Beleidsadviseur
Academie: Opleiding: Semester: Themaverantwoordelijke:
Marketing & International Management International Business & Languages 2 dhr. H. Kevelham
Inhoudsopgave Voorwoord.................................................................................................. 2 Praktische informatie thema Beleidsadviseur........................................ 3 Project Balanced Scorecard..................................................................... 4 Algemene Competenties………………………………………………………10 Marketingbeleid L2.................................................................................... 14 Bedrijfseconomische aspecten….............................................................18 Marktonderzoek..........................................................................................21 Organisatiekunde...................................................................................... 23 Engels L2....................................................................................................26 Spaans L2...................................................................................................31 Frans L2......................................................................................................35 Duits L2...................................................................................................... 38 Persoonlijk Ontwikkel Plan …………………………………………………..43 Bijlage 1 Toetsprogramma thema Beleidsadviseur................................45 Bijlage 2 Literatuur thema Beleidsadviseur…........................................ 46 Bijlage 3 Projectbeschrijving…………………………………………………47
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
1
Voorwoord Waarom dit thema in semester 2 ? Gedurende het eerste semester hebben de studenten voor twee landen de ontwikkeling van bestaande macro-grootheden onderzocht en daarnaast de economische en culturele aspecten van internationale handel van Nederland met twee geselecteerde landen geanalyseerd. Als een onderneming gebruik wil maken van met name de kansen, zal deze onderneming moeten weten waar de sterke en zwakke punten bij de onderneming intern liggen. Om via een interne analyse deze sterke en zwakke punten te kunnen benoemen, maken we in dit tweede semester gebruik van de techniek Balanced Score Card. Een op dit moment bij veel ondernemingen gebruikte methode om een interne analyse uit te voeren. Alle “tools” die je nodig hebt voor het analyseren via de BSC techniek worden de studenten in dit semester aangereikt. Tijdens het laatste deel van het project komen we kort terug op datgene, wat de student in het eerste semester heeft geleerd. De student moet de onderneming adviseren met welk beleid een land bewerkt dient te worden, uitgaande van de sterke en zwakke punten en de aanwezige kansen en bedreigingen. Het project is ook in dit semester 2 richtinggevend. Het project bepaalt de volgorde van de aangeboden modules. Om het project tot een goed einde te brengen heb je alle modules als basis nodig. Wij zijn er van overtuigd dat semester IBL-2 een semester is cq. wordt waar de student met veel plezier aan de opdrachten zal werken en waar hij/zij in de toekomst erg veel profijt van zal hebben. Naast de informatie in dit themaboek staat er ook veel informatie op Quick Place onder Balanced Score Card.
Het themateam H.J. Kevelham M. Spitholt H. Voortman
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
2
Praktische informatie thema Beleidsadviseur Themaverantwoordelijke 1: Themaverantwoordelijke 2: Themaverantwoordelijke 3:
dhr. H. Kevelham (
[email protected]) mevr. M. Spitholt (
[email protected]) dhr. H. Voortman (
[email protected]
Totaal ECTS thema Beleidsadviseur:
30
Competenties thema Beleidsadviseur: A Kan werken (functioneren) in een dynamische commerciele organisatie B Communiceert mondeling en schriftelijk effectief met collega’s en relaties van een commerciele organisatie IBL1 Communiceren in meer talen, rekening houdend met de culturele verschillen, intern en extern, nationaal en internationaal IBL2 Het uitvoeren van een marktonderzoek voor een internationale onderneming IBL3 Ontwikkelen van strategische marketing(beleid) (voor een nationaal of internationaal opererende onderneming) IBL4 Operationaliseren van (tactisch en operationeel) marketingbeleid voor nationaal of internationaal opererende onderneming IBL7 Opstellen van een exportbeleidplan Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
3
Project Balanced Scorecard Vakcode
56012
Verantwoordelijke
dhr. H. Kevelham,
[email protected]
ECTS
6
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL1, IBL2, IBL3, IBL7
Prestatie-indicatoren
1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 2.1, 2.2, 2.3, 3.2, 3.3, 3.5 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Het uiteindelijke doel van de IBL-opleiding is dat je een exportbeleidsplan kunt opstellen. Daarvoor is het noodzakelijk dat je de omgeving in kaart kunt brengen en dan met name de omgeving van andere landen. In het eerste semester is daar veel aandacht aan besteed. In dit semester komen we daar via een quick scan kort op terug. Daaraan voorafgaand ligt in dit semester de nadruk op het analyseren van de meso-omgeving van een onderneming en op het analyseren van de onderneming zelf. Een goed exportbeleidsplan kan alleen maar geschreven worden als je in staat bent om ook een goede externe en interne analyse te maken. Daaruit kunnen dan de kansen en bedreigingen en de sterke en zwakke punten gedestilleerd worden. Deanalyse van de meso-omgeving maken we aan de hand van het 5 krachten model van Poeter en de interne analyse maken we aan de hand van de Balanced Scorecard. Een hulpmiddel om de interne analyse te maken aan de hand van vier perspectieven: het perspectief van de klant, het financiële perspectief, het perspectief van de interne processen en het perspectief van innovatie. Onderstaand artikel geeft het belang en de werkwijze van dit model aan.
Balanced Scorecard Sleutelwoorden: Balanced Scorecard, implementatie, kritieke succes factoren, perspectieven, financieel, innovatie, intern, extern Ontstaansgeschiedenis van de Balanced Scorecard De oorsprong van de Balanced Scorecard kan herleid worden naar 1990, toen het Nolan Norton Institute, een onderdeel van KPMG, het onderzoek ‘Measuring Performance in the Organization of the Future’ in gang zette. D. Norton functioneerde bij dit onderzoek als onderzoeksleider en R. Kaplan als wetenschappelijk consultant. Een van de cases welke bij het onderzoek bestudeerd werd, was de Analog Devices case, welke aan gaf op welke wijze Analog een ‘Corporate Scorecard’ benutte. Deze Scorecard bevatte naast traditionele financiële maatstaven tevens niet-financiële maatstaven om aldus tegemoet te komen aan het bezwaar van de korte termijn gerichtheid van de traditionele financiële verslaglegging. De groepsdiscussies welke naar aanleiding van deze case gevoerd werden, leidden tot een meer uitgebreide versie van de Scorecard van Analog welke de Balanced Scorecard genoemd werd. In januari 1992 publiceerden Kaplan en Norton de uitkomsten van het onderzoek met betrekking tot de Balanced Scorecard in het artikel in de Harvard Business Review ‘The
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
4
Balanced Scorecard Maesures that drive performance’. In september 1993 werd het artikel ‘Putting the Balanced Scorecard to Work’ door dezelfde auteurs gepubliceerd. In dit artikel staan de onderzoeksresultaten en ervaringen van een aantal concerns beschreven. Sinds deze publicatie wordt in het bedrijfsleven veel aandacht besteed aan de Balanced Scorecard en begonnen vele bedrijven met het bijhouden van en sturen op een Balanced Scorecard. Het boek ‘The Balanced Scorecard - Translating Strategy into Action’ van Kaplan en Norton was in 1996 dan ook de nummer 1 onder de bestsellers van managementliteratuur. In 2004 was de balanced scorecard wereldwijd uitgegroeid tot de meest toegepaste management tool. Doel en opzet Het doel is een vertaling te bieden van de missie en visie van een organisatie in meetbare indicatoren om dusdoende ondersteuning te bieden bij het ontwikkelen van een consistente organisatiestrategie en het richten van alle activiteiten op die strategie. Het unieke van de aanpak is gelegen in de vier perspectieven die worden gehanteerd bij deze vertaalslag. Vanuit deze vier perspectieven - klant, interne processen, financieel en lerend vermogen/innovatie helpen meetbare indicatoren een organisatie zich te richten op de status quo en op het potentieel voor de toekomst. Als geheel bieden de vier perspectieven een verhelderend inzicht in de lange termijn strategie, in tegenstelling tot de financiële kengetallen die vaak op korte termijn resultaten zijn gericht.
De naam Balanced Scorecard geeft al aan dat evenwicht of balans een belangrijk uitgangspunt van deze methodiek vormt. Het betreft dan het evenwicht tussen korte termijn en lange termijn doelen, tussen financiële en niet-financiële maatstaven, tussen leidende en volgende indicatoren en tussen externe en interne performance perspectieven. We moeten de genoemde vier perspectieven dan ook in hun samenhang beoordelen. Uit het werken met de Balanced Scorecard dient te blijken of het bereiken van een verbetering op het ene deelgebied niet ten koste gaat van een andere invalshoek. We kunnen de verbondenheid van de vier perspectieven terugvinden in het uiterlijk van de Balanced Scorecard: vier vlakken met doelstellingen, onderling met elkaar verbonden middels pijlen. Kritieke Succesfactoren De vier deelgebieden - klant, interne processen, financieel en lerend vermogen/innovatie worden nader geconcretiseerd met behulp van een viertal vragen welke betrekking hebben op de respectievelijke perspectieven. De kracht van deze vier vragen is gelegen in het feit dat ze de (kwantitatief of kwalitatief meetbare) kritieke succesfactoren voor succesvol opereren op de lange termijn helpen formuleren en dat zij de verbinding leggen tussen externe en interne (kritieke) succesfactoren. De vier betreffende vragen luiden als volgt: • Hoe zien onze klanten ons? • Op welk gebied moeten we de eigen prestaties verbeteren? • Hoe zien we er uit voor aandeelhouders en andere financiers? • Kunnen we blijven verbeteren en groeien?
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
5
Bron: Startpagina Balanced Scorecard, Introductie BSC.
2. Relatie met het thema Bij 1 is al aangegeven wat de relatie is tussen het project en het thema. In dit project komen alle modules terug. 3. Doelstellingen Na het afronden van dit semester ben je in staat om de directie van een onderneming te adviseren in beleidskeuzes. Daarbij rekening houdend met de kansen en bedreigingen en de sterke en zwakke punten. 4. Toetsing Gedurende het project ( 2 kwartielen) moeten er tussenproducten worden ingeleverd. Aan het eind van het project komt er een eindverslag met een samenvatting in de Engelse taal. Bovendien moet aan het eind van het project het eindverslag gepresenteerd worden in het Engels. Na de presentatie zal elke student individueel vragen gesteld worden over de inhoud van het eindrapport en over de tussenraportages. Alle onderdelen moeten voldoende zijn afgesloten om de 6 studiepunten te krijgen. Elk onderdeel wordt met een cijfer beoordeeld. 5. Werkvormen Er is een dag ingeroosterd voor het project. Op die dag wordt er in groepsverband aan het project gewerkt. Ook de afspraken met de projectbegeleider zijn iedere week op die projectdag.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
6
Elke groep maakt elke week een logboek en levert dat wekelijks in bij de projectbegeleider. Uiteraard levert elke groep ook op de juiste tijdstippen de tussenraportages in bij de projectbegeleider. 6. Literatuur en overige leermiddelen Syllabus met projectbeschrijving. (wordt in de eerste week door de projectbegeleider uitgedeeld) 7. Planning Kwartiel 3 Week 1
Werkvorm Instructiecollege bijwonen Groepen maken Onderneming kiezen
Invulling contacturen Kennis maken met studieloopbaanbegeleider en projectbegeleider
2
Onderwerpen Instructie en opstart van het project Uitdelen syllabus Uitleg plan van aanpak Plan van aanpak
In groepsverband er voor zorgen dat Plan van aanpak wordt goedgekeurd
3
Opzet onderzoek
4
Onderzoek starten
5 6 7
Onderzoek Onderzoek Rapport schrijven
Zowel op meso niveau als per perspectief van de Balanced Score Card aangeven wat er onderzocht zal worden. Vijf krachten model Porter en indicatoren van de perspectieven in de Balanced Score Card uitwerken Idem Idem Tussentijdse rapportage
Overleg met studieloopbaanbegeleider en projectbegeleider Notulen van de vergadering en het logboek zijn leidend Met projectbegeleider bespreken wat er op meso niveau (5 krachten model Porter) en per perspectief onderzocht wordt Voortgang uitwerken en bespreken met projectbegeleider
8/9/10
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Idem Idem Tussentijdse rapportage bevat volledige uitwerking van de analyse van de mesoomgeving en van het financiële perspectief en het interne processen perspectief Tussentijdse rapportage beoordelen
7
Kwartiel 4 Week 1 2
Onderwerpen Opzetten field research Field research
Werkvorm Vragenlijst laten goedkeuren Uitvoeren field research
3
idem
Idem
4
Onderzoek mogelijk exportland
Aangeven waarom dat land geschikt is
5
Exportplan
Exportplan opzetten
6
Exportplan
Idem
7
Rapport schrijven
Eindrapport Samenvatting in het Engels
8/9/10
Presentatie in het Engels Individuele verdediging
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Invulling contacturen Vragenlijst bespreken met projectbegeleider Voortgang onderzoek bespreken met projectbegeleider Rapporteren en het klantenperspectief bespreken met projectbegeleider Uitkomsten onderzoek rapporteren en bespreken met projectbegeleider Bovendien wordt het laatste perspectief, het innovatieperspectief, gerapporteerd en besproken Gekozen exportland met motivatie bespreken met projectbegeleider Voorlopig exportplan met projectbegeleider bespreken Eindrapportage bevat alle vier perspectieven van de Balanced Scorecard en het Exportplan Rapportage beoordelen Presentatie beoordelen
8
Algemene Competenties Code activiteit:
56012 Project
Soort activiteit:
lessen
Omschrijving:
deel 1 interview & deel 2 presenteren
Gerelateerde vakgebieden:
communicatieve vaardigheden
Module verantwoordelijke:
G. Murk,
[email protected]
Kwartiel:
1.3 / 1.4
Opleiding:
IBL
ECTS:
ECTS in project 2 ECTS
Competenties:
interview B3 / presenteren B1
DEEL 1 INTERVIEW 1 Relatie met de beroepspraktijk Om analyses te kunnen maken over diverse onderwerpen, zul je eerst je juiste gegevens boven tafel moeten krijgen. Dat kan via literatuuronderzoek maar het is ook mogelijk om een interview te houden met de juiste persoon. Daarnaast zullen er in je toekomstige werk veel situaties zijn waarin gebruik maakt van interviewtechnieken. In allerlei gespreksvormen zijn de basisvaardigheden van interviewen belangrijk. Dus naast de interviews die je zult houden om specifiek onderzoeksmateriaal in bezit te krijgen, kun je je kennis van interviewvaardigheden gebruiken in andere situaties, zoals bijvoorbeeld in een verkoopgesprek of een sollicitatiegesprek. Ook binnen een gewone overlegvorm als vergaderen kun je gebruikmaken van de verbale communicatie en non-verbale communicatie waar aandacht aan wordt besteed bij interviewen.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
9
2. Relatie met het curriculum In het project (ILB 2) zul je een bedrijf (bedrijven) moeten bezoeken om informatie te verzamelen waarbij goede hantering van de interviewtechnieken noodzakelijk is. Daarnaast zijn bedrijfsbezoeken van belang bij beroepsoriëntatie. Ook om die opdrachten goed te kunnen uitvoeren, is beheersing van de basistechnieken van interviewen belangrijk. Bovendien vormen de geleerde vaardigheden een basis voor de lessen van ‘commerciële vaardigheden’ die volgend jaar worden aangeboden. In de post-propedeuse vormt het onderdeel ‘conflicthantering’ een vervolg op de vaardigheden van ‘interviewen'. Hierbij wordt verder ingegaan op conflicthantering en onderhandelen, daartoe is het nodig dat jouw interviewtechniek enigszins ontwikkeld is. 3. Doelstellingen Tijdens de workshop leer je de volgende zaken. Student bereidt het interview voor door relevante informatie te verzamelen (en vragenlijst maken) Student geeft positieve indruk en houdt dit vast Student kan de fases toepassen Student stelt doeltreffende vragen en vraagt door (incl.vraagsoorten/actief luisteren) Student kent verantwoordelijkheden als ondervrager 4. Onderwerpen >Het maken van een taakoriëntatie. >Non-verbale aspecten van communicatie. >Actief luisteren. >Verschillende vraagsoorten >Volgorde van vragen stellen. 5. Beoordeling Er geldt een verplichte aanwezigheid bij de bijeenkomst. Daarnaast wordt een zelfreflectie en inhoudsverslag van het gemaakte interview beoordeeld. Een werkstuk dat met minder dan een 5,5 is beoordeeld, moet worden verbeterd. 6. Werkvormen De les bestaat uit een vaardigheidstraining. 7. Leermiddelen Kopie die wordt uitgedeeld tijdens de workshop. 8. Planning (zie ook onderaan) interviewen 1 bijeenkomst van 3 lesuren in kwartiel 1.4
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
10
DEEL 2: Presenteren 1. Relatie met de beroepspraktijk Tijdens je stage kun je gevraagd worden om een presentatie te houden. Daarna, in het bedrijfsleven, zul je vaak presentaties van anderen zien en er zelf veel houden. Powerpoint wordt daarbij veel gebruikt. Maar ook zonder dit hulpmiddel is het handig om goed te weten hoe je je publiek kunt boeien en je doel kunt bereiken. 2. Relatie met het curriculum
Deze lessen worden in het tweede helft van het eerst jaar aangeboden ter voorbereiding op je presentatie aan het eind van het project van semester 2. Ter afsluiting van het project krijg je de groepsopdracht om je bevindingen te presenteren. In deze lessen oefen je de vaardigheden op basisniveau. In de post-propedeuse zul je meerdere presentaties houden waarbij je iedere keer je gaat oefenen om je leerdoelen (dan wel op gevorderd of eindniveau) te bereiken. 3. Doelstellingen
Tijdens je opleiding houd je jouw presentaties zoals je het tijdens deze lessen leert. De vaardigheden die je opdoet, ga je in de komend studiejaren verdiepen en verbeteren. >Student kan een doelgerichte presentatie houden en past inhoud aan bij doelgroep >Student stelt een taakoriëntatie en spreekschema op >Student maakt gebruik van alle elementen die horen in inleiding, kern, slot >Student maakt goed gebruik van verbale en non-verbale communicatie >Student komt levendig over (spreekt ‘vrij’) en is enthousiast >Student kan presenteren namens een team 4. Beoordeling
Verplichte aanwezigheid bij de lessen.
Je schrijft na het bekijken van de video-opname van de groepspresentatie, een zelfreflectieverslag met behulp van het beoordelingsformulier. Die lever je samen met het door de docent ingevulde formulier en je zelfbeoordelingsformulier, in bij de docent ‘presenteren’. Een kopie neem je op in je portfolio. 5. Onderwerpen voorbereiden van presentatie >doelstelling presentatie >belang van de doelgroep
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
11
>belang van vooraf inventariseren van de situatie >opbouw van presentatie, opstellen van audiovisuele middelen >schrijven van spreekschema houden van presentatie >gebruik van stem en taal >non-verbale communicatie >gebruik van audiovisuele middelen >presenteren met een groep 6.Werkvormen
De lessen worden gegeven aan maximaal 15 studenten. De eerste bijeenkomst voor presenteren is een instructiebijeenkomst van 45 min. De volgende twee bijeenkomsten worden gebruikt om te oefenen (eenmaal individueel en eenmaal met je projectgroep) om inzicht te krijgen in jouw vaardigheden van het presenteren. De groepspresentatie wordt opgenomen met de video en bekijk je nadien om zo de beoordelingsformulieren in te kunnen vullen. 7. Leermiddelen kopie die wordt uitgedeeld in workshop, video-opname die in de les worden gemaakt 8. Planning (interview en presenteren) 1x les 4x 45 minuten interviewen (halve klas) 1x een instructiebijeenkomst van 45 min. presenteren (halve klas) 1x een vaardigheidstraining van 3x 45 min. (individueel presenteren) (halve klas) 1x een vaardigheidstraining van 3x 45 min. (groepspresentatie) (halve klas)
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
12
Marketingbeleid IBL2 Vakcode
56019
Verantwoordelijke
dhr. H. Kevelham (
[email protected])
ECTS
3
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL2, IBL3, IBL4
Prestatie-indicatoren
2.1, 2.2, 2.3, 3.2, 3.3, 3.4, 3.5, 4.1, 4.2 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Het einddoel van de IBL-opleiding is dat je een exportbeleidsplan kunt opstellen. Daarvoor is het noodzakelijk dat je kunt beoordelen waar de sterke en zwakke punten van een door de groep gekozen onderneming liggen. Dat gecombineerd met de kansen en bedreigingen van een gekozen land, geeft de mogelijkheid om via de SWOT-analyse te bepalen welke strategie en welk marketingbeleid het beste passen bij de gekozen onderneming. Dit vak geeft bovendien aan hoe je de drie perspectieven uit de Balanced Scorecard, namelijk perspectief voor de klant, perspectief van de interne processen en het perspectief van innovatie, het beste kunt beoordelen. Hier volgt een boekrecensie over de samenhang tussen Marketing en de Balanced Scorecard. Marketingprestaties staan volop in de belangstelling. Het is inmiddels mogelijk om bij het evalueren van marketinginspanningen verder te komen dan de uitspraak: 'De helft van de marketingbudgetten is weggegooid geld, als we maar wisten welke helft...'. Ed Peelen, Philip Waalewijn en Sjoerd Wijnia passen in dit boek de principes van de balanced scorecard toe op het vakgebied van de marketing. Vanuit het marketingstreven om superieure waarde te leveren aan klanten wordt met de marketing balanced scorecard toegewerkt naar een betere marketingperformance en een grotere helderheid over marketingprestaties. Met de methodiek van de balanced scorecard kunnen alle belangrijke aspecten van de marketingfunctie in kaart worden gebracht en getoetst. Daartoe werken de auteurs allereerst het concept van de marketing balanced scorecard uit. Vier perspectieven van de marketingfunctie van een bedrijf worden belicht: de strategie, de interne processen, de afnemers en het financiële perspectief. Speciaal geselecteerde, toonaangevende artikelen uit de internationale vakliteratuur krijgen in het raamwerk van de marketing balanced scorecard hun plaats. Met de checklisten uit de sectie methoden en technieken kunt u zelf aan de slag. De systematiek van de marketing balanced scorecard brengt u daarmee een betere marketingperformance en een hogere graad van doorzichtigheid van de marketingprestaties binnen handbereik.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
13
Nog een artikel over het belang van de BSC voor strategieontwikkeling en beleidssamenstelling. Voordelen van de Balanced Scorecard De voordelen van het opstellen en gebruiken van een Balanced Scorecard hebben betrekking op het beleidsondersteunende karakter van deze methodiek. Het richten van de visie op kritieke succesfactoren dwingt het management tot “knowing the business”. Een Balanced Scorecard moedigt een organisatie aan voortdurend ideeën te ontwikkelen en zorgt ervoor dat visie en de hoofddoelstellingen permanent op de agenda staan. Het geeft de organisatie aanwijzingen om haar visie te bereiken, maar dwingt het niet in een bepaalde richting. Een Balanced Scorecard zorgt er verder voor dat de strategie helder en communiceerbaar wordt. Door het meten van de onderscheiden indicatoren en kritieke succesfactoren wordt de voortgang van de strategie in kaart gebracht en controleerbaar. Daarbij is de Scorecard primair toekomstgericht en voorkomt het suboptimalisatie door het nastreven van een evenwicht tussen doorslaggevende factoren. Door de samenhang van de onderscheiden elementen van de Balanced Scorecard kan bovendien duidelijk worden gemaakt op welke wijze de resultaten zijn bereikt.
2. Relatie met het thema Van een beleidsadviseur wordt verwacht dat deze aan kan geven hoe een onderneming haar strategie en beleid het beste kan invullen om het beste gebruik te maken van de kansen en sterke punten en om de bedreigingen met de zwakke punten af te vlakken. Bij het vak Marketingbeleid worden je de tools aangereikt om bovenstaande vorm te kunnen geven. 3. Doelstellingen Je moet aan het eind van dit semester in staat zijn om een Marketingplan te schrijven voor een bestaande onderneming op een nieuwe markt. 4. Toetsing Per kwartiel is er een op de praktijkgerichte case met open vragen. De theorie moet dan in een praktijksituatie worden toegepast. 5. Werkvormen Per week zijn er 2 contacturen. In deze uren wordt de theorie behandeld. Daarnaast worden er wekelijks de door jou gemaakte opdrachten besproken. In de weekplanning staat exact aangegeven wat er wekelijks gedaan moet worden. 6. Literatuur en overige leermiddelen Over marketing - Broekhoff, M.A. ea ThiemeMeulenhoff - 90.06.87000.5 Syllabus (eventueel)
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
14
7. Planning Kwartiel 3 Week 1 2
3
4
5
6
7 8/9/ 10
Onderwerpen Het vak Marketing Hoofdstuk 1 Het Marketingplan Hoofdstuk 3
Werkvorm 2 uur hoor- en werkcollege 2 uur hoor- en werkcollege
Wat wil de consument Hoofdstuk 5 De interne analyse Hoofdstuk 7
2 uur hoor- en werkcollege
Doelstelling en Strategie Hoofdstuk 9 Product Hoofdstuk 10
2 uur hoor- en werkcollege
Product Hoofdstuk 10 Tentamen
2 uur hoor-en werkcollege Schriftelijke praktijkopdracht, middels een case, met open vragen
2 uur hoor- en werkcollege
2 uur hoor- en werkcollege
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Invulling contacturen Voorbereiden Hoofdstuk 1 en 3 Voorbereiden Hoofdstuk 5 Thuis maken case Orgelino (syllabus) Case wordt besproken Voorbereiden Hoofdstuk 7
Voorbereiden Hoofdstuk 9 Thuis maken case Health & Fitness Center Almare (syllabus) Case wordt besproken Voorbereiden Hoofdstuk 10
Voorbereiden Hoofdstuk 10 Thuis maken case Coca Cola (syllabus) Case wordt besproken Thuis maken case Knabbelaar (syllabus) Case wordt besproken Tentamenstof: Hoofdstukken 1, 3, 5, 7, 9, 10
15
Kwartiel 4 Week 1 2
3 4
5 6 7
8/9/ 10
Onderwerpen Prijs Hoofdstuk 11 Prijs Hoofdstuk 11
Werkvorm 2 uur hoor- en werkcolleges 2 uur hoor- en werkcollege
Distributie Hoofdstuk 12 Distributie Hoofdstuk 12
2 uur hoor- en werkcollege 2 uur hoor- en werkcollege
Promotie Hoofdstuk 13 Promotie Hoofdstuk 13 Herhalen 4 P’s (inclusief P van Product) Tentamen
2 uur hoor- en werkcollege 2 uur hoor-en werkcollege 2 uur hoor- en werkcollege Schriftelijke prodijkopdracht, middels een case, met open vragen
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Invulling contacturen Voorbereiden Hoofdstuk 11 Voorbereiden Hoofdstuk 12 Thuis maken case Dutch Dynamics (syllabus) Case wordt besproken Voorbereiden Hoofdstuk 12 Voorbereiden Hoofdstuk 13 Thuis maken case Salty (syllabus) Case wordt besproken Voorbereiden Hoofdstuk 13 Thuis maken case Dropshot (syllabus) Case wordt besproken Thuis maken case ??? Wordt in week 5 uitgedeeld Case wordt besproken Tentamenstof: Hoofdstuk 10 tot en met 13
16
Bedrijfseconomische aspecten Vakcode
56018
Moduleverantwoordelijke
Mevr. M.Spitholt en de hr. J. Schaart
[email protected],
[email protected] ECTS
3
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL 2 en IBL 3
Prestatie-indicatoren
2.1, 2.2, 2.3, 3.1 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Je moet straks in de beroepspraktijk in staat zijn het beleid van de onderneming en de daaraan gekoppelde benodigde financiële aspecten, te vertalen naar een im- of exportplan, met een bijbehorend communicatieplan en internationaal salesplan. Daarnaast moet je op de hoogte zijn van de meest wezenlijke facetten van een businessplan, waardoor je hierover op niveau met gesprekspartners van andere afdelingen binnen de organisatie van gedachten kunt wisselen. Tenslotte moet je in staat zijn investeringsrisico’s in te kunnen schatten en beslissingen te nemen omtrent alternatieve investeringen. Bovendien moet je in staat zijn om een goed onderzoek te verrichten. De verkregen data moeten verwerkt worden in Excell. Staatssecretaris: Twente gelooft zelf niet in de luchthaven ’Als de doorstart van de burgerluchthaven nou echt zo belangrijk zou zijn, had die luchthaven bovenaan en vet onderstreept in het compensatiepakket moeten staan. Dat is niet gebeurd’. Dat heeft staatssecretaris M. Schultz-Verhagen van Verkeer en Waterstaat gisteravond tegen deze krant gezegd, tussen een werkbezoek aan de militaire vliegbasis Twenthe en een bezoek aan een politiek café van de VVD in Oldenzaal. ‘Kennelijk gelooft de regio niet in de luchthaven’, aldus de staatssecretaris. ‘Het is zelfs zo dat de luchthaven nog maar net in het compensatieplan staat, als een annex, een pm-post. Twente moet veel slimmer hiermee zijn. Ik geef daarmee ook een signaal aan de politiek in Twente. Allereerst moet de regio zelf beslissen of ze een luchthaven wil. Als dat echt zo is, is het een vreemde zaak dat de luchthaven niet als een belangrijk element in het compensatiepakket is opgevoerd. Bestuurders moeten veel steviger achter dit plan gaan staan, als ze tenminste willen. Laten we wel zijn, ze vragen om een gift van het Rijk en als je daarover praat, moet je benadrukken dat het om een belangrijk iets gaat. Om het verlies aan werkgelegenheid na het sluiten van de militaire basis te comenseren. Ik denk trouwens dat ze het ook op eigen benen zouden kunnen. Maak een goed businessplan. Een goed plan is wel vaker eerst verliesgevend. Dat hoef je niet extern te financieren. Zoek een investeerder die het ziet als een lucratieve business om geld te steken in de luchthaven. Dan wil hij ook de aanloopkosten voorfinancieren. In Maastricht gaat het na jaren van verlies ook de goede kant op.’
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
17
2. Relatie met het thema Dit vak is ondersteunend voor het project (kwartielen 1.3 en 1.4). De onderwerpen die gedurende dit vak aan bod komen, moeten direct op kwalitatief hoog niveau binnen het project worden toegepast. De praktische relevantie van het vak is daardoor helder en duidelijk. Opgedane kennis en vaardigheden zullen gedurende de hoofdfase van de studie enkele malen terugkomen. 3. Doelstellingen Je moet uiteindelijk in staat zijn uit het beleid van een onderneming een interne analyse uit te voeren. Zo’n interne analyse bevat vele financiële aspecten. Na het voltooien van deze module ben je in staat deze veelheid aan financiële aspecten te onderkennen en te beoordelen op hun waarde. 4. Toetsing De module bestaat uit een meetpunt. Dit betreft een individuele praktijktoets. Deze moet met een voldoende resultaat worden afgelegd. 5. Werkvormen Klassikale instructie en groepswerkzaamheden. Gedurende de klassikale instructie zal kort worden stil gestaan bij de theoretische achtergronden van de aangeboden onderwerpen, maar al snel zal de aandacht verplaatst worden naar het kunnen toepassen van de materie. Erg belangrijk is het dat je je daartoe thuis terdege hebt voorbereid. Zonder voorbereiding zal de instructie en de daaraan gekoppelde oefening vele toegevoegde waarde verliezen. 6. Literatuur en overige leermiddelen Basisboek Bedrijfseconomie - De Boer, P. Brouwers, M.P. & Koetzier, W. Wolters-Noordhoff – 9001094188 Inclusief opgaven (9001094102) en studentuitwerkingen (9001094096)
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
18
7. Planning Kwartiel 3 Week 1 2 3 4 5 6 7
Onderwerpen Ratio analyse Ratio analyse Ondernemingsplan Ondernemingsplan Ondernemingsplan Kostenstructuur en kostprijs Kostenstructuur en kostprijs
Literatuur H 8 de Boer H 8 de Boer H 4 de Boer H 4 de Boer H 4 de Boer H 11 t/m11.3 de Boer H11 t/m 11.3 de Boer
Opdrachten C8.1 en V8.7 V8.10, V8.11 en opdracht 1 uitdelen V4.5 V4.6 V4.7 11.1 11.2 11.3 11.10 11.11 en 11.12
Kwartiel 4 Week Onderwerp 1.4.1 Inleiding Excel
Literatuur H 1, H 2 en H 3 Syllabus Excel
1.4.2 Relatieve en absolute adressering
H 4 Syllabus Excel
1.4.3 De functie ‘ALS’ en logische operatoren
H 5 Syllabus Excel
1.4.4 Zoeken in tabellen en maken van grafieken
H 5 en H 6 Syllabus Excel
Opdrachten Opgaven H2: 15 t/m 19, Opgaven H3: 1 t/m 9 Opgaven H4: 15 t/m 17 Opgaven Opgaven 6 Opgaven 13 Opgaven 2
H4: 18 H5: 1 t/m H5: 7 t/m H6: 1 en
1.4.5 Statistische functies
1.4.6 Statistische functies 1.4.7 Statistische functies
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
19
Marktonderzoek Vakcode
56020
Moduleverantwoordelijke
mevr. E. Scholten (
[email protected])
ECTS
3
Kwartiel
1.3
Competenties
IBL2
Prestatie-indicatoren
2.1, 2.2, 2.3 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk In 2004 heeft de voltooiing van het nieuwe stadscentrum van Enschede z’n einde bereikt. Nieuwe winkelgebieden (vernieuwde Klanderij, Twentec), fraaie bestrating en excellente parkeermogelijkheden trokken nieuwe winkelformules en uitgaansmogelijkheden aan, met als grootste blikvangers de Bijenkorf en Holland Casino. Een winkelformule die op tijd door had dat het nieuwe winkelgebied extra aantrekkelijk zou kunnen worden is Perry Sport. Deze detailhandelsketen was vroeger in de verouderde Klanderij gevestigd en later in een tussenfase op B-locatie “de Zuidmolen”. Inmiddels zijn ze sinds 2003 gevestigd op een absolute toplocatie aan het vernieuwde Van Heekplein aan het begin van winkelpromenade Twentec. Uiteraard is de huurprijs per m2 nu een stuk hoger dan vroeger, maar dat zou (dacht men destijds) ruimschoots gecompenseerd kunnen worden doordat men nu op een absolute toplocatie gevestigd zou zijn. De omzet zou zo veel kunnen toenemen dat het rendement nu hoger zou moeten zijn dan 5 jaar geleden toen men nog in de oude Klanderij gevestigd was. Inmiddels blijkt uit de omzet- en winstcijfers van het eerste halfjaar 2005 dat de financiële resultaten zwaar tegenvallen. Uiteraard wil men analyseren waardoor de resultaten minder goed zijn dan verwacht. Mogelijke oorzaken kunnen misschien wel gezocht worden in een zwak consumentenvertrouwen, tegenvallende Duitse klantenstroom, toegenomen concurrentie bij bepaalde productgroepen van Perry, te hoge personeelskosten, te hoge huisvestingskosten, mogelijk matig imago van Perry bij de sport en outdoor-artikelen zoekende consument, lagere marges,……….. Uiteraard kan de situatie met tegenvallende financiële cijfers voor Perry sport Enschede niet voortduren. Het hoofdkantoor besluit dan ook tot een compleet marktonderzoek dat als doel moet hebben om de factoren te kunnen benoemen die zorg dragen voor de tegenvallende resultaten. Het marktonderzoek wordt uitbesteed aan het specialistische bureau “Research in Retail” , zodat Perry Sport ervan verzekerd is dat alle fases in het marktonderzoeksproces op een professionele wijze worden uitgevoerd. Het marktonderzoek moet leiden tot aanbevelingen die bij implementatie zorg dragen voor een gezonde toekomst voor Perry Sport Enschede.
Bovenstaand (fictief) voorbeeld maakt duidelijk waar het in deze module om gaat: op een professionele wijze een marktonderzoek kunnen uitvoeren. Er wordt dieper ingegaan op alle fases van het marktonderzoeksproces. Bij de data-analyse worden niet alleen beschrijvende technieken besproken maar moeten steekproefresultaten ook gegeneraliseerd kunnen worden naar de onderzoekspopulatie.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
20
2. Relatie met het thema Een beleidsadviseur moet in staat zijn om de kansen en bedreigingen en de sterke en zwakke punten in kaart te brengen. Daarvoor is onderzoek noodzakelijk. Deze module leert je hoe een marktonderzoek moet worden opgezet, hoe je data kunt verwerven en hoe je deze data kunt verwerken om tot een goed advies te komen. 3. Doelstellingen Je leert een marktonderzoek uit te voeren waarbij alle fases in het onderzoeksproces op een professionele wijze worden uitgevoerd. Ook een marktonderzoek uitgevoerd door anderen kun je interpreteren en evalueren. Interpretatie van de resultaten van een marktonderzoek moet leiden tot het waarnemen van kansen in de markt. Alle informatie op basis van je interne en externe marktanalyse leer je (later in de studie: project blok 4, stage blok 5 , project blok 6 en scriptie) te gebruiken om een marketingplan op te stellen dat bijdraagt aan de ontwikkeling en bijstelling van het marketingbeleid van een onderneming. 4. Toetsing Toetsing vindt plaats door middel van een afsluitende schriftelijke toets van twee klokuren bestaande uit open vragen. Oefenopgaven in de les zijn representatief voor het tentamen. 5. Werkvormen Drie wekelijkse contacturen werkcollege. Gedurende de klassikale instructie zal kort worden stil gestaan bij de theoretische achtergronden van de aangeboden onderwerpen, maar al snel zal de aandacht verplaatst worden naar het kunnen toepassen van de materie. Erg belangrijk is het dat je je daartoe thuis terdege hebt voorbereid. Zonder voorbereiding zal de instructie en de daaraan gekoppelde oefening vele toegevoegde waarde verliezen. 6. Literatuur en overige leermiddelen Principes van Marktonderzoek - Burns, A. & Bush, R. Pearson Education – 9043011304 / 9789043011303 7. Planning Kwartiel 3 Week 1 2 3 4 5 6 7
Onderwerp Marketing en marktonderzoek Onderzoeksproces Probleemdefinitie en onderzoeksontwerp Desk Research Meten bij marktonderzoek Ontwerpen van vragenlijsten Steekproefopzet en omvang
Werkvorm Zelfstudie / Werkcollege Zelfstudie / Werkcollege Zelfstudie / Werkcollege
Opdrachten HS 1 HS 2 HS 4 en 5
Zelfstudie / Werkcollege Zelfstudie / Werkcollege Zelfstudie / Werkcollege Zelfstudie / Werkcollege
HS 6 en 7 HS 10 HS 11 HS 12 en 13
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
21
Organisatiekunde Vakcode
56020
Moduleverantwoordelijke
dhr. J. van Maarschalkerwaart (
[email protected]
ECTS
3
Kwartiel
1.4
Competenties
IBL3, IBL7
Prestatie-indicatoren
3.2, 3.3 (zijdelings), 7.1, 7.3 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Er bestaat een grote kans dat jij een student bent die gedurende je studietijd een (part-time) baantje heeft. De economische noodzaak daarvan is zo groot dat je je nauwelijks realiseert dat het bedrijf waar je werkt opereert vanuit een eigen visie op de markt en daardoor een missie heeft te volbrengen. Om de markt te kunnen bedienen, vertaalt het bedrijf waarin je werkt (en niet alleen dat bedrijf) voortdurend strategische plannen naar een organisatievorm (het zogenaamde tactische niveau) welke daarop precies is afgestemd en vervolgens vertaalt je bedrijf dit naar het operationele niveau (de werkwijze). Jij en je collega’s zullen zich wel eens verbazen over de ‘zoveelste aanpassing binnen de organisatie’. Deze module leert je inzicht te krijgen in de relatie tussen met name de ondernemingsstrategie en ondernemingstactiek. Dit inzicht is van wezenlijk belang om in de toekomst te kunnen functioneren in de beroepspraktijk van een IBL’er. De geformuleerde IBL-competenties slaan namelijk eveneens op de wijze waarop afgestudeerden binnen organisaties moeten opereren. Als je de grens over zou gaan, dan kan je ontdekken dat daar in identieke bedrijven op andere manieren gewerkt wordt en met personeel omgaat. Dat heeft te maken met de heersende cultuur en de manier waarop strategische besluitvorming binnen een onderneming vertaald wordt. Illustratief voorbeeld van een vertaling van veranderde strategie naar gevolgen voor de organisatie binnen een bedrijf: Enquête: oudere werknemers supermarkten vaak weggepest. Verplichte overplaatsingen onder het motto 'je bent te duur voor dit filiaal', valse beschuldiging van diefstal en eenzijdige wijzigingen van arbeidscontracten blijkt in 58 % van de filialen voor te komen. Met name Albert Heijn en C1000 springen er negatief uit, met respectievelijk 70 en 75%. FNV Bondgenoten heeft de enquête gehouden naar aanleiding van klachten van leden over de gevolgen van de prijzenslag in hun filiaal. Door 467 filialen en distributiecentra (van zo'n 30 supermarktformules) is gereageerd op de enquête. Daaronder zijn opvallend veel Albert Heijn-winkels. Zo'n 158 in totaal. Vaak is de enquête ingevuld namens veel collega's of is er een handtekeningenlijst bijgevoegd. Bestuurder Jos Brocken van FNV Bondgenoten noemt de uitkomsten van de enquête dramatisch. "Ik ben me rot geschrokken. Het is nog erger dan we dachten. Het geeft
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
22
een duidelijk beeld dat de prijzenslag veel verslechteringen voor het personeel heeft opgeleverd. En met name geldt dit voor de werknemers bij Albert Heijn. Dat zij massaal reageren geeft aan dat zij blijkbaar extra teleurgesteld zijn in de manier waarop hun werkgever hen behandelt." Het is de vraag hoe een buitenlander tegen zo’n typisch staaltje van Hollandse kostenbeheersing en personeelsbeleid aankijkt. bron: http://www.fnvbondgenoten.nl/pagina/ (datum 24 april 2004)
2. Relatie met het thema Een beleidsadviseur houdt zich oa bezig met het ontwikkelen van strategisch marketing beleid. Kennis van hoe mensen en middelen gecombineerd zijn en kunnen worden is daarbij van belang. 3. Doelstellingen Binnen competentie IBL3 (Ontwikkelen strategisch marketing beleid) dien je oa te voldoen aan de volgende prestatie-indicatoren “student maakt SWOT-analyse” en “student formeert strategische opties”. Daartoe zal je het perspectief van de interne processen moeten kunnen analyseren (beoordelingscriterium 3.2.1) en de sterktes en zwaktes uit de interne analyse (beoordelingscriterium 3.3.1) moeten kunnen afleiden Verder vindt er binnen dit thema een voorbereiding plaats op de in thema 6 uitvoerig te behandelen competentie “opstellen van exportbeleidsplan”. Daarbij zal je bij de beschrijving van de huidige exportstrategie oa de organisatiedoelen moeten kunnen beschrijven (beoordelingscriterium 7.1.2) en de organisatorische consequenties van uitvoering van dat exportplan in beeld moeten kunnen brengen (beoordelingscriterium 7.3.1). Het doel van dit vak is dat je kan voldoen aan de hier genoemde beoordelingscriteria. 4. Toetsing Je zal voor deze module in groepen cases moeten maken en presenteren en de presentaties van andere groepen inhoudelijk en technisch moeten beoordelen. Daarnaast zal de kennis getoetst worden via twee deeltoetsen (cases met open en meerkeuze vragen) tijdens de lesweken. Niet voldoen aan de criteria (elk onderdeel voldoende afgesloten) betekent dat je (individueel) via een extra opdracht een herkansing krijgt. 5. Werkvormen 1. Een deel van de contacttijd is instructiecollege: - verduidelijking inhoud en samenhang van de toe te passen stof m.b.v. cases tijdens werkcolleges - uitleg, toelichting en integratie van de stof - diagnose stelling middels diagnostische toetsen - reflectie op uitgevoerde opdrachten. 2. Daarnaast dienen er binnen de contacttijd twee deeltoetsen afgelegd te worden, een presentatie gehouden te worden en een presentatie inhoudelijk en technisch becommentarieerd te worden. 3. De rest is zelfwerkzaamheid: - tijdens en buiten de colleges zullen groepen cases die over de behandelde stof gaan dienen te bestuderen - een rapportage schrijven over die cases.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
23
6. Literatuur en overige leermiddelen Een praktijkgerichte benadering van organisatie en management - Van Dam, N. en Marcus, J. Wolters-Noordhoff 5e druk, 2005 – 9001210279 Toetsbank op de website www.accompany.nl 7. Planning Kwartiel 4 Week 1
Onderwerp Managementstijlen Besluitvormingsprocessen Besturing
Werkvorm Instructiecollege: Hoofdstuk 6, 7 en 8 (deels) Zelfwerkzaamheid: groepswerkopdracht Instructiecollege: Hoofdstuk 8 (rest), 9 en 10 Zelfwerkzaamheid: 1e en 2e opdracht plus individueel voorbereiden op deeltoets 1
Opdrachten Oefenen met de toetsbank, Werk aan de opdrachten Oefenen met de toetsbank, Werk aan de opdrachten
2
Organisatiecultuur organisatiestructuur bedrijfsprocessen, structurering organisatieontwikkeling motivatie
Voorbereiding op deeltoets
4
Deeltoets 1 afleggen: H6: 6.2, 6.3, 6.5.1-3 (begrippen), 6.5.4, 6.6 H7: 7.2, 7.3, 7.4, 7.5 (inleiding) en 7.5.1 Zelfwerkzaamheid: 1e en 2e opdracht Inleveren 1e en 2e opdracht Presentaties deel 1
5
Presentaties deel 2
6
Deeltoets 2 afleggen: H8: 8.2, 8.3, 8.4 (alleen begrippen, indeling en onderverdeling), 8.5 H9 : 9.1 t/m 9.5 H10 : 10.2 en 10.3 (10.3.1-3 en 10.3.5)
7
Terugkoppeling/ herkansing
3
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Voorbereiding op presentaties en beoordeling Voorbereiging op presentaties en beoordeling Voorbereiding op deeltoets
24
Engels L2 Vakcode
56013
Moduleverantwoordelijke
dhr. C. Stuij (
[email protected])
ECTS:
4
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties:
IBL1
Prestatie-indicatoren:
1.2 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Uiteraard is het op professioneel niveau kunnen presenteren, ook in het Engels, een essentiële vaardigheid voor een ieder die in export of anderzijds in een internationale zakelijke omgeving werkzaam is. Op de volgende pagina staat een tekst waarin op overzichtelijke wijze wordt aangegeven waarmee je in ieder geval rekening dient te houden bij het voorbereiden van een presentatie. 2. Relatie met het thema Aangezien als minimum eindniveau voor Engels B2/C1 is vereist, hetgeen waarborgt dat je in een internationale context kunt functioneren zonder dat het Engels daarbij een belemmering vormt, is het van belang hier door de hele opleiding heen aan te blijven werken. In dit semester werk je verder, middels je Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP) en bijbehorend Logboek, aan het uitbouwen en verbeteren van je kennis- en beheersingsniveau van het Engels. In dit semester werk je tevens binnen een team met 3 of 4 medestudenten aan een Engelstalig project. Dit houdt in dat je Engelstalige bronnen raadpleegt, rapporteert in het Engels en een eindpresentatie houdt in het Engels. Hiertoe volg je een workshop Presenteren, eveneens in het Engels. Daarnaast is er specifiek aandacht voor interculturele aspecten en voor de uitspraak van het Engels. 3. Doelstellingen Aan het eind van semester 2 kun je lezen, rapporteren en presenteren op minimaal B1-niveau. Daarnaast breid je je kennis van de Britse en Amerikaanse cultuur en samenleving uit en werk je aan het verbeteren van je uitspraak van het Engels.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
25
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
26
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
27
4. Toetsing Zoals in semester 1 is ook hier sprake van Continuous Assessment. Dit betekent dat bij alle geplande activiteiten voor Engels aanwezigheid en participatie vereist zijn. Aan het eind van kwartiel 3 wordt getoetst tot welk niveau je individuele activiteiten in het kader van je Persoonlijk Ontwikkel Plan je gebracht hebben. Dit d.m.v. een zgn. Progression test, welke dezelfde onderdelen bevat als die welke in de nulmeting in kwartiel 1 getoetst zijn. De verschillende onderdelen hebben betrekking op vocabulaire, tekstbegrip, uitspraak en grammatica. Uiteindelijk dien je voor deze Progression test minimaal 70 punten te scoren (=B2/C1 niveau), op een maximum van 105. In de propedeuse dien je in ieder geval minimaal 55 punten te scoren (=B1). De Progression test (of nulmeting in studiejaar 1) wordt niet meer dan twee maal per jaar aangeboden. Daarnaast werk je in je projectteam aan het uitwerken van een opdracht m.b.t. Engeland/Amerikakunde. Hierover rapporteer je schriftelijk en houd je een (korte) presentatie in kwartiel 4. In de toetsperiode van kwartiel 4 wordt Engeland/Amerikakunde schriftelijk getoetst. Bovendien wordt in kwartiel 4 je uitspraak getoetst. Tijdens de eindpresentatie van het project in dit kwartiel wordt ook de kwaliteit van het Engels beoordeeld. Samenvattend: In kwartiel 3 (= Engels 2) wordt beoordeeld: - de Progression test; minimum score 55 - aanwezigheid en participatie - je Persoonlijk Ontwikkel Plan en bijbehorend Logboek voor Engels. In kwartiel 4 (= Engels 3) wordt beoordeeld: - je bijdrage aan het rapport en de presentatie over een onderwerp mbt Engeland/Amerikakunde - de schriftelijke toets over Engeland/Amerikakunde - je bijdrage aan de eindpresentatie over het project Balanced Scorecard - uitspraaktoets tijdens een groepsbijeenkomst - aanwezigheid en participatie - je Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels. 5. Werkvormen Klassikale werkcolleges, groepsgesprekken en zelfstudie (o.a. via Het Studielandschap en MIM’s Talenpracticum, via H.1.05 in H.1.08) In de werkcolleges worden oefeningen doorgenomen en onderwerpen behandeld die relevant zijn in het kader van de aan het Persoonlijk Ontwikkel Plan gekoppelde werkzaamheden en daarmee voorbereidend zijn op de Progression test. De Engeland/Amerikakunde-presentaties in kwartiel 4 worden ook tijdens werkcolleges gehouden. In de groepsgesprekken wordt zo veel mogelijk individuele terugkoppeling gegeven op het persoonlijk logboek waarin je je individuele werkzaamheden bijhoudt. Deze bijeenkomsten zijn ook nadrukkelijk bedoeld als gelegenheden waarbij je vragen kunt stellen en eventuele problemen bij het ontwikkelen van je Engels kunt voorleggen. In kwartiel 4 wordt tijdens een groepsbijeenkomst je uitspraak getoetst.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
28
6. Literatuur en overige leermiddelen Reader: English at MIM (NB. In de reader is een lijst opgenomen met aanbevolen literatuur. Bijvoorbeeld betreffende rapporteren en uitspraak.) 7. Planning Kwartiel 3 Week 1
2 3 4 5
Activiteit Klassikale bijeenkomst Groepsgesprek (groepen 1, 2 en 3) Groepsgesprek (groepen 4 en 5) Klassikale bijeenkomst Groepsgesprek (groepen 1, 2 en 3)
6
Groepsgesprek (groepen 4 en 5)
7
Klassikale bijeenkomst
Onderwerpen Introductie van en nadere toelichting op Engels gedurende het tweede semester; Diverse oefeningen; o.a. over de lijdende vorm Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels Diverse oefeningen; o.a. over het gebruik van de grammaticale tijden, de lijdende vorm en lidwoorden; bespreking relevante, actuele tekst Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels; tevens bespreking van groepsactiviteiten mbt Engeland/Amerikakunde Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels; tevens bespreking van groepsactiviteiten mbt Engeland/Amerikakunde Diverse oefeningen ter voorbereiding op de progression test; o.a. over de grammaticale tijden, de lijdende vorm en uitspraak
Kwartiel 4 Week 1 2
Activiteit Klassikale bijeenkomst Groepsgesprek (groepen 1, 2 en 3)
3
Groepsgesprek (groepen 4 en 5)
4
Klassikale bijeenkomst Groepsgesprek (groepen 1, 2 en 3) Groepsgesprek (groepen 4 en 5)
5 6
7
Klassikale bijeenkomst
Onderwerpen Terugkoppeling op en bespreking van de progression test; afspraken maken m.b.t. de invulling van kwartiel 4; uitspraakoefeningen Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels (nadruk nu op uitspraak); Bespreking van groepsactiviteiten mbt Engeland/Amerikakunde Terugkoppeling op en bespreking van het Persoonlijk Ontwikkelplan en bijbehorend Logboek voor Engels (nadruk nu op uitspraak); Bespreking van groepsactiviteiten mbt Engeland/Amerikakunde Uitspraakoefeningen; bespreking relevante, actuele tekst; Deadline voor het inleveren van het rapport Engeland/Amerikakunde Uitspraaktoets Uitspraaktoets
Presentaties over Engeland/Amerikakunde
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
29
Spaans L2 Vakcode
56015
Moduleverantwoordelijke
mevr. L. Vrijheid (
[email protected])
ECTS
4
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL1
Prestatie-indicatoren
1.3 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Elke doet een afstudeeropdracht bij een bedrijf dat handelt in seizoensartikelen (kerstversiering, paasversiering, winkeldecoratie, etc.) Ze krijgt als opdracht de markt in Spanje te onderzoeken. Haar onderzoek valt positief uit: er blijkt een gat in de Spaanse markt te zijn voor kerstversieringen. Dankzij Elke‘s goede beheersing van het Spaans kan zij bij haar onderzoek gebruik maken van Spaanse informatiebronnen. Na haar afstuderen krijgt zij een baan aangeboden op de exportafdeling. Ze gaat zich bezig houden met het opzetten van de export naar Spanje en het onderhouden van de contacten met klanten in Frankrijk en Duitsland. 2. Relatie met het thema Voor het project doet de student onderzoek naar geschikte exportlanden voor een onderneming. Men brengt de kansen en bedreigingen in kaart van twee mogelijke landen. Het is mogelijk dat één van deze landen een Spaanstalig land is.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
30
3. Doelstellingen Spreken, luisteren, schrijven en lezen op A2-niveau
Begrijpen
Spreken
Schrijven
Gesprekken voeren Ik kan Ik kan een communiceren reeks over eenvoudige uitdrukkingen en alledaagse en zinnen taken die een gebruiken om eenvoudige en in eenvoudige directe bewoordingen uitwisseling van mijn familie en informatie over andere vertrouwde mensen, leefomstandigh onderwerpen en activiteiten eden, mijn betreffen. Ik kan opleiding en zeer korte mijn huidige of sociale meest recente gesprekken aan, baan te alhoewel ik beschrijven. gewoonlijk niet voldoende begrijp om het gesprek zelfstandig gaande te houden.
Productie Ik kan korte, eenvoudige notities en boodschappen opschrijven. Ik kan een zeer eenvoudige persoonlijke brief schrijven, bijvoorbeeld om iemand voor iets te bedanken.
Europees niveau A2 Luisteren Ik kan zinnen en de meest frequente woorden begrijpen die betrekking hebben op gebieden die van direct persoonlijk belang zijn (bijvoorbeeld basisinforma tie over mezelf en mijn familie, winkelen, plaatselijke omgeving, werk). Ik kan de belangrijkste punten in korte, duidelijke eenvoudige boodschapp en en aankondigingen volgen.
Lezen Ik kan zeer korte, eenvoudige teksten lezen. Ik kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu's en dienstregelingen en ik kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen.
4. Toetsing Kwartiel 1.3: Schriftelijk: grammaticale invuloefeningen, leestekst met vragen over vocabulaire en inhoud, combinatieoefeningen, hoe zeg je:…., zinnen afmaken, vocabulaire Module 3 Mondeling: een gesprek in tweetallen Kwartiel 1.4: Schriftelijk: grammaticale invuloefeningen, leestekst met vragen over vocabulaire en inhoud, combinatieoefeningen, hoe zeg je:…, zinnen afmaken, vocabulaire Module 4 Mondeling: een luistertoets Het resultaat van elke toets moet minimaal 55 zijn. Mondeling: Spreek en luistervaardigheid wordt als continuous assessment getoetst. Als de student niet naar behoren heeft laten zien of hij de opdrachten kan uitvoeren, volgt een herkansing in week 7 over alle opdrachten. Als hij dan nog niet heeft voldaan, mag hij aan het eind van het volgende kwartiel nogmaals over deze opdrachten een mondelinge toets afleggen.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
31
Schriftelijk: De student mag alle schriftelijke toetsen 2 maal per jaar afleggen. Beoordelingscriteria mondeling: - student vervoegt werkwoorden voor zover hij die heeft geleerd - basis uitspraakregels worden toegepast - geleerde grammaticaregels worden meestal toegepast - student begrijpt de vraag en geeft een begrijpelijk antwoord 5. Werkvormen Klassikale uitleg en oefenen in tweetallen (dialogen). Thuis zelfstudie. Bij het maken van oefeningen wordt er vanuit gegaan dat de student de oefeningen zelf corrigeert met behulp van de beschikbare sleutel. 6. Literatuur en overige leermiddelen En la oficina 1, tekstboek – Van der Linden, M. & Siebel, H. Wolters-Noordhoff – 9001144187 En la oficina 1, werkboek – Van der Linden, M. & Siebel, H. Wolters-Noordhoff – 9001144105 Geluidsmateriaal bij En la oficina te vinden op L:/RelanPro/oefeningen/mim/spaans Syllabus Spaans nr. 4566 Extra oefenmateriaal: Ei van Columbus, aanwezig op alle MIM-computers 450 Ejercicios Gramaticales: cd-rom, te leen in H1.05 7. Planning De antwoorden van het werkboek staan in de syllabus en dienen thuis zelf vóór de les gecorrigeerd te worden. Kwartiel 3 Week Onderwerp 1 En la Oficina 1, Module 3.1
Werkvorm
2
Module 3.2
3
Module 3.3
Korte klassikale uitleg- interaktief. Werken in tweetallen of groepjes Feedback op schriftelijk / mondeling voorbereide huiswerkopdrachten. idem
4
Module 3.4
idem
5
Module 3.5
idem
6
Module 3.6
idem
7
Module 3.6
idem
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Opdrachten Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.1 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.2 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.3 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.4 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.5 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 3.6 Voorbereiden schriftelijke toets over module 3, hst 1 t/m 66
32
Kwartiel 4 Week Onderwerp 1 En la Oficina 1,
2
Module 4.2
Werkvorm Korte klassikale uitleg- interaktief. Werken in tweetallen of groepjes Feedback op schriftelijk / mondeling voorbereide huiswerkopdrachten. Idem
3
Module 4.3
Idem
4
Module 4.4
Idem
5
Module 4.5
Idem
6
Module 4.6
Idem
7
luistertoets
idem
Module 4.1
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Opdrachten Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.1 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.2 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.3 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.4 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.5 Bestuderen tekstboek en vocabulaire en maken oefeningen werkboek Module 4.6 Voorbereiden schriftelijke toets over module 4, hst 1 t/m 6
33
Frans L2 Vakcode
56016
Moduleverantwoordelijke
mevr. B. Keyzer (
[email protected])
ECTS
4
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL1
Prestatie-indicatoren
1.3 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Tijdens dit kwartiel leer je Franse gasten te ontvangen, een rondleiding te geven door een bedrijf, prijzen te bespreken, bestellingen te plaatsen, vervoer te regelen en klachten te behandelen. Aangezien een goed verzorgde zakenbrief niet alleen een vorm van reclame voor het bedrijf is maar ook de waarde van een overeenkomst kan hebben, is het van belang dat daar veel zorg aan te besteden. Dit geldt ook voor het telefoongesprek: alles hangt af van de gesproken taal omdat de sprekers elkaar niet zien. 2. Relatie met het thema Volgens competentie IBL1 moet je aan het eind van de studie in staat zijn om in meerdere talen te kunnen communiceren, daarbij rekening houdend met culturele verschillen. Dit vak leert je deze competentie voor de Franse taal en de Franse cultuur. 3. Doelstellingen Aan het eind van kwartiel vier moet je het niveau A2 (CEF) hebben bereikt. Luisteren: Je begrijpt een kort gesprek over een eenvoudig (zakelijk) onderwerp in detail. Lezen: Je kunt eenvoudige authentieke teksten begrijpen (krantenartikel, advertentie, beschrijving van een bedrijf, informatie over economische en culturele aspecten van een land). Je kunt e-mails lezen over zakelijke onderwerpen (het maken en veranderen van een afspraak, een bestelling, informatie, uitnodigingen). Spreken: Je kunt iemand uitnodigen, een uitnodiging aannemen of afslaan. Je kunt informatie uitwisselen over eenvoudige algemene / zakelijke onderwerpen. Je kunt voorbereid een verhaal houden in eenvoudige zinnen over een onderwerp waar je interesse naar uit gaat. Je kunt vertellen over een activiteit. Schrijven: Je kunt een eenvoudige handelsbrief schrijven met als doel: uitnodiging, inlichtingen vragen, bestelling, annulering van bestelling. Je kan in losse woorden de strekking noteren van een eenvoudige informele bijeenkomst.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
34
4. Toetsing Schriftelijke toets waarbij het gebruik van grammatica en idioom wordt getoetst evenals het voeren van gesprekken in een bedrijf. Tijdens elke les worden rollenspellen gedaan. Aan het eind van kwartiel 4 moet een Nederlandse handelsbrief in het Frans worden vertaald, zonder woordenboek en grammatica. Aan het eind van kwartiel 4 wordt tevens een luistertoets afgenomen. 5. Werkvormen Frontale instructie, bespreking van de thuis gemaakte opdrachten, talenpracticum. Discussie in groepjes, rollenspellen. Zelfstudie: grammatica en vocabulair. 6. Literatuur en overige leermiddelen Pour parler affaires, tekstboek – Munsters, W. ea Intertaal – 9054513381 Pour parler affaires, werkboek – Munsters, W. ea Intertaal – 905451339X Grammaire progressive du français - niveau intermédiaire – nouvelle édition – Grégoire, M. Clé International – 9054514205 Vocabulaire commercial et économique 1 – Munsters, W. ea Wolters-Noordhoff - 90 01 33537 3 Syllabus Corresponderen in het Frans nr. 4515 7. Planning
Kwartiel 3 Week 1
Etape 1
Literatuur VCE 10 + gram. 32
2
Etape 2
VCE 10 + gram. 33
3
Etape 3
VCE 10 + gram. 34
4
Etape 4
VCE 10 + gram. 35
VCE 10.4, 10.5, + idem VCE 10.6 + idem
5
Profil 3
VCE 10 + gram. 37
VCE 10.7 + idem
Etape 1
VCE 10 + gram. 40
VCE 10.8 + idem
Etape 2
VCE 10 + gram.
VCE 10.9 + idem
6 7
Onderwerp Module 3
Module 4
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Huiswerk VCE 10.1, 10.2 (tot*) + werkboek + gram. VCE 10.3 + idem
35
Kwartiel 4 Week
Onderwerp 1
Module 4
Literatuur
Huiswerk
Etape 3
VCE 9 + syllabus p. 1, VCE 9.1 + oef. 2 en 3 syll. p. 4 + gram. 43, 45 werkboek + gram.
Etape 4
VCE 9 + gram. 46, 47
Etape 1
VCE 9 + syllabus p. 8 VCE 9.3 + oef. 2 p. 9 + werkboek gram. p. 262 en 263
4
Etape 2
VCE + gram. 50
5
Etape 3
VCE 9 + syllabus p. 11 VCE 9.5 + oef. 4 p. 12 + werkboek gram. 51
6
Etape 4
Syllabus p. 13 + gram. Oef. 3 en 4 p. 14 + werkboek
2 3
7
Module 5
Profil 4 en 5
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
Luistertoets
VCE 9.2 + oef. 6 en 7 syll. p. 6 + werkboek + gram.
VCE 9.4 + oef. 4 p. 10 + werkboek
Oef. 7 p. 16
36
Duits L2 Vakcode
56017
Moduleverantwoordelijke
mevr. K. Voogd (
[email protected])
ECTS
4
Kwartiel
1.3 en 1.4
Competenties
IBL1
Prestatie-indicatoren
1.3 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de competenties inclusief prestatie-indicatoren en beoordelingscriteria.
1. Relatie met de beroepspraktijk Wie de taal van de buren niet spreekt, kan niet men hen communiceren! Naast Nederlands ook Engels spreken is vanzelfsprekend goed, maar niet voldoende. Economische en culturele argumenten pleiten voor de kennis van meer dan twee talen. Er wordt vaak geconstateerd dat het Nederlandse bedrijfsleven belangrijke mogelijkheden onbenut laat door gebrek aan solide kennis van het Duits en dat terwijl Duitsland de belangrijkste handelspartner van Nederland is. Maar liefst 25% van de Nederlandse export gaat naar Duitsland en 17% van de Nederlandse import is uit Duitsland afkomstig. Overbekend zijn de kaas en tuinbouwproducten, maar veel belangrijker zijn industrieproducten uit Nederland. De zeer nauwe verbondenheid tussen Duitsland en Nederland blijkt o.a. uit het feit dat na de Verenigde Staten de Nederlanders de grootste investeerders in Duitsland zijn, terwijl Duitsland als investeerder in Nederland op de vierde plaats staat (na de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en België). Je vindt in Nederland vele dochterondernemingen van Duitse bedrijven en alleen al in de deelstaat NordrheinWestfalen zijn zo’n 1400 dochters van Nederlandse ondernemingen! Maar liefst drie van de meest populaire automerken van Nederlanders zijn “Made in Germany”. Mercedes, Volkswagen, Porsche, Ford en Opel bestaan echter voor een niet onbelangrijk deel uit Nederlandse onderdelen, bijvoorbeeld kunststof schokbrekers, allerlei onderdelen van polyester en extra’s als schuifdaken. (naar Frau Antje und Herr Mustermann, D. Linthout) De kans dat je als afgestudeerd IBL’er in je latere beroep contacten met Duitstalige relaties zult onderhouden, is dus groot. Uiteraard is het dan belangrijk dat je de Duitse taal zowel mondeling als schriftelijk beheerst. Daarnaast echter is het ook van belang dat je beschikt over economische, politieke en maatschappelijke kennis, die betrekking heeft op Duitsland.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
37
2. Relatie met het thema Deze module heeft als doel het verbeteren van je vier vaardigheden in het Duits (lees-, schrijf, spreek-, luistervaardigheid). Dit doe je o.a. door het lezen en interpreteren van Duitstalige teksten, die je inzicht in economische, politieke en maatschappelijke aspecten van Duitstalige landen verbreden. Daarnaast zul je leren een Duitse zakelijke brief en e-mail te schrijven. Als noodzakelijke bouwstenen voor de vier vaardigheden zul je je Duitse woordenschat vergroten en de Duitse grammaticale structuren leren toepassen. 3. Doelstellingen Na het tweede semester beheers je de vier vaardigheden (luister-, lees-, spreek-, schrijfvaardigheid) minimaal op niveau A2/B1. MIM-CEF can do statements luisteren
lezen
spreken interactie
A2
B1
1. Ik kan de globale betekenis halen uit een kort gesprek over eenvoudige algemene onderwerpen. 2. Ik kan de globale betekenis halen uit een gesprek over eenvoudige zakelijke onderwerpen. 3. Ik begrijp een kort gesprek over een eenvoudig onderwerp in detail. 4. Ik begrijp een kort gesprek over een eenvoudig zakelijk onderwerp in detail. 1. Ik kan zeer eenvoudige authentieke teksten in detail begrijpen (over bekend onderwerp / krantenartikel / advertentie). 2. ik kan e-mails lezen over eenvoudige zakelijke onderwerpen (het maken en veranderen van een afspraak, een bestelling, informatie aanvragen, een uitnodiging). 3. Ik kan voor een voor het onderwijs bewerkte tekst lezen over een zakelijk onderwerp (beschrijving van een bedrijf, informatie over allerhande economische en culturele aspecten van een land).
1. Ik kan een presentatie volgen over een voor mij bekend onderwerp. 2. Ik kan luisteren naar presentaties. 3. Ik kan zodanig luisteren naar algemene en specifieke video’s, discussie in les, radio / tv dat ik er notulen van kan maken.
1. Ik kan iemand uitnodigen / een uitnodiging aannemen en afslaan. 2. Ik kan vertellen waar mijn interesse naar uitgaat en reageren als anderen vertellen wat hen interesseert. 3. Ik kan informatie uitwisselen over eenvoudige algemene / zakelijke onderwerpen.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
1. Ik begrijp een authentieke tekst na deze bestudeerd te hebben met behulp van een woordenboek. 2. Ik begrijp de strekking van een eenvoudige authentieke tekst door deze eenmaal aandachtig door te lezen. 3. Ik kan met wat inspanning relevante artikelen van Internet scannen, de relevantie voor mij bepalen en ze lezen. 4. Ik kan de handelscorrespondentie van mijn bedrijf lezen. 5. Ik kan productomschrijvingen, offertes, leve-rings- en betalingscondities, landen-informatie, internet, kamer van koophandel, informatie van en over bedrijven / branches lezen. 1. Ik kan onverwacht telefoneren over een mij beken onderwerp. 2. ik kan in een verkoopgesprek vragen stellen en beantwoorden. 3. Ik kan vragen beantwoorden n.a.v. een presentatie.
38
spreken
schrijven
1. Ik kan voorbereid een verhaal houden in eenvoudige zinnen over een onderwerp waar mijn interesse naar uitgaat. 2. Ik kan vertellen over een activiteit. 1. Ik kan met behulp van een woordenboek en grammaticaboek een eenvoudige brief schrijven met als doel: uitnodiging, inlichtingen vragen / geven, bestelling, annulering van een bestelling. 2. ik kan in losse woorden de strekking noteren van een eenvoudige informele bijeenkomst.
1. Ik kan een presentatie geven over een voor mij beken onderwerp of mijn werkdossier. 2. Ik kan een vergadering inleiden. 1. Ik kan met behulp van een woordenboek en grammaticaboek een correcte brief schrijven over zakelijke / algemene onderwerpen als klacht, offerte, facturering, sollicitatiebrief, curriculum vitae. 2. Ik kan een eenvoudige samenvatting schrijven van een tekst over een voor mij bekend onderwerp. 3. Ik kan aantekeningen maken n.a.v. een vergadering.
Subdoelstellingen: Je kunt eenvoudige Duitstalige teksten van algemeen economische, politieke of maatschappelijke aard lezen, begrijpen en zowel schriftelijk als mondeling interpreteren. Je kunt zowel schriftelijk als mondeling economisch idioom gebruiken, zoals dit staat beschreven in het boek Geschäftspartner (zie literatuur), op het gebied van de volgende onderwerpen: klanten, vergissingen, fouten, klachten, reclames, manco, aansprakelijkheid, verzekering, rechtswezen, faillissement, bedrog, marketing. Daarnaast kun je zowel schriftelijk als mondeling het idioom gebruiken van de woordenlijsten, die je zelf hebt aangelegd a.h.v. de Duitstalige teksten in de syllabus (zie literatuur). Je kunt de basisregels op het gebied van de grammatica toepassen, zoals die staan beschreven in de syllabus (zie literatuur), behorend bij de volgende grammaticale onderwerpen: persoonlijke, wederkerende en wederkerige voornaamwoorden, sterke werkwoorden, geslacht van zelfstandige naamwoorden, meervoud van zelfstandige naamwoorden en behorend bij de grammaticale onderwerpen van semester 1. Je kunt een eenvoudige zakelijke brief schrijven volgens de basisstructuur en m.b.v. het correspondentie-idioom, zoals dit staat beschreven in de syllabus (zie literatuur) over de volgende onderwerpen: aanvraag, aanbieding, bestelling, orderbevestiging. 4. Toetsing Het luisteren en spreken wordt getoetst tijdens de lessen (diagnostisch) en d.m.v. een mondeling tentamen (gesprek over en n.a.v. een Duitse tekst) in de laatste lesweek en/of tijdens de tentamenweken van kwartiel 4 (50 % cijfer van kwartiel 4). Het kunnen schrijven van een handelsbrief, het kunnen toepassen van de Duitse grammaticaregels en het kunnen gebruiken van Duitstalig handelsidioom wordt getoetst tijdens de lessen (diagnostisch) en d.m.v. een schriftelijk tentamen in kwartiel 4 (50% cijfer van kwartiel 4). Daarbij geldt de volgende weging: briefopdracht 25%, grammatica 50%, idioom 25%. 5. Werkvormen Gedurende de werkcolleges (drie uur per week) moet je de thuis voorbereide stof toepassen tijdens de lessen op het gebied van de vier vaardigheden (lees-, schrijf-, spreek-, luistervaardigheid).
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
39
Zo maak je gedurende kwartiel drie en vier elke week schrijfoefeningen en briefopdrachten, waarbij je de Duitse grammatica en het handels- en briefidioom correct leert toepassen. Daarnaast zul je dmv zelfstudie je woordenschat vergroten. Bovendien oefen je je spreekvaardigheid a.h.v. Duitse teksten, waarover en naar aanleiding waarvan tijdens de lessen gesproken zal worden. 6. Literatuur en overige leermiddelen Geschäftspartner - Brück, Greuter e.a. Thieme – 9003615926 Woordenboek Duits-Nederlands, Nederlands-Duits Wolters-Noordhoff / Prisma Syllabus Duits 1e studiejaar IBL, 2007/2008 7. Planning kwartiel 3 Week
(2 uur) Grammatica (syllabus) Spreekvaardigheid (syllabus)
1
Uitleg programma Duits Samen in les: syllabus gram.oef. 54 Samen in les: Sprkvh. tekst 1
2
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 55 Sprkvh. voorbereiden tekst 2
3
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 56 Sprkvh. voorbereiden tekst 3
4
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 57 Sprkvh. voorbereiden tekst 4
5
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 58 Sprkvh. voorbereiden tekst 5
6
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 59 Sprkvh. voorbereiden tekst 6
7
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 60 Sprkvh. voorbereiden tekst 7
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
(1 uur) Correspondentie idioom + brieven (syllabus) Spreekvaardigheid (syllabus) Idioom (n-d Geschäftspartner, zelfstudie) Huiswerk: correspondentie: leren H.1 idioom en in les maken brief 1 idioom: GP Nummer 22 Klanten en Nummer 23 Vergissingen, fouten Huiswerk: correspondentie: leren H.1 idioom en inleveren brief 2 (in les brief 3) idioom: GP Nummer 24 Klachten en Nummer 25 Reclames Huiswerk: correspondentie: leren H.1 idioom en inleveren brief 4 (in les brief 5) idioom: GP Nummer 27 Manco en Nummer 28 Aansprakelijkheid Huiswerk: correspondentie: leren H.1 idioom en inleveren brief 6 (in les brief 7) idioom: GP Nummer 29 Verzekering Huiswerk: correspondentie: leren H.2 idioom en inleveren brief 8 (in les brief 9) idioom: GP Nummer 30 Rechtswezen en Nummer 31 Faillissement Huiswerk: correspondentie: leren H.2 idioom en inleveren brief 10 (in les brief 11) idioom: GP Nummer 32 Bedrog en Nummer 36 Marketing Huiswerk: Toets over gram.oefening 54 t/m 60
40
kwartiel 4 Week
1
(2 uur) Grammatica (syllabus) Rollenspelen/ Spreekvaardigheid (syllabus) Bespreken toets kwartiel 3 samen in les: syllabus gram. oef. 61 Samen in les: Sprkvh. voorbereiden tekst 8
2
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 62 Sprkvh. voorbereiden tekst 9
3
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 63 Sprkvh. voorbereiden tekst 10
(1 uur) Grammatica (syllabus) Idioom (n-d Geschäftspartner, zelfstudie) Huiswerk: correspondentie: leren H.2 idioom en maken in les brief 12 idioom: GP Nummer 22 Klanten en Nummer 23 Vergissingen, fouten Huiswerk correspondentie: leren H.3 idioom en inleveren brief 13 (in les brief 14) idioom: GP Nummer 24 Klachten en Nummer 25 Reclames Huiswerk: correspondentie: leren H.3 idioom en inleveren brief 15 (in les brief 16) idioom: GP Nummer 27 Manco en Nummer 28 Aansprakelijkheid
4
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 64 Sprkvh. voorbereiden tekst 11
Huiswerk: correspondentie: leren H.3 idioom en inleveren brief 17 (in les brief 18) idioom: GP Nummer 29 Verzekering
5
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 65 Sprkvh. voorbereiden tekst 12
Huiswerk: correspondentie: brief 17 terug idioom: GP Nummer 30 Rechtswezen en Nummer 31 Faillissement
6
Huiswerk: gram. maken syllabus oef. 67 Sprkvh. voorbereiden tekst 13
Huiswerk: idioom: GP Nummer 32 Bedrog en Nummer 36 Marketing
7 en in tentamenweek
Mondeling: ± 15 minuten per student alle behandelde teksten Schriftelijk: gram oef. 54 t/m 67 en GP Nummers 22, 23, 24, 25, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 36 en corr.idioom H.1 t/m 3 en brieven 1 t/m 18
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
41
POP POP staat voor een Persoonlijk Ontwikkel Plan. De ontwikkeling van de persoonlijke effectiviteit aan de hand van de kernkwaliteiten staat daarbij centraal. Een uitnodiging voor een POP-gesprek krijg je via je SLB’er. In principe zal in de laatste weken van een even kwartiel steeds een POP gesprek plaatsvinden. De onderstaande kernkwaliteiten zullen daarbij steeds naar voren komen: 1 Samenwerken 2 Klantgerichtheid 3 Leiding geven/sturend vermogen 4 Resultaatgericht werken 5 Initiatief nemen/zelfstandig zijn/ondernemend zijn 6 Incasseringsvermogen/flexibiliteit 7 Overtuigingskracht 8 Creativiteit/innovatiegericht 9 Omgaan met conflicten/weerstand 10 Communiceren Meer informatie over de kernkwaliteiten is terug te vinden in de bibliotheek binnen Quickplace. Onderstaand komt je POP tot stand doordat je direct na afloop van je POP-gesprek met je SLB’er de antwoorden op de onderstaande vragen verwerkt. Die antwoorden moeten uiteraard een reële afspiegeling zijn van het gesprek dat je dan zojuist gehad hebt. Je SLB’er zal deze weergave na inlevering binnen het digitale portfolio zo spoedig mogelijk accorderen. Daarnaast zal hij/zij een hardcopy in je archief bewaren. Maak bij het gesprek gebruik van de inzichten die je over jezelf hebt verkregen gedurende het afgelopen halfjaar.
Eerste POP 1
Noem minimaal één, maar liefst twee kernkwaliteiten waarin je goed bent en motiveer met een voorbeeld waaruit dat blijkt. Antw. 1:
Antw. 2:
2
Noem minimaal één, maar liefst twee kernkwaliteiten waarvan jezelf vindt dat je deze nog verder moet ontwikkelen. Geef aan hoe je dat denkt te gaan doen en welke ondersteuning je daarbij verwacht. Antw. 1:
Antw. 2:
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
42
Op het moment dat je voor jezelf tot de conclusie komt dat je daadwerkelijk één van de kernkwaliteiten verbeterd hebt, moet je een afspraak gaan maken met je SLB’er. Fraai zou het zijn dat je dan de kernkwaliteiten ontwikkeld hebt die je onder punt 2 genoemd hebt, maar het mogen ook andere kernkwaliteiten zijn. Het gesprek verloopt aan de hand van de STARmethode. Zie het document reflectie op kernkwaliteiten binnen de bibliotheek van Quickplace. Een weergave van zo’n gesprek moet weer opgenomen worden in je digitale portfolio. Je POP moet aan het einde van elk even kwartiel opgenomen zijn in je digitale portfolio.
Overzicht ontwikkeling kernkwaliteiten Bespreek ook de onderstaande twee overzichten tijdens het POP gesprek met je SLB’er en vul de overzichten direct na het gesprek ook digitaal in zodat je dit volledige document (uitgangssituatie, POP 1, overzicht ontwikkeling) ingevuld kunt opnemen in je digitale portfolio.
Blok 1
Samenwerken
2
Klantgerichtheid
3 4
Leidinggevend vermogen Resultaatgericht werken
5
Initiatief nemen
6
Incasseringsvermogen
7
Overtuigingskracht
8
Creativiteit
9
Omgaan met conflicten
10
Communiceren
2
3
4
Stage
6
7
Afst.
Zet een kruisje onder blok 1 bij die kernkwaliteiten die je in het komende blok met speciale aandacht verder gaat ontwikkelen.
Bijlage 1 Competenties thema Beleidsadviseur IBL 1: Student kan communiceren in meer talen, rekening houdend met culturele verschillen, intern en extern, nationaal en internationaal.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
43
Prestatie-indicatoren: - Student beheerst Engels - Student beheerst Frans - Student beheerst Duits - Student beheerst Spaans Voor alle moderne vreemde talen geldt als norm de vooraf vastgestelde CEF niveaus. IBL 2: Student kan een marktonderzoek uitvoeren voor een internationale onderneming. Prestatie-indicatoren: - Student stelt een marktonderzoeksplan op - Student verwerft data - Student verwerkt data IBL 3: Student kan een strategisch marketingbeleid ontwikkelen (voor een nationaal of internationaal opererende onderneming). Prestatie-indicatoren: - Student analyseert de externe omgeving - Student analyseert de interne omgeving - Student maakt een SWOT analyse - Student formuleert marketingdoelen IBL 4: Student kan een marketingbeleid zowel taktisch als operationeel operationaliseren (voor een nationaal of internationaal opererende onderneming). Prestatie-indicatoren: - Student degmenteert - Student stelt een marketingmix samen IBL 7: Student kan een exportbeleidsplan opstellen. Prestatie-indicatoren: - Student beschrijft huidige exportstrategie - Student stelt exportstrategie op Voor de algemene competenties staat centraal: - Portfolio - Interviewen - Presenteren - Rapporteren
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
44
Bijlage 2 Literatuur thema Beleidsadviseur Marketingbeleid Over Marketing – M. Broekhoff e.a. ThiemeMeulenhoff - 9006870005 Bedrijfseconomische aspecten Basisboek Bedrijfseconomie - De Boer, P. Brouwers, M.P. & Koetzier, W. Wolters-Noordhoff – 9001094188 Inclusief opgaven (9001094102) en studentuitwerkingen (9001094096) Marktonderzoek Principes van Marktonderzoek - Burns, A. & Bush, R. Pearson Education – 9043011304 / 9789043011303 Organisatiekunde Een praktijkgerichte benadering van organisatie en management - Van Dam, N. en Marcus, J. Wolters-Noordhoff 5e druk, 2005 - 9001210279 Spaans En la oficina 1, tekstboek – Van der Linden, M. & Siebel, H. Wolters-Noordhoff – 9001144187 En la oficina 1, werkboek – Van der Linden, M. & Siebel, H. Wolters-Noordhoff – 9001144105 Frans Pour parler affaires, tekstboek – Munsters, W. ea Intertaal – 9054513381 Pour parler affaires, werkboek – Munsters, W. ea Intertaal – 905451339X Grammaire progressive du français - niveau intermédiaire – nouvelle édition – Grégoire, M. Clé International – 9054514205 Vocabulaire commercial et économique 1 – Munsters, W. ea Wolters-Noordhoff - 90 01 33537 3 Duits Geschäftspartner - Brück, Greuter e.a. Thieme – 9003615926 Syllabus Duits 1e studiejaar IBL, 2007/2008
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
45
Bijlage 3:
Projectomschrijving
Het thema van semester 2 IBL is Beleidsadviseur. Elke projectgroep (bestaande uit 4 studenten) zoekt een bestaande internationaal opererende onderneming die werkzaam is op de consumentenmarkt. Het moet een onderneming zijn waar veel informatie op het internet van te vinden is (oa. Jaarverslagen). In eerste instantie wordt onderzocht hoe de meso-omgeving er voor deze onderneming uit ziet. Daarvoor maakt U gebruik van het vijf krachten model van Porter. Per kracht geeft U duidelijk aan waar de kansen en bedreigingen liggen voor de gekozen onderneming. Daarnaast wordt voor deze onderneming door de projectgroep een audit gemaakt op basis van de Balanced Score Card methode. Voor de vier perspectieven: perspectief van de klant financieel perspectief perspectief van interne processen als het perspectief van innovatie stelt de groep kritische succesfactoren op en een aantal indicatoren, waarop deze perspectieven moeten worden beoordeeld. De onderneming wordt vervolgens op basis van deze kritische succesfactoren en indicatoren beoordeeld. Op basis van het perspectief van de klant zal field research uitgevoerd moeten worden. De gegevens kunnen in excel verwerkt worden. Daarna moet de projectgroep een benchmark uitvoeren. Men zal de gevonden indicatoren op bepaalde punten gaan vergelijken met de directe concurrenten en met de bedrijfstak. Dan kan de projectgroep vaststellen waar de sterke en zwakke punten van de onderneming liggen. Vervolgens zoekt de projectgroep naar een geschikt exportland voor deze onderneming. Er wordt een beknopt exportbeleidsplan opgesteld. Dit geheel wordt in een adviesnota voorgelegd aan de directie van de onderneming. Deze nota wordt in het Nederlands geschreven met een samenvatting in het Engels en de verdediging van de nota ten overstaan van de directie is ook in het Engels.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
46
Te onderzoeken voor L2 project mbt financieel perspectief Balance Score Card LIQUIDITEIT Bereken de quick ratio en current ratio van 2005 en 2006. Krediettermijn debiteuren en krediettermijn crediteuren voor 2006. Wat is het nut van het berekenen van liquiditeitskengetallen? Waarom bestaan current ratio en quick ratio naast elkaar? Wat is het gevaar van het beoordelen van liquiditeit aan de hand van kengetallen? Kun je ergens een norm vinden voor de kengetallen in de branche waarin het bedrijf opereert? (Dus bijvoorbeeld current ratio moet groter zijn dan….) Hoe doet “jullie bedrijf” het. Welke ontwikkeling constateer je met betrekking tot de liquiditeit voor de onderneming? SOLVABILITEIT Bereken de debt ratio en de rente dekkings factor voor 2005 en 2006. Wat betekent een rente dekkingsfactor van bijvoorbeeld 5? Wat is beter een hoge of een lage debt ratio en waarom? Wat is solvabiliteit en wat is het nut van het berekenen van solvabiliteitskengetallen? Wie is geïnteresseerd in deze kengetallen? Welke ontwikkeling constateer je met betrekking tot de solvabiliteit voor de onderneming? RENTABILITEIT Bereken omzetsnelheid totaal vermogen, omzetsnelheid van de voorraad, brutowinstmarge, rentabiliteit TV, rentabiliteit EV, Intrestkosten VV voor 2005 en 2006. Waarom berekenen we de kengetallen en wie is er in geïnteresseerd? Trek je conclusies uit de hoogte van de kengetallen (is er sprake van een positief of negatief hefboomeffect en wat is eigenlijk een hefboomeffect?). Welke ontwikkelingen constateer je met betrekking tot de rentabiliteit?
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
47
BELEGGINGSKENGETALLEN
Bereken de winst per aandeel, koers/winstverhouding, winst/dividendverhouding alles voor zowel 2005 als 2006. Wat houden de genoemde kengetallen in. Literatuur die je kunt raadplegen is het basisboek voor bedrijf economie van De Boer, Brouwers en Koetzier. Voor de andere perspectieven gaat het er vooral om dat je je als student probeert in te leven in de onderneming. Waar staat de onderneming voor, welke waarden vindt de onderneming belangrijk. Hoe positioneert men zich. Om dat te weten te komen is het van belang om goed waar te nemen, te observeren, kijken. Hoe staat het merk cq de merken er bij op de verkooppunten, hoe denkt men op de verkoopvloer over het merk, hoe maakt men promotie, blinkt men ergens in uit, etc. Bovendien moet er een consumentenonderzoek komen om er achter te komen hoe de consumenten over het bedrijf cq het merk denken
Het werkschema ziet er als volgt uit: Week 1: Instructie en opstart project Week 2: Doorgeven welke onderneming er is gekozen. Dit moet een onderneming zijn die opereert op de consumentenmarkt. Dat kan zowel een fabrikant als een detailhandelsonderneming zijn. Wel moet U in staat zijn om voldoende gegevens over deze onderneming te bemachtigen. Het is daarom raadzaam een onderneming te kiezen die beursgenoteerd is en daardoor verplicht is de jaarcijfers ed te publiceren (ook op internet). Bovendien begint U in deze week met het Plan van Aanpak. U moet daarin duidelijk aangeven hoe U de meso-omgeving gaat analyseren en welke kritische succesfactoren en indicatoren belangrijk zijn en gemeten gaan worden bij de vier verschillende perspectieven. Ook moet in het Plan van Aanpak aangegeven worden hoe U de klanten gaat onderzoeken. Week 3: Plan van Aanpak klaar en goedgekeurd, dus aan het werk. Zonder goedkeuring kunt U niet verder. Vanaf week 4: Plan van Aanpak uitwerken op meso niveau en per perspectief.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
48
Tussenrapportages laten goedkeuren. Week 5 (kwartiel 4): Concept rapport inleveren. Week 6 (kwartiel 4): Definitieve rapport afmaken. Rapport inleveren Week 7 kwartiel 4 Presentatie Hierna treft U erg extra informatie aan over het fenomeen Balanced Scorecard. Het is verstandig om dit eerst te lezen. Veel succes. HJ Kevelham
Balanced Scorecard Sleutelwoorden: Balanced Scorecard, implementatie, kritieke succes factoren, perspectieven, financieel, innovatie, intern, extern
Ontstaansgeschiedenis van de Balanced Scorecard De oorsprong van de Balanced Scorecard kan herleid worden naar 1990, toen het Nolan Norton Institute, een onderdeel van KPMG, het onderzoek ‘Measuring Performance in the Organization of the Future’ in gang zette. D. Norton functioneerde bij dit onderzoek als onderzoeksleider en R. Kaplan als wetenschappelijk consultant. Een van de cases welke bij het onderzoek bestudeerd werd, was de Analog Devices case, welke aan gaf op welke wijze Analog een ‘Corporate Scorecard’ benutte. Deze Scorecard bevatte naast traditionele financiële maatstaven tevens niet-financiële maatstaven om aldus tegemoet te komen aan het bezwaar van de korte termijn gerichtheid van de traditionele financiële verslaglegging. De groepsdiscussies welke naar aanleiding van deze case gevoerd werden leidden tot een meer uitgebreide versie van de Scorecard van Analog welke de Balanced Scorecard genoemd werd. In januari 1992 publiceerden Kaplan en Norton de uitkomsten van het onderzoek met betrekking tot de Balanced Scorecard in het artikel in de
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
49
Harvard Business Review ‘The Balanced Scorecard Maesures that drive performance’. In september 1993 werd het artikel ‘Putting the Balanced Scorecard to Work’ door dezelfde auteurs gepubliceerd. In dit artikel staan de onderzoeksresultaten en ervaringen van een aantal concerns beschreven. Sinds deze publicatie wordt in het bedrijfsleven veel aandacht besteed aan de Balanced Scorecard en begonnen vele bedrijven met het bijhouden van en sturen op een Balanced Scorecard. Het boek ‘The Balanced Scorecard Translating Strategy into Action’ van Kaplan en Norton was in 1996 dan ook de nummer 1 onder de bestsellers van managementliteratuur. In 2004 was de balanced scorecard wereldwijd uitgegroeid tot de meest toegepaste management tool.
Doel en opzet Het doel is een vertaling te bieden van de missie en visie van een organisatie in meetbare indicatoren om dusdoende ondersteuning te bieden bij het ontwikkelen van een consistente organisatiestrategie en het richten van alle activiteiten op die strategie. Het unieke van de aanpak is gelegen in de vier perspectieven die worden gehanteerd bij deze vertaalslag. Vanuit deze vier perspectieven - klant, interne processen, financieel en lerend vermogen/innovatie - helpen meetbare indicatoren een organisatie zich te richten op de status quo en op het potentieel voor de toekomst. Als geheel bieden de vier perspectieven een verhelderend inzicht in de lange termijn strategie, in tegenstelling tot de financiële kengetallen die vaak op korte termijn resultaten zijn gericht.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
50
De naam Balanced Scorecard geeft al aan dat evenwicht of balans een belangrijk uitgangspunt van deze methodiek vormt. Het betreft dan het evenwicht tussen korte termijn en lange termijn doelen, tussen financiële en niet-financiële maatstaven, tussen leidende en volgende indicatoren en tussen externe en interne performance perspectieven. We moeten de genoemde vier perspectieven dan ook in hun samenhang beoordelen. Uit het werken met de Balanced Scorecard dient te blijken of het bereiken van een verbetering op het ene deelgebied niet ten koste gaat van een andere invalshoek. We kunnen de verbondenheid van de vier perspectieven terugvinden in het uiterlijk van de Balanced Scorecard: vier vlakken met doelstellingen, onderling met elkaar verbonden middels pijlen.
Kritieke Succesfactoren De vier deelgebieden - klant, interne processen, financieel en lerend vermogen/innovatie - worden nader geconcretiseerd met behulp van een viertal vragen welke betrekking hebben op de respectievelijke perspectieven. De kracht van deze vier vragen is gelegen in het feit dat ze de (kwantitatief of kwalitatief meetbare) kritieke succesfactoren voor succesvol opereren op de lange termijn helpen formuleren en dat zij de verbinding leggen tussen externe en interne (kritieke) succesfactoren. De vier betreffende vragen luiden als volgt: •
Hoe zien onze klanten ons?
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
51
• • •
Op welk gebied moeten we de eigen prestaties verbeteren? Hoe zien we er uit voor aandeelhouders en andere financiers? Kunnen we blijven verbeteren en groeien?
Klik voor een vergroting
Het perspectief van de klant: ‘Hoe zien onze klanten ons?’ Deze vraag is er op gericht de managers een houvast te bieden bij de vertaalslag in succesfactoren van de missie van de organisatie ten aanzien van ‘customer satisfacation’ (hetgeen daadwerkelijk van belang is in de ervaring van de huidige en potentiële klanten). Voorbeelden van deze factoren betreffen kortere levertijden en de gepercipieerde kwaliteit van het produkt of de dienstverlening en de ‘aftersales’.
Het perspectief van interne processen: ‘Op welk gebied moeten wij de eigen prestaties verbeteren?’ De invalshoek van interne processen vraagt om het bepalen van de factoren welke (wezenlijk) bepalend zijn voor de toegevoegde waarde van de binnen de organisatie ondernomen of te ondernemen activiteiten, de processen waarbinnen deze activiteiten plaats vinden en de beslissingen welke hier op betrekking hebben. Toegevoegde waarde wordt dan voornamelijk uitgedrukt
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
52
als de prestatie richting de klant, welke ontstaat door een optimale afstemming tussen activiteiten, processen en beslissingen. Voorbeelden van de factoren welke van invloed zijn op deze toegevoegde waarde betreffen: het produktie-tempo en de (’daadwerkelijke’) kwaliteit van het produkt en produktonderdelen.
Het financieel perspectief: ‘Hoe zien we er uit voor de aandeelhouders en andere financiers?’ Ondanks het feit dat (traditionele) financiële maatstaven een korte termijn focus kennen en meer gericht zijn op het verleden dan op de toekomst, zijn dergelijke financiële factoren nochtans van wezenlijk belang. Als ‘harde’ (casu quo kwantitatieve) en rationele indicatoren bieden zij ondersteuning bij een betrouwbare controle van de bedrijfsvoering en van de juistheid van de bedrijfsstrategie. Behalve het feit dat dergelijke maatstaven daarom ondersteuning bieden bij het onderhouden van de interne beleidsvoering, worden de scores op deze factoren uiteraard ook als dusdanig door de vermogensverschaffers en andere externe subsidiënten beschouwd. Het financieel perspectief waakt er daarmee over dat successsen ten aanzien van de andere drie deelgebieden zich weten te vertalen in een financieel succes. Voorbeelden zijn de mate van winstgevendheid en de grootte van de netto kasstroom.
Het perspectief van lerend vermogen en innovatie: ‘Kunnen we blijven verbeteren en groeien?’ De dynamische omgeving waarbinnen ondernemingen heden ten dage opereren impliceert dat de kritieke succesfactoren van ondernemingen aan verandering onderhevig zijn. Zo veranderen de behoeften en de produkteisen van de klanten doordat bijvoorbeeld de toenemende intensiteit van concurrentie kortere produktlevenscycli met zich mee brengt, voortdurend innovaties ten aanzien van produktie-technologieën worden bereikt, doordat de communicatie qua reikwijdte onweerlegbaar sterk toegenomen is, etcetera. Factoren die aldus van wezenlijk belang voor de organisatie zijn betreffen bijvoorbeeld nieuwe verkoopkanalen, nieuwe markten, nieuwe produkten, etcetera.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
53
Implementatie De Balanced Scorecard sluit nauw aan bij top down-gerichte organisaties met een focus op innovatie en verandering. Implementatie vindt doorgaans plaats op het niveau van de onderscheiden business-units binnen de organisatie. Grofweg kan het implementatietraject in drie stappen worden doorlopen: allereerst formulering van strategie en visie door het topmanagement, vervolgens interviews dienaangaande onder middle managers en tenslotte een workshop voor het managementteam over de inrichting. Voor de invoering dienen allereerst door het topmanagement van een organisatie de voorwaarden welke verbonden zijn aan het werken met een Balanced Scorecard onder de loep te worden genomen. Zo vereist toepassing dat de organisatie beschreven kan worden in termen van eigen klanten, eigen produktiemiddelen, eigen distributiekanalen en financiële kengetallen welke de output weergeven. Indien aan deze eis kan worden voldaan, moet het topmanagement het materiaal verzamelen waarin de (voorlopige of huidige) missie en strategie wordt geconcretiseerd. Indien nodig moet het materiaal worden bijgesteld of aangevuld. Vervolgens worden managers in het middenkader voorzien van de verzamelde informatie over missie en strategie, alsmede over doel en werking van de Balanced Scorecard. In interviews (door een medewerker of extern adviseur) kunnen deze managers dan hun mening ventileren over de strategische doelen, de kritieke succesfactoren, en de indicatoren welke benut zullen worden om de kritieke succesfactoren te ‘monitoren’. Voor een volledig beeld is het verstandig eveneens interviews met aandeelhouders of andere financiers te houden om aldus een helder beeld te vormen van de verwachtingen ten aanzien van de financiële prestaties. Voorts kunnen ook interviews met belangrijke klanten van de organisatie van belang zijn om hun eisen en verwachtingen beter te formuleren. In een workshop onder het geïnterviewde managementteam dient vervolgens (met de resultaten van de interviews als input) consensus bereikt te worden over de missie en de strategische doelen van de organisatie en zal in grote lijnen de inrichting vastgesteld worden. Hierbij wordt gesproken over de bruikbaarheid van de kritieke succesfactoren, de relaties worden gelegd
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
54
tussen voorgestelde kritieke succesfactoren en bestaande veranderingstrajecten en een keuze voor de te gebruiken factoren wordt gemaakt. Een vaak gehanteerde richtlijn hierbij is circa vier kritieke succesfactoren te hanteren voor ieder van de vier perspectieven. Eventueel volgt een tweede ronde van interviews, waarna bijstelling plaatsvindt in een tweede workshop, waarbij ook leidinggevenden op lagere niveaus worden betrokken.
Voordelen van de Balanced Scorecard De voordelen van het opstellen en gebruiken van een Balanced Scorecard hebben betrekking op het beleidsondersteunende karakter van deze methodiek. Het richten van de visie op kritieke succesfactoren dwingt het management tot “knowing the business”. Een Balanced Scorecard moedigt een organisatie aan voortdurend ideeën te ontwikkelen en zorgt ervoor dat visie en de hoofddoelstellingen permanent op de agenda staan. Het geeft de organisatie aanwijzingen om haar visie te bereiken, maar dwingt het niet in een bepaalde richting. Een Balanced Scorecard zorgt er verder voor dat de strategie helder en communiceerbaar wordt. Door het meten van de onderscheiden indicatoren en kritieke succesfactoren wordt de voortgang van de strategie in kaart gebracht en controleerbaar. Daarbij is de Scorecard primair toekomstgericht en voorkomt het suboptimalisatie door het nastreven van een evenwicht tussen doorslaggevende factoren. Door de samenhang van de onderscheiden elementen van de Balanced Scorecard kan bovendien duidelijk worden gemaakt op welke wijze de resultaten zijn bereikt.
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
55
Themaboek IBL2 Beleidsadviseur
56