Deel 3G Gegevens onderwijseenheden postpropedeutische fase Bijlage conform artikel 6.1 lid 2
Zoals in het Opleidingsstatuut, deel 1, is aangegeven is het curriculum bij ICA sinds 1 september 2013 vernieuwd. Daarom zijn in onderstaand schema de onderwijseenheden voor de postpropedeutische fase opgenomen voor het oude programma volgens het semestermodel, voor studenten die vóór 1 september 2013 met een studie bij ICA zijn begonnen.
Eindkwalificaties “Semestermodel” .................................................................................................................................................... 2 Align Business and ICT (ABI) ................................................................................................................................................................ 6 Advise an E-Business Solution (ADEB) .............................................................................................................................................. 21 Automate Process Control (APC) ...................................................................................................................................................... 39 Advise a Social Media Solution (ASOM) ............................................................................................................................................ 52 Create a Robot (CAR) ........................................................................................................................................................................ 64 Create Audio and Visuals for Internet (CAVI).................................................................................................................................... 75 Create an Interactive Content Application (CICA)............................................................................................................................. 90 Create a Rich Internet Application (CRIA) ....................................................................................................................................... 109 Develop a Distributed OO Application (DDOA) ............................................................................................................................... 125 Deploy Enterprise Content (DECO) ................................................................................................................................................. 144 Design Embedded Media Objects ................................................................................................................................................... 159 Develop an Information System (DIS) ............................................................................................................................................. 170 Develop and Maintain an E-Community (DMEC) ............................................................................................................................ 190 Create a Game (GAME) ................................................................................................................................................................... 201 Make a High-Performance Network Application (MPNA) .............................................................................................................. 218 Vaardigheden .................................................................................................................................................................................. 233
Eindkwalificaties “Semestermodel” Domeinbeschrijving en domeincompetenties Een belangrijke basis voor de eindkwalificaties van de opleidingen wordt gevormd door de beroepsprofielen van de HBO-I stichting, het samenwerkingsverband van de ICT-opleidingen binnen het hoger beroepsonderwijs in Nederland. Eén van de producten van deze stichting is de domeinbeschrijving van de Bachelor of ICT uit 20091. Deze domeinbeschrijving heeft als doel een bijdrage te leveren aan de positionering en beeldvorming van ICT-opleidingen in Nederland, deze een gemeenschappelijk kader te bieden en daarmee de kwaliteit van het ICT-onderwijs te verhogen. In navolging van de HBO-I stichting ziet ICA het begrip competentie als: het samenhangend geheel van kennis, vaardigheden en attitude dat nodig is om in een beroepssituatie tot adequaat gedrag te komen. Een competentie ontstaat volgens deze visie dus pas als de verschillende bouwstenen van die competentie in een relevante context bij elkaar komen. Adequaat gedrag wil zeggen dat professionals binnen die relevante context naar verwachting en op de juiste wijze handelen. De context waarin je als bachelor fungeert bepaalt dus je individuele competentieprofiel en het niveau waarop je over specifieke beroepscompetenties moet beschikken. De competenties die je ontwikkelt binnen de opleidingen van het domein ICT zijn vergelijkbaar en zelfs deels gelijk. Bij het domein ICT hoort een set domeincompetenties die samen een samenvatting vormen van de beroepsprofielen waartoe de ICA-opleidingen opleiden. Ze zijn vrij algemeen, abstract en vanuit de brede ICT-beroepscontext geformuleerd. De domeincompetenties worden in het onderwijs geconcretiseerd in concrete beroepstaken.
Het ICA-competentieprofiel Binnen ICA is gekozen voor één competentieprofiel dat het gehele domein ICT afdekt. Dit competentieprofiel is daarom generiek geformuleerd. Deze generieke eindkwalificaties worden contextspecifiek uitgewerkt in opleidingsprofielen, en daarbinnen in beroepstaken. De combinatie van beroepstaken vormt het specifieke opleidingsprofiel. De beroepstaken zijn ondergebracht in propedeuse-onderwijseenheden, hoofdfasesemesters, de stage en de afstudeeropdracht. Het competentieprofiel van ICA bevat vijf specifieke en vier algemene competenties. De specieke competenties zijn: analyseren/onderzoeken, adviseren, ontwerpen, realiseren, en beheren. De algemene competenties (ook professional skills genoemd) zijn: planmatig werken, samenwerken, communiceren, en zelfsturing/reflectie. Om deze generiek geformuleerde competenties nader te definiëren is bij iedere competentie een aantal indicatoren geformuleerd die eveneens generiek zijn voor alle ICA-opleidingen. In elke OWE worden vervolgens deze generieke indicatoren geconcretiseerd. In de Propedeuse- en Hoofdfase OWE-beschrijvingen (zie deel 2 van dit opleidingsstatuut, Onderwijs- en examenregeling, bijlage 1, 2, 4 en 5) kun je precies vinden welke competenties in welke OWE de nadruk krijgen, en hoe ze zijn geconcretiseerd. In het volgende overzicht worden de bovengenoemde eindkwalificaties geconcretiseerd door indicatoren voor het eindniveau van de opleidingen.
1
HBO-I stichting, 2009, Bachelor of ICT domeinbeschrijving
ANALYSEREN /ONDERZOEKEN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen op een systematische en professionele wijze een analyse uitvoeren en onderzoek doen. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Brengt de situatie in kaart en formuleert de probleem- of doelstelling
2.
Vertaalt de probleem- of doelstelling naar onderzoeksvragen.
3.
Gebruikt analyse- en onderzoeksmethodieken, -technieken en -gereedschappen.
4.
Verzamelt systematisch informatie, onderscheidt hoofd- en bijzaken, en beoordeelt of de informatie relevant en voldoende is.
5.
Interpreteert de informatie en beantwoordt de onderzoeksvragen
6.
Beantwoordt de onderzoeksvragen en trekt conclusies.
7.
Rapporteert en presenteert de resultaten en hoe deze bereikt zijn.
ADVISEREN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen, gegeven een adviesvraag, een professioneel verantwoord en haalbaar advies geven. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Formuleert een advies op basis van een analyse/onderzoek.
2.
Toetst haalbaarheid van het advies.
3.
Creëert draagvlak voor het advies.
4.
Maakt afweging tussen alternatieven
5.
Past methoden en/of technieken toe
6.
Presenteert het advies overtuigend
ONTWERPEN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen, uitgaande van een verzameling eisen en wensen, op een gestructureerde en professioneel verantwoorde wijze een zodanige ontwerp maken zodat zo goed mogelijk aan genoemde eisen en wensen is voldaan. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Maakt een ontwerp dat voldoet aan eisen en verwachtingen.
2.
Onderzoekt mogelijke alternatieve ontwerpen.
3.
Verdedigt ontwerpbeslissingen in relatie tot mogelijke alternatieven.
4.
Valideert tijdens het ontwerpproces tussenresultaten.
5.
Hanteert ontwerpmethoden, -technieken, - gereedschappen en -notaties.
6.
Beschrijft het ontwerp zó, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren.
7.
Documenteert alle ontwerpkeuzes.
REALISEREN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen, uitgaande van een ontwerp, op een professionele wijze een product realiseren en invoeren dat aan de gestelde eisen en wensen voldoet. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Realiseert een product op basis van een ontwerp en volgens in de situatie geldende richtlijnen.
2.
Maakt op professionele wijze realisatiekeuzes waar het ontwerp of richtlijnen geen uitsluitsel geven.
3.
Hanteert methoden, technieken en gereedschappen bij de realisatie, de controle en de invoering.
4.
Zorgt voor terugkoppeling naar de ontwerper.
5.
Controleert tussentijds of de realisatie voldoet aan het ontwerp en richtlijnen
6.
Controleert of het gerealiseerde product voldoet aan de eisen en wensen.
7.
Zorgt voor overdraagbaarheid van het product.
8.
Zorgt voor invoering van het product.
BEHEREN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen op een systematische en professionele wijze vorm geven aan beheer van een bestaand product om de exploitatie en de continuïteit te waarborgen Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Hanteert methoden, technieken en gereedschappen bij exploitatie en beheer.
2.
Beschrijft beheerstaken en processen
3.
Beoordeelt alle consequenties van wijzigingsvoorstellen voor exploitatie en continuïteit van het product
4.
Organiseert exploitatie en beheer
5.
Zorgt voor overdraagbaarheid van exploitatie en beheer
COMMUNICERENNiveau 3 Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA zijn in staat informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op en uit te wisselen met een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Is doel- en doelgroepgericht zowel verbaal als non-verbaal.
2.
Zorgt dat boodschap en samenhang ondersteund worden door opzet, structuur en stijl.
3.
Toetst of de boodschap is overgekomen bij de doelgroep.
4.
Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
5.
Kan hoofd- en bijzaken onderscheiden.
6.
Schakelt indien nodig tussen inhouds- en betrekkingsniveau.
PLANMATIG WERKEN Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen (in een multidisciplinaire omgeving) een ontwikkel- of beheertraject projectmatig inrichten en geschikte methoden kiezen en toepassen. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Oriënteert zich op de opdracht
2.
Stelt inhoudelijke, financiële, juridische en/of organisatorische kaders.
3.
Kiest en verantwoordt een methodische aanpak.
4.
Maakt een realistische tijdsplanning.
5.
Maakt een plan van aanpak dat wordt onderschreven door de opdrachtgever.
6.
Houdt zich aan het plan van aanpak en weet eventuele afwijkingen daarvan overtuigend te verantwoorden.
7.
Bewaakt en evalueert voortgang en kwaliteit.
8.
Legt waar nodig acties en werkwijzen vast in procedures. SAMENWERKEN
Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen in een multidisciplinair team samenwerken. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Overlegt over taakverdeling en maakt daarover afspraken.
2.
Houdt zich aan gemaakte afspraken.
3.
Stemt eigen taakuitvoering af met teamleden.
4.
Levert inhoudelijke bijdragen in een overleg.
5.
Activeert teamleden.
6.
Neemt verantwoordelijkheid voor de (multidisciplinaire) samenwerking.
7.
Weet actief met conflicten om te gaan.
8.
Doet zonodig een beroep op expertise van anderen.
9.
Deelt kennis en ervaring met teamleden.
10.
Heeft zicht op de rollen van alle teamleden
11.
Beschrijft de interactie binnen de groep ZELFSTURING / REFLECTIE
Eindkwalificatie Afgestudeerden van ICA kunnen zichzelf sturen in hun beroepsmatig functioneren en beroepsmatige ontwikkeling. Indicatoren voor het eindniveau van de opleiding 1.
Vertoont gedrag dat hoort bij het beroep.
2.
Reflecteert op eigen beroepsmatig handelen.
3.
Werkt aan de verbetering van zijn beroepsmatig handelen.
4.
Bevordert de eigen deskundigheid.
5.
Zoekt actief naar en is kritisch t.a.v. kennisbronnen.
6.
Verantwoordt eigen handelen.
7.
Verantwoordt afwegingen bij ethische en maatschappelijke dilemma’s.
8.
Zoekt actief naar en staat open voor nieuwe opvattingen en inzichten voor het vakgebied.
Align Business and ICT (ABI) C/I – Semester Centrale beroepstaak
Align Business & ICT
C/I course Implementation Business case met kosten/batenanalyse Implementatieplan Balanced Scorecard
C/I course Advice Information Solutions Organisatieanalyse Veranderingsanalyse Personeelsmanagement Informatiekunde ICT-advies
I course Deploy Business Software Financiële administratie Logistieke processen Selectie bedrijfsbreed softwarepakket Inrichten ERP-pakket
C/I Project (voltijd) ABI verdiepingsopdracht (deeltijd)
2
2
Deploy
2
2
2
2
Project VT
2
2
2
2
Verdieping DT
2
2
2
2
2
2
2
2
Zelfsturing & Reflectie
2
Samenwerken
AIS
Planmatig werken
2
Communiceren
2
Beheren
Ontwerpen
2
Evalueren
Adviseren
Impl
Realiseren
Analyseren & Onderzoeken
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving Hoe kan ICT de business het beste ondersteunen bij het oplossen van business-problemen? Deze vraag staat centraal in het semester Align Business & ICT. De informatievoorziening in dienst van de bedrijfsvoering. Elk van de drie courses levert daar een eigen bijdrage aan. Een globaal overzicht van de opbouw van dit semester: de course Advice Information Solutions brengt “het probleem” van een bedrijf in beeld. De course Deploy business software realiseert en implementeert “de oplossing”. Bij de course Implementation wordt deze oplossing “daadwerkelijk ingevoerd”.
Beschrijving OWE Implementation 1
Titel OWE Opleiding
2 3 5
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7 8 9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Implementation SIS I-ABI IMP Implementation is een course van ABI (links). ABI (links) is een kernsemester van BI en een verwacht semester van DC, CMD C, I en TI. Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd en/of voltijd Align Business and ICT Businesscase Implementatieplan Besturingsanalyse 7,5 Studiepunten 210 SBU C-propedeuse: Portal I-propedeuse: Product Quality AANBEVOLEN C- of I-propedeuse In de praktijk mislukken jammerlijk veel ICT projecten door falende sturing, gebrekkige communicatie, onoverzichtelijke complexiteit en vage doelstellingen. Slechts een relatief klein gedeelte van de mislukkingen (minder dan 10%) is te wijten aan verkeerde hardware of software. Deze course propageert dat er een balans moet zijn tussen de organisatie en ICT. De vele ICT innovaties en de continue transitie waarin veel organisaties zich bevinden, vereisen dat snel de impact van een wijziging op het proces en de ICT wordt bepaald. In deze course wordt aandacht besteed aan het sturen en verbeteren van bestaande bedrijfsprocessen en vervolgens het implementeren van die veranderingen. De course biedt concrete handvatten bij het inrichten van bedrijfsprocessen en het professionaliseren van implementaties, zowel projectmatig als procesmatig. Hierbij wordt gericht gekozen uit een arsenaal aan hulpmiddelen zoals de methoden en technieken voor ICT, resultaatanalyse, INK model, balanced scorecard, cockpits, risicoanalyse, contractmanagement en invoeringscenario´s. Analyseren en onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken Ana2.1 Ana2.2 Ana2.3 Ana2.4 Ana2.5 Ana2.6 Ana2.7 Ana2.8 Adv2.1 Adv2.2
Adv2.3 Adv2.4 Adv2.5
Je kent een aantal trends die momenteel spelen in de netwerkeconomy (on-demand era). Je onderkent het belang om IT in te zetten als strategisch wapen om ‘bedrijfsvoordeel’ te behalen. Je kunt een organisatiediagnose uitvoeren (als aanleiding voor het project) en daarbij organisatietheorieën toe te passen (o.a. Porter value chain). Je kunt een knelpuntanalyse gestructureerd uitvoeren (als onderbouwing van de projectaanpak). Je kent de rol en plaats van de Business Case in een project. Hierbij wordt eveneens gerefereerd aan Prince2 (Projects In Controlled Environment). Je hebt inzicht in referentiemodellen van bedrijfsprocessen voor afdelingen, organisaties en waardeketens. Je hebt inzicht in de implicaties van veranderingen voor betrokken stakeholders en kent de overwegingen die hierbij een rol spelen (objecten van verandering). Je hebt kennis van een aantal trends die innoverend werken op bedrijfsprocessen. Je kunt voor een ICT-implementatie een implementatiestrategie en projectorganisatie beschrijven. Je kunt bij de afronding van een ICT-project, een voorstel maken voor de inbedding van de projectresultaten in de organisatiestructuur. Je kent de overwegingen die van belang zijn bij een pakketselectie uit de markt en kan deze op hoofdlijnen in kaart brengen. Je kunt voor de selectie van ICT-methodieken en systemen een selectietraject formuleren en uitvoeren. Je kunt uit een aantal scenario´s voor de ingebruikname van een ICT-systeem, het beste scenario verdedigen.
Ontw2.1 Ontw2.2 Ontw2.3 Ontw2.4 Ontw2.5
Ontw2.6 Ontw2.7
Je kunt voor een knelpuntanalyse een oplossing beschrijven (knelpunten analyse/probleem inventarisatie maken). Je kunt kwaliteit in meetbare termen beschrijven en benoemen. Hierbij wordt eveneens gerefereerd aan product descriptions in Prince2 (Projects In Controlled Environment). Je kunt bedrijfsprocessen (op hoofdlijnen) herontwerpen. Je hebt kennis van minimaal twee modelleringtechnieken voor implementeren. Je kunt voor de stakeholders die betrokken zijn bij de introductie van een ICT-systeem een communicatieschema opzetten. Je kunt voor de introductie van een ICT-systeem een bondig opleidingsplan opstellen met daarbij de overwegingen die een rol spelen bij het invoeren van het systeem. Je kunt projectresultaten systematisch documenteren.
Je kent het begrip besturing in organisaties in relatie beheersing en control en het belang daarvan met scorecards. Je kent de aanpak voor het opstellen van een balanced Ontw2.9 scorecard. Je kunt kritieke succesfactoren benoemen en Ontw2.10 daarbijbehorende kernprestatie-indicatoren opstellen. Ontw2.11 Je kunt een eenvoudig oorzaak en gevolgschema opzetten. Ontw2.8
Ontw2.12 Je kunt een managementrapportage ontwerpen en opstellen. Ontw2.13 12
13
Tentaminering
Verplichte literatuur
Je kent de architectuur van een datawarehouse op hoofdlijnen.
Code deeltentamen Deeltentamen
T1 Businesscase en implementatieplan
T2 Besturingsanalyse
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
MC toets 1 Cijfer 5,5 25% Zie toetsschema N.v.t.
MC toets 1 Cijfer 5,5 25% Zie toetsschema N.v.t.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
BC Business case Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 15% Zie toetsschema N.v.t.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
BsAn Besturingsanalyse Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema. N.v.t.
ImPl Implementatieplan Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 15% Zie toetsschema N.v.t.
Daan van Beek, Tutein Nolthenius, De intelligente organisatie, ISBN 9789072194817 R.Koops et.al, Regatta - ICT implementaties als uitdaging voor een vier-met stuurman, SDU, ISBN 9789012118569
14 15 16 17
Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten
18
Werkvormen
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
Syllabus (digitaal)
N.v.t. N.v.t. N.v.t. Lessen over de thema’s Bedrijfsprocessen Implementeren Balanced Scorecard Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Casus
Hoor/werkcolleges Begeleid practicum Groep feedback sessies Peer review sessies
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE Advice Information Solution 1
Titel OWE Opleiding
2 3 5
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7 8 9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Advice Information Solution SIS I-ABI AIS Advice Information Solution is een course van ABI (links) en ABI (rechts). ABI (links) is een kernsemester van BI en een verwacht semester van DC, CMD C, I en TI. ABI (rechts) is een kernsemester van BI en een verwant semester van CMD I. I en TI. Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd en/of voltijd Align Business and ICT Organisatieanalyse Veranderingsanalyse/adviesrapport 7,5 Studiepunten 210 SBU C-propedeuse: Portal I-propedeuse: Product Quality AANBEVOLEN C- of I-propedeuse In deze course zoomen we in op de problemen die zich in een bedrijf kunnen voordoen. Van groot belang is dat je leert te denken vanuit de business. ICT heeft immers als doel een toegevoegde waarde voor de bedrijfsvoering te zijn. We kijken naar de bedrijfsvoering en analyseren eerst goed hoe deze in elkaar zit. Dan proberen we vast te stellen of eventueel door de inzet van ICT-middelen deze problemen opgelost kunnen worden en of er daardoor verbeteringen doorgevoerd kunnen worden. Of dien je in de bedrijfsvoering zelf elementen te veranderen? Door middel van een probleem- en veranderingsanalyse breng je in kaart wat de problemen en verbeterpunten zijn en welke veranderingen gewenst zijn. Je evalueert de verschillende oplossingsstrategieën. Vervolgens adviseer je de organisatie hoe de problemen het best kunnen worden opgelost. Op deze wijze Align je de Business en ICT. Deze course is gebaseerd op een casus, die zich afspeelt op een HRMafdeling, die de personeelszaken behandelt en stuurt in een bedrijf. Binnen deze afdeling zijn verschillende knelpunten zichtbaar. Om dit te begrijpen en straks iets zinnigs te kunnen adviseren, moet je iets van personeelsmanagement weten. Daarnaast dien je te weten hoe je problemen en veranderingen op een systematische wijze in kaart brengt. Ook heb je een brede blik nodig over het ICT veld, op het gebied van toepassingen en infrastructuur, maar ook op de informatiebehoefte van de verschillende afdelingen. Analyseren en onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken Indicatorid Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana2.1 Ana2.2 Ana2.3 Ana2.4 Ana2.5 Ana2.6 Ana2.7
Adv2.1 Adv2.2 Adv2.3 Adv2.4
Brengt de situatie in kaart en formuleert de probleem- of doelstelling Vertaalt de probleem- of doelstelling naar onderzoeksvragen. Gebruikt analyse- en onderzoeksmethodieken, technieken en -gereedschappen Verzamelt systematisch informatie, onderscheidt hoofd- en bijzaken, en beoordeelt of de informatie relevant en voldoende is Interpreteert de informatie en beantwoordt de onderzoeksvragen Beantwoordt de onderzoeksvragen en trekt conclusies Rapporteert en presenteert de resultaten en hoe deze bereikt zijn. Adviseren niveau 2 Formuleert een advies op basis van een analyse/onderzoek. Toetst haalbaarheid van het advies Creëert draagvlak voor het advies Maakt afweging tussen alternatieven
Toelichting
Adv2.5 Adv2.6 Ont2.1 Ont2.2 Ont2.3 Ont2.4 Ont2.5 Ont2.6 Ont2.7 12
Tentaminering
Past methoden en/of technieken toe Presenteert het advies overtuigend Ontwerpen niveau 2 Maakt een ontwerp dat voldoet aan eisen en verwachtingen. Onderzoekt mogelijke alternatieve ontwerpen Verdedigt ontwerpbeslissingen in relatie tot mogelijke alternatieven Valideert tijdens het ontwerpproces tussenresultaten Hanteert ontwerpmethoden, -technieken, gereedschappen en –notaties Beschrijft het ontwerp zó, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren Documenteert alle ontwerpkeuzes
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
CAS AIS Casustoets Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 50% Zie toetsschema Nvt
OrgAn Organisatieanalyse Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 10% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen VrAn,AdvRp Deeltentamen Veranderingsanlayse, adviesrapport Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 40% Periode afname en herkansing Zie toetsschema Compensatie Nvt e Schoenmakers et.al., Operationeel personeelsmanagement, ISBN: 9789001810122 (3 druk) David Kroenke, Experiencing MIS: international edition, Pearson education, ISBN 9780132570176 Peter Thuis, Toegepaste organisatiekunde, ISBN 9789001861155 (ook in propedeuse gebruikt) Syllabus (digitaal) Informatieanalyse, de brug van bedrijfsdoelen naar ICT-oplossingen analysetechnieken en communicatievormen voor informatieanalisten en –architecten, ISBN 9789058710604
13
Verplichte literatuur
14 15 16 17
Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten
N.v.t.
N.v.t. N.v.t. Lessen over de thema’s Organisatie en informative Het belang van ICT voor de business Veranderingsanalyse Personeelsmanagement Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Casus
18
Werkvormen
Hoor/werkcolleges Begeleid practicum Groep feedback sessies Peer review sessies
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20 21
Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE Deploy Business Software 1
Titel OWE Opleiding
Deploy Business Software SIS I-ABI DBS Deploy Business Software is een course van ABI (rechts). ABI (rechts) is een kernsemester van BI en een verwant semester van CMD I. I en TI. Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd Align Business and ICT Adviesrapport pakketselectie Ingericht en werkend ERP pakket
2 3 5
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
I-propedeuse: Product Quality
8 9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
AANBEVOLEN I-propedeuse Bij ieder bedrijf worden allerlei processen uitgevoerd om een bepaald product of dienst te leveren. In deze course leer je de bedrijfsprocessen op financieel en logistiek gebied kennen, begrijpen en toepassen. We richten ons voornamelijk op productiebedrijven of multinationals die productie hebben uitbesteed maar daar nog wel de regie van voeren. Je leert werken met een ERP-pakket en hoe je dit standaardpakket moet inrichten voor een bedrijf. Ook hou je je bezig met het complexe traject van selectie van het juiste pakket en de juiste leverancier voor een bedrijf. In deze course ga je uit van een gegeven set van eisen en wensen, gebaseerd op een gewenste situatie en ga je die verder analyseren door dit te vergelijken met wat er standaard al te koop is op ICT gebied. Deploy Business Software houdt concreet in dat je een gekozen systeem in gebruik neemt en de eindgebruikers klaarstoomt om er mee te gaan werken.
Analyseren 2.1
Analyseren 2.2
Analyseren 2.3
Analyseren 2.4 Analyseren 2.5 Analyseren 2.6 Adviseren 2.1 Adviseren 2.2
Adviseren 2.3 Ontwerpen 2.1 Ontwerpen 2.2
Ontwerpen 2.3 Realiseren 2.1
Realiseren 2.2 Realiseren 2.3
Je hebt inzicht in de eisen en wensen voor benodigde informatiesystemen voor de ondersteuning van bedrijfsprocessen in een productie onderneming. Je hebt inzicht in de structuur van een ERP systeem( of een ander gelijkwaardig bedrijfsbreedondersteunend systeem) en in de functionele mogelijkheden die een dergelijk systeem in zich heeft. Je hebt inzicht in de informatiestromen van klantenorder / prognose tot aan uitlevering van een product en de financiële afhandeling van dat traject. Je kunt de financiële processen en de administratieve organisatie voor een (productie) onderneming beschrijven en uitvoeren Je kunt de primaire (logistieke) processen van een productie onderneming beschrijven en uitvoeren. Je hebt inzicht in de geldstromen, financiële processen en administratieve organisatie van een productie onderneming. Je hebt inzicht in de kosten en baten van een ERP systeem voor een productie onderneming en kan hierover advies uitbrengen. Je kunt een systematische vergelijking maken tussen verschillende ERP systemen op basis van de eisen en wensen van een productie onderneming, en daarover advies uitbrengen. Je kunt een gebruiker de werking van de belangrijkste logistieke en financiële processen in een ERP systeem uitleggen. Je kunt de relevante bedrijfsprocessen in een productiebedrijf modelleren. Je hebt inzicht in de verschillen (gaps) tussen gewenste processen en beschikbare software en kan voorstellen doen om de gaps te overbruggen. Je hebt inzicht in de (on)mogelijkheden van een ERP systeem. De student is in staat de financiële processen van een productieonderneming met een ERP pakket werkbaar in te richten Je kunt de logistieke processen van een productieonderneming met een ERP pakket werkbaar inrichten. Je kunt bedrijfsgegevens zelf invoeren en transacties uitvoeren en kan daardoor de werking verklaren en overbrengen aan
gebruikers van een ERP systeem Realiseren 2.4
Je kunt een testplan schrijven en uitvoeren
Invoeren 2.1
12
Je hebt inzicht in conversieproblematiek bij het gebruik van pakketsoftware en kan hiervoor een conversieplan opstellen. Communiceren Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste 2.1 spelling. Code deeltentamen InPrOp T Individuele Praktijkopdracht Toets (50% financieel, 50% logistiek) Deeltentamen Toetsvorm Beroepsproduct Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Vink Cijfer Minimaal resultaat Voldoende 5,5 of hoger Weging 0% 40% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
ADV en Ontw Advies en Ontwerp ERP oplossing
ERP pakket Ingericht en werkend ERP systeem Beroepsproduct 1
Toetsvorm Beroepsproduct Aantal 1 examinatoren Beoordeling Cijfer Cijfer Voorlopige cesuur 55 % van punten behaald 55 % van punten behaald Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 35% 25% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt A.W.W.Heezen, Introductie basisbegrippen bedrijfseconomie & bedrijfsadministratie, Wolters Noordhof, ISBN 978-90-01-79771-3 Syllabus Bedrijfskunde (digitaal) Syllabus Bedrijfsadministratie DBS (digitaal)
13
Verplichte literatuur
14 15 16 17
Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20 21
Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
N.v.t. Navision Client Software N.v.t. Lessen over de thema’s Logistieke processen Financiële administratie Selectie bedrijfsbreed softwarepakket Ontwerp en inrichten van een ERP-pakket Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Casus Hoor/werkcolleges Begeleid practicum Groep feedback sessies Peer review sessies
N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE ABI project 1
Titel OWE Opleiding
ABI project SIS I-ABI P ABI-project is het project van ABI (links) en ABI (rechts). ABI (links) is een kernsemester van BI en een verwacht semester van DC, CMD C, I en TI. ABI (rechts) is een kernsemester van BI en een verwant semester van CMD I. I en TI. Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse voltijd Align Business and ICT Contract en verslag indicatoren Reflectieverslag Plan van Aanpak Projectdeliverables
2 3 5
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
8 9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken, Reflecteren/zelfsturing
11
Beoordelingscriteria
Aangezien elk extern project anders is, is het niet mogelijk een vast omlijnde set indicatoren te gebruiken voor de beoordeling van de competenties. Vandaar dat er binnen het project door de studenten gekozen wordt welke competenties en indicatoren van toepassing zijn. Daar de indicatoren veelal methoden en technieken zijn ontstaat zo een Plan van aanpak waarin een selectie van de indicatoren uit de courses zijn opgenomen. Dit moet op zo’n manier worden gedaan dat hiermee het projectprobleem wordt opgelost. Daarnaast wordt in de praktijk een gekozen indicator enigszins aangepast aan de eisen die het project stelt. Daar staat tegenover dat een aantal indicatoren wel degelijk nieuw zijn in het project. Zo moet er een project verworven worden dat wordt aangepakt met een geschikte selectie van technieken en methoden. Tevens moet de student reflecteren op zijn eigen bijdrage en het groepsresultaat.
15 Studiepunten 420 SBU ABI-courses Advice Business Solutions en Implementation (ABI links) ABI-courses Advice Business Solutions en Deploy Business Software (ABI rechts) AANBEVOLEN C- of I-propedeuse Elke groep van 5 studenten voert een extern project uit. Ze moeten daarvoor op zoek naar een organisatie met een geschikte opdracht, die bij het kader van dit semester past. Voorbeeld: een organisatie heeft een bedrijfsvoeringsprobleem dat ze met ICT willen oplossen. Het project moet verder gaan dan alleen de course Advice Information Solutions. Daarom moet naast het advies er ook een implementatieplan en/of bijvoorbeeld een pakketselectietraject beschreven worden. De
Indicatorid Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana 2.1
Ana 2.2
Ana 2.3
Ana2.4
Kan een organisatieanalyse uitvoeren op één of meerdere onderdelen binnen een organisatie en gebruikt daarbij toegepaste organisatiemodellen als onderbouwing van de uitkomst van de analyse. Kan aan de hand van een uitgevoerde knelpuntenanalyse bewust voorstellen uitwerken om te investeren in ICT voorzieningen als oplossing voor geconstateerde problemen. Stelt een businesscase op waarbij rekening wordt gehouden met de context van het project in de organisatie en de bijdrage die het project zal leveren voor de organisatie. Kan een gewogen oordeel uitspreken over de aanwezige ICT voorzieningen, in de vorm van een gestructureerde knelpunten inventarisatie, als aanzet voor een op te starten verandertraject.
Ana2.5
Ana2.6
Ana2.7
Ana2.8
Ana2.9
Adv2.1
Adv2.2
Adv2.3
Adv2.4
Adv 2.5
Kan een referentiemodel toepassen op een bestaande probleemsituatie en daarbij een aspectsysteem (financieel, productie, hrm etc) verder uitwerken als mogelijke oplossing. De student kiest op basis van de methoden en technieken die hij geleerd heeft in de courses een geschikte aanpak van het project Student kan in groepsverband een opdracht op het snijvlak van Business en ICT verwerven. Maakt een keuze uit de indicatoren behorende bij de gekozen competentie. Deze indicatoren zijn afkomstig uit de courses en worden door context specifiek gebruikt binnen het project.
Kan indicatoren uitwerken in vooraf gedefinieerde Deliverables Adviseren niveau 2 Is in staat voor een ICT implementatie de objecten van veranderingen (mens, techniek, proces, besturing en gegevens) gedetailleerd te beschrijven en de wijzigingen die zich hierin voordoen Kan voor een ICT verandertraject een pakket selectietraject gestructureerd opzetten, daarbij de juiste afwegingen maken en tot een (resultaat)einde laten komen Kan de overgang van een ICT project van een ontwerpomgeving en ontwikkelomgeving naar de inbedding binnen een beheeromgeving in een plan uitwerken. Kan een advies opstellen over de (her) inrichting van bedrijfsprocessen waarbij verschillende mogelijke oplossingen (ICT en/of andere) tegen elkaar worden afgewogen en tot een onderbouwde en haalbare keuze worden uitgewerkt. Student zorgt voor samenhang uitgewerkte indicatoren en Deliverables Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Ont2.2
Ont2.3
Ont2.4
Kan een kwaliteitsplan opstellen met daarin de kwaliteitsorganisatie, het kwaliteitsproces, kwaliteitsproductbeschrijvingen Past een concrete (ontwerp) modelleringtechniek toe binnen de onderzochte context welke leidt tot (aanvullend) inzicht in het probleemgebied of tot een onderbouwing van de voorgestelde oplossing. Ontwerpt een besturingsmodel binnen de onderzochte context als basis voor de oplossing van geïnventariseerde knelpunten. Ontwerpt een balanced scorecard met meetbare KPI’s waarbij de begrippen zijn gedefinieerd in een data dictionary.
Dit betekent dat de indicatoren mogen worden vertaald naar de concrete bedrijfssituatie. Per competentie geldt een minimum van 3 a 4 indicatoren afhankelijk van de diep gang per indicator.
Ont2.5
Kan specificaties van bedrijfsprocessen vertalen naar de specificatie van een ERP systeem
Realiseren niveau 2 Rea2.1 Rea2.2 Rea2.3
Eva 2.1
12
Kan een ERP systeem inrichten Kan een conversieplan opstellen Realiseert een BI prototype als ondersteuning voor het oplossing van een besturingsprobleem. Evalueren niveau 2 Student kan op het project reflecteren aan de hand van gekozen indicatoren en zijn eigen bewijslast. Hij stelt vast wat de bijdrage van de gekozen indicatoren was voor het uitvoeren van de opdracht en de bijbehorende doelen.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie de generieke ICA-competentieset . Code deeltentamen D1 D2 D1 Plan van aanpak Deeltentamen D2 Contract Toetsvorm Schriftelijke toets Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger Voldoende Weging 15% 0% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
D3 DEliverables
Code deeltentamen Deeltentamen
D5 Contractverslag vaardigheden en vaardigheden toets Beroepsproduct en toets 1
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13 14 15 16 17
Verplichte literatuur Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 40% Zie toetsschema Nvt
D4 Contractverslag Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 11,7% Zie toetsschema Nvt
Cijfer 55% van te behalen punten 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
N.v.t. N.v.t. N.v.t. N.v.t. Afhankelijk van de concrete opdracht, bijvoorbeeld Analyseren van een organisatie Analyseren oorzaken van problemen Ontwerp oplossingen voor problemen
18
Werkvormen
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
Bepaal de beste oplossing Maak een plan voor het selecteren van een pakket dat het beste past bij de gekozen oplossing Schrijf een implementatieplan voor het geselecteerde pakket Schrijf een adviesrapport Presenteer het advies aan het bedrijf
Afspraken maken met externe organisaties Groep feedback sessies Peer review sessies Presentaties
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE ABI verdieping BICT opdracht(++) 1
Titel OWE Opleiding
2 3 5
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
7 8 9
10 11
Competenties Beoordelingscriteria
ABI verdieping BICT opdracht SIS I-ABI ++ ABI verdieping BICT opdracht is de verdiepende deeltijdopdracht van ABI (links) en ABI (rechts). ABI (links) is een kernsemester van BI en een verwacht semester van DC, CMD C, I en TI. ABI (rechts) is een kernsemester van BI en een verwant semester van CMD I. I en TI. Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd Align Business and ICT Opiniërend artikel onderzoeksrapport Vragen en verdediging 7,5 Studiepunten 210 SBU ABI-courses Advice Business Solutions en Implementation (ABI links) ABI-courses Advice Business Solutions en Deploy Business Software (ABI rechts) AANBEVOLEN C- of I-propedeuse Elke groep van max. 4 deeltijdstudenten voert een onderzoek uit. Het onderwerp van dit onderzoek ligt in het verlengde van de courses. In tegenstelling tot de courses is het echter de bedoeling om zélf op zoek te gaan naar bronnen van informatie en deze te om te zetten in kennis. De docenten dragen de onderwerpen aan. Hieruit kun je eentje kiezen die jou aanspreekt en waarover je een mening hebt. Het onderzoek sterkt je met argumenten voor deze stellingname die je in een opiniërend artikel uit de doeken moet doen. Tot slot mag je jou ideeën verdedigen in de groep. Hier is niet een mooi verhaal maar de kracht van goede argumenten doorslaggevend. Analyseren en onderzoeken, Adviseren Indicatorid Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Brengt de situatie binnen het vakgebied in kaart en formuleert een heldere stellingname Verzamelt systematisch informatie binnen het vakgebied om stellingname te kunnen beargumenteren. Ana2.2 Onderscheidt hierbij hoofd- en bijzaken en beoordeelt of de informatie relevant en voldoende is tbv argumentatie. Voorziet de stellingname van heldere pro- en contraAna2.3 argumenten. Rapporteert en presenteert de resultaten in de heldere Ana2.4 vorm van een opiniërend artikel hoe deze bereikt zijn. Adviseren niveau 2 Formuleert overtuigend de mening op basis van Adv2.1 argumenten. Adv2.2 Toetst houdbaarheid van een opiniërend artikel. Maakt afweging tussen, of geeft het belang aan van de Adv2.3 verschillende argumenten. Adv2.4 Verdedigt het advies overtuigend. Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie de generieke ICAcompetentieset . Ana2.1
12
Tentaminering
13 14 15 16 17
Verplichte literatuur Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten
Art.Ond.RP Code deeltentamen Vrg en Verd. Opiniërend artikel onderzoeksrapport Vragen en verdediging Deeltentamen Toetsvorm Beroepsproduct Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 60% 40% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt N.v.t. N.v.t. N.v.t. N.v.t. Onderzoeken van een gekozen onderwerp Schrijf een opinierend artikel over het onderzochte onderwerp Verdedig het onderzoek door vragen van studenten en docenten te beant-
woorden 18
Werkvormen
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Begeleid practicum Groep feedback sessies Peer review sessies
Advise an E-Business Solution (ADEB) C&I – Semester Centrale beroepstaak
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie
Product
E-Business plan, ontwerp processen en applicaties, analyse webgebruik
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C (voorheen BI en DC). Verwant semester voor CMD.
Samenhang
I-propedeusecourses: Product Quality C-propedeusecourses:: Portal
Ingangscompetenties
C of I-propedeuse
C-course
C- en I-course
I-course
Internetmarketing and Webanalytics (IMWA)
E-business plan (Eplan)
E-business development (Edev)
Business models
Proces modelling
Online strategy
Proces analysis
Mobile marketing
E-business concepts & strategy
Proces simulation
Viral marketing
E-procurement,
Proces optimization
Webanalytics
supply-chain mngt
XML-messaging
SEO and SEA
Introduction webservices
Internet Scorecard
Advising an E-Business solution
Outsourcing
Implementation of E-business strategy C&I Project
IMWA
2
2
2
Project
2
2
2
Reflectie
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
Edev
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Ontwerpen
Eplan
Realiseren
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Algemene Omschrijving
E-business is een ontwikkeling die niet zal overwaaien of beperkt zal blijven tot haar huidige vorm. Het ontwikkelt zich voortdurend en krijgt een steeds grotere impact op het bedrijfsresultaat van een groeiende groep bedrijven. E-business biedt unieke kansen. Dat bewijst de ‘onemilliondollarpixels’ student. Om zijn studie te financieren ontwierp hij de site www.milliondollarhomepage.com. Hij verkocht elke pixel voor een dollar aan een bedrijf en was binnen drie maanden miljonair. Een ander, recent voorbeeld is terug te vinden in de gezondheidssector. Voel je je niet lekker, maar wil je eerst zelf ‘dokteren’, dan kun je terecht op het Nederlandse E Health platform. ( http://www.e-healthplatform.nl ) Ondernemen per Internet is kennelijk goed. Niet alleen om er rijk van te worden, maar ook omdat het tot kostenbesparingen kan leiden. Easyjet is daar een goed voorbeeld van. Het bedrijf definieert de bestaansvoorwaarde voor E-Business: winst maken en kosten verlagen door efficiency en effectiviteit. Klanten kunnen per Internet kopen en betalen en worden eenvoudig en effectief ingecheckt en vervoerd. Een belangrijke vraag voor de ondernemer is ook hoe je meer klanten zover krijgt om je diensten af te nemen. In dit semester bekijk je toepassingen in het bedrijfsleven, de zakelijke dienstverlening, gemeentes, ziekenhuizen, bij personen en nog veel meer.
Je onderzoekt steeds de vraag: Levert het gebruiken van één of meer van de E Business vormen winst of kostenbesparing op voor een ondernemer en op welke wijze moet deze het ontwerp realiseren of verbeteren?
Beschrijving OWE Internetmarketing and Webanalytics (IMWA)
1
Titel OWE
Internetmarketing and Webanalytics (IMWA) SIS I- ADEB IW
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C Verwant semester voor CMD
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie
5
(Beroeps) Producten
Internet Scorecard (Online Strategy Map en Internet Scorecardverslag Portfolio Webanalyse Pitch Virale Marketing Toets IMWA
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
7,5 Studiepunten 210 SBU C-propedeusecourses:: Direct e-mail
Deze course bestaat uit de onderdelen Virale Marketing, Internet Scorecard en Web Analytics. Bij alle drie de elementen gaat het om Online Marketing of Internetmarketing. Bij Virale Marketing leer je belangrijke marketingprincipes van Online marketing. Online marketing heeft een ware revolutie veroorzaakt; het zijn niet meer de oude en welbekende marketingprincipes, (bijvoorbeeld de 4P’s), die nu ook een digitaal jasje krijgen. Online marketing kent een totaal andere dynamiek, o.a. verwoord in het New Marketing Manifesto van Grant. Bij de Internet Scorecard gaat het om een ontwikkelen van een kwaliteitssysteem rond de website. De methode is een verbijzondering van de Balanced Scorecard om bedrijfsresultaten te meten en te managen. Bij de Internet Scorecard methode wordt ingezoomd op de webvoorziening aan de hand van 4 perspectieven. Bij Web Analytics analyseer je het verkeer op een website als onderdeel van Search Engine Advertising en van Search Engine Optimization.
10
Competenties
Analyseren/onderzoeken, Adviseren en Ontwerpen
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De student kan de analyses ten behoeve van een Online Strategy Map en een Internet Scorecard maken.
Ana2.2
De student kan een Adwords-campagne opzetten en kwalitatieve en kwantitatieve resultaten uit de webanalyse verklaren.
Ana2.3
De student kent de belangrijkste principes van virale marketing en kan de daarvoor benodigde analyses maken en interpreteren. Adviseren niveau 2
Adv2.1
De student kan adviseren rond het gebruik en de invoering van de Internet Scorecard.
Adv2.2
De student kan een totaaladvies verwoorden inzake de zoekmachine-optimalisatie van een website.
Adv2.3
De student kan een opdrachtgever adviseren over de aanpak van een virale marketing campagne. Ontwerpen niveau 2
Toelichting
12
13
Tentaminering
Verplichte literatuur
Ont2.1
De student kan een Adwords-campagne ontwerpen met verantwoording van de gekozen zoektermen en inzicht in het bestede budget.
Ont2.2
De student kan een virale marketing campagne ontwerpen en in de vorm van een pitch presenteren.
Ont2.3
De student kan een Online Strategy Map en de bijbehorende Internet Scorecard ontwerpen, en kan daarbij de keuze van succesfactoren, indicatoren en meetmethoden aangeven en onderbouwen.
Code deeltentamen Deeltentamen
Int Sco Internet Scorecard
Prt WA Portfolio Webanalyse
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Portfolio Opdracht 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
T IM WA Toets IMWA
Pi Vi Ma Pitch Virale Marketing
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 58 % van vragen goed 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Pitch 1 Cijfer 55% van punten behaald 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Smits G.J & Steins Bisschop, J (2009) De Internet Scorecard 2.0, Pearson Education Benelux bv, Amsterdam,.ISBN 978-90-430-1783-1
SEO Resultaatgerichte zoekmachineoptimalisatie, Rolf Broer, Sander Tamaella, ISBN 978-90-594-0557-8
14
Aanbevolen literatuur
Syllabus Semester ADEB-Virale Marketing
Boogert, E. (2010) Scoren met Google Analytics, Uitgever: Entopic Amsterdam, ISBN 978-90-79840-06-9
Aelen, P en Postma H. (2011) Scoren met Google Analytics, Uitgever: Entopic Amsterdam, ISBN 978-90-79840-08-3
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Google Analytics
Google Adwords Beide zijn online producten van Google en kunnen kostenloos worden geïnstalleerd. De campagne zelf is natuurlijk niet gratis. We maken gebruik van Google-coupons om inzicht te krijgen in de campagne-aanpak. Reader voor Virale Marketing Course Internetmarketing and Webanalytics Lessen analyse websitegebruik met advies voor optimalisatie voor online advertering en zoekmachine gebruik. Inrichten en uitvoeren van een Adwords campagne. Ontwikkelen virale campagne met als slotstuk: pitch virale marketing. Theorieles: de theorie wordt toegelicht. Presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden. Zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen. Workshops: de adwords –campagne en SEO-opdracht worden gegeven in een hands-on
19
Les- / Contacturen
workshop. Gastcolleges N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE E-business plan (Eplan)
1
Titel OWE
E-business plan (Eplan) SIS I-ADEB EP
Opleiding
Kernsemester voor BIM/C en BIM/I. Verwant semester voor CMD
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie.
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Portfolio E-Plan Supply casus CRM casus Tentamen E-plan Tentamen Adviseren Opdracht: adviesreflectieverslag
7,5 Studiepunten 210 SBU I-propedeusecourses: Product Quality C-propedeusecourses:: Portal
De centrale opdracht van de course E-Businessplan is het schrijven en/of analyseren van elementen van een e-businessplan voor diverse case-organisaties. Aan de hand van een aantal cases wordt duidelijk gemaakt wat de ingrediënten zijn van een e-businessplan. In de projectfase moeten deze ingrediënten vervolgens worden opgenomen in het adviesproduct voor de opdrachtgever van het project.. Wekelijks voeren studenten in groepen van 2 à 3 (voorkeur: 2) personen deelopdrachten uit; deze zijn bedoeld ter verdieping van de stof die in werkcolleges aan de orde komt…. De studenten krijgen intensieve feedback over deze deelopdrachten. De deelopdrachten worden in een portfolio opgenomen, waarvan de totaalbeoordeling hetzelfde gewicht heeft als de toets.
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Beheerst de organisatie- en strategiemodellen waarmee (1) gemaakte keuzes inzake e-business kunnen worden geanalyseerd, en (2) nog te maken keuzes inzake e-business kunnen worden geadviseerd. Adviseren niveau 2
Adv2.1
Kan organisatie- en strategiemodellen toepassen bij de advisering inzake e-business.
Adv2.2
Kan marketingmodellen en CRM-concepten toepassen bij de advisering inzake e-business.
Adv2.3
Kan de principes beschrijven die in acht genomen moeten worden bij de hantering van een succesvolle relatie met een opdrachtgever in een e-business adviesproject. Evalueren niveau 2
Eva2.1
Kan de veranderkundige principes, methoden en technieken beschrijven die in acht genomen moeten worden bij de implementatie van een e-businessadvies.
Toelichting
Eva2.2
12
Tentaminering
Kan een implementatieplan voor een e-businessadvies opstellen dat gebaseerd is op veranderkundige principes, methoden en technieken. In het implementatieplan wordt voorzien in onder meer: voorlichting, training, participatieve feedback, coaching, evaluatie, consolidatie.
Code deeltentamen Deeltentamen
T OS Toets Organisatie&Strategie
T Adv CRM Toets Adviseren & CRM
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Opd OS Opd Adv CRM Opdrachten Opdrachten Organisatie&Strategie Adviseren & CRM Toetsvorm Schriftelijke toets Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Voorlopige cesuur 55% van punten behaald 55% van punten behaald Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 25% 25% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Chaffey,D., E Business en E commerce, vierde druk,Pearson Education, Amsterdam, 2011 isbn 978-90-430-1925-5 Rameckers, A.L.A., Oosterwegel-Korporaal, F. Adviseren moet je doen! – Adviesvaardigheden voor HBO-ers Thiememeulenhoff BV, Amersfoort, 2005, ISBN: 90 5574 452 2 Syllabus E-Plan Noordam.,P.,(2006),Het inrichten en optimaliseren van organisaties, Pearson Education, Amsterdam. Noordam. P.,& Vlist van der, A,(2004), Trends in IT 2004, KPMG [Is het nog zinvol dit aan te bevelen ? Het is van 2004, dus zwaar gedateerd; er zijn inmiddels veel recentere trendanalyses !!!] Schip.F.v.h.,(2002),Internet voor ondernemers en marketeers, Academic Service,Schoonhoven Ook dit is nu toch verouderd ?
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Course E Business-Plan (Eplan) Lessen E Business , onderdeel Organisatie & Strategie (O&S) Dell casus als voorbereiding (gepubliceerd voorafgaand aan lesweek 1) Lessen Adviseren & CRM (A&C) [Guus, svp controleren] verdiepende cases Theorieles: de theorie wordt toegelicht. Presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden. Zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen. Cases: je werkt wekelijks aan cases waarin je het geleerde toepast; over elk van de cases wordt feedback gegeven en een beoordeling die meeweegt in de eindscore. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE E-business development (Edev)
1
Titel OWE
E-business development (Edev) SIS I-ADEB ED
Opleiding
Kernsemester voor BIM/I en BIM/C. Verwant semester voor CMD
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie op het gebied van bedrijfsprocessen en ICT architectuur (informatie verwerking, applicaties, hardware en beheer)
4
Centrale beroepstaak
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie.
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Tentamen eDevelopment Portfolio Analyse BizzDesign Portfolio Herontwerp BizzDesign Portfolio E-architectuur Portfolio Webstatistics
7,5 Studiepunten 210 SBU I-propedeusecourses: Product Quality C-propedeusecourses:: Portal Is verdeeld in de delen: E-design en E-architectuur. E-design gaat over het modelleren en optimaliseren van processen. Daarbij hoort ook een methodische aanpak voor Analyse en Herontwerp. We gebruiken een methode van het bedrijf BIZZ-Design, de bijbehorende software heet BIZZ-Designer. Niet alleen kun je hiermee processen modelleren, maar ook simuleren en what-if scenario’s uittesten. E-architectuur behandelt facetten van de samenwerking van organisaties bezien vanuit de techniek: Hoe bieden afdelingen en organisaties elkaar diensten aan over internet? Hoe worden deze diensten met behulp van XML-berichten aangevraagd en afgehandeld? Hoe worden de Internet-applicaties verbonden met de andere bedrijfsapplicaties?
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1 Ana2.2
Ana2.3
De student kan een onderzoeksontwerp/aanpak kiezen en toepassen op bedrijfsproblemen. De student kan kwalitatieve en kwantitatieve resultaten uit opgestelde modellen verklaren. Gegeven een e-business situatie, procesbeschrijvingen en de front- en backoffice applicaties analyseert de student de ICT architectuur (informatie verwerking, applicaties, hardware en beheer) Adviseren niveau 2
Adv2.1
Kan op een methodisch onderbouwde wijze deugdelijke alternatieven genereren voor nieuwe en bestaande bedrijfsprocessen.
Toelichting
Adv2.2
Gegeven een e-business situatie, procesbeschrijvingen en een backoffice situatie adviseert de student een alternatief voor de ICT architectuur (informatie verwerking, applicaties, hardware en beheer)
Adv2.3
Vergelijkt alternatieven methodisch en toetst haalbaarheid van het advies.
Adv2.4
Kan een Plan van Aanpak schrijven om de geadviseerde veranderingen te realiseren en in te voeren. Ontwerpen niveau 2
12
13
Tentaminering
Verplichte literatuur
Ont2.1
De student kan e-bedrijfsprocessen, met behulp van passende methoden en technieken modelleren.
Ont2.2
De student kan waar nodig en mogelijk passende ontwerpmethoden, -technieken en -notaties toepassen. De student kan waar mogelijk gebruikmaken van beschikbare professionele ontwerpgereedschappen en kan deze gereedschappen efficiënt gebruiken.
Ont2.4
De student beschrijft in het ontwerpdocument ingeval van decompositie de opdeling van het proces in onderdelen, de eisen of specificaties per onderdeel alsmede de samenhang van de onderdelen.
Ont2.5
De student is in staat om op een gestructureerde, methodische manier met modellen aantoonbaar betere bedrijfsprocessen te ontwerpen.
Code deeltentamen Deeltentamen
T Bizzdes Toets Bizzdes
T Architectuur Toets Architectuur
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Opd Arch Architectuur opdrachten Opdrachten 1 Cijfer 5,5 1/3 Zie toetsschema Nvt
Opd BIZZ BIZZ-design opdrachten Opdrachten 1 Cijfer 5,5 1/3 Zie toetsschema Nvt
(2008). Handboek Business Process Enginering, Bizzdesign. Enschede, ISBN 978-90809722-7-8 (aan te schaffen via school)
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
Software-pakket BIZZ-Designer (Wordt verstrekt via school)
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Course E development Workshops Bizz design Tool Workshops over XML berichten, services en integratie van applicaties. Casuïstiek
Beschrijving OWE ADEB – project
1
Titel OWE
ADEB Project SIS I-ADEB P
Opleiding
Kernsemester voor BIM-C en BIM-I Verwant semester voor CMD
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie.
5
(Beroeps) Producten
In een ADEB-project zit altijd een E-plan component: de organisatie, waar je de opdracht doet, dient natuurlijk geanalyseerd te worden, en er zal ook altijd sprake zijn van een advies of een implementatietraject. Naast deze basis dient de opdracht 2 aspecten uit de volgende lijst te bevatten: a. Een BIZZ-design traject b. Een ICT-architectuur traject c. Een Internet Scorecard traject, waarin SEO en/of SEA d. Een viral marketing traject De beroepsproducten zijn: adviesrapport (groepsproduct) met onderliggende producten als analyserapport, onderzoeksrapport etc. adviespresentatie (groepsproduct) reflectieverslag (individueel).
6
Studiepunten/
15 Studiepunten 420 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
I-propedeusecourses: Product Quality C-propedeusecourses: Portal Na de theorieperiode komt de praktijk. Hierbij wordt verwacht dat je op zoek gaat naar een bedrijf waar je een opdracht over E-Business kunt gaan uitvoeren in de praktijk. Enkele voorbeelden van eerder in ADEB uitgevoerde projecten: Voorbeeld 1: Een middelgroot accountantskantoor wil weten hoe de dienstverlening aan cliënten (MKBbedrijven) kan worden uitgebreid en versterkt met behulp van e-business. Men wil ook weten wat dit teweegbrengt in de interne organisatie en werkprocessen. Tevens laat men onderzoeken wat de regionale concurrentie op dit gebied al doet. Voorbeeld 2: Bij een grote vestiging van Rijkswaterstaat verlopen de helpdeskcontacten tussen de ICT-afdeling en gebruikersafdelingen chaotisch en onbevredigend voor de gebruikers. Opdracht: onderzoek hoe e-business deze interne klantrelaties kan helpen verbeteren. Voorbeeld 3: Een landelijke organisatie van tuincentra overweegt e-business te gaan inzetten bij de verkoop van delen van haar assortiment (onder meer tuinhuisjes). Vraag: Is dat verstandig ? (Antwoord na onderzoek: nee.) Voorbeeld 4: Een gemeente zet de volgende opdracht uit: onderzoek en adviseer hoe we een e-loketfunctie kunnen realiseren. Voorbeeld 5: Een bouwbedrijf zet de volgende opdracht uit: onderzoek en adviseer hoe we verkoopondersteuning via Internet kunnen realiseren. Samen met je collega’s ga je op zoek naar een opdrachtgever buiten ICA. De opdracht moet inhoudelijk aan de volgende voorwaarden voldoen: 1.
het is een E-business gerelateerde opdracht; o
dus niet een Webdesign of Databeheer opdracht;
o
bij het realiseren dient in ieder geval de inhoud van de course E-plan te worden toegepast en minimaal één van de onderwerpen van course Edevelopment; idealiter komen alledrie onderwerpen aan de orde;
10
Competenties
2.
de opdracht biedt ruim genoeg werk voor vijf of zes studenten;
3.
de opdracht is uit te voeren binnen zeven (negen, incl. eindpresentatie) weken;
4.
het bedrijf moet zich bereid verklaren je waar nodig ondersteuning te geven;
5.
het bedrijf moet bereid zijn aan de eindbeoordeling deel te nemen.
Analyseren en Onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Evalueren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken.
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Kiest een onderzoeksontwerp/aanpak en past deze toe.
Ana2.2
Voert een situatieanalyse uit met behulp van de in de course opdrachten beschreven modellen. De student voert een globale en integrale eBusiness analyse uit met daarbij aandacht voor:
Ana2.3
Ana2.4
a.
de processen (I-student)
b.
de Informatie opslag en uitwisseling (I-student)
c.
de applicaties (I-student)
d.
de marketing (C-student)
e.
de PDCA cyclus, zoals bij de Internet Scorecard (Cstudent)
Voert verdiepende analyses uit met behulp van in de courseopdrachten behandelde modellen op minimaal twee van de volgende aspecten: a. Een BIZZ-design traject (voor I-studenten) b. Een ICT-architectuur traject (voor I-studenten) c. Een Internet Scorecard traject, met daarin SEO en/of SEA (voor C-studenten) d. Een viral marketing traject (voor C-studenten) Adviseren niveau 2
Adv2.1
Formuleert een e-business advies op basis van een gestructureerd onderzoek. Daarbij wordt geadviseerd op het gebied van globale en integrale eBusiness en daarnaast een verdieping op minimaal twee van de volgende aspecten a. Een BIZZ-design traject (voor I-studenten) b. Een ICT-architectuur traject (voor I-studenten) c. Een Internet Scorecard traject, met daarin SEO en/of SEA (voor C-studenten) d.
Een viral marketing traject (voor C-studenten)
Adv2.2
Creëert draagvlak voor het advies.
Adv2.3
Presenteert het advies overtuigend. Ontwerpen niveau 2 Van deze indicator worden twee onderdelen genomen, corresponderend met de twee gekozen aspecten: a.
b.
Ontw2.1
c.
d.
Indien er in het project gekozen is voor het BIZZ-design aspect, dan toont de student aan op een gestructureerde, methodische manier betere bedrijfsprocessen te kunnen ontwerpen. Indien er in het project gekozen is voor het ICTarchitectuurtraject, dan ontwerpt de student een verbeterde ICT architectuur (informatieverwerking, applicaties, hardware en beheer). Indien er in het project gekozen is voor een Internet Scorecard traject, dan toont de student aan een OSM te kunnen ontwerpen, en de bijbehorende ISC op relevante wijze te kunnen voorzien van succesfactoren, indicatoren en meetmethoden. Indien er in het project gekozen is voor een viral marketing traject, dan toont de student aan een campagne in overleg met de opdrachtgever te kunnen ontwerpen en in de vorm van een pitch te kunnen presenteren.
Toelichting
Evalueren niveau 2
Eva2.1
Beschrijft volgens de inzichten van de organisatieveranderkunde een implementatieplan voor invoer van een e-business toepassing. Daarbij worden de organisatie, de bedrijfsprocessen en de ICT architectuur elementen betrokken.
Eva2.2
Beschrijft een plan voor het meten van de effectiviteit van een ebusiness toepassing.
Communiceren niveau 2 Monoloog Com2.1
houdt de aandacht vast
formuleert helder
zorgt voor een logische opbouw
is to-the-point
Dialoog
Com2.2
zorgt voor een logische opbouw
is to-the-point
zorgt voor afwisseling
stelt regelmatig zelf vragen
toets of de boodschap is overgekomen bij de doelgroep
Schriftelijk Com2.3
brengt een eenduidige en heldere structuur aan in complexe teksten
hanteert correcte grammatica, stijl en spelling Samenwerken niveau 2
Sam2.1
Handelt proactief, d.w.z. neemt initiatief voor deelprojecten, overtuigt zijn teamleden en de opdrachtgever van de noodzaak, anticipeert op de verwachte ontwikkelingen.
Sam2.2
Doet zichtbaar moeite om een werkrelatie op te bouwen met de opdrachtgever en met collega’s met verschillende achtergronden.
Sam2.3
Stimuleert groepsgenoten in moeilijke situaties.
Sam2.4
Kan ieder teamlid beschrijven en aanspreken op diens expertise en persoonlijke kwaliteiten.
Sam2.5
Heeft zicht op mogelijke aanpak om een team vlot te trekken.
Sam2.6
Betrekt de opdrachtgever en stakeholders vanaf het begin van het project bij vragen, discussies, e.d. die het projectverloop beïnvloeden. Planmatig werken niveau 2
Pla2.1
Kiest een geschikte oplossingsmethode en weet de keuze te verantwoorden. Maakt een plan van aanpak met daarin:
Pla2.2
oriëntatie en analyse van het probleem;
(zo mogelijk) de te volgen oplossingsmethode;
een realistische tijdsplanning voor het oplossen van activiteiten met veel en complexe variabelen, bijvoorbeeld de redactieplanning;
de beheersprocedure van de uitvoering waarin de voortgang wordt bewaakt en kan worden bijgesteld.
Pla2.3
Houdt in de planning rekening met veranderingen.
Pla2.4
Houdt zich aan de gekozen oplossingsmethode en weet eventuele afwijkingen daarvan overtuigend te verantwoorden.
Pla2.5
Legt waar nodig acties en werkwijzen vast in procedures.
Pla2.6
Houdt een logboek bij waarin uitvoering en voortgang is aangegeven.
Pla2.7
Evalueert de uitvoering in een verslag. Dit verslag voldoet aan de daarvoor gestelde eisen en is waarheidsgetrouw. Zelfsturing & Reflectie niveau 2
Zel2.1
Reflecteert op eigen beroepsmatige handelen.
Zel2.2
Werkt aan de verbetering van zijn beroepsmatige handelen.
Zel2.3
Bevordert proactief de eigen deskundigheid.
Zel2.4
Zoekt actief naar en is kritisch t.a.v. kennisbronnen.
Zel2.5
Verantwoordt eigen handelen en afwegingen.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA competentieset .
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
AdvRap Adviesrapport
AdvPres Adviespresentatie
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Presentatie 1 Cijfer 5,5 of hoger 16 1/6% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Refl Reflectieverslag
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 10% Zie toetsschema Nvt
Vrdg BV2 HBO vaardigheden toets BV2 Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 8,33 % Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg pf HBO vaardigheden portfolio
Toetsvorm portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Voorlopige cesuur 55% van punten behaald Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 25% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Syllabus E-Project Boeken uit courses
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Boeken uit courses
15
Software
Software uit courses
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
Project
Projectplanning volgens iteratief ontwikkelmodel Overleg met opdrachtgever Brainstormsessies Reviewsessies
Opleveren van E Businessplan Adviespresentatie
In de periode van courses ga je op zoek naar een opdracht en een opdrachtgever. Daarbij is de planning dat: 1.
je in week vier van de coursefase een opdracht hebt;
2.
je in week zes een kort plan van aanpak [niet te verwarren met het nog te maken volledige plan van aanpak] voorlegt aan de coördinator met daarin vervat de opdracht en het bedrijf;
3.
dit plan moet worden goedgekeurd. Een No Go betekent dat je niet verder kunt en een nieuwe opdracht moet verwerven; om de kansen op een tijdig GO te verhogen, zijn reeds in week 4 de ADEB-docenten beschikbaar voor overleg over en beoorde-
ling van opdrachtvoorstellen. Soms komt er een opdracht binnen via één van de docenten. Bij gebleken geschiktheid zetten we die dan op Scholar bij het semester ADEB-Project. 18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden. Zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen. Project: je werkt aan het project, waarin je het geleerde toepast; bij het project horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE ADEB ++
1
Titel OWE
Verrijkingsopdracht ADEB ++ SIS I-ADEB ++
Opleiding
Kernsemester voor DC en BI. Verwant semester voor CMD
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Het kunnen ontwikkelen van een E-Business Advies voor een bestaande organisatie.
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Verrijkingsverslag
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Poster-presentatie 7,5 Studiepunten 210 SBU I-propedeusecourses: Product Quality C-propedeusecourses:: Portal
In de verrijkingsopdracht komen de studenten zelf met voorstellen, waar binnen de eigen werkomgeving verbeteringen kunnen worden doorgevoerd, waarbij er een raakvlak is met één of meerdere onderwerpen binnen ADEB. De verrijkingsopdracht bevat altijd een situatieanalyse (uit de course E-plan), een implementatieplan en één van de grote onderwerpen uit de IMWA-course (C-studenten) of de E-development course (I-studenten Het voorstel wordt door het ADEB-team beoordeeld, van feedback voorzien en na goedkeuring gaat de student er zelfstandig (of maximaal in een groepje van 2) mee aan de slag. De student krijgt een inhoudsdeskundige docent toegewezen voor de begeleiding.
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Hiervoor gelden dezelfde competenties als in het ADEB-project in de voltijd medt dien verstande, dat niet minstens 2 , maar één vakinhoudelijke aspect wordt uitgediept. Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Kiest een onderzoeksontwerp/aanpak en past deze toe.
Ana2.2
Voert een situatieanalyse uit met behulp van de in de course opdrachten beschreven modellen. De student voert een globale en integrale eBusiness analyse uit met daarbij aandacht voor:
Ana2.3
a.
de processen (I-student)
b.
de Informatie opslag en uitwisseling (I-student)
c.
de applicaties (I-student)
d.
de marketing (C-student)
e.
Ana2.4
de PDCA cyclus, zoals bij de Internet Scorecard (Cstudent) Voert verdiepende analyses uit met behulp van in de courseopdrachten behandelde modellen op één van de volgende aspecten: a. Een BIZZ-design traject (voor I-studenten) b. Een ICT-architectuur traject (voor I-studenten) c. Een Internet Scorecard traject, met daarin SEO en/of SEA (voor C-studenten) d. Een viral marketing traject (voor C-studenten) Adviseren niveau 2
Toelichting
Adv2.1
Formuleert een e-business advies op basis van een gestructureerd onderzoek. Daarbij wordt geadviseerd op het gebied van globale en integrale eBusiness en daarnaast een verdieping op één van de volgende aspecten a. Een BIZZ-design traject (voor I-studenten) b. Een ICT-architectuur traject (voor I-studenten) c. Een Internet Scorecard traject, met daarin SEO en/of SEA (voor C-studenten) d.
Een viral marketing traject (voor C-studenten)
Adv2.2
Creëert draagvlak voor het advies.
Adv2.3
Presenteert het advies overtuigend. Ontwerpen niveau 2 Van deze indicator worden twee onderdelen genomen, corresponderend met de twee gekozen aspecten: a.
b.
Ontw2.1
c.
d.
Indien er in het project gekozen is voor het BIZZ-design aspect, dan toont de student aan op een gestructureerde, methodische manier betere bedrijfsprocessen te kunnen ontwerpen. Indien er in het project gekozen is voor het ICTarchitectuurtraject, dan ontwerpt de student een verbeterde ICT architectuur (informatieverwerking, applicaties, hardware en beheer). Indien er in het project gekozen is voor een Internet Scorecard traject, dan toont de student aan een OSM te kunnen ontwerpen, en de bijbehorende ISC op relevante wijze te kunnen voorzien van succesfactoren, indicatoren en meetmethoden. Indien er in het project gekozen is voor een viral marketing traject, dan toont de student aan een campagne in overleg met de opdrachtgever te kunnen ontwerpen en in de vorm van een pitch te kunnen presenteren.
Evalueren niveau 2
12
Tentaminering
Eva2.1
Beschrijft volgens de inzichten van de organisatieveranderkunde een implementatieplan voor invoer van een e-business toepassing. Daarbij worden de organisatie, de bedrijfsprocessen en de ICT architectuur elementen betrokken.
Eva2.2
Beschrijft een plan voor het meten van de effectiviteit van een ebusiness toepassing.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Verslag Verrijkingsverslag (situatieanalyse & adviesrapport) Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 50% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Refl Reflectieverslag
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname
Verslag 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema
Post Posterpresentatie Presentatie 1 Cijfer 5,5 25% Zie toetsschema Nvt
Compensatie Nvt Boeken uit courses
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Voortgangsbespreking, tussentijdse presentatie van voortgang aan medestudenten.
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Boeken uit courses
Automate Process Control (APC) I - Semester Centrale beroepstaak
Automatiseren van een productieproces I Course
I Course
Vertical Integration
Process control
Integration with corporate infosystems (ERP, MES)
SCADA
Tracking & Tracing, RFID
Process control
Risico & Kwaliteit
PLC’s
Meten & regelen
I Project (voltijd) cq Verdiepende opdracht (deeltijd)
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
2
Project
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
2
PC
Planmatig
2
Communiceren
Realiseren
2
2
Beheren
Ontwerpen
2
VI
Evalueren
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Course
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving
Bij productiebedrijven is de laatste jaren veel geautomatiseerd. Er is hierdoor veel behoefte ontstaan aan intergratie van alle (geautomatiseerde) facetten van die bedrijven. Zo kan bijvoorbeeld de planning gekoppeld worden aan een scanapparataat in het magazijn. Gegevens die hieruit verkregen worden kunnen weer worden gekoppeld aan automatische productiesystemen. Voorbeelden hiervan zijn een lasrobot, lakstraat of bierbrouwerij. Nadat het eindproduct in het magazijn terecht is gekomen, wordt automatisch de voorraad aangepast. Ook de financiële administratie hiervan, je raadt het al, zal automatisch worden bijgewerkt. Zaken die bij automate a process control aan de orde komen zijn onder andere ERP en SCADA/PLC systemen. Bijkomende aspecten die voor genoemde bedrijven van belang zijn (zoals veiligheid, tracking en tracing, ethiek en elektronica) zullen ook worden behandeld. Dit semester heeft dus zowel bedrijfskundige als technische automatiseringsaspecten in zich. Bedrijfskundig en technische georiënteerde studenten werken dan ook samen aan een werkend proces. Als voorbeeld voor een proces kun je denken aan: De automatisering van een sluizencomplex Bierbrouwen Spoortrajectbeheersing Logistieke afhandeling van containers/goederen in de haven van Rotterdam Kofferafhandeling op een luchthaven Domotica
Beschrijving OWE Vertical Integration Titel OWE
Vertical Integration SIS I-APC VI
1
Opleiding
Vertical Integration is een course van APC. APC is een kernsemester van TI en een verwant semester van BI en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Automate a Process Control
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
PO 1 Biztalk PO 2 Tussen Navision en Scada PO 3 Practicum Navision PO 4 Systeemkunde 1 en 2 PO 5 Tentamen BA, Besturing en Systeemleer PO 6 Tentamen Applicatie Integratie PO 7 HTA PO 8 HCI
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse: Product Quality
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
Vertical Integration is een vrij jong vakgebied dat zich ten doel stelt de verschillende geautomatiseerde systemen op elkaar aan te laten sluiten. Dit laatste is vaak al wel het geval bij systemen die hiërarchisch of qua type gelijk zijn. Hét belangrijke nieuwe element in VI is echter dat ook systemen die verschillend van aard zijn en zich hiërarchisch op ander niveaus bevinden, gekoppeld kunnen worden. Het grote voordeel hiervan is dat de besturing van alle hiërarchische delen van de organisatie op elkaar aansluit.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren en Testen, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana 2.1
Je kunt een literatuurstudie opzetten en uitvoeren.
Ana 2.2
Je kunt zelfstandig de waarde en invloed van een kwaliteitssysteem ontdekken.
Ana 2.3
Je hebt inzicht in de werking van een ERP Pakket. Je kunt de besturingsrol van ERP uitleggen.
Ana 2.4
Je kunt een probleemsituatie terugbrengen tot een essentiële zaken
Ana 2.5
Je kent het onderscheid tussen verschillende modellen en systemen en de begrippen die daarbij komen kijken.
Ana 2.6
Je kunt een analyse maken van mogelijke bedreigingen en beveiligingtechnieken bij een ICT-architectuur (EAI).
Ana 2.7
Je kunt verschillende mogelijkheden voor de ICT-architectuur analyseren voor een gegeven Business situatie (EAI). Adviseren niveau 2
Adv 2.1
Je kunt voor een bedrijfssituatie een kwaliteitssysteem advies afgeven.
Adv 2.2
De student kan op basis van systeemmodellen en het probleem een oplossing genereren en overbrengen op de opdrachtgever Ontwerpen niveau 2
Toelichting
Ont 2.1
Je hebt inzicht in hoe kwaliteit gewaarborgd wordt.
Ont 2.2
Je kunt een deugdelijk, op de situatie toegesneden, systeemmodel maken en daarmee bedrijfsproblemen oplossen
Ont 2.3
Je kunt, uitgaande van de Business en proces beschrijvingen, transactie- applicatie- en middleware-schema’s opstellen. (EAI) Realiseren niveau 2
12
Tentaminering
Rea 2.1
Je kunt actief werken met XML en XML-specificaties. (EAI)
Rea 2.2
Je kunt de Biztalk server instellen aan de hand van gegeven transactie- applicatie- en middleware-schema’s. (EAI)
Rea 2.3
Je kunt XML-documenten uitwisselen tussen Navision, Scada en de Biztalk server. (EAI)
Code deeltentamen Deeltentamen
PO1 XML Opdrachten Biztalk (PO1)
PO2 Nav Opdrachten Tussen Navision en Scada (PO 2) opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Prak Nav Practicum Navision H1, H2, H3, H4 (PO 3)
PO4 sys
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen
Tent VI AI
Deeltentamen
Tent VI BA Tentamen BA, besturing en systeemleer (PO 5)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 2/12 Zie toetsschema Nvt
toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 2/12 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
PO7 HTA HTA (PO 7)
PO8 HCI
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
OPdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Systeemkunde 1 en 2 (PO 4)
Tentamen Application Integration (PO 6)
HCI (PO8)
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen
Pf TVR (Portfolio)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 2/12 Zie toetsschema Nvt
Deze studiehandleiding “Vertical Integration”, digitaal beschikbaar via Scholar.
Reader 4177 “ICT-architecturen”. Beschikbaar in de Syllabus-shop bij de FEM. (zie de stof voor de toets Applicatie Integratie voor de te bestuderen delen).
Reader “Bedrijfsanalyse, besturing en systeemleer”. Beschikbaar door: Uitreikstukken en Digitale documenten via Scholar.
Overzicht met uitgereikte en digitaal verstrekte documenten via Scholar.
Analyse van Bedrijfsprocessen; Jan in ’t Veld, Be Slatius en Marylse in ’t Veld; Negende druk ISBN 978-90-01-05084-9.
Navision handleiding en instructies: Digitaal beschikbaar via Scholar.
Artikelen en sheets op Scholar onder Verplicht lesmateriaal (zie de stof voor de toets Applicatie Integratie).
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Ergos, Reader
N.v.t.
Vmwareplayer en het image Biztalk server.
Navision client software.
N.v.t.
lessen Bedrijfsanalyse, besturing en systeemleer
lessen Application Integration + bijbehorende practicum
lessen Besturingsconcepten in Mes en ERP + bijbehorende practicum
theorieles: de theorie wordt toegelicht
presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden
zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven.
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Process Control Titel OWE
Process Control SIS I-APC PC
1
Opleiding
Process Control is een course van APC. APC is een kernsemester van TI en een verwacht semester van BI en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Automate a Process Control
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
PO 1 Onderzoek en Realisatie van een eenvoudig regelsysteem PO 2 Labview PO 3 Electronische schakeling PO Fase 1: PLC-sluis Reflectie
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse: Product Quality
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
In deze course staan de onderste lagen van de proces automatisering centraal. De in deze omgeving belangrijke (machine) veiligheid speelt steeds een grote rol. Er zal aandacht worden besteed aan de ‘harde’ elektronica. Dit om de werking van sensoren en actuatoren te kunnen doorgronden. Daarnaast is er uitgebreide aandacht voor regeltechniek. De aanpak van dit onderwerp is niet wiskundig, maar praktisch / experimenteel. In deze course beginnen we met het programmeren van PLC en eventueel (naar keuze) scada systemen.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren en Testen, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana2.1
Ana2.2
Ana2.3
Je kunt de huidige en de gewenste situatie van de voorgelegde casus goed in kaart brengen. Je levert een gestructureerd analyserapport (document van eisen) op en houdt daarbij rekening met de specifieke eisen binnen de procesautomatisering. De daarin geformuleerde eisen zijn meetbaar en haalbaar, compleet en consistent. Je hebt zicht op en kan helder uitleggen wat de basis-componenten binnen de onderste lagen van de proces-automatisering zijn.
Denk hierbij ook aan elektronica en elektrotechnische componenten.
Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Je kunt ontwerpbeslissingen verdedigen voor de methoden en technieken die je inzet bij het aansturen van een industrieel proces.
Ontwerpen van, eenvoudige, elektrotechnische zaken vallen buiten dit punt. Het ontwerp (op dit gebied) van een ander begrijpen valt wel binnen de course.
Je hebt het ontwerp zodanig helder beschreven dat een ander op grond hiervan, het product kan realiseren. Je hebt alle belangrijke ontwerpbeslissingen gedocumenteerd. Je kunt overtuigend beargumenteren dat het ontwerp aan de specificaties/eisen voldoet.
Ont2.2
Ont2.3
Realiseren niveau 2 Je realiseert doelmatig en efficiënt en in overeenstemming met de geldende richtlijnen. Je gebruikt beschikbare methoden, technieken en gereedschappen effectief bij de realisatie en bij het opsporen en herstellen van fouten. Je kunt aantonen dat de realisatie in overeenstemming is met het ontwerp en met de oorspronkelijke specificatie/eisen. Je hebt de realisatie adequaat gedocumenteerd en kunt overtuigend beargumenteren dat de realisatie daarmee overdraagbaar, onderhoudbaar en traceerbaar is.
Rea2.1
Rea2.2
Rea2.3
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
OndReg
Labv
PO 1 Onderzoek en Realisatie van een eenvoudig regelsysteem
PO 2 Labview
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Opdrachten 1
Opdrachten 1
Cijfer 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
1/6 Zie toetsschema Nvt
1/6 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
13
Verplichte literatuur
ElecSchak
Fase1
PO 3 Electronische schakeling
PO Fase 1: PLC-sluis
Toetsvorm Opdrachten Opdrachten Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 1/6 3/6 Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt • De studiehandleiding “Course Process Control” • Reader “Course Process Control”. Deze bestaat uit de onderdelen: [REG] Regeltechniek voor HTO [ELE] Electrotechniek voor werktuigbouwkundige en andere nietelectrotechnici [ELE2] Electrotechniek, Inleiding voor niet electrotechnici [AUT] Automatisering van productieprocessen
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
N.v.t.
LabVIEW
MELSOFT ontwikkelomgeving: GX IEC Developer 6.0
16
Overig materiaal
PLC systeem
17
Activiteiten
lessen productieautomatisering
lessen Electro + bijbehorende practicum
lessen regeltechniek + bijbehorende practicum
Ethiek
Machineveiligheid
theorieles: de theorie wordt toegelicht
presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden
zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven.
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE APC project Titel OWE
APC project SIS I-APC P
1
Opleiding
APC project is het project van APC. APC is een kernsemester van TI en een verwacht semester van BI en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Automate a Process Control
5
(Beroeps) Producten
PO 1 Resultaten Projectfase 1 PO 2 Adviesrapport uit Projectfase 2 PO 3 Werkend bedienings- en signaleringssysteem (SCADA) PO 4 Werkend procesbesturingssysteem (PLC) PO 5 Koppeling tussen PLC’s onderling en tussen PLC en SCADA PO 6 Koppeling tussen ERP, Biztalk server en SCADA PO 7 HBO-competenties (Portfolio)
6
Studiepunten/ Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
APC-courses Vertical Integration en Process Control
8
Ingangseisen
AANBEVOLEN I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
De beroepstaak die in dit project wordt uitgevoerd is " Automate a Process Control ", waarnaar ook het semester is genoemd (APC). Deze beroepstaak betreft de ontwikkeling van een geautomatiseerd productieproces volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Hierbij zijn de diverse lagen, van PLC tot aan ERP systemen, van de procesautomatisering gekoppeld. De kennis en vaardigheden die je als student nodig hebt om dit project te realiseren zijn al voorbereid in enerzijds de course Proces Control en anderzijds, de course Vertical Intergration. Voor het type opdrachten, die zoveel mogelijk real life zullen zijn (indien mogelijk met externe opdrachtgevers) kun je denken aan een Bagage -afhandelingsysteem als op Schiphol, automatisering van een serie sluiscomplexen, Bloemenveilingen inclusief logistiek, of een productieproces als bij Honig of Heineken.
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren en Testen, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken, Reflecteren/zelfsturing Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana 2.1
De student heeft vooraf een gestructureerde opzet voor de analysefase van het te ontwikkelen systeem gemaakt.
Ana 2.2
De student heeft op een systematische wijze voldoende informatie verzameld om een goede analyse mogelijk te maken. Onderscheidt hoofd- en bijzaken en hanteert relevante analysemethoden. Kan beoordelen of de verzamelde informatie voldoende compleet en consistent is.
Ana 2.3
De student legt helder uit, zowel mondeling (presentatie) als schriftelijk (analyserapport), wat de resultaten van de analyse zijn en hoe deze resultaten zijn bereikt. Heeft ervoor gezorgd dat de boodschap goed overkomt bij en wordt geaccepteerd door de opdrachtgever.
Ana 2.4
De student kan een HTA uitvoeren. Ontwerpen niveau 2
Toelichting
Ont 2.1
De student verdedigt ontwerpbeslissingen in relatie tot mogelijke alternatieven.
Ont 2.2
De student heeft de software gemoduleerd en gelaagd opgezet waardoor de veiligheid van het systeem wordt gegarandeerd.
Ont 2.3
De student beschrijft in de ontwerpdocumentatie het ontwerp zodanig helder, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren of de volgende ontwerpslag (van een of meer deelproducten) kan maken. Documenteert alle belangrijke ontwerpbeslissingen.
Ont 2.4
De student kan een HCI ontwerpen Realiseren niveau 2
Rea 2.1
De student toont aan dat de realisatie in overeenstemming is met het ontwerp en met de oorspronkelijke specificatie/eisen. Dit in het bijzonder t.a.v. de veiligheid, zodat het gerealiseerde systeem niet tot ongewenste situaties kan leiden en bestand is tegen abnormale of extreme omstandigheden.
Rea 2.2
De student heeft een testdocument met geschikte testcases ontworpen en de testresultaten samengevat in een testrapport.
Rea 2.3
De student kan(indien van toepassing) verschillende versies van de realisatie- en testdocumentatie op een juiste wijze managen.
Rea 2.4
De student kan een SCADA HCI bouwen
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset . 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
ProjFase 1
AdvRap
PO 1 Resultaten Projectfase 1
PO 2 Adviesrapport uit Projectfase 2
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger 4/36 Zie toetsschema Nvt
Cijfer 5,5 of hoger 4/36 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Scada
PLC
PO 3 Werkend bedienings- en signaleringssysteem (SCADA)
PO 4 Werkend procesbesturingssysteem (PLC)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
4/36 Zie toetsschema Nvt
4/36 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
PLC-Scada
se-sc-ERP-bt
PO 5 Koppeling tussen PLC’s onderling en tussen PLC en SCADA
PO 6 Koppeling tussen ERP, Biztalk server en SCADA
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
4/36 Zie toetsschema Nvt
4/36 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg pf
Vrdg BV2
Vaardigheden portfolio
PO 6 Koppeling tussen ERP, Biztalk server en SCADA
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Portfolio 1
beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
9/36 Zie toetsschema Nvt
3/36 Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
Scada omgeving MELSOFT ontwikkelomgeving: GX IEC Developer 6.0 Navision
16
Overig materiaal
PC’s te gebruiken als ontwikkelomgeving (3 stuks, met een tweetal gekoppeld middels netwerk) Mitsubishi PLC Sluismodel (afhankelijk van project)
17
Activiteiten
Projectplanning, Overleg met opdrachtgever, Reviewsessies, Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product in meerdere iteraties, Instructie aan gebruikers geven
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden, Zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE APC integratieopdracht deeltijd /verdiepingsopdracht Titel OWE
APC verdiepingsopdracht deeltijd SIS I-APC ++
1
Opleiding
APC verdiepingsopdracht deeltijd is de verdiepende deeltijdopdracht van APC. APC is een kernsemester van TI en een verwacht semester van BI en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Automate a Process Control
5
(Beroeps) Producten
PO 1 Resultaten Integratieopdracht Fase 1 PO 2 Adviesrapport uit Integratieopdracht Fase 2 PO 3 Werkend bedienings- en signaleringssysteem (SCADA) PO 4 Werkend procesbesturingssysteem (PLC)
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
APC-courses Vertical Integration en Process Control
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
De beroepstaak die in deze integratieopdracht wordt uitgevoerd is " Automate a Process Control ", waarnaar ook het semester is genoemd (APC). Deze beroepstaak betreft de ontwikkeling van een geautomatiseerd productieproces volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Hierbij zijn de diverse lagen, van PLC tot aan ERP systemen, van de procesautomatisering gekoppeld. De kennis en vaardigheden die je als student nodig hebt om dit project te realiseren zijn al voorbereid in enerzijds de course Proces Control en anderzijds, de course Vertical Intergration. Voor het type opdrachten, die zoveel mogelijk real life zullen zijn (indien mogelijk met externe opdrachtgevers) kun je denken aan een Bagage -afhandelingsysteem als op Schiphol, automatisering van een serie sluiscomplexen, Bloemenveilingen inclusief logistiek, of een productieproces als bij Honig of Heineken. De inhoud van deze opdracht is ongeveer hetzelfde als het APC project, met als verschil dat de deeltijd opdracht minder fases bevat (2 in plaats van 3), en wat andere opdrachten vervallen zijn.
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Analyseren en Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren en Testen Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren en Onderzoeken niveau 2
Ana 2.1
Je hebt vooraf een gestructureerde opzet voor de analysefase van het te ontwikkelen systeem gemaakt.
Ana 2.2
Je kunt op een systematische wijze voldoende informatie verzamelen om een goede analyse mogelijk te maken. Je maakt onderscheidt tussen hoofd- en bijzaken en hanteert relevante analysemethoden. Je kunt beoordelen of de verzamelde informatie voldoende compleet en consistent is.
Ana 2.3
Je legt helder uit, zowel mondeling (presentatie) als schriftelijk (analyserapport), wat de resultaten van de analyse zijn en hoe deze resultaten zijn bereikt. Je kunt ervoor zorgen dat de boodschap goed overkomt bij en wordt geaccepteerd door de opdrachtgever.
Ana 2.4
Je kunt een HTA uitvoeren. Ontwerpen niveau 2
Toelichting
Ont 2.1
Je kunt ontwerpbeslissingen verdedigen in relatie tot mogelijke alternatieven.
Ont 2.2
Je kunt de software moduleren en gelaagd opzetten waardoor de veiligheid van het systeem wordt gegarandeerd.
Ont 2.3
Je kunt in de ontwerpdocumentatie het ontwerp zodanig helder beschrijven dat een ander op grond hiervan, het product kan realiseren of de volgende ontwerpslag (van een of meer deelproducten) kan maken. Je documenteert alle belangrijke ontwerpbeslissingen.
Ont 2.4
Je kunt een HCI ontwerpen Realiseren en Testen niveau 2
Rea 2.1
Je kunt aantonen dat de realisatie in overeenstemming is met het ontwerp en met de oorspronkelijke specificatie/eisen. Dit in het bijzonder voor de veiligheid, zodat het gerealiseerde systeem niet tot ongewenste situaties kan leiden en bestand is tegen abnormale of extreme omstandigheden.
Rea 2.2
Je kunt een testdocument met geschikte testcases ontwerpen en de testresultaten samenvatten in een testrapport.
Rea 2.3
Je kunt (indien van toepassing) verschillende versies van de realisatie- en testdocumentatie op een juiste wijze managen.
Rea 2.4
Je kunt een SCADA HCI bouwen
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie de generieke ICA-competentieset . 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
ProjFase 1
AdvRap
PO 1 Integratieopdracht fase 1
PO 2 Adviesrapport uit fase 2
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Scada
PLC
PO 3 Werkend bedieningsen signaleringssysteem (SCADA)
PO 4 Werkend procesbesturingssysteem (PLC)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
beroepsproduct 1
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger
25% Zie toetsschema Nvt
25% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
Scada omgeving
MELSOFT ontwikkelomgeving: GX IEC Developer 6.0
PC’s te gebruiken als ontwikkelomgeving (3 stuks, met een tweetal gekoppeld
16
Overig materiaal
middels netwerk)
17
Activiteiten
Mitsubishi PLC
Sluismodel
Projectplanning Overleg met opdrachtgever Reviewsessies Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product in meerdere iteraties Instructie aan gebruikers geven
18
Werkvormen
presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden
19
Les- / Contacturen
zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Advise a Social Media Solution (ASOM) C - Semester Centrale beroepstaak
Adviseer hoe social media binnen het organisatiebeleid kunnen worden ingezet ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
Product
Adviesrapport Social Media binnen het organisatiebeleid, inclusief Social Media Concepten
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC, BIM-c. Verwant semester voor CMD-c.
Samenhang
C-propedeuse: Portal, Direct e-Mail, Remediate, Wiki
Ingangscompetenties
C-propedeuse
Advise Digital Communication Solutions (ADIS)
Develop Social Media Usage (DESOM)
Organisatiebeleid & Management
e-Communicatiestrategie
Digitale Communicatie (vormen, kanalen, media, doelen), afstemmingsproces (alignment)
Soorten Social Media
Adviseren, waaronder Adviesstijlen, Adviesproces, Adviescommunicatie
Toepassingen (Online leren, Business, Kennisdeling, Relatiemanagement, Overheid)
Social Media Strategie
Acquisitie (rfi, rfp's, contracting)
Effectiviteit en Rendement
Doel(groepgericht) Social Media Conceptontwerp en implementatiestrategie
C-Project Advies Social Media Inzet Adviseer hoe organisatie XYZ social media binnen het organisatiebeleid kan inzetten ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
ADIS
2
DESOM
2
Project
2
2
2 2
2
2
2
2
2
2 2
2
Reflectie
Zelfsturing &
Samenwerken
werken
Planmatig
Communiceren
Beheren
Evalueren
Realiseren
Ontwerpen
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2 2
2
2
2
2
Algemene Omschrijving In dit semester staan social media centraal: de toepassingen en de organisatorische inbedding: vragen rond de social mediastrategie krijgen dan ook expliciete aandacht. "Friendships developed virtually are as real as those developed at the company picnic". (Pete Fields) "Social media brengt je in contact met interessante mensen die je anders nooit had leren kennen". (Lydia van de Maden) "The value of being connected and transparent is so high that the roadbumps of privacy issues are much lower in actual experience than people's fears". (Reid Hoffman) "Are my customers loyal? Absolutely. 100%. Right till the moment someone offers a better service". (Jeff Bezos) "Daar waar geen macht is, vloeit kennis vrijelijk".(Godfried Boogaard) "Hoe echt ben je als Google je niet kan vinden?" (Kees Schipbouwer) "Just because you're an evangelist doesn't mean you're a leader. Don't forget to turn around and see if anyone is following". (Jeremiah Owyang) "Voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid komen interpersoonlijke communicatie, organisatiecommunicatie en massacommunicatie samen". (Prof. Jan van Dijk) "The rush to start using the tools should not outweigh the need to formulate an social media strategy". (M. Smiciklas) "If content is king, then conversation is queen". (John Munsell)
Deze citaten (bron: http://www.slideshare.net/mlanting/75-social-media-quotes-2692852) over Social Media, sommige met een knipoog, zetten allemaal aan het denken. Social Media: Wat is het? Wat is het niet? Wat kun je ermee? Welke zijn de valkuilen? Is het de Heilige Graal van deze tijd?
Beschrijving OWE Advise Digital Communication Solutions (ADIS)
1
Titel OWE
Advise Digital Communication Solutions (ADIS) SIS I-ASOM ADI
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC, BIM-c. Verwant semester voor CMD-c
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Adviseer hoe social media binnen het organisatiebeleid kunnen worden ingezet ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Social Media casus (o.a. PvA, onderzoek, …)
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
C-propedeuse: Portal, Direct e-Mail, Wiki
8
Ingangseisen
N.v.t.
9
Algemene omschrijving
Advise Digital Communication Solutions behandelt de benodigde adviesvaardigheden in het licht van social media projecten, van acquisitie tot het adviesrapport. Bovendien krijgen de organisatiekundige analyses en implicaties bij de invoering van social media hier ruim de aandacht.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Adviseren, Evalueren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana 2.1
Student beheerst de organisatie- en strategiemodellen waarmee (1) gemaakte keuzes inzake social media kunnen worden geanalyseerd, en (2) nog te maken keuzes inzake social media kunnen worden geadviseerd.
Ana 2.2
Student kan organisatie analysemodellen toepassen bij de keuzes voor social media; student kan hierbij eveneens samenhangende concepten van social media en organisatiedynamiek toepassen.
Ana 2.3
Student is in staat de aangeboden organisatie analysemodellen en social media toepassingen kritisch te bestuderen en in een artikel weer te geven.
Ana 2.4
Student is in staat de aangeboden organisatie analysemodellen en social media toepassingen op individuele en groepsbasis mondeling te verantwoorden en te verdedigen.
Ana 2.5
Student is in staat een social media onderzoek op te zetten en uit te voeren.
Ana 2.6
Student is in staat een social media rapport te vervaardigen, te verantwoorden en te verdedigen op individuele basis. Adviseren niveau 2
Toelichting
Adv 2.1
Student kan relevante methoden en modellen toepassen bij de advisering inzake Social Media.
Adv 2.2
Student weet hoe hij de haalbaarheid van het Social Media advies toetst.
Adv 2.3
Student kent de uitgangspunten, structuur en professionele houding die nodig zijn voor een succesvol adviestraject voor een opdrachtgever.
Adv 2.4
Student weet hoe hij afwegingen tussen alternatieven maakt. Evalueren niveau 2
12
Tentaminering
Eva 2.1
Student kan de principes, methoden en technieken beschrijven die in acht genomen moeten worden bij de implementatie van Social Media oplossingen.
Eva 2.2
Student kan een implementatieplan voor Social Media opstellen.
Eva 2.3
Student kan het resultaat van de Social Media oplossing meten en toetsen aan de organisatiekundige doelstellingen.
Code deeltentamen Deeltentamen
cas casus
T org Toets organisatie
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
4 deelopdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 33% Zie toetsschema Nvt
Schriftelijke (kennis)toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 17% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
PvA Plan van Aanpak
T advis mc-toets adviseren
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Toetsvorm beroepsproduct MC-toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 33% 17% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Rameckers A.L.A., & Oosterwegel F. (2008). Adviseren moet je doen! Adviesvaardigheden voor hbo'ers. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff (ISBN: 9055744522) Safko, L. (2012) The Social Media Bible Hoboken NJ: John Wiley & Sons Inc. (ISBN: 978 0 470 62397 8) – Third edition Syllabus met artikelen (verkrijgbaar bij de Readershop). N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
Alle sheets, handouts en dergelijke die in de lessen worden besproken. Werkvormen College, review sessies, gastcolleges, …
diverse interactieve werkvormen, waaronder role playing reviewbijeenkomsten internet zelfstudies
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
literatuur bestuderen rapporteren workshops / colleges casusbesprekingen gastcolleges N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Develop Social Media Usage (DESOM)
1
Titel OWE
Develop Social Media Usage (DESOM) SIS I-ASOM DES
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC, BIM-c. Verwant semester voor CMD-c
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Adviseer hoe social media binnen het organisatiebeleid kunnen worden ingezet ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Blog, Presentaties social media, conceptontwerp, implementatiestrategie
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
C-propedeuse: Portal, Direct e-Mail, Wiki
8
Ingangseisen
N.v.t.
9
Algemene omschrijving
Develop Social Media Usage behandelt de belangrijkste social media tools van dit moment en geeft verdieping op diverse terreinen waar deze tools kunnen worden ingezet. Bovendien stelt deze course vragen wat er allemaal komt kijken bij een social media strategie en hoe social media het gewenste effect en rendement opleveren.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Beheren
11
Beoordelingscriteria
Indicator Indicator omschrijving id
Toelichti ng
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana 2.1
Student heeft kennis van en inzicht in diverse social media tools.
Ana 2.2
Student heeft kennis van en inzicht in de diverse terreinen waar social media kunnen worden ingezet.
Ana 2.3
Student kan kennis en inzicht toepassen in concrete situaties.
Ana 2.4
Student is in staat de effectiviteit en het rendement van social media te meten. Ontwerpen niveau 2
Ont 2.1
Student heeft kennis van en inzicht in het ontwerpen van een social media-concept.
Ont 2.2
Student kan een social media-concept ontwerpen en kan de gemaakte keuzes verantwoorden en verdedigen. Beheren niveau 2
12
Tentaminering
Beh 2.1
Student heeft kennis van en inzicht in relevante strategische vraagstukken bij de implementatie van social media in de organisatie.
Beh 2.2
Student kan key performance indicators benoemen en meetbaar maken.
Code deeltentamen Deeltentamen
Blog Blog
Toets Toets
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling
beroepsproduct 2 Cijfer
Schriftelijke toets 2 Cijfer
Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
5,5 of hoger 40% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Prom Promotie Concept & strategie Toetsvorm beroepsproduct Aantal examinatoren 3 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 40% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Safko, L. (2012) The Social Media Bible Hoboken NJ: John Wiley & Sons Inc. (ISBN: 978 0 470 62397 8) – Third Edition Syllabus met artikelen (verkrijgbaar bij de Readershop).
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
Alle sheets, handouts en dergelijke die in de lessen worden besproken.
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Colleges / Workshops, review sessies, gastcolleges,
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Presentaties Reviewbijeenkomsten Rapportages Zelfstudie
Beschrijving OWE ASOM Project Advies Social Media Inzet
1
Titel OWE
ASOM Project Advies Social Media Inzet SIS I-ASOM P
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC en BIM-c. Verwant semester voor CMD-c
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Adviseer hoe social media binnen het organisatiebeleid kunnen worden ingezet ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
5
(Beroeps) Producten
Projectoplevering Adviesrapport Bijlagen Presentatie
6
Studiepunten/ Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
C-propedeuse: Portal, Direct e-Mail, Wiki
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
In het project staat een adviesopdracht centraal: Adviseer hoe organisatie XYZ social media binnen het organisatiebeleid kan inzetten ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen. De student laat zien dat hij in staat is om de opgedane kennis uit de courses in de praktijk te brengen. Dit doet hij door de geformuleerde beroepstaak uit te voeren voor een externe organisatie. Voor deze beroepstaak zoekt de student zelf een opdrachtgever.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Adviseren, Evalueren, Ontwerpen, Beheren
11
Beoordelingscriteria
Indicatori d
Indicator omschrijving
Toelichti ng
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana 2.1
Student past organisatie- en strategiemodellen toe waarmee (1) gemaakte keuzes inzake social media kunnen worden geanalyseerd, en (2) nog te maken keuzes inzake social media kunnen worden geadviseerd.
Ana 2.2
Student zet een social media onderzoek op en voert dit uit.
Ana 2.3
Student past zijn kennis van en inzicht in social media tools en de diverse terreinen waar social media kunnen worden ingezet in concrete situaties toe.
Ana 2.4
Student onderzoekt de effectiviteit en het rendement van de voorgestelde social media-inzet. Adviseren niveau 2
Adv 2.1
Student past relevante adviesmethoden en -modellen toe
Adv 2.2
Student toetst de haalbaarheid van het advies.
Adv 2.3
Student past de uitgangspunten, structuur en professionele houding die nodig zijn voor een succesvol adviestraject toe.
Adv 2.4
Student maakt afwegingen tussen alternatieven.
Adv 2.5
Student presenteert het advies overtuigend en correct. Evalueren niveau 2
Eva 2.1
Student past principes, methoden en technieken toe die in acht genomen moeten worden bij de implementatie van Social Media oplossingen.
Eva 2.2
Student stelt een implementatieplan op bij het advies
Ontwerpen niveau 2 Ont 2.1
Student ontwerpt een social media concept op basis van ontwerpmethoden, -technieken, -gereedschappen en -notaties.
Ont 2.2
Student beschrijft het ontwerp zó, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren. Beheren niveau 2
Beh 2.1
Student past kennis van en inzicht in relevante strategische vraagstukken bij de implementatie van social media in de organisatie toe.
Beh 2.2
Student benoemt key performance indicators maakt deze meetbaar.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset . Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Oplev. Oplevering (Adviesrapport, Bijlagen, Presentatie) Rapport/Presentatie 3 Cijfer 5,5 of hoger 5/12 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Rolv Rolverslag
Vrdg BV2 Toets vaardigheden BV2
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
rapport 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema
Nvt
Nvt
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie N.v.t.
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
N.v.t.
VRdg pf Vaardigheden portfolio beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 3/12 Zie toetsschema Nvt
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Opdracht(gever) zoeken Alle activiteiten die verder bij projectonderwijs horen. Workshops, review sessies, presentaties
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE ASOM++
1
Titel OWE
ASOM++
SIS I-ASOM ++
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC, BIM-c. Verwant semester voor CMD-c
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Adviseer hoe social media binnen het organisatiebeleid kunnen worden ingezet ter verwezenlijking van organisatiedoelstellingen.
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
Strategierapport
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
C-propedeuse: Portal, Direct e-Mail, Wiki
8
Ingangseisen
Course ADIS, course DESOM
9
Algemene omschrijving
‘Ontwikkel een social media strategie met bijbehorend concept voor je opdrachtgever.’ De uitwerking van deze opdracht dient te worden gekoppeld aan minimaal de volgende 6 onderwerpen en vragen: 1. 2. 3. 4.
5. 6.
Behandel de reeds aanwezige bedrijfsstrategie en ‘vertaal’ deze naar een passende social media strategie. Stel voor deze social media strategie minstens 4 kpi’s samen en geef aan hoe ze te monitoren zijn. Doe een implementatievoorstel voor deze social media strategie. Zet bij dit implementatievoorstel onder meer uiteen hoe je als adviseur draagvlak gaat creëren voor deze social media strategie, met andere woorden: welke onderwerpen dienen te worden geadresseerd om de social media strategie ‘tussen de oren’ te krijgen bij de stakeholders? Welk social media concept stel je voor? Hoe is het concept onderbouwd vanuit ‘veldkenmerken’ en ‘tactics & tools’ (inclusief beheer)’?
10
Competenties
Analyseren en Onderzoeken, Adviseren
11
Beoordelingscriteria
Code indicator
Omschrijving indicator
Ana2.1
Beheerst de organisatie- en strategiemodellen waarmee (1) gemaakte keuzes inzake social media kunnen worden geanalyseerd, en (2) nog te maken keuzes inzake social media kunnen worden geadviseerd.
Ana2.2
Kan organisatie analysemodellen toepassen bij de keuzes voor social media; kan hierbij eveneens samenhangende concepten van SM en Organisatie-dynamiek toepassen.
Ana2.3
Is in staat de aangeboden organisatie analysemodellen en SM solutions kritisch te bestuderen en in een paper weer te geven
Ana2.4 Adv2.1
Student kan zijn kennis en inzicht in de diverse terreinen waar social media kunnen worden ingezet in concrete situaties toepassen Student kan relevante methoden en modellen toepassen bij de advisering inzake Social Media Solution.
Adv2.3
Student kan de principes beschrijven die in acht genomen moeten worden bij de hantering van een succesvolle relatie met een opdrachtgever in een Social Media Solution adviesproject.
Adv2.4
Student weet hoe hij afwegingen tussen alternatieven maakt.
Ont2.1
Student kan een complex social media concept ontwerpen en verantwoorden.
Beh2.1
Student kan voorstellen doen om de implementatie van social media in de organisatie organiseren & managen.
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie N.v.t.
Strat-rap Strategierapport Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 100% Zie toetsschema Nvt
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
N.v.t
18
Werkvormen
Hoorcollege, zelfstudie, feedback, peer assessment
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Create a Robot (CAR) I - semester Centrale beroepstaak
Create a Robot
Product
Een prototype van een zelfstandig bewegend transportvoertuig (autonome robot) die lasten in een magazijn verplaatst. Kernsemester voor TI.
Opleiding
Verwant semester voor I. I-Propedeuse courses:
Samenhang
Embedded Application Game
Ingangscompetenties
I-propedeuse
Embedded Systems Analysis & Design (ESAD)
Embedded Systems Realisation (ESR)
Embedded System engineering
Microcontroller engineering
o
Life-cycle models
o
I/O besturing
o
Requirements engineering
o
Sensoren en actuatoren
o
UML, OO Analysis Design, RUP
o
Real-time funktionaliteit
o
Implementatie in C en C++
o
Implementatie in C en assembly language
o
Testen VT: I Project
Realisatie van een embedded system prototype in een system engineering ontwikkeltraject en de bijbehorende projectdocumenten. DT : integratieve ++ deel Casus die onderdelen van beide courses integreert . Deze casus betreft de objectgeoriënteerde ontwikkeling van een embedded systeem volgens de specificaties van een opdrachtgever. De kennis en vaardigheden die nodig zijn om deze casus uit te voeren worden voorbereid in de courses.
2
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
Project
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
2
Planmatig
ESR
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Realiseren
2
Adviseren
ESAD
Course
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving “Gemak dient de mens,” en daarom worden er steeds meer apparaten gemaakt die zelfstandig ons werk voor ons doen. Door lage fabricagekosten en verregaande miniaturisering, kunnen we ook steeds complexere apparaten bouwen. Denk bijvoorbeeld aan autonoom opererende spionagevliegtuigjes, intelligente lampen die nieuwe peertjes kunnen bestellen bij de dichtstbijzijnde supermarkt, of auto’s die veilig en filevermijdend naar automatisch gereserveerde parkeerplaatsen razen. In dit semester leer je hoe je dit soort systemen bouwt.
Beschrijving OWE ESAD (Embedded Systems Analysis & Design) Titel OWE
Embedded Systems Analysis & Design SIS I-CAR ESAD
1
Opleiding
ESAD is een course van CAR. CAR is kernsemester voor TI, verwant semester voor I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Embedded Systems Analysis & Design
5
(Beroeps) Producten
Analyse en ontwerp van een embedded systeem met behulp van notatietechnieken uit de UML (Unified Modeling Language)
6
Studiepunten
7,5
7
Samenhang OWE’s
Courses I propedeuse: Embedded Application, Game
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In deze course leer je “systeem denken,” waarbij een systeem in abstracte zin volgens een vastgelegd traject wordt ontworpen en waarbij in goed overleg de realisatie van niet aan software gerelateerde delen wordt overgelaten aan de andere technische disciplines. Eerst worden allerlei aspecten uitvoerig bekeken vanuit het perspectief van relevante belanghebbenden zoals bijvoorbeeld de opdrachtgever, eindgebruikers en de overheid. De mechanische, elektrotechnische en tijdsgebonden functionele eisen leer je vertalen naar specifieke vereisten betreffende het gedrag van het systeem geïmplementeerd door software. Je leert multidisciplinaire systeemontwikkeling met nadruk op proces, analyse en systeemontwerp van een embedded system. Je stelt eisen op, documenteert met behulp van UML en programmeert in C++.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken , Ontwerpen en Realiseren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 De kandidaat classificeert vereisten volgens een bepaalde taxonomie – zoals functioneel / nietfunctioneel, FURPS, of een andere indeling. De kandidaat benoemt belanghebbenden.
Ana2.1
De kandidaat past gegeven een casus een reeks van bekende elicitatietechnieken toe om tot een geordende, heldere, complete en consistente reeks vereisten te komen.
De kandidaat kan een domein class diagram opstellen van kandidaatklassen. De kandidaat maakt gebruik van Use Cases en System Sequence Diagrammen om het extern observeerbare gedrag van het systeem te achterhalen. De kandidaat definieert vereisten SMART. De kandidaat ordent vereisten volgens een wat/hoe relatie. De kandidaat beschrijft waar van toepassing de vereisten in SI-eenheden.
Ana2.2
De kandidaat benoemt de onderdelen van verschillende systeemengineeringsprocessen en beredeneert inzetten.
De kandidaat kan, gegeven een casus, aangeven welk ontwikkelproces (het meest) geschikt is. De kandidaat kan voor een gegeven ontwikkelproces aangeven hoe deze in te zetten, of te veranderen, zodat deze kwalitatief goede systemen oplevert.
Ontwerpen niveau 2 De kandidaat beschrijft gemaakte afwegingen.
Ont2.1
Ont2.2
De kandidaat ontwerpt de software voor een embedded systeem gegeven de specificaties en legt de interfaces, interactie tussen, en gedrag van de componenten vast.
De kandidaat kan de bewerking van signalen
De kandidaat maakt een UML klasse diagram met klassen die interfacen met de verschillende sensoren en actuatoren. De kandidaat stelt sequence diagrammen op. De kandidaat bepaalt minimale contracten voor methoden die tenminste pre- en postcondities beschrijven. De kandidaat kan het begrip sample time en
interpreteren op basis van een door een deskundige gegeven uitdrukking in de n- en de z-notatie. Kan de n- en z-notatie in elkaar omzetten. Kan een uitdrukking interpreteren voor de overdrachtsfunctie H(z).
Ont2.3
De kandidaat kan een besturingseenheid (bestaande uit een FSM en/of een of meer regellussen) ontwerpen.
sample frequentie toepassen. Weet een schatting te maken hoe hoog de sample frequentie dient te zijn voor een gegeven toepassing (op basis van het Nyquist criterium). De kandidaat kan de grootte van de te gebruiken buffers bepalen op basis van de gegeven n- of znotatie. De kandidaat kan voor de FSM van de besturingseenheid een toestandsdiagram in UML opstellen. De kandidaat kan voor een regelaar in regellussen een P, PI en PID regelaar in de n- of z-notatie beschrijven.
Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat realiseert C++ programma’s aan de hand van UML diagrammen.
Kandidaat kan een UML class diagram vertalen, hierbij rekening houdend met een correcte vertaling van associaties, (klasse-) attributen, en (klasse-) methoden. Kandidaat kan een UML state diagram vertalen.
Rea2.2
Rea2.3
Rea2.4
De kandidaat realiseert een (deel)systeem in C en/of C++ met behulp van belangrijke basisconcepten van C en C++.
De kandidaat maakt waar mogelijk en gewenst gebruik van voorgeleverde software bibliotheken en OO patterns.
De kandidaat maakt waar mogelijk gebruik van moderne tooling voor het implementeren, debuggen, en testen.
De kandidaat kan van C de volgende basisconcepten op correcte wijze toepassen: functies met getypeerde parameterlijsten en returnwaarden splitsing van code in implementatie en interface file (header file) arrays ten behoeve van opslag gesampelde sensordata in buffers benaderen van arrays (buffers) met pointers en indices globale en lokale variabelen gebruik van het keyword ‘static’ pointers gebruik van functies uit de standaard bibliotheek. De kandidaat kan van C++ de volgende basisconcepten op correcte wijze toepassen: classes (contructors, destructor en member data en functions) en objecten splitsing van code in implementatie en interface file (header file) call by reference virtuele member functions overloading van member functions en operatoren const-correctness gebruik van het keyword ‘static’ functie objecten (functoren) De kandidaat gebruikt waar mogelijk klassen uit de C++ standaard library (zoals de STL). De kandidaat gebruikt ter beschikking gestelde libraries. De kandidaat gebruikt waar mogelijk het singleton of state pattern. De kandidaat gebruikt een IDE voor (het genereren van) code. De kandidaat is in staat om een beperkte toolchain op te zetten voor een embedded systeem.
Rea2.5
De kandidaat kan een signaalDe kandidaat gebruikt de juiste databuffergrootte, bewerkingsfunctie realiseren op basis van een initialisatiewaarden en realiseert de juiste gegeven n- of z-notatie. overdrachtsfunctie.
Rea2.6
De kandidaat kiest geschikte invoer voor een programma of functie en vergelijkt de uitvoer met De kandidaat toont aan dat een programma of functies voldoen aan gestelde eisen (relatie de verwachte uitvoer. invoer en uitvoer, performance). De kandidaat toont aan dat een programma of functie een bepaalde performance heeft.
Communiceren 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. T O1 Schriftelijke toets C-opdrachten + System Engineering opdracht Schriftelijke toets Opdrachten 1 1 Cijfer Cijfer 5,5 of hoger 5,5 of hoger 1/3 1/3 Zie toetsschema Zie toetsschema Nvt Nvt
Code deeltentamen O2 Deeltentamen C++-opdrachten + System Engineering opdracht Toetsvorm Opdrachten Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Voorlopige cesuur 55 % van totale punten behaald Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 1/3 Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Reader ESAD (digitaal)
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Lessen embedded system engineering en verwante opdrachten Lessen C en C++, en verwante opdrachten Theorielessen, Practicumopdrachten, Presentaties, Zelfwerkuren
19
Les- / Contacturen
n.v.t.
20
Onderwijsperiode
n.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
n.v.t.
n.v.t. Visual Express 2008 C++ TortoiseSVN Doxygen StarUML Geen
Beschrijving OWE ESR Embedded Systems Realisation
1
Titel OWE
ESR Embedded Systems Realisation SIS I-CAR ESR
Opleiding
ESR is een course van CAR. CAR is kernsemester voor TI, verwant semester voor I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Embedded Systems Realisation (ESR)
5
(Beroeps) Producten
6
7
Studiepunten/
Microcontroller engineering o
I/O besturing
o
Sensoren en actuatoren
o
Real-time functionaliteit
o
Implementatie in C en assembly language
Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
Samenhang
Courses propedeuse:
Embedded application
Game
8
Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
De overgrote meerderheid van computers vinden we niet in personal computers, maar in andere apparaten zoals telefoons, pinautomaten, auto’s en koffieautomaten. De computers die daar gebruikt worden zijn vaak microcontrollers, specifiek ontworpen chips die bestaan uit niet alleen een centrale verwerkingseenheid maar ook uit intern geheugen voor het programma en data, en allerlei interfaces voor communicatie met sensoren en actuatoren en andere randapparatuur. Je leert software ontwikkelen voor een embedded systeem op basis van een microcontroller. Bij dit ontwikkelen worden ook de real-time aspecten van een embedded systeem meegenomen. Je programmeert deels in C en deels in assembly language, de (real-time) functionaliteit uit van een door een microcontroller aangestuurd voertuig.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.3
De kandidaat bepaalt in een systeemanalyse wat er nodig is voor een embedded systeem. Hierbij houdt hij rekening met de specificaties en gedrag van de omgeving (fysische grootheden, aansturing I/O, sensoren en actuatoren, performance, prioriteit, betrouwbaarheid e.d.).
De kandidaat voert een systeemanalyse uit t.b.v. een embedded systeem.
De kandidaat onderzoekt microcontrollers en real-time operating systems en vertaalt dit naar een rapport en geeft een heldere presentatie over de geschiktheid binnen embedded systemen.
Ana2.4
De kandidaat voert een onderzoek uit naar microcontrollers en realDe kandidaat legt de werking van real-time schedulers time operating systems als helder uit. onderdeel van embedded systemen. De kandidaat legt de werking en toepassing van microcontrollers helder uit. De kandidaat kan een keuze maken en onderbouwen welke microcontroller geschikt is voor de toepassing. Ontwerpen niveau 2
Ont2.3
De kandidaat maakt een ontwerp voor een embedded systeem.
De kandidaat maakt een ontwerp voor een embedded systeem op basis van specificaties en gemaakte analyse. De kandidaat maakt een ontwerp in pseudo code en in een finite state machine model. De kandidaat past in zijn ontwerp stepwise refinement toe.
De kandidaat toont in zijn ontwerp aan dat hij voldoet aan de specificaties en gedrag van de omgeving (fysische grootheden, aansturing I/O, sensoren en actuatoren, performance, prioriteit, betrouwbaarheid e.d.).
Ont2.4
De kandidaat kan overtuigend beargumenteren dat het ontwerp voldoet aan de specificaties van het embedded systeem.
T.a.v. real-time operating systems: De kandidaat kan een overzicht geven van de processen en hoe deze gescheduled moeten worden. De kandidaat maakt een analyse van reactie- en verwerkingstijden en beschrijft periode, executie tijd, en deadlines bij de taken. De kandidaat kan beredeneren dat voor een gegeven scheduler de processen correct gescheduled worden.
Realiseren niveau 2 De kandidaat realiseert op basis van het ontwerp.
Rea2.5
De kandidaat schrijft een werkend programma voor een microcontroller die de aansturing verzorgt binnen een embedded systeem.
De kandidaat heeft kennis van alle faciliteiten van de microcontroller (I/O data-control-statusregisters, timers, interrupts, memory model e.d.) en zet deze op de juiste wijze in. De kandidaat schrijft C en assembly programma’s voor een gegeven microcontroller. De kandidaat koppelt C en assembly routines met elkaar waarbij gebruik gemaakt wordt van parameters en returnwaarden (correct gebruik stackframe). De kandidaat implementeert interrupt routines die correct reageren op randapparatuur of timers.
Rea2.6
De kandidaat programmeert processen, threads en interrupt service routines voor een real-time embedded De kandidaat implementeert realtime processen en de communicatie system. daartussen op correcte wijze. De kandidaat toont aan dat het systeem tijdig op stimuli reageert en daardoor de deadlines haalt. De kandidaat kan de juiste ontwikkelmethoden, debuggingmethoden en tools inzetten bij de realisatie van een embedded systeem.
Rea2.7
De kandidaat gebruikt op een effectieve manier beschikbare methoden, technieken en tools bij de realisatie en testen van een embedded systeem.
Kan gestructureerd foutzoeken binnen een embedded systeem en kan aangeven in welk gedeelte van de software of hardware de fout zit. De kandidaat geeft aan in welk gedeelte van de hardware of software de fout zit. De kandidaat schrijft zijn software zo, dat deze eenvoudig te debuggen is. De kandidaat toont aan de realisatie betrouwbaar is en niet tot ongewenste situaties kan leiden. De kandidaat documenteert de realisatie adequaat en kan overtuigend beargumenteren dat de realisatie daarmee overdraagbaar en onderhoudbaar is.
Communiceren 12
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging
P Portfolio Portfolio 1 Cijfer 5,5 100%
Periode afname en herkansing Zie toetsschema Compensatie Nvt www.car-esr.com Instructieset ATmega88 Studiehandleiding (digitaal) Nvt
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
AVR Studio IDE
16
Overig materiaal
STK500 programmer
17
Activiteiten
Microcontroller engineering lessen en verwante opdrachten
18
Werkvormen
Theorielessen, Practicumopdrachten, Zelfwerkuren
19
Les- / Contacturen
n.v.t.
20
Onderwijsperiode
n.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
n.v.t.
Beschrijving OWE Project CAR ( Create a Robot) Titel OWE
Project CAR ( Create a Robot) SIS I-CAR P
1
Opleiding
Project CAR is een onderdeel van CAR CAR is kernsemester voor TI, verwant semester voor I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Realisatie van een embedded system prototype in een system engineering ontwikkeltraject en de bijbehorende projectdocumenten.
5
(Beroeps) Producten
Gerealiseerd embedded system met bijbehorende project- en softwaredocumentatie Een prototype van een zelfstandig bewegend transportvoertuig (autonome robot) dat lasten in een magazijn verplaatst.
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
15 Studiepunten 420 SBU
ESAD
ESR
8
Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Er kan sprake zijn van een intern of een extern project. In het interne project dien je een prototype van een zelfstandig bewegend transportvoertuig (autonome robot) die lasten in een magazijn verplaatst te ontwikkelen. Daartoe dient eerst een grondige analyse plaats te vinden. Vervolgens wordt het prototype ontworpen en gerealiseerd om de haalbaarheid van het embedded systeem aan te tonen en daarbij een offerte op te stellen om deze haalbaarheid te onderbouwen. In een extern project moet bij een externe opdrachtgever iets vergelijkbaars gerealiseerd worden. Embedded systemen is een breed vakgebied en er zijn vele opdrachten mogelijk die de beroepstaak van dit semester bestrijken.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren. Communiceren, samenwerken, planmatig werken
11
Beoordelingscriteria Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat maakt vooraf een gestructureerde opzet voor de analysefase van het te ontwikkelen systeem gemaakt als onderdeel van het ontwikkelproces.
De kandidaat definieert een eenvoudig ontwikkelproces, en kan hierbij de artefacten van de analysefase benoemen. De kandidaat maakt gebruik van templates om zijn ontwikkelproces te structureren. De kandidaat verwerkt commentaar vanuit reviews of ontwerpevaluaties. De kandidaat definieert een verzameling van belanghebbenden.
Ana2.2
De kandidaat definieert het probleem, brengt belanghebbenden in kaart en bepaalt hiermee met behulp van relevante elicatietechnieken een geordende, consistente en complete verzameling vereisten.
De kandidaat definieert een geordende reeks vereisten die terug te traceren zijn tot belanghebbenden en gebruikers. De kandidaat houdt rekening met de gehele levenscyclus van het product bij het definiëren van vereisten. De kandidaat onderscheidt hoofd- en bijzaken. De kandidaat onderbouwt de keuze voor gebruikte elicitatietechnieken.
Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat maakt en documenteert het mechanische, elektrotechnische en software
De kandidaat beschrijft in de ontwerpdocumentatie het ontwerp zodanig helder, dat een ander op grond
ontwerp inclusief gemaakte keuzes gegeven de verzameling vereisten.
hiervan het product kan realiseren of de volgende ontwerpslag (van een of meer deelproducten) kan maken. De kandidaat gebruikt standaard ontwerpnotaties en wijkt daar niet van af. De kandidaat toont een eenvoudig mechanisch ontwerp. De kandidaat toont een eenvoudig elektrotechnisch ontwerp. De kandidaat toont een klasse diagram van het software ontwerp. De kandidaat toont sequence diagrammen voor het software ontwerp. De kandidaat toont een toestandsdiagram van het ontwerp. De kandidaat beschrijft gemaakte afwegingen aangaande het ontwerp. De kandidaat kan overtuigend beargumenteren dat het systeem voldoet aan gestelde eisen.
Ont2.2
De kandidaat houdt ontwerp-reviews en verwerkt de resultaten van de reviews aantoonbaar, waarbij belanghebbenden, indien mogelijk en gewenst worden betrokken bij het ontwerpproces.
Ont2.3
De kandidaat toont aan dat het systeem De kandidaat toont aan dat real-time zo ontworpen is dat real-time en en performance vereisten door het performance vereisten getest kunnen ontwerp gerealiseerd zullen worden. worden.
De kandidaat organiseert Quality Review Boards (QRBs). De kandidaat documenteert en verwerkt de uitkomsten van de reviews.
Realiseren niveau 2
Rea2.1
Rea2.2
Rea2.3
De kandidaat realiseert de code volgens een vaste standaard, genereert codedocumentatie en managet de code met een versiebeheertool.
De kandidaat stelt een testplan op met geschikte testcases en vat de testresultaten samen in een testrapport.
De kandidaat voert performance en realtime metingen uit en vat de resultaten samen in een meetrapport.
De kandidaat kan de gebruikte sourcecode standaard overhandigen. De kandidaat genereert documentatie, bijvoorbeeld m.b.v. Doxygen, uit de source code. De kandidaat past versie-beheer toe op de source code en heeft een (informele) policy voor het bepalen van de versies. De kandidaat schrijft black-box en whitebox test-case uit aan de hand van vereisten, ontwerp, en sourcecode. De kandidaat bepaalt voor een testcase minimaal de benodigdheden, het proces, en de pass/fail criteria.
De kandidaat bepaalt minmaal benodigdheden en het proces voor het meten van de performance. De kandidaat bepaalt hoe een bepaalde performance gemeten en weergegeven wordt (zoals m.b.v. diagrammen of tabellen).
Communiceren niveau 2
Com2.1
Com2.2
De kandidaat geeft presentaties van de analyse aan de opdrachtgever, of andere belanghebbenden, en legt mogelijk commentaar vast.
De kandidaat legt helder uit, zowel mondeling (presentatie) als schriftelijk (analyserapport), wat de resultaten van de analyse zijn en hoe De kandidaat heeft een procedure voor deze resultaten zijn bereikt. het verwerken van commentaar op het analyserapport. De kandidaat zorgt ervoor dat de boodschap goed overkomt bij, en wordt geaccepteerd door, de opdrachtgever.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset . 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Vaardigheden niveau 2 toets
Vrdg pf Vaardigheden portfolio
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 8,33 % Zie toetsschema Nvt
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
pf presentatie(g) en portfolio met o.a. de volgende producten: 3 tot 6 QRB's en bewijsmateriaal en verantwoording HBOcompetenties(i) Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 66,67 % Zie toetsschema Nvt
Studiehandleiding project CAR (digitaal)
Cygwin BrickOs Lego Mindstorms
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Definiëren van een ontwikkelprocesmodel Bepalen van rollen in de groepen Overleggen met de opdrachtgever en andere belanghebbenden Plannen en houden van Quality Review Boards Opleveren van de analyse, het ontwerp, de realisatie en de testproducten t.a.v. het protype Opleveren en presenteren van de offerte van het te implementeren product aan de opdrachtgever werk-/projectoverleg en reviewsessies systeem ontwikkelwerk N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Max aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CAR integratie ++ / verdiepingsopdracht Titel OWE
CAR ++ SIS I-CAR ++
1
Opleiding
CAR ++ is een onderdeel van CARdt
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Het ++-gedeelte van CAR bestaat uit een casus die onderdelen van beide courses integreert .
4
Centrale beroepstaak
Het ++-gedeelte van CAR bestaat uit een casus die onderdelen van beide courses integreert .
5
(Beroeps) Producten
Systeemontwikkeling van een embedded systeem
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
ESAD, ESR
8
Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens
Aanbevolen I Propedeuse
9
Algemene omschrijving
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren.
11
Beoordelingscriteria
Gelijk aan het project
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
werk-/projectoverleg en reviewsessies.
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Ontwerp en realisatie van een embedded systeem in een klein team conform de wensen en eisen van een opdrachtgever.
Code deeltentamen Pf groep Groepsopdracht (g) Deeltentamen Toetsvorm Portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 100 % Periode afname en herkansing Zie toetsschema Compensatie Nvt Studiehandleiding CAR++ (digitaal)
AVR Studio
Ontwerp en realisatie van een embedded systeem in een klein team conform de wensen en eisen van een opdrachtgever.
Create Audio and Visuals for Internet (CAVI) C – semester Centrale beroepstaak
Create Audio and Visuals for Internet
Product
Een motion graphic of een video voor Internet Kernsemester voor CMD-c,
Opleiding
verwant semester voor DC/ BIM
Samenhang
C-propedeuse courses: Wiki, [Re]mediate
Ingangscompetenties
C-propedeuse Audio Visual Design
Audio Visual Communication
audio design, video design
communication models, media theory
animation, motion graphics
semiotics, metalanguages, conceptualization, copyrights,
idents, movies, webcasting
directing, editing, Adobe Première
After Effects CAVI-Project
Realisatie van motion graphics en andere audio en visuals voor Internet op basis van eisen die in overleg met een opdrachtgever zijn vastgesteld
Casus ++ Realisatie van motion graphics of andere audio en visuals voor internet op basis van eisen die in overleg met een opdrachtgever zijn vastgesteld. Presentatie in de vorm van een livestream TV-uitzending
2
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
Project
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
AVC
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Realiseren
AVD
Adviseren
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix voltijd
2
2+
2+
AVC
2+
2+
Beheren
2+
Evalueren
Realiseren
AVD
Adviseren
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix deeltijd
Algemene Omschrijving In dit semester gaat het over het ontwerpen van bewegend beeld en geluid. Audio en visuals vormen steeds vaker een vanzelfsprekend onderdeel van de uitingen op Internet. Gemaakt met behulp van onder andere de software van
Adobe After Effects zijn motion graphics de dominante uiting in de audiovisuele cultuur geworden. Videomateriaal wordt daarbij gebruikt als één van de grondstoffen, naast tekst, animatie, computer generated images en geluid. Het ontwerpen van audio en visuals voor internet, en de integratie in motion graphics, vraagt een bijbehorende kijk op communicatie. Film en televisie zijn niet langer de norm. Interactiemogelijkheden beïnvloeden de duur en de vorm, en de 'kijker' is een 'gebruiker'. We onderzoeken de verschillende communicatiestijlen, en wat de invloed is van de 'workflow' op het resultaat. De onderwijseenheid CAVI is een kernsemester van het c-profiel van de opleiding Communication and Multimedia Design (CMD), en een verwant semester van de opleiding Digitale Communicatie/ Business IT & Management (DC / BIM). Audio and Visuals for Internet worden gemaakt in een team met concept ontwikkelaars, multimedia ontwerpers, scenarioschrijvers, motion graphic designers, audiovisuele vormgevers en creative producers.
Beschrijving OWE Audio Visual Design
1
Titel OWE
Audio Visual Design SIS I-CAVI AVD
Opleiding
Kernsemester voor CMD-C, verwant semester voor DC/ BIM
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaak
Create Audio and Visuals for Internet
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Analyse filmfragment Analyse- en researchrapporten AVD opdrachten Concept- en ontwerprapporten AVD opdrachten Resultaat Pressure Cookerweek (alleen VT) Resultaten AV practicum
Resultaat AVD opdrachten 6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
In deze course leer je audiovisuals voor internet te ontwerpen, en assets te maken voor motion graphics. Je volgt theorie- en ontwerplessen, practica en workshops. De belangrijkste onderwerpen zijn: audio design video design motion graphics idents animaties Camera, licht en geluid streaming media After Effects
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Ana2.2
De student kan de opdracht voor een CAVI analyseren, en toont dit aan met een verslag waaruit blijkt dat hij heeft nagedacht over de doelstellingen van de opdracht, over de identiteit van de opdrachtgever, de kenmerken van mogelijke doelgroepen, en de kwaliteitseisen met betrekking tot het gekozen medium en distributiekanaal. De kandidaat kan een audiovisual of filmfragment analyseren, en toont dit aan met een verslag waarin hij aandacht geeft aan de verschillende filmische kenmerken als licht, kader, cameravoering, geluid, montage etc.
Ontwerpen niveau 2
De student toont bij het analyseren aan dat hij bereid en in staat is theoretische kennis en kennis uit verwante disciplines te betrekken bij zijn werk, en dat hij een brede interesse heeft in het bijzonder in de digitale cultuur.
Ont2.1
Ont2.2
De student kan volgens opdracht een audioontwerp maken, en toont dit aan met een ontwerpvoorstel met technische specificaties voor de audio-opnamen; hij laat daarin overtuigend zien hoe hij de ontwerpvariabelen wil inzetten voor de opdracht, en dat hij inzicht heeft in de daarvoor vereiste audio-opnametechniek. De student kan volgens opdracht een ontwerp voor een audiovisual en/ of motion graphic maken, en toont dit aan met een ontwerpvoorstel met aparte onderdelen voor het audio- en video-ontwerp; hij laat daarin met ontwerpschetsen, moodboards, screenshots en storyboards overtuigend zien welke vorm en vormgeving hij wil inzetten voor de opdracht, en dat hij inzicht heeft in de daarbij benodigde bewerkingstechnieken.
De student toont bij het ontwerpen aan dat hij beschikt over creërend vermogen. Ook toont de student aan dat hij in staat is zijn eigen werkproces in te richten, bereid is voldoende tijd erin te steken en diepgang aan te brengen.
Realiseren niveau 2
12
Tentaminering
Rea2.1
De student kan aan de hand van een ontwerp een audio-opname maken, en toont dit aan door het resultaat van een opdracht te laten horen, waaruit blijkt dat hij de benodigde opnametechniek beheerst, en dat de inzet van de verschillende ontwerpvariabelen daadwerkelijk heeft geresulteerd in het bereiken van het gewenste communicatiedoel van de opdracht.
Rea2.2
De student kan een ontwerp voor een audiovisual en/ of motion graphic realiseren en publiceren op internet, en toont dit aan door het resultaat van een opdracht te laten zien, waaruit overtuigend blijkt dat het communicatieproces in overeenstemming met het ontwerp naar wens verloopt door een goede afstemming van inhoud met vorm en vormgeving, techniek en systeem.
Code deeltentamen Deeltentamen
Fan
PGr
Filmanalyse
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1
Portfolio groepsopdracht met opdrachtanalyse, research, ontwerp en realisatie product Item met Interview +TVR Beroepsproduct 1
Cijfer 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
10% Zie toetsschema Nvt
30% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
PInd
Pind2
Portfolio individuele opdracht met opdrachtanalyse, research, ontwerp en realisatie product audiovisual/ motion graphic + TVR
Portfolio individuele opdracht met opdrachtanalyse, research, ontwerp en realisatie product Ident/ titelsequentie + TVR
13
Verplichte literatuur
Toetsvorm Beroepsproduct Aantal 1 examinatoren Beoordeling Cijfer Minimaal 5,5 of hoger resultaat Weging 30% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Roemer Lievaart, Films maken
Beroepsproduct 1
14
Aanbevolen literatuur
Jan Roberts Breslin, Making Media
15
Software
Adobe CS5 of hoger
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
Audiovisuele opname apparatuur Studio met greenscreen Pressure Cooker Week (alleen VT CAVI P voorbereiding) Lessen audiovisueel ontwerpen voor Internet Practicum Audiovisueel Practicum Streaming en Codecs
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Klassikaal lessen, workshop, practicum, projectwerk, presentaties, reviewssessies, discussies, zelfstudie N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Cijfer 5,5 of hoger 30% Zie toetsschema Nvt
Beschrijving OWE Audio Visual Communication
1
Titel OWE
Audio Visual Communication SIS I-CAVI AVC
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c, verwant semester voor DC / BIM
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create Audio and Visuals for Internet
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
Context document (individueel) Ontwerp document (duo) Productieplan en Auteursrechtdocument (duo) Toets Mediatheorie (individueel)
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course richt zich op het bepalen van de context van een opdracht, en het ontwikkelen van een concept. Bij het uitwerken van een concept tot een scenario besteden we aandacht aan de invloed die het productieproces, het auteursrecht en de montage hebben op het ontwerp. De belangrijkste onderwerpen zijn: communication models media theory metalanguages, conceptualization copyrights directing Adobe Première
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana2.1
De student kan de context van een opdracht voor een audiovisual voor internet onderzoeken en in kaart brengen, en toont dat aan met een document waarin het communicatiemodel beschreven staat.
Ana2.2
De student kan het communicatiedoel van een opdracht analyseren en vertalen naar een document waarin richtlijnen staan voor een audiovisueel concept.
Ana2.3
De student kan van een concept voor een audiovisual de beeld- en geluidrechten bepalen.
Ana2.4
De student kan reflecteren op het medium en toont dat aan met een onderzoek waarin hij verwijst naar theorie, en actuele praktijk.
De student toont bij het analyseren aan dat hij bereid en in staat is theoretische kennis en kennis uit verwante disciplines te betrekken bij zijn werk, en dat hij een brede interesse heeft in het bijzonder in de digitale cultuur
Ontwerpen niveau 2 Ont2.1
De student kan, gegeven de context en de richtlijnen voor het communicatiedoel, een concept ontwikkelen voor een audiovisual waaruit een creatieve en kritische houding blijkt.
De student toont bij het ontwerpen aan dat hij beschikt over creërend vermogen.
12
Tentaminering
Ont2.2
De student kan, gegeven een concept, een scenario opstellen aan de hand waarvan de realisatie van een audiovisual uitgevoerd kan worden.
Ont2.3
De student kan een plan voor de realisatie ontwerpen en toont dat aan met een productiemodel waaruit een realistische houding blijkt.
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen Deeltentamen
Ook toont de student aan dat hij in staat is zijn eigen werkproces in te richten, bereid is voldoende tijd erin te steken en diepgang aan te brengen.
ContDoc
OntDoc
Contextdocument met opdracht- en communicatieanalyse Beroepsproduct 1
Ontwerpdocument concept script en scenario en presentatie eindontwerp
Cijfer 5,5
Cijfer 5,5 of
25% Zie toetsschema Nvt
40% Zie toetsschema Nvt
PrPl
T
Productieplan & Auteursrechtdocument Beroepsproduct 1
Schriftelijke toets mediatheorie
Beroepsproduct 1
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Toetsvorm Schriftelijke kennistoets Aantal 1 examinatoren Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal 5,5 of hoger 5,5 of hoger resultaat Weging 10% 25% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Jos van den Broek,Willem Koetsenruijter, Jaap de Jong, Laetitia Smit; Beeldtaal of engelse versie ‘Visual Language’ Reader Manovich; Software takes Command Reader Hans van Driel; Digitale Communicatie Roemer Lievaart; Films Maken Jan Roberts Breslin; Making Media Jan Roberts Breslin; Making Media
15
Software
Adobe CS5 of hoger
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Pressure Cooker Week (alleen VT als voorbereiding CAVI P) Lessen semiotiek en retorica Lessen context & concept, regie & productie, auteursrecht Lessen mediatheorie en montage Workshops Premiere en After Effects Klassikaal lessen, workshop, practicum, projectwerk, presentaties, reviewssessies, discussies, zelfstudie N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Max aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CAVI project
1
Titel OWE
CAVI project SIS I-CAVI P
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c, verwant semester voor DC / BIM
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create Audio and Visuals for Internet Analyse en research communicatie, context en content audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Concept en ontwerp van audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Scenario en draaiboek t.b.v. audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Productie, regie en presentatie audiovisuals, motion graphics en livestream voor internettoepassingen Realisatie bewegend beeld en audio t.b.v. audiovisuals, motion graphics en livestream voor internettoepassingen
5
(Beroeps) Producten
portfolio met scenario, scripts, draaiboek en productiedocumenten (AVC) en ontwerp en R&D audiovisuals, motion graphics en livestream (AVD) resultaat audiovisuals/ motion graphics resultaat webcast/ livestream portfolio HBO vaardigheden
6
Studiepunten/ Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Tijdens het project realiseer je in opdracht en in de rollen AVC en AVD, met een crew van vier personen, audiovisuals en motion graphics t.b.v. een livestream. Daarnaast ontwerp en produceer je in een team van max. 16 personen een livestream webcast waarin de resultaten van de audiovisuals en motion graphics worden gepresenteerd.
10
Competenties
Analyseren niveau 2 AVC, Ontwerpen niveau 2 AVC,
11
Beoordelingscriteria
Ontwerpen niveau 2 AVD, Realiseren niveau 2 AVD, Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren niveau 2 AVC Ana2.1
Ana2.2
Ana2.3
Ana2.4
kan een opdracht voor een AVI of een livestream analyseren en vertalen naar richtlijnen voor een concept en een scenario. kan een scenario analyseren en vertalen naar een shotlist en een draaiboek waaruit een samenhangende visie blijkt op de te realiseren AVI of live-stream.
AVC rol scenario & regie
AVC rol scenario & regie
kan een scenario voor een AVI of een live-stream AVC rol analyseren en vertalen naar ranvoorwaarden productie & voor een productieplan. editing kan het materiaal dat is vervaardigd voor een AVC rol AVI analyseren en de mogelijkheden aangeven productie & voor het gebruik daarvan in relatie tot de opediting dracht. Ontwerpen niveau 2 AVC
Ont2.1
kan een concept en een scenario schrijven voor een AVI of een live-stream. kan tijdens de realisatie inspelen op eventuele wijzigingen.
AVC rol scenario & regie
Ont2.2
kan een samenhangende visie op de uitvoering overbrengen op alle betrokkenen.
AVC rol scenario & regie
Ont2.3
de student kan een productieplan ontwerpen en uitvoeren waaruit een goede verhouding blijkt tussen tijd en kwaliteit.
AVC rol productie & editing
Ont2.4
de student kan een structuur voor een AVI ontwerpen en vertonen, waaruit een zinvolle samenhang van het materiaal blijkt en die relevant is voor het behalen van de communicatiedoelstellingen.
AVC rol productie & editing
Ontwerpen niveau 2 AVD
Ont2.5
Ont2.6
Ont2.7
Ont2.8
kan, gegeven een scenario, een visueel ontwerp maken ten behoeve van de video-opnamen voor een AVI of een live-stream. kan, gegeven een scenario, motion graphics ontwerpen. kan, gegeven het scenario, een audio-ontwerp maken ten behoeve van de geluidsopnamen voor een AVI of een live-stream. kan, gegeven het scenario en het vervaardigde materiaal, een audio-ontwerp maken, ten behoeve van de postproductie van een AVI of een Motion Graphic.
AVD rol camera & motion design AVD rol camera & motion design AVD rol geluid & postproductie
AVD rol geluid & postproductie
Realiseren niveau 2 AVD
Rea2.1
kan, gegeven een visueel ontwerp, de videoopnamen realiseren van een AVI of een livestream,
AVD rol camera & motion design
Rea2.2
kan, uitgaande van het ontwerp, motion graphics realiseren
AVD rol camera & motion design
Rea2.3
kan, gegeven een audio-ontwerp, AVD rol geluid & geluidsopnamen maken voor een AVI of een livepostproductie stream.
Rea2.4
kan, uitgaande van een audio-ontwerp, de audio postproductie realiseren van een AVI of een Motion Graphic.
AVD rol geluid & postproductie
Communiceren 1.
2. Niveau 1
3.
4.
Bereidt presentaties voor (structuur, doel, doelgroep). Past structuur toe tijdens presentaties, geeft het doel aan, houdt rekening met de doelgroep. Gebruikt correcte grammatica, spelling, stijl en structuur passend bij het doel van documenten. Verwoordt duidelijk een boodschap in twee- of groepsgesprekken en presentaties, controleert of deze boodschap overkomt en luistert actief in twee- of groepsgesprekken. Herkent en benoemt eigen kwaliteiten en valkuilen in communicatie.
1. 2.
Heeft kennis van communicatietheorie. Kan het belang van doel- en doelgroep gerichtheid uitleggen. Heeft kennis van communicatiemiddelen en gesprekstechnieken voor verschillende doelgroepen. Toont voorbereidingen op doel, doelgroep en onderwerp van mondelinge en schriftelijke communicatie. Gebruikt passende gespreks- en/of presentatietechnieken om het doel te bereiken in een presentatie en/of een tweeof groepsgesprek. Kijkt kritisch naar de effectiviteit van het eigen communicatieve handelen en benoemt meetbare sterke en verbeterpunten.
3.
Niveau 2
4. 5.
6.
Samenwerken
Niveau 1
Niveau 2
1. Maakt concrete afspraken over groepsregels. 2. Houdt zich aan deze regels en afspraken. 3. Hanteert de regels voor het geven en ontvangen van feedback. 4. Kent verschillende vergaderrollen en vergaderprocedures en past deze toe. 5. Is in staat om met de eigen kwaliteiten en valkuilen bij samenwerken te herkennen en te benoemen. 1. Heeft kennis van meerdere theorieën over persoonlijke kwaliteiten en team-eigenschappen. 2. Heeft kennis van methoden voor het analyseren van groepsprocessen. 3. Heeft kennis van methoden voor besluitvorming. 4. Kan groepsprocessen analyseren en een passende werkwijze voorstellen. 5. Weet bij besluitvorming een passende methode te kiezen. 6. Beschrijft ieder groepslid op persoonlijke kwaliteiten en teameigenschappen. 7. Beschrijft de interactie in de groep op basis van deze kwaliteiten en eigenschappen. 8. Toont aan de besluitvorming binnen de groep actief te bevorderen 9. Toont aan met belangentegenstellingen in de groep om te kunnen gaan. 10. Is in staat om kritisch te kijken naar de effectiviteit van eigen interventies op het gebied van samenwerken en kan sterke punten en verbeterpunten benoemen. Planmatig werken 1. 2. 3.
Niveau 1
4. 5. 6. 7.
Maakt een individuele planning gebaseerd op de projectopdracht. Voert de planning uit . Legt de eigen bijdrage aan de uitvoering vast en beargumenteert afwijkingen van de planning. Heeft kennis van een aangereikte projectmanagementmethode. Levert aantoonbare actieve bijdrage aan plan van aanpak. Heeft kennis van timemanagement en herkent eigen verbeterpunten. Is in staat eigen kwaliteiten en valkuilen rond planmatig werken te herkennen en benoemen.
1.
Niveau 2
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Heeft kennis van meerdere projectmanagement methoden en software-ontwikkelmodellen. 2. Analyseert een probleem of uitdaging, en kan hiervoor een geschikte oplossingsmethode kiezen. 3. Heeft kennis van beheer procedures. 4. Kan kennis van beheer procedures toepassen op praktijksituaties. 5. Kan projectmatig een opdracht uitvoeren en maakt een bewuste keuze voor een projectmanagementmethode en/of software-ontwikkelmodel. 6. Voert het project uit, met specifieke aandacht voor beheer procedures. 7. Bewaakt de voortgang en stelt deze bij. 8. Legt acties en werkwijzen vast in procedures. 9. Evalueert de uitvoering van het project in een verslag. 10. Bewaakt de uitvoering van ieders planning en spreekt anderen hierop aan. 11. Is in staat om kritisch te kijken naar eigen planmatig werken en benoemt meetbare sterkte- en verbeterpunten. Pf Ass
VRdg BV2
Presentatie en portfolioassessment met de volgende onderdelen:
HBO vaardigheden BV2 toets
rol AVD (i) ontwerp en realisatie motion graphic en/of livestream uitzending + verdieping + TVR rol AVC (i) scenario, regie en/of productie en editing motion graphic en/ of livestream uitzending + verdieping + TVR Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
(g) Resultaat Cavi eindproducten Portfolio + assessment 1
Schriftelijke toets 1
Cijfer is gemiddelde AVC en AVD 5,5 of hoger
Cijfer 5,5 of hoger
66,67% Zie toetsschema Nvt
8,33% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Vrdg Pf Deeltentamen HBO-vaardigheden portfolio Toetsvorm Portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 25% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Voor HBO-vaardighed en: Bos e.a., Projectmatig creëren compact Jos van den Broek,Willem Koetsenruijter, Jaap de Jong, Laetitia Smit; Beeldtaal of engelstalig ‘Visual Language’ Roemer Lievaart; Films Maken Hans van Driel; Digitale Communicatie Adobe CS5 of hoger Audiovisuele opname apparatuur Studio met Greenscreen Realisatie audiovisuals Realisatie webcast
AVC rollen: scenario & regie of productie & montage AVD rollen: Camera/beeldbewerking of Geluid/geluidbewerking 18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE verdiepende casus CAVI ++ Deeltijd
1
Titel OWE
CAVI verdiepende casus AVC en AVD SIS I-CAVI ++
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c, verwant semester voor DC / BIM
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Create Audio and Visuals for Internet Analyse en research communicatie, context en content audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Concept en ontwerp van audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Scenario en draaiboek t.b.v. audiovisuals, motion graphics en livestream t.b.v. internettoepassingen Productie, regie en presentatie audiovisuals, motion graphics en livestream voor internettoepassingen Realisatie bewegend beeld en audio t.b.v. audiovisuals, motion graphics en livestream voor internettoepassingen
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
portfolio met scenario, scripts, draaiboek en productiedocumenten (AVC) en ontwerp en R&D audiovisuals, motion graphics en livestream (AVD) resultaat audiovisuals/ motion graphics resultaat webcast/ livestream 7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Tijdens de casus deeltijd realiseer je in opdracht en in de rollen AVC en AVD, audiovisuals en motion graphics t.b.v. een livestream. Daarnaast ontwerp en produceer je als een team een eenvoudige livestream webcast waarin de resultaten van de audiovisuals en motion graphics worden gepresenteerd.
10
Competenties
Analyseren niveau 2 AVC, Ontwerpen niveau 2 AVC, Ontwerpen niveau 2 AVD, Realiseren niveau 2 AVD
11
Beoordelingscriteria Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren niveau 2 AVC Ana2.1
kan een opdracht voor een AVI of een livestream analyseren en vertalen naar richtlijnen voor een concept en een scenario.
AVC rol scenario & regie
Ana2.2
kan een scenario analyseren en vertalen naar een shotlist en een draaiboek waaruit een samenhangende visie blijkt op de te realiseren AVI of livestream.
AVC rol scenario & regie
Ana2.3
kan een scenario voor een AVI of een livestream analyseren en vertalen naar ranvoorwaarden voor een productieplan.
AVC rol productie & editing
Ana2.4
kan het materiaal dat is vervaardigd voor een AVI analyseren en de mogelijkheden aangeven voor het gebruik daarvan in relatie tot de opdracht.
AVC rol productie & editing
Ontwerpen niveau 2 AVC
Ont2.1
kan een concept en een scenario schrijven voor een AVI of een livestream. kan tijdens de realisatie inspelen op eventuele wijzigingen.
AVC rol scenario & regie
Ont2.2
kan een samenhangende visie op de uitvoering overbrengen op alle betrokkenen.
AVC rol scenario & regie
Ont2.3
Ont2.4
de student kan een productieplan ontwerpen en uitvoeren waaruit een goede verhouding blijkt tussen tijd en kwaliteit. de student kan een structuur voor een AVI ontwerpen en vertonen, waaruit een zinvolle samenhang van het materiaal blijkt en die relevant is voor het behalen van de communicatiedoelstellingen.
AVC rol productie & editing AVC rol productie & editing
Ontwerpen niveau 2 AVD
Ont2.5
Ont2.6
Ont2.7
Ont2.8
kan, gegeven een scenario, een visueel ontwerp maken AVD rol camera & ten behoeve van de video-opnamen voor een AVI of motion design een livestream. kan, gegeven een scenario, motion graphics ontwerpen. kan, gegeven het scenario, een audio-ontwerp maken ten behoeve van de geluidsopnamen voor een AVI of een livestream.
AVD rol camera & motion design AVD rol geluid & postproductie
kan, gegeven het scenario en het vervaardigde AVD rol geluid & materiaal, een audio-ontwerp maken, ten behoeve van postproductie de postproductie van een AVI of een Motion Graphic. Realiseren niveau 2 AVD
12
Tentaminering
Rea2.1
kan, gegeven een visueel ontwerp, de video-opnamen realiseren van een AVI of een livestream,
AVD rol camera & motion design
Rea2.2
kan, uitgaande van het ontwerp, motion graphics realiseren
AVD rol camera & motion design
Rea2.3
kan, gegeven een audio-ontwerp, geluidsopnamen maken voor een AVI of een livestream.
AVD rol geluid & postproductie
Rea2.4
kan, uitgaande van een audio-ontwerp, de audio postproductie realiseren van een AVI of een Motion Graphic.
AVD rol geluid & postproductie
Code deeltentamen Deeltentamen
Pf Ass Presentatie en portfolioassessment met de volgende onderdelen t.b.v. motion graphic en/ of livestream uitzending Rol AVD (i) ontwerp en realisatie + TVR (=50%) Rol AVC (i) analyse en ontwerp + TVR (=50%)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie 13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
Resultaat Cavi eindproducten (g) Portfolio + assessment 1 Cijfer 5,5 of hoger 100 % Zie toetsschema Nvt
Roemer Lievaart, Films maken Jan Roberts Breslin, Making Media Jos van den Broek, Willem Koetsenruijter, Jaap de Jong, Laetitia Smit; Beeldtaal Manovich; Software takes Command Hans van Driel; Digitale Communicatie Adobe CS5 of hoger Audiovisuele opname apparatuur Studio met Greenscreen
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Realisatie audiovisuals en motion graphics Realisatie livestream webcast Uitzending livestream week 18 AVC rollen: scenario & regie of productie & editing AVD rollen: camera & motion design of geluid & postproductie workshop, practicum, productiewerk, presentaties, reviewssessies
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Create an Interactive Content Application (CICA) C & I – semester Centrale beroepstaak
Create an Interactive Content Application
Product
Een (prototype van een) interactief programma, waarin content wordt gecommuniceerd met behulp van drama-, game- en verhaaltechnieken Kernsemester voor CMD-c en CMD-i
Opleiding
Verwant semester voor BIM-C/DC en I C – Propedeuse courses: [Re]Design; Immersive Space
Samenhang
I – Propedeuse courses: Embedded Applications; Game
Ingangscompetenties
C- of I-propedeuse
Interactive Content Creation (ICC)
Graphics, animatie, typografie
Interactive Narrative Design (IND)
Interactive Media Engineering (IME)
Interaction concepts and structures
Multimedia programming
Intuïtieve Interface- en interaction design
Visual narratives
Flash data structures
Video en audio: greenscreen, keying, editing, compositing.
Navigation
XML integration
C & I Project
2
2
2
Project
2
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
IME
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
IND
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Realiseren
ICC
Adviseren
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving Alle 'oude' media, waaronder radio en televisie hebben een plaats gekregen binnen de interface van een computer die naast hulpje en werktuig ook een mediamachine is geworden. Maar hoewel die media vaak hun beproefde combinaties van inhoud en vormgeving meenemen toch verandert de communicatie ingrijpend. Denk aan de verschillende mogelijkheden tot interactie, aan de kijker die deelnemer wordt en aan de computer die meespeelt. In dit semester worden verhaaltechnieken, unieke navigatiestructuren, systeemintelligentie en doelgerichte vormgeving gebruikt om complexe informatie efficiënt en boeiend op de gebruiker over te brengen. Hoe richt je een interface in zodat communicatie mogelijk wordt; welke wereld creëer je met beeld en geluid, en hoe regisseer je de interactie zodat het voor de gebruiker spannend of irritant wordt. Opleiding en beroepen De onderwijseenheid CICA is een kernsemester van de opleiding Communication & Multimedia Design (CMD). Interactive content wordt gemaakt in een team met concept ontwikkelaars, interactie ontwerpers, multimedia programmeurs, motion graphic artists, audiovisuele vormgevers en creative producers.
Beschrijving OWE Interactive Content Creation (ICC)
1
Titel OWE
Interactive Content Creation (ICC) SIS I-CICA ICC
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c en CMD-i Verwant semester voor BIM-C/DC en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create an Interactive Content Application
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
C – Propedeuse courses: [Re]Design; Immersive Space
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
In deze course gaat het om het creëren van content die tevens fungeert als intuïtieve interface. Daartoe onderzoek je het groeiend aantal verschijningsvormen van intuïtieve interfaces zoals je die aantreft bij interactieve films, serious games, en bij multitouch applicaties. De verschillende grondstoffen waarmee de look en feel EN de interface van een interactief verhaal kunnen worden vormgegeven zijn video, geluid, animatie, fotografie, illustratie, en typografie. Al dat ‘ruwe’ materiaal kan worden bewerkt (processing), gemonteerd (editing) en samengevoegd (compositing) tot het gewenste eindresultaat is bereikt. De vormgeving draagt bij tot een unieke identiteit en gebruikersbeleving en helpt de applicatie gebruikersvriendelijk te maken. Bij de ontwikkeling van content voor een interactive narrative krijg je te maken met een zeer breed spectrum aan onderwerpen en designtools.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Analyserapport van de opdracht en GUI Ontwerprapport verschillende assets t.b.v. interactieve content, ontwikkeling grafische user interface Intuïtieve applicatie Testrapporten Reflectie
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2 De student kan op grond van een analyse de randvoor-
Ana2.1
waarden vasstellen van de centrale opdracht. Student kan n.a.v. een opdrachtanalyse de juiste overwegingen maken in de keuze van mogelijke vorm- en beeld-
Ana2.2
stijlen die een interactive narrative met user experience visueel ondersteunen en optimaal versterken. De student kan een bestaande intuïtieve interface analyseren, en toont dit aan met een analyserapport waarin hij de
Ana2.3
werking van de interface beschrijft en aangeeft welke navigatiepatronen er zijn toegepast. De student kan de interactie analyserenals uitgangspunt
Ana2.4
voor het ontwerpen van een user interface.
Ontwerpen niveau 2 De student kan een gemotiveerd ontwerp maken voor een Ont2.1
intuitieve interface.
De student kan een grafisch ontwerp voor een ICA maken, en Ont2.2
toont de ontwerpfases aan in een ontwerpdocument
De student kan een verhalende context vertalen naar een inOnt2.3
terface design.
Realiseren niveau 2 De student kan zelfstandig een ontwerp van een intuitieve Rea2.1
interactieve interface realiseren in een prototype in een 'derde partij oplossing' (bijv. free coffee). De student kan een 3-tal gebruikerstesten uitvoeren en de resultaten verwerken in het prototype.De testen zijn als volgt
Rea2.2
opgebouwd: content (eerste test), gameplay(tweede test) en emotie(derde test)
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Anls doc Analysedocument Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Ontwdoc Ontwerpdocument Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Proto Werken prototype Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Testrap Testrapport rapport 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Refl Deeltentamen Reflectie Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 Beoordeling Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 0% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Angie Taylor, 2011, Design Essentials, Focal Press
14
Aanbevolen literatuur
Richard Williams (2009) The Animator's Survival Kit, Expanded Edition: A Manual of Methods, Principles and Formulas for Classical, Computer, Games, Stop Motion and Internet Animators Faber & Faber. ISBN-10: 0571238343 - ISBN-13:
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
978-0571238347 Jos Van Den Broek, Willem Koetsenruijter & Laetitia Smit (2010) Beeldtaal Adobe Flash CS3 of hoger Photoshop CS5 After Effects CS5, evt. Premiere Professionele camera, licht en geluidapparatuur Studio met greenscreen Theorielessen designmethodieken met veel voorbeelden t.b.v. ontwikkeling en realisatie interactive content en intuïtieve grafische user interfaces Workshop stopmotion en (3D) animatie. Workshop Instructie werken met professionele video-, audio- en lichtapparatuur Workshop audio en video (in de studio met greenscreen) Begeleid practicum ontwerpen, realiseren en importeren beeld- en geluidsmateriaal. Opdrachten voor het ontwerpen van interactieve content en 'intuïtieve' grafische user interfaces Theorielessen Practicumopdrachten Presentaties van de resultaten van je eigen werk of dat van klasgenoten met discussie naar aanleiding van opdrachten en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opdrachten, de docent is beschikbaar voor vragen N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Interactive Narrative Design (IND)
1
Titel OWE
Interactive Narrative Design (IND) I-CICA IND
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c en CMD-i Verwant semester voor BIM-C/DC en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create an Interactive Content Application
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 SBU
Samenhang met andere OWE’s
C – Propedeuse courses: [Re]Design; Immersive Space
7
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
analyse interactie en intelligentie formalisering interacties schriftelijke verwerking literatuur in essay high concepts interactive narratives tot ontwerp uitgewerkt concept interactive narrative
I – Propedeuse courses: Embedded Applications; Game Deze course richt zich op het ontwikkelen van concepten voor een interactieve communicatieve applicatie, waarbij de content wordt gecommuniceerd in een gestructureerde samenhang. Een 'ICA' is een interactieve applicatie waarvan de gebruikerssessie is ontworpen als een unieke sequentie van gebeurtenissen ( Interactive Narrative ) waarbij de gebruikersinput en de feedback van het systeem tezamen een zowel boeiende als informerende en opiniërende ervaring vormen. Een ICA voldoet aan de volgende eisen: het gaat om de beleving van de feiten eerder dan de volledigheid ervan; attitudevorming, het bepalen van een standpunt ten aanzien van de inhoud is van groot belang; de gebruikerssessie is niet alleen afhankelijk het gedrag van de gebruiker, maar eveneens van de intelligentie van het systeem; de data worden gebracht in een dramatische samenhang, die de betrokkenheid van de gebruiker bevordert; heeft een informatief doel en is niet in de eerste plaats bedoeld als entertainment.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Ana2.2
Ana2.3
De student kan van een interactieve toepassing de structuur ontrafelen en weergeven. De student kan in de analyse verbanden aangeven met heersende opvattingen over ‘interactive storytelling’, zoals die zijn verwoord door o.a. Crawford en Meadows.
De student toont bij het analyseren aan dat hij bereid en in staat is theoretische De student kan de intelligentie van een systeem kennis en en de dialoog met een gebruiker achterhalen en kennis uit weergeven verwante disciplines te De student kan op grond van een analyse van betrekken bij een communicatieprobleem vaststellen aan welke voorwaarden de te ontwerpen applicatie zijn werk, en dat hij een moet voldoen.
Ana2.4
De student is op de hoogte van de belangrijkste heersende opvattingen over ‘interactive narratives’ en heeft een eigen, gefundeerde, visie hierop.
brede interesse heeft in het bijzonder in de digitale cultuur
Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Ont2.2
Ont2.3
12
Tentaminering
De student kan inhoud verkennen en onderdelen hieruit selecteren als content voor een ICA.
De student toont bij het ontwerpen aan De student kan een interactieve, non-lineaire dat hij beschikt navigatiestructuur ontwerpen over creërend De student kan een communicatievraagstuk van vermogen een organisatie vertalen in een conceptscenario Ook toont de voor een ICA. student aan
Ont2.4
De student kan ideeën formuleren voor UE’s waarbij gebruikers van verschillende achtergronden en meningen een zinvolle sessie kunnen hebben
Ont2.5
De student kan de interactie ontwerpen en een efficiënte notatie ontwerpen (pseudo code) voor het realiseren hiervan.
Ont2.6
De student kan visuele aspecten van enscenering, dramatisering, look-and-feel en sfeer formuleren en in ontwerpschetsen uitvoeren.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
EO Eindontwerp Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 40% Zie toetsschema Nvt
dat hij in staat is zijn eigen werkproces in te richten, bereid is voldoende tijd erin te steken en diepgang aan te brengen
E Essay Essay 1 Cijfer 5,5 of hoger 30% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen A PQ Deeltentamen Analyse Portfolio Questionnaire Toetsvorm Beroepsproduct rapport Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 0% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Crawford, Chris, 2005, On interactive storytelling, New Riders, ISBN: 0 321 27890 9 Meadows, Mark, 2002, Pause & Effect, the art of interactive narrative, New Riders, ISBN: 0 735 71171 2 (zie handleiding van de course voor beschikbaarheid)
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Wisselende artikelen aanvullende literatuur wordt in de lessen behandeld.
15
Software
Adobe Flash CS5 of hoger.
16
Overig materiaal
Analyse van bestaande interactive content applications Ontwerpen van inhoudelijke structuren, navigatiestructuren, systeemintelligentie en gebruikerservaringen Scenario schrijven en dramatiseren van content Literatuurstudie en raadplegen externe bronnen betreffende ontwikkelingen op het gebied van digital interactive storytelling Formaliseren van interactieprocessen gericht op realisatie door derden Ontwerp van een complete ICA applicatie (te realiseren in projectfase)
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Theorielessen klassikaal Practicumopdrachten. Groepswerk en individueel. Presentaties van de resultaten van eigen werk of dat van klasgenoten met discussie naar aanleiding van opdrachten en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: zelfstudie, werken in groepen aan opdrachten begeleid door meerdere docenten.
Beschrijving OWE Interactive Media Engineering (IME)
1
Titel OWE
Interactive Media Engineering (IME) SIS I-CICA IME
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c en CMD-i Verwant semester voor BIM-C/DC en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create an Interactive Content Application
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 SBU
Samenhang met andere OWE’s
I – Propedeuse courses:
7
Flash presentatie Actionscript review Presentatie eindopdracht
Embedded Applications; Game
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course gaat over het programmeren van multimediaproducties. We maken daarbij gebruik van het multimediaplatform bij uitstek op dit moment: Flash. Het programmeren van multimedia is, gegeven de complexiteit en diepgang die mogelijk is, een waardig onderdeel van een moderne Informatica opleiding. Er bestaat een kern in de Informatica die in alle toepassingsgebieden steeds weer belangrijk is. Vaardigheden als het ontwerpen van abstracties, het onderhoudbaar houden van code, het denken in datastructuren, het opsporen van fouten en het onderzoeken van nieuwe aspecten van de technologie zijn universeel in ons vak. Je zult ze steeds toepassen, of dat nu in programmeertaal X, database Y of multimediaplatform Z is. In deze cursus besteden we daarom aandacht aan veel van dat soort zaken, steeds binnen de Flashomgeving, maar met een attitude die maakt dat wat je leert herbruikbaar is in andere toepassingsgebieden van de Informatica.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De student kan van een gegeven flashdocument een analyse geven waarin beschreven wordt hoe de concepten (key)frames, symbols, tweening, (geneste) movieclips, buttons herkenbaar zijn in het document, en hoe ze toegepast (kunnen) zijn.
Ana2.2
De student kan inschatten of bepaalde wensen of behoeften wellicht opgelost worden in de ingebouwde bibliotheek, en kan documentatie vinden en lezen om zo’n oplossing toe te passen. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De student is bekend met de belangrijke taalelementen van Actionscript en kan ze combineren tot eenvoudige algoritmen. Ook kan de student slecht werkende algoritmen debuggen met behulp van het typesysteem en de debugger.
Ont2.2
De student kan algoritmen verzinnen voor specifieke Flashproblemen zoals: programmatische animatie, state-based interactie, a/v integratie, spelregels etc.
Ont2.3
De student kan de klassestructuur voor een multimedia-applicatie ontwerpen en documenteren in o.a. een UML diagram.
Ont2.4
De student kan XML datastructuren ontwerpen die controlflow binnen een applicatie sturen. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De student is bekend met de belangrijke features van de authoringomgeving, en kan deze toepassen bij het maken van een Flashproduct. Ook kan de student met behulp van de documentatie zichzelf nieuwe features van Flash eigen maken.
Rea2.2
De student begrijpt het datamodel van Actionscript en kan applicaties maken die met complexe datastructuren werken. Ook kan de student literals voor datastructuren maken waarin verschillende datatypen door elkaar gebruikt worden, en ingebouwde Flash-classes gebruiken als superklasse.
Rea2.3
De student is bekend met de ingebouwde klassen van Actionscript en hun belangijkste methoden. Ook kan de student applicaties maken die vanuit Actionscript de Flash runtime manipuleren. De student kan Flashanimaties maken die werken met externe data, bijvoorbeeld XML,
Rea2.4
waarbij de data zowel content beschrijven, als grote invloed hebben op het gedrag van de applicatie.
12
Code deeltentamen Deeltentamen
Tentaminering
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
VT Voorkennistoets OOprogrammeren Toets 1 Vink 5,5 of hoger 0% Zie toetsschema Nvt
Opd1 Opdracht Bloem Opdracht 1 Vink 5,5 of hoger 0% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Opd2 Opd3 Deeltentamen Opdracht Memory Opdracht Geheim Toetsvorm Opdracht Opdracht Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer CIjfer Minimaal resultaat 5,5 5,5 Weging 50% 50% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Moock, Colin, 2007, Essential Actionscript 3.0, O’Reilly, ISBN-13: 978-0-59652694-8 Adobe Flash CS3 of hoger
Uitleg met demonstratie van Flashconcepten Instructie authoring omgeving Inleiding in Actionscript Code reviews Programmeren van specifieke interactie opdrachten Presentatie oplossingen a/v integratie
Theorielessen Practicumopdrachten Presentaties van de resultaten van je eigen werk of dat van klasgenoten met discussie naar aanleiding van opdrachten en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opdrachten, de
19
Les- / Contacturen
docent is beschikbaar voor vragen N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CICA-project
1
Titel OWE
CICA-project SIS I-CICA P
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c en CMD-i Verwant semester voor BIM-C/DC en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Create an Interactive Content Application
5
(Beroeps) Producten
Voor alle studenten geldt als verplicht bewijsmateriaal: het eindproduct; daarnaast hangt het bewijsmateriaal af van de rol die is vervuld en de competenties die zijn gekozen: interactive content creator storyboards, motion graphics, live footage, ontwerp intuïtieve interface, tussenproducten interactive narrative designer Functioneel ontwerp, scenario's, interacties. media engineer Flash ontwerp; actionscript ontwerp, tussenproducten communicatie-manager communicatie-tool, resultaten van in- en externe communicatie, presentatie eindproduct team-manager overzicht teamrollen en teamontwikkeling, verslag aansturen samenwerking projectmanager work breakdown structure, tijd-, kosten- en kwaliteitsoverzicht, project voortgangsverslagen
6
Studiepunten/
15 studiepunten
Studielast
420 SBU
Samenhang met andere OWE’s
C – Propedeuse courses: [Re]Design; Immersive Space
7
I – Propedeuse courses: Embedded Applications; Game
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
In het project werk je in groepen van minimaal vijf aan de realisatie van een ICA. Elke groep heeft een opdrachtgever, bij voorkeur van buiten de Academie. Enkele voorbeelden van opdrachten zijn: een ICA voor bezoekers van het Nationaal Historisch Museum om hen onderwerpen uit de vaderlandse geschiedenis te laten beleven; of een ICA voor de werknemers van een bedrijf om de veiligheidsregels uit te leggen. De voorbereiding van de projecten start al tijdens de courses.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Voor studenten met de C-propedeuse: Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana3.1
De student kan een goede analyse van de opdracht voor een ICA maken, het communicatiedoel van de opdrachtgever formuleren en vertalen in een doelstelling van de applicatie.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ana3.2
De student onderzoekt de juistheid en relevantie van de content en toets die aan de doelstelling van de opdrachtgever.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ana3.3
De student kan een analyse van een opdracht voor een ICA kritisch beoordelen en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het ontwerp van interactieve content en grafische user interface in goede samenspraak met de accountmanager en alle projectleden.
Rol: Interactive Content Creator
Ontwerpen niveau 2
Ont3.1
De student kan een structuur ontwerpen en weergeven van gebruikershandelingen die relevant zijn voor de content en een zinvolle samenhang hebben.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ont3.2
De student kan uitgaande van het scenario een intelligente interactieve user experience ontwerpen, met daarbij een methodische beschrijving ten behoeve van het programmeren, en met voorstellen voor een visuele en auditieve invulling, in goed overleg met alle projectleden.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ont3.3
De student kan de intelligentie en feedback van een systeem ontwerpen en beschrijven.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ont3.4
De student kan een afgewogen en creatief ontwerp maken voor interactieve content voor een ICA en grafische user interface conform de opdrachtanalyse, en in goede samenspraak met alle projectleden.
Rol: Interactive Content Creator
Realiseren niveau 2
Rea3.1
De student kan het ontwerp aanpassen als tests of het realisatieproces dat noodzakelijk maken, in goed overleg met alle betrokkenen.
Rol: Interactive Narrative Designer
Rea3.2
De student kan het ontwerp vastleggen in een document, wat voor alle betrokkenen bruikbaar is, en waarvan de vorm past bij de opzet van de applicatie.
Rol: Interactive Narrative Designer Rol: Interactive Narrative Designer en Interactive Content Creator
Rea3.3
De student kan samen met zijn projectgroep op tijd een kwalitatief voldoende product opleveren conform het projectcontract, en kan aantonen dat zijn bijdrage aan dit product voldoende groot is.
Rea3.4
De student kan goede, gebruikersgerichte content (zoals data, tekst, foto, illustratie, film, video, animatie, 3D en audio) produceren en Rol: Interactive bewerken voor een ICA en een bijbehorende Content Creator gebruikersvriendelijke intuitieve interface realiseren conform de ontwerpspecificaties en in goed overleg met alle projectleden.
Voor studenten met de I-propedeuse:
Dit is een zogenaamde ‘knock-out’ indicator, dat wil zeggen dat het niet voldoen aan deze indicator automatisch tot een onvoldoende voor het project leidt.
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana3.1
De student kan een goede analyse van de opdracht voor een ICA maken, het communicatiedoel van de opdrachtgever formuleren en vertalen in een doelstelling van de applicatie.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ana3.2
De student onderzoekt de juistheid en relevantie van de content en toets die aan de doelstelling van de opdrachtgever.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ana3.3
De student kan een analyse van een opdracht voor een ICA kritisch beoordelen en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het programmeren in goede samenspraak met de accountmanager en alle projectleden.
Rol: Media Engineer
Ana3.4
De student kan, als het project dat vraagt, na onderzoek, met behulp van de documentatie zichzelf nieuwe features van Flash eigen maken.
Rol: Media Engineer
Ana3.5
De student kan eventueel andere multimedia platformen onderzoeken en vergelijken met Flash, vanuit het perspectief van een softwareontwikkelaar.
Rol: Media Engineer
Ontwerpen niveau 2
Ont3.1
De student kan (onderdelen van) een goed scenario schrijven voor een ICA uitgaande van de opdrachtanalyse en de vastgestelde doelstellingen.
Ont3.2
De student kan uit het concept voortvloeiende eisen formuleren voor Rol: Interactive andere disciplines als interface, vormgeving, Narrative Designer audio etc. in goed overleg met alle projectleden.
Ont3.3
De student kan de intelligentie en feedback van een systeem ontwerpen en beschrijven.
Rol: Interactive Narrative Designer
Ont3.4
De student kan conform het scenario en het interactie ontwerp de applicatie-structuur en een modulestuctuur ontwerpen van een Flashproductie, en die documenteren voor teamgenoten.
Rol: Media Engineer
Ont3.5
De student kan in overleg met alle projectleden een XML dialect ontwerpen en documenteren om (externe) content en gedrag te specificeren voor een Flashproductie.
Rol: Media Engineer
Rol: Interactive Narrative Designer
Realiseren niveau 2
Rea3.1
De student kan het ontwerp aanpassen als tests of het realisatieproces dat noodzakelijk Rol: Interactive maken, in goed overleg met alle Narrative Designer betrokkenen.
Rea3.2
De student kan het ontwerp vastleggen in een document, wat voor alle betrokkenen Rol: Interactive bruikbaar is, en waarvan de vorm past bij de Narrative Designer opzet van de applicatie. Rol: Interactive Narrative Designer en Media Engineer
Rea3.3
De student kan samen met zijn projectgroep op tijd een kwalitatief voldoende product opleveren conform het projectcontract, en kan aantonen dat zijn bijdrage aan dit product voldoende groot is.
Rea3.4
De student kan de functionele specificaties van een ICA vertalen in eisen aan de benodigde ICT-infrastructuur en een gegeven ICT-infrastructuur beoordelen op geschiktheid voor een gegeven applicatie.
Rol: Media Engineer
Rea3.5
De student kan een goede Flashapplicatie met Actionscript 3.0 maken conform het te programmeren ontwerp, en in goed overleg met alle projectleden.
Rol: Media Engineer
Rea3.6
De student kan software schrijven waarin motion-graphics, andere assets (audio, evt video) en externe flash modules (swf's) geintegreerd worden tot een intelligente interactieve beleving voor de gebruiker.
Rol: Media Engineer
Dit is een zogenaamde ‘knockout’ indicator, dat wil zeggen dat het niet voldoen aan deze indicator automatisch tot een onvoldoende voor het project leidt.
HBO-vaardigheden competenties: Communiceren niveau 2
Com3.1
De student kan een voor het project passende communicatie tool inrichten, en kan ten Rol: Communicatie behoeve van de projectleden zorg dragen voor manager het functioneren en het beheer.
Com3.2
De student kan de interne en externe communicatie van het project opzetten, vormgeven en uitvoeren.
Rol: Communicatie manager
Com3.3
De student kan de leden van de projectgroep ondersteunen en adviseren bij vragen rond de in- en externe communicatie
Rol: Communicatie manager
Com3.4
De student kan een correcte en aansprekende presentatie verzorgen rond de overdracht van het product aan de opdrachtgever
Rol: Communicatie manager
Samenwerken niveau 2
Sam3.1
De student kan ieder groepslid beschrijven wat betreft zijn expertise, persoonlijke kwaliteiten en teameigenschappen.
Rol: team manager
Sam3.2
De student kan indien nodig de werkrelatie tussen projectleden met verschillende achtergronden bevorderen.
Rol: team manager
Sam3.3
De student kan het functioneren van het projectteam overzien, en kan indien nodig tijdig methodisch werken aan het vlot trekken van een team, het stimuleren met projectleden, het oplossen van conflicten.
Rol: team manager
Rol: team manager. Sam3.4
De student kan beoordelen wanneer hij experts moet inschakelen zowel op inhoudelijk als op productioneel gebied.
Deze indicator geldt als een knock-out indicator.
Planmatig werken niveau 2
Pla3.1
De student kan een projectcontract opstellen met daarin de inhoudelijke, financiële, juridische en organisatorische kaders.
Rol: projectmanager
Pla3.2
De student kan van het project een work breakdown structure opstellen, en is in staat het project als zodanig te laten uitvoeren, of indien noodzakelijk aanpassingen te maken in de planning, in goed overleg met alle betrokkenen.
Rol: projectmanager
Pla3.3
De student kan in de balans tussen tijd – geld – kwaliteit met name de kwaliteit bewaken.
Rol: projectmanager
Pla3.4
Rol: projectmanager
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset . 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Pf
Vrdg BV2
presentatie en portfolioassessment met de volgende onderdelen: ica inhoudelijk (i), ica productioneel (i) en ica het product (g) Beroepsproduct 1
HBO vaardigheden BV2 toets
Cijfer 5,5
Cijfer 5,5
67% Zie toetsschema
8% Zie toetsschema
Nvt
Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie 13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Schriftelijke toets 1
Vrdg Pf HBO-vaardigheden portfolio Portfolio 1 Cijfer 55% van punten behaald 5,5 25% Zie toetsschema Nvt
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Professionele camera, licht en geluidapparatuur Studio met greenscreen Bepalen van rollen in de groepen Vaststellen van het leercontract Opstellen projectcontract met plan van aanpak Maken van een work breakdown structure Verzorgen van de in- en externe communicatie Regelen van de rechten rond het project Realiseren en testen van de projectopdracht Presentatie aan de opdrachtgever Presentaties van de resultaten van je eigen werk of dat van klasgenoten met discussie naar aanleiding van opdrachten en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opdrachten, de docent is beschikbaar voor vragen N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CICA DT++
1
Titel OWE
CICA ++ SIS I-CICA ++
Opleiding
Kernsemester voor CMD-c en CMD-i Verwant semester voor BIM-C/DC en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Create an Interactive Content Application
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten
Voor alle studenten geldt als verplicht bewijsmateriaal: het eindproduct; daarnaast hangt het bewijsmateriaal af van de rol die is vervuld en de competenties die zijn gekozen: interactive content creator storyboards, graphics en illustraties, motion graphics, (flash) animatie, live footage, ontwerp intuïtieve interface, tussenproducten media engineer Flash ontwerp; actionscript ontwerp, tussenproducten 7,5 Studiepunten, 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
C – Propedeuse courses: [Re]Design; Immersive Space I – Propedeuse courses: Embedded Applications; Game
In de laatste 5 weken van de courses ICC en IME zullen teams samen werken aan de realisatie van een prototype/ proof of concept van een Interactive Content Application. De teams bestaan uit C-studenten met minimaal twee I-studenten, als die er zijn. Het concept is in principe gegeven uit de course IND zodat alle aandacht gericht kan worden op de realisatie. In deze casus leer je een 'vertaalslag' te maken van de kennis die je tot dan toe hebt opgedaan in de courses naar een toepassing in de praktijk. Eén van de ideeën voor een opdracht is bijv. een applicatie die de gebruiker laat ervaren hoe moeilijk het was om in de Tweede Wereldoorlog in de grijze gebieden tussen goed en fout te weten hoe je moet/kunt/wilt handelen. De applicatie reageert op het gedrag van de gebruiker door met dilemma’s te komen die steeds zijn afgestemd op de moed/roekeloosheid/voorzichtigheid/ lafheid van de speler. Ideeën voor alternatieve concepten van studenten zijn van harte welkom, maar moeten in de eerste twee maanden met de docenten besproken worden, zodat zij daar een haalbare en leerzame opdracht van kunnen maken.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Voor studenten met de C-propedeuse: Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren niveau 2
Ana2.1
De student kan een scenario analyseren en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het user experience ontwerp in goede samenspraak met de overige teamleden.
Ana2.2
De student kan een scenario analyseren en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het ontwerp van audiovisuele – en grafische content t.b.v. de user experience, interactive narrative en user interface van een ICA in goede samenspraak met de overige teamleden.
Ontwerpen niveau 2
Toelichting
De student kan uitgaande van het scenario een intelligente interactieve user experience ontwerpen, met daarbij een Ont2.1 methodische beschrijving ten behoeve van het programmeren, in goede samenspraak met de overige teamleden. De student kan een afgewogen en creatief ontwerp maken voor de Ont2.2 vormgeving van een ICA in goede samenspraak met de overige teamleden.
Realiseren niveau 2
Toelichting
De student kan goede, gebruikersgerichte content (zoals data, tekst, foto, illustratie, film, video, animatie, 3D en audio) Rea2.1 produceren en bewerken voor een ICA conform de ontwerpspecificaties en in goed overleg met de overige teamleden Voor studenten met de I-propedeuse: Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren niveau 2
Ana2.1
De student kan een scenario analyseren en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het user experience ontwerp in goede samenspraak de overige teamleden.
Ana2.2
De student kan een scenario analyseren en aan de hand daarvan heldere randvoorwaarden opstellen voor het programmeren in goede samenspraak de overige teamleden.
Ana2.3
De student kan, als de casus dat vraagt, na onderzoek, met behulp van de documentatie zichzelf nieuwe features van Flash eigen maken.
Ontwerpen niveau 2
Toelichting
De student kan uitgaande van het scenario een intelligente interactieve user experience ontwerpen, met daarbij een Ont2.1 methodische beschrijving ten behoeve van het programmeren, in goede samenspraak de overige teamleden. De student kan conform het scenario en het interactie ontwerp de Ont2.2 applicatiestructuur ontwerpen van een Flashproductie, en die documenteren voor teamgenoten. De student kan in overleg met alle projectleden een XML dialect Ont2.3 ontwerpen en documenteren om (externe) content en gedrag te specificeren voor een Flashproductie.
Realiseren niveau 2 De student kan een goede Flashapplicatie met Actionscript 2.0 of 3.0 maken conform het te programmeren ontwerp, met Rea2.1 toepassing van het MVC-pattern, en in goed overleg met alle teamgenoten. De student kan software schrijven waarin motion-graphics, andere assets (audio, evt video) en externe flash modules (swf's) Rea2.2 geintegreerd worden tot een intelligente interactieve beleving voor de gebruiker.
Toelichting
De student kan zichzelf een nieuw deel van de Flashklassebibliotheek eigen maken, en die kennis gebruiken in realisatie van een applicatie. Dat deel gaat over meerdere, Rea2.3 samenwerkende klasses en vertegenwoordigt een substantiële feature van het Flash-platform. Voorbeelden zijn: streaming video, het UI-component systeem, gebruik webservices. Te licht zijn bijvoorbeeld: shared objects, vector API en tweening klasses. De student kan samen met anderen een prototype bouwen van Rea2.4 een opgegeven ICA, waarbij de bovenstaande indicatoren samenkomen, en waarbij gewerkt wordt met vormgevers. 12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen
Pf presentatie en portfolioassessment met de volgende onderdelen: ica inhoudelijk(i), ica productioneel(i) en ica het product(g) Toetsvorm Portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 Weging 100% Periode afname en herkansing Zie toetsschema Compensatie Nvt (ICC) Angie Taylor, 2011, Design Essentials, Focal Press (IND)Crawford, Chris, 2005, On interactive storytelling, New Riders, ISBN: 0 321 27890 9 (IND) Meadows, Mark, 2002, Pause & Effect, the art of interactive narrative, New Riders, ISBN: 0 735 71171 2 (zie handleiding van de course voor beschikbaarheid) (IME) Moock, Colin, 2007, Essential Actionscript 3.0, O’Reilly, ISBN-13: 978-0-59652694-8
Richard Williams (2009) The Animator's Survival Kit, Expanded Edition: A Manual of Methods, Principles and Formulas for Classical, Computer, Games, Stop Motion and Internet Animators Faber & Faber. ISBN-10: 0571238343 - ISBN-13: 978-0571238347
Jos Van Den Broek, Willem Koetsenruijter & Laetitia Smit (2010) Beeldtaal
Adobe Flash CS3 of hoger
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Professionele camera, licht en geluidapparatuur Studio met greenscreen Opstellen plan van aanpak a.d.h.v. concept IND Maken van een work breakdown structure Realiseren en testen van de projectopdracht Presentatie aan de opdrachtgever Presentaties van de resultaten van je eigen werk of dat van klasgenoten met discussie naar aanleiding van opdrachten en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opdrachten, de docent is beschikbaar voor vragen N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Create a Rich Internet Application (CRIA) C&I - Semester Centrale beroepstaak
Create a Rich Internet Application
Product
Usable internet applicatie
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BI en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS.
Samenhang
I-Propedeuse courses: Website Development, Embedded applications C-Propedeuse courses: ReDesign
Ingangscompetenties
C- of I-propedeuse
Visual Screen Design
Interaction Design
Web Technology
Kleur en Gestalt
User centered design
Rich clients
Graphic design
Gebruikersanalyse
Clientside scripting
Navigatie
Taakanalyse
Javascript / AJAX
Visual affordance
Design guidelines
Web frameworks
Widget design
Prototyping
Adaptive UI
Design patterns
Usability testing C&I Project
2
2
2
2
2
2
2
2
2
WT Project
2
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
2
Zelfsturing &
ID
Samenwerken
2
werken
2
Planmatig
2
Communiceren
Realiseren
2
Beheren
Ontwerpen
VSD
Evalueren
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving
Standaard webapplicaties hebben een onhandige user interface: wat velden, een knopje; en dan wachten op de volgende pagina. Hierbij is alle interactiviteit en dynamiek die we kennen van desktop applicaties weggegooid. Een ‘rich’ internet application doet er alles aan om wel een fantastische user experience te creëren. Dit wordt bereikt door een goed interactie ontwerp waarin aandacht besteed wordt aan de taken die de gebruiker uitvoert, de cognitieve beperkingen die mensen daarbij hebben en hoe je dit in een usability test kunt valideren met behulp van een prototype. De visuele kant wordt ondersteund met kennis over mentale modellen en metaforen, feeb-back en – forward, visual affordance, navigatiestructuren en widget design. Aan de technische kant worden zaken als DHTML, JavaScript, AJAX, UI frameworks, adaptive UI en XML ingezet om dit te bereiken. Mogelijke projecten die je kunt uitvoeren zijn: stel dynamisch je woonkamer samen; laat interactief zien hoe een computer werkt; bewerk visueel informatie uit een groot database systeem; online een vakantie boeken; maak een collaborative fotoalbum; een web game maker.
Beschrijving OWE Visual Screen Design
1
Titel OWE
Visual Screen Design (VSD) SIS I-CRIA VSD
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BIMi en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS/DC en BIMc
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create a Rich Internet Application
5
(Beroeps) Producten
Onderzoek en Concept
Designstudy
Designdocument
Werkboek
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse course: ReDesign
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course wordt alleen gevolgd door studenten met een C-propedeuse. In deze course wordt dieper ingegaan wat er bij komt kijken om een visueel scherm ontwerp te maken waarin de gebruiker centraal staat. Er wordt aandacht besteed aan kleur en Gestalt principes, die van invloed zijn op het algehele grafische ontwerp. Een belangrijk punt hierbij is de ‘affordance’ dat een visueel ontwerp heeft; de mate waarin de gebruiker aangetrokken is, en de mate waarin de gebruiker aanvoelt wat hij moet doen. Dit is onlosmakelijk verbonden met de keuze van de juiste widgets. Deze bepalen wat de mogelijkheden zijn, en hoe de applicatie gebruikt wordt. Daarbij is het belangrijk om aandacht te besteden aan de navigatie zodat de gebruiker begeleid wordt bij het uitvoeren van (complexe) taken. Als laatste kijken we naar design patterns waarin opgedane ervaring is vastgelegd zodat niet telkens het wiel opnieuw hoeft uitgevonden te worden.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Student bakend de opdracht voldoende af
Ana2.2
Student houdt interviews met opdrachtgever en gebruikers Student stelt duidelijke designdoelen en past deze toe in het ontwerp. Student analyseert de doelgroep en segmenteerd deze waar nodig
Ana2.3 Ana2.4 Ana2.5
Student vertaalt de merkwaarden in woord en beeld
Ana2.6
Student analyseert de concurrentie Student trekt conclusies op basis van onderzoek en komt op basis hiervan tot een vernieuwend concept Student overtuigt de opdrachtgever op basis van een korte pitch presentatie Student presenteert resultaten en concept in een goed opgemaakt rapport
Ana2.7 Ana2.8 Ana2.9
Ontwerpen niveau 2 Ont2.1
Student voert verdiepend onderzoek uit naar kleurtheorie op basis van tenminste 3 artikelen
Ont2.2
Student voert verdiepend onderzoek uit naar typografie op basis van tenminste 3 artikelen
Ont2.3
Student ontwerpt en onderbouwt tenmiste twee kleurpaletten
Ont2.4
Student ontwerpt en onderbouwt een typografie concept op basis van een typografische analyse
Toelichting
Ont2.5
Student onderzoekt op basis van gestaltwetten en grid verschillende schermontwerp opties en legt dit proces vast
Ont2.6
Student ontwerpt een iconenreeks of infographic.
Ont2.7
Student past theorie toe op het ontwerp van een digitaal formulier
Ont2.8
Student houdt gedurende de course een schetsboek bij over het ontwerpproces en toont hierin progressie als ontwerper
Ont2.9
Student is in staat conceptuele schetsen te vertalen naar detailuitwerking op scherm
Ont2.10
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van de kleurtheorie en kan deze toepassen
Ont2.11
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van de Typografie en kan deze toepassen
Ont2.12
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van de Gestalttheorie en kan deze toepassen
Ont2.13
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van de Grid en paginaindeling en kan deze to passen
Ont2.14
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van de information scent en kan deze toepassen
Ont2.15
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van designpatterns en kan deze toepassen
Ont2.16
Student toont aan fundamentele kennis te hebben van iconen en navigationdesign en kan deze toepassen Realiseren niveau 2
12
Rea2.1
Student maakt op basis van de verschillende ontwerpstudies een keuze voor een grafische stijl van de site
Rea2.2
Student werkt 4 schermen uit tot gedetaileerde ontwerpen
Rea2.3
Student houdt bij het ontwerp rekening van verschillen 'states' van interactieve elementen en legt deze in woord en beeld vast in het ontwerp
Rea2.4
Student levert een goed opgemaakt design document op voor de opdrachtgever (print)
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
VSD-ond Onderzoek en Concept Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
VSD-DsgDoc DesignDocument
VSD-werkb Werkboek
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 15% Zie toetsschema Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
VSD-Dsgstud DesignStudy Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
VSD-Tent Tentamen
Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 20% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt William Lidwell, Universele Ontwerppricipes
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Lessen Kleurtheorie + Gestalt principes Lessen Internet Applications + Navigatie ontwerp Lessen Informatie visueel weergeven Lessen Tekst design, Abstraheren, Icoonontwerp Lessen Design patterns Lessen Ontwerpconventies, Usability, Vertrouwen, Persoonlijkheid Lessen Feedback/feedforward, Widgets, Formulieren Lessen Het documenteren/overdragen van een ontwerp Lessen Rich concepting theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus / workshop: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Interaction Design (IAD)
1
Titel OWE
Interaction Design (IAD) SIS I-CRIA IAD
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BIMi en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS/DC en BIMc
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create a Rich Internet Application
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
7
Gebruikersanalyse Taakanalyse High fidelity Prototyping Usability test (voorbereiden, uitvoeren, verwerken, presenteren)
Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
Samenhang
I-Propedeuse courses: Website Development; Embedded applications C-Propedeuse course: ReDesign
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course wordt gevolgd door alle studenten; dus zowel met een C- en I-propedeuse. In deze course staat het user centered design proces centraal. Een manier van product ontwikkeling waarin het proces niet geleid wordt door marketing, techniek of vormgeving, maar door de mate waarin (eind)gebruikers zich kunnen vinden in het product. De gebruiker staat dus centraal. Om dit te bereiken is kennis nodig over de gebruiker (gebruikersanalyse) en de doelen en taken die een gebruiker met het systeem wil realiseren (taakanalyse). Als deze twee belangrijke onderdelen in kaart zijn gebracht besteden we aandacht aan ontwerprichtlijnen die soms gebaseerd zijn op heuristieken maar meestal op jarenlang onderzoek. Vervolgens wordt een High Fidelity Prototype gebouwd. Hiermee kunnen we dan tevens de cirkel van het user centered design proces voltooien: het uitvoeren van een usability test om te zien of de gebruiker inderdaad kan omgaan met het ontworpen product. Dit lijkt simpel maar de effectiviteit van een goede usability test hangt zeer sterk af van ‘soft skills’ van de waarnemer en begeleider. Er worden richtlijnen gebruikt om de usabilitytest uit te voeren.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren, Evalueren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat kan doelgroepen herkennen en vaststellen en werkt dit uit in de vorm van een gebruikersanalyse
Ana2.2
De kandidaat kan een taakanalyse opstellenen deze uitwerken in UseCases
Ana2.3
De kandidaat kan verschillende interactiestijlen benoemen en deze uitwerken in in WireFrames.
Ana2.4
De kandidaat werkt de besturing van de RIA uit in Flowdiagrammen.
Ana2.5
De kandidaat een Usabilitytest opstellen aan de hand van richtlijnen en kan de resultaten van de uitgevoerde usability tests analyseren, door deze samen te vatten met behulp van relevante grafieken en/of relevante statistische maatstaven. Adviseren niveau 2
Toelichting
Adv2.1
De kandidaat kan de verschillende vormen van prototypes benoemen en advies uitbrengen over de meest geschikte vorm voor een specifiek ontwerpvraagstuk. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat heeft inzicht in hoe en wanneer feedback en/of feedforward gegeven moet worden Realiseren niveau 2
Rea2.1
Rea2.2
De kandidaat kan een taakanalyse vertalen naar zinvolle scenario’s voor een usability test.
De kandidaat kan een usability test opzetten en uitvoeren.
Met het opzetten van een usablity test wordt bedoeld het selecteren en uitnodigen van deelnemers, het voorbereiden van de benodigde hard- en software, etc.
Evalueren niveau 2
Eva2.1 12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
De kandidaat kan de resultaten van een usability test evalueren en aangeven welke onderdelen voor verbetering vatbaar zijn.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
IAD-opd1 Vision & Scope Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
IAD-opd2 Structure Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
IAD-opd4 Prototype Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 15% Zie toetsschema Nvt
IAD-opd5 Usability test Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen IAD-tent Deeltentamen Tentamen Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 20% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Reader Analyse, Reader Ontwerp, Reader Usability Testing U.S. Department of Health and Human Services, Research-Based Web Design & Usability Guidelines, (E-book) Jesse James Garret, The Elements of User Experience. Alistair Cockburn, Writing Effective Use Cases,
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
theorieles: de theorie wordt toegelicht leesvragen: aan het begin van de les levert elke student 3 vragen in over de bestudeerde stof, tegelijkertijd ontvangt de student een aantal vragen om te toetsen of de stof is bestudeerd presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus / workshop: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Lessen Introductie en definitie RIA Lessen Analyse Lessen Ontwerp Lessen Ontwerprichtlijnen Lessen Prototyping Lessen Usability testing
Beschrijving OWE Web Technology (WT)
1
Titel OWE
Web Technology (WT) SIS I-CRIA WT
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BIMi en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS/DC en BIMc
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Create a Rich Internet Application
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
XHTML en CSS layout en dynamiek DHTML user interface manipulatie C/S communicatie mbv AJAX
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse courses: Website Development; Embedded applications
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course wordt alleen gevolgd door studenten met een I-propedeuse. In deze course wordt ingegaan op het realiseren van een dynamische, rijke user interface voor een web applicatie. Om dat te bereiken is een goede voorkennis nodig van XHTML en CSS; met name de geavanceerde zaken zoals contextual en pseudo-class selectors en positioning. Daarna gaan we dieper in op de opbouw van een internetpagina volgens de DOM en de BOM, en de manier waarop deze wordt aangesproken via JavaScript. Tevens wordt dan ook een belangrijk ander onderdeel van scripttalen zichtbaar: de flexibiliteit en het dynamische karakter waarom deze talen compleet anders zijn dan klassieke talen als C, Java en C#. Na deze verdieping gaan we verschillende user interface aspecten bouwen, die een opstap zijn voor het gebruik van web frameworks. Centraal hierbij staat het grbuik van AJAX: een manier om transitioneel en a-synchroon vanuit een webclient te ‘communiceren’ met een webserver. Daarbij kijken we niet alleen naar XML als uitwisselingstaal maar ook naar plain text, XHTML en JSON. Dit alles combineren we om user interfaces te bouwen die het doel en de taak volgen van de gebruiker.
10
Competenties
Realiseren niveau 2
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving Realiseren niveau 2
Rea2.1
Rea2.2
Rea2.3 Rea2.4
Rea2.5
Rea2.6
Rea2.7
De student bouwt met valid, semantisch correcte XHTML en valid CSS een liquid website op basis van een screenshot. De student realiseert een client-side webapplicatie waarbij de schermopbouw gebeurt middels de JavaScript DOM standaard. De student beheerst JavaScript eventhandling en weet deze werkend toe te passen in meerdere browsers. De student realiseert een client-side webapplicatie op basis van datastructuren zoals objecten en lijsten. De student schrijft onderhoudbare code waarbij aandacht is besteed aan het scheiden van verantwoordelijkheden (PHP, XHTML, CSS, JavaScript, SQL), naamgeving van variabelen/functies, grootte van functies en codedocumentatie. De student realiseert een server-side webapplicatie waarbij de schermopbouw gebeurt middels een serverside scripttaal (zoals PHP) en CRUD-acties gekoppeld zijn aan een RDBMS (zoals MySQL). De student valideert input van eindgebruikers in een webapplicatie client-side en server-side. Voorbeelden zijn verplichte velden, ranges en typechecking.
Toelichting
Rea2.8 Rea2.9 Rea2.10 12
Tentaminering
De student beveiligt de toegang tot een dynamische webapplicatie middels rechten en rollen. De student realiseert een webapplicatie waarbij de schermopbouw een partial page refresh is en data op asynchrone wijze (AJAX) wordt opgehaald. De student past een client-side framework of library toe ten behoeve van codehergebruik of efficiëntie.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
WT-intoets Voorkennistoets Schriftelijke toets 1 Vink 5,5 of hoger 0% Zie toetsschema Nvt
WT-Op1 Layout lite Programmeeropd 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Wt-Op2
WT-Op3
Photoviewer Programmeeropdr 1
Formulieren Programmeeropdr 1
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Wt-Op4 WT-Tent Deeltentamen Ajax Tentamen Toetsvorm Programmeeropdr Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Voorlopige cesuur 55% van totale punten behaald .. % vragen goed Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 20% 20% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Reader XHTML, CSS, DOM Reader BOM en DOM Reader Object georiënteerd JavaScript Reader AJAX Reader RIA Frameworks Sheets Nicholas C. Zakas, Professional Javascript for Web Developers Internet Explorer 8.0+, Mozilla Firefox 4.0+
Lessen XHTML, CSS en DOM Lessen De taal JavaScript Lessen BOM en DOM Lessen Object georiënteerd JS Lessen Event afhandeling Lessen Formulieren Lessen C/S communicatie, HTTP Lessen AJAX + plain text, HTML, JSON of XML Lessen RIA frameworks theorieles: de theorie wordt toegelicht leesvragen: aan het begin van de les levert elke student 3 vragen in over de bestudeerde stof, tegelijkertijd ontvangt de student een aantal vragen om te toet-
19
Les- / Contacturen
sen of de stof is bestudeerd presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus / workshop: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CRIA Project
1
Titel OWE
CRIA Project SIS I-CRIA P
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BIMi en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS/DC en BIMc
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Create a Rich Internet Application
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
7
Rich Internet Applicatie Functioneringsgesprekken Portfolio met verantwoording van de indicatoren op niveau 2.
Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
Samenhang
I-Propedeuse courses: Website Development; Embedded applications C-Propedeuse course: ReDesign
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Het project wordt gevolgd door alle studenten; dus zowel met een C- en I-propedeuse. Gezamenlijk gaan ze aan de slag om een rich internet application te maken. Hierbij volgen ze een incrementeel user centered design proces. Hierbij is het van belang dat ze continue de gebruiker in het hoofd houden. Aan de hand van een praktijkopdracht of casus wordt het gehele proces van productontwikkeling doorgemaakt. Tijdens dit project wordt verdieping gezocht in de vaardigheden die je nodig hebt om: een goede user centered design planning te onderhouden, zodanig te communiceren met de gebruikers dat zij alles snappen en betrokken voelen, de samenwerking met verschillende rollen en achtergronden te versterken, het uitvoeren van usability tests, het presenteren en overtuigen van de resultaten.
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Analyseren & Onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Voor studenten met C-propedeuse Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat kan, ondersteund door de gebruikers- en taakanalyse, een conceptueel model van het systeem voor de gebruiker opstellen.
Ana2.2
De kandidaat is in staat om het mentale model van de gebruiker te onderzoeken door middel van het uitvoeren van cardsorting sessies.
Ana2.3
De kandidaat komt tot een vormgeefconcept / stijl nadat hij de wensen van de opdrachtgever en doelgroep grondig heeft onderzocht.
Ana2.4
De kandidaat onderzoekt in hoeverre gemaakte ontwerpen technisch realiseerbaar zijn door de programmeurs binnen het ontwerpteam.
Ana2.5
De kandidaat onderzoekt op welke wijzen de vier CRIA kernbegrippen kunnen worden toegepast binnen het project. Adviseren niveau 2
Adv2.1
De kandidaat kan, op basis van de analyse van een usability tests, een advies uitbrengen over de gebruiksvriendelijkheid van de applicatie.
Adv2.2
De kandidaat toont dat hij - op bewust gekozen momenten - op basis van theorie (bronnen) een beargumenteerd advies op een ontwerpproduct kan geven. Ook de wijze waarop hij dit advies geeft is van belang. Ontwerpen niveau 2
Toelichting
Ont2.1
De kandidaat heeft inzicht in hoe de aandacht van de mensen vastgehouden wordt (of wanneer deze verslapt), en kan diverse ontwerpprincipes toepassen in het ontwerp om hierop in te spelen.
Ont2.2
De kandidaat ontwerpt voor iedere ontwerpvraag meerdere alternatieven, die voldoende uitgewerkt zijn om een goede afweging te kunnen maken.
Ont2.3
De kandidaat toont in zijn ontwerpen dat hij bewust rekening houdt met ontwerptheorieën en kan dit specifiek benoemen/aanwijzen. Voorbeelden (!) van ontwerptheorieën zijn Gestalt, kleurtheorie en formulierontwerp).
Ont2.4
De kandidaat toont in zijn ontwerpen dat hij tekstuele informatie duidelijk kan weergeven en structureren.
Ont2.5
De kandidaat toont in zijn ontwerpen dat hij tijdens het ontwerpproces rekening houdt met usability aspecten. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat kan een ontwerpconcept vertalen naar een efficiënt en doelgericht prototype waarmee een usability test uitgevoerd kan worden.
Rea2.2
De kandidaat kan een schets of concept vertalen naar een professioneel schermontwerp, hierbij maakt hij gebruik van een grafisch softwarepakket.
Rea2.3
De kandidaat is in staat om samen met de programmeur te bepalen op welke wijze grafische elementen aangeleverd/gerealiseerd moeten worden en voert dit plan uit. Communiceren niveau 2
Com2.1
De student is een in staat om een overtuigende en doelgerichte presentatie te geven.
Com2.2
De student is in staat om m.b.v. gesprekstechnieken een doelgerichte dialoog te voeren en past zijn communicatiestrategie aan het doel aan (interviewen, testen of presenteren).
Com2.3
De student schrijft goedgestructureerde, leesbare en foutloze (test)documentatie, gericht op doelgroep en doel. Testrapport volgens ISO-norm. Samenwerken niveau 2
Sam2.1
De student is in staat tot en kan reflecteren op zijn eigen vermogen om gezamenlijk te creëren.
Sam2.2
De student kan zijn eigen en de andere teamrollen benoemen en beschrijft hoe dit zich uitte en hoe er op ingespeeld is.
Sam2.3
De student kan de interactie binnen de groep beschrijven met onderbouwing van theorie. Planmatig werken niveau 2
Pla2.1
De student levert een hoofdbijdrage aan de projectplanning, kan de gemaakte keuzes verantwoorden en evalueert en reflecteert op de uitvoering.
Pla2.2
De student kan zijn persoonlijke planning overleggen, beschrijft hoe deze zich ontwikkelt heeft en hoe dat past in de groepsplanning.
Pla2.3
De student laat zien verschillende planningmethodes te kennen en weet de voor- en nadelen ervan te benoemen.
Voor studenten met I-propedeuse Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana2.1
De kandidaat kan, ondersteund door de gebruikers- en taakanalyse, een conceptueel model van het systeem voor de gebruiker opstellen.
Ana2.2
De kandidaat is in staat om het mentale model van de gebruiker te onderzoeken door middel van het uitvoeren van cardsorting sessies.
Ana2.3
De kandidaat kan een UI- en interactiemodel uit een functioneel ontwerp verder specificeren en complementeren voor een technisch ontwerp. Adviseren niveau 2
Adv2.1
De kandidaat kan, op basis van de analyse van een usability tests, een advies uitbrengen over de gebruiksvriendelijkheid van de applicatie.
Adv2.2
De kandidaat kan aangeven wat het effect is van synchrone vs. asynchrone communicatie voor de user-experience van een applicatie. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat heeft inzicht in hoe de aandacht van de mensen vastgehouden wordt (of wanneer deze verslapt), en kan diverse ontwerpprincipes toepassen in het ontwerp om hierop in te spelen.
Ont2.2
De kandidaat kan gegevens over gebruikersacties opslaan en is in staat deze te interpreteren. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat kan een ontwerpconcept vertalen naar een efficiënt en doelgericht prototype waarmee een usability test uitgevoerd kan worden.
Rea2.2
De kandidaat is in staat om manieren te benoemen en te realiseren om vanaf een client te communiceren met de server, daarbij rekening houdend met de user experience. Communiceren niveau 2
Com2.1
De student is een in staat om een overtuigende en doelgerichte presentatie te geven.
Com2.2
De student is in staat om m.b.v. gesprekstechnieken een doelgerichte dialoog te voeren en past zijn communicatiestrategie aan het doel aan (interviewen, testen of presenteren).
Com2.3
De student schrijft goedgestructureerde, leesbare en foutloze (test)documentatie, gericht op doelgroep en doel. Testrapport volgens ISO-norm. Samenwerken niveau 2
Sam2.1
De student is in staat tot en kan reflecteren op zijn eigen vermogen om gezamenlijk te creëren.
Sam2.2
De student kan zijn eigen en de andere teamrollen benoemen en beschrijft hoe dit zich uitte en hoe er op ingespeeld is.
Sam2.3
De student kan de interactie binnen de groep beschrijven met onderbouwing van theorie. Planmatig werken niveau 2
Pla2.1
De student levert een hoofdbijdrage aan de projectplanning, kan de gemaakte keuzes verantwoorden en evalueert en reflecteert op de uitvoering.
Pla2.2
De student kan zijn persoonlijke planning overleggen, beschrijft hoe deze zich ontwikkelt heeft en hoe dat past in de groepsplanning.
Pla2.3
De student laat zien verschillende planningmethodes te kennen en weet de voor- en nadelen ervan te benoemen.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset. 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Pf en prod portfolio met de volgende producten: leercontract (i), portfolio (i), projectverslag (g), product (g) Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 66,7% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Vrdg pf HBO-vaardigheden portfolio portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Vrdg BV2 HBO vaardigheden BV2 toets
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 8,3% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Projectplanning volgens incrementeel UCD ontwikkelmodel Overleg met opdrachtgever Gebruikersanalyse Taakanalyse Prototyping Usability testing Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product in meerdere incrementen Productpresentatie presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus / workshop: je werkt aan het project waarin je het geleerde toepast; N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE CRIA DT ++
1
Titel OWE
CRIA ++ SIS I-CRIA ++
Opleiding
CRIA (R) is kernsemester voor I en CMD. CRIA (R) is verwant semester voor BIMi en TI. CRIA (L) is kernsemester voor CMD. CRIA (L) is verwant semester voor CS/DC en BIMc
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Create a Rich Internet Application
4
Centrale beroepstaak
Create a Rich Internet Application
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
Website .
7,5 Studiepunten 210 SBU I-Propedeuse courses: Website Development; Embedded applications C-Propedeuse course: ReDesign
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Alle Deeltijd studenten doen het ++-gedeelte. Samen borduren ze verder op ontwerpen gemaakt tijdens de course en zetten dit om in een kleine RIA web applicatie
10
Competenties
Analyseren, Realiseren.
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Voor studenten met C-propedeuse/I-propedeuse. Samen zijn ze verantwoordelijk voor alle competenties die aangetoond moeten worden Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Realiseren niveau 2
12
Ana1.1
Student is in staat om een bestaand ontwerpdocument voor een webapplicatie te vertalen naar implementeerbare brokken.
Ana1.2
Student is in staat om onderscheid te maken in de hoofd-en bijzaken bij het plannen van een implemetatietraject van een webapplicatie.
Real1.1
Student moet in staat zijn om een technisch ontwerp te implementeren naar een Rich Internet Application.
Real1.2
Student is in staat een Rich Internet Application gestructureerd en onderhoudbaar op te zetten.
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
Eind Gemaakte Website Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 100 % Zie toetsschema Nvt
Afhankelijk van het soort applicatie. PHP/Javascript , MYSQL, MSSQL, Visual Studio
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Projectplanning. Overleg met een opdrachtgever Opleveren website Presentatie van de website
zelfwerkuren: je bent bezig met de opdracht in samenwerking met het team, de docent is beschikbaar voor vragen
Develop a Distributed OO Application (DDOA) I - Semester Centrale beroepstaak
Develop a distributed OO application
Engineer an OO Application
Develop a Distributed Application
OO analysis and design with UML
Java programming
software engineering
distributed programming: RMI, EJBs
software architecture
multithreading & multiprocessing
design patterns
unit testing
refactoring
versiebeheer & build management
VT: I Project Realisatie van een software product op basis van in overleg met een (externe) opdrachtgever vastgestelde eisen
Agile development o
Scrum
o
eXtreme Programming (XP) DT : integratieve ++ deel
Casus die onderdelen van beide courses integreert . Deze casus betreft de objectgeoriënteerde ontwikkeling van een gedistribueerd systeem volgens de specificaties van een opdrachtgever. De kennis en vaardigheden die nodig zijn om deze casus uit te voeren worden voorbereid in de courses.
DDA Project
2
Reflectie
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
Werken
2
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Adviseren
Realiseren
2
Ontwerpen
EOA
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2 2
2
2
2
Algemene Omschrijving Een objectgeoriënteerde (OO) applicatie is een computerprogramma waarin objecten, die onder meer een model vormen van grootheden uit de buitenwereld, interactie met elkaar hebben. In de course ‘Game development’ van de I-propedeuse zijn de basisprincipes van OO programmeren aan bod geweest, deze basisprincipes moet je goed beheersen als je DDOA wilt volgen. In dit semester staat naast het realiseren van een OO applicatie óók het analyseren en ontwerpen er van centraal. Tevens wordt er dieper ingegaan op OO programmeren en wordt met name aandacht besteed aan parallel en gedistribueerd programmeren, d.w.z. het ontwikkelen van applicaties waarin meerdere processen tegelijkertijd (parallel) draaien en instructies op verschillende machines gedistribueerd worden uitgevoerd. In de courses en het project van dit semester is de beheersing van de kwaliteit van ontwerp en software een zeer belangrijk facet. In dat kader komen belangrijke onderwerpen uit de Software Engineering aan bod, zoals requirements engineering, design patterns, softwarekwaliteit en unittesten.
Beschrijving OWE EOA (Engineer an OO Application)
1
Titel OWE
Engineer an OO Application SIS I-DDOA EOA
Opleiding
EOA is een course van DDOA. DDOA is kernsemester voor I, verwant semester voor TI, BI, CMD.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Engineer an OO Application
5
(Beroeps) Producten
Analyses en ontwerpen van OO applicaties met behulp van notatietechnieken uit de UML (Unified Modeling Language)
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
Courses propedeuse: SPD, OOPD
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
AANBEVOLEN I-Propedeuse, in het bijzonder EmbAp/SPD en GameDev/OOPD. Deze course richt zich op het ontwerpen van een OO applicatie met behulp van notatietechnieken uit de UML (Unified Modeling Language), die in de beroepspraktijk veel gebruikt wordt. De belangrijkste onderwerpen zijn: Opstellen van requirements Schrijven van use cases Maken van een domeinmodel op grond van requirements en use cases Opstellen van pre- en postcondities van systeemoperaties Maken van sequence diagrams van systeemoperaties op grond van use cases, domeinmodel en pre- en postcondities Maken van een design class diagram op grond van domeinmodel en sequence diagrams Toepassen van design patterns Maken van een architectuurmodel Het genereren van code voor een OO-taal uit een design class model. Verworven kennis wordt toegepast bij het zelf ontwikkelen van een nieuwe applicatie als ook bij het herontwerpen en uitbreiden van een bestaande applicatie. Verder maak je kennis met een aantal software design richtlijnen. Ook wordt ingegaan op test driven development (TDD).
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Analyseren & Onderzoeken , Ontwerpen en Realiseren. Communiceren
Indicat orid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Ana2.2
De kandidaat onderzoekt een concreet probleem in de reële wereld op basis van relevante documenten, en levert als resultaat van dit onderzoek een requirements specificatie op voor een systeem dat een oplossing biedt voor het probleem. De specificatie bestaat uit een overzichtelijke opsomming van de eisen en uit implementatie-onafhankelijk geformuleerde use cases. Elke use case geeft een beschrijving van hoe een actor een concreet doel dat voor hem zinvol is kan bereiken.
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat de eisen begrijpelijk en testbaar geformuleerd en ingedeeld worden volgens FURPS+ uit de RUP-methodiek. De testbaarheid houdt in dat test cases geformuleerd zouden kunnen worden. De use cases zijn opgesteld in een tweekolomsformaat, en geven de actor aan, pre- en postcondities, hebben een korte beschrijving, een main success scenario, en bevatten alle alternative flows die onderscheiden kunnen worden, behalve eenvoudige foutmeldingen. Bovendien bevat elke use case verwijzigingen naar de functionele eisen.
De use cases worden in een use case diagram getoond, waarin waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van includes- of extends- relaties.
Elke use case is UI-onafhankelijk en black-box geformuleerd.
De kandidaat kan een concreet probleem in de reële wereld onderzoeken op basis van relevante documenten, en als resultaat van dit
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UML class diagram wordt gemaakt als resultaat, waarin waar mogelijk generalisatie/specialisatie is toegepast en waarin geen ontwerpbeslissingen zijn weergegeven, en
onderzoek concepten in de reële wereld beschrijven middels een statisch domeinmodel waarin die concepten, verbanden tussen die concepten, en eigenschappen van die concepten vastgelegd zijn. De kandidaat kan op grond van use cases die het gebruik van een systeem illustreren een overzicht geven van alle messages die een actor naar het systeem kan sturen.
Ana2.3
De kandidaat geeft op grond van die messages aan welke elementaire operaties het systeem moet kunnen uitvoeren, met waar van toepassing parameters en data types. Gegeven een domeinmodel van het systeem stelt de kandidaat voor de systeemoperaties van de meest complexe of risicovolle use cases een contract (pre- en postcondities) op dat consistent is met het domeinmodel.
dat bovendien volledig (implementatie)platformonafhankelijk is. Beperkingen die niet in het class diagram kunnen worden weergegeven moeten in woorden beschreven zijn. Met dezelfde beperkingen zou een FCO-IM-, ER-, of Xmodel mogen worden gemaakt.
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UML interactiediagram wordt gemaakt waarbij het gehele systeem als één black-box object fungeert. De enige messages die hierin getoond worden zijn dus die van de actor naar dat systeem. De pre- en postcondities van de systeemoperaties die bij die messages horen hoeven enkel geformuleerd te worden in termen van het domeinmodel. Dat wil zeggen dat een conditie omschrijft welke instanties er moeten zijn, welke links er zijn gelegd tussen instanties, en wat de attribuutwaarden van instanties zijn.
Ontwerpen niveau 2 De kandidaat kan op grond van een requirements specificatie, bijbehorend domeinmodel en een contract (pre- en postcondities) van een systeemoperatie een message flow tussen softwareobjecten aangeven waardoor aan het contract van die operatie voldaan wordt.
Ont2.1
Alle gevolgen van die keuze worden ook weergegeven in een logisch design class diagram. De betrokken software-objecten zijn in principe instanties van classes uit het domeinmodel; zo niet, dan geeft de kandidaat duidelijk aan waarom die nieuwe class gebruikt moet worden. De messages hebben een aanroep van een method van een object tot gevolg. De message flow is zodanig dat de cohesie van een betrokken object zo hoog mogelijk blijft, en de koppeling tussen die objecten zo laag mogelijk. De kandidaat specificeert op grond van de niet-functionele eisen de globale architectuur van het beoogde systeem.
Ont2.2
Binnen elke tier van die architectuur specificeert de kandidaat layers gedefinieerd die elk de responsibilities van een belangrijk onderdeel van het systeem bevatten. Elke layer heeft een hoge cohesie, en de koppeling met andere layers is zo laag mogelijk.
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UMLinteractiediagram wordt gemaakt van de gegeven systeemoperatie (op grond van de use case, requirements, het domeinmodel en het contract). In het interactiemodel wordt aangegeven welk design pattern uit GRASP wordt gebruikt en wat de signatuur is van de methods die als gevolg van de messages worden aangeroepen. De kandidaat geeft aan waarom zo’n pattern bijdraagt aan hoge cohesie en lage koppeling. Het gegeven domeinmodel en het interactiemodel samen leiden tot een logisch design class diagram: een software class diagram waarin alle operaties en attributen met hun visibility zijn aangegeven, en waarin getoond wordt welke rollen van een associatie navigable zijn, maar dat verder zoveel mogelijk taalonafhankelijk is.
Ont2.3
Het kan zijn dat de kandidaat zelf inziet dat een voor hem bekend Design Pattern toepasbaar is, maar het De kandidaat kan een ontwerp waarin te kan ook zijn dat een meer ervaren software engineer hoge koppeling en/of te lage cohesie de toepassing van een Design Pattern suggereert. In optreedt verbeteren door het toepassen dat laatste geval moet de kandidaat in staat zijn zelf van een Design Pattern. kennis te nemen van het pattern en besluiten of het inderdaad een oplossing biedt voor het ontwerpprobleem. Realiseren niveau 2
Rea2.1
Rea2.2
De kandidaat produceert op grond van een gegeven logisch design class diagram waarin operaties en attributen met hun visibility zijn aangegeven, en waarin getoond wordt welke rollen van een associatie navigable zijn, de code voor een specifieke OO programmeertaal die dat design class diagram implementeert. De kandidaat kan bestaande (werkende) code herstructureren met behoud van functionaliteit en correctheid om zo te komen tot beter leesbare en onderhoudbare code (refactoring).
De kandidaat ontwikkelt een OO applicatie op basis van een eigen of gegeven ontwerp. Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Code deeltentamen T UML Deeltentamen schriftelijke toets UML Rea2.3
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
Binnen deze beroepstaak wordt met een logisch design class diagram het volgende bedoeld. Het design class diagram beschrijft het Specification perspectief (Larman), dwz het diagram beschrijft software abstracties (classes, associations, roles, interfaces, etc.) onafhankelijk van een specifieke programmeertaal (bv. C++ of Java).
Een student moet ervaren hoe bepaalde (foute) ontwerpkeuzes hun weerslag hebben in de programmeercode.
C1 case study 1
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 40% Zie toetsschema Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
C2
WshOp uitwerking workshopopdrachten
Case study 2
Toetsvorm Beroepsproduct Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 10% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Verplicht: Craig Larman, Applying UML and Patterns : An Introduction to Object-Oriented Analysis and Design and Iterative Development (3rd Edition), Prentice Hall, ISBN: 0131489062 Nvt Geen
Case tool: PowerDesigner 11
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Lessen toepassen van UML in een software ontwikkeltraject Lessen toepassen van software engineering technieken (o.a. toepassen design patterns en refactoring) Uitvoering gerelateerde opdrachten Klassikaal les, begeleid practicum (uitvoering oefeningen en opdrachten), werk-/projectoverleg en reviewsessies.
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DDA (Develop a Distributed Application) Titel OWE 1
Opleiding
DDA (Develop a Distributed Application) SIS I-DDOA DDA DDA is een course van DDOA. DDOA is kernsemester voor I, verwant semester voor TI, BI, CMD.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Develop a Distributed Application (DDA)
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
Gedistribueerde applicaties in JAVA
6
Studiepunten/
7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
Courses propedeuse: Embedded application, Game
8
Ingangseisen
I-Propedeuse, in het bijzonder EmbAp/SPD en GameDev/OOPD.
9
Algemene omschrijving
In deze course leer je gedistribueerde applicaties te bouwen met behulp van Java. De belangrijkste onderwerpen zijn: Inleiding parallel computing Realiseren van ontwerpen waarbij design patterns gebruikt zijn Programmeren van multi-threaded programma’s Software engineering best practices als unit testing, versiebeheer en build management. Complexiteitsschatting van sorteeralgoritmen Object-to-object gedistribueerde communicatie m.b.v. RMI (Remote Method Invocation), webservices en Enterprise Java Beans 3.0 Architectuur van een gedistribueerde applicatie.
10
Competenties
Ontwerpen, Realiseren, Beheren, Communiceren
11
Beoordelingscriteria Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Ontwerpen niveau 2 Ont2.1
De kandidaat stelt van een applicatie vast welke Aantoonbaar mbv. een activitydiagram. delen parallel kunnen worden uitgevoerd en wat daarvan de voor- en nadelen zijn.
Ont2.2
De kandidaat scheidt de programmalogica van de presentatielogica door toepassing van het Model View Controller design pattern.
In Java door toepassing van de API Observer/Observable.
Realiseren niveau 2
Rea 2.1
De kandidaat bouwt een gedistribueerde applicatie waarin objecten op de client kunnen communiceren met server-objecten waarbij schaalbaarheid wordt verkregen middels eigen oplossingen.
In Java door gebruik te maken van RMI in combinatie met het Factory Method design pattern.
Rea2.2
De kandidaat bouwt een gedistribueerde applicatie waarin objecten op de client kunnen communiceren met server-objecten waarbij de schaalbaarheid van componentenframework gebruikt wordt.
In Java door het gebruik van webservices, Stateless Session Beans (EJB3.0).
Denk bijvoorbeeld aan het programmeren van animaties en timers.
Rea2.3
De kandidaat realiseert parallelle processen in een applicatie door het op correcte wijze toepassen van threads.
Met ‘op correcte wijze’ wordt bedoeld:
het veilig starten en stoppen van threads.
geen synchronisatieproblemen (mutexen) door het gebruik van het keyword synchronized.
In Java door gebruik te maken van verschillende sorteeralgoritmen
Rea2.4
De student implementeert bestaande ontwerpen met design patterns met behulp van recursie en datastructuren.
Rea2.5
Gebruik van de Big-O-notatie, unittests De student toont de complexiteit van algoritmen en het plaatsen van timers die de aan alsmede het verband tussen complexiteit en performance van bijvoorbeeld performance van algoritmen. sorteeralgoritmen meten.
Rea2.6
De student schrijft op basis van een UML klassebeschrijving unittests en voert deze uit op de corresponderende Java klasse.
In Java door gebruik te maken van de interface Comparable
In IDE met behulp van JUnit wizard. De unittests die gemaakt worden moeten alle testpaden afdekken.
Beheren niveau 2
Beh2.1
De student automatiseert meerdere softwareontwikkeltrajecten conform de XP Best Practices Continuous Integration en Automating Software Development.
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Code deeltentamen VkT Deeltentamen instaptoets OO-programmeren Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordeling Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 0% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt
Hieronder valt het lokaal toepassen van Git, het toepassen van eenvoudige ANT/Maven makefiles voor het maken van builds en deployment en het gebruik van unittests in elke opgegeven opgave.
Communiceren 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging
T2 Amdahl Mondeling assessment met schriftelijk verslag. 1 Cijfer 5,5 of hoger 10% Zie toetsschema Nvt
T1 Essay Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt T3 Sorter Mondeling assessment met schriftelijk verslag. 1 Cijfer 5,5 of hoger 40% Zie toetsschema Nvt
T4 TravelMaps Demonstratie en schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 30%
Periode afname Compensatie
Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
Jim Farley et al., Java Enterprise in a Nutshell, O’Reilly Robert C. Martin, Clean Code, Prentice Hall Software ontwikkelomgeving: Eclipse met verschillende plugins, IntelliJ, SpringSource ToolSuite en NetBeans Git server ten behoeve van versiebeheer projectarchief
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Lessen toepassen Java in gedistribueerde (multithreaded) applicaties. Lessen toepassen versiebeheer (Git) icm. unit testen en build management (Ant/Maven) Lessen ordecomplexiteit (Big-O notatie) Uitvoering gerelateerde opdrachten Klassikaal les, begeleid practicum (uitvoering oefeningen en opdrachten), werk-/projectoverleg en reviewsessies. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Project DDOA ( Develop a Distributed OO Application)
1
Titel OWE
Project DDOA (Develop a Distributed OO Application) SIS I-DDOA P
Opleiding
Project DDOA is een onderdeel van DDOA DDOA is kernsemester voor I, verwant semester voor TI, BI, CMD.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Realisatie van een software product op basis van in overleg met een (externe) opdrachtgever vastgestelde eisen
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Software eindproduct met bijbehorende project- en softwaredocumentatie
6
Studiepunten/
15 studiepunten 420 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
EOA
DDA
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In het project werk je in een groep van vier of vijf studenten aan een opdracht die zoveel mogelijk voor en soms bij een externe opdrachtgever wordt uitgevoerd. Je ontwikkelt volgens een agile aanpak (Scrum), met veel oog voor de software ontwikkelmethodiek (onderhoudbaarheid, softwarekwaliteit), een applicatie waarin meerdere computers met elkaar samenwerken. In de afgelopen jaren zijn verschillende soorten applicaties ontwikkeld zoals webapplicaties, mobiele applicatie, maar ook applicaties zonder user-interface; distributie van werk over meerdere processen staat centraal waarbij vaak frameworks en tools gebruikt worden om de softwareontwikkeling te ondersteunen. Concrete voorbeelden van toepassingen en opdrachten kun je terugvinden op http://wiki.icaprojecten.nl. Informatiesystemen gebaseerd op databases en (client- en server-side) webapplicaties spelen in dit project geen centrale rol, maar deze onderwerpen kunnen zijdelings wel aan de orde komen.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren. Communiceren, samenwerken, planmatig werken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 De kandidaat kan een concreet probleem in de reële wereld onderzoeken op basis van interviews met betrokkenen en/of relevante documenten, en als resultaat van dit onderzoek een requirements specificatie opleveren voor een systeem dat een oplossing biedt voor het probleem. De kandidaat houdt er rekening mee dat niet alle informatie verkregen kan worden, of pas later in het ontwikkelproces boven water kan komen. Ook houdt de kandidaat er rekening mee dat eisen tijdens het ontwikkelproces kunnen veranderen. Ana2.1
De specificatie bestaat uit een overzichtelijke opsomming van de eisen en uit implementatieonafhankelijk geformuleerde use cases. Elke use case geeft een beschrijving van hoe een actor een concreet doel dat voor hem zinvol is kan bereiken. De use cases worden in een use case diagram getoond, waarin waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van includes- of extends- relaties. De use cases worden in overleg met de opdrachtgever voorzien van een MoSCoWcriterium. Ook worden de use cases geordend volgens prioriteiten van ontwikkeling, waarbij de
Binnen ICA en deze beroepstaak houdt het in dat de eisen begrijpelijk en testbaar geformuleerd worden, en ingedeeld volgens FURPS+ uit de RUPmethodiek. De testbaarheid houdt in dat test cases geformuleerd zouden kunnen worden . De use cases zijn opgesteld in een twee-kolomsformaat, en geven de actor aan, pre- en postcondities, hebben een korte beschrijving, een main success scenario, en bevatten alle alternative flows die onderscheiden kunnen worden, behalve eenvoudige foutmeldingen. Bovendien bevat elke use case verwijzigingen naar de functionele eisen. Elke use case is UI-onafhankelijk en black-box geformuleerd. De niet-functionele eisen liggen op het gebied van documentatie, onderhoudbaarheid en architectuur.
risicovolle en complexe use cases de hoogste prioriteit krijgen.
Ana2.2
Ana2.3
De kandidaat kan een concreet probleem in de reële wereld onderzoeken op basis van interviews met betrokkenen en/of relevante documenten, en als resultaat van dit onderzoek concepten in de reële wereld beschrijven middels een statisch domeinmodel waarin die concepten, verbanden tussen die concepten, en eigenschappen van die concepten vastgelegd zijn. De kandidaat houdt er rekening mee dat niet alle informatie verkregen kan worden, of pas later in het ontwikkelproces boven water kan komen. De kandidaat houdt er ook rekening mee dat de werkelijkheid tijdens het ontwikkelproces kan veranderen.
De kandidaat kan op grond van use cases die het gebruik van een systeem illustreren een overzicht geven van alle messages die een actor naar het systeem kan sturen. De kandidaat geeft op grond van die messages aan welke elementaire operaties het systeem moet kunnen uitvoeren, met waar van toepassing parameters en data types. Gegeven een domeinmodel van het systeem stelt de kandidaat voor de systeemoperaties van de meest complexe of risicovolle use cases een contract (pre- en postcondities) op dat consistent is met het domeinmodel.
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UML class diagram kan worden gemaakt als resultaat, waarin waar mogelijk generalisatie/specialisatie is toegepast en waarin geen ontwerpbeslissingen zijn weergegeven, en dat bovendien volledig (implementatie-)platformonafhankelijk is. Beperkingen die niet in het class diagram kunnen worden weergegeven moeten in woorden beschreven zijn. Met dezelfde beperkingen zou een FCO-IM-, ER-, of X-model mogen worden gemaakt. Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UML interactiediagram kan worden gemaakt waarbij het gehele systeem als één black-box object fungeert. De enige messages die hierin getoond worden zijn dus die van de actor naar dat systeem. De pre- en postcondities van de systeemoperaties die bij die messages horen hoeven enkel geformuleerd te worden in termen van het domeinmodel. Dat wil zeggen dat een conditie omschrijft welke instanties er moeten zijn, welke links er zijn gelegd tussen instanties, en wat de attribuutwaarden van instanties zijn.
Ontwerpen niveau 2
De kandidaat kan op grond van een requirements specificatie, bijbehorend domeinmodel en een contract (pre- en postcondities) van een systeemoperatie een message flow tussen software-objecten aangeven waardoor aan het contract van die operatie voldaan wordt. Alle gevolgen van die keuze worden ook weergegeven in een logisch design class diagram. Ont2.1
De betrokken software-objecten zijn in principe instanties van classes uit het domeinmodel; zo niet, dan geeft de kandidaat duidelijk aan waarom die nieuwe class gebruikt moet worden. De messages hebben een aanroep van een method van een object tot gevolg. De message flow is zodanig dat de cohesie van een betrokken object zo hoog mogelijk blijft, en de koppeling tussen die objecten zo laag mogelijk.
Binnen deze beroepstaak houdt het in dat een UML-interactiediagram wordt gemaakt van de gegeven systeemoperatie (op grond van de use case, requirements, het domeinmodel en het contract). In het interactiemodel wordt aangegeven welk design pattern uit GRASP wordt gebruikt en wat de signatuur is van de methods die als gevolg van de messages worden aangeroepen. De kandidaat geeft aan waarom zo’n pattern bijdraagt aan hoge cohesie en lage koppeling. Het gegeven domeinmodel en het interactiemodel samen leiden tot een logisch design class diagram: een software class diagram waarin alle operaties en attributen met hun visibility zijn aangegeven, en waarin getoond wordt welke rollen van een associatie navigable zijn, maar dat verder zoveel mogelijk
taalonafhankelijk is.
De kandidaat specificeert op grond van de nietfunctionele eisen de globale architectuur van het beoogde systeem.
Elke layer heeft een hoge cohesie, en de koppeling met andere layers is zo laag mogelijk. De architectuur moet worden geillustreerd met een figuur, bij voorkeur een package diagram en/of een deployment diagram.
Ont2.3
De kandidaat is in staat een ontwerp waarin te hoge koppeling en/of te lage cohesie optreedt te verbeteren door het toepassen van een Design Pattern.
Het kan zijn dat de kandidaat zelf inziet dat een voor hem bekend Design Pattern toepasbaar is, maar het kan ook zijn dat een meer ervaren software engineer de toepassing van een Design Pattern suggereert. In dat laatste geval moet de kandidaat in staat zijn zelf kennis te nemen van het pattern en te besluiten of het inderdaad een oplossing biedt voor het ontwerpprobleem.
Ont2.4
De kandidaat documenteert de interactie tussen de verschillende onderlingen systeemcomponenten middels een of meerdere interactiediagrammen.
Systeemcomponenten kunnen onder andere geklassificeerd zijn als gebruiker, scherm, class, component, interface en database.
Ont2.5
De kandidaat beschrijft en rechtvaardigt in woord en figuur de gemaakte ontwerpbeslissingen en noemt de belangrijkste voor- en nadelen.
Ont2.2
Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat produceert op grond van een gegeven logisch design class diagram waarin operaties en attributen met hun visibility zijn aangegeven, en waarin getoond wordt welke rollen van een associatie navigable zijn, de code voor een specifieke OO programmeertaal die dat design class diagram implementeert.
Rea2.2
De kandidaat is in staat bestaande (werkende) code te herstructureren met behoud van functionaliteit en correctheid om zo te komen tot beter leesbare en onderhoudbare code.
Rea2.3
De kandidaat motiveert de keuze voor de middleware.
Rea2.4
De kandidaat automatiseert een OO softwareontwikkeltraject conform de XP Best Practices Continuous Integration en Automating Software Development.
Rea2.5
De kandidaat schrijft op basis van een UML klassebeschrijving unittests en voert deze uit op de corresponderende Java klasse.
Binnen deze beroepstaak wordt met een logisch design class diagram het volgende bedoeld. Het design class diagram beschrijft het Specification perspectief (Larman), dwz het diagram beschrijft software abstracties (classes, associations, roles, interfaces, etc.) onafhankelijk van een specifieke programmeertaal (bv. C++ of Java).
De keuze moet gemotiveerd worden waarbij andere opties ook overwogen zijn. Denk aan aspecten als: relevantie, toepasbaarheid, meerwaarde t.o.v. andere middleware. Hieronder valt het toepassen van versiebeheer en het toepassen van bijv. ANT of Maven makefiles voor het maken van builds en deployment. Indien geen Java gebruikt wordt moet soortgelijke tooling toegepast worden. In Eclipse met behulp van JUnit wizard. Indien geen Java gebruikt wordt moet soortgelijke tooling toegepast worden,
zoals PHPUnit en HTTPUnit.
Rea2.6
De kandidaat implementeert gekozen Design Patterns gebruik makend van de kracht van zijn programmeertaal.
Wanneer bijvoorbeeld het Singleton pattern in Java geïmplementeerd wordt, wordt gebruik gemaakt van het keyword synchronized en lock op het juiste object gelocked. Gebruik Javadoc of Doxygen.
Rea2.7
De kandidaat documenteert broncode middels gestructureerd commentaar die een document generator kan verwerken.
Rea2.8
De kandidaat stelt code guidelines (formatting, stylechecks) op en volgt deze.
Rea2.9
De kandidaat schrijft alleen broncode in relatie tot de requirements van de opdrachtgever.
Opnemen wie de auteur is, welke methoden/parameters er zijn, voorbeeldgebruik en welke requirements geïmplementeerd zijn. Gebruik van ruleset in Sonar. Geen codeduplicatie in Sonar Traceability use cases in code (comments of check-in comment)
Project: Algemene (HBO-competenties). De kandidaat speelt in het project één van de volgende Scrum-rollen: Team Member, Scrum Master, of Product Owner. Rol: Team member Indicatorid
Indicator Team Member: Communiceren niveau 2
Com2.1
De kandidaat maakt verslagen van de Planningsdagen en retrospectives (en het inbrengen van features)
Com2.2
De kandidaat demonstreert de sprints aan stakeholders op het gebied van systeemfuncties, ontwerp, kracht, zwakte, inzet van het team en nog te verwachten problemen. Powerpoint presentaties zijn verboden. De kandidaat documenteert alle projectdocumentatie en essentiële (software) keuzes met als focus kwalitatieve software (geen documenteren om het documenteren zelf).
Hierbij gebruik je middelen zo efficiënt mogelijk (alleen definitieve versie van diagram in een tool, de rest leesbaar op papier/whiteboard).
Projectdocumentatie die ook bruikbaar is voor andere groepen leg je vast op de publieke DDOA wiki in de vorm van codevoorbeelden, diagrammen of handige bronverwijzingen.
Com2.3
Com2.4
De kandidaat geeft en ontvangt feedback volgens geldende standaarden tijdens code reviews en retrospectives.
Com2.5
De kandidaat zakt als hij voldoet aan de volgende contra-indicator:
Toelichting
1
Je faalt in je rol als Team Member Team Member: Samenwerken niveau 2
Sam2.1
De kandidaat handelt proactief, dus je neemt initiatief en anticipeert op te verwachten ontwikkelingen.
Sam2.2
De kandidaat analyseert moeilijke situaties in groepsgesprekken, bij problemen en (eventueel) conflicten.
Sam2.3
De kandidaat kan ieder teamlid aanspreken op diens expertise en persoonlijke kwaliteiten.
Sam2.4
De kandidaat ontwikkelt waar mogelijk op basis van pair-programming. De kandidaat zakt als hij voldoet aan één of meer van de volgende contraindicatoren:
Sam2.5
1
Je scoort tweemaal achtereen negatief op één van de samenwerkingsindicatoren tijdens IPV-beoordelingen.
2
Je faalt in je rol als Team Member. Team Member: Planmatig werken niveau 2
Pla2.1
Pla2.2
De kandidaat geeft bij iedere sprint realistische schattingen af van features op basis van eigen ontwikkelcapaciteit. De kandidaat werkt dagelijks de Sprint Backlog bij.
Pla2.3
De kandidaat is bekend met Scrum en kent de belangrijkste processen, methoden en producten.
Pla2.4
De kandidaat weet eventuele afwijkingen van Scrum-gebruik(en) overtuigend te verantwoorden.
Pla2.5
De kandidaat evalueert de Scrumuitvoering in een verslag.
Pla2.6
De kandidaat zakt als hij voldoet aan de volgende contra-indicator: 1
Je faalt in je rol als Team Member
Rol: Scrum Master Indicatorid
Indicator Scrum Master: Samenwerken niveau 2
Sam2.1
De kandidaat organiseert en leidt dagelijks de Scrum Meeting en beschermt het team tegen wijzigingen van buitenaf tijdens een iteratie (hands-off approach).
Sam2.2
De kandidaat is, indien het Scrum team verzaakt, verantwoordelijk voor het aanspreken van ieder teamlid op diens expertise, persoonlijke kwaliteiten en inzet.
Sam2.3
De kandidaat medieert tussen opdrachtgever / Product Owner en Scrum Team en analyseert moeilijke situaties in onderlinge gesprekken, bij problemen en (eventueel) bij conflicten
Sam2.4
De kandidaat creëert en onderhoudt de Sprint Backlog
De kandidaat maakt een realistische tijdsplanning van activiteiten met veel en complexe variabelen;
de kandidaat houdt alleen in de Product Backlog rekening met veranderingen;
de kandidaat houdt een logboek (Backlog Graphs) bij waarin uitvoering en voortgang is aangegeven. De kandidaat organiseert en leidt na elke Sprint de Retrospective. Sam2.5
Je inventariseert voor het gehele team “what went well, what didn't go well, and what improvements could be made in the next sprint”. De kandidaat zakt als hij voldoet aan één of meer van de volgende contraindicatoren:
Sam2.6
1
Je scoort tweemaal achtereen negatief op één van de samenwerkingsindicatoren tijdens IPV-beoordelingen.
Je faalt in je rol als Scrum Master. Scrum Master: Planmatig werken niveau 2 De kandidaat beheert gerapporteerde blocks. Pla2.1
Beslissingen als gevolg van een block moeten binnen een uur genomen worden door de kandidaat.
Blocks moeten binnen een dag verwijderd kunnen worden op initiatief van de kandidaat. De kandidaat creëert de Sprint Backlog
Pla2.2
Je maakt een realistische tijdsplanning van activiteiten met veel en complexe variabelen;
je houdt alleen in de Product Backlog rekening met veranderingen;
je houdt een logboek (Backlog Graphs) bij waarin uitvoering en voortgang is aangegeven;
je prioriteert de features binnen een release op basis van business value en risico. Pla2.3
De kandidaat organiseert na elke Spring de Sprint Review en wijst een Team Member aan als demonstrator.
Pla2.4
De kandidaat evalueert zijn rol als Scrum Master in een verslag.
Pla2.5
De kandidaat zakt als hij voldoet aan één of meer van de volgende contraindicatoren: Je faalt in je rol als Scrum Master
Rol: Product Owner Indicatorid
Indicator
Toelichting
Product Owner: Communiceren niveau 2
Com2.1
De kandidaat creëert en draagt zorg voor het bijhouden van de Product Backlog. Prioriteert de features in overleg met de opdrachtgever. Kiest vanuit de Product Backlog de features voor de volgende Sprint.
Com2.2
De kandidaat vertegenwoordigt de belangen van de opdrachtgever door de gewenste features schriftelijk en mondeling te inventariseren en rapporteren.
Com2.3
De kandidaat organiseert quality-reviews voorafgaand aan Sprint Reviews waarbij naderhand gelegenheid is om aanpassingen te verwerken zodat op de Sprint Review alle features uit de Sprint Backlog zijn geimplementeerd.
Com2.4
De kandidaat onderhoudt rechtstreekse contacten met de Scrum Master en analyseert moeilijke situaties (problemen, conflicten).
Com2.5
De kandidaat zakt als hij voldoet aan de volgende contra-indicator: Je faalt in je rol als Product Owner.
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Vrdg BV2 Vaardigheden niveau 2 toets Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie -
Vrdg pf Portfolio vaardigheden Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 3/12 Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Werk-/projectoverleg en reviewsessies Softwareontwikkelwerk N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Pf Portfolio domein Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 8/12 Zie toetsschema Nvt
Nightlybuild omgeving (Jenkins), Codekwaliteit (Sonar), Versiebeheer (Git), Issuetracking (JIRA) en wiki (Confluence)
Periodiek overleg met opdrachtgever Requirements management Projectmatig werken volgens Scrum Software ontwikkelen op basis van een Agile Development aanpak (werkende code voor opdrachtgever staat centraal, versiebeheer, eXtreme Programming, test-driven development en refactoring) Realisatie software eindproduct (distributed application) in een projectteam conform de wensen en eisen van de opdrachtgever.
Beschrijving OWE DDOA integratie ++/verdiepingsopdracht Titel OWE
DDOA ++ SIS I-DDOA ++
1
Opleiding
DDOA ++ is een onderdeel van DDOAdt
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Het ++-gedeelte van DDOA bestaat uit een casus die onderdelen van beide courses integreert .
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
Objectgeoriënteerde ontwikkeling van een gedistribueerd systeem volgens de specificaties van een opdrachtgever. 7,5 Studiepunten 210 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
EOA, DDA
8
Ingangseisen
Aanbevolen I Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Realisatie software eindproduct (distributed application) in een klein team conform de wensen en eisen van de opdrachtgever.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren.
11
Beoordelingscriteria
IndicatorId
Indicator
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken Ana2.1
De kandidaat kan een concreet probleem in de reële wereld onderzoeken op basis van interviews met betrokkenen en/of relevante documenten, en als resultaat van dit onderzoek een requirements specificatie opleveren voor een systeem dat een oplossing biedt voor het probleem. De kandidaat houdt er rekening mee dat niet alle informatie verkregen kan worden, of pas later in het ontwikkelproces boven water kan komen. Ook houdt de kandidaat er rekening mee dat eisen tijdens het ontwikkelproces kunnen veranderen.De specificatie bestaat uit een overzichtelijke opsomming van de eisen en uit implementatie-onafhankelijk geformuleerde use cases. Elke use case geeft een beschrijving van hoe een actor een concreet doel dat voor hem zinvol is kan bereiken. De use cases worden in een use case diagram getoond, waarin waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van includes- of extends- relaties.
Ana2.2
Binnen ICA en deze beroepstaak houdt het in dat de eisen begrijpelijk en testbaar geformuleerd worden, en ingedeeld volgens FURPS+ uit de RUP-methodiek. De testbaarheid houdt in dat test cases geformuleerd zouden kunnen worden . De use cases zijn opgesteld in een tweekolomsformaat, en geven de actor aan, preen postcondities, hebben een korte beschrijving, een main success scenario, en bevatten alle alternative flows die onderscheiden kunnen worden, behalve eenvoudige foutmeldingen. Bovendien bevat elke use case verwijzigingen naar de functionele eisen. Elke use case is UI-onafhankelijk en black-box geformuleerd. De niet-functionele eisen liggen op het gebied van documentatie, onderhoudbaarheid en architectuur.
De kandidaat kan een concreet probleem in de
Binnen ICA en deze beroepstaak houdt het in
reële wereld onderzoeken op basis van inter-
dat een UML class diagram kan worden gemaakt
views met betrokkenen en/of relevante docu-
als resultaat, waarin waar mogelijk generalisa-
menten, en als resultaat van dit onderzoek con-
tie/specialisatie is toegepast en waarin geen
cepten in de reële wereld beschrijven middels
ontwerpbeslissingen zijn weergegeven, en dat
een statisch domeinmodel waarin die concep-
bovendien volledig (implementatie-) platfor-
ten, verbanden tussen die concepten, en eigen-
monafhankelijk is. Beperkingen die niet in het
schappen van die concepten vastgelegd zijn. De
class diagram kunnen worden weergegeven
kandidaat houdt er rekening mee dat niet alle
moeten in woorden beschreven zijn.
informatie verkregen kan worden, of pas later in het ontwikkelproces boven water kan komen. De kandidaat houdt er ook rekening mee dat de werkelijkheid tijdens het ontwikkelproces kan
veranderen. Ana2.3
De kandidaat kan op grond van use cases die het
Binnen ICA en deze beroepstaak houdt het in
gebruik van een systeem illustreren een over-
dat een UML interactiediagram (system se-
zicht geven van alle messages die een actor naar
quence diagram) kan worden gemaakt waarbij
het systeem kan sturen. De kandidaat geeft op
het gehele systeem als één black-box object
grond van die messages aan welke elementaire
fungeert. De enige messages die hierin ge-
operaties het systeem moet kunnen uitvoeren,
toond worden zijn dus die van de actor naar
met waar van toepassing parameters en dataty-
dat systeem.
pen. Gegeven een domeinmodel van het sys-
De pre- en postcondities van de systeemope-
teem stelt de kandidaat voor de systeemopera-
raties die bij die messages horen hoeven enkel
ties van de meest complexe of risicovolle use
geformuleerd te worden in termen van het
cases een contract (pre- en postcondities) op dat
domeinmodel. Dat wil zeggen dat een conditie
consistent is met het domeinmodel.
omschrijft welke instanties er moeten zijn, welke links er zijn gelegd tussen instanties, en wat de attribuutwaarden van instanties zijn. Ontwerpen
Ont2.1
De kandidaat kan op grond van een require-
Binnen ICA en deze beroepstaak houdt
ments specificatie, bijbehorend domeinmodel
het in dat een UML-interactiediagram
en een contract (pre- en postcondities) van een
wordt gemaakt van de gegeven systeem-
systeemoperatie een message flow tussen soft-
operatie (op grond van de use case, requi-
ware-objecten aangeven waardoor aan het
rements, het domeinmodel en het con-
contract van die operatie voldaan wordt. Alle
tract). In het interactiemodel wordt aan-
gevolgen van die keuze worden ook weergege-
gegeven welk design pattern uit GRASP
ven in een logisch design class diagram.
wordt gebruikt en wat de signatuur is van
De betrokken software-objecten zijn in
de methods die als gevolg van de messa-
principe instanties van classes uit het do-
ges worden aangeroepen. De kandidaat
meinmodel; zo niet, dan geeft de kandidaat
geeft aan waarom zo’n pattern bijdraagt
duidelijk aan waarom die nieuwe class gebruikt moet worden.
aan hoge cohesie en lage koppeling. Het gegeven domeinmodel en het interac-
De messages hebben een aanroep van een
tiemodel samen leiden tot een logisch de-
method van een object tot gevolg.
sign class diagram: een software class dia-
De messageflow is zodanig dat de cohesie
gram waarin alle operaties en attributen
van een betrokken object zo hoog mogelijk
met hun visibility zijn aangegeven, en
blijft, en de koppeling tussen die objecten zo
waarin getoond wordt welke rollen van
laag mogelijk.
een associatie navigable zijn, maar dat verder zoveel mogelijk taalonafhankelijk is.
Ont2.2
De kandidaat documenteert de interactie tussen de verschillende systeemcomponenten middels een of meerdere interactiediagrammen. Systeemcomponenten kunnen onder andere geklassificeerd zijn als gebruiker, scherm, class, component, interface en database.
Ont2.3
De kandidaat specificeert op grond van de niet-
Binnen elke tier van die architectuur specifi-
functionele eisen de globale architectuur van
ceert de kandidaat layers gedefinieerd die
het beoogde systeem.
elk de responsibilities van een belangrijk onderdeel van het systeem bevatten. Elke layer heeft een hoge cohesie, en de koppeling met andere layers is zo laag mogelijk. De architectuur moet worden geillustreerd met een figuur, bij voorkeur een package diagram
en/of een deployment diagram. Ont2.4
De kandidaat is in staat een ontwerp waarin te
Het kan zijn dat de kandidaat zelf inziet dat
hoge koppeling en/of te lage cohesie optreedt
een voor hem bekend Design Pattern toe-
te verbeteren door het toepassen van een De-
pasbaar is, maar het kan ook zijn dat een
sign Pattern. .
meer ervaren software engineer de toepassing van een Design Pattern suggereert. In dat laatste geval moet de kandidaat in staat zijn zelf kennis te nemen van het pattern en te besluiten of het inderdaad een oplossing biedt voor het ontwerpprobleem
Ont2.5
De kandidaat beschrijft en rechtvaardigt in woord en figuur de gemaakte ontwerpbeslissingen en noemt de belangrijkste voor- en nadelen. Realiseren & Testen
Rea2.1
De kandidaat produceert op grond van een
Binnen ICA en deze beroepstaak wordt met
gegeven logisch design class diagram waarin
een logisch design class diagram het volgen-
operaties en attributen met hun visibility zijn
de bedoeld. Het design class diagram be-
aangegeven, en waarin getoond wordt welke
schrijft het Specification perspectief (Lar-
rollen van een associatie navigable zijn, de code
man), dwz het diagram beschrijft software
voor een specifieke OO programmeertaal die
abstracties (classes, associations, roles,
dat design class diagram implementeert.
interfaces, etc.) onafhankelijk van een specifieke programmeertaal (bv. C++ of Java).
Rea2.2
De kandidaat is in staat bestaande (werkende) code te herstructureren met behoud van functionaliteit en correctheid om zo te komen tot beter leesbare en onderhoudbare code.
Rea2.3
De kandidaat schrijft op basis van een UML
In Eclipse met behulp van JUnit wizard. In-
klassebeschrijving unittests en voert deze uit op
dien geen Java gebruikt wordt moet soortge-
de corresponderende Java klasse.
lijke tooling toegepast worden, zoals PHPUnit en HTTPUnit.
Rea2.4
De kandidaat implementeert gekozen Design
Wanneer je bijvoorbeeld het Singleton pat-
Patterns gebruik makend van de kracht van zijn
tern implementeert in Java maak je gebruik
programmeertaal.
van het keyword synchronized en lock je op het juiste object.
Rea2.5
Je documenteert je broncode middels gestruc-
Gebruik Javadoc of Doxygen.
tureerd commentaar die een document genera-
Opnemen wie de auteur is, welke
tor kan verwerken.
methoden/parameters er zijn, voorbeeldgebruik en welke requirements geïmplementeerd zijn.
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie -
Opdracht PlusPlusopdracht Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 100% Zie toetsschema Nvt
14
Aanbevolen literatuur
-
15
Software
-
16
Overig materiaal
-
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Realisatie software eindproduct (distributed application) in een klein team conform de wensen en eisen van de opdrachtgever. Begeleid practicum werk-/projectoverleg en reviewsessies. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Deploy Enterprise Content (DECO) (Opvolger van semester CODA Communicate with Databases)
Centrale beroepstaak
Deploy Enterprise Content C & I - semester
Product
Ingerichte ECM Suite, inclusief Dashboard, Social Software, BI en Unstructured Information Delivery
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C. Verwant semester voor CMD en I.
Samenhang
C-Propedeuse courses: Direct Mail, Portal. I propedeuse courses: Database Applicatie, Product Quality.
Ingangscompetenties
C of I-propedeuse
Social Software & Dashboards
Managing Enterpise Content
Information Delivery
Social Software
Enterprise Content Management
Business Intelligence
Information Dashboard design
ECM Configuration
Metainfo
Digital communication in intranets
Document Management
Webservices
Portals
XML/XSLT
Workflow Management
Collaboration C&I Project / voltijd (420 SLU) C&I eindcasus / deeltijd (210 SLU)
ID
2
2
2
Project
2
2
2
Verdieping DT
2
2
2
2
Reflectie
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
MEC
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Realiseren
SS&D
Adviseren
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
Algemene omschrijving Dit semester gaat over het optimaal beschikbaar stellen van bedrijfbrede informatie aan de werknemers. Deze informatie is heel erg divers van aard, ongestructureerde informatie als office documenten, mails en blogs, en gestructureerde informatie zoals verkoopgegevens, klantgegevens, of schooladministratieve gegevens. Veel organisaties, als gemeenten, ziekenhuizen, banken, transportbedrijven en scholen gebruiken erg veel informatie om hun diensten te kunnen leveren. Veel van die informatie is op verschillende plekken opgeslagen en verdeeld binnen de organisatie. Vaak moeilijk vindbaar, niet bij de juiste persoon en voorzien van meerdere versies. Relaties ertussen ontbreken (bijv. een cijfer voor een toets, met een worddocument waar de beoordeling op staat). Daarnaast dient er veel gecommuniceerd te worden en samengewerkt waarbij veel van deze informatie als een soort ‘lijm’ binnen de samenwerking een rol speelt. Dit semester kijkt naar hoe je deze informatie en communicatie zo goed mogelijk kan ondersteunen zodat de organisaties daar goed mee kunnen werken. Denk daarbij aan een call-center bij een verzekeringsbedrijf, waar allerlei telefoontjes en emails binnen komen, offertes worden gemaakt, schades worden afgehandeld. Alle emails, formulieren, documenten, etc dienen dan goed beschikbaar te zijn, door de juiste personen te worden verwerkt en ook in de juiste volgorde verwerkt. Daarnaast moet ook alles goed gearchiveerd worden en vindbaar zijn.
Het semester bestaat uit drie courses en een project. In de course Manage Enterprise Content wordt gekeken naar hoe je met een ECM suite (groot software pakket) de verschillende soorten informatie, op een goede manier aan de verschillende typen gebruikers kan aanbieden en laten gebruiken. Je richt daarbij portals in, en zorgt dat de verschillende soorten informatie goed gestructureerd opgeslagen worden (door libraries), voorzien worden van de juiste meta-informatie (om het weer terug te kunnen vinden bijv.) en richt werkprocessen in. Daarnaast zorg je voor goede rechtenstructuren en bepaal je voor iedere type gebruiker welke schermen en navigatie deze nodig heeft. In de course Information Delivery zorg je ervoor dat ongestructureerde informatie goed opgeslagen kan worden in een database. Daarnaast zorg je ervoor dat de informatie ook ontsloten kan worden via Webservices en XML. Dat zijn standaard technieken om bedrijfsbreed informatie uit te wisselen. Als laatste ga je ook zorgen dat uit gestructureerde informatie, welke op een specifieke manier is opgeslagen (in een ster vorm, in een datawarehouse) je informatie kan verkrijgen door daar op de query-en. Deze gegevens zijn gebaseerd op vragen over trends en overzichten en geven bijv. het management goed inzicht hoe hun organisatie op dit moment presteert. De gegevens kunnen gebruikt worden om bijv. rapportages of visualisaties mee te maken (onderdeel van de C Course). In de course Social Software & Dashboards ga je kijken naar hoe sociale software gebruikt kan worden om de communicatie in de organisatie te verbeteren. Heel belangrijks daarbij is te kijken naar de context waarbinnen dat gebeurt. Daarnaast ga je leren hoe je grote hoeveelheden informatie kan visualiseren in een zogenaamd Dashboard, een cockpit met meerdere soorten grafieken die de data weergeven. Deeltijd Binnen de deeltijd voer je naast de courses ook nog een verdiepende opdracht uit. Deze bestaat uit een onderzoek dat je uitvoert in groepen naar een DECO gerelateerd onderwerp. Deze rapporteer en presenteer je in een korte paper.
OWE-beschrijving Social Software & Dashboards
1
Titel OWE
Social Software & Dashboards SIS I-DECO SSD
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C. Verwant semester voor CMD en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Inrichten en ontwerpen van doelgroepgerichte Informatie visualisaties en digitale communicatiemiddelen binnen sociale software.
5
(Beroeps) Producten
Zie kopje tentaminering
6
Studiepunten/ studielast
7,5 studiepunten 210 Studie belastingsuren
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
C-Propedeuse courses: Direct Mail, Portal.
In deze course leer je datavisualisaties ontwerpen en maken, Information Dashboards. Dit zijn een soort ‘cockpits’, waarin je op een handige compacte manier een overzicht geeft van verschillende soorten data. Dit kan zijn bijv. verkoopgegevens in een bepaalde periode in verschillende landen, maar ook overzichten van verschillende bekende tennissers, op de verschillende grandslam toernooien in de tijd gezet. Daarnaast bekijk je hoe organisaties het beste sociale software kunnen gebruiken om hun communicatie te kunnen ondersteunen en daarmee hun bedrijfsvoering, waarbij je ook eerst de context van de communicatie in kaart brengt en kijkt welke communicatie er ondersteund dient te worden.
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana 2.1
De student kan de belangrijkste kenmerken, karakteristieken en toepassingen van Dashboards benoemen.
Ana 2.2
De student kan de belangrijkste kenmerken van een databron benoemen.
Ana 2.3
De student kan binnen een Dashboard analyse de opdrachtcontext, gebruikersgroep en (functionele/informatie) eisen analyseren en beschrijven.
Ana 2.4
De student kent de relevante elementen van de communicatiecontext binnen een organisatie, als gelaagd communicatieproces, zender en ontvanger ground(ing), gebruikte jargon en terminologie.
Ana 2.5
De student kan de communicatiecontext van een organisatie in kaart brengen. Ontwerpen niveau 2
Ont 2.1
De student kan ontwerpfouten in Dashboards aangeven en kan gebruiksvriendelijkheids eigenschappen van een dashboard ontwerp benoemen.
Ont 2.2
De student kent de onderliggende visuele perceptie mechanismen in relatie met dashboards kan de belangrijkste ontwerp- en displaymethoden van dashboards benoemen, inclusief kenmerken van stramien, hiërarchie,typografie, navigatie en indeling in stijl, structuur en content.
Ont 2.3
De student kan beschrijven wat sociale software is op basis van de 4 C’s , communication, collaboration, cooperation, connection, weet wat de impact is van het gebruik en weet deze te plaatsen t.o.v. de business (organisatie).
Ont 2.4
De student beschrijft de implementatiestrategie voor Sociale Software in een organisatie, en weet daarbij succes en faalfactoren te onderkennen.
Ont 2.5
De student kent de globale functionaliteiten van sociale software en weet waarvoor deze ingezet kunnen worden t.b.v. van het communicatieproces in een organisatie
Ont 2.6
De student kan een schema van een databron gebruiken t.b.v. een dashboardontwerp en daarmee een gegevensvraag definitie ontwerpen.
Ont 2.7
De student kan voor een dashboard het concept, de samenhang tussen de dashboards onderling , de technische architectuur en de algemene vormgevingskenmerken ontwerpen (rekening houdend met de geldende richtlijnen).
Ont 2.8
De student kan voor een dashboard het wireframe en de (data)visualisaties en het gedrag van visualisaties ontwerpen (rekening houdend met de geldende richtlijnen).
Ont 2.9
De student ontwerpt een social software implementatie bij een gegeven communicatie context in een organisatie ten behoeve van de verbetering van de communicatie. Realiseren niveau 2
12
Tentaminering
Rea 2.1
De student kan een dashboard realiseren binnen een ECM omgeving bestaande uit minimaal twee samenhangende dashboards.
Rea 2.2
De student kan voor een dashboard de gewenste data ontsluiten uit de relevante databron.
Rea 2.3
De student kan voor een dashboard de verschillende datavisualisatie widgets realiseren, inclusief de selectie en de configuratie voor de opmaak, navigatie en gedrag van de widget.
Code deeltentamen Deeltentamen
T MC toets
DAR Dashboard Analyse Rapport
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
MC toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
DO Impl Dashboard Ontwerp en Implementatierapport Dashboard Social Software Toetsvorm Beroepsproduct Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 2/6 2/6 Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Few Stephen, Information Dashboard Design. O'Reilly ISBN 978-0-596-10016-2 Niall Cook, Enterprise 2.0 How Social Software Will Change the Future of Work? ISBN: ISBN13: 9780566088001
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
Dundas Software, MS Sharepoint, SQL server. NB: Er zullen images met software beschikbaar worden gesteld.
16
Overig materiaal
Artikelen van internet. Deze worden in de les uitgereikt / bekendgemaakt
17
Activiteiten
Lessen over de thema’s o Information Dashboard Design o Communicatiecontext en Social Software (Enterprise 2.0) o Tooling en architectuur
Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Beroepsproducten in combinatie met Casus 18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Managing Enterprise Content
1
Titel OWE
Managing Enterprise Content SIS I-DECO MEC
Opleiding
Kernsemester voor CS/DC en CMD. Verwant semester voor BI en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Het ontwikkelen van een Enterprise portal omgeving.
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
De beroepsproducten die moeten worden opgeleverd zijn: Requirements document Implementatierapport ECM Configuratie ECM: o Portal (doelgroepgericht) o Team collaboration o Digital asset management Tentamen ECM
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 Sutdiebelastingsurten
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse courses:
Direct Mail, Portal.
I-Propedeuse courses:
Database Applicatie, Product Quality.
7
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Deze course gaat over het managen en beschikbaar maken van informatie. De concurrentiepositie van bedrijven wordt tegenwoordig bepaald door efficiënt gebruik van beschikbare informatie. Facetten zoals samenwerking en effectieve routing van informatie is een voorwaarde voor het goed functioneren van organisaties. Ook het managen van ongestructureerde data is door eisen van o.a. de overheid een noodzaak geworden. Daarnaast is het ontsluiten van deze ongestructureerde data, zoals b.v. email en multimediale bestanden van levensbelang voor het kunnen maken van juiste beslissingen. Tevens eisen controlerende instanties de reproductie van gemaakte keuzes. Dit moet inzichtelijk gemaakt kunnen worden. Hiervoor kun je onder andere gebruik maken van een ECM suite. De course bestaat uit 3 pijlers: Enterprise Content Management (ECM) theorie Tooling Centrale casus. Een centrale casus dient als middel waarin diverse, aan ECM gerelateerde, onderwerpen aan bod komen. Na een analyse van de informatiebehoefte en het beschrijven van de behoeften worden de resultaten geïmplementeerd in een ECM suite. De achterliggende theorie wordt behandeld in de theorielessen waarin ECM en aanverwante onderwerpen worden besproken en relaties met de casus worden gelegd. Het analyse gedeelte sluit aan op de kennis die eerder is opgedaan (in de courses Portal en Product Quality).
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 De student kan een globale organisatieanalyse uitvoeren, d.w.z. Ana2.1 door het beschrijven van de processen inzicht krijgen in de werkwijze van een bedrijfsorganisatie
BP1
De student kan een interne communicatieanalyse uitvoeren. Deze geeft inzicht in de communicatiestructuur, Ana2.2 belanghebbenden en belangen/doelgroepen, informatie en samenhang
BP1
Ana2.3
De student kan de belangrijkste eisen voor een ECM deployment vaststellen, zowel functioneel als niet functioneel
De student toont aan kennis te hebben van de verschillende Ana2.4 onderdelen die samen de collaboratie en content componenten van een ECM suite vormen.
BP1
Tentamen
De student toont aan kennis te hebben van de samenhang en de Ana2.5 noodzaak van informatie verwerkende onderdelen van een ECM Tentamen suite Ontwerpen niveau 2 De student kan voor een ecm deployment een collaboratie Ont2.1 inrichting ontwerpen die aansluit bij de eerder opgestelde eisen gebruik makend van een ECM suite.
BP2
Ont2.2
De student kan doelgroepgerichte E.I. portals ontwerpen die aansluiten bij de eisen van de verschillende doelgroepen.
BP2
Ont2.3
De student kan een workspace inrichting ontwerpen voor de ondersteuning van digital asset management.
BP2
De student kan (onderbouwd door de theorie) ontwerp keuzes Ont2.4 maken die resulteren in een realisatie gebaseerd op de functionele behoeften.
Tentamen, BP2
Realiseren niveau 2 Rea2.1
De student kan binnen een ecm suite een portal implementeren zoals deze eerder ontworpen is.
BP3
Rea2.2
De student kan binnen een ecm suite een workspace inrichten dat de DAM van een bedrijf ondersteunt.
BP3
De student kan binnen een ecm suite een workspace implemenRea2.3 teren die de vereiste collaboratie functionaliteit biedt. BP3 12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
Code deeltentamen Deeltentamen
RDoc Requirements document
ImRap Implementatierapport ECM
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Con Configuratie ECM
T Tentamen ECM
Toetsvorm Beroepsproduct Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 30% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Artikelen die op scholar worden geplaatst. Eventueel aangedragen literatuur (in de les) NVT (wordt nog nader bepaald) MS Sharepoint , MS Visual Studio, SQL server, Alfresco NB: Er zullen images met software beschikbaar worden gesteld. Artikelen van internet Deze worden in de les uitgereikt / bekendgemaakt Lessen over de thema’s
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
o Enterprise Content Management o Alfresco configuratie en design o Requirements en Implementatie Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Beroepsproducten in combinatie met Casus theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Information Delivery
1
Titel OWE
Information Delivery n SIS I-DECO ID
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C Verwant semester voor CMD-C en CMD-I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse of C propedeuse deeltijd en/of voltijd (I propedeuse BIM-I, C propedeuse BIM-C)
3
Beroepstaken
Ontsluiten van gestructureerde en semi-gestructureerde databronnen.
5
(Beroeps) Producten
Webservices waarmee gestructureerde en semi-gestructureerde data bronnen ontsloten kunnen worden ter publicatie in een ECM systeem.
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 studiebelastingsuren
7
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse courses:
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Database Application, Product Quality
In elk bedrijf/organisatie speelt informatie een grote rol in de bedrijfsvoering. Niet alleen in databases opgeslagen gestructureerde informatie is van belang, maar juist ook minder gestructureerde informatie in de vorm van documenten, e-mails berichten, video en images, spelen een steeds groter rol van betekenis in de bedrijfsvoering. Het overkoepelende doel van het semester DECO is het ontwikkelen van een gebruiksvriendelijke Enterprise Content Management oplossing die de bronnen waarin divers getypeerde data opgeslagen is, ontsluit, integreert en presenteert. De beroepstaak die in de course Information Delivery centraal staat is het ontwerpen en bouwen van een verzameling webservices die verschillende type databronnen kan ontsluiten ten behoeve van met ECM software gebouwde geïntegreerde websystemen. Voorbeeld van ECM toepassing Een systeem voor een gas en oliemaatschappij dat op basis van geografische data die op een kaart worden getoond, de gebruikers van het systeem relevante documenten presenteert over een door de gebruiker geselecteerd geografisch object. In de set van geretourneerde documenten kan vervolgens verder gezocht worden door uit een boomstructuur van zoektermen een selectie te maken. Dit systeem combineert gestructureerde data afkomstig uit een database (de geografische data) met ongestructureerde data uit een document store, gebruikmakend van document retrieval technieken (de documenten en de geografische gegevens moeten daartoe slim aan elkaar geknoopt zijn) gebaseerd op metadatering technieken (de zoekstructuur in boomvorm gepresenteerd, is een zogenaamde taxonomie). (bron: www.petris.com, “Challenges of Integrating Structured and Unstructured Data”, pdf) Overzicht van de course Je leert in de course webservices ontwerpen en bouwen die datasets uit een datawarehouse opvragen met behulp van SQL queries en uiteindelijk renderen als xml, eventueel na transformatie m.b.v. xml stylesheets. De xml wordt ter “consumptie” aangeboden aan componenten van het ECM portal. Tevens leer je wat de rol van metadata is in het typeren van de inhoud van minder gestructureerde data, hoe deze metadata te verkrijgen, structureren, op te slaan en te gebruiken met als doel het vinden en ophalen van deze data. Je implementeert de daartoe benodigde functionaliteit wederom in een set van webservices. Casus De casus betreft het ontwerpen en ontwikkelen van een relevante laag aan webservices die zowel gestructureerde data en minder gestructureerde data ontsluiten voor een fictieve hotelketen (“Voyage”). Enkele op te leveren producten: - ontwerp en implementatie van (meta)data structuren - set van queries op de datawarehouse database - xslt stylesheets die de gewenste xml produceren - dit alles ingebed in een laag van webservices - een/enkele heel simpele form(s) om de webservices aan te kunnen roepen met de eventueel benodigde parameters
10
Competenties
Analyseren, Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste
spelling. Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren en onderzoeken niveau 2 Thema: Webservices.
Ana2.1
De student licht de plaats en de functie van een webservice binnen een architectuur toe.
Ana2.2
De student beschrijft welke protocollen gebruikt worden bij webservices.
Ana2.3
De student legt uit wanneer en waarom XML Schema’s worden gebruikt.
Thema: XML Schema
Ana2.4
De student beschrijft het nut en de toepassing van XSLT.
Thema: XSLT
Ana2.5
De student analyseert het beschikbare datawarehouse en stelt vast welke aan informatiebehoeften het datawarehouse kan voldoen.
Thema: Datawarehousing en SQL
Ana2.6
De student voert op basis van een casus een analyse uit en gebruikt daarin de concepten uit de course.
SOAP, WSDL, UDDI, XML Thema: Webservices. SOAP, REST
Casus: Analyseren
Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De student zet een eenvoudige databasestructuur op t.b.v. opslag van metadata. Motiveert hierbij gemaakte keuzes.
Thema: Relationele databases en tagging
Ont2.2
De student maakt een beargumenteerde keuze voor de opslag van multimedia informatie (database/filesysteem/etc.).
Casus: Ontwerpen
Ont2.3
De student kiest beargumenteerd voor een van de mogelijke metadata tagging structuren.
Casus: Ontwerpen
Ont2.4
De student ontwerpt een webservice op grond van een specificatie.
Ont2.5
De student stelt een XML Schema op voor een gegeven context, uitgaande van voorbeelddocumenten.
Thema: XML Schema
Ont2.6
De student ontwerpt een XSLT op grond van een gegeven specificatie.
Thema: XSLT
Thema: Webservices. SOAP, WSDL, UDDI, XML
Realiseren niveau 2
Rea2.1
De student beheerst SQL op basisniveau (DML, DDL, geen complexe gecorreleerde subqueries / Thema: Relationele union / exists, wel queries voor het aggregeren van Databases en tagging data).
Rea2.2
De student implementeert een ontwerp voor de opslag van multimedia informatie.
Thema: Relationele databases en tagging
Rea2.3
De student implementeert een ontwerp voor tagging structuren in een database.
Thema: Relationele databases en tagging
Rea2.4
De student schrijft in C# een ASP.NET implementaties om multimedia informatie in de database op te slaan (Rea2.2) en uitgelezen (Rea2.3).
Thema: Relationele databases en tagging
Rea2.5
Thema: Webservices. De student bouwt en test een webservice op grond SOAP, REST, WSDL, van een ontwerp. UDDI, XML
Rea2.6
De student past foutafhandeling in webservices toe.
Rea2.7
De student toont aan dat hij XML documenten kan valideren tegen een XML Schema.
Thema: XML Schema
Rea2.8
De student bouwt een XSLT op grond van een gegeven ontwerp.
Thema: XSLT
Rea2.9
De student toont met testcases aan dat een XSLT de gewenste uitvoer levert.
Thema: XSLT
De student implementeert een webservice in C# waarbij gebruik wordt gemaakt van een query op Rea2.10 de database en het resultaat van de query middels meerdere XSLT documenten wordt geretourneerd in tenminste XML, RSS en XHTML.
Rea2.11
12
De student stelt op grond van een ontwerp een testcase op. De student vat na afloop zijn conclusie in een rapport samen.
Thema: Webservices. SOAP, WSDL, UDDI, XML
Thema: Relationele databases, webservices, XML en XSLT
Casus: Realiseren
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
T1 DM Toets 1 Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
T2 DM Toets 2 Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Cas Casusuitwerking incl. demo/gesprek Deeltentamen Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 50% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Elliotte Rusty Harold and Scott Means, XML In a Nutshell, 3rd Edition, O’Reilly, ISBN 9780-596-00764-5 In een later stadium te bepalen. MS Visual Studio, SQL server NB: Er zullen images met software beschikbaar worden gesteld. Freeware XML software (b.v. Editix Lite, http://free.editix.com/) Kopieën van artikelen Lessen over de thema’s o Databases (SQL - DDL en DML) o Datawarehousing (basis) o Tagging (SQL - DDL en DML) o Multimedia (soorten en opslag) o XML en XSLT (transformaties, ook naar HTML) o Webservices (REST, SOAP, WSDL, UDDI) Verwerkingsopgaven in practica en zelfstudie Maken van beroepsproducten in combinatie met Casus
theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek.
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DECO Project / voltijd
1
Titel OWE
DECO Project / voltijd SIS I-DECO P
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM -C Verwant semester voor CMD en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Communicate, with databases
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/
15 studiepunten
Studielast
420 studie belastingsuren
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse courses:
7
Direct Mail, Portal.
I propedeuse courses: Database Applicatie,Product Quality. 8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
In het project worden de competenties die in de courses zijn geleerd, geïntegreerd toegepast. Het doel is verdieping door het uitvoeren van een grotere projectopdracht in een multidisciplinaire groep. Samenwerking tussen studenten vanuit verschillende opleidingen is heel belangrijk, omdat nu de I- en de C-wereld samenkomen. De vormgever die niets van ICT weet, stelt vragen die niet beantwoord kunnen worden. Een ICT-er die niets van vormgeving en taal begrijpt, maakt treurige presentaties. Hieronder enkele voorbeelden van projectcasussen. Complete reis boeken via internet (I-insteek) Een boeking wordt via Internet ingevoerd door een klant. De boeking betreft het reserveren van een hotel, het reserveren van een reis per vliegtuig, het reserveren van een huurauto en het nemen van een reisverzekering. Hoe kunnen we vanuit een webserver de databases van de betrokken bedrijven raadplegen en bijwerken (hotelbedrijf, vliegtuigmaatschappij, verzekeringsmaatschappij, autoverhuurbedrijf). Al deze bedrijven hebben weer verschillende applicaties die verschillend te benaderen zijn. Bouw koppelingen (bv webservices). Partners op één portal aansluiten (BI-insteek) Via een portal van een handelscoöperatie wordt een verzoek om meer informatie verwerkt. Deze informatie is afhankelijk van de aanvrager: Is het een grote klant of een individuele klant. Is het een nieuwe klant of een vaste klant? Uit welke regio komt de klant? Wat zijn de wensen van de klant? In wat voor soort artikelen is de klant geïnteresseerd? Wil de klant een folder opgestuurd krijgen, de informatie op Internet lezen of gebeld worden door een medewerker? De aanvraag wordt gerouteerd naar de database van de juiste partner en/of naar het mailadres van de juiste persoon. Vervolgens wordt de juiste informatie naar de klant teruggestuurd, naar de website en/of naar z’n mailbox. Structuur van deze portal en onderliggende workflows kunnen worden ontworpen en geimplementeerd. E-learning systeem (BIM-C insteek) Maak een interactieve webcursus voor een grafische opleiding binnen een e-learning context. Om een leerling eieren te leren bakken, toon je hem een aantal foto’s en die moet hij op volgorde leggen. Iedere combinatie die hij legt, levert een resultaat op. En niet: je doet het niet goed, doe het nog eens, maar bijvoorbeeld het gebakken ei tegen de muur.
10
11
Competenties
Beoordelingscriteria
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren Samenwerken, Planmatig werken Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Bij DECO zijn de indicatoren van niveau 2 afgeleid van de generieke indicatoren en de indicatoren van de courses. Niveau 2 van de domeincompetenties dient in een leercontract door de studenten binnen de context van het project vastgesteld te worden. Het niveau wordt hierbij met name bepaald door een ‘open, reële praktijkgerichte opdracht’, waarbij er een verantwoording wordt verwacht van de methodische aanpak en de opdracht van grootte ongeveer twee maanden is. (zie opleidingsstatuut ICA).
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2
Vrdg pf
Toets Vaardigheden
Toetsvorm
Schriftelijke toets
Vaardigheden portfolio Portfolio
Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
1 Cijfer 5,5 of hoger 3/36 Zie toetsschema Nvt
1 Cijfer 5,5 of hoger 9/36 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Rol1 Rol1 Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 8/36 Zie toetsschema Nvt
Rol2 Rol 2 Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 8/36 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Prod Product (incl methodisch werken) BEroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 8/36 Zie toetsschema Nvt
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie 13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Praktijk projectopdrachten uit het werkveld: Uitgevoerd met 5 mensen per groep, et groepsbegeleider, Sterke nadruk op methodisch werken, Projecten liggen binnen de beroepstaken van de courses theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DECO++
1
Titel OWE
Eindcasus DECO++ SIS I-DECO ++
Opleiding
Kernsemester voor BIM-I en BIM-C Verwant semester voor CMD en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I- of C-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Communicate, with databases
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Verdiepingsopdracht
6
Studiepunten/
7,5 studiepunten
Studielast
210 studiebelastingsuren
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse courses:
Direct Mail, Portal.
I propedeuse courses:
Database Applicatie,Product Quality.
7
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Elke groep van 4 deeltijdstudenten voert een onderzoek uit. Het onderwerp van dit onderzoek ligt in het verlengde van de courses. Hierbij ga je zelf naar bronnen op zoek en probeer je zelf op zoek te gaan naar het antwoord op een onderzoeksvraag. Dit probeer je zelf uit te diepen, of zelf een visie over te vormen. De docenten dragen te onderwerpen aan. Of je mag ook zelf in overleg met een onderwerp komen, zolang ze in het verlengde van de courses liggen.
10
Competenties
Analyseren/onderzoeken, Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Let op: voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de onderzoeksopdrach; tussentijdse reviews/feedback. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Prod Product (artikel) Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 100% Zie toetsschema Nvt
Opstellen van onderzoeksvraag en deelvragen Bronnenonderzoek en deskresearch Eventueel prototype maken, andersoortig onderzoek (experimenteel) Schrijven van onderzoeksartikel/paper
Design Embedded Media Objects Centrale beroepstaak
C & I - Semester Ontwerp op een integratieve manier een ‘genetwerkt’ product of ‘systeem’ dat op een intelligente manier inspeelt op context.
Design For Context Metaphors & MPI Human communication Information Shadows, Auditive en Tactile Interaction Avatars Appliances & Control Privacy Autonomy
Designing Intelligence & Natural Interaction Designing Intelligence Interaction Paradigms Integrative & Innovative Design User Centred Innovation
Design with Technology Embedded programming Sensors & Actuators Wireless Communication Vision & Patterns Artificial Intelligence Internet of Things
VT: C&I Project In een multidisciplinair team met C- en I-studenten zul je gedurende 8 weken aan een realistisch DEMO project (ontwerpen van een intelligent interactief product) werken DT: Integratieve ++ deel In een multidisciplinair team met C- en I-studenten zul je gedurende 5 weken aan een realistisch DEMO opdracht (ontwerpen van een intelligent interactief product ) werken
Algemene Beschrijving DEMO Het internet barst de computer uit. Computers worden steeds kleiner en goedkoper waardoor ze steeds gemakkelijker overal ingebouwd kunnen worden. In de toekomst kunnen niet alleen je koffiezetapparaat en je horloge een computer bevatten. Ook je bierglas en je kleding kunnen interactief zijn en verbonden met het internet. Zodra dat gebeurt veranderen er twee dingen. Ten eerste gaan we op hele andere manieren interacteren met computers en het web: misschien bedienen we die intelligente producten doormiddel van spraak, gebaren, augmented reality of tastbare interfaces. Misschien worden de dingen in onze omgeving zélf de informatiedragers van het web: de zakenman kan dan de beurskoersen afmeten aan de hoogte van een fontein voor zijn huis in plaats van aan de statistiek op het schermpje van zijn mobiel. Het tweede wat verandert is dat deze producten zich kunnen aanpassen aan jouw gedrag. De artificiële intelligentie en datamining die we nu al vaak op het web vinden worden toegankelijk in ons alledaagse leven. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat je koelkast je boodschappen bestelt en dat je als je je sleutels kwijt bent je er in huis naar kunt ‘googlen’. Interactie, intelligentie en internettoegang in alledaagse producten: niemand weet natuurlijk precies hoe deze toekomst vol met “Embedded Media Objects” eruit gaat zien, maar binnen het semester DEMO gaan die wel ontwerpen. Het semester DEMO werkt volgens een “build to design” filosofie. Wij denken dat je om over de toekomst te kunnen nadenken, je hem eerst moet bouwen. Je kunt de toekomst het beste ontdekken door je ideeën razendsnel concreet te maken met modellen, schetsen en werkende prototypes. Die prototypes helpen je om samen met de klant en eindgebruikers na te denken over wat zou kunnen werken en wat niet. Dat gesprek helpt je om een visie te ontwikkelen en de volgende ontwerpstappen te zetten. DEMO-projecten zijn iteratief, interdisciplinair en integratief. DEMO is een conceptsemester: de uitkomst is een voorbeeld van een toekomstig product en het gebruiksscenario dat daarbij hoort, maar DEMO is ook een ‘maaksemester’: voordat je bij het eindconcept bent heb je gewoonlijk al een hele diverse serie werkende prototypes opgeleverd.
Beschrijving OWE DFC (Design For Context) Titel OWE
Design For Context SIS I-DEMO DFC
1
Opleiding
2 3 5 6
Doelgroep Beroepstaken (Beroeps) Producten Studiepunten/ Studielast
DFC is een course van DEMO-L. DEMO-L is kernsemester voor CMD-C DEMO-L is verwant semester voor BIM-C. Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd Design For Context
7 8 9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen Algemene omschrijving
10 11
Competenties Beoordelingscriteria
7,5 Studiepunten 210 SBU C-Propedeuse courses: Immersive Space, ReDesign, ReMediate en C-Project. Aanbevolen C-Propedeuse Binnen deze course zal de nadruk liggen op het ontwerpen en vormgeven van nieuwe vormen van interactie. Hoe communiceren computers en gebruikers met elkaar wanneer dit niet gebeurt door middel van een toetsenbord, muis of beeldscherm? De gebruikscontext speelt daarbij een cruciale rol. Omdat interactie met embedded media objects overal kan plaats vinden maakt zijn de gebruiksscenarios veel diverser dan bij webdesign. Daarnaast is er aandacht voor de sociaal culturele aspecten van design. Welke maatschappelijke trends zijn relevant voor embedded media en hoe kom je vanuit die trends tot ideeën voor ontwerp. Voorbeelden van trends die we bespreken zijn privacy en controle. Om gevoel voor de diverse contexten die in je ontwerp van belang zijn te krijgen, maken en bespreken we steeds diverse prototypes. Analyseren, Ontwerpen, Communiceren Getoetste Competenties en indicatoren tijdens DfC Nummer 1 2 3
4 5 6 Code A2.1 A2.2 A2.3
De student is in staat om de relevante eigenschappen van de context en de beoogde gebruiker in verschillende concepten te vangen. De student kan de essentie van verschillen-de concepten samenvoegen en vertalen naar een passend interactieontwerp. De student is in staat een interactieontwerp te maken waaruit blijkt dat het aansluit bij de gebruikscontext en de gebruiker van het beoogde product. De student is in staat om één ontwerp te vertalen naar verschillende prototypes en na testen de sterke punten van de verschillende prototypes combineren in een volgend prototype. De student is in staat om zijn interactieont-werp met behulp van prototypes te testen bij de beoogde gebruiker en deze aan te passen indien nodig. De student betrekt een beoogde gebruiker bij het ontwerpproces en analyseert en verwerkt de feedback van deze gebruiker in het vervolg van het ontwerpproces. Beschrijving indicator Je kan uitleggen wat de kracht van een goede metafoor is voor zowel de ontwerper als de gebruiker Je kan de onderdelen van het MPI-model onderscheiden in jouw interactiemodel. Je begrijpt de Action Cycle van D. Norman
A2.4 A2.5 A2.6 A2.7 A2.8 A2.9 A2.10 A2.11 A2.12 A2.13 A2.14
Je bent in staat om de gelaagdheid van de informatie omtrent een product te ontsluiten en zodoende de initiële waarde van dat product te verrijken. Je begrijpt het begrip service vanuit een user experience perspectief. Je bent in staat services van avatars te onderscheiden en kan de ontwerpstrategie van avatars toepassen op diverse services. Je kunt verschillende typen avatars onderscheiden. Je kan de term controle beschrijven in de context van Ambient Intelligencetoepassingen. Je kan de aspecten die controle van de gebruiker kunnen bedreigen dan wel verrijken in een passende context beschrijven. Je kent de karakteristieken van appliances en bent in staat UX van appliances te evalueren m.b.v. de Appliances scorecard. Je kent de voorwaarden waaraan een appliance moet voldoen om directe interactie te bevorderen. Je kan de privacyaspecten beschrijven binnen de context van Ambient Intelligence en de verschillende aspecten toelichten met passende voorbeelden. Je kan de toepassingen van een systeem beschrijven waardoor privacybedreigingen beperkt worden.
O2.1 O2.2 O2.3 O2.4 O2.5 12
ONTWERPEN Je toont aan dat je een adequate metafoor gebruikt als basis voor je interactieontwerp. Je kan aantonen in je interactiemodel je interactie opbouwt adhv de Action Cycle. Je speelt met je ontwerp in op hoe mensen visueel, auditief en tactiel waarnemen Je toont in je ontwerpen aan rekening te houden met de operationele context van een appliance Toont aan een geschikt prototype te kunnen maken, gegeven het ontwerp, de fase van het ontwerp en de communicatieve uitdaging.
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15 16 17 18
Software Overig materiaal Activiteiten Werkvormen
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
OntOpd Ontwerpopdrachten
Tent Tentamen
Toetsvorm Opdrachten Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 50% 50% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Reader met artikelen per course Artikelen en achtergrond informatie met betrekking tot de courses worden via Online verspreid. The Design of Everyday Things – Donald Norman Smart Things – Mike Kuniavsky
Zie werkvormen. Hoorcolleges Werkcolleges, Practica Gastlessen. Daarnaast individuele opdrachten en opdrachten die in twee- of drietallen uitgevoerd moeten worden. N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE Designing Intelligence & Natural Interaction Titel OWE
Designing Intelligence & Natural Interaction SIS I-DEMO DINI
1
Opleiding
2 3 4 5 6
Doelgroep Beroepstaken Centrale beroepstaak (Beroeps) Producten Studiepunten/ Studielast
DINI is een course van DEMO-L en DEMO-R DEMO-L is kernsemester voor CMD-C DEMO-L is verwant semester voor BIM-C DEMO-R is kernsemester voor TI en CMD-I DEMO-R is verwant semester voor BIM-I en I Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd en/of voltijd Designing Intelligence & Natural Interaction nvt Innovatieve en integratieve ontwerpen
7
9
Samenhang met andere OWE’s Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens Algemene omschrijving
10
Competenties
Embedded media zijn de ijsbrekers van het ICT ontwerp. Het gaat om nieuwe interactie, met de nieuwste technologie, in nieuwe gebruiksscenario’s en contexten. Hoe ontwerp je iets wat totaal nieuw is? Hoe krijg je dan houvast in het ontwerpproces? Hoe zorg je dat de technologie en de gebruiker niet ondersneeuwen? In de course DINI bespreken we methoden en technieken om innovatieve en integratieve ontwerpen te maken. We leren over de ‘build to design’ strategie. Daarnaast nemen we de begrippen ‘intelligentie’ en ‘interactie’ onder de loep. Welke oplossingsrichtingen (paradigma’s) bestaan al, en wat komt er kijken bij het vinden van nieuwe toepassingsgebieden voor nieuwe intelligentie en interactie? Analyseren, Ontwerpen, Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
8
7,5 Studiepunten 210 SBU C-Propedeuse courses: Immersive Space, ReDesign, ReMediate en C-Project. I-Propedeuse courses: Embedded Application, Game development, ICT infrastuctuur en I-Project Aanbevolen : C-Propedeuse of I propedeuse
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren niveau 2 A2.1 A2.2 A2.3 A2.4 A2.5
O2.1 O2.2 02.3 02.4 02.5 12
Tentaminering
Je kan een product ontrafelen in de verschillende aspecten van de Houde & Hilltypologie en je kunt de samenhang tussen die aspecten kritisch beschouwen. Je kan een benchmark opstellen afhankelijk van de voorliggende ontwerpuitdaging en punt in het proces Je kan bestaande producten kritisch beschouwen vanuit de doelen die binnen verschillende interactie & intelligentie paradigma’s nagestreefd worden. Je kan vaststellen of een bepaald interactie- of intelligentieparadigma geschikt is voor een bepaalde ontwerpuitdaging. Je bent in staat een onderzoeksplan op te zetten voor kwalitatief onderzoek met aandacht voor doel (onderwerp en probleemstelling) en middelen (ontwerp). Ontwerpen Niveau 2 Je kan - gegeven een ontwerpuitdaging - een keuze maken voor een type intelligentie (patroonclassificatie, embodied intelligence, klassieke ai of netwerkintelligentie). Je kan - gegeven een ontwerpuitdaging - een beargumenteerde keuze maken voor een interactieparadigma en die terugherleiden tot de drie basisparadigmas. Je laat zien voortdurend, actief en systematisch op zoek te zijn naar kansen om mensgerichte oplossingen met bestaande technologieën te ontwikkelen Je kan een kwalitatief onderzoekje uitvoeren dat relevant is voor je ontwerpopdracht Je kan een beargumenteerde keuze maken voor een type prototype (volgens Houde en Hill) gegeven de ontwerpvraag die voor ligt. Code deeltentamen Ontw Benchm Opdracht Integratief Ontwerp Deeltentamen Opdracht Benchmarking Toetsvorm Opdracht Opdracht Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 16,66% 16,67% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Code deeltentamen
Ond
T1
Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Opdracht Kwalitatief Onderzoek Opdracht 1 Cijfer 5,5 of hoger 16,66% Zie toetsschema Nvt
Tentamen IP Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
13
Verplichte literatuur
14 15 16 17 18
Aanbevolen literatuur Software Overig materiaal Activiteiten Werkvormen
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
IP Opd Opdrachten Interaction Paradigms Toetsvorm Portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Vink Minimaal resultaat Wel Weging Vink Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Reader met artikelen per course Grounded Innovation: Strategies for Creating Digital Products (Lars Erik Holmquist) Smart Things (Mike Kuniavsky)
Zie werkvormen. Hoorcolleges, werkcolleges, practica en gastlessen. Daarnaast individuele opdrachten en opdrachten die in groepen van vier of vijf personen uitgevoerd moeten worden. N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE Design with Technology (DWT) Titel OWE
Design with Technology (DWT) SIS I-DEMO DWT
1
Opleiding
2 3 4
Doelgroep Beroepstaken Centrale beroepstaak
5
(Beroeps) Producten
DWT is een course van DEMO-R DEMO-R is kernsemester voor TI DEMO-R is verwant semester voor CMD-I, BI en I Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd Design with Technology Het ontwerpen en realiseren van prototypes van embedded systemen met een Internet of Things (IoT) karakter waarin de keuze van sensoren en actuatoren en intelligente gegevensverwerking centraal staan Prototype van een embedded systeem gebaseerd op sensoren en actuatoren en intelligente gegevensverwerking
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8 9
Ingangseisen Algemene omschrijving
10
Competenties
7,5 Studiepunten 210 SBU I Propedeuse courses: Website Development, Embedded Application, Game development, ICT Infrastuctuur en IProject Aanbevolen : I propedeuse Binnen deze course wordt aandacht besteed aan het ontwerpen en realiseren van prototypes van embedded systemen. We besteden aandacht aan systeem architectuur van dit soort systemen, verschillende sensoren (input) en actuatoren (output) die je kunt gebruiken en de functie die ze vervullen, het programmeren van deze sensoren en actuatoren, de eigenschappen van intelligente software systemen en hoe je deze (in simpele) vorm kunt realiseren, en hoe je systemen (draadloos) met elkaar kunt laten communiceren. Het geheel wordt gerealiseerd in C# / .NET Micro Framework op een (Arduino compatible) hardware platform, en aangevuld met zeer veel verschillende sensoren en actuatoren. Analyseren, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Indicator- id
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & onderzoeken niveau 2 A2.1 A2.2
A2.3 A2.4
Je kunt gegeven een probleem van gebruikers de type sensoren voor het probleem analyseren en beargumenteren. Je kunt voor een relevante technologie beschrijven wat de (on)mogelijkheden zijn in gebruik, de roadmap beschrijven en aangeven wat dit betekent voor toekomstige systemen. Je kunt gegeven een stuk hardware (platform board, sensor, actuator) de datasheet lezen, interpreteren, begrijpen en uitleggen. Je kunt een bestaand stuk code in een andere programeertaal / platform begrijpen en omzetten
A2.5
Je kent de verschillende basisprincipes van elektronische schakelingen.
A2.6
Je kunt een gegeven eenvoudig elektronisch schema analyseren en interpreteren.
power, signals, resistor, diode, capacitor, transistor, IC, datasheets
Ontwerpen niveau 2 O2.1 O2.2 O2.3
O2.4
Je kunt op basis van een gegeven casus een schets geven van de device architectuur, met aandacht voor de sensoren en actuatoren, en de te communiceren data. Je kunt uitgaande van het agent concept een beschrijving geven van een (autonoom) intelligent systeem. Je kunt op basis van gegeven functionele eisen, bepalen welke en aangeven hoe sensoren en/of actuatoren geschikt zijn om aan deze functionele eisen te voldoen.
Je kunt een ontworpen prototype documenteren.
Realiseren niveau 2 R2.1
Je kunt op basis van gestelde functionele eisen een embedded systeem implementeren en testen gebruik makend van de
breadboard view, electronic schema, functional and technical description
12
Tentaminering
mogelijkheden van het framework. Je kunt in een (prototype van een embedded) systeem artificial R2.2 intelligence functionaliteit implementeren en testen. Je kunt binnen een embedded systeem gestructureerd fouten R2.3 zoeken en aangeven waar deze fouten zich bevinden, en een mogelijke oplossing aandragen. Je begrijpt general purpose Input/Output op processor niveau en digital I/O, analog R2.4 kunt deze implementeren. I/O, ADC, DAC, PWM 2 Je begrijpt de verschillende vormen om met sensor / actuatoren UART, SPI, I C, R2.5 te communiceren en kunt deze implementeren. (de)multiplexing Je begrijpt de verschillende vormen van (draadloze) TCP/IP, ZigBee, R2.6 dataoverdracht en kunt deze implementeren. Nordic, FM, WiFi, Infrarood Je kunt in een embedded systeem actuatoren gebruiken. servo, selonoid, R2.7 stepmotor Je begrijpt asynchrone programma executie en kunt deze interrupts, implementeren. multithreading, timers, shared data, R2.8 resource protection (critical regions, locks) Code deeltentamen SensPres Deeltentamen Overzicht en toepassing van sensoren Toetsvorm Opdracht Aantal examinatoren 1 Beoordeling Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 0% Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
GPIO GPIO Opdracht 1 Vink 55% van punten behaald 5,5 of hoger 0% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
I2C 2 IC Opdracht 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen
Actuator Actuatoren Opdracht 1 Vink 5,5 of hoger 0% Zie toetsschema Nvt
MEMO Make up an EMO Opdracht 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt Mdriver
SPI SPI Opdracht 1 Cijfer 55% van punten behaald 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Tent Tentamen Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 35% Zie toetsschema Nvt Tent
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
Deeltentamen Managed Driver Tentamen Toetsvorm Opdracht Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Vink Vink Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 0% 0% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Reader met artikelen per course Artikelen en achtergrond informatie met betrekking tot de courses worden via Online verspreid. Brian Evans, Beginning Arduino Programming, Apress 2011, ISBN 978-1-4302-3777-8 nd Michael Margolis, Arduino Cookbook (2 Ed), O’Reilly 2012, ISBN 978-1-449-31387-6 Arduino Fritzing Embedded platform (Arduino), verschillende hardware / sensoren / actuatoren
17
Activiteiten
Zie werkvormen.
18
Werkvormen
Hoorcolleges, werkcolleges, practica. Daarnaast individuele opdrachten en opdrachten die in tweetallen uitgevoerd moeten worden.
19 20 21
Les- / Contacturen Onderwijsperiode Maximum aantal deelnemers
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE DEMO Project
1
Titel OWE
DEMO Project SIS I-DEMO P
Opleiding
DEMO Project is een onderdeel van DEMO-L en DEMO-R DEMO-L is kernsemester voor CS en BIMc. DEMO-L is verwant semester voor CMD-C. DEMO-R is kernsemester voor TI DEMO-R is verwant semester voor CMD-i, BIMi en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
DEMO Project
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
DEMO DINI, DEMO DfC, DEMO DWT
8
Ingangseisen
Aanbevolen: C-Propedeuse of I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In een multidisciplinair projectteam met C- en I-studenten zul je gedurende 8 weken aan een realistisch project werken
10
Competenties
Ontwerpen , realiseren, communiceren, samenwerken, planmatig werken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Ontwerpen niveau 2 Ont2.1
De student kan werken met conceptiteraties.
Ont2.2
De student demonstreert een prototyping/ build to design aanpak in het project. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De student kan werken met conceptiteraties.
Rea2.2
De student demonstreert een prototyping/ build to design aanpak in het project. Algemene indicator niveau 2
De student toont aan zich zelfstandig ontwikkeld te hebben binnen het gekozen specialisme (context design, interaction design, implementation) en daarin een verdieping ten opzichte van de course bereikt te hebben. Communiceren niveau 2 Com2.1
Kandidaat toont voorbereiding op doel, doelgroep en onderwerp van mondelinge en schriftelijke communicatie.
Com2.2
Kandidaat gebruikt passende gespreks- en / of presentatietechnieken om het doel te bereiken in een presentatie en / of twee- of groepsgesprek.
Com2.3
Kandidaat kijkt kritisch naar de effectiviteit van het eigen communicatieve handelen en benoemt meetbare sterke en verbeterpunten. Samenwerken niveau 2
Sam2.1 Kandidaat beschrijft ieder groepslid op persoonlijke kwaliteiten en teameigenschappen. Sam2.2 Kandidaat beschrijft de interactie in de groep op basis van deze kwaliteiten en eigenschappen. Sam2.3
Kandidaat kijkt kritisch naar de effectiviteit van eigen interventies op het gebied van samenwerken en benoemt meetbare sterke en verbeterpunten. Planmatig werken niveau 2
Pla2.1
Kandidaat kan projectmatig een opdracht uitvoeren en maakt een bewuste keuze voor een projectmanagementmethode en / of software-ontwikkelmodel
Pla2.2
Kandidaat bewaakt de voortgang, bespreekt deze in het team en stelt wanneer dat nodig is de planning bij.
Pla2.3 12
Tentaminering
Kandidaat kijkt kritisch naar het eigen planmatig werken en benoemt meetbare sterke en verbeterpunten.
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Vaardigheden niveau 2 toets
Vrdg Pf Vaardigheden portfolio
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/4 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Proces Portfolio met TVR voor domein
Product productoplevering
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/6 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie 13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
-
15
Software
-
16
Overig materiaal
-
17
Activiteiten
-
18
Werkvormen
Project
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Expert Expertcijfer Beoordeling expert rol 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/3 Zie toetsschema Nvt
Beschrijving OWE DEMO integratieve ++ deel/ Verdiepingsopdracht
1
Titel OWE
DEMO integratieve ++ deel SIS I-DEMO ++
Opleiding
DEMO integratieve ++ deel is een onderdeel van DEMO-L en DEMO-R DEMO-L is kernsemester voor CS en BIMc. DEMO-L is verwant semester voor CMD-C. DEMO-R is kernsemester voor TI DEMO-R is verwant semester voor CMD-i, BIMi en I
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
DEMO integratieve ++ deel
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
DEMO DINI, DEMO DfC, DEMO DWT
8
Ingangseisen
Aanbevolen : C-Propedeuse of I Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In een multidisciplinair team met C- en I-studenten zul je gedurende 5 weken aan een realistisch DEMO opdracht werken
10
Competenties
Ontwerpen , realiseren, communiceren, samenwerken, planmatig werken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De student kan werken met conceptiteraties.
Ont2.2
De student demonstreert een prototyping/ build to design aanpak in het project.
Rea2.1
Student kan integratief ontwerpen
Realiseren niveau 2
Student kan “haalbaarheid” betekenis geven in een conceptontwerp, en is in staat een “haalbaar” eindconcept op te leveren. Code deeltentamen Opdr Opdracht Deeltentamen
Rea2.2 12
Tentaminering
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie 13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
-
15
Software
-
16
Overig materiaal
-
17
Activiteiten
-
18
Werkvormen
Groepsopdracht
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Max. aantal deelnemers
Nvt
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 100% Zie toetsschema Nvt
Toelichting
Develop an Information System (DIS) I – Semester Centrale beroepstaak
Develop an Information System
Requirements Engineering (RE)
Database Design (DbD)
Database Programming (DbPr)
Requirements: elicitatie, specificatie en validatie
Normaliseren
Advanced SQL
Entity relationship modeling
Stored procedures en triggers
Business process modeling
FCO-IM
Transaction management
Application generation
Business rules
Concurrency en locking
Database schema en DDL script generatie
Security
Client Application Development
Functioneel en technisch ontwerp
C/S architecturen
VT: I Project De beroepstaak die in dit project wordt uitgevoerd is "Develop an Information System", waarnaar ook het semester is genoemd (DIS). Deze beroepstaak betreft de ontwikkeling van een gegevensintensief multi-user informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Hierbij wordt een relationele database als opslagsysteem gebruikt. DT : integratieve ++ deel Casus die onderdelen van de courses integreert. Deze casus betreft de ontwikkeling van een informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever. De kennis en vaardigheden die nodig zijn om deze casus uit te voeren worden voorbereid in de courses.
RE
2
DbD
2
Reflectie
Zelfsturing &
Samenwerken
werken
Planmatig
Communiceren
Beheren
Evalueren
Realiseren
Ontwerpen
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2 2
DbPr
2
2 2
Project
2
2
2
DIS++
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Algemene omschrijving Een informatiesysteem is een systeem waarin gegevens ten behoeve van een organisatie worden beheerd en gebruikt. Het gecomputeriseerde deel hiervan, het databasesysteem, inclusief de mensen die de gegevens beheren en gebruiken, is onderwerp van dit semester. De nadruk ligt hierbij op het ontwikkelproces. Een dergelijk systeem bestaat in grote lijnen uit in ieder geval een (meestal relationele) database die de fysieke gegevens bevat, een database engine via welke de data worden benaderd, en een applicatie bestaande uit formulieren en rapporten bestemd voor de interactie van een gebruiker met het systeem. Maar het is tegenwoordig heel gebruikelijk zo’n systeem op te splitsen in verschillende processen, zodat een 2-, 3-, of n-tier systeem ontstaat. De beroepstaak develop an information system wordt in de praktijk op verschillende manieren ingevuld, afhankelijk van de eisen van de klant en het type systeem. Daarom kun je dit semester vanuit de I-propedeuse op verschillende manieren volgen afhankelijk van je belangstelling: de course Database Design is verplicht, maar uit de andere twee kun je kiezen. In het project kun je je voorkeur nog eens benadrukken door keuze van een opdracht. Beroepen die aansluiten bij de inhoud van dit semester zijn o.a. systeemontwikkelaar en database ontwerper. Specifiek voor DIS-L ook nog: informatieanalist, business analist en requirements engineer. Voor DIS-R: databasebeheerder en database programmeur.
Beschrijving OWE RE (Requirements Engineering)
1
Titel OWE
Requirements Engineering SIS I-DIS RE
Opleiding
RE is een course van DIS-L. DIS (L/R) is kernsemester voor I. DIS (L) is kernsemester voor BIM-I. DIS (L/R) is verwant semester voor TI en CMD-I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Requirements Engineering
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
Functioneel ontwerp (bedrijfsprocessen in kaart gebracht, requirements, data model, …)
Gegenereerde applicatie + evaluatiedocument
6
Studiepunten/ Studielast
7
8
Samenhang met andere OWE’s
7,5 Studiepunten 210 SBU I-Propedeuse courses: Databases & applications
Ingangseisen
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In deze course ligt de focus op de analyse van het probleemdomein en het beschrijven van de gewenste functionaliteit van de nieuwe situatie Diverse technieken die zorgen voor een goede analyse worden belicht, er wordt o.a. gekeken naar procesmodellering (met behulp van BPMN) en verschillende elicitatie technieken. Om een elicitatiegesprek goed uit te kunnen voeren wordt er in de course aandacht besteed aan diverse gesprekstechnieken. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het vastleggen van de gevonden requirements. Dit alles leidt tot het opstellen van een Requirements specificatie (of requirements document) waarin de functionele behoeften van een opdrachtgever overzichtelijk en geprioriteerd worden vastgelegd. Daarnaast zal gekeken worden hoe applicaties (prototypes) kunnen worden gegenereerd. Deze generatie kan plaatsvinden op diverse manieren en vanuit diverse modellen. In de realisatie van onze casus zal vooral gekeken worden naar applicatie generatie vanuit het datamodel (het opzetten van een datamodel leer je in de middencourse). In de theorie zullen andere vormen van applicatie generatie de revue passeren. Als laatste dienen de opgeleverde prototypes te worden vergeleken met de opgestelde processen en requirements. Het resultaat van deze analyse dient beschreven te worden en kan in een later stadium gebruikt worden om de applicatie verder te ontwikkelen
10
Competenties
Analyseren, en Realiseren en Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Ana2.1
De kandidaat weet onderscheid te maken tussen de verschillende categorieën probleemdomeinen en kan deze beschrijven
Ana2.2
De kandidaat toont aan de diverse fases uit het requirementsproces te beheersen
Ana2.3
De kandidaat kan de juiste modellen/technieken inzetten tijdens elke fase van het requirements proces voor elke soort probleemdomein
Ana2.4
De kandidaat toont aan een elicitatiegesprek te kunnen voeren.
Ana2.5
De kandidaat toont aan geverifieerde procesmodellen mbt een bepaald UoD te kunnen opstellen
Ana2.6
De kandidaat toont aan heldere en eenduidige requirements te kunnen schrijven
Ana2.7
De kandidaat toont aan te weten welke onderdelen deel uitmaken van een Requirements Specificatie (Functioneel Ontwerp, FO). Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat toont aan de juiste modellen te kunnen selecteren die noodzakelijk zijn in het applicatiegeneratie proces
Rea2.2
De kandidaat realiseert (een prototype van) een applicatie m.b.v. een applicatiegeneratie tool
Rea2.3
De kandidaat evalueert de gegenereerde applicatie en verifieert in hoeverre de applicatie voldoet aan de opgestelde requirements
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Code deeltentamen TENT REQ Deeltentamen Schriftelijke toets Requirements document Toetsvorm Schriftelijke toets Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 30% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt
Communiceren 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
APPL Gegenereerde Applicatie incl. presentatie
IMPL Implementatieverslag
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
Toetsvorm Beroepsproduct Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 10% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Succes met de requirements, Arendsen e.a., 2e druk, ISBN 9789012582056 (mag ook 3e druk zijn) BPMN Method and Style, 2nd Edition, with BPMN Implementer's Guide, Bruce Silver, ISBN 9780982368114 Studiehandleiding course RE (digitaal) Sheets course RE (digitaal) Writing better Requirements, Alexander & Stevens, Addison-Wesley, 2002 ISBN-10: 0321131630 | ISBN-13: 9780321131638 (Aanbevolen achtergrond literatuur) Relationele databases en SQL, Wiegerink e.a., ISBN 90 395 2221 9 (Reeds in bezit; boek course DbAp, I-Prop) Image met daarop diverse serverapplicaties en Imagine (applicatie generator)
16
Overig materiaal
Geen
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Tijdens de course zullen de diverse activiteiten elkaar afwisselen. Theorielessen Practicum, maken van diverse oefeningen Presentaties Praktijksimulatie (elicitatie) Practicum, werken met een applicatie generator Opstellen rapportages (Requirement Specificatie, Implementatie verslag) Maken van prototypes (m.b.v. applicatie generator) theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Max aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DbD (Database Design)
1
Titel OWE
DbD (Database Design) SIS I-DIS DbD
Opleiding
DbD is een course van DIS (L/R). DIS (L/R) is kernsemester voor I. DIS (L) is kernsemester voor BIM-I. DIS (R) is verwant semester voor BIM-I. DIS (L/R) is verwant semester voor TI en CMD-I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Database Design
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7
Functioneel ontwerp: o
Conceptueel datamodel (m.b.v. ERM en FCO-IM)
o
Business rules
Technisch ontwerp: o
Logisch en fysiek database ontwerp
o
Constraints
7,5 Studiepunten 210 SBU
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse courses:
8
Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Deze course staat centraal in dit semester en wordt door alle studenten gevolgd worden. Deze course focust zich op gegevensmodellering: je leert hoe je op grond van eisen van de opdrachtgever, maar vóórdat je gaat bouwen, een nauwkeurig model kunt maken van de gegevens die uiteindelijk gebruikt gaan worden. Hierbij worden twee technieken gehanteerd om tot zo’n conceptueel model te komen: Fully Communication Oriented Information Modeling (FCO-IM) en Entity-Relationship Modelling (ERM). Uit zo’n conceptueel model wordt dan het relationele database schema afgeleid en liefst automatisch gegenereerd. Soms moet zo’n schema op grond van andere eisen toch nog aangepast worden, en daarom komt het begrip kwaliteit van het schema sterk aan de orde. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het functioneel ontwerp (FO) en het technisch ontwerp (TO), twee belangrijke documenten die worden opgeleverd bij een systeemontwikkelingstraject.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Databases & applications
Indicatorid
Indicator omschrijving
Toelichting
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat kan op basis van een serie voorbeelddocumenten met concrete feiten over een communicatiedomein een conceptueel informatiemodel, inclusief constraints, opstellen gebruikmakend van FCO-IM.
Indicatie complexiteit: uitgangspunt is een gestructureerde situatie waarin alle relevante feiten te vinden zijn op de voorbeelddocumenten. Specialisatie en generalisatie worden buiten beschouwing gelaten. Indicatie complexiteit:
Ana2.2
De kandidaat kan op basis van een beschrijving van een communicatiedomein een conceptueel gegevensmodel opstellen gebruikmakend entity-relationship modelling (ERM).
Uitgangspunt is een gestructureerde situatie waarin alle relevante entiteiten, attributen en relaties in de beschrijving zijn terug te vinden. De kandidaat moet in staat zijn om subtypering toe te passen.
Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Ont2.2
De kandidaat kan van een gegeven relationele database waarin redundantie voorkomt, aangeven door welke wijzigingen in de tabelstructuur de redundantie kan worden verwijderd.
Het gaat hier om de eerste drie normaalvormen.
We gaan ervan uit dat de kandidaat op basis van een informatiemodel kan voorspellen hoe de database er qua De kandidaat kan m.b.v. een tool een logisch structuur en integriteit uitziet. Mocht relationeel schema (LRS) generen uit een een tool bijvoorbeeld geen vreemde informatiemodel en de consequenties sleutelverwijzingen, alternatieve overzien van de bij het genereren gemaakte sleutels of domeinconstraints keuzes. De kandidaat kan het resulterende genereren, dan kan de kandidaat dit LRS controleren op correctheid en opmerken. volledigheid. Opmerking: De kandidaat moet dit voor zowel ERM als FCO-IM kunnen.
Ont2.3
De kandidaat kan een databaseontwerp laten valideren door een domeindeskundige.
Ont2.4
De kandidaat kan een logisch relationeel schema omzetten naar een database schema voor een specifiek RDBMS rekening houdend met de mogelijkheden van dat RDBMS.
Communiceren 12
De kandidaat is bijvoorbeeld in staat om voor het betreffende RDBMS vast te stellen welke datatypen worden ondersteund, welke constraints in DDLinstructies kunnen worden gedefinieerd en welke niet, etcetera.
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
ERM schriftelijke toets ERM schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
FCO-IM schriftelijke toets FCO-IM
Casus ERM casus databaseontwerp m.b.v. ERM Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt Casus FCO-IM casus databaseontwerp m.b.v. FCO-IM
Toetsvorm schriftelijke toets Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 25% 25% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Boek “Volledig communicatiegeoriënteerde informatiemodellering”, G. Bakema, J. P. Zwart en H. v. d. Lek, ISBN 9039524181 Boek “Volledig communicatiegeoriënteerde informatiemodellering, opgaven en casussen”, M. Engelbart, R. Arntz en J. Janssen, ISBN, 9044003143. (beschikbaar als pdf) Reader “Normaliseren en ER modelleren”. Handleiding PowerDesigner. Handleiding ”Functioneel en Technisch Ontwerp”. Nvt
Software: PowerDesigner versie 11 of hoger, CaseTalk, SQL Server 2012.
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
lessen Normaliseren + bijbehorende workshops lessen ERM + bijbehorende workshops ERM-casus lessen FCO-IM + bijbehorende workshops FCO-IM-casus lessen functioneel en technisch ontwerp theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek.
Beschrijving OWE DbPr (Database Programming)
1
Titel OWE
DbPr (Database Programming) SIS I-DIS DbPr
Opleiding
DbPr is een course van DIS-R. DIS (L/R) is kernsemester voor I. DIS (R) is verwant semester voor BIM-I. DIS (L/R) is verwant semester voor TI en CMD-I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Database Programming
5
(Beroeps) Producten
Relationele Database inclusief business logica, Client applicatie
6
Studiepunten
7,5 Studiepunten, 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse courses: Databases & applications Structured Program Development (vh Embedded Application) (DIS-R) Object-oriented Program Development (vh Game) (DIS-R)
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Deze course richt zich op de eindfase van het ontwikkeltraject van een multi-user informatiesysteem. Je leert hoe je een technisch ontwerp vertaalt in een realisatie. De relationele database wordt hierbij compleet gebouwd. Hierbij is het streven zoveel mogelijk van de business logica in de database te leggen. Lang niet alle eisen die aan het systeem gesteld worden kunnen dan automatisch uit een model in code gegenereerd worden, en zullen moeten worden uitgeprogrammeerd afhankelijk van de mogelijkheden van moderne database management systemen. Nadruk ligt in deze course verder op de multi-user aspecten, de architectuur van het systeem, performance, databasebeheer en natuurlijk applicatieontwikkeling.
10
Competenties
Realiseren, Beheren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator
Toelichting
Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat vertaalt een informatiebehoefte geformuleerd in natuurlijke taal gegeven een relationele database naar een SQL DML-instructie, zonodig gebruikmakend van inner en outer joins, gecorreleerde subquery’s, aggregatie, of de operatoren EXISTS en UNION.
De kandidaat maakt zoveel mogelijk gebruik van declaratieve constraints en systeemfuncties van het DBMS om de gegevensintegriteit te bewaken.
Bewust gebruik maken van: data types; null/not null; primary keys, foreign keys incl. cascading opties, alternative keys; check constraints, zomogelijk gebruik makend van bestaande system functions van het DBMS.
Rea2.3
De kandidaat bouwt gegeven een integriteitsprobleem dat declaratief niet oplosbaar is zo mogelijk stored procedures om het probleem op te lossen. De kandidaat zorgt hierbij voor een adequate foutafhandeling.
Bij het gebruik van DML-procedures worden de rechten op het uitvoeren van DMLstatements (insert/update/delete) voor gebruikers ontnomen.
Rea2.4
De kandidaat bouwt gegeven een integriteitsprobleem dat declaratief niet oplosbaar is zo mogelijk triggers om het probleem op te lossen. De kandidaat zorgt hierbij voor een
In de triggercode wordt optimaal gebruik gemaakt van de kracht van SQL. Het gebruik
Rea2.2
adequate foutafhandeling.
van variabelen wordt daarom zoveel mogelijk vermeden. Triggers houden altijd rekening met multiple inserts, tenzij de requirements dat verbieden.
Rea2.5
De kandidaat maakt gebruik van transactiemanagement om te garanderen dat acties op de databases zonodig als een atomaire unit worden uitgevoerd. De kandidaat zorgt hierbij voor een adequate foutafhandeling.
Het gaat hier om transactioneel eenvoudige acties, zoals bijvoorbeeld bij een insert op zowel een parent als child table, of bij gebruik van triggers die voor een rollback moeten zorgen.
Rea2.6
De kandidaat regelt dat de integriteit van de gegevens gewaarborgd is in een multi-user omgeving. Hij regelt dat de concurrencygraad optimaal is gegeven het specifieke probleem.
Dat betekent dat transaction isolation levels zo zuinig mogelijk aangelegd worden.
Rea2.7
De kandidaat maakt gebruik van de procedurele mogelijkheden van het DBMS om code begrijpelijker te maken of herhalende code te vermijden.
Bij SQL Server door geneste stored procedures en/of user defined functions te gebruiken.
De kandidaat stelt test cases op om units te testen.
Bij een test case moet de vulling van de database en het aantal gebruikers met hun gebruikerstaken een redelijke afspiegeling van de werkelijke situatie zijn (dus niet twee records per tabel en één gebruiker per database).
De kandidaat bouwt op grond van een technisch ontwerp een relationele database en een client-applicatie en motiveert gemaakte keuzes.
Een goede afweging maken tussen client side en server side constraintafhandeling, foutafhandeling, security, autorisatie, afhandeling van concurrency.
Rea2.8
Rea2.9
Beheren niveau 2
Beh2.1
De kandidaat maak optimaal gebruik van de mogelijke declaratieve security statements van het DBMS om een rechtenmodel te implementeren. Waar dit niet mogelijk is regelt de kandidaat security op een procedurele manier.
Beh2.2
De kandidaat maakt zo mogelijk gebruik van indexen om de performance van een specifieke query te verbeteren. Hierbij maakt hij gemotiveerd gebruik van clustered of nonclustered indexes.
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Code deeltentamen T1 T2 Deeltentamen schriftelijke toets 1 schriftelijke toets 2 Toetsvorm schriftelijke toets schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 1/3 1/3 Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt
Communiceren 12
Tentaminering
Code deeltentamen T3 Deeltentamen casus database programming Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 1/3 Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Boek “Microsoft SQL Server 2012 Bible”, Adam Jorgensen et al., Wiley, ISBN10 1118106873, ISBN13 978-1118106877. Studiehandleiding course Database programming Boek “Relationele databases en SQL”, Wiegerink, Bijpost en de Groot (wordt ook in de propedeuse gebruikt), ISBN 9039522219 Aanbevolen literatuur: o Robert Vieira, Professional SQL Server 2008 Programming”, WROX, ISBN-13 978-0470257029. o Itzik Ben-Gan et al., T-SQL Querying, Microsoft Press o Itzik Ben-Gan et al., T-SQL Programming, Microsoft Press. Software: SQL Server 2012, Sybase PowerDesigner versie 11 of hoger
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Lessen advanced SQL + bijbehorende workshops Lessen declaratieve en procedurele constraints + bijbehorende workshops Lessen ACID properties en concurrency + bijbehorende workshops Lessen Indexing + bijbehorende workshops Lessen architectures Lessen SQL generation + bijbehorende workshops theorieles: de theorie wordt toegelicht presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen casus: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Project DIS (Develop an Information System)
1
Titel OWE
Project DIS (Develop an Information System) SIS I-DIS P
Opleiding
Project DIS is een onderdeel van DIS (L/R) DIS (L/R) is kernsemester voor I. DIS (L) is kernsemester voor BIM-I. DIS (R) is verwant semester voor BIM-I. DIS (L/R) is verwant semester voor TI en CMD-I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Ontwikkeling van een gegevensintensief multi-user informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen.
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
7
Samenhang met andere OWE’s
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
10
Competenties
11
Beoordelings-criteria
Functioneel ontwerp Technisch ontwerp Gegevensintensief multi-user informatiesysteem
15 Studiepunten 420 SBU
I-Propedeuse course: Databases & applications
Aanbevolen I-Propedeuse De beroepstaak die in dit project wordt uitgevoerd is "Develop an Information System", waarnaar ook het semester is genoemd (DIS). Deze beroepstaak betreft de ontwikkeling van een gegevensintensief multi-user informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Hierbij wordt een relationele database als opslagsysteem gebruikt. De kennis en vaardigheden die je als student nodig hebt om dit project te realiseren zijn al voorbereid in enerzijds de course Database Design en anderzijds, afhankelijk van je interesse de course Requirements Engineering of Database Programming. Voor het type opdrachten, die zoveel mogelijk real life zullen zijn (indien mogelijk met externe opdrachtgevers) kun je denken aan een Bagage-afhandelingsysteem als op Schiphol, een front/backoffice inclusief direct mail en logistiek als bij Wehkamp, Vliegtuigregistratiesystemen, Studievolgsystemen, Online boekingssystemen, Ziekenhuis InformatieSystemen, Elektronische Patiëntendossiers, Bloemenveilingen inclusief logistiek, Bloedbank registratie, of een het productieproces ondersteunend informatiesysteem als bij Honig. Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Beheren. Communiceren, samenwerken, planmatig werken. Indicatorid
Indicator
Toelichting
L of R
Ana2.1
De kandidaat kan (aanvullende) informatie verzamelen in een situatie waarbij de aangeleverde informatie onvolledig is en/of de probleemstelling onduidelijk.
Bijvoorbeeld door het houden van interviews (elicitatie gesprekken) met de opdrachtgever.
L
Het valideren van de eisen kan m.b.v. prototyping.
Ana2.2
De kandidaat bepaalt de eisen die gelden voor het te ontwikkelen informatiesysteem en verdeelt ze onder in functionele en nietfunctionele eisen. Hij maakt traceability van de eisen mogelijk door nummering en groepering.
Prioritering m.b.v. MoSCoW rules.
Ana2.3
De kandidaat laat de opgestelde eisen valideren door de opdrachtgever. Tevens kent de kandidaat in samenspraak met de opdrachtgever prioriteiten toe aan de eisen.
Ana2.4
De kandidaat stelt aan de hand van
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Functionele eisen groeperen volgens bedrijfsproces of use case en actoren.
L
L
L
de gestelde eisen acceptatiecriteria op voor de uiteindelijke applicatie.
Ana2.5
De kandidaat geeft een overzicht van alle bedrijfsprocessen relevant voor het nieuwe systeem, inclusief hun informatiestromen. De detaillering is zodanig dat voor elk proces kan worden aangegeven of het proces wordt geautomatiseerd door het nieuwe systeem of handmatig afgehandeld.
Ana2.6
De kandidaat documenteert een conceptueel gegevensmodel voor het te ontwikkelen informatiesysteem, inclusief alle niet in het model te vatten business rules.
Ana2.7
De kandidaat documenteert een interactiemodel (interactie tussen gegevens en processen) voor het te ontwikkelen informatiesysteem.
Dat kan bestaan uit een Business Process Model (inclusief proces decompositie) of uit een Business Use Case model met Activity diagrams.
Dat kan bijvoorbeeld bestaan uit een FCO-IM EL-IGD en GLR-IGD, of uit een ER-model.
L
L en R
Resterende business rules geformuleerd in natuurlijke taal. Er moet inzicht worden gegeven in welke gegevens gelezen en/of veranderd mogen worden (met b.v. een CRUD-matrix), om te achterhalen wat er op de schermen te zien mag zijn (b.v. met storyboards), en om de rechtenstructuur te weer te geven.
L en R
Vaak zijn er regels voor rechten die je ook onder beperkingsregels kun laten vallen.
Ana2.8
De kandidaat stelt een gedetailleerd functioneel ontwerp op waar de resultaten van Ana2.1 t/m Ana2.7 in zijn verwerkt.
L
Ontwerpen Niveau 2
Ont2.1
De kandidaat controleert of ontwerpkeuzes die worden gemaakt conform het functioneel ontwerp zijn.
Ont2.2
De kandidaat controleert of een realisatie conform het technisch ontwerp is
Ont2.3
De kandidaat bewaakt de kwaliteit van het ontwikkelproces door ontwerpreviews te houden en de bevindingen van de reviewcommissie te verwerken.
Ont2.4
De kandidaat kan de architectuur van een informatiesysteem ontwerpen en beoordelen op aspecten als modulariteit, onderhoudbaarheid, performance en beveiliging.
L
Gebruik maken van de traceability van de requirements, en eventueel hulp inroepen van experts.
L en R
L en R
Bij modulariteit kun je bijvoorbeeld denken aan een applicatie die uit een aantal logische onderdelen bestaat, zoals een beheerapplicatie voor de opdrachtgevende organisatie en webapplicatie voor klanten van de organisatie. Bij onderhoudbaarheid en modulariteit kan het gaan om de keuze voor stored procedures die als abstractielaag voor de
R
databasestructuur fungeren. Bij performance gaat het om performanceaspecten op databaseniveau. Bij beveiliging kan het gaan om het voorkomen van SQL injection.
Ont2.5
De kandidaat geeft aan wat een modelleerkeuze, die tijdens de analyse is gemaakt bij het opstellen van een conceptueel gegevensmodel, voor effect heeft op de structuur en integriteit van de database die uit het model wordt afgeleid. Hij kan ook eventuele alternatieven voor de modelleerkeuze en de consequenties daarvan aangeven.
(Met een modelleerkeuze is niet bedoeld de keuze die is gemaakt om FCO-IM of ERM te gebruiken.) Het gaat hier om keuzes waardoor de semantiek van het conceptueel model behouden blijft, zoals bijvoorbeeld:
keuze voor subtypering
keuze voor identificatie van entiteiten.
L en R
Het gaat hier om keuzes waardoor de consistentie met het functioneel ontwerp behouden blijft, zoals bijvoorbeeld:
Ont2.6
De kandidaat voert een transformatie uit van het conceptueel model naar een op een specifiek DBMS gericht relationeel schema, met keuzes op basis van business rules en controleert het resultaat op correctheid.
Ont2.7
De kandidaat maakt in het technisch ontwerp een verantwoorde keuze uit de procedurele mogelijkheden die het DBMS biedt voor constraintbewaking.
Ont2.8
De kandidaat maakt in het technisch ontwerp een verantwoorde keuze uit de transactionele en concurrency mogelijkheden die het DBMS biedt voor constraintbewaking.
Ont2.9
De kandidaat heeft bij het ontwerp van formulieren en rapporten voor eindgebruikers van de applicatie, aantoonbaar rekening gehouden met de te ondersteunen bedrijfsprocessen.
keuze voor primary keys (wel of niet betekenisvol) en uniques
keuze voor data types voor domeinen
normalisatie of denormalisatie
keuzemogelijkheden als gevolg van subtypering in het conceptueel model.
keuze voor declaratieve of procedurele implementatiewijze van business rules
User defined functions, stored procedures, triggers
L en R
R
R
De relatie met de in het FO opgestelde use cases/ bmpn schema is hier van groot belang. Denk aan:
Menustructuur
Schermlayout
Constraintbewaking
Welke processen in welke schermen?
L en R
Rollen van gebruikers
Ont2.10
De kandidaat kan aantonen dat het technisch ontwerp volledig consistent is met het functioneel ontwerp, en kan bij alle ontwerpbeslissingen de relatie aangeven met de requirements.
Gebruik maken van de traceability van de requirements
L en R
Ont2.11
De kandidaat is in staat een bestaande relationele database reverse te engineeren naar een logisch relationeel schema, waarbij eventuele dynamische constraints in tekst verwoord worden. De kandidaat is in staat dit LRS na eventuele verbeteringen te reverse engineeren naar een ERD, waarbij eventuele dynamische constraints gekoppeld worden aan business rules.
Alleen indien van toepassing
L en R
Ont2.12
De kandidaat stelt een gedetailleerd technisch ontwerp op.
L en R
Realiseren Niveau 2 Rea2.1
De kandidaat bouwt een prototype om de requirements te valideren
Rea2.2
De kandidaat realiseert de constraints van een gegeven LRS in een relationele database, rekening houdend met de mogelijkheden van het DBMS.
Rea2.3
De kandidaat realiseert de formulieren en rapporten voor eindgebruikers van de applicatie in overeenstemming met het technisch ontwerp en motiveert eventuele afwijkingen.
R
Rea2.4
De kandidaat realiseert de foutafhandeling bij niet-toegestane gebruikersacties op een onderhoudbare wijze en zorgt daarbij voor duidelijke foutmeldingen.
R
Rea2.5
De kandidaat onderwerpt het gerealiseerde informatiesysteem aan een grondige test. De geconstateerde fouten worden gerapporteerd en verholpen.
Rea2.6
De kandidaat garandeert de transactionele integriteit van de te ondersteunen bedrijfprocessen door expliciet transactiemanagement toe te passen.
Rea2.7
De kandidaat realiseert een multi-
L De kandidaat dient gebruik te kunnen maken van stored procedures, triggers of andere procedurele oplossingen van het DBMS. Hierbij wordt optimaal gebruik gemaakt van de kracht van SQL, en worden rechten adequaat geregeld.
Uitgangspunt: Er wordt een foutloze applicatie opgeleverd.
R
L en R
R
Het gaat er onder meer om dat lost
R
user informatiesysteem voor een gegeven DBMS, zodanig dat het gebruikte ANSI isolation level optimaal is voor de gegeven specificaties van concurrency.
updates in een multi-useromgeving worden voorkomen. Hetzij door pessimisitic, hetzij door optimistic concurrency control.
Rea2.8
De kandidaat maakt gegeven een gerealiseerde relationele database gebruik van code- en/of applicatiegeneratie om het realisatieproces te versnellen.
Bijvoorbeeld: De kandidaat genereert stored procedures voor de standaard SQL DML statements.
R
Rea2.9
De kandidaat is in staat om zich een voor hem nieuwe ontwikkelomgeving en programmeertaal voor het bouwen van de client applicatie eigen te maken op basis van ervaring met andere tools en talen.
De kandidaat heeft bijvoorbeeld ervaring met het ontwikkelen van client applicatie m.b.v. MS Access en leert nu te werken met .NET.
R
Rea2.10
De kandidaat heeft de gerealiseerde onderdelen zodanig helder beschreven, dat een ander op grond hiervan het product kan aanpassen of uitbreiden.
R
Beheren Niveau 2
Beh2.1
De kandidaat maakt optimaal gebruik van de mogelijke declaratieve security statements van het DBMS om een rechtenmodel te implementeren. Waar dit niet mogelijk is regelt de kandidaat security op een procedurele manier.
R
Beh2.2
De kandidaat genereert waar mogelijk scripts voor diverse beheerstaken.
Waar mogelijk mbv ANSI INFORMATION_SCHEMA views. Bewerken van gebruikers en rechten. Beheren van indexen. Massaal aanmaken tabellen, extra kolommen, grote hoeveelheden gebruikers. Genereren van insert statements uit de database.
Beh2.3
De kandidaat optimaliseert op grond van de voorspelde gebruikersacties in de tijd de performance van het informatiesysteem.
Toepasen van standaardheuristieken om indexen aan te leggen (bijv. op elke FK een index).
R
Organiseren van een overdrachtspresentatie en regelen van een acceptatietest.
L
Beh2.4
De kandidaat kan de overdracht van een (gedeelte van een ) applicatie op een klantgerichte manier vormgeven. De kandidaat dient helder te kunnen aangeven welke requirements zijn geïmplementeerd en welke niet.
R
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie zie ook de generieke ICA-competentieset. 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Vaardigheden niveau 2 toets
PenD product + documentatie
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
beroepsproduct 2 Vink 5,5 of hoger 0 Zie toetsschema Nvt
Pv
Vrdg Pf
projectverslag+ assessment (domeincompetenties) beroepsproduct 2
vaardigheden in project
Cijfer 55% van de totale punten behaald 5,5 of hoger
Cijfer 55% van de totale punten behaald 5,5 of hoger
2/3 Zie toetsschema Nvt
1/4 Zie toetsschema Nvt
portfolio 1
-
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
Projectplanning volgens RUP Interview opdrachtgever Brainstormsessies Reviewsessies Wekelijkse vergadering Functioneringsgesprek Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product, eventueel in meerdere iteraties Productpresentatie Projectwerk, werkoverleg en reviewsessies
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Max aantal deelnem.
N.v.t.
e
“RUP op Maat”, Eef Dekker, Remi-Armand Collaris, 2 herziene druk, Academic Service, ISBN 9789012126021 BizAgi, PowerDesigner, MS SQL Server 2008 R2 (of ander RDBMS, afhankelijk van opdracht), applicatieontwikkelomgeving afhankelijk van opdracht (bijv. Imagine, ThinC, ASP.NET, php)
Beschrijving OWE DIS integratie ++
1
Titel OWE
DIS ++
SIS I-DIS ++
Opleiding
DIS++ is een onderdeel van DIS (L/R) deeltijd DIS (L/R) is kernsemester voor I. DIS (L) is kernsemester voor BIM-I. DIS (R) is verwant semester voor BIM-I. DIS (L/R) is verwant semester voor TI en CMD-I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
4
Centrale beroepstaak
Ontwikkeling van een gegevensintensief multi-user informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
Functioneel ontwerp Technisch ontwerp Gegevensintensief multi-user informatiesysteem 7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse course: Databases & applications
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Het ++-gedeelte van DIS bestaat uit een casus die onderdelen van de courses integreert .. Deze casus betreft de ontwikkeling van een gegevensintensief multi-user informatiesysteem volgens de specificaties van een opdrachtgever, die er zijn bedrijfsprocessen mee wil ondersteunen. Hierbij wordt een relationele database als opslagsysteem gebruikt. De kennis en vaardigheden die je nodig hebt om deze casus uit te voeren worden voorbereid in enerzijds de course Database Design en anderzijds, afhankelijk van je interesse de course Requirements Engineering of Database Programming.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren.
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator
Toelichting
L of R
Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat kan (aanvullende) informatie verzamelen in een situatie waarbij de aangeleverde informatie onvolledig is en/of de probleemstelling onduidelijk.
Bijvoorbeeld door het houden van interviews (elicitatie gesprekken) met de opdrachtgever. Het valideren van de eisen kan m.b.v. prototyping.
Ana2.2
De kandidaat bepaalt de eisen die gelden voor het te ontwikkelen informatiesysteem en verdeelt ze onder in functionele en nietfunctionele eisen. Hij maakt traceability van de eisen mogelijk door nummering en groepering.
Prioritering m.b.v. MoSCoW rules.
Ana2.3
De kandidaat laat de opgestelde eisen valideren door de opdrachtgever. Tevens kent de kandidaat in samenspraak met de opdrachtgever prioriteiten toe aan de eisen.
Ana2.5
De kandidaat geeft een overzicht van alle bedrijfsprocessen relevant voor het nieuwe systeem, inclusief hun informatiestromen. De detaillering is zodanig dat voor elk proces kan worden aangegeven of het proces wordt geautomatiseerd door het nieuwe systeem of
Functionele eisen groeperen volgens bedrijfsproces of use case en actoren.
L
L
L
Dat kan bestaan uit een Business Process Model (inclusief proces decompositie) of uit een Business Use Case model met Activity diagrams.
L
handmatig afgehandeld.
Ana2.6
De kandidaat documenteert een conceptueel gegevensmodel voor het te ontwikkelen informatiesysteem, inclusief alle niet in het model te vatten business rules.
Ana2.7
De kandidaat documenteert een interactiemodel (interactie tussen gegevens en processen) voor het te ontwikkelen informatiesysteem.
Ana2.8
De kandidaat stelt een functioneel ontwerp op waar de resultaten van de analysefase in zijn verwerkt.
Dat kan bijvoorbeeld bestaan uit een FCO-IM EL-IGD en GLR-IGD, of uit een ER-model. Resterende business rules geformuleerd in natuurlijke taal. Er moet inzicht worden gegeven in welke gegevens gelezen en/of veranderd mogen worden (met b.v. een CRUD-matrix), om te achterhalen wat er op de schermen te zien mag zijn (b.v. met storyboards), en om de rechtenstructuur te weer te geven. Vaak zijn er regels voor rechten die je ook onder beperkingsregels kun laten vallen.
L en R
L en R
L
Ontwerpen Niveau 2
Ont2.1
De kandidaat controleert of ontwerpkeuzes die worden gemaakt conform het functioneel ontwerp zijn.
Ont2.2
De kandidaat controleert of een realisatie conform het technisch ontwerp is
Ont2.3
De kandidaat bewaakt de kwaliteit van het ontwikkelproces door ontwerpreviews te houden en de bevindingen van de reviewcommissie te verwerken.
Ont2.5
De kandidaat geeft aan wat een modelleerkeuze, die tijdens de analyse is gemaakt bij het opstellen van een conceptueel gegevensmodel, voor effect heeft op de structuur en integriteit van de database die uit het model wordt afgeleid. Hij kan ook eventuele alternatieven voor de modelleerkeuze en de consequenties daarvan aangeven.
Ont2.6
De kandidaat voert een transformatie uit van het conceptueel model naar een op een specifiek DBMS gericht relationeel schema, met keuzes op basis van business rules en controleert het
L
Gebruik maken van de traceability van de requirements, en eventueel hulp inroepen van experts.
L
L en R
(Met een modelleerkeuze is niet bedoeld de keuze die is gemaakt om FCO-IM of ERM te gebruiken.) Het gaat hier om keuzes waardoor de semantiek van het conceptueel model behouden blijft, zoals bijvoorbeeld:
keuze voor subtypering
keuze voor identificatie van entiteiten.
Het gaat hier om keuzes waardoor de consistentie met het functioneel ontwerp behouden blijft, zoals bijvoorbeeld:
keuze voor primary
L en R
L en R
resultaat op correctheid.
Ont2.7
De kandidaat maakt in het technisch ontwerp een verantwoorde keuze uit de procedurele mogelijkheden die het DBMS biedt voor constraintbewaking.
Ont2.8
De kandidaat maakt in het technisch ontwerp een verantwoorde keuze uit de transactionele en concurrency mogelijkheden die het DBMS biedt voor constraintbewaking.
keys (wel of niet betekenisvol) en uniques
keuze voor data types voor domeinen
normalisatie of denormalisatie
keuzemogelijkheden als gevolg van subtypering in het conceptueel model.
keuze voor declaratieve of procedurele implementatiewijze van business rules
User defined functions, stored procedures, triggers
R
R
Ont2.9
De kandidaat heeft bij het ontwerp van formulieren en rapporten voor eindgebruikers van de applicatie, aantoonbaar rekening gehouden met de te ondersteunen bedrijfsprocessen.
De relatie met de in het FO opgestelde use cases/ bmpn schema is hier van groot belang. Denk aan: Menustructuur Schermlayout Constraintbewaking Welke processen in welke schermen? Rollen van gebrui kers
L en R
Ont2.10
De kandidaat kan aantonen dat het technisch ontwerp volledig consistent is met het functioneel ontwerp, en kan bij alle ontwerpbeslissingen de relatie aangeven met de requirements.
Gebruik maken van de traceability van de requirements
L en R
Ont2.12
De kandidaat stelt een technisch ontwerp op.
L en R
Realiseren Niveau 2 Rea2.1
De kandidaat bouwt een prototype om de requirements te valideren
Rea2.2
De kandidaat realiseert de constraints van een gegeven LRS in een relationele database, rekening houdend met de mogelijkheden van het DBMS.
Rea2.3
De kandidaat realiseert de formulieren en rapporten voor
L De kandidaat dient gebruik te kunnen maken van stored procedures, triggers of andere procedurele oplossingen van het DBMS. Hierbij wordt optimaal gebruik gemaakt van de kracht van SQL, en worden rechten adequaat geregeld.
R
R
eindgebruikers van de applicatie in overeenstemming met het technisch ontwerp en motiveert eventuele afwijkingen.
Rea2.4
De kandidaat realiseert de foutafhandeling bij niet-toegestane gebruikersacties op een onderhoudbare wijze en zorgt daarbij voor duidelijke foutmeldingen.
R
Rea2.6
De kandidaat garandeert de transactionele integriteit van de te ondersteunen bedrijfprocessen door expliciet transactiemanagement toe te passen.
R
Rea2.7
De kandidaat realiseert een multiuser informatiesysteem voor een gegeven DBMS, zodanig dat het gebruikte ANSI isolation level optimaal is voor de gegeven specificaties van concurrency.
Het gaat er onder meer om dat lost updates in een multiuseromgeving worden voorkomen. Hetzij door pessimisitic, hetzij door optimistic concurrency control.
R
Rea2.8
De kandidaat maakt gegeven een gerealiseerde relationele database gebruik van code- en/of applicatiegeneratie om het realisatieproces te versnellen.
Bijvoorbeeld: De kandidaat genereert stored procedures voor de standaard SQL DML statements.
R
Beheren Niveau 2
Beh2.1
De kandidaat maak optimaal gebruik van de mogelijke declaratieve security statements van het DBMS om een rechtenmodel te implementeren. Waar dit niet mogelijk is regelt de kandidaat security op een procedurele manier.
Beh2.3
De kandidaat optimaliseert op grond van de voorspelde gebruikersacties in de tijd de performance van het informatiesysteem.
Beh2.4
De kandidaat kan de overdracht van een (gedeelte van een ) applicatie op een klantgerichte manier vormgeven. De kandidaat dient helder te kunnen aangeven welke requirements zijn geïmplementeerd en welke niet.
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie -
R
Toepasen van standaardheuristieken om indexen aan te leggen (bijv. op elke FK een index).
R
Organiseren van een overdrachtspresentatie en regelen van een acceptatietest.
L
Pr+Doc product + documentatie beroepsproduct 2 Cijfer 5,5 100% Zie toetsschema Nvt
14
Aanbevolen literatuur
Nvt
15
Software
BizAgi, PowerDesigner, Casetalk, MS SQL Server 2008 R2, Imagine en ThinC
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Interview opdrachtgever Brainstormsessies Reviewsessies Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product, eventueel in meerdere iteraties Productpresentatie Begeleid practicum werkoverleg en reviewsessies. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Develop and Maintain an E-Community (DMEC) C/ I - Semester Centrale beroepstaak
Ontwikkel en beheer/manage een (prototype van een) e-community, afgestemd op de wensen van de opdrachtgever en de (potentiële) communityleden.
Community Design & Management (CDM)
Online Dynamics & Concepting (ODC)
Web Engineering (WE)
Social Interaction Design
Cultures in context (DOR)
Community Management
Creative Sessions (COCD)
Internet Application Protocols
Social Psychology
Concept Development
Ruby On Rails
Internet & Law
Community centered Development (CCD)
Web API’s
Ruby gems
Prototyping & Research C&I Project
CDM
2
2
ODC
2
2
2
WE
2
2
2
Project (C-stud)
2
2
2
Project (I-stud)
2
2
2
Reflectie
Zelfsturing &
Samenwerken
werken
Planmatig
Communiceren
Beheren
Evalueren
Realiseren
Ontwerpen
Adviseren
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Algemene Omschrijving Een online community bestaat uit (een groep) mensen die samen sociaal of zakelijk op een digitaal platform communiceren. Door de groepscultuur te analyseren en door creatieve sessies zoek je naar een bruikbaar concept. Dit concept wordt inzichtelijk gemaakt met prototypes. Een community wordt ‘community centered’ ontwikkeld en opgebouwd, in meerdere ontwikkelcycli. Ook is er aandacht voor social interaction design, sociale psychologie en community management (w.o. internet & recht). Verder gaat het om het ontwikkelen van webapplicaties in een modern webframework (Ruby on Rails) en het interfacen met web-API’s van bestaande sociale media.
Beschrijving OWE Community Design & Management Titel OWE
Community Design & Management SIS I-DMEC CDM
1
Opleiding
Community Design & Management is een course van DMEC. DMEC is een kernsemester van CS/BIM-c en CMD en een verwant semester van BIM-i en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse voltijd en deeltijd
3
Beroepstaken
Develop and maintain an E-Community
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Analyses Presentaties
6
7
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse courses: Voor internet & samenleving: Wiki Voor Interaction Design: Multimedia Design, Web Design Voel doelgroepgericht schrijven: DEM
8
Ingangseisen
Aanbevolen C–propedeuse + ander semester
9
Algemene omschrijving
In deze course richten we ons op social interaction design en community management. Bij social interaction design (SxD) leer je hoe je sociale interactie ondersteunt door een goed interactieontwerp. Een community moet ook worden gemanaged. Kennis van internet & recht is hierbij behulpzaam. Beide onderdelen worden ondersteund met inzichten uit de sociale psychologie.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Beheren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
Indicator
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Kan uit bestaande social interaction design oplossingen design patterns extraheren en daarop verder bouwen.
Ana2.2
Geeft blijk van kennis over community management (w.o. internet & recht).
Ana2.3
Geeft blijk van kennis over sociale psychologie.
Ana2.4
Analyseert community’s op community-managementaspecten.
Ana2.5
Analyseert community’s op toepassingen van sociaalpsychologische theorieën Ontwerpen niveau 2 Kan interactieve ontwerpkeuzes maken die de sociale
Ont2.1
interactie binnen een gebruikers groep positief beïnvloeden en deze met theorie onderbouwen. Kan met passende interactiemetaforen en - mogelijkheden en door passend grafisch ontwerp, gebrui-
Ont2.2
kers uitnodigen om sociale doelen, zoals het opbouwen van een online identiteit of het hebben van invloed in een community, te bereiken. Kan samenhang tussen SxD en community manage-
Ont2.3
ment-oplossingen tot stand brengen en presenteren.
Toelichting
Beheren niveau 2 Kan kennis van community management toepassen Beh2.1
in concrete situaties. Kan interne en externe informatie verzamelen en
Beh.2.2 12
Tentaminering
analyseren.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
PresSAM Presentatie Samenspel SxD-CM Opdrachten 2 Cijfer 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
SxD Opd SxD-opdrachten Opdrachten 1 Cijfer 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
T Kennistoets Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
Reader CDM
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
Analyseopdrachten (communitymanagement, sociale psychologie, samenspel) en presentatie Opdrachten SxD Casussen internet & recht Zelfstudie Blogposts schrijven (SxD)
18
Werkvormen
Hoor- en werkcolleges
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Online Dynamics & Concepting Titel OWE
Online Dynamics & Concepting SIS I-DMEC ODC
1
Opleiding
Online Dynamics & Concepting is een course van DMEC. DMEC is een kernsemester van CS/BIM-c en CMD en een verwant semester van BIM-I en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse voltijd en deeltijd
3
Beroepstaken
Develop and maintain an E-Community
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Artikel Kennistoets Concepting & prototyping opdracht
6
Studiepunten
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
C Propedeuse-courses:
Voor het in kaart brengen van de organisatie: Portal
Voor doelgericht schrijven: Wiki
Voor het creativiteitstraject: Remediate, Direct E-Mail
I Propedeuse-courses:
Studenten moeten de volgende courses hebben gehaald o
Web Development
o
Embedded Application
o
Game
8
Ingangseisen
Aanbevolen C- of I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
Community’s worden alleen maar succesvol als ze aansluiten op de cultuur in zowel de groep (of organisatie). Daarom is het belangrijk om de cultuur te analyseren. Om tot een goed concept te komen is creativiteit nodig. Je leert om creativiteit aan te boren bij anderen en creativiteit in te zetten bij veranderingsprocessen. Co-creatie speelt hierin een belangrijke rol. De course is verder gericht op het community centered ontwikkelen van een community. Dit doe je door gebruikersonderzoek uit te voeren en (snelle, agile) prototypes te ontwikkelen. Ook gaan we in op zaken als sociability, usability, en onderzoek.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Onderzoekt creatieve organisaties, crowdsourcing, empowerment, collaborated creativity, de COCD box, het creativiteitstraject en geeft, als groep, een eigen visie.
Ana2.2
Geeft blijk van kennis over culturen, conceptontwikkeling, technieken voor creatieve processen en voor cocreatie, community centered development, prototyping en onderzoek.
Ana2.3
Kan op effectieve en lichtgewicht manier onderzoek doen dat leidt tot ontwerpuitgangspunten voor de opdracht, de doelgroep en de context van de opdracht
Ana2.4
Kan aannames en inschattingen die leiden tot ontwerpbeslissingen of –alternatieven expliciteren en als hypotheses gebruiken in prototype-toetsen.
Ana2.5
Is in staat de aangeboden stof te verdiepen of te verbreden in een artikel. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Vertaalt in meerdere iteraties het centrale eigen concept naar een human centered ontwerp en zet per iteratie de best passende gereedschappen in Realiseren niveau 2
Rea2.1 12
Realiseert diverse prototypes en onderbouwt de gemaakte keuzes
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen
Art Artikel
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 2 Cijfer 5,5 30% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
T Kennistoets
Conc Opdracht Concepting en Prototyping Toetsvorm Schriftelijke toets Opdracht Aantal examinatoren 2 2 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 30% 40% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Byttebier, Igor, (2003), Creativiteit HoeZo, Schiedam: Scriptum Zaki Warfel, Todd (2009), Prototyping: A Practitioner’s Guide, Rosenfeld Media Reader ODC Van Buren, Hans (2009), Onderzoek de basis, Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
Axure RP, nieuwste versie (licenties worden door school geleverd) of vergelijkbare prototyping software
Powerpoint of Keynote
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
Cultuuranalyse, Creativiteitstraject, COCD, Opdrachten Prototyping, Onderzoeken van community-aspecten, Conceptingopdracht
18
Werkvormen
Hoorcolleges, werkcolleges, workshops
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Web Engineering Titel OWE
Web Engineering SIS I-DMEC WE
1
Opleiding
Web Engineering is een course van DMEC. DMEC is een kernsemester van BIM-c en CMD en een verwant semester van BIM-i en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse
3
Beroepstaken
Develop and maintain an E-Community
5
(Beroeps) Producten
Webapplicatie in Node.JS met Express
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 EC 210 SBU
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse courses:
7
Studenten moeten de volgende courses hebben gehaald o
Web Development
o
SPD, of Embedded Application
o
OOPD, of Game
o
DbApp
8
Ingangseisen
Aanbevolen I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
Het sociale web is gemaakt door web engineers die bestaande protocollen steeds opnieuw op een creatieve manier naar hun hand wisten te zetten om er totaal nieuwe mogelijkheden mee te scheppen. Bijna elke (sociale) webdienst biedt tegenwoordig een API (Application Programming Interface) aan, zodat andere programmeurs de dienst naar hun hand kunnen zetten. Wat die er mee doen, bepaalt dan op zijn beurt de ontwikkeling van de dienst. In deze course richten we ons op het gebruiken en maken van dit soort API’s. We maken een mash-up waarin we bestaande functionaliteit combineren om tot nieuwe diensten te komen. Daarnaast kijken we wat er bij komt kijken om zelf weer een API te schrijven om deze dienst voor anderen beschikbaar te maken. Natuurlijk kan dat alleen vanuit een stevige basis in een server-sided web-programmeertaal. Daarvoor gebruiken we Node.JS met Express.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1 Ana2.2
De student kan snel en efficiënt de functionaliteit, de kwaliteit en bruikbaarheid van een externe API, of package in kaart brengen. De student kan, gegeven de opdracht en beschikbare middelen, een afweging maken tussen het gebruik van externe API’s en het zelf realiseren van functionaliteit Ontwerpen niveau 2
Ontw2.1
De student kan een ontwerp maken van een de navigatie van een webapplicatie waarbij er op zinvolle manier gebruik gemaakt wordt van REST
Ontw2.2
De student deelt functionaliteit op de juiste manier in binnen het MVC model.
Ontw2.3
De student kan Models ontwerpen die met ORM aan relationele database gekoppeld zijn. Daarbij kan hij/zij complexe relaties leggen tussen models/tabellen. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De student kan een prototype voor webapplicatie in Node.JS en Express realiseren waarbij de aangeboden tools op correcte wijze worden toegepast.
Toelichting
Rea2.2
De student kan algoritmes realiseren in JavaScript.
Rea2.3
De student kan functionaliteit uit verschillende bronnen toepassen binnen een eigen applicatie (bijvoorbeeld packages en API’s)
12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
TR Moduletoetsen
RO Eindopdracht
Toetsvorm
Schriftelijke toets die bestaat uit deeltoetsen 1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema Nvt
Opdracht
Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie 13
Verplichte literatuur
1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema Nvt
TL Moduleopdrachten Huiswerk 1 Vink Ingeleverd voor begin van de les waarin deze behandeld wordt. nvt Zie toetsschema Nvt
Artikelen en tutorials van Internet (links worden tijdens vak bekend gemaakt) Formele documentatie van de frameworks
14
Aanbevolen literatuur
nvt
15
Software
wordt in de les bekend gemaakt
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
Huiswerk voorbereiden
Lessen toepassen van software development technieken
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Uitvoering gerelateerde opdrachten Flipped classroom: De theorie en exercises worden gepresenteerd in video’s Theorieles: de theorie wordt toegelicht Leesvragen: voor het begin van de les levert elke student 3 vragen in over de bestudeerde stof Presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden Zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen Casus / workshop: je werkt aan een van de casussen waarin je het geleerde toepast; bij elk van de casussen horen tussentijdse reviews en een eindgesprek. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DMEC project Titel OWE
DMEC project SIS I-DMEC P
1
Opleiding
HET DMEC-project is onderdeel van het semester DMEC. DMEC is een kernsemester van BIM-c en CMD en een verwant semester van BIM-i en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaak
Develop and maintain an E-Community
5
(Beroeps) Producten
Concepten, prototypes
6
Studiepunten/
15 Studiepunten 420 SBU
Studielast 7
Samenhang met andere OWE’s
DMEC courses Community Design & Management, Online Dynamics & Concepting en Web Engineering
8
Ingangseisen
Aanbevolen: C- of I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
Op basis van de theorie uit de courses en onderzoek ontwikkel je in de projectfase concepten en prototypes. Je doorloopt drie iteraties (‘1-10-100’).
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Beheren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken, Reflecteren/zelfsturing
11
Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren onderzoeken niveau 2
Ana2.1
Onderzoekt de community needs.
Ana2.2
Organiseert formatieve evaluaties en de voorbereiding van een summatieve evaluatie op basis van de doelstelling(en) van de community.
Ana2.3
Past een aangepast model voor cultuur-analyse toe in de praktijk, en motiveert gemaakte keuze(s)
Ana2.4
Extraheert methodisch de cultuur van de gekozen organisatie.
Ana2.5
Kan trends in het interactieontwerp van sociale media in kaart brengen en toepassen op het eigen ontwerp.
Ana2.6
Kan SxD Design Patterns herkennen, en laat zien hier op te kunnen voortbouwen met een innovatieve mindset. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
Ontwerpt een creativiteitstraject op basis van de heersende cultuur.
Ont2.2
Ontwerpt op basis van de uitkomsten van een creatieve sessie een concept dat door de organisatie wordt gedragen.
Ont2.3
Maakt een vernieuwend en coherent sociaal interactie-ontwerp.
Ont2.4
Maakt en verantwoordt vormgevingskeuzes voor de gebruikersinterface waardoor deze de sociale interactie binnen de community op een positieve wijze beïnvloeden.
Ont2.5
Vertaalt en documenteert community design-ideeën van het team in ontwerpen voor user-interfaces en informatie-architecturen voor het product.
Ont2.6
Kiest en verantwoordt welke aspecten van het prototype in low-, mid-, of high-fidelity worden uitgewerkt.
Ont2.7
Wint op juiste momenten relevante technische kennis in bij experts. Realiseren niveau 2
Rea2.1
Realiseert verschillende aspecten van prototypes in verschillende mate van fidelity, en kiest daarbij de meest effectieve hulpmiddelen.
Rea2.2
Realiseert prototypes die niet alleen het bedachte uiterlijk van het product demonstreren, maar ook het beoogde (interactieve) gedrag van het product.
Rea2.3
Levert een hoofdbijdrage aan de realisatie van prototypes.
Rea2.4
Documenteert het technisch ontwerp op zo’n manier dat het product geschikt is voor doorontwikkeling door een open source community
Rea2.5
Zorgt voor overdraagbaarheid van prototypes. Beheren niveau 2
12
Tentaminering
Beh2.1
Organiseert community management.
Beh2.2
Zorgt voor introductie en begeleiding van communityleden, moderatoren en/of beheerders.
Code deeltentamen Deeltentamen
BP Projectoplevering (groep)
Rol vrslg Rolverslag / assessment (individueel)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 3 Cijfer 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
Individueel verslag 1 Cijfer 5,5 of hoger 33,3% Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg pf Vaardigheden portfolio (individueel)
Vrdg BV2 Toets vaardigheden BV2
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 25% Zie toetsschema Nvt
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 8,3% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
Alle literatuur gebruikt in de coursefase
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
Alle activiteiten die horen bij projectonderwijs
18
Werkvormen
Projectonderwijs
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE DMEC++ Titel OWE
DMEC++ SIS I-DMEC ++
1
Opleiding
DMEC++ is onderdeel van het semester DMEC. DMEC is een kernsemester van BIM-c en CMD en een verwant semester van BIM-i en I.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-of I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Develop and maintain an E-Community
4
Centrale beroepstaak
5
(Beroeps) Producten
Nvt Concepten, prototypes
6
Studiepunten/ -last
7,5 Studiepunten, 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
DMEC courses Community Design & Management, Online Dynamics & Concepting en Web Engineering
8
Ingangseisen
Aanbevolen: C- of I-propedeuse
9
Algemene omschrijving
Op basis van de theorie uit de courses ontwikkel je concepten en prototypes. Je doorloopt twee iteraties.
10
Competenties
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren
11
Beoordelingscriteria
Indicator Id
Indicator omschrijving Analyseren onderzoeken niveau 2
Ana2.1 Onderzoekt de community needs.
Ana2.2 Extraheert methodisch de cultuur van de gekozen organisatie.
Ana2.3
Kan trends in het interactieontwerp van sociale media in kaart brengen en toepassen op het eigen ontwerp. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1 Ontwerpt concepten die door de organisatie worden gedragen. Maakt en verantwoordt vormgevingskeuzes voor de gebruikersinterface Ont2.2 waardoor deze de sociale interactie binnen de community op een positieve wijze beïnvloeden. Ont2.3
Kiest en verantwoordt welke aspecten van het prototype in low- of mid- fidelity worden uitgewerkt. Realiseren niveau 2
Rea2.1 Realiseert verschillende aspecten van prototypes in verschillende mate van fidelity, en kiest daarbij de meest effectieve hulpmiddelen. Rea2.2 Realiseert prototypes die niet alleen het bedachte uiterlijk van het product demonstreren, maar ook het beoogde (interactieve) gedrag van het product. 12
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen
BP Oplevering (groep)
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema Nvt
Vrslg Verslag / Assessment (individueel) Verslag 1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema Nvt
13
Verplichte literatuur
N.v.t.
14
Aanbevolen literatuur
N.v.t.
15
Software
N.v.t.
16
Overig materiaal
N.v.t.
17
Activiteiten
N.v.t
18
Werkvormen
Workshops, presentaties
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Create a Game (GAME) C & I – Semester Centrale beroepstaak
Bouw een 3D-Game
Game Art (GA)
Game Play (GP)
Game Development (GD)
3D Design and Rendering
Concepts of gameplay
Game Engines
Building 3D Objects with 3D Modelling Tool
Goals, Rules & Challenges
Scripting Languages for Game Engines (UDK)
Interactive Storytelling
Level Construction in UDK
Artificial Intelligence for Games
(Optional) 3D Character Design
Miscellaneous Game Elements (cut scenes, GUI)
Mathematics and Physics for simulations
Game Sound & Music
Pathfinding Algorithms
Level Design
VT: C & I Project Groepsproject 'Create a 3D Game' met individuele specialisatie in een Game Design onderwerp DT : integratieve ++ deel Individuele specialisatie in een Game Design onderwerp
2
2
GD
2
2
2
Project
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Zelfsturing & Reflectie
2
Samenwerken
GP
Planmatig werken
2
Communiceren
Realiseren
2
Beheren
Ontwerpen
2
Evalueren
Analyseren & Onderzoeken
GA
Adviseren
Course
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving Het semester ‘Create a Game’ is een inleiding op het maken van grote spellen voor PC’s en spelcomputers. Het gaat daarbij niet over Flash-games op Internet of over denksporten als schaken, juist wel over 3D, grafische vormgeving, storytelling, gameplay en de technieken die daarbij nodig zijn. Het semester is toegankelijk voor studenten met een C-propedeuse en studenten met een I-propedeuse en omvat daarom drie courses: een C- en een I-course, plus een gemeenschappelijke course. In het project komen studenten weer samen om in multidisciplinaire teams een game te ontwikkelen. Game Design is een zeer breed onderwerp waarin vele onderwerpen en technieken van ICT worden toegepast. Graphics Design heeft een plaats binnen Game Design, maar ook het programmeren van intelligent gedrag, bijvoorbeeld van bots binnen een spel. Het vak is dus zeer breed. In dit semester behandelen we in de courses de basis van Game Design (zie de afzonderlijke courses voor details). Daarnaast is er veel ruimte voor het specialiseren in bepaalde onderdelen van Game Design. Deze specialisatie begint al in de courses en wordt verder voortgezet in het project. In dit project wordt door de gehele groep studenten gewerkt aan één game en daarbij is er juist veel ruimte om gespecialiseerde vaardigheden toe te passen.
Beschrijving OWE GA (Game Art)
1
Titel OWE
Game Art SIS I-GAME GA
Opleiding
GA is een course van GAME-L. GAME-L is kernsemester voor CMD.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Game Art : 3D design en interactive storytelling
5
(Beroeps) Producten
3D Design, Modelling and Rendering
Building 3D Objects with 3D Modelling Tool (3D Studio Max)
Interactive Storytelling and Character Design
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
C-Propedeuse courses:Immersive Space, Brand Design, Wiki
8
Ingangseisen
Aanbevolen : C-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
In de C-course is veel ruimte voor het visueel vormgeven van 3D-werelden en objecten met behulp van 3D Studio Max. Dit is een zeer groot onderwerp, we moeten ons dus beperken tot een inleiding. De tweede lijn in deze course gaat over verhaallijnen in spellen (interactive storytelling). De mogelijkheden tot specialisatie betreffen hier geluid in spellen en het ontwerpen en creëren van geanimeerde karakters.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken , Ontwerpen en Realiseren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicator Ana2.1 Ana2.2
Indicator omschrijving Toelichting Analyseren & Onderzoeken niveau 2 De student toont via een case-study aan dat hij een (vaak) gespeeld spel kan analyseren op grond van de narratieve elementen. De student toont aan dat hij aan de hand van een filmbeschouwing diverse plotkenmerken ten aanzien van vorm, structuur, tragedie en conflicten helder kan beschrijven. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De student kan vanuit een persoonlijke en creatieve benadering aantonen dat hij een mate van ‘interne logica’ kan creëren.
Ont2.2
De student kan zijn personages in woord omschrijven en verder ontwikkelen.
Ont2.3
De student kan zijn karakters verder in beeld ontwikkelen tot een geloofwaardig karakter.
Ont2.4
De student toont aan de gemaakte keuzes zo veel mogelijk te kunnen onderbouwen.
Ont2.5
De student kan experimenteren met samengestelde (bestaande) tekens en/of symbolen, en komt zo tot een meer eigen metaforische beeldtaal.
Ont2.6
De student maakt een schets van een zelfbedacht object dat hij/zij in 3D wil gaan realiseren. Maakt voor- en zijaanzichten die in een 3D-pakket als blauwdruk kunnen fungeren.
Ont2.7
De student toont aan dat hij/zij de theorie over art styles en silhouetten kan toepassen op de eindscene. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De student kan op begrijpelijke en spannende wijze enkele acties, handelingen, uitdrukkingen en de plaatsing van zijn karakters in woord en beeld brengen.
Rea2.2
De student kan de door hem opgeroepen look en feel in één ultiem toepasselijk beeld ‘vangen’
Rea2.3
De student is in staat zijn eindwerkstukken bondig te omschrijven in de zin van contextduiding.
12
Tentaminering
Rea2.4
De student zet schetsen om in 'planes' in een 3D-pakket en bouwt aan de hand van blauwdrukken en planes een lowpoly 3D-model (static mesh) NB: Dit kan in de course nog een eenvoudig model zijn. Een beschrijving van de werkwijze (getoond met behulp van schermafdrukken) is verplicht.
Rea2.5
De student maakt textures ten behoeve van het 3D-model en kan zijn/haar 3Dmodel van deze textures voorzien.
Rea2.6
De student kan een gerealiseerd 3D-model exporteren voor een game engine en deze importeren in Unreal Tournament. NB: Een beschrijving van de werkwijze (getoond met behulp van schermafdrukken) is verplicht.
Rea2.7
De student realiseert een eindscene met diverse 3D-objecten.
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Code deeltentamen Pf GA-3d Pf GA - st Deeltentamen portfolio GA - 3D met de portfolio GA - Storytelling met de opgaven uit de opgaven uit de studiehandleiding studiehandleiding Toetsvorm Portfolio Portfolio Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 50% 50% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie
Nvt
Nvt
13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
Aanbevolen boek “Interactive Storying”, William Glassner, A K Peters, ISBN 1-56881-221-3.
15
Software
Software: 3D Studio Max.
16
Overig materiaal
Videotutorials op alle deelgebieden (UDK, 3D Studio Max, UnRealScript)
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Lessen 3D Design met practica 3D Studio Max Lessen interactive storytelling plus bijbehorende workshops Eindopdracht Storytelling: Designdocument met o.a. Storyboard en ‘het ultieme eindbeeld’(Final Work) Eindopdracht 3D: realisaties van 3D-objecten (of karakters, in geval van specialisatie), te gebruiken in eigen game. theorieles: de theorie wordt toegelicht oefenopdrachten om de theorie te verwerken en de vaardigheden aan te leren presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen eindopdracht: je werkt aan een eindopdracht waarin je het geleerde toepast; hierbij is tussentijdse feedback. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE GP (Game Play)
1
Titel OWE
GP (Game Play) SIS I-GAME GP
Opleiding
GP is een course van GAME (L/R). GAME (L/R) is kernsemester voor CMD. GAME –R is verwant semester voor I en TI
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse deeltijd of voltijd
3
Beroepstaken
Game Play
5
(Beroeps) Producten
Concepts of gameplay, Goals, Rules & Challenges
Level Design
Level Construction in UDK
Miscellaneous Game Elements (cut scenes, GUI)
Game Sound & Music
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse courses: Embedded applications Game C-Propedeuse courses: Immersive Space Redesign Wiki
8
Ingangseisen m.b.t. (deel) tentamens
Aanbevolen : C- of I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
Deze course staat centraal in dit semester en moet door alle studenten gevolgd worden. De course richt zich op game play en level design. Bij game play komen diverse spelconcepten aan de orde, zoals (spel)regels, spelervaring en –beleving. Daarbij komen begrippen uit de cognitieve psychologie van pas, bijvoorbeeld flow en beleving van een spel. Centraal staat de speler: deze heeft een doel in het spel, wordt geconfronteerd met uitdagingen en kan acties ondernemen om deze uitdagingen aan te gaan. De effecten van acties worden bepaald door regels. Daarnaast gaan we in op play modes en elementen van films in games, zoals cameravoering. Bij level design gaat we in op de representatie van de ruimte (bijvoorbeeld bsp, meshes), terrein, aanwezige actoren. Andere trefwoorden zijn triggers, movers, belichting en teleports. We maken daarbij gebruik van een game engine met level editor, in de huidige uitvoering is dat de level editor van Unreal Tournament. We analyseren bestaande games en werken toe naar het ontwerpen van een eigen game, of deel van een game. In deze course wordt ook in een kleiner onderdeel aandacht besteed aan sound en muziek. De course eindigt met een gedifferentieerde eindopdracht.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicator Omschrijving
Toelichting Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De student kan diverse game play elementen herkennen en omschrijven aan de hand van een bestaand spel. Deze elementen zijn: play, magische cirkel, regels, doel, uitdagingen, speleracties, competitiemodus
Ana2.2
De student toont door middel van een high concept document aan het gameplay concept van een spel te kunnen analyseren en HCD te kunnen vertalen naar een concept voor een nieuw te ontwikkelen spel.
Ana2.3
De student kan de sfeer van de audio van een spel omschrijven en weet muziek en audio-effecten te onderscheiden. Ontwerpen niveau 2
kan in apart document, maar veelal kan dit ook worden aangetoond in HCD en/of LDD
Ont2.1
De student kan een globale beschrijving van te ontwikkelen game maken waarin aandacht besteed wordt een aan doel, verhaallijn en soort gameplay beschreven worden
Ont2.2
De student toont aan in een non lineair level layout ontwerp te in LDD kunnen hanteren en te vertalen naar een ontwerp voor een level
Ont2.3
De student toont aan bewust te zijn van de spelpatronen en de informatiestromen in het ontworpen spel aan de hand van het game play model via een beschrijving van de flow door een level, in LDD met behulp van een flowboard dat schematisch de structuur van de game weergeeft
Ont2.4
De student kan een ontwerp maken voor de feedback aan de speler, in alle vormen die in het betreffende spel van toepassing zijn, zoals toestand van de speler en aanwijzingen voor het spelverloop.
via de GUI, maar ook door anwijzingen in de spelwereld. In LDD
Ont2.5
De student kan een beeld schetsen van het uiterlijk en de sfeer van het spel door middel van moodboards en andere grafische hulpmiddelen
Bijv. dmv Flash, Photoshop of schetsen
Ont2.6
De student kan een spelelement/uitdaging in detail uitwerken, waarbij de mechanics (interactie en regels) exact geformuleerd worden.
Bijv. dmv stripverhaal of exacte beschrijving van de mechanics
Ont2.7
De student toont via een lijst met voorwerpen (assets) aan dat het level assetslijst voldoende is gedocumenteerd voor overdracht (aan gamebouwers)
in LDD
Ont2.8
De student toont via een korte omschrijving (scenario) behorend bij een of meerdere filmelementen in een game planmatig te in LDD kunnen ontwerpen en geeft het doel van het element aan in de gameplay
Ont2.9
De student kan een eigen sfeer en soundeffects creëren voor een game, door het maken van een geluidstrack.
Te verwerken in Level Design Document (LDD)
Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat toont in een UDK-demolevel aan de volgende basisvaardigheden voor level design te beheersen door in zijn level de volgende zaken werkend te hebben: geometry met in demolevel UDK materials, static meshes, licht, skydome, , terrein met decolayers en volumes.
Rea2.2
De kandidaat kan kismet sequences realiseren om gameplayelementen te implementeren met triggers, matinee-movers en matinee-film.
Rea2.3
De student kan een eigen compositie maken met het pakket ‘Reason’ en deze importeren in het UDK-demolevel.
Communiceren 12
In demolevel
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling.
Tentaminering Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname
Hc doc Gp high concept document Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20 % Zie toetsschema
LD doc Gp level design document beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 50% Zie toetsschema
13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
Compensatie
Nvt
Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Dl Gp UDK demo-level Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 20% Zie toetsschema Nvt
Pr snd Gp product Sound Beroepsproduct 1 Cijfer 5,5 of hoger 10% Zie toetsschema Nvt
Aanbevolen boek “Game Design Workshop”, Tracy Fullerton, Morgan Kaufmann, 2008, ISBN 978-0240-80974-8. Aanbevolen boek " Game Design and Development", Ernest Adams & Andrew Rollins, Pearson Prentice Hall, 2006, ISBN 0-13-168747-6. Aanbevolen boek "The Theory of Fun for Game Design", Raph Koster, Paraglyph Press, 2005, ISBN 1932111-97-2. Aanbevolen boek "Mastering Unreal Technology, vol 1 & 2", Jason Busby, SAMS Publishing, 2009. Software: Unreal Development Kit, met level editor. Videotutorials op alle deelgebieden (UDK, 3D Studio Max, UnRealScript)
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Lessen game play met analyse- en ontwerpopdrachten Practica level editor Eindopdracht: ontwerp eigen gameplay met realisatie van (een deel van) deze game in een level editor, toepassing van specialisatie naar keuze theorieles: de theorie wordt toegelicht oefenopdrachten om de theorie te verwerken en de vaardigheden aan te leren presentaties van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen eindopdracht: je werkt aan een eindopdracht waarin je het geleerde toepast; hierbij is tussentijdse feedback. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE GD ( Game Development)
1
Titel OWE
GD ( Game Development) SIS I-GAME GD
Opleiding
GD is een course van GAME-R. GAME -R is kernsemester voor CMD. GAME -R is verwant semester voor I en TI
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd of voltijd
3
Beroepstaken
Game Development
Ontwerp en realisatie AI in scripting voor bot gedrag in een GAME
Toepassing van Math & Physics concepten in scripting voor game play en bot gedrag
4
Centrale beroepstaak
Nvt
5
(Beroeps) Producten
Game Engines Scripting Languages for Game Engines (UDK) Artificial Intelligence for Games Mathematics and Physics for simulations
6
Studiepunten/ Studielast
Pathfinding Algorithms
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-Propedeuse courses: Embedded applications, Game.
8
Ingangseisen
Aanbevolen : I-Propedeuse
9
Algemene omschrijving
De I-course richt zich op technieken voor het ontwikkelen van games. Er is aandacht voor game engines, waarbij het niet zo zeer gaat om het bouwen van een engine, maar om het bouwen van een game met behulp van een bestaande engine. Verder is er aandacht voor de wiskunde en natuurkunde die je kunt toepassen om een realistische game te maken, denk bijvoorbeeld aan het op een natuurlijke manier laten bewegen van een object door een ruimte, met vallen, stuiteren, enzovoorts. Als laatste is er aandacht voor kunstmatige intelligentie in games, bijvoorbeeld om non-playing characters realistisch gedrag te geven, Denk hierbij bijvoorbeeld aan pathfinding algoritmen of teams van bots die samenwerken. De course eindigt met een gedifferentieerde eindopdracht.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren. Communiceren
11
Beoordelingscriteria
Indicator Ana2.1 Ana2.2 Ana2.3 Ana2.4 Ana2.5
Ana2.6
Ana2.7
Ana2.8
Indicator Analyseren & Onderzoeken niveau 2 Kan van een game-engine bepalen of het een links- of rechtsdraaiend coördinatenstelsel gebruikt. Kan uitleggen wat vectoren en matrices zijn en wat het nut daarvan binnen gaming is. Kan uitleggen wat Euler-angles zijn. De student kent basisconcepten van Unreal-script voor het uitbreiden van de Unrealengine De student kent de class structuur van Unreal waarmee toepassing van AI in NPC gedrag mogelijk wordt De student kan een aantal Artificial Intelligence onderwerpen uit de volgende lijst plaatsen in termen van Game Development in een eenvoudige situatie: - chasing en evading - pattern movement - scripting - Finite State Machines - A* pathfinding - flocking - team AI De student kent de class structuur van Unreal waarmee toepassing van AI in NPC gedrag mogelijk wordt
De student kan een analyse maken met finite states
Toelichting
Te vergelijken met Java OO concepten : classes , interfaces, overerving, overriding Extra’s als State en overriding binnen states
Pawn en Controller , betekenis en samenhang uit te leggen Voorbeeld analyse met
Ana2.9
machines voor het toepassen van AI in NPC gedrag
state en events tabel
De student kent algoritmen voor een aantal Artificial Intelligence onderwerpen voor toepassing in Game Development in eenvoudige situaties:
Wanneer is wat toe te passen?
- chasing en evading - pattern movement
Uitleg geven over werking van het algoritme 3 algoritmes uitleggen
- A* pathfinding - flocking - team AI
Ont2.1
Ontwerpen niveau 2 De student kan uitbreidingen van bestaande functionaliteit en NPC gedrag ontwerpen op basis van UnrealScript
Bots : zowel extends voor Pawn als Controller. Betekenis basis classes en zin/noodzaak van uitbreidingen
Ont 2.2
De student kan bij het ontwerpen van uitbreidingen op bestaande functionaliteit en NPC gedrag Finite State Machines ontwerpen
State chart diagram ontwikkelen op basis van een state en events table
Ont 2.3
De student kan bij het ontwerpen van gedrag van NPCs een aantal AI onderwerpen toepassen: - chasing en evading - Fuzzy Logic
Voor 2 onderwerpen ontwerp toelichten. Welke classes en hoe werken die samen?
- A* pathfinding - flocking - team AI
Rea2.1 Rea2.2
Rea2.3
Rea2.4 Rea2.5
Rea2.6 Rea2.7
Realiseren niveau 2 Kan code geschreven voor het ene coördinatenstelsel omzetten naar code voor een ander coördinatenstelsel. Kan de goniometrie toepassen (programmeren) in een 2D-game(-engine). Kan matrices opstellen voor het uitvoeren van rotaties, translaties en scaling al dan niet in combinatie met elkaar (vermenigvuldiging) en dit ook toepassen in een programma. Kan Matrices en Euler-Angles in elkaar omzetten en dat ook programmeren. Kan de eenvoudige vormen van Collision Detection toepassen/programmeren in een 2D-game. Kan de regels/wetten binnen de fysica (m.b.t. verplaatsing snelheid, versnelling, krachten, wrijving en botsing) toepassen/aanpassen/programmeren in een 2D-game. De student kan voor het programmeren van AIconcepten, oa in NPC gedrag, gebruik maken van UnrealScript
Eigen voorbeeld bespreken van UnrealScript implementatie ,met bijzonderheden van UnrealScript.
Rea2.8
De student kan een geïntegreerde ontwikkelomgeving gebruiken voor het toepassen van UnrealScript.
Welke omgeving gebruikt? Voordelen / nadelen
Rea2.9
De student kan de mogelijkheden van KISMET gebruiken om eenvoudig botgedrag te implementeren
Welke elementen van KISMET zijn gebruikt en hoe? Voorbeeld toelichten
Rea2.10
De student kan de volgende AI concepten realiseren voor een Game:
Implementatie van 2 algoritmes toelichten.
- A* pathfinding - Chasing & evading
Rea2.11
- flocking - Team-AI De student heeft bij een deel van deze implementaties vaardigheid in UnrealScripting aangetoond
Minimaal 1 met Unreal script , met uitleg bijzonderheden Unrealscript
De student kan een FSM implementeren voor het realiseren van AI concepten in een game
Toelichting implementatie van states aan de hand van eigen voorbeeld, Consistentie met ontwerp besrpeken : states + overgangen
Rea 2.12
De student kan testen uitvoeren voor gerealiseerde AI concepten in een game
Communiceren 12
Code deeltentamen Deeltentamen
Tentaminering
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Voorbeeld bespreken
Voor alle teksten geldt indicator 4 van de generieke competentie Communiceren: Past grammaticaal correct taalgebruik toe en hanteert de juiste spelling. Prod GD-m ph Pf GD-m ph Math & Physics opdrachten uit portfolio GD - Math & Physics de studiehandleiding Opdrachten Portfolio 1 1 Cijfer Cijfer 5,5 of hoger 5,5 of hoger 25% 25% Zie toetsschema Zie toetsschema Nvt Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
13
Verplichte literatuur
14
Aanbevolen literatuur
15
Software
16
Overig materiaal
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Prod GD-ai Pf GD-ai GD - AI and Programming opportfolio GD - AI and Programming drachten uit de handleiding Toetsvorm Opdrachten Portfolio Aantal examinatoren 1 1 Beoordeling Cijfer Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger 5,5 of hoger Weging 25% 25% Periode afname Zie toetsschema Zie toetsschema Compensatie Nvt Nvt Boek “Fundamentals of Math and Physics for Game Programmers”, Wendy Stahler, Pearson Prentice Hall, ISBN 0-13-168742-5. Boek “AI for Game Developers”, David M. Bourg en Glenn Seeman, O'Reilly, 2004, ISBN 0-596-00555-5 "Mastering Unreal Technology, vol 1 & 2", Jason Busby, SAMS Publishing, 2009. Videotutorials op alle deelgebieden (UDK, 3D Studio Max, UnRealScript) Software: Unreal development kit (UDK), Visual Studio (vanaf v 2008), Plugin Nfringe Eclipse omgeving met WTK
Lessen Mathematics & Physics met bijbehorende practica Lessen AI en pathfinding met bijbehorende practica Practica scripting in een game engine, behorend bij de level editor van de C&I-course (nu UDK) Eindopdracht waarin enkele AI concepten voor toepassing in een game worden samengevoegd theorieles: de theorie wordt toegelicht oefenopdrachten om de theorie te verwerken en de vaardigheden aan te leren zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen eindopdracht: je werkt aan een eindopdracht waarin je het geleerde toepast; hierbij is tussentijdse feedback. N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Project GAME (Create a Game)
1
Titel OWE
Project GAME (Create a Game) SIS I-GAME P
Opleiding
Project GAME is een onderdeel van GAME (L/R) GAME (L/R) is kernsemester van CMD GAME - R is verwant semester van I en TI
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met C- of I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
5
(Beroeps) Producten
Specialisatie in game design onderwerp Gespecialiseerde bijdrage aan de ontwikkeling van een GAME in een specialisatieteam : Art, Sound, Character, Level, Programming.
6
Studiepunten/ Studielast
15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang
Course OWE’s: GA, GP en GD
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Aanbevolen : I-Propedeuse of C-Propedeuse Het project in het game-semester is bijzonder, omdat er met de volledige groep studenten gewerkt wordt aan één product. Ook is er geen van te voren vastgestelde opdracht, de studenten doen zelf een brainstormsessie over concept en ontwerp van het spel (deze komen vaak voort uit opdrachten die tijdens de courses gemaakt zijn). Dit betekent dat de groep het volledige ontwikkeltraject van een game doorloopt, van concept tot en met play testing. Er wordt in teams gewerkt aan de game. Sommige teams werken aan een level, andere werken aan spelonderdelen die leveloverstijgend zijn: verhaallijn, characters die in alle levels voorkomen (player), GUI, sound, speciale effecten. Binnen deze teams is het de bedoeling dat er multidisciplinair gewerkt wordt. Teams bestaan uit C'ers en I'ers gemengd en teamleden specialiseren zich op een onderdeel van het werk. Met deze specialisaties toon je je domeinspecifieke competenties aan, die zijn dus niet gelijk voor alle studenten. Vertegenwoordigers uit de teams en specialisten vormen samen een managementteam (MT), dat zorgt voor de globale planning en afstemming tussen de teams. Een groep van vertegenwoordigers uit de verschillende teams vormt het integratieteam (IT). Zij zorgen ervoor dat alle losse onderdelen die door de teams worden opgeleverd kunnen worden samengevoegd tot één spel.
10
Competenties
11
Beoordelingscriteria
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Beheren. Communiceren, samenwerken, planmatig werken. Domeinspecifieke competenties en indicatoren De verschillende specialisaties maken het onmogelijk om in het algemeen competenties en indicatoren te formuleren, de onderwerpen lopen te ver uiteen. Er is een lijst van mogelijke functies binnen de specialisten teams Art, Character, Sound, Level, Programmers. Er is een managementteam bestaande uit de leads van elk specialistenteam. Uit de specialistenteams wordt een Integratieteam samengesteld. Elke student stelt zelf indicatoren op voor de eigen specialisatie. De indicatoren moeten voldoen aan een aantal eisen, zogenaamde meta-indicatoren. De meta-indicatoren zijn: 1. De student omschrijft de specialisatie in algemene zin en specifiek voor de ontwikkelde game Je geeft aan wat je specialisatie inhoudt en waarom je specialisatie van belang is voor games in het algemeen. Je geeft ook aan wat het specifieke belang is voor de game die in het project ontwikkeld wordt. 2. De student moet voor het verwerven van de specialisatie bronnen (literatuur, on-line) gebruiken en toelichten in portfolio Vanaf het begin houd je bij welke boeken, tutorials, sites en andere middelen je gebruikt om je kennis en vaardigheden op het gebied van je specialisatie te verwerven. Daarbij noteer je wat je precies uit deze bronnen gehaald hebt. Op deze manier ontstaat een lijst van vakinhoudelijke competenties die je tijdens het project verworven hebt. 3. De student toont competenties op zijn/haar specialisatie aan door middel van een concreet product Het gaat hier om een product op het niveau van je specialisatie. De kennis en vaardigheden uit het punt 2 worden hier toegepast. Je geeft aan hoe het product tot stand gekomen is. 4. Het product moet zonder problemen toepasbaar zijn in de game van dit project Een op zichzelf staand product is niet voldoende, het moet bruikbaar zijn in de grote game. Dit betekent dat het moet voldoen aan eisen op het gebied van naamgeving, maatvoering, techniek (bijv low-polygon) en stijl, opdat het past in de game. 5. Het product moet voorzien zijn van documentatie, die ook het niveau van de specialisatie aantoont Documentatie is niet alleen om je competenties aan te tonen, maar ook om het overdraagbaar te maken. Je moet hetzodanig kunnen overdragen aan een collega binnen het project,
dat deze er zonder problemen aan verder kan werken. De student toont aan een bijdrage op basis van coursekennis en -vaardigheid aan de te realiseren game geleverd te hebben Het werk binnen het project omvat niet alleen producten op het gebied van je specialisatie. Je levert ook producten voor de game op die in de lijn liggen van wat in de courses al behandeld is. Je omschrijft je bijdrage aan de game op dit niveau.
6.
HBO-competenties Indicatoren HBO-competentie Communiceren Niveau 1
1.
2.
3.
4.
Bereidt presentaties voor (structuur, doel, doelgroep). Past structuur toe tijdens presentaties, geeft het doel aan, houdt rekening met de doelgroep. Gebruikt correcte grammatica, spelling, stijl en structuur passend bij het doel van documenten. Verwoordt duidelijk een boodschap in twee- of groepsgesprekken en presentaties, controleert of deze boodschap overkomt en luistert actief in twee- of groepsgesprekken. Herkent en benoemt eigen kwaliteiten en valkuilen in communicatie.
Niveau 2 (Niveau 2 bestaat uit alle indicatoren niveau 1, aangevuld met de indicatoren van niveau 2) 1. Heeft kennis van communicatietheorie. 2. Kan het belang van doel- en doelgroepgerichtheid uitleggen. 3. Heeft kennis van communicatiemiddelen en gesprekstechnieken voor verschillende doelgroepen. 4. Toont voorbereidingen op doel, doelgroep en onderwerp van mondelinge en schriftelijke communicatie. 5. Gebruikt passende gespreks- en/of presentatietechnieken om het doel te bereiken in een presentatie en/of een twee- of groepsgesprek. 6. Kijkt kritisch naar de effectiviteit van het eigen communicatieve handelen en benoemt meetbare sterke en verbeterpunten
Criteria Mogelijke bewijsmaterialen niveau 2 Allen: Geef aan zowel schriftelijk als mondeling overleg te hebben gevoerd over oa vorm en aard van de opgeleverde producten (kan binnen de groep maar ook tussen verschillende groepen) en reflecteer hierop. Geef aan op welke manier je je eigen groep of de andere groep informeert wanneer er een product wordt opgeleverd en reflecteer hierop. Laat zien dat je aan document beheer en versie beheer doet en geef aan hoe dat is bevallen Verzorgt gedurende het project minimaal twee presentaties. Laat zien hoe je je voorbereidt en wat je met de feedback doet, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een spreekschema. Laat zien op welke manier jij zorg draagt voor versiebeheer Laat zien dat alle documenten die gemaakt worden voldoen aan de eisen van de communicatietheorie ( m.a.w. ga na of de opgeleverde documenten de juiste inhoud hebben , check de lay-out etc. Te denken valt aan conceptverslag, plan van aanpak, testrapporten,eindverslag/opleveringsdocument etc.( bijvoorbeeld door een tekstplan te overleggen) MT-Rol: Laat zien op welke manier jij informatie vanuit de MT vergadering communiceert naar je werkgroep Toon aan op welke manier jij zorgt voor een goede informatie-uitwisseling tussen de werkgroepen, conceptgroep, integratieteam en binnen je eigen groep IT-Rol: Laat zien op welke manier jij informatie vanuit het integratieteam communiceert naar je werkgroep Toon aan op welke manier jij zorgt voor een goede informatie-uitwisseling tussen de werkgroepen, conceptgroep, integratieteam en binnen je eigen groep Indicatoren HBO-competentie Samenwerken Niveau 1 Niveau 2 (Niveau 2 bestaat uit alle indicatoren niveau 1, aangevuld met de indicatoren van niveau 2.) 1. Maakt concrete afspraken over 1. Heeft kennis van meerdere theorieën over groepsregels. persoonlijke kwaliteiten en teameigenschap2. Houdt zich aan deze regels en pen. afspraken. 2. Heeft kennis van methoden voor het analyse3. Hanteert de regels voor het geven ren van groepsprocessen.
4.
5.
en ontvangen van feedback. Kent verschillende vergaderrollen en vergaderprocedures en past deze toe. Is in staat om met de eigen kwaliteiten en valkuilen bij samenwerken te herkennen en te benoemen.
3.
Heeft kennis van methoden voor besluitvorming. 4. Kan groepsprocessen analyseren en een passende werkwijze voorstellen. 5. Weet bij besluitvorming een passende methode te kiezen. 6. Beschrijft ieder groepslid op persoonlijke kwaliteiten en teameigenschappen. 7. Beschrijft de interactie in de groep op basis van deze kwaliteiten en eigenschappen. 8. Toont aan de besluitvorming binnen de groep actief te bevorderen 9. Toont aan met belangen-tegenstellingen in de groep om te kunnen gaan. 10. Is in staat om kritisch te kijken naar de effectiviteit van eigen interventies op het gebied van samenwerken en kan sterke punten en verbeterpunten benoemen.
Criteria Mogelijke bewijsmaterialen niveau 2 Allen: Geef aan op welke manier de samenwerking verloopt als het gaat om versiebeheer en document beheer en wat je daarvan vind/vond. Geef aan hoe de samenwerking verloopt bij het werken aan een product waarbij de bijdragen vanuit verschillende specialisaties(en dus personen) nodig is en reflecteer hierop. Geef aan wat jouw rol was bij het nemen van besluiten en reflecteer hierop Analyseer in je groep ieder individueel groepslid en het team in zijn geheel aan de hand van bijvoorbeeld de theorieën van Belbin, MBTI, Roos van Leary of kernkwadranten van Ofman Toon aan dat je een bijdrage hebt geleverd aan het oplossen van zowel inhoudelijke als relationele problemen. ( bijvoorbeeld met behulp van conflichanteringstechnieken). MT-Rol: Toon aan dat je de belangen behartig van je eigen groep in het MToverleg door concrete resultaten te benoemen welke je voor jouw groep hebt bereikt. Toon aan op welke manier je invulling hebt gegeven aan je rol als MT binnen je eigen groep. Beschrijf hierbij je eigen rol aan de hand van bijvoorbeeld de leiderschaps stijlen van Covey. IT-Rol: Toon aan dat je de belangen behartig van je eigen groep in het IToverleg door concrete resultaten te benoemen welke je voor jouw groep hebt bereikt Toon aan op welke manier je invulling hebt gegeven aan je rol als IT binnen je eigen groep Conceptteam: Toon aan dat je de belangen behartig van je eigen groep in het conceptteam door concrete resultaten te benoemen welke je voor jouw groep hebt bereikt. Toon aan op welke manier je invulling hebt gegeven aan je rol als conceptbewaarder binnen je eigen groep Indicatoren HBO-competentie Planmatig werken Niveau 1 Niveau 2 (Niveau 2 bestaat uit alle indicatoren niveau 1, aangevuld met de indicatoren van niveau 2.) 1. Maakt een individuele planning 1. Heeft kennis van meerdere projectmanagegebaseerd op de projectopdracht. mentmethoden en software2. Voert de planning uit . ontwikkelmodellen. 3. Legt de eigen bijdrage aan de uit2. Analyseert een probleem of uitdaging, en kan voering vast en beargumenteert afhiervoor een geschikte oplossingsmethode wijkingen van de planning. kiezen. 4. Heeft kennis van een aangereikte 3. Heeft kennis van beheersprocedures. projectmanagementmethode. 4. Kan kennis van beheersprocedures toepas5. Levert aantoonbare actieve bijdrage sen op praktijksituaties. aan plan van aanpak. 5. Kan projectmatig een opdracht uitvoeren en 6. Heeft kennis van timemanagement maakt een bewuste keuze voor een projecten herkent eigen verbeterpunten. managementmethode en/of software7. Is in staat eigen kwaliteiten en valontwikkelmodel. kuilen rond planmatig werken te 6. Voert het project uit, met specifieke aanherkennen en benoemen. dacht voor beheersprocedures. 7. Bewaakt de voortgang en stelt deze bij 8. Legt acties en werkwijzen vast in procedures.
9.
Evalueert de uitvoering van het project in een verslag. 10. Bewaakt de uitvoering van ieders planning en spreekt anderen hierop aan. 11. Is in staat om kritisch te kijken naar eigen planmatig werken en benoemt meetbare sterkte- en verbeterpunten. Criteria Mogelijke bewijsmaterialen niveau 2 Allen: Geef aan waarom er voor deze projectmanagement methode gekozen is binnen de groep en wat jij daarvan vind/vond Geef aan welke beheersprocedures zijn gebruikt en op welke manier deze zijn toegepast ( bijvoorbeeld document beheer en versiebeheer)en geef hierbij aan wat jij daarvan vind/vond. Geef aan welke persoonlijke planningsmethode is gebruikt en hoe deze is bevallen Maak (een gedeelte van) het plan van aanpak. Maak een voortgangsrapportage van het project Kies een projectmanagement methode en onderbouw je keuze Beschrijf hoe je er voor hebt gezorgd dat de project planning ( MT) aansluit bij de eigen groepsplanning Beschrijf hoe je bent omgegaan met wijzigingen in de projectplanning ( MT) die invloed hebben gehad op de groepsplanning Maak een planning voor de (eind) presentatie Maak een testplan MT-Rol: Beschrijf hoe je ervoor hebt gezorgd dat de projectplanning (MT) aansluit bij de eigen groepsplanning Beschrijf hoe je bent omgegaan met wijzigingen in de projectplanning (MT) die invloed hebben gehad op de groepsplanning IT-Rol: Laat zien dat de projectplanning van het integratieteam aansluit op de planning van d eigen groep door beide planningen te tonen en de koppelingen aan te geven. Beschrijf hoe je bent omgegaan met wijzigingen van de planning van het integratieteam die gevolgen hebben gehad op de groepsplanning ( of andersom) 12
Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Vaardigheden niveau 2 toets
Vrdg Pf Vaardigheden in project
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/12 Zie toetsschema Nvt
Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 1/4 Zie toetsschema Nvt
Code deeltentamen Deeltentamen
Pf Spec domeinportfolio met uitwerking van en TVR op de zelfgekozen game-specialisatie Portfolio 1 Cijfer 5,5 of hoger 2/3 Zie toetsschema Nvt
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Minimaal resultaat Weging Periode afname Compensatie 13
Verplichte literatuur
-
14
Aanbevolen literatuur
-
15
Software
UDK ontwikkelomgeving, 3 DS max , Tortoise Subversion
16
Overig materiaal
-
17
Activiteiten
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Brainstormsessies over concept van het spel Planning door managementteam op globaal niveau en door teams op detailniveau Overleg met opdrachtgever en consultants Overleg van het managementteam Overleg binnen de projectgroep Ontwerp van levels, game play en andere elementen van de game Play testing Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product in meerdere iteraties Integratie van onderdelen tot één compleet product Productpresentatie Workshops ter ondersteuning van de competentieontwikkeling: leiding geven en ontvangen/ samenwerken/ planmatig werken/ communiceren Functioneringsgesprekken met de begeleidende docenten Evaluatie en feedback Projectwerk met projectoverleg en voortganspresentaties Zelfstudie met begeiding voor de ontwikkeling van de gekozen specialisatie Functioneringsgesprek om voortgang specialisatie en HBO-vaardigheden te volgen N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE GAME ++ specialisatie/ verdiepingsopdracht Titel OWE
GAME ++ SIS I-GAME ++
1
Opleiding
GAME ++ is een onderdeel van GAME (L/R) dt
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
4
Centrale beroepstaak
Het ++-gedeelte van GAME bestaat uit een specialisatie als verdieping of verbreding van onderdelen van de courses . nvt
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ -last
7
Samenhang met andere OWE’s
-
8
Ingangseisen
Aanbevolen : C of I Propedeuse
9
Algemene omschrijving
De plusopdracht voor deeltijdstudenten houdt een specialisatie in op een van de deelgeboeden van game, vergelijkbaar met de specialisaties zoals die in het voltijdproject gedaan worden. De keuze van deze specialisatie is in principe vrij, maar onderwerp en doel moeten aan een docent worden voorgelegd ter goedkeuring. Omdat specialisaties sterk uiteenlopen, zijn er geen algemeen geldende indicatoren. Deze worden door de student zelf vastgesteld, waarbij drie vragen moeten worden beantwoord: Wat is het verdiepende van de specialisatie, welke literatuur/bronnen worden gebruikt en tot welke producten leidt de specialisatie.
10
Competenties
Analyseren & Onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren.
11
Beoordelingscriteria
12
Tentaminering
13
Verplichte literatuur
De verschillende specialisaties maken het onmogelijk om in het algemeen competenties en indicatoren te formuleren, de onderwerpen lopen te ver uiteen. Elke student stelt zelf indicatoren op voor de eigen specialisatie. De indicatoren moeten voldoen aan een aantal eisen, zogenaamde meta-indicatoren. De meta-indicatoren zijn: 1. De student omschrijft de specialisatie in algemene zin en specifiek voor de ontwikkelde game Je geeft aan wat je specialisatie inhoudt en waarom je specialisatie van belang is voor games in het algemeen. Je kiest hierbij een concrete situatie om de specialisatie in toe te passen, bijvoorbeeld een demolevel in UDK.. 2. De student moet voor het verwerven van de specialisatie bronnen (literatuur, on-line) gebruiken en toelichten in portfolio Vanaf het begin houd je bij welke boeken, tutorials, sites en andere middelen je gebruikt om je kennis en vaardigheden op het gebied van je specialisatie te verwerven. Daarbij noteer je wat je precies uit deze bronnen gehaald hebt. Op deze manier ontstaat een lijst van vakinhoudelijke competenties die je tijdens het project verworven hebt. 3. De student toont competenties op zijn/haar specialisatie aan door middel van een concreet product Het gaat hier om een product op het niveau van je specialisatie. De kennis en vaardigheden uit het punt 2 worden hier toegepast. Je geeft aan hoe het product tot stand gekomen is. 4. Het product moet voorzien zijn van documentatie, die ook het niveau van de specialisatie aantoont Documentatie is niet alleen om je competenties aan te tonen, maar ook om het overdraagbaar te maken. Je moet hetzodanig kunnen overdragen aan een collega binnen het project, dat deze er zonder problemen aan verder kan werken. Code deeltentamen pf Deeltentamen portfolio met uitwerking van en TVR op de zelfgekozen game-specialisatie Toetsvorm Portfolio Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 of hoger Weging 100% Periode afname Zie toetsschema Compensatie N.v.t. -
14
Aanbevolen literatuur
Geen algemene literatuur, te gebruiken literatuur is afhankelijk van de gekozen specialisatie
15
Software
Geen algemene software, te gebruiken software is afhankelijk van de gekozen specialisatie
16
Overig materiaal
-
De plusopdracht voor deeltijdstudenten houdt een specialisatie in op een van de deelgebieden van game, vergelijkbaar met de specialisaties zoals die in het voltijdproject gedaan worden. 7,5 Studiepunten, 210 SBU
17
Activiteiten
Overleg met docent(en) over het onderwerp van de specialisatie. Dit leidt tot akkoord van de docent en afspraken over op te leveren producten. Overleg met medestudenten, indien specialisaties van studenten in samenhang gedaan worden Zelfstudie met begeiding voor de ontwikkeling van de gekozen specialisatie
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
N.v.t.
20
Onderwijsperiode
N.v.t.
21
Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Make a High-Performance Network Application (MPNA) I - Semester Centrale beroepstaak
Make a High-Performance Network Application Operating Systems
Network Programming
File Management
Basisprincipes TCP/IP
Process Managment
TCP/IP addresses
Scheduling
Sniffing
Threading
TCP/UDP sockets
Synchronisatie
Protocol Analysis & Design
Inter Process Communication
Socket Programming
I Project (voltijd) cq Verdiepende opdracht (deeltijd)
VT:Project
2
2
2
DT:Eindopdracht
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Reflectie
2
Zelfsturing &
2
Samenwerken
2
werken
NP
Planmatig
2
Communiceren
2
Beheren
2
Evalueren
Realiseren
OS
Adviseren
Ontwerpen
Onderzoeken
Analyseren &
Competentiematrix
2
Algemene Omschrijving
Dit semester gaat over het bouwen van low-level systeem- en netwerkapplicaties. De courses gaan over Besturingssystemen en over Netwerken. Bij besturingssystemen doe je kennis op van Linux en Windows door programma’s te schrijven die op het niveau van het operating system gebruik maken van file management, process management, IPC, threading en synchronisatie. De course Netwerken behandelt de basisprincipes van TCP/IP netwerken (zoals IP adressen, ARP, bridging en routing) door gebruik te maken van sockets. De programmeertaal die in dit semester wordt gebruikt is voornamelijk C. In de eerste 2 weken zal daarom de aandacht worden gericht op het bekend worden met deze taal. Make a High-Performance Network Application is een interessant semester voor studenten die niet opzien tegen het schrijven van een programma en het als een uitdaging zien om, indien nodig, de diepte in te gaan om te achterhalen hoe besturingssystemen en netwerken nu werkelijk in elkaar zitten.
Beschrijving OWE Operating Systems Titel OWE
Operating Systems SIS I-MPNA OS
1
Opleiding
Operating Systems is een course van MPNA. MPNA is een kernsemester van I en een verwant semester van CMD I en TI.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Make a High-Performance Network Application
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
programmeeropdrachten
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse programmeercourses: SPD en OOPD
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Aanbevolen: I-propedeuse De course Operating Systems bestaat uit colleges en practicumlessen. Deze course bevat geen casus die als een rode draad door de hele periode loopt, maar behandelt OS-aspecten met betrekking tot UNIX- en Win32-systeemprogrammeren. Om logische redenen programmeren we in deze course in de taal C. Na een Linux-introductie besteedt deze course aandacht aan system call’s. Die gebruiken we vervolgens bij enkele eenvoudige applicaties om iets van procesmanagement en procescommunicatie onder UNIX te laten zien. We gaan onder Windows verder met processynchronisatie. Voor sommige onderwerpen ontbreekt de tijd om er zelf iets aan te kunnen programmeren, zoals de onderwerpen memory management en device drivers. Die onderwerpen zullen daarom weinig aan bod komen, maar de liefhebber verwijzen we graag verder. De opgebouwde kennis van behandelde OS-begrippen en de werking ervan toon je aan via het tentamen OS (schriftelijk of online).
10 Competenties 11 Beoordelingscriteria
Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat onderzoekt welke system calls / API’s voor een gegeven probleemstelling nuttig zijn.
Ana2.2
De kandidaat levert een gestructureerd analyserapport op ten aanzien van een synchronisatieprobleem tussen processen.
Ana2.3
De kandidaat kan helder uitleggen wat de basisconcepten zoals processen, threads, multitasking, scheduling en context switching zijn en voor een operating system betekenen.
Ana2.4
De kandidaat kan de werking van procesmanagement en interprocescommunicatie verklaren.
Ana2.5
De kandidaat kan dead-lock en starvation situaties herkennen en oplossen.
Toelichting
Ontwerpen niveau 2 Ont2.1
De kandidaat heeft het ontwerp aangepakt door het op de juiste wijze toepassen van decompositie.
Ont2.2
De kandidaat verdedigt ontwerpbeslissingen m.b.t. de methoden en technieken die ingezet worden om de synchronisatie en de communicatie tussen afzonderlijke processen of threads te regelen.
Ont2.3
De kandidaat heeft het ontwerp (functioneel en technisch!) zodanig helder beschreven, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren. Heeft alle belangrijke ontwerpbeslissingen gedocumenteerd.
Ont2.4
De kandidaat beargumenteert overtuigend dat het ontwerp aan de specificaties voldoet. Realiseren niveau 2
12 Tentaminering
Rea2.1
De kandidaat realiseert doelmatig en efficiënt en in overeenstemming met de geldende programmeerrichtlijnen. Gebruikt beschikbare methoden, technieken en gereedschappen effectief bij de realisatie en bij het opsporen en herstellen van fouten.
Rea2.2
De kandidaat beargumenteert overtuigend dat de synchronisatie en communicatie tussen afzonderlijke processen of threads correct zijn en dit op meer dan één besturingssysteem.
Rea2.3
De kandidaat heeft de realisatie adequaat gedocumenteerd en kan overtuigend beargumenteren dat de realisatie daarmee overdraagbaar en onderhoudbaar is.
Rea2.4
De kandidaat toont aan dat dat de realisatie in overeenstemming is met het ontwerp en de oorspronkelijke specificatie/eisen.
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Eind opdr Programmeeropdrachten opdrachten 1
Tent Tentamen
Cijfer 55 % van totale punten behaald 5,5 of hoger 75%
Cijfer 55 % van totale punten behaald 5,5 of hoger 25%
Zie toetsschema
Zie toetsschema
N.v.t.
N.v.t.
Schriftelijke toets 1
13 Verplichte literatuur
Opgaven op Scholar Syllabus “Operating Systems” op Scholar. Sheets op Scholar.
14 Aanbevolen literatuur
Boeken ter inzage in lokaal
15 Software
Fedora Linux VMware-guest met NetBeans, VMware Player; VisualStudio met C compiler.
16 Overig materiaal
N.v.t.
17 Activiteiten
Introductie-workshop Linux UNIX systeemprogrammeren Win32 programmeren
18 Werkvormen
theorieles: de theorie wordt toegelicht. Informatica-lessen worden (vrijwel) alleen gegeven tijdens de courses, vaardigheden-lessen juist vooral tijdens het project. presentatie van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen
19 Les- / Contacturen
VT geprogrammeerde contact tijd 3*3*9= 81u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh. = 129u waarvan geroosterd 11*9=99u DT geprogrammeerde contact tijd 12 *4 = 48 u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh.= 162 u waarvan direct toegewezen 12* 8= 96u
20 Onderwijsperiode
N.v.t.
21 Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE Network Programming Titel OWE
Network Programming SIS I-MPNA NP
1
Opleiding
Network Programming is een course van MPNA. MPNA is een kernsemester van I en een verwant semester van CMD I en TI.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd en/of voltijd
3
Beroepstaken
Make a High-Performance Network Application
4
Centrale beroepstaak
nvt
5
(Beroeps) Producten
Opdrachten en opgaven
6
Studiepunten/ Studielast
7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
I-propedeuse programmeercourses: SPD en OOPD
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Aanbevolen : I-propedeuse De course Netwerk Programmeren bestaat uit werkcolleges. In deze werkcolleges werk je aan opdrachten die worden uitgevoerd op je eigen (Windows) laptop en een Linux server die je tijdens de course onder VMWare op je laptop zal installeren. Ook schrijf je een aantal programma’s voor Linux in de programmeertaal C. Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken
10 Competenties 11 Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator omschrijving Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat kan het netwerk model in een gegeven netwerksituatie toelichten en modelmatig weergegeven
Ana2.2
De kandidaat in een trace dialogen verklaren en velden toelichten
Ana2.3
De kandidaat verklaart de verschillen tussen broadcast en unicast en de gevolgen van de componentkeuze
Ana2.4
De kandidaat kan het doel en de werking van DNS beschrijven.
Ana2.5
De kandidaat beschrijft verschillende soorten sockets en client-server programma’s
Ana2.6
De kandidaat beschrijft kenmerken die een rol spelen bij netwerk protocollen
Ana2.7
De kandidaat verklaart verschillende soorten beveiligingsmethoden en beschrijft de voor- en nadelen
Ana2.8
De kandidaat verklaart toepassingen van beveiligde en onbeveiligde netwerk sessies
Ana2.9
De kandidaat kan enkele gangbare typen bedreigingen voor netwerk protocollen beschrijven
Toelichting
Ana2.10
De kandidaat verklaart de verschillen tussen de verschillende soorten LAN componenten en de toepassing van deze componenten
Ana2.11
De kandidaat verklaart de verschillende vormen van bridging, routering en routeringsprotocollen Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat ontwerpt eenvoudige client-server applicaties gebruikmakend van (raw) sockets (dit is een ‘streef indicator’, die misschien niet bij alle course-uitvoeringen bereikt wordt) Realiseren niveau 2
12 Tentaminering
Rea2.1
De kandidaat weet welke netwerk utilities in welke situatie in te zetten
Rea2.2
De kandidaat realiseert een Ethereal trace
Rea2.3
De kandidaat realiseert een raw socket applicatie
Rea2.4
De kandidaat realiseert verschillende soorten hulproutines t.b.v. socket programmeren
Rea2.5
De kandidaat realiseert verschillende client-server programma’s conform uitgangseisen en maakt een snelheidsvergelijking
Rea2.6
De kandidaat realiseert een beveiligd netwerk programma
Code deeltentamen Deeltentamen Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur
Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Eind opd Opdrachten en opgaven Opdrachten 1 Cijfer 55% van totale punten behaald
Opd1 t/m Opd 10
Elk opdracht afz Opdrachten afz
5,5 of hoger 100%
1 Vink 55% van totalepunten behaald 5,5 of hoger 0%
Zie toetsschema
Zie toetsschema
N.v.t.
N.v.t.
13 Verplichte literatuur
Opgaven op Scholar Sheets op Scholar.
14 Aanbevolen literatuur
Boeken ter inzage in lokaal
15 Software
Fedora Linux VMware-guest, VMware Player; tools op CD.
16 Overig materiaal 17 Activiteiten
N.v.t.
C-programmeren Aanpassen van een programma dat de hostname, het ip adres en de netwerk-klasse bepaalt (als introductie op het
18 Werkvormen
C-programmeren). Workshops met opdrachten en programmeeropgaven theorieles: de theorie wordt toegelicht. Informatica-lessen worden (vrijwel) alleen gegeven tijdens de courses, vaardigheden-lessen juist vooral tijdens het project. presentatie van de resultaten van je eigen werk of discussie naar aanleiding van opgaven en problemen die zich daarbij voordeden zelfwerkuren: je bent bezig met zelfstudie, je werkt aan opgaven, de docent is beschikbaar voor vragen
19 Les- / Contacturen
VT geprogrammeerde contact tijd 3*3*9= 81u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh. = 129u waarvan geroosterd 11*9=99u DT geprogrammeerde contact tijd 12 *4 = 48 u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh.= 162 u waarvan direct toegewezen 12* 8= 96u
20 Onderwijsperiode
N.v.t.
21 Maximum aantal deelnemers
N.v.t.
Beschrijving OWE MPNA project Titel OWE
MPNA project SIS I-MPNA P
1
Opleiding
MPNA project is het voltijd project van MPNA. MPNA is een kernsemester van I en een verwant semester van CMD I en TI.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse voltijd
3
Beroepstaken
Make a High-Performance Network Application
4
Centrale beroepstaak
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
nvt presentatie(g) mondeling assessment en portfolio met de volgende producten: verantwoording domeincompetenties(i), verantwoording algemene HBO-vaardigheden(i), beroepsproduct(g) 15 Studiepunten 420 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
MPNA courses Operating Systems en Network Programming
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Aanbevolen : I-propedeuse Vereist: deelgenomen aan beide courses De beroepstaak die in dit project wordt uitgevoerd is "Make a HighPerformance Network Application", waarnaar ook het semester is genoemd (MPNA). Voor een geschikt soort opdracht zal veelal een beroep gedaan worden op ideeën / wensen van ICA-docenten. Ook studenten kunnen voorstellen indienen. Externe real life opdrachten zijn voor dit semester moeilijk te verkrijgen. Heel vaak zal de opdracht een client-server applicatie zijn waarbij de performance een wezenlijke rol speelt als gevolg van grote hoeveelheden data en/of users. Een voorbeeld is een project waarin een groep een eigen multithreaded fileserver bouwt, waarbij het protocol door jezelf wordt ontworpen, geprogrammeerd en getest. Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren, Communiceren, Planmatig werken, Samenwerken, Zelfsturing/reflectie
10 Competenties
11 Beoordelingscriteria
Indicatorid
Indicator Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat heeft vooraf een gestructureerde opzet voor de analysefase van het te ontwikkelen systeem gemaakt.
Ana2.2
De kandidaat heeft op een systematische wijze voldoende informatie verzameld om een goede analyse mogelijk te maken. Onderscheidt hoofd- en bijzaken en hanteert relevante analysemethoden. Hij vermijdt irrelevante informatie. Hij kan beoordelen of de verzamelde informatie voldoende compleet en consistent is.
Ana2.3
De kandidaat legt helder uit, zowel mondeling (presentatie) als schriftelijk
Toelichting
(analyserapport), wat de resultaten van de analyse zijn en hoe deze resultaten zijn bereikt. Hij heeft ervoor gezorgd dat de boodschap goed overkomt bij en wordt geaccepteerd door de opdrachtgever. Ana2.4
De kandidaat stelt function- en performance requirements op voor de te ontwikkelen netwerkapplicatie.
Ana2.5
De kandidaat levert een substantiële bijdrage aan het HAP-plan. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat verdedigt ontwerpbeslissingen in relatie tot mogelijke alternatieven t.a.v. het aantal toegepaste processen en hun afgebakende taak de interprocescommunicatie en synchronisatie methode protocolkeuze en hun afhandeling performance issues.
De kandidaat heeft ontwerp-reviews gehouden en de resultaten van de reviews aantoonbaar verwerkt. Hij Ont2.2(VT) betrekt waar mogelijk en gewenst belanghebbenden bij het ontwerpproces.
Ont2.3
De kandidaat beschrijft in de ontwerpdocumentatie het ontwerp zodanig helder, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren of de volgende ontwerpslag (van een of meer deelproducten) kan maken. Hij documenteert alle belangrijke ontwerpbeslissingen. Hij beschrijft in het ontwerpdocument in geval van decompositie de opdeling van het product in onderdelen, de eisen of specificaties per onderdeel evenals de samenhang van de onderdelen.
Ont2.4
De kandidaat ontwerpt testcases om de functionaliteit aan te tonen.
Ont2.5
De kandidaat ontwerpt meetmethoden om de performance zichtbaar te maken. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat heeft een testdocument met geschikte testcases ontworpen en de testresultaten samengevat in een testrapport.
Rea2.2
De kandidaat managet (indien van toepassing) verschillende versies van de realisatie- en testdocumentatie op
een juiste wijze.
Rea2.3
De kandidaat realiseert zelfstandig een werkende netwerkapplicatie bestaande uit: meerdere processen die een duidelijk afgebakende taak hebben interprocescommunicatie en/of synchronisatie tussen de verschillende processen een eigen gedefineerd protocol dat voldoet aan OSI afspraken toegepaste performance issues en kan deze onderbouwen.
Rea2.4
De kandidaat toont performancewinst aan aan de hand van meetresultaten. Communiceren niveau 2
De kandidaat levert een hoofdbijdrage aan de Com2.1 onderlinge communicatie en de schriftelijke producten van de projectgroep. De kandidaat geeft een overtuigende presentatie over het eindproduct, waarbij hij rekening houdt met Com2.2 de (niet-technische) achtergrond van (een deel van) het publiek. De kandidaat schrijft een ‘handleiding’ bij het eindproduct, die zowel voor mensen met een Com2.3 technische, als een niet-technische achtergrond, leesbaar en hanteerbaar is. Planmatig werken niveau 2 Pla2.1
De kandidaat levert een hoofdbijdrage aan het plan van aanpak, kan de gemaakte keuzes verantwoorden, en evalueert en reflecteert op de uitvoering.
Pla2.2
De kandidaat laat zien de belangrijkste ideeën van Hummel’s c.s. Projectwijzer te kennen en te kunnen toepassen.
Pla2.3
De kandidaat kan zijn persoonlijke planning overleggen, beschrijft hoe deze zich ontwikkelt heeft en hoe dat past in de groepsplanning. Samenwerken niveau 2
Sam2.1
De kandidaat heeft een pro-actieve (leidende) rol in de projectgroep en reflecteert hierop.
Sam2.2
De student kan ieder groepslid beschrijven op diens expertise, persoonlijke kwaliteiten en teameigenschappen.
Sam2.3
De kandidaat kan kan de interactie binnen de groep beschrijven met onderbouwing van theorie.
Voor de indicatoren van de competenties Communiceren, Samenwerken, Planmatig werken en Zelfsturing & Reflectie bij de VT: zie ook de generieke ICA-competentieset .
12 Tentaminering
Code deeltentamen Deeltentamen
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Pf project
Vrdg Pf
presentatie(g) mondeling assessment en portfolio met de volgende producten: verantwoording domeincompetenties (i), beroepsproduct(g) Portfolio 1
Portfolio HBO vaardigheden
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger
Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger
2/3
1/4
Zie toetsschema
Zie toetsschema
N.v.t.
N.v.t.
Beroepsproduct 1
Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Toets HBO vaardigheden
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Schriftelijke toets 1 Cijfer 64 % van vragen goed 5,5 1/12 Zie toetsschema N.v.t.
13 Verplichte literatuur
Projecthandleiding op Scholar
14 Aanbevolen literatuur
Boeken ter inzage in lokaal
15 Software
project-afhankelijk.
16 Overig materiaal
1 Server PC met switch en kabels per groep Internettoegang: wireless en voor een deel wired
17 Activiteiten
Projectplanning (HAP) Overleg met opdrachtgever Overleg met procesbegeleider Brainstormsessies Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product Productpresentatie
18 Werkvormen
groepspresentatie van de resultaten van het projectwerk of van de eindopdracht aan het eind van het semester projecturen: je werkt samen met je projectgroep, in het algemeen in het daarvoor beschikbare lokaal, aan de projectopdracht. Voor de niet geroosterde uren maakt de projectgroep onderling afspraken wat betreft taakverdeling en planning. voortgangsoverleg: je overlegt wekelijks met je docent NP over je voortschrijdend portfolio en je neemt deel aan het overleg van jouw projectgroep met jullie begeleiders.
19 Les- / Contacturen
20 Onderwijsperiode 21 Maximum aantal deelnemers
HAP-iteraties: je overlegt (twee)wekelijks met de opdrachtgever over de vordering van het produkt VT geprogrammeerde contact tijd 4*9= 36u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh. = 384u waarvan geroosterd 36*9= 324u n.v.t. N.v.t.
Beschrijving OWE MPNA ++ verdiepende deeltijdopdracht Titel OWE
MPNA verdiepende deeltijdopdracht SIS I-MPNA ++
1
Opleiding
MPNA verdiepende deeltijdopdracht is de verdiepende deeltijdopdracht van MPNA. MPNA is een kernsemester van I en een verwant semester van CMD I en TI.
2
Doelgroep
Hoofdfasestudenten met I-propedeuse deeltijd
3
Beroepstaken
Make a High-Performance Network Application
4
Centrale beroepstaak
5
(Beroeps) Producten
6
Studiepunten/ Studielast
nvt presentatie(g) mondeling assessment en portfolio met de volgende producten: verantwoording domeincompetenties(i), beroepsproduct(g) 7,5 Studiepunten 210 SBU
7
Samenhang met andere OWE’s
MPNA courses Operating Systems en Network Programming
8
Ingangseisen
9
Algemene omschrijving
Aanbevolen : I-propedeuse De beroepstaak die in dit project wordt uitgevoerd is "Make a High-Performance Network Application", waarnaar ook het semester is genoemd (MPNA). Voor een geschikte soort opdracht zal veelal een beroep gedaan worden op ideeën / wensen van ICA-docenten. Ook studenten kunnen voorstellen indienen. Externe real life opdrachten zijn voor dit semester moeilijk te verkrijgen. Heel vaak zal de opdracht een client-server applicatie zijn waarbij de performance een wezenlijke rol speelt als gevolg van grote hoeveelheden data en/of users. Een voorbeeld is een project waarin een groep een eigen multithreaded fileserver bouwt, waarbij het protocol door jezelf wordt ontworpen, geprogrammeerd en getest.
10 Competenties 11 Beoordelingscriteria
De deeltijdopdracht is de bovengenoemde multithreaded fileserver te ontwikkelen, van analyse t/m testen, maar zonder dat we daarbij echt echte projecten inrichten. Wel gebruiken we enkele essentiële onderdelen van HAP voor onder andere het communiceren met de (docent-)opdrachtgever. Analyseren en onderzoeken, Ontwerpen, Realiseren Indicatorid
Indicator Analyseren & Onderzoeken niveau 2
Ana2.1
De kandidaat heeft vooraf een gestructureerde opzet voor de analysefase van het te ontwikkelen systeem gemaakt.
Ana2.2
De kandidaat heeft op een systematische wijze voldoende informatie verzameld om een goede analyse mogelijk te maken. Onderscheidt hoofd- en bijzaken en hanteert relevante analysemethoden. Hij vermijdt irrelevante informatie. Hij kan beoordelen of de verzamelde informatie voldoende compleet en consistent is.
Ana2.3
De kandidaat legt helder uit, zowel mondeling (presentatie) als schriftelijk (analyserapport), wat de resultaten van de
Toelichting
analyse zijn en hoe deze resultaten zijn bereikt. Hij heeft ervoor gezorgd dat de boodschap goed overkomt bij en wordt geaccepteerd door de opdrachtgever. Ana2.4
De kandidaat stelt function- en performance requirements op voor de te ontwikkelen netwerkapplicatie.
Ana2.5
De kandidaat levert een substantiële bijdrage aan het HAP-plan. Ontwerpen niveau 2
Ont2.1
De kandidaat verdedigt ontwerpbeslissingen in relatie tot mogelijke alternatieven t.a.v. het aantal toegepaste processen en hun afgebakende taak de interprocescommunicatie en synchronisatie methode protocolkeuze en hun afhandeling performance issues.
Ont2.2(VT)
De kandidaat heeft ontwerp-reviews gehouden en de resultaten van de reviews aantoonbaar verwerkt. Hij betrekt waar mogelijk en gewenst belanghebbenden bij het ontwerpproces.
Ont2.3
De kandidaat beschrijft in de ontwerpdocumentatie het ontwerp zodanig helder, dat een ander op grond hiervan het product kan realiseren of de volgende ontwerpslag (van een of meer deelproducten) kan maken. Hij documenteert alle belangrijke ontwerpbeslissingen. Hij beschrijft in het ontwerpdocument in geval van decompositie de opdeling van het product in onderdelen, de eisen of specificaties per onderdeel evenals de samenhang van de onderdelen.
Ont2.4
De kandidaat ontwerpt testcases om de functionaliteit aan te tonen.
Ont2.5
De kandidaat ontwerpt meetmethoden om de performance zichtbaar te maken. Realiseren niveau 2
Rea2.1
De kandidaat heeft een testdocument met geschikte testcases ontworpen en de testresultaten samengevat in een testrapport.
Rea2.2
De kandidaat managet (indien van toepassing) verschillende versies van de realisatie- en testdocumentatie op een juiste wijze. De kandidaat realiseert zelfstandig een werkende netwerkapplicatie bestaande uit:
Rea2.3
meerdere processen die een duidelijk afgebakende taak hebben interprocescommunicatie en/of synchronisatie tussen de verschillende
processen een eigen gedefineerd protocol dat voldoet aan OSI afspraken toegepaste performance issues en kan deze onderbouwen. Rea2.4
12 Tentaminering
De kandidaat toont performancewinst aan aan de hand van meetresultaten.
Code deeltentamen Deeltentamen
Portfolio
Toetsvorm Aantal examinatoren Beoordeling Voorlopige cesuur Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
Presentatie en portfolio 1 Cijfer 55% van totale punten behaald 5,5 of hoger 100%
presentatie(g) mondeling assessment en portfolio met de volgende producten: verantwoording domeincompetenties(i), beroepsproduct(g)
Zie toetsschema N.v.t.
13 Verplichte literatuur
Projecthandleiding op Scholar
14 Aanbevolen literatuur
Boeken ter inzage in lokaal
15 Software
Linux en Windows software zoals in de course
16 Overig materiaal
1 Server PC met switch en kabels per groep Internettoegang: wireless en voor een deel wired
17 Activiteiten
Projectplanning (EVO) Overleg met opdrachtgever Overleg met procesbegeleider Brainstormsessies Opleveren van analyse, ontwerp en gerealiseerd product Productpresentatie
18 Werkvormen
20 Onderwijsperiode
groepspresentatie van de resultaten van het projectwerk of van de eindopdracht aan het eind van het semester projecturen: je werkt samen met je projectgroep, in het algemeen in het daarvoor beschikbare lokaal, aan de projectopdracht. Voor de niet geroosterde uren maakt de projectgroep onderling afspraken wat betreft taakverdeling en planning. voortgangsoverleg: je overlegt wekelijks met je docent NP over je voortschrijdend portfolio en je neemt deel aan het overleg van jouw projectgroep met jullie begeleiders. EVO-iteraties: je overlegt (twee)wekelijks met de opdrachtgever over de vordering van het produkt DT geprogrammeerde contact tijd 6 *4 = 24 u geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamh.= 186u waarvan direct toegewezen 6* 20= 120u Deeltijd: Geen uitvoering in cursusjaar 20132014
21 Max aantal deelnemers
N.v.t.
19 Les- / Contacturen
Vaardigheden
Algemene HBO-vaardigheden als onderdeel van alle semesterprojecten Versie 26-04-2013 DEF EXCIE ICA
1 2 3 4
5
Titel OWE Opleiding Doelgroep Beroepstaken Centrale beroepstaak Organisatie
Algemene omschrijving
Algemene HBO-Vaardigheden SIS nvt Alle opleidingen C- en I studenten in de hoofdfase Zie beschrijvingen gerelateerde semesterprojecten Nvt Iedere student volgt tijdens de coursefase vier lessen over de gekozen competentie. De eerste drie lessen communiceren en planmatig werken zijn voor alle semesters gelijk; de vierde wordt „semesterspecifiek‟. De inhoud van de semesterspecifieke les wordt in de semesterteams bepaald. Tijdens het project brengt de student zijn vaardigheden op niveau 2. Alle ICA-studenten werken in de hoofdfase aan domeinspecifieke en algemene beroepscompetenties (HBO-vaardigheden). Iedere hoofdfasestudent kiest aan het begin van het semester één van de drie algemene HBO-vaardigheden die hij in dat semester in de coursefase en aansluitend in het project op niveau 2 wil brengen. Tijdens de coursefase van het semester volgt hij een aantal lessen over dit onderwerp en maakt hij de bijbehorende opdrachten. Hij sluit de coursefase af met een toets BV2. De doelstellingen Bij de HBO-vaardigheden ligt veel nadruk op doel- en doelgroepgerichtheid, het kiezen, verantwoorden en toepassen van de juiste technieken of methoden en het reflecteren op de effectiviteit van het eigen handelen. Mensen kunnen veel bijleren en het is ook mogelijk om minder adequate gewoonten af te leren. Vooropgesteld mag worden dat de een vaardiger is in communiceren, planmatig werken of samenwerken dan de ander. Een van de belangrijkste doelen is zicht krijgen op de eigen stijl, en vervolgens een breder scala aan vaardigheden aan te leren en te integreren in de eigen stijl. De algemene doelstellingen van de lessen en begeleiding door de docenten HBO-vaardigheden zijn dan ook het vergroten van kennis en inzicht het bevorderen van de juiste houding of attitude en uitbreiding en verbetering van het gedragsrepertoire in de vorm van vaardigheden. De HBO-vaardigheden zijn geïntegreerd in de semesters. De semesterteams bepalen mede welke vaardigheden voor de betreffende beroepstaak prioriteit verdienen en op welke wijze die ingevuld worden (op weg naar het project). Casuïstiek en terminologie uit de beroepspraktijk worden gebruikt in lessen en toetsing. De student doet in de coursefase van het semester ervaring en inzicht op waardoor hij in staat is leerdoelen te stellen voorafgaand aan de projectfase. Kennis wordt getoetst door middel van een toets met 25 gesloten vragen (mc).
12
Tentaminering
De toetsing bestaat uit een toets en een portfolio. Afhankelijk van het semester wordt vastgesteld wat (opdrachten / schriftelijke producten / beeldmateriaal) zijn die samen met een reflectie het portfolio vormen. Code deeltentamen Deeltentamen
Vrdg BV2 Toets Beroepsvaardigheden
Toetsvorm Aantal examinatoren
Schriftelijke toets 1
Vrdg pf Portfolio beroepsvaardigheden Portfolio 1
Beoordeling Voorlopige cesuur
Minimaal resultaat Weging Periode afname en herkansing Compensatie
13
Verplichte literatuur
Cijfer Cesuur ligt op 15/16. 16 juiste antwoorden. 64% antwoorden goed. 5,5 of hoger 25 % van vaardigheden = 8,3 % van project Zie toetsschema
Cijfer 55% van punten behaald
N.v.t.
N.v.t.
5,5 of hoger 75 % van vaardigheden = 25 % van project Zie toetsschema
Planmatig werken: Schuszler, P. (eindredactie) (2009), Dictaat projectmatig werken en procesmodellen . Arnhem: ICA (Scholar > HBO vaardigheden > planmatig werken) Grit, R. (2011). Project management. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Bos, J., Harting, E. & Hesselink M. (2010). Projectmatig creëren compact, Schiedam: Scriptum Communiceren: Craenmehr, S. (samenstelling) (2010). Reader 14 HBO-vaardigheden niveau 2: communiceren, Arnhem , HAN Bos, J., Harting, E. & Hesselink, M. (2010), Projectmatig creëren compact, Schiedam: Scriptum Heerink, M. (2009), Praktische schrijfgids, Pearson Education Benelux. Samenwerken: Bos, J. & Harting, E.& Hesselink M. (2010), Projectmatig creëren compact, Schiedam: Scriptum Danes, J. & Bijleveld, N. (samenstelling) (2010), Reader samenwerken (Scholar > HBO vaardigheden > samenwerken)
17
Activiteiten
Presentaties, rollenspelen, projectopdrachten, projectgroepsgesprekken.
18
Werkvormen
19
Les- / Contacturen
Presentaties en activerende werkvormen als rollenspelen, demonstraties, opnames en analyses gesprekken/presentaties. 4 * 2 lesuren per competentie in de coursefase. 30 uur in de projectfase per klas. Overige 20 uren zijn nakijk- en feedbacktijd.
20
Onderwijsperiode
Ieder hoofdfasesemester
21
Max. aantal deelnemers
nvt