Beleidsplan Museum Wierdenland 2013 – 2016
Museum Wierdenland verbindt door het tonen en laten ervaren van het wierdenlandschap en zijn cultuur door de tijd heen.
1
INHOUD Voorwoord Leeswijzer
4 4
1. Organisatie a. Profiel en geschiedenis van het museum b. Rechtspositie, bestuur en beleid c. Registratie als erkend museum
5 5 6 7
2. Kwaliteitssysteem
8
3. Voor wie werken we en wat zijn onze doelen? a. Wie zijn de betrokkenen van het museum? b. SWOT-analyse ultimo 2012 c. Missie, visie en kernwaarden van Museum Wierdenland d. Doelstellingen huidige beleidsperiode
10 10 11 12 14
4. Financieel beleid
15
5. Voorzieningen en veiligheidszorg a. Horeca b. Winkel c. Archeologisch InformatiePunt (AIP) d. Toeristisch Informatie Punt (TIP) e. Zaalverhuur f. Veiligheidszorg g. Veiligheidszorg
17 17 17 17 17 17 17 17
6. Toegankelijkheid
18
7. Personeel en organisatieontwikkeling a. Personeel en vrijwilligers/organogram b. Reintegratie c. Samenwerkingen
18 18 18 20
2
8. Collectiebeleid a. Herkomst b. Collectieprofiel c. Verwerving en afstoting d. Onderzoek en ontsluiting e. Behoud en beheer f. Conservering en restauratie g. Registratie en documentatie h. Actiepunten collectiebeleid
21 21 21 22 22 22 23 23 23
9. Presentatie- en tentoonstellingsbeleid a. Vaste opstelling b. Wisselende tentoonstellingen 2013-2016
24 24 24
10. Communicatie en marketing a. Hoofddoelen communicatiebeleid b. Communicatieboodschap c. Doelgroepen d. Middelen e. Evaluatie
26 27 27 27 28 31
11. Educatiebeleid a. Voor kinderen b. Voor volwassenen
32 32 33
12. Tot slot
34
3
VOORWOORD Museum Wierdenland is sinds eind 2012 een (voorlopig) Geregistreerd Museum en aspirant-lid van de Museumvereniging. Het staat aan de vooravond van een volgende fase in zijn bestaan. Museum Wierdenland is een museum van waarde, een bron van ontmoeting, kennis, ontdekking en inspiratie. Het museum heeft de ambitie uit te groeien van een lokaal museum naar een regionaal centrum voor kennis over het natuurlijke landschap, de inrichting van het (historisch) cultuurlandschap én het gebruik van het terpen- en wierdenlandschap door de mens door de eeuwen heen. De wetenschappelijke basis hiervoor wordt gevormd door de resultaten van de opgravingen in de jaren ’30 van de twintigste eeuw die door professor Van Giffen zijn gedaan in de wierde van Ezinge. Het Museum Wierdenland heeft de ambitie om een poort naar het waddenkustgebied te worden, het gebied waarin het wierdenlandschap is ontstaan, en wordt in die ambitie gesteund door zijn partners. Het museum ligt sinds eind 2008 aan de toegangsweg van het prachtige wierdendorp Ezinge en is de basis van waaruit mensen het landschap leren kennen, ontdekken en gaan verkennen. Het heeft in de vorige beleidsperiode, de eerste in het nieuwe pand, de beleidsdoelen merendeels gerealiseerd. De opzet van de tentoonstellingen en de manier van werken zijn geprofessionaliseerd en het bezoekersaantal is toegenomen, hoewel niet tot de voorgenomen 8.000 per jaar. Nu de huidige directeur ruim een jaar in functie is, en de fusie met de Streekhistorische vereniging Middagherland een feit, is het tijd voor een herijking van missie en visie en de daaraan verbonden doelstellingen voor de komende vier jaar.
LEESWIJZER Hoofdstuk 1: Organisatie, bestuur en beleid Hoofdstuk 2: Kwaliteitssysteem en verantwoording Hoofdstuk 3: Doelstellingen en missie Hoofdstuk 4: Financieel beleid Hoofdstuk 5: Voorzieningen en veiligheidszorg Hoofdstuk 6: Toegankelijkheid Hoofdstuk 7: Personeel en organisatieontwikkelingen Hoofdstuk 8: Collectiebeleid Hoofdstuk 9: Presentatie- en tentoonstellingsbeleid Hoofdstuk 10: Communicatie en marketing Hoofdstuk 11: Educatiebeleid
4
1. ORGANISATIE 1.a Profiel en geschiedenis van het museum Museum Wierdenland te Ezinge is een lokaal museum dat zijn ontstaan dankt aan de opgravingen in de jaren 30 van de vorige eeuw die de beroemde professor Van Giffen uitvoerde op de wierde van Ezinge. De bakermat van het museum is gelegen in de Streekhistorische Vereniging Middagherland. In 1990 is het plan gepresenteerd om museum “Wierdenland”, een toeristisch educatief museum in Ezinge, op te richten. De heren Jaap Scherpenhuizen, ex-staatsecretaris Verkeer en Waterstaat, en Jan Delvigne, fysisch geograaf, respectievelijk voorzitter en secretaris van de Stichting Museum Wierdenland, waren belangrijke trekkers van het plan. Het museum werd gevestigd in het vrijgekomen gemeentehuis; de zelfstandige gemeente Ezinge kwam na de fusie met de gemeenten Adorp, Baflo en Winsum te vervallen. Het nieuwe museum werd mogelijk gemaakt door bijdragen van overheden, sponsoren en particulieren en werd op 7 juni 1994 geopend door Mr. Pieter van Vollenhoven. Het Museum besteedt enerzijds aandacht aan de geschiedenis van de wierden en het ontstaan van het karakteristieke landschap waarvan ze deel uitmaken en anderzijds aan de opgravingen van professor Van Giffen. De wierde van Ezinge is ononderbroken bewoond geweest vanaf 600 voor Christus. Het gebied waarin ze ligt, Middag-Humsterland, behoort tot de oudste cultuurlandschappen van West-Europa en is beschermd als Nationaal Landschap. Museum Wierdenland is hierdoor van belang voor de Collectie Groningen. Vanaf 2002 werd uitgekeken naar een meer opvallende locatie, mede omdat de gemeente Winsum wilde investeren in een culturele parel aan zijn kroon. Er werd opdracht gegeven voor een onderzoek. De conclusies van het eindrapport 'Revitalisering Museum Wierdenland' uit december 2004 zijn nog steeds actueel. De analyse van de situatie in het oude museumgebouw, de marktverkenningen en het marktconcept hebben geleid tot de concrete invulling van het museum op een nieuwe locatie aan de invalsweg van Ezinge. Met gemeentelijke steun werd aan de Van Swinderenweg een voormalig schoolgebouw (dd.: 1878) aangekocht, verbouwd en ingericht. Architect Jacob Veltman en binnenhuisarchitecten Arjan Karssen en Marcel Ponjee namen de uitvoering op zich in opdracht van de gemeente Winsum en stichting museum Wierdenland. Het vernieuwde museum opende op 2 december 2008 zijn deuren voor het publiek. Ook gaf het rapport verschillende mogelijke richtingen voor de professionalisering van de organisatie en de financiële uitwerking. Op de nieuwe locatie werd de (bruikleen-) collectie uitgebreid en werd een professionaliseringslag in de organisatie gemaakt. Het was een opwaardering in kwaliteit die onder leiding van de toenmalige directeur een vliegende start maakte. Tijdens de vorige beleidsperiode is gewerkt aan een grotere maatschappelijke rol van het museum, onder andere door het thema 'landschap' als gevolg van menselijke activiteiten nadrukkelijker in de presentatie te betrekken. Dit heeft onder meer geleid tot een fusie met de Streekhistorische vereniging Middagherland. 5
1.b Rechtspositie, bestuur en beleid In de gewijzigde statuten die na de fusie op 16 juli 2013 zijn vastgelegd is het doel van Stichting Museum Wierdenland omschreven: De stichting heeft als doel het informeren over, en wekken van belangstelling voor de geschiedenis van mens en land in het wierdengebied van Noord-Nederland in het algemeen en van de eigen streek in het bijzonder, en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord, en het verrichten van al hetgeen met het vorenstaande verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. De stichting tracht haar doel onder meer te bereiken door: het opzetten en exploiteren van een museum waarin permanente en/of tijdelijke tentoonstellingen over het (in lid 1) genoemde onderwerp zijn ingericht; het ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal, het uitgeven van publicaties en dergelijke over het (in lid 1) genoemde onderwerp; het verzamelen en behouden van voorwerpen alsmede het beschermen van objecten die op het (in lid 1) genoemde onderwerp betrekking hebben; alle overige wettige middelen die het doel van de stichting kunnen bevorderen. Sinds 2008 wordt Museum Wierdenland geleid door een directeur. Het bestuur onderschrijft de Code Cultural Governance. Bestuur en directeur hebben gekozen voor het "bestuur-directie" model. Op een aantal punten leidt de toepassing van de code, vanwege de kleine schaal van het museum, tot bovenmatige inspanningen die we daarom achterwege laten. In jaarverslagen zal dit, conform de richtlijn “pas toe of leg uit” worden toegelicht. In juni 2012 is de huidige directeur aangesteld (0,4 fte). Zij heeft de algehele leiding en is verantwoordelijk voor tentoonstellingen, marketing van het museum en voor de fondsenwerving zodat nieuwe museale producten kunnen worden ontwikkeld. Als archeoloog en projectleider van tentoonstellingen zorgt ze voor de vertaling van wetenschappelijke kennis in museaal educatieve producten.
6
Het bestuur functioneert als een meewerkend collectief. Het bestuur ondersteunt de organisatie, daar waar dit noodzakelijk is. Het verricht administratieve taken, treedt op als representant van het museum en ondersteunt indien noodzakelijk de vrijwilligers. Functieprofielen voor bestuursleden zullen in deze beleidsperiode nader worden uitgewerkt. Het werk van het bestuur komt overeen met 1,5 fte. Verschillende commissies van vrijwilligers, waarvan er ongeveer 60 bij het museum betrokken zijn, en een vrijwilligerscoördinator ondersteunen de directeur in haar dagelijks werk. Daarnaast werken 2 krachten 20 uur per week bij het museum via Ability. Het museum vervult daarmee een functie van begeleiding van en werkvoorziening voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Een intensieve samenwerking met museale en wetenschappelijke partners heeft kennisuitwisseling tot doel op het gebied van organisatie en exploitatie en leidt daarmee tot wederzijdse versterking en verdere professionalisering.
1.c Registratie als erkend museum In de vorige beleidsperiode is hard gewerkt aan de voorlopige registratie als erkend museum en lid van de museumvereniging. Naast deelname in de Museumkaart heeft dit als voordeel dat een duidelijk plan van aanpak voor professionalisering van gebouw en collectiebeleid moet worden opgesteld. Een kwaliteitssysteem van de museumvereniging wordt in de huidige beleidsperiode stapsgewijs geïmplementeerd.
7
2. KWALITEITSSYSTEEM Museum Wierdenland heeft eind 2012 het predicaat ‘Voorlopig geregistreerd museum’ ontvangen na toetsing en beoordeling van de mate waarin de bedrijfsvoering van het museum voldoet aan de Museumnorm en de criteria voor opname in het Museumregister. De Museumnorm betreft een specifiek museale standaard en omvat kwaliteitscriteria met betrekking tot de hoofdfuncties van een museum. De norm is aanvullend op algemeen geldende gedragsregels en wet- en regelgeving. Voor de voorwaarden voor het behalen en behouden van registraties in het Museumregister geldt een groeimodel. Aan de toetsingscriteria wordt reeds in voldoende mate voldaan voor opname in het register, met de gebruikelijke aanloopperiode van drie jaar middels een voorlopige registratie vanaf november 2012. Om de kwaliteitsdoelen die het museumregister verplicht stelt te bereiken is in december 2011 aan de hand van de Museumnorm een inventarisatie gemaakt. De verbeterpunten die daaruit naar voren kwamen zijn als ‘smart’ geformuleerde doelen opgenomen in het Startdocument Kwaliteitssysteem, dat in februari 2012 is vastgesteld door het bestuur. Omdat de goedkeuring voor en opname in het museumregister vooralsnog drie jaren beslaat, is voor het startdocument ook een tijdpad van drie jaren gekozen, tot en met 2015. Door de kwaliteitsdoelen in het jaarplan van het museum op te nemen wordt het inzichtelijk of en hoe die doelstellingen haalbaar zijn naast al het andere werk. De Museumnorm is onderverdeeld in de volgende thema’s die uitgewerkt worden in deelplannen. Deze deelplannen beschrijven, uitgaande van de missie, visie en kernwaarden, hoe op verschillende onderdelen de strategische doelstellingen worden gehaald en met welke acties. Eind 2016 willen we onze visie hebben verwezenlijkt om van lokaal museum uit te groeien naar een regionaal centrum voor het wierdenland. Dat gebeurt aan de hand van de thema’s: 1. Rechtspositie, bestuur en beleid 2. Kwaliteitssysteem 3. Financieel beleid 4. Voorzieningen en Veiligheidszorg 5. Toegankelijkheid 6. Personeel en organisatieontwikkeling 7. Collectie: beleid, verwerven en afstoten, registreren en behouden, onderzoek 8. Presentatie- en tentoonstellingsbeleid 9. Communicatie en Marketing 10. Educatiebeleid Deze indeling wordt ook gehanteerd voor dit beleidsplan en de ontwikkelingen zullen ook in deze volgorde worden vastgelegd in de jaarverslagen.
8
Daaruit volgt dat regelmatig een aantal documenten moet worden opgesteld door directie en bestuur. Bij indienstreden zullen deze plannen voor elke vrijwilliger ter beschikking worden gesteld. Jaarlijks: - Jaar/activiteitenplan - Jaarverslag Vierjaarlijks: - Communicatieplan (gereed 2014) - Collectieplan (gereed 2014) - Educatieplan (gereed 2015) - Veiligheidsplan (gereed 2015) - Onderhoudsplan (gereed 2015) - Winkelplan (gereed 2015) - Vrijwilligersplan (gereed 2014) Om het beleid te kunnen vertalen naar activiteiten, waaronder de tentoonstellingen, moeten we eerst bezien wie eigenlijk onze doelgroep vormen en maken we een SWOT-analyse op basis van de situatie ultimo 2012.
9
3. VOOR WIE WERKEN WE EN WAT ZIJN ONZE DOELEN? 3.a Wie zijn de betrokkenen bij het museum? Voor het formuleren van missie en doelen is het van belang ons eerst te realiseren wie de naaste betrokkenen, de stakeholders van het museum zijn. Daarbij gaat het om personen of organisaties die door het museum beïnvloed worden of op hun beurt het museum beïnvloeden. Allereerst zijn dat natuurlijk de bezoekers. Daarnaast is een grote groep vrijwilligers bij het museum betrokken. Het functioneren van de groep vrijwilligers staat weliswaar ten dienste van de bezoekers/gasten, maar de betrokkenheid van deze groep behoort ook bij de kerndoelen van het museum. Dan zijn er vele relaties met externen, zoals bijvoorbeeld subsidiegevers, die gewoonlijk in het museum investeren omdat zij verwachten hun eigen doelen deels te kunnen verwezenlijken door een samenwerking. Een opsomming van belanghebbenden ziet er aldus uit: Externe belanghebbenden: bezoekers scholen gemeente Winsum provincie Groningen culturele instellingen in noordelijke regio natuurinstellingen in noordelijke regio Rijksuniversiteit Groningen leer/werkbedrijf Ability media bruikleengevers samenwerkingspartners toeristische ondernemers regio fondsen en sponsors bedrijfsleven Interne belanghebbenden: bestuur vrijwilligers personeel ‘vrienden’ en ‘hartsvrienden’ van het museum
10
3.b SWOT-analyse ultimo 2012 SWOT = Strength – Weakness – Opportunities – Threats De onderstaande puntsgewijze SWOT-analyse geeft een aantal sterke en zwakke punten van het museum weer en brengt de kansen en bedreigingen in kaart. Sterktes Fris modern ogend museumgebouw met heldere presentatie Aanwezigheid van winkel en horecavoorzieningen Aanwezigheid van Archeologisch InformatiePunt Aanbod van educatieve producten Zwakte Museum heeft geen heldere boodschap Vermenging van tijdelijke presentaties met permanente presentaties Aanbod is niet genoeg bekend bij breed publiek Kwaliteit aanbod kan verbeterd worden Geen opslagruimte Klein eigen vermogen in relatie tot financiële risico’s voor projecten Vrijwilligersgroep is te klein, kern draagt de museumtaken Vrijwilligersgroep is niet gedifferentieerd genoeg om alle taken uit te voeren Bemensing in weekend is moeilijk te regelen Aantal uren betaalde krachten schiet tekort Museum ligt in een dunbevolkt gebied Bezoekersaantallen nemen niet toe Kansen Museum Wierdenland beter profileren door strategische samenwerking Museum Wierdenland kan bezoekerscentrum voor noordelijke waddenkust gebied worden op natuur- en cultuurgebied Mensen zijn op zoek naar authenticiteit, beleving, zingeving en emotie Museum Wierdenland ligt op slechts 15 minuten van Stad Groningen Rijksuniversiteit Groningen wil graag met het museum samenwerken Groeiend aantal mensen in het 55+ segment Duurzaamheid is een belangrijke trend Bedreigingen Terugtredende overheid en dreiging van nieuwe bezuinigingen Fondsen en sponsors hebben minder geld beschikbaar Concurrentie op vrijetijdsmarkt is hevig Weinig jongeren bezoeken het museum uit eigen beweging
11
3.c Missie, visie en kernwaarden van Museum Wierdenland Wierdenland gebruikt om zijn werkwijze te bepalen de strategie Interpretive planning. Dit is een communicatieproces afkomstig uit Noord-Amerika. Het doel hiervan is om, gebaseerd op de missie van een instelling, emotionele en intellectuele verbindingen te maken tussen de interesses van het publiek en de intrinsieke betekenis van de bronnen. Door mensen op intellectuele en emotionele manier te prikkelen gaan ze over tot actie: nieuwsgierigheid leidt tot bewustzijn, bewustzijn leidt tot begrip, begrip kan zich ontwikkelen in ‘geven om’ en de volgende stap is om dit om te zetten in ‘zorgen voor’. Het ultieme doel van dit proces voor Museum Wierdenland is dat het publiek zich via deze processen ontwikkelt tot rentmeester van cultureel erfgoed. In deze context zijn missie en visie tegen het licht gehouden en opnieuw geformuleerd. Missie: Museum Wierdenland verbindt door het tonen en laten ervaren van het wierdenlandschap en zijn cultuur door de tijd heen. Uitgaande van de missie, die over een langere periode onveranderlijk blijft, geeft de visie de richting aan van het museum voor de komende jaren. Visie: Museum Wierdenland wil de poort naar het wierdenland in het noordelijke waddenkustgebied zijn voor zoveel mogelijk mensen. Museum Wierdenland is een Museum van Waarde. Het is een bron van ontmoeting, kennis, ontdekking en inspiratie met een duidelijke verbondenheid van landschap, cultuurhistorie en archeologie. De pijlers hiervan zijn: het verhaal, de beleving en de verbeelding. De inhoudelijke identiteit van het museum is gebaseerd op het verhaal van het landschap, de cultuur en de mens in het wierdenlandschap.
12
Kernwaarden: Deze missie en visie worden uitgewerkt aan de hand van de vier maatschappelijke waarden van musea die Wierdenland als kernwaarden van zijn beleid ziet en waar al onze producten en diensten op gebaseerd zijn. Educatieve waarde Museum Wierdenland is het geheugen van het terpen- en wierdenland. Het beheren en tentoonstellen van objecten en de bijbehorende verhalen is een kerntaak met een grote maatschappelijke betekenis. Ze geven uitdrukking aan een gedeelde geschiedenis en aan een identiteit. Museum Wierdenland is een ideale omgeving om te leren, voor jong en oud. Het museum stimuleert creativiteit door bezoekers uit te dagen en te inspireren met activiteiten en presentatievormen. Met vrijwilligerswerk, stages en educatieprojecten in het museum krijgen mensen de kans hun vaardigheden en talenten te ontwikkelen. Belevingswaarde Museum Wierdenland zet je aan tot denken en ook tot actie. Het museum creëert rust en ruimte om te reflecteren en kritisch na te denken en het vormt een ideale omgeving voor persoonlijke ontwikkeling en zingeving. Een museumbezoek brengt plezier en ontspanning, inspireert en daagt uit. Zeker als dit museum gelegen is in een nationaal landschap dat te bezoeken is en dat door de verhalen in en buiten het museum beter begrepen en beleefd kan worden. Niet alleen door de presentaties, maar ook door excursies met gidsen door het landschap. Verbindende waarde Verhalen over de (verre) geschiedenis van het gebied zorgen voor verbondenheid van inwoners met hun omgeving, en stimuleert de zorg daarvoor. In activiteiten, in samen kijken of in samen doen, ontmoeten mensen elkaar. Het versterkt hun binding met elkaar, met het verleden en het heden en met de eigen omgeving. Het museum is een ideaal platform voor verbinding en debat. Vrijwilligers en vrienden die zich binden aan het museum vormen een groot maatschappelijk kapitaal. Mensen ontmoeten elkaar in en door Wierdenland omdat zij een gemeenschappelijke interesse en passie delen. Economische waarde Cultuur is van betekenis voor de economie, de creatieve industrie, het toerisme en de kwaliteit van de woonomgeving. Musea zijn een bron van activiteiten, reuring en aantrekkingskracht, een plek midden in de samenleving met ook economische betekenis. Museum Wierdenland vertelt het verhaal van het wierdenlandschap, een essentieel onderdeel van het noordelijk kustgebied. De aanwezigheid van het museum genereert kwaliteit, geld, brengt mensen op de been en draagt bij aan de vitaliteit van het gebied.
13
3.d Doelstellingen huidige beleidsperiode Als we de conclusies uit de SWOT-analyse over de periode 2009 – 2012 combineren met de nieuwe missie en visie komen we tot de volgende doelen voor de komende vier jaar: Doelen: Museum Wierdenland wil informeren over en draagvlak creëren voor het ontstaan van het wierdenlandschap en het cultureel erfgoed van het terpen- en wierdenlandschap met verhalen over landschap en mens; Museum Wierdenland wil een actief centrum zijn, een ontmoetingsplaats voor jong en oud, individueel of in gezelschap, met educatie in de vorm van workshops, cursussen, wandel- en fietsexcursies en lezingen met het doel kennis en inspiratie over het terpen en wierdenland te verspreiden Museum Wierdenland wil met behulp van regiomarketing het terpen- en wierdengebied promoten bij recreanten en toeristen en hen service en kennis bieden. Museum Wierdenland wil bewustwording van de kwetsbaarheid van het terpen- en wierdengebied bewerkstelligen om een rentmeesterschap voor de toekomst te stimuleren bij alle bezoekers. Museum Wierdenland wil faciliterend en inspirerend werken voor onderzoek uitgevoerd door derden (kanalisatie van kennis). Hoe willen we dat doen? Museum Wierdenland zal de bezoeker meenemen in de ontwikkeling van het natuurlijke landschap en de bijzondere ontstaansgeschiedenis van het cultuurlandschap in de regio, alsmede in het leven van de (eerste) bewoners. Museum Wierdenland zal een regionale functie binnen het landschaps- en culturele veld van het waddenkustgebied spelen. Museum Wierdenland zal een educatief programma voor jong en oud ontwikkelen en aanbieden. Museum Wierdenland zal als poort naar het terpen- en wierdenlandschap startpunt zijn van excursies door het terpen- en wierdenland. Momenteel wordt met een aantal strategische partners de laatste hand gelegd aan een samenwerkingsproject “Terpen- en Wierdenland in ontwikkeling” dat zich uitstrekt over het Fries-Groningse waddengebied. Deze partners zijn het Terpencentrum en het Kenniscentrum Landschap van de Rijksuniversiteit Groningen, Landschapsbeheer Groningen en Landschapsbeheer Friesland. Daarnaast wordt het project gesteund door vele belanghebbenden zoals de provincies, waddengemeenten, regiomarketing en de RCE (zie verder onder paragraaf ‘financiering’). Dit project moet de kennis van de ontstaansgeschiedenis en de huidige beleving van het hele gebied verdiepen. De RUG zal oude onderzoeken, waaronder dat van Van Giffen in Ezinge, nader uitwerken en publiceren, en aanvullen met nieuwe onderzoeken. In de loop van het project zal museum Wierdenland de rol op zich nemen om het publiek, zowel in het museum als op de onderzoeklocaties, daarover te informeren. Het museum wil zich hierdoor aan een breed publiek presenteren als “de poort tot het wierdenland”. 14
Resultaten Voor Wierdenland moet dit de komende vier jaar leiden tot de volgende resultaten: 1. Een strategisch partnership van het Museum Wierdenland met het Terpencentrum van de RUG en de andere projectpartners waarin alle partijen zich kunnen profileren op het gebied van valorisatie van kennis. 2. Het jaarlijkse bezoek aan Museum Wierdenland groeit van circa 7.000 bezoekers (2012) naar circa 8.000 bezoekers in 2016. 3. Het bezoek door schoolgroepen zal plusminus 15% van het gewenste jaarlijkse bezoek (8.000) aan Museum Wierdenland zijn. 4. 30% van de bezoekers zal na hun bezoek het terpen- en wierdenlandschap intrekken. Hoe deze basis voor het beleid de komende vier jaar in resultaten zal worden omgezet beschrijven we hieronder, volgens de in hoofdstuk 2 gegeven indeling.
4. Financieel beleid Het budget van Museum Wierdenland is in feite slechts toereikend voor het onderhouden van en werken met de vaste collectie. We zijn er echter van overtuigd dat om de doelstellingen volledig te bereiken en om het bezoekersaantal, en daarmee de eigen inkomsten te laten stijgen, er tijdelijke tentoonstellingen nodig zijn. Het budget daarvoor moet telkens met sponsorgelden worden gefinancierd, waarbij zich wreekt dat het museum geen reserves heeft om dit zelf voor te financieren of een gecalculeerd risico te nemen. In het navolgend overzicht wordt de ontwikkeling van de exploitatierekening weergegeven. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat het bezoekersaantal verder zal toenemen.
15
V&W 2011-2012 en begroting 2013-2015 V&W
Aantal bezoekers
V&W
Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
2011
2012
2013
2014
2015
2016
6900
6873
5400
7000
7500
8000
46.700 16.500 2.700 3.000 2.500
46.740 16.500 2.700 2.000 1.000 300
46.740 16.500
46.740 16.500
1.000 2.500
1.000 2.500
INKOMSTEN Subsidies & donaties Exploitatiesubsidie gemeente Winsum Reïntegratiebudget Gebiedscie Middag Humsterland Bedrijfsdonaties Donateurs Overige subsidies/donaties
56.742 16.500 2.768
46.742 16.500 2.688
2.837
3.095 474
78.847
69.499
71.400
69.240
66.740
66.740
21.284 2.007
20.076 1.645
15.600 1.200
21.000 2.000
22.500 1.900
23.400 2.000
23.291
21.721
16.800
23.000
24.400
25.400
Winkel bruto winst
4.784
3.510
3.400
5.000
4.000
4.200
Horeca bruto winst
9.010
6.108
6.900
6.000
6.600
6.900
1200-
800
115.016
99.638
99.300
103.440
101.740
103.240
Huisvesting
51.008
47.927
49.600
49.700
47.500
47.500
Arbeidskosten
44.030
35.535
40.200
Organisatiekosten
12.437
5.287
9.400
6.800
8.000
8.000
6.718
7.224
8.400
7.300
5.000
5.000
Overige kosten
280
258
200
200
1.000
1.000
Totaal uitgaven
114.473
95.231
107.800
110.500
109.500
110.500
-7.060
-8.260
-7.260
Entree's/rondleidingen Entree's Rondleidingen/gidsen
Overige inkomsten Totaal inkomsten exploitatie
916-
UITGAVEN
PR
Resultaat exploitatie
Resultaat projecten op kasbasis Correctie reïntegratiebudget
544
-11.520
4.407
4.377
-8.500
8.500
46.500
p.m.
49.000
48.500
p.m
p.m.
p.m.
p.m.
16
5. VOORZIENINGEN EN VEILIGHEIDSZORG 5.a Horeca De aanwezigheid van een museumcafé en een winkel verhogen het serviceniveau van het museum en versterken de boodschap. Bovendien dragen de inkomsten bij aan de exploitatie. Horeca: Om een betere service te kunnen bieden bij ontvangsten willen we een vergunning aanvragen om alcoholische dranken te schenken. Daarvoor is het nodig dat vrijwilligers het diploma Sociale Hygiëne behalen. Dit moet de komende tijd gerealiseerd worden. 5.b. Winkel Het assortiment van de winkel moet aansluiten bij de boodschap die Wierdenland wil uitdragen. Boeken, kaarten en andere waren hebben qua onderwerp altijd een raakvlak met het museum. Om de exploitatie interessant te houden is het belangrijk het assortiment niet al te groot te maken. Daarnaast is er een aanbod van toeristische informatie over het doelgebied van het museum. 5.c Archeologisch InformatiePunt (AIP) In het museum is een Archeologisch Informatiepunt (AIP) ingericht. Bezoekers kunnen aan de hand van films en foto’s met 3D beelden een indruk krijgen van het landschap en vondsten van menselijke bewoning. Het AIP is een initiatief van de Provincie Groningen. 5.d Toeristisch Informatie Punt (TIP) Onderzoek wordt uitgevoerd door externen in hoeverre Museum Wierdenland in deze beleidsperiode ruimte kan bieden aan een Toeristisch Informatiepunt, een lokale vervanger van de VVV binnen de gemeente Winsum. 5.e Zaalverhuur Voor de zakelijke markt bieden wij mogelijkheden om te vergaderen in de vergaderzaal op de eerste verdieping van het museum; daarnaast is het mogelijk het Museumcafé te huren voor besloten bijeenkomsten gekoppeld aan een museumbezoek. 5.f Veiligheidszorg In 2009 is het gebouw aan de Van Swinderenweg in gebruik genomen, na een door de gemeente Winsum uitgevoerde renovatie. Sindsdien huurt de stichting Museum Wierdenland dit pand en is zij medeverantwoordelijk voor de veiligheid en onderhoud daarvan. Samen met de gemeente stelt zij de jaarlijkse onderhoudsactiviteiten op. In eigen regie heeft zij een veiligheid risico analyse gemaakt. Het bestuur streeft naar een zo duurzaam mogelijk gebruik van haar pand. In samenwerking met de gemeente wordt er gewerkt aan een project voor opwekking van zonne-energie.
17
6. TOEGANKELIJKHEID Het nieuwe gebouw heeft meest gelijkvloerse faciliteiten als een vaste museumpresentatie met een kinderhoek, een Archeologisch InformatiePunt, een filmzaal, een museumcafé, een museumtuin en er is een parkeerplaats. Op de eerste verdieping (geen lift) is een vergaderruimte die ook door externen kan worden gehuurd. Het museum is zes dagen per week geopend; op weekdagen van 10.00 – 17.00 uur en in de weekenden van 13.00 – 17.00 uur. Het is alleen op eerste kerstdag en nieuwjaarsdag gesloten.
7. PERSONEEL EN ORGANISATIEONTWIKKELING 7.a Personeel en vrijwilligers Museum Wierdenland beschikt over een enthousiaste groep van bijna 60 vrijwilligers en 2 parttimers in het kader van een WSW regeling (via Ability). De inzet van deze groep medewerkers draagt bij aan de verbindende waarde. Om het potentieel aan talenten te benutten moet er enthousiaste en duidelijke leiding aanwezig zijn, zodat er werkafstemming plaats vindt en de kaders waarbinnen projecten zich kunnen ontwikkelen helder zijn. Die organisatiekracht is nodig opdat vrijwilligers zich kunnen ontplooien en opdat mensen met afstand tot de arbeidsmarkt een goede en inspirerende werkplek kan worden geboden. De vrijwilligerscoördinator is verantwoordelijk voor de dagelijkse werkzaamheden waaronder het inplannen van de afspraken met (groepen) bezoekers voor museumbezoek/excursies en het regelen van passende begeleiding, het bemensen van de balie, het coördineren van evenementen en het ontvangen en begeleiden van zakelijke bezoekers. Het streven is om bij een toenemend aantal bezoekers en activiteiten ook een steviger organisatie neer te zetten waarmee een duurzamer perspectief voor de exploitatie van het museum/kenniscentrum gegarandeerd kan worden. Zo moet er de komende tijd gewerkt worden aan een reglement voor vrijwilligers en personeel. We zullen een organisatie blijven die voor een belangrijk deel drijft op vrijwilligers. Dit is een bewuste keuze: het geeft invulling aan een van onze kernwaardes, de verbindende waarde. Het organogram ziet er als volgt uit:
18
Bestuur
Directie
Museaal adviseur
19
7.b Reintegratie Het museum biedt arbeidservaring aan mensen die om diverse redenen (nog) niet of niet meer in staat zijn deel te nemen aan de reguliere arbeidsmarkt. In overleg met de afdeling Sociale Zaken van de gemeentes Winsum, De Marne en Eemsmond, Ability en het UWV worden individuele trajecten afgesproken waarin het zelfstandig werken geleidelijk wordt opgebouwd. 7.c Samenwerkingen Het museum wil zich de komende jaren versterken door dieper gaande samenwerkingen. Dit draagt bij aan de verbindende waarde. Meest ambitieuze voorbeeld hiervan is de samenwerking in bovengenoemd project “Terpen- en wierdenland in ontwikkeling”. De spilfunctie daarin van Wierdenland wordt gesteund door het Museumhuis Groningen. Met de omliggende musea (zoals Borg Verhildersum te Leens, Openluchtmuseum Het Hoogeland te Warffum en vier anderen) wordt samengewerkt in de Hogelandwijzer. Daarnaast zijn er goede contacten met de Stichting Oude Groninger Kerken, het Groninger Museum en het Drents Museum. Ook met belangrijke bruikleengevers zijn goede contacten. Op het gebied van educatie wordt samengewerkt met Kunststation C en cultuur-coördinatoren van het basisonderwijs in de regio. Het beleid is erop gericht om elkaar wederzijds inhoudelijk te versterken, meer bezoekers naar de regio te trekken en daarmee ook de eigen bezoekersaantallen te stimuleren.
20
8. COLLECTIEBELEID Het collectieplan beoogt voor medewerkers van het museum en andere belanghebbenden inzicht te geven in de kerncollectie en een handvat te bieden voor verwerving en afstoten, behoud en beheer, registratie en documentatie. De eigen collectie van Museum Wierdenland is niet groot. Ze bestaat uit ca. 125 objecten die door de tijd heen verkregen zijn. Het toezicht op registratie is in handen van een van de bestuursleden, onderhoud en conservering vallen onder verantwoordelijkheid van de directeur/conservator. 8.a Herkomst Door de inspanningen van drs. J.F. Scherpenhuizen, sociaal geograaf, drs. J.J. Delvigne, fysisch geograaf, dhr. R.A. van Iterson, historicus, drs. L. Hacquebord, archeoloog, en dhr. T.J.J. Mol, leraar, is in de tachtiger en negentiger jaren van de twintigste eeuw het initiatief ontplooid tot het vormen van een collectie van opgegraven materiaal die het verhaal van de wierde van Ezinge inzichtelijk maakt. In 1997 is deze kerncollectie officieel gevormd. Ze is ook als zodanig geregistreerd. 8.b Collectieprofiel De collectie kent twee accenten. In het museum komen deze accenten tot uitdrukking in de twee zalen van de permanente collectie. Enerzijds is dat de collectie waarmee de geschiedenis van de opgravingen, die onder leiding van prof. dr. A.E. van Giffen in de twintiger jaren van de twintigste eeuw zijn uitgevoerd, wordt verteld. Tastbare opgegraven objecten als potten en gebruiksvoorwerpen en beelden van de opgravingen brengen deze gebeurtenis tot leven. De archeologische objecten dateren grotendeels uit de vroege periode van bewoning van de wierde. Anderzijds wordt -daarmee samenhangend- deze geschiedenis geplaatst in de bredere context van de ontwikkeling van het wierdenlandschap langs de Fries-Groningse kust. Dit wordt gevisualiseerd en geïllustreerd met o.a. geografische kaarten. Verder omvat de landschapscollectie ander beeldmateriaal, een maquette, bodemdoorsneden, werktuigen, etc. De deelcollecties kunnen op twee manieren worden gedefinieerd. A. Inhoudelijke indeling. Er zijn twee hoofdgroepen: landschap en archeologie. Binnen deze hoofdgroepen worden rubrieken onderscheiden. De collectiebeschrijving in AdLib is ingedeeld volgens deze rubrieken. B. Organisatorische indeling. Een deel van de collectie is in eigendom van de Stichting Museum Wierdenland. Een ander belangrijk onderdeel van de collectie is in permanente bruikleen, vooral van het Noordelijk Archeologisch Depot (NAD) te Nuis. Deze bruiklenen werden toegevoegd na de verhuizing in 2008. Daarnaast beschikt het museum bij tentoonstellingen regelmatig over objecten in tijdelijke bruikleen.
21
8.c Verwerving en afstoting Gelet op de beperkte middelen voert 'Wierdenland' geen actief verwervingsbeleid. Dat neemt niet weg dat incidenteel objecten kunnen worden verworven. Dit is afhankelijk van de beschikbare middelen en eventuele bijdragen uit fondsen. Dit brengt met zich mee dat in het passief verwervingsbeleid schenkingen van (elders opgegraven) voorwerpen slechts worden aanvaard onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat ze een duidelijke aanvulling zijn op de kerncollectie en aan die kerncollectie een meerwaarde verlenen. Het gaat hierbij om gebruiksvoorwerpen die zijn aangetroffen bij de afgraving van de wierde in Ezinge en/of die een beeld geven van het dagelijks leven van de bewoners van het wierdenland. Mocht het tot aanvaarding van een schenking komen, dan wordt vastgelegd dat het museum na overdracht vrijelijk over het object kan beschikken. Aanvaarding houdt in dat het betreffende object een registratienummer krijgt waarmee het in AdLib wordt vastgelegd. Afstoting van collectie-onderdelen lijkt vooralsnog niet aan de orde. Mocht zich dit in de toekomst voordoen dan zal het museum de museumnorm daarvoor respecteren. Directie en bestuur zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het verwerven en afstoten van objecten. 8.d Onderzoek en ontsluiting De deelcollecties worden wetenschappelijk onderzocht. Op verzoek biedt het museum de mogelijkheid voor onderzoek door studenten (universitair en HBO), maatschappelijke stages en educatieve projecten van zowel middelbare scholen als basisonderwijs. Met relevante faculteiten van de Rijksuniversiteit Groningen onderhoudt Museum Wierdenland contacten met het oog op nader onderzoek van de ten toon gestelde objecten, waar mogelijk en dienstbaar in samenhang met onderzoek van objecten die elders worden ten toon gesteld of zijn opgeslagen. Voor het museum is het doel van deze samenwerking waar het onderzoek betreft om de bezoeker nog beter te kunnen informeren over de objecten die hij in het museum aantreft, alsmede over de context waarin deze objecten tot stand zijn gekomen en hebben gefunctioneerd. 8.e Behoud en beheer Bij de inrichting van het vernieuwde museum in 2008 is rekening gehouden met lichtinval. De archeologische vondsten zijn ondergebracht in een zaal met kunstlicht waar UV nauwelijks een rol speelt. Nader onderzoek per deelcollectie en rubriek moet uiterlijk in 2013 uitwijzen of regelmatige lichtmeting nodig is. Op dit moment wordt in elk geval bij de inrichting van een nieuwe tentoonstelling of een aanvulling op de permanente collectie een lichtmeting gedaan wanneer dat voor de voor het museum 'nieuwe' objecten onontbeerlijk is. In het gehele museum worden periodiek (eens per 4 tot 6 weken) temperatuur en luchtvochtigheid gemeten. Waar nodig worden corrigerende maatregelen genomen. In het geval dat klimaat van doorslaggevend belang is voor behoud van objecten en het museum niet kan garanderen aan de gestelde marges te voldoen, wordt afgezien van het accepteren van objecten in bruikleen. Museum Wierdenland beschikt niet over een depot. Objecten van de kerncollectie kunnen worden onderzocht in de hiervoor gereserveerde ruimte op de eerste verdieping van het museum.
22
8.f Conservering en restauratie Preventieve conservering wordt getracht te bereiken door de omstandigheden waarin de objecten ten toon worden gesteld in alle opzichten zo stabiel mogelijk te houden (zie hierboven). Actieve conservering komt zelden voor, vanwege het feit dat het grootste deel van de tentoon gestelde objecten in permanente bruikleen is en de verantwoordelijkheid voor de actieve conservering van deze objecten bij de bruikleengever ligt. Restauratie van objecten kan aan de orde zijn wanneer er sprake is van beschadiging. 8.g Registratie en documentatie Vanuit het gegeven dat 'Wierdenland' een klein museum is, heeft het een aantal objecten in permanente bruikleen, o.a. van het Groninger museum en het NAD. Zowel de objecten die het museum in eigendom heeft als de objecten die het museum in permanente bruikleen heeft, zijn geregistreerd in AdLib volgens de twee rubrieken landschap en archeologie. Ook wordt een bruikleenregister bijgehouden conform de leidraad ‘SPECTRUM’. Het museumarchief, waaronder de bescheiden bibliotheek, is op aanvraag voor onderzoek te raadplegen. Afhankelijk van beschikbare financiële middelen zal het museum ook informatiedragers uit het archief gaan digitaliseren. 8.h Actiepunten collectiebeleid We staan aan het begin van de invoering van een kwaliteitscyclus. Het collectieplan verbeteren volgens SMART geformuleerde doelen is nu nog lastig. We verwachten in 2015 een collectieplan te hebben dat voldoet aan onze gebruikerseisen.
23
9. PRESENTATIE- EN TENTOONSTELLINGSBELEID Thema’s voor de tentoonstellingen en activiteiten zijn: -
Het natuurlijke landschap in de regio De inrichting van het (historisch) cultuurlandschap Het gebruik van het terpen- en wierdenlandschap door de mens door de eeuwen heen De materiële cultuur die hiermee verbonden is, van archeologie tot hedendaagse artefacten en kunst De beleving van het wierdenlandschap
De presentaties vallen onder te verdelen in de vaste opstelling en wisselende tentoonstellingen. 9.a Vaste opstelling Thema’s hierin zijn: Landschap – Wierde Ezinge – Wierden. In januari 2013 is de vaste presentatie van het museum opnieuw ingericht rondom deze drie thema’s. Het thema Landschap toont hoe de natuur van het waddenkustgebied is gekoloniseerd door de mens en is veranderd in een cultuurlandschap met wierden en terpen. De “Ezingezaal” toont de geschiedenis van de commerciële afgravingen en de archeologische opgravingen in de wierde van Ezinge rond 1930 onder leiding van de archeoloog Albert Egges van Giffen. Aan de hand van een aantal subthema’s wordt getoond hoe de mensen in de prehistorie op de wierde hebben geleefd. De “Wierdenzaal” toont in een traag wisselende opstelling de komende vier jaar uiteenlopende verhalen van verschillende terpen en wierden. Doel is een volgende opwaardering plaats te laten vinden aan het einde van deze beleidsperiode, waarin nieuw onderzoek van het Terpencentrum en het Kenniscentrum Landschap van de Rijksuniversiteit Groningen wordt getoond. Daarnaast is er nog een ruimte voor het Archeologisch InformatiePunt. 9.b Wisselende tentoonstellingen Bij de herinrichting is een tentoonstellingsruimte gecreëerd waar tijdelijke tentoonstellingen geheel tot hun recht zullen komen. De komende jaren zullen in deze ruimte tenminste drie nieuwe tentoonstellingen per twee jaar worden georganiseerd. Hiermee willen we herhalingsbezoek stimuleren en nieuwe bezoekers trekken. Met deze tentoonstellingen kan de beleving van het wierdenland optimaal worden vorm gegeven. Met behulp van fotografie, moderne kunst, poëzie, schilderkunst en zo meer worden moderne interpretaties van het landschap en de cultuur van het wierdenland getoond.
24
Voorgenomen tentoonstellingen zijn onder andere: “Lyrisch Landschap” 13 april 2013 – 15 september 2013 In het “Jaar van het voorlezen” organiseert Museum Wierdenland een tentoonstelling waarin gedichten een verbinding aan gaan met archeologische vondsten en poëtische landschappen gefotografeerd door Annemarie van Buuren. Tentoonstelling Helmantel “Oudheden en erfgoed inspiratie” 15 februari 2014 – 28 september 2014 Kunstschilder Henk Helmantel legt door zijn werk verbindingen tussen kunst en erfgoed. Zijn schilderijen met archeologische voorwerpen en middeleeuwse kerken worden gepresenteerd in samenhang met de desbetreffende voorwerpen, veelal uit de privécollectie van de schilder. Ook het wierdenlandschap krijgt aandacht. In de zomer wordt een deel van de opstelling gewijzigd met als thema ‘kerkelijk erfgoed’. Voor dit project wordt samengewerkt met de Stichting Oude Groninger Kerken die in 2014 haar 45-jarig bestaan viert. “Waddenland en Wierdenland. Realiteit en Verbeelding” 10 oktober 2014 – 15 maart 2015 Een tentoonstelling met het landschap als inspiratie voor negen kunstenaars van Atelierroute 99 die wonen en werken op het Hogeland. Met werken van Wiande Keizer, Marjanne Sorgdrager, Sibrich Beenland, Edit de Gooijer, Eva Kipp, Hans Sas, Ben Steijn, Stephen Beale en Aly van der Wal. “De Ploeg. Tussen Stad en Wad” 1 april 2015 – 1 oktober 2015 Leden van de kunstkring De Ploeg trokken vanaf de jaren 20 van de vorige eeuw naar het noorden van de provincie Groningen. In felle kleuren en expressieve stijl schilderden ze hier de mensen en het landschap. “Een dijk van een dijk ” mei 2015 – oktober 2015 Een tentoonstelling die zich richt op het leven nadat de terpen en wierden hun primaire functie als beschermde woonheuvels verloren doordat de dijken hun taak overnamen. Hoe werd er vorm gegeven aan het nieuwe omdijkte wierdenlandschap? Wat is de taak van dijken en van de dijkgraaf? “Dutch Mountains: terpen en wierden in ontwikkeling” oktober 2015 – juni 2016 Het museum initieert de ontwikkeling en uitvoering van een tentoonstelling met zes modules met de werktitel “Dutch Mountains: Terpen- en wierdenland in ontwikkeling” te zien in de zes dorpen die deelnemen aan het project Terpen en Wierden in Ontwikkeling, gesteund door het Waddenfonds. De samenvattende slottentoonstelling is in Ezinge, waarbij de resultaten van nieuw wierdenonderzoek worden gepresenteerd.
25
10. COMMUNICATIE EN MARKETING In de SWOT analyse constateren we dat de sterke punten van het museum - het eigentijdse gebouw met de heldere presentatie, bezoekersfaciliteiten en aantrekkelijk educatieprogramma onvoldoende bekend zijn bij het publiek. In het beleidsplan 2013-2016 ambiëren wij het museum Wierdenland te ontwikkelen tot het bezoekerscentrum van het wierdenland in het noordelijk waddengebied, waar kennis en beleving van het Wierdenland en zijn bewoners in het verleden en heden centraal staan. Dit moet resulteren in onder meer een toename van het jaarlijkse bezoekcijfer van 7.000 bezoekers in 2012 tot 10.000 bezoekers in 2016, waarvan 15% in schoolverband wordt gedaan en waarvan 30% aangeeft van plan te zijn om na het museumbezoek het noordelijk kustgebied in te trekken . 10.a Hoofddoelen communicatiebeleid De geformuleerde hoofddoelstellingen van het communicatiebeleid komen voort uit de bevindingen van de SWOT-analyse en zijn erop gericht het bereiken van de beleidsambities te ondersteunen. De hoofddoelen zijn: vergroting naamsbekendheid van museum Wierdenland in Ezinge bij een breed publiek versterking van het imago van het museum bij een breed publiek als het beginpunt voor een bezoek aan het wierdenland met een inspirerend binnen- en buitenprogramma van educatieve, culturele en recreatieve activiteiten voor alle leeftijden en met goede bezoekersfaciliteiten Een breed publiek verleiden tot een museumbezoek Een breed publiek enthousiasmeren voor een langer bezoek aan het noordelijk kustgebied. Indicatoren voor het meten van deze doelstellingen: het aantal bezoekers het aantal bezoeken door scholen het aantal deelnemers aan excursies door onze landschapsgidsen een te houden bezoekersenquête in 2014 en 2016 waarin de bezoekers wordt gevraagd naar hun achtergrond en bekendheid met het museum, het activiteitenprogramma, het wierdenlandschap en hoe dit is verbonden met het noordelijk kustgebied en of het museumbezoek interesse heeft gewekt voor een buitenactiviteit en/of verdere verkenning van het noordelijk kustgebied.
26
10.b Communicatieboodschap Museum Wierdenland is het ideale beginpunt voor een bezoek aan het noordelijk kustgebied want: brengt de geschiedenis in beeld van het eeuwenoude noordelijk kustgebied met zijn wierdendorpen, slingerende dijken en kronkelende waterlopen, dat is ontstaan onder invloed van de zee en menselijk ingrijpen stelt kennis en beleving van het wierdenland en zijn bewoners in het verleden en heden centraal in een inspirerend binnen- en buitenprogramma van educatieve, culturele en recreatieve activiteiten voor individuele bezoekers en groepen biedt goede bezoekersfaciliteiten: bezoekerscafé, winkel met uitgebreid assortiment aan boeken en wandel- en fietsroutes, gratis parkeergelegenheid op 15 autominuten van de stad Groningen.
10.c Doelgroepen Publieksdoelgroepen:
Bewoners van de regio: de inwoners van het wierdenland en Middag-Humsterland in het bijzonder doel: informeren (kennis delen) en promotie van activiteiten gericht op stimuleren bewustwording historie en waarde eigen regio Dagrecreanten: van toevallige voorbijgangers tot natuur- of erfgoedliefhebbers subdoelgroepen: individueel bezoek volwassenen, gezinnen met kinderen, groepsbezoek (familiedagen, verenigingen en organisaties) afkomstig uit provincie en stad Groningen, het Friese- en Duitse waddengebied. doel: promotie van de mogelijkheden van een museumbezoek op maat: al dan niet in combinatie met auto, fiets, wandeling, natuurexcursie, bezoek ander cultureel erfgoed Toeristen: verblijfsrecreanten gedurende de vakantieperioden uit regio, elders uit Nederland, Duitsland doel: promotie van de mogelijkheden museum en regio: van toeristische uitjes (zie ‘dagrecreanten’) tot arrangementen met partners als musea, horeca, verblijfsaccomodaties. School- en studiegroepen: groepen leerlingen van de basisscholen en voortgezet onderwijs uit stad en regio, ontvangst studiegroepen bodem, landschap, archeologie Noord Nederland.
27
Interne, gelieerde en strategische doelgroepen:
Vrijwilligers (vrijwilligersbeleid in ontwikkeling; zie ook 7.a) Vrienden (vriendenbeleid in ontwikkeling) Dorpsbewoners Ezinge Sponsoren (sponsorenbeleid in ontwikkeling) Overheden en fondsen Verwante organisaties: collega instellingen (erfgoed, cultuur, landschap, archeologie) zoals Museumhuis Groningen, Stichting Oude Groninger Kerken, Museum Het Hoogeland, Terpencentrum en Kenniscentrum Landschap (RUG), Waddenvereniging Potentiële huurders museumcafé: bedrijven, overheden, verenigingen en particulieren (plan commerciële verhuur in ontwikkeling).
Met hun netwerken en relatiebestanden.
10.d Middelen Algemeen: - Huisstijl: begin 2014 is een nieuwe eigentijdse huisstijl met logo in gebruik genomen die geleidelijk wordt ingevoerd in alle communicatiemiddelen. - Website: de in 2013 vernieuwde (low budget) website wordt in 2014 geoptimaliseerd wat betreft vindbaarheid op trefwoorden en google analytics. Een webmaster draagt zorg voor plaatsing van alle actuele informatie over het museum- en activiteitenprogramma. Het voornemen is om de informatie op de website ook (deels) in het Duits en het Engels aan te bieden. - Nieuwsbrief: nieuwe (low budget) nieuwsbrieffunctie is in februari 2014 in gebruik genomen, verschijnt 1 maal per kwartaal en wordt verzonden aan vrienden, sponsoren, vrijwilligers en andere relaties en geïnteresseerden. - Social media: Het facebook-account wordt actief ingezet voor de promotie van acties en activiteiten en het communiceren van nieuwtjes. - Museumfolder: Met belangrijkste wie wat waar wanneer en waarom informatie over Museum Wierdenland om potentiële bezoeker warm te maken voor een bezoek. Wordt 2jaarlijks verspreid over toeristische locaties in Noord-Nederland. Nederlandstalig en Duitstalig versie. - Vlaggen, steigerdoek, bebording: in het rond het museumgebouw. Onderzocht worden de mogelijkheden tot een toeristische bebording naar het museum vanaf de grotere toegangswegen. - Promotiepakket tijdelijke tentoonstellingen: per tentoonstelling worden flyers met algemene bezoekersinformatie en posters geproduceerd. Verspreiding via de Toeristische Informatie Punten, bibliotheken en toeristische accommodaties Drenthe, VVV’s Groningen, musea Drenthe en Groningen, een vast adressen bestand in de regio, aangevuld met voor de betreffende tentoonstelling specifieke locaties, gebeurt door vrijwilligers en een betaalde promotiedienst. 28
-
In aanvulling op de communicatie gericht op het museum Wierdenland, wordt voor de tijdelijke tentoonstellingen een beknopt communicatieplan opgesteld met de omschrijving van de communicatiedoelstelling, de doelgroepen, middelen, budget, planning en taakverdeling en evaluatie waaronder document met alle uitgevoerde acties en (indien meetbaar) de respons. Netwerkvorming: zie marketing.
Free publicity Voor betaalde publiciteit is slechts een marginaal budget beschikbaar. Om alle doelen en doelgroepen te bereiken is het genereren van free publicity essentieel. Het museum spant zich in om gedurende het jaar naar aanleiding van activiteiten, tentoonstellingen en actuele gebeurtenissen het museum onder de aandacht te brengen van lokale, regionale, media in print en digitaal, van gratis plaatsing in uitagenda’s tot redactionele artikelen. Bestanden van de voor het museum relevante media per doelgroep worden regelmatig geactualiseerd door de pr-vrijwilligers en het museum is actief in het onderhouden van de belangrijke persrelaties. Middelen: - Persberichten: over de organisatie, de opening en de activiteiten rondom tentoonstellingen met illustratiemateriaal naar landelijke korte en lange termijn pers (dagbladen, tijdschriften, lifestylebladen, genre- en vakbladen, toeristische bladen), landelijke en regionale RTV, vakbladen en regionale huis-aan-huisbladen, landelijke en regionale nieuwe media en persbureaus. Persberichten en andere persinformatie zoals te downloaden digitaal logo en beeldmateriaal, worden op de website geplaatst onder persbutton. - Actieve benadering perscontacten: al naar gelang de aanleiding wordt een aantal perscontacten geselecteerd om actief te worden benaderd met een idee voor publicatie of een radio item. - Persmappen met achtergrondinformatie t.b.v. pers bij openingen en andere speciale gebeurtenissen. - Social media (Facebook): communicatie met publiek over activiteiten, nieuws, acties om aandacht te vragen voor tentoonstellingen en andere activiteiten. - Digitale nieuwsbrief verschijnt 4x per jaar uit met nieuws en achtergrondinformatie over het museum gericht op een breed publiek. Men kan zich via de website abonneren op de nieuwsbrief: vrienden, sponsoren, vrijwilligers en andere relaties en geïnteresseerden. - Plaatsing van agenda-informatie op websites van verwante instellingen (archeologie, landschap, kunst en cultuur), en websites met uitgaanstips en toeristische informatie. Betaalde publiciteit Ter aanvulling en accentuering van de free publicity zet het museum selectief betaalde publiciteit in. Aanleidingen zijn bijvoorbeeld het benaderen van een speciale doelgroep, het vergroten van de landelijke zichtbaarheid of promotie gedurende het jaar via een belangrijk toeristisch platform.
29
Middelen waaruit per activiteit een selectie wordt gemaakt: - Joint promotion: acties om de reikwijdte van de exposure van de tentoonstelling te vergroten. Zoals lezersaanbiedingen in de krant of speciale klantacties (zie ook ‘marketingacties’). - Abonnement op toeristische internetplatforms: o.a. jaarabonnement Marketing Groningen). - Advertenties: het advertentiebudget is zeer klein, adverteren in print gebeurt daarom zeer selectief. Een advertentie wordt alleen ingezet om een belangrijke doelgroep te bereiken, die anders wordt gemist. De mogelijkheid tot adverteren met digitale banners wordt onderzocht. Marketingacties Wij ontwikkelen aantrekkelijke arrangementen voor individuele bezoekers en groepen afkomstig uit bovengenoemde doelgroepen, bij voorkeur in samenwerking met andere toeristische en/of educatieve aanbieders gericht op waddenregio, landschap, archeologie, e.d. Deze arrangementen worden deels bekendgemaakt in regionale en landelijke media en deels gepromoot via de (netwerken van de) samenwerkingspartners, waaronder: Marketing Groningen (arrangementen met toeristische accommodaties) Provincie en gemeenten OV bureau Groningen/Drenthe (arrangement met gebruikers van de Toerbus). Hotels Groningen/Drenthe (specifieke toeristische arrangementen). Middenstand Winsum (etalageacties) Ondernemersvereniging Westerkwartier & Middagh Nederlandse Museumvereniging (speciaal arrangement met entertainment, lezing en horeca). ANWB/Kampioen, Dagblad van het Noorden Daarnaast organiseert het museum exclusieve acties met sponsoren en arrangementen gericht op thema’s. Het museum zoekt actief samenwerking met andere sterke partijen in de provincie Groningen om gezamenlijke promotieacties en evenementen te organiseren. Het museum is daarbij uit op het aangaan van duurzame samenwerkingsverbanden.
30
10.e Evaluatie Bezoekersonderzoek In het voorjaar van 2014 en het voorjaar van 2016 wordt een bezoekersenquête gehouden. Bezoekers wordt gevraagd naar hun herkomst, bekendheid met het museum en zijn activiteiten, de aanleiding van het bezoek, waardering van het museum en of het bezoek de interesse heeft gewekt voor (nader) verkenning van de noordelijke Waddenkust. Mediabereik Per tentoonstelling en per jaar worden alle communicatieacties en eventuele kosten bijgehouden alsmede de geplaatste artikelen en agendavermeldingen. Tevens zijn bezoekcijfers en aandeel scholen een indicator voor de evaluatie van het communicatie- en marketingbeleid.
31
11. EDUCATIEBELEID Het museum wil zijn bezoekers op verschillende wijzen een inhoudelijke verdieping bieden, en daarmee de educatieve waarde vorm geven. Doel is volwassenen en kinderen vanuit verrassende invalshoeken op een andere manier naar erfgoed te laten kijken en ze te inspireren. Daartoe wordt naast de presentaties een reeks aan educatieve diensten aangeboden waaruit bezoekers kunnen kiezen. Per tentoonstelling en aansluitend op vakantieperiodes en landelijke evenementen, zoals de Maand van de Geschiedenis, Museumweekend of Oktober Kindermaand, worden diverse activiteiten en evenementen georganiseerd. Museum Wierdenland richt zich daarbij op alle generaties bezoekers. Het intergenerationeel leren, het leren van verschillende generaties onderling in interactie, zal uitgangspunt worden van het te ontwikkelen educatieve aanbod. Dit wordt als volgt verder uitgewerkt: 11.a Voor kinderen: Museum Wierdenland heeft de ambitie om zich speciaal in te zetten voor de doelgroep schoolkinderen. Zij staan immers aan het begin van het nagestreefde proces van Life long learning dat moet leiden tot goed rentmeesterschap. Voor hen worden dan ook verschillende activiteiten georganiseerd. Middelen: - Vaste opstelling: de kinderafdeling - De kinderafdeling in de vaste opstelling is in juli 2013, dankzij een lokale sponsor, geheel opnieuw ingericht. Hier worden kinderen van 6 tot 12 jaar op intellectuele en emotionele manier geprikkeld en kunnen ze het leven op een wierde in diverse historische periodes spelenderwijs ontdekken. Deze ruimte is gericht op families om ruimte te geven aan intergenerationeel leren; oma leert kleinkind en kind leert papa. - Rondleidingen voor het onderwijs Gidsen begeleiden klassen van het basisonderwijs en voortgezet onderwijs tijdens hun museumbezoek en eventueel tijdens een bezoek aan het wierdendorp Ezinge - Programma’s voor het basisonderwijs In 2013 zal in samenwerking met Kunststation C, het Museumhuis Groningen en cultuurcoördinatoren van het primair onderwijs een nieuw schoolprogramma voor beneden- en bovenbouw worden ontwikkeld: ‘De kist van Kasper’. In de betekenisvolle context van het verhaal komen inhouden uit verschillende vakken in samenhang aan de orde. - MuseumJeugdUniversiteit/Wetenschapsknooppunt Noord-Nederland Verschillende musea in het land organiseren ieder halfjaar een reeks colleges, speciaal voor kinderen van 8 tot en met 12 jaar. De colleges duren een uur en hebben altijd een leuk, gek, bijzonder of interessant onderwerp dat betrekking heeft op het collectiegebied van het museum. De sprekers zijn wetenschappelijk medewerkers van het museum, wetenschappers uit de academische wereld of experts uit het vakgebied. Wie bij voldoende colleges is geweest, krijgt aan het einde een diploma. De collegereeksen beginnen op twee momenten in het jaar: in februari en september. Iedere reeks duurt vier of vijf maanden. De colleges zijn eens per maand. Wierdenland neemt vanaf 2013 32
-
deel aan de MuseumJeugdUniversiteit waarop men individueel kan inschrijven. Diverse activiteiten In de loop van het jaar, maar met de nadruk op schoolvakanties en tentoonstellingen, worden diverse thema-activiteiten voor kinderen georganiseerd. Ook doet Wierdenland mee met “Oktober – Kindermaand”. Elke 3e zondag van de maand is een educatieve medewerker aanwezig op de kinderafdeling om activiteiten met kinderen te ondernemen.
11.b Voor volwassenen Museum Wierdenland wil zich als kenniscentrum ontplooien en cursussen, lezingen, workshops en excursies organiseren met betrekking tot de onderwerpen van de tentoonstellingen. Sommige activiteiten worden ontwikkeld in eigen huis, andere door derden of samen met derden. Het museum is ook het startpunt van waaruit het landschap is te verkennen en het biedt diverse excursies aan, te voet, fiets, met een bus, individueel met een folder, of gezamenlijk met een landschapsgids. Deze landschapsgidsen worden opgeleid en bijgeschoold door Landschapsbeheer Groningen. Middelen: - Rondleiding met gids in Museum Wierdenland De bezoeker wordt meegenomen door een museumgids en alle onderdelen van het museum worden als chronologisch verhaal gepresenteerd. - Bezoek aan de wierde van Ezinge met een gids De bezoeker wordt te voet meegenomen naar de wierde en de kerk van Ezinge en maakt een informatieve wandeling over het Ossenpad. - Excursies te voet, te fiets of per ander vervoermiddel door het landschap Bezoek te voet aan de wierde van Ezinge en aan de kerk met een gids, inclusief een wandeling over het Ossenpad. - Fietstocht met een landschapsgids (fietsen te huur bij het museum). Wandeling of fietstocht a.d.h.v. folder, o.a. over het Bouwerderpad. Deze wandeling begint bij het museum en voert door het boerenland langs de wierde De Bouwerd, waar het dubbele paardengraf is gevonden dat nu in het museum tentoon wordt gesteld. - Nieuw te ontwikkelen routes en middelen gerelateerd aan bv. tentoonstellingen (schildersworkshop) of de natuur (grutto-tocht) - Cursussen, bijvoorbeeld een cursus Archeologie en Landschap gegeven door de AWN (Vereniging van vrijwilligers in de archeologie).
33
12. TOT SLOT Bestuur en directie van Museum Wierdenland spreken met dit beleidsplan een ambitie uit om Museum Wierdenland te laten groeien van een lokaal museum naar een museum met een regionaal verhaal over het wierdenland en een regionale uitstraling. Dit is niet alleen een wens, het is ook een noodzaak om op deze wijze meer en nieuwe bezoekers in het museum te ontvangen en het publiek aan het museum te binden. Bestuur, directie en vrijwilligers geloven in Museum Wierdenland als een Museum van Waarde; een museum met een Educatieve waarde, Belevingswaarde, Verbindende waarde, Economische waarde. Om deze ambitie en de gestelde doelen te halen is het ook zaak derden in onze waardes te laten delen en te laten geloven. Samenwerking is daarbij het credo.
34