1
SCHOOL ONDERSTEUNINGS
Opgesteld door: Monique Klaassen; Locatieleider/IB Datum;
20-3- 2014
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
PROFIEL
2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding
2. Deze school en leerlingen 2.1 Contactgegevens 2.2 Korte beschrijving school 2.3 Het onderwijsconcept 2.4 Kengetallen leerlingenpopulatie 2.5 Onderwijsbehoeften leerlingenpopulatie 2.6 Kwaliteit volgens Inspectie
3. Passend onderwijs nu 3.1 Onderwijsaanbod en differentiatie 3.2 Pedagogisch klimaat 3.3 Planmatig werken 3.4 Handelingsgericht werken 3.5 Ondersteuningsstructuur 3.6 Interventies basisondersteuning 3.7 Extra ondersteuning 3.8 Match onderwijsbehoeften en aanbod
4. Passend onderwijs straks
4.2 Ambities en ontwikkelpunten langere termijn 4.3 Professionalisering 4.4 Overige randvoorwaarden
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
4.1 Ambities en ontwikkelpunten korte termijn
3
1. Inleiding Voorliggend document bevat het schoolondersteuningsprofiel van ’t Talent. In het kader van de Wet op het passend onderwijs wordt van iedere school verwacht dat zij een schoolondersteuningsprofiel opstelt. Daarin omschrijft de school welke basisondersteuning zij biedt aan de leerlingen en welke mogelijkheden er zijn om leerlingen te ondersteunen die extra onderwijsbehoeften hebben. Iedere leerling heeft bepaalde onderwijsbehoeften. Verschillen zijn er altijd en voor een groot deel inpasbaar in het onderwijs. Sommige leerlingen hebben onderwijsbehoeften waar een bepaalde (reguliere) school niet aan kan voldoen. Bijvoorbeeld omdat zij de juiste expertise niet in huis heeft, omdat het gebouw niet geschikt is of omdat gezien de beschikbare formatie in een specifiek geval te weinig individuele aandacht, begeleiding of fysieke verzorging kan worden geboden. In dit profiel geven wij aan in hoeverre onze school op dit moment al passend onderwijs biedt, d.w.z. rekening houdt met (verschillen in) onderwijsbehoeften en waar wij momenteel handelings-verlegen zijn in het realiseren van een passend aanbod. We geven aan wat onze visie en ambities aangaande passend onderwijs zijn en wat wij nodig hebben om dit te realiseren. In dit document is het woord ‘zorg’ zoveel mogelijk vervangen door het woord ‘ondersteuning’, soms is dat misschien even wennen. In hoofdstuk 2 staan de gegevens over onze school, de leerlingenpopulatie en de belangrijkste onderwijsbehoeften kort genoemd. We geven tevens het kwaliteitsoordeel van de Inspectie over onze school kort weer. In hoofdstuk 3 komt aan de orde op welke wijze de school op dit moment passend onderwijs biedt voor de huidige leerlingen, waaruit de basisondersteuning bestaat en welke extra ondersteuning de school eventueel kan bieden.
20 maart 2014
In hoofdstuk 4 beschrijven wij de visie van de school t.a.v. passend onderwijs op de korte en langere termijn. Wij geven aan waar de school naar toe wil. We beschrijven wat daarvoor nodig is aan professionalisering en welke andere randvoorwaarden er zijn om de ambities waar te maken.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
4 2.1 Contactgegevens Naam school Adres school Naam directeur Naam locatieleider Naam ib-er (s) Naam bestuur Naam contactpersoon Email contactpersoon Tel. Contactpersoon
‘t Talent Bunderstraat 8 Suzanne Jägers Monique Klaassen Monique Klaassen Marja van den Berg SKOPOS Monique Klaassen
[email protected] 073- 5475211
2.2 Korte beschrijving school Onze school is een overzichtelijke, kleinschalige, reguliere basisschool in Schijndel. De school valt binnen de ondersteuningseenheid SKOPOS, waar nog 6 andere scholen in participeren. Samen met Basisschool De Heijcant en SPS ’t Apestaartje vormt ‘t Talent EBC Centrum. Wij doen op dit moment mee aan een Smal experiment van het Ministerie van Onderwijs. Alle scholen van Schijndel proberen het Passend Onderwijs al volop invulling te geven. Onze school is inmiddels omgebouwd van SBO naar regulier. Wij verzorgen onderwijs voor groep 1 t/m 8.
1.
I.B-er met diploma I.B
2.
Een gediplomeerde gymdocent.
3.
Gediplomeerde rekencoördinator.
4.
Een locatieleider.
5.
Vier gediplomeerde leerkrachten speciaal onderwijs
6.
Gediplomeerde I.C.T.-er
7.
Een gediplomeerde gedragsspecialist
8.
Een gediplomeerde logopedist
9.
Een MRT-leerkracht
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
De directie van de school bestaat uit een directeur en een locatieleider. De directeur beschikt over het diploma Directeur Primair Onderwijs. De directie van de school wordt bijgestaan door twee I.B.ers. Samen vormen de directie en de I.B.-ers de staf van de school. Ons team kent een aantal specialisten:
5 We hebben vanuit de historie veel zorgleerlingen op school. Dat betekent dat wij ons onderwijs moeten aanpassen aan deze groep kinderen. Maar wij willen in de toekomst een nog groter aandeel ‘reguliere kinderen’ binnen onze schoolmuren. Wij zien dat als een uitdaging binnen ons onderwijs. Onderwijs op maat, voor iedereen. Daarom willen we flink investeren in de methodes om iedereen te kunnen bedienen. Vandaar ook keuzes voor oa. een nieuwe taalmethode en spellingsmethode. Maar de manier van werken zal daarentegen niet veranderen. Kinderen hebben structuur en duidelijkheid nodig. Niet alleen de zorgleerlingen. Daarnaast moeten we uitdaging bieden voor leerlingen die dat aan kunnen. Niet alleen op leerstof, maar ook in samenwerkingsvormen en op sociaal emotioneel gebied. Vandaar ook de keuze voor een nieuwe toets en volgsysteem voor dit onderdeel.
2.3 Het onderwijsconcept Missie “Samen op weg naar je eigen toekomst” Onze school is een katholieke basisschool voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Wij hanteren heterogene en homogene groepen, met heel veel aandacht voor het individuele kind en gaan daarbij uit van het concept passend onderwijs. Een kind komt naar school om te leren; dat is voor iedereen vanzelfsprekend, maar je kunt je daarbij wel afvragen wat er geleerd wordt. Uit ervaring weten we dat een kind veel gemakkelijker leert als het met plezier naar school gaat en zich veilig voelt op school. Dit betekent voor school; werken in een goede en positieve sfeer, met een positieve instelling ten opzichte van het kind. En dit ook bij elk kind benoemen. Hoe klein soms de dingen ook zijn.
Onze missie is echter niet alleen geslaagd wanneer een kind een zo hoog mogelijk eigen ontwikkelingsniveau heeft bereikt (optimale ontwikkeling). De missie is pas echt een succes wanneer het kind en zijn ouders de basisschoolperiode hebben ervaren als een wezenlijke en leerzame, maar ook gelukkige en waardevolle periode in hun leven. Een open en prettig contact met de ouders is voor ons erg belangrijk. Op allerlei manieren worden de ouders op de hoogte gebracht over de voortgang in de ontwikkeling van hun kind. Betrokkenheid is van het allergrootste belang.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
Elk kind is anders, heeft zijn eigen talenten. Het belangrijkste is dat het kind zijn/ haar mogelijkheden ontdekt en die ontwikkelt. Ieder kind neemt zijn/ haar eigen talenten en achtergronden mee. Daarom proberen we in het rooster een goede verdeling te maken tussen inspannende en ontspannende activiteiten. Tussen “werken met je hoofd” en “werken met je lichaam”, tussen werken in je eentje, in tweetallen, in groepjes of met de totale groep.
6 Wij hebben met het team de volgende kernwaarden toegedicht aan ‘t Talent: • Veiligheid • Openheid • Betrokkenheid • Positieve sfeer • Optimale ontwikkeling Een van de belangrijkste punten bij de vormgeving van ons onderwijs is dat alle kinderen zich veilig voelen binnen de schoolomgeving. Want veiligheid is een basisvoorwaarde voor verdere ontwikkeling en ontplooiing. We vinden het belangrijk dat kinderen hun competentie meten aan gevoel van kennen en kunnen, willen en weten. Ook is het belangrijk dat kinderen weerbaar worden ten opzichte van leeftijdgenoten, zodat ze met plezier en geloof in eigen kunnen goed voorbereid de toekomst ingaan. Er dient onderling een goede, open relatie te zijn. Van elkaar leren, met elkaar spelen, samenwerken en respecteren zijn hiervoor belangrijke pijlers. Daarnaast is het ook van belang dat kinderen leren keuzes te maken. In hun hele verdere leven zullen ze dit in de praktijk moeten gaan brengen. Daarom proberen we de leerlingen op die manier uit te dagen om die keuzes op een zo goed mogelijke manier te gaan maken. 2.4 Kengetallen leerlingenpopulatie
2012-2013 Regulier
LGF
PCL
LGF/PCL
9% 38% 44% 9%
zorg 0-1 Regulier
zorg 3 LGF
zorg 2 PCL
zorg PCL/ LGF 0% 17% 47%
36%
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
2013-2014
7
2.5 Onderwijsbehoeften leerlingenpopulatie De ouders van onze leerlingen zijn wat lager dan gemiddeld opgeleid . De instroom is enigszins aan het veranderen, er komen meer kinderen van hoger opgeleide ouders. De school heeft merendeels nog minder mondige ouders, maar dat is wel aan het veranderen. Het is opvallend dat er veel sprake is van gescheiden ouders en van gezinsproblematiek. Voor slechts enkele leerlingen is Nederlands de tweede taal. Meer en meer zien we instroom van onderaf (kleuters van 4 jaar). De school krijgt vaak zij-instromers, met name in de onderbouw, dit zijn meestal kinderen die zijn vastgelopen op een andere school. Meestal heeft dat te maken met gedragsproblematiek of leerachterstanden. Daarbij kiezen ouders ook steeds vaker voor het plaatsen van broertjes en zusjes. Wat zijn de kenmerken van veel van onze kinderen? • Visueel ingesteld. • Hebben structuur nodig. • Taalarm/woordenschat beperkt. • Dorpse kenmerken. • Krijgen veel prikkels en leven in een snelle cultuur. • Veel “buiten” kinderen. • Minder intrinsiek gemotiveerd. • Thuissituatie instabiel • Veel echtscheidingen • Beperkte cognitieve mogelijkheden Echtscheidingen ADHD, PDD-NOS etc. geïndiceerd
2.6 Kwaliteit volgens de Onderwijsinspectie
20 maart 2014
Scholen die onder het basistoezicht van de Onderwijsinspectie vallen, hebben hun basiskwaliteit op orde. Onze school staat onder basistoezicht van de Onderwijsinspectie. Het laatste Inspectierapport is van oktober 2013.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
8
3. Passend onderwijs nu In dit hoofdstuk beschrijven we hoe onze basisondersteuning eruit ziet voor alle leerlingen en welke ondersteuning we kunnen bieden aan leerlingen met extra onderwijsbehoeften. 3.1 Onderwijsaanbod en differentiatie Werken met groepsplannen
In het groepsplan wordt op basis van gegevens over individuele kinderen het onderwijs voor een beperkte periode voor de groep gepland. Groepsplannen zijn zowel pedagogisch als didactisch van aard. Er wordt dus onderwijs gepland op de verschillende vak- en vormingsgebieden. Voor (groepen) kinderen worden haalbare doelen gesteld, en naar verwachting succesvolle leerroutes uitgestippeld. Er zijn ook aanwijzingen in opgenomen over de omgang met individuele kinderen en de groep. Werken met een groepsplan betekent dat er activiteiten voor de hele groep, voor subgroepen, en voor individuele kinderen zijn opgenomen. De kunst van het plannen van onderwijs in een heterogene groep is om hier verstandige keuzes te maken. Vooral individueel werken is voor de leraar onhaalbaar, en voor het samen leren en leven in de groep niet wenselijk. Klassikaal werken lijkt soms handig, maar biedt niet altijd voldoende mogelijkheden om tegemoet te komen aan de verschillen tussen kinderen. Werken in subgroepen is een belangrijke mogelijkheid. Uit praktische overwegingen zijn er slechts en beperkt aantal subgroepen per vak- of vormingsgebied mogelijk. In het groepsplan kunnen ook activiteiten buiten de groep opgenomen worden denk aan klassendoorbrekende instructiegroepen, remedial teaching, en therapieën. We werken op dit moment met een nieuw groepsplan en dat wordt steeds geëvalueerd en bijgesteld. Groepsplannen voor Sociaal-emotionele ontwikkeling gaat schooljaar 2014-2015 ingevoerd worden.
20 maart 2014
Instructie en klassenmanagement De leerkrachten geven verlengde instructie aan leerlingen die dat nodig hebben. Tevens krijgen leerlingen afhankelijk van wat zij aankunnen meer of minder werk en verrijkingsopdrachten. Er vinden ook uitwisselingen plaats zoals bij het rekenen. Dat doen we op niveau. Verder maken we volop gebruik van stagiaires om groepjes leerlingen te kunnen begeleiden. Ook wordt hierin de logopedist ingeschakeld. Komend schooljaar gaan we aan de slag met het directe instructiemodel. De didactische vaardigheden van de leerkracht worden hiermee uitgebreid.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
9
Aanbod bij sociaal-emotionele ontwikkeling In de groepen 1/2 voeren we het volgsysteem KIJK in. Een beleidsvoornemen is om in 2014-2015 te starten met een volg en signaleringssysteem voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Wij oriënteren ons op dit moment op de keuzemogelijkheden Inzet extra handen In schooljaar 2013-2014 zijn er 16 rugzakleerlingen: Cluster 2: 3x Cluster 3: 6x Cluster 4: 7x De kinderen van Cluster 2 krijgen extra begeleiding via onze logopediste. Daarnaast is er voor de leerkracht ondersteuning via de AB-er. De kinderen van Cluster 3 hebben extra begeleiding van de juf die ingehuurd is om de Cluster 4 leerlingen met name te begeleiden. Op dit moment kan de tijd efficiënt ingericht worden en is er dus ook de mogelijkheid voor extra ondersteuning. Daarnaast krijgen deze leerlingen ook ondersteuning via de logopediste en de MRT-er. En tot slot is er een AB-er die met name de leerkracht ondersteunt en gesprekken voert met ouders. De kinderen van Cluster 4 hebben een leerkracht ter beschikking voor 2 dagen. Deze leerkracht kunnen wij bekostigen via de CUAB-regeling. Hoe dit met de Wet Passen Onderwijs gaan verlopen is nog niet helemaal duidelijk. Deze CUAB-regeling voorziet ook in een aantal uur waar een AB-er ondersteuning geeft aan de ondersteunende leerkracht, voor zover noodzakelijk.
3.2 Pedagogisch klimaat
1. De leraren zorgen voor een ordelijke klas 2. De leraren zorgen voor een functionele en uitdagende leeromgeving 3. De leraren gaan positief en belangstellend met de leerlingen om 4. De leraren zorgen voor interactie met en tussen de leerlingen 5. De leraren bieden de leerlingen structuur aan 6. De leraren zorgen voor veiligheid 7. De leraren hanteren de afgesproken regels en afspraken 8. De leraren laten de leerlingen zelfstandig (samen) werken 3.3 Planmatig werken
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
Onze leraren zijn van cruciaal belang. Zij hebben (onder meer) een vormende (opvoedende) taak: Leerlingen opvoeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk, dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen (dichtbij en ver weg) kunnen omgaan. Leraren creëren daartoe een veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve en motiverende leraar, een begeleider die ervoor zorgt, dat de leerlingen het werk zelfstandig (samen met anderen) kunnen doen. Daarbij hanteren we duidelijke regels en ambities:
10
20 maart 2014
Ons onderwijsaanbod wordt op een planmatige manier ingevuld. Daarbij gaan we uit van het onderstaande schema.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
11
Door: Leerkracht/ Logopedist Zie het Toets-protocol
Door: I.B/ Leerkracht
Door: Leerkracht/I.B.
Door: Leerkracht/ I.B.
Door: Leerkracht/ I.B.
Door: Leerkracht/ I.B./ Orthopedagoog
Door: Leerkracht/ I.B.
Door: Leerkracht/ I.B. Zie het Toets-protocol
Verder zie ook de toetskalender van 2013-2014
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
Uitleg onderdelen
12 3.4 Handelingsgericht werken Onderstaande tabel geeft een beeld van in hoeverre handelingsgericht werken op onze school is ingevoerd. Handelingsgericht werken - elementen 1. Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en toetsanalyse. 2. Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega’s. 3. Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben. 4. Leerkrachten zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen. 5. Leerkrachten werken samen met de leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten ideeën van leerlingen. 6. Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partners bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak 7. Leerkrachten benoemen hoge, maar reële doelen voor de lange en de korte termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd /geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega’s. 8. Leerkrachten werken met een groepsplan, waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven. 9. Leerkrachten bespreken minstens 2 maal per jaar hun vragen rond de groepsplannen met de intern begeleider. 10. De onderwijs- en zorgstructuur is voor ieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer.
ja x
i/o nee
x x x x x
x
x x x
Ad 2. De modelfunctie van de leerkracht kan bewuster worden benut. Ad 3. De leerkracht ziet graag dat de IB-er de extra ondersteuning van de leerlingen overneemt. Dit is aandachtspunt van het MT. Er is een omslag van denken nodig: de leerkracht heeft grote invloed, dus moet de ondersteuning ook zelf uitvoeren. Ad 4. Dit ziet het MT incidenteel terug, maar niet systematisch en schoolbreed.
3.5.1 Volgen van ontwikkeling De leerresultaten worden gevolgd via observaties, methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen. We nemen de NIO ( Nederlandse Intelligentietoets Onderwijsniveau) af in groep 8. Dit schooljaar gaan we waarschijnlijk werken met de volgsystemen KIJK voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. 3.5.2 Onderwijsbehoeften in kaart brengen Onderwijsbehoeften worden in kaart gebracht via het vertalen van observaties en toetsresultaten in groepsplannen. Dit is in ontwikkeling, zie ook 3.1.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
3.5 Ondersteuningsstructuur (=zorgstructuur)
13
3.5.3 Ondersteuning bij extra onderwijsbehoeften Het grootste deel van deze ondersteuning vindt in de klas plaats door de groepsleerkracht. Wanneer we een leerling onvoldoende binnen het groepsplan kunnen begeleiden, dan stelt de leerkracht een individueel hulpplan op. Behalve de groepsleerkrachten hebben de volgende medewerkers een rol in de ondersteuning van leerlingen met extra onderwijsbehoeften: - orthopedagoog - logopedist - MRT-er - IBer - rugzakbegeleider -Ambulante begeleider - stagiaires pedagogiek, PABO, Onderwijsassistente 3.5.4 Taken ib-er
20 maart 2014
de toetskalender opstellen en bewaken coördineren van CITO toetsen bespreken van CITO toetsen (coachings- en begeleidings)gesprekken voeren met leerkrachten op het gebied van leerkrachtvaardigheden, implementatie van het concept en over zorgleerlingen het noteren van de stand van zaken en gemaakte afspraken besproken in de groepsbespreking. zo nodig hulp bieden bij het schrijven van Groepsplannen en Handelingsplannen. het adviseren en informeren van de directie het (mee)bedenken, implementeren, bewaken en monitoren van het zorgbeleid van de school begeleiden bij aanmeldingen van zorgleerlingen bij externen samen met de leerkracht gesprekken voeren met ouders van zorgleerlingen naar aanleiding van onderzoeksresultaten samen met de leerkracht gesprekken voeren met externen het opzetten en onderhouden van de orthotheek de leerkrachten informeren over belangrijke zorgontwikkelingen op maatschappelijk, bestuurlijk en school specifiek gebied aanvragen ondersteuningsbehoefte van het kind Invoeren gegevens Eduscope: - ontwikkellijn invoeren – verwacht DLE - ontwikkelingsperspectief
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
14 3.5.5 Samenwerking met externen
Begeleidingskamer/ arrangementskamer Wanneer de school en of de ouders denken dat het op school niet goed genoeg gaat of als school en/of ouders hier onzeker over zijn, kan men een beroep doen op de Begeleidingskamer Vanuit de bovengenoemde uitgangspunten is het dan ook de bedoeling de school te helpen bij het handhaven van kinderen. De mogelijkheden om aan onderwijsbehoeften van een kind op school te voldoen worden steeds groter. We benadrukken de verantwoordelijkheid van de school voor de eigen leerlingen en erkennen de “gouden driehoek”: ouders, kind, school. Eventuele afstemmingsproblemen worden aangepakt op de plaats waar ze zich voordoen, met de mensen die er het meest bij betrokken zijn. De Begeleidingskamer draagt bij aan het positief perspectief behouden op de situatie van de leerling op school. De Begeleidingskamer mobiliseert de deskundigheid en middelen als dat nog onvoldoende gebeurd is. Soms blijkt een andere setting voor de leerling nodig. Door het beschrijven van een schoolbiografie door de school en een thuisbiografie door de ouders worden cruciale momenten in de schoolloopbaan van de leerling beschreven. Een eerste gesprek met ouders, leraar(en), schooldirectie of een vertegenwoordiging daarvan en enkele leden van de Begeleidingskamer wordt georganiseerd in een verkennende sfeer Dit wordt soms gevolgd door een tweede gesprek. Dit gesprek kent een perspectief biedende sfeer. De leden van de Begeleidingskamer hebben een gespreksleidende en reflecterende en samenvattende rol. Het gaat hierbij vaak niet om "technische" aanpassingen, maar om de beleving van de situatie. Het gaat om het "verhaal". Uitgangspunt is dat een probleem op school, in ieder geval de volgende componenten heeft: Situatie: Een probleem ontstaat, groeit, blijft bestaan in bepaalde omstandigheden. Veranderen van de situatie kan bijdragen aan de oplossing van het probleem. Relatie: zaken hebben meestal te maken met de verhouding tussen mensen. Verbeteren van de verhouding kan bijdragen aan een oplossing. Relativiteit: Een probleem wordt een probleem binnen een bepaalde context. Verwachtingen spelen een belangrijke rol. Bijstellen van verwachtingen kan bijdragen aan een oplossing. Het verhelderen en herformuleren van het probleem is dikwijls al een deel van de oplossing School en ouders zien perspectief in handhaving op de school. De school besluit dat het kind op school kan blijven en weet wat daarvoor moet gebeuren of school en ouders constateren dat ze geen gezamenlijk perspectief zien in handhaving op school. De school neemt de verantwoordelijkheid en het initiatief om in overleg met de ouders, een andere plaats te zoeken voor het kind. Er wordt een verslag gemaakt waarin tenminste de conclusies zijn opgenomen. School en ouders bevestigen dat.
Herlaarhof biedt onderzoek en behandeling voor emotionele stoornissen (angst- en stemmingsstoornissen en trauma), ADHD, tics en gedragsregulatie-stoornissen, leerstoornissen, Infant Mental Health (0-4 jr), Autisme Spectrum Stoornissen, Licht Verstandelijk Gehandicapten met een psychiatrische/psychosociale problematiek, transculturele problematiek (Esperanto) en contextuele behandeling en leergroepen voor alle betrokkenen bij seksueel misbruik (CLAS). Wie mogen verwijzen naar Herlaarhof? Bureaus Jeugdzorg, huisartsen, jeugdartsen van de GGD en medisch specialisten. Ouders kunnen hun kind niet zelf aanmelden. Aanmeldingen verlopen altijd via een verwijzer. Website: www.herlaarhof.nl
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
Herlaarhof
15
CJG De gemeente Schijndel is verantwoordelijk geworden voor de zorg voor kinderen middels het CJG en het JAT. Dat ziet er als volgt uit:
JAT
Wij participeren met het JAT binnen Schijndel. In het JAT zit een maatschappelijk werkster van JUVANS en een psycholoog van MEE.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
20 maart 2014
Een school heeft niet altijd alle kennis en bevoegdheden in huis om een kind met specifieke onderwijsbehoeften adequaat te begeleiden. Bij het planmatig hulp bieden kunnen externen ingeschakeld worden.
16 3.5.6 Overzicht belangrijke samenwerkingspartners Naam GGD MEE Den Bosch
Juvans Kleur Dichterbij CJG La Salle SPIL Raad van Kinderbescherming Leerplichtambtenaar Herlaarhof
Samenwerking bij Gezondheidszorg Schoolmaatschappelijk werk, gezinsproblematiek, oudercommunicatie, groepstraining Gezinsondersteuning Gezinsondersteuning Gezinsondersteuning Centrum voor Jeugd en gezin, gezinsproblematiek Hulp aan huis Orthopedagoog (veelal met betrekking tot dyslexie) Wiliam Schrikker Jeugdbescherming Schoolverzuim Onderzoeken op psychiatrisch gebied
3.6 Interventies basisondersteuning In het samenwerkingsverband worden inhoudelijke afspraken gemaakt over de basisondersteuning die scholen worden geacht te bieden. Daarvoor is bij het SWV de Meierij een nulmeting ingevuld. In het Referentiekader passend onderwijs wordt een minimale opsomming gegeven van interventies die bij de basisondersteuning horen. In onderstaande tabel geven we aan in hoeverre deze interventies op onze school aanwezig zijn. Op onze school is het volgende aanwezig
ja
1. Tijdige signalering van problemen 2. Aanbod voor lln. met dyslexie 3. Aanbod voor lln. met dyscalculie 4. Aanbod voor lln. meer dan gemiddelde intelligentie 5. Aanbod voor lln. minder dan gemiddelde intelligentie 6. Fysieke toegankelijkheid (rolstoeltoegankelijk) 7. Programma voor sociale veiligheid/voorkomen gedragsproblemen 8. Protocol voor medische handelingen 9. Curatieve zorg samen met ketenpartners
x x
Deels Deels Nee < > 50% 50%
x x
20 maart 2014
x x x x x
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
17 Toelichting op bovenstaande tabel: - Aanbod voor leerlingen met dyslexie. Dit aanbod is er in de vorm van toetsaanpassingen, extra instructie, software, ipads, meer tijd bij toetsen, vergrotingen van lesmateriaal. Er is een protocol voor dyslexie binnen het bestuur en daar voldoet de school aan. - Aanbod voor leerlingen met dyscalculie. Dit aanbod is deels. We hebben op dit moment wel een leerkracht in huis die afgestudeerd is op rekenproblemen. - Aanbod voor leerlingen met meer dan gemiddelde intelligentie. Dit aanbod bestaat nu vooral uit extra opdrachten binnen de methode en verrijkingsopdrachten. We willen het aanbod aan meerbegaafden uitbreiden.
3.7 Extra ondersteuning We spreken over ‘extra ondersteuning’ wanneer scholen bovenop de hiervoor beschreven basisondersteuning nog meer/andere ondersteuning bieden om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van hun leerlingen. Hier geven we aan op welk type extra ondersteuning onze school biedt:
Leer- en ontwikkelingsondersteuning - ja Fysiek medische ondersteuning – soms (MRT) Sociaal-emotionele en gedragsondersteuning - ja Ondersteuning in de thuissituatie - nee Geen, wij bieden de basisondersteuning
3.8 Match onderwijsbehoeften en aanbod
20 maart 2014
Met het huidige aanbod aan basisondersteuning en extra ondersteuning voldoet onze school grotendeels aan de onderwijsbehoeften van de huidige leerlingenpopulatie. De resultaten van de school zijn goed. We werken aan het verder doorvoeren van handelingsgericht werken met groepsplannen. In hoofdstuk 4 formuleren we onze ontwikkelpunten.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent
18
4. Passend onderwijs straks Op basis van onze visie en de ontwikkelpunten beschrijven we in dit deel onze ambities en geven aan onder welke randvoorwaarden die te realiseren zijn. 4.1 Ambities en ontwikkelpunten korte termijn ‘t Talent wil zoveel mogelijk leerlingen passend onderwijs (blijven) bieden. We willen de basisondersteuning in jaar 2014-2015 verder versterken, door: • Nader invoeren van handelingsgericht werken met groepsplannen en groepsbesprekingen; • Versterken en borgen van eenduidig klassenmanagement; • Invoeren van de leerlingvolgsystemen KIJK
4.2 Ambities en ontwikkelpunten langere termijn We zien voor de komende jaren de volgende ontwikkelpunten: • Kiezen en implementeren van een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling; • Samenwerkend leren versterken; • Werken met ontwikkelingsperspectieven; • Werken met het directe instructiemodel
4.3 Professionalisering Op de korte termijn vindt de volgende scholing plaats: • Begeleiding bij directe instructiemodel • Begeleiding bij groepsplannen en handelingsplannen Nadere scholingsbehoefte wordt geïnventariseerd.
20 maart 2014
4.4 Overige randvoorwaarden De overige randvoorwaarden die nodig zijn om onze ambities waar te maken zijn tijd, ruimte en geld: • Tijd: om plannen te ontwikkelen en uit te voeren is er als leerkracht directie tijd nodig. • Ruimte: Onze leslokalen moeten aangepast worden met meubilair (denk aan instructietafels) • Geld: om Passend Onderwijs optimaal uit te voeren zouden de leerkrachten meer ondersteuning kunnen gebruiken in de klassen in de vorm van extra inzet voor de Clusterleerlingen.
SchoolOndersteuningsProfiel ‘t Talent