Openbare versie
Nederlandse Mededingingsautoriteit
BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.
Nummer
6140 / 17
Betreft zaak:
I.
6140/ Evean Groep - Thuiszorg Midden-Gelderland
MELDING
1. Op 13 juli 2007 heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Stichting Evean Groep en Stichting Thuiszorg Midden-Gelderland voornemens zijn te fuseren, in de zin van artikel 27, onder a, van de Mededingingswet. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 136 van 18 juli 2007. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. In onderhavige zaak is een zienswijze ontvangen van de Nederlandse Zorgautoriteit (hierna: NZa). Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende marktpartijen. II.
PARTIJEN
2. Stichting Evean Groep (hierna: Evean) is een stichting naar Nederlands recht. Evean verleent diensten op het gebied van intramurale en extramurale zorg in het kader van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (hierna: AWBZ). Voorts is Evean actief op het gebied van huishoudelijke verzorging1, kraamzorg, jeugdgezondheidszorg, ergotherapie, cursussen, thuisalarmering, maaltijdvoorziening en bijzondere tandheelkunde.2 3. Stichting Thuiszorg Midden-Gelderland (hierna: STMG) is een stichting naar Nederlands recht. STMG verleent diensten op het gebied van extramurale zorg in het kader van de AWBZ. Daarnaast is STMG actief op het gebied van huishoudelijke verzorging, kraamzorg, jeugdgezondheidszorg, cursussen, thuisalarmering en maatschappelijk werk.
1
Sinds 1 januari 2007 wordt huishoudelijke verzorging niet meer op grond van de AWBZ vergoed. Huishoudelijke
verzorging valt sindsdien onder de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (hierna: WMO) die door de gemeenten wordt uitgevoerd. 2
Tot 1 januari 2007 was Evean ook actief op het gebied van maatschappelijk werk, en wel uitsluitend in de
zorgkantoorregio Drenthe. Met ingang van deze datum is deze activiteit echter overgedragen aan de Stichtingen Welzijn van de gemeenten in de regio Zuidwest-Drenthe (Meppel en De Wolden).
1
Openbare versie
Openbare versie
III.
DE GEMELDE OPERATIE
4. De gemelde operatie betreft een bestuurlijke fusie. Na de operatie zal de Raad van Bestuur van STMG bestaan uit de Raad van Bestuur van Evean, terwijl de huidige bestuurder van STMG zal zijn toegetreden tot de Raad van Bestuur van Evean. De voorgenomen concentratie is vastgelegd in een door partijen bij de melding overgelegde “ Intentie-overeenkomst” d.d. 1 maart 2007. IV.
TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT
5. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, onder a, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4, omschreven transactie leidt er toe dat twee voorheen van elkaar onafhankelijke ondernemingen fuseren. 6.
De betrokken ondernemingen zijn Evean en STMG.
7. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. V.
BEOORDELING
A.
RELEVANTE MARKTEN
Rel evan t e pr oduct mar kt en 8. De activiteiten van partijen overlappen op het gebied van extramurale AWBZ-zorg, te weten persoonlijke verzorging en verpleging. Daarnaast bestaat er overlap op het gebied van huishoudelijke verzorging en kraamzorg.3
3
Voorts overlappen de activiteiten van partijen op diensten als uitleen van hulpmiddelen, voedingsvoorlichting en
dieetadvisering, prenatale zorg, advies, instructie en voorlichting, cursussen en thuisalarmering. Gezien de samenhang van deze activiteiten met de overige (kern)zorgdiensten (extramurale en kraamzorg) wordt in het onderhavige besluit niet nader op deze activiteiten ingegaan (zie bijvoorbeeld ook het besluit van 4 april 2007 in zaak 5974/ Careyn – Thuiszorg West-Brabant, voetnoot 2). Tevens is er overlap op ondersteunende en activerende begeleiding. Ook hier wordt in navolging van eerdere besluiten (zie bijvoorbeeld het besluit van 21 oktober 2005 in zaak 5171/ Antaris –Amstelrade – Fontis, punten 20-22, 30 en 31) niet nader op ingegaan, aangezien deze activiteiten zelden afzonderlijk worden afgenomen; ze worden vrijwel altijd afgenomen in combinatie met overige zorgdiensten. Tot slot overlappen de activiteiten van partijen op het gebied van jeugdgezondheidszorg. Aangezien hierop op dit moment feitelijk geen concurrentie mogelijk is, wordt ook op deze activiteit niet nader ingegaan (zie bijvoorbeeld het besluit in zaak 5974/ Careyn – Thuiszorg West-Brabant, reeds
2
Openbare versie
Openbare versie
9. Evenals in eerdere besluiten4 wordt in de onderhavige zaak uitgegaan van afzonderlijke markten voor (i) huishoudelijke verzorging, (ii) persoonlijke verzorging en verpleging en (iii) kraamzorg. Rel evan t e geogr af isch e mar kt en (i) Huishoudelijke verzorging 10. In eerdere besluiten5 is uitgegaan van een geografische markt voor huishoudelijke verzorging die ten minste het werkgebied van een gevestigde speler en ten hoogste de zorgkantoorregio omvat. 11. In een aantal recente besluiten6 is aangetekend dat door de invoering van de WMO de markt voor huishoudelijke verzorging mogelijk ruimer wordt dan de zorgkantoorregio. Als gevolg van de invoering van de WMO kopen gemeenten huishoudelijke verzorging in via een aanbestedingsproces7 en trachten gevestigde aanbieders van thuiszorg hun werkgebied op het gebied van huishoudelijke verzorging uit te breiden naar gemeenten die van oudsher buiten hun werkgebied vallen. Een en ander blijkt in onderhavige zaak uit het feit dat partijen hebben ingeschreven op aanbestedingen voor huishoudelijke verzorging in gemeenten buiten hun eigen traditionele werkgebied. 12. Mogelijk is de geografische markt voor huishoudelijke verzorging, als gevolg van de aanbestedingssystematiek van de WMO, groter dan de zorgkantoorregio. Desalniettemin zal in onderhavige zaak uitgegaan worden van een geografische markt voor huishoudelijke verzorging die de zorgkantoorregio omvat. Wel zal rekening gehouden worden met de situatie op aanpalende geografische markten voor huishoudelijke verzorging.
aangehaald, punt 12 en het besluit van 31 december 2004 in zaak 4295/ Stichting Icare – Sensire – Thuiszorg Groningen, punten 23 en 24). 4
Zie onder meer het besluit van 4 november 2005 in zaak 4212/ De Basis – Thuiszorg Gooi en Vechtstreek – Vivium, punt 14,
het besluit van 18 augustus 2005 in zaak 4988/ Oosterlengte – Thuiszorg Groningen – Sensire, punt 16 en het besluit in zaak 5974/ Careyn – Thuiszorg West-Brabant, reeds aangehaald, punt 14. 5
Zie bijvoorbeeld het besluit van 8 januari 2007 in zaak 5924/ Vivre – GroeneKruisDomicura, punt 13, voetnoot 10 en het
besluit van 7 november 2006 in zaak 5740/ Laak & Eemhoven – Amant, punten 33 en 34. 6
Zie onder meer het besluit in zaak 5740/ Laak & Eemhoven - Amant, reeds aangehaald, punt 36, het besluit van 29 januari
2007 in zaak 5882/ SVRZ - Allévo, punt 16 en het besluit van 7 maart 2007 in zaak 5990/ De Omring - Corbis Plus, punten 16 tot en met 19. 7
Dit geldt ook voor de gemeenten in de zorgkantoorregio’s Arnhem en Nijmegen.
3
Openbare versie
Openbare versie
(ii) Persoonlijke verzorging en verpleging 13. In eerdere besluiten8 is uitgegaan van een geografische markt voor persoonlijke verzorging en verpleging die ten minste het werkgebied van een gevestigde speler en ten hoogste de zorgkantoorregio omvat. 14. In onderhavige zaak is alleen sprake van overlap van de activiteiten van Evean en STMG op het gebied van persoonlijke verzorging en verpleging in de zorgkantoorregio Arnhem. De werkgebieden van Evean en STMG binnen deze zorgkantoorregio overlappen niet (zie punt 27). 15. Bij de beoordeling van de effecten van de onderhavige concentratie zal daarom alleen worden uitgegaan van een geografische markt die de zorgkantoorregio omvat. (iii) Kraamzorg 16. Evenals in eerdere zaken9 zal worden uitgegaan van een markt voor kraamzorg die tenminste het werkgebied van een aanbieder omvat. Gelet op de inkoopprocedures voor kraamzorg en de relatief beperkte toetredingsdrempels is het echter aannemelijk dat de geografische omvang van de markt voor kraamzorg groter is. De exacte afbakening van de geografische markt voor kraamzorg kan in onderhavige zaak evenwel in het midden blijven aangezien de materiële beoordeling hierdoor niet wordt beïnvloed (zie de punten 32 tot en met 34). B.
GEVOLGEN VAN DE CONCENTRATIE
17. Evean is actief in een groot aantal (zorgkantoor)regio’s: Friesland, Groningen, Drenthe, Zwolle, de Veluwe, Nijmegen, Arnhem, Flevoland, Zaanstreek-Waterland, Amsterdam en NoordHolland Noord. STMG is actief in de zorgkantoorregio’s Arnhem en Nijmegen; vanaf 1 september 2007 biedt STMG ook huishoudelijke verzorging in Apeldoorn aan (zorgkantoorregio Apeldoorn – Zutphen).
8
Zie bijvoorbeeld het besluit van 17 januari 2005 in zaak 4161/ De Runne – Kruiswerk Mark en Maas – Thebe, punt 25 en het
besluit in zaak 4295/ Stichting Icare – Sensire – Thuiszorg Groningen, reeds aangehaald, punt 30. 9
Zie bijvoorbeeld het besluit van 15 augustus 2005 in zaak 5133/ Icare – Evean – Integra, punt 32, het besluit van 17 januari
2005 in zaak 4161/ De Runne – Kruiswerk Mark en Maas – Thebe, reeds aangehaald, punt 41 en het besluit in zaak 5974/ Careyn – Thuiszorg West-Brabant, reeds aangehaald, punt 28.
4
Openbare versie
Openbare versie
(i) Huishoudelijke verzorging Zorgkantoorregio Arnhem 18. Uitgaande van een geografische markt voor huishoudelijke verzorging die de zorgkantoorregio Arnhem omvat, behaalden partijen in 2006 een gezamenlijk marktaandeel van circa [20-30]* % (STMG circa [20-30]% en Evean circa [0-10]%).10 19. Binnen de zorgkantoorregio Arnhem is STMG actief in de gemeenten Arnhem, Renkum, Rheden, Rozendaal, Doesburg, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar, Lingewaard, Overbetuwe en Montferland. Sinds 1 januari 2007 is STMG ook actief als aanbieder van huishoudelijke verzorging in de gemeenten Ede en Oude IJsselstreek. Evean is binnen deze zorgkantoorrregio actief in de gemeenten Ede en Barneveld. 20. In plaatsen waar beide partijen hebben meegedongen bij WMO-aanbestedingen, waaronder Ede, hebben ook vrij veel andere aanbieders ingeschreven en gegund gekregen. Belangrijke concurrenten van partijen zijn Zorg Transfer, Sensire, Priva Zorg, Vérian en Diafaan. Zorgkantoorregio Nijmegen 21. STMG behaalde in de zorgkantoorregio Nijmegen in 2006 een marktaandeel van circa [0-10]%. Evean is pas dit jaar als kleine speler toegetreden tot de markt voor huishoudelijke verzorging binnen de zorgkantoorregio Nijmegen. 22. Binnen de zorgkantoorregio Nijmegen is STMG actief in de gemeenten Buren en Nederbetuwe en binnen de gemeente Nijmegen in Lent en Oosterhout 11. Sinds 1 januari 2007 is STMG ook actief als aanbieder van huishoudelijke verzorging in de gemeente Tiel. Evean is binnen de zorgkantoorregio Nijmegen actief in de stad Nijmegen. 23. Grote concurrenten in deze regio zijn Zorggroep Zuid-Gelderland (ZzG) en STMR met een gezamenlijk marktaandeel van 80% tot 90%.12
*
In deze openbare versie van het besluit zijn delen van de tekst vervangen of weggelaten om redenen van
vertrouwelijkheid. Vervangen of weggelaten delen zijn met vierkante haken aangegeven. In het geval van getallen of percentages kan de vervanging hebben plaatsgevonden in de vorm van vermelding van bandbreedtes. 10
Bron: meldende partijen die zich hierbij baseren op Linkincare. Er is geen reden aan de opgave van partijen te twijfelen.
11
STMG is op basis van een recente aanbesteding niet meer toegelaten tot Oosterhout en Lent; de uitkomst van deze
aanbesteding wordt echter in rechte aangevochten. 12
Bron: Zorgkantoor Nijmegen.
5
Openbare versie
Openbare versie
Aanpalende zorgkantoorregio’s 24. In verband met de mogelijkheid dat de geografische markt voor huishoudelijke verzorging als gevolg van de aanbestedingssystematiek van de WMO groter wordt dan de zorgkantoorregio, zal in punt 25 worden ingegaan op de positie van Evean13 in de zorgkantoorregio’s of gebieden die grenzen aan de zorgkantoorregio’s Arnhem en Nijmegen. 25. In de zorgkantoorregio’s Noord-Oost Brabant, Midden-IJssel en Twente heeft Evean in 2006 geen omzet behaald. In de regio’s Utrecht en Apeldoorn-Zutphen behaalde Evean in 2006 een marktaandeel van minder dan [0-10]%. Op de Veluwe (een deel van de zorgkantoorregio Zwolle) nam Evean een zeer sterke positie in (in 2006 een marktaandeel van circa [90-100]%); het marktaandeel van Evean in de gehele zorgkantoorregio Zwolle bedroeg in 2006 circa [6070]%. Binnen een mogelijk ruimere geografische markt dan de zorgkantoorregio zal het effect van de sterke positie van Evean binnen de zorgkantoorregio Zwolle ruimschoots worden gemitigeerd door haar beperkte positie c.q. afwezigheid in Midden-IJssel, Twente, Apeldoorn – Zutphen en Utrecht en de concurrentiedruk die kan uitgaan van andere spelers die actief zijn in deze gebieden.14 Conclusie 26. Gelet op de geringe toevoeging van marktaandeel die als gevolg van de voorgenomen concentratie plaatsvindt en de aanwezigheid van sterke concurrenten is het niet aannemelijk dat als gevolg van de voorgenomen concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat de daadwerkelijke mededinging op het gebied van huishoudelijke verzorging binnen de zorgkantoorregio Arnhem of binnen de zorgkantoorregio Nijmegen op significante wijze wordt belemmerd. Ook bij een ruimere geografische marktafbakening dan de zorgkantoorregio is dit niet aannemelijk. Hierbij is tevens van belang dat de ontwikkelingen in het kader van de WMO in beginsel aan veel spelers goede mogelijkheden bieden tot uitbreiding van hun activiteiten op het gebied van huishoudelijk verzorging.
13
STMG is uitsluitend actief in de zorgkantoorregio’s Arnhem en Nijmegen. Vanaf 1 september 2007 zal STMG ook
huishoudelijke verzorging in Apeldoorn aanbieden (zorgkantoorregio Apeldoorn – Zutphen). 14
Landelijk gezien behalen Evean en STMG in 2006 op het gebied van huishoudelijke verzorging een gezamenlijk
marktaandeel van circa [10-20]% (Evean circa [0-10]% en STMG circa [0-10]%).
6
Openbare versie
Openbare versie
(ii) Persoonlijke verzorging en verpleging Zorgkantoorregio Arnhem 27. Binnen de zorgkantoorregio Arnhem is STMG actief in de gemeenten Arnhem, Renkum, Rheden, Rozendaal, Doesburg, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar, Lingewaard, Overbetuwe en Montferland. Evean is binnen deze regio actief in de gemeenten Ede en Barneveld. De werkgebieden van Evean en STMG overlappen derhalve niet. 28. Uitgaande van een geografische markt voor persoonlijke verzorging en verpleging die de zorgkantoorregio Arnhem omvat, behaalden partijen in 2006 een gezamenlijk marktaandeel van circa [20-30]% (STMG circa [20-30]% en Evean circa [0-10]%).15 29. Andere spelers binnen de zorgkantoorregio Arnhem zijn Sensire, Diafaan, Amant en STMR. 30. Gelet op het gezamenlijke marktaandeel van circa [20-30]%, de geringe toevoeging van marktaandeel die als gevolg van de voorgenomen concentratie plaatsvindt en de aanwezigheid van sterke concurrenten is het niet aannemelijk dat als gevolg van de voorgenomen concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat de daadwerkelijke mededinging binnen de zorgkantoorregio Arnhem op significante wijze wordt belemmerd. Zorgkantoorregio Nijmegen 31. Binnen de zorgkantoorregio Nijmegen overlappen de activiteiten van Evean en STMG op het gebied van persoonlijke verzorging en verpleging niet, aangezien Evean niet in deze regio actief is op het gebied van persoonlijke verzorging en verpleging. STMG behaalde in 2006 binnen de zorgkantoorregio Nijmegen met deze activiteiten een marktaandeel van circa [0-10]%. (iii) Kraamzorg 32. STMG biedt kraamzorg aan in de gemeenten Arnhem, Renkum, Rheden, Rozendaal, Doesburg, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar, Lingewaard, Overbetuwe en Montferland. Evean levert kraamzorg in de regio’s Friesland, Drenthe, Zwolle, de Veluwe (Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Putten, Nijkerk en Oldenbroek), Flevoland, Zaanstreek-Waterland, Amsterdam en Noord-Holland Noord. 33. De activiteiten van partijen overlappen niet op werkgebiedniveau. Binnen haar werkgebied behaalde STMG in 2006 een marktaandeel van circa [10-20]%. 15
Bron: meldende partijen die zich hierbij baseren op Linkincare. Er is geen reden aan de opgave van partijen te twijfelen.
7
Openbare versie
Openbare versie
34. Wanneer de gebieden die grenzen aan het werkgebied van STMG in aanmerking worden genomen ontstaat het volgende beeld. In de regio’s Nijmegen/ Culemborg, Midden-IJssel en Twente heeft Evean in 2006 vrijwel geen omzet behaald. In de regio’s Utrecht en ApeldoornZutphen behaalde Evean in 2006 een marktaandeel van minder dan [0-10]%. Uitsluitend op de Veluwe nam Evean een zeer sterke positie in (marktaandeel van circa [50-60]%). Wanneer wordt uitgegaan van een ruimere geografische markt dan de verschillende werkgebieden dan zal het effect van de sterke positie van Evean op de Veluwe worden gemitigeerd door de concurrentiedruk die uitgaat van spelers die actief zijn in omliggende gebieden waarin Evean niet of slechts beperkt actief is.16 Zienswijze NZa 35. De NZa heeft een zienswijze gegeven over de onderhavige concentratie. De NZa acht het niet aannemelijk dat door de voorgenomen concentratie de marktstructuur op het gebied van extramurale AWBZ-zorg op de markt voor persoonlijke verzorging en verpleging zodanig wijzigt, dat nadelige gevolgen zullen ontstaan voor de publieke belangen, te weten kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid. De NZa acht het tevens niet aannemelijk dat genoemde nadelige gevolgen zullen ontstaan op het gebied van kraamzorg.
16
Landelijk gezien behalen partijen in 2006 op het gebied van kraamzorg een gezamenlijk marktaandeel van circa [10-20]%
(Evean circa [10-20]% en STMG circa [0-10]%).
8
Openbare versie
Openbare versie
VI.
CONCLUSIE
36. Na onderzoek van deze melding is de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. 37. Gelet op het bovenstaande deelt de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist. Datum: 20 augustus 2007
De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, namens deze:
w.g. Drs. A.J.M. Kleijweg Wnd. directeur Concentratiecontrole
Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de Rechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam
9
Openbare versie