Opleidingsprofiel International Fresh Business Management (IFBM) Fontys International Business School Venlo
Januari 2015 Team IFBM Redactie Frank Bunte & Henning Janssen 1
Inhoud 1
Inleiding ............................................................................................................................................................ 4
2
Terms of reference ........................................................................................................................................... 5
3
Trends en ontwikkelingen in de omgeving........................................................................................................ 6
4
5
3.1
Het beroepenveld ................................................................................................................................... 6
3.2
Trends en ontwikkelingen in het beroepenveld ...................................................................................... 7
3.3
Trends en ontwikkelingen in het kennisdomein ...................................................................................... 9
3.4
Positionering IFBM ............................................................................................................................... 10
Opleiding ........................................................................................................................................................ 11 4.1
Missie, Visie en Strategie ..................................................................................................................... 11
4.2
Competenties ....................................................................................................................................... 12
4.3
Onderwijsprogramma ........................................................................................................................... 13
HBO oriëntatie ................................................................................................................................................ 15 5.1
Kernvakgebieden ................................................................................................................................. 15
5.2
Vaardigheden ....................................................................................................................................... 18
5.2.1
Onderzoeksvaardigheden ................................................................................................................ 18
5.2.2
Professioneel vakmanschap ............................................................................................................ 18
5.2.3
Verantwoord handelen ..................................................................................................................... 19
5.3
Relatie tot Dublindescriptoren .............................................................................................................. 19
5.4
Toekomstoriëntatie............................................................................................................................... 21
6
Externe validatie ............................................................................................................................................. 22
7
Referenties ..................................................................................................................................................... 23
Bijlage 1 Relevante kennis en toepassingen in Keten-Netwerkanalyses voor versproducten ............................... 24 Bijlage 2 Competenties en deelcompetenties ........................................................................................................ 25 Bijlage 3 Leden werkveldcommissie ...................................................................................................................... 33
2
Opleidingsprofiel International Fresh Business Management
Diploma:
Bachelor of Business Administration
Aard opleiding:
Voltijds
Opleidingen:
Fontys Hogescholen (Venlo)
Contactpersoon: Henning Janssen p.a.
Fontys Hogescholen Postbus 141 5900 AC Venlo e-mail:
[email protected] Telefoon: 08850-71770
3
1 Inleiding
De regio Venlo is sterk in tuinbouw, intensieve veehouderij en verslogistiek. De regio is één van de zes tuinbouwclusters (Greenports) die Nederland telt. Binnen de tuinbouw ligt de focus op groenten, champignons en boomkwekerijproducten. Samen met de regio Niederrhein is de regio Venlo één van de grootste tuinbouwclusters in Europa. Verder worden er relatief veel eieren en varkens geproduceerd. Tradeport Venlo is één van de belangrijkste Nederlandse knooppunten voor verslogistiek.
Tabel 1 Aandeel van Noord-Limburg in Nederlandse versproductie (2014) Groenten onder glas
13,4%
Opengrondsgroenten
21,8%
Champignons
44,7%
Boomkwekerijproducten
14,4%
Leghennen
25,3%
Varkens
15,0%
Oppervlakte cultuurgrond
3,8%
Bron: CBS
In Greenport Venlo blijft de vraag naar nieuwe medewerkers in versketens naar verwachting groot, omdat het huidige werknemersbestand verouderd is. Op jaarbasis is alleen al aan de Nederlandse zijde van Greenport Venlo behoefte aan 175 hbo- en master-studenten met een achtergrond in landbouw en/of economie (Etil 2012).
De regionale versketen heeft behoefte aan hoger opgeleiden, omdat er steeds meer en hogere eisen aan de productie en distributie van versproducten gesteld worden, bedrijven in de fresh business groot worden en steeds meer zaken met andere bedrijven afstemmen. Dit betekent dat er enerzijds behoefte is aan hoogopgeleide specialisten die de productkwaliteit borgen, nieuwe producten ontwikkelen en de informatie-uitwisseling regelen. En anderzijds aan generalisten die deze activiteiten over afdelingen heen en tussen bedrijven coördineren. Er zijn steeds meer partijen in de keten bij de productie en distributie betrokken omdat er meer activiteiten uitbesteed worden. IFBM is het antwoord van FIBS op de vraag naar midden- en hoger kader vanuit Greenport Venlo en de regio Niederrhein.
Dit document beschrijft het opleidingsprofiel van IFBM. Hoofdstuk 2 beschrijft de terms of reference van de Vereniging Hogescholen en de plaats in het document waar deze verantwoord worden. Hoofdstuk 3 beschrijft het beroepenveld alsmede trends en ontwikkelingen in de omgeving. Hoofdstuk 4 verantwoordt missie, visie en strategie van de opleiding, de competenties en het onderwijsprogramma. Hoofdstuk 5 verantwoordt de borging van het hbo niveau. Hoofdstuk 6 beschrijft de raadpleging van het werkveld.
4
2 Terms of reference De Vereniging Hogescholen stelt eisen aan het opleidingsprofiel. Deze paragraaf bevat de eisen en geeft aan waar deze eisen uitgewerkt worden in dit document.
1. Raadpleging stakeholders a. De raadpleging van belanghebbenden, in het bijzonder het werkveld, is verantwoord in hoofdstuk 6.
2. Kernelementen van het profiel a. Het beroepenveld wordt beschreven in paragraaf 3.1. b. Ontwikkelingen in het werkveld worden beschreven in paragraaf 3.2 c.
Ontwikkelingen in het kennisdomein worden beschreven in paragraaf 3.3.
d. De basiscompetenties worden beschreven in paragraaf 4.2 en bijlage 2. e. De verhouding tot verwante opleidingen wordt beschreven in paragraaf 3.4.
3. Relatie opleidingsprofiel met de heo-standaard a. De relatie van de basiscompetenties tot de kernvakgebieden staat beschreven in paragraaf 4.3 en 5.1. b. De aandacht voor onderzoekend vermogen, professioneel vakmanschap en verantwoord handelen staat in paragraaf 5.2
4. Kenmerken basiscompetenties a. De studie wordt alleen voltijds aangeboden. b. De relatie tussen de basiscompetenties en de Dublin-descriptoren staat beschreven in paragraaf 5.3 c.
De toekomstoriëntatie wordt behandeld in paragraaf 5.4
d. Specifieke wettelijke kaders zijn niet van toepassing.
5
3 Trends en ontwikkelingen in de omgeving
Dit hoofdstuk schetst het beroepenveld (paragraaf 3.1) en recente ontwikkelingen in het beroepenveld en het kennisdomein (paragraaf 3.2 en 3.3). Op basis van deze schets wordt IFBM gepositioneerd ten opzichte van andere opleidingen (paragraaf 3.4).
3.1
Het beroepenveld
Studenten IFBM worden binnen de opleiding opgeleid voor vijf clusters van beroepsrollen die samen de gehele keten afdekken:
Marketing manager versproducten
Logistiek manager versproducten
Value chain manager versproducten
Export- en importmanager vers euregionaal en internationaal
Ondernemers
Daarnaast zijn algemene rollen als consultant en onderzoeker mogelijke beroepsrollen.
Marketing manager De afgestudeerde IFBM ontwikkelt en implementeert voor bedrijven in de versketen marketingbeleid en marketingplannen die aansluiten bij trends en ontwikkelingen in voedings- en sierteeltmarkten. De marketing manager bewaakt de voortgang van marketingplannen en stelt waar nodig het beleid bij. De afgestudeerde IFBM kan dit doen in de hoedanigheid van product manager, sales manager, formulemanager, category manager, brand manager en trade marketeer.
Logistiek manager De afgestudeerde IFBM draagt zorg voor een effectieve samenwerking tussen de afdelingen van een bedrijf: productie, logistiek, inkoop, technische dienst, kwaliteitsdienst, planning, financiën, customer service en Onderzoek & Ontwikkeling (O&O). De logistiek manager richt de logistiek zodanig in dat de kosten minimaal zijn, de kwaliteit gegarandeerd wordt (toegevoegde waarde: voedingswaarden, versheid, voedselveiligheid, duurzaamheid) en hiervoor de nodige informatie beschikbaar is. De afgestudeerde IFBM speelt in op korte termijn schommelingen in aanvoer, vraag en kwaliteit. De logistiek manager is actief als logistiek manager, warehouse manager en productiemanager. Verder onderhoudt de logistiek manager externe contacten met strategische partners.
Value chain manager De afgestudeerde IFBM beheert de keten van uitgangsmateriaal tot de filialen van het grootwinkelbedrijf door partnerschappen aan te gaan met partijen in de gehele keten. De samenwerking is gericht op minimalisatie van de integrale kosten van transport en voorraadbeheer, de creatie van toegevoegde waarde en bewaking van de integrale ketenkwaliteit (toegevoegde waarde: voedingswaarden, 6
versheid, voedselveiligheid, duurzaamheid). De value chain manager hanteert een ketenperspectief dat het belang van afzonderlijke bedrijven overstijgt. Export- en importmanager Duitsland / Nederland
De afgestudeerde IFBM heeft voldoende kennis van de Duitse (Nederlandse) taal, cultuur en wetgeving om op de Duitse (Nederlandse) markt te functioneren. De afgestudeerde IFBM heeft daarnaast voldoende kennis van de Engelse taal en wetgeving en instellingen op Europees en internationaal niveau. De afgestudeerde weet dat er internationale wetgeving en kaders zijn voor o.a. handel, voedselveiligheid en plant- en diergezondheid.
Ondernemer De afgestudeerde IFBM is in staat op basis van eigen inzicht en zelfstandig verzamelde informatie te beoordelen wat de kansen zijn voor nieuwe producten en diensten. De ondernemer is in staat strategische beslissingen te nemen en de financiële, organisatorische en logistieke gevolgen daarvan te overzien. De ondernemer speelt in op de mogelijkheden die internationale, nationale en regionale markten bieden.
Consultant / Onderzoeker De consultant / onderzoeker herkent (de context van) een probleem waarmee de potentiële opdrachtgever te maken heeft en vertaalt dit in een opdracht/project. De consultant / onderzoeker analyseert het probleem en draagt (haalbare) oplossingen aan, die onderdeel uitmaken van een samenhangend adviesplan.
3.2
Trends en ontwikkelingen in het beroepenveld
Versproducten behoren tot de belangrijkste exportproducten die Nederland telt. Nederland exporteert traditioneel versproducten van hoge kwaliteit die in grote hoeveelheden tegen relatief lage prijzen geproduceerd en gedistribueerd worden. De Nederlandse concurrentiepositie berust op teeltkennis en een hoge productiviteit ondersteund door een omvangrijk agrarisch kennissysteem. Andere sterke punten zijn O&O in de levensmiddelenindustrie, de innovatieve logistiek en de ligging aan de monding van Schelde, Maas en Rijn. Verder geldt dat buurlanden Duitsland en het Verenigd Koninkrijk traditioneel netto importeurs van versproducten zijn. De sterke positie van de versketen is recent benadrukt bij het aanwijzen van topsectoren (Agro & Food, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, Logistiek). Think Global, Act Local De wereldversmarkt ontwikkelt zich tot één markt. Dit komt tot uitdrukking in de groei van de internationale handel van versproducten, maar ook in de groei van buitenlandse investeringen en internationale samenwerking en partnerschappen. Er zijn wereldwijd steeds meer overeenkomsten in consumptiepatronen waar te nemen. Overal ter wereld groeit het marktaandeel van supermarktketens en de consumptie van voeding buitenshuis. Europese en Amerikaanse A-merken zijn wereldmerken gewor-
7
den. Desalniettemin blijven regionale verschillen in smaak, omgangsvormen en handelsinstituties groot. Kennis van lokale taal, instituties en cultuur blijft van belang, Studenten IFBM hebben kennis van de wereldversmarkt, maar zijn vooral in staat maatproducten en diensten te leveren voor regionale markten in binnen- en buitenland, in het bijzonder Nederland en Duitsland. Dienstverlening en beleving Gemak dient de consument van versproducten. De consument vraagt niet alleen een steeds hogere kwaliteit en variëteit aan duurzame versproducten, maar vooral dienstverlening en beleving. In de versketen neemt het belang van marketingconcepten, de bewerking en verwerking van versproducten en dienstverlening (levering aan huis) toe. Dit geldt in het kader van Business-to-Business (B2B) verkeer overigens ook voor logistieke dienstverlening. Studenten IFBM kunnen inspelen op de vraag naar kwaliteit, variëteit en vernieuwing van consumenten en andere afnemers en daarbij rekening houden met de expliciete en impliciete vraag naar dienstverlening door consumenten en afnemers. Supply Chain Management Omdat transport- en transactiekosten dalen en de houdbaarheid van versproducten beter beheerst kan worden, neemt het belang van internationale handel in versproducten toe. Er zijn complexe, dynamische logistieke netwerken ontstaan die de wereldmarkt via de Europese mainports (Rotterdam, Antwerpen, Hamburg, Schiphol en Frankfurt) verbinden met regionale productie- en handelsclusters (Greenport Holland, Tradeport Venlo) en de consumenten in regionale en nationale markten in het Europese achterland. Ketens worden verder opgedeeld in deelactiviteiten: er vindt een splitsing plaats tussen regie en productie.
Het grootwinkelbedrijf beheerst de versketen en stelt steeds striktere eisen aan de logistiek, kwaliteit en duurzaamheid van een steeds kleiner aantal en steeds grotere leveranciers. Deze ontwikkelingen vragen om responsieve “lean” versketens en stellen hoge eisen aan logistiek en informatiesystemen. Dit vergt innovatie in logistieke systemen en concepten. De groei in de schaalgrootte van bedrijven impliceert arbeidsverdeling, specialisatie en coördinatie binnen bedrijven. Studenten IFBM kunnen versketens zodanig inrichten en beheersen dat aan de eisen en wensen van consumenten en andere afnemers voldaan kan worden. Deze drie ontwikkelingen vertaalt IFBM in het volgende model voor de waardeketen voor versproducten (Figuur 1). De figuur onderkent drie componenten.
Startpunt van bedrijfsbeleid vormt analyse van de bedrijfsomgeving: trends en ontwikkelingen in de verre, maar ook de nabije omgeving (Think Global).
Bij de bepaling van bedrijfsstrategieën staat de eindconsument centraal. De versketen bedient de voorkeuren, wensen en eisen van eindconsumenten ten aanzien van versproducten. 8
De bediening van de consument vergt een optimaal management van versketens (Supply Chain Management) die internationaal ingebed is, maar ook lokaal en regionaal verankerd (Act Local).
Figuur 1 De waardeketen voor versproducten
3.3
Trends en ontwikkelingen in het kennisdomein
De opleiding houdt ook rekening met ontwikkelingen in de wetenschappelijke en beleidsliteratuur in de jaren na 2000:
Versketenkunde is een interdisciplinair vakgebied met inmiddels een eigen body of knowledge. De samenhang in agroketens wordt in deze kunde benaderd vanuit verschillende theoretische en empirische scholen zoals de transactiekostentheorie en de theorie van industriële organisatie (theorie) en bedrijfskundige gevalsstudies en econometrische studies naar prijsrelaties in ketens (empirie). In al deze benaderingen staat de vraag centraal op welke wijze versketens georganiseerd dienen te worden om de ketenkosten te minimaliseren en de toegevoegde waarde te optimaliseren. Agroketenkunde heeft hierbij gebruik gemaakt van ontwikkelingen op het terrein van risicomanagement, agrologistiek, duurzaamheid en consumentengedrag. In Bijlage 1 staat een uitwerking van kennisgebieden en toepassingen binnen de versketenkunde.
Het consumentenonderzoek naar voeding gaat uit van een integrale analyse van alle factoren die invloed hebben op de vraag naar voeding, zoals smaak, gezondheid, voedselveiligheid, duurzaamheid, maar ook gemak. Dit gebeurt aan de hand van het Total Food Quality Model (Grunert 2005).
9
De transactiekostentheorie besteedt veel aandacht aan de wijze waarop bedrijven in versketens de onderlinge afstemming organiseren en de gevolgen voor het internationale economische verkeer.
In de beleidsliteratuur over concurrentie in het grootwinkelbedrijf is niet alleen aandacht voor prijsconcurrentie sec, maar ook voor inkoopmacht, tendering, vergoedingen voor schapruimte, betalingstermijnen, et cetera (Europese Commissie 2011). Deze aspecten worden niet expliciet genoemd in de competenties, maar wel meegenomen in het kader van omgevingsanalyses voor ondernemingen (externe analyses).
Er zijn diverse methodes in omgang om duurzaamheid integraal vast te stellen, o.a. levenscyclusanalyses en richtlijnen van de Global Reporting Initiative of die van de Europese Commissie. Deze methodes zullen in de opleiding uitgewerkt worden.
3.4
Positionering IFBM
IFBM wil zich op de volgende punten onderscheiden van de studies agribusiness in Nederland en Duitsland: 1. Voor IFBM vormt de eindconsument het uitgangspunt van de keten en niet de eigenschappen en beperkingen van het agrarische productieproces (rode lijnen in figuur 1). 2. IFBM maakt gebruik van een comparatief voordeel van Campus Venlo / Greenport Venlo / Tradeport Venlo: de kennis over (vers) logistieke processen (blauwe lijnen in figuur 1). 3. IFBM specialiseert zich in de handelsrelatie Nederland-Duitsland. Kennis van taal, cultuur en instituties heeft primair betrekking op Nederland en Duitsland. 4. IFBM besteedt ruim aandacht aan de context van versketens. Aspecten als voedselveiligheid, voedselzekerheid, sensorische aspecten, duurzaamheid, dierenwelzijn, plant- en diergezondheid en relevant beleid worden - naast algemene omgevingsfactoren - expliciet in marketing- en logistieke analyses meegenomen (groene lijnen in figuur 1).
10
4 Opleiding
Dit hoofdstuk verwoordt de missie, visie en strategie van de opleiding (paragraaf 4.1) en vertaalt deze in competenties (paragraaf 4.2) en het opleidingsprogramma (paragraaf 4.3).
4.1
Missie, Visie en Strategie
Missie IFBM komt aan de huidige en toekomstige vraag naar gekwalificeerd personeel in versketens tegemoet en levert een bijdrage aan innovatie en waardecreatie in deze ketens. Alle relevante kennisdomeinen met een focus op de brede versketenkunde staan in IFBM centraal. Onze partners zijn mensen en instellingen uit de Omgeving, waaronder Overheid, Onderwijs, Onderzoek en Ondernemers. Wij zijn een unieke learning community waarin de mens centraal staat. Ons didactisch concept is projectonderwijs. Alle betrokken docenten en personeel staan open voor innovatieve en duurzame concepten, ideeën en kennis die ons helpen om kwalitatief hoog onderwijs aan jonge mensen uit de regio en uit de hele wereld te geven. We help students to reach their goals – in a green, food and fresh environment. Visie Wij willen een toonaangevende HBO opleiding op het gebied van versketenkunde zijn en in het spanningsveld tussen schaarse resources en een alsmaar groeiende bevolking praktijkgerichte antwoorden geven op de vragen van euregionale en internationale participanten in de versketens. Daarvoor ontwikkelen wij een unieke body of knowledge die op de pijlers marketing, logistiek, economie, versketenkunde en communicatie rust. Onze docenten zijn innoverend, mensgericht en betrokken en spelen maximaal in op de behoefte van studenten, ondernemers en de andere belanghebbenden. IFBM – connecting people to create a green, tasty and healthy world. Strategie Wij ontwikkelen IFBM als alternatief voor opleidingen als agribusiness, logistiek, marketing en retail management. De opleiding legt de nadruk op een interdisciplinaire en integrale aanpak van vraagstukken in versketens waarbij de wensen van de eindconsument voorop staan. De ultieme uitdaging voor studenten is de toepassing van theorie en methoden op praktijkvraagstukken. In samenwerking met het bedrijfsleven geeft de opleiding studenten inzicht in de oorzaken, eigenschappen en oplossingen van praktijkvraagstukken in versketens. Wij richten ons op potentiële studenten die belangstelling hebben voor de versketen en in de toekomst werkzaam willen zijn in o.a. supermarktketens, tuincentra
11
en levensmiddelenbedrijven. Wij richten ons op studenten en bedrijven in de Euregio: Act local zonder de context uit het oog te verliezen.
4.2
Competenties
Voor de opleiding zijn zes competenties opgesteld: vier domeincompetenties en twee algemene competenties. 1. Identificatie beleidsvraagstukken op basis van interne en externe analyse 2. Beleidsontwikkeling 3. Beleidsuitvoering 4. Ondernemerschap en relatiebeheer 5. Professioneel handelen 6. Sociale en communicatieve vaardigheden
De competenties worden in Bijlage 2 uitgewerkt in deelcompetenties en toegepast op de context van euregionale en internationale versketens. Competentie 1 tot en met 3 volgen het stramien van de planningscyclus: identificatie beleidsvraagstukken, ontwikkeling en uitvoering van beleid (Figuur 2). Competentie 4 vult deze competenties aan met de kwalificatie om als ondernemer, relatiebeheerder en werknemer relaties aan te gaan met afnemers, leveranciers en andere belanghebbenden. De algemene managementvaardigheden (competentie 5 en 6) stellen de IFBM afgestudeerde in staat professioneel te handelen binnen en buiten het bedrijf. Hierbij wordt volop aandachtgegeven aan de euregionale en internationale context, in het bijzonder de relatie Nederland-Duitsland.
Externe analyse
Onderzoeksvaardigheden
Interne analyse
vaardigheden
5-6. Management
1.
Identificatie beleidsvraagstukken
4. Ondernemerschap
2. Beleidsontwikkeling
& Relatiebeheer
3. Beleidsuitvoering
5-6. Management vaardigheden
Bedrijf
Omgeving
Figuur 2 De competenties van IFBM in onderling verband 12
4.3
Onderwijsprogramma
De competenties worden ontwikkeld in drie categorieën onderwijsactiviteiten: 1. Projecten 2. Kernvakgebieden 3. Ondersteunende vakken Kennis over economie in ruime zin – inclusief marketing, organisatie en logistiek - wordt bijgebracht in de kernvakgebieden. De ondersteunende vakken gaan in op management- en onderzoeksvaardigheden in de ruimste zin van het woord. De studenten passen de economische kennis en de algemene vaardigheden toe in projecten. Figuur 3 geeft een overzicht van de vakken die van jaar 1 tot en met 4 gegeven worden.
De kernvakgebieden bestaan uit: Versketenkunde:
Product- en Ketenkennis
Versbusiness:
Marketing, Organisatie en Strategisch management
Verseconomie:
Algemene economie, Financiering en Berichtgeving
Versketenmanagement:
Logistiek (Operations management)
Marketing en logistiek vormen de belangrijkste kernvakken in het curriculum. De studenten worden immers opgeleid tot managers in marketing en logistiek. Versketenkunde geeft studenten inzicht in essentiële kernmerken van de versketen. Bedrijfseconomie en algemene economie worden vanaf jaar 2 geïntegreerd in marketing en logistiek.
De studenten krijgen in jaar 1 en 2 kwantitatieve vaardigheden in de vorm van statistiek. Daarnaast krijgen zij in jaar 2 algemene onderzoeksvaardigheden: probleemdefinitie, literatuuronderzoek, methodologie en onderzoeksevaluatie. Er wordt aandacht besteed aan managementinformatiesystemen bij logistiek en marketing.
Duurzaamheid en bedrijfsethiek zijn geïntegreerd in de kernvakken. Duurzaamheid is een integraal onderdeel van bedrijfsbeleid en wordt daarom geïntegreerd in plaats van apart behandeld.
13
Projecten
Jaar 1
Jaar 2
Jaar 3 (Stage en Minor)
Jaar 4
Projecten
Projecten / Minicompany
Stage
Projecten Afstudeerproject
Projectvaardigheden
Projectvaardigheden
Kennis van de Euregio
ICT
Versketenkunde
Keten- en productkennis
Keten- en productkennis
Keten- en productkennis
Versbusiness
Marketing, Organisatie &
Marketing, Organisatie,
Marketing, Organisatie,
Strategisch management
Strategisch management &
Strategisch management &
(Bedrijfs-) Economie
(Bedrijfs-) Economie
Logistiek
Logistiek
Logistiek
(Operations management)
(Operations management) &
(Operations management) &
Bedrijfseconomie
Bedrijfseconomie
Statistiek &
Onderzoeksvaardigheden
Kernvakgebieden
Verseconomie
Economie & Bedrijfseconomie
Versketenmanagement
Ondersteunende vakken Onderzoeksvaardigheden
Statistiek
Onderzoeksvaardigheden Managementvaardigheden
Organisatiegedrag en Mana-
Ondernemerschap
Organisatiegedrag
en Ondernemerschap
gementvaardigheden
Communicatie
Nederlands & Duits & Engels
Nederlands & Duits & Engels
Nederlands & Duits & Engels
Studieloopbaanbegeleiding
Studieloopbaanbegeleiding
Studieloopbaanbegeleiding
Figuur 3 Opleidingsprogramma IFBM
14
Studieloopbaanbegeleiding
Studieloopbaanbegeleiding
5 HBO oriëntatie
De hogescholen hebben in het kader van de Vereniging voor Hogescholen een aantal kwaliteitsstandaarden voor hbo bachelor-opleidingen geformuleerd: theoretische basis, onderzoeksvaardigheden, algemene beroepsvaardigheden en ethiek en maatschappelijke verantwoordelijkheid. In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe IFBM invulling aan deze eisen geeft.
5.1
Kernvakgebieden
IFBM wordt opgezet als toegepaste wetenschap die zijn kennis ontleent aan een groot aantal economische disciplines. De kennis uit de economische disciplines dient studenten in staat te stellen om probleemsituaties in versketens aan de hand van projectopdrachten uit te voeren. De gekozen vakken zijn afgestemd op de competenties die in paragraaf 3.2 en Bijlage 2 beschreven en verantwoord zijn. Figuur 4 geeft de relatie weer tussen de te ontwikkelen competenties en de onderwijseenheden. Projecten vormen de kernvakken in de opleiding IFBM, omdat in projectonderwijs beroepsvaardigheden opgebouwd worden. 1. Projecten en projectvaardigheden Studenten dienen bijvoorbeeld een marketing- en financieel plan op te stellen in het kader van een ondernemingsplan, marktonderzoek uit te voeren en een onderneming op te richten. In projectonderwijs analyseert een student of een groep studenten een probleem uit de beroepspraktijk en werkt in dat kader een vooraf aangegeven resultaat uit. Probleem en resultaat worden in jaar 1 meestal door de docenten gespecificeerd. In latere jaren dienen studenten probleem en resultaat in een plan van aanpak uit te werken (Van Zutven et al. 2001). In projectonderwijs leren studenten betekenis te geven aan kennis en kennis toe te passen. Om projecten uit te kunnen voeren krijgen studenten theoretische en praktische bagage mee. De theoretische bagage doen studenten op aan de hand van de kernvakgebieden. Studenten IFBM krijgen in jaar 1 een brede opleiding in de economie om een minimumkennis op de belangrijkste deelterreinen van de economie te garanderen. De kernvakgebieden bestrijken de volgende onderdelen van de economie. 2. Versketenkunde:
Product- en Ketenkennis
3. Versbusiness:
Marketing, Organisatie en Strategisch management
4. Verseconomie:
Algemene economie, Financiering en Berichtgeving
5. Versketenmanagement:
Logistiek (Operations management)
15
Vakken:
Competenties:
Kernvakken
Ondersteunende vakken
-
PRO = Projecten & Projectvaardigheden
-
OND = Onderzoeksvaardigheden
-
VCA = Versketenkunde
-
MAV = Managementvaardigheden
-
M&O = Versbusiness
-
COM = Communicatie
-
ECO = Verseconomie
-
SLB = Studieloopbaanbegeleiding
-
SCM = Versketenmanagement Kernvakken
Projecten 1. PRO
Ondersteunende vakken
Kernvakgebieden 2. VCA
OND
3. M&O
4. ECO
5. SCM
X
X
X
6. OND
Professioneel handelen 7. MAV
8. COM
9. SLB
Identificatie beleidsvraagstukken op basis van interne en externe analyse Interne en externe analyse
X
X
Onderzoeksvaardigheden
X
Identificatie beleidsvraagstukken
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Beleidsontwikkeling Beleidsontwikkeling -
Verantwoord handelen
Ondernemerschap
X X
X
X
X
X
Beleidsuitvoering Beleidsuitvoering -
Verantwoord handelen
X
X
Relaties ontwikkelen en onderhouden Sociale en communicatieve vaardigheden
X
X
X
X
X
X
X
Evaluatie Beleidsuitvoering
X
Professioneel handelen (zelfreflectie)
X
X
X
X
X
X
X
Figuur 4 Relatie tussen onderwijseenheden en basiscompetenties
16
X
Om theoretische diepgang te realiseren, specialiseren studenten zich in jaar 2 tot en met 4 in de vakken versbusiness en versketenmanagement. Onderdelen uit de algemene economie en de bedrijfseconomie die complementair zijn aan beide vakken worden in jaar 2 tot en met 4 geïntegreerd in de vakken versbusiness en versketenmanagement. Studenten krijgen voldoende kennis van bedrijfseconomie om in jaar 2 een marketingplan te kunnen vertalen in een financieel plan. De concurrentieanalyses in jaar 2 maken gebruik van oligopolietheorieën. In logistiek worden bottlenecks geïdentificeerd aan de hand van knelpuntcalculaties en worden kosten gealloceerd aan de hand van Activity Based Costing. Het vak versketenkunde valt onder de competentie interne en externe analyse. Het vak geeft studenten kennis van versketens en versproducten die de studenten in staat te stellen met de specifieke eigenschappen van versproducten rekening te houden: bederfelijkheid, voedselveiligheid, dierenwelzijn, wetgeving, et cetera. Kennis van versproducten is ook essentieel bij het vaststellen van duurzaamheid. Het vak versbusiness is bij alle domeincompetenties van belang. Studenten leren externe en interne analyses op te zetten, strategieën te ontwikkelen (beleidsontwikkeling) en marketingplannen op te zetten en uit te voeren. Evaluatie van marketingplannen en bijstellen is een integraal onderdeel hiervan. Marketing speelt ook een rol bij ondernemerschap en relatiebeheer - accountmanagement. Het vak verseconomie speelt een rol bij externe analyses. Kennis van macro-economie, consument en concurrentie is essentieel. Bedrijfseconomie speelt een rol bij beleidsontwikkeling en -uitvoering. Zoals gezegd dienen studenten IFBM in staat te zijn een marketingplan te kunnen vertalen in en af te stemmen op een financieel plan. Bedrijfseconomie speelt ook een belangrijke rol bij de toetsing van de beleidsuitvoering. Marketing- en logistieke plannen worden bijvoorbeeld vertaald in en beheerst aan de hand van budgetten. Het vak versketenmanagement speelt ook in alle domeincompetenties een rol. Er worden interne analyses uitgevoerd om de efficiëntie van logistieke processen vast te stellen. De inrichting van de versketen over meerdere schakels heen is een strategische beslising. Verder is er ruim aandacht voor het opstellen van logistieke plannen (inrichting magazijn, productielijn, transportroutes) en het beheersen van deze plannen. Praktische kennis doen studenten op in de ondersteunende vakken: 6. Onderzoeksvaardigheden inclusief statistiek en ICT 7. Managementvaardigheden 8. Communicatie inclusief taalonderwijs 9. Studieloopbaanbegeleiding. De relatie tussen de ondersteunende vakken en de competenties is eveneens in Figuur 4 verbeeld.
17
5.2
Vaardigheden
HBO waardigheid wordt mede getoetst aan de hand van drie vaardigheden: onderzoeksvaardigheden, professioneel vakmanschap en verantwoord handelen. De ondersteunende vakken hebben een belangrijke rol bij het ontwikkelen van deze vaardigheden. Onderzoeksvaardigheden is als een apart vak gepositioneerd (zie Figuur 4). Professioneel handelen wordt afgedekt door de vakken managementvaardigheden, communicatie en studieloopbaanbegeleiding (zie Figuur 4). Professioneel handdelen als competentie (laatste rij in Figuur 4) heeft met name betrekking op het vermogen te reflecteren op de eigen rol. Duurzaamheid en verantwoord handelen zijn geïntegreerd in de competenties beleidsontwikkeling en –uitvoering (zie Bijlage 2 voor de competenties en Figuur 4 voor het overzicht). Duurzaamheid is een kernoverweging bij strategieontwikkeling en de uitwerking in marketing- en logistieke plannen.
5.2.1
Onderzoeksvaardigheden
IFBM besteedt bij de analyse van de bedrijfsomgeving expliciet aandacht aan de vorming van onderzoeksvaardigheden, onder andere omdat onderzoeksvaardigheden expliciet getoetst worden bij afstudeerscripties. Studenten worden getraind om complexe problemen te beschrijven, probleemstellingen te vertalen in een toetsbare onderzoeksopzet en deze uit te voeren. De ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden heeft als doel studenten te leren problemen kritisch te analyseren: mogelijke oorzaken en gevolgen benoemen, bewijsvoering zoeken en gebruiken, conclusies trekken, et cetera. Inbedding van het probleem in de literatuur, keuze voor methodieken en gegevens en statistische vaardigheden zijn in dit kader van belang. Onderzoeksvaardigheden bij IFBM worden in overleg met het lectoraat verder ontwikkeld. Studenten IFBM volgen in jaar 1 en 2 statistiek en in jaar 2 en 4 algemene onderzoeksvaardigheden. Deze worden geïntegreerd gegeven met de vakken marketing en logistiek opdat vakspecifieke onderzoeksvaardigheden (literatuuronderzoek, marktonderzoek) tot hun recht komen. 5.2.2
Professioneel vakmanschap
Studenten IFBM worden opgeleid om activiteiten tussen afdelingen en zelfs bedrijven te coördineren. Om deze reden is het van belang dat studenten leren samenwerken en daarbij verschillende rollen in kunnen vullen. Dit doen zij in jaar 1 en 2 in projecten op school en in jaar 3 en 4 op stage bij bedrijven. Het is in dit kader ook van belang dat studenten leren te reflecteren op hun handelen en in staat zijn om een plan van aanpak op te stellen om hun handelen, al naar gelang de situatie, aan te passen. Het studieloopbaanonderwijs (SLB) speelt hierin een grote rol. Coördinatie tussen afdelingen en bedrijven veronderstelt de competentie problemen en oplossingen op schrift en mondeling te kunnen verwoorden. Om deze reden dienen studenten vanaf jaar 1 veelvuldig rapportages op te stellen en presentaties uit te voeren. De eisen die inhoudelijk en qua vorm
18
aan rapportages en presentaties gesteld worden, nemen geleidelijk toe. Studenten dienen zich niet alleen in hun moedertaal uit te kunnen drukken, maar ook in het Engels en het Nederlands of Duits. 5.2.3
Verantwoord handelen
Studenten IFBM dienen zich te realiseren dat er meer doelen zijn die bedrijven na kunnen streven dan winst. De studenten leren om doelstellingen voor andere variabelen (maatschappij en milieu)op te stellen. Studenten leren ook om de duurzaamheid van bedrijfsstrategieën en actieplannen te toetsen aan de hand van o.a. eenvoudige multi-criteria analyses. Bewustzijn is hierbij van cruciaal belang. Duurzaam en ethisch handelen begint met bewustzijn. Studenten dienen ook te handelen naar ethische criteria tijdens hun studie. Studenten mogen, vanzelfsprekend, geen fraude plegen, maar kunnen ook leren hun werk te verbeteren door objectiviteit na te streven, resultaten te kwalificeren (validiteit, representativiteit), vertrouwelijkheid te bewaren, et cetera. Studenten tonen ook hun verantwoordelijkheid in hun gedrag naar medestudenten, docenten en bedrijven toe.
5.3
Relatie tot Dublindescriptoren
De borging van het HBO-bachelor niveau van de opleidingscompetenties wordt verantwoord door deze competenties te koppelen aan de internationaal gehanteerde Dublin-descriptoren. Uit Figuur 5 blijkt dat de opleidingscompetenties een relatie hebben met de Dublin-descriptoren en deze in voldoende mate dekken. Dublin descriptoren K = Kennis en inzicht T = Toepassen van kennis en inzicht O = Oordeelsvorming C = Communiceren L = Leervaardigheden Eindkwalificaties
K
T
O
C
L
X
X
2. Beleidsbepaling
X
X
X
4. Ondernemerschap
X
X
X
Probleemanalyse 1. Externe en interne analyse bedrijf
X
Ontwerp
Uitvoering 3. Beleidsuitvoering
X
4. Relaties ontwikkelen en onderhouden
X X
6. Sociale en communicatieve vaardigheden
X
X X X
Evaluatie 3. Beleidsuitvoering
X
5. Professioneel handelen
Figuur 5 Relatie van de competenties met de Dublin Descriptoren
19
X
X
X
X
De student IFBM verkrijgt inzicht in de interne en externe omgeving door gebruikmaking van standaard instrumenten uit de marketing. Voor het werkveld is kennis van eigenschappen van versproducten en –ketens van cruciaal belang. In de loop van de studie komt de student tot meer complexe omgevingsanalyses door o.a. vraagstukken in de literatuur in te bedden en meer geavanceerde methoden van marktonderzoek toe te passen. Het inzicht in de interne en externe omgeving dient omgezet te worden in een oordeel. Dit stelt eisen aan het communicatieve vermogen van afgestudeerden.
Oordeelsvorming staat centraal in de ontwerpfase. Organisatie-, bedrijfs- en ketenprocessen dienen op strategisch niveau afgestemd te worden op ontwikkelingen in de externe en interne omgeving. De afgestudeerde kan op basis van analyse van gegevens een oordeel geven en tot besluiten komen op basis van een afweging van marketingtechnische, logistieke, bedrijfseconomische, maatschappelijke en ethische overwegingen. In de afstudeerfase werken studenten zelfstandig in projecten aan o.a. strategische besluitvorming.
In de uitvoeringsfase worden de strategische besluiten uit de ontwerpfase vertaald in concrete plannen: afzonderlijke marketing- en logistieke plannen, maar ook geïntegreerde actieplannen. De afgestudeerde kan standaard en meer geavanceerde instrumenten uit de marketing en logistiek inzetten om actie- en verbeterplannen voor bedrijven en ketens van bedrijven op te zetten. Dit vereist de vaardigheid theorieën, modellen en technieken toe te passen. Bij de uitvoering zijn sociale en communicatieve vaardigheden van belang om de coördinatie tussen afdelingen, bedrijven en andere betrokkenen te garanderen. Taalvaardigheden en kennis van de cultuur en de institutionele omgeving in andere landen en tussen landen is van belang om in een euregionale of internationale context te kunnen functioneren.
In de evaluatiefase gaat de beroepsoefenaar na of de uitvoering van het beleid naar verwachting verloopt of bijstelling behoeft en of hijzelf naar behoren functioneert of zijn gedrag dient aan te passen. Om deze reden speelt bij de competenties die de formulering en de uitvoering van het beleid betreffen (2 en 3) leervaardigheden een rol (leren om te leren), het vermogen om zelfstandig te leren. En dat geldt uiteraard ook voor de competentie professioneel handelen (zelfreflectie).
Ook voor de afzonderlijke competenties geldt dat zij gerelateerd kunnen worden aan de Dublindescriptoren. Beleidsontwikkeling bijvoorbeeld (Figuur 6) wordt onderbouwd door kennis en inzicht uit onderzoek. De beroepsoefenaar is in staat om opties te identificeren en te prioriteren en doelstellingen op te stellen (oordeelsvorming). Hij kan zich hierbij laten leiden door de gevolgen voor financiën en duurzaamheid die aan de hand van standaardmethoden (toepassing) vastgesteld kunnen worden. Beleidsopties dienen gecommuniceerd te worden aan leidinggevenden. Het beleid dient gemonitord en eventueel bijgestuurd te worden (leervaardigheden).
20
Kennis en inzicht
Toepassing
Oordeelsvorming
Communicatie
Leervaardigheden
Beleidskeuzes onder-
Gevolgen aangeven
Opties prioriteren
Conclusies communi-
Evaluatie-systeem
bouwen op basis van
voor financiën en
Doelstellingen formule-
ceren aan leiding-
ontwerpen
onderzoek
duurzaamheid
ren
gevenden
Figuur 6 Relatie domeincompetentie 2 (Beleidsontwikkeling) – Dublindescriptoren
5.4
Toekomstoriëntatie
De competenties die ontwikkeld worden, hebben een generiek karakter en zijn niet tijdsgebonden: interne en externe analyse, beleidsbepaling en ondernemerschap. Het is van belang om studenten bij te brengen dat concrete instrumenten en middelen die studenten aangeleerd krijgen, kunnen verouderen en dat studenten leren te leren. In de uitwerking van de leereenheden wordt expliciet aandacht besteed aan de kernonderdelen in de economie: vraag- en aanbodtheorie, elementair boekhouden, et cetera. Deze onderdelen zijn in essentie robuust voor wetenschappelijke vooruitgang.
21
6 Externe validatie
Fontys International Business School is vooralsnog het enige instituut dat IFBM aanbiedt. De opleiding IFBM wordt geadviseerd door het euregionale werkveld in de regio Venlo. Er vindt twee maal per jaar overleg plaats met het werkveld. In Bijlage 3 staan de leden van de werkveldcommissie genoemd. De bijeenkomsten in de afgelopen anderhalf jaar stonden in het kader van de ontwikkeling van IFBM. Datum overleg
Thema
Bijeenkomst 7 november 2013
Te ontwikkelen vaardigheden en competenties
Bijeenkomst 10 maart 2014
Goedkeuring curriculum jaar 1
Bijeenkomst 20 oktober 2014
Positionering IFBM Euregionalisering / Internationalisering
De kennis, vaardigheden en competenties die volgens het werkveld ontwikkeld dienen te worden staan vermeld in Figuur 7. Er wordt in januari 2015 nog een speciale bijeenkomst met het werkveld gehouden over het onderwijsprogramma. Kennisgebieden en vaardigheden
Competenties
Domeincompetenties
De IFBM afgestudeerde heeft kennis van: • Versketens, i.h.b.: (1) Vermarkten van versproducten; (2) Opbouw en samenhang in internationale versketens (3) Kennis van relevante wet- en regelgeving • Drijvende krachten achter veranderingen in omgeving / markt en bedrijf • Meer dan ėėn vakgebied en multidisciplinair inzicht
De IFBM afgestudeerde kan / heeft: • Duurzaam handelen • Klantenwensen omzetten in producten, diensten en concepten • Businesscases opzetten • Passie, drive en affiniteit met de versketen • Lange termijn ontwikkelingen identificeren
Algemene competenties
• • •
Onderzoeksvaardigheden Taal en cultuur (NL, DU, ENG) ICT inclusief sociale media
• •
Gegevens omzetten in informatie Zich inleven in consument en zakenpartners in andere landen
• •
Managementvaardigheden Innovatie- en verandermanagement
• •
• •
Sociale vaardigheden Zelfstandigheid
• • • •
Plannen en zijn doelen realiseren Initiatief en verantwoordelijkheid nemen Staat open voor veranderingen Samenwerken Vertrouwen uitstralen/uitdragen Zijn eigen positie behartigen
Figuur 7 Wensen werkveld t.a.v. kennis, vaardigheden en competenties
22
7 Referenties
European Commission (2011), The impact of private labels on the competitiveness of the European food supply chain. Luxembourg: Publications Office of the European Union: European Union (NB-31-11-016-EN-N).
Etil (2012), De toekomstige arbeidsmarkt van Greenport Venlo, Maastricht.
Grunert K.G. (2005), Food Quality and safety, Consumer perception and demand, European Review of Agricultural Economics 32(3), pp. 369-391.
Omta, O., J. Trienekens en G. Beers (2001), The knowledge domain of chain and network science, Chain and network science, pp. 82.
Zutven, G. van (2001), Toetsvormenboek, Project KS3.3 Economische opleidingen, Eindhoven: Fontys.
23
Bijlage 1 Relevante kennis en toepassingen in Keten-Netwerkanalyses voor versproducten Chain & Network Organisation Analysis Economics
Design
Technology link
Market link
Institutional link
Institutional economics
Economics of innovation
Consumer economics
Public sector economics
Industrial organization
and technological change
Business
Organization theory
administration
Operations research
Innovation management
B2C Marketing
(Logistics) B2B Marketing Finance & Accountancy Organization and management studies
Social sciences
Sociology on networks
Communication studies
Social shaping of
Sociology of
Competition law
and group behaviour
Organizational
technology
consumption
Public administration
Communication studies
Rural and transport
psychology & sociology
planning Technical sciences
Production technologies
Information and
(agronomy)
computer studies
Bron: O. Omta, J. Trienekens en G. Beers (2001), The knowledge domain of chain and network science, Chain and network science, pp. 82.
24
Bijlage 2 Competenties en deelcompetenties
Deze bijlage werkt de competenties uit in deelcompetenties cq. leerdoelen. De competenties zijn gekoppeld aan de beroepsrelevantie en vertaald in het beoogde eindniveau. Per competentie is aangegeven welke kennis, vaardigheden en attitude ontwikkeld worden. Per competentie zijn ook de elementen die specifiek zijn voor versketens benoemd.
De credits per competentie tellen op tot 210 credits. Aangevuld met de minor is de studie goed voor 240 credits: 60 per studiejaar.
1. Identificatie beleidsvraagstukken op basis van interne en externe analyse (50 EC) - Een omgevingsanalyse uitvoeren - Kansen en bedreigingen in bedrijfsomgeving vaststellen - Een interne analyse uitvoeren - Sterktes en zwaktes van een bedrijf identificeren
- Probleemstelling formuleren - Plan van aanpak opstellen - Keuzes methodologie verantwoorden - Gegevens verzamelen - Gegevens analyseren
- Identificatie potentiële beleidsvraagstukken
2. Beleidsontwikkeling (50 EC) - Strategische opties definiëren - Strategische opties prioriteren - Doelstellingen formuleren - Beleidskeuzes onderbouwen - Actieplan opstellen
3. Beleidsuitvoering (50 EC) - Plannen en adviezen operationaliseren - Knelpunten herkennen en oplossen - Processen beheersen - Afstemming tussen functies, afdelingen en bedrijven - Veranderingstrajecten ontwikkelen
25
4. Ondernemerschap en relatiebeheer (20 EC) - Nieuwe producten, diensten en concepten ontwikkelen - Ondernemingsplan opstellen - Een product verkopen - Een waarde propositie opstellen - Relaties aanknopen, ontwikkelen en onderhouden - Een accountplan ontwikkelen en uitvoeren
5. Professioneel handelen (10 EC) - Zelfevaluatie uitvoeren - Plan van aanpak voor eigen activiteiten opstellen - Rapporteren - Effectief werken in groepsverband - Actief deelnemen in groepsproces
6. Sociale en communicatieve vaardigheden (30 EC) - Basisvaardigheden in twee vreemde talen: spreken, luisteren en lezen - Presenteren in eigen taal en twee vreemde talen - Dialoog voeren in eigen taal en twee vreemde talen - Kennis cultuur en instituties
26
1. Identificatie beleidsvraagstukken op basis van interne en externe analyse Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Zelfstandig uitvoeren van een interne en externe analyse vanuit een complex context in fresh supply chain en hieraan beleidsconclusies verbinden, ook indien informatie onvolledig blijft en er belangentegenstellingen zijn
Deelcompetenties Omgevingsanalyse uitvoeren
Kennis
Toepassing versketens
Inzicht in:
Inzicht in:
Kansen en bedreigingen opstellen
- Specifieke kennis van Context voor fresh businesses
- Werking macro-economie en wereldvoedselmarkt
Interne analyse uitvoeren
- Relevante algemene en specifieke databronnen
- Relevante instituties: Warenwet, Landbouwbeleid,
- Relevante literatuur voor versketens
handelsbeleid, mededingingsbeleid
Sterktes en zwaktes vaststellen
- Relevante milieuproblemen (biodiversiteit, klimaat,
Probleemstelling formuleren
water, bodemgebruik, transport)
Plan van aanpak opstellen
- Politieke en maatschappelijke discussies over produc-
Keuzes methodologie verantwoorden
tie en distributie versproducten
Gegevens verzamelen
- Consumentenvoorkeuren voor algemene en specifieke
Gegevens analyseren
aspecten van versproducten (smaak, gezondheid,
Beleidsvraagstukken identificeren
voedselveiligheid, dierenwelzijn)
Beroepen
Vaardigheden en attitude
Functies voor hoger- en middenkader manage-
Inventariseren, o.a. o.b.v. literatuuronderzoek
ment, marketing en logistiek in versketens
Gegevens verzamelen
Marktonderzoeker en consultant versketens
Analyseren
- Concurrentieverhoudingen in versketens (opbouw ketens, verticale relaties, prijsvorming, concentratie in onderdelen van de keten) - Kenmerken verslogistiek (met expliciete aandacht voor doorlooptijden, omloopsnelheden, kwaliteitsbewaking in
Adviseren
het kader van aspecten als bederfelijkheid en voedsel-
Rapporteren
veiligheid)
Presenteren
- Financiële kengetallen voor versbedrijven
Ethisch handelen / MVO
- Relevante algemene en specifieke databronnen
ICT vaardigheden
(Nielsen, GfK, IRI, LEI, FADN, FAO)
Onderzoeksmethodieken
- Relevante literatuur voor versketens (b.v. Food Policy)
27
2. Beleidsvoorbereiding Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Zelfstandig integrale strategische opties benoemen en evalueren op duurzaamheid en haalbaarheid Zelfstandig integrale middellange en lange termijn doelstellingen formuleren en onderbouwen en vertalen in actieplan
Deelcompetenties
Kennis
Toepassingen versketen
Strategische opties benoemen
Inzicht in:
- SCM vers
Strategische opties prioriteren
- Integrale analyses duurzaamheid
- Strategische samenwerking in versketen (horizontale samenwerking: inkoop retail / telersvereniging; verticale
Doelstellingen formuleren
samenwerking: Hartman-Bakker Barendrecht-AH))
Beleidsvoorbereiding onderbouwen
- Functies verdelen binnen value chain (R&D, design,
Actieplan opstellen
productie, marketing, distributie / logistiek, customer service): marktpositie eigen merken versus huismerken
Beroepen
Vaardigheden en attitude
(werkverdeling tussen bedrijven)
Functies voor hoger- en middenkader manage-
Analyseren
- Integrale kwaliteitsbewaking (versheid, voedselveilig-
ment, marketing en logistiek in versketens
Adviseren
heid) in versketens
Rapporteren
- Duurzaamheid in versketens (dierenwelzijn, fairness,
Presenteren
maar ook milieu, natuurlijke hulpbronnen)
Multicriteria-analyse
28
3. Beleidsuitvoering Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Operatie-eenheden overstijgende processen inrichten en beheersen - ook processen elders in keten en operatie-eenheden overstijgende knelpunten oplossen
Deelcompetenties
Kennis
Toepassingen versketens
Plannen en adviezen operationaliseren
Inzicht in:
- Horizontale samenwerking in versketens (inkooporga-
Knelpunten herkennen en oplossen
- Ketenstructuur fresh business
nisaties retail, franchises horeca, telersverenigingen)
Processen beheersen
- PLC voor fast moving consumer goods
- Verticale samenwerking in versketens (à la relatie
- Modellen voor integrale evaluaties (over eenheden
Hartman, Bakker Barendrecht, Albert Heijn)
heen, over aspecten heen)
- Promotionele acties inplannen (marketing en logistiek)
Afstemming tussen functies, afdelingen en bedrijven
- Vierkantsverwaarding in voedingsmiddelenindustrie
Veranderingstrajecten ontwikkelen
- Risicomanagement voor versproducten (voedselveiligheid)
Beroepen
Vaardigheden en attitude
- Integrale ketenkwaliteit (versheid, bederf, voedselvei-
Functies voor hoger- en middenkader manage-
Analyseren
ligheid)
ment, marketing en logistiek in versketens
Plannen
- Productontwikkeling voor huismerken en A-merken:
Ontwerpen
wie doet wat in keten - Voor NL (D) studenten: marketingplan ontwikkelen voor D (NL)
Adviseren
- Actieplan voor specifiek versproduct
Rapporteren
- Internationaliseringsstrategieën (export, FDI) evalue-
Presenteren
ren - Sourcing in ontwikkelingslanden
29
4. Ondernemerschap en relatiebeheer Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Een onderneming oprichten op basis van een innovatief ondernemingsplan Een accountplan ontwikkelen en binnen dat kader relaties ontwikkelen en onderhouden in een internationale verscontext
Deelcompetenties
Kennis
Toepassingen versketens
Nieuwe producten, diensten en concepten ont-
Kennis van:
Inzicht in:
wikkelen
- Consumentenmarkten voor fresh fast moving consu-
- Consumentenmarkten fresh fast moving consumer
Ondernemingsplan opstellen
mer goods
goods
- B2B markten in fresh supply chain
- B2B markten in fresh supply chain
- PLC / innovatiepatronen in fresh fast moving consumer
- PLC / Innovatiepatronen fast moving consumer goods
goods
- Ketenstructuur van fresh business chain
- Ketenstructuur van fresh business chain
- Prijsvorming in fresh markten: spotmarkten voor vers-
- CRM systemen
producten; strategische partnerschappen; schapruimte
- Onderhandelingsvormen in fresh business
voor oude en nieuwe producten;
Een waardepropositie opstellen Een product verkopen Relaties aanknopen, ontwikkelen en onderhouden Een accountplan ontwikkelen en uitvoeren
menukaart in horeca
Beroepen
Vaardigheden en attitude
Functies voor hoger- en middenkader manage-
Adviseren
ment, marketing en logistiek in versketens
Rapporteren
Ondernemer / ZZP-er
Presenteren
Accountmanager
Communiceren in vreemde talen
Sales manager
Interculturele vaardigheden Onderhandelingen voeren Tenders en offertes opstellen
30
5. Professioneel handelen Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Zichzelf aansturen en een loopbaanstrategie opstellen In diverse rollen een positieve bijdrage leveren aan groepsprocessen
Deelcompetenties
Kennis
Toepassingen versketens
Zelfevaluatie uitvoeren
Geen specifieke kennis
Geen specifieke toepassing
Plan van aanpak voor eigen activiteiten opstellen Effectief werken in groepsverband Actief deelnemen in groepsproces
Beroepen
Vaardigheden en attitude
Alle
Zelfreflectie
31
6. Communicatieve vaardigheden Omschrijving
Niveau van de eindkwalificatie Zelfstandig samenhangend rapport schrijven over complex probleem Zelfstandig overzichtelijke presentatie geven over complex probleem plus goede interactie met publiek, met goede verdediging, in eigen taal en twee vreemde talen
Deelcompetenties
Kennis
Toepassingen versketens
Basisvaardigheden in twee vreemde talen: spreken,
Engelse en Duitse of Nederlandse taal
Geen specifieke toepassing
luisteren en lezen
Internationale, Nederlandse en Duitse cultuur en institu-
Presenteren in eigen taal en twee vreemde talen
ties
Dialoog voeren in eigen taal en twee vreemde talen Kennis cultuur en instituties
Beroepen
Vaardigheden en attitude
Alle
ICT Taalvaardigheid Engels en tweede vreemde taal (NL / D) Interculturele vaardigheden
32
Bijlage 3 Leden werkveldcommissie Contactpersoon
Bedrijf
Schakel
Roel Boots
Grooh Communicatie
Adviesbureau NL
Jos Gipmans
Gipmans
Landbouw
NL
Potplanten
Jörg Heinzen
Lutece
Industrie
NL
Champignons
Jan Janssen
Vitelia
Industrie
NL
Mengvoeder
Hetty Crooijmans
Fa. H. Crooijmans & Zn.
Landbouw
NL
Boomkwekerij
Michael Bongers
GASA
Groothandel
D
Sierteelt
Anke Schirocki
Agribusiness Niederrhein
Overheid
D
Jan van Hees
Regio Venlo
Overheid
NL
Ron de Greeff
Staay Food Group
Groothandel
NL
Groenten, Fruit
Ruud Knorr
Veiling Rhein Maas
Groothandel
D/NL
Sierteelt
Mariette Lutgerink
Sushi Ran
Detailhandel
NL
Chantal de Rijk
Jan Linders
Retail
NL
Sandra Lonski
METRO Cash & Carry Deutschland GmbH
Retail
D
Bea Thomys
Nestlé Deutschland
Industrie
D
Fiona Liebehenz
Unilever Deutschland
Industrie
D
33
Land
Product