Bladel, 29 april 2014 Gemeente Bladel Bezoekadres: Markt 21 5531 BC Bladel Postadres:
Postbus 11 5530 AA Bladel
Telefoon: Fax: e-mail: Internet:
0497-361636 0497-361600
[email protected] www.Bladel.nl
R2014.037b / 14it.00692
0
1
INHOUDSOPGAVE
PERSPECTIEFNOTA 2014
Inhoudsopgave
blz.
1.
Inleiding .................................................................................................................................................4
2.
Thema’s: ...............................................................................................................................................8
3.
2.1.
Thema milieu en leefomgeving...................................................................................................8
2.2.
Thema economie ..................................................................................................................... 14
2.3.
Thema mens en maatschappij ................................................................................................ 16
Paragrafen ......................................................................................................................................... 28 I.
Weerstandsvermogen ............................................................................................................ 28
II.
Financiering ............................................................................................................................ 31
III.
Grondbeleid ............................................................................................................................ 31
4.
Financiële begroting ........................................................................................................................... 34
5.
Bijlagen .............................................................................................................................................. 36 I.
Overzicht nog te realiseren bezuinigingsmaatregelen ............................................................ 37
2
3
1. Inleiding Voor actualisatie van de begroting 2014 en de meerjarenraming 2015-2018 wordt de perspectiefnota opgesteld. Hierin worden voornamelijk de ramingen van de begroting aanvaard beleid op basis van de werkelijke 1 baten en lasten van het afgesloten dienstjaar 2013 en de kaders, richtlijnen en uitgangspunten geactualiseerd, maar ook een doorkijk gegeven op de belangrijkste financiële ontwikkelingen. De bijstellingen van de budgetten aanvaard beleid zijn in deze perspectiefnota verwerkt en toegelicht. Deze bijstellingen komen voort uit de financiële kaderstelling. Voorts heeft aan de hand van een gedegen analyse van alle bijstellingsvoorstellen qua bedragen en qua verwachte doorwerking vanuit 2013 de af- of bijraming van budgetten 2014 (en volgende jaren) plaatsgevonden. Er wordt dan inzicht gegeven in de actuele ontwikkelingen met betrekking tot de financiële meerjarenraming op basis van ongewijzigd beleid. De navolgende financiële consequenties zijn in de perspectiefnota 2014 verwerkt: - financiële consequenties voortvloeiende uit de jaarrekening 2013; - financiële consequenties n.a.v. aanpassing budgetten op basis van bestaand beleid en - financiële consequenties en voortgang van de geraamde bezuinigingsmaatregelen. De financiële doorkijk hiervan in zowel het meerjarenperspectief als de reservepositie laat op dit moment zien dat de druk op de financiën er enigszins van af is. De belangrijkste reden hiervan is positieve correcties op de algemene uitkering (zie toelichting beleidsveld bestuur). De financiële druk op het gemeentelijk huishoudboekje kan daarentegen bij de meicirculaire mogelijk weer verhoogd worden. In de meicirculaire 2014 worden immers de aangekondigde gevolgen van de herverdeeleffecten van het gemeentefonds (waarin de invoering Basisadministratie Adressen en Gebouwen verdisconteerd is) per 1 januari 2015 budgettair verwerkt. Eerste signalen tonen aan dat we mogelijk nadeelgemeente zullen zijn. Zodra de financiële consequenties van de meicirculaire 2014 bekend zijn kan uiteindelijk meer definitief inzicht gegeven worden in het meerjarenperspectief. De financiële resultaten van de meicirculaire zullen wij u middels een raadsmededeling ter kennis brengen aan uw raad, zodat u deze kunt betrekken bij de besluitvorming bij de perspectiefnota 2014. Vertrekpunt meerjarenperspectief bestaand beleid e Het meerjarenperspectief na de 3 begrotingswijziging 2014 is als volgt: (bedragen x 1.000,-)
2014
2015
2016
2017
2018
structureel begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014 incidenteel begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014
v n
1.125 n -259 n
-220 n -294 n
-204 n -13 v
-194 n 75 v
-384 68
totaal begrotingsresultaat
v
866 n
-514 n
-217 n
-119 n
-316
(- = nadeel en + = voordeel)
De autonome mutaties 2014 en de mee- en tegenvallers over de eerste 4 maanden van 2014 hebben het volgende effect op het meerjarenperspectief: (bedragen x 1.000,-)
2014
2015
2016
2017
2018
structurele mutaties perspectiefnota (inslucief reserves) incidentele mutaties perspectiefnota (inclusief reserves)
v v
437 v 758 n
504 v -137 n
656 v -71
542 v
487
totaal mutaties perspectiefnota
v
1.195 v
367 v
585 v
542 v
487
(- = nadeel en + = voordeel)
1
De richtlijnen en kaders voor de financieel-technische afbakening van de begroting werden reeds in uw vergadering van 15 mei 2014 vastgesteld.
4
De voornaamste financiële afwijkingen (groter dan € 20.000,-) worden ter informatie in onderstaand overzicht weergegeven. Voor de toelichting hiervan en de overige afwijkingen verwijzen wij u naar de betreffende thema’s. budgettaire lasten / baten (bedragen x € 1.000,-)
2014
2015
2016
2017
2018
-20
-20
-20
-20
-20
77
77
77
77
77
inhuur personeel tbv ondersteuning openbare werken
s s s
-52
-52
-52
-52
-52
exploitatie voormalige praktijkschool
s
-39
-39
-39
-39
-39
digitaliseren bouwvergunningen
s
ODZOB (gedeeltelijke dekking algemene uitkering)
s
actualisatie grondexploitaties
s
1.131
587
802
672
545
actualisatie grondexploitaties (onderhanden werken)
s
-1.131
-587
-802
-672
-545
openbare verlichting: electra, onderhoud en remplace
s
-13
-28
-28
-28
-28
Mens en maatschappij
s
diverse exploitatielasten a.g.v. regionalisering Veiligheidsregio
s
stelpost uitvoering decentralisatie jeugdzorg
s
lonen CJG (geraamd op kostenplaats bedrijfsvoering)
s
38
38
38
38
39
uitvoering uitkeringen BUIG / Participatiebudget / WWB
s
-85
-97
-36
-36
-11
Uitvoering minimabeleid/schuldhulpverlening
s
31
29
17
12
-3
intensivering armoedebeleid (algemene uitkering)
s
-23
-30
-30
-30
-30
uitvoering door ISD aandeel apparaatskosten
s
5
-68
-66
-24
-20
uitvoering wet maatschappelijke ondersteuning (HHV)
s
-12
-214
-276
-276
-276
100
100
100
100
300
-59
-59
-59
-59 -15
Milieu en leefomgeving: uitbesteding milieubeheer onderhoudswerkzaamheden openbare ruimte
-86
-67
-95
-95
-60
-60
-95
-106
-67
-74
-90
-89
-2.673
-2.673
-2.673
-2.673
winstuitkering WVK-groep
s
bijdrage GGD correctie bezuiniging
s
begroting SRE
s
56
-28
-15
-15
projecten SRE
s
-7
-21
-21
-21
-21
rente vaste en korte geldleningen (financieringen)
s
-236
279
312
287
186
411
algemene uitkering actualisatie accressen / HHV / Awbz / combi.functies
s
algemene uitkering aanvulling korting (jeugdbeleid)
s
863
806
728
465
2.673
2.673
2.673
2.673
onroerende zaakbelastingen
s
stelpost loon- en prijsmutaties
s
-34
122
139
159
151
77
77
77
77
stelpost kapitaallasten diversen
77
s
489
16
28
30
146
samenwerking Kempengemeenten
s
10
1
88
82
82
aanpassing mengpercentages BCF
s
25
25
25
25
25
doorbelasting apparaatskosten
s
-140
-72
-60
-72
-66
saldo diverse kleine mutaties
s s
-68
-233
-180
-156
-165
437
504
656
542
488
leges omgevingsvergunningen
i
-220
anterieure overeenkomsten
i
43
actualisatie winstuitnames grondexploitaties
i
298
-372
-221
-46
852
voorziening tekorten grondexploitaties
i
-71
startersleningen
i
-38
-37
-28
onderzoek veiligheid Wijer-de Kuil
i
-25
71
131
totaal structurele mutaties Milieu en leefomgeving:
Economie:
i
opbrengst grondverkopen
i
144
inhuur tbv bevordering recreatie en toerisme
i
-39
-39
bijdrage sre GEO
i
-14
-20
-20
Mens en maatschappij
i
actualisatie loonkosten vrijwillige brandweer
i
sloop school Casteren
i
-33
winstuitkering WVK-groep
i
1.000
16
51
-36
subsidie IDOP
i
-33
bijdrage boekverlies GGD en afrekening 2013
i
-35
huuropbrengsten en vervanging beheerder sporthal 't Spant er
i
-86
subisidie rugzakmodele
i
20
uitspraak KCMD
i
-147
actualisatie bespaarde rente reserves en voorzieningen
i
47
stelpost loon- en prijsmutaties
i
72
stelpost majeure projecten
i
97
stelpost afkoopsom PP
i
37
5
budgettaire lasten / baten (bedragen x € 1.000,-)
2014
2015
2016
-52
2017
2018
2
26
inhuur personeel van derden (informatiebeleid en ondersteuning bwt)
i
-26
-52
saldo diverse kleine mutaties en afrondingen
i
-60
2
-1
Mutaties reserve:
i
47
16
29
reserve bovenwijkse voorzieningen
i
45
reserve volkshuisvesting (sloop school Casteren)
i
33
reserve volkshuisvesting (startersleningen)
i
38
algemene reserve: rentebijschrijvingen
i
-49
-23
-50
-73
-157
algemene reserve: winstuitnames grondexploitatie
i
-251
372
221
46
-852
758
-137
-71
0
0
1.195
367
585
542
487
totaal incidentele mutaties
totaal mutaties perspecteifnota
(- = nadeel en + = voordeel)
Deze mutaties zijn in hoofdstuk 2 van de perspectiefnota uitgewerkt en samengevat in hoofdstuk 4. De mutaties leiden tot het volgende meerjarenperspectief: Geact.meerjarenperspectief
2014
2015
2016
2017
2018
(bedragen x 1.000,-)
structureel: begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014
v
1.126 n
-220 n
-205 n
-194 n
-384
mutaties perspectiefnota
v
437 v
504 v
657 v
542 v
487
v
1.563 v
284 v
452 v
348 v
103
n
-259 n
-294 n
-14 v
75 v
68
75 v
68
structureel meerjarenperspectief
a
incidenteel: begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014 mutaties perspectiefnota incidenteel meerjarenperspectief totaal begrotingsresultaat
b a+b
v
758 n
-137 n
-71
v
499 n
-431 n
-85 v
v
2.062 n
-147 v
367 v
423 v
171
reeds geraamde mutaties algemene reserve
n
-867 v
514 v
218 v
119 v
316
aanvullende mutaties tlv / tgv algemene reserve
v
1.195 v
367 v
585 v
542 v
487
(- = nadeel en + = voordeel)
De perspectiefnota 2014 sluit dan in meerjarig perspectief bezien met een structureel overschot van € 103.000,-. In dit perspectief is overigens nog geen rekening gehouden met de eventuele nieuwe lasten voortvloeiende uit de nieuwe coalitieverklaring of het nog op te stellen raadsprogramma. Voortgang realisatie bezuinigingsmaatregelen In de begroting 2014, inclusief meerjarenraming 2015-2017 zijn de bezuinigingen verwerkt zoals deze zijn bepaald en becijferd in de perspectiefnota 2013. Deze bedragen € 565.000,- in 2014 en lopen op naar € 1.634.000,- in 2017. Naast deze maatregelen resteren er nog een aantal taakstellingen uit de vorige bezuinigingsrondes Deze bedragen in 2014 € 85.000,- en lopen op naar € 183.000,- in 2017. De totale taakstelling bedraagt dan in meerjarig perspectief bezien ca € 1.817.000,-. Deze bedragen zijn na vaststelling door de raad taakstellend in de meerjarenbegroting verwerkt, inclusief de aangenomen amendementen. In 2013 en 2014 hebben wij al een aanzienlijk pakket van de ingeraamde bezuinigingsmaatregelen ook daadwerkelijk kunnen omzetten in lagere lasten en/of hogere baten. De gerealiseerde bezuinigingsmaatregelen lopen zelfs op naar € 1.225.000,- (of 67%) in 2017 en volgende jaren. Voor de volledigheid wordt hierbij opgemerkt dat de voorstellen vanuit deze perspectiefnota hierin reeds zijn verwerkt. De specificatie hiervan treft u onderstaand aan: 2014 -650 -622 -28
Ingeraamde bezuinigingsmaatregelen Totaal reeds gerealiseerde bezuinigingsmaatregelen Totaal nog te realiseren bezuinigingsmaatregelen
6
2015 -1.571 -1.119 -452
2016 -1.691 -1.119 -572
2017 -1.817 -1.225 -592
2018 -1.817 -1.225 -592
We kunnen hieruit concluderen dat we voor 2014 naar alle waarschijnlijkheid de volledige taakstelling zullen gaan realiseren. De voortgang van de realisatie ná 2014 zal continue door ons gemonitord worden. Doel is de hoofdlijnen zichtbaar te maken van de voortgang van het bezuinigingsproces, zodat bijsturing mogelijk is. Het resultaat van de monitor wordt opgenomen in de perspectiefnota en de najaarsnota. Voor de specificatie van de nog te realiseren bezuinigingsmaatregelen verwijzen wij u naar bijlage I. Decentralisaties Gemeenten krijgen, zoals bekend, volgend jaar ook meer taken en verantwoordelijkheden voor de jeugdzorg, de ondersteuning, begeleiding en verzorging van mensen met een beperking èn voor de re-integratie en participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het kabinet is van mening dat gemeenten zorg en ondersteuning beter en dichter bij de mensen kunnen brengen en dat komt de kwaliteit en bereikbaarheid ervan ten goede. In de komende maanden zal nog in nauwe samenspraak met de gemeenten Bergeijk, Eersel en Reusel-De Mierden gewerkt worden aan het opstellen van deelbegrotingen voor de drie decentralisaties. Wij verwachten dat de deelbegrotingen eind 2014 aan uw raad ter vaststelling voorgelegd kunnen worden. De eventuele financiële consequenties zullen dan middels begrotingswijziging budgettair verwerkt worden in onze meerjarenraming. Opbouw en indeling Per thema/beleidsveld geven wij u een overzicht van de budgettaire ontwikkelingen zoals die zich gedurende de eerste vier maanden van dit jaar hebben voor gedaan. Dat betekent dat per thema/beleidsveld de budgettaire wijzigingen die wij u voorstellen opgenomen worden. In de financiële overzichten zijn -/- bedragen nadelen (hogere kosten en/of lagere inkomsten) en +/+ bedragen voordelen (lagere kosten en/of hogere inkomsten). Daarnaast zijn de bedragen afgerond op eenheden van € 1.000,- hetgeen op een aantal onderdelen mogelijk geringe afrondingsverschillen met zich kan brengen. Conclusie In perspectiefnota schetsen we het financiële meerjarenbeeld. In grote lijnen maken we daarin zichtbaar hoe de begroting zich financiëel gezien ontwikkelt en welke problemen of kansen zich aandienen. In meerjarig perspectief bezien sluit de perspectiefnota met een structureel overschot van € 103.000,-. Voor de volledigheid merken wij op dat in dit perspectief nog geen rekening gehouden is met eventueel extra lasten voor de realisatie van nieuw beleid als uitvloeisel van de nieuwe coalitieverklaring en het nog op te stellen raadsprogramma en de mogelijke herverdeeleffecten van het gemeentefonds per 1 januari 2015. Burgemeester en wethouders van Bladel de secretaris, de burgemeester, drs. E.L.C.M. Mol mr. A.H.J.M. Swachten
7
2.1. Thema: Milieu en leefomgeving In onderstaand overzicht worden mutaties van het bestaande beleid weergegeven en toegelicht.
bedragen x € 1.000,-
Begroting
Wijziging
Begroting
2014
ppn
2014 na wijz.
Mutatie meerjarenraming 2015
2016
2017
2018
lasten Ruimtelijke ontwikkeling/beheer
-9.587 n
-1.893 n
-11.480 n
-882 n
-445 n
-482 n
-188 n
Verkeer en vervoer
-2.572 n
-90 n
-2.662 n
-73 n
-73 n
-73 n
-73 n
7.890 v
1.757 v
9.647 v
330 v
54 v
230 v
824 v
baten Ruimtelijke ontwikkeling/beheer Verkeer en vervoer Totaal lasten Totaal baten Saldo van baten lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Geraamd resultaat
5 v
62 v
67 v
52 v
52 v
52 v
52 v
-12.159 n
-1.983 n
-14.142 n
-955 n
-518 n
-555 n
-261 n
7.895 v
1.819 v
9.714 v
382 v
106 v
282 v
876 v
-4.264 n
-164 n
-4.428 n
-573 n
-412 n
-273 n
615 v
-273 n
615 v
n v
70 v
70 v
38 v
28 v
-4.264 n
-94 n
-4.358 n
-535 n
-384 n
- Beleidsveld: Ruimtelijke ontwikkeling en beheer Monumenten Eind 2013 zijn op grond van het Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten 2013 (BRIM) een tweetal subsidies verleend voor de periode 2014 t/m 2019 m.b.t. de Sint Pancratiustoren te Hoogeloon en de graanmolen te Hapert. Deze subsidies worden in jaarlijkse termijnen van € 7.000,- uitbetaald. In februari 2014 is op grond van de Subsidieregeling stimulering herbestemming monumenten van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed een subsidie van € 11.000,- toegekend voor het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek naar de herbestemming van het gemeentelijk monument luchtwachttoren aan de Bossingel in Bladel. Tegenover het subsidiebedrag van € 11.000,- wordt eenzelfde budget voor onderzoekskosten geraamd. Onderhoudswerkzaamheden openbare ruimte Het in de meerjarenbegroting opgenomen totaalbudget voor het onderhoud van openbaar groen is in de perspectiefnota 2013 taakstellend teruggebracht van € 844.000,- naar € 744.000,-. Teneinde voor de nieuwe periode 2014-2018 binnen dit budget te kunnen blijven is een extra bezuiniging van € 44.000,- doorgevoerd vanwege areaaluitbreiding, indexering en tussentijds niet aangepaste gemeentelijk budgetten. Deze bezuiniging is doorgevoerd in de vorm van een uitvoeren van een lager onderhoudsniveau op onderdelen van het bestek en op daarvoor in aanmerking komende locaties. Ondanks het feit dat er een terugval plaatsvindt in beeld, kwaliteit en uitstraling achten wij deze verdere versobering van onderhoud verantwoord. Wij hebben voorts met WVK-groep nieuwe afspraken gemaakt over het onderhoud van openbaar groen e.d., waarbij de gemeente gebruik maakt van haar alleenrecht. Het beheer van het openbaar groen geschiedt op basis van een beeldbestek. Verder zijn er op basis van een meerjarige raamovereenkomst aanvullende diensten/taken ondergebracht bij WVK-groep, te weten het snoeien van de bomen, het vegen van wegen, het onderhoud/maaien van bermen in het buitengebied en de aanleg van beplantingen. Werkzaamheden kunnen hierdoor goedkoper uitgevoerd worden dan door reguliere marktpartijen. De totale uitbesteding van deze taken aan WVK-groep levert voor de periode 2014-2018 per saldo een structurele besparing c.q. bezuiniging op van € 209.000,-. Ten opzichte van wat ingeraamd is realiseren we dus per saldo € 109.000,(waarvan € 77.000,- openbaar groen) meer besparing. Inhuur personeel t.b.v. ondersteuning OW De personele bezetting van team Openbare Werken (OW) kan in vergelijking met de Kempengemeenten als kwetsbaar ervaren worden. Sinds 1 oktober 2013 heeft team OW een teamcoördinator (TC) binnen de be8
staande formatie aangesteld. De taken van de TC vielen in het verleden onder de verantwoording van het afdelingshoofd OW welke functie eerder is wegbezuinigd. Deze taken worden nu ondergebracht bij de TC OW. De huidige taken van TC OW worden momenteel gedeeltelijk ingevuld door externen. Deze externen worden aangestuurd door de TC. Dit betekent ook weer extra belasting voor zijn huidige functie. Door taken te verschuiven van de TC naar een extra medewerker bij team OW kan de TC deze aanvullende werkzaamheden wel voor zijn rekening nemen. De hiervoor benodigde financiële ruimte is thans aanwezig door een bedrag van € 52.000,- ten laste te brengen van de extra gerealiseerde besparing c.q. bezuiniging op de uitbesteding van aanvullende diensten/taken aan WVK-groep ad € 109.000,-. Per saldo resteert er dan nog een extra voordeel van € 57.000,voor onderhoudswerkzaamheden openbare ruimte. Afvalverwijdering Om de drukte bij de milieustraat in Bladel in goede banen te leiden heeft WVK-groep vanaf april 2013 gedurende de openingstijden extra personeel ingezet. Vanaf 1 januari 2014 bedragen de kosten voor die extra inzet ca. € 35.000,- per jaar voor de duur van de huidige overeenkomst. Zestig procent daarvan (€ 21.000,-) komt voor rekening van de gemeente Bladel. Tot 1 januari 2009 hadden de gemeente Bladel, Albert Heijn Bladel en Retourshop met elkaar een overeenkomst over een retourette, waar winkelend publiek op eenvoudige wijze bepaalde afvalstromen (o.a. papier, kunststof flessen en flacons, batterijen, drankkartons en textiel) gratis in kon leveren. Sindsdien zijn vele pogingen ondernomen om te komen tot een nieuwe overeenkomst. Op verzoek van Albert Heijn was de gemeente bereid tot een hogere vergoeding in de exploitatiekosten, onder voorwaarde dat Albert Heijn bereid was om daarvoor mensen in te zetten met een grotere afstand tot de reguliere arbeidsmarkt (social return). Helaas zijn partijen niet tot overeenstemming gekomen. Dat is voor Albert Heijn aanleiding geweest om de gemeente mee te delen dat bij de aanstaande verbouwing van de Sniederspassage geen rekening meer wordt gehouden met de herontwikkeling van de retourette. Daarmee zal de jaarlijkse vergoeding van € 12.000,- met ingang van het jaar 2014 worden afgeraamd. Per saldo zullen de netto-lasten van € 9.000,- ten laste van de voorziening egalisatie afvalstoffenheffing worden gebracht. We onderzoeken nog of de retourette ondergebracht kan worden bij de Jumbo in Bladel. Als daar duidelijkheid over is zullen wij uw raad hierover informeren. De Kempengemeenten (m.u.v. Oirschot) zijn in 2014 gestart met afvalproeven met als doel om de hoeveelheid restafval op een, voor de inwoners zo gemakkelijk mogelijke manier, zoveel mogelijk terug te dringen. In de gemeente Bladel loopt die proef in de kern Netersel. De Kempengemeenten worden daarbij begeleid door adviesbureau onsburo uit Valkenswaard. Milieubeheer Bij de vaststelling van het werkprogramma ODZOB 2013 en het daarbij behorende uitvoeringsbudget is het in de begroting opgenomen reguliere budget voor de uitbesteding van werkzaamheden milieubeheer ad € 91.000,- volledig overgeheveld naar het budget voor de ODZOB. Dit vanuit de verwachting dat het totale bedrag benodigd zou zijn voor het kunnen adviseren en begeleiden van vergunningsprocedures op het gebied van milieu. In het werkprogramma 2014 is hiervoor een nagenoeg gelijk bedrag opgenomen. Het vorenstaande betekent dat voor een aantal advies- en overige milieutaken die door de gemeente zelf nog uitgevoerd moeten worden, geen middelen meer beschikbaar zijn. Dit betreft o.a. adviezen m.b.t. grondverzet en saneringen, beheer NME-leskoffers, kosten registratie bodemrapporten in stroomlijn SSC en taken die voortvloeien uit de beëindiging van het SRE. Voor deze achterblijvende taken wordt een structureel budget van € 20.000,- nodig geacht. In verband met de jaarlijks terugkerende kosten van ongediertebestrijding (processierupsen e.d.) wordt op basis van de gemiddelde werkelijke kosten van de afgelopen vier jaren voor het jaar 2014 vooralsnog rekening gehouden met een benodigd budget van € 15.000,-. Bij de najaarsnota 2014 zal worden bezien of dit budget toereikend is geweest. Rioolbeheer De kapitaallasten van de geactiveerde kapitaaluitgaven worden aangepast aan de gerealiseerde uitgaven bij de jaarrekening 2013 en rekening houdende met de uitgangspunten van de financiële kaderstelling. Verrekening geschiedt ten laste van de voorziening egalisatie riolering. ODZOB en OMWB In de meerjarenbegroting 2015-2018 is ten behoeve van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (ODZOB) een raming van € 287.000,- opgenomen. Op basis van de ontwerpbegroting 2015 van de ODZOB bedraagt
9
de bijdrage voor de gemeente Bladel € 296.000,-. De extra lasten ad € 9.000,- zijn met name het gevolg van de indexering van de loonkosten en een opslag van € 1,- per uur voor projectkosten. Vanwege de overdracht van provinciale taken aan gemeenten op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) wordt voor 2014 tot en met 2017 € 71.000,- en voor 2018 en volgende jaren € 83.000,- toegevoegd aan het gemeentefonds (zie beleidsveld bestuur). Deze middelen worden afgezonderd voor de dekking van extra specifieke kosten voor de ODZOB vanwege de decentralisatie van provinciale VTH-taken. De Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) is één van de zes omgevingsdiensten in Nederland die aangewezen is als zogenaamde “BRZO-RUD” voor de uitvoering van de VTH taken bij BRZO-bedrijven (bedrijven die werken met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen en/of deze in opslag hebben vallen onder de werking van het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (BRZO) en IPPC categorie-4 bedrijven). Om de deskundigheid rond complexe chemische bedrijven voldoende te borgen, is ervoor gekozen de uitvoering van de VTH-taken voor de zogenaamde BRZO-bedrijven bij omgevingsdiensten te leggen die zich hierin specialiseren. Ook binnen de gemeente Bladel bevindt zich een bedrijf, Diffutherm B.V., die tot één van deze categorieën behoort en waarvoor gemeente Bladel het bevoegd gezag is. De OMWB heeft het volledige en rechtstreeks mandaat (en machtiging) met betrekking tot deze BRZO VTHtaken. Zij voeren daarbij alle taken van het gehele proces zelfstandig uit, informeren ons en stemmen indien nodig af. Met betrekking tot de uitvoering en nadere invulling van taken door of namens de OMWB enerzijds en de gemeente anderzijds, dienen schriftelijke werkafspraken te worden gemaakt. Deze afspraken zijn inmiddels vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst (DVO). In totaal wordt voor de OMWB een structurele bijdrage van (afgerond) € 15.000,- nodig geacht. Woningexploitatie In de raadsvergadering van december 2013 is besloten over te gaan tot het invoeren van het instrument van starterslening in de gemeente Bladel en de jaarlijkse rente- en beheerskosten van de starterslening ten laste te brengen van de reserve volkshuisvesting. Ruimtelijke ordening Voor opbrengsten op grond van anterieure overeenkomsten is in de begroting 2014 en de meerjarenbegroting een structurele opbrengst geraamd van € 90.000,-. De opbrengst is jaarlijks sterk afhankelijk van ingediende plannen c.q. verzoeken. Voor het jaar 2014 wordt op basis van de thans bekende plannen c.q. ingediende verzoeken een opbrengst ingeschat van € 133.000,-. Dit is incidenteel € 43.000,- meer dan voor 2014 is begroot. In de perspectiefnota 2013 zijn we er van uitgegaan dat de opbrengst van anterieure overeenkomsten, als gevolg van de economische recessie, achter blijven ten opzichte van raming. Omdat de aantallen van de te sluiten overeenkomsten jaarlijks wijzigen zullen wij jaarlijks beoordelen we of de lasten en baten van anterieure overeenkomsten in de pas lopen. We streven ernaar om hiervoor t.z.t. de ‘flexibele schil’ van de organisatie op af te stemmen. Nadat de gemeente in 2011 een vaststellingsprocedure heeft gesloten met de familie Adriaans om de procedures rondom de bedrijfsverplaatsing van de intensieve veehouderij naar Latestraat ongenummerd te beëindigen is geprobeerd om via de bestuursrechtelijke weg de kosten van deze overeenkomst (deels) te verhalen op de provincie. Dit is niet gelukt. Besloten is om geen civiele procedure te starten tegen de provincie. Daarmee wordt het dossier bedrijfsverplaatsing Adriaans definitief gesloten. Bouwzaken Verwacht wordt dat de stagnatie in het aantal aanvragen omgevingsvergunningen dit jaar nog van kracht blijft als gevolg van de economische situatie en de hieruit voortvloeiende onzekerheid bij inwoners en bedrijven. Diverse projecten worden doorgeschoven naar de toekomst, ondermeer als gevolg van uitblijvende verkoop van bouwkavels. Het KBP schept een wat rooskleuriger beeld: men verwacht dat dit jaar 4 vergunningen kunnen worden verleend. Wij verwachten dat de legesopbrengst in 2014 met een bedrag van € 220.000,- achter blijft ten opzichte van de raming. Voorts stijging kosten SK ad € 14.000,- wegens aanvullende dienstverlening voor landmeetkundige werkzaamheden op basis van de ontwerp-begroting 2015 SK. Digitaliseren bouwvergunningen In 2014 worden de bouwvergunningen ouder dan 1989 gedigitaliseerd. Het is van belang dat op termijn alle bouwvergunningen worden gedigitaliseerd. De jaren 2015 en 2016 kunnen worden gebruikt voor schonen en meta-datering van de bouwvergunningen vanaf 1989. Het is waarschijnlijk dat in 2017 opnieuw een project 10
kan worden opgestart voor verdere digitalisering. Het is nu nog moeilijk in te schatten wat de exacte kosten zijn voor het scannen van deze vergunningen. Voorlopig wordt voor de jaren 2017 en 2018 een bedrag opgenomen van € 60.000,-. Vastgoed (voormalige praktijkschool) Het gebouw van de voormalige praktijkschool Pius X aan de Burgemeester Goossensstraat te Bladel is in oktober 2013 in eigendom en beheer teruggekomen bij de gemeente. De exploitatielasten van dit gebouw (energielasten en onderhoud) worden op jaarbasis geraamd op € 39.000,-. Momenteel worden de mogelijkheden tot verhuur van dit gebouw nog onderzocht. Subsidieverordening duurzame energie voor particulieren Op 12 december 2013 heeft de gemeenteraad de Subsidieverordening duurzame energie voor particulieren vastgesteld. Woningeigenaren in de gemeente Bladel kunnen van 1 januari 2014 tot 31 december 2015 subsidie vragen voor het aanbrengen van isolerende voorzieningen (vloerisolatie, gevelisolatie, dakisolatie of glasisolatie) of voor maatregelen die duurzame energie opwekken (pv-cellen, zonneboiler, warmtepomp). De raad heeft hiervoor € 100.000,- beschikbaar gesteld voor de looptijd van deze regeling. De subsidieverordening is een groot succes. Na drie maanden zijn beschikkingen tot subsidieverleningen verstuurd met een totaalwaarde van € 86.000,-. De totaalinvestering door de woningeigenaren die gebruik maken van deze regeling bedraagt op 4 april 2014 € 853.000,-. Dat vliegwiel heeft nog een aanvullende economische waarde omdat 79% van de uitgaven voor de voorzieningen worden aangeschaft bij lokale en regionale bedrijven (in totaal ca € 674.000,-). Tijdens de actieve informatieplicht in de raadsvergadering van 13 maart j.l. is door de poho aangegeven dat het nieuwe college en de raad kunnen bezien of er vanwege de grote vraag naar deze subsidie, opnieuw budget vanuit de reserve volkshuisvesting beschikbaar wordt gesteld. Grondexploitaties Jaarlijks worden de kostenbegrotingen van de verschillende grondexploitaties bijgesteld. In de raadsvergadering van 12 december 2013 is bij amendement besloten om aanvullende (verkeers)maatregelen nabij nieuwbouwplan Hapertse Weide aan te brengen. De hiermee gepaard gaande niet voorziene extra kosten bedragen € 71.000,-. Pro saldo wordt er als gevolg van de geactualiseerde exploitaties € 1.131.000,- verrekend met de balanspost ‘mutaties onderhanden werken’. De boekwaarden worden doorberekend tegen een rentepercentage van 4%. In deze bijstelling zijn ook de tussentijdse winstuitnames geactualiseerd. Mutaties geraamde winstuitnames Stokekkers Hapert Industrieterrein - Oost Biezen Bladel Latestraat Beemd Bladel Beemd paardensportterrein Hoeve Oost Toermalijn Coppens Hoogeloon Egyptische Poort 1 en 2 Akkerstraat/Meuleneind Smis (bovenwijkse voorzieningen)
2014
2015
-48 400
49 -400
-100
-23
-1
2
2016
2017
2018 -50
-200 -21
-125
-125 118 100 161
79
700 -52
-46
852
47
Totaal mutaties winstnemingen
298
-372
-221
(- = afname en + is toename) De (tussentijdse) winstuitnames worden via beleidsveld bestuur toegevoegd aan de algemene reserve. Voor een nadere toelichting verwijzen wij u naar de paragraaf grondbeleid. Reserves De onttrekking uit de reserve volkshuisvesting heeft enerzijds betrekking op de extra kosten van de sloop van de voormalige basisschool in Casteren en anderzijds de meerjarige dekking van de kosten voor de startersleningen.
11
- Beleidsveld: Verkeer en vervoer Wegen Wegens schade-uitkeringen en doorberekening van kosten aan derden wordt in 2014 rekening gehouden met een opbrengst van € 10.000. De opbrengsten worden jaarlijks incidenteel geraamd. In de perspectiefnota 2013 is een taakstellende bezuiniging van € 100.000,- geraamd voor onderhoud groen, zoals toegelicht in beleidsveld ‘ruimtelijke ontwikkeling en beheer’. Wij hebben met WVK-groep ook nieuwe afspraken gemaakt over het onderhoud van wegen e.d. Deze afspraken leiden er ondermeer toe dat we meer onderhoudswerkzaamheden onder kunnen brengen bij WVK-groep. Dit betekent dat deze werkzaamheden hierdoor goedkoper uitgevoerd kunnen worden dan door reguliere marktpartijen. Ten opzichte van wat ingeraamd is kunnen we per saldo € 109.000,- (waarvan € 32.000,- wegen) meer besparingen realiseren. Zie toelichting beleidsveld ‘ruimtelijke ontwikkeling en beheer’. Waterschap de Dommel gaat per 1 januari 2014 een tariefdifferentiatie op wegen doorvoeren. Aan deze invoering is een lang bestuurlijk traject voorafgegaan omdat dit wordt vastgelegd in een kostentoedelingsverordening. In deze verordening wordt vastgelegd hoe het waterschap de kosten van het watersysteem verdeelt over de diverse categorieën belastingplichtigen, zijnde de ingezetenen, eigenaren van gebouwde en ongebouwde onroerende zaken en natuurterreinen. Het Waterschap heeft bij deze verdeling op grond van wettelijke bepalingen de bestuurlijke vrijheid om binnen de tarieven ongebouwd te differentiëren op de wegen. Vanwege een ongelijke verdeling tussen het oppervlaktedeel van de agrarische gronden en het waarde-aandeel van wegen binnen de categorie ongebouwd is deze in het verleden ontstane “weeffout” gecorrigeerd door de wegen op een andere manier te belasten ten gunste van de cultuurgronden. Wegbeheerders gaan hierdoor een dubbel tarief betalen ten opzichte van de andere eigenaren van ongebouwde onroerende zaken in deze categorie. Voor de gemeente Bladel betekent het vorenstaande een lastenstijging van circa € 11.000,- per jaar. De gemeente Bladel betaalt jaarlijks mee aan het beheer en onderhoud van de N284 vanwege de gemeentelijke aansluitingen. Deze (financiële) afspraken zijn vastgelegd in een overeenkomst ter Regeling Beheer en Onderhoud (RBO) met de Provincie Noord-Brabant. Door de realisatie van het KBP en de nieuwe provinciale verbindingsweg richting de A67 is de ligging van de N284 gewijzigd en uitgebreid en is actualisatie van het RBO contract noodzakelijk. Er bestaat reeds een overeenkomst tussen de provincie en de gemeente Bladel waarin afspraken gemaakt zijn over taken en kosten met betrekking tot het beheer en onderhoud van de N284. Vanwege een gewijzigde ligging van de N284 is de bestaande overeenkomst niet meer up-to-date en dient geactualiseerd te worden. In de nieuwe overeenkomst worden de afspraken die gemaakt zijn over de kruispunten op het KBP alsmede een tweetal fietstunnels toegevoegd. Vanwege deze areaaluitbreiding is de jaarlijkse gemeentelijke bijdrage aan de provincie per saldo verhoogd met een bedrag van circa € 15.000,-. Verkeersveiligheid Naar aanleiding van het raadsbesluit d.d. 12 december 2013 tot het treffen van aanvullende verkeersmaatregelen nabij nieuwbouwplan Hapertse Weide is door de gemeenteraad een motie aangenomen, inhoudende om binnen een periode van twee jaar een integraal onderzoek uit te voeren naar de verkeersveiligheid op De Wijer en Oude Provincialeweg te Hapert en de gemeenteraad met een probleemanalyse en een concreet verbeterplan te rapporteren. Voor het uitvoeren van een knelpuntenanalyse met een daaraan gekoppeld verbeterplan is op basis van een offerte vooralsnog in 2014 een raming van € 25.000,- opgenomen. Openbare verlichting Vanuit het raadsprogramma is in 2012 een budget van € 20.000,- beschikbaar gesteld voor te maken kosten voor onderzoek (advieskosten) en rapportage in het kader van intensievere inzet LED-verlichting en de evaluatie van het beleidsplan openbare verlichting. Dit project is uitgesteld omdat binnen de samenwerking Kempengemeenten is gerealiseerd dat het totale onderhoud voor openbare verlichting is uitbesteed aan één partij. Een logisch vervolg zou zijn het gezamenlijk opzetten van een beleidsplan openbare verlichting, onderzoeken van ontwikkelingen en toepassing in LED, bereiken van meer standaardisatie, etc. Binnen de samenwerking Kempengemeenten wordt dit project echter niet gezamenlijk opgepakt. Bladel heeft daarom opdracht gegeven om zelf een nieuw beleidsplan “Licht in de openbare ruimte” op te stellen en daarin de gestelde doelstellingen m.b.t. lichthinder van de plattelandsnota en het nieuwe milieubeleidsplan mee te nemen. In dit plan wordt ook een evaluatie van het beleidsplan 2008-2012 meegenomen alsmede een hoofdstuk over mogelijke intensivering van LED verlichting. Aanvullend op het nieuwe beleidsplan “Licht in de openbare ruimte” moet er een geactualiseerd uitvoeringsprogramma openbare verlichting opgesteld gaan worden. Vooruitlopend hierop zijn de ramingen voor elektri12
citeitsverbruik, onderhoud en (tijdelijk) uitbestede werkzaamheden geactualiseerd op basis van de laatste jaarrekeningcijfers. Per saldo betekent dit voor 2014 een lastenstijging van € 13.000,- en voor 2015 en volgende jaren € 28.000,-. Met als basis de door uw raad nog vast te stellen “Beleidsnota licht in de openbare ruimte” zal het uitvoeringsprogramma openbare verlichting in het najaar 2014 aan uw raad worden voorgelegd. In het uitvoeringsprogramma wordt een geactualiseerd exploitatie- en investeringsoverzicht opgenomen. Krediet: aanleg Randweg Bladel In de raadsvergadering van 17 maart 2011 is een krediet beschikbaar gesteld van € 2.420.000,- voor de doortrekking van de Randweg (Gozelinusbocht-Postelweg). Er is gekozen voor de tracévariant “het verbeterde korte alternatief”. Vanaf 2011 hebben de nodige voorbereidingen plaatsgevonden. Een groot deel van de benodigde gronden is inmiddels aangekocht. Verder is een ontwerp bestemmingsplan in voorbereiding welke in de zomer van 2014 ter visie zal worden gelegd. Vaststelling kan dan in de raad van december dit jaar. De vaststelling zal worden gevolgd door de start van de administratieve onteigeningsprocedure. De raad dient hiervoor gelijktijdig met het vaststellen van het bestemmingsplan een onteigeningsverzoek in te dienen bij de Kroon. Zonder beroep is het bestemmingsplan medio 2015 onherroepelijk. Naar verwachting kunnen we dan medio 2016 over alle gronden beschikken. Daarna kan het archeologisch onderzoek worden uitgevoerd en kan gestart worden met de aanleg. Rekening houdend met een aanlegtermijn van 3 tot 6 maanden, kan de nieuwe Randweg begin 2017 worden opgeleverd. Omdat in het kader van de Wet geluidhinder sprake is van reconstructie, is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Alle woningen grenzend aan het tracé rotonde Gozelinusbocht - rotonde Postelweg zijn onderzocht op mogelijke overschrijding van de geluidnormen. Het onderzoek heeft opgeleverd dat 14 van de 53 onderzochte woningen en een school dienen te worden geïsoleerd. Dit is nodig, omdat conform de Wet geluidhinder de nieuwe Randweg niet in gebruik kan worden genomen voordat bij alle woningen aan het vereiste binnenniveau kan worden voldaan. Om de woningen te isoleren, zal na onherroepelijk worden van het bestemmingsplan een traject worden opgezet. Alle bewoners die het aangaat zal een aanbod voor het treffen van isolatiemaatregelen aan de woning worden gedaan. Zij zijn vrij in hun keuze om van dit aanbod gebruik te maken. In het reeds beschikbaar gestelde budget van € 2.420.000,- is geen rekening gehouden met de kosten voor de te nemen akoestische maatregelen (het isoleren van een aantal huizen en de school). De hiermee gepaard gaande kosten zijn indicatief begroot op ongeveer € 200.000,-. Momenteel worden alle benodigde budgetten geactualiseerd. De uitkomsten hiervan zijn nog niet bekend. Het raadsvoorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan zal worden vergezeld van een geactualiseerde kostenbegroting. Indien nodig, zal op dat moment aanvullend krediet worden gevraagd. Krediet: herinrichting Markt Hapert Ter verbetering van de verblijfsfunctie is de openbare ruimte van de Markt in de kern Hapert heringericht. Hiervoor is in 2012 een krediet van € 1.235.000,- beschikbaar gesteld. Na de planvorming in 2012 is de uitvoering in 2013 afgerond en geëvalueerd. Als gevolg van een gunstige aanbesteding van de werkzaamheden en nagenoeg geen meerwerk door scherp toezicht, bedroegen de uiteindelijke kosten ca. € 662.000,-. Van het restantkrediet ad € 573.000,- zal in 2014 nog een bedrag van € 200.000,- nodig zijn voor advieskosten, aanvullende wensen en aanpassingen die door uw raad zijn aangegeven op een drietal kruispunten. Dit betekent dat het restantkrediet met een bedrag van € 373.000,- verminderd kan worden. Krediet: VVP 2013 Voor trajectuitvoering van het VVP 2013 is € 9.000,- extra krediet noodzakelijk om de trajectuitvoering uit te kunnen voeren. De kosten worden gedekt ten laste van de algemene reserve (zie beleidsveld bestuur).
13
2.2. Thema: Economie In onderstaand overzicht worden mutaties van het bestaande beleid weergegeven en toegelicht. Begroting 2014
Wijziging ppn
bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014 na wijz.
Mutatie meerjarenraming 2015
2016
2017
2018
lasten Werkgelegenheid Detailhandel Industrie
-192 n
-192 n
-5 n
-5 n
-84 n
Recreatie& toerisme / Agrar.bedrijvigheid
-585 n
-84 n -76 n
-661 n
-61 n
-22 n
-2 n
-2 n
168 v
355 v
7 v
10 v
10 v
10 v
baten Werkgelegenheid Detailhandel Industrie
9 v
Recreatie& toerisme / Agrar.bedrijvigheid
Saldo van baten en lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Geraamd resultaat
187 v
9 v
Totaal lasten
-866 n
-76 n
-942 n
-61 n
-22 n
-2 n
-2 n
Totaal baten
196 v
168 v
364 v
7 v
10 v
10 v
10 v
-670 n
92 v
-578 n
-54 n
-12 n
8 v
8 v
92 v
-578 n
-54 n
-12 n
8 v
8 v
n v -670 n
- Beleidsveld: Recreatie en toerisme / Agrarische bedrijvigheid Grondzaken Aan de Dienst Landelijk Gebied (DLG) c.q. de provincie Noord-Brabant wordt een pachtperceel ter grootte van circa 4 ha te Netersel verkocht in verband met de sanering en verplaatsing van het betreffende bedrijf. Het is de bedoeling om dit perceel “terug te geven” aan de natuur en aan te laten sluiten bij de Neterselse Heide. Op basis van een gezamenlijke waardebepaling door wederzijdse partijen is de verkoopprijs bepaald. Na aftrek van taxatie- en notariskosten resteert een netto-opbrengst van circa € 144.000,-. Terrasvergoedingen In de meerjarenbegroting 2014-2018 is een opbrengst van € 18.000,- geraamd voor de heffing van een precariobelasting. Deze belasting kan worden geheven van hen die voorwerpen, onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond hebben aangebracht, waarmee zonneschermen, luifels/erkers en terrassen belast konden worden. Deze terrassen en bijbehorende zaken gaan met de vaststelling van de beleidsnota “evenementen, horeca en terrassen” echter via een privaatrechtelijke vergoeding belast worden in plaats van via de publieke weg: de precariobelasting. Op basis van de concept uitvoeringsregeling en de daarbij vastgesteld overgangsregeling worden daarmee inkomsten verwacht tot een bedrag van € 3.000,voor 2014, € 7.000 voor 2015 en ca € 10.000,- voor 2016 en volgende jaren. Als gevolg hiervan worden de eerder geraamde opbrengsten wegens precariorechten structureel afgeraamd (zie beleidsveld bestuur). Ontwikkeling servicepunt externe financiering Huis van de Brabantse Kempen Voorheen verzorgde het SRE binnen het taakveld Gebiedsgerichte Economische Ontwikkeling (GEO) taken op het gebied van het binnenhalen en adviseren over externe financiering (regionale, nationale, Europese subsidies). Deze taak verdwijnt in 2014 bij het SRE/MRE. Er wordt gedacht dit servicepunt onderdeel te laten worden van het Huis van de Brabantse Kempen. Dit servicepunt houdt zich bezig met het zoeken naar externe financieringsmogelijkheden voor publieke en private projecten in de Brabantse Kempen. Het gaat hierbij over zowel advisering van initiatiefnemers over (financiële) mogelijkheden, vereisten en procedurele randvoorwaarden voor de inzet van externe financie-
14
ringsbronnen, als het begeleiden van projectinitiatieven bij het proces van projectontwikkeling (indienen aanvraag, projectuitvoering, administratie etc). Eerder is aangegeven dat de taken uit het SRE taakveld GEO, kunnen worden geïntegreerd binnen de werkzaamheden van het huidige Huis van de Brabantse Kempen en de beleidsmedewerkers Economische Zaken. Dit gaat over de taken binnen het GEO gericht op promotie (branding) en visievorming. Nu wordt ingezet het servicepunt externe financiering binnen het Huis van de Brabantse Kempen verder uit te bouwen ontstaat er een genuanceerder beeld. Een servicepunt voor externe financiering is van toegevoegde waarde voor de regio. Het opstellen van subsidieprogramma’s, advisering over subsidietrajecten en het begeleiden van subsidieprocessen wordt niet als gemeentelijke taak gezien. De uitbreiding van formatie voor het servicepunt vindt plaats binnen het Huis van de Brabantse Kempen. Het betreft een structurele bijdrage van € 1,00 per inwoner met ingang van 1 juli 2014. Tot 1 juli 2014 wordt een bijdrage van € 0,43 per inwoner gevraagd. Deze bijdrage werd voorheen door iedere gemeente betaald in het kader van de GEO taken. Voor 2014 betekent dit een bedrag van € 14.000,- en voor de jaren 2015 en 2016 € 20.000,-. De extra bijdrage hebben wij nochtans gekoppeld aan de ‘looptijd’ van het Huis van de Brabantse Kempen. In de perspectiefnota 2013 is immers besloten om de bijdrage aan het Huis van de Brabantse Kempen met ingang van 2017 te beëindigen (zie volgnr. 5.3.5 perspectiefnota 2013). Accountmanagement Economische Zaken Accountmanagement is niet iets van korte termijn resultaten. Het gaat om investeren in de partners om je heen om samen te bouwen aan wederzijds vertrouwen, aan gezamenlijke belangen, aan gezamenlijke ambities, aan gezamenlijke kaders, zodat we gezamenlijk de verantwoordelijkheid nemen voor de toekomst. Accountmanagement gaat dus verder dan een intern coördinator of een aanspreekpunt. De accountmanager is de spin in het web van overheid, onderwijs en ondernemers. Drie pijlers van accountmanagement 1) Ambassadeur van buiten naar binnen en van binnen naar buiten 2) Relatiebeheerder 3) Kansenkoppelaar Concreet betekent dit: investeren en uitvoeren van het centrummanagement kern Bladel, parkmanagement Bestaande Bedrijventerreinen gemeente Bladel, het oppakken van het accountmanagement in de kern Hapert, het bezoeken van ondernemers, vast aanspreekpunt zijn voor de 10 grootste bedrijven van onze gemeente, bijwonen jaarvergaderingen, contacten aanhalen met Brainport etc. Op al deze drie pijlers gaan we binnen Economische Zaken inzetten. Om dit te realiseren wordt gevraagd de huidige formatie (1,3 fte EZ) voor een periode van 2 jaar (2014 en 2015) uit te breiden met 0,6 fte, naar een totaal van 1,9 fte. Hiermee is vooralsnog een bedrag nodig van € 39.000,- per jaar. Ontwikkeling: Centrummanagement Voor een toekomstbestendig winkelcentrum van Bladel is behoefte aan een geformaliseerde samenwerking tussen publieke en private partijen. De samenwerking is op basis van gelijkwaardigheid en met een gezamenlijke inzet van middelen. Om de wensen en mogelijkheden hiertoe in beeld te brengen, werken betrokken partijen (ondernemersvereniging Bladel, vastgoedeigenaren, horeca ondernemers, VVV en gemeente) samen in een initiatiefgroep. Deze initiatiefgroep stelt een businessplan op voor het centrum van Bladel. Daarin wordt aandacht besteed aan strategie, projecten en financiering van centrummanagement. Dit businessplan wordt eind tweede kwartaal 2014 voorgelegd aan de partijen in het centrum. De raad wordt hierover geïnformeerd. Naast ambitiebepaling, is de financiering een belangrijk punt. Daarbij wordt van alle partijen inbreng verwacht. Een ondernemersfonds is een manier om die financiering te regelen. Hieraan moeten alle ondernemers in het centrum verplicht gaan meebetalen. Hierdoor ontstaat een solide basis voor financiering. Voor de invoering van een ondernemersfonds is een formele draagvlakmeting verplicht. Bij onvoldoende draagvlak kan er geen ondernemersfonds worden ingesteld. Naar verwachting wordt in de zomerperiode van 2014 een formele draagvlakmeting georganiseerd. Bij voldoende draagvlak worden de voorbereidingen gestart voor het opstellen van een verordening voor het instellen van een ondernemersfonds. Besluitvorming door de gemeenteraad vindt plaats in het vierde kwartaal 2014.
15
2.3
Thema Mens en maatschappij
In onderstaand overzicht worden mutaties van het bestaande beleid weergegeven en toegelicht. Begroting 2014
Wijziging ppn
bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014 na wijz.
Mutatie meerjarenraming 2015
2016
2017
2018
lasten Veiligheid
-2.029 n
-152 n
-2.181 n
-121 n
-128 n
-144 n
-143 n
Jeugd en Gezin
-4.502 n
-382 n
-4.884 n
-2.708 n
-2.700 n
-2.698 n
-2.677 n
-12.447 n
-185 n
-12.632 n
-748 n
-830 n
-793 n
-779 n
-542 n
-33 n
-575 n
-74 n
-73 n
-73 n
-73 n
Maatschappelijke participatie Preventie en Opvang Sociale Samenhang en Leefbaarheid
-3.533 n
-398 n
-3.931 n
-21 n
-21 n
-21 n
-21 n
Bestuur
-4.098 n
1.459 v
-2.639 n
-99 n
353 v
604 v
1.036 v
45 v
45 v
45 v
45 v
425 v
496 v
496 v
696 v
baten Veiligheid Jeugd en Gezin Maatschappelijke participatie
23 v
45 v
68 v
202 v
300 v
502 v
8.922 v
1.125 v
10.047 v
Preventie en Opvang Sociale Samenhang en Leefbaarheid Bestuur
542 v
159 v
701 v
4 v
4 v
4 v
4 v
22.911 v
-497 n
22.414 v
3.903 v
3.664 v
3.413 v
2.785 v
Totaal lasten
-27.151 n
309 v
-26.842 n
-3.771 n
-3.399 n
-3.125 n
-2.657 n
Totaal baten
32.600 v
1.132 v
33.732 v
4.377 v
4.209 v
3.958 v
3.530 v
5.449 v
1.441 v
6.890 v
606 v
810 v
833 v
873 v
-962 n
-300 n
-1.262 n
349 v
171 v
-27 n
-1.002 n
955 v
981 v
806 v
-137 n
Saldo van baten en lasten Toevoeging reserves (incl. resultaat 2013) Onttrekking reserves (incl. resultaat 2013)
1.314 v
54 v
1.368 v
Geraamd resultaat
5.801 v
1.195 v
6.996 v
-8 n
- Beleidsveld: Veiligheid Regionaal Informatie- en Advies Centrum De regionale samenwerking met het Regionaal Informatie & Expertise Centrum (RIEC) is verankerd in het regionaal convenant geïntegreerde decentrale aanpak georganiseerde misdaad Zuid Oost Brabant, hetgeen ook door onze gemeente in 2010 is ondertekend. Tot 2012 werd het RIEC gefinancierd door cofinanciering vanuit het ministerie van V&J (in relatie tot het aantal bestede uren vanuit de gemeente aan het RIEC) en uit het regionale openbare orde en veiligheidsfonds. Onze gemeente heeft in 2012 en ook in 2013 gebruik gemaakt van de diensten van het RIEC in een eerste casus. Een tweede casus zal volgen in 2013. Verder dient het RIEC als informatiecentrum voor o.a. BIBOB. In de begroting 2014 is voor het RIEC een raming van € 9.000,- opgenomen. Na een evaluatie is in november 2013 besloten is om de samenwerking met het RIEC Oost-Brabant voort te zetten en de bijdrage met ingang van 2015 structureel te ramen. Door structureel budget beschikbaar te stellen wordt de voortzetting van deelname aan de regionale samenwerking met het RIEC mogelijk, waarin de "bestuurlijke en geïntegreerde aanpak van georganiseerde criminaliteit" wordt ondersteund. Brandweer en rampenbestrijding Zoals bekend is de Wet op de Veiligheidsregio’s gewijzigd, hetgeen leidt tot verplichte regionalisering van de brandweer per 1 januari 2014. In 2013 is het brandweermaterieel en –voertuigen tegen boekwaarde overgenomen door de Veiligheidsregio. Dit leidt ertoe dat alle relevante exploitatielasten en –baten thans uit onze begroting gaan verdwijnen. Wij betalen een vergoeding aan de Veiligheidsregio gebaseerd op een aantal verdeelsleutels. De wegvallende exploitatielasten dienen als dekking van de extra bijdragen aan de Veiligheidsregio. Per saldo leidt dit tot extra kosten. Extra kosten worden veroorzaakt doordat een aantal bestaande apparaatskosten niet gecompenseerd worden door de Veiligheidsregio. 16
Op korte termijn moeten er nog afspraken gemaakt worden over de huurprijs en -overeenkomst van de te huren kazernes (kazernes blijven eigendom van de gemeente). Daarnaast zijn in januari 2014 nog de salarissen van de vrijwillige brandweer over de maanden november en december 2013 uitbetaald ad € 36.000,-. De salariskosten waren eerder al afgeraamd in verband met de regionalisering van de brandweer. Beschermende maatregelen Betreft incidenteel voor rekening van de gemeente komende kosten van een uitvaart en crematie.
- Beleidsveld: Jeugd en gezin Basisonderwijs Bij de najaarsnota 2013 is een bedrag van € 50.000,- geraamd voor de sloop en asbestverwijdering van de St. Janschool te Casteren. Hiervan is bij de jaarrekening 2013 een bedrag van € 37.000,- overgeheveld naar 2014. De totale nog te maken kosten voor de sloop en de asbestverwijdering worden thans geraamd op ca € 70.000,- exclusief BTW. Per saldo dient ten opzichte van het nog beschikbare budget een bedrag van € 33.000,- te worden bijgeraamd. Dekking geschiedt ten laste van de reserve volkshuisvesting (zie beleidsveld ‘ruimtelijke ontwikkeling en beheer’). Wij verwachten dat de sloop van het schoolgebouw kort na Pasen 2014 gerealiseerd zal zijn. De huurvergoeding aan Woningstichting de Zaligheden voor de brede school Casteren is geïndexeerd en voor 2014 verhoogd tot € 92.000,-. Leerlingenvervoer Middels de vaststelling van de perspectiefnota 2013 is een bezuiniging op leerlingenvervoer doorgevoerd door de kilometergrens waarbinnen geen recht bestaat op leerlingenvervoer op te trekken van 4 naar 6 kilometer. Deze bezuiniging beoogt een besparing van € 4.000,- in 2014 (september t/m december) en € 13.000,- in 2015 (volledig kalenderjaar). De verordening leerlingenvervoer dient hierop te worden aangepast. Vaststelling van de nieuwe verordening leerlingenvervoer zal geschieden in de raadsvergadering van 26 juni a.s. De nieuwe verordening is ook gebaseerd op de Wet passend onderwijs, die op 1 augustus a.s. in werking treedt. Hoewel de vaststelling van de nieuwe verordening op 26 juni a.s. staat te gebeuren, kan de inwerkingtreding ervan niet eerder ingaan dan 1 augustus 2014, omdat de wetswijzigingen waar de nieuwe verordening op gebaseerd is pas op die datum ingaan. Dit betekent dat aanvragen die vóór 1 augustus 2014 binnenkomen, op grond van de oude verordening beoordeeld moeten worden en dat er een overgangsregeling moet worden getroffen voor 2014-2015. Dit houdt weer in dat de beoogde bezuiniging in 2014 (€ 4.000,-) en een deel van de beoogde bezuiniging 2015 (€ 9.000,-) niet gerealiseerd kan worden. Daarnaast is voor het jaar 2014 sprake van een indexering c.q. prijsstijging van 3,8%. Per saldo betekent dit een kostenverhoging van € 13.000,- voor 2014, € 19.000,- voor 2015 en € 11.000,- voor 2016 en volgende jaren. Gemeente Bladel verzorgt in 2014 ook het leerlingenvervoer voor de 3 Kempengemeenten. Van deze gemeenten worden de daarmee gepaard gaande kosten terugontvangen. Verzorging van leerlingenvervoer geschiedt op toerbeurt. Overige lasten en baten onderwijs Bij brief van 19 december 2013 worden de gemeenten door de VNG en de ministeries van VWS en OCW in de gelegenheid gesteld hun deelname aan de Brede impuls combinatiefuncties op de hogen. Ook onze gemeente komt hiervoor in aanmerking. Op basis van de eerdere regeling, genaamd "impuls brede scholen, sport en cultuur", heeft onze gemeente in totaliteit 3 fte combinatiefuncties gerealiseerd (100%). In 2012 kwam een aanvullende regeling: "Brede impuls combinatiefuncties" en kreeg de gemeente de mogelijkheid om de 100% op te hogen naar 120%. Deze ophoging staat gelijk met 0,5 fte, hiervan neemt het Rijk 40% voor haar rekening (ruim € 10.000,-). Van de optie tot ophoging heeft de gemeente gebruik gemaakt. Enerzijds vanuit de vele mogelijkheden die er lagen om hier invulling aan te geven, anderzijds omdat de gemeente geen verplichting tot cofinanciering had. De cofinanciering geschiedt door derden (sportinstellingen, scholen, fitcentra e.d.). Onze 2 coördinatoren combinatiefuncties zijn hiermee aan de slag gegaan en hebben een inventarisatie gemaakt over de inzet van de toegekende ophoging van 100% tot 120% (o.a. uitbreiding Scoolsport Pius X-College, ouderen gym, peutergym, sporten voor kinderen met een beperking, aanpak obesitas, project bevordering gezond gedrag, project van langs de lijn naar op het veld). Over de concrete inzet wordt thans voorstel uitgewerkt door de coördinatoren combinatiefuncties. Er zullen keuzes moeten worden gemaakt. 17
Ook voor dit jaar heeft de minister de mogelijkheid opengesteld om het percentage op de hogen tot (maximaal) 140%. Dit leidt tot extra lasten tot een bedrag van € 12.000,-. Wij zijn er voorstander van om dit te doen, om redenen zoals hiervoor weergegeven (vele invulmogelijkheden en geen financiële risico's). Onze 2 coördinatoren hebben ook bij onze buurgemeenten geijverd om hun percentage op te hogen tot 140%. Zowel Reusel-De Mierden als Eersel hebben hiertoe al besloten. Via de algemene uitkering worden we gecompenseerd voor de ophoging van de inzet van combinatiefuncties. In de komende meicirculaire 2014 zullen de nieuwe, verhoogde bedragen opgenomen worden. We hebben hierop reeds geanticipeerd (zie beleidsveld bestuur) Jeugdbeleid De uitkering voor de decentralisatie van jeugdzorg is voorlopig vastgesteld op € 2.673.000,- (zie beleidsveld bestuur). In de komende maanden zal in nauwe samenspraak met de gemeenten Bergeijk, Eersel en Reusel-De Mierden gewerkt worden aan het opstellen van deelbegrotingen voor de te decentraliseren taken. Het gedecentraliseerde budget van € 2.673.000,- zal dan, zoals vastgesteld in het “Beleidskader Samenhang Sociaal Domein, krachten bundelen waar nodig 2015-2019”, in beginsel taakstellend beschikbaar zijn voor de uitvoering van de gedecentraliseerde taken. Wij verwachten dat de deelbegrotingen eind 2014 aan uw raad ter vaststelling voorgelegd kunnen worden. CJG De loonkosten van de coördinator CJG worden voortaan op de kostenplaats ontwikkeling geraamd. Via tijdregistratie zullen de kosten weer doorbelast worden naar CJG.
- Beleidsveld: Maatschappelijke participatie BBZ Actualisatie middelen voor levensonderhoud van gevestigde zelfstandigen en voor bedrijfskapitaal door de ISD. Dit leidt per saldo voor 2014 tot extra kosten van € 20.000,-. Uitvoering BUIG / participatiebudget / IOAW Op basis van de “Wet bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten” (BUIG) ontvangt de gemeente één (gebundeld) budget voor de bekostiging van uitkeringen voor levensonderhoud op grond van de WWB, de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 (levensonderhoud starters). De voortdurende economische crisis heeft de afgelopen jaren ook in Bladel geleid tot een oplopende werkloosheid en een toename van het beroep op een gemeentelijke bijstandsuitkering. Voor de ontwikkeling van de omvang van het klantenbestand heeft de economische recessie twee kanten. Enerzijds neemt de instroom toe als gevolg van verlies van werk (lees inkomen uit arbeid) en anderzijds wordt de uitstroom richting arbeidsmarkt bemoeilijkt doordat werkgevers minder snel geneigd zijn om nieuw personeel in dienst te nemen. Door de sterke toename van de uitgaven voor de BUIG zal het toegekende BUIG-budget in 2014 en 2015 niet afdoende zijn om de lasten te dekken. Dit betekent dat de eerste jaren de lasten zullen stijgen. Wij verwachten dat vanaf 2016 de daling van BUIG-uitkeringen zal inzetten. Voorts stijgen de ambtelijke kosten van ISD De Kempen, wegens tijdelijk uitbreiding van de formatie, zoals opgenomen in de ontwerp-begroting 2015 van de SK. Minimabeleid / schuldhulpverlening De lasten voor bijzondere bijstand en schuldhulpverlening neemt volgens prognose in 2014 af met € 8.000,-. Vanaf 2016 nemen de lasten evenwel weer toe. De slechte economische situatie is hiervoor de verklaring. Steeds meer mensen zijn afhankelijk van een minimuminkomen en doen beroep op bijzondere bijstand en minimaregelingen. Voor de intensivering van armoede- en schuldenbeleid wordt, vooruitlopend op de meicirculaire 2014 voor 2014 en volgende jaren extra middelen toegevoegd aan het gemeentefonds (zie beleidsveld bestuur). Wij hebben deze middelen afgezonderd voor de dekking van extra uitvoeringskosten door ISD de Kempen. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) In het regeerakkoord zijn aanzienlijke wijzigingen in de zorg vastgelegd. De huidige aanspraak wordt vervangen door een maatwerkvoorziening voor degenen die het echt nodig hebben en het niet uit eigen middelen kunnen betalen. De lasten voor de uitvoering van de Wmo zijn door de ISD geactualiseerd. De ISD verwacht dat de netto-kosten hierdoor vanaf 2015 extra zullen stijgen met € 276.000,-. Deze extra kosten kunnen voor een belangrijk deel gecompenseerd worden door een hogere integratie-uitkering uit het gemeentefonds (zie beleidsveld bestuur). 18
De lasten voor het collectief vervoer vallen € 6.000,- goedkoper uit. Dit wordt veroorzaakt door gunstigere aanbesteding ten opzichte waar we rekening mee hebben gehouden. De kosten voor individuele voorzieningen voor rolstoelen stijgen daarentegen met € 16.000,-. Algemeen maatschappelijk werk Met vaststelling van de gemeentebegroting 2011 heeft de gemeenteraad ingestemd met een aantal uitgangspunten voor bezuinigingen op de subsidies van welzijnsinstellingen. Uitgangspunt is een oplopende taakstellende bezuiniging van 20%. MW Dommelregio heeft aangegeven de opgelegde taakstelling niet volledig te kunnen realiseren, zonder afbreuk te doen aan de dienstverlening. Dit betekent dat de nog openstaande taakstelling van € 18.000,- als niet te realiseren taakstelling wordt afgeraamd. Werkgelegenheid Zoals bekend beschikt WVK-groep over een groot weerstandsvermogen. Het bestuur van WVK-groep heeft onderzocht of er termen aanwezig zijn om de bovenmatige reservepositie uit te keren aan de deelnemende gemeenten. Het algemeen bestuur van WVK-groep heeft op 3. april j.l. besloten tot aanpassing van de bestaande uitkeringsregeling. Van WVK-groep ontvangen we thans een uitkering van € 200.000,- over de periode 20142017. Deze uitkering wordt nu verhoogd naar € 300.000,- per gemeente. Per saldo dus € 100.000,- extra. Voorst is besloten deze uitkeringsregeling te verlengen tot en met 2019. Daarnaast zal in 2014 een eenmalige uitkering gedaan worden van € 1.000.000,- per gemeente. De financiële middelen van WVK-groep worden met dit besluit afgebouwd naar € 2,8 miljoen. WVK-groep concludeert voorts dat er nog voldoende weerstandsvermogen resteert om de omzetrisico’s af te dekken. Afronding IDOP (kleinschalige verpleegunit Hoogeloon) Medio 2009 is in opdracht van de gemeente een leefbaarheidsprogramma opgesteld door de bewoners van Hoogeloon met als doel het dorp leefbaar en levensloopbestendig te maken. Dit rapport is na goedkeuring van de gemeente en dorpsraad toegevoegd aan het kerngerichte deel van de Toekomstvisie. Vervolgens is in een IDOP-oplegger aangegeven welke thema’s uit het Leefbaarheidsprogramma in aanmerking zouden moeten komen om op korte termijn uit te voeren. Dit heeft uiteindelijk geleid tot de projecten en activiteiten die met steun van de provincie en de gemeente in Hoogeloon zijn gerealiseerd. Bij het indienen van de begroting voor dit project is een raming gemaakt van de kosten van de diverse projectonderdelen. Op basis van een destijds geraamde investering van € 3.493.000,- is door de provincie een subsidie toegekend van maximaal 20% ofwel ca. € 698.000,-. Door de gemeente is een bijdrage geleverd als vorm van cofinanciering tot een bedrag van ca € 430.000,-. In 2013 is een voorschot verleend op het subsidiebedrag van € 535.000,-. Het restantbedrag is als nog te ontvangen subsidie in de jaarrekening 2013 opgenomen. Inmiddels is de eindverantwoording van de IDOP Hoogeloon in concept gereed en zal deze, na controle door onze accountant, uiterlijk op 1 juni 2014 ter vaststelling aan de provincie toegezonden moeten worden. Ten opzichte van de geraamde kosten bij de aanvraag van de subsidie blijken de werkelijke projectkosten per saldo circa € 163.000,- lager uit te vallen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere investeringskosten van het project kleinschalige verpleegunit Hoogeloon als gevolg van een gunstige aanbesteding van de bouwkosten. Concreet betekent dat de provinciale subsidie lager zal uitvallen tot een bedrag van circa € 33.000,-. Het definitief lagere subsidiebedrag zal eerst na de vaststelling door de provincie in juni 2014 kunnen worden bepaald. Vooralsnog houden we rekening met dit lagere subsidiebedrag. Ontwikkelingen - Participatiewet Het huidige kabinet beoogt een hervorming van de sociale zekerheid door te voeren met het doel meer kansen te bieden aan personen die nog niet participeren op de arbeidsmarkt. Het gaat daarbij om een (partiële) samenvoeging van de WWB met de Wsw en onderdelen van de Wajong. Het kabinet wil dat alle mensen als volwaardige burgers kunnen meedoen aan de samenleving. Met de invoering van de Participatiewet wil het kabinet mensen die nu nog aan de kant staan meer kansen bieden. De invoering van deze wet is voorzien op 1 januari 2015. De plannen hebben grote gevolgen voor de gemeenten als uitvoerder van de WWB en Wsw. Op dit moment is nog niet duidelijk op welk wijze de uitvoering van de Participatiewet in de Kempen georganiseerd gaat worden. De Kempengemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel en Reusel-de Mierden zijn voor de invoering van de Participatiewet en de transitie extramurale Begeleiding in gezamenlijkheid een project gestart onder de naam “Implementatie Participatiewet & Begeleiding”. ISD de Kempen participeert in zowel het Projectteam alsmede in verschillende werkgroepen. Naar verwachting zal gedurende 2014 de politieke besluitvorming door de Kempengemeenten plaatsvinden, over de toekomstige uitvoering van deze wetten. De gemeente Oirschot volgt hierin een ander traject. ISD 19
de Kempen biedt hierbij beleidsmatige capaciteit voor wat betreft het onderdeel Participatiewet. De voorbereidingen voor en de implementatie van de Participatiewet zullen in 2014, met een uitloop naar 2015, veel inzet vragen van ISD de Kempen. - Nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning en transitie begeleiding AWBZ Het wetsvoorstel maatschappelijke ondersteuning wordt in de eerste helft 2014 door het parlement behandeld. De gemeenten hebben voor de huidige Wmo voorzieningen en de nieuwe functie begeleiding niet langer een compensatieplicht maar moeten een maatwerkvoorziening aanbieden als, na beoordeling, blijkt dat men het probleem niet binnen het eigen systeem kan oplossen. Daarnaast is voorzien in een forse bezuiniging voor zowel de functie begeleiding als voor de functie hulp bij het huishouden. Het is nog onduidelijk hoe de bezuinigingen door de gemeenten moeten worden gerealiseerd nu, blijkens het nieuwe wetsvoorstel, de gemeenten geen inkomensgrenzen mogen hanteren maar binnen de huidige kaders van de eigen bijdrage/eigen aandeel moeten blijven. Gemeenten zullen de bezuinigingen met name in een aangescherpte beoordeling van de voorziening moeten zoeken. De nieuwe Wmo betekent voor de gemeenten zowel inhoudelijk als financieel een taakverzwaring.
- Preventie en opvang Bijdrage GGD Met het in werking treden van de Wet publieke gezondheidszorg is een aantal taken aan de GGD opgedragen die voorheen bij de Geneeskundige Hulporganisatie in de Regio (GHOR) van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost (VRBZO) waren belegd. GGD en GHOR hebben met betrekking tot deze overdracht een convenant opgesteld. Daarin is ook de inzet van GGD-medewerkers als operationele GHOR-functionarissen, die tot dusver jaarlijks tussen GGD en GHOR werd afgerekend, meegenomen. Het convenant treedt op verzoek van de GGD in werking met terugwerkende kracht per 1 januari 2013. Het convenant regelt naast inhoudelijke zaken ook de overdracht van een deel van de inwonerbijdrage van VRBZO (via gemeenten) naar de GGD. Deze overdracht bedraagt € 0,27 per inwoner. Voor Bladel betekent dit een nabetaling van € 5.000,over het jaar 2013. Met ingang van 2014 is deze bijdrage opgenomen in de begroting van de GGD. Als gevolg van het beëindigen van de SMA-taak (Sociale Medische Advisering) door de gemeente Helmond met ingang van 2013 ontstaan voor het jaar 2014 frictiekosten bij de GGD die voor rekening komen van de gemeenten die de afgelopen jaren die taak als contracttaak hebben afgenomen. Op basis van het aantal afgenomen keuringen van de voorafgaande 3 jaar (verdeelsleutel) bedraagt de bijdrage 2014 van de gemeente Bladel in deze frictiekosten € 6.000,-. In de raadsvergadering van 19 september 2013 heeft de raad ingestemd met de door de GGD gevraagde bijdrage van € 0,9353 per inwoner (€ 18.000,-) voor het afboeken van de restant boekwaarde van het pand “De Callenburg” te Helmond. In de ontwerp-begroting 2015 GGD is de overheveling van de GHOR-middelen verwerkt alsmede de besparing huisvestingskosten i.v.m. verkoop pand Callenburg en een autonome kostenstijging van 1,75%. Ten opzichte van de gewijzigde begroting 2014 betekent dit een verhoging van € 14.000,- vanaf 2015. Wij hebben in onze meerjarenraming nog een taakstellende bezuiniging op de bijdrage aan de GGD uit de vorige bezuinigingsronde staan van € 59.000,-. Ondanks onze bestuurlijke aandrang om deze taakstelling te realiseren is er in het algemeen bestuur van de GGD hiervoor geen meerderheid. Reden waarom wij voorstellen de taakstelling als niet te realiseren af te boeken.
- Sociale samenhang en leefbaarheid Sport Vanwege de langdurige ziekte van een tweetal medewerkers van sporthal ’t Spant er dient voor het jaar 2014 rekening gehouden te worden met inhuur van vervanging tot aan de zomervakantie. Hiermee is een bedrag gemoeid van € 45.000,- (6 maanden). Ter overbrugging van de periode 31 december 2013 (einde exploitatie sportcafé door particulier exploitant) tot 1 augustus 2014 (opening nieuwe sporthal) wordt gebruikers van sporthal Bladel de mogelijkheid geboden via een koffie- en frisdrank-/zoetwarenautomaat een consumptie te nuttigen. De kosten hiervan bedragen € 4.000,- en zijn niet in de begroting voorzien.
20
In de eerste financiële opzet voor de bouw van de nieuwe sporthal is rekening gehouden met de realisatie hiervan in 2013/2014 en dientengevolge een hogere huuropbrengst van € 30.000,- met ingang van het jaar 2014. Gezien de opgelopen stagnatie in het voorbereidingstraject zal de nieuwe sporthal naar verwachting per 1 augustus 2014 worden gerealiseerd. De hogere huuropbrengst zal op zijn vroegst in 2015 worden gerealiseerd. In het kader van de bezuinigingmaatregelen rondom de begroting 2011 is met ingang van het jaar 2014 een bezuiniging/ombuiging (categorie A) ingeboekt van € 13.000,- op de subsidies voor sportverenigingen vanwege destijds verwachte demografische ontwikkelingen (afname aantal jeugdleden). Aangezien bij de perspectiefnota 2013 reeds een bezuinigingstraject (spoor 2) is ingezet waarbij de subsidies voor de sportverenigingen in 2 jaar met 10% worden verlaagd en gelet op het feit dat door de inzet van de combinatiefunctionarissen de toeloop naar sportverenigingen juist wordt gestimuleerd, zal deze categorie A-bezuiniging niet kunnen worden gerealiseerd. Voor de afronding van de fiscale advisering rondom het ingezette traject van BTW-optimalisatie van de sportaccommodaties wordt in 2014 nog een bedrag van € 5.000,- nodig geacht. In het door de raad vastgestelde krediet voor de nieuwbouw van de sporthal X-sport is besloten een deel van de voorziening onderhoud sporthal ’t Spant er aan te wenden de nieuwbouw. Dit betekent dat de voorziening (administratief) vrijvalt ten gunste van de exploitatie en ten laste van de exploitatie aangewend wordt voor de gedeeltelijke dekking van de nieuwbouw. Muziekonderwijs In het kader van de bezuinigingsmaatregelen (spoor 2) is het budget welzijnssubsidies muziekonderwijs (het zgn rugzakmodel) met ingang van het jaar 2015 verlaagd van € 140.000,- tot € 100.000,-. Gezien de werkelijke uitgaven 2013 ad € 110.000,- wordt verwacht dat het voor 2014 nog geraamde budget ad € 140.000,niet geheel benodigd zal zijn. Vooralsnog wordt voor dit jaar een budget van € 120.000,- voldoende geacht. Zonodig zal bij de najaarsnota 2014 een aanvullende bijstelling plaatsvinden. Op 1 april j.l. heeft het Gerechtshof in Den Bosch uitspraak gedaan inzake de lopende procedure tegen een voormalige medewerker van onze voormalige muziekschool KCMD. Betrokken medewerker heeft zich beroept op de zogenaamde Vendrikregeling. Hierdoor is de gemeente verplicht om zijn volledige salariskosten inclusief opbouw van pensioen door te betalen tot de 65 jarige leeftijd. Het arrest van het Gerechtshof is in ons nadeel uitgevallen. We zullen genoodzaakt zijn een bedrag van € 129.000,- uit te keren aan de betrokken voormalige medewerker. Verder worden we veroordeeld tot het vergoeden van de proces- en dagvaardingskosten en griffierechten. De totale bijkomende kosten bedragen, inclusief de wettelijke rente, ca € 20.000,-. Het is niet ondenkbaar dat een andere ex medewerker zich alsnog gaat beroepen op de Vendrikregeling. Gemeenschapshuizen Voor de afronding van de fiscale advisering rondom het ingezette traject van BTW-optimalisatie van de gemeenschapshuizen wordt in 2014 nog een bedrag van € 5.000,- nodig geacht. Huur gemeenschapshuis Den Aord Casteren De huurvergoeding aan Woningstichting de Zaligheden voor gemeenschapshuis Den Aord te Casteren is geïndexeerd en voor 2014 verhoogd tot € 75.000,-.
- Beleidsveld: Bestuur Bestuursorganen Geringe aanpassing lonen en salarissen aan geactualiseerde loonmutaties. Voorts extra dotatie ad € 4.000,in de voorziening wethouderspensioenen als gevolg van actuariële pensioenverplichtingen. In de APPA is opgenomen dat, aan het einde van de ambtstermijn van wethouders, voor deze wethouders een begeleidingtraject wordt opgezet om deze (gewezen) wethouders beter in de positie te brengen om weer regulier werk op de arbeidsmarkt te kunnen gaan verrichten. De hiermee gepaard gaande kosten bedragen eenmalig € 13.000,-. Op basis van de herziene begroting 2014 SRE daalt de gemeentelijke bijdrage in 2014 met € 56.000,-. In 2015 stijgt de bijdrage met € 28.000,- en vanaf 2016 en volgende jaren met € 15.000,-. Voor een nadere toelichting verwijzen wij u naar raadsvoorstel R2013.135. Daarnaast worden extra lasten geraamd ad € 21
21.000,- voor de uitvoering van regionale projecten, zoals routestructuren en het gemeentelijk aandeel in frictiekosten. Griffie Raming tijdelijke ondersteuning en vervanging griffier. Dit leidt tot de navolgende extra lasten: 2014: € 13.000,- en 2015: € 12.000,-. Financieringen / bespaarde rente Actualisatie rentelasten over het eigen en vreemd vermogen, alsmede de bespaarde rente van de eigen financieringsmiddelen op basis van de geactualiseerde omvang van de reserves en voorzieningen. Per saldo worden er structurele rentevoordelen gerealiseerd tot een bedrag van € 186.000,-, mede vanwege de gunstige herfinanciering en consolidatie tegen lagere renteniveaus. Beleggingen Op 24 april j.l. heeft de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van de BNG besloten om over 2013 € 8.000,- eenmalig meer dividend uit te keren. Over boekjaar 2013 wordt 25% van de netto-winst uitgekeerd. Algemene uitkering Wij hebben in deze nota een voorlopige inschatting gemaakt van de uitkering uit het gemeentefonds e.e.a. op basis van de uitgangspunten vanuit de financiële kaderstelling. Daarnaast zijn een aantal verdeelmaatstaven definitief vastgesteld en is de structurele doorwerking van de decembercirculaire 2013 financiëel vertaald. In de begroting 2014 hebben we aangegeven dat de efficiëncykorting op de decentralisatie van het Jeugdbeleid al financieel vertaald is in onze meerjarenraming. Of met andere woorden: bij de financiële vertaling van de te nemen dekkingsmaatregelen is hierop geanticipeerd in onze begroting. Omdat destijds (2010/2011) nog niet bekend was hoe en op welke wijze de korting uit het Regeerakkoord van Rutte I verwerkt zou worden hadden wij deze als een generieke korting op de algemene uitkering ingeraamd. Nu is bekend dat de efficiencykorting verdisconteerd is in de decentralisatie-uitkering Jeugdzorg. Dit betekent dat de generieke efficiencykorting nu ‘teruggedraaid’ kan worden. In de komende maanden zal in nauwe samenspraak met de gemeenten Bergeijk, Eersel en Reusel-De Mierden gewerkt worden aan het opstellen van deelbegrotingen voor de te decentraliseren taken. Het gedecentraliseerde budget zal dan, zoals vastgesteld in het “Beleidskader Samenhang Sociaal Domein, krachten bundelen waar nodig 2015-2019”, in beginsel taakstellend beschikbaar zijn voor de uitvoering van de gedecentraliseerde taken. Op basis hiervan leidt dat tot de navolgende financiële aannames. (bedragen x € 1.000,-)
2014
algemene uitkering: bijstelling en actualisatie verdeelmaatstaven
v
2015
2016
2017
2018
305 v
259 v
202 v
124 n
-152
algemene uitkering: integrate-uitkering Awbz-Wmo
v
196 v
196 v
196 v
196
algemene uitkering: correcte eff.korting dec.Jeugdzorg
v
295 v
295 v
295 v
295
algemene uitkering: decentralisatie Jeugdzorg
v
2.673 v
2.673 v
2.673 v
2.673
algemene uitkering: decentralisatie provinciale taken VTH
v
71 v
71 v
71 v
71 v
83
algemene uitkering: combinatiefuncties
v
12 v
12 v
12 v
12 v
13
algemene uitkering: intensivering armoedebeleid
v
23 v
30 v
30 v
30 v
30
totaal mutaties algemene uitkering
v
411 v
3.536 v
3.479 v
3.401 v
3.138
Wij gaan er van uit dat in de komende meicirculaire meer definitieve informatie verstrekt zal worden over de decentralisatie uitkeringen. Nadat wij de financiële consequenties van de meicirculaire financieel vertaald hebben voor onze gemeente zullen wij u hiervan mededeling doen. De financiële consequenties van de meicirculaire kunt u dan alsnog betrekken bij de besluitvorming over deze perspectiefnota. Op basis van een voorlopig onderzoek en de nieuwe verdeling van de algemene uitkering in het gemeentefonds die wordt ingevoerd in 2015 zal de gemeente Bladel ca € 287.000,- minder algemene uitkering ontvangen. Hierin zijn de gevolgen van de invoering van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) inbegrepen. Deze onderzoeksresultaten worden nog geactualiseerd naar 2014 voor opname in de meicircu-
22
laire 2014. In afwachting van actualisatie in de meicirculaire hebben wij nog geen rekening gehouden met de financiële effecten van deze herverdeeleffecten. Belastingen De opbrengst onroerende zaakbelastingen wordt naast een (nagecalculeerd) inflatiecorrectie van 1,9% extra verhoogd met 2,0%. Bij het vaststellen van de bezuinigingsmaatregelen in de perspectiefnota 2013 is daartoe besloten. Per saldo leidt dit, als gevolg van lagere WOZ-waarden, tot een minderopbrengst van € 34.000,- in 2014. Vanaf 2015 en volgende jaren stijgt de opbrengst dan. Deze hogere opbrengst wordt voornamelijk veroorzaakt door de actualisatie van de areaaluitbreidingen (incl. KBP). De geactualiseerde areaaluitbreidingen hebben ook relatie met de algemene uitkering, zoals hiervoor aangegeven. Precariorechten Besloten is om geen precariorechten te heffen. De geraamde opbrengst van € 18.000,- komt hiermee te vervallen. Hiervoor in de plaats wordt een terrasvergoeding gevraagd aan de horeca-ondernemers. De terrasvergoedingen worden geraamd onder beleidsveld “recreatie, toerisme en agrarische bedrijvigheid’. Onvoorziene uitgaven / stelposten Wij hebben de post onvoorziene uitgaven eenmalig verlaagd met € 13.000,-. Met deze verlaging worden eenmalige exploitatie-uitgaven tot genoemd bedrag gedekt. Het restant van de post onvoorziene uitgaven bedraagt dan nog € 12.000,-, welke aangewend kan worden voor de dekking van eenmalige onvoorziene lasten in het tweede halfjaar 2014. Door inflatoire aanpassing van de onderscheidene budgetten kan de stelpost voor de opvang van loon- en prijsmutaties ad € 77.000,- vrijvallen. Zoals in de jaarrekening 2013 toegelicht, was met de voormalige secretaris op basis van de detacheringsovereenkomst een eenmalige vergoeding overeengekomen per 1 maart 2014. Door het eerdere vertrek komt de eenmalige vergoeding in 2014 te vervallen, omdat uitbetaling al in 2013 plaats gevonden heeft. Voorts wordt de stelpost majeure projecten eenmalig verlaagd met € 97.000,- tot de helft van het beschikbare budget, omdat wij verwachten dat in het tweede halfjaar 2014 geen grote bestedingsvoorstellen meer ten laste van de stelpost gedekt zullen gaan worden. In meerjarig perspectief blijft de stelpost van € 197.000,vanzelfsprekend beschikbaar voor de dekking van majeure projecten. De kapitaallasten van de geactiveerde kapitaaluitgaven worden aangepast aan de gerealiseerde uitgaven bij de jaarrekening 2013 en rekening houdende met de uitgangspunten van de financiële kaderstelling. De actualisatie van de kapitaallasten krijgt daarmee het navolgende verloop. Actualisatie van de kapitaallasten werken op alle beleidsvelden door, maar ter bevordering van de transparantie presenteren wij de mutaties in onderstaand overzicht. budgettaire lasten / baten
omschrijving (bedragen x € 1.000,-)
2014
2015
2016
2017
2018
Diversen: kapitaallasten
489
16
28
30
146
mutaties diverse kapitaallasten
489
16
28
30
146
(- = nadeel en + = voordeel)
De aanzienlijk lagere kapitaallasten in 2014 worden veroorzaakt door de doorwerking van restantkredieten in 2014. Deze restantkredieten zullen, op basis van het vastgestelde afschrijvingsbeleid, eerst met ingang van 2015 afgeschreven worden, terwijl in de huidige meerjarenraming rekening gehouden is dat afschrijving reeds met ingang van 2014 zal plaatsvinden (de belangrijkste afwijking hierin is o.a. nieuwbouw sporthal Xsport). Daarnaast zijn een aantal kredieten met onderschrijdingen financiëel afgerond in de jaarrekening 2013, hetgeen leidt tot lagere kapitaallasten. Kostenplaatsen Samenwerking Kempengemeenten (SK) Aanpassing gemeentelijke bijdrage aan de SK op basis van de ontwerp-begroting 2015. Daarnaast dient rekening gehouden te worden met een voorlopig ingeschat nadelig resultaat uit de ontwerp-jaarrekening 2013 van € 12.000,-. Het algemeen bestuur heeft in december 2013 besloten de aanvankelijk voorgestelde intrekking van de structurele taakstelling van ca € 319.000,- voor het SSC niet over te nemen. Vanaf 2016 is deze taakstelling gehandhaafd. Dit leidt per saldo tot lagere lasten. Voor een nadere toelichting verwijzen wij u naar raadsvoorstel R2014.028.
23
Loonkosten en personeel van derden Financieel komen de totale salariskosten van het ambtelijk apparaat € 8.000,- lager uit dan waarmee in de begroting 2014 rekening is gehouden. De loonstijging 2015 komt per saldo € 9.000,- (waarvan € 37.000,eenmalig) hoger uit. De loonstijging 2015 wordt veroorzaakt de doorwerking van de geraamde loonkostenontwikkeling in combinatie met periodieke verhogingen van personen die daar voor in aanmerking komen. Binnen de huidige beschikbare capaciteit (1 fte) bouw- en woningtoezicht kunnen niet alle verleende omgevingsvergunningen gecontroleerd worden. Momenteel worden slechts die controles uitgevoerd waarvoor een melding start bouw of sloop wordt gegeven. Bovendien ontbreekt het de toezichthouder aan tijd om alle administratieve processen volledig af te ronden. Het melden en verwerken in de BAG van mutaties en definitieve geometrie kost erg veel tijd die ontbreekt. Ook bestaat de kans dat, door ontbreken van controles, er illegale bouwwerken en situaties ontstaan, hetgeen kan leiden tot handhavingsverzoeken en handhavingszaken. Ook het risico op ondeugdelijke bouwwerken (b.v. constructief, brandveilig, gezondheid, energiezuinigheid of welstand) is groot. Door te voldoen aan de verplichtingen die worden opgelegd vanuit de BAG worden ook voorgenoemde risico’s weggenomen. Om aan deze verplichtingen te kunnen voldoen is een formatie-uitbreiding nodig van 1 fte. Vanwege de op handen zijnde samenwerking op het gebied van VTH wordt voorgesteld om deze formatieuitbreiding vooralsnog tijdelijk voor de periode juli-december 2014 en niet structureel in te zetten. Voor de benodigde ondersteuning van bouw- en woningtoezicht is voor het jaar 2014 reeds een bedrag beschikbaar van € 33.000,-, afkomstig vanuit het project BAG/WOZ en het budget uitvoering Wet WOZ. Daarnaast resteert een extra benodigd bedrag ad. € 26.000,- voor inhuur van derden voor het jaar 2014 (uitgaande van een periode van 6 maanden). In verband met de beoogde doorontwikkeling van de organisatie naar een twee afdelingenstructuur is ervoor gekozen om de functie van een afdelingshoofd niet vast in te vullen, maar deze tijdelijk in te huren. Deze periode zal worden verlengd tot 1 januari 2015, zodat de nieuwe gemeentesecretaris na de zomer een beeld kan vormen over de situatie en het besluit hierover kan nemen in het laatste kwartaal van 2014. De kosten voor verlenging van de inhuur bedragen € 50.000,-. Over 2013 hebben we eenmalig een bedrag van € 20.000,- aan WAO/WIA-premies terugontvangen van de Belastingdienst. In de bezuiniging op de bedrijfsvoering is opgenomen dat de functie van beleidsmedewerker I&A per 2015 niet meer wordt ingevuld, dit omdat het SSC De Kempen de taken ten aanzien van Informatiebeleid zou overnemen. De taken ten aanzien van A-beleid zijn in een eerdere fase al overgenomen door het SSC (toen is 0,4 fte afgeraamd). In de business visie SSC is echter opgenomen dat de taken in relatie tot informatiebeleid ten vroegste in 2017 door het SSC worden uitgevoerd. In afwachting hiervan is het voorstel om incidenteel voor de jaren 2015 en 2016 een budget op te nemen voor inhuur van derden ad € 52.000,-, dit specifiek voor de taken gerelateerd aan beleidsontwikkeling in relatie tot informatievoorziening en het dienstverleningsconcept. Eind 2013 zijn de afdelingsplannen van de onderscheidene afdelingen voor 2014 vastgesteld. In deze afdelingsplannen is tevens de totale capaciteitsplanning van de ambtelijke organisatie geactualiseerd. Op basis van de geactualiseerde planning wordt de doorbelasting van de apparaatskosten tevens geactualiseerd. Actualisatie van de doorbelasting van de apparaatskosten werken op alle beleidsvelden door, maar ter bevordering van de transparantie presenteren wij de mutaties in onderstaand overzicht. budgettaire lasten / baten
omschrijving doorbel.apparaatskosten (bedragen x € 1.000,-)
1. afvalverwijdering (dekking t.l.v. afvalstoffenheffing)
2014
2015
2016
2017
2018
-18
-18
-18
-18
-18
2. riolering (dekking t.g.v. rioolheffingen)
77
77
77
77
77
3. grondexploitatie (dekking t.l.v./t.g.v. grondverkopen)
68
4. investeringen (dekking t.l.v. MIP / activeringen)
11
11
11
5. voorzieningen (dekking t.g.v. dotaties)
-12 11
11
-6
2
2
2
2
2
140
72
60
72
66
6. diverse beleidsvelden
-140
-72
-60
-72
-66
totaal doorbelastingen
0
0
0
0
0
totaal mutaties doorbelastingen dekking t.l.v. tarieven en grondverkopen
(- = nadeel en + = voordeel)
Mutaties ten laste van de onderdelen 1 tot en met 5 leiden per saldo tot hogere/lagere budgettaire lasten, omdat deze kosten enerzijds verdisconteerd zijn in de kostendekkendheid van tarieven en anderzijds door grondopbrengsten van grondexploitaties. De te activeren apparaatskosten aan investeringen worden afgeschreven op basis van het van toepassing zijnde investering bepaalde afschrijvingstermijn. 24
De lagere doorbelasting aan riolering wordt o.a. veroorzaakt door de wegvallende uren van het voormalige afdelingshoofd OW. Deze functie is eerder wegbezuinigd. De doorbelasting was daarop niet gecorrigeerd. Overige bedrijfsvoeringskosten Wij hebben in 2013 onze BTW-positie geoptimaliseerd. Dit betekent dat een hoger percentage van de BTW over onze gemengde kosten gedeclareerd kan worden bij het BTW-compensatiefonds en in aftrek genomen kan worden via de BTW-aangifte. Per saldo levert dit een structureel voordeel op van € 25.000,-. Na doorvoering van de dekkingsmaatregelen (categorie A) en de bezuinigingen (spoor 2) was het budget voor onderhoudscontracten automatisering teruggebracht tot een bedrag van € 26.000,-. Bij de najaarsnota 2013 is dit budget abusievelijk structureel afgeraamd tot € 12.000,- terwijl dit enkel betrekking had op het jaar 2013. Vanwege de uitbreiding met SIM en EB-match wordt voor 2014 en volgende jaren een budget van € 20.000,- nodig geacht. Dit betekent een structurele correctie c.q. ophoging van dit budget met € 8.000,-. In verband met de digitale verwerking van inkoopfacturen van de gemeente Bladel met ingang van 1 januari 2013 dient zekerheid verkregen te worden over de automatiseringsomgeving van gemeente Bladel, ter ondersteuning van de jaarrekeningcontrole 2013. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door Deloitte Risk Services. De scope van de werkzaamheden betreft de geautomatiseerde omgeving ten behoeve van de verwerking van inkoopfacturen. De hiermee gepaard gaande kosten bedragen € 7.000,-. De kosten van schoonmaak en het gasverbruik van het gemeentehuis nemen op basis van indexering en de rekeningcijfers structureel toe met resp. € 5.000,- en € 5.000,-. De gemeente Bladel huurt 113 dagen inkoopondersteuning in van Zuidoost- Brabant voor inkoopondersteuning en advisering (Bizob). Voor het inkoopplan 2014 zijn 153 dagen begroot op jaarbasis en niet in verhouding tot de beschikbare capaciteit. Met het uitbreiden van de vaste capaciteit naar 139 dagen, inclusief 13 dagen voor de GRSK, komt de capaciteit voor de gemeente Bladel uit op 126 dagen op jaarbasis. De overige capaciteit kan ingevuld worden middels flexibele capaciteit van Bizob. Hiermee blijft de gemeente verzekerd van een deskundige inkoopbegeleiding. De kosten stijgen hierdoor structureel met € 10.000,-. Reserves Aanpassing rentebijschrijvingen op basis van de geactualiseerde omvang van de reserves en voorzieningen. bedragen x € 1.000,-
2014
reserve geactiveerde kapitaaluitgaven reserve bovenwijkse voorzieningen 45 algemene reserve: trajectuitvoering VVP 2013 9 algemene reserve: winstuitnames grondexploitatie - 251 algemene reserve: bespaarde rente eigen financieringsmiddelen - 49 subtotaal - 246 resultaat perspectiefnota 2014 1.195 totaal mutaties reserves 949 (- = nadeel en + = voordeel)
2015
2016
2017
2018 - 1
372
221
46
- 852
- 23 349 367 716
- 50 171 585 756
- 73 - 27 542 515
- 157 - 1.010 487 - 523
De actualisatie van de verschillende grondexploitaties leiden tot aanpassingen van winstuitnames. De aanpassingen zijn toegelicht en verantwoord op beleidsveld “ruimtelijke ontwikkeling en beheer”. Tevens wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. De mutaties worden ten laste/gunste van de algemene reserve gebracht. Voortgang toeristenbelasting 2015 (arbeidsmigranten) Het heffen van toeristenbelasting van buitenlandse werknemers is mogelijk zodra een gewijzigde verordening aan de gemeenteraad wordt aangeboden en vastgesteld. Vervolgens dient achterhaald te worden waar de buitenlandse werknemers verblijven en wie de mogelijkheid tot dit verblijf bieden. Overwogen is om de plaatsen waar wordt verbleven te achterhalen door gebruik te maken van de Basisregistratie Personen (BRP) en het Register Niet-Ingezetenen (RNI). Buitenlandse werknemers dienen zich met ingang van 1 januari 2014 in te schrijven in de BRP als ze meer dan 4 maanden verblijven in de gemeente. Van deze werknemers kan geen toeristenbelasting worden geheven, omdat de Gemeentewet voorschrijft dat alleen geheven kan worden van degenen die verblijven als ze niet zijn ingeschreven in de BRP. Wanneer ze minder dan 4 maanden verblijven in de gemeente moeten ze zich inschrijven in het RNI te Eindhoven. De 25
gegevens die hier worden bijgehouden voldoen echter niet om op correcte wijze toeristenbelasting te kunnen heffen van degene die verblijf biedt. Enkel de naam van de gemeente waar wordt verbleven, wordt daarin bijgehouden en niet de specifieke adressen. Belastingheffing via deze weg is derhalve technisch niet mogelijk. Er zijn enkele bekende plaatsen waar buitenlandse werknemers verblijven. Een optie is om alleen toeristenbelasting te heffen van de eigenaren danwel ondernemers die daar verblijf bieden. In het kader van de rechtsgelijkheid vormt dit een probleem. Bij een eventueel beroep bij de rechtbank kan een aanslag in dat geval mogelijk vernietigd worden. Er dient daarom efficiënt doch zorgvuldig via verschillende onderzoeksmethodes achterhaald te worden op welke andere locaties verbleven wordt en wie de mogelijkheid tot verblijf bieden. Getracht wordt de kosten van deze onderzoeken zo laag mogelijk te houden. Met de kennis van nu verwachten wij dat de geraamde extra opbrengsten toeristenbelasting over de zgn. arbeidsmigranten ad € 75.000,- wellicht niet volledig gerealiseerd zal kunnen worden.
26
27
3.
Paragrafen
I. Weerstandsvermogen
De doelstelling van de paragraaf weerstandsvermogen is een zodanig inzicht te verschaffen dat op een verantwoorde wijze de hoogte van het vrij aanwendbare vermogen kan worden bepaald. Het weerstandsvermogen is het vermogen om niet-structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde zijn taken te kunnen voortzetten. Anders gezegd: beschikt de gemeente over het vermogen om financiële tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat het beleid aangepast behoeft te worden. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente Bladel voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. Algemeen De gemeenteraad heeft in zijn vergadering van 27 april 2006 de nota weerstandsvermogen en risicomanagement vastgesteld en in zijn vergadering van 22 maart 2012 de nota reserves en voorzieningen 2012. Deze nota’s en de paragraaf weerstandsvermogen houden nauw verband met elkaar. In deze nota’s zijn vooral de beleidslijnen en de totale positie aan de orde gesteld. In de paragraaf weerstandsvermogen worden met name de financiële risico’s en het weerstandsvermogen geactualiseerd op basis van de laatste inzichten. Op deze wijze krijgt de gemeenteraad periodiek goed inzicht in de omvang en de mogelijkheden om financiële risico’s op te vangen. Risicoprofiel De gewenste omvang van het weerstandsvermogen is gebaseerd op het risicoprofiel van onze gemeente. In de op 22 maart 2012 vastgestelde nota reserves en voorzieningen 2012 is het eigenstandig risicoprofiel als normatief kader voor de (minimale en noodzakelijke) omvang van de algemene reserve bepaald op de omvang van het gemiddelde van de geïnventariseerde risico’s. De gewenste omvang van het weerstandsver2 mogen wordt bepaalde op klasse C (voldoende) . Ratio weerstandsvermogen Indien een redelijke inschatting van het gewenste weerstandsvermogen kan worden gegeven, kan hieruit een indicatie voor de gezondheid en flexibiliteit van de gemeentelijke financiën op de korte én langere termijn worden gegeven. Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, leggen we de relatie tussen de risicoprofielen en het daarbij gewenste weerstandsvermogen enerzijds en het beschikbare weerstandsvermogen anderzijds. De uitkomst van die berekening vormt de ratio weerstandsvermogen. De relatie tussen beide wordt in onderstaande figuur weergegeven.
A. gemiddeld gekwantificeerde risico's
B. noodzakelijke omvang algemene reserve
C. gerealiseerde omvang algemene reserve
D. ratio weerstandsvermogen = C : B = tenminste voldoende
Het beschikbare weerstandsvermogen is tenminste even groot als de omvang van het bepaalde risicoprofiel. De gewenste omvang van het weerstandsvermogen dient zich tenminste op klasse C (voldoende) te begeven. 2
Afgestemd op de door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR) gehanteerde waarderingen.
28
Risico-inventarisatie Om een juist beeld van de financiële positie van de gemeente te verkrijgen is het noodzakelijk dat het ook helder is met welke risico’s de gemeente nog kan worden geconfronteerd. Het gaat hierbij om mogelijke uitgaven c.q. inkomsten waarvan de hoogte op voorhand niet kan worden vastgesteld. Voor zover risico’s wel financieel vertaald kunnen worden, zullen daarvoor bedragen van het eigen vermogen dienen te worden afgezonderd. Waar mogelijk zijn voor potentiële risico’s reeds voorzieningen getroffen. Deze blijven hier dan ook verder onvermeld. Primair dienen risico’s uiteraard zoveel mogelijk te worden beperkt of te worden voorkomen door zorgvuldigheid van procedures. Het is van belang om periodiek een zo breed mogelijke analyse van de risico's te maken welke de financiële zelfstandigheid van de gemeente in gevaar kunnen brengen. Onder risico wordt in dit verband verstaan ‘een niet door de gemeente te beïnvloeden gebeurtenis, onvoorspelbaar en onafwendbaar indien deze zich voordoet, met veelal financiële of materiële gevolgen die niet specifiek af te dekken zijn’. Wijzigingen in de financiële risico’s ten opzichte van de bij de jaarrekening 2013 weergegeven risico’s worden onderstaand toegelicht. Beleidsveld: maatschappelijke participatie Transities sociaal domein In het kader van de transities in het sociaal domein zijn nog een aantal kosten onduidelijk. Er is veel onzekerheid over de kosten van de ICT voor zowel de transitie Jeugdzorg als ook voor de begeleiding en prticipatie, De keuze voor o.a. de wijze van inrichting van de uitvoeringsorganisatie is daarbij van belang. Deze keuze is nog niet gemaakt, Zoalng regelingen nog niet definitief zijn kan ook op ICT gebied de implementatie niet plaatsvinden. Het feit dat besluitvorming door het rijk nog niet is afgerond brengt het risico met zich dat bij wijzigingen die nu nog worden aangebracht er nieuwe zaken moeten worden opgepakt waarin nu zowel in tijd als geld niet is voorzien. Beleidsveld: sociale samenhang en leefbaarheid Exploitatiesubsidie Stichting Den Herd Ingaande 2012 werd het nieuwe beleid met betrekking tot (de subsidiëring van) de gemeenschapshuizen van kracht. Uitgangspunt van de subsidiëring door de gemeente is een sluitende exploitatie van een gemeenschapshuis dat overeenkomstig het beleid van de gemeente wordt beheerd / geëxploiteerd, met een bescheiden eigen vermogen om het exploitatieoverschot in het ene jaar aan toe te voegen en het exploitatietekort in een ander jaar uit op te vangen. Het bezwaar van de stichting richt zich op de door de gemeente doorgevoerde correcties op de aangeleverde exploitatiecijfers 2006-2010, alsmede op het feit dat een aantal door de stichting voorziene financieel negatieve gevolgen van het nieuwe beleid niet zijn vertaald / meegewogen in de berekening van de subsidiebijdrage voor 2014. De hoogte van de subsidiebijdrage is gebaseerd op de gecorrigeerde exploitatiecijfers 2006-2010. Daarmee zou volgens de gemeente een sluitende exploitatie mogelijk moeten zijn. De stichting stelt dat de bijdrage niet toereikend is en onderbouwd dit standpunt met het feit dat over 2012 inclusief subsidie, een aanzienlijk tekort resteerde. De gemeente wilde niet op basis van de werkelijke cijfers van één exploitatiejaar (2012) direct overgaan tot structurele verhoging van de subsidiebijdrage. De gemeente beschikte op het moment dat de bijdrage voor 2014 werd becijferd niet over de werkelijke resultaten over 2013. Indien ook 2013 een flink negatief resultaat wordt geboekt, zal in overleg met het stichtingsbestuur bijstelling van de hoogte van de subsidiebijdrage worden bezien. Mocht daartoe overgegaan worden, dan zal dat doorwerken in de hoogte van de voor 2014 verleende bijdrage. Echter niet eerder dan na uitvoerige analyse oorzaak aanzienlijk tekort, in vergelijk met bijdragen en resultaten bij andere gemeenschapshuizen. Inschatting € 50.000,- extra exploitatiesubsidie. Uitvoering sociaal statuut KCMD Nu bekend is dat voor een medewerker van KCMD door het gerechtshof in Den Bosch in beroep de vendrikregeling van toepassing is verklaard en daardoor een bedrag aan deze medewerker moet worden uitgekeerd (zie blz. 21) bestaat er een risico dat zich voor deze regeling nóg een of twee personen gaan melden. Hoe hoog deze kosten zullen zijn is niet bekend maar voorlopig dient rekening te worden gehouden met een incidenteel risico binnen een bandbreedte van ca € 60.000,- tot € 100.000,-. 29
Financiële indicatie risico-inventarisatie en -kwantificering In onderstaand tabel is een financiële indicatie opgenomen, ten opzichte van de inschattingen in de rekening 2013, van de omvang van het risico door de kans te vermenigvuldigen met het gemiddelde effect en is aangegeven of het risico van incidentele dan wel structurele aard is. nr.
(a)
omschrijving
geraamde mutatie *
(b)
(c)
Ondergrens risico’s
983
Bovengrens risico’s
2.651
kans 25%
50%
75%
(d)
(e)
(f)
gemiddeld effect (c : 2)
kans x effect incidenteel (d,e of f x g)
kans x effect structureel (d,e of f x g)
(g)
(h)
(i)
442
344
1.817
Totaal rekening 2013 na kansberekening Transities sociaal domein
pm – pm
x
pm
pm
Subsidie Den Herd
50 – 50
x
50
38
KCMD
60 – 100
Ondergrens risico’s nieuw
1.093
Bovengrens risico’s nieuw
2.801
x
80
40
1.947
Totaal perspectiefnota 2014 na kansberekening
482
382
*) bedragen x € 1.000,-. De omvang van de geactualiseerde risico’s beweegt zich tussen een bedrag van € 1.093 duizend en een bedrag van € 2.801 duizend (zie kolom c). Indien alle risico’s zich tegelijk zouden voordoen, gaat het gemiddeld dus om een bedrag van € 1.947 duizend. Maar de kans hierop is niet erg waarschijnlijk. Uitgaande van de gemiddelde omvang en de geraamde ‘kansen’ bedraagt het totaal aan de nu geïnventariseerde risico’s een aanzienlijk lager bedrag, te weten € 864 duizend, waarvan een deel incidenteel (€ 482 duizend) en een deel structureel (€ 382 duizend). Het meerjarig geprognosticeerde verloop van de algemene reserve, rekening houdende met de geraamde e mutaties na de 3 wijziging van begroting 2014 (resultaatbestemming jaarrekening 2013), kan als volgt weergegeven worden: (bedragen x € 1.000,-)
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
begroting 2016
begroting 2017
1.000
1.000
1.000
1.000
1.000
a. ijzeren voorraad b. noodzakelijke omvang (voldoende)
1.544
1.726
1.726
1.726
1.726
c. totaal noodzakelijke omvang
2.544
2.726
2.726
2.726
2.726
d. geïnventariseerde risico's
899
899
899
899
899
e. stand algemene reserve begin van het jaar
2.105
3.034
5.069
4.606
5.773
f. stand algemene reserve eind van het jaar
3.034
5.069
4.606
5.773
7.261
1,19
1,86
1,69
2,12
2,66
voldoende
ruim voldoende
ruim voldoende
uitstekend
uitstekend
g. ratio algemene reserve eind van het jaar f / c h. betekenis
De vooruitzichten ten aanzien van de omvang van de algemene reserve vertoont een positief beeld. Gedurende de gehele planperiode begeeft de omvang van de algemene reserve zich boven de vastgestelde ondergrens. Bij deze prognose worden wel de nodige voorbehouden geplaatst, omdat de omvang daarvan voor een belangrijk deel afhankelijk is van het wel of niet kunnen realiseren van de winstuitnames van de grondexploitatie. Deze winsten kunnen immers slechts dan genomen worden als ze ook daadwerkelijk gere30
aliseerd worden. De gevolgen van de economische recessie spelen daarbij vanzelfsprekend een belangrijk rol. Ten aanzien van de geraamde stand van de algemene reserve willen wij -met nadruk- niet onvermeld laten dat het vooralsnog geprognosticeerde resultaten betreffen. Daadwerkelijke bestedingsvoorstellen dienen steeds beoordeeld te worden aan de werkelijke gerealiseerde resultaten. In de vastgestelde nota’s weerstandsvermogen en risicomanagement en reserves en voorzieningen is bepaald dat bestedingsvoorstellen ten laste van de algemene reserve slechts zijn aan te bevelen, wanneer er middelen resteren boven de omvang van de risicoprofielen.
II. Financiering
Bij het saldo- en liquiditeitenbeheer wordt een efficiënte inzet van liquide middelen bereikt wanneer de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en op de liquiditeitsplanning worden afgestemd. De liquiditeitspositie moet zodanig zijn dat de financiële verplichtingen steeds tijdig kunnen worden nagekomen. Gelet op de liquiditeitspositie hebben we een vaste geldlening afgesloten, waardoor we enerzijds weer binnen de kasgeldlimiet blijven en anderzijds over financieringsmiddelen beschikken voor het doen van investeringen e.d. In de financieringsparagraaf (onderdeel van de begroting 2014) is ten aanzien van de renteverwachtingen voor de lange termijn aangegeven dat: - de rente van vaste leningen door de langere looptijd financieel van groter belang is dan de rente van leningen met een kortere looptijd; - bij een verwachte stijging van de lange rente verdient consolidatie van korte schuld de voorkeur, indien de korte schuld beperkt is, kan overwogen worden langlopende leningen met een uitgestelde storting te sluiten ter dekking van de toekomstige financieringsbehoefte. In artikel 2 van het treasurystatuut van de gemeente Bladel is bepaald dat bij het aantrekken van financieringsmiddelen voor een periode van één jaar en langer de gemeente bij minimaal drie instellingen offertes moet vragen. Wij hebben bij de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), de Nederlandse Waterschapsbank, de Rabobank, Intercessie en Wallich & Matthes tarieven voor een vaste geldlening opgevraagd. De eerste twee banken hebben prijsopgave gedaan. Rabobank was niet in de gelegenheid om op korte termijn prijso3 pave te doen. Intercessie en Wallich & Matthes hadden geen interesse omdat ze op korte termijn geen belegger konden vinden. Het tarief van de BNG was, mede gezien haar hoge kredietwaardigheid, wederom het gunstigste. De BNG kan door haar hoge kredietwaardigheid haar klanten immers optimaal van financiering voorzien. BNG kan daardoor tegen scherpe voorwaarden geld aantrekken op de internationale geld- en kapitaalmarkten. Wij hebben daarom in januari bij de BNG een vaste geldlening afgesloten van € 10.000.000,- met een looptijd van 10 jaar, tegen een rentevergoeding van 2,10%. In deze perspectiefnota is de totale omvang van zowel de korte als de lange financiering geactualiseerd en budgettair verwerkt. Per saldo worden er structurele rentevoordelen gerealiseerd tot een bedrag van € 186.000,-, mede vanwege de gunstige herfinanciering en consolidatie tegen lagere renteniveaus.
III. Grondbeleid
Het grondbeleid van de gemeente Bladel is vastgelegd in de Nota Grondbeleid 2009, welke in december 2008 is vastgesteld en nog steeds actueel is. Op basis van deze nota worden de exploitatieberekeningen van de verschillende bestemmingsplannen jaarlijks bijgesteld. In onderstaand overzicht geven we inzicht in de verschillen tussen de geactualiseerde exploitatieberekeningen 2014 ten opzichte van de geraamde berekeningen in de begroting 2014. De verschillen worden voornamelijk veroorzaakt door bijgestelde planningen van de uit te geven gronden voor de diverse bestemmingen (op basis van de voorzichtige variant). Per saldo stijgen de lasten met € 3
Intercessie en Wallich & Matthes zijn onafhankelijk intermediairs die bemiddelen in transacties op de geld- en kapitaalmarkt.
31
1.507.000,- en de inkomsten met € 376.000,- (inclusief aanwending voorziening tekorten plan Wijer-de Kuil). Pro saldo wordt er derhalve € 1.131.000,- meer verrekend met de balanspost ‘mutaties onderhanden werken’. complex bedragen x € 1.000 Stokekkers perspectiefnota Stokekkers begroting Industrieterrein-Oost perspectiefnota Industrieterrein-Oost begroting De Biezen perspectiefnota De Biezen begroting Beemd perspectiefnota Beemd begroting Beemd paardensportterr.perspectiefnota Beemd paardensportterr. begroting Latestraat perspectiefnota Latestraat begroting Plan Coppens perspectiefnota Plan Coppens begroting
boekwaarde geraamd
boekwaarde 1-1-2014 501
490 13 10 -348 66 56 40 -429 -464 -319 -310 6 5
Kempenland perspectiefnota Kempenland begroting
6
De Toemalijn perspectiefnota De Toermalijn begroting
61
vermeerderingen bestewinstdingen nemingen -273 -263 -10 -5 -5 -48 48 -440 -400 -51 -389 -400 -18 -400 -8 -500 -10 100 -52 -229 177 -29 -35 6 -3 -2 -2 -2 -1 -13
Omgeving Ganzestraat perspectiefnota Omgeving Ganzestraat begroting
2
-13 -20 -13 -7 -387 -311 -76 -2
Oude Schoolpad perspectiefnota Oude Schoolpad begroting
2
-2 -2
De Hoeven-Oost perspectiefnota De Hoeve-Oost begroting
7
Kerkeneind perspectiefnota Kerkeneind begroting
Weijer de Kuil perspectiefnota Weijer de Kuil begroting Kerkstraat Casteren perspectiefnota Kerkstraat Casteren begroting
44 -2.880 -3.184
15 71 5 -445 -601
Posthof perspectiefnota Posthof begroting
4
De Smet perspectiefnota De Smet begroting
50
Akkerstraat perspectiefnota Akkerstraat begroting Oude prov.weg perspectiefnota Oude prov.weg begroting
5 197 -829
Hooge Akkers perspectiefnota Hooge Akkers begroting totaal mutaties grondexploitatie totaal mutaties winstnemingen totaal mutaties grondexploitatie recapitulaite perspectiefnota 2014 recapitulaite begroting 2014
43 -43 1.691 250 1.441 405 500 -95
8
225 -225 165 165
7 7
-30 -31 1
11 11 -2.786 -2.854 68
481 641 -160
-2 -10 -15 5 -142 -3 -139 -29 -107 78 -4
-3 -3 71 71 410 -410
-4 -3 -5 2 -120 -55 -65
-47 77 65 12 -1 3 -4 -4
949 -949
-4
-1.296 -16 2 -5.994
-4.741
-1.141 -83 -1.058 -6 -2 -4
-4.741 -4.741
-4 -1.699 -1.379 -320
717 717 22 22
-1.507
-298
-1.507
-5.994 5.994
2 -2 -474 -298 -176
-47
-5 5
-1.275
boekwaarde 31-12-2014 526 525 1 8 8 503 265 238 43 32 11 -481 -468 -13 -183 -180 -3 1 1
-1
Locatie St.Petrusschool perspectiefnota Locatie St.Petrusschool Egyptische Poort perspectiefnota Egyptische Poort begroting
verminderingen opbrengbijdrage sten voorz. 298 298
-2.699 -1.192 -1.507
-879 -581 -298
(- = nadeel en + = voordeel)
32
305
71
305
71
3.786 3.481 305
71 71
-176
mutatie onderhanden werken 25 35 -10 -5 38 -43 1.251 199 1.052 387 492 -105 -52 -4 -48 136 130 6 -3 -2 -1 -6
saldo mut. onderhanden werken
-6 -20 -13 -7 94 330 -236 -2
6
10
43
-1.052
105
48
-6
1
7
236
-2 -2
2
-2 -10 -15 5 -71 -3 -68 -29 303 -332 -4
2
-5
68
332
-4 -3 -5 2 -120 894 -1.014
1.014
-5 5
-5
-424 -83 -341 16 -2 18 -1.131
4
-2
341
-18 1.136 -1.131
-4.462 -4.286 -176
1.158 2.289 -1.131
-1.131 1.131
Hieronder presenteren we het verwachte verloop van de boekwaarde van de grondexploitaties (zowel van de in exploitatie genomen plannen als de niet in exploitatie genomen plannen. De boekwaarde stijgt licht. Prognose verloop boekwaarde 2014 obv gew.begroting Boekwaarde 1-1-2014 - 5.994.000 Bestedingen 2014 - 1.192.000 Winstnemingen - 581.000 Bovenwijkse voorzieningen 0 Bijdrage voorziening tekorten (Wijer-De Kuil) 0 Opbrengsten 3.481.000 Mutaties ultimo 2014 - 4.286.000
obv ppn 2014 - 4.741.000 - 2.699.000 - 832.000 - 47.000 71.000 3.786.000 - 4.462.000
verschillen 1.253.000 - 1.507.000 - 251.000 - 47.000 71.000 305.000 - 176.000
Op basis van de geactualiseerde exploitatieberekeningen kunnen van een viertal plannen (tussentijdse) winstnemingen gerealiseerd worden. Winstuitname Industrieterrein-Oost Biezen Beemd Plan Coppens De Toermalijn Totaal (tussentijdse) winstnemingen Bijdrage bovenwijkse voorzieningen
obv begroting 48.000 0 500.000 2.000 31.000 581.000 0 581.000
obv ppn 2014 0 400.000 400.000 2.000 30.000 832.000 47.000 879.000
verschillen - 48.000 400.000 - 100.000 0 - 1.000 251.000 47.000 298.000
De meerjarige bijstelling van de winstuitnames geeft het navolgende verloop: Mutaties geraamde winstuitnames Stokekkers Hapert Industrieterrein - Oost Biezen Bladel Latestraat Beemd Bladel Beemd paardensportterrein Hoeve Oost Toermalijn Coppens Hoogeloon Egyptische Poort 1 en 2 Akkerstraat/Meuleneind Smis (bovenwijkse voorzieningen)
2014
2015
-48 400
49 -400
-100
-23
-1
2
2016
2017
2018 -50
-200 -21
-125
-125 118 100 161
79
700 -52
-46
852
47
Totaal mutaties winstnemingen
298
(- = afname winstuitname en + = toename winstuitname)
33
-372
-221
4.
Financiële begroting
De aansluiting op de financiële mutaties per thema en een onderbouwing daarop zijn ondergebracht in de financiële begroting. In onderstaand overzicht treft u de mutaties van de lasten en baten van alle thema‘s/beleidsvelden aan. Voor extra inzicht in de financiële positie zijn de baten en lasten geschoond van verrekeningen met reserves. Begroting 2014
Wijziging ppn
bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014 na wijz.
Mutatie meerjarenraming 2015
2016
2017
2018
-955 n
-518 n
-555 n
-261 n
lasten Milieu en Leefomgeving
-12.159 n
Economie Mens en Maatschappij
-1.983 n
-14.142 n
-866 n
-76 n
-942 n
-61 n
-22 n
-2 n
-2 n
-27.151 n
309 v
-26.842 n
-3.771 n
-3.400 n
-3.126 n
-2.658 n
7.895 v
1.819 v
9.714 v
382 v
106 v
282 v
876 v
baten Milieu en Leefomgeving Economie
196 v
168 v
364 v
7 v
10 v
10 v
10 v
32.600 v
1.134 v
33.734 v
4.378 v
4.210 v
3.960 v
3.533 v
Totaal lasten
-40.176 n
-1.750 n
-41.926 n
-4.787 n
-3.940 n
-3.683 n
-2.921 n
Totaal baten
40.691 v
3.121 v
43.812 v
4.767 v
4.326 v
4.252 v
4.419 v
Mens en Maatschappij
Saldo van baten en lasten
515 v
1.371 v
1.886 v
-20 n
386 v
569 v
1.498 v
Toevoeging reserves (incl. resultaat 2013)
-962 n
-300 n
-1.262 n
349 v
171 v
-27 n
-1.002 n
Onttrekking reserves (incl. resultaat 2013)
1.314 v
124 v
1.438 v
38 v
28 v
867 v
1.195 v
2.062 v
367 v
585 v
542 v
488 v
Geraamd resultaat / algemene reserve
-8 n
Per saldo is het gevolg van de mutaties van de perspectiefnota op het meerjarenperspectief als volgt: (bedragen x 1.000,-)
2014
2015
2016
2017
2018
structurele mutaties perspectiefnota (inslucief reserves) incidentele mutaties perspectiefnota (inclusief reserves)
v v
437 v 758 n
504 v -137 n
656 v -71
542 v
487
totaal mutaties perspectiefnota
v
1.195 v
367 v
585 v
542 v
487
(- = nadeel en + = voordeel)
Begrotingsuitkomsten totaal In onderstaand overzicht worden de structurele financiële uitkomsten en de incidentele financiële uitkomsten in totaliteit weergegeven.
34
Geact.meerjarenperspectief
2014
2015
2016
2017
2018
(bedragen x 1.000,-)
structureel: begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014
v
1.126 n
-220 n
-205 n
-194 n
-384
mutaties milieu en leefomgeving
n
-139 n
-163 n
-163 n
-226 n
-237
mutaties economie
v
1 v
5 v
8 v
7 v
8
mutaties mens en maatschappij
v
624 v
685 v
862 v
835 v
874
structureel meerjarenperspectief
v
1.612 v
307 v
502 v
422 v
261
mutaties reserves structureel
n
-49 n
-23 n
-50 n
-73 n
-158
v
1.563 v
284 v
452 v
349 v
103
begrotingsresultaat na 3e wijziging 2014
n
-258 n
-294 n
-14 v
75 v
68
mutaties milieu en leefomgeving
n
-26 n
-409 n
-249 n
-46 v
852
mutaties economie
v
91 n
-59 n
-20
mutaties mens en maatschappij
v
818 n
-78 n
-51
incidenteel meerjarenperspectief
v
625 n
-840 n
-334 v
29 v
920
n
-126 v
409 v
249 v
46 n
-852
v
499 n
-431 n
-85 v
75 v
68
totaal structureel meerjarenperspectief
a
incidenteel:
mutaties reserves incidenteel totaal incidenteel inclusief reserves totaal begrotingsresultaat
b a+b
v
2.062 n
-147 v
367 v
424 v
171
reeds geraamde mutaties algemene reserve
n
-867 v
514 v
218 v
119 v
316
aanvullende mutaties tlv / tgv algemene reserve
v
1.195 v
367 v
585 v
543 v
487
(- = nadeel en + = voordeel)
35
5.
Bijlagen
36
Bijlage I: Overzicht nog te realiseren bezuinigingsmaatregelen Nr. beleidsveld Beleidsveld 1.1 Ruimtelijke ontwikkeling en beheer 1.2 Verkeer en vervoer 2.4 Recreatie en toerisme/Agrarische bedrijvigheid
3.2
Jeugd en gezin
3.5
Sociale samenhang en leefbaarheid
3.5 3.6
Sociale samenhang en leefbaarheid Bestuur
Spoor 2, 1.2.3 2, 1.1.4 2, 1.2.4 2, 5.3.1 2, 5.3.4 2, 5.3.5 2, 2.1.14 2, 2.1.5 2, 2.1.7 2, 2.1.8 2, 2.1.9 2, 5.2.2 2, 2.1.1 2, 2.1.14 2, 2.1.4 2, 2.1.8 2, 2.1.8 1 2, 2.1.3 2, 3.1.2 2, 3.1.5 2, 5.7.3
Begroot 2014
-28.000
Begroot 2015 -17.500 -28.000 -15.000 -30.000 -805 -44.000 -33.000 -30.000 18.500 -3.830 -6.523 -44.900 -40.000 -4.113
Totaal
-28.000
-1.881 -9.685 -136.000 -25.000 -451.737
Begroot 2016 Begroot 2017 Begroot 2018 -25.000 -25.000 -25.000 -10.140 -2.920 -2.920 -28.000 -28.000 -28.000 -15.000 -15.000 -15.000 -30.000 -30.000 -30.000 -21.874 -21.874 -1.610 -1.610 -1.610 -44.000 -44.000 -44.000 -33.000 -33.000 -33.000 -30.000 -30.000 -30.000 18.500 -7.660 -13.046 -44.900 -40.000 -8.226 -40.108 -3.732 -4.870 -186.000 -25.000 -571.792
18.500 -11.490 -13.046 -44.900 -40.000 -8.226 -40.108 -5.369 -4.870 -186.000 -25.000 -591.913
18.500 -11.490 -13.046 -44.900 -40.000 -8.226 -40.108 -5.369 -4.870 -186.000 -25.000 -591.913
Volgnummers spoor 2 verwijzen naar de betreffende toelichtingen in de perspectiefnota 2013. De maatregel uit spoor 1 betreft de nog openstaande taakstelling uit vorige bezuinigingsrondes en betreft de lagere bijdrage aan de GRSK (3.6).
37