1 familie situatie stappepla gebied e kerdoel tussedoel woe e vrije tijd koke bereide broccoli koke kerdoel koke Sijdt groete op verschillede maiere (...
Snijdt groente op verschillende manieren (7); Gaat voorzichtig om met scherpe messen (8); Werkt veilig met een elektirsch fornuis (9) Kookt groente, aardappels, rijst en pasta’s m.b.v. een stappenschema (inclusief afgieten in een vergiet) (12) Kookt groente, aardappels, rijst en pasta’s m.b.v. een stappenschema (inclusief afgieten in een vergiet) (12) Kookt groente, aardappels, rijst en pasta’s m.b.v. een stappenschema (inclusief afgieten in een vergiet) (12) Stelt met een (kook)wekker de gewenste kooktijd in en houdt deze bij (10) Bak eieren in de pan (12)
koken; groente en fruit; maaltijd
koken; etenswaren; maaltijd
koken; etenswaren; maaltijd
koken; etenswaren; maaltijd
koken; etenswaren
bakken; etenswaren
familie
situatie
stappenplan
aan tafel
netjes eten
boterham smeren
tafeldekken
serveren
tafel afruimen
een servet gebruiken met vork en mes handen wassen ontbijt lunch
diner chique diner eten opdienen dienblad met eten dragen drinken inschenken tafelkleed opruimen verpakkingen afsluiten restjes weggooien en bewaren
codering gebied en kerndoel kerndoel 1
codering subdoel 1.1. eten en drinken
1.3. tafeldekken
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n Smeert brood met boter of brood; iets anders smeerbaars broodbeleg; (4); Gebruikt een normale lunch hoeveelheid beleg op zijn boterham (4); Snijdt met een mes met een zaagbeweging (5); Snijdt kaas met een kaasschaaf (8)
tafeldekken; Legt borden, bestek en lunch bekers op tafel (3); Verdeelt de borden over de tafel één op één met de stoelen die rond de tafel staan (4); Pakt evenveel borden als er eters zijn en zorgt dat er bij alle borden een mes en een vork liggen (5); Dekt de complete tafel voor de lunch (7)
3.1. Kleding Sorteert de was (11); Vult wassen; aantrekken en de wasmachine/droger en wasmachine verzorgen stelt de genoemde temperatuur in (10); Gebruikt de instellingen van de wasmachine/droger bij de verschillende typen was (11)
afwassen; 1.4. Afwassen Droogt niet-breekbare spullen van de vaat af (5); afdrogen Droogt breekbare maar hanteerbare spullen van de vaat af (6); Ordent de vaat (6); Zet de geordende vaat in volgorde waarop het afgewassen wordt (7); Maakt de vaat schoon met een borstel of een sponsje (8); Maakt een sopje voor de vaat (8); Wast en droogt grote pannen af (9); Schat in wanneer hij een droge theedoek nodig heeft (10)
codering sleutelwoorde n Zet de stoelen op de tafel schoonmaken (5); Kiest geschikte spullen om een schoonmaakklus mee uit te voeren (6); Dweilt de vloer (11); Gebruikt een systeem in het schoonmaken (10) Veegt een hoopje afval schoonmaken weg met stoffer en blik (7); Kiest geschikte spullen om een schoonmaakklus mee uit te voeren (6); Veegt een lege ruimte met een bezem (8) Kiest geschikte spullen schoonmaken om een schoonmaakklus mee uit te voeren (6); Zeemt ramen en spiegels (11) Kiest geschikte spullen schoonmaken om een schoonmaakklus mee uit te voeren (6); Maakt de badkamer schoon (11)
opruimen; 4.1. vervangt een volle Schoonmaken pedaalemmer/vuilniszakk hygiene en inrichten en (8); Zet de container of de vuilniszak aan de straat (7); Ziet wanneer de vuilniszak vol zit (6); Weet wanneer de vuilniszak naar de straat moet en denkt eraan (9)
familie
situatie
stappenplan
opruimen
werkplek/speelplek opruimen
de was
kleding ophangen bankafschriften opruimen was sorteren en wassen
kamer inrichten
codering gebied en kerndoel
codering subdoel
codering tussendoel
4.1. Ruimt de eigen tafel op Schoonmaken (1); Legt veel gebruikte en inrichten (knutsel)spullen terug op hun plek (2); Legt speelen knutselspullen op de juiste plek terug (3); Brengt orde in een beperkte ruimte (4)
kerndoel 3
codering sleutelwoorde n opruimen
3.1. Kleding Sorteert de was (11); Vult wassen; aantrekken en de wasmachine/droger en wasmachine verzorgen stelt de genoemde temperatuur in (10); Gebruikt de instellingen van de wasmachine/droger bij de verschillende typen was (11)
was strijken
3.1. Kleding Vertelt welke kleren na strijken aantrekken en het wassen eerst verzorgen gestreken moeten worden (11); Strijkt eigen was zonder instellen van strijkijzer (12)
beddengoed verwisselen
hygiene; 3.1. Kleding Haalt een laken en aantrekken en dekbed af en gooit het in wassen de wasmand (9); Haalt het verzorgen kussensloop van het kussen en gooit het in de wasmand (9); Dekt een schoon laken en dekbed op en vervangt zijn kussensloop (11)
was ophangen meubels uitzoeken schilderij ophangen
familie
situatie
stappenplan
winkels
supermarkt
de weg vinden
lege flessen inleveren
in de supermarkt
winkelwagentje nemen
groenteweegschaal bedienen
codering gebied en kerndoel kerndoel 2
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n 2.1. Vindt de producten van de winkel; Boodschappen boodschappenlijst in de boodschappen doen supermarkt (8); Vraagt doen aan het personeel waar een product ligt in de supermarkt (9) Levert de lege flesen in en 2.1. Boodschappen levert het statiegeldbonnetje bij de doen kassa in (7) 2.1. Sluit achteraan in de rij en Boodschappen wacht rustig (7); Werkt de doen hele boodschappenlijst systematisch af (9)
Doet producten op een goede manier in het mandje/karretje (7) Bedient de groenteweegschaal in de winkel (10)
winkel; boodschappen doen
familie
situatie
stappenplan
markt
juiste kraam zoeken
spullen inpakken
boodschappenlijstje maken
iets kopen
warenhuis
cadeau kopen
goede afdeling vinden shoppen (met vriendin) betalen met contant geld betalen met je chipknip betalen met je pinpsas
codering gebied en kerndoel
codering subdoel
codering sleutelwoorde n 2.1. Bekijkt de boodschappen Boodschappen boodschappenlijst en kiest doen doen de juiste winkel (11)
2.1. Boodschappen doen 2.1. Boodschappen doen
codering tussendoel
Doet producten op een goede manier in de boodschappentas (5) Maakt samen een boodschappenlijst voor een gerecht (10); maakt een boodschappenlijst op basis van de benodigdheden en de aanwezige voorraad (12) 2.1. Sluit achter aan in een rij Boodschappen en wacht rustig (7); doen Bestelt bij een aparte afdeling door te vertellen wat hij wil (8); Betaalt contant de boodschappen (11) 2.1. Bekijkt een Boodschappen boodschappenlijst en kiest de juiste winkel (11) doen
boodschappen doen; spullen pakken boodschappenlij st
boodschappen; betalen; bestellen
winkel
familie
situatie
stappenplan
winkel (bakker, slager)
bij de apotheek
codering gebied en kerndoel
betalen
kleding
kleding aantrekken
boodschappen inpakken jas aantrekken en dichtdoen
jas ophangen aan de kapstok
jas terugvinden aan de kapstok
kleding kopen
schoenen aan uitkiezen van kleding voor een feest bepalen wat je nodig hebt in de paskamer betalen
kerndoel 3
codering subdoel
codering tussendoel
2.1. Boodschappen doen 2.1. Boodschappen doen
Bestelt bij een aparte afdeling door te vertellen wat hij wil (8) Bewaart geld en betalen; geld bonnetjes op een veilige plek (8); Controleert of er geld in de portemonnee zit (9); Betaalt met zijn chipknip de boodschappen (10); Verwacht wisselgeld als hij te veel geld heeft gegeven (11); Betaalt contant de boodschappen (11); Betaalt met zijn pinpas de boodschappen (12)
3.1 Kleding Werkt mee als zijn jas of aantrekken en ander kledingstuk wordt verzorgen aangetrokken (1); Trekt op eigen initiatief een jas aan als hij naar buiten gaat (3); Doet een ritssluiting dicht (4) 3.1 Kleding Hangt zijn jas op de juiste aantrekken en plek op de kapstok (2) verzorgen 3.1 Kleding Vindt zijn eigen jas op de aantrekken en kapstok (2) verzorgen
codering sleutelwoorde n winkel; bestellen
aankleden
opruimen; uitkleden aankleden
familie
situatie
stappenplan
ziekte
medicijnen
de bijsluiter medicijnen innemen medicijnen ophalen medicijnen opbergen wond schoonmaken pleister plakken verbandje leggen 112 bellen hulp vragen een afspraak maken naar de dokter een lijstje maken in een pleeggezin
verwondingen en ongevallen
dokter
voorbeelden van wonen
met wie woon jij?
waar woon jij?
rechten en plichten
stemmen
inspraak instanties
in een tehuis bij je familie zelfstandig wonen in een flat in een afrikaanse hut in een rijtjeshuis parlementsverkiezingen de stemautomaat he stemhokje in de cliëntenraad een uitkering aanvragen een nieuw paspoort belastingformulier
codering gebied en kerndoel kerndoel 5
kerndoel 6
kerndoel 7
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n
familie
situatie
stappenplan
uitstapjes
in de buitenlucht
een wandeling maken
een fietstocht maken
op bezoek
naar het strand op bezoek bij familie
horeca
verjaardag bij vrienden kerst bij familie naar een restaurant
attracties en musea naar een voorstelling in de stad
vakantie
afrekenen op een terras wat drinken in een café in de rij bij het pretpark een kerk bekijken kaartjes reserveren plek zoeken boek lenen bij de bibliotheek
folder vragen bij de vvv logeren bij een vrien(in) tas inpakken
codering gebied en kerndoel kerndoel 8
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n 8.1. Zoekt verschillende ontspannen, Vrijetijdsbested mogelijkheden om zijn dagje uit, ing vrije tijd aangenaam in te sporten vullen (8); Komt door vrijetijdsbesteding tot rust en ontspanning (9); Maakt een bewuste en gevarieerde keuze binnen bekende ontspanningsmogelijkhed en (12) 8.1. Zoekt verschillende ontspannen, Vrijetijdsbested mogelijkheden om zijn dagje uit, ing vrije tijd aangenaam in te sporten vullen (8); Komt door vrijetijdsbesteding tot rust en ontspanning (9); Maakt een bewuste en gevarieerde keuze binnen bekende ontspanningsmogelijkhed en (12) 8.1. Ziet bezoek en het sociale Vrijetijdsbested bezoeken van familie, contacten; ing vrienden en kennissen bezoek ook als vrijetijdsbesteding (10)
8.1. Bestelt eten en of drinken horeca Vrijetijdsbested in een drink- of ing eetgelegenheid (9)
Kiest een boek (of 8.1. Vrijetijdsbested tijdschrift) uit in de ing bibliotheek (9)
boek lezen
familie
situatie
stappenplan
bagage inchecken
codering gebied en kerndoel
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n
familie
situatie
stappenplan
hobby's
naar een vereniging
naar de voetbaltraining voetbalwedstrijd spelen naar een hobbyclub naar muziekles boek lezen
jezelf vermaken
muziek luisteren
iets creatiefs doen
samen met een ander iets doen
spelletje doen
afspraak maken
huisdieren
kaart schrijven samen tv kijken hok schoonmaken
konijn eten geven
leuk doen met je konijn
codering gebied en kerndoel kerndoel 8
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n
8.1. Vrijetijdsbested ing 8.1. Vrijetijdsbested ing 8.1. Vrijetijdsbested ing
Pakt een boek om plaatjes te kijken (3)
boek lezen
Ontwikkelt een voorkeur voor muziek (7)
hobby; ontspannen
Zoekt verschillende mogelijkheden om zijn vrije tijd aangenaam in te vullen (8); Maakt een bewuste en gevarieerde keuze binnen bekende ontspanningsmogelijkhed en (12) 8.1. Houdt variatie in spelen Vrijetijdsbested en speelgoed (3); Zoekt of kiest een gezamenlijke ing hobby met een vriend(in) (7) 8.1. Zoekt of kiest een Vrijetijdsbested gezamenlijke hobby met ing een vriend(in) (7); Neemt initiatief om een dagje leuke activiteiten te ondernemen (11)
8.1. Vertelt dat een club of Vrijetijdsbested vereniging (of huisdier) ing inzet, volharding en tijd kost (8) 8.1. Vertelt dat een club of Vrijetijdsbested vereniging (of huisdier) ing inzet, volharding en tijd kost (8) 8.1. Komt door Vrijetijdsbested vrijetijdsbesteding tot rust ing en ontspanning (9)
hobby; ontspannen
samen spelen
sociale contacten
ontspannen, hobby
ontspannen, hobby
ontspannen, hobby
familie
situatie
stappenplan
stage en werk
contacten
pauze nemen
taken
in de kantine eten bij de koffieautomaat een vergadering koffie uitdelen
afspraken
een klant helpen dozen uitpakken vrij vragen
voorbeelden van werken
op tijd komen in de supermarkt in de groenvoorziening dagbesteding
codering gebied en kerndoel werken kerndoel 1 t/m 4
codering subdoel
codering tussendoel
3.2. Gedrag en Neemt enige afstand in houding als acht in de contacten met werknemer collega's die hij net kent (11); maakt een praatje met collega's tijdens het werk (12)
codering sleutelwoorde n collega; pauze; gesprek
3.1. Zelfstandig Maakt een langdurige doorzetten; een (werk)taak opdracht af als daar taken uitvoeren steeds duidelijke aanwijzingen voor worden gegeven (9); Werkt door zonder zich af te laten leiden (10)
2.2. Rechten en plichten
Benoent dat er een beperkt aantal vakantiedagen is (9); Benoemt dat vakantiedagen van tevoren moeten worden aangevraagd (9)
vakantie; afspraak
familie
situatie
stappenplan
reizen
tram
in de tram
metro trein
bus fiets auto
een kaartje voor de tram/metro/bus kopen vertrektijd opzoeken door het toegangspoortje goede metro opzoeken in de trein
een treinkaartje kopen vertrektijd opzoeken de conducteur plekje zoeken strippenkaart stempelen een lekke band de fietsenmaker taxi
codering gebied en kerndoel Oriëntatie op ruimte kerndoel 3
codering subdoel
codering tussendoel
codering sleutelwoorde n
Vertelt welk vervoerskaartje er gekocht moet worden en waar dat te koop is (8); Stempelt de eigen strippenkaart af (10);
tram; reizen
Reist zelfstandig met de trein; reizen trein (zonder overstappen, opgehaald en afgehaald van het station) (9); Reist zelfstandig met de trein en stapt over op een andere trein (10); Reist zelfstandig met de trein en stapt over op een ander openbaarvervoermiddel en andersom (11)