Stichting
“Centrum ter ontwikkeling van kind en volwassene in Peru”
Jaarverslag 2006
”mensen met minder kansen dan wij, helpen en dan vooral kinderen…….”
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 1
Inhoudsopgave onderwerp
pagina
1.
Inleiding en leeswijzer
3
2.
Over Peru en Cusco 2.1. Peru, het land van de Inca’s 2.2. Cusco 2.3. Economie en Politiek
5
3.
Over Vilcabamba en achtergrondinformatie over de projecten________________________7 3.1. Vilcabamba 3.2. Gezondheid 3.3. Opleiding
4.
Projectresultaten 2006 4.1. Kindervoedselproject Miski Wawa 4.2. Opleidingsproject 4.3. Gezondheidsproject 4.4. Kerstactie
9
5.
Vilcabamba en partners 5.1. Samenwerking met Instanties
17
6.
Fondsenwerving 6.1. Particuliere donateurs 6.2. Zakelijke donateurs
18
7.
Verantwoording gelden -financieel overzicht7.1. Accountantsverklaring
19
8.
Conclusie en toekomst
20
Colofon Adres
Stichting Vilcabamba Marketentster 179 2401 JB ALPHEN AAN DEN RIJN
Telefoon
0172-441335
Fax
084 754 1292
E-mail
[email protected]
Website
www.vilcabamba.nl
Postbanknr:
9595983
Kamer van Koophandel Rijnland
Nr: 28097696
Oprichting
09 mei 2003
Notaris
Meiners te Leiden
Het bestuur van de stichting bestaat uit:
Tiny Klever – Leiden, (voorzitter) Paula Boots – Alphen a/d Rijn, (secretaris) Jos Staats – Alphen a/d Rijn, (penningmeester)
Per 15 oktober 2004 is de Stichting Vilcabamba door de Belastingdienst aangemerkt als instelling zoals bedoeld in artikel 24, lid 4 van de successiewet 1956 (dossiernummer: 23230).
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 2
1.
Inleiding en leeswijzer Mensen met minder kansen dan wij, helpen en dan vooral kinderen.
Deze uitspraak geeft onveranderd de motivatie aan van ons als Bestuur. Wij zetten ons graag belangeloos in om de prachtige hulpprojecten van Cora Staats in Cusco, Peru, mogelijk te maken. De verschijning van dit jaarverslag heeft enige vertraging opgelopen doordat het bestuur de projecten bezocht heeft. Een ontroerende, hartverwarmende reis, die ons er eens te meer van overtuigd heeft dat onze hulp nuttig en noodzakelijk is. Cora Staats is 44 jaar en in 2003 de initiatiefneemnster van de oprichting van Stichting Vilcabamba. Inmiddels woont Cora al bijna 3 jaar in Cusco. Sámen met de plaatselijke bevolking verbetert Cora daadwerkelijk de leefomstandigheden van de mensen in Cusco. Haar persoonlijke betrokkenheid met deze mensen en haar tomeloze energie, vernieuwende ideeën, initiatieven en inmiddels grote netwerk zijn een heel stevige basis om de projecten tot een succes te maken. Ondervoede kinderen helpen weer gezond te worden, ouders voorlichten over hygiëne en voeding, en jong volwassenen een kans bieden op een beroepsopleiding. Daarmee krijgen zij écht een kans hun leefomstandigheden zelf te verbeteren. Dat is het doel van de projecten. De belangrijkste mijlpalen van de projecten in 2006 zijn: In het pilotproject Gezondheid (Miski Wawa I) zijn veel ondervoede kinderen geholpen. Het project wordt voortgezet in andere wijken, waarbij we alle ervaringen die we hebben opgedaan, gebruiken om de aanpak nog succesvoller te maken. Bij het in 2006 gestartte Opleidingsproject hebben zich veel cursisten aangemeld. Er was grote belangstelling voor de cursussen. Bovendien worden de certificaten van de geslaagde cursisten erkend door het Ministerie van Onderwijs. 2006 was het jaar waarin in Nederland het Kabinet viel en in Peru presidentsverkiezingen werden gehouden. Het wereldnieuws werd beheerst door oorlogen, hongersnood en economische ontwikkelingen. Gemaakt door mensen, die dát belangrijk vonden om te belichten. Om ons te informeren, aan te zetten tot denken, de blik te verruimen en tegelijkertijd ons soms een gevoel van machteloosheid bezorgen. Tegenover het werelnieuws staat berichtgeving over lokale, vaak kleine initiatieven, die laten zien dat je als individu wel invloed kunt uitoefenen, mensen kunt helpem. Wij helpen anderen hun leefomstandigheden zélf te leren verbeteren. Geen groots, meeslepend, wereldnieuws, maar lokaal, anoniem voor de rest van de wereld. Anoniem en toch zó merkbaar aanwezig, zijn de vele mensen die zich, samen met Cora, inzetten om de kansarmen te helpen. Anoniem en toch zó merkbaar aanwezig, zijn de vele geweldige donateurs die dankzij hun financiële bijdrage helpen de projecten uit te voeren. Voor de mensen in Cusco, is de steun die zij van velen krijgen onmisbaar! Mét de hulp van onze geweldige donateurs én de inzet van vele medewerkers en vrijwilligers, dragen wij daadwerkelijk bij aan het creëren van betere omstandigheden voor de kansarmen. Dat stelt hen in staat zélf hun leefomstandigheden te verbeteren en niet afhankelijk te zijn van financiële steun. Dankzij een gezonde start, door voeding in hun eerste levensjaren, kunnen zij een vicieuze cirkel, die van generatie op generatie overgaat, doorbreken. Ze kunnen op jong volwassen leeftijd een opleiding volgen. Hierdoor zullen ze beter in staat zijn een betaalde baan te vinden en zelf in hun levensonderhoud te voorzien. Wij zullen ons met enthousiasme blijven inzetten om de kansarmen te helpen een beter bestaan op te bouwen. Kansarm wordt kansrijk dankzij voeding en onderwijs; dat wij daar sámen met u aan mogen bijdragen geeft veel voldoening.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 3
Leeswijzer In hoofdstuk 2 leest u achtergronden over Peru en Cusco en beknopt iets over de economische en politieke situatie. In hoofdstuk 3 geven we een toelichting op de naam Vilcabamba en het doel van onze stichting. Ook geven we achtergrondinformatie over gezondheid en opleiding in dit hoofdstuk. De projectresultaten over 2006 vindt u in hoofdstuk 4 en u vindt hier een impressie van onze Kerstactie 2006. In hoofdstuk 5 geven wij aan wie onze partners zijn. Over onze donateurs vertellen we in hoofdstuk 6. In hoofdstuk 7 leest u over onze verantwoording in financieel opzicht. In hoofdstuk 8 tenslotte, sluiten wij 2006 af met onze conclusie en ons doel voor de toekomst. Fotomateriaal: De in dit jaarverslag gebruikte foto’s komen uit archiefmateriaal (vanaf 2003). De foto’s zijn gemaakt en beschikbaar gesteld door bezoekers aan de projecten en verder zijn foto’s geplaatst die Cora heeft opgestuurd. Een enkele foto is gekopieerd van de website van Peru.
Onze accountantsverklaring is in onze separate Jaarrekening 2006 opgenomen en verschijnt gelijktijdig met dit Jaarverslag. Zowel het Jaarverslag als de Jaarrekening worden zo spoedig mogelijk na verschijning geplaatst op onze website www.vilcabamba.nl
Bestuur Stichting Vilcabamba: Alphen aan den Rijn, 7 juli 2007.
Drs.Tiny Klever voorzitter
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
Paula Boots-van Draanen secretaris
Jos Staats penningmeester
pagina 4
2.
Over Peru en Cusco 2.1. Peru het land van de inca’s De republiek Peru in Zuid-Amerika heeft, volgens de volkstelling in 2005, ruim 28 miljoen inwoners, waarvan ongeveer 8 miljoen mensen in de hoofdstad Lima wonen. Peru is in oppervlakte het derde land van Zuid-Amerika en ruim 35 keer zo groot als Nederland. Sinds 28 juli 2006 is Alan García Pérez (1949) de president.
Spaans en Quechua zijn de officiële talen in Peru . Het Quechua wordt vooral gesproken door de Indianen in het Andesgebied. 45% van de bevolking is indiaan, 37 % mestiezen, 15 % blanken en 3% overig. 2.2. Cusco Cusco en de omgeving wordt gerekend tot één van de mooiste plekken in Zuid-Amerika. Cusco is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en ligt op zo’n 3400 meter, in het Andesgebergte. Deze schitterende koloniale provinciehoofdstad heeft, inclusief de bevolking van de omliggende bergdorpjes, ruim 306.000 inwoners. Wat betreft inwonersaantal is dit vergelijkbaar met de stad Utrecht. In het centrum van het oude Incarijk gelegen, heeft Cusco een belangrijke culturele en economische rol, vooral het toerisme is een belangrijke inkomstenbron. In 1911 is het Incadorp Macchu Picchu ontdekt door een Amerikaanse archeoloog, Hiram Bingham. Het ligt op de top van een berg en is niet zichtbaar vanuit de dalen. Het is een spectaculaire bezienswaardigheid. Cusco is bij de toeristen vooral bekend als het vertrekpunt van het beroemde inca-trail; een looproute van meerdere dagen , naar de op 2350 meter gelegen Macchu Picchu.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 5
2.3. Economie en Politiek De belangrijkste pijlers van de economie in Peru zijn mijnbouw en visserij. Daarnaast leeft 30% van de bevolking van de (nauwelijks gemechaniseerde) landbouw. De bevolking van de bergdorpen probeert vooral met ruilmiddelen te voorzien in hun behoeften.
De huidige president, Alan García Pérez, is van 1985 tot 1990 eerder aan de macht geweest. In die periode was er economische teruggang en sociale onrust. In 2001 deed hij een poging om voor een tweede maal president te worden, dit is hem toen niet gelukt. In 2006 is hij hierin dus wel geslaagd. Politieke partijen worden in Peru over het algemeen beschouwd als corrupt. De belangen van de bevolking worden onvoldoende gediend. In Peru leeft ruim 50% van de bevolking onder de armoedegrens. Huisvesting, voldoende voedsel en goed drinkwater, onderwijs en gezondheidszorg zijn minimaal nodig om een menswaardig bestaan te hebben. Mensen die onder de armoedegrens leven hebben dus gebrek aan één of meerdere minimale middelen! De (verborgen) werkloosheid is hoog en voor veel gezinnen is het dan ook bijzonder moeilijk om het hoofd boven water te houden. Vooral de bevolking van de bergdorpen in het Andesgebergte ondervindt dit dagelijks en de ondervoeding van kinderen (43%) in deze gebieden is een groot probleem. Hoewel iedereen in theorie toegang heeft tot gratis gezondheidszorg, moeten patiënten in de praktijk betalen voor medicijnen. De ontoereikende budgetten waarover de staatsziekenhuizen beschikken zijn hiervan de oorzaak. Cusco is een van de drie departementen van Peru met grote armoede. Er heerst in vergelijking met de rest van het land, een grote mate van analfabetisme, gebrek aan opleiding, kindersterfte, besmettelijke ziektes en chronische ondervoeding. De stad trekt grote aantallen inwoners van de omliggende bergdorpen aan. Deze hoofdzakelijk Indiaanse bevolkingsgroep, met zijn eigen gewoonten en gebruiken, probeert in Cusco door straatverkopen te overleven. Zij leven in krottenwijken buiten de stad, zonder water, elektriciteit en andere voorzieningen. Vaak moeten zij uren lopen naar de stad, omdat er geen geld is voor vervoer. Door de slechte economische omstandigheden van veel families, moeten kinderen de ouders helpen bij de straatverkopen. Door het leven op straat vervallen ze soms in de criminaliteit, in een uiterste poging om in hun levensonderhoud te voorzien.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 6
3.
Over Vilcabamba en achtergrondinformatie over de projecten 3.1. Vilcabamba De naam ´Vilcabamba´ betekent in Quechua: de laatste schuilplaats van de Inca’s. De stad Vilcabamba is in 1539 door Manco Inca Yupanqui (1516-1544) gesticht als “onafhankelijke Incastaat” ten tijde van de Spaanse overheersing. Vilcabamba diende als vluchtplaats. Manco Inca Yupanqui was de laatste heersende Inca keizer tot de Spaanse overheersing. Hij is in 1544 gedood door de Spanjaarden en opgevolgd door zijn zoon. In 1572 is de stad door de Spanjaarden veroverd, platgebrand en het gebied is daarna door de natuur overwoekerd. Pas in de jaren rondom 1960 is oude stad Vilcabamba herontdekt, door Antonio Santander en Gene Savoy. Voor de Indianen heeft Vilcabamba de betekenis: het paradijs! De Stichting Vilcabamba is in 2003 opgericht met als doel in Nederland fondsen te werven, waarmee in Peru de Gezondheids- en Onderwijsprojecten worden gefinancierd. De uitvoering van deze projecten is in handen van Cedna, onze zusterorganisatie in Peru, die geleid wordt door Cora Staats. Onze missie is : een zodanige basis te creëren voor kinderen en hun jong volwassen ouders, dat zij zélf in staat worden gesteld hun leefomstandigheden te verbeteren. 3.2. Gezondheid Gezondheid Het gezondheidsproject heeft als doel om ondervoede kinderen in de leeftijd vanaf 9 maanden tot 6 jaar weer gezond te krijgen. Door voorlichting aan en begeleiding van de ouders, zijn zij uiteindelijk zélf in staat voor hun kinderen uitgebalanceerde voedingsrijke maaltijden te verzorgen. Ondervoeding wordt veroorzaakt door armoede en onwetendheid; gebrekkige kennis over hygienische bereidingswijze en noodzakelijke voedingsstoffen. In de eerste levensjaren wordt de basis gelegd voor gezonde groei van lichaam en geest. Kinderen die gebrek hebben aan gezonde voeding, en ondervoed raken, kunnen voor de rest van hun leven worden getekend door een geestelijke of lichamelijke handicap. Er zijn verschillende vormen van ondervoeding. Hoe ernstiger de vorm van ondervoeding, des te langer zal een kind in het project worden opgenomen om het weer in een goede gezondheid te krijgen. => Acute ondervoeding (gewicht – lengte) Een te licht gewicht ten opzichte van de lengte van het kind, meet de recente vermagering, die optreedt na een periode van niet voedingsrijke voeding, die de normale groei van het kind belemmert. Dit geeft aan dat het hier om acute ondervoeding gaat. Deze magere kinderen zijn lusteloos, traag, spelen niet met andere kinderen, hebben steeds honger en huilen veel. Het herstel van het kind vindt plaats door middel van het geven van de juiste uitgebalanceerde voeding. De duur van het herstel van het kind is op de korte termijn, dit wil zeggen dat het kind kan herstellen in twee a drie maanden. => Chronische ondervoeding (lengte – leeftijd) Een tekort aan lengte ten opzichte van de leeftijd van het kind, meet een vertraging in de lengtegroei en betekent dat het hier om chronische ondervoeding gaat. Dit wordt veroorzaakt door een langdurig tekort aan voeding of continue en opeenstapelende periodes van acute ondervoeding. Deze vooral zeer kleine kinderen herstellen op de lange termijn, dit wil zeggen een periode van gemiddeld zes maanden tot ongeveer 2 jaar. => Globale ondervoeding (gewicht – leeftijd) Wanneer het kind te licht is ten opzichte van de leeftijd dan betekent dit globale ondervoeding, zonder te specificeren of de ondervoeding chronisch of acuut is. Deze vorm van ondervoeding heeft een lang herstel nodig met een gemiddelde periode van 6 maanden tot 2 jaar.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 7
3.3. Opleiding Een belangrijke voorwaarde voor het verbeteren van de positie van kansarmen is onderwijs. Hierdoor vergroten zij hun kans om deel te nemen aan sociale, economische en politieke ontwikkelingen. Onderwijs verkleint de kans op uitsluiting van de maatschappij. Het opleidingsproject biedt kansarme jongeren in de leeftijd van 16 tot 26 jaar én de ouders van kinderen in het opleidingsproject de mogelijkheid tot het volgen van een beroepsopleiding. Ze hebben dan een betere kans op een betaalde baan op de arbeidsmarkt en kunnen daarmee zélf hun leefomstandigheden verbeteren. In Peru is er vanaf de leeftijd van 6 jaar tot 16 jaar leerplicht. In die leeftijd kunnen wij geen kinderen en jongeren opvangen omdat wij hen daarmee zouden onttrekken aan de leerplicht. De kansarme jongeren hebben onvoldoende onderwijs gevolgd. Hun ouders proberen veelal door straatverkopen het hoofd boven water te houden en niet zelden moeten de kinderen tijdens hun leerplichtleeftijd tóch helpen bij de straatverkopen. Zo werden zij onttrokken aan de leerplicht en volgden geen of onvoldoende onderwijs. Ook ontvluchten leerplichtigen hun ouderlijk huis in een poging te ontsnappen aan problemen als alcoholisme en (seksueel) geweld binnen het gezin. Ze gaan op straat zwerven, gaan niet naar school en belanden vaak in de jeugdcriminaliteit. Sommige leerplichtige straatkinderen komen terecht in een opvangproject van de politie in een poging ze uit de criminaliteit te houden. Na hun 16e vallen de kinderen niet meer onder de leerplicht en komen ze vaak weer in het straatcircuit terecht. Juist deze kansarme kinderen bieden wij een mogelijkheid alsnog een vak te leren, waarmee ze in hun levensonderhoud kunnen voorzien. De ouders van de ondervoede kinderen uit ons gezondheidsproject hebben door gebrek aan opleiding vaak geen baan, het gezin te weinig inkomsten. Hierdoor ontstaat er voor hen een economisch en sociaal isolement. De man verlaat veelal uiteindelijk het gezin en de moeders kunnen nauwelijks voor zichzelf en hun kinderen zorgen. In veel gezinnen is dit een vicieuze cirkel die van de ene generatie overgaat op de volgende. Stichting Vilcabamba biedt deze mensen de mogelijkheid de vicieuze cirkel te doorbeken door het aanbieden van een beroepsopleiding.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 8
4
Projectresultaten 2006
Voor ieder project wordt vooraf een uitgebreide projectbeschrijving gemaakt en ter goedkeuring voorgelegd aan het bestuur. Projecten lopen steeds voor 1 jaar. Tussentijds legt Cedna (Cora) verantwoording af over de projecten en houdt het bestuur op de hoogte van de stand van zaken. Aan het eind van ieder project wordt een eindevaluatie opgesteld. Donateurs worden tussentijds met korte projectverslagen op de hoogte gehouden van de voortgang in het project. Aan het eind van het project ontvangen donateurs een eindevaluatie. De uitgebreide projectbeschrijvingen staan op onze internetstite www.vilcabamba.nl.
4.1. Kindervoedselproject Miski Wawa I • Looptijd van het project: mei 2005 – mei 2006 Miski Wawa, betekent lief, zoet kind in het Quechua, de taal van de lokale indianen. Het project is opgestart in een buitenwijk van Cusco, in de gemeenschap Kenyi Fujimori. Het project is ons eerste project dat financieel en uitvoerend geheel onafhankelijk van de lokale overheid is uitgevoerd. Er wordt wel samengewerkt met diverse gemeentelijke en private organisaties. De ervaringen met dit pilot-project worden benut voor de toekomstige projecten. Doelstelling van het project: voeding bieden aan een groep ondervoede kinderen en scholing aan hun kansarme moeders. De moeders krijgen voorlichting op het gebied van voeding, gezondheid en hygiëne. Op jaarbasis worden 60 ondervoede kinderen opgevangen. Hiervan verlaat 80% het project zonder ondervoeding. 70% van de moeders begeleiden de voedingsontwikkeling van hun kind en 70% van de opgeleide moeders hebben kennis van voeding en gezondheid van hun kind. Werkwijze. De betrokkenheid van de plaatselijke bevolking wordt zodanig gestimuleerd, dat zij na een jaar het project zelfstandig kunnen draaien. Met het Ministerie van Gezondheid (gezondheidspost) vindt permanente afstemming plaats voor ontwikkeling en uitvoering van activiteiten ten behoeve van dit project. Er wordt gewerkt binnen de richtlijnen van de gezondheidssector in Peru. De voedselhulp en voedingsverzorging vindt plaats in een geschikte (dagopvang) ruimte. De opleiding van de moeders vindt plaats door hen te betrekken bij het bereiden van maaltijden, dagopvang én voorlichtingsbijeenkomsten. Er wordt mede gebruik gemaakt van (Nederlandse) vrijwilligers, die assisteren in het project. De benodigde professionele kennis m.b.t. voeding, voortgangscontrole op de gezondheid van het kind, medische zorg, educatie e.d. wordt gegarandeerd door het aantrekken van (parttime) beroepskrachten. Verder wordt er samengewerkt met de lokale gezondheidspost, het gemeentelijke ziekenhuis en Unicef.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 9
Resultaten, kwantitatief: • Totaal aantal deelgenomen ondervoede kinderen: 78 • Aantal kinderen niet meer ondervoed: 38 (acute ondervoeding: 20, risico: 13 en chronische ondervoeding: 5). Aantal kinderen, met acute ondervoeding, dat 4 maanden geleden in het project is opgenomen: 25. Hun moeders hebben na vier maanden begeleiding en het volgen van onze training op het gebied van voeding, hygiëne en gezondheid nu voldoende kennis en ervaring om hun kinderen zelfstandig van de juiste zorg te voorzien. De controles (w.o. meten gewicht en lengte) worden in samenwerking met de lokale gezondheidsposten uitgevoerd. De meeste kinderen kunnen het project binnenkort gezond en wel verlaten. Een klein deel krijgt nog iets langere begeleiding. Van alle kinderen hebben 15 kinderen het project voortijdig verlaten als gevolg van verhuizing, familieproblemen of andere oorzaken. • Aantal gegeven cursussen –vooruitlopend op het opleidingsproject- : 3 (2 banketbakkerscursussen, 1 verkoop/marketingcursus). • Aantal gewichts- en lengtecontrole van de kinderen: 24 • Aantal voorlichtingsbijeenkomsten over voeding en hygiëne aan de moeders: 24. • Aantal medische controles kinderen: 12. • Aantal medische voorlichtingen aan de moeders: 12 • Aantal recreatieve activiteiten: 12 (o.a. bezoek aan speeltuin, dierentuin, uitje buiten de stad, nationale feestdagen, verjaardagsfeesten). • Aantal inentingen/vaccinaties: 6 keer. • Aantal samenwerkingsovereenkomsten: 5 (de gemeente Santiago, SOS Kinderdorpen ´´kindereducatieproject´´, gezondheidspost Manco Ccapac, verpleegsters in opleiding van de nationale universiteit en de gemeenschap Kenyi Fujimori). • Aantal vrijwilligers in het project: 4 (Ester, Thea, Jeanine, Mariel). • Aantal bezoeken aan het project: 8 (Stichting bij de Tijd, Paul Tensen Stichting, Rolf Peters “reisbureau”, Paula van Driel, Christel en Pepijn, Cees, Mirjam, Jan en Pauline Hesseling, Willem Debets en Nicolette Zaal, Rick Duijm). Resultaten, kwalitatief: Het project is geëvalueerd door een extern adviseur. Daaruit is een aantal belangrijke zaken naar voren gekomen. Gecombineerd met onze eigen bevindingen leveren die het volgende beeld op: • •
• •
•
•
De bestrijding van ondervoeding is goed gelukt; binnen de gemeenschap zijn op het moment van afsluiting van het project geen ondervoede kinderen meer. Bij aanvang was er duidelijk interesse voor het project, wat onder ander bleek uit de samenwerking bij de bouw van het opvanggebouw. Er zijn goede afspraken gemaakt met de lokale overheid en de bewoners. Wel informeren de lokale overheden de bewoners niet altijd adequaat en is men geneigd om zelf profijt te trekken. Na de start van het project was er minder interesse van het lokale bestuur in de activiteiten van het project. Een deel van de bevolking heeft de doelstelling van het project niet helemaal begrepen. Men gaat er bijvoorbeeld niet mee akkoord dat er alleen ondervoede kinderen worden geholpen en niet alle kinderen. De kinderen kregen binnen het project een gestructureerde dagindeling. Om de kinderen verder te stimuleren is een aanvullend professioneel (pedagogisch) werkplan en een extra leidster nodig. Het zelfvertrouwen van de bevolking is nog onvoldoende om direct zelfredzaamheid te verwachten. De basis is gelegd, de benodigde kennis is overgedragen. Door eigen ervaringen zullen zij nu moeten ontdekken dat zij ook zonder onze steun verder kunnen. Onze ambitie om ook dit binnen één jaar te bereiken, blijkt te hoog gegrepen. De overdracht van het project is niet gelukt omdat vanaf het begin te weinig mensen uit de gemeenschap in het project betrokken waren. Dit komt omdat er te weinig deelnemende ondervoede kinderen van de gemeenschap waren, waardoor er uit de omliggende wijken en buiten het district Santiago ondervoede kinderen in het project zijn opgenomen. Hierdoor was de participatie en het draagvlak om met de gemeenschap te werken te klein. Van de 78 deelnemende ondervoede kinderen waren er 19 kinderen uit de ´´eigen gemeenschap´´. Bij een volgend project zal extra aandacht worden besteed aan het creëren van een steviger draagvlak binnen de gemeenschap voor eventuele deelname van kinderen uit andere gemeenschappen. Het advies is om meer voorlichting (gericht op de praktijk) bij de moeders thuis te geven, door middel van promotiemoeders.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 10
Het project Miski Wawa I geeft antwoord op een van de ergste problemen in Peru: ondervoeding van kinderen. Van de 24 departementen in Peru bestaan in Cusco en Puno de hoogste percentages van ondervoeding. Chronische ondervoeding is bovendien moeilijk te behandelen. Herstel vraagt tijd; in algemeenheid duurt herstel minimaal 1 jaar en kan zelfs meerdere jaren vergen. In ogenschouw genomen dat het Miski Wawa een pilot project is, uitgevoerd voor niet meer dan een jaar, is de conclusie gerechtvaardigd dat we voor veel mensen verschil hebben kunnen maken; voor de kinderen die nu niet meer ondervoed zijn en voor de moeders die een opleiding genoten hebben. Er is een basis gelegd waarop de gemeenschap verder kan werken. Natuurlijk is er nog veel werk te doen, maar op dit resultaat mogen we trots zijn. Omdat er in de gemeenschap Kenji Fujimori geen ondervoede kinderen meer zijn, en wij de samenwerking met de gemeenschap niet optimaal vinden, hebben we besloten het project na 1 jaar te beëindigen.
4.2. Opleidingsproject • Looptijd: maart 2006 – maart 2007 Doelstelling: op jaarbasis 600 cursisten opleiden. Specifiek: 240 jongeren in de leeftijd van 15 tot 25 jaar en 360 volwassen vrouwen, van de districten Santiago, San Jéronimo, Cusco en Wanchaq, opleiden om hun mogelijkheden te vergroten tot het krijgen van werk en/of starten van hun eigen bedrijfje. Graadmeters: 80% van de jongeren en vrouwen zijn opgeleid voor een baan bij een werkgever of voor het opstarten van een eigen bedrijfje. 60% van de opgeleide jongeren en vrouwen zijn geplaatst bij een werkgever of hebben hun eigen bedrijfje. Aan 140 jongeren en moeders wordt kredietinformatie verstrekt. Werkwijze. Vóór de start heeft een markstudie plaatsgevonden en is het interventiegebied bepaald. Aan besturen en leden van de deelnemende gemeenschappen en organisatie zijn presentaties gegeven. Er zijn afspraken gemaakt over samenwerking en het gebruik en inrichting van het gebouw. Voor het werven van cursisten zijn promotie-activiteiten georganiseerd. Er zijn leraren aangetrokken, voor de duur van de opleiding. En het cursusmateriaal en overige opleidingsmiddelen zijn aangeschaft. Cursussen. Bij de moeders in het project Miski Wawa I bleek zoveel enthousiasme te zijn voor opleiding, dat vooruitlopend op de formele start van het opleidingsproject, al is gestart met enkele cursussen. Het cursusaanbod bestaat uit: Basiscursus Engels, banketbakkerij, kapper, eigen bedrijf starten, assistent-kok, kelner, schoonmaakster Hotels, verkoop. De cursusduur varieert van 2 tot 4 maanden en er worden in een jaar meerdere keren dezelfde cursussen gegeven.
Geslaagden
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
cursus Kelner
pagina 11
Resultaten t/m december 2006: Deze resultaten zijn bereikt nadat ¾ van het project is verstreken. Het eerste kwartaal 2007 resteert nog voor het behalen van de doelstelling. 1. Doelstelling opleidingen t/m derde kwartaal 2006
480 500
459 Op te leiden cursisten
450
Opgeleide cursisten
400 Aantal cursisten
2. Doelstelling plaatsing op de arbeidsm arkt en genereren eigen bedrijf t/m derde kw artaal
210
300
170
200
Te plaatsen cursisten
100
Geplaatste cursisten
0 Aantal cursisten
3. Doelstelling: kredietinformatie t/m derde kwartaal
140 150
118
130
Te geven kredietinformatie
110
Ontvangen kredietinformatie
90 70 50 Aantal cursisten
Erkenning Opleiding In augustus 2006 is er met het Ministerie van Onderwijs in Peru een overeenkomst afgesloten. Het Ministerie erkent de opleiding en certificaten worden verstrekt met goedkeuring van het Ministerie. Voor de begeleiding van gehandicapten in het opleidingsproject is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Mecvida. Het opstarten van ons eerste opleidingsproject is mede mogelijk gemaakt door de substantiële steun van Edukans (nu: Impulsis). Ook de sponsoring van 80 cursisten door de Marthe van Rijswijck Foundation vinden wij vermeldenswaardig, zonder alle andere donateurs, die dit project mogelijk hebben gemaakt tekort te willen doen!
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 12
4.3. Gezondheidsproject • Looptijd: september 2006 – augustus 2007 In de periode april 2005 tot mei 2006 werd het project Miski Wawa I uitgevoerd, een project om ondervoede kinderen weer gezond te maken. De moeders van deze kinderen namen hierin actief deel. De ondervoede kinderen behoorden tot de gemeenschap “Kenyi Fujimori”, woonachtig aan de rechteroever van de rivier de Huatanay, in het district Santiago van het departement Cusco. De ervaringen van het Miski Wawa I project zijn de uitgangspunten geweest voor het nieuwe Gezondheidsproject. Het Gezondheidsproject wordt uitgevoerd in de wijk Tica Tica, met de gemeenschappen Cinco de Abril, Tomas de Santa Fe en Mirador. Achtergrond Wat betreft de ondervoeding, de gemeenschap Lomas de Santa Fe heeft de volgende cijfers op het gebied van ondervoeding onder kinderen: risico op ondervoeding ongeveer 52%, chronische ondervoeding 18%, globale ondervoeding 3%. Gemeenschap Santa Fe %
27% Normaal Ondervoeding 73%
De gemeenschap Cinco de Abril heeft ongeveer 42% kinderen risico op ondervoeding , 4% zijn acuut ondervoed, 9% van de kinderen zijn chronisch ondervoed, 9% globale ondervoeding. Gemeenschap 5 de Abril %
36%
Normaal Ondervoeding
64%
De gemeenschap Mirador heeft ongeveer 52% van de kinderen risico op ondervoeding, 3% zijn acuut ondervoed, 10% van de kinderen zijn chronisch ondervoed, 19% heeft globale ondervoeding. Gemeenschap Mirador %
16% Normaal Ondervoeding 84%
risico op ondervoeding wil zeggen : kinderen die, indien zij geen behandeling krijgen, een ernstige vorm van ondervoeding oplopen, vandaar dat het belangrijk is ook deze kinderen te behandelen. In deze categorie zijn de diverse ondervoedingsvormen ondergebracht. Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 13
De meerderheid van deze kinderen worden niet periodiek gecontroleerd door de gezondheidspost op het gebied van groei en ontwikkeling: de moeders vervullen uitsluitend vaccinatiecontroles en slechts een enkele keer bezoeken ze de gezondheidspost; tegelijkertijd ontplooit de gezondheidspost weinig activiteiten op het gebied van opleiding en controles. Andere factoren die het ondervoedingcijfer beïnvloeden in het gebied, zijn de ziekten zoals: diaree, parasieten, gebruik van water in opslagplaatsen in slechte condities of geen toegang tot water (de gezinnen gebruiken water opgeslagen in tanks en blikken die vaak vuil zijn). Deze gemeenschappen wonen in de hoog gelegen bevolkingswijken buiten de stad Cusco, en leven hier in armoedige situaties. 45% van de families hebben geen rioleringssysteem, weinig families hebben toiletgelegenheden, er zijn geen ophaalvuilnisdiensten, omdat de gebieden ver weg liggen en onbereikbaar zijn door slechte wegen. De busmaatschappijen hebben uitsluitend hun routes in de lager gelegen gebieden. Dit betekent dat de bevolking ongeveer een half uur moet lopen om thuis te komen.
Er wordt gewerkt met twee groepen ondervoede kinderen. Ten eerste de groep ondervoede kinderen die directe verzorging ontvangen van het project. Dit zijn de groep kinderen die in het kinderdagverblijf zijn opgenomen en dagelijks uitgebalanceerde maaltijden krijgen. Deze groep doet ook mee aan alle activiteiten die bedoeld zijn om de persoonlijke ontwikkeling te stimuleren. Ook persoonlijke verzorging is in het dagelijkse programma opgenomen. De selectie van deze groep kinderen is bepaald door de ernst van de mate van ondervoeding van het kind. De tweede groep kinderen, die opgenomen zijn in het project, worden niet opgevangen in het kinderdagverblijf. Dit zijn kinderen met minder zware vormen van ondervoeding. De moeders van deze kinderen nemen wel deel aan de activiteiten van het project, net zoals de moeders wier kinderen wel in het kinderdagverblijf worden opgevangen, Zij volgen ook de informatiebijeenkomsten over voeding en basisgezondheidszorg. En ze nemen ook deel aan de opleidingen voor het genereren van inkomsten en activiteiten met groentetuintjes en het kweken van cavia’s. (Een lekkernij in Peru) Deze moeders worden thuis bezocht voor de gewicht- en lengtemetingen van de kinderen en krijgen thuis de benodigde adviezen. Hun kinderen nemen deel aan de medische campagnes . In het project wordt gewerkt met promotiemoeders. Er worden 16 promotiemoedes opgeleid, dit zijn veelal leiders in de gemneenschappen. Zij zijn verantwoordelijk zijn voor de continuiteit van de activiteiten van het project in de gemeenschap door het overdragen van de geleerde zaken aan de bevolking. De promotiemoeders geven demonstraties over de bereiding en samenstelling van de maaltijden en zorgen voor het uitwisselen van ervaringen. Deze taak is heel belangrijk omdat het de betrokkenheid van de lokale gemeenschap bij het project en de continuiteit ervan garandeert. Doelstelling. 180 ondervoede kinderen, tot de leeftijd van 6 jaar, in de districten rondom Cusco-stad helpen weer gezond te worden. En hun ouders onderwijzen en ondersteunen op het gebied van voeding, gezondheid en hygiene. Concreet: 1. 80% (vd 180) ondervoede kinderen herstellen van hun ondervoeding aan het eind van het project. 2. 80 %(vd 180) ondervoede kinderen van het werkgebied, ontvangen preventieve medische zorg op het gebied van tandheelkunde, parasietenbehandeling en bloedcontroles. 3. 60% (van de 211 gezinnen) van de moeders van het project hebben kennis over uitgebalanceerde voeding en voorkomende maatregelen over voeding en basisgezondheidszorg aan het einde van het project. 4. 60% (vd 211) van de opgeleide moeders doen praktijkervaring op betreffende voeding en gezondheid van hun kind en passen dit toe in de gezinssituatie.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 14
Resultaten
Er is gestart met de kinderen uit de gemeenschappen Santa Fe en Cinco de Abril. In februari 2007 zal de gemeenschap Mirador worden opgenomen in het project. Tot en met december zijn er 100 kinderen in het project opgenomen. De resultaten tot die tijd zijn als volgt: • er zijn 31 kinderen hersteld • aan 35 kinderen is medische verzorging verstrekt • 34 moeders hebben basiskennis over uitgebalanceerde maaltijden en basisgezondheidszorg • de opgedane kennis over voeding en gezondheidszorg wordt door 26 moeders toegepast. Voor het herstel van de kinderen zijn 3 uitgebalanceerde maaltijden verstrekt (ontbijt, tussendoortje en warme maaltijd) met een inhoud van 1200 calorieën per dag, van maandag tot en met donderdag. De moeders geven de kinderen de overige dagen de maaltijden thuis. Wat betreft de moeders, wier ondervoede kinderen (diverse graden), niet in de kinderopvang zijn, is ondersteuning en advies gegeven op het gebied van voeding bij hun thuis. Het personeel heeft vastgesteld, dat bij de huisbezoeken er goede betrokkenheid is bij het herstel van hun ondervoede kind. Gedurende de maand november is een gezondheidscampagne uitgevoerd. Deze gezondheidscampagne vond plaats in de gemeenschappen van het project in samenwerking met SOSkinderdorpen (die weeskinderen opvangt) en het ziekenhuis Pardo uit Cusco. Er werden medische controles uitgevoerd op het gebied van diagnose van parasieten, bloedcontroles, kindergeneeskunde, gewicht –en ontwikkelingscontroles, controles van moeders in verwachting. Tevens werden er tandartscontroles uitgevoerd. Er namen 209 personen deel aan de campagne, waaronder kinderen en volwassenen. Na het uitvoeren van de laboratoriumonderzoeken werd vastgesteld dat 58.2% van de onderzochte kinderen verschillende vormen van parasieten hadden en een 56% met een laag percentage hemoglobine. (Hemoglobine zorgt o.a. voor het zuurstofgehalte en -transport in het bloed) De kinderen met parasieten ontvingen medicijnen ter herstel van hun gezondheid. Parasieten zijn een van de belangrijkste oorzaken van ondervoeding onder kinderen.
Voorlichtingsbijeenkomst voeding en hygiëne
Gewichts- en lengtecontrole
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 15
4.4. Kerstactie. Voor de Kerst wordt ieder jaar een aparte actie gehouden.
Verslag door Cora Staats
Kerstfeest 2006 in de projecten en buiten Cusco wederom een groot succes!
Wegens de fantastische bijdrage uit Nederland, hebben we zowel in de projecten als ook buiten Cusco vele kinderen en hun families blij kunnen maken met de kerstgeschenken uit Nederland. Op de valreep voor de bezoeken aan de arme gemeenschappen buiten Cusco, kreeg ik van mijn broer door nog meer kerstcadeautjes te kopen, want er was weer meer geld binnengekomen. Dit heeft geresulteerd in een totaal van 1075 kerstcadeautjes en 1500 kerstbroden! Op 15 december vond het kerstfeest plaats in het gezondheidsproject . Er werd heerlijke chocolademelk uitgedeeld aan meer dan 200 kinderen van de gemeenschappen “Cinco de Abril” en “Santa Fe” en deze kinderen kregen een ieder zijn kerstcadeautje overhandigd. Ook kerstbroden werden uitgedeeld aan de kinderen en hun families. Op 16 december vond het kerstfeest plaats in het opleidingsproject. Rudy de coördinator van het project, wist de kinderen uitstekend te vermaken als kerstman. Ook in het opleidingsproject waren de cursisten uitgenodigd om aan het kerstfeest deel te nemen. Hun kinderen kregen kerstcadeautjes uitgereikt en ook hier werd heerlijk genoten van de traditionele chocolademelk en kerstbrood. Met 800 kerstcadeautjes en 1200 broden vertrokken we zondag 17 december naar de afgelegen arme bergdorpen van het district Paruro, een van de armste districten van het departement Cusco. Met een gehuurde bus vertrokken we om 06:30 ´s morgens naar de arme bergdorpen. Na een rit van ongeveer 2 uur kwamen we bij het eerste bergdorp aan. Na het zingen van het Peruaanse volkslied werden de kerstcadeautjes en kerstbroden uitgedeeld. Zo volgden nog zo ongeveer 10 gemeenschappen in de buurt. Om 06 uur ´avonds kwamen we weer in Cusco stad aan. We werden zeer gastvrij ontvangen door de gemeenschappen en er werd voor ons gezongen en gedansd. De dankbaarheid van de bevolking was zeer groot, wat bij ons veel voldoening en emotie teweegbracht. Een onvergetelijke dag en dankzij jullie bijdragen hebben we vele kinderen en families blij kunnen maken.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 16
5.
Vilcabamba en Partners 5.1. Samenwerking met instanties Op het gebied van voeding, gezondheid en educatie wordt samengewerkt met de volgende instanties: PRONAA, Nationaal voedselprogramma, vallend onder het Ministerie ter bevordering van de vrouw en sociale ontwikkeling (MINDES). In het kindervoedselproject wordt voor ieder projectkind een basis hoeveelheid voeding ontvangen via PRONAA. Ministerie van Gezondheid (MINSA), staatsziekenhuizen in Cusco en staatsgezondheidscentra (vergelijkbaar met onze GGD) De controle van de gezondheid van de ondervoede kinderen in ons project wordt uitgevoerd door artsen en verpleegsters van deze gezondheidsorganisaties. En zij verwijzen kinderen naar ons project door. Gemeente Santiago, via “Vaso de leche” een gemeentelijk voedselverstrekkingsprogramma. Daarnaast wordt 2x per week met voedingsdeskundigen samengewerkt en indien nodig kan een maatschappelijk werker worden ingeschakeld. Unicef verricht in samenwerking met het Regionale Ziekenhuis 2x per jaar een antropometrische evaluatie. (gewicht en lengte van de kinderen) Universiteiten van Cusco. Studenten verpleegkunde, orthodontie en psychologie kunnen werkervaring opdoen in het project en maken stageverslagen. SOS-kinderdorpen. Kennisuitwisseling. Bij de medewerkers van SOS-kinderdorpen ligt de nadruk op educatie van de kinderen en in ons Gezondhiedsproject , ligt de nadruk op voeding. Uit deze samenwerking is ook voortgekomen dat ondervoede kinderen uit SOS-kinderdorpen kunnen worden doorverwezen naar ons Gezondheidsproject. Ministerie van Onderwijs, in samenwerkingsoverleg wordt de kwaliteit van de opleidingen besproken. Het Ministerie heeft de opleidingen van ons Opleidingsproject in augustus 2006 erkend! Met Mecdiva is een samenwerking t.b.v. de begeleiding van gehandicapten in ons opleidingsproject.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 17
6.
Donateurs Onze donateurs maken het mogelijk dat wij onze projecten kunnen uitvoeren. Zij helpen ons, om ondervoede kinderen weer gezond te krijgen én kansarmen door een beroepsopleiding een beter toekomstperspectief te bieden.
Heel hartelijk dank aan al onze donateurs! 6.1. Particuliere Donateurs Ons particuliere donateurbestand bestaat uit 50 vaste donateurs, waarvan sommigen ons al steunen vanaf onze oprichting. Familie, vrienden, collega’s maar ook mensen die via-via van onze projecten hebben gehoord en deze een warm hart toedragen. Donaties worden per maand, per kwartaal of eenmalig in het jaar aan ons gedaan. 6.2. Zakelijke Donateurs Onze zakelijke donateurs steunen ons over het algemeen 1x per jaar; sommigen steunen ons meerdere jaren achtereen. Deze donateurs komen voort uit mond-op-mond reclame en uit onze speciale aanschrijfacties, waar we een verkorte projectomschrijving bijvoegen. In 2006 hebben we 68 zakelijke donateurs.
Namens de kinderen en jong-volwassenen zijn wij heel erg blij met de steun van al deze donateurs!
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 18
7. Verantwoording gelden (Financieel Overzicht)
7.1. Accountantsverklaring Ons financiële verslag -de Jaarrekening 2006- met accountantsverklaring en ons inhoudelijk Jaarverslag 2006 zijn op onze website www.vilcabamba.nl in te zien. Op 11 juli 2007 heeft Van de Graaf Accountants onze Balans per 31 december 2006 en de staat van baten en lasten over 2006 met toelichting gecontroleerd en goedgekeurd. Ons Financieel Verslag 2006, met daarin de accountantsverklaring is een apart dokument.
De staat van baten en lasten geeft de cijfers weer over het kalenderjaar 2006. De projecten zijn verdeeld over meerdere kalenderjaren. De kosten voor het Gezondheids- en de kosten voor het Opleidingsproject zijn opgenomen voor het aantal maanden dat het project in 2006 loopt. Het projectjaar voor het Gezondheidsproject loopt financieel door tot september 2007. Het Opleidingsproject loopt financieel door tot en met de maand mei 2007. Van bovenstaand “overschot toe te voegen aan vermogen” is dus een deel al toegekend aan beide projecten tot de project-einddatum in 2007. Het ligt in de lijn der verwachtingen om beide projecten na afloop van het projectjaar, voor weer een jaar te continueren. Het tegoed wordt –na aftrek van de toekenning voor beide in 2007 doorlopende projecten- als beginsaldo benut voor beide projecten. Vóór de start van een project dient deze voor 1 jaar financieel gedekt te zijn. Ten behoeve van deze financiële dekking zullen in 2007 fondsenwervende activiteiten worden uitgevoerd om de begroting 2007/2008 ook voor deze projecten weer gedekt te krijgen.
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
pagina 19
8.
Conclusie en toekomst
Wij zijn in 2006 gestart met een grote ambitie: 180 ondervoede kinderen gezond maken én 600 cursisten opleiden. Bovendien vond de afsluiting van ons project Miski Wawa I plaats, met de doelstelling 60 ondervoede kinderen op te vangen. Ons in mei 2006 afgesloten pilot-project Miski Wawa I heeft in ieder geval voor 38 kinderen betekend dat zij weer gezond zijn geworden! Met gebruikmaking van de aanbevelingen uit de evaluatie van het Miski Wawa I project zijn de nieuwe projectplannen opgesteld. Dankzij de geweldige financiële steun van al onze donateurs, zijn we erin geslaagd het Gezondheidsproject én het Opleidingproject in 2006 daadwerkelijk op te starten. Én we denken dat onze voorspelling gerechtvaardigd is, dat beide projecten in 2007 succesvol afgesloten kunnen worden! Aan het eind van het verslagjaar 2006 loopt de realisatie van de projecten bijna gelijk op met de tussentijdse doelstellingen, zoals we die in een prognose hebben benoemd. Cora legt tussentijds aan ons verantwoording af, over de voortgang in de projecten. Kerst 2006 is dit jaar grootser dan voorheen geweest. Cora heeft met haar team van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat vele kinderen een geweldig Kerstfeest bezorgd. Cadeautjes gegeven en chocolademelk met Kerstbroden uitgereikt. Kerst is voor velen in Nederland vaak een echte feestdag. Dankzij de gulle bijdragen van donateurs hebben in Peru óók de kinderen en hun families een feestdag beleefd. Onze donateurs houden wij graag inhoudelijke én financieel op de hoogte. Wij doen dat door onze electronische nieuwsbrieven, tussentijdse projectrapportages en onze website. Aan het eind van een projectjaar ontvangen onze donateurs een eindevaluatie en financiele verantwoording. In ons Jaarverslag 2006 en onze –door de accountant goedgekeurde- Jaarrekening 2006 leggen wij inhoudelijk én financieel verantwoording af. Alle informatie verschijnt steeds op onze website www.vilcabamba.nl. Een regelmatig bezoek aan onze website is dan ook aan te bevelen. Onze blik gericht op 2007 geeft een beeld te zien van continuering van de ingeslagen weg. Professioneler. Financieel sterk. Projecten uitvoeren die er voor de plaatselijke bevolking écht iets toe doen. En ons orienteren op de langere termijn. En natuurlijk niet te vergeten: Cora Staats. Dankzij haar worden de projecten uitgevoerd. Zij heeft een breed netwerk opgebouwd en weet de juiste mensen te benaderen die haar verder kunnen helpen. De handen uit de mouwen steken, samen met de plaatselijke bevolking. Zonder haar aanstekelijke enthousiasme, energieke inzet en liefde voor de plaatselijke bevolking, zouden wij niet in staat zijn daadwerkelijk te helpen. Haar droom wordt geleefd: Mensen met minder kansen dan wij, helpen en dan vooral kinderen!
Donateurs, vrijwilligers, bezoekers aan de projecten en een ieder die zich, op wat voor manier dan ook, het afgelopen jaar heeft ingezet om de kansarmen in Cusco te kunnen helpen, danken wij hierbij heel hartelijk!
Kansarm wordt kansrijk dankzij voeding en onderwijs!
Tiny Klever , voorzitter
Jaarverslag 2006 Stichting Vilcabamba
*
Paula Boots-van Draanen, secretaris
*
Jos Staats, penningmeester
pagina 20