bestrijden ben je af van 90% van de slakken. Ik heb dat nog niet uitgeprobeerd, maar mesten moet je toch en waarom dan niet eens poederkoemest proberen. De koperen ringen en kopertape zijn o.a. verkrijgbaar bij www.kopersporen.nl en de poederkoemest is van het merk Naturado: www.naturado.nl Wie weet komen we toch nog eens van de slakken af. Trui
4
Gelezen door Ries Uit de wetenschap; Apidologie Volume 43, Nummer 3 (2012)
Apidologie Deel 1; Klein, maar oho: het geheugen van de honingbij Een miljoen zenuw cellen samengepakt in maar één mm³. Dat is de grootte van het geheugen van de honingbij. Kleiner dan een speldenkop, met een gewicht van 1 mg, maar met een geweldige capaciteit: bijen kunnen sociaal met elkaar communiceren, leren en hebben een uitstekend oriëntatievermogen. Hoe kunnen zulke kleine hersens F. Antenne – FA. Fasetogen - DF. Geur
zo’n grote prestatie leveren? We– SG. Zintuig – PK. Geheugencentrum – reldwijd is men op zoek naar PA Puntogen - OR. zenuw receptoren antwoorden. Neurobiologen onderzoeken het bijenbrein door observatie van de bij in haar natuurlijke omgeving en door leerexperimenten met enkele bijen. Een directe blik in het hersenmechanisme helpt te ontdekken hoe het geheugen bij de bijen werkt. Inzichten hierover zijn kortgeleden in het artikel: “Actuele concept voor neurofysiologie van de honingbij” in het vakblad Apidologie in samenvatting verschenen. De volgende thema’s zijn daarbij extra uitgelicht: o.a. zien, ruiken, leren en geheugen, sociale communicatie, navigatie. Verder is onderzocht hoe bijvoorbeeld etherische olie en insecticiden invloed hebben op de hersenen en het gedrag en hoe de ogen van bijen werken; zien ze kleuren en vormen en herkenen ze die in het leerproces? Het is gebleken dat bijen heel snel weten om de vlucht van A naar B af te steken, terwijl ze die nog niet eerder hebben gevlogen. Met welke zintuigen nemen ze geur uit hun omgeving waar? In welk hersendeel worden deze signalen verwerkt? Wat gebeurt er als deze signalen verstoord worden door bijvoorbeeld insecticide, of door de imker bij het bestrijden van de varroa?
Apidologie In dit deel heeft Dr. Heike Ruff het weten en het zien van de bijen voor ons samengevat. Niet iedereen weet misschien dat bijen vijf ogen hebben: en wel twee facetogen en drie kleinpuntogen (ocellen).
5
Duizend enkele beelden tesamen een volledig beeld. De beide facetogen zijn onderverdeeld in zeshoekige enkelvoudige ogen (ommatidien),met 5000 lenzen per facetoog, die de bij de mogelijkheid geven om een panoramisch gezichtsveld te vormen. Het aantal facetten is variabel: voor de darren zijn het er 7.000 tot 8.000 voor de koningin 3.000 tot 4.000 en voor de werksters 4.000 tot 5.000. Ieder facet bestaat uit een doorzichtige lens en een kristalkegel. Direct daaronder komt een bundel van acht lichtgevoelige cellen. In het centrum ligt het lichtgevoelige deel (Rhabdomer). Dit geheel is met pigmentcellen omgeven zodat het licht recht naar het gevoelige deel gaat en de andere facetten afschermt, zodat ieder een enkelvoudig beeld waarneemt dat verder wordt geleid. Alle enkelvoudige kegels worden in de hersenen samengevoegd en vormen zo een mozaïekvormig beeld. Deze opbouw van de facetogen biedt een extreem breedbeeld van 280° bij een waarneming van 265e per seconde (Ter vergelijking: de mens heeft maar een maximum van 180° en 45e.) hierdoor kan de bij snelle bewegingen zeer goed zien. Geen wonder dat, degene die druk met zijn handen naar de bij slaat gestoken wordt, maar die niet beweegt vaak niet eens wordt op gemerkt. Terwijl de facetogen kleuren kunnen onder scheiden, nemen de puntogen(ocellen) licht en donker waar. De drie enkelvoudige ogen in het midden boven op de kop zijn met een evenwichtsorgaan verbonden en functioneren als een soort licht-kompas. Dit ondersteunt de bij in zijn dagelijkse werk en bij de navigatie en stabiliseren van de vliegrichting. Deze drie ogen reageren op het korte lichtsignaal van het gepolariseerde licht. De starre lenzen bundelen al het invallende licht op één nethuid met fotosentive cellen die alle lichtsignalen verder leiden. De beide oogtypen werken perfect samen, en gebruiken de geringe beweeglijkheid van de kop. Dat de wereld van de bijen kleurig is, dat kon Karl von Frisch al in 1914 aan tonen; zo hebben de bijen de beschikking over een drie kleurig spectrum met een bereik van 300 tot 650nm. Mogelijk dat hiervoor drie fotoreceptoren in de bijenogen aanwezig zijn, namelijk een korte- , middelen een lange golfbereik. In de 70e jaren werden al speciale zenuwcellen gevonden die deze informatie omzet. Wij mensen hebbeneen drie kleurig zichtvermogen, zo ook de bij. Dat spectrum omvat een golfbereik van 300 (UV) – 650 NM “de mens van 400 – 700 NM”. Drie receptoren in het bijenoog nemen dit golfbereik waar, namelijk, een voor de korte-, de midden- en de lange golf. Puntoog doorsnee
6
Facetoog doorsnee
Centraal zenuwstelsel
CL. Lens – CZ. Nethuid – ZK. Celkern – CZ. Hoornvlieslens – Rh. Rhabdom – N. zenuw streng
CL. Cornealens – KK. Kristalkegel – Rh. Rhabdome – SZ. Zichtcel – NF. Zenuwstring -
PK. Bovenhersens - Centraal zenuwstel
Onvoorstelbare handigheid ontdekt Bijen kunnen niet alleen kleuren onderscheiden maar ook patronen en vormen herkennen. Uitgebreide studies van de bijen hebben de laatste jaren aangetoond, hoe ze de wereld om zich heen waarnemen: ze voelen, zien, ruiken en leren, kunnen kleuren, patronen en vormen onderscheiden en hebben een enorm geheugen. Dankzij de hedendaagse technologie kunnen we beter begrijpen hoe alles visueel wordt verwerkt. En hoe ze de signalen uit hun omgeving verwerken (de cognitieve vaardigheden). Zo kunnen ze tellen en objecten naar kleur en patroon in categorieën rangschikken. Zelfs kunnen ze symmetrie van ringvormige en stervormige structuren van een patroon onderscheiden en samenvoegen. Als gevolg van de voortdurende vooruitgang van de meeste moderne technologieën, kunnen wij heden ten dagen beter en beter begrijpen hoe dit visuele wordt verwerkt. De talenten van de bijen blijken nog veel beter te zijn dan tot dusver bekend was. Zij kunnen niet alleen tellen, maar ook verbindingen leggen bij verschillende omstandigheden: voedselhoeveelheid en tijd van nectarproductie. Ook hier zijn de drie receptoren van belang om de patronen te herkennen. Ontdekt een bij nectar of pollen dan herinnert zij zich de kleur, vorm, geur en de soort, en hoe ze het effectiefst bij de nectar en pollen komt. Daarbij onthoudt ze wanneer de bloemen nectar produceren. Op grond van deze ervaring bepaalt zij wanneer het loont om de plant te bezoeken. En eenmaal geleerd kan ze heel flexibel verschillende dingen aanpassen. Als ze in de kast te lang naar een vrije cel moet zoeken om haar pollen kwijt te raken, dan houdt dat in dat het volk minder pollen nodig heeft en zij haar dagelijkse bezigheid beter op een andere bron kan richten, bijvoorbeeld nectar verzamelen. In de volgende aflevering gaan we verder met reuk en smaak.
---------Bijgerecht-------Recepten met honing verzameld door Trui Franc
7
Hete kip met honing
(hoofdgerecht, 4 per.)
Nodig: 4 kipfilets 6 el honing 2 chilipepers, fijngehakt 2 el. Worcestersaus 2 el. azijn 1 rode paprika, in 8 parten gesneden 1 ui, in 8 delen gesneden 1 courgette, in 8 plakken van 1 cm. 8 grote champignons Zout, peper 250 gr. rijst 8 satéstokjes, (zo mogelijk van metaal, of leg houten stokjes een tijdje in water) 1 ovenschotel Bereiden: Meng de honing, chilipeper, Worcestersaus, azijn, zout en peper tot een marinade. Kerf de kipfilet een paar keer in (niet doorsnijden!), leg ze in de ovenschaal en bedek ze met het honingmengsel. Laat minimaal 1 uur marineren. Prik de paprika, ui, courgette en champignons aan de 8 satéprikkers. Zet de kip met marinade 25 á 30 min. in een voorverwarmde oven op 180ºC. Bedruip de kip 2 á 3 keer. Kook intussen de rijst. Vet een grilpan in met olie en gril de groentespiesen. Haal de kip uit de ovenschaal en bewaar afgedekt onder aluminiumfolie. Schenk het braadvocht in een (steel)pan en kook tot de helft in. Serveer met de kip, rijst en groentespiesen. Rectificatie: In het recept van de bramenmousse (september 2012) is per abuis een belangrijk ingrediënt weggelaten; er moeten nog twee eieren in.
Foto: Gezien boven in een muur van een flat in het Centrum van Kopenhagen
8
Vuurwerk jaagt vogels in de stress (ingekort uit: Het Parool, woensdag 28 december 2011, Sam de Voogt) Het is voor vogels een ellende om tijdens oud en nieuw in Nederland te zijn. De enorme hoeveelheden vuurwerk die tijdens de jaarwisseling worden afgestoken, leiden tot grote paniek onder vogels. Voor het project Fly-safe, om vogels en vliegtuigen uit elkaars vaarwegen te houden, deed de luchtmacht in samenwerking het KNMI en het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteemdynamica de laatste jaren onderzoek naar de effecten van vuurwerk tijdens de jaarwisseling op vogels. De luchtmacht had waargenomen dat grote groepen vogels opvlogen tijdens de jaarwisseling. Op zich geen spectaculaire waarneming, maar nog nooit was het wetenschappelijk onderzocht. De onderzoekers maakten gebruik van dezelfde soort weerradar die ook voor buienradar.nl wordt gebruikt. Dat maakte het mogelijk om ook ’s nachts tijdens de jaarwisseling de activiteit van vogels te meten. Om het geknal te ontvluchten blijken de vogels tot wel 500 meter hoog op te vliegen en drie kwartier lang op die hoogte te blijven hangen. Dat is veel hoger en langer dan ze normaal vliegen. Dat kan alleen maar door een adrenalinerush die ze krijgen van de schrik. Zolang vliegen op die hoogte kost enorm veel energie. Daar moeten ze zeker een paar dagen van bijkomen. De vogels verzwakken daardoor erg. Een koude winter erbij kan dan voor een hoog sterftecijfer zorgen. Bovendien kunnen vogels in blinde paniek opvliegen tegen gebouwen of elektriciteitsdraden. Daarnaast wordt het gedrag ernstig beïnvloed. De desoriëntatie die volgt na de schrik is nog veel gevaarlijker voor de vogels. De afgelopen drie jaar bleek dat op 1 januari vlak na middernacht duizenden vogels opvliegen en dan lange tijd in de lucht blijven hangen. Het begint al even voor middernacht en rond 0.15 uur is de concentratie opvliegende vogels het grootst. De metingen laten zien dat vooral watervogels als ganzen, smienten en andere eendensoorten, met duizenden tegelijk opvliegen. Gelukkig is nooit ergens melding gemaakt van vogels die uit de lucht vallen door vuurpijlen. Die zijn wel onschadelijk als ze de natuurgebieden bereikt hebben. De metingen worden vooral gedaan boven natuurgebieden vlak bij grote stedelijke gebieden, omdat daar nou eenmaal veel vogels zijn. (Ook onze Bijenparken zijn zulke natuurgebieden, red.) Daar komt bij dat in de steden zelf zoveel vuurwerk afgestoken wordt, dat op de radar de vogels niet meer goed te zien zijn. Het is dus zeer waarschijnlijk dat de vogels in de steden nóg veel meer te leiden hebben van ons vuurwerk.
9
--------Bijsluiter-------Overdosis
Column van Trui Franc
Er zijn op de wereld drie plekken zonder seizoenen, daar is het aldoor min of meer hetzelfde weer. Allereerst zijn daar natuurlijk de tropen en op de tweede plaats de woestijngebieden. De derde plek is Amsterdam. Sinds anderhalf jaar zijn hier de seizoenen afgeschaft. In de rest van de wereld is het duidelijk zomer, herfst, winter of lente. Zelfs op de polen is er verschil tussen zomer en winter. In het noorden van Noorwegen kennen ze naar eigen zeggen de witte en de groene winter; toch nog twee seizoenen. Is het in de tropen alleen zomer, in Amsterdam is het de laatste jaren alsmaar herfst. Ik vind herfst wel een leuk jaargetijde. Storm, slagregens tegen de ruiten met af en toe bliksem en een flinke donderslag. En dan zelf lekker binnen met een kop thee en een goed boek, appeltaart in de oven en ’s avonds een lekkere stoofpot. Heerlijk! Toegegeven, dat geldt alleen als ik er niet meer uit hoef, maar dan is het ook echt genieten. Maar tegenwoordig wordt de herfst wel wat erg overdreven; het is aldóór herfst. Zelfs mij gaat dat vervelen. Het is gewoon een overdosis. Ik wil ook wel eens wat anders qua weer. Maar dat zit er helaas niet meer in, vrees ik. De opwarming van de aarde houdt bij ons in: kalenderrond wind, water en min of meer dezelfde temperaturen. Vorige zomer begon dat zo’n beetje, veel regen, een graad of 17/18 en het woei hard. Daarna kwam de herfst: regenachtig, een
10
graad of 13/14 en veel harde wind. De winter: regenachtig, een graad of 10/12 (uitgezonderd anderhalve week) en veel te veel wind. Het voorjaar: regenachtig, een graad of 15/16 en heel veel wind. Het werd zomer: de regen kwam met bakken uit de hemel, het was een graad of 17/18 en er stond continu een harde wind. Het ene regengebied na het andere trok over. Op de langste dag moesten overdag de lampen aan. Blikseminslagen zorgden voor storingen op het spoor en de brandweer was druk met ondergelopen kelders. De weermannen en vrouwen noemden het al warm als er per ongeluk 20°C. voorspeld werd. En als de regen eindelijk ophield, begonnen onmiddellijk de buien… plensbuien. En áls er al droog weer werd voorspeld, werd er altijd bij gezegd: “Er is wel een buitje mogelijk”. Dan hadden we het dus over een droge dag. Half augustus stond onze vijver tot de rand gevuld. Liep je op het gras, dan veranderde dat in een zompige modderpoel. In het OP zakte je tot je oksels weg in het veen en kon je je alleen soppend voortbewegen. Op het NP zoog de klei je klompen van je voeten. Thuis op het balkon hebben alle gezellige eenjarige plantjes het nog geen maand uitgehouden; allemaal verwaaid en verregend. “De hele zomer bloemen” zegt Jan, de plantenman van ‘Plantje van Jantje’ op de Lindengrachtmarkt altijd. Maar ja, geloof dat we welgeteld 3 dagen zomer hadden. Ik was toen met vakantie en heb zodoende de zomer compleet gemist. Of nee, later kwamen er nóg vier zomerse dagen. Maar die waren meteen zo overdreven heet, dat de planten verschroeiden waar je bij stond. En verder…. alleen nog maar slagregens en stormwind. In juni, juli en augustus viel er in Amsterdam in totaal 490mm. regen. (Weerman Jan Visser vertelde dat 200mm. normaal is.) Daar kunnen zelfs de plantjes van Jantje niet tegen. Al mijn mooie sulfinia’s en lobelia’s, verlept voor ze op hun mooist zouden zijn. Van sommige plantjes stonden al gauw alleen nog een paar steeltjes overeind. Zelfs de diascia’s, toch niet voor een kleintje vervaard, stonden er al in juni verzopen en verwaaid bij. Het was treurig. Het enige voordeel was dat ik dit jaar nauwelijks water hoefde te geven. Maar toch, ik heb wel weer eens zin in ander weer. Gewoon lekker échte seizoenen. Eerst winter, niet te lang, dan wat langer een mooie lente, en daarna eindelijk weer een heerlijke, zonnige lange zomer. Geef ik de plantjes wel weer zelf water. tekening Hein de Kort, Parool 17 juli 2012
11
Agenda (onder voorbehoud)
Tuinzondagen
Imkersoos
Meestal elke laatste zondag van de maand om 16.00 uur. Plaats: Museum NP
Elke 1e zondag van de maand 10.30 uur inloop met koffie. Aanvang: 11.00 uur. Plaats: Museum NP
Afz: AVBB M.J. Hoogendoorn Ookmeerweg 174 1068 AV Amsterdam
Bezorgadres:
Te koop op de Nieuwjaarsreceptie: de enige echte AVBB jubileum postzegels! € 5,- voor een velletje van 10 zegels.
12
• 2 december Film (We maken nog bekend welke film dit wordt) • 6 januari
Nieuwjaarsreceptie vanaf 15.00 uur in het Museum op het Nieuwe Bijenpark