code BPR 21 versie 08 ingangsdatum pag. 1 van 6 Wijzigingen ten opzichte van eerdere versie

titel

BPR 21 (VGC) Aanhouden van producten

code

BPR 21

Versie

08

1

versie 08

Goedkeuring datum 24-02-2015

ingangsdatum 24-02-2015

pag. 1 van 6

Wijzigingen ten opzichte van eerdere versie Aanvulling tekst bij “Herstellen van geconstateerde omissies in Dcontrole”, aanpassing van de opmaak

Onderwerp Deze procedure beschrijft de wijze waarop het aanhouden van partijen dierlijke producten met herkomst een derde land in de Nederlandse buitengrensinspectieposten (BIP’s) wordt uitgevoerd. Zie voor het aanhouden van levende dierlijke producten BPR 27 (aanhouden van levende dieren)

2

Begrippen •

Zie definitielijst in werkhandboek.

•

Veterinair Grens Controle Systeem (VGC): computersysteem dat gebruikt wordt bij de Veterinaire Grenscontrole.

•

Elektronisch formulier: Formulier dat opgenomen is in het VGC systeem

3

Werkwijze

3.1

Opstellen en verzenden aanhoudingsbericht De officiële dierenarts deelt de beslissing tot aanhouden schriftelijk (evt. per fax) mee aan de aanbieder met behulp van formulier VWA/F-BIP-002. Als de partij op een SIP wordt aangehouden wordt tevens de SIP-houder geïnformeerd met behulp van hetzelfde formulier. Op dit formulier worden de omissie(s) en de herstelafspraak medegedeeld. •

BIP Rotterdam: de NVWA stuurt aan de douane op het keurpunt een afschrift van het ingevulde formulier VWA/F-BIP-002.

3.2

Opslag van aangehouden partijen Voor het opslaan van aangehouden partijen zijn 3 mogelijkheden. •

De partij wordt opgeslagen op de SIP in een (vooraf daarvoor aangewezen) afsluitbare ruimte onder toezicht van de NVWA, duidelijk gescheiden van andere partijen. De aangewezen ruimte is vastgelegd in het met de keurpunthouder overeengekomen opslagprotocol. De locatie van opslag wordt genoteerd op formulier VWA/F-BIP-002. De NVWA ziet er op toe dat de SIP-houder een aanduiding aanbrengt op de partij waaruit blijkt dat de partij is aangehouden.

•

De partij gaat verzegeld (3.8) retour naar de terminal (zeecontainers) De NVWA informeert de douane ter plekke en op het keurpunt m.b.v. formulier VWA/F-BIP-004. De douane blokkeert de container en bevestigt de blokkering van de container aan de

Bron: NVWA. Ongeregistreerde kopie. Een actuele versie is via intranet beschikbaar

titel


code

BPR 21

versie 08


pag. 2 van 6

NVWA op de desbetreffende werkplek. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van hetzelfde formulier. Indien de partij zich bij aanhouding op de terminal bevindt, blijft de partij daar opgeslagen. •

Bij aanhouding van bulkgoederen aangevoerd per zeeschip krijgt de douane ter plekke een afschrift van het ingevulde formulier VWA/F-BIP-002, waarmee de douane ambtelijk de goederen blokkeert in opdracht van de officiële dierenarts.

3.3

Herstellen van geconstateerde omissies in D-controle •

Een omissie geconstateerd tijdens de Documentencontrole kan na het overleggen van een nieuw vervangend origineel certificaat of een deugdelijke originele aanvullende verklaring op het oorspronkelijke certificaat (verwijzend naar de individuele partij), afgegeven door de certificerende instantie in het land van herkomst, door de officiële dierenarts worden hersteld. Een vervangend certificaat of een aanvullende verklaring kan uitsluitend worden geaccepteerd wanneer dit informatie bevat waarvan duidelijk is dat de certificerend ambtenaar hiervan persoonlijk kennis heeft kunnen hebben en dit heeft kunnen controleren

•

De officiële dierenarts kan een originele aanvullende verklaring (geen fax) accepteren. De termijn voor het inzenden van een originele aanvullende verklaring is 4 weken. In dit geval maakt hij gebruik van VWA/F-BIP-002 om de aanbieder op de hoogte te stellen van de termijn voor het indienen van het originele aanvullende verklaring (4 weken). Indien de officiële dierenarts van deze werkwijze afwijkt noteert hij zijn beslissing op het formulier VWA/F-BIP-001 (Verklaring officiële dierenarts). Wanneer in plaats van een aanvullende verklaring, een origineel vervangend certificaat wordt overlegd of indien de certificerende instantie eerst het originele certificaat wil terug ontvangen voordat een vervangend certificaat kan worden afgegeven, wordt het oorspronkelijke certificaat ongeldig gemaakt en kan de aanbieder eventueel het ongeldig gemaakte certificaat ophalen. De aanbieder tekent voor ontvangst de kopie, van het oude ongeldig gemaakte exemplaar, die bij het dossier van de partij blijft. Indien een zelfde omissie structureel voorkomt, kan (nadat voor eerdere partijen herstel is toegestaan) de partij geweigerd worden.

•

Bij snel bederfelijke producten en levende producten kan er een uitzondering gemaakt worden wanneer het een herstelbare omissie in de D- en/of O-controle betreft. Een conforme kopie van een aanvullende verklaring of kopie van een nieuw certificaat kan geaccepteerd worden op voorwaarde dat het origineel binnen 1 week nageleverd wordt. Er moet dus wel een origineel certificaat aanwezig zijn. Deze uitzondering geldt alleen wanneer de bestemming Nederland is. Bij bestemming andere EU-lidstaat kan deze uitzondering alleen gemaakt worden, indien er een acceptatieverklaring van de autoriteit van de betreffende lidstaat is. Er wordt geen gewaarmerkte kopie afgegeven, dit is de verantwoordelijkheid en het risico van de agent. Het naleveren van de originelen wordt bewaakt binnen het team en bij herhaaldelijk niet nakomen van de afspraken, zal de agent voor een bepaalde tijd uitgesloten worden om van deze regeling gebruik te kunnen maken.


titel


code

BPR 21 •

versie 08


pag. 3 van 6

De aangegeven termijnen voor het indienen van documenten (aanvullende verklaring of certificaat) worden bewaakt binnen het team met behulp van het VGC systeem. Indien er binnen de aangegeven termijn geen aanvullende verklaring of vervangend certificaat opgestuurd is, wordt de partij geweigerd (zie BPR 22 (VGC) Weigeren van producten).

•

Herstel van het GDB: ontbrekende of foutieve gegevens op het GDB kunnen worden hersteld door een douanemedewerker of een NVWA-medewerker. Zie voor verdere afhandeling BIP Procedure BPR-18 Acceptatie informatie GDB Zeehaven / Luchthavenpunt.

3.4

Herstel van een geconstateerde omissie in de O-controle •

Een omissie in de Overeenstemmingscontrole kan na het overleggen van een deugdelijke originele aanvullende verklaring op het oorspronkelijke certificaat of een nieuw vervangend origineel certificaat, afgegeven door de certificerende instantie in het land van herkomst, onder toezicht van de NVWA worden hersteld. De officiële dierenarts kan een originele verklaring (geen fax) accepteren. In dit geval geldt dezelfde procedure zoals bij het vorige punt beschreven. Een vervangend certificaat of een aanvullende verklaring kan uitsluitend worden geaccepteerd wanneer dit informatie bevat waarvan duidelijk is dat de certificerend ambtenaar hiervan persoonlijk kennis heeft kunnen hebben en dit heeft kunnen controleren

•

De officiële dierenarts kan beslissen de partij te splitsen (zie ook 3.5, laatste aandachtspunt). Dit gebeurt onder toezicht van de NVWA. Als het sorteren klaar is wordt het goede deel van de partij toegelaten voor invoer/doorvoer/opslag in de EU, en de rest wordt dan geweigerd (zie BPR 22 (VGC) weigeren van producten). In dit geval past de officiële dierenarts de gewaarmerkte kopie van het (veterinair) certificaat of document en het GDB aan voor het geweigerde deel van de partij. Voor het goedgekeurde deel van de partij wordt een nieuw GDB gemaakt onder verwijzing naar het oorspronkelijk GDB-nr en wordt de gewaarmerkte kopie van het (veterinair) certificaat of document aangepast (zie BPR 23 (VGC) Afhandeling GDB in VGC en vorming van dossier van producten).

3.5

Materiële omissies •

Wanneer tijdens de materiële controle blijkt dat de temperatuur van de bevroren monsters afwijkt van de wettelijk voorgeschreven temperatuur en er zich geen ontdooiingverschijnselen of andere ondeugdelijkheden bij de genomen monsters voordoen, dan kan worden toegestaan de gehele partij onmiddellijk door te laten vriezen tot de voorgeschreven temperatuur. Na het doorvriezen wordt gecontroleerd of de temperatuur voldoet aan de wettelijk voorgeschreven eisen.

•

Wanneer tijdens de materiële controle blijkt dat de temperatuur van de gekoelde monsters afwijkt van de wettelijk voorgeschreven temperatuur en er zich geen andere ondeugdelijkheid bij de genomen monsters voordoet, dan kan worden toegestaan de gehele partij onmiddellijk door te laten koelen tot de voorgeschreven temperatuur, indien de geldende regelgeving dit toelaat. Het risico van gevaar voor volksgezondheid


titel


code

BPR 21

versie 08


pag. 4 van 6

is bij temperatuursafwijkingen bij gekoelde producten groter dan bij bevroren producten. Daarom verricht de officiële dierenarts een gedegen onderzoek naar mogelijk gevaar voor volks- en/of diergezondheid voordat hij toestemming geeft voor doorkoelen. Na het doorkoelen wordt gecontroleerd of de temperatuur voldoet aan de wettelijk voorgeschreven eisen. •

Een omissie van materiële aard, waarbij schade tijdens transport als oorzaak aangemerkt kan worden, kan opgelost worden door splitsing van de partij in een onbeschadigd en een beschadigd deel. Splitsen gebeurt onder toezicht van de NVWA (zie hieronder). De beschadigde verpakkingseenheden dienen een andere bestemming dan menselijke consumptie te krijgen. Afhankelijk van de situatie en ter beoordeling van de officiële dierenarts kan het product worden geweigerd (BPR 22 (VGC) weigeren van producten).

•

Indien er bederf of een afwijkende geur of een andere afwijking bij een te onderscheiden deel van de partij (bijvoorbeeld verschillende producten in één partij) aanwezig is kan de officiële dierenarts beslissen tot splitsen van de partij in categorie 2 materiaal en in een andere bestemming óf tot weigering van de gehele partij (zie volgende aandachtspunt).

•

De officiële dierenarts kan beslissen om de partij te splitsen. De officiële dierenarts staat sorteren pas dan toe indien de te sorteren verpakkingen per gecertificeerde verpakkingseenheid voldoende uitwendige kenmerken dragen waarop gesorteerd kan worden. Kenmerken voor sorteren van partij onder toezicht van de officiële dierenarts kunnen bijvoorbeeld zijn: productomschrijving, herkomstbedrijven (erkenningsnummer), kleur kartons e.a.. Het sorteren gebeurt onder hygiënisch verantwoorde omstandigheden op de SIP of BIP van binnenkomst onder toezicht van de NVWA. Na sorteren wordt er per gesorteerde deelpartij een keuringsbeslissing genomen.

3.6

Vastleggen resultaat en berichtgeving van opheffen aanhouding Het resultaat van de D/O/M-controle na aanhouding wordt door de NVWA-medewerker ingevuld in het daarvoor bestemde vak op het GDB in het VGC, zie BPR 23 ((VGC) Afhandeling GDB in VGC en vorming van dossier van producten). Wanneer de omissies zijn hersteld, wordt de partij vrijgegeven. De aanbieder wordt hierover schriftelijk geïnformeerd door middel van het eerder opgemaakte aanhoudingsbericht. In het geval dat de aangehouden container is opgeslagen op de terminal, verzoekt de officiële dierenarts aan de douane ter plekke de container te deblokkeren, hiervan gaat ook een kopie naar de aanbieder. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het eerder opgemaakte formulier VWA/F-BIP-004 (zie 3.2). Wanneer de partij wordt geweigerd, wordt gehandeld volgens BIP Procedure BPR 22 ((VGC) Weigeren van producten). Hierbij wordt er, in geval van opslag van een container op de terminal, een nieuw formulier VWA/F-BIP-004 naar de douane gezonden waarin wordt aangegeven dat de status van de partij is gewijzigd in “geweigerd”.


titel


code

BPR 21

3.7

versie 08


pag. 5 van 6

Aanhouden – structurele omissies Berichtgeving van aanhoudingen en herstelafspraken worden doorgegeven aan de teamleider. De teamleider maakt de structurele omissies inzichtelijk en besluit in overleg met het afdelingshoofd TUI dat, vanaf een vastgestelde datum in geval van deze omissies dergelijke partijen geweigerd zullen worden Alle aanbieders worden via het AIP door het afdelingshoofd TUI per e-mail geïnformeerd. Daarbij wordt een termijn aangegeven waarna de partijen geweigerd zullen worden wanneer deze omissie zich weer voordoet. Alle teamleiders van de afdeling TUI krijgen een afschrift van dit emailbericht.

3.8

Hulpmiddelen •

Import Veterinair Online / webdossiers import op internet NVWA / interne instructies

•

Materiaal voor verzegeling van containers (De verzegeling beschreven bij BPR 20 (VGC) materiële controle van producten).

•

4

VGC

Arbo, milieu en veiligheid Zie ook de NVWA intranetpagina over ARBO. In dit dossier vind je ARBO informatie en voorschriften over Arbo.

5

Divers

5.1

Registratie •

Verklaring van officiële dierenarts: elektronisch formulier VWA/F-BIP-001

•

Faxbericht aanbieder/SIP-houder m.b.t. Aanhouden: elektronisch formulier VWA/F-BIP002

5.2

•

Container blokkeren/deblokkeren: elektronisch formulier VWA/F-BIP-004

•

Toestemming overladen in Douane-controle-loods onder aanhouding: VWA/F-BIP-016.

Verantwoordelijkheden De officiële dierenarts is verantwoordelijk voor alle uitgevoerde handelingen in deze procedure.

5.3

Eisen De procedure is opgesteld rekening houdend met:

5.4

•

Nationale regelgeving:

- Algemene wet bestuursrecht

•

EG regelgeving:

- Richtlijn 96/93/EG

Opmerkingen •

Indien een aanbieder een partij of een gedeelte van een partij schriftelijk rechtstreeks ter destructie aanbiedt, kunnen aanhouden en voornemen tot weigeren achterwege


titel


code

BPR 21

versie 08


pag. 6 van 6

blijven en wordt de partij of een gedeelte van een partij, direct definitief geweigerd (zie BPR22 (VGC) Weigeren van producten). •

Toestemming overladen in Douane-controle-loods (DCL) van containers onder aanhouding op de douanepost en de SIP: In het geval dat een container keuringsplichtige en niet keuringsplichtige goederen bevat en de belanghebbende de niet keuringsplichtige goederen wil lossen (voordat de O- en M-controle van de keuringsplichtige goederen plaats kan vinden) dan kan de NVWA de belanghebbende hiervoor toestemming verlenen. De keurinsplichtige goederen blijven onder aanhouding in de oorspronkelijke container. De aanbieder neemt contact op met de NVWA. De officiële dierenarts verleent toestemming en geeft dit door aan de aanbieder en de douane (lokaal en bij de DCL) met behulp van formulier VWA/F-BIP-016. Hij/zij maakt ook een vermelding in VGC.


code BPR 21 versie 08 ingangsdatum pag. 1 van 6 Wijzigingen ten opzichte van eerdere versie

Recommend Documents