Docentenhandleiding bij Werkblad 4 Veiligheid in en rond de tunnel
1. Praktische uitleg Samenhang Deze docentenhandleiding hoort bij het werkblad ´veiligheid in en rond de tunnel ´. Het werkblad ´veiligheid in en rond de tunnel ´ gaat over wat er nodig is voor veiligheid in en rond de tunnel. De focus ligt hier op bewegingsmelders en het bewaken met behulp van camera´s. In het boek komen de onderwerpen bewegingsmelders en het continu bewaken met behulp van camera´s aan bod bij de uitleg van meneer Kaper over installatietechniek rond de tunnel. Hieronder staan enkele passages uit het boek die passen bij deze onderwerpen: -
‘Een prachtig vak jongens en meisjes. Met mijn collega´s zorg ik voor de verlichting, de vluchtdeuren, en vluchtwegen, de tunnelventilatie, de treinstilstanddetectie, brandblussers, telefoonantennes en camera´s ….…’
-
(bladzijde 94)
‘We brengen ook sensoren in de tunnel aan, die kunnen meten of er onverwachte veranderingen zijn in het vochtgehalte of de temperatuur in de tunnel, of dat er gassen vrijkomen. Zulke veranderingen kunnen op een ongeluk wijzen.’ (bladzijde 94)
-
‘Waar zijn die camera’s in de tunnel voor?’ vroeg Fleur. ‘Die horen bij een CCTV-systeem, jongedame,’ zei meneer Kaper. ‘Een gesloten cameracircuit waarmee een bepaald gebied bekeken kan worden. Daarmee kun je bijvoorbeeld zien of er iets gebeurd is in de tunnel. Zulke systemen worden ook gebruikt in de buurt van een voetbalstadion.’ (bladzijde 96)
Benodigd materiaal Voor dit werkblad is het volgende materiaal nodig. Wanneer er specifiek extra materiaal nodig is bij een opdracht staat dit ook bij de opdracht. Materiaal: -
Boek ‘Het spook van de Spoorzone’
-
Werkblad ´Veiligheid in en rond de tunnel´
-
Eventueel schrift of papier
-
Pen en potloden
-
Computer met internet
2. Achtergrondinformatie De onderwerpen die de leerling in dit werkblad gaat leren staan hieronder toegelicht met verwijzingen naar extra informatie op het internet. Bewegingsmelder Een bewegingsmelder geeft reactie als er iemand langs loopt of beweegt. De bewegingsmelder meet een warmtepatroon. Als iemand beweegt verandert dit patroon. De bewegingsmelder geeft dan een signaal door voor actie. Bijvoorbeeld een lamp die aangaat. Voorbeelden van gebruik van bewegingsmelder zijn toegang tot een tunnel, verlichting bij een deur of huis, een hek of poort bij een winkel of vliegveld, deur die automatisch open en gaat, liftdeur etc. Voor meer informatie: -
lantaarnpaal: http://www.willemwever.nl/vraag_antwoord/wetenschap-techniek/gaanlantaarnpalen-automatisch-aan-moet-er-op-een-knopje-gedrukt-
Camera´s Camerasystemen, of wel CCTV-systemen, zorgen niet op zich voor meer veiligheid. Doordat mensen er naar kijken en het systeem onderhouden wordt er aan de veiligheid gewerkt. Voorbeelden van camerasystemen voor veiligheid zijn; het zien van treinen op het spoor en in de tunnel, mensen en gebeurtenissen in een stationshal / vliegveld/ voetbalstadion etc.. Er zijn twee soorten camerasystemen, namelijk: 1) continu bekijken: Het continu bekijken is zoals vaak ook in films in een kamer vol met schermen en bewakers die dit constant in de gaten houden. 2) later terug kunnen kijken: Deze camera’s filmen wel constant, maar worden niet direct bekeken. Alleen als er iets is gebeurd, zoals een overval, kunnen de beelden alsnog worden bekeken. Een voorbeeld hiervan zijn camera’s in een woonwijk. Voor meer informatie: -
bewakingscamera: http://www.willemwever.nl/vraag_antwoord/wetenschap-techniek/hoewordt-een-bewakingscamera-gemaakt
3. Uitleg opdrachten Per pagina van het werkblad staat hier het leerdoel vermeld. Daarnaast is een korte omschrijving per pagina aanwezig, links naar verdiepende opdrachten en per opdracht antwoorden en tips. Een veilige tunnel….. Eén van de hoofdpersonen uit het boek, meneer Kaper, spreekt de leerling aan. Vanuit zijn belevingswereld introduceert hij het onderwerp. Bij het introduceren van het onderwerp maakt meneer Kaper gebruik van een passage uit het verhaal. Leerdoel De leerling kan: -
Uitleggen dat techniek gebruikt kan worden voor veiligheid.
Materiaal -
Boek ‘Het spook van de Spoorzone’ (de passage is te vinden op bladzijde 93 & 94 )
Veiligheid om je heen De leerling gaat zelf onderzoek doen naar wat belangrijk is om je veilig te voelen en welke techniek daarvoor bestaat. Dit onderdeel activeert de voorkennis en maakt de leerling enthousiast over het onderwerp. Leerdoel De leerling kan: -
Uitleggen dat techniek gebruikt kan worden voor veiligheid in de omgeving.
Antwoorden en tips per opdracht -
Bespreek de opdracht na en maak een koppeling naar veiligheid. Waarom is het veilig dat er verlichting is?
-
Voorbeelden van antwoorden zijn: thuis - lamp bij de voordeur – tegen inbreken de supermarkt – hekjes bij de ingang- zodat je geen producten mee kan nemen het park – verlichting – de weg kunnen vinden mijn straat – camera´s – later kunnen terug zien als er iets gebeurd is voetbalstadion – camera´s – actie ondernemen als er iets gevaarlijks gebeurd
1,2,3 actie! Op deze pagina krijgt de leerling uitleg over de werking van een bewegingsmelder bij het voorbeeld van een lamp in een tunnel. Leerdoel De leerling kan: -
In eigen woorden uitleggen hoe een bewegingsmelder werkt.
Freeze De leerling oefent hier met het principe van een bewegingsmelder , wat op de vorige pagina is uitgelegd. Leerdoel De leerling kan: -
Voorbeelden van gebruik van de bewegingsmelder noemen.
Antwoorden en tips per opdracht 1. Voorbeelden zijn: deur, lamp in de wc, lamp in het lokaal etc. 2. Voorbeelden van goede antwoorden zijn: lamp – rennend hondje – lamp aan deur- rennend hondje – deur open bakje eten- rennend hondje- bakje eten gaat open
Bewaker De leerling oefent hier met het begrip veiligheid hanteren met behulp van camera´s. Leerdoel De leerling kan: -
Voorbeelden van gebruik van de bewegingsmelder noemen.
Antwoorden en tips per opdracht 1. Voorbeelden van goede antwoorden in de wolkjes zijn: een dief, een trein die stil staat, een kat die stiekem naar binnen gaat, mijn zusje die stiekem iets uit mijn snoeppot pakt… 2. De antwoorden moeten in ieder geval voldoen aan: keuze van een soort camera, een plek en gebeurtenis. 3. Laat de leerlingen hun plattegrond presenteren of aan elkaar laten zien.
Mijn beveiligde kamer De leerling maakt zich in deze opdracht het principe van bewegingsmelders en het bewaken met behulp van camera´s eigen door zelf te ontwerpen. De leerling ontwerpt zelf zijn eigen beveiligde kamer. Leerdoel De leerling kan: -
Voorbeelden noemen van plekken waarbij camerasystemen van belang zijn.
Antwoorden en tips per opdracht 1. De ontworpen beveiligde kamer moet voldoen aan: een doel, soort bewaking (bijvoorbeeld een camera, sensor, bewegingsmelder), het moet iets meten (bijvoorbeeld: bewegende kat), en de actie (bijvoorbeeld: een muziek, alarm, water spuiten, lamp die aan gaat etc.). Deze opdracht kan ook in tweetallen gemaakt worden. Laat de leerlingen er een tekening of presentatie van maken en elkaar laten zien.
Zoom in De leerling bedenkt welke invloed een andere soort apparaat heeft in plaats van een camera op het verloop van de gebeurtenis uit het boek dat Arne ziet dat het beeldje heel bijzonder is. Met hulpvragen bedenkt de leerling ´hoe het ook anders had kunnen gaan´. Hierbij is een koppeling met het vak ‘taal’ mogelijk. Antwoorden en tips per opdracht 1. De leerling kan een heel ander soort apparaat bedenken waar je details goed mee kunt bestuderen. Bij het verder denken over hoe het verhaal dan was gegaan kan de leerling ook een opstel schrijven. Wist je dat… Op deze pagina zijn vier ‘wist je datjes’ te lezen. Tip -
Laat de leerlingen als aanvulling zelf nog een aantal ‘wist je datjes’ formuleren.