Openbare versie
Nederlandse Mededingingsautoriteit
BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.
Nummer
5979/ 13
Betreft zaak:
I.
5979/ Parnassia - Bavo Europoort
MELDING
1 Op 30 januari 2007 heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Stichting Parnassia Groep en Stichting Bavo Europoort voornemens zijn te fuseren, in de zin van artikel 27, onder a, van de Mededingingswet. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 25 van 5 februari 2007. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende marktpartijen. II.
PARTIJEN
2 Stichting Parnassia Groep (hierna: Parnassia) is een stichting naar Nederlands recht. Parnassia is actief op het gebied van psychiatrische zorg voor volwassenen en ouderen, verslavingszorg en forensische psychiatrie. Parnassia biedt haar zorg zowel klinisch als nietklinisch aan. Een deel van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) voor volwassenen wordt geboden onder de naam PsyQ. Daarbij gaat het om gecertificeerde, gespecialiseerde zorgprogramma’s, zoals behandeling van ADHD bij volwassenen, behandeling van angststoornissen en depressie. De bedoeling is dat deze programma’s door middel van samenwerking met andere marktpartijen op den duur landelijk worden aangeboden. Op dit moment werkt Parnassia bij PsyQ reeds samen met onder meer Stichting Bavo Europoort. 3 Stichting Bavo Europoort (hierna: Bavo Europoort) is een stichting naar Nederlands recht. Bavo Europoort is actief op het gebied van de psychiatrische zorg aan volwassenen en biedt tevens verslavingszorg aan. Daarnaast biedt Bavo Europoort kinder- en jeugdpsychiatrische zorg aan. Ook Bavo Europoort biedt haar zorg zowel klinisch als niet-klinisch aan. III.
DE GEMELDE OPERATIE
4 De gemelde operatie is neergelegd in een “Intentieverklaring” die door partijen bij de melding is overgelegd. De in de intentieverklaring gemelde transactie voorziet in een fusie tussen
1
Openbare versie
Openbare versie
Parnassia en Bavo Europoort. Partijen streven er naar per 1 juli 2007 de fusie van deze twee stichtingen tot stand te brengen. IV.
TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT
5 De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, onder a, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4, omschreven transactie leidt er toe dat twee voorheen van elkaar onafhankelijke ondernemingen fuseren. 6
Betrokken ondernemingen zijn Parnassia en Bavo Europoort.
7 Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. V.
BEOORDELING
8 In eerdere besluiten1 is bekeken in hoeverre er binnen de GGZ ruimte is voor concurrentie. Daarbij is geconcludeerd dat activiteiten in het kader van de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ) niet kunnen worden aangemerkt als ondernemingsactiviteiten. Voorts werd ten aanzien van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) geconcludeerd dat er bij het bieden van deze zorg geen ruimte is voor concurrentie. Daarom zal op de activiteiten van partijen in het kader van BOPZ en OGGZ niet verder worden ingegaan. A.
RELEVANTE MARKTEN
Rel evan t e pr oduct mar kt en 9 Partijen zijn beide actief op het gebied van GGZ voor volwassenen en ouderen en bieden daarbij zowel klinische als niet-klinische zorg. In eerdere besluiten2 is reeds vastgesteld dat de niet-klinische GGZ voor volwassenen en ouderen en de klinische GGZ voor volwassenen en ouderen als aparte productmarkten dienen te worden beschouwd. In dit besluit wordt hierbij aangesloten.
1
Zie het besluit van 2 november 2006 in zaak 5632/ GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin, punt 19 t/ m 28, het
besluit van 11 juli 2006 in zaak 5660/ GGZ Groep Europoort – Bavo RNO Groep, punt 22 en het besluit van 1 september 2004 in zaak 3865/ Rijngeest – Robert Fleury, punt 17 t/ m 20. 2
Zie het besluit in zaak 5632/ GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin, reeds aangehaald, punt 32, en het besluit in
zaak 3865/ Rijngeest – Robert Fleury, reeds aangehaald, punt 26.
2
Openbare versie
Openbare versie
10 Beide partijen zijn daarnaast actief op het gebied van verslavingszorg. Bavo Europoort beschikt over klinische plaatsen voor verslavingszorg waarvoor een zeer strikt toelatingsbeleid geldt. De plaatsen zijn exclusief bedoeld voor langdurig aan harddrugs verslaafde mannen uit de politieregio Rotterdam-Rijnmond die strafbare feiten plegen en veelvuldig zijn veroordeeld voor vermogensdelicten die in relatie staan tot hun gebruik. Gezien het specifieke karaker van deze zorg kan niet worden gesproken van een betekenisvolle overlap van de activiteiten van partijen. In het navolgende wordt niet nader op verslavingszorg ingegaan. Rel evan t e geogr af isch e mar kt en 11 Parnassia is met name actief in de zorgkantoorregio Haaglanden. Daarnaast is Brijder Verslavingszorg, een dochteronderneming van Parnassia, actief in de provincie Noord-Holland op het gebied van verslavingszorg. Bavo Europoort is met name actief in de zorgkantoorregio’s Rotterdam en Zuid-Hollandse Eilanden. Partijen zijn daarnaast in beperkte mate actief in de zorgkantoorregio’s Delft Westland Oostland, Nieuwe Waterweg Noord, Zuid-Holland Noord, Midden Holland en Waardenland. Aangezien de overlap van de activiteiten van partijen in de zorgkantoorregio’s Nieuwe Waterweg Noord, Zuid-Holland Noord, Midden Holland en Waardenland gering is zal in het navolgende slechts nader worden ingegaan op de gevolgen van de concentratie in de zorgkantoorregio’s Delft Westland Oostland, Haaglanden, Rotterdam en Zuid-Hollandse Eilanden. 12 In eerdere besluiten3 is zowel voor klinische als voor niet-klinische GGZ uitgegaan van een geografische markt die minimaal het werkgebied van een aanbieder en maximaal de zorgkantoorregio omvat. De provincie Zuid-Holland bestaat uit acht zorgkantoorregio’s. Er bestaat in onderhavige zaak derhalve geen aanleiding om die regio’s nader onder te verdelen. 13 In het navolgende zullen de gevolgen van de concentratie op de markten voor (i) klinische GGZ voor volwassenen en ouderen en (ii) niet-klinische GGZ voor volwassenen en ouderen onderzocht worden in de vier bovengenoemde zorgkantoorregio’s Delft Westland Oostland, Haaglanden, Rotterdam en de Zuid-Hollandse Eilanden. B.
GEVOLGEN VAN DE CONCENTRATIE
Beperkte overlap 14 Partijen hebben hun marktaandelen berekend op basis van gegevens uit het zorginformatiesysteem (Zorgis) van GGZ Nederland over 2005. Op basis van dit informatiesysteem is het mogelijk marktaandelen per zorgkantoorregio te berekenen op basis van het aantal patiënten.
3
Zie, onder meer, het besluit in zaak 5632/ GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin, reeds aangehaald, punt 49.
3
Openbare versie
Openbare versie
Klinisch
Zorgkantoorregio Totaal aantal
Niet-Klinisch
Parnassia
patiënten
Bavo
Totaal aantal
Europoort
patiënten
Parnassia
Bavo Europoort
Delft Westland Oostland4
1.100
[10-20]%
[0-10]%
11.194
[10-20]%
[0-10]%
5
4.015
[70-80]%
[0-10]%
38.224
[90-100]%
[0-10]%
3.372
[0-10]%
[30-40]%
42.716
[0-10]%
[40-50]%
1.330
[0-10]%
[0-10]%
15.082
[0-10]%
[70-80]%
Haaglanden Rotterdam
6 7
Zuid-Hollandse Eilanden
15 De cijfers van partijen zijn inclusief de activiteiten van gespecialiseerde instellingen voor verslavingszorg en instellingen voor beschermd wonen. In het besluit GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin8 zijn deze activiteiten, vanwege de beperkte concurrentie met instellingen die psychiatrische zorg voor volwassenen en ouderen leveren, buiten beschouwing gelaten. Met name in de zorgkantoorregio Rotterdam leidt het uitsluiten van deze activiteiten tot een opwaartse correctie van het marktaandeel.9 Deze correctie heeft verder geen gevolgen voor de conclusie in onderhavige zaak (zie punt 22). 16 Uit bovenstaande tabel blijkt dat de activiteiten van partijen in beperkte mate overlappen. Enige uitzondering is de zorgkantoorregio Delft Westland Oostland. In deze zorgkantoorregio behalen partijen een gezamenlijk marktaandeel van circa [20-30]% op de markt voor klinische GGZ voor volwassenen en ouderen en circa [10-20]% op de markt voor niet-klinische GGZ voor volwassenen en ouderen. Gezien deze marktaandelen is het niet aannemelijk dat als gevolg van de onderhavige concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt op beide bovengenoemde productmarkten in de zorgkantoorregio Delft Westland Oostland.
4
Deze regio bestaat uit de volgende gemeenten: Bergschenhoek, Berkel en Rodenrijs, Bleiswijk, Delft, Midden-Delfland,
Pijnacker-Nootdorp en Westland. 5
Deze regio bestaat uit de volgende gemeenten: Den Haag, Leidschendam - Voorburg, Rijswijk, Wassenaar en Zoetermeer.
6
Deze regio bestaat uit de volgende gemeenten: Rotterdam, Rozenburg, Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel.
7
Deze regio bestaat uit de volgende gemeenten: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Binnenmaas, Brielle, Cromstrijen,
Dirksland, Goedereede, ‘s-Gravendeel, Hellevoetsluis, Korendijk, Middelharnis, Oostflakkee, Oud-Beijerland, Ridderkerk, Spijkenisse, Strijen en West-Voorne. 8
Zie het besluit in zaak 5632/ GGZ Noord-Holland-Noord – GGZ Dijk en Duin, reeds aangehaald.
9
Wanneer de marktaandelen van Bavo Europoort in Rotterdam exclusief deze activiteiten worden geraamd, komt het
marktaandeel op het gebied van klinische GGZ uit op 50% - 60%. Het gezamenlijke marktaandeel van Bavo Europoort op het gebied van niet-klinische GGZ komt na correctie uit op 40% - 50%.
4
Openbare versie
Openbare versie
Potentiële concurrentie en meest aannemelijke en eerste alternatief 17 Ook in de zaak GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin 10 was sprake van beperkte overlap van activiteiten van partijen op het niveau van de zorgkantoorregio, met name vanwege het beperkte reisgedrag van patiënten. Partijen beschikten in die zaak in hun werkgebieden over zeer sterke marktposities. Aangezien bovendien de GGZ-sector een sector is die in transitie is, en patiënten in de toekomst mogelijk meer gaan reizen dan nu het geval is, is in die zaak onderzocht in hoeverre als gevolg van de concentratie het (toekomstige) meest aannemelijke en eerste alternatief van partijen wegvalt op het gebied van klinische zorg. Ook in onderhavige zaak heeft de NMa, gelet op de sterke posities van partijen op het gebied van klinische zorg in de regio’s Haaglanden, Rotterdam en Zuid-Hollandse Eilanden, een dergelijke analyse uitgevoerd. 18 Op het gebied van niet-klinische GGZ-zorg is in navolging van de zaak GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin, mede vanwege de zeer sterke marktposities op dit gebied, onderzocht in hoeverre als gevolg van onderhavige concentratie potentiële concurrentie wordt geëlimineerd. Aanbieders van niet-klinische GGZ zouden vestigingen in andere zorgkantoorregio’s dan hun huidige werkgebied kunnen openen en zo met de zittende spelers kunnen concurreren. Een concentratie met een dergelijke potentiële toetreder leidt tot het wegvallen van deze concurrentiedruk. Ook in onderhavige zaak heeft de NMa, gelet op de sterke posities van partijen op het gebied van niet-klinische zorg in de regio’s Haaglanden, Rotterdam en Zuid-Hollandse Eilanden, een dergelijke analyse uitgevoerd. 19 Voor de analyse van het bovenstaande is aangesloten bij de richtsnoeren van de Europese Commissie11. Voor het onderzoek naar het al dan niet wegvallen van een belangrijke potentiële concurrent op het gebied van niet-klinische zorg is allereerst vastgesteld of sprake was van concrete plannen van partijen, om actief te worden in elkaars werkgebied. Het onderzoek heeft geen aanwijzingen opgeleverd dat partijen dergelijke plannen hadden. 20 Verder is voor zowel de klinische als voor de niet-klinische zorg per relevante geografische markt (zie punt 13) geanalyseerd in hoeverre partijen op grond van objectieve factoren als elkaars meest aannemelijke (klinisch) of als meest aannemelijke potentiële concurrent kunnen worden gekwalificeerd. Het onderzoek heeft zich er met name op gericht in hoeverre andere GGZinstellingen als meest aannemelijke of potentiële concurrent van partijen kunnen gelden. Van belang bij deze analyse zijn factoren als de vestigingsplaats en de omvang van deze alternatieve spelers. Voor een beter overzicht in de vestigingsplaats van partijen en die van alternatieve GGZ-
10
Zie het besluit in zaak 5632/ GGZ Noord-Holland Noord – GGZ Dijk en Duin, reeds aangehaald, punt 42.
11
Zie Richtsnoeren voor de beoordeling van horizontale fusies op grond van de Verordening van de Raad inzake de
controle op concentraties van ondernemingen, Pb. C 31 van 05/ 02/ 2004, blz. 5 tot en met 18, punten 58 tot en met 60. Zie ook het besluit van 31 december 2004 in zaak 4295/ Icare – Sensire – Thuiszorg Groningen, punt 42 en verder.
5
Openbare versie
Openbare versie
aanbieders, is in de bijlage van dit besluit een kaart van de zorgkantoorregio’s in Zuid-Holland bijgevoegd. Haaglanden 21 Aan de zorgkantoorregio Haaglanden grenzen de zorgkantoorregio’s Zuid-Holland Noord en Delft Westland Oostland. In Zuid-Holland Noord is Rivierduinen actief. Deze speler is qua omvang groter dan Bavo Europoort. In Delft Westland Oostland is GGZ Delfland actief, een speler die qua omvang vergelijkbaar is met Bavo Europoort. Beide spelers bieden zowel klinische als niet-klinische GGZ aan. Rotterdam 22 Naast Bavo Europoort zijn er in de zorgkantoorregio Rotterdam nog twee andere spelers van substantiële omvang actief, te weten RIAGG Rijnmond en, vanuit de aangrenzende zorgkantoorregio Zuid-Hollandse Eilanden, Delta Psychiatrisch Centrum. RIAGG Rijnmond is alleen actief op het gebied van niet-klinische GGZ. Delta Psychiatrisch Centrum biedt naast klinische zorg ook (op beperkte schaal) niet-klinische zorg aan. In de aangrenzende regio Midden Holland is het reeds eerder genoemde Rivierduinen actief. In het vrijwel aangrenzende Waardenland is De Grote Rivieren, eveneens met een substantiële omvang, actief op zowel klinische als niet-klinische GGZ. Zuid-Hollandse Eilanden 23 Naast Bavo Europoort is Delta Psychiatrisch Centrum, met name op het gebied van klinische zorg, een grote speler in deze regio. Deze instelling biedt naast klinische zorg ook (op beperkte schaal) niet-klinische zorg aan. In het gebied gelegen tussen de zorgkantoorregio Haaglanden en de Zuid-Hollandse Eilanden zijn voorts verschillende spelers van substantiële omvang actief. Het betreft de hiervoor genoemde spelers GGZ Delfland, RIAGG Rijnmond en Rivierduinen. In het eveneens aangrenzende Waardenland is De Grote Rivieren actief. Conclusie 24 Ten aanzien van elke hierboven besproken regio geldt dat er in de zorgkantoorregio zelf, dan wel in (vrijwel) aangrenzende zorgkantoorregio’s, alternatieve GGZ instellingen van substantiële omvang actief zijn, zowel op het gebied van klinische als op het gebied van niet-klinische GGZ voor volwassenen en ouderen. Het is derhalve niet aannemelijk dat door het wegvallen van Parnassia voor Bavo Europoort, dan wel het wegvallen van Bavo Europoort voor Parnassia op het gebied van niet-klinische zorg in belangrijke mate potentiële concurrentiedruk verloren gaat. Op het gebied van klinische zorg is het niet aannemelijk dat als gevolg van onderhavige concentratie het meest aannemelijke en eerste alternatief weg valt.
6
Openbare versie
Openbare versie
VI.
CONCLUSIE
25 Na onderzoek van deze melding is de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. 26 Gelet op het bovenstaande deelt de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist. Datum: 07-03-07
De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, namens deze:
W.g. drs. A.J.M. Kleijweg Wnd. directeur Concentratiecontrole
Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de Rechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam
7
Openbare versie
Openbare versie
Bijlage: zorgkantoorregio’s in Zuid-Holland
8
Openbare versie