De schoolgids 2014-2015
Openbare basisschool De Boogerd Maurik
Inhoudsopgave
Voorwoord 1. De school a. Gegevens van de school b. Het team van De Boogerd c. Landelijke klachtencommissie d. Algemeen directeur e. Inspectie Basisonderwijs ( R.I.K. Utrecht) f. De jeugdgezondheidszorg (JGZ) 2. Uitgangspunten a. Waar de school voor staat b. Openbaar onderwijs c. Historie d. Schoolplan e. Streven naar kwaliteitsverbetering f. Taken van de leerkracht 3. Onderwijskundige verantwoording a. Onderwijskundige ontwikkelingen b. Volgen vorderingen leerlingen c. Computers in het onderwijs d. Lesprogramma 4. Werken met elkaar a. Groepsindeling b. Leerlingenaantallen c. Schooltijden d. Vakantierooster e. Nieuwsbrief f. Website g. Ziekte, verzuim en verlof h. Vervanging van leerkrachten i. Extra taken onderwijzend personeel j. Pleinwacht 5. De zorg voor de kinderen a. Het leerlingvolgsysteem b. Speciale zorg en handelingsplannen c. Intern adviseur d. Leerlingdossier e. Preventief Ambulant Begeleider (PAB) f. Brainiacs g. Zorgvergaderingen h. Beleid inzake dyslexie i. Passend onderwijs j. Leerlingen met recht op LGF
blz. 3 blz. 4 blz. 4 blz. 4 blz. 5 blz. 5 blz. 6 blz. 6 blz. 7 blz. 7 blz. 9 blz. 9 blz. 9 blz. 9 blz. 11 blz. 13 blz. 13 blz. 14 blz. 16 blz. 16 blz. 19 blz. 19 blz. 20 blz. 20 blz. 20 blz. 21 blz. 21 blz. 21 blz. 22 blz. 22 blz. 23 blz. 24 blz. 24 blz. 24 blz. 25 blz. 25 blz. 25 blz. 26 blz. 26 blz. 27 blz. 27 blz. 28
Pag. 1 van 42
k. BePo l. Sociale vorming m. Nieuwe leerlingen n. Overgang basisschool naar Voortgezet Onderwijs. o. Eindresultaten CITO groep 8 6. Betrokkenheid van ouders a. Informatieavond b. Kom eens in de klas c. Inloopavonden d. Informatieavond 2- en 3-jarigen e. Persoonlijke gesprekken op school f. Hulpouders g. Medezeggenschapsraad (MR) h. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) i. Ouderraad (OR) j. Bijzondere activiteiten k. Vrijwillige ouderbijdrage (Schoolfonds) 7. Wat we nog meer te bieden hebben a. Leerbenodigdheden b. Schoolreis c. Kamp groep 8 d. Luizencontrole e. Overblijf f. Schoolverzekering voor leerlingen g. Vereniging voor Openbaar Onderwijs (VOO) h. Naschoolse opvang i. Foto’s j. Plakboeken k. Godsdienst l. Gym- en speellessen m. Huiswerkbeleid n. Verjaardagen kinderen o. Handvaardigheid en techniek p. Sponsorbeleid
blz. 30 blz. 30 blz. 30 blz. 31 blz. 31 blz. 33 blz. 33 blz. 33 blz. 33 blz. 33 blz. 33 blz. 34 blz. 34 blz. 34 blz. 34 blz. 35 blz. 35 blz. 37 blz. 37 blz. 37 blz. 37 blz. 37 blz. 37 blz. 38 blz. 38 blz. 38 blz. 38 blz. 38 blz. 39 blz. 39 blz. 39 blz. 40 blz. 40 blz. 40
Pag. 2 van 42
Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van obs De Boogerd voor het schooljaar 2013-2014. Hierin beschrijven we waar onze school voor staat. Daarnaast treft u allerhande praktische informatie aan. U als ouder heeft zo meer inzicht in de ontwikkelingen op onze school. Het is een flinke zoektocht naar een passende school voor uw kind. We hopen dat de informatie in deze schoolgids voldoende is om een goede keuze te kunnen maken. Uiteraard bent u van harte welkom bij ons op school voor een persoonlijk gesprek en een rondleiding. Een schoolorganisatie is voortdurend in beweging. Aanvullende informatie of een wijziging (tussentijds) van informatie zal u bereiken via de nieuwsbrief, die om de week op vrijdag met het oudste kind van het gezin wordt meegegeven en vanaf januari 2014 digitaal verstuurd wordt. Ook is de nieuwsbrief digitaal via de website van de school (www.obsdeboogerd.nl ) te lezen. Behalve de nieuwsbrief ontvangt u ook nog maandelijks een kalender met een overzicht van alle activiteiten van die maand. Leerkrachten, medezeggenschapsraad en de ouderraad gaan weer hun uiterste best doen het voor de leerlingen niet alleen een leerzaam, maar ook een prettig schooljaar te laten worden. In een ontspannen sfeer worden de beste prestaties geleverd. Team obs De Boogerd
Pag. 3 van 42
1. De school a. Gegevens van de school Openbare basisschool De Boogerd Homoetsestraat 38b 4021 HH Maurik tel. 0344 – 691304 e-mail:
[email protected] of
[email protected] website: www.obsdeboogerd.nl b. Het team van De Boogerd
Schoolleider Patricia van den Broek
Leerkrachten
Marieta van Ommeren Rachel de Ploeg Wil van Wijk Janine van Hal Petra van den Brink Kim van Doesburg Eva de Kam Ilse Ooms
Stagiaires
Laura Reuvers
groep 1-2a groep 1-2b groep 1-2b en 8 groep 3-4 groep 4 en 5-6 groep 5-6 en plusgroep ‘De Brainiacs’ groep 5-7 groep 8
groep 5-6 (PABO, eerstejaars)
het gehele schooljaar
Intern adviseur (IA-er)
Beppie van Eck
[email protected]
Overig personeel
Levensbeschouwing Onderwijsondersteunende taken Logopedist(e)
Kinderfysiotherapeut
: Ineke Somsen (vanuit GVO) : Everdiena van Dam (op vrijwillige basis) : Francis . Na doorverwijzing werkt zij met de kinderen aan hun spraakproblemen. (particulier, werkzaam voor de Bredeschool) : Terri en Samantha (vanuit motoriek in beweging). Zij zijn gespecialiseerd in het onderzoeken en behandelen van de motorische ontwikkeling van kinderen.
Vertrouwenspersoon
: Wil van Wijk Ook kinderen op de basisschool kunnen hinder ondervinden van (seksuele) intimidatie. Dit kan zowel op school als elders gebeuren. Bij intimidatie valt te denken aan opmerkingen over hun gedrag, uiterlijk, kleding, e.d. Het kan ook gebeuren dat deze opmerkingen een seksueel karakter hebben. Voor kinderen zijn dit vervelende, soms bedreigende situaties. Het is belangrijk dat zij in dergelijke gevallen hun verhaal kwijt kunnen. Uiteraard thuis, maar zeker ook op school. Op elke basisschool is hiervoor een vertrouwenspersoon benoemd. Als iets dergelijks zich voordoet, kunnen de kinderen contact opnemen met Wil van Wijk. Zij kan hen adviseren en eventueel doorverwijzen. Centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900-1113111, voor klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig fysiek of geestelijk geweld. c. Landelijke klachtencommissie Op onze school geldt de Klachtenregeling Openbaar Onderwijs gemeente Buren. Kleine klachten en probleempjes worden op schoolniveau besproken met de schoolleider of de groepsleerkracht. Als het probleem niet bespreekbaar blijkt te zijn of als er geen bevredigende oplossing mogelijk lijkt, kunt u een gesprek aanvragen met de contactpersoon Klachtenregeling. Wil van Wijk vervult deze functie op onze school. Zij kan dan adviseren welke stappen er verder moeten worden genomen. Het adres van de Landelijke Klachtencommissie luidt als volgt: Postbus 162 3440 AD Woerden (telefoon 0348-405245) d. Algemeen directeur Mark van der Pol BasisBuren Erichemseweg 2 Postbus 700 4116 GC BUREN Tel.: 0344 691177 Fax: 0344 689966 e. Inspectie Basisonderwijs ( R.I.K. Utrecht) Tel : 030-6690600 Postbus 2730 3500 GS Utrecht f. De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) De Jeugdgezondheidszorg van GGD Gelderland-Zuid volgt alle kinderen op de basisschool in hun groei en ontwikkeling. Dit gebeurt door een logopedische screening op 5-jarige leeftijd en gezondheidsonderzoeken onder de 5/6-jarigen, 7/8-jarigen en 10/11-jarigen. Alle ouders, leerkrachten en IA-ers met vragen zijn welkom op het
spreekuur van de jeugdarts of de jeugdverpleegkundige. Hiervoor kunt u een afspraak maken via het nummer van de informatielijn. De informatielijn is bereikbaar op maandag t/m donderdag van 9.00 tot 12.00 uur via 0344-698844 of via
[email protected]
Team Jeugdgezondheidszorg van GGD Gelderland-Zuid Jeugdarts Assistente Logopediste Sociaal verpleegkundige
: Veerle Depickere : Aukje van Ekeren : Jolanda Willemsen : Gerlinde Bax
2. Uitgangspunten a. Waar de school voor staat (Missie en visie van De Boogerd) De missie van De Boogerd is: basis voor groei en bloei De Boogerd staat voor “boomgaard”, een toepasselijke naam in deze fruitstreek. Wij willen voor uw kind een basis zijn waarop het kan groeien en bloeien. Met andere woorden een school waar uw kind zich optimaal kan ontwikkelen.
Dit willen wij bereiken d.m.v. de volgende visie; De Boogerd, basis voor groei en bloei. Hiermee willen wij aangeven dat De Boogerd een school is waar kinderen zich ontwikkelen tot evenwichtige jongeren. Deze jonge mensen zijn zelfstandig, kunnen zelf oplossingen bedenken, kunnen eigen keuzes maken en hebben voldoende kennis om de volgende stap te kunnen nemen naar het vervolg onderwijs. Wij zijn een school waar kinderen komen om te leren: hierbij gaat het om het opdoen van kennis en het bijbrengen van vaardigheden. Voor het opdoen van kennis maken we gebruik van moderne methodes en digitale hulpmiddelen. Voor het bijbrengen van vaardigheden denken we aan sociale vaardigheden, maar ook aan vaardigheden die kinderen nodig hebben om goed tot leren te komen. Bij zowel het opdoen van kennis als het bijbrengen van vaardigheden is de rol van de leerkracht onontbeerlijk. De leerkracht begeleidt de leerling bij het leren. Wij zijn van mening dat een kind alleen maar tot ontwikkeling komt als het lekker in zijn vel zit. Om aan deze voorwaarde voor het leren tegemoet te komen, creëren wij een omgeving waarin veiligheid, welbevinden en sfeer in positieve zin belangrijk zijn. Dit dragen wij uit door: Positief taalgebruik. Open staan voor iedereen binnen de school: de leerkrachten zijn zichtbaar aanwezig en aanspreekbaar voor ouders voor aanvang van de lessen en na schooltijd. Samen met ouders willen wij het beste voor de kinderen, wij gaan snel met ouders in gesprek, omdat een goede wisselwerking tussen thuis en school belangrijk is voor de doorgaande lijn in de ontwikkeling van de kinderen. We maken gebruik van ieders talenten. We geven complimenten. Om ervoor te zorgen dat iedereen meewerkt aan deze prettige sfeer hebben wij op school afspraken met elkaar gemaakt: We benoemen vooral wat een kind goed kan. We zorgen voor een gezellige en verzorgde aankleding van de school. We bellen 5 min. voor aanvang om kinderen rustig naar de klas te laten lopen en ouders en/of kinderen in de gelegenheid te stellen de leerkracht aan te spreken.
Bij de kleuters kunnen de ouders/kinderen een kwartier voor aanvang bij de leerkracht terecht. Omdat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen als zij zich veilig voelen, stelt de leerkracht het welbevinden van de kinderen boven het lesprogramma. In de praktijk betekent dit dat iedere leerkracht tijd vrij roostert om de leerlingen persoonlijke aandacht te geven. In het geval van calamiteiten, zal de leerkracht ad hoc besluiten om zijn lesprogramma op te schorten en aandacht te schenken aan het probleem. Als de leerkracht zorg heeft voor de cognitieve en de sociale vaardigheden van de kinderen, dan zal zij tijdig contact opnemen met de ouders/verzorgers.
Kinderen verschillen en wij willen ieder kind tot zijn/haar recht laten komen. Daarom zullen wij ons op verschillende vlakken aanpassen aan de leerling. Voor de leerstof betekent dit dat wij deze op verschillende niveaus aanbieden, dit noemen wij differentiëren. Wij geven effectieve instructie en zorgen voor een doelmatig klassenmanagement. Maar kinderen verschillen ook op het gebied van hun interesses. Om hier wat mee te doen werken wij met verschillende werkvormen, die aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. Vooral bij projecten maken we hier gebruik van. Kinderen kunnen dan met hun talenten binnen het project aan het werk. In de praktijk betekent dit: Leerstof in de groepen op drie niveaus aanbieden. Werken met een instructietafel in de groep, zodat de leerkracht kleine groepjes extra kan begeleiden. Goed opgebouwde weektaak door de leerjaren heen, die zelfstandig en op niveau verwerkt wordt door de leerling. Kinderen leren hierbij hun werk te plannen en van hieruit volgt in groep 8 ook de overgang naar het gebruik van een agenda. Gebruikmaken van talenten van de kinderen bij; o Extra zorg en aandacht. o Groep 8 om te leren waar je voorkeuren liggen en hoe je die kan gebruiken bij het voortgezet onderwijs. o Projecten. Uitdagen en prikkelen van de kinderen zodat ze alles kunnen laten zien en uiten wat ze in huis hebben. Om het maximale uit de kinderen te halen sluiten we aan bij de ontwikkelingsfase waarin het kind zit, door: o De kinderen elkaar uitleg te laten geven van de leerstof. o Minder verwerkingsstof aanbieden voor kinderen die de stof beheersen, hiervoor in de plaats moeilijkere opdrachten aan te bieden. o Concrete werkvormen te gebruiken, passend in de belevingswereld van het kind (winkeltje, pepernoten-rekenen, enz.) Kinderen die de gangbare leerlijn niet kunnen volgen krijgen een eigen lespakket voor een bepaald vakgebied. Hiervoor wordt een ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld.
Tot slot willen wij aangeven dat elk kind op school: ONZE leerling is, waarvoor wij met de ouders de verantwoording delen. Samenwerking met ouders is voor ons heel belangrijk! b. Openbaar onderwijs Een openbare school is de samenleving in het klein. Iedereen is er welkom. Het is een afspiegeling van de echte samenleving. Er is geen betere plek om kinderen van jongs af aan te leren respect te hebben voor ieders mening of overtuiging. Een openbare school schenkt aandacht aan de verschillen tussen kinderen en heeft daarbij geen voorkeur voor een bepaalde richting. Het is bij uitstek onderwijs met aandacht en waardering voor andere opvattingen. Respect en waardering voor elkaar, hebben wij daarom ook hoog in het vaandel staan. Ieder kind/mens is uniek en zo willen we hen ook benaderen. Wij vinden het belangrijk dat kinderen met plezier naar school gaan. We zorgen er dan ook voor dat De Boogerd een veilige en kindvriendelijke omgeving is, waarin duidelijke regels en afspraken gelden. Naast de kinderen zijn ook de ouders van harte welkom op onze school: om te kijken, maar ook om mee te helpen. Wij waarderen uw inzet en betrokkenheid op school, want uw hulp is van onschatbare waarde. c. Historie De openbare school in Maurik is gestart bij de hervormde kerk. Het ‘meestershuis’ en de school vormden samen één geheel. In de jaren ’60 is De Boogerd (boomgaard) gebouwd in de toenmalige nieuwe wijk ‘De Slaag’. Dat was op de plek waar voorheen het voetbalveldje van de school was. In 1980 is De Boogerd een paar meter verder verhuisd naar een ander gebouw. In 1985 is de kleuterschool ‘De Klimop’ erbij gekomen. Sindsdien zijn we verder gegaan onder de naam Openbare Basisschool De Boogerd. In 2010 zijn we opnieuw verhuisd, nu naar de Homoetsestraat. Samen met Christelijke basisschool De Hoeksteen en Stichting Kinderopvang Lienden-Maurik maken we nu gebruik van deze locatie. Iedere gebruiker is zijn eigen naam blijven voeren, maar als geheel heeft dit complex de naam Bredeschool Maurik gekregen. d. Schoolplan Sinds 1999 zijn scholen verplicht om een zogenaamd Schoolplan te maken. Hierin staat het schoolbeleid voor de komende vier jaren beschreven. Het schoolplan voor de jaren 2011-2015 ligt ter inzage op school.
Pedagogisch
e. Streven naar kwaliteitsverbetering
We brengen de kinderen niet alleen kennis bij, maar schenken ook aandacht aan; - Normen en waarden - Gedragsregels - Sociale vaardigheden
Een positieve leerhouding vinden we daarbij erg belangrijk. Kinderen worden gestimuleerd om zelfstandig te werken en samen met de leerkracht de verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen leerproces. Ook leren de kinderen om op een positieve manier naar zichzelf en anderen te kijken. Ieder functioneert op zijn wijze zonder daar een ander mee te hinderen. Door middel van de “gouden regel“ wordt er aandacht besteed aan belangrijke waarden en normen. Een schoolsamenleving is de samenleving in het klein. Dus ook op school zijn er voor de goede voortgang regels en afspraken waar iedereen zich aan moet houden. Problemen proberen we op te lossen door met elkaar te praten. Je leert zo dat je verantwoordelijk bent voor je eigen daden en handelen. Een school is er natuurlijk om de kinderen te laten leren. Maar we vinden dat kinderen ook recht hebben op een onbezorgde jeugd. Feestelijke gelegenheden en verjaardagen van leerkrachten worden uitgebreid gevierd. Ouders zijn altijd welkom om een actieve rol op school te spelen. Het leerkrachtenteam werkt hecht samen en voelt zich betrokken bij de school.
Onderwijskundig
Bij ons onderwijs gaan wij uit van de belevingswereld van het kind. Dit betekent dat de leerstof, materialen en werkvormen zoveel mogelijk aansluiten bij de interesse en het niveau van het kind. Wij voeden de kinderen op tot zelfstandige mensen. Zo moeten ze zelf; - Een taak kunnen afmaken. - Kleine problemen leren oplossen. - Leren wat ze moeten doen als ze met hun opdracht klaar zijn. We besteden veel aandacht aan zelfstandig werken. Op die manier is het mogelijk dat de leerkracht ongestoord andere leerlingen kan helpen. We leren de kinderen dan o.a.; - kleine problemen op te lossen - zelf hun oefenwerk na te kijken - hulp te vragen of te geven aan medeleerlingen - andere opdrachten te gaan maken als ze klaar zijn. Een belangrijk middel hierbij is de zogenaamde weektaak. Elke week krijgen de kinderen een aantal opdrachten die ze in die week moeten afmaken. Ze mogen daarbij zelf plannen wanneer ze die opdracht maken. We starten daar op een eenvoudige wijze mee in groep 1. Daar werken we met een planbord. We werken toe naar een uitgebreide weektaak met veel opdrachten en het gebruik van een agenda in groep 8. Naast kennisontwikkeling schenken wij ook aandacht aan; - Creativiteit - Expressie
- Sociaal-emotionele ontwikkeling Dit proberen wij te stimuleren door o.a. te werken in verschillende circuitvormen voor handvaardigheid, techniek en sociale vaardigheden. Op het gebied van cultuur proberen wij kinderen kennis te laten maken met verschillende disciplines. In samenwerking met de andere scholen van BasisBuren en in overleg met Kultuurkonnekt (Stichting Kunstzinnige vorming) hebben we een meerjaarlijks programma gemaakt op het gebied van cultuureducatie. Elk jaar gaan de kinderen naar een voorstelling (toneel, dans, of muziek) of is er een project op school. Wij besteden rond de Kinderboekenweek tijd aan de creatieve kant van taal. Zo kan er een schrijver en/of illustrator op bezoek komen en houden wij een voorleeswedstrijd. Om culturele vorming bij kinderen te bevorderen organiseren wij ook verschillende activiteiten of doen daaraan mee. Te denken valt aan; Sinterklaas, Kerst, Pasen en een schoolfeest. Maar we organiseren ook projecten, excursies en schoolreisjes om dit doel te bereiken. Voor een goede ontwikkeling van het kind is een regelmatige peiling van de voortgang belangrijk. Daarom hebben we op onze school een leerlingvolgsysteem van het Cito. De kinderen worden een aantal keren per jaar getoetst op de vooruitgang in hun leerontwikkeling. Wij beschikken o.a. over lees-, taal- en rekentoetsen. Door deze toetsing kunnen eventuele stoornissen in het leerproces zo vroeg mogelijk worden gesignaleerd. Er kan op die manier dan gericht hulp geboden worden: individueel of per groep. Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling hebben we de methode “KIJK” voor groep 1-2 en SCOL (Sociale Competentie Observatie Lijst) voor de groepen 3 t/m 8. Ook zijn wij in het bezit van een pestprotocol. f. Taken van de leerkracht De leerkrachten op school hebben niet alleen een lesgevende en opvoedende taak, maar zijn met z’n allen ook verantwoordelijk voor de goede gang van zaken op school. Elke leerkracht is verantwoordelijk voor zijn of haar eigen lesgevende taken en het bijhouden van de vorderingen van leerlingen en het samenstellen van rapporten. Minimaal twee keer per jaar vindt er een groepsbespreking plaats tussen de leerkracht en de intern adviseur (IA-er). Tijdens zo’n groepsbespreking worden alle leerlingen kort besproken. Samen met de IA-er wordt er gezocht naar eventuele oplossingen voor leerlingen die extra zorg nodig hebben. Een bijkomende taak van de leerkracht kan het begeleiden van een student aan de pedagogische academie (PABO) zijn. De leerkracht treedt dan op als mentor. Ook het Rivierenland College (ROC Rivor) plaatst bij ons regelmatig stagiaires. Ook hebben we
geregeld een stagiaire die een snuffelstage bij ons loopt. Dit is vaak maar een week en dient ter oriëntatie op vervolgonderwijs. Eens in de twee weken vindt een teamvergadering plaats. Zes keer per jaar vindt er een zorgvergadering plaats en eenmaal in de zes weken is er in de avonduren overleg met de ouderraad (OR) en medezeggenschapsraad (MR). Gedurende het jaar vinden er verschillende activiteiten plaats. De leerkrachten nemen zitting in de desbetreffende organiserende werkgroep.
3. Onderwijskundige verantwoording a. Onderwijskundige doelen Onze onderwijskundige doelen zijn in de eerste plaats de doelstellingen zoals die in artikel 8 van de Wet op het Primair Onderwijs zijn omschreven: Artikel 8: Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling, en op het ontwikkelen van de creativiteit, op het verwerven van de noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Het onderwijs gaat er mede van uit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven, is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoefte van de leerling. Realisering van deze doelen gaat het beste in een omgeving waar de leerlingen zich thuis voelen. We zetten ons dan ook in om het klassen- en schoolklimaat zo goed en veilig mogelijk te krijgen en te houden. Daarnaast gebruiken we methoden en aanvullende materialen om de kwaliteit van het leerproces te waarborgen. In de volgende hoofdstukken wordt per vak- en vormingsgebied aangegeven welke methoden en aanvullende materialen in gebruik zijn en of ze beantwoorden aan de kerndoelen (voor zover bekend). Tenslotte wordt aangegeven, of het betreffende gebied verandering en/ of verbetering behoeft en als zodanig wordt meegenomen in de beleidsvoornemens. b. Onderwijskundige ontwikkelingen Hieronder staat schematisch weergegeven waar wij extra aan gaan werken. Dit is ook beschreven in het schoolplan 2011-2015.
Interne ontwikkelingen
1. We maken deel uit van een ‘Bredeschool’. We werken samen met de kinderopvang, de peuterspeelzaal en een christelijke basisschool en ontwikkelen hier een visie over. 2. Krimp van het leerlingaantal, 3. We werken aan de pedagogische huisstijl d.m.v. gemaakte teamafspraken, 4. We werken met een zorgprofiel 5. Aanschaf en implementeren van nieuwe methodes: rekenen, aardrijkskunde, SEO 6. We borgen ons onderwijs in het WMKPO. 7. We werken met groepsplannen (1 zorgroute). Deze worden ieder jaar verder uitgebreid.
8. We hebben een beleidsplan opgesteld over het geven van huiswerk. 9. Er zijn dagritmekaarten in alle klassen
Externe ontwikkelingen
Met het team is gesproken over toekomstige ontwikkelingen voor onze school en wij zijn van mening dat onze school de komende jaren met de volgende ontwikkelingen te maken gaat krijgen: 1. Nadrukkelijke integratie van informatietechnologie, 2. Passend onderwijs, 3. Werken met referentieniveaus, 4. Bezuinigingen in het onderwijs, 5. Grote aandacht voor leerresultaten in het basisonderwijs, 6. Moeilijk te regelen vervangingen door de krapte op de arbeidsmarkt. 7. Meer aandacht voor de lichamelijke ontwikkelingen van kinderen, 8. Aandacht in het onderwijs voor gezonde voeding en gewoonten 9. De toenemende ontwikkelingen met betrekking tot voor- en vroegschoolse educatie die zal leiden tot een vroegere signalering van problematieken en vroegtijdige interventies, 10. Samenwerking met de aanbieders van de voor- en naschoolse opvang, 11. Opvoedingstaken die bij scholen worden neergelegd,
Informatie over vorderingen
c. Volgen vorderingen leerlingen
Alle ouders krijgen informatie over de vorderingen van hun kind. Dit kan zowel mondeling als schriftelijk. Drie keer per jaar ontvangen de kinderen een kindrapport. Dit rapport wordt met het kind besproken en gaat ook met de kinderen mee naar huis. Na de afname van de Citotoetsen in januari en juni, krijgen de ouders tijdens een oudergesprek het rapport van hun kind. In dit rapport wordt aandacht besteed aan de sociale ontwikkeling van het kind, de taak-werkhouding en de behaalde resultaten bij de methode- en Citotoetsen. Wij vragen u zorgvuldig met dit document om te gaan, het is een groeidocument voor de gehele schoolloopbaan. Aan het eind van ieder schooljaar worden de resultaten van de kinderen ook besproken met de nieuwe leerkracht voor het komende schooljaar, zodat een doorlopende leerlijn gewaarborgd wordt.
Totstandkoming rapportcijfers
Vanaf groep 3 beoordeelt de leerkracht de gemaakte lessen van het kind. Voor taal, spelling, begrijpend lezen en rekenen zijn er methodegebonden toetsen die een goed inzicht geven en bepalend zijn voor het maken van de beoordeling voor het rapport. Vanaf groep 5 krijgen de kinderen huiswerk voor spelling, aardrijkskunde, geschiedenis en natuur. Dit wordt overhoord en becijferd. Met behulp van de cijfers voor schriftelijke verwerking, overhoringen en toetsuitslagen stelt de leerkracht een beoordeling samen voor het rapport. De werkhouding speelt ook een rol bij de totstandkoming van een beoordeling voor het rapport.
Een zwakke leerling krijgt een beoordeling op het niveau waarop hij of zij werkt. De ouders weten altijd dat het kind op een apart niveau werkt en dat de beoordeling daarbij is aangepast.
Correctie
In het kader van zelfstandig werken leren de kinderen om een deel van hun werk zelf te corrigeren. Uiteraard houdt de leerkracht de verantwoordelijkheid. Toetsen, dictees, werkstukken en dergelijke worden dan ook door de leerkracht gecorrigeerd. Doordat de kinderen leren om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen handelen en daar dus ook op aangesproken kunnen worden, wordt het risico van afkijken of overschrijven beperkt. Ze weten dat het belangrijk voor henzelf is om de leerstof te begrijpen en dat het niet erg is om fouten te maken. Als je de leerstof nog niet goed beheerst, kun je altijd hulp van de leerkracht krijgen.
Prestaties
Natuurlijk zullen er, ondanks alle hulp, altijd leerlingen blijven waarvan de prestaties achterblijven. In deze gevallen wordt er door de leerkracht tussentijds contact opgenomen met de ouders, om te bespreken welke maatregelen er zullen worden genomen om het kind verder te helpen. Steeds meer blijkt dat ook de kinderen die méér dan verwacht presteren, hulp nodig hebben. Ook dit wordt met de ouders besproken. De school probeert om deze kinderen adequaat te helpen, hetzij door verbreding dan wel door verdieping. Dit alles om de basisschool toch interessant en leerzaam te laten zijn. Deze handelwijze zal per kind bekeken moeten worden, om te kunnen besluiten wat voor dit kind de beste aanpak is.
Doubleren
Soms is het beter voor de ontwikkeling van een kind om een leerjaar over te doen. Echter vanaf groep 6 laten we een kind niet meer zitten. Een zwakke leerling werkt op zijn eigen niveau/ tempo de leerstof door. Als een kleuter in zijn/ haar ontwikkeling achterblijft, kan in de kleutergroep besloten worden om het kind langer te houden ( kleuterverlenging). Ook kan een leerkracht van mening zijn dat de leerstof in het volgend schooljaar te moeilijk zal zijn voor het kind. In overleg met de ouders wordt besproken of een kind doubleert. Bij twijfel kan de Permanent Ambulant Begeleider (PAB) van De Wissel om een onafhankelijk advies worden gevraagd. Uiteindelijk neemt de school de beslissing of een leerling doubleert.
Versnellen
Het is ook mogelijk dat een kind zich dermate snel ontwikkelt, dat het beter is om te versnellen naar een volgende groep. Deze stap wordt echter in heel uitzonderlijke
gevallen genomen.
Uiteraard gaan deze hele procedures in nauw overleg met de ouders. Zij worden bij elke stap op de hoogte gehouden. De eindbeslissing of een kind wel of niet doorgaat naar de volgende groep ligt bij de school.
Leerlingen die bij de Citotoetsen op diverse vakgebieden een I+ score laten zien en waarvan het vermoeden bestaat dat er sprake kan zijn van meerbegaafdheid, worden gescreend aan de hand van het DHH (Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid). Dit is een screeningsinstrument om meer- en hoogbegaafdheid van een kind beter in kaart te brengen. Uit de screening komt naar voren in hoeverre een kind meer- of hoogbegaafd is en volgen er handelingsadviezen voor in de groep. Wanneer dit instrument ingezet gaat worden, vindt er eerst overleg met intern adviseur en ouders plaats. d. Computers in het onderwijs Vanuit het Ministerie is er de afgelopen jaren een beleid gevoerd om het ICT-onderwijs op de scholen te bevorderen. Op onze school hebben de groepen 1 t/m 4 allemaal twee vaste computers in de klas. In de groepen 5 t/m 8 maken de kinderen gebruik van laptops. We gebruiken daarbij voornamelijk programma’s die een aanvulling zijn op onze methodes. Vanaf de groepen 5 en 6 wordt het steeds belangrijker dat kinderen zelf leren waar ze informatie kunnen vinden en hoe ze die moeten gebruiken. De kinderen maken daarbij steeds meer gebruik van de computer. T.a.v. het gebruik van de computer en internet hebben we duidelijke afspraken gemaakt met de kinderen middels een zgn. internetprotocol. De groepen 1 t/m 8 hebben verder allemaal een eigen activboard. De kinderen krijgen hierop o.a. uitleg voor hun lessen en bekijken filmpjes die gerelateerd zijn aan hun lessen. De kinderen gebruiken het activboard ook voor o.a. presentaties en spreekbeurten. In groep 1-2 zijn we in het bezit van een mobiel touchscreen. Desgewenst wordt het bord gebruikt door de leerkracht in kleine groepjes bij het aanbieden van voorbereidend taal of rekenen. Soms wordt het bord verlaagd en kunnen de kinderen zelf aan de gang met educatieve software. e. Het lesprogramma Kinderen leren veel op school. Voor de verschillende groepen worden de accenten hieronder aangegeven: Groep 1 en 2 De activiteiten in de onderbouw zijn zo veel mogelijk gebaseerd op thema’s. De methodes Schatkist en WizWijs worden hierbij als leidraad gebruikt. De kinderen krijgen klassikaal onderwijs en daarnaast werken ze in groepjes of individueel. Met de kleuters wordt o.a. gewerkt aan het ontwikkelen van: - horen, zien en voelen zintuiglijke ontwikkeling - potloodgreep, gymnastiek, knippen en plakken motorische ontwikkeling - woordenschat, rijmen en letterherkenning taalontwikkeling - tellen en begrippen als meer en minder voorbereidend rekenen
- omgangvormen en gedrag sociaal-emotionele ontwikkeling - liedjes zingen en toneel spelen expressie - begrippen als dichtbij, veraf, onder en naast ruimtelijke oriëntatie - ontwikkelen van concentratie en werkhouding Dit zijn natuurlijk maar enkele voorbeelden bij de ontwikkeling van een kind en al deze ontwikkelingen staan niet op zichzelf, maar zijn met elkaar verweven. Groep 3 Het accent ligt in deze groep vooral op het leren lezen. Vanaf de eerste schooldag krijgen de kinderen woorden aangeboden en doen ze allerlei spelletjes met letters en woorden. We werken met de vernieuwde methode Veilig Leren Lezen en met behulp van de computer wordt het taal/leesonderwijs ondersteund en levendig gemaakt. Gelijktijdig met het leren lezen, gaan ze leren schrijven. Ze leren de letters aan elkaar te schrijven. Bij rekenen leren de kinderen omgaan met getallen t/m 20 en krijgen ze sommen tot 20. Groep 4 Hier besteden we veel aandacht aan het beter leren lezen (tempo, langere woorden, op toon lezen) met de methode Lekker lezen en voor begrijpend lezen maken we gebruik van Grip op lezen. Verder werken we met de methode Taal Actief, waarbij ook de spelling en woordenschatontwikkeling hoort. Bij spelling besteden we o.a. aandacht aan open en gesloten lettergrepen (respectievelijk mu-ren en pet-ten). Bij het schrijfonderwijs leren ze de hoofdletters. Met rekenen breiden we uit met optellen en aftrekken tot 100. Belangrijk is dat ze veel eenvoudige sommen snel uit hun hoofd leren uitrekenen (automatiseren). We bieden ze ook de tafels van 1 t/m 10 aan. Groep 5 Met rekenen krijgt groep 5 sommen tot 1000 aangeboden. Het meten, geldrekenen en klokkijken komt regelmatig terug. We starten ook met vakken op het gebied van wereldoriëntatie: aardrijkskunde en geschiedenis. Ook Engels is in deze groep een nieuw onderdeel. Het accent in de basisschool ligt vooral op het begrijpen en spreken van de Engelse taal. Groep 6 De zaakvakken aardrijkskunde (en topografie), geschiedenis en biologie staan wekelijks op het programma. Bij rekenen komen, behalve de getallen boven de 1000, ook breuken en cijferen aan de orde. Groep 7 Met rekenen gaan we in groep 7 volop aan de gang met breuken, procenten, oppervlakte en inhoud. Bij spelling besteden we veel aandacht aan de werkwoordspelling. Belangrijke extra activiteiten zijn het theoretische en praktisch verkeersexamen.
Groep 8 De kinderen gaan dit jaar werken met een agenda en hun EHBO-diploma halen. Stof van de voorgaande jaren wordt herhaald en uitgebreid. Belangrijke zaken zijn het voorbereiden op de Cito eindtoets in februari en de verwijzing naar het voorgezet onderwijs.
4. Werken met elkaar a. Groepsindeling Hieronder vindt u de groepsindeling voor schooljaar 2014-2015.
Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
Ochtend Middag Ochtend Middag Ochtend Middag Ochtend Middag Ochtend Middag
-
Groep 1-2a Marieta Marieta Marieta Marieta Patricia Marieta Marieta Marieta -
Groep 1-2b Rachel Rachel Rachel Rachel Rachel Wil Wil Wil -
Groep 3-4 Janine Janine Janine Janine Janine Janine Janine Janine -
Groep 5-6 Kim Kim Kim Kim Kim Petra (^) Petra (^) Kim -
Groep 5-7 Eva Eva Eva Eva Eva Eva Eva Eva (*) -
Toelichting op het schema:
Groep 8 Wil Wil Ilse Ilse Ilse Ilse Ilse Ilse -
(*) Juf Eva heeft tot aan december nog recht op 9 vrijdagen voor studieverlof. (^) Juf Petra neemt dan de groep van juf Kim over, zodat zij les kan geven aan de schooloverstijgende plusgroep De Brainiacs.
Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8
b. Leerlingenaantallen 13 lln. + 11 lln. instroom t/m juni 28 lln. 12 lln. 16 lln. 16 lln. 17 lln. 14 lln. 28 lln.
c. Schooltijden Maandag, dinsdag en donderdag Woensdag Vrijdag
8.15 tot 11.45 uur 13.00 uur tot 15.00 uur. 8.15 uur tot 12.15 uur ‘s middags vrij 8.15-11.45uur ’s middags vrij
d. Vakantierooster Het vakantierooster voor schooljaar 2014-2015 ziet er als volgt uit; Herfstvakantie
za. 18 oktober t/m zo. 26 oktober
Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Koningsdag Meivakantie Pinksteren Zomervakantie
za. 20 december t/m zo. 4 januari za. 21 februari t/m zo. 1 maart za. 4 april t/m ma. 6 april ma. 27 april za. 2 mei t/m zo. 17 mei za. 23 mei t/m ma. 25 mei vrij. 10 juli t/m zo. 25 augustus
Vrij i.v.m. studiedag BasisBuren Vrij i.v.m. studiedag De Boogerd
vrij. 3 april vrij. 26 juni
e. Nieuwsbrief Om de twee weken ontvangt u op papier en per e-mail de nieuwsbrief (In het Openbaar), hierin staat actuele informatie met betrekking tot de school. Vanaf januari zal de nieuwsbrief alleen nog per e-mail verstuurd worden. De nieuwsbrief is ook te lezen op de website www.obsdeboogerd.nl Hier vindt u ook informatie die niet in de nieuwsbrief staat. f. Website Via de website www.obsdeboogerd.nl vindt u alle informatie over onze school, (nieuws)brieven die uit gegaan zijn en foto’s van festiviteiten. Deze website wordt zeer goed bijgehouden en alle informatie is dan ook zeer recent.
Ziekmelding
g. Ziekte, verzuim en verlof
Mocht uw kind verhinderd zijn de school te bezoeken, laat dit dan vóór schooltijd weten. Als uw kind niet op school is en we hebben geen bericht van verhindering gekregen dan neemt de leerkracht contact met u op.
Verlof buiten de vakantie
Kinderen zijn leerplichtig en vallen dus onder de leerplichtwet. Het is aan de schoolleider van de school, in samenwerking met de leerplichtambtenaar, om er op toe te zien dat die wet ook wordt nageleefd. Er zijn altijd een aantal omstandigheden waaronder toestemming gegeven kan worden de school te verzuimen.
Extra verzuim is alleen mogelijk bij:
huwelijk binnen de familie een sterfgeval binnen de familie geboorte of adoptie binnen het gezin het bijwonen van een ambtsjubileum binnen de familie het bijwonen van een huwelijksjubileum binnen de familie ernstige ziekte binnen het gezin andere gewichtige omstandigheden
In alle gevallen - punt 1 t/m 7 - moet er gebruik gemaakt worden van een aanvraagformulier dat op school aanwezig is, of te vinden op onze website. Extra verlof moet ruim van tevoren aangevraagd worden, noodgevallen uitgezonderd. Leerlingen die onterecht ziek gemeld worden, moeten door de schoolleider aan de leerplichtambtenaar doorgegeven worden.
Extra vakantieverlof
In de herziene leerplichtwet is het verlof in verband met vakantie geregeld in artikel 13a. Vakantie is op zich geen reden om verlof te geven buiten de reguliere schoolvakanties, ook al is deze vakantie buiten het hoogseizoen goedkoper of minder druk. De enige reden om vakantieverlof buiten de reguliere schoolvakanties te verlenen is, dat het kind door het specifieke beroep van de ouders, zonder dit verlof in de reguliere vakantie niet op vakantie kan gaan. Er is dan sprake van een compensatie van de zomervakantie, die slechts voorafgaand aan de zomervakantie gerealiseerd mag worden. Bovendien moeten de ouders kunnen aantonen dat zij om redenen van hun beroep niet in de reguliere zomervakantie op vakantie kunnen gaan (verklaring werkgever ). Alle andere vakanties (wintersport, herfstvakantie en dergelijke) komen niet voor compensatie in aanmerking. De namen van afwezige, maar niet-ziekgemelde, kinderen worden doorgegeven aan de leerplicht ambtenaar. h. Vervanging van leerkrachten Maatregelen die genomen worden als een leerkracht ziek is: 2. Vervangende leerkracht zoeken 3. Interne oplossing: opsplitsen/samenvoegen 4. Andere taken opofferen: schoolleider- en IA-taken
Wanneer het bovenstaande allemaal niet lukt, is de school genoodzaakt om de leerlingen naar huis te sturen. Houdt u er a.u.b. rekening mee dat u een opvangadres heeft voor uw kind
Patricia van den Broek
i. Extra taken onderwijzend personeel
Patricia is de schoolleider van de school en geeft één dag in de week les in groep 1.
Wil van Wijk
Wil geeft op maandag les aan groep 3, op donderdag aan groep 2 en op vrijdag aan groep 2-3. Daarnaast is zij de vertrouwenspersoon op onze school.
Beppie van Eck
Beppie is onze Interne Adviseur. Een uitgebreid overzicht van haar werkzaamheden staat beschreven in hoofdstuk 5.
Overige personeelsleden
Naast hun taak als leerkracht vervullen de andere teamleden functies in de Oudercommissie, Medezeggenschapsraad en Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. j. Pleinwacht Een kwartier voor aanvang is er een leerkracht op het plein aanwezig die toezicht houdt op de kinderen. De kinderen worden geacht ook pas vanaf die tijd op school te komen. Bij het uitgaan van de school wordt er ook toezicht gehouden.
5. De zorg voor de leerlingen a. Leerlingvolgsysteem De ontwikkeling van alle kinderen wordt bij ons op school systematisch gevolgd. De leerkracht verzamelt informatie over de leerlingen: observaties, resultaten van werkjes en toetsgegevens van de afgenomen methodetoetsen bij diverse vakgebieden zoals, taal, rekenen, spelling, technisch lezen, begrijpend lezen, enz.. Daarnaast werkt onze school met het Cito-leerlingvolgsysteem (LOVS). Verspreid over het gehele schooljaar zijn vaste toetsmomenten voor deze methode-onafhankelijke toetsen. Hierdoor kunnen we de vaardigheid van de leerling per vakgebied volgen. De toetsgegevens van iedere leerling worden bewaard in het digitale leerlingdossier, het leerlingvolgsysteem. Zo kunnen we iedere leerling gedurende zijn/haar schoolloopbaan “volgen” en zien of de ontwikkeling naar verwachting verloopt. Kinderen die opvallen, doordat ze beter of juist minder presteren dan verwacht, worden door deze werkwijze snel gesignaleerd. Voor hen kan dan (in overleg met ouders) een individueel plan van aanpak worden gemaakt en uitgevoerd. De vervolgstappen die dan worden genomen, worden later in dit hoofdstuk uitgelegd. Naast de methode-onafhankelijke toetsen van Cito maken we ook gebruik van de Eindcito in groep 8 en incidenteel het Drempelonderzoek voor groep 7/8. Het leerlingvolgsysteem richt zich ook op de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Hiervoor gebruiken we in de groepen 1 en 2 “Kijk” en in de groepen 3 t/m 8 “Scol”. We kunnen de gegevens van de leerling uit de diverse volgsystemen ook gebruiken om deze te vergelijken met de groepsresultaten. Het niveau van de groep kunnen we op deze manier weer vergelijken met het landelijk niveau. b. Speciale zorg en handelingsplannen Wij proberen het onderwijs zo te organiseren dat de ontwikkeling van elk kind zoveel mogelijk tot zijn recht komt. Maar een kind kan gedurende de basisschool soms problemen ondervinden op leergebied, met concentratie, op lichamelijk gebied of op sociaal-emotioneel gebied. Voor deze kinderen proberen we zo goed mogelijk speciale zorg te bieden. De stappen die worden genomen zijn vastgelegd in het zorgplan. We hanteren een vaste procedure - De leerkracht signaleert het probleem - De leerkracht diagnosticeert (eventueel met hulp van de intern adviseur) - De leerkracht overlegt met intern adviseur en ouders - De leerkracht maakt een handelingsplan en voert dit uit - De leerkracht evalueert de periode van geboden hulp In het handelingsplan staat beschreven wat de moeilijkheid is waar de leerling tegenaan loopt, wat de leerkracht voor extra hulp gaat bieden, hoe de extra hulp wordt aangeboden, wat met de extra hulp moet worden bereikt en hoeveel tijd ervoor beschikbaar is. Het handelingsplan is onderdeel van het leerlingdossier. De intern adviseur adviseert de leerkracht en bewaakt de procedure.
In enkele gevallen is de problematiek heel complex. De intern adviseur is dan genoodzaakt om externe specialisten in te schakelen. Deze stap wordt altijd gemaakt in overleg met de ouders. c. Intern adviseur Op onze school werkzame intern adviseur heeft als speciale taak de zorg voor de leerlingen te coördineren en verder te ontwikkelen. Dit houdt o.a. in: - Het bewaken van het correct gebruik van de leerlingdossiers (zie hieronder) - Het maken van afspraken over afnemen en verwerken van toetsen en observatielijsten - Het voorbereiden en leiden van groeps- en leerlingbesprekingen en de controle op de gemaakte afspraken - Het leiden van zorgvergaderingen - Het bewaken/verzorgen van contacten met externe hulpverleners en adviseurs - Het actief bevorderen dat de zorgstructuur en zorgcultuur van de school voortdurend onder de aandacht blijft en waar nodig (planmatig) wordt bijgesteld - Het beheren van de orthotheek - Het stimuleren van het gebruik van het orthotheekmateriaal - Het verlenen van ondersteuning bij collega’s bij de opzet van handelingsplannen en groepsplannen - Het signaleren van knelpunten bij het uitvoeren van extra zorg in de groep - Het adviseren van leerkrachten bij de aanpak binnen de groep en ondersteunen van de leerkracht bij deze aanpak - Het ondersteunen bij gesprekken met ouders van (zorg)leerlingen in overleg met groepsleerkracht en/of schoolleider - Heeft overleg met o.a. de schoolleider over beleidsmatige, organisatorische en inhoudelijke onderwerpen met betrekking tot de zorgverbreding op schoolniveau. d. Het leerlingdossier In het leerlingdossier staan alle persoonlijke gegevens, onderwijsinhoudelijke gegevens, afspraken, vorderingen en bijzonderheden van het kind en externe gegevens (verslagen/rapporten). De leerkracht is verantwoordelijk voor het bijhouden van het leerlingdossier. Dit leerlingdossier is alleen toegankelijk voor de leerkracht, intern adviseur en schoolleider. Het leerlingdossier kan op verzoek worden ingezien door de betrokken ouders. Indien nodig kan de intern adviseur aanvullingen plaatsen in het leerlingdossier of documenten van externe deskundigen met informatie van het betrokken kind aan het dossier koppelen. De dossiers van schoolverlaters worden 5 jaar bewaard op school. e. Preventieve Ambulante Begeleiding (PAB) Wanneer we ondanks intensieve begeleiding van een kind onvoldoende vooruitgang zien, kunnen we de hulp inroepen van externen. Dit wordt altijd in overleg gedaan met de ouders. Wij zijn verbonden aan het Samenwerkingsverband Rivierenland.
Een onderdeel van het Samenwerkingsverband is Focus. Focus kan ondersteunen door het inzetten van een preventief ambulant begeleider voor zowel leerkrachten als intern adviseur. Dit betekent dat er hulp ingeroepen kan worden op leer- en gedragsgebied: - De preventief ambulante begeleider geeft advies aan de leerkrachten over specifieke problemen. - De preventief ambulante begeleider observeert kinderen met specifieke problemen en geeft advies aan de leerkracht naar aanleiding van de observaties - De preventief ambulante begeleider is op afroep beschikbaar voor alle leerkrachten. - De preventief ambulant begeleider kan bij oudergesprekken aanwezig zijn om de observatie door te spreken. - De preventief ambulant begeleider kan in overleg met de leerkracht, na signalering en analysering van een probleem, een kortdurende begeleiding geven op de eigen school. De adviezen van de preventief ambulant begeleider kunnen gericht zijn op de taakwerkhouding van kinderen in de groep, organisatorische onderdelen of op het aanbod van de leerstof. Wanneer er na het aanpassen van de aanpak nog onvoldoende vooruitgang is, wordt in overleg met ouders gekozen voor het verder in kaart brengen van de belemmeringen. Hiervoor zijn vaak externe organisaties nodig. Dit kan op diverse gebieden. Je kunt dan denken aan schoolarts, logopedisten, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, orthopedagogen, kinderpsychologen, e.d. f. Brainiacs Binnen onze school is ruimte om bovenbouwleerlingen, die tot de groep meer- en hoogbegaafden horen, extra uitdaging te bieden. De “Brainiacs” groep werkt 1 maal per week groepoverstijgend met elkaar samen. Ze werken dan aan projecten, maken verslagen, leren presenteren, gaan met elkaar filosoferen en maken kennis met een nieuwe vreemde taal (bijv. Spaans). g. Zorgvergaderingen Driemaal per jaar worden er gesprekken gevoerd tussen de leerkracht en de intern adviseur rond de voortgang van de gehele groep, de groepsbesprekingen. Daarnaast voeren de leerkracht en de intern adviseur regelmatig gesprekken over kinderen die extra aandacht of begeleiding nodig hebben of reeds krijgen. Dit kan bijvoorbeeld naar aanleiding van een toets, maar ook als een kind niet meer goed lijkt te functioneren. Samen met de intern adviseur wordt gekeken welke hulp of zorg dit kind nodig heeft. Moet er hulp van buiten komen, dan zal de intern adviseur die specifieke hulp inschakelen. ( zie ook hierboven) Een en ander gebeurt altijd in overleg met de betrokken ouders. Naast deze groeps- en leerlingbesprekingen worden er ook zorgvergaderingen belegd. Twee keer per jaar worden de leeropbrengsten van alle kinderen op schoolniveau besproken. Daarnaast besteden we aandacht aan het opbrengstgericht werken. Vorig schooljaar hebben we onze handelingsplannen op individueel gebied voor spelling omgezet naar groepsplannen. Dit schooljaar gaan we dit ook doen voor ons technisch
leesonderwijs. Door kritisch te kijken naar wat kinderen nodig hebben en groepjes kinderen te clusteren, willen we onze lestijd zo efficiënt mogelijk gebruiken en tegemoet komen aan de onderwijsbehoefte van ieder kind. h. Beleid inzake dyslexie Op onze school werken we volgens het Masterplan Dyslexie. Dit betekent dat we kinderen al vanaf groep 1 screenen op kenmerken van dyslexie. Als een leerkracht kenmerken van dyslexie vermoedt of wanneer zij redenen heeft om aan te nemen dat het automatiseren moeizaam verloopt, hoort het kind tot de risicogroep. Alle extra begeleiding wordt vastgelegd in een handelingsplan. Deze aanpak wordt ook gevolgd in groep 2, 3 en 4. Dyslexie kan pas worden vastgesteld als het aanvankelijk leesonderwijs is afgerond. Wanneer het aanvankelijk lezen moeizaam verloopt, krijgt het kind extra ondersteuning. Ook in groep 4 wordt bij onvoldoende leesvaardigheid soms teruggegrepen naar de oefenstof van Veilig Leren Lezen (de lesstof van groep 3). Wanneer er 3 genormeerde Citometingen zijn gedaan (dus na 1½ jaar leesonderwijs) kan pas een gericht onderzoek door externen worden aangevraagd. De onderzoeken en eventuele behandelingen kunnen bij zeer ernstige dyslexie door de ziektekostenverzekeringen worden vergoed. Wanneer er een dyslexieverklaring is afgegeven voor een kind, worden er naar behoefte maatregelen getroffen. Dit kan zijn het gebruik van hulpmiddelen, speciale programma’s, vergrotingen van lesstof/lesboeken en/of bieden van meer verwerkingstijd of het inzetten van een speciaal hulpprogramma Kurzweil. In overleg met de externe hulpverlener en de ouders wordt gekeken welke hulpvorm het meest doeltreffend is in de klassensituatie. In het leerlingdossier worden de afspraken vastgelegd. De dyslexieverklaring wordt toegevoegd aan het leerlingdossier. i. Passend Onderwijs Passend Onderwijs houdt in dat kinderen zoveel mogelijk onderwijs krijgen aangeboden dat voldoet aan de individuele behoeften van het kind en dat kinderen zoveel mogelijk onderwijs kunnen blijven volgen op de school in de eigen woonomgeving. De Boogerd biedt al in veel opzichten passend onderwijs aan de kinderen. Dit zien we in de vele individuele leerlijnen en aangepaste programma’s binnen de school. Dit schooljaar is een overgangsjaar naar de nieuwe wet op Passend Onderwijs. Het Ministerie van Onderwijs heeft de wet op onderwijs per 1 augustus 2014 aangepast. De huidige werkwijze is als volgt. Wanneer het onderwijs op de eigen basisschool niet toereikend is en de ontwikkeling van het kind stagneert, dan kijken we naar andere mogelijkheden voor ondersteuning. De leerling wordt aangemeld bij de PCL (Permanente Commissie Leerlingzorg) Hiervoor vullen de school en ouders een uitgebreid onderwijskundig rapport in. De PCL komt bijeen en kan aan de hand van het onderwijskundig rapport een besluit nemen: - Begeleiding op de eigen school met ondersteuning vanuit het speciale basisonderwijs - Een al dan niet tijdelijke plaatsing op het speciale basisonderwijs De Wissel
-
De hulpvraag gaat de mogelijkheden van het samenwerkingsverband te boven, de leerling heeft meer specialistische hulp nodig. Wanneer het kind meer specialistische hulp nodig heeft, wordt een beroep gedaan op ondersteuning vanuit de scholen voor speciaal onderwijs. Dit zijn scholen voor: - onderwijs voor blinden en slechtzienden leerlingen - onderwijs voor leerlingen met spraak-taal problemen - onderwijs voor langdurig zieke of lichamelijk gehandicapte leerlingen - onderwijs aan kinderen met psychische problematieken Het onderwijskundig rapport wordt voorgelegd aan een Commissie van Indicatie. De commissie beslist of het kind recht heeft op een indicatie. (hulp en begeleiding vanuit het Speciaal Onderwijs) We spreken dan van toekenning van een rugzak. Het kind krijgt leerlinggebonden financiering (LGF). Hiermee kan de eigen school expertise inkopen bij het Speciaal Onderwijs. Zo kan het kind met extra begeleiding binnen de eigen school zo optimaal mogelijk onderwijs volgen. j. Leerlingen met recht op Leerling Gebonden Financiering De huidige wet Leerlinggebonden Financiering (LGF) is nog tot 1 augustus 2014 van kracht. Deze wet houdt kort gezegd in, dat leerlingen met een lichamelijke of verstandelijke handicap door de ouders aangemeld kunnen worden op een school voor regulier basisonderwijs. Hieronder beschrijven wij hoe onze school daarmee omgaat. Elke aanmelding van een kind met een handicap staat op zichzelf en zal op een zorgvuldige manier worden beoordeeld. Belangrijk is dat het kind met een handicap, net als alle andere kinderen, zich op onze school gelukkig kan voelen. Voorwaarden voor toelating van kinderen met een handicap: De leerling is: - woonachtig is in de woonkern Maurik - in staat te functioneren binnen het pedagogische klimaat van onze school; - in staat onderwijs cognitief en sociaal te volgen; - door zijn gedrag geen risico voor zichzelf en voor zijn omgeving; - hanteerbaar zindelijk; - in staat emotionele aansluiting te vinden met groepsgenoten. De ouders: - zijn actief betrokken in het proces van aanname en uitvoering; - maken met de school een afspraak over de begeleiding die de school hun kind kan bieden; deze afspraak wordt halfjaarlijks geëvalueerd en zo nodig bijgesteld; - zijn bereid en in staat (op verzoek van de school) te assisteren bij activiteiten, zoals excursies, schoolreisjes, e.d.; - dragen zorg, dat de school wordt geïnformeerd over de medische en sociale ontwikkeling van het kind;
-
als blijkt dat aan 1 of meerdere voorwaarden niet kan worden voldaan, dan volgen er direct gesprekken tussen de ouders, de school en de begeleiders van het kind. Als uit deze gesprekken blijkt, dat het kind: zich niet meer gelukkig voelt op school; geen emotionele aansluiting kan vinden met andere kinderen op school; zich niet meer ontwikkelt; verlenen ouders volledige medewerking aan overplaatsing naar een andere school voor hun kind. Dit geldt ook, als de school de zorg niet meer kan bieden, die het kind nodig heeft.
De groep: - Per schooljaar stellen de schoolleider en de Interne Adviseur de zorgcapaciteit vast van een groep. Hierbij wordt rekening gehouden met de groepsgrootte, het aantal zorgleerlingen aan de hand van handelingsplannen en de draagkracht van de leerkracht. Over het algemeen geldt: - er worden geen rugzakleerlingen opgenomen in groepen die al diverse zorgleerlingen hebben; - de samenstelling van de groep dient zodanig te zijn, dat het kind met een handicap zich veilig kan voelen en emotioneel aansluiting kan vinden; - de eventuele fysieke belasting, die de opname van het kind met zich meebrengt, dient acceptabel te zijn voor de leerkracht en de groep. De school: - binnen de zorgstructuur dient het kind met een handicap goed opgevangen te kunnen worden; - het team staat achter de toelating van het kind; - het team / de groepsleerkrachten krijgen de mogelijkheid de benodigde kennis, passend bij de handicap, te verwerven; Aanname procedure - gesprek met de ouders van het kind met een handicap; - gesprek, indien van toepassing, met de huidige school van het kind; - bezoek aan de huidige school, kennismaking met het kind; - inwinnen van informatie over de handicap; - eventueel een tweede gesprek met de huidige school; - besluit van schoolleider na overleg met de Intern Adviseur of het kind past binnen de voorwaarden; - informeren van de groepsleerkracht waar het kind in de groep komt; - informeren van het team; - besluitvorming op de teamvergadering n.a.v. voorstel schoolleider/ Intern Adviseur/ groepsleerkracht; - schoolleider informeert ouders en huidige school; - uitwerken van het handelingsplan met alle betrokkenen: leerling / ouders / groepsleerkracht / Intern Adviseur/ schoolleider /ambulant begeleider;
-
bespreken, vaststellen en ondertekenen van het contract tussen school, ouders en ambulant begeleider; kind komt kennismaken en een aantal dagen meedraaien.
Tenslotte: het bovenstaande kan pas in werking treden, wanneer de Commissie van indicatiestelling van het betreffende REC (Regionaal Expertisecentrum) een positief besluit heeft genomen. Het REC zorgt voor de ambulante begeleiding van het kind op de basisschool. Ieder kind wordt afzonderlijk bekeken. k. BePO Onze school is onderdeel van het Samenwerkingsverband Rivierenland. Vanaf 1 augustus 2014 worden de Samenwerkingsverbanden van Rivierenland en Culemborg samengevoegd. Na deze fusie heeft het nieuwe samenwerkingsverband BEPO, Betuws Passend Onderwijs. De wet op het onderwijs wordt dan ook gewijzigd. Hierdoor zal de hele procedure rond de LGF bekostiging veranderen. Ook de vormen van begeleiding op de eigen school worden op een andere manier vormgegeven. Informatie hierover staat in de nieuwsbrieven en in de volgende schoolgids.
Belangrijke vaardigheden
l. Sociale vorming
Wij vinden het belangrijk dat een kind gevoelens duidelijk onder woorden kan brengen. Praten is altijd beter dan vechten of in je schulp te kruipen. Wij proberen de kinderen al van jongs af aan assertief te maken. Ze moeten respect voor elkaar tonen, maar moeten ook leren voor zichzelf op te komen. Wij proberen de kinderen bij te brengen dat er altijd iemand is die naar je luistert en dat problemen opgelost kunnen worden.
Schoolregels
Naast de klassenregels zijn er ook afspraken gemaakt over hoe we ons gedragen tijdens het spelen op het plein of het grasveld, tijdens het binnengaan van de school, enz. Dit zijn onze schoolregels.
Regel van de week
Verder hebben we de “gouden regel van de week” ingesteld. Elke maandag hangt er een nieuwe regel in elke klas. In de klassen wordt over deze regel gesproken. Door samen met de leerlingen zo’n regel op te stellen, bevordert dit het sociaal gedrag. m. Nieuwe leerlingen De stap naar de basisschool is voor een vierjarig kind een grote stap. Het is heel spannend om naar die “grote” school te gaan. Daarom vinden wij het belangrijk dat een kind van tevoren met de leerkracht en de kinderen kan kennismaken. Voordat uw kind in
groep 1 op school komt, mag het tien ochtenden in de klas komen kijken. Dan kan het vast een beetje wennen. Hiervoor krijgt uw kind van de groepsleerkracht een uitnodiging en een boekje. Hierin worden ook de meeste afspraken die in de klas gelden uitgelegd, zodat u uw kind op de eerste schooldag kunt voorbereiden. Kinderen die in de zomervakantie vier jaar worden, worden op school uitgenodigd voor de wisselochtend. Tijdens deze ochtend kunnen kinderen kennismaken met de nieuwe leerkracht en kinderen. Het heeft geen zin meer om kinderen aan de oude situatie te laten wennen, want na de zomervakantie starten ze in een nieuwe groep en misschien ook wel een nieuwe leerkracht. Kinderen die in december 4 jaar worden, verwelkomen wij in januari. Dit vanwege de drukte in de laatste maand van het jaar. De leerkracht kan in die maand niet de aandacht geven aan uw kind die het op dat moment nodig heeft. n. Overgang basisschool naar voortgezet onderwijs In groep 8 moet de keuze gemaakt worden naar welke vorm van voortgezet onderwijs een leerling gaat. Wij begeleiden ouders en kind daarin. Dit doen wij als volgt: De kinderen krijgen de folders van de scholen mee naar huis. De meeste scholen voor voortgezet onderwijs organiseren open dagen. Deze worden op school bekend gemaakt. Jaarlijks bezoeken wij met de klas twee of meer van deze scholen. Ouders en kinderen kunnen ook op eigen initiatief naar open dagen. In een gesprek met ouders en kind komen hun wensen aan bod. Samen bepalen we welke school(soort) het beste aansluit bij de capaciteiten van uw kind. Wij brengen een schooladvies uit, dat is gebaseerd op toetsgegevens (waaronder Cito-eindtoets) en onze verwachtingen t.a.v. het kind. Jaarlijks hebben wij overleg met de ontvangende scholen. Dan bespreken we hoe het met de kinderen gaat.
Eindtoets
o. Eindresultaten CITO groep 8
In februari wordt in groep 8 de eindtoets van het Cito afgenomen. Vaardigheden als rekenen, taal, wereldoriëntatie en informatieverwerking krijgen een landelijke beoordeling. Vooral bij het vak wereldoriëntatie zijn de vragen divers en handelen over aardrijkskunde, geschiedenis, maatschappelijke verhoudingen, geestelijke stromingen en de natuur. Met het maken van deze eindtoets schetst de leerling een aardig beeld van wat hij/ zij de afgelopen jaren op school en thuis in de eigen omgeving heeft opgestoken. De eindtoets wordt gebruikt voor een schoolkeuze in het vervolgonderwijs. De basisschool geeft advies welke vorm van voortgezet onderwijs voor de leerling het meest geschikt is. De ouders kiezen de school voor voortgezet onderwijs. De school voor voortgezet onderwijs bepaalt de uiteindelijke plaatsing.
Cito-score eindtoets; Schooljaar 2011 2012 2013 2014
Landelijk gemiddelde 535,1 535,1 534,7 533,6
Schoolgemiddelde
Aantal leerlingen
532,7 534,1 532,8 534,4
27 13 18 15
6. Betrokkenheid van ouders a. Informatieavond Jaarlijks is er in het begin van het schooljaar vindt een informatieavond plaats waarin alle ouders van een groep informatie krijgen over het programma, de leermiddelen en de activiteiten van de groep voor dat schooljaar. Voor groep 8 is er een extra informatieavond in januari waarin ouders horen hoe de procedure is rond de Eindcito toets. b. Kom eens in de klas Naast de jaarlijks informatieavond nodigen de leerkrachten van alle groepen u uit om een ochtend in de groep te komen kijken. U kunt dan zien hoe uw kind een ochtend op school doorbrengt. c. Inloopavonden Jaarlijks is er een inloopavond. Kinderen kunnen dan samen met hun ouders en andere geïnteresseerden de school bekijken. De bedoeling is dat u wordt rondgeleid door uw kind(eren). Zij kunnen u uitstekend vertellen wat er allemaal in de groep wordt gedaan en met welke nieuwe methodes we ondertussen werken. De leerkrachten zijn aanwezig om uw vragen te beantwoorden. d. Informatieavond 2- en 3-jarigen Ieder jaar is er een informatieavond voor 2- en 3-jarigen. Deze wordt georganiseerd door de kinderopvang SKLM. Alle scholen in de regio krijgen een uitnodiging om aan een ‘scholenmarkt’ deel te nemen. Ouders kunnen na een algemeen informatief gedeelte langs de kramen gaan en informatie krijgen over de scholen waarvoor zij interesse hebben. Als ouders interesse hebben voor De Boogerd, dan kunnen zij een afspraak maken met de schoolleider. De ouders kunnen dan een rondleiding krijgen waarbij ze de school ’in werking’ zien. Ook krijgen zij dan een informatiemap mee waarin ook het inschrijfformulier zit. De ouders kunnen ook op een ander tijdstip een afspraak maken met de schoolleider voor informatie en een rondleiding. e. Persoonlijke gesprekken op school Behalve de 10 minutengesprekken naar aanleiding van een rapport is het ook mogelijk om de leerkracht of schoolleider tussendoor te spreken. De ouders kunnen voor een vraag of opmerking gewoon voor of na schooltijd binnenlopen. Wanneer u een wat langer gesprek wilt voeren, adviseren wij u om een afspraak te maken. Ook kan het voorkomen dat de school (een) ouder(s) uitnodigt om een bepaalde problematiek te bespreken.
f. Hulpouders Wij vinden het erg fijn als u als ouder betrokken bent bij de school. Een manier waarop dat kan, is door deelname aan diverse schoolse activiteiten en evenementen. Aan het begin van het schooljaar krijgt u een formulier waarop alle activiteiten en evenementen vermeld staan. U kunt hierop invullen óf en wanneer u inzetbaar bent, zodat wij vooraf kunnen bepalen hoeveel hulpouders beschikbaar zijn. Activiteiten en evenementen waarbij ouders betrokken worden zijn o.a.: hulpouder in de groep; schoolreisjes en excursies; sporttoernooien; feesten; versieren van de school; zitting nemen in de ouderraad of medezeggenschapsraad. g. Medezeggenschapsraad (MR) De Medezeggenschapsraad is een wettelijk bepaald orgaan waarvan de leden worden gekozen door middel van een algemene verkiezing. Oudergeleding en personeelsgeleding hebben samen zitting in de medezeggenschapsraad, maar hun bevoegdheden ten aanzien van het bevoegd gezag zijn verschillend. De raad is de behartiger van de belangen van de school, ouders en personeel bij het bevoegd gezag. De samenstelling van de MR ziet er als volgt uit; Personeelsgeleding ; Ilse Ooms, Kim Zingel en Marieta van Ommeren. Oudergeleding ; Petra Benschop (voorzitter), Carmen van Halderen en Johan Seijbel. De MR van onze school komt ongeveer 8 keer per schooljaar bijeen. Deze vergaderingen zijn openbaar en kunnen door alle belangstellenden worden bijgewoond. Informatie hierover kunt u vinden op onze website. Eenmaal per jaar doet de MR verslag van zijn activiteiten van het afgelopen schooljaar. U kunt zich verkiesbaar stellen voor de Medezeggenschapsraad (minimale zittingsperiode van twee jaar). De oudergeleding van de MR is de spreekbuis van de ouders. U kunt altijd bij hen terecht met vragen en/of problemen. Dit kan zowel persoonlijk als via de mail:
[email protected] h. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Naast de MR is er ook een GMR. Deze is samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende scholen binnen BasisBuren. Vanuit de MR van De Boogerd neemt momenteel één lid van de personeelsgeleding, Ilse Ooms, zitting in de GMR. De GMR houdt zich bezig met tal van zaken die betrekking hebben op de overkoepelden organisatie van de scholen binnen BasisBuren. i. Ouderraad (OR) De ouderraad heeft als taak de bloei van de school te bevorderen en interesse van ouders voor de activiteiten op school te stimuleren. Vanuit deze betrokkenheid worden vaak ondersteunende werkzaamheden verricht. Op De Boogerd zijn de leden van de
ouderraad betrokken bij de organisatie en uitvoering van diverse activiteiten zoals: de kerstviering, de paasviering, schoolreisjes, eindfeest, enzovoort. De samenstelling van de OR ziet er als volgt uit; Personeelsgeleding ; Wil van Wijk Oudergeleding ; Cindy Koetsveld (voorzitter), Wilma Maasland (vicevoorzitter), Marion Rhijnsburger (secretaris), Mieke van de Heuvel (2de secretaris), Colinda van Mourik (penningmeester), Tanja Arisse (2de penningmeester), Marieke Belgers (lid), Monique van Dijk (lid) en Yvonne Hak (lid). Een ouder wordt voor drie jaar gekozen in de OR. Na deze periode is die ouder herkiesbaar. De OR vergadert periodiek. Deze vergaderingen zijn openbaar en informatie hierover kunt u vinden op onze website. U kunt altijd bij hen terecht met vragen en/of informatie. Dit kan zowel persoonlijk als via de mail:
[email protected] j. Bijzondere activiteiten Jaarlijks vinden er op school diverse activiteiten plaats. Alle bijzondere activiteiten staan op het jaaroverzicht dat u aan het begin van het schooljaar ontvangt.
Feesten
Deze organiseren wij met hulp van de ouderraad. U kunt hierbij denken aan Sinterklaas, Kerst, Lente/Paasfeest en het schoolfeest. Het schoolfeest wordt in juni georganiseerd, als afsluiting van het schooljaar. Elk jaar wordt hier een thema voor gekozen, bijvoorbeeld piraten, toverkunst en circus.
Buitenschoolse evenementen
We doen mee met een aantal schoolsporttoernooien, o.a. voetbal en korfbal. Op school organiseren we jaarlijks in april een sport- en spelletjesochtend (koningsspelen). In september gaan groep 1 t/m 7 op schoolreisje. Groep 8 gaat in mei/juni 3 dagen op kamp.
Overig
In oktober worden op school de voorrondes voor de regionale voorleeswedstrijd gehouden. Alle groepen doen mee aan de voorleeswedstrijd op school. Alleen een leerling uit groep 7 of 8 kan afgevaardigd worden naar de regionale wedstrijd.
k. Vrijwillige ouderbijdrage (Schoolfonds) Op onze school worden door de ouderraad diverse activiteiten georganiseerd. Om deze activiteiten voor alle leerlingen van school mogelijk te maken vraagt de ouderraad aan de ouders om een vrijwillige bijdrage. Met deze geldelijke bijdrage kunnen alle kinderen van school meedoen aan het sinterklaasfeest, kerstfeest, sportdag, paasfeest en het schoolfeest. Natuurlijk is iedereen vrij om de vrijwillige bijdrage al dan niet te voldoen. Het zal u duidelijk zijn dat de activiteiten alleen kunnen plaats vinden wanneer de ouderraad over voldoende financiële middelen beschikt. Wij stellen het op prijs wanneer u met ons contact opneemt als het voor u onmogelijk is de vrijwillige bijdrage te voldoen. De bijdrage voor het schoolfonds in het schooljaar 2013-2014 bedraagt € 20,00 per leerling. Nieuwe leerlingen die na 1 januari worden aangemeld, betalen €10,00. U wordt verzocht dit bedrag over te maken op: ING 790428 t.n.v. ouderraad obs De Boogerd
Wilt u bij de betaling de naam van uw kind(eren) en de groep vermelden?
7. Wat we nog meer te bieden hebben a. Leerbenodigdheden Elke leerling krijgt op school een potlood, liniaal, kleurtjes en schriften. Vanaf de kerstvakantie in groep 3 schrijven de kinderen met een vulpen. De bouw van de vulpen stuurt a.h.w. de houding van de hand wat het handschrift ten goede komt. In een enkel geval mag een kind met een fijnschrijver of balpen schrijven. Dat is ter beoordeling van de leerkracht of ergotherapeut. Als een kind zijn pen kwijt is of door slordigheid zijn vulpen niet meer kan gebruiken en wij kunnen de pen niet meer maken, bent u verplicht een nieuwe pen te betalen. Wij vragen €4,00 voor een nieuwe vulpen. b. Schoolreis Eenmaal per jaar gaan we met de groepen 1 t/m 7 in september of oktober op schoolreisje. We maken dan combinaties, bijvoorbeeld groep 1/2/3, 4/5 en 6/7. Die gaan elk met een bus naar een andere bestemming. U kunt hierbij denken aan De Efteling, Land van Jan Klaassen of De Spelerij. Om het jaar kiezen we voor een schoolreis met een educatief karakter, vooral als het aansluit bij de onderwerpen die er op dat moment spelen (techniek, landbouw, geschiedenis). Een aantal ouders worden gevraagd om als begeleider mee te gaan. c. Kamp groep 8 Groep 8 gaat niet mee op schoolreisje. Deze groep gaat tegen het eind van het schooljaar een aantal dagen op kamp. Ook hier gaan enkele ouders mee. De bestemming en de invulling krijgen de ouders en de kinderen in de loop van het jaar te horen. Het is een ieder geval een combinatie van ontspanning en inspanning, waarbij gezelligheid centraal staat. d. Luizencontrole Na elke vakantie worden de kinderen en de leerkrachten gecontroleerd op luizen en/of neten. Dat wordt gedaan door hulpouders. Na twee weken vindt er een hercontrole plaats van de groepen waarin luizen/neten zijn geconstateerd. Ouders van de betreffende kinderen krijgen bericht middels een briefje. Daarin staat het verzoek om uw kind te behandelen, zodat verdere verspreiding uitblijft. Heeft uw kind regelmatig luizen/neten, dan neemt de leerkracht contact op met de ouders. De leerkracht kan eventueel de GGD inschakelen die u kan helpen het probleem aan te pakken. e. Overblijf De kinderen kunnen in de middagpauze op school overblijven. Dat vindt plaats onder de leiding van de SKLM (Stichting Kinderopvang Lienden-Maurik). Er is een pedagogisch medewerker aanwezig en zij bepaalt het pedagogisch handelen. Zij wordt gesteund door vaste vrijwilligers.
Bij de hoofdingang hangen lijsten waarop aangegeven kan worden of kinderen overblijven. Tijdens het overblijven van de kinderen is er voortdurend toezicht. Bij meer dan vijftien overblijfkinderen zijn er twee overblijfmedewerkers, bij meer dan twintig kinderen drie overblijfmedewerkers. Voor het overblijven wordt een bijdrage gevraagd aan de ouders. Voor kinderen die regelmatig overblijven is tegen gereduceerd tarief een strippenkaart voor 10, 20 of 30 keer beschikbaar. f. Schoolverzekering voor leerlingen Uit de ouderbijdrage wordt de premie betaald voor een collectieve schoolverzekering. Het is een ongevallenverzekering, geen aansprakelijkheidsverzekering. Deze verzekering dekt het ongevallenrisico op de heenen terugweg naar en van de school en gedurende het verblijf in de schoolgebouwen respectievelijk op de daarbij behorende terreinen. Ook excursies en schoolreizen vallen onder deze verzekering. g. Vereniging voor Openbaar Onderwijs (VOO) Deze vereniging, die landelijk opereert, behartigt de belangen van het openbaar onderwijs in ruime zin. Onze MR is hier lid van. Leden ontvangen het maandblad “Inzicht”. Als ouder kunt u ook individueel lid worden. h. Naschoolse opvang In de Brede School is een kinderdagopvang gevestigd. Stichting Kinderopvang LiendenMaurik (SKLM) exploiteert de kinderopvang. De SKLM kan ook zorgen voor voorschoolse opvang van uw kind. Voor inlichtingen; Stichting Kinderopvang Lienden-Maurik (SKLM) tel; 0344-691371 of
[email protected] Ook zijn er kinderen van onze school die gebruiken van naschoolse opvang bij kinderdagverblijf Buitenpret te Rijswijk (GLD). Voor inlichtingen; Kinderdagverblijf Buitenpret tel; 0345-502536 of
[email protected] i. Foto’s De schoolfotograaf komt elk jaar langs.. De kinderen worden apart gefotografeerd, maar ook met eventuele broertjes of zusjes die op school zitten. Verder wordt er per groep een foto genomen. Van vele activiteiten en feesten worden foto’s genomen. Deze worden op de website gezet. U kunt alle foto´s die op deze site staan doorlopend bijbestellen zolang ze op de site staan. Bijbestellen kan via de site. j. Plakboeken Stapsgewijs zijn wij bezig met het invoeren van plakboeken. Per schooljaar bewaren we 3 werkstukjes van de kinderen. Aan het einde van groep 8 gaat er dan een verzameling mee naar huis, waarin de ontwikkeling van uw kind goed te zien is. Dit schooljaar worden er werkjes van de groepen 1 t/m 7 in de boeken geplakt.
k. Godsdienst Ineke Somsen geeft godsdienstlessen op de donderdagochtend. Als openbare school bieden wij deze mogelijkheid aan alle kinderen in de groepen 6 en 7, tenzij de ouders daar bezwaar tegen hebben. In de godsdienstlessen wordt o.a. gewerkt met een methode die speciaal ontwikkeld is voor de bovenbouw van openbare basisscholen. Een greep uit het lessenaanbod: vertellen van Bijbelverhalen, b.v. aan de hand van een thema, zoals: gerechtigheid, vertrouwen, verwachting, vrede, leven en dood, vrouwen in de bijbel en/of een serie verhalen over b.v. Mozes, David en/of gelijkenissen. De verhalen worden zoveel mogelijk geactualiseerd: wat kunnen die oude verhalen ons nú te zeggen hebben? feestdagen (Kerst, Pasen, Pinksteren) facultatieve lessen, zoals carnaval, dierendag (Franciscus van Assisi), St. Maarten en inspelen op de actualiteit rituelen en symbolen De onderwerpen zullen op verschillende manieren verwerkt worden bv. door spel, discussie, stripverhaal, tekening, puzzel etc. Verder besteden de leerkrachten van groep 1 t/m 8 ook aandacht aan de belangrijke feestdagen door o.a. verhalen erover te vertellen en erover te praten. l. Gym- en spellessen De kinderen van groep 1-2 gymmen in het speellokaal. Ze dragen hierbij geen speciale gymkleding, maar gymmen in hun ondergoed. Ze dragen wel eigen gymschoenen, bij voorkeur met elastiek of klittenband. De gymschoenen blijven op school in hun kluisje. Wij vragen u om regelmatig te controleren of de gymschoenen nog passen en de naam van uw kind erop te schrijven. In groep 3 krijgen de kinderen hun eigen linnen tas met daarop het logo van de school voor hun gymspullen. Deze tas wordt de rest van de schooltijd gebruikt voor de gymspullen. De groepen 3 en 4 maken voor hun gymlessen gebruik van het speellokaal. Groep 5 gaan op maandag met een bus naar de gymzaal voor een toestellenles en op donderdag naar het speellokaal voor een spelles. Groep 6, 7 en 8 gaan op maandag en donderdag naar de gymzaal. Er rijdt een bus naar de gymzaal in Rijswijk, omdat de gymzaal die naast de school gebouwd gaat worden nog niet klaar is. Aan het begin van de week nemen de kinderen hun tas met gymkleren en gymschoenen mee naar school en aan het einde van de week nemen ze het weer mee naar huis om gewassen te worden. Uit oogpunt van veiligheid mogen de kinderen tijdens de gymles geen horloges en sieraden dragen. m. Huiswerkbeleid Kinderen krijgen vanaf groep 1 en 2 af en toe een opdracht mee naar huis b.v.: ‘Neem je lievelingsboek mee naar school en vertel daarover’ of ‘Vertel iets over je lievelingsspeelgoed’. Dit gaat niet om het huiswerk, maar om ze te oefenen in het gericht te spreken over een bepaald onderwerp in een groep. In groep 3 t/m 5 krijgen kinderen soms werk mee naar huis als ze extra oefening kunnen gebruiken. Of als ze een spreekbeurt of boekenbeurt moeten voorbereiden.
Vanaf groep 6 krijgen ze structureel huiswerk mee. In groep 6 nog niet veel maar wel regelmatig. In groep 7 en 8 krijgen de kinderen wekelijks huiswerk mee. Dit doen we om kinderen te leren vooruit te plannen. Hoe deel je je tijd buiten schooltijd in? Hoe combineer je dit met bv. sport of muziekles? Ook bereiden we de kinderen op deze manier voor op het hebben van huiswerk op het voortgezet onderwijs (voor meer info zie ‘huiswerkbeleid’ op onze site). Wij hebben een huiswerkhandboek. Hierin vertellen wij ouders hoe er thuis omgegaan kan worden met het huiswerk en ook hoe ouders de kinderen kunnen helpen. n. Verjaardagen kinderen Trakteren op school is altijd een feest. Zoetigheid uit het leven van een kind bannen is een illusie, dus suiker is bij ons geen taboe. Wij hechten er echter wel aan dat traktaties 'gezonde hapjes' zijn. Een knakworstje of kaasspiesje is ook heel feestelijk. Als de kinderen dat willen, mogen zij, na de traktatie in de eigen klas vervolgens, met twee klasgenoten, de leerkrachten van de andere klassen bezoeken. Sommige kinderen in een groep volgen een dieet. Informeer voor een traktatie dus altijd even, zodat ieder kind kan mee feesten. We hebben het liefst dat de uitnodigingskaarten: “Kom jij ook op mijn feestje”, buiten de klas uitgedeeld worden. De kleintjes snappen niet, waarom de één wel uitgenodigd wordt en de ander niet. o. Handvaardigheid en techniek Een aantal keer per jaar werken de groepen 1 t/m 8 gezamenlijk aan een techniek en/of handvaardigheid circuit. Ze werken dan in gemengde groepen gedurende drie weken aan verschillende opdrachten die allemaal aan een thema zijn gekoppeld. Er komen hierbij verschillende werkvormen en technieken aan bod en hulp van ouders is hierbij erg belangrijk. Naast deze gezamenlijke projecten zijn handvaardigheid en techniek ook opgenomen in het weekrooster. Groep 7 of 8 doet mee met de Techniekwedstrijd van de Revabo. Ook komen er geregeld mensen met technische beroepen vertellen over hun beroep (spot je talent). Voor het onderdeel techniek maken alle kinderen gebruik van de techniektorens. Deze torens bevatten lesbakken met een doorlopende leerlijn voor groep 1 t/m 8 en voldoen ook volledig aan de kerndoelen. p. Sponsorbeleid Door sponsoring kunnen wij financiële speelruimte creëren. Met dat sponsorgeld kunnen wij allerlei extraatjes doen. Wij staan dan ook positief tegenover sponsoring. Wij willen graag op een verantwoorde en zorgvuldige manier met sponsoring omgaan. Daarom moet de sponsoring aan een aantal voorwaarden voldoen. - Sponsoring moet passen bij waar ”De Boogerd” voor staat. - Sponsoring mag niet de onafhankelijkheid van ons onderwijs, de school en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. - Sponsoring mag ons onderwijs niet beïnvloeden. Wij zijn terughoudend naar sponsoruitingen in gesponsord lesmateriaal. Boven genoemde punten staan uitgebreid in het convenant sponsoring, dat de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en alle landelijke
onderwijsorganisaties van besturen, personeel, ouders en leerlingen en een aantal andere organisaties - waaronder de Consumentenbond hebben ondertekend. Sponsoractiviteiten op onze school worden gecoördineerd door de schoolleider. Zij doet dat in overleg met leden de van het team, de medezeggenschapsraad en de oudercommissie. Alle sponsoractiviteiten die de school onderneemt behoeven de goedkeuring van het schoolbestuur en de instemming van onze medezeggenschapsraad en worden vastgesteld in overleg met het team en onze oudercommissie. Ouders die klachten hebben over de sponsoring, kunnen een klacht indienen bij de schoolleider van de school. Op het moment dat wij een sponsoractiviteit opzetten, zullen wij u informeren middels de nieuwsbrief.
De schoolgids uitgave schooljaar 2014-2015 is gezien en goedgekeurd door de medezeggenschapsraad van obs De Boogerd.
Maurik,
2014