- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
Schoolrapportage 1. Achtergrondgegevens van de school Gegevens van de school: 08CF Aanvrager Adres
Delftsche Schoolvereeniging dhr. F. Bendermacher Koningsplein 83 Delft
Leerlingenaantal Percentage gewogen leerlingen (2013)
426 (door de school zelf opgegeven, april 2014) 0%
Bestuur:
Delftsche Schoolvereeniging
De Delftsche Schoolvereeniging is gehuisvest in een gebouw dat zijn oorsprong vond in 1910 als weeshuis. In 1926 werd het ingericht als schoolgebouw. Groei van de school noodzaakte rond 2000 tot een ingrijpende verbouwing en uitbreiding. De accommodatie werd aangepast met behoud van het historische karakter en is uitstekend geoutilleerd. De DSV kent een bestuur met veel invloed. De directeur is gemandateerd voor de aansturing van het onderwijs. Ouders kiezen heel bewust voor de DSV vanwege de kwaliteit, sfeer, normen en waarden. Ze aanvaarden dat wat de school biedt, waaronder additionele zaken, tot een hogere ouderbijdrage leidt dan op andere scholen. De DSV is aan te duiden als een ‘witte’ school. Ze telt 426 leerlingen. De groepsgrootte is maximaal 27 leerlingen.
2. Motivatie van de school De onderbouwing die de Delftsche Schoolvereeniging bij de aanmelding als kandidaat Excellente School 2014 gaf, luidt als volgt. ‘De Delftsche Schoolvereeniging (DSV) staat open voor leerlingen van alle gezindten en gaat uit van de gelijkwaardigheid van alle levensbeschouwingen en maatschappelijke stromingen. De DSV streeft naar een maximale kwaliteit van het basisonderwijs door allerlei additionele zaken boven de door de overheid gestelde normen uit te voeren. Zo zijn er vakdocenten voor bewegingsonderwijs en muziek, worden tijdig nieuwe methodes en materialen aangeschaft, wordt het personeel in staat gesteld zich regelmatig te scholen en wordt er extra ondersteuning gegeven zowel aan de groep als aan de individuele leerling. De vorm en inhoud van deze additionele zaken worden mede bepaald door de ouders, als leden van de vereniging, door middel van een bestuur dat uit hun midden gekozen wordt. Zij bepalen op deze wijze het beleid van de school. De DSV heeft momenteel een duidelijke plaats binnen de Delftse samenleving als zelfstandige school, met een eigen karakter en met kwalitatief hoogwaardig onderwijs. De opbrengsten zijn bovengemiddeld binnen de eigen doelgroep en dat trekt in het bijzonder hoogopgeleide ouders van vele nationaliteiten. De DSV is verder al jaren een brede school waar samenhang is tussen onderwijs, opvang en naschoolse activiteiten in een dagarrangement van 7.30 uur tot 18.00 uur. Een volledig dagarrangement op het DSV-Uilenest biedt een doorlopend aanbod van opvang, onderwijs, overblijf, welzijn en culturele activiteiten.’
1
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
3. De resultaten, breed opgevat (Criterium 1) Hierbij onderscheidt de jury drie gebieden: 1. resultaten op de kernvakken: taal en rekenen-wiskunde; 2. resultaten op de andere leergebieden: oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en sport, en Engels; 3. resultaten op aanvullende gebieden zoals burgerschap, sociaal-emotionele vorming, redzaamheid, wetenschap en techniek, ondernemen, filosofie, internationale oriëntatie. 3.1 Resultaten op de kernvakken (Indicator I) Hieronder presenteren we de eindresultaten die de Delftsche Schoolvereeniging in de periode 2011-2014 heeft behaald. De gegevens zijn afkomstig van de Inspectie van het Onderwijs. Het gaat om ongecorrigeerde gegevens. Eindresultaten Jaar 2011 2012 2013 2014
Score cito: 540,9 cito: 541,6 cito: 540,7 cito: 540,9
Aantal deelnemers 49 51 54 53
Aantal niet-deelnemers -1 1 0 1
Op grond van de resultaten die de Delftsche Schoolvereeniging in 2011, 2012 en 2013 heeft behaald, stond de school in een voorselectie die de Inspectie van het Onderwijs aan de jury heeft verstrekt. De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De afgelopen drie jaar (2012, 2013 en 2014) heeft de school met haar leerlingen een eindresultaat behaald dat ruim boven de bovengrens van de Inspectie ligt. Met een score van 540,9 (2014) liggen de opbrengsten ook boven de norm van 540,6 die de jury hanteert voor de categorie scholen waartoe de DSV behoort. Op de DSV zitten geen gewogen leerlingen. 3.2 Resultaten op andere leergebieden uit het standaardcurriculum (Indicator II) In haar aanmelding geeft de school aan dat ze over geen van de aanvullende leergebieden resultaten bijhoudt. De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school gaat uit van een beleidsplan dat kunstzinnige vorming en cultuureducatie verenigt. Het uitgangspunt van dit beleid is dat elke leerling alle kansen moet krijgen zich te ontwikkelen, niet alleen voor en op school, maar ook voor later en buiten de school. De kunsteducatie komt vooral tot uiting bij tekenen, handvaardigheid, dans, drama, muziek en beweging. Onder cultuureducatie verstaat de DSV de vorming van ideeën, emoties en meningen via het werk van kunstenaars, cultureel erfgoed en andere culturen. De school maakt goed gebruik van haar directe omgeving die rijk is aan cultuur en historie. In de documenten over dit onderwerp treft de delegatie van de jury een in opzet evenredige verdeling aan van activiteiten in en buiten de school voor de verschillende leerjaren. Vanaf de kleutergroepen tot en met groep 8 is hieraan invulling gegeven. De keuzes sluiten aan op de kerndoelen, en vormen een doorlopende leerlijn. De school is kortgeleden begonnen met de uitvoering van
2
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
het beleidsplan. Er draait al een robuust programma van kunst- en cultuureducatie en de school legt zich nu vooral toe op een evenwichtige verdeling over de groepen en aansluiting op de kerndoelen. In het beleidsplan is omschreven hoe waardevolle, nu nog leerkrachtafhankelijke activiteiten geborgd dienen te worden. De school maakt frequent gebruik van externe aanbieders zoals VAK. 3.3 Resultaten op aanvullende leergebieden (Indicator III) De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De Delftsche Schoolvereeniging heeft een aanbod ter bevordering van actief burgerschap en sociale integratie. Naast de methoden voor wereldoriëntatie en sociaal-emotionele ontwikkeling heeft de school een lespakket over relaties en seksualiteit. DSV’s leerlingenpopulatie telt 38 nationaliteiten. In een van de thema’s wordt hierop ingespeeld, Reis om de wereld, waarbij leerlingen een land centraal stellen en in werkstukken, presentaties of workshops bijzonderheden over het gekozen land uitdiepen. Onderling begrip en respect worden ontwikkeld door aandacht te besteden aan het leren van een taal die niet de moedertaal is; dit gebeurt vanaf groep 5. Ook worden er inzamelingsacties gehouden voor goede doelen en maakt de school goed gebruik van de aanwezigheid van de vele culturen binnen de eigen schoolbevolking.
4. De omstandigheden waarbinnen de school werkt (Criterium 2) In haar aanmelding stelt de Delftsche Schoolvereeniging dat er omstandigheden zijn die van invloed zijn op de resultaten die ze met de leerlingen behaalt. 4.1 Leerlingkenmerken en procesinrichting (Indicator IV) De omstandigheden die de school in de aanmelding noemt, zijn de volgende. ‘De leerlingen- c.q. ouderpopulatie (hoogopgeleid) dwingt ons goed na te denken over de inrichting van ons onderwijs en de te maken keuzes voor methodes. Het is de vereniging (c.q. het bestuur) die (dat) invloed kan uitoefenen op die te maken keuzes mede door de extra middelen vanuit de ouderbijdrage boven op de middelen van de overheid.’ Het betreft 100% van de leerlingen. Volgens de aanmelding houdt de school daar op de volgende wijze rekening mee. ‘We hebben een zorgteam dat bestaat uit de adjunct-directeur en twee intern begeleiders. Zij zorgen voor de begeleiding van de kinderen die extra aandacht nodig hebben met bijzondere leerlingkenmerken (de school herbergt 38 nationaliteiten met veel meertalige kinderen). Dit gebeurt middels individuele handelingsplannen, die geschreven worden door leerkrachten, onderwijsondersteuners en remedial teachers. Aan de hand van deze handelingsplannen kan de leerkracht tijdens de lestijd adequate hulp bieden.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school ontvangt veel meertalige leerlingen. Regelmatig plaatst de school leerlingen die nauwelijks Nederlands spreken. Voor deze leerlingen schrijft een
3
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
intern begeleider een handelingsplan. Volgens plan werken docent en remedial teacher aan de begeleiding van de leerling. De delegatie sprak een ouder van wie de dochter in groep 2 was ingestroomd en bij binnenkomst drie woorden Nederlands sprak. De begeleiding was zo succesvol dat haar dochter nu ze in groep 4 zit, geen extra begeleiding meer nodig heeft. De zorgstructuur is op orde en de frequente leerlingbesprekingen in de teams zorgen ervoor dat er bij problemen tijdig ingegrepen kan worden. Intern begeleiders (onder- en bovenbouw) coördineren de zorg rondom de leerling. Samen met de adjunct-directeur vormen zij het zorgteam. 4.2 Leerlingkenmerken en resultaten (Indicator V) De jury hanteert bij de beoordeling van (semi)eindtoetsresultaten in het basisonderwijs meerdere referentiematen, te weten voor alle scholen die uitkomen boven het landelijk gemiddelde, voor scholen in de vier grote steden die uitkomen boven het G4-gemiddelde en scholen daarbuiten die uitkomen boven het gemiddelde van niet G4-gemeenten, en ten slotte de bovenkant van de bandbreedte die de jury hanteert op basis van het aandeel leerlingen met laagopgeleide ouders. Voor 2014 betreft het dan de volgende referentiematen: • gemiddelde eindtoetsscore (cito-) landelijk 534,8; • voor scholen binnen de G4 is de gemiddelde score 533,6, voor scholen buiten de G4 535,01; • voor scholen met 0% laagopgeleide ouders hanteert de jury een grens van 540,6. Vergeleken met deze drie referentiematen voor 2014 constateert de jury voor de Delftsche Schoolvereeniging het volgende. a. De resultaten lagen boven het landelijk gemiddelde van 534,8. b. De school haalt als school buiten de G4 een resultaat dat boven het gemiddelde ligt voor scholen buiten de G4. c. De school heeft in 2013 een aandeel laagopgeleide ouders van 0%; de jury hanteert daarbij een grens van 540,6. Deze bovengrens wordt door de school in 2011, 2012, 2013 en 2014 bereikt. Een toelichting en de tabel met de bandbreedte die de jury hanteert, zijn te vinden in het eindverslag van de jury, Maatgevende scholen III. Verhouding van de eindresultaten tot de excellentiegrens
Jaar Eindresultaten ruim boven de verwachting* 2011 Ja 2012 Ja 2013 Ja 2014 Ja * Hierbij hanteert de jury een andere norm dan de norm die de scholen kennen van de Inspectie. Deze norm ligt boven de bovengrens die voor scholen met een vergelijkbaar percentage gewichtenleerlingen wordt getrokken.
De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school slaagt er door haar gedegen aanpak in de door de jury gestelde norm
1
4
Schatting op basis van gegevens van Cito.
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
te halen. Dit is een uitstekende prestatie, die past bij de populatie. 4.3 Benutting van het inzicht in leerwinst bij onderscheiden categorieën leerlingen (Indicator VI) In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld waaruit blijkt dat ze leerwinst probeert bij te houden. ‘Wij voeren trendanalyses uit en houden de scores van zowel methodegebonden als citotoetsen nauwkeurig bij, zowel op groeps- als individueel niveau.’ De school beschrijft in de aanmelding de wijze waarop ze de cijfers over de leerwinst gebruikt als volgt. ‘Cijfers over leerwinst worden in het managementteam besproken en zo nodig worden additionele middelen aangeschaft of wordt een speciaal programma aan leerlingen aangeboden.’ In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld waaruit blijkt dat ze de cijfers over leerwinst vertaalt naar differentiaties aan de onderkant en aan de bovenkant (zwak- en goedpresteerders). ‘Zwakpresteerders krijgen verlengde instructie van de leerkracht, waar nodig aanpassingen in de leerstof en komen in aanmerking voor onderwijsondersteuning en/of remedial teaching. Zwakpresteerders op het motorische vlak krijgen motorische remedial teaching. Goedpresteerders doen mee met de leerkrachtgebonden lessen, maken minder basisstof en krijgen instructie en verrijking waar nodig (bijvoorbeeld Levelwerk, Plustaak, Pittige Plus Torens). Zo mogelijk doubleren kinderen of worden ze versneld naar een hogere groep geplaatst.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De leerlingen krijgen leerinhouden aangeboden die rekening houden met verschillen in hun ontwikkeling. Met name voor zwakpresteerders en meerbegaafden heeft de school een uitgebreid aanbod mede dankzij de verscheidenheid aan leermiddelen, ook digitaal. Het is vooral de docent die dit proces aanstuurt. Hij werkt in het bijzonder met gegevens van de methodegebonden toetsen. Hoogbegaafden en zwakpresteerders krijgen de extra begeleiding zowel in als buiten de klas. De IB’er verricht twee keer per jaar een trendanalyse. De school volgt haar leerlingen met een genormeerd systeem van toetsen. De delegatie van de jury is van mening dat de benutting van de leerwinst via de vaardigheidsscores volgens Cito op een hoger plan kan worden gebracht door deze gegevens meer met elkaar te bespreken en bij evaluaties te betrekken.
5. De inrichting van het onderwijsproces (Criterium 3) 5.1 Schoolspecifieke aanpak en proceskwaliteit (Indicator VII) In het aanmeldingsformulier noemt de Delftsche Schoolvereeniging de volgende drie facetten als het meest kenmerkend voor de onderwijsaanpak die de school nastreeft: • structurering van de leerstof; • leerkrachtvaardigheden;
5
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
• differentiatie in het aanbod. In de aanmelding licht de school dit als volgt toe. ‘Wij willen degelijk en gestructureerd onderwijs aanbieden, maar met de mogelijkheid voor kinderen om naar boven en beneden “uit te vallen”. Voor deze leerlingen is er extra aandacht.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Een goede sfeer, afwisselende werkvormen en instructie op drie niveaus zorgen op basis van met aandacht uitgezochte leermiddelen voor een gestructureerd aanbod van de leerstof. De delegatie merkte bij rondgang door de school en in gesprekken met docenten dat er op de DSV een uitgebreid arsenaal aan goede leermiddelen aanwezig is, wat veel mogelijkheden voor differentiatie geeft. De kinderen worden gestimuleerd tot leren van elkaar en ook tot samenwerken, hulp bieden, leren respecteren en accepteren. De inrichting van de lokalen is dusdanig dat er in kleine groepen en op niveau gewerkt kan worden. In groep 3 t/m 8 komen de leerlingen in homogene groepen van ongeveer gelijke leeftijd. Dit betekent dat er groepsgericht wordt lesgegeven met mogelijkheid tot differentiatie, om aan de verschillen tussen leerlingen tegemoet te komen. Aan leraren stelt de DSV hoge eisen. De schoolleiding schetste een profiel waar vooropleiding (bij voorkeur havo/vwo), arbeidsethos, taalvaardigheid en (aansprekende) hobby’s deel van zijn. De didactische vaardigheden van de leerkrachten op de Delftsche Schoolvereeniging houdt men op peil door gerichte nascholing. Bij een vacature voor groep 8 stelt de DSV naast didactische en pedagogische vaardigheden specifieke eisen voor het uitvoeren van een musical, begeleiden werkweek en het geven van adviezen over vervolgopleidingen. De leraren kunnen op kosten van de DSV naar wens nascholing volgen indien deze van toegevoegde waarde is. De school volgt haar leerlingen met een genormeerd systeem van toetsen. De resultaten van de leerlingen analyseert het team structureel. Waar nodig stelt een van de IB’ers een handelingsplan op. Op een school met zo veel nationaliteiten zou je verwachten dat Engels een belangrijke rol speelt. De DSV geeft Engelse les vanaf groep 5. Toen de delegatie naar de bescheiden rol van Engels vroeg, gaf de school aan dat dit een bewuste keuze was. De ouders wilden vooral dat hun kinderen goed Nederlands leren. Nu lijken de ouders stilaan van mening te veranderen. Men wil Engels een prominentere plaats geven. De schoolleiding oriënteert zich nu op de vorm waarin ze dat zou kunnen verwezenlijken. In de discussie over het anders organiseren van Engels op school neemt de DSV in het bijzonder het aantrekken van een native speaker mee. In groep 8 kunnen de leerlingen Spaans volgen. 5.2 Schoolspecifieke aanpak en organisatiekwaliteit (Indicator VIII) In het aanmeldingsformulier noemt de school de volgende drie facetten als het meest kenmerkend voor de wijze waarop ze is georganiseerd: • personeelsbeleid; • schoolklimaat;
6
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
• ouderbetrokkenheid. In de aanmelding licht de school dit als volgt toe. ‘In principe doen alle facetten ertoe, behalve het bewust uitdragen van excellentie. Het kapitaal van onze school is het personeel dat in een gezonde omgeving (schoolklimaat) moet kunnen werken, waardoor leerlingen en ouders tevreden kunnen zijn over de wijze waarop de leerkrachten hun werk doen.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Maar liefst 80% van de additionele middelen uit de ouderbijdragen wordt besteed aan de inzet van personeel. Deze 80% gaat onder andere naar de vakleerkrachten en de maximale grootte van 27 leerlingen per groep. De schoolvereniging is transparant over de verdeling van de middelen. De overige 20% gaat vooral naar leermiddelen, bijzondere activiteiten in schoolverband en schoonmaak. De school kan bij aanname van personeel hoge eisen stellen. De DSV biedt een uitdagende omgeving voor leerlingen en docenten. De docenten met wie de delegatie van de jury sprak, zijn toegewijd en gefocust op kwaliteitsverbetering. Niet door achter allerlei noviteiten aan te lopen, maar door in te staan voor degelijk onderwijs. Regelmaat, normen en waarden en structuur dragen ze hoog in het vaandel. Samen met de IB’er bewaken ze het niveau door regelmatig hun resultaten te analyseren. Docenten krijgen van de schoolleiding relatief veel vrijheid en verantwoordelijkheid. Dit inspireert hen het beste van zichzelf te geven. Docenten hebben een actieve inbreng in de ontwikkeling van het onderwijs, onder andere via de bouwvergaderingen. De leraren bespreken jaarlijks hun functioneren en de mogelijkheden voor bijscholing met de direct leidinggevende. Ouders spelen een belangrijke rol. Traditioneel is er een groot aanbod van vrijwilligers uit de oudergeleding. De rekrutering voor de ouderraad, medezeggenschapsraad en andere commissies verloopt soepel. Op ouders met bijzondere expertise kan de school regelmatig een beroep doen. Recente voorbeelden die ouders noemden, zijn de verbouwing van de zolder voor de buitenschoolse opvang en het opknappen van het schoolterrein. Met name bij de laatste actie werden leerlingen nauw betrokken. Ontwerpen werden ingestuurd, plannen besproken en de uiteindelijke keuze werd eerst samen met de leerlingen op het plein in krijt uitgetekend. Op zich al een mooi proces in de school. Het resultaat is een functioneel plein dat uitdaagt om te bewegen en plaatsen biedt waar je rustig kunt zitten. Het nieuwe plein is een aanwinst voor de school.
6. Verband tussen de inrichting van het onderwijsproces en de resultaten die de school boekt (Criterium 4) 6.1 Veranderingen vanwege resultaten (Indicator IX) In het aanmeldingsformulier is aan de Delftsche Schoolvereeniging gevraagd of ze een uitgewerkt systeem kent voor periodieke analyse van opbrengsten op verschillende niveaus: leerling, (jaar)groep, vakgebied, docent. De school geeft
7
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
aan daarover te beschikken. In de aanmelding omschrijft de school dit systeem als volgt. ‘De uitslagen van de toetsen van het cito-leerlingvolgsysteem worden systematisch, maar ook ad hoc door de intern begeleiders met de leerkrachten besproken, zowel op groeps- als individueel niveau. Wij maken trendanalyses op de vakgebieden rekenen, lezen, begrijpend lezen en spelling. Resultaten van methodegebonden toetsen worden ook door de IB’ers gevolgd en zo nodig met de leerkrachten besproken.’ Tijdens haar presentatie voor een delegatie van de jury heeft de school onder meer aandacht besteed aan de relatie tussen haar aanpak en de resultaten die ze boekt. Voor de objectieve meting van de resultaten gebruikt de DSV het leerlingvolgsysteem van Cito. Bij de cito-eindtoets behaalt de school hoge opbrengsten, gemiddeld rond 541. Ontwikkelingen op sociaal-emotioneel vlak worden bijgehouden met SCOL. De school kiest er verder bewust voor om niet achter elke ontwikkeling aan te lopen. Ontwikkelingen binnen de school zijn het gevolg van bewuste keuzes. De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school volgt een gedegen procedure bij de aanschaf van een nieuwe methode. Hierbij worden zo veel mogelijk leraren betrokken. Analyses van taalresultaten gaven enige tijd geleden aanleiding tot structurele actie. Bij nadere bestudering van de resultaten bleek dat leerlingen op onderdelen van de taal onvoldoende scoorden. Er werd een stuurgroep gevormd voor intensief onderzoek. Deze benoemde de hiaten in het taalonderwijs en al snel bleek dat de gebruikte methode hier te weinig aandacht aan besteedt. De stuurgroep stelde daarna een lijst met eisen op waaraan de nieuwe methode moest voldoen. Uiteindelijk koos men drie methodes uit. Verschillende leraren gingen aan de slag met proeflessen. De school nodigde deskundigen van de uitgever uit voor extra input om de juiste beslissing te kunnen nemen. Er werd gekozen voor Taal actief. De methode, inclusief de software, kon in één keer voor de hele school worden aangeschaft. Het werken met de nieuwe methode staat nu structureel op de agenda. Ervaringen worden met elkaar uitgewisseld. Leraren vertelden de delegatie van de jury dat er veel nuttige uitwisselingen zijn. Een nieuwe methode is altijd wennen en tips van collega’s zijn vaak zeer waardevol. Het team vindt het belangrijk dat je kunt overleggen en samenwerken met een collega uit de parallelklas. 6.2 Vasthouden van resultaten (Indicator X) In de aanmelding noemt de school het volgende voorbeeld van een aantoonbaar geslaagde interventie die ze naar aanleiding van de periodieke analyses heeft toegepast. ‘Geleid tot de keuze voor een nieuwe methode voor begrijpend lezen.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school analyseert structureel resultaten van methodegebonden toetsen en van genormeerde toetsen. Ze volgt een vastgelegde procedure waarbij de IB’er
8
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
samen met de leerkracht de opbrengsten bekijkt. Wanneer een individuele leerling onderpresteert, schrijft de intern begeleider een handelingsplan. Na intensief onderzoek is recentelijk een nieuwe taalmethode aangeschaft. 6.3 Kwalificatie, professionaliteit, schoolkennis (Indicator XI) In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld van de wijze waarop kennisdeling en ontwikkeling binnen de school worden vormgegeven. ‘Regelmatig wordt leerkrachten gevraagd om de opgedane kennis bij individuele cursussen te vertellen. Nascholing is normaal, maar ook de noodzaak tot scholing wordt met teamleden besproken. Verder doen we sinds jaren met het gehele team op studiedagen aan scholing.’ Als belangrijkste thema’s binnen het professionaliseringsbeleid noemt de school in de aanmelding het volgende. ‘Omgaan met verschillen; opbrengstgericht werken; nieuwe methodes eigen maken.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school streeft naar een maximale ontwikkeling van de kwaliteiten en talenten van iedere leerling. De DSV gaat uit van de gelijkwaardigheid van alle levensbeschouwingen en maatschappelijke stromingen en staat open voor alle gezindten. Het curriculum speelt in op deze pluriformiteit. Zo kunnen de leerlingen een brede levensvisie opbouwen. Het omgaan met verschillen brengen de leerlingen dagelijks in praktijk. De school besteedt voldoende aandacht aan het borgen van de vernieuwingen. De intern begeleiders doen klassenconsultaties en in teamvergaderingen worden de afspraken regelmatig geagendeerd. Hierboven is de zorgvuldige procedure voor het kiezen van een methode en de systematische manier van omgaan met een nieuwe methode aan de orde geweest. De meest recente tevredenheidonderzoeken zijn afgenomen in 2012. Gemiddelde score op de tevredenheidonderzoeken Medewerkertevredenheid Oudertevredenheid Leerlingtevredenheid
Gemiddelde score school 3,34 3,25 3,19
Landelijke score -
In haar aanmeldingsformulier geeft de school aan dat ze naar aanleiding van de tevredenheidonderzoeken de volgende stappen heeft gezet. ‘De volgende stappen: • Leraren zijn beter in staat te reflecteren op hun handelen (opbrengstgericht werken). • De school vraagt regelmatig of ik tevreden ben en wat ik verwacht (communicatie met ouders). • We bieden de leerlingen een keuzemogelijkheid (methodes met meer differentiatie).’
9
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. In het scholingsplan sluit de school aan op de gewenste leerkrachtvaardigheden. De intern begeleider, de remedial teacher, de onderwijsondersteuner en de leerkracht reflecteren met de kinderen in individuele gesprekjes op hun ontwikkeling. Bij ouderavonden spreekt de groepsleerkracht hierover met de ouders. Van verschillende kanten merkte de delegatie dat leerkrachten de onderlinge sfeer hoog waarderen. Opmerkelijk was daarom dat in de medewerkerenquête wordt gevraagd om meer teambuildingsactiviteiten. Navraag leerde dat de pauzes nu ‘gestaffeld’ zijn: eerst pauzeren de groepen 3, 5 en 7, dan de groepen 1/2 en als laatste 4, 6 en 8. Daardoor kunnen docenten tijdens de pauzes niet meer alle collega’s ontmoeten. De ouders met wie de delegatie sprak, waren te spreken over de sfeer, het brede onderwijsaanbod, de extra hulp en begeleiding. De kinderen worden voldoende uitgedaagd, ook op kunst- en cultuurgebied. De DSV biedt degelijk onderwijs. ‘Er wordt niet geëxperimenteerd’ met kinderen, zoals de directie aangeeft. De leerlingen prijzen de toegankelijkheid van de school en voelen zich gehoord. De ouderbetrokkenheid op school is groot. De ouders pleiten ervoor dat de school een interactieve website inzet, waarmee zij de resultaten van hun kinderen kunnen opvragen.
7. Het excellentiebeleid van de school (Criterium 5) Het uitgangspunt van de jury is dat een excellente school zeer goede resultaten behaalt en een weloverwogen onderwijsinrichting laat zien. Daarenboven kan een school op een specifiek excellentiegebied uitblinken. Dat kan betrekking hebben op diverse zaken en bijvoorbeeld gericht zijn op een inhoudelijk domein en/of op een specifieke groep leerlingen. 7.1 Het schooleigen excellentiebeleid (Indicator XII) Volgens de aanmelding kent de Delftsche Schoolvereeniging geen excellentiegebied waarop ze de focus legt. Tijdens haar presentatie voor de delegatie van de jury geeft de school aan dat ze geen specifiek excellentiebeleid voert. In wezen gaat het om een optelsom van wat de school doet. Hierbij noemt ze drie prioriteiten: cognitief, sociaalemotioneel en creatief. De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De DSV biedt degelijk onderwijs en vindt dat elke leerling alle kansen moet krijgen om zich te ontwikkelen, zowel op cognitief als op sociaal-emotioneel vlak. Naast het aanleren van de basisvaardigheden wordt de nadruk gelegd op: • een sociale opstelling, betrokkenheid en verantwoordelijkheidsgevoel; • het bevorderen van beschaafd gedrag en een verantwoordelijke opstelling ten aanzien van anderen; • het stimuleren van een positief-kritische levenshouding; • het bevorderen van zelfstandigheid en zelfdiscipline; • het aankweken van een goede werkhouding.
10
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
De school maakt met haar uitstekende opbrengsten op gebied van taal, rekenen en wereldoriëntatie haar degelijkheid zonder meer waar. Ze volgt niet elke vernieuwing, maar ontwikkelt zich voortdurend, mede door een deskundig team dat zich richt op kwaliteitsverbetering. Niet met iedere vernieuwing meegaan wil niet zeggen dat de school moderne hulpmiddelen schuwt. De delegatie van de jury zag in een perfect ingericht computerlokaal een groep kleuters intensief aan het werk met ‘oefen’-software en met materiaal dat vraagt om oplossingen. 7.2 Erkenning door externe partijen (Indicator XIII) In de aanmelding stelt de school niet dat het gebied respectievelijk de gebieden waarop ze uitblinkt, wordt/worden erkend door externe partijen (bijvoorbeeld andere scholen, ouders of andere partners). 7.3 Versterking van het excellentiebeleid in de toekomst (Indicator XIV) De Delftsche Schoolvereeniging heeft plannen om haar excellentiefocus in de toekomst te versterken. De school beschrijft deze plannen in haar aanmeldingsformulier als volgt. ‘Opbrengstgericht werken met groepshandelingsplannen invoeren en een nieuwe methode taal aanschaffen.’ Volgens de aanmelding sluiten de plannen op de volgende wijze aan op specifieke behoeften van (groepen) leerlingen. ‘Meer differentiatiemogelijkheden.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Meer differentiatiemogelijkheden begint bij de vraag waar bij de leerlingen leerwinst is te behalen. Een gedegen analyse van de vaardigheidsscores volgens Cito kan de weg wijzen naar een verdere differentiatie van het onderwijsaanbod.
8.
Opmerkingen Inspectie Geen aanvullende opmerkingen.
9.
Conclusie van de jury De Delftsche Schoolvereeniging heeft zich in 2014 voor het eerst kandidaat gesteld. De school heeft een actief bestuur met veel invloed op het onderwijs. De directeur is gemandateerd voor de aansturing van het onderwijs. Ouders kiezen heel bewust voor DSV vanwege kwaliteit, de sfeer, normen en waarden. Additionele middelen maken het mogelijk om voldoende vakdocenten aan te stellen. De school telt 462 leerlingen van hoofdzakelijk hoogopgeleide ouders. Er zitten leerlingen met 38 nationaliteiten op DSV. De school streeft naar een maximale ontwikkeling van de kwaliteiten en talenten van iedere leerling. In feite verstaat DSV onder excellentie: degelijk en kwalitatief hoogwaardig onderwijs. DSV gaat uit van de gelijkwaardigheid van alle levensbeschouwingen en maatschappelijke stromingen en staat open voor alle gezindten. Het curriculum speelt in op deze pluriformiteit en zo kunnen de
11
- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2014
leerlingen een brede levensvisie ontwikkelen. Het omgaan met verschillen brengen de leerlingen dagelijks in de praktijk. De afgelopen vier jaar heeft de school met haar leerlingen een eindresultaat gehaald boven de norm die de jury hanteert. Het zijn resultaten die behoren bij de populatie van de school. De school volgt haar leerlingen met een genormeerd systeem van toetsen. De resultaten van de leerlingen analyseert men structureel. Een goede sfeer, afwisselende werkvormen en instructie op drie niveaus zorgen op basis van met aandacht uitgezochte leermiddelen voor een gestructureerd aanbod van de leerstof. De ouders spelen een belangrijke rol op school. Traditioneel is er een groot aanbod van vrijwilligers uit de oudergeleding. Bij activiteiten die de ouders ondernemen, worden ook leerlingen betrokken. Het opknappen van het schoolplein is hiervan een voorbeeld. De school besteedt goede aandacht aan het borgen van de vernieuwingen. De intern begeleiders doen klassenconsultaties en in teamvergaderingen worden deze consultaties regelmatig geagendeerd. De zorgstructuur is op orde evenals het kwaliteitsbeleid. Er is sprake van een lerende organisatie en er worden hoge eisen gesteld aan de vakbekwaamheid van het personeel. De school kan bogen op uitstekende opbrengsten op gebied van taal, rekenen en wereldoriëntatie. Aanvullend op de excellente resultaten bij de kernvakken is de focus van de school op kunst- en cultuureducatie. DSV volgt niet elke onderwijsvernieuwing, maar ontwikkelt zich voortdurend mede door een deskundig team dat zich richt op kwaliteitsverbetering. Niet meegaan met iedere vernieuwing wil niet zeggen dat de school moderne hulpmiddelen schuwt, maar dat wordt gekeken of de ontwikkelingen een meerwaarde hebben voor het onderwijs op de school. Het excellentiebeleid van de school komt naar voren in de samenhang van het lesstofaanbod en de brede focus hierbij. Toch zou de jury het formuleren van focusgebieden in overweging willen geven. DSV besteedt in ruime mate aandacht aan het opvoeden van leerlingen tot kritische, zelfbewuste burgers. En het aanleren van zelfstandigheid, zelfdiscipline en een goede werkhouding bereidt leerlingen voor op een leven lang leren. Alles overziende is de jury van oordeel dat de school op basis van de door de jury waargenomen kenmerken en gerapporteerde bevindingen het predicaat Excellente School (po) 2014 toekomt.
12