COLOFOON
INHOUDSOPGAVE
Sociaal Steunpunt Amstelveen Postbus 8142 1180LC Amstelveen Tel 020 6471509 ( alleen op dinsdag 10.00-12.00 uur)
1 2 4 5 11 12 13 14 15
REDACTIE Wim van Oosterom Ria Teunissen
LAYOUT / ILLUSTRATIES Ria Teunissen
19 20 21 22
POSTADRES REDACTIE Groenhof 140 1186EX Amstelveen
23 24
info pagina Voorwoord 450 miljoen/ schaf een rook melder aan Werken in de bijstand Gemeente geeft voedselbank Kledingbank Asscher presenteerd Afschaffing partnertoeslag Meer nadruk op voorkomen Maatregelen aanpak Schulden voorkomen Werken met behoud van Geen indexatie Voor wie doet U Flinke daling Overbruggingsuitkering AOW recept
DRUKWERK Repro Gem. Amstelveen OPLAGE 1200 exemplaren
dit blad is gratis voor gerechtigden en geintereseerden. Mocht u toezending niet langer op prijs stellen, wilt u dit dan aan ons doorgeven? Het overnemen van teksten uit dit blad is toegestaan mits bronvermelding.
1
De vragen kunt ook mailen naar ons e-mailadres. Sociaalsteunpuntamstelveen @hotmail.com
Met vragen op het gebied van de sociale zekerheid over onder andere;
Voor iedereen die op medische indicatie moet zwemmen in extra verwarmd water onder leiding van een fysiotherapeut. Dit kan elke dinsdag in zwembad
Ziekte en arbeidsongeschiktheid ( dreigende ) werkloosheid
DE MEERKAMP
reïntegratie
Van 18.15- 19.15 uur. U kunt zich laten plaatsen op de wachtlijst, op dit moment is onze groep vol. Het is een gezellige groep dus ook goed voor het sociale contact. Voor informatie kunt u bellen met;
Algemene nabestaande wet Algemene bijstandswet Zorgverzekering W.M.O.
Ans van den Boogaard 020 6410278
en nog vele andere onderwerpen kunt u terecht in wijkcentrum DE BOLDER Groenhof 140 gratis advies Sociaal Steunpunt Amstelveen SPREEKUUR Iedere dinsdag van 10 tot 12 uur Alleen via een tel. afspraak kunt u op andere dagen terecht Deze afspraak kunt u maken op dinsdag tussen 10 en 12 uur op Tel 020 647 1509
2
Niet alleen gaat men graag zwemmen voor het lichaam, maar ook voor de sociale kontakten en de gezelligheid. Het zal dan ook niet verbazen dat de groep van zo'n 35 personen nauwelijks muteert. Af en toe kan er iemand van de wachtlijst tot de zwemgroep toe treden en is er iemand teleurgesteld omdat de lichamelijke omstandigheden van dien aard zijn dat stoppen echt verstandig is, maar gelijktijdig is iemand blij, want er kan wekelijks deelgenomen worden met het zwemmen. De groep is nu met ''zoemrreces'', maar in september gaat er weer gezwommen worden. Omdat deze activiteit van het SSA niet erg bekend is, leek het mij goed daar in dit stukje wat aandacht aan te schenken.
Voorwoord. ''We gaan zwemmen'' betekent bij het SSA niet dat alle vrijwilligers optrekken naar het zwembad en daar om beurten van de glijbaan in het water plonsen. Het zou waarschijnlijk tot veel hilariteit aanleiding geven, dat wel, maar met het zinnetje wordt iets anders bedoeld. Het betekent dat wij bij de bestuursvergadering zijn aangeland bij agendapunt ''zwemmen''.
Wim van Oosterom, Voorzitter.
Veel mensen weten niet dat onder verantwoordelijkheid van het SSA wekelijks een groep enthousiaste mensen in het Amstelveense zwembad de Meerkamp aan therapeutisch zwemmen doen. Onder leiding van een fysiotherapeut in het water bewegen, om zo het lichaam in conditie te houden. Om mee te mogen doen dienen de deelnemers een lichamelijk ongemak te hebben. Maar als we zijn aangeland bij het agendapunt ''zwemmen'' blijkt telkens weer dat het goed gaat, alles op ''rolletjes'' verloopt en dat de zwemgroep een hecht clubje is.
3
450 miljoen Europees geld om mensen aan het werk te helpen en te houden.
mensen duurzaam inzetbaar blijven op de arbeidsmarkt.' Minder administratieve lasten is het uitgangspunt voor de nieuwe ESF-periode en door goed overleg met verschillende partijen komt het geld daardoor gemakkelijker beschikbaar voor mensen die het nodig hebben.
Nederland krijgt de komende zeven jaar (2014-2020) bijna een half miljard euro uit het Europees Sociaal Fonds (ESF) om mensen in staat te stellen een baan te vinden door zichzelf te ontwikkelen voor de arbeidsmarkt.
Nieuwsbericht | 12-07-2013
Het grootste deel van het geld komt beschikbaar voor de 35 arbeidsmarktregio's en komt dan voornamelijk bij de gemeenten terecht.
Schaf een rookmelder aan: Van levensbelang! gepubliceerd op: 16 juli 2013 De meeste slachtoffers bij brand vallen door het inademen van rook. Als u slaapt, ruikt u niets. U wordt dus niet wakker van de rooklucht. De meeste slachtoffers bij brand vallen door het inademen van rook. Als u slaapt, ruikt u niets. U wordt dus niet wakker van de rooklucht. Doordat de rook veel giftige gassen bevat, raakt u al snel in een diepe bewusteloosheid. Vaak al binnen enkele minuten! Rookmelders zijn dus echt van levensbelang.
Daarnaast is een deel beschikbaar voor het bedrijfsleven. Het geld kan vooral worden gezien als aanvulling en ondersteuning voor de uitvoering van de Participatiewet. De ministerraad heeft hiermee ingestemd op voorstel van staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De gemeente Amstelveen werkt samen met de Brandweer AmsterdamAmstelland en de Stichting Belklus aan het Brandveiligheidsproject. Dit houdt in het gratis ophangen van rookmelders bij ouderen en gehandicapten.
Staatssecretaris Klijnsma: 'Het extra geld is mooi meegenomen. Het is echt bedoeld voor mensen die het nodig hebben, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het geld kan gezien worden als een aanvulling op het re-integratiebudget voor werkzoekenden. Het is nadrukkelijk bedoeld om mensen te ondersteunen om een baan te vinden of van baan veranderen Het gaat er ook om dat
Bent u ouder dan 65 jaar en/of gehandicapt? Meldt u zich dan aan voor een
4
gratis rookmelder. U kunt hiervoor contact opnemen op werkdagen tussen 9.00 en 12.00 uur met de Belklus, tel. (020)647 1089. De medewerkers van Belklus legitimeren zich bij de afspraak voor de montage
gemeenten zetten bijstandsgerechtigden onder dwang aan het werk zonder loon en zonder uitzicht op een betaalde baan omdat dat simpelweg goedkoper is voor de gemeente.
Belklus hanteert bij de reguliere klussen die zij uitvoert, een wachttijd van slechts twee dagen. Bij grote belangstelling voor dit project kan het echter zijn dat er een iets langere wachttijd ontstaat bij het plaatsen van de rookmelders.
De FNV ontving steeds meer klachten hierover. In plaats van dat mensen werk verrichten dat gewoon betaald wordt en dat uitzicht biedt op een 'gewone' betaalde baan, wordt van hen verwacht dat ze productie draaien met behoud van uitkering terwijl er vaak geen gelegenheid is om te solliciteren. Het werken met behoud van uitkering lijkt een doel op zich te zijn geworden in plaats van een middel om aan het werk te komen. Daarnaast zijn er veel klachten over de bejegening. Mensen voelen zich klem gezet en zijn vaak radeloos omdat er geen perspectief is op een gewone baan. Als ze protesteren leidt dat heel vaak tot het dreigen met een korting op de uitkering. Om die reden opende de FNV in de zomermaanden van 2012 een meldpunt waar mensen hun verhaal kwijt konden. Dit leverde binnen enkele weken meer dan honderd verhalen over schrijnende situaties op die door de FNV in een zwartboek gebundeld zijn, onder de titel 'Werken in de bijstand: allesbehalve gewoon goed werk'.
Meldpunt
Werken in de bijstand: allesbehalve gewoon goed werk We voerden een gesprek met Maaike Zorgman, bestuurder bij FNV Bondgenoten en onder andere verantwoordelijk voor het uitkeringsgerechtigden- en ouderenwerk in de regio Noord Holland, Utrecht en Flevoland. Wet Werk en Bijstand Bijstandgerechtigden worden geacht voor hun uitkering een tegenprestatie te leveren volgens de Wet Werk en Bijstand. Ze worden daarom door gemeenten op diverse manieren aan het werk gezet. De bedoeling is dat door werken met behoud van uitkering hun kans op een reguliere baan op de arbeidsmarkt toeneemt. Op het eerste oog lijkt het natuurlijk prima dat mensen de kans krijgen om via werken met behoud van uitkering weer aan de slag te gaan. Maar het punt is dat er geen sprake is van meer kans op werk. Veel
Misstanden.. Maaike Zorgman, bestuurder bij FNV Bondgenoten was een van de drijvende krachten achter het zwartboek. "De FNV zat lang op de lijn: inzet voor mogelijkheden om mensen weer aan het werk te krijgen, desnoods tijdelijk
5
hebben een pas, de mensen die er werken met behoud van uitkering hebben geen pas. Eenmaal binnen mogen ze niet naar buiten, zelfs niet in de pauzes, want 'er is een binnenplaats'. Als je in de ogen van de werkbegeleider te lang op de wc zit word je opgehaald."
tegen betaling onder het minimumloon. Mijn collega en ik kwamen er achter dat er veel misstanden ontstonden op dit terrein en dat het bovendien het probleem van verdringing opriep: werkgevers die hun reguliere krachten verruilden voor bijstandsgerechtigden die gratis werkten. Bij het meldpunt kwamen veel klachten over het praktijkcentrum in Amsterdam Zuidoost. Daar word je voorgesorteerd voor het werken met behoud van uitkering. In het praktijkcentrum zijn verschillende projecten en werkzaamheden. Er is bijvoorbeeld een facilitair project dat voorsorteert voor banen in de schoonmaak en de zorg. Er is een lokaal waar wasmachines en strijkplanken staan. Vrouwen die al dertig jaar hun eigen kleren strijken mogen dat hier komen leren. Mensen die net ontslagen zijn uit de zorg, en nog in de procedure van de uitkeringsaanvraag zitten, moeten daar 'aan het werk' om, als er een baan in de zorg is, daar klaar voor te zijn. Nota bene mensen die 35 jaar in de zorg hebben gewerkt!
Dan ga je maar lopen. Mensen werken van maandag tot en met donderdag, acht uur per dag. De werkdag begint om 7.30 uur. Met de schooltijden van kinderen wordt geen rekening gehouden. Je zoekt het maar uit hoe je het regelt, maar kom je te laat op je werk dan volgt een sanctie. Er is een reis- en onkostenvergoeding waar ook de kinderopvang van betaald moet worden, maar die is ontoereikend. Mensen leggen er geld op toe. "Geen geld of fiets? Dan ga je maar lopen." Een man uit Irak, die geen geld had om in Aalsmeer te komen om daar in de kassen te werken werd geleerd, zo vertelden werkbegeleiders van de Amsterdamse Dienst Werk en Inkomen (DWI) met trots tijdens een werkbezoek, z'n eigen fiets in elkaar te zetten. Vervolgens leerden ze hem ook fietsen. Ze lieten hem een paar rondjes rijden in het praktijkcentrum om te oefenen. Daarmee zou de man klaar zijn om te fietsen. Maar het stadsverkeer stelt zo zijn eigen eisen, vraagt om geroutineerde fietsers. Uiteindelijk ging de man op de fiets naar zijn werk en kreeg een ongeluk. Daaruit blijkt de onkunde van de werkbegeleiders. Ze hebben te weinig kennis en te weinig oog voor misstanden. Dat is eigenlijk onbegrijpelijk. De gemeente als werkgever moet zorgen voor goede arbeidsomstandigheden en een juiste beloning. Stuitend en absurd." Op de vraag waarom de mensen dit pikken antwoordt Maaike: "Mensen zit-
Er zijn ook voorbeelden in de schoonmaaksector. Mensen die tewerkgesteld zijn maken de hele dag van alles schoon en na afloop van de dag komt een commercieel schoonmaakbedrijf het nog eens over doen. Mensen worden neerbuigend bejegend en voelen zich vernederd. Ze ervaren het als een soort gevangenis. Je kunt het gebouw niet zonder pasje betreden. De beveiliging en de werkbegeleiders
6
ten in de tang. Ze worden voortdurend gedreigd met het stopzetten van hun uitkering. Als je je ziek meldt komt er een werkbegeleider in z'n busje; een DWI-medewerker die is vrijgesteld om alle ziekmelders te bezoeken. Stevige assertieve vrouwen zitten in het weekend huilend thuis. Ze willen niet, maar worden gedwongen. Mensen zijn niet alleen bang, ze zijn ook slecht op de hoogte van hun mogelijkheden om een klacht in te dienen."
Als bonden werken we verder samen met andere organisaties, zoals de Bijstandsbond in Amsterdam en Doorbraak. We proberen zoveel mogelijk krachten te bundelen. Inmiddels zijn er op allerlei plekken actiecomités. In het noorden van het land is een comité gestart, in Sittard/Geleen, in Zeeuws Vlaanderen en in Leiden. Door actie en publiciteit kun je verbeteringen afdwingen. Gemeenten vinden een slechte pers heel vervelend, dus hoe vaker je aandacht besteedt aan misstanden, hoe meer gemeenten afspraken willen maken met een actiecomité of vakbond. Er zijn allerlei mogelijkheden en het hangt af van zo'n groep mensen wat je als bestuurder gaat doen. Het begint verder vorm te krijgen. Het onderwerp leent zich ervoor om je met zoveel mogelijk mensen te organiseren en samen te werken. Hoe meer organisaties meedoen, hoe moeilijker het ook kan zijn. Zoek daarom naar wat bindt in plaats van wat scheidt. De bindende factor is de belangenbehartiging van bijstandsgerechtigden."
Wat doet FNV tegen deze misstanden? "Het Zwartboek heeft geleid tot de oprichting van het comité 'Dwangarbeid? Nee!'. De term dwangarbeid leverde in begin veel weerstand op, want "het is toch logisch dat je iets terug doet voor je uitkering?" Maar door de schrijnende verhalen begint de weerstand af te nemen. Met name het werken met behoud van uitkering bij commerciële bedrijven gaat de meeste mensen te ver. Daarmee wordt betaald werk verdrongen door uitkeringsgerechtigden. Men voelt zich bedreigd: dat kan ook mij mijn baan kosten. We posten in Amsterdam regelmatig bij het praktijkcentrum in de Bijlmer om met mensen die daar werken gesprekken aan te gaan. We proberen klachten te bundelen en gaan in gesprek met uitvoerders en gemeenteraad. Ook wethouder Van Es is gesprekspartner. Ze neemt kennis van de misstanden. Na druk vanuit de gemeenteraad, signalen vanuit het actiecomité en DWI staat de reiskostenvergoeding op de agenda bij de gemeenteraad en geeft van Es aan deze te verbeteren. Wel blijft ze van mening dat de bijstand niet te leuk moet worden...
Ine Molenkamp en Sandra van Berlo [streamers]: Op het eerste oog lijkt het natuurlijk prima dat mensen de kans krijgen om via werken met behoud van uitkering weer aan de slag te gaan. Veel gemeenten zetten bijstandsgerechtigden onder dwang aan het werk zonder loon en zonder uitzicht op een betaalde baan. Mensen worden neerbuigend bejegend en voelen zich vernederd.
7
De pijn van de crisis.
nu daalt de werkgelegenheid echter ook bij het openbaar bestuur door bezuinigingen van de rijksoverheid en gemeenten. Een krappe arbeidsmarkt (waarbij de vraag naar werknemers het aanbod overtreft), waar zes jaar geleden nog mee gerekend werd, is volgens uitkeringsinstantie UWV ver uit het zicht verdwenen. Volgens hoogleraar arbeidsmarktverhoudingen Joop Schippers kan het wel tot 2018 of 2019 duren tot er weer banen bijkomen. En ook al trekt de economie aan, dan vindt volgens de hoogleraar het omgekeerde plaats van het effect dat nu plaats vindt. Werkgevers zullen dan voorzichtig zijn met het aannemen van nieuwe mensen en zullen het langer uitzingen met de mensen die ze hebben. In Nederland was er tijdens de eerste jaren van de crisis, tussen 2008 en 2010, sprake van een heel bescheiden toename van de werkloosheid. In februari 2010 piekte de werkloosheid op 5,8%. Daarna volgde een korte herstelperiode. De werkloosheid is nu na een korte afname tot medio 2011 al anderhalf jaar aan het stijgen. Eind 2012 was 7,2% van de beroepsbevolking werkloos, in februari, de maand waarin Nederland in een derde recessie terecht kwam, 7,5%, eind maart 7,9% en medio mei ruim 8%. De WW duurt momenteel maximaal 3 jaar en 2 maanden en bedraagt 70% van het laatstverdiende loon. Volgens de oorspronkelijke kabinetsplannen zou de WW met ingang van 1 juli 2014 twee jaar gaan duren. Het eerste jaar loongerelateerd en in het tweede jaar een uitkering op 70% van het minimumloon, dus bijstandsniveau. De situatie werd extra dreigend
Met name de oplopende werkloosheid is een belangrijk pijnpunt van de huidige economische crisis. Het is sterk de vraag of het realistisch is dat het Sociaal Akkoord de economische groei zal bevorderen en daarmee de oplopende werkloosheid zal kunnen beteugelen. Door het Sociaal Akkoord zijn drastische hervormingen van de arbeidsmarkt in ieder geval uitgesteld. Of uitstel evenwel tot afstel zal leiden is sterk de vraag. Wat was de achtergrond van de hervormingen die op stapel stonden en nog steeds onder druk van de Europese Unie boven de (arbeids)markt hangen? Immers, overal wordt aangedrongen op het flexibiliseren van arbeidsmarkten. Dat precies was ook het oogmerk van de versoepeling van het ontslagrecht en de beperking van de WW die beogd werden in 2014 in te gaan. In dit artikel een poging om de huidige situatie scherp voor ogen te krijgen. Crisis en werkloosheid De gevolgen van de economische crisis zijn het afgelopen jaar steeds meer zichtbaar geworden. In 2011 hebben bedrijven, in de verwachting dat de economie weer zou aantrekken, tot het uiterste geprobeerd om personeel aan de slag te houden, ondanks de lagere productie en het gebrek aan opdrachten. De crisis duurt echter te lang om dat vol te houden. In de loop van 2012 hebben bedrijven dan ook besloten om werknemers te ontslaan. In voorgaande periodes van economische malaise kon werkgelegenheid bij de overheid veel problemen opvangen,
8
doordat in diezelfde kabinetsplannen per 1 januari 2014 een forse versoepeling van het ontslagrecht was voorzien. Beide plannen zijn momenteel dankzij het Sociaal Akkoord van de baan, de diepere beweegredenen voor die plannen zijn dat echter allerminst.
de economische groei onbeperkt zou doorgaan en werkloosheid vanwege een tekort op de arbeidsmarkt geen probleem zou vormen. Mensen verloren bij arbeidsmarkthervormingen misschien baanzekerheid, maar daar stond werkzekerheid tegenover. De situatie van een dreigend tekort op de arbeidsmarkt is anno 2013 evenwel drastisch gewijzigd. Ten gevolge van de huidige economische crisis dreigt er geen tekort aan werknemers maar vooral aan banen. De inschatting onder economen en arbeidsmarktdeskundigen is, dat er pas vanaf 2020 serieuze arbeidsschaarste zal optreden. Regeringsbeleid blijft er evenwel bij dat er, zij het met een aantal jaren vertraging, een structurele krapte zal komen, en maatregelen derhalve geboden blijven.
Arbeidsmarkthervormingen Al langere tijd wordt er gesproken over de noodzaak van een hervorming van de arbeidsmarkt. Ondanks de stijging van de werkloosheid verwacht men dat een gespannen arbeidsmarkt met de dag dichterbij komt. Met de verhoging van de AOW-leeftijd en de pensioeng-rechtigde leeftijd en de voortgande maatregelen om mensen met een beperking deel te laten nemen aan de reguliere arbeidsmarkt, is een toeleiding naar de arbeidsmarkt voor een deel gerealiseerd. Een verdere bevordering van de arbeidsmobiliteit is op het moment met het Sociaal Akkoord uitgesteld. De inzet op arbeidsmarkthervormingen dateert al uit 2008 en is gebaseerd op het rapport van de commissie Bakker. De kern van dit rapport was de waarschuwing van een dreigende structurele schaarste op de arbeidsmarkt. De babyboomgeneratie gaat met pensioen en door de bevolkingsafname komen er te weinig nieuwe werknemers bij om alle nieuwe vaca-tures op te vullen. Gehandicapten, werklozen, mensen in de bijstand, iedereen was volgens het rapport nodig om de huidige welvaart in stand te houden en de pensioenen op peil te houden. De aanname, toen het rapport medio 2008 gepubliceerd werd, vlak voor het uitbreken van de kredietcrisis, was dat
Crisisaanpak. Die huidige crisisaanpak lijkt er vooral op gericht om de concurrentiepositie van Nederland op de wereldmarkt te versterken. In de hele Europese Unie is het arbeidsmarktbeleid gericht op het versterken van concurrentieposities. Met arbeidsmarkthervormingen wordt de toename van een minder beschermd arbeidsaanbod op de arbeidsmarkt bevorderd. Die toename heeft een neerdrukkend effect op de hoge lonen, verlaagt zo de productiekosten en versterkt daarmee de concurrentiepositie. Het veronderstelde belang van lagere lonen voor de bv Nederland kwam begin dit jaar scherp tot uitdrukking met de casus van Capgemini. Bij monde van bestuursvoorzitter Jeroen Versteeg maakte het gerenommeerde IT-bedrijf bekend, dat het zijn duurdere, deels oudere, werknemers wil vragen om 10 tot mogelijk 30% van hun salaris in te
9
leveren. Hun salaris zou in vergelijking met hun marktwaarde scheef gegroeid zijn. Het initiatief van Capgemini heeft een bredere strekking dan de IT-branche en gaat ook verder dan een pleidooi voor demotie van oudere werknemers. Volgens bestuursvoorzitter Versteeg zitten we in Nederland internationaal gezien met te hoge loonkosten. Dat is slecht voor onze concurrentiepositie. We kunnen volgens Versteeg een voorbeeld aan Duitsland nemen, dat ons dankzij lagere lonen qua concurrentiekracht voorbij zal streven. Nu lijkt Duitsland sowieso een gidsland voor Nederland wat crisisaanpak betreft. Daar lijken ingrijpende hervormingen van de arbeidsmarkt nu vrucht te dragen met een economie die groeit tegen de klippen van een economische crisis op. De harde kern van deze arbeidsmarkthervorming was een forse ingreep in de hoogte en de duur van de werkloosheiduitkering, met de inrichting van deze uitkering als een niet loongerelateerde sociale voorziening. Het Duitse succesmodel heeft een harde keerzijde. De inkomensongelijkheid en de armoede zijn in Duitsland de afgelopen jaren sneller gestegen dan die in de andere OESO-landen (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling). Het Duitse groeimodel, dat is gebaseerd op een groeiende export, boekt zijn succes volgens critici ten koste van de eigen werkende bevolking. De arbeidsmarkthervormingen hebben de deur wagenwijd opengezet voor allerlei vormen van onderbetaald werk. Intussen werken 8 miljoen Duitsers in onvolwaardige banen.
Duitse toestanden in Nederland? Volgens hoogleraar arbeidsverhoudingen Ton Wilthagen lijkt het er op, dat er bij het opstellen van de oorspronkelijke kabinetsplannen om de Nederlandse arbeidsmarkt te hervormen sterk gekeken is naar het Duitse model. De tendens is uitkeringen en lonen omlaag en iedereen zoveel mogelijk naar de arbeidsmarkt. In vergelijking met de jaren tachtig is de blikrichting in een paar decennia volstrekt gekanteld. In de jaren tachtig bedroeg de werkloosheid 10%, een percentage waar we ook nu naar toe lijken te kruipen. In die jaren werd alles uit de kast gehaald om de werkloosheid te bestrijden: loonmatiging, arbeidstijdverkorting, de vut, gesubsidieerde banen, deeltijdwerk, vrijwilligerswerk met behoud van uitkering. Nu worden mensen vooral de arbeidsmarkt op gejaagd en moeten ze zichzelf maar zien te redden. Volgens het SCP-rapport 'Werk in goede banen' is het Nederlandse uitkeringssysteem er in de loop der jaren vooral beter in geworden om mensen uit een uitkering te weren. Ze worden niet geholpen en ondersteund om een plek op die arbeidsmarkt te vinden. Waar mensen door gemeenten wel 'begeleid' worden richting arbeidsmarkt, worden misstanden gemeld. Zo constateert 'Actiecomité Dwangarbeid Nee' dat gemeenten mensen uit de bijstand aan het werk zetten met behoud van uitkering. De nobele intentie is om ze ervaring te laten opdoen en klaar te stomen voor de echte arbeidsmarkt. Die nobele intentie levert volgens het Actiecomité evenwel lelijke praktijken op. Zo verdwijnt er in Rotterdam werk in de thuiszorg en vullen bijstandgerechtig-
10
den de gaten die er vallen. Bij de Hema, de Albert Heijn, in callcenters, overal werken mensen voor een uitkering. De intentie om mensen volwaardig aan te nemen wordt niet waar gemaakt en bij protest hangt de dreiging van korting op de uitkering steeds in de lucht. Volgens Esther Bijlo van Trouw is er nog een groot verschil met de jaren tachtig. Anders dan in die jaren wordt werkloosheid nu veel meer gezien als een individueel probleem. Werkloosheid werd in de jaren '80 gezien als een gevolg van twee oliecrises, een bedrijfsleven dat aan de grond zat en een overheidstekort van 10%. Het was niet de schuld van het individu dat hij of zij geen baan had, er was gewoon geen werk. Tegen die achtergrond werd serieus gediscussieerd over ideeën als een basisinkomen en een arbeidsethos dat zich niet alleen richtte op betaalde arbeid. In de decennia na de jaren '80, op de golven van opkomend neoliberalisme en economische voorspoed, werd werkloosheid steeds meer gedefinieerd als een individueel probleem. Wie nu geen baan heeft, is niet goed geschoold of niet flexibel genoeg. De oplossingen die nu de ronde doen om de werkloosheid te bestrijden, sluiten daar grotendeels bij aan: scholing en flexibilisering.
2013 een extra subsidie van 2.000 toe. De Voedselbank diende in april jl. een subsidieverzoek bij de gemeente in. Die besloot de Voedselbank deze subsidie toe kennen als waardering voor het werk dat de Voedselbank in Amstelveen verricht. Daarbij is de subsidie een bekrachtiging van de samenwerking tussen de gemeente en de Voedselbank. ChristenUnie wethouder Jacqueline Koops (Werk & Inkomen): "Behalve waardering voor het werk van de Voedselbank en haar vele vrijwilligers hechten wij veel waarde aan een goede samenwerking met de Voedselbank. Wij vinden het belangrijk dat de Voedselbank zijn klanten wijst op de mogelijkheden die de gemeente biedt aan mensen met een laag inkomen. Wij kunnen mensen ondersteunen met bijvoorbeeld de Amstelveenpas en andere voorzieningen voor minima of mensen helpen met het vinden van werk. Samenwerking op gebied van verwijzen en informatie-uitwisseling was voor ons een voorwaarde om de subsidie te verstrekken. Door samen te werken kunnen we de mensen die het nodig hebben beter helpen."
Gemeente Amstelveen geeft Voedselbank extra subsidie. De gemeente kent de Voedselbank in
11
ST KLEDINGBANK AMSTELVEEN Men moet beschikken over een amstelveenpas dan wel stadspas de toegang bedraagt 2.= euro Men mag dan gratis 3 kledingstukken voor volwassenen en 2 per kind meenemen ( maximaal 6) GEOPEND ELKE WOENSDAG VAN 10.30 TOT 16.00 UUR GALJOEN 4
12
tot 31 december 2013 kunnen de eerste voorschotten worden uitgekeerd aan goedgekeurde sectorplannen. Plannen kunnen vooraf worden afgestemd met het ministerie van SZW. Het kabinet heeft voor de zogenoemde sectorplannen 600 miljoen euro vrijgemaakt voor de periode 20142015. Asscher haalt een deel van het geld naar voren vanwege de hoge werkloosheid, zodat sectoren al in 2013 gericht aan de slag kunnen. Werkgevers en werknemers kunnen maatwerk bieden in de sectoren om mensen gericht aan de slag te helpen of te begeleiden naar een nieuwe baan. Dat kan onder meer door middel van scholing, stages of leerwerkplekken. Oudere vakkrachten kunnen een deel van hun werktijd besteden aan het begeleiden van jongeren. In het plan moet helder zijn hoe de eigen financiering eruitziet en waarom een bijdrage van de overheid noodzakelijk is.
Asscher presenteert spelregels financiering banenplannen. Ambitieuze plannen die leiden tot meer werk of stageplekken voor jongeren, behoud van vakkrachten en de begeleiding van met ontslag bedreigde werknemers naar nieuw werk, krijgen voor de helft financiële bijdrage van de overheid. Het gaat om gezamenlijke plannen van werkgeversorganisaties en betrokken vakbonden. Invoering van de VUT en maatregelen om werknemers minder uren te laten werken, komen niet in aanmerking voor cofinanciering. Behalve als het in een specifiek plan op individuele basis duidelijk bijdraagt aan het behoud van werkgelegenheid en zorgt voor kansen voor jongeren. Dit schrijft minister Asscher in een brief aan de Tweede Kamer waarin hij de voorwaarden stelt voor de zogenoemde sectorplannen. Het gaat hierbij om een concrete uitwerking van de afspraken in het sociaal akkoord dat in april is afgesloten met sociale partners. De minister benoemt Marjan Oudeman tot de voorzitter van het Actieteam Crisisaanpak. Minister Asscher roept werkgevers en werknemers op snel te komen met sectorplannen. 'Plannen uit de sector zelf, zijn noodzakelijk om mensen aan het werk te krijgen en te houden. Ik wil mensen écht aan het werk krijgen, dat kan alleen samen met werkgevers en werknemers.'
Actieteam Crisisaanpak. Marjan Oudeman gaat als onafhankelijk voorzitter van het Actieteam Crisisaanpak aan de slag. Dat is ingesteld om het opstellen van goede sectorplannen te stimuleren en hindernissen weg te nemen. Oudeman is nu lid van de Raad van Bestuur van AkzoNobel en is per 1 juli 2013 benoemd als voorzitter van het College van Bestuur van de Universiteit Utrecht. Naast vertegenwoordigers van de sociale partners, doen UWV, gemeenten, Forum, het ministerie van SZW
Voorwaarden. De cofinanciering geldt voor een periode van maximaal 2 jaar. Van 1 oktober
13
en de Ambassadeur Aanpak Jeugdwerkloosheid Mirjam Sterk mee in het Actieteam.
als voor het zittend bestand zal 1 januari 2015 als ingangsdatum gelden, waarmee de maatregel ruim van tevoren is aangekondigd. Vanaf 2015 zal de partnertoeslag vervolgens over een periode van drie jaar, in vier gelijke stapjes worden afgebouwd. Dat betekent dat de korting op de toeslag in 2015 voor 25% zal worden doorgevoerd, in 2016 voor 50%, in 2017 met 75% en tenslotte vanaf 2018 volledig zal zijn.
Wetsvoorstel geleidelijk afschaffen partnertoeslag AOW voor mensen met hoogste inkomen naar de Tweede Kamer.
Het kabinet verwacht dat 13% van de AOW'ers die een partnertoeslag ontvangt, te maken krijgt met de geleidelijke afschaffing. Het gaat in 2015 om circa 27.000 mensen, voor wie de partnertoeslag in vier jaarlijkse stapjes wordt afgebouwd. Dit aantal loopt in de jaren daarna snel af, doordat er vanaf april 2015 geen nieuwe mensen meer instromen in de partnertoeslag. Door de geleidelijke manier waarop de toeslag omlaag gaat, is het jaarlijkse maximale inkomenseffect ongeveer -2 ¼% .
Bij de Tweede Kamer is een voorstel tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet ingediend met het oog op het geleidelijk afschaffen van de AOW-partnertoeslag voor mensen met de hoogste inkomens. Dit voorstel is onderdeel van het regeerakkoord van het kabinet Rutte-Asscher. De toeslag wordt vanaf 2015 in vier jaarlijkse stappen afgebouwd. De geleidelijke afschaffing gaat gelden voor AOW-ers met een inkomen vanaf 46.000,(exclusief AOW). Vanaf deze inkomensgrens wordt de partnertoeslag geleidelijk gekort. Bij een inkomen van ongeveer 54.000,- is de partnertoeslag geheel vervallen. In verband met de financiële consequenties die deze maatregel met zich mee kan brengen voor betrokkenen, wordt het recht op partnertoeslag niet van de ene op de andere dag ingeperkt, maar is er zowel een aankondigingsperiode als een afbouwpad. Zowel voor nieuwe AOW-gerechtigden
AOW-ers met een partner die nog niet de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt kunnen onder voorwaarden in aanmerking komen voor de partnertoeslag. Dit geldt tot het moment waarop de partner zelf in aanmerking komt voor AOW. Overigens wordt de partnertoeslag in 2015 volledig afgeschaft. Mensen die op of na 1 januari 1950 geboren zijn, ontvangen dan geen partnertoeslag meer. Nieuwsbericht | 02-07-2013
14
Meer nadruk op voorkomen van schulden in armoedebeleid kabinet.
de Kinderombudsman bevat het advies aan gemeenten om een kindpakket samen te stellen, waarvan de onderdelen rechtstreeks ten goede komen aan de kinderen zelf, zoals vervoer, bibliotheekpas of zwemles. De brief vermeldt dat 26 gemeenten nu al aan de Kinderombudsman hebben laten weten in een dergelijk pakket te willen voorzien.
Het voorkomen van schulden en het vroeg signaleren van betalingsproblemen staan de komende jaren centraal in het schulden- en armoedebeleid van het kabinet. Alle verantwoordelijke partijen zoals gemeenten, schuldeisers, deurwaarders, waterbedrijven, energieleveranciers, woningcorporaties en zorgverzekeraars moeten hier schouder aan schouder voor gaan staan. Vier gemeenten (Amsterdam, Almere, Enschede en Tilburg) werken de komende tijd samen hun aanpak voor het vroegtijdig signaleren van schulden verder uit. De succesvol gebleken methodes van vroegsignalering worden beschikbaar gesteld voor alle andere gemeenten in Nederland.
Tegen de bezuinigen in trekt het kabinet nog voor dit jaar 20 miljoen euro extra uit voor het tegengaan van armoede en het aanbieden van schuldhulp. Dit geld wordt voor het grootste deel toegevoegd aan het Gemeentefonds. Daarbij doet Klijnsma een beroep op gemeenten om dit extra geld bij voorrang in te zetten voor kinderen uit arme gezinnen. Het overige geld wordt benut om de inzet van vrijwilligers en landelijke expertise op het gebied van armoede en schulden te ondersteunen.
Dit schrijft staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in een brief aan de Tweede Kamer. Klijnsma pleit voor een gemeentelijke armoede-agenda. "Vooral een doe-agenda wat mij betreft". Klijnsma pleit daarnaast voor meer samenwerking tussen publieke en private organisaties en zegt onder de indruk te zijn van de inzet van vrijwilligers. Ze wil kennisdeling en samenwerking op regionaal niveau tussen publieke en private partijen stimuleren.
Nieuwsbericht | 03-07-2013
Maatregelen aanpak werkloosheid. Het kabinet heeft een aantal maatregelen genomen om samen met werkgevers de kansen voor werkzoekenden op de arbeidsmarkt te verbeteren. We zetten ze hierbij op een rijtje. Maatregelen op de arbeidsmarkt Het kabinet heeft de afgelopen maan-
In de brief aan de Tweede Kamer neemt de staatssecretaris aanbevelingen over die vorige week door de Kinderombudsman zijn gedaan. Het vorige week verschenen rapport van
15
geren 2. Behoud oudere vakkrachten 3. Arbeidsinstroom van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt 4. Mobiliteit en duurzame inzetbaar heid 5. Scholing 6. Van-werk-naar-werk van met ont slag bedreigden (sec toraal en inter sectoraal) 7. Goed werkgever schap en goed werknemerschap
den volgende maatregelen aangekondigd om samen met werkgevers de kansen voor de werkzoekende op de arbeidsmarkt te verbeteren.
In het sociaal akkoord van 11 april jl. hebben het kabinet en sociale partners afspraken gemaakt over kansen voor werkzoekenden. Het kabinet zal plannen die binnen de verschillende sectoren zijn gemaakt om werkloosheid te bestrijden mede financieren. Zo kunnen mensen die hun baan dreigen kwijt te raken binnen of eventueel ook buiten de sector aan het werk blijven. Daarnaast zijn er met de sectoren afspraken gemaakt over de arbeidsinstroom en begeleiding van jongeren en mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
Speciale aandacht voor jeugdwerkloosheid. Er is veel aandacht om juist de werkloosheid onder jongeren te voorkomen, daarvoor zijn de volgende maatregelen aangekondigd. "In een krappe arbeidsmarkt is het noodzakelijk dat jongeren een opleiding kiezen die kans biedt op werk. Of daarvoor gaan doorleren. Het lopende programma School Ex 2.0 richt zich hier speciaal op. Het kabinet trekt hiervoor 25 miljoen uit, voor de schooljaren 2013-2014 en 2014-2015. "De verschillende MBO-instellingen zullen hun aanbod beter afstemmen op collega-instellingen en op de vraag van de arbeidsmarkt. In het hoger onderwijs (hbo) zijn vergelijkbare prestatieafspraken gemaakt in de 'Strategische Agenda Kwaliteit in verscheidenheid'. "Technici zijn de komende jaren hard nodig. Het kabinet sluit met het onderwijs, de werkgevers en vakbon-
Het gaat om samenwerkingsverbanden waarin minimaal werkgevers en werknemers vertegenwoordigd zijn, maar ook andere organisaties kunnen er in meedoen. Denk daarbij aan beroepsonderwijs, provincies en gemeenten. Er is 600 miljoen euro beschikbaar voor een periode van 2 jaar. De subsidieregeling zal in september gepubliceerd worden. Aanvragen kunnen vanaf 1 oktober worden ingediend en kunnen, mits goedgekeurd, nog voor het eind van het jaar van start gaan. Het sectorplan onderbouwt de eigen keuze uit minimaal twee van de zeven thema's (zie hieronder) die het kabinet en de Stichting van de Arbeid op 11 april jl. hebben afgesproken voor de toepassing van maatregelen. 1. Arbeidsinstroom en begeleiding jon-
16
den een Techniekpact. Hierin staan concrete plannen om technisch onderwijs beter te laten aansluiten op de arbeidsmarkt. "Samen met MBO-instellingen investeren in langer doorleren: Het kabinet zorgt er samen met onderwijsinstellingen voor dat mbo'ers voor wie de kansen op de arbeidsmarkt ongunstig zijn, kiezen voor een (vervolg-)opleiding met een beter arbeidsmarktperspectief, zoals een opleiding in de techniek. Het kabinet stelt hier in totaal 25 miljoen voor beschikbaar. Een goede opleiding die aansluit bij de behoefte van de arbeidsmarkt is de beste garantie voor toekomstige werkzekerheid. "Samen met een ambassadeur investeren in een integrale aanpak: Het kabinet heeft een ambassadeur voor de Aanpak Jeugdwerkloosheid voor de duur van twee jaaraangesteld (ex Kamerlid CDA Mirjam Sterk). De ambassadeur heeft voornamelijk als taak om ervoor te zorgen dat de regionale en de sectorale aanpak elkaar versterken. Om te stimuleren dat een match ontstaat tussen de vacatures, stageplaatsen en leerwerkbanen die werkgevers beschikbaar stellen en de jongeren die op zoek zijn naar werk. Daarbij zal de ambassadeur bijzondere aandacht schenken aan jongeren die relatief hard worden getroffen door werkloosheid, zoals jongeren zonder startkwalificatie en jongeren met een niet-westerse achtergrond.
pakken. Door het budget in één keer uit te keren en niet te verdelen over de jaren 2013 en 2014 kunnen de arbeidsmarktregio's voortvarend van start. Daarbij wil het kabinet zoveel mogelijk aansluiten bij de werkwijze die tijdens het Actieplan Jeugdwerkloosheid effectief is gebleken. De regio's hebben al mede namens hun samenwerkingspartners voor 1 juli het regionale plan van aanpak ingediend. Voldoet het plan, dan krijgt de centrumgemeente na ondertekening van een convenant ter bekrachtiging van het regionale plan van aanpak in september de extra middelen uitgekeerd via de decentralisatie-uitkering. De middelen worden verdeeld op basis van het aantal werkloze jongeren in de regio. Hierdoor komen meer middelen terecht in die regio's waar de problematiek het grootst is en waar dus ook meer werk te verzetten is. "Sectorale aanpak. Het kabinet wil dat de regionale aanpak van de jeugdwerkloosheid wordt ondersteund door een sectorale aanpak. De mogelijkheid om sectorale plannen in te dienen wordt van kracht op het moment dat de gesprekken tussen het kabinet en de Stichting van de Arbeid eind maart hebben geleid tot vruchtbare afspraken. Daarnaast wil het kabinet dit voorjaar met de onderwijsinstellingen en sociale partners het Techniekpact 2020 afsluiten om de schaarste aan technici en vakkrachten tegen te gaan. In dit Techniekpact komen onder andere afspraken te staan over het beschikbaar stellen van voldoende stageplaat-
Bestrijden van jeugdwerkloosheid Regionale aanpak Het kabinet stelt in 2013 25 miljoen extra beschikbaar om op regionaal niveau de jeugdwerkloosheid aan te
17
sen en leerwerkbanen, het transparant maken van loopbaanperspectieven en het verder terugdringen van schooluitval in het technisch onderwijs door betere structurering van het onderwijs en intensievere begeleiding. Ook stimuleert het kabinet jongeren met een hoger onderwijsdiploma die als leraar aan de slag willen, gebruik te maken van de mogelijkheid tot zijinstroom. Schoolbesturen in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs kunnen een subsidie aanvragen van 20.000 per zij-instromer voor begeleiding, scholing en studieverlof. Bij gebleken geschiktheid wordt de jongere aangesteld als (onbevoegd) leraar en volgt hij naast zijn werk een opleiding om binnen twee jaar de onderwijsbevoegdheid te halen. Van de regeling wordt vaak gebruik gemaakt. De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap stelt jaarlijks tot en met 2016 8 miljoen beschikbaar.
Het kabinet trekt 25 miljoen extra uit voor de uitvoering van het programma School Ex 2.0 voor de schooljaren 2013-2014 en 2014-2015. Vanaf april zullen mbo-instellingen intensieve begeleidingsgesprekken voeren met jongeren die op het punt staan hun opleiding op niveau 1 of 2 af te ronden om hen te stimuleren langer door te leren en te kiezen voor een opleiding gericht op een hoger niveau of met meer arbeidsmarktperspectief. Zo vergroten zij hun kansen op de arbeidsmarkt. Jongeren voor wie doorleren geen optie is, worden in samenwerking met de gemeente gestimuleerd een geschikte baan te zoeken. In aanvulling hierop zullen mboinstellingen vanaf juni ombuiggesprekken voeren met jongeren die zich aanmelden voor een opleiding op niveau 1 of 2 met weinig arbeidsmarktperspectief. Recente ervaringen in Rotterdam laten zien dat dit kansrijk kan zijn. Door jongeren actief te wijzen op de mogelijkheden die er zijn, stimuleren mbo-instellingen jongeren te kiezen voor een opleiding waar behoefte aan is op de regionale arbeidsmarkt. Mbo-instellingen kunnen hierbij de studiebijsluiter betrekken, die in het schooljaar 2014-2015 beschikbaar komt en waarin informatie is te vinden over de arbeidsmarktperspectieven van opleidingen.
"Duurzame instroom in arbeid. Het kabinet wil de balans tussen vaste en flexibele arbeid herstellen om te voorkomen dat jongeren in tijdelijke contracten vast komen te zitten zonder uitzicht op een duurzame carrière. In overleg met sociale partners wordt naar de mogelijkheden bekeken om de wettelijke bescherming van verschillende vormen van flexibele arbeid te verbeteren om jongeren ook op de langere termijn perspectief te bieden op werkzekerheid.
Bij de uitvoering van het programma School Ex 2.0 zullen jongeren daar waar mogelijk worden verleid te kiezen voor een opleiding in de technieksector. De schaarste aan technisch personeel zal de komende jaren, als gevolg van pensionering
"Middelbaar beroepsonderwijs .
18
van de zogenaamde babyboomgeneratie, naar verwachting toenemen. De groeiambities van het Nederlandse bedrijfsleven, en daarmee ook de economische groei in Nederland, komen hierdoor onder druk te staan. Bij de aanpak gericht op deze sectoren is het met name voor meisjes en jongeren van niet-westerse afkomst van belang dat zij zich niet laten leiden door stereotype keuzes.
Nederlandse arbeidsmarkt. "Hoger onderwijs. Ook binnen het hoger onderwijs wordt gewerkt aan kwaliteitsverbetering met de uitvoering van de 'Strategische Agenda Kwaliteit in verscheidenheid'. Met de hogescholen en universiteiten heeft de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onlangs prestatieafspraken gemaakt, die zijn gekoppeld aan de bekostiging. In de prestatieafspraken is veel aandacht voor een betere match tussen student en opleiding. Instellingen werken aan betere voorlichting en studiekeuzebegeleiding, waarbij zij onder andere informatie verstrekken over beroepsprofielen en arbeidsmarktperspectieven. Daarnaast vindt herordening van het opleidingenaanbod plaats om dit beter te laten aansluiten bij de behoefte van de arbeidsmarkt, onder andere door bij de toelating van nieuwe opleidingen het criterium arbeidsmarktrelevantie zwaarder te wegen. Ook wordt in het hoger beroepsonderwijs de Associate degree definitief mogelijk gemaakt. Dat is een tweejarig programma binnen de hbo-bachelorfase met een aparte kwalificatie (graad), die sterk is gericht op de arbeidsmarkt en doorstuderen aantrekkelijker maakt voor mbo'ers en werkenden.
Om te voorkomen dat mbo'ers afstuderen in opleidingsrichtingen waar op de regionale arbeidsmarkt geen vraag naar is, zullen onderwijsinstellingen tevens hun opleidingsaanbod beter afstemmen met nabije collega-instellingen en met de regionale arbeidsmarkt. Concurrentie met populaire opleidingen met weinig arbeidsmarktrelevantie kan zo worden uitgebannen. Daarnaast wordt het aantal opleidingen verminderd en wordt de inhoud van opleidingen vernieuwd, waarbij beter wordt aangesloten op de huidige ontwikkelingen in de verschillende beroepsvelden. Ook wil het kabinet de kwaliteit van het middelbaar beroepsonderwijs verder verbeteren door in aanvulling op het actieplan 'focus op vakmanschap' 250 miljoen beschikbaar te stellen gekoppeld aan prestatieafspraken met onderwijsinstellingen over onder andere het uitdagender maken van opleidingen, voldoende aandacht voor de basisvaardigheden taal en rekenen en een sterke praktijkoriëntatie. Met dit pakket aan maatregelen worden mbo'ers de vakmensen die nodig zijn op de
Schulden voorkómen door vroege signalering werkt het beste. Schulden tijdig signaleren, is dringend gewenst. Nu een Landelijk Informatiesysteem Schulden van de
19
baan is, moeten er andere instrumenten worden ingezet. Daarnaast moeten de cijfers die aantonen hoeveel mensen een beroep doen op de schuldhulpverlening beschikbaar komen. Alleen dan ontstaat een helder beeld van de omvang van de problematiek. De LCR heeft deze en andere punten aangekaart bij de Tweede Kamer voor het Algemeen Overleg Armoede en Schuldenbeleid van 13 juni 2013.
van kredietregistratie van het BKR uit te breiden. De LCR: 'Hier moet wel haast mee gemaakt worden!' Behalve tijdig ingrijpen bij het ontstaan van schulden is ook de inzicht in de omvang van de problematiek van belang. In het registratiesysteem zijn nu alleen mensen terug te vinden die in het traject van hulpverlening terecht zijn gekomen. 'Terwijl álle aanmeldingen belangrijk zijn', zegt de LCR. 'Nu vallen er mensen af. Maar zij hebben wel schulden. Het is niet duidelijk wat er met hen gebeurt. Gemeenten zeggen dat de wachtlijsten voor hulpverlening zijn teruggelopen, maar als mensen voor de intake al uitvallen, dan kun je je afvragen of er goed beeld is.'
Zwerfjongeren.
LCR: Inspectie SZW check bij gemeenten 'werken met behoud van uitkering' .
De LCR vestigt ook de aandacht op de zwerfjongeren. Zij vormen een bijzondere groep omdat zij én vaak schulden hebben én hun inkomen zo laag is dat ze niet in aanmerking komen voor schuldhulpverlening. 'Zo krijgen deze jongeren nooit een kans om terug te keren naar school of de arbeidsmarkt', stelt de LCR. Gemeenten kunnen, in het kader van armoedebestrijding, een aanvulling geven tot 110% van het minimumloon. 'In de volgende brief aan gemeenten moet deze mededeling wel expliciet worden benadrukt', zegt de LCR, 'want anders gebeurt er nog niets!'
Het beleid van gemeenten rond werken met behoud van uitkering is vaak niet helder beschreven. Cliënten moeten van alles zonder dat duidelijk wordt gemaakt hoe die verplichtingen passen in het beleid en in hun trajectplan. En: cliënten voelen zich geïntimideerd omdat al snel met sancties wordt gedreigd. Het Zwartboek van de FNV en de signalen die bij de Landelijke Cliëntenraad (LCR) zijn binnengekomen over werken met behoud van uitkering, vragen om onderzoek van de Inspectie SZW bij gemeenten. De LCR roept leden van de Tweede Kamer op (klik hier) om hierop aan te dringen bij de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Jetta Klijnsma.
Tijdige signalering. Andere aandachtspunten zijn de tijdige signalering van problematische schulden. Dat kan door de mogelijkheden
20
Zwartboek. De LCR meent dat de Inspectie SZW zou moeten onderzoeken of gemeenten in voldoende mate in de lijn van de wet verordeningen opstellen. De Inspectie SZW zou moeten kijken of er ruimte is voor maatwerk en of er voldoende onafhankelijke voorlichting wordt gegeven. Zeker moet ook de positie van cliënten worden bekeken, zoals ruimte voor eigen initiatief, beschikken over trajectplan. Ook moet duidelijk zijn of de mogelijkheid van bezwaar en beroep feitelijk aanwezig is omdat besluiten wel vatbaar voor bezwaar en beroep moeten zijn.
De FNV heeft in het najaar van 2012 een meldpunt opengesteld voor klachten over werken met behoud van uitkering. De reacties zijn gebundeld in het FNV zwartboek. Ook de LCR ontving soortgelijke signalen vanuit gemeentelijke cliëntenraden. Staatssecretaris Klijnsma heeft in een reactie op het FNV Zwartboek laten weten dat gemeenten gewezen moeten worden op de spelregels. Cliënten moeten meer informatie krijgen over de mogelijkheid voor bezwaar en beroep. De LCR vindt dit niet voldoende.
Landelijke criteria. Bovendien vraagt de LCR speciale aandacht voor dit onderwerp: 'De formulering van de criteria van additionele arbeid zouden eigenlijk landelijk moeten worden vastgesteld. De toetsing moet regionaal gebeuren. Als je het hebt over een eerlijke werking van de arbeidsmarkt moeten sociale partners en cliëntenraden op zijn minst een rol vervullen.'
Zorgelijk. Het is zorgelijk, zo constateert de LCR, dat gemeenten onzorgvuldig met de spelregels van werken met behoud van uitkering omgaan. Gemeenten beschrijven de richtlijnen rondom werken met behoud van uitkering niet of niet helder. De cliënt heeft, mede hierdoor, vrijwel geen zeggenschap over zijn eigen toekomst en eigen initiatief wordt ontmoedigd. De LCR vindt dat het hoog tijd wordt dat er beter wordt omgegaan met werken met behoud van uitkering. Dit in het belang van cliënten en een goede arbeidsmarktwerking.
Geen indexatie kinderbijslag per 1 juli 2013. De kinderbijslag wordt per 1 juli niet aangepast aan de prijsontwikkeling. Hiermee is de Eerste Kamer akkoord gegaan. Het niet aanpassen van de kinderbijslag aan de inflatie bespaart de overheid op jaarbasis vanaf 2014 in totaal 40 miljoen. In 2013 levert deze bezuiniging nog een besparing op van 10 miljoen.
Onderzoeken.
21
Door het schrappen van de indexatie wordt het bedrag niet verhoogd met gemiddeld 10,- per kind per jaar.
Flinke daling straatroven. Concrete maatregelen met kennis van de lokale problemen leiden tot vermindering
Het niet doorvoeren van de indexatie in de kinderbijslag per 1 juli is een onderdeel van de afspraken in het regeerakkoord en draagt bij aan het op orde brengen van de overheidsfinancien. De huidige bedragen per kwartaal blijven hetzelfde en zijn ongeveer 192,voor een kind tot 5 jaar, 233 voor een kind van 6 tot 11 jaar en 274 vanaf 12 jaar. De eerder ingevoerde verhoging van het kindgebonden budget voor gezinnen met een laag inkomen met twee of meer kinderen verzacht voor deze groepen de maatregel.
In de eerste vijf maanden van 2013 is het aantal straatroven in Nederland met 20 % afgenomen ten opzichte van dezelfde maanden in 2012. Ook is de pakkans verhoogd met ruim 42% in vergelijking met vorig jaar. Dit meldde burgemeester Aboutaleb, tevens voorzitter van de Taskforce Overvallen, tijdens een speciale bijeenkomst in Rotterdam. Ook is samen met Koninklijke Horeca Nederland een nieuwe aanpak aangekondigd om het aantal straatroven rondom uitgaansgebieden verder terug te dringen.
Nieuwsbericht | 26-06-2013
Dalende trend. Het aantal gepleegde straatroven is fors aan het dalen: in het totaal zijn er in de eerste vijf maanden van dit jaar 2877 straatroven gepleegd, tegen 3632 in de eerste vijf maanden van 2012. In mei is er zelfs sprake van een daling van bijna 25% ten opzichte van mei 2011. Doelstelling van alle partijen is om in 2014 het aantal straatroven te hebben teruggedrongen tot maximaal 6557 in dat jaar. Voorzitter van de Taskforce Ahmed Aboutaleb: "Iedere straatroof is er natuurlijk een te veel maar ik ben er trots op dat het ons gelukt is het aantal straatroven landelijk met 20 % terug te brengen. In Rotterdam zelfs met 40 %. Ook de kans dat daders worden opgepakt is flink vergroot. Dat komt onder meer door hardwerken van onze politieagenten maar ook omdat burgers steeds beter opletten en meer melden bij de politie".
Voor wie doet u de deur open? 'Dag mevrouw, een pakketje voor u!' Klinkt aantrekkelijk en vertrouwd, maar is het wel echt een pakketbezorger die voor de deur staat? Met allerlei smoezen of 'babbeltrucs' weten oplichters en overvallers iedere keer weer hun slag te slaan. Ze bellen aan of bellen op en stellen zich voor als pakketbezorger, thuiszorgmedewerker, medewerker van uw ziektekostenverzekeraar, energiebedrijf of bank.
22
Effectieve maatregelen in de horeca.
Over de Taskforce Overvallen.
De publiek private samenwerking is in de aanpak van het verminderen van straatroven effectief. Samen met Koninklijke Horeca Nederland worden de handen ineengeslagen om het aantal straatroven rondom uitgaansgebieden nog verder terug te dringen. Hierbij wordt gekeken naar de aard van de lokale problematiek en worden op maat gesneden oplossingen geïmplementeerd. "In de horeca wil je vooral plezier maken en daarom neemt de branche ook de verantwoordelijkheid om met concrete maatregelen samen te werken aan veilige uitgaansgebieden. Ieder met een eigen verantwoordelijkheid, want elke overval of straatroofincident heeft een grote impact op slachtoffer en omgeving", aldus algemeen directeur Lodewijk van der Grinten.
De aanpak van overvallen en straatroof heeft landelijk een zeer hoge prioriteit. In 2009 werd de Taskforce overvallen opgericht om het aantal overvallen met een derde terug te dringen. Samen met het bedrijfsleven, gemeenten, politie en het Openbaar Ministerie wordt via het actieprogramma 'Aanpak Overvalcriminaliteit' hierop fors ingezet. Sinds begin 2013 is het terugdringen van het aantal straatroven er bij gekomen.
Overbruggingsuitkering AOW geregeld. De regeling voorziet in een overbruggingsuitkering voor mensen met een lopende VUT- of prepensioenuitkering (of vergelijkbare regeling) op 1 januari 2013 die als gevolg van de verhoging van de AOW-leeftijd inkomensverlies hebben.
High impact crime. Conform het Sociaal Akkoord is de regeling toegankelijk voor mensen met een inkomen tot 200% van het wettelijk bruto minimumloon (en 300% voor paren). De regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2013 en werkt terug tot en met 1 januari 2013.
Hoofdcommissaris Jannine van den Berg, lid korpsleiding van de politie: "De bestrijding van high impact crimes, waaronder straatroof, heeft voor de politie hoge prioriteit. Straatroof valt niet voor niets onder high impact crime: slachtoffers voelen het vaak als een echte deuk in hun gevoel van veiligheid, als zij zijn beroofd. Angst, gebrek aan vertrouwen in mensen, een straatroof kan veel gevolgen hebben. En áls je dan toch de keus maakt om iemand te beroven, is de kans erg groot dat de politie je aanhoudt."
23
Schil de aardappelen en snijd in kleine stukjes van maximaal 1,5 cm groot. Kook de stukjes 5 a 6 minuten in gezouten water. Ze moeten gaar zijn, maar nog wel stevig. Giet ze af en giet er royaal olijfolie op. Voeg de geperste knoflook bij en peper en zout. Roer goed door elkaar. Doe dan de aardappelen, de sla, de tomaatjes, de olijven, de kappertjes en de ui in een grote kom, voeg nog een scheutje olijfolie toe en naar smaak peper en zout. Even husselen en de salade is klaar.
Zomerse maaltijdsalade met aardappel.
Als u er niets bij eet, dan is deze salade voldoende voor twee a drie personen. U kunt bij de salade ook (stok)brood eten, en bijvoorbeeld dippen in olijfolie. Dan is de salade voldoende voor vier personen. Eet smakelijk (en gezond)!
Ingrediënten: 200 gram groene sla, in stukjes 350 a 400 gram vastkokende aardappelen 200 gram cherrytomaatjes, gehalveerd Ongeveer 150 gram zwarte olijven, in plakjes Ongeveer 60 gram kappertjes, uitgelekt 2 a 3 teentjes knoflook, geperst Halve rode ui, gesnipperd Olijfolie (Versgemalen) zout en (vierseizoenen)peper
24