CNV Publieke Zaak Cao agenda 2009
Waar staat CNV Publieke Zaak voor? Voor de bijna 80.000 leden van CNV Publieke Zaak staan mensen voorop. Ieder ontwikkelt in een richting die bij haar of hem past. In 2009 hebben we oog voor het realiseren van betaald werk voor iedere werkzoekende, maar ook voor een gezonde verhouding tussen werk en andere taken zoals de zorg voor familie of vrijwilligerswerk. Daarnaast hebben wij oog voor organisaties. Het zijn gemeenschappen in het klein en daarom is een gezonde bedrijfscultuur essentieel voor alle plannen en activiteiten. En tenslotte willen wij onze verantwoordelijk nemen voor de economie, om een leefbare samenleving te realiseren. Daarvoor is nodig dat overheid- en zorginstellingen effectief kunnen werken en de beschikbare middelen en menskracht optimaal kunnen inzetten. Wat zijn belangrijke factoren op het gebied van werk en inkomen? •
Een financiële crisis is gevolgd door een economische recessie. Aanleiding is dat er vooral in Amerika te roekeloos geld is geleend door banken. Het overheidstoezicht is onvoldoende geweest. Nederland ondervindt als open economie daarvan de gevolgen. De overheid heeft vorig jaar een bank moeten overnemen. In totaal heeft de overheid voor ca. 30 miljard kapitaal verschaft aan financiële instellingen. De waarde van beursgenoteerde bedrijven was eind november ongeveer gehalveerd ten opzichte van eind 2007 en inmiddels hebben diverse bedrijven werktijdverkorting aangevraagd voor hun personeel. De verwachting is dat de economie dit jaar krimpt en in 2010 misschien weer voorzichtig wat opkrabbelt. De werkloosheid gaat in bepaalde sectoren stevig oplopen. De inflatie is gelukkig laag en de koopkracht van burgers blijft dit jaar behoorlijk op peil, al ondervinden onze gepensioneerden dat hun pensioenen dit jaar niet periodiek verhoogd worden. Hoe de toekomst zich ontwikkelt is uiterst onzeker. Voor CNV Publieke Zaak betekent dit verantwoord opereren in de collectieve belangenbehartiging voor onze leden.
•
“De wereld is een dorp” is een veelgehoorde kreet. Het betekent onder meer open grenzen en vrij verkeer van werknemers. Bijvoorbeeld in de postsector hebben wij direct te maken met buitenlandse concurrenten, terwijl Nederlandse bedrijven in andere landen een belangrijk deel van hun omzet realiseren. CNV Publieke Zaak richt zich vanuit werknemersperspectief op de regels waardoor vrije concurrentie ook leidt tot werkgelegenheid en goede arbeidsvoorwaarden.
•
Flexibiliteit is ondertussen een ingeburgerde term. Werknemers willen of moeten werk combineren met andere taken en goede werkgevers spelen 1
daarop in, bijvoorbeeld via aanpassing van werktijden. Veel werknemers moeten werk ook combineren met steeds meer scholing gericht op veranderingen binnen het werk of zelfs voor geheel ander werk binnen of buiten de organisatie. En jongeren hebben veelal te maken met tijdelijke contracten. •
De overheid wijst graag op de eigen verantwoordelijkheid van de werknemer en de politiek probeert overheidsdiensten af te slanken. Uitkeringen bij ziekte en werkloosheid zijn versoberd en het is in ieders belang dat werknemers indien mogelijk werk behouden of herplaatst kunnen worden. CNV Publieke Zaak steunt hen daarbij en bevordert dat de overheid de belangen van werknemers niet uit het oog verliest.
•
De welvaart die we samen realiseren brengt met zich mee dat mensen langer in goede gezondheid kunnen leven. Tegelijk met deze trend daalt het aantal jongeren in de bevolking. De verhouding tussen gepensioneerden en werkenden verandert, en dat geeft druk op de financiering van bijvoorbeeld de gezondheidszorg en de AOW. Daarnaast neemt het aandeel ouderen onder werknemers toe waardoor het nodig kan zijn het werk of de arbeidsomstandigheden aan te passen. In bepaalde sectoren zoals de gezondheidszorg ontstaan bovendien personeelstekorten. Als die niet worden opgevangen gaat dat direct ten koste van de zorg die mensen krijgen. Goede arbeidsomstandigheden en aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden zijn daarom essentieel.
CNV Publieke Zaak is alert op deze ontwikkelingen en wil er via modernisering van cao bepalingen op inspelen zodat werknemers optimaal worden gefaciliteerd. De wettelijk geregelde voorzieningen (zoals gezondheidszorg en AOW) moeten toekomstbestendig zijn zodat mensen er nu en op termijn gebruik van kunnen maken. Deze onderwerpen kunnen niet per cao worden geregeld en daarom zullen wij namens onze leden de politiek hier op aanspreken.
2
CAO Agenda 2009 1. Loonstijging CNV Publieke Zaak vraagt in de contracten voor 2009 een verantwoorde loonstijging. De cao bestuurder en de leden bepalen per cao wat verantwoord is. De inzet wordt ter goedkeuring aan het Bestuur van CNV Publieke Zaak voorgelegd. Lonen CNV Publieke Zaak formuleert dit jaar een loonvraag met een bandbreedte van 1,5 tot 3,5%. De ondergrens wordt bepaald door het inflatiecijfer voor 2009. De bovengrens door wat maximaal verantwoord wordt geacht. De bandbreedte maakt het mogelijk het noodzakelijke maatwerk te leveren per cao. Ook de vormgeving van de loonsverhoging kan per cao worden bepaald, dus de ingangdatum, eventuele eenmalige of resultaatafhankelijke uitkeringen of de invoering van een vloer in de loonparagraaf. Omdat onduidelijk is hoe de economie zich na 2009 zal ontwikkelen, krijgen onderhandelaars het advies CAO's voor maximaal één jaar af te sluiten. Het CNV stelde op 15 september de vaststelling van de loonvraag uit vanwege onduidelijkheid over de gevolgen van de financiële crisis. Tijdens het najaarsoverleg van 7 oktober 2008 tussen werknemers, kabinet en werkgevers, is afgesproken dat wij met een verantwoorde loonvraag willen voorkomen dat de toch al wankelende economie last krijgt van een spiraal van stijgende lonen en prijzen. Tijdens het overleg is afgesproken dat de gematigde loonontwikkeling óók geldt voor managers en directies. CNV Publieke Zaak wil hierbij per cao de mogelijkheden bekijken om de salarisontwikkeling via de medezeggenschap aan de orde te stellen. Op voorstel van werknemers is tevens afgesproken dat het kabinet zal toezien op de inkomenspositie van mensen die zijn aangewezen op een uitkering. 2. Verbeteringen in het werk De leden en de verantwoordelijke cao bestuurder bepalen per cao welke veranderingen er nodig zijn. Daarbij gaan we uit van vier thema’s waarbinnen keuzen gemaakt kunnen worden. Kans op werk Het hebben van een baan is van belang voor het welzijn van mensen. Bovendien hechten werknemers aan zekerheid over hun baan en hun inkomen. Ruim tien procent van de werknemers zegt niet zeker te zijn van zijn of haar baan en een kwart verwacht niet bij verlies van werk binnen zes maanden elders aan de slag te zijn. Daarnaast is er een groep werkzoekenden voor wie het lastig is om een baan te vinden. Tijdens het najaarsoverleg van 7 oktober 2008 is afgesproken dat per sector een plan wordt opgesteld waarin staat hoeveel mensen die nu nog aan de kant staan aan het werk geholpen kunnen worden, eventueel met behulp van scholing. Op 3
deze manier kunnen we voorkomen dat zelfs in een tijd waarin er her en der een tekort aan werknemers is, er groepen voorkomen zonder perspectief op een betaalde baan. •
Tot een goed werkend personeelsbeleid behoren in ieder geval scholing en functioneringsgesprekken, gericht op een brede inzetbaarheid en de ontwikkeling van professionele vaardigheden die aansluiten op de ontwikkelingen in het werk. Bij het maken en uitvoeren van afspraken moeten werknemers voldoende zeggenschap krijgen, bijvoorbeeld via persoonlijke ontwikkelingsbudgetten.
•
Per sector of onderneming willen we bij reorganisaties zoeken naar innovatieve oplossingen om betrokken werknemers van werk naar werk te helpen. Mensen de laan uitsturen is er voor CNV Publieke Zaak niet bij.
Mobiliteitscao TNT Bij TNT verandert er veel in het werk en verdwijnen er banen. CNV Publieke Zaak heeft bij dit bedrijf een speciale mobiliteitscao afgesproken. Daarin is onder meer bepaald dat werknemers die zelf plaats maken door elders een baan te accepteren een premie meekrijgen. Verder zijn er uitgebreide faciliteiten om werknemers te steunen bij het vinden van ander werk en eventuele nadelige gevolgen te compenseren. Voor oudere werknemers is er een seniorenarrangement waarbij zij een aantal uren inleveren tegen een gedeeltelijke vergoeding van de salarisachteruitgang. Werk en Privé Mensen werken, gaan daarnaast verplichtingen aan als vrijwilliger, hebben de zorg voor kinderen of andere familieleden (mantelzorg), én willen tijd om zich te ontwikkelen. Goede arbeidsvoorwaarden dragen er toe bij dat zij deze activiteiten gezond en naar tevredenheid kunnen combineren en niet ziek worden of noodgedwongen genoegen nemen met een kleine baan. •
De behoeften en mogelijkheden om werk en privé te combineren dienen per cao te worden onderzocht middels een enquête onder werknemers. Daarbij kan aan de orde komen welke behoeften er zijn op het gebied van de aanpassing van werktijden, thuiswerken en de gewenste arbeidsduur.
•
CNV Publieke Zaak wil dat de werkgever concreet bijdraagt aan de puzzel waar werknemers vaak mee zitten als ze werk en privé moeten zien te combineren. Dat kan bijvoorbeeld door innovatieve arbeidsvoorwaarden zoals kinderopvang bij het werk of een strijk of boodschappen service. Het kan ook door de werkgever meer te laten bijdragen aan de inkomensvoorziening in de vorm van loondoorbetaling tijdens zorgverlof (zoals ouderschapsverlof, adoptieverlof, verlof voor mantelzorg) en de
4
voortzetting van de pensioenopbouw. In navolging van de cao afspraak die we in 2008 met de gemeente Nijmegen maakten, willen we een brede invoering van het betaald verlof voor de partner van 72 uur op te nemen aaneensluitend of gespreid binnen vier weken na de bevalling. •
Per cao willen we de mogelijkheid en wenselijkheid nagaan om in het verlengde van de zogenaamde cafetariasystemen de werknemers meer zelf hun arbeidsvoorwaarden te laten inkopen, bijvoorbeeld via een digitaal meerkeuzesysteem. Daarbij worden bijvoorbeeld bovenwettelijke verlofregelingen samengevoegd tot een persoonlijk budget voor iedere werknemer. Deze kan het inzetten voor ontwikkeling en gewenste aanvullende arbeidsvoorwaarden zoals vrije tijd of als extra salaris. Bij het onderwerp keuzemogelijkheden in arbeidsvoorwaarden dient er aandacht te zijn voor goede communicatie over de mogelijkheden, en voor de toegankelijkheid van regelingen.
CAO KPN 2008-2009 Elke medewerker ontvangt maandelijks een toeslag van 12,5% van het bruto maandsalaris met ingang van 1 januari 2009. Dit percentage omvat ondermeer: • het vakantiegeld • de levenslooptoeslag • betaald buitengewoon verlof • bovenwettelijke vakantie De medewerker kan deze toeslag maandelijks laten uitbetalen of o.a. besteden aan de volgende doelen onder de bestaande condities: • kopen van vakantiedagen • levensloopstorting • spaarloon • (extra) pensioenstorting • fiets uit brutoloon • fitness uit brutoloon • vakbondsbijdrage uit bruto loon Werk en duurzaamheid Werknemers willen niet alleen goed presteren en met plezier hun beroep kunnen uitoefenen. Het is daarnaast in hun belang dat er op een maatschappelijk verantwoorde manier wordt gewerkt waarbij rekening wordt gehouden met mens en milieu in en buiten de eigen organisatie. Bijvoorbeeld iedere dag met zijn allen in de file staan is voor CNV Publieke Zaak geen optie. De files kosten de samenleving 3 miljard per jaar en de brandstofprijzen zijn aan sterke wisselingen onderhevig. •
CNV Publieke Zaak wil per cao een passende invulling geven aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dit kan betrekking hebben op
5
de interne omgangsvormen, de zorg voor medewerkers op langere termijn (arbeidsomstandigheden, werkdruk), op het milieu of het inkoopbeleid. Duurzaam inkoopbeleid overheid De rijksoverheid wil in 2010 bij 100% van de inkopen letten op duurzaamheid. Gemeenten, provincies en waterschappen hebben vergelijkbare, zij het wat minder vergaande ambities. Duurzaam inkopen stimuleert overheden om milieuen sociale aspecten mee te nemen bij de inkoop van producten en diensten. Of het nu gaat om kantoormeubelen, de reiniging van bedrijfskleding, de aanleg van wegen of de levering van energie, het streven is er op gericht bij alle inkopen criteria op te stellen waarbij gelet wordt op milieu en sociale aspecten. Het gaat dan bijvoorbeeld om de materialen die voor producten zijn gebruikt of kinderarbeid bij het maken ervan. •
We gaan met werkgevers afspraken maken over mobiliteitsbeleid door telewerken, aanpassing van bepaalde werkzaamheden aan werktijden aan de ochtend en avondspits en het belonen van werknemers die met de fiets of het openbaar vervoer reizen.
•
Soms functioneren organisaties niet goed. Werknemers die met misstanden worden geconfronteerd zouden deze via goede interne procedures aan de orde moeten kunnen stellen. Soms moeten werknemers echter hun toevlucht nemen tot het naar buiten brengen van misstanden, als zij daarvoor in hun eigen organisatie geen gehoor vinden. Er is dan sprake van het zogenaamde klokkenluiden. De betrokken werknemers worden daarna doorgaans door hun werkomgeving op onacceptabele wijze afgerekend op de dienst die zij de samenleving bewezen. Voor de interne regelingen in een aantal overheidssectoren, waaronder de sectoren Rijk, Provincies, gemeenten en Waterschappen, is vast komen te staan dat deze het melden en opsporen van misstanden niet bevorderen en dat zij niet bijdragen aan het beschermen van ambtelijke klokkenluiders. Daarmee wordt door de overheid als werkgever niet voldaan aan de bepaling uit de Ambtenarenwet die stelt dat een melder als gevolg van het melden van een vermoeden van een misverstand geen nadelige gevolgen voor zijn rechtspositie zal ondervinden tijdens en na het melden van een vermoeden op grond van de regeling. CNV Publieke Zaak stelt zich ten doel dat de klokkenluiders worden beschermd, en dat indien zij te maken krijgen met negatieve gevolgen er een compensatie beschikbaar komt, gericht op inkomensbescherming en vervolgens op herplaatsing op een gelijkwaardige positie. Misstanden kunnen dan beter aan het licht komen ter bescherming van onze samenleving, en om de betrouwbaarheid te bevorderen van de overheid als werkgever en als handhaver van wet en orde.
6
Plezier in werk Werken is een omvattende bezigheid waarbij goede contacten met collega’s en cliënten van belang zijn. Ons doel is dat iedereen met voldoening aan de slag is en het beste uit zichzelf kan halen. Met plezier werken draagt positief bij aan de prestaties die geleverd moeten worden en aan het voorkomen van ziekteverzuim. Tenslotte is er een maatschappelijk belang omdat bij de krapte op de arbeidsmarkt van veel beschikbare werknemers wordt verlangd dat zij meer of langer werken. Voor CNV Publieke Zaak is levensfase bewust personeelsbeleid hét instrument om personeel gemotiveerd te houden. Kern van dit beleid is dat de werkgever rekening houdt met de actuele levensfase van de werknemer en de daarbij gehorende kenmerken en behoeften. •
Waardering is voor werknemers in de publieke sector een onderwerp dat leeft. Het is een slechte zaak dat in een tijd waarin de overheid veel moeite moet doen om voldoende mensen voor werk in de zorg te interesseren, veel werknemers in de thuiszorg zich door diezelfde overheid in de kou gezet voelen. Zij hebben hun werk verloren of moeten tegen veel slechtere arbeidsvoorwaarden hun werk doen. Op aangeven van de leden gaat CNV Publieke Zaak de waardering van werknemers aan de orde stellen. Daarbij kan het gaan om de beloning in geld maar ook om zinvol werk, blijken van waardering door collega’s en leidinggevenden of de zelfstandigheid die de werknemer wordt gegund. Waardering draagt bij aan het welzijn van werknemers en is een essentiële voorwaarde om je werk goed te kunnen doen.
•
Goed personeelsbeleid is levensfase gericht personeelsbeleid, beleid gericht op de duurzame en optimale inzetbaarheid van alle medewerkers in een organisatie door rekening te houden met hun levensfase. Het hoeft niet om geheel nieuwe instrumenten te gaan. Van belang is dat arbeidsvoorwaarden op maat ingezet kunnen worden. Deeltijdpensioen kan een instrument zijn specifiek voor oudere medewerkers, scholing of coaching kan op verschillende manieren ingezet van belang zijn voor zowel de jongere als de oudere medewerker. De medewerker die het nodig heeft zich te bezinnen op zijn carrière heeft behoefte aan tijd maar dit is weer een ander soort tijd dan de medewerker met opgroeiende kinderen. De eerste heeft bijvoorbeeld behoefte aan afstand kunnen nemen van het werk, de tweede aan aanpassing van de werktijden. Tot levensfase gericht personeelsbeleid hoort óók voorlichting van medewerkers en management. De succesvolle toepassing van het beleid is in hoge mate afhankelijk van het gebruik in de dagelijkse praktijk.
•
Er worden aan werknemers steeds hogere eisen gesteld. Daarnaast kunnen zij met meer plezier en tevredenheid werken als zij niet alleen fysiek maar ook mentaal fit zijn. Meditatie is één van de instrumenten waarvan gebruik kan worden gemaakt in de toenemende vraag naar gezondheidsmanagement. Het is inmiddels een bekend gegeven dat meditatie een verhoogde mentale kracht geeft en een beter 7
concentratievermogen. Verder zijn er effecten gemeten op o.a. stressvermindering, verhoging creativiteit en verbetering van sociale vaardigheden. •
Een werktevredenheidsonderzoek kan als basis dienen voor afspraken over plezier en werk. In een dergelijk onderzoek dient de werksfeer te worden betrokken, de mate waarin werknemers zich betrokken voelen bij de doestellingen van de organisatie en de kwaliteit van het management. Ook kan nagegaan worden of werknemers niet overmatig worden belast door administratieve lasten die voortkomen uit de wens werkprocessen te controleren. Verder moeten werknemers zich kunnen uitspreken over de wensen en ervaringen met de overeengekomen arbeidsvoorwaarden.
•
Het uitbannen van agressie op de werkvloer blijft onze aandacht vragen. Daarbij gaat het om het opsporen van de verschillende vormen (tussen collega’s of tussen werknemers en cliënten), de achterliggende oorzaken en de meest effectieve aanpak van agressie.
•
Werknemers hebben in hun werk regelmatig te maken met dilemma’s die ethisch van aard zijn en te maken hebben met wat in een bepaalde situatie juist is, bijvoorbeeld zaken rondom integer handelen of het maken van keuzen die gevolgen hebben voor anderen. In de praktijk blijkt er weinig tijd te worden genomen om gezamenlijk bij deze dilemma’s stil te staan. Dat is jammer, omdat het gaat om dilemma’s die het professioneel werken in de weg kunnen staan en werknemers het plezier in het werk kunnen ontnemen. Per cao dient te worden gekeken welke afspraken gemaakt kunnen worden om ruimte te creëren voor intercollegiaal overleg over ethische dilemma’s. Voor ambtenaren kan in dit verband worden gedacht aan het opstellen van zogenaamde beroepscodes die de ambtenaar kan gebruiken bij het bepalen hoe in bepaalde situaties te handelen en hoe om te gaan met uiteenlopende belangen. Daarnaast kunnen werknemers projecten ‘slimmer werken’ worden aangeboden.
In de zorgsector is CNV Publieke Zaak al actief met het bespreekbaar maken van ethische dilemma’s. Daarbij gaat het om collegiaal overleg, al dan niet begeleid door een externe gespreksleider, over vragen zoals of je een patiënt tegen diens wil kunt dwingen te eten of pauzes moet overslaan vanwege de werkdruk. In de praktijk blijkt dit te leiden tot een bewuster stilstaan bij de uitvoering van het werk, grotere kwaliteit van zorg, meer betrokkenheid van collega’s onderling en meer plezier in het werk. Met subsidie van het ministerie van VWS zijn met succes projecten ‘slimmer werken’ ingevoerd. Slimmer werken combineert het behalen van meer rendement en meer werkplezier. De kern van het project is dat werknemers zelf bespreken hoe hun werk beter en plezieriger kan worden uitgevoerd en vervolgens gekozen oplossingen toepassen . Met professionele begeleiding en goede afspraken over de invoering van gewenste veranderingen, is bereikt dat in organisaties het werkplezier hoger is, de samenwerking is verbeterd en er efficiënter wordt gewerkt. Inmiddels is er opnieuw subsidie beschikbaar gekomen voor meer projecten. 8
3. Tien onderwerpen waarop CNV Publieke Zaak samen met de andere CNV bonden het kabinet gaat aanspreken 1. Voor werknemers met een flexibel contract is er weinig perspectief op een vaste aanstelling. We willen daarom dat de wetgeving nog slechts twee tijdelijke aanstellingen in een periode van twee jaar toestaat, dat deze groep werknemers meer mogelijkheden krijgt om zich te scholen, en dat concurrentiebedingen (bepalingen in het arbeidscontract die verbieden om bij concurrenten te gaan werken) voor mensen met tijdelijke aanstellingen worden verboden. 2. Om te zorgen dat zoveel mogelijk mensen aan het werk blijven wil we de eerste zes maanden van de werkloosheid door werkgevers en werknemers zelf laten regelen. Het doel is werkgevers te stimuleren in werknemers te investeren om zo werkloosheid te voorkomen. 3. Het CNV vraagt het kabinet om alleenstaanden met een minimumloon en alleenstaanden met het sociaal minimum te ondersteunen. Met name deze groepen blijken uit berekeningen door het Centraal Planbureau te worden getroffen door de economische ontwikkelingen. 4. Jongehandicapten moeten meer ondersteuning krijgen bij het vinden van een baan en als ze aan het werk komen moeten ze er financieel ook echt beter van worden. 5. Voor werkende ouders willen we een beter toegankelijke en voor wat betreft de kwaliteit gewaarborgde kinderopvang. Verder moet het bevallingsverlof worden uitgebreid van de huidige 16 weken naar 20 weken en zouden partners recht moeten krijgen op twee weken kraamverlof. 6. Steeds meer werknemers zorgen voor familieleden bij ernstige ziekte of in de laatste levensfase. We willen dat deze zogeheten mantelzorg in de wet wordt opgenomen als een recht op onbetaald verlof. Verder willen we net als bij ouderschapsverlof een belastingkorting wordt ingevoerd voor mantelzorgverlof. 7. Om de files tegen te gaan dient het kabinet telewerken te bevorderen door bijvoorbeeld de belastingregels voor een werkruimte aan huis te versoepelen. 8. Er is inmiddels een grote groep werknemers die als zelfstandige werkt, de zogenaamde zelfstandigen zonder personeel (ZZP). We willen dat er voor deze mensen een wettelijke basisvoorziening komt voor arbeidsongeschiktheid, vergelijkbaar met die voor werknemers in loondienst. Verder zouden voor deze mensen dezelfde wettelijke normen voor veilig en gezond werken moeten gelden. 9. Het kabinet is van plan de partnertoeslag in de AOW vanaf 2015 af te schaffen. Kostwinners met een partner jonger dan 65 krijgen dan alleen nog een AOW uitkering voor zichzelf, terwijl zij als werkende ook voor gezinsleden de kost verdienden. Wij vinden dat een slechte maatregel. Waar een alleenstaande 70% van de AOW ontvangt en paren ieder 50% betekent de maatregel dat bij 9
kostwinners waarvan de niet werkende partner jonger is dan 65 twee mensen slecht 50% van het AOW bedrag ontvangen. 10. De financiële regeling Buitengewone uitgaven voor chronisch zieken en gehandicapten wordt herzien. Mensen met hoge ziektekosten konden via deze regeling hun kosten verrekenen met de te betalen belasting. In vakcentrale verband zijn we met het kabinet in contact getreden over een nieuwe regeling. We willen dat dit voor de betrokkenen een heldere en toegankelijk regeling wordt. De uitvoerbaarheid van de nieuwe regeling is een punt van zorg en ook lijken er groepen mensen in de nieuwe regeling ten onrechte buiten de boot te vallen.
10