Magazine voor ver voer over w ater
Scheepsbouw: nieuwe binnenschepen laten werven vollopen
Magazine voor vervoer over water – nr. 27 – april–mei 2006
Binnenvaart als basis voor de pleister van Promat
www.binnenvaart.be
Frank Van Reybroeck (VEA):
‘De tijd is rijp voor binnenvaart’
REDACTIONEEL
Samen nieuwe kansen creëren Met overtuiging neemt de binnenvaart de uitgestoken hand aan, die Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Natuur en Leefmilieu, Kris Peeters, op onze Algemene Vergadering heeft uitgestoken. ‘Uw ambitie is de onze,’ zei Kris Peeters die in Hasselt nog opriep om gezamenlijk een actieplan voor de binnenvaart te realiseren.
vernieuwing, instroom in het beroep, imagoverbetering van de binnenvaart, en het uitbouwen van infrastructuur. Hij kent de prioritaire accenten die PBV naar voren haalt: het versterken van de concurrentiekracht van de binnenvaartondernemingen, en het verbeteren van de instroom in het beroep.
Promotie Binnenvaart Vlaanderen herkent zich ten volle in de ambitie die de minister zelf verwoordde: Vlaanderen uitbouwen (of bestendigen) als topregio op het gebied van logistiek. Het uitbouwen van de binnenvaart noemde hij daarbij essentieel – ‘meer zelfs: zonder de binnenvaart zal een project als Flanders Logistics nooit lukken,’ zo voegde hij eraan toe.
Wij hebben voor de Vlaamse regering eens een opsomming gemaakt van de vele subsidieregelingen, die in het buitenland al worden toegepast en die de instemming krijgen van de Europese Commissie: tegemoetkomingen voor nieuwbouw, technische vernieuwing, modale verschuiving, intermodale samenwerking, reductie van fijn stof en CO 2 -uitstoot, aanwervingcampagnes, enzovoort. Misschien vindt Kris Peeters hierin inspiratie? Subsidies vertekenen de economische realiteit, maar soms zijn ze nodig om een maatschappelijk gewenste trendbreuk mogelijk te maken of om een vernieuwing te initialiseren.
Ambities waarmaken
Positieve voorzet
Filip Martens, voorzitter Raad van Bestuur
Verantwoordelijke uitgever Filip Martens vzw Promotie Binnenvaart Vlaanderen Kempische Kaai 57, 3500 Hasselt T 011 23 06 06, F 011 23 06 09
[email protected], www.binnenvaart.be Redactie en realisatie: Jansen & Janssen Uitgeverij, www.jaja.be De meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van PBV.
2
Binnenvaart april 2006
Dat er werk aan de winkel is, bleek al in de eerste dagen na de Algemene Vergadering – toen onze vereniging werd uitgenodigd in de Commissie Mobiliteit van het Vlaams Parlement. We hebben er een nieuw stimuleringsprogramma bepleit voor de binnenvaart, tien jaar nadat het Vlaams binnenvaartbeleidsplan van juni 1996 de basis legde voor een decennium van trafiekgroei. De maatregelen die wij presenteerden passen perfect in het Naiades-voorstel van de Europese Commissie. Bedrijven die willen overleven moeten zich aanpassen – en alleen dan scheppen bedreigingen nieuwe kansen. Voor de Vlaamse regering komt het er nu op aan met beide handen de opportuniteiten te grijpen, die geboden worden door het Europees Naiadesplan. Op onze Algemene Vergadering en in het Vlaams Parlement heeft minister Peeters een positieve voorzet gegeven – een gunstig teken dat ook de Vlaamse regering werk wil maken van een betere marktwerking, vloot-
De binnenvaart is een kwetsbare sector. Maar als de Vlaamse regering de ambitie heeft om deze sector een essentiële rol te laten spelen in de logistiek van de 21ste eeuw, zoals de minister zegt – dan zullen krachtdadige acties en rechtstreekse steun noodzakelijk zijn. Wij vragen dat het Vlaams Parlement het mogelijk maakt om de beloften hard te maken. De middelen die Kris Peeters nu al heeft uitgetrokken en die hij bevestigde in Hasselt, wijzen erop dat we op de goede weg zijn. Maar ze zullen niet volstaan. Samen met de minister zal onze vereniging erop toezien dat de gemeenschappelijke ambitie ook wordt waargemaakt. Filip MARTENS Voorzitter Raad van Bestuur
RUBRIEKTITEL
In dit nummer 4 / Interview VEA Wat verwachten de Antwerpse expediteurs van hun samenwerking met de binnenvaart? VEA-voorzitter Frank Van Reybroeck over drempelvrees en duwtjes in de rug
7 / Ondernemer aan boord De visie van Amedé Somers, binnenvaartondernemer van het nieuwe tankschip de Stanleystad
8 / Klantenportret Waarom binnenvaart essentieel was voor de nieuwe pleisterproductielijn van Promat in Tisselt
7 ‘Groei en flexibiliteit’
10 / Trafiekcijfers Hoe goed of slecht presteerde de binnenvaart en shortsea shipping in 2005? We zetten de opmerkelijkste cijfers voor u op een rij
11 / Uitgeladen Variatie troef in de containers van Gosselin World Wide Moving. Van legermateriaal tot een volledige inboedel
12 / Scheepsbouw Harry Huijbrechts van Antwerp Shiprepair over de investeringsgolf in nieuwe binnenschepen
8
Pleister
15 / Pleziervaart Actie- en aandachtspunten van het overlegplatform voor waterrecreatie: verslag van de startvergadering met minister Peeters
16 / Een dag op pad met Kersvers Terminal Manager Tom Lauwers van de Cargovil Container Terminal ( CCT) gunt ons inkijk in zijn organisatorische en strategische plannen
12
18 / Kort Minister Bourgeois wil watertoerisme kansen geven Preventie bij pleziervaarders blijft nodig volgens Scheepvaartpolitie VNF verwacht 18 miljoen ton op het kanaal Seine-Nord Hinder door werken aan de Seine-Nord-verbinding Alles wat u moet weten over binnenvaart, nu in één folder Gent maakt zich op voor de Roro-expo en –conferentie De vorige BinnenVaart herlezen? Surf snel naar onze archiefpagina Leerlingen Don Bosco Wijnegem krijgen nieuwe kamers Mol viert feest aan de nieuwe jachthaven het Zilvermeer
20 /Kaaimuren De nieuwste overzichtskaart van alle kaaimuren in België
Nieuwe binnenschepen
16
Cargovil Container Terminal 3
INTERVIEW
Expediteurs tekenen voor binnenvaart
stimulans
‘Een om drempelvrees te overwinnen’ Eind vorig jaar sloten de Antwerpse expediteurs van de VEA een convenant af met de Belgische binnenvaartbevrachters (de BFTB). We vroegen aan Frank Van Reybroeck, voorzitter van de Vereniging voor Expeditie, Logistiek en Goederenbelangen van Antwerpen (VEA) wat hij van de samenwerking met de binnenvaart verwacht.
Waarom wil de VEA zich meer op de binnenvaart gaan richten? Frank Van Reybroeck: De directe aanleiding is dat we benaderd zijn door de mensen van Promotie Binnenvaart Vlaanderen. Maar de tijd was er zeker rijp voor: de voorbije jaren is zowel onze sector als de binnenvaart sterk veranderd. Binnenvaart is al lang niet meer de stroeve sector van voor de liberalisering. En ook het expeditiewerk is niet meer hetzelfde als honderd jaar geleden, toen onze vereniging werd opgericht. De just-in-time leveringen en de containervaart bieden ook voor expediteurs heel wat interessante mogelijkheden. Daarom hoeft het niet te verwonderen dat de binnenvaart voor sommige van onze leden al lang geen geheimen meer kent. Al zijn er natuurlijk ook andere.
bemind. Anderzijds weten heel wat leden ook niet waar ze kunnen aankloppen om inlichtingen te vragen over een binnenvaarttransport. Zelfs wie binnenvaart overweegt, weet vaak niet hoe hij het moet regelen. Die twee problemen hangen natuurlijk samen: wat je niet kent, lijkt automatisch heel complex, terwijl dat best blijkt mee te vallen. In dat opzicht zie ik het convenant als een stimulans om drempelvrees te overwinnen. Hoe willen jullie die pijnpunten aanpakken? Voor conventionele lading hebben we samen met PBV een introductiecursus Binnenvaart uitgewerkt. Voorlopig hebben er al twee namiddagen plaatsgevonden, waarbij een veertigtal leden met theorie en praktijkvoorbeelden werden geconfronteerd, en straks volgen er zeker nog meer lessen. Daarnaast willen we nauwer samenwerken met de Belgische bevrachters ( BFTB ): het convenant dat we hebben afgesloten moet daarvoor het fundament vormen.
‘Wat je niet kent, lijkt altijd heel complex.’
Wat weerhoudt die andere leden ervan om binnenvaart te gebruiken? Het spreekt vanzelf dat binnenvaart niet voor alle leden weggelegd is. Veel blijft afhankelijk van de goederenstromen die je beheert. Maar in gesprekken met onze leden kwamen twee problemen duidelijk naar voren. Enerzijds beschikken expediteurs over onvoldoende binnenvaartkennis, en onbekend maakt on-
4
Binnenvaart april 2006
Hoe hebben jullie die samenwerking
precies vastgelegd? Het convenant is een kort maar krachtig document geworden, waarin het eerste punt is dat onze leden vrachtaanvragen kunnen doorsturen naar het BFTB-secretariaat – dat de vragen zal beantwoorden en aan bevrachters doorgeven. Als tweede, belangrijke punt hebben we afspraken gemaakt om tot zo transparant mogelijke offertes te komen. Zo geldt elke offerte voortaan standaard voor dertig dagen, en iedere toeslag moet in de offerte worden vermeld. Het derde punt bepaalt dat onze leden voor aangebrachte binnenvaarttransporten een korting kunnen ontvangen. Zo creeert de nieuwe samenwerking een win-winsituatie voor beide partijen. Voorts vermeldt het convenant nog dat de beide partijen werk gaan maken van kennisverspreiding en dat we onze samenwerking jaarlijks gaan evalueren.
‘Door het convenant worden binnenvaartoffertes nog transparanter.’
Hoe zijn de reacties op het samenwerkingsakkoord? Er was heel wat belangstelling, zowel in de algemene pers als bij onze leden en in de binnenvaartsector. Het klopt dan ook dat de Antwerpse expeditiebedrijven een groot deel van de goederenstromen in de haven beheren en dus de transportmodus kiezen. Toch mogen we zeker niet het onmogelijke verwachten. Ik heb gehoord dat er twee maanden na het convenant een tiental vragen zijn binnengelopen en doorgestuurd. Is dat veel of weinig? Ik kan het moeilijk beoordelen. Ik weet niet eens hoe groot de goederenstroom is die onze leden beheren. Ik reken op een tweehonderdtal expediteurs die elk tussen de 5.000 en de 10.000 TEU beheren. Maar wie kan op basis daarvan voorspellingen doen?
‘Voor een groot deel van de goederenstromen in de haven kiezen wij de transportmodus.’
Kunt u inschatten
Frank Van Reybroeck, voorzitter
VEA?
van de Vereniging voor Expeditie, Logistiek en Goederenbelangen van Antwerpen:‘Het convenant creëert een
De Vereniging voor Expeditie, Logistiek en Goederenbelangen van Antwerpen vertegenwoordigt iets minder dan tweehonderd logistieke bedrijven. Samen stellen ze zowat zesduizend werknemers tewerk in de regio rond de Antwerpse haven, die geldt als de belangrijkste expeditiehaven van het land.
win-winsituatie voor alle partijen.’
voor welke vrachten de beste kansen weggelegd zijn? Dat is ook heel moeilijk te zeggen: voor conventionele ladingen gaat dat van ondeelbare stukken tot en met bulk. Je moet niet verwachten dat er enorme volumes gaan opduiken waarvoor het binnenvaarttransport nog nooit eerder onderzocht was. Maar vele kleintjes maken groot, en zeker als straks >
5
‘Onze leden kunnen jaarlijks tot 30 % meer binnenvaartcontainers realiseren.’
het Deurganckdok op volle toeren komt, verwacht ik heel wat van de containertrafieken. Wat zijn jullie plannen op het vlak van containervaart? Voor containertransporten hebben we samen met Promotie Binnenvaart Vlaanderen en Waterwegen & Zeekanaal NV een onder> zoek uitgevoerd. De resultaten daarvan waren heel positief. Onze leden zouden jaarlijks twintig tot dertig procent meer binnenvaartcontainers kunnen realiseren. Door een centraal boekingsplatform uit te werken, kunnen we ons versnipperd aanbod bundelen, wat watergebonden voor- en natransport veel gunstiger maakt. Hoe en op welke termijn zien jullie dat platform? Ik wil eerst nog beklemtonen dat het geenszins de bedoeling is om bestaande binnenvaarttrafieken over te nemen. We willen gewoon de zogenaamde one of’s, de minder frequente transporten van onze leden, groeperen. Dat is voor alle partijen interessant: het materiaal van de reders en de binnenvaartterminals zal meer renderen, de expediteurs en verladers betalen een lagere prijs, en de binnenvaartondernemers hebben meer werk en minder leegvaart. Daarom zien we het platform als een neutraal en juridisch onafhankelijk forum, waarin alle betrokkenen vertegenwoordigd zijn. We hebben nog maar net een flyer rondgestuurd naar onze leden, maar de reacties zijn alvast enthousiast. We hopen zo snel mogelijk de middelen bij elkaar krijgen om de komende maanden op beperkte schaal te starten. <
Noot: Kort na dit interview beëindigde Frank Van Reybroeck zijn ambtstermijn. Hij gaf het VEA-voorzitterschap door aan Marc Huybrechts van The Antwerp Rapid Transit Team.
6
Binnenvaart april 2006
BFTB: ‘Meer tonnage naar binnenvaart halen’ Niet alleen de expediteurs, maar ook de 26 leden van de BFTB, de Belgische Federatie van Transportorganisatoren in de Binnenvaart, kijken hoopvol naar de impact van het convenant. Voorzitter Michel Haesen: ‘We hopen op de eerste plaats dat de expediteurs vertrouwder worden met de binnenvaart. In het verleden werden de mogelijkheden van de binnenvaart wat miskend. Daarom hebben we graag meegewerkt aan de lessen en het convenant. We hebben afgesproken om naar een zo duidelijk mogelijke offertering te streven, al kun je in onze sector niet altijd een forfaitaire prijs geven. In overleg met de expediteurs kunnen we bepaalde risico’s inschatten en doorrekenen, maar de beste oplossing blijft dat iedereen weet wat een gasolieclausule of laagwaterclausule is. Het is moeilijk in te schatten wat we van het convenant mogen verwachten, maar van onze leden reageren alvast positief. Tenslotte wil iedere bevrachter meer tonnage naar de binnenvaart halen.’
ONDERNEMER AAN BOORD
Amedé en Peggy Somers dopen tanker Stanleystad
‘Veel tonnage en een grote
flexibiliteit’ Hoewel ze nog maar 28 en 26 jaar oud zijn, varen Amedé en Peggy Somers al zes jaar met een eigen tankschip. In november doopten ze zelfs de tweede tanker die ze samen met Amedés ouders hebben gekocht. Amedé: ‘Met de Stanleystad kiezen we bewust voor groei en bedrijfszekerheid.’
Zes jaar geleden vierden Amedé en Peggy Somers-Carron een dubbel feest: ze stapten in het huwelijksbootje en ze doopten hun eerste eigen tankschip, de Thysstad. Zowel Peggy als Amedé zijn kinderen van binnenvaartondernemers, die gebeten zijn door het leven op het water. ‘Ik wist al van kinds af dat ik later zelf wou varen,’ zegt Amedé, die met zijn scheepsnamen uit Belgisch Kongo trouwens een familietraditie voortzet. ‘Mijn vrouw heeft wel even aan wal gewerkt. Maar nadat ze mij had leren kennen, stond ook haar besluit heel snel vast.’
Reservemotoren. Het pasgetrouwde koppel aarzelde niet om in een nieuw schip te investeren. Samen met Amedés ouders, die sindsdien de contacten aan wal en de planning verzorgen, baten Amedé en Peggy sinds 2000 hun eigen tanker uit. Amedé: ‘Vroeger heb ik nog op een vrachtschip gewerkt, maar de manier van werken in de tankvaart ligt me beter. Je kunt de reizen nauwkeuriger plannen en
je kiest voor een toekomstgerichte sector. Zo besloten we na zes jaar al om over te schakelen op een schip dat dubbel zo veel lading aankan.’
ben. Net als hun ander personeel op de Thysstad, leveren Peggy en Amedé voornamelijk brandstoffen en chemicaliën in de regio tussen Antwerpen, Amsterdam en Rotterdam. ‘Al is ons vaargebied moeilijk af te bakenen,’ Volgens Amedé is de Stanleystad een heel zegt Amedé. ‘We werken met Stolt Nielsen bewuste keuze voor groei en bedrijfszeker- als vast bevrachtingskantoor, maar een vast heid. ‘Om op de toekomst voorbereid te zijn, stramien hebben we niet. Vorige week hebwilde ik meer tonnage en meer flexibiliteit. ben we bijvoorbeeld nog de Rijn afgevaren tot Met een schip van 135 meter op 15 meter kun- voorbij Keulen. < nen we nog altijd op het Albertkanaal varen, en toch kan er voortaan 5900 ton mee. Onze lading mag zelfs uit twee kleinere partijen Technische fiche bestaan: we kunnen twee compartimenten mts Stanleystad Lengte: 135 m afzonderlijk laden en lossen. Voor de rest Breedte: 15 m hebben we zowel een reserve aandrijfmotor, als twee laad- en losmotoren voorzien, om Holte: 5,80 m de kans op technische problemen zo klein Tankinhoud: 6842 m3 mogelijk te maken.’ Capaciteit: 5900 ton
‘Onze lading mag gerust uit twee kleinere partijen bestaan.’
24 uur per dag. Amedé en Peggy varen met hun nieuwe tankschip de klok rond, wat betekent dat ze continu drie bemanningsleden aan boord heb-
Maximale diepgang: 4,16 m 2 zescilinder ABC-motoren van 1500pk 2 Caterpillar boegschroeven van 600pk 18 tanks met deepwellpompen die een capaciteit hebben van 100 m3/uur
7
‘De flexibiliteit van het water’ De producent van brandwerende bouwmaterialen Promat heeft er een nevenactiviteit bij: vorig jaar werd in Tisselt een productielijn opgestart voor hoogwaardige industriële pleister. ‘De binnenvaart speelde daarin een essentiële rol,’ zegt Plant Manager Ivo Heijster. ‘De flexibiliteit van het water maakte onze investering pas echt haalbaar.’ Naast brandwerende bouwmaterialen produceert en commercialiseert het bedrijf Promat voortaan ook hoogwaardige industriële pleister. Na zowat vijftien jaar heeft de Tisseltse vestiging een in onbruik geraakte kaaimuur langs het Zeekanaal Brussel-Schelde nieuw leven ingeblazen. ‘In april vorig jaar hebben we een productielijn opgestart waarbij de binnenvaart een essentiële rol speelt,’ zegt Plant Manager Ivo Heijster. ‘Vorig jaar hebben we over het water al 36.000 ton gips en 20.000 ton pleister laten aan- en afvoeren. En dit jaar is het onze doelstelling om de pleisterproductie verder uit te bouwen.’
Patent en overbodige silo’s. Voor Promat begon het pleisterverhaal met de overname van zijn toenmalige leverancier Gyproc door de groep British Plaster Board. Kort daarna besliste de nieuwe eigenaar om de productie van witte industriële pleister stop te zetten, waardoor Promat zijn grondstof voortaan elders moest zoeken. Ivo Heijster: ‘Het toeval wil echter dat ik vroeger voor Gyproc heb gewerkt, en dat de Europese Promatafdeling Research & Development in Tisselt gevestigd is. Zo zijn we erin geslaagd om voor kleinschalige
‘We sparen twee voorraadsilo’s uit door een duwbak flexibel te gebruiken.’
8
Binnenvaart april 2006
KLANTENPORTRET
pleisterproductie een compleet nieuw procédé te ontwikkelen én te patenteren.’ Promat had al tijdens de researchfase oog voor de logistiek van de mogelijke neventak. Net als bij andere bouwmaterialen wordt de kostprijs van pleister namelijk sterk beinvloed door de transportkost. Bovendien stond het bedrijf voor een aanzienlijke investering in een domein dat niet tot zijn corebusiness behoort. Ivo Heijster: ‘We hadden de juiste reflex om met enkele binnenvaart-
sie naar een binnenvaartruim brengt. Ivo Heijster: ‘Naast het idee om een dedicated duwbak van 3000 ton maar in functie van onze voorraad te lossen, hebben we samen met de binnenvaartondernemers ook de details van onze infrastructuur uitgedacht. Daardoor is onze computergestuurde laadinstallatie bijvoorbeeld voorzien van een dubbelwandig circuit voor de stofafzuiging. Ook de afmetingen van onze zwenkbare stortbalg hebben we op voorhand met de binnenvaartondernemers doorgepraat. En op de laadslurf werd een systeem geïnstalleerd dat automatisch de waterlijn detecteert, zodat we geen hinder ondervinden van voorbijvarende schepen of van het ruim dat bij het laden dieper in het water zakt.’
‘De binnenvaartondernemers hebben onze infrastructuur mee uitgedacht.’ ondernemers te overleggen. Hun ideeën maakten onze investering pas echt haalbaar: ze stelden voor om de flexibiliteit van het water ten volle te benutten door een duwbak als voorraadsilo te gebruiken. Een idee dat maar liefst twee van de drie geplande voorraadsilo’s overbodig maakte.’
Doordacht laad- en loscircuit. Intussen heeft Promat een doordacht laad- en loscircuit geïnstalleerd langs het kanaal. Daarbij schept een mobiele kraan de over water aangevoerde gips in een trechtervormige lossilo. Vervolgens brengt een transportband de gips naar een voorraadsilo die onderaan breder dan bovenaan is – waardoor het materiaal minder wordt samengedrukt. Een automatische arm duwt daarna de gips van de bodem van de voorraadsilo op een transportband die naar de productie-eenheid loopt. Tot slot wordt ook de afgewerkte pleister in silo’s op de kaaimuur gestockeerd, vanwaar een systeem van transportschroeven de pleister snel en zonder noemenswaardige stofemis-
Strikte just-in-time. Voor dit jaar rekent Promat erop om zowat 90.000 ton gips aan te voeren: gemiddeld twee duwbakken en een bulkschip van 1000 ton per maand. ‘Voor het bulkschip komt daar wel een strikte planning bij kijken,’ vertelt Ivo Heijster. ‘Onze voorraadsilo is op vijfhonderd ton berekend, terwijl de schepen telkens het dubbele aanvoeren. Maar dankzij de just-in-time-leveringen blijkt dat geen probleem. We zorgen er telkens voor de silo leeg is en dat onze productielijn op volle toeren kan draaien. Op die manier kan de binnenvaartondernemer zoals op voorhand af-
‘Dankzij de just-in-timeleveringen blijkt één voorraadsilo geen probleem.’
gesproken – en vergoed – 48 uur later afvaren.’
‘We rekenen op een jaarlijkse trafiek van 90.000 ton gips en 50.000 ton pleister.’
Daarnaast calculeert Promat voor zijn afgewerkte product op jaarbasis nog eens 50.000 ton watergebonden trafiek in. Volgens Ivo Heijster haalt een afdekbaar bulkschip eenmaal per week 1250 ton pleister op. ‘Dat gaat zeer vlot: onze installatie kan 250 ton per uur storten. We moeten alleen opletten dat we niet tegelijk moeten laden en lossen, omdat onze kaaimuur vrij kort is. Soms moet een van de schepen een eindje verder aanmeren. Maar gelukkig staan schepen nooit in de file, zodat je bijna alles kunt inplannen.’ <
Wie is Promat? De firma Promat International verkoopt wereldwijd brandwerende producten en totaaloplossingen voor industriële bouwprojecten, winkelcentra en andere publieke gebouwen. De groep beschikt over een fijnmazig netwerk van verkooppunten in een twintigtal geïndustrialiseerde landen. Binnen Europa telt Promat International vijf productiesites, waarvan de grootste in Tisselt is gevestigd en zowat 140 arbeidskrachten tewerkstelt.
9
TRAFIEKCIJFERS
Binnenvaart verankert zich verder in Vlaamse economie Kaap van honderd miljoen. De Vlaamse binnenvaart heeft in 2005 57 procent meer vervoerd dan in 1995. Het aantal gerealiseerde tonkilometer – het vervoer van één ton over een afstand van één kilometer – bedroeg vorig jaar 4,55 miljard. Door het aangekondigde verdwijnen van de trafiek van en naar de hoogovens in Luik is dat 2,89 procent minder dan in 2004, maar de structurele groei zet zich door: het aantal ladingen en lossingen verder blijft toenemen, wat betekent dat de binnenvaart zich alsmaar verder in de Vlaamse economie verankert. De opmerkelijkste groei werd vorig jaar alweer in de containervaart gerealiseerd. In 2005 werden maar liefst 13 procent meer binnenvaartcontainers vervoerd dan in 2004. Het netwerk van Vlaamse container-
‘Het aantal ladingen steeg vorig jaar met 10,2 procent.’
10
Binnenvaart april 2006
terminals behandelde in totaal 456.279 TEU: bijna acht keer meer dan acht jaar geleden. Daarnaast overschreed het binnenvaartvervoer in de vier Vlaamse zeehavens de symbolische kaap van honderd miljoen ton. Dat komt overeen met zowat 2.650.000 TEU: de binnenvaartoverslag houdt dus gelijke tred met de maritieme containeroverslag.
Kaaimuren en extra ladingen. Minstens even belangrijk voor de verankering van de binnenvaart in de Vlaamse economie zijn de ladingen en lossingen. Daaruit blijkt dat de binnenvaart bij alsmaar meer bedrijven een vaste plaats verovert in hun logistieke organisatie en productieapparaat. Zo nam het – traditioneel al hoge – aantal lossingen vorig jaar met 3,2 procent toe, en steeg het aantal ladingen met 10,2 procent. Vooral dat laatste cijfer is veelbetekenend, omdat het bewijst dat de binnenvaart meer en meer voor afvoer wordt ingeschakeld.
‘In 2005 werden 13 procent meer binnenvaartcontainers vervoerd.’
Het gestegen aantal ladingen en lossingen hangt nauw samen met de kaaimurenpolitiek van de voorbije jaren. Na zeven jaar publiek-private samenwerking voor laad- en losinstallaties zijn bijvoorbeeld al 119 kaaimuren aangevraagd, waarvan er een vijftigtal in bedrijf zijn. Dat zorgde er onder meer voor dat vorig jaar langs alle Vlaamse binnenvaartwegen zowat 37,5 miljoen ton goederen werden gelost of geladen. In vergelijking met 1998, toen het kaaimurenprogramma werd ingevoerd, is dat een stijging is van 28,5 procent. <
Meer weten? www.binnenvaart.be
Shortsea trafiek kent opnieuw sterke groei De shortsea trafiek in de vier Vlaamse zeehavens is vorig jaar met 5,3 procent toegenomen ten opzichte van het jaar voordien. Daarmee bevestigt shortsea shipping de trend van de afgelopen jaren: in 2005 werd 113 miljoen ton shortsea lading verhandeld, bijna 28 procent meer dan in 1999. Bovendien werd vorig jaar meer dan de helft (50,4%) van alle haventrafiek in Vlaanderen door shortsea shipping gegenereerd. Antwerpen blijft de belangrijkste shorsea haven, waar maar liefst 70,2 miljoen ton of zowat twee derde van alle shortsea trafiek tot stand wordt gebracht. Daarna is Zeebrugge naar absoluut aandeel de tweede shortsea haven met 25,8 miljoen ton. De haven van Oostende blijft relatief het sterkst op shortsea gericht. 98,8 procent van alle trafiek is
er shortsea, en de groei tot 7,7 miljoen ton is er bijna volledig aan shortsea te danken. In Gent volgt shortsea shipping dan weer de algemene daling van de maritieme trafieken in 2005. Het volume zakte er tot het niveau van 2002.
den op de twee kanalen respectievelijk 346 en 314 geladen schepen geteld. <
Op de grote kanalen en rivieren tot slot is de shortsea trafiek gestabiliseerd. Vorig jaar werden op het Albertkanaal en op het Zeekanaal naar Brussel voor 1.436.421 ton shortsea vrachten vervoerd. Qua volume shortsea lading blijkt het Zeekanaal intussen dubbel zo belangrijk als het Albertkanaal. Naar aantal schepen wer-
Shortsea shipping genereerde meer dan de helft van alle haventrafiek.
Shortsea shipping? Scheepvaart voor goederen of passagiers waarbij het traject gedeeltelijk op zee ligt maar de oceaan niet wordt gekruist. Concreet gaat het om de vaart langs Europese kusten, met inbegrip van de Noordzee, de Middellandse zee, de Zwarte Zee en de Oostzee. Meer weten? www.shortsea.be
UITGELADEN
In deze rubriek zetten we telkens een van de vele producten in de kijker die via binnenvaart worden vervoerd. Dit keer viel ons oog op de internationale verhuizingen van de firma Gosselin World Wide Moving.
Uitgeladen: containers vol huisraad Het Antwerpse bedrijf Gosselin World Wide Moving bewijst wekelijks dat je bijna alles in binnenvaartcontainers kunt vervoeren: het stopt vaak zowat de hele inboedel van klanten in containers. ‘Van meubelen tot schilderijen, fietsen, speelgoed, noem maar op,’ zegt Gosselin-medewerker René Beckers. ‘Al transporteren we niet alleen inboedel: we hebben al een tijdje onze activiteiten verruimd. Vandaag verhuizen we evengoed materiaal voor ambassades of het Amerikaanse leger, leveringen voor kleine zelfstandigen, als transporten voor rederijen via de Gosselin Container Terminal. Hoeveel we via binnenvaart vervoeren? Ik schat dat we voor zowat zeventig à tachtig procent van onze transporten binnenschepen inschakelen. Dat komt per jaar op ongeveer 50.000 TEU , of per maand op zowat drieduizend containers.’
11
SCHEEPSBOUW
‘Zo goed als volgeboekt tot 2010’
De structurele groei van de binnenvaart laat zich ook in de scheepsbouwsector voelen. Vorig jaar besliste Antwerp Shiprepair om zich voortaan ook op binnenvaart te richten. Het bedrijf zette een aparte binnenvaarttak op poten die ook nieuwe casco’s zou gaan bouwen, én dat intussen doet. De corebusiness van Antwerp Shiprepair is al jaren reparatie en onderhoud van zee- en baggerschepen, maar sinds eind vorig jaar is binnen het bedrijf ook een binnenvaartpoot actief. ‘Eerst en vooral wil ik opmerken dat we echt een aparte entiteit hebben opgericht,’ zegt Harry Huijbrechts, algemeen directeur van Antwerp Shiprepair Binnenvaart. ‘We wilden er niet zo maar wat binnenvaart bijnemen, onze binnenvaarttak werkt volledig zelfstandig. Het enige wat we met de zeevaart gemeen hebben, is onze raad van beheer. Op die manier garanderen we dat binnenschepen honderd procent dezelfde service krijgen als zeeschepen.’
den moesten we continu enorme pieken en dalen zien op te vangen. Als we de ene dag tweehonderd mensen nodig hadden, waren dat er de volgende dag bij wijze van spreken twintig. Een aantal vaste onderhoudswerken kun je wel inplannen, maar met pannes lukt dat per definitie niet. Terwijl we ze natuurlijk altijd dringend moeten kunnen oplossen.’
Een andere reden om het schommelende werkvolume aan te pakken, is dat de scheepsbouwer de voorbije jaren onvoldoende in zijn personeel kon investeren. Als gevolg daarvan kampt Antwerp Shiprepair – net als de meeste bedrijven in de sector – met een verouderd personeelsbestand. ‘Doordat de Pieken en dalen. De beslissing om een bin- Belgische scheepsbouw al tien jaar zo goed nenvaarttak op te zetten, past binnen een als stil ligt, studeren er ook geen jonge werknieuw businessplan van Antwerp Shipre- krachten meer af,’ zegt Harry Huijbrechts. pair. Dat streeft op de ‘We hebben dan ook mee aan de kar getrokeerste plaats naar meer ken om een VDAB-opleiding scheepsbouw continuïteit in het werk- op poten te zetten. Want volgens ons zal de volume en het stelt dat Vlaamse scheepsbouwsector meer en meer het onhoudbaar wordt in mensen moeten investeren om de komenom alleen onderhoud en de jaren competitief te blijven.’ herstelling van zeeschepen aan te bieden. Harry Twee binnenvaartdokken. Vooraleer AntHuijbrechts: ‘In het verle- werp Shiprepair in de nieuwe binnenvaartac-
‘De Vlaamse scheepsbouw moet meer en meer in mensen investeren.’ 12
Binnenvaart april 2006
‘We willen om de twee maanden een nieuw binnenschip bouwen.’
tiviteit investeerde, heeft het uiteraard de markt verkend. Al bleef die prospectie volgens Harry Huijbrechts vrij beperkt: ‘Ik heb geprobeerd om marktonderzoek te verzamelen, maar de laatste echte studie bleek al van 1982 te dateren. Daarnaast zeggen de trafiekcijfers van de binnenvaart eigenlijk voldoende: de binnenscheepvaart zit al een aantal jaren in de lift. Dankzij onze ligging in de haven hoorden we ook meer dan geregeld dat er een tekort is aan binnenvaartherstelplaatsen.’ Intussen heeft Antwerp Shiprepair twee dokken aangepast voor reparatie- en onderhoudswerk aan binnenschepen. Het gaat om twee dokken van respectievelijk 146 op 18 en 166 op 21 meter. De dokken zijn lange tijd zijn dicht geweest, maar in november werd het eerste binnenschip er ontvangen. ‘De dokken zijn perfect afgestemd op de alsmaar groter wordende binnenschepen,’ zegt Harry
Huijbrechts. ‘Bovendien is onze site aan de binnenkant van de haven gelegen, waardoor binnenschepen ons direct vanaf het RijnScheldekanaal kunnen bereiken.’
Investering in toptechnologie. Naast de vernieuwde dokken heeft Antwerp Shiprepair ook in nieuwe infrastructuur geïnvesteerd. ‘We hebben heel bewust de modernste lasersystemen en de nieuwste las-, pers-, rol- en snijapparatuur in huis gehaald,’ zegt Harry Huijbrechts. ‘Er kwam niet alleen een nieuwe lashal van tweeduizend vierkante meter bij, maar ook een extra ketelmakerij met dezelfde oppervlakte. Daarnaast hebben we een nieuwe brandermachine aangekocht van 25 op 6 meter, waarmee we bak- en stuurboord in één werkgang kunnen branden.’ Om de investering te ver-
‘We starten met 6 binnenvaarttankers en 6 -containerschepen.’
antwoorden, rekent Antwerp Shiprepair erop om telkens gelijktijdig aan vier schepen te werken. Het heeft arbeidsschema’s opgesteld die gebaseerd zijn op een werkvolume voor zowat zeventig mensen, dat tijdens de piekmomenten oploopt tot honderd tachtig. Harry Huijbrechts: ‘Dat betekent dat we om de twee maanden een binnenschip en om de zes maanden een zeeschip moeten kunnen bouwen. Dat blijkt alvast geen probleem: voor binnenvaart zijn er al overeenkomsten voor zes tankers en zes containerschepen, waarvan straks trouwens de eerste sectie in het dok ligt. En met alles wat nog hangende is, zitten we eigenlijk zo goed als vol tot 2010.’
‘Het is iets te vroeg om het achterste van onze tong te laten zien.’
ning, technologie en service zijn al genoemd, maar heeft het bedrijf echt geen ander geheim? ‘Hm, er komt inderdaad ook een organisatorische vondst bij kijken,’ geeft Harry Huijbrechts na lang aandringen toe. ‘En neen, met schimmige tussenfirma’s heeft het niets te maken. Maar alles is nog iets te pril om onze concurrenten het achterste van mijn tong te laten zien.’ <
Het geheime ingrediënt. Hoewel het bekend is dat heel wat buitenlandse werven volgeboekt zijn, blijft het opmerkelijk dat Antwerp Shiprepair sinds kort ook voor nieuwbouw kan opboksen tegen de concurrentie uit lageloonlanden. De troeven plan-
13
14
Binnenvaart april 2006
PLEZIERVAART UITGELADEN
Minister Peeters doopt
overlegplatform Vlaams minister van Openbare Werken Kris Peeters (CD&V) heeft tijdens de Belgian Boat Show de eerste algemene vergadering geopend van het Overlegplatform Waterrecreatie, -sport en –toerisme. Nadat alle leden zich aan elkaar hadden voorgesteld, suggereerden de verschillende afgevaardigden meteen enkele eerste actiepunten. Het Overlegplatform voor Waterrecreatie, sport en –toerisme is officieel uit de startblokken geschoten. De Belgian Boat Show in Gent vormde de ideale aanleiding om het platform – waarvan het kernteam bestaat uit Promotie Binnenvaart Vlaanderen, de Vlaamse waterwegbeheerders, Toerisme Vlaanderen, Bloso en NautiV – officieel boven de doopvont te houden. Zowel de leden van het kernteam als van de subteams verzamelden in Flanders Expo in Gent voor de allereerste algemene vergadering.
Werk aan de winkel. Vlaams minister van Openbare Werken Kris Peeters ( CD &V ) kreeg de eer om de vergadering officieel te openen. Hij benadrukte dat de sector dankzij het platform eindelijk in het beleid verankerd wordt. Daarnaast stelde de minister dat het platform op de eerste plaats de wensen en noden van de verschillende watergebruikers op elkaar zal moeten afstemmen. Op die manier hoopt minister Peeters – die het platform samen met zijn collega’s van Toerisme Geert Bourgeois ( NVA ) en van Sport Bert Anciaux (Spirit) heeft opgericht – ‘over alle domeinen heen een optimale invulling van de beschikbare middelen te bekomen’.
Net als de minister wezen ook de andere sprekers op het toenemende belang van de waterweg in de vrijetijdsbesteding in Vlaanderen. Zo merkte Rik Goetinck, waarnemend AWZ-directeur en voorzitter van de algemene vergadering, op dat het platform de basis moet vormen om ook de andere actiepunten uit het beleids-
‘We moeten de wensen en noden van de gebruikers beter op elkaar afstemmen.’
plan Waterrecreatie en –toerisme te realiseren. Vervolgens kondigde Wim Vanseveren, hoofd van Toerisme Vlaanderen, aan dat ook zijn sector veel van de nieuwe samenwerking verwacht, al wees hij er tegelijk op dat er nog veel werk aan de winkel is om concrete initiatieven uit te werken.
Eerste actiepunten. Als slot van de vergadering leidde Filip Martens, voorzitter van Promotie Binnenvaart Vlaanderen, een sectorgesprek waarin de aanwezigen een aantal eerste actiepunten konden suggereren. Naast een opmerking over de samenstelling van de subteams, wezen de meeste afgevaardigden op het moeilijke huwelijk tussen verschillende vormen van waterrecreatie, al dan niet in combinatie met beroepsvaart. Na een tiental noodgedwongen korte opmerkingen volgden alvast twee conclusies: enerzijds dat praten het wederzijds begrip duidelijk stimuleert, anderzijds dat het platform een boeiende en drukke tijd wacht. <
15
EEN DAG OP PAD MET
CCT-manager Tom Lauwers
‘Het rendement van binnenvaart tastbaar maken’ Containerterminals spelen een alsmaar belangrijkere rol in de logistieke keten. Maar weet u hoe de terminals hun transporten in de praktijk aantrekken en organiseren? We liepen een dag mee aan de zijde van Tom Lauwers, Terminal Manager van de gestaag groeiende Cargovil Container Terminal in Grimbergen.
08 :13 Vaste klanten en tarifering. Samen met een Nederlandse vrachtwagenchauffeur arriveren we op de terreinen van de Cargovil Container Terminal (CCT) in Grimbergen. We pikken nog net op dat onze noorderbuur een container voor Sumitomo Chemical komt afhalen, als Terminal Manager Tom Lauwers ons verwelkomt. Die verklapt meteen dat het Japans bedrijf uit Machelen momenteel, na Carrefour, de tweede grootste klant van CCT is. ‘Voor Carrefour leveren we bijna alle producten voor de non-food magazijnen, die aan ons domein grenzen,’ zegt Tom Lauwers. ‘Al richten we ons evengoed op kleinschalig transport: elke container kan via ons vervoerd worden.’
opent. ‘Daarnet heb ik ook een paar mails van prospecten beantwoord over commerciële bezoeken. En ik zie dat mijn collega’s van Hessenatie Logistics, die in Antwerpen onze facturatie verzorgen, vragen of ik enkele tariferingsdetails kan bezorgen.’
‘CCT en TCT hebben een belangrijk samenwerkingsakkoord afgesloten.’
We rillen even van de kou als Tom de deur opent om een sigaret te gaan roken. Buiten vertelt hij dat de CCT vorig jaar afklokte op een verhandeld volume van 23.000 TEU, en dat de doelstelling voor dit jaar duidelijk is: groeien. ‘Dankzij onze ligging vlakbij Brussel moet dat lukken,’ zegt Tom. ‘Vanaf ons terrein bereik je in minder dan een uur alle gemeenten binnen een straal van vijftig kilometer rond Brussel. Bovendien kunnen we hier tot 800 containers stockeren en bieden binnenvaartcontainers het voordeel dat je tot in detail kunt plannen om de doorlooptijd in te korten.’
09 :52 Het Duitse voorbeeld. Vier jaar na de oprichting van de CCT liggen bij terminaluitbater IBO opnieuw ambitieuze plannen We vergezellen de Terminal Manager naar op tafel. Eind vorig jaar kreeg de site met een eenvoudig kantoor, dat hij met zijn be- Tom Lauwers een nieuwe manager – die het dienden Serge en Youssef deelt. Op het com- vak leerde in de Antwerpse scheepsagenputerscherm van Tom zien we dat hij net zijn tuur – en in februari werd een belangrijk mailbox aan het checken was: op het scherm samenwerkingsakkoord afgesloten met de 12: 07 Prospectieprijken 37 onaangeklikte berichten. ‘Het me- Trimodal Container Terminal (TCT) uit Wil- plannen. . De kolebroek. Tom: ‘Naar het voorbeeld van een mende maanden is rendeel zijn orders van vaste klanten Duitse Fahrgemeinschaft hebben we met TCT het voor de nieuwe afgesproken dat zij de planning doen en ons Terminal Manager een absolute prioriteit om die in de transportplanning ingebracht een dagelijkse afvaart naar Antwerpen en zo veel mogelijk verladers en expediteurs een wekelijkse afvaart naar Rotterdam ga- aan te spreken die rendement kunnen halen moeten worden,’ zegt Tom, terwijl randeren. Dat is voor beide partijen voorde- uit een multimodale oplossing. Tom Lauliger, en ik mag zeggen dat de samenwerking wers: ‘We moeten dringend onze prospectie hij een bericht van de firma Haesaerts bijzonder vlot verloopt.’ verder uitbouwen. Heel wat bedrijven reali-
‘Dankzij ons kun je het rendement van je magazijnen opdrijven.’
‘Carrefour en Sumitomo zijn onze twee grootste klanten.’
16
Binnenvaart april 2006
Tom Lauwers: ‘De binnenvaart moet nog vaker import aan export kunnen linken.’
seren zich nog niet dat ze de rendementen van hun magazijnen kunnen opdrijven door met ons te werken. Het nadeel is dat het veel tijd en energie vergt om onze voordelen tastbaar te maken.’ Nadat Serge volgens de beurtrol belegde broodjes heeft afgehaald, worden de dossiers op de drie bureaus opzijgeschoven. Terwijl Youssef en Serge het nieuws uit hun krant becommentariëren, legt Tom de visie achter zijn prospectieaanpak nog wat verder uit. ‘Volgens mij liggen er in de binnenvaart nog heel wat mogelijkheden open om, ook buiten onze regio, import aan export te linken. Betrouwbaarheid en just-in-time-leveringen zijn voor iedere klant belangrijk. Maar met kostprijsbeheersing, bijvoorbeeld door een one-way te organiseren, kun je pas iedereen overtuigen.’ ’ 15:11 Hallo Tarkana. De zoveelste vrachtwagen van de dag heeft nog maar net de CCT verlaten, als Youssef plots naar buiten wijst. De brug over het Zeekanaal blijkt verder en verder open te gaan. Een containerschip komt aangevaren. Na een
‘Vanaf ons terrein is de wijde regio rond Brussel vlot bereikbaar.’
korte blik op de transportplanning weet Tom dat de Tarkana, een containerschip van 80 op 8,2 meter, vanmiddag zesentwintig containers naar de haven van Antwerpen moet brengen. Met de hulp van de CCT-kraanman en van Serge, die de inland douanebehandeling vlot afrondt, kan de Tarkana al om iets voor vier zijn weg naar Antwerpen voortzetten. Waarna wij, de files in het achterhoofd, besluiten om dezelfde richting uit te rijden.<
17
KORT
Pleziervaart: een op vijf vaart niet rimpelloos Zowat een vijfde van de pleziervaartuigen in België is niet met alle reglementen in orde. Dat blijkt uit de 2590 controles die de Scheepvaartpolitie vorig jaar heeft uitgevoerd in het kader van de preventiecampagne Rimpelloos varen. De agenten stelden voornamelijk inbreuken vast op het vlak van registratie, reddingsmateriaal en overdreven snelheid. Daarnaast constateerde de politie al te vaak een gebrek aan respect tussen plezier- en beroepsvaarders.
Bourgeois: ‘Watertoerisme heeft actief promotiebeleid nodig’ Vlaams minister van Toerisme Geert
ding van 26,4 euro per klant per dag voor Bourgeois ( NVA ) wil de waterrecreatie een duidelijke economische return zorgt. alle kansen geven. Tijdens de opening van Voorts verwees hij hoopvol naar het nieuBoot Düsseldorf, de grootste watersport- we Overlegplatform voor Waterrecreatie, beurs ter wereld, zei hij dat watertoerisme -sport en -toerisme, en tot slot kondigde en –recreatie de wind in de zeilen hebben hij aan dat het volgende wereldcongres en dat dat moet worden uitgespeeld om van de jachthavenafdeling van ICOMIA (de Vlaanderen internationaal op de kaart te wereldorganisatie voor watergebonden zetten. De minister vindt dat er nood is aan bedrijven en overheden) in 2008 in Oosteen actief promotiebeleid en benadrukte ende zal plaatsvinden. dat de sector met een gemiddelde beste-
Seine-Schelde: VNF verwacht 18 miljoen ton De Voies Navigables de France (VNF) voorspellen dat er over vijftien jaar zowat achttien miljoen ton zal worden vervoerd over het nieuwe kanaal Seine-Nord. Op basis van de eerste marktonderzoeken rekenen de VNF op vijftien miljoen ton bulklading en 400.000 containers per jaar. Het gros van de lading zou uit traditionele bulkgoederen als bouwmaterialen en landbouwproducten bestaan, al worden ook flink wat containers, afval, chemische producten, voertuigen en ondeelbare stukken verwacht. De VNF voorzien in de plannen trouwens een dertiental overslagsites, naast enkele jachthavens en aanlegplaatsen voor cruiseschepen.
18
Binnenvaart april 2006
Naast de controles heeft de Scheepvaartpolitie een enquête uitgevoerd bij meer dan driehonderd pleziervaarders. Van hen blijkt bijna driekwart (73 procent) zijn boot voor watertoerisme te gebruiken. De hengelaars vormen met 17 procent de tweede grootste groep, terwijl 9 procent aan sportieve pleziervaart of waterski doet. De gemiddelde pleziervaarder blijkt tot slot een man van 55 jaar, die jaarlijks gemiddeld 66 dagen uitvaart.
Hinder door werken aan Seine-Nord-verbinding De Voies Navigables de France ( VNF) melden dat er de komende maanden hinder zal zijn door werkzaamheden in verband met de toekomstige Seine-Nord-verbinding. Tussen 22 mei en 2 juli verwacht men onder meer een scheepvaartonderbreking op de verbinding Dunkerque-Valenciennes, omdat er gesleuteld wordt aan de écluse de Flandres en de écluse des Fontinettes op het Canal de Neufossé. Wie in de buurt moet zijn, controleert het best de uitgebreide lijst met werkzaamheden (‘chômages 20062007’) die de VNF in maart heeft bekendgemaakt en die u vindt op www.vnf.fr.
Wist u dat… U op de PBV-website ook een archiefpagina vindt met alle voorgaande nummers van ons magazine BinnenVaart? Klik in de rubriek Meer weten door naar Folders en brochures. Als vijfde publicatie vindt u daar ons magazine, waarvan u de voorgaande nummers in pdf-formaat kunt nalezen.
Nieuwe gratis kennismakingsfolder over binnenvaart Wilt u klanten laten kennismaken met de binnenvaart? Of bent u zelf geinteresseerd in een overzicht van de statistieken tot en met 2005? Promotie Binnenvaart Vlaanderen heeft een gloednieuwe, viertalige folder klaar die kort de voordelen van binnenvaart op een rijtje zet. Bovendien bevat de folder statistieken van het binnenvaartvervoer – inclusief de containertrafiek – tot en met 2005, en ook de PBV-missie wordt kort uitgelegd. Meer weten? Vraag de gratis folder aan via www.binnenvaart.be
Opening jachthaven Zilvermeer in Mol Goed nieuws voor pleziervaarders: Vlaanderen krijgt er een nieuwe jachthaven bij. Aan het provinciaal domein Het Zilvermeer in Mol is namelijk een nieuwe toervaarthaven aangelegd, die plaats zal bieden aan 48 boten. Op zaterdag 10 juni wordt de jachthaven officieel geopend, en hoewel het feestprogramma nog niet bekend is, hebben wij die datum al met stip in onze agenda aangekruist. Meer weten? www.zilvermeer.be
Schippersinternaat Don Bosco huldigt nieuwe kamers in
Roro-expo en conferentie in mei Van dinsdag 16 tot donderdag 18 mei vindt in Flanders Expo de tweejaarlijkse Rorobeurs en –conferentie plaats. Net als bij de vorige edities verzamelen alle belangrijkste roro-partners in Gent om er ideeën en plannen uit te wisselen. Dit jaar staan daarbij drie themazones in de kijker: een zone voor innovatie, een voor rekrutering & opleiding, en een demonstratiezone in openlucht. Tijdens de beurs, waar Promotie Shortsea Shipping stand D 30 zal bemannen, vinden opnieuw tal van interessante conferenties plaats: onder meer Scheepsontwerpen, Binnenwateren en het project Motorways of the Sea komen als thema aan bod.
Het nieuwe gebouw van het Don Bosco-internaat in Wijnegem, dat traditioneel heel wat kinderen van binnenvaartondernemers aantrekt, is afgewerkt en in gebruik genomen. In de krokusvakantie konden de leerlingen al verhuizen van de oude slaapzaal naar de nieuwe, comfortabele kamers waarin ze alleen of per twee slapen. Het nieuwe gebouw heeft een capaciteit voor zestig leerlingen en wordt in bisschoppelijke aanwezigheid ingehuldigd op vrijdag vijf mei. Neem gerust contact op voor informatie of voor een bezoekje: Elly Mondelaers, tel. 03 353 61 89,
[email protected]
Meer weten over de beurs en of de onderwerpen van de conferenties? Surf naar www.roroex.com
19
‘Waarom je terreinkennis ook niet op andere activiteiten toepassen?’
20
Binnenvaart april 2006