Verslag Miniconferentie Opleiden in de school d.d. 27 september 2007 Dit verslag is een compilatie van deelverslagen van de verschillende werkgroepen, door Amber Baetens.
De rol van de middenmanager in het opleiden in de school Op 27 september jongstleden vond de conferentie plaats over de rol van het middenmanagement in het project ‘Opleiden in de school’. Er was veel animo voor de conferentie en deze is dan ook goed bezocht door deelnemers van alle betrokken opleidingsscholen en opleidingsinstituten. Reden voor het opzetten van deze conferentie was de constatering dat de rol van het middenmanagement in het project ‘Opleiden in de school’ tot op heden onderbelicht was. Ook bestond er een verschil van mening over de functie van het middenmanagement. Het middenmanagement kan echter een belangrijke rol vervullen in de kwaliteitshandhaving van het opleiden in de school. Tijdens de conferentie is er in verschillende groepen gediscussieerd over deze onderwerpen. Centraal thema van de conferentie was de vraag: wat zou de rol van de (midden-)manager in het opleiden in de school kunnen of moeten zijn, om de kwaliteit van docenten nu en in de toekomst te waarborgen? In de eerste ronde werd er, in vijf functiegroepen, gepraat over de verwachtingen over de rol van de middenmanager. Hieronder volgen de belangrijkste uitkomsten per functiegroep: ABS In de huidige situatie hebben de afdelingsleiders op de meeste scholen nauwelijks tot geen rol in de opleidingsschool. Op één school is onlangs na een teamoverleg besloten dat de afdelingsleider een veel actievere rol in het opleiden op school krijgt, middels structureel werkoverleg met de ABS-er. Over het algemeen is er echter alleen contact tussen de ABS-er en de afdelingsleider rondom de plaatsing van de LIO’s in de klassen. Soms staan de belangen zelfs op gespannen voet met elkaar. De afdelingsleider wil dat de leerlingen in zijn afdeling goed onderwijs krijgen en wil derhalve niet te veel LIO’s en stagiaires in zijn afdeling; de ABS-er vindt dat de school de studenten een kans moet geven. De ABS-ers vinden het wenselijk dat de afdelingsleider in de toekomst een actievere rol heeft in het opleiden in school. Bijvoorbeeld door: - werving van nieuwe SPD-ers tijdens de functioneringsgesprekken en POPgesprekken, want de ABS-er bereikt een te beperkte groep docenten - structureel overleg tussen ABS-er en afdelingsleiders, bijvoorbeeld over het functioneren van SPD-ers - meer betrokkenheid van de afdelingsleiders met LIO’s uit de eigen afdeling Voorwaarde is wel dat de SPD-er voldoende facilitering krijgt voor zijn taak. Middenmanagers Er bestaan behoorlijk wat verschillen tussen de deelnemende scholen, maar nergens is het middenkader integraal betrokken bij het opleiden in de school. Een belangrijke conclusie is dat het middenmanagement wel een cruciale rol wil en kan vervullen.
Het middenkader wil de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het personeel kunnen waarmaken. Het ontbreekt de betrokkenen echter aan voldoende informatie over de verschillende rollen en posities, die te maken hebben met het systeem van begeleiden en beoordelen van stagiaires/LIO’s. Het opleidingssysteem is nu buiten het middenkader georganiseerd. Men zal zelf ook proactief moeten zijn om vorm te geven aan het gewenste beleid. De LIO’s zijn onderdeel van het team. Men wil ze dan ook volwaardig als teamlid kunnen aansturen (bijv. opnemen in gesprekscyclus), zonder dat er steeds een SPD-er tussen zit. Tevens wil men meer zeggenschap hebben over de kwaliteit van de SPD-er. Deze functievervulling moet ook in fu-gespekken meegenomen worden. Verplichte scholing en kwaliteitseisen moeten schoolbreed vastgesteld worden. De middenmanagers zijn ook van mening dat de afdelingsleiders meer invloed moeten uitoefenen op wat het team aan stagiaires en LIO’s nodig heeft en/of kan ‘dragen’. Tevens zijn er heldere kaders nodig waarbinnen geïnvesteerd kan worden in het opleiden van docenten (dus niet alleen LIO’s als tijdelijke invulling van vacatures). Als laatste punt kwam naar voren dat het middenkader niet zozeer in de uitvoering van de begeleiding/opleiding betrokken hoeft te zijn, als wel beleidsmatig en faciliterend in het kader van het personeelsbeleid. Opleiden in de school moet gezien worden als een teamopdracht. Directies/rectoren De discussie onder directieleden voltrok zich vanuit verschillend perspectief: 1. een zuivere taakverdeling tussen ABS-er en middenmanager. - Specifieke deskundigheid bij ABS-er en SPD-er - Overbelasting teams en middenmanagement - Middenmanager heeft er geen taak/bevoegdheid in, maar wel een verantwoordelijkheid? - Verschil in beoordeling door opleidingsinstituut en beoordeling door school. 2. middenmanager is mede verantwoordelijk voor het opleiden in de school - Het curriculum in de school halen - ABS-er in principe ondergeschikt aan teamleider, die de regie voert - Ontwikkeling teams via opleiden in de school Het zal voor het ILS lastig zijn om de verschillen in organisatievormen, waar Alliantiescholen voor kiezen, te hanteren. Welke vorm je ook kiest, de dialoog tussen opleidingsinstituut, ABS-er en de middenmanagers blijft de basis om te bepalen wat een goede docent is. Alleen zo kan de aansluiting tussen het opleidingsinstituut en het werkveld versterkt worden. Opleidingsinstituut (ABI, lectoren en directie) Het ILS was op de conferentie vertegenwoordigd met een vijftal ABI’s en drie lectoren. In eerste instantie is ingezoomd op organisatorische aspecten: er is een opsomming gegeven van de taken die bij de werving en plaatsing van studenten t.b.v. het werkplekleren uitgevoerd moeten worden, om zo goed mogelijke matches te maken. Tevens is de website van Bureau Extern benoemd waarop van alle opleidingsscholen een schoolprofiel en een onderzoeksprofiel is opgenomen. De informatie op deze website moet de match ondersteunen tussen de student en de keuze van de opleidingsschool. Ook voor goede communicatie binnen de school en tussen de school en het opleidingsinstituut is het van groot belang dat de schoolorganisatie, onder andere het middenmanagement, betrokken is bij dit proces.
Vervolgens is ingezoomd op de begeleiding. Om een adequate begeleiding te kunnen geven binnen de opleidingsschool is de relatie van de student met de SPD-er en de ABI uiteraard belangrijk. Maar om de potenties van de student enerzijds en de mogelijkheden van de schoolorganisatie anderzijds goed op elkaar af te stemmen, is participatie van de schooldirectie ook noodzakelijk. De (professionele) ontwikkelactiviteiten van de school staan niet centraal in de driehoek school – student – opleiding, maar ze kunnen wel een perspectief bieden aan leraren-in-opleiding. Het ontwikkelingsconcept van de school geeft kaders voor het opleiden van zowel studenten als zittende personeelsleden. De professionele ontwikkeling van de opleider moet vanuit dit concept, waarin visie, missie, strategie en financiën een rol spelen, gestalte krijgen. Voor het opleiden is daarmee niet alleen de betrokkenheid van middenmanagers van belang, maar ook van de directies. De ILS ziet het opleiden graag als een integraal onderdeel van het HRD-beleid van de school. P&O De teamleider heeft een sturende rol. Hij/zij kan de verschillende taken delegeren naar de teamleden. De LIO maakt als volwaardig lid deel uit van het team. De teamleider moet dan ook een werkomgeving creëren waarin de LIO zich welkom voelt. Tevens moet de teamleider zijn teamleden motiveren en hen de faciliteiten bieden om de begeleidingstaak goed uit te kunnen voeren. Voorts moet de teamleider samenwerken met de ABS-er. Hieronder volgen de belangrijkste conclusies per opleidingsschool/instituut: SSgN: Tot nu toe was op de SSgN de rol van het middenmanagement bij opleiden in de school onderbelicht. Het is goed om te merken dat het middenkader hierin zelf wel een taak voelt. Verantwoordelijkheden en afstemming verdienen onze aandacht. Iemand uit de directie zal hierin het voortouw gaan nemen. Idealiter maakt iedere teamleider gebruik van opleiden (en onderzoek) in de school voor de ontwikkeling van de docenten en zijn/haar team. De LIO maakt integraal deel uit van het team en valt als zodanig onder de personeelszorg van de teamleider. De teamleider dient dan wel inhoudelijk op de hoogte te zijn van het opleidingstraject. Daarom is regelmatige afstemming ABS-SPD-LIO-teamleider van belang, te beginnen bij het intakegesprek. De ABS-er onderhoudt de contacten met het opleidingsinstituut, de kwaliteitsbewaking en beoordeling vanuit de criteria van het opleidingsinstituut. Bij de beoordeling van de LIO krijgt de teamleider wel een rol. N.b: de afstemming van de criteria van het opleidingsinstituut en de criteria van de school blijven onderwerp van gesprek tussen opleidingsinstituut en school. Stedelijk Gym: Teams hebben bij ons een andere inhoud dan op andere scholen. We zoeken vooral afstemming met de verschillende rollen. Rol ABS-er moet duidelijker, die van de teamleider richting SPD-ers ook. Vraag is bij ons nog: hoort de LIO in een team? Zo ja, dan ook hun begeleiding meer integreren in ons begeleidingssysteem van nieuwe docenten. We gaan hiermee aan de gang, geïnspireerd door deze bijeenkomst. Maas Waal College / Citadel college: Er gaat al wel veel goed in de begeleiding van stagiaires, maar er gebeurt nu teveel toevallig. We zijn opleidingsinstituut (in samenwerking met de lerarenopleidingen) en moeten dat dan ook integraal in ons personeelsbeleid opnemen. Dat wil zeggen dat we de rol van de middenmanager moeten herdefiniëren: waar kan hij/zij invloed uitoefenen. Ook rol van ABS-
er en die van P&O willen we beter afstemmen op elkaar. De ABS-er blijft een hoofdrol houden, maar middenmanagers moeten een grotere rol krijgen, o.a. bij de aanvraag van studenten en het monitoren van de SPD-ers. We willen echt een opleidingsschool zijn: staan dus open voor alle soorten stage, inclusief de snuffelstage. Pax Christi College: Bij afdelingsleiders veel belangstelling voor die rol. Zijn nu ook al op eigen initiatief betrokken. Opleidingsbeleid moet steeds meer onderdeel van Personeelsbeleid worden. Uitgebreid gehad over de verantwoordelijkheidsverdeling, bijvoorbeeld wat betreft beoordelen van stagiaires. Verantwoordelijkheid voor de kwaliteit ligt bij de afdelingsleiders. Dat gaan we nu beter afstemmen. De informatie uitwisseling tussen de twee systemen (afdelingslijn en opleidingssysteem) vereist veel stuurmanskunst, ook vanwege het feit dat we 3 vestigingen hebben. Notre Dame des Anges: Prettig is de kleinschaligheid van onze school. Opleiden moet deel uitmaken van het totale portfolio van een school. De eerste verantwoordelijkheid van opleiden ligt bij de directie, maar het betrekken van collega’s hierbij is cruciaal: hun betrokkenheid draagt bij aan een goede sfeer en professionele ontwikkeling van eenieder. Dominicus College: LIO’s zijn opgenomen in de totale beoordelingssystematiek, waarbij de afdelingsleider is betrokken. We moeten nu goed kijken naar verdere afstemming tussen taken en verantwoordelijkheden van de afdelingsleiders bij het opleiden in de school. We zijn tevreden over de rol van de ABS-er. Studenten volgen themabijeenkomsten die door ABS-er zijn opgezet. Een organisatievraagstuk betreft de rol en kwaliteit van de SPD-er. We willen er naar toe dat iedere LC-er LD-er een goede SPD-er moet zijn. Afdelingsleiders moeten een rol gaan spelen in de beoordeling van de SPD-ers. Vraagstuk blijft de afstemming tussen school en opleidingsinstituut. Hier zullen we nog een flinke slag moeten maken, als we samen de opleiding gaan verzorgen. Lindenholt College: Opleiden doe je samen in de school. Directie, afdelingsleiders/teamleiders en de begeleiders van studenten (ABI/ABS-er) hebben hier op 13 september over gebrainstormd. Uit die bijeenkomst is een jaarkalender voortgekomen, waarin ook de rol van het middenmanagement is geformuleerd. De middenmanager zal bijvoorbeeld de SPD-ers gaan werven. We willen over een aantal jaar zover zijn dat iedere sectie (die LIO’s krijgt) beschikt over twee goed gekwalificeerde SPD-ers. Punt van aandacht: de communicatie tussen ABS-er en teamleiders intensiveren. Er is een boel te doen; deze bijeenkomst is een goede stap in die richting. Opleidingsinstituut In onze visie is opleiden integraal onderdeel van het HRD beleid van de scholen. Het is mooi te zien dat ons beeld van de rol van de middenmanager (zoals geformuleerd na de eerste gespreksronde) naadloos aansluit bij de beelden die de scholen hebben laten horen.