1
2
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
3
Voorwoord
5
De programma's
9
1.
Bestuur
13
2.
Dienstverlening
17
3.
Openbare orde en veiligheid
21
4.
Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving
25
5.
Onderwijs en kinderopvang
31
6.
Sport, recreatie en cultuur
35
7.
Sociaal domein
39
8.
Ruimte, volkshuisvesting en economie
45
9.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
51
10.
Bedrijfsvoering
55
De financiële begroting
59
Algemene uitgangspunten
61
Toelichting op de financiële begroting
63
Meerjareninvesteringsoverzicht
66
De paragrafen
67
Lokale heffingen
69
Weerstandsvermogen en risicobeheersing
73
Onderhoud kapitaalgoederen
79
Financiering
85
Verbonden partijen
87
Grondbeleid
101
3
4
Voorwoord Voor u ligt de meerjarenbegroting van de Gemeente Maasdriel. Het beschrijft de doelen van de gemeente, waar in 2016 concreet aan gewerkt wordt en geeft een financiële doorkijk tot en met 2019. Het college van Maasdriel is voorzichtig optimistisch. De begroting is zo opgesteld dat 2016 eindigt met een flinke financiële plus! Tegelijkertijd is er binnen de begroting ruimte gevonden om nieuw beleid uit te voeren, terwijl de lastendruk voor de inwoners gelijk blijft. Een prestatie waar het college content mee is. Bij deze mooie woorden hoort wel een ‘winstwaarschuwing’; het economisch tij blijft grillig en voor de gemeente zijn belangrijke financiële parameters nog ongewis. Het college blijft daarom behoedzaam en houdt de handen stevig aan het stuur. Optimisme Het economisch tij lijkt gekeerd te zijn. Er zijn landelijk tekenen van herstel in de woningmarkt, het consumentenvertrouwen neemt toe en ook de koopbereidheid. Het aantal werkelozen in Regio Rivierland neemt af. In Maasdriel zijn bouwinitiatieven van particulieren, projectontwikkelaars en woningcorporaties. De ombuigingen die door de gemeente zijn opgepakt waren fors, maar laten financieel ook effect zien. Het financiële perspectief is gunstig; een plus in 2016 en meer jaren sluitend. In 2016 gaat de OZB weliswaar omhoog, maar de Rioolheffing gaat omlaag. De totale lastendruk blijft daardoor voor de inwoner gelijk. Op deze manier is (bescheiden) ruimte gecreëerd voor nieuw beleid. Extra ruimte Het heeft de afgelopen maanden meermaals de kranten gehaald; sommige sportvelden in Maasdriel hebben het zwaar te verduren. Een aantal clubs ervaren een tekort aan speelveldcapaciteit. Het college stimuleert een gezonde levensstijl, zoals (meer) sporten en bewegen. Specifiek willen wij in 2016 aandacht geven aan de speelveldcapaciteit van de diverse voetbalclubs. In de begroting is ruimte gemaakt voor de aanleg van vier kunstgras voetbalvelden. Dit gaat wel samen met een andere verdeling van de taken en rollen rondom de sportvelden. Zelfredzaamheid speelt ook hier een belangrijke rol. Het college wil ook recreatie en toerisme in ons prachtige gebied stimuleren. De gemeente Maasdriel gaat participeren in enkele grotere campagnes zoals de Maasfietsroute, Gelderse streken en een groter aandeel voor de Bommelerwaard in de komende editie van het Rivierenland Magazine van het RBT. Dit laatste gebeurt samen met Zaltbommel. Financiële ruimte is er ook vrijgemaakt om inwoners te blijven informeren via een gemeentepagina in het Carillon. Het college komt hiermee tegemoet aan een veelgehoorde behoefte van inwoners die – ondanks alle andere informatiekanalen – aangeven te laat op de hoogte te zijn van bijvoorbeeld een bijeenkomst. Ook blijkt dat inwoners (landelijk) de weg naar www.officielebekendmakingen.nl nog onvoldoende weten te vinden. Geen extra geld, wel extra aandacht is er voor digitale dienstverlening; met een nieuwe website gericht op de behoeften van gebruikers. Ook blijft het college het zelforganiserende vermogen van de Maasdrielse samenleving bevorderen. Om een bijdrage te kunnen leveren aan lokale initiatieven is een beperkt budget hiervoor in de begroting structureel opgenomen. Het actualiseren van het bestemmingsplan voor het buitengebied krijgt in 2016 veel aandacht en nog eind 2015 wordt besloten of het tijdelijk mandaat aan de ODR per 1 januari 2016 permanent van aard wordt. Winstwaarschuwing Het economisch tij lijkt gekeerd te zijn, maar blijft grillig. De Nederlandse economie staat niet op zichzelf. Mondiale ontwikkelingen, zoals de Russische boycot of het instorten van de Chinese koersen, kunnen lokaal enorme impact hebben. De parameters voor verdeling van het gemeentefonds – de belangrijkste inkomstenbron van de gemeente (!) – zijn deels en worden nog verder aangepast. Dit maakt lange termijn planning erg lastig. De financiële balans van de taken die de gemeenten dit jaar van het Rijk (transities) overgedragen kreeg, is naar verwachting pas na het vaststellen van de begroting, op te maken. En ook hier worden door Den Haag nog altijd wijzigingen in berekeningen doorgevoerd.
5
6
Werkzaak Rivierenland gaat per 1 januari van start. En tot slot valt er bij de samenwerking Bommelerwaard, ingezet om betere diensten te verlenen aan onze inwoners en de kwetsbaarheid te verminderen, niet uit te sluiten dat de kosten voor de baten uitgaan. Investeren in de toekomst is noodzakelijk. Kortom; financiële risico’s die de horizon van elke gemeente op dit moment heen en weer laten zwiepen en de gemeente niet anders op kan inspelen dan uitermate alert en behoedzaam te zijn en flexibel te reageren. ‘Behaalde resultaten in het verleden, bieden geen garantie voor de toekomst.’ Namens het college, Jan-Hein de Vreede, wethouder Financiën
7
8
De programma's Deze begroting is ingedeeld in de volgende programma's en onderdelen: 1. Bestuur Onderdelen: raad, griffie, rekenkamercommissie, college, bestuursondersteuning, planning & control, juridische control en risicomanagement, kabinet, rechtsbescherming, klachtenbehandeling, verkiezingen en voorlichting/communicatie. 2. Dienstverlening Onderdelen: uittreksels en verklaringen, gemeentelijke basisadministratie, identificatie en reisdocumenten, naturalisatie, rijbewijzen, huwelijksvoltrekkingen, burgerlijke stand, APV, drank-, horeca- en incidentele vergunningen, weekmarkt, begraven, monumenten en omgevingsvergunningen. 3. Openbare orde en veiligheid Onderdelen: IV-beleid/politie, Veiligheidsregio.
4. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving Onderdelen: wegen, verkeer, openbare verlichting, openbaar vervoer, water, openbaar groen, afval, riool, milieu, handhaving. 5. Onderwijs en kinderopvang Onderdelen: onderwijshuisvesting, leerplicht, leerlingenvervoer, volwasseneneducatie, algemeen onderwijsbeleid, kinderopvang, peuterspeelzalen. 6. Sport, recreatie en cultuur Onderdelen: leefbaarheid, bibliotheek, sport, recreatie, kermis, speelterreinen, sociaal cultureel werk, dorpshuizen, accommodatie, paardenmarkt, volksfeesten, kunst en cultuur. 7. Sociaal domein Onderdelen: Centra voor jeugd en gezin (CJG), Jeugdzorg, Ouderenwerk, Mantelzorgbeleid, Vrijwilligersbeleid, Sociale Dienst Bommelerwaard/Lander (vanaf 2016 Werkzaak), Wmo-voorzieningen (vervoer, woningaanpassingen, rolstoelen en hulpmiddelen, hulp bij het huishouden), Wmo-beleid, waaronder de Transitie AWBZ) en volksgezondheid. 8. Ruimte, volkshuisvesting en economie Onderdelen: bestemmingsplannen, volkshuisvesting, woonwagenstandplaatsen, gemeente-eigendommen, grondexploitatie, actieve grondpolitiek, economische zaken, bedrijventerreinen. 9. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Onderdelen: algemene uitkeringen, belastingen, beleggingen.
10. Bedrijfsvoering Onderdelen: P&O, Financiën, I&A en Facilitaire Zaken.
9
10
11
12
1. Bestuur Onderdelen: raad, griffie, rekenkamercommissie, college, bestuursondersteuning, planning & control, juridische control en risicomanagement, kabinet, rechtsbescherming, klachtenbehandeling, verkiezingen en voorlichting/communicatie.
1.1. Wat willen we bereiken? Een sterke gemeente in een sterke regio; Centraal stellen van inwoners en ondernemers; Ruimte voor initiatieven; Waarborgen van recht en regelgeving.
1.2. Wat gaan we daarvoor doen? Verbindende rol versterken De gemeente Maasdriel staat midden in de samenleving. Het college ook. De burgemeester en/of de wethouders zijn aanwezig bij feestelijke gebeurtenissen, openingen en jubilea van verenigingen en huwelijksparen. Het college gaat actief het gesprek aan met de inwoners en de ondernemers. Bijvoorbeeld tijdens dorps- en bedrijfsbezoeken, een ondernemersavond of via een individueel bezoek. Inwoners en ondernemers optimaal van informatie voorzien Kennis is een belangrijke randvoorwaarde voor zelfredzaamheid en participatie. De gemeente zet in op een optimale informatievoorziening variërend van een gebruikersvriendelijke website, het huis-aanhuis informeren per brief bij (weg)werkzaamheden, het organiseren van informatieavonden over maatschappelijke thema’s tot aan communicatie via social media. Per 2014 is de overheid verplicht om officiële bekendmakingen centraal en digitaal te publiceren via www.officielebekendmakingen.nl. Na het invoeren van de eigen postcode en het e-mailadres, ontvangen personen automatische berichten over verleende vergunningen bij hen in de buurt. Ondanks het gemak van deze service, valt het gebruik van deze mogelijkheid tot nu toe tegen. Landelijk is slechts 1% van de huishoudens aangemeld. In Maasdriel is dat niet hoger. Om de inwoners goed te informeren en niet voor voldongen feiten te plaatsen gaat de gemeente in 2016 door met het communiceren via het wekelijkse huis-aan-huisblad Carillon. Op deze pagina worden ook informatieavonden, dorpsbezoeken en dergelijke aangekondigd. De gemeente komt hiermee tegemoet aan een veelgehoorde behoefte van inwoners die – ondanks alle andere informatiekanalen – aangeven te laat op de hoogte te zijn van een bijeenkomst. Ruimte bieden, stimuleren en bevorderen van initiatieven uit de samenleving Het college hecht erg veel waarde aan een samenleving waarin mensen niet alleen zelfredzaam zijn, maar ook zorgen voor elkaar en een bijdrage leveren aan hun leefomgeving. Daarom willen wij ook het zelforganiserende vermogen van de Maasdrielse samenleving bevorderen. Zo’n samenleving is echter niet van bovenaf op te leggen: inwoners bepalen immers zelf of, in welke mate en op welke wijze ze actief worden. Dit betekent echter niet dat het college gelaten toekijkt of de inwoners van Maasdriel zichzelf organiseren. Eén van de manieren waarop wij dat willen doen, is door burgerinitiatieven in het ruimtelijke en sociale domein te stimuleren. Dat kan te maken hebben met individuele ondersteuning van medeburgers, de leefbaarheid van het dorp, de sociale cohesie of het beheer en onderhoud van de openbare ruimte of een kwaliteitsverbetering daarvan. Om een bijdrage te leveren aan deze lokale initiatieven is in de begroting een structureel budget opgenomen om deze initiatieven of wensen financieel te kunnen ondersteunen. Handelen vanuit respect en het gezamenlijke belang Het college ziet erop toe dat recht en regelgeving voor iedere inwoner en ondernemer adequaat en gelijk wordt toegepast. Er wordt gehandeld vanuit het algemeen belang, zonder de behoeften van de (stilzwijgende) minderheid uit het oog te verliezen. De gemeente hecht grote waarde aan een prettige omgang met elkaar. Medewerkers zijn klantvriendelijk in hun bejegening en hebben aandacht voor het voorkomen van escalatie.
13
De mogelijkheid voor het indienen van een zienswijze, een adequate klachtenregeling, bezwarencommissie en lokale ombudsman vormen instrumenten voor inwoners die het niet eens zijn met (voorgenomen) besluiten. Bij een blijvend verschil van inzicht heeft mediation of een andere vorm van bemiddeling de voorkeur boven gerechtelijke procedures. De pilot met een tijdelijk mandaat aan de directeur van de Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) voor afhandeling van vergunning-, handhaving- en juridische zaken in relatie tot de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) wordt nog in 2015 geanalyseerd, om te beoordelen of dit per 1 januari 2016 omgezet kan worden naar een permanent mandaat voor de ODR. Dienst verlenen aan de Maasdrielse samenleving door het werken aan een sterk netwerk Samen staan we sterker. De gemeente Maasdriel werkt daarom verder met de gemeente Zaltbommel aan de intensivering van de samenwerking Bommelerwaard op zowel strategisch, tactisch als operationeel niveau. Hierbij wordt ook gekeken waar aansluiting bij de gemeente ‘s-Hertogenbosch van meerwaarde is. De uitwerking en voortgang wordt regelmatig aan beide raden voorgelegd, zodat (bij)sturen mogelijk is. De gemeenten Zaltbommel en Maasdriel trekken ook samen op binnen het bestuurlijke samenwerkingsverband Regio Rivierenland om de belangen van de Bommelerwaard meer gewicht te geven. Verbonden partijen Het is belangrijk om van elke verbonden partij inzichtelijk te hebben welke bestuurlijke-, beleidsmatige- en/of financiële belangen en mogelijke risico’s er spelen. Hiervoor kan dan een systematiek worden ontwikkeld, bij voorkeur regionaal, hoe hier mee om te gaan. Uitgangspunt hierbij is het steken van de juiste energie in de juiste belangen, zodat de risico’s zowel bestuurlijk als financieel tot een minimum worden beperkt. Het gaat om deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen (samenwerkingsverbanden) en overige samenwerkingsvormen, bijvoorbeeld stichtingen en verenigingen waarin de gemeente een bestuurlijk- en financieel belang heeft.
1.3. Wat mag het kosten? Program m a 1 Bestuur
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Bestuur
886.162
886.162
886.162
886.162
Bestuursondersteuning
1.418.930
1.421.620
1.424.038
1.424.038
Totaal lasten
2.305.092
2.307.782
2.310.200
2.310.200
Bestuur
0
0
0
0
Bestuursondersteuning
0
0
0
0
Totaal baten
0
0
0
0
2.305.092
2.307.782
2.310.200
2.310.200
Toevoegingen aan reserves
0
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
0
0
0
0
Saldo reservem utaties
0
0
0
0
Resultaat program m a 1
2.305.092
2.307.782
2.310.200
2.310.200
Baten (exclusief onttrekkingen reserves)
Saldo van baten en lasten
1.4. Relevante nota’s Niet van toepassing.
14
15
16
2. Dienstverlening Onderdelen: uittreksels en verklaringen, gemeentelijke basisadministratie, identificatie en reisdocumenten, naturalisatie, rijbewijzen, huwelijksvoltrekkingen, burgerlijke stand, APV, drank-, horecaen incidentele vergunningen, weekmarkt, begraven, monumenten en omgevingsvergunningen.
2.1. Wat willen we bereiken? Snelle, efficiënte, toegankelijke betaalbare, gebruiksvriendelijke dienstverlening; Door het stellen van lokale regels, onder andere in de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV), en uitvoering te geven aan landelijke regelgeving wordt een veilige woon- en werkomgeving gecreëerd waarin ondernemers en inwoners activiteiten kunnen ondernemen waarbij aandacht is voor elkaar; Door het stellen van duidelijke regels weet eenieder wat zijn/haar plichten en rechten zijn. 2.2. Wat gaan we daarvoor doen? Digitale dienstverlening 24 uur per dag 7 dagen in de week De gemeente Maasdriel heeft in 2016 een nieuwe website die volledig is afgestemd op de wensen en behoeften van haar ‘klanten’, de inwoners en ondernemers van Maasdriel. De nieuwe zogenaamde toptakenwebsite, heeft een structuur die volledig gericht is op de informatiebehoefte van de burger. De meest gevraagde gemeentelijke producten, zoals paspoort of een rijbewijs, staan bovenaan en zijn snel vindbaar op de homepage. De doelstelling is zoveel diensten als mogelijk elektronisch af te handelen. Waar mogelijk zijn e-formulieren gekoppeld aan de producten en kan elektronisch betaald worden. Daarnaast zien we er op toe dat de afhandeling van een taak op een snelle, eenvoudige manier verloopt. Hiermee leggen we een basis voor de wens van minister Plasterk die stelt dat uiterlijk eind 2017 er één digitaal loket moet zijn voor zowel burgers als bedrijven, van waaruit zaken digitaal zijn af te handelen. Het efficiënt inzetten van digitale formulieren betekent ook dat het achterliggende proces verder gedigitaliseerd moet worden. Zo kunnen eenvoudige aanvragen (zoals bijvoorbeeld uittreksels) automatisch worden afgehandeld. De website is tevens geschikt voor de mobiele telefoon en een tablet. Op deze mobiele devices wordt de informatie, zonder enig verlies, correct weergegeven. Ook is de website gebouwd volgens de kwaliteitsnorm “Webrichtlijnen”. Met de website als goede stabiele basis zijn we in staat onze inwoners en ondernemers 24 uur per dag, 7 dagen in de week, optimaal te bedienen. Implementeren Klantcontactsysteem Met een Klantcontactsysteem (KCS) wordt meer rendement gehaald uit het klantcontact. Met een KCS kunnen meer vragen direct worden beantwoord, kunnen zaken direct gestart worden en kunnen afspraken worden gemaakt en ingepland. Informatievragen kunnen direct afgehandeld worden en het doorzetten van een informatievraag gaat eenvoudiger. Doorwerken aan ‘Operatie BRP’ In 2014 is de overheid landelijk overgegaan van de Gemeentelijk Basis Administratie (GBA) naar de Basisregistratie Personen (BRP). In 2015 en 2016 wordt in heel Nederland hard gewerkt om tal van nieuwe modules te implementeren zodat we BRP-proof zijn. Om ons niveau van dienstverlening te behouden (zeker op het gebied van burgerzaken paspoorten, rijbewijzen, uittreksels enzovoort), is ook hier een update op automatiseringsgebied gepland. Overdracht mandaat ODR Om een snellere en betere dienstverlening, met betrekking tot Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) gerelateerde taken, naar onze inwoners te realiseren is in 2015 een pilot gestart met een tijdelijk mandaat aan de directeur van de Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) voor afhandeling van vergunning-, handhaving- en juridische zaken in relatie tot de Wabo. Deze pilot wordt in het najaar van 2015 geanalyseerd om te beoordelen of dit per 1 januari 2016 omgezet kan worden naar een permanent mandaat voor de ODR.
17
Bouwtoezicht door private sector Mogelijk wijzigt per 1 januari 2017 de landelijke wetgeving, waardoor bouwtoezicht ook door de private sector mag worden uitgevoerd. De ODR heeft momenteel in onderzoek wat deze wetswijziging voor gevolg kan hebben voor de formatie van de ODR en daarmee de jaarlijkse bijdrage van de deelnemende gemeenten. Omgevingswet Inwerkingtreding van de Omgevingswet is gepland voor 1 januari 2018. Alle lokale en landelijke regels voor één gebied worden hierin gebundeld tot één omgevingsplan. De consequenties voor bestaande bestemmingsplannen, alsmede de APV, worden in beeld gebracht zodra meer over deze wetgeving bekend is. Legesheffing Wabo De ODR onderzoekt momenteel de verschillende wijzen van berekening van de bouwleges binnen regio Rivierenland en komt in 2015 met een voorstel aan de deelnemende gemeenten hoe te komen tot een uniforme heffing van leges.
2.3. Wat mag het kosten? Program m a 2 Dienstverlening
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
965.040
961.755
961.549
961.342
51.080
50.834
50.362
50.123
Vergunningen
606.112
603.508
603.620
603.620
Totaal lasten
1.622.232
1.616.097
1.615.531
1.615.085
-504.203
-500.753
-500.753
-500.753
-15.697
-15.697
-15.697
-15.697
Vergunningen
-498.962
-498.962
-498.962
-498.962
Totaal baten
-1.018.862
-1.015.412
-1.015.412
-1.015.412
603.370
600.685
600.119
599.673
Toevoegingen aan reserves
0
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
0
0
0
0
Saldo reservem utaties
0
0
0
0
Resultaat program m a 2
603.370
600.685
600.119
599.673
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Gemeenteproducten Monumenten
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Gemeenteproducten Monumenten
Saldo van baten en lasten
2.4. Relevante nota’s/nieuwe wetgeving Digitale overheid 2017; Operatie BRP (programma BZK); (nieuwe) Omgevingswet.
18
Programma 3 Openbare orde en veiligheid 19
20
3. Openbare orde en veiligheid Onderdelen: IV-beleid/politie, Veiligheidsregio
3.1. Wat willen we bereiken? Een toenemend veiligheidsgevoel; Een veilige leefomgeving. 3.2. Wat gaan we daarvoor doen? Voortzetten project ter voorkoming van inbraken Na elke woninginbraak (of poging daartoe) wordt een 'besmettingsbrief' verstuurd. In deze brief worden bewoners en omwonenden geïnformeerd dat er in de omgeving is ingebroken (of een poging daartoe is gedaan) en tips gegeven over welke maatregelen zij zelf kunnen treffen ter voorkoming van woninginbraak. Verdere implementatie Buurt Informatie Netwerk Het Buurt Informatie Netwerk (BIN) is een samenwerkingsverband tussen bewoners, politie en gemeente. BIN-leden (bewoners), de politie en de gemeente wisselen via e-mail op een eenvoudige manier informatie met elkaar. Zo verbetert de veiligheid en leefbaarheid, vermindert de criminaliteit en worden wijkbewoners bij het werk van de politie en gemeente betrokken. Uitvoeren wet Veiligheidsregio door implementeren regionaal crisisplan In 2016 ligt de focus op het trainen van en oefenen door regionale sleutelfunctionarissen die een belangrijke rol spelen bij de aansturing van de lokale teams in een crisissituatie. Brandweer De brandweer Gelderland-Zuid gaat werken met de volgende negen thema’s: Operationele dienst; Vakbekwaamheid; Kennis, innovatie, informatie; Veilig bouwen; Omgevingsveiligheid; Toezicht en handhaving; Brandveilig leven; Materieel/materiaal; Advies/ondersteuning. Het nieuwe brandweermanagementteam (BMT) is terug gegaan van negen leidinggevenden naar vijf leidinggevenden. Deze zijn per 1 augustus 2015 benoemd in hun nieuwe rol. Als gevolg van deze wijziging in werkwijze zullen de brandweerclusters (zoals het brandweercluster Bommelerwaard) op termijn ophouden te bestaan. De brandweerposten (vrijwilligers) zullen in de toekomst worden aangestuurd door teamleiders die verantwoording afleggen aan het BMT. Elk BMT lid heeft verschillende gemeenten in portefeuille waarmee zij een bestuurlijke relatie onderhouden. Politie Met de komst van de Nationale Politie heeft de gemeente Maasdriel vijf wijkagenten toegewezen gekregen. Momenteel zijn er drie wijkagenten daadwerkelijk benoemd voor de gemeente Maasdriel. De vacature van wijkagent Hedel/ Hoenzadriel en de vacature van operationeel expert wijkagent zijn nog niet ingevuld. Het streven is om uiterlijk de eerste helft van 2016 alle vijf wijkagenten daadwerkelijk benoemd te hebben. Samenwerking met de gemeente Zaltbommel In 2015 zijn de eerste stappen gezet om de samenwerking met Zaltbommel op het gebied van Openbare Orde en Veiligheid vorm te geven. Concreet voorbeeld hiervan is een gezamenlijke Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet.
21
Het streven is om in 2016 deze samenwerking verder te intensiveren om zo als Bommelerwaard krachtiger te kunnen optreden op het gebied van Openbare Orde en Veiligheid. Bestuurlijk kunnen beide gemeenten, bij intensiever samenwerken, meer invloed uitoefenen op regionale gremia (in bijvoorbeeld het Basisteam De Waarden van de politie en in het AB van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid).
3.3. Wat mag het kosten? Program m a 3 Openbare orde en veiligheid
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) IV-beleid / Politie
88.371
88.371
88.371
88.371
Brandw eer
1.598.745
1.598.745
1.598.745
1.598.745
Totaal lasten
1.687.116
1.687.116
1.687.116
1.687.116
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) IV-beleid / Politie Brandw eer Totaal baten
0
0
0
0
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
1.654.079
1.654.079
1.654.079
1.654.079
Toevoegingen aan reserves
0
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
0
0
0
0
Saldo reservem utaties
0
0
0
0
Resultaat program m a 3
1.654.079
1.654.079
1.654.079
1.654.079
Saldo van baten en lasten
3.4. Relevante nota’s 4. Beleidsnota IV Maasdriel 2013-2017; 5. APV; 6. Regionaal crisisplan.
22
23
24
4. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving Onderdelen: wegen, verkeer, openbaar vervoer, water, openbaar groen, afval, riool, milieu, handhaving.
4.1. Wat willen we bereiken? Een schone, hele en veilige openbare ruimte waarin het aantrekkelijk is om te wonen, te werken en te recreëren; Gezamenlijk zorgdragen voor en monitoren van de kwaliteit van de openbare ruimte in het kader van behoud van voorzieningen en de leefbaarheid van Maasdriel; Inwoners (pro)actief betrekken en faciliteren bij initiatieven voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte; (Wettelijke) zorgtaken voor toezicht en handhaving adequaat uitvoeren. 4.2. Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoering geven aan Jaarprogramma Openbare Ruimte 2016 (JOR) Het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR) is een integraal uitvoeringsprogramma van alle beheerdisciplines die met de openbare ruimte te maken hebben. Het beoogt beheer en kwaliteit te plannen en werk met werk te maken. Het overzicht van de werkzaamheden die in 2016 in voorbereiding of in uitvoering worden genomen is opgenomen in de paragraaf 'onderhoud kapitaalgoederen'. Vanuit het JOR 2015 lopen nog enkele werken door in 2016. Stedelijke waterbergingsopgave Watergangen zijn van groot belang voor het bergen van de aan- en afvoer van hemelwater en kwelwater. Bij hevige regenval en in situaties met veel kwel bij hoge waterstanden in de rivieren zorgen de watergangen en vijvers voor droge voeten. Door aanwezigheid van voldoende ruimte voor water in en nabij de kernen wordt structurele wateroverlast in de kernen en het buitengebied, waarop de kernen afwateren, voorkomen. In het verleden zijn waterbergingstekorten ontstaan door bijvoorbeeld stedelijke ontwikkelingen. Om de komende jaren optimaal invulling te geven aan de stedelijke waterbergingsopgave wordt vanaf 2016 in samenspraak met Waterschap Rivierenland uitvoering gegeven aan het plan van aanpak dat in 2015 is opgesteld. Doortrekken van de Maas-Waalweg In 2016 worden de voorbereidingen voor het 'doortrekken van de Maas-Waalweg' verder opgepakt. Het vaststellen van het bestemmingsplan, het vaststellen van het definitief ontwerp en het opstellen van het werkcontract staan op de planning. Afhankelijk van de voortgang in de bestemmingplanprocedure, grondverwerving, civiel technische aspecten en draagvlak vanuit de omgeving wordt verwacht dat in 2017 begonnen kan worden met de uitvoering. Stimuleren van burgerinitiatieven In 2016 wordt de weg die we in 2015 zijn ingeslagen verder opgepakt: samen met de inwoners van Maasdriel kijken wat we voor elkaar kunnen betekenen. Steeds vaker komen er aanvragen binnen inzake burgerinitiatieven. Onder burgerinitiatieven verstaan we initiatieven en/of wensen van individuele inwoners, dorpsraden of verenigingen die zich in willen zetten voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte of een kwaliteitsverbetering daarvan. Schouw kwaliteit van de openbare ruimte In 2015 is er uitvoering gegeven aan de pilot burgerschouw met de dorpskernen Alem, Heerewaarden en Velddriel. Het doel van een burgerschouw is het verkrijgen van een beeld van de kwaliteit van de openbare ruimte in de gemeente Maasdriel gezien door de ogen van de inwoner. In 2016 gaan we de pilot samen met de betrokken dorpsraden evalueren en een plan van aanpak opstellen hoe we de burgerschouw verder binnen de samenleving van Maasdriel uit gaan zetten.
25
Zwerfvuil gezamenlijk aanpakken De gemeente Maasdriel heeft, vanuit de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-2022, de komende jaren de beschikking over een vergoeding van € 1,19 per inwoner per jaar voor extra aanpak van zwerfafval. Deze vergoeding heeft als hoofddoel het voorkomen van zwerfafval en het efficiënter schoonhouden van de openbare ruimte. De doelstellingen vragen om een duurzame, doordachte, integrale en stapsgewijze aanpak. In 2016 wil de gemeente Maasdriel een strategiesessie organiseren hoe deze vergoeding in te zetten en daarbij de kennis en het enthousiasme vanuit de samenleving (dorpsraden verenigingen, LTO, enz.) te betrekken. Met deze input wordt een actieplan zwerfafvalaanpak opgesteld en uitgevoerd. Evalueren ‘nieuwe verkeerssituatie Hedel en Ammerzoden’ Nadat in 1998 door de voormalige gemeente Hedel een convenant was afgesloten met Rijkswaterstaat en de Provincie Gelderland over de verkeersstructuur rond Hedel, is in 2009 daadwerkelijk gestart met uitvoeringswerkzaamheden hiervoor. Diverse projecten zorgen tezamen voor een nieuwe verkeersroutering. Met het afronden van werkzaamheden aan de Drielseweg/Beatrixstraat is de nieuwe verkeerssituatie rond Hedel en Ammerzoden voltooid. In 2016 wordt het hele traject omtrent de nieuwe verkeerssituatie Hedel en Ammerzoden geëvalueerd: Wat was de doelstelling en wat is er uiteindelijk bereikt? (Pro)actief betrekken en informeren van inwoners bij wijzigingen of werkzaamheden in de openbare ruimte We blijven de inwoners van gemeente Maasdriel (pro)actief betrekken bij wijzigingen en reconstructieen onderhoudswerkzaamheden in de openbare ruimte. Door inwoners in een vroeg stadium te betrekken bij de projecten, wordt geprobeerd de betrokkenheid bij de openbare ruimte te vergroten en draagvlak en begrip voor maatregelen te creëren. Eventuele wensen en ideeën kunnen worden ingebracht. In het kader van de projectvoorbereiding worden deze beoordeeld op haalbaarheid en wenselijkheid. Gedurende het uitvoeringsproces worden omwonenden regelmatig op de hoogte gebracht over de voortgang van de lopende werkzaamheden. Toezicht en handhaving Via accuraat toezicht en rechtmatige handhaving op geconstateerde overtredingen geeft de gemeente uitvoering aan haar wettelijke (zorg)taak. Hiermee wordt gepoogd om overlast en ergernissen onder inwoners tot een minimum te beperken. Alleen de toezichtstaken op het gebied van de Wabo zijn uitbesteed aan de ODR. Toezicht op de naleving van bepalingen uit de drank- en horecawet zijn tot eind 2015 belegd bij AVRI. Op de regels uit de APV vindt momenteel nagenoeg geen toezicht plaats. Daar komt bij dat de politie zich steeds meer terugtrekt naar de door haar geformuleerde kerntaken. Door de inzet van een bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) heeft de gemeente Maasdriel dit gemis in toezicht tot enkele jaren terug kunnen ondervangen. Het wegnemen van de zogenaamde "kleine ergernissen" is van grote invloed op het veiligheidsgevoel van inwoners. Op dit moment beschikt de gemeente niet langer over een BOA, wat leidt tot onvrede bij de inwoners, die vooral het toezicht in de openbare ruimte missen. De klachten die in het kader van de APV bij de gemeente Maasdriel binnenkomen eindigen nu in het meldingssysteem, zonder een opvolgende, controlerende actie door de opsporingsambtenaar. Er worden mogelijkheden onderzocht om deel te kunnen nemen aan een pool van toezichthouders in ’s-Hertogenbosch en de Meierij gemeenten. Ook de gemeente Zaltbommel is met deze organisaties in gesprek. De gemeente heeft een wettelijke taak voor het verzorgen van dit toezicht. Onder andere door aan te sluiten bij de pool van ’s-Hertogenbosch en de Meierij gemeenten kan de gemeente aan haar wettelijke verplichting blijven voldoen.
26
4.2. Wat mag het kosten? Program m a 4 Openbare ruim te, verkeer, m ilieu en handhaving
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Wegen
1.869.602
2.537.712
2.577.897
2.622.327
Openbaar groen
1.065.512
1.070.512
1.070.512
1.070.512
Riolering
2.325.626
2.402.370
2.381.689
2.360.905
Milieu
1.947.797
1.977.142
2.019.108
2.019.108
537.475
534.439
534.509
534.509
7.746.012
8.522.175
8.583.715
8.607.361
-18.276
-18.276
-18.276
-18.276
0
0
0
0
Riolering
-2.836.761
-2.924.310
-2.901.324
-2.878.279
Milieu
-1.627.559
-1.683.559
-1.732.559
-1.732.559
0
0
0
0
-4.482.596
-4.626.145
-4.652.159
-4.629.114
3.263.416
3.896.030
3.931.556
3.978.247
Toevoegingen aan reserves
30.762
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
-153.000
0
0
0
Saldo reservem utaties
-122.238
0
0
0
Resultaat program m a 4
3.141.178
3.896.030
3.931.556
3.978.247
Lasten (exclusief toevoegingen reserves)
Handhaving Totaal lasten Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Wegen Openbaar groen
Handhaving Totaal baten Saldo van baten en lasten
4.3. Relevante nota’s • • • • • • • • •
Mobiliteitsplan Maasdriel 2010 “Verkeer op de juiste plaats”; Water- en Rioleringsplan 2012-2017; Gebouwenbeheerplan 2015-2025; Groen- en Bomenbeleid; Renovatie Sportvelden; Openbaar Verlichtingbeleidsplan 2016-2019; Speelruimteplan; Wegbeheerplan 2015-2018; Jaarprogramma openbare Ruimte (JOR).
27
28
29
30
5. Onderwijs en kinderopvang Onderdelen: onderwijshuisvesting, leerplicht, leerlingenvervoer, volwasseneneducatie, algemeen onderwijsbeleid, kinderopvang, peuterspeelzalen.
5.1. Wat willen we bereiken? Gedeeltelijke leegstand en exploitatietekort van brede scholen terugdringen; Adequate onderwijshuisvesting behouden; Continuering van voorschoolse voorzieningen in samenhang met het basisonderwijs. 5.2. Wat gaan we daarvoor doen? Gebruik van beschikbare ruimte binnen de brede scholen stimuleren Binnen de brede scholen is ruimte beschikbaar. In 2016 gaan we onderzoeken of mogelijk andere opties en mogelijkheden binnen het bestaande voorzieningenniveau te realiseren zijn. Huisvesting op orde houden De prognoses op de leerlingenaantallen geven aan dat deze in Maasdriel de komende jaren blijven dalen. Deze krimp zal gevolgen hebben voor de omvang van scholen, de invulling van hun onderwijstaken en het voorzieningenniveau in de kernen. Er wordt in samenwerking met de schoolbesturen in Maasdriel en Zaltbommel een rapport opgesteld, waarin de gevolgen van krimp op het gebied van onderwijs en leefbaarheid in kaart worden gebracht. Om de uitkomsten hiervan mee te nemen in het vierjaarlijks op te stellen Integraal Onderwijs Huisvestingsplan (IHP) wordt het IHP mogelijk een jaar uitgesteld. Daarbij wordt ook onderzocht om het IHP in gezamenlijkheid tussen Maasdriel en Zaltbommel op te stellen. De aanleg van de verkeersomgeving rondom nieuwbouw van De Meidoorn en de Mgr. Zwijsenschool wordt in het voorjaar 2016 afgerond. In 2016 wordt gewerkt aan een multifunctionele accommodatie in Heerewaarden, waarmee het huidige schoolgebouw in Heerewaarden wordt vervangen. Ondersteuning bieden in samenwerking voorschoolse voorzieningen en onderwijs Op verzoek van het peuterspeelzaalwerk vindt er in 2015 een verkenning plaats in samenwerkingsmogelijkheden met het basisonderwijs. Interessant hierbij is het peuterexperiment dat door het schoolbestuur van het SRKOB in Alem in juli 2015 is afgerond en geëvalueerd. In 2016 zal vanuit de verkenning duidelijk moeten worden of en onder welke afspraken er samengewerkt gaat worden.
5.3. Wat mag het kosten? Program m a 5 Onderw ijs en kinderopvang
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
2.300.961
2.280.361
2.278.139
2.274.928
301.731
303.190
303.033
302.876
2.602.692
2.583.551
2.581.172
2.577.804
-779.999
-779.999
-779.999
-706.502
-15.036
-15.036
-15.036
-15.036
-795.035
-795.035
-795.035
-721.538
1.807.657
1.788.516
1.786.137
1.856.266
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Onderw ijs Kinderopvang / peuterspeelzalen Totaal lasten Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Onderw ijs Kinderopvang / peuterspeelzalen Totaal baten Saldo van baten en lasten Toevoegingen aan reserves
73.497
73.497
73.497
0
Onttrekkingen aan reserves
-119.637
-113.764
-107.892
-96.148
Saldo reservem utaties
-46.140
-40.267
-34.395
-96.148
Resultaat program m a 5
1.761.517
1.748.249
1.751.742
1.760.118
31
5.4. Relevante nota’s IHP 2013-2016 (Integraal Onderwijs Huisvesting Plan); Beleidsplan Wmo en Jeugd 2015 en 2016, De Kracht van Maasdriel: samen kan er meer; Nota Zorginkoop 2016 (vaststelling college 14 juli 2015); Nota Sturing, Bekostiging en Inkoop Wmo/Jeugdzorg; Nota “solidariteit Wmo en Jeugdzorg: risicodeling tussen gemeenten in regio Rivierenland”.
32
33
34
6. Sport, recreatie en cultuur Onderdelen: leefbaarheid, bibliotheek, sport, recreatie, kermis, speelterreinen, sociaal cultureel werk, dorpshuizen, paardenmarkt, volksfeesten, kunst en cultuur.
6.1. Wat willen we bereiken? Leefbare en zelfredzame kernen waar sociale en maatschappelijke activiteiten plaatsvinden; Sterke maatschappelijke voorzieningen die toekomstbestendig zijn (efficiënt en rendabel); Het bevorderen en promoten van recreatie en toerisme en daarmee Maasdriel op de toeristische kaart zetten. 6.2. Wat gaan we daarvoor doen? Maasdriel op de kaart zetten Maasdriel heeft op toeristisch gebied veel te bieden. Door te investeren in marketing en promotie wordt Maasdriel beter op de toeristische kaart gezet, zodat meer bezoekers naar het gebied komen. De gemeenten in de regio participeren in de provinciale promotiecampagne “Gelderse Streken”, waarbij onder andere radio- en televisiespotjes worden uitgezonden. Daarnaast investeert gemeente Maasdriel samen met gemeente Zaltbommel in een groter aandeel van de Bommelerwaard in het RVRNLND magazine editie 2016. Maasfietsroute De fietsroute loopt van Frankrijk naar Nederland, langs de Maas. Een groot deel van de route loopt langs de Brabantse kant. Samen met de andere Maasgemeenten in Rivierenland zorgen we ervoor dat ook de Gelderse kant van de Maas deel uitmaakt van de internationale Maasfietsroute en in de markt wordt gezet. In 2016 wordt de gemeente Maasdriel opgenomen in de route en bewegwijzering wordt geplaatst. Daarnaast wordt Maasdriel meegenomen in de promotiecampagne. Recreatiegebied De Zandmeren profileren Recreatiegebied De Zandmeren heeft veel te bieden, maar het aantal bezoekers van het gebied loopt terug. In samenwerking met de ondernemers wordt geïnvesteerd in projecten die ervoor zorgen dat het recreatiegebied aantrekkelijker wordt en daardoor meer bezoekers trekt. Bibliotheekwerk Het bibliotheekwerk is aan verandering onderhevig door maatschappelijke en technische ontwikkelingen. Het is zaak de ontwikkelingen goed te blijven volgen. In regionaal en lokaal verband wordt ingezet op een bibliotheekvoorziening die aansluit bij de maatschappelijke behoefte. De bij de behandeling van de begroting 2015 aangekondigde bezuiniging wordt in 2016 niet doorgevoerd. Jaarlijks zal nagegaan worden welke keuzes hierin voor Maasdriel gemaakt moeten worden. MFC Heerewaarden realiseren Eind 2015/begin 2016 wordt de ontwikkeling en realisatie van MFC Heerewaarden aanbesteed. Dit betekent dat de geselecteerde partij in 2016 in overleg met de gebruikers het definitieve ontwerp van het MFC uit kan werken. Met een uitgewerkt ontwerp en een vastgesteld bestemmingsplan kan in 2017 gestart worden met de bouw van het MFC. Overdracht MFC de Kreek afwikkelen Streven is om de stichtingen in 2015 te liquideren. Wanneer dit niet mogelijk blijkt zal dit in 2016 moeten plaatsvinden. Intergemeentelijke zwembad uitwerken In 2015 is de 1e fase van het project intergemeentelijk zwembad gestart. Na vaststelling van het principebesluit door de raden van Maasdriel en Zaltbommel zal in 2016 verdere uitwerking plaatsvinden. Maatschappelijk Vastgoed Momenteel zijn de taken, rollen en verantwoordelijkheden binnen de diverse accommodaties inzichtelijk gemaakt. Hierop volgend is een beleidsnotitie in voorbereiding om de verdeling van deze taken, rollen en verantwoordelijkheden per categorie accommodatie vast te stellen. Hier wordt onder meer gekeken in hoeverre zelfwerkzaamheid hierin een rol kan spelen, zodat zoveel mogelijk functies 35
en activiteiten binnen de gemeente en de verschillende kernen voor de lange termijn behouden kunnen blijven. Specifiek wordt aandacht besteed aan de speelveldcapaciteit van de diverse voetbalclubs. Een aantal clubs ervaren een tekort aan speelveldcapaciteit. Naast te kijken naar de verdeling van de taken en rollen rondom de sportvelden is in deze begroting tevens ruimte gemaakt om de uitbreidingsvraag van de betreffende clubs vorm te geven. Zelfredzaamheid speelt hierin een belangrijke rol. Inzet buurtsportcoach Maasdriel gaat investeren in het stimuleren van een gezonde levensstijl van haar inwoners. In samenwerking met de GGD wordt door de inzet van buurtsportcoaches en gezondheidsmakelaars gewerkt aan gezondheid bevorderende programma’s en sportactiviteiten voor verschillende doelgroepen. Hierbij wordt de samenwerking gezocht met maatschappelijke organisaties, onderwijs en verenigingen. De mogelijkheden worden onderzocht om de inzet de komende jaren verder uit te bouwen.
6.3. Wat mag het kosten? Program m a 6 Sport, recreatie en cultuur
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Sport
1.391.139
1.527.988
1.540.047
1.510.042
Cultuur
136.795
136.795
136.795
136.795
Recreatie
205.053
204.928
184.803
184.678
Welzijn
751.120
736.912
688.996
610.742
2.484.107
2.606.623
2.550.641
2.442.257
-325.188
-325.188
-325.188
-325.188
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
-372.585
-372.585
-372.585
-372.585
Totaal lasten Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Sport Cultuur Recreatie Welzijn Totaal baten Saldo van baten en lasten
-15.345
-15.174
-14.992
-14.992
-717.618
-717.447
-717.265
-717.265
1.766.489
1.889.176
1.833.376
1.724.992
Toevoegingen aan reserves
0
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
-41.425
-32.557
-55.596
-54.600
Saldo reservem utaties
-41.425
-32.557
-55.596
-54.600
Resultaat program m a 6
1.725.064
1.856.619
1.777.780
1.670.392
6.4. Relevante nota’s Regionale visie recreatie en toerisme; Maasfietsroute “de Maas wijst je de weg”.
36
37
38
7. Sociaal domein Onderdelen: Ouderenwerk, Mantelzorgbeleid, Vrijwilligersbeleid, Sociale Dienst Bommelerwaard/Lander (vanaf 2016 Werkzaak), Wmo-voorzieningen (vervoer, woningaanpassingen, rolstoelen en hulpmiddelen, hulp bij het huishouden), Wmo-beleid, waaronder de Transitie AWBZ) en volksgezondheid, centrum voor jeugd en gezin (CJG) en Jeugdzorg.
7.1. Wat willen we bereiken? Stimuleren inwoners om gezondheid te verbeteren; Binnen de financiële kaders uitvoering geven aan de Wmo; Bewerkstelligen van de transformatiegedachte in de uitvoering van de begeleidingstaken; Binnen de financiële kaders uitvoering geven aan de Jeugdwet; Bewerkstelligen van de transformatiegedachte in de uitvoering van de jeugdzorgtaken; In regionaal verband zorginkoop voor 2016 en verder realiseren binnen de kaders van de nota Zorginkoop 2016. 7.2. Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoering geven aan het Gezondheidsbeleid Maasdriel 2013-2016 In het gezondheidsbeleid wordt ingezet op het verlagen van sociaal economische gezondheidsverschillen. Hierin wordt aangesloten bij landelijke en regionale programma’s op het gebied van preventie en aanpak van gezondheidsproblemen. Hierbij wordt samengewerkt met het onderwijsveld, lokale en regionale voorzieningen en partners op het gebied van gezondheid. Uitvoering geven aan het beleidsplan Wmo en Jeugd 2015-2016 en de Verordening Wmo en de Verordening Jeugdhulp In het beleidsplan Wmo en Jeugd zijn kaders aangegeven die bepalen hoe we in 2015 en 2016 richting geven aan de uitvoering van de Wmo en de Jeugdwet. De uitvoeringsregels zijn opgenomen in de Verordeningen en bijbehorende beleidsregels. Basismobiliteit Na de besluitvorming over de ontwikkeling van de regiotaxi (WMO) zal in 2016 de verdere implementatie en vormgeving van de regiecentrale en vervoersorganisatie plaatsvinden. Dit wordt mede in regionaal verband opgepakt. Zorg regionaal inkopen en inzetten op zorgvernieuwing Voor de taken van de drie transities, die per 1 januari 2015 zijn overgeheveld naar de gemeenten, heeft het college afgesproken om voor de zorginkoop van 2016 en verder met de regiogemeenten Rivierenland samen te werken. Op basis van de nota Zorginkoop 2016 wordt de basis gelegd voor het inkoopmodel en de inkoopprocedure, waarbij de transformatie in het zorgaanbod en de rol van de zorgvrager, de burger, belangrijke uitgangspunten zijn. In 2015 was er nog vooral sprake van de overheveling van taken en de zorgcontinuïteit. Samen met aanbieders wordt gekeken waar zorgvernieuwing kan plaatsvinden en hoe hier financiële ruimte voor gevonden kan worden door ‘inverdieneffecten’ en andere inzet van middelen. Voor de regiogemeenten zijn de structureel beschikbare budgetten het uitgangspunt. Regionaal worden verdere afspraken naar aanleiding van het overeengekomen solidariteitsprincipe uitgewerkt. Registreren, monitoren en (bij)sturen zijn noodzakelijk om de resultaten ook daadwerkelijk te kunnen analyseren. Regionaal en lokaal wordt gewerkt aan een dashboard. Toeleiding naar zorg via gebiedsteams Er wordt gewerkt met gebiedsteams die de eerste hulpvragen van inwoners oppakken en in overleg met de inwoners een passend hulpaanbod doen. Indien nodig worden inwoners doorgeleid naar specialistische hulp, waarvoor inwoners een aanvraag kunnen indienen bij de gemeente (maatwerkvoorziening). De gebiedsteams kijken in eerste instantie samen met de inwoner wat er nodig is en wat geregeld kan worden in de directe omgeving van deze inwoner. Het Rijk heeft daarvoor de budgetten met een stevige efficiencykorting naar de gemeenten overgeheveld.
39
de
ste
Investeren/versterken van de 0 en 1 lijn Inwoners zullen vaker een beroep willen doen op vrijwillige hulpverlening in hun directe omgeving. Dit betekent dat er vanuit deze behoefte en inzicht in de aanwezige voorzieningen gekeken moet worden waar er nog extra moet worden geïnvesteerd om dit mogelijk te maken. De gemeente zal een visie opstellen over hoe en wat we kunnen ondersteunen. Uitgangspunt is de netwerkorganisatie van onder andere vrijwilligersorganisaties, maatschappelijke partners, kerken, ouderenorganisaties en participatieraden. Doorontwikkeling Veilig Thuis Per 1 januari 2015 is er een regionale voorziening Veilig Thuis, ondergebracht bij de GGD, die in regionaal verband werkt aan de melding en aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling. Zij werken samen binnen het netwerk van gebiedsteams in de gemeente en het hulpverleningsnetwerk rondom jeugd en veiligheid. In 2016 wordt Veilig Thuis in regionaal verband verder doorontwikkeld. Start Werkzaak Rivierenland De Sociale Dienst Bommelerwaard voert voor de gemeenten Zaltbommel en Maasdriel alle producten uit die te maken hebben met ‘tijdelijke’ inkomensvoorzieningen indien mensen daartoe zelf tijdelijk niet in staat zijn. Vanwege de start van de participatiewet per 1 januari 2015 is in regio Rivierenland gezocht naar een bundeling en schaalvergroting van alle activiteiten in dit verband. Dit heeft geleid tot de oprichting van Werkzaak Rivierenland die per 1 januari 2016 operationeel wordt. In de participatiewet worden de Wet Werk en bijstand (Wwb), de Wet Werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) en de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) samengevoegd. Werkzaak Rivierenland zal zich primair op deze wetten richten en werkgeversbenadering centraal stellen om werk te genereren voor mensen die gebruik maken van deze regelingen. Het ultieme doel daarbij is zoveel mogelijk mensen uit te laten stromen naar regulier werk. Voor de gemeenten impliceert de start van de Werkzaak dat de zorgproducten, die nu nog ondergebracht zijn bij de SDB, door de gemeenten uitgevoerd gaan worden. Het gaat hierbij om: Bijzondere bijstand en minimaregelingen (hierbij moet ook gedacht worden aan het verstrekken van inrichtingskrediet aan vluchtelingen); Schuldhulpverlening; Activering klanten mensen met nauwelijks kansen naar regulier werk. Hiervoor wordt voor alle gemeenten een budget van 5% afgezonderd van de re-integratie budgetten; Collectieve zorgverzekering. De gemeenten Maasdriel en Zaltbommel maken gezamenlijk afspraken over de organisatie van deze dienstverlening vanaf 1 januari 2016. Participatiebudget inburgering In het kader van de huisvestingstaakstelling voor statushouders heeft de gemeente de taak deze groep op te vangen en de maatschappelijke begeleiding te bieden, waardoor ze zich zelf kunnen redden in de samenleving. Zelfredzaamheid is het belangrijkste doel. De stichting Vluchtelingenwerk West- en Oost Brabant & Bommelerwaard (WOBB) verzorgt voor de gemeente Maasdriel de dienstverlening op het gebied van vestiging en integratie van vergunninghouders. Door de grote toestroom van vluchtelingen is de taakstelling voor alle gemeenten sterk toegenomen. Voor Maasdriel is de taakstelling voor 2016 gesteld op 58 statushouders. In deze begroting is budget opgenomen om aan deze taakstelling te kunnen voldoen.
40
7.3. Wat mag het kosten? Program m a 7 Sociaal dom ein
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
4.363.060
3.918.146
3.711.095
3.715.367
548.416
548.416
548.416
548.416
7.066.795
6.697.568
6.477.218
6.330.133
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Jeugd Sociaal domein Sociale Dienst Inburgering WMO Volksgezondheid Totaal lasten
107.102
42.457
42.457
42.457
5.553.244
5.382.613
5.137.007
5.108.372
608.949
608.949
608.949
608.949
18.247.566 17.198.149 16.525.142 16.353.694
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Jeugd
0
0
0
Sociaal domein
0
0
0
0
-2.694.962
-2.694.962
-2.694.962
-2.694.962
Sociale Dienst Inburgering WMO Volksgezondheid
0
-39.000
0
0
0
-297.768
-297.768
-297.768
-297.768
0
0
0
0
Totaal baten
-3.031.730
-2.992.730
-2.992.730
-2.992.730
Saldo van baten en lasten
15.215.836 14.205.419 13.532.412 13.360.964
Toevoegingen aan reserves
0
0
0
0
Onttrekkingen aan reserves
0
0
0
0
Saldo reservem utaties
0
0
0
0
Resultaat program m a 7
15.215.836 14.205.419 13.532.412 13.360.964
7.4. Relevante nota’s Gezondheidsbeleid Maasdriel 2013-2016; Beleidsplan Wmo en Jeugd 2015 en 2016, De Kracht van Maasdriel: samen kan er meer; Nota Zorginkoop 2016 (vaststelling college 14 juli 2015); Nota Sturing, Bekostiging en Inkoop Wmo/Jeugdzorg; Nota “solidariteit Wmo en Jeugdzorg: risicodeling tussen gemeenten in regio Rivierenland”.
41
42
43
44
8. Ruimte, volkshuisvesting en economie Onderdelen: bestemmingsplannen, volkshuisvesting, woonwagenstandplaatsen, gemeenteeigendommen, grondexploitatie, actieve grondpolitiek, economische zaken, bedrijventerreinen.
8.1. Wat willen we bereiken? Een aantrekkelijke gemeente zijn waarin het plezierig wonen, werken en recreëren is; Een gezonde, veilige en duurzame leefomgeving; Een passende woning voor iedereen; Inwoners langer (zelfstandig) thuis (laten) wonen; De stijging van het aantal bedrijfsvestigingen doorzetten; Gevestigde ondernemers ondersteunen in hun bedrijfsvoering; Het hebben van actuele bestemmingsplannen en onderliggend beleid; Alle toekomstige ontwikkelingen leveren een bijdrage aan het voorzieningenniveau in de hele gemeente. 8.2. Wat gaan we daarvoor doen? Zorgdragen voor een goede ruimtelijke ordening die de ruimtelijke kwaliteit van de gemeente als geheel versterkt. Actualiseren bestemmingsplannen De Wet ruimtelijke ordening (Wro) schrijft voor, dat bestemmingsplannen maximaal 10 jaar oud mogen zijn (gerekend vanaf de datum van vaststelling) op straffe van het niet mogen heffen van bouwleges. De bestemmingsplannen buitengebied (binnendijks en buitendijks) dateren van 2006, maar zijn in het eerste kwartaal van 2008 onherroepelijk in werking getreden. Dit betekent, dat in 2017 beide bestemmingsplannen geactualiseerd moeten zijn om niet het risico te lopen op het niet mogen heffen van bouwleges. In 2015 is gestart met de voorbereiding van het bestemmingsplan buitengebied. In september 2015 heeft de commissie Ruimte kennis genomen van het startdocument “Actualisatie bestemmingsplannen buitengebied”. Overeenkomstig de planning van het proces worden de bestemmingsplannen buitengebied voor 1 juli 2017 ter vaststelling aan de gemeenteraad aangeboden. Gebleken is dat met de huidige bezetting het niet mogelijk is om dit project op te starten, terwijl de noodzaak om in 2015 te starten hoog is. Daarom is gezocht naar mogelijkheden om zoveel mogelijk buitenhuis te organiseren onder stevige regie vanuit het team beleid en regie. Dit heeft tot gevolg dat de geplande ombuiging van de reserve actualisatie bestemmingsplannen dient te worden bijgesteld. Voorgesteld wordt om reeds in 2017 de storting in de reserve te hervatten in plaats van in 2019. Het bestemmingsplan “Velddriel” is op 27 oktober 2005 vastgesteld en op 3 augustus 2006 onherroepelijk geworden; de voorbereidingen voor het proces van actualisatie zijn in 2015 opgepakt. Een voorstel tot vaststelling van het geactualiseerde bestemmingsplan “Velddriel” behandelt de gemeenteraad daarom voor de datum van 3 augustus 2016. Omgevingswet In 2018 treedt naar verwachting de Omgevingswet in werking. Hiermee wordt een veelheid aan verwante wetten, regels en beleid samengevoegd, met als doel inwoners, ondernemers en partners een integrale benadering en toetsing van hun plannen in de fysieke leefomgeving te kunnen bieden. Het is een ingrijpende wijziging van het omgevingsrecht en aanverwante wetten en bestaat uit verschillende onderdelen: De Omgevingsvisie wordt ons centrale regie-instrument en vervangt de Structuurvisie met als resultaat een steviger beleidskader, waarmee sneller ingespeeld kan worden op recente trends en ontwikkelingen; In het Omgevingsplan, dat het bestemmingsplan vervangt, worden alle verordeningen op het gebied van ruimte (zoals ook de APV) gebundeld. Het heeft een ruimere werking dan een bestemmingsplan en ziet voornamelijk toe op omgevingskwaliteit; (Uitvoerings-)programma’s concretiseren de uitgangspunten uit de Omgevingsvisie en vervangen de diverse beleidsnota’s. Resultaat is een betere samenwerking met ontwikkelpartners; 45
Het huidige omgevingsvergunningenstelsel wordt verruimd en verbeterd als gevolg van de bundeling van wetgeving. De Rijksoverheid verwacht van gemeenten dat zij in 2018 ‘omgevingswetproof’ zijn. Onze ambitie is ook om in 2018 klaar te zijn voor de invoering van de nieuwe wet. Voor 2016 betekent dit dat wij aandachtig de ontwikkelingen van de wetswijziging in de gaten houden. Herijken van het VAB beleid Regionaal is in 2015 gestart met de evaluatie van het Vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing (VAB) beleid. In de laatste jaren is gebleken dat het VAB beleid onvoldoende handvatten biedt om de doelstelling, het opruimen van voormalige agrarische bebouwing in ruil voor ander bouw- en gebruiksmogelijkheden als verdienmodel, op een evenwichtige wijze te kunnen bereiken. Naar verwachting wordt de volledige evaluatie in 2016 aan de raad voorgelegd. Welstandsvrij bouwen mogelijk maken In de planontwikkeling voor Kerkdriel Noord is een gebied opgenomen waarin bij wijze van experiment welstandsvrij bouwen mogelijk wordt gemaakt. Intensiveren samenwerking op het gebied van zorg en welzijn Met de transities in het Sociaal Domein zijn de beleidsvelden ruimtelijk en sociaal veel dichter bij elkaar gekomen. Denk bijvoorbeeld aan de ruimtelijke inpassing van mantelzorg(woningen). Het belang van zorg en welzijn wordt op gelijk niveau meegewogen bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Actualiseren Nota Bovenwijkse Voorzieningen De nota Bovenwijkse Voorzieningen regelt de bijdrage vanuit ontwikkelingen aan de reserve waaruit kan worden geput bij de realisatie van hierin opgenomen voorzieningen voor de gemeente. Een voorstel tot actualisatie van de nota wordt regionaal voorbereid en in de eerste helft van 2016 voor behandeling aan de gemeenteraad aangeboden. Woningbouwprogramma Evenredig met het aantrekken van de woningmarkt stijgt het aantal initiatieven voor woningbouw in de kernen van de gemeente Maasdriel. De verzoeken om planologische medewerking worden afgezet tegen het in 2015 verschenen Woningbehoefteonderzoek en het Woningbouwprogramma. Per kern wordt het planaanbod voortdurend in beeld gehouden. Dit wordt ingebracht in het regionale overleg om tot een regionaal afgestemd programma te komen. Voor nieuwbouw geldt, dat het zwaartepunt voor woningbouw moet liggen op de kernen Kerkdriel/Velddriel en Hedel/Ammerzoden. Gezamenlijk uitvoeren Centrumvisies In samenwerking met de ondernemers is in 2015 een visie voor de drie centrumgebieden in gemeente Maasdriel opgesteld. Doel is een toekomstbestendig centrumgebied in Ammerzoden, Hedel en Kerkdriel, waar inwoners en bezoekers naast de dagelijkse boodschappen ook terecht kunnen voor recreatief verblijf en waar ondernemers in durven en willen investeren. Er zal een meerjarig uitvoeringsprogramma worden opgesteld dat in samenwerking met de ondernemers wordt opgepakt. Paddenstoelenpact Gemeente Maasdriel participeert in het Paddenstoelenpact. Het Paddenstoelenpact is een publiekprivaat samenwerkingsverband met als doel het stimuleren van de paddenstoelensector. Dit pact is sinds 2009 actief en stimuleert ondernemers in de paddenstoelensector om projecten uit te voeren die een positieve bijdrage leveren aan het bedrijf. Dit kan bijvoorbeeld op het gebied van energiebesparing, productontwikkeling of ondernemersvaardigheden. Hierbij wordt, waar mogelijk, samengewerkt met het glastuinbouwpact Bommelerwaard & Neerijnen.
46
Glasvezel aanleggen Het college vindt het van belang dat alle inwoners van gemeente Maasdriel kunnen beschikken over snel internet. Het college streeft dan ook naar digitale bereikbaarheid voor iedereen. Regio Rivierenland voert een onderzoek uit naar de mogelijkheden van glasvezel voor heel de regio. Gemeente Maasdriel maakt deel uit van het onderzoek. In 2016 wordt zo mogelijk op basis hiervan bezien of de aanleg van glasvezel tot de mogelijkheden behoort. Regionale projecten In de regio Rivierenland zijn drie speerpunten benoemd: Agribusiness, Economie & Logistiek en Recreatie & Toerisme. Binnen de drie speerpunten worden projecten uitgevoerd om de economie in de regio te bevorderen. Doelstellingen van de regio zijn beschreven in het ambitiedocument. Opstellen woonvisie en maken van nieuwe prestatieafspraken met de woningcorporaties Na invoering van de nieuwe Woningwet op 1 juli 2015 ligt de focus van woningcorporaties primair op het bouwen, verhuren en beheren van sociale huurwoningen voor mensen met lagere inkomens of uit bijzondere doelgroepen. Daarnaast houden corporaties zich in beperkte mate bezig met maatschappelijk vastgoed en leefbaarheidstaken. Als de gemeente een woonvisie heeft, kunnen hierover afspraken gemaakt worden met corporaties. In 2016 is de woonvisie klaar, vervolgens worden nieuwe prestatieafspraken gemaakt. De gemeente Maasdriel werkt hierin samen met de gemeente Zaltbommel en de drie woningcorporaties Woningstichting Maasdriel. Woonstichting de Kernen en Woonlinie.
8.3. Wat mag het kosten? Program m a 8 Ruim te, volkshuisvesting en econom ie
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Economische zaken
165.465
165.465
165.465
165.465
Ruimtelijke ontw ikkeling
582.929
582.929
582.929
582.929
Volkshuisvesting
534.227
444.874
561.072
417.270
Grondexploitaties
1.291.122
1.922.356
1.341.459
1.593.389
Totaal lasten
2.573.743
3.115.624
2.650.925
2.759.053
Lasten (exclusief toevoegingen reserves)
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Economische zaken Ruimtelijke ontw ikkeling
0
0
0
0
-91.551
-91.551
-91.551
-91.551
Volkshuisvesting
-350.524
-258.678
-231.867
-197.629
Grondexploitaties
-1.224.622
-1.855.856
-1.274.959
-1.526.889
Totaal baten
-1.666.697
-2.206.085
-1.598.377
-1.816.069
907.046
909.539
1.052.548
942.984
Saldo van baten en lasten Toevoegingen aan reserves
22.690
72.690
82.143
59.453
Onttrekkingen aan reserves
-75.429
-75.429
-205.429
-75.429
Saldo reservem utaties
-52.739
-2.739
-123.286
-15.976
Resultaat program m a 8
854.307
906.800
929.262
927.008
8.4. Relevante nota’s Structuurvisie en plan-MER gemeente Maasdriel van 20 oktober 2011; Nota bovenwijkse voorzieningen van 24 juni 2010; Nota Grondbeleid 2009; Regionaal programma bedrijventerreinen.
47
48
49
50
9. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Onderdelen: algemene uitkeringen, belastingen, beleggingen
9.1. Wat willen we bereiken? Een structureel dekkende begroting; De maatregelen van de ombuigingen effectueren; Het beperken van lastenverzwaring door de gemeente. Ontwikkeling Algemene Uitkering Op 30 mei 2015 is de meicirculaire verschenen. In deze circulaire heeft het Rijk een aantal algemene mutaties op het gemeentefonds gemeld, die leiden tot bijstellingen in de begroting 2016 en verdere jaren. Hieronder volgt een toelichting op deze algemene mutaties. Accressen De Voorjaarsnota 2015 van het Rijk resulteert voor 2016 in een hoger accres dan in september 2014 werd voorzien. De accressen van 2017 en volgende jaren zijn lager, vooral door een daling van het accres in het jaar 2017. Groot onderhoud aan het verdeelstelsel De afgelopen jaren is het groot onderhoud van het gemeentefonds uitgevoerd. met als doel een toekomstbestendige basis van het gemeentefonds. Dit betekent dat de gemeenten de uitkering krijgen die bij hun taken past. Met ingang van 2016 worden de uitkomsten van de tweede fase van het groot onderhoud ingevoerd. Het groot onderhoud heeft geleid tot aanpassing voor de taken in verband met Brandweer en rampenbestrijding, Werk en inkomen, Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing (VHROSV) en Onderwijshuisvesting. De invoering heeft gevolgen voor de hoogte van de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Voor Maasdriel heeft dit een positief effect. De nieuwe verdeling op basis van het groot onderhoud tweede fase wordt maar gedeeltelijk (33%) door het Rijk doorberekend. Sociaal domein Met ingang van 2016 worden de objectieve verdeelmodellen voor de WMO 2015 en Jeugd ingevoerd. Hierdoor treden herverdeeleffecten op. Er zijn overgangsregelingen en een cumulatieregeling die voorkomen dat het nadeel maximaal € 15 per inwoner per jaar is. Voor Maasdriel treedt meerjarig een nadelig effect op. De middelen van het Sociaal Domein (via de integratie-uitkering) en de opgenomen budgetten zijn in de bestaande meerjarenraming van 2016 tot en met 2019 budgettair neutraal opgenomen. Hiermee wordt verondersteld dat de nog onbekende lasten gelijk zijn aan de baten van de integratie-uitkering. De juistheid van deze veronderstelling kan pas worden vastgesteld op het moment dat met inachtneming van (eventueel bijgestelde) beleidskaders de geraamde verplichtingen in beeld zijn gebracht. Het risico is dat indien de lasten in het Sociaal Domein niet door de baten kunnen worden gedekt hiervoor aanvullende dekking in de begroting moet worden gevonden. 9.2. Wat gaan we daarvoor doen? Realiseren structureel dekkende begroting De structurele lasten worden gedekt met structurele baten, waardoor de jaarschijven van de meerjarenbegroting positief zijn. Effectueren ombuigingsmaatregelen De (voorgenomen) ombuigingsmaatregelen meerjarenperspectief wordt gerealiseerd.
worden
zodanig
uitgevoerd
dat
een
sluitend
Effectueren beperken lastenverzwaring Het college streeft ernaar om de lastenverzwaring vanuit de gemeente voor de inwoners te vermijden dan wel zoveel mogelijk te beperken. Het betreft hier dan de tarieven voor onroerend zaakbelasting, rioolheffing en afvalstoffenheffing. Voor 2016 wordt voorgesteld om de onroerende zaakbelasting te verhogen onder gelijktijdige verlaging van de tarieven van de rioolheffing. Uitgangspunt bij deze verhoging en verlaging is een gemiddeld gelijkblijvende lastendruk in 2016 voor de inwoners.
51
Gemeenschappelijke regelingen De bezuinigingen waartoe gemeenten de laatste jaren gedwongen worden zouden zich ook moeten uitstrekken tot de gemeenschappelijke regelingen die dezelfde gemeenten vormen. Maasdriel draagt voor ongeveer 1,8 miljoen bij aan gemeenschappelijke regelingen. Een taakstelling van 5% betekent € 90.000 op jaarbasis, in te gaan in 2017. Voor de begroting 2016 wordt voorgesteld om de bij de behandeling van de begroting 2015 aangekondigde extra bezuiniging van 10% niet door te voeren.
9.3. Wat mag het kosten? Program m a 9 Algem ene dekkingsm iddelen en onvoorzien
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Beleggingen
22.246
19.054
15.833
12.581
Belastingen
269.755
272.120
276.612
280.612
Algemene uitkering
3.620
3.620
3.620
3.620
Onvoorzien
5.214.006
5.046.631
5.147.079
5.150.527
Totaal lasten
5.509.627
5.341.425
5.443.144
5.447.340
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Beleggingen
-948.843
-680.268
-669.310
-790.327
Belastingen
-6.514.988
-6.572.188
-6.577.368
-6.583.368
Algemene uitkering
-16.247.380 -16.087.874 -16.059.965 -16.185.387
Uitkering deelfonds Sociaal Domein
-9.348.332
-8.680.274
-8.187.613
-8.047.978
Integratie uitkering Wmo
-1.400.104
-1.450.142
-1.450.142
-1.450.142
-229.735
-223.606
-204.045
-208.070
Onvoorzien Totaal baten
-34.689.382 -33.694.352 -33.148.443 -33.265.272
Saldo van baten en lasten
-29.179.755 -28.352.927 -27.705.299 -27.817.932
Toevoegingen aan reserves
1.256.187
1.234.400
1.234.400
Onttrekkingen aan reserves
0
-57.136
0
0
1.256.187
1.177.264
1.234.400
1.234.400
Saldo reservem utaties Resultaat program m a 9
1.234.400
-27.923.568 -27.175.663 -26.470.899 -26.583.532
9.4. Relevante nota’s Nota reserves en voorzieningen 2015-2018.
52
53
54
10.
Bedrijfsvoering
Onderdelen: P&O, Financiën, I&A en Facilitaire Zaken.
10.1.
Wat willen we bereiken?
Inwoners, bedrijven en organisaties in hun kracht kunnen zetten; Een professionele en efficiënte organisatie zijn waar het prettig, gezond en veilig werken is. De kernwaarden: veiligheid, verantwoordelijkheid, vertrouwen, samenwerking en waardering staan hierbij centraal. 10.2.
Wat gaan we daarvoor doen?
Versterken van de nieuwe organisatiestructuur, -cultuur en de bedrijfsvoering. Vanuit het directieplan en de teamplannen is aandacht voor het versterken van de organisatie, cultuur en bedrijfsvoering en staat “het redeneren vanuit de bedoeling” centraal. Dit vraagt om een omslag van systeemgericht naar mensgericht denken. Voor het versterken van de bedrijfsvoering wordt ingezet op een adequate en efficiënte uitvoering van de ‘going concern’ taken, het verstrekken van gedegen advies richting college, directie, management en medewerkers en het ontwikkelen en realiseren van kwalitatieve verbeteringsvoorstellen met betrekking tot beleid. De middelen hiervoor zijn uiteenlopend en variëren van het optimaal gebruik maken van technologische mogelijkheden tot het structureel terugbrengen van het ziekteverzuim en het opstellen van een strategisch opleidingsbeleid. Een aantal pijlers wordt hier nader toegelicht. Ziekteverzuim structureel verlagen Er wordt een notitie ziekteverzuimbeleid ontwikkeld, waarbij ”het eigen regie model” centraal staat. Teammanagers worden vervolgens getraind hoe effectief uitvoering te geven aan “het eigen regie model”. Daarnaast worden medewerkers geïnformeerd over het ziekteverzuimbeleid en het ziekteverzuimprotocol. Strategisch opleidingsbeleid In 2014 zijn het strategisch opleidingsbeleid en de studiefaciliteitenregeling doorontwikkeld. In 2015 is vanuit het strategisch opleidingsbeleid een strategisch opleidingsplan gegenereerd. Met de uitvoering van dit strategisch opleidingsplan beogen we de doorontwikkeling van de medewerkers te faciliteren en de organisatiedoelstellingen te realiseren. Werkdruk/werkstress verlagen De gerealiseerde ombuigingen van 2015 trekken een wissel op de medewerkers. Het feit dat de gemeente ongeveer 17 tot 19 fte onder de benchmark van vergelijkbare gemeenten zit is een gegeven. In 2015 is er onderzoek gedaan naar de ervaren werkdruk en werkstress binnen de organisatie. Synergie tussen personeelsinstrumenten, preventie en verzuimbeleid- en begeleiding versterkt de organisatie. Aandachts- en verbeterpunten die binnen dit onderzoek geconstateerd zijn, worden in 2016 vertaald naar aanpassingen in processen en meegenomen in beleid, met als doel borging van het daadwerkelijk beoogde effect van het instrumentarium en beleid. Flexibele schil De gemeente maakt gebruik van een flexibele schil, waarbij externe capaciteit wordt ingehuurd voor tijdelijke taken of piekbelastingen. Sommige tijdelijke taken blijken inmiddels structureel van aard. In deze gevallen ligt het voor de hand het werving- en selectiebeleid toe te passen. Dit is efficiënter en kostenbesparend, omdat inhuur wordt vervangen door vast personeel. Terugdringen/voorkomen van agressie in contact medewerker-bezoeker Om agressie te voorkomen en accuraat te kunnen handelen als escalatie dreigt heeft de gemeente een agressieprotocol ontwikkeld. Onze medewerkers met veelvuldig klantcontacten worden getraind hoe om te gaan met agressief gedrag. Adequaat uitvoeren van 'going concern' taken, met focus op borgen kwaliteit en efficiëntie Alle facilitaire zaken worden via contractmanagement geborgd, waarbij inzichtelijk is wanneer een contract start, eindigt, verlengd wordt of opnieuw wordt aangegaan.
55
Registratie en archivering Er wordt gewerkt aan een plan om tot uniforme registratie-afspraken te komen. Vanwege de significante toename van aanvragen en dossiervormig is investeren in efficiency maatregelen noodzakelijk. Aan de hand van Kritische Prestatie Indicatoren (KPI) voor archivering is in 2015 een door de provincie verplicht gestelde meting gedaan. Aan de hand van deze uitkomsten zal in 2016 een inhaalslag gemaakt moeten worden om aan de huidige wettelijke eisen te voldoen. Invoering in 2016 van de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Een centrale toegang tot geografische (geo) informatie is van belang voor het uitvoeren van onze primaire processen. Vooral de toename van gebruik door het sociale domein, beheer openbare ruimte en basisregistraties bepalen de aard en omvang van de toekomstige geo-informatieorganisatie. Daarnaast zijn we verplicht gebruik te maken van landelijke voorzieningen zoals de BRK (Basis Registratie Kadaster). Hiervoor moeten de noodzakelijke koppelingen gerealiseerd worden. De integratie van de beheergegevens van de openbare ruimte en de basis registratie adressen en gebouwen wordt gerealiseerd. ‘Digitale agenda 2020’ In het regeerakkoord is als belangrijke doelstelling opgenomen dat de dienstverlening door de overheid beter moet. Burgers en bedrijven moeten uiterlijk in 2017 digitaal zaken kunnen doen met de overheid. Gezien de impact van de benodigde veranderingen is het belangrijk de invloed van het landelijke en gemeentelijke beleid, de organisatorische verandering en de ICT-omgeving te blijven volgen. De gemeente Maasdriel werkt daarom samen met VNG en KING aan projecten die vallen onder de ‘digitale agenda 2020’. We willen voldoen aan de ambities zoals beschreven in de nota “Dienstverlening 2020”, hierin staan zes ambities waaraan de overheidsdienstverlening in 2020 moet voldoen. Een van de ambities luidt: digitale selfservice waar het kan, persoonlijk waar het moet. Synergie aanbrengen in automatisering in samenwerking met Zaltbommel Op automatiseringsgebied zal de samenwerking met de gemeente Zaltbommel een centrale plaats innemen. De ICT infrastructuur (hardware) zal grotendeels worden vernieuwd, omdat de huidige omgeving 6/7 jaar oud en afgeschreven is. Voor de vervanging zal worden samengewerkt met Zaltbommel die eenzelfde exercitie moet ondergaan. Gewenst is een gezamenlijke vervanging van het serverpark, het opslag netwerk en de back-up voorziening. Door het toenemend dataverkeer zal de glasvezel verbinding tussen Zaltbommel en Maasdriel opgewaardeerd worden. Professionaliseren van omgang met ICT Thema's binnen dit onderwerp zijn: applicatiebeheer, informatiebeveiliging, de snelheid van ICT infrastructuur, het ontwikkelen in samenhang (architectuur denken) en zoveel mogelijk toepassen en het benutten van generieke ICT voorzieningen in verband met standaardisatie en efficiency. Planning & Control cyclus optimaliseren Naar aanleiding van behandeling van het rapport van de rekenkamercommissie over de informatiewaarde en bruikbaarheid van de tussentijdse rapportages is een werkgroep vanuit de raad ingesteld. Het voorstel van deze werkgroep over de verbetermogelijkheden van de (tussentijdse) financiële rapportages wordt gebruikt om in 2016 de planning & control cyclus te optimaliseren. Naast de vorm, inhoud en frequentie van de rapportages spelen hierbij het proces van totstandkoming en de rolverdeling (voorbereiding door de budgethouders, faciliterende en adviserende rol van het cluster financiën en behandeling door college en raad) een grote rol.
56
10.3.
Wat mag het kosten?
Program m a 10 Bedrijfsvoering
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Lasten (exclusief toevoegingen reserves) Bedrijfsvoering
15.275.291 14.654.002 14.728.114 14.363.127
Totaal lasten
15.275.291 14.654.002 14.728.114 14.363.127
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) Bedrijfsvoering
-15.206.839 -14.761.443 -14.866.615 -14.649.582
Doorbelasting bedrijfsvoering naar producten
0
0
0
0
Doorbelasting bedrijfsvoering naar investeringen/projecten
0
0
0
0
Totaal baten Saldo van baten en lasten
-15.206.839 -14.761.443 -14.866.615 -14.649.582 68.452
-107.441
-138.501
-286.455 385.774
Toevoegingen aan reserves
400.884
378.516
383.634
Onttrekkingen aan reserves
-469.336
-271.075
-245.133
-99.319
-68.452
107.441
138.501
286.455
0
0
0
0
Saldo reservem utaties Resultaat program m a 10
10.4.
Relevante nota’s
IBP.
57
58
De financiële begroting In dit onderdeel wordt de financiële positie van de gemeente voor begrotingsjaar 2016 en de komende jaren weergegeven. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de baten en lasten, waarvoor de raad het college autoriseert en waarmee het vastgelegde beleid, dat is opgenomen in de programma’s, wordt uitgevoerd. Door de raad te autoriseren begrotingsbedragen 2016-2019 Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
2016
2017
2018
2019
01. Bestuur
2.305.092
2.307.782
2.310.200
2.310.200
02. Dienstverlening
1.622.232
1.616.097
1.615.531
1.615.085
03. Openbare orde en veiligheid
1.687.116
1.687.116
1.687.116
1.687.116
04. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving
7.746.012
8.522.175
8.583.715
8.607.361
05. Onderw ijs en kinderopvang
2.602.692
2.583.551
2.581.172
2.577.804
06. Sport, recreatie en cultuur
2.484.107
2.606.623
2.550.641
2.442.257
18.247.566
17.198.149
16.525.142
16.353.694
08. Ruimte, volkshuisvesting en economie
2.573.743
3.115.624
2.650.925
2.759.053
09. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
5.509.627
5.341.425
5.443.144
5.447.340
10. Bedrijfsvoering
15.275.291
14.654.002
14.728.114
14.363.127
Totaal lasten
60.053.478
59.632.544
58.675.700
58.163.037
Lasten (exclusief toevoegingen reserves)
07. Sociaal domein
Baten (exclusief onttrekkingen reserves) 01. Bestuur 02. Dienstverlening 03. Openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
-1.018.862
-1.015.412
-1.015.412
-1.015.412
-33.037
-33.037
-33.037
-33.037
-4.482.596
-4.626.145
-4.652.159
-4.629.114
05. Onderw ijs en kinderopvang
-795.035
-795.035
-795.035
-721.538
06. Sport, recreatie en cultuur
-717.618
-717.447
-717.265
-717.265
-3.031.730
-2.992.730
-2.992.730
-2.992.730
04. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving
07. Sociaal domein 08. Ruimte, volkshuisvesting en economie
-1.666.697
-2.206.085
-1.598.377
-1.816.069
09. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
-34.689.382
-33.694.352
-33.148.443
-33.265.272
10. Bedrijfsvoering
-15.206.839
-14.761.443
-14.866.615
-14.649.582
Totaal baten
-61.641.796
-60.841.686
-59.819.073
-59.840.019
Saldo van lasten en baten
-1.588.318
-1.209.142
-1.143.373
-1.676.982
Toevoegingen aan reserves
1.784.020
1.759.103
1.773.674
1.679.627
Onttrekkingen aan reserves
-858.827
-549.961
-630.301
-325.496
925.193
1.209.142
1.143.373
1.354.131
-663.125
0
0
-322.851
Saldo reservem utaties Totaal resultaat (begrotingsoverschot)
59
60
Algemene uitgangspunten In deze paragraaf worden de algemene uitgangspunten weergegeven. Algemeen 1. Er wordt onderscheid gemaakt in een stijging voor personele kosten en een stijging voor prijzen; 2. Het inflatiepercentage voor belastingen en tarieven is gebaseerd op de consumentenprijsindex (CPI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS); 3. Het inflatiepercentage voor gesubsidieerde instellingen is gekoppeld aan de stijging van het gemengde stijgingspercentage voor budgetten die zowel uit personele als materiële componenten bestaat. Stijgingspercentage personele kosten De meicirculaire 2015 geeft een prognose voor de ontwikkeling van de lonen en salarissen van 2% voor 2016. Daarnaast adviseert de VNG om voor de begroting 2016 rekening te houden met een stijging van de pensioenpremie. Diverse factoren wijzen op een komende premiestijging. De hoogte van de premiestijging is echter nog heel onzeker. Dit wordt duidelijk als het ABP eind november de pensioenpremie voor 2016 vaststelt. Voor de begroting 2016 wordt rekening gehouden met een stijging van 1% voor een stijging van de pensioenpremie. Prijsstijgingen De meicirculaire 2015 geeft een prognose voor de prijsontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product (BBP) van 0,8% voor 2016. Deze prijsontwikkeling wordt niet doorberekend in de budgetten van de begroting 2016. Voor de begroting 2016 blijven de prijsgevoelige budgetten gelijk aan de raming van de begroting 2015. Stijgingspercentage belastingen en tarieven De meicirculaire 2015 geeft een prognose voor de prijsontwikkeling van 0,8% voor 2016. Dit wordt in de tarieven van de begroting 2016 doorberekend. Stijgingspercentage gesubsidieerde instellingen De meicirculaire 2015 geeft een prognose voor de prijsontwikkeling van 0,8% voor 2016. Dit wordt in de budgetten van de begroting 2016 doorberekend, tenzij contractueel anders is overeengekomen. Huren en pachten Uitgangspunt is een marktconforme prijs. Als de gemeente een monopolie positie heeft, is deze het gemiddelde van wat vergelijkbare gemeente hanteren. De basisprijs is onderhevig aan een jaarlijkse prijsindex. Verkoop eigendommen Vervreemding van de gemeentelijke eigendommen geschiedt tegen taxatiewaarde of hogere verkoopwaarde. Eventuele winst of verlies wordt gemuteerd via de exploitatie op het eigen vermogen. De verkoop van overhoeken is gebaseerd op de uitgangspunten zoals opgenomen in de nota beleidsregels ‘Verkoop en verhuur van overhoeken’. Verkoop bouwgrond De richtprijzen zoals opgenomen in de Grondprijzennota worden gehanteerd. Renteberekening Over het totale vermogen, zowel eigen als vreemd vermogen wordt rente betaald of verrekend. In de nota reserves en voorzieningen 2015 zijn de beleidsuitgangspunten voor de rentetoevoegingen opgenomen. Deze nota is op 9 juli 2015 door de gemeenteraad vastgesteld. Rente omslagpercentage Functioneel wordt voor de kapitaallasten rekening gehouden met een rentetoerekening gebaseerd op het rente omslagpercentage (totaal door de gemeente verschuldigde rente over eigen en vreemd vermogen gedeeld door de boekwaarde per 1 januari). Uit praktische overwegingen, alsook met het oog op een stabiel begrotingsbeeld wordt een rekenrente van 3,0% gehanteerd. Het verschil ten opzichte van het werkelijk berekende omslagpercentage komt ten gunste of ten laste van de exploitatie. Voor 2016 zijn wijzigingen in de verslaggevingsvoorschriften aangekondigd met betrekking tot het toerekenen van rente aan grondexploitaties. De toelichting daarop is in de paragraaf grondbeleid opgenomen.
61
Waarderen, activeren en afschrijven De richtlijnen en mogelijkheden voor activeren, waarderen en afschrijven, volgens het Besluit Begroting en Verantwoorden (BBV) voor provincies en gemeenten, zijn op 1 maart 2012 door de raad vastgesteld in de ‘Financiële verordening 2012’. Hierin zijn onder meer de afschrijvingstermijnen bepaald, die worden gehanteerd. Het zijn de volgende afschrijvingstermijnen: Activa met economisch nut en een verkrijgingsprijs van minder dan € 10.000 worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen; Gronden en terreinen worden altijd geactiveerd. Op gronden en terreinen wordt niet afgeschreven; De volgende materiële vaste activa met economisch nut worden lineair afgeschreven: - Veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen in 10 jaar; - Telefooninstallaties in 10 jaar; - Kantoor- en schoolmeubilair in 10 jaar; - Aanhangwagens, personenauto’s en lichte motorvoertuigen in 10 jaar; - Hardware in 4 jaar; - Software in 7 jaar; - Nieuwbouw woonruimten, schoolgebouwen en bedrijfsgebouwen in 40 jaar; - Straatverlichting in 20 jaar; - Motorvaartuigen in 20 jaar; - Technische installaties in bedrijfsgebouwen in 10 jaar; - Sportvelden in 20 jaar. - Rehabilitaties van wegen in 40 jaar. Conform beheerplan worden afgeschreven: - Rioleringen; - Groot onderhoud, renovatie en restauratie van gebouwen; - Brandweermaterieel. Afwijkingen op basis van specifieke omstandigheden worden ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Post onvoorzien De post onvoorzien is als volgt opgebouwd: Program m a 10 Bedrijfsvoering
Begroting
Begroting Begroting Begroting
2016
2017
2018
2019
Onvoorzien incidenteel
35.000
35.000
35.000
35.000
Onvoorzien structureel
19.000
36.000
58.000
58.000
Totaal lasten
54.000
71.000
93.000
93.000
Lasten
Bijstelmomenten begroting Uitgangspunt is, dat zo min mogelijk tussentijdse kredietaanvragen of aanvullende kredieten, die niet voorkomen op het bij de begroting vervaardigde meerjareninvesteringsoverzicht, worden aangeboden aan de gemeenteraad, buiten de bijstelmomenten kadernota, bestuursrapportage en begroting om. Uitzondering hierop zijn investeringen die onvoorzienbaar, onuitstelbaar en onvermijdbaar zijn. Hiervoor is in de meerjarenbegroting voor de jaren 2016 tot en met 2019 een structurele post van € 22.000 oplopend tot € 88.000 opgenomen. Dit standpunt is ingegeven vanuit de gedachte dat het integraal benaderen en voorleggen van beleidskeuzes (zeker met financiële gevolgen) meer recht doet aan een objectieve besluitvorming door de gemeenteraad.
62
Toelichting op de financiële begroting In de begroting zijn de volgende incidentele baten en lasten verwerkt: Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
2016
2017
2018
2019
Incidentele lasten 04. Actualisatie bodemgegevens
18.000
0
0
0
06. Projecten recreatie en toerisme
20.000
20.000
0
0
0
0
130.000
0
09. Storting in reserve i.v.m. egalisatie
148.387
0
0
0
Totaal incidentele lasten
186.387
20.000
130.000
0
08. Bijdrage aan derden i.v.m. volkshuisvesting
Incidentele baten 08. Inzet reserve voor bijdrage aan derden
0
0
-130.000
0
09. Inzet reserve i.v.m. egalisatie
0
-57.136
-91.251
0
Totaal incidentele baten
0
-57.136
-221.251
0
186.387
-37.136
-91.251
0
Saldo incidentele lasten en baten
In de begroting zijn de volgende toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves verwerkt: Totaal resultaatbestem m ing
Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
2016
2017
2018
2019
01. Bestuur
0
0
0
0
02. Dienstverlening
0
0
0
0
03. Openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
04. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving
30.762
0
0
0
05. Onderw ijs en kinderopvang
73.497
73.497
73.497
0
06. Sport, recreatie, cultuur en w elzijn
0
0
0
0
07. Sociaal domein
0
0
0
0
22.690
72.690
82.143
59.453
1.256.187
1.234.400
1.234.400
1.234.400
400.884
378.516
383.634
385.774
1.784.020
1.759.103
1.773.674
1.679.627
01. Bestuur
0
0
0
0
02. Dienstverlening
0
0
0
0
03. Openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
04. Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving
-153.000
0
0
0
05. Onderw ijs en kinderopvang
-119.637
-113.764
-107.892
-96.148
-41.425
-32.557
-55.596
-54.600
0
0
0
0
-75.429
-75.429
-205.429
-75.429
Toevoegingen reserves
08. Ruimte, volkshuisvesting en economie 09. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 10. Bedrijfsvoering Totaal toevoegingen reserves Onttrekkingen reserves
06. Sport, recreatie, cultuur en w elzijn 07. Sociaal domein 08. Ruimte, volkshuisvesting en economie 09. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
0
-57.136
-16.251
0
10. Bedrijfsvoering
-469.336
-271.075
-245.133
-99.319
Totaal onttrekkingen reserves
-858.827
-549.961
-630.301
-325.496
925.193
1.209.142
1.143.373
1.354.131
Saldo reservem utaties
63
In de Kaderbrief 2016-2019 is de startpositie voor de begroting 2016 op basis van bestaand beleid, de uitkeringen en de budgetten opgenomen. Hieronder wordt het verloop voor de begroting 2016-2019 toegelicht: Ontw ikkeling m eerjarenperspectief
Begroting
Begroting
Begroting
2016
2017
2018
2019
-2.129.954
-2.520.981
-2.741.954
-2.741.954
Totaal dekkingsm aatregelen in m eerjarenbegroting 2015-2018 Amendement inzet exploitatievoordeel De Kreek Amendement openbare bibliotheek Amendement taakstelling gemeenschappelijke regelingen Saldo na begrotingsraad novem ber 2014
2.567.655 106.000 -150.000 0 393.701
2.303.200 106.000 -150.000 180.000 -81.781
2.473.630 106.000 -150.000 180.000 -132.324
2.473.630 106.000 -150.000 180.000 -132.324
Ontw ikkelingen 1e bestuursrapportage 2015 Bijstelling budgetten van leges burgerzaken Bijstelling budgetten van de brandw eergarages en VRGZ Bijstelling budgetten van het dagelijks onderhoud Bijstelling budget van het leerlingenvervoer Bijstelling opbrengst OZB Bijstelling opbrengst toeristenbelasting Bijstelling stortingen voorziening onderhoud gemeentegebouw en i.v.m. actualisatie beheerplan Diverse budgetaanpassingen van geringe omvang Saldo na 1e bestuursrapportage 2015
-75.185 -19.973 -77.083 36.843 -64.757 -74.500 30.825 4.991 154.862
-75.185 -21.551 -81.583 36.843 -64.757 -74.500 30.825 4.991 -326.698
-75.185 -21.407 -86.083 36.843 -64.757 -74.500 27.838 4.991 -384.584
-75.185 -21.407 -86.083 36.843 -64.757 -74.500 27.838 7.681 -381.894
Ontw ikkelingen Ontw ikkeling algemene uitkering uit het gemeentefonds Stijging loonkosten op basis van het stijgingspercentage personele kosten Stijging kapitaallasten (veroorzaakt door hogere afschrijving en rente) Aanpassing budgetten Sociaal domein Aanpassing budget "Participatiebudget inburgering" Overige ontw ikkelingen per saldo (inclusief aanpassingen reserves en voorzieningen) Saldo ontw ikkelingen
776.969 -101.229 -228.982 23.727 -25.645 -90.857 353.983
751.868 -121.229 -338.325 -26.553 0 -38.354 227.407
879.529 -121.229 -369.211 32.728 0 -114.421 307.396
1.004.951 -121.229 -261.681 64.297 0 -102.554 583.784
Ruim tevragers Aanpassingen w egenbeheerplan Lagere lasten Avri, hierdoor lagere dekking BTW-compensatie Actualisatie bodemgegevens voor overdracht aan ODR Aanpassing raming OZB op basis van uitkomsten 2014 Gemeenschappelijke regelingen bijstelling op basis van begrotingen 2016 Diverse ruimtevragers van geringe omvang Saldo ruim tevragers
-30.000 -58.722 -18.000 36.600 -42.478 -17.450 -130.050
-30.000 -52.722 0 36.600 -41.014 -17.450 -104.586
5.000 -45.722 0 36.600 -44.578 -17.450 -66.150
-20.000 -45.722 0 36.600 -48.578 -17.450 -95.150
Saldo ruim tescheppers
260.000 79.000 21.500 6.217 366.717
260.000 156.000 21.500 9.241 446.741
260.000 179.000 21.500 12.265 472.765
260.000 185.000 21.500 15.289 481.789
Saldo nieuw beleid
-174.000 -15.000 0 -20.000 200.000 -9.000
0 -15.000 -160.000 -20.000 200.000 5.000
0 -15.000 -155.000 0 129.322 -40.678
0 -15.000 -150.000 0 129.322 -35.678
Bijstelling om buigingen Afbouw subsidie bibliotheek (1e jaar ombuiging w ordt het jaar 2018) Herijking reserve bestemmingsplannen Taakstelling gemeenschappelijke regelingen: van 15% (vanaf 2017) naar 5% Saldo bijstelling om buigingen
0 0 0 0
-75.000 -50.000 -180.000 -305.000
-75.000 -50.000 -180.000 -305.000
0 -50.000 -180.000 -230.000
736.512
-57.136
-16.251
322.851
-73.387
57.136
16.251
0
663.125
0
0
322.851
Saldo m eerjarenbegroting 2015-2018 voor begrotingsraad
Ruim tescheppers OZB verhoging onder gelijktijdige verlaging van rioolrecht Herziene doorrekening van opbrengst precariobelasting Aanpassing budgetten bedrijfsvoering Diverse ruimtescheppers van geringe omvang
Nieuw beleid Flexibele schil bedrijfsvoering Communicatie in het Carillon Speelveldcapaciteit van diverse voetbalclubs Projecten recreatie en toerisme Beschikbaar budget nieuw beleid uit meerjarenbegroting 2015-2018
Saldo m eerjarenbegroting 2016-2019 Egalisatie van het meerjarensaldo via de algemene reserve Saldo m eerjarenbegroting 2016-2019 (na egalisatie van het m eerjarensaldo)
Begroting
64
In de programmabegroting 2015-2018 is door de raad voor het jaar 2016 een totaal bedrag van € 2.567.655 aan ombuigingen vastgesteld. Hieronder wordt de voortgang van de ombuigingen toegelicht: Voortgang realisatie om buigingen
Totaal om buigingen in program m abegroting 2015 Amendement taakstelling openbare bibliotheek Amendement taakstelling gemeenschappelijke regelingen
Realisatie
Verw achte
Verw achte
Verw achte
Verw achte
realisatie
realisatie
realisatie
realisatie
2015
2016
2017
2018
2019
2.317.200
2.567.655
2.303.200
2.473.630
2.473.630
0
-150.000
-150.000
-150.000
-150.000
0 2.317.200
0 2.417.655
180.000 2.333.200
180.000 2.503.630
180.000 2.503.630
26.000
26.000
26.000
26.000
26.000
0 17.962 54.500 1.000.000 40.000
50.000 23.000 54.500 940.000
50.000 23.000 54.500 190.875
50.000 23.000 4.500 174.025
50.000 23.000 4.500 174.025
0 0
32.000 8.200
32.000 8.200
32.000 8.200
32.000 8.200
102.000
102.000
102.000
102.000
102.000
10.000 0 2.000 10.000
10.000 0 4.000 20.000
10.000 75.000 8.000 20.000
10.000 150.000 8.000 20.000
10.000 150.000 8.000 20.000
0 0
156.455 0
321.925 150.000
352.025 300.000
352.025 300.000
49.000 100.000 0
10.000 50.000 20.000
10.000 50.000 20.000
10.000 50.000 20.000
10.000 50.000 20.000
160.000 220.000 0 120.000 -200.000
160.000 198.000 0 120.000 -200.000
160.000 178.200 270.000 120.000 -200.000
160.000 160.380 270.000 120.000 -200.000
160.000 160.380 270.000 120.000 -200.000
2.400 200.000 41.000 30.000 272.000 24.700
4.800 200.000 41.000 30.000 333.000 24.700
4.800 200.000 41.000 30.000 353.000 24.700
4.800 200.000 41.000 30.000 353.000 24.700
4.800 200.000 41.000 30.000 353.000 24.700
2.281.562
2.417.655
2.333.200
2.503.630
2.503.630
0 0 0
0 0 0
-75.000 -50.000 -180.000
-75.000 -50.000 -180.000
0 -50.000 -180.000
35.638
0
305.000
305.000
230.000
Totaal om buigingen inclusief verw erking van am endem enten d.d. 6 novem ber 2014 Progr. 01
Nr. 1
Om schrijving Formatie griffie reduceren van 1,6 tot 1,32 fte
04 04 04 04 04
1 2 3 4 5
Versoberen onderhoud openbaar groen Versoberen straatmeubilair Onderhoud w egen en verkeersmaatregelen naar ondergrens laag Rehabilitatie w egen v.a. 2015 over 40 jaar afschrijven Handhaving arbeidsmigranten
05 05
1 2
05
3
Peuterspeelzalen: geen extra zorgtaken Peuterspeelzaal Rossum in basisschool onderbrengen Vrijval budget onderhoud schoolgebouw en i.v.m. overheveling taak naar schoolbesturen
06 06 06 06
1 2 3 4
Versoberen speelterreinen Afbouw subsidie bibliotheek (na verw erking amendement 5-11-2014) Afbouw subsidie maatschappelijke stage Afbouw subsidie begeleiding asielzoekers tot 50%
07 07
1 2
Voordeel efficiency samenw erking Werkzaak Rivierenland Afbouw stelpost onvoorziene uitgaven WMO v.a. 2017
08 08 08
1 2 3
Beëindigen economische projecten Herijking reserve bestemmingsplannen leges behandeling ontw ikkelverzoeken kostprijsdekkend maken
09 09 09 09 09
1 2 3 4 5
Boventrendmatige verhoging OZB met 4% Precariotarief gasleidingen verhogen (€ 2,40 naar € 3,40) Taakstelling gemeenschappelijke regelingen: 5% v.a. 2017 Taakstelling stortingen in voorzieningen 10% Ruimte voor beleidsaanpassingen
10 10 10 10 10 10
1 2 3 4 5 6
Afschaffen papieren vergaderstukken raad Geen indexering materiele budgetten voor inflatie en areaaluitbreiding Herijking rentelasten en verhoging kasgeldlimiet Reserve personeelsbeleid inzetten voor dekking vorming en opleiding Realisatie taakstelling bedrijfsvoering Diverse facilitaire taken en voorzieningen
Totaal (verw achte) realisatie om buigingen Bijstelling om buigingen bij program m abegroting 2016 06 2 Afbouw subsidie bibliotheek 08 2 Herijking reserve bestemmingsplannen 09 3 Taakstelling gemeenschappelijke regelingen: 5% v.a. 2017 Saldo bijstelling om buigingen bij program m abegroting 2016
65
Meerjareninvesteringsoverzicht Investeringsobjecten per programma (bedragen in euro's)
Plan jaar
Bedrag investering netto
4 Openbare ruimte, verkeer, milieu en handhaving Water en Rioleringsplan (WRP) 2012-2016
2016
1.980.584
50
0
99.025
97.841
96.652
Water en Rioleringsplan (WRP) 2012-2016
2016
275.000
15
0
26.583
26.033
25.483
Straatverlichting masten Straatverlichting armaturen
2016 2016
95.100 77.400
40 20
0 0
7.608 4.257
7.465 4.199
7.323 4.141
Straatverlichting masten Straatverlichting armaturen
2017 2017
95.100 77.400
40 20
0 0
0 0
7.608 4.257
7.465 4.199
Straatverlichting masten
2018
95.100
40
0
0
0
7.608
Straatverlichting armaturen
2018 2019
77.400
20
0
0
0
4.257
95.100
40
0
0
0
0
2019
77.400
20
0
0
0
0
Reconstructie Maasdijk/Hintham K'driel 2016
2016 2016
100.000 300.000
40 40
0 0
5.500 16.500
5.425 16.275
5.350 16.050
Onderhoud Veilingweg Velddriel 2016
2016
40.000
40
0
2.200
2.170
2.140
Reconstructie Drielse Veldweg Velddriel 2016 Reconstructie Zandweg Kerkdriel 2016
2016 2016
480.000 80.000
40 40
0 0
26.400 4.400
26.040 4.340
25.680 4.280
WPB onderhoudsprojecten/JOR 2017 WPB onderhoudsprojecten/JOR 2018
2017 2018
310.000 310.000
40 40
0 0
17.050 0
17.050 0
16.818 17.050
WPB onderhoudsprojecten/JOR 2019
2019
310.000
40
0
0
0
0
Sneeuwploeg aanschaf 2016 verv Nido
14.294
15
0
1.382
1.353
1.325
Vrachtauto aanschaf 2017 verv DAF
2016 2017
77.500
10
0
0
10.075
9.843
Bestelbus aanschaf 2016 verv MB 413
2016
38.500
10
0
5.005
4.890
4.774
Zoutstrooier stratos B40 verv 2017 Zoutstrooier Stratos B15+27 verv 2017
2017
33.250 27.000
12 12
0 0
0 0
3.768 3.060
3.685 2.993
Zoutstrooier Stratos B11 verv 2017
2017
12
0 0
0 215.910
3.060 244.909
2.993 270.109
Straatverlichting masten Straatverlichting armaturen Herinrichting Teisterbandstraat Kerkdriel 2016
2017
Sub totaal openb are ruimte en verkeer
27.000 5.093.128
Bijdrage Afschr Netto derden beheerplan reserve termijn lasten 2016
0
0
0
Netto lasten 2017
Netto lasten 2018
Netto lasten 2019
5 Onderwijs en jeugd Integraal huisvestingsplan onderwijs
2016
200.000
40
0
11.000
10.850
10.700
Integraal huisvestingsplan onderwijs
2017
200.000
40
0
0
11.000
10.850
Integraal huisvestingsplan onderwijs Integraal huisvestingsplan onderwijs
2018 2019
200.000 200.000 800.000
40 40
0 0 0
0 0 11.000
0 0 21.850
11.000 0 32.550
Sub totaal onderwijs 10. Bedrijfsvoering IBP investeringen hardware
0
0
0
IBP investeringen software
2017 2017
131.362 104.068
4 7
0 0
0 0
36.781 17.989
35.796 17.543
IBP investeringen hardware
2018
131.362
4
0
0
0
36.784
IBP investeringen software IBP investeringen hardware
2018
104.068
7
0
0
0
17.989
2019
131.362
4
0
0
0
0
IBP investeringen software
2019
104.068 706.290
7
0 0
0 0
0 54.770
0 108.112
0
226.910
321.529
410.771
Sub totaal b edrijfsvoering Totaal
6.599.418
0
0
0
66
De paragrafen De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de begroting op verschillende gebieden. De paragraaf bedrijfsvoering is als apart hoofdstuk opgenomen achter de programma’s. De volgende onderwerpen worden hierna behandeld. Lokale heffingen Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Verbonden partijen Grondbeleid
67
68
Lokale heffingen Overzicht op hoofdlijnen van de lokale heffingen De gemeentelijke heffingen zijn te verdelen in twee categorieën: Heffingen waarvan de opbrengst is gebonden (retributies en leges); Heffingen waarvoor de opbrengst vrij besteedbaar is. De onderstaande tabel geeft de totaalopbrengst van de diverse gemeentelijke heffingen weer: Overzicht lokale heffingen
Ram ing 2016
Ram ing 2017
Ram ing 2018
Ram ing 2019
Gebonden heffingen
• • • • • • • •
Bevolkingsleges Rioolheffing Baatbelasting Milieuvergunningen Begraafrechten
392.405
388.955
388.955
388.955
2.517.109
2.517.109
2.517.109
2.517.109
13.030
13.030
13.030
13.030
3.559
3.559
3.559
3.559
74.000
74.000
74.000
74.000
Leges ruimtelijke ordening
42.951
42.951
42.951
42.951
Bouw - en w elstandleges
488.891
488.891
488.891
488.891
61.616
61.616
61.616
61.616
4.387.767
4.387.767
4.387.767
4.387.767
93.234
93.234
93.234
93.234
Hondenbelasting
150.357
150.357
150.357
150.357
Precariobelasting
Overige leges
Vrij besteedbaar
• • • • • • •
Onroerende zaakbelastingen (OZB) Toeristenbelasting
1.791.600
1.771.800
1.753.980
1.753.980
Paardenmarktgelden
46.275
46.275
46.275
46.275
Marktgelden
10.771
10.771
10.771
10.771
Staangelden kermis
50.000
50.000
50.000
50.000
10.123.565
10.100.315
10.082.495
10.082.495
Totaal
Beleid ten aanzien van de lokale heffingen De lokale heffingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente Maasdriel. De lokale heffingen en vooral de algemene dekkingsmiddelen zijn een belangrijk politiek instrument ter weging van beleidsbeslissingen. Ze maken integraal onderdeel uit van het gemeentelijke beleid. In het kader van het dualisme en het Besluit Begroting en Verantwoording is de paragraaf lokale heffingen verplicht gesteld. Dit om de afweging tussen een extra euro lastendruk tegenover het nut van een extra euro uitgaven vorm te geven. Indexering De uitgangspunten voor indexering die worden gebruikt zijn: 1. De tarieven voor de belastingen en leges worden verhoogd met de prijsmutatie Bruto Binnenlands Product (BBP). Deze index wordt weergegeven in de circulaires van het gemeentefonds. In deze begroting is de index uit de meicirculaire gebruikt. Deze index wordt aangepast met de actuele gegevens uit de septembercirculaire bij de vaststelling van de belastingtarieven; 2. Daarnaast worden mutaties in de waarde van onroerend goed door periodieke herwaardering gecorrigeerd op de tarieven. Ze leiden per saldo niet tot een mutatie in de totale opbrengst van de OZB. Indexering belastingen en leges De afgelopen jaren zijn de tarieven in Maasdriel voor OZB overige belastingen en leges als gevolg van de indexering gewijzigd met de onderstaande percentages: 2014: OZB, overige belastingsoorten en leges verhoogd met 1,40%; 2015: OZB, overige belastingsoorten en leges verhoogd met 1,25%; 2016: voorgenomen verhoging 0,80%. Indexering rioolheffing Conform de besluitvorming met betrekking tot het Water- en Rioleringsplan (WRP) Bommelerwaard 2012-2016 zijn de tarieven in Maasdriel de afgelopen jaren niet gewijzigd, dus ook niet geïndexeerd.
69
Ontwikkelingen binnen de verschillende belastingen en heffingen Precariobelasting Precariobelasting kan worden geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor openbare dienst bestemde gemeentegrond. Hierbij kan worden gedacht aan een winkeluitstalling en allerlei voorwerpen die op straat te vinden zijn. Ook het terras van een café, erkers, luifels en andere uitbouwsels aan bedrijfspanden vallen er onder. Voor wat betreft voorwerpen onder gemeentegrond kan worden gedacht aan pijpleidingen, elektriciteitskabels en buizen. Er mag hierbij geen verplichting zijn voor de gemeente om deze voorwerpen te gedogen. De Tweede Kamer heeft in 2011 een motie aangenomen die de regering verzoekt om het wetsvoorstel vrijstelling precariobelasting op netwerken van nutsbedrijven zo spoedig mogelijk in te dienen. Voor gemeenten die op 1 januari 2012 precariobelasting voor deze netwerken in rekening brachten zou er een overgangsregeling gaan gelden. Hoe die overgangsregeling eruit komt te zien en voor welke termijn die gaat gelden is op dit moment nog niet bekend omdat het beoogde wetsvoorstel met betrekking tot de precariobelasting nog steeds niet is ingediend. In februari 2015 heeft minister Plasterk van BZK Kamervragen beantwoord over het lange uitblijven van de afschaffing van de precariobelasting op kabels en leidingen van nutsbedrijven. Hij geeft daarin echter nog geen uitsluitsel. De gemeente Maasdriel heft precariobelasting op kabels en leidingen in gemeentegrond en kan deze belasting blijven heffen zolang besluitvorming omtrent de afschaffing van precariobelasting uitblijft. In de begroting van 2016 wordt met de volledige baten van de precariobelasting op de gasleidingen rekening gehouden in de exploitatie. Vanaf 2017 wordt met een afbouw van 10% per jaar rekening gehouden. De precariobelasting op de elektriciteitsleidingen is onderwerp van geschil in een beroepsprocedure. Bij het opstellen van de begroting heeft de rechtbank Gelderland nog geen uitspraak gedaan in de juridische procedure. In afwachting van de geschetste ontwikkelingen worden de opbrengsten van de precariobelasting op de elektriciteitsleidingen toegevoegd aan de reserve precariobelasting. Lokale lastendruk De lokale lastendruk is een indicator voor de mate waarin de inwoners van de gemeente Maasdriel worden belast met de vastgestelde heffingen. Anderzijds is het een indicator voor de financiële positie van de gemeente in het provinciaal toetsingskader. Voor het bepalen van de lokale lastendruk zijn de heffingen bepalend die onvermijdelijk gepaard gaan met het wonen in de gemeente Maasdriel. Dit zijn: de rioolheffing, de onroerende zaakbelastingen (OZB) en de afvalstoffenheffing. Ondanks het feit dat de afvalstoffenheffing in Maasdriel wordt opgelegd door de AVRI, moet die heffing toch worden betrokken bij de bepaling van de lokale lastendruk. Rioolheffing Als gevolg van de door de raad vastgestelde ombuiging van reductie op de stortingen in de voorzieningen wordt de rioolheffing voor 2016 verlaagd met bijna 10%. OZB Uitgangspunt is dat een gemiddeld gelijkblijvende lastendruk voor 2016 voor de inwoners gehandhaafd blijft. Door de verlaging van de rioolheffing is ruimte om de OZB met 6,3% te laten stijgen, exclusief indexering. De verlaging van de rioolheffing kent geen gevolgen voor de exploitatie omdat er € 260.000 minder wordt gestort in de voorziening Riolering. De verhoging van de OZB levert echter structureel een ruimte op van € 260.000. Deze actie betekent concreet dat de lastendruk voor een belastingplichtige met een huis met een waarde van € 320.000 per saldo gelijk blijft. Deze belastingplichtige gaat ongeveer € 25 minder rioolrecht betalen en ongeveer € 25 meer OZB. Afvalstoffenheffing Deze heffing valt onder het beleidsveld van de Avri en de gemeente speelt geen autonome rol in de algemene tarief ontwikkeling. Meestal worden de nieuwe tarieven voor een volgend jaar bekend gemaakt aan het einde van het lopende kalenderjaar.
70
Lokale lastendruk inwoners De lokale lastendruk kan op verschillende manieren worden berekend. Omdat de onroerende zaakbelasting voor eigenaren en de rioolheffing worden geheven van de zakelijk gerechtigde, verschilt de lokale lastendruk. De lastendruk is afhankelijk van de vraag of een inwoner van Maasdriel eigenaar of huurder is. De onderstaande tabel geeft van de afgelopen jaren een overzicht van de lokale lastendruk per woonruimte, voor een eigenaar en voor een huurder. De hierbij gehanteerde uitgangspunten zijn: Een huishouden, bestaande uit drie personen; Een waarde van de woning van € 200.000; 3 Een waterverbruik als basis voor rioolrecht van 50 m per persoon; Een standaardtarief afvalstoffenheffing. Lokale lastendruk (bedragen in €) Soort lastendruk
2013
2014
2015
Gemiddelde lastendruk per inw oner provincie Gelderland
382
387
398
Gemiddelde lastendruk per inw oner Maasdriel
369
375
379
Lastendruk OZB specifiek huishouden – eigenaar / bew oner OZB
235
203
219
Afvalstoffenheffing (beleidsveld AVRI, niet van gemeente)
247
184
191
Rioolrecht
263
263
263
Totaal
745
650
673
Positie provinciale lijst (1 is het goedkoopst, 54 het duurst)
26
19
23
Lastendruk specifiek huishouden – huurder / bew oner OZB
0
0
0
Rioolrecht
0
0
0
Afvalstoffenheffing (beleidsveld AVRI, niet van gemeente)
247
184
191
Totaal
247
184
191
Positie provinciale lijst (1 is het goedkoopst, 54 het duurst)
10
7
9
Hieruit blijkt dat de gemiddelde lastendruk per inwoner van Maasdriel lager ligt dan het provinciaal e gemiddelde. In de categorie huurders heeft Maasdriel in 2015 de 9 positie op de ranglijst en behoort tot de goedkopere gemeenten in Gelderland. In de categorie eigenaren heeft Maasdriel in 2015 een e 23 positie op de lijst en neemt hiermee een midden positie in. Lokale lastendruk bedrijven Bij de behandeling van de begroting 2013 heeft de raad met een motie verzocht om de belastingdruk voor bedrijven in Maasdriel inzichtelijk te maken en deze belastingdruk jaarlijks in de begroting op te nemen. Hieronder volgt een vergelijking met de gemeenten West Maas en Waal en Zaltbommel voor het jaar 2015. Bij de benchmark is gekozen voor de volgende belastingen en leges: Onroerende zaakbelasting; Rioolheffing; Precariobelasting; Bouwleges (omgevingsvergunning). Om vergelijking van de belastingen en leges mogelijk te maken zijn een aantal scenario's opgesteld, waarin een aantal uitgangspunten zoals waarde bedrijfspand en waterverbruik zijn geformuleerd. Aan de hand van de scenario's zijn voor de gemeenten de belastingen berekend. De tarieven die zijn gehanteerd, zijn de vastgestelde tarieven van 2015.
71
Scenario 1 Locatie Bedrijf Waarde pand Waterafvoer
Bedrijventerrein Show room € 750.000 < 400 m3
Gem eentelijke lasten voor het jaar 2015 Onroerende zaakbelasting Rioolheffing Totaal Positie
Scenario 2 Locatie Bedrijf Waarde pand Waterafvoer
Totaal Positie
Maasdriel € 3.263,25 € 263,44
€ 3.519,25 1
€ 3.905,42 3
€ 3.526,69 2
West Maas en Waal € 6.968,00 € 253,00
Zaltbommel € 7.419,20 € 511,82
Maasdriel € 6.961,60 € 607,00
€ 7.221,00 1
€ 7.931,02 3
€ 7.568,60 2
West Maas en Waal € 21.775,00 € 253,00 € 21.000,00
Zaltbommel € 23.185,00 € 848,42 € 18.389,00
Maasdriel € 21.755,00 € 1.057,00 € 19.630,00
€ 43.028,00 3
€ 42.422,42 1
€ 42.442,00 2
West Maas en Waal € 2.177,50 € 253,00 -
Zaltbommel € 2.318,50 € 402,92 € 1.187,50
Maasdriel € 2.175,50 € 263,44 -
€ 2.430,50 1
€ 3.908,92 3
€ 2.438,94 2
Bedrijventerrein Industrie € 5.000.000 2.500 m3 € 1.000.000
Gem eentelijke lasten voor het jaar 2015 Onroerende zaakbelasting Rioolheffing Omgevingsvergunning (bouw leges) Totaal Positie
Scenario 4 Locatie Bedrijf Waarde pand Waterafvoer Terras
Zaltbommel € 3.477,75 € 427,67
Buitengebied Agrarisch € 1.600.000 1.500 m3
Gem eentelijke lasten voor het jaar 2015 Onroerende zaakbelasting Rioolheffing
Scenario 3 Locatie Bedrijf Waarde pand Waterafvoer Verbouw ing
West Maas en Waal € 3.266,25 € 253,00
Centrum Horeca € 500.000 350 m3 25 m2
Gem eentelijke lasten voor het jaar 2015 Onroerende zaakbelasting Rioolheffing Precario Totaal Positie
Bij elk scenario is de goedkoopste gemeente aangegeven met het cijfer 1 en de duurste gemeente met het cijfer 3. Kwijtscheldingsbeleid De gemeente is op grond van de Gemeentewet bevoegd om kwijtschelding van gemeentelijke heffingen te verlenen. In Maasdriel is het al jaren usance dat slechts kwijtschelding kan worden aangevraagd voor de hondenbelasting. Dit geldt uitsluitend voor particuliere belastingplichtigen en enkel voor de eerste hond.
72
Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het weerstandsvermogen vormt een belangrijk onderdeel van risicomanagement en wordt gedefinieerd als de mate waarin de gemeente in staat is onvoorziene tegenvallers op te vangen. Risicomanagement Op basis van risicomanagement wil de gemeente inzicht krijgen in de risico’s die zij loopt en daarmee eventuele risico’s afdekken. Risicomanagement wordt omschreven als het identificeren en kwantificeren van risico’s en het bepalen van activiteiten die de kans van optreden en/of de gevolgen van risico’s beheersbaar houdt. Om de risico’s inzichtelijk te krijgen, is het van belang dat er periodiek inzicht bestaat in de omvang, aard en ontwikkeling van de belangrijkste risico’s en de risicogebieden. Dit inzicht vormt de eerste aanzet om hiervoor ook concrete beheersmaatregelen te treffen. Bewustwording van risico’s is een belangrijke stap in het beheersen van risico’s. Risico-inventarisatie Een deel van de risico’s van de gemeente wordt afgedekt door specifieke maatregelen zoals bijvoorbeeld het afsluiten van verzekeringen en het inrichten van de interne controle. Naast de afgedekte risico’s, loopt de gemeente ook altijd risico’s die niet (kunnen) worden afgedekt. Om te voorkomen dat er ingrijpende beleidswijzigingen moeten worden doorgevoerd bij het voordoen van niet afgedekte risico’s, moet de gemeente over een financiële buffer (beschikbare weerstandscapaciteit) beschikken. De niet afgedekte risico’s worden meegenomen bij de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit. Bij de risico-inventarisatie wordt onderscheid gemaakt tussen algemene risico’s en specifieke risico’s. Ratio weerstandsvermogen Omschrijving
Bron Realisatie
Effectindicatoren Weerstandsvermogen
Risico analyse
Begroting
2013
2014
2015
1,6
1,73
1,82
Streefwaarde
Begroting
2016
2016
1,35 < x < 1,65
1,75
(=beschikbare weerstandscapaciteit gedeeld door benodigde weerstandscapaciteit)
Benodigde weerstandscapaciteit Op basis van de risico-inventarisatie bedraagt de benodigde weerstandscapaciteit € 8,49 miljoen. Dit betekent dat er € 8,49 miljoen nodig is om de risico’s financieel af te dekken.
73
Risico’s De gemeente Maasdriel hanteert voor de risico-inventarisatie de volgende twee categorieën: algemene risico’s en specifieke gemeente risico’s. De algemene risico’s zijn als volgt: Risico
Beheersmaatregelen
Benodigde weerstandscapaciteit
Algemene risico’s
€ 2.000.000
Dit betreffen de risico’s die samenhangen met onze
Voor
activiteiten, die aan weinig verandering onderhevig
gemaakt
zijn. Om deze risico’s te signaleren en te beperken
beheersmaatregelen:
zijn
- Vermijden
beheersmaatregelen
genomen
in
de
processen.
elk
risico
wordt
uit
een
de
keuze
volgende
- Verminderen - Overdragen - Accepteren
De specifieke risico’s zijn als volgt: Risico
Beheersmaatregelen
Benodigde weerstandscapaciteit
1
€ 400.000
Wachtgeld bestuurders Wethouders hebben na beëindiging van het
Voor huidige wachtgelden is inmiddels
wethouderschap recht op wachtgeld. Het risico
een voorziening gevormd voor de
doet zich voor op het moment van een collegecrisis
maximale
en bij het einde van een raadsperiode.
geactualiseerd
verplichting wordt.
beheersmaatregel
is
die
jaarlijks
Een
andere
actieve
re-
integratie van oud wethouders.
2
€ 100.000
Pensioenvoorziening bestuurders Op basis van de algemene pensioenwet politieke
Om
ambtsdragers
pensioenverplichtingen is een APPA
(APPA)
is
de
gemeente
te
kunnen
voldoen
verantwoordelijk voor de opbouw van voldoende
voorziening
pensioenvermogen. Deze verplichting wordt deels
periodiek getoetst op toereikendheid.
in eigen beheer opgebouwd
gevormd.
aan
Deze
de
wordt
via een eigen
pensioenvoorziening en deels via een verzekering. Voor beide situaties geldt dat de verplichting berekend wordt op basis van sterftetabellen en renteverwachtingen. Risico doet zich voor op moment van ingang van het pensioen, wanneer blijkt dat de voorziening niet toereikend is en wanneer pensioengerechtigden ouder worden dan waar statistisch rekening mee wordt gehouden.
74
Risico
Beheersmaatregelen
Benodigde weerstandscapaciteit
3
€ 100.000
Planschade Wijzigingen
van
bestemmingsplannen
kunnen
- Het uitvoeren van een risico analyse
leiden tot een verhoogd risico op planschade. Het
voorafgaand aan een project en het
betreffen juridische kosten die gemoeid zijn met de
opnemen van de geraamde kosten in
afwikkeling van verzoeken om tegemoetkoming in de planschade. Risico doet zich voor op moment
de desbetreffende exploitatie; - De voorbereiding van
dat planschadeclaims niet op exploitanten/derden
bestemmingsplannen wordt voor-
kunnen
de
aangekondigd. Hierdoor worden
vooral
planologische wijzigingen eerder
worden
afgewenteld.
beheersmaatregelen
betreffen
Gezien het
planschadeclaims die voortkomen uit plannen uit
“voorzienbaar” en wordt de kans op
het verleden.
geslaagde planschadeclaims verkleind; - Het opnemen van afwentelingsovereenkomsten in af te sluiten contracten met derden, in het geval van anterieure overeenkomsten worden hier ook de externe deskundigheidskosten opgenomen; - Het heroverwegen van de ontwerpbestemmingsplannen voor de bedrijventerreinen De Kampen en De Geerden als gevolg van verwachte planschade als de plannen overeenkomstig het gepubliceerde ontwerp worden vastgesteld.
4
€0
Herstructurering glastuinbouw Als
deelnemer
aan
de
gemeenschappelijke
- Raadsbesluit d.d. 6 december 2013
regeling bestaat het risico dat extra bijdragen voor
en 29 januari 2015 waarbij is
het vervolg van het projectbureau nodig zijn en
besloten respectievelijk € 500.000 en
lopen we risico’s op de individuele exploitaties.
€ 24.000 extra beschikbaar te stellen, hiermee komt het
De PHTB heeft in de jaarrekening 2014 aangegeven hoe de verhouding is tussen de
beschikbare krediet op € 734.000; - Voor de aankopen en investeringen,
geïnventariseerde risico’s en de
die gedaan worden zal een
weerstandscapaciteit die aanwezig is om
risicoparagraaf en afweging
tegenvallers daadwerkelijk op te vangen. De PHTB
voorgelegd worden aan het DB. Dit
heeft het volgende aangegeven:
om zeker te zijn dat geen grotere
- De risico’s worden op dit moment opgevangen in
risico’s genomen worden dan
het eigen vermogen van de PHTB; - De PHTB moet de financiële risico’s van de
waarvoor dekking of risicodekking beschikbaar is.
projecten zelf dragen.
75
Risico
Beheersmaatregelen
Benodigde weerstandscapaciteit
5
Risicoscenario’s grondexploitaties
€ 3.788.000
Op basis van actuele berekeningen van de
Maatregelen om de afzet van grond te
grondexploitaties,
bevorderen
verschillende
die
zijn
scenario’s,
is
gebaseerd een
op
voorziening
gevormd van € 3,03 miljoen. Omdat niet zeker is
c.q.
vertraging
en
vraaguitval te beperken, zoals: - Afstemmen van het aanbod op de
dat de voorgaande scenario’s zich daadwerkelijk
vraag (o.a. door flexibiliteit in
zullen voordoen in de mate waarin ze berekend
bestemmingsplannen in te bouwen)
zijn, zijn aanvullende risicoscenario’s opgesteld. Deze aanvullende risicoscenario’s zijn gebaseerd
- Continu bewaken en zo nodig aanpassen van de grondexploitaties
op meer negatieve scenario’s. Deze scenario’s
- Actief betrekken van derden voor het
laten mogelijke verliezen zien, die oplopen tot € 3,8
overnemen van gronden/risico’s en
miljoen. Dit komt bovenop de scenario’s waarvoor
ontwikkelen van plannen
een verliesvoorziening gevormd is van € 3,03
- Inzet waar mogelijk van beschikbare
miljoen. Gelet op de onzekerheid dat deze
instrumenten en subsidies (starters-
scenario’s zich voordoen, is er geen reden de
en duurzaamheidsleningen,
hoogte van de voorziening aan te passen. Met
provinciale subsidies Impulsplan
deze risicoscenario’s wordt rekening gehouden bij
wonen e.d.).
het
bepalen
van
de
benodigde
weerstands-
capaciteit.
- Monitoren en up to date houden van het woningbouwprogramma en afzetten tegen de behoefte
6
3 Decentralisaties Risico’s rondom de drie decentralisaties: € 1.000.000
Jeugdzorg/WMO De belangrijkste financiële risico’s zijn: - Onvoldoende budget om benodigde zorgaanbod
- (Boven)regionale contractering voor de zorgaanbieders;
te realiseren. Benodigde zorginnovatie – met
- Ontwikkeling zorginnovatie;
behoud van kwaliteit en voldoende aanbod – die
- Aanpassing beleidsuitgangspunten.
nodig is om efficiencykorting van het Rijk te halen, wordt niet gerealiseerd of blijkt niet mogelijk. - Grotere zorgvraag dan waarmee rekening is gehouden. - Kosten overdracht lopende trajecten na 2015. - Herverdeeleffect objectief verdeelmodel.
Risico
Beheersmaatregelen
Benodigde weerstandscapaciteit
€ 500.000
Participatiewet De belangrijkste financiële risico’s zijn: - De afbouw van de WSW middelen binnen het
- Oprichting/deelname GR Werkzaak Rivierenland.
participatiebudget gaat gepaard met behoud van
76
de rechten van de bestaande doelgroep. Dit zal
Vanaf 2016 wordt geparticipeerd in de
leiden tot hogere subsidietekorten. Als deze niet
Werkzaak Rivierenland. Doel is een
worden opgevangen door verbeterde
logische uitwerking van de regionale
operationele resultaten, zullen de tekorten
visie op het sociaal domein: meer
gedekt moeten worden uit de algemene
mensen aan het werk op basis van hun
middelen en/of het participatiebudget. In dat
kwaliteiten en meer zelfredzaamheid.
laatste geval blijft er minder budget over voor re-
Werkzaak Rivierenland vormt de
integratie van bestaande en de nieuwe
verbinding tussen de vraag en het
doelgroepen (nieuwe Wajong-ers met
aanbod van werk.
arbeidsvermogen en de doelgroep beschut werken); De invoering van het nieuwe verdeelmodel voor de re-integratie en WSW-middelen per 2015 kan leiden tot negatieve herverdeeleffecten. 7
€ 600.000
Claims van derden De polisvoorwaarden van de aansprakelijkheidsverzekering sluiten een aantal zaken uit. Onder andere claims ten gevolge van: - Toezeggingen en gewekte verwachtingen;
- Aandacht voor preventie en het voorkomen van schade; - Verzekeringsportefeuille periodiek doorlichten.
- Termijnoverschrijding; - Aanbestedingen; - Nadeelcompensatie; - Oneerlijke concurrentie; - Wet Markt en Overheid. Totaal benodigde weerstandscapaciteit
€ 8.488.000
Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente Maasdriel bestaat uit: Algemene reserve De algemene reserve wordt gebruikt voor het opvangen van risico’s in algemene zin. De algemene reserve is vrij aanwendbaar, zolang geen rente van de algemene reserve aan de exploitatie wordt toegerekend; Onvoorzien Jaarlijks wordt in de begroting van de gemeente Maasdriel een bedrag van € 35.000 voor incidentele onvoorziene uitgaven opgenomen; Reserve nieuw beleid geblokkeerd; Het geblokkeerde deel van de reserve nieuw beleid bedraagt € 1.500.000 en wordt gebruikt voor het opvangen van risico’s in algemene zin. De rente over het geblokkeerde deel wordt ten gunste van de exploitatie gebracht; Reserve precariobelasting Een deel van de reserve is opgebouwd uit middelen, die deel uit maken van een beroepzaak. Voor dit deel is sprake van een risico op terugbetaling van geheven precariobelasting; Stille reserves Voor de berekening van de weerstandscapaciteit worden de stille reserves uit de materiële vaste activa, bestaande uit gronden zonder boekwaarde, meegenomen.
77
€ 14.862.651
Totaal reserves
Algemene reserve
4.063.687
Onvoorzien
35.000
Reserve nieuw beleid geblokkeerd
1.500.000
Reserve precariobelasting
5.498.222
Reserve bouwgrondexploitatie
865.742
Stille reserves
2.900.000
Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft aan in welke mate de gemeente Maasdriel in staat is onvoorziene tegenvallers op te vangen. Het is van belang te weten of sprake is van een toereikend weerstandsvermogen. Als het risicoprofiel bekend is, kan een relatie worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico’s en de daarbij benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De berekeningswijze van het weerstandsvermogen op basis van een gegeven zekerheidspercentage is als volgt: Weerstandsvermogen =
Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risico-inventarisatie voortvloeit, zetten we af tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen. De ratio weerstandsvermogen voor 2016 bedraagt € 14,9 miljoen gedeeld door € 8,49 miljoen = 1,75. De ratio komt uit op groter dan 1,65. Kengetallen financiële positie (rapport commissie Depla) Naar aanleiding van het rapport van de commissie Depla worden vijf financiële kengetallen opgenomen in deze paragraaf. Hoe de kengetallen berekend moeten worden, is vastgelegd in een ministeriële regeling. Het gebruik en het vaststellen van de berekeningswijze van de kengetallen heeft geen functie als normeringinstrument in het kader van het financieel toezicht door de provincies. De invoering van de set van vijf kengetallen is voornamelijk bedoeld om de financiële positie voor raadsleden inzichtelijker te maken. Begroting 2016 Kengetallen
• • • • • •
Rekening 2014
Begroting 2.015
Begroting 2.016
Netto schuldquote
50,49%
46,43%
63,71%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
50,58%
46,43%
63,71%
Solvabiliteitsrisico
24,15%
22,60%
21,11%
Structurele exploitatieruimte Grondexploitatie Belastingcapaciteit
n.t.b.
-5,80%
0,05%
32,90% 102,58%
32,49% 103,88%
33,53% 101,33%
78
Onderhoud kapitaalgoederen Deze paragraaf geeft inzicht in de kapitaalgoederen van groen, wegen, riolering, gebouwen, etc. Onderhoud van kapitaalgoederen beslaat een substantieel deel van de begroting. Een goed overzicht is daarom van belang voor een juist inzicht in de financiële consequenties ervan. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de kapitaalgoederen: Wegen; Riolering en Water; Groen; Speelvoorzieningen/Sportvelden; Openbare Verlichting; Gebouwen; Jaarprogramma Openbare Ruimte 2016 (JOR 2016). Kapitaalgoed Areaal
Wegen 2 Verharde rijbanen: 1.196.km 2 Fietspaden: 110 km 2 Voetpaden: 206 km 2 Overige verharding: 55 km
Doelstelling Een sobere maar doelmatige ontwikkeling en instandhouding van wegen, fietspaden en trottoirs voor een veilige en comfortabele bereikbaarheid van woningen en voorzieningen. Beleidskader Gestreefd wordt naar een doelmatige ontwikkeling en instandhouding van wegen, fietspaden en trottoirs, zodat een veilige bereikbaarheid van woningen en voorzieningen wordt gegarandeerd, die bijdraagt aan een functionele leefomgeving. Bij de vaststelling van de begroting 2015 is er voor een versobering van het beheerniveau gekozen tot het niveau 'laag' Dit betekent dat de kwaliteit op de langere termijn afneemt. Het mobiliteitsplan (verkeersveiligheid) is vastgesteld zonder dat hiervoor budget beschikbaar is gesteld. De mogelijkheid om verkeersklachten op te lossen zijn hierdoor beperkt. Het beleid van dit product wordt bepaald in het Wegbeheerplan, mobiliteitsplan en integraal afgewogen in het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR). Technische consequenties Iedere twee jaar wordt het gehele areaal verharding geïnspecteerd op basis van technische normen voor stroefheid, vlakheid en samenhang. Op basis van de vastgestelde schadebeelden en de kennis en ervaring van de beheerder worden vervolgens de noodzakelijke onderhoudsmaatregelen gepland. Deze planning wordt afgestemd op het groot onderhoud, onderliggende riolering, verkeer, groen, overige disciplines en het beschikbare budget. Aanvullend op de onderhoudsmaatregelen worden kleine herstelwerkzaamheden uitgevoerd, zoals het herstraten van enkele tegels, verzakkingen en wortelopdruk. Uitvoering van deze werkzaamheden wordt door de buitendienstmedewerkers gedaan op basis van eigen waarnemingen en meldingen van inwoners.
79
Kapitaalgoed Areaal
Riolering en Water Ca. 106 km gemengde riolering Ca. 14 km vuilwaterriool Ca. 18 km regenwaterriool 44 hoofdgemalen Ca. 78 km drukriolering 469 minigemalen 7 bergbezinkbassins 62 overstorten naar oppervlaktewater Totaal afvoerende watergangen 1 Ca. 6.5 km duikers Ca. 176 km A-watergangen Ca. 151 km B-watergangen Ca. 206 km C-watergangen
Doelstelling Het kapitaalgoed ‘riolering en water bestaat uit vier onderdelen: stedelijk afvalwater, hemelwater, grondwater en oppervlaktewater. Stedelijk afvalwater Aanleg, beheer en onderhoud van riolering is een gemeentelijke taak die zijn wettelijke basis vindt in de Wet milieubeheer. Riolering dient drie belangen, bescherming van de volksgezondheid en Volkshygiëne, bescherming van het milieu en het instandhouden van de kwaliteit van de leefomgeving. Hemelwater De zorgplicht van de gemeente met betrekking tot hemelwater beoogd een doelmatige inzameling en verwerking van het afvloeiend hemelwater. In lijn met het huidig beleidskader streven de gemeenten er naar vermenging van schoon hemelwater met afvalwater zoveel mogelijk terug te dringen (ontvlechten), waarbij de trits "vasthouden‐bergen‐afvoeren" de voorkeursvolgorde is. Grondwater De gemeente draagt zorg voor het treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand, voor de betreffende bestemming, zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Oppervlaktewater Watergangen zijn van groot belang voor het bergen en de aan‐ en afvoer van hemelwater en kwelwater. Bij hevige regenval en in situaties met veel kwel bij hoge waterstanden in de rivieren zorgen de watergangen en vijvers voor droge voeten. Door aanwezigheid van voldoende ruimte voor water in en nabij de kernen wordt structurele wateroverlast in de kernen en het buitengebied waarop de kernen afwateren voorkomen. Beleidskader Vanaf 2010 is het aantal beleidsvoornemens toegenomen, als gevolg van nieuwe wetgeving. Betrof het voorheen slechts de zorg voor afvalwater, tegenwoordig moet de gemeente vanwege de verbrede watertaken ook zorg dragen voor afvloeiend hemelwater, oppervlaktewater en grondwater. In het Water en Rioleringsplan Bommelerwaard (WRP) wordt dan ook aandacht gegeven aan thema's als wateroverlast ten gevolge van klimaatsveranderingen, kwaliteit/kwantiteit oppervlaktewater, baggeren, afkoppelen en aanpak schone en verontreinigde waterstromen. Het beleid van dit product is bepaald in het WRP 2012-2016 en wordt integraal afgewogen in het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR). Technische consequenties Onderhoud en beheer van het water- en rioolstelsel wordt op basis van beheerplannen uitgevoerd. Het beheerplan van het rioolstelsel is gericht op het zolang mogelijk uitstellen van vervanging. Hierdoor worden dure investeringen zo lang mogelijk uitgesteld zonder de volksgezondheid en veiligheid in gevaar te brengen. De samenwerking tussen Maasdriel, Zaltbommel en Waterschap Rivierenland wordt zo goed als mogelijk benut. Deze samenwerking speelt zich vooral af binnen planvorming, kennisdeling en baggeren. Dit leidt op den duur naar de meest efficiënte onderhoudsstrategie. Ook de samenwerking op regionaal verband wordt actief opgezocht in het Netwerk Waterketen Regio Rivierenland (NWRR) In het algemeen zijn de watergangen met een afvoerende functie in het beheer van het waterschap. Watergangen moeten periodiek gebaggerd worden om de afvoercapaciteit te waarborgen. Als het waterschap deze baggerwerkzaamheden uitvoert, dan heeft de gemeente de verplichting om de stortkosten te betalen.
80
Kapitaalgoed Areaal
Groen Bomen: 14.496 stuks 2 Beplanting: 157 km 2 Gazon: 334 km 2 Wegbermen: 881 km 2 Waterpartijen/vijvers/watergangen: 108 km
Doelstelling Het zorgen voor een aantrekkelijke en overzichtelijke, groene leefomgeving en het bieden van recreatieve gebruiksmogelijkheden. Beleidskader De uitgangspunten en beheerstrategieën voor het groenbeheer zijn vastgelegd in het Groenbeleidsplan. Hierin is vastgesteld aan welke beeldkwaliteit het openbaar groen binnen de gemeente qua verzorgend onderhoudsniveau (onkruid, zwerfvuil, kolken zuigen, snoeien, etc.) moet voldoen. De uitwerking van het Groenbeleidsplan is verder door vertaald naar een tactisch document: het Groen- en bomenbeheerplan. Technische consequenties Onderhoud van het groen vindt plaats op basis van het Ontzorgingscontract. Het benodigde onderhoud, zoals dat is beschreven in bovengenoemde beleidskaders, is direct of indirect vertaald in het Ontzorgingscontract en bijhorende onderhoud kwaliteitsniveau. Ook het vegen van wegen, ledigen van de kolken en de prullenbakken maken hier deel van uit. Het Ontzorgingscontract loopt tot half 2016. Incidentele onderhoudswerkzaamheden vinden plaats in eigen beheer (klachten, meldingen van inwoners en kleine irritaties). In het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR) is aandacht voor groen.
Kapitaalgoed Areaal
Speelvoorzieningen/Sportvelden 54 Speeltuinen met daarin 245 speeltoestellen 24 Sportvelden
Doelstelling Het aanbieden van gevarieerde en veilige speelvoorzieningen met als doel dat kinderen en jeugd zich sociaal en fysiek kunnen ontwikkelen en ontspannen. Beleidskader In het speelruimteplan zijn beleidsregels opgenomen waaraan de speelplekken in de gemeente moeten voldoen. Hierin is onder andere opgenomen de spreiding, mate van beheer en onderhoud en vervanging. In het renovatieplan Sportvelden, onderdeel van het project "kwaliteitszorg grassportvelden" is een renovatieschema opgenomen wanneer welke velden hiervoor in aanmerking komen . Dit renovatieschema is vastgesteld op basis van de huidige bespelingintensiteit. Voor het beheer van de sportvelden is in 2012 een beheerdocument opgesteld. Technische consequenties Het beschikbare budget voor speelvoorzieningen wordt ingezet voor regulier onderhoud en voor vervanging. Regulier onderhoud omvat onder andere wettelijk verplichte veiligheidsinspecties, onderhoud als gevolg van vandalisme of slijtage en onderhoud vanwege veiligheidsondergronden zoals zand reinigen. Het areaal aan speelvoorzieningen is op orde. Op basis van het huidige areaal is de onderhouds- en vervangingsbehoefte in kaart gebracht. In het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR) is aandacht voor speelvoorzieningen. Het beheer en onderhoud wordt zowel in regie als eigen beheer uitgevoerd.
81
Kapitaalgoed Areaal
Openbare verlichting 4.600 lichtpunten
Doelstelling Het doelmatige (werk met werk maken en wat is waar nodig), duurzame (led-verlichting) en kwalitatief (normen) goed in stand houden van de openbare verlichting voor een veilige (sociale veiligheid en verkeersveiligheid) en comfortabele bereikbaarheid van woningen en voorzieningen. Beleidskader Beleidsplan Openbare Verlichting Gemeente Maasdriel 2016-2025 dat is gebaseerd op de richtlijnen Openbare Verlichting 2011 (ROVL-2011). Technische consequenties De lijn van de vorige beleidsperiode blijft gehandhaafd. Het op orde brengen van het verlichtingsareaal krijgt de komende beleidsperiode hoge prioriteit. Gestreefd wordt naar doelmatige, duurzame en kwalitatief goede verlichting. Lichtpunten, daar waar niet noodzakelijk, vervallen en lichthinder in het buitengebied wordt tegengaan. Bij vervanging wordt LED verlichting met een witte lichtkleur toegepast. Waar mogelijk en gewenst wordt de verlichting in de nachtelijke uren gedimd tot 70% van het oorspronkelijke lichtniveau. Zo wordt op energieverbruik bespaard en CO2-uitstoot gereduceerd. Vervanging wordt gecombineerd met andere werkzaamheden. Zo wordt efficiënt omgegaan met de budgetten en wordt de hinder voor omwonenden geminimaliseerd.
Kapitaalgoed Areaal
Gebouwenbeheer 39 vastgoedobjecten: 6 dorpshuizen 4 gymzalen 1 gemeentehuis 1 gemeentewerf 1 molen 4 bergingen/baarhuisjes begraafplaatsen 2 peuterspeelzalen 1 kasteelruïne 2 oorlogsmonumenten 1 graf en keermuur 1 keermuur 3 kerktorens 1 kerk 1 muziekkiosk 1 prieeltje 2 klokken/uurwerk 3 sanitaire units 1 woning en 2 tijdelijke woningen 1 sportkantine 1 toanhutje 1 MFC De Kreek
Doelstelling Het beheren en onderhouden van accommodaties gemeentelijk vastgoed. Beleidskader Het gebouwenbeheerplan is in 2015 geactualiseerd, gebaseerd op de uitgevoerde inspecties. De bestaande voor dit doel gevormde reserve is in diverse voorzieningen omgezet. Onder het gemeentelijke vastgoed vallen gebouwen voor de eigen dienst, kunst en cultuur, monumenten, binnensport, molens, kerktorens, multifunctionele centra en kunstwerken. Technische consequenties De gebouwen worden zowel op bouwkundig als installatietechnisch gebied onderhouden op basis van de meerjarige onderhoudsplanning. De diverse gebouwen budgetten zijn geactualiseerd en worden op een goede manier beheerst en beheerd.
82
Uitwerking Kapitaalgoed Areaal
Jaarprogramma Openbare Ruimte 2016 Civieltechnische werken
Doelstelling Het doel van het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR) is drieledig. 1: Het vormt een belangrijk instrument in het kader van de bedrijfsvoering. Het vormt de basis van de projectplanning en beheersing om te komen tot realisatie van werken. Het JOR is een ijkdocument voor zowel de procesmatige als inhoudelijke voortgang van projecten en speelt het een primaire rol in de capaciteitsplanning en -coördinatie. De omvang en het tempo van het JOR zijn op de capaciteit afgestemd. 2: Het JOR is te beschouwen als contractdocument. Dit geldt intern voor college en raad, ambtelijke organisatie en afdelingen onderling maar ook extern. 3: Het JOR fungeert als communicatie-instrument: “Wat gaat er waar en wanneer in de openbare ruimte van gemeente Maasdriel gebeuren”. Communicatie vindt zowel met interne als met externe partijen plaats. Beleidskader Alle beleidsdocumenten op het gebied van de openbare ruimte zoals het wegbeheerplan, Water- en Rioleringsplan en groenbeheerplan zijn verwerkt in het Jaarprogramma Openbare Ruimte (JOR). De projecten in het JOR zijn binnen de gestelde beleidskaders opgesteld. Technische consequenties De volgende projecten komen in 2016 in voorbereiding en/of uitvoering: Doorloop van projecten in uitvoering vanuit 2015 zijn: Reconstructie Oude Rijksweg te Hedel Projecten start voorbereiding 2015 en uitvoering 2016 Aanleg hemelwaterriool + reconstructie St. Annatroonstraat - Kerkdriel Reconstructie Wertsteeg - Kerkdriel/Hoenzadriel Afkoppelen en rioolrenovatie Torenlaan e.o.- Rossum Rioolrenovatie omgeving Hogestraat – Heerewaarden Rioolvervanging + reconstructie Langestraat + openbare ruimte MFC - Heerewaarden Reconstructie Beemdenseweg/Lange Weisteeg - Hedel Aanleg retentievoorziening bedrijventerrein Hoge Weiden - Ammerzoden Projecten start voorbereiding 2016 en uitvoering 2016 Doortrekken Maas-Waalweg - Wellseind Inrichting intensiveringsgebied Grote Ingh – Kerkdriel Reconstructie Julianastraat – Kerkdriel Rioolvervanging Vosseweide & Singel – Heerewaarden Rioolvervanging Secr. Jansenstraat – Heerewaarden Renovatie asfaltverharding Drielse Veldweg - Velddriel Reconstructie dijkkruising en dijkoprit Zandstraat - Kerkdriel Reconstructie Hintham en Maasbandijk (ged.) – Kerkdriel Aanleg hemelwaterriool + reconstructie wegen ‘Varikse Driehoek’ – Heerewaarden Uitvoering Stedelijke waterbergingsopgave – gemeente Aanleg retentievoorziening Wielewaallaan – Hurwenen Woonrijpmaken Kerkdriel Noord (ged) - Kerkdriel
83
84
Financiering Rekenrente Op het geïnvesteerd vermogen is over de jaren 2010 tot en met 2012 een vaste rente van 4,5% gecalculeerd. In 2013 is dit 4% en met ingang van 2014 wordt 3,5% gecalculeerd. Dit vermogen is geïnvesteerd in bezittingen die bijdragen aan de producten. Via de kapitaallasten wordt deze rente toegerekend. Met het oog op een stabiel begrotingsbeeld wordt een vaste rentevoet gehanteerd. Gelet op de lopende geldleningen, het huidige renteklimaat en de verwachte ontwikkelingen is de rekenrente met ingang van 2016 bepaald op 3%. Het verschil tussen de rekenrente en de werkelijk betaalde rentekosten komt tot uitdrukking in de bespaarde rente. Voor 2016 is hiervoor een opbrengst opgenomen van € 838.000. Kasgeldlimiet Uitgegaan wordt van een kasgeldlimiet van 8,5%. Het totaal van de jaarbegroting bedraagt circa € 68 miljoen. Als resultaat betekent dit dat het saldo van de vlottende schuld gedurende 2016 de € 5,8 miljoen niet mag overstijgen. Het financieringstekort loopt in 2019 op tot een bedrag van € 33,6 miljoen en mag op grond van de kasgeldlimiet niet volledig worden gedekt door vlottende middelen. Voor het financieringstekort is gerekend met een rentepercentage van 2% voor langlopende leningen en 0,2% voor kortlopende leningen. Dit is scherp maar op grond van de actuele rentestand verantwoord. Renterisiconorm De onderstaande tabel geeft de berekening van de renterisiconorm weer. Renterisiconorm (bedragen x € 1.000)
Ram ing
Ram ing
Ram ing
Ram ing
2016
2017
2018
2019
1a Renteherziening op vaste schuld o/g
0
0
0
0
1b Renteherziening op vaste schuld u/g
3.091
382
286
190
2 Netto-renteherziening op vaste schuld (1a - 1b)
-3.091
-382
-286
-190
10.064
11.929
3.475
0
0
0
0
0
4 Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a -3b)
10.064
11.929
3.475
0
5 Betaalde aflossing
24.311
3.311
2.337
2.111
6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5)
10.064
3.311
2.337
0
6.973
2.929
2.051
-190
68.287
68.287
68.287
68.287
20%
20%
20%
20%
13.657
13.657
13.657
13.657
13.657
13.657
13.657
13.657
6.973
2.929
2.051
-190
6.684
10.728
11.606
13.847
3a Nieuw aangetrokken vaste schuld 3b Nieuw verstrekte lange leningen
7 Renterisico op vaste schuld (2 + 6) Renterisiconorm 8 Begrotingstotaal (per 1-1 dienstjaar) 9 Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage 10 Renterisiconorm (8*9/100) Toets renterisiconorm 10 Renterisiconorm 7 Renterisico op vaste schuld 11 Ruim te (+) / Overschrijding (-) (10 - 7)
De renterisiconorm bepaalt welk deel van de vaste schuld gedurende het boekjaar maximaal mag worden geherfinancierd. Dit in verband met het risico dat de te betalen rente te sterk wijzigt. In de huidige meerjarenbegroting is rekening gehouden met de budgetten van de drie transities waardoor het bedrag van de renterisiconorm aanzienlijk stijgt. Kredietrisico's De onderstaande tabel geeft de verstrekte geldleningen weer, ingedeeld in categorieën geldnemers. Deze indeling is bedoeld om inzicht te geven in het risico dat de gemeente loopt met de desbetreffende geldverstrekking.
85
Kredietrisico u/g (bedragen x € 1.000)
Zekerheid
Boekw aarde
Percentage
1-1-2016 Risicogroep 1
Gemeenten / provincies
0
2
Overheidsbanken
0
0%
3
Woningcorporaties met garantie Wsw
4.334
44%
4
Semi overheidsinstellingen
673
7%
5
Financiële instelling (A en hoger)
6
Overige toegestane instellingen, volgens treasurystatuut
7 Niet toegestane instellingen, volgens treasurystatuut Totaal
garantie WSW
ged. Hypotheek
0%
0
0%
4.842
49%
0 9.849
0% 100%
Leningenportefeuille In de leningenportefeuille bevinden zich geen leningen die binnen de begrotingsperiode vervroegd aflosbaar zijn. Er is nog één lening waarbij rentebijstelling kan plaatsvinden. Op basis van het financieringstekort gerelateerd aan de kasgeldlimiet is het noodzakelijk om binnen de begrotingsperiode langlopende geldleningen aan te trekken. De hiermee samenhangende rentelasten zijn in de meerjarenbegroting verwerkt. Interne financiering De algemene reserve, de geblokkeerde reserve nieuw beleid € 1.500.000 en de voorzieningen dienen als intern financieringsmiddel. Deze rente wordt structureel ten gunste gebracht van de exploitatie. Deze reserves en voorzieningen zijn hierdoor niet vrij aan te wenden zonder gevolgen voor de exploitatie.
86
Verbonden partijen Tevens register als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Omschrijving In deze paragraaf staan de “verbonden partijen” van de gemeente Maasdriel. Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. Een bestuurlijk belang is: een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht. Een financieel belang is er als de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die bij het faillissement van de verbonden partij verloren gaan en/of financiële problemen bij de verbonden partij kunnen worden verhaald op de gemeente. Beleid Maasdriel staat open voor intergemeentelijke en regionale samenwerking. Een samenwerking wordt alleen aangegaan als daar een publiek belang bij betrokken is en/of daarmee een doelstelling, zoals opgenomen in de begroting, wordt gerealiseerd.
87
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's Ontwikkelingen
Vitens NV Jaarrekening 2014 Arnhem De uitoefening van een publiek (drink)water bedrijf en alle taken die met de publieke watervoorziening verband houden. 5 provincies, 105 gemeenten De aandeelhouders van Vitens NV zijn provincies en gemeenten. Maasdriel is een van de vele gemeenten die aandeelhouder is. Aandeelhouders hebben geen directe bemoeienis met de dagelijkse gang van zaken. Een Raad van Commissarissen houdt toezicht en twee keer per jaar is er een aandeelhoudersvergadering. De relatie met Vitens is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 438,3 miljoen EV per 31-12-2014: € 421,2 miljoen VV per 31-12-2013: € 1.273,5 miljoen VV per 31-12-2014: € 1.292,5 miljoen Het nettoresultaat toe te rekenen aan aandeelhouders van Vitens bedraagt in 2014 € 42,1 miljoen (2013: € 39,3 miljoen). Maasdriel heeft 21.364 gewone aandelen a € 1,- (0,37% van het totaal). Op basis van het aandelenbezit van de aandeelhouders wordt dividend uitgekeerd. De dividenduitkering over 2014 bedraagt € 62.169 (2013: € 58.110) Om op lange termijn de continuïteit van de onderneming te garanderen en te voldoen aan de wensen en eisen van de stakeholders heeft in 2012 een aanpassing van het financieel beleid plaatsgevonden, waarbij de solvabiliteitsdoelstelling is verhoogd van 25% naar 30%. Hiermee beoogt Vitens onder andere een blijvende toegang tot de geld- en kapitaalmarkt tegen voor Vitens acceptabele condities. Vitens zal continu streven naar verdere efficiency en effectiviteit. Dit wordt versterkt door de huidige financiële crisis en druk vanuit overheden om bezuinigingen te realiseren. Vitens zal de komende jaren haar processen verder optimaliseren en klantgericht en efficiënt inrichten om de drinkwatertarieven laag te houden. In het jaarplan 2014-2016 is de ambitie uitgesproken om de drinkwatertarieven voor deze periode niet te verhogen, onder voorwaarde dat aan de continuïteitsdoelstelling wordt voldaan. Vitens verwacht voor de periode 2014-2018 eenzelfde hoog investeringsniveau van jaarlijks circa € 125 miljoen. Als gevolg van het hoge investeringsniveau van Vitens en herfinanciering van aflopende leningsovereenkomsten is de komende jaren sprake van een blijvend hoge financieringsbehoefte. Een belangrijk deel hiervan zal moeten worden ingevuld met het aantrekken van vreemd vermogen. In het huidige economisch klimaat is het aantrekken van nieuwe financieringen niet langer een vanzelfsprekendheid. Niet alleen de opslagen die banken verlangen zijn hoger en leningen met lange looptijden worden in veel mindere mate verstrekt, maar ook de continuïteit van bankinstellingen is niet langer een vanzelfsprekendheid. Voor Vitens is het van belang om de marktontwikkelingen nauwlettend te volgen en de consequenties hiervan naar de eigen onderneming te vertalen. Belangrijke aandachtsgebieden daarbij zijn het beschikbaarheids-, liquiditeits- en tegenpartijrisico en kijken naar alternatieve manieren van financiering. Voor de jaren 2014 en 2015 heeft Vitens voldoende kredietfaciliteiten om aan de verwachte financieringsbehoefte te voldoen.
88
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen (betreft RAR) Vreemd vermogen (betreft RAR) Financieel resultaat (betreft RAR) Financieel belang van de gemeente (betreft RAR) Risico's Ontwikkelingen
Gemeenschappelijke Regeling Regionaal Archief Rivierenland (hierin voormalig Streekarchief Bommelerwaard) Gemeenschappelijke regeling Regionaal Archief Rivierenland Begroting 2015 Regionaal Archief Rivierenland. Jaarrekening 2014 Regionaal Archief Rivierenland. Tiel Het gemeenschappelijk beheer van de archiefbewaarplaatsen in het werkgebied van de naar die archiefbewaarplaatsen overgebrachte archiefbescheiden van de deelnemers. Uitgangspunt daarbij is de gemeenschappelijke bestuurlijke verantwoordelijkheid voor alle naar die archiefbewaarplaats overgebrachte archiefstukken. Het verlenen van diensten aan het publiek en de deelnemers. Het toezicht op het beheer van de niet naar de archiefbewaarplaatsen overgebrachte archiefbescheiden van de deelnemers. Buren, Culemborg, Geldermalsen, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Tiel en Zaltbommel De leden van het algemeen bestuur worden aangewezen door de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. Elke gemeenteraad wijst 2 leden en tevens 2 plaatsvervangende leden aan. De leden van het algemeen bestuur worden aangewezen voor een periode die gelijk is aan de zittingsperiode van de gemeenteraad. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt op de dag waarop de zittingsperiode van de gemeenteraad afloopt. Een lid dat ophoudt raadslid of lid van het college van burgemeester en wethouders te zijn van de gemeente waardoor hij of zij is aangewezen, houdt daarmee tevens op lid of plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur te zijn. 5. De gemeenteraden beslissen uiterlijk in de tweede vergadering van elke zittingsperiode over de genoemde aanwijzing. 6. Indien tussentijds een zetel in het algemeen bestuur vacant komt, wijst de betreffende gemeenteraad volgens de hierboven omschreven procedure zo spoedig mogelijk een nieuw lid aan. Het Streekarchief Bommelerwaard is met ingang van 1 januari 2014 opgegaan in de RAR. EV per 31-12-2013: € 1.103.574 EV per 31-12-2014: € 620.746 VV per 31-12-2013: € 9.641.897 VV per 31-12-2014: € 9.413.868 Het positief saldo over 2014 bedraagt € 18.135. Bijdrage 2013: € 261.632 (realisatie) Bijdrage 2013: € 227.127 (realisatie) De depotruimte voor archieven wordt uitgebreid. Reden hiervoor is de toetreding van Maasdriel en Zaltbommel Deze uitbreiding leidt niet tot een hogere bijdrage van gemeenten.
89
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's
Ontwikkelingen
Gemeenschappelijke Regeling LANDER GR Lander, Jaarverslag 2014 GR Lander Geldermalsen De behartiging van de belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van de sociale werkvoorziening en andere vormen van gesubsidieerde arbeid. Buren, Culemborg, Geldermalsen, Neder-Betuwe, Maasdriel, Neerijnen, Tiel en Zaltbommel In het algemeen bestuur hebben per deelnemende gemeente 3 leden zitting. De leden van het algemeen bestuur worden aangewezen door de raden van deelnemende gemeenten uit hun midden, hun voorzitters inbegrepen en uit de Gemeenschappelijke Regeling LANDER wethouders en burgemeesters, waarbij ten minste 1 lid dient te worden aangewezen uit hun college van burgemeester en wethouders. Elk lid van het algemeen bestuur heeft 1 stem. De relatie met Lander is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 9.078.000 EV per 31-12-2014: € 9.671.000 VV per 31-12-2013: € 6.111.000 VV per 31-12-2014: € 4.499..000 Het resultaat na bestemming over 2014 bedraagt € 434.000 (2013: -/- € 305.000). Dit resultaat wordt toegevoegd aan de algemene reserve. Het algemeen bestuur stelt bij verordening regels vast met betrekking tot de gemeentelijke bijdragen en de wijze waarop de deelnemende gemeenten in de exploitatie van LANDER bijdragen en de wijze van berekening van deze bijdragen. Rijksvergoedingen op het gebied van WIW, I/D en WWB worden doorbetaald aan Lander. De deelnemende gemeenten staan garant voor de betaling van de rente en de aflossingen van de door LANDER te sluiten of afgesloten geldleningen, voor zover ter zake door andere overheden geen garanties worden of zijn verstrekt. De gemeenten Tiel, Neerijnen, West Maas en Waal, Maasdriel, Zaltbommel, Culemborg en Geldermalsen, het UWV en LANDER hebben de handen ineen geslagen. Zij werken samen aan één regionale infrastructuur voor werk en inkomen, als logische uitwerking van de regionale visie op het sociaal domein. Deze samenwerking heeft aan het eind van het verslagjaar geleid tot een inmiddels door alle betrokken raden goedgekeurd voorstel dat inhoudt: Toestemming tot het treffen van een GR Werkzaak Rivierenland; Opdracht aan de colleges voor het opstellen van een implementatieplan Werkzaak Rivierenland. Het algemeen bestuur (AB) van LANDER heeft hierover geen eigen besluitvorming nodig geacht en ‘lift mee’ op de besluitvorming bij de deelnemende gemeenten. Het AB is verantwoordelijk voor een ordentelijke ontruiming van de GR LANDER, in het belang van alle stakeholders, en beperkt zich tot het toezicht daarop. Voorts is het AB in 2015 formeel aan zet voor wat betreft de besluitvorming rond de opheffing van de GR. De raadsbesluiten hebben, na jaren voorbereiding, duidelijkheid gegeven over de toekomst van LANDER in regionaal verband. Hiermee wordt 2015 een cruciaal – namelijk het laatste – jaar in de historie van LANDER. De nieuwe GR Werkzaak Rivierenland is in het vroege voorjaar van 2015 juridisch opgericht. Ervan uitgaande dat de bouw van de nieuwe organisatie in 2015 voorspoedig verloopt, betekent dit dat de GR LANDER per 1 januari 2016 haar operationele taken zal beëindigen, resp. zal overdragen aan de nieuwe GR Werkzaak Rivierenland.
90
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Deelnemers Doel en openbaar belang
Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's
Ontwikkelingen
Gemeenschappelijke regeling stadsgewest 's Hertogenbosch (1998) GR Stadsgewest 1998 Jaarrekening 2014 Stadsgewest ’s-Hertogenbosch Boxtel, Haaren, 's-Hertogenbosch, Heusden, Maasdriel, Schijndel, St. Michielsgestel, Vught Het openbaar lichaam heeft tot doel de samenwerking vorm te geven vanuit de gedachte van gemeenschappelijk gedragen verantwoordelijkheid en overigens tegen de achtergrond van de in de considerans aangegeven overwegingen. Taken Stadsgewest: Het voeren van budgetbeheer als bedoeld in het besluit Woning gebonden Subsidies De coördinatie van het lokaal openbaar busvervoer in de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Vught en Heusden Het beheer van de gesloten stortplaats De Vlagheide, alsmede behartiging van de belangen van het Stadsgewest, alsmede de zogeheten contractgemeenten binnen de Bestuursraad van het Provinciale Nazorgfonds Toezicht op de uitvoering van de garantstellingen inzake de aanlevering van huishoudelijk afval en vertegenwoordiging van het Stadsgewestgemeenten in de Vereniging van Contractanten Afvalsturing Brabant. De gemeente Maasdriel neemt alleen deel aan de taken die betrekking hebben op de Afvalverwerking De raad uit elke deelnemende gemeente wijst uit zijn college van burgemeester en wethouders een persoon aan als lid van het algemeen bestuur. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt op de dag waarop de zittingsperiode van de gemeenteraden afloopt. Elk lid van het algemeen bestuur heeft in de vergadering één stem. De relatie met het Stadsgewest 's-Hertogenbosch is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 141.000 EV per 31-12-2015: € 576.000 negatief VV per 31-12-2013: € 11.757.000 VV per 31-12-2012: € 10.681.000 Het resultaat na bestemming over 2014 bedraagt € 717.000 negatief en is ten laste van de algemene reserve gebracht. In de begroting wordt de verschuldigde bijdrage van iedere deelnemer aangegeven voor het jaar waarvoor de begroting geldt. Voor zover de bijdrage berekend wordt naar verhouding van de inwonertallen, wordt uitgegaan van het inwonertal op 1 januari van het jaar, voorafgaande aan het jaar, waarvoor de bijdrage verschuldigd is. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers. Bijdrage 2015 € 0; bijdrage 2016: € 0 In de rekening wordt het door elk van de deelnemende gemeenten over het desbetreffende jaar werkelijk verschuldigde bedrag opgenomen. De kosten worden, rekening houdend met andere inkomsten, over de deelnemende gemeenten verdeeld, naar verhouding van de inwonertal, tenzij in de begroting een andere verdeelsleutel is vastgesteld. In 1997 is een proces gestart om de gemeenschappelijke regeling Stadsgewest ’s-Hertogenbosch te ontmantelen. In 2015 resteert alleen nog het beheer van de gesloten Afvalberging De Vlagheide en het toezicht op de uitvoering van de leveringscontracten met Attero B.V.. De stortactiviteiten zijn in december 2003 beëindigd en de stortplaats bevindt zich nu in de pre-nazorg fase. Conform de besluitvorming in het AB van 13 maart 2012 wordt overgegaan tot afdichting van de stortplaats ter voorbereiding op de overdracht aan de provincie voor de eeuwigdurende nazorg. In 2014 en 2015 wordt ruim 23 hectare voorzien van een definitieve bovenafdichting. Deels parallel en deels aansluitend, wordt in 2015 en 2016 het overdrachtsprotocol met de provincie doorlopen, waarna per 1 januari 2017 overdracht aan de provincie Noord-Brabant kan plaatsvinden. Tot die periode blijft het Stadsgewest verantwoordelijk voor het beheer van de stortplaats (met name de gas- en waterhuishouding, alsmede het terreinonderhoud) conform de wettelijke voorschriften.
91
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar
belang
Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente Risico's Ontwikkelingen
Recreatieschap Nederrijn, Lek en Waal GR Recreatieschap Nederrijn, Lek en Waal Jaarrekening 2014 GR Recreatieschap Nederrijn, Lek en Waal Tiel De behartiging van de belangen van de deelnemende gemeenten op het terrein van de openluchtrecreatie en het toerisme in het gebied, zulks met bescherming van het landschappelijk karakter. Buren, Culemborg, Druten, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Wijchen, West Maas en Waal 1. Het algemeen bestuur bestaat uit zoveel leden als het aantal deelnemende gemeenten bedraagt, met dien verstande dat per deelnemende gemeente een lid en een plaatsvervangend lid worden aangewezen. 2. De leden en plaatsvervangende leden van het algemeen bestuur worden door de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten uit hun midden, de burgemeesters en de wethouders inbegrepen, aangewezen. Van elke aanwijzing geven burgemeester en wethouders binnen acht dagen kennis aan de voorzitter. De relatie met het Recreatieschap Nederrijn, Lek en Waal is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: EV per 31-12-2014: VV per 31-12-2013: € 6.853 VV per 31-12-2014: € 6.853 Het resultaat over 2014 bedraagt € 0 (2013: € 0) -
92
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's Ontwikkelingen
Sociale Dienst Bommelerwaard GR Sociale Dienst 2009 Jaarrekening 2014 Sociale Dienst Zaltbommel De behartiging van de belangen van de deelnemende gemeenten ten aanzien van: de uitvoering van de Wet werk en bijstand, de Wet investeren in jongeren, het Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, de opvang van asielzoekers, de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen en de Wet basisvoorziening Kinderopvang. Zaltbommel, Maasdriel Het algemeen bestuur bestaat uit tenminste zes leden en wordt gevormd uit de leden van de colleges van de deelnemende gemeenten. Lid van het dagelijks bestuur zijn in ieder geval de portefeuillehouders Sociale Zaken van de deelnemende gemeenten. Elke deelnemende gemeente heeft in de vergadering van het algemeen bestuur twee stemmen. De relatie met de SDB is niet gewijzigd. N.v.t. VV per 31-12-2013: € 2.715.651 VV per 31-12-2014: € 2.446.631 Het negatieve resultaat, van € 2.318 komt ten laste van de deelnemende gemeenten Artikel 29 van de "Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard" omvat de verdeling van de kosten. De kosten die de dienst aan de gemeente toerekent, worden verdeeld op basis van de jaarlijks per 1 januari vastgestelde verdeelsleutels: 30% op basis van het inwonertal; 70% op basis van het aantal jaaropgaven. Financiering door beide gemeenten vindt voor 2014 plaats volgens de volgende verdeelsleutel: 30% van het totale saldo van de SDB wordt betaald door beide gemeenten naar rato van het inwonertal per 1 januari 2013 70% van het totale saldo van de SDB wordt betaald door beide gemeenten naar rato van het aantal jaaropgaven over 2012. De uitkomst van de hiervoor beschreven gegevens betekent dat Maasdriel 43,38% en Zaltbommel 56,62% bijdraagt. Exploitatietekorten worden gedragen door de gemeenten Zaltbommel en Maasdriel. Er wordt gewerkt aan één regionale infrastructuur voor werk en inkomen, als logische uitwerking van de regionale visie op het sociaal domein. Deze samenwerking heeft aan het eind van het verslagjaar geleid tot een inmiddels door alle betrokken raden goedgekeurd voorstel dat inhoudt : Toestemming tot het treffen van een GR Werkzaak Rivierenland; Opdracht aan de colleges voor het opstellen van een implementatieplan Werkzaak Rivierenland. Het algemeen bestuur (AB) van de SDB heeft hierover geen eigen besluitvorming nodig geacht en ‘lift mee’ op de besluitvorming bij de deelnemende gemeenten. Het AB is verantwoordelijk voor een ordentelijke ontruiming van de GR SDB, in het belang van alle stakeholders, en beperkt zich tot het toezicht daarop. Voorts is het AB in 2015 formeel aan zet voor wat betreft de besluitvorming rond de opheffing van de GR. De raadsbesluiten hebben, na jaren voorbereiding, duidelijkheid gegeven over de toekomst van de SDB in regionaal verband. Hiermee wordt 2015 een cruciaal – namelijk het laatste – jaar in de historie van de SDB. De nieuwe GR Werkzaak Rivierenland is in het vroege voorjaar van 2015 juridisch opgericht. Ervan uitgaande dat de bouw van de nieuwe organisatie in 2015 voorspoedig verloopt, betekent dit dat de de SDB per 1 januari 2016 haar operationele taken zal beëindigen, resp. zal overdragen aan de nieuwe GR Werkzaak Rivierenland.
93
Naam verbonden partij Bronnen
Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers
Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente Risico's Ontwikkelingen
Belastingsamenwerking Rivierenland (BSR) GR Belastingsamenwerking Rivierenland 2007 Wijziging Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Rivierenland d.d. 16-05-2013 Jaarrekening 2014 Belastingsamenwerking Rivierenland Tiel In het kader van deze gemeenschappelijke regeling worden de belangen van de deelnemers, elk voor zover het hun grondgebied en hun belangen betreft, behartigd op het gebied van: De heffing en de invordering van belastingen; De uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) waaronder tevens wordt begrepen de administratie van vastgoedgegevens en het verstrekken van vastgoedgegevens aan deelnemers en derden; De inrichting en/of het beheer van andere basisregistraties. De deelnemers zijn de gemeenten: Culemborg, Geldermalsen, IJsselstein, Lingewaal, Maasdriel, Montfoort, Neerijnen, Tiel, West Maas en Waal, Wijk bij Duurstede, het Waterschap Rivierenland en de Gemeenschappelijke Regeling Regio Rivierenland ten behoeve van de Afvalverwerking Rivierenland (AVRI). Aan het hoofd van de BSR staat een algemeen bestuur dat bestaat uit net zoveel leden als deelnemers, met dien verstande dat het aantal leden uit het Waterschap Rivierenland bestaat uit 2. Het DB van het Waterschap Rivierenland wijst uit zijn midden 2 leden aan, ieder met een meervoudig stemrecht van twee. Elk van de colleges van B&W van de deelnemende gemeenten wijst uit haar midden één lid aan met enkelvoudig stemrecht. Het DB van de Gemeenschappelijke Regeling Regio Rivierenland wijst uit zijn midden één lid aan met enkelvoudig stemrecht De relatie met de BSR is niet gewijzigd. N.v.t. VV per 31-12-2013 € 17.719.000 VV per 31-12-2014 € 18.728.000 €0 Bijdrage BSR 2013: € 336.750 Bijdrage BSR 2014: € 317.444 Veranderingen in belastingwetgeving/Wet waardering onroerende zaken. Door de uitbreiding van het dienstenpakket met basisregistraties wordt verwacht dat de gemeentelijke deelnemers een breder dienstenpakket krijgen. Daarnaast kan de uitvoering van de BAG door BSR leiden tot verdere kostenbesparingen voor de deelnemers.
94
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers
Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Financieel belang van de gemeente
Risico's Ontwikkelingen
Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid GR Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Jaarrekening 2014 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Nijmegen De Veiligheidsregio behartigt de belangen van de deelnemende gemeenten op de volgende terreinen: a. Brandweerzorg; b. Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR); c. Rampenbestrijding en crisisbeheersing; d. Ambulancezorg; e. Het voorzien in de meldkamerfunctie; f. Sociale Veiligheid, voor zover het gaat over onderwerpen waarover regionale afstemming gewenst is. Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel De burgemeesters van de deelnemende gemeenten zijn lid van het algemeen bestuur. Behoudens het bepaalde in lid 11 van artikel 11heeft elke gemeente in de vergadering van het algemeen bestuur gelijk stemrecht. Artikel 11, lid 11: Besluiten betreffende de begroting, de wijzigingen daarvan en de rekening en besluiten tot het doen van een uitgaaf voordat de begroting of de begrotingswijziging waarbij deze uitgaaf is geraamd is goedgekeurd, alsmede besluiten betreffende het regionaal beheers programma worden genomen op basis van gewogen stemrecht, waarbij elke gemeente voor iedere 20.000 inwoners of gedeelte daarvan één stem heeft. Het stemgewicht voor elke gemeente wordt jaarlijks bepaald op basis van het inwonertal op 1 januari van het voorafgaande jaar zoals dit is opgenomen in de bevolkingsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De relatie met de GR Hulpverlening en veiligheid is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 8.335.000 EV per 31-12-2014: € 5.881.000 VV per 31-12-2013: € 42.361.000 VV per 31-12-2014: € 46.070.000 Het resultaat 2014 na bestemming van het programma Crisis en Rampenbestrijding is € 634.000 positief en het resultaat van het programma RAV is ruim € 449.000 negatief (2013: € 1.962.000) Resultaatbestemming: € 73.000 toe te voegen aan de algemene reserve Crisis- en Rampenbestrijding (tot aan 5% van de omzet); Om € 561.000 toe te voegen aan een bestemde reserve vakantiegeld; Om € 449.000 te onttrekken aan reserve aanvaardbare kosten RAV. 1. In de begroting wordt aangegeven welke bijdrage elke afzonderlijke gemeente verschuldigd is voor het jaar waarop de begroting betrekking heeft. 2. Voor de berekening van de bijdragen van de gemeenten wordt rekening gehouden met bijdragen van het Rijk, de Nederlandse Zorgautoriteit en van derden. Bijdrage 2014: € 1.317.054 (realisatie) Bijdrage 2015: € 1.317.097 (begroot) Bijdrage 2016: € 1.500.581 (begroot) De deelnemende gemeenten dragen er zorg voor dat het samenwerkingsverband te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen. -
95
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's
Gemeenschappelijke Regeling Regio Rivierenland Regeling Regio Rivierenland, oktober 2010 Jaarrekening 2014 Regio Rivierenland Tiel De behartiging van de belangen van de deelnemende gemeenten ten aanzien van: algemeen bestuurlijke aangelegenheden; openbare orde, veiligheid en hulpverlening; ruimtelijke ordening en volkshuisvesting; zorg voor het milieu; verkeer en vervoer; recreatie en toerisme; sociaaleconomische zaken en bevordering van werkgelegenheid sociale aangelegenheden; volksgezondheid; onderwijs en cultuur; welzijn. Maasdriel, Culemborg, Zaltbommel, West Maas en Waal, Neerijnen, Lingewaal, Geldermalsen, Tiel, Buren, Neder-Betuwe. Het algemeen bestuur bestaat uit tien (10) leden, elke gemeente heeft één zetel. Daarnaast wordt één zetel toegekend aan de gezamenlijke raden van alle deelnemende gemeenten ten behoeve van het benoemen van een gemeenschappelijk lid. Het gezamenlijk lid wordt aangewezen door de meerderheid van de raden van alle deelnemende gemeenten. De leden hebben in de vergaderingen van het algemeen bestuur stemrecht in de omvang waarin het inwonertal van de gemeente die hem/haar heeft aangewezen zich verhoudt tot het inwonertal van alle deelnemende gemeenten, een en ander afgerond op honderdtallen inwoners. Het gemeenschappelijk lid komt geen stemrecht toe. Voor de bepaling van de inwonertallen wordt uitgegaan van de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers per 1 8 januari van het jaar waarin de aanwijzing van de leden van het algemeen bestuur plaatsvindt. De relatie met de GR Regio Rivierenland is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 4.043.000 EV per 31-12-2014: € 3.829.000 VV per 31-12-2013: € 36.720.000 VV per 31-12-2014: € 39.611.000 Resultaat na bestemming 2014: € 364.000 (2013 € 491.000. Het voordelig rekeningresultaat na bestemming wordt uitgekeerd aan de deelnemende gemeenten. In de begroting van inkomsten en uitgaven wordt de raming aangegeven van de verschuldigde bijdrage van elke deelnemende gemeente voor het jaar waarvoor de begroting dient. Voor de berekening van de in het voorgaande lid bedoelde bijdrage wordt, rekening houdend met eventuele inkomsten uit anderen hoofde, uitgegaan van het inwonertal op 1 januari van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers. Voor de berekening van de gemeentelijke bijdragen kan het algemeen bestuur voor met name te noemen taken van het openbaar lichaam, na verkregen verklaring van geen bezwaar van tenminste twee derde van de gemeenteraden, die tenminste twee derde van het gezamenlijk aantal inwoners vertegenwoordigen, een andere wijze van verdeling van de exploitatiekosten vaststellen, waarbij de gemeentelijke bijdragen worden gerelateerd aan de aan de gemeenten geleverde prestaties, c.q. het nut dat de gemeenten ondervinden van de uitoefening van de desbetreffende taak door het openbaar lichaam. In de rekening wordt de door elk der gemeenten over het desbetreffende jaar werkelijk verschuldigde bijdrage opgenomen. Bijdrage 2014: € 152.883, 2013: € 417.937 De deelnemers dragen bij in tekorten op basis van het aantal inwoners.
96
Ontwikkelingen
Als gevolg van de uittreding van de GGD en de milieuactiviteiten zijn frictiekosten ontstaan. De frictiekosten worden gedekt uit hiervoor bestemde reserves. Er kan nieuwe frictie ontstaan als de raden besluiten tot een verdere scheiding van beleid en uitvoering binnen de organisatie van Regio Rivierenland.
Naam verbonden partij
Gemeenschappelijke Regeling Projectbureau Herstructurering Tuinbouw Bommelerwaard GR Projectbureau Herstructurering Tuinbouw Bommelerwaard, juli 2011 Jaarrekening 2014 PHTB Zaltbommel Realisatie van de gezamenlijke doelen in het kader van de herstructurering van de glastuinbouw en de paddenstoelenteelt in de Bommelerwaard. Provincie Gelderland, gemeente Zaltbommel, gemeente Maasdriel, Waterschap Rivierenland 1. Het algemeen bestuur bestaat uit acht leden en is als volgt samengesteld: a. twee vertegenwoordigers uit het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland; b. twee vertegenwoordigers uit het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaltbommel; c. twee vertegenwoordigers uit het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel; d. twee vertegenwoordigers uit het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap Rivierenland; 2. De leden zoals bedoeld in het vorige lid onder b., c. en d. hebben elk één stem en de leden zoals bedoeld in het vorige lid onder a. hebben elk twee stemmen in het algemeen bestuur. De relatie met het projectbureau is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 9.187.000 EV per 31-12-2014: € 9.916.000 VV per 31-12-2013: € 2.749.000 VV per 31-12-2012: € 416.000 Jaarresultaat 2014 na bestemming € 0 (2013: € 0) Partijen hebben een gezamenlijke ambitie en zullen deze, bewust van de risico’s, gezamenlijk realiseren. De provincie en de beide gemeenten participeren risicodragend in het overheidslichaam (OL), waarbij de gemeenten slechts het risico dragen over de investeringen binnen de eigen gemeentegrenzen. Het Waterschap Rivierenland participeert in het OL, maar draagt geen financiële risico’s. Bij het in 2015 vastgestelde provinciaal inpassingsplan is een uitvoeringsconvenant gesloten waarin Maasdriel, op basis van de berekeningen in de bijbehorende businesscase, € 24.000 extra beschikbaar heeft gesteld voor de uitvoering. De totale bijdrage komt hierbij op € 710.000 + € 24.000 = € 734.000. De dekking hiervoor is opgenomen in de reserve intensivering glastuinbouw. Het uitgangspunt blijft dat het resultaat van de plannen inclusief de (nog te) ontvangen bijdragen van de deelnemers uiteindelijk op € 0 uitkomt. Omdat risico’s binnen het PHTB moeten worden opgevangen, wordt er voor de gecalculeerde risico’s van € 1,93 miljoen een buffer opgebouwd. Concreet betekent dit dat het PHTB een aantal van de voorgenomen werken vooralsnog nog niet in uitvoering kan nemen (investeringen nog niet doet). Naarmate de herstructurering vordert, zullen de onzekerheden minder worden en zal deze reservering langzaam vrij komen te vallen, tenzij externe factoren verslechteren. De gecalculeerde risico’s hebben met name betrekking op Zaltbommel (€ -2,2 miljoen), Maasdriel en het waterschap komen samen uit op een plus van € 0,3 miljoen (per saldo dus die € 1,93 miljoen). De komende jaren staan met name in het teken van structurerende wijzigingsplannen (uitvloeisel van het PIP) en specifiek voor Maasdriel actieve herstructurering binnen de Grote Ingh.
Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's
Ontwikkelingen
97
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers Zeggenschap Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente Risico's Ontwikkelingen
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
Risico's
Ontwikkelingen
Bank der Nederlandse Gemeenten (BNG) Jaarrekening 2014 BNG Den Haag BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij aan het zo laag mogelijk houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Gemeenten, provincies en Staat. De aandeelhouders hebben zeggenschap in BNG via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten (een stem per aandeel van EUR 2,50). De relatie met de BNG is niet gewijzigd. EV per 31-12-2013: € 3.430 mln. EV per 31-12-2014: € 3.582 mln. VV per 31-12-2013: € 127.753 mln. VV per 31-12-2014: € 149.923 mln. Nettowinst na belastingen € 126 mln. (2013: € 283 mln.) Maasdriel heeft 20.770 aandelen. Jaarlijks wordt van de BNG dividend ontvangen: In 2014 € 11.839 (2013: € 26.378). Vermindering van het dividend, kan niet veel lager meer. BNG Bank gaat uit van een ongewijzigde strategie voor de komende drie tot vijf jaar. Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Rivierenland Jaarrekening 2014 Tiel Gemeenschappelijke behartiging van de belangen van de deelnemers ter zake van vergunningverlening, toezicht en handhaving in het kader van het omgevingsrecht. Onder de belangen van de deelnemers wordt tevens begrepen het belang van een goede samenwerking tussen de omgevingsdiensten in Gelderland. Buren, Culemborg, Geldermalsen, Lingewaal, Maasdriel, NederBetuwe, Neerrijnen, Tiel, West Maas en Waal, en Zaltbommel, provincie Gelderland Iedere deelnemer levert één lid voor het algemeen bestuur. De leden van het algemeen bestuur die zijn aangewezen door de deelnemers en waarbij de deelnemers zowel de milieutaken als bouwen RO-taken inbrengen hebben ieder 2 stemmen, de overige leden hebben ieder 1 stem. De relatie met de ODR is niet veranderd. EV per 31-12-2013: € 867.886 EV per 31-12-2014: € 1.289.964 VV per 31-12-2013: € 2.705.284 VV per 31-12-2014: € 1.888.832 Resultaat voor bestemming 2014 € 1.075.515 (2013 € 739.320.) De deelnemers dragen bij aan de kosten van de ODR naar rato van de bij de ODR ondergebrachte basistaken, met dien verstande dat de bijdrage in de eerste vijf jaren na het aangaan van de regeling is gekoppeld aan een afname gelijk aan hun inspanning in het jaar voorafgaande aan het aangaan van de regeling. Daarnaast betalen de deelnemers voor taken die zij door de ODR laten uitvoeren niet behorend tot de basistaken. Bijdrage 2013: € 863.392 (gerealiseerd) De deelnemers dragen er steeds zorg voor dat de ODR te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen te voldoen. Nadelige resultaten kunnen ten laste van de deelnemers worden gebracht. Op 1 april 2013 is de ODR als uitvoeringsorganisatie van start gegaan. Voor alle deelnemers en direct betrokkenen is dit een grote verandering geweest. De meeste deelnemers hebben er voor gekozen om alle WABO taken over te hevelen naar de ODR. Vier deelnemers hebben er voor gekozen om alleen de milieu taken uit te besteden aan de ODR. In het afgelopen jaar is er hard gewerkt om alle taken op te pakken en uit te voeren. Gelijktijdig is er gewerkt aan de ontwikkeling van de nieuwe organisatie en alles wat hiermee samenhangt.
98
Naam verbonden partij Bronnen Vestigingsplaats Doel en openbaar belang
Deelnemers
Zeggenschap
Veranderingen in het jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat Financieel belang van de gemeente
GGD Gelderland-Zuid Jaarrekening 2014 GGD Gelderland-Zuid Nijmegen De GGD Gelderland-Zuid behartigt de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten op het terrein van de openbare gezondheidszorg, zulks met inachtneming van hetgeen in deze regeling nader is bepaald tot de taken en bevoegdheden. Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen en Zaltbommel. 1. Het algemeen bestuur van de GGD Gelderland-Zuid bestaat uit 18 leden. 2. De raden van de deelnemende gemeenten wijzen elk een lid aan - bij voorkeur de portefeuillehouder uit het college van B&W die verantwoordelijk is voor volksgezondheid - als lid van het algemeen bestuur. 3. Een lid van het algemeen bestuur kan niet tevens medewerker in dienst van of op grond van een overeenkomst of opdracht werkzaam zijn voor de GGD Gelderland-Zuid. 4. De leden van het algemeen bestuur hebben, onverminderd het bepaalde in artikel 20, derde lid, van deze regeling zitting gedurende de zittingsduur van de gemeenteraad. Indien zij in de nieuwe zittingsperiode opnieuw als wethouder of burgemeester deel uitmaken van het college kunnen zij terstond opnieuw worden aangewezen. 5. Het lidmaatschap eindigt zodra een lid geen onderdeel meer uitmaakt van het college van B&W van zijn gemeente. 6. De leden van het algemeen bestuur, die tussentijds ontslag nemen, stellen de voorzitter van het algemeen bestuur, alsmede de raad die hen heeft aangewezen hiervan op de hoogte. Het ontslag gaat in zodra onherroepelijk in hun opvolging is voorzien. 7. Elk lid van het algemeen bestuur heeft een plaatsvervanger. Bepalingen in deze regeling geldende voor de leden van het algemeen bestuur zijn mede van toepassing op de plaatsvervangende leden. De regeling is per 1 januari 2013 gewijzigd. In 2013 trad de gemeente Maasdriel toe. EV per 31-12-2013: € 1.964.000 EV per 31-12-2014: € 1.812.000 VV per 31-12-2013: € 4.296.000 VV per 31-12-2014: € 4.176.000 Nog te bestemmen resultaat 2014 € 997.000 1. In de begroting wordt aangegeven welke bijdrage elke afzonderlijke gemeente verschuldigd is voor het jaar waarop de begroting betrekking heeft. Daarbij zal voor de wettelijke taken een verdeelsleutel worden gehanteerd, die uitgaat van het aantal inwoners volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers per 1 januari van het jaar, voorafgaand aan dat, waarvoor de bijdrage verschuldigd is. Het algemeen bestuur kan besluiten dat de inwonersbijdrage voor gemeenten in de sub regio Rivierenland afwijkt van de inwonersbijdrage voor gemeenten in de sub regio Nijmegen, gelet op de verschillen in uitgangspositie en takenpakket. 2. Voor de berekening van de bijdragen van de gemeenten wordt rekening gehouden met bijdragen van het Rijk en derden. 3. De deelnemende gemeenten betalen bij wijze van voorschot jaarlijks vóór 16 januari en 16 juli telkens de helft van de verschuldigde bijdrage. 4. De deelnemende gemeenten dragen er zorg voor dat de GGD Gelderland-Zuid te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan haar verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen. 5. Indien aan het algemeen bestuur blijkt dat een deelnemende gemeente weigert de in de vorige leden van dit artikel bedoelde bijdragen in zijn begroting op te nemen, doet het algemeen bestuur aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet. De bijdrage van Maasdriel bedraagt in 2014 € 593.667.
99
Risico's
Ontwikkelingen
Het risicoprofiel van de GGD is in een paar jaar fors veranderd. De verhouding van vaste (wettelijke) en tijdelijke opdrachten was in 2004 70%:30%. In 2011 was de verhouding veranderd naar 56:44%. Als alle geïdentificeerde risico’s zich zouden voordoen, zou daar ongeveer 4,5 miljoen euro mee gemoeid zijn . De algemene reserve kan 26% van de risico’s afdekken. -
100
Grondbeleid Visie op grondbeleid Vanaf medio 2009 voert de gemeente Maasdriel een regisserend grondbeleid om de doelstellingen van het woningbouwprogramma te realiseren. De regiefunctie houdt in dat deze opgaven gerealiseerd worden door zowel onze eigen gronden te ontwikkelen, als invloed uit te oefenen op de initiatieven van derden. Uitvoering grondbeleid Eerdere scenario's gingen er van uit dat Maasdriel in 2020 naar 26.000 inwoners en in 2030 naar 29.000 inwoners zou groeien. Door de economische crisis is echter duidelijk geworden dat deze doelstellingen te ambitieus waren. Om die reden is de ambitie in de groei van het aantal woningen reeds in 2011 bijgesteld. Met de vaststelling in juni 2012 van het herijkingprogramma 2012 is een nieuw woningbouwprogramma voor de periode tot 2020 ontstaan, dat meer is toegesneden op de actuele situatie. Dit nieuwe programma dient gezien te worden als een flexibel hoofdlijnenkader. De woningmarkt zal namelijk blijven fluctueren en om in te kunnen spelen op de toekomstige omstandigheden dient het programma als een dynamisch model gebruikt te worden. In regionaal verband worden de afspraken gemaakt over het regionaal bouwprogramma. De Provincie volgt deze ontwikkelingen met grote belangstelling. Vennootschapsbelasting en verslaggevingsregels De Europese Commissie heeft bepaald dat gemeentelijke grondbedrijven vanaf 2016 net als bedrijven 25 procent vennootschapsbelasting (VPB) moeten gaan betalen over hun eventuele winst. Volgens Brussel is nu sprake van oneerlijke concurrentie door gemeenten die actief zijn op de vastgoedmarkt ten opzichte van particuliere vastgoedondernemers. Commerciële activiteiten van overheden worden daarom op dezelfde manier belast als die van ondernemers. De VNG, de Vereniging van Grondbedrijven (VvG) en de Belastingdienst zijn in overleg om te komen tot afspraken over wat er in het kader van grondexploitaties wel en niet onder de vennootschapsbelasting valt en welke kosten toegerekend kunnen worden. Vooruitlopend daarop heeft de commissie BBV (Besluit begroting en verantwoording) nieuwe verslaggevingsregels aangekondigd die op 1 januari 2016 ingaan en dus invloed hebben op de begroting 2016. Deze verslaggevingsregels hangen niet alleen samen met de invoering van de VPB, maar ook met de forse afboekingen van gemeenten op grondposities in de afgelopen jaren, de aanbevelingen uit het rapport Vernieuwing BBV over transparantie en vergelijkbaarheid en de nieuwe Omgevingswet. De wijzigingen hebben, onder andere, betrekking op: De toerekening van rente, die moet worden gebaseerd op de werkelijke rente over het vreemd vermogen; Afschaffing van de categorie NIEGG (niet in exploitatie genomen gronden) in het BBV, zolang gronden nog niet kwalificeren als bouwgrond in exploitaties, staan deze op de balans onder de materiële vaste activa (MVA) als ‘strategische gronden’. Toerekenen van rente en andere kosten is niet langer toegestaan voor gronden die (nog) niet in exploitatie zijn genomen. Strategische gronden worden gewaardeerd op basis van verkrijgingsprijs of duurzaam lagere marktwaarde (onder de huidige bestemming). De impact hiervan op de begroting wordt hierna toegelicht, waarbij aangetekend wordt dat dit een berekening is op basis van wat eind augustus 2015 bekend is en dat dit nog kan wijzigen als de regels verder uitgewerkt worden. Rente Tot en met 2015 werd aan grondexploitaties een vaste rente toegerekend, gebaseerd op de rente over onze langlopende leningen en de rente die we aan onze eigen vaste financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) toerekenen. Voor 2015 was dat 3,5%, voor 2016 zou dat 3% worden. Binnen de VPB mag alleen werkelijk betaalde rente als kosten opgevoerd worden, de nieuwe BBVregels sluiten hierbij aan. Omdat de activa van de gemeente zowel met leningen als met eigen vaste financieringsmiddelen is gefinancierd mag slechts het gewogen gemiddelde rentepercentage van de leningenportefeuille van de gemeente, naar verhouding van het vreemd vermogen ten opzichte van het totale vermogen worden toegerekend.
101
Voor de begroting 2016 is het gewogen gemiddelde rentepercentage als volgt bepaald: gemiddeld rentepercentage langlopende leningen: 3,2%; verhouding langlopende leningen/totaal vaste financieringsmiddelen: 60%; toe te rekenen rente aan grondexploitaties: 1,92%. Het effect hiervan op de meerjarenbegroting is fors. In 2015 hielden we rekening met een doorbelasting van 3,5% over een boekwaarde van afgerond € 20 miljoen en dat is € 700.000. Dit is in deze begroting nog maar 1,92% over € 20 miljoen en dat is € 384.000. Een verschil van € 316.000 dat jaarlijks ten laste komt van het exploitatiesaldo van de begroting. De grondexploitaties worden hierdoor wel minder belast, zodat de verwachte resultaten positiever worden (of minder negatief), maar dat maakt geen onderdeel uit van het structurele begrotingssaldo. Hiernaast mag er geen rente meer worden doorberekend aan gronden die niet in exploitatie zijn. Omdat we aan onze gronden die pas na 2020 in exploitatie kunnen worden genomen al geen rente toerekenen is het effect hiervan beperkt. Alleen aan Weteringshoek Rossum (NIEGG) en Ammerzoden-Noord (NIEGG) werd nog afgerond € 14.000 rente per jaar toegerekend, dat nu ten laste moet komen van de begroting. Het totale effect in de meerjarenbegroting komt hiermee op € 330.000. Niet in exploitatie genomen gronden Het afschaffen van de categorie niet in exploitatie genomen gronden heeft invloed op: de waardering van deze gronden op de balans; de dekking van de voorbereidingskosten. Waardering De huidige NIEGG’s kunnen zonder afwaardering omgezet worden tegen de boekwaarde per 1 januari 2016. Uiterlijk 31 december 2019 moet een toets plaatsvinden op de marktwaarde van deze gronden tegen de dan geldende bestemming. Wordt daarbij een duurzame waardevermindering vastgesteld, dan moet dat uiterlijk 31 december 2019 leiden tot een afwaardering van deze gronden. Ook hiervoor geldt dat voor onze gronden die pas na 2020 in exploitatie kunnen worden genomen er al een afwaardering heeft plaatsgevonden tot de marktwaarde. Er is nog één gebied dat is 2 2 gewaardeerd voor € 36 per m . Afwaardering naar € 6 per m (agrarische waarde) levert een boekverlies op van circa € 600.000. Bij de volgende actualisatie van de bestaande voorziening voor grondexploitaties wordt de waardering van dit gebied meegenomen. Voorbereidingskosten De voorbereidingskosten kunnen met ingang van 2016 niet meer worden geactiveerd en gedekt uit de uiteindelijk te realiseren grondopbrengst. Het gaat hierbij om alle kosten die moeten worden gemaakt voordat een bestemmingsplan wordt vastgesteld. Een alternatief hiervoor is om weer te gaan werken met voorbereidingskredieten met als dekking een bijdrage uit de reserve bouwgrondexploitatie. Dit alternatief wordt uitgewerkt wanneer de nieuwe richtlijnen definitief zijn en gaat waarschijnlijk leiden tot afzonderlijke raadsvoorstellen wanneer eigen gronden in exploitatie genomen gaan worden of wanneer kosten gemaakt gaan worden om strategische gronden te gaan verkopen. Afbakening begrippen Naar aanleiding van de nieuwe voorschriften ontstaat ook een nieuwe afbakening van de begrippen: Bouwgronden in exploitatie; Strategische gronden; Kostenverhaal bij plannen van derden. Bouwgronden in exploitatie Definitie bouwgronden in exploitatie: gronden die zich in het transformatieproces bevinden waarbij in bezit zijnde grond en (eventueel) aanwezige opstallen worden omgevormd naar bouwrijpe grond, met als oogmerk (opnieuw) te worden bebouwd. Overige projecten dienen duidelijk te worden onderscheiden van bouwgronden in exploitatie. Gronden worden geacht zich in het transformatieproces te bevinden vanaf het moment dat de gemeenteraad de grondexploitatiebegroting heeft vastgesteld.
102
Definitie grondexploitatiebegroting: De financiële vertaling van een ruimtelijk plan, waarbij de kosten en opbrengsten gefaseerd zijn in de tijd, met een richttermijn van 10 jaar (voortschrijdend). Strategische gronden Definitie strategische gronden: Overige gronden zonder vaste bestemming, die geen onderdeel zijn van een transformatieproces. Gronden waar de gemeente op termijn wel verwacht plannen voor te ontwikkelen, hebben nog geen vaste bestemming en passen niet goed in de huidige categorie gronden binnen de materiële vaste activa. Daarnaast hebben deze gronden een ander risicoprofiel, wat vraagt om separaat inzicht in deze post door de raad. Kostenverhaal bij plannen van derden De gemeente maakt ook kosten bij het realiseren van plannen door derden. Er is dan geen sprake van een gemeentelijk project, maar van kostenverhaal. De financiële sturing hiervan is vergelijkbaar met eigen projecten. (toerekenen van uren en externe kosten aan een project). Veelal is er sprake van een samenwerkingsovereenkomst, waarin afspraken zijn gemaakt over de financiering. In deze paragraaf komen alle projecten die in de paragraaf grondbeleid van de jaarrekening 2014 stonden nog één keer terug, maar dan nu binnen hun nieuwe categorie. In de volgende begrotingen en jaarrekening komen in principe alleen nog de bouwgronden in exploitatie terug in de paragraaf Grondbeleid. Wellicht aangevuld met de strategische gronden waar een voorbereidingskrediet voor is aangevraagd. Stand van zaken bouwgronden in exploitatie De gemeente Maasdriel heeft vier projecten die vallen onder de definitie van bouwgronden in exploitatie. Deze exploitaties zijn in de jaarrekening 2014 geactualiseerd en voor Kerkdriel Noord Oost en West heeft daarna nog een actualisatieslag plaatsgevonden. De beperking van de doorbelasting van rente heeft een forse impact op de resultaatverwachtingen. Deze geven het volgende beeld. Stand van zaken bouw gronden in exploitatie
Boekw aarde
Prognose
Prognose
Prognose
eind 2014
eind 2014
m edio 2015
1,92% rente
Hedel, Kampen Noord
3.237.448
1.321.653
1.321.653
1.349.082
Kerkdriel Noord West
7.104.153
-1.295.820
-983.939
-567.042
Kerkdriel Noord Oost
6.550.492
-214.973
-1.710.884
-837.351
Hurw enen, Wielew aallaan
1.402.479
-248.698
-248.698
-155.120
18.294.571
-437.838
-1.621.868
-210.431
Totaal
Stand van zaken strategische gronden De volgende gebieden die tot nu toe onder de NIEGG waren geclassificeerd worden op 1 januari 2016 overgeheveld naar de strategische gronden. Stand van zaken strategische gronden Ammerzoden, Onderw aard Ammerzoden, Bufferzone Uilecoten II Kerkdriel, De Akker Rossum, Weteringshoek Velddriel, Klompenmakershof II Totaal
Boekw aarde eind 2014 997.871 135.880 931.359 53.935 239.889
Voorziening eind 2014 -280.000 0 -794.061 0 -239.889
Saldo eind 2014 717.871 135.880 137.298 53.935 0
2.358.934
-1.313.950
1.044.984
Boekw aarde per m 2 36 3 7 6 0
Hierbij is in het kader van de begroting en jaarrekening niet meer de prognose van het te realiseren resultaat van belang, maar alleen nog de toetsing van de boekwaarde aan de marktwaarde. De eventueel noodzakelijke afboeking van de boekwaarde van Onderwaard naar een agrarische waarde 2 van € 6 per m betekent een extra boekverlies van € 600.000.
103
Stand van zaken plannen van derden Voor Ammerzoden Noord is een samenwerkingsovereenkomst gesloten die voorziet in overdracht van de grond na het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan in 2015. Hierdoor valt dit project niet meer onder de strategische gronden, maar onder kostenverhaal bij plannen van derden, waarbij plankosten en bovenwijkse kosten worden vergoed. De huidige boekwaarde van het project wordt hierbij helemaal goedgemaakt. Stand van zaken plannen van derden Ammerzoden Noord Totaal
Boekw aarde eind 2014 391.084 391.084
Verloop voorziening In de jaarrekening 2014 is een voorziening opgenomen voor te verwachten verliezen op grondexploitaties van € 3.033.255. Bij de invoering van de nieuwe verslaggevingsvoorschriften ontstaan nieuwe grondslagen voor rentetoerekening en waardering van strategische grond. Wanneer deze toegepast worden op de huidige situatie is een voorziening noodzakelijk van € 3.473.463. Noodzakelijke voorziening per project Bouw gronden in exploitatie Kerkdriel Noord West Kerkdriel Noord Oost Hurw enen, Wielew aallaan
567.042 837.351 155.120
Strategische gronden Ammerzoden, Onderw aard Extra afboeking Onderw aard Kerkdriel, De Akker Velddriel, Klompenmakershof II
280.000 600.000 794.061 239.889
Totaal
3.473.463
Voor het tekort van € 440.208 is dekking beschikbaar in de vorm van de reserve bouwgrond. Beleid ten aanzien van risicobeheersing en reserve grondbeleid Er wordt onderscheid gemaakt in twee soorten risico's ten aanzien van grondexploitaties: 1. Voorzienbare risico's (risico's op planniveau ten aanzien van afzet en invulling) Een berekening van de risico's op planniveau wordt jaarlijks, bij het opstellen van de jaarrekening, gemaakt. Hiertoe vindt actualisering van de in exploitatie genomen gronden plaats. Voor de voorzienbare risico’s op verliezen binnen de grondexploitaties wordt in de jaarrekening een voorziening gevormd. 2. Onvoorzienbare of algemene risico's (conjuncturele of marktrisico's) Onder onvoorzienbare risico's kunnen risico's worden verstaan welke samenhangen met conjuncturele ontwikkelingen waardoor de gronduitgifte over de hele linie stagneert. Hierdoor treden rentenadelen op welke veelal gecombineerd gaan met lagere uitgifteprijzen. Voor deze risico’s worden risicoscenario’s van de grondexploitaties opgesteld en met de eventuele extra tekorten die hieruit blijken wordt rekening gehouden binnen het weerstandsvermogen. Ontwikkelingen ten aanzien van de risico's De projecten in de (meerjaren)begroting staan onder druk. Het blijft een risico dat er nog een verdere vertraging in de woningbouwproductie optreedt bovenop de uitgifte waar we binnen de grondexploitaties al rekening mee houden. Dit ondanks de ontwikkeling dat de woningmarkt op onderdelen inmiddels uit het dal lijkt te kruipen. Deze risico's zijn verder toegelicht in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.
104