GOUDEN LESSEN 1. AARDAPPELS Meten met gewicht Vincent Klabbers
In groep 5 van juffrouw Janneke
Een optelsom Om nooit meer te vergeten Leerzaam en aantrekkelijk Lessen voor de hele basisschool Een aanvulling op je vakmanschap
Een Gouden Les
+
Dit jaar heeft juffrouw Janneke een groep van 24 kinderen. Ongeveer een kwart van hen is van Surinaamse afkomst. De sfeer in deze kleurrijke groep is over het algemeen uitstekend. Juffrouw Janneke heeft nu voor de derde keer een groep 5. Ze weet uit ervaring dat kinderen dikwijls vastlopen bij het maken van sommen over gewicht. Wanneer er in een rekenopgave gesproken wordt van 600 gram of van 1 kilogram weten veel kinderen werkelijk niet hoe zwaar dit allemaal is. Over drie weken komen opgaven over gewicht voor in het leerlingenboek van de rekenmethode. Dit heeft de juf al gezien. Om problemen met deze opgaven te voorkomen pakt juffrouw Janneke het dit jaar anders aan. De methode blijft even in de kast. De kinderen moeten nu eerst gevoel ontwikkelen voor gewicht en voor maten die daarbij horen. Het uitvoeren van bewerkingen komt daarna. En daarom geeft juf Janneke vandaag de aardappelles.
9006635706_boek.indd 1
04-01-2011 16:00:42
2
Gouden Lessen
Woord vooraf In iedere Gouden Les maak je kennis met een collega en zijn of haar basisschoolgroep. In de beschrijving van de les lees je hoe deze collega met de kinderen in de eigen groep aan de slag gaat. In deze eerste Gouden Les zie je bijvoorbeeld hoe de leerkracht in groep 5 aan kinderen leert om gevoel te ontwikkelen voor de kilogram als maat. Je leest en ziet ook hoe de kinderen een netwerk over gewicht opbouwen en daarmee een stukje metriek stelsel construeren. De leerkracht vertelt niet alleen wat ze de kinderen laat doen, welke vragen ze stelt en waarom ze juist aardappels heeft gekozen als basismateriaal in deze les. Ze benoemt ook hoe haar keuzes tot stand zijn gekomen en deelt daarmee haar vakmanschap met meelezende collega’s.
Een Gouden Les is voor kinderen om nooit meer te vergeten. Voor leerkrachten bieden deze lessen bovendien kansen op nog meer werkplezier én op een verdere ontwikkeling van het eigen vakmanschap. Gouden Lessen vragen weinig lestijd en toch is het leerresultaat ervan bijzonder groot. Bovendien kunnen de lessen worden ingezet naast elke rekenmethode.
Mede namens het team en de auteur,
Sietske Zagers Uitgever
GOUDEN LESSEN 1. AARDAPPELS Meten met gewicht Vincent Klabbers
9006635706_boek.indd 2
04-01-2011 16:00:44
3
Aardappelles
Inhoud
9006635706_boek.indd 3
4
Aardappelles
9
Leren wegen met opgaven uit de rekenmethode
10
Leren meten in groep 1 – 2
11
Kinderen leren meten met maatgevoel als basis
12
Rekenogen
13
Planning en materialen Aardappelles
14
Werkblad netwerk gewicht
04-01-2011 16:00:56
4
Gouden Lessen
Aardappelles dinsdagmorgen
Het is . De zoemer is zojuist gegaan en juffrouw Janneke wenst de kinderen een goede morgen toe. Ze staat naast haar bureau voor in het lokaal. Aan haar gezicht kun je zien dat ze plezier heeft in haar werk. De kinderen voelen aan dat er vandaag iets bijzonders gaat gebeuren. Naast het bureau van de juf staat een flinke mand die tot de rand toe is gevuld met aardappels. Daarnaast liggen kartonnen bordjes maar aardappelschilmesjes zijn nergens te bekennen. Dat is vreemd, denkt Wouter, die zich goed kan herinneren dat ze vorig jaar een keer zelf frites hebben gebakken.
Gisteren hebben de kinderen een rekentoets gemaakt ter afsluiting van het vorige rekenblok. En de komende maandag starten de kinderen in groep vijf met een nieuw blok. Zo gaat het steeds. De kinderen zijn hieraan gewend. Tussen de twee rekenblokken in zijn er soms dagen dat het rekenboek in de kast blijft liggen. Dan bedenkt juffrouw Janneke zelf rekenlessen en die vergeet je niet snel. Dadelijk, zo vertelt juffrouw Janneke aan de kinderen, krijgen jullie een aardappelopdracht. Maar eerst maak ik groepen van drie kinderen want die hebben we daarbij nodig. Je bent pas klaar met de aardappelopdracht wanneer je met z’n drieën tevreden bent over het gezamenlijke resultaat. Bovendien krijg je slechts tien minuten om de opdracht uit te voeren. De jongste van ieder drietal, let even op de maanden van het jaar, pakt een kartonnen bordje. Daarop leg je per groep zoveel aardappels dat het bord met aardappels samen ongeveer 1 kilogram weegt. Om jullie te helpen, heb ik iets speciaals bedacht. Achter in de klas heb ik namelijk al een bordje klaar gelegd met daarop een kilogram aardappels. Er ligt een theedoek over zodat je niet kunt zien hoeveel aardappels er op het bord liggen. Je kunt ook niet zien hoe groot ze zijn. Je mag dit bordje met de theedoek wel oppakken om te voelen hoe zwaar het is. Het moet alleen wel achter in het lokaal blijven liggen met de theedoek er overheen.
9006635706_boek.indd 4
04-01-2011 16:01:03
5
Aardappels
Vierentwintig hoofden draaien zich om en kijken een paar keer van achteren naar voor en weer terug. Je ziet ze denken. We moeten dus goed onthouden hoe een kilogram voelt want die theedoek mag er niet vanaf. Amalia steekt haar vinger op en stelt voor om het bordje met de theedoek voor in het lokaal bij de aardappelmand neer te zetten. Dat is toch handiger, juf. Dan hoeven we niet steeds heen en weer te lopen. Maar de juf weet het zeker. Het theedoekbordje blijft achter in het lokaal staan.
Om gevoel te ontwikkelen voor een kilogram moet je letterlijk iets doen. Het heen en weer lopen met een bordje aardappels dat ongeveer 1 kilogram weegt, hoort daarbij. Dit geldt ook voor het gelijktijdig voelen en vergelijken van twee bordjes aardappels. Wie klaar is, gaat zitten. De bordjes leg je maar op mijn bureau. Ik zal iets meer ruimte maken. Op de rand van het bordje mag je de namen schrijven van de kinderen in jouw groep. Over ongeveer tien minuten gaan we de resultaten bekijken. Ik geef een minuut voordat het tijd is nog wel een seintje. Ga je gang, zegt juffrouw Janneke en ze gebaart in de richting van de mand met aardappels.
De kinderen gaan aan de slag en juffrouw Janneke loopt naar de zijkant van het lokaal waar vandaan ze goed kan observeren. Hugo, Gijs en Diana hebben al twee grote aardappels op hun bordje liggen. Ze voelen allemaal het gewicht van hun aardappelbord en kijken elkaar vragend aan. Ze zien dat buurgroepjes veel meer aardappels hebben gepakt maar die zijn wel een beetje kleiner. Het drietal besluit om eerst even het bordje met de theedoek te voelen. Het is mooi om te zien hoe Diana nu in iedere hand een bordje heeft en zegt dat er echt nog iets bij moet. Het bordje met de theedoek is zwaarder.
9006635706_boek.indd 5
En zo werken eigenlijk alle groepjes, precies zoals de bedoeling is. Het tempo ligt hoog. Na tien minuten zijn de meeste groepjes klaar. Maar tevreden zijn ze nog niet. Ze willen zien wat er onder de theedoek ligt. Ze willen weten of hun eigen aardappelbord ongeveer 1 kilogram weegt. De juf ziet dit. Al deze nieuwsgierigheid is een krachtig begin van het volgende deel van deze aardappelles. Wanneer alle kinderen zitten, neemt de juf het bordje met de theedoek mee naar haar bureau en met een weegschaal toont ze aan dat dit bordje met aardappels precies 1 kg weegt. Dan gaat de theedoek er vanaf en alle ogen vergelijken de aardappels van het bordje met de theedoek met de aardappels op het eigen bord. Mogen we ook wegen, vraagt Malou. Ik wil wel zeker weten of wij ook 1 kilogram aardappels hebben afgewogen? Dat is prima, zegt de juf. Maar helaas is er maar één keukenweegschaal in de klas en er zijn wel 8 groepen. Het is wel een heel duidelijke weegschaal met in het venster een grote 0, een 1 en een 2. De 1 betekent 1 kilogram en verder dan 2 kilogram gaat deze weegschaal niet. De kinderen weten dit omdat juf Janneke het heeft verteld. De kinderen en de juf spreken af dat iedere groep om de beurt mag wegen. En wie nog een aardappeltje wil toevoegen of terug wil leggen, mag zijn gang gaan. Alle bordjes moeten uiteindelijk ongeveer 1 kilogram wegen. Dit kan mooi tijdens het stil lezen. We hebben tot aan het speelkwartier nog een half uur. Dat gaat zeker lukken. Juffrouw Janneke wil de kinderen een netwerk over gewicht laten maken. Op de volgende pagina zie je hier een voorbeeld van.
Wanneer je het werkblad van pagina 14 kopieert op A3-formaat is er meer ruimte voor de kinderen om plaatjes uit tijdschriften toe te voegen of om zelf illustraties te tekenen.
04-01-2011 16:01:09
9006635706_boek.indd 6
Twee kuipjes boter wegen tweemaal 500 gram
Een liter water weegt 1 kilogram. In een kubieke decimeter past precies 1 liter water
d a l b k r e w d l u v e Voorbeeld ing
Werkblad netwerk gewicht
Eén kilogram aardappels
Een wortel weegt maar 150 gram
1 kilogram is even zwaar als 1000 gram
Eén portie van 200 gram
Ik ben even zwaar als vijf zakken aardappels
..........................................................
Mijn naam is:
6
04-01-2011 16:01:30
7
Aardappels
Als ik instructie geef, vertel ik meestal eerst over de werkvorm en de organisatie daar omheen. Als laatste noem ik de inhoud van de opdracht. De kinderen onthouden namelijk het beste wat als laatste is genoemd. Bovendien kunnen ze door deze volgorde van de instructie niet te vroeg starten met de opdracht. Ik voorkom zo dat de informatie over de werkwijze langs hen heen gaat. Na het speelkwartier deelt juffrouw Janneke grote vellen papier uit. In het midden staat een groot leeg bord. De kinderen krijgen de opdracht om een begin te maken met een netwerk over gewicht. Vandaag tekenen de kinderen hun aardappelbordje van 1 kilogram in het midden van dit werkblad. Morgen werken we verder aan het netwerk over gewicht.
Huiswerk Als de woensdag bijna voorbij is, vertelt juffrouw Janneke dat de kinderen huiswerk krijgen. Het is een bijzondere opdracht en de kinderen reageren enthousiast. We hebben nu tweemaal een kilogram aardappels afgewogen. Morgen ga ik je vragen hoeveel aardappels je ongeveer eet tijdens één avondmaaltijd. Dat is minder dan 1 kilogram. Maar is dit meer of minder dan een halve kilogram? Morgen maken we in het netwerk een tekening van de aardappels die je vanavond eet. Het is daarom belangrijk om thuis alvast een schetsje te maken.
Niet alle kinderen in mijn groep eten dagelijks aardappels. De kinderen mogen daarom als huiswerkopdracht ook bepalen hoe groot een portie rijst is of bijvoorbeeld een portie macaroni. Om de ouders te informeren over de huiswerkopdracht heb ik aan de kinderen een briefje meegegeven.
woensdagmorgen
Op staat de mand met aardappels nog steeds bij het bureau. De aardappelbordjes van de kinderen zijn gisteren opgeruimd nadat ze waren getekend op de netwerken over gewicht. Vandaag krijgen de kinderen een half uur de tijd om op verschillende manieren een kilogram samen te stellen en dit te tekenen en te noteren op hun werkblad. Juffrouw Janneke heeft al van alles klaar gelegd. Op het bureau liggen peren, een bos wortelen, bananen, een pot met knikkers, kiezelstenen, een bak met popcorn en een grote kan met water. Je mag het gebruiken, zegt de juf, maar het hoeft niet. In ons lokaal vind je ook andere spullen waarmee je een kilogram kunt samenstellen. Hoeveel taalboeken heb je bijvoorbeeld nodig voor 1 kilogram? Ze laat een stilte vallen en alle kinderogen kijken rond. De juf ziet dat de kinderen nieuwe ideeën krijgen.
donderdag
Op leggen de kinderen opnieuw aardappels op een bord. Nu is het geen kilogram maar één portie. Gwen heeft zelfs geschilde aardappels van thuis meegenomen. Kun je zeggen dat 1 kilogram aardappels ongeveer gelijk is aan vier of vijf porties, vraagt de juf. En wat is daarvan dan ongeveer het gewicht? De weegschaal komt er aan te pas en de kinderen vullen het rekennetwerk aan met een tekening en nieuwe getallen zoals 200 gram. Hoe zit dat eigenlijk met één taalboek, met één banaan en met één knikker? De kinderen krijgen opnieuw een half uurtje weegtijd en de opdracht om de resultaten vast te leggen op het netwerk.
Maar eerst stellen de groepjes opnieuw een kilogram aardappels samen. Het ontwikkelen van gevoel voor een kilogram is niet in één les bereikt en de aardappels zijn er nu toch. Bovendien is het goed om de les te beginnen waar hij gisteren is gestopt. De netwerken groeien in omvang maar de informatie gaat nu nog alleen over 1 kilogram. Het is de hoogste tijd om te onderzoeken wat er allemaal lichter is of juist zwaarder dan een kilogram. En het is daarbij de vraag hoe je dit noteert. Om de interesse van kinderen hiervoor op te wekken geeft de juf een speciale opdracht aan de kinderen. Het is een huiswerkopdracht!
9006635706_boek.indd 7
04-01-2011 16:01:34
8
Gouden Lessen
Eén portie aardappels is kleiner dan een halve kilogram. Wanneer een portie precies een halve kilogram zou wegen, was deze huiswerkopdracht niet geschikt voor het doel. Om te kunnen benoemen wat het gewicht is van één portie is het nodig om een kilogram te gaan zien als 1000 gram. Deze huiswerkopdracht creëert bij kinderen de juiste leerbehoefte. In de nabespreking blijkt dat niet alle kinderen dezelfde dingen hebben gewogen. Op de vraag van de juf of het wegen goed is gegaan, vertelt Amalia dat je echt niet alles hoeft te wegen. Vier grote peren zijn samen ongeveer 1 kilogram. Dan weet je toch dat 1 peer 250 gram weegt. Juf Janneke weet niet zeker of alle kinderen begrijpen wat Amalia bedoelt en ze stelt daarom een vraag. Wie kan in andere woorden zeggen wat Amalia ons wil leren?
Dan laat juffrouw Janneke een grote zak aardappels zien. Het is een verpakking van 5 kilogram waar nog geen aardappel uit is gehaald. Ook deze zak krijgt een plaatsje in het netwerk. Fadoua herkent de zak van het boodschappen doen. Ik kan wel twee van die zakken optillen. En Willem zegt dat hij even zwaar is als vijf zakken aardappels. Allemaal waardevolle aanvullingen op het netwerk over gewicht.
Stapje vooruit In groep 6 leren kinderen dat een breuk een deel is van een geheel. Die ene peer waarover Amalia sprak, weegt ongeveer 41 deel van het gewicht van een hele kilogram. Dat is ook een deel van een geheel. Zal ik dit al vast aan de kinderen vertellen? Met een tekening op het bord van de vier peren en daaronder een strook die verdeeld is in vier gelijke stukken kan ik dit inzichtelijk maken.
9006635706_boek.indd 8
Onderwijs houdt nooit op en dit geldt ook voor rekenonderwijs. Wanneer het ene tussendoel behaald is, staat het volgende voor de deur. De aardappelles heeft zijn dienst bewezen. Het aardappelbordje is een referentiemaat geworden voor de kilogram. De kinderen weten dat het gewicht hiervan gelijk is aan het gewicht van 1000 gram. Langzaam maar zeker zijn de kinderen toe aan het uitvoeren van bewerkingen. Wegen hoe zwaar een peer weegt, is niet meer nodig wanneer je weet hoeveel peren er in een kilogram passen. Met dit voorbeeld laat de juf zien hoe je zelf rekenvragen kunt maken. En daarmee gaan de kinderen nog een half uur aan de slag. Ze vullen hun netwerk over gewicht opnieuw aan. De rekenopgaven uit de rekenmethode hoeven geen probleem meer te zijn wanneer kinderen voldoende maatgevoel en maatbegrip hebben ontwikkeld.
04-01-2011 16:01:39
9
Aardappels
Leren wegen met opgaven uit de rekenmethode 8FMLHFXJDIUIPPSUFSCJK B C
D
E ĵLH ǂƉƉƉH œH ŻƉƉLH ôƉLH
F
G
H
I œƉƉH œĜLH œĜƉH
Kinderen combineren concrete voorwerpen met de gewichten van deze voorwerpen. Uit: Alles telt, leerlingenboek 5a, p.71.
;1B1189;1@61;:31B11>.1@-81: *;;C:;I78;BEK;G;DKJB?D =;L?9>I?DA= FG?@H
f
d
b
b f
i
c
k
e f
db
k f
c bf U
e hf U
d ce U
d hc U
b he U
d gf U
i ff U
e cc U
k je U
i jj U
-->0 -< Q73V <181: NMQ
Kinderen in groep 7 berekenen de prijs van aardappels en gebruiken hiervoor een verhoudingstabel. Ze combineren het rekenen met gewicht, geld en verhoudingen met elkaar. Ook het gebruik van kommagetallen en het afronden van geldbedragen spelen in deze opgave een rol. Uit: Alles telt, leerlingenboek 7b, p. 68.
)PFWFFMXFHFOEFCPPETDIBQQFO ǂLHǂƉƉƉH ĜƉƉH œĜƉH
a b
ǂƉƉH
8BUXFFHUTBNFOǂLH 1 QBLTVJLFS y LVJQKFTIBMWBSJOF B C y LVJQKFTIBMWBSJOFFOy QBLKFTNBSHBSJOF D y QBLKFTNBSHBSJOFFOy SFQFODIPDPMBEF y [BLKFTWBOJMMFTVJLFSFO y CSVJOFCPOFO E
ǂƉH
ǂH
a B = minimumniveau
b E = plusniveau
Kinderen voeren bewerkingen uit. Ze tellen gewichten bij elkaar op zodat een kilogram ontstaat. De afbeeldingen van de voorwerpen ondersteunen hierbij. Uit: Alles telt, leerlingenboek 5a, p. 71.
9006635706_boek.indd 9
04-01-2011 16:01:43
10
Gouden Lessen
Leren meten in groep 1 – 2 Het meetonderwijs in de groepen 1 en 2 gaat allereerst om vergelijken en ordenen. Het meten met natuurlijke maten komt daarna. Om aan deze tussendoelen te werken, zijn aardappels als materiaal zeer geschikt.
Classificeren De kleuters verdelen de aardappels in twee groepen. Bied eerst aardappels aan waarbij het verschil tussen groot en klein voor alle kleuters snel zichtbaar is. Ze begrijpen hierdoor wat het betekent om twee groepen te maken. Herhaal deze activiteit en bouw de moeilijkheidsgraad op door het aantal aardappels te verhogen en het verschil in grootte te verkleinen.
Vergelijken Een grote aardappel kan even zwaar zijn als enkele kleintjes. Laat kinderen voelen dat dit zo is. Dit kan met een grote aardappel in de ene hand en enkele kleintjes in de andere hand. Moet er een kleintje bij of juist vanaf? Kun je dit ook voelen met een blinddoek om? Gebruik begrippen zoals zwaar en licht. Vergelijk pas daarna met behulp van een balans.
Seriëren Er liggen vier aardappels op tafel in het midden van de groep. De kleuters leggen deze aardappels op een rij van groot naar klein. Herhaal deze oefening enkele malen en gebruik daarna ook aardappels die in grootte minder van elkaar verschillen. Er ontstaat dan behoefte aan een hulpmiddel in de vorm van een balans. Het woord “groot” maakt plaats voor woorden zoals “gewicht, zwaar en zwaarder”.
9006635706_boek.indd 10
04-01-2011 16:01:50
11
Aardappels
Kinderen leren meten met maatgevoel als basis Je kunt de leerlijn meten zien als drie grote stappen. In de aardappelles is de aandacht gericht op het ontwikkelen van gevoel voor de kilogram als maat en voor het bouwen van een netwerk van maten rondom deze kilogram. De stap naar het uitvoeren van bewerkingen ontstaat op een natuurlijke manier wanneer kinderen hun werkblad netwerk gewicht uitbreiden.
2. Netwerk opbouwen t 3FMBUJFTUVTTFONBUFO t 3FMBUJFTNFUBOEFSFEPNFJOFO t 3FMBUJFTUVTTFOOBUVVSMJKLFNBUFOFO standaard maten
3. Bewerkingen uitvoeren t 0QUFMMFO BGUSFLLFO WFSNFOJHWVMEJHFOFOEFMFO t $PODSFFUoNPEFMoBCTUSBDU t &JHFOQSPEVDUJFT
9006635706_boek.indd 11
Interventies van de leerkracht zijn gericht op het activeren van leerlingen
t .BBUFOHSPPUIFJE t 3FGFSFOUJFNBBU t 3FLFOUBBM
t -FFSMJOHFOEPFONFFUFSWBSJOHFOPQ t -FFSMJOHFOSFþFDUFSFOPQMFFSFSWBSJOHFO t -FFSMJOHFOLSJKHFOJOUFSFTTFWPPSEFWPMHFOEFGBTF
1. Gevoel ontwikkelen
Soms vraag ik na een les aan de kinderen: Wat hebben we nu geleerd? Dan doe ik mijn best om een stilte te laten vallen. Ik reageer niet onmiddellijk op de snelste vinger. En na het eerste antwoord vraag ik of een ander kind nog iets wil aanvullen. Zelf reageer ik bij voorkeur niet. Ik knik wel of steek een duim op. Dat zijn altijd mooie momenten om de les af te sluiten.
04-01-2011 16:01:52
12
Gouden Lessen
Rekenogen Juffrouw Janneke heeft in deze les bewust gekozen voor het gebruiken van aardappels. Ze dacht daarbij zowel aan leerdoelen als aan de eigenschappen van materialen. We zouden haar eigenlijk eens moeten vragen wat haar rekenogen hebben gezien?
Aardappels verschillen onderling sterk in grootte en in gewicht. Daardoor kun je bij aardappels niet zeggen, zoals bij appels of peren, welk aantal nodig is voor 1 kilogram. Om een kilogram aardappels samen te stellen, ben je daarom aangewezen op je gevoel. En het ontwikkelen van een dergelijk gevoel is nu precies een van de doelen van meetonderwijs. Een goede referentiemaat voor een kilogram is de combinatie tussen het juiste gevoel en een bijpassend beeld. En om die reden zijn zelfs krieltjes voor dit doel niet geschikt. Je hebt er immers zoveel nodig dat het nauwelijks mogelijk is om hiervan het juiste plaatje in je hoofd op te slaan. Kortom, kies voor een flink aardappelras met zowel grote als kleine aardappels.
Het gebruik van een kilogram appels of peren is later in het leerproces wel een goede keuze wanneer een volgend lesdoel aan de orde is. Kinderen kunnen het gewicht bepalen van één appel of één peer door een bewerking uit te voeren in plaats van door te wegen. En dat is sterk.
Sommige van mijn collega’s kiezen voor een pak suiker als referentiemaat voor 1 kilogram maar dit is niet de beste keuze. Met suiker kun je voelend moeilijk een kilogram samenstellen. Probeer het maar eens in je hand te houden. Een referentiemaat is waardevoller wanneer hij ook betekenisvol is en wanneer je hem zelf hebt kunnen construeren. Dit neemt niet weg dat een kilopak suiker later de klas in mag komen. Kinderen kunnen het voelen en opnemen in het netwerk voor gewicht.
1 kg aardappels en 500 gram krieltjes
9006635706_boek.indd 12
04-01-2011 16:01:55
13
Aardappels
Planning en materialen Aardappelles Planning Dinsdag
t t t
Een bordje aardappels met een gewicht van 1 kilogram samenstellen. Een begin maken van een netwerk gewicht. Gevoel ontwikkelen voor de kilogram.
45 minuten
Woensdag
t
Kinderen werken verder aan hun netwerk gewicht met andere materialen.
45 minuten
Huiswerk
t
Huiswerkopdracht: Wat is ongeveer het gewicht van één portie aardappels?
10 minuten
Donderdag
t Huiswerk bekijken en bespreken. t Het gewicht van een portie aardappels is een gedeelte van een kilogram. t 3FMBUJFMFHHFOUVTTFOEFLJMPHSBNFOHSBN
Verder
t Bewerkingen uitvoeren met de aangeleerde maten. t 3FMBUJFTMFHHFONFUBOEFSFEPNFJOFO
45 minuten
Materialen
9006635706_boek.indd 13
t
Aardappels los
t
Zak aardappels van 5 kg
t
Kartonnen bordjes
t
Grote mand
t
Weegschalen
t
Werkblad netwerk gewicht
t
Theedoek
t
Diverse materialen om mee te wegen
04-01-2011 16:01:57
Werkblad netwerk gewicht
Eén kilogram aardappels
..........................................................
Mijn naam is:
14
9006635706_boek.indd 14
04-01-2011 16:02:03
Colofon Auteur: Vincent Klabbers 0OUXFSQFOPQNBBL3FBLUPSNFEJBPOUXFSQFST ;XPMMF Illustraties: Marian Latour, Bussum Fotografie: Vincent Klabbers, Oirschot 3FLFOPQHBWFO"MMFTUFMU 3FLFOXJTLVOEFNFUIPEFWPPSIFUCBTJTPOEFSXJKT e editie). Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. ThiemeMeulenhoff ontwikkelt leermiddelen voor Primair Onderwijs, Voortgezet Onderwijs, Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en Hoger Onderwijs. Meer informatie over ThiemeMeulenhoff en een overzicht van onze leermiddelen: www.thiememeulenhoff.nl PGWJBPO[FLMBOUFOTFSWJDF *4#/ Eerste druk, eerste oplage, 2011 ©ThiemeMeulenhoff, Amersfoort, 2011 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door foto-kopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 Auteurswet j° het Besluit van 23 augustus 1985, Stbl., dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie (PRO), Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp (www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet) dient men zich tot de uitgever te wenden. Voor meer informatie over het gebruik van muziek, film en het maken van kopieën in het onderwijs zie www.auteursrechtenonderwijs.nl. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
Deze uitgave is voorzien van het FSC-keurmerk. Dit betekent dat de bosbouw voor het gebruikte papier op een verantwoorde wijze heeft plaatsgevonden.
BB&255SGI
Deze Gouden Les wordt u gratis aangeboden door ThiemeMeulenhoff.
Ga naar www.allestelt.nl/goudenlessen voor informatie over de volgende Gouden Lessen. U kunt hier ook uw ervaringen achterlaten over deze Aardappelles.
9006635706_boek.indd 16
04-01-2011 16:02:13