Amsterdamse Vereniging tot Bevordering van de Bijenteelt (AVBB)
Voorzitter: Penningmeester: Secretariaat: Bestuur:
Redactie:
Onze Website: Adres: Redactieleden:
- (vacature!) Thomas Luyken NL98 INGB 0000 2369 73 Jan Wieringa
[email protected] Eline Pellinkhof Oscar Vrij Ina Ruijter Marja van der Veldt Ries Hoogendoorn Ookmeerweg 174/8 1068 AV Amsterdam 020-6103401
[email protected] www.bijenpark.nl Baron v. Schimmelpennick v. d. Oyeweg 4 1067 NH Amsterdam Eline Pellinkhof Trudy Franc
Bij-Zaken verschijnt 4 keer per jaar Verschijningsdatums: 1/3, 1/6, 1/9, 1/12 Kopij moet uiterlijk 1 week voor verschijningsdatum bij de redactie zijn Stichting Bijenpark Amsterdam (SBA) Secretariaat:
Lizet Hoekert
[email protected]
Voor de huur van een siertuin en de aan- of verkoop van huisjes kunt u zich schriftelijk wenden tot het secretariaat van de SBA. Voor de huur van een tuin of imkertuin is het lidmaatschap van de AVBB vereist.
2
Algemene Ledenvergadering
van de Amsterdamse Vereniging tot Bevordering van de Bijenteelt
zondag 29 maart 2014, 14.00 uur Let op het is zomertijd!
(Na de vergadering volgt om 16.00 uur een lezing over solitaire bijen door Rinus Sommeijer!) In het Museum op het Nieuwe Bijenpark, Baron van Schimmelpenninck van der Oyeweg 4, 1067 HV Amsterdam U wordt ontvangen met koffie vanaf 13.30 uur 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Opening door en mededelingen van de voorzitter Verslag Algemene Ledenvergadering van 27 april 2014 Ingekomen stukken Jaarverslag 2014 Financieel verslag 2014/begroting 2015 Verslag van de kascommissie/benoeming kascommissie Activiteiten verenigingsjaar 2015 Verkiezing bestuursleden: aftreden Thomas Luyken en voordracht bestuur Rondvraag
Sluiting van de vergadering
Nieuwjaarsreceptie Zondag 11 januari om 15.00 uur Museum – Nieuwe Park U bent weer allemaal van harte welkom op deze Traditioneel drukbezochte receptie, waar u uw mede-leden een Voorspoedig nieuwjaar kunt wensen.
Beste leden, Eline, Trudy en ik maken vier keer per jaar de Bij-zaken. Vaak staat de Bij-zaken vol met weetjes over bijen. Maar tuiniers zijn ook leden van de vereniging en van jullie zouden wij ook graag wat weetjes over je tuin, tuinieren of algemene dingen willen zien en publiceren. Iets gezien in je tuin? Schrijf er eens over, of stel een vraag. Bij-Zaken is voor ons allemaal, een klein regeltje is al voldoende. Groeten, Ries Hoogendoorn, redactie Bij-zaken
3
Gezocht: Schoonmaker
Schoonmaker voor het museum. Werktijden naar eigen inzicht. De werkzaamheden bestaan uit schoonmaken van o.a.: 3x sanitair, keuken, ramen, vloer, museumvitrines. De maandelijkse werkzaamheden worden beloond met een vast bedrag.
Gezocht: Penningmeester (Tuinier-Imker) Penningmeester voor de AVBB-administratie. Zij/hij hoeft geen kennis van bijen te hebben, die krijgt zij/hij wel in de loop van de tijd... Reacties graag naar: Jan wieringa,
[email protected]
Plannen voor de imkersoos De soos vindt plaats elke 1e zondag van de maand. Aanvang 11.00 uur, inloop vanaf 10.30 uur. De eerste zondag in februari staat in het teken van zwermbeheersing. Enkele imkers vertellen of en hoe zij aan zwermbeheersing doen. De bedoeling van deze ochtend is dat toehoorders kennismaken met verschillende manieren van zwermbeheersing. Maar we laten ook graag u aan het woord over uw manier van werken. Voor de eerste zondag in maart willen we een vertegenwoordiger van de Stichting Smart Beeing uitnodigen. Stichting Smart Beeing staat voor een praktische, flexibele en zakelijke aanpak van de bijenproblematiek. Centraal staan bouw en beheer van bijenstallen waar de bijen zo veel mogelijk hun natuurlijke leven leiden en daarmee zichzelf kunnen versterken. Daarnaast werkt de stichting aan voorlichting en kennisoverdracht – heel praktisch en concreet. De initiatiefnemers doen een beroep op (maatschappelijk verantwoorde en duurzame) ondernemers die op een of andere manier willen investeren in behoud en versterking van bijenvolken. Hoe doen ze dat, tegen welke problemen lopen ze aan en wat zijn de resultaten tot nu toe? De soos van april (1e zondag is 1e Paasdag) vindt plaats op de laatste zondag van maart om 16.00 uur. Het wordt een gezamenlijke bijeenkomst van imkers en tuiniers. Spreker die dag is Rinus Sommeijer. Hij heeft een verhaal over solitaire bijen en bestuiving en (terzijde) de relatie solitaire bijen en honingbij. We hopen u op alle bijeenkomsten te mogen begroeten, Ina Ruijter en Marja van der Veldt
4
De wondere wereld van de pollenkorrel Jose Mannaert Met een recente impressie van de pollenkorrel op mijn netvlies fiets ik naar het Joke Smit college. In de hal wordt d.m.v. crowdfunding aandacht gevraagd voor de restauratie van prachtige muurschilderingen uit Tertiair en Perm. Oude geologische perioden waarin ooit de voorouders van de huidige bloemplanten zijn ontstaan en zo ook de pollenkorrels. De soos van 2 november was een leuke bijeenkomst over Palynologie of pollenanalyse in honing. Goed te gebruiken om na te gaan waar de honing vandaan komt. Het was wel even zoeken om de pollen goed in beeld te krijgen, maar uiteindelijk heb ik er wel een paar gezien. De pollen die ik gezien heb, waren die van koolzaad en linde, een verplette witte klaverkorrel die de druk van een dekplaatje niet overleefd had en mogelijk een ligusterpollenkorrel. De korrels verschillen in grootte en in vorm. De meeste zijn mooi symmetrisch van vorm. Het prepareren nam wel wat tijd in beslag en ik vroeg mij af of je in hoog zomer op het bijenpark ook met pure pollenkorrels kunt werken. Je weet dan direct de plant met de korrels te verbinden. Dat kan helpen met het determineren van de korrels in de honing. Jos Verhulst is de man die ons geholpen heeft om de preparaten te maken en te zoeken naar de korrels. Hij is die ochtend helemaal opgehaald uit Wageningen door Ina Ruijter en kompaan. Zij zijn daarvoor al om 6 uur in de ochtend op pad gegaan. Er stond een groot aantal microscopen ter beschikking en het was dan ook een soort microscopen gebruikerstest. Duidelijk was dat een fijnstelknop onontbeerlijk is. Van de vijf microscopen die ik heb gebruikt, sprong er een uit. Een Olympus. Het precieze type heb ik wel ergens genoteerd voor het geval ik er ooit nog eens een wil aanschaffen. Een preparaat van honing uit Amsterdam-Noord had een groot scala aan korrels. Het was een leuke en interessante bijeenkomst met veel enthousiaste deelnemers.
5
Bijenzwermen Het zwermseizoen lijkt nog ver weg. Desondanks nu alvast een oproep: wie wil er in 2015 op de zwermenschepperslijst van de AVBB? De zwermenschepperslijst geeft per buurt/stadsdeel aan welke imkers beschikbaar zijn om zwermen te scheppen. Geef je dus vooral op voor de buurt van je eigen volken, zodat je je eigen zwermen kan scheppen. Of de buurt van je werk, zodat je met schepkorf en al onder de arm een goede reden hebt om eerder de deur uit te gaan. De praktijk is overigens dat je vaker gebeld wordt voor hommels en af en toe wespen, tenminste, zo is mijn ervaring. Maar met wat uitleg over hoe met die beesten om te gaan, wordt menig volkje alsnog niet bestreden. Opgave door je naam en postcodecijfers te mailen naar
[email protected] met als onderwerp: zwerm. De AVBB zorgt voor verspreiding van deze lijst.
Het was me het zomertje wel
Ries
Nu deze Bij-Zaken is verschenen hoop ik dat het een klein beetje winter zal worden dit keer. Ik dacht dat afgelopen zomer al in 2013 begon, want een winter kan ik me niet herinneren, en nu in oktober zit ik nog in mijn t shirt in de tuin en werk ik nog door als het een beetje regent, dan voelt dat nog warm aan. Maar als je door het park loopt hoor je het ritselen om je heen en ligt er overal al wat blad. Laat dat eens liggen of veeg het onder een struik, daar kan de egel goed gebruik van maken. De bomen weten wel wat er gaat gebeuren, het ruikt naar herfst, overal zitten de vel gekleurde bessen aan de struiken en aan de bomen zitten de beukennootjes en eikeltjes, waar straks de vogels profijt van zullen hebben. Op de grond daar zijn nu de paddenstoel zichtbaar, maar onder de grond zitten kilometers lange schimmel-draden die alles verteren naar hapklare brokken voor straks als het weer lente wordt en het blad en de bloemen weer moeten gaan verschijnen. Het ritselt lekker om mijn voeten, ik ben in het drachtplantenbos aan de gang gegaan om wat orde op zaken te stellen en wat bij te planten, het is een lust om te zien hoe alles is uitgedijd. Er zijn planten die mooi gedeeld kunnen worden, waarmee ik de vlakken nog groter en aangesloten kan maken. Nu kunnen we overal de paddenstoelen zien verschijnen maar ze zijn er eigenlijk het hele jaar op onze snipperpaden, op een stronk en dan plotseling zien we ze verschijnen; de vliegenzwam waar kabouter Spillebeen zo lekker op heen en weer kon wippen. Je vindt hem op ons park niet zo snel, maar als er berken, beuken en eiken staan dan zou het mogelijk zijn. De bovist zie je buiten ons park vaak op de dijk in het gras, het hazenpootje op dood hout en het fluweelpootje groeit op es, wilg en populier. Je hoort geen vogel meer zingen want ze hebben het veel te druk met eten, af en toe terwijl ik bezig ben hoor ik van uit de stuik naast me een scherp “stie”, daar zit dan een roodborstje die iets te eten ziet bij mijn gegraaf. Ik stop even en –roetsj, hebben- en weer weg is hij. En zolang ik bezig ben gaat dat door, ook de merel komt even langs samen met het winterkoninkje. Nu het stil is gaat er een muisje met een hazelnoot vandoor, ook weer goed voor de wintervoorraad. De bijen doen dat ook, want nu het zolang warm is komt er veel stuifmeel vrij van onder andere de klimop. De dames hebben het er druk mee, ‘binnen is binnen’ zouden wij mensen zeggen. Als ik een beetje vroeg ben dan hangt nog overal de dauw en kun je de spinnenwebben mooi zien; ook de spin is druk doende, ook al zie je dat niet zo direct, met zich klaar maken voor de winter. Laat u tuin eens gewoon zo liggen en ruim van het voorjaar pas op.
6
7
Gierzwaluwen in kaart gebracht Ingekort uit: Het Parool, zaterdag 16 augustus 2014 De gemeente Amsterdam laat alle verblijfplaatsen van gierzwaluwen in kaart brengen. Zo kan de deze stadsvogel beter worden beschermd. Ecoloog Gert de Jong inventariseerde in 2013 de gierzwaluwnesten in het centrum van Amsterdam. Op een digital plattegrond zijn al 294 broedplaatsen zichtbaar gemaakt. In 2014 heeft de Jong ook de verblijfplaatsen in de negentiende-eeuwse ring rondom het centrum in kaart gebracht. Sinds 2009 zijn gierzwaluwnesten gedurende het hele jaar beschermd. De vogels zijn honkvast en keren elk jaar naar dezelfde plek terug om te broeden. Door het inventariseren van exacte adressen kunnen de broedplaatsen beter worden beschermd. In het centrum kan bij vergunningsaanvragen voor renovatie of bouw makkelijk gekeken worden of op dat adres gierzwaluwen verblijven. Voor zo’n adres geeft de gemeente tijdens het broedseizoen geen vergunning om een bouwsteiger neer te zetten. De Jong fietst elke dag door de stad op zoek naar nesten. Hij scant straten op geschikte daken, de dakpannen van negentiende-eeuwse panden. Nieuwe gebouwen hebben vaak een bitumen dakbedekking en niet genoeg spleten en kieren waar de vogels hun nesten in kunnen bouwen. De Jong let vooral op poepvlekken. Zijn die vers en komen er in de loop van de week steeds meer bij, dan weet hij dat daar een nest zit. Ook mussen en spreeuwen broeden in daken, maar die laten op een andere manier poep achter. Gierzwaluwen zijn veel netter. Bewoners merken vaak helemaal niet dat ze gierzwaluwen onder hun dak hebben. Het aantal gierzwaluwen nam flink af toen in de jaren zeventig met de stadsvernieuwing werd begonnen. Vaak wordt gezegd dat de aantallen nog steeds achteruitgaan, doordat de vogels in de moderne geïsoleerde woningen onvoldoende nestgelegenheid kunnen vinden. Ter compensatie heeft de Gierzwaluwwerkgroep Amsterdam sinds 1993 duizenden nestkasten op panden gemonteerd, of laten inmetselen in nieuwbouwcomplexen, soms met subsidie van de gemeente. Ook architecten en projectontwikkelaars metselen steeds vaker kasten voor huismussen en gierzwaluwen in. De Jong onderzoekt hoe goed die worden gebruikt. Gierzwaluwen zijn van eind april tot augustus in Nederland en broeden vrijwel altijd in stedelijk gebied. De rest van het jaar verblijven ze in Afrika, waar ze de regen volgen van Congo tot in Mozambique. In de regentijd kunnen ze het best op insecten jagen. Inmiddels is de gemeente ook begonnen met het in kaart brengen van de broedplaatsen van mussen en de verblijfplaatsen van vleermuizen. Vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen zijn met hun verblijfs- en broedplaats bij wet beschermd. De gemeente wil zorgen voor een generieke ontheffing van de Floraen Faunawet, zodat er niet voor alle werkzaamheden apart ontheffing moet worden aangevraagd. Met een generieke ontheffing kunnen de dieren volgens de stadsecologen beter worden beschermd. De digitale plattegrond van gierzwaluwen in het centrum van Amsterdam is te zien op: maps.amsterdam.nl/vogels.
Spektakel boven de Lindengracht
Trui Franc
In deze donkere dagen voor kerst ga ik in gedachten nog even terug naar afgelopen zomer…. Vlak voordat onze zomervakantie begon zaten Christine en ik,
8
om dat heugelijke feit te vieren, gezellig op het terras van restaurant Caramba op de Lindengracht. Margarita hield ons lekker gezelschap. Het was heerlijk weer en dit was dé manier om de vakantie in te luiden. Even dacht ik een buizerd te horen, maar ja, dat is natuurlijk idioot, zo midden in de stad. Alhoewel, een paar weken eerder zag ik een paar keer een buizerd cirkelen. Vermoedelijk is er een paartje woonachtig in het Westerpark. Maar goed, dit zou wel de schuld van die margarita zijn. Wij zaten te genieten van het gepiep en de caperiolen van de gierzwaluwen boven ons hoofd in hun jacht op lekkere muggen. Het ultieme zomergevoel. Maar opeens zag ik toch echt een buizerd erg hoog in de lucht. Hij liet zich niet meevoeren op de thermiek, maar was erg onrustig. Even later bleek waarom: dat idiote beest was aan het jagen op de gierzwaluwen! Nogal dom, want hoe wendbaar is een gierzwaluw en hoe wendbaar is een buizerd? Het beest had natuurlijk geen schijn van kans. Maar deze buizerd zou m.i. beslist erg laag scoren in de nationale IQ-test, want de sukkel bleef het maar proberen. Daar hadden die zwaluwen natuurlijk helemaal geen zin in. Ze draaiden na een paar minuten gewoon de rollen om. Met z’n allen tegen een, dat werkte prima. De buizerd werd tureluurs van dat gekrioel van die zwaluwen om hem heen en kon niets anders doen dan beteuterd de aftocht blazen. Wát een oen! Al met al een heerlijk spektakel zo vlak voor het eten en dan nog wel gemakkelijk midden in de Jordaan op een terras. Laat het maar gauw voorjaar worden, dan komen de zwaluwen weer terug. Wie weet waar ze ons dan op trakteren. Waarom buiten wonen?
Intratuin komt bijen tegemoet Uit: het Parool, donderdag 13 november 2014 Tuincentrum Intratuin bant alle bestrijdingsmiddelen uit die mogelijk te maken hebben met de sterfte van bijen. Binnen zes jaar zijn alle verkochte plantenvrij van deze chemicaliën. Daarbij komt dat alle chemische gewasbestrijdingsmiddelen die risico vormen voor bijen en ook hommels komend jaar al uit de schappen worden gehaald. Aanleiding is een onderzoek uit april van Greenpeace, waaruit bleek dat er massaal verboden en omstreden bestrijdingsmiddelen worden toegepast op sierplanten. Op de planten in alle ketens van tuincentra werden toen ruim vijfhonderd resten van bestrijdingsmiddelen gevonden. 57 van de middelen waren verboden. Intartuin is marktleider met 59 tuinwinkels, waarvan 5 in België. Intratuin loopt daarmee voorop in Europa, meldt het Amsterdamse adviesbureau De Gezonde Stad, dat de tuincentra adviseerde. Het doel is de hele sierteeltsector aan te zetten geen gewasbestrijdingsmiddelen meer te gebruiken. “Hoe meer partijen Intratuin volgen, hoe sneller zij in staat zijn om de verduurzaming van de sierteeltsector voor elkaar te krijgen,” zegt Jupijn Haffmans van De Gezonde Stad. Binnen acht jaar zullen zelfs twee op de drie planten bij Intratuin helemaal vrij zijn van welk bestrijdingsmiddel dan ook. Volgens De Gezonde Stad leidt dat tot voorrang voor sterkere planten, zodat ook de consument er garen bij spint. Dit voorjaar komt er een sortering vlinder- en bijenlokkende planten die gegarandeerd vrij zijn van de middelen.
9
Wilde bij doet het weer goed Ingekort uit: Het Parool, 20 september 2014 Terwijl het met de honingbij nog steeds alarmerend slecht gaat, is de wilde bij in de stad aan een opmars bezig. Steeds meer solitaire bijen bevolken de stad. Bijendeskundige Arie Koster doet in opdracht van de gemeente Amsterdam onderzoek naar wilde bijen in de stad. Hij inventariseert zestig plekken in Amsterdam, waaronder een rommelig stukje grond naast het spoorwegtalud tegenover de Piet Heintunnel. Volgens Koster was een veldje als dit twintig jaar geleden ondenkbaar. “Alles werd platgemaaid en in plantsoenen werd met gif gespoten. In de jaren tachtig waren wilde bijen in de stad op sterven na dood. Midden jaren negentig vond een omslag plaats en begonnen veel gemeentes met ecologisch beheer. Blijkbaar is er de afgelopen vijftien jaar ook nog een flinke slag gemaakt. Ik merk het effect.” Al gaat het met de wilde bij de goede kant op, de sterfte onder de honingbij baart nog steeds grote zorgen. Koster: Honingbijen zijn te beschouwen als vee. Net als koeien zijn ze vatbaar voor ziektes. De hoge bijensterfte wordt veroorzaakt door de varroamijt, chemische bestrijdingsmiddelen en voedseltekort.” In tegenstelling tot de honingbij leeft de wilde bij solitair en produceert hij geen honing. Het stedelijk gebied is volgens Koster voor alle bijensoorten een ideale leefomgeving. Op het platteland is er door de grootschalige landbouw te weinig nestgelegenheid. Nu zijn het vooral veldjes als die bij de Piet Heintunnel waar de bijen het van moeten hebben. De gemeente heeft het wilde bloemenveldje een paar jaar geleden bewust aangelegd om leefgebied voor insecten te creëren. Er is schrale grond aangebracht en wilde planten die veel nectar produceren ingezaaid. Stadsecoloog Geert Timmermans: “Er wordt pas gemaaid als de bloemen gebloeid hebben en de zaadzetting achter de rug is.” Het onderzoek naar wilde bijen moet inzicht geven in het effect van de maatregelen. De bij fungeert als indicator voor andere insecten in de stad. Het geeft bijvoorbeeld ook aan hoe het met nachtvlinders of insectenetenden vogels gaat. In Amsterdam zijn op verschillende plekken projecten opgezet om veldjes met voedselplanten voor bijen aan te leggen. Amsterdam kent ongeveer honderd soorten bijen, waaronder de pluimvoetbij, de wormkruidbij en de behangersbij. Nieuw in de stad is de grote klokjesbij. In totaal komen in Nederland 350 soorten voor. www.denederlandsebijen.nl
---------Bijsluiter-------Column van Trui Franc
Inflatie Afgelopen zomer was lang en warm. Er leek geen eind aan te komen. En de nazomer duurde zo ongeveer tot half november. Maar op maandagavond 20 oktober om 23.10 was het eindelijk even herfst. Iedereen veerde op. Op zaterdag de 18de was het nog 22 graden geweest, op zondag de 19de bezweken er nog
10
mensen tijdens de marathon van Amsterdam, maar op de 20ste ging het heel even tekeer. Het stormde, (code geel, nee code oranje, hoera!), het hagelde en bliksemde en er was schade. Gelukkig! Eindelijk konden de media iets anders melden dan ‘heetste ooit’, ‘droogste ooit’, ‘natste ooit’… Even gewoon herfst, lekker, zo hoort het. Maar al met al gaan augustus, september en oktober 2014 de boeken in als de warmste ooit, november trouwens ook. Ik word nogal beroerd van al die records. Afgelopen winter was de zachtste winter ooit. Het voorjaar was het warmste voorjaar ooit en bovendien het droogste. Juli was juist weer de natste juli ooit, augustus weer de warmste, september was de nazomerste ooit en oktober en november dus de warmste. Ik krijg er een punthoofd van. Het is al een paar jaar aan de gang, dat gezeur met die weerrecords. Dan is het weer de koudste winter sinds de gegevens worden bijgehouden, dan is het weer de droogste zomer sinds de jaartelling, dan de natste winter sinds de oerknal en elke keer is er wel weer een ander record. Begin november was er ook weer sprake van bijzonder warm weer, het zou een week aanhouden. Dus maakten de weermannen- en vrouwen overuren. Zo stond er op 31 oktober in alle kranten: ‘Warmste 31 oktober ooit!’ Daarvoor was 30 oktober ook al de warmste ooit geweest. Gelukkig kon een dag later alweer een record gebroken worden met als krantenkop: ‘Warmste 1 november ooit!’. En weer een dag later: ‘Warmste 2 november ooit!’ Ja, het zou de hele week duren… in november… logisch, elke dag een weerrecord. Reuze leuk hoor, maar zijn we nou wat opgeschoten met die wetenschap? Slapen we nou beter? Is het soms goed voor de stoelgang? Gaat je hernia ervan over, of je spataderen? Ik kan er niet meer tegen. Net als zo’n weeralarm, daar word ik ook zo moe van… Pas op, het gaat sneeuwen, code geel: neem de trein niet, ga niet de weg op, blijf thuis! Dan valt er uiteindelijk twee centimeter sneeuw. Laatst was dus die storm op komst: code oranje (volgens de Telegraaf zelfs code rood). Het advies was om alles wat los zat goed vast te sjorren en binnen te blijven. Iedereen in rep en roer, want het was code oranje jongens, nou nou, dat is wat hoor! Uiteindelijk waren er wat dingetjes omgevallen en in de stad één wankele boom. Ergens was wel de bliksem ingeslagen, maar daar was alleen de zolder beschadigd, verder geen problemen. Paniek om niets. Maar toch doen we het straks weer hoor. Als er sneeuw verwacht wordt, of wind, wordt toch weer een weeralarm afgekondigd. Oeioei, code geel! Overigens is code geel de laagste code. Daarna heb je nog oranje en dan rood. Met code geel is er dus eigenlijk weinig aan de hand. Maar ja, dat is niet leuk. Het is pas goed als er hijgerig bij verteld wordt dat je “niet naar buiten moet gaan als het niet echt hoeft”. Het liefst adviseren ze nog om voorraden voor dagen in huis te halen. ‘Pas op, motregen op komst, ga niet de weg op!’ Bij de Telegraaf en Piet Paulusma verwacht ik die sensatie wel, maar als het KNMI ook meedoet begrijp ik het niet meer. Voor wie is het nuttig? Ja, voor de leerlingen van een vriend van mij. Die kwamen opgewonden de klas binnen met de vraag, “Meester, het is code rood, mogen we weer naar huis?” Zijn droge antwoord was: “Als je niet gauw gaat zitten, zorg ík voor code rood”. Maar ik heb er genoeg van, ik wil helemaal geen weercode meer. Het is gewoon inflatie. En als het dan toch moet, dan ook graag
11
codes zachtgroen voor mist en lichtroze voor felle zon. En ik wil straks nog maar één record: de lentenste lente ooit. Daarna moet het maar eens afgelopen zijn met die flauwekul.
Agenda
(onder voorbehoud)
Tuinzondagen Meestal elke laatste zondag van de maand om 16.00 uur. Plaats: Museum NP
Imkersoos
Elke 1e zondag van de maand 10.30 uur inloop met koffie. Aanvang: 11.00 uur. Plaats: Museum NP
7 december Film: Gipsy in the flower
11 januari 15.00 uur Nieuwjaarsreceptie 29 maart om 14.00 uur Algemene leden vergadering 29 maart om 16.00 uur Lezing solitaire bijen
11 januari 15.00 uur Nieuwjaarsreceptie 1 februari Zwermbeheersing 1 maart Stichting Smart Beeing 29 maart om 14.00 uur Algemene leden vergadering 29 maart om 16.00 uur Lezing solitaire bijen
12