Betrouwbaar Gelijkwaardig
Samen Professionaliteit
Jaardocument 2011
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................................................ 5 I Maatschappelijk verslag 1. Uitgangspunten van de verslaggeving ..................................................................................................................... 6 2. Profiel van de organisatie ......................................................................................................................................... 6 2.1 Algemene identificatiegegevens ...................................................................................................................... 6 2.2 Structuur van het concern ................................................................................................................................ 6 2.3 Kerngegevens ................................................................................................................................................... 8 2.4 Samenwerkingsrelaties .................................................................................................................................. 10 3. Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap .................................................................................... 13 3.1 Normen voor goed bestuur ............................................................................................................................ 13 3.2 Raad van Bestuur/Directie ............................................................................................................................. 14 3.3 Toezichthouders .............................................................................................................................................. 14 3.4 Bedrijfsvoering ................................................................................................................................................ 16 3.5 Cliëntenraad .................................................................................................................................................... 18 3.6 Ondernemingsraad ......................................................................................................................................... 19 4. Beleid, inspanningen en prestaties ....................................................................................................................... 21 4.1 Meerjarenbeleid .............................................................................................................................................. 22 4.2 Algemeen beleid verslagjaar .......................................................................................................................... 27 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid .............................................................................................................................. 31 4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten ................................................................................... 32 4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers ....................................................................................................... 37 4.6 Samenleving en belanghebbenden ............................................................................................................... 38 4.7 Financieel beleid ............................................................................................................................................. 39 II Jaarrekening 5. Jaarrekening............................................................................................................................................................ 45 5.1.1. Balans ......................................................................................................................................................... 47 5.1.2. Resultatenrekening over 2011 .................................................................................................................. 48 5.1.3. Kasstroomoverzicht .................................................................................................................................... 49 5.1.4. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling ................................................................................. 50 5.1.4.1. Algemeen .......................................................................................................................................... 50 5.1.4.2. Grondslagen van waardering van activa en passiva ...................................................................... 50 5.1.4.3. Grondslagen van resultaatbepaling ................................................................................................ 55 5.1.4.4. Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht ....................................................... 56 5.1.5. Toelichting op de balans ............................................................................................................................ 57 5.1.6. Mutatieoverzicht MVA/FVA ........................................................................................................................ 65 5.1.6.1. WTZi – vergunningsplichtige vaste activa ...................................................................................... 65 5.1.6.2. WTZi – meldingsplichtige vaste activa ............................................................................................ 66 5.1.6.3. WMG – gefinancierde vaste activa ................................................................................................. 67 5.1.6.4. Kleinschalige woonvoorzieningen ................................................................................................... 68 5.1.7. Onderhanden en gereedgekomen projecten ............................................................................................ 69 5.1.7.1. Specificatie ultimo boekjaar onderhanden projecten .................................................................... 69 5.1.7.2. Specificatie ultimo boekjaar gereedgekomen projecten ............................................................... 70 5.1.8. Overzicht langlopende schulden ultimo 2011 .......................................................................................... 71 5.1.9. Toelichting Resultatenrekening ................................................................................................................. 72
Pagina 3 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 4 van 82
Jaardocument 2011
Inleiding Gepaste trots. 2011, een gedenkwaardig jaar. Het jaar waarin De visie en missie werden aangescherpt en hertaald naar de maatschappelijke context de mens centraal staat en niet langer zijn beperkingen het beeldmerk van Gors werd vernieuwd en in zijn “bloem” de veelkleurigheid van de mens tot uiting brengt de kernwaarden van Gors, betrouwbaarheid, gelijkwaardigheid, professionaliteit en samen, in de vier kelkbladen van de bloem worden verbeeld en het gaat om de relatie tussen cliënt en medewerker. het jaar ook, waarin cliënten aangeven zeer tevreden te zijn met de hen geboden zorg en ondersteuning zij Gors met een gemiddeld cijfer van 8,6 honoreren medewerkers de mogelijkheid kregen op verschillende gebieden geschoold te worden de cursus “niet sturende communicatie” ondersteunend blijkt voor de verdieping in de vraagstelling van cliënten waarin Gors
de ondersteunende afdelingen opnieuw hun waarde dubbel en dwars hebben aangetoond profielen werden opgesteld voor mensen met een Niet Aangeboren Hersenletsel het verzuimcijfer aanmerkelijk daalde impairment op locatieniveau kon worden toegepast, wat wel iets zegt over de positief financiële positie van verschillende nieuwe toepassingen van ICT het werk vereenvoudigden. En dan spreken we nog niet over de ingebruikname van het nieuwe brugzicht, inclusief winkel en lunchroom de laatste loodjes bij de bouw van 45 appartementen voor groepsgewijs wonen voor jongeren en appartementsgewijs wonen voor senioren op één plek de vakantiemogelijkheden voor cliënten die binnen Gors soms zelfs letterlijk “een hoge vlucht” nemen.
Gepaste trots zei ik al. Want natuurlijk zijn er ook zorgpunten een kindsector die het zwaar te verduren heeft door verlaagde tarieven en nieuwe wijzen van registreren de verschraling van de AWBZ waarbij extramurale begeleiding per 2013 naar de WMO verhuist en waar cliënten op basis van hun IQ het recht op zorg vanuit de AWBZ dreigt te worden ontnomen de gevolgen van de langzaam in te voeren normatieve huisvestingscomponent Maar zeg nu zelf, als je deze lijst overziet overheerst toch trots. Trots op onze cliënten die zich ontwikkelen tot mondige burgers. Trots vooral op onze medewerkers die dit allemaal mogelijk maken. Dank jullie wel! Dat bloemetje van Gors……………alsjeblieft, blijf het water geven!
Pagina 5 van 82
Jaardocument 2011
I
Maatschappelijk verslag
1
Uitgangspunten van de verslaggeving
Gors, sedert september 2011 is dit onze nieuwe naam, legt in dit jaardocument op transparante manier verantwoording af over het door het bestuur, ondersteund door het beleidsteam, gevoerde beleid in het jaar 2011. Dit beleid is geënt op het meerjaren beleidsplan en de daaruit voortvloeiende actieplannen voor het boekjaar 2011 en wordt gekaderd door onze visie en missie. Gors levert zorg en diensten aan mensen met een functiebeperking in, voornamelijk, de zorgregio Zeeland. Gors verantwoordt zich in dit document op concernniveau naar interne en externe partijen en stakeholders en ziet dit als een instrument om zijn functioneren te verbeteren. In het jaar 2011 is de visie en missie van Gors nadrukkelijk aangescherpt. We richten ons op mensen met een ondersteuningsvraag. Niet de beperking, maar de vraag om ondersteuning of zorg is leidend in de dienstverlening. De aangescherpte en daarmee vernieuwde visie vormt het fundament voor het verder vormgeven van onze dienstverlening waarover u verder leest in dit document. Ons nieuwe gezichtspunt wordt nog eens versterkt in ons logo. 2
Profiel van de organisatie
2.1.
Algemene identificatiegegevens
Naam verslagleggende rechtspersoon Adres Postcode Plaats Telefoonnummer Identificatienummer Kamer van Koophandel E-mailadres Website 2.2.
Gors Stationspark 24 4462 DZ Goes (0113) 273 333 22055416
[email protected] www.gors.nl
Structuur van het concern
Gors is een stichting. Er is sprake van het Raad van Toezicht model, met een eenhoofdige Raad van Bestuur en een Raad van Toezicht die bestaat uit negen leden, waar van één lid op voordracht van de Ondernemingsraad en één lid op voordracht van de Centrale Cliëntenraad. Het organogram van Gors:
Pagina 6 van 82
Jaardocument 2011
In de beschrijving van het besturingsmodel zijn de volgende onderdelen te benoemen: Naam Aantal Raad van Toezicht 7 leden Raad van Bestuur 1 Centrale Cliëntenraad 16 leden Ondernemingsraad 13 leden Managers (hogerkader) 4 Hoofden van stafafdelingen: Economisch Administratieve Dienst 1 Personeel & Organisatie 1 Controller 1 Medewerker cliëntenparticipatie 1 Medewerker kwaliteitszorg 1 PR/communicatie adviseur 1 Unitmanagers (middenkader) 23 De besturing van Gors laat zich als volgt kort omschrijven: Vanuit het meerjarenbeleid, vastgesteld voor de jaren 2009 tot en met 2012, dat het algemene beleidskader vormt, en de daarop geënte kaderbrief per begrotingsjaar, worden actieplannen opgesteld per sector en per afdeling. Na voorlopige vaststelling in het beleidsteam door de Raad van Bestuur wordt dan het instellingsjaarplan, waarin ook de actieplannen per sector zijn opgenomen, ter advisering voorgelegd aan OR en CCR. Na de adviseringsronde en de verwerking van eventuele aanpassingen wordt het instellingsjaarplan, vergezeld van de adviezen, voorgelegd aan de Raad van Toezicht ter goedkeuring. In de kwartaalrapportages en ten slotte in het jaarverslag worden de resultaten m.b.t. de actieplannen verantwoord. Gors beschikt over alle toelatingen in het kader van de functiegerichte bekostiging. Een toelating “verblijf en behandeling” is toegekend door het CIBG voor in het totaal 11 cliënten. Zoals reeds vermeld kent Gors twee adviesgremia, te weten de OR en de CCR. Beide adviesorganen zijn ingericht volgens de vigerende wet en regelgeving. De Ondernemingsraad is medio 2011 gestart met een nieuwe werkwijze waarbij De OR zich heeft zich opgesplitst een kernteam dat het overleg voert met de bestuurder en twee “denktanks’ die vooraf meedenken en praten over beleidsonderwerpen en onderwerpen die advies of instemmingspichtig zijn. Over de onderstructuur van de Centrale Cliëntenraad is met betrekking tot de regeling van medezeggenschap voor zowel cliënten als ouders/vertegenwoordigers nog het volgende op te merken. Iedere cliëntenraad van de sector VG bestaat uit een cliëntencommissie en een vertegenwoordigerscommissie. Beide commissies brengen altijd gezamenlijk één advies uit met betrekking tot zaken die onder het (verzwaard) adviesrecht vallen. In de sector LG bestaat een cliëntenraad vrijwel uitsluitend uit cliënten. Het spreekt vanzelf dat in de sector Kind en Jeugd de cliëntenraden bestaan uit vertegenwoordigers. Eind 2011 is, in overleg met de raden, besloten een nieuwe medezeggenschapsstructuur op te zetten waarbij iedere locatie van Gors zijn eigen cliëntenraad heeft die wordt gevormd door de cliënten. Op de achtergrond en op afroep kunnen de vertegenwoordigers worden ingeschakeld als cliënten niet zelf een advies kunnen of willen uitbrengen, of niet of nog niet kunnen instemmen met een door de Raad van Bestuur ingebracht voorstel. Gors heeft de volgende toelatingen: Functie Persoonlijke verzorging Verpleging Begeleiding Behandeling Verblijf op grond van de AWBZ
Ja/nee Ja Ja Ja Ja Ja
Pagina 7 van 82
Jaardocument 2011
Gors biedt deze aan de volgende doelgroepen aan: Doelgroep Somatische aandoening of beperking Psychogeriatrische aandoening of beperking Psychiatrische aandoening Lichamelijke handicap Verstandelijke handicap Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis Psychosociale problemen
Ja/nee Nee Nee Nee Ja Ja Nee Nee
De capaciteit is vastgesteld op 367 plaatsen en geldt voor verzekerden met een functiebeperking. Van de 367 plaatsen zijn 226 plaatsen voor verzekerden met een verstandelijke beperking en 112 plaatsen voor verzekerden met een lichamelijke beperking en, per 1-10 2011, 29 plaatsen voor verzekerden met een verstandelijke handicap (verblijfsspecificatie: SGLVG-verblijf). Van de 367 plaatsen zijn 71 plaatsen in grootschalige woonvoorzieningen en 296 in kleinschalige woonvoorzieningen 2.3.
Kerngegevens
Gors kent de volgende kernactiviteit: Gors biedt in Zeeland ondersteuning en zorg aan mensen met een ondersteuningsbehoefte en wil daarmee bijdragen aan de kwaliteit van bestaan (Shalock en Verdugo). Niet de beperking maar de behoefte aan ondersteuning op bepaalde terreinen van het leven zijn leidend voor onze dienstverlening. We onderscheiden de volgende 8 domeinen: 1. Lichamelijk welbevinden 2. Psychisch welbevinden 3. Interpersoonlijke relaties 4. Deelname aan de samenleving 5. Persoonlijke ontwikkeling 6. Materieel welzijn 7. Zelfbepaling 8. Belangen (beleving van rechten en plichten) Welke domeinen aan de orde zijn wordt bepaald door de individuele situatie van de cliënt. Randvoorwaarden worden gevormd door de vier kwaliteitsthema’s: 1. Zorgafspraken en zorgplan 2. Cliëntveiligheid: fysieke veiligheid, sociale en emotionele veiligheid 3. Kwaliteit van medewerkers en organisatie 4. Samenhang in zorg en ondersteuning Gors specialiseert zich hierbij o.a. op het gebied van: ASS (autismespectrum stoornissen) EMB (ernstige meervoudige beperkingen) LVG+ (Licht verstandelijke handicap met bijkomende problematiek) cliënten met een psychiatrisch verleden cliënten met NAH (niet aangeboren hersenletsel) cliënten die ademhalingsondersteuning behoeven Uiteraard is er aandacht voor de vergrijzing van cliënten en Gors voert daarop gericht beleid. Gors kiest ervoor: De ondersteuning en zorg te bieden in de eigen leefomgeving van de cliënt, tenzij een vraag naar specifieke deskundigheid anders vereist Daar waar nodig of gewenst samenwerkingsafspraken te maken met andere aanbieders over aanvullende ondersteuning of zorg Kort samengevat in het Mission Statement: ”Mensgerichte ondersteuning” Pagina 8 van 82
Jaardocument 2011
Patiënten/cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten Kerngegeven Cliënten Aantal intramurale cliënten per einde verslagjaar Aantal cliënten dagactiviteiten per einde verslagjaar Aantal extramurale cliënten exclusief cliënten dagactiviteiten per einde verslagjaar Capaciteit Aantal beschikbare plaatsen met AWBZ-verblijf per einde verslagjaar inclusief GVT Productie Aantal verpleegdagen en GVT-bezettingsdagen in verslagjaar Aantal dagdelen dagactiviteiten in verslagjaar Aantal uren extramurale productie in verslagjaar (exclusief dagactiviteiten) Personeel Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten (in euro’s) in verslagjaar Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Waarvan overige bedrijfsopbrengsten
Aantal/bedrag 343 579 198 367 125.631 53.924 36.120 721 387 X € 1.000 30.622 28.641 1.981
Aantallen verblijfplaatsen per categorie zoals aangegeven in de prestatie-eisen ex artikel 10 WTZi Doelgroep Licht Zwaar Beveiligd Somatische aandoening of beperking Psychogeriatrische aandoening of beperking Psychiatrische aandoening Lichamelijke handicap 112 Verstandelijke handicap 255 Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis Psychosociale problemen Werkgebieden Gors kent heel Zeeland als zijn werkgebied. Hieronder ziet u waar de zorg- en dienstverlening zich concentreert.
Pagina 9 van 82
Jaardocument 2011
2.4.
Samenwerkingsrelaties
Gors heeft voor zijn kernactiviteiten een specifieke relatie aangegaan met verschillende partners, bijvoorbeeld in de vorm van een overeenkomst, een convenant of andere afspraken. Hieronder een overzicht van deze samenwerkingsrelaties en de relatie tussen hen. Intern Dit zijn voor Gors de cliënten, de ouders/vertegenwoordigers en de medewerkers. Voor cliënten, hun ouders en/of vertegenwoordigers is de samenwerking tussen de zorgverlener en de zorgvrager vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst en wordt (mede)zeggenschap geboden op grond van de WMCZ (Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen). Voor medewerkers is de Ondernemingsraad de gesprekspartner van de bestuurder. Extern Hier is het Zorgkantoor Zeeland met name te noemen. Tussen Gors en het Zorgkantoor is een overeenkomst afgesloten die betrekking heeft op de wijze en kwaliteit van dienstverlening in het algemeen en een overeenkomst met betrekking tot de contractering en de jaarlijkse productieafspraken. Voorts zijn de cliëntenorganisaties, het ministerie van VWS, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, de provincie en de diverse gemeenten in het zorggebied van Gors externe belanghebbenden. Gors heeft regelmatig contact met de VGN als brancheorganisatie voor de Gehandicaptenzorg, met Zorgverzekeraars Nederland, de Nederlandse Zorgautoriteit en het Waarborgfonds Zorg. Keten In het kader van ketenzorg onderhoudt Gors vele contacten binnen de zorgregio. Gors neemt deel aan een aantal samenwerkingsverbanden in dit kader, w.o. het samenwerkingsverband NAH, ketenzorg CVA in de subregio Oosterschelde en Zeeuws Vlaanderen, het samenwerkingsverband Diagnostisch Observatie Team (D.O.T.) Zeeland, het Regionaal Integraal Autisme Netwerk Zeeland, de stuurgroep Integrale Vroeghulp Zeeland en het bestuur van de stichting GeeVer. Hier zijn ook de collegae van de thuiszorg en de verzorgings- en verpleeghuizen te noemen. Gors is betrokken bij het Platform Zorgaanbieders in de Oosterschelderegio (P.Z.O.) en het Zeeuws Vlaams Zorg Overleg (Z.V.Z.O.) waarin alle subregionale zorgaanbieders per subregio vertegenwoordigd zijn. Gors neemt deel aan het Zorgaanbieders Platform voor instellingen in de zorg voor mensen met een functiebeperking in Zeeland, het Z.A.P. (zorgaanbieders platform) en aan het zogenaamde ZeBra – overleg, waarin instellingen voor de GZ in Brabant en Zeeland zich verstaan met elkaar over allerhande beleidsonderwerpen en mogelijkheden tot samenwerking. Niet ongenoemd mogen blijven de scholen voor speciaal (basis)onderwijs en de sociale werkvoorzieningen in het kader van dagbesteding en werk. Tenslotte de goede contacten en de samenwerking die er is op het gebied van huisvesting met de verschillende woningbouwcorporaties in Zeeland. Daar waar sprake is van een overeenkomst met betrekking tot de zorg, is per overeenkomst aangegeven welke looptijd de afspraken hebben en op welke datum de in de overeenkomst gemaakte afspraken worden geëvalueerd. Overeenkomsten voor de sector VG Soort overeenkomst Overeenkomst
Organisatie SVRZ/ Ter Valcke
Overeenkomst
SVRZ/ Ter Valcke
Overeenkomst
De Schutse
Zorgprestatie Inkoop maaltijden Bereikbaarhei d ‘s nachts Bereikbaarhei d volgens schema
Duur contract 2 april 2007 t/m 1 april 2010
Evaluatie Jaarlijks
2 april 2007 t/m 1 april 2010
Jaarlijks
1 jaar, stilzwijgende verlenging
Jaarlijks
Pagina 10 van 82
Jaardocument 2011
Soort overeenkomst
Organisatie
Overeenkomst
Allévo / Poelwijck
Overeenkomst Overeenkomst Hoofdaannemer/onderaannemer Contract is 01-2008 getekend Hoofdaannemer/onderaannemer Contract 2009-2010 en samenwerkingscontract dagbesteding is gemaakt door directies in 2010 Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst
Overeenkomsten voor de sector LG Overeenkomst
Zorgprestatie Bereikbaarhei d ‘s nachts
Duur contract
Evaluatie
1 jaar, stilzwijgende verlenging
Jaarlijks
Bereikbaarhei d Middelburg
1 jaar, stilzwijgende verlenging
Jaarlijks
Uitvoering PVVP
-31-12-10
Jaarlijks
Akkerwinde
Uitwisseling cliënt
1 jaar, stilzwijgende verlenging
Jaarlijks
Zuidwester
Uitwisseling cliënten
Evaluatie in directieoverleg
Jaarlijks
Allévo
HV
Per jaar
Jaarlijks
Arduin
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
Zuidwester
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
akkerwinde
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
Siloah
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
eilandzorg
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
Philadelphia
dagbesteding
Per jaar
Jaarlijks
Organisatie
Zorgprestatie
Duur contract
Begeleiding Groep
Voor onbepaalde tijd
Begeleiding groep
1 januari 2011 voor 5 jaar
Evaluatie Halfjaarlijk se rapportag e en een keer per jaar een ZPB Stuurgroe p via notulen
Stichting Werkt voor Ouderen Stichting Werkt voor Ouderen
Onderaannemerovereenkomst
Zorggroep Ter Weel
Samenwerkingsovereenkomst
SVZR / Afasiecentru m
Onderaannemerovereenkomst
SVRZ / Gors
Onderaannemerovereenkomst
Zorgboerderij Tuinenburg
Begeleiding Groep
Begeleiding groep
1 januari 2011 voor 5 jaar
Via verslag
1 januari 2011 voor 5 jaar
Halfjaarlijk s jaarlijks en een ZPB per jaar met elke cliënt Pagina 11 van 82
Jaardocument 2011
Overeenkomst Overeenkomst ongeplande zorg Onderaannemerovereenkomst
Samenwerkingsovereenkomst Samenwerkingsovereenkomst
Raamovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Onderaannemerovereenkomst Samenwerkingsovereenkomst Samenwerkingsovereenkomst
Samenwerkingsovereenkomst
Organisatie SVRZ en ZorgSaam Allévo SVRZ / GORS Woontraining Amalialaan SVRZ / GORS Woontraining Harlekijn GORS / centrum voor thuisbeademing GORS Wielewaal GORS / woonzorg ZVL CVA Ketenzorg Walcheren CVA Ketenzorg Oosterschelde CVA Ketenzorg ZeeuwsVlaanderen
Zorgprestatie
Duur contract
Evaluatie
BG , PV en VP
Onbepaalde tijd
Periodiek
Duur van de indicatie
Halfjaarlijk s en een ZPB per jaar
Onbepaalde tijd
Jaarlijkse evaluatie
Onbepaalde tijd
Jaarlijkse evaluatie
Tot wederop-zegging
Jaarlijkse evaluatie
Begeleiding groep PV onplanbare en planbare zorg Planbare en niet- planbare zorg Voorbehoude n handelingen chronische beademing Begeleiding groep Begeleiding groep
Tot wederopzegging Onbepaalde tijd
Ketenzorg
Elk jaar met stilzwijgende verlenging
Ketenzorg
Elk jaar met stilzwijgende verlening
Ketenzorg
Elk jaar met stilzwijgende verlening Elk jaar met stilzwijgende verlenging Elk jaar met stilzwijgende verlenging vanaf 2010
Samenwerkingsovereenkomst
Hersenletselt eam
Ketenzorg
Onderaannemerovereenkomst
Okkernoot
Begeleiding groep
Onderaannemerovereenkomst
Zorgboerderij Kersenkooi
Begeleiding groep
Vanaf 1-12-2010 per jaar verlenging
Onderaannemerovereenkomst
Weerwerk
Begeleiding groep
19-07-2010 per jaar verlenging
Hoofdaannemerovereenkomst
ABTZ
PV /VP
Per 1 januari 2011
SVRZ
achterwacht
onbepaald
Onderaannemerovereenkomst
Jaarlijkse
Notulen stuurgroep Zorgplan per cliënt Zorgplanb espreking cliënt Op basis van zorgplanbesprekin g cliënt Evaluatie per jaar Jaarlijks
3 Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap Onze branchevereniging, de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, heeft mede de Zorgbrede Governancecode ondertekend. Gors weet zich, als lid van deze vereniging, gehouden aan de principes van de code en voert deze uit. De principes hebben betrekking op goed bestuur, goed toezicht en een transparante verantwoording. De code richt Pagina 12 van 82
Jaardocument 2011
zich op de kwaliteit van het bestuur, de kwaliteit van het toezicht en de interactie tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht en op het op gepaste wijze betrekken van belanghebbenden bij het beleid van de organisatie. De statuten van de stichting, de reglementen voor de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht en de aansluitende reglementen voor de Cliëntenraad en de Ondernemingsraad zijn hierop gericht. In 2010 zijn de statuten op basis van de nieuwe zorgbrede governancecode voor de zorg aangepast. Ook is een poging gedaan een maatschappelijk orgaan op te richten. Vanwege de tijdsbelasting van vertegenwoordigers van partijen, die in Zeeland in ten minste 9 andere instellingsgebonden organen zouden moeten deelnemen, blijkt dit moeilijk te realiseren. Gors voldoet aan de wettelijke transparantie-eisen. De verantwoording vindt plaats via dit jaardocument dat, voorafgaand aan publicatie, na de statutair of bij reglement vastgestelde doorlopen adviestrajecten, door de Raad van Bestuur werd vastgesteld en door de Raad van Toezicht werd goedgekeurd. De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk voor en belast met het besturen van de organisatie. Er is sprake van een éénhoofdige Raad van Bestuur. Er is een reglement voor de Raad van Bestuur waarin de taak, de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de bestuurder zijn vastgelegd. Ook zijn daarin afspraken over de waarneming, openbaarheid en belangenverstrengeling vastgelegd alsmede afspraken gemaakt over de gewenste openheid, medezeggenschap en besluitvorming. Er is een bevoegdhedenmatrix. De Raad van Toezicht heeft ten minste één maal per jaar een gesprek met de bestuurder over zijn functioneren en de realisatie van de doelstellingen van de organisatie. Daartoe heeft de door de Raad ingestelde remuneratiecommissie opdracht gekregen. Deze commissie beoordeelt ook de honorering van de bestuurder. In het verslagjaar is er geen wijziging aangebracht in de honorering die volgens de NVZD/NVTZ regeling wordt toegepast. Er werden geen (extra) vergoedingen of emolumenten toegekend. De Raad van Bestuur betrekt bij de voorbereiding en vormgeving van het beleid de adviesorganen van de stichting, de Ondernemingsraad volgens de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) en de Centrale Cliëntenraad volgens de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ). De Raad van Bestuur legt per kwartaal schriftelijk verantwoording af over de doelrealisaties, waar van toepassing de strategie, en tevens het beleid en de resultatenontwikkeling aan de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op het besturen door de Raad van Bestuur en op de algemene gang van zaken binnen de zorgorganisatie. Hij bewaakt c.q. houdt toezicht op de strategie en de risico’s verbonden aan de activiteiten van Gors, de opzet van controle en beheerssystemen, voor zover mogelijk de naleving van wet en regelgeving en het op passende wijze uitvoering geven aan de maatschappelijke verantwoordelijkheid die de zorgorganisatie heeft. Hij voert, via vertegenwoordiging, ten minste twee maal per jaar overleg met de Ondernemingsraad en met de Centrale Cliëntenraad. De Raad van Toezicht evalueert jaarlijks zijn functioneren en toetst dit aan de principes van de Governancecode. Hij bespreekt de uitkomsten met de Raad van Bestuur. Ook de samenwerking tussen bestuur en toezicht wordt jaarlijks geëvalueerd. Samenstelling Raad van Bestuur Naam J.B. Hulstein
Bestuursfunctie Bestuurder
Nevenfuncties Lid en vice voorzitter Raad van Toezicht Edudelta onderwijsgroep Lid van Raad van Toezicht van scholen voor speciaal basis- en voortgezet onderwijs “Respont”
3.1. Normen voor goed bestuur Zoals hierboven reeds aangegeven worden de regels voor good governance volledig nageleefd. De verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid is vastgelegd. In een directiebeschrijving wordt jaarlijks verbinding gelegd tussen de verschillende gebieden waarop dit onderwerp van toepassing is. Daarnaast stelde de RvT een kwaliteitscommissie in die in zijn algemeenheid de kwaliteit en veiligheid binnen de organisatie aan de orde stelde. De commissie bestaat in principe uit alle leden van de Raad van Toezicht, die in tweetallen verschillende locaties en cliënten bezoeken, waar van toepassing de vertegenwoordigers van cliënten spreken en ook de medewerkers en leidinggevende(n) m.b.t. dit onderwerp.
Pagina 13 van 82
Jaardocument 2011
In het risicomanagement van Gors zijn alle risico’s, van het primaire proces, het tactische en strategische beleid geïnventariseerd en, waar nodig, in een plan van aanpak opgenomen. De risico’s worden in de interne audits gemonitord. Ondanks ons streven is het ons nog niet gelukt een werkend maatschappelijk orgaan in te richten, zoals hierboven reeds gemeld. Sedert 2011 is binnen Gors een klokkenluidersregeling van kracht, die breed in de organisatie bekend is gemaakt. Van de leden van de Raad van Toezicht zijn, zoals hieronder aangegeven, de nevenfuncties bekend. Geen van de leden heeft meer nevenfuncties dan in de code toegestaan. In de Raad van Toezicht wordt gewerkt met bijgaande portefeuilleverdeling. Eén van de leden heeft een directe relatie tot de zorg (care). De Raad van Bestuur, die binnen Gors uit één lid bestaat, heeft twee nevenfuncties, waarvan het lidmaatschap van de Raad van Toezicht voor Respont scholen per 1 november 2011 is beëindigd. Hij meldt wijzigingen aan de Raad van Toezicht. 3.2. Raad van Bestuur/directie Binnen Gors is een éénhoofdige Raad van Bestuur werkzaam. Er is geen sprake van belangenverstrengeling. Het bezoldigingsbeleid van de bestuurder vindt plaats volgens de regels en adviezen van de NVTZ en de NVZD. In dit verslagjaar heeft de bezoldiging aandacht gekregen in het jaarlijkse functioneringsgesprek met de remuneratiecommissie van de raad van toezicht. Er hebben zich geen wijzigingen voorgedaan. Tussen bestuur en toezichthouders bestaat de afspraak dat de leden van de Raad over alle zaken voldoende op de hoogte worden gehouden. Dit gebeurt o.a. door de maandelijkse nieuwsbrieven, de wekelijkse beleidsteambesluiten en de kwartaalrapportages van de Raad van Bestuur toe te zenden of ter bespreking toe te voegen aan de agenda van de Raad. De kwartaalrapportages bevatten ten minste de instroom- en uitstroomgegevens van cliënten en medewerkers, de productie ten opzichte van de productieafspraken, de verzuimcijfers, de financiële cijfers en de fobo-cijfers. De Raad van Bestuur bericht ter vergadering zowel over positieve als negatieve gebeurtenissen en ontwikkelingen. Tussentijds gebeurt dit via de mail. 3.3. Toezichthouders Zoals hieronder wordt weergegeven bestond de Raad van Toezicht uit zeven leden, waarvan één lid de functie van voorzitter, en één lid de functie van vice-voorzitter bekleedde. Twee leden, de heren J. F. Eijlander en de heer C.N. de Kuijper traden medio het verslagjaar af. In de ontstane vacatures werd voorzien door middel van externe werving waarbij de ouder- en patiëntenverenigingen de mogelijkheid hadden potentiële kandidaten, die beantwoordden aan de profielschets, attent te maken op de vacature. Eén van de leden werd in de procedure voorgedragen door de Centrale Cliëntenraad. In de vacaturestelling stonden specifiek de aandachtsgebieden “juridische zaken” en “zorg” centraal. De beide vacatures zijn naar genoegen vervuld. Voor de portefeuille juridische zaken is de heer H. van Stel benoemd; voor de zorg (medische achtergrond), mevrouw L. Holty- van der Wekken. en De Raad bestaat hiermee, volgens statuut, uit zeven leden. In september van het verslagjaar is mevrouw D. Schroevers- Loos voor een tweede periode benoemd. De verschillende commissies van de Raad zijn als volgt samengesteld: Remuneratiecommissie: mevrouw Cazemier, mevrouw Schroevers-Loos en de heer Zielstra Kwaliteitscommissie: mevrouw Cazemier, mevrouw Holty en de heer van Stel. Begeleidingscommissie In voor Zorg: mevrouw Cazemier, Mevrouw Schroevers-Loos, de heer van der Zaag en de heer Zielstra. Vertegenwoordiging naar de Centrale Cliëntenraad: Mevrouw Schroevers-Loos en mevrouw Holty. Vertegenwoordiging naar de ondernemingsraad: de heer van der Zaag en de heer Zielstra. De leden van de Raad zijn onafhankelijk. Daar waar zij statutair zijn voorgedragen, hebben zij zitting zonder last of ruggespraak. Geen der leden kent een belang in de stichting. Om invulling te geven aan zijn taken vergadert de Raad van Toezicht ten minste vijf maal per jaar. In het verslagjaar vond zes keer een vergadering van de Raad van Toezicht plaats.
Pagina 14 van 82
Jaardocument 2011
In dit jaar is de Raad van Bestuur bij alle vergaderingen aanwezig geweest. In de vergaderingen wordt altijd schriftelijk verslag gelegd van de activiteiten van de stichting en de Raad van Bestuur, gevolgd door relevante informatie in cijfers en grafieken over de verschillende prestatievelden. Daarnaast kunnen leden van het management of de stafdiensten periodiek uitgenodigd worden verslag te doen van de ontwikkelingen binnen de door hen aangestuurde sectoren of afdelingen. Er zijn twee extra bijeenkomsten geweest van de Raad, inclusief de bestuurder. De eerste, in juni, betrof een bijeenkomst rond “good governance” waarbij naast de toepassing van de code ook de zelfevaluatie aan de orde kwam. De tweede betrof een bijeenkomst rond ethische vraagstukken in het kader van deskundigheidsbevordering, waarbij een ethicus ons bij de hand nam om via een stappenplan standpunt in te kunnen nemen met betrekking tot ethische vraagstukken. Hierbij kwam een aantal dilemma’s die binnen Gors speelt aan de orde. In het kader van zijn mede verantwoordelijkheid op het gebied van kwaliteit en veiligheid bezocht de Raad van Toezicht twee maal een aantal locaties waar cliënten door medewerkers van Gors worden ondersteund. In 2011 werd in de eerste rondgang aandacht besteed aan de locaties in Goes, woonvorm de Watertoren (LG), Activiteitencentrum Oosterschelde (LG) en woonvorm de Zonnebloemstraat; in de tweede rondgang werden Dagcentrum “de Cirkel”, het multifunctioneel centrum “KEK” te Vlissingen (VG/LG) en het activiteitencentrum “de Onderneming” (LG), eveneens te Vlissingen, bezocht. De leden van de Raad gingen in gesprek met cliënten en medewerkers om zo een beter beeld te verkrijgen van de intensiteit van ondersteunings- en zorgvragen en de (specifieke) kwaliteit die wordt geboden op deze locaties. In de vergaderingen met de Raad van Bestuur kwamen vele onderwerpen aan de orde: We vervolgden een traject met betrekking tot het meer toekomstbestendig maken van (het) Gors, dat we startten in 2010 onder leiding van een door VWS beschikbaar gestelde coach. Er werd in 2011 door de Raad van Toezicht een begeleidingscommissie ingesteld om de voortgang van het traject goed te kunnen volgen. Medio 2011 is de coaching stopgezet vanwege een mismatch. Het uitgezette traject onder de titel “aanpakken” werd vervolgd omdat hierin onze ambities voor de toekomst op schrift waren gesteld die niet zijn veranderd. Over de voortgang wordt ter vergadering in de Raad van toezicht gerapporteerd De stichting “Vrienden van de ZLG”, een stichting die gelden beheert ten bate van kinderen (LG) in zorg bij Gors, kreeg een iets gewijzigde structuur en omdat de zittend voorzitter, de heer Eijlander aftrad, ook een nieuwe voorzitter in de persoon van de heer van der Zaag. Er werd in april een Klokkenluidersregeling vastgesteld. Als vertrouwenspersoon voor medewerkers treedt de plaatsvervangend bedrijfsarts op. Er is door de Raad toestemming (opnieuw) verleend aan de Raad van Bestuur voor het lidmaatschap en het vice voorzitterschap van twee Raden van Toezicht, beide in de onderwijssector. Het jaardocument 2010 werd ,voor een gedeelte in het bijzijn van de accountant en aan de hand van de managementletter, besproken en vastgesteld. Het stichtingsjaarplan voor 2012, waarin de jaarplannen per sector en per dienst zijn opgenomen, werd eveneens besproken en goedgekeurd. Uitgebreid is gesproken over plannen voor vervangende nieuwbouw. Deze nieuwbouw zal in Goes worden gerealiseerd. Voor de Raad is met name de constructie van het recht van opstal een belangrijk bespreekpunt. Begin 2012 zal een besluit worden genomen m.b.t. de goedkeuring van de plannen, zoals verwoord in het meerjaren huisvestingsplan . Er is veel aandacht voor de huisvesting in het algemeen en het vastgoed beleid in het bijzonder. Begin 2012 zal het meerjaren huisvestingsplan ter goedkeuring worden aangeboden. Voor de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht is de WOPT toegepast. De honorering van de Raad van Toezicht is met + 1,56 % geindexeerd volgens de richtlijnen van de NVTZ. De Raad wordt onder de door de NVTZ geadviseerde norm gehonoreerd maar heeft dit besloten vanuit zijn gevoelde maatschappelijke verantwoordelijkheid. Gors is aangesloten bij de Alliantie M3. De doelstellingen en uitgangspunten van deze alliantie vinden weerklank in het beleidsteam, de Ondernemingsraad en de Centrale Cliëntenraad alsmede in de organisatie en niet in de laatste plaats ook in de Raad van Toezicht. Vooral de kernwaarden, vertaald in de menselijke maat, waaronder het werkelijk centraal stellen van de unieke relatie tussen cliënt en medewerker, vindt bijval, gegeven ook de uitkomst van de discussie over “de mens centraal”. Deze uitgangspunten hebben in 2011 geleid tot een hertaalde visie en missie van Gors, waarbij wordt uitgegaan van de mens die op sommige terreinen in het leven ondersteuning en/of zorg behoeft. Niet de handicap maar de mens staat bij Gors centraal. De mens die eigen regie over het leven voert. De hertaalde visie en missie en de gewijzigde naam die door de Raad zijn overgenomen, werden gepresenteerd tijdens een
Pagina 15 van 82
Jaardocument 2011
feestelijke bijeenkomst op het eiland Neeltje Jans, waarbij teven het nieuwe bijpassende beeldmerk van Gors werd onthuld. Met de nieuwe visie en het nieuwe logo, maar veel meer door het bijhorende gedrag van alle medewerkers wil Gors in de komende jaren het verschil maken. Een aantal leden van de Raad van Toezicht heeft, in het kader van deskundigheidsbevordering, congressen of colleges bijgewoond die werden verzorgd door het NKCC of de NVTZ. Zo werd o.a. door een aantal leden de bijeenkomst van de Zorgacademie op Nijenrode bezocht. De Raad van Toezicht voert ten minste één maal per jaar een functioneringsgesprek met de Raad van Bestuur in de hierboven gemelde remuneratiecommissie. Tijdens het gesprek passeert een aantal te voren in de Raad van Toezicht vastgestelde prestatievelden de revue. Ook in 2011 heeft de remuneratiecommissie zich van deze taak gekweten. 3.4. Bedrijfsvoering Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering Gors heeft schriftelijk vastgelegd welk orgaan/organen van de instelling welke bevoegdheden heeft/hebben ten aanzien van welk onderdeel of aspect van de bedrijfsvoering. Gors heeft schriftelijk en inzichtelijk vastgelegd in de, dit verslagjaar aangepaste, procesbeschrijving “Primair Proces” hoe de zorgverlening georganiseerd wordt, van welke andere organisatorische verbanden daarbij gebruik wordt gemaakt en wat de aard is van de relaties met die andere verbanden, waaronder begrepen verantwoordelijkheden, taken en beslissingsbevoegdheden. Over de activiteiten van Gors, waarvoor zij is toegelaten, legt zij financiële verantwoording af in de jaarrekening en tussentijds via AZR. Gors exploiteert geen andersoortige activiteiten die in ieder geval financieel onderscheiden moeten zijn van de (toegelaten) activiteiten. Gors stelt dat in de financiële administratie van de instelling ontvangsten en betalingen duidelijk traceerbaar zijn naar bron en bestemming, en dat duidelijk is wie op welk moment welke verplichtingen voor of namens de instelling is aangegaan. Wijzigingen Ook in dit verslagjaar is nadrukkelijk aandacht besteed aan een aantal bedrijfsprocessen. De functie behandeling binnen Gors geldt alleen voor ZZP 7 geïndiceerden. Gors kiest ervoor ten behoeve van kwaliteitsborging behandelaars in dienst te houden en hen in te zetten voor kennismanagement en het expertisecentrum. Deze taak en verantwoordelijkheid is belegd bij de manager Zorg en Innovatie. De functie “zorgregisseur”, die een verbindende en regierol heeft in de vertaling van indicatie naar zorgplan en het “up to date” houden van de daarin gestelde doelen op basis van de ondersteuningsvraag, is definitief vastgesteld. De functie werd losgekoppeld van locatie en verbonden aan cliënten. De functie, die over het algemeen in deeltijd > 20 uur wordt uitgevoerd kan slechts dan worden aangevuld met uitvoerende taken als deze geen verband hebben met de in ondersteuning zijnde cliënten. Planning- en controlcyclus De planning- en controlcyclus, zoals deze is vastgesteld voor Gors wordt jaarlijks gehanteerd. Nieuw in 2011 is de route die wordt gelopen. Zij gaat uit van een strategische verkenning aan het begin van elk jaar (voorheen de kaderbrief) en een aantal op grond daarvan gemaakte jaarplannen op sector en stafniveau. Deze plannen gezamenlijk, leiden tot een instellingsjaarplan dat wordt aangevuld met de begroting van het komende jaar. De cyclus op het gebied van personeel is eveneens gevolgd. Er is een beschrijving van treasurybeleid. Maandelijks worden de resultaten van Gors besproken. De resultaten worden per kwartaal vergezeld van een voortgangsrapportage van de Raad van Bestuur. Het betreft hier de resultaten op het gebied van: financiën verzuimcijfers van het personeel cliënten (aantallen, wachtlijstgegevens, in-, door- en uitstroom) productiecijfers. Deze gegevens worden verstrekt overeenkomstig de indeling van organisatie. De gegevens worden per kwartaal aangevuld met in- door- en uitstroomgegevens van het personeel, leeftijdsopbouw van het personeel en verhoudingscijfers op het gebied van begeleiding en assistent begeleiding, alsmede cijfers van incidenten en bijna incidenten. Deze informatie wordt integraal ter beschikking gesteld aan de Raad van Toezicht.
Pagina 16 van 82
Jaardocument 2011
Administratieve organisatie en interne controle In verslagjaar 2011 werden interne controles uitgevoerd naar de navolging en werking van de regeling AO/IC AWBZ Zorgaanbieders. De interne controles leidden nog slechts zelden tot aanscherping en verbetering van de naleving binnen de organisatie. De beschrijving van de financiële processen in het kader van de regeling zijn vastgelegd in het digitale interne kwaliteitshandboek. Risicomanagement Opnieuw heeft Gors zich bezig gehouden met (geconstateerde) risico’s, waarbij in 2011 met name de hieronder genoemde risico’s veel aandacht vroegen. De relatie met de zorgverzekeraar is goed te noemen. In 2011 is een risico managementsysteem ontwikkeld dat relatie aanbrengt tussen de risico’s op het niveau van het primaire proces, het tactisch niveau (de voorwaarden) en het strategisch niveau. 1. 2.
3. 4. 5. 6.
Het Meerjarenbeleidsplan 2009-2012. Veranderingen wet- en regelgeving. Te noemen zijn hier o.a. de invoering van de NHC voor de intramurale zorg en het beëindigen van de open eind financiering waardoor wachtlijsten gaan ontstaan. Er wordt in samenwerking met een externe partij gewerkt aan een nieuw meerjaren huisvestingsbeleid geënt op deze regelgeving en in relatie tot de gewenste en geaccordeerde capaciteitsuitbreidingen. Helaas kon dit plan nog niet worden vastgesteld in de Raad van Toezicht. Dat zal in de eerste Raadsvergadering zijn in 2012. Tijdig en adequaat kunnen inspelen op de kanteling van de AWBZ en de overheveling van extramurale producten naar de W.M.O... Hiervoor wordt een plan opgezet waarbij (subregionaal zal worden ingestoken op een gezamenlijk dialoog tussen instellingen en gemeenten. Indicatiestelling. De zorgregisseur heeft ertoe bijgedragen dat onjuiste indicaties werden voorkomen of zijn gewijzigd. De NEN 7510. Een onderzoek door BDO is afgerond en een plan van aanpak gemaakt, inclusief prioritering. Veel belangrijke aandachtspunten/risico’s zijn nog in 2011 aangepakt of opgeheven, anderen zullen in 2012 worden bestreden. Aanpassingsvermogen zorginstelling. Nog nooit was het lastiger te sturen op vermoedens van beleidswijzigingen. We volgen de ontwikkelingen op de voet. Met name de mogelijke afwijzing door het zorgkantoor van de bij hen al sedert enkele jaren bekende en aangekondigde noodzakelijke capaciteitsuitbreidingen voor 2012, levert Gors zowel op betrouwbaarheid naar cliënten als ook financieel een groot risico.
Strategie Door de overgang van begeleiding van de AWBZ naar de WMO, dreigt een aantal doelgroepen minder zorg geboden te krijgen. De regelgeving wordt verlegd naar de gemeenten. Er is nog geen enkele verordening bekend. Dat geeft onzekerheid over zowel inhoud als financiering. Immers de generieke korting op het nu gehanteerde tarief zal naar verwachting liggen tussen de 15% en de 20%. De ondersteuning van de teams door gedragsdeskundigen en paramedici zal niet langer of alleen in zeer geringe mate kunnen worden geboden. Dit tast naar verwachting de kwaliteit van de ondersteuning aan. Door de tendens die ontstaat om ook binnen de gehandicaptenzorg zorg en huisvesting te scheiden is het van belang een goede verhouding te hebben tussen de kwaliteit van de huisvesting en de prijs die onze cliënten, in het algemeen met een smalle beurs, bereid zijn voor deze huisvesting te betalen. Dit vraagt een goede afstemming en de noodzaak van een flexibele vastgoedportefeuille. Voor beide vraagstukken worden in 2012 scenario’s uitgewerkt. Gors heeft haar strategie met betrekking tot haar werkgebied aangepast in die zin dat we ook buiten Zeeland onze diensten kunnen aanbieden. Operationeel Operationele risico’s worden zoveel als mogelijk uitgesloten. In 2012 worden stappen gezet om de uitval van ICT – systemen verder te beperken. HRM systemen worden zoveel als mogelijk online gebracht en in 2012 worden stappen gezet cq gerealiseerd om de applicaties die het primaire proces ondersteunen redundant en op verschillende fysieke locaties beschikbaar te krijgen. Met de invoering van de zorgregisseurs is kwaliteit van de zorg verbeterd en met behulp van de gedragsdeskundigen geborgd. Pagina 17 van 82
Jaardocument 2011
Financieel Door de spreiding binnen de leningportefeuille worden renterisico’s op langlopende leningen gespreid en dus beperkt. Gors is ondanks de toenemende onzekerheid met betrekking tot de opbrengsten blijvend in staat geweest haar balanspositie te versterken en haar jaarlijkse exploitatie positief af te sluiten. Een goed signaal naar de geldverstrekkers die ondanks hun verhoogde eisen met betrekking tot het overleggen van gegevens bereid zijn geld te verstrekken aan Gors. Financiële verslaglegging In de voorliggende jaarrekening zijn de waarderingsvraagstukken verwerkt met betrekking tot het vastgoed. In het land wordt met betrekking tot de waardering van het vastgoed verschillend omgegaan. Gors past naar haar inzicht de enige juiste toe om op de laagst kasstroomgenererende eenheid dit vraagstuk op te lossen. Wet en regelgeving Verandering van wet- en regelgeving en de daarbij behorende risico’s liggen met name opgesloten in de verandering en verschraling van de AWBZ. De bijbehorende risico’s zijn al uitgelicht bij strategie. Samenwerkingsverbanden In dit verslag wordt ingegaan op diverse samenwerkingsverbanden. Geconstateerd wordt dat deze samenwerkingsverbanden niet dat materieel belang hebben dat deze de continuïteit van Gors in gevaar zouden kunnen brengen. 3.5. Cliëntenraad In 2011 is gewerkt met één Centrale Cliëntenraad waarin vertegenwoordigers uit beide sectoren zitting hebben. Uit de LG sector nemen cliënten en uit de VG sector vertegenwoordigers deel. Per cliëntenraad wordt één lid afgevaardigd naar de Centrale Cliëntenraad. De Centrale Cliëntenraad heeft in 2011 4 keer een onderlinge vergadering gehouden waarin de voorbereiding plaats vond voor de vergadering met de Raad van Bestuur. Met de Raad van Bestuur is in 2011 eveneens 4 keer vergaderd, waarbij 2 keer een leden van de Raad van Toezicht aanwezig waren. In 2011 is het op voordracht van de CCR benoemd lid in de Raad van Toezicht afgetreden omdat de in de Governance Code voorgeschreven maximale zittingsduur was bereikt. Een selectiecommissie uit de CCR heeft door middel van een wervings- en selectieprocedure een kandidaat voorgedragen aan de Raad van Toezicht. Deze kandidaat is door de Raad van Toezicht benoemd. Op unitniveau wordt participatie vorm gegeven door cliëntenraden. Bij Gors zijn 16 lokale cliëntenraden en bewonersraden actief waarbij ook de bewonersraden gebruik maken van de rechten omschreven in de WMCZ. Binnen de LG sector worden deze, afhankelijk van de doelgroepen kind/jeugd of volwassenen respectievelijk gevormd door ouders/vertegenwoordigers of cliënten. Binnen de VG sector bestaat iedere cliëntenraad uit een vertegenwoordigerscommissie en een cliëntencommissie. De commissies samen vormen de cliëntenraad en brengen één advies uit waarbij het advies in principe uitgaat van het advies van de cliëntencommissie. Iedere cliëntenraad, inclusief de Centrale Cliëntenraad, wordt faciliteiten toegekend zoals vergaderruimte en voor de Centrale Cliëntenraad secretariële ondersteuning. De cliëntcommissies en in een aantal gevallen cliëntenraden worden ondersteund door de medewerker cliëntparticipatie. Deze medewerker is 32 uur in dienst, heeft een onafhankelijke functie en rapporteert rechtsreeks aan de Raad van Bestuur. In 2012 zal het in 2011 gestarte traject zeggenschap en medezeggenschap vervolgd worden. Hierbij komt zowel zeggenschap als medezeggenschap op basis van werkelijke cliëntvragen dichter bij de cliënt te liggen. Op basis van onderzoek en beleidsvoorstellen “corporate communicatie Gors” (positief advies CCR), is in 2011 gestart met een werkgroep communicatie waarin ook vanuit de cliëntenraden geparticipeerd wordt. De werkgroep zal in 2012 voorstellen doen m.b.t. communicatie naar cliënten en vertegenwoordigers. In 2011 heeft de Centrale Cliëntenraad de volgende (allen positieve) adviezen uitgebracht: Evaluatie samenwerkingsovereenkomst CCR met de bestuurder. Evaluatie samenwerkingsovereenkomst CR en Gors. Jaarrekening 2010. Projecten in relatie tot zorg-inkoopdocument, waaronder “bewegen, zo kan het ook”, de netwerkontwikkeling voor cliënten en de vervolgstappen in het kader van VVI. Cultuurmeting. De CCR betreurt het dat dit onderzoek door de universiteit van Amsterdam niet is kunnen doorgaan. Begroting 2012.
Pagina 18 van 82
Jaardocument 2011
Regeling waskosten. Bij de gegeven adviezen is door de Centrale Cliëntenraad vooral gekeken of in de voorgenomen besluiten het belang van de cliënten voldoende gewaarborgd is en passen binnen het beleid van Gors. Het advies over de begroting wordt door de Centrale Cliëntenraad als erg belangrijk gezien omdat in de begroting het beleid wordt vertaald naar financiën. De insteek voor advisering over de begroting is de kwaliteit van zorg die kan worden beoordeeld op basis van de formatie verzorgend personeel, opleidingsniveau en opleidingsbudget. Tevens is het van belang een relatie te kunnen aanbrengen tussen de geïndiceerde zorg en de geleverde zorg. Hulpmiddelen ter beoordeling hiervoor vormen de historische cijfers van vorige begrotingen, kengetallen en het gevoerde beleid. Jaarlijks brengt Gors, op verzoek van de Centrale Cliëntenraad, een rapport uit over kengetallen. Deze kengetallen zeggen iets over de kwaliteit van zorg zoals verloop van (verzorgend) personeelsformaties, opleidingsniveau, kosten per cliënt en geleverde t.o.v. geïndiceerde zorg. In 2012 zal de relatie geïndiceerde zorg – geleverde zorg nader uitgewerkt worden. Met betrekking tot motivatie van personeel kijkt de Centrale Cliëntenraad meerdere keren per jaar naar de verzuimcijfers en de analyse daarvan. In zijn algemeenheid kan worden vastgesteld dat de wijzigingsvoorstellen en verbetervoorstellen die door de Centrale Cliëntenraad ten aanzien van beleidsonderwerpen worden gegeven, door de Raad van Bestuur worden overgenomen. De Centrale Cliëntenraad opereert pro-actief. Deze houding heeft er toe geleid dat door het aanbieden van kengetallen op verschillend gebied vergelijkende cijfers ontstaan die inzicht en transparantie bevorderen. 3.6. Ondernemingsraad Het afgelopen jaar is hét jaar van de verandering geweest voor de OR. De OR heeft tijdens de trainingsdagen in het voorjaar, in overleg met de bestuurder, besloten om het roer om te gooien en een andere werkwijze te hanteren. Deze heeft als doel: Meer dynamiek tussen BT en OR Snellere besluitvorming voor de organisatie Betere integratie van de OR binnen de organisatie Meer mogelijkheden tot communicatie met de achterban door integratie in de lijn Effectiever werken binnen de OR door kleinere interne teams Bredere kennisverwerving binnen de ondernemingsraad Naast de veranderingen binnen de OR liepen zaken gewoon door en zijn er meerdere onderwerpen de revue gepasseerd. Samenstelling Ondernemingsraad Indeling (werk)groepen (december 2011) Kernteam Agendacommissie
Denktanks
Werkgroep PR & Verkiezingen Secretariële ondersteuning
René den Boer Henny Koster George van de Poel René den Boer Henny Koster George van de Poel Annet Jopse Nicole Boonman Evelien van der Werff Yvonne Schrijver Ramon Visschers Heleen Klijn Tessa van Driessche-Koole Evelien van der Werff Henny Koster Annet Jopse
voorzitter secretaris vice-voorzitter voorzitter secretaris vice-voorzitter ambtelijk secretaris
2 e secretaris
Pagina 19 van 82
Jaardocument 2011
Kernteam/agendacommissie Sinds juni 2011 is de structuur van de OR veranderd. De OR bestaat uit een kernteam en een denktank. Het kernteam bestaat uit de voorzitter, secretaris en de vice voorzitter van de OR. Het kernteam voert o.a. het feitelijk overleg met de bestuurder en formuleert opdrachten voor de denktank. De leden van het kernteam zijn ook de leden van de agendacommissie aangevuld met de ambtelijk secretaris. De agendacommissie maakt de agenda op voor de OR vergaderingen en Overlegvergaderingen (samen met de RvB) en bekijkt en behandelt inkomende en uitgaande correspondentie. Het kernteam heeft zich het afgelopen jaar bezig gehouden met: Ouderenbeleid Nota 65+ Registratie FOBO Reglement OR Structuur/organisatie OR Begroting 2012 Verzuim- en re-integratiebeleid Strategisch personeelsplan RI&E Vakantiewerk beleid Denktanks Het afgelopen jaar heeft de OR net als Gors een hele ontwikkeling doorgemaakt. Zij koos ervoor op een andere manier en met een andere visie aan het werk te gaan. Zij wil hiermee bereiken dat eerder in de beleidsvorming een rol gespeeld kan worden. Eén van de grootste veranderingen is dat de OR nu werkt met een denktank. De rol van de denktank is om vroegtijdig met leden van het BT of de achterban naar onderwerpen te kijken zodat er eerder inspraak wordt gecreëerd. Door het meer betrekken van de achterban, wilde OR de medezeggenschap binnen Gors meer inhoud geven. Denktankonderwerpen in het afgelopen jaar: Ouderenbeleid Vakantiewerkbeleid 65 plus beleid Voorbereidingen achterbanbezoeken Sociaal beleid Werving voor IBC-FWG commissie RI&E‘s FOBO’s Reglement OR Verzuim- en Re-integratie beleid Werktijdenregeling Onderwerpen die nog niet zijn afgerond en van groot belang zijn voor de achterban: de Werktijdenregeling (waar de Jaar Uren Systematiek –JUS - onder valt) en het nieuwe Verzuim & Re-integratie beleid. Eén van de speerpunten van de denktank komend jaar, is het profileren van de OR. Daarbij komt de nadruk te liggen op het nauwer betrekken van de achterban in de medezeggenschap.Verder zal de OR zich bezighouden met: Achterban-/locatiebezoeken De medezeggenschap verder integreren binnen de organisatie, m.a.w. de achterban meer betrekken. Nieuwe OR verkiezingen Werkkostenregeling Alle verder ter tafel komende stukken en kwesties. De denktank gaat de komende tijd werken aan kennisverbreding.
Pagina 20 van 82
Jaardocument 2011
Commissie PR & verkiezingen De PR-activiteiten van de OR zijn afgelopen jaar maar voor een gedeelte zichtbaar geworden voor de achterban. In juli ontvingen alle medewerkers van Gors een OR-pen met opschrift ‘het zit in de OR-pen’ Een oproep aan medewerkers om ons te schrijven! Dat is gebeurd. Hoewel de meeste opmerkingen en vragen binnen kwamen via de mail, waren we tevreden over de vele berichten die we ontvingen. Ontvangen berichten worden verspreid onder alle OR-leden en staan op de eerstvolgende OR-agenda. Medewerkers krijgen in elk geval een ontvangstbericht en na behandeling in de OR vergadering, een bericht met antwoord op de vraag. Soms gaat zo’n vraag een lang traject in, en laat het antwoord lang op zich wachten. Voordat alle lagen in de organisatie zijn geïnformeerd en het antwoord op de betreffende vraag evt. op de werkvloer doorgevoerd kan worden, zijn we soms maanden verder. Maar door de nieuwe werkwijze hoopt de OR dit in te korten. Na de zomer Is de OR begonnen met het organiseren van de “OR on Tour”. OR on Tour is een rondgang langs alle locaties om de achterban actief te benaderen. Aan elke locatie zijn twee OR-leden gekoppeld, die een eerste bezoek brengen, waarna zij ook de contactpersonen voor die locatie blijven. In 2012 zijn er weer OR-verkiezingen gepland. Dit vindt gewoonlijk plaats om de twee jaar. Er zijn in 2012, 3 vacatures, waarbij twee personen kunnen worden herkozen. Omdat de OR intussen meerdere vacatures heeft, zijn we met de bestuurder tot overeenstemming gekomen dat we maximaal 3 nieuwe leden willen werven. Instemmings- en adviesaanvragen in 2011 Adviesaanvragen: Declaratiesystematiek Benoeming leden Raad van Toezicht Herbenoeming lid Raad van Toezicht Begroting 2012 Nieuwbouw Valckeslotlaan en afstoten locaties Instemmingsverzoeken • 65+ beleid • Vakantiewerkbeleid • Verzuim- en re-integratiebeleid (nog in behandeling) • Werktijdenregeling (nog in behandeling) Vergaderingen De Ondernemingsraad vergaderde 14 maal in 2011. Daarnaast voerden we 10 keer overleg met de bestuurder. In 2 van deze overlegvergaderingen, de z.g. Algemene Gang van Zakenvergaderingen waren dhr. Zielstra en dhr. Van der Zaag als afgevaardigden van de Raad van Toezicht aanwezig en werd besproken wat er in de nabije toekomst aan nieuws of veranderingen bij Gors te verwachten valt. Trainingen De voorjaars – en de najaarscursus waren gewijd aan de nieuwe manier van werken, waarbij de eerste vergadering is gebruikt om een opzet te maken voor een plan van aanpak; de tweede om deze te evalueren. 4 Beleid, inspanningen en prestaties Het beleid in 2011laat zich kenschetsen door een aangescherpte visie en missie. Op ons verzoek heeft VWS ingestemd met deelname aan het programma “Ïn voor Zorg” waarbij een organisatie begeleid wordt in zijn streven bepaalde doelstellingen die hij zich stelt te verwezenlijken. Bij Gors leeft de wens om toe te groeien naar een systeemorganisatie waardoor Gors meer toekomstbestendig zal zijn. Het plan van aanpak dat is opgesteld wordt gerubriceerd onder de vier kernwaarden van Gors: Betrouwbaarheid, Gelijkwaardigheid, Professionaliteit en Samen(werking).De stip op onze horizon is dat wij de kernwaarden hebben gevuld en dat iedereen in de organisatie deze ook praktiseert en uitdraagt. Als sluitstuk van de visie is een nieuw beeldmerk ontworpen voor Gors. Gaf de naam Gors al iets weer van de dynamiek van het leven, immers alles is veranderlijk zoals een gors dat is in de natuur door de werking van de getijden, nu geeft ook ons logo iets weer van de kleur van het leven en de mogelijkheden en talenten die bij mensen kunnen opbloeien als de ondersteuning vanuit de juiste basisattituden wordt geboden.
Pagina 21 van 82
Jaardocument 2011
4.1. Meerjarenbeleid In het meerjarenbeleidsplan (MJBP) 2009-2012 legden we vast wat onze ambities zijn. Wij willen in dit document aangeven wat is bereikt, wat richting gaf aan ons beleid en waaraan we in 2012 prioriteit willen stellen. In 2011 hebben we onze visie en missie aangescherpt. Dit was weliswaar niet opgenomen in ons MJBP maar heeft wel de koers bepaald die Gors in de komende jaren wil varen. Zij gaat uit van de talenten van mensen en niet van zijn beperking(en). De relatie tussen mensen (cliënt en medewerker) staat centraal. Hiermee spelen we ook in op de door de overheid ingezette kanteling van de AWBZ, waarbij iedere burger zo veel als mogelijk in zijn eigen kracht wordt gezet en waarbij altijd eerst het netwerk van de cliënt wordt gestimuleerd om de burger zoveel als mogelijk eigen regie in het leven te laten behouden. Daarmee willen we onderscheidend zijn. Visie van Gors Gors kiest voor de mens als persoon. En daarmee zeggen we alles. De behoeften van de mens komen centraal te staan en niet de handicap. Door dit uitgangspunt te kiezen verplichten we ons te kiezen voor een betekenisvolle nieuwe relatie tot de vrager om ondersteuning of zorg. Ons werken wordt bepaald door een grondhouding onder het motto: “wat gij (niet) wilt dat u geschiedt, doe dat ook de ander (niet)”. Gezien te worden als een mens met behoeften geeft het leven perspectief. Vanuit de visie… zijn wij aanbieder van ondersteuning en zorg aan mensen met een beperking. Kiezen wij de mens als uitgangspunt die regie voert over het leven. Erkennen wij de behoefte van mensen om op bepaalde terreinen ondersteund te worden. Erkennen wij daarbij de rol van verwanten en het sociale netwerk. Ondersteunen wij of bieden wij zorg op specifieke vragen en bevorderen daarmee de kwaliteit van bestaan Vanuit onze visie is de doelstelling van Gors kort weergegeven in het zogenaamde mission statement: “mensgerichte ondersteuning”. Kernwaarden van Gors Een viertal kernwaarden, die het ethisch kompas vormen voor Gors, is hieronder geformuleerd. Gelijkwaardig het uitgangspunt voor onze mensgerichtheid, onze grondhouding, weergegeven in onze visie en missie en in ons mission statement. Begrippen die daar onlosmakelijk aan zijn verbonden zijn “eigen regie”, autonomie; respect, volwaardig (vol waarde). Professioneel De kern van ons handelen. Begrippen als aandacht, verantwoord, deskundig, dienstverlenend, creatief maar ook doelmatig en resultaatgericht zijn hierbij ingesloten. Betrouwbaar Een ieder kan rekenen op onze eerlijkheid, het nakomen van afspraken, openheid en transparantie. Samen Hiermee doelen we op het primaire proces waarin de medewerker in een relatie van gelijkwaardigheid met de zorgvrager vormgeeft aan beantwoording van ondersteunings- en zorgbehoeften. We doelen ook op de plaats van Gors in de verschillende ketens die ten behoeve van de ondersteunings- en zorgvragen rondom de zorgvragers worden geformeerd. Scenario Verdiepen en Verrijken Verder bevat het MJBP het Scenario Verdiepen en Verrijken. Onze strategische uitgangspunten met betrekking tot de positionering van Gors in Zeeland zijn op hoofdlijnen niet gewijzigd. We zijn een Zeeuwse aanbieder die ondersteuning biedt aan mensen met een beperking. Vragen van buiten Zeeland kunnen worden beantwoord mits deze in het belang zijn van de zorgvrager(s).
Pagina 22 van 82
Jaardocument 2011
Verdieping Gors wil zich verder specialiseren. Daarom willen we onze professionaliteit met betrekking tot onze doelgroepen blijven vergroten. We willen onze ondersteuning binnen het primaire proces vanuit de gedragsdeskundige en paramedische disciplines borgen. (basiszorg én specialistische zorg) In 2011 is vast komen staan welke inzet van onze dienst ondersteuning en behandeling geboden zal worden vanuit kwaliteitsperspectief voor de cliënten enerzijds en de medewerkers anderzijds. De financieringsmogelijkheden spelen hierin een belangrijke rol. We zetten in op de nieuwe regels en positioneren onze DOEB tevens als behandelgroep, indien gewenst ook voor cliënten vanuit de ZVW. Nog steeds is er in 2011 geen borging gevonden voor de continuïteit van de zinzet van een AVG (arts verstandelijk gehandicapten). Met andere Zeeuwse aanbieders willen we graag hierin samenwerken. Eind 2011 lijkt er een doorbraak te komen. Mogelijk kunnen we in 2012 positief berichten over een gezamenlijke Zeeuwse poli waarin en van waaruit zowel medische als para-medische diensten kunnen worden geboden. Vanuit het perspectief van de doelgroepen We denken, en weten uit de benchmarkgegevens, dat we goede kwaliteit bieden; dat we in de ondersteuning gewaardeerd worden en dat we uit kunnen gaan van onze expertise (kracht). n 2010 scoorde de LG sector op tevredenheid 8,2; de VG sector in 2011 gemiddeld een 8,6. Kijkend naar de markt, de ontwikkelingen en groei van de doelgroepen (bijv. LVG kinderen en volwassenen, ouderen, maar ook cliënten met NAH – niet aangeboren hersenletsel), mensen met Ernstig Meervoudige Beperkingen (EMB), mensen met A.S.S.(autismespectrumstoornis) en mensen met een (lichte) verstandelijke beperking gecombineerd met psychiatrische problematiek die door de uitstroom uit de GGZ een beroep doen op ondersteuning bij Gors, maar ook door de bewegingen die aanstaande zijn door bepaalde ondersteuning uit de AWBZ te halen en onder de verantwoordelijkheid te brengen van de burgerlijke gemeente (de Wet Maatschappelijke Ondersteuning) is er op z’n minst behoefte aan (geformaliseerde) samenwerking. Voor de LG doelgroep Zowel op de terreinen van ondersteuning in wonen als in de dagbesteding is samenwerking gewenst met de V&V (Verpleging en Verzorging) sector. Hiermee zijn afspraken te maken over doorlopende “zorglijnen”. Er is gebruik te maken van de specifieke expertise van de V&V sector op het gebied van geriatrie en verpleegzorg en de V&V sector kan onze expertise op het gebied van het NAH benutten (win-win). Onderzoek vanuit het samenwerkingsverband NAH wijst uit, dat het noodzakelijk is de ondersteuning en zorg ten behoeve van mensen met NAH te optimaliseren, zowel om redenen van herkenning als erkenning. De rol van Gors om, zowel op het gebied van informatie als op het gebied van aanbod, zijn expertise in te zetten is benut. Landelijk participeert Gors in het LOHl op wiens initiatief en ondersteunt door de Hersenstichting, stappen worden gezet om te komen tot zogenaamde zorgstandaarden in de keten van acute tot de chronische zorg. Samenwerking met de Thuiszorg is gerealiseerd o.a. voor de functie Huishoudelijke verzorging (HV), ADL ondersteuning en zal mogelijk in de toekomst van toepassing zijn bij de levering van het Volledig Pakket Thuis ( VPT) en de functie begeleiding. Voor de VG doelgroep Ook hier is gebleken dat samenwerking met de V&V sector tot goede zorgresultaten leidt. Samenwerking met de GGZ (Emergis) is een voortdurend terugkerend onderwerp waar we, ondanks de goede afspraken die er zijn en de vele casussen die goed verlopen, toch ook te maken hebben met handelingsverlegenheid binnen de GGZ in de behandeling van mensen met een verstandelijke beperking én de moeilijkheid om voor deze personen tijdelijk of meer permanent een oplossing tot plaatsing te bieden. Zeker waar het gaat om preventieve ondersteuning vanuit de GGZ zijn onze ervaringen positief . Steeds meer wordt een beroep gedaan op onze ondersteuning door mensen met een psychiatrisch verleden of met psychiatrische problematiek.. Helaas is het onmogelijk gebleken de vragen te beantwoorden door de gewijzigde werkwijze m.b.t. capaciteitsmutaties. Nadat in 2011 het leveren van verblijf én behandeling, behorend bij een ZZP 7, kan worden geboden zonder dat daarvoor nog een speciale toelating nodig is, is het aantal cliënten met de indicatie “verblijf en behandeling” ZZP 7 toegenomen. Per eind van het verslagjaar zijn er binnen Gors 29 cliënten met deze indicatie. Intramurale samenwerking is gewenst ten behoeve van autismezorg, LVG (+) jongeren en thuiszorg (VPT) Voor de sector kind en jeugd
Pagina 23 van 82
Jaardocument 2011
Er is sprake van bundeling van de ondersteuning en zorg, waarbij de vraag van het kind leidend is en niet de grondslag. Er is behoefte aan samenwerking met de scholen (expertise brengen) en met de intramurale zorg van Emergis (Ithaka en Amares), AZZ, Arduin,Tragel, SDW etc. In 2011 zijn de eerste gesprekken gestart met collega Arduin om m.b.t. kinderen meer gezamenlijk op te trekken én af te stemmen in ons aanbod waarbij het uitgangspunt is, dat kinderen met een verstandelijke beperking moeten kunnen deelnemen in het onderwijs en dat voor een specifieke groep specialistische ondersteuning en zorg noodzakelijk blijft. Gors neemt deel aan het kennisnetwerk dat is opgezet door de brancheorganisatie, de VGN. De verdere uitwerking van de bouwstenen in het kader van Vroeg, Voortdurend en Integraal (VVI) zijn in gezamenlijkheid met de partners in Zeeland opgepakt en worden voor augustus 2012 uitgewerkt. Voor de sectoren LG en VG Inmiddels is er een aanbod voor logeren, weekend- en vakantieopvang voor zowel kinderen als volwassenen. De financiering van logeren en kort verblijf loopt niet (altijd) gelijk op met de ondersteunings- en zorgvraag van cliënten. Er loopt een project met een uitgebreid bewegingsprogramma, waarbij gors wordt ondersteund door de coórdinator “Bewegen, zo kan het ook” en door leerlingen van het CIOS. Het heeft veel mensen letterlijk in beweging gezet. Daarnaast is er aandacht voor de gewenste netwerkvorming in het kader van de kanteling van de AWBZ en de nieuwe uitgangspunten van Gors in zijn visie die uitgaat van een zo groot mogelijke onafhankelijkheid van mensen met een beperking. We willen bijdragen om mensen zo veel en zo lang mogelijk in hun eigen kracht te houden en het netwerk te versterken. In kaart wordt gebracht welke contacten cliënten hebben en er wordt gewerkt aan het uitbreiden van het netwerk van cliënten. Nadrukkelijk heeft Gors vastgelegd dat cliënten die absoluut geen netwerk wensen of uitbreiding daarvan, geen gedwongen netwerk hoeven opbouwen. Dit wordt meegenomen in de registratie. Verrijking Onze expertise die in alle lagen van de organisatie aanwezig is, o.a. door specialisatie, kan worden ingezet op verschillende (maatschappelijke) terreinen en zich richten op zowel persoonsgebonden als organisatiegebonden vragen van externe klanten. De Dienst Ondersteuning en Behandeling (DOEB) bij Gors zal in zijn dienstverlening altijd moeten kunnen worden gedekt vanuit de (verwachte) baten. In 2011 is de expertise die binnen DOEB aanwezig is benut om het expertisecentrum waarin kennisbeleid en innovatie belangrijke pijlers zijn, verder te ontwikkelen. Hiertoe is een manager zorg en innovatie aangesteld. Er zijn minisymposia gehouden met verschillende thema’s w.o. “Gentle Teaching” en “Dementie”. onderzoek is gestart naar o.a. nieuwe vormen van methodisch werken en in het kader van innovatie, het zorgconcept NAH. . We bieden onze expertise aan in de eigen sector, de V&V sector, de thuiszorg en het onderwijs. Samenwerking Vanuit de inhoud We constateren dat samenwerken, om de huidige en toekomstige cliënten te kunnen blijven binden noodzakelijk is. Voor de sectoren LG en VG en voor de sector kind en jeugd daarbinnen geldt, dat de Zeeuwse schaal en de behoefte aan maatwerk binnen zorgarrangementen, die soms sectoroverstijgend zijn, hierom vragen. Vanuit het volume We willen een partij van betekenis zijn én blijven in het Zeeuwse. Willen we die rol spelen dan is het gewenst efficiëntie te behalen. In eerste instantie intern maar ook door samenwerking met één of meerdere partners in Zeeland of zijn directe periferie, die passen bij de doelstellingen van Gors. Vanuit positie Gors is een in Zeeland bekende en erkende aanbieder die gespecialiseerd is in ondersteuning en zorg aan LG en VG cliënten, vanaf september van het verslagjaar ook te lezen als: “ ondersteuning en zorg aan mensen met een beperking” . Dit is een positie die het waard is te continueren. Bovenstaande vereist bij samenwerking met (een) partner(s) het kunnen concretiseren van de volgende doelstellingen: 1. meer continuïteit van zorg door ketenafspraken 2. efficiëntie en synergievoordelen, maar ook 3. het verzekeren van een hoge mate van zelfstandigheid en blijvende herkenbaarheid voor Gors Pagina 24 van 82
Jaardocument 2011
Slogan voor 2011 Voor het laatst in de planperiode van het MJBP worden geleid door de slogan “SAMEN, BINDEN en GROEIEN” Samen Zowel binnen als buiten Gors is onze focus in eerste instantie op samenwerken gericht. Binden Gors is een vindplaats voor cliënten en medewerkers met betrekking tot mogelijkheden en ontwikkeling Groeien Gors blijft werken aan groei en ontwikkeling, zowel in kwalitatief als in kwantitatief opzicht Uitwerking “samen”, “binden” en “groeien” Samen Gors sloot zich aan bij de “Alliantie M3” (de Menselijke Maat geMobiliseerd). Dit levert voordelen op met betrekking tot het delen van kennis, expertiseontwikkeling en innovatie van zorg. Er kan gebruik gemaakt worden van de aanwezige kennis van, op dit moment, 17 zorgaanbieders in de GHZ. Er zijn werkgroepen ingesteld op het gebied van kennisbeleid, financiën, ICT en HRM. Over en weer wordt van elkaars expertise gebruik gemaakt. Ook de Ondernemingsraden wisselen kennis uit en delen met elkaar. In vervolg op de conclusies met betrekking tot samenwerking, opteren we voor samenwerking met (een) organisatie(s). We geven voorkeur aan een constructie van een “shared service center”. Te behalen resultaat Samenwerkingsovereenkomst met de Stichting Werkt voor Ouderen uitbreiden (juli 2009). Dit is niet gebeurd. Pogingen om tot verdere samenwerking te komen zijn gestrand op goede bedoelingen. Er zijn geen nieuwe kandidaten in beeld op dit moment. Afspraken over ketenzorg voor ouderen (VG en LG) en LG-NAH. Met betrekking tot ketenzorg voor ouderen zijn met diverse V&V organisaties goede afspraken gemaakt in de provincie. Ze zijn terug te vinden in de lijst van samenwerkingsovereenkomsten in de vorige paragraaf. Voor wat betreft de keten NAH is er vanuit het provinciale samenwerkingsverband NAH een start gemaakt met de vorming van een keten per subregio in Zeeland. Het traject zal zeker over enige jaren gaan lopen. In 2011 wordt dit traject naar ketenzorg verder ondersteund door het onderzoek dat de Hersenstichting deed naar de zorg voor mensen met NAH onder de titel “Navigeren naar herstel” en de behoefte aan zorgstandaarden voor de doelgroep. VWS steunt het voorstel om landelijk zorgstandaarden te gaan ontwikkelen voor mensen met NAH. Afspraken m.b.t. crisisplaatsing in de GGZ evenals afspraken met betrekking tot ondersteuning vanuit de GGZ aan cliënten bij Gors. Deze afspraken zijn gemaakt maar blijven wel een punt van aandacht. Binden Hierbij is te denken aan alle stakeholders van Gors: a. de cliënten b. de medewerkers c. cliëntenraden d. de ketenpartners e. de toeleveranciers f. het zorgkantoor a.
De cliënten Bij cliënten bestaat volstrekte helderheid over wat van Gors mag worden verwacht met betrekking tot de totale dienstverlening, waaronder de ondersteuning en zorg. Dit geldt voor cliënten die zorg in natura ontvangen én voor cliënten die zorg en ondersteuning afnemen via een persoonsgebonden budget; cliënten die geïndiceerd zijn voor een zorgzwaartepakket én cliënten die zijn geïndiceerd voor één van de extramurale functies. Gors heeft heel duidelijk aangegeven wat kan maar ook wat niet kan, in de zorg- en dienstverleningsovereenkomst én in de afspraken die vastgelegd worden in het zorgplan op basis van de indicatie. Daar, waar Gors, binnen de gegeven ( her)indicatie, niet kan voorzien in de behoeften aan
Pagina 25 van 82
Jaardocument 2011
ondersteuning en zorg die de cliënt nodig heeft, worden afspraken gemaakt met ketenpartners.
Resultaten Er is een Gors productenboek verkrijgbaar. Er zijn afspraken in de keten voor doorlopende zorglijnen voor verschillende doelgroepen binnen Gors t.w. voor de LG-sector voor cliënten met beademingsvragen. Er is ten behoeve van voldoende zorg aanspraak gemaakt en verkregen op de beleidsregel extreme zorgzwaarte. Ook in 2011 zijn hierover met het zorgkantoor sluitende afspraken gemaakt. Voor de VG-sector met betrekking tot de LVG en LVG+ cliënten. Er is een samenwerkingsovereenkomst tussen Juvent, Gors, Respont (scholen) en de woningcorporatie in Zeeuws Vlaanderen. Helaas is er nog geen beroep gedaan op deze mogelijkheid. De cliënten met A.S.S., als ook cliënten met een psychiatrische achtergrond (met name Emergis) en cliënten met een ernstig meervoudige beperking. Er is duidelijk wie de functie verpleging op afspraak en op afroep gaat leveren en daarover zijn afspraken vastgelegd . In het verslagjaar zijn nieuwe afspraken gemaakt met ABTZ en een aantal overeenkomsten is verlengd met andere Zeeuwse aanbieders (zie overeenkomsten). De expertise binnen de DOEB van Gors wordt intern geleverd aan medewerkers en cliënten (behandeling gekoppeld aan verblijf) en slechts sporadisch extern aan derden via de ZVW.
b. de medewerkers Meer dan ooit is het in de gezondheidszorg van belang medewerkers te binden. Zeker in Zeeland waar verhoudingsgewijs veel zorginstellingen acteren en waar in de prognoses krapte werd voorzien. Ook in 2011 is echter voor Gors geen krapte op de arbeidsmarkt ervaren. Medewerkers laten zich binden door, natuurlijk, primaire arbeidsvoorwaarden, maar blijken veel meer dan aan deze voorwaarden te hechten aan de secundaire arbeidsvoorwaarden en aan de sfeer waarbinnen gewerkt moet worden. In de medewerkersraadpleging van 2010 bleek Gors hierin nog verbetering te kunnen brengen. In 2011 heeft dit geleid tot afspraken d.m.v. teamtraining binnen teams, op basis van de afspraken in BRAVO (betrouwbaarheid, respect, aandacht, verantwoordelijkheid en openheid) Te behalen resultaat medewerkers voelen zich gewaardeerd en zijn er trots op te werken bij Gors medewerkers vinden bij Gors het gewenste arbeidscontract passend bij hun kennis en ervaring en passend naar volume medewerkers zijn in staat gesteld te groeien Indicator: een beter resultaat in de medewerkersraadpleging (boven het landelijk gemiddelde). De meting in mei 2010 laat een cijfer zien van 7,3. Dat is 0,2 boven het cijfer van de benchmark VGN. We zijn benieuwd naar de meting in 2012. een afnemend verloopcijfer van 10 % in 2009 naar < 8 % in 2012. In 2011 is het uitstroomcijfer vastgesteld op 11%. Hiermee is onze doelstelling niet gehaald. Ook in 2011 zal onze aandacht gaan naar het terugdringen van dit uitstroomcijfer. Gors is gestart met een oriëntatie op de voordelen van invoering van de Jus die dit cijfer mogelijk kan beïnvloeden. Op de bij te halen resultaat genoemde punten scoort Gors gemiddeld 0,5 hoger dan de benchmark Ondanks deze uitslag willen streven naar een hoger resultaat bij de meting in 2012. c.
De Cliëntenraden Binnen Gors is een goede communicatie tussen cliëntenraden (waar van toepassing inclusief de cliëntencommissies) en het management onontbeerlijk, niet alleen maar volgens de WMCZ, maar omdat zij onze klanten zijn of vertegenwoordigen. Te behalen resultaat:
Pagina 26 van 82
Jaardocument 2011
d.
verbetering cijfer cliënttevredenheidsonderzoek op het gebied van communicatie. De meting in 2010 (LG) en in 2011 (VG) laat zien dat Gors over het geheel hoog scoort. LG: gemiddeld 8,2 en de VG 8,6. Voor wat betreft de communicatie kan het beter. Door de zeggenschap en medezeggenschap in 2012 anders in te richten hopen we ook op dit punt beter resultaat te behalen. De ketenpartners Het is van groot belang te weten wat ketenpartners van Gors verwachten en dat wij duidelijk maken wat wij kunnen betekenen. Open en eerlijke gesprekken die uitgaan van de inhoud en blijk kunnen geven van een goede prijs-kwaliteit verhouding zijn van groot belang om binding te bereiken. Resultaat wij weten ketenpartners te binden. Bestaande contractafspraken worden gecontinueerd en nieuwe gerealiseerd (zie overzicht). Er zijn weinig mutaties in 2011 te melden; wel uitbreiding.
Pagina 27 van 82
Jaardocument 2011
e.
De toeleveranciers Toeleveranciers willen graag weten wat onze verwachtingen zijn ten aanzien van het te leveren product of de producten. Per leverancier zal duidelijk moeten zijn wat onze wens is en tegen welke prijs wij wensen in te kopen. Hier geldt in principe hetzelfde als onder “d”. Met name voor de thuiszorg zal de vraag relevant zijn of zowel zorg op afspraak als op afroep geleverd kan worden en tegen welke prijs.
Resultaat We weten welke zorg en dienstverlening we willen inkopen en welke zorg we zelf zullen willen of moeten bieden. In het beleidsteam zijn afspraken gemaakt dat zorg op afspraak verloopt via een thuiszorgorganisatie. In 2010 is gestart met een centraal inkoopbeleid voor gebruiksartikelen en daar waar dit niet in strijd is met de doelstellingen van de stichting, ook met betrekking tot verbruiksartikelen. In 2011 constateren we dat resultaat is geboekt in efficiëntie én in prijs.
f.
Het Zorgkantoor Gors staat bekend om een degelijke en betrouwbare organisatie die tegen een redelijke prijs goede zorg biedt en daarmee de vraag van de klant naar tevredenheid beantwoordt.
Resultaat het Zorgkantoor wenst in de periode 2009-2011 jaarlijks afspraken te maken die ten minste 96 % behelzen van het volume van elk voorgaand jaar. Dit is ons ook in 2011 gelukt! We moeten hierbij wel aantekenen dat Gors op een hoger percentage had gerekend, maar moest constateren dat hij volgens de regels van het zorginkoop-spel onvoldoende acht had ges;lagen op de voorwaarden die bij dit hogere percentage behoren. Duidelijk een leermoment!
Groeien We zien een toename van de ambulante ondersteuning en zorg, zowel in de LG- als de VG sector, voor zowel kinderen (ook gezinsondersteuning) als volwassenen. In 2011 wordt stilaan duidelijk dat de extramurale begeleiding op termijn de verantwoordelijkheid gaat worden van de gemeenten (WMO). We hebben nog geen afspraken kunnen maken met de 13 gemeenten in Zeeland omdat er door het college van zorg en welzijn (gezamenlijke gemeenten in Zeeland) eerst afspraken worden gemaakt over inhoud, verdeling en financiering. Dit punt is blijvend onder de aandacht van de politiek en de brancheorganisaties (w.o. de VGN en de VNG). In 2011 is de wet nog niet de kamer gepasseerd. Desondanks zal de algehele invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning per 2014 doorgang vinden voor alle extramurale cliënten. Resultaat afspraken met de gemeenten, ten minste met Terneuzen, Hulst en Sluis, Vlissingen, Middelburg en Veere, Goes en Borsele, Schouwen Duiveland en Tholen. Er is goed overleg via het CvZW. Gors is direct betrokken bij de voorbereidingen voor een regionale dialoog. Goede PR ten behoeve van de ambulante AWBZ zorg en WMO ondersteuning. We voorzien ook groei in het aantal cliënten dat een beroep doet op zowel de verblijfszorg (ZZP) als op de extramurale zorg (functies). Om de vraag te kunnen beantwoorden is er behoefte aan voldoende beschikbaar personeel (zie onder “binden”) en aan voldoende woonruimte (appartementen en groepswoonruimte). Een aantal projecten is in 2011 gestart. Te noemen is hier de Populierenstraat (oplevering in 1- 2012) te Goes en de Stromenwijk te Middelburg (oplevering mrt. 2012) 4.2. Algemeen beleid verslagjaar Reguliere ondersteuning en zorg De ondersteuning en zorg die door Gors aan cliënten wordt geboden is gekaderd door missie en visie. Kortheidshalve verwijs ik hier naar het vorige hoofdstuk waar deze zijn omschreven.. Cliënten ervaren de geboden ondersteuning en zorg als regulier. Specialismen behoren vanuit de strategische uitgangspunten van Gors tot reguliere ondersteuning en zorg. De kwaliteit van bestaan voor mensen met beperkingen omvatten dezelfde factoren en relaties zoals die belangrijk zijn voor elk mens. De kwaliteit van bestaan
Pagina 28 van 82
Jaardocument 2011
wordt vergroot door personen in staat te stellen zelf te participeren in beslissingen die hun eigen leven betreffen. De kwaliteit van bestaan wordt vergroot door personen in hun eigen plaatselijke samenleving deel te laten nemen, hen te accepteren en respecteren en volledig te integreren (inclusie). Dimensies van kwaliteit van bestaan zoals Shalock ze heeft onderscheiden: Emotioneel welbevinden met als indicatoren: veiligheid, spiritualiteit, geluk, vrij zijn van stress, zelfbeeld en tevredenheid Interpersoonlijke relaties met als indicatoren: intimiteit, genegenheid, gezin, interacties, vriendschappen en ondersteuning Materieel welbevinden met als indicatoren: eigendom, financiële zekerheid, voeding, werk bezittingen, sociaal-economische status en onderdak Persoonlijke ontplooiing met als indicatoren: onderwijs, vaardigheden, persoonlijke vervulling, competentie, zinvolle activiteiten en vooruitgang Lichamelijk welbevinden met als indicatoren: gezondheid, voeding, ontspanning, mobiliteit, gezondheidszorg, vrije tijd en ADL-activiteiten Zelfbepaling met als indicatoren: autonomie, keuzes, beslissingen, persoonlijke controle, zelf richting kunnen geven en persoonlijke doelen en waarden Sociale inclusie (erbij horen) met als indicatoren: geaccepteerd worden, status, ondersteuning/support, werkomgeving, integratie en participatie in de samenleving, rollen, bijdragen aan de samenleving Rechten met als indicatoren: privacy, stemrecht, toegang, gelijke behandeling, eigendom hebben en rechten en plichten als burger. Er is door de gewijzigde bekostiging meer dan ooit nadruk komen te liggen op de relatie tussen indicatiestelling, behoeften aan ondersteuning en zorg en de geboden financiering. De ondersteuning én de financiering vormen individueel maatwerk. De inzet om integraal te kunnen vormgeven aan (een bijdrage aan) de kwaliteit van bestaan van elke cliënt heeft in 2010 geleid tot de invoering van de nieuwe functie van de “zorgregisseur”. Deze functionaris vormt de brug tussen de ondersteuningsvraag van de cliënt en de aan te bieden ondersteuning en zorg. In 2011 is de functie verder ingebed in het primaire proces maar ook binnen de structuur van de organisatie in zowel taken als verantwoordelijkheden. Niet langer is de zorgregisseur gekoppeld aan de locatie, maar juist losgekoppeld om de directe verbinding met de individuele cliënt te benadrukken. De vervolgstap is nu om de totale organisatie nog eens tegen het licht te houden om vanuit het integrale aanbod ook te kunnen komen tot een integrale sturing. Dit onderwerp zal in 2012 verder zijn vervolg krijgen. Aanpakken In de quickscan die werd verzorgd door “In voor Zorg” in september 2010 is een tweetal aandachtspunten benoemd, en ik citeer: “Om meer toekomstbestendig te zijn is het van belang dat alle medewerkers de missie en visie, waarin de mens centraal staat en niet zijn beperking, en ook de doelen van Gors, vastgelegd in het meerjaren beleidsplan, kennen en vooral daaraan samen vormgeven. De slogan “samen, binden en groeien” vormt daarbij het gezamenlijke uitgangspunt (zie verder hoofdstuk 4). Een tweede, daaraan gekoppeld aandachtspunt, is dat het beleidsteam daarbij een voortrekkersrol heeft te vervullen en dat er eenduidigheid moet zijn over de richting die Gors heeft gekozen en eenduidigheid over de uitleg van wat we met elkaar willen bereiken. Omdat die eenduidigheid niet altijd aanwezig is, lag én ligt er voor het beleidsteam een uitdaging maar ook een opdracht om daarin verbetering te brengen. Dat is onontbeerlijk voor de verdere ontwikkeling van de organisatie “Gors”, die we met elkaar vormen. Het beleidsteam heeft “deze handschoen opgepakt” en een plan van aanpak geschreven waarin het zich een aantal doelstellingen heeft gesteld op basis van de kernwaarden betrouwbaarheid, professionaliteit, samen(werking) en gelijkwaardigheid. In 2011 en in 2012 zijn we met elkaar in gesprek over die gezamenlijke waarden op teamniveau. Zo werken we aan de eigenheid van Gors die zich vertaalt in de cultuur en die ons onderscheidend maakt binnen de gehandicaptenzorg in Zeeland. De gesprekken zijn in oktober 2011 gestart en leveren veel stof ter bespreking. Eénduidigheid in de uitleg van onze visie en missie en het jezelf eigen kunnen maken van de opdracht en de gewenste attitude die daarin besloten ligt is voor ieder een persoonlijke opgave. Deze opgave wordt en zal worden gedeeld met alle cliëntenraden en cliëntencommissies. Maar omdat de impact van de mensgerichte visie verandering vraagt, ook in de beleving van de ouders en vertegenwoordigers, zullen in 2012 ook regionale informatieavonden worden georganiseerd voor alle ouders en verwanten.
Pagina 29 van 82
Jaardocument 2011
De doelstellingen die we onder onze kernwaarden formuleerden: Betrouwbaarheid Binnen Gors weet iedereen welke afspraken er zijn binnen Gors waaraan we ons zullen houden. We houden ons aan gezamenlijk genomen besluiten. We zeggen wat we doen én wat we niet doen, maar vooral, we doen wat we zeggen. We zijn daardoor duidelijk én betrouwbaar. In de komende medewerkerstevredenheidsmeting zullen we een verbetering moeten kunnen zien op dit punt ten opzichte van de meting in 2010. Samen Meer vertrouwen in elkaar en betere samenwerking; conflicten durven aangaan, grotere betrokkenheid bij elkaar, gezamenlijk verantwoordelijkheidsgevoel en een focus op gezamenlijke resultaten binnen BT en management. Om deze doelstelling te kunnen waarmaken is o.a. een veertigtal locatie/teambezoeken gepland voor 2011 én 2012 waarbij de bestuurder visie en missie met medewerkers bespreekt, met name op zijn betekenis en de rol die medewerkers hebben in de uitvoering van de missie. Betere samenwerking binnen Gors, ook tussen lijn en staf Er is een nieuwe planning en control cyclus vastgesteld, beginnend bij een kaderbrief en eindigend in een instellingsjaarplan. Voorts is een centrale inkoop opgezet voor die zaken die locatie(belang) overstijgend zijn, niet taken van cliënten frustrerend zijn en in het algemeen winst opleveren. Met name ten aanzien van het eerste aandachtspunt, onder 2, zal een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitwijzen of het beleidsteam in zijn pogen tot verbetering is geslaagd. Professionaliteit Integraal management (kernwaarde Professionaliteit). Binnen Gors zijn we met elkaar eens geworden over de definitie van onze invulling van integraal management. De verantwoordelijkheid wordt zo diep mogelijk in de organisatie gelegd. Binnen Gors ligt de verantwoordelijkheid op resultaat bij de unitmanager. In 2012 zullen we nader onderzoek doen naar hetgeen een middenmanager nodig heeft om die verantwoordelijkheid ook te kunnen dragen en hoe deze functie zich verhoudt tot de functie zorgregisseur. We onderscheiden een aantal beleidsvelden waarbij we doelen en indicatoren omschrijven: Opbrengsten en kosten Sturing op outcome. Lasten moeten in overeenstemming zijn met de baten. Sterke sturing van het (midden)management. Hier ligt de belangrijkste indicator. Er is verantwoordelijkheid voor de eigen unit. Kwaliteit van huisvesting Het kader wordt gevormd door appartementsgewijs bouwen onder de huursubsidigrens, in de sociale leefomgeving van de cliënt en financieel haalbaar . Groepswonen wordt alleen daar gerealiseerd waar dit de uitdrukkelijke wens is van cliënten. Binnen Gors ligt de opdracht om bij de verschillende vormen van huisvesting nadere kaders te omschrijven. Anno 2011 wonen vrijwel alle cliénten binnen Gors appartementsgewijs. Er is nog een enkele locatie die nog niet aan het algemene kader voldoet. Deze locaties staan op voor herhuisvesting. Cliënten(raden) zijn of worden hierbij nadrukkelijk betrokken. Kwaliteit van zorg De geboden ondersteuning en/of zorg gaat uit van de indicatie en wordt in arrangementen vormgegeven, waarbij de levensgebieden van Schalock richtinggevend zijn bij het maken van een persoonlijk zorgplan. Gors streeft naar een zo hoog mogelijke tevredenheid bij de cliënten. In 2011 is de tevredenheid gemeten per locatie. Er is een gemiddeld cijfer van 8,6. daarmee zijn we uiteraard blij maar we beseffen de opgave die voor ons ligt dit cijfer ten minste te kunnen handhaven. In 2013 wordt opnieuw gemeten. Innovatie en marktontwikkeling Hier ligt met name een opdracht voor het beleidsteam binnen Gors. We willen daarbij zoveel mogelijk ruimte geven aan ideeën die overal in de organisatie kunnen ontstaan. We denken aan platforms die daaraan verder uitwerking kunnen geven. Ten aanzien van de marktontwikkeling is een hoge mate van scherpte nodig ten aanzien van de overheid en de omgeving. We zullen in het MJBP hieraan aandacht geven. Per 2013 moet er een nieuw plan liggen. Gors zal daarbij alle lagen van de organisatie betrekken.
Pagina 30 van 82
Jaardocument 2011
Gelijkwaardigheid Onder deze kernwaarde willen we verstaan dat cliëntzeggenschap goed tot zijn recht komt. We sluiten aan bij de door de overheid gepropageerde en ook wenselijke iegen regie van burgers in hun leven. Zorgplannen zijn binnen gors het eigendom van de cliënt. We sturen sterk op houding en gedrag van medewerkers in de uitvoering van de opdracht die volgt ui het zorgplan. Onder het adagium “wat gij wilt dat u geschiedt, doe dat vooral ten opzichte van de ander” is de bestuurder in 2011 gestart met een ronde langs alle teams van Gors om de nieuwe visie van Gors verder te verduidelijken en draagvlak te geven. Naast het bezoeken van alle teams zullen ook vertegenwoordigers/ verwanten van cliénten worden uitgenodigd over de visie met elkaar in gesprek te gaan. Naast zeggenschap vraagt Gors anders aandacht voor mede-zeggenschap. Elke locatie, is het streven, heeft straks een cliëntenraad die bestaat uit alle daar wonende of werkende cliënten. Samen geven ze vorm aan de mede-zeggenbschap. Ouders/ verwanten/vertegenwoordigers zullen betrokken blijven maar geven in eerste instantie de mede-zeggenschap van cliënten zelf prioriteit. Uiteraard ligt het anders bij kinderen. In 2012 gaat Gors starten met een pilot in de regio de Bevelanden. De wijzigingen zullen extern worden gemonitord door vertegenwoordigers van Het Klaverblad, het patiënten en cliëntenplatform in Zeeland. Klokkenluidersregeling Na instemming van de ondernemingsraad en goedkeuring door de Raad van Toezicht is de “klokkenluidersregeling” voor Gors vastgesteld. De klokkenluidersregeling geeft medewerkers de gelegenheid mogelijke misstanden binnen Gors aan te kaarten zonder het risico te lopen hiervoor door de organisatie te worden benadeeld. Uiteraard gaan we er binnen Gors vanuit dat, als er al sprake zou zijn van misstanden of van zaken die niet door de beugel kunnen, er direct contact wordt opgenomen met de leidinggevende en/of de directeur-bestuurder. Omdat dit vanwege de aard van de klacht niet altijd kan, of omdat de klacht ook de leidinggevende of de directie kan betreffen, wordt de mogelijkheid geboden een vertrouwenspersoon te benaderen. In ons geval betreft dit de vertrouwensarts van BedrijfsArtsen5. Aanscherping regel met betrekking tot tijdelijke dienstverbanden Omdat we in ons meerjarenbeleidsplan onder het hoofdstukje “BINDEN” afspraken hebben gemaakt over binding van onze medewerkers is, als gevolg hiervan, besloten dat we de regel met betrekking tot tijdelijke dienstverbanden aanscherpen. Voor alle nieuwe medewerkers geldt dat een aanstelling in het eerste jaar in principe altijd een jaarcontract behelst. Dat jaarcontract zal, afhankelijk van de gebleken geschiktheid en de mogelijkheid van inpassing in het formatieplan van een afdeling of eenheid/locatie aan het einde van dat jaar worden omgezet naar een dienstverband voor onbepaalde tijd. Dit betekent dat binnen de formatieplannen eerst aandacht zal zijn voor de contracten die eerder opnieuw werden verlengd voor een jaar. Anciënniteit, dus de datum van aanstelling zal leidend zijn in de volgorde waarop binnen een formatieplan tijdelijke contracten voor contracten voor onbepaalde tijd kunnen worden omgezet. Unitmanagers en hoofden van afdelingen zullen, in samenspraak met P&O, zorgvuldig omgaan met deze nieuwe regels zodat elke vorm van willekeur kan worden uitgesloten. Manager Zorg en innovatie Per januari is de functienaam van de manager DOEB, cliëntenbureau en de sector Kind en jeugd gewijzigd in “manager Zorg en innovatie”. De nieuwe titel is gekoppeld aan drie taken, namelijk het aansturen van de Dienst Ondersteuning En Behandeling en het Cliëntenbureau en tevens het vormgeven van het kennisbeleid en innovatie binnen het GORS en de implementatie daarvan. Nieuwe nota seksualiteit en bijbehorende protocollen De nota seksualiteit is vastgesteld in het beleidsteamen voorgelegd aan de Centrale cliëntenraad en de ondernemingsraad ter informatie. Er zijn nieuwe items in de beleidsnota opgenomen die betrekking hebben op de zich steeds wijzigende omgeving waarin wij ons bevinden. De nota is per april 2011 in het kwaliteitshandboek te vinden. De bijhorende protocollen, die ook zijn aangepast, werden voorgelegd aan justitie en aan de inspectie voor de gezondheidszorg. Aan het einde van het verslagjaar zijn ook de protocollen vastgesteld. . In de teams zal aan dit onderwerp nader aandacht worden besteed door de trainersgroep seksualiteit. Aanstellen begeleiders met een verpleegkundige achtergrond Ten behoeve van de kwaliteit van onze ondersteuning en zorg, enerzijds in verband met onze ouderwordende cliënten en anderzijds door de toenemende zorgvragen, is besloten om, daar waar dit gewenst en noodzakelijk is, begeleiders aan te stellen met een verpleegkundige achtergrond. Het gaat hierbij niet om een nieuwe functie
Pagina 31 van 82
Jaardocument 2011
binnen Gors maar om expertise bij begeleiders die nu niet direct in huis is. Immers Gors werkt met name met agogisch opgeleide medewerkers. Projectplan over het “externe netwerk” van cliënten Naar aanleiding van de vraag in het “inkoopdocument” van het zorgkantoor, aandacht te besteden aan het “externe netwerk” van cliënten, is besloten om bij het zorgkantoor een projectplan in te dienen. Dit voorziet in de beschrijving van hetgeen binnen het GORS in het cliëntendossier vaak al is opgenomen met betrekking tot het netwerk van de cliënt. Tevens zullen we in een plan van aanpak beschrijven hoe we, als de cliënt daar in bewilligt, kunnen bevorderen dat er een (groter) netwerk ontstaat. De taak om hieraan aandacht te geven is belegd bij de zorgregisseur, die in het eerstvolgende gesprek met de cliënt over het zorgplan nadrukkelijk zal vragen naar zijn of haar behoefte aan een netwerk en hoe dit er dan zou moeten uitzien. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Het beleidsteam heeft, conform overheidsbeleid, besloten een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Het gaat hierbij om een protocol dat in stappen aangeeft hoe je moet handelen wanneer je hiermee wordt geconfronteerd. Ook dit protocol staat op intranet – handboek kwaliteit. 4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid Gors hanteert het HKZ als kwaliteitssysteem. Ondersteund door zijn stafmedewerker kwaliteit, heeft Gors het eerste HKZ-certificaat behaald in november 2007. Het HKZ certificaat is dit jaar getoetst aan de nieuwe normen. Er waren geen aanmerkingen van kritische aard die het verlengen van het kwaliteitscertificaat in de weg stonden. Stand van zaken : Naam behaalde certificaat, label of accreditatie Datum van uitreiking certificaat, label of accreditatie Datum van expiratie geldigheid Naam toetsende instantie
HKZ 18 oktober 2010 13 november 2013 Keurmerkinstituut b.v.
Het ingezette kwaliteitsbeleid heeft in 2011 zijn vervolg gekregen in het doorlopend actualiseren van bestaande en het implementeren van nieuwe documenten in het kader van ons kwaliteitssysteem. In 2011 lag de nadruk op het onderhouden en verder uitvoering geven aan de regelkring (PDCA-cirkel van Demming). De borging van alle documenten is uitgangspunt geweest evenals het voortdurend stimuleren van het kwaliteitsdenken van medewerkers binnen de totale organisatie.
In 2011 geldt het nieuwe certificatieschema waarbij geldt: het hebben van een vastgestelde werkwijze omtrent vervoer het uitvoeren van een risico-inventarisatie op individueel cliëntniveau het uitvoeren van een risico-inventarisatie ten aanzien van beschreven processen dat de landelijk vastgestelde indicatoren een plek hebben gekregen in de normparagraaf. In het nieuwe schema heeft naast de nieuwe aanscherping ook hier en daar afzwakking van bestaande normen plaats gevonden. Het voeren van kwaliteitsbeleid stopt niet bij de voordeur of op enig moment. Het is een proces wat zich op ieder moment binnen de organisatie voordoet. Ieder jaar opnieuw worden wet- en regelgeving, werkprocessen e.d. aangepast met als uitgangspunt verbetering. Dit maakt het voeren van een goed kwaliteitsbeleid dan ook interessant voor cliënten, medewerkers en derden. In de handboeken HKZ zijn de werkwijzen van vastgelegd. Ieder document wordt drie maanden voorafgaand aan de expiratiedatum ter evaluatie en bijstelling voorgelegd aan de meest betrokkenen. Waar van toepassing worden ook
Pagina 32 van 82
Jaardocument 2011
de adviesraden betrokken in de evaluatie. Geëvalueerde documenten worden vervolgens in het beleidsteam besproken en door de bestuurder vastgesteld. Daarna worden de gewijzigde documenten op Intranet geplaatst in ons, daar opgenomen, handboek kwaliteit, zodat iedere medewerker in de organisatie daarvan gebruik kan maken. In 2011 heeft Gors een cliëntevredenheidsonderzoek volgens de CQI index laten uitvoeren door het bureau TRIQS, dit in samenwerking met Perspectief. De resultaten zijn in het najaar van 2011 vrijgekomen en besproken met cliëntenraden, medewerkers en Raad van Toezicht. De resultaten hebben overigens niet geleid tot grote verbeterplannen daar er door cliënten als zowel vertegenwoordigers van cliënten een hoge mate van tevredenheid werd gescoord op alle onderdelen van het onderzoek. De kwaliteit van informatie en registratie wordt geborgd door met name interne audits. De externe toetsing vindt plaats door middel van accountantsonderzoek. Er zijn in 2011 geen opmerkingen gemaakt die hebben geleid tot een plan van verbetering. De gegevensbeveiliging moet worden geborgd via het NEN 7510. In 2011 heeft een onafhankelijk onderzoek door BDO Rotterdam plaatsgevonden. Dit heeft geleid tot adviezen die zijn omgezet in een plan van aanpak waarmee eind 2011 aan de slag is gegaan. 4.4. Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten Resultaten en verbeterpunten Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg Kwaliteitsthema’s Beleid, inspanningen, resultaten en verbeterpunten 1. Lichamelijk welbevinden In het onderzoek van de inspectie voor de gezondheidszorg scoorde Gors een afwezig tot gering risico. Ik citeer:” Er wordt zorg voor gedragen dat signalen van individuele cliënten tijdig en juist worden geïnterpreteerd en dat hiermee op professionele wijze wordt omgegaan”. Er is een AVG en er zijn drie (staf)verpleegkundigen, die desgewenst adviseren in het beleid op organisatieniveau en op locatie of cliëntniveau. In 2011 lijkt de poging om in gezamenlijkheid met andere zorgaanbieders in Zeeland borging te vinden voor de continuïteit van AVG zorg in Zeeland te gaan lukken. In 2012 hopen we hierin beleid te hebben. Op het gebied van gezondheid, zelfverzorging en ADL worden per zorgplan afspraken gemaakt. We willen het gevoerde beleid handhaven en verbeteren waar mogelijk. Binnen Gors is onder de titel “Bewegen, zo kan het ook” veel aandacht besteed aan bewegen en sport en nemen veel cliënten deel aan verschillende (preventieve) programma’s. 2. Psychisch welbevinden De organisatie heeft in beeld welke aan de doelgroepen gerelateerde signalen en behoeften men kan verwachten. Het beleid van Gors is erop gericht dat cliënten zoveel als mogelijk in de eigen sociale omgeving worden gehuisvest en, daar waar gewenst, vanuit de eigen achtergrond (denominatie) worden ondersteund. Het algemene beeld is, dat de woon- en dagbestedingsomgeving door de cliënten als zeer plezierig worden ervaren. (zie ook het verslag LG 2010 en VG 2011 in Digi- MV) Gors scoort in het algemeen hoog. Punt van aandacht blijft de communicatie. Een projectgroep is eind 2011 bezig een plan van aanpak op te stellen i.s.m. de cliëntenraad. 3. Interpersoonlijke relaties De meeste cliënten hechten waarde aan de relatie tot de familie, de ondersteunende medewerkers (Pers. Begel.) en de mede cliënten. Dit beeld wordt binnen Gors bevestigd. Er worden inspanningen gedaan om ten minste de contacten die er zijn te handhaven of te bevorderen en
Pagina 33 van 82
Jaardocument 2011
4. Deelname aan de samenleving
5. Persoonlijke ontwikkeling
6. Materieel welzijn
7. Zelfbepaling
waar mogelijk uit te breiden. (Zie ook algemeen beleid) Dit wordt desgewenst vastgelegd als doelstelling in het zorgplan. Medewerkers werken volgens de gedragscode “BRAVO”, (betrouwbaar, respectvol, met aandacht, verantwoord(elijk) en open. Gors voert sedert 2005 beleid op het gebied van ondersteuning bij vragen op het gebied van seksualiteit en intimiteit. Cliënten worden door een daartoe bestaande trainersgroep zowel collectief als individueel ondersteund. In 2011 is de nota en zijn de protocollen naar de laatste inzichten en in overleg met politie en justitie gewijzigd en vastgesteld. Cliënten van Gors wonen midden in de samenleving. De woonvoorzieningen bestaan grotendeels uit kleine eenheden met appartementen met of zonder zorginfrastructuur. Cliënten bezoeken de voorzieningen in de eigen wijk,nemen deel aan het maatschappelijk verkeer, kortom zijn burger in de samenleving. Niet iedere cliënt heeft behoefte aan participatie, zo blijkt uit onderzoek dat prof. Kwekkeboom deed. Beperkend voor deelname aan de samenleving zijn de mogelijkheden van vervoer. Er zijn in dit kader regelmatig gesprekken met de gemeenten en met de provincie. De mogelijkheid tot vervoer buiten de subregionale grenzen werd verder beperkt ondanks de inzet van cliëntenorganisaties. In Zeeland ben je, om deel te nemen aan bepaalde activiteiten snel aangewezen op (openbaar) vervoer. Het is o.a. om deze redenen dat wij de overgang van extramurale begeleiding naar de WMO met enige zorg tegemoet zien. In het zorgplan worden op dit gebied afspraken vastgelegd. Gors biedt scholing op tal van terreinen zowel vanuit de activiteitencentra als vanuit het eigen centra voor vorming en vrije tijd waar zowel individuele als collectieve cursussen worden gegeven. Jaarlijks wordt een (nieuw) aanbod vastgesteld maar wordt ook ingespeeld op de vragen die vanuit de organisatie – de cliënten – komen. Cliënten nemen soms ook deel aan cursussen die door anderen, o.a. de Arduinse school worden georganiseerd. Gors heeft voor de doelgroep VG locaties in Goes, Vlissingen en Zierikzee. Voor cliënten die zelf huren en moeten rondkomen van een wajong-uitkering is het leven absoluut geen vetpot. Vragen om ondersteuning op financieel gebied zijn dan logisch. Veelal wordt, als er geen naasten zijn die de cliënt hierin ondersteunen, een beroep gedaan op een professionele bewindvoerder. Voor AWBZ cliënten geldt steeds meer dat door de eigen bijdrage, de gevoelde kwaliteit van leven verminderd. Er blijft steeds minder “vrij besteedbaar” over. Dit is toegenomen door de pakketmaatregel en de regeling eigen bijdrage extramurale zorg. In het zorgplan kunnen over de ondersteuning afspraken worden gemaakt. Cliënten binnen Gors geven aan dat zij vrijheid in keuze
Pagina 34 van 82
Jaardocument 2011
8. Belangen
9. Zorgafspraken en zorgplan
10. Cliëntveiligheid
ervaren op allerlei gebied. Eigen regie heeft grote meerwaarde. De rondgang langs de teams mbt de nieuwe visie die juist uitgaat van de eigen kracht van de cliënt, leidt tot (nog) meer bewustwording bij medewerkers. Binnen Gors zijn aantallen cliëntenraden actief. Daar waar in de LG sector de collectieve belangen worden behartigd door een raad die vrijwel enkel uit cliënten bestaat, worden de belangen in de VG sector door cliëntenraden behartigd die bestaan uit twee commissies, nl. een cliëntencommissie en een vertegenwoordigers-commissie. In de VG sector worden adviezen, voor zoveel mogelijk, door de CR in dialoog geformuleerd. Waar cliënten een advies geven is dit voor het GORS leidend. In de sector Kind en Jeugd zijn het vanzelfsprekend de ouders/vertegenwoordigers die de collectieve belangen behartigen. Cliëntenraden worden op een begrijpelijke manier geïnformeerd. Dit kan betekenen dat de functionaris cliëntenparticipatie uitleg en ondersteuning geeft of door te zorgen voor een vertaling van informatie op het niveau van de verschillende doelgroepen. In het verslagjaar is met name vanuit de hertaalde visie gekeken naar de zeggenschap en de medezeggenschap. Het belangrijkst in de zeggenschap is toch het individuele belang en hoe daarvoor op te komen. Hiertoe dienen de zorgplannen, waarin de afspraken met cliënten worden vastgelegd.. Alle cliënten zijn, naar hun mogelijkheden, op de hoogte van de mogelijkheid gebruik te maken van het klachtrecht en weten dat zij recht hebben op privacy volgens de wettelijke richtlijnen. Zoals boven reeds genoemd, werkt Gors met een gedigitaliseerd zorgplan. Iedere cliënt van Gors heeft een eigen zorgplan dat voorzien is van alle gegevens en uitgangspunt vormt voor de zorg en dienstverlening. Door de invoering van de functie zorgregisseur is er sprake van één plan, één cliënt, één gedrasdeskundige. Per kwartaal vindt in het kader van de Administratieve organisatie en de Interne communicatie een intern onderzoek (ad random) plaats. De uitkomsten worden besproken op Unitmanagers en ZR-niveau en leiden waar nodig tot verbeteracties. De interne audits tonen aan dat de score op evaluatie en actualisatie van de plannen hoog is. Gors scoorde hier een gering risico (IGZ ,2010), omdat we op de verschillende beleidsterreinen actief beleid voeren en dat constant trachten te verbeteren. Een aandachtspunt blijft het punt medicijnfouten. Maar ervan uitgaand dat er per dag zo’n 19.000 medicijnverstrekkingen plaatsvinden is het aantal meldingen van fouten marginaal te noemen. In 2010 is er geen significante verbetering dan wel verlaging van het aantal meldingen opgetreden, ondanks nieuwe systemen waardoor fouten minder mogelijk worden. In 2011 is gewerkt aan een nieuw beleid, in relatie tot de door de IGZ
Pagina 35 van 82
Jaardocument 2011
gevraagde wijzigingen. Er is een medicijncommissie opgezet waarin een apotheker, een AVG en verpleegkundigen zitting hebben. Zij komen ten minste twee maal poer jaar bijeen om verbertervoorstellen uit te werken. Binnen het kinderdagcentrum is sprake van agressief gedrag. Gors werkt enerzijds aan de beïnvloeding van het gedrag van cliënten en anderzijds aan de toerusting van het personeel op dit vlak. Vrijheidsbeperking is binnen Gors een serieus onderwerp dat aandacht heeft. Maatregelen moeten zijn beschreven in de zorgplannen van de cliënt in de vorm van afspraken. 11.Kwaliteit medewerkers en organisatie
12. Samenhang in zorg en ondersteuning
Gors heeft voor alle medewerkers de functiebeschrijvingen geactualiseerd. Afhankelijk van de doelgroep en de specifieke vraagstelling van cliënten worden medewerkers ingezet met specifieke en nader omschreven competenties. Interne scholing via het “GO_team” voorziet in de specialisatie van medewerkers ten behoeve van bepaalde doelgroepen. Waar gewenst en noodzakelijk worden ook externe cursussen aangeboden. De scholing van de Zorgregisseurs en de scholing met betrekking tot niet sturende communicatie springen er dit jaar echt uit. Er is ondersteuning voor medewerkers door o.a. gedragsdeskundigen, het management maar ook door een traumateam en vertrouwenspersonen. In de functioneringsgesprekken maken medewerkers duidelijk welke vragen er liggen op het gebied van scholing en bijscholing. Communicatie blijft binnen organisaties en ook binnen Gors een belangrijk aandachtspunt. Zo wees ook het medewerkerstevredenheidsonderzoek uit. Er werd een plan gemaakt voor corporate communicatie dat over een aantal jaren zal lopen. Het personeelsbeleid is gericht op binding aan de organisatie en aan de professie. Een daarop gericht intern en extern communicatiebeleid is daartoe onontbeerlijk. Juist door de inzet van een gedigitaliseerd zorgplan wordt het mogelijk eenvoudiger tot voldoende overdracht te komen van gegevens die medewerkers nodig hebben om hun werk goed en adequaat te kunnen verrichten. In de organisatie is bepaald welke rechten de verschillende functionarissen hebben met betrekking tot het lezen van verslagen en het verwerken van mutaties. De “zorgregisseur” heeft ten aanzien van de samenhang in de communicatie tussen alle partijen, betrokken bij de zorg en dienstverlening aan een cliënt, een uiterst belangrijke taak. Het is niet altijd eenvoudig om bij uitval van een medewerker, om welke reden dan ook, direct te zorgen voor vervanging. Iedere unitmanager draagt verantwoordelijkheid de continuïteit van ondersteuning te borgen. Door medewerkers proberen te binden aan de organisatie en door actief beleid te voeren op het terugdringen van kleine contracten proberen we de samenhang in zorg en ondersteuning verder te
Pagina 36 van 82
Jaardocument 2011
bevorderen. Daar waar sprake is van zorg binnen een keten, wordt deze afgestemd met de in de keten relevante partijen. Klachten (exclusief particuliere FPC’s) Artikel 2 lid 7 van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector draagt de zorgaanbieder Gors op om ieder kalender jaar een openbaar verslag op te tellen over de werkzaamheden van de klachtencommissie. Doelgroep Artikel 2 lid 9 WKCZ geeft aan, aan wie het jaarverslag dient te worden gestuurd. Dit is een uitbreiding vergeleken met de vorige regeling. Het jaarverslag werd ook vroeger ter kennis gebracht van de cliëntenraad van Gors, maar nu wordt uitdrukkelijk genoemd: 'dat de organisatie die in de regio de belangen van de patiënten in algemene zin behartigt, het Klaverblad, een exemplaar moet ontvangen'. Definities Voor de geïnteresseerde lezer, die niet dagelijks met deze begrippen in aanraking komt, volgt een korte lijst van gehanteerde begrippen grotendeels stammend uit het reglement: klacht, een naar voren gebracht bezwaar over een gedraging van de zorgaanbieder of van een voor hem werkzame persoon; een gedraging is enig handelen of nalaten daarvan alsmede het nemen van een besluit dat gevolgen heeft voor een cliënt zorgaanbieder, degene die de zorg verleent of heeft verleend of personen die werkzaam zijn voor deze zorgaanbieder klager, degene die de klacht indient; een klacht kan worden ingediend door de cliënt zelf, door iemand anders namens de cliënt, door de nabestaande van een inmiddels overleden cliënt en voorts door ieder ander die bij de gebruikmaking van de zorg is betrokken aangeklaagde, medewerker tegen wiens beslissing, besluit of gedraging de klacht is gericht of de instelling zelf klachtencommissie, de door de instelling benoemde commissie, bestaande uit een jurist als voorzitter, een twee leden met kennis op het terrein waarop de hulpverlener actief is WKCZ, Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector; een wettelijke regeling voor vrijwillig opgenomen cliënten BOPZ, Wet Bijzonder Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen, een wettelijke regeling voor gedwongen opgenomen cliënten bemiddeling, een bijeenkomst van klager en aangeklaagde, waarbij geprobeerd wordt onder leiding van de voorzitter van de klachtencommissie een oplossing te vinden, waarmee beide partijen kunnen instemmen hoorzitting, een zitting van de voltallige klachtencommissie waarbij partijen gehoord worden en waarna de commissie een oordeel uitspreekt; het oordeel kan zijn dat de klacht gegrond dan wel ongegrond wordt gevonden De klachtenregeling De klachtencommissie werkt volgens een reglement. Het reglement wordt door Gors onder de aandacht van cliënten gebracht en ook krijgt iedere klager na ontvangst van zijn klacht een exemplaar van de regeling toegestuurd. Samenstelling van de commissie De commissie is zodanig samengesteld dat voldaan wordt aan de voorwaarden, die de WKCZ stelt aan een klachtencommissie. Een onafhankelijk jurist is voorzitter. De overige leden hebben kennis van het terrein waarop Gors hulp verleent en zijn niet in dienst van Gors. Hierdoor is de onafhankelijkheid van de commissie gegarandeerd. Werkwijze van de commissie Wanneer een klaagschrift is ontvangen, wordt door de commissie bezien of er sprake kan zijn van een bemiddeling. Bemiddeling wordt vaak al verzocht door de klager. Als geen bemiddeling wordt gevraagd, komt er een hoorzitting. De termijnen uit de regeling willen nog wel eens een probleem vormen. Ze zijn zelfs strakker dan de wet voorschrijft. Het probleem zit niet altijd bij de commissie, maar soms ook in de afwezigheid van klager of aangeklaagde. De commissie hoort partijen gescheiden, tenzij de partijen dit anders aangeven. De reden ervoor is gelegen in het feit, dat de ervaring leert dat de klager, vaak de zwakke partij, niet altijd opgewassen is tegen de aanwezigheid van Pagina 37 van 82
Jaardocument 2011
aangeklaagde, die ook bijna altijd zijn behandelaar is. Partijen hebben wel de mogelijkheid om op de verslagen te reageren.
Pagina 38 van 82
Jaardocument 2011
Klachten in 2011 In dit jaar zijn in totaal drie klaagschriften bij de commissie binnen gekomen. De klaagschriften bevatten meerdere klachten. De klachten gingen over slechte communicatie, bejegening, en (door een cliënte van Gors ervaren) overlast, welke zou zijn veroorzaakt door een medecliënt. Hoorzittingen Twee klaagschriften zijn behandeld in een hoorzitting. Bemiddeling In 2011 hebben twee bemiddelingen plaatsgevonden. Samenstelling Voorzitter: Mr.C.W.F.Huisman. Leden: Mevrouw C. Roose, Dhr. drs. J.J. Franse, Mevr. Z. Louws Schematisch overzicht klachten 2011 Aantal klachten Bemiddeld 3 2 Schematisch overzicht klachten voorgaande jaren 2008 Klaagschriften 2 Klachten (totaal) 2 Bemiddeling 1
Gegrond/Ongegrond 1 2009 2 2
2010 5 5 4
4.5. Kwaliteit ten aanzien van medewerkers Personeelsbeleid De doelstellingen voor 2011 op het gebied van personeelsbeleid zijn deels gerealiseerd. Het personeelsbeleid is gericht op binding met de organisatie en aan de professie. Het uitstroompercentage onder medewerkers exclusief invalkrachten, lag in 2011 op 9,5 %. Dit cijfer is excl. oproepkrachten. Het instroompercentage lag op 7,9%, ook excl. oproepkrachten, maar inclusief 11 leerling-werknemers. In het eerste kwartaal van 2011 was het verzuimpercentage tot een onacceptabele hoogte gekomen. Hierop is besloten om een opfristraining voor het leidinggevend kader te geven, maar ook om alle medewerkers een presentatie over verzuim te laten bijwonen. Dit heeft zijn effect gehad waardoor het gemiddelde verzuim over 2011 tot 4,6% is gedaald. Voor nieuwe medewerkers werd 4x een centrale introductiedag georganiseerd, met aansluitend een locatie- c.q. functiegericht inwerkprogramma. Voor nieuwe stagiairs heeft in 2011 2x een introductiebijeenkomst plaatsgevonden. Aansluitend volgen zij een gericht stageprogramma. Uit de evaluaties bleek wederom dat de introductiedagen goed worden ontvangen. De cyclus van het houden van functioneringsgesprekken is van 1x per jaar naar minimaal 1x per 2 jaar gegaan daar er vanuit het principe van zelfregulerende teams wordt gewerkt, en medewerkers zelf het verzoek tot het houden van een functioneringsgesprek kunnen indienen. Vanuit GO! (Gors Opleidingscentrum) werden diverse vakgerichte collectieve leertrajecten opgezet en afgerond. Voor het management werden 4 collectieve leerdagen gehouden. Er is een start gemaakt met een intensieve training Niet sturende communicatie, bestemd voor alle medewerkers en managers in het primaire proces. In 2011 zijn er in totaal 75 vacatures gesteld. Er zijn in 2011 geen klachten van medewerkers ontvangen door de “Klachtencommissie Medewerkers”. Kwaliteit van het werk Aandachtspunten in 2011 waren met name de ontwikkelingsmogelijkheden zowel verticaal als horizontaal. Aandachtspunten voor verdere ontwikkeling blijven de functies van zorgregisseurs en unitmanagers. Door de nog steeds toenemende regeldruk en verdere protocollering van processen, mede bevorderd door het opzetten van het HKZ Kwaliteitssysteem, heeft men het gevoel dat men inlevert op autonomie en inspraak. De blijvende aanscherping van regels ten aanzien van te behalen productie en resultaten geeft meer sturing van bovenaf en mogelijk daardoor versterkt dit gevoel. Een aandachtspunt vormt ook de toenemende agressie en geweldsmomenten bij groepen cliënten. Hiervoor is extra aandacht binnen het intern Gors-opleidingscentrum GO!
Pagina 39 van 82
Jaardocument 2011
Resultaten in 2011 1. Er is ook in 2011 een flink bedrag geïnvesteerd in de mogelijkheden voor medewerkers zich te specialiseren voor zowel interne- als externe bij- en nascholing. Van deze investering kan nog meer gebruik gemaakt worden. Verbreding van kennis geeft immers meer mogelijkheden tot taakvariatie en (horizontale en verticale) ontwikkeling. Het draagt mede bij aan binding aan de organisatie. Stichtingsbreed is in 2011 een aanvang gemaakt om voor alle teams de training Niet sturende communicatie op te starten. Hiertoe zijn intern trainers opgeleid. Ten aanzien van werkdruk en belastende situaties zijn maatregelen getroffen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden. Dit blijft een proces wat blijvende aandacht vereist. Met name agressietrainingen krijgen veel aandacht. 2. Er is een pilot opgestart binnen een van de locaties om de invoering van de jaarurensystematiek re onderzoeken. Hiermee wordt beoogd om gezond te kunnen roosteren waarbij de organisatie en de medewerker in overleg de te werken uren (flexibel) kunnen inzetten. Veiligheid en bedrijfshulpverlening Op 9 december 2011 verscheen het eindrapport van het “Onderzoek Brandveiligheid van zorginstellingen”, een onderzoek van de VROM-inspectie, de Arbeidsinspectie, de Inspectie Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Bij veel instellingen blijken tekortkomingen te bestaan en als terugblik op 2011 is in een presentatie, getiteld “Niet bang, maar voorbereid” aan de leden van de Raad van Toezicht uiteengezet hoe de situatie bij Gors is. Voor elk van de 9 conclusies van het bedoelde rapport is aangetoond, dat Gors op alle onderdelen voldoende tot goed scoort. Binnen onze organisatie zullen er restrisico’s blijven bestaan en juist daarvoor is de bedrijfshulpverlening (BHV) in het leven geroepen. Rampen en andere van buiten komend onheil zijn evenmin te voorkomen en daarom bedenkt de Veiligheidsregio samen met de ketenpartners allerlei scenario’s en ontwikkelen zij de bijbehorende oplossingen. Ook zullen er continuïteitsplannen ontwikkeld worden om de dienstverlening veilig te stellen. Gors participeert in dit samenwerkingsverband.Onze gebouwen voldoen aan het Bouwbesluit en waar nodig zijn gebruiksmeldingen gedaan of is een gebruiksvergunning aanwezig. De vergunningen worden periodiek gehandhaafd. In 27 locaties is een brandmeldinstallatie aanwezig, 18 daarvan melden door naar de Gemeenschappelijke Meldkamer Zeeland (GMZ), 2 naar een particuliere alarmcentrale (PAC) en 7 functioneren alleen intern. In de overige locaties is voorzien in losse rookmelders. Alle locaties beschikken over voldoende blusmiddelen. Poederblussers zijn alleen nog op enkele plaatsen (in de open lucht) aanwezig. Koolzuursneeuwblussers worden in principe op de revisie- of expiratiedatum vervangen door sproeischuimblussers, behalve in of bij serverruimtes. Op 34 van onze locaties zijn AED’s (automatische externe defibrillators) aanwezig. Behalve de BHV-ers hebben veel begeleidende medewerkers een reanimatietraining ontvangen, inclusief het gebruik van een AED. Elk jaar krijgen de BHV-ers een herhalingstraining en ook worden er jaarlijks nieuwe BHV-ers opgeleid. Per 1 april 2012 hebben we 165 BHV-ers, maar daarnaast hebben op veel locaties ook de overige medewerkers instructies op maat gekregen. Hierdoor zijn niet alleen de BHV-ers, maar ook de andere medewerkers voldoende geïnstrueerd om adequaat te handelen bij een calamiteit. Op elke locatie wordt minimaal eenmaal per jaar een ontruimingsoefening gehouden. Dergelijke aangekondigde, maar vaak ook onaangekondigde oefeningen worden soms in samenwerking met de plaatselijke brandweer gehouden. Verheugend is dat ook cliënten en vrijwilligers geïnteresseerd zijn in voorlichting en training op veiligheidsgebied. 4.6. Samenleving en belanghebbenden Gors is een AWBZ instelling die Zeelandbreed ondersteuning en zorg biedt. Hiermee is Gors een middelgrote werkgever in Zeeland en is samen met andere zorgaanbieders onderdeel van één van de grote economische drijvers van Zeeland. In de dagbestedingactiviteiten droeg Gors bij aan de leefbaarheid van het platte land door in de kleine kern Nisse een bakkerij, een theetuin en een cadeaushop te exploiteren. Ook in een wijk van Vlissingen die gebaat is bij een nieuwe “uitstraling” werd een winkel-tearoom, een kopieercentrum, een creativiteitscentrum en een sociëteit gestart onder de naam Kek. Zowel in Zierikzee als in Goes worden door cliënten van Gors kinderboerderijen “gerund” en in stand gehouden ten faveure van de wijk. Er is naast de belangstelling van de plaatselijke bevolking ook veel belangstelling van toeristen. Scholieren bezoeken de boerderijen regelmatig waarbij voor Goes geldt dat kinderen hun eigen klas-volkstuintje hebben. Pagina 40 van 82
Jaardocument 2011
Gors sponsort de stichting Beursvloer Zeeland met een geringe bijdrage van € 2500 per jaar. Het is een succesvol evenement waaraan instellingen en bedrijven deelnemen om elkaar tot “hand en voet” te zijn. Gors had in 2011 veel baat bij de deelname en hield er vele “matches” aan over waarvan cliënten en de organisatie profiteerden. De matches varieerden van tuinaanleg tot extra ondersteuning van cliënten. In 2011 is Gors heel positief in het nieuws geweest door de deelname aan “Cleanmaster-biolux” een leverancier van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen. In Goes verzorgt een cliënt van Gors de bestellingen bij verschillende instellingen. Een waardevolle bijdrage! 4.7. Financieel beleid Hieronder de verkorte balans en de kengetallen. Verkorte balans Materiële vaste activa Vlottende activa
Eigen vermogen Voorzieningen/egalisatierekening Langlopende leningen Overlopende passiva
2011 x € 1.000 16.898 3.751 20.649
% 81,8% 18,2% 100,0%
2010 x € 1.000 14.986 4.737 19.723
% 76,0% 24,0% 100,0%
7.025 4.269 4.730 4.625 20.649
34,0% 20,7% 22,9% 22,4% 100,0%
6.443 3.555 5.196 4.529 19.723
32,6% 18,0% 26,4% 23,0% 100,0%
Materiële vaste activa Met ingang van 2012 is de NHC (normatieve huisvestingscomponent) van toepassing voor wat betreft de kapitaallasten. Dit houdt in dat er per prestatie een vergoeding in het tarief zit ter dekking van de kapitaallasten. In tegenstelling tot het systeem, dat volledig van toepassing was tot en met 2011 en wordt afgebouwd tot en met 2018, waarbij de kosten nagecalculeerd konden worden, ontstaat er nu onzekerheid of de (toekomstige) NHCinkomsten de (toekomstige) kapitaallasten dekken. Afhankelijk van de productieafspraken tegenover de geleverde productie en de hoogte van de indicaties kunnen de inkomsten sterk fluctueren. Hierdoor ontstaan nieuwe risico’s voor het vastgoed, zoals exploitatierisico’s (leegstand, onderbezetting), boekwaarderisico’s (marktontwikkeling) en het risico van afwaardering bij exploitatieverliezen (impairment). Afschrijvingstermijnen moeten gebaseerd worden op de economische levensduur en niet meer op de oude bekostigingssystematiek. Voor nu nog nacalculeerbare huurcontracten van vastgoed treedt ook een bezettingsrisico op. Gors heeft voor al haar locaties (kleinst kasstroomgenererende eenheid) een impairmenttoets uitgevoerd. Naar aanleiding hiervan is er door Gors een voorziening verlieslatende contracten aangebracht. In het geval dat er naar aanleiding van deze impairmenttoets, bij huursituaties, sprake is van een negatieve boekwaarde omdat de NHC niet de kapitaallasten dekken is de contante waarde van de toekomstige verliezen opgenomen als voorziening. Bij eigendomssituaties waarbij de NHC in de toekomstige jaren de kapitaallasten niet zouden dekken is het betreffende actief afgeboekt via de bijzondere waardeverminderingen. Financiële Kengetallen Resultaat/Solvabiliteit Resultaatratio: AWBZ-gefinancierde resultaten Solvabiliteit: (Eigen vermogen/totale vermogen) Solvabiliteit: (Eigen vermogen / totaal opbrengsten) Solvabiliteit: (RAK / totaal opbrengsten) Solvabiliteit: (Vaste Activa/(Eigen en Lang Vreemd Vermogen)) Liquiditeit Liquiditeit: Current Ratio Liquiditeit: Current ratio inclusief krediet in rekening courant
2011 1,90% 34,02% 22,94% 17,19% 105,45%
2010 3,78% 32,67% 21,64% 15,19% 98,63%
2011 0,81 1,11
2010 1,05 1,35
Pagina 41 van 82
Jaardocument 2011
Werkkapitaal: Eigen vermogen Voorzieningen/egalisatierekening Langlopende leningen Vaste activa
Vlottende activa Kortlopende schulden
Mutatie werkkapitaal Saldo per 01-01 Saldo per 31-12
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
7.025 4.269 4.730 16.024 16.898 -874
6.443 3.555 5.196 15.194 14.986 208
3.751 4.625 -874
4.737 4.529 208
208 -874 -1.082
-1.581 208 1.788
Over het werkkapitaal kan gezegd worden dat deze geen goede afspiegeling is van de werkelijkheid en niet het inzicht verschaft waar deze theoretisch voor bedoeld is. Theoretisch zou het werkkapitaal positief moeten zijn om te laten zien dat de organisatie in staat is om op korte termijn te voldoen aan haar schulden. Echter vanwege de door Gors, met eigen overbodige liquide middelen, gefinancierde projecten De Cirkel en Populierenstraat geeft het huidige werkkapitaal een negatief saldo. Op het moment dat deze projecten gefinancierd zouden zijn met vreemd vermogen zou het werkkapitaal positief zijn echter zou dit gevolgen hebben voor de rentelasten en nadelig werken ten opzichte van andere kengetallen zoals de solvabiliteit. Daarnaast laat de current ratio een kengetal zien van 1,11 waaruit blijkt dat Gors in staat is om het korte vreemd vermogen op korte termijn te betalen aangezien het saldo dubieuze debiteuren nihil is. Resultaat 2011 t.o.v. verslagjaar 2010 Baten Kosten Financiële baten en lasten Resultaat
2011 x € 1.000 30.621 29.850 -190 581
2010 x € 1.000 29.781 28.462 -193 1.126
verschil x € 1.000 840 1.388 3 -545
739 19
618 459
122 -440
-171
70
-101
2 -8 581
-13 -8 1.126
-9 0 -545
Aan het resultaat wordt de volgende bestemming gegeven: Reserve Aanvaardbare Kosten Bestemmingsreserve vervoer Bestemmingsreserve afschrijvingen instandhouding Algemene reserve Reserve egalisatie afschrijving inventaris
Een bedrag van € 739.000 wordt toegevoegd aan de Reserve Aanvaardbare Kosten (RAK) ten opzichte van € 618.000 in 2010. Een verschil van € 121.000. Doordat zowel de baten als de kosten aanzienlijk stijgen worden de stijgingen hieronder op hoofdlijnen verklaard. De stijging van de baten met € 840.000 kan als volgt verklaard worden:
Pagina 42 van 82
Jaardocument 2011
Productieafspraken Indexeringen en vervoer Uitbreiding/wijziging toelatingen Kapitaalslasten Correcties voorgaande jaren/beleidsregelwijzigingen Overige opbrengsten Verschil
verschil x € 1.000 1.619 nihil 18 62 -1.221 362 840
De stijging van de kosten en financiële baten en lasten met € 1.391.000 wordt als volgt verklaard: Verschil x € 1.000 Personeelskosten 868 Afschrijvingen 262 Overige bedrijfskosten 748 Mutatie Voorzieningen -490 Rentekosten 3 Verschil 1.391 De stijging van de personeelskosten is voor ca. € 250.000 verklaard door de stijging van het aantal fte van 5,88. Daarnaast zijn de sociale lasten met € 80.000 toegenomen en de pensioenkosten toegenomen met € 40.000. Een doorwerking van de CAO en de periodieke loonsverhogingen resulteren in een hogere kosten van € 325.000. De overige personeelskosten zijn gestegen met € 78.000. Als laatste zijn de kosten voor personeel niet in loondienst/ingehuurde personeel gestegen met € 94.000, dit laatste heeft onder andere te maken met de inhuur van ADL medewerkers op diverse locaties. De stijging op de afschrijvingskosten heeft gedeeltelijk te maken met de afboeken van de activa in verband met de impairmenttoets alsmede de extra afboeking van het gedeelte dat voor de aanloopkosten niet meer in de nacalculatie verwerkt kan. Dit resulteert naast een bijzondere waardevermindering van € 401.000 in een extra afschrijving van € 538.000. Als correctie hierop is de in de jaarrekening van 2010 versnelde afschrijving van werkplaats Bijeen van € 123.500 verwerkt. Daarnaast zijn vorig jaar de aanloopkosten KSW versneld afgeschreven, € 168.500. Vanwege aanschaf of volledig afgeschreven locaties vinden er binnen de verschillende activasoorten fluctuaties plaats die in onderstaand overzicht verwerkt zijn. Schematisch kunnen de verschillen ten aanzien van de afschrijvingen als volgt gepresenteerd worden:
Gebouwen Verbouwingen Installaties Aanloopkosten Instandhouding Vervoer Inventaris Automatisering Inhaalafschrijvingen (impairment en versneld afschrijven) Correctie versneld afgeschreven Totaal
Verschil x € 1.000 111 -114 -24 -145 -18 -10 -111 -73 939 -292 263
Pagina 43 van 82
Jaardocument 2011
De stijging van de overige bedrijfskosten kan als volgt verklaard worden: Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonersgebonden kosten Onderhoud Energiekosten Huur en leasing Verschil
Verschil x € 1.000 183 340 -48 310 17 -54 748
De stijging van de voedingsmiddelen en de hotelmatige kosten is voor € 100.000 de oorzaak van een wijziging in de administratieve registratie voor wat betreft de bijdragen van cliënten voor voedingskosten, bewassinggeld/ linnenvoorziening en de doorberekende vervoerskosten. Overige componenten zoals voeding, schoonmaakartikelen ed. zijn evenredig met de inflatie gestegen. Bij de baten zie je bij de eigen bijdragen van cliënten daardoor een stijging van de opbrengsten van ca. € 100.000. De stijging van de algemene kosten van € 340.000 heeft verschillende redenen en kan als volgt verklaard worden:
Communicatie Algemeen beheer Zakelijke lasten Audiovisuele apparaten Overige algemene kosten Verschil
Verschil x € 1.000 81 237 -125 2 145 340
Voor de communicatiekosten zijn in 2011 ten aanzien van de software/automatiseringen uitgaven gedaan voor o.a. € 20.000 ten aanzien van de vragenlijstmodule ten behoeve van het elektronische cliëntendossier. Daarnaast heeft Gors in 2011 kosten gemaakt voor het implementeren/faseren van een HRSS systeem waarmee Gors haar documentatie t.b.v. declaratie, werving en selectie etc. centraal heeft geregistreerd en digitaal kan worden afgehandeld. Samen met de aanschaf van Raet online, waarmee salarisstroken digitaal opgehaald kunnen worden, zijn de totale kosten € 42.000. Bij de kosten algemeen beheer zijn de accountantskosten afgenomen, voor een specificatie verwijzen we naar de toelichting ‘honoraria accountant’. Voor de overige advieskosten zijn de ontwerpkosten, bouwaanvraag en de bouwvoorbereiding van de Populierenstraat in de exploitatie verwerkt. De ontwikkeling en doorvoering van de nieuwe huisstijl heeft gezorgd voor extra kosten. In 2011 heeft er een onderzoek plaats gevonden naar de cliëntwaardering. In 2011 zijn er nog uitgaven geweest voor bouwvoorbereidingen/onderzoeken naar een tweede WWA en project Mannee, kosten ca. € 100.000. De zakelijke lasten zijn afgenomen met € 125.000 ten opzichte van 2010. Dit heeft te maken met de kosten van de bouwvergunning in 2010 voor de Populierenstraat. De stijging van de patiënt- en bewonersgebonden kosten heeft te maken met het positieve saldo tussen de opbrengsten en de kosten die Gors heeft in verband met de vakantiereizen die worden georganiseerd. Dit positieve saldo dekt de personeelskosten die worden gemaakt voor de organisatie en coördinatie van de vakantiereizen. De verschillen met betrekking tot de onderhoudskosten houden verband met verschillende posten. Als eerst houden deze verband met de onderhoudskosten voor Terreinen ten bedrage van € 8.000. Ten tweede is er een verschil van € 182.000 op de onderhoudskosten van de gebouwen, deze hebben grotendeels betrekking op onderhoudskosten ten aanzien van de in 2012 te realiseren locatie de Stromenwijk ten bedrage van € 90.000 en de kosten ten aanzien van het meer- en minderwerk van de in 2011 gereedgekomen locatie aan de Populierenstraat, € 65.000. Deze laatstgenoemde kosten houden verband met posten die niet geactiveerd worden op de balans. Ten derde is er een verschil van € 73.000 op de onderhoudskosten voor installaties. Deze houden Pagina 44 van 82
Jaardocument 2011
verband met diverse onderhoudskosten op diverse locaties en op installatiekosten van de Populierenstraat. Overige stijging van de post ‘onderhoud’ heeft te maken met diverse onderhoudskosten op diverse locaties. Ten opzichte van het jaar 2010 waarin € 1.204.000 werd toegevoegd wordt in 2011 een bedrag van € 714.000 toegevoegd aan de voorzieningen. Dit komt nee op een mutatie ten opzichte van 2010 van € 490.000 Een specificatie treft u aan op bladzijde 76. Resultaat 2011 t.o.v. begroting 2011 Werkelijk 2011 x € 1.000
Begroting 2011 x€ 1.000
Verschil x € 1.000
28.641
26.560
2.081
1.981 30.622
1.489 28.049
492 2.573
18.998 2.089
18.662 1.072
336 1.017
8.764 29.851
7.865 27.599
899 2.252
Financiële baten en lasten
-190
-296
106
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
581
154
427
0
0
0
581
154
427
Bedrijfsopbrengsten Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Overige opbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Personeelskosten Afschrijvingen op (im)materiële vaste activa Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten
Buitengewoon resultaat Resultaat
Over het boekjaar 2011 is een resultaat behaald van € 581.300 waarvan € 738.850 toegevoegd wordt aan de Reserve Aanvaardbare Kosten. Het verschil ad. - € 157.550 wordt ontrokken van de (bestemmings)reserves (zie bladzijde 48). In de begroting 2011 was rekening gehouden met een dotatie aan de Reserve Aanvaardbare Kosten van € 73.250 en een dotatie aan de bestemmingsreserves van € 80.750. Het verschil tussen de werkelijke opbrengsten 2011 en de begrote opbrengsten 2012 is als volgt te verklaren:
Doorwerking voorgaande jaren Toeslag extreme zorgzwaarte Overige toeslagen Overige mutaties (w.o. uitbreiding capaciteit) Mutatie kapitaalslasten Nacalculatie vervoerskosten Rente Verschil
Verschil x € 1.000 283 143 119 1.185 320 -171 202 2.081
De overige opbrengsten stijgen met € 492.000 door met name de stijging van de opbrengsten voor levering van diensten aan (cliënten van) andere zorgaanbieders. Zoals al eerder toegelicht zijn ook de eigen bijdragen van cliënten gestegen door een andere administratieve vastlegging van deze opbrengsten. Op de personele kosten is € 336.000 meer uitgegeven dan begroot. Gedeeltelijk heeft dit te maken met het verschil tussen het aantal werkelijk ingezette FTE van 22,5 FTE. In bedragen is de verklaring als volgt weer te geven:
Pagina 45 van 82
Jaardocument 2011
Verschil x € 1.000 628 -160 -250 228 -110 336
Stijging aantal FTE Sociale lasten Pensioenen PNIL Overige personeelskosten Totaal De verschillen op de overige bedrijfskosten blijken uit onderstaande tabel: Overige bedrijfskosten Voedingsmiddelen en andere hotelmatige kosten Algemene kosten Vervoerskosten Cliëntgebonden kosten Onderhoud en energiekosten Huur en leasing Mutatie voorzieningen Totaal
Werkelijk 2011 x € 1.000
Begroting 2011 x € 1.000
Verschil x € 1.000
1.352
1.270
82
1.593 1.146 -34 1.512 2.481 714 8.764
1.348 1.294 103 1.295 2.524 31 7.865
245 -148 -137 217 -43 683 899
De verschillen op de algemene kosten houden verband met het feit dat de kosten voor software/hardware voor hoger uitvallen dan was begroot. Ook de overige advieskosten zijn werkelijk hoger dan begroot. Bij de vervoerskosten zijn de werkelijke uitgaven voor het vervoer door Connexxion € 150.000 lager dan was begroot. Bij de begroting was er uitgegaan van meer vervoersbewegingen dan er werkelijk zijn geleverd. Ten aanzien van de cliënten met een 7VG (DB) behandelingsindicatie was er in de begroting een aanzienlijk hoger bedrag opgenomen voor de behandelingskosten dan de werkelijke situatie laat zien. Daarnaast was het verschil tussen de opbrengsten en de kosten voor de vakantiereizen budgetneutraal begroot. Echter laat het saldo nu een opbrengst zien. Dit samen resulteert in lagere kosten ten aanzien van de begroting voor de cliëntgebonden kosten. Het verschil ten aanzien van de onderhoud- en energiekosten zijn grotendeels te verwijten aan de hogere uitgaven voor onderhoud. Zoals reeds beschreven zijn de uitgaven voor onderhoud gebouwen, installaties en inventaris in 2011 hoger uitgavallen ten opzichte van werkelijk 2010 en de begroting. Oplevering Populierenstraat en kosten ten aanzien van Stromenwijk zijn hier grotendeels de oorzaak van. De werkelijke energiekosten vallen iets hoger uit dan de begrote kosten. In de begroting 2011 was een mutatie verwacht van € 32.000 op het onderhoudsfonds. De werkelijk mutatie op het onderhoudsfonds is € -108.000 (onttrekking) wat wordt veroorzaakt door de beslissing van het afstoten van een aantal locaties waardoor de voorziening gedeeltelijk vrijvalt. Voor de overige mutaties op de voorzieningen wordt verwezen naar blz. 76. Het resultaat op de financiële baten en lasten is een doorwerking van het financieren door middel van overtollige liquide middelen van De Cirkel en de Populierenstraat. Voor de bouw van deze twee locaties is geen hypothecaire lening afgesloten waardoor de rentekosten lager uitvallen. Ook de ontvangen interestvergoeding is werkelijk hoger dan er is begroot.
Pagina 46 van 82
Jaardocument 2011
II
Jaarrekening
Pagina 47 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 48 van 82
Jaardocument 2011
5.1.1 BALANS PER 31 DECEMBER 2011 (na resultaatbestemming) Ref.
31-12-2011 €
31-12-2010 €
1 2
15.967.879 929.744 16.897.623
13.946.299 1.039.768 14.986.067
3 4 6
1 697.165 3.054.011 3.751.177
1 478.951 4.257.681 4.736.633
20.648.800
19.722.700
31-12-2011 €
31-12-2010 €
363 6.855.673 168.696 7.024.732
363 6.276.480 166.587 6.443.430
ACTIVA
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Vorderingen en overlopende activa Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
Ref. PASSIVA
Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
7
Voorzieningen
8
4.268.900
3.554.900
Langlopende schulden
9
4.729.914
5.195.541
5 10
32.951 4.592.302 4.625.253
684.029 3.844.801 4.528.830
20.648.800
19.722.701
Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van financieringsoverschot Kortlopende schulden en overlopende passiva
Totaal passiva
Pagina 49 van 82
Jaardocument 2011
5.1.2 RESULTATENREKENING OVER 2011 Ref.
2011
2010
€
€
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
12
28.640.800
28.162.000
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties
13
1.772.848
1.406.891
Subsidies
14
88.661
97.403
Overige bedrijfsopbrengsten
15
119.378
114.406
30.621.687
29.780.700
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN: Personeelskosten
16
18.998.027
18.130.170
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
17
1.687.943
1.826.834
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
18
400.917
0
Overige bedrijfskosten
19
8.763.338
8.504.496
Som der bedrijfslasten
29.850.225
28.461.500
BEDRIJFSRESULTAAT
771.462
1.319.200
-190.162
-193.300
581.300
1.125.900
0
0
581.300
1.125.900
2011 €
2010 €
738.863 19.249 -171.000 -7.920 2.108
617.850 459.500 69.800 -7.920 -13.330
581.300
1.125.900
Financiële baten en lasten
20
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten RESULTAAT BOEKJAAR
21
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld: Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve vervoer Bestemmingsreserve afschrijvingen instandhouding Bestemmingsreserve afschrijvingen inventaris Algmene reserve
Pagina 50 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 51 van 82
Jaardocument 2011
5.1.4. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5.1.4.1. Algemeen Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Continuïteitsveronderstelling De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling 5.1.4.2. Grondslagen van waardering van activa en passiva Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd. De in de rekening vermelde bedragen luiden, tenzij anders vermeld, in Euro’s. Immateriële en materiële vaste activa De immateriële en materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire jaarlijkse afschrijvingen. WTZi-vergunningsplichtige vaste activa worden gewaardeerd tegen de laagste van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en het goedgekeurde investeringsbedrag. Het meerdere boven het goedgekeurde investeringsbedrag wordt ten laste van de resultatenrekening gebracht. Voor WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, instandhoudingen en WMG-gefinancierde vaste activa waarvoor in de bekostigingssystematiek geen substitutievrijheid bestaat binnen het verkregen budget, is de afschrijvingsperiode gelijk aan de in de bekostigingssystematiek voorgeschreven afschrijvingstermijnen. Als gevolg van de wijzigende bekostiging heeft zorginstelling een nieuwe inschatting gemaakt van de verwachte gebruiksduur en de eventuele restwaarde van de panden. Dit heeft er toe geleid dat de afschrijvingstermijn van gebouwen voor dagbesteding en de woonlocaties aan de Beethovenlaan en de Populierenstraat is aangepast van 50 jaar naar 40 jaar (en/of rekening houdend met een eventuele restwaarde). De afschrijvingstermijn voor KSW aangemerkte locaties is 30 jaren. Voor (delen van) de gebouwen die een kortere gebruiksduur hebben wordt ook een kortere termijn gehanteerd (componentenbenadering). Overeenkomstig de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving (RJ 145) worden de hieruit voortvloeiende effecten voor de afschrijvingen verwerkt over de verwachte resterende gebruiksduur van de desbetreffende panden. Als gevolg hiervan zijn de afschrijvingskosten in 2011 met € 540.000 toegenomen ten opzichte van de kosten bij ongewijzigde uitgangspunten. Hiervan heeft € 398.000 betrekking op de afwaardering van de aanloopkosten tot hetgeen rechtens uit de overgangsregeling (zie hieronder) nog te vorderen is op de Pagina 52 van 82
Jaardocument 2011
NZA. Voor de komende jaren is het effect als volgt: Van 2012 tot 2021 ca. € 139.000, van 2022 tot 2031 ca € 39.000. Vaste activa dienen te worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen met een duurzaam karakter. Dit doet zich voor bij wijzigingen in omstandigheden die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige netto-kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren, of de bij verkoop te realiseren directe opbrengstwaarde indien deze hoger is. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde (= de hoogste van enerzijds de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen en anderzijds de directe opbrengstwaarde), worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Gors beschikt over vastgoed waar zorg wordt verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 6 van de AWBZ. Voor dit vastgoed zijn in 2011 de bekostigingsregels aangepast. Volledige nacalculatie van kapitaallasten van goedgekeurde investeringen is vervangen door prestatiebekostiging. Hierbij geldt een overgangstermijn van 6 jaar (tot en met 2017) waarin deze overgang gefaseerd wordt doorgevoerd. Als gevolg van deze wijziging in de bekostiging, in samenhang met de beleidsvoornemens van het kabinet inzake de hervorming van de langdurige zorg is (zie ook de NBA wijzer 2 van 24 oktober 2011), geconcludeerd dat sprake is van indicaties die kunnen duiden op een mogelijke duurzame waardevermindering. Als gevolg hiervan dient Gors overeenkomstig RJ 121 te toetsen of de boekwaarde nog kan worden gerealiseerd uit de toekomstige opbrengsten. Gors heeft de directe opbrengstwaarde bij verkoop, en de contante waarde van de toekomstige kasstromen van dit zorgvastgoed benaderd op het niveau van de kasstroomgenererende eenheden, en vergeleken met de boekwaarde van dit vastgoed en de overige met de bedrijfsvoering samenhangende activa per 31 december 2011. Belangrijke veronderstellingen die zijn gehanteerd bij de benadering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen zijn: a) De resterende levensduur van het vastgoed is op het niveau van de kasstroomgenererende eenheden bepaald. b) Gehanteerde restwaarden (nihil of historische kostprijs grond). c) Een gemiddelde bezettingsgraad gebaseerd op de werkelijke zorgrealisatie 2011 d) Groei en samenstelling cliëntenpopulatie. e) Uit de meerjarenbegroting afgeleide kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2017, en genormaliseerde trendmatige kasstromen vanaf 2018 tot aan einde levensduur. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met de effecten van de overgangsregeling 2012 - 2017. f) Vervangingsinvesteringen tot het niveau welke noodzakelijk worden geacht om het betreffende vastgoed tot aan einde levensduur in gebruik te houden. g) Een disconteringsvoet van 5%, zijnde de gemiddelde externe lange vermogenskosten van Gors. Directe opbrengstwaarden zijn ontleend aan taxaties door onafhankelijke externe taxateurs, uitgaande van verkoop in lege staat en kosten koper. Het verschil tussen de boekwaarde per 31 december 2011 en de contante waarde van de toekomstige kasstromen bij de locaties met een negatief verschil is € 401.000 afgeboekt van de vaste activa.
Pagina 53 van 82
Jaardocument 2011
In overeenstemming met de bepalingen van RJ 121 zijn de genoemde bijzondere waardeverminderingen in mindering op de boekwaarde van de betreffende activa en ten laste van het resultaat gebracht. Financiële vaste activa De financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen goedgekeurde kosten verminderd met de cumulatieve afschrijvingen. De jaarlijkse afschrijvingen worden berekend op basis van een vast percentage van die kosten conform deels de desbetreffende beleidsregels. Voorraden De voorraden worden gewaardeerd tegen de symbolische waarde van € 1,--. Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde. Indien instrumenten niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de resultatenrekening, maken eventuele direct toerekenbare transactiekosten deel uit van de eerste waardering. Verstrekte leningen en overige vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingverliezen. Gors maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de zorginstelling blootstellen aan markt- en/of kredietrisico‟s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen. Gors handelt niet in deze financiële derivaten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van Gors verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de krediet- of marktrisico‟s. Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van debiteuren en overige vorderingen zijn zeer gespreid en niet geconcentreerd waardoor kredietrisico’s nihil zijn. Renterisico en kasstroomrisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. De zorginstelling heeft derhalve als beleid om geen afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om (tussentijdse) rentefluctuaties te beheersen.
Pagina 54 van 82
Jaardocument 2011
Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, effecten, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan. De reële waarde van de overige in de balans verantwoorde financiële instrumenten wijkt niet materieel af van de boekwaarde. Vorderingen, schulden, overlopende activa en passiva De vorderingen schulden, overlopende activa en passiva zijn opgenomen naar nominale waarde onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vordering. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde Reserve Aanvaardbare Kosten Deze reserve is ontstaan doordat overschotten en tekorten ten opzichte van het budget niet verrekend worden met de AWBZ, maar binnen het fonds Reserve Aanvaardbare Kosten blijven. Bestemmingsreserve afschrijvingen inventaris In verband met de aanschaf van hulpmiddelen ter voorkoming van fysieke belasting heeft het GORS een bestemmingsreserve gevormd ter dekking van de afschrijvingskosten. Op de besteding van de bestemmingsreserve zijn geen verdere beperkingen opgelegd. Bestemmingsreserve afschrijvingen instandhouding In verband met de aanschaf van instandhoudinginvesteringen heeft het GORS een bestemmingsreserve gevormd ter dekking van de afschrijvingskosten. Toevoegingen en/of onttrekkingen aan de bestemmingsreserve egalisatie afschrijvingen worden verantwoord via de resultatenrekening. Deze bestemmingsreserve heeft grotendeels betrekking op investeringen in kleinschalige woonvoorzieningen. Als grondslag voor de dotaties fungeert de onderhoudsplanning en niet de op grond van de bekostigingssystematiek in de subsidie toegekende bedragen voor afschrijvingen. Op de besteding van de bestemmingsreserve zijn geen verdere beperkingen opgelegd. Bestemmingsreserve vervoer In verband met de aanschaf van bussen ten behoeve van de sector Dagbesteding LG is de afgelopen jaren deze bestemmingsreserve gevormd. Op de besteding van de bestemmingsreserve zijn geen verdere beperkingen opgelegd. Voorzieningen (algemeen) Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen. Wanneer verplichtingen naar verwachting door een derde zullen worden vergoed, wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen indien het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting. Pagina 55 van 82
Jaardocument 2011
Voorziening groot onderhoud Deze voorziening wordt jaarlijks met een bedrag verhoogd op basis van een onderzoek naar de verwachte kosten op de lange termijn en verminderd met de werkelijke uitgaven. Voorziening Uitgestelde Beloningen Deze voorziening dient ter dekking van de uitkering die genoten worden door de werknemers bij het bereiken van hun jubilea data en bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Uitgangspunten: Jubileumuitkeringen: - bij 12,5 jarig jubileum ontvangt werknemer 25% maandsalaris - bij 25 jarig jubileum ontvangt werknemer 50% maandsalaris - bij 40 jarig jubileum ontvangt werknemer 100% maandsalaris - bij pensioengerechtigde leeftijd 100% maandsalaris De blijfkans wordt bepaald o.b.v. ervaringscijfers. Disconteringsvoet 3,00%. Verwachte gemiddelde salarisstijging (inclusief promoties) 1,50%. Voorziening langdurig zieken Deze voorziening wordt opgenomen voor de toekomstige loonkosten van medewerkers die ultimo het verslagjaar langdurig ziek zijn en waarvan er geen uitzicht is op een spoedig herstel. Voorziening WGA/WIA eigen risicodragerschap Het GORS heeft ultimo 2009 besloten eigenrisicodrager te worden in het kader van de WGA/WIA om vervolgens deze her te verzekeren buiten het publieke bestel. Deze voorziening wordt opgenomen voor de toekomstige premiekosten die zijn ontstaan door medewerkers die ultimo het verslagjaar langdurig ziek zijn én waarvan door de verzekeringsmaatschappij wordt ingeschat dat er sprake zal van een schadelast (inlooprisico) dan wel aanspraak kunnen maken op een WGA uitkering. Disconteringsvoet 3,00% Voorziening Persoonlijk Budget Levensfase (PBL) Deze voorziening dient ter dekking van de toekomstige kosten door werknemers opgebouwde rechten van deze specifieke overgangsregeling in het kader van de PBL conform hoofdstuk 8A van de CAO GHZ. Het betreft: 1) (Overgangs)recht voor medewerkers van 50 tot t/m 64 2) Eenmalige storting van 200 uren voor medewerkers in de leeftijd van 45 tussen 50 jaar in de maand dat zij 55 worden. Uitgangspunten Bij het vormen van de voorziening is rekening gehouden met een blijfkans die wordt bepaald o.b.v. ervaringscijfers, een disconteringsvoet van 3,00% en een verwachte gemiddelde salarisstijging (inclusief promoties) van 1,50%. Voorziening verlieslatende contracten Er wordt in de balans een voorziening voor verlieslatende contracten opgenomen wanneer de door Gors naar verwachting te behalen voordelen uit een overeenkomst lager zijn dan de onvermijdbare kosten om aan de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst te voldoen. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de contante waarde van de verwachte nettokosten van de voortzetting van het contract, of indien dit lager is, tegen de contante waarde van de verwachte kosten voor de beëindiging van het contract zijnde enige compensatie of boete die voortvloeit uit het niet naleven van het contract. Disconteringsvoet van 5%.
Pagina 56 van 82
Jaardocument 2011
Voorafgaand aan de vorming van een voorziening wordt op de activa die betrekking hebben op het contract een bijzondere waardeverminderingverlies genomen. Pensioenen Gors heeft voor haar werknemers een toegezegd pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij Gors. De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Gors betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo 2012 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 97% (bron: web-site PFZW d.d. 20-03-2012). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 105% te hebben. Het pensioenfonds verwacht hieraan te kunnen voldoen en voorziet geen noodzaak voor de aangesloten zorginstellingen om extra stortingen te verrichten of om bijzondere premieverhogingen door te voeren (bron: website PFZW d.d. 20-03-2012). Gors heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. Gors heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord. 5.1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling De baten en lasten zijn toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op de balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Een uitzondering wordt gemaakt voor aanloop- en boekwaardeverliezen, waarop conform de goedkeuring een vastgestelde jaarlijkse afschrijving plaatsvindt. Het saldo van de resultatenrekening wordt bepaald uit het verschil tussen de AWBZ – vergoedingen en andere inkomsten verminderd met de lasten, met inachtneming van de beleidsregels cq waarderingsgrondslagen. Daarnaast is het totaal van de baten en lasten gebaseerd op de werkelijke kosten, tijdsevenredigheid, ramingen en capaciteiten. Baten en lasten uit voorgaande jaren (waaronder nagekomen budgetaanpassingen) die in dit boekjaar zijn geconstateerd, zijn aan dit boekjaar toegerekend. De rechten en verplichtingen uit hoofde van meerjarige financiële contracten, zoals huurcontracten worden niet in de balans geactiveerd en gepassiveerd, De lasten, die hieruit voortvloeien worden onder de bedrijfslasten verantwoord.
Pagina 57 van 82
Jaardocument 2011
5.1.4.4. Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaat uit liquide middelen. Ontvangen interest en ontvangen dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde interest wordt opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten. Algemene gegevens Gors biedt zorg en ondersteuning en mensen met een functiebeperking De statutaire vestigingsplaats van Gors is Goes, Stationspark 24. Inschrijvingsnummer Kamer Van Koophandel te Middelburg: 22055416
Pagina 58 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA 1. Materiële vaste activa De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
Terreinen (grond- en terreinvoorziening) Gebouwen Installaties Overige niet vergunningsplichtige vaste activa - onderhanden werk Financiële vaste activa Inventarissen Vervoermiddelen Automatiseringsapparatuur Instandhoudingsinvesteringen
1.257.231 9.384.449 2.451.917 0 929.744 1.676.737 142.935 120.404 973.490 16.936.907
1.276.612 7.476.149 1.131.902 1.503.732 1.039.768 1.471.167 27.285 79.715 1.116.082 15.122.412
929.744
1.039.768
39.284
136.345
969.028
1.176.113
15.967.879
13.946.299
2011 €
2010 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Af: afschrijvingen Af: bijzondere waardeverminderingen Af: desinvesteringen Bij respectievelijk af: mutatie voorziening dagbestedingslocaties
13.946.299 4.039.001 1.577.925 400.917 135.640 97.061
13.551.099 2.175.248 1.716.816 0 0 63.232
Boekwaarde per 31 december
15.967.879
13.946.299
Aanschafwaarde Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve bijzondere waardevermindering Cumulatieve afschrijvingen
23.716.509 0 400.917 7.347.713
22.256.462 0 0 8.310.163
Af: gerubriceerd onder financiële vaste activa Af: voorziening afstoting dagbestedingslocaties
Totaal materiële vaste activa Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
Toelichting: De voorziening afstoting dagbestedingslocaties wordt getroffen wegens het feit dat reeds afgestoten panden onder de overgangsregeling vallen ten gevolge van de invoering van integrale (intramurale) ZZP-tarieven. Het deel dat is opgenomen in de voorziening wordt gedek t door de overgangsregeling. Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa en de Kleinschalige Woonvoorzieningen per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 5.1.6. In toelichting 5.1.7 zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgek omen projecten.
Pagina 59 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA
2. Financiële vaste activa De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
Overige vorderingen
929.744
1.039.768
Totaal financiële vaste activa
929.744
1.039.768
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt: € Boekwaarde per 1 januari 2011 Af: waardeverminderingen Boekwaarde per 31 december 2011
1.039.768 -110.024 929.744
Pagina 60 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA 3. Voorraden De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
Overige voorraden:
1
1
Totaal voorraden
1
1
Toelichting: Gezien de vrij geringe omvang van de voorraden en de beperk te invloed van de voorraadmutaties op het resultaat, zijn de voorraden opgenomen tegen het symbolische bedrag van € 1,-- .
4. Vorderingen en overlopende activa De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
224.959
202.712
Overige vorderingen:
79.955
68.267
Belastingen en premies sociale verzekeringen
42.287
17.824
264.095
115.993
85.869
74.155
697.165
478.951
5.200
4.750
Vorderingen op debiteuren
Vooruitbetaalde bedragen: Nog te ontvangen bedragen: Totaal vorderingen en overlopende activa De voorziening die in aftrek op de vorderingen is gebracht, bedraagt
Pagina 61 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS
5. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en/of schulden uit hoofde van financieringsoverschot t/m 2009 €
2010 €
-741.818
57.789
183.433 558.385 741.818
24.587 -82.376 -57.789
-32.951
-32.951 208.020 476.009 651.078
Saldo per 31 december
0
0
-32.951
-32.951
Stadium van vaststelling (per erkenning):
c
c
a
Saldo per 1 januari Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Betalingen/ontvangsten Subtotaal mutatie boekjaar
2011 €
totaal € -684.029
-32.951
a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: ontvangen voorschotten Totaal financieringsverschil
2011 €
2010 €
28.357.658 28.390.609
26.999.989 26.942.200
-32.951
57.789
31-12-2011 €
31-12-2010 €
3.020.545
4.216.952
29.961
37.193
3.505
3.536
3.054.011
4.257.681
6. Liquide middelen De specificatie is als volgt:
Bankrekeningen Kassen Kruisposten Totaal liquide middelen
Toelichting: Er is een saldo- en rentecompensatieregeling, de k redietfaciliteit bij de Rabobank bedraagt € 1.250.000,-in rek ening-courant en bij de ING - bank bedraagt deze € 125.000. Als zek erheid voor de k redietfaciliteiten is verpanding van inventarissen en AWBZ-gelden verleend.
Pagina 62 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 7. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
363 6.855.673 168.696
363 6.276.480 166.587
Totaal eigen vermogen
7.024.732
6.443.430
Kapitaal Saldo per 01-01-2011 €
Resultaatbestemming €
Overige mutaties €
Saldo per 31-12-2011 €
363
0
0
363
363
0
0
363
Saldo per 01-01-2011 € 4.523.485
Resultaatbestemming € 738.863
Overige mutaties € 0
Saldo per 31-12-2011 € 5.262.348
Bestemmingsreserves: Bestemmingsreserve afschrijvingen inventaris Bestemmingsreserve afschrijvingen instandhouding Bestemmingsreserve vervoer
23.760 1.154.235 575.000
-7.920 -171.000 19.250
0 0 0
15.840 983.235 594.250
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
6.276.480
579.193
0
6.855.673
Saldo per 01-01-2011 €
Resultaatbestemming €
Overige mutaties €
Saldo per 31-12-2011 €
Algemene reserves
166.587
2.109
0
168.696
Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
166.587
2.109
0
168.696
Het verloop is als volgt weer te geven:
Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen Het verloop is als volgt weer te geven: Reserve aanvaardbare kosten
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Pagina 63 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 8. Voorzieningen Het verloop is als volgt weer te geven:
Voorziening groot onderhoud Voorziening uitgestelde beloningen Voorziening langdurig zieken Voorziening WGA/WIA eigen risicodrager Voorziening PBL Voorziening verlieslatende contracten Totaal voorzieningen
Saldo per 01-01-2011 €
Dotaties €
Ontrekkingen €
Saldo per 31-12-2011 €
907.400 379.100 154.000 161.400 1.953.000 0 3.554.900
21.000 51.700 109.500 0 105.000 858.000 1.145.200
129.000 19.500 148.500 34.200 100.000 0 431.200
799.400 411.300 115.000 127.200 1.958.000 858.000 4.268.900
Toelichting in welk e mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd: 31-12-2011 Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jr.) Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
811.774 3.457.126 1.247.987
9. Langlopende schulden De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
Schulden aan kredietinstellingen
4.729.915
5.195.541
Totaal langlopende schulden
4.729.915
5.195.541
2011 €
2010 €
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: aflossingen
5.451.520 0 255.979
5.707.499 0 255.979
Stand per 31 december
5.195.540
5.451.520
465.626
255.979
4.729.915
5.195.541
Het verloop is als volgt weer te geven:
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende schulden per 31 december
Toelichting in welk e mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd: Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
465.626 4.729.915 3.773.557
255.979 5.195.541 4.175.799
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar de bijlage overzicht langlopende schulden. De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden.
Pagina 64 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 10. Kortlopende schulden en overlopende passiva De specificatie is als volgt:
31-12-2011 €
31-12-2010 €
114.065 862.685 465.626 760.782 298.607 186.705 650.214 631.000 527.978 94.641 4.592.303
119.453 313.442 255.979 707.557 274.110 203.902 614.704 617.000 568.689 169.965 3.844.801
2011 €
2010 €
Nog niet bestede investeringsruimte per 1 januari Bij: indexering niet-bestede investeringsruimte Bij: investeringsruimte verslagjaar Af: investeringen verslagjaar
536.333 9.976 105.929 0
409.583 22.764 103.986 0
Beschikbare investeringsruimte 31 december
652.238
536.333
Nog te betalen rente Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Vakantiegeld Vakantiedagen Nog te betalen kosten Vooruitontvangen opbrengsten Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
11. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Verloopoverzicht investeringsruimte trekkingsrechten Het verloop is als volgt weer te geven:
Lopende investeringsprojecten leggen het volgende beslag op de beschikbare investeringsruimte:
Bankgaranties De Rabobank heeft de volgende bankgaranties afgegeven inzake huur:
Unit17 WV de Watertoren AC de Onderneming CK Stationspark
€
-
12.000 28.645 9.923 45.688
Pagina 65 van 82
Jaardocument 2011
5.1.5.TOELICHTING OP DE BALANS Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Kopieermachines Ten aanzien van de kopieermachines en printers zijn er per 2009 contractuele verplichtingen aangegaan in het kader van operational lease waarvan de jaarlast per 2011 € 53,608 bedraagt. De verplichtingen zijn aangegaan voor ca. 6 jaar. Daarnaast zijn er nog lopend contracten bij Océ Nederland voor kopieermachine's en printers. Per maand Totaalbedrag
€
9.878
Per jaar €
118.534
Busgebruik De contractuele verplichtingen die waren aangegaan t.b.v. busgebruik zijn allemaal geëxpireerd en niet verlengd. Hierdoor zijn er ultimo 2011 geen contractuele verplichtingen meer. Per maand Totaalbedrag
€
-
Per jaar €
-
Huurverplichtingen
Ten aanzien van huurcontracten gebouwen/woningen zijn er contractuele verplichtingen aangegaan in het kader van operational lease. De einddata van de verplichtingen variëren tussen een maandelijkse opzegtermijn en verplichtingen tot en met 2 december 2029. Per maand Totaalbedrag
€
230.801
Per jaar €
2.605.777
Pagina 66 van 82
Jaardocument 2011 5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi 5.1.6.1 WTZi-vergunningplichtige vaste activa
NZa-IVA
Grond
Gebouwen
€
Terreinvoorzieningen €
Verbouwingen €
Installaties
€
Aan MVA toe te rekenen €
€
Financiële vaste activa €
Subtotaal vergunning €
€ Stand per 1 januari 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
928.768 0 0
141.512 0 72.295
6.363.983 0 1.693.696
942.926 0 441.878
1.791.546 0 763.499
1.965.601 0 863.488
2.047.363 0 1.007.601
14.181.699 0 4.842.457
Boekwaarde per 1 januari 2011
0
928.768
69.217
4.670.287
501.048
1.028.047
1.102.113
1.039.762
9.339.242
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen - extra afschrijvingen NZa-niet goedgekeurd - bijzondere waardeverminderingen
0 0 0 0
0 0 0 0
0 7.076 7.544 0
5.937 133.217 57.196 124.202
0 23.573 398.505 0
13.090 80.567 45.659 120.772
0 82.814 0 0
0 110.018 0 0
19.027 437.265 508.904 244.974
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve afschrijvingen
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
202.430 202.430
309.321 309.321
0 0
511.751 511.751
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve afschrijvingen per saldo
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
172.402 39.288 133.114
0 0 0
0 0 0
172.402 39.288 133.114
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
0
0
-14.620
-308.678
-422.078
-367.022
-82.814
-110.018
-1.305.230
Stand per 31 december 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen - cumulatieve bijzondere waardeverminderingen
0 0 0
928.768 0 0
141.512 86.915 0
6.369.920 1.884.109 124.202
942.926 863.956 0
1.429.804 648.007 120.772
1.656.280 636.981 0
2.047.363 1.117.619 0
13.516.573 5.237.587 244.974
Boekwaarde per 31 december 2011
0
928.768
54.597
4.361.609
78.970
661.025
1.019.299
929.744
8.034.012
0,0%
0,0%
2,0%
5,0%
2,0%
5,0%
5,0%
%
Afschrijvingspercentage
Pagina 67 van 82
Jaardocument 2011 5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi 5.1.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa
Trekkings rechten €
Onderhanden Projecten €
Subtotaal
Onderhanden Projecten €
Subtotaal
€
Instandhouding €
Stand per 1 januari 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
0 0
Boekwaarde per 1 januari 2011
0 0
0 0
1.582.973 466.891
0 0
1.582.973 466.891
1.582.973 466.891
0
0
0
1.116.082
0
1.116.082
1.116.082
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen - bijzondere waardeverminderingen
0 0 0
0 0 0
0 0 0
119.605 148.504 111.167
0 0 0
119.605 148.504 111.167
119.605 148.504 111.167
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve afschrijvingen
0 0
0 0
0 0
158.707 158.707
0 0
158.707 158.707
158.707 158.707
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve afschrijvingen per saldo
0 0 0
0 0 0
0 0 0
2.526 0 2.526
0 0 0
2.526 0 2.526
2.526 0 2.526
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
0
0
0
-31.425
0
-31.425
-31.425
Stand per 31 december 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen - cumulatieve bijzondere waardeverminderingen
0 0 0
0 0 0
0 0 0
1.541.345 456.688 111.167
0 0 0
1.541.345 456.688 111.167
1.541.345 456.688 111.167
Boekwaarde per 31 december 2011
0
0
0
973.490
0
973.490
973.490
Afschrijvingspercentage
meldingsplichtige activa € €
10,0%
Pagina 68 van 82
Jaardocument 2011 5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi 5.1.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa
Inventaris €
Vervoermiddelen €
Automatisering €
Subtotaal WMG €
Onderhanden projecten €
Subtotaal niet vergun pli €
Stand per 1 januari 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
2.793.579 1.322.541
195.252 167.969
521.466 441.750
3.510.297 1.932.260
0 0
0 0
Boekwaarde per 1 januari 2011
1.471.038
27.283
79.716
1.578.037
0
0
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen
473.254 267.555
142.016 26.364
97.858 57.170
713.128 351.089
0 0
0 0
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve afschrijvingen
299.494 299.494
156.862 156.862
241.075 241.075
697.431 697.431
0 0
0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
205.699
115.652
40.688
362.039
0
0
Stand per 31 december 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
2.967.339 1.290.602
180.406 37.471
378.249 257.845
3.525.994 1.585.918
0 0
0 0
Boekwaarde per 31 december 2011
1.676.737
142.935
120.404
1.940.076
0
0
10,0%
20,0%
20,0%
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve afschrijvingen per saldo Mutaties in boekwaarde (per saldo)
Afschrijvingspercentage
0,0%
Pagina 69 van 82
Jaardocument 2011 5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi 5.1.6.4 Kleinschalige Woonvoorzieningen
€
Onderhanden Projecten €
Subtotaal Kleinschalige woonvoorzieningen €
913.767 0 578.953
309.438 0 279.650
1.503.732 0 0
4.944.181 0 1.855.261
0
334.814
29.788
1.503.732
3.088.920
3.267.429 0 137.626 0
0 0 0 0
0 0 78.955 44.776
1.423.669 0 20.839 0
-1.503.732 0 0 0
3.187.366 0 242.181 44.776
18.460 0 18.460
0 0 0
256.537 0 256.537
413.450 0 413.450
263.140 0 263.140
0 0 0
951.587 0 951.587
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0
-4.761
3.129.803
0
-78.955
1.402.830
-1.503.732
2.945.185
Stand per 31 december 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen - cumulatieve bijzondere waardeverminderingen
262.349 0 0 0
24.754 0 13.237 0
4.922.573 0 850.811 0
0 0 0 0
500.317 0 244.458 44.776
1.469.967 0 37.349 0
0 0 0 0
7.179.960 0 1.145.855 44.776
Boekwaarde per 31 december 2011
262.349
11.517
4.071.762
0
211.083
1.432.618
0
5.989.329
0,0%
10,0%
3,3%
0,0%
10,0%
10,0%
Grond
Gebouwen
€
Terreinvoorzieningen €
Verbouwingen €
Installaties
€
Aan MVA toe te rekenen €
Stand per 1 januari 2011 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
262.349 0 0
43.214 0 26.936
1.655.144 0 713.185
256.537 0 256.537
Boekwaarde per 1 januari 2011
262.349
16.278
941.959
Mutaties in het boekjaar - investeringen - overboeking - afschrijvingen - bijzondere waardeverminderingen
0 0 0 0
0 0 4.761 0
- terugname geheel afgeschreven activa - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen per saldo Mutaties in boekwaarde (per saldo)
Pagina 70 van 82 Afschrijvingspercentage
Jaardocument 2011 5.1.7.1 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN PROJECTEN Projectgegevens Nummer
Briefnummer
1 NVT 2 NVT
4 NVT 5 NVT
6 NVT 7 NVT 8 NVT 9 NVT 10 NVT 11 NVT 12 NVT 13 NVT
Totaal
Datum Omschrijving
Investeringen
WTZi-type
Niet vergunningsplichtig WTZi
-
DVO Brugzicht - renovatie De Cirkel
-
WV de Stromenwijk KSW WV Populierenstraat - nieuwbouw KSW
-
De Cirkel Stationspark Galerie de Kaai Nummer 9 WV de Olmenstraat De Cirkel AC Zeeuwsch - Vlaanderen De Cirkel
Vergunningsplichtig WTZi
instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen instandhoudingsinvesteringen
t/m 2010 €
2011 €
Goedkeuringen
t/m 2011 ondergereed handen € €
Nominaal bedrag WTZi €
Indexering WTZi €
Aangepaste goedkeuring €
0 0 0
13.090 5.937 19.027
13.090 5.937 19.027
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 5.937 5.937
0 1.503.732 1.503.732
23.342 3.164.024 3.187.366
23.342 4.667.756 4.691.098
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
11.715 13.917 30.077 15.763 4.410 7.627 7.530 28.566 119.605
11.715 13.917 30.077 15.763 4.410 7.627 7.530 28.566 119.605
0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
1.503.732
3.325.998
4.829.730
0
0
0
5.937
Pagina 71 van 82
Jaardocument 2011 5.1.7.2 SPECIFICATIE IN HET BOEKJAAR GEREEDGEKOMEN PROJECTEN Projectgegevens Nummer
Briefnummer
1 NVT 2 NVT
NVT 3 NVT
4 NVT 5 NVT 6 NVT 7 NVT 8 NVT 9 NVT 10 NVT 11 NVT
Totaal
Datum Omschrijving
-
DVO Brugzicht - renovatie De Cirkel
-
Investeringen
WTZi-type
Activapost
Niet vergunningsplichtig WTZi verbouwingen
WTZi €
WMG €
Overige €
Totaal €
Toekomstige lasten Afschrij-ving WTZi Rentekosten 1 €
0 5.937 5.937
0 0 0
13.090 0 13.090
13.090 5.937 19.027
655 297 952
550 297 847
WV de Stromenwijk Niet vergunningsplichtig WTZi installaties WV Populierenstraat - nieuwbouw Niet vergunningsplichtig WTZi verbouwingen
0 0 0
0 0 0
23.342 4.667.756 4.691.098
23.342 4.667.756 4.691.098
2.334 155.592 158.878
1.167 233.388 235.402
De Cirkel - tuin Niet vergunningsplichtig Stationspark - interne verbouwingen Niet vergunningsplichtig Galerie de Kaai - interne verbouwing Niet vergunningsplichtig Nummer 9 - vloerafwerking Niet vergunningsplichtig WV de Olmenstraat - vloerafwerking Niet vergunningsplichtig De Cirkel - diverse aanpassingen Niet vergunningsplichtig AC Zeeuwsch - Vlaanderen - CV - Niet installatie vergunningsplichtig De Cirkel - Koelinstallatie Niet vergunningsplichtig
0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
11.715 13.917 30.077 15.763 4.410 7.627 7.530 28.566 119.605
11.715 13.917 30.077 15.763 4.410 7.627 7.530 28.566 119.605
1.172 1.392 3.007 1.576 441 763 753 2.856 11.960
586 696 1.504 788 221 382 377 1.428 5.980
5.937
0
4.823.793
4.829.730
171.789
242.229
Vergunningsplichtig WTZi
Gebouwen
WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding WTZi instandhouding
Pagina 72 van 82
Jaardocument 2011 5.1.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2011
Leninggever
Datum
Totale Hoofdsom looptijd
Soort lening
€ Bank Nederlandse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten Bank Nederlandse Gemeenten ABN AMRO ING - Bank Rabo Beveland 3205.935.128 SNS Asset Management SNS Asset Management SNS Asset Management Totaal
30-aug-99 841.762 1-jun-04 587.794 15-apr-86 598.990 28-apr-05 334.209 3-feb-07 500.292 1-mrt-96 2.268.901 19-sep-94 69.882 1-jun-94 642.099 15-mei-85 832.687 2-jun-98 2.111.439
Werke- Restschuld 31 Nieuwe Restschuld Aflossing in Restschuld lijkedecember leningen in 31 december 2011 over 5 jaar rente 2010 2011 2011 %
40 20 40 30 30 10 20 40 40 40
hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire hypothecaire
5,05% 4,35% 7,68% 3,84% 4,33% 3,98% 5,30% 4,63% 2,75% 4,68%
€ 610.276 402.177 239.596 278.509 450.264 1.281.923 13.250 385.259 312.258 1.478.008 5.451.520
€ 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
€ 21.044 30.936 14.975 11.140 16.676 68.068 3.485 16.052 20.817 52.786 255.979
€ 589.232 371.241 224.621 267.369 433.588 1.213.855 9.765 369.207 291.441 1.425.222 5.195.540
Resterende Afloslooptijd Aflossing singsin jaren 2012 wijze eind 2011
€ 484.012 216.561 0 211.669 350.208 873.515 0 288.945 187.356 1.161.292 3.773.557
€ 28 12 15 24 26 18 3 23 14 27
lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair
21.044 30.936 224.621 11.140 16.676 68.068 3.485 16.052 20.817 52.786 465.626
De gestelde zekerheden bij alle leningen is de Staat der Nederlanden met uitzondering van de de lening Rabo Beveland 3205.935.128 (verpanding van AWBZ - gelden). Opmerking: De lening van de Bank Nederlandse Gemeenten dd 15 april 1986 wordt per 15 april 2012 volledig afgelost voor een bedrag van € 224.621.
Pagina 73 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 74 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING BATEN 13. Toelichting niet-gebudgetteerde zorgprestaties De specificatie is als volgt:
2011 €
2010 €
988.469 106.102
656.177 18.289
678.277
732.425
1.772.848
1.406.891
2011 €
2010 €
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (opleidingsfonds) Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies
42.356 46.305
53.607 43.796
Totaal
88.661
97.403
2011 €
2010 €
Administratieve dienstverlening Overige bijdragen Overige opbrengsten
103.389 10.242 5.747
50.702 23.836 39.868
Totaal
119.378
114.406
Zorgprestaties tussen instellingen Eigen bijdragen en betalingen cliënten voor niet-verzekerde zorg en opbrengsten uit aanvullende zorgverzekering Persoonsgebonden en -volgende budgetten Totaal 14. Subsidies De specificatie is als volgt:
15. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten De specificatie is als volgt:
Pagina 75 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING LASTEN 16. Personeelskosten De specificatie is als volgt:
2011
2010
€
€
14.647.255
14.115.459
Sociale lasten
1.927.709
1.820.273
Pensioenpremies
1.164.636
1.108.649
648.614
569.825
18.388.214
17.614.206
609.813
515.964
18.998.027
18.130.170
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's): Management Facilitair personeel DOEB Begeleiding Huishoudelijk personeel Overig personeel
5,60 35,83 13,96 339,64 20,05 2,29
5,60 33,98 12,51 330,10 21,88 7,42
Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden
417,37
411,49
Lonen en salarissen
Andere personeelskosten Subtotaal Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
Pagina 76 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING LASTEN 17. Afschrijvingen vaste activa De specificatie is als volgt:
2011 €
2010 €
327.247 110.018
319.120 110.018
Overige afschrijvingen: - materiële vaste activa
1.250.678
1.397.696
Totaal afschrijvingen
1.687.943
1.826.834
Nacalculeerbare afschrijvingen: - materiële vaste activa - financiële vaste activa
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding afschrijvingslasten
2011 €
Totaal afschrijvingslasten resultatenrekening
1.687.943
waarvan nacalculeerbare afschrijvingen
437.265
In het externe budget verwerkte vergoeding voor afschrijvingslasten: - WTZi-vergunningplichtige vaste activa - WTZi-meldingsplichtige vaste activa - WMG-gefinancierde vaste activa - Kleinschalige Woonvoorzieningen Totaal vergoeding afschrijvingslasten
437.265 148.504 859.993 242.181 1.687.943
Aanschafwaarde desbetreffende vaste activa Cumulatieve afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa Cumulatieve vergoedingen voor afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa
25.763.872 8.426.048 8.426.048
18. Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa De specificatie is als volgt:
2011 €
2010 €
Bijzondere waardeverminderingen van: - materiële vaste activa
400.917
0
Totaal
400.917
0
Pagina 77 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING LASTEN 19. Overige bedrijfskosten De specificatie is als volgt:
2011 €
2010 €
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten
1.352.309
1.169.387
Algemene kosten
1.593.071
1.252.756
Patiënt- en bewonersgebonden kosten
1.111.136
1.159.104
Onderhoud en energiekosten: - Onderhoud - Energie gas - Energie stroom - Energie transport en overig Subtotaal
858.378 225.266 167.628 260.473 1.511.745
548.674 0 0 636.054 1.184.728
Huur en leasing
2.481.076
2.534.871
8.049.338
7.300.846
-39.000 -34.200 5.000 32.200 -108.000 858.000 714.000
93.000 -17.600 1.149.000 45.900 -66.650 0 1.203.650
8.763.338
8.504.496
2011 €
2010 €
Rentebaten
54.167
62.702
Rentelasten
-244.329
-256.002
Totaal financiële baten en lasten
-190.162
-193.300
Dotaties en vrijval voorzieningen
Voorziening Langdurig zieken Voorziening WGA Voorziening PBL Voorziening uitgestelde beloningen Voorziening groot onderhoud Voorziening verlieslatende contracten
Totaal overige bedrijfskosten
20. Financiële baten en lasten De specificatie is als volgt:
21. Buitengewone baten en lasten Toelichting: In 2011 is er geen sprak e van buitengewone baten en lasten.
Pagina 78 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING LASTEN 22. Bezoldiging bestuurders en toezichthouders Welk bestuursmodel is van toepassing op uw organisatie? Eindeverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht Wat is de samenstelling van het bestuur of de directie? Eenhoofdig De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders van de zorginstelling over het jaar 2011 is als volgt: Naam
J.B. Hulstein
1 Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? 2 Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur? 3 Tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie?
01-01-1998 Ja nvt
4 Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van het bestuur geweest?
Ja
5 Zo ja: hoeveel maanden is de persoon voorzitter geweest in het verslagjaar? 6 Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst? 7 Welke salarisregeling is toegepast? 8 Wat is de deeltijdfactor? (percentage) 9 Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen a. Waarvan: verk oop verlofuren b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren 10 Bruto-onkostenvergoeding 11 Werkgeversbijdrage sociale lasten 12 Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU 13 Ontslagvergoeding 14 Bonussen 15 Totaal inkomen (9 t/m 14, excl. 9a en b) 16 Cataloguswaarde auto van de zaak 17 Eigen bijdrage auto van de zaak
12 Onbepaalde tijd Oude NVZD - regeling
1 3 100% €
131.273
€ € € € € € € € € €
2.919 2.367 14.450 151.009 -
De bezoldiging van de leden van de raad van toezicht van de zorginstelling over het jaar 2011 is als volgt:
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Naam
Functie
mevr. M.G.M. Cazemier - Kleij dhr. J.J. Zielstra mevr. C.J. Holty - van der Vlekken dhr. A. Dieleman dhr. C.N. de Kuijper dhr. J.F. Eijlander dhr. J.M. van Stel dhr. D J. van der Zaag mevr. B.A. Schroevers - Loos
voorzitter vice - voorzitter
Bezoldiging
per 01-07-2011 t/m 30-06-2011 t/m 30-06-2011 per 01-07-2011
7.617 6.348 2.539 5.078 2.539 2.539 2.539 5.078 5.078
Pagina 79 van 82
Jaardocument 2011
5.1.9 TOELICHTING RESULTATENREKENING LASTEN 23. Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) Toelichting: Er zijn geen salarissen en/of vergoedingen betaald die op grond van de Wet Openbaarmak ing uit Publiek e middelen gefinancierde Topink omens (WOPT) openbaar gemaak t dienen te worden.
24. Honoraria accountant
2011 €
2010 €
De honoraria van de accountant over 2011 zijn als volgt: 1 2 3 4
Controle van de jaarrekening (2011: inclusief € 7.361 naverrekening 2010) Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC en Nacalculatie) Fiscale advisering Niet-controlediensten
Totaal honoraria accountant
40.938 13.640 8.553 0
29.925 13.135 29.277 5.950
63.131
78.288
25. Transacties met verbonden partijen Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de instelling, haar deelnemingen en hun Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan met zakelijke grondslag. De bezoldiging van de bestuurders en toezichthouders is opgenomen onder punt 22. 26. Overige gegevens 26.1. Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De Raad van Bestuur van het Gors heeft de jaarrekening 2011 vastgesteld in de vergadering van 7 mei 2012. De Raad van Toezicht van het Gors heeft de jaarrekening 2011 goedgekeurd in de vergadering van 23 mei 2012. 26.2. Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening. 26.3. Gebeurtenissen na balansdatum Geen. 26.4. Ondertekening door bestuurder en toezichthouders De originele jaarrekening 2011 is ondertekend door de raad van bestuur en de raad van toezicht. 26.5. Controleverklaring De controleverklaring is opgenomen op bladzijde 19.
Pagina 80 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 81 van 82
Jaardocument 2011
Pagina 82 van 82