De student centraal KNELPUNTENNOTITIE Over de rechtspositie van studenten
Oktober | 2014
Deze knelpuntennotitie is tot stand gekomen in samenwerking met de Landelijke Kamer van Verenigingen en het Landelijk Studenten Rechtsbureau.
De student centraal | 2014
2
Geachte lezer,
In een land waar het onderwijs hoog in het vaandel staat, waar investeringen vanuit vele kanten worden gedaan en een hoge inzet wordt gevraagd van studenten is te verwachten dat een student duidelijkheid krijgt over dat onderwijs en de daarbij horende rechten. Met de komst van het leenstelsel wordt de student niet alleen gevraagd zelf meer te investeren maar verwacht de student ook meer van het onderwijs terug. Er wordt gesproken over een kwaliteitsimpuls aan de hand van investeringen die gedaan kunnen worden met de opbrengsten van het leenstelsel. Echter, het rapport dat voor u ligt, laat middels knelpunten op het gebied van de rechtspositie van de student zien dat het voor dit leenstelsel nog te vroeg is. Nu de nadruk in het hoger onderwijs steeds meer op rendementen komt te liggen, lijkt door de hoeveelheid klachten die bij studentenorganisaties binnen komen de rechtspositie van studenten niet gewaarborgd te worden. Aan de hand van knelpunten komt in dit rapport naar voren dat de kwaliteit van onder andere helderheid bij aanvang van de studie, beoordeling en begeleiding tijdens de studie, de geldigheid van tentamens, de klachtenprocedures en invulling van examencommissies nog te vaak te wensen over laat. Als vanzelfsprekend is de kwaliteit van het onderwijs belangrijk maar studenten worden met dergelijke maatregelen steeds meer bewust van hun positie. De vaak schrijnende knelpunten die nu nog bestaan, moeten eerst worden opgelost voordat een significant grotere investering van studenten door middel van het leenstelsel gevraagd kan worden voor hun onderwijs.
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) heeft met het Landelijk Studenten Rechtsbureau (LSR) en de Landelijke Kamer van Verenigingen (LKvV) huidige knelpunten in het hoger onderwijs op het gebied van de rechtspositie van studenten op een rij gezet. Deze zijn aan de hand van een kleine greep uit de klachten die zij binnen hebben gekregen uiteengezet. Tijdens het verkennen van de knelpunten die op dit moment nog bestaan werd duidelijk dat er verbeteringen nodig zijn op het gebied van toegankelijkheid, beoordeling, begeleiding, beëindiging en reparatie. De voorbeelden in deze notitie zijn slechts enkele voorbeelden die laten zien dat een integraal onderzoek en actie omtrent de rechtspositie van de student noodzakelijk is.
Oproep tot onderzoek en actie Het ISO, LSR en de LKvV laten het ministerie middels dit rapport de noodzaak inzien van grondig onderzoek en actie voordat het leenstelsel doorgang kan vinden. Studenten roepen het ministerie, de politiek, de koepelorganisaties en instellingen op om verandering te brengen in het bestaan van de knelpunten op deze gebieden. Gehaast een leenstelsel invoeren kan tot ongewenst effecten leiden. De organisaties roepen op tot een onderzoek dat naar de gehele rechtspositie van de studenten kijkt: van het algehele recht, het beleid van de instellingen, de bekendheid van het recht, de naleving van de wet en mogelijke verbeteringen die de wet nodig heeft. Tevens roepen ze op tot acties die zorgen voor helderheid. Correcte en transparante procedures zijn gewenst, alvorens grote financiële verantwoordelijkheid bij de student kan worden neergelegd. Uiteraard
De student centraal | 2014
3
zijn bovenstaande studentpartijen zijn zeer bereid om mee te denken over de essentiële veranderingen. Waar mogelijk is bij knelpunten al opgeroepen tot deze actie. Kortom: de student moet juist in de huidige tijd centraal komen te staan, de rechtspositie van studenten dient gewaarborgd te worden nu zij meer gaan investeren in het onderwijs.
Hieronder wordt eerst een overzicht van de knelpunten gegeven waarna deze nog eens uiteen worden gezet en worden geïllustreerd met een aantal voorbeelden.
De student centraal | 2014
4
Inhoud Samenvatting Knelpunten ....................................................................................................................... 6 Knelpunten Toegankelijkheid .................................................................................................................. 9 Wirwar
9
Bachelor Medische Hulpverlening
10
Willekeur toekenning bestuursbeurzen
10
Knelpunten Beoordeling........................................................................................................................ 12 Herkansingen
12
Wijze van beoordeling
12
Procedures en informatievoorziening
13
Motivatie beoordeling
14
Knelpunten Begeleiding ........................................................................................................................ 16 Bereikbaarheid begeleiders
16
Begeleiding scripties/afstuderen
16
Vertraagde bezwaarprocedures
18
Begeleiding studenten negatief BSA
18
Knelpunt Beëindiging ............................................................................................................................ 20 Houdbaarheid afgeronde studieonderdelen
20
Knelpunten Reparatie............................................................................................................................ 21 Leden examencommissie
21
Onterechte Iudicium Abeundi
21
Onzorgvuldige klachtenprocedures
22
Ontoereikende profileringsfondsen
23
Klachten en geschillen in het hoger onderwijs
24
Conclusies en aanbevelingen notitie ..................................................................................................... 26
De student centraal | 2014
5
Samenvatting Knelpunten Toegankelijkheid Het is een wirwar als het op toegankelijkheid van en aansluiting op het hoger onderwijs aankomt. Een student komt een doolhof van instanties en deadlines tegen bij de aansluiting van het voortgezet onderwijs op het hoger onderwijs, zo liet het rapport ‘de laatste stap’1 van het ISO al zien. Studenten hebben recht op helderheid; alle informatie en te regelen zaken op één plek door één regievoerder. Daarnaast zijn op dit moment de studenten Medische Hulpverlening de dupe van het niet nakomen van de toezegging van de overheid in 2010 om tijdig de BIG-registratie te regelen voor hun opleiding. In 2012 werden over deze kwestie al Kamervragen2 gesteld maar tot op heden is de registratie niet geregeld. Hierdoor lopen studenten grote financiële schade op. Met een groeiende financiële verantwoordelijkheid die gepaard gaat met de huidige maatregelen, is het kwalijk dat dit soort situaties voorkomen. Daarnaast moeten compensatie en hersteltrajecten goed geregeld worden. Ook de mogelijkheid om actief te zijn naast je studie is in het geding door een willekeur bij de toekenning van bestuursbeurzen per stad en per onderwijsinstelling. Er is op dit moment nauwelijks transparantie en heldere communicatie naar studenten en het verschil tussen hoger onderwijsinstellingen is niet duidelijk. Dit geldt inzake de gehele toekenning van financiële bijdragen uit
het
profileringsfonds,
bijvoorbeeld
voor
bestuurswerk,
commissiewerk
en
evenementenorganisatie. Daarnaast zou de regeling Collegegeldvrij Besturen efficiënter en toegankelijker gemaakt moeten worden. Uit inventarisatie van de LKvV blijkt dat er op dit moment nog te weinig gebruik van deze regeling wordt gemaakt. De actieve student wil rechtsgeldige garantie krijgen om zich op een breed maatschappelijk vlak te kunnen ontwikkelen. Beoordeling Zowel over de wijze van beoordeling alsmede de motivatie ervan heerst vaak onduidelijkheid. Studenten lopen regelmatig vertraging op doordat ze hinder ondervinden van niet studentgerichte regelgeving omtrent herkansingen. Heldere beoordeling en motivatie zijn nodig, zodat studenten niet onterecht negatief beoordeeld worden en een eerlijke kans hebben het volgende toetsmoment te benutten.
Begeleiding 1 2
ISO (2014). Aansluiting hoger onderwijs. De laatste stap Kamervragen over problemen bij opleiding tot ambulancebroeder (2012Z13925)
De student centraal | 2014
6
Studenten lopen regelmatig vertraging op door begeleiding van bijvoorbeeld docenten of studieadviseurs die niet of slecht bereikbaar zijn. Studenten kunnen hierdoor buiten hun eigen verantwoordelijkheid om extra kosten moeten maken. Daarnaast zijn er grote verschillen in kwaliteit van begeleiding bij het schrijven van een scriptie of een afstudeertraject. Voor studenten met een negatief BSA is geen of slechte begeleiding, bezwaren worden niet ingewilligd of bezwaarprocedures duren lang. De student moet te allen tijde centraal staan en er moet helderheid
zijn over
procedures. De student moet actie kunnen ondernemen wanneer geen beslissing wordt genomen binnen de daarvoor gestelde en bekende termijn. Studiebegeleiding is van essentieel belang. Hierbij moet betrokkenheid met, kennis over en inlevingsvermogen in de student en zijn onderwijspad met bijbehorende nevenactiviteiten centraal staan.
Beëindiging In september 2013 kwam het bericht naar voren dat de Leidse rechtenfaculteit 25 studenten wegstuurde3. Hun tentamenresultaten waren ongeldig verklaard en zij mochten ook geen herkansing meer doen. Later bleek dat het gebruik van dergelijke maatregelen als rendementsmaatregelen mogelijk op meer instellingen voorkomt en zijn verschillende zaken bij het College van Beroep voor het hoger onderwijs geweest. In het vragenuurtje op 10 september 2013 kreeg de minister hier kritische vragen over. Ook later werden nog Kamervragen45 gesteld over de geldigheidsduur en het afpakken van studiepunten. Minister Bussemaker gaf onlangs aan dat opleidingen de geldigheidsduur van studiepunten mogen beperken, ook als maatregel om studiebevordering vorm te geven.6 Studiepunten van studenten mogen volgens de studentenorganisaties niet worden afgenomen als rendementsmaatregel en de geldigheidsduur dient vooraf helder te zijn.
Reparatie Wanneer het tot reparatie komt, dus wanneer een student benadeeld blijkt en daarvoor een compensatie krijgt, blijkt ook nog veel te wensen over te blijven. Het onafhankelijk onderzoek van Panteia7 waarbij zij de rechtsgang van studenten evalueerde schetst een somber beeld en deed ISO eind 2013 al de noodklok luiden8. Maar er is in het onderzoek alleen gesproken met studenten die 3
Hoger Onderwijs Persbureau (2013, 6 september). Universiteit Leiden stuurt trage vijfdejaars weg, via http://www.dub.uu.nl/artikel/nieuws/universiteit-leiden-stuurt-trage-vijfdejaars-weg.html 4 Kamervragen over geldigheidsduur tentamens (2013Z17231) 5 Kamervragen over afpakken studiepunten (2014Z11583) 6 Antwoord kamervragen afpakken studiepunten (657227) 7 Panteia (2013). Het kastje en de muur voorbij? Evaluatie van de rechtsgang voor studenten 8 ISO (2013, 9 december). ISO luidt noodklok omtrent rechtspositie student, via http://www.iso.nl/persbericht/iso-luidt-noodklok-omtrent-rechtspositie-student/
De student centraal | 2014
7
een klacht hebben ingediend, of dit van plan waren. Het ISO heeft daarom onderzoek gedaan onder studenten, die geen klacht ingediend hadden. Er moeten heldere procedures zijn voor het indienen van een klacht. Studenten moeten op de hoogte zijn van de mogelijkheid om klachten in te dienen en deze klachten dienen in vertrouwen, door onafhankelijke personen, te worden afgehandeld. Voor grote kwesties zijn profileringsfondsen vaak ontoereikend. Bij de kwestie Inholland hebben de studentenorganisaties samen met desbetreffende hogeschool een Commissie Maatwerk opgericht. Een dusdanige procedure, een centraal protocol, zou geldend moeten zijn.
Conclusie en aanbevelingen Er is grote noodzaak om over te gaan tot actie. Knelpunten genoemd in deze notitie komen voort uit klachten die het ISO, LSR en de LKvV hebben ontvangen en dit is slechts het topje van de ijsberg. Uit onderzoek van het ISO blijkt dat ook een groot deel van de studenten geen klachten indient. Het is daarom nodig om de algehele rechtspositie van de student onder de loep te nemen. Het uitgangspunt
zijn
de
knelpunten
in
deze
notitie.
Als
vanzelfsprekend
denken
de
studentenorganisaties die deze notitie hebben geschreven mee over hoe het onderzoek dient te worden ingericht en welke acties er ondernomen moeten worden om verbeteringen te realiseren.
In dit onderzoek moeten in ieder geval de volgende aspecten terugkomen: het algehele recht van studenten, het beleid van de instellingen, de bekendheid van de rechten die er zijn, de naleving van de wet en mogelijke verbeteringen die de wet nodig heeft. Ten slotte is helderheid en transparantie bij heel veel knelpunten leidend. Duidelijkheid en communicatie is in sommige gevallen al de sleutel tot de oplossing.
Het uitgangspunt moet zijn eerst de genoemde knelpunten weg te nemen alvorens een significant grotere investering te vragen van studenten voor het onderwijs dat zij volgen. Deze notitie brengt aan het licht dat er nog veel zaken niet goed geregeld zijn waardoor schrijnende situaties ontstaan. Studenten
moeten
de
garantie
krijgen
dat
onderwijs,
begeleiding,
beoordeling,
informatievoorziening en procedures transparant, rechtsgeldig en kwalitatief goed geregeld zijn. Als dit niet geboden wordt, zijn het ISO, LSR en de LKvV van mening dat er geen extra investeringen van de student kunnen worden gevraagd.
Eerst de student centraal.
De student centraal | 2014
8
Knelpunten Toegankelijkheid Wirwar Er is veel onduidelijkheid over de aansluiting van het voortgezet onderwijs op het hoger onderwijs. Onderzoek van het ISO9 laat zien dat er nog een grote slag te slaan is in de uitvoering en samenwerking als het gaat om voorlichting van aankomende studenten. Organisaties overlappen elkaar vaak in de uitvoering, leveren dubbel of onvolledig werk en informatie of laten juist gaten vallen in de dekking van de overgang die de student maakt van de middelbare school naar het hbo of het wo. De urgentie omtrent het recht van (aspirant) studenten op duidelijke informatievoorziening groeit sterk met de komst van het leenstelsel waarbij het veel duurder wordt voor studenten om te kunnen studeren. Deze urgentie wordt nog eens versterkt door de groeiende vraag naar informatie over de veranderende regelgeving die gepaard gaat met de komst van dit leenstelsel. Om een optimale verbinding tussen het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs te realiseren, zoals de minister van OCW en de Onderwijsraad al eerder beoogden, moet er een verandering komen in de denkwijze omtrent het proces van overgang; de (aankomende) student moet centraal komen te staan. Samenwerking tussen de verschillende organisaties en instanties is dan geen vrijstaande optie. Het ISO pleit voor de komst van één regievoerder die als coördinator de samenwerking tussen de bestaande instanties en hun taken stuurt. Er moet één digitaal systeem komen waarmee een student zich kan inschrijven voor de opleiding, voorzieningen aanvraagt, persoonlijke communicatie onderhoudt en vragen stelt. Startstuderen.nl moet hiervoor hét overzichtelijke platform zijn dat alle informatie biedt aan de aspirant-student om op één overzichtelijke website alle zaken te kunnen regelen die de inschrijving behelzen. Ten slotte kan de afzonderlijke kwaliteitsborging behouden worden in elke organisatie. Wel dient ook een overkoepelende borging plaats te vinden tussen de organisaties die het vernieuwde systeem maken tot een geheel gericht op de gebruiksvriendelijkheid voor de aspirant-student.
9
ISO (2014). Aansluiting hoger onderwijs. De laatste stap
De student centraal | 2014
9
Bachelor Medische Hulpverlening Studenten lopen vertraging en extra kosten op door het niet nakomen van toezeggingen van de overheid en instellingen. Al voor de start van de opleiding Medische Hulpverlening wees de Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs op de noodzaak dan wel wenselijkheid van de registratie. De overheid deed toen de toezegging om dit tijdig te regelen. Echter tot op heden is de registratie nog niet geregeld en kunnen vele studenten geen stage vinden en/of niet afstuderen. Dit terwijl ze studeren aan een opleiding die geaccrediteerd is, gewenst is en aan alle gestelde eisen voldoet. Studenten lopen nu financiële schade op omdat ze extra collegegeld moeten betalen, hun recht op het studentenreisproduct afgelopen is, ze langer moeten lenen en nog niet aan het werk kunnen. Dit alles gebeurt buiten hun macht om.
Willekeur toekenning bestuursbeurzen De regelgeving omtrent bestuursbeurzen is problematisch omdat deze per hoger onderwijsinstelling zelf wordt vastgelegd. De toekenning van een bestuursbeurs verschilt per stad en universiteit, waardoor sommige studenten volgens hun instelling geen aanspraak maken terwijl zij dat op een andere instelling wel zouden kunnen. Dit is oneerlijk en kan demotiverend werken voor het beginnen aan een bestuursjaar. Nadere eisen aan de kwaliteit van ondersteuning blijken noodzakelijk. Ook wordt er nog onvoldoende gebruik gemaakt van de mogelijkheid ´collegegeldvrij besturen´ waarbij een student niet ingeschreven hoeft te staan bij een instelling maar wel de mogelijkheid krijgt zich (fulltime) te ontwikkelen middels een bestuursjaar.
De student centraal | 2014
10
Een student aan een universiteit deed in collegejaar 2011-2012 een fulltime bestuursjaar bij een studentengezelligheidsvereniging in een andere stad. Omdat de functie die hem werd aangeboden een fulltime bestuursfunctie was, was hij niet in staat om zijn studie ernaast te volgen. Zijn studieadviseur aan de universiteit adviseerde positief over zijn studievoortgang in relatie tot zijn bestuursjaar: hij zou niet in de problemen komen met het studietraject. Voor advies over een bestuursbeurs werd hij naar de decaan van de instelling gestuurd die hem duidelijk maakte dat hij geen recht had op een bestuursbeurs, omdat hij een bestuursjaar ging doen bij een studentengezelligheidsvereniging die niet door deze universiteit erkend werd. Vervolgens heeft hij getracht een bestuursbeurs aan te vragen bij de universiteit in de stad waar hij een bestuursjaar ging doen. Hier bleek dat hij ook geen recht had op een bestuursbeurs omdat hij geen student was aan een instelling in die stad. Voor een gesprek over een uitzondering op de regel was volgens de student geen ruimte. De optie dat hij zich in zou schrijven voor een nieuwe studie in de stad waar hij een bestuursjaar deed was ook geen mogelijkheid omdat hij dan een minimaal aantal studiepunten tijdens zijn bestuursjaar zou moeten halen. Om het bestuursjaar financieel te overbruggen heeft hij vervolgens besloten ingeschreven te blijven bij zijn oorspronkelijke instelling om zo te kunnen lenen van DUO.
Een student die in 2013-2014 studeerde in de ene stad, maar een bestuursjaar deed in een andere stad, had een zelfde probleem. Hij zocht contact met een Commissie voor Financiële Ondersteuning van Studenten. Die stelde dat hij geen recht had op een bestuursbeurs namens de plek waar zijn instelling was, omdat hij een bestuursjaar ging doen op een andere locatie. Hij moest daar verder zoeken, door contact op te nemen met een soortgelijk orgaan. Ook daar kreeg hij te horen dat hij niet in aanmerking kwam voor een bestuursbeurs omdat hij niet ingeschreven stond. Enige optie was inschrijven voor een nieuwe studie, maar dan zit je vast aan een BSA en dat is geen reële optie wanneer een student een fulltime bestuursfunctie vervult.
Een student die in 2014-2015 een fulltime bestuursfunctie vervult waarvoor hij claimt recht te hebben op een studiebeurs, kreeg deze ook niet toegewezen. Hij heeft voor dit bestuursjaar reeds meer dan 100 studiepunten behaald. Om de beurs te claimen heeft hij contact gezocht met zijn decaan bij zijn faculteit. Deze heeft hem afgeraden om een bestuursbeurs aan te vragen, omdat zijn verenigingsinzet in een andere stad plaatsvindt en hij daarom toch geen kans zou maken op een beurs. Daarnaast zou de aanvragen niet in overeenstemming zijn met de regeling voor financiële ondersteuning.
De student centraal | 2014
11
Knelpunten Beoordeling Herkansingen Er zijn vaak maar een beperkt aantal herkansingen per vak en vaak zijn deze herkansingen maar op bepaalde momenten in een jaar, waardoor studenten veel vertraging op kunnen lopen. Hierbij wordt de student niet centraal gesteld. Flexibiliteit is er te weinig en dat terwijl de student zelf meer gaat investeren in het onderwijs dat hij volgt. De studentenorganisaties zijn ervan overtuigd dat met deze ontwikkeling ook meer flexibiliteit van de instellingen dient te komen.
Datum: 24-09-2013 Een hbo-studente heeft de deadline voor haar scriptievoorstel gemist, een van haar medestudentes heeft de deadline wel gehaald, maar dat voorstel is afgewezen. Een tweede kans voor het inleveren van een voorstel is er niet waardoor zij nu beiden een semester vertraging oplopen en een halfjaar collegegeld moeten betalen.
Datum: 11-02-2014 Een studente van een hogeschool moet nog één tentamen en enkele werkstukken herkansen, dit kan pas op het moment dat deze vakken gegeven worden. Er is volgens de hogeschool geen mogelijkheid om deze herkansingen aan het begin van het jaar te doen of een vervangende opdracht te maken, waardoor zij moet wachten tot deze vakken worden gegeven en wel al het collegegeld betalen.
Wijze van beoordeling Er is bij studenten vaak gebrek aan inzicht over de wijze van beoordeling van stages en opdrachten. Er heerst onder andere onduidelijkheid over de rol van de interne en externe begeleider en onduidelijkheid over de rol van de eerste en tweede examinator. Daarnaast is vaak onduidelijk voor een student waarom hij/zij een bepaald cijfer krijgt waardoor een gevoel van oneerlijke behandeling vaak voorkomt en ook het leerproces wordt belemmerd. Verder worden regelmatig verschillende onderdelen van een opleiding integraal getoetst waardoor flexibiliteit in het curriculum moeilijk te realiseren is. Ten slotte raken beoordelingen regelmatig kwijt en wordt de student daarna vooral verantwoordelijkheid van de student gevraagd.
De student centraal | 2014
12
Datum: 13-01-2014 Een student van een hogeschool heeft in zijn eerste jaar de module Finance gelopen. Deze module bestaat uit 3 onderdelen, 2 tentamens en een onderdeel online homework. Beide tentamens heeft de student gehaald maar door omstandigheden met internet en de website heeft de student de online opdracht niet gehaald. De opleiding geeft aan dat er geen herkansing mogelijk is voor de online opdracht, maar dat de hele module opnieuw gedaan moet worden. Datum: 05-02-2014 Een studente verpleegkunde aan een hogeschool vindt de begeleiding van het vak onvoldoende en de docent was een week voor het tentamen onbereikbaar voor vragen. Ze is ontevreden over het toetssysteem en de beoordelingsprocedures. Zo kan een vak alleen gehaald worden als alle onderdelen gehaald worde en als één onderdeel niet gehaald wordt, moeten alle onderdelen opnieuw gedaan worden. Daarnaast heeft ze ook haar bedenkingen over de beoordeling, omdat haar klas de enige klas is met zeer veel onvoldoendes bij een bepaald vak.
Procedures en informatievoorziening Er zijn onzorgvuldige procedures met betrekking tot examencommissies en er is slechte informatievoorziening voor studenten over hun procespositie. Zo zitten er regelmatig docenten van studenten in de examencommissie of een docent die een student nog krijgt, welke niet objectief handelt. Daarnaast is de procedure bij bijvoorbeeld een andere beoordeling van de tweede examinator bij een scriptie onoverzichtelijk en onbekend. Op dit moment doet de Onderwijsinspectie onderzoek naar het functioneren van examencommissies in het kader van de Wet Versterking Besturing. Een goede ontwikkeling, waarop na het in kaart brengen actie nodig is op dit knelpunt.
De student centraal | 2014
13
Datum: 05-12-2013 Een studente van een hogeschool geeft aan dat de interne communicatie erg slecht is en dat de examencommissie niets doet met klachten van studenten. Ook geeft ze aan dat de mensen bij wie ze een klacht in wil dienen, zelf in de commissie zitten. De studente zelf studeert inmiddels al 6 jaar en moest 2 jaar geleden haar studie al afronden. Dit kon toen niet, omdat zij van de examencommissie geen tentamen mocht maken, de inschrijving was niet goed gegaan en ze kon niet alsnog ingeschreven worden. Ze geeft aan dat ze erg ontevreden is, omdat de studenten veel geld betalen maar niet serieus worden genomen door de hogeschool en de docenten. Volgens haar hebben vele studenten dezelfde problemen, alleen zij zeggen niets omdat ze bang zijn voor het negatieve effect dat hun klacht zal hebben en dat ze daardoor hun studie niet meer af kunnen ronden.
Datum: 14-07-2014 Een student moet nog één vak halen voor zijn propedeuse, anders moet hij van de opleiding. De eerste tentamenkans heeft hij wel gemaakt maar niet gehaald en de tweede tentamenkans kon hij niet maken i.v.m. met een overlijdensgeval in de familie. Bij de examencommissie heeft hij om deze reden een extra kans aangevraagd. De examencommissie antwoordde hierop dat de eerste tentamenkans behaald dient te worden en dat een herkansing er is voor het geval je niet aanwezig kunt zijn bij de eerste kans. Volgens de commissie verbiedt het OER het toekennen van een extra kans vanwege het niet aanwezig kunnen zijn.
Motivatie beoordeling Beoordelingen zijn regelmatig niet naar behoren gemotiveerd zodat niet alleen de leeropbrengst nihil is, maar ook dat studenten mogelijk onterecht een negatieve beoordeling krijgen of geen kans hebben op een betere prestatie bij de daaropvolgende kans.
De student centraal | 2014
14
Datum: 25-08-2014 Een studente zou in het buitenland een afstudeerstage gaan doen. Haar afstudeervoorstel was begin 2014 zonder enige feedback goedgekeurd. In dat voorstel stond al kort de probleemstelling, deelvragen, afbakening en literatuur beschreven. Bij aanvang van de afstudeerstage is zij direct aan de gang gegaan met het plan van aanpak, waarvoor het voorstel de basis vormde. Deze zijn vanuit het buitenland ingeleverd, maar pas 7 en 5 weken na het inleveren volgde feedback. Volgens de student is de deadline 15 werkdagen. De feedback was vervolgens heel negatief en het kwam erop neer dat het plan van aanpak volledig opnieuw geschreven moest worden. Dit was voor de student een onmogelijke opgave omdat de stage in het buitenland nog maar korte tijd duurde en de dataverzameling alleen daar plaats kon vinden. Noodgedwongen is de keuze gemaakt, in overleg met de hogeschool, om alvast met de rest van het onderzoek te starten. Op dit moment is de studente terug in Nederland en worstelt ermee om nu nog de scriptie te gaan schrijven, terwijl de data al binnen zijn. De hogeschool heeft aangegeven dat dit inderdaad moeilijk wordt en dat de studente rekening dient te houden met het doen van een nieuwe afstudeerstage. Dit houdt in dat de studente studievertraging heeft, hoe lang is nog onbekend. De studente is van mening dat de hogeschool dit had kunnen voorkomen door zich aan de regels te houden. Ze baalt er heel erg van, want financieel staat ze er niet goed (meer) voor. Ze geeft ten slotte aan dat ze weet dat deze situatie zich structureel voordoet.
De student centraal | 2014
15
Knelpunten Begeleiding Bereikbaarheid begeleiders Begeleiders van scripties of afstuderen zijn soms niet of slecht bereikbaar waardoor studenten vertraging oplopen en het voor hen moeilijk is binnen de geplande tijd af te studeren.
Datum: 03-12-2013 Een studente van een hogeschool heeft eind augustus haar afstudeeronderzoek ingeleverd en heeft in december nog steeds geen resultaat ontvangen. Ze mailt elke week de coördinator met de vraag wanneer zij meer hoort over haar afstuderen en ze heeft na 9 pogingen in november een eindgesprek van haar stage gekregen. Ze betaalt dus al sinds september collegegeld, terwijl ze alleen nog de uitslag van haar afstuderen hoeft te ontvangen.
Datum: 25-02-2014 Een studente is al ruim een jaar bezig om duidelijk antwoord van de afstudeercommissie te krijgen omtrent haar onderzoeksvoorstel. De manager van de afdeling, de commissie en de klachtencommissie reageren, ondanks herhaaldelijk mailen, niet. Ondertussen zit zij al maanden thuis te wachten op antwoord en moet ze gewoon collegegeld betalen.
Begeleiding scripties/afstuderen Er zijn grote verschillen in de kwaliteit van begeleiding bij scripties en het afstuderen, zelfs binnen de opleiding. Zo komt het voor dat een student die een scriptie schrijft in het eerste semester of bij een bepaalde docent een hele andere invulling van de scriptiebegeleiding krijgt dan een student die een scriptie schrijft in het tweede semester of bij een andere docent. Daarbij dekken instellingen zich in met allerlei regelgeving, wat leidt tot studievertraging.
De student centraal | 2014
16
Datum: 09-01-2014 Twee studentes (momenteel 6de-jaars) van een hogeschool geven aan vertraging te hebben opgelopen door zeer slechte begeleiding. De studentes hebben maar 2 inlevermomenten per jaar en de docent gaf daarbij aan dat de kans om in één keer te slagen zeer klein is. De eerste inleverpoging is met name een feedbackmoment volgens hem. De studentes vinden het zeer onterecht dat zij op deze manier uitloop hebben, omdat ze veel collegegeld betalen, geen colleges meer volgen (en dus maar enkele malen per jaar op school verschijnen) en maar 2 inlevermomenten voor de scriptie krijgen waarvan de eerste kans nauwelijks een kans genoemd kan worden.
Datum: 25-08-2014 Een studente van een hogeschool had net niet genoeg punten om te beginnen aan haar afstudeerperiode. Maar ze had nog een herkansing openstaan, waarna ze genoeg punten zou hebben. Deze herkansing zou ze nog voordat haar afstuderen zou beginnen binnen krijgen, dus ze deed een verzoek om te wachten op dat resultaat. Dat werd niet ingewilligd en daardoor werd de deadline voor afstuderen gemist. Later bleek alsnog dat ze de herkansing had gehaald en dat zij voldoende punten zou hebben gehad. Een half jaar later mocht de studente alsnog beginnen, maar nadat haar 1e beoordeling een ‘go’ was, bleek de 2e beoordeling een ‘no go’. De opdracht was te groot en de opdrachtgever wilde dit niet aanpassen. Er was geen tijd meer om een andere opdrachtgever te vinden, dus de student moest wederom een half jaar wachten. Een half jaar later vond de studente een nieuwe opdrachtgever. Ze deed een verzoek voor andere begeleiding vanwege de vervelende ervaring de afgelopen keer, maar hier werd niets mee gedaan. De studente kreeg dezelfde begeleiding. Normaal staan er daarvoor 4 sessies gepland, maar de groep was te laat ingedeeld en de begeleidster was 1 week op vakantie, dus er bleven nog 2 bijeenkomsten over. Voorafgaand aan de 2e beoordeling kreeg de student een ‘go, mits’. De studente moest een aanpassing maken welke ze heeft gemaakt, maar kreeg wederom een ‘no go’. De studente is toen een gesprek met school aangegaan, samen met haar vader. Daar werd afgesproken dat ze ook een feedbackgesprek met haar begeleidster zou hebben, maar dit werd met aanwezigheid van haar vader niet op prijs gesteld. De neuzen stonden volgens de studente niet dezelfde kant op: richting het afstuderen. De studente geeft aan dat volgens haar de school zich verschuilt achter allerlei regels, deadlines en systemen zonder zich te bekommeren om de student. Ze heeft een schuld opgebouwd zonder een diploma op zak te hebben.
De student centraal | 2014
17
Vertraagde bezwaarprocedures Wanneer een student een bezwaarschrift indient bij de examencommissie, ontbreekt het vaak aan een tijdige reactie. De termijn wordt door de zomervakantie regelmatig niet gehaald. Studenten worden hierdoor vaak onterecht belemmerd in hun studievoortgang. Datum: 23-07-2014 Er is een student die dyslexie heeft. Dit staat geregistreerd maar hij krijgt verder geen aanpassingen vanuit zijn onderwijsinstelling. Ondertussen heeft hij 1 toets al 3 keer moeten maken, en elke keer had hij 1 fout te veel. Hij denkt zelf dat dit komt omdat hij moeite heeft met meerkeuzevragen. Hij heeft het correctiemodel van het tentamen ontvangen en denkt dat er 3 vragen zijn die wel degelijk zijn aan te vechten, zodat hij misschien toch de toets gehaald heeft. Hij heeft dit aangekaart bij zijn instelling en verzoek tot nader onderzoek bij de examencommissie neergelegd. Nu is het probleem dat de examencommissie pas weer in de laatste week van augustus bijeen komt en pas daarna zijn aanvraag in behandeling gaat nemen. Tot die tijd kan hij niets anders doen dan afwachten.
Begeleiding studenten negatief BSA Er is slechte of geen begeleiding voor studenten met een negatief BSA in de zomermaanden bij wisseling van de studie, bezwaren worden ondanks geldige redenen niet ingewilligd of bezwaarprocedures duren lang. Een student kan hierdoor soms onterecht stoppen met een opleiding of vertraging oplopen doordat keuze voor een andere studie niet meer mogelijk is.
Datum: 28-08-2014 Het verhaal een voormalig student aan het conservatorium in Zwolle is een voorbeeld van een casus waar de begeleiding zeer slecht was. Ondanks dat de student ruim op tijd had aangeklopt bij de instelling omdat hij met problemen kampte waardoor hij zijn tweede jaar op enkele vakken na niet kon halen, vond de examencommissie dit geen aanleiding geven om de student de opleiding voort te laten zetten. Na bezwaarprocedures van ruim een jaar besloot het College van Beroep van examens ‘het besluit van de examencommissie is ondeugdelijk gemotiveerd en moet opnieuw mét weging van de bijzondere omstandigheden’. Na heroverweging besluit ArtEZ dat de student zijn studie mag vervolgen. De student wil echter niet meer met de instelling te maken hebben en besluit een andere studie te gaan doen. Volkskrant (2014, 28 oktober). Noodkreet van een basgitarist, via https://blendle.nl/i/devolkskrant/noodkreet-van-een-basgitarist/bnl-vkn-20140828-3479785/welcome
De student centraal | 2014
18
Datum: 11-09-2013 Een studente is met een negatief BSA van haar opleiding op de hogeschool afgestuurd, terwijl zij nog recht had op een herkansing. Deze is haar, zo geeft ze aan, onterecht ontnomen. Ze mailt om te vragen hoe ze dit kan aanpakken.
Datum: 27–08-2013 Een student heeft een negatief BSA ontvangen wat naar zijn mening op basis van onterechte beargumentering na horing nog steeds gehandhaafd wordt. Hij wil weten waar hij nu terecht kan met dit probleem. Tevens noemt hij in zijn mail klachten die hij daarbij heeft: een examencommissie die eigen vastgestelde procedures niet volgt, verzoeken afwijst zonder enige beargumentering, ingediende verzoeken door elkaar haalt, ver buiten de vastgestelde beantwoordingstermijnen werkt. Daarnaast geeft hij aan dat docenten met meerdere petten op binnen de organisatie werkzaam zijn waardoor onafhankelijkheid bij onder andere de examencommissie niet meer geborgd is. De hogeschool laat verder studenten extern een project doen, maar pas na 6 weken aandringen van studenten worden de benodigde faciliteiten geleverd om het project te kunnen voltooien. Vervolgens wordt de vertraging studenten aangerekend. Ten slotte spreekt de student over een opleidingsmanager die de spelregels gedurende het jaar verandert waardoor studenten bepaalde voorgenomen vakken niet kunnen volgen.
De student centraal | 2014
19
Knelpunt Beëindiging Houdbaarheid afgeronde studieonderdelen De houdbaarheidsdatum van afgeronde studieonderdelen kan flink verschillen tussen opleidingen, hierbij is sprake van willekeur. Daarnaast wordt deze maatregel gebruikt als rendementsmaatregel, volgens studentenorganisaties een niet wenselijke ontwikkeling. Het inperken van de geldigheidsduur zou meer uitzondering moeten zijn dan regel en enkel gebruikt mogen worden bij veroudering van kennis.
25 studenten van de Leidse rechtenfaculteit werden in september 2013 weggestuurd. Hun tentamenresultaten waren ongeldig verklaard en zij mochten tegelijkertijd ook geen herkansing meer doen. Van dat laatste heeft minister Bussemaker aangegeven dat het niet mag. In de WHW is wel opgenomen dat een instelling in het onderwijs- en examenreglement kan vastleggen dat een tentamen beperkt geldig is. Het uitgangspunt van de wet is echter dat tentamens in principe onbeperkt geldig zijn. Studenten worden hierdoor benadeeld doordat de regeling als rendementsmaatregel wordt gebruikt. Hoger Onderwijs Persbureau (2013, 6 september). Universiteit Leiden stuurt trage vijfdejaars weg, via http://www.dub.uu.nl/artikel/nieuws/universiteit-leiden-stuurt-trage-vijfdejaars-weg.html
De student centraal | 2014
20
Knelpunten Reparatie Leden examencommissie Het is vaak onduidelijk wie er zitting nemen in de examencommissie en hoe de samenstelling wordt bepaald. Studenten lopen tegen het probleem aan dat een docent/begeleider met wie ze een conflict hebben tevens plaatsneemt in de examencommissie en niet objectief oordeelt. Wanneer een instelling hier wel rekening mee houdt is het vaak zo dat dat alleen gebeurt met docenten waarvan een student op dat moment les krijgt. Naar docenten die in datzelfde semester les geven of waar wellicht eerder een conflict mee is geweest wordt niet of nauwelijks gekeken.
Datum: 15-08-2014 Een studente aan een hogeschool heeft een gemaakt tentamen niet behaald. Ze heeft de betreffende leraar mondeling verzocht om inzage en heeft een e-mail gestuurd naar de examinator met het verzoek om inzage. Op beide verzoeken is negatief gereageerd. Ze heeft het advies gekregen om een verzoek voor inzage in te dienen bij de examencommissie. De examinator neemt echter zitting in de examencommissie en gebruikt dit ook tegen haar.
Onterechte Iudicium Abeundi Examencommissies voegen voor bepaalde (groepen) studenten extra eisen aan het bestaande curriculum toe waardoor er, buiten het wettelijk Iudicium Abeundi om, in feite toch een Iudicium Abeundi wordt gecreëerd. De studentenorganisaties krijgen hierover signalen binnen en willen onderzoek naar de uitwerking van deze regeling in de praktijk.
Iudicium Abeundi houdt het wegsturen van een student in omdat de student op basis van gedrag of uitlatingen (niet studieprestaties) ongeschikt wordt geacht voor het vakgebied van de opleiding. Het gaat hier niet zozeer om slechte studieresultaten – die vallen onder het BSA – maar om mensen wier gedrag of karakter hen voor het vakgebied diskwalificeert. Het Iudicium Abeundi komt voort uit artikel 7.42a van de Wet Hoger Onderwijs. Artikel 7.42a van de Wet Hoger Onderwijs heeft het over "ongeschiktheid [van een student] voor de uitoefening van een
De student centraal | 2014
21
of meer beroepen waartoe de door hem gevolgde opleiding hem opleidt, dan wel voor de praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening", maar specificeert geen criteria voor deze ongeschiktheid. Deze criteria worden door het instellingsbestuur vastgesteld. Het is kwalijk als studenten door deze regeling onterecht benadeeld worden.
Onzorgvuldige klachtenprocedures Klachtenprocedures zijn vaak niet transparant. Studenten weten niet waar ze terecht kunnen en als ze een klacht hebben ingediend ontvangen ze regelmatig geen ontvangstbevestiging, worden termijnen niet gehaald en is het onduidelijk waar en hoe de klacht behandeld wordt.
Datum: 17-01-2014 Een student geeft aan dat hij bij het versturen van een klacht geen ontvangstbevestiging heeft gezien, maar zelfs binnen de termijn is er geen reactie gekomen. Hierna heeft hij nogmaals een klacht ingediend via dezelfde weg, omdat er geen andere weg mogelijk is, waarna hetzelfde wederom plaats vond. De klacht is nooit afgehandel, en er is geen andere methode om dit wel voor elkaar te krijgen. Voor de student lijkt de doelstelling dan ook vooral te zijn om de student te laten besluiten het bijltje erbij neer te gooien. Hij kan ook niemand vinden binnen de organisatie die er mee kan of wil helpen.
Datum: 13-06-2013 Een studente aan een hogeschool vraagt om uitstel van haar herkansingsmoment omdat zij haar opdracht nog niet af heeft, wetende dat andere studenten een week later mochten herkansen. Het verzoek van deze studente is niet gehonoreerd. De klacht is dat hier beslissingen zijn genomen op basis van willekeur. De studente heeft hierop een klacht ingediend bij de examencommissie maar krijgt geen respons. De examencommissie neemt de formulering van de docent over. Nadat de studente een bezwaarschrift heeft ingediend bij het College van Beroep heeft de secretaris van de Examencommissie de studente uitgenodigd voor een schikkingsgesprek. Spijtig genoeg had de studente op dit moment haar stage al afgezegd en heeft zij studievertraging opgelopen die niet meer ongedaan kon worden gemaakt.
De student centraal | 2014
22
Ontoereikende profileringsfondsen Profileringsfondsen zijn ontoereikend voor het compenseren van de schade die werkelijk is geleden. Het geld uit het profileringsfondsen wordt gebruikt als gemakkelijke oplossing door instellingen, terwijl dit niet de bedoeling is. Alleen collegegeld wordt kwijtgescholden terwijl er niet naar andere geleden schade wordt gekeken. De studentenorganisaties hebben meermalen een hersteltraject opgepakt en hier goede ervaringen mee, maar er zou voorzien moeten worden in reparatietrajecten, als onderdeel van de onderwijsovereenkomst van de student met zijn onderwijsinstelling.
Bij de Inholland kwestie waren 86 studenten naar voren gekomen die onterecht hun diploma hadden ontvangen. Voor deze studenten is door de studentenorganisaties en Inholland een traject opgezet waardoor ze hun diploma konden behouden en ‘repareren’1. Voor de ongeveer 2000 van afgestudeerde studenten werd ingezet op massief herstel en aanvullende masterclasses werden aangeboden. Zij kwamen echter wel met sollicitaties terecht bij bedrijven waarvan onzeker is of zij hun diploma nog serieus namen. Ook was er de groep van studenten die nog bezig was met hun studie. Zij kregen te maken met een veel hogere eindnorm, waardoor ook zij vertraging opliepen. Hiervoor waren geen goede oplossingen, schade claimen gaat moeizaam en kan alleen via vaak dure advocaten.
De student centraal | 2014
23
Klachten en geschillen in het hoger onderwijs Het ISO vindt het belangrijk dat studenten op de hoogte zijn van de mogelijkheid en procedures van het indienen van een klacht. Studenten moeten er op kunnen rekenen dat een klacht in vertrouwen wordt afgehandeld, dat zij die de klacht behandelen onafhankelijk zijn en dat de instellingen zich inspannen om een heldere, open en voor studenten bekende procedure na te streven. Helaas moet het ISO constateren dat dit vaak niet het geval is. Uit binnengekomen signalen blijkt dat er veel onduidelijkheden zijn over de klachten en geschillen procedure in het hoger onderwijs. Studenten staan vaak al vanaf het begin op één-nul achterstand als zij een geschil willen starten tegen de instelling die vaak een of meerdere juristen tot zijn beschikking heeft. Daarnaast zijn de procedures omtrent klachten vaak onduidelijk. Studenten worden vaak van het kastje naar de muur gestuurd of krijgen zelfs geen ontvangt bevestiging van een klacht die ze indienen. Het onderwijs en examen regelement (OER) is vaak ook niet het meest leesvriendelijke document wat er bestaat. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er uit onderzoek van Panteia
10
is gebleken dat studenten geen
vertrouwen hebben in de onafhankelijkheid bij het behandelen van klachten en geen vertrouwen hebben in goede afloop. Ook bij een korte rondvraag bij studenten werden deze constateringen bevestigd. Uit deze rondvraag onder 40 studenten van verschillende achtergronden werd ook duidelijk dat studenten vaak wel weten dat er een klacht ingediend kan worden, maar nog te vaak geen idee hebben hoe de procedure werkt.
De mogelijkheid om een klacht in te dienen 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
87% 62% 53% 47% 38% 13%
Ja Nee
Weet je dat je een klacht of Weet je waar je een klacht Weet je hoe je een klacht of geschil kunt indienen bij jou of geschil kunt indienen? geschil moet indienen? instelling?
10
Panteia (2013). Het kastje en de muur voorbij? Evaluatie van de rechtsgang voor studenten
De student centraal | 2014
24
Daarnaast werd ook bij deze rondvraag bevestigd dat er nog te weinig vertrouwen is in de onafhankelijkheid van de beoordeling van de ingediende klachten.
Heb je er vertrouwen in dat jouw klacht of geschil onafhankelijk wordt beoordeeld (als je een klacht of geschil zou indienen)? 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0%
41%
21%
21% 15%
3%
Heb je er vertrouwen in dat jouw klacht of geschil onafhankelijk wordt beoordeeld (als je een klacht of geschil zou indienen)?
Ten slotte is het speciaal naar aanleiding van deze knelpuntennotitie van belang dat klachtenprocedures op orde zijn. Een makkelijke oplossing voor bovengenoemde knelpunten zou zijn dat studenten worden opgeroepen om zelf actie te ondernemen door bijvoorbeeld een geschil te starten. Naast dat de studentenorganisaties dit een onwenselijke ontwikkeling zou vinden, blijkt hieruit dat juist deze mogelijkheid nog niet voldoende ontwikkeld is. Het verhelderen en vereenvoudigen van de procedure en de zekerheid op een onafhankelijke behandeling zijn noodzakelijk.
De student centraal | 2014
25
Conclusies en aanbevelingen notitie Zoals in het voorwoord en de samenvatting naar voren is gekomen, roepen studentenorganisaties ISO, LSR en de LKvV op tot onderzoek en actie. De student moet weer centraal staan als het gaat om de toegankelijkheid van het onderwijs, de beoordeling van hun onderwijs, de begeleiding tijdens het onderwijs en bij beëindiging van (delen van) hun onderwijs. De studentenorganisaties verwachten niet dat er nooit meer iets fout gaat maar in dat geval moet de student ook bij reparatietrajecten centraal staan, duidelijk en snel worden geholpen.
Deze knelpuntennotitie laat zien dat niet op één specifiek gebied actie nodig is maar dat op tal van onderdelen nog knelpunten zichtbaar zijn bij verschillende instellingen. Juist daarom moet de integrale rechtspositie van de student worden onderzocht. Nu steeds meer rendementsmaatregelen ingevoerd worden, is de roep om waarborging van de rechtspositie van studenten groot. Aan de hand van dit onderzoek kunnen aanbevelingen gedaan worden voor verbetering en het oplossen van de genoemde knelpunten. Vanzelfsprekend denken het ISO, LSR en de LKvV graag mee over de invulling van het onderzoek en de aanbevelingen en acties die daaruit voortvloeien.
Ten slotte vinden de studentenorganisaties het van groot belang dat een dergelijk onderzoek plaatsvindt voor het voorgestelde leenstelsel in werking treedt. Een significant grotere investering vragen van studenten terwijl er nog te veel onzekerheid is en er problemen zijn bij het onderwijs dat ze er voor terug krijgen, is niet rechtvaardig. In een land waar het onderwijs hoog in het vaandel staat, waar investeringen vanuit vele kanten worden gedaan en een hoge inzet wordt gevraagd van studenten is te verwachten dat een student garanties krijgt over dat onderwijs en de rechten die daarbij horen. Met de huidige ontwikkeling waarbij studenten in toenemende mate zelf moeten investeren in het onderwijs dat zij volgen, wordt de vraag naar deze duidelijkheid alleen maar groter. Ironisch gezien is dit leenstelsel ook nog eens zelf een voorbeeld waarbij informatievoorziening, klachtenprocedures en begeleiding duidelijk geregeld moet worden. Laten we een oplossing zoeken voor deze knelpunten en de tijd nemen om ook de voorlichting voor het leenstelsel minstens een jaar voor de invoering van het stelsel zijn werk te laten doen om alle onzekerheden bij studenten weg te nemen. Daarna zouden we pas moeten praten over een leenstelsel. Kortom, eerst de student centraal.
De student centraal | 2014
26
Auteurs Dominique Sinke Jeff van As Yvonne Rouwhorst Bas Evers Gaëtan van Vloten Ontwerp Jasper Sonderen Over ISO Het Interstedelijk Studenten Overleg is de grootste landelijke studentenorganisatie en behartigt de belangen van studenten uit het hoger onderwijs. Bij het ISO zijn 34 (aspirant) lidorganisaties en zes convenantpartners aangesloten, die samen ruim 688.000 studenten vertegenwoordigen. Het ISO is vaste gesprekspartner van onder andere het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de politieke partijen en de koepels van universiteiten en hogescholen.
De student centraal | 2014
27