1
De Bijbel open 2013 42 (26-10) Hoe kunnen wij concreet Jezus volgen? Die vraag kwam bij enkele luisteraars boven toen zij een preek gehoord hadden over de roeping van Mattheus tot discipel. Ik vind dit een mooie vraag omdat ik daarin een verlangen proef om de Here te dienen op een heel concrete manier in het leven van elke dag. Graag ga ik dan ook op deze vraag in. Maar voordat ik enkele lijnen trek naar vandaag en ons, wil ik eerst eens goed luisteren naar het bijbelgedeelte dat we hiervoor hebben geopend, namelijk Mattheus 9: 9-14. Laat ik beginnen met te zeggen dat ik het heel bijzonder vind dat Mattheus zijn eigen roeping en tegelijk ook zijn bekering heeft beschreven. Dat heeft hij natuurlijk niet gedaan om zichzelf op een voetstuk te zetten, maar om te vertellen hoe groot het wonder is dat God in zijn leven kwam, waardoor alles veranderde. Trouwens ook Markus en Lukas vertellen over zijn roeping. Hij wordt ook Levi genoemd. Wat is er aan de hand? Jezus is bezig om in het noorden van Israel het evangelie te verkondigen. Hij heeft zojuist Kapernaum verlaten en gaat verder in de richting van de kust van de Middellandse zee. Zo komt Hij bij een belastingkantoor. Het lag aan de handelsroute vanuit het oosten naar de kust en verder richting het zuiden. In dat belastingkantoor moesten mensen die goederen importeerden aangifte doen en belasting betalen. In dit kantoor zwaait Mattheus de scepter. Hij wordt ook Levi genoemd. Er zijn vanmorgen misschien ook wel luisteraars die op een belastingkantoor werken. Dat is gewoon een eervol beroep al is belasting betalen niet het liefste wat we doen. Maar bij Mattheus ligt het wel wat anders. Het is bekend dat een belastingambtenaar of een tollenaar in die tijd in dienst was van de Romeinen, de vijand dus. Ze moesten een vast bedrag van hun inkomsten afdragen en voor de rest waren ze vrij om te bepalen wat zij van de mensen vroegen. En dat laatste bezorgde hen een slechte naam, omdat het bekend was dat zij de mensen afpersten. Nu weten wij niet hoe Mattheus hierin gehandeld heeft. Laten we dus voorzichtig zijn in ons oordeel. Jezus opent de deur van het belastingkantoor, stapt naar binnen, ziet Mattheus daar zitten, te midden van zijn geld en goed en zegt tegen
2
hem: volg Mij. Daarmee bedoelt Hij dat Hij Mattheus roept om een van zijn twaalf discipelen te worden. Zoals Hij al eerder de vissers Jacobus en Johannes had geroepen aan de oever van de zee van Tiberias, zo doet Hij het nu met Mattheus. En wat gebeurt? Mattheus schuift zijn spullen aan de kant, staat op en volgt Jezus onmiddellijk. Zonder enige bedenktijd of aarzeling. En dat is toch wel heel bijzonder. Hier voltrekt zich in één moment een complete breuk met het leven dat hij tot dusver geleid had. Graag zou ik eerst eens willen wijzen op het machtswoord van Jezus, dat Hij hier spreekt. Daar gaat het in eerste instantie om in deze geschiedenis. Jezus spreekt en het is er. Daaruit blijkt dat Hij de Zoon van God is. Hij spreekt en het is er. Hij gebiedt en het staat er. Zijn woord is daad, dabar. Mattheus zat er dus niet op te wachten dat Jezus hem riep, maar alles gaat van Jezus uit. Dat Mattheus opstaat en Jezus volgt komt enkel en alleen door zijn machtswoord als de Zoon van God. Voordat we dus gaan letten op het volgen moeten we de betekenis van dit machtswoord van Jezus goed helder hebben. Daar gaat Mattheus achter Jezus aan. Hij wordt discipel, een leerling van Jezus. Drie jaar lang ontvangt hij op allerlei manier onderricht om later apostel te worden en het evangelie van Jezus te verkondigen. Door woorden en daden, door gebeurtenissen en door heel het optreden van Jezus. Ook door het lijden van Jezus. Dat is een heel bijzonder onderdeel van zijn leerling zijn geworden. Zijn Meester gaat sterven aan het kruis, maar Hij staat daarna op uit de dood. Hij zendt zijn Geest op Pinksteren. Ook Mattheus wordt met die Geest vervuld en wordt toegerust om op weg te gaan naar de volkeren, om de naam van Jezus te verkondigen. We weten niet precies waarheen Mattheus gezonden is. De overlevering zegt dat hij onder andere in Ethiopië gewerkt heeft. Dat hij daar ook omgekomen is, gedood met het zwaard. Verder heeft hij, zoals we al zeiden, het evangelie geschreven. Rembrandt heeft daar een prachtig schilderij van gemaakt. Je ziet Mattheus heel geconcentreerd schrijven, terwijl een engel hem influistert wat hij moet schrijven . Waar we nu op moeten letten is dat de roeping van Mattheus wel een heel bijzondere roeping is geweest. We gebruiken het woord roeping terecht voor het wonder dat God ons mensen roept vanuit het donker
3
van de zonde tot zijn licht. Om Hem te volgen in plaats van je zelf en de wereld. Dat is bij Mattheus ook het geval, maar tegelijk is het bij hem meer en anders. Hij wordt geroepen tot discipel, leerling. Jezus heeft heel veel mensen geroepen, zoals ook de vader van Jacobus en Johannes. Maar Hij heeft er maar twaalf geroepen tot discipel. Anderen braken niet met hun beroep, zoals Zebedeus, de vader van Jacobus en Johannes ook visser bleef. Je kunt Jezus dus ook volgen als visser van vissen in plaats van als visser van mensen, om zo te zeggen. Nu wij. Ook wij worden geroepen door God. Telkens wanneer wij het woord van God horen roept Hij ons om volgeling van Jezus te zijn. Dat kan ook betekenen dat we tot een speciale taak geroepen worden en tot de voorbereiding daarop. De een als predikant, de ander als ouderling, de een als zendingsarbeider en weer een ander als diaken. Dat hoeft niet altijd zo plotseling en ingrijpend te gebeuren als bij Mattheus. Dat kan wel. Dan kan het ook nog eens gepaard gaan met onze bekering. Dan ga je over van de ene manier van leven in een heel andere. Maar het kan ook zijn dat we niet plotseling, maar geleidelijk aan inzicht krijgen in Gods plan met ons. Maar lang niet altijd betekent de roeping door God dat we tot een speciale taak geroepen worden. Het kan net zo goed gaan om de manier waarop wij leven in het leven van elke dag. En dat kan al van kind af aan met ons gaande zijn. Het lijkt zo bijzonder als we zo plotseling geroepen worden als Mattheus en breken met een zondig verleden, en dat is het ook, maar laten we niet vergeten hoe groot de zegen is als we niet zo abrupt met bepaalde zonde hoeven te breken, omdat God ons van kind af aan voor die zonden bewaard heeft. Het zondige leven van Mattheus is echt niet tot eer van God geweest. God roept ons dus lang niet altijd om bijzondere dingen te gaan doen. Hij roept ons om Jezus te volgen in alle dingen van ons leven. Dat is het bijzondere. Dat kan om zo te zeggen ook in het belastingskantoor, waar we werken. En ook in de eerlijkheid in het betalen van belasting. Maar nu moeten we toch een stapje verder gaan en ons afvragen waar we dan precies aan moeten denken bij het volgen van Jezus, zoals de vraagstellers dat terecht doen. Graag luister ik nu naar het vervolg van het bijbelgedeelte. Wat doet Mattheus als hij Jezus volgt? Waarin blijkt
4
nou dat hij Jezus volgt? Hij maakt een grote maaltijd klaar. Uit dankbaarheid voor het wonder van zijn roeping. Het gaat om een maaltijd voor Jezus, voor de discipelen, maar ook voor tollenaren, zoals hij er zelf een was en voor zondaren. Hij nodigt Jezus daarvoor uit. En Jezus gaat daar op in en eet samen met die mensen, die allemaal een slechte naam hadden vanwege hun levenswijze. En precies daarin zien we nu een heel belangrijk aspect van ons volgen van Jezus. We merken dat wanneer we lezen dat er farizeeën op de discipelen van Jezus afkomen en hen de vraag stellen waarom Jezus met die zondige mensen eet. Dat betekent niets minder dan dat Hij met hen gemeenschap wil hebben. Maar er kan toch zomaar onder die gasten iemand zitten die onrein is en dan word je zelf ook onrein. Jezus moet toch weten dat die mensen horen bij het volk dat de wet niet kent, bij Jan rap en zijn maat zo gezegd. Maar dan geeft Jezus antwoord in de vorm van een vraag. Een dokter, waar gaat die heen? Naar mensen die ziek zijn. Zo is het met Jezus ook. Die mensen die daar met Hem aan tafel aanliggen zijn geestelijk gesproken ziek, doodziek. Daarom gaat Jezus als de hemelse Arts zonder grenzen naar hen toe. Niet om hun zondige praktijken goed te keuren, maar om ze te verlossen van die zondige praktijken. Dat is heel wezenlijk in het optreden van Jezus. Welnu, als je dan vraagt: wat is het kenmerk van het volgen van Jezus, dan is het dit, dat je een Heiland volgt, die gekomen is om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. Jezus volgen is een Heiland volgen die zich ontfermt over mensen in de goot van het leven. Zoals Hosea heeft gezegd: ik wil barmhartigheid en geen offers. Hoe kun je een Heiland volgen die zo doet? Als je jezelf kent als een verloren mens en zelf ziet hoe groot het wonder is dat Jezus naar jou toekwam. En zo kom ik tot de eigenlijk vraag: hoe kunnen we nu concreet Jezus volgen? Dat is allereerst een kwestie van een levenshouding. Het is dat je Hem volgt die bewogen was met het lot van mensen, die het verlorene zoekt. Dat ligt ons vanuit onszelf niet. Dat is het mooie, maar ook het moeilijke van het volgen van Jezus. Het gaat er niet allereerst om wat je allemaal doet, maar wie je bent. Van daaruit word je creatief om inhoud en vorm te geven aan dat zoeken van het verlorene om je heen. Het leren als discipel betekent zo bezien ook afleren en dat kan pijn doen. Dan kom je heel dicht bij iets wat Mattheus ook heeft moeten leren: Jezus volgen in het dragen van het kruis. Jezus volgen in het lijden. Voor miljoenen christenen vandaag
5
is dat het volgen van Jezus. En dat kan het ook voor ons zijn. Ben je dan zielig? Beslist niet, Jezus zegt: zalig ben je als je vervolgd wordt. Vanwege het uiteindelijk perspectief van het volgen van Jezus, ook als het lijden met zich mee brengt: nl. zijn komend koninkrijk. Jezus volgen hier en nu volgen loopt uit op Jezus volgen, ook dan en daar. Volg Mij, zegt Jezus. Ook door deze uitzending.