04
foto iStock
2014
april 2014 | Algemene Doopsgezinde Sociëteit
uitgelicht
vooraf open huis seminarium Op vrijdag 11 april 2014 houdt het doopsgezind seminarium Open Huis. Op deze dag zal het seminarium zichzelf presenteren, maar ook iets laten zien van de bredere context van het seminarium aan de Vrije Universiteit (vu). Prof. dr. Wim Janse, decaan aan de theologische faculteit, zal de bezoekers welkom heten. Het doopsgezind seminarium wil belangstellenden kennis laten maken met het diverse onderzoek dat aan de vu wordt verricht. Ook zal er informatie worden gegeven over studeren aan de vu. U zult docenten en studenten ontmoeten en over hun werkzaamheden horen. Bovendien krijgt u een rondleiding door het gebouw. In de middag brengen we
een bezoek aan de Zaal Mennonitica, waar drs. Adriaan Plak ons enige pareltjes uit de collectie zal tonen. Kortom, het belooft een heel boeiende dag te worden. U bent van harte uitgenodigd het Open Huis bij te wonen. De dag is bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in de theologiebeoefening aan het doopsgezind seminarium, verbonden aan de vu. Het programma in het kort: > 10.30-11.00 uur Ontvangst in de Filmzaal pthu (hoofdgebouw vu, e-vleugel 1e verdieping) > 11.00-12.30 uur Presentatie door docenten en
studenten van het doopsgezind seminarium > 12.30-13.30 uur Geheel verzorgde lunch > 13.30-14.00 uur Korte rondleiding door het gebouw > 14.30-15.30 uur Presentatie in de Zaal Mennonitica (Oude Turfmarkt 129) > 15.30 uur Sluiting Aanmelden voor het Open Huis via het secretariaat: 020 6230 914 of
[email protected] Adres van de Vrije Universiteit: De Boelelaan 1105, Amsterdam, het gebouw bevindt zich op loopafstand van station Amsterdam Zuid.
advertentie
Donatus ver zekert vert ro uwd Donatus verzekert kerkgebouwen en wat daar bij hoort, zoals ruimtes voor kinderopvang, doopvonten, kanselbijbels en orgels. Donatus is een betrokken specialist. Klein genoeg om u persoonlijk van dienst te zijn. Groot genoeg om uw verzekeringsbelangen aan toe te vertrouwen. Samen met u zorgen we ervoor dat wat waardevol is, behouden blijft voor onze kinderen en hun kinderen en hun kinderen…
Het is een congreszaaltje als vele andere. Ongetwijfeld zijn er al honderden, zo niet duizenden oersaaie vergaderingen, businessborrels en bedrijfspresentaties geweest. Maar niet nu. Nu bruist het er. Ik heb de eerste slok koffie nog nauwelijks achter de kiezen, of Mozes begint tegen me te praten. Mozes komt uit Uganda. Maar omdat mijn hoofd na autorit-en-snel-patatje nog niet in staat is om te schakelen naar Afrikaans-Engels, weet ik na een paar minuten eigenlijk niet meer dan dat. Dat hij Mozes heet. En dat hij uit Uganda komt. De rest versta ik niet.
5
9
Nou vooruit, ik weet ook dat hij een van de lokale MasterPeace-leiders is, maar dat heb ik afgeleid uit de setting: een meet-and-greet met de kopmannen en -vrouwen van deze jonge internationale vredesbeweging. Even later, inmiddels enigszins geacclimatiseerd, luister ik naar het verhaal van Manoranjan uit India en naar dat van Santosh uit Nepal. Hoe ze jongeren kansen willen geven, door ze scholing te bieden en (daarmee) uitzicht op een baan of op het starten van een eigen bedrijf. Of in ieder geval op een beter leven, in een omgeving die gedomineerd wordt door armoede, vriendjespolitiek en corruptie.
16
20
Op mijn vraag wat dat met vrede te maken heeft, leggen ze uit dat ze willen voorkomen dat jongeren massaal hun geluk in de grote steden zoeken. Ik, stadse jongen, kijk niet-begrijpend vanachter mijn westerse bril en ze leggen kalm uit – alsof het de normaalste zaak van de wereld is – dat ‘naar de grote stad gaan’ betekent: ‘geëxploiteerd worden’. Als kinderarbeider, in het gunstigste geval. De prostitutie of criminaliteit is waarschijnlijker. Een geweer in je handen en je hoort er bij. Zo gaat dat, my friend. Ach ja. Natuurlijk. Daar had ik even niet aan gedacht. Stom van mij. De doopsgezinde jongeren zetten zich een jaar lang in voor datzelfde MasterPeace, dat heeft uitgevonden hoe je in deze tijd kunt werken aan vrede en aan het verbinden van mensen, ook vanuit het veilige Nederland. Dat een groot begrip als ‘vrede’ niets anders is dan een essentieel en vanzelfsprekend onderdeel van duurzaam samenleven. ‘Onze’ jongeren zetten hun talenten, tijd en enthousiasme hier met plezier en toewijding voor in, zonder dat er beleidsstukken of oersaaie vergaderingen aan vooraf zijn gegaan. Ik mag het van dichtbij meemaken en zelden heb ik een groep meegemaakt waarbij plezier, inhoud en daden-die-woorden-te-boven-gaan zo goed hand in hand gaan. Het is met recht… Ja, exact. Een feestje. Johan Tempelaar Coördinator communicatie ads
[email protected]
w w w .donat us.nl t el. 073 - 5221700
inhoud
Passie met popmuziek
Vermenging van religie en populaire cultuur
5
4mee-app 9 Religieuze feestdagen meevieren
Vier je geloof
16
Een boek dat jarenlang meegaat
20
De dienst is niet voor niets een viering
200 jaar Nederlands Bijbelgenootschap
en verder… ingekomen 4 Wereldraad van Kerken 10 de weg van Vrede en Recht Pasen een feest? 12 een overwinning is behaald WereldWerk 14 reisbericht uit Tanzania boeken en bladen 18
Thuis in de Bijbel 22 tentoonstelling Catherijneconvent kort 23 historie 24 feestelijk avondmaal
ingekomen
pop & religie
MasterPeace Bouw mee aan
De doopsgezinde jongeren zetten zich een jaar lang in voor de internationale vredesbeweging MasterPeace. MasterPeace is een positieve, internationale vredescampagne die met muziek, kunst en evenementen miljoenen mensen en bedrijven actief betrekt bij het terugdringen van gewapende conflicten en het bouwen van vrede. MasterPeace initieert en organiseert lokale en internationale vredescampagnes en -evenementen om zoveel mogelijk mensen en bedrijven te inspireren zich aan te sluiten en mee te bouwen. Cr eating peace. Together .
Het streven van de doopsgezinde jongeren is om € 5.000,– voor het werk van MasterPeace binnen te halen en, nog veel belangrijker, 5000 mensen actief te betrekken bij de activiteiten en die zo te bereiken met de vredesboodschap van MasterPeace: music above fighting, dialogue above judgement, bread above bombs en creation above destruction. (Muziek boven vechten, dialoog boven oordeel, brood boven bommen, en schepping boven vernietiging, red.) Onder meer de volgende activiteiten staan op het programma:
> 4 mei Voorgaan voor de Vrede. Een groot aantal doopsgezinde gemeenten stelt op deze dag de kerkdienst in het teken van vrede en/of MasterPeace. In een aantal van deze gemeenten zal een jonge lekenpreker voorgaan. > 24 mei Vreten voor Vrede. Een benefietbijeenkomst in de doopsgezinde gemeente Groningen, bestaande uit een vijfgangendiner, afgewisseld met muziek en entertainment. > 29 mei t/m 1 juni Verkennen voor Vrede. Weekend van de Werkgroep Midden Nederland voor jongeren van 16-30 jaar, door heel Nederland op zoek naar vrede. > 9 juni Fietsen voor Vrede. Twintig jongeren gaan op de pedalen om 235 kilometer af te leggen bij de Fietselfstedentocht in Friesland. Meer informatie Aanmelden voor de benefietbijeenkomst, een fietser sponsoren, of weten welke gemeenten er meedoen met de vredesdiensten op 4 mei? Kijk op www.jongeren.doopsgezind.nl | MasterPeace of mail
[email protected] De actie financieel steunen kan via iban nl19 abna 024 34 93 886, t.n.v. de Algemene Doopsgezinde Sociëteit onder vermelding van ‘MasterPeace’.
‘...Ik zal hem een witte steen geven met op die steen een nieuwe naam geschreven, die niemand kent dan wie hem ontvangt.’ Openbaring 2:17
nieuwe site Een weekend in de sfeer van Iona, een cursus over de verbeelding van de passie van Jezus Christus in beeld, woord en muziek, en een oriëntatiecursus Zien-Tekenen. Het is zomaar een greep uit het aanbod van Leeftocht, dat een gevarieerd (cursus)programma biedt rondom religie en spiritualiteit. Deze maand wordt de geheel vernieuwde site van Leeftocht gelanceerd. Bij de nieuwe site hoort ook een nieuwe, frisse huisstijl, ontworpen door Jelien Veenstra. Het logo past bij de uitgangspunten van Leeftocht, waarin het zoeken naar nieuwe gezichtspunten en naar nieuwe paden op oude wegen centraal staat. Programma eerste halfjaar 2014 > 11-12 april Spanning, confrontatie en conflict – Praktische filosofie over dialoog en conflict, Bart Brandsma > 14-16 april Passie en Compassie, Jeanet van Woerden > 23-24 mei Voetangels en Klemtonen, op zoek naar een nieuw vrijzinnig élan, Yvonne Hiemstra & Heine Siebrand > 23-25 mei iona weekend, Frans Breukelman, Wietske Verkuyl & Derk Stegeman > 30-31 mei De onbekende jeugdjaren van Jezus, John van Schaik > 27-28 juni Vriendschap, eigenheid en feest vieren, Sarine Zijderveld > 14-18 juli Oriëntatiecursus Zien-Tekenen, Leo van Veghel & Nelleke Metselaar
Op 24 februari 2014 is overleden onze vader en opa
Dies Heitmeijer
Kijk voor meer info en het volledige programma op www.leeftocht.nl
* Aalten 04 januari 1927
Weduwnaar van Will Heitmeijer-Schaafsma († 12-07-2013)
Leeftocht is een samenwerkingsverband van de broederschapshuizen Dopersduin en Buitengoed Fredeshiem en de Algemene Doopsgezinde Sociëteit. Met een divers activiteitenaanbod biedt Leeftocht ruimte aan ontmoeting en verdieping, in de ongedwongen sfeer die kenmerkend is voor zowel Dopersduin in Schoorl, als voor Buitengoed Fredeshiem, nabij Steenwijk.
Michiel en Margriet Rianne en Hans Vera en André
† Baarn 24 februari 2014
Hugo en Ellen en kleinkinderen
passie
met popmuziek
Stel dat uw kerk vandaag nog het Liedboek afschaft en de muzikale omlijsting van de zondagen toevertrouwt aan een rockband. Hoe zou u dat vinden? >>
Correspondentieadres Vera Heitmeijer | Begoniastraat 1 | 6663 da Lent Het afscheid en de begrafenis hebben plaatsgevonden op maandag 3 maart 2014
4
5 foto: eo, Simone Kleinsma speelt Maria in The Passion 2014
interview
‘The Passion is een voorbeeld van een nieuw ritueel dat een aantal existentiële behoeften bevredigt’
zongen talloze liedjes en heel Nederland kon live meekijken hoe Hazes’ kist het stadion in werd gedragen. The Passion behoort ook tot de mediarituelen, onder de organisatoren bevinden zich de eo en de rkk.’
Johan Roeland is universitair docent media, religie en cultuur aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij onderzoekt online zingeving, religieuze vernieuwingsbewegingen en de vermenging van religie en populaire cultuur. Roeland promoveerde op antropologisch onderzoek naar evangelische jongeren in Nederland, studeerde theologie aan de Universiteit Utrecht en behaalde een propedeuse in de psychologie.
tekst Francien Yntema foto Willem-Jan de Bruin, eo-rkk
Feestjes in de kerk bouwen hoort in elk geval wel bij de evangelische beweging. Deze vermenging van religie en populaire cultuur is onderwerp van onderzoek voor Johan Roeland, universitair docent media, religie en cultuur aan de Vrije Universiteit. De eo-Jongerendag is het schoolvoorbeeld van een evenement waar religie en popmuziek samenkomen. Was de eo-Jongerendag altijd al zo hip? ‘Zeker niet. Tijdens de eerste eo-Jongerendagen luisterden de aanwezigen zittend naar lange toespraken en zongen ze af en toe een lied om de boel op te fleuren. Binnen een paar decennia is de Jongerendag veranderd van ingetogen, gedisciplineerd protestantisme in een uitbundig, expressief evange-
6
licalisme. Vandaag de dag is het een evenement met veel pop-rock-muziek op een groot podium, met bijbehorende lichteffecten en rookinstallaties. Bovendien spreekt de eo-Jongerendag nu alle zingtuigen aan in plaats van alleen het gehoor. De dag is in zo’n vorm gegoten dat hij uitnodigt tot dansen, zingen, huilen en lachen.’ Wanneer raakten religie en populaire cultuur met elkaar verweven? ‘Toen de popmuziek in de jaren ’60 Nederland bereikte, heeft de evangelische beweging die muziekstijl direct omarmd. De gedachte daarachter was dat het zou helpen om mensen de kerk in te krijgen en hen tot geloof te brengen. In het begin kopieerde de evangelische beweging veel uit Amerika, waar de kerken de pop-
muziek al eerder adopteerden. Inmiddels lopen we niet meer achter op de Amerikanen en nemen zij af en toe zelfs iets van ons over. Bijvoorbeeld karakterweekenden voor mannen van De 4e Musketier in de Ardennen.’ Op 17 april vindt de vierde editie van The Passion plaats, het lijdensverhaal in een nieuw jasje, compleet met bn’ers en popmuziek. Schuilt het succes van dit evenement in de muziek? ‘Ik denk dat The Passion een aantal religieuze verlangens vervult, en dat in een vorm die aansluit bij de manier waarop mensen vandaag de dag met religie bezig willen zijn. The Passion is nog niet goed onderzocht, dus wat ik nu ga vertellen is het ‘betere giswerk’. Volgens mij ligt een deel van de
kracht inderdaad in het gebruik van popmuziek, maar daarnaast is het lijdensverhaal op zichzelf een aansprekend en herkenbaar verhaal. Het gaat over liefde, dood, verraad en onrecht. Die thema’s spreken aan omdat ze raakvlakken hebben met onze eigen ervaringen. The Passion biedt veel ruimte voor de eigen beleving, zonder de verplichtingen die kerken met zich meebrengen. We hebben de kerken natuurlijk en masse verlaten, maar we hebben nog steeds een sterke behoefte aan rituelen. The Passion is een voorbeeld van een nieuw ritueel dat een aantal existentiële behoeften bevredigt.’ Zijn er meer voorbeelden van zulke nieuwe rituelen? ‘Rondom aangrijpende gebeurtenissen zie je steeds meer rituelen waarin de media een bemiddelende rol spelen. Denk aan 11 september, of de dood van mensen als Michael Jackson en André Hazes. Na Hazes’ overlijden werd de Amsterdam Arena opgetuigd voor een afscheidsconcert. bn’ers
Als religie en populaire cultuur samenkomen, waar ligt dan de balans tussen vorm en inhoud? ‘Ik zie dat onderscheid niet echt. Zodra je deelneemt aan een ritueel, lopen vorm en inhoud door elkaar. The Passion van vorig jaar bracht Judas voor veel mensen tot leven. In de bijbel is Judas vooral de verrader, maar in de 2013 editie van The Passion zie je ineens zijn tragiek. Judas had veel behoefte aan acceptatie en waardering van Jezus, maar kreeg die niet. Die tragiek wordt opgroepen door de muziek: ‘Ik kan het niet alleen’ van Marco Borsato, door de context: een scène die zich afspeelt naast het spoor, en door de vertwijfelde blik van Daniël Boissevain in de rol van Judas. Tijdens worships in evangelische kerken is ook duidelijk te zien hoe sterk vorm en inhoud samenhangen. Tijdens zulke vieringen voelen veel mensen zich geraakt door God. Dat gevoel wordt tot stand gebracht door de muziek en de vorm van de viering. Worships beginnen in de regel zeer expressief en worden daarna ingetogen. De persoon op het podium moedigt de mensen in de zaal aan om zich naar binnen te keren, waarop veel mensen contact met God ervaren.’ Zijn religieuze ervaringen dan maakbaar? ‘Er zit altijd een element in dat door mensen gecreëerd is. Het ritueel, de muziek en de entourage zijn menselijke producten, bedoeld om menselijke ervaringen op te roepen of die een plek te geven. Andersom geldt ook dat je ervaringen die in
‘We hebben de kerken en masse verlaten, maar we hebben nog steeds een sterke behoefte aan rituelen’ een niet-religieuze context ontstaan, religieus kunt interpreteren. In een interview zei iemand eens tegen me: “Worship voelt als een warme deken die om me heen valt, maar dat gevoel heb ik ook als ik de kroeg binnenkom”. Dat vond ik heel typerend. Deze persoon begreep precies dat we bepaalde menselijke ervaringen die door de omgeving worden opgeroepen, in sommige omstandigheden als religieus bestempelen en in andere gevallen niet.’ Kunnen wij doopsgezinden nog iets leren van The Passion en de eo-Jongerendag? ‘Dat betwijfel ik, want deze evenementen staan volgens mij ver af van waar de doopsgezinden zich mee bezighouden. Bovendien moet je de eo-Jongerendag niet groter maken dan hij is. Die dag is naar mijn idee geen bewijs van de vitaliteit van het geloof in Nederland. De eo-Jongerendag heeft het proces van secularisatie niet tegen kunnen houden, ook niet in de kerken waar de bezoekers vandaag de dag komen. Mensen bij de kerk betrekken is gewoon ontzettend lastig, en ik geloof niet dat er formules bestaan die gegarandeerd succes opleveren. We weten dat mensen de kerken achter zich laten, we weten dat er wel veel behoefte is aan religie, en we weten dat jongeren sociale media gebruiken. Maar wat je daar als kerk precies mee moet – geen idee.’ <<
7
4mee
FREDESHIEM VA K A N T I E S
Zomerse weken op Dopersduin Schoorl
Van 11 juli tot 22 augustus staan onze deuren weer open voor vakantiegangers die toe zijn aan een ontspannen week in de Schoorlse duinen. De gezelligheid van het huis in combinatie met de rust en stilte uit de natuur, worden steeds opnieuw als bijzonder en inspirerend ervaren. Van harte welkom; voel je thuis!
Fredeshiem
Minimale prijzen volpension € 82,- (leeftijd 4 t/m 12 jaar) € 112,75 (leeftijd 13-16 jaar) € 205,- (vanaf 17 jaar)
B e l e e f u w S E N I O R E N VA K A N T I E op Buitengoed Fredeshiem: - Verblijf op vernieuwde kamers - Gastheer/-vrouw aanwezig - Met of zonder programma - Vol of Half pension - Goed verzorgd, goed geregeld!
Neem contact op via e-mail
[email protected] of per telefoon 072-5091274
VRAAG DE BROCHURE AAN! Buitengoed Fredeshiem nabij Steenwijk (0521) 535 100
[email protected]
P.S. Ook met Pinkster en in de meivakantie zijn nog enkele plaatsen vrij.
en om dr
is om van n hu te ee
Doopsgezinde Gemeente Utrecht
Doopgezinde Gemeente Utrecht zoekt een
Voorganger (m/v) 32 uur (0,8 fte) Utrecht is een middelgrote gemeente met ca 150 leden en 50 vrienden. De grootste groep leden en vrienden bestaat uit 50-plussers, maar de gemeente prijst zich ook gelukkig met een groot aantal kinderen/jongeren, studenten en starters. Naast de zondagse diensten zijn er levendige en bloeiende kringen en groepen. De collega-predikant heeft reeds een 0,5 fte aanstelling en richt zich in het pastoraat met name op de ouderen. De nieuwe predikant dient zich zowel op de oudere als op de jongere leeftijdsgroepen te richten. Een noodzakelijke voorwaarde is dat de kandidaat een aantoonbare affiniteit heeft met jongeren/ jongerenwerk.
De gevraagde voorganger: • • • • • • • •
Heeft een studie theologie afgerond, Bij voorkeur aan het Doopsgezind Seminarium Is inspirerend, verbindend, werkend als herder en leraar Heeft een aantoonbare affiniteit met jongerenwerk Heeft leiderschapskwaliteiten, warme persoonlijkheid Houdt van werken in groepen: in de gemeente en in de oecumene Heeft ruime ervaring met alle leeftijdsgroepen Is bereid om in of nabij Utrecht te gaan wonen
Wij zien uw reactie graag uiterlijk 12 mei 2014 tegemoet via:
[email protected] Voor meer informatie kunt u terecht op onze website: www.doopsgezindutrecht.nl. U kunt ook contact opnemen met Zr. Alstje den Ouden-Kloosterboer, tel: 030-2735492
Hoe kan de kloof tussen verschillende religieuze, spirituele en culturele identiteiten overbrugd worden? Die vraag ligt ten grondslag aan de 4 mee-app.
Religie-app tekst Dirk Visser De applicatie voor mobiele telefoons (smartphones) bevat informatie over circa zeventig feestdagen van verschillende religieuze en spirituele groeperingen. Bij elke feestdag staat een korte beschrijving, plus een daad die iemand kan verrichten om de speciale dag min of meer mee te vieren en zich in de betreffende groepering in te leven. De 4mee-app is een project van Terra Futura en Zinweb. ‘Een identiteit bevat trots, cultuur, verbondenheid en liefde, maar een identiteit draagt ook het risico van buitensluiting met zich mee’, zegt Tjerk Feitsma, oprichter en directeur van Terra Futura. Datzelfde geldt op het spirituele vlak, volgens Feitsma. ‘Daarom droomden we bij Terra Futura: als we ons één dag als een totaal andere groep kunnen voelen, krijgen we meer interesse in elkaar, willen we elkaar beter begrijpen en staat de deur bij voorbaat al open.’ De 4mee (‘vier mee’)-app sluit precies aan bij de behoeften van de huidige wereldburger. Door de globalisering worden steeds meer mensen nieuwsgierig naar de ander. ‘Toch vindt men het vaak een hele klus om zich in de ander te verdiepen’, aldus Feitsma. ‘De 4mee-app geeft de mogelijkheid om op een makkelijke en toegankelijke manier een ‘hapje-op-maat’ van
de spiritualiteit van een ander te proeven.’ Feitsma’s eerste doelstelling is het behalen van duizend gebruikers van de app. De groeimogelijkheden zijn enorm. Er komen campagnes waarbij mensen voor een specifieke periode mee kunnen doen met dagelijkse opdrachten, bijv. de vastenperiode van christenen of de ramadan van moslims. Tot dusver zijn er ongeveer zeventig dagen met opdrachten. Feitsma hoopt tot tweehonderd 4mee-dagen te komen. Het plan voor de 4mee-app ontstond enkele jaren geleden binnen Terra Futura in het kader van de Wereldkalender. De organisatie Terra Futura is voortgekomen uit actieplatform deWereldRedden.nl. Door gebrek aan fondsen kwam de app indertijd nog niet van de grond. Feitsma: ‘De samenwerking tussen Terra Futura en Zinweb is zeer vruchtbaar. Wij kunnen het webplatform een praktisch handvat aanreiken, terwijl Zinweb bij ons juist de inhoud versterkt.’ Jan Willem Stenvers, lid van de oprichtingsgroep van de Wereldkalender en werkzaam voor Zinweb, schreef de teksten over de feestdagen voor de app. Zinweb, on- en offline platform voor zingeving, spiritualiteit en vrijzinnigheid, bestaat in 2014 tien jaar. Dat wordt op 4 oktober in de Amsterdamse Singelkerk gevierd. Enkele projecten van Zinweb, samen met de Zin-
Tjerk Feitsma
Andermans religieuze feestdagen meevieren profielpartners, zijn het Zinwebcafé in verschillende steden (te vergelijken met het Doperscafé), Zinpodium, de Zinweb-academie en het zingeving & opvoeding-portal. De feestelijke bijeenkomst op 4 oktober wordt afgesloten door Zinweb-partner ‘Hart op de Tong’. Directeur van Zinweb is Kim Nijland. Projecten van Terra Futura zijn Compassieopschool.nl: een projectweek voor jongeren (10-15 jr.) met lessen over compassieprojecten; Revaluta Complementary Currency: vijf nieuwe vormen van complementair geld gebaseerd op de geefeconomie; Goededaden-tours, uitgevoerd door Terra Tours: activiteitenprogramma’s waarbij deelnemers onder begeleiding van idealistische Terra Toursgidsen vier tot tien goede doelen uitvoeren. Daar hebben inmiddels zo’n zevenhonderd personen aan deelgenomen. <<
> www.zinweb.nl > www.terrafutura.nl > www.terratours.nl
9
Wereldraad van Kerken advertentie
De weg van vrede & recht Afgelopen november reisde Iris Speckmann namens de Algemene Doopsgezinde Sociëteit af naar de tiende Assemblee van de Wereldraad van Kerken in Busan, Zuid-Korea. Wat heeft de conferentie opgeleverd en welke punten kunnen op lokaal niveau zinvol worden opgepakt?
tekst & foto Iris Speckmann
Het waren tien intensieve dagen, vol workshops, vergaderingen, goede (!) achterkamertjes- en wandelgangenpolitiek en commissiewerk. De eerste weken na thuiskomst mocht ik her en der vertellen hoe de bijeenkomst was geweest en wat er bereikt was. Het accent lag meestal op het eerste aandachtspunt: hoe verloopt zo’n conferentie? Maar nu, een paar maanden later, verschuift mijn aandacht van het ‘hoe’ naar het ‘wat’. Open ruimte Tijdens de Assemblee begon ik te beseffen dat de Wereldraad een safe open space (veilige open ruimte) wil zijn, waarin kerken elkaar, ondanks alle verschillen, opzoeken en in gesprek gaan. Dat is op zichzelf al
10
spannend: kerken weten zich weliswaar principieel verbonden, maar gevoelsmatig is het soms moeilijk elkaar zelfs maar te verdragen. Vanuit die ‘principiële’ verbondenheid proberen kerken met elkaar te praten over onderwerpen waarover hun opvattingen sterk uiteenlopen. Het pijnlijkste conflict betreft homosekualiteit: enerzijds wordt homoseksualiteit gezien als een natuurlijke, door God geschapen biologische variant, anderzijds als verwerpelijk gedrag en een karaktereigenschap die onderdrukt moet worden. Hoe belangrijk was (en is) het om wèl in te gesprek gaan, te luisteren naar andere meningen, maar ook je eigen standpunt helder te verwoorden. Hoe leerzaam de ander uit te dagen om stappen in jouw richting te zetten, en bereid te zijn ook je eigen standpunt te herzien. Hoe confronterend te ontdekken dat jijzelf ook niet zo
flexibel en toeschietelijk bent, gepokt en gemazeld als je bent in je eigen dierbare traditie, sprekend vanuit de positie van blanke vrouw, afkomstig uit een geprivilegieerd deel van de wereld. Hoe moeilijk om geduldig te zijn - met name tijdens de plenaire bijeenkomsten, waarin iedereen zich ‘voor de bühne’ ingraaft in de eigen belangen, terwijl je tijdens de gesprekken in subcommissies toch het idee had dat het wederzijds begrip groeiende was. En hoe belangrijk om er op te vertrouwen dat de in subgroepen geboekte vooruitgang toch wel ergens toe zal leiden - op langere termijn. Hoe interessant is het om te zien hoe de diplomatieke dynamiek werkt. Open ruimte is kwetsbaar. Omgangsregels zijn nodig om het gesprek eerlijk te houden en te beschermen. Anders geldt het recht van de sterkte: dan krijgt de luidruchtigste kerk, of
de kerk die het meeste geld inbrengt de meeste aandacht. Vandaar de soms omslachtig ogende procedurele regels tijdens plenaire vergaderingen. Vandaar ook dat de teksten die uit de Wereldraadconferenties voortkomen, de resoluties en de openbare verklaringen, zulke taaie kost zijn. Het zoeken naar de juiste formulering waar iedereen zich in kan vinden levert niet altijd de meest sprankelende zinnen op. Sommige zinnen hebben eigenlijk voetnoten nodig om te duiden welke standpunten er in zijn samengesmeed. Pelgrimage Het belangrijkste en duidelijkste resultaat van de Assemblee is het besluit een acht jaar lang durende ‘Pelgrimage van Vrede en Recht’ te houden. Iedereen van goede wil, christenen en niet-christenen, wordt uitgenodigd aan deze pelgrimage deel te nemen. Maar wat wil de Wereldraad met dit thema, en wat betekent dat voor lokale kerken? Kort gezegd wil de Wereldraad dat alle kerken gaan werken aan vrede en recht, zonder daarbij de route voor te schrijven. Lokale kerken weten namelijk zelf het beste wat er aan onrecht en onvrede in hun omgeving leeft, en kunnen dus hun eigen speerpunten kiezen. Zo ontdekken lokale kerken gaandeweg zelf wat het betekent de weg van vrede en recht te bewandelen. Het is de bedoeling de ervaringen van de afzonderlijke kerkgenootschappen bijeen te brengen en uit te wisselen tijdens de volgende Assemblee.
Hoe is de situatie in Nederland? Wat zouden de kerken hier gezamenlijk kunnen en willen aanpakken tijdens de ‘Pelgrimage van Vrede en Recht’? Het is aan de Raad van Kerken om concrete handvatten te bieden, bijvoorbeeld in de vorm van een aantal toegankelijke Nederlandstalige publicaties en enkele evenementen. Dat zou lokale kerken kunnen inspireren en motiveren – maar een pelgrimage betekent gewoon ‘gáán’, dus de lokale kerken hoeven die initiatieven niet af te wachten. Inmiddels ben ik lid van de zojuist opgerichte initiatiefgroep binnen de Raad van Kerken, onder voorzitterschap van quaker Kees Nieuwerth. Deze groep zal het thema van de Pelgrimage nader uitwerken voor de Nederlandse context. Uiteraard is er tijd nodig om materiaal van voldoende kwaliteit te ontwikkelen om een reis van acht jaar te kunnen ondersteunen. De vraag is in hoeverre de nationale kerkgenootschappen zich zullen inspannen om het lokale niveau te activeren. Naar mijn gevoel bevinden we ons wat dat betreft op een spannend kantelpunt. << De 10e Assemblee van de Wereldraad van Kerken werd van 30 oktober tot 28 november 2013 gehouden in Busan, Zuid-Korea. Het thema was: ‘God van leven, leid ons naar gerechtigheid en vrede’. Meer info: www.wcc2013.info | www.oikoumene.org | www.raadvankerken.nl | weblog Iris Speckmann: www.wccdutchmennonite.com
Wonen in een mooie omgeving, zorg van hoge kwaliteit
Zorggroep Oldael beheert twee bijzondere woonzorgcentra in Den Haag: Aelbrecht van Beijeren (Benoordenhout) en Oldeslo (Duttendel). Beide centra liggen in goede wijken, bieden ruime appartementen, een eigen keuken en begeleiding, zorg en verpleging op maat. Gunstige tarieven U kunt bij ons terecht met én zonder indicatie. De tarieven voor wonen, zorg en service zijn gunstig. Kennis maken? Graag. U kunt ons bellen op 070 - 530 05 08 (cliëntadviseur) of 070 - 530 05 30 (bedrijfsbureau). U vindt ook uitgebreide informatie op www.oldael.nl.
11
overwinning
Als tijdens de Olympische Spelen een medaille wordt gewonnen is het feest, een overwinning is behaald. Pasen wordt door een groot deel van de christelijke kerk net zo beleefd: er is een overwinning behaald. tekst Gabe Hoekema – illustratie Dokus
Het verhaal van der verrijzenis, van de opstanding, krijgt een andere kleur
Pasen een feest? Als we vragen: o ja, welke dan? – dan wordt het wat ingewikkelder. Het hangt van de geloofsleer van de betreffende kerk af welke overwinning precies bedoeld wordt. Er is keuze: een overwinning op de dood, op de zonde, op het kwaad, op de boze, op de duivel. Of, anders gezegd: een overwinning van het goede, van het lam, van het leven… Bevrijding uit Egypte In de joodse godsdienst is Pasen de gedachtenis aan de bevrijding uit Egypte. Die gedachtenis kreeg waarschijnlijk pas gestalte nadat de ballingschap voorbij was en het joodse volk weer kon bestaan, als volk met een wederopgebouwde tempel. Pasen kan uitgelegd worden als het feest van de bevrijding van de overweldiger, van de verdrukker, de bevrijding uit de slavernij, uit het vreemdelingschap. Daarbij gaat het er niet om dat het volk overwonnen heeft, maar dat God het volk heeft bevrijd. De vijand is daarmee niet definitief verslagen – de ellende kan en zal weer opnieuw gebeuren. Jezus, de gekruisigde Als Paulus aan de Korintiërs uitlegt wat hij te verkondigen heeft, zegt hij: ‘Ik verkondig de gekruisigde Christus’.1 Geen glorie, geen overwinning, maar een boodschap die bij de Joden aanstoot wekt en door de Grieken dwaasheid wordt genoemd. Als we de evangeliën lezen, te beginnen bij Marcus, is het Paasverhaal – het verhaal van de verrijzenis op de
12
derde dag – nog heel erg mager. De christenen rond Marcus hebben nog geen overwinning te vieren. Zij verbinden in het lijdensverhaal Jezus’ dood aan het Paasfeest dat juist dan gevierd wordt. In de volgende, latere evangeliën worden die verhalen van de verrijzenis uitgebreid, maar eigenlijk alleen om te vertellen: Jezus, de gekruisigde, is degene die jullie onderwees, leerde lief te hebben, leerde te leven, zoals hij deed in Galilea.2 Nog weer verder in de bijbel bladerend, horen we in het boek Openbaringen hoe het lam (in vertalingen met een hoofdletter geschreven, want er is al zo vaak ‘Agnus Dei’ gezongen) de nieuwe mensheid, de 144.000, aanvoert naar een nieuw bestaan. Het lam overwint,3 maar elders wordt gewag gemaakt van engelen. Het lam blijft echter het symbool van de gekruisigde, die nu gezien wordt als de geslachte. De christelijke kerk van de eerste eeuwen werd gevormd door een minderheid, vaak een vervolgde minderheid. Die had niets te vieren, behalve de kracht van de gekruisigde Christus. Geen roemruchte overwinning op wat dan ook, maar een diep geloof dat Jezus, de gekruisigde, de mens was die zich niet overgegeven had aan de macht van de machtigen. Zoals dat al verteld wordt in het verhaal van de verzoekingen in de woestijn. Jezus heeft afstand genomen van egoïsme, van rijkdom, van heerschappij. Zo bleef hij het kwaad, de duivel, de baas.
Kerk aan de macht Er komen verschuivingen als de christelijke kerk niet meer de vervolgde minderheid is, maar de gevestigde meerderheid. Zeg voor het gemak maar: na Constantijn.4 Het is vanzelfsprekend dat Christus dan de overwinnaar is. Alles wat we hoorden in het verhaal van de verzoekingen in de woestijn, verdwijnt. Christus wordt gezien als de steunpilaar van de machtigen op aarde, die zijn goedkeuring geeft aan de verdrukking van de onmachtigen op aarde en aan de onderdrukking van hen die niet in hem geloven. Pasen wordt het feest van de overwinning van Christus over het kwaad, de zonde, de ketters, de ongelovigen. En uiteindelijk van de overwinning op de dood. Christus wordt de Albeheerser, de Pantokrator. Het verhaal van de verrijzenis, van de opstanding, krijgt een andere kleur. Dat de rol van Jezus na zijn dood niet uitgespeeld is, zoals beschreven in al die verrijzenisverhalen die dat willen benadrukken, wordt nu uitgelegd als overwinning op de dood en als opstanding van de mens – ja, van alle mensen die geloven. De zonde van de mensen is mee-begraven in Jezus’ dood, in het offer als lam. Bevrijd van die zonde zullen wij mensen kunnen leven tot in eeuwigheid, uitziende naar het komende rijk van God waar Christus koning is. Soortgelijke woorden worden dan ook voor hem gebruikt: Heer, Koning, Verlosser – de termen van de koningen van
Israël in de profetische tijden, met name Jesaja.5 Weer een minderheid Het is geen wonder dat er nu, in een tijd dat de christelijke kerk weer een minderheid aan het worden is, anders gedacht wordt. Het triomfantelijke is er wat afgeschuurd, de onoverwinnelijke wordt weer de onmachtige met wie God het aandurft in de wereld. De verhalen van Kaïn en Abel, van Jacob, van Jozef in de put, van die schlemielige koning David, al die verhalen krijgen weer betekenis. Het gaat niet om de overwinning. Het gaat om het geloof dat de mens, ondanks de dood, ondanks bedreiging en onderdrukking, ondanks fouten, overeind kan blijven en de waarden van Jezus Christus hoog weet te houden. Paulus is een geweldig voorbeeld van deze mens. Hij beroept zich niet op zijn succes, niet op zijn macht, maar is het diepe ingegaan als leerling van rabbijnen die christenen vervolgden, om op te staan als nieuwe mens. Daarover schrijft hij in zijn opstandingshoofdstuk: 1 Korintiërs 15. Zonder triomfalisme, zonder gelijkhebberij, zonder de eerste te willen zijn. Als Pasen dat zou kunnen zijn: de gedachtenis aan Jezus, die net als zijn volk weet wat het is om de minste van de broeders te zijn - als dat Pasen zou kunnen zijn, dan is het een feest voor hen die streven naar vrede en gerechtigheid in zijn naam. <<
1 Korintiërs 1 vs 23: ‘maar wij verkondigen een gekruisigde Christus’. 2 Marcus 16 vs 7: ‘Hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zullen jullie hem zien, zoals hij heeft gezegd’. 3 Openbaringen 17 vs 14. 4 Keizer Constantijn (280-337 na Chr.) die het christendom vrijheid van godsdienst verleende en het daarmee de kans gaf zich te ontwikkelen tot de heersende godsdienst in het Romeinse rijk. 5 Bijvoorbeeld Jesaja 9: 5vv.
13
Hoe is het toch met Anne?
Reisbericht uit Tanzania
Sjoukje Wethmar en Elze Jongsma zijn op reis in Tanzania om een aantal projecten te bekijken die met geld van doopsgezind Nederland worden gesteund.
Om met de deur in huis te vallen: het gaat goed met haar. Zo langzamerhand wordt het Anne Zernike Fonds steeds bekender. tekst Christien Duhoux-Rueb Portret van Anne Zernike door haar man Jan Mankes, omstreeks 1916
Die bekendheid komt mede doordat de voorzitter van het Anne Zernike Fund (azf) ook voorzitter is van de Landelijke Federatie van Doopsgezinde Zusterkringen (lfdz). Dat brengt vrouwen bij elkaar. Daarnaast hebben alle bestuursleden hun eigen netwerk, dat druk wordt gebruikt voor fondsenwerving. In de Nederlandse doperse context wordt met enige regelmaat gecollecteerd, al dan niet via Doopsgezind WereldWerk. Maar dat is nog maar de helft van het verhaal. Het is de bedoeling dat het geld ook wordt uitgegeven, en daarvoor moeten weer andere netwerken worden aangeboord. En die strekken zich maar liefst wereldwijd uit. Als bestuur hebben we besloten mogelijk een workshop te verzorgen tijdens het komende Doopsgezind Wereldcongres in Harrisburg, vs (2015). Ook zijn er plannen om een boekje uit te geven bij de mooie dvd ‘Om it leauwen en de sinnigens over Anne’ – die hebt u toch al wel aangeschaft of minimaal bekeken? De dvd is gemaakt door Omrop Fryslân in samenwerking met de ads, en dus zijn we ook met de ads in overleg over een bijpassend boekje. De hoop is dat we dat kunnen meenemen naar het Wereldcongres om daar aandacht
14
te vragen voor Anne Zernike en het Fonds. Ook werken we aan een nieuwe folder in diverse talen (Engels, Duits, Spaans en misschien Frans), om met gulle hand rond te strooien in de hoop op respons van zowel gevers als gebruikers. Langzamerhand zoeken en vinden we onze weg naar de vrouwelijke theologiestudenten van doperse of anabaptisten-signatuur, voor wie het fonds is opgezet. We bieden beperkte aanvullende beurzen aan, maar ook ondersteuning bij de vaak moeilijke positie die vrouwelijke predikanten wereldwijd hebben in de her en der ‘heer’sende culturen.
tekst Elze Jongsma
Het bestuur bestaat op dit moment uit voorzitter/penningmeester zr. Antje van Dijk – het is haar bedoeling het voorzitterschap over te dragen zodra er een geschikte kandidate is – ds. Coot Winkler Prins als secretaris, dr. Iris van der Tuin die zich over de studiebeurzen (toetsing e.d.) buigt, en ds. Christien DuhouxRueb met pr in haar portefeuille. We hebben onlangs afscheid genomen van ds. Thijn Thijink die iets meer van haar rust wil gaan genieten, maar bij gelegenheid nog optreedt als onze ambassadeur met-bijzondere-opdracht. <<
bijzonder logo
Het logo van het Anne Zernike Fund is ontworpen door zr. Nelleke Schiere. Zelf zegt zij daarover: ‘Het logo stelt de wereldwijde spirituele verbinding tussen vrouwen voor. Het kan worden opgevat als een compositie van vijf vrouwensymbolen die samen de vijf continenten voorstellen. De vrouwen buigen hun armen licht alsof ze boeken vasthouden, in dit geval bijbels – het boek van het leven. Zo vormen ze een decoratief logo voor het Anne Zernike Fund.’
Vandaag ga ik met Sjoukje mee naar de afdeling fysiotherapie van het ziekenhuis in Shirati. We logeren in het Community Centre, aan de achterkant van het ziekenhuis. Dat betekent dat je of om het gebouw heen moet lopen, of gebruik moet maken van een weggetje langs enkele privéhuizen, en vervolgens langs de leprozenkolonie loopt. Dan klauter je over een paar enorme stenen, waarna je op een soort betonnen pad komt dat weer de officiële route is. Als je langs de hiv-kliniek loopt en linksaf slaat, kom je bij de fysiotherapie. Deze afdeling is in eerste instantie door een Nederlandse ergotherapeut ingericht, waarna Sjoukje er veel heeft gewerkt. Zij onderricht fysiotherapeuten, vrijwilligers en ouders in het omgaan met gehandicapte kinderen. Ze heeft onder meer Mary opgeleid en veel spullen en materialen meegebracht. De afdeling doet niet veel onder voor de afdeling in het grote opleidingsziekenhuis kcmc in Moshi. In onze ogen blijft het schamel, maar voor de situatie hier voldoet het prima. George Kennedy is de fysiotherapeut. Ik zit te kijken hoe Sjoukje bezig is met een klein jongetje. Zijn moeder heeft onder leiding van Mary veel met hem geoefend, en dat kun je merken. Maar wat ben ik blij met mijn gezonde kleinkinderen! Safina Voor de middag staat een bezoek aan het weeshuis ‘Safina’ op het programma. Dat is voortgekomen uit activiteiten van vrouwen om hiv-wezen op te vangen. Er zitten nu elf kinderen in het huis. Ze zitten allemaal op school en de oudste twee jongens, Joshwa en Richard, hebben hun examens voor grade 3 en grade 4 gehaald. Het Safina-project wordt ondersteund door de doopsgezinde gemeente Wageningen en van hen hebben we een aantal vragen meegekregen. We maken veel foto’s van vrolijke, blije kinderen, die lief met elkaar omgaan. De jongste is een jaar of acht. Er is ook een nieuw meisje: Happiness Omalla (als je toch zo’n naam hebt!). Als ze de hele school – primary en secondary – doorlopen hebben, moeten ze verder reizen voor de highschool, want die is
hier niet. Ze behouden weliswaar hun ondersteuning, maar gaan bij ‘relatives’ wonen om verder te leren. Leah – de initiatiefneemster van het weeshuis – is in Chicago voor een kankerbehandeling. Daarom heeft ze geregeld dat Eliza Mise met ons meegaat. Dat blijkt haar schoondochter te zijn. We hebben natuurlijk wat kleine cadeautjes bij ons, en daar wordt door de kinderen mee gespeeld. Daarna worden we rondgeleid door Mama Safina, de vrouw die als een moeder voor de kinderen zorgt. Het huis ziet er heel schoon uit, maar het is wel pover. Er ligt een nieuw glanzend dak op: dat is klaar. De waterpomp, zo’n 400 meter verderop, werkt. Er is een stal en een omheining voor het vee: 20 geiten en 12 koeien. De koeien zien we niet, want die worden een stuk verderop gehoed door een herder. En er lopen nog wat kippen over het terrein. Het buitenspeelgoed staat op het landje voor het huis. Water Al met al krijgen we een positieve indruk. Op onze vraag welke problemen er zijn, wordt snel duidelijk: het water. De pomp doet het goed, maar het is een eind lopen vanaf het huis. Ze zouden graag een pomp willen om het water dichter bij het huis te krijgen. We vragen waarom ze geen gebruik maken van goten. Zo’n groot dak moet aardig wat water kunnen opvangen. En er staat een grote gemetselde watertank. Het antwoord is dat de goten nog opnieuw aan de daken moeten worden bevestigd. Misschien zal dan de opvang van regenwater een beetje gaan helpen. Want als het hier regent, regent het ook goed: we hebben de laatste dagen flinke buien meegemaakt. We zijn vrolijk door iedereen uitgezwaaid toen we terugreden. We waren met de ambulance van het ziekenhuis, en een zeer ervaren chauffeur: mr. Mbarack. De weg was zo slecht, met zulke kuilen, keien en gaten, dat de auto regelmatig vastzat. We hebben geprobeerd te bedenken hoe het is als je met een akelige fractuur over zo’n weg moet worden vervoerd. Dankzij mr. Mbarack kwamen we gelukkig toch veilig bij ons Community Centre aan! <<
15
over de grens
tekst & foto’s Janneke Leerink
Vier je geloof! Het geloof mag best wat meer gevierd worden in Nederland, de dienst is niet voor niets een viering. Dat vinden onze doopsgezinde broeders en zusters vinden. ‘Het is zo ouderwets’, vindt Davida. ‘In Congo van over de grens.
Davida Ndeke Congo, 15 jaar in Nederland. Kwam naar Nederland vanwege de politieke situatie in Congo.
Sally Dalmeijer-Handrich Michigan, 40 jaar in Nederland. Kwam hier met het Intermenno Trainee Program.
16
Doopsgezinde vieringen verschillen per land, per regio, zelfs per gemeente. Vier van oorsprong buitenlandse Mennonieten geven hun mening over de Nederlandse variant. Traditioneel ‘Ik was in eerste instantie niet erg onder de indruk van de Nederlandse kerkdiensten’, vertelt Sally. ‘Ze zijn erg gestructureerd en traditioneel.’ Sally ondervond aanvankelijk de hinder van een taalbarrière, iets wat de anderen herkennen. ‘Inmiddels voel ik me erg thuis bij de vrijzinnige denkwijze van de doopsgezinden hier in Nederland en heb ik vaak moeite met de soms bekrompen ideeën van vrienden en familie in Amerika.’ Ook Sean kan de Nederlandse preken waarderen: ‘Zodra ik ze kon begrijpen, heb ik genoten van de preken die ik in Nederland hoorde.’ Maar daar bleef het voor Sean bij. ‘Een preek is slechts een onderdeel van de dienst, aan de rest mag wel wat meer aandacht worden besteed.’ Als je de dienst nog niet goed verstaat valt de vorm waarin die gegoten is extra op. ‘Ik hou van de Nederlandse orgelmuziek in de dienst’, verzucht Andrés, ‘van de plechtige sfeer die dat oproept.’ Toch is het juist die plechtige sfeer die Sean en Davida weleens jammer
worden veel verschillende instrumenten gebruikt; we zingen daarbij veel en uitbundig. Congolese liederen zijn bedoeld om emotie te uiten en op te roepen. Nederlandse liederen kunnen zo stijf en stoffig zijn.’ Ook in Colombia speelt het samen muziek maken een veel grotere rol, volgens Andrés. ‘De instrumenten zijn moderner: elektrische gitaren, drums en piano.’ Het mag duidelijk zijn, Nederlanders blinken bepaald niet uit in muzikaliteit. ‘Een Amerikaanse gemeente kan bezield genieten van complexe liederen, die vierstemmig gezongen worden. Dat zie je in éénstemmig Nederland niet’, knipoogt Sean.
Davida schrok in eerste instantie van de geringe hoeveelheid mensen. ‘De eerste keer dat ik in de doopsgezinde kerk kwam, waren er maar vijftien mensen en ze waren allemaal oud. Geen kinderen te bekennen. Het contrast met Congo had niet groter kunnen zijn. Ik was diensten gewend met driehonderd man tegelijk.’ In Colombia zijn de diensten ook veel massaler en ze kunnen uren duren. Maar Andrés vindt de duur van een dienst in Nederland fijner. ‘Het duurt een uur met een maximale uitloop van een kwartier. Daardoor blijft er veel meer tijd over voor het sociale aspect tijdens het koffiedrinken.’ Dat is inderdaad typisch Nederlands, volgens Sean. ‘Er worden hier sloten koffie gedronken na afloop van de dienst.’
Historische legitimiteit In tegenstelling tot Mennonieten in het buitenland, zijn Nederlandse doopsgezinden vrijzinniger in denken, maar ouderwetser in vorm. ‘Ik maak mij zorgen om de Nederlandse doopsgezinden’, laat Davida weten. ‘Ze lijken niet te begrijpen dat je met de tijd mee moet gaan. De huidige maatschappij verandert zo hard dat je wel mee móét veranderen om te blijven bestaan.’ Andrés denkt te weten waar het willen vasthouden van gebruiken vandaan komt: ‘Nederlandse doopsgezinden hebben een ver teruggaande geschiedenis. Diepgewortelde, historisch onderbouwde tradities zijn moeilijker te veranderen.’ In Congo bestaat de Mennonitische gemeenschap nu ruim honderd jaar en in Colombia zestig jaar. ‘Pas in Nederland begreep ik hoe het is om een gemeenschap met een lange geschiedenis te zijn. In Colombia zijn alle oude kerken per definitie katholiek. In mijn begintijd in Nederland was ik verwonderd over het feit dat er ook oude doopsgezinde kerken bestaan.’ Volgens Andrés is het duidelijkste verschil tussen de Nederlandse doopsgezinden en de Colombiaanse Mennonieten de diepe verbondenheid met de historie. ‘Als ik hier praat met een doopsgezinde, krijg ik vrijwel altijd een reactie waarvan de wortels zich in de geschiedenis en traditie bevinden. Ook als het een gesprek over geloof betreft. Het is typisch Nederlands om een soort ‘historische legitimiteit’ te zoeken die de eigen mening kan ondersteunen. Ik geniet van zulke gesprekken; ik vind dat heel erg leuk.’ Toch is dat volgens Andrés ook de reden waarom we hier, in tegenstelling tot buitenlandse doopsgezinden, meer vasthouden aan traditie. ‘Colombiaanse Mennonieten hebben een praktischer houding. Dat wil niet zeggen dat geschiedenis niet belangrijk is. Maar in Colombia is op het gebied van experimenteren in de dienst meer mogelijk, omdat de blik gericht is op het heden in plaats van het verleden.’
Hebben de vier suggesties? ‘Allereerst: maak jezelf zichtbaar’, lacht Davida. ‘Toen wij in Nederland kwamen duurde het een hele tijd voor we doopsgezinden vonden. Letterlijk en figuurlijk. Jullie kerken zitten zo verstopt dat ik mijn vader in Congo moest bellen om hulp. Hij is daar predikant en heeft in zijn administratie opgezocht of hier een doopsgezinde gemeente was. Treed naar buiten en zorg dat je vindbaar bent.’ Een gezamenlijke suggestie van de buitenlandse broeders en zusters is meer interactiviteit in de dienst. ‘Ik hou zelf van een dienst met meer inbreng van de leden en meer eigentijdse liederen’, zegt Sally. ‘Ik vind de ‘fellowship’, de gemeenschap, het belangrijkst.’ Ook Sean vindt dat het accent op de mensen moet liggen. ‘De huidige Nederlandse dienst vind ik een passieve ervaring. Vraag mensen hun vreugden en zorgen te delen, betrek de gemeente meer in de dienst. Zing en doe meer met elkaar. De Nederlandse doopsgezinden zijn zo aardig, maar hun diensten zijn erg saai.’ ‘Het zou leuk zijn als de zondagsschool ook toegankelijk wordt voor volwassenen’, vindt Andrés. Sean beaamt dat. In Colombia en Amerika zijn er voor en na de dienst allerlei groepen voor jong en oud waar je verdieping kunt vinden. Ook over de jeugd zijn de heren en Davida het eens: er hoeven niet meer jongerenactiviteiten te komen. Nee, er moet iets aan de huidige vieringen veranderen, waardoor jonge mensen het leuk gaan vinden om naar de dienst te komen. ‘Het mag allemaal wat uitbundiger’, vindt Davida. ‘Je kunt niet van de jeugd verwachten dat die zich aanpast aan iets ouderwets. Zorg dat jongeren het de moeite waard vinden het stokje door te geven, door je aan te passen aan de huidige tijdgeest. De jeugd houdt van dansen en zingen tijdens een avondje stappen: zorg dat er in de vieringen ook gedanst en gezongen wordt, op leukere muziek. Vier je geloof! Laat zien hoe fijn het is om doopsgezind te zijn. Dan komen ze vanzelf.’ <<
Andrés Pacheco Colombia, 3 jaar in Nederland. Kwam hier door het Bridging Gaps Program.
Sean Kauffman Washington, woonde 2 jaar (2005-2006) in Nederland. Kwam hier als stagiair van Intermenno Exchange.
17
boeken & bladen
Tenzij anders vermeld, zijn de bijdragen op deze pagina’s van de hand van Martin Maassen,
[email protected]
onderzoek
Hoe vrijzinnig zijn wij? Zijn doopsgezinden nou vrijzinnig of niet? Leg deze vraag op de koffietafel van een willekeurige vermaning en het regent verschillende antwoorden. Alleen al daarom is het goed dat godsdienstwetenschapper Erik Jan Tillema antwoord probeert te geven op de vraag hoe het nou zit met die vrijzinnigheid. Tillema deed een theoretische studie en enquêteerde daarnaast achthonderd vrijzinnigen uit de, volgens hem, vijf vrijzinnige geloofsgemeenschappen in Nederland. Naast de doopsgezinden zijn dat de leden van de Remonstrantse Broederschap, de npb, de vvp en het Apostolisch Genootschap. Hij legde de geënquêteerden geloofsuitspraken voor over een tiental onderwerpen, namelijk God, Jezus, Heilige Geest, Bijbel, Zonde, Bidden, Avondmaal en Doop. Met de antwoorden uit zijn studie wil Tillema vooroordelen over vrijzinnigen wegnemen, als zouden het maar ‘halve gelovigen’ zijn. Daarnaast wil Tillema vrijzinnigen informatie geven om ‘beter naar buiten te kunnen treden’. De uitkomsten van het onderzoek zijn soms verrassend en soms heel voorspelbaar. Zo zijn de populairste theologen bij vrijzinnigen Albert Schweitzer (meer bekend als arts in Afrika) en Dietrich Bonhoeffer. Menno Simons is nauwelijks een inspiratiebron. Uit het empirisch onderzoek blijkt verder dat doopsgezinden trouwe bijbellezers zijn en met traditionele woorden naar God verwijzen. Doopsgezinden kennen ook een traditioneel beeld van Jezus en een traditionele manier van bidden. Bij alle vijf geloofsgemeenschappen heeft de traditionele visie op de zonde afgedaan. Passend in deze tijd van afvalraces en ranglijstjes sluit Tillema af door een antwoord te
18
geven op de vraag wie nou het meest vrijzinnig is. De doopsgezinden komen als minst vrijzinnig uit de bus. De bokaal gaat naar het Apostolisch Genootschap. Erik Jan Tillema, Dé vrijzinnigheid, uitgegeven door en te verkrijgen bij Bureau Deus, € 15,– bureaudeus.wordpress.com
kraal aan snoer Door generaties heen
Wanneer de vader van Emiel Hakkenes op kraamvisite komt om zijn pasgeboren kleinzoon te bewonderen, schiet Emiel een joods gezegde te binnen: ‘De mens is een kraal aan een snoer dat ons verbindt met de generaties voor ons’. De nieuwbakken opa vraagt: ‘Gaan jullie hem laten dopen?’ Dan staat de jonge vader met zijn mond vol tanden. Hoe kan het dat God langzaam uit zijn leven is verdwenen? Om een antwoord op die vraag te vinden, duikt Hakkenes in de geschiedenis van zijn eigen familie. Wie waren zijn voorouders en hoe beleefden zij hun geloof? Welke gebruiken en overtuigingen zijn in
de loop van de tijd verloren gegaan? Hakkenes stuit op Duitse huurlingen, arme kleermakers, dubieuze gebedsgenezers, verzetshelden, zwartrokken, bastaardkinderen. Hij leert hun dromen, hun worstelingen en hun God kennen. De geschiedenis van Hakkenes’ familie – beschreven in God van de gewone mensen. Hoe het geloof uit een familie verdween – is meer dan een familiegeschiedenis. Het is ook een politieke geschiedenis, met Abraham (‘de Geweldige’) Kuyper in een hoofdrol, en een kleine kerkgeschiedenis. God van de gewone mensen is daarnaast een sociologische schets van het Drentse platteland in de vorige eeuw. Aan de wijze waarop Hakkenes al die geschiedenissen weet te verbinden, is de journalist van dagblad Trouw te herkennen: het boek is geschreven in een heldere en ongecompliceerde stijl, zonder opsmuk. De ondertitel Hoe het geloof uit een familie verdween zette mij overigens wel op een verkeerd spoor. Die suggereert immers een zoektocht naar de zielenroerselen van een man die, samen met meerdere familieleden, van zijn geloof is gevallen. Maar daarover gaat het boek beslist niet! Wel heeft Hakkenes met dit boek het gezegde van de kraal aan een snoer voortreffelijk duidelijk gemaakt. door Jehannes Regnerus Emiel Hakkenes, God van de gewone mensen. Hoe het geloof uit een familie verdween, uitgeverij Thomas Rap, € 18,90, ook verkrijgbaar als e-book
koffie
En andere tips De Nederlandse kerken zetten tienduizenden liters koffie per jaar. Vaak wordt die koffie op ouderwetse wijze
M
A
G
A
Z
I
N
E
Onafhankelijk facilitair vakblad voor kerken
Restauratie is een vak De kerk loopt op koffie, van bonen tot prut • Top tien koffietips • De deur van de Goede Herderkerk • Nozzels omhoog! En omlaag. Luchtbehandeling in de kerk Dirk de Vogel van de Kostersbond CNV • Klaar voor het IBAN-nummer Nieuwbouw en restauratie van Alphen aan den Rijn tot Waarder
met een filter bereid. Het apparaat wordt voor de dienst aangezet en na de dienst wordt de fair trade koffie, dat wel, opgediend. Helemaal mis, volgens de koffie-expert die Kerkmagazine aan het woord laat. ‘Vanaf het moment dat de koffie gezet is, neemt de kwaliteit af. Zet de koffie niet te lang van tevoren. Ja, dat is een spanningsveld!’ De expert adviseert voor kleinere gezelschappen een apparaat te gebruiken dat steeds één kopje maakt. Naast veel tips over koffiegebruik, staat Kerkmagazine stil bij thema’s als restauratie van kerken en luchtbehandeling. Veel praktische informatie dus. Kerkmagazine is een ‘onafhankelijk facilitair blad voor kerken’ dat gratis verkrijgbaar is voor kerkrentmeesters, kosters, beheerders etcetera. Het blad kent wel een hoog advertorial-gehalte. Kerkmagazine, informatie en gratis abonnementen: www.kerkmagazine.nl
radicaal
Kuiper nog steeds inspiratiebron De Vereniging voor Theologie en Maatschappij geeft momenteel een serie kleine boekjes uit over theologen die hebben bijgedragen aan
een kritische en maatschappelijk betrokken theologie. Dr. Pieter Post viel de eer te beurt om een van de meest markante doopsgezinde theologen uit de vorige eeuw voor het voetlicht te brengen, namelijk ds. Frits Kuiper (1898-1974). Ondanks dat het boekje slechts 70 pagina’s telt, is de auteur er in geslaagd een interessant beeld te schetsen van de ‘rode’ dominee. De titel van het boek: Naar Messiaans Communisme, appelleert aan Gods oproep een wereldgemeenschap te vormen in vrijheid en gerechtigheid. Kuiper schreef een tiental boeken, onder andere over theologie en socialisme – ‘Wat het socialisme wil, had de christelijke kerk dat niet moeten willen?’ – over weerloosheid en over het Zionisme. Maar het bleef niet bij woorden. Zo bood hij in de Tweede Wereldoorlog hulp aan Joden, en schreef hij in het illegale Vrij Nederland. Daarvoor, in 1922, verbleef hij enige tijd in Rusland om slachtoffers van de burgeroorlog te helpen. Kuiper zal door zijn soms radicale opvattingen zeker kritiek hebben gekregen. Post laat het bij de opmerking dat zijn theologie niet
onomstreden was. Ook de waardering die Kuiper had voor Lenin – hij woonde zelfs diens begrafenis bij – zal hier en daar in doopsgezinde kring vraagtekens hebben opgeroepen, evenals het met ‘rode vaan’ voorop lopen bij een 1 mei-optocht. Maar de waardering voor zijn denken en doen zal ongetwijfeld vele malen groter zijn geweest dan de kritiek. Pieter Post heeft een boek geschreven dat het lezen alleszins waard is. Hij merkt terecht op dat Frits Kuiper nog steeds een inspiratiebron kan zijn voor diegenen die zich willen bezinnen op de grondslagen van een doopsgezinde vredesgemeente en haar plaats in de wereld. door Bart Smits Dr. Pieter Post, Naar Messiaans communisme. Frits Kuiper (1898-1974) dopers theoloog, theologische uitgeverij Narratio, € 8,– (www.narratio.nl | 0183 628 188)
toptheologen Unieke correspondentie
Naast Naar Messiaans Communisme zag nog een boek over Frits Kuiper het levenslicht: De terugkeer van de Kudde. De titel van het boek refereert aan een schilderij van Pieter Bruegel de Oude, waarvan de afbeelding op de omslag van het boek staat. Het boek bevat correspondentie en bio& bibliografische aspecten van de relatie tussen de toptheologen dominee Frits Kuiper 1898-1974) en de Nederlands Hervormde predikant en hoogleraar Kornelis Heiko Miskotte (1894-1976). Auteur van het boek is Karel E. de Haan, die in zijn studententijd bevriend raakte met Frits Kuiper en na diens dood de unieke correspondentie tussen Kuiper en Miskotte in bezit kreeg.
De zonnetjes bij de besproken boeken & bladen geven de waardering van de recensent weer. Die kan uiteenlopen van één zonnetje (niet best) tot vijf (mag op uw nachtkastje niet ontbreken).
Drs. Karel E. de Haan, De terugkeer van de Kudde, uitgeverij Skandalon, € 20,–
19
interview
jubileumactiviteiten nbg ‘De bijbel is een boek dat je echt in handen wilt hebben’
200 jaar
Nederlands Bijbelgenootschap een boek dat jarenlang meegaat
Dit jaar viert het Nederlands Bijbelgenootschap zijn tweehonderdste verjaardag. Sinds de oprichting in 1814 is er uiteraard veel veranderd, zowel bij het nbg zelf als in de wereld eromheen. Maar de doelstelling is gelijk gebleven: de bijbel dichtbij mensen brengen. tekst en foto Johan Tempelaar
‘Het nbg is ontstaan vanuit de opkomende behoefte aan betaalbare bijbels, zodat mensen die zelf konden lezen’, vertelt Rieuwerd Buitenwerf, algemeen directeur. ‘Mede geïnspireerd door het werk van de achttiendeeeuwse zendingsverenigingen werden er in heel Europa bijbelgenootschappen opgericht. In ons land gebeurde dat na de val van Napoleon, toen Nederland weer een zelfstandige staat werd. Naast het verspreiden van bijbels in eigen land, richtte het nbg zich ook op het verspreiden en vertalen van bijbels in andere landen. In de beginjaren gebeurde dit hoofdzakelijk voor de gekoloniseerde gebieden in de Indische Archipel.’
20
Verspreiden en vertalen Nog altijd zijn verspreiden en vertalen de belangrijkste hoofdtaken voor het nbg, al is de invulling van die begrippen veranderd. Buitenwerf: ‘Uiteraard houden we ons nog steeds bezig met het vertalen van de Griekse en Hebreeuwse grondtekst naar bijbeluitgaven voor verschillende doelgroepen. Daarnaast denken we na over de vraag hoe we de vertaalslag naar andere media kunnen maken. Zo werken we samen met De Zandtovenaar, die bijbelse verhalen vertelt in de vorm van zandtekeningen. Een ander goed voorbeeld is het project #Durftevragen, waarvoor een tv-producent videoclipachtige filmpjes heeft gemaakt bij een vijftal psalmen. Zo hopen we de bijbelse verhalen aantrekkelijker te presenteren voor jongeren. De uitdaging is
om dat op een goede en verantwoorde manier te doen, zonder dat je de bijbel laat buikspreken.’ ‘De vorm waarin de bijbel wordt gebruikt, is veranderd. Mijn opa las er als vast ritueel tweemaal per dag uit rondom het eten, tegenwoordig kun je in de trein op je mobiele telefoon even snel een stukje lezen. Het ene is niet beter of slechter dan het andere, we moeten accepteren dat het zo is en daar op inspelen. We bieden daarom een groot aantal bijbelsites aan en zijn inmiddels van start gegaan met apps en e-books. Wel ben ik van mening dat de bijbel een boek is dat je echt in handen wilt hebben. Het is een boek dat jarenlang meegaat, soms zelfs je hele leven. Ik verwacht dan ook dat de bijbel in geprinte vorm voorlopig de belangrijkste verschijningsvorm zal blijven.’ Begrip en relevantie Nu het minder vanzelfsprekend is dat mensen vertrouwd zijn met de bijbel en met de bijbelse taal, ligt er een nieuwe opdracht voor het nbg. Buitenwerf: ‘We horen vaak van mensen dat ze niet goed begrijpen wat ze lezen, of dat ze niet weten hoe de wereld destijds in elkaar zat. Een mooi voorbeeld is de kruisdood van Jezus. We snappen allemaal dat dat een marteldood was, maar wat wij niet meer voelen is dat het ook een heel vernederende dood was. Vergelijkbaar met een vuurpeloton waar misdadigers na de Tweede Wereldoorlog voor werden neergeschoten. Als je dat weet, begrijp je veel beter waarom Paulus het een ‘struikelblok’ noemt, ‘dwaas’, ‘aanstootgevend’ en ‘een schande’. Tegenwoordig is de opstanding van Jezus vaak een moeilijk gespreksonderwerp; in de tijd van de bijbel was dat juist de kruisdood. Ik wil maar zeggen: als je de wereld van toen begrijpt, kun je de bijbel beter lezen. Het is geen voorwaarde, maar met die achtergrondinformatie kun je wel meer uit een tekst halen.’ ‘We werken aan de bevordering van bijbelgebruik en willen mensen helpen om de relevantie van de bijbel te ervaren. Dat doen we op verschillende manieren,
> 16 april Presentatie boek Super-Samaritaan, met de vijftien beste verhalen van de schrijfwedstrijd waarin meesters en juffen werden uitgedaagd om op eigen wijze een bijbelverhaal na te vertellen. > juni Presentatie historiografie over het nbg, geschreven door de historicus professor Fred van Lieburg. > 28 juni Jubileumfeest in DeFabrique in Utrecht, gratis toegankelijke feestelijke dag met onder meer workshops en muziek. > 29 juni Dankvieringen tijdens kerkdiensten in het hele land. > t/m 10 augustus Expositie Thuis in de Bijbel, in samenwerking met het Catherijneconvent. Deze expositie laat zien hoe bijbelse verhalen ingebed zijn in de kunst en cultuur van de Lage Landen (zie ook pagina 22). > begin oktober Presentatie van De Bijbel in Gewone Taal, ‘de duidelijk ste bijbel die ooit in Nederland is verschenen.’ Het volledige programma en meer informatie zijn te vinden op www.bijbelgenootschap.nl/jubileum
variërend van het uitgeven van een leesrooster tot het meewerken aan een event als The Passion. Ook werken we momenteel aan de Samenleesbijbel, samen met de Protestantse Kerk in Nederland. Die uitgave is bedoeld om gezinnen met kinderen te helpen bij het lezen van de bijbel. Dat doen we overigens zonder voor te schrijven hoe je de bijbel moet interpreteren of toepassen. Dat is iets voor mensen zelf, al dan niet met hulp van de kerken.’ ‘Het nbg was en is een interkerkelijke organisatie. Het gaat ons niet om een kerk, maar om de bijbel die alle kerken verbindt. Onze voorouders hebben geprobeerd dat te doen op een manier die passend was bij hun tijd. Zo proberen ook wij in ons aanbod aan te sluiten bij de behoefte van mensen vandaag de dag. Wij faciliteren daarin, als schakel in de verspreiding van ‘het woord’ in Nederland. Dat wij tweehonderd jaar bestaan is prachtig, maar veel mooier is dat de bijbel nog altijd leeft.’ << Het nbg werkt samen met bijbelgenootschappen wereldwijd binnen de United Bible Societies. Via deze organisatie geeft het nbg ondersteuning om de bijbel elders op deze wereld te vertalen, vaak gekoppeld aan alfabetiseringsprojecten in ontwikkelingslanden. De United Bible Societies heeft daarin de coördinatie en bewaakt de kwaliteit van (vertaal)projecten.
Rieuwerd Buitenwerf (1973) is gepromoveerd bijbelwetenschapper. Sinds 1 april 2013 vormt hij samen met financieel directeur Roger Mullers de directie van het nbg. Voor die tijd was Buitenwerf bij het nbg actief als manager van de afdeling Vertalen en Bijbelgebruik, die zich onder meer bezighield met de Bijbel in Gewone Taal. Daarvoor werkte hij als nieuw-testamenticus bij het nbg en als promovendus aan de Universiteit Leiden. Buitenwerf is lid van de Protestantse Kerk in Nederland.
21
tentoonstelling
kort
Het Doopsgezind Seminarium, aangesloten bij de Faculteit der Godgeleerdheid van de Vrije Universiteit Amsterdam, heeft een vacature voor een
Interim-predikant Webcare Services
wetenschappelijk medewerker
(docent-onderzoeker) Vrijzinnige Theologie, 0,5-1,0 fte
Thuis in de Bijbel tekst Nelleke Kan-van Dishoeck – beeld Nederlands Openluchtmuseum Arnhem
Voorstellingen van alledag Het is maar een klein schilderijtje in de hoek. Te zien zijn Maria met haar kind op schoot onder het afdakje van een gammele boerenschuur, buiten een onmiskenbaar Vlaamse stad in de 16e eeuw. De drie wijzen zijn net uit het Oosten gearriveerd en knielen met hun geschenken voor het tweetal. Een bekend verhaal, alleen wat moet dat in die Vlaamse omgeving? En er is nog meer om je over te verbazen, want de hele stad lijkt uitgelopen om zich bij de wijzen te voegen. Hier heeft men het goed begrepen: de verhalen van de bijbel spelen niet een paar duizend jaar geleden in het Nabije Oosten, zij worden in alle tijden overal ter wereld aan alle mensen verteld. Met dit idee als uitgangspunt sloegen het Nederlands Bijbelgenootschap, dat dit jaar haar 200-jarig bestaan viert, en het Catharijneconvent de handen ineen. Het resultaat is een tentoonstelling met voornamelijk werken uit de Late Middeleeuwen en de 17e eeuw in de Nederlanden. De tentoonstelling ‘Thuis in de Bijbel’ is t/m 10 augustus te zien in het Catharijneconvent in Utrecht, dagelijks geopend 10.00-17.00 uur, in het weekend vanaf 11.00 uur. Meer informatie, ook over het uitgebreide programma van lezingen, toneel en andere activiteiten: www.catharijneconvent.nl
Zaanse schommelwieg met voorstellingen uit de geschiedenis van Esther, Judith en de koningin van Sheba, ca. 1745 (beschildering ca. 1885), hout, Nederlands Openluchtmuseum Arnhem.
22
Zo geneest Jezus de blinde in een ruig West-Europees bos en verschijnt hij voor Pilatus op de markt van Haarlem. Wie langs de schilderijen op de tentoonstelling loopt, komt voortdurend bijbelverhalen in de vertrouwde setting van de Lage Landen tegen. Uiteraard omdat ze belangrijk zijn om door te geven, maar ook omdat ze spannend en pikant zijn – wie
moppert op de soaps van tegenwoordig kent de bijbel niet. De belevenissen van Jacob en Jozef vielen zeer in de smaak. Dat doorgeven ging zeker niet alleen via schilderijen. De vele bijdragen van het Bijbelgenootschap uit haar bibliotheek in Haarlem illustreren dat prachtig, zo ook in een Biestkensbijbel, veel in gebruik bij doopsgezinden. Dit exemplaar is wel heel doopsgezind, want het werd gedrukt in 1598, voorzien van illustraties van de doopsgezinde Karel van Mander en gekocht door doopsgezinden in Danzig. Ook op heel wat gebruiksvoorwerpen vinden we bijbelse vertellingen terug. Een trekschuit die een dienst tussen Rotterdam, Den Haag en Leiden onderhield, had een mastvoet, versierd met het verhaal van de doop van de kamerling. Of de reizigers onderweg net zoveel beleefden als die kamerling blijft de vraag, maar in ieder geval konden zij zich in het verhaal verdiepen. Tabaksdozen lenen zich ook goed voor een bijbelse voorstelling, gegraveerd op de bovenkant, al laten vlijtig poetsende handen die nogal eens vervagen. Een mooi staaltje van Zaanse volkskunst is te zien op een wiegje met de koningin van Sheba, Judith en Esther, het mooiste meisje van het land, uitverkoren door koning Ahasveros. Een meisjeswieg misschien? Uiteraard was de baby die erin werd gelegd de mooiste van het land, en vanaf de eerste dag in haar leven thuis in de bijbel. <<
voor de ondersteuning van de nieuw in te stellen Visiting Professorship Menno Simons, een wisselleerstoel op het gebied van vrijzinnigheid, cultuur en samenleving in de meest brede zin. U ondersteunt de achtereenvolgende Visiting Professors in hun onderwijs- en onderzoekstaken en werkt aan uw eigen (promotie) onderzoek. De mogelijkheid bestaat voor een gecombineerde aanstelling van twee part time (0,5 fte) docent-onderzoekers. Voor functie-eisen, bijzonderheden en overige informatie, zie www.seminarium.doopsgezind.nl
doopsgezinden in wo-ii In 2015 is het 75 jaar geleden dat Hitler-Duitsland ons land bezette. Daarop vooruitlopend houdt de Doopsgezinde Historische Kring op 10 mei aanstaande in Wageningen een symposium over hoe doopsgezinden deze duistere tijden zijn doorgekomen. Wij weten er wel het een en ander van, maar de tijd dringt om de laatste getuigen van de oorlogstijd nog te horen. Drie kerken werden verwoest – hoe bleef het gemeenteleven er in stand? Hoe zag het gemeentelijk leven er sowieso uit? ‘Hoe komt het toch dat zooveel N.S.B.-ers en Duitschgezinden afkomstig zijn uit onze kringen’, zo vroegen doperse predikanten zich op 14 mei 1945 tijdens een Ringdag in Leeuwarden af? Wie waren er bij ondergrondse activiteiten betrokken? Hoe groot waren de verschillen tussen (Rand)stad en platteland? Werd er vanuit Amsterdam, de ads, een vinger aan de pols gehouden? Hoe kwamen de andere kerken de oorlog door? Weken de pro- en anti-Duitse sentimenten in onze kring af van de rest van kerkelijk Nederland?
Gezonde groei met Jethro Jethro is een onafhankelijke dienstverlener gericht op het mogelijk maken van gezonde groei. Wij zijn gespecialiseerd in het ondersteunen van identiteitsgebonden instellingen, zoals kerkelijke gemeenten en charitatieve instellingen. De Jethro-aanpak is gericht op: • het versterken van teams • het verbeteren van het financieel beheer • het vereenvoudigen van de bestuurstaken De interim-predikanten en ervaren professionals van Jethro zijn uw gemeente graag van dienst.
T E I A
033 247 34 06
[email protected] www.jethro.nu Postbus 1058 3860 BB Nijkerk
volgende nummer Stemmen
> Ontstemd in het pastoraat > Doopsgezinden zonder
De teksten van de Wageningse lezingen vormen samen met andere artikelen over dit thema een wo-ii special van Doopsgezinde Bijdragen, jaargang 40.
> Het nieuwe liedboek een jaar
stemrecht en nog veel meer…
via de aangegeven contactgegevens in dit colofon. U kunt uw bijdrage overmaken op Doopsgezind NL is een uitgave van de rekeningnummer 24.34.93.886 t.n.v. Algemene Doopsgezinde Sociëteit Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ads) en verschijnt tien keer per jaar. onder vermelding van ‘dnl 2014’. Het blad wordt tegen een vrijwillige Hoofdredactie Johan Tempelaar bijdrage toegezonden aan alle leden (coördinator communicatie) van doopsgezinde gemeenten. Eindredactie Marijke van Duin Vrienden en belangstellenden die Redactie Kalle Brüsewitz, Martin het blad willen ontvangen, betalen Maassen, Wieteke van der Molen, € 35,– per jaar. U kunt zich opgeven Tea Rienksma, Jan Willem Stenvers
Ontwerp & opmaak Susan de Loor, Kantoordeloor, Haarlem Druk gbu Grafici, Urk Advertenties Saskia Meerts Oplage 7.500 Papier G-Print Proost & Brandt, fsc-gecertificeerd Contact redactie & advertenties Singel 454 | 1017 aw Amsterdam t 020 623 09 14 |
[email protected] www.doopsgezind.nl
colofon
in gebruik
Abonnement Groot letter cbb 0341 56 54 99 of
[email protected] Het volgende nummer van Doopsgezind NL verschijnt begin mei. Reacties voor ‘ingekomen’ uiterlijk 11 april 2014 aanleveren. Brieven dienen kort en zaakgericht te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om bijdragen in te korten of niet op te nemen. © ads 2014
het ‘Nieuwe Jeruzalem’
Er bestaat een immense hoeveelheid literatuur over het ‘Nieuwe Jeruzalem’ dat de Haarlemse bakker Jan Matthijsz in februari 1534 in Münster proclameerde. tekst Mechteld Gravendeel – beeld biblioteek vdg Haarlem
Feestelijk avondmaal Mechteld Gravendeel is archivaris/bibliothecaris van de doopsgezinde gemeente te Haarlem
Portret van Jan van Leiden, gravure door Christoffel van Sichem, ingekleurd door Dirck Jansz. van Santen, uit: Historische beschrijvinge ende affbeeldinge der voorneemste hooft ketteren…, Amsterdam, 1608
24
Matthijsz had zichzelf benoemd tot opvolger van de doperse leider Melchior Hoffmann, die in mei 1533 in Straatsburg gevangen gezet was wegens ketterij. Op paaszondag 1534 stierf Matthijsz op het slagveld rond de stad. De leiding in Münster kwam in handen van ‘koning’ Jan Beukelsz van Leiden, die volledig radicaliseerde en een ‘ideale’ gemeenschap instelde waarin alles en iedereen gedeeld werd. In de bibliotheekcollectie van de doopsgezinde gemeente Haarlem bevinden zich de nodige publicaties over deze doperse revolutie. Bijvoorbeeld het pamflet Onnooselheydts peyl van ’t Munsters onheyl, dat ingebonden zit bij Outermans’ Martelaersspiegel der werelose christenen (Haarlem, 1631). En de 17e eeuwse toneelschrijver Joan Dullaert zag duidelijk de tragiek: hij schreef het treurspel Jan van Leiden en Barent Knipperdolling, oproer binnen Munster (Amsterdam, 1660). Hoe groot de belangstelling voor de gebeurtenissen van de tijdgenoten in binnen- en buitenland was, blijkt uit het grote
aantal vlugschriften dat in de jaren 1534-36 verscheen. De doopsgezinde bibliotheek in Haarlem bezit ook zo’n eigentijdse nieuwsbrief uit Münster. Het betreft een zeldzaam pamflet uit 1535 met de titel Newe Zeittung von den Widerteuffern zu Munster, hoogstwaarschijnlijk gedrukt door Joseph Klug in Wittenberg. Deze ‘nieuwe tijding’ bevat de curieuze melding van een sensationeel avondmaal op het Domplein in Münster op 13 oktober 1534. Het ging om een maal voor maar liefst 4200 mensen. Op het menu stonden gekookt en gebraden vlees en hammen. De koning, Jan van Leiden, bediende samen met de koningin, Divara van Haarlem en de gehele hofhouding de aanwezige gasten. Na het eten reikten koning en koningin de verzamelde menigte brood en wijn uit met de woorden: ‘Nemet und esset und verkündiget den Tod des Herrn (…)’. In de massa brak men het brood met de woorden: ‘Bruder oder Schwester, nim hin und iss davon (…)’.
We weten hoe het met het ‘Nieuwe Jeruzalem’ is afgelopen: de stad werd door de toenmalige bisschop Frans van Waldeck belegerd en na achttien maanden ingenomen. De troepen van de bisschop namen bloedig wraak. Een golf van vervolgingen van doopsgezinden leidde tot terechtstellingen in Amsterdam, Den Haag, Maastricht, Leiden, Luik, Middelburg, Deventer en Wezel. Ook koning Jan van Leiden werd terechtgesteld. Aan de Lambertikerk hangen nog steeds de drie kooien waarin ter afschrikking zijn lijk en dat van twee leden van zijn ‘hofhouding’ werden getoond. Einde feestje… << Op zaterdagmiddag 12 april, 15.00 uur vindt in de doopsgezinde kerk in Haarlem de feestelijke presentatie plaats van de publicatie ‘Van Zürich tot Emden, de zestiende eeuw in de bibliotheek van de Vereenigde Doopsgezinde Gemeente Haarlem’. Dit artikel is opgenomen in het Jaarboek Doopsgezinde Bijdragen. De auteurs en boekhistorici Gerard Jaspers en Wouter Meeder, en bibliothecaris Mechteld Gravendeel, laten u kennismaken met deze bijzondere collectie die bestaat uit dertig boeken, gedrukt tussen 1523 en 1601. Meer informatie & aanmelden: www.vdgh.nl