Dichter bij Vrijheid Docentenhandleiding | Boek 2
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
Dichter bij Vrijheid Een onderwijsproject van Amnesty International Dit is boek 2 uit de docentenhandleiding Dichter bij Vrijheid. Op de boekenplank staan nog twee andere delen, nl. boek 1 Inleiding en boek 3 bijlagen. Inhoud
2
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
2. Lesverloop 2.1 Introductie Doel Introduceren en verkennen van enkele rechten uit het verdrag. Nodig - kaartjes met rechten en met situaties Speel het rechten-zoek-spel. Verdeel de klas in twee groepen. Deel de kaartjes met rechten uit aan de helft van de klas. Deel de kaartjes met bijbehorende situaties uit aan de andere helft van de klas. Geef de leerlingen ongeveer vijf minuten de tijd om tweetallen te vormen aan de hand van de opdracht: zoek een recht bij een situatie. Iedere leerling probeert een klasgenootje te vinden die een kaartje heeft dat bij zijn/haar eigen recht of situatie past. Beide leerlingen moeten het natuurlijk met elkaar eens zijn. Bekijk na ongeveer vijf minuten de resultaten. Heeft iedere leerling een partner kunnen vinden? Laat de leerlingen hun situatie en het recht voorlezen. Waarom vind je de situatie bij het recht passen? Zijn er door iedereen dezelfde paren gevormd of zijn er verschillen? Was het moeilijk om het eens te worden? Variant Geef iedere leerling een kaartje met daarop een recht. Lees één voor één de situaties voor. Als een leerling denkt dat de situatie bij zijn of haar recht hoort steekt deze leerling zijn/haar kaartje omhoog. Laat de leerling het recht voorlezen. Is iedereen het eens? Als de klas het eens is krijgt de leerling het kaartje met de situatie. Ieder leerling ontvangt op deze manier een kaartje met een situatie dat past bij zijn/haar recht.
3
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
2.2 Informatiemoment Doel Informatie geven over het Verdrag van de Rechten van het Kind. Nodig - brief van de voorzitter van Amnesty International In de bijlage vindt u een brief van de voorzitter van de Amnesty, waarin zij aan de leerlingen uitleg geeft over de volgende zaken: - Wat zijn rechten? (afspraken) - Welke kinderrechten zijn er? - Door wie is het verdrag van de Rechten van het Kind ondertekend? - Voor wie geldt het verdrag? - Wat is de rol en verantwoordelijkheid van overheid en ouders? - Waar kun je terecht als je rechten volgens jou geschonden worden? Laat één van de leerlingen de envelop open maken en de brief voorlezen.
2.3 Verkennen van de relatie recht/plicht Doel Verkennen van: - de relatie recht/plicht; - eigen verantwoordelijkheden/plichten. Nodig - kaartjes met rechten en situaties (van het rechten-zoek-spel) Probeer voorbeelden te vinden in situaties waarin de overheid en ouders een rol spelen bij het beschermen van rechten van kinderen. Gebruik daarbij de kaartjes. - Wie had in het rechten-zoek-spel een situatie waarin de ouders een rol spelen? Is het altijd leuk wanneer je ouders je rechten proberen te beschermen? Wie heeft een voorbeeld waarin dat leuk is, wie één waarin dat minder is? - Wie had een situatie waarin de overheid een rol speelt? Is dat de landelijke overheid of de gemeente? Is het altijd leuk wanneer die je rechten proberen te beschermen? Wat kan je doen als je vindt dat jouw rechten of die van een ander worden geschonden? - Wie had een situatie waarin kinderen zelf een rol spelen bij het beschermen van rechten van anderen?
4
Extra suggesties - Nodig iemand van de plaatselijke Amnesty-afdeling uit om iets te vertellen over het werk van Amnesty (kijk voor mogelijkheden op www.dichterbijvrijheid.nl). - Laat één van de kinderen de kindertelefoon opbellen. Bedenk van tevoren samen met de klas vragen die je kunt stellen over de manier waarop de kindertelefoon een rol speelt bij het beschermen van de rechten van het kind. - Laat één van de leerlingen de gemeente bellen. Bedenk van tevoren samen met de klas vragen die je kunt stellen over de plichten en taken van de gemeente die te maken hebben met het beschermen van de rechten van het kind.
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
2.4 Brainstormen Doel Verkennen van de rol van de rechten in je eigen leven. Nodig - rechtenposter - blanco kaartjes van ongeveer 10 x 6 cm - schrijfgerei - draad, schaar - punaises of plakband Bij het project ‘Dichter bij Vrijheid’ hoort de rechtenposter. Hierop staan de rechten van het kind uitgebeeld. Hang de poster op een duidelijk zichtbare plek in de klas. Het is handig hiervoor een prikbord of tentoonstellingspaneel te gebruiken. Laat rondom de poster ruimte vrij. Geef de leerlingen de volgende opdracht. Bekijk de rechtenposter. Bedenk een (of meer) situatie(s) in je eigen dagelijkse leven waarin één van de rechten een rol speelde. Of zou kunnen spelen. Schrijf iedere situatie op een apart kaartje. Schrijf het recht erbij. Laat de leerlingen hun situatie(s) rond de poster plakken of prikken. Gebruik eventueel draadjes en punaises om aan te geven bij welk recht de situatie hoort (prik de punaise net naast de poster, zodat de poster niet beschadigt). Bespreek enkele van de persoonlijke situaties. Extra suggestie - Op de website www.dichterbijvrijheid.nl vindt u een lijst met kinderboeken, die aansluiten bij verschillende kinderrechten. Vraag de plaatselijke bibliotheek een pakket voor u samen te stellen. Laat de leerlingen ieder een boek kiezen. Plan een serie korte boekbesprekingen waarin de leerlingen uitleggen wat de rol is van het genoemde recht.
5
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
2.5 Verwerking Doel Bewust worden van het belang van voortdurende aandacht voor de actieve bescherming van rechten. Nodig - pen - papier - tekengerei - blanco poëzieposters - blanco ansichtkaarten Voer een kort gesprek met de leerlingen over de vragen: Hoe belangrijk zijn de rechten voor jou? Hoe zou je leven er uit (kunnen) zien als de rechten niet bestonden? Probeer dat eens te verzinnen voor enkele rechten die op de poster staan. Rechten zijn afspraken. Iedereen moet zich houden aan die afspraken. Dat is een plicht. Iedereen moet dus weten welke rechten er zijn, anders kun je je niet aan je plicht houden of opkomen voor je rechten als dat nodig is. Om die rechten bekend te maken en te onderstrepen hoe belangrijk ze zijn, is 20 november de dag van de rechten van het kind. Dit jaar kunnen de leerlingen zelf laten zien hoe belangrijk zij kinderrechten vinden. Geef ze de opdracht: Kies één van de kinderrechten die je belangrijk vindt om onder de aandacht te brengen. Doe dat in de vorm van een gedicht over dit recht. Laat zien wat dit recht betekent in je eigen leven. Teken er eventueel met eenvoudige illustratie bij. Let op: werk alleen in zwart-wit.
6
De gedichten kunnen op verschillende manieren worden gebruikt: - Hang de gedichten op in een centrale ruimte van de school. Kopieer ze op de poëzieposters (A3-formaat). - Laat de leerlingen hun gedicht schrijven (of kopiëren) op één van de ansichtkaarten en ze aan een kennis of familielid versturen. Via de site www.dichterbijvrijheid.nl kunnen ze ook langs electronische weg een gedicht versturen aan familie, vrienden of bekenden. - Laat enkele leerlingen hun gedichten voordragen aan de eigen klas en/of aan andere klassen, bijvoorbeeld tijdens een weeksluiting. Los van deze mogelijkheden kunnen alle gedichten in elk geval een plaats krijgen op de site www.dichterbijvrijheid.nl. In de ‘schouwburg’ op de site zijn gedichten te vinden van scholen uit het hele land. Om ongewenst taalgebruik te voorkomen kunnen de gedichten alleen via de docent naar de site worden verstuurd: - ga naar de site www.dichterbijvrijheid.nl - klik de docentenkamer aan en daarna het aanmeldingsformulier - vul het aanmeldingsformulier in - de toegangscode vindt u elders in het pakket - voeg de gedichten van de kinderen als attachment - verstuur de mail Het kan daarna nog enkele dagen duren voordat de gedichten inderdaad via de schouwburg te vinden zijn.
Een paar tips voor het maken van gedichten Zoek een aantal (kinder)gedichten en lees ze voor. Kies verschillende typen gedichten: rijmgedichten, maar ook gedichten zonder rijm. Misschien hebben kinderen zelf een mooi gedichtenboek thuis. Laat ze die meenemen en het mooiste gedicht voorlezen.
www.dichterbijvrijheid.nl
Docentenhandleiding | Boek 2
Bespreek de gedichten. Wat is een gedicht? Moet het rijmen? Is het lang? Of kort? En wanneer is een gedicht goed? Als je er om kunt lachen? Als je er door wordt geraakt? Als je precies begrijpt wat de dichter bedoelt? Als een ander snapt wat jij bedoelt? Als jij het mooi vindt is het mooi! De taaldrukwerkplaats van het Kunstweb Amsterdam heeft het boekje ‘In de plas zag ik de lucht’ met als ondertitel ‘Gedichten en gedachten van kinderen’ uitgegeven. Lucie Visch, de auteur van het boekje, geeft zeven aandachtspunten die zij hanteert bij het schrijven van gedichten. - In een gedicht gaat het, meer dan in proza, niet alleen om wat je zegt, maar ook hoe je het zegt. Je vraagt je steeds af: zijn dit de woorden die ik wil gebruiken? - Een gedicht geeft kernachtig een ervaring, gevoel, impressie weer. In een gedicht staat geen woord teveel, elk woord doet er toe. - In een gedicht legt je niks uit en geef je geen mening. Je laat de lezer zien wat jij zag, je laat hem mee kijken. - In een gedicht is het belangrijk hoe de woorden en de zinnen klinken (klank en ritme) - Een gedicht gaat over iets dat je is bijgebleven, dat je helder voor ogen is blijven staan. - De inhoud van een gedicht gaat vóór de vorm. Je werkt alleen aan de vorm om de inhoud krachtiger te laten overkomen. Voor een deel dient de vorm zich al schrijvende aan. Voor een deel ontdek je achteraf de vormelementen in je tekst en schaaf je de tekst daarop bij. - Bij een gedicht is het van belang hoe je de zinnen in regels over de tekst verdeelt. Hoe je dat doet hangt af van hoe je het gedicht wilt laten klinken en hoe je bijvoorbeeld spanning wilt oproepen. (het boekje is telefonisch te bestellen bij Kunstweb Amsterdam, tel. 020 - 520 53 53)
Extra suggesties Probeer een zo breed mogelijk publiek te bereiken met de gedichten. Bijvoorbeeld op één of meer van de volgende manieren: - stel een kleine tentoonstelling samen rondom de gedichten, met bijvoorbeeld: informatie over Amnesty, de VN kindertop, UNICEF, de kindertelefoon, de gemeente, etc.; - nodig ouders uit voor de opening van de tentoonstelling op school; - plaats een aantal gedichten in de schoolkrant; - neem contact op met de plaatselijke krant en bied aan materiaal te leveren voor een themapagina op 20 november: de dag van de Rechten van het Kind; - bundel de gedichten tot een eenvoudig boekje voor in de mediatheek; - maak een grotere oplage van het boekje en verspreid de boekjes huis aan huis in de buurt; - plaats gedichten op de website van de school; - bied de gedichten aan de plaatselijke Amnesty-groep aan Verwijs de kinderen naar de site www.dichterbijvrijheid.nl. Hier kunnen ze op allerlei plaatsen verder kennismaken met de Rechten van het Kind. Zie verder bijlage 4.
www.dichterbijvrijheid.nl
7
Docentenhandleiding | Boek 2
2.6 Afronding Doel Presentatie aan breder publiek Nodig gedichten Kies gezamenlijk twee gedichten per klas uit om op te sturen naar Amnesty International. Gebruik daarvoor het antwoordvel en de antwoordenveloppe. Per gemeente zal één van de ingezonden gedichten worden uitgevoerd op duurzaam materiaal en geplaatst als blijvend symbool van het belang dat de gemeente hecht aan de Rechten van het Kind.
Voorwaarden: - iedere school mag per deelnemende klas twee gedichten insturen; - typ, schrijf of print de gedichten duidelijk leesbaar op de meegestuurde antwoordvellen; - vul op elk formulier de naam, adres, de leeftijd en groep van de dichter en het volledige adres en telefoonnummer van de school in; - maak een kopie van het gedicht en overleg met de dichter of u het origineel of de kopie opstuurt; - maak gebruik van de antwoordenveloppe; - Amnesty krijgt het recht de ingestuurde gedichten te publiceren met vermelding van naam en leeftijd van de schrijver.
Stuur het gedicht voor 1 december 2002 naar: Amnesty International Dichter bij Vrijheid Postbus 1968 1000 BZ Amsterdam De leerlingen die de gedichten hebben ingestuurd kunnen begin 2003 worden uitgenodigd bij het aanbieden van het uitgekozen gedicht aan de gemeente. Enkele van hen kunnen worden gevraagd daarbij hun gedicht voor te dragen. Dit verschilt per gemeente. De schrijvers van de door de jury uitgekozen gedichten ontvangen bericht van Amnesty. Dit geldt ook wanneer Amnesty ertoe overgaat gedichten te publiceren in bijvoorbeeld een boekje, op kaarten of op de landelijke web-site.
8
www.dichterbijvrijheid.nl