Bestuurs OndersteuningsProfiel 2014-2015
Clusters maken Passend Onderwijs
Pag.
Inhoudsopgave
2
Inleiding
3
Onderwijsvisie Strategisch beleidsplan Dynamiek Scholengroep 2011-2015
4
De vijf niveaus van ondersteuning binnen Dynamiek Scholengroep Basisondersteuning: niveau 1 en 2 Lichte ondersteuning: niveau 3 en 4 Zware ondersteuning: niveau 5
5 6 9
Werken met ondersteuningsteams
12
De financiering van de ondersteuningsteams 2014-2015
16
Kengetallen
18
Monitoren van resultaat
20
Jaarplan 2014-2015
21
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1: 2: 3: 4:
Clusterindeling van de scholen Samenhang tussen onderwijs en jeugdzorg in Noord-Limburg Ondersteuningsarrangement de Twister het overzicht van de inkomsten en de uitgaven van de ondersteuningsgelden 2014-2015.
2
BestuursOndersteuningsProfiel Dynamiek Scholengroep 2014-2015
Inleiding Met de invoering van de Wet op Passend Onderwijs is het SWVB Horst-MaasdorpenSevenum (brinnummer 26 TG) opgegaan in het SWVB PO 3101 Venlo, Venray e.o. De samenwerkende besturen van alle scholen voor Primaire Onderwijs hebben afgesproken dat elk bestuur een School- en een BestuursOndersteuningsProfiel hanteert. In schooljaar 2013-2014 is een eerste aanpassing van het BestuursOndersteuningsProfiel van Dynamiek Scholengroep opgesteld. De definiëring van de niveaus van zorg is aangepast aan de nieuwe wet- en regelgeving en gebaseerd op de afspraken die hierover zijn gemaakt op het niveau van SWVB 3101. Het BestuursOndersteuningsPlan bevat zowel het Ondersteuningsprofiel op bestuursniveau als de planning gericht op een verdere ontwikkeling van onderwijskwaliteit. In onderstaand BestuursOndersteuningsProfiel wordt aangegeven op welke wijze Dynamiek Scholengroep de ambities van de scholen ondersteunt m.b.t. Passend Onderwijs.
Dynamiek Scholengroep Postbus 6162 5960 AD Horst Tel.: 077-4678020 Email:
[email protected] Website:www.dynamiek.nu Bezoekadres: Expeditiestraat 3A 5961 PX Horst
SWVB PO 3101 Venlo, Venray e.o. Postbus 6162 5960 AD Horst tel.: 077-4678020 Email:
[email protected]
3
Onderwijsvisie
Strategisch beleidsplan Dynamiek Scholengroep 2011-2015 In het strategisch beleidsplan Dynamiek Scholengroep 2011-2015 geeft het bestuur aan welke ontwikkelingen zij de komende jaren wil doormaken. Er worden vier hoofdthema‟s genoemd: 1. opbrengstgericht werken 2. de integratie van leerlingen met specifieke behoeften in school en samenleving 3. de plek van de school in de samenleving 4. professionaliteit en tevredenheid van onze medewerkers Voor de uitwerking van het BestuursOndersteuningsProfiel is hoofdthema 2 leidend. Onderstaand het citaat uit het Strategisch beleidsplan ( “Strategisch van plan, deel 2”, pag.26-27, jan.2011) “De integratie van leerlingen met specifieke behoeften in school en samenleving In de afgelopen jaren is er een degelijk zorgsysteem ontwikkeld en is de deskundigheid van onze medewerkers vergroot. In het kader van Passend Onderwijs zullen individuele scholen én alle scholen gezamenlijk de ambities en de grenzen van onze zorg beter moeten beschrijven. Dynamiek Scholengroep wil, waar mogelijk, leerlingen die speciale zorg nodig hebben een passend onderwijsaanbod aanbieden binnen de eigen scholen. We gaan op zoek naar nieuwe vormen van differentiatie om het huidige aanbod verder te verbreden. Dynamiek Scholengroep blijft het uitgangspunt hanteren dat specifieke voorzieningen (speciaal onderwijs) noodzakelijk blijven. Er zullen dan ook waterdichte afspraken gemaakt moeten worden met de speciale voorzieningen in de regio. Resultaat in 2015 De leerlingvolgsystemen van onze scholen zijn goed ingericht en voorzien de scholen van heldere informatie. We gaan proactief in op hulpvragen van de leerlingen op cognitief en sociaal-emotioneel terrein. Uiterlijk in 2015 beschrijven we voor alle ‘zorg’-leerlingen binnen ons werkgebied het ontwikkelingsperspectief. De scholen hebben elk een onderwijszorgprofiel vastgesteld dat deel uitmaakt van een dekkend regionaal onderwijszorgaanbod. De medewerkers voldoen aan de professionele functie-eisen behorend bij het onderwijszorgprofiel. De school beschikt over ondersteuning voor leraren en leerlingen bij specialistische (ortho)pedagogische, (ortho)didactische en psychosociale vragen. Voor alle leerlingen is een effectieve overdracht van en naar een andere school georganiseerd. Dynamiek Scholengroep heeft de medezeggenschap over het onderwijszorgprofiel en de zorgmiddelen conform WMS/WOR geregeld. Er is een klachtenregeling en Dynamiek Scholengroep is aangesloten bij de geschillencommissie Zorgplicht Passend onderwijs. Alle scholen leggen (achteraf) verantwoording af over de besteding van de toegekende zorgmiddelen en de behaalde resultaten. Dynamiek Scholengroep ontwikkelt nieuwe modellen van differentiatie die leerlingen kansen bieden om zich te ontwikkelen conform hun mogelijkheden. Dynamiek Scholengroep neemt actief deel aan de samenwerking in de regio.”
4
De vijf niveaus van ondersteuning op de scholen van Dynamiek Scholengroep
Dynamiek Scholengroep kent de volgende vijf niveaus van ondersteuning: Basisondersteuning o niveau 1: groepsplan/handelingsplan onder verantwoording van de leerkracht. o
Niveau 2: handelingplan met ondersteuning van de Intern Begeleider (IB-er)* en waarbij een beroep gedaan kan worden op de regulier beschikbare middelen.
Lichte ondersteuning o niveau 3: arrangementen: alle extra in te zetten ondersteuningsmiddelen (expertise t/m SO) op de eigen school of in combinatie met andere scholen. o
Niveau 4: plaatsing SBO
Zware ondersteuning o Niveau 5: plaatsing SO *Dynamiek Scholengroep kent de functie IB-er en de functie LB-leerkracht met de taak coördinatie van de leerling-ondersteuning. Beide functies zijn aan elkaar gelijk. Met het oog op de leesbaarheid van dit stuk spreken we steeds over IB-er. Impliciet bedoelen we dan ook de functie LB-leerkracht met de taak coördinatie van de leerling-ondersteuning. Het bepalen van het ondersteuningsniveau van een leerling. Indien overwogen wordt om een leerling in een ander ondersteuningsniveau te plaatsen wordt dit vanaf het begin met ouders besproken. Partnerschap met ouders is hierbij het uitgangspunt. Op niveau 1 gebeurt dit door de leerkracht op basis van observaties, gesprekken met leerlingen en ouders en informatie uit het leerlingvolgsysteem. De ondersteuningsinhoud is terug te vinden in het groepsplan. Op niveau 2 gebeurt dit door de leerkracht in samenspraak met de IB-er en ouders. De beschrijving van de ondersteuning is terug te vinden in de groepsplannen of in het HGPD-verslag. De vorm en inhoud van de ondersteuning zijn met de ouders en de leerling besproken. Op niveau 3 gebeurt dit door de IB-er in samenspraak met een of meer leden van het ondersteuningsteam van het cluster; de ouders en de leerling. De ondersteuning wordt genoteerd in het HGPD en is terug te vinden in de groepsplannen. Op het niveau van 4 en 5 is sprake van interdisciplinair (Ondersteuningsloket OSL) overleg waarbij de leerkracht, de IB-er, leden van het ondersteuningsteam en ouders betrokken zijn o.l.v. de BOC-er. Als er een Toelaatbaarheidverklaring (TLV) afgegeven wordt zijn er minimaal twee psychologen/orthopedagogen bij het gesprek aanwezig. De verslaggeving is terug te vinden in het HGPD-verslag. 5
Omschrijving van de basisondersteuning op het niveau van Dynamiek Scholengroep Dit omvat de ondersteuning op niveau 1 en 2. o Preventieve en licht curatieve interventies Het eerste aspect van de basisondersteuning is gericht op de ondersteuningsmogelijkheden die de school biedt, al dan niet in samenwerking met partners. De interventies die bij de basisondersteuning horen zijn: • Vroegtijdige signalering van leer-, opgroei- en opvoedproblemen. Alle scholen van Dynamiek Scholengroep gebruiken minimaal een leerlingvolgsysteem voor kleuters en het LOVS om de ontwikkeling binnen de leerprestaties te volgen. De scholen gebruiken een leerlingvolgsysteem voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. De scholen analyseren en evalueren jaarlijks de resultaten van de leerlingen en stellen aan de hand daarvan hun onderwijsaanbod bij. • De zorg voor een veilig schoolklimaat. Op dit moment verschillen scholen van Dynamiek Scholengroep in de vormgeving en inhoud van hun veiligheidsplan. Voor de toekomst is het een aandachtspunt om m.b.t. de inhoud eenduidigheid te creëren. • Aanpak gericht op sociale veiligheid en voorkomen van gedragsproblemen. De scholen hanteren allemaal een pestprotocol als onderdeel van het veiligheidsplan. Om te diagnosticeren hanteren alle scholen een leerlingvolgsysteem voor de sociaalemotionele ontwikkeling. Steeds meer wordt er gebruik gemaakt van de Preventieve Ambulante Begeleiding van REC-4 om preventief een handelingsplan op te stellen voor een individuele leerling of voor een (deel)groep. Dit kan de komende jaren verder worden uitgewerkt. • Een aanbod voor leerlingen met dyslexie of dyscalculie. Alle scholen van Dynamiek Scholengroep hanteren het dyslexieprotocol. Hierin is de diagnostiek en de noodzakelijke behandeling vastgelegd. Uit de WMK-analyse blijkt dat alle scholen ruim voldoende scoren op de begeleiding van dyslexie, dat ze de behoefte aan stimuleren van de leesmotivatie onderkennen en dat er voldoende aandacht is voor beginnende leesactiviteiten. Alle scholen hebben aandacht voor het voortgezet technisch lezen; de meesten scholen hanteren hierbij een methode. Aandachtspunten zijn: - de tussenopbrengsten lezen in groep 3 en 4. In de opbrengstbesprekingen binnen het cluster wordt dit onderdeel nadrukkelijk meegenomen. - de diagnostiek en behandeling voor dyscalculie. We volgen de landelijke ontwikkelingen. In schooljaar 2014-2015 volgt een groep leerkrachten en IB-ers een scholing m.b.t. het ERWD. • een afgestemd aanbod voor leerlingen met meer of minder dan gemiddelde intelligentie. Dynamiek Scholengroep heeft beleid geformuleerd m.b.t. het leerstofaanbod voor leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. Alle scholen hebben toegang tot de diagnostische module Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid (DHH). De afspraak is dat per 01-08-2015 het leerstofaanbod voor leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong is geïmplementeerd. Alle leerkrachten hebben in hun cluster een studiemiddag gevolgd over dit onderwerp. In elk cluster is een expertisegroep over dit onderwerp gevormd. Van elke school is minimaal een teamlid met affiniteit met dit onderwerp deelnemer aan dit netwerk. Deze netwerken verdiepen zich in het onderwijs aan kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en stimuleren de collega‟s binnen de eigen school door het overdragen van kennis en ideeën. • Een toegankelijk schoolgebouw met aangepaste werkruimtes en hulpmiddelen.
6
In principe zijn alle scholen toegankelijk voor leerlingen met een motorische handicap. Daar waar nodig wordt, in overleg met de zorgverzekeraar, aangepast meubilair en/ of hulpmiddelen aangeschaft. • een protocol voor medische handelingen. Binnen de JGZ is het afgelopen jaar een protocol ontwikkeld. Dit is beschikbaar voor alle scholen en zal het komende schooljaar vastgesteld worden voor alle scholen. Het toedienen van insuline bij kinderen met dabets blijft een lastig onderwerp omdat het om medische handelingen gaat waartoe de leerkracht niet bevoegd is. Het onderwerp heeft de aandacht van de minister. We volgen de ontwikkelingen. o Ondersteuningsstructuur Bij dit aspect van de basisondersteuning gaat het om de expertise die in de school aanwezig is om interventies te plegen, de manier waarop dat in de school georganiseerd is en met welke onderwijs-en ketenpartners wordt samengewerkt. Elke school binnen Scholengroep Dynamiek heeft een of meerdere IB-er(s) of een leerkracht(en) LB met zorgtaken. De IB-er coördineert de zorg binnen en buiten school. Uit de analyse van WMK blijkt dat: - alle IB-ers in staat zijn externe expertise in te schakelen als dat nodig is; - ze voldoende zijn gekwalificeerd; - ze voldoende kennis hebben van de doelgroep. Aandachtspunten zijn: - de hoeveelheid tijd die de IB-er beschikbaar heeft om de taken uit te voeren; - de inhoud van het takenpakket. De professionals die van buiten de school direct beschikbaar zijn voor het ondersteuningsaanbod zijn: de gezinscoach, de schoolarts; ambtenaar Leerplicht en de medewerkers van het Ondersteuningsloket. Binnen WMK is op schoolniveau geïnventariseerd: • de functies en taakprofielen binnen de school die een beeld geven van de ondersteuningstructuur; • de gemiddelde groepsgrootte en beschikbare personeelsformatie per groep; • gecertificeerde expertise binnen de school. De scholen maken hierin hun eigen keuzes en geven op deze manier vorm aan de onderwijskwaliteit die het beste aansluit bij de schoolpopulatie. De scholen verschillen dus in de specifieke deskundigheid die ze in huis hebben. o Planmatig werken De scholen werken planmatig, dat wil zeggen dat ze systematisch in kaart brengen welke onderwijsbehoefte de leerlingen hebben. Op basis daarvan organiseren ze een passend onderwijsaanbod en evalueren dat regelmatig. Als het nodig is, kan de school bovendien aanvullende expertise inschakelen. De standaarden die de onderwijsinspectie hanteert voor dit geheel van „planmatig werken‟ zijn leidend voor de beoordeling van de kwaliteit hiervan. Alle scholen werken met groepsplannen waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven. De leerkrachten bespreken minstens twee keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplannen met de intern begeleider. Voor alle leerlingen die een eigen leerlijn krijgen wordt een (voorlopig) Ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld. Alle scholen werken volgens het model van HGPD. Dat wil zeggen: • leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en het analyseren van toetsen; • leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega‟s; • leerkrachten werken samen met hun leerlingen om ze zoveel mogelijk eigenaar te laten worden van hun ontwikkeling; 7
• leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundigen en partners bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak; • leerkrachten benoemen uitdagende maar reële SMART-doelen voor de lange (einde schooljaar) en voor de korte (tussendoelen) termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega‟s. o Basiskwaliteit Dit aspect van de basisondersteuning verwijst naar het toezichtkader van de inspectie van het onderwijs en naar het meest recente oordeel van de inspectie van het onderwijs over de kwaliteit van de school. Het streven is om de kwaliteit van alle scholen naar het niveau te brengen dat door de inspectie als voldoende wordt beoordeeld. Bewaking hiervan vindt plaats op school-, cluster- en bestuursniveau. Versterken van de basisondersteuning op de scholen van Dynamiek Scholengroep o Door een goed leerlingvolgsysteem en door preventieve investeringen leerproblemen of te grote achterstanden voorkomen. o Scholen moeten verder groeien richting teamaanpak i.p.v. de individuele leerkracht in de klas. De cultuur „leren van elkaar!‟ in de school is van groot belang. Samen verantwoordelijk zijn voor alle leerlingen. Een belangrijke waarde is openheid naar elkaar toe als leerkrachtenteam. In schooljaar 2014-2015 wordt binnen Dynamiek Scholengroep gewerkt aan het traject “Samen leren inhoud geven” met ondersteuning van School aan Zet. Met de bedoeling de opgedane kennis en ervaringen het volgende schooljaar te verbreden naar alle scholen. o De organisatie van het onderwijs gaat er anders uit zien. Door een organisatieaanbod te kiezen dat niet alleen uit gaat van leeftijd maar ook zoekt naar een aanbod dat past bij het ontwikkelingsniveau van leerlingen. o Werken volgens het model van Handelings Gerichte Proces Diagnostiek (HGPD). o De basiszorg, het onderwijs in de groep, versterken door gerichte interventies. De focus dient te liggen op uitbreiding van de leerkrachtvaardigheden m.b.v. scholing en coaching in de klas. o Het protocol Dyslexie werkt preventief; het werken met protocollen kan verbreed worden naar andere gebieden: b.v. dyscalculie of meerbegaafdheid. o Waar mogelijk scholing bundelen op cluster- en/of Dynamiekniveau.
De ondersteuningstructuur op schoolniveau Binnen elke school heeft de IB-er een centrale rol: hij/zij coördineert intern maar ook de ondersteuning die van buiten af naar binnen wordt gehaald. Op schoolniveau betekent dit: o ondersteuning in de zin van een klankbord van de leraar m.b.t. het versterken van de basiskwaliteit van het onderwijs: prioriteiten (leren) stellen en/of aanpassing in klassenmanagement bespreken en/of onderwijstijd inzetten als effectieve leertijd; o het voeren van doelgerichte gesprekken gericht op het zoeken naar de oplossing: HGPD. Niet alle onderzoeken zijn nodig om morgen de volgende stap te kunnen zetten; o intervisie op schoolniveau organiseren: gebruik maken van elkaars kwaliteiten; o trendanalyses maken en interventies plegen; o speciale kwaliteiten van leraren binnen het team explicieter benutten zodat een meer flexibele inzet op vraag van een leerkracht snel mogelijk is; o ondersteuning in de zin van observatie en coaching. 8
Omschrijving van de Lichte ondersteuning op het niveau van Dynamiek scholengroep Dit omvat de ondersteuning op niveau 3 en 4.
Niveau 3: De ondersteuning op clusterniveau Door de combinatie van grotere en kleinere scholen binnen een cluster ontstaan meer mogelijkheden; bijvoorbeeld door leerlingen in dagdelen in een aparte groep op te vangen. Denk daarbij aan dagdelen voor meerbegaafde leerlingen of een taalgroep voor anderstaligen. Het ondersteuningsteam van het cluster kan gevormd worden door de volgende personen: de BOC-er, de IB-ers van het cluster, orthopedagoog/GZ-psycholoog van BCO, een psychologisch assistente van BCO, onderwijsassistenten, de AB-ers uit de REC‟s 1,2,3 en 4, gezinscoach, de AB-er van Dynamiek Scholengroep. Maar ook teamleden uit het cluster die gespecialiseerd zijn in een vorm van ondersteuning. Elk cluster vormt zijn eigen ondersteuningsteam afgestemd op de ondersteuningsbehoeften van de leerlingen van het cluster. De ketenpartners: Zie bijlage 3: samenhang tussen onderwijs en jeugdzorg in Noord-Limburg Alle scholen kopen ondersteuning in voor de individuele leerlingenzorg bij BCO Onderwijsadvies in de vorm van orthopedagoog of psycholoog. Deze hulp wordt ingezet op het niveau van coaching van de IB-er en de leerkracht en voor verdiept onderzoek. Alle scholen kunnen rechtstreeks contact opnemen met de schoolarts.(JGZ) Alle scholen hebben een directe lijn met Leerplichtzaken. Alle scholen hebben in de persoon van de wijkagent een vast contactpersoon bij de politie. De Gemeente Horst aan de Maas verzorgt een risicogerichte benadering voor leerlingen in de basisschoolleeftijd. Op verzoek wordt door een logopediste een taalscreening uitgevoerd. Via de BOC-er kunnen de scholen contact leggen met de instroomcoördinator van de Mutsaerstichting. (Kind- en Jeugdpsychiatrie). Met de inzet van de ondersteuningsteams bereiken we dat: o de ondersteuning snel bij de leraar en de leerling komt; korte lijnen met zo min mogelijk bureaucratie. o planmatig werken versterkt wordt volgens de werkwijze van HGPD; denken in mogelijkheden en oplossingen. o interventies passen in de klassen- en schoolsituatie; interventies moeten direct uitvoerbaar zijn. o noodzakelijk onderzoek (diagnostiek) snel kan worden uitgevoerd. o de leerkracht in de groep deskundiger wordt en we de samenwerking tussen leerkrachten bewuster gebruiken.
In een enkele situatie kan geconcludeerd worden dat het niet meer verantwoord is om het kind in de basisschoolsetting te handhaven maar dat de ondersteuningsbehoefte ligt op niveau van 4 of 5. De twee vragen die steeds beantwoord moeten worden zijn: welke ondersteuningsbehoefte heeft dit kind en in welke setting kan dit geboden worden zodat het kind in ontwikkeling blijft?
9
Deze afweging gebeurt in een zorgvuldige procedure. D.w.z. alle niveaus van ondersteuning moeten doorlopen zijn, of in elk geval besproken zijn vanuit het oogpunt van HGPD. Grenzen van de basisschool zijn bereikt als: het team de ondersteuning niet kan bieden die het kind nodig heeft om zich te ontwikkelen. Ook met inzet van de mogelijkheden van het ondersteuningsteam van het cluster er sprake is van handelingsverlegenheid en/of de veiligheid van andere leerlingen niet kan worden gewaarborgd.
Niveau 4: De ondersteuning in het SBO SBO de Twister verzorgt onderwijs op maat aan leerlingen die een speciale begeleiding nodig hebben en deze begeleiding op de basisschool niet (meer) kunnen krijgen omdat de problemen van deze leerlingen de ondersteuningsmogelijkheden van de basisschool overschrijden. Het gaat hierbij vaak om leerlingen die een combinatie van ontwikkelingsproblemen hebben en waarbij vanuit verschillende invalshoeken hulp geboden moet worden. Er kan sprake zijn van leervoorwaardenproblemen en/of problemen op het gebied van lezen, rekenen, spelling of schrijven. Dit kan samen gaan met werkhoudingsproblemen, spraaktaalproblemen, motorische problemen, emotionele problemen en/of gedragsproblemen. Bij de samenstelling van de groepen wordt gekeken in welke groep een leerling het beste past op basis van zijn/haar sociaal-emotionele ontwikkeling. Ook leeftijd is een beslisfactor. De groeps-samenstellingen wisselen jaarlijks en soms ook tussentijds omdat leerlingen zich in een verschillend tempo ontwikkelen en omdat de instroom dwars door alle leeftijdsgroepen heen gebeurt. Binnen een SBO-groep zijn vaak leeftijdsverschillen van twee, soms drie jaar. Wat betreft de leervakken werkt het SBO in niveaugroepen die de samenstelling van de basisgroepen overstijgen. Leerlingen worden ingedeeld op basis van wat ze kennen en kunnen. Ook binnen deze niveaus krijgen leerlingen in nog kleinere groepjes uitleg van de leerstof. Wat betreft technisch en begrijpend lezen, rekenen en taal, streeft SBO de Twister er naar om voor elk kind een zo hoog mogelijk uitstroomniveau te bereiken. Daarnaast is er in het dagprogramma veel tijd en aandacht voor het aanleren van sociale vaardigheden en het verkrijgen van inzicht in sociale situaties. En is er ruime aandacht voor de werkhoudingaspecten van elke leerling. Onderwijsarrangement op de Twister De Twister bestaat uit twee scholen: een school voor regulier basisonderwijs en een school voor speciaal basisonderwijs; elk met een eigen brinnummer. De ontwikkelingsgerichte benadering zorgt er voor dat in enkele gevallen en op specifieke onderdelen, de optimale aansluiting bij het kind gevonden wordt, op de andere school dan de school waarbij het kind is ingeschreven. Te denken valt bijvoorbeeld aan een BaO-leerling die profiteert van de structuur en stapsgewijze aanpak bij rekenen in het SBO, een SBO-leerling die meer uitdaging krijgt in BaO door mee te doen bij wereldoriëntatie of rekenen; een SBO-leerling die gedeeltes van de dag meedoet in het BaO ter voorbereiding op terugplaatsing in het regulier onderwijs. In al deze situaties wordt een ondersteuningsarrangement voor dit kind gemaakt, waardoor het mogelijk wordt optimaal te profiteren van elkaars nabijheid om zo goed mogelijk aan te kunnen sluiten bij het kind en zijn mogelijkheden. Dit ondersteuningsarrangement wordt altijd in overleg met leerkrachten, IB-ers en ouders gemaakt en wordt regelmatig met de betrokkenen geëvalueerd. Daarbij blijft de stamgroep- leerkracht eindverantwoordelijk en aanspreekpunt.
10
Een leerling kan in aanmerking komen voor een ondersteuningsarrangement nadat een checklist is doorlopen. Zie hiervoor de bijlage 3. Terugplaatsingsbeleid In schooljaar 2014-2015 wordt het beleid en de daartoe behorende procedure opgesteld. Omschrijving van de zware ondersteuning op het niveau van Dynamiek Scholengroep
Op ondersteuningsniveau 5 maakt Dynamiek Scholengroep gebruik van de expertise die aanwezig is op de scholen voor REC-1, REC-2, REC-3 en REC-4 zowel binnen als buiten het samenwerkingsverband. Leerlingen die deze zware vorm van ondersteuning nodig hebben, worden geplaatst op deze scholen nadat er een Toelaatbaarheidsverklaring is afgegeven door het bestuur. Voor alle betrokkenen (ouders, school, bestuur en SWVB) is duidelijk dat Dynamiek Scholengroep de zware ondersteuning die deze leerling nodig heeft niet kan bieden. Ondersteuning op dit niveau kan geboden worden door scholen die onderwijs aanbieden aan: REC-1: leerlingen die blind of slechtziend zijn REC-2: Leerlingen die ernstige spraaktaal problemen hebben, slechthorend of doof zijn REC-3: Leerlingen die zeer moeilijk lerend zijn; leerlingen die ernstig lichamelijk gehandicapt zijn of leerlingen die meervoudig gehandicapt zijn. REC-4: leerlingen met ernstige gedrags- en/of opvoedingsproblemen.
11
Werken met ondersteuningsteams bij Dynamiek Scholengroep
De inrichting van het ondersteuningssysteem op niveau 3 van Dynamiek Scholengroep Dynamiek Scholengroep heeft als ambitie om zoveel mogelijk kinderen passend onderwijs te bieden zo thuis nabij mogelijk. Kinderen krijgen daardoor de mogelijkheid om in hun eigen sociale omgeving te blijven functioneren. Zo thuis nabij mogelijk impliceert dat de ondersteuning naar het kind wordt gebracht. De doelstelling in relatie met Passend Onderwijs wordt: Meer dan nu op de basisscholen leerlingen opvangen die nu zijn aangewezen op het SBO d.m.v. samenwerkende leerkrachten en scholen. Alle leerlingen opvangen, inclusief onderwijs is 100%, is niet realistisch. Waar de grens ligt weten we nu nog niet. Een kwalitatief goed ondersteuningssysteem laagdrempelig met een zo flexibel mogelijke inrichting en een minimale administratieve last of bureaucratie. Het streven is om het deelnemerspercentage van het Speciaal Basisonderwijs (SBO) in 2015-2016 terug te brengen tot onder de 2 %. Het streven is om minder leerlingen te verwijzen naar het Speciaal Onderwijs (SO), ook hier is niet duidelijk waar precies de grens ligt. Werken in clusters met als doelen: Samen verantwoordelijk voor: het vergroten van de onderwijskwaliteit de ondersteuning van alle leerlingen de inzet van extra middelen professionaliseren middels leren van elkaar Uitgangspunten:
De ondersteuningsbehoefte van het kind is leidend. Ondersteuning zo thuis nabij mogelijk impliceert dat de expertise naar het kind toe gaat. Door professionals vanuit verschillende disciplines bij elkaar te brengen op een werkplek ontstaan kansen om te leren van elkaar en deze kennis zal leiden tot preventief handelen. Onderwijs en zorg werken intensief samen zodat er integraal hulp geboden kan worden aan het kind of het gezin als dat nodig is ”één kind/systeem een plan”. Scholen werken samen in 3 clusters met elk een grote mate van gezamenlijke verantwoordelijkheid. De scholen binnen een cluster zijn samen verantwoordelijk voor de onderwijskwaliteit die aan alle kinderen op ondersteuningsniveau 3 geboden wordt. Elk cluster heeft een ondersteuningsteam gefinancierd op Dynamiekniveau volgens duidelijke afspraken. De scholen binnen een cluster hebben een gezamenlijke zeggenschap t.a.v. de inzet van de beschikbare ondersteuningsmiddelen voor ondersteuningsniveau 3. De scholen binnen een cluster hebben ook een gezamenlijke verantwoordelijkheid om de beschikbare expertise van de eigen teamleden optimaal en flexibel in te zetten binnen het cluster. De totale ondersteuning staat onder leiding van een Bovenschoolse Ondersteunings Coördinator.(BOC-er) De afgeslankte SBO De Peelhorst vormt samen met Bs Meuleveld het expertise centrum De Twister met als taken: o lesplaats voor leerlingen die niet in de clusters kunnen worden opgevangen
12
o
vorm geven aan onderwijsarrangementen aan die leerlingen die functioneren op de grens van SBO en BaO
Wat betekent dit voor de leraar en de groep? De juiste hulp voor kind en leerkracht zonder de werkdruk te verhogen. De basisvraag: “Wat heeft dit kind morgen van mij nodig?” beantwoorden middels HGPD. Zonder eerst een etiket te moeten plakken. Met minder bureaucratie, minder overleg en effectievere dossiervorming. De ondersteuning is handelingsgericht; de ondersteuningsbehoefte van het kind is leidend. De leerkracht/school gaat met ouders in gesprek. Snel daarna wordt een nieuw gesprek met een expert, ouders en school gevoerd en wordt er een handelingsplan op- of bijgesteld. Korte lijnen dus na het stellen van een hulpvraag. Een deel van de middelen wordt ingezet in praktische ondersteuning vanuit het principe: Meer handen in de klas! We denken aan onderwijsassistenten, klassenassistenten, specialisten en stagiaires. Zodat: of de leerkracht zelf uitvoering kan geven aan het hp of de ondersteuner uitvoering kan geven aan het hp of een specialist de noodzakelijke ondersteuning kan bieden. Een deel van de middelen wordt ingezet om de leerkracht te sterken in zijn professionele vaardigheden. Hierbij gaan we uit van ondersteunen van de leerkracht door middel van Ambulante Begeleiding vanuit de expertise van het SO. Er wordt ook gebruik gemaakt van de inzet van gespecialiseerde leerkrachten van Dynamiek Scholengroep op het gebied van gedrag, van taal, lezen, rekenen. etc. Er kan gebruik gemaakt worden van video-interactie begeleiding of co-teaching. Dit laatste betekent:leren door te zien en te doen. Een periode van enkele weken staat een deskundige naast de leerkracht en doet voor hoe er naar een bepaalde leerling of een groep leerlingen het beste gereageerd kan worden. Wat betekent dit voor het onderwijs op de scholen? Werken volgens het model van Handelings Gerichte Proces Diagnostiek (HGPD) blijft een uitgangspunt van het denken en handelen. Scholen moeten verder groeien richting teamaanpak i.p.v. de individuele leerkracht in de klas. De cultuur „leren van elkaar!‟ in de school is van groot belang. Belangrijk is dat er in het leerkrachtenteam openheid naar elkaar toe is en dat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid is voor het onderwijs aan alle leerlingen. Investeren in de basiszorg door leerkrachten te ondersteunen op schoolniveau of clusterniveau bij het aanbieden van de juiste instructie. En het versterken van hun vakbekwaamheid. Door een goed leerlingvolgsysteem en door preventieve investeringen worden leerproblemen of te grote achterstanden voorkomen. Hoe ziet de ondersteuningstructuur er uit? Binnen elke school heeft de IB-er een centrale rol: hij/zij coördineert de interne ondersteuning op niveau 2 maar ook de ondersteuning die van buiten af naar binnen wordt gehaald; ondersteuningsniveau 3. Op schoolniveau: ondersteuning in de zin van een klankbord van de leraar: prioriteiten (leren) stellen of aanpassing in klassenmanagement bespreken onderwijstijd inzetten als effectieve leertijd 13
doelgerichte besprekingen organiseren: gericht op het zoeken naar handelingsalternatieven: HGPD. Speciale kwaliteiten van leraren binnen het team, cluster of Dynamiek nadrukkelijk benutten zodat ondersteuning op vraag van een leerkracht snel mogelijk is. Ondersteuning in de zin van observatie en coaching. Wat betekent dit voor het werken in clusters? Indien een hulpvraag binnen de school onvoldoende kan worden beantwoord, wordt deze vraag besproken in het IB-overleg van een cluster. Hier wordt gebruik gemaakt van elkaars kennis en kwaliteiten. Soms leidt dit tot een oplossing op ondersteuningsniveau 2. Lukt dit niet dan wordt er besloten welke faciliteiten de school nodig heeft om, met extra ondersteuning, het kind op de basisschool te kunnen laten functioneren. Vanuit de vraag “Wat heeft dit kind nodig?” gebeurt deze toewijzing door de groep IBers/ leerling-coördinatoren van het cluster, op basis van gevoelde noodzaak in relatie met de beschikbare middelen. Afhankelijk van de vraag is er ondersteuning van de leerkracht bij het opstellen van het ondersteuningsplan en/of ondersteuning bij de uitvoering van het plan. Voor deze ondersteuning wordt een tijdsafspraak gemaakt, zowel voor de tijdsinvestering per week als voor de looptijd van het plan. De IB-ers hebben kennis van specifieke deskundigheden binnen het cluster (helikopterview). De BOC-er heeft binnen de ondersteuningsteams een rol wat betreft volgen en bijsturen. Hij/zij borgt dat de ondersteuning binnen de clusters van voldoende kwaliteit is. In het schooloverstijgend ondersteuningsteam zitten: de IB-ers van het cluster, de BOCer, orthopedagoog/GZ-psycholoog van BCO; een psychologisch assistente van BCO; de AB-er van Dynamiek Scholengroep, de AB-ers vanuit uit het SO m.b.t. gedragsproblemen, motorische problemen of een zeer vertraagde cognitieve ontwikkeling (voorheen REC-3en 4), de AB-ers van REC-1 en REC-2. Wat verwachten we precies van de ondersteuningsteams op niveau 3? De AB-ers en de BCO-medewerkers hebben specialistische kennis en beschikken over coachingsvaardigheden. Ze bedenken interventies die passen in de klassen- en de schoolsituatie. Ze voeren hun werk uit met zo min mogelijke bureaucratische inzet; de ondersteuning ligt zo dicht mogelijk bij de leraar. Schriftelijke verslaggeving past in de werkwijze van de school. Ze kunnen planmatig werken; volgens de werkwijze van HGPD, ze denken in mogelijkheden en oplossingen. Het ondersteuningsteam moet er op gericht zijn om leraren te helpen doelgericht te werken. Indien nodig kunnen ze snel de noodzakelijke onderzoeken (diagnostiek) uitvoeren Ze kennen hun eigen kwaliteiten en schakelen een andere expert in als dat effectiever is. Onderwijs- en klassenassistenten zijn in staat om ondersteuningsplannen uit te voeren. Wat betekent dit voor het onderwijs binnen Dynamiek Scholengroep? De school waar de leerling is ingeschreven is verantwoordelijk. Door de combinatie van grotere en kleinere scholen binnen een cluster ontstaan er meer ondersteuningsmogelijkheden. Denk bijvoorbeeld aan kinderen in dagdelen in een aparte groep opvangen. Denk daarbij aan een structuurgroep, dagdelen voor meer begaafde kinderen of een taalgroep voor anderstaligen.
14
Bovenschools blijft een platform bestaan voor het multidisciplinair bespreken van leerlingen in het Ondersteuningsloket (OLS) waarbij: de ondersteuningsbehoeften de mogelijkheden van het clusterniveau overstijgt of waarbij effectiever op Dynamiekniveau gehandeld kan worden. het mogelijk is om met een grotere groep experts en betrokkenen de ondersteuningsbehoefte en ondersteuningsmogelijkheden nader te analyseren en te verkennen. de ondersteuningsbehoefte de mogelijkheden van Dynamiek Scholengroep overstijgen en er sprake is van een afweging m.b.t. het afgeven van een toelaatbaarheidverklaring SBO of SO. Wat betekent dit voor de ouders? Indien overwogen wordt om een leerling in een ander ondersteuningsniveau te plaatsen wordt dit vanaf het begin met ouders besproken. Partnerschap met ouders is hierbij het uitgangspunt waarbij ouders betrokken worden bij het opstellen van handelingsplannen en evaluaties.
15
De financiering van de ondersteuningsteams 2014-2015 De verdeling van de financiën in SWVB PO 3101 inkomsten aandeel lichte ondersteuning
(ondersteuningsniveau 3)
Dit zijn de budgetten die voorheen aan WSNS werden toebedeeld. Deze worden nu op basis van het leerlingenaantal aan de besturen toebedeeld. Ze omvatten: o LGF schoolaandeel Rec-3 en REC-4: Deze gelden worden aan de clusters toebedeeld. o De Ambulante begeleiding REC 3 en REC-4: Deze faciliteiten worden in natura/personeel ingezet. Schooljaar 2015-2016 hebben de besturen nog de wettelijke verplichting de diensten bij het REC‟s in te kopen. Dit wordt aangevuld met: o LGF-schoolaandeel REC-1 en REC-2: Deze financiën worden door de instellingen REC1 en REC-2 overgemaakt naar de betrokken scholen afhankelijk van het ondersteuningsplan. De personele inzet van de AB blijft aan deze REC-s verbonden. De mogelijkheid bestaat dat REC-2 alleen nog maar personele inzet heeft en geen gelden meer in schooljaar 2015-2016. o Inkoop leerlingenzorg BCO De inzet vanuit BCO die we als Dynamiek inkopen ter ondersteuning van de leerlingenzorg financieren we uit de inkomsten voor ondersteuningsniveau 3. Dit bedrag is een aanvulling op de subsidie die de gemeente Horst aan de Maas verstrekt aan BCO voor dit doel. (verhouding: 2/3de subsidie en 1/3de bijdragen Dynamiek). We verdelen de subsidie van de Gemeente Horst aan de Maas op basis van leerlingaantallen over alle scholen van Dynamiek. De uitgaven lichte ondersteuning op Dynamiekniveau (Zie bijlage 5)
o -
-
Een bedrag wordt bovenschools, op Dynamiekniveau, ingezet voor: de inzet van de Bovenschool Ondersteuningscoördinator: 4 dagen; administratieve ondersteuning BOC: 0,4594 fte de inzet van AB van SBO de Twister voor 2 dagen, in te zetten in alle drie de clusters; Inzet Psycholoog BCO t.b.v. het Ondersteuningsloket: 30 dagdelen; de opvang van Knelpunten op scholen; een enkele keer geeft een school aan acuut niet meer verder te kunnen met een kind; het uitroosteren van leerkrachten die deelnemen aan een taakgroep op verzoek van het DO, onder lestijd. Een taakgroep heeft als doel een ontwikkeling mee vorm te geven; Externe ondersteuning BOC-er; Expertiseopbouw van de Twister: project Terugplaatsing.
Vervolgens worden alle inkomsten (financiën en formatie) verdeeld over de clusters. Waarbij het leerlingenaantal de verdeelsleutel is. Het cluster neemt het besluit over de vulling van het ondersteuningsteam; dus over de inzet en de financiën en de personele invulling. o
o Materiële inzet van middelen (720 euro pp) wordt meegenomen in het budget van de personele inzet. De financiering van materiële kosten worden door de school betaald uit de reguliere leermiddelenpost. Specifieke zaken zoals tafel en stoel worden via medische indicering vergoed. o De inzet van de IB-ers: Uitgangspunt is per 100 leerlingen 8 uur inzetten voor het IB-werk. Zowel school als Dynamiek dragen de helft bij. Dus 4 uur worden er ingezet vanuit de middelen lichte ondersteuning. De gelden worden niet gebruikt als inzet voor klassenverkleining of scholing van teamleden.!!! 16
Scholing wordt gefinancierd uit de prestatiebox en de Scholingsgelden die elke school ontvangt en opneemt in de begroting. Zowel de scholing van de IB-ers als de netwerkbijeenkomsten
17
Kengetallen schooljaar 2014-2015
Leerlingaantallen Dynamiek Scholengroep
01-10-2012 01-10-2013 01-10-2014
Leerlingenaantal 3903 3722 3545
Vanaf 01-08-2015 is de Wet passend Onderwijs ingegaan. De financiering voor leerlingen met een meer dan gemiddelde ondersteuningsbehoefte is hierin geregeld. Onder andere is de leerling-gebonden financiering (LGF) hierdoor komen te vervallen voor de REC‟s 3 en 4. De gelden gaan naar de samenwerkingsverbanden. Voor Dynamiek is dat SWVB PO 3101. Het budget wordt jaarlijks minder door de krimp in leerlingenaantal en de verevening van de rugzakgelden die landelijk wordt uitgevoerd. Voor de verdeling van de gelden en de onderbouwing hiervan naar de besturen wordt verwezen naar het ondersteuningsplan primair Onderwijs Noord-Limburg http://po.passendonderwijsnoordlimburg.nl/images/bijlage_osplan/Ondersteuningsplan% 20Noord%20Limburg%20%20Definitieve%20versie.pdf
Leerlingaantallen ondersteuningsniveau 3 Overzicht van de leerlingen van Dynamiek Scholengroep binnen de basisscholen en het SBO REC-1 REC-2 Ondersteuningsniveau 3 Totaal ZML LG REC-4 01-10-2014 3 6 2 18 45 74 In de loop van het schooljaar zal dit aantal toenemen. De groep leerlingen die op 01-08 ondersteuning krijgt zijn vaak leerlingen met een langduriger ondersteuningstraject. In de loop van het jaar worden er nieuwe trajecten opgestart, waarbij de looptijd korter is.
Leerlingaantallen ondersteuningsniveau 4 Overzicht van de leerlingen binnen het SBO de Twister 1-1001-1001-102010 2011 2012 Basisscholen 4446 4256 4106 Peelhorst 110 120 108 Totaal 4556 4376 4214 Deelnamepercentage SBO 2.41% 2.74% 2,56% Dynamiek* SWVB PO 3101 2,76% 2,55% Landelijk
2,72%
2.68%
2,6%
01-102013 3633 89 3722 2,4%
01-102014 3451 94 3545 2,65%
2,6%
Nog niet bekend Nog niet bekend
2,52%
*In deze cijfers zijn ook de leerlingen van de twee Akkoord!-scholen opgenomen én leerlingen die vallen onder het grensverkeer én de leerlingen die tijdelijk verblijven in de 18
residentiële setting van ‟t Raayke. Het deelnamepercentage van alleen leerlingen van Dynamiek Scholengroep is 2,53% Leerlingaantallen ondersteuningsniveau 4 Op dit moment zijn geen cijfers bekend m.b.t. het aantal leerlingen die vanuit Dynamiek Scholengroep naar het SO gaan. Grenzen tussen SWVB 26TG, besturen en gemeenten lopen door elkaar heen. Wel is er een overzicht van het totale SWVB PO 301. Overzicht van de verwijzingen naar het SO
PO3101 01-10-2011 01-10-2012 01-10-2013 Landelijk 01-10-2011 01-10-2012 01-10-2013
so cat 1 1,52% 1,65% 1,61% so cat 1 1,35% 1,33% 1,34%
so cat 2 0,18% 0,16% 0,17% so cat 2 0,09% 0,09% 0,09%
so cat 3 0,21% 0,24% 0,23% so cat 3 0,21% 0,21% 0,20%
so totaal 1,91% 2,05% 2,01% so totaal 1,65% 1,63% 1,63%
Herkomst informatie: http://swv.passendonderwijs.nl/PO3101/
Doordat de TLV‟s voor het SO (REC-3 en REC-4) vanaf 01-08-2015 afgegeven worden door het Ondersteuningsloket van Dynamiek Scholengroep kunnen we vanaf dit moment het aantal leerlingen dat ondersteuning krijgt op niveau 5 beter monitoren. Een uitzondering hierbij zijn de leerlingen die behandeld worden door de Mutsaersstichting en op de Wijnberg de onderwijsmodule volgen. Deze leerlingen vallen onder de groep residentiële leerlingen en krijgen daardoor bij plaatsing op de Wijnbergschool automatisch een TLV. Dynamiek Scholengroep geeft ook TLV‟s af voor die leerlingen die opgenomen worden in de residentiële setting van Dichterbij, ‟t Raayke en waarbij de ondersteuning op niveau 5 noodzakelijk is. Deze kinderen zijn ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Horst aan de Maas.
19
Monitoren van resultaten We meten de kwaliteit van de nieuwe ondersteuningsvormen door een kwalitatieve en een kwantitatieve analyse te maken. Kwalitatief: het afnemen van een twee-jaarlijks tevredenheidonderzoek onder ouders en leraren. We vinden de kwaliteit van deze verandering voldoende als onderstaande items een minimale tevredenheidscore van 7,5 opleveren: o leerkrachten ervaren dat ze goed ondersteund worden; o leerkrachten ervaren dat ze snel worden geholpen bij een hulpvraag; o minder verwijzingen naar SO en SBO; de daling moet zichtbaar zijn; o er is een vermindering van ervaren bureaucratische planlast; o de wijze waarop de ondersteuningsmiddelen worden ingezet en o de resultaten van de inzet. Kwantitatief: door de huidige monitor van het SWVB kritisch te bekijken en aan te vullen. De aantallen verwijzingen naar SBO en SO is daar een onderdeel van. We streven naar het niveau van de landelijke verwijzingspercentages. Maar ook de interventies op niveau 3, de ondersteuningsarrangementen worden in kaart gebracht. In schooljaar 2014-2015 wordt door de BOC-ers een monitorsysteem afgesproken dat zal gaan gelden voor het hele samenwerkingsverband, dus voor alle schoolbesturen.
20
Jaarplan 2014-2015
Voor meer leerlingen Passend Onderwijs dichter bij huis te realiseren door de inzet van het werken met ondersteuningsteams op clusterniveau. Het aantal leerlingen dat gebruik maakt van de SBO-setting terug te brengen naar een percentage <2% Het leerlingenaantal dat gebruik maakt van de SO-setting terug brengen naar een percentage <1,5%
Dit schooljaar maken we een beleidstuk waarin we onze werkwijze m.b.t. het Ondersteuningsteams beschrijven. Onderdelen van dit beleidsplan zijn een stappenplan in tijd en een hoofdstuk met de begrotingsuitgangspunten.
Evalueren van het principe van werken met ondersteuningsteams door: o Personeelstevredenheidsonderzoek m.b.t. het functioneren van de ondersteunings-teams. Dit doen we a.d.h. van een vragenlijst vanuit WMK. We zetten dit eind schooljaar 2015-2016 uit in samenwerking met de leden van de werkgroep Passend Onderwijs. o Monitoren van kwantitatieve gegevens volgens het model dat door de BOC-ers ontwikkeld wordt. o Bespreken van de activiteiten die door het ondersteuningsteam worden uitgevoerd: zijn er verschillen? Kunnen we van elkaar leren?
Aan het einde van dit schooljaar hebben alle scholen het protocol “Leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong” geïmplementeerd en kan elke school of cluster kwalitatief goed onderwijs geven aan deze doelgroep.
De samenwerking met Jeugdzorg opzoeken en vanuit de ervaringen binnen individuele casussen te kunnen komen tot het maken van afspraken en het vormen van beleid zodat er sprake kan zijn van korte lijnen en een een intensieve samenwerking tussen gezin, zorg en onderwijs.
Met de IB-ers een format ontwikkelen waarin het OPP is opgenomen binnen het HGPD. Afspraken maken over het werken hiermee, zodat op alle scholen van Dynamiek Scholengroep op eenzelfde manier gewerkt wordt.
Ervaringen met het werken met de gezinscoach binnen het gebiedsteam volgen en bijstellen waar nodig. Zodat aan het einde van het schooljaar bij alle betrokkenen de afspraken m.b.t. het bereiken van het zorgaanbod bekend zijn.
De samenwerking met de BOC-ers van de onderwijsstichtingen SPOV en Prisma intensiveren om te leren van elkaar en daardoor de kwaliteit van passend onderwijs te vergroten.
In een protocol beschrijven op welke manier we inhoud geven aan de Zorgplicht bij de aanname van leelringen.
21