Gemeenschapskrant Almere Jaargang 11, nummer 2 16 mei 2010
Tien jaar
De Parel
D. Riemers
H
artelijk geliefde broeders, zusters en jonge mensen,
Ter ere van het tweede lustrum van de gemeenschap Almere is mij door de redactie gevraagd een bijdrage te leveren voor uw mooie gemeenschapsblad, De Parel. Tien jaar! Wat is het bijzonder dat er een gemeenschap in Almere is, met een nog jonge historie, en waar gewerkt is aan gemeenschapszin. ‘Geboren’ op eerste paasdag 2000 met de opening van het gebouw in Almere door Apostel J.L. Slok, maar al eerder was de gemeenschap gevormd toen de ideeën voor een plaats van samenkomst vaste vorm kregen. Er kwam een locatie beschikbaar om een nieuwe plaats van samenkomst te bouwen. Tijdens een samenkomst werden alle broeders en zusters die in Almere en omstreken woonden uitgenodigd voor een kennismaking. Wat is het dan bijzonder om elkaar te treffen en uit elkaar het broeder- en zusterzijn te mogen ervaren. De start in de nieuwe plaats van samenkomst was natuurlijk bijzonder. Een ontwerp waar de geborgenheid van de gemeenschap centraal stond. Gebouwd op de groei, want hoe groot zou de gemeenschap in de toekomst worden als de groei van de stad zich zou doorzetten? Een eerste tijd met herder van der Linden, een bijzondere man, die veel betekend heeft voor de gemeenschap en mijzelf. Nog altijd moet ik terugdenken aan dat bijzondere moment, toen hij ons lied ‘Gods Liefdemacht’ in de voor hem zo moeilijke tijd liet horen. God, ik min uw wond’re schepping En ervaar uw hulp en kracht. Mocht uw liefde mij omringen Als een licht in donk’re nacht, Mocht uw liefde mij omringen Als een licht in donk’re nacht. Refrein: Ik wil trouw zijn aan m’n roeping, ook als mij beproeving wacht. ‘k Weet mij steeds met U verbonden, Die mij ‘t hoogste heeft gebracht: uw liefdemacht. God, ik dank U voor m’n menszijn, ook als storm soms in mij woedt. In m’n ziel voel ik verzoening Met het leven; zo is ‘t goed, in m’n ziel voel ik verzoening met het leven; zo is ‘t goed.
Een nieuwe tijd brak aan toen ik na het overlijden van herder van der Linden u een nieuwe voorganger kon geven in herder van Schaik. We zijn tien jaar verder. Dat is een felicitatie waard, niet omdat het nu tien jaar is, maar omdat u er bent! De toekomst wordt wat wij er met elkaar van maken. Hoe belangrijk blijft het dat we de gemeenschap als thuisplaats kunnen blijven vormen, opdat we bij het volgende lustrum kunnen zeggen: “Nog steeds zijn er broeders, zusters en jonge mensen, die in liefde willen werken aan een menswaardige wereld”. Ik wens u heel veel geluk. Met een hartelijke groet,
Uw Apostel ■
Pagina:
Gemeenschap Almere 10 jaar A. van Schaik
B
ijna veertien jaar geleden is het (24 november 1996) dat alle apostolische broeders, zusters en jonge mensen die toen in Almere woonden met onze Apostel samenkwamen in de Lichtboog (eigenlijk onze eerste letterlijke “plaats van samenkomst”). Als broeder van ontvangst merkte ik die dag dat het niet zoveel uit maakt of je elkaar kent, of dat je in een eigen gebouw samenkomt. Want velen kenden elkaar nog niet en het kerkelijk centrum was ook niet “van ons”. Toch was er iets gemeenschappelijks… en vertrouwds. om weer door te gaan. Een plaats waar je de Liefde kan hervinden. Een plaats tot slot waar je steeds weer een nieuwe kans krijgt. Van de ander, maar vooral ook van jezelf. Kortom, een plaats waar God te vinden is.
De Apostel vroeg of we samen een gemeenschap wilden vormen. Dat is een heel andere vraag dan de vraag of er een gebouw in Almere zou moeten komen. En ja, we wilden graag samen een gemeenschap vormen. De Apostel
In dit lustrumnummer: 1 - Tien jaar
verblijdde ons met het feit dat er dan ook een plaats van samenkomst in Almere zou komen. En daarmee werd ook de vorming van onze gemeenschap een feit. De Apostel kwam toen we tijdens de bouw samen het hoogste punt vierden. In de grote zaal op een verhoging die er gemaakt was, tussen bouwstellingen met nog bakstenen muren, nam de Apostel zijn hoed af en zei: “Dit is een heilige plaats.”
2 - Gemeenschap Almere 10 jaar 3 - On shore bij br. Emiel Dijkstra - Heeft u het al gehoord? - Spreuk 4 - Samen bouwen 5 - Iedereen is anders…. 7 - Dushi Korsou 8 - Foto impressie 25 april 2010 9 - Een Parel van grote waarde 10 - Gemeenschapsmutaties - Colofon
Dat moment maakte diepe indruk op me. Want zo was het. Door de mensen die er zouden gaan samenkomen zou het een heilige plaats worden, een plaats van samenkomst, een plaats van ontkoming, een plaats waar je kunt helen, maar ook een plaats van gedachtenis, een plaats van rust, een plaats van gesprek. Een plaats om je geluk te vieren en met anderen te delen, om nieuwe inspiratie op te doen, om tot verwondering voor het allesomvattende leven te komen en om de kracht te vinden Pagina: 2
Inmiddels zijn we ruim 500 erediensten verder, en… 10 uitgaansdagen, 10 kerst- en paasfeesten etc. etc. verder. We konden dat allemaal zien op de prachtige fototentoonstelling in de hal, en ervaren in de mooie contacten met broeders en zusters die eerder in Almere woonden, in het plezier wat we ’s middags op de Kemphaan hadden en in het genot van een gezamenlijke pannenkoek op het pannenkoekenschip. Van deze gelegenheid maak ik graag gebruik om iedereen die meegeholpen heeft om er een prachtige dag van te maken, door te helpen of door er te zijn, van harte te bedanken. Het was een fantastische dag. We weten het: een gebouw vormt geen gemeenschap. Dat doen mensen. Laten we samen de plaats die we bij elkaar hebben in ere houden en waarlijk een gemeenschap blijven vormen. Een plaats waar God te vinden is. ■
On shore bij br. Emiel Dijkstra D.A.J.T. Meier
H
et viel niet mee om een afspraak te plannen maar maandag 1 maart 2010 was het zover. Om reden van wisselende dienstroosters is br. Emiel Dijkstra niet altijd in de gemeenschap op zondagmorgen. Dat komt mij bekend voor, uit mijn werkzame tijd bij de KLM. Het was een gezellig samenzijn en al snel waren we in gesprek verwikkeld over wat br. Dijkstra voor werkzaamheden doet. Hij werkt voor Yokogawa Europe Solutions B.V. en doet werkzaamheden in de ‘’off shore’’. Wat is ‘’off shore’’? Letterlijk vertaald betekent dit buiten de kust. Br. Dijkstra werkt bij een bedrijf dat zich bezighoudt met onderhouden van olie- en gaswinninginstallaties op de Noordzee en elders in de wereld. Br. Dijkstra is Site Engineer en gaat regelmatig naar de productie- en booreilanden in de Noordzee om de processen te controleren en te sturen. Deze processen zijn tegenwoordig allemaal computergestuurd, maar de mens houdt de touwtjes wel in handen. Kennis van computergestuurde processen moet je wel beheersen. Regel-
matig vinden opfriscursussen plaats zodat men van de nieuwste ontwikkelingen op de hoogte blijft. De mens is nog steeds het middelpunt in deze geautomatiseerde wereld. Groot is de verantwoording voor milieu en samenleving, immers we kunnen niet zonder energie. Het reizen van en naar de olie- en gasplatforms gebeurt per schip en/of per helikopter. De foto laat een helikopter
zien op zo’n platform. Het is zeer afwisselend werk en iedere dag is anders. Kantoortijden zijn niets, zo vindt onze broer, juist de afwisseling en de dagelijkse uitdaging niet wetende wat je te wachten staat maakt het spannend. Ook is aan deze werkzaamheden een overlevingscursus toegevoegd, immers je zit op zee. Je vaart en vliegt over zee dus ingeval van nood moet je wel kennis hebben om te overleven. Het vliegen met de helikopter gebeurt gehuld in een z.g. dompelpak. Dat is een waterdicht overlevingspak dat men verplicht is aan te trekken. Fel oranje gekleurd. Dus alle passagiers van de helikopter hebben zo’n pak aan. Gevolg is dat het altijd weer speelt: neem alleen het aller noodzakelijkste mee want gewicht speelt een zeer grote rol in de luchtvaart. Dus als u broeder Dijkstra niet ziet op zondagmorgen is hij misschien wel aan het werk op zo’n winderig kunstmatig eiland midden op zee, of hij zit in het buitenland. Br. Dijkstra heeft al veel meegemaakt maar als u dat wilt weten, kunt u hem dat beter zelf vragen…. ■
Heeft u het al gehoord B. van Wijk
• • • • • • • • • • • •
Dat de waterkoker uit de keuken verdwenen is? Dat thee toch echt met gekookt water gezet moet worden? Dat Megan als een echte juf les mocht geven in haar klas? Dat Lucas, Dean en Wietse elkaar regelmatig in zwembroek tegenkwamen bij zwemles? Dat touwtrekken voor uitslagen moest zorgen bij de zeskamp? Dat Olav heel goed is in het bewaken van een eerlijke start daarbij? Dat br. Wortel ook een fanatiek voetballer is? Dat er veel verschillende routes bij de wandeling zijn uitgeprobeerd? Dat het afsnijden van de familie Swager toch een eind om bleek? Dat de familie Tuinstra ook bij de feestdag kon zijn? Dat familie de Moet even geen foto meer kan zien? Dat herder van der Hulst nu ook een Apostolische ‘Bobo’ is? (zie video)
WE ERFDEN DE AARDE VAN ONZE VOOROUDERS, EN LENEN HAAR VAN ONZE KINDEREN Navajo Indianen Pagina: 3
Samen bouwen B. van Wijk
H
et begon al bij de eerste besprekingen voor de bouw van de plaats van samenkomst en ging verder tijdens de uitvoering van het bouwplan. Tegelijk gingen er al broeders en zusters op ziekenbezoek en bouwden op die manier aan het ontstaan van een gemeenschap. Het was bouwen op verschillende niveau’s. Ook met het uitbrengen van de bouwkrant, als voorloper op een gemeenschapskrant. Die bouwkrant werd verspreid via contactpersonen in de verschillende gemeenschappen en bij de broeders en zusters die uit een gemeenschap wat verder weg kwamen, werd de bouwkrant thuisbezorgd. Fietsend door Almere wist ik zo al heel wat broeders en zusters te wonen.
hevige storm. Toen hij weer wat genezen was van o.a. zijn gekneusde ribben, was hij in elk geval bij het koffiedrinken weer aanwezig. Br van der Linden bracht het gespreksonderwerp op het feit dat je nog niet van iedereen wist waar hij of zij goed in was. Dat werd uiteraard beaamd. Hij zocht iemand die goed kon lassen. Niemand kon bedenken wie van de toekomstige gemeenteleden dat zou kunnen en niemand begreep waarvoor dat lassen nodig zou kunnen zijn: Het geheim werd ontraadseld: Ik zoek namelijk iemand die zijwieltjes kan lassen aan de brommer van br van Rennes. Arme br van Rennes; het lachen deed nog zo’n pijn aan zijn ribben. In 1999 begonnen we ook al met het inventariseren van de ideeën over activiteiten zoals schoonmaak, jeugdverzorging, zang, muziek, ziekenbezoek, knutselen, kerstactiviteiten. Want we werden een nieuwe gemeenschap en niets stond bij voorbaat vast. In de samenkomsten in de bouwkeet, waarin de ideeën uitgewisseld werden, leerden we elkaar ook al wat kennen. Ik zie nog br en zr Vis voor het eerst binnenkomen, net verhuisd naar Almere. Je had elkaar nog nooit gezien maar herkende elkaar toch in het gevoel. Een bijzondere tijd was ook de periode van de zangrepetities in de basisschool in de Kruidenwijk,
Vanaf februari 1999 werd de bouwkeet schoongemaakt en ook dat was een gemeenschapsactiviteit. Br van Schaik coördineerde de schoonmaak en tijdens het koffiedrinken na het schoonmaken leerde je al verschillende broeders en zusters kennen. Ik herinner me nog goed dat br van Rennes in die tijd met zijn brommer was gevallen tijdens een Pagina: 4
begin 2000. Samen de ruimte in orde maken, stoelen klaarzetten, orgel in stelling brengen en dan maar zingen. Tussendoor een kopje koffie om ook nog even wat contact te hebben onderling. Bij toerbeurt namen er een paar een kan koffie mee. Er bleken zangers te zijn van elke partij en organisten en zo kregen we er steeds meer vertrouwen in dat het goed zou komen met de gemeenschap. En dan was eindelijk de dag van de opening van het gebouw aangebroken. Op Eerste Paasdag 2000 kwam de Apostel naar Almere. Uitgaande van het doel van zijn komst een unieke gebeurtenis. Wat een feest! We kregen een voorganger in herder van der Linden en een grote groep hulpen, die rond de voorganger samen verder aan de groei van de gemeenschap konden bouwen. “SAMEN AAN EEN TEMPEL BOUWEN”. Er zijn broeders en zusters, die vanaf het begin deel van die nieuwe gemeenschap uitmaken; er zijn er die vertrokken zijn en er zijn er bijgekomen. En de gemeenschap leeft…! ■
Iedereen is anders…. B. Sikkema *) **)
m
aar sommigen zijn meer anders dan anderen. Ieder mens is uniek, leren we altijd. En vanuit die wetenschap kun je alleen maar constateren dat al die unieke mensen in doorsnee toch aardig met elkaar om kunnen gaan. Als iemand op een of andere manier een lichamelijk ongemak heeft, merken we dat vlug en wordt er, voor zover mogelijk, iets aan gedaan en proberen anderen zich aan te passen. Maar een mens is meer dan alleen maar een lichaam. En als er ergens in wat ik kortheidshalve het brein van een mens noem, een ander patroontje is geweven, merken we dat niet zo gauw. Of we merken het wel, maar weten niet wat we ermee aan moeten. Nog niet eens zo lang geleden was er nauwelijks iets van de achtergrond van dit soort ‘verschillen’ bekend en wist dus eigenlijk niemand hoe je ermee om zou moeten gaan. Kinderen, die met zo’n verschillend patroontje geboren waren, groeiden soms uit tot outcasts, eenzame mensen die niet werden begrepen. Net als op andere terreinen heeft ook op dit gebied de wetenschap niet stil gezeten, zodat we nu veel meer weten en ouders, die iets aan hun kind ‘merken’ op tijd hulp kunnen zoeken. Om anderen, die minder dicht dan de ouders, maar toch wel direct betrokken zijn (en zijn we dat niet allemaal?) enig inzicht te verschaffen kwam br. Heida uit Amstelveen ons op 16 maart jl. iets vertellen over AD(H)D en hoogbegaafdheid. Br. Heida heeft in Leiden orthopedagogiek gestudeerd en is in het dagelijks bestaan werkzaam als leraar van groep acht op een school in het basisonderwijs. AD(H)D staat voor: attention deficit (hyperactivity) disorder. Vrij omschreven betekent dat: een storing in de voorste hersenen, die leidt tot een verminderde mogelijkheid om de aandacht ergens bij te
houden. In ongeveer de helft van de gevallen gaat dit gepaard met overmatige activiteit. Het is dus ADD of ADHD. Een kind, dat met zo’n afwijking geboren is, kan de hoeveelheid prikkels die op hem afkomen niet verwerken en ook niet ‘de stekker uit het stopcontact trekken’ om de stroom prikkels te stoppen. Dit kan tot heel wisselende reacties leiden: gebrek aan aandacht, impulsiviteit en problemen bij het opvolgen van regels en instructies. Het kind hoort de opdrachten niet en kan daar niets aan doen. Een verwijt maken is dus niet op z’n plaats. De storing komt bij 2 à 3% van de kinderen voor, kan erfelijk zijn en gaat nooit over. Wel is het zo dat kinderen bij het ouder worden zich er meer van bewust worden, wat erbij kan helpen om zich beter in de hand te houden. Voor het zoeken van hulp is de huisarts niet het goede adres. AD (H)D is geen ziekte waarvoor medicatie voorhanden is. Wel zijn er middelen die, wanneer ze op vaste tijden worden ingenomen, ervoor kunnen zorgen dat het kind rustiger wordt. Bij het zoeken van hulp is een neuroloog, die gespecialiseerd is in psychische afwijkingen, meer op z’n plaats. Wanneer de diagnose eenmaal gesteld is, is het zaak dat ouders in gesprek gaan Pagina: 5
met de diverse partners, die bij de opvoeding van het kind betrokken zijn. Dat kunnen zijn: de leerkrachten op school, coaches bij sportverenigingen en -binnen onze gemeenschap- de verzorgers van de kring. Kinderen met AD(H)D zijn meestal zeer sociale kinderen. Ze kunnen,als het goed wordt uitgelegd, hun afwijking en de middelen die kunnen helpen ermee om te gaan, goed begrijpen. Aanwijzingen moeten gericht zijn op gewenst gedrag. Vooral duidelijkheid is nodig, bv. geen twee opdrachten tegelijk geven. Positief reageren als iets goed gegaan is en geen correctie om de misstap zelf, maar met uitleg voor het feit dat er een regel is overtreden.
baseerd is op de kalender (dat kan ook moeilijk anders) bestaat de kans dat een hoogbegaafde leerling al snel aan intellectuele ondervoeding zal gaan lijden. Dat kan tot gevolg hebben dat zo’n kind gedemotiveerd raakt en in tegenstelling tot de verwachting gaat onderpresteren, presteren beneden z’n niveau. Als we het over hoogbegaafdheid hebben spreken we over iets heel anders. Al zijn er overeenkomsten: ook hoogbegaafdheid komt bij 2 à 3% van de kinderen voor en kan erfelijk zijn. Ook hoogbegaafde kinderen kunnen afwijkend gedrag vertonen, dat je het kind nooit mag verwijten, maar dat wel een speciale aanpak nodig heeft. Een kind, dat hoogbegaafd is, zal een IQ van meer dan 130 hebben, zal gemotiveerd zijn om iets te ondernemen en zal over een creatief denkvermogen beschikken. Intelligentie is te meten. De uitslag hiervan wordt intelligentie quotiënt (IQ) genoemd en aangegeven op een schaal met in het midden het getal 100. Mensen (en kinderen) met een IQ van 100 kun je dan gemiddeld intelligent noemen. Als een kind een IQ van meer dan 130 heeft en daarnaast over een wat mindere motivatie en/of creatief vermogen beschikt, wordt niet van hoogbegaafd gesproken, maar van hoogintelligent. Deze laatste benaming wordt in de praktijk echter zelden gebruikt. Uit deze omschrijving blijkt wel dat het IQ het meest bepalend is. Dat betekent dat een hoogbegaafd kind zich sneller kennis eigen zal maken en zich al heel jong kan uitdrukken op een manier die eigenlijk niet bij z’n leeftijd past. Omdat het onderwijs ge-
Een hoogbegaafd kind is perfectionistisch en heeft tegelijk last van faalangst. Dat lijkt tegenstrijdig, maar hangt juist met elkaar samen. Aan de ene kant stelt het kind hoge eisen aan zichzelf en vervolgens is het bang dat het niet aan die eisen zal voldoen. Door het kind de nodige ruimte te geven voor verrijking en verdieping daag je het uit om zich te ontwikkelen en voorkom je dat het zich gaat vervelen. Net als bij AD(H)D is het van belang dat de ouders in gesprek gaan met hun partners bij de opvoeding om vast te stellen wat voor hun kind de beste oplossing zou kunnen zijn. En in gesprek blijven! En daarbij vooral bedenken dat niet alleen het praten belangrijk is, maar vooral het naar elkaar luisteren. Dat geldt voor iedereen, die van dichtbij of van iets verder af bij de jonge mensen betrokken is. Pagina: 6
Br. Heida kwam gericht naar Almere. Ook tussen de jonge mensen binnen onze gemeenschap zijn kinderen, op wie wat hij ons vertelde van toepassing is. En van wie de ouders soms ervaren, dat hun ‘anders zijn’ niet wordt begrepen. Br. Heida verwees naar de belofte, die bij de doop van ieder kind door de hele gemeenschap wordt afgelegd. Omstellen is een misschien wat in onbruik geraakt apostolisch begrip; het betekent dat we allemaal bij elkaar horen en voor elkaar verantwoordelijk zijn. Het is nuttig dat daar tijdens de dienst op de eerste zondag van de maand even op wordt gewezen. ■
*) Met dank aan zr. H. Heerink en zr. B. van Wijk. **) De tekeningen zijn -met goedkeuring- overgenomen uit het boek ‘Hoogbegaafd… nou en?’, Samsara Uitgeverij b.v., Amsterdam
Dushi Korsou Anouschka Trauschke
L
ieve Allemaal,
Zoals velen van jullie vast wel gehoord hebben, ben ik er alweer vandoor gegaan. Denk dat ik de winters gewoon maar blijf ontlopen, het bevalt me wel. Deze keer wel een stukje minder ver en een beetje meer ontwikkeld, zit ik in Curaçao. Na 2 maanden voel ik me alweer helemaal thuis hier, en voelt alles heel normaal. De tijd gaat snel, maar doordat er best veel al gebeurd is lijkt het of ik er al een jaar zit. Omdat ik hier eigenlijk ben voor school, moet er natuurlijk ook gewerkt worden. Maar ik zit hier op de 5e verdieping bij het Hilton Hotel, met uitzicht over het strand en de zee.. dus eigenlijk mag ik niet echt klagen. Eigenlijk bestaat mijn werk gewoon uit 2 dingen, 1 leuk en eentje niet. Eerste is met mensen kletsen, dus nou moet zeggen dat dat niet zo heel veel moeite kost :-P En tja dan hebben we afwassen ha,ha en dat is nou toch eventjes wat minder. ’k Zit namelijk op het moment in de executive lounge.. fancy hè! En vanaf volgende week ga ik waarschijnlijk naar de receptie.. Je hebt hier veel van alles wat, maar het valt wel echt op.. Wat een Nederlanders, zeg! ’t Is wel echt leuk hier om te zien, dat het zo een mix is van culturen
door elkaar, en al deze culturen hebben verschillende invloeden. Ook kun je zien hoe Curaçao gewoon gebaseerd is op toerisme, dat zelfs de stad gewoon verschillende openingstijden heeft, afhangend van of er een cruise schip in de haven ligt. Aangezien ik uit Nederland al een huis had geregeld, kwam ik dus terecht in een studentenhuis. Beetje gevangenis ha,ha, laat nog wel een keer foto's zien, maar omdat ik toch beetje ben van: Ja, als ik op Curaçao zit wil ik ook wel een beetje echt op Curaçao zijn, ben ik dus samen met een vriendin van me naar een appartementje midden in het centrum verhuisd. Voelt echt heerlijk, hebben nu gewoon een eigen huisje.. wat ook wel wat problemen heeft
Pagina: 7
veroorzaakt hoor! Geen elektriciteit soms, geen internet, lekkende daken.. maar het is het waard hoor ;-) ! Ik weet niet zo goed hoeveel ik kan typen en stiekem moet ik ook wel weer even aan het werk (bijna klaar :-D) ! Hoop dat jullie het leuk vinden om even wat van mij te horen, anders word ik helemaal zo vervreemd hè.. En tja wie nog een vakantie kan gebruiken, you are very welcome to visit ! ’k Probeer ook een blog bij te houden op hyves.. ;-) Liefste Groetjes uit tja het nu even niet zo heel zonnige Curaçao! Xx. Anouschka ■
25 APRIL 2010 Het was feest in Almere….Het was echt feest!! Vanaf het welkom, uitgesproken door herder van der Hulst, via de zonnige lucht van De Kemphaan naar de pannenkoeken op de boot. Het was een vondst om herder van der Hulst te vragen de eredienst op deze dag te verzorgen. Hij heeft veel met ons meegemaakt. Het aller-vroegste begin, toen de hoogtijdag, Pasen 2000, daarna de donkere dagen in 2004 en nu de viering van het tweede lustrum. Als zoiets bestond zou aan hem de oorkonde, behorende bij de eretitel ‘Apostolische Bobo van Almere’ moeten worden uitgereikt. De Kemphaan… Sommigen maakten een wandeling door de bossen, anderen zaten op meegebrachte stoeltjes op het veld toe te kijken hoe weer anderen erachter probeerden te komen welke van twee opgeblazen slangen de snelste was. En br. van Wijk rende achter de bal aan… wat een conditie...! Als slot de pannenkoeken. Pannekoek, pannenkoek…. Het woord pannenkoek suggereert dat een pannekoek in meer dan één pan wordt gebakken en dat is natuurlijk niet zo. Taalregels zijn soms niet logisch. Maar in ieder geval waren voor de hoeveelheid pannenkoeken, die we met elkaar hebben opgegeten, heel wat pannen nodig. Plaatjes zeggen soms/vaak meer dan woorden. Kijkt u maar….
Pagina: 8
Een Parel van grote waarde *) B. Sikkema
H
et moet in het najaar van 2001 geweest zijn dat herder van der Linden mij vroeg of ik het voortouw wilde nemen bij de uitgave van de Gemeenschapskrant. Daarvoor waren er al wat onregelmatige publicaties geweest, maar de Herder vond kennelijk dat de uitgave wat meer gestructureerd moest worden. Het eerste exemplaar, dat daarna verscheen, was jaargang 3, nummer 1, op 13 januari 2002. Het had als kop: GEMEENSCHAPSKRANT ALMERE en was gedrukt in zwart/wit, deels over de hele breedte van de pagina, deels over twee kolommen. De redactie bestond uit de brs. Olgers, Schillert en Sikkema, de vormgeving was in handen van br. Wortel.
pagina’s op volgorde gelegd en wordt links boven het ‘hoofd’ een blinkertje aangebracht. Daarom wordt de broeder, die dat doet, binnen de redactie soms hoofdredacteur genoemd”. Eigenlijk tegelijk met het opschrijven van die woorden overviel me de gedachte: dat krijg je op je brood… Ik heb het geweten! Op 20 april 2003 kondigde de Herder aan het einde van de Dienst aan dat De Parel zou worden uitgereikt. Hij liet een exemplaar zien en
Het volgende nummer verscheen op 31 maart 2002, in kleurendruk over drie kolommen en met de naam De Parel. Dit laatste naar een idee van br. van Essen, geïnspireerd op de vorm van onze Plaats van Samenkomst. De redactie was uitgebreid met zr. Koelewijn en br. Bosch, terwijl br. Koelewijn ging zorgen voor de vormgeving. In een later stadium leerden we nog van br. van der Steeg sr. uit Hilversum dat het niet mooi is als personen op afgedrukte foto’s van het blad af kijken en van br. Pen uit Haarlem dat je de naam van de auteur bovenaan een artikel moet vermelden en niet onderaan. Toen we met elkaar wat op dreef gekomen waren schreef ik voor De Parel, jaargang, 4 nummer 2, een artikeltje ‘Parels en De Parel’. Ik vertelde hoe parels op natuurlijke en gecultiveerde wijze ontstaan en daarna hoe de redactie planmatig werkt aan ieder nieuw nummer van De Parel. Die planmatige opzet eindigt als volgt (en zo gebeurt het nog steeds): “Tot slot worden de Pagina: 9
sprak z’n waardering uit voor de inhoud en de vormgeving. En toen kwam het: “En als u hem straks in uw handen hebt, kijkt u dan vooral naar het blinkertje, dat door de hoofdredacteur hóógst persoonlijk is bevestigd”. Tja, zo was-ie…. ■
*) Deze eretitel werd door Apostel van Oosbree oorspronkelijk toegekend aan opziener H. Schurink
Verhuisd Nieuwe adressen: Zr. A. Wobben-Veldman, Poëziestraat 184, 1321 HT Almere
Br. P.J. van ‘t Hof naar Utrecht (gemeenschap Utrecht)
De Parel
Gemeenschapskrant van Het Apostolisch Genootschap te Almere. Verschijnt 5 x per kalenderjaar
Redactiesecretariaat: Wijk, B. van Max Takstraat 60 1325 NJ Almere
[email protected]
Redactie
Een gratis digitaal abonnement op ‘de Parel’
Stuur een mailtje naar:
[email protected] Voor meer info: www.apgen.nl (intranet - Almere). Voor inhoudelijke info kunt u terecht bij het redactiesecretariaat. Pagina: 10
Heerink - van der Puijl, H.L. Koelewijn, C. Koelewijn, S. Meier, D.A.J.T. Sikkema, B. Wijk, B. van
Vormgeving, drukwerk en digitale verzending Koelewijn, C.
Eindredactie
Hof, A.G. van ‘t Prinsenberg, A.