gouden dagen
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 1
22-01-13 15:15
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 2
22-01-13 15:15
Remco Campert
Gouden Dagen een vertelling
2013 de bezige bij amsterdam
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 3
22-01-13 15:15
Copyright © 1990 Remco Campert Eerste druk 1990 Vierde druk 2013 Omslagontwerp Brigitte Slangen Omslagillustratie Getty Images Foto auteur Keke Keukelaar Vormgeving binnenwerk Peter Verwey, Heemstede Druk Bariet, Steenwijk isbn 978 90 234 7763 1 nur 301 www.debezigebij.nl
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 4
22-01-13 15:15
Opgedragen aan Emanuela en Cleo
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 5
22-01-13 15:15
‘...happy things can only be spoken of in a happy way, without grieving because they have vanished...’ Vladimir Nabokov, ‘A Matter of Chance’
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 6
22-01-13 15:15
voorwoord
Reeds lang was ik van plan een paar van mijn herinneringen aan het papier toe te vertrouwen, maar de vele besognes die tot voor kort mijn aandacht vereisten beletten de uitvoering van dit voornemen. Nu ik heb besloten het wat rustiger aan te doen (daartoe niet weinig aangespoord door mijn lieve Monique!) is de tijd aangebroken die belofte aan mezelf in te lossen. Laat ik eerlijk zijn: niet alleen de dagelijkse bezigheden weerhielden me, maar er was (en is) ook sprake van een zekere gêne, zowel tegenover de eventuele lezer (mag ik van hem en haar wel verlangen dat ze belangstelling hebben voor mijn lotgevallen) als tegenover de wederwaardigheden zelf, die door mij in woorden omgezet allicht iets van hun glans zouden kunnen verliezen. En niet alleen van hun glans, maar ook van hun waarheidsgehalte, want woorden zijn gebrekkige hulpmiddelen als men zich tot taak heeft gesteld beleefde momenten te doen herleven in eigen oog en zelfs (o ijdelheid!) in dat van anderen.
7
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 7
22-01-13 15:15
Niettemin zijn woorden de enige werktuigen waarover de memoiresschrijver (hoe onbedreven ook in de nobele kunst van het schrijven) beschikt teneinde het materiaal dat hij put uit zijn op zichzelf vaak al wispelturige en onbetrouwbare geheugen de vurig gewenste vorm te geven. Het was oorspronkelijk mijn bedoeling een chronologisch verslag van mijn belevenissen en ervaringen uit te brengen al zou dit dan op een minder ambtelijke wijze moeten geschieden dan deze woorden misschien doen vermoeden. Al spoedig werd ik gewaar dat mijn herinneringen weigeren zich in het gareel van de tijd te voegen. Er blijkt geen tijd gemeten logica te zijn in de manier waarop mijn geheugen zijn beelden en emoties prijsgeeft. Na enig verzet (moeilijke weken – Monique kan ervan getuigen –, koppigheid is me niet vreemd) legde ik me bij dit gegeven neer en besloot mijn herinneringen te noteren zoals ze zich bij me aandienen. Ik schrijf mijn ‘memoires’ (een al te weidse betiteling voor de hier bijeen te brengen onvolledige collectie levensogenblikken) in Bosch en Heide, het oude landhuis dat is gelegen in de streek die de naam de Geeluwe draagt en waar ik me ongestoord aan mijn vreugdevolle arbeid kan wijden, ongestoord, omdat het verschijnsel dagjesmens in touringcars in
8
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 8
22-01-13 15:15
deze contreien nog niet gesignaleerd is. Niet alleen nu, maar ook in andere tijden, toen opa en oma het landgoed nog bestierden, bracht ik op Bosch en Heide vele gelukkige ogenblikken door. Even op krachten komen bij opa en oma was een gevleugeld begrip! Voor het stationnetje van het dorp stond de oude, getrouwe Floris al klaar met zijn Harley-Davidson die hij met de bescheidenheid van de trotsen zijn ‘hakkenplof’ noemde. En even later raceten we over de met ligusterhagen en kamperfoelie omzoomde dorpswegen. Pluimvee stoof uiteen, moeders gristen hun met takjes en steentjes spelend grut nog juist weg voor de banden van het mechanische monster. Ik klampte me stevig vast aan Floris’ middel, mijn lange blonde stadsharen wapperden in de wind. Gelukzalige ogenblikken! Aan het einde van de lange oprijlaan die door het koele lommer van hoge beuken voerde, stonden op het bordes van het huis opa en oma mij op te wachten. Opa smoorde monkelend zijn onafscheidelijke pijpje, gekleed in zijn bergblauwe landarbeidersoveral die hij per dozijn liet maken bij een kleermaker in Tonking. Oma, bevallig als altijd, een eenvoudige lila shawl losjes om haar hoofd geknoopt, haar pikzwarte haar geknipt in een Van Dongen-
9
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 9
22-01-13 15:15
pony, haar gezicht in beslag genomen door grote onweerstaanbare ogen, hield een mandje vast dat gevuld was met pasgeplukte frambozen. Tijdens die jaarlijks weerkerende weken op het land deed ik ongemerkt veel kennis op die me in mijn leven te stade is gekomen. Ik leerde niet alleen de vreugde maar ook de hardheid van het landleven kennen. De uitgediende koe die naar het slachthuis moest, het vrolijke varken dat onder luid gekerm gekeeld werd, de oude kromgebogen knecht die niet meer voldeed, maar dat weigerde in te zien en die ten slotte door opa zelf op een kruiwagen werd geladen en in de berm buiten het terrein werd gedeponeerd – zaken die niemand plezier deden, maar die nu eenmaal moesten gebeuren. Op het land is er geen ruimte voor sentiment, het leven wordt er dicht bij de aarde op het scherp van de snede geleefd. Een van mijn vele activiteiten is het directeurschap van een konijnenindustrie geweest. Toen men mij vroeg er orde op zaken te komen stellen (de vorige directeur had met medeneming van de liquide middelen en de secretaresse het hazenpad gekozen; later verdronk hij na een nacht van liederlijkheden jammerlijk in de haven van Mondo Cane), had de productie een dieptepunt bereikt. Een stokoude ram die nauwelijks meer tot voortplanten in staat was le-
10
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 10
22-01-13 15:15
verde, bijgestaan door een stuk of twintig bejaarde voedsters, een paar dozijn konijnen per maand af. Mijn eerste daad was een ingrijpende sanering en het aantrekken van nieuwe, jonge konijnen. Toen ik er wegging liet ik een bloeiend bedrijf achter met een productie van honderdduizend konijnen per week! En ik weet niet of dat me gelukt zou zijn zonder de lessen uit de praktijk van opa en oma. Maar goed, dit voorwoord is niet de geëigende plaats om mijn geheugen al de vrije teugel te laten. Rest mij slechts de hoop uit te spreken dat de lezer in de volgende bladzijden iets van het genoegen terugvindt waarmee ik zal proberen een handjevol gebeurtenissen uit mijn leven op te roepen.
11
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 11
22-01-13 15:15
een
Voor onbepaalde tijd hebben Monique en ik onze intrek genomen in Bosch en Heide, het oude landhuis op de Geeluwe dat voor mij zo volgepakt is met goede herinneringen. Een groot deel van de dag breng ik door in de bibliotheek vanwaar ik door de hoge ramen een hartverheffend uitzicht heb op de zandverstuivingen, dennen, beuken en plukken heidegrond die het landschap hier bepalen. In de al bijna antieke maar nog altijd soepel verende Gispen-bureaustoel zit ik achter mijn door Rietveld gemaakte werktafel (die men in geen overzicht van zijn werk zal aantreffen!) en schrijf, al dromende achteruit en vooruit de tijd in, aan mijn memoires. Ik doe dat uit dezelfde behoefte die maakt dat de mens na het genieten van een goede maaltijd soms een sigaar opsteekt, niet uit de onstuitbare drang het bestaan te verwoorden van waaruit de echte auteur schrijft. Toen ik onlangs familiepapieren aan het ordenen was, bedacht ik dat er bij mijn weten geen litera-
12
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 12
22-01-13 15:15
tuur bestaat over de eerste ontmoeting van kinderen met hun ouders, waarlijk toch geen onbelangrijke gebeurtenis in het menselijk leven. Natuurlijk is er wel het een en ander geschreven over de gevolgen van die ontmoeting – in onze streken dikwijls in bittere taal. In veel geschriften wordt het lijden van het kind breed uitgemeten, als heeft de auteur een excuus nodig voor zijn menselijk falen, en worden de ouders zonder enig begrip voor hun vaak moeilijke positie in een kwaad daglicht gesteld. Soms is de moeder de gehate persoon, vaker de vader. In menig gezin schijnen de familieleden elkaar beet te hebben in een wurgende houdgreep die pas verslapt als de laatste snik geklonken heeft. Maar misschien heb ik gemakkelijk praten. Ik ken alleen het geluk, en hoe ik ook een beroep doe op mijn inlevingsvermogen, ik kan me er geen voorstelling van maken hoe een ongelukkig mens zich voelt. Ik schrijf dit laatste met enige schroom. Ik weet uit ervaring dat een gelukkig mens gewantrouwd wordt, of toch op zijn minst wordt verdacht van grote onnozelheid. Slechts weinig mensen geloven je op je woord als je zegt dat je het leven ervaart als een staat van gedurig geluk. Hoe weet je wat geluk is als je het ongeluk niet kent, is de weerkerende vraag, waarop geen antwoord mogelijk is, tenzij het
13
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 13
22-01-13 15:15
volgende: ik weet dat ik ademhaal en hoef daarvoor niet te weten wat stikken is. Maar ook deze simpele uitleg overtuigt de meesten niet en ik krijg weleens de indruk dat sommige mensen meer hechten aan hun ongeluk dan goed voor ze is, ook al is het vaak het enige dat ze hebben. Ik ontmoette mijn ouders tijdens een verblijf in Parijs waar ik in een zijstraatje van de Rue du Faubourg St. Honoré een appartement bezat. Daar verbleef ik een paar keer per jaar gedurende korte of langere perioden, als mijn werkzaamheden me dat toestonden of mijn verblijf in de lichtstad noodzakelijk maakten. Het was begin augustus en het beloofde weer een warme dag te worden. Op mijn ochtendwandeling, die ik altijd in alle vroegte maakte, passeerde ik het Palais de l’Elysée. De hoge toegangsdeuren stonden open en ik zag dat de voorplaats er verlaten bij lag, wat niet verwonderlijk was omdat er tijdens de vakantiemaanden nauwelijks politieke activiteiten werden ontwikkeld, althans niet publiekelijk. Achter de schermen ging het bedrijf natuurlijk gewoon door, want wie speelt om de macht kan zich geen pauze veroorloven. Door mijn projecten kwam ik nogal eens in aanraking met politici, die ik voor mijn karretje wilde spannen. Dat kostte in het alge-
14
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 14
22-01-13 15:15
meen niet veel moeite, maar leverde lang niet altijd het gewenste resultaat op. Politici zijn doorgaans brave mensen, maar vaak geneigd in de ijdelheid die hun niet vreemd is zichzelf te overschatten. De kunst was om voor hij onvermijdelijk ten val werd gebracht de juiste slechterik te vinden. Verder wandelend die ochtend belandde ik bij een winkel in luxueuze kledingaccessoires, waar ik een das van paarlemoerkleurige zijde bewonderde die in de uitstalkast nonchalant lag neergevlijd over het openstaande deksel van een geelbruin varkensleren toiletkoffertje. Het samenstel van sierlijkheid en platheid bracht een lichte huivering in me teweeg. Ik wilde juist mijn ochtendwandeling voortzetten toen ik voelde dat er mensen achter me stonden. Mijn huivering zette zich om in een golf van bewogenheid toen ik opkeek en in de weerspiegeling van de winkelruit de glimlachende gezichten zag van hen die bestemd waren mijn ouders te zijn. We keken elkaar in de ogen, diep, zo diep als dat met een spiegelbeeld in een winkelruit maar mogelijk is. Ik draaide me om en we omhelsden en kusten elkaar, op een paar passen afstand opgetogen gadegeslagen door een derde, Monique, van dat ogenblik af mijn meisje en metgezellin. Ze was groot en twaalf en droeg een bloedrode roos in haar zigeunerinnenhaar.
15
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 15
22-01-13 15:15
Vervuld van geluk stonden we bij elkaar, mijn ouders, Monique en ik. Het is mij niet gegeven om zo’n moment van eeuwigheid adequaat te beschrijven. Het is alsof het er zich niet toe wil lenen. Het wil er alleen maar zijn, zoals de berg die vriend Cézanne vele malen schilderde, bij dageraad, in middagzon of avondschemering en die iedere keer weer anders op het doek verscheen en toch steeds opnieuw onaanraakbaar dezelfde berg was, wiens gedaante zich niet eens en voor altijd vast liet leggen. ‘Lieve jongen,’ zei mijn moeder. Ze streelde mijn haar. ‘Ik wist dat het vandaag zou gebeuren.’ ‘Gisteravond zaten we nog in Nice aan tafel toen het je moeder opeens overviel,’ zei mijn vader glunderend. ‘Een uur later bevonden we ons in de nachttrein naar Parijs, 1088 kilometer ten noorden van Nice, hoofdstad van de Alpes-Maritimes. Monique heeft van opwinding geen oog dichtgedaan.’ Ik keek naar Monique. Ze bloosde en van de weeromstuit bloosde ik ook. Ik had er nooit aan getwijfeld dat mijn ouders en ik elkaar eens zouden ontmoeten, alleen de tijd en de plaats waren ons onbekend geweest. Uit opmerkingen begreep ik dat mijn ouders evenals ik gretige reizigers waren en dat het lot ons net zo goed op de veerboot naar Staten Island als in het amusements-
16
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 16
22-01-13 15:15
park in Kopenhagen of de Jalan Malang in Jakarta had kunnen verenigen. Maar ik was blij dat het Parijs was geworden want die stad had mijn liefde. (Terwijl ik dit opschrijf vraag ik me af of het lot toch afdwingbaar zou zijn.) Langzaam liepen we verder. Na enige aarzeling pakte Monique mijn hand en ik had het gevoel los te raken van de aarde. We zeiden niet zoveel tegen elkaar, woorden waren nu niet erg nodig. We belandden in de tuin van de Tuilerieën. Mijn vader, die een hoofd voor feiten bleek te bezitten, vertelde hoe in september 1900 hier op uitnodiging van de regering 22 000 Franse burgemeesters hadden aangezeten aan een reusachtig banket dat was aangericht in twee bijkans onmetelijke tenten waarin de burgemeesters, naar departement gerangschikt, aanschoven achter 8 kilometer tafel. Ze verorberden onder andere 2000 kilo zalm, 12 000 liter mayonaise, 2340 fazanten en 2500 hoenders. Ze maakten 50 000 flessen wijn soldaat en dronken 3000 liter koffie. 4800 oberkelners en koks waren voor het gezelschap in de weer. Bij de gedachte aan deze superieure schranspartij werd ons humeur zo mogelijk nog zonniger. Lang kon ons samenzijn deze eerste keer niet duren. Mijn ouders moesten de speciaal door hen afge-
17
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 17
22-01-13 15:15
huurde tweedekker met bestemming Dakar halen, een Afrikaanse stad die ze nog niet uit eigen aanschouwing kenden. ‘Je vader heeft geen zitvlees,’ zei mijn moeder, terwijl ze een liefdevolle blik wierp op de man die mijn vader was. ‘De wereld is zo groot,’ zei mijn vader met een lichte vertwijfeling in zijn stem. ‘Ik zou het mezelf kwalijk nemen als ik er niet zoveel mogelijk van zag.’ De schok van deze eerste ontmoeting had ons op het randje van sprakeloosheid gebracht. Het was alsof het elkaar zien en aanraken nu belangrijker was. Er viel veel te vertellen, maar dat kon wachten, want we hadden immers alle tijd. In de zeer nabije toekomst zouden we elkaar terugzien, dat kon nu niet meer missen. Behalve het familiebezit op de Geeluwe, bezaten mijn ouders een in de duinen gelegen huis onder de rook van Den Haag, Villa Eb en Vloed. We spraken af dat ik hier mijn intrek zou nemen zodra ze van hun Afrikaanse avontuur waren teruggekeerd. Monique, die vast naar Den Haag reisde, klapte in haar handen, zoveel plezier bezorgde haar dit vooruitzicht. En ook ik stak mijn vreugde niet onder stoelen of banken.
18
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 18
22-01-13 15:15
Ik ging onder één dak wonen met mijn vader en moeder! Alleen de gedachte al deed mijn hart sneller kloppen. Nog maar in een pril stadium van mijn leven had ik reeds mijn ouders ontmoet. Veel mensen die ik kende, onder wie mensen van hoge leeftijd, waren aan zo’n ontmoeting nog altijd niet toegekomen – waarlijk, ik was een zondagskind. We kusten elkaar ten afscheid. Voor het eerst proefde ik de bedwelmende ongeschondenheid van Moniques huid. Het verhaal van mijn vader over de burgemeestersmaaltijd had me eraan doen herinneren dat ik een lunchafspraak met kunstenaarsvrienden had. Ik zou me moeten haasten, wilde ik op het afgesproken uur in het restaurant zijn. Toch draalde ik. Ik wilde een korte tijd nog ongestoord nagenieten van de wondere gebeurtenis die me was overkomen. Ik ging een van de stenen trappen af die naar de oevers van de Seine leidden. Het water stond hoog, de rivier stroomde onstuimig voort. Op de bankjes langs de rivier zaten gelieven in een niet-aflatende omstrengeling. Een hengelaar trok met een krachtige, elegante zwaai een spartelende vis uit het water. Onder de dichtstbijzijnde brug uit kwam een gepavoiseerde plezierboot aangetuft. Ik hoorde de klanken van een valse-musette, voortgebracht door
19
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 19
22-01-13 15:15
een harmonicaspeler die op de voorplecht zat. Aan boord werd gedanst en gezongen. Feestgangers zwaaiden naar de oever, ik zwaaide terug. Toen het schip onder de volgende brug was verdwenen ging ik weer naar boven en hield een sneltax aan. Verlangend om mijn vrienden deelgenoot te maken van mijn geluk liet ik me naar het restaurant rijden, waar men zich nu waarschijnlijk begon af te vragen waar ik, die altijd zo stipt was, bleef.
20
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 20
22-01-13 15:15
twee
Toen ik mijn vrienden de reden van mijn late komst uitlegde, riep die tot mijn verwondering gemengde reacties op. Over hun tweede aperitief keken ze elkaar bedenkelijk aan, maakten afkeurende geluiden, zuchtten diep. Dit had ik niet verwacht. Natuurlijk was een zekere mate van achterdocht hun niet vreemd (hoe vaak had de maatschappij hen al niet met mooie verhalen bedot) en natuurlijk waren ze als grote kunstenaars gewoon geen genoegen te nemen met de schone schijn, maar ze kenden me toch lang genoeg om te weten dat er hier geen sprake was van schijn. En de vriendschap tussen ons was zo diep dat het ons nooit moeite kostte spontaan te delen in de vreugde van een ander. ‘En, oe izze nu met jou?’ vroeg Mario di Animali, de in die dagen vermaarde historisch-futuristische schilder. Er klonk bezorgdheid in zijn stem. ‘Beter dan ooit,’ antwoordde ik naar waarheid. Vanonder zijn opgetrokken, borstelige wenkbrau-
21
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 21
22-01-13 15:15
wen vandaan keek Mario mij onderzoekend aan. Ook de andere disgenoten leken niet overtuigd. Dat mijn gewoonlijk zonnige gemoedsgesteldheid niet had geleden onder de ontmoeting stuitte bij hen op ongeloof. Men hield me voor naïef en waarschuwde me in vele temperamentvolle toonaarden voor de gevolgen die ongetwijfeld niet lang op zich zouden laten wachten. De dichter Alphonse Vervins, met zijn grijze stoppelbaard, zijn neus als een aardbei en altijd openstaande gulp, kreeg een van zijn fameuze woedeaanvallen en schreeuwde dat alleen zelfgenoegzame bourgeoiszoontjes blij waren met hun ouders, die allen zonder uitzondering verwerpelijke vertegenwoordigers van de maatschappelijke orde waren waartegen de ware artiest zich zo hartstochtelijk verzette. Alphonse Vervins had zijn ouders bij toeval aangetroffen in de conciërgewoning van het huis waarin hij jaren geleden een meidenkamer bewoonde. Zijn moeder hield er het trappenhuis schoon, bespioneerde de bewoners en briefde haar bevindingen over aan de politie. Zijn vader had tijdens een veldtocht tegen de Rif-Kabylen een kwetsuur opgelopen met als gevolg dat er in zijn hersenpan nog slechts een klein vlammetje flakkerde. Hij zat de godganselijke dag breeduit aan tafel soep met wijn te slurpen.
22
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 22
22-01-13 15:15
Naast zijn bord lag een bruine, gekreukte foto die hij geen ogenblik uit het oog verloor. Op de foto stond een half-ontkleed Noord-Afrikaans meisje afgebeeld dat met een al te wijze glimlach in de lens van de platencamera had gekeken. De dichter had zijn moeder betrapt toen ze zich toegang tot zijn kamer had verschaft en stond te rommelen in de aantekeningen voor zijn grote gedicht in wording, ‘De Medeklinkers’, waarin hij het werk dat door de vereerde Rimbaud met zijn vers ‘Klinkers’ was aangevangen tot een meeslepend einde trachtte te brengen. Hij was tot de Q gevorderd, maar er zat geen schot meer in het gedicht sinds zijn moeder zijn woorden met haar vingers had bezoedeld. Na een verschrikkelijke ruzie waarbij zijn moeder en hij elkaar met stoelen te lijf waren gegaan had hij de woning verlaten. Sindsdien zwierf Alphonse Vervins door de stad. Soms boden vrienden hem een slaapplaats aan, vaker zocht hij zijn toevlucht onder de bruggen van de Seine of in een asiel voor daklozen. Hij was er zeker van dat zijn moeder de politie had geïnformeerd over zijn aanwezigheid in het bestaan en dat hij op de lijst van gezochte personen stond. De reacties van de anderen waren gematigder, maar toch waarschuwden allen (de bejaarde compo-
23
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 23
22-01-13 15:15
nist Örm Ibsen uitgezonderd) voor de funeste invloed die de omgang met ouders op kinderen kon hebben. Het enige dat Mario di Animali in zijn ouders te prijzen wist was dat zijn moeder een goede pasta maakte. Verder deed hij er liever het zwijgen toe, al wilde hij wel zeggen dat hij blij was niet in de positie van de pastoor te zijn die naar hun biecht moest luisteren. En Chameau d’Archangel, die de abstract-naturalistische richting in de beeldhouwkunst was toegedaan, of liever gezegd eigenhandig had uitgevonden, vertelde hoe hij met zijn ouders had kennisgemaakt toen hij een jaar of veertig was en al geruime tijd triomfen vierde. Zich voordoende als vertegenwoordigers van een charitatieve instelling hadden ze op een ochtend bij hem aangebeld en hem om een grote som gelds verzocht. Chameau had hen binnengelaten, een glaasje geschonken, een muntstuk in de handen gedrukt en hen daarna beleefd weggebonjourd. Van tijd tot tijd kwam hij hen tegen, nu eens vermomd als lootjesverkopers, dan weer als agenten van een incassobureau, of, zoals de laatste keer toen hij in zijn huis in Antibes was, als een echtpaar dat strandstoelen verhuurde. Dramatisch was het allemaal niet, maar ze waren er toch in geslaagd hem
24
Bezige Campert Gouden Dagen 4e.indd 24
22-01-13 15:15