Afdeling Epidemiologie
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 -2004
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 -2004: IPH/EPI REPORTS N° 2006 – 016
Stephanie Devriese, Inge Huybrechts, Michel Moreau, Herman Van Oyen De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004 Epidemiologie, maart 2006; Brussel (België) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, WIV/EPI REPORTS N 2006 – 016 Depotnummer: D/2006/2505/17
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 -2004
Wetenschappelijke stuurgroep
VCP groep Onderzoeksteam (in alfabetische volgorde) Emmanuel Abatih (WIV, Epidemiologie) Stephanie Devriese (WIV, Epidemiologie) Inge Huybrechts (UGent, VMG) Michel Moreau (ULB, ESP) Herman Van Oyen (WIV, Epidemiologie)
Christine Bazelmans (ULB, ESP) Guy De Backer (UGent, VMG) Stefaan De Henauw (UGent, VMG) Marcel Kornitzer (ULB, ESP) Alain Leveque (ULB, ESP) Chistophe Matthys (UGent, VMG)
Diëtisten Mia Bellemans (UGent, VMG) Mieke De Maeyer (UGent, VMG) Khadija El Moumni (Institut Arthur Haulot) Davy Van Steenkiste (WIV, Epidemiologie) Logistieke steun Noëmi Debacker (WIV, Epidemiologie) Anne-Lise Laffineur (WIV, Epidemiologie) Monique Schoonenburg (WIV, Epidemiologie) Bijzondere dank aan De diëtisten-enquêteurs De deelnemers en aan Leen Baert (UGent, FBW) Maaike Bilau (UGent, VMG) Yves Coppieters (ULB, ESP) Frank Devlieghere (UGent, FBW) Tineke De Vriendt (UGent, VMG) Marga Ocké (RIVM) Ilse Pynaert (UGent, VMG) Christelle Senterre (ULB, ESP) Isabelle Sioen (UGent, VMG) Nadia Slimani (IARC) Marie-Paule Vanderelst (ULB, ESP)
Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid J. Wytsmanstraat 14 1050 Brussel België Tel: 02 642 57 52 Fax: 02 642 54 10 e-mail:
[email protected] http://www.iph.fgov.be/epidemio/
IPH/EPI REPORTS Nr. 2006 - 016
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Betrokken instituten Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FOD Economie Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Universiteit Gent, Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde Université Libre Bruxelles, Ecole de Santé publique Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Afdeling Epidemiologie
Opdrachtgevers FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
Algemene Inhoud
Volume I Executieve samenvatting ............................................................................................. 7
I. Inleiding en methoden................................................................................................ 19 II. Studiepopulatie........................................................................................................... 57 III. Voedings- en gezondheidsstatus .............................................................................. 73 IV. Voedingsprofiel ........................................................................................................ 123
Volume II V. Voedingsmiddelen 1 2 3 4 5 6 7 8 9
Voedingsdriehoek ............................................................................................ 159 Dranken ............................................................................................................. 169 Graanproducten en aardappelen..................................................................... 227 Groenten ........................................................................................................... 271 Fruit ................................................................................................................... 291 Melk- en calciumverrijkte sojaproducten........................................................ 311 Vlees, vis, eieren en vervangproducten.......................................................... 353 Smeer- en bereidingsvet .................................................................................. 409 Restgroep.......................................................................................................... 435
Volume III VI. Energie en macronutriënten 1 Aanbevelingen .................................................................................................. 479 2 Energie .............................................................................................................. 487 3 Vetten ................................................................................................................ 509 4 Koolhydraten .................................................................................................... 543 5 Eiwitten.............................................................................................................. 571 VII. Micronutriënten 1 2 3 4
Aanbevelingen .................................................................................................. 591 Calcium ............................................................................................................. 597 IJzer ................................................................................................................... 617 Vitamine C ......................................................................................................... 637
Algemene Inhoud
Volume IV VIII. Rauwe voedingsmiddelen ........................................................................................661 IX. Voedingshygiëne en voedselveiligheid binnen het huishouden ...........................707 Bijlage 1 - Geselecteerde gemeenten ......................................................................817 Bijlage 2.1- Communicatieformulier Voedselconsumptiepeiling 2004 ..................819 Bijlage 2.2 - Ontvangstformulier Voedselconsumptiepeiling 2004........................821 Bijlage 3.1 - Voedingsmiddelengroepen..................................................................823 Bijlage 3.2 - Voedingsmiddelenlijst..........................................................................827 Bijlage 4 - Verstrekkingeenheden en conversiefactoren bij de Vlaamse voedingsdriehoek....................................................................................863 Bijlage 5 - Conversiefactoren...................................................................................867
Hoofdstuk VI.4
Koolhydraten
Inleiding en methoden
Studiepopulatie
Voedings- en gezondheidsstatus Aanbevelingen Voedingsprofiel Energie Voedingsmiddelen Vetten Energie en macronutriënten
Koolhydraten Eiwitten
Micronutriënten
Rauwe voedingsmiddelen
Voedingshygiëne
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Inhoudstafel
SAMENVATTING............................................................................................................................ 547 1
INLEIDING............................................................................................................................... 548
2
METHODE EN INDICATOREN............................................................................................. 549
3
RESULTATEN.......................................................................................................................... 550 3.1 3.2 3.3
4
GEBRUIKELIJKE BIJDRAGE VAN KOOLHYDRATEN AAN DE TOTALE ENERGIE-INNAME ............ 550 GEBRUIKELIJKE INNAME VAN POLYSACCHARIDEN ............................................................... 551 GEBRUIKELIJKE INNAME VAN SUIKERS ................................................................................. 552
TABELLEN............................................................................................................................... 553
REFERENTIELIJST........................................................................................................................ 569
- 545 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
- 546 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Samenvatting
•
De gemiddelde dagelijkse procentuele bijdrage van het macronutriënt koolhydraat aan de totale energie-inname in de algemene populatie, 15 jaar en ouder, bedraagt 45.8 en%.
•
De gemiddelde gebruikelijke koolhydraat-inname bij vrouwen is een weinig hoger dan deze bij mannen, respectievelijk 46.4 en% (SD 6.4) en 45.0 en% (SD 6.3).
•
Bij vrouwen is er 9% die de aanbeveling van minstens 55 en% koolhydraten haalt. Bij mannen is er 5% die de aanbeveling haalt.
•
De gebruikelijke inname van koolhydraten neemt in beide geslachten licht af met toenemende leeftijd.
•
Het aantal personen die deze aanbeveling van 55 en% koolhydraten halen is het grootst in de leeftijdsgroep van 15-18 jarigen, voor zowel vrouwen als mannen (respectievelijk 21 en% en 11 en%).
•
Er zijn weinig of geen opmerkelijke verschillen in koolhydraat-inname volgens woonplaats, opleidingsniveau, BMI, fysieke activiteit, seizoen of huishoudgrootte.
•
Indien de onderrapporteerders uitgesloten worden, dan blijft de gemiddelde gebruikelijke inname van koolhydraten bij benadering gelijk.
•
Het aantal personen die de aanbeveling van 55 en% koolhydraten haalt daalt van 8% naar 5% na exclusie van de onderrapporteerders.
•
Na exclusie van de onerrapporteers, daalt het aantal vrouwen die de aanbeveling halen beduidend van 9% naar 6%. Daarentegen is er na exclusie van de onderrapporteerders, bij het aantal mannen tussen de leeftijd van 15-18 jaar, een stijging van 11% naar 15% voor het halen van de aanbeveling.
•
De inname van suikers (mono- en disacchariden) is te hoog in vergelijking met de aanbeveling, terwijl de inname van polysacchariden veel te laag is.
•
Vrouwen hebben een hogere gebruikelijke suikerinname (in en%) dan mannen.
•
Uit de resultaten blijkt dat brood & beschuiten de voornaamste koolhydraatbronnen zijn binnen onze Belgische voeding, gevolgd door aardappelen, limonades, fruit, zoete toespijs, cake & gebak, deegwaren & rijst…
- 547 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
1 Inleiding
Koolhydraten zijn belangrijke energieleveranciers. Koolhydraten worden door de vertering in maag en darmen omgezet in enkelvoudige suikers, voornamelijk glucose, dat via de darm in de bloedbaan worden opgenomen en zo de bloedsuikerspiegel doet stijgen. Sommige voedingsmiddelen doen de bloedsuikerspiegel sneller stijgen dan andere. De graad van snelheid wordt de ‘glycemische index’ genoemd. De glycemische index is o.a. afhankelijk van (1): − − − − −
het soort suiker: glucose of druivensuiker wordt veel sneller opgenomen dan fructose of vruchtensuiker; de aanwezigheid van andere voedingsstoffen in de maaltijd zoals eiwitten, vetten en/of voedingsvezels; de grootte van de deeltjes (hoe fijner hoe sneller de vertering): aardappelpuree geeft een snellere bloedsuikerstijging dan gewoon gekookte aardappelen; de gaarheid van de voedingsmiddelen: goed gaar gekookte pasta geeft een snellere stijging dan ‘al dente’ (beetgaar) gekookte pasta; de snelheid van de maaglediging: gesuikerde vloeistoffen gaan zeer snel door de maag.
Zuivere suikers verwerkt in snoepgoed en frisdranken leveren naast energie geen andere nuttige voedingsstoffen zoals eiwitten, voedingsvezels, vitaminen en mineralen. Men noemt ze daarom ‘lege’ energiebronnen die best uitzonderlijk gebruikt worden. Enkel voor het behandelen van een hypoglycemie kunnen ze nuttig zijn. Zetmeelproducten zoals brood, aardappelen, rijst en deegwaren leveren naast energie ook andere nuttige voedingsstoffen zoals vitaminen, mineralen en voedingsvezels, waardoor ze veel waardevoller zijn voor ons organisme. De ondergrens voor de totale hoeveelheid koolhydraten bedraagt 55% van de totale energiebehoefte. Het is aanbevolen de inname van enkelvoudige (toegevoegde) suikers te beperken zowel voor kinderen, adolescenten als volwassenen (2,3). De voornaamste koolhydraatbronnen zijn granen, aardappelen, peulvruchten, groenten en noten (2).
- 548 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
2 Methode en indicatoren
Voor de berekening van de energie en nutriënten inname uit de gegevens, verzameld met de herhaalde 24-uursvoedingsnavragen, werden de gerapporteerde voedingsmiddelen gekoppeld aan het best passende voedingsmiddel uit een voedingsmiddelendatabank (zie hoofdstuk I.4 punt 2.4). De berekende inname van de macronutriënten wordt uitgedrukt in energieprocenten (en%): dat wil zeggen de procentuele bijdrage van het macronutriënt aan de som van de energie-inname (zonder de energie van alcohol). Dus voor de berekening van de procentuele bijdrage van eiwitten, vetten en koolhydraten aan de totale energie-inname is de energiebijdrage van alcohol buiten beschouwing gebleven. De gebruikelijke inname van de nutriënten in de populatie werd geschat d.m.v. het programma C-Side op basis van de informatie bekomen tijdens de 2-maal herhaalde 24uursvoedingsnavraag (4,5). Dit is niet gelijk aan het gemiddelde over de 2-maal herhaalde 24uursvoedingsnavragen. Voor een correcte evaluatie van de verdeling van de inname binnen de bevolking in vergelijking met de voedingsnormen, is niet het gemiddelde over de twee dagen belangrijk, maar de inname over een langere periode (d.w.z. de gebruikelijke inname), waarbij enkel de variatie tussen personen belangrijk is en niet de intra-individuele variatie. De methode is in detail besproken in het eerste hoofdstuk (zie hoofdstuk I.4 punt 3.1). Hieronder wordt kort uitgelegd hoe de tabellen ‘gebruikelijke consumptie’ gelezen moeten worden. Er worden twee tabellen gegeven. De eerste tabel beschrijft de verdeling voor de totale bevolking en volgens het geslacht, met ook een indeling in leeftijdsgroepen. Al de resultaten in de tabel zijn, naast de weging voor het steekproefontwerp (zie hoofdstuk II.2), ook gewogen voor de dag en het seizoen tijdens dewelke het interview werd afgenomen. De eerste twee kolommen tonen het gemiddelde en de standaard deviatie (SD) als maat voor de spreiding van de verdeling. In de volgende vier kolommen worden de geschatte waarden van percentielen 25, 50 (de mediaan), 75 en 97.5 gegeven. De volgende kolom toont het percentage van de bevolking dat voldoet aan een voedingsaanbeveling. Dit is het percentage met een inname onder of boven een grenswaarde of een inname tussen 2 grenswaarden. De twee laatste kolommen geven aantallen: de eerste kolom geeft het aantal 24-uursvoedingsnavragen (kolom met hoofding ‘n’) en de tweede kolom geeft het aantal respondenten (kolom met hoofding ‘N’). De tweede tabel toont de gemiddelde inname in functie van verschillende variabelen (geslacht, opleiding, woonplaats, gewicht, seizoen, lichamelijke activiteit, huishoudgrootte). Het eerste gemiddelde (kolom Gem_1) is gelijkaardig aan dit van de eerste tabel, nl. gewogen voor het steekproefontwerp, dag en seizoen van het interview. In al de andere kolommen is in het mathematisch model ook rekening gehouden met mogelijke verschillen in de geslachts- en leeftijdsverdeling. De inhoud van deze kolommen is zoals besproken hierboven.
- 549 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
3 Resultaten
3.1 Gebruikelijke bijdrage van koolhydraten aan de totale energie-inname
De gemiddelde dagelijkse procentuele bijdrage van het macronutriënt koolhydraat aan de totale energie-inname in de algemene populatie, 15 jaar en ouder, bedraagt 45.8 en% (SD 6.4). De interquartielrange gaat van 41.5 en% tot 49.9 en% (Tabel VI.4. 2). De gebruikelijke koolhydraatinname bij vrouwen is een weinig hoger dan deze bij mannen, respectievelijk 46.4 en% (SD 6.4) en 45.0 en% (SD 6.3). De gebruikelijke inname van koolhydraten neemt in beide geslachten af met toenemende leeftijd (niet beduidend). Bij de vrouwen daalt de gemiddelde koolhydraatinname van 50.6 en% bij de 15-18 jarigen tot 43.3 en% bij de 75-plussers. Bij de mannen daalt de gemiddelde koolhydraatinname van 49.5 en% bij de 15-18 jarigen tot 43.7 en% bij de 75-plussers (Tabel VI.4. 2). Bij de vrouwen haalt 9% de aanbeveling van minstens 55 en% koolhydraten. Bij de mannen haalt 5% deze aanbeveling. Het aantal personen die deze aanbeveling van 55 en% koolhydraten haalt is het grootst in de leeftijdsgroep van 15-18 jarigen, voor zowel vrouwen als mannen (respectievelijk 21 en% en 11 en%) (Figuur VI.4. 1). Indien de onderrapporteerders (zoals berekend in hoofdstuk VI.2) uitgesloten worden, dan blijft de gemiddelde gebruikelijke inname van koolhydraten bij benadering gelijk. Tabel VI.4. 1 vat de resultaten voor de totale koolhydraatinname met en zonder onderrapporteerders samen. Na exclusie van de onderrapporteerders daalt het aantal personen die de aanbeveling van 55 en% koolhydraten halen beduidend van 8% naar 5%. Na exclusie van de onderrapporteerders, daalt het aantal vrouwen die de aanbeveling halen beduidend van 9% naar 6%. Daarentegen is er na exclusie van de onderrapporteerders, bij het aantal mannen tussen de leeftijd van 15-18 jaar, een beduidende stijging van 11% naar 15% voor het halen van de aanbeveling (Figuur VI.4. 1).
- 550 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Figuur VI.4. 1
Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van koolhydraten (energie%/dag) Percentage met een inname van koolhydraten volgens de aanbeveling (>55en%) Totale populatie
Na exclusie onderrapporteerders
Gewogen prevalentie, gecorrigeerd voor seizoen en dag van inname
Er zijn weinig of geen opmerkelijke verschillen in koolhydraatinname volgens woonplaats, opleidingsniveau, BMI, fysieke activiteit, seizoen of huishoudgrootte (Tabel VI.4. 4). Uit de resultaten blijkt dat brood & beschuiten de voornaamste koolhydraatbronnen zijn (28%) binnen onze Belgische voeding, gevolgd door aardappelen (9%), limonades (9%), fruit (7%), zoete toespijs (6%), cake & gebak (5%), deegwaren & rijst (5%) (Tabel VI.4. 9).
3.2 Gebruikelijke inname van polysacchariden Gezien praktisch niemand van de Belgische populatie een inname van polysacchariden boven de aanbevolen hoeveelheid van 50 En% gebruikte, werd in de figuren en tabellen vergeleken met een inname van 30 en%. Door de totale populatie wordt gemiddeld slechts 24.4 en% polysacchariden per dag gebruikt. De grote meerderheid van de populatie (87.1%) heeft zelfs een gebruikelijke polysaccharide-inname lager dan 30 en% (Tabel VI.4. 5). Het uitsluiten van de onderrapporteerders geeft weinig verschil in de procentuele energiebijdrage van polysacchariden (Figuur VI.4. 2).
- 551 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Figuur VI.4. 2 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van zetmeel (energie%/dag) Percentage met een inname van polysaccharide lager dan 60% van de aanbeveling (aanbeveling = 55 en%) Totale populatie Na exclusie onderrapporteerders
Gewogen prevalentie, gecorrigeerd voor seizoen en dag van inname
3.3 Gebruikelijke inname van suikers De gebruikelijke inname van suikers (mono- en disacchariden) bedraagt 20.3 En% voor de totale populatie. De grote meerderheid (96.4%) van de totale populatie heeft een suikerinname hoger dan de aanbevolen bovengrens van 10 en%. Er is zelfs 19% bij wie de inname meer dan 15 en% bedraagt. Vrouwen hebben een hogere gebruikelijke suikerinname (en%) dan mannen en de inname van suikers (in en%) daalt met de leeftijd (Tabel VI.4. 7). Het uitsluiten van de onderrapporteerders levert weinig verschil in de procentuele energiebijdrage van suikers (Figuur VI.4. 3). Figuur VI.4. 3 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van suikers (energie%/dag) Percentage met een te grote inname volgens de aanbeveling (10 en%) Totale populatie Na exclusie onderrapporteerders
Gewogen prevalentie, gecorrigeerd voor seizoen en dag van inname
- 552 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
4 Tabellen
Tabel VI.4. 1 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Vergelijking koolhydraat(KH-)inname totale populatie met koolhydraatinname na exclusie onderrapporteerders (energie%/dag)
KH-inname totale populatie Gemiddelde VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
KH-inname zonder onderrapporteerders
SD
N
Gemiddelde
SD
N
<18
50.6
5.4
401
49.9
5.1
311
19-59
46.9
6.2
460
46.0
5.7
328
60-74
45.2
5.5
406
44.4
5.6
302
>75
43.3
6.0
355
42.8
5.6
262
Totaal
46.4
6.4
1622
45.6
6.0
1203
<18
49.5
4.4
405
49.9
5.0
356
19-59
45.2
5.3
413
44.6
4.8
344
60-74
43.1
6.4
416
43.0
6.8
359
>75
43.7
7.1
389
43.4
6.8
341
Totaal
45.0
6.3
1623
44.6
6.2
1400
45.8
6.4
3245
45.1
6.2
2603
Gemiddelde: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen N: aantal respondenten
- 553 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 2 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van koolhydraten (energie%/dag) in totale populatie
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% > 55
n
N
<18
50.6
5.4
46.9
50.5
54.2
20.8
780
401
19-59
46.9
6.2
42.8
46.8
50.9
9.5
896
460
60-74
45.2
5.5
41.5
45.2
48.9
3.8
796
406
>75
43.3
6.0
39.3
43.3
47.4
2.5
687
355
Totaal
46.4
6.4
42.1
46.3
50.6
9.0
3159
1622
<18
49.5
4.4
46.6
49.5
52.5
10.8
786
405
19-59
45.2
5.3
41.7
45.1
48.7
3.6
807
413
60-74
43.1
6.4
38.8
43.1
47.4
3.1
815
416
>75
43.7
7.1
38.9
43.8
48.6
5.6
761
389
Totaal
45.0
6.3
40.9
45.0
49.1
5.7
3169
1623
<18
50.1
5.0
46.7
50.0
53.4
16.3
1566
806
19-59
46.1
5.8
42.2
46.0
49.9
6.4
1703
873
60-74
44.2
6.0
40.2
44.2
48.3
3.7
1611
822
>75
43.5
6.6
39.0
43.5
47.9
4.0
1448
744
Totaal
45.8
6.4
41.5
45.7
49.9
7.5
6328
3245
Gemiddelde: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen N: aantal respondenten % > 55: percentage met een consumptie van koolhydraten van meer dan 55 energie%/dag
- 555 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 3 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van koolhydraten (energie%/dag) zonder onderrapporteerders
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% > 55
n
N
<18
49.9
5.1
46.4
49.8
53.3
15.9
608
311
19-59
46.0
5.7
42.2
45.9
49.7
5.8
641
328
60-74
44.4
5.6
40.6
44.4
48.2
3.1
597
302
>75
42.8
5.6
39.0
42.8
46.6
1.4
510
262
Totaal
45.6
6.0
41.6
45.5
49.5
5.9
2356
1203
<18
49.9
5.0
46.5
49.9
53.3
15.4
692
356
19-59
44.6
4.8
41.4
44.6
47.8
1.6
675
344
60-74
43.0
6.8
38.4
43.0
47.6
3.8
706
359
>75
43.4
6.8
38.7
43.4
48.2
4.4
668
341
Totaal
44.6
6.2
40.4
44.6
48.6
4.6
2741
1400
<18
49.9
5.1
46.4
49.9
53.3
15.9
1300
667
19-59
45.2
5.3
41.7
45.2
48.7
3.4
1316
672
60-74
43.7
6.3
39.4
43.7
47.9
3.7
1303
661
>75
43.0
6.4
38.7
43.0
47.3
3.0
1178
603
Totaal
45.1
6.2
40.9
45.0
49.1
5.4
5097
2603
Gemiddelde: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen N: aantal respondenten % > 55: percentage met een consumptie van koolhydraten van meer dan 55 energie%/dag
- 556 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 4 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van koolhydraten (energie%/dag) in totale populatie Gem_1
Gem_2
SD
P25
P50
P75
% > 55
n
N
Vrouw
46.4
46.4
6.1
42.3
46.3
50.4
7.9
3159
1622
Man
45.0
45.0
6.0
41.0
45.0
49.0
5.0
3169
1623
Lager sec. of minder
45.4
45.4
6.4
41.0
45.1
49.5
6.8
1984
1017
BSO/TSO
45.8
45.8
6.1
41.7
45.7
49.8
6.7
1509
773
ASO
45.8
45.8
5.5
42.1
45.8
49.5
4.7
1087
556
Hoger onderwijs
45.6
45.6
4.9
42.4
45.6
48.8
2.7
1490
759
Vlaams
46.1
46.0
5.4
42.3
46.0
49.6
5.0
3911
1988
Brussels & Waals
45.3
45.3
6.7
40.8
45.1
49.6
7.5
2417
1257
Onder & gezond gewicht
46.6
46.6
6.0
42.6
46.5
50.5
8.3
3782
1939
Overgewicht
44.5
44.5
5.9
40.5
44.5
48.5
3.8
1893
971
Obesiteit
44.4
44.3
6.0
40.2
44.2
48.3
4.2
652
334
Lente
45.9
45.8
5.9
41.9
45.7
49.6
6.4
1638
833
Zomer
46.9
46.9
6.4
42.6
46.8
51.1
9.9
1548
795
Herfst
44.8
44.8
5.4
41.2
44.7
48.3
3.3
1644
852
Winter
45.4
45.4
6.1
41.4
45.4
49.4
5.6
1498
769
LICHAMELIJKE
Inactief
45.2
45.1
6.2
41.0
45.0
49.2
5.8
2588
1326
ACTIVITEIT
Minimaal
46.3
46.2
5.9
42.3
46.2
50.1
6.8
2040
1046
Pos. voor gezondheid
46.1
46.0
5.6
42.3
45.9
49.7
5.7
1562
795
HUISHOUD-
1 persoon
45.3
45.2
6.4
40.8
44.9
49.3
6.9
967
496
GROOTTE
2 personen
44.8
44.8
6.5
40.4
44.7
49.1
6.1
2217
1130
3+ personen
46.4
46.4
5.4
42.7
46.3
49.9
5.6
3085
1582
45.8
45.7
6.1
41.7
45.6
49.7
6.6
6328
3245
GESLACHT
OPLEIDING
GEWEST
GEWICHT (BMI)
SEIZOEN
TOTAAL
Gem_1: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen
Gem_2: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag, seizoen, geslacht en leeftijd N: aantal respondenten
- 557 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 5 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van zetmeel (energie%/dag) in totale populatie
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% <= 30
n
N
<18
25.5
4.7
22.2
25.3
28.5
83.3
780
401
19-59
24.8
4.6
21.6
24.7
27.8
86.9
896
460
60-74
23.7
4.8
20.3
23.5
26.8
90.2
796
406
>75
23.0
4.7
19.9
22.9
26.1
92.9
687
355
Totaal
24.4
4.9
21.1
24.2
27.6
87.4
3159
1622
<18
24.5
4.0
21.8
24.4
27.1
91.3
786
405
19-59
24.3
4.4
21.3
24.2
27.2
89.7
807
413
60-74
24.3
5.1
20.8
24.1
27.6
86.6
815
416
>75
24.7
5.4
20.9
24.5
28.2
83.6
761
389
Totaal
24.4
4.9
21.0
24.2
27.5
87.6
3169
1623
<18
25.0
4.4
22.0
24.8
27.9
87.0
1566
806
19-59
24.6
4.6
21.4
24.4
27.6
88.0
1703
873
60-74
24.0
5.0
20.6
23.8
27.2
88.6
1611
822
>75
23.6
5.2
20.2
23.5
26.9
89.2
1448
744
Totaal
24.4
4.9
21.0
24.2
27.6
87.1
6328
3245
Gemiddelde: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen N: aantal respondenten % < 30: percentage met een consumptie van zetmeel lager dan 30 energie%/dag
- 558 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 6 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van zetmeel (energie%/dag) zonder onderrapporteerders
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% <= 30
n
N
<18
25.1
4.0
22.3
24.9
27.6
89.0
608
311
19-59
24.3
4.1
21.4
24.1
27.0
91.3
641
328
60-74
23.0
4.5
19.9
22.8
25.9
93.4
597
302
>75
22.3
3.6
19.9
22.3
24.7
97.8
510
262
Totaal
23.9
4.3
20.9
23.7
26.6
91.8
2356
1203
<18
24.1
4.1
21.2
23.9
26.8
92.1
692
356
19-59
24.1
4.8
20.7
23.9
27.2
88.9
675
344
60-74
24.1
5.5
20.4
23.9
27.5
86.4
706
359
>75
24.4
5.2
20.8
24.2
27.8
85.9
668
341
Totaal
24.1
5.0
20.6
23.9
27.4
87.7
2741
1400
<18
24.5
4.2
21.6
24.4
27.2
90.2
1300
667
19-59
24.2
4.5
21.0
24.0
27.1
89.9
1316
672
60-74
23.6
5.1
20.1
23.3
26.8
89.6
1303
661
>75
23.2
4.5
20.1
23.0
26.1
92.9
1178
603
Totaal
24.0
4.7
20.7
23.8
27.0
89.5
5097
2603
Gemiddelde: gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: aantal 24-uursvoedingsnavragen N: aantal respondenten % < 30: percentage met een consumptie van zetmeel lager dan 30 energie%/dag
- 559 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 7 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van suikers (energie%/dag) in totale populatie
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% > 10
% > 15
n
N
<18
24.2
6.6
19.5
23.7
28.3
99.5
93.3
780
401
19-59
21.4
6.3
17.1
20.9
25.1
98.4
86.0
896
460
60-74
20.6
5.7
16.5
20.2
24.2
98.0
83.4
796
406
>75
19.2
6.4
14.7
18.8
23.3
93.8
73.4
687
355
Totaal
21.2
6.7
16.6
20.6
25.0
97.3
82.9
3159
1622
<18
24.2
6.9
19.5
23.7
28.4
99.2
92.8
786
405
19-59
19.4
5.7
15.5
18.9
22.7
97.3
78.1
807
413
60-74
17.8
4.8
14.4
17.5
20.8
95.7
70.5
815
416
>75
17.7
5.6
13.7
17.3
21.3
92.6
66.4
761
389
Totaal
19.3
6.2
15.0
18.7
22.9
95.6
74.8
3169
1623
<18
24.2
6.8
19.5
23.6
28.3
99.4
93.1
1566
806
19-59
20.5
6.2
16.2
19.9
24.0
97.7
81.8
1703
873
60-74
19.2
5.5
15.4
18.9
22.7
96.7
77.4
1611
822
>75
18.7
6.2
14.3
18.3
22.6
93.2
70.8
1448
744
Totaal
20.3
6.6
15.7
19.6
24.1
96.4
78.9
6328
3245
Gemiddelde: Gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: Aantal 24-uursvoedingsnavragen N: Aantal respondenten % <= 10: % die voldoet aan de aanbeveling van minder dan 10en% inname van suikers per dag
- 560 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 8 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Gebruikelijke consumptie van suikers (energie%/dag) zonder onderrapporteerders
VROUWEN
MANNEN
TOTAAL
Gemiddelde
SD
P25
P50
P75
% > 10
% > 15
n
N
<18
23.9
5.7
19.8
23.4
27.4
99.9
95.7
608
311
19-59
20.9
6.2
16.7
20.3
24.4
98.1
84.2
641
328
60-74
20.4
5.2
16.7
20.1
23.8
98.6
85.1
597
302
>75
19.3
6.3
14.9
19.0
23.4
94.1
74.5
510
262
Totaal
20.8
6.2
16.5
20.3
24.4
97.8
83.2
2356
1203
<18
25.0
7.3
20.0
24.4
29.3
99.4
93.7
692
356
19-59
19.1
5.4
15.3
18.6
22.3
97.2
76.9
675
344
60-74
17.8
4.9
14.4
17.6
20.9
95.7
70.9
706
359
>75
17.7
5.4
13.9
17.3
21.2
93.5
67.2
668
341
Totaal
19.1
6.3
14.8
18.5
22.7
95.1
73.6
2741
1400
<18
24.5
6.6
20.0
23.9
28.4
99.6
94.6
1300
667
19-59
19.9
5.8
15.8
19.3
23.3
97.5
80.1
1316
672
60-74
19.1
5.3
15.4
18.8
22.5
97.0
77.6
1303
661
>75
18.7
6.1
14.4
18.3
22.6
93.5
71.3
1178
603
Totaal
19.9
6.3
15.5
19.3
23.6
96.4
78.2
5097
2603
Gemiddelde: Gewogen gemiddelde gecorrigeerd voor interviewdag en seizoen n: Aantal 24-uursvoedingsnavragen N: Aantal respondenten % <= 10: % die voldoet aan de aanbeveling van minder dan 10en% inname van suikers per dag
- 561 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Tabel VI.4. 9 Voedselconsumptiepeiling, België, 2004 Bronnen van de energiebijdrage uit koolhydraten (in %) Groep
06
13
Groepsnaam
Granen en graanproducten
Niet alkoholische dranken
Procentuele Groep Subgroep1 Subgroep2 koolhydraatbijdrage groep
37.48
11.58
01
Naam subgroep
06
03
06
02
DEEGWAREN, RIJST, ANDERE GRANEN
5.12
06
04
ONTBIJTGRANEN
2.12
06
05
ZOUTE VERSNAPERINGEN, TOOST
1.03
06
06
DEEG
0.87
06
03
KNACKEBROOD, BESCHUIT
0.48
06
01
MEEL, VLOKKEN, BINDMIDDELEN
0.22
06
03
BROOD, KNACKEBROOD, BESCHUIT
0.02
06
00
NIET INGEDEELD
0.00
13
02
LIMONADES, ISOTONE DRANKEN, SIROPEN
8.56
13
01
VRUCHTE- EN GROENTESAPPEN
2.84
13
03
KOFFIE
0.07
13
04
(MINERAAL)WATER
0.04
13
03
CICHOREI, SURROGATEN
0.04
13
00
NIET INGEDEELD
0.03
13
03
02
THEE
0.00
13
03
03
KRUIDENTHEE
0.00
13
03
00
NIET INGEDEELD
0.00
02
01
04
- 562 -
BROOD
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
27.61
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep
11
12
01
Groepsnaam
Suiker en zoetwaren
Cake, koek, gebak, puddingen
Aardappelen en andere knolgewassen
Procentuele Groep SubSubkoolhydraatgroep1 groep2 bijdrage groep
10.84
10.05
8.89
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
11
01
SUIKER, HONING, JAM
5.81
11
02
CHOCOLA, CANDY BARS, CHOCOLADEHAGEL/VLOKKEN
3.34
11
05
IJS
0.71
11
03
ZOETWAREN (GEEN CHOCOLA)
0.59
11
04
SIROPEN
0.34
11
05
02
SORBETIJS
0.03
11
05
03
WATERIJS
0.01
11
00
NIET INGEDEELD
0.00
12
01
CAKE, GEBAK, PUDDINGEN NIET-MELKBASIS
5.21
12
02
BISCUIT
4.84
12
00
NIET INGEDEELD
0.00
01
01
00
aardappelen (algemeen)
6.68
01
01
01
gefrituurde aardappelproducten
2.17
01
01
02
aardappelbereidingen ander dan gefrituurd
0.05
01
02
ANDERE KNOLGEWASSEN
0.00
01
- 563 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep Groepsnaam
04
05
Fruit
Melkproducten
Procentuele Groep Subgroep1 Subgroep2 koolhydraatbijdrage groep
7.07
6.49
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
04
01
02
pitvruchten
2.93
04
01
05
andere fruitsoorten
1.92
04
01
01
citrusvruchten
0.86
04
01
03
steenvruchten
0.58
04
01
04
besvruchten en kleinfruit
0.54
04
03
GEMENGD FRUIT
0.13
04
02
NOTEN, ZADEN, NOTENSPREAD (NOTENSMEERSELS)
0.09
04
04
OLIJVEN
0.00
04
00
NIET INGEDEELD
0.00
05
01
MELK
2.01
05
03
YOGHURT
1.79
05
06
PUDDINGEN OP MELK/ROOM/MOUSSE BASIS
1.48
05
02
MELKDRANKEN
0.63
05
04
KWARK E.D.
0.36
05
05
KAAS
0.13
05
08
KOFFIEMELK EN CREAMERS
0.05
05
07
ROOM
0.04
05
00
NIET INGEDEELD
0.00
05
07
TOPPINGS
0.00
01
02
- 564 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep
14
02
Groepsnaam
Procentuele koolhydraatbijdrage groep
Alkoholische dranken
2.33
Groenten
1.86
Groep Subgroep1 Subgroep2
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
14
03
BIER, CIDER
1.63
14
01
WIJN
0.30
14
02
SHERRY, PORT, VERMOUTH E.D.
0.18
14
06
LIKEUREN
0.12
14
07
COCKTAILS, PUNCHES
0.07
14
04
STERKE DRANK, BRANDEWIJN
0.02
14
00
NIET INGEDEELD
0.01
14
05
ANIJSDRANKEN (PASTIS, ..)
0.00
02
02
VRUCHTGROENTEN
0.65
02
03
KNOLGROENTEN
0.35
02
04
KOOLSOORTEN
0.17
02
01
BLADGROENTEN (M.U.V. KOOLSOORTEN)
0.17
02
08
STENGEL- EN SPRUITGROENTEN
0.16
02
09
GEMENGDE SALADES/GROENTEN
0.15
02
06
ERWTEN, MAIS, TUINBONEN
0.14
02
07
UIEN, KNOFLOOK
0.07
02
05
CHAMPIGNONGS OF PADDESTOELEN
0.01
02
00
NIET INGEDEELD
0.00
- 565 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep
16
15
17
Groepsnaam
Soepen
Sauzen en kruiden/specerijen
Diversen
Procentuele koolhydraatbijdrage groep
1.09
1.02
0.69
Groep Subgroep1 Subgroep2
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
16
01
SOEPEN
1.09
16
02
BOUILLON
0.01
16
00
NIET INGEDEELD
0.00
15
01
01
TOMATENSAUZEN
0.41
15
01
00
NIET INGEDEELD
0.39
15
01
03
MAYONAISES
0.11
15
01
02
DRESSINGS
0.05
15
01
04
DESSERTSAUZEN
0.05
15
04
SMAAKMAKERS
0.01
15
03
KRUIDEN, SPECERIJEN EN SMAAKSTOFFEN
0.00
15
02
GIST
0.00
15
01
SAUZEN
0.00
17
03
SNACKS
0.34
17
01
SOJAPRODUCTEN
0.17
17
00
NIET INGEDEELD
0.08
17
02
00
NIET INGEDEELD
0.06
17
02
01
KUNSTMATIGE ZOETSTOFFEN
0.04
- 566 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep
07
03
Groepsnaam
Procentuele koolhydraatbijdrage groep
Vlees en vleesproducten
0.25
Peulvruchten
0.14
Groep Subgroep1 Subgroep2
07
04
07
01
07
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
VLEESPRODUCTEN
0.14
00
NIET INGEDEELD
0.06
02
01
KIP
0.02
07
01
01
RUNDER
0.01
07
01
02
KALFS
0.01
07
01
04
SCHAPE/LAMS
0.00
07
05
ORGAANVLEES
0.00
07
02
00
NIET INGEDEELD EN ANDER GEVOGELTE
0.00
07
02
02
KALKOEN
0.00
07
00
NIET INGEDEELD
0.00
07
01
03
VARKENS
0.00
07
01
05
PAARDE
0.00
07
01
06
GEITE
0.00
07
02
05
KONIJN (TAM)
0.00
07
02
03
EEND
0.00
07
02
GEVOGELTE
0.00
07
02
GANS
0.00
07
03
WILD
0.00
03
01
PEULVRUCHTEN
0.14
04
- 567 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Vervolg Tabel VI.4. 9 Groep
10
08
09
Groepsnaam
Vetten
Vis en schaaldieren
Eieren en eiproducten
Procentuele koolhydraatbijdrage groep
0.11
0.10
0.01
Groep Subgroep1 Subgroep2
Naam subgroep
Procentuele koolhydraatbijdrage subgroep
10
03
MARGARINES
0.08
10
02
BOTER
0.04
10
00
NIET INGEDEELD
0.00
10
01
PLANTAARDIGE OLIEN
0.00
10
04
FRITUURVETTEN
0.00
10
06
ANDERE DIERLIJKE VETTEN
0.00
08
03
VISPRODUCTEN, VISSTICKS
0.07
08
02
SCHAAL- EN WEEKDIEREN
0.02
08
01
VIS
0.00
09
01
EIEREN
0.01
- 568 -
De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1 - 2004
Referentielijst
1.
Carbohydrates in human nutrition. Report of a Joint FAO/WHO Expert Consultation. FAO Food Nutr.Pap. 1998;66:1-140.:1-140.
2. Belgische Hoge Gezondheidsraad. Voedingsaanbevelingen voor België, herziene versie 2003. 1-85. 2003. Brussel. 3. CEC. Nutrient and energy intakes for the European Community. (thirty-first series). 1993. Commission of the European Communities, food - science and Techniques . Reports of the Scientific Committee for Food. 4. Dodd, K. W. A technical guide to C-SIDE. Software for Intake Distribution Estimation. Technical Report 96-TR 32, 1-68. 1996. Department of Statistics and Center for Agricultural and Rural Development; Iowa State University. 5. Iowa State University. A user's guide to C-SIDE. Software for Intake Distribution Estimation. Technical Report 96-TR 31, 1-69. 1996. Department of Statistics and Center for Agricultural and Rural Development; Iowa State University.
- 569 -