Aanvraag Stedenbouwkundig Attest II Site Sint Gummarus Verantwoordingsnota
bijzondere details huidige situatie – eigen opnames
Inhoud :
1. 2. 3. 4 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Aanleiding presentatie initiatiefnemers – Samenwonen Mechelen situering historiek bestaande gebouwenstructuur cohousing / gemeenschapswonen / coworking ? globaal ontwikkelingsplan ruimtelijke ingrepen / fasering programma scenario’s duurzaamheidsaspecten referentiebeelden impressies
de site Sint-Gummarus
1. AANLEIDING De vzw Samenwonen Mechelen is al enkele jaren actief op zoek naar een geschikte locatie voor het realiseren van een intergenerationeel samenwoon project in Mechelen. Recent sloot de vzw een overeenkomst met het bisdom met betrekking tot de site Sint-Gummarus, gelegen aan de Kerkhoflei 43 te 2800 Mechelen. De overeenkomst betreft een principe overeenkomst waarbij de vzw Samenwonen Mechelen als preferentiële partner voor de ontwikkeling van de site wordt beschouwd en waarbij afspraken worden vastgelegd met betrekking tot het ondertekenen van een verkoopscompromis (tegen eind 2015) en de verkoopsovereenkomst (medio 2016). De termijn zijn vrij lang om de vzw in staat te stellen de groep van kandidaatbewoners al zo volledig mogelijk samen te stellen en de beste juridische en financiële structuur op te kunnen stellen. In de principe overeenkomst werd ook verwezen naar de eerste resultaten van de haalbaarheidsstudie die door DAM Architecten in opdracht van de vzw Samenwonen Mechelen werd gemaakt. De haalbaarheidsstudie geeft aan dat de site geschikt is voor een cohousingproject met aanvullende functies. Daarvoor zijn er echter verschillende ingrepen in de bestaande bebouwingsstructuur noodzakelijk. Deze ingrepen hebben ondermeer betrekking op het afbraken van enkele bouwdelen, het uitbouwen van de bestaande volumes en het omvormen van de functie van het gebouw in functie van het cohousingproject. Voorliggende aanvraag voor een stedenbouwkundig attest moet toelaten om de plannen die de vzw Samenwonen Mechelen samen met DAM Architecten ontwikkeld heeft te toetsen aan het beleid van de stad, de adviezen van de verschillende instanties (erfgoed, ruimtelijke ordening, … ) en de mening van de aanpalende en buurtbewoners. Op basis van deze elementen kan via de procedure van een stedenbouwkundig attest een grotere juridische zekerheid geboden worden aan de voorziene ontwikkelingen. Het indienen en bekomen van een stedenbouwkundig attest betekent niet dat in de volgende fases geen bouwaanvraag ingediend zal moeten worden. Het stedenbouwkundig attest laat echter toe om al een aantal ideeën en concepten te toetsen, zonder al de inspanning te moeten doen om een volledige bouwaanvraag in te dienen. Op basis van de resultaten van het stedenbouwkundig attest zullen de onderhandelingen met het bisdom verder gezet worden en kan tot effectieve aankoop en ontwikkeling overgegaan worden. Het doel is om hiermee het eerste grotere cohousing project van Mechelen te realiseren.
2. DE VZW SAMENWONEN MECHELEN De vzw Samenwonen Mechelen is eind 2012 opgericht door 3 geëngageerde personen. De vzw stelt zich tot doel om het intergenerationeel en gemeenschappelijk wonen in al zijn vormen te bevorderen in de regio Mechelen. De vzw heeft de realisering van een breed cohousingproject voor ogen waar oudere en jongere generaties in een meer- en intergenerationeel gemeenschappelijk woonproject samenleven. Vandaag bestaat de vzw Samenwonen Mechelen uit een 15 à 20 actieve leden van verschillende leeftijden en verscheidene sociale achtergrond. Sommige zijn alleenstaand, andere vormen een koppel met of zonder kinderen, … De meeste zijn daarnaast ook actief in allerlei andere sociale en culturele organisaties (EVA, Lets, Autopia, fanfare, toneelvereniging, roeiclub, … ). De groep wil sterk inzetten op duurzame ontwikkeling en respect voor het historisch erfgoed en tevens meewerken aan het ondersteunen en versterken van het sociaal weefsel van buurt en wijk. De projecten van de vzw dienen zich in te passen in de buurt waar ze ingeplant worden en mogen geen gated community worden voor de happy few. De vzw Samenwonen Mechelen werkt samen met de vzw Abbeyfield Vlaanderen. Abbeyfield wil samenwonen voor 55-plussers promoten en heeft op verschillende plaatsen in Vlaanderen en Brussel al enkele cohousingprojecten voor actieve ouderen gerealiseerd of in de stellingen staan. Dankzij DuWoBo, het transitienetwerk Duurzaam Wonen en Bouwen in Vlaanderen dat opgericht werd om de principes van duurzame ontwikkeling door te trekken naar wonen en bouwen, wordt de vzw Samenwonen Mechelen gecoacht door I-Propellor en Oksigen-lab om haar financiële juridische structuur uit te werken. Dit moet resulteren in een sluitend businessplan. I-Propellor en haar dochter Oksigen-Lab focussen zich op het coachen van bedrijven en instanties uit de sociale economie. Tenslotte is de vzw Samenwonen Mechelen als regiokern erkend door de vzw Samenhuizen. Deze vzw reflecteert over wonen en huisvesting en wil gemeenschappelijke wonen bekender maken en ondersteunen. Ze ondersteunt steden en gemeenten die een cohousing project willen opzetten en steunt en informeert (opstartende) groepen (potentiële) cohousers. Op 6 november 2014 ondertekende Mechelen als eerste stad in de provincie Antwerpen het charter ‘Samenhuizen’ in aanwezigheid van de leden van de vzw Samenwonen Mechelen. Het charter is een intentieverklaring om werk te maken van vernieuwende vormen van gemeenschapswonen. Als regiokern is de vzw Samenwonen Mechelen het aanspreekpunt voor andere cohousing projecten in de Mechelse Regio. De vzw Samenwonen Mechelen trekt dit project en werkt mee aan de realisatie. Voor de site Sint-Gummarus zal echter een specifieke eigen juridische structuur worden opgesteld die de bewoners en de eigenaars van de site met elkaar verbindt. Vermoedelijk zal deze de vorm aannemen van een CVBA (coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid). De bouwaanvraag zal dus waarschijnlijk niet door de vzw Samenwonen Mechelen worden ingediend. De vzw Samenwonen Mechelen blijft echter steeds als koepelorganisatie bestaan en zal te allen tijde ook inspraak en inbreng hebben in voorliggend project.
3. SITUERING Sint-Gummarus is gelegen ongeveer halverwege de Kerkhoflei die de verbinding vormt tussen de Liersesteenweg en het Kerkhof van Mechelen. Ten zuiden van de Kerkhoflei liggen enkele grootschalige functies (Telenet, KV Mechelen en het Buysleden Atheneum. Daar rond en tussen ligt een fijnmazig weefsel van kwaliteitsvolle rijwoningen met tuinen. Ten noorden van de Kerkhoflei wordt de bebouwingstypologie diffuser en komen er meer halfopen en open bebouwingen voor. Deze ligging op de grens tussen het stedelijke en meer residentiële gebied willen we hanteren bij de inrichting en ontwikkeling van de site. Het betekent dat het gebied een bepaalde densiteit kan accepteren zonder naar echte stedelijke typologieën over te stappen. We vertalen dit bijvoorbeeld door de binnenkoer vrij te maken van bebouwing en een ruime groene collectieve en ecologische tuin te creëren. De Vallei van de Vrouwvliet is een belangrijke groene as doorheen dit residentieel verstedelijkte gebied. De groene as is drager van een langzaam vervoersverbinding naar de R6 (in westelijke richting) en de N15, Putsesteenweg (in oostelijk richting). De velostrade Antwerpen-Mechelen ligt vlakbij en kan bijna volledig conflictvrij (zonder kruising met wegen voor auto’s) bereikt worden. De site is gelegen op 5 minuutjes met de fiets verwijderd van de Grote Markt, het station Mechelen Nekkerspoel, Tivolipark en enkele lagere en middelbare scholen. Op 10 minuutjes fietsen liggen het station van Mechelen, het nieuwe ziekenhuis AZ Sint-Maarten, het Vrijbroekpark, … De site is ook met het openbaar vlot te bereiken. Op het kruispunt met de Liersesteenweg stoppen verschillende regionale buslijnen. Halte Mechelen Kerkhoflei ligt op 200m van de site. Aan deze halte stoppen verschillende regionale buslijnen (lijn 550 Lier-station – Duffel – Mechelen, lijn 551 Sint-Katelijne-Waver – Mechelen, lijn 552 Sint-Katelijne-Waver – Elzestraat – Mechelen Gandhi en lijn 558 Waver scholen – Sint-Katelijne Waver – Mechelen). De site is ook vrij vlot met de auto bereikbaar. De Liersesteenweg is een lokale weg type II die noordwaarts een connectie met de R6 en op die manier aansluiting op de E19 of de N16 (richting Willebroek en A12). In zuidelijke richting sluit de Liersesteenweg aan op de R12 (Edgard Tiinellaan en Zwartzustersvest) en langs daar op de N15 en de nieuwe tangent aan de oostzijde van de spoorweg. Zoomen we verder in op de situatie ter plaatse dan stellen we vast dat de omgeving van de site gekenmerkt wordt door een zo goed als aaneengesloten bebouwingstypologie langsheen de Kerkhoflei, met een bijna typerend bebouwingsprofiel van relatief smalle (5 à 6m) rijwoningen van 5 bouwlagen met zadeldak. Achter deze bebouwing liggen de typische bijgebouwen. Aan beide zijden van de Kerkhoflei zien we grote groepen garageboxen staan. Eén van de groepen wordt ontsloten over de site via de brandweg tussen nummer 39 en 41. Het betreft een groep van bijna 40 boxen achter de nummers 1 tot 37). Deze sluiten op hun beurt aan op een groep van meer dan 100 garageboxen die ontsloten worden via de Liersesteenweg (tussen de nummers 154 en 156). Aan de scoutsterrein verder aan de brandweg vinden we eveneens nog 16 parkeerplaatsen terug. Tenslotte wordt er ook langsheen de straat geparkeerd. Aan de zijde van de Kerkhoflei gaat het om 10 parkings, aan de zijde van de Vrouwvlietstraat om 6 parkeerplaatsen. Deze laatste zijn telkens door een boom van elkaar gescheiden.
NGI kaart – 1939 / originele bouwplannen Sint-Gummaruskerk
4. HISTORIEK In de tweede helft van de 19de eeuw ontstond er een ongebreidelde lintbebouwing aan de grote invalswegen naar Mechelen. Dit had te maken met de bevolkingstoename in de eerste helft van de 19de eeuw door de doorgedreven industrialisatie. Na 1892 - de start van grootscheepse sanerings- en waterwerken in de binnenstad - breidde de lintbebouwing zich uit tot lobvormige woongebieden. In verscheidene van deze gebieden werden omstreeks de eeuwwisseling nieuwe parochies gesticht, waardoor de bouw van nieuwe kerken gestimuleerd werd. De parochiekerk Sint-Gummarus vormt één geheel met de voormalige Sint-Gummarusmeisjesschool (nr. 47), en met het voormalig zusterhuis, later pastorie, nu gidsenlokaal (nr. 49) op de hoek van de Kerkhoflei en de Vrouwvlietstraat. Het complex werd tussen 1925-1926 opgericht naar een ontwerp van de architecten Jef Huygh (Deurne) en Simon Van Craen (Mechelen). De kerk werd in 1926 gewijd. Het oorspronkelijke, symmetrisch opgevat project met rechts van de kerk het zusterhuis en links van de kerk een identieke pastorie modo schoolmeestershuis, werd niet uitgevoerd. De vermoedelijk in 1937 opgetrokken woning (pastorie) aan de linkerzijde van de kerk zou uiteindelijk veel eenvoudiger opgevat worden. Het definitieve, in 1925 ingediende bouwdossier toont dan ook het ontwerp voor de kerk, het Zusterhuis op de hoek met de Vrouwvlietstraat en een bewaarschool in de Vrouwvlietstraat. Deze gebouwen vormen van bij de ontwerpfase dus één geheel, dat tot op vandaag behouden bleef. In de jaren na de bouw van het complex volgden nog verscheidene uitbreidingen. Deze uitbreidingen werden tot in de jaren 1950 stuk voor stuk ontworpen door de oorspronkelijke mede-architect Simon Van Craen. In 1929 werd het schoolgebouw aan de Vrouwvlietstraat uitgebreid met een vleugel van vier traveeën breed waarin twee schoollokalen waren ondergebracht; op de binnenplaats werd een latrine gebouwd. Nauwelijks twee jaar later volgde de bouw van een nieuwe schoolvleugel op de speelplaats, op de hoek met de Vrouwvlietstraat. In 1953 volgde de bouw van een speelzaal met klassenverdiep voor de meisjesschool langs de Vrouwvlietstraat en de bouw van klassen op de jongenskoer achterin op het terrein. De bouw van een kleine vergaderzaal (catechistenlokaal) en een overdekte speelplaats in 1957 is van de hand van architect J.V. Lauwers (tekst Maarten Van den Mooter, Departement Stedelijke Ontwikkeling, Sectie Monumentenzorg)
In de inventaris van het onroerend erfgoed wordt de Parochiekerk Sint-Gummarus, de school en het zusterhuis opgenomen onder ID 1462. Parochiekerk Sint-Gummarus. Eén geheel vormend met nummer 47, school en nummer 49, voormalig zusterhuis, later pastorie en nu gidsenlokaal, op hoek Kerkhoflei/Vrouwvlietstraat. Art-decogetint complex van 1925-1926 naar ontwerp van de architecten J. Huygh (Deurne) en S. Van Craen (Mechelen); in 1926 werd de kerk gewijd; in 1929 en 1952 werd de bestaande meisjesschool uitgebreid en in 1952, achteraan de speelplaats een jongensschool bijgebouwd, alles naar ontwerp van S. Van Craen; de bewaarschool dateert van 1965. De huidige pastorie (nummer 41) werd kort voor de Tweede Wereldoorlog gebouwd. Het oorspronkelijk, symmetrisch opgevatte project met rechts van de kerk het zusterhuis modo pastorie, links een identieke pastorie modo schoolmeestershuis, werd niet uitgevoerd. Rechthoekige zaalkerk met schip van vijf traveeën en inkom- en koortravee, laatstgenoemde met ingebouwde absis geflankeerd door bergplaats en sacristie; alles overdekkend schilddak met leipannen en opengewerkte campanile. Constructie van gewapend beton met afwerking in art deco: parement van rode klampsteen afgewisseld met gecementeerde gevelvlakken, een hoge plint van kiezelbeton, een keperboogvormig portaal, ornamenten als gestileerde bladeren, druiventrossen en korven; alleen aan de sacristievensters werd het oorspronkelijke glas in lood bewaard. Bepleisterd en beschilderd interieur gedomineerd door gedrukte spits- en keperbogen met name de overspanning van het schip, de koorabsis, de vensternissen en de doksaalopeningen. Boven het hoofdaltaar, monumentaal beeldhouwwerk (kunststof) met voorstelling van de Goede Herder, 1989, door W. Van Petegem (Diest). Kruisweg naar ontwerp van Jos Beeck. Doopkapel met octogonale arduinen doopvont, smeedijzeren hek in art deco, glas-inloodramen. Voormalig zusterhuis/pastorie en voormalige meisjesschool in gelijkaardige stijl. Typisch voor Huygh zijn de keperboogvormige inkom en nissen, alsook de buikige hoek- en deelzuiltjes aan de bovenvensters van het hoekhuis.
5. BESTAANDE GEBOUWSTRUCTUUR De gebouwen vormen een U-vormige cluster met de opening naar het westen. Langsheen de Kerkhoflei liggen de Parochiekerk en het zustershuis (het hoekgebouw in de typische interbellum architectuur). De pastorie werd in een latere periode (+/- 1950) gebouwd en ligt ten westen van de Parochiekerk. De schoolgebouwen bevinden zich enerzijds langsheen de Vrouwvlietstraat (meisjesschool in 2 bouwlagen gedeeltelijk onder zadeldak) en anderzijds dwars op de Vrouwvlietstraat (jongensschool als een laag volume met plat dak, gebouwd tot op de perceelgrens met de naastgelegen buur). Dieper in de Vrouwvlietstraat ligt de feestzaal, een éénlagig gebouwvolume. Het gebouw werd echter oorspronkelijk ontworpen als een gebouw met verdieping en zadeldak. De verdieping is evenwel nooit gerealiseerd. De gebouwen langsheen de Vrouwvlietstraat hebben een typerende raamritmering die het typerende schoolkarakter van het gebouw uitmaken. Door deze gebouwstructuur ontstaat een U-vormig gebouw met een grote binnenruimte. Deze binnenruimte werd in latere fases stapsgewijs bebouwd met lage bijgebouwtjes van een geringe kwaliteit. Het grootste gedeelte van de binnenzone is met cementdallen of gegoten beton verhard. Enkel achter de pastorie is er nog een verwilderde tuin aanwezig. De toegang tot de binnenzone is gelegen tussen de parochiekerk en het zustershuis (hoekgebouw), waar een klein poortgebouwtje iets teruggetrokken ten opzichte van de rooilijn is opgetrokken. De breedte van de doorgang is eerder beperkt (+/- 2,70m). Aan de andere zijde van de kerk is eveneens een soort toegangsgebouwtje gemaakt met een gefacetteerde toegangspoort. Deze toegang geeft echter geen doorgang tot het achterliggende binnengebied en is eerder een technische toegang. De toegang tot de kerk ligt er immers net naast en komt uit onder de trap die leidt naar het oksaal. Naast de pastorie werd een brandweg en toegangsweg gelegd voor de ontsluiting van de lokalen van de scouts en gidsen van Sint-Gummarus. Deze hebben zich in 2009 gevestigd in de vroegere lokalen van de school Den-8Vlinder, een school voor kinderen met leerproblemen die nu gehuisvest zijn in de Nekkerspoelstraat. Deze toegangsweg wordt ook gebruik als toegang naar de garages die achter de woningen van de Kerkhoflei zijn gelegen. (zie ook laatste paragraaf hoofdstuk situering) Naast deze weg bevindt zich nog een woning. Deze woning is in zeer slechte staat en volledig verkrot. De tuin van de woning is gedeeltelijk overwoekerd. De site is vanaf deze brandweg gedeeltelij afgesloten met betonplaten (hoogte +/- 2,00m) waarin enkele poorten en poortjes zijn gemaakt en die toegang geven tot het binnenplein.
voorbeelden van collectieve voorzieningen / organisatie
6. COHOUSING / WOONGEMEENSCHAP / COWORKING ? Zoals al eerder gezegd wil Samenwonen Mechelen op de site een cohousing project realiseren. De site is echter vrij groot waardoor ook andere gemeenschapsvormende activiteiten op de site voorzien kunnen worden. Vooraleer deze uit de doeken te doen, lijkt het nuttig om een aantal begrippen correct te duiden. Cohousing is een woonconcept, waarbij een ideale mix van privacy en collectief wordt nagestreefd. Typisch aan cohousing zijn de volledig uitgeruste privé-woningen met eigen keuken en badkamer, en dit gecombineerd met uitgebreide gemeenschappelijke voorzieningen, zoals een (moes)tuin, fietsenberging, wasruimte, een gemeenschappelijke keuken, een logeerkamer, speelmogelijkheidvoor kinderen, een werk- en/of hobbykamer… Cohousing probeert de voordelen van woningen in private eigendom te combineren met het delen van gemeenschappelijke voorzieningen. Welke voorzieningen er nodig zijn wordt door de groep bepaald en kan in de loop der tijden veranderen. Door de voorzieningen maximaal te delen ontstaat haast automatisch een gemeenschapsgevoel. Je bent echter vrij om deel te nemen aan het gemeenschapsleven. Meestal leidt dit tot het oprichten van een common-house, het gemeenschapshuis waar een aantal collectieve voorzieningen (bijvoorbeeld wasmachines, fietsherstelplaats, grote professionle keuken, … ) geherbergd worden. Een woongemeenschap is een groep mensen die gezamenlijk een woning delen. Voorbeelden van een dergelijke woongemeenschap zijn bijvoorbeeld kloosterzusters, studentenhuisvesting, … Waar bij een cohousing project de wooneenheden volledig autonoom kunnen functioneren, wordt in een woongemeenschap een aantal voorzieningen zoals keuken, eetkamer, zitkamer en/of badkamer gedeeld met de andere bewoners van het huis. Welke voorzieningen gedeeld worden, hangt af van de afspraken die tussen bewoners worden gemaakt. Zo beschikken de wooneenheden in een Abbeyfieldproject elk over een sanitaire cel en een kitchenette maar zijn de gezamenlijke keuken en eetkamer er op gericht om haast dagdagelijks samen te koken en eten. In andere woongemeenschappen beperken de individuele woonentiteiten zich tot een slaapvertrek en een beperkt dagvertrek. In tegenstelling tot cohousing ben je in een woongemeenschap sneller verplicht om deel te nemen aan het gemeenschapsleven, al was het maar omdat je dagelijks dezelfde keuken deelt. Coworking / coworkplekken zijn werkplaatsen waar individuen of kleine bedrijven of organisaties hun werkruimte of een aantal ondersteunende diensten of voorzieningen delen. In plaats dat elke bedrijfje zijn eigen kitchenette en/of vergaderruimte uitbouwt wordt de kost voor de bouw en uitbating ervan gedeeld onder de verschillende gebruikers. Dit heeft brengt niet alleen een kostenefficiëntie met zich mee, maar zorgt ook voor betere en snellere uitwisseling en netwerking tussen deze verschillende bedrijfjes. Cohousing, gemeenschapswonen en/of coworking betekent ook dat de toekomstige bewoners / gebruikers van de site mee de handen uit de mouwen steken en gezamenlijk beslissingen nemen over de inrichting van de site, de wijze waarop deze onderhouden wordt en hoe en op welke wijze het samenleven georganiseerd of ondersteund wordt. Het is dus per definitie meer dan enkel de stenen of de architectuur, maar gaat ook over de softere aspecten van het samen-zijn en samen-wonen.
globaal ontwikkelingsplan
7. HET GLOBALE ONTWIKKELINGSCONCEPT Samenwonen Mechelen wil de bestaande kwaliteiten van de site behouden en versterken (of terug naar voor brengen). De site is een mooie staalkaart van een functionele interbellum architectuur en heeft enkele typerende details die mee het karakter van de site bepalen. Storende elementen worden verwijderd. We denken daarbij in eerste instantie aan de verschillende bijgebouwtjes die in de binnenruimte zijn opgericht. Ook de luifel aan de speelplein vanaf het hoekgebouw tot aan de feestzaal is storend en doet afbreuk aan de architectuur van het hoekgebouw en verdrukt de feestzaal. De naastgelegen krotwoning wordt afgebroken. De toegang voor fietsers en auto’s gebeurt langs de bestaande brandweg, die in een latere fase eventueel overbouwd zou kunnen worden. Naast de brandweg worden 8 à 10 parkeerplaatsen voorzien en een dienstgebouwtje waar het vuil gesorteerd en gestockeerd kan worden, maar eveneens een gasvulstation en een laadpaal voor elektrische wagens voorzien kan worden. Aan de andere kant worden nieuwe volumes toegevoegd die de bestaande volumewerking versterken en de bruikbaarheid van de gebouwencluster verhogen. Deze volumes worden toegevoegd met respect voor de aanwezige architecturale kenmerken maar zijn geen kopie van de historische elementen. De nieuwe volumes kunnen bijvoorbeeld in hun maatvoering, schaal en korrel verwijzen naar de bestaande gebouwdelen, maar bijvoorbeeld in materiaal, textuur of ritmering afwijken en een hedendaagse toets toevoegen waardoor het duidelijk is dat deze elementen een hedendaagse toevoeging zijn aan de aanwezige historische bouwconstructies. In hoofdlijnen bestaat het ontwikkelingsconcept uit het realiseren van cohousing wooneenheden in de schoolvleugel en feestzaal langsheen de Vrouwvliestraat en de voormalige jongensschool (tot voor kort de lokalen van Sjarabang) dwars op de Vrouwvliestraat. De tussenruimte (vandaag speelplaats en bijgebouwen) wordt ingericht als een collectieve tuinzone. In deze tuinzone wordt ook het gemeenschapshuis en de collectieve voorzieningen gepland. De site wordt voor een belangrijk deel dan ook als gemeenschappelijk woonproject ontwikkeld. Daarnaast worden er echter functies toegevoegd die de relatie met de buurt versterken. Zo krijgen de gebouwen langsheen de Kerkhoflei een meer buurtgerichte invulling.
-‐ Het zusterhuis / hoekgebouw krijgt een invulling als co-workplek. De eerder kleine kamertjes en de zeer centrale trap maken een invulling voor een woonfunctie haast onmogelijk.
-‐ De parochiekerk wordt een polyvalente ruimte waar buurtgerichte niet hinderlijke activiteiten plaats kunnen vinden. -‐ De pastorie krijgt een invulling als woongemeenschap waar ofwel jongeren en studenten een betaalbare inloopwoning kunnen huren, of waar actieve 55 plussers een alternatief vinden voor het alleen oud worden in de te groot geworden eigen woning. Deze functies zijn tegelijkertijd ook interessant als inkomsten voor de groep waardoor het wonen op langere termijn ook betaalbaar kan blijven. (Een cohousing project is per definitie immers niet goedkoper dan een klassiek appartement of woning, maar de bewoners krijgen er door het delen van de verschillende voorzieningen veel meer voor terug). In voorkomend geval wordt de verwachte kost voor het blijvend onderhoud van de gebouwen gedekt door de inkomsten uit de verhuur van een aantal gemeenschappelijke en buurtgerichte functies. Deze grote lijnen van het globaal ontwikkelingsconcept worden in de volgende hoofdstukken vertaald in enerzijds een ruimtelijk ontwikkelingsmodel en een programma van functies. Voor het programma werd gewerkt met een maximaal en een beperkter scenario.
principe ontwikkeling gebouwen zijde Kerkhoflei
geschilderde kruisweg naar een ontwerp van Jos Beeck
8. RUIMTELIJKE INGREPEN / FASERING Fase 1. – zachte renovaties / tijdelijke invullingen We willen de architectuur van de site maximaal behouden. Vandaar dat de basisstructuur van de gebouwencluster bewaard blijft. In de eerste plaats zullen een aantal kleine renovaties uitgevoerd worden aan enkele gebouwen. We denken hierbij aan het zusterhuis / hoekgebouw waar een zachte renovatie toelaat om er kwalitatieve co-workplekken te creëren. De pastorie wordt eveneens middels een zachte renovatie ingericht voor de (tijdelijke) huisvesting van een woongemeenschap. De mogelijkheid wordt onderzocht dat een aantal van de toekomstige bewoners van de cohousing entiteiten reeds van bij aanvang de site bewonen. Door reeds kort na het verleiden van de aankoopakte bewoning op de site te voorzien willen we verloedering of vandalisme van de site tegengaan en een sociale controle mogelijk houden. Tevens zou dit voor een aantal mensen die wensen toe te treden, toelaten om hun woning te verkopen vooraleer ze in het cohousingproject stappen. Tenslotte laat dit ook toe dat deze bewoners de toekomstige locatie beter leren kennen en gericht een aantal voorstellen kunnen formuleren om voor de start van de grote werken het ontwerp nog bij te sturen. Ook de parochiekerk kan reeds van bij aanvang opengesteld worden voor niet hinderlijke buurtgerichte activiteiten. We denken hierbij ondermeer aan enerzijds kleine en weerkerende activiteiten (tai-chi, yoga, zangkoor, bloemschikken, … ) of enkele grotere en eerder sporadische activiteiten (communiefeest, e theatervoorstelling, kooroptreden, 2 hands kleding beurs, … ). In functie van deze activiteiten kan het zijn dat één of meerdere losse elementen met voorzieningen (bijvoorbeeld barelement) in de kerk en in het bijzonder onder het oksaal worden geplaatst met respect voor de ruimte, en de architecturale en decoratieve elementen (zoals bijvoorbeeld de geschilderde kruisweg naar een ontwerp van Jos Beeck). Belangrijk is dat de noch op vlak van mobiliteitscreatie, noch op het vlak van geluid- of andere hinder storend zijn voor omgeving en/of de directe omwonenden. Zo wordt er bewust gemikt op activiteiten op buurtniveau om bezoekers zo maximaal te voet, met de fiets of andere zachte transportmodi ter plaatse te geraken. Dit geldt zowel voor de co-workplekken als voor de parochiekerk. Op die manier willen we ook het aantal parkeerplaatsen laag houden en maximaal inzetten op de reeds aanwezige parkeerplaatsen langsheen de straat of in uitzonderlijke situaties op de parkeerplaatsen voor de scoutslokalen. Daarover moet er nog verder overlegd worden met de scouts en/of de eigenaar van de lokalen. In deze fase kunnen ook al een aantal voorbereidende, niet vergunningsplichtige werken worden uitgevoerd in functie van de verdere ontwikkeling van het gebied. We denken daarbij aan het uitbreken van de verhardingen in het binnengebied, het rooien van enkele niet-waardevolle hoogstammige bomen (oude sparren) en/of het aanplanten van bepaalde groenvoorzieningen.
de fasering visueel uitgelegd onderaan de beide varianten voor de commonhouse
Fase 2 – start bouwwerkzaamheden cohousing Deze fase start met het afbreken van de bestaande bijgebouwen in het binnengebied. Tevens wordt de krotwoning naast de pastorie en brandweg afgebroken. Onderzocht wordt of ook het toegangsgebouwtje tussen de kerk en de pastorie afgebroken kan / moet worden om een betere toegang naar de polyvalente ruimte in de kerk toe te laten of dat deze via het bestaande, maar te verbouwen bestaande ingangsgebouwtje kan gebeuren. Op het langsgebouw (de voormalige jongensschool) wordt een volume geplaatst. Het volume heeft een hoogte van 3.00m en wordt geplaatst op 3.00m van de perceelsgrens. De vrije zone tussen het nieuwe volume en de perceelsgrens wordt ingericht als intensief groendak. Dit om inzicht in de tuinzone van de buur te vermijden conform de bepalingen van het burgerlijk wetboek). Aan de voorzijde blijft het volume ook ongeveer 1 meter achter de dakrand. Door het achteruitzetten van het volume blijft de typerende architectuur leesbaar en wordt duidelijk gemaakt dat dit volume ondergeschikt is aan het hoofdvolume. Deze ondergeschikte rol zal ook herkenbaar zijn door een ander materiaalgebruik (houtskeletbouw). Aan de kant van de Vrouwvlietstraat wordt het gabariet van de meisjesschool doorgetrokken over de volledige e lengte. Dit betekent dat op het 3 klaslokaal op de verdieping een zadeldak wordt geplaatst en dat op de feestzaal een verdieping met zadeldak wordt geplaatst. Deze uitbouwen grijpen terug naar het oorspronkelijke ontwerp voor de feestzaal die echter niet werden uitgevoerd. Het volume wordt uitgebreid over een lengte van 22,89m. De koonlijsthoogte van het gebouw bedraagt 10,54m, de nokhoogte 15,64m. Ter hoogte van de terugsprong (met het voortuintje en Mariabeeld) wordt de bestaande hoogte behouden. Op het dak ervan wordt een dakterras aangelegd. Zo wordt de overgang naar het naastgelegen perceel opgevangen. De nokhoogte op dit perceel is immers gevoelig lager. Door er een open ruimte tussen te brengen wordt deze overgang minder bruusk. Dit nieuwe volume zal zich qua materiaalgebruik eerder schikken naar het bestaande volume en de ritmering ervan. Het lijkt aangewezen om dit volume uit te bouwen in baksteen. Door een eigentijdse detaillering zal evenwel duidelijk gemaakt worden dat het een hedendaagse uitbreiding is. Aan de achterwand van de gebouwen langsheen de Vrouwvlietstraat wordt een bio-klimatische gevel geplaatst. Deze bestaat uit een transparante glazen gevel met een fijne dragende metaalstructuur. De bio-klimatische gevel zorgt voor een natuurlijke warmteproductie en maakt dat de gevels aan die zijde een minder strenge isolatienorm moeten halen. De bio-klimatische wand werkt ook als een soort wintertuin en serre waardoor deze ruimte een verlengstuk kan vormen voor de woonentiteiten in de schoolvleugel langsheen de Vrouwvlietstraat en dus ook op de verdieping een private buiten- of groene ruimte bieden kan. In deze bio-klimatische wand wordt ook de circulatie voorzien. De doorgang tussen kerk en zusterhuis / hoekgebouw zou eventueel ook verder overdekt kunnen worden met een dergelijke transparante glazen constructie. Deze dient dan vooral om de toegang tot de co-workplekken te verbeteren en een link te maken tussen de co-workplekken en de parochiekerk waar de lokalen achter het altaar (sacristie, … ) eventueel als vergaderruimte ingericht kunnen worden. Ook voor de ruimte tussen de kerk en de pastorie zou een dergelijke transparante constructie geplaatst kunnen worden om het toekomen in de parochiekerk te optimaliseren. Dit moet nog verder onderzocht worden.
optie 1 – L-vormig gemeenschapshuis
optie 2 : half ingegraven gemeenschapshuis
In de tuinzone op korte afstand van de parochiekerk wordt het gemeenschapshuis of commonhouse gebouwd. Hiervoor zijn 2 alternatieven uitgewerkt. Hoe de commonhouse uiteindelijk vorm gegeven gaat worden is sterk afhankelijk van het programma dat samen met alle toekomstige bewoners nog verder bepaald moet worden. Er wordt uitgegaan van een oppervlakte van +/- 250 à 300m2. In het commonhouse wordt alleszins al ruimte voor volgende activiteiten of voorzieningen gepland : -
semi - professionele open keuken eetruimte / kleine feestzaal / vergaderruimte zithoek / tv-hoek / haardvuur / bibliotheek huiswerkhoek / hobbykamer / muziekkamer sanitair blokje (dat eventueel ook dient kan doen voor de activiteiten in de parochiekerk) ruimte voor wasmachines, droogkast en droogruimte logeerkamer(s) / gastenverblijf fietsherstelplaats technisch lokaal collectieve voorzieningen
Versie 1 betreft een L-vormig gebouw op de grens met de brandweg en op +/- 10m van de achtergevel van de pastorie. Het commonhouse sluit met een hoogte van ongeveer 3 à 4 meter aan bij de schaal van de omliggende bebouwing (scoutslokaal en garages) en laat toe dat van overal op de site de parochiekerk aanwezig blijft. Eventueel kan beperkt hoogteaccent (verdieping tot max 6 à 7m) voorzien worden. Versie 2 is een gebouw dat als het ware uit de grond oprijst en zich opent naar de parochiekerk en het zuiden. Het dak van het commonhouse is beloopbaar waardoor de tuin als het ware over het commonhouse doorloopt. Een deel van de voorzieningen is hierbij half of volledig ingegraven. Het commonhouse is een belangrijk gemeenschapsvormende voorziening en wordt dan ook samen met de cohousing wooneenheden gebouwd en door de eigenaars van de woningen gefinancieerd. .
afbraak pastorie en bouw nieuw gemeenschapshuis of appartementen
Fase 3 – nieuw gemeenschapshuis of appartementen In deze fase worden de gebouwen aan de Kerkhoflei verder onder handen genomen. We mikken daarbij vooral op de pastorie. Deze is gebouwd in een latere fase en bezit niet dezelfde architecturale kwaliteiten als de rest van de site. Nadat de cohousing eenheden gerealiseerd zijn, kan de initiële woongemeenschap opgedoekt worden (de bewoners hebben ondertussen een plekje gevonden in hun wooneenheid) en kan de bestaande pastorie afgebroken worden. In de plaats van de pastorie wordt een hedendaagse nieuwbouw geplaatst die met respect voor de architectuur van de kerk en het hoekgebouw wordt ontworpen. Dit nieuwe volume sluit aan bij het profiel en gabariet van de rijwoningen verder in de Kerkhoflei (gelijkvloers met verdieping en zadeldak met een beperkte bouwdiepte op de verdieping). De doorgang van de brandweer wordt overbouwd (vrije hoogte 4,50). De doorgang wordt daarmee minder geaccentueerd waardoor de site nog minder uitnodigend werkt voor automobilisten. Het dienstgebouwtje dat er in fase 1 werd gebouwd (voor sorteren huisvuil) blijft bewaard (of wordt vervangen door een gelijkaardig gebouwtje). Aan de zijde van de parochiekerk kan de bouwdiepte vergroot worden tot 17m ook op de verdieping. Gezien het grotere volume van de parochiekerk kan hier ook afgeweken worden van het determinerend aantal bouwlagen van de rijwoningen verder in de straat. Op verschillende plekken in de Kerkhoflei zien we dat er (recent)gebouwen met meer dan 2 woonlagen zijn gerealiseerd. In dit nieuwe volume kunnen ofwel klassieke appartementen gerealiseerd worden, ofwel kan hier een nieuwe woongemeenschap (zoals een Abbeyfieldhuis) in gehuisvest worden. In het geval van appartementen wordt het volgens de verordening opgelegde aantal parkeerplaatsen ondergronds gerealiseerd. In dat geval wordt onderzocht of de al gerealiseerde parkings mee ondergronds gebracht kunnen worden. Er is een lichte voorkeur voor het realiseren van een woongemeenschap omdat deze beter kan aansluiten bij het gehele project en discussies tussen de cohousing bewoners en de bewoners van de appartementen over bijvoorbeeld het gebruik van de commonhouse vermeden kan worden. De tuinzone van het nieuwe volume zou zonder onderscheid doorlopen in de rest van de collectieve tuinzone. Het aantal parkeerplaatsen wordt in dat geval niet verder uitgebreid. In deze fase zal ook werk gemaakt worden van een grondige renovatie van de parochiekerk en het zustershuis in functie van het bewaren en herwaarderen van de erfgoedwaarde van het pand. We streven er naar om de kerk als open erfgoed erkend te krijgen zodat een volledige restoratie op termijn mogelijk wordt. Deze restoratie is er op gericht om de betonrot die zich op verschillende plaatsen voordoet, te herstellen, de oorlogsramen van de kerk te vervangen door nieuwe die refereren naar de originele op de plannen voorkomende kleinere glasramen en een opfrisbeurt voor de gevels en daken.
scenario 1
scenario 2
9 PROGRAMMA – SCENARIO’S Binnen het hierboven geschetste volume kunnen verschillende programma’s ontwikkeld worden. Een belangrijk aspect betreft de grootte van de wooneenheden en het type bewoners dat geïnteresseerd blijkt te zijn. De groep bestaat vandaag al uit een groot aandeel alleenstaanden. We hopen de groep uit te kunnen breiden met een aantal gezinnen (bij voorkeur met kinderen). Deze hebben echter wel een grotere ruimtebehoefte dan alleenstaanden. Aangezien de groep nog niet volledig gevormd is en bijgevolg de totale ruimtevraag van het aantal deelnemers nog niet vastgelegd kon worden, werd gewerkt met 2 scenario’s. Het belangrijkste verschil tussen de scenario’s zit in de wijze waarop het volume dat op de voormalige jongensschool wordt geplaatst, wordt ingeschakeld in het cohousing project. In de schoolgebouwen langsheen de Vrouwvlietstraat blijven in beide scenario’s evenveel woonentiteiten. Dit heeft te maken met de vrij duidelijke en rigide structuur van het gebouw. Enige variatie bestaat uit de wijze waarop de feestzaal wordt ingedeeld. Hier is het mogelijk om ofwel één woonentiteit van 74m2 te voorzien of 2 woonentiteiten van +/- 35m2. In deze ruimte is er telkens net voldoende ruimte om over een beperkt deel van de oppervlakte een duplex te plaatsen waardoor de nuttige oppervlakte van de wooneenheid vergroot wordt. Het zijn kleine compacte woningen / studio’s voor jonge of oudere alleenstaanden die minder behoefte hebben aan een eigen plekje en vooral in de gemeenschappelijke ruimtes willen vertoeven. In het scenario’s is ook een verschil opgenomen voor de pastorie in fase 3 waar ofwel 12 appartementen gerealiseerd worden, ofwel een woongemeenschap van ongeveer 8 wooneenheden met eigen gemeenschappelijke voorzieningen en op het gelijkvloers een op de buurt gerichte functie (kindercreche, gezondheidscentrum, … ). Scenario 1 is het maximale scenario dat in het volume kan gerealiseerd worden. Hierbij wordt het volume boven de jongensschool beschouwd als losstaand van de onderliggende school. Dit betekent dat in dit nieuwe volume kleinere wooneenheden op 1 niveau gerealiseerd kunnen worden. De wooneenheden zijn bereikbaar langs een open passerelle aan de zuidzijde van het nieuwe volume Deze passerelle is vanaf de gelijkvloerse verdieping (tuinzone) bereikbaar via het bijzondere toegangsdeurtje tussen lokaal 1 en 2 en 3 tot 6. Aan de zijde e van de passerelle kennen de woonentiteiten in het nieuwe volume hun toegang. Een 2 toegang tot deze passerelle wordt geboden via de passerelle aan de achterzijde van het voormalige schoolgebouw aan de Vrouwvlietstraat. Deze loopt over de gehele lengte door en heeft halverwege een trap naar de tuinzone en naar de bovenliggende dakverdieping. Helemaal op het einde van de passerelle aan de achterzijde van het zustershuis / hoekgebouw sluit deze passerelle aan op de mooie historische en lichtjes monumentale trap. In dit scenario wordt in fase 2 gestreefd naar een maximum van 12 appartementen op de plaats waar de pastorie zou worden afgebroken. Parkeren wordt ondergronds voorzien volgens de vigerende parkeernorm (vandaag 1,5 of minimum 16 parkeerplaatsen).
Scenario 2 is een beperkter scenario waarbij per wooneenheid wat meer ruimte wordt gegeven, maar waardoor het totaal aantal realiseerbare wooneenheden afneemt. Het bovenliggende volume wordt telkens per onderliggend klaslokaal gekoppeld zodat duplex woningen ontstaan. Daardoor vervalt ook de passerelle op de voormalige jongensschool en kan een bio-klimatische wand voorzien worden tegen de achtergevel van de voormalige meisjesschool langs de Vrouwvlietstraat waar tevens de circulatie voor de woningen in gelegen is. In fase 2 wordt de pastorie vervangen door een nieuw gebouw voor een woongemeenschap (type Abbeyfield voor 55 plussers of voor jonge starters op de woonmarkt). Op die manier wordt ook gewerkt aan de in- en uitstroom van bewoners in het gehele project in functie van hun aan leeftijd gekoppelde noden.
Scenario 1 Scenario 1 is het maximale scenario. In dit scenario worden in het volume boven de voormalige jongensschool individuele woonentiteiten gerealiseerd. Op deze wijze kunnen 26 wooneenheden voor cohousing worden gerealiseerd. In de nieuwsbouw ter hoogte van de pastorie worden nog eens 12 appartementen (met een grootte van +/- 70m2 gerealiseerd). Parkeren wordt ondergronds voorzien. In totaal worden er dus 38 wooneenheden gerealiseerd. Gelijkvloers jongensschool : Woning 1
-
78,3 m2 bruto
75,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Woning 2
77,0 m2 bruto
72,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Woning 3
77,0 m2 bruto
72,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Woning 4
77,3 m2 bruto
73,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Woning 5
77,3 m2 bruto
73,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Woning 6
77,0 m2 bruto
73,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m
Gelijkvloers meisjesschool Vrouwvlietstraat * Woning 7
103,0 m2 bruto
100,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 5,80 / 4.60m
Woning 8
58,0 m2 bruto
55,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 9°
78,0 m2 bruto
74,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 10
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 11
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 12 77,4 m2 bruto 72,4 m2 na isolatie plafondhoogte : 4.60m ° Woning 9 kan eventueel opgesplitst worden in 2 woonentiteiten van elke +/- 35m2 (en mogelijkheid om duplex te maken) e
1 verdieping meisjesschool Vrouwvlietstraat * Woning 13 °
117,5 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 3,75m
Woning 14
77,4 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 3,75m
Woning 15
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 3,75m
Woning 16
77,0 m2 bruto
73,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 3,75m
Woning 17 77,0 m2 bruto 73,0 m2 na isolatie plafondhoogte : 3,75m * Deze woningen hebben bovendien nog een privaat terras aan de buitenzijde van +/- 5m2 ° Woning 13 beschikt over een dakterras van +/- 16m2 2e verdieping meisjesschool Vrouwvliestraat * Woning 18
96,0 m2 bruto
67,0 m2 bruikbaar
plafondhoogte : onder zadeldak
Woning 19
145,4 m2 bruto
89,0 m2 bruikbaar
plafondhoogte : onder zadeldak
Woning 20 145,4 m2 bruto 89,0 m2 bruikbaar * Deze woningen hebben bovendien nog een terras ingewerkt in de dakhelling
plafondhoogte : onder zadeldak
1e verdieping jongensschool Woning 21
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Woning 22
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Woning 23
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Woning 24
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Woning 25
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Woning 26
41,0 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 2,40m
Scenario 2 Scenario 1 is een beperkter scenario. In dit scenario worden de wooneenheden in de voormalige jongensschool vergroot door op het dak van de bestaande klaslokalen nog een apart volume als duplex te plaatsen. De woningen worden dan eigenlijk compacte grondgebonden duplexwoningen. In totaal kunnen op deze wijze 20 wooneenheden voor cohousing worden gerealiseerd. In de nieuwsbouw ter hoogte van de pastorie wordt in fase 3 wordt een woongemeenschap voor 8 gezinnen (meestal eenpersoonshuishoudens) voorzien met eigen gemeenschappelijke voorzieningen en een buurtgerichte voorziening op het gelijkvloers. In dit scenario worden slechts 28 wooneenheden gerealiseerd. Een overzicht van de woningen : Gelijkvloers jongensschool * Woning 1
119,3 m2 bruto
116,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Woning 2
-
118,0 m2 bruto
115,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Woning 3
118,0 m2 bruto
115,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Woning 4
118,3 m2 bruto
115,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Woning 5
118,3 m2 bruto
115,3 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Woning 6 118,0 m2 bruto 115,0 m2 na isolatie * Deze woningen worden ontwikkeld als grondgebonden duplexwoningen
plafondhoogte : 4.00m / 2,40
Gelijkvloers meisjesschool Vrouwvlietstraat * Woning 7
103,0 m2 bruto
100,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 5,80 / 4.60m
Woning 8
58,0 m2 bruto
55,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 9°
78,0 m2 bruto
74,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 10
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 11
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 4.60m
Woning 12 77,4 m2 bruto 72,4 m2 na isolatie plafondhoogte : 4.60m * Deze woningen hebben bovendien nog een privaat tuintje in de bioklimatische wand ° Woning 9 kan eventueel opgesplitst worden in 2 woonentiteiten van elke +/- 35m2 (en mogelijkheid om duplex te maken) e
1 verdieping meisjesschool Vrouwvlietstraat * Woning 13 °
117,5 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 3,75m
Woning 14
77,4 m2 bruto
nieuwbouw
plafondhoogte : 3,75m
Woning 15
77,4 m2 bruto
72,4 m2 na isolatie
plafondhoogte : 3,75m
Woning 16
77,0 m2 bruto
73,0 m2 na isolatie
plafondhoogte : 3,75m
Woning 17 77,0 m2 bruto 73,0 m2 na isolatie * Deze woningen hebben bovendien nog een privaat terras in de bioklimatische wand ° Woning 13 beschikt over een dakterras van +/- 16m2
plafondhoogte : 3,75m
2e verdieping meisjesschool Vrouwvliestraat * Woning 18
96,0 m2 bruto
67,0 m2 bruikbaar
Woning 19
145,4 m2 bruto
89,0 m2 bruikbaar
plafondhoogte : onder zadeldak plafondhoogte : onder zadeldak
Woning 20 145,4 m2 bruto 89,0 m2 bruikbaar * Deze woningen hebben bovendien nog een terras ingewerkt in de dakhelling
plafondhoogte : onder zadeldak
bioklimatische wand / intensief groendak / helofytenfilter / groene parkeerplaatsen
10. DUURZAAMHEIDSASPECTEN Belangrijk is dat de hele site als een zo duurzaam mogelijke site wordt ontwikkeld. Dat betekent niet alleen dat de gebouwen tot een zo energiezuinig mogelijk niveau worden verbouwd (met respect voor de erfgoedkwaliteiten), maar ook dat er op de site mogelijkheden gecreëerd worden voor een eigen energieproductie (zonnepanelen), warmteproductie en recuperatie (warmtewisselaar, bio-klimatische wand, … ), zuivering van grijs afvalwater (via rietveld), opvang en maximaal herbruik van regenwater, … De tuin zal daarom ook zo ecologisch mogelijke worden ingericht en beheerd. Alle bijgebouwen die in de tuin worden gepland zullen ook voorzien worden van een intensief groendoek zodat de voetprint waarop ze staan maximaal gecompenseerd wordt. Verhardingen in de tuinzone worden tot een minimum beperkt. Deze keuze heeft ook betrekking op de mobiliteit. Het aantal autostaanplaatsen wordt beperkt tot +/- 30% van het totaal aantal wooneenheden. Dit lijkt weinig wanneer vergeleken wordt met de geldende parkeernorm van 1,5 parkeerplaats per wooneenheid volgens de nieuwe stedenbouwkundige verordening, maar is realistisch. We verwijzen hiervoor naar de wijk Freiburg in Duitsland waar het autobezit 1 auto per 10 woonentiteiten is (ook al ligt de wijk op enige afstand van het stadscentrum) of Kopenhagen waar het autobezit slechts 223 personenwagens per 1000 inwoners bedraagt. Een screening van de huidige groep leert tenslotte dat er van de 10 reeds gekende toekomstige bewoners er vandaag slechts 1 is die beschikt over een wagen (op aardgas) en dat deze wagen ingezet zou kunnen worden in een autodeelsysteem (autopia of dergelijke). De autostaanplaatsen (8 à 10) worden voorzien op de plaats van de huidige krotwoning langsheen de toegangsweg naar de scoutslokalen en worden aangelegd als groene (grasdal of grintgazon) en waterdoorlatende parkeerplaatsen. Er worden aansluitingen voorzien voor elektrische wagen of een eigen thuisvulstation voor aardgas. Indien noodzakelijk (bijvoorbeeld bij wat grotere buurtactiviteiten of in functie van de coworkplekken), kunnen in nauwe samenspraak met de scouts (een deel van) de 16 parkeerplaatsen voor de scouts- en gidsenlokalen gebruikt worden. Deze worden vandaag hoofdzakelijk in de weekends gebruikt en zijn zelden volzet. Ook langs de Kerkhoflei zijn er nog 10 parkeerplaatsen voor langsparkeren voor het gebouw en in de Vrouwvlietstraat 6 à 7 plaatsen. Fietsenstallingen worden dichter bij de inkom via de tuinzone gepland om op die manier via positieve discriminatie het gebruik van de fiets te promoten. De fietsenstalling wordt gedeeltelijk overdekt (bewoners) en gedeeltelijk in openlucht (bezoekers). De fietsenstallingen worden voorzien van degelijke en diefstalwerende beugels. Een fietsherstelplaats naast of in de buurt van de fietsenstallingen maakt het plaatje compleet.
11. REFERENTIEBEELDEN
12. IMPRESSIES
zicht op de achterzijde van parochiekerk en zustershuis
zicht tussen common-house en parochiekerk / polyvalente ruimte
zicht vanuit common house (versie 1) over de binnentuin
Geerdegem Schonenberg 188 2800 Mechelen
[email protected] contact : 0472 981 306 tom lagast
Kannunick Peetersstraat 80a 2600 Berchem
[email protected] 03 337 07 09 ken dupont