Jaarstukken 2011
Definitief 9 mei 2012
Naam van de toegelaten instelling Woningbouwvereniging Hoek van Holland
Gevestigd in Hoek van Holland (Gemeente Rotterdam)
Adres Planciushof 75, 3151 GC Hoek van Holland
Telefoonnummer 0174-389940
Datum van oprichting 15 januari 1947
Nummer van inschrijving in het openbare verenigingsregister, gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam V343132
Nummer van de inschrijving in het Handelsregister 24108268
De laatstelijk gewijzigde statuten zijn ministerieel goedgekeurd bij beschikking van 28 juli 2008
Volkshuisvestingverslag
WVH 2011
Missie WVH levert als maatschappelijk ondernemer een woning en alle daaraan gerelateerde diensten aan mensen met hun wortels in Hoek van Holland, die op grond van hun maatschappelijke positie niet op andere wijze zelf in hun huisvesting kunnen voorzien. Als daarnaast mogelijkheden bestaan om anderen van dienst te zijn op het gebied van wonen, dan doet WVH dat. WVH wil klanten keuzemogelijkheden geven op het gebied van wonen en zo bijdragen aan hun ontplooiingskansen. Deze aanpak is samengevat in het motto
‘Wonen zonder zorgen’.
Het ultieme doel van WVH is:
we willen dé lokale partner voor wonen zijn, waarvan de mensen weten dat ze altijd een stap verder worden geholpen.
Jaarstukken 2011 inhoudsopgave 1
Inleiding ................................................................................................................................... 2
2
Ontwikkelingen ....................................................................................................................... 4
3
Huur en verhuur ................................................................................................................... 15
4
De kwaliteit van de woningvoorraad ................................................................................ 35
5
Het betrekken van bewoners en overige belanghebbenden bij beleid en beheer ... 43
6
Financiële continuïteit ......................................................................................................... 49
7
Leefbaarheid ......................................................................................................................... 55
8
Wonen en zorg ..................................................................................................................... 58
9
De bestuurlijke organisatie ................................................................................................ 61
10
De organisatie....................................................................................................................... 84
11
Verklaring Bestuur / Raad van Commissarissen ............................................................ 89
BIJLAGEN .......................................................................................................................................... 90 Bijlage 1: Naleving Governance Code Woningcorporaties..................................................... 90 Bijlage 2: Statusrapportage jaarplan 2011 .............................................................................. 93 Bijlage 3: Waargenomen risico’s .............................................................................................. 98 Bijlage 4: Interne procedures en regelingen die de integriteit waarborgen ...................... 99 Bijlage 5: Begrippenlijst ............................................................................................................. 100 Bijlage 6: Complexoverzicht ...................................................................................................... 107
1
1
Inleiding
'We leven in historische tijden' Deze uitspraak gebruiken we soms om aan te geven dat er iets gebeurt waar we later aan zullen terugdenken als een omwenteling, een breuk in de geschiedenis. En dat is precies wat er momenteel aan de orde is. Ik wijs alleen maar op de huidige recessie. Een recessie die wordt aangejaagd door het falen van de financiële sector. Corporaties zijn kapitaalsintensieve bedrijven. Geld is een belangrijk middel om onze doelen te bereiken. Daarom is het van belang daar de laagst mogelijke prijs voor te betalen. Het borgingsstelsel van onze sector volkshuisvesting met haar ‘Triple A’-status is daar een wezenlijke factor in. Echter, de problemen met derivaten bij Vestia, de grootste corporatie van ons land, hebben de kwetsbaarheid van het systeem blootgelegd. Naast ‘Triple A’ kennen we nu ook ander jargon: ‘systeemcorporaties’ en ‘meltdown’. Het begrip ‘systeemcorporaties’ deed mij denken aan een cartoon van Tom Goovaerts. Twee heren met een bouwhelm op staan bij een bouwplaats. Zegt de één tegen de ander: ‘Welnee, failliet gaan we niet. Daarvoor is onze schuld bij de bank te hoog.’ De systeembank is een bekend begrip. Het gaat om een bank waarvan een mogelijk faillissement de potentie heeft om de rest van het financiële systeem en de reële economie ernstige schade te berokkenen. Bij problemen is de kans op redding door de overheid groter. Naar analogie is een systeemcorporatie dus een corporatie waarvan een mogelijk faillissement de potentie heeft om de rest van het corporatiesysteem en de reële economie ernstige schade te berokkenen. En ook in dit geval is de kans op redding volgens mij groot. Bij een ‘meltdown’ hebben we het over een ongeluk met een kernreactor waarbij de kern van de reactor oververhit raakt en brandstofelementen smelten. Dat kan tot gevolg hebben dat radioactief materiaal vrijkomt, en maakt in ieder geval de reactor onbruikbaar tot de kern is gerepareerd of vervangen. In een zeer ernstig scenario zou de nucleaire kettingreactie uit de hand lopen en de reactormassa zich door de bodem van het reactorvat en het reactorgebouw heen de grond in smelten. In relatie tot ons borgingsstelsel gaat het om een rampscenario waarbij het stelsel ontoereikend blijkt. In het ergste geval zou dan de door het WSW geborgde schuld op de balans van de overheid komen te drukken. Iets waar het Rijk met de huidige discussie binnen de Eu zeker niet op zit te wachten. Zoals de crisis in Europa leidt tot de roep om disciplinering, zo vraagt de collectieve solidariteit in onze sector ook om disciplinering. De problemen in de volkshuisvestingssector noodzaken, net als in de Eu, tot een echte omwenteling. Hoe die er uit gaat zien, weet ik nog niet. Maar duidelijk is dat we niet kunnen volstaan met de oude ‘oplossingen’. Dat is een mooi bruggetje naar de prestaties die WVH in 2011 heeft geleverd. In onze nieuwe strategie concentreren we ons op ingrepen in de bestaande woningvoorraad. Daarbij kunnen we ook niet terugvallen op oude ‘oplossingen’. De verduurzaming van bestaande woningen is van groot belang als ook de generaties na ons van deze planeet willen kunnen genieten. En dus steekt WVH veel energie in die verduurzaming. Dat doet een beroep op onze eigen verantwoordelijkheid, maar ook op die van onze huurders. In het hoofdstuk ‘Kwaliteit van de woningvoorraad’ leest u meer over de twee innovatieve grootonderhoudsprojecten die we op dit moment hebben lopen. Een aantal andere prestaties: In 2011 hebben we 99 huishoudens aan een nieuwe woning geholpen. 50% kwam uit Hoek van Holland. Als lokaal actieve corporaties vinden we dat belangrijk. In 49 % van de nieuwe verhuringen ging het om starters. In deze financieel moeilijke tijden heeft WVH het aantal huisuitzettingen weten te beperken tot 2
twee. Dat we onze klanten kennen en sociaal betrokken zijn, helpt daarbij. Meer wetenswaardigheden treft u aan in het hoofdstuk “Huur en verhuur”. Bovendien is de financiële huishouding van WVH gezond. Dat past bij de degelijkheid en betrouwbaarheid die we als één van onze kernwaarden zien. In het hoofdstuk financiële continuïteit gaan we daar dieper op in. WVH heeft nog veel meer bereikt. Daarover geeft WVH in dit jaarverslag, zoals u van ons gewend bent, openheid van zaken. Al die resultaten zou WVH niet kunnen behalen zonder de niet aflatende inzet van iedereen die bij haar werk betrokken is. In het bijzonder bedank ik onze relaties, de medewerkers, de raad van afgevaardigden en de raad van commissarissen. Als u op ons jaarverslag wilt reageren, dan stel ik dat zeker op prijs. Bas Molenaar Directeur
3
2
Ontwikkelingen
In dit hoofdstuk gaan we in op de ontwikkelingen die wij zien. Al die ontwikkelingen plaatsen we in het kader van waar wij ons voor inzetten. Dat kader is in 2011 opnieuw vastgesteld in onze strategische notitie ‘Welkom bij WVH’.
Het gaat ons om de volgende strategische doelen en speerpunten: Strategisch doel: Wij bieden de primaire doelgroep, zorgbehoevenden en middeninkomens die zich verbonden voelen met Hoek van Holland hier een passende woning. Voldoende beschikbare woningen voor onze primaire doelgroep Speerpunten: doorstroming creëren door toevoeging nieuwe woningen en verkoop bestaande woningen. Zorgbehoevenden kunnen in Hoek van Holland blijven wonen Speerpunten: woonservicegebied, Bertus Bliekhuis, aanpasbare levensloopbestendige woningen, W2ZV. Middeninkomens een passend alternatief bieden Speerpunten: onderzoek middeninkomens, mogelijkheden in bestaande voorraad. Voor alle doelgroepen een passende woning, passend bij de gezinssituatie en leefstijl Speerpunten: woonlasten, divers woningaanbod o.a. door herstructurering (158 woningen Korrelbeton), verkoop, Koopgarant. Strategisch doel: De individuele klant staat centraal. Wat betekent wonen zonder zorgen voor onze klanten? Speerpunten: bieden van keuzemogelijkheden, samen met de huurder zoeken naar mogelijkheden en alternatieven. Strategisch doel: Wij hebben een duurzaam woningaanbod. Oog voor energie en milieu Speerpunten: milieubeleidsplan, energiebesparende maatregelen, lagere woonlasten huurders. 4
Hoge kwaliteit van onze woningen en het onderhoud ervan Speerpunten: uitvoering geven aan ons strategisch voorraadbeleid, hoge basiskwaliteit, waarborgen goede prijs-/kwaliteitverhouding. Strategisch doel: Samen met bewoners en partners stimuleren wij een prettige buurt. Fysieke impuls aan de woonomgeving bij herstructurering of nieuwbouw Speerpunten: leefbaarheid/buurtontwikkeling, participatie, maatschappelijk vastgoed. Strategisch doel: Werken aan een goede werkrelatie met gemeente en maatschappelijke partners. Een gemeenschappelijk (toekomst)beeld Speerpunt: relatiebeheer. Strategisch doel: Wij nemen verantwoordelijkheid voor duurzaamheid en milieu en laten dat ook zien in onze bedrijfsvoering. Duurzame bedrijfsvoering Speerpunten: milieubeleidsplan en de uitvoering daarvan. Strategisch doel: WVH; een goede werkgever waar medewerkers trots op zijn. Gericht op ontwikkeling van medewerkers en samenwerken Speerpunten: doorontwikkelen klantgerichtheid, persoonlijk en organisatieontwikkelingsplan. Strategisch doel: We behalen maximale maatschappelijke effecten en borgen onze (financiële) continuïteit. Investeren in maatschappelijke effecten Speerpunt: investeringskader. Verenigingsstructuur toekomstbestendig? Speerpunt: samen met raad van afgevaardigden en raad van commissarissen nagaan of de huidige structuur en invulling nog passend en toekomstbestendig is.
2.1
Europa
EU-beschikking staatssteun aan woningcorporaties De Europese wetgeving over staatssteun heeft in toenemende mate effect op de werkwijze van Nederlandse woningcorporaties. Zo leidt de beschikking ertoe dat corporaties ten minste boekhoudkundig, maar bij voorkeur ook juridisch onderscheid moeten aanbrengen tussen sociale en commerciële activiteiten. Dit onderscheid is echter niet altijd gemakkelijk te maken omdat het takenpakket in de loop der jaren steeds breder geworden is. Overigens is de datum waarop corporaties een administratieve scheiding moeten hebben tussen diensten van algemeen economisch belang (DAEB) en andere activiteiten gewijzigd in 1 januari 2014 (artikel 10). Dit heeft te maken met de vertraging van de herziening van de Woningwet en de bijbehorende AMvB. Dat de discussie rondom de scheiding van DAEB en niet-DAEB nog niet is afgerond, maakt dat nog onzeker is wat dit betekent voor veel projecten. Een deel mag met staatssteun ontwikkeld worden en een deel moet zonder staatssteun ontwikkeld worden. Onduidelijk is nog wel of de reguliere kasstromen en kasstroomwinsten op verkocht niet-DAEB vastgoed ingezet mogen 5
worden voor nieuwe ontwikkelingen in het niet-DAEB deel. De toegenomen onzekerheid over de financierbaarheid van projecten is niet bevorderlijk voor de besluitvorming over die projecten. Dat kan onze ambitie om passende woningen en maatschappelijk vastgoed te realiseren in de weg zitten. Als gevolg van de beschikking heeft WVH in haar administratieve organisatie en interne controle ook aandacht besteedt aan de volgende punten: het registreren van inkomen bij toewijzing van staatssteun, de implementatie van interne controle op toewijzing van staatssteun en accountantsverklaringen op de naleving van de EU-regels. WVH heeft het opzetten van een aanbestedingssystematiek voor de bouw van maatschappelijk vastgoed nog niet ter hand genomen. De reden is dat WVH nog niet zo veel doet aan de realisatie van maatschappelijk vastgoed. WVH heeft zich als steunbetuiger aangesloten bij een groep van 133 corporaties die het bezwaar door negen corporaties bij het Europese Gerecht tegen de beschikking “ondersteunen”. Helaas is dit beroep door het Europese Gerecht niet ontvankelijk verklaard. Het Europese Gerecht gaat niet in op de inhoud van het bezwaar, maar wijst het af op procedurele gronden. Ook tegen die uitspraak is weer beroep mogelijk. De betrokken corporaties hebben, op een tiental corporaties na, besloten daarvan gebruik te maken. Dat geldt ook voor WVH.
2.2
Landelijk
Woonvisie Het kabinet presenteerde op 1 juli 2011 haar Woonvisie met maatregelen die de markt in beweging moeten brengen. WVH kon er niet echt enthousiast van worden. De echte integrale aanpak van de woonmarkt blijft nog steeds uit. Het meest in het oog sprong de verlaging van de overdrachtsbelasting van 6 naar 2 procent. Maar een significante stijging van de woningverkoop is uitgebleven. Het kabinet wil daarnaast ook huurders van corporatiewoningen het recht geven om tegen de marktprijs hun woning te kopen. De ministerraad heeft daarvoor een wetsvoorstel naar de Raad van State gestuurd. Het voorstel houdt in dat Woningcorporaties minstens driekwart van hun woningen te koop moeten aanbieden. WVH is daar, net als Aedes, mordicus op tegen. Door corporaties te verplichten om te verkopen, tast je hun eigendomsrecht aan. En dan wordt het strategisch voorraadbeheer voor corporaties veel moeilijker. WVH heeft in de praktijk ervaren hoe ‘gespikkeld bezit’ van invloed is op wat je als corporatie wil. WVH steunt het standpunt van Aedes om als de Raad van State en Kamer hiermee akkoord gaan, naar de rechter te stappen en zo nodig tot aan het Europees Hof in Luxemburg te procederen. Overigens is WVH op zich geen tegenstander van de verkoop van woningen. Verkoop levert geld op dat WVH weer gebruikt om ander investeringen te bekostigen. En verkoop is één van de manieren om mensen een passende woning, passend bij de gezinssituatie en leefstijl te bieden. WVH is het wel eens met het streven om huurprijs en gewildheid beter met elkaar in overeenstemming te brengen. WVH heeft profijt gehad van de verlenging van de btw-verlaging voor arbeid bij renovatie tot 1 oktober 2011 voor opdrachten die voor 1 juli 2011 zijn verleend. Nationale Hypotheekgarantie Het Rijk wil de woningmarkt extra te stimuleren met een hogere Nationale Hypotheekgarantie (NHG). De in 2009 opgehoogde kostengrens naar € 350.000 wordt niet per 1 januari 2012, maar stapsgewijs in de periode tot medio 2014 teruggebracht naar de reguliere hoogte van € 265.000. Tot 1 juli 2012 geldt de huidige grens van € 350.000. Daarna bedraagt de maximale hypotheek onder NHG-voorwaarden € 320.000. Vanaf juli 2013 is dat een jaar lang nog € 290.000. Jammer genoeg wordt het streven van het rijk in de wielen gereden door de financieringseisen die de banken hanteren. Daardoor blijft het gewenste effect uit.
6
Herzieningswet Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (Nieuwe woningwet) De nieuwe woningwet is voor WVH belangrijk omdat die de helderheid over haar mandaat om te blijven opereren moet bieden. In mei 2011 is het wetsvoorstel Herziening Woningwet naar de Tweede Kamer gestuurd. De behandeling daar is nog niet afgerond. En na het akkoord van de Tweede Kamer is de Eerste Kamer aan zet. Het wetsvoorstel laat zien dat het werkdomein van woningcorporaties gehandhaafd blijft. Corporaties mogen zich dus blijven inzetten voor iedereen die hulp nodig heeft op de woningmarkt. Dat sluit aan bij onze ambitie om een passende woning te bieden aan de primaire doelgroep, zorgbehoevenden en middeninkomens die zich verbonden voelen met Hoek van Holland. En samen met bewoners en partners te zorgen voor een prettige buurt. Zo levert WVH haar meerwaarde, in antwoord op vragen vanuit de Hoekse samenleving. WVH mag dus blijven doen waar in Hoek van Holland behoefte aan is, in nauwe samenwerking met lokale partners. WVH is blij dat de wetgever het belang van een breed werkdomein voor corporaties onderkent. Maar onze zorg blijft of we alle gewenste activiteiten binnen de nieuwe spelregels nog wel kunnen financieren. De grootste zorg zit bij de activiteiten die in het wetsvoorstel wel tot het werkterrein van corporaties worden gerekend, maar waarvoor geen staatssteun mogelijk is (de zogenoemde niet-DAEBactiviteiten). En dan gaat het niet om commerciële avonturen maar bijvoorbeeld om woningen voor (lage) middeninkomens. Wat nodig is, moet wel kunnen! Op tal van zaken kondigt de wet nadere uitwerking aan in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Nog lang niet alles is dus duidelijk. Dat baart WVH wel zorgen. Huisvestingswet De parlementaire behandeling van het wetsvoorstel voor de vernieuwde Huisvestingswet is nog niet afgerond. Wanneer de invoering plaatsvindt, is onduidelijk. De voorgenomen opheffing van de WGR+, in combinatie met het verplaatsen van de bevoegdheid om een huisvestingsverordening te maken naar gemeenten, zet de regionale samenhang op de woningmarkt verder onder druk . Daarnaast komt de mogelijkheid om met woonruimteverdeling te sturen op leefbaarheid te vervallen. De vrees van WVH dat de nieuwe wet het lokale maatwerk in de woonruimteverdeling bemoeilijkt, blijkt in de nota van wijziging te zijn ondervangen. Onder bepaalde voorwaarden wordt het mogelijk voorrang te verlenen bij het bouwen en het toewijzen van goedkope woningen aan groepen woningzoekenden met een maatschappelijke of economische binding aan de gemeente. Of dit ook voor Hoek van Holland gaat gelden is natuurlijk de vraag. Hoek van Holland is immers een deelgemeente van Rotterdam en de grootstedelijke gemeenten en de daar werkzame corporaties maken zich namelijk zorgen over dit aspect. WVH gebruikt het lokale maatwerk in de huidige huisvestingsverordening om te bereiken dat van iedere twee vrijkomende woningen er één naar een Hoekenees gaat. Het gaat ons immers vooral om de woningzoekenden die zich met Hoek van Holland verbonden voelen Inkomensgrens WVH is blij dat het minister Spies ondertussen ook duidelijk is geworden dat er lokaal en voor sommige typen huishoudens knelpunten kunnen optreden die het gevolg zijn van de inkomensgrens bij de toewijzing van sociale huurwoningen. WVH is van mening dat - vooral in de gebieden met een gespannen woningmarkt zoals Hoek van Holland - alleen een verhoging van de inkomensgrens een werkelijke oplossing biedt voor middeninkomens. Dan kunnen we ook huishoudens met een laag middeninkomen aan een woning helpen. Huurtoeslag Op de huurtoeslag wordt, in de vorm van het flexibiliseren van de kwaliteitskorting, bezuinigd. Het verhogen van de kwaliteitskorting leidt ertoe dat huurders een groter deel van de huur boven de kwaliteitskortingsgrens (huur van circa € 362 per maand) zelf moeten betalen. 7
Vooral in 2012 hakt de bezuiniging er fors in. Huurtoeslagontvangers gaan gemiddeld € 111 per jaar meer huur betalen. In dertig procent van de gevallen gaan huurders er zelfs nog meer op achteruit: tussen € 111 en meer dan € 240 per jaar. Juist de meest kwetsbare groepen worden getroffen door deze bezuinigingen. Deze maatregelen zijn daarmee dus strijdig aan het streven van WVH om ook deze doelgroep een passende woning, passend bij de gezinssituatie en leefstijl te bieden. Huurbeleid De meeste huurders krijgen in 2012 opnieuw te maken met een huurverhoging op basis van de inflatie van 2,3% (in 2011 1,3%). Wellicht wordt ook de extra huurverhoging (maximaal 5 procent) mogelijk voor huurders met een (huishoud)inkomen boven € 43.000. Per 1 juli 2012 zou dan een huurverhoging kunnen worden gevraagd van maximaal 7,3% (2,3% inflatie plus 5%). Deze maatregel speelde ook al voor de huurverhoging in 2011. Toen slaagde minister Donner er niet in om de benodigde wetgeving tijdig voor elkaar te krijgen. Ook nu worden de termijnen voor dit wetsvoorstel krap. Het spant er om of zowel de Tweede als de Eerste Kamer het voorstel nog tijdig kunnen behandelen. Als de wet niet vóór 1 juli in werking treedt, is inkomensafhankelijke huurverhoging per 1 juli 2012 niet mogelijk. Dat kan dan pas na inwerkingtreding van de wet. Omdat WVH onvoldoende tijd heeft om de praktische consequenties van een en ander tijdig te regelen, ziet WVH er voor 2012 van af om van deze mogelijkheid gebruik te maken. Ook als de minister wel in haar opzet slaagt. Door het inflatievolgende huurbeleid staan de huurinkomsten onder druk. Dat heeft natuurlijk ook gevolgen voor de investeringscapaciteit van WVH. 2012 wordt het zesde jaar op een rij dat de maximale huurverhoging gelijk is aan de inflatie van het voorafgaande kalenderjaar. Inflatievolgend huurbeleid is daarnaast niet dienstbaar aan het streven van WVH om een hoge basiskwaliteit te waarborgen bij een goede prijs-kwaliteitverhouding. Energielabels in woningwaardering De waardering van energielabels (in plaats van isolatievoorzieningen) in het Woningwaarderingsstelsel (WWS) is per 1 juli 2011 ingegaan. Tot 1 januari 2014 is een overgangsregeling van kracht. Doordat de energiezuinigheid van een huurwoning meetelt bij het bepalen van de huurprijs worden verhuurders gestimuleerd energiebesparende maatregelen te nemen. Het resultaat is dat huurders een meer comfortabele woning krijgen en dat hun energierekening daalt. Per saldo hebben ze dan lagere woonlasten. WVH is blij met deze regeling die aansluit bij de ambities die WVH heeft op het gebied van energiegebruik en duurzaamheid. Derivaten Begin 2012 werd Nederland opgeschrikt door problemen met derivaten bij Vestia, de grootste corporatie van Nederland. Het ziet er naar uit dat de problemen door onderlinge solidariteit binnen de branche opgelost kunnen worden. WVH maakt geen gebruik van derivaten en loopt zelf dus geen risico. De Pavlovreactie van ‘Den Haag’ op deze problematiek is de roep om meer regels. WVH steunt haar brancheorganisatie Aedes in haar insteek dat het niet om meer, maar om betere regels gaat. Disciplinering is daarbij een kernbegrip. WVH deelt daarnaast de opvatting van Kees Cools (hoogleraar corporate finance RUG). Hij stelt dat niet slechte formele corporate governance, maar zonnekoninggedrag van CEO's, hebzucht en geloof in luchtkastelen de werkelijke oorzaken van de grote fraudeschandalen zijn.1 Herziene Richtlijnen voor de jaarverslaggeving Jaarverslagen van corporaties moeten met ingang van 2012 voldoen aan de herziene Richtlijnen voor de jaarverslaggeving. De Raad voor de Jaarverslaggeving heeft hiertoe in januari 2012 de RJUiting 645 (2011 gepubliceerd). 1
Controle is goed, vertrouwen nog beter Over bestuurders en corporate governance, Kees Cools, 2005
8
Het gebruik van herziene Richtlijnen blijkt in de praktijk niet zo eenvoudig. Dat blijkt ook uit het tijdstip waarop de zogenaamde ‘best practices’ bekend werden. Hierdoor was het voor WVH onmogelijk om haar meerjarenbegroting 2012 – 2021 al volgens de nieuwe richtlijnen op te stellen. In het hoofdstuk Financiële continuïteit wordt een en ander toegelicht. Hoge Raad-uitspraak ‘Corporatie is ANBI’ De Hoge Raad stelt dat werkzaamheden van corporaties zich direct richten op een algemeen belang: voldoende en goede woongelegenheid in de sociale huursector. De ANBI-status betekent voor corporaties dat ze gebruik kunnen maken van de herbestedingsreserve (HBR). Dat geldt in ieder geval voor de jaren 2008 – 2011. Ondertussen is de regelgeving zodanig aangepast dat dit na 2011 niet meer mogelijk is. Ook WVH is van plan van deze mogelijkheid gebruik te maken. In het hoofdstuk Financiële continuïteit wordt een en ander toegelicht. Heffing bijzondere projectsteun Zowel corporaties, waaronder WVH, als het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV) hadden hoger beroep aangetekend tegen de eerdere uitspraak van de rechtbank in Utrecht met betrekking tot de Heffing bijzondere projectsteun (de Vogelaarheffing). De corporaties vinden dat zij ten onrechte hebben meebetaald aan het opknappen van de Vogelaarwijken. De Vogelaarheffing is in 2008 ingevoerd om corporaties die in achterstandswijken actief zijn financieel bij te springen. Alle woningcorporaties in Nederland dragen een bedrag af aan het CFV, die het geld vervolgens weer verdeelt over de corporaties die de 40 Vogelaarwijken moeten opknappen. De Raad van State heeft het hoger beroep van het CFV gegrond verklaard. De beroepen van de corporaties tegen de heffing zijn ongegrond verklaard. De bijdrageheffing bijzondere projectsteun 2008 en 2009 wordt rechtmatig geacht. Het omstreden karakter van de heffing is door de politiek ondertussen wel onderkend. De heffing is verlaagd en komt in 2013 te vervallen. Begin 2012 heeft een aantal van de bij de procedure betrokken corporaties, waaronder ook WVH, besloten verdere actie te ondernemen. Zo wordt onder andere een klacht ingediend bij de Europese Commissie tegen Nederland vanwege het verkeerd toepassen van de staatssteunregels. Scheiden financiering wonen en zorg Nu krijgen ongeveer 260.000 mensen intramurale AWBZ-zorg. Zowel hun zorg- als huisvestingskosten worden gefinancierd uit de AWBZ. Het kabinet kiest ervoor om wonen en zorg te scheiden. Cliënten betalen dan voortaan zelf voor hun woonruimte. De bedoeling is dat bewoners van instellingen zo meer keuzevrijheid krijgen en dat er meer huisvestingsvarianten ontstaan om tegemoet te komen aan hun wensen. Scheiden van wonen en zorg hangt nauw samen met de introductie op 1 januari 2012 van integrale tarieven. Voor een cliënt in een verpleeg- of verzorgingshuis zal een AWBZ-vergoeding beschikbaar zijn voor zorg én voor huisvesting, de ‘normatieve huisvestingscomponent’. Daardoor ontstaat wel een groter risico op leegstand en achterblijvende kwaliteit van huisvesting. Via een overgangsregeling groeit de sector stapsgewijs toe naar deze situatie van volledige eigen verantwoordelijkheid in 2018. Veel zorgvastgoed is verouderd, maar nog niet afgeschreven. Daardoor ontstaat een boekwaardeprobleem: de waarde in de boeken is hoger dan de werkelijke waarde. Dat geldt ook voor het verzorgingshuis Bertus Bliek dat WVH verhuurt aan Humanitas. Het kabinet biedt geen oplossing voor dit probleem.
9
2.3
Branche
Lidmaatschap Aedes WVH is lid van Aedes. Het lidmaatschap is gekoppeld aan de Aedes Code. Met de Aedes Code maken de leden van Aedes duidelijk waarvoor zij staan en waarop zij aanspreekbaar zijn. Door zich te binden aan de code laat ook WVH zien dat zij kwaliteit biedt en dat zij verantwoording aflegt aan andere corporaties en aan de omgeving waarin zij opereert. Overigens is in 2011 de preambule van de code aangepast. Dit heeft te maken met de fundamentele verandering van de maatschappelijke omgeving waarin corporaties opereren. In de preambule wordt de achtergrond en maatschappelijke context bij wijze van inleiding tot de code uiteen gezet. WVH steunt de visie van Aedes vastgelegd in het visiedocument ‘Het moet beter. Iederéén moet goed en betaalbaar kunnen wonen’ Middel, geen doel Het inhoudelijk uitgangspunt van de visie is dat corporaties hun opdracht belangrijker vinden dan het belang van de corporaties: corporaties zijn middel en geen doel. Tot nu toe zijn krachtige corporaties echter een succesvol en onmisbaar instrument voor goed en betaalbaar wonen gebleken. Keuzes De belangrijkste keuzes uit de visie zijn: Een regionale benadering: regionale opgave, lokale verankering. Lokale en regionale keuzes en verantwoording binnen landelijke kaders. Domein: corporaties moeten alle activiteiten kunnen uitvoeren die nodig zijn om goed wonen mogelijk te maken, voor zover die niet door andere partijen adequaat uitgevoerd kunnen worden. Niet meer en niet minder. Lokaal/regionaal worden afspraken gemaakt over wat ter plekke nodig is. Corporaties zorgen ervoor dat ze hun zaakjes intern op orde hebben (bedrijfsvoering / doelmatigheid / governance). Een drie-sporen strategie tegen de Europese inmenging. Als een verdere bijdrage aan de rijksbezuinigingen onvermijdelijk is, dienen we die te zoeken in extra taken die corporaties op zich kunnen nemen en die op de rijksbegroting tot bezuinigingen leiden. We kiezen voor een duurzame sector. We pleiten voor een geleidelijk in te voeren huurniveau dat mede afhankelijk is van de waarde van de woning. WVH brengt door deelname aan bijeenkomsten van de Nederlandse Vereniging Bestuurders Woningcorporaties, functionarissen bijeenkomsten, casuïstiekbijeenkomsten, via accountbezoek en ledenraadplegingen haar standpunten over. De inspanningen van Aedes om de juiste condities te scheppen voor het opereren van corporaties zijn ook voor WVH van belang bij het realiseren van haar doelen. Governancecode Sinds 1 juli 2011 is de vernieuwde Governancecode Woningcorporaties van kracht. In het hoofdstuk De bestuurlijke organisatie gaan we hier verder op in. CAO Woondiensten De Cao-onderhandelingen voor een nieuwe CAO-Woondiensten 2012 zijn gestart. De onderhandelingspartijen hebben onduidelijkheid rond de pensioenen geconstateerd. Pensioenfonds Net als veel andere pensioenfondsen heeft het pensioenfonds voor de woningcorporaties SPW 10
een dekkingstekort. Daarom heeft SPW een herstelplan gemaakt. Dat plan moet er voor zorgen dat SPW weer boven een dekkingsgraad van 105% uitkomt. Per 31 januari 2012 bedroeg de geschatte dekkingsgraad van SPW 101%. Voor de berekening van de dekkingsgraad is de rekenrente van groot belang. Als de rente daalt, worden de toekomstige pensioenen als het ware “duurder”. Pensioenfondsen moeten meer opzij zetten om straks hetzelfde pensioen te kunnen betalen. Omdat deze rente van dag tot dag schommelt, is ook de dekkingsgraad van een pensioenfonds zeer beweeglijk. De hiervoor genoemde dekkingsgraad is berekend met een gunstigere rente dan de actuele marktrente. Het is op dit moment nog niet duidelijk hoe De Nederlandsche Bank hier in de toekomst mee om gaat. Ook blijven de ontwikkelingen op de financiële markten onzeker. Het is daarom niet te zeggen hoe de dekkingsgraad van het fonds zich de komende tijd ontwikkelt.
2.4
Regionale thema’s
Metropoolregio Rotterdam Den Haag De stadsregio Rotterdam werk met het Stadsgewest Haaglanden aan de oprichting van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, de nieuwe samenwerking tussen 24 gemeenten in deze regio’s. De metropoolregio is nodig om ervoor te zorgen dat de Randstad de komende decennia een plek houdt in de top van vijf of zes Europese stedelijke regio’s die op wereldschaal van belang zijn. Eén van de zeven thema’s waar de Metropoolregio zich op richt is Ruimte, wonen en voorzieningen. De Metropoolregio wil zich verder ontwikkelen als aantrekkelijk woon-, werk- en recreëergebied. Voor het wonen houdt dit in een evenwichtig en gevarieerd aanbod van woonmilieus met voldoende regionaal landschap. Onderstaande figuren illustreren treffend dat de regio’s rond Rotterdam en Den Haag dicht naar elkaar toe zijn gegroeid.
Verstedelijking rond Rotterdam en Den Haag 1960 en 2020 (bron: Planbureau voor de Leefomgeving)
Woningmarktscenario’s 2010 - 2015 Dertien regiogemeenten hebben afspraken gemaakt over de woningmarktscenario’s voor de periode 2010-2015. Schiedam en Rotterdam deden nog niet mee omdat ze de consequenties van de voorgestelde scenario’s voor de sociale woningvoorraad nog niet konden overzien. De stadsregio heeft toegezegd daarvoor nog nader onderzoek te laten verrichten. De uitkomsten daarvan zijn WVH niet bekend.
11
WVH is lid van Maaskoepel, het samenwerkingsverband van woningcorporaties in de stadsregio Rotterdam. Maaskoepel behartigt de belangen van haar leden op het gebied van de volkshuisvesting. De gezamenlijke missie van de woningcorporaties is: ‘Samenwerken aan de kwaliteit van het wonen in de stadsregio Rotterdam’. Maaskoepel richt zich vooral op de afstemming van de plannen en investeringen van de corporaties toegespitst op drie strategische thema's. 1. Transformatie van de woningvoorraad De leden geven elkaar jaarlijks inzicht in hun plannen. Het totaal aan plannen en investeringen wordt geconfronteerd met de vraag van consumenten en beleidsdoelstellingen. Op grond van de verkregen inzichten zijn de leden bereid hun individuele plannen ter discussie te stellen. 2. Woonruimtebemiddeling De leden sturen op slaagkans, bieden een groot deel van de woningen voorwaardenvrij aan en zetten bijzondere aanbiedingsvormen (o.a. labels) alleen in als daarvoor strategische noodzaak bestaat. Zij sturen sterker op de afspraken zoals omschreven in de woonruimteverordening. Het streven is dat alle leden binnen afzienbare termijn gebruik maken van één klantgericht en effectief systeem. De normering bij de woningtoewijzing als gevolg van de EU beschikking staatssteun aan woningcorporaties heeft ongetwijfeld consequenties voor dit thema. 3. Bijzondere huisvesting Maaskoepel inventariseert samen met de partners in het werkveld de reële vraag en zet deze af tegen de al bestaande lokale afspraken tussen instellingen en corporaties. De corporaties garanderen gezamenlijk dat eventuele tekorten door hen worden opgevuld. Maaskoepel heeft samen met de stadsregio, gekoppeld aan de woningmarktafspraken, een pilot ontwikkeld voor een dashboard dat op basis van bestaande gegevens overzichtelijke sturingsinformatie biedt. De proef had betrekking op de subregio Waterweg Noord (de deelgemeente Delfshaven, Schiedam, Vlaardingen, Hoek van Holland en Maassluis). WVH heeft haar medewerking verleend aan deze proef. Die proef (versie 1) is besproken met wethouders en corporatiebestuurders. Na de presentatie in de regioraad is besloten dat deze veelbelovende proef in 2012 ook voor de andere subregio’s kan worden ontwikkeld.
2.5
Lokale thema’s
Samenwerkingsafspraken 2010-2014 / gebiedsafspraken Hoek van Holland Een negental Rotterdamse corporaties, waaronder ook WVH, heeft begin 2011 de Samenwerkingsafspraken 2010-2014 Gemeente Rotterdam – Woningcorporaties Rotterdam getekend. Deze globale samenwerkingsafspraken zijn gedurende het jaar voor Hoek van Holland geconcretiseerd in lokale gebiedsafspraken. Ondertekening van deze afspraken heeft (nog) niet plaatsgevonden. WVH had namelijk bedongen dat WVH als één van de geïnteresseerden zou worden uitgenodigd om op basis van door de deelgemeente vastgestelde stedenbouwkundige randvoorwaarden een plan in te dienen voor de locatie Lemaireweg en dat de gemeente zou zorgen voor een gelijk speelveld. Twee afspraken die vlak voor het zetten van handtekeningen, door de gemeente niet werden nagekomen. Kort voor de ondertekening kreeg WVH van de gemeente te horen dat zij voor de ontwikkeling van locatie Lemaireweg contractuele verplichtingen heeft richting een andere partij. Deze partij mag een plan ontwikkelen waar vervolgens de stedenbouwkundige randvoorwaarden bij geformuleerd worden.
12
Gebiedsvisie 2011 – 2020 Hoek van Holland
De deelgemeente heeft een nieuwe gebiedsvisie vastgesteld. Door de snel veranderende omstandigheden was de in 2010 vastgestelde visie al weer achterhaald. Als het om het wonen gaat, blijkt uit het stuk klip en klaar dat nieuwbouw in Hoek van Holland vooral bedoeld is om huishoudens met hogere inkomens vast te houden of aan te trekken. Dat is in lijn met het beleid van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. WVH heeft overigens meegewerkt en betaald aan het verzamelen van het benodigde basismateriaal. De hoop van WVH was namelijk dat hiermee ook een gemeenschappelijk Woonvisie vastgesteld zou kunnen worden. Dat is niet het geval. Hoewel de analyse van de woonmarkt wordt gedeeld, verschillen deelgemeente en WVH over de aanpak. Sociale nieuwbouw beperkt zich tot 2020 tot de bouw van ongeveer 200 huurwoningen voor senioren. Dit overigens zonder dat de totale voorraad sociale huurwoningen stijgt. In de uitbreidingsplannen (bijvoorbeeld L’ Avenue, Lemaireweg en Kaap de Goede Hoek) moet vooral in de koop en duurdere huursector gebouwd worden. Voor mensen die voldoende te besteden hebben, verwacht WVH daarom geen problemen. WVH richt zich echter bij uitstek op mensen die juist minder te besteden hebben. Voor hen zijn de vooruitzichten niet zo rooskleurig. Er komen geen huurwoningen bij. In de sociale huursector is vooral vervanging aan de orde. In onze strategienota houden we met het voorgaande rekening. Praktisch gezien komt het accent bij WVH vooral te liggen op het opwaarderen van de bestaande voorraad. Detailhandelsvisie Hoek van Holland
De deelgemeente heeft voor Hoek van Holland een detailhandelsvisie vastgesteld. Daarin worden ook uitspraken gedaan over het Brinkplein. Daarmee is er een relatie met de herontwikkeling van het Bertus Bliekhuis en omgeving. Een ontwikkeling die voor Hoekenezen die een zorgbehoefte hebben van groot belang is. Bestuurlijke continuïteit Na de deelraadverkiezingen van 2010 is WVH toe aan de vierde portefeuillehouder. De vele wisselingen komen de continuïteit in het relatiebeheer niet ten goede. Bovendien heeft de minister van Binnenlandse Zaken bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend om de deelgemeenten in Rotterdam afschaffen. De wijziging houdt in dat de deelgemeenten in 2010 voor de laatste keer zijn gekozen. Vanaf 2014 moeten de deelgemeenten worden vervangen door bestuurscommissies, met daarin vertegenwoordigers vanuit de buurt of wijk. De ambtenaren in een gebied moeten worden aangestuurd door een lokale directeur. De eindverantwoordelijkheid voor een dergelijk gebied moet volgens de minister komen te liggen bij de 13
wethouders van de gemeente Rotterdam. In het voorstel wordt ruimte gelaten voor Rozenburg en Hoek van Holland. Deze kernen zouden door hun ligging nog wel op een andere bestuurvorm aanspraak kunnen maken. WVH is van mening dat dit ook nodig is om de belangen van Hoek van Holland in de centrale stad goed over het voetlicht te brengen. Gemeentelijke woonlasten Uit onderzoek van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden naar de gemeentelijke woonlasten in de grote steden blijkt dat deze lasten2 in 2012 in Rotterdam het meest stijgen (9,2%). De gemeentelijke woonlasten liggen in Rotterdam met € 685 ondertussen ook weer boven het gemiddelde van € 659 per jaar. Overigens is Rotterdam qua gemeentelijke woonlasten een middenmoter. Daarmee doet Rotterdam het beter dan Westland dat met € 725,05 op de zesde plek uitkomt, maar veel slechter dan Den Haag dat met 542,55 als voorlaatste eindigt. Bij de gemeentelijke woonlasten gaat het om de onroerendezaakbelasting (OZB), de reinigingsheffing en het rioolrecht. De stijging is opnieuw toe te schrijven aan de rioolheffing (2,5%) en de reinigingsheffing (19,7%). De reinigingsheffing is in Rotterdam het hoogst. Bij het rioolrecht neemt Rotterdam de derde plek in. Op het vlak van de OZB doet Rotterdam het met een stijging van 0,8% een stuk beter. Het is spijtig te constateren dat de stijging in Rotterdam absoluut geen gelijke voet houdt met de huurverhoging die WVH toepast. Dat was in 2010 en 2011 nog wel het geval. Hiermee is de hoop die WVH in haar vorige jaarverslag uitsprak dat er daadwerkelijk sprake zou zijn van een structurele kentering in de stijging van de gemeentelijke woonlasten de grond in geboord. In de tabel hieronder ziet u welke positie Rotterdam in de lijst van 35 grote gemeenten inneemt. Positie Rotterdam in belastingoverzicht 35 grote gemeenten Tussen haakjes de gegevens uit 2011 Woonlasten 2012
Gemiddelde €
Rotterdam €
Rangorde
OZB
221 (215)
182 (178)
30
(29)
Reinigingsheffing
286 (282)
315 (263)
1
(8)
Rioolheffing
151 (147)
188 (183)
3
(5)
Totaal
659 (644)
685 (625)
19
(26)
2
Van het geheel van de bijkomende woonlasten (dus naast huur of financiering eigen woning) nemen de gemeentelijke lasten slechts een beperkt deel voor hun rekening (17% in 2011). Energie en water is veruit de grootste post.
14
3
Huur en verhuur
3.1 Algemeen Eind 2011 exploiteert WVH 1.993 woningen, drie bedrijfspanden, een sociaal pension en een aan Humanitas verhuurd verzorgingstehuis. WVH beheert daarmee bijna de gehele voorraad huurwoningen in Hoek van Holland. De vraag naar woningen is groot en de mutatiegraad en daarmee het aanbod is klein. Per woning reageerden in 2011 98 woningzoekenden. De gemiddelde inschrijfduur bedraagt 6,8 jaar. WVH heeft vanuit haar doelstelling bijzondere aandacht voor lagere inkomensgroepen en andere groepen die niet zelfstandig in hun huisvesting kunnen voorzien. Maar ook degenen die dat wel zelf kunnen en in Hoek van Holland willen wonen zijn potentiële klanten voor WVH. WVH en Deelgemeente streven er naar om de vrijkomende woningen minimaal gelijk te verhuren aan “Hoekenezen” en “niet-Hoekenezen”. Bij onze activiteiten is de wens van de (potentiële) klant het vertrekpunt.
3.2 De woonruimteverdeling Algemeen Bij de verdeling van de vrijkomende woningen hanteert WVH de Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 20063 en de Overeenkomst woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2006. Belangrijke uitgangspunten van de regeling: het systeem gaat uit van het principe “zonder regels waar het kan en sturen waar het moet”; de rangorde van de kandidaten wordt bepaald op basis van urgentie en registratieduur. In februari 2011 heeft het algemeen bestuur van de stadsregio ingestemd met een aantal wijzigingen in de verordening. Een belangrijke wijziging heeft te maken met het besluit van de Europese Commissie over toegestane staatssteun aan woningcorporaties. Door deze wijziging is het mogelijk om woningen te labellen met een maximum inkomen. Aanbiedingscategorieën We hanteren bij de verdeling de volgende aanbiedingscategorieën: Omschrijving
Toepassen
Voorwaardenvrij
Tot 1 januari 2011:minimaal 40% Vanaf 1 januari zoveel mogelijk
Directe bemiddeling voor urgent woningzoekenden Lokaal Maatwerk voor specifieke lokale situatie Volkshuisvestelijk labellen (vh labellen) voor met name de specifieke ouderenwoningen Staatssteunregeling (vanaf 1 januari 2011) maximuminkomen van € 33.614 (voor woningen met een huurprijs tot € 653)
Maximaal 25%
Vrije sector vanaf 1 januari 2011
Maximaal 15% Maximaal 20% Zoveel als nodig om te voldoen aan de 90% EU-norm Huurprijs > €652
3
Voormalig Minister Donner heeft in november 2011 een voorstel voor een nieuwe Huisvestingswet naar de Tweede Kamer gestuurd. De Minister wil per 1 januari 2013 de stadsregio’s opheffen. De gevolgen voor de regelgeving (huisvestingsverordening) en met name de afstemming binnen de huidige regio zijn onzeker.
15
In de periode 2008 tot en met 2011 zijn de door WVH aangeboden woningen over de verschillende aanbiedingscategorieën van de verordening als volgt verdeeld: Verdeling aanbiedingscategorie 80% 70% 60% 50% 40% 30%
Max.
3. Lokaal Maatwerk
4. Volkshuisvestelijk labellen
Max
10%
Max.
20%
0% 1. Voorwaardenvrij
2. Directe bemiddeling
5. Staatssteunregeling
6. Vrije sector
aanbiedingsgcategorie 2008
2009
2010
2011
norm
Registratieduur De registratieduur is de periode dat de woningzoekende in het woonruimteverdelingsysteem staat geregistreerd. Bij de berekening van de registratieduur worden de toewijzingen aan urgent woningzoekenden buiten beschouwing gelaten. De gemiddelde registratieduur van de geslaagden bedraagt 6,8 jaar. We zien dat de registratieduur van de geslaagden vanaf 2001 tot en met 2006 fors toeneemt en vervolgens redelijk stabiliseert tot en met 2010. In 2011 neemt de registratie weer toe. De periode is nog te kort om te spreken van een trend. Het feit dat doorstromers vanaf 1 juli 2006 met hun registratiedatum meedoen, speelt een rol in de forse toename van de registratieduur in 2006. verloop registratieduur 7,5
duur in jaren
6,5 5,5 4,5 3,5 2,5 1,5 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
gem. registratie duur in jaren
16
Slaagkansen Regionaal analyseert men op basis van de slaagkansen van de verschillende doelgroepen de ontwikkeling en kijkt men of bijstelling noodzakelijk is. Hiervoor wordt ieder kwartaal door het COS4 de monitor “Kans van slagen” opgesteld. De slaagkans wordt beschouwd als een indicator voor de relatieve positie van groepen woningzoekenden op de sociale huurwoningenmarkt en is als volgt gedefinieerd: Het aantal woningzoekenden (per subgroep) dat in het kwartaal een woning heeft verkregen (verhuringen) via de media of directe bemiddeling, gedeeld door het aantal actief woningzoekenden (per subgroep) dat op die woningen heeft gereageerd plus het aantal geslaagde direct bemiddelden (die niet actief waren), uitgedrukt als percentage. Ontwikkeling slaagkansen WVH 3,0
slaagkans (%)
2,8 2,6 2,4 2,2 2,0 1,8 1,6 1,4
2011-4
2011-3
2011-2
2011-1
2010-4
2010-3
2010-2
2010-1
2009-4
2009-3
2009-2
2009-1
2008-4
2008-3
2008-2
2008-1
2007-4
2007-3
2007-2
2007-1
periode (kwartalen) slaagkans algemeen op basis van twee-kwartaalsgemiddelden
Regionaal gezien heeft Hoek van Holland een lage slaagkans. In 2011 bedraagt de slaagkans ongeveer 2%. Slechts twee van de zeventien gemeenten hadden een lagere slaagkans dan Hoek van Holland. Bij de primaire doelgroep, verderop in dit hoofdstuk, leest u meer over de slaagkansen van de aandachtsgroep5. Bij doelgroep starters leest u meer over de slaagkansen van starters tegenover doorstromers.
4
Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Hiertoe behoren alleenstaanden tot 65 jaar met een belastbaar inkomen tot € 21.625, alleenstaanden vanaf 65 jaar met een belastbaar inkomen tot € 20.325, meerpersoonshuishoudens tot 65 jaar met een belastbaar inkomen tot € 29.350 en meerpersoonshuishoudens vanaf 65 jaar met een belastbaar inkomen tot € 27.750.
5
17
Acceptatiegraad De acceptatiegraad is het aantal aanbiedingen per woning en geeft een indicatie over de verhuurbaarheid van een woning.
Gemiddeld aantal aanbiedingen per woning 10,0 9,0 8,0 7,0 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
NB: trendbreuk in 2011 wordt veroorzaakt door wijziging in methode van registreren
Het gemiddeld aantal aanbiedingen per woning is ten opzichte van voorgaande jaren fors afgenomen. Dit doordat we vanaf 1 januari 2011 op andere wijze het aantal weigeringen / aanbiedingen registreren. Voorheen gingen we uit van het rangnummer op de Woonnet reactielijst van degene die de woning uiteindelijk heeft geaccepteerd. Alle woningzoekenden met een hoger rangnummer telden we mee in het aantal aanbiedingen. Vanaf 1 januari 2011 tellen we alleen de woningzoekenden die hebben gereageerd op onze interessepeilingen. Dit veroorzaakt weliswaar een trendbreuk in 2011 ten opzichte van voorgaande jaren, maar het geeft ons een zuiverder beeld over de populariteit van de woning. Het komt er dus op neer dat we de “no show” (geen reactie op peiling) niet meer meetellen. De “no show” blijft zich echter wel voordoen. “No show” betekent voor WVH vertraging in het bemiddelingsproces, een langere leegstand en meer werk. Het probleem van de “no show” is geen specifiek WVH-probleem. Het speelt ook bij andere corporaties. Daarom heeft WVH in de ALV van Woonnet gepleit voor “sancties” voor woningzoekenden die wel reageren, maar vervolgens regelmatig niets meer van zich laten horen als ze benaderd worden voor een aanbieding. Bijvoorbeeld door woningzoekenden die herhaaldelijk niet op aanbiedingen reageren, een bepaalde periode op niet-actief te zetten. Het bestuur van Woonnet heeft besloten nog geen “sancties” in te voeren. Wel krijgt Woonnet per 1 januari 2012 een nieuwe website. Die is een stuk gebruiksvriendelijker. Ook wordt een nieuwe toepassing, de zogenaamde interessemail, ingevoerd. Woningzoekenden die hebben gereageerd en dus op de reactielijst staan, ontvangen direct nadat de editie is gesloten een mail van Woonnet waarmee ze moeten aangeven daadwerkelijk geïnteresseerd te zijn. Degenen die niet op de interessemail reageren worden niet door de verhuurder benaderd voor een aanbieding. De effecten van de interessemail worden in de loop van 2012 geëvalueerd. Daarna neemt het bestuur een beslissing over eventuele andere maatregelen. 18
Vraag Het aantal reacties dat op een advertentie binnenkomt geeft een aanwijzing over de vraag- en aanbodverhouding voor een bepaalde woning of een bepaald type woning. Bij dit onderdeel hebben we de woningen uit de categorie directe bemiddeling (vijf stuks) buiten de berekeningen gehouden, omdat deze woningen niet zijn geadverteerd. Omschrijving
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Gemiddeld aantal reacties per woning
150
131
110
112
116
98
verdeling aantal reacties totaal
158
155
32
97
176
32
158 66 90
Eengezinswoning goedkoop 4‐kamerflat Etage boven/benedenwoning Juniorwoning
58
Eengezinswoning middelduur 2‐kamerflat Korrelbetonwoning
Eengezinswoning duur Portiekwoning Seniorwoning
Het totaal aantal actief woningzoekenden in Hoek van Holland wisselt sterk per kwartaal. Dit wordt onder andere veroorzaakt door het aanbod (aantal en type woningen) in de betreffende periode. Het gemiddelde over de laatste drie jaar (vanaf 2009) bedraagt 1.361 woningzoekenden.
3.3 Doelgroepen WVH onderscheidt verschillende doelgroepen. Hierna gaan we op elk van deze doelgroepen in. Per doelgroep geven we daarbij aan wat we hen kunnen bieden en hoe we daar invulling aan hebben gegeven.
Primaire doelgroep en bijzondere doelgroepen WVH is opgericht om te voorzien in passende woonruimte voor mensen die dat zelfstandig niet of niet goed kunnen. Die groep mensen wordt de primaire doelgroep genoemd. De reden kan verband houden met het inkomen, maar ook met andere aspecten. Het gaat dan om bijzondere doelgroepen als ouderen, starters, urgenten, mindervaliden, verstandelijk gehandicapten, statushouders , dak- en thuislozen en Hoekenezen 19
De overige woonconsumenten Vooraf stelt WVH geen beperking aan degenen die van haar diensten gebruik willen maken. Onder voorwaarde dat er voor het aanbod een markt is, kunnen ook huurwoningen in allerlei vormen en prijscategorieën, koopwoningen en andere vormen van dienstverlening aangeboden worden.
Primaire Doelgroep Nieuwbouw In 2011 heeft WVH geen nieuwe woningen voor de primaire doelgroep opgeleverd. De deelgemeente heeft in de loop van het jaar haar “Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020” vastgesteld. (zie ook pagina 13 Gebiedsvisie).Voor de doelgroep van WVH zijn de vooruitzichten dus niet rooskleurig. Er komen geen huurwoningen bij. In de sociale huursector is vooral vervanging aan de orde. Desondanks gaat WVH eventuele kansen die zich op het gebied van nieuwbouwontwikkeling in Hoek van Holland voordoen pakken om nieuwe woningen voor de doelgroep de realiseren. In hoofdstuk vier leest u meer over de inspanningen die WVH in 2011 voor de verschillende locaties heeft gedaan om nieuwe woningen in de toekomst te realiseren. De bestaande voorraad Het bezit van WVH is gelegen in de gemeente Rotterdam, deelgemeente Hoek van Holland. Een groot deel ervan is qua huur bereikbaar voor de primaire doelgroep. Het gaat om woningen met een huurprijs lager dan de aftoppingsgrenzen uit de huurtoeslagwet. We noemen dit de kernvoorraad. In 2011 was de aftoppingsgrens voor woningen met maximaal vier kamers € 518 en voor woningen met vijf of meer kamers € 555. Per 1 januari 2012 zijn deze huurgrenzen verhoogd tot respectievelijk € 524 en € 562. Ultimo 2011 exploiteert WVH 1.993 woningen, drie bedrijfspanden, een sociaal pension en een aan Humanitas verhuurd verzorgingstehuis. Evenals in 2010 behoort ongeveer 85% van de woningen tot de kernvoorraad. Verdeling op basis van de netto huur per 1 juli 2011 aantal woningen
Netto huur minder dan
Verdeling op basis van de streefhuur per 1 juli 2011
%
cum. %
aantal
%
cum. %
517,64
1.520
76,3%
76,3%
1.197
60,1%
60,1%
517,64
tot
554,76
169
8,5%
84,7%
325
16,3%
76,4%
554,76
tot
652,52
255
12,8%
97,5%
225
11,3%
87,7%
652,52
49
2,5%
100,0%
246
12,3%
100,0%
1.993
100,0%
hoger dan Totaal
1.993
100,0%
Het huurbeleid van WVH bij nieuwe verhuringen is van invloed op de omvang van de kernvoorraad. Conform het strategisch voorraadbeleid wordt de huurprijs van een woning bij mutatie aangepast. De nieuwe huurprijs is gelijk aan een bepaald percentage van de maximale huurprijs, de zogenaamde streefhuur. Het percentage verschilt per complex en is vooral afhankelijk van de positie die de woning op de woningmarkt inneemt. Het percentage varieert van 70% tot 100%. Het gemiddelde percentage bedraagt ongeveer 83%. Als we uitgaan van de streefhuurpercentages van WVH heeft 76% van het totale bezit een 20
huurprijs tot maximaal de hoogste aftoppingsgrens uit de huurtoeslagwet. Per 1 juli 2011 was de gemiddelde huurprijs van een WVH-woning ongeveer 75% van de maximaal redelijke huurprijs. Landelijk gezien ligt dit percentage lager, namelijk 72%. De reden voor dit verschil is dat Hoek van Holland een hoge aftrek heeft voor hinderlijke situaties in de woonomgeving. Die aftrek wordt veroorzaakt door de industrie in de omgeving. De mutaties In 2011 zijn 99 woningen opnieuw verhuurd, dus woningen waarvan de huurovereenkomst in dit jaar is afgesloten. Hiervan zijn 94 verhuringen als gevolg van opzegging en vijf als gevolg van woningruil.
Mutatiegraad
2008
2009
2010
2011
4,3
6,2
5,0
4,7
Verhuringen 2011 % van totaal aantal mutaties Etagewoning 1%
Seniorwoning 15%
Eengezinswoning 41% Portiekwoning 30%
Hoogbouwflat 13%
De mutatiegraad, exclusief woningruil en vrijkomende woningen in het complex Van Dameenheden, is 4,7%. Dit is lager dan in 2010 en 2009. In 2009 was de mutatiegraad, als gevolg van de verdeling van de nieuwbouwwoningen in de Atlas 6,2%. We verwachtten dat de mutatiegraad in 2010 en 2011(als gevolg van de oplevering van de nieuwbouwwijk l’Avenue) hoger dan normaal zou zijn. We hebben deze inschatting gemaakt aan de hand van geanonimiseerde gegevens van de deelgemeente. Achteraf gezien was het effect van de nieuwbouw in l’Avenue op de doorstroming in onze huurwoningen minder dan verwacht. Woningen uit het complex Van Dameenheden worden, vanwege voorgenomen sloopnieuwbouw, na opzegging niet meer verhuurd. De woningen worden ontmanteld. Eind 2011 staan elf van de 37 eenheden leeg. Als woningen in de complexen 70 (grote eengezinswoningen in plan Oost) en 110 (eengezinswoningen in het Blesplan) worden opgezegd, wordt telkens de afweging gemaakt of de woning te huur of te koop wordt aangeboden. In 2011 is in complex 70 één woning verkocht aan de 21
huurder. In complex 110 is één woning leeggekomen. Die staat per ultimo 2011 te koop. Als woningen in de complexen 70 (grote eengezinswoningen in plan Oost) en 110 (eengezinswoningen in het Blesplan) worden opgezegd, wordt telkens de afweging gemaakt of de woning te huur of te koop wordt aangeboden. In complex 70 voeren we momenteel een groot onderhoudsplan uit. We hebben besloten voorlopig geen woningen bij mutatie te verkopen. In de mutatiewoningen voeren we de werkzaamheden aan de binnenkant van de woning uit. De woning wordt daarna te huur aangeboden. Later, volgens de complexplanning, worden de werkzaamheden aan de buitenzijde van de woning uitgevoerd. Of we na de renovatie ons huidig verkoopbeleid voor dit complex ongewijzigd voortzetten is nog niet zeker. De verdeling De woonruimteverordening gaat er van uit dat we bij het toewijzen van woningen zo weinig mogelijk (inkomens)voorwaarden stellen. Achteraf wordt aan de hand van de slaagkansen bekeken of er sprake is van ernstige verdringing en of er alsnog maatregelen, zoals het labellen op inkomen, moeten worden ingezet. Volgens de per 1 januari 2011 ingevoerde “Staatssteunregeling” moet ten minste 90% van de huurwoningen met een huurprijs onder de huurtoeslaggrens (€ 652 per 1 januari 2011) worden verhuurd aan huishoudens met een inkomen lager dan € 33.614. In overleg met de andere corporaties uit de stadsregio (via Maaskoepel) zijn afspraken gemaakt voor labellen van woningen met een huurprijs tot € 653 vanaf 1 januari 2011. WVH labelt binnen deze afspraken vooralsnog alleen de woningen tot € 555 met een maximum inkomen van € 33.614. Zo geven we de doelgroep met een inkomen boven de € 33.614 nog enigszins een kans op een woning bij WVH. Verdeling woningen naar inkomen Huishoudensinkomen (€) < 29.350 Subs. Huurprijs (€)
Totaal
vanaf 29.350
vanaf 33.614
vanaf 43.000
tot 33.614
tot 43.000
tot 53.000
2
1
1
2
1
1
3
5
2
5
6
3
0-362
13
12
1
362-518
51
46
5
518-555
16
15
1
555-652
9
5
subtotaal
89
78
>652
10
Totaal
99
78
7
7
> 53.000
22
Verklaring van de inkomens en huurprijsgrenzen Omschrijving
Bedrag
Huurtoeslag aftoppingsgrens voor jongeren (<23 Jaar) per 1 januari 2011
€ 362
Eerste aftoppingsgrens voor de huurtoeslag per 1 januari 2011
€ 518
Tweede aftoppingsgrens voor de huurtoeslag per 1 januari 2011
€ 555
Maximale huurgrens voor huurtoeslag per 1 januari 2011
€ 653
Maximum inkomensgrens voor huurtoeslag per 1 januari 2011
€ 29.350
EU grens 2011
€ 33.614
Uit de tabel blijkt dat we in 2011 van de 89 woningen met een huurprijs onder de huurgrens van € 652 er vier hebben toegewezen aan woningzoekenden met een inkomen hoger dan € 33.614. Dat betekent dat over heel 2011 ongeveer 95% volgens de norm van Europa is toegewezen. We voldoen daarmee ruimschoots aan de richtlijn (90%). In het belang van de middeninkomens willen we in 2012 de vrije 10% optimaal gebruiken en moet dus het percentage toewijzingen aan de doelgroep zo dicht mogelijk bij 90% uitkomen. Slaagkansen van de primaire doelgroep Volgens de regionale overeenkomst woonruimteverdeling is het feit dat de slaagkans van de aandachtsgroep kleiner is dan die van de niet-aandachtsgroep aanleiding voor het afgeven van een signaal. In verschillende gemeenten van de stadsregio is de slaagkans van de aandachtsgroep lager dan die van de niet-aandachtsgroep. Er is besloten nog niet in te grijpen. Ontwikkeling slaagkansen WVH 3,5
slaagkans (%)
3,0
2,5
2,0
1,5
1,0
2011-4
2011-3
2011-2
2011-1
2010-4
2010-3
2010-2
2010-1
2009-4
2009-3
2009-2
2009-1
2008-4
2008-3
2008-2
2008-1
periode (kwartalen) niet-aandachtsgroep
aandachtstgroep
Vanaf 2009 is ook in Hoek van Holland de slaagkans van de aandachtsgroep kleiner dan de slaagkans van de niet-aandachtsgroep. Vanaf 2010 is het verschil tussen beiden kleiner. Bij de berekening van de slaagkansen gaan we uit van alle actief woningzoekenden, dus ongeacht waar ze vandaan komen. We zien dat gemiddeld ongeveer 65% van deze woningzoekenden tot de aandachtsgroep behoort en 35% dus tot de niet-aandachtsgroep. We zijn benieuwd naar het effect van het toepassen van de EU regels op de slaagkansen. De 23
positie van de aandachtsgroep verbetert in ieder geval. Het is de vraag of dit ook zichtbaar wordt in de slaagkansen. Dat hangt mede af van het aantal op Woonnet actieve woningzoekenden uit de niet-aandachtsgroep. Hun mogelijkheden nemen namelijk fors af. En daarmee waarschijnlijk ook hun animo om bij Woonnet ingeschreven te blijven staan. Van de woningen onder de bovenste aftoppingsgrens van de huurtoeslag gaat in 2011 in Hoek van Holland 79% (2010-65%) naar de aandachtsgroep en 21% (2010-35%) naar de nietaandachtsgroep. Van de woningen boven de bovenste aftoppingsgrens van de huurtoeslag gaat ongeveer 44% (2010-41%) naar de aandachtsgroep en 56% (2010-59%) naar de niet-aandachtsgroep. Met andere woorden: Ten opzichte van 2010 gaat er in 2011 een groter aandeel van de woningen onder de aftoppingsgrens naar de aandachtsgroep. En van de woningen boven de aftoppingsgrens gaat ten opzichte van 2010 een iets groter aandeel naar de aandachtsgroep. Van de geslaagden uit de aandachtsgroep is in 2011 78% (2010-75%) geslaagd in een woning onder de aftoppingsgrens en dus 22% (2010-25%) boven de aftoppingsgrens. Van de geslaagden uit de niet-aandachtsgroep is 42% (2010-53%) geslaagd in een woning onder de aftoppingsgrens en dus 58% (2010-47%) boven de aftoppingsgrens. Met andere woorden: Ten opzichte van 2010 gaat in 2011 een iets groter aandeel van de woningzoekenden uit de aandachtsgroep naar woningen onder de aftoppingsgrens. En van de woningzoekenden van de niet-aandachtsgroep gaat ten opzichte van 2010 een kleiner gedeelte naar woningen onder de aftoppingsgrens.
Bijzondere aandachtsgroepen Ouderen De voorraad Nieuwbouw Bij potentiële nieuwbouw richt WVH zich in eerste instantie op de doelgroep senioren (55+). Pas als de locatie voor deze doelgroep minder geschikt is, kiest WVH voor nieuwbouw voor andere doelgroepen. WVH wil met dit beleid doorstroming en daarmee de verhuisketen op gang brengen. Hoe langer de verhuisketen hoe meer woningzoekenden kunnen worden geholpen. Aan het einde van iedere verhuisketen staat een starter. WVH wijst nieuwbouw bij voorrang toe aan Hoekse woningzoekenden om een optimale doorstroming in Hoek van Holland te bewerkstelligen. In 2011 heeft WVH geen nieuwe woningen voor senioren gerealiseerd. De deelgemeente heeft in de loop van het jaar haar “Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020” vastgesteld. Een belangrijke conclusie uit de “Gebiedsvisie” is dat in Hoek van Holland relatief veel ouderen wonen en weinig jongeren in de groepen 20-35 jaar en 0-4 jaar. Hoek van Holland vergrijst en heeft een onevenwichtige bevolkingsopbouw met alle nadelen van dien. Een belangrijke oorzaak van de vergrijzing is de geringe doorstroming in Hoekse Woningmarkt. Hierdoor zijn er weinig kansen voor jonge huishoudens in de fase van gezinsvorming om in het eigen dorp te blijven wonen. 24
We kunnen deze ontwikkeling in de bevolkingsopbouw beïnvloeden door de doorstroming op de Hoekse woningmarkt te stimuleren. Doorstroming begint bij het bieden van mogelijkheden, zoals het toevoegen van nieuwe huurwoningen voor senioren. In de gebiedsvisie is aangegeven dat tot 2020 ongeveer 200 nieuwe huurwoningen voor senioren moeten worden gebouwd. Over waar dat kan doet de gebiedsvisie geen uitspraak. Omdat het totale aantal sociale huurwoningen niet toeneemt, is de conclusie van WVH dat een groot deel van deze 200 woningen in de herstructureringsplannen van WVH gerealiseerd moeten worden. WVH verhuurt voor de doelgroep het verzorgingshuis Bertus Bliek (BB-huis) aan stichting Humanitas. Deze heeft reeds jaren geleden (2002) aangegeven dat ze hun zorgconcept niet meer optimaal in het huidige BB-huis konden aanbieden. Humanitas is vervolgens een plan voor herontwikkeling van het BB-huis gaan maken. Voor WVH staat vast dat dit plan niet haalbaar is. WVH heeft daarop besloten de herontwikkeling van het BB-huis zelf ter hand te nemen. Het plan van WVH moet in ieder geval aanbod scheppen voor bewoners met een zwaardere zorgindicatie. Tevens wil WVH zelfstandige huisvesting voor senioren op deze locatie realiseren. Bestaande voorraad en verdeling WVH beheert 286 woningen, verdeeld over verschillend complexen en woningtypen, die specifiek voor senioren worden gelabeld. Hiervan zijn er 14 vrijgekomen en weer verhuurd. De mutatiegraad bij de seniorenwoningen ligt iets onder de 5% en wijkt daarmee niet veel af van het gemiddelde over alle woningen van WVH. Senioren kunnen ook op woningen reageren die niet specifiek voor 55+ zijn gelabeld. In totaal hebben 15 senioren een nieuwe huurwoning van WVH gehuurd. Hiervan zijn er 14 in een seniorenwoning terecht gekomen en één in een andere woning. Mutaties in seniorwoningen 2009-2011 en reacties 2011 Aantal reacties per woning in 2011
Mutaties Compl. nr.
Compl. naam
Omschrijving
Aantal won.
2009
2010
2011 Totaal
Uit HvH
50
Duinzicht
“opgepluste” hoogbouwflat
90
7
4
6
29
8
150
Frisius 1
grondgebonden seniorwoning
28
1
1
1
33
5
160
Frisius 2
grondgebonden seniorwoning
14
3
1
42
12
180
Frisius 3
grondgebonden seniorwoning
11
1
1
1
40
5
190
Sterrenburg
35
1
3
3
36
11
220
Planciushof
grondgebonden seniorwoning seniorappartementen in centrum
30
1
3
1
28
11
230
Compagnie
seniorappartementen in dorp
20
1
1
21
8
250
Atlas
serviceflat in dorp
58 14
32
9
Totaal
286
15
12
Het aantal reacties op een seniorwoning is lager dan gemiddeld voor de gehele voorraad. Dat geldt zowel voor reacties van buiten Hoek van Holland (98 versus 32) als van reacties van Hoekse woningzoekenden (26 versus 9).
25
Dit laatste, het kleine aantal Hoekse reacties op een seniorwoning, is vreemd als we zien dat het aandeel senioren in Hoek van Holland relatief groot is en toeneemt (zie ook de gebiedsvisie voor Hoek van Holland). Het betekent dat veel senioren nog niet willen verhuizen, om welke reden dan ook. Om de doorstroming te stimuleren is in de gebiedsvisie een aantal opties genoemd. Met twee van die opties gaat WVH in 2012, samen met deelgemeente en gemeente, aan de slag, namelijk: 1. Het vergroten van het inzicht in de woonwensen van senioren 2. Mensen helpen bij het maken van de verhuisafweging door de inzet van diverse instrumenten In 2012 gaan we op zoek naar de redenen. Vervolgens kijken we of we heel gericht acties kunnen bedenken en invoeren die de doorstroming bij de senioren bevorderen. Starters De woningmarkt in Hoek van Holland kent weinig doorstroming. Een groep woningzoekenden die daardoor moeilijk aan bod komt, zijn ‘de starters’. WVH attendeert actief jongeren uit Hoek van Holland kort na hun achtiende verjaardag op het feit dat ze zich als woningzoekende kunnen inschrijven. Dit WVH-initiatief is in de loop van 2011 overgenomen door de gemeente Rotterdam en zij hebben daarmee de uitvoering van ons overgenomen. De voorraad Nieuwbouw WVH heeft geen nieuwe woningen voor starters in 2011 gerealiseerd. Nieuwe sociale huurwoningen voor deze doelgroep in Hoek van Holland staan niet opgenomen in de gebiedsvisie voor Hoek van Holland. Bovendien is WVH van mening dat starters het beste bediend worden door de doorstroming in de bestaande voorraad te stimuleren. Bestaande voorraad en verdeling Van de nieuwe verhuringen is 49% (42% in 2010) van de woningen naar een starter gegaan. Als we alleen naar de nieuwe huurders kijken die al in Hoek van Holland woonden, komen we op 63% starters (50% in 2010). Het aandeel starters in de nieuwe verhuringen is dus toegenomen ten opzichte van 2010. WVH biedt het merendeel van haar vrijkomende woningen aan zonder voorwaarden op het gebied van (minimale) bezetting van de woning. Dat betekent dat starters voor een groot deel van de voorraad in aanmerkingen komen. Starters kunnen dus ook op eengezinswoningen reageren. Voorheen zagen we dat starters zich met name richtten op de portiekwoningen. In 2011 zien we echter dat 20 van de 49 starters in een eengezinswoning terecht zijn gekomen. Van de 42 beschikbaar gekomen eengezinswoningen zijn er 20 (48%) naar starters gegaan. Dit was in 2010 31%. De instroom van nieuwe huurders van buiten Hoek van Holland bij de starters (35%) is beduidend lager dan de instroom bij de doorstromers (62%). Slaagkansen van starters Vanaf het tweede kwartaal van 2009 is de slaagkans van starters lager dan die van de doorstromers. Ongeveer 40% van de actief woningzoekenden is een starter.
26
Ontwikkeling slaagkansen WVH 3,5
slaagkans (%)
3,0
2,5
2,0
1,5
1,0
2011-4
2011-3
2011-2
2011-1
2010-4
2010-3
2010-2
2010-1
2009-4
2009-3
2009-2
2009-1
2008-4
2008-3
2008-2
2008-1
periode (kwartalen) doorstromers
starters
Urgent woningzoekenden Woningzoekenden die door een dringende en aantoonbare noodzaak moeten verhuizen, kunnen urgentie aanvragen. De beoordeling gebeurt op basis van regionaal vastgestelde criteria. Deze criteria zijn onderdeel van de regionale overeenkomst woonruimteverdeling. De uitvoering is in handen van de Stichting Urgentiebepaling Woningzoekenden Rijnmond (SUWR). Met de deelgemeente is een procedure afspraak gemaakt over de zogenaamde schrijnende gevallen. Dit zijn woningzoekenden die niet via het reguliere systeem als urgent worden aangemerkt maar waarbij wel een acuut huisvestingsprobleem aan de orde is. In de tabel hierna zijn deze aangeduid als ”besluit corporatie”. 2010 Aantal woningen
Geen urgentie
78
Sociale urgentie Medische urgentie Stadsvernieuwingsurgent
Label
Besluit corporatie Totaal
2011 %
Aantal woningen
%
78%
79
84%
12
12%
8
9%
4
4%
1
1%
4
4%
3
3%
2
2%
3
3%
100
100%
94
100%
Van alle toewijzingen is 16% aan een urgent woningzoekende geweest. In 2010 was dit 22%. Elf van de vijftien urgent woningzoekenden komen uit Hoek van Holland. De overige vier, waaronder drie stadsvernieuwingsurgenten, komen van buiten Hoek van Holland. Mindervaliden Het woningaanbod specifiek voor mindervalide bewoners is heel erg klein. Daarom worden door WVH nieuw te ontwikkelen woningen in principe volgens het programma van eisen van “aanpasbaar bouwen” gerealiseerd. Tevens realiseert WVH regelmatig allerlei aanpassingen in woningen via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Hierdoor kunnen huurders langer zelfstandig
27
in hun woning blijven wonen. Door bezuinigingen bij de overheid staan dit soort uitgaven steeds meer onder druk. Mensen met verstandelijke beperking In de Atlas aan de Mercatorweg verhuurt WVH vijf woningen en een steunpunt voor de huisvesting van vijf cliënten van de stichting Steinmetz | de Compaan (SDC). In 2011 heeft SDC WVH benaderd met het verzoek mee te werken aan de uitbreiding van het aantal plaatsen van SDC in Hoek van Holland. SDC heeft de vraag om uitbreiding bij WVH neergelegd omdat de voorziening in de Atlas rendabel gemaakt moet worden. SDC heeft daarvoor nu te weinig cliënten in Hoek van Holland. WVH is bereid mee te werken aan deze uitbreiding binnen de bestaande woningvoorraad van WVH (vraaggestuurd en maximaal twee woningen per jaar). Dak- en thuislozen Sociaal pension Prins Hendrikstraat WVH verhuurt aan Stichting Ontmoeting een pand dat wordt gebruikt als een sociaal pension voor acht dak- en thuislozen. Stichting Ontmoeting heeft in 2011 bij WVH aangegeven dat zij graag meer ruimte wil voor het sociaal pension, het aantal plaatsen wil uitbreiden en een wijkfunctie wil toevoegen door Thuishaven6 te worden. Dat kan alleen als Stichting Ontmoeting verhuist naar een andere locatie. WVH kijkt samen met Ontmoeting, de deelgemeente en de GGD naar de mogelijkheden in Hoek van Holland. In 2012 moet hier duidelijkheid over zijn. Statushouders WVH heeft in 2011 twee woningen aangeboden voor statushouders. Een woning is daadwerkelijk door een statushouder gehuurd. De andere woning is geweigerd. “Hoekenezen” WVH mag volgens de verordening maximaal 15% lokaal maatwerk toepassen. Ze vindt deze ruimte voor Lokaal Maatwerk te klein. WVH volgt de gevolgen hiervan en met name het percentage instroom van woningzoekenden van buiten Hoek van Holland nauwlettend. WVH treedt regelmatig met de deelgemeente in overleg om samen te bekijken welke mogelijkheden er zijn, c.q. actie kan worden ondernomen richting gemeente en stadsregio, om meer ruimte te krijgen voor het lokaal Maatwerk. In 2011 heeft WVH 12 woningen (13%) gelabeld als Lokaal Maatwerk. Dat betekent dat woningzoekenden uit Hoek van Holland voorrang hebben gekregen bij de verdeling van deze woningen. Het ging om de volgende woningen: vier goedkope eengezinswoningen, een middeldure eengezinswoning, een portiekwoning, twee seniorwoningen en vier juniorwoningen.
6
Een Thuishaven is een plek in de buurt waar ondersteuning wordt gegeven aan kwetsbare mensen. Het is een 24 uurs steunpunt in de wijk van waaruit cliënten begeleid worden in hun zorg -en woonproblematiek maar ook een steunpunt om op terug te vallen voor cliënten, die al zelfstandig wonen in de wijk. Het is een plek waar mensen veilig kunnen wonen en waar ze geen overlast meer bezorgen voor de buurt. Een plek dus waar men zich thuis voelt en thuis is. Het is ook een plek waar kwetsbare mensen, die dat kunnen, weer werk gaan verrichten, bijvoorbeeld door de buurt schoon te houden, of door eenmaal in de week te koken voor de ouderen in de buurt. Er is dus wederzijds voordeel.
28
Herkomst nieuwe huurders
100%
80%
3% 7%
25%
5%
8%
6%
49%
50%
46%
43%
44%
2006
2007
2008
9%
40%
8%
30% 50%
43%
5%
43%
60%
40% 67%
62%
57% 20%
52%
48%
0% 2004
2005
Hoek van Holland
Regio
2009
2010
2011
Buiten de regio
De instroom over heel 2011 komt uit op 48%. Dit is inclusief woningruil (vijf woningen). Als we de ruilingen niet meerekenen komen we op precies 50%.Hiermee voldoet WVH aan het streven van deelgemeente en WVH om vrijkomende woningen minimaal gelijkelijk te verhuren aan Hoekenezen en niet-Hoekenezen. De instroom is het grootst in de categorie “voorwaarden vrij” (67%). Bij de middeldure eengezinswoningen, de Korrelbetonwoningen en de seniorwoningen is de instroom groter dan gemiddeld. Onrechtmatige of illegale bewoning = “woonfraude” In de huurovereenkomst is geregeld dat de huurder zelf in de woning dient te wonen. In de praktijk wordt deze regel wel eens overtreden en is er sprake van doorverhuur zonder toestemming van WVH. Onrechtmatige of illegale bewoning komt vooral voor in grote en middelgrote steden. Maar het komt, in weliswaar geringere mate, ook in Hoek van Holland voor. Het belemmert de doorstroming in de woningmarkt. Onrechtmatige bewoning neemt toe naarmate de markt meer gespannen is. Juist door schaarste kan dit fenomeen floreren: er zijn mensen die graag de woningmarkt willen betreden en anderen die hen daarbij behulpzaam willen zijn door hun woning onder te verhuren. De aanpak hiervan is lastig. WVH zet zich in toenemende mate in om deze illegale bewoning in aan te pakken en maakt daar geld en capaciteit voor vrij. In 2010 heeft een aantal medewerkers een opleiding gevolgd om woonfraude beter te kunnen aanpakken. In 2011 is één adres onderzocht waar uiteindelijk, na onderzoek, geen sprake bleek te zijn van woonfraude. De bewoner bleek langdurig op een ander adres te verblijven. Hij is gewezen op zijn verantwoordelijkheid. Recentelijk heeft deze bewoner de huur opgezegd.
29
3.4 Woonlasten Huurbeleid WVH heeft per 1 juli 2011 de huren van alle woningen met 1,3% verhoogd. Dit percentage is gelijk aan het inflatiecijfer over 2010. Dit was tevens de wettelijk maximaal toegestane huurverhoging per woning. De maximale huurprijsgrens, die gelijk is aan de liberalisatiegrens, bedraagt in 2011 € 652,52 en is per 1 januari 2012 met 1,9% verhoogd naar € 664,66. Overzicht huurstijgingen 2004-2011
huurverhogingspercentage
3,5
3,0
2,5
2,0
1,5
1,0 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
jaren
WVH
Trend
De huursom over 2011 is 1,97% hoger dan de huursom over 2010. Dit is hoger dan de aanpassing per 1 juli 2011 (1,3%). Dat heeft onder andere de volgende redenen: Plus:
De huurharmonisatie in diverse complexen bij het leegkomen van de woningen. Bij 74 mutatiewoningen (= 75%, in 2010 waren het 78 woningen = 78%) is harmonisatie toegepast. Het gemiddelde harmonisatiebedrag per woning bedroeg € 89 (in 2010 was dit € 84).
Plus:
De aanpassing van de huur omdat op verzoek van de huurder voorzieningen, zoals een cv-installatie, isolatieglas, zijn aangebracht.
Min:
Woningen die in 2010 en 2011 uit exploitatie zijn genomen, zoals verkochte woningen.
Min:
De huuraanpassing per 1 juli 2010 van gemiddeld 1,2% en per 1 juli 2011 van gemiddeld 1,3%. Gemiddeld over beide jaren komt dit uit op 1,25%.
Huurachterstand WVH voert een strikt beleid inzake achterstanden. Huurders kunnen in ernstige problemen komen als achterstand zich over enkele maanden opbouwt. Daarom stuurt WVH een eerste betalingsherinnering uit bij achterstand van een maand. Incasso en betalingsregelingen voert WVH zelf uit, zodat huurders niet op hogere kosten worden gejaagd. Alleen grote vorderingen geven we uit handen. Huurders kunnen bij WVH giraal betalen. Bijna 74% van de huurders maakt gebruik van een automatische incasso-opdracht. WVH streeft ernaar dit percentage nog hoger te krijgen. Jaarlijks
30
verloot WVH daarom vier keer € 300 onder de huurders die minimaal een half jaar via automatische incasso correct de huur betalen. 2011 Omschrijving
2010 % v.d. brutojaarhuur
Bedrag
Bedrag
% v.d. brutojaarhuur
Zittende huurders
€
49.449
0,43
€
44.453
0,40
Vertrokken huurders
€
20.791
0,18
€
24.536
0,22
Totaal
€
70.240
0,61
€
68.989
0,62
De huurachterstand per ultimo 2011 is in absolute zin iets toegenomen ten opzichte van de achterstand per ultimo 2010. Uitgedrukt in een percentage van de brutomaandhuur is de achterstand iets afgenomen ten opzichte van 2010. Maandelijks bekijken en analyseren we de huurachterstand. Hierbij drukken we de huurachterstand uit in een percentage van de bruto maandhuur. In de hierna volgende grafiek hebben we de maandbedragen omgerekend naar een gemiddelde per jaar. In 2009 en 2010 is de gemiddelde achterstand toegenomen. In 2011 zien we een kleine afname van de huurachterstand.
Gemiddelde huurachterstand
% huurachterstand van de maandhuur
9,0
8,0
7,0
6,0
5,0
4,0
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
jaren
Het gemiddelde bedrag aan achterstand van de zittende huurders, ofwel de actieve contracten, bedroeg aan het eind van 2011 € 589. Aan het eind van 2010 was dit € 663. Het aantal huurders met achterstand is 84. Dit was 67 in 2010. De toename in de totale huurachterstand is met name toe te rekenen aan de groei van het aantal huurders met achterstand. WVH zet zich in om het aantal huisuitzettingen terug te dringen. Daarom neemt WVH deel aan het convenant tussen de Rotterdamse corporaties, en een aantal gemeentelijke instellingen zoals de Kredietbank en de GGD (verantwoordelijk voor de Lokale Zorgnetwerken). In het kader van het convenant heeft de Kredietbank elf huurders van WVH bezocht. In 2011 is bij WVH, net als in 2010, tweemaal een woning ontruimd wegens huurachterstand. 31
Het convenant is gezien het positieve resultaat, afname van het aantal ontruimingen, onlangs verlengd tot en met 2014. WVH neemt daarnaast ook deel aan het convenant “Laatste Kans Beleid”. Conform het convenant krijgt een huurder de mogelijkheid om een vonnis tot ontbinding van de huurovereenkomst op te schorten als hij akkoord gaat met aanvullende voorwaarden op de huurovereenkomst. Eén van deze voorwaarden is dat hij zich alsnog aanmeld bij de Kredietbank en dat zijn vaste lasten worden voldaan door de Kredietbank. De huurder gaat dan een schuldhulpverleningstraject in. WVH ontvangt dan een voorstel tot afboeking van de openstaande huur en kosten bij de deurwaarder. In 2011 is aan zes huurders van WVH een laatste kans geboden. We zien echter ook dat, mede als gevolg van deze werkwijze, de huurachterstand oploopt. We verwachten dat in 2012 het aantal (en bedrag aan) oninbare afboekingen, als gevolg van het “Laatste Kans Beleid”, toeneemt. Daar staat tegenover dat door het toepassen van de maatregelen uit het convenant huurders met een structurele betalingsproblemen worden geholpen en ontruimingen zo veel mogelijk worden voorkomen. Tevens worden deze huurders begeleid om nieuwe huurachterstanden te voorkomen. aantal maandbedragen huur achterstand
% achterstand van totaal achterstand
Bedrag
aantal huurders
% huurders met achterstand van totaal aantal huurders met achterstand
0-1
€
11.624
24%
55
65%
1-2
€
9.302
19%
14
17%
2-3
€
4.648
9%
4
5%
3-4
€
6.979
14%
5
6%
4-5
€
3.100
6%
2
2%
5-6
€
9.086
18%
3
4%
>6
€
4.709
10%
1
1%
Totaal
€
49.448
100%
84
100%
Van de zittende huurders met een achterstand heeft 65% een achterstand tot één maand. In geld uitgedrukt is dit 24% van de totale achterstand. 43% van de achterstand is huurachterstand tot twee maanden (veroorzaakt door 82% van de huurders met een huurachterstand). In vergelijking met de situatie per ultimo 2010 zien we per eind 2011 in de categorie meer dan zes maanden een afname van de achterstand van bijna € 6.000 en van het aantal huurders van drie naar één. Van de totale achterstand wordt ongeveer € 14.900 veroorzaakt door tien huurders die allen in het “Laatste Kans Beleid” zitten. Bij de achterstand tot twee maanden zien we zowel het aantal huurders als het bedrag toenemen. Bij vergelijking met andere corporaties van vergelijkbare omvang uit de regio over de afgelopen jaren blijkt WVH nog steeds positief te scoren.
32
vergelijk huurachterstanden 2006-2010 % huurachterstand vd brutohuur
1,6 1,4 1,2 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 2006
2007 WVH
2008 referentie
2009
2010
Landelijk
Huurderving Huurderving bestaat uit de bruto huurinkomsten die WVH misloopt als gevolg van leegstand en oninbaarheid.
Omschrijving
2011
2010
Leegstand
€
131.025
€
80.461
Oninbaar
€
6.715
€
4.649
Totaal
€
137.740
€
85.110
De derving leegstand bestaat uit verschillende onderdelen c.q. kent verschillende aanleidingen. Zo hebben we de mutatieleegstand, de periode tussen inleveren van de sleutel door de oud-huurder en het in gebruik nemen door de nieuwe huurder. Bij een aantal woningen is dit slechts een paar dagen (35 % van de mutaties). Er zijn echter ook woningen die bij mutatie een grotere ingreep, zogenaamd SVB-onderhoud, krijgen en daardoor langer leegstaan (65% van de mutaties). Daarnaast kan derving worden veroorzaakt door zogenaamde procesleegstand. Dan kan intern worden veroorzaakt, bijvoorbeeld door het niet beschikbaar hebben van een opzichter in een bepaalde periode. Het kan ook worden veroorzaakt door het woonruimteverdelingproces bij Woonnet. Andere oorzaken van leegstand in 2011 zijn de tijdelijke verhuurstop ten behoeve van het groot onderhoud in de complexen 20 en 70, het beschikbaar houden van proefwoningen in beide complexen, de verkoop van een woning en de verhuurstop in de complexen 090 en 100 (Van Dameenheden). Bij elkaar goed voor ruim € 80.000 (62% van totale derving wegens leegstand. De afboeking wegens oninbaar is toegenomen en wordt veroorzaakt door vijf gevallen. De afboekingen hebben voornamelijk betrekking op dossiers waarvan het incassobureau aangeeft dat er geen reële verhaalsmogelijkheden zijn. Veelal betreft het ontruimingszaken, met onbekende 33
bestemming vertrokken huurders, verworpen erfenissen of overleden huurders zonder erfgenamen. Huurtoeslag De aanvraag van huurtoeslag loopt niet standaard via WVH. Als de huurder kiest om de uitbetaling van de toeslag via WVH te laten lopen, spreken we van geclusterde betaling. WVH kort de toeslag vervolgens rechtstreeks op de te betalen huur. Over de maand december 2011 geldt dit voor 11,1% van de WVH-huurders. Dit was ultimo 2010 ook ruim 11%. Het gemiddeld maandbedrag van de geclusterde betalingen over het huurtoeslag tijdvak 2011 bedraagt € 190 (over 2010 was dit ongeveer € 199). Een huurder kan ook kiezen om de huurtoeslag rechtstreeks op de eigen bankrekening te laten overmaken. In dat geval ziet WVH niet of de huurder huurtoeslag ontvangt. Op grond van de betalingen van het Ministerie aan WVH zien we dat in 2011 van de 99 nieuwe verhuringen drie huurders (3%) hebben gekozen voor geclusterde betaling. Het gemiddelde bedrag aan huurtoeslag bedroeg € 235. Over 2010 koos 14% van de nieuwe huurders voor geclusterde betaling en bedroeg de gemiddelde huurtoeslag van deze huurders € 228. Bij nieuwe verhuringen wijzen we actief de huurders op de mogelijkheid van geclusterde betaling.
34
4
De kwaliteit van de woningvoorraad
4.1
Nieuwbouw
Volkshuisvestelijke taak WVH heeft zich jarenlang ingezet voor sociale nieuwbouw in Hoek van Holland. Maar de gemeente Rotterdam en deelgemeente Hoek van Holland hebben andere ideeën voor het wonen in Hoek van Holland. Dat blijkt uit de Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020. Daarin is vastgesteld dat nieuwbouw in Hoek van Holland vooral bedoeld is om huishoudens met hogere inkomens vast te houden of aan te trekken. Dat is in lijn met het beleid van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. Sociale nieuwbouw beperkt zich tot 2020 tot de bouw van ongeveer 200 huurwoningen voor senioren. Dit overigens zonder dat de totale voorraad sociale huurwoningen stijgt. Deze seniorenwoningen moeten dus in de herstructurering gerealiseerd worden. Wij hebben er alles aan gedaan om sociale nieuwbouw ook buiten de herstructurering tot stand te brengen, maar zonder medewerking van de lokale overheid lukt het niet. We leggen ons daarom- voorlopig - neer bij de wensen van de politiek en richten ons op zaken waarin we wel vooruitgang kunnen boeken. Onze focus komt dus te liggen op projectontwikkelingsactiviteiten die voort vloeien uit de eigen portefeuille. Herontwikkeling Bertus Bliekhuis en omgeving Hoek van Holland kent een tekort aan seniorenhuisvesting. Dat geldt vooral voor senioren met een wat zwaardere of zware zorgvraag. Behalve het huidige Bertus Bliekhuis is er geen accommodatie beschikbaar of geschikt. Door de gewijzigde maatschappelijke vraag, onder andere het scheiden van wonen en zorg, de verouderde (te kleine) maatvoering van de kamers in het huidige Bertus Bliekhuis en het ontbreken van mogelijkheden om het gebouw afdoende aan te passen, is vervangende nieuwbouw nodig. In eerste instantie heeft Humanitas geprobeerd om een plan voor deze herontwikkeling te realiseren. Omdat Humanitas niet kon voldoen aan de voorwaarden die WVH voor haar medewerking had gesteld, heeft WVH besloten de herontwikkeling zelf ter hand te nemen. WVH vond het programma ook erg complex en kostbaar en voor Hoek van Holland erg grootschalig. Wethouder Karakus heeft WVH nadien gevraagd dit besluit te heroverwegen. WVH heeft zich vervolgens onder voorwaarden bereid verklaard het bestaande Bertus Bliekhuis te verkopen aan Humanitas. Het uitgangspunt hierbij was dat het plan van Humanitas haalbaar was en op korte termijn zou kunnen worden gerealiseerd. Humanitas bleek niet bereid de gestelde voorwaarden te accepteren. Dus houdt WVH vast aan haar eigen planontwikkeling. WVH heeft daartoe onder andere de volgende stappen gezet: het maken van een planning, het uitvoeren van marktonderzoek en het maken van een volumestudie. Korrelbeton Op basis van een vergelijking tussen de varianten renovatie en sloop – nieuwbouw is de conclusie dat de sloop - nieuwbouwvariant zowel kwalitatief als financieel de beste mogelijkheden biedt. Qua herhuisvesting is er geen verschil. In beide gevallen moeten de bewoners ergens anders gehuisvest worden. De locatie is complex vanwege geluids- en milieueisen. Ook het aanwezige dijklichaam is een complicerende factor. De geluidseisen zijn zodanig dat eerdere stedenbouwkundige ideeën (open breken naar de Nieuwe Waterweg) niet haalbaar bleken. Daarom wordt nu een aantal nieuwe stedenbouwkundige varianten uitgewerkt. Die varianten sluiten aan bij de structuur van de huidige Prins Hendrikstraat, maar maken wel gebruik van de mogelijkheden van de Duinvallei achter het huidige complex. 35
Ontwikkeling Lemaireweg De gemeente had WVH toegezegd dat zij, na duidelijkheid over de stedenbouwkundige randvoorwaarden voor de locatie Lemaireweg, als een van de potentiële ontwikkelaars benaderd zou worden. Deze toezegging was ook onderdeel van de concept gebiedsafspraken tussen deelgemeente en WVH. Om goed voorbereid te zijn, heeft WVH samenwerking gezocht met een ontwikkelende bouwer. Jammer genoeg kreeg WVH van de gemeente te horen dat zij voor de ontwikkeling van deze locatie contractuele verplichtingen heeft richting een andere partij. De gemeente stelt dat deze verplichtingen van een eerdere datum zijn dan het contact tussen WVH en de gemeente. Voor WVH was dit geheel nieuw. Het betekent concreet dat de gemeente eerst met deze partij verkent of een plan kan worden ontwikkeld dat voldoet aan de eisen van de gemeente. Hiervoor neemt de gemeente tot april 2012 de tijd. Op basis van het dan gepresenteerde plan neemt de gemeente een besluit over verdere samenwerking. Indien de gemeente besluit hier niet toe over te gaan, dan vindt alsnog een partijselectie ten behoeve van woningbouw op deze locatie plaats. Intussen heeft WVH contact gezocht met deze partij. Eerste Scheepvaartstraat (Taxi Rooney) De gemeente wil hier een project met (klus)kavels realiseren. Aan WVH is gevraagd om daarbij als achtervang op te treden. WVH bezint zich daar nog op. Gebiedsontwikkeling Plan Noord De plannen voor dit gebied zijn voorlopig stopgezet. Nieuwland In het kader van de RR20207 zijn in Hoek van Holland onder andere de gebieden Nieuwland en Krimsloot aangewezen voor woningbouw. De gemeente is van mening dat de ontwikkeling van beide polders door de markt moet worden opgepakt. AM en WVH hebben daarom nagegaan of in Nieuwland, waar zij een gezamenlijke positie hebben, ook andere eigenaren bereid zijn om in de ontwikkeling van dit toekomstige woongebied te participeren. Daar blijkt onvoldoende draagvlak voor te bestaan. Dus hebben AM en WVH besloten hun grondpositie af te stoten.
4.2 Strategisch voorraadbeleid (SVB) Uitgangspunt voor ons voorraadbeleid is het SVB van WVH, vastgesteld in 2009. Jaarlijks actualiseren we het SVB. We hebben dit proces geïntegreerd in het proces van het opstellen van de Meerjarenbegroting. Voorafgaand aan de fysieke schouw van de woningen, wordt het kwaliteitsbeleid geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. In een werkgroep bestaande uit verschillende disciplines (wonen, onderhouden en middelen) worden vervolgens eventuele knelpunten vanuit verschillende invalshoeken bekeken. De invalshoeken zijn: Leefbaarheid Verhuurbaarheid Woontechnische kwaliteit Onderhoudstechnisch Financieel Deze bijeenkomst levert de input c.q. aandachtspunten voor de schouwgroep. Bij het schouwproces wordt voor de hoogbouwflats ook de bewonerscommissie betrokken. In een tweede SVB bijeenkomst, nadat de schouw heeft plaatsgevonden, worden de resultaten omgezet in acties op de diverse beleidsterreinen. Deze acties verwerken we in de meerjarenonderhoudsbegroting en worden onderdeel van de financiële meerjarenplanning.
7
Ruimtelijk Plan Regio Rotterdam 2020.
36
In het SVB 2009 onderscheiden we twee scenario’s, te weten de “basisvariant” en de “plusvariant”. Basisvariant Bij de basisvariant is uitgegaan van de wens om binnen de bestaande voorraad een kwaliteitsslag te maken. Hierbij zijn twee richtingen aangegeven. Ten eerste kiest WVH voor investeren in energetische verbeteringen van de bestaande voorraad. Daarnaast wordt de beoogde kwaliteitsslag bereikt met herstructurering van die woningen, waarvan de woontechnische en bouwkundige kwaliteit op termijn onvoldoende is. We hebben het dan over de complexen “Bliekhuis” en “Korrelbeton”. Voor beide projecten hebben we een ontwikkelscenario in de financiële meerjarenprognose (MJB) opgenomen. In de verdere toekomst moet WVH ook nadenken over de toekomstmogelijkheden van een deel van het complex Duinker en Verruit, tegenover de Korrelbeton. Dit is echter nog prematuur en we hebben dan ook in onze MJB voor dit complex niets opgenomen. In de basisvariant bereikt WVH een grote kwaliteitsverbetering in haar bestaande voorraad, zowel via investeringen als via herstructurering. Minder positief aan dit scenario is dat het aantal woningen per saldo afneemt. Plusvariant In de ‘plusvariant’ is, naast onderhoud van de bestaande voorraad, de ontwikkeling van nieuwe woningen het speerpunt voor de komende jaren. Als gevolg van de “Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020” is er voor WVH geen gelegenheid om huurwoningen nieuw te bouwen. Dit betekent voor WVH dat zij zich met name richt op de Basisvariant van het SVB. Desondanks pakt WVH eventuele kansen die zich op het gebied van nieuwbouwontwikkeling in Hoek van Holland voordoen om nieuwe woningen voor de doelgroep de realiseren. Eerder in dit hoofdstuk heeft u meer kunnen lezen over de inspanningen die WVH in 2011 voor de verschillende locaties heeft gedaan om nieuwe woningen in de toekomst te realiseren.
4.3 Onderhoud Onderhoudsbegroting versus realisatie WVH maakt onderscheid in niet planmatig onderhoud (NPO), planmatig onderhoud (PO) en onderhoud voor rekening van derden. Het NPO heeft betrekking op reparatie- en mutatieonderhoud. Onder PO vallen regelmatig terugkerend onderhoud, renovatie- en groot onderhoudsplannen en de onderhoudscontracten. Onderhoud voor rekening van derden is huurderonderhoud in de vorm van het serviceabonnement (SAB) en onderhoud voor PWS/Humanitas. Het kleine reparatie- en mutatieonderhoud, zoals het nazien van hang- en sluitwerk, wordt voor een groot deel uitgevoerd door de eigen onderhoudsdienst. Het uitgebreide reparatie-, mutatie- en planmatig onderhoud wordt geheel uitbesteed.
37
In onderstaande tabel staan de uitgaven per soort onderhoud weergegeven. Specificatie onderhoud Onderhoudsoort Reparatieonderhoud Huismeester Activering SAB en Boilers doorbelast Klein mutatieonderhoud Groot mutatieonderhoud Vooruitlopend Mutatie OH op PO Contractonderhoud Planmatig onderhoud Planmatig Onderhoud Project 20 en 70 Energetische maatregelen Maatregelen branddoorslag Goederen en diensten
Begroot 2011 298 45 166 7 188 500 180 264 2.149 5.476 9.032 220 69
Bedragen x € 1.000 Begroting Realisatie -/2011 Realisatie 522 224 45 0 241 75 26 19 114 -74 889 389 139 -41 262 -2 2.297 148 2.293 -3.183 2.308 -6.724 0 -220 69 0
Totaal onderhoud 2011
18.594
9.205
-9.389
Totaal onderhoud Geactiveerd Eigen onderhoudsdienst (salariskosten dekking) Huismeester (salariskosten dekking) SAB en Boilers doorbelast Debiteuren doorbelast Handmatige boeking Maatregelen branddoorslag Goederen en diensten (servicekosten) Ten laste van winst- en verliesrekening
18.594 -9.201 -133 -45 -7 0 0 -220 -69 8.919
9.205 -2.586 -175 -45 -26 -19 20 0 -89 6.285
9.389 -6.615 42 0 19 19 -20 -220 20 2.634
Reparatieonderhoud De uitgaven voor het reparatieonderhoud zijn in vergelijking met voorgaande jaren fors gestegen. Een van de redenen hiervoor is dat het uurtarief voor onze eigen technische dienst voor het eerst sinds jaren aanpast is aan de werkelijkheid. Er zijn in 2011 ook meer reparatieverzoeken door de eigen dienst uitgevoerd. Het totale aantal reparatieverzoeken is iets gestegen ten opzichte van 2010 maar lager dan in 2009. overzicht reparatieonderhoud 2009-2011 Aantal Reparaties Jjaar Aantal Realisatie Realisatie / reparatie/ woningen totaal in € woning in € verzoeken woning 2011 2.035 517.538 254 2.319 1.1 2010 2.036 434.120 213 2.285 1.1 2009 2.036 563.323 277 2.770 1.4 38
Klein mutatieonderhoud Bij klein mutatieonderhoud hebben we het over een keuring door onze eigen dienst en het keuren van de elektrische installatie door een derde. Er is per mutatie in 2011 een bedrag begroot van € 1.250. In de loop van 2011 bleek dat aan de hoge kant. Voor 2012 is dit bedrag aangepast naar € 650 per mutatie. Van het totale bedrag is € 24.722 bij vertrekkende huurders in rekening gebracht. overzicht “klein” mutatieonderhoud 2009-2011 Jaar Realisatie Aantal Kosten per mutatie totaal in € Mutaties in € 2011 88.847 128 694 2010 150.148 128 1.173 2009 402.658 143 2.815
Groot mutatieonderhoud We spreken van groot mutatieonderhoud als het om grotere onderhoudstechnische ingrepen gaat. Het betreft dan alle werkzaamheden die buiten de APK keuring van de eigen dienst en de elektrakeuring vallen. Bijvoorbeeld woningen van huurders die in het verleden niet hebben meegedaan aan reeds uitgevoerd grootonderhoud, de zogenaamde spijtoptanten, of de woningen die op korte termijn aan de beurt zijn voor een planmatige ingreep. Ook het kwalitatief verbeteren van de woning volgens ons Strategisch Voorraad Beleid wordt hierin verwerkt. Hiermee voorkomen we dat nieuwe huurders binnen een paar jaar na betrekken van de woning al weer met een grote ingreep worden geconfronteerd. Er is in 2011 bij 109 woningen groot mutatieonderhoud uitgevoerd. Er waren er echter 88 begroot voor 2011. Het totaalbedrag voor groot mutatieonderhoud bedraagt in 2011 € 869.632 Een deel van deze kosten wordt als investering opgenomen en via harmonisatie in de netto huur doorberekend. Dit betrof een bedrag van € 23.443 overzicht groot mutatieonderhoud 2009-2011 Jaar Realisatie Aantal Kosten per mutatie totaal in € mutaties in € 2011 869.632 109 7.978 2010 1.163.351 95 12.246 2009 900.523 82 10.982
Serviceabonnement Tegen een maandelijkse vergoeding van € 3,40 per woning voert WVH het onderhoud uit dat volgens het Burgerlijk Wetboek voor rekening van de huurder komt. 1.098 huishoudens maakten in 2011 gebruik van dit serviceabonnement, tegen 1.031 in 2010 en 1.017 huishoudens in 2009. Vanaf 2008 geldt er een korting op de kosten van het servicepakket voor huurders die langer dan tien jaar huren bij WVH. Deze trouwe huurders betalen € 2,55 per maand. Planmatig onderhoud (PO) Onder PO vallen regelmatig terugkerend onderhoud, renovatie- en groot onderhoudsplannen en de onderhoudscontracten. Met uitzondering van één project is voor de gehele jaarbegroting 2011 een verplichting aangegaan. De uitzondering betrof de werkzaamheden met betrekking tot het proefblok dakrenovatie van complex 310. Het budget voor deze werkzaamheden is overgeheveld naar de jaarbegroting 2012. De uitvoering van de projecten complex 020 en 070 lopen door in 2012 en 2013. 39
Voor het complex 170 Tasmanhof (vervanging Cv-installaties) en complex 120 Columbusstraat (renovatie badkamer, keuken en toilet) betreft dit slecht een financiële afwikkeling. Het restant budget is als overlooppost opgenomen in de begroting 2012. Overzicht van de afwijkende begroting – realisatie posten
Complex 50-60 110 110 120 170 170 170 240 310 310 320 divers divers divers Totaal
Omschrijving voorgenomen werk vernieuwen hydrofoor installatie prestatiegericht schilderwerk (aanbesteding) vernieuwen mechanische installatie toilet en doucherenovaties incl. brandwerend keukenrenovaties vernieuwen armaturen proefopstelling vernieuwen combi ketels prestatiegericht schilderwerk (aanbesteding) prestatiegericht schilderwerk (aanbesteding) proefblok dakrenovatie brandwerende maatregelen vooruitlopend mutatieonderhoud mechanische installatie reiniging contractonderhoud en goederen en diensten
Begroot 2011 17.379 153.148 24.455 341.526 98.394 9.163 59.690 12.844 915.920 63.784 142.895 180.415 43.644 2.063.257
Niet uitgevoerd planmatig onderhoud
Voordeliger dan begroot uitgevoerd planmatig onderhoud 3.315 32.653 10.705 76.701 18.949 1.944 1.956 4.271 219.300
Overloop naar begroting 2012 post 2011
63.784 71.087 45.502
45.502
2.193 43.644 486.718
63.784
Brandwerende maatregelen Conform ons door dS+V goedgekeurde plan van aanpak voor maatregelen tegen branddoor- en brandoverslag zijn de complexen 010, 021, 120 en 320 aangepakt. In 2012 zijn de brandwerende maatregelen voor complex 050, 060 en 350 opgenomen. Conditiemethode Sinds 2009 werkt het team Onderhouden aan het gespreid over een aantal jaren in kaart brengen van het planmatig onderhoud, op basis van conditiemeting. Al het planmatig schilderwerk wordt vanaf 2010 op een resultaatgerichte werkwijze aanbesteed. Er zijn prestatie-eisen afgesproken die bij oplevering van de werkzaamheden en bij het aflopen van de onderhoudsperiode (6 jaar) gehaald moeten worden. Meetapparatuur om dit te controleren is aanwezig. De procedure en werkwijze is vastgelegd in het “Handboek Resultaatgericht Vastgoedonderhoud” dat tevens bij nieuwbouw kan worden toegepast. In 2011 zijn de medewerkers van het team getraind voor het onderhoud van de daken en installaties gericht op mechanische ventilatie en centrale verwarming. Deze trainingen waren voornamelijk praktijkgericht op het begeleiden van de uitvoering. Het benoemen van het eindresultaat in prestatie-eisen heeft nog niet plaatsgevonden en wordt nog nader uitgewerkt. In 2011 is ten behoeve van het installatiewerk en bouwkundig onderhoud een ventilatie debietmeter, een infrarood camera en een endoscoop aangeschaft. In de komende jaren wordt de meetapparatuur verder aangevuld om zelfstandig objectieve metingen te verrichten. In 2012 wordt een poging ondernomen om op basis van harde cijfers een waarheidsgetrouw beeld te schetsen van de voordelen van het prestatiegericht onderhoud. 40
Een poging, aangezien op dit moment niet duidelijk is of we beschikken over de historische gegevens om een zuiver beeld te schetsen. Is dat niet het geval dan wordt met aannames gewerkt. Het afgelopen jaar stond de ontwikkeling van de methodiek tot conditiemeting onder druk. Dit had te maken met het capaciteitsbeslag van de overige activiteiten en de projecten die onder handen zijn. De verwachting is dat dit ook in 2012 weer aan de orde is. Energielabel woningen De woonlasten worden voor een belangrijk deel bepaald door de energiekosten. Bij het kopen of huren van een woning is daarom belangrijk dat er betrouwbare informatie gegeven wordt over de energiezuinigheid van de woning. Verkopers en verhuurders zijn verplicht een energielabel te overhandigen aan de nieuwe eigenaar of huurder. In 2010 zijn maatregelen genomen om het energielabel te verbeteren. De eisen voor het opnemen van een gebouw zijn aangescherpt evenals de controle op de adviseurs. Het energielabel voor woningen geeft met klassen en kleuren aan hoe energiezuinig een huis is. Het label is een rapport waarin de eigenschappen van de woning staan beschreven. In 2012 gaat WVH bij een verhuur ook het label meegeven aan de huurder en wordt er ook bij de woningadvertenties vermeld welk label een woning heeft. Open verbrandingstoestellen Jaarlijks vallen er in Nederland ongeveer tien doden door koolmonoxidevergiftiging, veroorzaakt door het gebruik van oude open verbrandingstoestellen keukengeisers en cv-ketels. De overheid stimuleert om op korte termijn alle open verbrandingstoestellen te vervangen door de gesloten toestellen. Op basis van een door de overheid uitgebrachte handreiking heeft WVH een plan van aanpak opgesteld voor alle nog in haar bezit aanwezige open verbrandingstoestellen: 1. Uitgangspunt is om in 2012 en 2013 alle nog aanwezige open verbrandingstoestellen te vervangen door gesloten toestellen. Realisatie is afhankelijk van toestemming huidige bewoner(s) en overeenstemming over de maandelijkse bijdrage. 2. In die gevallen dat er met de bewoner(s) geen overeenstemming wordt bereikt tot het plaatsen van een gesloten toestel, krijgt de bewoner een brief van WVH waarin alle risico’s met betrekking tot open verbrandingstoestellen nogmaals en expliciet worden uitgelegd. 3. De woningen van bewoners die weigeren tot het plaatsen van gesloten verbrandingstoestellen worden bouwkundig gecontroleerd op de aanwezigheid van voldoende ventilatievoorzieningen. Waar dit onvoldoende is, worden bouwkundige maatregelen getroffen. 4. Tussentijds wordt bij mutatie en bij reparatieverzoeken, geval van vervanging of nieuw aanbrengen, door WVH altijd een gesloten toestel aangebracht. 5. In complex 320 Korrelbeton wordt een afwijkende werkwijze gehanteerd. Voor deze woningen geldt dat ze bouwkundig worden gecontroleerd op de aanwezigheid van voldoende ventilatievoorzieningen. Zijn deze onvoldoende, dan treffen we alleen bouwkundige maatregelen. Indien een installatie van WVH in de woning aanwezig is en vervanging noodzakelijk, plaatst WVH een gesloten toestel. Asbestinventarisatie In het totale bezit van WVH is een asbestinventarisatie type A uitgevoerd. Op basis van deze inventarisatie is de noodzaak en prioriteit tot sanering van de aangetroffen asbest vastgesteld. Bij onderhoud of renovatie worden op basis van deze asbestinventarisatie maatregelen getroffen en/of aanvullend een uitgebreider type A onderzoek of een type B onderzoek uitgevoerd. In 2012 krijgen alle bewoners waar asbest in de woning is vastgesteld een brief waarin de exacte positie en type asbest wordt aangeduid. Tevens worden aanbevelingen en instructies gegeven hoe men hiermee dient om te gaan. 41
4.4
Verkoop
Er zijn verschillende motieven om woningen te verkopen. Om financiële middelen te genereren om in de voorraad of nieuwbouw te steken (het investeringsmotief), wil WVH vier woningen per jaar verkopen. Het gaat om verkoop bij mutatie in twee complexen, te weten het zogenaamde Blesplan (complex 110) en de woningen van complex 70 in plan Oost. Als er woningen in deze complexen worden opgezegd, wordt telkens de afweging gemaakt of de woning te huur of te koop wordt aangeboden. In complex 70 voeren we momenteel een groot onderhoudsplan uit. Daarom hebben we besloten voorlopig geen woningen bij mutatie te verkopen. In de mutatiewoningen voeren we de werkzaamheden aan de binnenkant van de woning uit. De woning wordt daarna te huur aangeboden. Later, volgens de complexplanning, worden de werkzaamheden aan de buitenzijde van de woning uitgevoerd. Wel hebben we in dit complex in 2011 een woning aan de zittende huurder verkocht. Of we na de renovatie ons huidig verkoopbeleid voor dit complex ongewijzigd voortzetten is nog niet zeker. In het Blesplan is een vrijgekomen woning te koop aangeboden. Eind 2011 stond deze woning nog te koop.
4.5
Sloop
WVH heeft geen bezit gesloopt in 2011.
42
5 Het betrekken van bewoners en overige belanghebbenden bij beleid en beheer 5.1 Beleidsbeïnvloeding door belanghebbenden De grondhouding waar WVH zaken mee aanpakt, is transparant en uitnodigend. WVH hecht daarom veel waarde aan de betrokkenheid van (lokale) belanghebbenden. Voor een deel wordt die betrokkenheid ingevuld door het overleg dat WVH heeft met haar huurdersvereniging. Ook het overleg met de (deel)gemeente en collega-corporaties draagt bij aan de responsiviteit van WVH. Het platform Wonen, Zorg, Veiligheid en Welzijn (W2ZV)8 is een andere manier om aan de betrokkenheid van belanghebbenden inhoud te geven. Het gaat er hierbij natuurlijk om signalen in te nemen, maar ook om die te zetten in actie. Uit het rapport van de visitatie die WVH in 2010 onderging kwam naar voren dat niet alle belanghebbenden tevreden waren over de prestaties van WVH. WVH heeft daarom in 2011 contact gehad met de bij de visitatie betrokken belanghebbenden om te achterhalen aan welke verwachtingen WVH niet voldoet. Dit heeft helaas niet veel informatie opgeleverd. WVH wil vooral in 2012 aan de slag met de in het visitatierapport genoemde verbeterpunten: het verbeteren van de communicatie richting de belanghebbenden en het goed managen van de verwachtingen van de belanghebbenden. Belanghebbendenoverleg Bij het functioneren van WVH zijn verschillende belanghebbenden (of stakeholders) betrokken. Belanghebbenden van WVH zijn natuurlijk de partijen waar we mee samenwerken, maar ook partijen die werkzaam zijn in hetzelfde gebied, die raakvlakken met ons hebben en die kunnen worden geraakt door het beleid van WVH en de daaruit voortvloeiende activiteiten. We onderscheiden hierin verschillende groepen. Het soort relatie met de belanghebbende partij bepaalt de vorm en de intensiteit van het contact. Hiervan wordt een overzicht bijgehouden dat minimaal één keer per jaar doorgenomen wordt en indien nodig bijgewerkt. WVH wil door een jaarlijks belanghebbendenoverleg de voorkeuren van belanghebbende partijen op gebied van volkshuisvesting leren kennen, ideeën opdoen en de maatschappelijke inbedding van WVH versterken. WVH wil daarmee ook de contacten met belanghebbenden en tussen belanghebbenden onderling intensiveren. In 2011 heeft WVH voor de vijfde keer via het jaarlijks belanghebbendenoverleg ruimte geboden om de beleidsvoornemens van WVH te beïnvloeden. Daarnaast is teruggeblikt op de prestaties van WVH in de voorgaande periode. Dit jaar vond het belanghebbendenoverleg plaats in het Keringhuis met de Nieuwe Waterweg als prachtig decor. Zo’n 75 vertegenwoordigers van huurders van WVH, partners uit de zorg- en welzijnswereld, de deelgemeente, een aantal gemeentelijke diensten en vele anderen woonden het overleg bij. Tijdens de bijeenkomst heeft WVH de populaire versie van haar jaarverslag 2010 gepresenteerd. Alle huurders hebben een exemplaar thuis ontvangen. Onder de inspirerende leiding van Eelco Koolhaas van “Ministerie van Verhalen” is het gezelschap die middag aan de slag gegaan met het thema ‘Participatie’. Participatie betekent betrokkenheid, deelnemen aan de samenleving, je steentje bijdragen. Er is in dat licht stil gestaan bij vragen als: “Wat moet een ‘bewonersvriendelijke’ projectleider allemaal doen (of laten)?”, “Van welke corporatie of organisatie kan WVH nog leren als het om participatie gaat?”, “Wat laat WVH liggen als het gaat om de nieuwe rage sociale media?” en “Voor welke goede daden verdient WVH een taart?”. Ze leverden levendige discussies op, die vervolgens werden bezongen door een zeer muzikale commentator achter de piano. Uit de discussies heeft WVH voldoende aanknopingspunten om participatie voor en door WVH te verbeteren. Op de website van WVH (www.wonenhoekvanholland.nl) is onder de 8
In dit Platform participeren de Steinmetz | de Compaan, Humanitas, Vitis Welzijn, het Platform Gehandicapten, de afdeling IV van de gemeente Rotterdam, VGR, de deelgemeente, Politie Rotterdam Rijnmond, MEE Zuid Holland Noord, Careyn en WVH. Inhoudelijk wordt over het platform verslag gedaan in hoofdstuk 8 Wonen en zorg.
43
knop ‘Belanghebbenden’ een uitgebreid verslag van de discussies te vinden. Omdat WVH haar belanghebbendenoverleg voor de vijfde keer organiseerde, deed zij iets extra’s. WVH wilde een goed idee waar inwoners van Hoek van Holland iets aan hebben, belonen met geld. Daarom vroeg WVH de deelnemers aan het belanghebbendenoverleg om een idee in te dienen en dit tijdens het overleg te presenteren. Dat verzoek leverde vier goede ideeën op. Elke gast op het belanghebbendenoverleg kreeg 100 “participegels”, die dezelfde waarde hebben als Euro’s. De gasten bepaalden zelf wat zij het beste idee vonden en schonken hun pegels aan dat idee. Uiteindelijk kwamen er twee beste ideeën uit de bus. Winnaar met 2.500 pegels werd het idee van Diana Vink en Tiki Haijes om een ‘Hoekse Donatie Week’ te organiseren en goede tweede met 1.900 pegels werd het idee van Rob Lange om buurtpreventie in Hoek van Holland op te zetten. Meedenktank nieuwbouwideeën plan Noord WVH wilde in plan Noord nieuwe woningen voor Hoek van Holland realiseren, het aanzien van de wijk verbeteren en de kwaliteiten van de wijk versterken. Over die ideeën praatte WVH in de zogenaamde Meedenktank met huurders, eigenaar-bewoners en deskundigen. Onder andere door de economische crisis zijn de ideeën van WVH niet haalbaar gebleken. Omdat de meedenktank al lange tijd niet meer bij elkaar kwam, heeft WVH de leden van de meedenktank schriftelijk geïnformeerd dat WVH weer contact met hen opneemt als er sprake is van een haalbaar plan.
5.2 Prestatieafspraken Tussen WVH en haar belanghebbenden, de gemeente uitgezonderd, bestaan geen prestatieafspraken of overeenkomsten waarin WVH en belanghebbenden afspraken vastleggen over te behalen resultaten en hoe de resultaten geëvalueerd kunnen worden. Wel heeft WVH contracten met verschillende belanghebbenden. Voor wat betreft de gemeente is WVH een van de partijen die de samenwerkingsafspraken 2010 – 2014 tussen de Rotterdamse corporaties en de gemeente in februari 2011 heeft getekend. Het was de bedoeling dat deze samenwerkingsafspraken per deelgemeente zouden worden uitgewerkt in gebiedsafspraken tussen gemeente, deelgemeente en corporatie. Dit was een lang en intensief traject van onderhandelingen. Een kleine week voordat ondertekening zou plaatsvinden, zette de gemeente echter een streep door twee afspraken. WVH besloot daarom de ondertekening af te zeggen.
5.3
Huurdersoverleg
WVH hecht aan goed overleg met haar huurders. Dit overleg is geregeld in een participatieovereenkomst. Het overleg stelt WVH in staat beter in te spelen op de wensen van de huurders. Ook wordt op deze manier het draagvlak bij huurders voor beslissingen vergroot. Overleg met de huurders vindt op diverse niveaus plaats. Over beleidszaken die alle huurders aangaan, praat WVH met Huurdersvereniging “Houdt Zicht” en over zaken op wijk- of complexniveau met bewonerscommissies. Huurdersvereniging “Houdt Zicht” De gesprekken die WVH met het bestuur van “Houdt Zicht” voert, vinden plaats op basis van draagvlak bij de huurders. Daarbij is het uitgangspunt dat WVH en de huurdersvereniging een langdurige relatie met elkaar hebben. De overlegstructuur en de verschillende verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn in de hiervoor genoemde participatieovereenkomst geregeld. WVH heeft “Houdt Zicht” aangemeld voor de verkiezing van de beste huurdersorganisatie 2011 door de Woonbond. Dat leek WVH gepast, gezien alle werk wat Houdt Zicht als kleine organisatie moet verrichten. De jury heeft “Houdt Zicht” uiteindelijk niet genomineerd voor de beslissende verkiezingsronde. WVH geeft de huurdersvereniging financiële steun. In 2011 ging het om een bedrag van ruim € 23.024. Bovendien heeft Houdt Zicht een woning van WVH betrokken. De mutatiekosten en 44
inrichting is voor rekening van WVH gekomen en bedraagt ruim € 16.000. De vergoeding van de kosten is gerelateerd aan activiteiten, voor zover deze noodzakelijk zijn voor: de werving van leden en de opbouw en instandhouding van “Houdt Zicht”; het op de hoogte houden van de huurders en het betrekken van hen bij de standpuntbepaling door “Houdt Zicht”; het overleg tussen WVH en “Houdt Zicht”; scholingsactiviteiten, evenals eventueel noodzakelijk extern advies; Lidmaatschap Woonbond. Het voorgaande houdt in dat “Houdt Zicht” op basis van beleidsvoornemens een activiteitenplan en begroting overlegt. Aan de hand van deze stukken dient WVH zich een mening te vormen of de door haar ter beschikking te stellen budget(ten) conform de participatieovereenkomst worden besteed. Deze manier van werken verloopt nog niet vlekkeloos. Adviezen WVH heeft “Houdt Zicht” advies gevraagd over de huursomstijging, de meerjarenbegroting, de samenwerkingsafspraken 2010-2014 Rotterdamse corporaties – gemeente, de gebiedsafspraken Hoek van Holland en het antennebeleid. Huursomstijging “Houdt Zicht” heeft positief geadviseerd over de door WVH voorgestelde huursomstijging van 1,3% voor het gehele bezit van WVH voor zover de maximale huurprijsgrens hierdoor niet worden overschreden. Meerjarenbegroting Per onderwerp in de meerjarenbegroting 2011-2020 is gereageerd. De strekking van de opmerkingen was positief kritisch. Samenwerkingsafspraken 2010-2014 Rotterdamse corporaties – gemeente “Houdt Zicht” ziet deze afspraken als een ‘flauwekulstuk’. Dit wordt vooral ingegeven door het gemeentelijke standpunt dat in Hoek van Holland alleen nog maar middel dure en dure koopwoningen gebouwd mogen worden. Houdt Zicht ervaart tegenwerking voor iedere vorm van sociale woningbouw. “Houdt Zicht” is van mening dat de nieuwbouw daarmee niet aansluit bij de vraag van de inwoners en dus niet toekomstbestendig is voor de bevolking van Hoek van Holland. Bovendien ontbreken hierdoor mogelijkheden voor een wooncarrière. “Houdt Zicht” vindt dat de politiek daarmee vele woningzoekenden in de steek laat onder het mom de hogere inkomens binnen de gemeentegrenzen te halen. Gebiedsafspraken Hoek van Holland “Houdt Zicht” staat positief ten opzichte van afspraken voor Hoek van Holland. Dat de gemeente Rotterdam bereid is om aan lokale invulling mee te werken en daarmee ook erkent dat Hoek van Holland een aparte aanpak vraagt, wordt ook positief ervaren. Verder klinkt in het advies nog de ergernis door over het gegeven dat het deelgemeentebestuur geen medewerking wil verlenen aan de bouw van sociale huurwoningen. Opvallend is dat “Houdt Zicht” geen enkele rol voor WVH ziet als het om de buitenruimte gaat. Antennebeleid “Houdt Zicht” heeft door van een reactie af te zien, ingestemd met dit beleid. Naast bovengenoemde adviezen heeft “Houdt Zicht” input geleverd voor de strategienota en voor de nieuwe klachtenprocedure. “Houdt Zicht” heeft ook gereageerd op een notitie van WVH om via een communicatieoffensief het gemeentelijke woningbouwbeleid te beïnvloeden. 45
Bewoners De individuele huurders worden via het huurdersinformatieblad ‘Woontij’ geïnformeerd over de activiteiten van WVH. Dit magazine is in 2011 drie keer verschenen. Het blad kan ook via de website als pdf-bestand gedownload worden. Daarnaast zijn de huurders met brieven op de hoogte gesteld van belangrijke zaken zoals de jaarlijkse huurverhoging, de warmtekostenafrekening, de servicekosten en de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden. Nieuwe huurders ontvangen bij het ondertekenen van de huurovereenkomst een informatiemap. In deze map kunnen zij alles lezen over het huren bij WVH. Informatie is ook beschikbaar via de website, naast andere informatie over WVH en het huren van woningen in Hoek van Holland. Bewonerscommissies Voor de vier hoogbouwflats is structureel een bewonerscommissie actief. Eén van de bestuursleden van “Houdt Zicht” is coördinator van de commissie. Er hebben in 2011 twee structurele vergaderingen plaatsgevonden. Er werden zowel technische als sociale problemen aan de orde gesteld. Er is veel gesproken over de afhandeling en de positieve gevolgen van het aanbrengen van individuele cv-installaties. Ook zijn door de commissie zaken aangedragen die op de begroting voor 2012 zijn opgenomen. Voor het eerst is de flatcommissie betrokken bij de jaarlijkse schouw die vooraf gaat aan de begrotingsbesprekingen. Gezien de positieve ervaringen, vindt dit vanaf nu elk jaar op deze manier plaats. De bewonerscommissie van complex de Atlas is onder andere betrokken bij de invulling van het gebruik van de recreatieruimte. In 2011 is tweemaal regulier overleg gevoerd en er zijn daarnaast diverse technische zaken besproken. Een aantal van deze punten betreft de oplevering van het gebouw en is nog garantiewerk. In mei 2011 is, in overleg met de bewonerscommissie, een voorlichtingsmiddag georganiseerd waar Brakel Atmos, een bedrijf dat is gespecialiseerd in het realiseren van een (brand)veilig, comfortabel binnenklimaat in allerlei gebouwtypen, uitleg heeft gegeven over de brandveiligheid. Gedurende het hele jaar 2011 is de bewonerscommissie complex 70 (198 eengezinswoningen in Plan Oost) regelmatig bijeen geweest om advies te geven en mee te denken over het door WVH voorgestelde groot onderhoud. Het projectteam heeft in het voorjaar van 2011 informatiedagen gehouden in de inmiddels gerealiseerde proefwoning in de Pasgeldtstraat. De projectvoorbereiding met inbreng uit deze commissie mondde uit in een compleet informatiepakket, op basis waarvan de bewoners van het complex zich massaal uitspraken vóór renovatie. Ook na het begin van de werkzaamheden in de zomer bleef de bewonerscommissie de projectleiding regelmatig adviseren inzake de uitvoering van het project. Evenals in complex 70, moet in complex 20 (52 eengezinswoningen President Jan Lelstraat / Pres. J.V. Wierdsmastraat) groot onderhoud uitgevoerd worden in combinatie met het nemen van energetische maatregelen. Ook in dit complex heeft de bewonerscommissie vele voorstellen gedaan inzake het definitieve ontwerp van de woningen. Dit leidde tot verschillende, soms ingrijpende, aanpassingen van de plannen. Ook hier zijn informatiemiddagen en avonden gehouden in een proefwoning, en ook deze bewoners hebben zich met grote meerderheid vóór uitvoering van het project uitgesproken. De uitvoering van de werkzaamheden is in december gestart. Media Door middel van persberichten naar plaatselijke en regionale media en publicaties op haar website brengt WVH zaken onder de aandacht die voor haar belanghebbenden interessant zijn. Bovendien zijn plaatselijke en regionale mediavertegenwoordigers uitgenodigd tot het bijwonen van bijvoorbeeld het belanghebbendenoverleg. Ook heeft WVH meegewerkt aan een bijeenkomst van de Stichting Torpedo cultureel over ons rijksmonument de Oud-woningen. 46
5.4 Klachtenmanagement Voor de medewerkers van WVH is het vanzelfsprekend dat zij onze klanten zo goed mogelijk van dienst zijn. Toch kan het gebeuren dat een klant ergens niet tevreden over is. Wij vragen onze klanten dit vooral te melden bij één van onze medewerkers, zodat we er iets aan kunnen doen. WVH heeft een interne klachtenprocedure om er samen met de klant uit te komen. Mocht dat niet lukken dan kan de klant de klacht voorleggen aan een onafhankelijke commissie. Afhankelijk van de inhoud van de klacht, kan de klant terecht bij de Regionale Klachtencommissie, de Regionale Geschillencommissie Woonruimteverdeling of de Huurcommissie. Meldingen over integriteit kunnen gedaan worden bij het Meldpunt Integriteit Woningcorporaties. Klachtmeldingen bij WVH In 2011 heeft WVH de volgende klachten ontvangen / behandeld: 1. Een klacht die stamt uit 2010 over een nieuwe verwarmingsinstallatie en het niet aanbrengen van vloerisolatie op de eerste etage van één van onze flats. WVH heeft naar aanleiding van deze klacht besloten in alle flats vloerisolatie op de eerste etages aan te brengen. Bij de betreffende huurder is de verwarmingsinstallatie anders afgesteld. Hoewel er veel gedaan is om de klacht te verhelpen, heeft dit voor de klager niet geleid tot het door hem gewenste resultaat. 2. Twee bewoners uit de Houtmanflat hebben geklaagd over de geluidsoverlast die volgens hen werd veroorzaakt door een lege ruimte op het dak van de Houtmanflat. Er zijn naar aanleiding van de klacht geluidsmetingen verricht. Zeer waarschijnlijk wordt de geluidsoverlast veroorzaakt door het industriegebied aan de overkant van de Nieuwe Waterweg. De klacht is in overleg met de betrokken bewoners neergelegd bij de DCMR. 3. Een bewoner was ontevreden over ons handelen nadat zij door vochtproblemen een reparatieverzoek voor haar schuur deed. Door een gesprek en het uitvoeren van de reparatie is de bewoner tevreden gesteld. 4. Een bewoner klaagde over het uitblijven van een reactie op zijn lekkageproblemen, uitstellen van schilderwerk en haperende liften. Zijn lekkageproblemen zijn verholpen en hij heeft antwoord gekregen op zijn vragen over het onderhoud. Daarmee was de klacht opgelost. 5. Een bewoner was ontevreden over onze oplossing na klachten over tocht. Na deze melding zijn de klachten naar tevredenheid verholpen. 6. Een bewoner heeft geklaagd over het uitblijven van actie van onze kant nadat hij gemeld had dat er iemand op de openbare weg zijn auto aan het spuiten was met verf. WVH heeft de klacht niet ontvankelijk verklaard. De betreffende bewoner is geadviseerd aangifte te doen bij de politie. 7. Een bewoner had diverse klachten over de situatie bij het betrekken van de woning, lekkage en gevolgschade, stankproblemen door de Nieuwe Waterweg en algemene onvrede over de behandeling door WVH. Hij diende zijn klachten ook in bij de Regionale Klachtencommissie. De commissie oordeelde dat een groot deel van de ontstane discussie niet aan WVH was toe te rekenen en adviseerde de hulp van een mediator in te roepen. WVH volgde dit advies niet op, maar heeft bij de klager aangegeven graag met een schone lei te willen starten. Begin oktober vertrok de betreffende bewoner met de noorderzon. In december ontving WVH bericht van de kantonrechter dat deze de huurovereenkomst ontbonden had. 8. Een huurder uitte twee keer onvrede over onderhoudsbedrijven die namens WVH onderhoud uitvoerden. WVH heeft deze kritiek meegenomen in evaluatiegesprekken met de betreffende onderhoudsbedrijven. De huurder heeft deze meldingen met dit doel gedaan. 9. Een huurder meldde een glasschade die twee maanden na de eerste melding nog niet hersteld was. WVH heeft haar excuses gemaakt en de glaszetter heeft de ruit vervangen. Daarmee was de klacht afgehandeld. WVH heeft in 2011 natuurlijk meer uitingen van onvrede of klachten ontvangen, dan de opsomming hierboven vermeld. De medewerkers van WVH lossen de problemen meestal direct na melding op. Alleen bovenstaande meldingen zijn behandeld volgens de formele klachtenprocedure van WVH. In 2012 wil WVH meer meldingen registreren, zodat alle medewerkers kunnen leren van de 47
klachten en er wellicht ook trends uitgehaald kunnen worden. Daartoe volgen alle medewerkers begin 2012 een dagworkshop “klachten afhandelen” en wordt de klachtenprocedure aangepast. Klachtmeldingen bij de Regionale Klachtencommissie over WVH De onder het voorgaande kopje genoemde klacht bij zeven is door de bewoner tegelijkertijd ook gemeld bij de Regionale Klachtencommissie. Het advies en de afloop staan bij dit punt gemeld. Verder heeft de Regionale Klachtencommissie geen klachten over WVH ontvangen. De Regionale Klachtencommissiecommissie heeft in 2011 haar reglement aangepast. Aanleiding hiertoe was een brief van het ministerie van VROM, waarin een aantal verbeterpunten waren opgesomd. In haar jaarverslag over 2010 concludeerde de commissie Aedescode dat klachtencommissies van corporaties onvoldoende zichtbaar waren of niet opereerden volgens de juiste procedures. De afhandeling van klachten door klachtencommissie is in Nederland niet uniform. De Regionale Klachtencommissie heeft naar aanleiding daarvan het door Aedes opgestelde klachtenreglement gebruikt bij de aanpassing van haar reglement. Ook was de wijziging noodzakelijk geworden, omdat de werkwijze van de commissie door de jaren heen enigszins was gaan afwijken van de letterlijke bewoordingen in het reglement. Het aangepaste reglement is in juli 2011 vastgesteld met instemming van de directies van de aangesloten verhuurders. De huurdersverenigingen zijn over de aanpassing geïnformeerd. De Regionale Klachtencommissie brengt zelf een jaarverslag uit. Dit jaarverslag wordt door de directeur-bestuurder standaard ter informatie aangeboden aan de Huurdersvereniging, Raad van Commissarissen en de Raad van Afgevaardigden. Regionale geschillencommissie Woonruimteverdeling Rijnmond De Regionale Geschillencommissie Woonruimteverdeling Rijnmond heeft in 2011 geen meldingen of klachten over WVH ontvangen. Huurcommissie De Huurcommissie heeft in 2011 geen meldingen of klachten over WVH ontvangen. Meldpunt Integriteit Woningcorporaties Bij het meldpunt Integriteit Woningcorporaties zijn in 2011 over WVH geen meldingen gedaan waar WVH kennis van draagt.
48
6
Financiële continuïteit
Het financiële beleid van WVH is erop gericht onze missie te verwezenlijken en een optimaal maatschappelijk rendement op ons handelen te bewerkstelligen. Daarbij kan het nodig zijn investeringen te doen die financieel gezien onrendabel zijn. De totale bedrijfsvoering moet echter economisch verantwoord blijven. De aspecten solvabiliteit (tenminste 9,4%), liquiditeit (positieve kasstroom) en blijvende toegang tot de kapitaalmarkt zijn toetskaders bij de beoordeling van onze financiële positie. Een belangrijk instrument om deze aspecten te bepalen is de meerjaren prognose, de financiële vertaling van het beleid op de middellange termijn. Op basis van het jaarplan, als uitwerking van het ondernemingsplan, en het Strategisch Voorraad Beleid (SVB) wordt jaarlijks een taakstellende jaarbegroting opgesteld. Hierin is het beleid vertaald in geld en hieruit volgt onze bedrijfswaarde. De jaarbegroting wordt vervolgens doorgetrokken naar de toekomstige tien jaar. De parameters die in de begroting van 2012 gebruikt zijn, geven geen aanleiding om de berekeningen voor het jaareinde te herzien. De cijfers geven een indicatief beeld in de ontwikkeling van de bedrijfswaarde en vermogenspositie. De bedrijfswaarde geeft per product (een samenstel van woningen) aan welke baten en lasten tot aan het einde van de economische levensduur nog zijn te verwachten. Bij deze calculaties worden het huurbeleid, het organisatiebeleid, het onderhoudsbeleid en het financieringsbeleid binnen ieder product doorgerekend. Indien de bedrijfswaarde van het bezit boven de boekwaarde ligt, geeft de uitkomst een indicatieve vertaling van de groei van het eigen vermogen (herwaarderingsreserve). Hoe verder in de tijd hoe lager het realiteitsgehalte van deze cijfers, ze geven uitsluitend een toekomstig beeld op basis van de huidige kennis. De volkshuisvesting kent een aantal instituten dat de hiervoor genoemde grootheden beoordeelt. Zo beoordeelt het CFV de financiële continuïteit. Dit gebeurt in opdracht van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties die verantwoordelijk zijn voor de staat van de volkshuisvesting. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) is de instantie die de leningen van de woningcorporaties borgt en daarom met name de kasstroom toetst. WVH kreeg op basis van de begroting 2011 van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) het zogenaamde A-oordeel. Dit oordeel wordt afgegeven wanneer het vermogen op termijn als voldoende wordt ingeschat. Op basis van de jaarrekening 2010 en begroting 2011 concludeert het CFV het volgende: Het CFV is van mening dat het minimale weerstandvermogen van WVH 15,8% van het balanstotaal zou moeten zijn. Dit op grond van het risicoprofiel van de corporatie. Vergeleken met de referentiecorporaties ligt dit 3,3% boven het landelijke gemiddelde. De reden is dat WVH de levensduur van een aantal complexen heeft verhoogd omdat de ingreep die op termijn uitgevoerd wordt ervoor zorgt dat de economische levensduur van de woningen langer wordt. Het CFV voert deze levensduurverlenging zeer gefaseerd door. Het risicoprofiel op basis van het balanstotaal 2015 bedraagt 13,8%. Dit ligt landelijk op 13,2% Ook hierin speelt de economische levensduur een rol. Het WSW heeft gemeld dat op grond van de beoordeling van de begroting 2011 WSW borging verleent. De borgingsruimte bedraagt € 13,5 miljoen. De twee aangetrokken leningen in 2011 (totaal € 4,5 miljoen) zijn van die ruimte afgehaald. Hierdoor resteert een ruimte van totaal € 9,0 miljoen. Op basis van die borgingsruimte en de kasstroomplanning is eind 2011 € 9,0 miljoen aangetrokken. (storting 2 januari € 3 miljoen, 1 april € 3 miljoen en 2 juli € 3 miljoen)
6.1 Vermogensheffing en Vennootschapsbelasting De vermogensheffing, nodig voor de zogenaamde 40 probleemwijken (prachtwijken) van oud49
minister Vogelaar is betaald. Zie ook bladzijde negen: Heffing bijzondere projectsteun. Over de fiscale winst moeten corporaties vanaf 2008 vennootschapsbelasting (vpb) afdragen. Hiertoe zijn richtlijnen met de Belastingdienst en de corporaties vastgelegd in een overeenkomst (VSO II). De richtlijnen uit deze regeling zijn gebruikt om de vpb-last over 2008 en 2009 te bepalen. De fiscale openingsbalans 2008 en de aangifte 2008 is in 2010 opgesteld door onze fiscale adviseur. In de bedrijfswaarde wordt de vpb opgenomen op basis van de kasstromen. De verliespost van het project Mercatorweg die in de aangifte 2008 werd meegenomen is gebruikt om de berekening over 2010 te maken. In de aangifte 2009 werd de verlaging van de WOZ waarde ten opzichte van 2008 als fiscaal verlies aangemerkt (circa € 8 miljoen). Door dit verlies werd voor 2010 geen rekening gehouden met een afdracht. Omdat in de toekomst de WOZ waarde weer kan stijgen kan het nu ontstane fiscale verlies weer verdampen. Ook werd geen actieve belastinglatentie gevormd. De Hoge Raad heeft op 13 januari 2012 een arrest gewezen waardoor een toegelaten instelling in beginsel een algemeen maatschappelijk of sociaal belang behartigd. Hierdoor mag een herbestedingsreserve gevormd worden voor de fiscale winst van de jaren 2008 tot en met 2011. WVH maakt van deze mogelijkheid gebruik. Bij de fiscus is een verzoek ingediend voor de herziening van de aangifte 2008 tot en met 2010. Door toepassing van de herbestedingsreserve is het belastbaar bedrag voor de jaren 2008 tot en met 2011 nihil en is er geen vennootschapsbelasting verschuldigd over deze jaren.
6.2
Resultaat boekjaar
WVH waardeert de materiële vaste activa tegen bedrijfswaarde. Een gevolg van deze keuze is dat het jaarresultaat aan (sterke) schommelingen onderhevig is. Voordeel is dat iedere beleidswijziging direct zichtbaar is in de ontwikkeling van het eigen vermogen. Hierdoor wordt de beleidswijziging op een goede manier financieel inzichtelijk gemaakt. De waardering tegen bedrijfswaarde laat een indicatieve vermogensmutatie zien tot aan het einde van de economische levensduur van de woonproducten. Het jaarresultaat over 2011 Winst- en verliesrekening Baten Lasten Bedrijfsresultaat Rentebaten en lasten Resultaat bedrijfsuitoefening voor belasting Vennootschapsbelasting Resultaat bedrijfsuitoefening na belasting Resultaat deelneming Jaarresultaat Mutatie actuele waarde Totaal reserve mutatie Verdeling resultaat: Overige reserves Herwaarderingsreserve te verhuren woningen Herwaarderingsreserve te verkopen woningen
(bedragen x € 1.000) Jaarrekening Oorspronkelijke 2011 begroting 2011 11.237 11.440 10.385 12.932 852 -1.492 -1.429 -1.624 -577 -3.116 0 0 -577 -3.116 -2 -579 -3.116 -9.898 6.726 -10.477 3.610 -1.620 -8.588 -269 -10.477
-2.575 6.726 -541 3.610
Jaarrekening 2010 11.168 -8.360 2.808 -1.423 1.385 0 1.385 1.385 18.031 19.416 605 19.149 -338 19.416
50
Verschillen winst- en verliesrekening ten opzichte van de begroting exclusief de bedrijfswaarde aanpassing. Baten Lagere huuropbrengst Lagere vergoedingen voor servicekosten Lager verkoopresultaat
Bedrag x € 1.000 -10 -162 -31 -203
Lasten Waardevermindering grondpositie Minder afschrijving activa Minder onderhoud Minder salariskosten Meer bestuurskosten Minder huisvestingskosten Minder algemene kosten Lagere bijdrage Vogelaarheffing Meer Belasting en verzekering Lagere servicekosten Rentebaten en lasten Rentebaat vanwege liquiditeit Rentelast Overige Totaal beter resultaat
-401 10 2.633 43 -7 9 42 56 -37 199 2.547 37 158 195 -2 2.537
De herwaarderingsreserve te verhuren woningen is ten opzichte van 2010 fors afgenomen. De mutatie is bepaald aan de hand van de begroting 2011-2020 en vervolgens bijgesteld naar de situatie per eind december 2011. De afname is vooral veroorzaakt door de vertraging van het onderhoud in de complexen 20 en 70. En de gewijzigde doorberekening van nieuwe investeringen met daarbij behorende huurverhogingen. Volgens het voorzichtigheidsprincipe mogen deze voor alle complexen niet doorberekend worden. Voor de complexen 20 en 70 geldt een uitzondering. De projecten zijn gestart en de bewoners hebben zich met de ingreep en verhoging akkoord verklaard. Op basis van de conditie en de verbetering na ingreep is gesteld dat de levensduur nog tenminste 50 jaar (complex 20) en 40 jaar (complex 70) bedraagt. In 2007 is het besluit genomen om vanaf 2008 gespreid over een aantal jaren 20 woningen uit ons bezit te verkopen. Het werkelijk verkocht aantal eind 2011 bedraagt tien stuks. (2008 vier, 2009 drie en 2010 twee, 2011 één). Van de tien nog te verkopen woningen wordt voorzien dat vanaf 2012 twee woningen per jaar worden verkocht. Het resultaat van de verkopen van bestaand bezit is niet direct verantwoord via de winst- en verliesrekening vanwege de waardering tegen taxatiewaarde. In feite was dit resultaat al verwerkt via de herwaarderingsreserve. Bij verkoop valt deze “beklemde” reserve vrij ten gunste van de overige reserve.
6.3
Treasury
Eén van de taken van de afdeling Middelen is het beheren van de geldstromen en zorgen voor voldoende financiering. WVH heeft een nieuw treasurystatuut. In dit document is de randvoorwaarde financiële continuïteit nader uitgewerkt in zeven subdoelstellingen: 51
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
waarborgen financierbaarheid op korte en lange termijn; zorg dragen voor effectief en efficiënt betalingsverkeer; zorg dragen voor lage financieringskosten; beheersen van renterisico’s; inzetten van rente-instrumenten; risicomijdend beleggen; onderhouden van goede relaties met financiers.
Hiermee zorgen we ervoor dat de financierbaarheid (op basis van onder andere de kasstroom) is gewaarborgd tegen zo laag mogelijke kosten. Jaarlijks wordt een treasury jaarplan opgesteld dat onderdeel is van de (meerjaren)begroting. Het WSW verklaarde op basis van de begroting 2011 WVH kredietwaardig. In het afgelopen jaar vonden drie reguliere aflossingen plaats. Er zijn in 2011 twee leningen gestort op basis van eind 2010 gesloten contracten. Ook zijn in september 2011 drie leningen aangetrokken. Die zijn in 2012 nodig ter financiering van de ingreep in de complexen 20 en 70. Overzicht van overeengekomen leningen Financier BNG BNG BNG flexibele hoofdsom maximaal € 3 miljoen waarvan € 1 miljoen minimaal (vier jaar) NWB (zes jaar) BNG (dertien jaar, rente herziening na vijf jaar)
Datum contract 16-12-2010 23-12-2010 28-09-2011
Storting
Bedrag
Rente
01-03-2011 02-05-2011 02-01-2012
€ 2.000.000 € 2.500.000 € 3.000.000
28-09-2011 28-09-2011
01-04-2012 02-07-2012
€ 3.000.000 € 3.000.000
2,985% 3,40% Euribor tarief +,0495% 2,72% 2,64%
Overzicht van de in 2011 afgeloste leningen Financier NWB flexibele hoofdsom maximaal € 2 miljoen BNG Diverse gemeente Rotterdam annuïtair
Datum aflossing 01-09-2011 15-11-2011 31-12-2011
Bedrag
Rente
€ 1.600.000
1,7% variabel 5,58% 4,00%
€ €
444.240 7.004
Overzicht van de in 2012 af te lossen leningen Financier BNG
Datum aflossing 15-11-2012
Bedrag
Rente
€
5,58%
398.520
Het gemiddelde percentage van de leningportefeuille per 31 december bedraagt 4,38% (2010 4,42%). De verhouding tussen de bedrijfswaarde en de rentabiliteitswaarde van de leningen geeft aan in hoeverre de opbrengsten uit de voortgezette exploitatie van de huurwoningen voldoende zijn om de leningen terug te kunnen betalen. Bij een cijfer groter dan 1 is de aflossing van de leningen gewaarborgd. De bedrijfswaarde per 31 december bedraagt € 73,6 miljoen. Het schuldrestant per 31 december 52
en de reeds afgesloten leningen bedragen € 42,7 miljoen. Het verhoudingscijfer is 1,72 (2010 2,26). Uitgangspunt bij het beheren van de geldmiddelen is dat tijdig voldoende middelen beschikbaar zijn om betalingen te verrichten. Het saldo aan liquide middelen bedraagt per 31 december ruim € 1,9 miljoen. De rentevergoeding op de rekening-courant overschotten is gebaseerd op het 1maands Euribor. De aflossingen van de bestaande leningportefeuille mogen niet meer bedragen dan 15% van de leningportefeuille. Dat is in geen van de komende tien jaren het geval. Het renterisico is de komende jaren evenwichtig gespreid. Een en ander is weergegeven in de onderstaande grafiek waarin de nieuwe leningen van 2012 opgenomen zijn. In deze grafische voorstelling is het uitgangspunt dat de leningen wel afgelost worden, maar geen nieuwe lening worden aangetrokken. Toekomstige finale aflossingen leningen versus saldi leningen begin boekjaar 2012 € 44 € 42 € 40 € 38 Miljoenen
€ 36 € 34 € 32 € 30 € 28 € 26 € 24 € 22 € 20
Bedrag
€ 18 € 16 € 14 € 12 € 10 € 8 € 6 € 4 € 2 € 0 2012
2013
Finale aflossing boekjaar
6.4
2014
2015
Schuldrest leningen boekjaar
2016
2017
2018
Einddatum lening
15% grens
2019
2020
2021
aflossing en herziening
Dochteronderneming, deelnemingen en verbindingen
WVH heeft de dochteronderneming WVH deelnemingen BV. Deze dochter is opgericht om een mogelijke commanditaire vennootschap op te richten met een ontwikkelaar. WVH en WVH deelnemingen BV zijn één fiscale eenheid. WVH heeft verder geen deelnemingen in andere rechtspersonen of personenvennootschappen. WVH is op grond van het appartementrecht lid van de Vereniging van Eigenaren De Plancius. Het eigen vermogen van deze vereniging is eind 2011 € 422.000. Het aandeel van WVH hierin bedraagt circa € 166.000. Een gedegen opbouw van de onderhoudsreserves is noodzakelijk om de kwaliteit van de gemeenschappelijke bouwdelen te garanderen. Verder heeft WVH verbindingen met Aedes, vereniging van Woningcorporaties, Vereniging Maaskoepel, federatie van woningcorporaties en Vereniging Woonnet Rijnmond. Aedes, vereniging van Woningcorporaties is de branchevereniging van woningcorporaties in Nederland. Vereniging Maaskoepel, federatie van woningcorporaties heeft ten doel werkzaam te zijn in het belang van de volkshuisvesting in de stadsregio Rotterdam. Woonnet Rijnmond verzorgt met inzet van verschillende media de koppeling tussen vraag en aanbod op de markt van huurwoningen. 23 sociale verhuurders uit de regio Rijnmond zijn lid van deze vereniging. Zij bezitten ruim 200.000 woningen. De door WVH aangegane verbindingen dragen bij aan de uitvoering van de artikelen 12 tot en met 53
22 van het BBSH, de zogenaamde prestatievelden van de toegelaten instellingen.
6.5
Ontwikkeling Eigen Vermogen 2012 - 2016:
De raad van commissarissen heeft de door de bestuurder vastgestelde (meerjaren)begroting 20122021 goedgekeurd. Deze begroting laat het volgende beeld voor de komende jaren zien. Ontwikkeling eigen vermogen Jaar Overige reserve ultimo Herwaarderingsreserve Eigen vermogen ultimo
2012 8.317 38.324 46.641
2013 10.677 39.112 49.789
Bedragen x € 1.000 2014 2015 2016 14.345 17.067 19.916 38.254 38.482 38.777 52.599 55.549 58.693
Resultaat na belasting W en V rekening Balanstotaal
-3.567 93.324
2.022 95.712
3.305 97.228
2.331 103.903
2.429 107.965
Solvabiliteit Solvabiliteit herwaarderingsreserve Solvabiliteit minus herw. reserve Minimale reserve (CFV 2015 )
50,0% 41,1% 8,9% 13,8%
52,0% 40,9% 11,1% 13,8%
54,1% 39,3% 14,8% 13,8%
53,5% 37,0% 16,5% 13,8%
54,4% 35,9% 18,5% 13,8%
"Vrije" overmaat
-4,9%
-2,7%
1,0%
2,7%
4,7%
Voor de uitgangspunten van de meerjarenprognose verwijzen wij naar de toelichting op de bedrijfswaarde in de balans.
6.6
Solvabiliteit
Eind 2011 bedraagt het eigen vermogen 54,1% van het balanstotaal. In de begroting (2011) werd eind 2011 nog een solvabiliteit geraamd van 61,5%. Het verschil is met name ontstaan door vertraging in de uitvoering van de ingreep in complex 20 en 70 en de eerder genoemde gewijzigde uitgangspunten met betrekking tot investeringen en daaraan gekoppelde huurverhoging.
6.7
Rentabiliteit totaal vermogen (na belasting)
Over 2011 bedraagt de rentabiliteit over het totaal vermogen 1,1%. In 2010 bedroeg dit 3,3%. De daling is vooral veroorzaakt door de daling van de zogenaamde materiële activa. De ontwikkeling voor de komende jaren, op basis van de meerjarenbegroting, ziet er als volgt uit: Jaar Rentabiliteit
2010 3,3%
2011 1,1%
2012 8,5%
2013 9,9%
2014 8,6%
2015 8,6%
54
7
Leefbaarheid
De zorg voor leefbaarheid is een primaire verantwoordelijkheid van de gemeentelijke overheid, maar WVH heeft vanuit haar kernopdracht om mensen te laten genieten van het wonen op dit punt nadrukkelijk een medeverantwoordelijkheid. Vooral waar haar bezit is geconcentreerd levert WVH een bijdrage aan de verbetering van het woon- en leefklimaat.
7.1
Woonomgeving
Een goede woonomgeving, zowel fysiek als sociaal gezien, draagt bij aan het woongenot van huurders en het imago van de wijk. Dit bevordert de verhuurbaarheid van het bezit. De inzet van WVH vindt veelal in nauwe samenwerking met de deelgemeente en gemeentelijke diensten plaats. Waar mogelijk worden ook bewoners betrokken bij de woonomgeving. WVH neemt regelmatig deel aan de maandelijks door de gemeentelijke diensten georganiseerde wijkschouw. Op steeds wisselende punten in Hoek van Holland wordt in kaart gebracht hoe schoon, heel en veilig deze meetpunten zijn. Waar nodig wordt actie ondernomen. Dat het met de leefbaarheid in Hoek van Holland goed zit, blijkt uit de veiligheidsindex van de gemeente Rotterdam (te vinden op http://www.v-index.nl/). In de rapportage over 2011 (vrij gegeven op 7 maart 2012) scoort Hoek van Holland opnieuw het hoogst haalbare cijfer: een tien. De gemeente Rotterdam publiceert ook een sociale index (te vinden op www.cos.rotterdam.nl). Dit meetinstrument maakt duidelijk hoe Rotterdammers er voor staan wat betreft inkomen, opleiding en werk. Maar ook: gaan ze vriendelijk met elkaar om of maken ze elkaar het leven zuur? Geven ze om hun buurt, zijn ze betrokken en doen ze er ook iets voor? En zijn er voldoende mogelijkheden om mee te doen? De index geeft een beeld van de sociale kwaliteit van alle 64 woonwijken. De sterke en zwakke punten van de buurt zijn in één oogopslag te zien. De index over 2011 was bij het samenstellen van dit verslag nog niet bekend. Hoek van Holland was in 2010, met een score van 7,7 de best scorende deelgemeente van Rotterdam. In alle opzichten werd Hoek van Holland door de bewoners een prettige deelgemeente gevonden. WVH verwacht dat hier in 2011 geen opvallende wijzigingen in.
7.2
Groenonderhoud
Het beheer van de woonomgeving kent ook traditionele taken zoals het onderhoud van het groen dat direct grenst aan de woningen. Een schone omgeving draagt zeker bij tot de leefbaarheid. Van het bedrag dat WVH aan groen uitgeeft wordt een gedeelte door de huurders via de servicekosten betaald, maar een fors gedeelte komt voor rekening van WVH. Voor 2011 bedraagt de bijdrage van WVH bijna € 4.700 voor de Zichtflats en de Houtmanflat en € 3.000 voor een aantal groenstroken in het complex eengezinswoningen in de Columbusstraat en omgeving.
7.3
Huismeester
WVH heeft een huismeester in dienst die toeziet op de leefbaarheid. In het bijzonder in en bij de vier hoogbouwflats en het complex Van Dam en MIVA-woningen in de Rietdijkstraat. Hier is € 60.000 mee gemoeid. Daarvan komt bijna de helft voor rekening van WVH. In het complex de Atlas wordt een huismeester ingehuurd voor tien uur per week. De nadruk van de functie ligt op het gebied van sociaal beheer. De totale huismeesterkosten voor dit complex bedragen in 2011 € 16.750. 25% van deze kosten worden door WVH gedragen (€ 4.200).
55
7.4
Wijk- en buurtbeheer
WVH gaat bij wijk- en buurtbeheer uit van het overlegmodel, open en centraal. Voor Hoek van Holland streeft WVH naar een structureel overleg met de direct betrokken partijen, zoals de deelgemeente, politie, gemeentewerken en de huurdersvereniging. Er is regelmatig overleg op uitvoeringsniveau met de in Hoek van Holland werkzame politiemensen. Ook neemt WVH deel aan het zogenaamde Initiëringoverleg en het Uitvoerdersoverleg. Deze overleggen hebben tot doel om werkzaamheden van verschillende organisaties die in de openbare ruimte actief zijn, op elkaar af te stemmen. Daarmee wordt overlast zoveel mogelijk beperkt. Ook de eerder genoemde wijkschouw draagt bij aan het wijk- en buurtbeheer. In een aantal gevallen is een financiële of een andere bijdrage geleverd door WVH het gaat om een bedrag van totaal € 5.000.
7.5
Overlast
Een plezierig contact met de buren is voor veel bewoners onderdeel van de tevredenheid over de woning en woonomgeving. Overlastklachten kunnen de tevredenheid ernstig beïnvloeden. WVH voert daarom in het kader van overlastbestrijding een actief beleid. Uiteraard ligt de verantwoordelijkheid primair bij de huurders zelf, maar in samenwerking met de politie en maatschappelijke organisaties zoals Riagg en GGD ziet WVH er kritisch op toe overlast voor de omwonenden in welke vorm dan ook te beperken of weg te nemen. Praten met elkaar blijft het belangrijkste middel om overlast te voorkomen. Vaak zijn mensen zich niet bewust van het feit dat ze overlast veroorzaken. Door hen op een correcte manier aan te spreken op hun gedrag wordt vaak een hoop ellende voorkomen. Soms helpt praten niet. WVH spant dan uiteindelijk een juridische procedure tegen de overlastgever aan. In 2011 zijn twee gevallen van overlast geweest waar WVH de zaak in handen heeft gegeven van een advocaat. In de ergste gevallen wordt ontbinding van de huurovereenkomst gevorderd. In alle andere gevallen is het doel van de vordering om de overlast op te heffen dus bij een huurder af te dwingen om mee te werken. WVH maakt de omvang van de overlastsituaties bij huurders van WVH inzichtelijk via een registratie waaruit zaken als frequentie, wijze van melding en soorten overlast blijken. registratie overlastklachten balie schriftelijk telefoon totaal geluidsoverlast huisvuil stankoverlast huisdieren tuinonderhoud hangjeugd overig totaal
7.6
2010 18 48 38 104 74 2 1 4 9
2011 35 35 30 100 30 3 10 19 11
14 104
27 100
Tuinbeleid
Om de onderhoudsstaat van de tuinen van de individuele huurders op een acceptabel niveau te brengen en / of houden heeft WVH tuinbeleid, inclusief een handhavingprocedure. Belangrijk aspect hierin is dat WVH uitzonderlijke (slechte) situaties aanpakt. Op diverse manieren zijn de huurders hiervan op de hoogte gebracht. Dit heeft geleid tot een aantal meldingen over 56
tuinonderhoud. Alle meldingen zijn gevolgd door actie en afgehandeld.
7.7
Beter Peter
WVH nam met ingang van 1 januari 2010, deel aan het energiebesparingproject Beter Peter. Dit project was een samenwerkingsverband van Aedes, De Woonbond en Milieu Centraal. Alle huurders konden inloggen op de website van Beter Peter. Indien de besparingstips gevolgd werden kon een huurder al snel € 150 besparen op de energierekening. Het is een onafhankelijk advies en verplicht tot niets. In 2011 is dit tweejarige project beëindigd. Er is door slechts 20 huurders met succes aan deelgenomen.
7.8
Drugsbeleid
WVH vindt ongestoord woongenot voor haar huurders belangrijk. Strafbare activiteiten in woningen, zoals hennepteelt of drugsproductie, zijn daarbij onacceptabel. Hennepteelt kan ook leiden tot onveilige situaties, bijvoorbeeld kortsluiting of brand. Bij constatering van een hennepkwekerij in een woning van WVH laat WVH de huurovereenkomst ontbinden. Kort geformuleerd: hennepteelt of drugsproductie = huis uit. WVH heeft haar hennepbeleid vastgelegd in de algemene huurvoorwaarden. In 2011 is dit soort activiteiten gelukkig niet aan de orde geweest.
7.9
Sponsoring
WVH steunt graag initiatieven die bijdragen aan prettiger (samen) leven, met name in Hoek van Holland. Dat doen wij onder andere via ons sponsor- en giftenbudget. WVH heeft de volgende activiteiten met een bedrag van totaal ruim € 7.500 financieel ondersteund: HSV1946 De Houtsnip Roparun Oranjevereniging Muziekdag Sinterklaasintocht Tevens is een aantal lokale verenigingen gesponsord tot een bedrag van € 500 Buiten de lokale initiatieven steunt WVH ook Stichting HomePlan met een bedrag van € 2.500. HomePlan zet zich in voor de huisvesting van de allerarmsten in ontwikkelingslanden.
7.10 Vereniging van Eigenaren “De Plancius” Omdat het kantoor van WVH en een dertigtal appartementen deel uitmaken van het gebouw "De Plancius" neemt WVH deel aan de Vereniging van Eigenaren. Het bestuur van deze vereniging is zeer betrokken bij de leefomgeving en stimuleert een plezierig contact met de buren. WVH heeft in dat verband steun verleend bij een aantal activiteiten.
57
8
Wonen en zorg
Onder het prestatieveld ‘wonen en zorg’ vallen alle inspanningen die gericht zijn op huisvesting van mensen met een beperking en ouderen die zorg of begeleiding nodig hebben. WVH kan een bijdrage leveren door het bouwen en exploiteren van woon-zorgcomplexen, door projecten van begeleid wonen of het realiseren van vastgoed voor bewoners van instellingen in de verzorging, verpleging of opvang. De bijdrage kan zich ook richten op de totstandkoming van arrangementen met betrekking tot wonen, zorg- en dienstverlening. Dit alles gebeurt dan zoveel mogelijk naar de wens van de klant en is gericht op het bevorderen van het langer zelfstandig wonen. Hoewel wonen en zorg verschillende vakgebieden zijn, bestaan er veel raakvlakken. Al was het maar omdat ruimten waarin zorg verleend wordt, daarvoor geschikt moeten zijn en omdat aanpasbare woonruimte vroegtijdig verhuizen naar een intramurale zorginstelling voorkomt. Samenwerking tussen partijen die op het gebied van wonen en zorg actief zijn, is daarom zeer belangrijk. WVH heeft in de afgelopen jaren hard gewerkt om het belang dat zij hecht aan die goede samenwerking, verder om te zetten in daden. We koesteren de samenwerking met onze huidige partners op het gebied van zorg: thuiszorgorganisatie Careyn, Steinmetz | de Compaan, die mensen met een verstandelijke beperking ondersteunt en Stichting Ontmoeting, die hulp biedt aan dak- en thuislozen. Op iets grotere afstand vindt samenwerking plaats met Vitis Welzijn, Humanitas en MEE. Samen met deze partners hebben we in de afgelopen jaren wonen in Hoek van Holland mét zorg en / of begeleiding mogelijk gemaakt voor een groep ouderen, voor licht verstandelijk gehandicapten, voor voormalig dak- en thuislozen en voor mensen met een lichamelijke functiebeperking. Met en dankzij het platform Wonen-Zorg-Veiligheid-Welzijn (W2ZV, zie verder in dit hoofdstuk) zijn diverse resultaten geboekt op weg naar ontschotting tussen wonen en zorg en een woonservicegebied in Hoek van Holland. In de volgende paragraaf is een opsomming opgenomen van de resultaten, initiatieven en samenwerkingsactiviteiten van WVH op gebied van wonen en zorg. In de komende jaren wil WVH vervolgstappen zetten. Op initiatief van de deelgemeente en WVH is voor Hoek van Holland het convenant Woonservicegebied ondertekend door de volgende partijen: Gemeente Rotterdam, deelgemeente Hoek van Holland, zorgorganisaties Careyn, Steinmetz | De Compaan, Stichting Ontmoeting, Stichting Humanitas en MEE Rotterdam Rijnmond, Welzijnsorganisaties Stichting Welzijn E25 en Vitis Welzijn, WMO-raad Hoek van Holland, Gehandicaptenplatform Hoek van Holland, de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, adviserend orgaan Stichting Platform Agenda 22 (SPA22)9 en WVH. In 2011 is wederom op initiatief van de deelgemeente en WVH een concept plan van aanpak geschreven voor de realisatie van het woonservicegebied. De partijen ondertekenen dit plan van aanpak in 2012.
8.1
WVH en wonen met zorg
Lokaal Zorgnetwerk (LZN) In het LZN wordt de bemoeienis gecoördineerd voor mensen met meervoudige problemen. Dit zijn mensen die vaak ook overlast veroorzaken. Het gaat bijvoorbeeld om mensen die vervuilen, in psychische nood verkeren, een verslavingsprobleem hebben enzovoorts. Dankzij het LZN worden veel problemen voorkomen en adequaat aangepakt. Naast WVH nemen instanties als RIAGG, Maatschappelijke Dienstverlening Nieuwe Waterweg, Politie, Stichting Welzijn Westland, STOED, Bouman GGZ, GGD, SoZaWe, huisartsen en Careyn deel aan het LZN. Het netwerk komt ongeveer één keer per twee maanden bij elkaar. Platform Wonen-Zorg-Veiligheid-Welzijn (W2ZV) WVH maakt deel uit van het overlegplatform W2ZV. De meer dan tien professionele organisaties 9 Stichting Platform Agenda 22; Agenda 22 is de naam van de 22 regels van de Verenigde Naties voor het bieden van gelijke kansen aan mensen met een beperking.
58
die hieraan deelnemen, zetten zich in voor ouderen en gehandicapten in Hoek van Holland. Doel van de samenwerkende partijen is te zorgen dat ouderen en gehandicapten op een goede manier kunnen blijven wonen waar ze wonen. Het platform komt zeven of acht maal per jaar bijeen om plannen, ideeën en ontwikkelingen aan elkaar te melden en ontwikkelingen in goede banen te leiden. Dit gebeurt in aanwezigheid van vertegenwoordigers van ouderen en gehandicapten, waarmee de afstemming van alle ideeën op de werkelijke behoeften van beide doelgroepen geborgd is. Daar waar voorzieningen voor ouderen en gehandicapten ontbreken, ontketent het platform actie. Voor elk actieonderwerp formeert het platform een werkgroep, bestaande uit experts van de meest betrokken organisaties. In 2011 waren de volgende werkgroepen actief: Werkgroep Woonservicegebied Werkgroep Vervoer Mantelzorgkring Het doel van W2ZV is van Hoek van Holland een woonservicegebied te maken. Dat is een gebied waar iedereen en in het bijzonder senioren en mensen met een functiebeperking zo lang mogelijk op prettige wijze kunnen wonen en leven op basis van eigen regie. WVH faciliteert het platform onder andere door vergaderruimte beschikbaar te stellen en de voorzitter te betalen. Daarnaast neemt de beleidsmedewerker van WVH de secretarisrol van het platform voor haar rekening. In 2011 was hier in totaal € 5.500 mee gemoeid. In 2011 kwam het platform W2ZV zeven keer bij elkaar en heeft zich bezig gehouden met de volgende onderwerpen en de volgende resultaten geboekt: ‘Gezond Thuis’ van Careyn; een technische oplossing waarmee mensen zelfstandig en veilig thuis kunnen wonen. In Hoek van Holland wordt ook gestart met het systeem. Er is een afstemmingsoverleg activiteiten en vervoer in het leven geroepen, om te voorkomen dat er meerdere uitjes op één dag gepland worden. Plan van aanpak Woonservicegebied (zie hierboven); Wijzigingen in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en het Persoonsgebonden Budget (PGB); de negatieve gevolgen van die wijzigingen en de acties die in het kader daarvan werden ondernomen zijn besproken en worden vastgelegd in een zwartboek; De realisatie van een hospice in Naaldwijk voor het Westland, Midden-Delfland en Hoek van Holland; Bezuinigingen van de gemeente Rotterdam en de gevolgen voor senioren, gehandicapten en andere zorgbehoevenden, waaronder op Vervoer op Maat; Mantelzorgondersteuning; Hospice Tijdens een overleg met haar belanghebbenden in 2007 heeft WVH de suggestie gekregen om voor Hoek van Holland een hospice te bouwen, waar mensen die in hun allerlaatste levensfase zijn beland in rust en waardigheid hun laatste dagen kunnen doorbrengen. WVH heeft hierover samenwerking gezocht met Stichting Hospice Westland. Deze stichting werkt aan realisatie van een hospice voor inwoners van het Westland, Midden-Delfland en Hoek van Holland. Gezien zijn inhoudelijke kennis is het logisch dat het bestuur van Stichting Hospice Westland in deze ontwikkeling het voortouw heeft genomen. In 2011 is voor het hospice een locatie in Naaldwijk gevonden. WVH heeft een gift van € 19.500 toegezegd voor het inrichten van de woonkamer van het hospice. De verwachting is dat het hospice (www.hospiceregiowestland.nl) in september 2012 gereed is om de eerste cliënten te ontvangen. Aula begraafplaats In 2008 heeft de deelgemeente aan WVH het verzoek gedaan om samen de mogelijkheden te onderzoeken tot het uitbouwen en verbeteren van de aula op de begraafplaats. WVH heeft kenbaar gemaakt dat zij onder voorwaarden wilde investeren in de uitbreiding van de aula. De deelgemeente en WVH hebben een intentieovereenkomst hierover getekend. In 2011 is duidelijk 59
geworden dat de plannen voor uitbreiding van de aula financieel niet haalbaar zijn. Samenwerking met Humanitas WVH is eigenaar van het verzorgingshuis Bertus Bliek en verhuurt dit aan Stichting Humanitas. Humanitas verhuurt vervolgens weer de eenheden aan haar cliënten en levert de zorg aan de bewoners. Het Bertus Bliekhuis, een verzorgingshuis ‘oude stijl’, heeft als zodanig geen toekomst meer en wordt gesloopt. Wat de stand van zaken rond de plannen in 2011 was, leest u in paragraaf 4.1 Nieuwbouw. Samenwerking met Careyn Careyn is een thuiszorgorganisatie die onder andere in Hoek van Holland haar diensten levert. In de Atlas aan de Mercatorweg heeft WVH een steunpunt voor deze organisatie gerealiseerd, van waaruit Careyn in 2009 haar klanten in heel Hoek van Holland is gaan ondersteunen. WVH heeft hiervoor een overeenkomst met Careyn. Samenwerking met Steinmetz | de Compaan (SDC) SDC verleent onder andere zorg aan cliënten met een verstandelijke handicap. In de Atlas aan de Mercatorweg heeft WVH woningen voor de huisvesting van vijf cliënten van deze stichting, inclusief een steunpunt gerealiseerd. Zie ook paragraaf 3.3. Doelgroepen, Bijzondere aandachtsgroepen. Samenwerking met Stichting Ontmoeting WVH is eigenaar van een sociaal pension voor de opvang van maximaal acht voormalig dak- en thuislozen. WVH is hiervoor een samenwerkingsverband aangegaan met Stichting Ontmoeting. Deze stichting verzorgt de begeleiding van de bewoners. Bij de totstandkoming van het sociaal pension in 2007 is er een begeleidingscommissie in het leven geroepen, bestaande uit omwonenden, politie, dienst SoZaWe van Rotterdam en de initiatiefnemers van het pension (deelgemeente, Stichting Ontmoeting en WVH). De leden van de commissie hebben met elkaar afspraken gemaakt over de ‘spelregels’ voor het pension. Deze zijn vastgelegd in een convenant. De begeleidingscommissie wordt nu alleen nog bij elkaar geroepen als daar aanleiding voor is. Zie ook paragraaf 3.3. Doelgroepen, Bijzondere aandachtsgroepen. De Hoekstee De deelgemeente heeft WVH in 2011 gevraagd of zij een bijdrage wil en kan leveren aan de renovatie van de Hoekstee. WVH is met de gemeente en de deelgemeente hierover in gesprek. Begin 2012 moet hier meer duidelijkheid over zijn. Samenwerking met Stichting Driemaster – Het Kompas (SDHK) SDHK is een organisatie voor kinderopvang. SDHK huurde sinds het schooljaar 2009-2010 de recreatieruimte in de Atlas voor drie middagen per week van WVH voor buitenschoolse opvang van kinderen van vier jaar tot einde basisschoolleeftijd. SDHK heeft per 1 juli 2011 de huur opgezegd. Dit komt voort uit de strenge eisen die de overheid stelt aan de ruimte en het meubilair van buitenschoolse opvang. Daarnaast kreeg SDHK de mogelijkheid om meer ruimte in de Hoekstee te huren. Klussendienst Vitis Welzijn (voorheen Stichting Welzijn Westland) organiseert een klussendienst voor ouderen. WVH ondersteunt dit initiatief in de vorm van een financiële bijdrage voor de vrijwilligers en voor het gereedschap. In 2011 heeft WVH ruim € 800 bijgedragen.
60
9
De bestuurlijke organisatie
9.1
De bestuurlijke organisatie
WVH is een vereniging, met de raad van afgevaardigden als hoogste orgaan. De raad van commissarissen is intern toezichthouder, het CFV en het ministerie van BZK zijn extern toezichthouder. WVH heeft één directeurbestuurder. WVH heeft geen OR. Via aparte personeelsbijeenkomsten wordt dit ondervangen. De huurdersorganisatie Houdt Zicht en de bewonerscommissies vertegenwoordigen de huurders. Via het platform Wonen, Welzijn, Veiligheid en Zorg (W²ZV) zijn de partijen vertegenwoordigd die zich op deze terreinen bewegen. Het onderstaande organogram laat in grote lijnen de governance structuur en relaties zien.
9.2
Bestuur
Directeurbestuurder De directeurbestuurder is belast met het besturen van WVH, wat onder meer inhoudt dat hij verantwoordelijk is voor: de realisatie van de doelstellingen van WVH; de strategie en het beleid; de daaruit voortvloeiende resultatenontwikkeling. De strategie is vastgelegd in onze strategische notitie ‘Welkom bij WVH’ die in 2011 werd 61
vastgesteld. Momenteel wordt gewerkt aan het bijbehorende ondernemingsplan. De directeurbestuurder is ook verantwoordelijk voor de naleving van de wet- en regelgeving, de beheersing van de risico’s en de financiering van WVH. Hij richt zich bij de vervulling van zijn taak naar het belang van WVH vanuit de volkshuisvestelijke en maatschappelijke doelstelling en houdt daarbij rekening met de belangen van bij de corporatie betrokkenen. Hij legt verantwoording af aan de raad van commissarissen. De directeurbestuurder verschaft de raad van commissarissen tijdig alle informatie die nodig is voor het uitoefenen van zijn taak. Voor een aantal zwaarwegende besluiten heeft de directeurbestuurder de voorafgaande goedkeuring van de raad van commissarissen nodig. Deze besluiten zijn vastgelegd in de statuten van de vereniging10. Bestuurlijke besluiten In 2011 heeft de directeurbestuurder een besluit genomen over onder meer de volgende onderwerpen: vaststelling van het jaarverslag en de jaarrekening 2010; vaststelling van de strategische notitie ‘Welkom bij WVH’; vaststelling van de meerjarenbegroting 2012-2021, de jaarbegroting 2012 en het jaarplan 2012; vaststelling van de huurverhoging per 1 juli 2011 vaststelling van bijstelling van het strategisch voorraadbeleid; een verhuurstop voor de complexen 090 (Van Dam) en 100 (MIVA); afwijkingen van het aanbestedingsreglement; afboekingen op deurwaarderskosten, oninbare huur e.d.; de aankoop van parkeerplaatsen in complex de Planciushof; medewerking aan de vraaggestuurde uitbreiding die Steinmetz | de Compaan (SdC) in Hoek van Holland wenst. Dus de bereidheid om woningen met voorrang via “besluit corporatie” aan SdC te verhuren. diverse aanvullende budgetten; arbeidsvoorwaarden. Klachten Het handelen of juist het nalaten daarvan van de directeurbestuurder kan reden tot externe klachten zijn. Op de website is de procedure te vinden die men dan kan volgen.11 Beloning De beloning van de bestuurder is wat betreft hoogte en structuur zodanig dat een gekwalificeerde bestuurder kan worden behouden en aangetrokken. De beloning bestaat uit een vast en een variabel deel, waarbij het variabele deel is gekoppeld aan vooraf bepaalde, meetbare en beïnvloedbare doelstellingen. De beloningsstructuur heeft ten doel de belangen van WVH op middellange en lange termijn te stimuleren. Voor de arbeidsvoorwaarden van de heer Molenaar heeft de toenmalige raad van commissarissen de in 2003 geldende Aedes-adviesregeling over de Arbeidsvoorwaarden Statutair Directeur toegepast. In 2011 is de arbeidsovereenkomst van directeurbestuurder getoetst aan de Sectorbrede Beloningscode12. De conclusie was dat de huidige primaire arbeidsvoorwaarden vallen binnen de range die van toepassing is.
10
Zie www.wonenhoekvanholland.nl, Over WVH, Governance, Statuten, artikel 15. Zie www.wonenhoekvanholland.nl, Over WVH, Governance, Bestuur. 12 Sectorbrede Beloningscode Bestuurders Woningcorporaties, uitgegeven door Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties en Het Directeurencontact, 17 mei 2010. 11
62
Een en ander leidt tot de volgende arbeidsvoorwaarden: Totaal vast inkomen en vakantiegeld € 115.038 € 3.300 Variabele beloning13 Vergoedingen en werkgeverslasten € 600 Totaal
€ 118.938
(2010 € 121.439)
Het vaste inkomen van de directeurbestuurder wordt verhoogd conform de CAO Woondiensten. De pensioenlasten voor de werkgever bedroegen € 26.67514. Aan de directeurbestuurder is een auto ter beschikking gesteld met een cataloguswaarde van € 35.108. In overeenstemming met de duurzaamheidsdoelstellingen van WVH betreft het een hybride auto. WVH verstrekt aan de directeurbestuurder geen persoonlijke leningen of garanties.
9.3
Organisatie
Tegenstrijdige belangen WVH wil dat elke vorm en schijn van belangenverstrengeling tussen de corporatie en de directeurbestuurder wordt vermeden. Besluiten tot het aangaan van transacties waarbij tegenstrijdige belangen van de directeurbestuurder spelen, die van materiële betekenis zijn voor WVH en / of de directeurbestuurder, hebben de goedkeuring nodig van de raad van commissarissen. In 2011 waren dergelijke transacties niet aan de orde. Reglement managers en managementteam WVH kent geen bestuursreglement. Er is immers sprake van een eenhoofdig bestuur. Dus is het niet nodig de werkwijze binnen het bestuur te regelen. Wel is er een reglement managers en managementteam. Dit reglement legt de taken, de bevoegdheden en de verantwoordelijkheden van de managers en de gang van zaken binnen het managementteamoverleg vast. In het reglement is ook geregeld dat het hoofd Middelen bevoegd is de raad van commissarissen te informeren als hij van mening is dat de financiële positie van WVH in gevaar komt of als zich onrechtmatigheden voordoen en de directeurbestuurder, ondanks zijn verzoek, daarvan geen melding maakt. Risicomanagement Een belangrijk aspect van goed ondernemingsbestuur is risicomanagement. WVH is maatschappelijk ondernemer. Daarom is risicomanagement van essentieel belang. Er zijn risico’s op het niveau van de woningportefeuille en de ontwikkeling op de woningmarkt, van financiering en belegging, van projecten en van de organisatie. Ook zijn er fiscale en compliance risico’s. Hierna worden die risico’s toegelicht. Jaarlijks beoordeelt de externe accountant (BDO) in het kader van de tussentijdse controle het geheel aan beheersingsmaatregelen. De voortgang in de opvolging van de gegevens adviezen wordt door zowel WVH zelf, als door de accountant gevolgd. Waar mogelijk wordt hierna per risico in een afzonderlijk kader het oordeel van onze accountant naar aanleiding van de uitgevoerde interim controle weergegeven.
13
Er is een variabele beloning met een maximum van 10% van het total cash inkomen mogelijk. Dit percentage is de ruimte tussen de inschaling van de functie en de hoogte van het salaris waar de directeurbestuurder al aanspraak op had. 14 De pensioenlasten worden conform de CAO Woondiensten ingehouden en afgedragen. Deze maken geen onderdeel uit van het totaal jaarinkomen volgens de Sectorbrede beloningscode Bestuurders Woningcorporaties.
63
Beoordeling van het stelsel van risicobeheersing De directeurbestuurder is verantwoordelijk voor het opzetten en in stand houden van het stelsel van interne risicobeheersings- en controlemaatregelen. De systemen zijn bedoeld om een optimale beheersing van risico’s mogelijk te maken. Deze systemen kunnen echter nooit de absolute zekerheid bieden dat de doelstellingen van WVH worden gerealiseerd, of dat materiële verliezen, fraude en overtreding van de geldende wet- en regelgeving niet optreden. De activiteiten van WVH zijn immers ook onderhevig aan een aantal risico’s dat buiten de invloedsfeer van de directeurbestuurder ligt. Dit betreft veranderingen in de politieke context en veranderingen in wet- en regelgeving. Maar ook (ingrijpende) conjuncturele ontwikkelingen liggen buiten de genoemde invloedssfeer. Jaarlijks beoordeelt de externe accountant (BDO) in het kader van de tussentijdse controle het geheel aan beheersingsmaatregelen. Daarbij gebruikt de accountant een risicomodel. Daarin worden de risico’s voor WVH na de getroffen maatregelen van interne beheersing in beeld gebracht en voorzien van een score. De in dit model benoemde risico’s zijn vergelijkbaar met de risico indeling die WVH hanteert. De score 1 geeft aan dat het risico laag is en de score 9 staat voor een hoog risico. Aangezien het hier gaat om het schatten van het “restrisico” is het behalen van een score van 1 uitzonderlijk. Daarbij kan tevens de vraag gesteld worden of in een dergelijke situatie de verkleining van het risico nog in een juiste verhouding staat tot de noodzakelijke kosten van de extra beheersingsmaatregelen. Op basis van de uitgevoerde controle schat BDO de risico’s als volgt in:
In een afzonderlijke bijlage bij het jaarverslag zijn de waargenomen risico’s, de aanbevelingen van BDO en de reactie van WVH weergegeven (bijlage 3). Portefeuille- en marktrisico WVH opereert in een sterke woningmarkt. Leegstand van huurwoningen door een tekort aan vraag komt niet voor. Voor het hele bezit is in het kader van het SVB per complex de positie en de gewenste ontwikkeling vastgelegd. Dit is richtinggevend voor de vaststelling van de vernieuwingsopgave, het verkoop- en acquisitiebeleid, het onderhoudsbeleid en het huurprijsbeleid. Op complexniveau zijn beheerplannen opgesteld. Voor het onderhoudsbeleid is WVH bezig met een gefaseerde overgang naar een systeem van conditiemeting.
64
BDO: 15 Woningmarktrisico Voor WVH hebben wij het netto woningmarktrisico als laag (3) ingeschat. De beoordeling stoelt met name op het externe risico van vergrijzing van de bevolking. U heeft aangegeven deze effecten te hebben gesignaleerd en hier bij mogelijke nieuwbouw en herstructureringsprojecten als eerste naar te kijken. Nieuwbouwmogelijkheden zijn echter beperkt. Overigens leidt de vergrijzing niet snel tot een slechte verhuurbaarheid van het bezit, vanwege de grote vraag naar sociale huurwoningen uit andere bevolkingslagen. Woningverkopen De risico’s in het kader van de verkoopbaarheid van woningen zijn op landelijk niveau sterk toegenomen. Als gevolg hiervan blijven de begrote verkoopresultaten gemiddeld gezien achter bij de begroting. Uw corporatie heeft in de begroting 2011 opbrengsten van drie woningverkopen opgenomen. Ten tijde van onze controle was er één woning verkocht. Onderhoudsrisico’s De onderhoudsrisico’s kunnen voor WVH als laag (3) worden ingeschat. De risico’s in het onderhoudsproces variëren van het te duur inkopen van onderhoud tot en met het onvoldoende onderhouden van het woningbezit. Om deze risico’s te verminderen heeft WVH voldoende maatregelen getroffen. Mede vanuit het strategisch voorraad beheer wordt de meerjaren onderhoudsbegroting en de jaarbegroting opgesteld en geactualiseerd. Ook de implementatie van aanbestedingprocedures, een procuratiereglement en voldoende functiescheiding brengen de onderhoudsrisico’s terug tot een aanvaardbaar niveau. Analyse kwaliteit bezit In de jaarlijkse signaleringslijsten van de diverse complexen wordt de kwaliteit van het bezit geanalyseerd. Deze kwaliteit wordt onder andere door conditiemetingen en voorraadinspecties al voor een lange periode in kaart gebracht. Door het uitvoeren van renovatieprojecten neemt het inzicht in en de kwaliteit van het bezit verder toe. Controle kwaliteit aannemers WVH toetst de ingehuurde onderhoudsbedrijven zoals schildersbedrijven of aannemers voortdurend op de geleverde kwaliteit en de prijs. Dit gebeurt door offertes van collega-bedrijven in de omgeving op te vragen. In een aantal gevallen werkt WVH met vaste aannemers als het gaat om planmatig onderhoud en mutatieonderhoud. Het besluit hierover wordt jaarlijks door het MT heroverwogen. Financieel risico De verliezen op investeringen in nieuwbouwprojecten en renovaties van bestaand bezit die voortvloeien uit de volkshuisvestelijke taakstelling, worden gefinancierd met interne middelen. Daartoe verkoopt WVH bestaand bezit en wordt ook de winst op de verkoop van nieuwbouw koopwoningen gebruikt. Voor de normale bedrijfsvoering is WVH niet afhankelijk van de verkoop van bestaand woningbezit. De markt voor koopwoningen heeft in Hoek van Holland nog steeds te lijden van de gevolgen van de recessie. Woningen staan lang te koop en de prijs staat onder druk. Deze effecten zijn meegenomen in het SVB. De doorrekening daarvan laat zien dat het (nog) niet nodig is de plannen van WVH op de wijzigende financiële mogelijkheden aan te passen. Het gesprek tussen de Rotterdamse corporaties en de gemeente over de zogenaamde bijbetalingsregeling loopt nog steeds. Veel van de corporatiewoningen, ook veel van die van WVH, staan op grond die door de gemeente in erfpacht is uitgegeven. Bij verkoop van die woningen wordt een deel van het verschil tussen de sociale grondprijs en de commerciële grondprijs terugbetaald. In de samenwerkingsafspraken tussen de gemeente en de corporaties was vastgelegd dat de 15
Deze en de volgende opgenomen citaten van BDO komen uit de zogenaamde managementletter van 15 november 2011.
65
gemeente in 2011 in overleg met de corporaties een nieuwe visie op de verkoop van huurwoningen opstelt. Dat geldt ook voor de bijbetalingsregeling. Beide doelen zijn niet bereikt. De fiscale sturing van de verkopen is door de beperkte omvang van de ontwikkelingsportefeuille en de discontinuïteit daarvan lastig. Daardoor is het risico aanwezig dat de winsten niet binnen de voor de herinvesteringsreserve geldende termijn van drie jaar ingezet kunnen worden. In dat geval moet WVH alsnog Vpb betalen over deze winsten. Zowel de bijbetalingsregeling als de Vpb leidt ertoe dat geld wegvloeit naar de overheid dat volgens WVH in de volkshuisvesting zou moeten blijven. De risico’s ten aanzien van de financiering van het woningbezit en de eventuele belegging van (tijdelijk) overtollige kasmiddelen worden periodiek door het treasuryoverleg (hoofd Middelen, directeur, zo nodig een extern adviseur met als klankbord één van de commissarissen) beoordeeld. Het treasurybeleid is vastgelegd in het treasurystatuut. Dit statuut is geactualiseerd en in 2011 goedgekeurd door de raad van commissarissen. Een belangrijk instrument bij het concretiseren van de treasury is de treasury-paragraaf van de begroting. Hierin worden de treasuryactiviteiten voor het nieuwe begrotingsjaar vastgelegd. Dit gebeurt vooral op basis van de bestaande portefeuilles van leningen en beleggingen en de meest recente begroting en meerjarenramingen. Dit alles natuurlijk binnen de kaders van het treasurystatuut. Met de goedkeuring van de begroting geeft de raad van commissarissen mandaat voor het uitvoeren van de in de begroting genoemde treasuryactiviteiten. Hoofddoel van het financieringsbeleid is het financierbaar houden van WVH tegen zo laag mogelijke kosten en een zo gering mogelijk en beheersbaar risico. Dat gebeurt door optimalisatie van het vervalschema van de leningenportefeuille, gecombineerd met minimalisatie van de financieringskosten. Zowel het financieringsbeleid als het beleggingsbeleid is risicomijdend. Daarbij geldt als uitgangspunt dat er voldoende borgingsruimte16 dient te zijn bij het WSW. Het door WVH geformuleerde renterisico is de mate waarin de exploitatie bloot staat aan schommeling van de rentestand. Renterisico heeft betrekking op de prijs van het geld (= rente) en de gevoeligheid van het resultaat en het eigen vermogen voor veranderingen in de rentestand. Algemeen uitgangspunt bij ons rente- en risicomanagement is het zoveel mogelijk in de tijd spreiden van renteconversie- en herfinancieringmomenten (“risico spreiden = risico mijden”) over de jaren. Dit heeft een algemene daling van het renterisico tot gevolg omdat de exploitatie jaarlijks steeds voor een beperkt bedrag bloot staat aan de onbekende hoogte van de toekomstige rente. Om het renterisico te beheersen brengt WVH jaarlijks de omvang van die risico’s in kaart. Dit is de basis voor het voeren van het renterisicobeleid. WVH gaat bij de aanpak van de renterisico’s te werk conform een stappenplan dat uit de volgende twee elementen bestaat: In kaart brengen van het totale renterisico, waarbij onderscheid wordt gemaakt in: o bepalen saldo geldstromen (GAP17); o vaststellen renteaanpassingen. Bepalen renterisicobeleid, waarbij rekening wordt gehouden met: o gebruik maken van contractueel vastgelegde vervroegde aflossingsmogelijkheden18; o evenwichtige spreiding van de renterisico’s; o bepalen van de gewenste financieringsmix; o inschatting van de ontwikkeling van de rente. De renterisico’s worden afgezet tegen zowel de door het WSW gehanteerde norm van maximaal 15% renterisico als de vuistregel dat WVH in enig jaar niet meer dan 15% renterisico loopt over de totale kasstromen. In 2011 bedroeg het risicopercentage ongeveer 6,1%. Voor 2012 is dit 1,2% 16
Op basis van het kasstroom overzicht voor de komende vijf jaar toetst het WSW of voldoende ruimte bestaat voor de borging van de financiering. 17 Dit is het bedrag dat WVH per jaar tekort komt of overhoudt op de totale exploitatie. 18 WVH heeft door vervroegde aflossing alle mogelijkheden om rentevoordelen te behalen benut.
66
(inclusief de nieuwe leningen die in 2012 aangetrokken zijn). In de komende tien jaar zit het renterisico binnen de grens van 15%. Derivaten19 worden alleen gebruikt als ze het karakter van een verzekeringsinstrument hebben. Open posities die ontstaan door het schrijven van opties, zonder in het bezit te zijn van de onderliggende waarde zijn niet toegestaan. WVH onderkent de mogelijkheden van het gebruik van rentederivaten. Toch geven wij de voorkeur aan het spreiden en beperken van renterisico’s door gebruik te maken van traditionele instrumenten. Daarbij moet gedacht worden aan het maken van contractuele renteafspraken met geldgevers over bestaande leningen of het afsluiten van leningen met uitgestelde storting. BDO: Financieel risico Op basis van de risico’s in de financiële positie in de komende jaren en rekening houdend met de getroffen maatregelen schatten wij het financiële risico in als laag. Maatregelen van overheidswege kunnen echter voor een verhoogd risico zorgen. De overheidsmaatregelen betreffen de onzekerheden omtrent de heffing van vennootschapsbelasting en de heffing als gevolg van de bijdrage aan de huurtoeslag. WVH heeft als beheersingsmaatregelen een ruime financiële buffer, het monitoren van de actuele liquiditeitsprognoses en het vertalen van de strategie naar de bedrijfswaarde, waardoor de financiële effecten inzichtelijk zijn. Daarbij komt dat de financiering voor de renovatie projecten 020 en 070 grotendeels gerealiseerd is en het WSW de borging heeft bevestigd. Interne kwaliteit en managementcontrole systeem De samenhang tussen strategie, beleid en uitvoering leidt tot een cyclisch proces dat erop gericht is de gestelde doelen te realiseren. In het ondernemingsplan stelt WVH visie en beleid vast voor de doelgroep, de producten en de ontwikkelingsrichting van de organisatie. Na het verschijnen van de strategische notitie ‘Welkom bij WVH’ is een start gemaakt met het opstellen van een nieuw ondernemingsplan. Dat moet begin 2012 gereedkomen. Jaarlijks wordt met medewerkers het jaarplan opgesteld. Daarin worden concrete acties benoemd bij de beoogde doelen en worden de benodigde middelen toegewezen. Bij het opstellen wordt gebruik gemaakt van de monitoring van de behaalde en / of nog te behalen bedrijfsdoelen uit het ondernemingsplan en het strategisch voorraadbeleid. Doordat de medewerkers bij het opstellen van de jaarplannen betrokken zijn, ontstaat een werksfeer die voor de medewerkers stimulerend en motiverend werkt. Om te monitoren of de acties uit het jaarplan uitgevoerd worden, en dus de doelstellingen behaald, wordt ieder kwartaal door middel van een statusoverzicht een voortgangsrapportage verstrekt (bijlage 2). De “normale” bedrijfsvoering wordt via de kwartaalrapportage bewaakt. Ter toetsing wordt hierbij vanzelfsprekend gebruik gemaakt van de behaalde resultaten uit het verleden. Regelmatig wordt door het MT geëvalueerd en gekeken welke acties ondernomen moeten worden om de organisatie verder te verbeteren. Dit gebeurt bijvoorbeeld via jaarlijkse bijeenkomsten “op de hei” en KWH-metingen. Uitwerkingen hiervan maken deel uit van het nieuwe ondernemingsplan en de daaruit voortvloeiende jaarplannen.
19
Beleggingsinstrumenten die hun waarde ontlenen aan de waarde van iets anders. De voornaamste soorten derivaten zijn opties, futures, swaps en forwards. Men gebruikt financiële derivaten om risico's te verkleinen of juist te speculeren.
67
Gevisualiseerd:
BDO: Rapporteringsrisico Voor 2011 hebben wij het risico op dit punt als gemiddeld (4) ingeschat. Het belangrijkste risico betreft het niet of onjuist/onvolledig ontvangen van informatie, waardoor de organisatie niet tijdig kan worden bijgestuurd. WVH heeft voldoende maatregelen getroffen om de belangrijkste risico’s te mitigeren. Dit doet WVH door het opstellen en naleven van procedures, verstrekken van kwartaalrapportages met daarin een voortgangrapportage van de benoemde prestatie-indicatoren en gedefinieerde jaarplannen en periodieke besprekingen met de Raad van Commissarissen. Projectrisico’s De financiële risico’s hebben vooral betrekking op de projectontwikkelingsactiviteiten van sloop en nieuwbouw. In mindere mate zijn ook aan onze groot onderhouds- en renovatieprojecten financiële risico’s verbonden. Ieder project is opgesplitst in een vast aantal fasen. Iedere fase dient te worden afgesloten met een fasedocument waarin de marktpositie en het portefeuille-effect van de investeringen, het rendement en het risico in kaart worden gebracht. Per fase toetst een intern multidisciplinair planteam de kwaliteit van het project en van het fasedocument. In 2011 heeft WVH beschreven bij welke processtappen de raad van commissarissen wordt geïnformeerd door de directeur – bestuurder en wanneer besluitvorming wordt gevraagd aan de raad van commissarissen. Daarmee heeft de raad van commissarissen een handvat om de projectontwikkelingsactiviteiten te kunnen volgen en besluiten te kunnen beoordelen en bevestigen. Ook is een Kader nieuwbouwbeslissingen vastgesteld; een theoretische beschrijving van het projectontwikkelingsproces, de besluitvormingsmomenten op hoofdlijnen en de meer technische financiële instrumenten. Het risico van projectontwikkeling verschilt per fase. In het begin van de ontwikkeling is de onzekerheid en daarmee het risico hoog. De verplichtingen zijn echter beperkt. De rapportagestructuur voor de beheersing van de projecten is gericht op tijd (planning), geld en kwaliteit.
68
BDO: Wij schatten het projectrisico als gemiddeld (4) in vanwege de moeilijke (politieke) omstandigheden en de grondpositie waarin u projecten moet realiseren. Dit betreft het moeizaam verkrijgen van betaalbare en geschikte locaties voor sociale nieuwbouw via de deelgemeente. Het risico bestaat dat WVH onder ongunstige financiële omstandigheden toch projecten dient te starten, waarbij risico’s door derden worden gebagatelliseerd. Zoals onderzoek door derden liet blijken, is communicatie van verwachtingen bij stakeholders hierbij van essentieel belang. Wij hebben geconstateerd dat de beheersing omtrent de renovatieprojecten voldoende is. Wel is sprake van enige vertraging. De stand van zaken met betrekking tot het project Bertus Bliek is dat een onafhankelijke derden onderzoek doet naar de (on)mogelijkheden die Humanitas heeft om de huidige plannen te realiseren. Hierbij is de juridische strijd tussen Humanitas en WVH over het in rekening brengen van voorbereidingskosten (tijdelijk) afgenomen. Om het risicobeslag op het vermogen vast te stellen wordt onderscheid gemaakt in opstal- en grondexploitaties. Opstalexploitaties worden weer verdeeld in huur- en koopobjecten. Huurobjecten Het afzetrisico in de huidige markt is beperkt. Dit geldt zeker voor de gereguleerde voorraad. Het risico in het geliberaliseerde marktsegment is hoger. Toch is het, in relatie met het effect van het indirecte rendement, beperkt. Het grootste directe financiële risico zit in de prijs- en tijdsfactoren. In 2011 heeft WVH geen huurwoningen gerealiseerd. Koopobjecten WVH bouwt alleen koopwoningen als zij tegelijkertijd ook huurwoningen realiseert. Het streven is natuurlijk de uitvoeringskosten direct te dekken uit de termijnen van de kopers. Voorfinanciering betreft dan de kosten tot en met de verkoop. In 2011 heeft WVH geen koopwoningen gerealiseerd. Grondposities WVH heeft zich jarenlang ingezet voor sociale nieuwbouw in Hoek van Holland. Maar de gemeente Rotterdam en deelgemeente Hoek van Holland hebben andere ideeën voor het wonen in Hoek van Holland. Dat blijkt uit de Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020. Daarin is vastgesteld dat nieuwbouw in Hoek van Holland vooral bedoeld is om huishoudens met hogere inkomens vast te houden of aan te trekken. Dat is in lijn met het beleid van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. Sociale nieuwbouw beperkt zich tot 2020 tot de bouw van ongeveer 200 huurwoningen voor senioren. Dit overigens zonder dat de totale voorraad sociale huurwoningen stijgt. Wij hebben er alles aan gedaan, maar zonder medewerking van de lokale overheid lukt het niet. We leggen ons daarom- voorlopig - neer bij de wensen van de politiek en richten ons op zaken waarin we wel vooruitgang kunnen boeken. Onze focus komt dus te liggen op projectontwikkelingsactiviteiten die voort vloeien uit de eigen portefeuille. Het voorgaande heeft ook consequenties voor de positie die WVH samen met een commerciële partner (AM) heeft in Nieuwland, één van de uitleggebieden in Hoek van Holland. Het gaat om een 50%-aandeel in een verwerving van circa twee hectare tuinbouwgrond. De gemeente heeft er voor gekozen om in Nieuwland en Krimsloot slechts faciliterend op te treden. Dat houdt in dat de gemeente dus op geen enkele wijze actief grondbeleid wil voeren. De ontwikkeling wordt dus aan de markt over gelaten. AM en WVH hebben daarom nagegaan of in Nieuwland ook andere eigenaren bereid zijn om in de ontwikkeling van dit toekomstige woongebied te participeren. Daar blijkt onvoldoende draagvlak voor te bestaan. Dus hebben AM en WVH besloten hun grondpositie af te stoten.
69
BDO: De situatie met betrekking tot Nieuwland is dat de Wet Voorkeur Gemeenten van de grondpositie is geschrapt en WVH geen mogelijkheden ziet om dit gebied (met partners) tot ontwikkeling te brengen. Organisatierisico’s De organisatierisico’s hangen samen met het feit dat een organisatie een optelsom is van de kwaliteit en de integriteit van mensen. Om de kwaliteit te bevorderen worden jaarlijks in het kader van de planningsgesprekken met iedere medewerker afspraken gemaakt over de persoonlijke ontwikkeling. In de begrotingsronde wordt expliciet per afdeling en team een budget opgesteld voor opleiding. Het lijnmanagement is verantwoordelijk voor de uitvoering van de individuele ontwikkelingstrajecten en de inzet van het budget. WVH is gebaat bij een hoge mate van resultaatgerichtheid bij de uitvoering van activiteiten en bij een goede samenwerking bij processen die door de hele organisatie lopen. Om beide zaken te optimaliseren wordt hier aandacht aan besteed bij het maken van de afdelingsplannen. Feilbaarheid en kwetsbaarheid van mensen in processen valt niet uit te sluiten. Uiteraard is er een stelsel van administratieve organisatie en interne controle. Dat is gebaseerd op een zover mogelijk doorgevoerde functiescheiding. Verder wordt de interne en externe tekeningbevoegdheid consequent gehanteerd. De procuratieregeling is ook op de website te vinden20. BDO: Risico overige bedrijfsprocessen Onze inschatting van een gemiddeld (4) risico is gebaseerd op een gemiddeld inherent risico gecombineerd met een adequate interne beheersing. Belangrijk onderdeel van de tussentijdse controle is de beoordeling van de opzet en het testen van het bestaan en de werking van de bedrijfsprocessen aangaande huur, personeel en overige bedrijfskosten. De financiële juistheid, betrouwbaarheid en volledigheid staan hierbij centraal. ……. is onze conclusie dat WVH de risico’s in de overige bedrijfsprocessen voldoende beheerst door aanwezige functiescheiding en controles. De meerwerkprocedure bij onderhoudsactiviteiten wordt juist uitgevoerd. WVH beschikt over procesbeschrijvingen van interne procedures. De beschrijvingen zijn op alle werkplekken te raadplegen. Gewenste wijzigingen kunnen snel getoetst worden op gevolgen. Op basis van deze beschrijvingen worden de interne processen getoetst op uitvoering. In 2011 zijn de audits uitgevoerd door een externe partij. Door budgethouders aan te wijzen voor alle posten in de winst- en verliesrekening zijn directe verantwoordelijkheid en bevoegdheden gedelegeerd. Budgethouders zijn gemachtigd binnen de grenzen van hun budget verplichtingen tegenover derden aan te gaan, mits deze verplichtingen de vastgestelde maxima per opdracht niet overschrijden. Bij overschrijden van het maximum tekent de direct leidinggevende. De aangegane verplichtingen en later de gerealiseerde kosten, worden achteraf getoetst via budgetbewaking in de kwartaalrapportage. Betalingen worden altijd door twee functionarissen gefiatteerd. BDO: Rapporteringsrisico Als onderdeel van de hiervoor genoemde PDCA cyclus is de controle op het uitgevoerde beleid van belang. WVH wil dit onder andere doen door het uitvoeren van interne controles, om zo de juiste naleving van procedures te toetsen. 20
Zie www.wonenhoekvanholland.nl, Over WVH, Governance, Procuratieregeling.
70
WVH werkt met prestatie-indicatoren om de juiste voortgang van een proces te kunnen meten. Hierbij is het belangrijk dat de prestatie indicatoren zodanig zijn benoemd, dat individuele medewerkers hierin een verschil kunnen maken en zo ook beoordeeld kunnen worden. Dit vergroot de bereidheid van medewerkers om aan een prestatie-indicator te voldoen. Hierdoor ontstaat een specifieke en realistische begroting, waartegen de prestatie-indicator wordt afgezet. Ook de verschillenanalyse ten opzichte van de begroting wintaan kwaliteit . Prestatie-indicatoren waarbij een hele afdeling, of zelfs meerdere afdelingen bij betrokken zijn, zijn vaak minder effectief. Fiscale Risico’s Het gaat hierbij om het risico van het niet naleven van de regelgeving en de daaruit voortvloeiende naheffingen en boetes. WVH wint tijdig extern fiscaal advies in. Bovendien neemt WVH in de beschrijving van de processen ook de fiscale kant mee. De fiscale aspecten zijn ingevoegd in die procesbeschrijvingen waar belastingen in om gaan. Bij het proces vastgoedontwikkeling wordt altijd een fiscaal advies ingewonnen. BDO: Fiscaal risico Wij schatten de fiscale risico’s van WVH als laag (3) in. Wij hebben vastgesteld dat bij grote projecten vooraf fiscaal advies wordt ingewonnen op het gebied van omzetbelasting en overdrachtsbelasting. Ook de mogelijke voordelen betreffende de vennootschapsbelasting worden in beeld gebracht. Met name op het gebied van gemengde projecten en de aanschaf van grond en/of gebouwen is het van groot belang om al in het begin van de planningsfase van projecten fiscaal advies in te winnen. Hieraan is in de afgelopen periode een goede invulling geven. Compliance risico’s In de financiële sector definieert men de doelstelling van compliance als volgt: de naleving van weten regelgeving, alsmede het werken volgens de normen en regels die een instelling zelf heeft opgesteld.21 Bij corporaties gaat het dan natuurlijk ook om het naleven van de AedesCode. Bij het niet voldoen aan de compliance loopt WVH het risico negatief in de publiciteit te komen of sancties van de minister opgelegd te krijgen. Goede corporate governance22 brengt met zich mee dat een organisatie zich bewust is van de risico’s waaraan zij onderhevig is en waarover zij moet rapporteren. Bij corporaties hebben we te maken met een spanningsveld, zowel naar de overheid als ook naar de huurders. Daarbij is sprake van een beperkte ‘grip’ op het bestuur en de commissarissen. Niet alleen vanuit dit aspect, maar ook vanuit haar publieke taak als privaatrechtelijke organisatie spant WVH zich tot het uiterste in om een maximale transparantie te bereiken bij het afleggen van verantwoording in haar jaarrekening en in haar volkshuisvestingsverslag. De governancecode woningcorporaties (verder: de Code) gaat uit van het in Nederland gehanteerde principe dat de corporatie een lange-termijn samenwerkingsverband is van diverse bij het bedrijf betrokken partijen. Het bestuur en de raad van commissarissen behoren met de belangen van de verschillende partijen rekening te houden. Vertrouwen van de belanghebbenden dat hun belangen worden behartigd, is een voorwaarde voor hen om met WVH goed samen te werken. Essentiële voorwaarden voor het stellen van vertrouwen in het bestuur en het toezicht door de belanghebbenden zijn: goed ondernemerschap, waaronder begrepen integer en transparant handelen door het bestuur; 21
Bron: Nederlands Compliance Instituut. De wijze waarop invulling wordt gegeven aan het besturen van een onderneming en hoe verantwoording over dit bestuur wordt afgelegd.
22
71
een adequaat hierop afgestemd toezicht, waaronder begrepen het afleggen van verantwoording over het uitgeoefende toezicht.
Dit zijn ook de twee steunpilaren waar goede corporate governance op rust en waar de Code op toeziet. Sinds 1 juli 2011 is de vernieuwde Code van kracht. De herziene Code besteedt meer aandacht aan risicobeheersing en toezicht op verbindingen (zoals dochterondernemingen). Ook zijn de bepalingen over onafhankelijkheid van de raad van commissarissen aangepast. De norm is nu dat de raad in beginsel volledig onafhankelijk is. Daarnaast mag een commissaris niet binnen vijf jaar na zijn aftreden bestuurder van dezelfde corporatie worden. Tevens zijn er nieuwe bepalingen over de wenselijkheid van diversiteit binnen de raad opgenomen Hoofdstuk V over het overleg met belanghebbenden is ingrijpend aangepast. Een aantal vormvereisten is geschrapt, waaronder de eis dat bestuur en RvC voltallig aanwezig moeten zijn bij het overleg met belanghebbenden. Deze eis bleek in de praktijk, ook bij WVH, onwerkbaar. Evenals bij introductie van de Code geldt het beginsel pas-toe-of-leg-uit. Van de normen uit de governancecode mag WVH afwijken als de governance van WVH beter gediend is met een andere uitwerking dan in de code genoemd staat. Drie bepalingen zijn dwingend: 1. Het toepassen van de Sectorbrede Beloningscode voor bestuurders (Principe II.2) 2. De honoreringsregeling voor commissarissen 3. De zittingstermijnen voor commissarissen (principe III.7) In overeenstemming met het wetsvoorstel tot herziening van de Woningwet bepaalt de Code nu dat commissarissen niet meer dan twee termijnen van vier jaar commissaris mogen zijn (bepaling III.3.5). In de statuten van WVH was dit al geregeld. Afwijking van de Code moet worden verantwoord in het jaarverslag. Op zich onderschrijft WVH alle principes van de Code, maar wijkt op een aantal punten van de gegeven uitwerking af. In bijlage 1 wordt dit toegelicht. Voor WVH geldt, net als voor alle andere leden van Aedes, op grond van de AedesCode dat zij voor de inrichting van bestuur en toezicht de governancecode hanteert. Belanghebbenden die menen dat een lid van Aedes dit niet of onvoldoende doet kunnen zich daarover wenden tot de commissie AedesCode. Die commissie gaat na of sprake is van handelen in strijd met de AedesCode. Zij adviseert hierover het Aedes-bestuur. Zo nodig kan het Aedesbestuur maatregelen treffen tegen een lid dat in strijd met de code handelt. WVH is hier nog nooit mee geconfronteerd. BDO: Governancerisico WVH Gelet op de ontwikkelingen in de markt hebben wij het governancerisico als laag (3) ingeschat. De belangrijkste risico’s zijn het niet voldoen aan de AedesCode en de specifieke wet- en regelgeving vanuit het Besluit Beheer Sociale Sector. In voorgaande jaren hebben wij reeds vastgesteld dat WVH voldoet aan de gestelde eisen. Wij hebben tevens beoordeeld in hoeverre de huidige Governance structuur zowel intern als extern tot uitdrukking komt. Dit hebben wij gedaan aan de hand van gesprekken met de directeurbestuurder, de notulen van het Management Team en de Raad van Commissarissen en uw website. Op basis hiervan blijkt dat WVH actief bezig is de noodzakelijke maatregelen te treffen om niet alleen formeel maar ook materieel aan de verschillende aspecten van de Code te voldoen. Natuurlijk checkt WVH ook hoe haar klanten de dienstverlening ervaren. Dit wordt nader beschreven in de paragraaf 9.4 kwaliteitszorg.
72
Verzekeringen Tegen risico’s kan je verzekeringen afsluiten. Dat doet WVH in een aantal gevallen ook. Onze verzekeringsportefeuille wordt om de drie jaar geanalyseerd. De laatste keer was in 2009. In 2012 is dit dus weer aan de orde. Oordeelsbrief verslagjaar 2010 De minister voor Wonen, Wijken en Integratie gaat in zijn oordeelsbrief 2010 in op de volgende onderwerpen: De mate waarin WVH de wetten en andere relevante regels heeft nageleefd. De minister heeft op basis van de beoordeelde stukken geen opmerkingen. De financiële positie van WVH. Op basis van een door het Centraal Fonds uitgevoerd onderzoek komt de minister tot het oordeel dat, uitgaande van voortgezette verhuur van het bezit, de solvabiliteit ultimo 2010 voldoende is. Dit betekent dat WVH aan haar verplichtingen kan voldoen. De wijziging van procedures voor het indienen van verzoeken bij BZK. Continuïteitsoordeel 2011 Op basis van de door WVH ingediende prognosegegevens 2011-2015, concludeert het CFV dat de voorgenomen activiteiten in financieel opzicht passen bij de vermogenspositie van WVH. Dat leidt tot een A1-oordeel. Er was dus geen aanleiding om een financieel onderzoek in te stellen. BDO: Het volkshuisvestelijk vermogen ultimo 2015 (41,7%) ligt onder de door het CFV vastgestelde bovengrens en ruim boven de vastgestelde ondergrens. Integriteit bij WVH Integriteit is als gedrag aan de orde in de relatie tussen mensen. Medewerkers van WVH onderhouden relaties met verschillende doelgroepen: Klanten (huurders en kopers) Leveranciers Samenleving (belanghebbenden / de maatschappij) Medewerkers WVH beschikt over een integriteitscode. Daarin is tevens de klokkenluiderregeling opgenomen. De code is via de website van WVH beschikbaar23. Daar wordt tevens naar het landelijk meldpunt Integriteit Woningcorporaties verwezen. In onze integriteitscode staan we stil bij elke doelgroep. De code geldt niet alleen voor externe contacten. Hij is ook van toepassing op de relatie tussen collega’s onderling. We kunnen de code niet aan elkaar opleggen. Maar we rekenen er op dat de partijen waar we mee communiceren ook integer zijn. Het belangrijkste aspect in de relatie tussen mensen is onderling vertrouwen. Vertrouwen vormt daarom de basis van onze integriteitscode. Dit is het uitgangspunt bij het handelen zoals we weergeven in onze gedragscode. De leidende principes worden hierna toegelicht. Openheid De code is een leidraad voor gedrag. Medewerkers zijn zelf verantwoordelijk voor het handelen binnen die leidraad. Maar hoe beoordeel je dat? Het is lang niet altijd direct duidelijk. In dat geval worden collega’s geraadpleegd om die helderheid wel te krijgen. Dit is een automatisme in onze manier van werken. Het is vooral belangrijk dat de situatie waarmee de medewerker te maken heeft transparant is voor alle partijen. Zo voorkomen we dat iemand onnodig in een kwetsbare positie terechtkomt.
23
Zie www.wonenhoekvanholland.nl, Over WVH, Governance, Integriteit.
73
Respect Respect tonen is belangrijk in alle denkbare situaties. We behandelen een ander zoals we zelf graag behandeld willen worden. We laten de ander in zijn waarde en nemen onze eigen verantwoordelijkheid. Dit geldt niet alleen voor ons handelen, maar ook voor de manier waarop we over anderen praten. Zeker als de betrokkene er zelf niet bij is. Respect hebben voor elkaar betekent ook dat er geen sprake is van discriminatie, in welke vorm dan ook. Als we te maken hebben met discriminatie of er getuige van zijn spreken we de ander hierop aan. Eerlijkheid Eerlijkheid vormt de basis om met respect te handelen en behandeld te worden. Eerlijkheid is nauw gekoppeld aan openheid. We zijn duidelijk over de doelen die we nastreven en over de resultaten die we willen bereiken. Onze doelen en resultaten zijn begrijpelijk voor iedereen. We zijn niet alleen eerlijk over onze successen. Ook ons falen verdoezelen we niet. We zijn op alle resultaten aanspreekbaar. Privacy Bij veel in- en externe contacten wisselen we gegevens met elkaar uit. Daarnaast vergaren we kennis en informatie. Dit doen we altijd op basis van respect en vertrouwen. Het is belangrijk dat iedereen zich hiervan bewust is, zodat we dit vertrouwen niet schaden. Dat bereiken we door op zorgvuldige wijze om te gaan met de verkregen gegevens en door de privacy van mensen te waarborgen. In 2011 is geen enkele integriteitschending gemeld. In 2011 heeft WVH een aantal interne procedures en regelingen die met elkaar de integriteit moeten waarborgen onder handen genomen. Het gaat om de volgende onderwerpen: Treasurystatuut Procuratieregeling Aanbestedingsreglement Handboek Personeel met daarin ook de regeling geschenken e.d. Procedure screening personeel Integriteit onderwerp prestatieafspraken en functioneringsgesprekken Vertrouwenspersoon Meldpunt Integriteit woningcorporaties
9.4
Kwaliteitszorg
KWH WVH is sinds 1999 houder van het KWH-huurlabel, een van de kwaliteitslabels van de coöperatieve vereniging KWH24. Tot 2012 meet KWH de corporaties jaarlijks op de helft van de labelonderdelen, zodat iedere twee jaar alle labelonderdelen aan de beurt komen. In 2010 heeft KWH het labelonderdeel “Woning veranderen” laten vervallen. De kwaliteitseisen van dat labelonderdeel zijn ondergebracht bij “Woning betrekken” en “Woning verlaten”. In 2009 heeft WVH eenmaal de kwaliteit van haar dienstverlening laten meten op het facultatieve onderdeel “Kwaliteit van dienstverlening rond de woning”. In 2012 wijzigt KWH haar Huurlabel drastisch in Huurlabel 2.0. WVH laat vanaf april 2012 continu en jaarlijks op alle onder onderdelen de kwaliteit van haar dienstverlening meten.
De resultaten van de meting bij WVH in 2011 en de daaraan voorafgaande jaren waren als volgt: 24
Kwaliteitscentrum Woningcorporaties Huursector. Zie ook www.kwh.nl.
74
Cijfers per labelonderdeel Corporatie bezoeken Corporatie bellen Woning veranderen* Woning onderhouden Klachten afhandelen Woning verlaten Huur betalen Woning zoeken Woning betrekken Reparatie uitvoeren Dienstverlening rond de woning**
2011 8,0
2010
2009 8,0
7,6
8,7 7,1 8,3 7,0 8,4
7,5 6,5 8,6 8,2 7,6 7,9 8,1
2008
7,8 7,9 8,3 8,3 7,2
2007 8,0
6,6
2006
2005 7,9
8,3 7,7 8,1 6,3 8,2
8,4 7,9 8,2 7,9
8,1 7,8 7,8 8,2
* Dit labelonderdeel is komen te vervallen ** Dit labelonderdeel is facultatief De navolgende grafiek laat zien hoe de resultaten van de meting 2011 zich verhouden tot de landelijke gemiddelden in 2011.
Resultaten meting 2011 Landelijk gemiddelde
resulaten WVH
8,5 8 7,5 7 6,5 6
KWH maakt jaarlijks een ranglijst op basis van de scores die de corporaties halen, de zogenaamde “Prestatie-Index”. Op basis van de resultaten van de meting in 2011 neemt WVH in februari 2012 plek 61 in van de in totaal 186 deelnemende corporaties. After sales: nazorg na de huuringang WVH voert met nieuwe huurders after sales gesprekken. De nieuwe huurders wordt gevraagd naar hun mening over: de informatie die men tijdens het proces van toewijzing tot en met betrekken van de woning heeft ontvangen, de dienstverlening van WVH bij het aanbieden van de woning tot en met het ondertekenen van de huurovereenkomst, de dienstverlening van WVH bij de daadwerkelijke oplevering van de woning, de staat van onderhoud van de woning bij oplevering. 75
Ieder kwartaal zijn de resultaten van de after-salesgesprekken gepresenteerd in de kwartaalrapportages. Voor 2011 geeft dit het volgende beeld:
9,0
8,0
8,5
8,4
8,5
7,9
8,0
8,0
8,0
8,0
rapportcijf er
7,7
7,8
7,7
7,6
7,5
7,6
7,7 7,5
7,4
7,2 7,0
6,5
6,0
5,5
5,0 De inf ormatie die u tijdens het hele proces van WVH heef t ontvangen
De dienstverlening bij het aanbieden van de woning tot en met het tekenen van de huurovereenkomst
1e kwartaal 2011
2e kwartaal 2011
De dienstverlening bij de oplevering van de woning
3e kwartaal 2011
De staat van onderhoud van de woning
4e kwartaal 2011
De norm die WVH stelt is een zeven. Die wordt op alle aspecten gehaald. De resultaten worden met de betrokken medewerkers besproken en indien nodig wordt er actie op ondernomen.
76
Intern toezicht
9.5
Hoewel het (gelukkig) nog steeds om incidenten gaat, raken we helaas toch enigszins gewend aan berichten over falend bestuur in de wereld van de woningcorporaties. Meer dan ooit komen daarbij nu ook de toezichthouders in beeld. Soms blijkt dan dat de toezichtsituatie beneden de maat was. Dat een raad teveel vrienden van de bestuurder telde, dat raadsleden al te lang zitting hadden, dat het vertrouwen in de bestuurder en/of de kenniskloof tussen raadsleden en managers onverantwoord groot was. Het kan niet anders of elke zichzelf serieus nemende raad in Nederland stelt zich hierdoor de vraag: Wat is adequaat toezicht? Dat geldt ook voor de raad van commissarissen van de WVH. Soms komt die vraag in meer algemene zin aan de orde (zoals in de jaarlijkse evaluatie), maar vaak ook naar aanleiding van reguliere agendapunten. Immers, toezicht houden in deze tijd brengt dilemma’s met zich mee. Toezichthouders horen op afstand te blijven. Ze horen zelfs niet de schijn te wekken dat ze op de bestuurdersstoel willen zitten. Maar falende toezichthouders, toezichthouders die te weinig of niet de juiste vragen hebben gesteld, kunnen terecht verwijten krijgen. En dus groeit de neiging om meer te vragen, meer te weten. En hoe meer we vervolgens weten, hoe sterker de neiging om inhoudelijk, detailmatig, betrokken te raken. En hoe dichter we op de details zitten, hoe groter weer de behoefte om mee te besturen. Zo raken raad en bestuur gemakkelijk in een spiraal van rolverwarring: de bestuurder, toch ook de kwaadste niet, geeft zijn raad waar die om vraagt. De raad heeft nu veel informatie, maar kan juist daardoor goed zien welke puzzelstukjes nog ontbreken. Ook om die stukjes wordt vervolgens gevraagd. De bestuurder vindt nu misschien dat er een grens wordt overschreden, maar informatie weigeren… Je weet maar nooit hoe dat wordt opgevat, en bovendien: de bestuurder die alle ins en outs van zijn werkterrein kent, geeft door enthousiasme gedreven zijn kennis graag door. Tot zowel raadsleden als bestuurder op een dag beseffen, dat hun respectievelijke rollen hun helderheid hebben verloren: dat de belasting voor raadsleden wel erg groot is; dat bestuurder en bedrijf wel erg veel tijd moeten besteden aan het genereren van de gevraagde informatie. Ging het ook in Hoek van Holland zo? Misschien niet helemaal, maar we kwamen in de buurt. Onze jaarlijkse evaluatie ging daarom in hoge mate over de grenzen van goed toezicht. Voor het eerst in de huidige samenstelling schakelden we daar een externe bij in, de heer Lenny Vulperhorst (Anderssen Ellfers Felix) die voorafgaande aan de feitelijke evaluatie een uitgebreide inventarisatie hield. De persoonlijke bevindingen die hij ons meegaf strekten zich uit over alle verenigingsorganen en vormden het uitgangspunt voor een vruchtbare discussie. We verbonden er de volgende conclusies en voornemens aan:
De vacatures die zich in 2012 voordoen benutten we nadrukkelijk om het interne toezicht te versterken.
De aandacht voor innoveren, ondernemen, ontwikkelen en het managen van de daaraan verbonden risico’s blijft, maar de raad houdt zich meer op afstand, bemoeit zich minder met operationele aspecten en opereert meer als ‘wijze club’ door vragen te stellen in plaats van ook antwoorden te willen geven.
We zetten ons in om de communicatie met de raad van afgevaardigden te verbeteren en gaan gezamenlijk een discussie aan over de invloed van klanten/leden en de vorm waarin die het best gestalte kan krijgen.
We bevorderen waar mogelijk een goede match van ambities; goed samenwerken vereist dat de verschillende gremia binnen de WVH elkaars ambities kennen en delen.
Samenstelling en nevenfuncties Het interne toezicht bij WVH wordt uitgeoefend door een raad van commissarissen van vijf personen, van wie de laatste twee (mevrouw A.F. van Oord en de heer R. van der Velden) in de zomer van 2009 door de raad van afgevaardigden werden benoemd. Sinds 1 juli 2009 bestaat de raad van commissarissen dus uit de volgende personen:
77
Naam Mevr. M.M. Glaser-van Orden (1948) Voorzitter Eerste benoeming: 15 november 2008 Deskundigheid: Bestuurder corporatie.
Dhr. J. Kapsenberg (1948) vice-voorzitter Eerste benoeming: 8 december 2008 Herbenoemd: 9 juni 2009
Nevenfuncties in 2011
Bestuurslid Volkshuisvesters Pensioen Vice-voorzitter van Vluchtelingenwerk ZuidHolland Noord Bestuurslid van Lengo Letu (een onderwijs- en huisvestingsproject in Kenia) Lid van de Werkveldcommissie van het Instituut voor Psychosynthese te Utrecht. Lid van het comité van aanbeveling van “Wijken voor Kunst” Projectleider ‘De uitdaging voor Leiden Noord’ Adviseur korpsleiding Amsterdam-Amstelland (tot 31-12-2011)
Aftredend in 2012
2012
Deskundigheid: Openbaar bestuur. Op voordracht van huurders. Mevr. A.F. van OordWiessing (1951) Eerste benoeming: 1 juli 2009 Deskundigheid: Projectontwikkeling en volkshuisvesting
Dhr. J. la Croix (1948) Eerste benoeming: 13 januari 2009. Herbenoemd: 13 juli 2009 Deskundigheid: Financiën. Volkshuisvesting.
2013 Raadslid gemeente Midden-Delfland (sinds november 2011) Visitator woningcorporaties Ecorys Rotterdam Bestuurslid stichting Groen Goud MiddenDelfland, gericht op kwalitatief ondernemen in de regio Midden-Delfland Bestuurslid / secretaris van de stichting Op Hodenpijl, Schipluiden, gericht op behoud en exploitatie van voormalige kerk, pastorie en buitenplaats / boerderij Hodenpijl Voorzitter Raad van Commissarissen Coöperatieve woningbouwvereniging Tuinstadwijk Daal en Berg, te Den Haag Oprichter en voorzitter stichting Midden-Delfland is Mensenwerk (Belvedere-project), gericht op ontwikkeling, ontsluiting en toepassing van cultuurhistorische informatie Hoofdredacteur van de Midden-Delfkrant, kwartaalmagazine van de Midden-Delfland Vereniging 2013 Visitator woningcorporaties Raeflex te Utrecht (tot 31-12-2011) Lid raad van commissarissen Rijnhart Wonen te Leiderdorp Deelgemeente Kralingen-Crooswijk te Rotterdam (fractievoorzitter) Landelijke Organisatie Begraafplaatsen (LOB) te Dordrecht: 78
Dhr. R. van der Velden (1943) Eerste benoeming: 1 juli 2009 Deskundigheid Architect / bouwkunde. Op voordracht van huurders.
lid van het Hoofdbestuur OorlogsVerzetsMuseum Rotterdam (OVMR): Bestuurslid / secretaris Penningmeester Stichting Kralingen (voorheen Holland Popfestival 1970) Voorzitter VVE Rubensstraat 18-32 Rotterdam Voorzitter Raad van Toezicht Integrale Zorggroep Eerstelijn Rijnmond (IZER) Bestuurder Kopersvereniging Strandweg Zuid Voorzitter van de door de Deelraad ingestelde Plan Begeleidings Groep(PBG) Unicum. Deze PBG Unicum vertegenwoordigt de bewoners van Strandweg Noord, Strandweg Zuid en De Oude Hoek bij alle ontwikkelingen van de bouwplannen op de Unicum locatie. Commissaris bij SP Architecten bv in Waddinxveen.
2013
In het algemene kwaliteitsprofiel is vastgelegd dat de raad bestaat uit generalisten die gezamenlijk een multidisciplinair team vormen. In de huidige raad zijn de specialismen die WVH nodig heeft in voldoende mate aanwezig: bestuurlijke ervaring, kennis van de corporatiewereld maar ook expertise op het gebied van maatschappij, financiën, ontwikkeling en innovatie. De raad is kritisch, maar probeert daarbij vooral opbouwend te zijn. De communicatie, ook met de directeurbestuurder en de MT-leden, is open en direct. De in 2009 benoemde auditcommissie functioneert goed en bestaat uit de heren Kapsenberg en la Croix. Mevrouw Glaser en de heer Kapsenberg vormen samen de beloningscommissie. Alle commissarissen zijn lid van de Vereniging van Toezichthouders Woningcorporaties (VTW) en voldoen aan de in de Governance Code genoemde onafhankelijkheidscriteria. Een nieuw reglement is in 2011 vastgesteld. Structuur van het toezicht De zelfstandige bevoegdheden van de directeurbestuurder staan vermeld in de statuten. Deze heeft voor het nemen van een aantal, in de statuten benoemde, besluiten de voorafgaande goedkeuring van de raad van commissarissen nodig. De statuten vermelden tevens de taken en bevoegdheden van deze raad, de uitwerking daarvan is vastgelegd in een reglement. Voorts geven de statuten bevoegdheden aan van de raad van afgevaardigden als hoogste verenigingsorgaan. Werkwijze en aandachtsgebieden De raad kwam in 2011 zeven maal bijeen. Aan elke vergadering met de directeurbestuurder (waarbij soms ook leden van het MT en/of externe adviseurs aanwezig zijn) gaat een interne voorbespreking vooraf. Bij de evaluatievergadering is de directeurbestuurder integraal aanwezig geweest. Eenmalig spraken we met het MT en Atrivé over de opzet en ontwikkeling van de strategienota. Tweemaal was er overleg met de Rotterdamse wethouder Karakus. Met de raad van afgevaardigden werd eenmaal vergaderd. Daarnaast bezochten commissarissen de Algemene Ledenvergadering, vergaderingen van huurdersvereniging Houdt Zicht en de raad van afgevaardigden en het Belanghebbendenoverleg. De corporatie heeft geen OR. Bij de uitoefening van haar taak volgt de raad het Bbsh, de Governance Code, de Aedescode en de missie van WVH. De raad ziet erop toe dat de corporatie haar maatschappelijke opdracht zorgvuldig en kwalitatief hoogwaardig vorm geeft, dat geformuleerde doelstellingen worden gerealiseerd, dat de continuïteit gewaarborgd blijft, dat risico’s juist ingeschat worden en aanvaardbaar blijven, dat het gevoerde beleid adequaat verantwoord wordt naar de belanghouders 79
en dat vigerende regels en wetten worden nageleefd. Het jaarverslag van de klachtencommissie wordt door de directeur-bestuurder standaard ter informatie aangeboden aan de Raad van Commissarissen. Er deden zich in 2011 geen belangenverstrengelingen voor die noodzaakten tot incidentele afzijdigheid van een of meer raadsleden. Bijzondere aandacht ging ook in 2011 uit naar de herontwikkeling van het Bertus Bliekhuis en omgeving. Met blijdschap werd de nieuwe strategienota ontvangen, die een uitstekende basis vormt voor het beleid van de komende jaren. Wezenlijk in dit plan is de keuze om geen energie meer te besteden aan het verkrijgen van gemeentelijke medewerking voor de ontwikkeling van betaalbare huurwoningen. Dat is ‘trekken aan een dood paard’ gebleken. Dat wil niet zeggen dat WVH nu anders denkt over de noodzaak van betaalbare nieuwbouw, maar wel dat dit doel voortaan geheel op eigen kracht wordt nagestreefd. Veel aandacht ging ook uit naar de baanbrekende (pilot)projecten energiebesparing in de complexen 20 en 70 en naar de Europese regelgeving, die in een klap een grote groep woningzoekenden in de kou zette. Regelmatig terugkerende punten zijn de kwaliteit van de primaire processen, communicatie, integriteit en risicomanagement. Willem Meuwese (van adviesorganisatie M2 Groep) heeft onderzocht waarom WVH vaak tegen dichte deuren aanloopt bij projecten. Ook de gebiedsafspraken stonden weer enkele keren op de agenda. Een eervolle vermelding verdient de boeiende presentatie over resultaatgericht vastgoedonderhoud Besluiten De raad nam in 2011 onder meer de volgende besluiten: Borging integriteit: in elke vergadering worden twee in dit kader relevante onderwerpen besproken en vastgesteld De begrotingsoverschrijding van € 510.000 voor het treffen van maatregelen tegen branddoorslag in complex 010 (222 egw) wordt goedgekeurd. De jaarstukken 2010 worden bestuurlijk vastgesteld en goedgekeurd door de raad. De forecasts bij de rapportages over het vierde kwartaal van 2010 en de eerste drie kwartalen van 2011 worden geaccordeerd. Het treasury statuut wordt goedgekeurd. De raad van commissarissen besluit zich niet te mengen in de discussie over belangenverstrengeling binnen de raad van afgevaardigden, maar de verantwoordelijkheid daarvoor bij de raad van afgevaardigden te laten. De raad van commissarissen stemt in met de intentie tot verkoop van de grondpositie in Nieuwland. De raad van commissarissen stemt in met de Strategienota 2012-2014 De limiet tot het aangaan van overeenkomsten blijft ongewijzigd gehandhaafd op € 350.000 per transactie. Werkgeverstaak De beloningscommissie heeft in september en december 2011 gesprekken gevoerd met de directeurbestuurder. Uitgangspunt voor deze gesprekken waren de performanceafspraken die gemaakt zijn in het voorafgaande jaar. Met name op grond van de nieuwe strategienota, die heldere keuzes biedt en zeer ‘smart’ is, besloot de raad de bestuurder ook dit jaar weer een variabele beloning toe te kennen: binnen de in zijn contract vastgelegde grenzen en passend bij de heersende economische situatie. Het salaris van de bestuurder is door BDO getoetst aan de Sectorbrede Beloningscode Bestuurders Woningcorporaties en past binnen de geldende normen.
80
Opleidingen en bijeenkomsten Mevr. Van Oord en de heren La Croix en Kapsenberg woonden bijeenkomsten van de Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties bij. De heer La Croix nam deel aan een seminar van Bureau Gerrichhausen en Partners. Vergoedingen van de leden van de raad van commissarissen De leden van de raad ontvingen de volgende (bruto)vergoedingen: Voorzitter € 8.383 Vice-voorzitter - 6.986 Lid - 5.590 De vergoedingen van de raad zijn conform de governancecode getoetst aan de Adviesregeling van de Vereniging van Toezichthouders Woningcorporaties (VTW). De rapportage van BDO Consultants B.V. heeft geleid tot het met ingang van 1 januari 2012 bijstellen van de (bruto)vergoedingen tot de volgende bedragen: Voorzitter € 9.310 Vice-voorzitter - 8.000 Lid - 7.000 Van de zes gehouden vergaderingen werden er vijf door alle commissarissen bezocht. Bij één vergadering was één commissaris niet aanwezig. Overig budget Aan vergaderkosten, representatiekosten en cursuskosten is een bedrag van ruim € 7.000 uitgegeven.
9.6
Raad van afgevaardigden
De raad van afgevaardigden heeft namens de vergadering van leden een aantal bevoegdheden. Deze bevoegdheden zijn in de statuten vastgelegd. Hiermee is de kring van actieve leden beperkt, maar de betrokkenheid en inzet van deze leden groot. De werkzaamheden van de raad van afgevaardigden liggen in de brede context van de vereniging en van alle leden, en niet op het terrein van het individuele lid. De raad van afgevaardigden is een belangrijk klankbord voor WVH. Statutair is vastgelegd dat de raad van afgevaardigden bestaat uit zeven afgevaardigden. De samenstelling van de raad van afgevaardigden is per 31 december 2011 als volgt: Naam C. van der Berg B. Blankers M. Buik
L. van Esch A. Horians R. Lange L. van Seventer
Beroep n.v.t. Manager bij waterbedrijf Evides Vakteamhoofd bouwprocesmanagement, ingenieursbureau gemeente Delft n.v.t. n.v.t. Postcommandant Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond n.v.t.
Benoemd 01-07-2011 01-07-2010
Aftredend 01-07-2015 01-07-2014
Herbenoembaar Ja Ja
01-07-2007
01-07-2015
Neen
01-07-2011 01-07-2005 01-07-2006
01-07-2015 01-07-2013 01-07-2014
Ja Neen Neen
01-07-2010
01-07-2014
Ja
De heren K. Degeling en H. Goedhart zijn in 2011 afgetreden.
81
Profielschets In het kwaliteitsprofiel voor de raad van afgevaardigden zijn de competenties en vaardigheden vastgelegd waarover de leden zoveel mogelijk moeten beschikken. Naast het algemene profiel is er ook een profielschets voor de voorzitter en vicevoorzitter. Daarin zijn naast de competenties en vaardigheden uit de algemene profielschets vooral zaken opgenomen die ervoor moeten zorgen dat de raad van afgevaardigden als team functioneert en dat vergaderingen en besluitvorming transparant en democratisch verlopen. Vergaderingen De raad van afgevaardigden en de directeurbestuurder zijn viermaal bijeen geweest voor regulier overleg. Aan deze vergaderingen namen ook de managementteamleden deel. In één geval is een extern deskundige betrokken bij de bespreking van het agendapunt. In de opsomming hierna is dat met een * aangegeven. In april hadden de raad van afgevaardigden, de raad van commissarissen en de directeurbestuurder een informeel overleg over de toekomst van WVH. De raad van afgevaardigden heeft samen met een afvaardiging van de raad van commissarissen gesproken over de profielschets en invulling van de aanstaande vacature in de raad van commissarissen. In november was er een extra bijeenkomst met de raad van afgevaardigden, de directeurbestuurder en de accountmanager van de raad om de contacten te evalueren en te verbeteren. Deze bijeenkomst is geleid door een extern deskundige. De raad van afgevaardigden plant zelf tussendoor overleg met de raad alleen, als zij dit nodig vindt. De voorzitter van de raad van afgevaardigden had in 2011 maandelijks overleg met de directeurbestuurder. In 2012 overlegt de voorzitter van de raad van afgevaardigden ook regelmatig met de voorzitter van de raad van commissarissen. Een kleine werkgroep adviseert de raad van afgevaardigden inzake het onderwerp financiën. Deze werkgroep bestond de eerste helft van 2011 uit de heren Degeling en Goedhart. Na hun aftreden zijn hun plaatsen ingenomen door de heren Buik en Blankers. De werkgroep heeft met het hoofd Middelen de bespreking van de jaarstukken voorbereid. In de reguliere vergaderingen zijn de volgende onderwerpen aan de orde geweest: Inhoudelijk visitatierapport 2010 WVH; strategienota 2012 -2014 WVH*; bedrijfstakinformatie (BTI) en corporaties in perspectief (Cpi) 2010; voortgang platform W²ZV; voortgang grootonderhoudsprojecten in de complexen Jan Lelsstraat en Vergulde Draeckweg en omgeving; herontwikkeling Bertus Bliekhuis en omgeving; gebiedsafspraken met de gemeente en deelgemeente; meerjarenbegroting 2012 - 2021; knelpunten en verantwoordelijkheden binnen WVH – notitie van de raad van afgevaardigden; klachtenprocedure van WVH en de daarbij horende registratie; klantvriendelijkheid bij WVH Vereniging rooster van aftreden raad van afgevaardigden; werving leden raad van afgevaardigden; jaarstukken 2010; decharge raad van commissarissen en bestuurder; reglement van de raad van commissarissen 82
Vergoedingen De netto vergoeding per jaar voor de voorzitter bedroeg in 2011 € 1.589 en die voor de leden € 1.325. Deze vergoeding wordt jaarlijks aangepast conform de CAO Woondiensten. Vergadering van leden Volgens de statuten besluit de vergadering van leden over: het vaststellen van de profielschets van de raad van afgevaardigden; het kiezen van de leden van de raad van afgevaardigden; het ontnemen van het bindende karakter aan een voordracht tot benoeming van een lid van de raad van afgevaardigden; het behandelen van het volkshuisvestingsverslag; het goedkeuren van een besluit van de raad van afgevaardigden tot wijziging van de statuten indien en voor zover die wijziging van de statuten betrekking heeft op de verdeling van de bevoegdheid van de organen van de vereniging. Per 31 december 2011 was ongeveer 58% (in 2010 62%) van de huurders lid van de vereniging. In totaal telde de vereniging 1.172 leden, negen van hen zijn geen huurder. In 2010 waren er in totaal 1.271 leden. Het aantal leden neemt al een aantal jaren af. De reden is dat vertrekkende huurders hun lidmaatschap opzeggen en nieuwe huurders het lidmaatschap niet aanvragen. Dat laatste wordt waarschijnlijk veroorzaakt doordat huurders wel oog hebben voor hun consumentenbelang, maar niet sterk gemotiveerd worden door het volkshuisvestelijke doel van de vereniging. In 2011 is één ledenvergadering gehouden. Tijdens de ledenvergadering zijn de volgende zaken besproken: volkshuisvestingsverslag 2010; verkiezing leden van de raad van afgevaardigden.
83
10
De organisatie
10.1
Missie
WVH is dé sociale huisvester in Hoek van Holland met hart voor de Hoekse samenleving. Wij bieden goede en passende woningen in een prettige buurt aan mensen die moeilijk in hun eigen huisvesting kunnen voorzien. Ook bieden wij diensten die gerelateerd zijn aan het wonen. Daarnaast zijn wij een partner voor het realiseren van een aantrekkelijke (woon)gemeenschap. De wensen van onze klanten zijn het vertrekpunt van ons werk. Onze missie in een kort en krachtig statement: “Wonen zonder zorgen”.
10.2
Beleid en strategie
Hoe pak je de bedrijfsvoering aan vanuit de huidige situatie, welke zaken ga je organiseren, welke strategieën hanteer je op de lange termijn om je ultieme doelen te realiseren of dichterbij te brengen? We gebruiken het ondernemingsplan als richtinggevend document. Hierin staan de inspanningen die hiervoor geleverd moeten worden. Het ondernemingsplan is vertaald naar en gekoppeld aan het strategisch voorraadbeleid, de meerjarenbegroting en de meerjarenplanning voor het onderhoud. Die documenten maken duidelijk hoe de middelen worden gegenereerd om het ondernemingsplan uit te voeren. In het jaarplan wordt het ondernemingsplan in concrete acties uitgewerkt. Ieder jaar wordt een nieuw jaarplan geschreven. Dit is top-down gekoppeld aan het ondernemingsplan en bottom-up aan de plannen die de afdelingen voor zichzelf maken voor het volgende jaar. In het jaarplan staan: concrete activiteiten en meetbare resultaten; afspraken over wie wat gaat doen; middelen die nodig zijn om doelen te halen.
Visie & strategie
Ondernemingsplan
Jaarplan
Strategisch voorraad beleid
Treasurybeleid
Meerjarenbegroting
Jaarverslag
Begroting per jaar
84
10.3
Personeelsbeleid
De directeur is verantwoordelijk voor het personeelsbeleid en de personele zorg. Waar mogelijk is die verantwoordelijkheid gedelegeerd aan de managers. De werkorganisatie Directie (1,0)
Management ondersteuning (0,9)
Beleidsmedewerker (0,7)
Hoofd Middelen
Hoofd Woondiensten (1,0)
Team Wonen (7,5)
(1,0)
Team Onderhouden (6,0)
Bedrijfseconomische zaken (1,7)
De medewerkers Per 31 december 2011 heeft WVH 24 medewerkers in dienst, tien vrouwen en veertien mannen. Er is geen vacature. Twaalf medewerkers werken in deeltijd, tien vrouwen en twee mannen. Eén van de medewerkers is beschikbaar als oproepkracht. Het werkelijk aantal ingevulde formatieplaatsen bedroeg over het jaar 19,8 (20,6 in 2010). Leeftijdsopbouw 25 – 29 jaar 30 – 34 jaar 35 – 39 jaar 40 – 44 jaar 45 – 49 jaar 50 – 54 jaar 55 – 59 jaar 60 – 64 jaar
Totaal 1 1 2 6 6 5 2 1
Vrouwen 1 4 2 2 1 -
Mannen 1 2 2 4 3 1 1
De gemiddelde leeftijd van de medewerkers is 46,3 jaar. Ultimo 2010 was dit 44,4 jaar. In vergelijking met de landelijke cijfers wijkt de leeftijdsopbouw van onze medewerkers af. In de leeftijdsklasse tot 35 jaar heeft WVH 8,3% van de medewerkers in dienst. Landelijk gezien is 32,9% van de beroepsbevolking vertegenwoordigd in deze klasse. In de leeftijdsklasse 45-65 jaar heeft WVH 58,3% van haar medewerkers, landelijk is dat 41,1%. Competentiemanagement WVH werkt met competentiemanagement. Belangrijke competenties voor de verschillende medewerkers zijn benoemd, uitgewerkt en vastgelegd in het handboek competentiemanagement. Onderdeel van het traject is een gesprekscyclus met de individuele medewerkers. Hierin worden prestatieafspraken met medewerkers gemaakt aan het begin van het jaar. Deze afspraken zijn onderwerp van het voortgangsgesprek in het midden van het jaar. Vervolgens volgt aan het einde van het jaar een beoordelingsgesprek, waarin de gemaakte afspraken centraal staan. Medewerkers mogen een Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP) met de leidinggevende bespreken en bedenken hoe aan dit POP gevolg gegeven kan worden. In 2011 werd besloten om deze cyclus te continueren. 85
Duur van het dienstverband Het gemiddelde dienstverband van de medewerkers is 9,6 jaar (2010 9,2 jaar). Zoals uit onderstaand overzicht blijkt, werken acht (was zes) medewerkers langer dan tien jaar bij WVH. Dienstverband < 1 jaar 01 – 04 jaar 05 – 09 jaar 10 – 14 jaar 15 – 19 jaar 20 – 24 jaar 25 – 35 jaar
Totaal 1 9 6 2 2 1 3
Vrouwen 1 2 4 1 1 1
Mannen 7 2 1 1 1 2
In dienst In 2011 heeft WVH één nieuwe medewerker voor bepaalde tijd in dienst genomen. Deze medewerker heeft een zogenaamde dubbele functie. Het gaat om vervanging vanwege vrijwillig vertrek van een medewerker uit team wonen en het vrijwillig minder werken van een medewerker bedrijfseconomische zaken. Uit dienst In 2011 heeft één medewerker op eigen verzoek het contract beëindigd. Opleidingen Uitgangspunt binnen het personeelsbeleid van WVH is dat medewerkers voldoende middelen hebben om hun taken uit te voeren. Voldoende deskundigheid en vaardigheden zijn hier een onderdeel van. Daarnaast biedt WVH haar medewerkers mogelijkheden om binnen hun functie te groeien. WVH stimuleert de medewerkers om regie over eigen werk te voeren. Daarmee kunnen zij op een klantgedreven wijze inspelen op de veranderende klant en maatschappij. Bovendien wordt er tijdens het teamoverleg en tijdens individuele gesprekken, die met elke medewerker worden gevoerd, regelmatig aandacht aan besteed. Bijna alle medewerkers hebben in 2011 één of meerdere individuele opleidingen gevolgd. Intern is voor medewerkers die met NCCW werken een automatiseringscursus georganiseerd. Zes medewerkers bezochten platforms om de kennis op hun vakgebied actueel te houden. Daarnaast zijn door verschillende medewerkers symposia, studiebijeenkomsten en dergelijke gevolgd. In totaal is ruim € 44.000 uitgegeven aan opleidingskosten. Verdeling van het personeelsbestand naar kennis- en salarisniveau Kennisniveau Totaal Vrouwen Mannen VMBO 2 1 1 HAVO/MBO 12 6 6 MBO/VWO 3 2 1 HBO 5 5 Academisch 2 1 1
Salarisniveau Bt/m D E t/m G E t/m G H t/m M I en n.v.t.
Bedrijfsgezondheidszorg / arbeidsomstandigheden WVH beschikt over twee bedrijfshulpverleners (BHV’ers). Door middel van jaarlijkse herhalingscursussen houden zij hun kennis en kunde op niveau. Corporaties moeten hun personeel beschermen tegen agressie en geweld. Het gaat hier bijvoorbeeld om situaties waarin medewerkers te maken hebben met agressieve klanten. De Arbeidsinspectie heeft een rapport uitgebracht waarin zij aangeeft op welke punten de bescherming van medewerkers nog verbeterd kan worden. Elk jaar wordt bekeken of het nodig is 86
de agressietraining op te frissen die de medewerkers gevolgd hebben. Dat bleek in 2011 niet het geval. Het ziekteverzuim Het ziekteverzuim over 2011 bedraagt 1,8% (2010 3,88%). Het percentage is flink gedaald. De oorzaak is het ontbreken van langdurig verzuim in 2011. Het landelijke percentage is 4,5% 25. Het totaal aantal uren ziekteverzuim bedroeg in 2011 675 uur, tegen 1.477 uur in 2010. Er zijn 24 ziektemeldingen geweest, vijf minder dan in 2010. Één medewerker was langer ziek dan zes weken (in 2010 één). Ziekteverzuim Jaar Totaal % 1,8 3,9 2,6
2011 2010 2009
Kort < 1 week % 1,0 1,1 1,3
Middel 1-6 weken % 0,65 0,7 0,9
Lang > 6 weken % 0,15 2,1 0,4
Frequentie per werknemer 1,0 1,2 1,4
Om het ziekteverzuim terug te dringen hanteert WVH de Beter Hier premie. Medewerkers die in een jaar niet ziek zijn geweest, ontvangen een bruto premie van € 750. Voor iedere keer dat men zich ziek meldt en iedere dag ziekteverlof wordt via een staffel de premie verlaagd. De premie over 2010 is in januari 2011 voor de zesde keer uitbetaald. Tien medewerkers ontvingen de volledige premie, zeven medewerkers een gedeelte en zes medewerkers ontvingen geen premie. Bij de controle en begeleiding van zieke werknemers is de Arbo Unie betrokken. Personeelsoverleg WVH heeft geen ondernemingsraad, er zijn geen medewerkers bereid de OR te bemensen. Relevante onderwerpen worden daarom aan de orde gesteld in een overleg met het gehele personeel. In 2011 is er tweemaal een personeelsoverleg gehouden. Er is één bijeenkomst gebruikt om input te krijgen voor de strategienota. In de andere bijeenkomst werd de bereikbaarheid besproken (presentatie door Telan), werden de KWH resultaten toegelicht en werd aandacht besteed aan het onderwerp integriteit. Personeelsactiviteiten WVH heeft een aantal informele activiteiten georganiseerd voor de medewerkers. Om de onderlinge samenwerking te bevorderen hebben de medewerkers meegedaan aan een kookworkshop en werd een strand barbecue georganiseerd. Tijdens het bedrijfsuitje in september werd er een sportieve golfclinic georganiseerd. Aansluitend was er een barbecue met disco. Het jaar werd afgesloten met een bowlingcompetitie met aansluitend een gourmetparty.
10.4
Middelen
De afdeling Middelen verzorgt de facilitaire zaken en de financiële administratie. Facility management Huisvesting Door het opnieuw indelen van de werkplekken stond 2011 in het teken van een interne verbouwing. Omdat WVH voor de klanten bereikbaar wil zijn, was het uitgangspunt dat het kantoor gedurende de verbouwing alle diensten bleef aanbieden. De verbouwing werd daarom in drie fases uitgevoerd. Iedere fase werd gekenmerkt door een verhuizing van verschillende werkplekken naar een andere tijdelijke of definitieve ruimte. Dit zorgde voor de nodige onrust en overlast. Het resultaat mag er zijn! De kantine die vanaf de oplevering van het pand nauwelijks gebruikt werd 25
Bron arboned.nl
87
(lekkage en sfeer) is nu ingericht als vergaderruimte / kantine. Bij de verbouwing werd gelijktijdig de overlast van individuele printers aangepakt. WVH maakt nu gebruik van centrale printers, dit komt de gezondheid van de medewerkers ten goede. WVH heeft de beschikking over twee parkeerplaatsen in de parkeergarage van de Plancius. Services en middelen WVH bezit aan de Dwarskulk een pand waar de technische voorraad is opgeslagen. Doordat de leveranciers een toegangssleutel hebben kunnen zij zelfstandig de voorraad aanvullen. Deze wijze van werken is efficiënt gebleken. WVH heeft kunst gehuurd om de werkplekken te verfraaien. Ieder jaar kunnen de kunstwerken gewisseld worden als daar behoefte aan is. Na de verbouwing heeft WVH nieuwe kunst aan de wanden opgehangen. Het onderhoud aan de planten evenals de schoonmaak van het kantoor is uitbesteed. Dat geldt ook voor het bewassen van de ramen. WVH heeft een bewakingsbedrijf ingeschakeld voor alarmopvolging. ICT WVH maakt gebruik van het bedrijfsinformatie systeem van het NCCW, waarmee een online verbinding bestaat. Voor de kantoorautomatisering gebruikt WVH een server die werkt onder Microsoft SBS. Voor het systeembeheer heeft WVH een onderhoudsabonnement met een gespecialiseerd bedrijf. Jaarlijks worden vijf pc’s vervangen door nieuwe. Vanaf 2010 werken de nieuwere pc’s op Windows 7. Voor het mailverkeer maken we gebruik van Outlook. Alle werkplekken zijn voorzien van het Office 2007 pakket. Het dagelijks systeembeheer wordt door de afdeling middelen uitgevoerd. BDO: U gebruikt al sinds enige jaren NCCW als het ERP systeem voor uw bedrijfsprocessen en de administratieve verwerking van deze processen. Een jaarrekeningcontrole is primair gericht op het geven van een oordeel omtrent de jaarrekening zelf en niet op het geven van een oordeel omtrent de betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevensverwerking als geheel of van onderdelen daarvan. Dit betekent dat wij de automatiseringsorganisatie van WVH uitsluitend hebben beoordeeld in het kader van de jaarrekeningcontrole. Daarbij zijn ons geen tekortkomingen gebleken in de continuïteit en betrouwbaarheid van de geautomatiseerde gegevensverwerking. De opzet en het bestaan van de in het systeem aanwezig interne controles en beveiligingsmaatregelen worden jaarlijks getoetst door een externe accountant. Wij hebben van de rapportage 2010 kennis genomen, hieruit bleken geen noemenswaardige tekortkomingen. Daarnaast zijn ons geen tekortkomingen gebleken ten aanzien van de inrichting van de general controls van WVH. Administratie De samenstelling van de jaarrekening geschiedt in eigen beheer. Het bestuur en de raad van commissarissen maken tenminste éénmaal in de vier jaar een grondige beoordeling van het functioneren van de externe accountant. In 2010 heeft de audit commissie uit drie geselecteerde accountant kantoren in principe tot het jaar 2014 een nieuwe accountant gekozen. De controle van de jaarrekening is in opdracht van de raad van commissarissen uitgevoerd door BDO CampsObers Audit en Assurance BV. In de maand september is een zogenaamd tussentijds interim-controle uitgevoerd. De bevindingen zijn in de zogenaamde managementletter aan de RVC aangeboden. In de diverse hoofdstukken zijn die opmerkingen als quote opgenomen. In bijlage drie is een overzicht opgenomen van de afwikkeling van de punten uit de controle van 2010.
88
BIJLAGEN
Bijlage 1: Naleving Governance Code Woningcorporaties In deze bijlage bij het volkshuisvestingsverslag geven wij aan waar WVH van de Governance Code Woningcorporaties afwijkt. Leg uit of pas toe: Leg uit Uitwerking II.1.4. f Als instrumenten van het interne risicobeheersing- en controlesysteem hanteert de woningcorporatie in ieder geval een toetsingskader (in geval van verbindingen) waarin wordt vastgelegd welke criteria er worden gehanteerd bij het aangaan en beëindigen van verbindingen.
Dit toetsingskader ontbreekt. WVH verwacht niet dat op korte termijn nieuwe verbindingen worden aangegaan.
Uitwerking II.2.1 Onverlet de arbeidsrechtelijke positie wordt een lid van het bestuur benoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Herbenoeming kan telkens voor een periode van maximaal vier jaar plaatsvinden. De raad van commissarissen beoordeelt jaarlijks het functioneren van iedere bestuurder.
WVH hecht groot belang aan de continuïteit binnen het bestuur. Omdat WVH één bestuurder heeft, wordt deze voor onbepaalde tijd benoemd. Formeel heeft de bestuurder dan een betere rechtspositie en dat is minder prijsopdrijvend. Natuurlijk wordt het functioneren van de bestuurder elk jaar beoordeeld. Minimaal één keer per vier jaar beoordeelt de raad van commissarissen of de bestuurder ook voor de komende jaren de juiste persoon is om de corporatie te besturen. Blijkt dat niet het geval te zijn dan wordt een nieuwe bestuurder gezocht.
Uitwerking II.3.3 en II.3.4 Een lid van het bestuur neemt niet deel aan de discussie en de besluitvorming over een onderwerp of transactie waarbij het lid van het bestuur (potentieel) een tegenstrijdig belang heeft.
WVH kent een eenhoofdig bestuur. Daarom zijn deze uitwerkingen niet uitvoerbaar. In voorkomende gevallen wordt gewerkt volgens het principe van meerdere ogen, waarbij elke belangrijke beslissing aan andere MT-leden wordt voorgelegd. Bovendien worden deze beslissingen expliciet ter toetsing aan de raad van commissarissen voorgelegd. In 2011 is dit niet aan de orde geweest.
Besluiten tot het aangaan van transacties waarbij tegenstrijdige belangen van leden van het bestuur spelen die van materiële betekenis zijn voor de woningcorporatie en / of voor de betreffende leden van het bestuur behoeven goedkeuring van de raad van commissarissen. Uitwerking III.1.1. ……De raad van commissarissen neemt in het reglement een passage op voor zijn omgang met het bestuur……
De omgang met het bestuur is beschreven in artikel 7 van het reglement managementteam.
90
Leg uit of pas toe: Uitwerking III.3.4 …… De raad van commissarissen beoordeelt jaarlijks op welke onderdelen leden van de raad van commissarissen gedurende hun benoemingsperiode behoefte hebben aan nadere introductie of opleiding……
Deze behoefte wordt gedurende het jaar ad hoc ingevuld.
Principe III.5 ….. Indien de raad van commissarissen meer dan vijf leden omvat, kan de raad van commissarissen uit zijn midden een auditcommissie en een selectie-/ remuneratiecommissie instellen.
Hoewel de raad van commissarissen van WVH bestaat uit vijf leden wordt gewerkt met een auditcommissie. Daarnaast kent WVH een treasuryoverleg waarbij één van de commissarissen als klankbord optreedt. Ten aanzien van beloningsaspecten van het functioneren van de bestuurder hebben de voorzitter en vicevoorzitter van de raad van commissarissen het initiatief.
Principe V.2.3 Het bestuur en de raad van commissarissen zijn voltallig aanwezig bij het overleg met belanghebbenden.
In 2011 heeft de voltallige raad van commissarissen daadwerkelijk het overleg bijgewoond. In voorgaande jaren was dit niet altijd het geval. Overigens is uit de evaluatie van de code door de Monitoringcommissie Governancode Woningcorporaties gebleken dat de tekst over stakeholders een meer praktische invulling moet krijgen. In de praktijk is onder andere gebleken dat het niet werkbaar is om de voltallige raad van commissarissen aanwezig te laten zijn bij het overleg met de stakeholders.
Pas toe Uitwerking II.1.4 a) Risicoanalyses van de operationele en financiële doelstellingen van de woningcorporatie.
Op basis van risico inschatting worden roulerend de vastgelegde (deel)procedures getoetst op effectiviteit, juistheid en gebruik. Dit wordt gedaan door middel van zogenaamde interne audits. Er is gestart met de processen met de hoogste risico’s. Het gaat om de processen Contractonderhoud, Planmatig Onderhoud en Huurdebiteuren.
Uitwerking II.1.4. g Als instrumenten van het interne risicobeheersing- en controlesysteem hanteert de woningcorporatie in ieder geval een toetsingskader waarin wordt vastgelegd welke criteria worden gehanteerd bij het doen van investeringen.
WVH heeft niet een dergelijk kader. Wel zijn elementen voor dit investeringskader voorhanden. In 2012 wordt het kader opgesteld.
Uitwerking III.1.1 ….De raad van commissarissen neemt in het
De omgang met het bestuur is beschreven in het reglement managementteam, maar nog 91
reglement een passage op voor zijn omgang met het bestuur….
niet in het reglement van de raad van commissarissen. Hoewel voor deze aanpassing het nodige voorwerk is verricht, is de aanpassing van dit reglement nog niet afgerond. Deze aanpassing komt in april 2012 in de raad van commissarissen.
Uitwerking III.3.1 …...In de profielschets wordt ingegaan op de voor de woningcorporatie relevante aspecten van diversiteit in de samenstelling van de raad en wordt vermeld welke concrete kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen de raad ten aanzien van diversiteit hanteert. Onder diversiteit wordt verstaan de verscheidenheid in geslacht, leeftijd, beroepsgroepen, kennis en expertise, etnische afkomst en persoonlijkheidskenmerken. Voor zover de bestaande situatie afwijkt van de doelstelling legt de raad van commissarissen hierover verantwoording af in het jaarverslag en geeft hij tevens aan op welke termijn hij verwacht de doelstelling te realiseren…….
De raad van commissarissen heeft nog geen doelstellingen bepaald voor de verscheidenheid in: leeftijd, bevolkingsgroepen, etnische afkomst en persoonlijkheidskenmerken. De raad pakt dit in verband met de werving van een commissaris in 2012 op.
92
Bijlage 2: Statusrapportage jaarplan 2011 Actie vanuit jaarplan
Doel
Gewenst resultaat
Bestuurlijk vastgesteld en door de raad van commissarissen goedgekeurd beleidsdocument met onze visie, ook extern gecommuniceerd. Een planning is gemaakt en iedereen handelt conform planning.
Gerealiseerd in 2011
1.2.1
Visie op maatschappelijk verantwoord ondernemen
Duidelijke visie van WVH op maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Informatie voor visie verzameld. Op papier zetten in eerste halfjaar 2012.
1.3.1
Procesmanagement
Processen actueel houden.
1.4.1
Werving nieuwe mensen RvA
Invulling geven aan de statuten van WVH en "good governance".
Voldoende bemenste RvA (invulling van drie vacatures).
De RvA is eind 2011 compleet.
1.4.2
Reglement RvC
Reglement aanpassen conform statuten 2008.
Door de raad van commissarissen vastgesteld nieuw reglement.
Is behandeld in de raad van commissarissen van september. Laatste opmerkingen worden verwerkt. In november vaststellen.
2.1.1
Schrijven van ondernemingsplan 20122014
Plannen op lange termijn weergeven.
Bestuurlijk vastgesteld en door de raad van commissarissen goedgekeurd ondernemingsplan met indeling naar INK, incl. populaire versie.
Is na vaststellen strategienota gestart. Planning is dat dit in eerste kwartaal 2012 wordt afgerond.
Een aantal processen is aangepast en gepubliceerd op set en match.
93
2.4.1
Actie vanuit jaarplan Europa Dossier
Doel Het systeem is klaar voor alle mogelijke administratieve eisen.
Gewenst resultaat AO is goed georganiseerd rondom dit onderwerp.
Gerealiseerd in 2011 Wetgeving in met name de zogenaamde bruidschat is nog niet 100% duidelijk. Een link met RJ 645 (zie actie 4.1.1) is gemaakt jaarrekening 2011. De daeb en niet daeb scheiding is aangebracht binnen de gegevens van Corpodata. Niet in de basisbegroting.
2.5.1
Milieubeleidsplan
Impuls geven aan energiebesparing en duurzaam gebruik materiaal.
Concept is in januari in het MT behandeld. Kan na verwerken laatste opmerkingen vastgesteld worden.
2.7.1
Prestatieafspraken met Gemeente
Getekende overeenkomst met wederzijds te leveren prestaties.
2.7.2
Woonservicegebied
PvA dat door de convenantpartners getekend kan worden.
Bestuurlijk vastgesteld en door de raad van commissarissen goedgekeurd document dat als leidraad voor WVH en contractpartners dient. SMART geformuleerde door WVH te leveren prestaties en van de gemeente gevraagde tegenprestaties. Door de convenantpartners getekend Plan van Aanpak.
3.1.1.
Samenwerking
Omstandigheden scheppen die de onderlinge samenwerking kunnen bevorderen
In 2011 zijn minimaal twee Activiteiten waren een succes, maar hebben niet geleid tot het informele beter zicht krijgen op elkaars werk. Activiteiten worden waar "samenwerkingsactiviteiten mogelijk ingepast in programma feestcommissie. " georganiseerd.
4.1.1
Jaarverslaglegging conform RJ 645
De eisen van de RJ 645 in de begroting 2012 en verder opnemen.
Begroting 2012 t/m 2021 conform RJ 645.
Zowel Houdt Zicht als raad van afgevaardigden hebben in grote lijnen positief geadviseerd. Datum ondertekening stond gepland op 17 januari. Nog voor ondertekening kwam de gemeente twee afspraken niet na. Reden voor WVH om de ondertekening af te zeggen. Ondertekening in december 2011 is niet gelukt. In eerste kwartaal 2012 vindt een laatste tekstuele check van het plan van aanpak plaats. Ondertekening volgt daarna z.s.m.
Bij de jaarrekeningcontrole werd duidelijk dat 2011 op basis van de "oude" richtlijnen opgesteld wordt. Over de nieuwe richtlijnen moet nog informatie "best practices" ontvangen worden. Veel is bekend, maar de essentie nog niet. Zolang Aedes niets publiceert, past WVH nog niets aan.
94
Actie vanuit jaarplan
Doel
4.4.1
Vervolg digitalisering
Gemakkelijke dossierontsluiting.
4.4.2
Automatisering
Makkelijk toegankelijke mappenstructuur op de server.
5.1.1
Bertus Bliekhuis en omgeving
Herontwikkelen huidige BB.
5.2.1
Verder ontwikkelen interactieve mogelijkheden website
5.3.1
Invoeren Eu beschikking in WRV
Gewenst resultaat
Gerealiseerd in 2011
Dossierstukken van Planmatig onderhoud zijn gedigitaliseerd en voor ieder in de daartoe bestemde mappen inzichtelijk. Iedereen kan snel en gemakkelijk de benodigde bestanden op de mappen vinden en indien autorisatie daar is ook aanpassen.
De collega's van PO werken nu met gedigitaliseerde stromen. Dit lijkt goed te gaan.
Doorlopen haalbaarheidsfase tot en met concept stedenbouwkundig programma van eisen is gereed. Onderzoek naar Klanten kunnen bepaalde wensen van klanten gegevens inzien en zijn over de interactieve meer betrokken. Minder mogelijkheden die zich telefoonverkeer. voordoen.
Voldoen aan de Eu regels.
Minimaal 90% van de mutatiewoningen worden conform EU regels toegewezen. 1. Ieder kwartaal toetsen we het percentage. 2. een door de accountant goedgekeurde procesbeschrijving
De infrastructuur vormt de basis voor conversie. Deze actie heeft wel aandacht, het ombouwen vraagt heel veel tijd. In het jaarplan 2012 is als actie opgenomen dat wordt onderzocht of software mogelijkheden aanwezig zijn om dit gestructureerd aan te pakken.
Het plan is niet haalbaar en kan dus niet op korte termijn worden gerealiseerd. Over de gevolgen die WVH aan deze feiten verbindt, is Humanitas schriftelijk geïnformeerd. Volgens de tussen Humanitas en WVH gemaakte afspraken ontwikkelt WVH op basis van deze feiten met volledige medewerking en in goede samenwerking met Humanitas een nieuw plan. We hebben een demo van pro impact gehad. De werkgroep wil graag een voorbeeld van pro impact bij een corporatie in de praktijk bekijken. Dat zou in december plaatsvinden. Door ziekte van Ton is dit echter niet gelukt. In 2012 gaan we dat alsnog doen. Daarna evalueren we en doen we MT een voorstel voor verdere plan van aanpak. NB: Twee andere aanbieders hebben zich ook als mogelijkheid aangediend, JEM ID en TECHXX. ▪Over 2012 zijn we binnen de norm van 90% gebleven. ▪ De procesbeschrijving is voorgelegd aan de accountant. Deze kan nog niet inhoudelijk reageren omdat BDO nog geen uitgangspunten heeft vastgesteld.
95
Actie vanuit jaarplan
Doel
Gewenst resultaat
5.4.1
Bureaubestek WVH
Geactualiseerd en gestandaardiseerd bureaubestek conform nieuwe werkwijzen en materiaalgebruik.
Kostenbesparing op lange termijn en eenduidige formulering bij gewenst onderhoudsniveau.
5.4.2
Opstellen actieplan voor promotie SAB
Aantal deelnemers SAB 70%.
5.5.1
Uitvoeren (implementeren) actieplan "woonoverlast Rotterdam"
Zoveel mogelijk huurders laten deelnemen aan SAB. Het plan van Rotterdam ook voor HVH afsluiten.
Gerealiseerd in 2011 Op basis van een concept notitie is samen met Paul een gewijzigde werkwijze afgesproken. De concept notitie wordt definitief gemaakt en aangevuld met een planning waarna tot uitvoering kan worden overgegaan. Benodigde budget wordt indien noodzakelijk afzonderlijk aangevraagd. Uitgangspunt is niet langer een bureaubestek WVH, deelbestekken aangevuld met uitgangspunten en voorkeurslijsten wordt de input bij nieuwbouw, renovatie en onderhoud. Deze kunnen met verwijzing in een algemeen bestek worden opgenomen. Handboek schilderwerk is gereed; bestek voor cv-vervanging is tekstueel afgerond en gereed voor gebruik; bestek voor dakbedekking is aangevraagd; bestek c.q. PVE voor bouwkundig is nog een vraag aan het BAC waar op nog wachten is op reactie. Actieplan is gereed en kan in werking gezet worden, uitwerking in 2012
Verminderen en voorkomen van overlast.
Openstaande activiteiten uit jaarplan 2010 2.6.1
Implementeren transparantiescan
3.2.1
Uitvoeren Risico Inventarisatie
4.4.3
Verbouwen van het kantoor
Maatschappelijke investeringen zichtbaar maken. Voldoen aan ARBO wetgeving.
Besluiten over inzet van het instrument.
Transparantie scan lijkt een verouderde methodiek. Notitie uit december 2010 actualiseren.
Na verbouwing RI&E actueel
Een prettig klimaat en werkomgeving voor medewerkers.
Klimaat in kantoor is prettig en goed om in te werken.
De risico analyse is nog niet uitgevoerd. We voldoen aan de ARBO het gaat er ook om dat de medewerker zelf verantwoordelijk is voor de goede instellingen. Zodra filters vervangen zijn van het klimaatsysteem. Een risico scan laten uitvoeren compleet met meting van de luchtkwaliteit Kantoor is opgeleverd. Nog een aantal wensen. Zodra de financiële opstelling gemaakt is kunnen we beoordelen of en wanneer de wensen uitgevoerd kunnen worden.
96
Actie vanuit jaarplan
Doel
Gewenst resultaat
Gerealiseerd in 2011
5.1.5
Ontwikkelen Nieuwland en Krimsloot
Nieuwbouw voor doelgroepen.
Er is een taxatie gevraagd aan Schep Makelaardij om als basis te dienen voor het eventueel afboeken van een bedrag. AM wil de verkoopinspanningen een extra impuls geven nu er met de eerder gemelde geïnteresseerden geen voortgang wordt geboekt.
6.1.1
Verbeteren klachtenprocedure
Verbeteren van de huidige klachtenprocedure.
Vergoten keuzemogelijkheid, stimuleren doorstroming, verbeteren kwaliteit, betaalbare woningen realiseren. Een verbeterd proces
De procedure klachtenafhandeling is aangepast. HZ en RvA hebben met de procedure ingestemd. Voor implementatie volgen alle medewerkers van WVH in februari 2012 een workshop "klachten afhandelen".
97
Bijlage 3: Waargenomen risico’s, de aanbevelingen van BDO en de reactie van WVH. Follow-up van de bevindingen 2010 van BDO.
98
Bijlage 4: Interne procedures en regelingen die de integriteit waarborgen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29.
Integriteitscode Integriteit is onderdeel risicomanagementsysteem in ieder proces Treasurystatuut Procuratieregeling Integriteit onderdeel van inkoopvoorwaarden Aanbestedingsreglement Controle op betrouwbaarheid zakenpartners Reglement Inkoop diensten Integriteit onderdeel van leveringsvoorwaarden Handboek Personeelsbeleid Procedure screening personeel Verklaring van goed gedrag tijdelijk personeel Instructie voor nieuw personeel inzake integriteitsvragen Postregistratie inkomend en uitgaand Regeling gebruik e-mail en internet Regeling privégebruik bedrijfsmiddelen Regeling geschenken, tripjes en douceurtjes Integriteit onderwerp in functioneringsgesprek / prestatieafspraken Interne klachtenregeling Klokkenluidersregeling Vertrouwenspersoon Meldpunt Integriteit Woningcorporaties Onderhandelingsproces vastgoedtransacties Waardeverloop vastgoed Integriteit regulier gespreksonderwerp RvC Opdrachtverstrekking visitatie Integriteit in kwartaalrapportages Integriteit in jaarverslag, bijv. verantwoording cadeaus Integriteit onderwerp van auditing
99
Bijlage 5: Begrippenlijst Acceptatiegraad Activa Aedes Aftoppingsgrens
Alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens ANBI Annuïteit AW (mutatie) Balans Bedrijfstakcode woningcorporaties Bedrijfswaarde Benchmarking
Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH) Bestek
Aantal aanbiedingen dat gemiddeld per woning nodig is om de woning in de beschouwde periode opnieuw te verhuren. Middelen waarin het vermogen van een onderneming is vastgelegd. (linkerzijde balans) Branchevereniging van woningcorporaties Huurgrenzen in het kader van huursubsidieverlening. Het deel van de huur dat boven de aftoppingsgrens ligt, komt geheel voor rekening van de huurder. 65-plussers, alleenstaanden en gehandicapten krijgen boven de aftoppingsgrens de helft van de huur gesubsidieerd. Term voor de niet-gezinnen onder de woningzoekenden en bewoners. Hieronder vallen o.a.: bejaarden, studenten, werkende jongeren, ongehuwde moeders en gehuwden zonder kinderen. Algemeen Nut Beogende Instelling Jaarlijks gelijkblijvend bedrag voor betaling van rente en gedeeltelijke aflossing van een lening. Actuele waarde (Mutatie) Staat van bezittingen en schulden Stelsel van normen en waarden voor de bedrijfstak van woningcorporaties als geheel. De code ontwikkelt zich door jurisprudentie, regelmatige evaluatie van de inhoud, het doel en de functie of door ontwikkelingen in de regelgeving of bedrijfstak. Waarde van een woning waarbij toekomstige inkomsten en exploitatieuitgaven contant zijn gemaakt. Methode die onder meer woningcorporaties toepassen om de bedrijfsvoering te verbeteren. De prestaties van de organisatie worden vergeleken met prestaties van andere organisaties, bijvoorbeeld op het gebied van klantvriendelijkheid, doelmatigheid, kosten en doorlooptijd. Hierdoor wordt inzichtelijk op welke terreinen zij beter of slechter presteert en kan worden geanalyseerd wat hiervan de oorzaak is. Wettelijk kader/gedragsregels voor woningcorporaties. Dit besluit regelt sinds 1993 de taken van en het toezicht op toegelaten instellingen.
Beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing. Bestemmingsplan Plan vastgesteld door de gemeenteraad, waarbij de bestemming van de in het plan begrepen grond wordt aangegeven en voorschriften worden gegeven over het gebruik van de grond en de opstallen. Het bestemmingsplan is het programma van de ruimtelijke ordening van een bepaald gebied en is een juridisch bindend stuk over bouwen, aanleggen en gebruiken. Bevriezing van Handhaven van de bestaande huurprijs omdat die anders boven het door huren de overheid vastgestelde redelijke maximum zou uitkomen. Bevriezing kan ook plaatsvinden wegens een voorgenomen grootonderhouds- of verbeteringsplan en bij ernstige gebreken aan de woning. Bewonerscommissie Commissie van bewoners, met als doel de belangen van bewoners te behartigen. Ook wel huurderscommissie genoemd. Bewonersparticipatie Bewonersinspraak Bijzondere Groepen bewoners die in het huidige volkshuisvestingsbeleid speciale aandachtsgroepen aandacht behoeven en krijgen, zoals ouderen, gehandicapten, asielzoekers en statushouders. Bouwbesluit Besluit op grond van de Woningwet, waarin de overheid de minimumeisen vaststelt waaraan nieuwbouw en bestaande woningen moeten voldoen. 100
Bouwend Nederland Bouwteam
Vereniging van bouw- en infrabedrijven Samenwerkingsverband bij de ontwikkeling van een bouwproject. In een bouwteam kunnen bijvoorbeeld opdrachtgevers, toekomstige gebruikers, architect, gemeentelijke diensten, aannemer, technische adviseurs en kostendeskundigen samenwerken. Brutering Afrekening-ineens van bestaande subsidieverplichtingen van het Rijk met gelijktijdig vervroegde opeising van nog uitstaande rijksleningen per 1 januari 1995. Brutohuur Kale huur vermeerderd met kosten voor energie, service en gebruik van collectieve installaties. Cash-flow Nettowinst vermeerderd met de afschrijvingen. BZK Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Centraal Fonds voor Fonds dat met name is bedoeld om met behulp van middelen die de Volkshuisvesting gezamenlijk door woningcorporaties bijeen zijn gebracht, de financieel (CFV) zwakkere corporaties te saneren. Ook wel Solidariteitsfonds genoemd. Cijfermatige Overzicht met cijfermatige kerngegevens dat woningcorporaties elk jaar kerngegevens moeten invullen. Deze gegevens hebben een toekomstgericht karakter en zijn deels financieel van aard (ontwikkeling liquiditeit, solvabiliteit en rentabiliteit). Contante waarde Huidige waarde van een in de toekomst te betalen of te ontvangen bedrag. Het toekomstige bedrag wordt gecorrigeerd met behulp van een disconteringsvoet, waarvan de getalwaarde veelal wordt gerelateerd aan een interestvoet. Convenant Overeenkomst, beding, bijvoorbeeld afspraak tussen gemeente en woningcorporaties over elkaars beleid, taken en activiteiten op het terrein van de volkshuisvesting. Conversie van rente Omzetting van rente in een andere percentage. Ook wel renteconversie genoemd. Corporatie Woningcorporaties zijn stichtingen of verenigingen die betaalbare en goede woningen verhuren of verkopen. Ze zorgen ook voor huisvesting voor ouderen en gehandicapten. Ook spelen woningbouwverenigingen en woonstichtingen een actieve rol in projecten om de leefbaarheid te bevorderen. De Rijksoverheid stelt de spelregels op voor de woningcorporaties en houdt toezicht op hun activiteiten. CW Contante Waarde Dagelijks onderhoud Kleine onderhoudsingrepen, veelal naar aanleiding van klachten van bewoners of uitgevoerd tijdens periodieke inspecties. Doelgroep van Huishoudens die niet zelfstandig in passende huisvesting kunnen voorzien. beleid Dit zijn vaak huishoudens met een laag inkomen. Ook andere huishoudens die, afgezien van het inkomen, niet zelfstandig in huisvesting kunnen voorzien, zoals gehandicapten en ouderen, worden tot de doelgroep gerekend. Ook primaire doelgroep genoemd. Domotica Samenvoegsel van domus (huis) en robotica, waarmee de automatisering of samenwerking van elektronische middelen in huis wordt bedoeld. Domotica wordt met name gebruikt om wooncomfort en veiligheid in huis te verbeteren en om ouderen of mensen met een lichamelijke of verstandelijke handicap de mogelijkheid te bieden langer zelfstandig thuis te blijven wonen. Doorstromer Bewoner die verhuist naar een zelfstandige woonruimte en daarbij tevens een zelfstandige woonruimte achterlaat. Doorstroming Op vrijwillige basis verhuizen van een zelfstandige woning naar een andere, meer passende woning. Duurzaam bouwen Op zodanige wijze bouwen, beheren en onderhouden van gebouwen, infrastructuur en gebouwde omgeving, dat de belasting van het milieu gedurende het gehele bouwproces (van initiatief tot bouw tot en met sloop) zo veel mogelijk wordt beperkt. Hierbij valt te denken aan het voorkomen van onnodig gebruik van grondstoffen, indien mogelijk het gebruiken van duurzame bronnen (zon, wind) en het zo efficiënt mogelijk gebruiken van eindige grondstoffen. 101
Dynamische kostprijshuur EGW Eigen vermogen
Euribor Fixe leningen FVA Gereedkomingsdatum Geriefverbetering Groenvoorziening Grondkosten Grootonderhoud HAT-eenheid HBR Herstructurering Historische Kostprijs HS Huishouden
Huurbevriezing Huurcommissie
Huurdersonderhoud Huurderving
In 1975 werd de dynamische kostprijscalculatie ingevoerd, waarbij de aanvangshuren konden worden verlaagd omdat dit in latere jaren door huurstijging zou kunnen worden terugverdiend. Eengezinswoning Deel van het vermogen (passiva) waartegenover geen directe (rente)verplichting bestaat en waarvoor geen directe bestemming is (bijvoorbeeld toekomstig onderhoud). Het eigen vermogen staat permanent ter beschikking om onder andere onvoorziene uitgaven te kunnen opvangen. Euro Interbank Offered Rate. Euribor is het rente tarief waartegen een groot aantal Europese banken elkaar leningen in euro's verstrekken. Een lening die voor een vaste periode wordt aangegaan en in haar geheel wordt afgelost. Financiële Vaste Activa Datum waarop een nieuwbouwwoning wordt voltooid. Voor de gereedkomingsdatum van een complex woningen geldt het gemiddelde van de gereedkomingsdata van de woningen, ook wel opleveringsdatum genoemd. Verbetering aan de woning waardoor die beter bruikbaar wordt, bijvoorbeeld modernisering van keuken of sanitair. Aanleg van openbaar groen, plantsoen. Kosten van het bouwrijp maken, verwervingskosten, kosten van bepaalde voorzieningen in een wijk en eventueel ook de kosten van voorzieningen die niet alleen voor één bepaalde wijk zijn bedoeld. Onderhoud dat als regel op basis van voorspellingen over de levensduur van de elementen van de woning projectmatig (per complex of gedeelte daarvan) wordt uitgevoerd. Wooneenheid voor huisvesting van alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens. Ook wel Van Dam-eenheid genoemd. Herbestedingsreserve Streven naar een kwaliteitsimpuls in bestaand stedelijk gebied. Door de structuur van wijken te versterken wordt de sociale en economische vitaliteit (en daarmee die van de stad als geheel) vergroot. Oorspronkelijke investeringskosten onder aftrek van afschrijvingen. Huursubsidie Elk gezin en elke groep van twee of meer personen die met elkaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. Dat wil zeggen, samen het hoofdwoonvertrek delen, eten bereiden, inkopen en dagelijkse voorzieningen bekostigen. Handhaving van huidige huurprijs bij een trendmatige huurverhoging, omdat anders de maximaal redelijke huur die bij de kwaliteit van de woning hoort, wordt overschreden. Commissie die tot taak heeft op verzoek advies te geven aan huurder of verhuurder over de betalingsverplichting van de huurder en is ingesteld op grond van de Wet op de Huurcommissie. Het advies van de huurcommissie is bindend voor beide partijen, tenzij men binnen twee maanden aan de kantonrechter vraagt de huurprijs vast te stellen. Verdere taken zijn onder meer: a) uitbrengen van advies aan de minister van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kader van huurharmonisatie b) afgeven van verklaringen over de redelijkheid van een voorstel voor een nieuwe huurovereenkomst c) adviseren van de rechter in huurzaken d) afgeven van verklaringen over onderhuur. Dagelijks en planmatig onderhoud waarvan de kosten conform wettelijke en/of contractuele regelingen voor rekening komen van de huurder, respectievelijk de gebruiker. Verliezen van huurgelden, bijvoorbeeld door leegstand, woningverbetering of oninbaarheid. 102
Huurharmonisatie Huurliberalisatie Huurmatiging Huurprijzenwet Woonruimte (HPW) Huursombenadering
Huurtoeslag Huurtoeslaggrens HWR IOK Jaarhuur Jaarlijkse huuraanpassing Jaarrekening
Jaarverslag Kale huur Kengetal Kernvoorraad Ketenaansprakelijkheid
Liquide middelen Liquiditeit Maaskoepel Maatschappelijk rendement
Matching MFA MG
Eenmalig of stapsgewijs extra verhogen of verlagen van de huurprijs tot een gewenst niveau, afgestemd op de woningkwaliteit. Beëindiging van beperkende bepalingen over huur en huurprijs en bescherming bij het einde van de verhuur. Verrekening van het bedrag van individuele huursubsidie direct in de huurprijs. De huurder ontvangt het subsidiegeld dan niet zelf, maar de verhuurder ontvangt dit. Wet die regels bevat voor de vaststelling van huurprijzen en betalingsverplichtingen bij huur en verhuur van woonruimte. Minimale huurverhoging die woningcorporaties jaarlijks over de totale huursom van hun woningen moeten realiseren. Deze wordt vastgesteld door de minister van VROM. De corporaties hebben de vrijheid te bekijken hoe dit totale huurverhogingbedrag wordt verdeeld over de individuele woningen. Huurtoeslag is een toeslag die een huurder kan aanvragen als de huur in verhouding tot het inkomen te hoog is. Het is een financiële tegemoetkoming van de overheid in de kosten van een huurwoning. Term in het kader van huurtoeslagverlening. Indien de huur van een woning hoger is dan de gestelde maximale grens, dan wordt in beginsel geen huurtoeslag verstrekt. Ook wel liberalisatiegrens genoemd. Herwaarderingsreserve Intentieovereenkomst Totaal bedrag dat in één kalenderjaar aan huur wordt betaald. Huuraanpassing per 1 juli van een jaar. Toegelaten instellingen en gemeenten zijn verplicht deze toe te passen. Balans en winst- en verliesrekening, met overzichten en toelichtingen die na afloop van het boekjaar worden opgemaakt en die een overzicht geven van de financiële situatie van een corporatie op de einddatum en van de resultaten over het afgelopen boekjaar. Vormt samen met het beredeneerd jaarverslag (volkshuisvestingsverslag) de jaarstukken. Schriftelijk verslag van een onderneming over de gang van zaken in het afgelopen boekjaar. Meestal wordt daarin ook iets gezegd over de vooruitzichten. Verschuldigde prijs voor het enkele gebruik van woonruimte. Getal of verhoudingscijfer waarmee eenvoudig verschijnselen worden weergegeven. Deel van de woningvoorraad dat een woningcorporatie beschikbaar houdt om huishoudens met een laag inkomen passend te huisvesten. Met de Wet Ketenaansprakelijkheid (WKA) wordt geprobeerd onbetrouwbare onderaanneming te bestrijden door de hoofdaannemer hoofdelijk aansprakelijk te stellen voor de door de onderaannemer verschuldigde, maar niet betaalde sociale verzekeringspremies en loon- en omzetbelasting. Geldmiddelen die onmiddellijk beschikbaar zijn. Mate waarin aan onmiddellijk opeisbare verplichtingen kan worden voldaan. Federatie van woningcorporaties in de stadsregio Rotterdam Opdracht van woningcorporaties om, binnen de randvoorwaarde van het zorgdragen voor de financiële continuïteit, hun vermogen aan te wenden voor investeringen in de volkshuisvesting. Door deze investeringsopdracht richt het Rijk zich op het nastreven van voldoende maatschappelijk rendement van de sociale huursector als geheel. Ook investeringsopdracht genoemd. Term die in de volkshuisvesting wordt gebruikt om de aansluiting van volkshuisvestelijke doelen en middelen aan te duiden. Multifunctionele Accommodaties Mededeling Gemeente. MG's zijn circulaires van de Rijksoverheid voor gemeenten. Zij gaan over het woonbeleid en bevatten nieuwe wet- en regelgeving, beleidsregels, verzoeken om medewerking of inlichtingen of advies of informatie. 103
MGW Mutatiegraad MVA Nationaal Register Volkshuisvestingsinstellingen (NRV) Neprom NVB OK Onrendabele top Prestatieafspraken
Prestatievelden
Preventief onderhoud Primaire doelgroep
Rendement Rentabiliteit Renteconversie RJ RW (C) Scheefheid
Servicekosten
Sociale huursector
SOK Solvabiliteit Starter Strategisch voorraadbeleid
Meergezingswoning Aantal huuropzeggingen in een bepaalde periode als percentage van het totale aantal verhuurde woningen. Materiele Vaste Activa Het NRV registreert alle instellingen die tot de bedrijfstak Woningcorporaties kunnen worden gerekend. Vereniging van professionele projectontwikkelaars Vereniging voor ontwikkelaars en bouwondernemers ontwikkelovereenkomst Deel van een investering waartegenover geen opbrengst staat. Gezamenlijke afspraken tussen partijen, bijvoorbeeld toegelaten instellingen en gemeenten, over wederzijds te leveren prestaties op een bepaald beleidsterrein, bijvoorbeeld de volkshuisvesting. De afspraken hebben een vrijwillig karakter en worden gemaakt om betere resultaten te boeken. Zes in het BBSH genoemde verantwoordingsvelden waarop toegelaten instellingen hun inspanning primair moeten richten. Het gaat om het bij voorrang passend huisvesten van de doelgroep, het kwalitatief instandhouden van de woningvoorraad, het betrekken van huurders bij beheer en beleid, het waarborgen van de financiële continuïteit, het leveren van bijdragen aan de leefbaarheid in wijken en buurten, en het inspannen voor wonen en zorg. Ook verantwoordingsvelden genoemd. Onderhoud dat tot doel heeft eventuele toekomstige gebreken of storingen en/of vervolgschade te voorkomen. Huishoudens die niet zelfstandig in passende huisvesting kunnen voorzien. Dit zijn vaak huishoudens met een laag inkomen. Ook andere huishoudens die, afgezien van het inkomen, niet zelfstandig in huisvesting kunnen voorzien, zoals gehandicapten en ouderen, worden tot de doelgroep gerekend. Ook doelgroep van beleid genoemd. Opbrengst; geheel van baten of inkomsten. Winst uitgedrukt in procenten van het gebruikte kapitaal Omzetting van rente in een ander percentage Richtlijn Jaarverslaglegging Rentabiliteitswaarde (correctie) Scheve verhouding tussen huur en inkomen of tussen huishoudentype en woningtype. Bijvoorbeeld: naar verhouding wonen mensen met een hoog inkomen in een te goedkope huurwoning, terwijl mensen met een laag inkomen relatief te duur wonen, waardoor zij een beroep moeten doen op subsidie. Of relatief kleine huishoudens wonen in relatief grote woningen. Onderdeel van de bijkomende kosten, namelijk de kosten voor levering van goederen en/of diensten die voor rekening van de huurder komen, maar waarvan is afgesproken dat de verhuurder ze direct of via een derde levert, bijvoorbeeld glasverzekering, schoonmaken gemeenschappelijke ruimten. Ook: de betalingsverplichting van de huurder waaraan hij volgens de huurovereenkomst moet voldoen boven betaling van de prijs voor het enkele gebruik van de woonruimte (=huurprijs) Sector die sociale huurwoningen bouwt en verhuurd. Het gaat om huurwoningen die kunstmatig goedkoop worden gehouden voor mensen die moeite hebben om voor hun eigen huisvesting te zorgen. Deze woningen zijn meestal eigendom van een woningcorporatie. Samenwerkingsovereenkomst Vermogen om op lange termijn aan de financiële verplichtingen te kunnen voldoen. Bewoner van niet-zelfstandige woonruimte die verhuist naar een zelfstandige woning. Beleid van een woningcorporatie voor de woningvoorraad, waarbij afstemming plaatsvindt op ontwikkelingen van vraag en aanbod. Dit betekent dat richtinggevende uitspraken worden gedaan over de toekomstige woningvoorraad. 104
Streefhuur
Huurprijs conform het strategisch voorraadbeleid van WVH. De streefhuur is gelijk aan een bepaald percentage van de maximale huurprijs en wordt bij nieuwe verhuringen in rekening gebracht. TI Toegelaten Instelling Toegelaten Instelling Vereniging of stichting die door de Kroon is toegelaten en op grond daarvan voor bepaalde wettelijke steun krachtens de Woningwet in aanmerking komt. Toegelaten worden alleen die verenigingen en stichtingen die uitsluitend werkzaam zijn op het gebied van de volkshuisvesting en hun gelden uitsluitend besteden in het belang van de volkshuisvesting. Deze instellingen worden vaak aangeduid als woningcorporatie, woningbouwvereniging of woningstichting. Toewijzingsbeleid Het geheel van regels en opvattingen op grond waarvan de gemeente of een verhuurder woningen toewijst aan woningzoekenden. Transitoria Boekhoudkundige term voor posten die op een balans voorkomen, maar feitelijk betrekking hebben op (een) volgend(e) boekjaar(aren). Het gaat om vooruit betaalde en vooruit ontvangen bedragen. Treasury(beleid) Cash-flow door huuropbrengsten, uitgaven, rente, aflossingen en nieuwe leningen, beheersen van risico’s en behalen van optimaal rendement via cashmanagement, risicomanagement en vermogensbeheer. VHE Verhuureenheid Visitatie Instrument voor woningcorporaties om tot het verbeteren van het volkshuisvestingsbeleid te komen en de mate van transparantie, verbetering en verantwoording van de organisatie en het beleid te bevorderen. Een deskundige visitatiecommissie toetst onder meer prestaties en doelstellingen. VolkshuisvestingsJaarlijks verslag van woningcorporaties over een aantal prestatie- of verslag verantwoordingsvelden. Hierin wordt onder andere aangegeven in welke mate is voldaan aan de primaire doelstelling (huisvesting), in welke mate primaire doelgroepen bij voorrang en passend zijn gehuisvest, op welke wijze bewoners betrokken zijn bij beleid en beheer, hoe is zorggedragen voor de kwaliteit van het woningbestand en op welke wijze aandacht is besteed aan leefbaarheid. Vpb Vennootschapsbelasting Vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:900 van het Burgerlijk Wetboek, VSO 2 ter beëindiging van onzekerheid over: de fiscale vraagstukken de wijze waarop de overgang van de eerdere, als VSO1 bekend staande vaststellingsovereenkomst tussen de inspecteur en toegelaten instellingen naar VSO2 en de uitvoering van de procedurele aspecten van de VSO1 dient plaats te vinden. het antwoord op de vragen onder welke voorwaarden de vorming van een fiscale eenheid mogelijk is en of door de fiscale eenheid omzetbelasting kan worden toegepast.
VROM
Ministerie Volkshuisvesting, Ruimelijke Ordening en Milieu, is bij de kabinetsonderhandelingen in 2010 als zelfstandig ministerie komen te vervallen. VTW Vereniging van toezichthouders Woningcorporaties VVE Vereniging van Eigenaren Waarborgfonds Fonds met als doel garanties af te geven op kapitaalmarktleningen van Sociale Woningbouw woningcorporaties. In het kader van grootonderhouds- en (WSW) verbeteringsprojecten. Het WSW geeft niet zelfstandig leningen af. Tezamen met het CFV vormt het WSW de zekerheidsstructuur voor de sociale huursector. Woningwaardering Systeem van beoordeling van de kwaliteit van een woning als grondslag voor het vaststellen van een huurprijs die in redelijke verhouding staat tot deze kwaliteit. Woningwet Wet die voorschriften geeft voor de volkshuisvesting. Bevat naast bepalingen over de woningbouw ook regels over het bouwen in het algemeen, maatregelen ter bestrijding van slechte woningtoestanden en regels voor geldelijke steun van gemeente en Rijk voor de woningbouw. 105
WOZ WSW W2ZV ZAV Zorgindicatie
Wet onroerendzaakbelasting Waarborgfonds Sociale Woningcorporaties Initiatief van WVH: Platform Wonen, Welzijn, Veiligheid en Zorg. Zelf Aangebrachte Voorzieningen (door huurders) 'Toegangsbewijs' om bepaalde zorg of voorzieningen te krijgen.
106
Bijlage 6: Complexoverzicht Complex-nr Naam/bijzonderheden/ bouwjaar 10 222 woningen 4-kamer eengezinswoningen plat dak / 1959
20
Adressen
Complex-nr
de Cordesstraat 4-58, 62-68 en 39-151 van Spilbergenstr 2-10,20-50 en 37-95 Planciusstraat 40-68 en 47-73 Bontekoestraat 4 -12 Columbusstraat 2-112 en 133-151 Cordespad 1-9
120
52 woningen 4-kamer eengezinswoningen plat dak / 1964
Pres. Jan Lelsstraat 51-91 en 12-56 Pres. JV Wierdsmastraat 81-95
18 flats portiekflat, 3 etages 3-kamerwoningen
Pres. JV Wierdsmastraat 602-636
89 woningen (Plan Oost) 5-kamer eengezinswoningen 1967
Joh. Mauritsstraat 1-23 en 73-89 Paludanushof 2-22 en 1-25 Jan Mayhof 2-22 en 1-25 Maetsuykerpad 1-20
32
57 woningen (Plan Oost) 5-kamer eengezinswoningen 1969
Griffioenstraat 25-47 en 2-24 Tuymelaerstraat 1-25 Vergulde Draeckweg 81-103 en 184-198
40
48 woningen (Plan Oost) 5-kamer eengezinswoningen 1970
Tuymelaerstraat 8-20 Dubbele Arendstraat 37-49 en 2-14 Theeboomstraat 1-23 Eenhoornstraat 1-13 Vergulde Draekcweg 144-158
21
31
50
60
70
270 flatwoningen galerijflats / 10 etages / 1970 240 4-kamer flats 30 2-kamer flats (naast lift)
Pres. JV Wierdsmastraat Flat Zeezicht : 52-230 Flat Duinzicht: 352-530 Flat Boszicht: 652-830
88 flatwoningen de Houtmanstraat 2-176 galerijflat / 11etages / 1972 77 4-kamer flats en 11 2-kamer flats
199 woningen 5-kamer eengezinswoningen 1973
Verg. Draeckwg 2-24,23-49,50-64,92-106 Groene Leeuwstraat 1-21 en 8-22 Lakemanstraat 2-26 en 1-21 Pasgeldtstraat 8-20 en 1-21 Peperboomstraat 2-26 en 1-23 Postpaertstraat 8-20 en 1-21 Theeboomstraat 2-24 Dubbele Arendstraat 1-13 Dolphijnstraat 1-47 en 2-28 Bonte Craystraat 2-24 en 1-45
80
Verzorgingshuis (72 plaatsen) verhuurd aan Humanitas
Hoekse Brink 201
90
31 Van Dam woningen 1-kamer woningen op 1e en 2e etage / 1981
Rietdijkstraat 7-67
100
6 portiekwoningen 2 kamerwoningen op de begane grond / 1981
Rietdijkstraat 5 en 69-77
110
31 woningen Blesplan deze woningen worden verkocht
Mustangstraat Jolinkstraat Veulenstraat Ponystraat Hoefslag
Naam/bijzonderheden/ bouwjaar 49 woningen portiekflat / 3 etages / 1984
Adressen Columbusstraat 17-113
130
7 woningen voor alleenstaanden / tweepersoonshuishoudens 2-kamer en 3-kamerwoningen / 1985
2e Scheepvaartstraat 128-140
150
40 woningen 28 3-kamer eengezinswoningen 12 3-kamer eengezinswoningen / 1987
Gemma Frisiuspad 2-56 en 1-23
160
20 woningen 12 3-kamer eengezinswoningen 8 3-kamer eengezinswoningen / 1988
Gemma Frisiuspad 58-84 en 25-35
170
44 woningen 2-kamer en 3-kamer portiekflats 3 etages / 1990
Tasmanhof 32-75
180
17 woningen 17 3-kamer eengezinswoningen 1990
Gemma Frisiuspad 86-106 en 37-47
190
47 woningen 47 eengezinswoningen 1990
Radmarstraat 1-23 C. Sterrenburgstraat 2-50 en 1-19
200
28 woningen 3-kamer eengezinswoningen 1992
W. Barentsstraat 55- 93 Mercatorweg 30-44
210
30 woningen 3-kamer eengezinswoningen 1994 1994
Zeebouwerpad 1-23 Patmosstraat 1-11 en 2-24
220
30 woningen 2 kamer en 3 kamer galerijflats voor senioren / 2001
Planciushof 16-61
230
20 woningen (De Compagnie) 3-kamer seniorenwoningen / 2006 Compagnie
Mahustraat 160 a t/m 160d, 162a t/m 162d 164a t/m 164f en 166a t/m 166f
240
Sociaal pension / 8 plaatsen verhuurd aan Stichting Ontmoeting
Prins Hendrikstraat 211
250
52 appartementen voor senioren (de Atlas) 6 appartementen verhuurd aan Steinmetz de Compaan 1 kantoorruimte verhuurd aan Careyn WVH heeft in dit complex extra faciliteiten gerealiseerd: een gemeenschappelijke ruimte en een logeerkamer 2008
Joh. Mauritsstraat 2 - 122 (even nrs)
310
313 woningen (Duinker & Verruit) 4-kamer eengezinswoningen 1951
2e Scheepvaartstraat 6-28 Huydecoperstraat 4-40 Tonnemanplein 7-10 de Mareesstraat 1-37 en 2-38 van Ilpendamstraat 1-35 en 2-36 van Caerdenstraat 1-33 van Caerdensstraat 2-34 van Warwijckstraat 1-31 Roggeveenstraat 11-29 Jolstraat 1-11 Erickstraat 1-11 Tasmanweg 81-193 Mahustraat 82-154 en 83-181
320
158 woningen (Korrelbeton) portiekflats / 1953 136 3-kamerwoningen en 22 6-kamer maisonnettewoningen
Prins Hendrikstraat 50-160 Jolinkstraat 2a-8b
350
26 woningen van Architect Oud 2-kamer en 3-kamer eengezinswoningen en bovenwoningen
2e Scheepvaartstraat 91a-133b
107
Jaarrekening 2011
Kengetallen Ultimo Boekjaar 2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
Gegevens woningbezit
1945 tot 1959 1960 tot 1969 1970 tot 1979 1980 tot 1989 1990 tot 1999 2000 en later in aanbouw Totaal Gemiddelde WOZ waarde per woning
693 216 604 219 192 116
693 216 605 219 192 116
693 216 607 219 192 116
2040
2041
2043
€ 178.000
€ 183.000
€ 187.000
693 216 610 219 192 50 58 2038 € 185.000
693 216 614 219 192 50 58 2042 € 186.000
693 216 617 224 192 50
693 266 623 224 192 30
1992
2028
€ 174.000
€ 174.000
Kwaliteit
Aantal reparatieverzoeken per woning Percentage mutatiewoningen/totaal woningen Kosten niet-planmatig onderhoud per woning Kosten planmatig onderhoud per woning Kosten grootonderhoud & woningverbetering per woning Totaal onderhoud per woning
€ €
1,14 6,27% 312 € 2.933 €
1,12 6,27% 325 € 2.109 €
1,36 7,02% 481 € 1.968 €
1,49 5,13% 331 € 1.724 €
1,52 5,32% 325 € 1.709 €
1,49 5,97% 265 € 1.045 €
1,62 4,54% 224 2.613
€ €
1.268 € 4.512 €
39 € 2.474 €
83 2.532
217 2.271
173 2.207
138 1.447
221 3.057
€
128 450 €
128 441 €
127 429 €
126 412 €
126 402 €
125 392 €
125 375
5,0% 0,7 1,2
5,0% 0,6 0,8
6,2% 0,6 1,0
4,3% 0,3 0,7
4,5% 0,5 0,8
5,2% 0,7 1,0
3,8% 0,8 0,6
€ €
54,1 0,9 -1,4 4,1 1,1 21.189 € 218- €
62,0 1,1 2,6 4,4 3,3 26.074 € 733 €
52,5 0,3 4,7 4,9 4,8 18.857 € 892 €
46,7 1,3 4,0 4,4 4,2 15.774 € 675 €
49,3 1,9 2,8 4,7 3,8 15.760 € 800- €
43,0 1,4 6,4 5,3 5,6 14.211 € 634 €
39,4 1,4 -2,1 5,0 2,0 13.485 576-
€ € € € € €
42.863 11.004 340 5799.898-
53.341 10.791 340 1.385 18.031
36.942 10.477 482 1.725 3.149
32.069 9.839 504 1.287 2.393-
33.175 9.618 592 929 5.769
26.477 2.605 9.370 593 1.689 1.259-
25.524 3.117 9.126 593 536604-
€ €
€ €
€ €
€ €
Prijs/kwaliteitsverhouding
Gemiddeld aantal punten WWS Gemiddelde netto-huurprijs Verhuren van woningen
Mutatiegraad Huurachterstand in % van de bruto jaarhuur Huurderving in % van de bruto jaarhuur Financiële continuïteit
Solvabiliteit Liquiditeit Rentabiliteit eigen vermogen (na belasting) *1 Rentabiliteit vreemd vermogen Rentabiliteit totaal vermogen (na belasting) *1 Interne financiering per woning Cash-flow per woning *1 Balans en winst en verliesrekening (* € 1.000)
Eigen vermogen Mutatie voorzieningen Totaal netto huren Vergoedingen Jaarresultaat *1 Bedrijfswaarde mutatie *1
€ € € € € €
€ € € € € €
€ € € € € €
€ € € € € €
€ € € € € €
€ € € € € €
De basis van deze getallen is in 2010 verlegd van totaal resultaat volgens de winst en verliesrekening naar het zogenaamde bedrijfsresultaat (exclusief mutatie bedrijfswaarde) volgens de winst en verliesrekening.
1
Vennootschappelijke balans per 31 december 2011
31-12-11
Activa
31-12-10
Vaste activa
Materiële vaste activa - Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verhuren - Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verkopen - Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling - Onroerende en roerende zaken t.d.v. de exploitatie
€ € € €
71.672.594 1.948.646 788.979 2.519.408
€ € € €
78.894.259 2.242.520 1.029.565 2.331.584
Subtotaal
€
76.929.627
€
84.497.928
€ €
12.786 12.786
€ €
14.769 14.769
Voorraden Debiteuren Overige vorderingen Overlopende activa
€ € € €
86.963 145.408 43.603 17.812
€ € € €
77.153 130.257 26.855
Liquide middelen
€
1.932.217
€
1.356.430
Subtotaal
€
2.226.003
€
1.590.695
Totaal generaal
€
79.168.416
€
86.103.392
P.M. Nog te ontvangen leningen
€
9.000.000
€
4.900.000
Financiele vaste activa - Deelneming WVH Deelnemingen BV
Vlottende activa
2
31-12-11
Passiva
Overige reserves Herwaarderingsreserve te verhuren woningen Herwaarderingsreserve te verkopen woningen
31-12-10
€ € €
13.299.856 38.033.099 2.007.958
€
42.863.442
€
53.340.913
Leningen overheid Leningen kredietinstellingen
€ €
149.249 33.555.834
€ €
156.828 31.124.861
Subtotaal
€
33.705.083
€
31.281.689
Schulden aan leveranciers Schulden van belastingen en premies sociale verz. Overige schulden Overlopende passiva
€ € € €
1.263.278 276.723 127.348 932.542
€ € € €
396.873 112.589 97.234 874.094
Subtotaal
€
2.599.891
€
1.480.790
Totaal generaal
€
79.168.416
€
86.103.392
P.M. Toegezegde leningen
€
9.000.000
€
4.900.000
Eigen vermogen
Langlopende schulden
Kortlopende schulden
3
Vennootschappelijke winst - en verliesrekening over het boekjaar 2011
31-12-11
31-12-10
Bedrijfsopbrengsten Huren Vergoedingen Verkoopwinst Overige bedrijfsopbrengsten
€ € € €
10.879.717 292.539 8.967 55.856
€ € € €
10.715.625 340.263 51.432 61.144
Som der bedrijfsopbrengsten
€
11.237.078
€
11.168.464
Afschrijving op materiële vaste activa Overige waardeveranderingen op materiële vaste activa Erfpacht Lonen en salarissen Sociale lasten Lasten onderhoud Overige bedrijfslasten
€ € € € € € €
133.954 400.484 184 1.039.676 348.807 6.285.574 2.176.835
€ € € € € € €
110.492 50.365 184 1.021.649 321.708 4.558.590 2.297.045
Som der bedrijfslasten
€
10.385.513
€
8.360.033
Bedrijfsresultaat
€
851.564
€
2.808.431
Rente baten Rente lasten
€ €
45.061 1.473.843
€ €
13.302 1.436.753
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen
€
577.217- €
1.384.980
Belastingen Resultaat deelneming
€
1.983
€ €
200
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
€
579.199- €
1.384.780
Mutatie actuele waarde materiële vaste activa
€
9.898.272- €
18.031.452
Jaarresultaat
€
10.477.471- €
19.416.232
Bedrijfslasten
4
Kasstroomoverzicht Bedragen x € 1.000 Boekjaar 2011 Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsopbrengsten minus bedrijfslasten Aanpassingen voor: - Afschrijvingen (inclusief correcties) - Overige waardeveranderingen materiële vaste activa - Veranderingen in het werkkapitaal: Mutatie voorraden Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden
Boekjaar 2010
€ 852
€
2.808
€ 134
€
110
€ 10€ 58€ 1.126
€ 173 € 24€ 149€ 1.058
- Mutatie herwaardering - Mutatie voorzieningen Kasstroom uit bedrijfsoperaties
-
€ 2.918
€ 45 € 1.474-
Kasstroom uit operationele activiteiten
€ €
13 1.436-
€ 1.429-
€ 1.423-
€
€ 1.495
615
€ 2.908€ 445
€ 270€ 585
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossingen langlopende schulden
€
€ 2.044
Ontvangen rente Betaalde rente Vennootschapsbelasting Mutatie bedrijfswaarde
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in financiele vaste activa Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa
€ 408 € 1.608 € 1.035-
€ 1.281€ 636
€ 2.463-
€ 4.500 € 2.077-
€ €
€
315
235-
2.400 2.635-
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
€ 2.423
€
Netto kasstroom
€
€ 1.575
575
5
Waarderingsgrondslagen Algemeen De jaarverslaglegging door toegelaten instellingen volkshuisvesting dient te voldoen aan de eisen zoals geformuleerd in het Besluit Beheer Sociale Huursector. In dit besluit wordt in principe BW 2 titel 9 voorgeschreven behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Een en ander heeft geleid tot een specifieke richtlijn van de Raad van de Jaarverslaglegging (RJ 645). In de richtlijn zijn ondermeer specifieke modellen voor de balans en de winst- en verliesrekening opgenomen en zijn specifieke presentatie- en waarderingsvoorschriften geformuleerd. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat berusten op de grondslag van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of nominale waarde, met uitzondering van de materiële vaste activa. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop deze betrekking hebben. Bij het samenstellen van de balans en de winst- en verliesrekening is een bestendige gedragslijn aangehouden. WVH waardeert de materiële vaste activa op basis van actuele waarde. Eén en ander conform de RJ 645 voor woningcorporaties. De herziene richtlijn van januari 2012 is niet toegepast. GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA Vaste activa Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken in exploitatie bestemd voor de verhuur Onroerende en roerende zaken in exploitatie zijn gewaardeerd tegen actuele waarde. Conform RJ 645 is deze actuele waarde gelijk aan de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van de kasstromen van baten uit hoofde van toekomstige exploitatieopbrengsten, rekening houdend met de restwaarde en de toekomstige exploitatielasten (exclusief rente en afschrijving) over de geschatte economische levensduur. De rentabiliteitswaarde maakt geen onderdeel uit van de bedrijfswaarde. Het verschil tussen de (hogere) bedrijfswaarde en de boekwaarde wordt verantwoord onder de post herwaarderingen. Onroerende en roerende zaken in exploitatie bestemd voor verkoop Deze activa worden gewaardeerd tegen actuele waarde. Conform RJ 645 is deze actuele waarde gelijk aan de contant gemaakte marktwaarde minus verkoopkosten op balansdatum. De marktwaarde is bepaald door woningtaxatie van een makelaar en is in overeenstemming met de werkelijke verkopen en de WOZ-waarde.
6
Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling bestemd voor de verhuur Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde. Hierbij is rekening gehouden met de (eventuele) onrendabele top die ten laste van de voorziening onrendabele investeringen is gebracht. Voor zover de investeringen zijn gefinancierd met vreemd vermogen worden de daarmee gepaard gaande rentekosten gedurende de bouw geactiveerd. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Deze activa zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde verminderd met de annuïteit of lineair berekende afschrijvingen bepaald op basis van de verwachte economische levensduur. Vlottende activa Voorraden De voorraden zijn gewaardeerd tegen de laatst betaalde inkoopprijs. Vorderingen De vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. PASSIVA Eigen vermogen Onder deze post is opgenomen de overige reserve, de zogenaamde herwaarderingsreserve van de huurwoningen (verschil tussen opgenomen balanswaarde en de opgenomen boekwaarde) en de herwaarderingsreserve van de koopwoningen (verschil taxatiewaarde en de boekwaarde van de te verkopen woningen). Langlopende schulden De langlopende leningen worden afgelost op basis van annuïteiten, lineair, volgens het systeem van de dynamische kostprijs (klimleningen) en op basis van fixe. De leningen worden opgenomen tegen nominale waarde. Het kortlopende deel van de langlopende schulden, de aflossing voor het komende jaar, is als kortlopende schuld opgenomen. Kortlopende schulden De kortlopende schulden worden opgenomen tegen nominale waarde.
7
GRONDSLAG VOOR DE BEPALING VAN HET RESULTAAT Het resultaat wordt bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen. Baten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd. Lasten worden opgenomen in het jaar waarin zij voorzienbaar zijn. Huuropbrengsten Het betreft huuropbrengsten onder aftrek van derving wegens leegstand en oninbaarheid. De huren en de jaarlijkse huurverhoging van woningen zijn onderworpen aan overheidsregels. Vergoedingen Dit betreft de vergoedingen onder aftrek van derving wegens leegstand en oninbaarheid van de huurders die naast de netto huur een bijdrage (voorschot) betalen op energielevering, huismeester, water, schoonmaakkosten, etc.. Eenmaal per jaar vindt een eindafrekening plaats. Verkopen Dit betreft het verschil tussen de daadwerkelijke verkoopprijs en de bedrijfswaarde van woningen die bij mutatie worden verkocht. Afschrijvingen De afschrijvingen die onder deze post worden verantwoord hebben betrekking op de onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie. Overige waardeverandering materiële vaste activa Onder deze post wordt de afwaardering bij eerste activering en eventuele terugnemingen van onrendabele investeringen verantwoord. Lasten onderhoud Hieronder worden de kosten voor materiaalverbruik, planmatig onderhoud en de kosten ten behoeve van het reparatie- en mutatieonderhoud opgenomen. De kosten van de eigen onderhoudsdienst worden onder lonen en salarissen, sociale lasten en overige bedrijfslasten opgenomen. Overige bedrijfslasten Hieronder worden de overige kosten verantwoord die zijn gemaakt in het kader van de gewone bedrijfsvoering, zoals huisvestings-, personeels-, bestuurs- en algemene kosten, belastingen, verzekeringen, leveringen en diensten, enzovoort. Financiële baten en lasten Het resultaat wordt gevormd door het saldo van betaalde en ontvangen rente. Belastingen De te betalen vennootschapsbelasting staat hieronder opgenomen. Deze post is op basis van de richtlijnen van VSO II opgesteld. Mutatie actuele waarde De mutatie actuele waarde geeft de waardeverandering weer in de bedrijfswaarde per 31 december 2011 ten opzichte van de bedrijfswaarde per 1 januari 2011. Omdat toekomstige investeringen en daaraan gekoppelde incidentele huurverhogingen niet in de bedrijfswaarde gepresenteerd mogen worden, wijkt de mutatie af van de begroting 2012-2021.
8
GRONDSLAGEN VOOR HET KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen de kasstroom uit operationele activiteiten, de kasstroom uit investeringsactiviteiten en de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Ontvangen betalingen uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. SCHATTINGEN Bij het opstellen van de jaarrekening dient de directeurbestuurder, overeenkomstig algemeen geldende grondslagen, bepaalde schattingen en veronderstellingen te doen die medebepalend zijn voor de opgenomen bedragen. De feitelijke resultaten kunnen van deze schattingen afwijken. VENNOOTSCHAPSBELASTING Woningcorporaties zijn integraal belastingplichtig voor de Wet op de Vennootschapsbelasting. Dit wil zeggen dat over de resultaten uit alle activiteiten belasting verschuldigd is, volgens de thans in de wet opgenomen uitgangspunten. Bij de aanvang van de belastingplicht is (per 1 januari 2008) een fiscale openingsbalans opgesteld van alle bezittingen en schulden volgens de fiscale waarderingsgrondslagen. Bij de berekening van de vennootschapsbelasting is rekening gehouden met de bestaande wet- en regelgeving die bij het opmaken van de jaarrekening bekend was. De regelgeving van de VSO II is hierbij toegepast. De VSO II is door het bestuur in 2009 ondertekend. De Hoge Raad heeft op 13 januari 2012 een arrest gewezen waardoor een toegelaten instelling in beginsel een algemeen maatschappelijk of sociaal belang behartigd. Hierdoor mag een herbestedingsreserve gevormd worden voor de fiscale winst van de jaren 2008 tot en met 2011. WVH maakt van deze mogelijkheid gebruik. Een verzoek is bij de fiscus ingediend voor de herziening van de aangifte 2008 tot en met 2010. Door toepassing van de herbestedingsreserve is het belastbaar bedrag voor de jaren 2008 tot en met 2011 nihil en is geen vennootschapsbelasting verschuldigd over deze jaren.
9
Toelichting op de balans Activa Vaste activa Materiële vaste activa 31-12-11
31-12-10
De post materiële vaste activa is als volgt samengesteld: 1. Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verhuren 2. Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verkopen 3. Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling 4. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
€ € € €
71.672.594 1.948.646 788.979 2.519.408
€ € € €
78.894.259 2.242.520 1.029.565 2.331.584
TOTAAL
€
76.929.627
€
84.497.928
1. Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verhuren Specificatie verloop bedrijfswaarde Autonome ontwikkeling - Effect een jaar opschuiven Subtotaal autonome ontwikkeling
€ €
6.503.607 6.503.607
€ €
1.484.665 1.484.665
Voorraadmutaties - Verbetering - Verkoop - Nieuwbouw Subtotaal voorraadmutaties
€ € €
118.973 118.973
€ € € €
765.000 765.000
€ € € € € €
199.118 91.755 193.204 450.4088.675.016 8.708.685
1.934.648 2.839.5321.903.544 762.775 5.282.641 57.674 51.8677.049.883
Het verloop van deze posten is als volgt:
Parameterwijzigingen - Wijziging mutatiegraad - Levensduur - Huurstijging - Inflatie/lastenstijging - Discontovoet Subtotaal parameterwijzigingen
€ €
1.030.864 1.136.941-
€
106.077-
€ € €
402.8389.839.162474.490-
Niveauwijzigingen - Huren - Onderhoudsuitgaven - Overige exploitatie-uitgaven - Verkoop - Verbetering - Restwaarde - Overig Subtotaal niveauwijzigingen
€
860.731-
€
11.577.221-
€ € € € € € € €
Subtotaal specificatie verloop bedrijfswaarde
€
5.060.718-
€
-
Aanpassing richtlijn (zie hieronder)
€
2.454.820-
Totaal specificatie verloop bedrijfswaarde
€
7.515.538-
18.008.233
In de bedrijfswaarde gecalculeerd bij de begroting veronderstelt WVH dat tegenover toekomstige investeringen incidentele huurverhogingen gevraagd worden. Vanwege het voorzichtigheidsprincipe mag dat niet. Het verschil tussen de uitgangspunten in de begroting en de jaarrekening bedraagt het genoemde bedrag. Bijkomend effect; de gemiddelde levensduur is hierdoor negen jaar korter.
10
Opbouw bedrijfswaarde te verhuren woningen -
31-12-11
Huurinkomsten Huurderving Planmatig onderhoud Reparatieonderhoud Belasting & verzekering Personeelskosten Bedrijfskosten Investering (primo) Restwaarde grond
€ € € € € € € € €
180.536.763 1.805.36844.318.1008.684.63614.146.79126.656.03510.915.4829.336.8866.999.129
Totaal bedrijfswaarde
€
71.672.594
Uitgangspunten bedrijfswaarde Jaar 2011 2012 2013 2014 2015 2016 e.v.
Huurstijging 1,30% 2,30% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
Huurderving 1,00% 1,00% 1,00% 1,00% 1,00% 1,00%
Inflatie 2,30% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
Kostenstijging Onderhoud 1,00% 1,50% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
Disconteringsvoet 5,25% 5,25% 5,25% 5,25% 5,25% 5,25%
Rente % nieuwe leningen 3,75% 4,60% 5,25% 5,25% 5,25% 5,25%
De huren zijn gebaseerd op de werkelijke huren per 31-12-2011. Bedragen voor onderhoud, beheer, belastingen en verzekeringen en leefbaarheid die in de berekening zijn meegenomen komen uit de meerjarenbegroting 2012-2021. Er wordt rekening gehouden met een mutatiegraad van 5 %. Als de grond eigendom is van de woningbouwvereniging wordt de grond gewaardeerd op de verwachte restwaarde (€ 13.000) verminderd met de sloopkosten (€ 5.000). De restant levensduur bedraagt gemiddeld 22,8 jaar (2010 31,7 jaar). De meerjarenbegroting is door de directiebestuurder vastgesteld en door de Raad van Commissarissen goedgekeurd op 22 november 2011. 2. Onroerende en roerende zaken in exploitatie te verkopen
31-12-11
Saldo 1 januari 2011 (elf woningen ; 2010 dertien woningen)
€
-
Verkochte woning (één woning; 2010 twee woningen)
€
203.854-
€
416.509-
-
Mutatie bedrijfswaarde
€
90.020-
€
23.219
€
2.242.520
Saldo per 31 december 2011 (tien woningen; 2010 elf woningen)
€
2.242.520
31-12-10
1.948.646
€
2.635.810
11
Onroerende en roerende zaken in exploitatie op basis van historische kostprijs
Saldo per 1 januari 2011 - Aanschaffingswaarde - Cum. afschrijvingen, incl. waardeveranderingen Boekwaarde Mutaties in het boekjaar : - Investeringen (nieuwbouw en PO verbeteringen) - Verbeteringen bij mutaties en individueel - Desinvesteringen; verkoop - Afschrijvingen Correcties afschrijvingen
Woningen en woongebouwen eigen bezit € 57.524.696
Overige zaken
Totaal
€
-
€
57.524.696
€
16.428.976-
€
-
€
16.428.976-
€
41.095.720
€
-
€
41.095.720
€ € € € €
2.307.925 278.461 28.9031.223.4967.792
€
1.341.779
€ €
Saldo per 31 december 2011 - Aanschaffingswaarde - Cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen
€
60.082.179
€
17.644.680-
Boekwaarde
€
42.437.499
€
€ € € € €
2.307.925 278.461 28.9031.223.4967.792
-
€
1.341.779
-
€
60.082.179
€
17.644.680-
€
42.437.499
-
De boekwaarde van de te verkopen woningen bedraagt € 213.250 Verzekering: De verzekeringen van de onroerende en roerende zaken in exploitatie zijn ondergebracht bij ABN-AMRO. Er wordt een bedrag per VHE betaald, waarbij onderverzekering uitgesloten is.
3. Specificatie onroerende en roerende zaken in ontwikkeling -
Herontwikkeling Bertus Bliekhuis e.o. Ontwikkeling Korrelbeton Ontwikkeling Nieuwland
Saldo per 31 december 2011
31-12-11
31-12-10
€ € €
99.478 89.501 600.000
€
1.029.565
€
788.979
€
1.029.565
Ontwikkeling Nieuwland. WVH heeft in 2008 ,samen met AM Vastgoedontwikkeling, een stuk grond aangekocht in Nieuwland. Voor dit gbied werd in 2009 door de gemeente een koop voorkeursrecht opgelegd (WVG). Door de economische crisis werd deze WVG opgeheven. De waarde van de grond bedraagt volgens taxatie van 26 januari 2012 € 1,2 miljoen. De helft van de grond is eigendom van WVH.
12
4. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Kantoorpand Saldo per 1 januari 2011 - Aanschafwaarde - Cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde
Mutaties in het boekjaar: - Investeringen - Desinvesteringen - Afschrijvingen - Correctie afschrijvingen Saldo Saldo per 31 december 2011 - Aanschafwaarde - Cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde
€ €
2.383.511 244.350-
Inventaris
Vervoermiddelen
€
473.320
€
€
377.923-
€
103.310 6.279-
Totaal € €
2.960.141 628.552-
€
2.139.161
€
95.397
€
97.031
€
2.331.589
€
271.956
€
23.547
€
26.272
€
321.775
€
59.108-
€
21.597-
€
133.956-
35.561-
€
4.675
€
187.819
129.582
€
3.281.916
€
53.251-
€
218.705
€
€
2.655.467
€
496.867
€
€
437.031-
€
€
59.836
€
€ €
297.6012.357.866
27.876101.706
€ €
762.5082.519.408
Verzekering : De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn bij ABN-AMRO verzekerd. Het kantoorpand is tegen brand en storm verzekerd via de vereniging van eigenaren van het complex waarin het kantoorpand gevestigd is. WOZ waarde: De WOZ waarde van het totale bezit van WVH bedraagt circa € 363 miljoen. De waardepeildatum is januari 2011. De waardedaling ten opzichte van 2010 bedraagt €10 miljoen. Dit is 2,7%.
Financiële vaste activa Deelneming WVH Deelnemingen BV
31-12-11 €
12.786
31-12-10 €
14.769
Dit betreft de 100 % deelneming in WVH Deelnemingen BV. Deze deelneming is in 2008 opgericht. Het maatschappelijk aandelenkapitaal bedraagt € 90.000. Geplaatst en gestort is € 18.000. Het verloop van de post deelneming over 2011 luidt als volgt: Gestort aandelenkapitaal Af: verlies deelneming 2011
31-12-11
31-12-10
€ €
14.769 1.983-
€ €
14.969 200-
€
12.786
€
14.769
Het resultaat over 2011 is in de Winst- en Verliesrekening opgenomen onder resultaat deelnemingen.
13
VLOTTENDE ACTIVA Deze post is als volgt samengesteld: 1. 2. 3. 4.
Voorraden Debiteuren Overige vorderingen Overlopende activa
Totaal
31-12-11
31-12-10
€ € € €
86.963 145.408 43.603 17.812
€ € € €
77.153 130.257 26.855
€
293.786
€
234.265
Het verloop van deze posten is als volgt: 1. Voorraden -
Onderhoudsmaterialen
Totaal
31-12-11
31-12-10
€
86.963
€
77.153
€
86.963
€
77.153
€ €
31-12-11 74.048 71.360
€ €
31-12-10 70.518 59.739
€
145.408
€
130.257
De omloopsnelheid van het verbruik van de materialen over 2010 bedraagt 0,59. (2009: 0,69)
2. Debiteuren -
Huurachterstand Overige vorderingen op huurders
Totaal
De huurachterstand ad € 74.048 is 0,67% van de bruto huur. (2010: 0,63%) 3. Overige vorderingen -
Nog te ontvangen rente deposito Diversen
Totaal
31-12-11 € €
38.879 4.724
€
-
€
43.603
€
-
4. Overlopende activa -
Vooruitbetaalde verzekeringspremies Overige transitoria
Totaal
31-12-10
31-12-11
31-12-10
€
17.812
€ €
9.737 17.118
€
17.812
€
26.855
14
LIQUIDE MIDDELEN Deze post is als volgt samengesteld: - Kas - Postbank - Rabobank - ABN-Amro bank Totaal
31-12-11 € € € € €
1.217 9.436 1.916.360 5.204 1.932.217
31-12-10 € € € € €
187 55.325 1.299.764 1.154 1.356.430
P.M. Nog te ontvangen leningen Deze post is als volgt samengesteld: Nog te ontvangen leningen -
NWB, leningnummer 26255 (flexibele lening tot maximaal € 2 miljoen) BNG, leningnummer 40.106155, 2,985%, storting 1 maart 2011 BNG, leningnummer 40.106234, 3,40%, storting 2 mei 2011 BNG, leningnummer flex.307, Eur.+0,495%, storting 2 januari 2012 NWB, leningnummer 1-27381, 2,72%, storting 2 april 2012 BNG, leningnummer 40.106915, 2,64%, storting 2 juli 2012
31-12-11
€ € €
3.000.000 3.000.000 3.000.000
€
9.000.000
31-12-10 € € €
400.000 2.000.000 2.500.000
€
4.900.000
15
PASSIVA EIGEN VERMOGEN Reserves Deze post is als volgt samengesteld:
31-12-11
31-12-10
1. Overige reserve 2. Herwaarderingsreserve te verhuren woningen 3. Herwaarderingsreserve te verkopen woningen
€ € €
11.679.703 29.444.505 1.739.234
€ € €
13.299.856 38.033.099 2.007.958
Totaal
€
42.863.442
€
53.340.913
1. Overige reserve
31-12-11
Saldo per 1 januari 2011
€
-
€ € €
Mutatie boekjaar Vrijval herwaardering te verkopen woningen Overboeking afschrijvingen
Saldo per 31 december 2011
€
2. Herwaarderingsreserve te verhuren woningen €
-
€ € € €
Saldo per 31 december 2011
579.199182.542 1.223.49611.679.703
€ € € € €
31-12-11
Saldo per 1 januari 2011 Mutatie bedrijfswaarde boekjaar Investeringen bij mutatie en verbeteringen bestaand bezit mutatie desinvestering verkochte woning Afschrijvingen historische kostprijs
13.299.856
31-12-10
€
38.033.099 7.221.6652.565.27525.1501.223.496 29.444.505
12.695.120 1.384.780 360.861 1.140.90513.299.856
31-12-10 €
18.883.961
€
18.008.233
€
1.140.905
€
38.033.099
De herwaarderingsreserve te verhuren woningen betreft het verschil tussen de bedrijfswaarde en de boekwaarde van de woningen per 31 december 2011.
3. Herwaarderingsreserve te verkopen woningen
31-12-11
Saldo per 1 januari 2011
€
-
€ € € €
Desinvestering Desinvestering boekwaarde Mutatieboekwaarde a.g.v. afschrijvingen Mutatie bedrijfswaardea.g.v. parameters
Saldo per 31 december 2011
€
2.007.958 203.86521.324 3.826 90.0091.739.234
31-12-10 € € €
€
2.345.600 360.86123.219
2.007.958
De herwaarderingsreserve te verkopen woningen betreft het verschil tussen de taxatiewaarde min de verkoopkosten en de boekwaarde eind 2011. Het gaat om tien te verkopen woningen. (2010 elf woningen) .
16
LANGLOPENDE SCHULDEN Deze post is als volgt samengesteld: Totaal
Waarvan loopTotaal tijd > 5 jaar 31-12-11 31-12-11
Waarvan looptijd > 5 jaar 31-12-10 31-12-10
1. Leningen overheid 2. Leningen kredietinstellingen
€ €
149.249 33.555.834
€ €
149.249 25.000.000
€ €
156.828 31.124.861
€ €
164.115 22.768.901
Totaal
€
33.705.083
€
25.149.249
€
31.281.689
€
22.933.016
In het boekjaar 2012 wordt maximaal € 0,4 miljoen (2011 € 2.076.606) afgelost. Het gemiddelde rentepercentage over 2011 bedraagt 4,38%. (2010 4,42%). De gemiddelde looptijd van de leningen is 10,9 jaar. Het verloop van deze posten is als volgt: 1. Leningen overheid
31-12-11
Saldo per 1 januari 2011
€
Mutaties in het boekjaar: - Aflossingen
€
Saldo per 31 december 2011
€
2. Leningen kredietinstellingen
156.828
7.579149.249
31-12-10 €
€ €
31-12-11
Saldo per 1 januari 2011 Mutaties in het boekjaar: - Nieuwe leningen - Aflossingen - Einde looptijd
€
Saldo per 31 december 2011
€
€ € €
31.124.861 4.500.000 469.0271.600.00033.555.834
164.115
7.287156.828
31-12-10 € € € € €
31.352.568 2.400.000 444.2392.183.46831.124.861
KORTLOPENDE SCHULDEN Deze post is als volgt samengesteld: 1. Schulden aan leveranciers 2. Schulden ter zake van belastingen en premies sociale verz. 3. Overige schulden 4. Overlopende passiva
€ € € €
31-12-11 1.263.278 276.723 127.348 932.542
€ € € €
Totaal
€
2.599.891
€
1. -
€ € € € € €
31-12-11 5.435 1.101.119 33.161 8.306 32.700 82.557
€ € € € € €
31-12-10 10.000 322.448 4.919 7.774 51.732
€
1.263.278
€
396.873
Schulden aan leveranciers Controle en productie jaarrekening Crediteuren onderhoud Ontwikkeling nieuwbouw Crediteuren servicekosten Crediteuren kantoorverbouwing Diversen
Totaal
31-12-10 396.873 112.589 97.233 874.094 1.480.789
17
2. Schulden ter zake van belastingen en premies sociale verzekeringen 31-12-11 -
Loonbelasting Omzetbelasting Te betalen premies SV en pensioenfonds
Totaal
€ € €
63.477 200.359 12.887
€ € €
67.721 33.968 10.900
€
276.723
€
112.589
3. Overige schulden -
Servicekosten afrekening bewoners Deelgemente leefbaarheidsuitgaven Diverse posten Rekening courant deelnemingen BV
Totaal
31-12-11
Niet vervallen rente geldleningen Vooruit ontvangen huren Vooruit ontvangen huurtoeslag Nog te verwachten facturen onderhoud Diversen
Totaal
31-12-10
€ € € €
44.570 53.337 17.514 11.927
€
67.600
€ €
15.776 13.857
€
127.348
€
97.233
4. Overlopende passiva -
31-12-10
31-12-11
31-12-10
€ € € € €
700.307 100.049 35.511 45.613 51.062
€ € €
597.234 147.454 43.192
€
86.214
€
932.542
€
874.094
P.M. Toegezegde leningen 31-12-11 Zie specificatie bladzijde 15
€
9.000.000
31-12-10 €
4.900.000
18
Niet uit de Balans blijkende rechten en verplichtingen Consequenties integrale vennootschapsbelastingplicht . WVH dient een fiscale openingsbalans op te maken, waarvoor specifieke fiscale waarderingsregels gelden. Voor het verschil tussen de waardering op de fiscale balans (fiscale boekwaarde) en de waardering op de commerciële balans (commerciële boekwaarde) dient WVH een belastinglatentie te vormen. Dit indien en voor zover er sprake is van verrekenbare tijdelijke verschillen en belastbare tijdelijke verschillen. Een actieve belastinglatentie moet worden gevormd als de commerciële waardering (op kasstroomgenererend eenheid niveau) lager is dan de fiscale waardering. Een passieve latentie in het omgekeerde geval. De latentie moet worden gevormd tot het bedrag, waarvan het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar is voor verrekening. In de jaarrekening is uit hoofde hiervan geen latentie opgenomen. De Hoge Raad heeft op 13 januari 2012 een arrest gewezen waardoor een toegelaten instelling in beginsel een algemeen maatschappelijk of sociaal belang behartigd. Hierdoor mag een herbestedingsreserve gevormd worden voor de fiscale winst van de jaren 2008 tot en met 2011. WVH maakt van deze mogelijkheid gebruik. Een verzoek is bij de fiscus ingediend voor de herziening van de aangifte 2008 tot en met 2010. Door toepassing van de herbestedingsreserve is het belastbaar bedrag voor de jaren 2008 tot en met 2011 nihil en is er geen vennootschapsbelasting verschuldigd over deze jaren. Obligo WSW WVH heeft een obligo bij het WSW van circa € 1,5 mln. Persoonlijke ontwikkeling werknemers In de Cao woondiensten 2010/2011 is een regeling opgenomen waarin werknemers de komende vijf jaar recht hebben op een bedrag van max. € 4.500 voor persoonlijke ontwikkeling. Per 31/12/11 bedraagt de maximale verplichting voor WVH € 75.232. Jaarlijks wordt rekening gehouden met een opleidingsbudget van 5% van het brutoloon. Drie medewerkers maakten gebruik van de regeling totaalbedrag € 3.650 (2010 een medewerker € 3.600) Financiële instrumenten Algemeen WVH maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de woningbouwvereniging blootstellen aan markt- en kredietrisico’s. Het betreft financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen. WVH handelt niet in financiële derivaten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij te beperken. Renterisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een rentevaste periode. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. WVH heeft als beleid om geen afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om (tussentijdse) rentefluctuaties te beheersen. Marktwaarde De marktwaarde van de in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, effecten, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan.
19
TOELICHTING OP DE WINST- EN VERLIESREKENING Bedrijfsopbrengsten Huren
2011
2010
Te ontvangen nettohuur woningen/woongebouwen Af Huurderving leegstand *) Af Huurderving oninbaar *)
€ € €
11.004.171 118.496 5.959
€ € €
10.791.180 71.906 3.649
Totaal
€
10.879.717
€
10.715.625
€ € €
2010 49.279 133.871 65.434
€ € €
6.55071.706 313.740
*) Voor een verdere toelichting m.b.t. de huurderving verwijzen wij u naar het volkshuisvestingsverslag.
-
De "te ontvangen nettohuur" is ten opzichte van het vorige boekjaar gewijzigd als gevolg van: In gebruikname complex de Atlas Jaarlijkse huurverhoging 2009 (2,5%) Jaarlijkse huurverhoging 2010 (1,2%) Jaarlijkse huurverhoging 2011 (1,3%) Woningen uit exploitatie (verkoop) Huurverhoging harmonisatie en geriefsverbeteringen (cv., isolatie)
2011
€ € € € €
65.434 76.035 2.11773.639 212.991
Vergoedingen Te ontvangen vergoedingen: - Leveringen goederen en diensten - Contributies leden
2011
2010
€ €
337.498 2.933
€ €
400.578 3.113
Subtotaal - Vergoedingsderving
€ €
340.431 12.497-
€ €
403.691 9.548-
Subtotaal - Te verrekenen met bewoners
€ €
327.934 35.395-
€ €
394.143 53.880-
Totaal vergoedingen
€
292.539
€
340.263
De vergoedingsderving bedraagt 3,67% van de te ontvangen vergoedingen. (2010 2,36 %). De vergoeding voor levering goederen en diensten zijn per 1 juli 2011 aangepast aan de tarieven. Verkoopwinst - Verkoop woningen - Verkoop bedrijfsauto's
2011
2010
€ €
8.967 -
€ €
44.104 7.328
€
8.967
€
51.432
De verkoopwinst betreft het verschil tussen de vrijval uit de herwaarderingsreserve en de gerealiseerde opbrengst van één verkochte woning (2011 twee woningen).
20
Overige bedrijfsopbrengsten
2011
2010
- Vergoedingen/verrichte diensten (administratiekosten, huismeester) - Overige bedrijfsopbrengsten (antenneverhuur)
€ €
32.700 23.156
€ €
41.396 19.748
Totaal overige bedrijfsopbrengsten
€
55.856
€
61.144
Bedrijfslasten Afschrijvingen op materiële vaste activa
2011
2010
- Activa ten dienste van exploitatie
€
133.954
€
110.492
Totaal afschrijvingen op materiële vaste activa
€
133.954
€
110.492
Overige waardeveranderingen op materiële vaste activa -
Project Mercatorweg Afboeken Bertus Bliekhuis e.o. Afboeken plan Noord Afboeken Van Spilbergenstraat en Krimsloot Afboeken grond Nieuwland
2011 €
€
424.996
€
400.484
Erfpacht - Complex 035 - 26 Architect Oud woningen
€ € € €
127.75458.275 116.164 3.680
€
50.365
2011 €
Lonen en salarissen - Bruto salarissen
24.512-
2010
184
2010 €
2011 €
1.039.676
184
2010 €
1.021.649
In 2011 waren er 19,8 formatieplaatsen, 24 personeelsleden en per 31 december geen vacatures. In 2010 waren er 20,6 formatieplaatsen, 24 personeelsleden en per 31 december geen vacatures. Het salaris van de directeurbestuurder is onderdeel van deze kosten. Zie hiervoor het vhv verslag hoofdstuk 9.4 Sociale lasten
2011
2010
- Sociale lasten - Pensioenlasten
€ €
153.728 195.079
€ €
124.464 197.244
Totaal sociale lasten
€
348.807
€
321.708
WVH heeft een pensioenregeling die wordt geclassificeerd als een zogenaamde toegezegd pensioenregeling. De pensioenregeling is ondergebracht bij SPW (Stichting Pensioenfonds voor Woningcorporaties). Dit is een bedrijfstakpensioenfonds. WVH heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het bedrijfspensioenfonds, anders dan het voldoen van hogere toekomstige premies. Conform de richtlijnen is de pensioenregeling verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde bijdrageregeling. De pensioenlast in de winst- en verliesrekening bestaat bij een toegezegde bijdrageregeling uit de verschuldigde premies over het lopende jaar. In februari 2011 heeft het SPW gepubliceerd dat de dekkingsgraad van het pensioenfonds per 31 december 2011 101% bedraagt (2010: 104%). Zie ook hoofdstuk ontwikkelingen in het VHV verslag
21
Lasten onderhoud
2011
2010
- Onderhoudslasten (exclusief verbeteringen) - Onderhoudslasten werkapparaat
€ €
6.550.286 219.520-
€ €
4.896.597 199.405-
Kosten werk derden en groot materiaal - Vergoeding derden
€ €
6.330.766 45.192-
€ €
4.697.192 138.602-
Totaal lasten onderhoud
€
6.285.574
€
4.558.590
Overige bedrijfslasten -
Overige personeelskosten Huisvestingskosten Bestuurskosten Algemene kosten Belastingen Verzekeringen Leveringen goederen en diensten Overige bedrijfslasten
Totaal overige bedrijfslasten
2011 € € € € € € € €
126.506 70.626 88.409 538.422 868.247 30.793 255.179 198.653
€ € € € € € € €
201.231 66.840 69.275 537.351 866.144 39.231 318.773 198.200
€
2.176.835
€
2.297.045
In de bestuurskosten zijn de volgende vergoedingen opgenomen: - Raad van Commissarissen - Raad van Afgevaardigden
2010
2011
2010
€ €
32.139 20.877
€ €
31.663 24.327
€
53.016
€
55.990
In de a algemene ge e e kosten oste zijn j o onder de a andere de e de kosten oste voor oo de accou accountscontrole tsco t o e opge opgenomen. o e De uitgaven voor de jaarrekeningcontrole zijn € 16.300 en voor de controle op de invoer bij het Centraal Fonds (DVI) € 2.100. Voor fiscale advisering en aangifte van de Vennootschapsbelasting 2009 is € 12.900 aan BDO Audit en Assurance en haar netwerkorganisatie voldaan.
Rente baten
2011
2010
- Rente financiële instellingen
€
45.061
€
13.302
Totaal rente baten
€
45.061
€
13.302
Rente lasten
2011
2010
- Rente leningen krediet instellingen - Financieringslasten (borging WSW)
€ €
1.470.358 3.485
€ €
1.434.269 2.484
Totaal rente lasten
€
1.473.843
€
1.436.753
Belastingen en resultaat deelneming
2011
2010
- Vennootschapsbelasting - Resultaat deelneming
€ €
1.983
€
200
Totaal belastingen en deelneming
€
1.983
€
200
23
Specificatie fiscale winst bepaling Resultaat voor belasting (incl. deelneming) Verschil met bedrijfseconomische opstelling: - Fiscale verkoopwinst woningvoorraad - Afschrijvingen - Afboekingen niet gerealiseerd - Gemengde kosten forfait - Niet fiscaal aftrekbaar Vogelaarheffing - Toegerekende rente Mercatorweg - Agio op leningen Fiscale Winst In herinvesteringsreserve opgenomen Winst waarover belasting af te dragen.
+ + + + + + +
€
579.199-
€ 1.384.780
€ € € € €
45.815 133.954 29.0814.332 78.800
€ € € € €
€ €
7.654 337.725-
€
337.725-
€ € € €
76.424 110.492 127.7544.256 122.955 60.124 1.631.277 127.856 1.503.421
De Hoge Raad heeft op 13 januari 2012 een arrest gewezen waardoor een toegelaten instelling in beginsel een algemeen maatschappelijk of sociaal belang behartigd. Hierdoor mag een herbestedingsreserve gevormd worden voor de fiscale winst van de jaren 2008 tot en met 2011. WVH maakt van deze mogelijkheid gebruik. Een verzoek is bij de fiscus ingediend voor de herziening van de aangifte 2008 tot en met 2010. Door toepassing van de herbestedingsreserve is het belastbaar bedrag voor de jaren 2008 tot en met 2011 nihil en is geen vennootschapsbelasting verschuldigd over deze jaren.
Mutatie actuele waarde materiële vaste activa - Mutatie actuele waarde materiële vaste activa
2011 €
Jaarresultaat - Resultaat winst- en verliesrekening
9.898.272-
2010 €
2011
18.031.452
2010
€
10.477.471-
€
19.416.232
€ € €
1.620.1538.588.594268.724-
€ € €
604.737 19.149.138 337.643-
€
10.477.471-
€
19.416.232
Verdeling jaarresultaat - Overige reserve jaarmutatie - Herwaarderingsreserve te verhuren woningen - Herwaarderingsreserve te verkopen woningen
Totaal
24